Peavey IPR 6000 Handleiding

Categorie
Aanvullende muziekapparatuur
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

95
IPR
1600/3000/4500/6000
Eindversterker
Gefeliciteerd met de aankoop van uw IPR-eindversterker, die ontworpen is om jarenlang betrouwbaar en probleemloos te werken bij
veelvuldig gebruik. De baanbrekende IPR-serie maakt gebruik van een geavanceerde technologie, waardoor de technici van Peavey
het gewicht van de apparatuur dramatisch hebben kunnen verlagen, en tegelijkertijd het uitgangsvermogen, de betrouwbaarheid en
de thermale efficiëntie hebben kunnen verhogen. Versterkers van de IPR-serie zijn ontworpen met een resonante schakelende voeding
en een hoge-snelheidstopologie van klasse D, wat de hoogst mogelijke audioresolutie en -efficiëntie produceert. Deze revolutionaire
versterker biedt zowel de superieure geluidskwaliteit en de ongvenaarde betrouwbaarheid waar Peavey om bekend staat, als een
zeer efficiënt en lichtgewicht ontwerp. Door de geavanceerde technologie en uitgebreide beveiligingsschakelingen is het gebruik onder
lastige voedings- en belastingsomstandigheden veel efficiënter geworden. Door de DDT
(Distortion Detection Technique) schakelingen
kan de versterker zonder problemen gebruikt worden bij een belasting van slechts 2 ohm. DDT beschermt drivers en zorgt ervoor dat
de geluidsintegriteit behouden blijft, zelfs bij extreme overbelasting. Door het zeer efficnte ontwerp van de IPR kan de versterker bij
extreem lage temperaturen functioneren, zonder zware koelvinnen nodig te hebben. Lees voor uw eigen veiligheid zowel het hoofdstuk
met belangrijke voorzorgsmaatregelen als de aanwijzingen voor de aansluiting van in- en uitgangen en elektriciteit.
Hoewel de IPR-versterker gemakkelijk te bedienen is en een supersterke, super-lichtgewicht behuizing heeft, kan onjuist gebruik nog
steeds gevaarlijk zijn. Deze versterker heeft een zeer hoog vermogen, en kan hoge spanningen en stromen leveren met frequenties van
wel 30 kHz. Bedien deze versterker altijd op een veilige manier.
Voordat u signalen door uw versterker stuurt, is het belangrijk te controleren dat het product van de juiste voedingsspanning
wordt voorzien. U kunt de juiste elektrische spanning voor uw versterker vinden naast de IEC (stroom)kabelaansluiting aan
de achterzijde van het apparaat. De functies van het product zijn genummerd. Raadpleeg het voorpaneeldiagram in deze
gebruiksaanwijzing om de specifieke functies naast de nummers te vinden.
Lees deze gids a.u.b. zorgvuldig door, zowel voor uw persoonlijke veiligheid als voor de veiligheid van uw versterker.
NEDERLANDS
VENTILATIE: Voor een goede ventilatie moet de versterker op 30cm afstand van het dichtstbijzijnde ontvlambare
oppervlak gezet worden.
Zorg ervoor dat de ventilatiegaten niet geblokkeerd worden, en dat lucht vrij door het apparaat heen kan stromen.
Eigenschappen:
• 2 Kanaalonafhankelijke, fourth-order Linkwitz-Riley crossovers
• DDT-beveiliging
• Revolutionaire IPR-topologie ‘class D’
• Stappen-ingangsregelaars
• Combinatie XLR 1/4” ingangen
• 4-polige ‘twist-lock’ uitgangsconnectoren
• Superlichtgewicht
• Individuele signaal-pass 1/4”-aansluitingen op elk kanaal
• LED-verlichting
• LED-indicatielampje voor standby-stand
WAARSCHUWING: Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk goedgekeurd zijn door de verantwoordelijke
partij kunnen tot gevolg hebben dat de gebruiker de autoriteit om dit apparaat te gebruiken ontzegt wordt.
OPMERKING: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een Klasse B digitaal apparaat, volgens Deel
15 van de FCC-regelgeving. Deze limieten zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke
storing in een huishoudelijke omgeving. Dit apparaat genereert en maakt gebruik van radiofrequentie en kan deze
uitstralen, en als de apparatuur niet volgens de aanwijzingen geïnstalleerd en gebruikt wordt, kan deze schadelijke
storing veroorzaken in radiocommunicatie.
Dit garandeert echter niet dat er nooit storing zal optreden bij een bepaalde installatie. Als dit apparaat schadelijke
storing veroorzaakt in de ontvangst van radio of tv, wat bepaald kan worden door het apparaat uit en weer in te
schakelen, raden wij de gebruiker aan te proberen de storing te corrigeren door één of meer van de volgende
maatregelen te nemen:
• Draai de ontvangstantenne of verplaats deze.
• Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
• Sluit het apparaat aan op een ander stroomcircuit dan het circuit waarop de ontvanger is aangesloten.
• Raadpleeg de verkoper of een ervaren radio/TV-technicus.
96
AC POWER-SCHAKELAAR
Deze toets schakelt het relais in dat de versterker van stroom voorziet. Deze unieke power-schakelaar straalt in de standby-stand
(samen met het Peavey-logo) een blauw licht uit, wat aangeeft dat de versterker aangesloten is op de AC-power (wisselstroom), maar
nog niet ingeschakeld is.
INDICATIELAMPJES
De IPR
-versterkers hebben vijf LED-indicatielampjes per kanaal op het voorpaneel: ACTIVE, SIGNAL, DDT
, TEMP en DC.
Deze LED-indicatielampjes geven de functioneringsstatus van elk kanaal aan, en waarschuwen de gebruiker voor eventuele
abnormale omstandigheden.
ACTIVE LED
The Active LED indicates that its channel’s output relay is closed and the channel is operational. It lights under normal
operation and remains on, even when the channel is in DDT gain reduction. These protection features leave the output relay
closed. If the Active LED goes off, there is no signal at the output connectors.
SIGNAL LED
Deze LED-lamp licht op wanneer het bijbehorende kanaal een uitgangssignaal met een effectieve waarde van ongeveer 4 volt
of meer (0,1 volt of meer bij de ingang, met 0 dB verzwakking en standaard x40 voltage versterking) Dit signaal geeft aan of
een signaal de versterker bereikt en erdoor versterkt wordt.
DDT
(DISTORTION DETECTION TECHNIQUE) LED
De DDT-LED van een kanaal licht op bij het optreden van ‘clipping’. Als de LED-lampjes snel en onregelmatig knipperen, staat
het kanaal op het punt de maximale uitsturing te overschrijden. Als het lampje blijft branden, betekent dit dat de versterker
de vervorming tegengaat, d.w.z. de versterking vermindert, om te voorkomen dat sterk afgekapte golven de luidsprekers
bereiken. Zie het hoofdstuk over Distortion Detection Technique voor meer informatie. Bij het inschakelen licht de DDT-LED
op om aan te geven dat het RAMPUP
circuit voor versterkingsvermindering geactiveerd is. Hierdoor worden plotselinge
signaaluitbarstingen als de luidsprekerrelais gesloten zijn voorkomen.
TEMP LED
In het onwaarschijnlijke geval van onstabiele thermale omstandigheden wordt de versterkerbeveiliging geactiveerd, en
wordt het problematische kanaal uitgeschakeld. De Temp-LED blijft branden totdat de temperatuur weer veilig is voor
gebruik.
DC LED
In het geval van abnormate functioneringsomstandigheden heeft de IPR een ingebouwde versterkerbeveiliging. Onder
omstandigheden die de versterker gewoonlijk zouden beschadigen licht de DC-LED op, en probeert het kanaal automatisch
opnieuw op te starten, om de omstandigheden te corrigeren. Raadpleeg een erkende onderhoudsexpert bij u in de buurt als
de versterker niet terugkeert naar de normale functioneringsstatus.
INPUT ATTENUATORS
Draai indien mogelijk de verzwakkers altijd helemaal tegen de klok in om optimale overmodulatiereserve (headroom)
te verkrijgen. Met de signaalverzwakkerknoppen op het voorpaneel (één voor kanaal A, één voor kanaal B) kunt u
de versterking voor de bijbehorende kanalen in alle standen aanpassen. Zie de specificaties aan het einde van deze
gebruiksaanwijzing voor informatie over standaardversterking en signaalgevoeligheid.
Voorpaneel
1
2
3
4
5
6
7
8
1
8 8
7
3
4
5
6
2
97
910
10
AC-POWER INGANG:
Dit is de aansluiting voor het IEC-elektriciteitssnoer, dat het apparaat van stroom voorziet. Sluit het
elektriciteitssnoer aan op deze ingang om het apparaat van stroom te voorzien. Als er een onjuiste
voedingsspanning wordt gebruikt, kan het apparaat beschadigd raken. (Zie de spanningsaanduidingen
op het apparaat).
Breek de aardingspen nooit van een apparaat af. Deze pen is aanwezig voor uw veiligheid. Als de
aardingspen niet in het stopcontact past, moet een geschikte aardingsadapter gebruikt worden, en de
derde draad moet goed geaard worden. Zorg ervoor dat de versterker en alle aangesloten apparatuur
goed geaard zijn, om het risico op brand of elektrische schokken te voorkomen.
NOTE: FOR U.K. ONLY
As the colors of the wires in the mains lead of this apparatus may not correspond with the colored
markings identifying the terminals in your plug, proceed as follows: (1) The wire which is colored green
and yellow must be connected to the terminal which is marked by the letter E, or by the Earth symbol, or
colored green or green and yellow. (2) The wire which is colored blue must be connected to the terminal
which is marked with the letter N, or the color black. (3) The wire which is colored brown must be
connected to the terminal which is marked with the letter L, or the color red.
KANAALKEUZESCHAKELAAR
HIGH PASS
Deze stand wordt gebruikt om het HIGH PASS-filter voor het overeenkomstige kanaal te activeren. Dit
Linkwitz-Riley-filter beperkt de frequenties die naar het bijbehorende versterkerskanaal verstuurd
worden tot de frequenties boven de 100 Hz. Als er aparte subwooferboxen aangesloten zijn en deze
stand gebruikt wordt, moet de midden/hogetonenluidspreker aangesloten worden op het kanaal dat
overeenkomt met de HIGH PASS-schakelaar.
FULL RANGE
Zoals de naam aangeeft, laat de Full Range-stand op deze schakelaar alle frequenties doorgaan
naar de versterker. Deze stand wordt gewoonlijk gebruikt wanneer er een full range-luidsprekerbox
aangesloten is op de uitgang van de versterker.
SUBWOOFER
Deze stand wordt gebruikt om het LOW PASS-filter voor het overeenkomstige kanaal te activeren. Dit Linkwitz-
Riley-filter beperkt de frequenties die naar het bijbehorende versterkerskanaal verstuurd worden tot de
frequenties onder de 100 Hz. Als er aparte subwooferboxen aangesloten zijn en deze stand gebruikt wordt,
moet de subwooferbox aangesloten worden op het kanaal dat overeenkomt met de Subwoofer-schakelaar.
9
10
Achterpaneel
98
Achterpaneel
12
11
13
14
THRU/OUT-INGANGEN
Deze 1/4” aansluiting ondersteunt parallelle uitgangssignalen van het bijbehorende kanaal om te patchen
naar deze versterker en/of extra versterkeringangen. De Thru/Out-ingang wordt beïnvloed door de stand
van de bijbehorende Channel Mode-schakelaar. Deze 1/4” aansluiting biedt ook een ongebalanceerde (tip/
sleeve) uitgang die gepatcht kan worden met enkelvoudige geleidingskabels.
SIGNAALBRONNEN AANSLUITEN
Signaalbronnen worden aangesloten via de driepolige XLR (pin 2+) of 6,3 mm stekkercombinatie-aansluitingen op
het achterpaneel van de versterker. De signaalbronnen worden actief gebalanceerd. Het overbelastingspunt is hoog
genoeg om de maximale uitgangsniveau van bijna elke signaalbron aan te kunnen.
LUIDSPREKERS AANSLUITEN
Alle modellen hebben één combinatie van vierpolige twist-lockaansluitingen per kanaal Hoewel een 1/4
luidsprekerkabel aangesloten kan worden aan deze uitgang, is de vierpolige twist-lockaansluiting de
voorkeursmethode.
CIRCUIT BREAKER
In het onwaarschijnlijke geval dat gebruiksomstandigheden de versterker zouden kunnen beschadigen, kan de
stroomonderbreker afslaan. De versterker kan weer ingeschakeld worden nadat alle kabels en aansluitingen
gecontroleerd zijn. Als de stroomonderbreker weer afslaat, neem dan contact op met een erkend Peavey
onderhoudsexpert bij u in de buurt.
11
12
13
13
12
11
14
99
IPR
1600/3000/4500/6000 DSP
Eindversterker
Zoals de naam aangeeft, omvatten de IPR 1600, 3000, 4500, en 6000 DSP allemaal geavanceerde digitale signaalbewerking
(digital signal processing, DSP). DSP is ontworpen op efficiëntie en gebruiksgemak. Door gebruik te maken van unieke,
revolutionaire en geavanceerde basversterkingsprocessen, verbeteren de IPR DSP-versterkers het waargenomen niveau van
het basgeluid in elk systeem, terwijl ze een fractie van de stroom verbruiken die nodig is voor andere eindversterkers.
Voordat u signalen door uw versterker stuurt, is het belangrijk te controleren dat het product van de juiste voedingsspanning
wordt voorzien. U kunt de juiste elektrische spanning voor uw versterker vinden naast de IEC (stroom)kabelaansluiting aan
de achterzijde van het apparaat. De functies van het product zijn genummerd. Raadpleeg het voorpaneeldiagram in deze
gebruiksaanwijzing om de specifieke functies naast de nummers te vinden.
Lees deze gids a.u.b. zorgvuldig door, zowel voor uw persoonlijke veiligheid als voor de veiligheid van uw versterker.
NEDERLANDS
IPR DSP Eigenschappen:
• DDT
-beveiliging
• Revolutionaire IPR-topologie ‘class D’
• Stappen-ingangsregelaars
• Combinatie XLR 1/4” ingangen
• Combinatie 1/4” of 1/4” vierpolige ‘twist-lock’ uitgangen
• Lichtgewicht
• Individuele signaal pass-thru 1/4” aansluitingen op elk kanaal
• LED-verlichting
• DSP-gebaseerd luidsprekermanagementsysteem
• 120 ms vertraging per kanaal
• 4 parametrische equalizers per kanaal
• Veiligheidsvergrendeling
• Instelbare, vierde-orde Linkwitz-Riley Crossover
• Instelbare vierde-orde high-pass lter op elk kanaal
• Setup wizard
• MAXX Bass
®
• Horn EQ op elk kanaal
• LCD-scherm met blauwe achtergrondverlichting
WAARSCHUWING: CONTROLEER A.U.B. UW DSP-INSTELLINGEN VOORDAT U EEN SIGNAAL VERSTUURT NAAR DE
VERSTERKER. ONJUISTE INSTELLINGEN KUNNEN LUIDSPREKERBOXEN BESCHADIGEN. Wij hebben ons uiterste best
gedaan de Setup Wizard zo te ontwerpen dat u zoveel mogelijk geholpen wordt de DSP juist te configureren; toch
kunnen onjuiste instellingen op elk moment van het setup-proces uw luidsprekerboxen beschadigen. Aarzel niet
ons klantenservicenummer te bellen als u vragen heeft.
VENTILATIE: Voor een goede ventilatie moet de versterker op 30cm afstand van het dichtstbijzijnde ontvlambare
oppervlak gezet worden.
Zorg ervoor dat de ventilatiegaten niet geblokkeerd worden, en dat lucht vrij door het apparaat heen kan stromen.
WAARSCHUWING: Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk goedgekeurd zijn door de verantwoordelijke
partij kunnen tot gevolg hebben dat de gebruiker de autoriteit om dit apparaat te gebruiken ontzegt wordt.
OPMERKING: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een Klasse B digitaal apparaat, volgens Deel
15 van de FCC-regelgeving. Deze limieten zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke
storing in een huishoudelijke omgeving. Dit apparaat genereert en maakt gebruik van radiofrequentie en kan deze
uitstralen, en als de apparatuur niet volgens de aanwijzingen geïnstalleerd en gebruikt wordt, kan deze schadelijke
storing veroorzaken in radiocommunicatie.
Dit garandeert echter niet dat er nooit storing zal optreden bij een bepaalde installatie. Als dit apparaat schadelijke
storing veroorzaakt in de ontvangst van radio of tv, wat bepaald kan worden door het apparaat uit en weer in te
schakelen, raden wij de gebruiker aan te proberen de storing te corrigeren door één of meer van de volgende
maatregelen te nemen:
• Draai de ontvangstantenne of verplaats deze.
• Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger.
• Sluit het apparaat aan op een ander stroomcircuit dan het circuit waarop de ontvanger is aangesloten.
• Raadpleeg de verkoper of een ervaren radio/TV-technicus.
100
Aan het werk gaan met DSP
Om door de menu’s op het LCD-scherm te navigeren gebruikt u de
navigatie-encoderknop aan de rechterkant van het LCD-scherm.
De snelste en gemakkelijkste manier om een IPR™ DSP model te
congureren is door de Setup Wizard te gebruiken. Nadat het apparaat
ingeschakeld is, verschijnt het beginscherm van de Setup Wizard 6
seconden lang op het scherm van de IPR DSP (Afb. 1). Zet de encoder
op “Yes” en druk deze in om de Setup Wizard te beginnen. Als er
na zes seconden niets ingevoerd is, gaat het scherm over op het
hoofdmenu.
