Aeg-Electrolux 46514G-M Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

073700740 GEBRUIKSAANWIJZING
GASKOOKPLAAT
THERMOKOPPEL
BEVEILIGING
Inhoud
Waarschuwingen en Adviezen 2
Over deze gebruiksaanwijzing 3
Aanwijzingen voor de gebruiker 3-4
Onderhoud 4
Technische kenmerken 5
Waarschuwingen voor de Installateur 5-6
Aanpassing voor verschillende gassoorten 7
Inbouw 9
Inbouwmogelijkheden 10
Garantievoorwaarden 12
Over deze gebruiksanwijzing
Onderstaande symbolen vindt u in de tekst, zij hebben de
volgende betekenis:
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Aanwijzingen m.b.t. het gebruik
Adviezen en tips
Informatie m.b.t. het milieu
Het apparaat is geproduceerd in
overeenstemming met de volgende
EEG- richtlijnen:
73/23 - 90/683 - 89/336 - 90/396 - 93/68
en de daarbij behorende besluiten.
Aanwijzingen voor de gebruiker
Bedieningsknoppen
De bedieningsknoppen van de branders hebben de
volgende standen:
gesloten - uit
maximale gastoevoer
minimale gastoevoer
Het aansteken van de branders
Ontsteek altijd de brander voordat u er een
pan opzet.
Druk de knop van de te gebruiken brander
geheel in en zet hem op de grote stand door
deze naar links te draaien. De vlambeveiliging
voorkomt, dat het gas blijft doorstromen, als de
vlam uitwaait of uitgaat door een storing in het
gasnet. Zet vervolgens de knop in de gewenste
stand.
Voor modellen met thermokoppel (afb. 1-D):
Houd de knop nog 5 seconden geheel
ingedrukt. Dat is nodig om de vlambeveiliging
(afb.1 -D) in te schakelen. De vlambeveiliging
voorkomt, dat het gas blijft doorstromen, als de
vlam uitwaait of uitgaat door een storing in het
gasnet. Zet vervolgens de knop in de gewenste
stand.
3
Mocht na verschillende pogingen de brander
niet aan gaan, controleer dan of de vlamverdeler
en de branderdeksel (afb. 1 - A/B) goed op hun
plaats liggen.
Om de brander uit te zetten draait u de knop naar rechts
op de UIT
stand.
Zet altijd eerst de brander op de uitstand
voordat u de pan van het gas neemt.
Afb.1
Optimaal rendement
Voor en optimaal rendement moet de diameter van de
pan eengepast zijn aan de brander, zodat de vlammen
niet langs de zijkant uitslaan. Wij adviseren ook om de
vlam lager te zetten zodra het kookpunt bereikt is.
Wees voorzichtig bij het bakken met olie of
andere vetten (zoals bij het frituren).
Olie en vet ontbranden gemakkelijk bij
oververhitting.
Tabel van de minimale en maximale diameters van
de pannen
Brander minimale maximale
diameter diameter
TC brander 160 mm. 260 mm.
Sterkbrander 160 mm. 240 mm.
Normaalbrander 120 mm. 220 mm.
Kleinbrander 80 mm. 160 mm.
Onderhoud
Voordat u de kookplaat gaat reinigen moet
eerst de stroomtoevoer van de
vonkontsteking worden afgesloten.
Voor het reinigen van de emaille delen mag nooit een
agressief middel gebruikt worden. Maak een sopje van
warm water met een afwasmiddel.
Maak zeer regelmatig de branders schoon, verwijder
voedselresten, maak de branderring en deksel goed
droog met een zacht doekje, voordat u ze weer op hun
plaats zet.
De pannendragers zijn goed bestand tegen een
afwasmiddel.
Gebruik voor het verwijderen van lastige vlekken nooit
een pannenspons van staalwol.
Vonkontsteking
De vonkontsteking, bestaand uit een elektrode gevat in
een keramisch omhulsel, moet vrij worden gehouden
van voedselresten en vocht, omdat anders de ontsteking
niet functioneert (afb. 1 - C).
Controleer of de branderringpoorten schoon zijn.
De roosters van de kookplaat
De kookplaten kunnen voorzien zijn van roestvrij stalen
roosters (zie afb. 2),
De roosters kunnen van de kookplaat verwijderd
worden, zodat ze beter schoongemaakt kunnen worden.
Til de roosters op van de plaat.
De roosters en de dekplaatjes
van chroom
De roosters en de dekplaatjes van chroom kunnen
elkaar door het gebruik afdekken. Dit is een volstrekt
normaal en onvermijdbaar verschijnsel, maar brengt de
functionaliteit van de kookplaat geenszins in gevaar
.
