AEG KMK861000M Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

USER
MANUAL
NL Gebruiksaanwijzing
Oven
KME861000M
KMK861000M
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE.........................................................................................2
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................................5
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT........................................................................8
4. HET APPARAAT GEBRUIKEN.....................................................................................9
5. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT....................10
6. DAGELIJKS GEBRUIK................................................................................................10
7. MAGNETRONSTAND...............................................................................................15
8. KLOKFUNCTIES.........................................................................................................18
9. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES........................................................................... 19
10. EXTRA FUNCTIES....................................................................................................20
11. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 20
12. ONDERHOUD EN REINIGING...............................................................................40
13. PROBLEEMOPLOSSING.........................................................................................41
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht
niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
www.aeg.com
2
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt
door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat
is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging,
dan dient dit geactiveerd te worden.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de
werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden
gehouden.
1.2
Algemene veiligheid
Alleen een erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U
dient op te passen dat u de verwarmingselementen
niet aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de
buurt of onder permanent toezicht.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of
kookgerei te plaatsen of verwijderen.
NEDERLANDS
3
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook
verricht, de stekker van het apparaat uit het
stopcontact trekken.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat
u de lamp vervangt om elektrische schokken te
voorkomen.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon
te maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of
scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon
te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het
oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
te voorkomen.
Schakel het apparaat niet in als het leeg is. Metalen
delen in de ovenruimte kunnen elektrische vonken
veroorzaken.
Tijdens bereiding in de magnetron zijn geen metalen
voedselbakjes en drinkbekers toegestaan. Deze
vereiste is niet van toepassing als de fabrikant heeft
aangegeven dat het formaat en de vorm van het
metalen voorwerp geschikt is voor bereiding in de
magnetron.
Als de deur, scharnieren/handgrepen of
deurafdichtingen zijn beschadigd, mag het apparaat
niet worden gebruikt tot hij is gerepareerd door een
vakkundig persoon.
Alleen een vakkundig persoon kan onderhouds- of
reparatiewerkzaamheden uitvoeren waarvoor de
afdekking moet worden verwijderd die beschermd
tegen blootstelling aan magnetronenergie.
Verwarm geen vloeistoffen of andere levensmiddelen
in afgesloten houders. Deze kunnen dan ontploffen.
Gebruik alleen hulpstukken die geschikt zijn voor
gebruik in de magnetron.
www.aeg.com
4
Let bij het opwarmen van voedsel in plastic of
papieren houders op het apparaat vanwege de
mogelijkheid tot zelfontbranding.
Het apparaat is bedoeld voor het opwarmen van
voedsel en dranken. Het drogen van levensmiddelen
of kleding en het opwarmen van warmhoudpads,
slippers, sponzen, vochtige doekjes en dergelijke kan
leiden tot letsel, zelfontbranding of brand.
Als rook wordt waargenomen, zet dan het apparaat uit
of trek de stekker uit het stopcontact en houd de deur
gesloten om vlammen te doven.
Het in de magnetron opwarmen van dranken kan
ertoe leiden dat het langer duurt voordat het
kookpunt wordt bereikt. Pas op als u de houder uit de
magnetron haalt.
De inhoud van melkflesjes en potjes babyvoeding
moet worden geroerd of geschud en de temperatuur
moet voor consumptie worden gecontroleerd om
brandwonden te voorkomen.
Eieren in de schaal en hele hardgekookte eieren
mogen niet in het apparaat worden opgewarmd
omdat ze dan kunnen ontploffen, zelfs nadat de
magnetronverwarming is beëindigd.
Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en
voedselresten dienen te worden verwijderd.
Het niet schoonhouden van het apparaat kan leiden
tot beschadigingen aan het oppervlak hetgeen weer
een negatief effect kan hebben op de levensduur van
het apparaat wat weer kan leiden tot een gevaarlijke
situatie.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
Wees altijd voorzichtig bij het
verplaatsen van het apparaat omdat
het zwaar is. Gebruik altijd
NEDERLANDS 5
veiligheidshandschoenen en gesloten
schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de
handgreep van zijn plaats.
Houd de minimumafstand naar
andere apparaten en units in acht.
Zorg ervoor dat het apparaat onder
en naast veilige installaties wordt
geïnstalleerd.
De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van
dezelfde hoogte.
Het apparaat is uitgerust met een
elektrisch koelsysteem. Het heeft
elektrische stroom nodig.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd
elektromonteur worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
Gebruik altijd een correct ge?
stalleerd, schokbestendig
stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking
komen met de deur van het apparaat,
met name niet als deze heet is.
De schokbescherming van delen
onder stroom en geïsoleerde delen
moet op zo'n manier worden
bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op
een losse stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
Gebruik alleen de juiste isolatie-
apparaten: stroomonderbrekers,
zekeringen (schroefzekeringen
moeten uit de houder worden
verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor
het apparaat volledig van het lichtnet
afgesloten kan worden. Het
isolatieapparaat moet een
contactopening hebben met een
minimale breedte van 3 mm.
Dit apparaat voldoet aan de EU-
richtlijnen.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden, elektrische
schokken of een explosie.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk gebruik.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen niet geblokkeerd
zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik
niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na
gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van
de deur van het apparaat als het
apparaat aan staat. Er kan hete lucht
ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte
handen of als het contact maakt met
water.
Oefen geen kracht uit op een
geopende deur.
Het apparaat mag niet worden
gebruikt als werkblad of aanrecht.
Open de deur van het apparaat
voorzichtig. Als u alcoholische
toevoegingen gebruikt, kan er
alcohol-luchtmengsel ontstaan.
www.aeg.com
6
Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten
of gerechten die vochtig zijn gemaakt
met ontvlambare producten in, bij of
op het apparaat.
De magnetronfunctie mag niet
worden gebruikt om de oven voor te
verwarmen.
WAARSCHUWING!
Risico op schade aan het
apparaat.
Om schade of verkleuring van het
email te voorkomen:
leg geen aluminiumfolie op de
bodem van de ruimte in het
apparaat.
plaats geen water direct in het
hete apparaat.
haal vochthoudende schotels en
eten uit het apparaat als u klaar
bent met koken.
wees voorzichtig bij het
verwijderen of bevestigen van
accessoires.
Verkleuring van het email of roestvrij
staal is niet van invloed op de werking
van het apparaat.
Gebruik een diepe pan voor vochtige
taarten. Fruitsappen kunnen
permanente vlekken maken.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
om mee te koken. Het mag niet
worden gebruikt voor andere
doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
Alle bereidingen moeten worden
uitgevoerd met gesloten ovendeur.
Als het apparaat achter een
meubelpaneel gemonteerd is (bijv.
een deur), zorg er dan voor dat de
deur nooit gesloten is als het
apparaat in werking is. Warmte en
vocht kunnen achter een gesloten
meubelpaneel ophopen en schade
aan het apparaat, de behuizing of de
vloer veroorzaken. Sluit het
meubelpaneel niet tot het apparaat
volledig afgekoeld is na gebruik.
2.4 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, brand en
schade aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is
afgekoeld. Er bestaat een risico dat
de glasplaten kunnen breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen
als deze beschadigd zijn. Neem
contact op met een erkend
servicecentrum.
Zorg ervoor dat de ovenruimte en de
deur na elk gebruik worden
afgeveegd. Stoom geproduceerd
tijdens de werking van het apparaat
condenseert op de wanden en kan
roest veroorzaken.
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het
oppervlak achteruitgaat.
