Documenttranscriptie
Inhoud
NL
Veiligheidsvoorschriften
2
Kennismaking met het afwasautomaat
6
Installatie
Zout bijvullen en vullen met glansspoelmiddel
4
8
Zeep
11
De serviesgoed inruimen
13
Serviesgoed sorteren
Programma-overzicht
Afwassen
De zorg voor uw vaatwasser
Schoonmaken en onderhoud
Opsporing van storingen
Technische kenmerken
Attentie
12
15
17
20
21
22
27
27
Afdanken
Het symbool
op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht
waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat
dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en
milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling.
Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact
op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering
van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
11
Veiligheidsvoorschriften
NL
Bij aflevering
Controleer onmiddellijk of de verpakking en de afwasautomaat tijdens het transport beschadigd zijn.
Een beschadigd apparaat niet in gebruik nemen maar contact opnemen met uw leverancier.
Het verpakkingsmateriaal volgens de bestaande milieuvoorschriften (laten) afvoeren.
Bij de installatie
Het apparaat volgens het installatie-en montagevoorschrift plaatsen en aansluiten.
Tijdens het installeren mag de afwasautomaat niet op het lichtnet zijn aangesloten.
Overtuig u ervan dat het aardingssysteem van de elekrische huisinstallatie volgens de geldende
elektrotechnische voorschriften is geïnstalleerd.
De elektrische aansluitvoorwaarden moeten overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje van
de afwasautomaat.
Gebruik bij het aansluiten nooit een verlengkabel.
Voor een goede stabiliteit vab het apparaat mogen integreerbare of onderbouwapparaten alleen onder
een doorlopend werkblad worden ingebouwd dat aan de kasten emaast is vastgeschroefd.
Na het plaatsen van het apparaat moet de stekker gemakkelijk te bereiken zijn.
Gedurende de installatie, het netsnoer niet overmatig of gevaarlijk buigen of platdrukken.
Dagelijks gebruik
22
De vaatwasser mag alleen worden gebruikt door volwassenen voor het afwassen van vaatwerk en
keukengerei.
Dit apparaat niet buitenshuis installeren, zelfs niet wanneer de ruimte waar ze geÏnstalleerd wordt
overkapt is; het is tevens gevaarlijk om de vaatwasser bloot te stellen aan regen en natuurelementen.
Niet de geopende deur gaan zitten of staan. Het apparaat kan kantelen.
Het water in de spoelruimte is geen drinkwater.
Doe geen oplosmiddel in de spoelruimte. Kans op explosie!
Tijdens het programmaverloop de deur alleen voorzichtig openen. Er bestaat gevaar dat er water uit
het apparaat spuit.
Het verwarmingselement niet aanraken gedurende of na een wascyclus.
Fundamentele regels bij het gebruik van het apparaat:
- Raak de vaatwasser nooit aan op blote voeten of met natte handen of voeten.
- Wij raden het gebruik van verlengsnoeren en stekkerblokken af.
- Wanneer het apparaat niet goed werkt of onderhoud moet worden uitgevoerd, de stroom naar het
apparaat afskuiten.
De deur niet in open positie laten vanaf dit verbeelden in kleverig gevaar.
NL
Bij kinderen in het huishouden
Het apparaat is niet bestemd voor gebruik door jonge kinderen of zwakbegaafden zonder toezicht.
Er op toezien dat jonge kinderen niet met de machine spelen.
Zeep en dergelijke buiten bereik van kinderen houden; zorg er tevens voor dat ze niet in de buurt van
de vaatwasser kunnen komen wanneer deze open staat.
Bij schade
Wanneer het apparaat niet werkt, de watertoevoer dichtdraaien en de stekker uit het stopcontact trekken.
Vervolgens het onderdeel, "Opsporing van storingen" raadplegen. Wanneer u het probleem niet op
kunt lossen, contact opnemen met een servicecentrum.
Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door gespecialiseerd onderhoudspersoneel.
Wanner het netsnoer beschadigt is, moet dit worden vervangen bij de fabrikant, of service dealer of
bevoegden persoons, voor mijden elektrische gevaaren.
Om de EFFICIENCY en VEILIGHEID van dit apparaat te behouden, raden wij aan:
- alleen met door de fabrikant erkende Servicecentra contact op te nemen.
- reparatie met niet originele onderdelen te weigeren.
Bij het afvoeren van het apparaat
Apparaten die niet meer gebruikt worden moeten buiten bedrijf gesteld worden door het netsnoer af te
koppelen en de deurvergrendeling te verwijderen.
Het apparaat volgens de bestaande milieuvoorschrifen (laten) afvoeren.
Gefährliche Stannung
Waarschuwing:
Kinderen kunnen in het toestel ingesloten raken (verstikkingsgevaar) of in
andere situaties terechtkomen.
Daarom: Stekker uittrekken, netkabel afsnijden en weggooien. Deurslot
zodanig kapot maken dat de deur niet meer sluit.
33
Installatie
NL
De vaatwasser plaatsen
Plaats de vaatwasser in de gewenste positie. De achterzijde moet tegen de wand rusten, en de zijkanten
langs de nevenliggende kasten of wand. De vaatwasser is voorzien van watertoevoer- en -afvoerslangen
die links of rechts kunnen worden aangebracht om correcte installatie te vergemakkelijken.