Op verzoek zijn er, bij uw dealer of onze Technische
Dienst geëmailleerde roosters en dekplaatjes
verkrijgbaar,
afb.2
Periodiek Onderhoud
Laat af en toe door een installateur of ELECTROLUX
SERVICE controleren of de gasslang en/of
gasaansluiting nog in goede staat verkeren. Ook is het
voor een goede en veilige werking noodzakelijk om de
gasregelkranen regelmatig te laten smeren worden
gesmeerd..
Dit mag alleen gebeuren door een erkend
installateur of door ELECTROLUX SERVICE.
4
Technische kenmerken
Vermogen gasbranders
TC brander (Ultragrote) 4,0 kW
Sterkbrander (Grote) 3,0 kW
Kleinbrander (Kleine) 1,0 kW
Normaalbrander (Middelgrote) 2,0 kW
Categorie II2L3B/P
Afmetingen van de
inbouwopening uitsnijmaat
Breedte 472 mm.
Diepte 406 mm.
Elektrische voeding 230 V 50 Hz
Koppeling gas G 1/2"
Gasaansluiting Aardgas G25-25 mbar
Waarschuwingen voor de Installateur
De volgende gebruiksaanwijzingen zijn tot een
gekwalificeerdtechnicus gericht,diedeinstallatie
uitvoert,zodathijde installatieendeverbindingen
op de juiste manier kan uitvoeren, de huidige
wetten en normen in acht nemende. Iedere
tussenkomst na aansluiting dient te worden
uitgevoerd met afgekoppelde of uitgeschakelde
stroomtoevoer.
De installatie en de elektrische aansluiting van
het apparaat moeten door een erkend vakman
verricht worden.
WAARSCHUWING
Controleren of alle verbindingen naar het
apparaat goed gasdicht zijn, dit dient te
geschieden met een oplossing van water en
zeep, nooit met een vlam.
Ventilatie
Bij het gebruik van het apparaat wordt er bij de
verbranding van aardgas zuurstof onttrokken aan de
lucht. Zorg daarom voor voldoende ventilatie.
Gasaansluiting
De aansluiting moet volgens NEN 1078 gemaakt
worden.
De kookplaat is in de fabriek ingesteld op de gassoort
zoals aangegeven op het typeplaatje.
Overtuig u ervan dat deze gegevens overeenkomen met
de geleverde gassoort in de woning.
Een haakse fitting met 1/2" wartel A (NEN 3258) en
ringetje worden meegeleverd. (afb.3)
Schroef de onderdelen eerst losjes in elkaar, bepaal de
juiste richting en draai de wartel daarna stevig vast.
Indien de koppeling van de gasslang niet past op de
schroefdraad van de meegeleverde haakse fitting,
gebruik dan de met de kookplaat meegeleverde
adapter.
afb.3
5
Elektrische aansluiting
De aansluiting moet volgens NEN 1010 en eventuele
speciale voorschriften van het plaatselijke
energiebedrijf worden uitgevoerd.
Controleer of de zekeringen en de huisinstallatie de
belasting van het apparaat kunnen verdragen (zie
typeplaatje).
Het stopcontact moet geaard zijn.
Het stopcontact of de meerpolige schakelaar moeten
makkelijk toegankelijk zijn. Het apparaat wordt
geleverd zonder aansluitsnoer. Het gebruikte
aansluitsnoer moet van een geschikte stekker worden
voorzien die de totale op het typeplaatje aangegeven
elektrische belasting kan dragen. De stekker moet in
een passend stopcontact worden gestoken.
Als u het apparaat direct op het net aansluit, moet
tussen net en apparaat een meerpolige schakelaar
worden aangebracht die tussen de contacten met een
opening tussen de contacten van minimaal 3 mm.
Deze moet de belasting kunnen dragen en
genormeerd zijn. De bruine fasedraad (die
aangesloten is op de “L” clip van de kookplaat) moet
altijd worden aangesloten op het fasecontact van het
stroomnet.
Het aansluitsnoer moet zodanig worden geïnstalleerd
dat het niet heter kan worden dan 90°C.
Vervangen van het aansluitsnoer
Het aansluitsnoer mag alleen door een erkend
installateur worden vervangen.
Voor het vervangen van het snoer mag alleen type
H05V2V2-F T9 worden gebruikt, aangepast aan
temperatuur en belasting.
Bovendien moet de groen/gele aardleiding zo’n 2 cm
langer zijn dan de faseleiding en de nulleiding (afb. 4-5).
