Documenttranscriptie
MCC3881E-M
MCC3885E-M
FR Notice d´utilisation
NL Gebruiksaanwijzing
2
36
www.aeg.com
35
INHOUD
INSTALLATIE-INSTRUCTIES ......................................................................................36
VOORDELEN VAN MICROGOLVEN .................................................................... 37
VOORDELEN VAN MICROGOLVEN .................................................................... 40
BESCHRIJVING VAN DE OVEN .......................................................................... 41
BASISREGELINGEN .......................................................................................... 42
SPECIALE FUNCTIES ........................................................................................ 48
TIJDENS DE BEREIDING ................................................................................... 52
ONTDOOIEN ..................................................................................................... 52
KOKEN MET DE MAGNETRON .......................................................................... 54
KOKEN MET DE GRILL ...................................................................................... 56
AKKEN EN BRADEN .......................................................................................... 59
WAT VOOR SOORT SERVIESGOED KAN MEN GEBRUIKEN?............................. 61
REINIGING EN ONDERHOUD VAN DE OVEN? ................................................... 63
WAT TE DOEN BIJ STORINGEN? ....................................................................... 64
TECHNISCHE GEGEVENS ................................................................................. 66
MILIEUOVERWEGINGEN ................................................................................... 67
INSTALLATIE ..................................................................................................... 68
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele
jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben.
Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt.
De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie.
Wijzigingen voorbehouden.
36
NEDERLANDS
1. INSTALLATIE-INSTRUCTIES
1.1. Vóór de installatie
Controleer of de stroomspanning
op het typeplaatje overeenkomt
met de stroomspanning van uw
installatie.
Open de deur en verwijder alle
accessoires en verpakkingsmateriaal.
Verwijder het mica plaatje in de
bovenwand van de binnenruimte niet!
Dit plaatje voorkomt dat vet en voedsel
de microgolfgenerator zouden
beschadigen.
OPGELET! De voorkant van de
oven kan bedekt zijn met een
beschermende folie. Verwijder
deze folie voorzichtig voordat u het
apparaat voor het eerst gebruikt en
begin daarbij bij de onderkant.
Controleer of de oven niet beschadigd
is. Controleer of de deur van de oven
goed sluit en of de binnenkant van de
deur en de voorkant van de
binnenruimte niet beschadigd zijn. In
geval van schade, neem contact op
met de technische dienst.
GEBRUIK DE OVEN NIET als het
snoer of de stekker beschadigd zijn,
als de oven niet correct functioneert,
beschadigd werd of gevallen is. Neem
contact op met de technische dienst.
Plaats de oven op een vlak en stabiel
oppervlak. Plaats de oven niet in de
buurt van warmte- elementen, radio’s
en televisietoestellen.
Controleer tijdens de installatie of het
snoer niet in contact komt met
vochtigheid, scherpe voorwerpen of de
achterkant van de oven, aangezien de
hoge temperaturen het snoer kunnen
beschadigen.
Opgelet: na de installatie van de
oven moet de stekker bereikbaar
blijven.
1.2. Na de installatie
De oven is uitgerust met een snoer
met stekker voor eenfasestroom.
In geval van permanente aansluiting
dient de oven te worden geïnstalleerd
door een vakman. Hierbij dient de
aansluiting te gebeuren op een circuit
met alle polen, met minimum 3 mm
tussen de contacten.
OPGELET: DE OVEN MOET
GEAARD ZIJN.
De fabrikant en handelaars stellen zich
niet verantwoordelijk voor persoonlijke
letsels, letsels bij dieren of materiële
schade indien de installatieinstructies
niet werden opgevolgd.
De oven werkt alleen als de deur goed
gesloten is.
Reinig voor de eerste ingebruikname
de binnenkant van de oven en de
accessoires volgens de aanwijzingen
onder “Reiniging en onderhoud van de
oven”.
Plaats het verbindingsstuk (1) in het
midden van de oven met de ring (2) en
het draaiplateau (3) erbovenop zo dat
ze in elkaar passen. Telkens u de
magnetronoven gebruikt, dient u
ervoor te zorgen dat zowel het
draaiplateau als de respectieve
accessoires correct binnenin de oven
zijn geplaatst. Het draaiplateau kan in
beide richtingen draaien.
Volg tijdens de installatie de apart
gegeven aanwijzingen.
www.aeg.com
37
2. VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Opgelet! Laat de oven nooit
onbeheerd achter, in het
bijzonder als er papier, plastic
of ander brandbaar materiaal
wordt gebruikt. Deze materialen
kunnen verkolen en in brand
vliegen. BRANDGEVAAR!
Opgelet! Als u rook of vlammen
gewaarwordt, houd de deur
gesloten zodat de vlammen
worden gedoofd. Zet de oven
uit en trek de stekker uit het
stopcontact of verbreek de
stroomtoevoer naar de oven.
Opgelet! Verwarm nooit alcohol
of alcoholhoudende dranken in
de magnetronoven.
BRANDGEVAAR!
Opgelet! Verwarm vloeistoffen
of andere voedingsmiddelen
nooit in gesloten schalen of
bakjes, aangezien deze
gemakkelijk zouden kunnen
ontploffen.
Opgelet! Kinderen mogen de
oven alleen zonder toezicht van
een volwassene gebruiken
indien zij op de hoogte zijn
gebracht van de
gebruiksinstructies zodat zij de
oven veilig kunnen gebruiken
en zich bewust zijn van de
gevaren in geval van onjuist
gebruik.
Opgelet! Wanneer het om een
combimagnetronoven gaat
(magnetronoven met andere
verwarmingsmethoden), mogen
kinderen de oven niet zonder
toezicht van een volwassene
gebruiken vanwege de hoge
temperaturen.
Opgelet! De oven niet
gebruiken indien:
• De deur niet goed sluit;
• De deurscharnieren
beschadigd zijn;
• Het aanrakingsoppervlak
tussen de deur en de voorkant
beschadigd is;
• Het deurglas beschadigd is;
• Er binnenin regelmatig
boogontlading ontstaat zonder
de aanwezigheid van enig
metalen voorwerp.
De oven kan pas hergebruikt
worden na reparatie door een
vakman van de technische
dienst.
De oven kan tijdens gebruik
zeer warm worden. Gelieve elk
contact met de
verwarmingselementen
binnenin te vermijden.
De toegankelijke delen kunnen
tijdens gebruik warm worden.
Houd kinderen buiten bereik.
Opgelet!
Gebruik geen bijtende middelen
of spatels om het glas van de
ovendeur te reinigen,
aangezien die het glas zouden
kunnen krassen en eventueel
doen versplinteren.
Belangrijk
• Verwarm babyvoeding altijd in
flessen of potjes zonder deksel
of speen. Roer of schud goed
na het te hebben opgewarmd
zodat de warmte zich
gelijkmatig verdeelt. Controleer
de temperatuur voor u de
voeding aan het kind geeft.
VERBRANDINGSGEVAAR!
38
NEDERLANDS
• Gebruik om te roosteren alleen
de grill-functie en houd de oven
steeds in het oog. Als u een
combinatiefunctie gebruikt om
te roosteren, zal het brood in
zeer korte tijd vlam vatten.
• Om bij het opwarmen van
kleine hoeveelheden voedsel te
voorkomen dat
voedingsmiddelen teveel
zouden opwarmen of vlam
vatten, is het van uiterst belang
geen te lange tijden in te
stellen, noch te hoge
vermogensstanden te
kiezen.Een broodje kan
bijvoorbeeld na 3 minuten vlam
vatten als er een te hoge
vermogensstand werd
gekozen.
• Plaats de snoeren van andere
elektrische apparaten nooit
tussen de hete deur van de
oven. Het isolatiemateriaal van
het snoer kan smelten.
Kortsluitingsgevaar!
Voorzichtigheid geboden bij het
opwarmen van vloeistoffen!
Wanneer vloeistoffen (water,
koffie, thee, melk, enz.) bijna op
het punt staan te koken en
plots uit de oven worden
verwijderd, zouden deze eruit
kunnen spuiten. GEVAAR
VOOR LETSELS EN
BRANDWONDEN!
Om dit soort toestanden te
voorkomen bij het opwarmen
van vloeistoffen, plaats een
plastic lepel of een glazen
staafje in de kom of het bakje.
Deze oven is uitsluitend voor
huishoudelijk gebruik bestemd!
Gebruik de oven uitsluitend
voor de bereiding van
voedingsmiddelen.
Indien u de aanwijzingen
opvolgt, voorkomt u schade
aan de oven en andere
gevaarlijke toestanden:
• Zet de oven niet in werking
zonder het verbindingsstuk, de
ring en het draaiplateau.
• Zet de magnetronoven nooit
aan als die leeg is. Dit zou de
oven kunnen overbelasten en
beschadigen als er geen
voedsel in zit. GEVAAR VOOR
SCHADE!
• Als u programmatests wil
uitvoeren met de oven, plaats
er een glas water in. Het water
absorbeert de microgolven
waardoor de oven niet wordt
beschadigd.
• Bedek of sluit de
ventilatieopeningen niet af.
• Gebruik uitsluitend serviesgoed
uit materiaal dat geschikt is
voor de magnetron. Alvorens
schalen en bakjes te gebruiken,
controleer of deze geschikt zijn
(zie hoofdstuk over het soort
serviesgoed).