De vaatwasser waterpas stellen
Zodra de vaatwasser in positie staat, de voetjes afstellen (door ze in of uit te draaien) tot de vaatwasser
waterpas staat. In alle gevallen, mag het apparaat niet meer dan 2° hellen. Wanneer de vaatwasser
waterpas staat, zal dit bijdragen aan een correcte prestatie.
Water aansluiting
De koud water aanvoerslang aansluiten op een 3/4 (gas) aansluiting
met schroefdraad en stevig in positie vastdraaien (zie Afb.A).
Wanneer de waterleidingen nieuw zijn of lange tijd niet gebruikt zijn,
laat het water dan een tijdje lopen om er zeker van te zijn dat het
water goed stroomt en vrij is van onzuiverheden. Wanneer deze
voorzorgsmaatregel niet genomen wordt, is er kans dat de waterinlaat
Afb.A
geblokkeerd raakt en dat het apparaat beschadigt wordt.
WAARSCHUWING:
Het apparaat moet met een nieuwe slang
verbonden worden met de watertoevoerkraan
en de oude slang mag niet opnieuw gebruikt
worden.
Afb.B
Aqua-stop beveiliging
De vaatwasser is voorzien van een systeem waar, bij een probleem met de watertoevoerslang of een lek
in het apparaat, de watertoevoer automatisch wordt afgesloten om een overstroming te voorkomen.
Indien om wat voor reden dan ook de kast met de elektrische onderdelen beschadigd raakt, de stekker
onmiddellijk uit het stopcontact nemen. Om er voor te zorgen dat de overloopbeveiliging correct werkt,
kast "A" met de watertoevoerslang op de watertoevoerkraan aansluiten als getoond in Afb.B. Geen
enkele andere aansluiting is aanvaardbaar. De watertoevoerslang in geen enkel geval doorsnijden
aangezien deze elektrische onderdelen bevat die onder stroom staan. Wanneer de slang niet lang genoeg
is voor een correcte aansluiting, de slang vervangen met een slang die lang genoeg is. Deze slang is op
aanvraag verkrijgbaar bij gespecialiseerde detailhandelaren en servicecentra.
44
NL
Afvoerslang aansluiting
Breng de afvoerslang in een afvoerbuis aan met een minimum doorsnee van 4 cm, of laat het in de
gootsteen lopen, waarbij men er voor moet zorgen dat de slang niet gebogen of geknikt wordt. Gebruik
de speciale kunststof steun die meegeleverd wordt (zie Afb.C). Het vrije uiteinde van de slang moet op
MAX 100 cm
MIN 40 cm
een hoogte tussen 40 en 100 cm zijn en mag niet in water ondergedompeld zijn.
Afb.C
Opgelet:
De speciale kunststof steun moet stevig worden bevestigd aan de
muur om te voorkomen dat de afvoerslang kan bewegen en water
uit de afvoer komt.
Elektrische aansluiting
Controleer dat de spannings- en frequentiewaarden van uw woning overeenkomen met de waarden op
het typeplaatje (gesitueerd op het rvs binnengedeelte van de deur van het apparaat) en dat het elektrische
systeem geschikt is voor de maximum spanning op het typeplaatje, steek de stekker in een goed geaard
stopcontact (de aarding van het apparaat is een wettelijk veiligheidsvoorschrift).
Wanneer het stopcontact waarop het apparaat wordt aangesloten niet geschikt is voor de stekker, vervang
dan de stekker in plaats van adaptors of dergelijke te gebruiken aangezien deze kunnen oververhit
kunnen raken en vlam vatten.
Voorzichtigheden:
De afwasmachinestop moet toegankelijk zijn zelfs wanneer het
toestel als ingebouwde eenheid geïnstalleerd wordt, zodat het
onderhoud kan veilig gedaan worden.
55
Kennismaking met het afwasautomaat
NL
Detailopname (bedieningspaneel)
DW9-TFE3 reeks
A C E
H
J
B D F G I
DW9-TFE2 reeks
A C
H
B D
I
J
DW9-TFE1 reeks
A
J
B
A
B
C
D
E
AAN/UIT-Indicatielampje
AAN/UIT-knop
Indicatielampje "3in1"
"3in1" -knop
Indicatielampje voor uitgestelde start
F
G
H
I
J
Knop voor uitgestelde start
Weergave resterende tijd
Indicatielampje voor spoelglansmiddel bijvullen
Indicatielampje voor zout bijvullen
Programmakeuzeknop
Bepaalde modellen:
66
J
J
J
NL
Detailopname (Binnenzijde)
i
a
c
j
k
e
d
b
f
g
h
a
Bovenkorf
g
Afwasfilter
b Onderkorf
h
Zeep- en glansspoelmiddel-dispenser
c Bovenste sproeiarm
i
Watertoevoerslang
d De mand voor het tafelzilver
j
Afvoerslang
e Onderste sproeiarm
k
Voedingskabel
f
Dop zoutreservoir
77
Zout bijvullen en vullen met glansspoelmiddel
NL
Zout
De hardheidsgraad van het water varieert van plaats tot plaats. Bij hard water in de vaatwasser vormt
zich een aanslag op de borden en het keukengerei.
De machine is voorzien van een speciale waterontharder die zout gebruikt specifiek bestemd om kalk en
mineralen in het water te elimineren.
Reservoir met zout vullen
Gebruik alleen speciaal zout voor vaatwassers.
Het zoutreservoir bevindt zich onder de onderste korf en dient als volgt te worden gevuld:
Als het indicatielampje voor zout bijvullen "I" brandt, moet
u zout bijvullen(DW9-TFE2/TFE3 reeks).