SETUP WIZARD (Afb. 2)
Als er op dat moment handmatige instellingen opgeslagen zijn in de
DSP, verschijnt op het scherm de boodschap: “CLEAR MANUAL EQ
SETTINGS?” Deze waarschuwing geeft aan dat er handmatig veran-
deringen zijn aangebracht in de DSP, en dat deze eerder opgeslagen
instellingen gewist zullen worden als u doorgaat met de Setup Wizard.
Om door te gaan met de wizard kiest u “YES”. Als u “NO” kiest, verlaat
u de Setup Wizard en gaat u verder naar het hoofdmenu.
Luidsprekerkeuze
In het eerste scherm van de Setup Wizard kunt u kiezen welke
luidspreker aan elk kanaal van de versterker wordt verbonden. Draai
aan de navigatie-encoderknop en druk erop om voor elk kanaal een
luidspreker te kiezen. Door te kiezen welke luidspreker met elk kanaal
verbonden moet worden, kan de IPR DSP veronderstellingen maken
en optimale instellingen creëren voor de meeste situaties, zodat
u maar weinig informatie hoeft in te voeren. De IPR DSP heeft een
brede selectie Peavey-luidsprekers, en aantal algemene keuzes voor
luidsprekers van andere merken. (Afb. 3)
Als er nadat de luidsprekers voor elk kanaal gekozen zijn geen
subwoofer geselecteerd is, verschijnt de boodschap: “DOES THE
SYSTEM HAVE A SUBWOOFER?” op het scherm. Als “Yes” geselecteerd
wordt, neemt de versterker aan dat het onderdeel uitmaakt van een
twee-wegsysteem, met een andere versterker die de subwoofer
regelt. De IPR DSP past dan een 100 Hz crossover toe op elk kanaal,
waardoor alleen de frequenties boven 100 Hz doorgelaten worden naar
de luidsprekerboxen die aangesloten zijn op de versterker. Als er een
subwoofer geselecteerd is tijdens het setup-proces, past de versterker
automatisch de juiste crossover toe op elk kanaal.
OPMERKING: In de Setup Wizard wordt de crossover automatisch
ingesteld op 100 Hz. Gebruik de Manual mode om de
crossoverfrequentie handmatig aan te passen. (Afb. 4)
Afb. 1
Afb. 2
Afb. 3
Afb. 4
101
Setup Wizard
Afb. 5
Afb. 6
Keuze Setup Wizard Input Mode:
De IPR
DSP kan een signaal dat naar kanaal A verzonden wordt
doorsturen naar kanaal B voor mono-geluid. In het geval dat de
gebruiker een midden/hogetonenluidspreker kiest voor het ene
kanaal en een subwoofer voor het andere kanaal, neemt de IPR
DSP aan dat de versterker in de mono-stand gebruikt wordt, en
stuurt het signaal dat naar kanaal A verzonden wordt ook door naar
kanaal B.
In alle andere gevallen wordt de gebruiker gevraagd de invoerstand
te kiezen. Zoals hierboven beschreven stuurt de mono-stand het
signaal door vanaf signaalbron A naar de versterkers A en B. (Afb.
5). Anders gezegd: beide kanalen ontvangen het signaal dat vanaf
kanaal A verstuurd wordt. In de stereo-stand ontvangt elk kanaal
een onafhankelijk invoersignaal. Versterker A gebruikt signaalbron
A en versterker B ontvangt signalen van signaalbron B (Afb. 6).
Denk eraan dat de A en B 1/4” thru-uitgangen parallel zijn
aangesloten met respectievelijk de A en B ingangsconnectoren.
Dit is erg handig wanneer u meerdere versterkers gebruikt. Om de
gebalanceerde invoer te behouden als u de thru-uitgang gebruikt,
kunt u een TRS (Stereo) 1/4” kabel gebruiken.
Al deze instellingen kunnen handmatig veranderd worden.
102
Setup Wizard
SETUP WIZARD EQ
EQ (of toonregeling) is ontworpen om het audiosignaal te corrigeren,
gebaseerd op frequentie-afwijkingen in een bepaalde kamer, of om
de klankkleur van het audiosignaal aan te passen voor een specieke
toepassing. Veel van deze toepassings-EQ’s passen de klankkleur
van het signaalpad aan op de EQ-graek die typisch geassocieerd
wordt met een bepaalde muziekstijl of toepassing (zoals spraak).
Nadat de luidsprekers geselecteerd zijn, vraagt de IPR™ DSP of er
toonregeling nodig is (Afb. 7). Als “Yes” geselecteerd wordt, kunt
u door verschillende kant-en-klare EQ-graeken bladeren, die u de
algemene eigenschappen geven die geassocieerd worden met één van
de volgende opties (Afb. 8):
Rock
Dance
Thump
DJ
Contemporary Worship
Speech
Setup Wizard Remote Speaker Delay
Vertraging is vaak noodzakelijk voor systemen met veraf geplaatste
luidsprekers. Vaak zijn bij een groot publiek verder weg geplaatste
luidsprekers nodig. Deze luidsprekers kunnen extra dekking geven als
de luidsprekers in de hoofd-PA niet genoeg dekking geven. Tenzij de
veraf geplaatste luidsprekers op de juiste manier zijn vertraagd, zal
het publiek een tijdsverschil horen tussen de primaire bron (hoofd-
PA) en de verder weg geplaatste luidspreker). Dit tijdsverschil wordt
waargenomen als een echo, en creëert een ongewenst luistereffect.
De IPR DSP-versterkers bieden maximaal 120 mS vertraging per
kanaal, genoeg om de luidsprekers 30,45 meter van de primaire PA-
luidsprekers vandaan te zetten (Afb. 9).
Waneer de versterker is ingesteld op een mono, twee-weg
luidsprekersysteem, worden de vertragingsinstellingen op beide
kanalen tegelijkertijd toegepast. In het vertragingsmenu kunt u de
navigatie-encoderknop draaien om de hoeveelheid vertraging te
verhogen of verlagen. Het scherm toont de vertraging in milliseconden,
voeten en meters (Afb. 10).
Afb. 7
Afb. 8
Afb. 9
Afb. 10
103
Setup Wizard
Setup Wizard Lock Settings:
Met de IPR
DSP kunt u de instellingen van de versterker ter
beveiliging vergrendelen na conguratie. Deze functie kan zeer
handig zjin wanneer u de IPR DSP in een installatie-omgeving
gebruikt, zodat ongewenste veranderingen aan de instellingen die
de luidsprekers zouden kunnen beschadigen, voorkomen kunnen
worden. U kunt kiezen of u het beveilingingsslot wilt uitschakelen,
alle instellingen wilt vergrendelen, of ALLE instellingen BEHALVE de
volume-instellingen (signaalverzwakkers) wilt vergrendelen (Afb.
11). Als het beveiligingsslot geactiveerd is, moeten gebruikers een
beveiligingscode invoeren voordat de DSP-instellingen veranderd
kunnen worden. Als de juiste toegangscode ingevoerd is, blijft
het instellingsmenu open voor veranderingen totdat de Setup
Wizard beëindigd is of de gebruiker terugkeert naar het hoofdmenu
(Afb. 12). Neem a.u.b. contact op met de klantenservice als u de
vergrendelingscode vergeten of verloren bent.
OPMERKING: De IPR DSP signaalverzwakkers zijn eigenlijk
encoders, in tegenstelling tot de niet-DSP versie van de IPR, en
worden bestuurd door DSP.
Afb. 11
Afb. 12
104
Main Menu
Volume
Instellingen Main Menu
Het Main Menu (hoofdmenu) is verdeeld in zes gedeelten, die u kunt
openen door naar links of naar rechts door de hoofdmenu-opties
te bladeren met behulp van de navigatie-encoderknop (Afb. 13). De
huidige status van elk menu-item staat beschreven. Selecter de optie
en druk op de encoderknop om de waarde te veranderen.
MODE
De IPR
DSP kan een signaal dat naar kanaal A verzonden wordt
doorsturen naar de versterkers A en B voor mono-geluid (Afb. 14).
In de mono-stand ontvangen beide kanalen het signaal dat naar
kanaal A verstuurd wordt. In de stereo-stand ontvangt elk kanaal een
onafhankelijk invoersignaal. Versterker A gebruikt signaalbron A en
versterker B gebruikt signaalbron B (Afb. 15).
Denk eraan dat de 1/4” thru-uitgangen gebruikt kunnen worden
om hun respectievelijke invoersignalen door te sturen naar andere
versterkers. Dit is erg handig bij geluidssystemen met meerdere
versterkers.
Om de gebalanceerde invoer te behouden als u de thru-uitgang
gebruikt, kunt u een TRS (stereo) 1/4” kabel gebruiken om het
“thru”-signaal door te sturen naar een andere gebalanceerde ingang.
Volume:
In het Main Menu worden de huidige instellingen voor de volume-
regelaars getoond (0 is het maximum) (Afb. 16).
OPMERKING: De volume-regelaars zijn eigenlijk signaalverzwakkers,
en worden geregeld door DSP.
Stel indien mogelijk de verzwakkers altijd in op het maximum (0) om
optimale overmodulatiereserve (headroom) te behouden. Met de
signaalverzwakkerknoppen op het voorpaneel (één voor kanaal A, één voor
kanaal B) kunt u de versterking voor de bijbehorende kanalen in alle standen
aanpassen. Zie de specificaties aan het einde van deze gebruiksaanwijzing
voor informatie over standaardversterking en signaalgevoeligheid
.
Blader door het menu met behulp van de navigatie-encoderknop
Afb. 13
Afb. 14
Afb. 15
Afb. 16
105
Crossover
Crossover
Het hoofdmenu toont de status van de crossover verbonden met elk kanaal
als OFF, HI of LOW. In het geval van deze afbeelding geeft kanaal A aan dat
de hoge frequenties overgaan naar versterker A. Kanaal B geeft aan dat de
lage frequenties overgaan naar versterker B (Afb. 17).
Om de crossover aan te passen drukt u op de navigatie-encoderknop terwijl
de cursor op “XVR” staat.
OPMERKING: ONJUISTE CROSSOVER-INSTELLINGEN KUNNEN
UW LUIDSPREKERS BESCHADIGEN! Gebruik de instellingen die
aanbevolen worden door de fabrikant van de luidspreker, om
eventuele schade te voorkomen.
In de Crossover Edit-stand kan de gebruiker het crossover-punt verwijderen,
toevoegen of aanpassen. Selecteer de gewenste crossover-frequentie en
druk op de navigatie-encoderknop (Afb. 18). Om de crossover-functie UIT te
zetten verlaagt u de crossover-frequentie totdat None - Full Range” op het
scherm verschijnt.
Als de crossover-frequentie geselecteerd is, moet u het frequentiebereik
instellen dat de kanalen A en B ontvangen. Druk op de navigatie-
encoderknop om te selecteren en ga door (Afb. 19). Deze menus
verschijnen niet als de crossover-functie uitgeschakeld is.
Met het volgende menu kunt u een high-passlter voor elk
kanaal selecteren. Dit lter voorkomt dat ongewenste, potentiëel
energieverslindende lage frequenties het systeem binnendringen (Afb.
20). Een geschikte frequentie instellen voor het high-pass lter helpt
ook de luidsprekers te beschermen tegen beschadigen, en past het
frequentiebereik van de Maxx bass-processor aan.
Afb. 18
Afb. 19
Afb. 20
Afb. 17
106
EQ
EQ
Het EQ-onderdeel van het hoofdmenu geeft aan of de toonregeling
actief is op elk kanaal. Door “EQ” te selecteren en op de navigatie-
encoderknop te drukken gaat u over op de EQ Edit mode. Elk kanaal heeft
4 parametrische EQ-instellingen, horn EQ en versterkte basprocessor
(Afb. 21).
Na het openen van het Edit mode kan de gebruiker de EQ op elk kanaal
activeren of deactiveren. Druk op de navigatie-encoderknop om de cursor
van EQ op kanaal A te zetten, en selecteer dan ON of BYPASS. Herhalen
voor kanaal B (Afb. 22).
Draai de navigatie-encoderknop naar rechts om naar het BASS
ENHANCEMENT SCREEN te navigeren. Druk op de knop en selecteer de
optie om de hoeveelheid BASS ENHANCEMENT (basversterking) aan te
passen (Afb. 23).
MaxxBass
®
gebruikt psycho-acoustics (psychoakoestiek) om precieze
harmonischen te berekenen die bij de grondtonen van het geluid horen.
De harmonischen worden voor het grootste deel gegenereerd vanuit de
lage bas die zich onder de high-pass filterinstellingen bevindt. Wanneer
deze harmonischen gecombineerd worden, wordt er een effect van
lagere, diepere frequenties gecreëerd.
• Verhoogt de waargenomen basrespons met max. 1,5 octaaf
• Behoudt het dynamisch bereik en het karakter van de originele bas
Afb. 21
Afb. 22
Afb. 23
107
Parametric EQ
Met parametric equalizers kunt u de amplitude, middenfrequentie en
bandbreedte van deze bellresponsfilters precies regelen.
Elke kanaal van de versterker heeft vier parametric EQ-banden. Deze
EQs kunnen gebruikt worden om te compenseren voor pieken en
dalen in de frequentierespons van bepaalde luidsprekers, feedback
elimineren, en bepaalde delen van het frequentiespectrum versterken
of verzwakken. Het bijgeleverde frequentiediagram kan u helpen de
frequenties die eventueel aangepast kunnen worden te identificeren.
Elke parametric EQ heeft drie instelbare parameters:
Amplitude: het niveau van verhoging of verlaging in decibellen
(demping max. 15 dB).
Frequentie: de middenfrequentie van de bandbreedte wordt aangepast.
Bandbreedte: de breedte van de frequentieband wordt aangepast.
De bandbreedte kan ingesteld worden vanaf een smalle 3/10 van
een octaaf voor precieze filtering tot een brede 2 octaven voor brede
regeling.
Om elke EQ in te stellen bladert u door het menu tot de gewenste
EQ-optie, en drukt u op de navigatie-encoderknop om elke parameter
in te stellen (Afb. 24). Herhaal deze procedure voor allevier de EQ’s op
kanaal A en B.
HORN EQ
De horn equalization in de IPR
DSP biedt een rustige, stijgende
hoge-frequentie boost om te compenseren voor de roll-off die de
meeste hoge-frequentiehoorns veroorzaken. Stel de frequentie en het
niveau in om de gewenste respons te verkrijgen. (Afb. 25)
Afb. 24
Afb. 25
108
Delay
Retardo:
De optie delay (vertraging) in het hoofdmenu geeft aan hoeveel
vertraging er aanwezig is op elk kanaal in milliseconden. Om het Delay
Edit mode te openen selecteert u “DLY” en drukt u op de navigatie-
encoderknop (Afb. 26).
Vertraging is vaak noodzakelijk voor systemen met veraf geplaatste
luidsprekers. Vaak zijn bij een groot publiek verder weg geplaatste
luidsprekers nodig. Deze luidsprekers kunnen extra dekking geven als
de luidsprekers in de hoofd-PA niet genoeg dekking geven. Tenzij de
veraf geplaatste luidsprekers op de juiste manier zijn vertraagd, zal
het publiek een tijdsverschil horen tussen de primaire bron (hoofd-PA)
en de verder weg geplaatste luidspreker). Dit tijdsverschil wordt
waargenomen als een echo, en creëert een ongewenst luistereffect. De
IPR™ DSP-versterkers bieden maximaal 120 mS vertraging per kanaal,
genoeg om de luidsprekers 30,45 meter van de primaire PA-luidsprekers
vandaan te zetten.
In het vertragingsmenu kunt u de navigatie-encoderknop draaien om
de hoeveelheid vertraging te verhogen of verlagen. Het scherm toont de
vertraging in milliseconden, voeten en meters.
Afb. 26
109
Lock Settings
Lock Settings:
The IPR
DSP kunt u de instellingen van de versterker ter beveiliging
vergrendelen (Afb. 27). Deze functie kan zeer handig zjin wanneer u
de IPR DSP in een installatie-omgeving gebruikt, zodat ongewenste
veranderingen aan de instellingen die de luidsprekers zouden
kunnen beschadigen, voorkomen kunnen worden. U kunt kiezen of
u het beveilingingsslot wilt uitschakelen, ALLE DSP-instellingen wilt
vergrendelen, of ALLE instellingen BEHALVE de geluidsniveau-instellingen
(invoerverzwakkers) wilt vergrendelen. Als het beveiligingsslot
geactiveerd is, moeten gebruikers een beveiligingscode invoeren voordat
de DSP-instellingen veranderd kunnen worden. Het instellingsmenu
vergrendelt automatisch weer zodra de gebruiker terugkeert naar het
hoofdmenu. Neem a.u.b. contact op met de klantenservice als u de
vergrendelingscode vergeten of verloren bent.
Nadat u het soort slot gekozen heeft moet u een viercijferige
beveiligingscode instellen om de beveiligingsfunctie te activeren. Het is
altijd het beste om de toegangscode op een veilige plaats op te schrijven,
zodat u hem niet vergeet.
AUTOMATISCHE OPSLAG VAN DSP-INSTELLINGEN
Als u de Setup Wizard gebruikt worden de veranderingen niet opgeslagen
en geactiveerd totdat de setup beëindigd is. De aanpassingen die u
met behulp van de Wizard gemaakt heeft, worden niet opgeslagen als
de versterker uitgeschakeld wordt voordat u de Wizard Setup heeft
beëindigd. De versterker keert terug naar de vorige instellingen wanneer
hij weer ingeschakeld wordt.