Vet en voedsel dat in het apparaat
achterblijft kan brand en een
vlamboog veroorzaken als de
magnetronfunctie in werking wordt
gezet.
Reinig het apparaat met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
Raadpleeg, als u een ovenspray
gebruikt, eerst de aanwijzingen op de
verpakking.
Reinig niet het katalytisch email
(indien van toepassing) met een
schoonmaakmiddel.
2.5 Binnenverlichting
De gloeilampen of halogeenlampen
in dit apparaat zijn uitsluitend
bedoeld voor gebruik in
huishoudelijke apparaten. Gebruik
deze niet voor andere doeleinden.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken!
NEDERLANDS 7
Voordat u het lampje vervangt, dient
u de stekker van het apparaat uit het
stopcontact te halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
2.6 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het
apparaat af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om
te voorkomen dat kinderen of
huisdieren binnen in het apparaat vast
komen te zitten.
2.7 Servicedienst
Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat.
Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Algemeen overzicht
1 2
8
4
3
1
2
3
6
4
5
7
1
Bedieningspaneel
2
Elektronische tijdschakelklok
3
Verwarmingselement
4
Magnetrongenerator
5
Lampje
6
Ventilator
7
Verwijderbare inschuifrail
8
Roosterhoogtes
3.2 Accessoires
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Grill-/braadpan
www.aeg.com8
Voor braden en roosteren of als pan om
vet op te vangen
4. HET APPARAAT GEBRUIKEN
4.1 Bedieningspaneel
1 2 3 4 5 6
Functie Opmerking
1
Aan / Uit Apparaat in- en uitschakelen.
2
Display Toont de huidige instellingen van het apparaat.
3
Draaiknop
Om de instellingen te wijzigen en door het menu te navigeren.
Druk op om het apparaat aan te zetten.
Hou de draaiknop vast om het instellingenscherm aan te zet-
ten.
Hou de draaiknop vast en draai eraan om door het menu te
navigeren.
Hou de draaiknop vast en druk erop om een instelling te be-
vestigen of in het gekozen submenu te gaan.
Om naar het vorige menu terug te gaan, vindt u de optie Te-
rug in de menulijst of bevestigt u een geselecteerde instelling.
4
Magnetronfunc-
tie
Magnetron snelle start (1000 W; 30 sec.). Ook te gebruiken als
het apparaat is uitgeschakeld.
5
Om de geselecteerde functie in te schakelen.
6
Om de geselecteerde functie uit te schakelen.
4.2 Display
Na aan te gaan, toont het display de
laatst geselecteerde
verwarmingsfunctiemodus.
150°C
14:05
Het display met ingestelde maximaal
aantal functies.
Options
Menu
25min
1m 20s600W
170°C
1h 15m
A B C D E F G
NEDERLANDS 9
A. Vermogen magnetron
B. Herinnering
C. Timer naar boven
D. Verwarmfunctie en temperatuur
E. Opties of tijdstip van de dag
F. Duur of eindtijd van een functie
G. Menu
5. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
5.1 Eerste reiniging
Verwijder all accessoires en
verwijderbare inschuifrails uit het
apparaat.
Zie het hoofdstuk
'Onderhoud en reiniging'.
Reinig het apparaat en de accessoires
voor het eerste gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare
inschuifrails terug in de beginstand.
5.2 Eerste aansluiting
Bij de eerste aansluiting zal de
softwareversie gedurende 7 seconden
verschijnen.
U dient de taal, de Helderheid Display en
de Tijdstip van de dag in te stellen.
6. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 Verwarmingsfuncties
De verwarmingsfuncties in- en
uitschakelen.
1. Oven inschakelen.
2. Hou de draaiknop vast.
De laatst gebruikte functie wordt
onderstreept.
3. Druk op de draaiknop om het
submenu in te gaan en draai eraan
om de verwarmingsfunctie te
selecteren.
4. Druk op de draaiknop om te
bevestigen.
5. Stel de temperatuur in en bevestig.
6. Druk op
. Sommige functies
bevatten een volgorde van pop-
upmenu´s Druk op de draaiknop om
naar de volgende pop-upmenu te
gaan. Na de laatste bevestiging
begint de functie.
Druk op om een functie uit te
schakelen.
De verlichting kan tijdens
sommige ovenfuncties
automatisch uitschakelen als
de temperatuur onder de 60
°C komt.
Verwarmingsfuncties: Speciaal
Verwarmingsfunctie Applicatie
Lage Temperatuur Ga-
ren
Voor het bereiden van mals en sappig braadvlees.
www.aeg.com10
Verwarmingsfunctie Applicatie
Warm houden Om het voedsel warm te houden.
Borden Warmen Om borden voor het serveren op te warmen.
Inmaken Voor de inmaak van groenten zoals augurken.
Drying Voor het drogen van gesneden fruit (zoals appels,
pruimen, perziken) en groenten (zoals tomaten,
courgette of champignons).
Deeg Laten Rijzen Voor het beheerst laten rijzen van deeg voordat
het wordt gebakken.
Brood bakken Gebruik deze functie voor brood en broodjes met
een heel goed bijna professioneel resultaat qua
krokantheid, kleur en bruine korst.
Gratineren Voor maaltijden als lasagne of aardappelgratin.
Ook om te gratineren en te bruineren.
Verwarmingsfuncties: Standaard
Verwarmingsfunctie Applicatie
Multi Hetelucht Om op 2 rekstanden te bakken en tegelijk voed-
sel te drogen.Stel de temperatuur 20 - 40°C lager
in dan voor de functie: Boven + Onderwarmte.
Multi hetelucht + onder-
warmte
Om gerechten op één niveau te bakken met in-
tensief bruineren en een krokantere korst. Stel de
temperatuur 20 - 40°C lager in dan voor de func-
tie: Boven + Onderwarmte.
Boven + Onderwarmte
(Boven-/Onderwarmte)
Voor het bakken en braden op een ovenniveau.
Onderwarmte + grill +
hete lucht
Om kant-en-klaar-gerechten zoals patat, aardap-
pelpartjes of loempia's krokant te maken.
Grillen Om plat voedsel te grillen en brood te roosteren.
Grill + ventilator Voor het braden van grotere stukken vlees of ge-
vogelte met botten op één niveau. Ook om te
gratineren en te bruinen.
NEDERLANDS 11
Verwarmingsfunctie Applicatie
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een knapperige
bodem en het inmaken van voedsel.
Verwarmingsfuncties: Magnetron
Verwarmingsfunctie Applicatie
Magnetron Magnetronverwarming op middellaag vermogen
(100 - 600 W). Creëert de warmte direct in het
eten. Voor verwarmen van bereide gerechten.
Voor bereiding van groenten en vis.
Verwarm de oven niet voor.
Magnetronmax. Magnetronverwarming op hoog vermogen (700 -
1000 W). Creëert de warmte direct in het eten.
Om dranken en soepen op te warmen.
Verwarm de oven niet voor.
Multi Hetelucht + magn. Creëert de warmte direct in het eten. Functie met
magnetron-boost.
Voor het bakken op een ovenniveau. Verwarm de
oven niet voor.
Boven- en onderwarmte
+ magn.
Creëert de warmte direct in het eten. Functie met
magnetron-boost.
Voor het bakken en braden op een ovenniveau.
Verwarm de oven niet voor.
Grill + magn. Creëert de warmte direct in het eten. Functie met
magnetron-boost.
Om plat voedsel te grillen en brood te roosteren.
Verwarm de oven niet voor.
Grill + hete lucht +
magn.
Creëert de warmte direct in het eten. Functie met
magnetron-boost.