Verwijder de onderste korf en draai vervolgens de dop van
het zoutreservoir af;
Als u het zoutreservoir voor het eerst vult, dient u het eerst
met water te vullen;
Plaats het uiteinde van de trechter (meegeleverd) in het gat
van het zoutreservoir en giet 2 kg zout in het reservoir. Het is
H
I
normaal dat er een kleine hoeveelheid water uit het
zoutreservoir ontsnapt.
Draai de dop weer goed vast.
Belangrijk
Om roestvorming te voorkomen, dient u het zout net voor een afwasbeurt bij te vullen.
88
NL
Zoutverbruik aanpassen
Het zoutverbruik van de vaatwasser kan worden aangepast aan de hardheid van het water. Dit is voorzien
om het zoutverbruikniveau te optimaliseren en aan te passen tot minimaal gebruik. Uw waterleidingbedrijf
kan informatie verstrekken over de hardheidsgraad van het water in uw regio.
Het zoutverbruik kan als volgt worden aangepast:
Draai het deksel van de zoutcontainer open;
Er is een ring op de container met een pijl er op (zie
illustratie op de zijkant);
Als het nodig is moet u volgens de hardheid van het
gebruikte water de ring tegen de klok in draaien van "-"
aar "+".
Wij raden u aan om volgens onderstaan schema het gebruik van het zout te reguleren:
Hardheid van het water
ºdH
0J10
ºfH
ºmmol/l
Stand pijl
Zoutverbruik
(gram/cyclus)
Autonomie
(cycli/2kg)
MJNT
MJNIT
L
M
L
NMJOR
NUJQQ
NIUJQIQ
=?J?
OM
SM
ORJRM
QRJUV
QIRJUIV
jba
QM
QM
[RM
[UV
[UIV
?H?
SM
OR
De ontkalker is in de fabriek ingesteld op +.
Als u multifunctie tabletten gebruikt kunt u toch het zoutreservoir vullen en het op - afstellen; als
de waterhardheid hoger is dan 60ºfH, dient u het op + te zetten.
99
NL
Glansspoelmiddel
Dit product zorgt er voor dat het vaatwerk glanst en zonder
vlekken droogt. De dispenser zit aan de binnenzijde van de
deur en moet na 80 wasbeurten worden gevuld.
Wanneer de indicatie glansspoelmiddel niveau laag “I” op
het controlepaneel en mechanische indicatie “1” op het
glansspoelmiddel dispenser licht, u glansspoelmiddel
moeten bijvullen.
(DW9-TFE2/TFE3 reeks)
H
I
H1
Glansspoelmiddel aanbrengen
Dop "1" tegen de wijzers van de klok in draaien om de
dispenser te openen en het glansspoelmiddel aanbrengen
zonder de dispenser te ver te vullen.
1 2
De hoeveelheid glansspoelmiddel die voor elke cyclus wordt
gebruikt kan worden geregeld door dosisafstelling "2" onder
dop "1" te draaien met een schroevendraaier. Er zijn 6
verschillende instellingen; de standaard dosering is 3.
Belangrijk
Correcte dosering van het glansspoelmiddel bevordert een goede droging.
Wanneer er waterdruppels of vlekken achterblijven op het vaatwerk, moet
de dosering worden afgesteld op een hogere instelling.
Wanneer de borden witte strepen vertonen, de dosering afstellen op een
lagere instelling.
10
10
Zeep
NL
Zeep
Men moet zeep gebruiken specifiek bestemd voor
vaatwassers. De dispenser telkens voor de aanvang van
het wasprogramma vullen overeenkomstig de aanwijzingen
4
3
in de "Programma-overzicht". De dispenser zit aan de
binnenzijde van de deur.
Zeep aanbrengen
Druk op knop "4" om klep "3" op de dispenser te openen.
Giet de zeep voor het wasprogramma in het vakje "5".
Giet de zeep voor het voorwassen in het vakje "6".
Nadat de zeep is aangebracht, de klep sluiten en
aandrukken tot deze vastklikt.
6
5
Let op:
Om de klep gemakkelijk te kunnen sluiten, eventueel teveel aan zeep
van de randen van de dispenser verwijderen.
11
11
Serviesgoed sorteren
NL
In uw afwasautomaat mag u het volgende niet afwassen:
Bestek en servies met houten onderdelen. Ze logen uit worden lelijk; ook de gebruikte lijm is niet bestand
tegen de optredendetemperaturen. Gevoelige gedecoreerde glazen en vazen, speciaal antiek of niet
meer te vervangen serviesgoed. Deze decoraties waren nog niet bestand tegen het afwassen in een
afwasautomaat.
Niet geschikt zijn bovendien kunststof voorwerpen die gevoelig zijn voor heet water, koperen en tinnen
serviesgoed. Geglazuurd serviesgoed en voorwerpen van zilver en aluminium kunnen dof worden nadat
ze vele malen zijn afgewassen. Verder hoort materiaal dat water absorbeert, zoals sponzen en doeken,
niet in de afwasautomaat thuis.
Tip:
koop voortaan alleen serviesgoed waarbij staat aangegeven dat het geschikt is voor een afwasautomaat.
Attentie:
Serviesgoed dat bevuild is met as, kaarsvet, smeerolie of verf mag
niet in de afwasautomaat worden afgewassen.