Als u de DSP-parameters handmatig verandert, worden de veranderingen
meteen doorgevoerd. De veranderingen worden dan automatisch
opgeslagen als u terugkeert naar het hoofdmenu. Als u de versterker
uitschakelt voordat u terugkeert naar het hoofdmenu, worden de
veranderingen gewist en keert het apparaat terug naar de vorige
instellingen.
Afb. 27

Documenttranscriptie

NEDERLANDS IPR™ 1600/3000/4500/6000 Eindversterker Gefeliciteerd met de aankoop van uw IPR-eindversterker, die ontworpen is om jarenlang betrouwbaar en probleemloos te werken bij veelvuldig gebruik. De baanbrekende IPR-serie maakt gebruik van een geavanceerde technologie, waardoor de technici van Peavey het gewicht van de apparatuur dramatisch hebben kunnen verlagen, en tegelijkertijd het uitgangsvermogen, de betrouwbaarheid en de thermale efficiëntie hebben kunnen verhogen. Versterkers van de IPR-serie zijn ontworpen met een resonante schakelende voeding en een hoge-snelheidstopologie van klasse D, wat de hoogst mogelijke audioresolutie en -efficiëntie produceert. Deze revolutionaire versterker biedt zowel de superieure geluidskwaliteit en de ongeëvenaarde betrouwbaarheid waar Peavey om bekend staat, als een zeer efficiënt en lichtgewicht ontwerp. Door de geavanceerde technologie en uitgebreide beveiligingsschakelingen is het gebruik onder lastige voedings- en belastingsomstandigheden veel efficiënter geworden. Door de DDT™ (Distortion Detection Technique) schakelingen kan de versterker zonder problemen gebruikt worden bij een belasting van slechts 2 ohm. DDT beschermt drivers en zorgt ervoor dat de geluidsintegriteit behouden blijft, zelfs bij extreme overbelasting. Door het zeer efficiënte ontwerp van de IPR kan de versterker bij extreem lage temperaturen functioneren, zonder zware koelvinnen nodig te hebben. Lees voor uw eigen veiligheid zowel het hoofdstuk met belangrijke voorzorgsmaatregelen als de aanwijzingen voor de aansluiting van in- en uitgangen en elektriciteit. Hoewel de IPR-versterker gemakkelijk te bedienen is en een supersterke, super-lichtgewicht behuizing heeft, kan onjuist gebruik nog steeds gevaarlijk zijn. Deze versterker heeft een zeer hoog vermogen, en kan hoge spanningen en stromen leveren met frequenties van wel 30 kHz. Bedien deze versterker altijd op een veilige manier. Voordat u signalen door uw versterker stuurt, is het belangrijk te controleren dat het product van de juiste voedingsspanning wordt voorzien. U kunt de juiste elektrische spanning voor uw versterker vinden naast de IEC (stroom)kabelaansluiting aan de achterzijde van het apparaat. De functies van het product zijn genummerd. Raadpleeg het voorpaneeldiagram in deze gebruiksaanwijzing om de specifieke functies naast de nummers te vinden. Lees deze gids a.u.b. zorgvuldig door, zowel voor uw persoonlijke veiligheid als voor de veiligheid van uw versterker. Eigenschappen: • 2 Kanaalonafhankelijke, fourth-order Linkwitz-Riley crossovers • 4-polige ‘twist-lock’ uitgangsconnectoren • DDT-beveiliging • Superlichtgewicht • Revolutionaire IPR-topologie ‘class D’ • Individuele signaal-pass 1/4”-aansluitingen op elk kanaal • Stappen-ingangsregelaars • LED-verlichting • Combinatie XLR 1/4” ingangen • LED-indicatielampje voor standby-stand VENTILATIE: Voor een goede ventilatie moet de versterker op 30cm afstand van het dichtstbijzijnde ontvlambare oppervlak gezet worden. Zorg ervoor dat de ventilatiegaten niet geblokkeerd worden, en dat lucht vrij door het apparaat heen kan stromen. WAARSCHUWING: Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk goedgekeurd zijn door de verantwoordelijke partij kunnen tot gevolg hebben dat de gebruiker de autoriteit om dit apparaat te gebruiken ontzegt wordt. OPMERKING: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een Klasse B digitaal apparaat, volgens Deel 15 van de FCC-regelgeving. Deze limieten zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing in een huishoudelijke omgeving. Dit apparaat genereert en maakt gebruik van radiofrequentie en kan deze uitstralen, en als de apparatuur niet volgens de aanwijzingen geïnstalleerd en gebruikt wordt, kan deze schadelijke storing veroorzaken in radiocommunicatie. Dit garandeert echter niet dat er nooit storing zal optreden bij een bepaalde installatie. Als dit apparaat schadelijke storing veroorzaakt in de ontvangst van radio of tv, wat bepaald kan worden door het apparaat uit en weer in te schakelen, raden wij de gebruiker aan te proberen de storing te corrigeren door één of meer van de volgende maatregelen te nemen: • Draai de ontvangstantenne of verplaats deze. • Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger. • Sluit het apparaat aan op een ander stroomcircuit dan het circuit waarop de ontvanger is aangesloten. • Raadpleeg de verkoper of een ervaren radio/TV-technicus. 95 Voorpaneel 7 6 1 8 5 8 4 3 2 1 2 AC POWER-SCHAKELAAR Deze toets schakelt het relais in dat de versterker van stroom voorziet. Deze unieke power-schakelaar straalt in de standby-stand (samen met het Peavey-logo) een blauw licht uit, wat aangeeft dat de versterker aangesloten is op de AC-power (wisselstroom), maar nog niet ingeschakeld is. INDICATIELAMPJES De IPR™-versterkers hebben vijf LED-indicatielampjes per kanaal op het voorpaneel: ACTIVE, SIGNAL, DDT™, TEMP en DC. Deze LED-indicatielampjes geven de functioneringsstatus van elk kanaal aan, en waarschuwen de gebruiker voor eventuele abnormale omstandigheden. 3 ACTIVE LED The Active LED indicates that its channel’s output relay is closed and the channel is operational. It lights under normal operation and remains on, even when the channel is in DDT gain reduction. These protection features leave the output relay closed. If the Active LED goes off, there is no signal at the output connectors. 4 SIGNAL LED Deze LED-lamp licht op wanneer het bijbehorende kanaal een uitgangssignaal met een effectieve waarde van ongeveer 4 volt of meer (0,1 volt of meer bij de ingang, met 0 dB verzwakking en standaard x40 voltage versterking) Dit signaal geeft aan of een signaal de versterker bereikt en erdoor versterkt wordt. 5 DDT™ (DISTORTION DETECTION TECHNIQUE) LED De DDT-LED van een kanaal licht op bij het optreden van ‘clipping’. Als de LED-lampjes snel en onregelmatig knipperen, staat het kanaal op het punt de maximale uitsturing te overschrijden. Als het lampje blijft branden, betekent dit dat de versterker de vervorming tegengaat, d.w.z. de versterking vermindert, om te voorkomen dat sterk afgekapte golven de luidsprekers bereiken. Zie het hoofdstuk over Distortion Detection Technique voor meer informatie. Bij het inschakelen licht de DDT-LED op om aan te geven dat het RAMPUP™ circuit voor versterkingsvermindering geactiveerd is. Hierdoor worden plotselinge signaaluitbarstingen als de luidsprekerrelais gesloten zijn voorkomen. 6 TEMP LED In het onwaarschijnlijke geval van onstabiele thermale omstandigheden wordt de versterkerbeveiliging geactiveerd, en wordt het problematische kanaal uitgeschakeld. De Temp-LED blijft branden totdat de temperatuur weer veilig is voor gebruik. 7 DC LED In het geval van abnormate functioneringsomstandigheden heeft de IPR een ingebouwde versterkerbeveiliging. Onder omstandigheden die de versterker gewoonlijk zouden beschadigen licht de DC-LED op, en probeert het kanaal automatisch opnieuw op te starten, om de omstandigheden te corrigeren. Raadpleeg een erkende onderhoudsexpert bij u in de buurt als de versterker niet terugkeert naar de normale functioneringsstatus. 8 INPUT ATTENUATORS Draai indien mogelijk de verzwakkers altijd helemaal tegen de klok in om optimale overmodulatiereserve (headroom) te verkrijgen. Met de signaalverzwakkerknoppen op het voorpaneel (één voor kanaal A, één voor kanaal B) kunt u de versterking voor de bijbehorende kanalen in alle standen aanpassen. Zie de specificaties aan het einde van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over standaardversterking en signaalgevoeligheid. 