Electrolux RM123K Handleiding

Type
Handleiding
6
GEBRUIKSAANWIJZING
1. INLEIDING
De koelkast werkt slechts optimaal indien hij wordt geïnstalleerd en
gebruikt volgens de instructies in deze gebruiksaanwijzing. De
ventilatiegleuven aan de onder- en bovenkant van de koelkast
mogen niet worden verkleind of hoe dan ook worden geblokkeerd,
anders wordt de werking van de koelinrichting aangetast.
Nadat de koelkast is aangesloten, moet worden gecontroleerd of de
verbindingsstukken waar men bij kan geen defekten vertonen. Dat
doet men door ze in te wrijven met een oplossing van water en zeep
en te kijken of er belletjes verschijnen. Hierbij moet de gasfles en
eventuele gaskraantjes in de leiding uiteraard worden aangezet.
GEBRUIK GEEN VLAM. Alle verbindingsstukken moeten van tijd tot
tijd op dezelfde manier worden gecontroleerd om te verzekeren dat
ze tijdens het gebruik niet zijn losgeraakt
De koelkast op een gelijke ondergrond zetten
Wanneer de koelkast in gebruik is, sijpelt onder invloed van de
zwaartekracht vloeibare koelstof door de pijpen van de koelinrichting.
Om de koelvloeistof goed te laten doorstromen, moet de koelkast
redelijk stabiel staan, zowel aan de voor- en achterkant als aan de
zijkanten. Als dat niet het geval is, kan de koelvloeistof zich op
bepaalde plaatsen ophopen in plaats van naar de onderkant
terugstromen, zodat het koelingsproces wordt aangetast of geheel
gestopt.
In een door een auto getrokken caravan zal de werkíng van de
koelinrichting normaal niet worden aangetast door de gebruikelijke
schommelbeweging, zelfs als gedurende lange tijd heuvelopwaarts
wordt gereden. Wanneer de caravan echter meer dan ongeveer een
half uur stilstaat, kan het een nadelig effect hebben als hij meer dan
ongeveer in een willekeurige richting overhelt. (Opmerking:
komt overeen met ongeveer 50mm aan het uiteinde van een loodlijn
van één meter of 11/2" aan het uiteinde van een loodlijn van 30"). Als
de caravan niet meer dan 8° overhelt, wordt het koelingsproces
normaal hervat wanneer de koelkast weer rechtop komt te staan. Als
de caravan echter wel meer dan 8° overhelt, moet hierna de brander
zo snel mogelijk worden uitgezet of de netvoeding worden
afgesloten, al naar gelang van toepassing. Als dat niet wordt gedaan,
kan de koelinrichting worden beschadigd doordat de boiler oververhit
raakt.
Wanneer de caravan enige tijd moet stilstaan terwijl de koelkast
in gebruik is, moet de caravan op een gelijke ondergrond worden
gezet, zodat de koelkast in beide richtingen stabiel is. Of dat het
geval is, kan worden gecontroleerd door een kleine luchtbelwaterpas
op de ijslaplank van de koelkast te leggen en die met behulp van een
spiegeltje van boven te bekijken. Als het voertuig niet op een gelijke
ondergrond kan worden gezet en meer dan een half uur scheef moet
staan, moet de koelkast tijdelijk worden uitgezet.
Opmerking: Nadat aanvankelijk is gecontroleerd of de koelkast ín
beide richtingen stabiel is geïnstalleerd ten opzichte van de caravan,
is het mogelijk dat u naderhand een beter toegankelijk en plat
oppervlak vindt waarop de luchtbelwaterpas voortaan kan worden
neergelegd. Op de trekbalk van de caravan, bijvoorbeeld, kan een
tweewegswaterpas of dooswaterpas worden gelegd (of permanent
worden aangebracht), die bij het verstellen van de hoogte van het
steunwiel snel kan aangeven hoe de caravan, en dus ook de
koelkast, kan worden gelijk gezet.
2. GASDRUK
Alvorens de koelkast met flessengas in gebruik te nemen, moet
worden gecontroleerd of het soort gas en de gasdrukregelaar die u
van plan bent te gebruiken overeenkomen met de grootte van de
brandstraal en de gasregelklep die in de koelkast zijn aangebracht.
3. HET IN GEBRUIK NEMEN VAN DE KOELKAST
(zie fig. 2)
Voordat u de koelkast voor het eerst gebruikt, is het raadzaam om
hem van binnen goed schoon te maken en ook de accessoires te
reinigen (zie onder 'Schoonmaken').
Voordat de koelkast wordt aangezet, moet altijd worden
gecontroleerd of de alternative bedieningsmethode 'uit' is,
aangezien de koelkast niet op twee manieren tegelijk kan
werken. Als de caravan enige tijd moet stilstaan, moet worden
gecontroleerd of de koelkast rechtop staat.
Om de gasregelaar (4) op een andere stand te zetten, moet de knop
eerst worden ingedrukt.
Het aansteken van de brander
1. Schakel de electronische contactschakelaar (5) aan door het
rechteruiteinde tegenover het streepje in te drukken. Het
lampje in de schakelaar moet nu knipperen, waarmee wordt
aangegeven dat het vonken plaatsvindt.
2. Draai de gasregelaar (4) naar de maximumstand (nr. 3), druk
de knop in en houd hem ingedrukt.