Voor het braden van grotere stukken vlees of ge-
vogelte met botten op één niveau. Ook om te
gratineren en te bruinen.
Verwarm de oven niet voor.
Ontdooien Creëert de warmte direct in het eten. Functie met
magnetron-boost. Voor het ontdooien van vlees,
fruit en groenten.
Verwarm de oven niet voor.
www.aeg.com12
6.2 Menu - overzicht
Options
Menu
170°C
Menu
Menu-item Applicatie
Kook- En Bakassistent Bestaat uit een lijst met automatische programma's.
Basis Instellingen Wordt gebruikt voor het instellen van de apparaatcon-
figuratie.
Submenu voor: Basis Instellingen
Submenu Beschrijving
Veiligheid van kinderen Als het Kinderslot aanstaat, kan de oven niet per onge-
luk worden geactiveerd. U kunt deze functie via het ba-
sisinstellingenmenu activeren en deactiveren. Als het
eenmaal is geactiveerd, verschijnt kinderslot op het dis-
play als u probeert het apparaat aan te zetten. Om de
oven te gebruiken, kiest u de codeletters met de draai-
knop in de volgende volgorde: A B C.
Snel Opwarmen Om de opwarmtijd te verlagen als standaard. Let op
dat dit maar beschikbaar is op een aantal van de ver-
warmingsfuncties.
Heat+Hold Houdt het bereide voedsel warm gedurende 30 minu-
ten nadat de bereiding voltooid is. Druk op de draai-
knop als u het eerder uit wilt schakelen. Als deze functie
actief is, verschijnt het bericht "Warmhouden gestart"
op het display.
Verleng Tijd Verlengen van de vooraf bepaalde bereidingstijd.
Instelling Instellen van de ovenconfiguraties.
Service Toont de softwareversie en -configuratie.
Submenu voor: Instelling
Submenu Beschrijving
Taal Stelt de taal voor het display in.
Tijd en datum Stelt de huidige tijd en datum in.
NEDERLANDS 13
Submenu Beschrijving
Toetstonen Schakelt de toon van de aanraakvelden aan en uit. Het
geluid van AAN/UIT en STOPPEN kan niet worden uit-
geschakeld.
Alarm-/fouttoon Schakelt de alarmtoon in en uit.
Geluidsvolume Pas het volume van de druktonen en signalen stapsge-
wijs aan.
Helderheid Display Pas de helderheid van het display in stappen aan.
Submenu voor: Service
Submenu Beschrijving
Demofunctie Activerings-/deactiveringscode: 2468
Licenties tonen Informatie over licenties.
Softwareversie tonen Informatie over softwareversie.
Fabrieksinstellingen Informatie over fabrieksinstellingen.
6.3 Opties
Options
Menu
170°C
Opties Beschrijving
Timerinstellingen Bestaat uit een lijst met klokfuncties.
Snel Opwarmen Voor verlaging van de opwarmtijd in de ver-
warmingsfunctie die momenteel werkt.
Aan / Uit
Set + Go Instellen van een functie en later inschake-
len. Als dit eenmaal is ingesteld, verschijnt
het bericht "Set&Go actief" op het display.
Druk op start om het aan te zetten. Als deze
functie actief is, verdwijnt het bericht van
het display en gaat de oven in werking. Let
op dat dit maar beschikbaar is op een aan-
tal van de verwarmingsfuncties.
Binnenverlichting Aan / Uit
www.aeg.com14
7. MAGNETRONSTAND
7.1 Magnetron
Algemeen:
LET OP!
Stel het apparaat nooit in
werking als er zich geen
voedsel in bevindt.
Laat het voedsel na het uitschakelen
van het apparaat enkele minuten
rusten. Zie de
magnetronbereidingstabellen:
rusttijd.
Verwijder de verpakking van
aluminiumfolie, metalen bakjes, enz.
voordat u het voedsel bereidt.
Het wordt niet aanbevolen in de
magnetronstand meer dan een niveau
te gebruiken.
Leg het voedsel op een bord en zet
het indien niet anders aangegeven op
de bodem van de ruimte.
Roer, indien mogelijk, altijd het
voedsel door voor het opdienen.
Bakken:
Kook het eten zo mogelijk bedekt
met materiaal dat geschikt is voor
gebruik in de magnetron. Bereid
voedsel slechts zonder het te
bedekken als u een korst wilt
behouden.
Zorg dat u de gerechten niet te lang
kookt, door het vermogen en de tijd
te hoog in te stellen. Het voedsel kan
uitdrogen, verbranden of op
sommige plekken hard worden.
Gebruik het apparaat niet om eieren
in hun schaal en slakken te bereiden,
omdat ze kunnen barsten. Bij
gebakken eieren, moet u het eigeel
eerst doorprikken.
Prik eten met 'vel' of 'schil', zoals
aardappelen, tomaten, worstjes, een
paar keer met een vork in voordat u
het in de magnetron plaatst, zodat
het eten niet barst.
Voor gekoeld of bevroren eten is een
langere bereidingstijd nodig.
Gerechten met saus moeten van tijd
tot tijd worden geroerd.
Draai grotere stukken halverwege de
bereidingstijd om.
Snij groenten zo mogelijk in stukjes
van gelijke grootte.
Gebruik platte, brede schalen of
borden.
Gebruik geen kookgerei gemaakt van
porselein, keramisch materiaal of
aardewerk met kleine gaatjes, bijv. op
handgrepen. Er kan vocht in de
openingen komen, waardoor het
kookgerei bij verhitting kan barsten.
Vlees, gevogelte, vis ontdooien:
Plaats het bevroren, uitgepakte
voedsel op een klein omgekeerd
bord met een bakje eronder of op
een ontdooirek of plastic zeef, zodat
de dooivloeistof kan weglopen.
Draai het voedsel halverwege de
ontdooitijd om. Verdeel de stukken zo
mogelijk opnieuw en verwijder de
stukken die al zijn ontdooid.
Boter, gebakjes, kwark ontdooien:
Ontdooi nooit volledig in het
apparaat, maar laat geheel ontdooien
bij kamertemperatuur. Dit geeft een
meer gelijkmatig resultaat. Verwijder
metalen of aluminium verpakking of
onderdelen volledig voordat u begint
te ontdooien.
Fruit, groenten ontdooien:
Als fruit en groenten rauw moeten
blijven, ontdooi ze niet in het
apparaat maar laat ze geheel
ontdooien bij kamertemperatuur.
U kunt een hoger
magnetronvermogen gebruiken om
fruit en groenten te bereiden zonder
ze eerst te ontdooien.
Kant-en-klaarmaaltijden:
Kant-en-klaarmaaltijden in metalen
verpakking of plastic bakjes met
metalen afdekking mogen alleen in
de magnetron worden ontdooid of
verwarmd, als ze speciaal zijn
voorbestemd voor gebruik in de
magnetron.
U moet de op de verpakking
afgedrukte instructies van de fabrikant
opvolgen (bijv. metalen afdekking
verwijderen en plastic folie
doorprikken).