• Verwijder het mica plaatje
bovenin de binnenruimte niet!
Dit plaatje voorkomt dat vet en
voedsel de microgolfgenerator
zouden beschadigen.
• Bewaar geen ontvlambare
voorwerpen in de oven,
aangezien deze zouden
www.aeg.com
kunnen vlam vatten bij het
aanzetten.
• Gebruik de oven niet als
voorraadkast.
• Hardgekookte en verse eieren
met schaal mogen niet in de
magnetronoven worden
opgewarmd, want die kunnen
uit elkaar spatten.
• Gebruik de oven niet om te
frituren, want het is onmogelijk
de temperatuur van het vet te
controleren onder invloed van
de microgolven.
• Gebruik om brandwonden te
voorkomen steeds
ovenhandschoenen om de
schalen te grijpen of de oven
aan te raken.
• Leun of zit niet op de open deur
van de oven. Dit kan de oven
beschadigen, vooral bij de
scharnieren. De deur kan een
maximaal gewicht van 8 kg
dragen.
• Het draaiplateau en het rooster
kunnen een maximaal gewicht
van 8 kg dragen. Overschrijd dit
gewicht niet om schade te
voorkomen.
2.1. Reiniging:
• Opgelet! De magnetronoven
dient regelmatig te worden
gereinigd en alle etensresten
dienen te worden verwijderd
(zie hoofdstuk over Reiniging
van de oven). Indien de
magnetronoven niet naar
behoren wordt schoongemaakt,
39
kan het oppervlak ervan
worden beschadigd, wat de
levensduur van de oven kan
inkorten en eventueel tot
gevaarlijke toestanden leiden.
• De aanrakingsoppervlakken
van de deur (het gedeelte
voorin de oven en de
binnenkant van de deur) dienen
zeer schoon te worden
gehouden, zodat een correcte
werking kan gegarandeerd
worden.
• Gelieve de aanwijzingen over
de reiniging in “Reiniging en
onderhoud van de oven” in acht
te nemen.
2.2. In geval van reparatie:
• Opgelet – Microgolven! De
ommanteling mag niet worden
verwijderd. Alle reparaties of
onderhoud uitgevoerd door
personen die niet door de
fabrikant worden erkend kan
gevaarlijk zijn.
• Als het snoer beschadigd is,
dient dit te worden vervangen
door de fabrikant, erkende
vakmensen of specialisten,
zodat gevaarlijke toestanden
worden vermeden en omdat er
speciaal gereedschap voor
nodig is.
• Alle reparaties of onderhoud, in
het bijzonder van onderdelen
onder stroom, mogen alleen
door de fabrikant erkende
vakmensen worden uitgevoerd.
40
NEDERLANDS
3. VOORDELEN VAN MICROGOLVEN
Bij een traditioneel fornuis dringt de
hitte van de weerstanden of gaspitten
langzaam in het voedsel, van buiten
naar binnen toe. Er gaat daarom veel
energie verloren aan het opwarmen
van de lucht, onderdelen van het
fornuis en potten of pannen.
Bij de magnetronoven wordt de hitte
door het voedsel zelf gegenereerd,
d.w.z. dat de hitte van de binnen naar
buiten toegaat. Er gaat geen warmte
verloren aan de lucht, ovenwanden of
serviesgoed (als deze geschikt zijn
voor de magnetron), dus alleen het
voedsel zelf wordt opgewarmd.
Samengevat bieden magnetronovens
de volgende voordelen:
Kortere kooktijden; een vermindering
van over het algemeen ¾ van de tijd in
vergelijking met de conventionele
methode.
Uiterst snel ontdooien van
voedingmiddelen, waardoor het gevaar
voor bacterieën wordt verminderd.
Energiebesparing.
De voedingswaarde van het voedsel
wordt behouden dankzij de kortere
kooktijd.
Makkelijk te reinigen.
Hoe werkt de magnetronoven?
In de magnetronoven bevindt zich een
hoogspanningsventiel, magnetron
genaamd, dat elektrische energie
omzet in microgolven. Deze
elektromagnetische golven worden
naar de binnenkant van de oven
gestuurd en verdeeld door een
metalen verspreider of een
draaiplateau.
Binnenin de oven verspreiden de
microgolven zich in alle richtingen,
worden door de metalen wanden
weerkaatst en dringen het voedsel op
gelijkmatige wijze binnen.
Waarom wordt het voedsel warm?
De meeste voedingsmiddelen bevatten
water, waarvan de moleculen gaan
trillen onder invloed van de
microgolven.
De wrijving tussen de moleculen
veroorzaakt warmte die de
temperatuur van het voedsel verhoogt
en het ontdooit, kookt of warm houdt.
Aangezien de warmte binnenin het
voedsel ontstaat:
• Kan dit zonder of met een beetje
vocht of vet gekookt worden;
• Gaat het ontdooien, opwarmen of
koken in de magnetronoven sneller
dan met een conventionele oven;
• Blijven vitamines, mineralen en
voedingsstoffen behouden;
• Blijven de natuurlijke kleur en aroma
behouden.
De microgolven dringen door
porselein, glas, karton of plastic maar
niet door metaal. Gebruik daarom
geen metalen schalen of bakjes of
serviesgoed met een metalen
onderdeel in de magnetronoven.
Microgolven worden door metaal
werkaatst...
... dringen door glas en porselein...
... en worden door de
voedingsmiddelen opgenomen.
www.aeg.com 41
4. BESCHRIJVING VAN DE OVEN
10
1
3
9
5
8
2
4
7
6
1
2
3
4
5
Bedieningspaneel
Deurglas
Rekhouders
Deurhaken
Hete Lucht uitgang
6
7
8
9
10
Verbindingsstuk van de motor
Draairing
Draaiplateau
Glazen bakplaat
Grillrooster
8
7
9
10
A
1
1
2
3
4
5
B
2
C
4
3
Bevestingstoets (OK)
Start/Snelle start toets
Parameter selectie toetsen
Plus en min toetsen
Functiekeuzetoetsen
6
7
8
9
10
5
6
Stop / Veiligheidsblokkeringstoets
Temperatuur lichten
Functie lichten
Klok / Tijdsduur lichten
Vermogen / Gewicht lichten
42
NEDERLANDS
5. BASISREGELINGEN
5.1. De klok instellen
Het klok-display begint te knipperen als de aangegeven tijd niet juist is. Ga om de
klok in te stellen als volgt te werk:
A
B
C
1230
1
2
3
1. Selecteer het klok-symbool met de
instellingenkeuzetoetsen 3 (niet
nodig als de magnetronoven voor
het eerst op het stroomnet is
aangesloten of na een
stroomonderbreking).
2. Voer de uren in door op de + en –
toetsen te drukken 4 .
4
5
6
3. Bevestig de instelling met de
bevestigingstoets 1 .
4. Voer de minuten in door op de + en
– toetsen te drukken 4 .
5. Bevestig de instelling met de
bevestigingstoets 1 .
5.2. Klok tonen/verbergen
Als de klok u stoort kunt u hem verbergen door als volgt te werk te gaan:
A
1
B
2
C
3
1. Houd de bevestigingstoets 3
seconden ingedrukt 1 . De
dubbelepunt tussen de uren en
minuten blijft knipperen als de klok
verborgen is.
4
5
6
2. Als u de klok weer wil tonen, dient
u zoals hierboven beschreven te
werk te gaan.
www.aeg.com
43
5.3. Veiligheidsblokkering
Het functioneren van de oven kan geblokkeerd worden (bijvoorbeeld om te
voorkomen dat kinderen hem zouden gebruiken). Ga als volgt te werk:
A
B
C
safe
1
2
4
3
1. Houd om de oven te blokkeren de
Stop-toets 6 3 seconden
ingedrukt. U hoort dan een
geluidssignaal en er verschijnt
“SAFE” op het display. De oven is
geblokkeerd waardoor er geen
enkele operatie kan worden
uitgevoerd.
A
B
6
2. Om de oven te deblokkeren dient u
nogmaals de Stop-toets 6 3
seconden ingedrukt te houden. U
hoort dan een geluidssignaal en op
het display wordt het uur weer
weergegeven.Het draaiplateau
stoppen.
C
Pla T
1
5
2
4
3
1. Om het draaiplateau te stoppen
dient u de bevestigings- 1 en stopt
6 oets 3 seconden ingedrukt te
OFF
5
6
houden tot er PLAT OFF op het
display verschijnt.
2. Om het draaiplateau weer te laten
draaien dient u voorgaande stap te
herhalen.Magnetron
Gebruik deze functie om groente, aardappelen, rijst, vis en vlees te koken en op
te warmen.
A
B
C
800
0 30
1
2
3
1. Selecteer de Magnetron-functie
met de functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer het vermogen met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
4
5
6
knipperen. Als u het vermogen niet
wijzigt, zal de oven op een
vermogen van 800 W werken.
44
NEDERLANDS
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste vermogen in te
stellen 4 .
4. Druk op de bevestigingstoets om
het gekozen vermogen te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
5. Selecteer de bereidingstijd met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
6. Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste bereidingstijd in te
stellen 4 .
7. Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen bereidingstijd te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
8. Druk op de Start-toets 2 . De oven
treedt in werking.
OPMERKING: Als het vermogen
op 1000 W staat ingesteld, is de
kooktijd tot maximum 15 minuten
beperkt.
5.4. Magnetron – Quick Start
Gebruik deze functie om snel voedsel met een hoog vochtgehalte op te warmen,
zoals water, koffie, thee of heldere soep.
A
B
C
1000
0 15
1
2
4
3
5
6
toets drukt zal de werkingstijd met
30 seconden worden verlengd.
OPMERKING: Als het vermogen
op 1000 W staat ingesteld, is de
kooktijd tot maximum 15 minuten
beperkt.
1. Druk op de Start-toets. De
magnetronoven begint gedurende
2 30 seconden op het
maximumvermogen te werken.
2. Als u deze tijd wil verhogen, dient u
nogmaals op de Start-toets te
drukken 2 . Telkens u op deze
5.5. Grill
Gebruik deze functie om snel de oppervlakte van het voedsel bruin te maken.
A
B
C
15 00
1
2
3
4
5
6
www.aeg.com 45
1. Selecteer de Grill-functie met de
functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer de bereidingstijd met
de instellingenkeuzetoetsen. 3
Het betreffende lampje begint te
knipperen.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
de gewenste bereidingstijd in te
stellen 4 .
4. Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen bereidingstijd te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
5. Druk op de Start-toets 2 . De
oven treedt in werking.
5.6. Magnetron + Grill
Gebruik deze functie om lasagne, gevogelte, gebakken aardappelen en
gegratineerde gerechten te bereiden.
1. Selecteer de Magnetron + Grillfunctie met de
functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer het vermogen met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen. Als u het vermogen
niet wijzigt, zal de oven op een
vermogen van 600 W werken.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste vermogen in te
stellen 4 .
4. Druk op de bevestigingstoets om
het gekozen vermogen te
5.
6.
7.
8.
bevestigen. 1 Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
Selecteer de bereidingstijd met
de instellingenkeuzetoetsen 3 .
Het betreffende lampje begint te
knipperen.
Druk op de “+“ en “-” toetsen om
de gewenste bereidingstijd in te
stellen. 4
Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen bereidingstijd te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
Druk op de Start-toets 2 . De
oven treedt in werking.
5.7. Hete lucht
Gebruik deze functie om te koken en te braden.
A
B
C
160
1
2
20 00
3
1. Selecteer de Hete lucht-functie met
de functiekeuzetoetsen 5
2. Selecteer de Temperatuur met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen. Als u de temperatuur
niet wijzigt, zal de oven op een
temperatuur van 160ºC werken.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste temperatuur in te stellen
4.
4
5
6
4. Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen temperatuur te
bevestigen 1 .
5. Het betreffende lampje stopt met
knipperen .
6. Selecteer de bereidingstijd met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
7. Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste bereidingstijd in te
stellen 4 .
46
NEDERLANDS
8. Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen bereidingstijd te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen .
9. Druk op de Start-toets 2 . De oven
treedt in werking.
5.8. Magnetron + Hete lucht
Gebruik deze functie om te koken en te braden.
A
B
C
160
1
20 00
2
4
3
1. Selecteer de Magnetron + Hete
lucht-functie met de
functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer de Temperatuur met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen. Als u de temperatuur
niet wijzigt, zal de oven op een
temperatuur van 160ºC werken.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste temperatuur in te stellen
4.
4. Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen temperatuur te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
5. Selecter het Vermogen met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen. Als u het vermogen niet
400
5
6
wijzigt, zal de oven op een
vermogen van 600 W werken.
6. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste vermogen in te
stellen 4 .
7. Druk op de bevestigingstoets om
het gekozen vermogen te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
8. Selecteer de bereidingstijd met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
9. Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste bereidingstijd in te
stellen 4 .
10. Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen bereidingstijd te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
11. Druk op de Start-toets 2 . De oven
treedt in werking.
5.9. Grill + Hete lucht
Gebruik deze functie om vlees, vis, gevogelte of gebakken aardappelen te
bruineren.
A
B
C
160
1
2
20 00
3
4
5
6
www.aeg.com 47
1. Selecteer de Grill + Hete luchtfunctie met de functiekeuzetoetsen.
5
2. Selecteer de Temperatuur met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen. Als u de temperatuur
niet wijzigt, zal de oven op een
temperatuur van 160ºC werken.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste temperatuur in te stellen
4.
4. Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen temperatuur te
5.10.
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
Selecteer de bereidingstijd met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste bereidingstijd in te
stellen 4 .
Druk op de bevestigingstoets om
de gekozen bereidingstijd te
bevestigen 1 . Het betreffende
lampje stopt met knipperen.
Druk op de Start-toets 2 . De oven
treedt in werking.
5.
6.
7.
8.
Ontdooien per gewicht (automatisch)
Gebruik deze functie om snel vlees, gevogelte, vis, fruit en brood te ontdooien.
A
B
C
PR01
1
2
4
3
1. Selecteer de Ontdooien per
gewicht-functie met de
functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer het programma met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . De
indicators voor de bereidingstijd en
de klok beginnen te knipperen.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste programma in te
stellen (zie onderstaande tabel) 4 .
4. Druk op de bevestigingstoets om
het programma te bevestigen 1 .
Het betreffende lampje stopt met
knipperen.
De volgende tabel geeft een overzicht
van de programma’s voor de ontdooi
per gewicht-functie, met de aanduiding
Programma
Pr 01
Pr 02
Pr 03
Pr 04
Pr 05
Voedsel
Vlees
Gevogelte
Vis
Fruit
Brood
200
Gewicht (g)
100 – 2000
100 – 2500
100 – 2000
100 – 500
100 – 800
5
6
5. Selecteer het Gewicht met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
6. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste gewicht in te
stellen 4 .
7. Druk op de bevestigingstoets om
het gewicht te bevestigen 1 . Het
betreffende lampje stopt met
knipperen.
8. Druk op de Start-toets 2 . De oven
treedt in werking.
van gewicht, ontdooi- en
doorwarmtijden (zodat het voedsel een
gelijkmatige temperatuur krijgt).
Tijd (min)
2 – 43
2 – 58
2 – 40
2 – 13
2 – 19
Doorwarmtijd (min)
20 – 30
20 – 30
20 – 30
10 – 20
10 – 20
48
NEDERLANDS
Belangrijk: zie “Algemene aanwijzingen om te ontdooien”.
5.11.
Ontdooien per tijd (handmatig)
Gebruik deze functie om snel allerlei soorten voedsel te ontdooien.
A
B
C
10 00
1
2
4
3
5
6
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om de
gewenste bereidingstijd in te
stellen 4 .
4. Druk op de bevestigingstoets om
de bereidingstijd te bevestigen 1 .
Het betreffende lampje stopt met
knipperen.
5. Druk op de Start-toets 2 . De oven
treedt in werking.
1. Selecteer de Ontdooien per tijdfunctie met de
functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer de bereidingstijd met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
6. SPECIALE FUNCTIES
6.1. Speciale Functie F1: Voedsel opwarmen
Gebruik deze functie om verschillende soorten voedsel op te warmen.
A
B
C
200
a 01
1
2
3
1. Selecteer de Speciale functie F1
met de functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer het programma met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . De
indicators voor de bereidingstijd en
de klok beginnen te knipperen.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste programma in te
stellen 4 (zie onderstaande tabel).
4. Druk op de bevestigingstoets om
het programma te bevestigen 1 .
Het betreffende lampje stopt met
knipperen.
4
5
6
5. Selecteer het Gewicht met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
6. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste gewicht in te stellen
4.
7. Druk op de bevestigingstoets om
het gewicht te bevestigen 1 Het
betreffende lampje stopt met
knipperen.
8. Druk op de Start-toets. De oven
treedt in werking 2 .
NEDERLANDS 49
6.2. Speciale Functie F1: Voedsel opwarmen
De volgende tabel geeft een overzicht
van de programma’s voor de Speciale
functie F1, met de aanduiding van
gewicht, bereidings- en
Programma
A 01
A 02
A 03
A 04
Voedsel
Soep
Vooraf bereide
gerechten
compact
voedsel
Vooraf bereide
gerechten
bijv. goulash
Groente
doorwarmtijden (zodat het voedsel een
gelijkmatige temperatuur krijgt).
Gewicht (g)
Tijd (min)
200 – 1500
3 – 15
200 – 1500
3 – 20
1-2 x omkeren, afdekken, 1-2
min.
200 – 1500
3 – 18
1-2 x omkeren, afdekken, 1-2
min.
200 – 1500
2,6 – 14
1-2 x omkeren, afdekken, 1-2
min.
Belangrijke opmerkingen:
Gebruik altijd servies dat geschikt is
voor de magnetron en een deksel om
vochtverlies te voorkomen.
Roer en draai het voedsel tijdens het
opwarmen regelmatig om, vooral als
de oven een geluidssignaal geeft en
de volgende aanduiding op het display
begint te knipperen:
.
De tijdsduur voor het opwarmen van
voedsel hangt van de
begintemperatuur af. Voedsel dat
rechtstreeks uit de koelkast komt heeft
meer tijd nodig om op te warmen dan
Doorwarmtijd (min)
1-2 x omkeren, afdekken, 1-2
min.
voedsel dat op kamertemperatuur
staat. Als het voedsel niet de
gewenste temperatuur heeft, stel de
volgende keer dat u het voedsel
opwarmt een hoger of lager gewicht in.
Roer na het opwarmen in het voedsel
of schud de fles of het potje en laat
enige tijd rusten, zodat de temperatuur
gelijkmatig wordt verdeeld.
Opgelet! Na het opwarmen kan het
serviesgoed zeer heet zijn. Hoewel
de microgolven het meeste
serviesgoed niet opwarmen, kan dit
heet worden door warmte die het
voedsel afgeeft.Speciale functies.
50
NEDERLANDS
6.3. Speciale Functie F2: Koken
Gebruik deze functie om vers voedsel te koken.
A
B
C
200
b01
1
2
3
4
5
6
1. Selecteer de Speciale functie F2
met de functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer het programma met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . De
indicators voor de bereidingstijd en
de klok beginnen te knipperen.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste programma in te
stellen 4 (zie onderstaande tabel).
4. Druk op de bevestigingstoets om
het programma te bevestigen 1 .
Het betreffende lampje stopt met
knipperen.
5. Selecteer het Gewicht met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
6. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste gewicht in te stellen
4.
7. Druk op de bevestigingstoets om
het gewicht te bevestigen 1 . Het
betreffende lampje stopt met
knipperen.
8. Druk op de Start-toets 2 . De oven
treedt in werking.
De volgende tabel geeft een overzicht
van de programma’s voor de Speciale
functie F2, met de aanduiding van
gewicht, bereidings- en
doorwarmtijden (zodat het voedsel een
gelijkmatige temperatuur krijgt).
Programma
b 01
b 02
Voedsel
Aardappelen
Groente
Gewicht (g)
200 – 1000
200 – 1000
Tijd (min)
4 – 17
4 – 15
b 03
Rijst
200 – 500
13 – 20
b 04
Vis
200 – 1000
Belangrijke opmerkingen:
Gebruik altijd servies dat geschikt is
voor de magnetron en een deksel om
vochtverlies te voorkomen.
Roer en draai het voedsel tijdens het
opwarmen regelmatig om, vooral als
de oven een geluidssignaal geeft en
de volgende aanduiding op het display
begint te knipperen:
.
Opgelet! Na het koken kan het
serviesgoed zeer heet zijn. Hoewel
de microgolven het meeste
serviesgoed niet opwarmen, kan dit
heet worden door de warmte die
het voedsel afgeeft.
4 – 13
Aanwijzingen
1-2 x omkeren, afdekken
1-2 x omkeren, afdekken
1 deel rijst, 2 delen
water, afdekken
Afdekken
Bereidingsinstructies:
Tukken vis – Voeg 1 à 3 eetlepels
water of citroensap toe.
Rijst – Voeg een dubbele of
driedubbele hoeveelheid water toe aan
de rijst.
Aardappelen met schil – Gebruik
aardappelen van gelijke grootte. Spoel
ze en prik de schil enkele keren door.
Voeg geen water toe.
Aardappelen zonder schil en verse
groente– Snijd ze in gelijke stukken.
Voeg een eetlepel water toe per 100 g
groente en zout naar smaak.
www.aeg.com 51
6.4. Speciale Functie F3: Ontdooien & Bruineren
Gebruik deze functie om verschillende voedingsmiddelen te koken en te
bruineren.
A
B
C
300
C 01
1
2
4
3
1. Selecteer de Speciale functie F3
met de functiekeuzetoetsen 5 .
2. Selecteer het programma met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . De
indicators voor de bereidingstijd en
de klok beginnen te knipperen.
3. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste programma in te
stellen 4 (zie onderstaande tabel).
4. Druk op de bevestigingstoets om
het programma te bevestigen 1 .
Het betreffende lampje stopt met
knipperen.
De volgende tabel geeft een overzicht
van de programma’s voor de Speciale
functie F3, met de aanduiding van
Programma
C 01
C 02
C 03
5
5. Selecteer het Gewicht met de
instellingenkeuzetoetsen 3 . Het
betreffende lampje begint te
knipperen.
6. Druk op de “+“ en “-” toetsen om
het gewenste gewicht in te stellen
4.
7. Druk op de bevestigingstoets om
het gewicht te bevestigen 1 . Het
betreffende lampje stopt met
knipperen.
8. Druk op de Start-toets. De oven
treedt in werking 2 .
gewicht en bereidingstijd (zodat het
voedsel een gelijkmatige temperatuur
krijgt).
Voedsel
Gewicht (g)
Tijd (min)
Pizza
300 – 550
3–9
400 – 1000
8 – 14
200 – 450
10 – 12
Kant-en-klaargerechten
Aardappelgerechte
n, diepgevroren
Belangrijke opmerkingen:
Gebruik altijd servies dat geschikt is
voor de magnetron en een deksel om
vochtverlies te voorkomen.
Roer en draai het voedsel tijdens het
opwarmen regelmatig om, vooral als
de oven een geluidssignaal geeft en
de volgende aanduiding op het display
begint te knipperen:.
Opgelet! Na het koken kan het
serviesgoed zeer heet zijn. Hoewel
de microgolven het meeste
serviesgoed niet opwarmen, kan dit
heet worden door de warmte die
het voedsel afgeeft.
6
Aanwijzingen
De bakplaat
voorverwarmen
2x omkeren,
afdekken
1x omkeren
Bereidingsinstructies:
Pizza, diepgevroren – Gebruik
diepgevroren kant-en-klare pizza’s.
Kant-en-klaarvoedsel, diepgevroren –
Gebruik diepgevroren lasagne,
cannelloni, garnalensouflé. Altijd
afdekken.
Aardappelgerechten, diepgevroren –
Friet, aardappelkroketten en
gesauteerde aardappelen dienen
geschikt te zijn voor bereiding in de
oven.
52
NEDERLANDS
7. TIJDENS DE BEREIDING
7.1. Een bereiding onderbreken
Het bereidingsproces kan op elk
moment worden onderbroken door
eenmaal op de Start/Stop-toets te
drukken of door de deur van de oven
te openen.
In alle gevallen:
• Stopt de uitzending van
microgolven onmiddellijk.
• Wordt de grill stopgezet maar
behoudt deze een zeer hoge
temperatuur. Gevaar voor
brandwonden!
• De tijdschakelaar stopt en het
display duidt de resterende
bereidingstijd aan.
U kan dan:
• Het voedsel mengen of omkeren
om een gelijkmatig resultaat te
krijgen.
• De instellingen wijzigen.
• Het proces stopzetten door op de
Start/Stop-toets te drukken.
• Om het bereidingsproces voort te
zetten, sluit de deur en druk op de
Start/Stop-toets.
7.2. Instellingen wijzigen
U kan de instellingen (tijd, gewicht,
vermogen, enz.) wijzigen tijdens het
bereidingsproces of als het
bereidingsproces wordt onderbroken
door als volgt te werk te gaan:
Om de tijd te wijzigen, draai de
Draaiknop in een van beide richtingen.
De nieuwe tijd wordt onmiddellijk
geregistreerd.
Om het vermogen of het gewicht te
wijzigen, druk op de toets
Gewicht/Vermogen instellen. Het
respectieve display en de indicator
beginnen te knipperen. Wijzig de
instelling door de Draaiknop in een van
beide richtingen te draaien en druk
nogmaals op de toets
Gewicht/Vermogen instellen.
7.3. Een bereiding stopzetten
Als u het bereidingsproces wil
stopzetten, houd dan de Start/Stoptoets 3 seconden ingedrukt.
Als het proces werd onderbroken en u
het wil stopzetten, houd dan de
Start/Stop-toets 3 seconden ingedrukt.
U hoort vervolgens een geluidssignaal
en het uur verschijnt op het display.
Einde van een bereiding Op het einde
van een bereidingsproces hoort u 3
geluidssignalen en verschijnt er “End”
op het display
De geluidssignalen worden om de 30
seconden herhaald totdat de deur
wordt geopend of tot er op de
Start/Stop-toets wordt gedrukt.
8. ONTDOOIEN
Onderstaande tabel geeft een
overzicht van de verschillende ontdooien doorwarmtijden (zodat het voedsel
een gelijkmatige temperatuur
Voedsel
Stukken vlees,
kalfs-, runds- en
varkensvlees
Stoofvlees
Gewicht
(g)
100
200
500
1000
1500
2000
500
1000
krijgt).naargelang van het soort
voedsel, het gewicht en bijbehorende
aanbevelingen.
Ontdooitijd (min)
2-3
4-5
10-12
21-23
32-34
43-45
8-10
17-19
Doorwarmtijd
(min)
5-10
5-10
10-15
20-30
20-30
25-35
10-15
20-30
Opmerking
1 x Omkeren
1 x Omkeren
2 x Omkeren
2 x Omkeren
2 x Omkeren
3 x Omkeren
2 x Omkeren
3 x Omkeren
www.aeg.com 53
Voedsel
Gehakt vlees
Worst
Gevogelte,
stukken
gevogelte
Kip
Visfilets
Forel
Garnalen
Fruit
Brood
Boter
Kwark
Room
Gewicht
(g)
100
500
200
500
2-4
10-14
4-6
9-12
Doorwarmtijd
(min)
10-15
20-30
10-15
15-20
1 x Omkeren
2 x Omkeren
1 x Omkeren
2 x Omkeren
250
5-6
5-10
1 x Omkeren
1000
2500
200
250
100
500
200
300
500
200
500
800
250
250
250
20-24
38-42
4-5
5-6
2-3
8-11
4-5
8-9
11-14
4-5
10-12
15-17
8-10
6-8
7-8
20-30
25-35
5-10
5-10
5-10
15-20
5-10
5-10
10-20
5-10
10-15
10-20
10-15
10-15
10-15
2 x Omkeren
3 x Omkeren
1 x Omkeren
1 x Omkeren
1 x Omkeren
2 x Omkeren
1 x Omkeren
1 x Omkeren
2 x Omkeren
1 x Omkeren
1 x Omkeren
2 x Omkeren
Ontdooitijd (min)
Algemene aanwijzingen om te
ontdooien
1. Gebruik om te ondooien alleen
serviesgoed dat geschikt is voor
gebruik in de magnetron (porselein,
glas, geschikt plastic).
2. De ontdooi per gewicht-functie en
de tabellen hebben betrekking op
rauw voedsel.
3. De ontdooitijd hangt af van de
hoeveelheid en de dikte van het
voedsel. Hou bij het ontdooien van
voedsel rekening met het
ontdooiproces. Verdeel het voedsel
gelijkmatig over de schaal.
4. Verdeel het voedsel zo gelijkmatig
mogelijk in de oven. Dikkere
stukken vis of kippenbouten dienen
aan de buitenkant te liggen. U kan
de delicatere delen met een stukje
aluminiumfolie afschermen.
Belangrijk: de aluminiumfolie mag
niet in contact komen met de
wanden, aangezien dit
boogontlading zou kunnen
veroorzaken.
Opmerking
5. De dikste stukken dienen
verschillende malen omgedraaid te
worden.
6. Verdeel het diepgevroren voedsel
zo gelijkmatig mogelijk, aangezien
de smallere en dunnere delen
sneller ontdooien dan de grotere en
dikkere delen.
7. Vetrijk voedsel zoals boter, kwark
en room mag niet helemaal
ontdooien. Als het op
kamertemperatuur staat, is het
binnen enkele minuten klaar om
opgediend te worden. Als er in het
geval van diepgevroren room
stukjes ijs in zitten, dient de room
voor gebruik opgeklopt te worden.
8. Leg gevogelte op een omgekeerd
bord zodat het vocht kan weglopen.
9. Wikkel brood in een papieren
servet, zodat het niet teveel
uitdroogt.
10. Draai het voedsel om als de oven
een geluidssignaal geeft en er op
het display de volgende aanduiding
begint te knipperen:
.
11. Haal het diepgevroren voedsel uit
de verpakking en vergeet hierbij niet
54
NEDERLANDS
eventuele metalen haakjes te
verwijderen. Als de verpakking om
voedsel in de diepvriezer te
bewaren ook voor opwarmen en
bereiden kan dienen, verwijder dan
alleen het deksel. Leg in de overige
gevallen het voedsel in schalen die
geschikt zijn voor magnetronovens.
12. Gooi het vocht, voornamelijk dat van
gevogelte, na het ontdooien weg en
laat het in geen geval in aanraking
komen met het overige voedsel.
13. Let erop dat bij het automatische
ontdooien er een doorwarmtijd
nodig is tot het voedsel volledig is
ontdooid.
9. KOKEN MET DE MAGNETRON
Opgelet! Lees aandachtig het
hoofdstuk “Veiligheidsinstructies”
alvorens met de magnetron te koken.
Volg de volgende aanwijzingen bij het
koken met de magnetron:
1. Vóór het opwarmen of bereiden van
voedsel met schil of vel
(bijvoorbeeld appels, tomaten,
aardappelen, worsten) prik de schil
of het vel door zodat het niet uit
elkaar kan spatten. Maak een
inkeping in het voedsel alvorens met
de bereiding te beginnen.
2. Alvorens een schaal of pot te
gebruiken, controleer of die geschikt
is voor de magnetron (zie hoofdstuk
over het soort serviesgoed).
3. Bij het bereiden van voedsel met
weinig vocht (bijv. brood ontdooien,
popcorn maken, enz.) treedt er een
snelle verdamping op. Op die
manier werkt de oven alsof hij leeg
is en kan het voedsel verkolen. Dit
kan de oven en het serviesgoed
beschadigen. Stel daarom alleen de
nodige tijd in en blijf in de buurt.
4. Het is niet mogelijk grote
hoeveelheden olie (frituren) in de
magnetronoven op te warmen.
5. Haal kant-en-klare maaltijden uit
hun verpakking, aangezien die niet
altijd hittebestendig zijn. Volg de
door de fabrikant opgegeven
instructies.
6. Als er meerdere stukken
serviesgoed zijn, zoals bijvoorbeeld
kopjes thee, verdeel die dan
gelijkmatig over het hele
draaiplateau.
7. Sluit plastic zakken niet met metalen
knijpers maar met plastic knijpers.
Prik de zak verschillende keren door
zodat stoom makkelijk kan
ontsnappen.
8. Als u voedsel kookt of opwarmt,
controleer of die een
minimumtemperatuur van 70°C
bereiken.
9. Tijdens het kookproces kan er
waterdamp ontstaan op het glas van
de deur dat eventueel kan beginnen
druppen. Dit is een normaal
verschijnsel dat zich zeker zal
voordoen als de
omgevingstemperatuur laag is. De
veiligheid van de oven wordt
daardoor niet beïnvloed. Veeg na de
bereiding het condensatiewater
weg.
10. Als u vloeistoffen opwarmt gebruik
serviesgoed met een grote opening,
zodat stoom makkelijk kan
ontsnappen.
11. Bereid het voedsel volgens de
aanwijzingen en neem de in de
tabellen aangegeven kooktijden en
vermogensstanden in acht.
12. Denk eraan dat de opgegeven
waarden slechts een aanwijzing zijn
en dus kunnen variëren naargelang
van de begintoestand, de
temperatuur, de vochtigheid en het
soort voedsel. Het is aangeraden de
tijden en vermogensstanden aan
elke situatie aan te passen.
Naargelang van het voedsel kan het
nodig zijn de kooktijd te verlengen of
in te korten of de vermogensstand
te verhogen of verlagen.
www.aeg.com 55
9.1. Koken met de magnetron...
• Hoe groter de hoeveelheid voedsel,
hoe langer de kooktijd. Denk eraan
dat:
• Dubbele hoeveelheid » dubbele tijd.
• Half de hoeveelheid » halve tijd.
• Hoe lager de temperatuur, hoe
langer de kooktijd.Vloeibaar voedsel
warmt sneller op.
• Het gelijkmatig verdelen van het
voedsel op het draaiplateau
vergemakkelijkt het gelijkvormig
kookproces. Als u de dikkere stukken
voedsel aan de buitenkant van het
plateau legt en de dunnere in het
midden, zal u verschillende soorten
voedsel tegelijk kunnen opwarmen.
• De deur van de oven kan op elk
moment worden geopend. De oven
stopt automatisch met werken. De
magnetron gaat pas verderwerken
als u de deur sluit.
• Afgedekt voedsel heeft minder
kooktijd nodig en behoudt bovendien
beter zijn oorspronkelijke smaak en
kleur. Het deksel dient wel de
microgolven door te laten en moet
van kleine openingen zijn voorzien
om stoom te laten ontsnappen.
Tabellen en suggesties – Groente koken
Voedsel
Hoeveelhei
Vocht
Vermogen Tijd
d (g)
toevoegen
(Watt)
(min.)
Bloemkool
500
Broccoli
300
Champignons 250
Doorwarmtijd (min.)
Aanwijzingen
De bovenkant
met boter
besmeren. In
schijven
snijden.
Afdekken
In blokjes of
schijfjes
snijden.
Afdekken
Schillen en in
gelijke stukken
snijden.
Afdekken
In blokjes of
schijfjes
snijden.
Afdekken
100 ml
50 ml
25 ml
800
800
800
9-11
6-8
6-8
2-3
2-3
2-3
300
100 ml
800
7-9
2-3
250
25 ml
800
8-10
2-3
Aardappelen
250
25 ml
800
5-7
2-3
Paprika
Prei
250
250
25 ml
50 ml
800
800
5-7
5-7
2-3
2-3
300
50 ml
800
6-8
2-3
Afdekken
250
25 ml
800
8-10
2-3
Afdekken
Erwten &
wortels,
diepgevroren
wortels
Spruitjes,
diepgevroren
Zuurkool
56
NEDERLANDS
Tabellen en suggesties – Vis bereiden
Voedsel
Hoeveelh
eid (g)
Vermogen
(Watt)
Tijd
(min.)
Doorwarmtijd
(min.)
Visfilets
500
600
10-12
3
Hele vis
800
800
400
2-3
7-9
2-3
Aanwijzingen
Afgedekt koken.
Omkeren als de helft
van de tijd is verlopen.
Afgedekt koken.
Omkeren als de helft
van de tijd is verlopen.
Eventueel de fijne
uiteinden van de vis
afdekken.
10. KOKEN MET DE GRILL
Gebruik om een goed resultaat te
bekomen met de grill het bijgeleverde
rooster samen met de oven.
Plaats het rooster zo dat het niet in
contact komt met de metalen
oppervlakken van de binnenruimte,
aangezien er gevaar voor
boogontlading bestaat, wat de oven
kan beschadigen.
BELANGRIJKE INSTRUCTIES:
• Als de grill voor het eerst wordt
gebruikt, ontstaat er enige rook en
geur, die het gevolg zijn van de
oliën die tijdens de fabricage
werden toegepast.
• Het deurglas bereikt hoge
temperaturen wanneer de grill
wordt gebruikt. Houd kinderen
buiten bereik.
• Als de grill in werking is, bereiken
de ovenwanden en het rooster
hoge temperaturen. Het is daarom
•
•
•
•
aangeraden ovenhandschoenen te
gebruiken.
Bij langer gebruik van de grill is het
normaal dat de weerstanden
tijdelijk worden uitgeschakeld. Dit
komt door de
veiligheidsthermostaat.
Belangrijk! Als u voedsel grilleert of
kookt in schalen, controleer of het
serviesgoed geschikt is. Zie
hoofdstuk over het gebruik van
serviesgoed!
Bij het gebruik van de grill kan het
gebeuren dat vetspatjes op de
weerstand terechtkomen en
aanbranden. Dit is normaal en wijst
niet op het slecht functioneren van
de oven.
Reinig na elke bereiding de
binnenkant en de accessoires,
zodat er geen vuil aankoekt.
www.aeg.com 57
Tabellen en suggesties – Grill zonder magnetron
Voedsel
Zeebrasem
Sardine/poon
Hoeveelheid (g)
Tijd (min.)
Vis
800
6-8 stuks
18-24
15-20
Een dun laagje boter aanbrengen.
Omkeren als de helft van de tijd is
verlopen en zout of kruiden
aanbrengen.
6-8 stuks
22-26
Doorprikken als de helft van de
bereidingstijd is verlopen en
omdraaien.
3 stuks
18-20
400
25-30
Beboteren en omdraaien als de
helft van de tijd is verlopen.
4 stuks
1½-3
Houd de toast in het oog.
2 stuks
5-10
In het oog houden.
Vlees
Worst
Diepgevroren
hamburger
Sparerib (ca. 3 cm dik)
Overige
Toast
Broodjes/sandwiches
gratineren
Verwarm de grill 2 minuten voor.
Gebruik het rooster, tenzij anders staat
aangeduid, Plaats het rooster op een
bakje of bord, zodat vocht en vet
kunnen worden opgevangen. De
opgegeven tijden zijn slechts een
aanwijzing en kunnen variëren
naargelang van de samenstelling en
de hoeveelheid voedsel, alsook het
gewenste resultaat. Vis en vlees
krijgen een heerlijke smaak als ze voor
het grilleren worden besprenkeld met
plantaardige olie, kruiden en
specerijen en enkele uren blijven
marineren. Voeg het zout pas na het
grilleren toe.
Aanwijzingen
Worsten spatten niet uiteen als ze
vooraf met een vork worden doorprikt.
Als de helft van de tijd is verlopen,
houd de bereiding in het oog en keer
eventueel om of besprenkel met olie.
De grill is uitermate geschikt voor het
bereiden van dunne stukken vlees en
vis. Dunne stukken vlees hoeven maar
een keer te worden omgedraaid,
dikkere stukken verscheidene keren.
Bij vis wordt aangeraden beide
uiteinden samen te voegen, kop en
staart, en hem op het rooster te
leggen.
58
NEDERLANDS
Tabellen en suggesties – Magnetron + Grill
De magnetron + grill-functie is ideaal
om snel voedsel te koken en het
tegelijkertijd een bruin korstje te
geven. Bovendien kan u er ook
voedsel mee gratineren.
Gerecht
Gegratineerde
pasta
Gegratineerde
aardappelen
Lasagne
Gegratineerde
kwark
2 verse
kippenbouten (op
het rooster)
De magnetron en de grill
functioneren gelijktijdig. De
microgolven koken en de grill
braadt.
Hoeveelheid
(g)
Serviesgoed
Vermogen
Doorwarmti
Tijd (min.)
(Watt)
jd (min.)
500
Lage vorm
400
12-17
3-5
800
Lage vorm
600
20-22
3-5
ca. 800
Lage vorm
600
15-20
3-5
ca. 500
Lage vorm
400
18-20
3-5
200 elk
Lage vorm
400
10-15
3-5
Gevogelte
ca. 1000
400
35-40
3-5
Uiensoep
gratineren
2 kopjes
van 200
Hoge en brede
schaal of pot
Soepkommetjes
400
2-4
3-5
Controleer of het serviesgoed geschikt
is voor de magnetron alvorens het te
gebruiken. Gebruik alleen serviesgoed
dat geschikt is voor de magnetron.
Het serviesgoed dat voor de
combinatiefunctie wordt gebruikt dient
zowel voor de magnetron als voor de
grill geschikt te zijn. Zie hoofdstuk over
het soort serviesgoed!
Denk eraan dat de opgegeven
waarden slechts aanwijzingen zijn en
kunnen variëren naargelang van de
begintemperatuur, de vochtigheid en
het soort voedsel.
Als de tijd niet genoeg is om een bruin
korstje te krijgen, laat het voedsel nog
5 of 10 min. onder de grill staan.
Houd rekening met de doorwarmtijden
en keer de stukken gevogelte om.
Gebruik het draaiplateau bij de
bereiding tenzij anders staat
aangegeven.
De opgegeven waarden houden in dat
de binnenruimte koel is (het is niet
nodig voor te verwarmen).
www.aeg.com
59
11. AKKEN EN BRADEN
11.1.
Tabellen en suggesties
Magnetron / Koken
Voedsel
Vermogen
(Watt)
Temperatuur
C
Tijd
(min)
Doorwarmti
jd (min)
Chocolade/kersentaart
200
200
30
5-10
Kaastaart
met fruit
400
180
40-45
5-10
Appeltaart
200
185
40-45
5-10
Kaastaart met
streusel
400
180
40-50
5-10
Notencake
200
170
30-35
5-10
Tips om te braden
Draai de stukken vlees om als de
helft van de kooktijd is verlopen.
Laat als het gebraad klaar is nog
20 minuten rusten in de
uitgeschakelde en gesloten oven.
Zo wordt het vleessap beter
verdeeld. De temperatuur en de
bereidingstijd hangen af van het
soort voedsel en de hoeveelheid.
Als het gewicht van het gebraad
niet in de tabel staat aangeduid,
kies dan het aangeduide gewicht
dat er net onder ligt en verleng de
tijd.
Tips over het serviesgoed
Controleer of het serviesgoed in de
oven past. Warm serviesgoed van
Aanwijzingen
Draaiplateau, kleine
rooster,
Springvorm, Ø 28
cm
Draaiplateau, kleine
rooster,
Springvorm, Ø 28
cm
Draaiplateau, kleine
rooster,
Springvorm, Ø 28
cm
Draaiplateau, kleine
rooster,
Springvorm, Ø 26
cm
Draaiplateau,
Bakvorm met
opening in het
midden
glas dient op een droge
keukendoek te worden geplaatst.
Als zulk serviesgoed op een koud
of nat oppervlak wordt geplaatst,
kan het glas barsten en breken.
Gebruik pannenlappen of
ovenwanten om het serviesgoed uit
de oven te halen. Belangrijk
Gebruik in de Magnetron/Hete
lucht-stand altijd de kleine rooster.
Plaats de rooster op het
draaiplateau. De springvormen,
lage vormen of recipiënten dienen
altijd op de rooster te worden
geplaatst. Uitzondering: plaats de
bakvorm met opening in het
midden rechtstreeks op het
draaiplateau.
60
NEDERLANDS
11.2.
Koken
Tabellen en suggesties – Koken/ Hete lucht
Voedsel
Serviesgoed
Notencake
Bakvorm met opening in
het midden
Fruittaart
Springvorm Ø 28 cm
Engelse cake
Bakvorm met opening in
het midden
Zoute taarten
Ronde glazen bakvorm
Biscuitdeeg
Springvorm Ø 26 cm
Boomstronk
Ronde glazen bakvorm
Kersentaart
Ronde glazen bakvorm
Tips over de bakvormen
De meest gebruikte bakvormen zijn
de zwarte metalen vormen. Als u ook
de magnetron gebruikt, gebruik dan
bakvormen van glas, aardewerk of
kunststof. Deze dienen bestand te zijn
tegen temperaturen tot 250ºC. Als u
dit soort vormen gebruikt, wordt het
gebak minder krokant.De temperatuur
en bereiding van het gebak hangen af
van de hoeveelheid en de kwaliteit
van het deeg. Probeer eerst een
lagere temperatuur uit en stel de
volgende keer eventueel een hogere
temperatuur in. Een lagere
temperatuur laat toe gelijkmatiger te
bakken. Plaats de bakvorm steeds in
het midden van het (draai)plateau.
Bereidingssuggesties
Hoe te controleren of het gebak gaar
is Steek een tandenstoker in het
dikste gedeelte van het gebak. Als het
deeg niet aan de tandenstoker blijft
plakken, is het gebak klaar.
Het gebak is heel donker
Stel de volgende keer een lagere
temperatuur in en laat het gebak
langere tijd gaar worden
Het gebak is uitgedroogd
Maak met een tandenstoker kleine
gaatjes in het reeds gare gebak. Giet
Hoogte
Temperatuu
r
Tijd (Min.)
Draaiplateau
160
50-60
Draaiplateau,
kleine rooster
160
55-60
Draaiplateau
160
55-65
190-200
40-60
160
30-40
1
200
12-15
1
180-190
40-50
Draaiplateau,
kleine rooster
Draaiplateau,
kleine rooster
er daarna wat sap of sterke drank
over. Verhoog de volgende keer de
temperatuur met ongeveer 10º en
verkort de bereidingstijd.
Het gebak raakt niet los als het
wordt omgedraaid
Laat het gebak na de bereiding 5 à 10
minuten afkoelen, waardoor het
makkelijker uit de vorm loskomt. Als
het gebak dan nog niet loskomt, maak
de randen dan voorzichtig los met een
mes. Vet de bakvorm de volgende
keer beter in.
Tips om energie te besparen
Als u meer dan één gebak
klaarmaakt, is het aangeraden ze na
elkaar te bereiden. De oven is dan
nog warm, wat de bereidingstijd van
het tweede gebak inkort.
Gebruik bij voorkeur donkere,
geverfde of emaillen bakvormen, want
deze absorberen beter de warmte.
In het geval van langere
bereidingstijden, kan u de oven 10
minuten voor het einde uitzetten en zo
van de resterende warmte gebruik
maken om de bereiding te voltooien.
www.aeg.com
61
12. WAT VOOR SOORT SERVIESGOED KAN MEN
GEBRUIKEN?
12.1.
Magnetron-functie
Houd er bij de magnetron-functie
rekening mee dat de microgolven door
metalen oppervlakken worden
weerkaatst. Glas, porselein, aardewerk
en plastic laten microgolven door.
Daarom mag geen serviesgoed van
metaal of met metalen delen of
versieringen in de magnetron gebruikt
worden. Glas en aardewerk met
metalen delen of versieringen (bijv.
loodkristal) mogen niet gebruikt
worden.
Ideaal om in de magnetron te koken is
resistent glas, porselein of aardewerk
en hittebestendig plastic. Fijn en
breekbaar glas of porselein dienen
korte tijd gebruikt te worden om vooraf
bereid voedsel te ontdooien of op te
warmen.
Warm voedsel geeft warmte af aan de
schalen, die zeer heet kunnen worden.
Gebruik daarom altijd een pannenlap!
Het testen van serviesgoed
Plaats het servies in de oven
gedurende 20 seconden op de
hoogste vermogensstand van de
magnetron. Als dit hierna nog steeds
koud is of nauwelijks is opgewarmd, is
het geschikt. Warmt het echter op of
ontstaat er boogontlading, dan is het
niet geschikt.
Let op: Als magnetron wordt gebruikt,
moet u erop letten dat er geen
voorwerpen binnenin de oven zich
bevinden, zoals rekken en/of
grillplaten. Deze voorwerpen mogen
uitsluitend in de magnetron gebruikt
worden als men werkt met dat de grill
of oven functies.
12.2.
Grill + Hete lucht functie
Bij de Grill + Hete lucht functie dient
het serviesgoed tegen een
temperatuur van minstens 300°C
bestand te zijn.
Plastic serviesgoed is niet geschikt.
12.3.
Gecombineerde Functie
Bij de Gecombineerde Functie dient
het serviesgoed zowel voor de
magnetron als voor de grill geschikt te
zijn.
12.4. Aluminium bakjes en
aluminiumfolie
Kant-en-klare gerechten in aluminium
bakjes of aluminiumfolie mogen in de
oven worden geplaatst indien het
volgende in acht wordt genomen:
Houd rekening met de aanbevelingen
van de fabrikant op de verpakking.
Aluminium bakjes mogen niet hoger
zijn dan 3 cm of in contact komen met
de wanden van de binnenruimte
(minstens 3 cm afstand). Het
aluminium deksel dient te worden
verwijderd.
Plaats het aluminium bakje
rechtstreeks op het draaiplateau. Als u
het rooster gebruikt, plaats het bakje
dan op een porseleinen schotel. Plaats
het bakje nooit rechtstreeks op het
rooster!
De bereidingstijd is langer aangezien
de microgolven het voedsel alleen van
bovenaf binnendringen. In geval van
twijfel, gebruik alleen serviesgoed dat
geschikt is voor de magnetron.
Aluminiumfolie kan gebruikt worden
om microgolven te werkaatsen tijdens
het ontdooiproces. Delicaat voedsel
zoals gevogelte of gehakt vlees kan
tegen oververhitting worden
beschermd door de respectieve
uiteinden af te dekken.
Belangrijk: de aluminiumfolie mag niet
rechtstreeks in contact komen met de
wanden van de binnenruimte,
aangezien er boogontlading zou
kunnen ontstaan.
12.5. Deksels
Aangeraden wordt glazen of plastic
deksels te gebruiken of plastic folie,
aangezien op deze manier:
• Overvloedige verdamping wordt
tegengegaan (voornamelijk bij lange
bereidingstijden);
62
NEDERLANDS
• Het bereidingsproces sneller is;
• Het voedsel niet uitdroogt;
• Het aroma behouden blijft.
Het deksel moet voorzien zijn van
openingen zodat er geen druk
ontstaat. Plastic zakken dienen
eveneens openingen te hebben. Zowel
flessen als potjes met babyvoeding en
andere gelijkaardige potjes mogen
alleen zonder deksel worden
opgewarmd, aangezien ze anders uit
elkaar zouden kunnen spatten.
Tabel – Serviesgoed
Onderstaande tabel geeft een overzicht van welk serviesgoed geschikt is voor
elke situatie.
Ingestelde functie
Serviesgoed
Glas en porselein 1)
Huishoudelijk, niet vuurvast,
mag in de vaatwasser
Geglazuurd aardewerk
Vuurvast glas en porselein
Gres serviesgoed 2)
Geglazuurd of niet, zonder
metalen versieringen
Terracotta 2)
Geglazuurd
Ongeglazuurd
Plastic 2)
Hittebestendig tot 100°C
Hittebestendig tot 250°C
Plastic folie 3)
Plastic film voor
voedinsmiddelen
Cellofaan
Papier, karton, perkament 4)
Metaal
Aluminiumfolie
Aluminium verpakkingen 5)
Accessoires(Rechthoekig
rooster)
Magnetron
Grill + Hete
lucht functie
Gecombinee
rde Functie
ja
nee
nee
ja
ja
ja
ja
ja
ja
nee
nee
ja
nee
ja
nee
nee
nee
nee
nee
ja
ja
nee
ja
nee
nee
nee
nee
nee
ja
nee
ja
nee
nee
nee
nee
ja
nee
nee
nee
ja
nee
nee
nee
ja
nee
ja
ja
ja
nee
ja
nee
Ontdooien /
opwarmen
Koken
ja
1) Zonder gouden of zilveren rand en
zonder loodkristal.
2) Neem de aanwijzingen van de
fabrikant in acht!
3) Gebruik geen metalen knijpers om
de zakken te sluiten. Doorprik de
zakken. Gebruik de folies alleen
om af te dekken.
4) Gebruik geen papieren bordjes.
5) Alleen lage aluminium
verpakkingen en zonder deksel.
Het aluminium mag niet in contact
komen met de wanden van de
binnenruimte.
www.aeg.com
63
13. REINIGING EN ONDERHOUD VAN DE OVEN
Normaal gezien is het reinigen het
enige nodige onderhoud.
Opgelet! De magnetronoven dient
regelmatig te worden gereinigd en
alle etensresten dienen te worden
verwijderd. Indien de
magnetronoven niet naar behoren
wordt schoongemaakt, kan het
oppervlak ervan worden
beschadigd, wat de levensduur van
de oven kan inkorten en eventueel
tot gevaarlijke toestanden leiden.
Opgelet! Het reinigen dient te
gebeuren als de oven van het
elektriciteitsnet is losgekoppeld.
Trek de stekker uit het stopcontact
of schakel het elektriciteitscircuit
van de oven uit.
Gebruik geen bijtende of
schuurmiddelen, schuursponzen of
scherpe voorwerpen, aangezien
die vlekken en krassen kunnen
veroorzaken.
Gebruik geen hogedruk- of
stoomreinigers.
13.1.
Buitenkant
Het volstaat de oven met een vochtige
doek te reinigen. Als die heel vuil is,
kan u enkele druppels afwasmiddel
aan het water toevoegen. Wrijf de
oven daarna droog met een droge
doek.
Gebruik bij ovens met een aluminium
voorkant een zacht reinigingsmiddel
voor glas en een zachte doek die geen
draden loslaat. Reinig in horizontale
richting zonder druk uit te oefenen op
het oppervlak.
Verwijder onmiddellijk kalkaanslag en
vlekken veroorzaakt door vet, zetmeel
en eiwit. Deze vlekken kunnen
invreten. Vermijd dat er water in de
oven binnenkomt.
13.2.
