Zanussi ZOS78964XU Handleiding

Type
Handleiding
GETTING
STARTED?
EASY.
User Manual
ZOS78964XU
NL Gebruiksaanwijzing
Stoomoven
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of
verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
DE VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE
PERSONEN
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en
ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of
verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis,
indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen
over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met zware en
complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt te worden
gehouden, mits ze voortdurend onder toezicht staan.
Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt of onder
permanent toezicht.
Laat kinderen niet spelen met het apparaat.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op
passende wijze weg.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als
het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
Als het apparaat is voorzien van een kinderslot, dient dit te
worden geactiveerd.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
ALGEMENE VEILIGHEID
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat
installeren en de kabel vervangen.
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te
passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt.
2
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of kookgerei
te plaatsen of verwijderen.
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de
stekker van het apparaat uit het stopcontact trekken.
Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat u de
lamp vervangt om elektrische schokken te voorkomen.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
metalen schrapers om de glazen deur schoon te maken, deze
kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak, waardoor het
glas zou kunnen breken.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende
serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen
teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de voorkant van
de inschuifrail en dan de achterkant uit de zijwanden. Installeer
de inschuifrails in de omgekeerde volgorde.
Gebruik uitsluitend de vleesthermometer
(kerntemperatuursensor) die aanbevolen is voor dit apparaat.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
MONTAGE
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat,
want het is zwaar. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de handgreep van
zijn plaats.
Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
Installeer het apparaat op een veilige en
geschikte plaats die aan alle installatie-eisen
voldoet.
Het apparaat is uitgerust met een elektrisch
koelsysteem. Het heeft elektrische stroom
nodig.
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
WAARSCHUWING! Gevaar voor
brand en elektrische schokken.
Alle elektrische aansluitingen moeten door een
gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
Dit apparaat moet worden aangesloten op een
geaard stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet
beschadigt. Indien de voedingskabel moet
worden vervangen, dan moet dit gebeuren door
onze Klantenservice.
Laat de stroomkabel niet in aanraking komen
met de deur van het apparaat, met name niet als
deze heet is.
3
De schokbescherming van delen onder stroom
en geïsoleerde delen moet op zo'n manier
worden bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcontact als de
installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
Sluit de stroomstekker niet aan op een losse
stroomaansluiting.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los
te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
Gebruik alleen de juiste isolatie-apparaten:
stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de houder
worden verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat
volledig van het lichtnet afgesloten kan worden.
Het isolatieapparaat moet een contactopening
hebben met een minimale breedte van 3 mm.
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen.
GEBRUIK
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel, brandwonden, elektrische
schokken of een explosie.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor
huishoudelijk gebruik.
De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet
geblokkeerd zijn.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet
onbeheerd achter.
Schakel het apparaat telkens na gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van de deur
van het apparaat als het apparaat aan staat. Er
kan hete lucht ontsnappen.
Bedien het apparaat niet met natte handen of
als het contact maakt met water.
Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als
werkblad of aanrecht.
Open de deur van het apparaat voorzichtig. Als
u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er
alcohol-luchtmengsel ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de buurt van
het apparaat bij het openen van de deur.
Plaats geen ontvlambare producten of
gerechten die vochtig zijn gemaakt met
ontvlambare producten in, bij of op het
apparaat.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
Om schade of verkleuring van het email te
voorkomen:
zet geen kookgerei of andere voorwerpen
direct op de bodem van het apparaat.
leg geen aluminiumfolie op de bodem van
de ruimte in het apparaat.
plaats geen water direct in het hete
apparaat.
haal vochthoudende schotels en eten uit
het apparaat als u klaar bent met koken.
wees voorzichtig bij het verwijderen of
bevestigen van accessoires.
Verkleuring van het email of roestvrij staal is niet
van invloed op de werking van het apparaat.
Gebruik een diepe pan voor vochtige taarten.
Fruitsappen kunnen permanente vlekken maken.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te
koken. Het mag niet worden gebruikt voor
andere doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
Alle bereidingen moeten worden uitgevoerd met
gesloten ovendeur.
Als het apparaat achter een meubelpaneel
gemonteerd is (bijv. een deur), zorg er dan voor
dat de deur nooit gesloten is als het apparaat in
werking is. Warmte en vocht kunnen achter een
gesloten meubelpaneel ophopen en schade aan
het apparaat, de behuizing of de vloer
veroorzaken. Sluit het meubelpaneel niet tot het
apparaat volledig afgekoeld is na gebruik.
BEREIDING MET STOOM
WAARSCHUWING! Gevaar voor
brandwonden en schade aan het
apparaat.
Vrijgekomen stoom kan brandwonden
veroorzaken:
Wees voorzichtig met het openen van de
deur van het apparaat als de functie is
geactiveerd. Er kan stoom vrijkomen.
De deur van het apparaat voorzichtig
openen na de bereiding met stoom.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel, brand en schade aan het
apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit
het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld. Er
bestaat een risico dat de glasplaten kunnen
breken.
4
Vervang direct de glazen deurpanelen als deze
beschadigd zijn. Neem contact op met een
erkend servicecentrum.
Wees voorzichtig als u de deur van het apparaat
verwijdert. De deur is zwaar!
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het oppervlak
achteruitgaat.
Reinig het apparaat met een vochtige zachte
doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Raadpleeg, als u een ovenspray gebruikt, eerst
de aanwijzingen op de verpakking.
Reinig niet het katalytisch email (indien van
toepassing) met een schoonmaakmiddel.
BINNENVERLICHTING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
elektrische schokken.
Het type gloeilampje of halogeenlampje dat voor
dit apparaat wordt gebruikt, is alleen geschikt
voor huishoudelijke apparaten. Gebruik deze
niet voor andere doeleinden.
Voordat u het lampje vervangt, dient u de
stekker van het apparaat uit het stopcontact te
halen.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
SERVICEDIENST
Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het apparaat.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.
VERWIJDERING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en
gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in
het apparaat vast komen te zitten.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
ALGEMEEN OVERZICHT
21
10
9
5
4
3
2
1
5
4
6
7
8
3
1
Bedieningspaneel
2
Elektronische tijdschakelklok
3
Waterreservoir
4
Opening voor kerntemperatuursensor
5
Verwarmingselement
6
Lamp
7
Ventilator
8
Pijpje ontkalken
9
Verwijderbare inschuifrail
10
Roosterhoogtes
5
ACCESSOIRES
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Grill-/braadpan
Voor braden en roosteren of als pan om vet op te
vangen
Voedselsensor
Om de temperatuur binnenin het voedsel te meten.
BEDIENINGSPANEEL
ELEKTRONISCHE TIJDSCHAKELKLOK
21 3 4 5 8 9 10 1176
6
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen.
Tiptoets -functie Opmerking
1
-
Display Toont de huidige instellingen van de oven.
2
AAN/UIT De oven in- en uitschakelen.
3
Verwarmingsfunc-
ties of Kook- En
Bakassistent
Druk eenmaal op de tiptoets om een verwarmingsfunctie
of het menu te kiezen: Kook- En Bakassistent. Druk weer
op de tiptoets om tussen de menu's te schakelen: Ver-
warmingsfuncties, Kook- En Bakassistent. Druk 3 secon-
den op de tiptoets om de verlichting aan of uit te zetten.
De licht kan ook gebruikt worden als de oven uit is.
4
Favoriet Voor opslag van en toegang tot uw favoriete program-
ma's.
5
Temperatuurkeuze Om de temperatuur in te stellen of om de huidige tempe-
ratuur in de oven te tonen. Druk 3 seconden op de tip-
toets om de machine aan of uit te zetten: Snel Opwar-
men.
6
Toets omlaag Omlaag gaan in het menu.
7
Toets omhoog Omhoog gaan in het menu.
8
OK De selectie of instelling bevestigen.
9
Toets op de ach-
terkant
Om één niveau terug te gaan in het menu. Druk 3 secon-
den op het veld om het hoofdmenu weer te geven.
10
Tijd en overige
functies
Verschillende functies instellen. Als een verwarmfunctie
in werking is, drukt u op de tiptoets om de timer of de
functies in te stellen: Toetsblokkering, Favoriet, Heat
+Hold, Set + Go. U kunt ook de instellingen van de
vleesthermometer wijzigen.
11
Kookwekker Om de volgende functie in te stellen: Kookwekker.
DISPLAY
A
DE
B C
A. Verwarmingsfunctie
B. Instellen dagtijd
C. Indicatielampje bij voorverwarmen
D. Temperatuur
E. Duur of eindtijd van een functie
7
Andere indicaties op het display:
Symbool -functie
Kookwekker De functie werkt.
Instellen dagtijd Het display geeft de huidige tijd aan.
Duur Het display geeft de benodigde kooktijd
weer.
Eindtijd Het display geeft aan wanneer de kooktijd
voorbij is.
Temperatuur Het display toont de temperatuur.
Tijdisindicatie Er wordt weergegeven hoe lang een ver-
warmingsfunctie in werking is. Druk tege-
lijkertijd op en om de tijd te reset-
ten.
Berekening De oven berekent de bereidingsduur.
Controlelampje bij voorver-
warmen
Het display geeft de temperatuur in de
oven aan.
Snel Opwarmen De functie staat aan. Het verkort de op-
warmtijd.
Per gewicht Het display geeft weer dat het automati-
sche weegsysteem aan is of dat het ge-
wicht kan worden gewijzigd.
Heat+Hold De functie staat aan.
VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
EERSTE REINIGING
Verwijder all accessoires en verwijderbare
inschuifrails uit de oven.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging'.
Reinig de oven en accessoires voor het eerste
gebruik.
Zet de accessoires en verwijderbare inschuifrails
terug in de beginstand.
EERSTE AANSLUITING
Wanneer u de oven op het stopcontact aansluit of
na een stroomstoring moet u de taal, het contrast,
de helderheid en de tijd instellen.
1. Druk op of om de waarde in te stellen.
2. Druk op om te bevestigen.
DE WATERHARDHEID INSTELLEN
De tabel hieronder toont het waterhardheidbereik
met de overeenkomstige kalkafzetting (dH) en de
kwaliteit van het water.
8
Waterhardheid
Kalkafzetting (mmol/l) Kalkafzetting (mg/l)
Waterclassifi-
catie
Klasse dH
1 0 - 7 0 - 1.3 0 - 50 Zacht
2 7 - 14 1.3 - 2.5 50 - 100 Gematigd
hard
3 14 - 21 2.5 - 3.8 100 - 150 Hard
4 meer dan 21 meer dan 3,8 meer dan 150 Zeer hard
Als de waterhardheid de waarden in de tabel
overschrijdt, vult u de waterlade met fleswater.
1. Pak de vierkleurenstrip die met de stoomset
van de oven is meegeleverd.
2. Steek alle reactiezones van de strip gedurende
ongeveer 1 seconde in het water.
Houd de strip niet onder stromend water.
3. Schud de strip om het overtollige water te
verwijderen.
4. Wacht 1 minuut en controleer de
waterhardheid met de onderstaande tabel.
De kleuren van de reactiezones blijven
veranderen. Controleer de waterhardheid niet
als de test langer dan 1 minuut geleden
plaatshad.
5. Stel de waterhardheid in: menu: Basis
Instellingen.
Teststrip Waterhardheid
1
2
3
4
U kunt de waterhardheid wijzigen in het menu:
Basis Instellingen / Waterhardheid.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
DOOR DE MENU'S NAVIGEREN
1. Oven inschakelen.
2. Druk op
of om de menu-optie te
selecteren.
3. Druk op om naar het submenu te gaan of
de instelling te accepteren.
U kunt te allen tijde terugkeren naar
het hoofdmenu met .
EEN OVERZICHT VAN DE MENU'S
Hoofdmenu
Symbool / Menu-
item
Applicatie
Verwarmingsfunc-
ties
Bestaat uit een lijst met
verwarmingsfuncties.
Recepten
Bestaat uit een lijst met
automatische program-
ma's.
Favoriet
Bestaat uit een lijst met
favoriete bereidingspro-
gramma's die door de
gebruiker zijn gemaakt.
9
Symbool / Menu-
item
Applicatie
Reinigen
Bestaat uit een lijst met
reinigingsprogramma's.
Basis Instellingen
Wordt gebruikt voor het
instellen van de appa-
raatconfiguratie.
Speciaal
Bestaat uit een lijst met
extra verwarmingsfunc-
ties.
Kook- En Bakas-
sistent
Bevat aanbevolen oven-
instellingen voor een
groot aantal gerechten.
Selecteer een gerecht
en start het bereidings-
proces. De temperatuur
en tijden zijn slechts
richtlijnen voor een beter
resultaat en kunnen aan-
gepast worden. Deze
zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit
en de hoeveelheid van
de gebruikte ingrediën-
ten.
Submenu voor: Basis Instellingen
Symbool / Menu-
item
Beschrijving
Instellen dagtijd
Stel de dagtijd in.
Tijdisindicatie
Als het apparaat AAN
staat, geeft het display
de huidige tijd weer
wanneer u het apparaat
uitschakelt.
Snel Opwarmen
Indien AAN verkort de
functie de opwarmtijd.
Set + Go
Om een functie in te
stellen en later te active-
ren door op een sym-
bool op het bedienings-
paneel te drukken.
Symbool / Menu-
item
Beschrijving
Heat+Hold
Houdt het bereide voed-
sel warm gedurende 30
minuten nadat de kook-
cyclus voltooid is.
Verleng Tijd
Schakelt de functie Tijd
verlengen in en uit.
Contrast
Pas het contrast van het
display in stappen aan.
Helderheid
Pas de helderheid van
het display in stappen
aan.
Taal
Stelt de taal voor het
display in.
Geluidsvolume
Pas het volume van de
druktonen en signalen
stapsgewijs aan.
Toetsvolume
Schakelt de toon van de
aanraakvelden aan en
uit. Het geluid van de
tiptoets AAN/UIT kan
niet worden uitgescha-
keld.
Alarmtoon
Schakelt de alarmtoon in
en uit.
Waterhardheid
Omt de waterhardheid
in niveau (1 - 4) in te
stellen.
Reinigingsherin-
nering
Herinnert u eraan dat u
het apparaat moet
schoonmaken.
Demo modus
Activerings-/deactive-
ringscode: 2468.
Service
Toont de softwareversie
en -configuratie.
Fabrieksinstelling
Zet alle instellingen te-
rug op de fabrieksinstel-
ling.
10
SUBMENU VOOR: REINIGEN
Symbool Menu-item Beschrijving
Reservoir ledigen Procedure voor het verwijderen van het restwa-
ter van de waterlade na gebruik van de stoom-
functies.
Stoomreiniging Plus Procedure voor het reinigen van hardnekkig vuil
met gebruik van een ovenreiniger.
Stoomreiniging Procedure om het apparaat te reinigen als het
licht vervuild is en het vuil niet is ingebrand.
Ontkalken Procedure om kalkresten te verwijderen van de
stoomgenerator.
Spoelen Procedure voor het spoelen en reinigen van de
stoomgenerator na frequent gebruik van de
stoomfuncties.
VERWARMINGSFUNCTIES
Verwarmingsfunc-
tie
Applicatie
Hetelucht
Om op max. 3 rekstanden
tegelijk te bakken en
voedsel te drogen.Stel de
temperatuur 20 - 40°C
lager in dan voor de func-
tie: Boven + onderwarm-
te.
Pizza Hetelucht
Om gerechten op één ni-
veau te bakken met inten-
sief bruineren en een kro-
kantere korst. Stel de
temperatuur 20 - 40°C
lager in dan voor de func-
tie: Boven + onderwarm-
te.
Boven + onder-
warmte (Boven-/
Onderwarmte)
Voor het bakken en bra-
den op een ovenniveau.
Bevroren Ge-
rechten
Om kant-en-klaar-gerech-
ten (bijv. patat, aardappel-
partjes of loempia's) kro-
kant te maken.
Verwarmingsfunc-
tie
Applicatie
Grillen
Om plat voedsel te grillen
en brood te roosteren.
Circulatiegrill
Voor het braden van gro-
tere stukken vlees of ge-
vogelte met botten op
één niveau. Voor gratine-
ren en bruinen.
Onderwarmte
Voor het bakken van taar-
ten met een knapperige
bodem en het inmaken
van voedsel.
11
Verwarmingsfunc-
tie
Applicatie
Hetelucht (voch-
tig)
Deze functie is ontworpen
om tijdens de bereiding
energie te besparen. Zie
'Hints and tips' hoofdstuk
Hetelucht (vochtig) voor
bereidingsinstructies. De
ovendeur dient tijdens de
bereiding gesloten te zijn
zodat de functie niet
wordt onderbroken en om
ervoor te zorgen dat de
oven werkt op de hoogst
mogelijke energie-effi-
ciëntie. Bij het gebruik
van deze functie kan de
temparatuur in de ruimte
verschillen van de inge-
stelde temperatuur. De
restwarmte wordt ge-
bruikt.Het verwarmings-
vermogen kan worden
verminderd. Zie voor alge-
mene energiebesparings-
aanbevelingen 'Energie-
efficiëntie' hoofdstuk
Energiebesparing.Deze
functie werd gebruik om
te voldoen aan de ener-
gie-efficiëntieklasse vol-
gens EN 60350-1. Bij
gebruik van deze functie
gaat de verlichting na 30
seconden automatisch
uit.
Lage vochtig-
heid
Voor het bakken van
brood, het braden van
grote stukken vlees of het
opwarmen van gekoelde
en bevroren maaltijden.
Hoge vochtig-
heid
Voor gerechten met hoog
vochtgehalte, custard en
terrines, en voor het po-
cheren van vis.
Stoom
Voor groenten, vis, aard-
appelen, rijst, pasta of
speciale bijgerechten.
De verlichting kan tijdens sommige
ovenfuncties automatisch uitschakelen
als de temperatuur onder de 60 °C
komt.
SPECIAAL
Verwarmingsfunc-
tie
Applicatie
Warm houden
Om het voedsel warm te
houden.
Borden Warmen
Om borden voor het ser-
veren op te warmen.
Inmaken
Voor het inmaken van
groenten (bijv. augur-
ken).
Drogen
Om in plakjes gesneden
fruit, groenten en cham-
pignons te drogen.
Deeg Laten Rijzen
Om het rijsproces van
gistdeeg te versnellen.
Het voorkomt dat het
oppervlak van het deeg
uitdroogt en houdt het
deeg elastisch.
Lage Temperatuur
Garen
Voor het bereiden van
mals en sappig braad-
vlees.
Brood bakken
Gebruik deze functie
voor brood en broodjes
met een heel goed bijna
professioneel resultaat
qua krokantheid, kleur
en bruine korst.
12
Verwarmingsfunc-
tie
Applicatie
Regenereren
Het opwarmen van
voedsel met stoom voor-
komt dat het oppervlak
uitdroogt. De warmte
wordt op behoedzaam
en gelijkmatig verdeeld
en geeft het voedsel de
smaak en het aroma als-
of het net is bereid. De-
ze functie kan gebruikt
worden om eten direct
op een bord te verwar-
men. Met verschillende
roosterhoogtes kunt u
meerdere borden tegelij-
kertijd opwarmen.
Ontdooien
Om voedsel te ontdooi-
en (groenten en fruit).
De ontdooitijd hangt af
van de hoeveelheid en
dikte van het voedsel.
Gratineren
Voor maaltijden als la-
sagne of aardappelgra-
tin. Voor gratineren en
bruinen.
KOOK- EN BAKASSISTENT
Voedselcategorie: Vis/Zeevruchten
Schotel
Vis Gebakken vis
Vissticks
Dunne fillets
Dikke fillets
Visfilet, bevroren
Hele vis, klein
Hele vis, gestoomd
Hele kleine vis, ge-
grild
Hele vis, gegrild
Hele vis, gegrild
Forel
Zalm Zalmfillets
Hele Zalm
Garnalen Garnalen, vers
Garnalen, bevroren
Mosselen -
Voedselcategorie: Gevogelte
Schotel
Gevogelte, Uitge-
beend
-
Gevogelte, Uitge-
beend
-
13
Schotel
Kip
Kippenvleugels, vers
Kippenvleugels, be-
vroren
Kippenpoten, vers
Kippenpoten, bevro-
ren
Gepocheerde kippe-
borst
Kip, 2 helften
Hele kip
Hele eend
-
Hele gans
-
Hele kalkoen
-
Voedselcategorie: Vlees
Schotel
Rundvlees
Gekookt Rundvlees
Gebraden vlees
Gehaktbrood
Biefstuk
Rauw
Rauw
Medium
Medium
Gaar
Gaar
Scandinavisch Rund-
vlees
Rauw
Medium
Gaar
Schotel
Varkensvlees
Chipolataworstjes
Spare Ribs
Varkensschenkel,
voorgekookt
Hamlap
Varkensrug
Varkensrug
Varkenslapje, gerookt
Varkenslapje, gepo-
cheerd
Nekstuk
Schouderkarbonade
Geroosterd varkens-
vlees
Gekookte Ham
Kalfsvlees
Kalfsschenkel
Kalfsrug
Geroosterd kalfs-
vlees
Lamsvlees
Lamsbout
Geroosterd lams-
vlees
Lamsrug, medium
Lamsrug, medium
Lamsrug, medium
14
Schotel
Wild
Haas
Haas been
Hazerug
Hazerug
Wildbraad
Reebout, herten-
bout
Rug
Geroosterd wild
Wild
Voedselcategorie: Ovenschotels
Schotel
Lasagne -
Pastaschotel, bevro-
ren
-
Pastaschotel -
Aardappelgratin -
Groentegratin -
Zoet Gerecht -
Voedselcategorie: Pizza/Quiche
Schotel
Pizza
Pizza, dun
Pizza, extra garnering
Pizza, bevroren
American pizza, be-
vroren
Pizza, gekoeld
Pizza snacks, bevro-
ren
Baguette m. gesmol-
ten kaas
-
Tarte Flambée -
Schotel
Koninginnebrood,
hartig
-
Quiche Lorraine -
Hartige Taart -
Voedselcategorie: Taart/Koekjes
Schotel
Tulband -
Appeltaart, bedekt -
Cake, Zacht -
Appeltaart -
Kwarktaart, Bakblik -
Brioche -
Zandgebak -
Taart -
Koninginnebrood,
zoet
-
Amandelcake -
Muffins -
Gebak -
Deegreepjes -
Roomsoes -
Klein Bladerdeegge-
bak
-
Eclairs -
Bitterkoekjes -
Zandkoekjes -
Kerststol -
Appelstrudel, bevro-
ren
-
Cake bakplaat
Roerdeeg
Gistdeeg
Kwarktaart, Bakplaat -
15
Schotel
Brownies
-
Biscuitrol -
Plaatkoek -
Kruimeltaart -
Suikerkoek -
Taartbodem
Zandkoekjes
Roerdeeg Biscuit
Vruchtentaart
Taartbodem, Vruch-
tentaart
Roerdeeg Vruchten-
taart
Gistdeeg
Voedselcategorie: Brood/Broodjes
Schotel
Broodjes
Broodjes
Ontbijtkoeken, voor-
gebakken
Broodjes, bevroren
Ciabatta -
Baguette
Baguettes, voorge-
bakken
Baguettes, bevroren
Brood
Broodkrans
Witbrood
Vlechtbrood
Bruin Brood
Roggebrood
Volkoren Brood
Ongedesemd Brood
Brood/Broodjes, be-
vroren
Voedselcategorie: Groenten
Schotel
Broccoli, Roosjes -
Broccoli, heel -
Bloemkool, Roosjes -
Bloemkool, heel -
Wortelen -
Courgette, Plakjes -
Asperges, groene -
Asperges, wit -
Paprika, Reepjes -
Spinazie, vers -
Preiringetjes -
Sperziebonen -
Champignonplakjes -
Gepelde Tomaten -
Spruitjes -
Selderij, blokjes -
Erwten -
Aubergine -
Venkel -
Artisjokken -
Rode Bietjes -
Schorseneren -
Koolraap, Reepjes -
Witte Bonen -
Savooiekool -
Voedselcategorie: Crèmes En Terrines
Schotel
Bouillon Met Stukjes
Ei
-
Caramelflan -
16
Schotel
Terrines
-
Eieren
Zachtgekookt ei
Middelhard gekookt
ei
Hardgekookt ei
Gebakken eieren
Voedselcategorie: Bijgerechten
Schotel
Patat, dun -
Patat, dik -
Patat, bevroren -
Aardappelkroketjes -
Aardappelpartjes -
Rösties -
Gekookte aardappels -
Gekookte Aardappe-
len
-
Aardappelen in de
schil
-
Aardappelballetjes -
Broodballetjes -
Deegballen, zout -
Deegballen, zoet -
Rijst -
Verse tagliatelle -
Polenta -
Indien het noodzakelijk is het gewicht
of de kerntemperatuur van het gerecht
te wijzigen, gebruikt u of om
de nieuwe waarden in te stellen.