NEDERLANDS
15
7.2 Geschikt kookgerei en materialen
Materiaal van de pannen
Ovenbestendig glas en porselein
zonder metalen onderdelen, bijv.
hittebestendig glas
Niet-ovenbestendig glas en porse-
lein
1)
X X
Glas en glaskeramiek van ovenbe-
stendig / diepvriesbestendig ma-
teriaal
Keramisch
2)
, aardewerk
2)
X
Hittebestendig plastic tot 200 °C
3)
X
Karton, papier X X
Huishoudfolie X X
Bakpapier met magnetronveilige
afdichting
3)
X
Ovenschotels gemaakt van metaal,
d.w.z. emaille, gietijzer
X X X
Bakvormen, zwarte lak of siliconen-
laag
3)
X X X
Bakplaat X X X
Bakrooster X X
Kookgerei voor magnetronge-
bruik, bijv. pan voor knapperige
gerechten
X X
Kant-en-klare maaltijden in de ver-
pakking
3)
1)
Zonder zilveren, gouden, platinum of metalen laag/versieringen
2)
Zonder quartz of metalen onderdelen, of glas dat metalen bevat
3)
U dient de instructies van de fabrikant over de maximum temperaturen na te leven
www.aeg.com16
7.3 Tips voor de magnetron
Resultaat Oplossing
U kunt de gegevens over de hoeveel-
heid voedselbereiding niet vinden.
Vind details voor gelijkaardige soorten voedsel.
Verhoog of verlaag de bereidingstijd aan de
hand van deze richtlijn: verdubbel de hoeveel-
heid - ca. verdubbeling van de bereidingstijd, hal-
veer de hoeveelheid - halveer de tijd.
Het voedsel is na bereiding te droog. Stel een kortere bereidingstijd in of selecteer een
lagere magnetronstand en bedek het voedsel
met een geschikt materiaal voor gebruik in een
magnetron.
Het eten is nog steeds niet ontdooid,
heet of gekookt nadat de bereidings-
tijd is verstreken.
Stel een langere bereidingstijd in of selecteer een
hoger magnetronvermogen. Denk eraan dat voor
grotere gerechten er een langere bereidingstijd
nodig is. Roer het voedsel om tijdens de berei-
ding.
Als de bereidingstijd is verstreken, is
het eten aan de rand verbrand, maar
in het midden nog steeds niet gaar.
Kies de volgende keer een lager vermogen en
een langere bereidingstijd. Roer vloeistoffen hal-
verwege de bereidingstijd even door, bijv. soe-
pen.
Overige zaken om rekening mee te
houden...
Voedsel heeft verschillende vormen
en eigenschappen. Het wordt bereid
in verschillende hoeveelheden. Om
deze reden kan de benodigde tijd en
het vermogen voor ontdooien,
verwarmen of bereiden variëren. Als
grove richtlijn: dubbele hoeveelheid
- ca. dubbele bereidingstijd.
De magnetron creëert de warmte
direct in het voedsel. Daarom kunnen
niet alle plaatsen tegelijkertijd worden
verwarmd. U dient de verwarmde
schotels te roeren en draaien, in het
bijzonder bij grotere hoeveelheden
voedsel.
De rusttijd wordt in de tabellen
gegeven. Laat het eten rusten, in het
apparaat of erbuiten, zodat de
warmte gelijkmatiger wordt verdeeld.
Pas het vermogen aan naargelang de
hoeveelheid voedsel. Een hoog
vermogen kan een kleine hoeveelheid
voedsel doen aanbranden of vonken
opwekken als u de accessoires
gebruikt.
U krijgt betere resultaten met rijst als
u een platte, brede schaal gebruikt.
7.4 Voorbeelden van
kooktoepassingen voor de
instellingen van het vermogen
De gegevens in de volgende tabel
dienen slechts als richtlijn.
Vermogeninstelling Toepassing
1000 Watt
900 Watt
800 Watt
700 Watt
Verwarmen van vloeistof
Dichtschroeien aan het begin van het kookproces
Koken van groenten
Smelten van gelatine en boter
NEDERLANDS 17
Vermogeninstelling Toepassing
600 Watt
500 Watt
Ontdooien en verwarmen van bevroren maaltijden
Een maaltijd op een bord verwarmen
Stoofpot sudderen
Eiergerechten koken
400 Watt
300 Watt
200 Watt
Maaltijden door laten koken
Delicaat voedsel koken
Babyvoeding verwarmen
Rijst laten sudderen
Delicaat voedsel verwarmen
Kaas smelten
100 Watt Vlees, vis en brood ontdooien
Kaas, room en boter ontdooien
Fruit en cake ontdooien (gebak)
Gistdeeg laten rijzen
Koude gerechten en drankjes verwarmen
8. KLOKFUNCTIES
8.1 Timerinstellingen
Klokfunctie Applicatie
Timer naar boven Houdt automatisch in de gaten hoe lang de
functie werkt. De zichtbaarheid van de Timer
naar boven kan aan en uit worden gescha-
keld.
Programmaduur
De duur van een programma instellen.
1)
Eindtijd Om de uitschakeltijd van een verwarmfunctie
in te stellen. Deze optie is alleen beschikbaar
als de Programmaduur is ingesteld. Gebruik
de functies Programmaduur en Eindtijd tege-
lijkertijd om het apparaat op een later inge-
steld tijdstip automatisch aan en uit te scha-
kelen.
1)
Deze functie is niet beschikbaar als de mag-
netron werkzaam is.
www.aeg.com18
Klokfunctie Applicatie
Herinnering
Om een afteltijd in te stellen.
1)
Deze functie heeft geen invloed op de werk-
ing van het apparaat.
Kies en stel de tijd in. Wanneer de tijd is
verstreken, klinkt er een geluidssignaal. Druk
op de draaiknop om het signaal te onderbre-
ken.
De Herinnering kan ook worden gebruikt als
het apparaat is uitgeschakeld.
1)
Maximaal 23 uur 59 min
9. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
9.1 De accessoires plaatsen
Gebruik uitsluitend geschikt kookgerei
en materiaal.
WAARSCHUWING!
Zie hoofdstuk
"magnetronmodus".
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de
geleidestangen van de roostersteun en
zorg ervoor dat de pootjes omlaag staan.
Bakplaat / Diepe pan:
Schuif de bakplaat / diepe pan tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
Bakrooster en bakplaat / diepe pan
samen:
Plaats de bakplaat / diepe pan tussen de
geleiders van de inschuifrails en het
bakrooster op de geleiders erboven.
Kleine inkepingen bovenaan
verhogen de veiligheid.
Deze inkepingen zorgen er
ook voor dat ze niet
omkantelen. De hoge rand
rond het rooster voorkomt
dat het kookgerei van het
rooster afglijdt.
NEDERLANDS 19
10. EXTRA FUNCTIES
10.1 Automatische
uitschakeling
Om veiligheidsredenen schakelt het
apparaat na bepaalde tijd automatisch
uit als er een ovenfunctie in werking is en
u geen instellingen wijzigt.
Temperatuur (°C) Uitschakeltijd (u)
30 - 115 12.5
120 - 195 8.5
200 - 230 5.5
De Automatische
uitschakeling werkt niet met
de functies:
Binnenverlichting,
Programmaduur, Eindtijd.
10.2 Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat
koel te houden. Na het uitschakelen van
het apparaat kan de ventilatie doorgaan
totdat het apparaat is afgekoeld.
11. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
De temperaturen en
baktijden in de tabellen zijn
slechts als richtlijn bedoeld.
Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en
de hoeveelheid van de
gebruikte ingrediënten.
11.1 Nuttige tips voor speciale
opwarmfuncties van de oven
Warm houden
Gebruik deze functie om voedsel warm
te houden.
De temperatuur wordt automatisch
ingesteld op 80°C.
Borden Warmen
Voor het verwarmen van borden en
schalen.
Verdeel de borden en schalen
gelijkmatig over het ovenrek. Verplaats
de stapels halverwege de
verwarmingstijd (boven- en onderkant
omwisselen).
De automatische temperatuur is 70 °C.
Aanbevolen rekstand: 3.
Deeg Laten Rijzen
U kunt deze automatische functie
gebruiken voor elk gistdeeg. Het zorgt
voor de juiste atmosfeer om het te laten
rijzen. Plaats het deeg in een kom die
groot genoeg is voor het gerezen deeg
en bedek de kom met een natte
keukenhanddoek of plastic folie Plaats
een bakrooster op niveau één en schuif
de schaal erin. Sluit de deur en stel de
functie in op deeg rijzen. Deeg Laten
Rijzen. Stel de benodigde tijd in.
11.2 Bakken
Uw oven kan anders bakken of
roosteren dan het apparaat dat u tot
nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale
instellingen zoals temperatuur,
gaartijd en ovenniveau aan de
tabelwaarden aan.
Gebruik de eerste keer de laagste
temperatuur.
Als u voor een speciaal recept de
instelling niet kunt vinden, zoek dan
naar een soortgelijk recept.
Bij het bereiden van cake op
meerdere niveaus kan de baktijd ca.
10 - 15 minuten langer zijn.
Als de cake niet overal even hoog is,
wordt de cake in het begin van het
bakproces niet overal even bruin.
www.aeg.com
20
Verander in dit geval de
temperatuurinstelling niet. De
verschillen verminderen tijdens het
bakproces.
Tijdens het bakken kunnen bakplaten
in de oven vervormen. Wanneer de
bakplaten afkoelen, verdwijnt de
vervorming.
11.3 Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de cake is
niet voldoende gebruind.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere
rekstand.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De oventemperatuur is te
hoog.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur lager in.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
Te korte baktijd. Baktijd verlengen. U kunt de
baktijd niet verlagen door
een hogere temperatuur in
te stellen.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
Er zit te veel vloeistof in het
mengsel.
Minder vocht gebruiken. Let
op de kneedtijden, vooral bij
het gebruik van keukenma-
chines.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur hoger in.
De cake is te droog. Te lange baktijd. De volgende keer dat u een
cake bakt, gebruikt u een
kortere baktijd.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
De baktemperatuur lager in-
stellen en de baktijd verlen-
gen.
De cake wordt ongelijkmatig
bruin.
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld.
Verdeel het deeg gelijkma-
tig over de bakplaat.
De cake wordt niet gaar bin-
nen de aangegeven baktijd.
De oventemperatuur is te
laag.
De volgende keer dat u een
cake bakt, stelt u de baktem-
peratuur een beetje hoger
in.
11.4 Bakken op 1 ovenniveau
Bakken in een bakblik
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Tulband of brioche Multi Hetelucht 150 - 160 50 - 70 2
NEDERLANDS 21
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Moskovisch gebak/
vruchtencake
Multi Hetelucht 140 - 160 70 - 90 2
Sponge cake / Cake,
zacht
Multi Hetelucht 140 - 150 35 - 50 2
Sponge cake / Cake,
zacht
Boven + On-
derwarmte
160 35 - 50 2
Taartbodem van zand-
taartdeeg
1)
Multi Hetelucht 170 - 180 10 - 25 2
Taartbodem - zacht ca-
kedeeg
Multi Hetelucht 150 - 170 20 - 25 2
Apple pie / Appeltaart
(2 vormen Ø 20 cm, dia-
gonaal geplaatst)
Multi Hetelucht 160 70 - 90 2
Apple pie / Appeltaart
(2 vormen Ø 20 cm, dia-
gonaal geplaatst)
Boven + On-
derwarmte
180 70 - 90 1
Kwarktaart, bakplaat
2)
Boven + On-
derwarmte
160 - 170 60 - 90 1
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
Gebak op bakplaat
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Vlechtbrood/broodkrans Boven + On-
derwarmte
170 - 190 30 - 40 2
Kerststol
1)
Boven + On-
derwarmte
160 - 180 50 - 70 2
Brood (roggebrood)
1)
Boven + On-
derwarmte
2
eerst 230 20
vervolgens 160 - 180 30 - 60
Roomsoezen / Eclairs
1)
Boven + On-
derwarmte
190 - 210 20 - 35 2
Biscuitrol
1)
Boven + On-
derwarmte
180 - 200 10 - 20 2
Kruimeltaart (droog) Multi Hetelucht 150 - 160 20 - 40 3
www.aeg.com22
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Boter-/Suikerkoek
1)
Boven + On-
derwarmte
190 - 210 20 - 30 2
Vruchtentaart (bereid
met gistdeeg/spons-
deeg)
2)
Multi Hetelucht 150 - 160 35 - 55 3
Vruchtentaart (bereid
met gistdeeg/spons-
deeg)
2)
Boven + On-
derwarmte
170 35 - 55 1
Vruchtentaart met krui-
meldeeg
Multi Hetelucht 160 - 170 40 - 80 3
Plaatkoek met kwetsba-
re garnering (bijvoor-
beeld kwark, room, pud-
dingvulling)
1)
Boven + On-
derwarmte
160 - 180 40 - 80 2
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
Koekjes
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Zandkoekjes Multi Hetelucht 150 - 160 10 - 20 3
Short bread / Zandtaart-
deeg/ Deegreepjes
Multi Hetelucht 140 20 - 35 3
Short bread / Zandtaart-
deeg/ Deegreepjes
1)
Boven + On-
derwarmte
160 20 - 30 2
Koekjes gemaakt van
roerdeeg
Multi Hetelucht 150 - 160 15 - 20 2
Eiwitgebak, schuimge-
bak
Multi Hetelucht 80 - 100 120 - 150 1
Bitterkoekjes Multi Hetelucht 100 - 120 30 - 50 3
Koekjes gemaakt van
gistdeeg
Multi Hetelucht 150 - 160 20 - 40 3
Klein bladerdeegge-
bak
1)
Multi Hetelucht 170 - 180 20 - 30 3
Broodjes
1)
Boven + On-
derwarmte
190 - 210 10 - 25 2
NEDERLANDS 23
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Small cakes Kleine ca-
kes
1)
Multi Hetelucht 160 20 - 35 3
Small cakes Kleine ca-
kes
1)
Boven + On-
derwarmte
170 20 - 35 2
1)
Oven voorverwarmen.
11.5 Ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gerecht Functie Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
Pastaschotel Boven + Onder-
warmte
180 - 200 45 - 60 1
Lasagne Boven + Onder-
warmte
180 - 200 25 - 40 1
Groentegratin
1)
Grill + ventilator 210 - 230 10 - 20 1
Stokbroden be-
dekt met ge-
smolten kaas
Multi Hetelucht 160 - 170 15 - 30 1
Zoete ovenscho-
tels
Boven + Onder-
warmte
180 - 200 40 - 60 1
Visschotels Boven + Onder-
warmte
180 - 200 30 - 60 1
Gevulde groen-
te
Multi Hetelucht 160 - 170 30 - 60 1
1)
Oven voorverwarmen.
11.6 Bakken op meerdere
niveaus
Gebruik de functie: Multi Hetelucht.
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Roomsoezen / Eclairs
1)
160 - 180 25 - 45 1 / 3
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 1 / 3
1)
Oven voorverwarmen.
www.aeg.com24
Klein gebak/cakejes/gebak/broodjes
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Rooster-
hoogte
Zandkoekjes 150 - 160 20 - 40 1 / 3
Short bread / Zand-
taartdeeg/ Deegreep-
jes
140 25 - 45 1 / 3
Koekjes gemaakt van
roerdeeg
160 - 170 25 - 40 1 / 3
Eiwitgebak, schuimge-
bak
80 - 100 130 - 170 1 / 3
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 1 / 3
Koekjes gemaakt van
gistdeeg
160 - 170 30 - 60 1 / 3
11.7 Lage Temperatuur Garen
Gebruik deze functie voor het bereiden
van zachte, magere stukken vlees en vis.