Schade aan glas en serviesgoed
Oorzaken:
Glassoort en fabricagewijze van het glas;
Chemische samenstelling vat het afwasmiddel;
Temperatuur van het water en programmaduur van de afwasautomaat.
Advies:
Gebruik glas en porcelein dat door de fabricant aangeduid wordt als geschikt voor afwasautomaten.
Gebruik afwasmiddel dat het serviesgoed ontziet. U kunt dit informeren bij de fabricant van het
afwasmiddel.
Kies een programma met een zo laag mogelijke temperatuur en een korte programmaduur.
Om beschadigingen tr voorkomen glas en bestek na afloop van het programma zo snel mogelijk uit
de afwasautomaat halen.
12
12
De serviesgoed inruimen
NL
Alvorens de vaat in de vaatwasser te plaatsen, zo veel mogelijk etensresten verwijderen om te voorkomen
dat het filter verstopt raakt, waardoor de prestatie afneemt.
Wanneer potten en pannen aangebakken voedsel hebben dat zeer moeilijk te verwijderen is, raden wij
aan deze te laten weken alvorens ze in de vaatwasser te plaatsen. Dit zal de noodzaak voor exra
wasbeurten elimineren.
Trek de korf uit om de vaatwasser gemakkelijk in te ruimen.
Gebruik van de onderkorf
Lading voor 9 standaardcouverts
Wij raden aan moeilijk te reinigen voorwerpen in de onderkorf
aan te brengen: potten, pannen, deksels, schalen en kommen,
als getoond in nevenstaande afbeelding.
Schalen en deksels bij voorkeur aan de zijkant van de korf
aanbrengen om te voorkomen dat de draaiing van de bovenste
sproeiarm geblokkeerd wordt.
Potten, schalen enz. altijd naar beneden gericht
aanbrengen (zie Afb.D)
Diepe kommen schuin aanbrengen zodat het water er uit
kan stromen.
Het bestekmandje kan worden verdubbeld (zie Afb.F) .
Afb.D
Afb.E
WAARSCHUWING:
Messen en andere werktuigen met scherpe punten moeten met hun
punten naar beneden in een mand of op een horizontale plaats gezet
worden.
13
13
NL
Gebruik van de bovenkorf
De bovenkorf is bestemd voor breekbaarder en lichter vaatwerk,
zoals glazen, koffie- en theekoppen en schotels, alsmede
borden, kommetjes en ondiepe pannen (zolang ze niet te vuil
zijn).
Borden en kookgerei zo aanbrengen dat ze niet worden
verplaatst door de waterstraal.
Het is mogelijk de hoogte van de korf te regelen door te draaien
aan de handgrepen aan de zijkanten van de korf zelf (zie Afb.
F).
Afb.F
Pas de hogere mand aan het hogere niveau. En dan hebt u
meer ruimte om di langere pannen en dienbladen in de
bodemmand aan te passen.
De etagère
Hoge glazen en glazen op een hoge voet niet tegen het servies
maar tegen de rand van de etagère laten leunen.
Glazen, kopjes en schoteltjes op de etagère zetten. U kunt de
etagère naar wens in- en uitklappen (zie Afb.G).
Afb.G
Messen-etagere (Bepaalde modellen)
De klemmen van het messenrek die op de kant van de hoogste
mand zit, geeft aan u de vrijheid om de grote scherpe messen
afzonderlijk te wassen en zonder gevaar (zie Afb.H).
Afb.H
14
14
Programma-overzicht
NL
Soortserviesgoed
Hoe
Soort
Toestand
Afwas- bijv. porcelein,
pannen,
van de
etensresten veelheid
programmas bestek, glazen,
bijv-van etensresten etensresten
etc.
Ongevoelig
aardappelen,
deegwaren,
rijst, eieren,
Spoelen met koud water.
Spoelen met heet water.
Veel
gebradengerechten
Normaal
Eco
(EN50242)
Soep, aardappelen,
rijst, eieren,
gebraden
gerechten
Drogen.
Erg
aagekoekt Voorwassen met koud water.
Uitgebreid wassen op 55°C.
Spoelen met koud water.
Spoelen met heet water.
Drogen.
Weinig
Voorspoelen met koud water.
Voorspoelen met koud water.
Weinigaa- Uitgebreid wassen op 50°C.
ngekoet Spoelen met heet water.
Drogen.
Wassen op 45°C.
Spoeling met warm water
Koffie, gebak,
Glazen
melk, worst,
koude
dranken,
Gemengd
salade
3 in 1
Voorwassen met warm water.
Uitgebreid wassen op 70°C.
Soep, soufflé,
saus,
Intensief
Beschrijving van
Wasprogramma
Heel
weinig
Weinig-
aangekoekt
Heet spoelen.
Drogen.
Korte afwasbeurt bij 40°C.
Koud spoelen.
Snel
Verwarmen
Weken
Voor schotels die en droog
moeten slechts worden
gespoeld.
Afspoelen als het serviesgoed
enkele dagen tot de afwas in
het apparaat bewaard wordt.
Hete spoeling bij 65°C.
Het drogen.
Korte, koude voorspoeling
om te voorkomen dat
etens resten vastdrogen
op de borden.
15
15
NL
Zeep
Voorwassen Uitgebreid
wassen
5g
5g
5g
22g
15g
15g
15g
16
16
middel
22g
22g
Duur in
min.