6
afb.4
afb.5
Draad diagram
Aanpassing aan verschillend gastype
Vervanging van de gassproeiers
1. Verwijder de roosters.
2. Verwijder het bovenste gedeelte en de
gasontstekers.
3. Met een steeksleutel van 7 schroeft U de
gassproeiers los en verwijdert u ze. (Afb. 6), om ze
te vervangen door de sproeiers die
overeenstemmen met het type gas (zie Tabel 2).
4. Hermonteer de delen door dezelfde handelingen in
omgekeerde volgorde te verrichten.
5. Vervang het identificatieplaatje (geplaatst vlakbij de
gastoevoerpijp) door het plaatje dat overeenstemt
met het nieuwe gastype. Dit identificatieplaatje vindt
u in de verpakking van het inspuitstuk meegeleverd
met het toestel.
Regeling minimum gaspitten
1. Ontsteek de brander.
2. Breng de toets op de positie van de kleinste vlam.
3. Verwijder de toets.
4.Regel de bypass vijs met een dunne schroevendraaier
(afb.7). Bij het omschakelen van aardgas naar
butaangas dient de schroef volledig in met de klok
mee worden vastgedraaid tot er een kleine
regelmatige vlam wordt verkregen.
5. Controleer tenslotte of er geen uitdovingen van de
gaspit zijn door snel de toets van de maximale stand
op de minimum stand te draaien.
Indien de gasdruk verschillend is (of variabel)
vandewelke voorzien, is het noodzakelijk een
gepaste drukregelaar te plaatsen op de
toevoerslang, conform aan de normen.
afb.7
afb.6
7
DIAMETERS VAN BY-PASS
Brander
Ø By-pass
1/100 mm.
Kleinbrander
Normaalbrander
Sterkbrander
TC brander
28
32
40
56
INSPUITSTUKKEN
Tabel 2
8
GASTYPE
BRANDER
MARK
1/100 mm
MAXIMAAL
CALORISCH
DEBIET
kW
MINIMAAL
CALORISCH
DEBIET
kW
MAXIMALE
CALORISCH
DEBIET
NOMINALE
DRUK
mbar
m3 /h g/h
AARDGAS
TC brander
Sterkbrander
Normaalbrander
Kleinbrander
147
124
100
71
4,0
3,0
2,0
1,0
1,2
0,55
0,45
0,33
0,421
0,332
0,210
0,111
-
-
-
-
25
FLESSENGAS
TC brander
Sterkbrander
Normaalbrander
Kleinbrander
98
86
71
50
4,0
2,8
2,0
1,0
1,2
0,65
0,45
0,33
-
-
-
-
288
202
144
72
28-30/37
Inbouw en montage
De kookplaten kunnen gemonteerd worden in een meubel
dat een inbouwopening heeft van de afmetingen zoals
afgebeeld in afb.16
De bevestiging van de kookplaat aan het meubel dient als
volgt te worden uitgevoerd:
Breng de daarvoor bedoelde afdichtingspasta, niet
bijgeleverd, op de randen aan de voor-, achter- en
zijkanten van de opening aan (zoals afgebeeld in
figuur 17).
Plaats de kookplaat in de opening van het meubel, let
erop dat de plaat goed in het midden zit.
Bevestig de plaat met de daarvoor bedoelde blokjes
(zie afb.19). Het aanhalen van de schroeven is
voldoende om de afdichtingspasta te laten hechten,
het teveel aan pasta kan makkelijk worden verwijderd.
In Fig.16 en Fig.18 is het schema voor de elektrische
en gasaansluiting weergegeven.
afb.16
afb.18
A) Aansluitpijp
B) Ringetje
C) Kurk
afb.19
afb.17
9
Inbouwmogelijkheden
Als het keukenmeubel een deur heeft.
Zorg er altijd voor, dat de onderzijde van de kookplaat
minimaal 20 mm. verwijderd is van onderliggende
kastdelen of voorwerpen.
De kookplaat moet in een open ruimte liggen om er voor
eventuele reparaties. Verwijder daarom de bovenkant van
de kast of zorg ervoor dat een ovenkast geleverd wordt
(afb. 20).
Boven een oven
Voor de inbouwopeningen, zie afb. 17.
Er zijn twee ventilatie-openingen vereist. Figuren 21 en
22 illustreren twee mogelijke oplossingen.
De elektrische aansluiting voor de oven en het
kookplateau moeten toegankelijk blijven en afzondelijk
aangelegd worden.
afb.20 afb.21 afb.22
10
Mogelijkheden van plaatsing en aansluiting
11
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Aeg-Electrolux 46514G-M Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor