Lees zorgvuldig de volgende hoofdstukken voordat u dit apparaat gebruikt: “HET APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (bijgeleverd op een apart blad).
Bewaar na het lezen het document (de documenten) op een direct toegankelijke plaats.
INPUT-aansluiting
Op deze aansluiting kunnen invoersignalen (van een gitaar, een ander
elektrisch of elektronisch muziekinstrument of een ander eectapparaat)
worden aangeboden.
* De INPUT-aansluiting dient ook als
stroomschakelaar. Het apparaat
wordt ingeschakeld als u een stekker
in de INPUT-aansluiting steekt
en uitgeschakeld als u de stekker
loskoppelt. Wanneer u het apparaat
niet gebruikt, dient u de kabel die op de
INPUT-aansluiting is aangesloten, los te
koppelen.
Netstroomadapter
(PSA-reeks, apart verkrijgbaar)
Elektrische gitaar
Nederlands
LEVEL-regelaar
Hiermee regelt u het volume van het eectgeluid. Door de regelaar rechtsom te
draaien, verhoogt u het volume. Als u de regelaar linksom draait, verlaagt u dit.
7 De DS-2 is een vervormingsapparaat met turbocircuits.
7 Alle circuits zijn discrete componenten en veroorzaken dus weinig ruis.
7 Door de turbomodi te wijzigen, beschikt u over twee optionele vervormingstypen.
7 Turbo I en II kunnen worden bediend met behulp van de voetschakelaar die op de REMOTE-aansluiting is aangesloten.
OUTPUT-aansluiting
Sluit een versterker aan op deze aansluiting.
DC IN-connector
Hierop kunt u een netstroomadapter (PSA-reeks, apart verkrijgbaar) aansluiten. Door een netstroomadapter
te gebruiken, kunt u spelen zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over het resterende batterijvermogen.
* Het is raadzaam de batterijen in het apparaat te laten zitten, zelfs als u het apparaat
gebruikt met de netstroomadapter. Zo kunt u blijven spelen, zelfs wanneer het snoer van de
netstroomadapter per ongeluk losraakt van het apparaat.
* Gebruik alleen de opgegeven netstroomadapter (PSA-reeks).
* Als de netstroomadapter is aangesloten terwijl het apparaat
is ingeschakeld, gebruikt het apparaat de voeding van de
netstroomadapter.
CHECK-indicator
Deze indicator geeft aan of het eect in- of uitgeschakeld is en dient ook als controle voor de
batterij.
De indicator licht op wanneer een eect is ingeschakeld.
* Als de indicator verzwakt of niet meer oplicht wanneer een eect is ingeschakeld,
isde batterij bijna leeg en dient u de batterij te vervangen.
* De CHECK-indicator geeft weer of het eect is in- of uitgeschakeld en geeft de
verschillende functies aan. De indicator geeft niet aan of het apparaat is ingeschakeld
of niet.
TONE-regelaar
Hiermee regelt u de toon van het eectgeluid. Wanneer u de regelaar rechtsom
draait, worden hogere tonen benadrukt. Wanneer u de regelaar linksom draait,
worden hogere tonen afgesneden.
Voetschakelaar
Met deze schakelaar zet u de eecten op ON of OFF.
Duimschroef
Wanneer deze schroef wordt losgedraaid, opent het pedaal en kunt u de
batterij vervangen.
* Raadpleeg “De batterij vervangen” voor instructies om de batterij te
vervangen.
Paneelbeschrijvingen
Belangrijkste functies
Copyright © 2017 ROLAND CORPORATION
DIST-regelaar (vervorming)
Hiermee regelt u de diepte van het vervormingseect. Door de regelaar
rechtsom te draaien, wordt de vervorming dieper en krijgt u een krachtiger
vervormingseect.
Door de regelaar linksom te draaien, krijgt u een lichter vervormingseect.
Regelaar voor selectie van TURBO modus
Hiermee selecteert u turbomodus I of II.
Voor meer informatie raadpleegt u “Het apparaat bedienen”.
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
* Zet het volume altijd op nul en schakel alle apparaten uit
voordat u aansluitingen maakt om defecten of storingen aan de
apparatuur te voorkomen.
* Zorg ervoor onderstaande procedure te volgen om alle
apparaten in te schakelen wanneer alles correct is aangesloten.
Wanneer u apparatuur in de verkeerde volgorde inschakelt,
bestaat het risico op apparaatstoringen of -defecten.
Bij het inschakelen: Schakel de stroom naar de
gitaarversterker als laatste in.
Bij het uitschakelen: Schakel de stroom naar de
gitaarversterker als eerste uit.
* Verlaag altijd eerst het volume voordat u het apparaat in- of
uitschakelt. Zelfs als u het volume hebt verlaagd, hoort u
mogelijk geluid wanneer u het apparaat in- of uitschakelt. Dit is
normaal en wijst niet op een defect.
* Als u het apparaat alleen op batterijstroom gebruikt, verzwakt
de indicator van het apparaat wanneer de batterij bijna leeg is.
Vervang de batterij zo snel mogelijk.
* Verkeerd gebruik van de batterijen kan leiden tot explosie
en lekkende vloeistof. Zorg ervoor dat u de instructies
met betrekking tot de batterijen in “HET APPARAAT VEILIG
GEBRUIKEN” en “BELANGRIJKE OPMERKINGEN” (bijgeleverd op
een apart blad) zorgvuldig volgt.
Het apparaat bedienen
1. Maak de nodige aansluitingen
en stel vervolgens de regelaars
op het paneel in zoals
weergegeven in de afbeelding.
2. Druk op de voetschakelaar
en controleer of de CHECK-
indicator oplicht.
3. Stel de regelaar voor de selectie van de TURBO modus
in op de gewenste positie, I of II.
Turbo I
De modus Turbo I levert een krachtig vervormingsgeluid dankzij
de turbocircuits. Het gecreëerde geluid is vlak en niet gedempt,
zelfs niet wanneer het volume op nul staat. Bovendien dienen de
vervormingscircuits ook om onaangename scherpe geluiden te
verwijderen die worden veroorzaakt door een te sterke vervorming.
Turbo II
“Sticky distortion” met een unieke boost in het middelste
frequentiegebied.
De turbocircuits bieden een krachtig geluid van een grote
vacuümbuizenversterker met het volume op het hoogste niveau.
4. Regel de diepte van de vervorming met de DIST-regelaar.
5. Regel de toon van de vervorming met de TONE-regelaar.
6. Regel het volume van de vervorming met de
LEVEL-regelaar.
De batterij vervangen
1. Houd het
pedaal
ingedrukt, draai
de duimschroef
los en open het
pedaal naar
boven toe.
* Het pedaal kan
worden geopend
zonder dat u
de duimschroef
volledig hoeft los
te draaien.
2. Verwijder de oude batterij uit de batterijbehuizing
en verwijder de kabel met drukknoop die eraan
bevestigdis.
3. Verbind de kabel met drukknoop met de nieuwe
batterij en plaats de batterij in de batterijbehuizing.
* Houd rekening met de polariteit van de batterij (+ versus -).
4. Schuif de schroefveer over de veerbasis aan de
achterkant van het pedaal en sluit vervolgens het
pedaal.
* Let op dat de kabel met drukknoop niet klem komt te zitten
tussen het pedaal, de schroefveer en de batterijbehuizing.
5. Steek ten slotte de duimschroef in het gat van de
geleidebus en draai ze stevig vast.
Belangrijkste specicaties
BOSS DS-2: TURBO Distortion
Nominaal ingangsniveau -20 dBu
Ingangsimpedantie 1 MΩ
Nominaal uitgangs-
niveau
-20 dBu
Uitgangsimpedantie 1 kΩ
Aanbevolen
lastimpedantie
10 kΩ of hoger
Stroomtoevoer DC 9 V; Droge batterij 6F22 (9 V)-type (koolstof)/
droge batterij 6LR61 (9 V)-type (alkaline),
netstroomadapter (PSA-reeks: optioneel)
Stroomverbruik 12 mA (DC 9 V)
* Verwachte levensduur van de batterij bij
voortdurend gebruik:
koolstof: 23 uur, alkaline: 42 uur
Deze cijfers variëren afhankelijk van de
werkelijke gebruikscondities.
Afmetingen 73 (B) x 129 (D) x 59 (H) mm
Gewicht 400 g (inclusief batterij)
Accessoires Gebruikershandleiding, Infoblad (“HET
APPARAAT VEILIG GEBRUIKEN”, “BELANGRIJKE
OPMERKINGEN” en “Informatie”), droge batterij/
9 V-type (6F22)
Opties Netstroomadapter (PSA-reeks)
* 0 dBu = 0,775 Vrms
* In dit document worden de specicaties van het product
uitgelegd op het moment dat het document werd vrijgegeven.
Raadpleeg de Roland-website voor de meest recente
informatie.
6 5 4 3
Duimschroef
Batterijbehuizing
Pedaal
Veerbasis
Schroefveer
Gat van
geleidebus
Kabel met
drukknoop van
batterij
Drukknoop
van
batterij
9 V-batterij
Instellingsvoorbeelden
Het meest gangbare
vervormingsgeluid.
Lichte vervorming. Wanneer het
volume van de gitaar op nul staat,
verkrijgt u een bijna normaal
geluid met weinig vervorming.
“Sticky distortion” met een
unieke boost in het middelste
frequentiegebied. Geschikt voor
leadgitaren.
Overdriveachtige geluiden
waarvan de hoge tonen zijn
afgesneden.
REMOTE-aansluiting
Door een optionele voetschakelaar zoals de FS-5L op deze aansluiting aan te
sluiten, selecteert u de turbomodus I of II met behulp van het pedaal.
* Om de bovenstaande functie voor bediening op afstand te verkrijgen, zet u
de regelaar voor de selectie van de turbomodus op positieII
(REMOTE).
Gitaarversterker
Gebruikershandleiding