Glansspoel-
(*)
Laboratory measured valve in accordance with European Standard EN50242
Uitgestelde
start
Stroomverbruik Waterverbruik
in kWh
in liters
112
1.44
18
112
1.25
16
102
1.11
15
102
1.00
14
162
0.80
14
162
0.76
13
92
1.01
12
92
0.95
10
32
0.40
9
54
0.90
5.5
12
0.02
3
* Vergelijkende tests volgens EN 50242 met instelling glansspoelmiddel: 5
Afwassen
NL
Programmakeuze
Aan de hand van het soort en de hoeveelheid serviesgoed, resp. van de etensresten kunt u in het
programmaoverzicht het juiste door u in te stellen programma vinden. In het onderste gedeelte van het
programma-overzicht vindt u tevens het programmaverloop en de programmagegevens. Een voorbeeld:
bij gemengd serviesgoed met veel en erg aangekoekte etensresten moet u het programma gebruiken.
Besparingstip
Bij een niet vol beladen machine kunt u meestal gebruik maken van minder sterk programma.
Programmagegevens
De programmagegevens hebben betrekking op normale omstandigheden. Door:
verschillen in de hoeveelheid serviesgoed.
de temperatuur van het toegevoerde water.
de druk in de waterleiding.
de omgevingstemperatuur.
toleranties in de netspanning.
en de onvermijdelijke toleranties in het apparaat (bijv.
temperantuur, hoeveelheid water,...).
De vaatwasser inschakelen
Draai de kraan open.
Sluit de deur na het laden van het toestel.
Vastgestelde Aan-uit-knoop "B" aan. Licht het van de
staatsindicator "A".
Roteer de knop om programma te selecteren u.
(DW9-TFE3 reeks: de timeremaining indicator vertoning de
tijd van het programma wenst u selecteerde.)
Na 3 seconden zendt het toestel een kort
waarschuwingssignaal uit, en begint het programma,
knipoogjes de van de staatsindicator "A".
DW9-TFE3 reeks
A C E
H
B D F
G I
DW9-TFE2 reeks
A C
H
B D
I
DW9-TFE1 reeks
A
B
WAARSCHUWING:
Wanneer de afwasmachinemacht, het programma geen dat de
vermelde knop kan worden uitgevoerd, u de knop aan een ander
programma en dan terug naar het moet roteren.
17
17
NL
Einde van programma
Zes piepers zullen erop wijzen dat de wascyclus en licht het van staatsindicatoren "A" heeft
geëindigdr.
De vaatwasser uitschakelen
Enkele minuten nadat het programma is beëindigd:
Stel de hoofdschakelaar "B" in op UIT.
Open de deur.
Draai de kraan dicht.
Haal de vaat uit de vaatwasser als deze is afgekoeld.
Opmerking:
Wanneer het toestel reeds aan de gang pers de knoop "B" 3 seconden is, zullen de
elk van montages worden geannuleerd.
Het programma onderbreken
Open de deur. Let op! Er kan water uit het apparaat spuiten. Open de deur pas volledig als de sproeiarm
tot stilstand is gekomen.
Als u de deur opent, geeft de vaatwasser elke dertig seconden tien pieptonen weer.
Als het apparaat al is opgewarmd of als het warme water al is ingeschakeld en u de deur opent, dient
u de deur enkele minuten op een kier te laten staan voordat u deze weer sluit. Anders kan de deur
opengaan door expansie.
Uitgestelde start (DW9-TFE3 reeks)
U kunt de start van het programma tot maximaal 24 uur uitstellen in eenheden van een uur.
Sluit de deur na het laden van het toestel.
Schakel de vaatwasser IN.
Druk onmiddellijk de Vertraagde knoop van het Begin "F", de vertraagde knipoogjes van de
beginindicator "E", de veranderingen resterende van de tijdindicator "G" in " ".
Dring de Vertraagde knoop van het Begin 2 seconden aan tot de numerieke vertoning de vereiste
vertraging toont.
Tijdvertraging annuleren plaatsen, die de Vertraagde knoop van het Begin tot de vertraagde
beginindicator drukt "E" gaat uit.
Roteer programmaknop "J" om het gewenste programma te selecteren.
A C E
18
18
H
B D F G I
J
J
J
J
NL
Na 3 seconden zullen de knipoogjes vertraagde van de beginindicator "E", de tijd-blijvende indicator
"G" knipperen en zullen verminderen, zal het programma starten tot de vertraagde beginindicator "G"
uitgaat.
Een lopend programma annuleren of aanpassen
Een lopend programma kan alleen worden aangepast als het nog maar pas is gestart. Anders is het
vaatwasmiddel mogelijk al gebruikt en heeft het apparaat mogelijk ook al het afwaswater afgevoerd.
In dit geval dient u het vaatwasmiddelreservoir bij te vullen (zie "Vaatwasmiddelreservoir vullen").
Om een cyclus te wijzigen die reeds aan de gang is, volg de instructies in de paragraaf getiteld "het
afvoerkanaalfunctie van het Terugstellen", en selecteer het programma u wenst (zie de gerechtigde
paragraaf, "Schakelend de afwasmachine OP").
3 in 1 functie (DW9-TFE2/TFE3 reeks)
Wanneer het gebruiken van "3 in 1" combinatieproducten,zijn de spoeling-hulp en de zoute lichten niet
meer nuttig. Het kan nuttig zijn om het laagste mogelijke plaatsen voor waterhardheid te selecteren.
Als u op het gebruik van een standaard detergent systeem beslist over te schakelen adviseren wij dat
u:
1: Vul zowel de zout als spoelingshulpcompartimenten opnieuw.
2: Schakel de waterhardheid die aan de hoogste mogelijke positie plaatst en loop voor drie normale
cycli zonder een lading.
3: Pas de waterhardheid weer aan die opnieuw volgens de voorwaarden voor uw gebied plaatst (voor
meer informatie gelieve te verwijzen naar uw instructiehandboek).
WAARSCHUWING:
Plaats niet de tabletten in de ton of de bestekmand aangezien dit in
slechterewasresultaten zal resulteren. De tabletten zouden in het
detergent doseerapparaat moeten worden geplaatst.
Opmerking:
Het gebruik van 3 in 1 of de gelijkaardige tabletten zijn verboden
wanneer Hitte, Snelle Was en doorweken programma's worden
geselecteerd.
Het afvoerkanaalfunctie van het terugstellen
U kunt het afvoerkanaalfunctie van het Terugstellen gebruiken om de wascyclus onder het lopen tegen
te houden door de knop aan het "Terugstellen" Te roteren, en het toestel zal na de fase van het een
paar notulenafvoerkanaal ophouden.
J
J
J
J
19
19
De zorg voor uw vaatwasser
NL
Na elke wasbeurt
Na elke wasbeurt, de watertoevoer naar het apparaat dichtzetten en de deur iets open laten staan zodat
vocht en geurtjes niet worden opgesloten.
Stekker verwijderen
Alvorens reiniging of onderhoud uit te voeren, altijd de stekker uit het stopcontact nemen. Neem nooit
risico's.
Geen oplosmiddelen of schurende reinigingsmiddelen
Om de buitenzijde en rubberen onderdelen van de vaatwasser te reinigen, geen oplosmiddelen of
schurende reinigingsmiddelen gebruiken. Gebruik een vaatdoekje en een warm sopje.
Om vlekken en dergelijke van het oppervlak van het interieur te verwijderen, een doekje bevochtigd met
water en wat witte azijn, of een schoonmaakmiddel specifiek voor vaatwassers gebruiken.
Het apparaat verplaatsen
Wanneer het apparaat moet worden verplaatst, trachten dit in verticale positie te houden. Indien absoluut
noodzakelijk, dan kan het apparaat op de achterzijde gelegd worden.
Afdichtingen
Een van de oorzaken dat geuren in de vaatwasser gevormd worden zijn voedselresten die beklemd raken
in de afdichtingen. Periodiek reinigen met een spons zal dit voorkomen.
De deur mag niet open gelaten worden omdat dan het gevaar van struikelen zou kunnen ontstaan.
Wanneer u op vakantie gaat
Wanneer u op vakantie gaat, raden wij u aan een wasprogramma te draaien terwijl de vaatwasser leeg is
en vervolgens de stekker uit het stopcontact te nemen, de watertoevoer dicht te zetten en de deur op een
kiertje te laten. Hierdoor zullen de afdichtingen langer mee gaan en worden er geen nare geuren gevormd
in de vaatwasser.
20
20
Schoonmaken en onderhoud
NL
Regelmatige controle en onderhoud van het apparaat dragen ertoe bij defecten te voorkmen. dit bespaart
u tijd en ergernis. Daarom moet u af en toe de afwasautomaat goed controleren.
Algemene toestand van de machine
Spoelruimte controleren op aanslag van vet en kalk.
Als u zulke aanslag aantreft:
machine met afwasmiddel grondig doorspoelen.
Vaatwaszout(DW9-TFE2/TFE3 reeks)
H
I
Controleer het indicatielampje voor zout bijvullen "I". Vul,
indien nodig, zout bij.
Spoelglansmiddel(DW9-TFE2/TFE3
reeks)
Controleer het indicatielampje spoelglansmiddel bijvullen "H"
op het voorpaneel. Vul, indien nodig, spoelglansmiddel bij.
7
Zeven
De zeven "7, 8" zorgen ervoor dat grove etensresten in het
spoelwater niet in de pomp terechtkomen. Door de etensresten
kunnen de zeven verstopt raken.
Na elke afwasbeurt de zeven op etensreaten controleren
en eventueel schoonmaken.
8
Na het losdraaien van de grove/microzeef "7" kunt u tevens
de fijne zeef eruit "8" halen. Entensresten verwijderen en
de zeven onder stromend water schoonmaken.
De zeven "8" er weer in zetten en de grove/microzeef "7"
inzetten.
Sproeiarmen
Kalk en etensresten in het spoelwater kunnen de sproeiopeningen en de lagers van de sproeiarmen "9" en "10"
9
blokkeren.
Sproeiopeningen van de sproeiarmen op verstopping door
etensresten controleren.
Eventueel de onderste sproeiarm "10" naar boven eraf
trekken.
Bovenste sproeiarm "9" eraf schroeven.
Sproeiarmen onder stormend water schoonmaken.
Sproeiarmen weer vastdrukken resp. vastschroeven.
10
21
21
Opsporing van storingen
NL
Kleine storingen zelf verhelpen
De meest voorkomende storingen in het dagelijks gebruik van het apparaat kunt u zelf verhelpen zonder
de hulp van de servicedienst in te roepen. Hiermee bespaart u kosten en bent u ervan zeker dat u het
apparaat weer snel kunt gebruiken. Het vogende overzicht kan u erbij helpen de oorzaken van de ontstane
storingen vinden.
Storingen...
...bij het inschakelen
Het apparaat start niet
De zekering in het huis is niet in orde.
De stekker zit niet in het stopcontact.
De deur van het apparaat is niet goed gesloten.
U hebt geen programmatoets ingedrukt.
De kraan staat niet open.
De zeef aan de watertoevoerslang is verstopt.
- De zeef bevindt zich aan de aansluiting van de Aqua-Stop resp. van de toevoerslang.
Attentie!
Reparaties mogen alleen door een vakkundig monteur worden
uitgevoerd. Ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke schade en
gevaar voor de gebruiker opleveren.
22
22
NL
...met het apparaat zelf
DW9-TFE1/TFE2 reeks
Een fout wordt aangegeven doordat het AAN/UIT-indicatielampje "A" constant knippert.
Wanneer de zoemer om de 30 seconden 1 kort
DW9-TFE2 reeks
waarschuwingssignaal uitzendt.
Hebt u gecontroleerd of:
de deur goed dicht is.
Wanneer de zoemer om de 30 seconden 3 kort
waarschuwingssignaal uitzendt.
Hebt u gecontroleerd of:
de afvoerslang te laag ligt.
Wanneer de zoemer om de 30 seconden 4 kort
waarschuwingssignaal uitzendt.
Hebt u gecontroleerd of:
de afvoerslang gebogen of geknikt is.
de afvoerslang te hoog ligt.
Wanneer de zoemer om de 30 seconden 5 kort
waarschuwingssignaal uitzendt.
Hebt u gecontroleerd of:
de waterkraan open is en de watertoevoerslang goed is
aangesloten;
A C
H
B D
I
DW9-TFE1 reeks
A
B
de huiswaterleiding water geeft en voldoende druk heeft;
de watertoevoerslang gebogen of geknikt is;
de •lter voor de watertoevoerslang verstopt is.
de afvoerslang te laag ligt.
Wanneer de zoemer om de 30 seconden 2 of 6 korte waarschuwingssignalen uitzendt,
neemt u contact op met het dichtstbijzijnde onderhoudscentrum.
DW9-TFE3 reeks
Foutmelding op het display voor de resterende tijd.
Wanneer de zoemer kort waarschuwingssignaal 10 om de 30 seconden en tijd-blijvende
indicator vertoning "E1" uitzendt
Hebt u gecontroleerd of:
de deur goed dicht is.
Wanneer de zoemer kort waarschuwingssignaal 10 om de 30 seconden en tijd-blijvende
indicator vertoning "E3" uitzendt
Hebt u gecontroleerd of:
de afvoerslang te laag ligt.
23
23
NL
Wanneer de zoemer 10 korte waarschuwingssignalen om de 30 seconden en tijd-blijvende
indicator vertoning "E4" uitzendt
Hebt u gecontroleerd of:
de afvoerslang gebogen of geknikt is.
de afvoerslang te hoog ligt.
Wanneer de zoemer 10 korte waarschuwingssignalen om de 30 seconden en tijd-blijvende
indicator vertoning "E5" uitzendt
Hebt u gecontroleerd of:
de waterkraan open is en de watertoevoerslang goed is
aangesloten;
de huiswaterleiding water geeft en voldoende druk heeft;
de watertoevoerslang gebogen of geknikt is;
de •lter voor de watertoevoerslang verstopt is.
de afvoerslang te laag ligt.
Wanneer de zoemer 10 korte waarschuwingssignalen om de 30 seconden en tijd uitzendt
die indicator vertoning "E2" of "E6" blijft, contacteer het meest dichtbijgelegen erkende
de dienstcentrum.
Als u dit alles hebt gecontroleerd en de vaatwasser nog steeds niet werkt of een andere
foutmelding geeft, schakelt u de vaatwasser uit en wacht u enkele minuten. Schakel het
apparaat vervolgens weer in en probeer het opnieuw. Als de vaatwasser het nu nog
steeds niet doet en/of het probleem niet is verholpen, neemt u contact op met het
dichtstbijzijnde onderhoudscentrum. Geef de volgende gegevens door:
het deksel van het zoutreservoir goed dicht zit;
de dosering van het glansspoelmiddel correct is.
de onderste sproeiarm draait moeilijk
Sproeiarm door kleine deeltjes of etensresten geblokkeerd.
Deksel van het afwasmiddelbakje kan niet gesloten worden
Doseerreservoir te vol.
Mechanisme door vastgeplakte afwasmiddelresten geblokkeerd.
Er kleven na de afwas resten afwasmiddel in het reservoir
Reservoir was bij het vullen vochtig, alleen een droog reservoir met afwasmiddel vullen.
24
24
NL
Na afloop van het programma blijft er water in het apparaat staan
De afvoerslang is verstopt of geknikt.
De afvoerpomp is geblokkeerd.
De zeven zijn verstopt.
Het programma is nog niet afgelopen. Wacht op het einde van het programma.
...bij de afwas
Abnormale schuimvorming
Handafwasmiddel in het reservoir voor glansspoelmiddel.
Gemorst spoelmiddel kan bij de volgende spoelbeurt tot overmatige schuimvorming leiden daarom
moet u het gemorste spoelmiddel met een doek verwijderen.
Het programma stopt tijdens de afwas
Stroomtoevoer onderbroken.
Watertoevoer onderbroken.
Klappened geluiden tijdens de afwas
Sproeiarm slaat tegen serviesgoed.
Kletterende geluiden tijdens de afwas
Serviesgoed niet goed ingeruimd.
