Standaard bedieningsstappen
English Nederlands
1. Turn on the controller (Keep the left joystick
at bottom point)
1. Schakel de controller in (houd de linker
joystick naar onderen)
2. Turn on the drone (Connect the battery
plug to drone first)
2. Schakel de drone in (sluit eerst de
batterijstekker aan op de drone)
3. Place the drone on a flat surface 3. Plaats de drone op een vlakke ondergrond
4. 2 seconds later, beep will sound: drone has
connected with controller automatically (LED
lights on the drone stops flashing)
4. Er zal 2 seconden later een piep klinken:
de verbinding tussen de drone en controller is
geslaagd (LED-lampjes op de drone stoppen
met knipperen)
5. To ascend the drone, push up the Throttle
(please push up the throttle very slowly, to
avoid the drone rising too fast)
5. Druk de gashendel omhoog om de drone te
laten stijgen (druk de gashendel a.u.b. heel
traag omhoog, anders zal de drone te snel
opstijgen)
6. To descend the drone, pull down the
Throttle (please pull down the throttle very
slowly, to avoid the drone falling too fast or
crash). For Emergency, please pull down the
throttle quickly to the bottom point
6. Trek de gashendel omlaag om de drone te
laten dalen (trek a.u.b. heel traag aan de
gashendel om te voorkomen dat de drone te
snel daalt of crasht) Trek de gashendel in
noodgevallen a.u.b. snel volledig omlaag.