Deze functie is niet geschikt voor
suddervlees of een vet varkensbraadstuk.
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
In de eerste 10 minuten kunt u een
oventemperatuur instellen tussen 80°C
en 150°C. De standaard is 90°C. Nadat
de temperatuur is ingesteld, blijft de
oven werken bij 80°C. Gebruik de
automatische lage temperatuur garen
niet voor gevogelte.
Altijd zonder deksel garen
als u gebruik maakt van de
functie.
1. Braad het vlees aan in een pan op de
kookplaat op een zeer hoge stand
gedurende 1 - 2 minuten aan elke
kant.
2. Plaats het vlees samen met de hete
braadpan in de oven op het
bakrooster.
3. Selecteer de functie: Lage
Temperatuur Garen.
Gerecht Gewicht (kg) Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Biefstuk 1 - 1.5 150 120 - 150 1
Runderbiefstuk 1 - 1.5 150 90 - 110 1
Geroosterd kalfsvlees 1 - 1.5 150 120 - 150 1
Steak 0.2 - 0.3 120 20 - 40 1
NEDERLANDS 25
11.8 Multi hetelucht + onderwarmte
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza (dunne korst)
1)
200 - 230 15 - 20 3
Pizza (met veel garne-
ring)
2)
180 - 200 20 - 30 3
Taarten 180 - 200 40 - 55 3
Spinazietaart 160 - 180 45 - 60 3
Quiche Lorraine (hartige
taart)
170 - 190 45 - 55 3
Zwitserse flan 170 - 190 45 - 55 3
Kwarktaart 140 - 160 60 - 90 3
Appeltaart, bedekt 150 - 170 50 - 60 3
Groentetaart 160 - 180 50 - 60 3
Ongedesemd brood
1)
230 10 - 20 3
Bladerdeegtaart
1)
160 - 180 45 - 55 3
Flammekuchen
1)
230 12 - 20 3
Piroggen (Russische vari-
ant op calzone)
1)
180 - 200 15 - 25 3
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Gebruik de braadpan.
11.9 Roosteren
Gebruik voor het roosteren
hittebestendige ovenschalen. Zie de
instructies van de fabrikant van de
ovenschalen.
Grote braadstukken kunt u direct in
de diepe braadpan roosteren (indien
aanwezig) of op een rooster boven de
braadpan.
Schenk wat vloeistof in de braadpan
om te voorkomen dat de vleessappen
of het vet op het oppervlak
inbranden.
Alle soorten vlees die een korst
moeten krijgen, kunt u in de
braadschaal zonder deksel braden.
Indien nodig het braadstuk na 1/2 -
2/3 van de gaartijd keren.
Om het vlees sappiger te houden:
braad mager vlees in een
braadpan met deksel of gebruik
een braadzak.
rooster vlees en vis in stukken die
minimaal 1 kg wegen.
besprenkel grote braadstukken
en gevogelte diverse keren
tijdens het braden met het eigen
vleessap.
www.aeg.com26
11.10 Tabel braadstukken
Rundsvlees
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Stoofvlees Boven +
Onder-
warmte
1 - 1.5 200 230 60 - 80 1
Varkensrug
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Schouder-
stuk, nek-
stuk, ham-
lap
Grill +
ventila-
tor
1 - 1.5 200 160 - 180 50 - 70 1
Gehakt-
brood
Grill +
ventila-
tor
0.75 - 1 200 160 - 170 35 - 50 1
Varkens-
schenkel
(voorge-
kookt)
Grill +
ventila-
tor
0.75 - 1 200 150 - 170 60 - 75 1
Kalfsvlees
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Geroo-
sterd kalfs-
vlees
Grill +
ventila-
tor
1 200 160 - 180 50 - 70 1
Kalfs-
schenkel
Grill +
ventila-
tor
1.5 - 2 200 160 - 180 75 - 100 1
Lamsvlees
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Lamsbout,
geroosterd
lamsvlees
Grill +
ventila-
tor
1 - 1.5 200 150 - 170 50 - 70 1
NEDERLANDS 27
Gevogelte
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Stukken
gevogelte
Grill +
ventila-
tor
0,2 - 0,25
elk
200 200 - 220 20 - 35 1
Halve kip Grill +
ventila-
tor
0,4 - 0,5
elk
200 190 - 210 25 - 40 1
Kip, haan-
tje
Grill +
ventila-
tor
1 - 1.5 200 190 - 210 30 - 45 1
Eend Grill +
ventila-
tor
1.5 - 2 200 180 - 200 45 - 65 1
Vis (gestoomd)
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Hele vis Boven
+ On-
der-
warmte
1 - 1.5 200 210 - 220 30 - 45 1
Gerechten
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Zoete ge-
rechten
Multi
Hete-
lucht
- 200 160 - 180 20 - 35 1
Gekruide
gerechten
met ge-
kookte in-
grediënten
(noodles,
groente)
Multi
Hete-
lucht
- 400 - 600 160 - 180 20 - 45 1
www.aeg.com28
Gerecht Functie Gewicht
(kg)
Vermo-
gen
(Watt)
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Rooster-
hoogte
Gekruide
gerechten
met rauwe
ingrediën-
ten (aard-
appelen,
groente)
Multi
Hete-
lucht
- 400 - 600 160 - 180 30 - 45 2
11.11 Grillen
Grill alltijd met de maximale
temperatuurinstelling.
Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te
vangen op de eerste rekstand.
Alleen platte stukken vlees of vis
grillen.
Lege oven met grilfuncties altijd 5
minuten voorverwarmen.
LET OP!
Tijdens het grillen moet de
ovendeur altijd gesloten zijn.
Grillen
Gerecht Temperatuur
(°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
1e kant 2e kant
Biefstuk, medi-
um
210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Runderfilet, me-
dium
230 20 - 30 20 - 30 1
Varkensrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Kalfsrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 1
Lamsrug 210 - 230 25 - 35 20 - 35 1
Hele vis, 500 -
1000 g
210 - 230 15 - 30 15 - 30 1
11.12 Bevroren gerechten
Haal het voedsel uit de verpakking.
Doe het voedsel op een bord.
Gebruik voor het afdekken geen
borden of schotels. Hierdoor kan de
ontdooitijd worden verlengd.
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren 200 - 220 15 - 25 3
American pizza, bevro-
ren
190 - 210 20 - 25 3
NEDERLANDS 29
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, gekoeld 210 - 230 13 - 25 3
Pizza snacks, bevroren 180 - 200 15 - 30 3
Patat, dun
1)
210 - 230 20 - 30 3
Patat, dik
1)
210 - 230 25 - 35 3
Aardappelpartjes / -
kroketjes
1)
210 - 230 20 - 35 3
Rösties 210 - 230 20 - 30 3
Lasagne/Cannelloni,
vers
170 - 190 35 - 45 2
Lasagne / Cannelloni,
bevroren
160 - 180 40 - 60 2
Kippenvleugels 190 - 210 20 - 30 3
1)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
Tabel voor diepvries- en kant-en-klaargerechten
Gerecht Functie Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren
1)
Boven + Onder-
warmte
volgens
aanwijzin-
gen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
Patates frites
2)
(300 - 600 g)
Boven + Onder-
warmte of Grill +
ventilator
200 - 220 volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
Baguettes
3)
Boven + Onder-
warmte
volgens
aanwijzin-
gen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
Vruchtencake Boven + Onder-
warmte
volgens
aanwijzin-
gen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
2
1)
Oven voorverwarmen.