Klappende geluiden van de vul-ventielen
Wordt veroorzaakt door de ligging van de waterleiding en heeft geen invloed op het functioneren van
de machine. Deze geluiden kunnen niet verholpen worden.
...aan het serviesgoed
Er blijven gedeeltelijk etensresten aan het serviesgoed plakken
Het serviesgoed was niet goed ingeruimd,de waterstralen konden het oppervlak niet bereiken.
De servieskorf was te vol.
Het serviesgoed ligt tegen elkaar aan.
Te weinig afwasmiddle gebruikt.
Een te zwak programma gekozen.
Sporeiarmen konden niet ongehinderd ronddraaien doordat een stuk serviesgoed in de weg stond.
Sproeiers van de sproeiarmen zijn door etensresten verstopt.
De zeven zijn verstopt.
Zeven verkeerd ingezet.
Afvoerpomp geblokkeerd.
25
25
NL
Er ontstaan verkleuringen op kunststof onderdelen
Te weinig afwasmiddel gebruikt.
Het afwasmiddel heeft te weinig bleekwerking. Afwasmiddel met chloor gebruiken.
Er blijven gedeeltelijk witte vlekken op het serviesgoed achter, de glazen blijwen
melkkleurig
Te weinig afwasmiddel gebruikt.
Hoeveelheid glansspoelmiddel te laag ingesteld.
Ondanks een hoge hardheidsgraad van het leidingwater geen zout toegevoegd.
Onthardingsinstallatie te laag ingesteld.
Het deksel van het zoutreservoir is niet goed vastgedraaid.
Als u afwasmiddel zonder fosfaat hebt gebruikt, probeer dan eens afwasmiddel met ter vergelijking.
Het serviesgoed wordt niet droog
Programma zonder drogen gekozen.
Hoeveelheid glansspoelmiddel tr laag ingesteld.
Serviesgoed te snel uit het apparaat gehaald.
De glazen zien dof uit
Hoeveelheid glansspoelmiddel te laag ingesteld.
Resten thee of lippenstift zijn achtergebleven
Het afwasmiddel heeft te weinig bleekwerking.
Een te lage afwastemperatuur gekozen.
Roestsporen op het bestek
Het bestek is niet voldoende roestbestenddig.
Het zoutgehalte in het afwaswater is te hoog.
- Dwksel van het zoutreservoir niet goed vastgedraaid.
- Tijdens het navullen te veel zout toegevoegd.
De glazen worden dof en verkleuren, de aanslag kan niet worden afgewreven
Een ongeschikt afwasmiddel gebruikt.
De glazen zijn niet geschikt voor een afwasautomaat.
Op glazen en bestek blijven strepen achter, de glazen zien er metaalachtig uit.
Hoeveelheid glansspoelmiddel te hoog ingesteld.
26
26
Technische kenmerken
NL
Breedte
45 cm
Diepte
60 cm
Hoogte
85 cm
Capaciteit
9 standaardcouverts
Druk leidingwater
zie naamplaatje
Stroomspanning
zie naamplaatje
Maximum intensitet
Totaal energieverbruik
13A
zie naamplaatje
Attentie
Richtlijnen bij het afvoeren van uw oude apparaat en van de
verpakking
Uw oude apparaat is geen waardeloos afvalproduct.
Waardevolle grondstoffen kunnen door een milieuvriendelijke van afvorden na bewerking opnieuw gebruikt
worden.
Bij afgedankte apparaten: stekker uit het stopcontact trekken, aansluitkabel doorknippen en samen met
de stekker verwijderen.
Deursluiting onklaar maken. Hiermeer voorkomt u dat kinderen zichzelf tijdens het spelen in het apparaat
opsluiten en in levensgevaar raken.
Uw nieuwe apparaat werd tijdens het transport naar u door de verpakking beschermd. Voor de verpakking
werd gebruik kan werdragen en die geschikt zijn voor hergebruik. Help a.u.b.mee aan het beschermen
van een het milieu door de verpakking op een milieuvriendelijke wijze te (laten) afvoeren.
Kinderen niet met de verpakking en onderdelen ervan laten spelen.
Kans op verstikking door vouwkarton en foliemateriaal.
U kunt bij de reinigingsdienst in uw gemeente informeren hoe u uw oude apparaat en het
verpakkingsmateriaal van het nieuwe apparaat kunt (laten) afvoeren voor een milieuvriendelijke
verwerking.
27
27
NL
Algemeen
Gelntegreerde en onderbouwapparaten die achteraf als vrijstaand apparaat worden opgesteld, bijv.
door het vast te schroeven, bijv. door het vast te schroeven aan de nuur of door inbouw onder een
doorlopend werkblad dat aan de kasten ernaast is vastgeschroefd.
Aanwiljzingen voor vergelijkende tests volgens EN 50242
Inruimen volgens de normen.
Een voorbeeld van het inruimen: zie Afb.1 en 2.
Capaciteit: 9 standaardcouverts.
Vergelijkingsprogramma: ECO-programma.
Instelling glansspoelmiddel: 5
Zeep: 5g+22g.
Bepaalde
modellen:
Afb.1
Afb.2
Bij een in de hoogte verstelbare bovenkorf moet deze in de bovenste stand gezet worden.
Bij afwijkingen van de vergelijkende tests volgens EN 50242 (bijv. bij de aard van vervuiling, van het
soort serviesgoed en bestek) moet vóór het begin van de test contact worden opgenomen met de fabrikant.
28
28