5019 437 33025
Het geluidssignaal kan uitgezet worden door op de resetknop voor het alarm
(14)
te drukken die zich op het
bedieningspaneel bevindt.
Zet de levensmiddelen pas in het vriesvak wanneer de alarmindicator is uitgegaan.
Gedurende de fase waarin het apparaat de in de fabriek vooringestelde temperatuur bereikt, knippert de
alarmindicator , is het geluidssignaal geactiveerd en knippert de ingestelde temperatuur. Dit betekent dat het
product nog niet de optimale temperatuur voor het bewaren van levensmiddelen heeft bereikt.
Het lampje stopt met knipperen wanneer de temperatuur van het koelvak beneden de -12°C is gedaald, op het
display wordt de temperatuur van -18°C weergegeven en op dit moment kunnen de voedingsmiddelen in het koelvak
worden geplaatst.
Nadat het apparaat in werking is gesteld, duurt het ongeveer 2 - 3 uur voordat de juiste temperatuur wordt bereikt
voor het conserveren van een normale belading van het koelvak.
Opmerking:
De luchttemperatuur van de omgeving, de frequentie waarmee de deur wordt geopend en de plaats van
het apparaat kunnen van invloed zijn op de binnentemperatuur van de koelkast. Neem deze factoren in overweging op
het moment dat u het apparaat instelt met de toetsen (
3
), (
4
), (
11
) en (
12
).
Richtlijnen voor het selecteren van de functies
Temperatuur vriesvak
Geeft de temperatuur van het vriesvak aan.
Selecteren en controleren van de temperatuur van het vriesvak
Om de binnentemperatuur te wijzigen drukt u op de toets “hogere temperatuur vriesvak”
(11)
en op de
toets “lagere temperatuur vriesvak”
(12)
op het bedieningspaneel, totdat de gewenste waarde is bereikt.
Snelvriezen
Deze functie moet worden geactiveerd voordat er verse voedingsmiddelen worden ingevroren. De
functie wordt geactiveerd door op de toets “Snelvriezen Aan/Uit” te drukken
(8)
; een geel lampje gaat
branden
(9)
. De functie wordt automatisch uitgeschakeld na 24 uur, ofwel handmatig door opnieuw op
de knop te drukken.
Temperatuur koelvak
Geeft de temperatuur van het koelvak aan.
Selecteren en controleren van de temperatuur van het koelvak
Om de binnentemperatuur te wijzigen drukt u op de toets “hogere temperatuur koelvak”
(3)
en op de
toets “lagere temperatuur koelvak”
(4)
totdat de gewenste temperatuur is bereikt.
Snelkoelen
Deze functie moet worden geactiveerd voordat er verse voedingsmiddelen worden gekoeld. De functie
wordt geactiveerd door op de toets “Snelkoelen Aan/Uit” te drukken
(7)
; een geel lampje gaat branden
(6)
. De functie wordt automatisch uitgeschakeld na 6 uur, ofwel handmatig door opnieuw op de knop te
drukken.
Functie “Half Load” (halve belading) of “EC” (afhankelijk van het model)
Als het vriesvak niet vol is, kunt u alle levensmiddelen in de middelste korf plaatsen en de temperatuur van
het vriesvak instellen op -18°C, of de functie HL/EC instellen via de knop voor het selecteren van de
temperatuur van het vriesvak (alleen aanwezig op bepaalde modellen).
Alarmen koelvak
Er wordt een geluidsalarm geactiveerd als de deur van het koelvak langer dan 2 minuten open blijft staan;
druk op knop
(14)
of sluit de deur weer om het geluidsalarm uit te schakelen.
Alarm stroomuitval
De hoogste temperatuur die tijdens een stroomuitval is bereikt wordt knipperend op het display van de
vriezer weergegeven. Tegelijkertijd gaat het alarmpictogram branden en wordt het geluidssignaal
geactiveerd.
Wordt geactiveerd wanneer:
• er een langdurige stroomuitval is geweest en de interne temperatuur van het vriesvak gestegen is tot
een niveau dat te hoog is voor de juiste conservering van de voedingsmiddelen.
Druk op de “alarm”-toets om de alarmfunctie uit te schakelen. Daarna verschijnt de eerder
ingestelde temperatuur op het display.
Opmerking:
controleer de toestand van de voedingsmiddelen.
Bedrijfsalarmen
Op het display van het koel- of vriesvak verschijnen enkele letters die de storing aangeven. Bel de
klantenservice en geef de weergegeven code door.