• Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlij-
nen.
Aansluiting aan de waterleiding
• Zorg dat u de waterslangen niet be-
schadigt.
• Het apparaat moet met de nieuwe
slangset worden aangesloten op een
kraan. Oude slangsets mogen niet op-
nieuw worden gebruikt.
• Laat het water stromen tot het schoon
is voordat u het apparaat aansluit op
nieuwe leidingen of leidingen die lang
niet zijn gebruikt.
• Zorg dat er geen lekkages zijn als u het
apparaat de eerste keer gebruikt.
2.2 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, elektrische
schokken, brand, brandwonden
en schade aan het apparaat.
• Gebruik dit apparaat uitsluitend in een
huishoudelijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
• Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in werking is. Het glas
kan heet worden.
• Zorg dat u alle metalen onderdelen uit
het wasgoed verwijdert.
• Het laatste deel van het droogprogram-
ma vindt plaats zonder warmte (koelcy-
clus) om ervoor te zorgen dat het was-
goed niet beschadigd raakt.
Als u het apparaat voor het einde van
de droogcyclus stopzet, dient u het
wasgoed te verwijderen en uit te han-
gen, zodat de warmte zich kan ver-
spreiden.
• Als u wasmiddel, wasverzachter of ge-
lijksoortige producten gebruikt, dient u
de instructies op de verpakking te vol-
gen.
• Veeg eventuele pluisjes die zich rondom
het apparaat hebben opgehoopt, weg.
• Droog geen beschadigde kleding met
vulling of voering.
• Artikelen van schuimrubber (latex-
schuim), douchemutsjes, waterdichte
kleding en artikelen met een rubberen
binnenkant mogen niet worden ge-
droogd.
• Artikelen die in contact zijn geweest
met stoffen als spijsolie, aceton, alco-
hol, benzine, petroleum, vlekkenverwij-
deraars, terpentine, boenwas en boen-
wasverwijderaars dienen voorafgaande
aan het drogen eerst te worden gewas-
sen in heet water met een extra hoe-
veelheid wasmiddel.
• Droog geen artikelen in het apparaat als
er industriële chemische reinigingsmid-
delen zijn gebruikt.
• Zorg dat er geen aanstekers of lucifers
in zakken van kleding zijn achtergeble-
ven.
• Droog uitsluitend textiel dat in de
droogautomaat mag worden gedroogd.
Volg de instructies op het wasvoor-
schrift in de kleding.
• Droog geen ongewassen artikelen in
het apparaat.
• Als u het wasgoed heeft gewassen met
een vlekverwijderaar, voer dan een ex-
tra spoelcyclus uit voordat u het appa-
raat start.
• Voorwerpen van kunststof die niet hitte-
bestendig zijn.
– Als u gebruik maakt van een wasmid-
delbal, verwijdert u de bal voordat u
het droogprogramma instelt.
– Gebruik geen wasmiddelbal wanneer
u een non-stopprogramma instelt.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan
het apparaat.
• Ga niet op de open deur zitten of staan.
• Houd u aan de maximale belading.
• Droog geen druipnatte kledingstukken
in het apparaat.
2.3 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan
het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
NEDERLANDS 5