NEDERLANDS HANDLEIDING
BRITEQ
®
39/68 BT-W30FC Mk2
HOE DIT TOESTEL BEDIENEN
Telkens u het toestel aan zet zal er ‘bt30’ op de display verschijnen en zullen alle motoren naar hun
basispositie terugkeren. Misschien zult u wat geluiden horen gedurende 20 seconden. Daarna zal het toestel
klaar zijn om DMX signalen te ontvangen of om de ingebouwde programma’s uit te voeren.
U kunt dit toestel op 3 manieren gebruiken:
o Via de ingebouwde master/slave programma’s
o Via de eenvoudige CA-8 controller
o Via een universele DMX controller (9 en 16 DMX kanalen)
VIA DE INGEBOUWDE MASTER/SLAVE PROGRAMMA’S:
Kies deze functie wanneer u onmiddellijk een kant-en-klare show wilt. Wanneer de toestellen via
master/slave met elkaar te verbonden zijn, dan zal het eerste toestel alle andere toestellen sturen en zo
een automatische, muziekgestuurde en gesynchroniseerde show uitvoeren. Er mag niets aangesloten zijn
op de DMX ingang van het eerste toestel, zijn master LED zal continu aan zijn en de sound LED zal
knipperen op het ritme van de muziek.
De MASTER beschikt over 2 ingebouwde shows: u kunt (show 1), (show 2),
(show 3) of (show 4) onmiddellijk in het menu van de master kiezen.
De SLAVES beschikken over 2 opties: de andere toestellen staan als slave
ingesteld (slave-LED is continu aan). Om een prachtige lichtshow te creëren kunt u
gecontrasteerde bewegingen invoeren (pan/tilt van het slave toestel werkt
omgekeerd) In the menu van het slave toestel kunt u naar optie gaan en
de volgende selectie maken:
o Normal slave: slave werkt synchroon met de master.
o 2 light show: slave werkt tegenovergesteld ten opzichte van
de master.
VIA DE EENVOUDIGE CA-8 CONTROLLER:
Wanneer de toestellen in Master/slave configuratie gebruikt worden raden wij u ten
sterkste aan de CA-8 “Easy controller” te gebruiken. Sluit deze kleine controller aan op
de 1/4” jack van de master. Zo kunt u de volgende functies van op afstand bedienen:
ONDERHOUD
Let er op dat het gebied onder de installatieplaats vrij is van ongewenste personen tijdens het onderhoud.
Zet het toestel uit, trek de netstekker uit het stopcontact en wacht tot het toestel is afgekoeld.
Bij inspectie moeten de volgende punten worden gecontroleerd.
Alle schroeven gebruikt om het te toestel te installeren en al zijn onderdelen moeten goed vastgedraaid
zijn en mogen niet verroest zijn.
Behuizingen, vastzetstukken, installeringplaatsen (plafond, spanten, schokbrekers) mogen absoluut niet
verwrongen zijn.
Wanneer een optische lens klaarblijkelijk beschadigd is door barsten of diepe krassen, dan moet deze
vervangen worden.
De stroomkabels moeten in perfecte staat zijn en behoren vervangen te worden, wanneer er zelfs maar
een klein probleem ontdekt werd.
Om het toestel tegen oververhitting te beschermen, behoren de ventilatoren (als die er zijn) en de
ventilatieopeningen elke maand gereinigd te worden.
De binnenkant van het toestel behoort elk jaar gereinigd te worden met een stofzuiger of een luchtspuit.
Het schoonmaken van inwendige en uitwendige optische lenzen en/of spiegels moet regelmatig worden
uitgevoerd om een zo goed mogelijke lichtuitstraling te verkrijgen. Hoe vaak ze schoon moeten worden
gemaakt hangt af van de omgeving waar het toestel wordt gebruikt: een klamme, rokerige of bijzonder
vuile omgeving kan een grotere opeenhoping van vuil veroorzaken op de optische uitrusting.
Reinig met een zachte doek en gebruik normale glasreinigende producten.
1. Sync. Strobe
2. Two-light strobe
3. Sound Strobe
Overgang - traag
Overgang - normaal
Overgang - snel
1.Pan positie
2.Tilt positie
3.Dimmer of Kleurverandering