96 Achterpaneel 10 10 9 9 AC-POWER INGANG: Dit is de aansluiting voor het IEC-elektriciteitssnoer, dat het apparaat van stroom voorziet. Sluit het elektriciteitssnoer aan op deze ingang om het apparaat van stroom te voorzien. Als er een onjuiste voedingsspanning wordt gebruikt, kan het apparaat beschadigd raken. (Zie de spanningsaanduidingen op het apparaat). Breek de aardingspen nooit van een apparaat af. Deze pen is aanwezig voor uw veiligheid. Als de aardingspen niet in het stopcontact past, moet een geschikte aardingsadapter gebruikt worden, en de derde draad moet goed geaard worden. Zorg ervoor dat de versterker en alle aangesloten apparatuur goed geaard zijn, om het risico op brand of elektrische schokken te voorkomen. NOTE: FOR U.K. ONLY As the colors of the wires in the mains lead of this apparatus may not correspond with the colored markings identifying the terminals in your plug, proceed as follows: (1) The wire which is colored green and yellow must be connected to the terminal which is marked by the letter E, or by the Earth symbol, or colored green or green and yellow. (2) The wire which is colored blue must be connected to the terminal which is marked with the letter N, or the color black. (3) The wire which is colored brown must be connected to the terminal which is marked with the letter L, or the color red. 10 KANAALKEUZESCHAKELAAR HIGH PASS Deze stand wordt gebruikt om het HIGH PASS-filter voor het overeenkomstige kanaal te activeren. Dit Linkwitz-Riley-filter beperkt de frequenties die naar het bijbehorende versterkerskanaal verstuurd worden tot de frequenties boven de 100 Hz. Als er aparte subwooferboxen aangesloten zijn en deze stand gebruikt wordt, moet de midden/hogetonenluidspreker aangesloten worden op het kanaal dat overeenkomt met de HIGH PASS-schakelaar. FULL RANGE Zoals de naam aangeeft, laat de Full Range-stand op deze schakelaar alle frequenties doorgaan naar de versterker. Deze stand wordt gewoonlijk gebruikt wanneer er een full range-luidsprekerbox aangesloten is op de uitgang van de versterker. SUBWOOFER Deze stand wordt gebruikt om het LOW PASS-filter voor het overeenkomstige kanaal te activeren. Dit LinkwitzRiley-filter beperkt de frequenties die naar het bijbehorende versterkerskanaal verstuurd worden tot de frequenties onder de 100 Hz. Als er aparte subwooferboxen aangesloten zijn en deze stand gebruikt wordt, moet de subwooferbox aangesloten worden op het kanaal dat overeenkomt met de Subwoofer-schakelaar. 97 Achterpaneel 14 11 12 11 12 13 14 11 12 13 13 THRU/OUT-INGANGEN Deze 1/4” aansluiting ondersteunt parallelle uitgangssignalen van het bijbehorende kanaal om te patchen naar deze versterker en/of extra versterkeringangen. De Thru/Out-ingang wordt beïnvloed door de stand van de bijbehorende Channel Mode-schakelaar. Deze 1/4” aansluiting biedt ook een ongebalanceerde (tip/ sleeve) uitgang die gepatcht kan worden met enkelvoudige geleidingskabels. SIGNAALBRONNEN AANSLUITEN Signaalbronnen worden aangesloten via de driepolige XLR (pin 2+) of 6,3 mm stekkercombinatie-aansluitingen op het achterpaneel van de versterker. De signaalbronnen worden actief gebalanceerd. Het overbelastingspunt is hoog genoeg om de maximale uitgangsniveau van bijna elke signaalbron aan te kunnen. LUIDSPREKERS AANSLUITEN Alle modellen hebben één combinatie van vierpolige twist-lockaansluitingen per kanaal Hoewel een 1/4” luidsprekerkabel aangesloten kan worden aan deze uitgang, is de vierpolige twist-lockaansluiting de voorkeursmethode. CIRCUIT BREAKER In het onwaarschijnlijke geval dat gebruiksomstandigheden de versterker zouden kunnen beschadigen, kan de stroomonderbreker afslaan. De versterker kan weer ingeschakeld worden nadat alle kabels en aansluitingen gecontroleerd zijn. Als de stroomonderbreker weer afslaat, neem dan contact op met een erkend Peavey onderhoudsexpert bij u in de buurt. 98 NEDERLANDS IPR™ 1600/3000/4500/6000 DSP Eindversterker Zoals de naam aangeeft, omvatten de IPR 1600, 3000, 4500, en 6000 DSP allemaal geavanceerde digitale signaalbewerking (digital signal processing, DSP). DSP is ontworpen op efficiëntie en gebruiksgemak. Door gebruik te maken van unieke, revolutionaire en geavanceerde basversterkingsprocessen, verbeteren de IPR DSP-versterkers het waargenomen niveau van het basgeluid in elk systeem, terwijl ze een fractie van de stroom verbruiken die nodig is voor andere eindversterkers. Voordat u signalen door uw versterker stuurt, is het belangrijk te controleren dat het product van de juiste voedingsspanning wordt voorzien. U kunt de juiste elektrische spanning voor uw versterker vinden naast de IEC (stroom)kabelaansluiting aan de achterzijde van het apparaat. De functies van het product zijn genummerd. Raadpleeg het voorpaneeldiagram in deze gebruiksaanwijzing om de specifieke functies naast de nummers te vinden. Lees deze gids a.u.b. zorgvuldig door, zowel voor uw persoonlijke veiligheid als voor de veiligheid van uw versterker. IPR DSP Eigenschappen: • DDT™-beveiliging • 120 ms vertraging per kanaal • Revolutionaire IPR-topologie ‘class D’ • 4 parametrische equalizers per kanaal • Stappen-ingangsregelaars • Veiligheidsvergrendeling • Combinatie XLR 1/4” ingangen • Instelbare, vierde-orde Linkwitz-Riley Crossover • Combinatie 1/4” of 1/4” vierpolige ‘twist-lock’ uitgangen • Instelbare vierde-orde high-pass filter op elk kanaal • Lichtgewicht • Setup wizard • Individuele signaal pass-thru 1/4” aansluitingen op elk kanaal • MAXX Bass® • LED-verlichting • Horn EQ op elk kanaal • DSP-gebaseerd luidsprekermanagementsysteem • LCD-scherm met blauwe achtergrondverlichting WAARSCHUWING: CONTROLEER A.U.B. UW DSP-INSTELLINGEN VOORDAT U EEN SIGNAAL VERSTUURT NAAR DE VERSTERKER. ONJUISTE INSTELLINGEN KUNNEN LUIDSPREKERBOXEN BESCHADIGEN. Wij hebben ons uiterste best gedaan de Setup Wizard zo te ontwerpen dat u zoveel mogelijk geholpen wordt de DSP juist te configureren; toch kunnen onjuiste instellingen op elk moment van het setup-proces uw luidsprekerboxen beschadigen. Aarzel niet ons klantenservicenummer te bellen als u vragen heeft. VENTILATIE: Voor een goede ventilatie moet de versterker op 30cm afstand van het dichtstbijzijnde ontvlambare oppervlak gezet worden. Zorg ervoor dat de ventilatiegaten niet geblokkeerd worden, en dat lucht vrij door het apparaat heen kan stromen. WAARSCHUWING: Veranderingen of aanpassingen die niet uitdrukkelijk goedgekeurd zijn door de verantwoordelijke partij kunnen tot gevolg hebben dat de gebruiker de autoriteit om dit apparaat te gebruiken ontzegt wordt. OPMERKING: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een Klasse B digitaal apparaat, volgens Deel 15 van de FCC-regelgeving. Deze limieten zijn ontworpen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing in een huishoudelijke omgeving. Dit apparaat genereert en maakt gebruik van radiofrequentie en kan deze uitstralen, en als de apparatuur niet volgens de aanwijzingen geïnstalleerd en gebruikt wordt, kan deze schadelijke storing veroorzaken in radiocommunicatie. Dit garandeert echter niet dat er nooit storing zal optreden bij een bepaalde installatie. Als dit apparaat schadelijke storing veroorzaakt in de ontvangst van radio of tv, wat bepaald kan worden door het apparaat uit en weer in te schakelen, raden wij de gebruiker aan te proberen de storing te corrigeren door één of meer van de volgende maatregelen te nemen: • Draai de ontvangstantenne of verplaats deze. • Vergroot de afstand tussen het apparaat en de ontvanger. • Sluit het apparaat aan op een ander stroomcircuit dan het circuit waarop de ontvanger is aangesloten. • Raadpleeg de verkoper of een ervaren radio/TV-technicus. 99 Aan het werk gaan met DSP Om door de menu’s op het LCD-scherm te navigeren gebruikt u de navigatie-encoderknop aan de rechterkant van het LCD-scherm. De snelste en gemakkelijkste manier om een IPR™ DSP model te configureren is door de Setup Wizard te gebruiken. Nadat het apparaat ingeschakeld is, verschijnt het beginscherm van de Setup Wizard 6 seconden lang op het scherm van de IPR DSP (Afb. 1). Zet de encoder op “Yes” en druk deze in om de Setup Wizard te beginnen. Als er na zes seconden niets ingevoerd is, gaat het scherm over op het hoofdmenu. Afb. 1 SETUP WIZARD (Afb. 2) Als er op dat moment handmatige instellingen opgeslagen zijn in de DSP, verschijnt op het scherm de boodschap: “CLEAR MANUAL EQ SETTINGS?” Deze waarschuwing geeft aan dat er handmatig veranderingen zijn aangebracht in de DSP, en dat deze eerder opgeslagen instellingen gewist zullen worden als u doorgaat met de Setup Wizard. Om door te gaan met de wizard kiest u “YES”. Als u “NO” kiest, verlaat u de Setup Wizard en gaat u verder naar het hoofdmenu. Afb. 2 Luidsprekerkeuze In het eerste scherm van de Setup Wizard kunt u kiezen welke luidspreker aan elk kanaal van de versterker wordt verbonden. Draai aan de navigatie-encoderknop en druk erop om voor elk kanaal een luidspreker te kiezen. Door te kiezen welke luidspreker met elk kanaal verbonden moet worden, kan de IPR DSP veronderstellingen maken en optimale instellingen creëren voor de meeste situaties, zodat u maar weinig informatie hoeft in te voeren. De IPR DSP heeft een brede selectie Peavey-luidsprekers, en aantal algemene keuzes voor luidsprekers van andere merken. (Afb. 3) Als er nadat de luidsprekers voor elk kanaal gekozen zijn geen subwoofer geselecteerd is, verschijnt de boodschap: “DOES THE SYSTEM HAVE A SUBWOOFER?” op het scherm. Als “Yes” geselecteerd wordt, neemt de versterker aan dat het onderdeel uitmaakt van een twee-wegsysteem, met een andere versterker die de subwoofer regelt. De IPR DSP past dan een 100 Hz crossover toe op elk kanaal, waardoor alleen de frequenties boven 100 Hz doorgelaten worden naar de luidsprekerboxen die aangesloten zijn op de versterker. Als er een subwoofer geselecteerd is tijdens het setup-proces, past de versterker automatisch de juiste crossover toe op elk kanaal. Opmerking: In de Setup Wizard wordt de crossover automatisch ingesteld op 100 Hz. Gebruik de Manual mode om de crossoverfrequentie handmatig aan te passen. (Afb. 4) 100 Afb. 3 Afb. 4 Setup Wizard Keuze Setup Wizard Input Mode: De IPR™ DSP kan een signaal dat naar kanaal A verzonden wordt doorsturen naar kanaal B voor mono-geluid. In het geval dat de gebruiker een midden/hogetonenluidspreker kiest voor het ene kanaal en een subwoofer voor het andere kanaal, neemt de IPR DSP aan dat de versterker in de mono-stand gebruikt wordt, en stuurt het signaal dat naar kanaal A verzonden wordt ook door naar kanaal B. Afb. 5 In alle andere gevallen wordt de gebruiker gevraagd de invoerstand te kiezen. Zoals hierboven beschreven stuurt de mono-stand het signaal door vanaf signaalbron A naar de versterkers A en B. (Afb. 5). Anders gezegd: beide kanalen ontvangen het signaal dat vanaf kanaal A verstuurd wordt. In de stereo-stand ontvangt elk kanaal een onafhankelijk invoersignaal. Versterker A gebruikt signaalbron A en versterker B ontvangt signalen van signaalbron B (Afb. 6). Afb. 6 Denk eraan dat de A en B 1/4” thru-uitgangen parallel zijn aangesloten met respectievelijk de A en B ingangsconnectoren. Dit is erg handig wanneer u meerdere versterkers gebruikt. Om de gebalanceerde invoer te behouden als u de thru-uitgang gebruikt, kunt u een TRS (Stereo) 1/4” kabel gebruiken. Al deze instellingen kunnen handmatig veranderd worden. 101 Setup Wizard SETUP WIZARD EQ EQ (of toonregeling) is ontworpen om het audiosignaal te corrigeren, gebaseerd op frequentie-afwijkingen in een bepaalde kamer, of om de klankkleur van het audiosignaal aan te passen voor een specifieke toepassing. Veel van deze toepassings-EQ’s passen de klankkleur van het signaalpad aan op de EQ-grafiek die typisch geassocieerd wordt met een bepaalde muziekstijl of toepassing (zoals spraak). Nadat de luidsprekers geselecteerd zijn, vraagt de IPR™ DSP of er toonregeling nodig is (Afb. 7). Als “Yes” geselecteerd wordt, kunt u door verschillende kant-en-klare EQ-grafieken bladeren, die u de algemene eigenschappen geven die geassocieerd worden met één van de volgende opties (Afb. 8): Afb. 7 Rock Dance Thump DJ Contemporary Worship Speech Afb. 8 Setup Wizard Remote Speaker Delay Vertraging is vaak noodzakelijk voor systemen met veraf geplaatste luidsprekers. Vaak zijn bij een groot publiek verder weg geplaatste luidsprekers nodig. Deze luidsprekers kunnen extra dekking geven als de luidsprekers in de hoofd-PA niet genoeg dekking geven. Tenzij de veraf geplaatste luidsprekers op de juiste manier zijn vertraagd, zal het publiek een tijdsverschil horen tussen de primaire bron (hoofdPA) en de verder weg geplaatste luidspreker). Dit tijdsverschil wordt waargenomen als een echo, en creëert een ongewenst luistereffect. De IPR DSP-versterkers bieden maximaal 120 mS vertraging per kanaal, genoeg om de luidsprekers 30,45 meter van de primaire PAluidsprekers vandaan te zetten (Afb. 9). Waneer de versterker is ingesteld op een mono, twee-weg luidsprekersysteem, worden de vertragingsinstellingen op beide kanalen tegelijkertijd toegepast. In het vertragingsmenu kunt u de navigatie-encoderknop draaien om de hoeveelheid vertraging te verhogen of verlagen. Het scherm toont de vertraging in milliseconden, voeten en meters (Afb. 10). 102 Afb. 9 Afb. 10 Setup Wizard Setup Wizard Lock Settings: Met de IPR™ DSP kunt u de instellingen van de versterker ter beveiliging vergrendelen na configuratie. Deze functie kan zeer handig zjin wanneer u de IPR DSP in een installatie-omgeving gebruikt, zodat ongewenste veranderingen aan de instellingen die de luidsprekers zouden kunnen beschadigen, voorkomen kunnen worden. U kunt kiezen of u het beveilingingsslot wilt uitschakelen, alle instellingen wilt vergrendelen, of ALLE instellingen BEHALVE de volume-instellingen (signaalverzwakkers) wilt vergrendelen (Afb. 11). Als het beveiligingsslot geactiveerd is, moeten gebruikers een beveiligingscode invoeren voordat de DSP-instellingen veranderd kunnen worden. Als de juiste toegangscode ingevoerd is, blijft het instellingsmenu open voor veranderingen totdat de Setup Wizard beëindigd is of de gebruiker terugkeert naar het hoofdmenu (Afb. 12). Neem a.u.b. contact op met de klantenservice als u de vergrendelingscode vergeten of verloren bent. OPMERKING: De IPR DSP signaalverzwakkers zijn eigenlijk encoders, in tegenstelling tot de niet-DSP versie van de IPR, en worden bestuurd door DSP. 103 Afb. 11 Afb. 12 Main Menu Afb. 13 Blader door het menu met behulp van de navigatie-encoderknop Instellingen Main Menu Het Main Menu (hoofdmenu) is verdeeld in zes gedeelten, die u kunt openen door naar links of naar rechts door de hoofdmenu-opties te bladeren met behulp van de navigatie-encoderknop (Afb. 13). De huidige status van elk menu-item staat beschreven. Selecter de optie en druk op de encoderknop om de waarde te veranderen. MODE De IPR™ DSP kan een signaal dat naar kanaal A verzonden wordt doorsturen naar de versterkers A en B voor mono-geluid (Afb. 14). In de mono-stand ontvangen beide kanalen het signaal dat naar kanaal A verstuurd wordt. In de stereo-stand ontvangt elk kanaal een onafhankelijk invoersignaal. Versterker A gebruikt signaalbron A en versterker B gebruikt signaalbron B (Afb. 15). Afb. 14 Denk eraan dat de 1/4” thru-uitgangen gebruikt kunnen worden om hun respectievelijke invoersignalen door te sturen naar andere versterkers. Dit is erg handig bij geluidssystemen met meerdere versterkers. Om de gebalanceerde invoer te behouden als u de thru-uitgang gebruikt, kunt u een TRS (stereo) 1/4” kabel gebruiken om het “thru”-signaal door te sturen naar een andere gebalanceerde ingang. Afb. 15 Volume Volume: In het Main Menu worden de huidige instellingen voor de volumeregelaars getoond (0 is het maximum) (Afb. 16). OPMERKING: De volume-regelaars zijn eigenlijk signaalverzwakkers, en worden geregeld door DSP. Stel indien mogelijk de verzwakkers altijd in op het maximum (0) om optimale overmodulatiereserve (headroom) te behouden. Met de signaalverzwakkerknoppen op het voorpaneel (één voor kanaal A, één voor kanaal B) kunt u de versterking voor de bijbehorende kanalen in alle standen aanpassen. Zie de specificaties aan het einde van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over standaardversterking en signaalgevoeligheid. 104 Afb. 16 Crossover Crossover Het hoofdmenu toont de status van de crossover verbonden met elk kanaal als OFF, HI of LOW. In het geval van deze afbeelding geeft kanaal A aan dat de hoge frequenties overgaan naar versterker A. Kanaal B geeft aan dat de lage frequenties overgaan naar versterker B (Afb. 17). Om de crossover aan te passen drukt u op de navigatie-encoderknop terwijl de cursor op “XVR” staat. Afb. 17 OPMERKING: ONJUISTE CROSSOVER-INSTELLINGEN KUNNEN UW LUIDSPREKERS BESCHADIGEN! Gebruik de instellingen die aanbevolen worden door de fabrikant van de luidspreker, om eventuele schade te voorkomen. In de Crossover Edit-stand kan de gebruiker het crossover-punt verwijderen, toevoegen of aanpassen. Selecteer de gewenste crossover-frequentie en druk op de navigatie-encoderknop (Afb. 18). Om de crossover-functie UIT te zetten verlaagt u de crossover-frequentie totdat “None - Full Range” op het scherm verschijnt. Afb. 18 Als de crossover-frequentie geselecteerd is, moet u het frequentiebereik instellen dat de kanalen A en B ontvangen. Druk op de navigatieencoderknop om te selecteren en ga door (Afb. 19). Deze menu’s verschijnen niet als de crossover-functie uitgeschakeld is. Afb. 19 Met het volgende menu kunt u een high-pass filter voor elk kanaal selecteren. Dit filter voorkomt dat ongewenste, potentiëel energieverslindende lage frequenties het systeem binnendringen (Afb. 20). Een geschikte frequentie instellen voor het high-pass filter helpt ook de luidsprekers te beschermen tegen beschadigen, en past het frequentiebereik van de Maxx bass-processor aan. Afb. 20 105 EQ EQ Het EQ-onderdeel van het hoofdmenu geeft aan of de toonregeling actief is op elk kanaal. Door “EQ” te selecteren en op de navigatieencoderknop te drukken gaat u over op de EQ Edit mode. Elk kanaal heeft 4 parametrische EQ-instellingen, horn EQ en versterkte basprocessor (Afb. 21). Afb. 21 Na het openen van het Edit mode kan de gebruiker de EQ op elk kanaal activeren of deactiveren. Druk op de navigatie-encoderknop om de cursor van EQ op kanaal A te zetten, en selecteer dan ON of BYPASS. Herhalen voor kanaal B (Afb. 22). Draai de navigatie-encoderknop naar rechts om naar het BASS ENHANCEMENT SCREEN te navigeren. Druk op de knop en selecteer de optie om de hoeveelheid BASS ENHANCEMENT (basversterking) aan te passen (Afb. 23). Afb. 22 MaxxBass® gebruikt psycho-acoustics (psychoakoestiek) om precieze harmonischen te berekenen die bij de grondtonen van het geluid horen. De harmonischen worden voor het grootste deel gegenereerd vanuit de lage bas die zich onder de high-pass filterinstellingen bevindt. Wanneer deze harmonischen gecombineerd worden, wordt er een effect van lagere, diepere frequenties gecreëerd. Afb. 23 • Verhoogt de waargenomen basrespons met max. 1,5 octaaf • Behoudt het dynamisch bereik en het karakter van de originele bas 106 Parametric EQ Met parametric equalizers kunt u de amplitude, middenfrequentie en bandbreedte van deze bellresponsfilters precies regelen. Elke kanaal van de versterker heeft vier parametric EQ-banden. Deze EQ’s kunnen gebruikt worden om te compenseren voor pieken en dalen in de frequentierespons van bepaalde luidsprekers, feedback elimineren, en bepaalde delen van het frequentiespectrum versterken of verzwakken. Het bijgeleverde frequentiediagram kan u helpen de frequenties die eventueel aangepast kunnen worden te identificeren. Elke parametric EQ heeft drie instelbare parameters: Afb. 24 Amplitude: het niveau van verhoging of verlaging in decibellen (demping max. 15 dB). Frequentie: de middenfrequentie van de bandbreedte wordt aangepast. Bandbreedte: de breedte van de frequentieband wordt aangepast. De bandbreedte kan ingesteld worden vanaf een smalle 3/10 van een octaaf voor precieze filtering tot een brede 2 octaven voor brede regeling. Om elke EQ in te stellen bladert u door het menu tot de gewenste EQ-optie, en drukt u op de navigatie-encoderknop om elke parameter in te stellen (Afb. 24). Herhaal deze procedure voor allevier de EQ’s op kanaal A en B. HORN EQ De horn equalization in de IPR™ DSP biedt een rustige, stijgende hoge-frequentie boost om te compenseren voor de roll-off die de meeste hoge-frequentiehoorns veroorzaken. Stel de frequentie en het niveau in om de gewenste respons te verkrijgen. (Afb. 25) Afb. 25 107 Delay Retardo: De optie delay (vertraging) in het hoofdmenu geeft aan hoeveel vertraging er aanwezig is op elk kanaal in milliseconden. Om het Delay Edit mode te openen selecteert u “DLY” en drukt u op de navigatieencoderknop (Afb. 26). Vertraging is vaak noodzakelijk voor systemen met veraf geplaatste luidsprekers. Vaak zijn bij een groot publiek verder weg geplaatste luidsprekers nodig. Deze luidsprekers kunnen extra dekking geven als de luidsprekers in de hoofd-PA niet genoeg dekking geven. Tenzij de veraf geplaatste luidsprekers op de juiste manier zijn vertraagd, zal het publiek een tijdsverschil horen tussen de primaire bron (hoofd-PA) en de verder weg geplaatste luidspreker). Dit tijdsverschil wordt waargenomen als een echo, en creëert een ongewenst luistereffect. De IPR™ DSP-versterkers bieden maximaal 120 mS vertraging per kanaal, genoeg om de luidsprekers 30,45 meter van de primaire PA-luidsprekers vandaan te zetten. In het vertragingsmenu kunt u de navigatie-encoderknop draaien om de hoeveelheid vertraging te verhogen of verlagen. Het scherm toont de vertraging in milliseconden, voeten en meters. 108 Afb. 26 Lock Settings Lock Settings: The IPR™ DSP kunt u de instellingen van de versterker ter beveiliging vergrendelen (Afb. 27). Deze functie kan zeer handig zjin wanneer u de IPR DSP in een installatie-omgeving gebruikt, zodat ongewenste veranderingen aan de instellingen die de luidsprekers zouden kunnen beschadigen, voorkomen kunnen worden. U kunt kiezen of u het beveilingingsslot wilt uitschakelen, ALLE DSP-instellingen wilt vergrendelen, of ALLE instellingen BEHALVE de geluidsniveau-instellingen (invoerverzwakkers) wilt vergrendelen. Als het beveiligingsslot geactiveerd is, moeten gebruikers een beveiligingscode invoeren voordat de DSP-instellingen veranderd kunnen worden. Het instellingsmenu vergrendelt automatisch weer zodra de gebruiker terugkeert naar het hoofdmenu. Neem a.u.b. contact op met de klantenservice als u de vergrendelingscode vergeten of verloren bent. Nadat u het soort slot gekozen heeft moet u een viercijferige beveiligingscode instellen om de beveiligingsfunctie te activeren. Het is altijd het beste om de toegangscode op een veilige plaats op te schrijven, zodat u hem niet vergeet. AUTOMATISCHE OPSLAG VAN DSP-INSTELLINGEN Als u de Setup Wizard gebruikt worden de veranderingen niet opgeslagen en geactiveerd totdat de setup beëindigd is. De aanpassingen die u met behulp van de Wizard gemaakt heeft, worden niet opgeslagen als de versterker uitgeschakeld wordt voordat u de Wizard Setup heeft beëindigd. De versterker keert terug naar de vorige instellingen wanneer hij weer ingeschakeld wordt. Als u de DSP-parameters handmatig verandert, worden de veranderingen meteen doorgevoerd. De veranderingen worden dan automatisch opgeslagen als u terugkeert naar het hoofdmenu. Als u de versterker uitschakelt voordat u terugkeert naar het hoofdmenu, worden de veranderingen gewist en keert het apparaat terug naar de vorige instellingen. 109 Afb. 27
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176

Peavey IPR 6000 Handleiding

Categorie
Aanvullende muziekapparatuur
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

Gerelateerde artikelen