2)
Tussen het bakken door 2 tot 3 keer keren.
3)
Oven voorverwarmen.
11.13 Ontdooien
Haal het gerecht uit de verpakking en
plaats het op een bord.
Gebruik het eerste roosterniveau
vanaf de bodem.
Bedek het bord niet met een kom of
ander bord, aangezien het ontdooien
hierdoor langer kan duren.
www.aeg.com30
Gerecht Gewicht Ontdooitijd
(min.)
Nadooitijd
(min)
Opmerkingen
Kip 1 kg 100 - 140 20 - 30 Kip op een omgedraaid schoteltje
in een groot bord leggen. Halver-
wege de bereidingstijd omdraai-
en.
Vlees 1 kg 100 - 140 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
draaien.
Vlees 500 g 90 - 120 20 - 30 Halverwege de bereidingstijd om-
draaien.
Forel 150 g 25 - 35 10 - 15 -
Aardbei-
en
300 g 30 - 40 10 - 20 -
Boter 250 g 30 - 40 10 - 15 -
Room 2 x 200 g 80 - 100 10 - 15 Klop de nog licht bevroren slag-
room.
Gebak 1,4 kg 60 60 -
11.14 Inmaken
Gebruik alleen weckpotten van
dezelfde afmetingen.
Gebruik geen weckpotten met een
draai- of bajonetsluiting en metalen
bakken.
Gebruik het eerste rooster van de
bodem van deze functie.
Zet niet meer dan zes wekflessen van
1 liter op het bakrooster.
Vul de glazen potten gelijkmatig en
sluit ze af met een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet
raken.
Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat,
zodat er voldoende vocht in de oven
ontstaat.
Als de vloeistof in de weckpotten
begint te borrelen (na ca. 35 - 60
minuten bij weckpotten van 1 liter),
stop de oven of verlaag de
temperatuur tot 100 °C (raadpleeg de
tabel).
Zachte vruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Aardbeien / bosbes-
sen / frambozen / rij-
pe kruisbessen
160 - 170 35 - 45 -
NEDERLANDS 31
Steenvruchten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Peren / kweeperen /
pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
Gerecht Temperatuur (°C) Inmaken/wecken
tot het parelen be-
gint (min)
Door blijven koken
op 100 °C (min.)
Wortelen
1)
160 - 170 50 - 60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde augur-
ken
160 - 170 50 - 60 5 - 10
Koolrabi / erwten /
asperges
160 - 170 50 - 60 15 - 20
1)
Na uitschakeling in de oven laten staan.
11.15 Drying
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (u) Roosterhoogte
Bonen 60 - 70 6 - 8 3
Paprika's 60 - 70 5 - 6 3
Soepgroenten 60 - 70 5 - 6 3
Paddenstoelen 50 - 60 6 - 8 3
Kruiden 40 - 50 2 - 3 3
Pruimen 60 - 70 8 - 10 3
Abrikozen 60 - 70 8 - 10 3
Schijfjes appel 60 - 70 6 - 8 3
Peren 60 - 70 6 - 9 3
11.16 Brood bakken
Voorverwarmen wordt niet aanbevolen.
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Witbrood 180 - 200 40 - 60 2
Baguette 200 - 220 35 - 45 2
www.aeg.com32
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Brioche 160 - 180 40 - 60 2
Ciabatta 200 - 220 35 - 45 2
Roggebrood 180 - 200 50 - 70 2
Bruin brood 180 - 200 50 - 70 2
Volkoren brood 170 - 190 60 - 90 2
11.17 Bereiding met
magnetron
Zet indien niet anders
aangegeven het voedsel op
de bodemplaat in de ruimte
op een bord of in een
magnetronschaal.
Vlees ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Hele stukken
vlees
200 0.5 10 - 12 10 - 15 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Steak 200 0.2 3 - 5 5 - 10 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien, ont-
dooide delen
verwijderen.
Half-om-half
gehakt
200 0.5 10 - 15 10 - 15 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien, ont-
dooide delen
verwijderen.
Goulash 200 0.5 10 - 15 10 - 15 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien, ont-
dooide delen
verwijderen.
NEDERLANDS 33
Gevogelte ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Kip 200 1 25 - 30 10 - 20 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien, ont-
dooide delen
met alumini-
umfolie be-
dekken.
Kippenborst 200 0.1 - 0.2 3 - 5 10 - 15 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien, ont-
dooide delen
met alumini-
umfolie be-
dekken.
Kippenbou-
tjes
200 0.1 - 0.2 3 - 5 10 - 15 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien, ont-
dooide delen
met alumini-
umfolie be-
dekken.
eend 200 2 45 - 60 20 - 30 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien, ont-
dooide delen
met alumini-
umfolie be-
dekken.
Vis ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Hele Vis 100 0.5 10 - 15 15 - 20 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Visfilets 100 0.5 10 - 12 15 - 20 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
www.aeg.com34
Worstjes ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Gesneden
worst
100 0.1 2 - 4 20 - 40 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Zuivelproducten ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Kwark 100 0.25 10 - 15 25 - 30 Aluminium-
delen verwij-
deren, hal-
verwege de
bereidings-
tijd omdraai-
en.
Boter 100 0.25 3 - 5 15 - 20 Aluminium-
delen verwij-
deren, hal-
verwege de
bereidings-
tijd omdraai-
en.
Kaas 100 0.25 3 - 5 30 - 60 Aluminium-
delen verwij-
deren, hal-
verwege de
bereidings-
tijd omdraai-
en.
Room 100 0.2 7 - 12 20 - 30 Aluminium
deksel verwij-
deren, hal-
verwege de
bereidings-
tijd roeren.
Taart/koekjes ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Gistdeeg 100 1 stuk 2 - 3 15 - 20 Bord halver-
wege de be-
reidingstijd
omdraaien.
NEDERLANDS 35
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Kwarktaart 100 1 stuk 2 - 4 15 - 20 Bord halver-
wege de be-
reidingstijd
omdraaien.
Cake (gebak) 100 1 stuk 1 - 2 15 - 20 Bord halver-
wege de be-
reidingstijd
omdraaien.
Droge cake 100 1 stuk 2 - 4 15 - 20 Bord halver-
wege de be-
reidingstijd
omdraaien.
Vruchtencake 100 1 stuk 1 - 2 15 - 20 Bord halver-
wege de be-
reidingstijd
omdraaien.
Brood 100 1 kg 15 - 20 10 - 15 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Gesneden
brood
100 0,5 kg 8 - 12 10 - 15 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Broodjes 100 4 broodjes 5 - 8 5 - 10 Halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Fruit ontdooien
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Aardbeien 100 0.3 8 - 12 10 - 15 Bedekt ont-
dooien, hal-
verwege de
bereidings-
tijd roeren.
Pruimen, ker-
sen, frambo-
zen, bramen,
abrikozen
100 0.25 8 - 10 10 - 15 Bedekt ont-
dooien, hal-
verwege de
bereidings-
tijd roeren.
www.aeg.com36
Koken/smelten
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht (kg) Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Chocolade /
chocolade-
laagje
600 0.15 2 - 3 - Halverwege
de berei-
dingstijd roe-
ren.
Boter 200 0.1 2 - 4 - Halverwege
de berei-
dingstijd roe-
ren.