3. Wanneer de brander aan gaat, zal het neonlampje in de
schakelaar ophouden met knipperen en tenslotte geheel uit
gaan. Wanneer dit gebeurt, moet de knop (4) nog 15 seconden
ingedrukt worden gehouden om het thermo-element boven de
brander warm te laten worden, waarna de knop kan worden
losgelaten. Als het lampje in de schakelaar opnieuw gaat
knipperen, betekent het dat de vlam is uit gegaan. In dat geval
moet bovenstaande methode worden herhaald.
4. Wanneer de brander is aan gegaan, moet de
contactschakelaar in de 'On' (aan) stand gelaten worden. Als
de vlam uit gaat, als gevolg van een windvlaag bijvoorbeeld,
zal de contactschakelaar onmiddellijk beginnen te vonken en
de brander opnieuw aansteken.
Opmerking: Als de brander niet binnen ongeveer één minuut
opnieuw wordt aangestoken, zal het vlamstoringmechaniekje
gaan werken en de gastoevoer naar de brander afsluiten. Het
neonlampje in de schakelaar zal echter blijven knipperen om u er
op attent te maken dat er iets mis is of dat de gasfles leeg is.
Aansteekprocedure voor gasbrander in noodgevallen
Hoewel de electronische contactschakelaar voornamelijk is
ontworpen voor aansluiting op een autoaccu van 12V, zal hij ook
werken via een droge cel van 9V. Als de aanbevolen autoaccu-
verbinding niet verkrijgbaar is, kan de brander worden
aangestoken met gebruik van type PP3, PP7, PP9 of
gelijkwaardige accu, zoals voor radio's wordt gebruikt. Bij gebruik
van deze methode moet de '+' en '-' polariteit worden
geobserveerd, anders zal de contactschakelaar níet werken.
4. DE KOELKAST OP DE NETVOEDING (230V)
LATEN WERKEN
BELANGRIJK: Alvorens de caravan op de netvoeding aan te
sluiten, moet altijd worden gecontroleerd of de netvoeding een
effectieve aardverbinding heeft en de polariteit juist is ten
opzichte van de netspanningsbedrading in de caravan. Voor de
veiligheid is het van essentíeel belang, vooral bij gebruik in het
buitenland, om te controleren of er aardcontinuteit is en of de
polariteit juist is ten opzichte van de aangesloten netvoeding. (Er
zijn verschillende merken polariteits- en aardcontinuteitsmonitors
voor dit doel te koop).
Om de koelkast op de netvoeding aan te sluiten, moeten de
gasregelkop (4, fig. 2), de contactschakelaar (5, fig. 2) en de accu
van 12V zíjn uitgeschakeld. Steek de stekker van de koelkast in
het stopcontact en zet de koelkast aan. Zet de electrische
thermostaatknop (6, fig. 3) op stand 3 of 4.
5. DE KOELKAST OP 12 VOLT LATEN WERKEN
Wanneer de caravan wordt getrokken, is het raadzaam om de
koelkast op electriciteit te laten werken, d.w.z. met de accu van
12V in het trekkende voertuig, en niet door middel van flessengas.
Het is belangrijk om te weten dat de koelkast alleen bij 12V moet
worden gebruikt wanneer de motor van de auto draait en de accu
oplaadt, en gedurende korte perioden wanneer de caravan
stilstaat, anders kan de accu zodanig worden ontlaaden, dat de
motor er niet meer mee kan worden gestart. Wanneer de caravan
meer dan een betrekkelijk korte periode stilstaat, zeg maar een
half uur, moet de caravan op een gelijke ondergrond worden
gezet, de koelkast van de accu van 12V worden losgemaakt en zo
nodig met flessengas of de netvoeding weer worden opgestart.
Om op 12V te kunnen werken, is de boiler van de koelinrichting
uitgerust met een verwarmingselement van 85 watt, dat is
aangesloten op een tweewegseindblok aan de achterkant van de
koelkast. Gebruik bij 12V wordt niet door de thermostaat
geregeld, zodat de koelinrichting werkt zolang de koelkast op de
accu van 12V is aangesloten. (Aangezien gebruik bij 12V alleen
bestemd is voor wanneer de caravan wordt getrokken, is het
onwaarschijnlijk dat overkoeling optreedt tijdens een betrekkelijk
korte tijdsperiode. Als overkoeling optreedt wanneer de caravan
gedurende langere periodes wordt getrokken, mag de koelkast zo
nodig af en toe worden afgezet).
7
Om de koelkast bij 12V te gebruiken, moet worden gecontroleerd
of het gas is afgezet, waarna de tijdens de installatie aangebrachte
plug(s) en contact(en) op elkaar moeten worden aangesloten en
eventuele schakelaars in het circuit naar de koelkast moeten worden
aangezet.
Opmerking: alvorens de koelkast bij 12V te gebruiken, moet de
koelkast met de inhoud worden voorgekoeld door deze eerst een
paar uur op flessengas te laten werken voordat wordt overgegaan op
12V en men op reis gaat.
6. TEMPERATUURREGELING
Na het in werking stellen van de koelkast duurt het ongeveer een uur
voordat aan de ijslaplank is te zien dat het koelingsproces op gang
is. De gasregelaar (4, fig. 2) heeft vier standen:'Off' (uit) en 3, 2 en 1,
waarmee de drie vlamsoorten worden aangegeven, d.w.z. maximum,
medium en minimum. De hoeveelheid koeling in de koelkast is
afhankelijk van de gebruikte vlamgrootte.
Het is beter om de koelkast in werking te brengen met de regelknop
op de maximum vlamstand (nr. 3). Na ongeveer een uur mag deze
naar de medium (nr. 2) of minimum (nr. 1) stand worden gedraaid om
de voor de omstandigheden meest geschikte koeling te verkrijgen.
Bij warm weer, zware inhoud of het herhaaldelijk openen van de deur,
is meestal de medium of maximum stand nodig, terwijl bij koud weer
de minimum vlamstand gewoonlijk voldoende is.
Vergeet niet om de instelling zo nodig te wijzigen als er een merkbare
verandering in kamertemperatuur of gebruikscondities optreedt.
Wanneer de koelkast op de netvoeding werkt, wordt de temperatuur
door de thermostaat geregeld en moet de thermostaatknop (6, fig. 3)
op stand 3 of 4 worden gezet. Bij algemeen gebruik zal dan de
geschikte temperatuur in de koelkast worden gehandhaafd, maar bij
warm weer, of als meer koeling nodig is, moet de knop op een hogere
stand worden gezet. Voor minder koeling moet de knop naar een
lager cijfer worden gedraaid.
7. HET OPSLAAN VAN VOEDSEL IN DE
KOELKAST
De koelkast wordt geleverd met vier planken van halve diepte. Twee
daarvan kunnen worden gecombineerd om een plank van volle
diepte te maken (waarbij de achterste wordt omgedraaid, zodat het
opstaande randje aan de achterkant komt te zitten), of ze kunnen
apart worden gebruikt op de vier plaatsen die aan de binnenkant van
de koelkast zijn aangegeven, zodat er aan de voorkant ruimte vrij
komt voor flessen.
Om te voorkomen dat het voedsel uitdroogt en de geuren van het ene
voedsel naar het andere worden overgebracht, moeten altijd plastic
zakken of bakken met een deksel worden gebruikt. Wanneer de
caravan wordt getrokken, kunnen verfrommelde stukjes papier
(tijdelijk) tussen de verschillende bakjes worden gestopt om te
voorkomen dat ze te veel heen en weer schuiven.
Zet nooit voedsel dat nog warm is in de koelkast.
Vergeet niet om de transportbeveiliging vast te zetten wanneer de
caravan wordt getrokken (zie hieronder).
8. IJSBLOKJES MAKEN
Vul de ijsla tot niet meer dan 5 mm van de bovenrand met water en
zet de la op de daarvoor bestemde plank in de koelkast. Wanneer het
water in ijs is veranderd, kan de la van de plank worden gehaald door
hem aan één hoek op te tillen.
Wanneer de koelkast op gas werkt, gaat ijsblokjes maken sneller als
de regelknop (4, fig. 2) tijdelijk op de maximum vlamstand (nr. 3)
wordt gezet.
9. TRANSPORTBEVEILIGING
De transportbeveiliging (fig. 4) dient er toe om te voorkomen dat de
deur van de koelkast tijdens het reizen open gaat. Vergeet niet om de
beveiliging zodanig naar beneden te duwen dat het onderste uiteinde
goed in de plastic huls aan de bovenkant van de deur vast zit voordat
u wegrijdt.
10. ONTDOOIEN
Na enige tijd zal zich op en onder de ijslaplank rijp gaan vormen. Het
is beslist een misverstand dat een opeenhoping van rijp voor een
betere koeling zorgt. Integendeel, voor de meest efficiente werking
moet de koelkast regelmatig worden ontdooid, meestal één keer per
week of om de tien dagen, al naar gelang de gebruikscondities.Om
de koelkast te ontdooien, moet het gas worden afgezet, de koelkast
worden geleegd, de ijsla worden verwijderd en de deur worden
opengelaten. De rijp zal smelten en in de opvangbank druppelen.
Wanneer de koelkast volledig is ontdooid, moet de opvangbank
worden verwijderd door hem voorzichtig naar voren te schuiven
en vervolgens worden geleegd. Droog de ijslaplank met een
doek, zet de opvangbank op zijn plaats terug, zet het gas aan en
steek de brander opnieuw aan. Spoel de ijsla af, vul hem met
vers water en zet hem terug op zijn plaats.
Opmerking: Probeer de koelkast niet sneller te ontdooien met
behulp van een electrische kachel of een andere warmtebron,
aangezien de plastic oppervlakken hierdoor kunnen worden
beschadigd.
11. SCHOONMAKEN
Maak de koelkast van tijd tot tijd grondig schoon. Hiervoor moet
het gas worden afgezet, de koelkast worden geleegd en
vervolgens worden ontdooid zoals hierboven is beschreven.
De koelkast en onderdelen kunnen worden schoongemaakt met
een zachte doek die is uitgewrongen in een oplossing van warm
water en dubbelkoolzure soda. Neem de koelkast tenslotte af met
een doek die alleen in warm water is uitgespoeld en droog de
koelkast grondig af. Plastic onderdelen mogen niet worden
gewassen in water dat zo warm is dat u uw hand er niet in kunt
houden en mogen ook niet aan droge hitte worden blootgesteld.
GEBRUIK NOOIT STERKE CHEMICALIEN,
SCHUURMIDDELEN OF HOOGST GEPARFUMEERDE
SCHOONMAAKMIDDELEN OP WELK ONDERDEEL VAN DE
KOELKAST OOK.
Zet de onderdelen terug op hun plaats en steek de brander
opnieuw aan.
12. WANNEER DE KOELKAST NIET IN GEBRUIK IS
Wanneer uw koelkast soms niet in gebruik is, draai dan het gas
uit, of schakel de 12V toevoer uit, al naargelang.
Leeg het kabinet en ontdooi zoals vooraf beschreven. Maak de
koelkast schoon en droog de binnenkant en onderdelen en laat
de deur open, zoniet kan de zuurstof binnenin bedorven raken,
resulterend in een onbehaaglijke geur, die achteraf moeilijk te
verwijderen zou zijn.
13. CONSUMPTIE
Hieronder staat wat ongeveer de gasconsumptie is bij de
verschillende instellingen van de gasregelaar.
GASREGELAAR STAND 1 2 3
Flessengas kg/24heures 0,13 0,17 0,2
ALS DE KOELKAST NIET GOED WERKT
Voordat u een onderhoudsingenieur belt, moet u controleren:
1. of de instructies onder'HET IN WERKING BRENGEN VAN
DE KOELKAST' zijn opgevolgd.
2. of de koelkast op een gelijke ondergrond en dus in geen
enkele richting scheef staat.
3. of het mogelijk is om de koelkast op elke aangesloten
energiebron in werking te brengen.
4. of, als de koelkast niet op gas werkt,
de gasfles niet leeg is
alle gaskleppen open staan.
5. of, als de koelkast niet bij 12V werkt,
de bron van 12V op de koelkast is aangesloten
de zekering van de bron van 12V intact is
de schakelaar van 12V aan staat.
6. of, als de koelkast niet bij 230V werkt,
de bron van 230V op de koelkast is aangesloten
de zekering intact is
de thermostaat niet in de 'off' (uit) stand staat.
Als de koelkast niet koud genoeg is, kan dat komen doordat:
1. de ventilatie onvoldoende is vanwege blokkage van de
ventilatiegleuven door voorwerpen zoals gaas of
winterschermen.
2. de verdamper met rijp is bedekt.
3. de temperatuurregelaar op de verkeerde instelling staat.
4. de gasdruk verkeerd is - controleer de drukregelaar van de
gasfles.
5. de omgevingstemperatuur te hoog is.
6. er te veel voedsel tegelijk is ingeladen.
7. de deur niet goed dicht zit.
8. er meer dan en energiebron tegelijk wordt gebruikt.
Als de koelkast nog steeds niet goed werkt, bel dan een
onderhoudsingenieur.
Het afgesloten koelingssysteem mag niet worden geopend,
aangezien er corroderende chemicalin onder hoge druk in zitten.
ONDERHOUD
Controleer van tijd tot tijd of er geen scheurtjes of diepe krassen in
de gasslang zitten. Verbindingsstukken kunnen op lekken worden
getest met gebruik van een zeepoplossing. Gebruik geen naakte
vlam! Als u vermoedt dat er schade is opgetreden, bel dan een
onderhoudsingenieur.
Wij bevelen aan dat de koelkast een keer per jaar door een
onderhoudsingenieur wordt gecontroleerd.
EEN PAAR HANDIGE TIPS
ZORG ERVOOR DAT
de koelkast niet op 12V werkt wanneer het voertuig is
geparkeerd, anders loopt de autoaccu in korte tijd leeg.
de koelkast regelmatig wordt ontdooid.
de koelkast schoon en droog is en de deur wordt opengelaten
wanneer hij enige tijd niet wordt gebruikt.
spijzen en dranken met een sterke geur goed worden verpakt.
de ventilatiegleuven niet worden geblokkeerd.
de deur wordt beveiligd met de transportbeveiliging voordat de
caravan wordt getrokken.
slechts een energiebron tegelijk wordt gebruikt om de koelkast te
laten werken.
SERVICE EN RESERVEONDERDELEN
Service en reserveonderdelen zijn verkrijbaar bij uw dealer.
EEN LUX MODEL,
Dometic RT brengt van tijd tot tijd wijzigingen in haar produkten aan, waardoor de in deze
folder vermelde gegevens aan wijzigingen onderhevig zijn zonder voorafgaande kennisgeving.
Het toestel bevat geen CFK's/HCFK's.
Natriumchromaat wordt gebruikt als roestwerend middel (minder dan 2% van het koelvloeistofgewicht)
Printed by Xerox Hungary Ltd.
Rev.: 2003. 12. 05.
DOMETIC LTD.
99 OAKLEY ROAD
LUTON, BEDFORDSHIRE LU4 9GE
Recyclage
Nadat u het toestel uitgepakt heeft, brengt u het
verpakkingsmateriaal best naar een inzamelpunt in uw buurt. Na
afloop van de nuttige levensduur moet het toestel afgeleverd
worden bij een gespecialiseerd inzamel- en recyclagebedrijf, dat
de nog bruikbare materialen terugwint. De rest wordt zorgvuldig
vernietigd.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EEG-richtlijnen:
LVD-Richtlijn 73/23/EEG
gewijzigd bij Richtlijn 90/683/EEG.
EMC-Richtlijn 89/336/EEG.
Gas-Richtlijn 90/396/EEG.
ELV-Richtlijn 2000/53/EG.

Documenttranscriptie

GEBRUIKSAANWIJZING 1. INLEIDING De koelkast werkt slechts optimaal indien hij wordt geïnstalleerd en gebruikt volgens de instructies in deze gebruiksaanwijzing. De ventilatiegleuven aan de onder- en bovenkant van de koelkast mogen niet worden verkleind of hoe dan ook worden geblokkeerd, anders wordt de werking van de koelinrichting aangetast. Nadat de koelkast is aangesloten, moet worden gecontroleerd of de verbindingsstukken waar men bij kan geen defekten vertonen. Dat doet men door ze in te wrijven met een oplossing van water en zeep en te kijken of er belletjes verschijnen. Hierbij moet de gasfles en eventuele gaskraantjes in de leiding uiteraard worden aangezet. GEBRUIK GEEN VLAM. Alle verbindingsstukken moeten van tijd tot tijd op dezelfde manier worden gecontroleerd om te verzekeren dat ze tijdens het gebruik niet zijn losgeraakt De koelkast op een gelijke ondergrond zetten Wanneer de koelkast in gebruik is, sijpelt onder invloed van de zwaartekracht vloeibare koelstof door de pijpen van de koelinrichting. Om de koelvloeistof goed te laten doorstromen, moet de koelkast redelijk stabiel staan, zowel aan de voor- en achterkant als aan de zijkanten. Als dat niet het geval is, kan de koelvloeistof zich op bepaalde plaatsen ophopen in plaats van naar de onderkant terugstromen, zodat het koelingsproces wordt aangetast of geheel gestopt. In een door een auto getrokken caravan zal de werkíng van de koelinrichting normaal niet worden aangetast door de gebruikelijke schommelbeweging, zelfs als gedurende lange tijd heuvelopwaarts wordt gereden. Wanneer de caravan echter meer dan ongeveer een half uur stilstaat, kan het een nadelig effect hebben als hij meer dan ongeveer 3° in een willekeurige richting overhelt. (Opmerking: 3° komt overeen met ongeveer 50mm aan het uiteinde van een loodlijn van één meter of 11/2" aan het uiteinde van een loodlijn van 30"). Als de caravan niet meer dan 8° overhelt, wordt het koelingsproces normaal hervat wanneer de koelkast weer rechtop komt te staan. Als de caravan echter wel meer dan 8° overhelt, moet hierna de brander zo snel mogelijk worden uitgezet of de netvoeding worden afgesloten, al naar gelang van toepassing. Als dat niet wordt gedaan, kan de koelinrichting worden beschadigd doordat de boiler oververhit raakt. Wanneer de caravan enige tijd moet stilstaan terwijl de koelkast in gebruik is, moet de caravan op een gelijke ondergrond worden gezet, zodat de koelkast in beide richtingen stabiel is. Of dat het geval is, kan worden gecontroleerd door een kleine luchtbelwaterpas op de ijslaplank van de koelkast te leggen en die met behulp van een spiegeltje van boven te bekijken. Als het voertuig niet op een gelijke ondergrond kan worden gezet en meer dan een half uur scheef moet staan, moet de koelkast tijdelijk worden uitgezet. Opmerking: Nadat aanvankelijk is gecontroleerd of de koelkast ín beide richtingen stabiel is geïnstalleerd ten opzichte van de caravan, is het mogelijk dat u naderhand een beter toegankelijk en plat oppervlak vindt waarop de luchtbelwaterpas voortaan kan worden neergelegd. Op de trekbalk van de caravan, bijvoorbeeld, kan een tweewegswaterpas of dooswaterpas worden gelegd (of permanent worden aangebracht), die bij het verstellen van de hoogte van het steunwiel snel kan aangeven hoe de caravan, en dus ook de koelkast, kan worden gelijk gezet. 2. GASDRUK Alvorens de koelkast met flessengas in gebruik te nemen, moet worden gecontroleerd of het soort gas en de gasdrukregelaar die u van plan bent te gebruiken overeenkomen met de grootte van de brandstraal en de gasregelklep die in de koelkast zijn aangebracht. 3. HET IN GEBRUIK NEMEN VAN DE KOELKAST (zie fig. 2) Voordat u de koelkast voor het eerst gebruikt, is het raadzaam om hem van binnen goed schoon te maken en ook de accessoires te reinigen (zie onder 'Schoonmaken'). Voordat de koelkast wordt aangezet, moet altijd worden gecontroleerd of de alternative bedieningsmethode 'uit' is, aangezien de koelkast niet op twee manieren tegelijk kan werken. Als de caravan enige tijd moet stilstaan, moet worden gecontroleerd of de koelkast rechtop staat. Om de gasregelaar (4) op een andere stand te zetten, moet de knop eerst worden ingedrukt. 6 Het aansteken van de brander 1. Schakel de electronische contactschakelaar (5) aan door het rechteruiteinde tegenover het streepje in te drukken. Het lampje in de schakelaar moet nu knipperen, waarmee wordt aangegeven dat het vonken plaatsvindt. 2. Draai de gasregelaar (4) naar de maximumstand (nr. 3), druk de knop in en houd hem ingedrukt. 3. Wanneer de brander aan gaat, zal het neonlampje in de schakelaar ophouden met knipperen en tenslotte geheel uit gaan. Wanneer dit gebeurt, moet de knop (4) nog 15 seconden ingedrukt worden gehouden om het thermo-element boven de brander warm te laten worden, waarna de knop kan worden losgelaten. Als het lampje in de schakelaar opnieuw gaat knipperen, betekent het dat de vlam is uit gegaan. In dat geval moet bovenstaande methode worden herhaald. 4. Wanneer de brander is aan gegaan, moet de contactschakelaar in de 'On' (aan) stand gelaten worden. Als de vlam uit gaat, als gevolg van een windvlaag bijvoorbeeld, zal de contactschakelaar onmiddellijk beginnen te vonken en de brander opnieuw aansteken. Opmerking: Als de brander niet binnen ongeveer één minuut opnieuw wordt aangestoken, zal het vlamstoringmechaniekje gaan werken en de gastoevoer naar de brander afsluiten. Het neonlampje in de schakelaar zal echter blijven knipperen om u er op attent te maken dat er iets mis is of dat de gasfles leeg is. Aansteekprocedure voor gasbrander in noodgevallen Hoewel de electronische contactschakelaar voornamelijk is ontworpen voor aansluiting op een autoaccu van 12V, zal hij ook werken via een droge cel van 9V. Als de aanbevolen autoaccuverbinding niet verkrijgbaar is, kan de brander worden aangestoken met gebruik van type PP3, PP7, PP9 of gelijkwaardige accu, zoals voor radio's wordt gebruikt. Bij gebruik van deze methode moet de '+' en '-' polariteit worden geobserveerd, anders zal de contactschakelaar níet werken. 4. DE KOELKAST OP DE NETVOEDING (230V) LATEN WERKEN BELANGRIJK: Alvorens de caravan op de netvoeding aan te sluiten, moet altijd worden gecontroleerd of de netvoeding een effectieve aardverbinding heeft en de polariteit juist is ten opzichte van de netspanningsbedrading in de caravan. Voor de veiligheid is het van essentíeel belang, vooral bij gebruik in het buitenland, om te controleren of er aardcontinuteit is en of de polariteit juist is ten opzichte van de aangesloten netvoeding. (Er zijn verschillende merken polariteits- en aardcontinuteitsmonitors voor dit doel te koop). Om de koelkast op de netvoeding aan te sluiten, moeten de gasregelkop (4, fig. 2), de contactschakelaar (5, fig. 2) en de accu van 12V zíjn uitgeschakeld. Steek de stekker van de koelkast in het stopcontact en zet de koelkast aan. Zet de electrische thermostaatknop (6, fig. 3) op stand 3 of 4. 5. DE KOELKAST OP 12 VOLT LATEN WERKEN Wanneer de caravan wordt getrokken, is het raadzaam om de koelkast op electriciteit te laten werken, d.w.z. met de accu van 12V in het trekkende voertuig, en niet door middel van flessengas. Het is belangrijk om te weten dat de koelkast alleen bij 12V moet worden gebruikt wanneer de motor van de auto draait en de accu oplaadt, en gedurende korte perioden wanneer de caravan stilstaat, anders kan de accu zodanig worden ontlaaden, dat de motor er niet meer mee kan worden gestart. Wanneer de caravan meer dan een betrekkelijk korte periode stilstaat, zeg maar een half uur, moet de caravan op een gelijke ondergrond worden gezet, de koelkast van de accu van 12V worden losgemaakt en zo nodig met flessengas of de netvoeding weer worden opgestart. Om op 12V te kunnen werken, is de boiler van de koelinrichting uitgerust met een verwarmingselement van 85 watt, dat is aangesloten op een tweewegseindblok aan de achterkant van de koelkast. Gebruik bij 12V wordt niet door de thermostaat geregeld, zodat de koelinrichting werkt zolang de koelkast op de accu van 12V is aangesloten. (Aangezien gebruik bij 12V alleen bestemd is voor wanneer de caravan wordt getrokken, is het onwaarschijnlijk dat overkoeling optreedt tijdens een betrekkelijk korte tijdsperiode. Als overkoeling optreedt wanneer de caravan gedurende langere periodes wordt getrokken, mag de koelkast zo nodig af en toe worden afgezet). Om de koelkast bij 12V te gebruiken, moet worden gecontroleerd of het gas is afgezet, waarna de tijdens de installatie aangebrachte plug(s) en contact(en) op elkaar moeten worden aangesloten en eventuele schakelaars in het circuit naar de koelkast moeten worden aangezet. Opmerking: alvorens de koelkast bij 12V te gebruiken, moet de koelkast met de inhoud worden voorgekoeld door deze eerst een paar uur op flessengas te laten werken voordat wordt overgegaan op 12V en men op reis gaat. 6. TEMPERATUURREGELING Na het in werking stellen van de koelkast duurt het ongeveer een uur voordat aan de ijslaplank is te zien dat het koelingsproces op gang is. De gasregelaar (4, fig. 2) heeft vier standen:'Off' (uit) en 3, 2 en 1, waarmee de drie vlamsoorten worden aangegeven, d.w.z. maximum, medium en minimum. De hoeveelheid koeling in de koelkast is afhankelijk van de gebruikte vlamgrootte. Het is beter om de koelkast in werking te brengen met de regelknop op de maximum vlamstand (nr. 3). Na ongeveer een uur mag deze naar de medium (nr. 2) of minimum (nr. 1) stand worden gedraaid om de voor de omstandigheden meest geschikte koeling te verkrijgen. Bij warm weer, zware inhoud of het herhaaldelijk openen van de deur, is meestal de medium of maximum stand nodig, terwijl bij koud weer de minimum vlamstand gewoonlijk voldoende is. Vergeet niet om de instelling zo nodig te wijzigen als er een merkbare verandering in kamertemperatuur of gebruikscondities optreedt. Wanneer de koelkast op de netvoeding werkt, wordt de temperatuur door de thermostaat geregeld en moet de thermostaatknop (6, fig. 3) op stand 3 of 4 worden gezet. Bij algemeen gebruik zal dan de geschikte temperatuur in de koelkast worden gehandhaafd, maar bij warm weer, of als meer koeling nodig is, moet de knop op een hogere stand worden gezet. Voor minder koeling moet de knop naar een lager cijfer worden gedraaid. 7. HET OPSLAAN VAN VOEDSEL IN DE KOELKAST De koelkast wordt geleverd met vier planken van halve diepte. Twee daarvan kunnen worden gecombineerd om een plank van volle diepte te maken (waarbij de achterste wordt omgedraaid, zodat het opstaande randje aan de achterkant komt te zitten), of ze kunnen apart worden gebruikt op de vier plaatsen die aan de binnenkant van de koelkast zijn aangegeven, zodat er aan de voorkant ruimte vrij komt voor flessen. Om te voorkomen dat het voedsel uitdroogt en de geuren van het ene voedsel naar het andere worden overgebracht, moeten altijd plastic zakken of bakken met een deksel worden gebruikt. Wanneer de caravan wordt getrokken, kunnen verfrommelde stukjes papier (tijdelijk) tussen de verschillende bakjes worden gestopt om te voorkomen dat ze te veel heen en weer schuiven. Zet nooit voedsel dat nog warm is in de koelkast. Vergeet niet om de transportbeveiliging vast te zetten wanneer de caravan wordt getrokken (zie hieronder). 8. IJSBLOKJES MAKEN Vul de ijsla tot niet meer dan 5 mm van de bovenrand met water en zet de la op de daarvoor bestemde plank in de koelkast. Wanneer het water in ijs is veranderd, kan de la van de plank worden gehaald door hem aan één hoek op te tillen. Wanneer de koelkast op gas werkt, gaat ijsblokjes maken sneller als de regelknop (4, fig. 2) tijdelijk op de maximum vlamstand (nr. 3) wordt gezet. 9. TRANSPORTBEVEILIGING De transportbeveiliging (fig. 4) dient er toe om te voorkomen dat de deur van de koelkast tijdens het reizen open gaat. Vergeet niet om de beveiliging zodanig naar beneden te duwen dat het onderste uiteinde goed in de plastic huls aan de bovenkant van de deur vast zit voordat u wegrijdt. 10. ONTDOOIEN Na enige tijd zal zich op en onder de ijslaplank rijp gaan vormen. Het is beslist een misverstand dat een opeenhoping van rijp voor een betere koeling zorgt. Integendeel, voor de meest efficiente werking moet de koelkast regelmatig worden ontdooid, meestal één keer per week of om de tien dagen, al naar gelang de gebruikscondities.Om de koelkast te ontdooien, moet het gas worden afgezet, de koelkast worden geleegd, de ijsla worden verwijderd en de deur worden opengelaten. De rijp zal smelten en in de opvangbank druppelen. Wanneer de koelkast volledig is ontdooid, moet de opvangbank worden verwijderd door hem voorzichtig naar voren te schuiven en vervolgens worden geleegd. Droog de ijslaplank met een doek, zet de opvangbank op zijn plaats terug, zet het gas aan en steek de brander opnieuw aan. Spoel de ijsla af, vul hem met vers water en zet hem terug op zijn plaats. Opmerking: Probeer de koelkast niet sneller te ontdooien met behulp van een electrische kachel of een andere warmtebron, aangezien de plastic oppervlakken hierdoor kunnen worden beschadigd. 11. SCHOONMAKEN Maak de koelkast van tijd tot tijd grondig schoon. Hiervoor moet het gas worden afgezet, de koelkast worden geleegd en vervolgens worden ontdooid zoals hierboven is beschreven. De koelkast en onderdelen kunnen worden schoongemaakt met een zachte doek die is uitgewrongen in een oplossing van warm water en dubbelkoolzure soda. Neem de koelkast tenslotte af met een doek die alleen in warm water is uitgespoeld en droog de koelkast grondig af. Plastic onderdelen mogen niet worden gewassen in water dat zo warm is dat u uw hand er niet in kunt houden en mogen ook niet aan droge hitte worden blootgesteld. GEBRUIK NOOIT STERKE CHEMICALIEN, SCHUURMIDDELEN OF HOOGST GEPARFUMEERDE SCHOONMAAKMIDDELEN OP WELK ONDERDEEL VAN DE KOELKAST OOK. Zet de onderdelen terug op hun plaats en steek de brander opnieuw aan. 12. WANNEER DE KOELKAST NIET IN GEBRUIK IS Wanneer uw koelkast soms niet in gebruik is, draai dan het gas uit, of schakel de 12V toevoer uit, al naargelang. Leeg het kabinet en ontdooi zoals vooraf beschreven. Maak de koelkast schoon en droog de binnenkant en onderdelen en laat de deur open, zoniet kan de zuurstof binnenin bedorven raken, resulterend in een onbehaaglijke geur, die achteraf moeilijk te verwijderen zou zijn. 13. CONSUMPTIE Hieronder staat wat ongeveer de gasconsumptie is bij de verschillende instellingen van de gasregelaar. GASREGELAAR STAND 1 2 3 Flessengas kg/24heures 0,13 0,17 0,2 ALS DE KOELKAST NIET GOED WERKT Voordat u een onderhoudsingenieur belt, moet u controleren: 1. of de instructies onder'HET IN WERKING BRENGEN VAN DE KOELKAST' zijn opgevolgd. 2. of de koelkast op een gelijke ondergrond en dus in geen enkele richting scheef staat. 3. of het mogelijk is om de koelkast op elke aangesloten energiebron in werking te brengen. 4. of, als de koelkast niet op gas werkt, de gasfles niet leeg is alle gaskleppen open staan. 5. of, als de koelkast niet bij 12V werkt, de bron van 12V op de koelkast is aangesloten de zekering van de bron van 12V intact is de schakelaar van 12V aan staat. 6. of, als de koelkast niet bij 230V werkt, de bron van 230V op de koelkast is aangesloten de zekering intact is de thermostaat niet in de 'off' (uit) stand staat. Als de koelkast niet koud genoeg is, kan dat komen doordat: 1. de ventilatie onvoldoende is vanwege blokkage van de ventilatiegleuven door voorwerpen zoals gaas of winterschermen. 2. de verdamper met rijp is bedekt. 3. de temperatuurregelaar op de verkeerde instelling staat. 4. de gasdruk verkeerd is - controleer de drukregelaar van de gasfles. 5. de omgevingstemperatuur te hoog is. 6. er te veel voedsel tegelijk is ingeladen. 7 7. de deur niet goed dicht zit. 8. er meer dan en energiebron tegelijk wordt gebruikt. Als de koelkast nog steeds niet goed werkt, bel dan een onderhoudsingenieur. Het afgesloten koelingssysteem mag niet worden geopend, aangezien er corroderende chemicalin onder hoge druk in zitten. ONDERHOUD Controleer van tijd tot tijd of er geen scheurtjes of diepe krassen in de gasslang zitten. Verbindingsstukken kunnen op lekken worden getest met gebruik van een zeepoplossing. Gebruik geen naakte vlam! Als u vermoedt dat er schade is opgetreden, bel dan een onderhoudsingenieur. Wij bevelen aan dat de koelkast een keer per jaar door een onderhoudsingenieur wordt gecontroleerd. EEN PAAR HANDIGE TIPS ZORG ERVOOR DAT de koelkast niet op 12V werkt wanneer het voertuig is geparkeerd, anders loopt de autoaccu in korte tijd leeg. de koelkast regelmatig wordt ontdooid. de koelkast schoon en droog is en de deur wordt opengelaten wanneer hij enige tijd niet wordt gebruikt. spijzen en dranken met een sterke geur goed worden verpakt. de ventilatiegleuven niet worden geblokkeerd. de deur wordt beveiligd met de transportbeveiliging voordat de caravan wordt getrokken. slechts een energiebron tegelijk wordt gebruikt om de koelkast te laten werken. Recyclage Nadat u het toestel uitgepakt heeft, brengt u het verpakkingsmateriaal best naar een inzamelpunt in uw buurt. Na afloop van de nuttige levensduur moet het toestel afgeleverd worden bij een gespecialiseerd inzamel- en recyclagebedrijf, dat de nog bruikbare materialen terugwint. De rest wordt zorgvuldig vernietigd. Dit apparaat voldoet aan de volgende EEG-richtlijnen: LVD-Richtlijn 73/23/EEG gewijzigd bij Richtlijn 90/683/EEG. EMC-Richtlijn 89/336/EEG. Gas-Richtlijn 90/396/EEG. ELV-Richtlijn 2000/53/EG. SERVICE EN RESERVEONDERDELEN Service en reserveonderdelen zijn verkrijbaar bij uw dealer. EEN LUX MODEL, DOMETIC LTD. 99 OAKLEY ROAD LUTON, BEDFORDSHIRE LU4 9GE Printed by Xerox Hungary Ltd. Rev.: 2003. 12. 05. Dometic RT brengt van tijd tot tijd wijzigingen in haar produkten aan, waardoor de in deze folder vermelde gegevens aan wijzigingen onderhevig zijn zonder voorafgaande kennisgeving. Het toestel bevat geen CFK's/HCFK's. Natriumchromaat wordt gebruikt als roestwerend middel (minder dan 2% van het koelvloeistofgewicht)
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8

Electrolux RM123K Handleiding

Type
Handleiding

in andere talen

Gerelateerde papieren