EEN VERWARMINGSFUNCTIE INSTELLEN
1. Oven inschakelen.
2. Druk op om te bevestigen.
3. Stel de temperatuur in.
4. Druk op
om te bevestigen.
BEREIDING MET STOOM
De klep van de waterlade bevindt zich in het
bedieningspaneel.
WAARSCHUWING! Gebruik
uitsluitend koud leidingwater. Gebruik
geen gefilterd (gedemineraliseerd) of
gedistilleerd water. Gebruik geen
andere vloeistoffen. Schenk geen
ontvlambare of alcoholische
vloeistoffen in het waterreservoir.
1. Druk op het deksel van het waterreservoir om
het reservoir te openen.
2. Vul de waterlade tot het maximale niveau met
koud water (ongeveer 950 ml) tot het
geluidssignaal klinkt of het display het bericht
toont. De watervoorraad is voldoende voor ca.
50 minuten. Vul de waterlade niet verder dan
zijn maximum capaciteit. Er bestaat een risico
dat er water lekt, overloopt en meubelen
beschadigt.
3. Plaats het waterreservoir terug op zijn
oorspronkelijke plaats.
4. Oven inschakelen.
5. Stel de stoomverwarmingsfunctie en de
temperatuur in.
6. Stel zo nodig de functie in: Duur
of:
Eindtijd .
De stoom verschijnt na ca. 2 minuten. Als de
oven de ingestelde temperatuur bereikt, klinkt
er een geluidssignaal.
Als de waterlade droog komt te staan, klinkt het
geluidssignaal en moet de waterlade zoals
hierboven beschreven bijgevuld worden om het
stoomkoken voort te zetten.
Aan het einde van de kooktijd klinkt er een
geluidssignaal.
7. Oven uitschakelen.
8. Leeg het waterreservoir wanneer u klaar bent
met stomen.
Raadpleeg de reinigingsfunctie: Reservoir
ledigen.
LET OP! De oven is heet. Gevaar
voor brandwonden.
9. Na bereiding met stoom kan er stoom op de
bodem van de ruimte condenseren. Droog de
bodem van de ruimte altijd als de oven koud is.
Laat de oven volledig uitdrogen met de deur
geopend. Om het drogen te verspoedigen kunt u
de deur sluiten en de oven verwarmen met de
17
functie: Hetelucht bij een temperatuur van 150 °C
gedurende circa 15 minuten.
INDICATIELAMPJE BIJ VOORVERWARMEN
Wanneer u een verwarmingsfunctie inschakelt, gaat
het balkje op het display branden. Het balkje geeft
aan dat de oventemperatuur toeneemt. Als de
temperatuur bereikt is, zoemt de zoemer 3 maal en
knippert de balk om vervolgens te verdwijnen.
SNEL OPWARMEN
Deze functie verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven wanneer
de functie Snel opwarmen is
ingeschakeld.
Als u de functie wilt activeren, houdt u 3
seconden ingedrukt. Het indicatielampje
voorverwarmen wisselt.
Deze functie is niet beschikbaar voor sommige
ovenfuncties.
RESTWARMTE
Wanneer u de oven uitschakelt, geeft het display
de restwarmte aan. U kunt de warmte gebruiken om
het eten warm te houden.
KLOKFUNCTIES
TABEL MET KLOKFUNCTIES
Klokfunctie Applicatie
Kookwekker
Om een afteltijd in te stel-
len (max. 2 uur en 30 mi-
nuten). Deze functie heeft
geen invloed op de werk-
ing van de oven. Ook te
gebruiken als de oven is
uitgeschakeld.
Gebruik om de functie
in te schakelen. Druk op
of om de minuten
in te stellen en op om
te starten.
Duur
Om de werkingsduur van
de oven in te stellen (max.
23 uur 59 min.).
Eindtijd
Voor het instellen van de
uitschakeltijd van een ver-
warmingsfunctie (max. 23
uur en 59 min).
Als u de tijd voor een klokfunctie instelt, begint het
aftellen van de tijd na 5 seconden.
Als u de klokfuncties: Duur, Eindtijd
gebruikt, schakelt de oven de warmte-
elementen na 90% van de ingestelde
tijd uit. De oven gebruikt de
restwarmte om het kookproces voor te
zetten totdat de tijd is verstreken (3 -
20 minuten).
DE KLOKFUNCTIES INSTELLEN
Alvorens u de functies: Duur, Eindtijd
gebruikt, moet u een
verwarmingsfunctie en temperatuur
instellen. De oven wordt automatisch
uitgeschakeld
U kunt de functies: Duur en Eindtijd
tegelijkertijd gebruiken als u wilt dat de
oven op een later tijdstip wordt
geactiveerd of juist uitgezet.
De functies: Duur en Eindtijd werken
niet als u de vleesthermometer
gebruikt.
1. Stel de verwarmingsfunctie in.
2. Druk herhaaldelijk op totdat het display de
benodigde klokfunctie en het bijhorende
symbool weergeeft.
3. Druk op of om de gewenste tijd in te
stellen.
4. Druk op om te bevestigen.
Wanneer de tijd is verstreken, klinkt er een
geluidssignaal. De oven gaat uit. Op het display
verschijnt een melding.
5. Druk op een symbool om het signaal uit te
zetten.
18
HEAT+HOLD
Voorwaarden voor de functie:
De ingestelde temperatuur is hoger dan 80 °C.
De functie: Duur wordt ingesteld.
De functie: Heat+Hold houdt het voorbereide
gerecht gedurende 30 minuten warm op 80 °C.
Deze functie wordt ingeschakeld wanneer de bak-
of braadprocedure is geëindigd.
U kunt in het menu de functie in- of uitschakelen:
Basis Instellingen.
1. Oven inschakelen.
2. Selecteer de verwarmingsfunctie.
3. Stel de temperatuur boven 80 °C in.
4. Druk herhaaldelijk op
tot het display toont:
Heat+Hold.
5. Druk op om te bevestigen.
Wanneer de functie beëindigt, klinkt er een
geluidssignaal.
De functie blijft aanstaan als u de
verwarmingsfunctie verandert.
VERLENG TIJD
De functie: Verleng Tijd zorgt dat de
verwarmingsfunctie door blijft gaan als de Duur is
geëindigd.
Niet van toepassing op
verwarmingsfuncties met de
vleesthermometer.
1. Wanneer de bereidingstijd is verstreken, klinkt
er een geluidssignaal. Druk op een willekeurig
symbool.
Op het display wordt het bericht weergegeven.
2. Druk op om te activeren of om te
annuleren.
3. Stel de lengte van de functie in.
4. Druk op .
AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
ONLINE RECEPTEN
U vindt de recepten voor de
automatische programma´s die voor
deze oven zijn gespecificeerd op onze
website. Om het juiste receptenboek
te vinden, controleer het
productnummer op het
classificatieplaatje op de voorzijde van
het frame van de binnenkant van de
oven.
RECEPTEN MET RECEPTENAUTOMAAT
Deze oven bevat een serie recepten die u kunt
gebruiken. De recepten kunnen niet worden
gewijzigd.
1. Oven inschakelen.
2. Selecteer het menu: Recepten. Druk op
om te bevestigen.
3. Selecteer de categorie en het gerecht. Druk op
om te bevestigen.
4. Een recept selecteren. Druk op om te
bevestigen.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
VOEDINGSSENSOR
De voedingssensor meet de temperatuur in het
voedsel. Wanneer het voedsel de ingestelde
temperatuur heeft bereikt, wordt het apparaat
uitgeschakeld.
Er worden twee temperaturen ingesteld:
de oventemperatuur (minimum 120 °C),
de voedselkerntemperatuur.
LET OP! Gebruik alleen de
meegeleverde voedingssensor en de
originele vervangende onderdelen.
Instructies voor de beste resultaten:
Ingrediënten moeten op kamertemperatuur zijn.
De voedingssensor mag niet worden gebruikt
voor vloeibare gerechten.
Tijdens het koken met de voedingssensor in het
gerecht blijven en de stekker in de aansluiting.
19
Gebruik de aanbevolen instellingen voor de
vleesthermometer. Zie het hoofdstuk 'Nuttige
aanwijzingen en tips'.
Het apparaat berekent een geschatte
eindtijd van de bereidingsduur. Dit is
afhankelijk van de hoeveelheid eten,
de ingestelde ovenfunctie en de
temperatuur.
Voedselcategorieën: vlees, gevogelte en vis
1. Schakel het apparaat in.
2. Plaats de punt van de voedingssensor in het
midden van het vlees of de vis, indien mogelijk
in het dikste gedeelde. Zorg ervoor dat ten
minste 3/4 van de voedingssensor in het
gerecht zit.
3. Steek de stekker van de voedingssensor in de
aansluiting aan de voorkant van het apparaat.
Het display geeft het symbool van de
voedingssensor weer.
4. Druk binnen 5 seconden op of om de
voedselkerntemperatuur in te stellen.
5. Selecteer de verwarmfunctie en, indien nodig,
de temperatuur.
6. Om de temperatuur van de
voedselkerntemperatuur te wijzigen druk op .
Als de ingestelde temperatuur voor het gerecht is
bereikt, klinkt er een geluidssignaal. Het apparaat
wordt automatisch uitgeschakeld.
7. Druk op een symbool om het signaal uit te
zetten.
8. Haal de stekker van de voedingssensor uit het
stopcontact en haal het gerecht uit het
apparaat.
WAARSCHUWING! Er bestaat een
risico op verbrandingsgevaar
aangezien de voedingssensor heet
wordt. Wees voorzichtig wanneer u de
stekker eruit haalt en de
voedingssensor uit het gerecht haalt.
Voedselcategorie: ovenschotel
1. Schakel het apparaat in.
2. Plaats de helft van de ingrediënten in de
ovenschaal.
3. Steek de punt van de voedselsensor precies in
het midden van de stoofschotel. De
voedingssensor moet stevig op zijn plaats
blijven tijdens het bakproces. Gebruik een
solide ingrediënt om dat te bereiken. Gebruik
de rand van de ovenschaal om het silicone
handvat van de voedingssensor te
ondersteunen. De punt van de voedingssensor
mag de bodem van de ovenschaal niet
aanraken.
4. Bedek de voedingssensor met de resterende
ingrediënten.
5. Steek de stekker van de voedingssensor in de
aansluiting aan de voorkant van het apparaat.
20
Het display geeft het symbool van de
voedingssensor weer.
6. Druk binnen 5 seconden op of om de
voedselkerntemperatuur in te stellen.
7. Selecteer de verwarmfunctie en, indien nodig,
de temperatuur.
8. Om de temperatuur van de
voedselkerntemperatuur te wijzigen druk op .
Wanneer het gerecht op de ingestelde temperatuur
is, hoort u een geluidssignaal. Het apparaat wordt
automatisch uitgeschakeld.
9. Druk op een symbool om het signaal uit te
zetten.
10. Haal de stekker van de voedingssensor uit het
stopcontact en haal het gerecht uit het
apparaat.
WAARSCHUWING! Er bestaat een
risico op verbrandingsgevaar
aangezien de voedingssensor heet
wordt. Wees voorzichtig wanneer u de
stekker eruit haalt en de
voedingssensor uit het gerecht haalt.
DE ACCESSOIRES PLAATSEN
Bakrooster:
Plaats het rooster tussen de geleidestangen van de
roostersteun .
Bakplaat/ Diepe pan:
Schuif de bakplaat /diepe pan tussen de
geleidestangen van de roostersteun.
Bakrooster en bakplaat /diepe plaatsamen:
Plaats bakplaat /diepe plaat tussen de geleiders
van de inschuifrails en het bakrooster op de
geleiders erboven.
Kleine inkepingen bovenaan verhogen
de veiligheid. Deze inkepingen zorgen
er ook voor dat ze niet omkantelen. De
hoge rand rond het rooster voorkomt
dat het kookgerei van het rooster
afglijdt.
21
EXTRA FUNCTIES
FAVORIET
U kunt uw favoriete instellingen als duur,
temperatuur of verwarmingsfunctie opslaan. De
instellingen zijn beschikbaar in het menu: Favoriet.
U kunt 20 programma's opslaan.
Een programma opslaan
1. Oven inschakelen.
2. Stel een verwarmingsfunctie of een
automatisch programma in.
3. Druk herhaaldelijk op tot het display toont:
OPSLAAN.
4. Druk op om te bevestigen.
Het display geeft de eerste vrije geheugenpositie
weer.
5. Druk op
om te bevestigen.
6. Voer de naam van het programma in.
De eerste letter knippert.
7. Druk op of om de letter te wijzigen.
8. Druk op .
De volgende letter knippert.
9. Herhaal stap 7 indien nodig.
10. Druk op en houdt de knop ingedrukt om op
te slaan.
U kunt een geheugenpositie overschrijven.
Wanneer het display de eerste vrije
geheugenpositie aangeeft, druk op
of en
druk op om een bestaand programma te
overschrijven.
U kunt de naam van een programma wijzigen in het
menu: Wijzig Programmanaam.
Het programma inschakelen
1. Oven inschakelen.
2. Selecteer het menu: Favoriet.
3. Druk op om te bevestigen.
4. Selecteer de naam van uw favoriete
programma.
5. Druk op om te bevestigen.
GEBRUIK VAN HET KINDERSLOT
Als het Kinderslot aanstaat, kan de oven niet per
ongeluk worden geactiveerd.
1. Druk op om het display aan te zetten.
2. Druk tegelijkertijd op en totdat het
display een bericht .
Herhaal stap 2 om het kinderslot uit te schakelen.
TOETSBLOKKERING
Deze functie voorkomt dat een verwarmingsfunctie
per ongeluk wordt ingeschakeld. U kunt deze alleen
inschakelen als de oven in werking is.
1. Oven inschakelen.
2. Stel de verwarmingsfunctie of -instelling in.
3. Druk herhaaldelijk op tot het display toont:
Toetsblokkering.
4. Druk op om te bevestigen.
Druk op om de functie uit te schakelen. Op het
display verschijnt een melding. Druk herhaaldelijk
op en vervolgens op om te bevestigen.
Als u de oven uitzet, schakelt de
functie ook uit.
SET + GO
Met deze functie kunt u een verwarmingsfunctie (of
programma) instellen en later met een aanraking
van een symbool gebruiken.
1. Oven inschakelen.
2. Stel de verwarmingsfunctie in.
3. Druk herhaaldelijk op tot het display toont:
Duur.
4. Stel de tijd in.
5. Druk herhaaldelijk op tot het display toont:
Set + Go.
6. Druk op om te bevestigen.
Druk op een symbool (behalve voor
) om de
functie te starten: Set + Go. De ingestelde
verwarmingsfunctie start.
Wanneer de verwarmingsfunctie is voltooid, klinkt
er een signaal.
Toetsblokkering is aan wanneer de
verwarmingsfunctie actief is.
Het menu: Basis Instellingen laat u
de functie: Set + Go in- en
uitschakelen.
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING
Om veiligheidsredenen schakelt de oven na
bepaalde tijd automatisch uit als er een ovenfunctie
in werking is en u geen instellingen wijzigt.
22
Temperatuur (°C) Uitschakeltijd (u)
30 - 115 12.5
120 - 195 8.5
200 - 230 5.5
De automatische uitschakeling werkt
niet met de functies: Binnenverlichting,
Voedselsensor,Duur, Eindtijd.
HELDERHEID VAN HET DISPLAY
Er zijn twee standen voor de helderheid van het
display:
Helderheid 's nachts - wanneer de oven uitstaat,
is de helderheid van het display tussen 22.00
uur en 06.00 uur lager.
Helderheid overdag:
als de oven wordt ingeschakeld;
als u tijdens helderheid 's nachts een
symbool aanraakt (behalve AAN/UIT), keert
het display gedurende 10 seconden terug
naar helderheid voor overdag.
als de oven wordt uitgeschakeld en u een
functie instelt: Kookwekker. Wanneer de
functie eindigt, keert het display terug naar
helderheid voor 's nachts.
KOELVENTILATOR
Als de oven in werking is, wordt de koelventilator
automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van
de oven koel te houden. Na het uitschakelen van de
oven blijft de ventilatie doorgaan totdat de oven is
afgekoeld.
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
De temperaturen en baktijden in de
tabellen zijn slechts als richtlijn
bedoeld. Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en de
hoeveelheid van de gebruikte
ingrediënten.
KOOKADVIEZEN
Uw oven kan anders bakken of roosteren dan de
oven die u tot nu toe gebruikt heeft. In de
onderstaande tabel vindt u de standaardinstellingen
voor temperatuur, kooktijd en roosterniveau.
Als u voor een speciaal recept de instelling niet
kunt vinden, zoek dan naar een soortgelijk recept.
NUTTIGE TIPS VOOR SPECIALE
OPWARMFUNCTIES VAN DE OVEN
Warm houden
Met deze functie houdt u het voedsel warm. De
temperatuur wordt automatisch ingesteld op 80 °C.
Borden Warmen
Met deze functie kunt u borden en schalen
verwarmen voor het opdienen. De temperatuur
wordt automatisch ingesteld op 70 °C.
Verdeel de opgestapelde borden en schalen
gelijkmatig over het ovenrek. Gebruik de eerste
rekstand. Verwissel ze halverwege de verwarmtijd
van plaats.
Ontdooien
Haal het gerecht uit de verpakking en plaats het op
een bord. Dek het voedsel niet af, want het kan
tijdens het ontdooien uitzetten. Gebruik de eerste
rekstand.
STOOM
WAARSCHUWING! Wees
voorzichtig met het openen van de
ovendeur als de functie is geactiveerd.
Er kan stoom vrijkomen.
Sterilisatie
Met deze functie kunt u items (bijv. babyflessen)
steriliseren.
Plaats de schone items ondersteboven in het
midden van het rooster op de eerste roosterstand.
Vul de lade met de maximale hoeveelheid water en
stel een tijdsduur in van 40 minuten.
Meer
Met deze functie kunt u allerlei soorten voedsel
bereiden, vers of ingevroren. Met deze functie kunt
u groente, vlees, vis, deegwaren, rijst,
maïsgriesmeel en eieren bereiden, opwarmen,
ontdooien, pocheren of blancheren.
23
U kunt een volledig menu in een keer bereiden.
Bereid gerechten samen die soortgelijke
bereidingstijden hebben. Gebruik de grootste
benodigde hoeveelheid water als u gerechten
tegelijkertijd bereidt.
Gebruik de tweede rekstand.
Stel de temperatuur in op 99 °C, tenzij de
onderstaande tabel een andere instelling
aanbeveelt.
Groenten
Gerecht Tijd (min)
Gepelde tomaten 10
Broccoli, roosjes
1) 13 - 15
Groente, geblancheerd 15
Plakjes champignons 15 - 20
Paprika, reepjes 15 - 20
Spinazie, vers 15 - 20
Asperges, groene 15 - 25
Aubergines 15 - 25
Courgette, plakjes 15 - 25
Pompoen, blokjes 15 - 25
Tomaten 15 - 25
Bonen, geblancheerd 20 - 25
Veldsla, roosjes 20 - 25
Savooiekool 20 - 25
Selderij, blokjes 20 - 30
Prei, ringen 20 - 30
Erwten 20 - 30
Peultjes 20 - 30
Zoete aardappels 20 - 30
Asperges, wit 25 - 35
Spruitjes 25 - 35
Wortelen 25 - 35
Bloemkool, roosjes 25 - 35
Venkel 25 - 35
Koolrabi, reepjes 25 - 35
Gerecht Tijd (min)
Witte bonen 25 - 35
Broccoli, heel 30 - 40
Maiskolf 30 - 40
Schorseneren 35 - 45
Bloemkool, heel 35 - 45
Sperziebonen 35 - 45
Kool, wit of rood, reepjes 40 - 45
Artisjokken 50 - 60
Gedroogde bonen, ge-
weekt (verhouding water /
bonen 2:1)
55 - 65
Zuurkool 60 - 90
Rode Bietjes 70 - 90
1) Verwarm de oven 5 minuten voor.
Bijgerechten
Gerecht Tijd (min)
Couscous (verhouding water/
couscous 1:1)
15 - 20
Verse tagliatelle 15 - 25
Semolinapudding (verhouding
melk/semolina 3,5:1)
20 - 25
Linzen, rood (verhouding water/
linzen 1:1)
20 - 30
Macaroni 25 - 30
Bulgur (verhouding water/bulgur
1:1)
25 - 35
Deegballen 25 - 35
Thaise rijst (verhouding water/
rijst 1:1)
30 - 35
Gekookte aardappels 35 - 45
Broodballetjes 35 - 45
Aardappelballetjes 35 - 45
24
Gerecht Tijd (min)
Rijst (verhouding water/rijst
1:1)
1)
35 - 45
Polenta (vloeistofverhouding
3:1)
40 - 50
Rijstpudding (verhouding melk/
rijst 2,5:1)
40 - 55
Ongepelde tomaten, medium 45 - 55
Linzen, bruin en groen (verhou-
ding water/linzen 2:1)
55 - 60
1) De verhouding van water tot rijst kan wijzigen
naar gelang het soort rijst.
Fruit
Gerecht Tijd (min)
Schijfjes appel 10 - 15
Hete bessen 10 - 15
Chocolade smelten 10 - 20
Fruitcompote 20 - 25
Vis
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Platvisfilet 80 15
Garnalen, vers 85 20 - 25
Mosselen 99 20 - 30
Zalmfilets 85 20 - 30
Forel 0,25 kg 85 20 - 30
Garnalen, bevroren 85 30 - 40
Zalmforel 1 kg 85 40 - 45
Vlees
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Chipolataworstjes 80 15 - 20
Weense worstjes (witte worst) 80 20 - 30
Weense worst 80 20 - 30
Gepocheerde kippenborst 90 25 - 35
Gekookte ham, 1 kg 99 55 - 65
Kip, gepocheerd 1 - 1,2 kg 99 60 - 70
Casselerrib (gerookte varkensrug), gepo-
cheerd
90 70 - 90
Kalfsvlees / varkenslende 0,8 - 1 kg 90 80 - 90
25
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Tafelspitz (gekookt rundvlees) 99 110 - 120
Eieren
Gerecht Tijd (min)
Zachtgekookt ei 10 - 11
Middelhard gekookt
ei
12 - 13
Hardgekookt ei 18 - 21
CIRCULATIEGRILL EN STOOM
GECOMBINEERD
U kunt deze functies combineren om vlees,
groenten en bijgerechten tegelijkertijd te bereiden.
Stel de functie in: Circulatiegrill voor het bakken
van vlees.
Voeg de bereide groenten en bijgerechten toe.
Laat de oven afkoelen tot een temperatuur van
ongeveer 90 °C. U kunt de ovendeur op de
eerste stand gedurende 15 minuten openen.
Stel de functie in: Stoom. Bereid alle gerechten
samen totdat ze gaar zijn.
Gerecht
Circulatiegrill (eerste stap: vlees berei-
den)
Stoom (tweede stap: groente toevoe-
gen)
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Biefstuk 1
kg
Spruitjes,
polenta
180 60 - 70 vlees: 1 99 40 - 50 vlees: 1
groenten:
3
Geroo-
sterd var-
kensvlees
1 kg
Aardappe-
len, groen-
ten, jus
180 60 - 70 vlees: 1 99 30 - 40 vlees: 1
groenten:
3
Geroo-
sterd
kalfsvlees
1 kg,
Rijst,
groenten
180 50 - 60 vlees: 1 99 30 - 40 vlees: 1
groenten:
3
HOGE VOCHTIGHEID
Gebruik de tweede rekstand.
26
Gerecht
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Pudding/flan in
kleine porties
90 35 - 45
Gebakken eier-
en
90 - 110 15 - 30
Terrines 90 40 - 50
Dunne fillets 85 15 - 25
Gerecht
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Dikke fillets 90 25 - 35
Kleine vis tot
0,35 kg
90 20 - 30
Hele vis tot 1 kg 90 30 - 40
Ovenballetjes 120 - 130 40 - 50
LAGE VOCHTIGHEID
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Geroosterd varkens-
vlees 1.000 g
160 - 180 90 - 100 2
Biefstuk 1000 g 180 - 200 60 - 90 2
Geroosterd kalfsvlees
1.000 g
180 80 - 90 2
Gehaktbrood, onge-
gaard, 500 g
180 30 - 40 2
Gerookte varkensrug
600 - 1.000 g (2 uur
weken)
160 - 180 60 - 70 2
Kip 1000 g 180 - 210 50 - 60 2
Eend 1.500 - 2.000 g 180 70 - 90 2
Gans 3.000 g 170 130 - 170 1
Aardappelgratin 160 - 170 50 - 60 2
Pastaschotel 170 - 190 40 - 50 2
Lasagne 170 - 180 45 - 55 2
Gemengde broodjes
500 - 1.000 g
180 - 190 45 - 60 2
Broodjes 180 - 210 25 - 35 2
Afbakbroodjes 200 15 - 20 2
Afbakbaguettes 40 -
50 g
200 15 - 20 2
Afbakbaguettes 40 -
50 g, bevroren
200 25 - 35 2
27
REGENEREREN
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Bordgerechten 110 10 - 15 2
Pastaschotel 110 10 - 15 2
Rijst 110 10 - 15 2
Deegballen 110 15 - 25 2
BAKKEN
Gebruik de eerste keer de laagste temperatuur.
Bij het bereiden van cake op meerdere niveaus
kan de baktijd ca. 10 - 15 minuten langer zijn.
Als de cake niet overal even hoog is, wordt de
cake niet overal even bruin. Als de cake niet
overal even bruin wordt, hoeft u de
temperatuurinstelling niet te wijzigen. De
verschillen verminderen tijdens het bakken.
Tijdens het bakken kunnen bakplaten in de oven
vervormen. Wanneer de bakplaten afkoelen,
verdwijnt de vervorming.
BAKTIPS
Bakresultaat Mogelijke oorzaak oplossing
De onderkant van de cake
is niet voldoende ge-
bruind.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere rek-
stand.
De cake zakt in en wordt
klef, klonterig, streperig.
De oventemperatuur is te
hoog.
De volgende keer dat u een cake
bakt, stelt u de baktemperatuur lager
in.
Te korte baktijd. Baktijd verlengen. U kunt de baktijd
niet verlagen door een hogere tem-
peratuur in te stellen.
Er zit te veel vloeistof in het
mengsel.
Minder vocht gebruiken. Let op de
kneedtijden, vooral bij het gebruik
van keukenmachines.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te laag. De volgende keer dat u een cake
bakt, stelt u de baktemperatuur ho-
ger in.
Te lange baktijd. De volgende keer dat u een cake
bakt, gebruikt u een kortere baktijd.
De cake wordt ongelijk-
matig bruin.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
De baktemperatuur lager instellen en
de baktijd verlengen.
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld.
Verdeel het deeg gelijkmatig over de
bakplaat.
De cake wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd.
De oventemperatuur is te laag. De volgende keer dat u een cake
bakt, stelt u de baktemperatuur een
beetje hoger in.
28
BAKKEN OP ÉÉN NIVEAU
Bakken in een bakblik
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Tulband / brio-
che
Hetelucht 150 - 160 50 - 70 1
Moskovisch ge-
bak / vruchten-
cake
Hetelucht 140 - 160 70 - 90 1
Taartbodem -
zandtaartdeeg
Hetelucht
150 - 160
1) 20 - 30 2
Taartbodem -
zacht cakedeeg
Hetelucht 150 - 170 20 - 25 2
Kwarktaart Boven + onder-
warmte
170 - 190 60 - 90 1
1) Oven voorverwarmen.
Gebak op bakplaat
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Vlechtbrood/
broodkrans
Boven + onder-
warmte
170 - 190 30 - 40 3
Kerststol Boven + onder-
warmte
160 - 180
1) 50 - 70 2
Brood (rogge-
brood):
1. Eerste 20
minuten:
2. Verminder
daarna naar:
Boven + onder-
warmte
1. 230
1)
2. 160 - 180
1. 20
2. 30 - 60
1
Roomsoezen /
Eclairs
Boven + onder-
warmte
190 - 210
1) 20 - 35 3
Koninginnen-
brood (opgerol-
de cake met jam)
Boven + onder-
warmte
180 - 200
1) 10 - 20 3
Kruimeltaart
(droog)
Hetelucht 150 - 160 20 - 40 3
Amandelcake/
suikertaart
Boven + onder-
warmte
190 - 210
1) 20 - 30 3
Vruchtentaarten Boven + onder-
warmte
180 35 - 55 3
29
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Plaatkoek met
garnering (bijv.
kwark, room,
pudding)
Boven + onder-
warmte
160 - 180
1) 40 - 60 3
1) Oven voorverwarmen.
Koekjes
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Bladerdeeg /
biscuitbeslag
Hetelucht 150 - 160 15 - 25 3
Schuimgebakjes Hetelucht 80 - 100 120 - 150 3
Bitterkoekjes Hetelucht 100 - 120 30 - 50 3
Biscuit van gist-
deeg
Hetelucht 150 - 160 20 - 40 3
Klein blader-
deeggebak
Hetelucht
170 - 180
1) 20 - 30 3
Broodjes Boven + onder-
warmte
190 - 210
1) 10 - 25 3
1) Oven voorverwarmen.
OVENSCHOTELS EN GEGRATINEERDE GERECHTEN
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pastaschotel Boven + onder-
warmte
180 - 200 45 - 60 1
Lasagne Boven + onder-
warmte
180 - 200 25 - 40 1
Groentegratin
1) Circulatiegrill 170 - 190 15 - 35 1
Stokbroden met
gesmolten kaas
Hetelucht 160 - 170 15 - 30 1
Rijstepap Boven + onder-
warmte
180 - 200 40 - 60 1
Visschotels Boven + onder-
warmte
180 - 200 30 - 60 1
Gevulde groente Hetelucht 160 - 170 30 - 60 1
1) Oven voorverwarmen.
30
HETELUCHT (VOCHTIG)
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pastagratin 200 - 220 45 - 55 3
Aardappelgratin 180 - 200 70 - 85 3
Moussaka 170 - 190 70 - 95 3
Lasagne 180 - 200 75 - 90 3
Cannelloni 180 - 200 70 - 85 3
Broodpudding 190 - 200 55 - 70 3
Rijstpudding 170 - 190 45 - 60 3
Appeltaart, gemaakt met roer-
deeg (ronde taartvorm)
160 - 170 70 - 80 3
Witbrood 190 - 200 55 - 70 3
BAKKEN OP MEERDERE NIVEAUS
Gebruik de functie: Hetelucht.
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoogte
2 standen 3 standen
Roomsoezen /
Eclairs
160 - 180
1) 25 - 45 1 / 4 -
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 1 / 4 -
1) Oven voorverwarmen.
Koekjes
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoogte
2 standen 3 standen
Koekjes van bla-
derdeeg / bis-
cuitbeslag
150 - 160 20 - 40 1 / 4 1 / 3 / 5
Schuimgebakjes 80 - 100 130 - 170 1 / 4 -
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 1 / 4 -
31
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoogte
2 standen 3 standen
Biscuit van gist-
deeg
160 - 170 30 - 60 1 / 4 -
Klein blader-
deeggebak
170 - 180
1) 30 - 50 1 / 4 -
Broodjes 180 20 - 30 1 / 4 -
1) Oven voorverwarmen.
KNAPPERIG BAKKEN MET PIZZA HETELUCHT
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, dun
210 - 230
1)2) 15 - 25 2
Pizza, dik 180 - 200 20 - 30 2
Taarten 180 - 200 40 - 55 1
Spinazietaart 160 - 180 45 - 60 1
Quiche Lorraine /
Zwitserse flan
170 - 190 45 - 55 1
Appeltaart, gedekt 150 - 170 50 - 60 1
Groentetaart 160 - 180 50 - 60 1
Ongedesemd brood
210 - 230
1) 10 - 20 2
Bladerdeegtaart
160 - 180
1) 45 - 55 2
Flammekuchen
210 - 230
1) 15 - 25 2
Pierogi
180 - 200
1) 15 - 25 2
1) Oven voorverwarmen.
2) Gebruik de braadpan.
BRADEN
Gebruik hittebestendig kookgerei.
Braad grote braadstukken direct in de diepe
bakplaat of op een bakrooster boven de bakplaat.
Giet wat water op de bakplaat om het inbranden
van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen.
Vlees met een korst kan in de braadslede zonder
deksel worden gebraden.
Draai het braadstuk na 1/2 - 2/3 van de gaartijd.
Om het vlees sappiger te houden:
Braad mager vlees in een braadpan met deksel
of gebruik een braadzak.
Rooster vlees en vis in grote stukken (1 kg of
meer).
Besprenkel grote braadstukken en gevogelte
diverse keren tijdens het braden met het eigen
vleessap.
32
ROOSTEREN
Rundvlees
Gerecht Hoeveelheid (kg) -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Gesmoord vlees 1 - 1.5 Boven + onder-
warmte
230 120 - 150
Rosbief of ossehaas:
rauw
1 cm dik Circulatiegrill
190 - 200
1) 5 - 6
Rosbief of ossehaas:
medium
1 cm dik Circulatiegrill
180 - 190
1) 6 - 8
Rosbief of ossehaas:
gaar
1 cm dik Circulatiegrill
170 - 180
1) 8 - 10
1) Oven voorverwarmen.
Varkensvlees
Gerecht Hoeveelheid (kg) -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Schouderstuk / nek-
stuk / hamlap
1 - 1.5 Circulatiegrill 150 - 170 90 - 120
Kotelet / ribbetje 1 - 1.5 Circulatiegrill 170 - 190 30 - 60
Gehaktbrood 0.75 - 1 Circulatiegrill 160 - 170 50 - 60
Varkensschenkel
(voorgekookt)
0.75 - 1 Circulatiegrill 150 - 170 90 - 120
Kalfsvlees
Gerecht Hoeveelheid (kg) -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Geroosterd
kalfsvlees
1 Circulatiegrill 160 - 180 90 - 120
Kalfsschenkel 1.5 - 2 Circulatiegrill 160 - 180 120 - 150
Lamsvlees
Gerecht Hoeveelheid (kg) -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Lamsbout / ge-
roosterd lams-
vlees
1 - 1.5 Circulatiegrill 150 - 170 100 - 120
Lamsrug 1 - 1.5 Circulatiegrill 160 - 180 40 - 60
33
Wild
Gerecht Hoeveelheid (kg) -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Hazenrug / ha-
zenbout
1 Circulatiegrill
180 - 200
1) 35 - 55
Rug 1.5 - 2 Boven + onder-
warmte
180 - 200 60 - 90
Reebout, herten-
bout
1.5 - 2 Boven + onder-
warmte
180 - 200 60 - 90
1) Oven voorverwarmen.
Gevogelte
Gerecht Hoeveelheid (kg) -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Stukken gevo-
gelte
0.2 - 0.25 Circulatiegrill 200 - 220 30 - 50
Halve kip 0.4 - 0.5 Circulatiegrill 190 - 210 40 - 50
Kip, haantje 1 - 1.5 Circulatiegrill 190 - 210 50 - 70
eend 1.5 - 2 Circulatiegrill 180 - 200 80 - 100
gans 3.5 - 5 Circulatiegrill 160 - 180 120 - 180
Turkije 2.5 - 3.5 Circulatiegrill 160 - 180 120 - 150
Turkije 4 - 6 Circulatiegrill 140 - 160 150 - 240
Vis
Gerecht Hoeveelheid (kg) -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Hele vis 1 - 1.5 Circulatiegrill 180 - 200 30 - 50
GRILLEN
Leg het de pan voor het opvangen van vet op de
eerste rekstand plaatsen.
Verwarm de lege oven 5 minuten voor.
Grillen
Gerecht Temperatuur (°C)
Tijd (min)
Roosterhoogte
1e kant 2e kant
Biefstuk 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
34
Gerecht Temperatuur (°C)
Tijd (min)
Roosterhoogte
1e kant 2e kant
Runderfilet 230 20 - 30 20 - 30 3
Varkensrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Kalfsrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Lamsrug 210 - 230 25 - 35 20 - 25 3
Hele vis, 0,5 - 1
kg
210 - 230 15 - 30 15 - 30 3 / 4
BEVROREN GERECHTEN
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren 200 - 220 15 - 25 2
American pizza, be-
vroren
190 - 210 20 - 25 2
Pizza, gekoeld 210 - 230 13 - 25 2
Pizza snacks, bevro-
ren
180 - 200 15 - 30 2
Patat, dun 190 - 210 15 - 25 3
Patat, dik 190 - 210 20 - 30 3
Aardappel Partjes 190 - 210 20 - 40 3
Rösties 210 - 230 20 - 30 3
Lasagne / Cannelloni,
vers
170 - 190 35 - 45 2
Lasagne / Cannelloni,
bevroren
160 - 180 40 - 60 2
Oven gegratineerde
kaas
170 - 190 20 - 30 3
Kippenvleugels 180 - 200 40 - 50 2
Bevroren kant-en-klaarmaaltijden
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pizza, bevroren Boven + onder-
warmte
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
3
35
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Patat
1)
(300 -
600 g)
Boven + onder-
warmte of Circu-
latiegrill
200 - 220 volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
3
Baguettes Boven + onder-
warmte
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
3
Vruchtentaarten Boven + onder-
warmte
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
volgens aanwij-
zingen van de fa-
brikant
3
1) Patat tijdens bakken 2 tot 3 keer omkeren.
LAGE TEMPERATUUR GAREN
Gebruik deze functie voor malse, magere stukken
vlees en vis met kerntemperaturen van minder dan
65 °C. De functie is niet geschikt voor stoofpotjes
of vette varkensbraadstukken. U kunt de
vleesthermometer gebruiken om te garanderen dat
het vlees de correcte kerntemperatuur heeft (zie de
tabel voor de vleesthermometer).
In de eerste 10 minuten kunt u een
oventemperatuur instellen tussen 80°C en 150°C.
De standaard is 90°C. Nadat de temperatuur is
ingesteld, blijft de oven werken bij 80°C. Gebruik
de automatische lage temperatuur garen niet voor
gevogelte.
Altijd zonder deksel garen als u
gebruikmaakt van deze functie.
1. Braad het vlees aan in een pan op de kookplaat
op een zeer hoge stand gedurende 1 - 2
minuten aan elke kant.
2. Plaats het vlees samen met de hete braadpan
in de oven op het bakrooster.
3. Steek de vleesthermometer in het vlees.
4. Selecteer de functie: Lage Temperatuur Garen
en stel de juiste doelkerntemperatuur in.
Stel de temperatuur in op 120 °C.
Gerecht Tijd (min)
Roosterhoog-
te
Rosbief, 1 - 1,5
kg
120 -
150
1
Gerecht Tijd (min)
Roosterhoog-
te
Runderfilet, 1 -
1,5 kg
90 - 150 3
Kalfsbraadstuk,
1 - 1,5 kg
120 -
150
1
Steaks, 0,2 - 0,3
kg
20 - 40 3
INMAKEN
Gebruik alleen weckpotten van dezelfde
afmetingen.
Gebruik geen weckpotten met een draai- of
bajonetsluiting en metalen bakken.
Gebruik het eerste rooster van de bodem van deze
functie.
Zet niet meer dan zes wekflessen van 1 liter op het
bakrooster.
Vul de glazen potten gelijkmatig en sluit ze af met
een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet raken.
Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat, zodat er
voldoende vocht in de oven ontstaat.
Als de vloeistof in de weckpotten begint te borrelen
(na ca. 35 - 60 minuten bij weckpotten van 1 liter),
stop de oven of verlaag de temperatuur tot 100 °C
(raadpleeg de tabel).
36
Zachte vruchten
Gerecht Temperatuur (°C)
Inmaken/wecken tot
het parelen begint
(min)
Door blijven koken op
100 °C (min.)
Aardbeien / bosbes-
sen / frambozen / rijpe
kruisbessen
160 - 170 35 - 45 -
Steenvruchten
Gerecht Temperatuur (°C)
Inmaken/wecken tot
het parelen begint
(min)
Door blijven koken op
100 °C (min.)
Peren / kweeperen /
pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
Gerecht Temperatuur (°C)
Inmaken/wecken tot
het parelen begint
(min)
Door blijven koken op
100 °C (min.)
Wortels
1) 160 - 170 50 - 60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde augurken 160 - 170 50 - 60 5 - 10
Koolrabi / erwten / as-
perges
160 - 170 50 - 60 15 - 20
1) Na uitschakeling in de oven laten staan.
DROGEN
Gebruik hiervoor een met boterhampapier of
bakpapier belegde plaat.
Stop de oven voor een beter resultaat
halverwege de droogtijd, open de deur en laat
het één nacht afkoelen om het drogen te
voltooien.
Groenten
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (u)
Roosterhoogte
1 stand 2 standen
Bonen 60 - 70 6 - 8 3 1 / 4
37
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (u)
Roosterhoogte
1 stand 2 standen
Paprika's 60 - 70 5 - 6 3 1 / 4
Groente in het
zuur
60 - 70 5 - 6 3 1 / 4
Paddestoelen 50 - 60 6 - 8 3 1 / 4
Kruiden 40 - 50 2 - 3 3 1 / 4
Fruit
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (u)
Roosterhoogte
1 stand 2 standen
Pruimen 60 - 70 8 - 10 3 1 / 4
Abrikozen 60 - 70 8 - 10 3 1 / 4
Schijfjes appel 60 - 70 6 - 8 3 1 / 4
Peren 60 - 70 6 - 9 3 1 / 4
BROOD BAKKEN
Voorverwarmen wordt niet aanbevolen.
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Witbrood 170 - 190 40 - 60 2
Baguette 200 - 220 35 - 45 2
Brioche 180 - 200 40 - 60 2
Ciabatta 200 - 220 35 - 45 2
Roggebrood 170 - 190 50 - 70 2
Bruin brood 170 - 190 50 - 70 2
Volkoren brood 170 - 190 40 - 60 2
Broodjes 190 - 210 20 - 35 2
38
VOEDSELSENSOR TABEL
Rundvlees
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Rood Medium Gaar
Biefstuk 45 60 70
Ossenhaas 45 60 70
Rundvlees
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Gehaktbrood 80 83 86
Varkensvlees
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Ham,
Braadstuk
80 84 88
Schenkel (rug),
Gerookte varkensrug,
Gerookte varkensrug, gepocheerd
75 78 82
Kalfsvlees
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Geroosterd kalfsvlees 75 80 85
Kalfsschenkel 85 88 90
Schapenvlees / lamsvlees
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Schapenbout 80 85 88
39
Schapenvlees / lamsvlees
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Schapenrug 75 80 85
Lamsbout,
Geroosterd lamsvlees
65 70 75
Wild
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Hazenrug
Reerug, hertenrug
65 70 75
Hazenpoot, hazenbout
Gehele haas,
Ree- /hertenrug
70 75 80
Gevogelte
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Kip (hele/halve/filet) 80 83 86
Eend (hele/halve),
Kalkoen (hele/halve)
75 80 85
Eend (filet) 60 65 70
Vis (zalm, forel, snoekbaars)
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Vis (hele/grote/gestoomde),
Vis (hele/grote/geroosterde)
60 64 68
40
Ovenschotels - Voorgekookte groen-
ten
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Ovenschotel courgette,
Ovenschotel broccoli,
Ovenschotel venkel
85 88 91
Ovenschotel - Hartig
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Cannelloni,
Lasagne,
Pastaschotel
85 88 91
Ovenschotel - Zoet
Kerntemperatuur (°C) van voedsel
Minder Medium Meer
Ovenschotel witbrood met/zonder
fruit,
Ovenschotel rijstepap met/zonder
fruit,
Ovenschotel zoete noedels
80 85 90
AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN
Tests volgens EN 60350-1:2013 en IEC
60350-1:2011.
Bakken op één niveau. Bakken in een bakblik
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Biscuittaart zonder vet Hetelucht 140 - 150 35 - 50 2
Biscuittaart zonder vet Boven-/Onder-
warmte
160 35 - 50 2
Appeltaart (2 vormen
Ø 20 cm, diagonaal
geplaatst)
Hetelucht 160 60 - 90 2
41
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Appeltaart (2 vormen
Ø 20 cm, diagonaal
geplaatst)
Boven-/Onder-
warmte
180 70 - 90 1
Bakken op één niveau. Koekjes
Gebruik de derde rekstand.
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Zandtaartdeeg / Gebakreep-
jes
Hetelucht 140 25 - 40
Zandtaartdeeg / Gebakreep-
jes
Boven-/Onderwarmte
160
1) 20 - 30
Kleine cakes (20 stuks/
bakplaat)
Hetelucht
150
1) 20 - 35
Kleine cakes (20 stuks/
bakplaat)
Boven-/Onderwarmte
170
1) 20 - 30
1) Oven voorverwarmen.
Bakken op meerdere niveaus. Koekjes
Gerecht -functie Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoogte
2 stan-
den
3 stan-
den
Zandtaartdeeg/ Dee-
greepjes
Hetelucht 140 25 - 45 1 / 4 1 /
3 / 5
Kleine cakes (20
stuks/bakplaat)
Hetelucht
150
1) 23 - 40 1 / 4 -
1) Oven voorverwarmen.
Grillen
Verwarm de lege oven 5 minuten voor.
Grill met de maximale temperatuurinstelling.
Gerecht -functie Tijd (min) Roosterhoogte
Geroosterd brood Grillen 1 - 3 5
Biefstuk Grillen
24 - 30
1) 4
1) Halverwege de bereidingstijd omdraaien.
42
AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN
Testen voor de functie: Stoom.
Testen volgens IEC 60350-1.
Gerecht
Container
(Gastronorm)
Hoeveelheid
(g)
Rooster-
hoogte
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Opmerkingen
Broccoli
1) 1 x 1/2 ge-
perforeerd
300 3 99 13 - 15 Plaats de
bakplaat op
het eerste
ovenniveau.
Broccoli
1) 2 x 1/2 ge-
perforeerd
2 x 300 2 en 4 99 13 - 15 Plaats de
bakplaat op
het eerste
ovenniveau.
Broccoli
1) 1 x 1/2 ge-
perforeerd
max. 3 99 15 - 18 Plaats de
bakplaat op
het eerste
ovenniveau.
Bevroren
erwten
2 x 1/2 ge-
perforeerd
2 x 1.300 2 en 4 99 Totdat
de tem-
peratuur
in het
koelste
gedeel-
te 85 °C
bereikt.
Plaats de
bakplaat op
het eerste
ovenniveau.
1) Verwarm de oven 5 minuten voor.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
OPMERKINGEN OVER SCHOONMAKEN
Maak de voorkant van de oven schoon met een
zachte doek, warm water en een mild
reinigingsmiddel.
Gebruik voor metalen oppervlakken een specifiek
reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik.
Vetophoping of andere voedingsresten kunnen
brand veroorzaken. Het gevaar is groter voor de
grillpan.
Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze
drogen. Gebruik een zachte doek met een warm
sopje en een reinigingsmiddel. De accessoires niet
in de afwasmachine reinigen.
Verwijder hardnekkig vuil met een speciale
ovenreiniger.
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet
worden schoongemaakt met een agressief
reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen
of een afwasautomaat. Dit kan de antiaanbaklaag
beschadigen.
Neem het vocht uit de ruimte na ieder gebruik af.
AANBEVOLEN REINIGINGSPRODUCTEN
Gebruik geen schuursponzen of agressieve
reinigingsmiddelen. Deze kunnen schade
veroorzaken aan de emaillen en roestvrij stalen
delen.
U kunt onze producten kopen bij en de beste
detailhandel.
VERWIJDEREN VAN DE GELEIDERS
Zorg ervoor dat de oven is afgekoeld voordat u
onderhoud verricht. Er bestaat verbrandingsgevaar.
Om het apparaat te reinigen, verwijder de
inschuifrails.
43
1. Inschuifrails voorzichtig naar boven toe uit de
voorste ophanging trekken.
2
3
1
2. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit de
zijwand.
3. Geleiders uit de achterste ophanging trekken.
Installeer de inschuifrails in de omgekeerde
volgorde.
STOOMREINIGING
Verwijder zo veel mogelijk vuil met de hand.
Verwijder de accessoires en de inschuifrails om de
zijwanden te reinigen.
De stoomreinigingsfuncties helpen bij de reiniging
van de stoomruimte van de oven.
Zorg dat de oven koud is voordat u de
reinigingsprocedure start.
Als de stoomreinigingsfunctie in werking is, is het
lampje uit.
1. Vul de waterlade tot het maximale niveau
(ongeveer 950 ml water) tot het geluidssignaal
klinkt of het display het bericht toont.
2. Kies de stoomreinigingsfunctie in het menu:
Reinigen.
Stoomreiniging - de duur van de functie is
ongeveer 30 minuten.
a) Schakel de functie in.
b) Wanneer het programma is voltooid, klinkt
er een geluidssignaal.
c) Druk op een tiptoets om het signaal uit te
schakelen.
Stoomreiniging Plus - de duur van de
functie is ongeveer 75 minuten.
a) Sproei een geschikt reinigingsmiddel
gelijkmatig over de binnenkant oven op
zowel de emaillen als de stalen delen.
b) Schakel de functie in.
Het eerste deel van het programma eindigt
na circa 50 minuten.
c) Druk op .
Volg het bericht in het display
op om de reiniging te
voltooien.
d) Wrijf met een niet-schurende zachte spons
langs de binnenkant van de oven. U kunt
gebruik maken van warm water of
reinigingsmiddelen voor ovens.
e) Druk op
.
Het laatste gedeelte van de procedure
start. Deze stap duurt ongeveer 25
minuten.
3. Wrijf met een niet-schurende zachte spons
langs de binnenkant van de oven. U kunt
gebruik maken van warm water.
Houd na reiniging de deur van de oven ongeveer 1
uur open. Wacht tot de oven droog is. Om het
drogen te versnellen, kunt u het oven opwarmen
met warme lucht op 150 °C gedurende ca. 15
minuten. U behaalt maximaal resultaat met de
reinigingsfunctie als u de oven direct schoonmaakt
nadat de functie is afgelopen.
REINIGINGSHERINNERING
Als de herinnering wordt getoond, is reiniging
noodzakelijk. Gebruik de functie Stoomreiniging
Plus.
U kunt de functie inschakelen/uitschakelen:
Reinigingsherinnering in het menu: Basis
Instellingen.
STOOMGENERATIESYSTEEM - ONTKALKEN
Als de stomer werkt, hoopt zich binnenin
kalkaanslag op (door het kalk in het water). Dit kan
een negatief effect hebben op de stoomkwaliteit,
op de prestatie van de stomer en de
voedselkwaliteit. Reinig het stoomcircuit om
ophoping van kalkaanslag te voorkomen.
Verwijder alle accessoires.
Selecteer de functie in het menu: Reinigen. De
gebruikersinterface zal u door de procedure leiden.
De volledige procedure duurt ongeveer 2 uur.
Het lampje in deze functie is uit.
1. Controleer of de waterlade leeg is.
2. Druk op
.
3. Plaats de grill-/braadslede op het onderste
ovenniveau.
4. Druk op .
5. Doe 250 ml van antikalkmiddel in de waterlade.
6. Vul het resterende gedeelte van de waterlade
tot het maximale niveau met water tot het
geluidssignaal klinkt of het display het bericht
toont.
7. Druk op .
Dit activeert het eerste gedeelte van de procedure:
Ontkalken.
Dit gedeelte duurt ongeveer 1 uur en
40 minuten.
44
8. Na beëindiging van het eerste gedeelte moet
de grill-/braadslede geleegd worden en weer
op het eerste roosterstand worden geplaatst.
9. Druk op .
10. Vul de waterlade tot het maximale niveau met
vers water tot het geluidssignaal klinkt of het
display het bericht toont.
11. Druk op
.
Dit activeert het tweede gedeelte van de
procedure: Ontkalken. Dit spoelt de
stoomgenerator.
Dit gedeelte duurt ongeveer 35
minuten.
Verwijder de grill-/braadslede na beëindiging van
de procedure.
Als de functie: Ontkalken niet op de
juiste manier wordt uitgevoerd, toont
het display een bericht om het te
herhalen.
Droog de oven met een droge doek als deze
vochtig of nat is. Laat de oven volledig uitdrogen
met de deur geopend.
ONTKALKMELDER
Er zijn twee ontkalkmelders die u eraan herinneren
de functie uit te voeren: Ontkalken. Deze melders
worden iedere keer dat u uw apparaat uitzet
geactiveerd.
De zachtklinkende melder herinnert u en beveelt
aan de antikalkcyclus uit te voeren.
De hardklinkende melder verplicht u de ontkalking
uit te voeren.
Als u het apparaat niet ontkalkt bij het
horen van de hardklinkende melder,
kunt u de stoomfuncties niet
gebruiken.
U kunt de ontkalkmelder niet
uitschakelen.
STOOMGENERATIESYSTEEM - SPOELEN
Verwijder alle accessoires.
Selecteer de functie in het menu: Reinigen. De
gebruikersinterface zal u door de procedure leiden.
De totale duur van de functie is ongeveer 30
minuten.
Het lampje in deze functie is uit.
1. Plaats de bakplaat op het eerste ovenniveau.
2. Druk op
.
3. Vul de waterlade tot het maximale niveau met
vers water tot het geluidssignaal klinkt of het
display het bericht toont.
4. Druk op
.
Verwijder de bakplaat na beëindiging van de
procedure.
RESERVOIR LEDIGEN
Verwijder alle accessoires.
De reinigingsfunctie verwijdert het restwater van de
waterlade. Gebruik de functie na bereiding met
stoom.
Selecteer de functie in het menu: Reinigen. De
gebruikersinterface zal u door de procedure leiden.
De totale duur van de functie is ongeveer 6
minuten.
Het lampje in deze functie is uit.
1. Plaats de bakplaat op het eerste ovenniveau.
2. Druk op .
Verwijder de bakplaat na beëindiging van de
procedure.
VERWIJDEREN EN INSTALLEREN VAN DE
DEUR
U kunt de deur en de binnenste glaspanelen
verwijderen om ze schoon te maken. Het aantal
glasplaten verschilt per model.
WAARSCHUWING! De deur is
zwaar.
1. Open de deur helemaal.
2. Duw de klemhendels (A) volledig op de twee
scharnieren.
A
A
3. Sluit de ovendeur in de eerste openingsstand
(in een hoek van ongeveer 70°).
4. Pak de deur aan de zijkanten met beide handen
vast en trek deze onder een opwaartse hoek
weg van de oven.
5. Plaats de ovendeur met de buitenkant omlaag
op een zachte en egale ondergrond.
6. Deurafdekking (B) aan de bovenkant van de
deur aan beide kanten vastpakken en naar
binnen drukken om de klemsluiting te
ontgrendelen.
45
1
2
B
7. Trek de deur naar voren om hem te verwijderen.
8. Houd de glasplaten aan de bovenkant vast en
trek deze een voor een omhoog uit de
geleiding.
9. Reinig de glasplaat met een sopje. Droog de
glasplaat voorzichtig af.
Voer de bovenstaande stappen in omgekeerde
volgorde uit als de reiniging voltooid is. Plaats de
kleinste glasplaat eerst, daarna de grotere
glasplaten en de deur.
Een van de scharnierbeugels
(doorgaans de rechter) kan vrij
bewegen. Zorg ervoor dat beide
scharnierbeugels in dezelfde stand
staan (in een hoek van circa 70°).
WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat
de glasplaten op de juiste manier
worden geplaatst, anders kan het
oppervlak van de deur oververhit
raken.
HET LAMPJE VERVANGEN
WAARSCHUWING! Gevaar voor
elektrische schokken.
Het lampje kan heet zijn.
1. Oven uitschakelen.
Wacht totdat de oven afgekoeld is.
2. Trek de oven uit het stopcontact.
3. Leg een doek op de bodem van de ovenruimte.
Het bovenste lampje
1. Draai het afdekglas van de lamp en verwijder
het.
2. Verwijder de metalen ring en reinig de
glasafdekking.
3. Vervang de lamp door een geschikte 300°C
hittebestendige lamp.
4. Monteer de metalen ring op de glasafdekking.
5. Plaats het afdekglas terug.
De zijverlichting
1. Verwijder de linker inschuifrail om bij de lamp te
komen.
2. Gebruik een schroevendraaier met een
aanhaalmoment van 20 om de afdekking te
verwijderen.
3. Verwijder en reinig het metalen frame en de
afdichting.
4. Vervang de lamp door een geschikte 300°C
hittebestendige lamp.
5. Installeer het metalen frame en de pakking.
Draai de schroeven aan.
6. De linker inschuifrails installeren.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
46
PROBLEMEN OPLOSSEN
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
U kunt de oven niet inschake-
len of bedienen.
De oven is niet aangesloten op
een stopcontact of is niet goed
geïnstalleerd.
Controleer of de oven goed is
aangesloten op het stopcon-
tact (zie het aansluitdiagram in-
dien beschikbaar).
De oven wordt niet warm. De oven staat uit. Oven inschakelen.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellingen
correct zijn.
De oven wordt niet warm. Automatische uitschakeling is
actief.
Raadpleeg 'Automatisch uit-
schakelen'.
De oven wordt niet warm. Het kinderslot is geactiveerd. Raadpleeg 'Gebruik van het
Kinderslot'.
De oven wordt niet warm. De deur is niet goed gesloten. Sluit de deur volledig.
De oven wordt niet warm. De zekering is doorgeslagen. Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact op
met een erkende installateur.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Op het display verschijnt F111. De stekker van de vleesther-
mometer is niet goed in de
aansluiting gestoken.
Steek de stekker van de vlees-
thermometer zo ver mogelijk in
het stopcontact.
Het display toont een foutcode
die niet in deze tabel staat.
Er is een elektrische fout. Zet de oven uit via de huis-
zekering of de veiligheids-
schakelaar in de zekering-
kast en schakel deze weer
in.
Neem contact op met de
klantenservice wanneer de
foutcode opnieuw wordt
weergegeven.
Stoom en condens slaan neer
op de gerechten en in de
ovenruimte.
Het gerecht heeft te lang in de
oven gestaan.
Laat gerechten na het berei-
den niet langer dan 15 - 20
minuten in de oven staan.
Het apparaat staat aan maar
wordt niet warm. De ventilator
werkt niet. Op het display ver-
schijnt "Demo".
De demofunctie is ingescha-
keld.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Da-
gelijks gebruik' in 'Basisinstel-
lingen'.
De ontkalkprocedure wordt on-
derbroken voordat het is afge-
lopen.
Er is een stroomstoring ge-
weest.
Herhaal de procedure.
47
Probleem Mogelijke oorzaak oplossing
De ontkalkprocedure wordt on-
derbroken voordat het is afge-
lopen.
De functie is door de gebruiker
gestopt.
Herhaal de procedure.
De grill-/bakplaat bevat na de
ontkalkprocedure geen water.
U heeft de waterlade niet tot
het maximale niveau gevuld.
Controleer of er ontkalkings-
middel / water in de waterlade
zit.
Herhaal de procedure.
Er ligt vies water op de bodem
van de ruimte na de ontkalkcy-
clus.
De grill-/bakplaat bevindt zich
op het verkeerde ovenniveau.
Verwijder het restwater en het
ontkalkingsmiddel van de bo-
dem van de oven. Plaats de
grill-/braadslede op het onder-
ste ovenniveau.
De reinigingsfunctie wordt on-
derbroken voordat het is afge-
lopen.
Er is een stroomstoring ge-
weest.
Herhaal de procedure.
De reinigingsfunctie wordt on-
derbroken voordat het is afge-
lopen.
De functie is door de gebruiker
gestopt.
Herhaal de procedure.
Er ligt te veel water op de bo-
dem van de ruimte na de reini-
gingsfunctie.
U heeft te veel schoonmaak-
middel in het apparaat gespo-
ten voor activering van de
schoonmaakcyclus.
Bedek alle onderdelen van de
ovenruimte met een dunne
laag schoonmaakmiddel. Spray
het schoonmaakmiddel gelijk-
matig.
Er is geen goed resultaat na de
reinigingsprocedure.
De initiële temperatuur in de
ovenruimte van de stoomreini-
gingsfunctie was te hoog.
Herhaal de cyclus. Laat de cy-
clus lopen als het apparaat is
afgekoeld.
Er is geen goed resultaat na de
reinigingsprocedure.
U hebt de zijroosters niet ver-
wijderd voor het starten van de
reinigingsprocedure. Deze kun-
nen de warmte overbrengen op
de wanden waardoor de pres-
taties afnemen.
Verwijder de zijroosters uit het
apparaat en herhaal de functie.
Er is geen goed resultaat na de
reinigingsprocedure.
U hebt de accessoires niet ver-
wijderd voor het starten van de
reinigingsprocedure. Deze kun-
nen de stoomcyclus beïnvloe-
den waardoor de prestaties af-
nemen.
Verwijder de accessoires uit
het apparaat en herhaal de
functie.
ONDERHOUDSGEGEVENS
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem
dan contact op met uw verkoper ofeen erkende
serviceafdeling.
De contactgegevens van het servicecentrum staan
op het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich aan
de voorkant van de binnenkant van de oven.
Verwijder het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
48
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
ENERGIEZUINIGHEID
PRODUCTKAART EN INFORMATIE VOLGENS EU 65-66/2014
Naam leverancier Zanussi
Modelidentificatie ZOS78964XU
Energie-efficiëntie Index 81.0
Energie-efficiëntieklasse A+
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand boven +
onderwarmte
1.09 kWh/cyclus
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand hetelucht 0.68 kWh/cyclus
Aantal ruimten 1
Warmtebron Electriciteit
Volume 70 l
Soort oven Inbouwoven
Massa 35.0 kg
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke
kookapparaten - Deel 1: Range-ovens, ovens,
stoomovens en grills - Methoden voor
prestatiemeting.
ENERGIEBESPARING
Deze oven bevat functies die u helpen
energie te besparen tijdens het
dagelijks koken.
Algemene tips
Zorg ervoor dat de ovendeur goed gesloten is als u
de oven in werking stelt. De deur niet openen
tijdens de bereiding met stoom. Houd het
deurrubber schoon en zorg ervoor dat het goed op
zijn plaats vastzit.
Gebruik metalen schalen om meer energie te
besparen.
Indien mogelijk de oven niet voorverwarmen voordat
u er voedsel in plaatst.
Verlaag bij een bereidingsduur langer dan 30
minuten de oventemperatuur met minimaal 3 - 10
minuten, afhankelijk van de bereidingsduur voordat
de kooktijd verstrijkt. De restwarmte in de oven
zorgt ervoor dat het gerecht wordt voltooid.
U kunt de restwarmte gebruiken om andere
maaltijden op te warmen.
Houd de onderbrekingen tussen het bakken zo kort
mogelijk als u een aantal gerechten tegelijkertijd
bereidt.
Bereiding met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de bereidingsfuncties met
hete lucht om energie te besparen.
Restwarmte
Bij sommige ovenfuncties worden, als een
programma met tijdselectie (Duur of Einde) in
werking is en de bereidingstijd langer is dan 30
minuten, de verwarmingselementen automatisch
eerder uitgeschakeld.
De lamp en ventilator blijven wel werken.
Eten warm houden
Kies de laagst mogelijke temperatuurinstelling om
de restwarmte te gebruiken en een maaltijd warm te
49
houden. Het indicatielampje van de restwarmte of
temperatuur verschijnt op het display.
Koken met de verlichting uitgeschakeld
Schakel de verlichting tijdens het koken uit. Doe het
aan als u het nodig heeft.
Hetelucht (vochtig)
Functie is ontworpen om tijdens de bereiding
energie te besparen.
Als u deze functie gebruikt, gaat de verlichting na
30 seconden automatisch uit. U kunt de verlichting
weer inschakelen maar deze handeling vermindert
de verwachte energiebesparingen.
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool . Gooi
de verpakking in een geschikte verzamelcontainer
om het te recyclen. Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en recycle het
afval van elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de buurt of
neem contact op met de gemeente.
50
*
51
WWW.ZANUSSI.COM/SHOP
867352765-A-462018
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52

Zanussi ZOS78964XU Handleiding

Type
Handleiding