Binnenkant
Reinig na elk gebruik de
binnenwanden met een vochtige doek,
aangezien het dan gemakkelijker is
spatjes en aangekoekt eten te
verwijderen.
Gebruik om hardnekkig vuil te
verwijderen een niet bijtend middel.
Gebruik geen ovensprays of andere
bijtende of schuurmiddelen.
Houd de deur en de voorkant van de
oven altijd schoon zodat een correcte
werking kan gegarandeerd worden.
Laat geen water in de
ventilatieopeningen komen.
Verwijder regelmatig het draaiplateau
en respectieve houder en reinig de
bodem van de binnenruimte, vooral als
er vocht is gemorst.
Schakel de oven niet aan zonder het
draaiplateau en de respectieve
houder.
Als de binnenkant zeer vuil is, plaats
een glas water op het draaiplateau en
zet de magnetron gedurende 2 of 3
minuten in de hoogste
vermogensstand. De vrijgekomen
waterdamp zal het vuil losweken, dat
nadien makkelijk met een zachte doek
kan worden verwijderd.
Onaangename geuren (bijv. na het
bereiden van vis) kunnen makkelijk
geneutraliseerd worden door een kop
water met enkele druppels citroensap,
en een theelepel om een laattijdig
kookproces te voorkomen, 2 à 3
minuten in de hoogste
vermogensstand van de magnetron te
verwarmen.
13.3. Bovenwand van de
oven
Als de bovenwand van de oven erg
vuil is, kan het grillelement naar
beneden worden geklapt om het
reinigen te vergemakkelijken.
Wacht tot het grillelement is afgekoeld
alvorens het naar beneden te klappen
om brandwonden te voorkomen. Ga
als volgt te werk:
Draai de steunhaak van de grill 90º (1).
Klap het grillelement voorzichtig naar
beneden (2). Forceer niets, want dat
zou schade kunnen veroorzaken.
Nadat u de bovenwand hebt
schoongemaakt, plaats het
64
NEDERLANDS
grillelement weer op zijn plaats (2) en
draai de haak weer terug.
BELANGRIJKE WAARSCHUWING:
de houder van het
verwarmingselement van de grill (1)
kan vallen tijdens het kantelen. Als dit
gebeurt, plaatst u de houder van het
grillverwarmingselement (1) in de
inkeping in de bovenkant en draait u
hem 90° in verhouding tot de positie
van de houder van het
grillverwarmingselement (2).
Het mica plaatje (3) in de bovenwand
dient altijd goed schoongehouden te
worden. Opgehoopte etensresten op
het plaatje kunnen schade of vonken
veroorzaken.
Gebruik geen bijtende
reinigingsmiddelen of scherpe
voorwerpen.
Verwijder het mica plaatje niet om alle
risico’s te vermijden.
Het glazen omhulsel van het lampje
(4) bevindt zich in de bovenwand van
de oven en kan makkelijk worden
verwijderd voor reiniging. Schroef het
los en reinig het met water en
afwasmiddel.
Accessoires
Reinig de accessoires na elk gebruik.
Als deze erg vuil zijn, laat ze eerst
weken en gebruik vervolgens een
borstel en een spons. De accessoires
kunnen in de vaatwasser worden
gewassen.
Controleer of het draaiplateau en
respectieve houder altijd schoon zijn.
Schakel de oven niet aan zonder het
draaiplateau en de respectieve
houder.
14. WAT TE DOEN BIJ STORINGEN?
OPGELET! Alle reparaties dienen
door vakmensen te worden
uitgevoerd. Alle reparaties
uitgevoerd door personen die niet
door de fabrikant worden erkend
kunnen gevaarlijk zijn.
De volgenden storingen kunnen
worden verholpen zonder contact op te
nemen met de Technische Dienst.
• Het display staat uit! Controleer of:
− De uuraanduiding werd
uitgeschakeld (zie hoofdstuk over
basisregelingen).
− Er gebeurt niets als men op de
toetsen drukt! Controleer of:
− De veiligheidsblokkering
ingeschakeld is (zie hoofdstuk over
basisregelingen).
• De oven werkt niet! Controleer of:
− De stekker goed in het stopcontact
zit.
− Het voedingscircuit van de oven
aan staat.
− De deur goed dicht is. De deur
moet met een klik dichtgaan.
− Er een voorwerp tussen de deur en
de voorkant van de binnenruimte
zit.
• Er klinken vreemde geluiden als de
oven aan staat! Controleer of:
− Er boogontlading ontstaat in de
oven door metalen voorwerpen (zie
hoofdstuk over het soort
serviesgoed).
www.aeg.com 65
− Het servies in contact komt met de
ovenwanden.
− Er losse spiesen of lepels in de
oven liggen.
• Het voedsel warmt niet of heel traag
op! Controleer of:
− U misschien per ongeluk metalen
serviesgoed hebt gebruikt.
− De juiste bereidingstijd en
vermogensstand hebt gekozen.
− U een grotere hoeveelheid voedsel
of voedsel dat kouder is dan
normaal in de oven hebt geplaatst.
• Het voedsel is te warm, uitgedroogd
of aangebrand! Controleer of :
u de juiste bereidingstijd en
vermogensstand hebt gekozen.
• Er is een geluid hoorbaar als het
bereidingsproces is geëindigd!
Dat is geen probleem. De
koelventilator werkt gedurende enige
tijd voort. Als de temperatuur
voldoende is gedaald, zal de ventilator
uitschakelen.
• De oven werkt maar het lampje
binnenin niet!
Als alle functies normaal werken is het
lampje mogelijk gesprongen. U kan het
apparaat gewoon verdergebruiken.
14.1.
Het lampje vervangen
Ga om het lampje te vervangen als
volgt te werk:
1. Sluit de oven van het
elektriciteitsnet af. Trek de stekker
uit het stopcontact of verbreek de
stroomtoevoer naar de oven.
2. Schroef het glazen omhulsel (1)
van het lampje los.
3. Verwijder het halogeen lampje (2).
Opgelet! Het lampje kan zeer heet
zijn.
4. Plaats een nieuw halogeen lampje
van G4/12V/10-20W. Opgelet!
Raak het oppervlak van het lampje
niet rechtstreeks met de vingers
aan want dat zou het lampje
kunnen beschadigen. Volg de
instructies van de fabrikant van het
lampje op.
5. Schroef het glazen omhulsel vast
(1).
6. Sluit de oven weer op het
elektriciteitsnet aan.
66
NEDERLANDS
15. TECHNISCHE GEGEVENS
15.1.
Symbool
Functiebeschrijving
Functie
Vermogensstanden
Magnetron
200
400
Magnetron
600
800
1000
Grill
Magnetron
+ Grill
Convectie
Magnetron +
Convectie
Grill met
ventilator
Voedsel
Langzaam ontdooien van delicaat voedsel; warm
houden
Koken met weinig hitte; rijst opstoven
Snel ontdooien
Boter smelten
Babyvoeding opwarmen
Groente en voedsel koken
Zorgvuldig koken en opwarmen
Kleine hoeveelheden opwarmen en koken
Delicaat voedsel opwarmen
Snel vloeistoffen en vooraf bereid voedsel koken
en opwarmen
---
Voedsel grilleren
200
Toast gratineren
400
Vlees en gevogelte grilleren
600
Pastei en gegratineerde gerechten bereiden
--200 600 W
---
Voedsel braden en cake bakken
Vlees braden en stoven, Gevogelte braden,
Andere snelle gebraden gerechten
Kleine stukken vis of vlees grilleren
Gevogelte grilleren
Aardappelen – diepgevroren producten ontdooien
en bruineren
www.aeg.com 67
15.2.
Specificatie
SpanningAC
Vereistvermogen
Vermogen grill
Vermogen magnetron.
Microgolffrequentie
Afmetingen ommanteling (b×h×d)
Afmetingen binnenruimte (b×h×d)
Inhoud oven
Gewicht
(zie typeplaatje)
3400 W
1500 W
1000 W
2450 MHz
595 × 455 × 542 mm
420 × 210 × 390 mm
32 l
35 kg
16. MILIEUOVERWEGINGEN
Recycle de materialen met het
Gooi apparaten gemarkeerd met het
symbool
. Gooi de verpakking in
een geschikte verzamelcontainer om
het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten.
symbool
niet weg met het
huishoudelijk afval. Breng het product
naar het milieustation bij u in de buurt
of neem contact op met de gemeente.
17. L'INSTALLATION / INSTALLATIE
mín.40
mín.5
560-568
558
mín.460
520
455
446
22
450
mín.580
595
22
100
558
560-568
mín. 450
mín.550
455
446
450
595
22
mín.550
600
FR
• Introduisez le four dans le
meuble jusqu'à ce que l'avant
du four butte sur le bois et
alignez-le.
• Ouvrez la porte du four et fixez
ce dernier aux parois latérales
du meuble au moyen des 4 vis
fournies, par les trous prévus à
cet effet.
NL
• Plaats de oven in het
meubelstuk zodat het frame het
meubelstuk raakt en hij recht is
uitgelijnd.
• Open de ovendeur en zet de
oven vast aan de zijwanden
van het meubelstuk met behulp
van de 4 bijgeleverde
schroeven, via de 4 gaten in
het frame van de oven.