Ontdooien, verwarmen
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Babyvoeding
in potjes
300 0,2 kg 2 - 3 - Halverwege
de berei-
dingstijd roe-
ren. Contro-
leer de tem-
peratuur.
Babymelk
(fles, 180 ml)
1000 0,2 kg 0:20 - 0:40 - Lepel in de
fles steken,
roeren en
temperatuur
controleren.
Kant-en-
klaargerecht
600 0,4 – 0,5 kg 14 - 20 5 Aluminium
afdekking
verwijderen,
halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Bevroren
kant-en-
klaarmaaltij-
den
400 0,4 – 0,5 kg 4 - 6 5 Aluminium
afdekking
verwijderen,
halverwege
de berei-
dingstijd om-
draaien.
Melk 1000 1 kopje, on-
geveer 200
ml
1:15 - 1:45 - Lepel in het
bakje doen.
Water 1000 1 kopje, on-
geveer 200
ml
1:30 - 2 - Lepel in het
bakje doen.
NEDERLANDS 37
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Saus 600 200 ml 1 - 2 - Halverwege
de berei-
dingstijd roe-
ren.
Soep 600 300 ml 2 - 4 - Halverwege
de berei-
dingstijd roe-
ren.
Meer
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Hele vis 500 0,5 kg 8 - 10 - Afgedekt ko-
ken, het bak-
je tijdens het
bereiden
meerdere
malen om-
draaien.
Visfilets 500 0,5 kg 6 - 8 - Afgedekt ko-
ken, het bak-
je tijdens het
bereiden
meerdere
malen om-
draaien.
Groenten
met een kor-
te berei-
dingstijd,
vers
1)
600 0,5 kg 12 - 16 - Ongeveer 50
ml water toe-
voegen, af-
gedekt berei-
den, halver-
wege de be-
reidingstijd
roeren.
Groenten
met een kor-
te berei-
dingstijd, be-
vroren
1)
600 0,5 kg 14 - 18 - Ongeveer 50
ml water toe-
voegen, af-
gedekt berei-
den, halver-
wege de be-
reidingstijd
roeren.
www.aeg.com38
Gerecht Vermogen
(Watt)
Gewicht Tijd (min) Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Groenten
met een lan-
ge berei-
dingstijd,
vers
1)
600 0,5 kg 14 - 20 - Ongeveer 50
ml water toe-
voegen, af-
gedekt berei-
den, halver-
wege de be-
reidingstijd
roeren.
Groenten
met een lan-
ge berei-
dingstijd, be-
vroren
1)
600 0,5 kg 18 - 24 - Ongeveer 50
ml water toe-
voegen, af-
gedekt berei-
den, halver-
wege de be-
reidingstijd
roeren.
Aardappelen
in de schil
1000 0,8 kg + 600
ml
5 - 7 300 W / 15-
20
Bedekt berei-
den, halver-
wege de be-
reidingstijd
roeren.
Rijst 1000 0,3 kg + 600
ml
4 - 6 - Bedekt berei-
den, halver-
wege de be-
reidingstijd
roeren.
Popcorn 1000 - 3 - 4 - Doe de pop-
corn op een
bord op het
laagste ni-
veau.
1)
Alle groenten afgedekt in de container koken.
NEDERLANDS 39
Combimagnetronfuncties
Gerecht Functie Ver-
mo-
gen
(Wat
t)
Tem-
pera-
tuur
(°C)
Tijd
(min
)
Roos-
ter-
hoog-
te
Rusttijd
(min)
Opmerkin-
gen
Aardappel-
gratin (1,1
kg)
Multi Hetelucht +
magn.
400 180 40 1 2-5 Draai het
gerecht hal-
verwege de
bereidings-
tijd om.
Cake (0,7
kg)
Boven- en onder-
warmte + magn.
100 190 25 2 5 Draai het
gerecht hal-
verwege de
bereidings-
tijd om.
Geroosterd
varkens-
vlees (1,5
kg)
Multi Hetelucht +
magn.
200 180 90 1 2-5 Draai het
gerecht hal-
verwege de
bereidings-
tijd om.
12. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
12.1 Opmerkingen over
schoonmaken
Maak de voorkant van het apparaat
schoon met een zachte doek en een
warm sopje.
Gebruik voor metalen oppervlakken
een specifiek reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van het
apparaat na elk gebruik. Vetophoping
of andere voedingsresten kunnen
brand veroorzaken. Het gevaar is
groter voor de grillpan.
Verwijder voedselresten en vetten
voorzichtig van de bovenkant van de
ovenruimte.
Verwijder hardnekkig vuil met een
speciale ovenreiniger.
Reinig alle accessoires na elk gebruik
en laat ze drogen. Gebruik een zachte
doek met een warm sopje en een
reinigingsmiddel.
Toebehoren met antiaanbaklaag
mogen niet worden schoongemaakt
met een agressief reinigingsmiddel,
voorwerpen met scherpe randen of
een afwasautomaat. Dit kan de
antiaanbaklaag beschadigen.
Droog de oven als de ovenruimte nat
is na gebruik.
12.2 Het lampje vervangen
Leg een doek op de bodem van de
binnenkant van het apparaat. Dit
voorkomt schade aan het afdekglas en
de ovenruimte.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrocutie!
Maak de zekering los
voordat u de lamp vervangt.
De lamp en het afdekglas
kunnen heet zijn.
www.aeg.com40
LET OP!
Houd de halogeenlamp
altijd met een doek vast om
te voorkomen dat er
vetrestjes op de ovenlamp
verbranden.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder de zekeringen in de
zekeringenkast, of schakel de
stroomonderbreker uit.
Het bovenste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300°C hittebestendige lamp.
4. Plaats het afdekglas terug.
13. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
13.1 Wat moet u doen als…
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
U kunt de oven niet inscha-
kelen of bedienen.
De oven is niet aangesloten
op een stopcontact of is niet
goed geïnstalleerd.
Controleer of de oven goed
is aangesloten op het stop-
contact (zie het aansluitdia-
gram indien beschikbaar).
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellin-
gen correct zijn.
De oven wordt niet warm. De automatische uitschake-
ling is actief.
Raadpleeg 'Automatisch uit-
schakelen'.
De oven wordt niet warm. De deur is niet goed geslo-
ten.
Sluit de deur volledig.
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgesla-
gen.
Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa-
teur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Het display geeft aan de
Taal in te stellen
Er heeft een stroomonder-
breking van langer dan 3 da-
gen plaatsgehad.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Voor eerste ingebruikname'.
NEDERLANDS 41
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
Het display toont een fout-
code die niet in deze tabel
staat.
Er is een elektrische fout. Schakel de oven uit via
de huiszekering of de vei-
ligheidsschakelaar in de
zekeringkast en schakel
deze weer in.
Neem contact op met de
klantenservice wanneer
de foutcode opnieuw
wordt weergegeven.
Stoom en condens slaan
neer op de gerechten en in
de ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in
de oven gestaan.
Laat gerechten na het berei-
den niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
Het display geeft aan de
Taal in te stellen.
De demofunctie is ingescha-
keld.
Schakel Demofunctie in Me-
nu uit: Basis Instellingen: De-
mofunctie.
Activerings-/deactiverings-
code: 2468.
13.2 Onderhoudgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper of de serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Het typeplaatje bevindt zich voor aan de
binnenkant van het apparaat. Verwijder
het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
14. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
*
www.aeg.com
42
NEDERLANDS 43
www.aeg.com/shop
867300597-A-082017
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

AEG KMK861000M Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor