Canon MVX3i Handleiding

Categorie
Camcorders
Type
Handleiding
0017X011 © CANON INC. 2003 PRINTED IN THE EU
CANON INC.
Canon Europa N.V.
P.O. Box 2262
1180 EG Amstelveen
The Netherlands
Nederland:
Canon Nederland NV
Neptunusstraat 1
2132 JA Hoofddorp
Tel: 023-567 01 23
Fax: 023-567 01 24
www.canon.nl
België:
Canon België N.V./S.A.
Bessenveldstraat 7
1831 Diegem (Machelen)
Tel: (02)-7220411
Fax: (02)-7213274
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier.
Digitale Video Camcorder
Gebruiksaanwijzing
Nederlands
PAL
Inleiding
Basisbediening
Gebruik van
alle aanwezige
functies
Videobeelden
monteren
Gebruik van een
geheugenkaart
Direct
afdrukken
Mini
Digital
Video
Cassette
Aanvullende
informatie
Nederlands
2
Inleiding
Ne
Belangrijke aanwijzingen
WAARSCHUWING:
HET DEKSEL (OF DE ACHTERWAND) NIET VERWIJDEREN OM HETGEVAAR
OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN. IN HET TOESTEL BEVINDEN
ZICH GEEN DOOR DE GEBRUIKER TE ONDERHOUDEN ONDERDELEN. LAAT
REPARATIES OVER AAN DESKUNDIG ONDERHOUDSPERSONEEL.
WAARSCHUWING:
OM BRAND EN ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, MAG DIT
PRODUCT NIET WORDEN BLOOTGESTELD AAN REGEN OF VOCHT.
LET OP:
HAAL DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT WANNEER HET TOESTEL NIET GEBRUIKT WORDT.
• Het gebruik van de DV-kabel CV-150F/CV-250F is nodig om te voldoen aan de technische
vereisten van de EMC-richtlijnen.
De identificatieplaat CA-570 bevindt zich aan de onderkant.
LET OP:
OM ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN HINDERLIJKE INTERFERENTIE TE
VOORKOMEN, RADEN WIJ U AAN ALLEEN GEBRUIK TE MAKEN VAN
AANBEVOLEN ACCESSOIRES.
3
Inleiding
Ne
Handleidingen en handelsmerken
Uw camcorder wordt geleverd met de volgende accessoires:
Instructiehandleiding Digitale Video Camcorder MVX3i
In deze handleiding wordt beschreven hoe de camcorder moet worden bediend. Alles
wordt behandeld; van eenvoudig opnemen tot het gebruik van alle aanwezige functies.
Instructiehandleiding Digitale Video Software
In deze handleiding wordt beschreven hoe u met de meegeleverde USB-kabel beelden
kunt downloaden vanaf de geheugenkaart. Vanaf de meegeleverde DIGITAL VIDEO
SOLUTION DISK kunt u voorbeeldopnamen toevoegen aan de Card Mix- en My Camera-
instellingen.
Alleen gebruikers van Windows XP
Instructiehandleiding DV Netwerk Software
In deze handleiding wordt beschreven hoe u de camcorder op een computer moet
aansluiten en gebruik maakt van de volgende software:
DV Messenger Versie 2 (USB of IEEE1394): Deze software werkt in combinatie met
Windows Messenger en stelt u in staat via het Internet videoconferenties te houden
en bestanden te verzenden, of om op afstand de camcorder thuis te bedienen.
•AV/C Camera Storage Subunit-WIA Driver (IEEE1394): Stelt u in staat beelden naar/van
de computer te uploaden/downloaden en de camcorder te gebruiken als een
kaartlezer/schrijver.
Handelsmerken
Canon en Bubble Jet zijn geregistreerde handelsmerken van Canon Inc.
D is een handelsmerk.
Het logo is een handelsmerk.
•Windows
®
is een gedeponeerd handelsmerk of een handelsmerk van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Mac OS is een handelsmerk van Apple Computer, Inc., gedeponeerd in de Verenigde
Staten en andere landen.
Overige namen en producten die hierboven niet zijn genoemd, kunnen gedeponeerde
handelsmerken of handelsmerken van de betreffende ondernemingen zijn.
MPEG-4 Visual Consumer Recorded Video Decoders en/of Encoders
GEBRUIK VAN DIT PRODUCT OP EEN MANIER DIE VOLDOET AAN DE MPEG-4 VISUAL
STANDARD IS VERBODEN, BEHALVE VOOR GEBRUIK DOOR EEN CONSUMENT MET
BETREKKING TOT PERSOONLIJKE EN NIET-COMMERCIËLE ACTIVITEITEN.
4
Inleiding
Ne
Inhoudsopgave
Inleiding
Handleidingen en handelsmerken ..............................................................................3
Bedankt dat u voor een Canon heeft gekozen..........................................................7
Kennismaking met de MVX3i........................................................................................8
Overzicht bedieningselementen ..................................................................................9
Basisbediening
Voorbereidingen
Een stopcontact gebruiken..........................................................................................13
De accu plaatsen en opladen ......................................................................................14
De ondersteuningsbatterij plaatsen ..........................................................................17
De camcorder voorbereiden........................................................................................18
Een cassette plaatsen....................................................................................................20
Gebruik van de draadloze afstandsbediening..........................................................22
De tijdzone, datum en tijd instellen ..........................................................................23
Basishandelingen voor het maken van een opname
Films opnemen op een cassette..................................................................................26
Zoomen ..........................................................................................................................28
Gebruik van het LCD-scherm ......................................................................................30
Zoeken en bekijken tijdens opnemen ......................................................................33
Tips voor het maken van betere video's....................................................................34
Basishandelingen voor het afspelen van een cassette
Een cassette afspelen....................................................................................................35
Afspelen op een tv-scherm ..........................................................................................38
Gebruik van alle aanwezige functies
Algemeen
Menu's en instellingen ................................................................................................42
De stand van de afstandsbedieningssensor wijzigen ..............................................50
De camcorder aan uw persoonlijke wensen aanpassen..........................................51
Gebruik van de Custom Key........................................................................................52
Overige camcorderinstellingen ..................................................................................53
Opnemen
De opnamemodus wijzigen (SP/LP) ............................................................................55
Stilbeelden opnemen op een cassette ......................................................................56
Gebruik van de ingebouwde flitser............................................................................58
Gebruik van de opnameprogramma's ......................................................................61
Gebruik van digitale effecten......................................................................................64
Gebruik van het meerbeeldenscherm........................................................................70
De beeldstabilisator uitschakelen ..............................................................................72
Opnemen met de zelfontspanner ..............................................................................73
Geluid opnemen............................................................................................................74
Gebruik van de videolamp VL-3 (optioneel) ............................................................77
Gebruik van de videoflitslamp VFL-1 (optioneel) ....................................................78
Gebruik van de optionele microfoon DM-50............................................................80
Handmatige instellingen
Handmatig scherpstellen ............................................................................................81
Handmatig de belichting instellen ............................................................................83
5
Inleiding
Ne
Gebruik van het zebrapatroon ..................................................................................84
Tegenlichtcorrectie........................................................................................................84
De sluitertijd instellen ( modus) ..........................................................................85
Het diafragma instellen ( modus) ........................................................................87
De witbalans instellen ..................................................................................................88
Afspelen
Het beeld vergroten ....................................................................................................90
De datacodering weergeven ......................................................................................91
Foto/datum zoeken ......................................................................................................93
Terugkeren naar een eerder gemarkeerde positie ..................................................94
Videobeelden monteren
Opnamen kopiëren naar een videorecorder of digitaal videoapparaat ..............95
Opnemen vanaf analoge videoapparaten (videorecorder, tv of camcorder) ......97
Opnemen vanaf digitale videoapparaten (DV dubben) ........................................98
Analoge signalen omzetten naar digitale signalen (Analoog/digitaal-omzetter)
..100
Bestaande scènes vervangen (AV tussenvoegen) ..................................................102
Audio dubben ............................................................................................................104
De camera aansluiten op een computer met een DV (IEEE1394)-kabel ............107
Gebruik van een geheugenkaart
De geheugenkaart plaatsen en verwijderen ..........................................................108
De beeldkwaliteit/beeldgrootte selecteren ............................................................109
Stilbeelden opnemen op een geheugenkaart........................................................112
Het scherpstelpunt selecteren ..................................................................................116
De opnamestand selecteren......................................................................................118
Panoramabeelden opnemen (functie Stitch Assist) ..............................................120
MPEG-4 films opnemen op een geheugenkaart....................................................122
Een geheugenkaart weergeven ..............................................................................124
Beelden beveiligen ....................................................................................................127
Beelden wissen ............................................................................................................128
Stilbeelden selecteren voor een afdruk (afdrukopdracht)....................................129
Beelden combineren (Card Mix) ..............................................................................131
Stilbeelden kopiëren ..................................................................................................135
Een geheugenkaart formatteren ............................................................................137
De camera aansluiten op een computer met een USB-kabel ..............................138
Informatie over de geheugenkaart..........................................................................140
Direct afdrukken (Direct Print)
Stilbeelden afdrukken (Direct Print) ........................................................................143
De afdrukinstellingen selecteren (stijl/papierinstellingen)....................................146
Afdrukken met instellingen van de afdrukopdracht ............................................150
Aanvullende informatie
Over de NETWERK-modus ........................................................................................151
Schermdisplays ............................................................................................................152
Overzicht van berichten ............................................................................................156
Onderhoud ..................................................................................................................159
Problemen oplossen ..................................................................................................163
Systeemschema............................................................................................................166
Optionele accessoires..................................................................................................167
Specificaties..................................................................................................................170
Index ............................................................................................................................172
6
Inleiding
Ne
Symbolen die in deze handleiding worden gebruikt
Bedieningsstand
Welke functies beschikbaar zijn hangt af van de bedieningsstand. Dit wordt als volgt
aangegeven:
: Functie kan in deze stand worden gebruikt.
: Functie kan in deze stand niet worden gebruikt.
Overige symbolen en betekenissen
: Paginanummer waarnaar wordt verwezen.
: Functies die worden bediend vanaf de body van de camcorder.
: Functies die worden bediend met behulp van de draadloze
afstandsbediening.
: Aanvullende onderwerpen die de basishandelingen complementeren.
:Voorzorgsmaatregelen die betrekking hebben op de bediening van de
camcorder.
De namen van toetsen en schakelaars op de camcorder of draadloze
afstandsbediening worden in deze handleiding weergegeven in hoofdletters.
[ ] worden gebruikt om de namen van menu-onderdelen weer te geven die op het
scherm worden weergegeven.
“Scherm” heeft betrekking op het LCD-scherm en het scherm van de zoeker.
CAMERA
CAMERA
CAMERA CAMERA b (TAPE)
PLAY (VCR) PLAY (VCR) b (TAPE)
CARD CAMERA CAMERA (CARD)
CARD PLAY (VCR) PLAY (VCR) (CARD)
Bedieningsstand
Positie van de aan/uit-
schakelaar (POWER)
Positie van de cassette/kaart-
schakelaar (TAPE/CARD)
7
Inleiding
Ne
Bedankt dat u voor een Canon heeft gekozen
De Canon MVX3i biedt een complete reeks opties en functies. Wij raden u aan deze
handleiding zorgvuldig door te nemen voordat u de camcorder in gebruik neemt. U
raakt dan snel vertrouwd met uw camcorder en de bedieningswijze.
Wij raden u aan dat u zich om te beginnen eerst de basisbediening van de camcorder
eigen maakt, voordat u verder gaat met het gebruik van de overige mogelijkheden.
De meegeleverde accessoires controleren
Draadloze
afstandsbediening
WL-D81
Twee AA-batterijen Lenskap
Schouderriem
SS-600
Stereovideokabel STV-
250N
Accu BP-512
Compacte netadapter
CA-570 (incl. netsnoer)
Lithium-knoopbatterij
CR2025
SCART-adapter
PC-A10 (Europa, Azië)
DIGITAL VIDEO
SOLUTION DISK For
Windows For
Macintosh
USB-kabel IFC-300PCU
SD Memory Card
SDC-8M (met
voorbeeldopnamen)
Doosje voor SD
Memory Card
Lensdop en
lensdopsnoer
S-videokabel S-150
Ferrietkern
8
Inleiding
Ne
Kennismaking met de MVX3i
De MVX3i omvat een CCD van 2 megapixels,
waardoor op een geheugenkaart stilbeelden
met hoge resolutie kunnen worden
opgenomen. (Cassette: 1,77 megapixels)
De optische technologie van Canon
stabiliseert uw opnamen zelfs bij lange
telefoto-opnamen.
U kunt doorgaan met opnamen maken op
donkere plaatsen met het programma Night
en Super Night. Met het programma Super
Night gaat de hulplamp (witte LED) branden
om het onderwerp te belichten.
Om stilbeelden vast te leggen, hoeft u alleen
maar de fotoknop in te drukken zoals u dat
met een fototoestel zou doen.
De MVX3i is uitgerust met een ingebouwde
uitklapflitser voor het opnemen van
stilbeelden.
Aan de Custom Key kunt u functies
toewijzen.
U hoeft alleen maar de videoflitslamp VFL-1,
de richtingsgevoelige DM-50 stereomicrofoon
of de videolamp VL-3 van Canon in de
accessoireschoen te plaatsen; de camcorder
zorgt voor de voeding en de aansluitingen.
Op een SD Memory Card of MultiMediaCard
kunt u stilbeelden of MPEG-4 films opnemen.
Beelden die zijn opgenomen met de functie
Stitch Assist kunnen met de meegeleverde
software worden samengevoegd tot één
panoramische scène.
U kunt stilbeelden afdrukken door de
camcorder aan te sluiten op een Canon-
printer met de functie Direct Print of op een
printer die compatibel is met PictBridge.
Met de ingebouwde USB-poort kunnen
gegevens van de geheugenkaart worden
overgezet naar een PC. Door gebruik te
maken van de meegeleverde software kunt u
op uw PC stilbeelden verwerken en beheren.
Met de DV-aansluiting kunnen, vrijwel zonder
verlies van kwaliteit, beelden worden
overgezet. U kunt beelden bewerken door de
camcorder via een IEEE1394-aansluiting op
een PC aan te sluiten.
Gebruikers van Windows XP kunnen de
meegeleverde software gebruiken om via het
Internet videoconferenties te houden of
bestanden te verzenden door de camcorder
met een USB- of DV (IEEE1394)-kabel aan te
sluiten op een computer.
*
Windows Messenger 4.5, 4.6 of 4.7 vereist.
Optische beeldstabilisator
10× optische en
200× digitale zoom
(Kaart: 9× optische en 36× digitale zoom)
2 Megapixel CCD
Programma Night en Super Night
Stilbeelden
Custom Key
Opnamen uit analoge bron/
Audio dubben/AV tussenvoegen
Geavanceerde accessoireschoen
Digitale effecten
Geheugenkaart
Direct afdrukken
USB-aansluiting
DV-aansluiting IEEE1394
Ingebouwde flitser
DV Messenger (alleen Windows XP)
Handmatige afstelling
opnameniveau audio
9
Inleiding
Ne
Overzicht bedieningselementen
MVX3i
(
L
I
N
E
-
I
N
)
b
CARD STILL/MOVIE-toets
(stilbeelden/films op kaart)
(p. 125)
CARD MIX-toets (beelden
combineren) (p. 133) /
SLIDE SHOW-toets (diashow)
(p. 126) / (Stitch Assist) toets
(panorama's) (p. 120)
LCD-scherm
(p. 30)
OPEN-toets
LCD paneel
(p. 30)
Compartiment onder-
steuningsbatterij (p. 17)
Geheugenkaartsleuf (p. 108)
AUDIO LEVEL-toets (geluids-
niveau) (p. 74)
P.SET controller (p. 90, 144)
Kaarttoegangsindicator (p. 112)
S (flits) toets (p. 58) /
e/a (afspeel/pauze) toets (p. 35)
3 (stop) toets (p. 35)
+ toets REC SEARCH (opname
zoeken) (p. 33) /
1 (vooruitspoel) toets (p. 35) /
+ toets CARD (p. 124)
TAPE/CARD-schakelaar (casset-
te/kaart-schakelaar) (p. 6)
Gebruik van een
microfoon
Gebruik van een
geheugenkaart
BATT. -toets (ontgrendeling
batterij) (p. 14)
Programmaschijf (p. 61)
Batterijcompartiment (p. 14) /
Serienummer
MENU-toets (p. 42)
Bevestigingspunt riem (p. 19)
Keuzeschijf (p. 37, 42)
FOCUS A/M-toets (scherpstelling)
(p. 81) / Datacodering (p. 91)
CSTM KEY (toets voor persoonlijke
instellingen) (p. 52)
D.EFFECTS ON/OFF-toets (aan/uit
digitale effecten) (p. 67)
D.EFFECTS SELECT-toets (keuze digitale
effecten) (p. 67)
EXP-schijf
(p. 83)
– toets REC SEARCH (opname zoeken)
(p. 33) / c (opname bekijken) toets
(p. 33) / ` (terugspoel) toets (p. 35) /
– toets CARD (p. 124)
(zelfontspanner) toets (p. 73) /
REC PAUSE (LINE-IN)-toets
(opnamepauzetoets) (p. 87, 98)
10
Inleiding
Ne
* De NETWORK-modus is voor gebruik met
DV Messenger (alleen voor gebruikers van
Windows XP). Druk op de kleine toets onder
de aan/uit-schakelaar (POWER) wanneer u
overgaat op NETWORK ( 151).
Oogcorrectieregelaar (p. 18)
Beschermende afdekking
zoeker (p. 18)
Zoomregelaar (p. 28)
Geavanceerde accessoireschoen
(p. 77)
Afdekplaatje accessoireschoen
(p. 19)
Zoeker (p. 18)
Fototoets
(PHOTO)
(p. 56, 112)
Voedingsindicator
(POWER)
Start/stop-toets
(p. 26, 122)
Aan/uit-schakelaar
(POWER) (p. 6)
CAMERA
UIT
PLAY (VCR)
NETWORK*
H (hoofdtelefoon)
aansluiting
(p. 37, 76)
Cassettecompartiment (p. 20)
Afdekking
cassettecompartiment (p. 20)
Bevestigingspunt riem (p. 19)
Handgreepriem (p. 19)
Ingebouwde
luidspreker (p. 37)
11
Inleiding
Ne
Afstandsbedienings-
sensor (p. 22)
Hulplamp (witte LED)
(p. 63)
Afdekplaatje
aansluitpunten
Stereo microfoon
(p. 75)
Ingebouwde flitser
(p. 58)
Scherpstelring (p. 81)
USB-aansluiting (p. 138)
DV IN/OUT
aansluiting (p. 96)
Ingangs/uitgangsaansluiting
S-video (p. 39)
DC-ingangsaan-
sluiting (DC IN) (p. 13)
AV IN/OUT
aansluiting (p. 3)
MIC-aansluiting
(p. 75)
Oplaadindicator
(CHARGE) (p. 14)
Statuslampje (p. 53)
OPEN/EJECT-schakelaar
(openen/uitwerpen) (p. 20)
Aansluitpunt statief (p. 34)
Onderaanzicht
12
Inleiding
Ne
WIRELESS CONTROLLER WL
-
D81
W
T
REW
PLAY
FF
START
/STOP
PHOTO
SELF T.
MENU
TV SCREEN
DATA CODE
P.SET
CARD
12bit
AUDIO OUT
CARD
STILL/MOVIE
REC
PAUSE
SEARCH SELECT
SLIDE SHOW
ZERO SET
MEMORY
AUDIO DUB.
STOP
MIX
BALANCE
ST-1 ST-2
ON/OFF
D.EFFECTS
SET
ZOOM
AV INSERT
PAUSE
SLOW
REMOTE SET
//
×
2
AV DV
!8
#3
#5
#6
@6
!7
!9
@2
@0
@3
@9
@4
@7
@8
@5
#0
@1
#2
#4
#1
!4
!5
!6
q
r
t
y
!1
i
!0
o
!3
e
!2
w
u
Draadloze afstandsbediening WL-D81
q Zoom-knoppen (p. 28)
w MIX BALANCE-toets (geluid mengen) (p. 106)
e PHOTO-toets (p. 56, 112)
r
SEARCH SELECT-toets (foto/datum zoeken) (p. 93)
t 12bit AUDIO OUT-toets (p. 106)
y D. EFFECTS-toets (digitale effecten) (p.67)
u CARD STILL/MOVIE-toets (stilbeelden/films
op kaart) (p. 125)
i Aan/uit-toets digitale effecten (p. 67)
o CARD
-
/
+
-toetsen (p. 124)
!0 SLIDE SHOW-toets (diashow) (p. 126)
!1 Richtingsknoppen (p. 90, 144)
!2 REC PAUSE-toets (opnamepauze) (p. 97, 98)
!3
ZERO SET MEMORY-toets (nulstelgeheugen) (p. 94)
!4 AUDIO DUB.-toets (p. 105)
!5 AV INSERT-toets (tussenvoegen) (p. 103)
!6 REMOTE SET-toets (instelling afstands-
bediening) (p. 50)
!7
-
/
4a toets (p. 36)
!8 AV DV-toets (p. 100)
!9 Zender
@0 Zoekknop (p. 93)
@1 START/STOP-toets (p. 26, 122)
@2 SELF T.-toets (zelfontspanner) (p. 73)
@3 TV SCREEN-toets (TV-scherm) (p. 152)
@4 DATA CODE-toets (datacodering) (p. 91)
@5 P.SET-toets (afdrukken) (p. 144)
@6 REW ` toets (terugspoelen) (p. 35)
@7 PLAY e toets (afspelen) (p. 35)
@8 FF 1 toets (vooruitspoelen) (p. 35)
@9 +/ae
toets
(p. 36)
#0 STOP 3 toets (p. 35)
#1 ×2 toets (afspelen met dubbele snelheid) (p. 36)
#2 SET-toets (p. 42)
#3
SLOW toets (afspelen met 1/3 snelheid) (p. 36)
#4 MENU-toets (p. 42)
#5 PAUSE a toets (p. 36)
#6 Keuzetoetsen (p. 42)
13
Basisbediening
Ne
Een stopcontact gebruiken
Met de meegeleverde netadapter kunt u de camcorder vanuit een stopcontact van
stroom voorzien. De netadapter zet netspanning van een stopcontact (100-240 V
wisselstroom, 50/60Hz) om in de gelijkstroom waarop de camcorder werkt.
1. Zet de aan/uit-schakelaar op OFF (uit).
2. Sluit het netsnoer aan op de
netadapter.
3. Steek de stekker van het netsnoer in
een stopcontact.
4. Sluit de netadapter aan op de DC IN-
aansluiting van de camcorder.
5. Zet de camcorder na gebruik weer uit
en verbreek de aansluiting van de
netadapter met de camcorder. Haal
de stekker uit het stopcontact en
koppel het netsnoer los van de
adapter.
Zet de camcorder uit voordat u de netadapter aansluit of verwijdert.
Als de adapter dicht in de buurt van een TV wordt gebruikt, kunnen in het
beeld storingen ontstaan. Haal de adapter uit de buurt van de TV of
antennekabel.
Sluit op de DC IN aansluiting of de netadapter van de camcorder geen
producten aan die niet uitdrukkelijk zijn aanbevolen.
Tijdens gebruik produceert de netadapter mogelijk enig lawaai. Dit is normaal
en duidt niet op een storing.
De ferrietkern bevestigen
Bevestig de meegeleverde ferrietkern voordat u de compacte netadapter CA-570 op
de camcorder aansluit.
Bevestig de ferrietkern aan de kabel op
ongeveer 5 cm vanaf het
stekkeruiteinde (de stekker die op de
camcorder wordt aangesloten) van de
compacte netadapter CA-570.
Voer de kabel door het midden van de kern en wikkel deze tweemaal om de kern. Maak
de eenheid dicht totdat u een klik hoort.
q
r
w
e
5cm
14
Basisbediening
Ne
De accu plaatsen en opladen
Laad de accu op met de meegeleverde netadapter voordat u de camcorder de eerste
keer gaat gebruiken en vervolgens wanneer de melding "CHANGE THE BATTERY
PACK" verschijnt.
1. Zet de aan/uit-schakelaar op OFF (uit).
2. Klap de zoeker omhoog.
3. Plaats de accu in de camcorder.
•Verwijder het afdekplaatje van het
accucompartiment.
Plaats het voorste uiteinde van de accu op
één lijn met de lijn op de camcorder, oefen
een beetje druk uit en schuif de accu
vervolgens in de richting van de pijl totdat u
een klik hoort.
4. Sluit het netsnoer aan op de adapter.
5. Steek de stekker van het netsnoer in
een stopcontact.
6. Sluit de netadapter aan op de DC IN-
aansluiting van de camcorder.
7. Als de accu opgeladen is, verwijder
dan de netadapter uit de camcorder.
Haal de stekker uit het stopcontact
en koppel het netsnoer los van de
adapter.
8. Verwijder de accu na gebruik.
Druk op de BATT.-toets om de accu te verwijderen.
De accu is mogelijk defect als de oplaadindicator (CHARGE) snel knippert.
De oplaadindicator (CHARGE) geeft informatie over de oplaadstatus.
0-50%: Knippert eenmaal per seconde
Meer dan 50%: Knippert tweemaal per seconde
100%: Brandt continu
Terwijl de accu wordt opgeladen, mag het netsnoer niet worden verwijderd en
opnieuw worden aangesloten.Mogelijk wordt de accu dan niet correct
opgeladen ook al blijft de oplaadindicator continu branden.Als er zich tijdens
het opladen een stroomuitval voordoet wordt de accu mogelijk ook niet goed
opgeladen.Verwijder de accu en plaats deze weer terug in de camcorder.
q
w
e
t
y
r
klik
Oplaadindicator
(CHARGE)
DC-ingangsaansluiting
(DC IN)
15
Basisbediening
Tijden voor opladen, opnemen en afspelen
De tijden hieronder zijn bij benadering gegeven en kunnen variëren al naargelang de
omstandigheden waaronder wordt opgeladen, opgenomen of afgespeeld.
Oplaadtijd
Laad de accu op bij een temperatuur tussen 5º C en 40º C.
Een lithium-ion accu kan in elke toestand worden opgeladen. Anders dan bij
conventionele accu's hoeft u de accu niet eerst volledig te gebruiken of te ontladen
voordat u deze weer mag opladen.
Opnametijd
*Tijden bij benadering voor opnamen met herhaalde bedieningshandelingen zoals starten/stoppen,
zoomen, voeding in/uitschakelen. De feitelijke tijd kan korter zijn.
•Wij raden u aan twee- tot driemaal zoveel opgeladen accu's bij de hand te houden dan u
nodig denkt te hebben.
•U kunt besparen op accuvoeding door de camcorder uit te zetten in plaats van in de
pauzestand te laten.
Afspeeltijd
Ne
Oplaadtijd accu
BP-512 (meegeleverd) 120 min.
BP-511 (optioneel) 120 min.
BP-522 (optioneel) 210 min.
BP-535 (optioneel) 310 min.
Accu Maximale opnametijd Gebruikelijke opnametijd*
Met gebruik van Met gebruik van Met gebruik van Met gebruik van
de zoeker het LCD-scherm de zoeker het LCD-scherm
BP-512 (meegeleverd) 110 min. 90 min. 65 min. 50 min.
BP-511 (optioneel) 110 min. 90 min. 65 min. 50 min.
BP-522 (optioneel) 235 min. 185 min. 135 min. 105 min.
BP-535 (optioneel) 375 min. 290 min. 215 min. 165 min.
Accu Speelduur (Met gebruik
van het LCD-scherm)
BP-512 (meegeleverd) 115 min.
BP-511 (optioneel) 115 min.
BP-522 (optioneel) 250 min.
BP-535 (optioneel) 400 min.
Hoeveel voeding is er over?
De accusymbolen geven aan in welke toestand de accu verkeert.
Als de accu leeg is, verschijnt 4 seconden lang de melding
"CHANGE THE BATTERY PACK" en begint te knipperen.
De oplaadindicators van de accu zijn niet constant ze variëren
al naargelang de toestand waaronder de accu en camcorder
worden gebruikt.
Voorzorgsmaatregelen bij het omgaan met accu's
GEVAAR!
Behandel de accu met de nodige voorzichtigheid.
Houd de accu uit de buurt van open vuur (hij kan exploderen).
Stel de accu niet bloot aan een temperatuur die hoger is dan 60º C. Houd de
accu uit de buurt van verwarmingsapparaten, en laat de accu bij heet weer niet
achter in een afgesloten auto.
•Probeer de accu niet uit elkaar te halen of er aan te knutselen.
Laat de accu niet vallen en stoot er niet tegen aan.
Laat de accu niet nat worden.
Opgeladen accu's ontladen zich op natuurlijke wijze. Zorg er daarom voor dat u de
accu op de dag van gebruik, of de dag ervoor, oplaadt. U bent dan verzekerd van
een volle accu.
Bevestig het afdekplaatje wanneer een accu niet wordt gebruikt. Contact met
metalen objecten kan tot kortsluiting leiden en de accu beschadigen.
Vuile polen kunnen tot gevolg hebben dat het contact tussen de accu en de
camcorder niet goed is. Veeg de polen schoon met een zachte, droge doek.
Als een opgeladen accu lange tijd (ongeveer 1 jaar) wordt opgeborgen, kan de
levensduur hierdoor worden bekort of kan de prestatie slechter worden. Daarom
wordt aangeraden om in een dergelijk geval de accu volledig te ontladen en deze
op een droge plaats op te bergen, bij een temperatuur die niet hoger wordt dan
30˚ C. Als u de accu langere periodes niet gebruikt, dan bevelen wij aan om de
accu ten minste eenmaal per jaar volledig op te laden en te ontladen. Doe dit bij
alle accu's die u gebruikt.
Hoewel wordt voorgeschreven de accu alleen te gebruiken bij een temperatuur
tussen 0˚ C en 40˚ C, is het optimale temperatuurbereik 10˚ C tot 30˚ C. Bij koude
temperaturen zal de prestatie tijdelijk achteruitgaan. Verwarm de accu eerst in uw
zak voordat u deze gebruikt.
Als de accu volledig opgeladen is, maar de gebruikstijd bij normale temperaturen
toch aanzienlijk korter wordt, vervang de accu dan.
16
Basisbediening
Ne
17
Basisbediening
Ne
De ondersteuningsbatterij plaatsen
De ondersteuningsbatterij zorgt ervoor dat de camcorder de datum, tijd en andere
instellingen in het geheugen kan bewaren wanneer de stroombron wordt
uitgeschakeld. Zorg dat de camcorder voeding krijgt uit een stopcontact of van een
accu wanneer u de ondersteuningsbatterij vervangt.
1. Open het afdekplaatje van de
ondersteuningsbatterij.
2. Plaats de lithiumbatterij in de camera
met de + zijde naar buiten gericht.
3. Sluit de afdekplaat.
WAARSCHUWING!
•Verkeerde behandeling van de bij dit toestel gebruikte batterij kan leiden tot
brandgevaar of chemische brandwonden. U mag de batterij niet opladen,
demonteren, verhitten boven 100° C of verbranden.
Vervang de batterij door een CR2025 van Panasonic, Hitachi Maxell, Sony, Sanyo of
Duracell2025 Gebruik van andere batterijen kan brand of een explosie tot gevolg hebben.
De gebruikte batterij moet aan de leverancier teruggegeven worden voor een veilige
verwerking.
Pak de accu niet vast met een tang of ander metalen gereedschap, aangezien
hierdoor kortsluiting zal optreden.
Veeg de accu schoon met een schone, droge doek om ervoor te zorgen dat met de
camcorder goed contact wordt gemaakt.
Houd de accu buiten bereik van kinderen. Als de batterij wordt ingeslikt, moet
onmiddellijk medische hulp worden ingeroepen.De batterijhuls kan breken en de
batterijvloeistoffen kunnen schade toebrengen aan maag en darmen.
Demonteer of verhit de accu niet, en dompel de accu niet onder water. Anders
bestaat explosiegevaar.
De ondersteuningsbatterij heeft een levensduur van ongeveer een jaar. j knippert in
een rode kleur om u te laten weten wanneer deze moet worden vervangen.
qw e
18
Basisbediening
Ne
Voorbereiden van de camcorder
De zoeker instellen (instelling oogcorrectie)
1. Zet de camcorder aan en houd het
LCD-paneel gesloten.
2. Klap de zoeker omhoog.
3. Stel de oogcorrectieregelaar in.
Stel de zoeker niet bloot aan direct zonlicht omdat (vanwege concentratie van
licht) de lens kan inbranden. Stel de hoek van de zoeker zodanig af dat zonlicht
wordt afgeschermd.
De lenskap bevestigen
Bevestig de lenskap om de lens van strooilicht af te schermen en deze te beschermen.
1. Plaats de lenskap op de voorzijde
van de lens.
Zorg ervoor dat de lenskap in de draad
schroeft.
2. Schroef de lenskap rechtsom op de
lens.
De lensdop bevestigen
1. Bevestig het snoer aan de lensdop.
2. Haal de handgreepriem door de lus
van het snoer.
Druk de knoppen op de lensdop in wanneer
u deze bevestigt of verwijdert. Haak de
lensdop aan de handgreepriem terwijl u aan
het opnemen bent en plaats de dop over de
lens nadat u klaar bent met het maken van
opnamen.
19
Basisbediening
Ne
De handgreepriem vastmaken
Houd de camcorder met uw
rechterhand vast en stel de riem bij met
uw linkerhand.
Uw wijsvinger moet de zoomregelaar en de
fototoets kunnen bereiken en uw duim moet
gemakkelijk bij de start/stop-toets komen.
De schouderriem bevestigen
Bevestig de schouderriem voordat u de
camcorder gaat gebruiken. Dit geeft extra
zekerheid en een goede draagbaarheid.
Haal de uiteinden door de
bevestigingspunten en stel de lengte
bij zoals aangegeven.
Het afdekplaatje van de
accessoireschoen verwijderen en bevestigen
Verwijder het afdekplaatje van de accessoireschoen wanneer u op de geavanceerde
accessoireschoen een accessoire wilt plaatsen.
1. Licht het afdekplaatje met uw nagel
op en verwijder het.
Bevestig het afdekplaatje aan het
lensdopsnoer of handgreepriem wanneer u
de accessoireschoen in gebruik heeft.
2. Schuif het uiteinde van het
afdekplaatje in de accessoireschoen
en bevestig het op de schoen.
20
Basisbediening
Ne
Een cassette plaatsen
Gebruik alleen videocassettes met het D logo.
Plaatsen en verwijderen
1. Verschuif de OPEN/EJECT-schakelaar
om het deksel van het cassette-
compartiment te ontgrendelen.
Het cassettecompartiment gaat automatisch
open.
2. De cassette plaatsen/verwijderen.
• Plaats de cassette voorzichtig in de camera
met het venster naar de handgreepriem
gericht en het REC/SAVE-schuifje omhoog
gericht.
•Verwijder de cassette door hem recht naar
buiten te trekken.
3. Druk op de P markering op het
cassettecompartiment totdat u een
klik hoort.
Wacht totdat het cassettecompartiment zich
automatisch intrekt.
4. Sluit het afdekplaatje van het
cassettecompartiment.
Als het cassettecompartiment automatisch opent of sluit, blijf er dan vanaf. Probeer
het afdekplaatje ook niet te sluiten wanneer het cassettecompartiment nog niet
volledig ingetrokken is.
Let erop dat uw vingers niet bekneld raken in het afdekplaatje van het
cassettecompartiment.
Wanneer op de camcorder een stroombron aangesloten is, maar de aan/uit-
schakelaar (POWER-schakelaar) uit staat (OFF), kan toch een cassette worden
geplaatst of verwijderd. Wanneer er geen cassette is geplaatst als (in de stand
CAMERA en PLAY (VCR)) de stroom wordt ingeschakeld knippert
v in een rode kleur.
Het is bij bepaalde soorten cassettes mogelijk dat niet accuraat wordt aangegeven
hoeveel band er nog resteert.
Als de camcorder op een statief is geplaatst, haal de camcorder er dan vanaf als u
het cassettecompartiment wilt openen.
OPEN/EJECT
e
w
q
r
Wisbeveiligings-
schuifje
klik
21
Basisbediening
Beveiligen van cassettes tegen abusievelijk wissen
Om uw opnamen tegen abusievelijk wissen te
beschermen, verplaats het schuifje op de
cassette naar links. (Deze stand wordt
gewoonlijk aangeduid als SAVE (behouden) of
ERASE OFF (wissen uitgeschakeld.)
Als u in de stand CAMERA een beveiligde
cassette plaatst, dan verschijnt ongeveer 4
seconden lang het bericht “THE TAPE IS SET FOR ERASURE PREVENTION” en begint v
te knipperen. Als u op die cassette wilt opnemen, verplaats het schuifje dan eerst naar
rechts.
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de cassette
Spoel de band na gebruik terug. Als de band slap en beschadigd raakt, kunnen er
storingen ontstaan in het beeld en geluid.
Leg cassettes terug in de doos en bewaar ze rechtop.
Laat na gebruik de cassette niet in de camcorder achter.
Gebruik geen gespleten banden of andere cassettes dan standaardcassettes, omdat
gebruik hiervan de camcorder kan beschadigen.
Gebruik geen banden die zijn vastgelopen, omdat de videokoppen hierdoor vuil
kunnen worden.
Steek geen voorwerpen in de kleine openingen van de cassette en dek deze niet af
met folie.
Ga voorzichtig met cassettes om. Laat cassettes niet vallen en stel ze niet bloot aan
schokken. Dit kan tot beschadiging van de cassettes leiden.
Spoel banden van tijd tot tijd terug als ze lange tijd zijn opgeborgen.
Bij cassettes die zijn uitgerust met een geheugenfunctie kunnen de met metaal
beklede aansluitpunten tijdens gebruik vuil worden. Maak de aansluitpunten schoon
met een wattenstaafje nadat cassettes ongeveer 10x zijn geplaatst en verwijderd. De
geheugenfunctie wordt door de camcorder niet ondersteund.
Ne
SAVE
REC
SAVE
REC
22
Basisbediening
Ne
Gebruik van de draadloze afstandsbediening
U kunt de camcorder bedienen met de
meegeleverde draadloze afstandsbediening
tot op een afstand van 5 meter. Richt de
afstandsbediening naar de sensor wanneer u
de knoppen indrukt.
De volgende functies kunnen zonder gebruik
van de draadloze afstandsbediening niet
worden bediend:
Sommige speciale afspeelstanden ( 36)
Foto/datum zoeken ( 93)
Nulstelgeheugen ( 94)
•AV tussenvoegen ( 102)
•Audio dubben ( 104)
12-bits audio uit/mengbalans ( 106)
De camcorder en draadloze afstandsbediening zijn uitgerust met 2 standen voor de
afstandsbedieningssensor ( 50). Als de afstandsbediening niet werkt, controleer
dan of de camcorder en de afstandsbediening in dezelfde stand staan.
De draadloze afstandsbediening werkt mogelijk niet goed bij fel licht, zoals in de
buitenlucht bij direct zonlicht of wanneer de afstandsbediening nabij de camcorder
wordt gebruikt.
De afstand waarover de draadloze afstandsbediening werkt, wordt mogelijk kleiner
wanneer de afstandsbedieningssensor van de camcorder wordt blootgesteld aan fel
licht.
Wanneer de batterijen leeg zijn, vervang ze dan beide tegelijkertijd.
Batterijen plaatsen
De draadloze afstandbediening werkt op
twee AA-batterijen.
1. Open het afdekplaatje van de
batterijen.
2. Plaats twee AA-batterijen en zorg
ervoor dat de aanduidingen + en - op
de batterijen overeenstemmen met
de aanduidingen in de
afstandsbediening.
3. Sluit het afdekplaatje.
q
w
e
5m
23
Basisbediening
Ne
Tijdzone, datum en tijd instellen
Stel de tijdzone, datum en tijd in wanneer u de camcorder voor de eerste maal
gebruikt. Plaats eerst de ondersteuningsbatterij voordat u begint ( 17).
Tijdzone/zomertijd instellen
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [SYSTEM] en druk op de
keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [T.ZONE/DST] en druk de
keuzeschijf in.
• De instelling van de tijdzone verschijnt.
De standaardinstelling is Paris. Selecteer, indien nodig, uw tijdzone en zomertijd (DST).
4. Draai de keuzeschijf naar de tijdzone waarin u zich bevindt.
Als u de camcorder wilt instellen op de zomertijd, selecteer dan de betreffende tijdzone
met het teken U ernaast.
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
T.ZONE/DST•••PARIS SYSTEM
( 42)
24
Basisbediening
Ne
Zodra u de tijdzone, datum en tijd heeft ingesteld, hoeft u de klok niet steeds
opnieuw in te stellen als u naar een andere tijdzone reist. U hoeft alleen maar
de tijdzone te wijzigen in de tijdzone van uw bestemming, en de camcorder
stelt vervolgens automatisch de klok bij.
Het aantal dagen van de maand en de schrikkeljaren worden automatisch
ingesteld.
Datum en tijd instellen
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
D/TIME SET•• 1.JAN.2003
12:00 PM
SYSTEM
1
24 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 1314 15 16 17 18 19 20 21 22 23
2
3
5
6
7
9
8
10
4
12
11
13
24
19
20
18
17
21
23
22
15
14
16
( 42)
LONDON
PARIS
CAIRO
MOSCOW
DUBAI
KARACHI
DACCA
BANGKOK
H. KONG (Hong Kong)
TOKYO
SYDNEY
SOLOMON
WELLGTN (Wellington)
SAMOA
HONOLU. (Honolulu)
ANCHOR. (Anchorage)
L.A. (Los Angeles)
DENVER
CHICAGO
N.Y. (New York)
CARACAS
RIO (Rio de Janeiro)
FERNAN. (Fernando de Noronha)
AZORES
Tijdzone TijdzoneNr. Nr.
25
Basisbediening
2. Draai de keuzeschijf naar [SYSTEM] en druk op de
keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [D/TIME SET] en druk op de
keuzeschijf.
De jaaraanduiding gaat knipperen.
4. Draai de keuzeschijf naar het jaar, en druk de keuzeschijf vervolgens in.
Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen.
• Stel de maand, dag, uren en minuten op dezelfde wijze in.
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten en
de klok te starten.
Telkens wanneer u de stroom inschakelt verschijnt 4 seconden
lang de tijdzone, datum en tijd.
Om een onderdeel van de datum of tijd te wijzigen, drukt u bij stap 4 op de
keuzeschijf, en ga vervolgens naar het onderdeel dat u wilt wijzigen.
U kunt een datum kiezen tussen 2003 and 2030.
Datum en tijd weergeven tijdens het opnemen
U kunt in de linkerbenedenhoek van het scherm de tijdzone, datum en tijd
weergeven (de tijdzone verdwijnt na 4 seconden). Het 4-seconden display verschijnt
niet langer wanneer u de camcorder inschakelt. De datum en tijd worden niet over
uw opnamen heen gelegd.
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [DISPLAY SET UP] en druk
op de keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [D/T DISPLAY] en druk op
de keuzeschijf.
4. Draai de keuzeschijf naar [ON].
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
Ne
D/T DISPLAY••OFFDISPLAY SET UP
( 42)
26
Basisbediening
Ne
Films opnemen op een cassette
U kunt tijdens het opnemen het LCD-scherm of de zoeker gebruiken. Stel het LCD-
paneel of de zoeker in de gewenste stand zodat u gemakkelijk opnamen kunt maken.
Voordat u met opnemen begint
Om te controleren of de camcorder juist opneemt kunt u beter eerst een
testopname maken. Als u belangrijke opnamen wilt maken, dan verdient het
aanbeveling eerst de videokoppen schoon te maken ( 160).
Voorbereidingen
Schakel de stroombron in. Plaats een cassette.
Opnemen
1. Verwijder de lensdop.
2. Zet de camcorder in de stand
CAMERA.
Als u de tijdzone, datum en tijd niet heeft
ingesteld, verschijnt "SET THE TIME ZONE,
DATE AND TIME" in het display. ZieDe
tijdzone, datum en tijd instellen ( 23).
3. Open het LCD-paneel ( 30).
Als u de zoeker wilt gebruiken, houd het
LCD-paneel dan gesloten of draai dit zodanig
dat het scherm in dezelfde richting wijst als de
lens ( 31).
4. Druk op de start/stop-toets om de
opname te beginnen.
Wacht totdat de bandteller volledig is gestopt
voordat u met opnemen begint.
5. Wilt u tijdens het opnemen een
pauze inlassen, druk dan nogmaals op de start/stop-toets.
Het opnemen hervat u door weer op de start/stop-toets te drukken.
q
w
w
e
t
r
27
Basisbediening
Nadat u klaar bent met opnemen
1. Zet de aan/uit-schakelaar op OFF (uit).
2. Sluit het LCD-paneel en zet de zoeker in de oorspronkelijke positie.
3. Breng de lensdop weer aan op zijn plaats.
4. Verwijder de cassette.
5. Schakel de stroombron uit.
Als u buitenshuis of via een raam opnamen maakt, stel het LCD-scherm, de
zoeker of de lens dan niet bloot aan direct zonlicht, aangezien dit tot
beschadigingen kan leiden.
Schakel de stroom uit als u de camcorder langere tijd niet wilt gebruiken.
Wanneer u met opnemen begint, telt de camcorder van 1 tot 10
(opnameherinnering). Opnamen die korter dan 10 seconden duren kunnen
lastig zijn om later te bewerken. Aan de andere kant moet een opname waarin
niet echt iets speciaals gebeurt, over het algemeen niet langer dan
10 seconden duren.
Om de band en videokoppen te beschermen, schakelt de camcorder na
5 minuten uit als u deze in de opnamepauzestand heeft laten staan.
20 seconden voordat de camera zichzelf uitschakelt, verschijnt " AUTO
POWER OFF".Om het opnemen daarna weer te hervatten, zet u de aan/uit-
schakelaar in de stand OFF en vervolgens in de stand CAMERA.
Als u de cassette niet heeft verwijderd, kunt u ook nadat u de camcorder heeft
uitgezet, later weer de volgende scène opnemen zonder dat tussen de
opnamen ruis of lege gedeelten worden geproduceerd.
Voor een langere opnametijd, zie De opnamemodus wijzigen ( 55).
Over het LCD-scherm en de zoeker: het LCD-scherm is gemaakt met uiterst
verfijnde technieken; meer dan 99,99% van alle pixels functioneren volgens
specificatie. Minder dan 0,01% van alle pixels kunnen af en toe mislukken
of als zwarte of groene punten verschijnen. Dit heeft geen invloed op het
opgenomen beeld en betekent niet dat er problemen zijn.
Ne
28
Basisbediening
Ne
Zoomen
Met de zoomlens van de camcorder kunt u voor elk onderwerp de optimale
beeldhoek kiezen. De camcorder schakelt automatisch heen en terug tussen optisch
zoomen en digitaal zoomen. Bij de digitale zoom is de beeldresolutie iets lager.
10× Optische zoom (kaart: 9×)
Zet de zoomregelaar naar W om uit te zoomen
(groothoek). Zet de regelaar naar T om in te zoomen
(telefoto).
•Druk de zoomregelaar iets in voor een langzame zoom. Druk
harder voor een snellere zoom.
•U kunt ook de
T en W toets op de draadloze afstandsbediening gebruiken. De
zoomsnelheid kunt u daarmee echter niet regelen.
40×/200× Digitale zoom (kaart: 36×)
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [CAMERA SET UP] en druk
op de keuzeschijf.
3. Selecteer [D.ZOOM] en druk op de keuzeschijf.
4. Selecteer een instellingsoptie.
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
T
W
Inzoomen
Uitzoomen
D.ZOOM•••••••
40×
CAMERA SET UP
( 42)
29
Basisbediening
Houd tot het onderwerp ten minste een afstand van 1 meter aan. Bij
groothoek in de stand CAMERA kunt u op een onderwerp scherpstellen tot op
een afstand van niet minder dan 2 cm en in de stand CARD CAMERA tot op
een afstand van 6 cm.
Er verschijnt 4 seconden lang een zoomindicator. Deze verlengt zich in
lichtblauw wanneer de digitale zoom wordt ingesteld op 40×, en verlengt zich
verder in donkerblauw wanneer de zoom wordt ingesteld op 200×.
Digitale zoom kan niet worden gebruikt met het programma Night of Super
Night.
Digitale zoom kan niet worden gebruikt wanneer het meerbeeldenscherm is
geselecteerd.
Ne
30
Basisbediening
Ne
Gebruik van het LCD-scherm
1. Druk op de OPEN-toets op het LCD-
paneel om het te openen.
Het LCD-scherm wordt ingeschakeld en de
zoeker schakelt zichzelf uit.
2. Draai het LCD-paneel en kies de hoek
van het scherm.
U kunt het LCD-paneel zodanig draaien dat
het scherm in dezelfde richting als de lens
wijst ( 31), of duw het paneel plat tegen de camcorder met het scherm naar buiten
gericht.
3. Sluit het LCD-paneel als u klaar bent.
Sluit het paneel altijd zodanig dat het op
zijn plaats wordt vastgeklikt.
Het LCD-scherm schakelt zichzelf uit en de
zoeker wordt ingeschakeld.
Open het LCD-paneel tot 90 graden voordat u het draait.
Draai het LCD-paneel in de verticale stand voordat u het sluit.
Als u buiten of via een raam opnamen maakt, stel het LCD-scherm, de zoeker
of lens dan niet bloot aan direct zonlicht, omdat hierdoor schade kan ontstaan.
Houd de camcorder niet vast aan het LCD-paneel of de zoeker.
Helder licht of gereflecteerd licht kan tot gevolg hebben dat op het scherm een
verticale lichtstreep te zien is. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Helder licht kan gebruik van het LCD-scherm bemoeilijken. In een dergelijk
geval kunt u beter de zoeker gebruiken.
31
Basisbediening
Ne
De helderheid van het LCD-scherm instellen
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [DISPLAY SET UP] en druk
op de keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [BRIGHTNESS] en druk op
de keuzeschijf.
4. Draai de keuzeschijf naar het gewenste helderheidsniveau.
Draai de keuzeschijf omhoog om het scherm helderder te maken, en naar beneden om
het donkerder te maken.
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
Wijziging van de helderheid van het LCD-scherm heeft geen invloed op de
helderheid van de zoeker of de opnamen.
Het onderwerp (naar het scherm) laten meekijken met de
opname
U kunt het LCD-paneel zodanig verdraaien
dat het scherm in dezelfde richting als de lens
wijst. De zoeker wordt ingeschakeld zodat u
deze kunt gebruiken terwijl het onderwerp
het LCD-scherm kan bekijken.
Als u het scherm zodanig draait dat het in dezelfde richting wijst als de lens, dan
verschijnt het beeld als omgekeerd spiegelbeeld (LCD MIRROR ON). U kunt er echter
voor kiezen om het beeld weer te geven zoals het wordt opgenomen (LCD MIRROR
OFF).
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
BRIGHTNESS•••DISPLAY SET UP
–+
( 42)
32
Basisbediening
Ne
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [DISPLAY SET UP] en druk
op de keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [LCD MIRROR] en druk op
de keuzeschijf.
4. Draai de keuzeschijf naar [OFF].
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
Wanneer [LCD MIRROR] op [ON] staat, verschijnen op het LCD-scherm geen
displays (deze verschijnen nog wel in de zoeker).
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
LCD MIRROR•••ONDISPLAY SET UP
( 42)
33
Basisbediening
Ne
Zoeken en bekijken tijdens opnemen
Opname bekijken
In de opnamepauzestand kunt u met deze functie de laatste paar seconden van uw
opname bekijken om te controleren of deze goed opgenomen is.
Druk op de c (opname bekijken) toets en laat deze los.
De camcorder spoelt de band terug, speelt de laatste paar seconden
af, en keert terug naar de opnamepauzestand.
Opname zoeken
In de opnamepauzestand kunt u met deze functie de band (vooruit of achteruit)
afspelen om het punt te lokaliseren waar u met opnemen wilt beginnen.
Druk de + toets of - toets "opname zoeken" (REC
SEARCH) in en houd deze ingedrukt om vooruit
respectievelijk achteruit te zoeken.
Laat de toets los als u het punt bereikt waar u met opnemen wilt
beginnen.
De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand.
Op het scherm kan ruis verschijnen wanneer u de band achteruit afspeelt.
Tijdens opname bekijken en opname zoeken is geluid uitgeschakeld.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
– toets "opname zoeken"
(REC SEARCH)
v (opname bekijken) toets
+ toets "opname zoeken"
(REC SEARCH)
34
Basisbediening
Ne
Tips voor het maken van betere video's
De camcorder vasthouden
Houd de camcorder in uw rechterhand en houd uw elleboog tegen uw lichaam
aangedrukt om een maximale stabiliteit te verkrijgen. Ondersteun, indien nodig, de
camcorder met uw linkerhand. Let erop dat uw vingers de microfoon of lens niet
aanraken.
Voor meer stabiliteit
Licht
Als u buitenshuis opnamen maakt, raden wij
u aan opnamen te maken met de zon in uw
rug.
Als u een statief gebruikt, stel de zoeker dan niet bloot aan direct zonlicht,
omdat de zoeker anders kan inbranden (doordat de lens licht concentreert).
Gebruik geen statief met bevestigingsschroeven die langer zijn dan 5,5 mm,
omdat de camcorder anders beschadigd kan raken.
Opnemen in een lage hoek
Opnemen in een hoge hoek
Leun tegen een muur Zet de camcorder op een tafel
Lig op uw elleboog Gebruik een statief
35
Basisbediening
Ne
Een cassette afspelen
Als u voor het afspelen van een cassette het LCD-scherm gebruikt, speelt de camcorder
het geluid af via de ingebouwde luidspreker. De ingebouwde luidspreker is mono.
Gebruik een hoofdtelefoon voor stereogeluid of wanneer u voor het afspelen van de
cassette de zoeker gebruikt.
Voorbereidingen
Schakel de stroombron in. Plaats een cassette.
Afspelen
1. Zet de camcorder in de stand PLAY
(VCR).
2. Open het LCD-paneel.
U kunt het LCD-paneel ook sluiten met het
scherm naar buiten gericht.
3. Druk op de ` toets om de band
terug te spoelen.
Om de band vooruit te spoelen, drukt u op de
1 toets.
4. Druk op de e/a toets om de band af
te spelen.
5. Druk op de
3 toets om de band stop
te zetten.
Als het beeld vervormd raakt, reinig de videokoppen dan met een Canon Head
Cleaning Cassette of een in de handel verkrijgbare reinigingscassette voor digitale
videokoppen ( 160).
Als u de zoeker wilt gebruiken, sluit dan het LCD-paneel. De ingebouwde
luidspreker geeft geen geluid.Gebruik een hoofdtelefoon wanneer u de zoeker
gebruikt ( 37).
U kunt de geluidsniveau-indicator oproepen door op de AUDIO LEVEL-toets te
drukken.
Wilt u tijdens het afspelen van de band de datum en tijd weergeven, zie dan De
datacodering weergeven ( 91).
q
e
w
r
t
36
Basisbediening
Ne
Speciale afspeelstanden
De speciale afspeelstanden (behalve afspeelpauze en versneld vooruit/achteruit
afspelen) kunnen alleen worden gekozen met de draadloze afstandsbediening.
e/a (afspeelpauze)
Om tijdens het afspelen van de band een pauze in te lassen, drukt u op de e/a toets.
Druk op de e/a toets om het afspelen te hervatten. De camcorder stopt wanneer
deze 5 minuten lang in de afspeelpauzestand heeft gestaan.
1 (vooruit versneld afspelen) / ` (achteruit versneld afspelen)
Speelt de band 11,5 zo snel af (vooruit of achteruit). Druk tijdens normaal afspelen of
vooruitspoelen de toets in en houd deze ingedrukt.
+/ae (beeld voor beeld vooruit afspelen) / /4a (beeld voor beeld
achteruit afspelen)
Speelt de band beeld voor beeld af. Druk in de afspeelpauzestand herhaaldelijk op de
toets. Druk de toets in en houd deze ingedrukt om ononderbroken de band beeld
voor beeld vooruit of achteruit af te spelen.
SLOW I (langzaam vooruit afspelen)/(langzaam achteruit afspelen)
Speelt de band met 1/3 van de normale snelheid af. Wilt u langzaam vooruit afspelen,
druk dan op de SLOW M toets. Wilt u langzaam achteruit afspelen, druk dan op de
/4a toets gevolgd door de SLOW M toets. Druk op de e (afspeel) toets om terug te
keren naar normaal afspelen.
/4a (achteruit afspelen)
Speelt de band achteruit af met normale snelheid. Druk op deze toets tijdens normaal
afspelen. Druk op de e (afspeel) toets om terug te keren naar normaal afspelen. De
camcorder wordt uitgeschakeld als deze bij achteruit afspelen 5 minuten lang in de
pauzestand heeft gestaan.
×2 (2× vooruit afspelen)/(2× achteruit afspelen)
Speelt de band tweemaal zo snel als normaal af. Druk op de toets tijdens normaal
afspelen of achteruit afspelen. Druk op de e (afspeel) toets om terug te keren naar
normaal afspelen.
Tijdens de speciale afspeelstanden is er geen geluid.
Bij sommige speciale afspeelstanden kan het beeld vervormd raken.
` (terugspoel) toets
1 (vooruitspoel) toets
3 (stop) toets
e/a (afspeel/pauze) toets
37
Basisbediening
Afspelen met de ingebouwde luidspreker/hoofdtelefoon
De ingebouwde luidspreker klinkt niet wanneer u een hoofdtelefoon gebruikt.
De ingebouwde luidspreker is in mono. Gebruik de hoofdtelefoon voor
stereogeluid.
Het volume instellen
Draai de keuzeschijf naar boven om het volume te
verhogen en naar beneden om het te verlagen.
Er verschijnt 4 seconden lang een volumebalk.
• U kunt het volume volledig uitschakelen door de keuzeschijf
omlaag naar OFF te draaien. Draai de keuzeschijf omhoog om het volume weer te
verhogen.
Wanneer het volume te hoog gedraaid wordt, kan het geluid vervormd raken.
De camcorder onthoudt de instelling ook wanneer u de camcorder uitzet
(afzonderlijk voor hoofdtelefoon en ingebouwde luidspreker).
Zie ook Een hoofdtelefoon gebruiken tijdens het opnemen ( 76).
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
Ne
Keuzeschijf
Ingebouwde luidspreker
H (hoofdtelefoon) aansluiting
38
Basisbediening
Ne
Afspelen op een TV-scherm
De camcorder kan aangesloten worden op een TV of videorecorder om opnamen af
te spelen.
Als u tijdens het opnemen de TV als monitor gaat gebruiken, denk er dan aan het
volume van de TV uit te zetten zolang de audio-aansluitingen van de camcorder
aangesloten zijn. Als het geluid van de TV-luidsprekers wordt opgevangen door
de microfoon kan een onplezierig hoog piepend geluid worden geproduceerd,
ook wel rondzingen genoemd.
Voor een hoge beeldkwaliteit wordt aanbevolen een TV met een S (S1)-
aansluiting te gebruiken.
TV's met een SCART-aansluiting
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen.
2. Sluit de SCART-adapter PC-A10 aan op de SCART-aansluiting van de TV
of videorecorder.
3. Sluit de stereovideokabel STV-250N aan op de AV-aansluiting van de
camcorder en op de audio/videoaansluitingen van de SCART-adapter.
Sluit de witte stekker aan op de witte AUDIO-aansluiting L (links), de rode stekker op de
rode AUDIO-aansluiting R (rechts) en de gele stekker op de gele videoaansluiting VIDEO.
Stereovideokabel STV-250N (meegeleverd)
Signaal
SCART-adapter
PC-A10
39
Basisbediening
Ne
4. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO.
Als u aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan
op LINE.
De meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen voor uitgangssignalen. Voor
opnamen via de analoge ingang of analoog/digitaal omzetting dient gebruik te
worden gemaakt van een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel
verkrijgbaar).
TV's met een S (S1)-video-ingangsaansluiting
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen.
2. Sluit de S-videokabel S-150 aan op de S-videoaansluitingen.
3. Sluit de stereovideokabel STV-250N aan op de AV-aansluiting van de
camcorder en op de audioaansluitingen van de TV of videorecorder.
Sluit de witte stekker aan op de witte AUDIO-aansluiting L (links), en de rode stekker op
de rode AUDIO-aansluiting R (rechts). Sluit de gele stekker niet aan.
4. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO.
Als u aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan
op LINE.
VIDEO
S(S1)-VIDEO
INPUT
AUDIO
L
R
S-videokabel
S-150 (meegeleverd)
Stereovideokabel STV-250N
(meegeleverd)
Signaal
Signaal
40
Basisbediening
Ne
TV's met audio/videoaansluitingen
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen.
2. Sluit de stereovideokabel STV-250N aan op de AV-aansluiting van de
camcorder en op de audio/videoaansluitingen van de TV of
videorecorder.
Sluit de witte stekker aan op de witte audioaansluiting L (links), de rode stekker op de
rode audioaansluiting R (rechts) en de gele stekker op de gele videoaansluiting VIDEO.
3. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO.
Als u aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan
op LINE.
Stereovideokabel STV-250N (meegeleverd)
Signaal
41
Basisbediening
Ne
Het audio-uitgangskanaal selecteren
U kunt het uitgangskanaal selecteren wanneer u een cassette afspeelt met audio die is
opgenomen op twee kanalen.
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
2. Draai de keuzeschijf naar [AUDIO SET UP] en druk op
de keuzeschijf.
3. Draai de keuzeschijf naar [OUTPUT CH] en druk op
de keuzeschijf.
4. Draai de keuzeschijf naar de gewenste instellingsoptie.
L/R: Stereo: L+R kanalen, tweetalig: Hoofd- en subkanaal
L/L: Stereo: L-kanaal, tweetalig: Hoofdkanaal
R/R:Stereo: R-kanaal, tweetalig: Subkanaal
5. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
De instelling wordt teruggesteld naar de instelling L/R als u de camcorder uitzet.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
OUTPUT CH••••L/RAUDIO SET UP
( 42)
42
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Menu's en instellingen
Veel geavanceerde functies van de camcorder worden geselecteerd via menu's die op
het scherm verschijnen.
Menu's en instellingen selecteren
1. Zet de camcorder in de juist bedieningsstand.
2. Druk op de MENU-toets om het menu te openen.
3. Draai de keuzeschijf naar het gewenste submenu en
druk op de keuzeschijf.
4. Draai de keuzeschijf naar het gewenste menu-item
en druk op de keuzeschijf.
5. Draai de keuzeschijf naar de gewenste instellingsoptie.
6. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
Als u de witbalans wilt instellen, druk dan eerst op de keuzeschijf
voordat u de MENU-toets indrukt.
Het menu kunt u op elk moment sluiten door op de MENU-toets te drukken.
Als u een niveau terug wilt gaan, selecteer dan [[ RETURN].
Wanneer het submenu uit 2 pagina's bestaat, selecteer dan [NEXT PAGE] om
naar de tweede pagina te gaan, en [PREV PAGE] om terug te gaan naar de
eerste pagina.
Items die niet beschikbaar zijn, verschijnen in purper.
U kunt ook de draadloze afstandsbediening gebruiken om de menu's te
selecteren. Misschien vindt u dat prettiger. Druk op de MENU-toets van de
afstandsbediening om het menu te openen of te sluiten.Gebruik op de
afstandsbediening de keuzetoetsen in plaats van de keuzeschijf op de
camcorder en druk op de SET-toets in plaats van op de keuzeschijf.
43
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Menu- en standaardinstellingen
De standaardinstellingen staan vetgedrukt weergegeven.
Menu CAMERA (CAM. MENU)
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
Submenu Menu-item Instelopties
\ CARD MIX MIX TYPE CARD CHROMA, CARD LUMI., 132
CAM. CHROMA, C. ANIMATION
ANIMAT. TYPE CORNER, STRAIGHT, RANDOM 132
MIX LEV 132
CAMERA SET UP D. ZOOM OFF, 40×, 200× 28
IMAGE S. i* ON, OFF 72
WHITE BAL. AUTO, SET W, INDOOR T, OUTDOOR U 88
AF AST LAMP AUTO, OFF 59
16:9 ON, OFF 53
PHOTO REC TAPE , CARD 113
ZEBRA* ON, OFF 84
BLC* ON, OFF 84
VCR SET UP REC MODE SP, LP 55
AUDIO SET UP WIND SCREEN ON, OFF 76
MIC ATT ON, OFF 75
MIC LEVEL AUTO, MANUAL 74
AUDIO MODE 16bit, 12bit 74
H VOLUME 76
DISPLAY SET UP BRIGHTNESS 31
LCD MIRROR ON, OFF 31
TV SCREEN ON, OFF 152
D/T DISPLAY ON, OFF 25
LANGUAGE ENGLISH, 53
DEMO MODE ON, OFF 54
* Functie die aan de Custom Key kan worden toegewezen.
44
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Submenu Menu-item Instelopties
SYSTEM CUSTOM KEY OFF, IMAGE S., BLC, ZEBRA 52
WL. REMOTE A1, A2, OFF B 50
TALLY LAMP ON, OFF 53
BEEP ON, OFF 53
T.ZONE/DST Zie lijst met tijdzones 23
D/TIME SET 24
MY CAMERA S-UP SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SHTR SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
OPER SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SELF-T SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
45
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Menu PLAY (VCR) (VCR MENU)
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
Submenu Menu-item Instelopties
VCR SET UP REC MODE SP, LP 55
AV \ DV OUT ON, OFF 100
AUDIO SET UP OUTPUT CH L/R, L/L, R/R 41
AUDIO DUB. AUDIO IN, MIC. IN 104
WIND SCREEN ON, OFF 76
MIC ATT ON, OFF 75
MIC LEVEL AUTO, MANUAL 74
AUDIO MODE 16bit, 12bit 74
CARD SET UP SI QUALITY SUPER FINE, FINE, NORMAL 109
MOVIE SIZE 352 × 288, 176 × 144 110
FILE NOS. RESET, CONTINUOUS 110
CARD COPY b \ CANCEL, EXECUTE 135
OPERATIONS
DISPLAY SET UP BRIGHTNESS 31
DISPLAYS ON, OFF <PLAYBK> 152
6SEC. DATE ON, OFF 92
DATA CODE DATE/TIME, CAMERA DATA, CAM. & D/T 92
D/TIME SEL. DATE, TIME, DATE & TIME 92
LANGUAGE ENGLISH, 53
SYSTEM WL. REMOTE A1, A2, OFF B 50
TALLY LAMP ON, OFF 53
BEEP ON, OFF 53
T.ZONE/DST Zie lijst met tijdzones 23
D/TIME SET 24
46
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Submenu Menu-item Instelopties
MY CAMERA S-UP SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SHTR SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
OPER SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SELF-T SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
47
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Menu CARD CAMERA (C. CAM. MENU)
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
Submenu Menu-item Instelopties
CAMERA SET UP D.ZOOM OFF, 36× 28
IMAGE S. i* ON, OFF 72
WHITE BAL. AUTO, SET W, INDOOR T, OUTDOOR U 88
DRIVE MODE CONT. , AEB , SINGLE 118
AF AST LAMP AUTO, OFF 59
FOCUS PRI. ON, OFF 117
ND AUTO, OFF 113
ZEBRA* ON, OFF 84
BLC* ON, OFF 84
CARD SET UP SI QUALITY SUPER FINE, FINE, NORMAL 109
SI SIZE 1632 × 1224, 1280 × 960, 640 × 480 109
MOVIE SIZE 352 × 288, 176 × 144 110
FILE NOS. RESET, CONTINUOUS 110
AUDIO SET UP WIND SCREEN ON, OFF 76
MIC ATT ON, OFF 75
H VOLUME 76
DISPLAY SET UP BRIGHTNESS 31
LCD MIRROR ON, OFF 31
TV SCREEN ON, OFF 152
D/T DISPLAY ON, OFF 25
LANGUAGE ENGLISH, 53
DEMO MODE ON, OFF 54
* Functie die aan de Custom Key kan worden toegewezen.
48
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Submenu Menu-item Instelopties
SYSTEM CUSTOM KEY OFF, IMAGE S., BLC, ZEBRA, DRIVE MODE 52
WL. REMOTE A1, A2, OFF B 50
TALLY LAMP ON, OFF 53
BEEP ON, OFF 53
T.ZONE/DST Zie lijst met tijdzones 23
D/TIME SET 24
MY CAMERA S-UP SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SHTR SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
OPER SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SELF-T SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
49
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Menu CARD PLAY (VCR) (C.PLAY MENU)
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
Submenu Menu-item Instelopties
CARD COPY [ \ b] CANCEL, EXECUTE 136
OPERATIONS
(Display van PRINT ORDERS YES, NO 130
een enkel beeld)
ALL ERASE" IMAGE ERASE CANCEL, SINGLE, ALL 128
FORMAT CANCEL, EXECUTE 137
CARD \ PROTECT 127
OPERATIONS
(Indexscherm) \ PRINT ORDER 129
VCR SET UP REC MODE SP, LP 55
DISPLAY SET UP BRIGHTNESS 31
DISPLAYS ON, OFF <PLAYBK> 152
D/TIME SEL. DATE, TIME, DATE & TIME 92
LANGUAGE ENGLISH, 53
SYSTEM WL. REMOTE A1, A2, OFF B 50
TALLY LAMP ON, OFF 53
BEEP ON, OFF 53
USB CONNECT STANDARD, STORAGE 138
T.ZONE/DST Zie lijst met tijdzones 23
D/TIME SET 24
MY CAMERA SEL. S-UP IMG NO IMAGE, CANON LOGO, MY IMAGE1, 48
MY IMAGE2
S-UP SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SHTR SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
OPER. SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
SELF-T SOUND OFF, DEFAULT, MY SOUND1, MY SOUND2 51
\ PRINT
Verschijnt wanneer een printer met de functie Direct Print wordt aangesloten.
150
Gearceerd gebied : Alleen beschikbaar in de weergavemodus voor stilbeelden.
50
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De stand van de afstandsbedienings-
sensor wijzigen
De afstandsbediening kan in twee standen worden ingesteld en kan worden
uitgeschakeld zodat de camcorder niet onbedoeld reageert op andere
afstandsbedieningen van Canon die in de directe omgeving worden gebruikt.
De afstandsbedieningssensor uitschakelen.
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [WL.
REMOTE], stel dit in op [OFF B] en sluit het menu.
B“ verschijnt.
De stand van de afstandsbedieningssensor wijzigen
1. Open het menu op de camcorder en selecteer
[SYSTEM]. Selecteer [WL. REMOTE], stel dit in op
[A 2] en sluit het menu.
De geselecteerde stand wordt gedurende 4 seconden getoond.
2. Druk op de REMOTE SET-toets van de
afstandsbediening en houd deze ingedrukt. Druk op
de ZOOM T toets voor stand 2. Houd de toets
gedurende meer dan 2 seconden ingedrukt.
Als u de camcorder heeft ingesteld op stand 2, druk dan op de
ZOOM
W toets voor stand 1.
De draadloze afstandsbediening keert terug naar stand 1 wanneer u de batterijen
vervangt. Wijzig de stand indien nodig.
Zorg ervoor dat de camcorder en de draadloze afstandsbediening op dezelfde stand
ingesteld staan. De stand van de camcorder wordt weergegeven als u op een
willekeurige toets van de afstandsbediening drukt (met uitzondering van de
REMOTE SET-toets). Stel de afstandsbedieningssensor in op dezelfde stand.Vervang
de batterijen als de afstandsbediening nog steeds niet werkt.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
WL.REMOTE
•••
• 1SYSTEM
WL.REMOTE•••• 1SYSTEM
MENU
AUDIO DUB.
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
REMOTE SET
×
2
AV  DV 
W
T
START
/STOP
PHOTO
SELF T.
TV SCREEN
12bit
AUDIO OUT
SEARCH SELECT
MIX
BALANCE
ST-1 ST-2
ZOOM
( 42)
( 42)
51
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De camcorder aan uw persoonlijke
wensen aanpassen
U kunt uw camcorder aanpassen aan uw persoonlijke wensen door een opstartbeeld
en een opstart-, sluiter-, bedienings- en zelfontspannergeluid te kiezen (gezamenlijk
de My Camera-instellingen genoemd).
Het opstartbeeld kan alleen worden geselecteerd in de stand CARD PLAY
(VCR).
U kunt uw originele beelden, of de beelden en geluiden die met de software
zijn meegeleverd (ZoomBrowser EX for Windows of ImageBrowser for
Macintosh), opslaan onder de instelopties [MY IMAGE1], [MY IMAGE2], [MY
SOUND1] en [MY SOUND1]. Zie voor bijzonderheden de instructiehandleiding
Digitale Video Software.
De My Camera-instellingen wijzigen
1. Open het menu en selecteer [MY CAMERA].
2. Kies het menu-item dat u wilt wijzigen.
Als u een opstartbeeld selecteert (alleen in de stand CARD PLAY (VCR)): [NO IMAGE],
[CANON LOGO], [MY IMAGE1] en [MY IMAGE2] verschijnen.
Als u een geluid selecteert: [OFF], [DEFAULT], [MY SOUND1] en [MY SOUND2]
verschijnen.
3. Selecteer een instellingsoptie en sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
( 42)
S–UP SOUND•••DEFAULT
SHTR SOUND•••DEFAULT
SEL.S–UP IMGCANON LOGO
OPER.SOUND•••DEFAULT
SELF–T SOUNDDEFAULT
MY CAMERA
52
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van de Custom Key
Aan de CSTM KEY kunt u de volgende functies toewijzen, afzonderlijk voor de stand
CAMERA en de stand CARD CAMERA.
Een functie toewijzen aan de CSTM KEY
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [CUSTOM KEY], selecteer
een van de opties en sluit het menu.
De naam van de geselecteerde functie verschijnt op het scherm.
Gebruik van de CSTM KEY
Wanneer de Custom Key ingesteld is op
beeldstabilisator, tegenlichtcorrectie of zebrapatroon,
druk dan op de CSTM KEY om de functie te activeren.
Druk er nogmaals op om de functie te deactiveren.
Wanneer de Custom Key ingesteld is op opnamestand,
druk dan op de CSTM KEY om heen en weer te gaan
tussen de opnamestanden.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CUSTOM KEY•••OFF
SYSTEM
( 42)
De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt:
Geen display (enkele opname) (continu-opnamen) (reeksopnamen)
Stand CAMERA Stand CARD CAMERA
Beeldstabilisator ( 72) Beeldstabilisator ( 72)
Tegenlichtcorrectie ( 84) Tegenlichtcorrectie ( 84)
Zebrapatroon ( 84) Zebrapatroon ( 84)
Opnamestand ( 118)
53
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Overige camcorderinstellingen
Pieptoon
U hoort een pieptoon bij de bediening van de camcorder zoals bij het in- en uitscha-
kelen, starten/stoppen, aftellen van de zelfontspanner, automatische uitschakeling, en
bij ongebruikelijke camcordertoestanden. De pieptoon wordt niet opgenomen.
Als u de pieptoon uitschakelt, dan worden alle camcordergeluiden uitgeschakeld, met
inbegrip van de geluiden van de My Camera-instellingen.
Om de pieptoon uit te schakelen moet u het menu openen; selecteer ver-
volgens [SYSTEM]. Selecteer dan [BEEP], zet dit op [OFF] en sluit het menu.
Uitschakelen van het statuslampje
Het statuslampje laat u weten of de camera aan het opnemen is, signalen van de
afstandsbediening ontvangt of aftelt voor de zelfontspanner. Het is echter mogelijk
dat bij opnamen van close-ups of via glas het knipperende lampje in de lens wordt
gereflecteerd. Voor u kan dit een reden zijn om het uit te schakelen.
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer vervolgens [TALLY
LAMP], zet dit op [OFF] en sluit het menu.
Het statuslampje gaat branden wanneer de camcorder een signaal van de draadloze
afstandsbediening ontvangt, of tijdens het aftellen van de zelfontspanner.
Opnemen in formaat 16:9 (Opname voor breedbeeldtelevisie)
U kunt opnamen maken in het formaat 16:9 voor weergave op een breedbeeld-tv.
Om 16:9 in te schakelen opent u het menu en selecteert u vervolgens
[CAMERA SET UP]. Selecteer [16:9], stel dit in op [ON] en sluit het menu.
"16:9" verschijnt.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
BEEP•••••••••ON
SYSTEM
16:9•••••••••OFFCAMERA SET UP
( 42)
( 42)
TALLY LAMP•••ON
SYSTEM
( 42)
54
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Het formaat 16:9 is een elektronisch verwerkt effect.
Het formaat 16:9 kan niet worden geselecteerd bij gebruik van het programma
Easy Recording.
Stilbeelden kunnen niet worden opgenomen wanneer het formaat 16:9 is
geselecteerd.
Meerbeeldenscherm en de functie Card Mix kunnen niet worden gebruikt als
het formaat 16:9 is geselecteerd.
Als u op een normale TV een 16:9 opname afspeelt, wordt het beeld verticaal
samengedrukt (gecomprimeerd).
Demonstratiefunctie
Met de demonstratiefunctie kunt u de belangrijkste kenmerken van de camcorder
bekijken. Deze functie start automatisch wanneer u de camcorder langer dan 5 minu-
ten ingeschakeld laat staan zonder een cassette of een geheugenkaart te plaatsen. U
kunt de camcorder echter zo instellen dat de demonstratiefunctie niet wordt gestart.
Open, zonder dat er een cassette of een geheugenkaart is geplaatst, het
menu en selecteer [DISPLAY SET UP]. Selecteer vervolgens [DEMO MODE],
zet dit op [OFF] en sluit het menu.
Wilt u de demonstratiefunctie stopzetten als die eenmaal begonnen is, druk dan
op een willekeurige knop, of zet de camcorder uit, of plaats een cassette of een
geheugenkaart.
De taal van het display wijzigen
De taal van de camcorderdisplays en de menu-items kunnen worden ingesteld op
Chinees.
Om de instelling te veranderen, opent u het menu en selecteer [DISPLAY
SET UP]. Selecteer [LANGUAGE], zet dit op [ ] en sluit het menu.
De displays van de camcorder verschijnen in de Chinese taal.
Als u de taal per ongeluk heeft ingesteld op Chinees, volg dan het teken
naast het menu-item om de taal weer op Engels in te stellen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
DEMO MODE••••ON
DISPLAY SET UP
( 42)
LANGUAGE•••••ENGLISHDISPLAY SET UP
( 42)
55
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De opnamemodus wijzigen (SP/LP)
U kunt kiezen tussen SP (standaardweergave) en LP (langere weergave). Met LP kan
de cassette 1,5 keer langer worden gebruikt.
Banden die zijn opgenomen in de LP-modus, kunnen niet worden
gebruikt voor audio dubben ( 104) of AV tussenvoegen ( 102).
Beeld en geluid die is opgenomen in de LP-modus, wordt mogelijk
vervormd weergegeven. Dit hangt af van de aard en het gebruik van
de band. We raden u aan voor belangrijke opnamen de SP-modus te
gebruiken.
Het verdient aanbeveling opnamen te maken in de SP-modus als u van plan
bent de beelden naar een computer over te zetten.
Als u op dezelfde band zowel in de SP- als LP-modus opnamen maakt, kan het
afspeelbeeld vervormd raken en is het mogelijk dat de tijdcodering niet correct
wordt weergegeven.
Als u op deze camcorder een band afspeelt die met een ander digitaal
apparaat in de LP-modus opgenomen is, of vice versa, kan het beeld en geluid
vervormd raken.
Om de LP-modus in te stellen, opent u het menu en selecteert u [VCR SET
UP]. Selecteer vervolgens [REC MODE], zet dit op [LP] en sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
REC MODE•••••SPVCR SET UP
( 42)
56
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Stilbeelden opnemen op een cassette
Als u uw opname begint met een stilbeeld kunt u later gemakkelijker het begin van
de opname vinden met de fotozoekfunctie ( 93).
U kunt stilbeelden ook op een geheugenkaart opnemen terwijl u tegelijkertijd een
film opneemt op een cassette ( 113).
Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer [PHOTO REC],
controleer of [TAPE }] geselecteerd is en sluit het menu.
In de opnamepauzestand
1. Druk de PHOTO-toets half in.
•F verschijnt in een groene kleur. Als dit niet in de groene kleur
wordt getoond, stel dan scherp met de scherpstelring.
De scherpstelling kan handmatig worden bijgesteld met de
scherpstelring als de PHOTO-toets half is ingedrukt.
De belichting wordt vergrendeld.
Als u de PHOTO-toets op de draadloze afstandsbediening indrukt, begint de opname
onmiddellijk.
2. Druk de PHOTO-toets volledig in.
F verdwijnt.
De camcorder neemt het stilbeeld gedurende ongeveer
6 seconden op. Tijdens deze periode worden ook geluiden
opgenomen en wordt het stilbeeld in het display getoond.
De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
PHOTO-toets
PHOTO-toets
57
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Tijdens opnemen:
1. Druk de PHOTO-toets volledig in.
De camcorder neemt het stilbeeld gedurende ongeveer
6 seconden op. Tijdens deze periode worden ook geluiden
opgenomen en wordt het stilbeeld in het display getoond.
De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand.
Wanneer u de aan/uit-schakelaar (POWER-schakelaar) op OFF zet terwijl de
camcorder een stilbeeld opneemt, wordt de camcorder pas uitgeschakeld als
de opname voltooid is.
Neem stilbeelden op bij voldoende licht (waarbij het onderwerp op het scherm
goed te onderscheiden is).
58
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van de ingebouwde flitser
U kunt de ingebouwde flitser gebruiken voor het opnemen van stilbeelden.
1. Druk op de (flitser) toets.
• De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt.
Het symbool van de ingestelde flitsmodus verschijnt op het scherm. " " verdwijnt na
4 seconden.
2. Druk de PHOTO-toets half in.
De flitser gaat automatisch omhoog.
•F verschijnt in een groene kleur.
3. Druk de PHOTO-toets volledig in.
De flitser gaat af en het op het scherm getoonde stilbeeld wordt opgenomen.
4. Klap na gebruik de flitser terug door deze naar beneden te duwen.
Duw de flitser niet terug als deze afgaat.
Gebruik de flitser niet dicht in de buurt van iemands ogen.
Gebruik de flitser niet in de richting van personen die een auto besturen.
Gebruik de flitser niet als u de flitslamp met uw hand bedekt houdt.
Het bereik van de flitser ligt ongeveer tussen 1 en 2,8 meter.
De camcorder ontsteekt een voorflits om de belichtingsgegevens van het
onderwerp te verkrijgen en stemt de hoofdflits af op een optimale intensiteit
(flitsbelichtingscompensatie).
Op heldere plaatsen komt het effect van flitsfotografie mogelijk niet tot zijn
recht.
Wil reductie van rode ogen succes hebben, dan moet het onderwerp naar de
hulplamp kijken. De mate waarin dit effect wordt beperkt hangt af van de
afstand en van het individu.
De reductie van rode ogen kan niet worden gebruikt met de functie Stitch
Assist.
De flitsmodus kan niet worden geselecteerd wanneer de belichting vergrendeld
is, of na het eerste beeld in de functie Stitch Assist.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
(automatisch) De flitser flitst automatisch al naargelang de helderheid
van het onderwerp.
(reductie van rode ogen, De flitser flitst automatisch al naargelang de helderheid
automatisch) van het onderwerp, en de hulplamp gaat branden om
het rode-ogen-effect te reduceren.
(flitser aan) De flitser flitst altijd.
(flitser uit) De flitser flitst niet. Gebruik deze instelling op plaatsen
waar u geen flitslicht mag gebruiken.
59
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De flitser gaat niet af onder de volgende omstandigheden:
-Wanneer u de belichting vergrendelt door in de stand (automatisch) of
(reductie van rode ogen, automatisch) de EXP-schijf in te drukken.
-Wanneer de sluitertijd ingesteld is op 1/2000 in het Tv-programma in de
stand CAMERA. Als (flitser aan) echter is geselecteerd, stelt de camcorder
de sluitertijd in op 1/1000 en gaat de flitser toch af.
-Wanneer er zich iets abnormaals voordoet tijdens het opladen (het flitsteken
knippert en heeft een rode kleur).
-Wanneer het meerbeeldenscherm staat geselecteerd of wanneer u een film
opneemt op cassette (er verschijnt geen flitsteken).
-Wanneer het flitsteken niet in de kleur groen wordt getoond terwijl u op de
PHOTO-toets drukt.Stel de flitsmodus in op (flitser aan) indien dit nodig is.
Wanneer de flitser wordt ontstoken terwijl er op de camcorder een accessoire
zoals een lenskap of optionele groothoekconverter is aangesloten, is het
mogelijk dat de schaduw hiervan wordt opgenomen.
Een beeld dat opgenomen is met de flitser, kan gaan flikkeren als het wordt
weergegeven op een ander apparaat.
Als u de optionele videoflitslamp VFL-1 ( 78) bevestigt en deze instelt op
ON, gaat de videoflitslamp af in plaats van de ingebouwde flitser.
AF-hulplamp
De AF-hulplamp (witte LED) verlicht het onderwerp in het midden van het scherm om
de camcorder in staat te stellen scherp te stellen op donkere plaatsen (onder dezelfde
omstandigheden als wanneer de flitser afgaat in de (automatische) modus).
1. Zet de flitser in een andere modus dan (flitser uit) ( 58).
2. Houd de PHOTO-toets half ingedrukt en draai aan de scherpstelring.
De AF-hulplamp gaat branden onder donkere lichtomstandigheden.
In de stand CARD CAMERA gaat de AF-hulplamp branden tijdens automatische
scherpstelling of handmatige scherpstelling terwijl de PHOTO-toets half ingedrukt wordt
wanneer [FOCUS-PRI.] ingesteld is op [ON]. De AF-hulplamp gaat na korte tijd uit.
Zelfs wanneer de AF-hulplamp brandt, is het mogelijk dat de camcorder niet
kan scherpstellen. In dat geval moet u handmatig scherpstellen.
De AF-hulplamp gaat kort branden. Misschien is het een goed idee de
hulplamp uit te schakelen in openbare gelegenheden zoals een restaurant of
theater.
Zet de AF-hulplamp uit op plaatsen waar flitsfotografie verboden is.
Als u de optionele videoflitslamp VFL-1 heeft aangesloten, stel deze dan in op
ON.
De hulplamp gaat niet branden in situaties waarbij de flits niet afgaat.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
60
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De hulplamp uitschakelen
Om de hulplamp uit te zetten, moet u het menu openen en selecteert u
[CAMERA SET UP]. Selecteer vervolgens [AF AST LAMP], zet dit op [OFF]
en sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
AF AST LAMP••AUTO
CAMERA SET UP
( 42)
61
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van de opnameprogramma's
De camcorder is uitgerust met verscheidene AE-programma's (AE = Automatic
Exposure - Automatische Belichting). Welke functies beschikbaar zijn, hangt af van het
gekozen programma.
Beschikbaarheid van functies in de opnameprogramma's:
A Automatische instelling h: Beschikbaar × Niet beschikbaar
Gearceerd gebied: Kan alleen worden gebruikt wanneer de TAPE/CARD-schakelaar op b is ingesteld.
*:In de stand CARD CAMERA kan alleen zwart-wit worden gebruikt. Het meerbeeldenscherm
kan niet worden gebruikt met het programma Night of Super Night.
**: Card Mix kan alleen worden gebruikt wanneer [PHOTO REC] op [TAPE b] ( 131)
ingesteld is.
[ Easy Recording
De camcorder verzorgt automatisch de scherpstelling, de belichting
en andere instellingen, waardoor u alleen maar de camcorder hoeft
te richten op het onderwerp en de opname te maken.
Auto
De camcorder zorgt automatisch voor het scherpstellen, de
belichting en andere instellingen. U kunt echter ook de instellingen
handmatig verrichten.
[
h ×
h
A h
A h
A h
A h A
A h A
× h
× h
× h*
× h
× h
× h
× h
× h
[
Beeldstabilisator
Scherpstelling
Belichting
Witbalans
Sluitertijd
Diafragma
Zebrapatroon
Tegenlichtcorrectie
Digitale effecten
16:9
Card Mix**
Custom Key
Microfoondemper
Microfoonniveau
Positie van de programmaschijf
Digitale zoom
ON
(aan)
62
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Sluitertijdvoorkeuze
Gebruik dit programma om de sluitertijd te selecteren ( 85).
Gebruik een hogere sluitertijd om sportscènes (zoals tennis of golf)
of bewegende objecten (zoals een achtbaan) op te nemen. Gebruik
een lange sluitertijd voor opnamen op slecht verlichte plaatsen, of
om een sporeneffect te creëren.
Diafragmavoorkeuze
Gebruik dit programma om het diafragma te selecteren ( 87).
Regel de scherptediepte om uw onderwerp te accentueren door de
achtergrond of voorgrond vager te maken.
Spotlight
Gebruik dit programma om scènes met spotlights op te nemen,
zoals shows, voordrachten of vuurwerk.
Sand & Snow
Gebruik dit programma op heldere plaatsen zoals een zonnig
strand of een skipiste. Hiermee voorkomt u dat het onderwerp
onderbelicht wordt.
In donkere omgevingen is het mogelijk dat het onderwerp overbelicht wordt.
Controleer het beeld op het scherm.
Dit programma wordt ingesteld op een hogere sluitertijd. Het beeld is tijdens het
afspelen mogelijk niet helemaal vloeiend.
Night
Gebruik dit programma om opnamen te maken op donkere
plaatsen. De sluitertijd wordt automatisch bijgesteld. Dit
programma komt van pas als u opnamen maakt op plaatsen waar
afwisselend weinig en veel licht is (zoals pretparken).
Bewegende onderwerpen kunnen een nabeeld met sporen achterlaten.
De beeldkwaliteit is mogelijk niet zo goed als bij andere programma's.
Op het scherm kunnen witte punten verschijnen.
Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet zo goed als bij andere programma's.
In dat geval moet u handmatig scherpstellen.
Tv 500
Av F2
.0
63
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Super Night
Gebruik dit programma om opnamen te maken op zeer donkere
plaatsen. De sluitertijd wordt automatisch bijgesteld. De hulplamp
(witte LED) gaat automatisch branden in reactie op de helderheid
van de omgeving en verlicht het onderwerp in het midden van het
scherm.
Het bereik van de hulplamp is beperkt. Controleer tijdens de opname het beeld op het
scherm.
Gebruik dit programma voor opnamen dichtbij (2m).
Bewegende onderwerpen kunnen een nabeeld met sporen achterlaten.
De beeldkwaliteit is mogelijk niet zo goed als bij andere programma's.
Op het scherm kunnen witte punten verschijnen.
Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet zo goed als bij andere programma's.
In dat geval moet u handmatig scherpstellen.
Het AE-programma selecteren
Draai de programmaschijf naar het gewenste AE-
programma.
Het symbool van het programma verschijnt in de linkerbovenhoek
van het scherm. (Auto) verdwijnt na 4 seconden.
Wijzig het programma niet als u aan het opnemen bent, omdat de helderheid
van het beeld dan abrupt kan veranderen.
Helder licht in een donkere scène kan tot gevolg hebben dat een verticale
lichtstreep verschijnt.Dit is normaal en duidt niet op een storing.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
64
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van digitale effecten
U kunt tijdens het opnemen en afspelen gebruik maken van de digitale effecten.
Faders ( 65): Begin of eindig scènes met een fade (overgang) vanaf of naar zwart.
Effecten ( 68): Geef uw opnamen iets extra's.
Meerbeeldenscherm ( 70)
Beschikbare digitale effecten per bedieningsstand:
h: Beschikbaar i: Niet beschikbaar
*1: Alleen zwart-wit.
*2: Kan niet worden gebruikt met het programma Night en Super Night.
Schakel het digitale effect uit wanneer u het niet gebruikt.
Druk op de SELECT-toets om het menu te openen. Selecteer [D.EFFECTS |]
en druk op de SELECT-toets.
De camcorder onthoudt de instelling ook wanneer u de camcorder uitschakelt
of een ander AE-programma kiest.
Het digitale effect wordt uitgeschakeld als u de programmaschijf naar [
draait.
Op een leeg blauw scherm (verschijnt in de stand PLAY (VCR)) kunnen digitale
effecten worden geselecteerd maar niet geactiveerd.
Digitale effecten die tijdens het afspelen van de band worden geactiveerd, zijn
niet van invloed op de opname.
Digitale effecten kunnen niet worden gebruikt tijdens DV dubben en
foto/datum zoeken.
De beeldkwaliteit kan bij gebruik van digitale effecten iets minder zijn.
hi h i i
hh h h*
1
i
h*
2
h*
2
hii
CAMERA
Films
Stilbeelden
Faders
Effecten
Meerbeelden-
scherm
PLAY (VCR). CARD CAMERA CARD PLAY (VCR)
65
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Faders
Fade-start (FADE-T)
Wipe-effect (WIPE)
Hoeken-wipe (CORNER)
Sprong (JUMP)
Zwaai (FLIP)
Het beeld wordt geleidelijk
zichtbaar.
Het beeld verdwijnt geleidelijk.
Het beeld begint als een verticale
lijn in het midden en
wordt naar de
zijkanten groter tot
het gehele scherm
wordt gevuld.
Het beeld wordt vanaf beide
zijden van het scherm
dichtgeschoven.
Het beeld schuift open vanaf
de hoeken totdat het
gehele scherm
is gevuld.
Het beeld wordt dichtgeschoven
vanaf de hoeken.
Vanaf de linkerzijde
verschijnt een klein
beeld, dat naar
het midden springt
en groter wordt totdat
het gehele scherm is
gevuld.
Het beeld krimpt, springt vanaf
het midden naar links en
verdwijnt.
Het beeld zwaait het scherm op.
Het beeld zwaait het scherm uit.
66
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Puzzel (PUZZLE)
Zigzag (ZIGZAG)
Straal (BEAM)
Getijde (TIDE)
Het beeld verschijnt in
16 stukjes. De stukjes
bewegen over het
scherm totdat de
puzzel is voltooid.
Het beeld wordt in 16 stukjes
verdeeld. De stukjes bewegen
over het scherm en verdwijnen.
Het beeld verschijnt in
zigzagvorm vanaf de
bovenzijde van het
scherm.
Er verschijnen zwarte strepen in
zigzagvorm vanaf de onderzijde
van het scherm totdat deze het
gehele beeld bedekken.
Het scherm wordt geel en
vormt een balk die
dunner wordt en het
beeld verschijnt.
Er verschijnt een gele balk in het
midden van het scherm die groter
wordt totdat deze het gehele
beeld bedekt.
Het beeld verschijnt van
beide zijden als
getijden.
Het beeld verdwijnt vanaf beide
zijden als getijden.
67
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Een fader selecteren
1. Draai in de stand CAMERA de programmaschijf naar
een andere stand dan [.
2. Druk op de SELECT-toets.
Op het scherm verschijnen [D.EFFECTS |], [FADER], [EFFECT] en
[MULTI-S].
3. Selecteer [FADER].
4. Selecteer de faderoptie.
5. Druk op de SELECT-toets.
De naam van de geselecteerde fader gaat knipperen.
Stand CAMERA
6. Infaden: Druk tijdens de opnamepauzestand op de
ON/OFF-toets en begin met opnemen door op de
start/stop-toets te drukken.
Uitfaden: Druk tijdens het opnemen op de ON/OFF-
toets en las een opnamepauze in door op de start/stop-toets te
drukken.
De fader kan worden geactiveerd/gedeactiveerd door op de ON/OFF-toets te drukken.
Stand PLAY (VCR):
6. Infaden: Druk in de afspeelpauzestand op de
ON/OFF-toets en begin met afspelen door op de
e/a toets te drukken.
Uitfaden: Druk tijdens het afspelen van de band op
de ON/OFF-toets en las een pauze in door op de
e/a toets te drukken.
De fader kan worden geactiveerd/gedeactiveerd door op de ON/OFF-toets te drukken.
Faders kunnen niet worden geselecteerd als Card Mix is geactiveerd.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
68
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Effecten
Artistiek (ART)
Het beeld krijgt een artistiek effect (solarisatie).
Zwart-wit (BLK & WHT)
Het beeld wordt zwart-wit.
Sepia (SEPIA)
Het beeld wordt opgebouwd uit één kleur met een bruine tint.
Mozaïek (MOSAIC)
Het beeld wordt onscherper door het vergroten van het formaat van
sommige pixels.
Bal (BALL)
Het beeld wordt getoond in de vorm van een bal.
Kubus (CUBE)
Het beeld wordt getoond in de vorm van een kubus en draait rond.
Golf (WAVE)
Beide zijden van het beeld bewegen zich als golven.
Kleurenmasker (COLOR M.)
Het beeld wordt getoond in de vorm van een ruit en omgeven door
een maskeringsframe dat de kleuren verandert.
Gespiegeld (MIRROR)
Creëert een symmetrisch beeld alsof er in het midden van het scherm
een spiegel is geplaatst.
In de stand CARD CAMERA kan alleen zwart-wit worden gebruikt.
69
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Een effect selecteren
1. Draai in de stand CAMERA de programmaschijf naar
een andere stand dan [.
2. Druk op de SELECT-toets.
[D.EFFECTS OFF], [FADER], [EFFECT] en [MULTI-S] verschijnen.
3. Selecteer [EFFECT].
4. Selecteer het effect.
5. Druk op de SELECT-toets.
De naam van het geselecteerde effect gaat knipperen.
6. Druk op de ON/OFF-toets.
De naam van het geselecteerde effect stopt met knipperen.
Het effect kan worden geactiveerd/gedeactiveerd door op de
ON/OFF-toets te drukken.
Een effect selecteren in de stand CARD CAMERA
1. Druk op de SELECT-toets.
"BLK&WHT" gaat knipperen.
2. Druk op de ON/OFF-toets.
"BLK&WHT" stopt met knipperen.
Het effect kan worden geactiveerd/gedeactiveerd door op de
ON/OFF-toets te drukken.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
70
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van het meerbeeldenscherm
Het meerbeeldenscherm legt met de stilbeeldenfunctie bewegende onderwerpen vast
in een stilbeeldenreeks van 4, 9 of 16 opnamen en geeft ze in één keer weer. Geluid
wordt normaal opgenomen. Deze functie kan worden gebruikt in de stand CAMERA
en PLAY (VCR).
U kunt zelf de overgangssnelheid instellen waarmee het onderwerp moet worden
vastgelegd. U kunt kiezen uit handmatig, snel (elke 4 beelden), gemiddeld (elke 6
beelden) of langzaam (elke 8 beelden).
Het meerbeeldenscherm selecteren
1. Draai in de stand CAMERA de programmaschijf naar
een andere stand dan [.
2. Druk op de SELECT-toets.
Op het scherm verschijnen [D.EFFECTS |], [FADER], [EFFECT] en
[MULTI-S].
3. Selecteer [MULTI-S].
[S.SPEED] en [S.SPLIT] verschijnen.
4. Selecteer [S.SPEED].
[MANUAL], [FAST], [MOD.] en [SLOW] verschijnen.
5. Selecteer de overgangssnelheid.
6. Selecteer nogmaals [MULTI-S].
[S.SPEED] en [S.SPLIT] verschijnen.
7. Selecteer [S.SPLIT].
De instellingen [4], [9] en [16] verschijnen.
8. Selecteer een beeldenreeks.
9. Druk op de SELECT-toets.
[MULTI-S] gaat knipperen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
71
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Vastleggen
10
.Druk op de ON/OFF-toets.
HANDMATIG: Telkens als u op de ON/OFF-toets drukt, worden er beelden vastgelegd.
Het blauwe kader dat de volgende reeks aanduidt, verschijnt na het laatste beeld. Om
het laatst vastgelegde beeld te annuleren moet u op de ON/OFF-toets drukken en
deze vasthouden. Om het meerbeeldenscherm te beëindigen, drukt u op de ON/OFF-
toets en laat u deze weer los.
SNEL, GEMIDDELD EN LANGZAAM: Het ingestelde aantal beelden wordt met de
ingestelde snelheid vastgelegd. Om het meerbeeldenscherm te beëindigen, drukt u op
de ON/OFF-toets.
11
.Druk op de start/stop-toets om de opname te beginnen.
Het gecombineerde beeld wordt op de cassette opgenomen.
Het meerbeeldenscherm kan worden gebruikt in de opnamestand of
opnamepauzestand.
Het meerbeeldenscherm kunt u alleen gebruiken in de volgende
afspeelstanden:
-Wanneer [S.SPEED] staat ingesteld op [MANUAL]: Afspeelpauze, langzaam
vooruit en achteruit afspelen
-Wanneer [S.SPEED] staat ingesteld op [FAST], [MOD.] of [SLOW]:
Afspeelpauze
Het meerbeeldenscherm kan niet worden geselecteerd met het programma
Easy Recording, Night en Super Night.
Het meerbeeldenscherm kan niet worden geselecteerd wanneer het formaat
16:9 of Card Mix is geactiveerd.
In de stand PLAY (VCR): Door op een cassettebedieningstoets te drukken (zoals
afspelen of pauze), of de functie foto/datum zoeken te gebruiken, wordt het
meerbeeldenscherm geannuleerd.
72
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De beeldstabilisator uitschakelen
Met de optische beeldstabilisator van Canon kunt u ook in de telefoto-stand stabiele
opnamen maken. Anders dan bij elektronische beeldstabilisators treedt er geen verlies
van beeldkwaliteit op. Tijdens normaal opnemen hoeft u de beeldstabilisator niet uit
te schakelen. De camcorder probeert echter horizontale bewegingen te compenseren.
Daarom zou u kunnen besluiten om de beeldstabilisator uit te schakelen tijdens
panoramisch filmen. De beeldstabilisator kan niet worden uitgeschakeld bij gebruik
van het programma Easy Recording.
Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer [IMAGE S. i],
stel dit in op [OFF] en sluit het menu.
i verdwijnt.
Deze functie kan worden toegewezen aan de CSTM KEY ( 52).
Het verdient aanbeveling om de beeldstabilisator uit te zetten wanneer u de
camcorder op een statief bevestigt.
De beeldstabilisator is zo ontworpen dat een normale mate van cameratrilling
wordt gecompenseerd.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
IMAGE S. •••ON
CAMERA SET UP
( 42)
73
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Opnemen met de zelfontspanner
1. Druk op de (zelfontspanner) toets.
"" verschijnt.
Bij het opnemen van films
2. Druk op de start/stop-toets.
De camcorder begint na 10 seconden aftellen op te nemen (of na
2 seconden bij gebruik van de afstandsbediening). Het aftellen
wordt op het scherm getoond.
Het statuslampje gaat knipperen.
3. Druk op de start/stop-toets om de opname te beëindigen.
• De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand.
Bij het opnemen van stilbeelden
2. Druk op de PHOTO-toets.
De camcorder begint na 10 seconden aftellen op te nemen (of na
2 seconden bij gebruik van de afstandsbediening). Het aftellen
wordt op het scherm getoond".
Het statuslampje gaat knipperen.
F verschijnt 2 seconden in een groene kleur voordat de opname
wordt gemaakt.
De camcorder neemt het stilbeeld ongeveer 6 seconden lang op en keert terug naar de
opnamepauzestand (in de stand CARD CAMERA wordt het stilbeeld weergegeven wanneer
de opname voltooid is).
Om het aftellen van de zelfontspanner te annuleren, drukt u op de
(zelfontspanner) toets. Zodra het aftellen is begonnen, kunt u ook op de start/stop-
toets (bij het opnemen van films) of de PHOTO-toets (bij het opnemen van een
stilbeeld) drukken om het aftellen van de zelfontspanner te annuleren.
Het aftellen van de zelfontspanner wordt geannuleerd wanneer u de camcorder uitzet.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
(zelfontspanner)
toets
PHOTO-toets
Start/stop-toets
START/STOP-toets
PHOTO-toets
SELF T.-toets
74
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Geluid opnemen
De audiostand wijzigen
De camcorder kan geluid in twee audiostanden opnemen—16-bit en 12-bit. De 12-bits
stand neemt geluid op 2 kanalen op (stereo 1), waarbij 2 kanalen vrij blijven (stereo 2) om
later nieuw geluid toe te voegen. Kies de 16-bits stand voor een hogere geluidskwaliteit.
Open het menu en selecteer [AUDIO SET UP]. Selecteer [AUDIO MODE],
zet dit op [16bit] en sluit het menu.
Ongeveer 4 seconden lang wordt "16bit" getoond.
Om nieuw geluid toe te voegen, zie Audio dubben ( 104).
Het opnameniveau van het geluid afstellen
U kunt handmatig het opnameniveau afstellen van het geluid van de ingebouwde
microfoon of van een externe microfoon die aangesloten is op de MIC-aansluiting of
geavanceerde accessoireschoen.
1. Zet de programmaschijf in een andere stand dan [.
2. Open het menu en selecteer [AUDIO SET UP]. Selecteer [MIC LEVEL], zet
dit op [MANUAL] en sluit het menu.
Controleer of onder de indicator een groene balk wordt weergegeven. Is dit niet het
geval, druk dan op de AUDIO LEVEL-toets om de balk op te roepen.
3. Stel het niveau af met de keuzeschijf.
Het maximale niveau mag slechts iets hoger zijn dan -12 dB.
Als de indicator voor 0 dB in een rode kleur gaat branden, klinkt het geluid mogelijk
vervormd.
4. Druk op de AUDIO LEVEL-toets om de groene balk te verbergen.
Het audioniveau kan alleen worden gewijzigd wanneer de groene balk wordt
weergegeven. Wij raden u aan de balk te verbergen om te voorkomen dat abusievelijke
wijzigingen worden aangebracht.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
AUDIO MODE•••12bit
AUDIO SET UP
( 42)
*
* Alleen wanneer [AUDIO DUB.] is ingesteld op [MIC IN].
MIC LEVEL••••AUTO
AUDIO SET UP
( 42)
Het microfoonniveau wordt teruggesteld naar [AUTO] als u de programmaschijf
naar [ draait.
Wij raden u aan een hoofdtelefoon te gebruiken als u het audioniveau afstelt.
Als u opneemt bij een hard geluid (zoals vuurwerk, drums of concerten), dan
is het mogelijk dat het geluid vervormd raakt of niet wordt opgenomen op het
feitelijke geluidsniveau.
Als geluid vervormd klinkt, schakel dan de microfoondemper in.
Geluidsniveau-indicator
In de automatische stand kunt u de geluidsniveau-indicator weergeven of verbergen door
op de AUDIO LEVEL-toets te drukken.
Wanneer [MIC LEVEL] op [MANUAL] ingesteld is, verschijnen op het scherm het symbool
“M” en een groene balk.
De groene balk toont het microfoonniveau (wordt hoger naar rechts en lager naar links).
Microfoondemper
Gebruik de microfoondemper als u tijdens het opnemen of audio dubben het volume
wilt verlagen of de audiovervorming wilt corrigeren. Controleer de audioniveaus met
de hoofdtelefoon.
Open het menu en selecteer [AUDIO SET UP]. Selecteer [MIC ATT], zet dit
op [ON] en sluit het menu.
Opnemen met een externe microfoon:
Voor het opnemen van geluid kunt u ook een
externe microfoon gebruiken. Bijna alle
stereomicrofoons met een stekkerdiameter
van 3,5 mm kunnen op de MIC-aansluiting
worden aangesloten. Gebruik een microfoon
met een ingebouwde voeding
(condensmicrofoon).
Het audioniveau verschilt van dat van de ingebouwde microfoon.
Wees voorzichtig met lange microfoons. Deze kunnen namelijk in beeld verschijnen.
Zie ook Gebruik van de microfoon DM-50 ( 80).
Gebruik geen microfoonkabel die langer is dan 3 m om elektromagnetische
interferentie te voorkomen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
75
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
M
-dB
40 12 0
Aanduiding (groene
balk)
Niveau-indicator
[MIC LEVEL] is
ingesteld op
[MANUAL].
MIC ATT••••••OFFAUDIO SET UP
( 42)
76
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Windscherm
Hiermee kunt u het geluid van de wind verminderen als u opnamen op winderige
plaatsen maakt.
Open het menu en selecteer [AUDIO SET UP]. Selecteer vervolgens [WIND
SCREEN], zet dit op [ON] en sluit het menu.
“WS O” verschijnt wanneer u het windscherm aanzet.
Bij lawaai van wind kan een zacht geluid nòg zachter worden. Wij raden u aan
om bij normale opnamen het windscherm uit te schakelen.
De windschermfunctie kan tijdens het opnemen niet worden in- of
uitgeschakeld.
De windschermfunctie kan ook worden gebruikt voor audio dubben (wanneer
in het submenu [AUDIO SET UP] de optie [AUDIO DUB.] op [MIC. IN] ingesteld
is).
De windschermfunctie kan niet worden gebruikt wanneer op de MIC-
aansluiting een externe microfoon aangesloten is of wanneer de microfoon
DM-50 op de geavanceerde accessoireschoen is bevestigd.
Een hoofdtelefoon gebruiken tijdens het opnemen
U kunt een hoofdtelefoon gebruiken om tijdens het opnemen het geluid te
beluisteren en het volume bij te stellen.
Open het menu en selecteer [AUDIO SET UP]. Selecteer [ H VOLUME], stel
het volume bij met de keuzeschijf en sluit het menu.
U kunt het volume volledig uitschakelen door de keuzeschijf omlaag te draaien totdat [OFF]
verschijnt. Draai de keuzeschijf omhoog om het volume weer te verhogen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
WIND SCREEN••OFFAUDIO SET UP
( 42)
HVOLUME•••••
AUDIO SET UP
( 42)
77
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van de videolamp VL-3 (optioneel)
Deze videolamp VL-3 wordt bevestigd aan de geavanceerde accessoireschoen
van de camcorder zodat er geen kabel nodig is. De lamp krijgt voeding via de
camcorder. Raadpleeg ook de handleiding van de videolamp VL-3.
Zet de camcorder altijd uit voordat u de videolamp bevestigt of verwijdert.
Ontvlambaar materiaal of plastic mag u tijdens of onmiddellijk na gebruik van
de camcorder nooit aanraken of in de buurt van de camcorder plaatsen; Deze
materialen worden namelijk erg heet.
Kijk niet rechtstreeks in de videolamp als deze ingeschakeld is.
Houd de camcorder niet vast aan de videolamp.
1. Verwijder het afdekplaatje van de
accessoireschoen.
2. Schuif de videolamp in de acces-
soireschoen totdat deze vastklikt.
3. Draai de bevestigingsschroef vast.
Zorg ervoor dat de videolamp stevig aan de
camcorder bevestigd is.
4. Zet de camcorder in de stand
CAMERA of CARD CAMERA.
5. Zet de aan/uit-schakelaar van de
videolamp op AUTO of ON.
•" " (aansluiting) verschijnt.
ON: De videolamp blijft continu aan.
AUTO: De videolamp gaat automatisch aan
en uit.
De ingebouwde flitser gaat niet af wanneer u de videolamp heeft bevestigd en de
aan/uit-schakelaar hiervan in een andere stand dan OFF zet.
Houd een afstand tot het onderwerp aan van 1 tot 2 meter wanneer u met de
videolamp opnamen maakt.
Bij opnamen in groothoek kunnen de hoeken van het scherm donkerder worden.
De opnametijd van een accu wordt bij gebruik van de videolamp korter. Wij raden u
aan extra accu's bij de hand te houden.
Wanneer de accu leeg is, verandert de helderheid van de videolamp. Dit is normaal
en duidt niet op een storing.
Als u de camcorder op een spiegel of andere reflecterende onderwerpen richt
wanneer de videolamp op AUTO ingesteld is, wordt deze mogelijk herhaaldelijk in-
en uitgeschakeld.
L
O
C
K
ON
OFF
AUTO
LOCK
L
O
C
K
e
r
q
w
t
78
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van de videoflitslamp VFL-1 (optioneel)
Deze videoflitslamp wordt bevestigd aan de geavanceerde accessoireschoen
van de camcorder, zodat er geen kabel nodig is. De lamp krijgt voeding via de
camcorder.
Als u de lamp gebruikt als videolamp, dan kunt u deze instellen op automatisch aan
en uit afhankelijk van de hoeveelheid licht in de omgeving. De flitser heeft een
hogere intensiteit dan de ingebouwde flitser en kan in dezelfde standen worden
gezet als van de ingebouwde flitser.
Raadpleeg ook de handleiding van de videoflitslamp VFL-1.
Zet de camcorder altijd uit voordat u de videoflitslamp bevestigt of verwijdert.
Houd de camcorder niet vast aan de videoflitslamp.
De ingebouwde flitser gaat niet af wanneer u de videoflitslamp heeft bevestigd
en de aan/uit-schakelaar hiervan in een andere stand dan OFF zet.
De videoflitslamp plaatsen
1. Verwijder het afdekplaatje van de
accessoireschoen.
2. Schuif de videoflitslamp in de
accessoireschoen totdat deze
vastklikt.
3. Draai de bevestigingsschroef vast.
Zorg ervoor dat de videoflitslamp stevig aan
de camcorder bevestigd is.
e
r
q
w
t
79
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De videoflitslamp als flitslicht gebruiken
Als u de videoflitslamp bevestigt en deze op ON instelt, gaat de videoflitslamp af
in plaats van de ingebouwde flitser. Zie Gebruik van de ingebouwde flitser ( 58)
voor instructies over het selecteren van de flitsstand.
1. Zet de camcorder in de stand CAMERA of CARD CAMERA.
2. Zet de aan/uit-schakelaar van de videoflitslamp op ON.
"" (aansluiting) verschijnt.
Gebruik de flitser niet dicht in de buurt van iemands ogen.
Gebruik de flitser niet in de richting van personen die een auto besturen.
Gebruik de flitser niet als u de flitslamp met uw hand bedekt houdt.
De flitser werkt over een afstand van ongeveer 1 tot 4 meter. Het bereik hangt
af van de opnameomstandigheden.
De camcorder ontsteekt een voorflits om de belichtingsgegevens van het
onderwerp te verkrijgen en stemt de hoofdflits af op een optimale intensiteit
(flitsbelichtingscompensatie). Wanneer (reductie van rode ogen,
automatisch) ingesteld is, gaat de voorflits af tussen de flits voor reductie van
rode ogen en de hoofdflits (de hoofdflits gaat af 1 seconde nadat de flits voor
reductie van rode ogen afgaat).
De videoflitslamp als videolamp gebruiken
1. Zet de camcorder in de stand CAMERA of CARD CAMERA.
2. Zet de aan/uit-schakelaar van de videoflitslamp op AUTO of ON.
•" " (aansluiting) verschijnt.
ON: De videolamp blijft continu aan.
AUTO: De videolamp gaat automatisch aan en uit.
Ontvlambaar materiaal of plastic mag u tijdens of onmiddellijk na gebruik van de
camcorder nooit aanraken of in de buurt van de camcorder plaatsen; Deze
materialen worden namelijk erg heet.
Kijk niet rechtstreeks in de videolamp als deze ingeschakeld is.
Houd een afstand tot het onderwerp aan van 1 tot 2 meter wanneer u met de
videolamp opnamen maakt.
Bij opnamen in groothoek kunnen de hoeken van het scherm donkerder worden.
De opnametijd van een accu wordt bij gebruik van de videolamp korter. Wij raden u
aan extra accu's bij de hand te houden.
Wanneer de accu leeg is, verandert de helderheid van de videolamp. Dit is normaal
en duidt niet op een storing.
Als u de camcorder op een spiegel of andere reflecterende onderwerpen richt
wanneer de videolamp op AUTO ingesteld is, wordt deze mogelijk herhaaldelijk in-
en uitgeschakeld.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
80
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van de optionele microfoon DM-50
De supergevoelige richtingsgevoelige stereomicrofoon DM-50 wordt bevestigd aan de
geavanceerde accessoireschoen van de camcorder, zodat er geen kabel nodig is.
De lamp krijgt voeding via de camcorder. Gebruik deze microfoon tijdens het
opnemen of voor het dubben van geluid.
Raadpleeg ook de handleiding van de microfoon DM-50.
Zet de camcorder altijd uit voordat u de microfoon bevestigt of verwijdert.
Sluit op de MIC-aansluiting geen microfoon aan wanneer de microfoon DM-50
aangesloten is.
Houd de camcorder niet vast aan de microfoon.
1. Verwijder het afdekplaatje van de
accessoireschoen.
2. Schuif de microfoon in de
accessoireschoen totdat deze
vastklikt.
3. Draai de bevestigingsschroef vast.
Zorg ervoor dat de microfoon stevig aan de
camcorder bevestigd is.
4. Zet de camcorder in de stand
CAMERA of CARD CAMERA.
"" (aansluiting) verschijnt.
5. Selecteer de gewenste instelling van
de gevoeligheidsschakelaar.
SHOTGUN: Voor het opnemen van helder
geluid vanaf de voorzijde
(mono).
STEREO 1: Voor het opnemen van geluid
vanaf de voorzijde en het
omringende gebied.
STEREO 2: Voor het opnemen van
omringend geluid in een breder
bereik dan bij STEREO 1.
r
t
e
q
w
81
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Handmatig scherpstellen
Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet goed bij de volgende
onderwerpen:
1. Zet de programmaschijf in een andere stand dan [.
2. Stel de zoom in.
Als u de zoom bedient nadat u scherp heeft gesteld, is het
mogelijk dat het onderwerp niet scherp blijft. Stel de zoom in
voordat u scherpstelt.
3. Druk op de FOCUS A/M-toets.
"MF" verschijnt.
4. Draai aan de scherpstelring om scherp te stellen.
• Draai de scherpstelring naar links of naar rechts totdat het
onderwerp scherp in beeld is.
5. Druk op de FOCUS A/M-toets om terug te keren naar
automatische scherpstelling.
De instelling keert terug naar automatische scherpstelling wanneer u de
programmaschijf op [ instelt.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
Reflecterende
oppervlakken
Onderwerpen met
weinig contrast (bijv.
een witte muur)
Snel bewegende
objecten
Via vuile of natte
ramen
82
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Oneindige scherpstelling
Gebruik deze functie als u wilt scherpstellen op verafgelegen onderwerpen zoals
bergen of vuurwerk.
Druk bij stap 3 langer dan 3 seconden op de FOCUS A/M-toets.
"MF " verschijnt. Wanneer u de zoom bedient of aan de scherpstelring draait, verdwijnt
"" en gaat de camcorder over op handmatige scherpstelling.
83
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Handmatig de belichting instellen
Belichtingsvergrendeling
U kunt de belichting vergrendelen wanneer u aan het opnemen bent in een situatie
waar de belichting plotseling kan veranderen, zodat u controle heeft over de
helderheid van het beeld.
1. Zet de programmaschijf in een andere stand dan [.
2. Druk op de EXP-schijf.
"E.LOCK ±0" verschijnt op het scherm.
Als u de zoom bedient, kan de helderheid van het beeld
veranderen.
De belichting aanpassen
Als de belichting vergrendeld is, kunt u deze handmatig instellen voor moeilijke
belichtingsomstandigheden. Het irisdiafragma van de camcorder kan in elke stand
worden ingesteld van volledig gesloten tot volledig open.
Draai aan de EXP-schijf om de helderheid van het beeld
in te stellen.
Om het beeld lichter te maken, draait u de EXP-schijf omhoog (tot
maximaal +11).
Om het beeld donkerder te maken, draait u de EXP-schijf omlaag (tot maximaal -11).
Druk op de EXP-schijf om terug te keren naar automatische belichting.
Het afstelbereik hangt af van de helderheid op het moment dat u de belichting
vergrendelde.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
84
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Gebruik van het zebrapatroon
Het zebrapatroon is een reeks diagonale strepen die op het scherm verschijnen om
overbelichte gebieden aan te duiden. Gebruik deze als maatstaf bij het instellen van
de belichting, het diafragma en de sluitertijd.
Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer [ZEBRA], zet dit
op [ON] en sluit het menu.
Het zebrapatroon wordt niet opgenomen.
Het zebrapatroon kan niet worden geselecteerd wanneer de programmaschijf
op [ ingesteld is.
Deze functie kan worden toegewezen aan de CSTM KEY ( 52).
Tegenlichtcorrectie
Wanneer het onderwerp in tegenlicht staat, kan het overbelicht worden. U kunt dit
corrigeren met de tegenlichtcorrectie-functie.
Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer [BLC], stel dit in
op [ON] en sluit het menu.
Tegenlichtcorrectie kan niet worden geselecteerd wanneer de programmaschijf
op [ ingesteld is.
Deze functie kan worden toegewezen aan de CSTM KEY ( 52).
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
BLC••••••••••OFF
CAMERA SET UP
( 42)
ZEBRA••••••••OFFCAMERA SET UP
( 42)
85
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De sluitertijd instellen ( modus)
In de (sluitertijdvoorkeuze) modus kunt u de sluitertijd zo afstellen dat u stabiele
opnamen kunt maken van snel bewegende onderwerpen of wanneer u opneemt op
slecht verlichte plaatsen.
1. Zet de programmaschijf op .
2. Selecteer met de EXP-schijf de sluitertijd.
Draai de EXP-schijf omhoog voor een langere sluitertijd en
omlaag voor een kortere sluitertijd.
Het diafragma wordt automatisch ingesteld.
Als de sluitertijd in de stand CAMERA op 1/1000 of hoger wordt ingesteld en u
overgaat op de stand CARD CAMERA, dan wordt deze automatisch gewijzigd
in 1/500
Als de sluitertijd in de stand CARD CAMERA op 1/3 of minder wordt ingesteld
en u overgaat op de stand CAMERA, dan wordt deze automatisch gewijzigd in
1/6
Als u een sluitertijd instelt die voor de opnameomstandigheden te hoog of te
laag is, gaat de indicator knipperen. Verhoog of verlaag de instelling totdat de
indicator niet langer knippert.
Bij opnamen op donkere plaatsen raden wij u aan gebruik te maken van
videoflitslamp VFL-1 of videolamp VL-3 (beide optioneel).
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
1/6
1/12
1/25
1/50
1/120
1/250
1/500
1/1000
1/2000
1/2
1/3
1/6
1/12
1/25
1/50
1/120
1/250
1/500
Stand CARD CAMERA Stand CARD CAMERA
86
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Onderwerpen voor opnamen met hoge sluitertijden:
- Buitensporten zoals golf of tennis: 1/2000
- Bewegende objecten zoals auto's of achtbanen: 1/1000,
1/500 of 1/250
- Binnensporten zoals basketbal: 1/120
- Richt de camcorder niet rechtstreeks op de zon wanneer de sluitertijd staat
ingesteld op 1/1000 of hoger.
- Het beeld kan gaan flikkeren als u opnamen maakt bij hogere sluitertijden.
Onderwerpen voor opnamen met lange sluitertijden (stand CAMERA: 1/6,
1/12, 1/25; stand CARD CAMERA: 1/2, 1/3, 1/6, 1/12, 1/25):
- Gebruik een lange sluitertijd voor opnamen op slecht verlichte plaatsen,
wanneer u de camcorder pant op een bewegend onderwerp of om een
sporeneffect te creëren.
- De beeldkwaliteit is mogelijk iets minder als u opnamen maakt met lange
sluitertijden.
- Bij opnamen met lange sluitertijden werkt de automatische scherpstelling
mogelijk niet. In dat geval moet u handmatig scherpstellen.
87
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Het diafragma instellen ( modus)
Regel met het diafragma de scherptediepte om uw onderwerp te accentueren door
de achtergrond of voorgrond vager te maken.
1. Zet de programmaschijf op .
2. Selecteer met de EXP-schijf de diafragmafunctie.
Draai de EXP-schijf omhoog om het diafragma te openen (het
F-getal te verlagen) en omlaag om het diafragma te sluiten (het
F-getal te verhogen).
Beschikbare instellingen: F1.6 (1.8 in de stand CARD CAMERA), F2.0, F2.4, F2.8, F3.4,
F4.0, F4.8, F5.6, F6.7, F8.0
De sluitertijd wordt automatisch ingesteld.
Als u een diafragma instelt dat voor de opnameomstandigheden te hoog of te
laag is, gaat de indicator knipperen. Verhoog of verlaag de instelling totdat de
indicator niet langer knippert.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
88
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De witbalans instellen
Het automatische witbalanssysteem van de camcorder zorgt ervoor dat de kleuren
natuurlijk overkomen onder verschillende lichtomstandigheden. U kunt echter
gebruik maken van de voorkeuze-instellingen om kleuren nauwkeuriger weer te
geven, of een aangepaste witbalans instellen om een optimaal resultaat te krijgen.
In het programma Easy Recording is de witbalans vooraf al ingesteld op
[AUTO]. U kunt de witbalans dan niet instellen op binnenshuis, buitenshuis of
de zeIf in te stellen witbalans.
De camcorder onthoudt de aangepaste witbalans ook als u de camcorder
uitzet. De witbalans wordt echter teruggesteld naar [AUTO] wanneer u de
stand van de TAPE/CARD-schakelaar wijzigt.
Wanneer u een aangepaste witbalans heeft ingesteld:
- Reset de witbalans als de lichtomstandigheden veranderen.
- Zet de digitale zoom uit.
Door de witbalans handmatig in te stellen, kunt u een beter resultaat
verkrijgen onder de volgende omstandigheden:
- Bij veranderende lichtomstandigheden
- Close-ups
- Onderwerpen in een enkele kleur (lucht, zee of bos)
- Bij verlichting met kwiklampen of bepaalde typen TL-verlichting
Gebruik de stand T Binnenshuis of U Buitenshuis (Indoor of Outdoor) in de
volgende situaties:
T Binnenshuis:
- Bij veranderende lichtomstandigheden
- Bij verlichting met een videolamp
- Bij verlichting met natriumlampen
U Buitenshuis:
-Voor nachtscènes of vuurwerk
- Bij zonsopkomst of zonsondergang
* Gebruik de automatische instelling voor normale scènes buitenshuis.
Zoomregelaar
Wit vel papier
Programmaschijf
Keuzeschijf
MENU-toets
89
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De stand T (Binnenshuis) of U (Buitenshuis) stelt u als volgt in:
1. Zet de programmaschijf in een andere stand dan [.
2. Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP].
3. Selecteer [WHITE BAL.].
4. Selecteer [INDOOR T] of [OUTDOOR U].
T” of “U” verschijnt.
5. Sluit het menu.
De witbalans zelf instellen:
1. Zet de programmaschijf in een andere stand dan [.
2. Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP].
3. Selecteer [WHITE BAL.].
4. Richt de camcorder op een wit object (zoals een vel papier), zoom in
totdat het object het gehele scherm vult en selecteer [SET W].
W knippert en stopt met knipperen wanneer de instelling voltooid is.
Al naargelang de lichtbron, kan W blijven knipperen. Toch zal het resultaat beter zijn
dan met de automatische instelling.
5. Sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
WHITE BAL.•••AUTO CAMERA SET UP
( 42)
90
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Het beeld vergroten
Het afspeelbeeld kan vijf keer worden vergroot.
1. Zet de zoomregelaar op T.
Het beeld wordt met een factor 2 vergroot.
Er verschijnt een kader dat de positie van het vergrote gebied
aanduidt.
•Wilt u het beeld verder vergroten, draai de zoomregelaar dan
naar T. Wilt u het beeld inkrimpen tot onder 2x vergroting, draai de zoomregelaar
dan naar W.
2. Selecteer het vergrote gebied met de P.SET-regelaar.
Wilt u de vergroting annuleren, draai de zoomregelaar dan naar
W totdat het kader verdwijnt.
Films die vanaf een geheugenkaart worden afgespeeld kunnen niet worden
vergroot.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
91
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De datacodering weergeven
Zodra de datum en tijd zijn ingesteld, houdt de camcorder een datacodering bij die
de opnamedatum en -tijd en andere cameragegevens zoals de sluitertijd en belichting
(f-stop) bevat. Bij het afspelen vanaf een geheugenkaart verschijnen alleen de datum
en de tijd.
Het display van de datacodering wordt uitgeschakeld als u de camcorder uitzet.
De datacodering wordt mogelijk niet weergegeven als u op een andere digitale
camcorder een opname afspeelt die met deze camcorder is gemaakt.
Bij sommige speciale afspeelstanden verschijnen de cameragegevens mogelijk
niet.
Wanneer de displays van het tv-scherm verborgen zijn ( 152), verschijnen de
displays nog wel op het LCD-scherm.Als u de datacodering aanzet, zullen
andere displays dan de datacodering van het LCD-scherm verdwijnen.
Beschikbare combinaties datacodering (in de stand PLAY (VCR)):
F1.6
1/250
F1.6
1/250
1.JAN.2003
12:00:00 PM
12:00 PM
1.JAN.2003
F1.6
1/250
F1.6
1/250
1.JAN.2003
F1.6
1/250
12:00:00 PM
F1.6
1/250
12:00 PM
1.JAN.2003
FOCUS A/M-toets
(datacodering)
MENU-toets
Keuzeschijf
Keuzetoetsen
MENU-toets
Datacoderings-
toets
Datum
Tijd
Datum & tijd
D/TIME SEL.
DATA CODE
(alleen cassette)
Datum/tijd
Camcordergegevens
Datum/tijd
Camcorder-
gegevens
92
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
De displaycombinatie datum/tijd selecteren
Open het menu en selecteer [DISPLAY SET UP]. Selecteer [D/TIME], zet dit
op [DATE] of [TIME] en sluit het menu.
De displaycombinatie datacodering selecteren
Open het menu en selecteer [DISPLAY SET UP]. Selecteer [DATA CODE], zet
dit op [CAMERA DATA] of [CAM. & D/T] en sluit het menu.
De datacodering weergeven
Druk op de FOCUS A/M-toets.
In de stand CARD PLAY (VCR) verschijnen alleen de datum en de tijd.
6-seconden automatische datering
De datum en de tijd verschijnen gedurende 6 seconden als u met afspelen begint, of
om aan te geven dat de datum/tijdzone is gewijzigd.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SET UP]. Selecteer [6SEC.DATE], zet
dit op [ON] en sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
D/TIME SEL.••DATE & TIMEDISPLAY SET UP
DATA CODE••••DATE/TIMEDISPLAY SET UP
6SEC.DATE••••OFFDISPLAY SET UP
( 42)
( 42)
( 42)
93
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Foto/datum zoeken
U kunt met de fotozoekfunctie naar een
stilbeeld zoeken. Daarbij maakt het niet uit
waar het op de band is opgenomen. Of u
kunt een wijziging van de datum/tijdzone
lokaliseren met de datumzoekfunctie.
1. Druk op de SEARCH SELECT-toets om de
fotozoekfunctie of de datumzoekfunctie te
selecteren.
"PHOTO SEARCH" of "DATE SEARCH" verschijnt.
2. Druk op de + of - toets om met zoeken te
beginnen.
•Druk op de + toets om vooruit te zoeken en op de - toets
om achteruit te zoeken.
•Druk meer dan een keer op de toets om verder te zoeken naar
stilbeelden of datawijzigingen (tot 10 keer).
•Druk op de + of - toets om de zoekrichting te wijzigen.
•Druk op de 3 (stop) toets om met zoeken te stoppen.
Foto zoeken: Een stilbeeld dat vlakbij het punt is opgenomen waar het zoeken
begint, wordt wellicht niet gedetecteerd.
Datum zoeken: Een opname van langer dan een minuut per datum/gebied is
vereist.
Datum zoeken: Het afspelen begint mogelijk iets vóór of iets na de
datumwijziging.
Datum zoeken werkt mogelijk niet als de datacodering niet correct wordt
weergegeven.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
W
T
START
/STOP
PHOTO
SELF T.
TV SCREEN
DATA CODE
12bit
AUDIO OUT
CARD
PLAY MODE
SEARCH SELECT
MIX
BALANCE
ST-1 ST-2
ON/OFF
D EFFECTS
ZOOM
W
T
START
/STOP
PHOTO
SELF T.
TV SCREEN
DATA CODE
12bit
AUDIO OUT
CARD
PLAY MODE
SEARCH SELECT
MIX
BALANCE
ST-1 ST-2
ON/OFF
D.EFFECTS
ZOOM
Zoekkeuzetoets
(SEARCH SELECT)
Zoektoetsen
STOP 3-toets
94
Gebruik van alle
aanwezige functies
Ne
Terugkeren naar een eerder
gemarkeerde positie
Als u later naar een bepaalde scène wilt
teruggaan, markeer dan dit punt met het
nulstelgeheugen en de band zal dan op dit
punt stoppen wanneer u de band snel terug-
of vooruitspoelt.
1. Druk de nulstelgeheugentoets (ZERO SET MEMORY)
in op het punt waar u later naar wilt terugkeren.
“0:00:00 ” verschijnt.
Om deze functie te annuleren, drukt u nogmaals op de ZERO
SET MEMORY-toets.
2. Spoel de cassette snel vooruit of achteruit nadat u klaar bent met het
opnemen.
•“RTN 1” of “` RTN” verschijnt.
De band stopt automatisch bij "0:00:00".
De bandteller verandert in de tijdcode.
De displays van de tijdcodering en de bandteller komen wellicht niet precies
overeen.
Het nulstelgeheugen werkt mogelijk niet correct wanneer er op de band lege
gedeelten aanwezig zijn.
Als u de band verwijdert, wordt het nulstelgeheugen geannuleerd en door het
tellerdisplay de tijdcodering getoond.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
REW
PLAY
FF
MENU
REC
PAUSE
ZERO SET
MEMORY
AUDIO DUB.
STOP
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
//
×
2
AV DV
ZERO SET
MEMORY-
toets
(nulstel-
geheugen)
REW ` toets
(terugspoelen)
PLAY e toets
(afspelen)
FF 1 toets
(vooruitspoelen)
STOP 3-toets
95
Videobeelden
monteren
Ne
Opnamen kopiëren naar een videorecorder
of digitaal videoapparaat
U kunt uw opnamen kopiëren vanaf uw camcorder naar een videorecorder of een
digitaal videoapparaat. Als u een digitaal videoapparaat aansluit, kunt u vrijwel
zonder verlies van beeld- en geluidskwaliteit opnamen kopiëren.
Bij aansluiting op een videorecorder:
De kwaliteit van de gekopieerde band zal iets minder zijn dan de kwaliteit van
het origineel.
Bij aansluiting op een digitaal videoapparaat:
Met de DV-kabel kunt u op de camcorder niet meer dan één apparaat
aansluiten.
Lege gedeelten worden mogelijk opgenomen als een abnormaal beeld.
Als het beeld niet verschijnt, sluit de DV-kabel dan opnieuw aan of zet de
camcorder uit en weer aan.
Er kan niet worden gegarandeerd dat alle soorten digitale videoapparaten met
een DV-aansluiting goed werken. Als uitvoering van deze functie niet mogelijk
is, gebruik dan de S-video- of AV-aansluiting.
Voorbeeld: opnemen op een videorecorder
1. Sluit de camcorder aan op de videorecorder.
Zie Afspelen op een TV-scherm ( 38).
2. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR) en plaats een opgenomen
cassette.
3. Aangesloten apparaat: plaats een lege band en schakel op het apparaat
de opnamepauzestand in.
4. Lokaliseer de scène die u wilt kopiëren en las kort vóór de scène een
afspeelpauze in.
5. Start het afspelen van de cassette.
6. Aangesloten apparaat: begin op te nemen wanneer de scène verschijnt
die u wilt kopiëren. Stop met opnemen wanneer het kopiëren voltooid
is.
7. Stop met afspelen.
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
96
Videobeelden
monteren
Een digitaal videoapparaat aansluiten
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van het digitale videoapparaat.
Ne
4-pens - 4-pens: DV-kabel CV-150F (optioneel)
4-pens - 6-pens: DV-kabel CV-250F (optioneel)
Signaal
97
Videobeelden
monteren
Ne
Opnemen vanaf analoge video-
apparaten (videorecorder, tv of camcorder)
U kunt op de cassette in de camcorder video's of tv-programma's opnemen vanaf een
videorecorder of analoge camcorder.
Abnormale signalen die worden verzonden vanaf het aangesloten apparaat,
worden mogelijk opgenomen als een abnormaal beeld (hoewel dit op het
scherm misschien niet te zien is), of worden in het geheel niet opgenomen.
U kunt geen banden kopiëren die auteursrechtsignalen bevatten.
Als u de camcorder aansluit op een TV/videorecorder met SCART-aansluiting,
gebruik dan een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel
verkrijgbaar). De meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen voor
uitgangssignalen.
1. Sluit de camcorder aan op het analoge videoapparaat.
Zie Afspelen op een TV-scherm ( 38).
2. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR) en plaats een lege cassette.
3. Aangesloten apparaat: plaats de opgenomen cassette.
4. Druk op de REC PAUSE-toets.
U kunt tijdens de opnamepauzestand en tijdens het opnemen op
het scherm het beeld controleren.
5. Aangesloten apparaat: Start het afspelen van de
cassette.
6. Druk op de e/a toets wanneer de scène verschijnt
die u wilt opnemen.
7. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten.
• Wilt u tijdens het opnemen een pauze inlassen, druk dan op
de e/ a toets.
•Wilt u het opnemen hervatten, druk dan opnieuw op de e/ a
toets.
8. Aangesloten apparaat: Stop met afspelen.
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
98
Videobeelden
monteren
Ne
Opnemen vanaf digitale
videoapparaten (DV dubben)
U kunt vrijwel zonder verlies van beeld- en geluidskwaliteit beelden opnemen vanaf
andere digitale videoapparaten die uitgerust zijn met een DV-aansluiting.
Wanneer u opneemt vanaf digitale videoapparaten, overtuig u er dan van dat op
het scherm “AV \ DV” niet wordt weergegeven. Indien “AV \ DV” wel wordt
weergegeven, verander dan de instelling ( 101).
Abnormale signalen die worden verzonden vanaf het aangesloten apparaat, worden
mogelijk opgenomen als een abnormaal beeld (hoewel dit op het scherm misschien
niet te zien is), of worden in het geheel niet opgenomen.
Auteursrechtsignalen kunnen niet worden opgenomen.
Lege gedeelten worden mogelijk opgenomen als een abnormaal beeld.
Als het beeld niet verschijnt, sluit de DV-kabel dan opnieuw aan of zet de
camcorder uit en weer aan.
U kunt alleen signalen opnemen vanaf apparaten met het logo wanneer wordt
opgenomen met het SD-systeem in de SP- of LP-modus.
Met de DV-kabel kunt u niet meer dan één apparaat aansluiten.
U kunt de camcorder gebruiken voor afspelen en opnemen zonder de DV-kabel
opnieuw aan te sluiten.
1. Sluit de camcorder aan op het digitale videoapparaat.
Zie Een digitaal videoapparaat aansluiten ( 96).
2. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR) en plaats een lege cassette.
"DV IN" verschijnt.
3. Aangesloten apparaat: Plaats de opgenomen cassette.
4. Druk op de REC PAUSE-toets.
U kunt tijdens de opnamepauzestand en tijdens het opnemen op
het scherm het beeld controleren.
5. Aangesloten apparaat: Speel de cassette af.
6. Druk op de e/a toets wanneer de scène verschijnt
die u wilt opnemen.
7. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten.
• Wilt u tijdens het opnemen een pauze inlassen, druk dan op de
e/a toets.
Wilt u het opnemen hervatten, druk dan opnieuw op de e/a toets.
8. Aangesloten apparaat: Stop met afspelen.
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
99
Videobeelden
monteren
Betreffende auteursrechten
Bescherming van auteursrechten
Sommige voorbespeelde videobanden, films en ander materiaal, en tevens sommige
televisieprogramma’s zijn auteursrechtelijk beschermd. Ongeoorloofd opnemen van
deze materialen kan inbreuk plegen op de wet ter bescherming van auteursrechten.
Auteursrechtsignalen
Tijdens weergave: Als u een band probeert af te spelen die auteursrechtsignalen bevat
ter bescherming van software, dan verschijnt gedurende enkele seconden het bericht
"COPYRIGHT PROTECTED PLAYBACK IS RESTRICTED" en laat de camcorder een leeg
blauw scherm zien. De inhoud van de cassette kan dan niet worden bekeken.
Tijdens opnemen: Als u een opname probeert te maken vanaf software waarop
auteursrechtsignalen staan ter bescherming van de software, verschijnt het bericht
“COPYRIGHT PROTECTED DUBBING RESTRICTED”. De inhoud van de software kan dan
niet worden opgenomen.
Met deze camcorder kunt u signalen voor bescherming van auteursrechten niet op
een band opnemen.
Ne
100
Videobeelden
monteren
Ne
Analoge signalen omzetten in digitale
signalen (analoog/digitaal-omzetter)
Door de camcorder aan te sluiten op een videorecorder of 8mm-videocamcorder kunt
u analoge video/audiosignalen omzetten in digitale signalen en de digitale signalen
uitvoeren via de DV-aansluiting. De DV-aansluiting functioneert alleen als een
uitgangsaansluiting.
Haal de cassette uit de camcorder.
Schakel alle apparaten uit voordat u de aansluitingen verricht.
Al naargelang het signaal dat door het aangesloten apparaat wordt verzonden,
wordt de omzetting van analoge in digitale signalen mogelijk niet goed uitgevoerd
(bijvoorbeeld in het geval van auteursrechtsignalen of abnormale signalen zoals
echosignalen).
Als u de camcorder aansluit op een TV/videorecorder met SCART-aansluiting, gebruik
dan een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar). De
meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen voor uitgangssignalen.
Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien.
De apparatuur aansluiten
In bovenstaande tekening ziet u een aansluiting met een S-videokabel. U kunt de gele
stekker van de stereovideokabel ook aansluiten op de VIDEO-aansluiting. Raadpleeg
ook de bedieningshandleiding van het aangesloten apparaat.
Signaal
S-videokabel
S-150 (meegeleverd)
Stereovideokabel
STV-250N (meegeleverd)
4-pens - 4-pens: DV-kabel CV-150F (optioneel)
4-pens - 6-pens: DV-kabel CV-250F (optioneel)
Signaal
Signaal
101
Videobeelden
monteren
De analoog/digitaalomzetter inschakelen
Druk op de AV \ DV toets van de draadloze afstandsbediening.
OF
Open het menu en selecteer [VCR SET UP]. Selecteer [AV\DV OUT], stel
dit in op [ON] en sluit het menu.
Stel voor normaal gebruik [AV \DV OUT] in op [OFF] (zodat “AV \DV” niet op
het scherm verschijnt). Als [ON] wordt gekozen, kunnen geen digitale signalen
via de DV-aansluiting van de camcorder worden ingevoerd.
Al naargelang de software en de specificaties van uw computer is het mogelijk
dat u omgezette signalen niet via de DV-aansluiting kunt overzetten.
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
Ne
AV DV OUT••••OFF
VCR SET UP
( 42)
102
Videobeelden
monteren
Ne
Bestaande scènes vervangen (AV tussenvoegen)
U kunt via de AV- of DV-aansluiting beelden/audio die op de cassette van de
camcorder zijn opgenomen vervangen door beelden/audio die met andere
videoapparatuur zijn opgenomen.
U kunt niet tussenvoegen vanuit een TV-programma wanneer de
gesynchroniseerde signalen vervormd zijn.
Camcorder:
Gebruik alleen banden die zijn opgenomen in de SP-modus.
AV tussenvoegen wordt gestopt als de camcorder op de band een leeg
gedeelte ontdekt of een gedeelte dat niet opgenomen is in de SP-modus.
Aangesloten apparaat:
Gebruik alleen banden zonder lege gedeelten.
AV tussenvoegen werkt mogelijk niet correct als de band een leeg gedeelte of
wijzigingen in de opnamemodus bevat.
AV tussenvoegen kan niet worden uitgevoerd wanneer de kwaliteit van de
opname slecht is, of tijdens speciale afspeelstanden zoals vooruitspoelen,
terugspoelen, afspeelpauze, langzaam afspelen, etc.
Afspeelband
De cassette in
de camcorder
vóór het
tussenvoegen
De cassette in
de camcorder
na het
tussenvoegen
Scène die wordt tussengevoegd
Startpunt voor tussenvoegen Eindpunt voor tussenvoegen
Tussengevoegde scène
103
Videobeelden
monteren
Voorbeeld: AV tussenvoegen vanaf een videorecorder.
1. Sluit de camcorder aan op de videorecorder.
Zie Afspelen op een TV-scherm ( 38).
2. Videorecorder: plaats een opgenomen cassette. Lokaliseer de scène die
u wilt tussenvoegen en zet de videorecorder kort vóór de scène in de
afspeelpauzestand.
3. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR) en plaats een opgenomen
cassette.
Zorg ervoor dat het wisbeveiligingsschuifje zodanig is ingesteld dat opnemen mogelijk is.
4. Lokaliseer de scène die u wilt vervangen en zet kort vóór de scène de
camcorder in de afspeelpauzestand.
U kunt op de camcorder de afspeeltoetsen gebruiken of de toetsen voor speciaal
afspelen van de draadloze afstandsbediening.
5. Druk op de draadloze afstandsbediening op de AV
INSERT-toets.
Op het scherm verschijnen “AV INSERT” en “2a”.
6. Videorecorder: Speel de cassette af.
7. Druk op de PAUSE a toets van de draadloze
afstandsbediening wanneer de scène verschijnt die u
wilt tussenvoegen.
8. Druk op de STOP 3 toets van de draadloze
afstandsbediening om te stoppen met tussenvoegen.
Druk op de PAUSE a toets van de draadloze afstandsbediening
als u tijdens het tussenvoegen wilt pauzeren.
9. Videorecorder: Stop met afspelen.
Stel het nulstelgeheugen in aan het eind van de scène die u wilt vervangen. De
camcorder zal op dat punt automatisch met AV tussenvoegen stoppen.
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
Ne
MENU
AUDIO DUB.
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
REMOTE SET
×
2
AV DV
MENU
ZERO SET
MEMORY
AUDIO DUB.
STOP
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
//
×
2
AV DV
REW
PLAY
FF
MENU
PAUSE
ZERO SET
MEMORY
AUDIO DUB.
STOP
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
//
×
2
AV DV
104
Videobeelden
monteren
Ne
Audio dubben
U kunt geluid toevoegen van geluidsbronnen (AUDIO IN) of met de ingebouwde of
externe microfoon (MIC. IN).
Gebruik alleen banden die met deze camcorder zijn opgenomen in de SP-
modus met 12-bits audiogeluid. Het dubben van audio wordt stopgezet als de
band een leeg gedeelte bevat of een gedeelte dat is opgenomen in de LP-
modus met 16-bits of 12-bits 4-kanaals geluid. Maak in een dergelijk geval met
de analoge ingangsfunctie een kopie in de SP-modus met 12-bits geluid.
Tijdens het dubben mag u op de camcorder geen kabels aansluiten of
verwijderen.
Voor audio dubben kunt u geen gebruik maken van de DV-aansluiting.
Als u geluid toevoegt aan een band die niet met deze camcorder is
opgenomen, kan de geluidskwaliteit verslechteren.
De geluidskwaliteit kan verslechteren wanneer u meer dan drie keer aan
dezelfde scène geluid toevoegt.
Een audioapparaat aansluiten
U kunt het beeld bekijken op het LCD-scherm of op een TV die via de
S-videoaansluiting aangesloten is, en met de ingebouwde luidspreker of
hoofdtelefoon het geluid controleren.
Stereovideokabel STV-250N
(meegeleverd)
Signaal
105
Videobeelden
monteren
Ne
Gebruik van een microfoon
Als u de ingebouwde microfoon gebruikt: sluit geen kabels aan op de
microfoonaansluiting of accessoireschoen.
Als u een externe microfoon gebruikt: sluit deze aan op de
microfoonaansluiting.
Als u de microfoon DM-50 gebruikt: sluit geen kabels aan op de
microfoonaansluiting.
Als u een TV aansluit via de S-videoaansluiting of AV-aansluiting, kunt u het
beeld controleren op het TV-scherm en het geluid met de aangesloten
hoofdtelefoon.
Dubben
1. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR) en plaats een opgenomen
cassette.
2. Open het menu en selecteer [AUDIO SET UP]. Selecteer [AUDIO DUB.],
zet dit op [AUDIO IN] of [MIC. IN] en sluit het menu.
3. Lokaliseer de scène waar u met het audio dubben wilt beginnen.
4. Druk op de PAUSE a toets van de draadloze afstandsbediening.
5. Druk op de AUDIO DUB-toets van de draadloze
afstandsbediening.
Op het scherm verschijnen “AUDIO DUB.” en “ a”.
Indien de optionele microfoon DM-50 aangesloten is,
verschijnt " " (aansluiting).
6. Druk op de PAUSE a toets van de draadloze
afstandsbediening om met dubben te beginnen.
Audioapparaat: begin met afspelen.
• Microfoon: spreek in de microfoon.
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
MENU
ZERO SET
MEMORY
AUDIO DUB.
STOP
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
REMOTE SET
//
×
2
AV DV
MENU
ZERO SET
MEMORY
AUDIO DUB.
STOP
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
//
×
2
AV DV
AUDIO DUB.•••AUDIO INAUDIO SET UP
( 42)
106
Videobeelden
monteren
Ne
7. Druk op de STOP 3 toets van de draadloze
afstandsbediening om met dubben te stoppen.
Audioapparaat: Stop met afspelen.
Stel het nulstelgeheugen in aan het eind van de scène waar u audio wilt dubben.
De camcorder zal op dat punt automatisch met dubben stoppen.
Toegevoegd geluid afspelen
U kunt kiezen voor afspelen via Stereo 1 (origineel geluid), Stereo 2 (toegevoegd
geluid), of beide geluiden mengen.
1. Druk op de 12bit AUDIO OUT-toets van de draadloze
afstandsbediening.
• De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt.
STEREO1: Speelt het originele geluid af.
STEREO2: Speelt het toegevoegde geluid af.
MIX/FIXED: Speelt stereo 1 en stereo 2 af op hetzelfde niveau.
MIX/VARI: Speelt stereo 1 en stereo 2 af De mengbalans kunt u afstellen.
2. Als u [MIX/VARI.] heeft geselecteerd, stel de
mengbalans dan af met de ST-1/ST-2 toetsen van de
draadloze afstandsbediening.
Er verschijnt 4 seconden lang een balk die de mengbalans
aangeeft.
•Druk op de ST-1 toets om het volume van Stereo 1 te verhogen en op de ST-2 toets
om het volume van Stereo 2 te verhogen.
De camcorder keert terug naar [STEREO1] als u de camcorder uitzet. De
mengbalans wordt door de camcorder echter onthouden.
CARD CAMERA
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
REW
PLAY
FF
MENU
PAUSE
ZERO SET
MEMORY
AUDIO DUB.
STOP
SET
AV INSERT
PAUSE
SLOW
//
×
2
AV DV
SELF T.
TV SCREEN
DATA CODE
CARD
12bit
AUDIO OUT
CARD
PLAY MODE
SEARCH SELECT
SLIDE SHOW
MIX
BALANCE
ST-1 ST-2
ON/OFF
D.EFFECTS
SELF T.
TV SCREEN
DATA CODE
CARD
12bit
AUDIO OUT
CARD
PLAY MODE
SEARCH SELECT
SLIDE SHOW
MIX
BALANCE
ST-1 ST-2
ON/OFF
D.EFFECTS
107
Videobeelden
monteren
Ne
De camera aansluiten op een computer met een DV
(IEEE1394)-kabel
U kunt beelden overzetten naar een computer die uitgerust is met een DV (IEEE1394)-
aansluiting of een IEEE1394 "capture board" (optionele software vereist).
Gebruik de optionele DV-kabel CV-150F (4-pens - 4-pens) of CV-250F (4-pens - 6-pens).
Al naargelang de software en de specificaties/instellingen van uw computer is het
mogelijk dat deze functie niet goed wordt uitgevoerd.
Te rwijl gegevens worden overgezet naar uw computer (in dat geval knippert de
kaarttoegangsindicator op de camcorder), mag u de DV-kabel niet verwijderen, het
afdekplaatje van het geheugenkaartcompartiment niet openen, de geheugenkaart
niet verwijderen, de positie van de aan/uit-schakelaar niet wijzigen en de camcorder
en computer niet uitzetten. Als u dat wel doet, kan dat leiden tot beschadiging van
de gegevens op de geheugenkaart.
Het beeldbestand op uw geheugenkaart en de beeldbestanden die zijn opgeslagen
op de harde schijf van uw computer, zijn originele en waardevolle
gegevensbestanden. Als u de beeldbestanden op uw computer wilt gebruiken, zorg
er dan voor dat u hiervan eerst kopieën maakt en het gekopieerde bestand
gebruikt, zodat u het origineel ongeschonden kunt bewaren.
Als de computer vastloopt terwijl u de camcorder heeft aangesloten, verwijder dan
de DV-kabel en sluit deze weer aan. Als het probleem aanhoudt, verwijder dan de
interfacekabel, zet de camcorder en computer uit en weer aan, en sluit ze weer aan.
Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien als de
camcorder op een computer aangesloten is.
Raadpleeg ook de instructiehandleiding van de computer.
Voor het overzetten van opnamen vanaf de cassette naar een computer is optionele
software vereist. Raadpleeg de instructiehandleiding van de software.
Wilt u weten hoe u met een USB-kabel opnamen vanaf een geheugenkaart overzet
naar de computer, zie p. 138.
Gebruikers van Windows XP kunnen gebruik maken van de DV Network Software
op de DIGITAL VIDEO SOLUTION DISK For Windows. Raadpleeg voor verdere
bijzonderheden de instructiehandleiding DV Netwerk Software.
IEEE1394 (DV)-
aansluiting
DV-kabel (optioneel)
DV-ingangs/
uitgangsaansluiting
4-pens:
6-pens:
108
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
De geheugenkaart plaatsen en verwijderen
U kunt met deze camcorder SD
Memory Cards gebruiken of in de winkel
verkrijgbare MultiMediaCards. De SD Memory
Card is uitgerust met een wisbeveiligings-
schuifje om te voorkomen dat u de gegevens
op de kaart abusievelijk wist.
Deze camcorder is alleen compatibel met SD Memory Cards of
MultiMediaCards. U kunt geen andere typen geheugenkaarten gebruiken.
Schakel de camcorder uit voordat u de geheugenkaart plaatst of verwijdert.
Doet u dit niet, dan kan schade aan gegevens hiervan het gevolg zijn.
Raak de aansluitpunten van de geheugenkaart niet aan.
Als u andere geheugenkaarten gebruikt dan de meegeleverde kaart, zorg er
dan voor dat u deze met de camcorder formatteert ( 137).
Wilt u weten hoe u de camcorder op de computer aansluit, zie De camera
aansluiten op een computer met een USB-kabel ( 138).
De kaart plaatsen
1. Zet de camcorder uit.
2. Open het afdekplaatje.
3. Plaats de geheugenkaart in zijn
geheel in de geheugenkaartsleuf.
4. Sluit het afdekplaatje.
Maak het afdekplaatje niet met kracht dicht;
let erop dat eerst de kaart goed geplaatst is.
De kaart verwijderen
Probeer de geheugenkaart niet met kracht te verwijderen; duw deze eerst naar
binnen.
1. Zet de camcorder uit.
Controleer of de kaarttoegangsindicator niet
knippert alvorens de camcorder uit te zetten.
2. Open het afdekplaatje.
3. Duw de geheugenkaart naar binnen
om deze te ontgrendelen. Verwijder
de geheugenkaart.
4. Sluit het afdekplaatje.
Aansluitingen
Kaarttoegangsindicator
109
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
De beeldkwaliteit/beeldgrootte selecteren
De stilbeeldkwaliteit wijzigen
U kunt Superfine, Fine of Normal kiezen.
Open het menu en selecteer [CARD SET UP]. Selecteer [SI QUALITY], zet dit
op [SUPER FINE] of [NORMAL] en sluit het menu.
De stilbeeldgrootte wijzigen
U kunt kiezen uit 1632 × 1224 pixels, 1280 × 960 pixels en 640 × 480 pixels.
Open het menu en selecteer [CARD SET UP]. Selecteer [SI SIZE], stel dit in
op [1280 × 960] of [640 × 480] en sluit het menu.
Stilbeelden die zijn opgenomen met 1632 × 1224 pixels of 1280 × 960 pixels, worden
mogelijk niet goed weergegeven op een camcorder die deze grootte niet ondersteunt.
Stilbeelden worden gecomprimeerd en opgenomen in het JPEG (Joint Photographic
Experts Group) formaat.
Het is mogelijk dat een verandering van de beeldkwaliteit geen merkbare verandering
tot gevolg heeft. Dit hangt af van het onderwerp en de opnameomstandigheden.
Geschatte capaciteit van een geheugenkaart van 8 MB en bestandsgrootte per beeld:
1632 x 1224 1280 × 960 640 × 480
Aantal
Bestandsgrootte
Aantal
Bestandsgrootte
Aantal
Bestandsgrootte
beelden
per beeld
beelden
per beeld
beelden
per beeld
Superfine 3 1360 KB 5 850 KB 34 175 KB
Fine 5 880 KB 9 550 KB 50 120 KB
Normal 10 480 KB 16 300 KB 84 65 KB
Deze waarden vormen een indicatie. Ze variëren al naargelang de
opnameomstandigheden en het onderwerp. Houd er rekening mee dat de
voorbeeldopnamen die op de meegeleverde SD Memory Card zijn opgenomen in
het totale aantal beelden zijn meegeteld.
Aantal resterende beelden:
knipperend in rood: geen kaart aanwezig
in groen: 6 of meer beelden
in geel: 1 tot 5 beelden
in rood: 0 beelden
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
SI QUALITY•••FINE
CARD SET UP
SI SIZE••••••
1632 × 1224
CARD SET UP
( 42)
( 42)
Beeldgrootte
Beeldkwaliteit
110
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Het is mogelijk dat de aanduiding niet afneemt nadat een opname is gemaakt.
Ook kan het voorkomen dat de aanduiding ineens met 2 tegelijk afneemt.
Alle indicators worden weergegeven in groen wanneer een geheugenkaart
wordt afgespeeld.
De filmgrootte wijzigen
U kunt kiezen uit 352 × 288 pixels en 176 × 144 pixels.
Open het menu en selecteer [CARD SET UP]. Selecteer [MOVIE SIZE], zet
dit op [160 × 120 ] en sluit het menu.
Films worden opgenomen in het MPEG-4 (Moving Picture Experts Group 4)
formaat.
Maximale opnametijd op een geheugenkaart van 8 MB:
Bestandsnummers
Aan beelden worden automatisch bestandsnummers toegewezen (stilbeelden: 0001
tot 9900, films: 001 tot 999) en opgeslagen in mappen (stilbeelden: 101 tot 998, films:
001 tot 999) met maximaal 100 beelden. (De voorbeeldopnamen op de meegeleverde
geheugenkaart zijn opgeslagen in de map [100canon].)
U kunt kiezen voor opeenvolgende bestandsnummers (CONTINUOUS) of het
bestandsnummer resetten telkens wanneer een andere geheugenkaart wordt
geplaatst (RESET). Wij raden u aan de bestandsnummering op CONTINUOUS te laten
staan.
CONTINUOUS
De camcorder onthoudt het bestandsnummer van het laatste beeld en wijst aan het
volgende beeld een opeenvolgend bestandsnummer toe, ook wanneer een nieuwe
geheugenkaart is geplaatst. (Als er op de geheugenkaart al een hoger
bestandsnummer bestaat, wordt het eerstvolgende nummer toegewezen.)
Bestandsnummers worden niet gedupliceerd. Dit komt van pas als u beelden op een
computer wilt ordenen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
MOVIE SIZE•••
352×288
CARD SET UP
( 42)
Beeldgrootte
352 × 288
176 × 144
Bestandsgrootte
per seconde
48 KB/sec.
16 KB/sec.
Max. opnametijd
(8 MB)
ongeveer 2 min.
ongeveer 6 min.
111
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Om de instelling te veranderen, opent u het menu en selecteert u [CARD
SET UP]. Selecteer [FILE NOS.], zet dit op [RESET] en sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
FILE NOS.••••CONTINUOUS
CARD SET UP
101-0101
101
101-0102
101-0104
101
101-0101
101
101-0103
CONTINUOUS RESET
Wanneer u 3 stilbeelden opneemt.
Stilbeelden:
Wanneer u de geheugenkaart vervangt
en een stilbeeld opneemt.
001-101
001
001-102
001-104
001
001-101
001
001-103
CONTINUOUS
RESET
Wanneer u 3 films opneemt.
Films:
Wanneer u de geheugenkaart
vervangt en een film opneemt.
( 42)
RESET
Het bestandsnummer wordt elke keer gereset wanneer een nieuwe geheugenkaart
wordt geplaatst (beginnend met 101-0101 bij stilbeelden en met 001-101 bij films).
Als de geheugenkaart al beeldbestanden bevat, wordt het eerstvolgende
bestandsnummer toegewezen.
112
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Stilbeelden opnemen op een geheugenkaart
U kunt stilbeelden opnemen met de
camcorder, vanaf een cassette in de camcorder
( 114) of vanaf apparaten die aangesloten
zijn via de DV-aansluiting of AV-aansluiting
( 115).
Wanneer de kaarttoegangsindicator knippert, mag de stroombron niet worden
uitgeschakeld, het afdekplaatje van het geheugenkaartcompartiment niet
worden geopend en de geheugenkaart niet worden verwijderd.Als u dat wel
doet, kan dat beschadiging van gegevens tot gevolg hebben.
Wanneer u een SD Memory Card gebruikt, moet het wisbeveiligingsschuifje zo
staan dat opnemen mogelijk is.
Zorg ervoor dat u een geheugenkaart plaatst met voldoende resterende
capaciteit.
Om op energie te besparen, wordt de camcorder uitgeschakeld wanneer u
5 minuten lang geen bedieningshandelingen verricht." AUTO POWER OFF"
verschijnt 20 seconden voordat de camera zichzelf uitschakelt.Om het
opnemen daarna weer te hervatten, zet u de aan/uit-schakelaar in de stand
OFF en vervolgens in de stand CAMERA.
Wij raden u aan de stilbeelden en films op de geheugenkaart regelmatig over
te zetten naar uw computer.
Opnemen met de camcorder
1. Zet de camcorder in de stand CARD CAMERA.
Er verschijnt een wit scherpstelkader in het midden van het scherm. De camcorder stelt
scherp op het midden van het scherm. Als u het scherpstelpunt wilt wijzigen, zie dan
Het scherpstelpunt selecteren ( 116).
2. Druk de PHOTO-toets half in.
F en het scherpstelkader worden groen wanneer scherp wordt
gesteld. Er klinkt twee keer een pieptoon. Het beeld kan even
onscherp lijken terwijl de camcorder bezig is met scherpstellen.
De scherpstelling kan handmatig worden bijgesteld met de
scherpstelring als de PHOTO-toets half is ingedrukt.
De belichting wordt vergrendeld.
Als u de PHOTO-toets van de draadloze afstandsbediening indrukt, begint de opname
onmiddellijk.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
Kaarttoegangs-
indicator
PHOTO-toets
113
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
3. Druk de PHOTO-toets volledig in.
F en het scherpstelkader verdwijnen en u hoort een
sluitergeluid.
De kaarttoegangsindicator knippert en het kaarttoegangs-
display verschijnt.
Het op het scherm getoonde stilbeeld wordt opgenomen op de geheugenkaart.
Om de zelfontspanner te gebruiken ( 73), drukt u vóór stap 2 op de
(zelfontspanner) toets en drukt u de PHOTO-toets volledig in.
Wanneer het onderwerp te helder (overbelicht) is, wordt automatisch het ND-
filter ingeschakeld (op het scherm verschijnt "ND"). Als het onderwerp dan
nog steeds te helder blijft, begint “OVEREXP” te knipperen. In een dergelijk
geval moet u een optioneel ND-filter gebruiken. Als u het ND-filter wilt
uitschakelen: Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP].Selecteer [ND],
zet dit op [OFF] en sluit het menu.
”OVEREXP” verschijnt niet wanneer u de belichting met de EXP-schijf
vergrendelt.
Wanneer de scherpstelprioriteit op [ON] ingesteld is:
Als het onderwerp niet geschikt is voor automatische scherpstelling, dan wordt
het scherpstelkader geel en wordt de scherpstelling vergrendeld. De
bevestigingspieptoon piept eenmaal. Stel handmatig scherp met de
scherpstelring.
Wanneer de scherpstelprioriteit op [OFF] ingesteld is:
Er verschijnt geen scherpstelkader.
Bij stap 2 verandert F in een groene kleur, en worden de scherpstelling en
belichting vergrendeld.
Stilbeelden op een geheugenkaart opnemen terwijl u films
op een cassette opneemt
Terwijl u op de cassette een film opneemt, kunt u op een geheugenkaart stilbeelden
opnemen door op de PHOTO-toets te drukken.
De grootte van het stilbeeld is 640 × 480.
U kunt het volledige zoombereik gebruiken (10× optische zoom en 40×/200×
digitale zoom).
De kwaliteit van het stilbeeld is iets minder dan de kwaliteit van een stilbeeld
dat opgenomen wordt in de stand CARD CAMERA.
Card Mix en het formaat 16:9 kunnen niet worden gebruikt wanneer [PHOTO
REC] op [CARD ] ingesteld is.
Het stilbeeld kan niet op een geheugenkaart worden opgenomen wanneer een
fader, effect of het meerbeeldenscherm is geactiveerd.
De pieptoon klinkt niet wanneer u tijdens het opnemen van een film op de
cassette de PHOTO-toets indrukt.
114
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
1. Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer [PHOTO REC],
zet dit op [CARD ] en sluit het menu.
2. Druk op de PHOTO-toets terwijl u een film opneemt.
Het op het scherm getoonde stilbeeld wordt opgenomen op de geheugenkaart.
Opnemen vanaf een cassette in de camcorder
U kunt vanaf een cassette in de camcorder beelden als stilbeelden opnemen op de
geheugenkaart.
1. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR).
2. Start het afspelen van de cassette.
3. Druk de PHOTO-toets half in wanneer de scène verschijnt die u wilt
opnemen.
De camcorder komt in de afspeelpauzestand. De resterende beeldcapaciteit en andere
gegevens verschijnen.
Als u de PHOTO-toets van de draadloze afstandsbediening indrukt, begint de opname
onmiddellijk.
4. Druk de PHOTO-toets volledig in.
De kaarttoegangsindicator knippert.
Het op het scherm getoonde stilbeeld wordt opgenomen op de geheugenkaart.
•U kunt ook een stilbeeld opnemen door de PHOTO-toets volledig in te drukken
wanneer de cassette in de afspeelpauzestand staat.
Een stilbeeld dat opgenomen wordt vanaf een beeld in het formaat 16:9 wordt
verticaal samengedrukt.
De datacodering van het stilbeeld weerspiegelt de datum en tijd waarop het
stilbeeld op de geheugenkaart werd opgenomen.
In de stand PLAY (VCR) klinkt geen sluitergeluid.
De grootte van het stilbeeld is 640 × 480.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
PHOTO REC••••TAPE
b
CAMERA SET UP
( 42)
115
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Opnemen vanaf andere videoapparaten
U kunt op een geheugenkaart beelden als stilbeelden opnemen vanaf apparaten die
aangesloten zijn via de S-videoaansluiting of AV-aansluiting (analoge ingangsfunctie),
of via de DV-aansluiting.
Wanneer u wilt opnemen via de AV-aansluiting, zorg er dan voor dat op het
scherm “AV\DV” wordt weergegeven. Wanneer u wilt opnemen via de DV-
aansluiting, zorg er dan voor dat “AV\DV” niet weergegeven wordt. Wijzig,
indien nodig, de instelling ( 101).
1. Sluit de camcorder aan op het videoapparaat.
S-video/AV-aansluiting: Zie Afspelen op een TV-scherm ( 38).
•DV-aansluiting: Zie Een digitaal videoapparaat aansluiten ( 96).
2. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR).
Als er een cassette is geplaatst, zorg er dan voor dat de band stopgezet wordt.
3. Aangesloten apparaat: plaats een opgenomen band en speel de band
af.
4. Druk de PHOTO-toets half in wanneer de scène verschijnt die u wilt
opnemen.
Het stilbeeld, de resterende beeldcapaciteit en andere gegevens verschijnen.
Als u de PHOTO-toets van de draadloze afstandsbediening indrukt, begint de opname
onmiddellijk.
5. Druk de PHOTO-toets volledig in.
De kaarttoegangsindicator knippert.
Het op het scherm getoonde stilbeeld wordt opgenomen op de geheugenkaart.
Een stilbeeld dat opgenomen wordt vanaf een beeld in het formaat 16:9 wordt
verticaal samengedrukt.
De datacodering van het stilbeeld weerspiegelt de datum en tijd waarop het
stilbeeld op de geheugenkaart werd opgenomen.
In de stand PLAY (VCR) klinkt geen sluitergeluid.
De grootte van het stilbeeld is 640 × 480.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
116
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Het scherpstelpunt selecteren
Het onderwerp dat u wilt opnemen, bevindt zich niet altijd in het midden van het
scherm. Bij scherpstelprioriteit kunt u kiezen uit drie scherpstelpunten om het
onderwerp automatisch scherp te stellen.
Wanneer de programmaschijf op [ ingesteld is, wordt de scherpstelprioriteit op ON
ingesteld (alleen het middelste scherpstelpunt is beschikbaar).
Het scherpstelkader geeft een indicatie voor het scherpstelpunt. Afhankelijk van
de grootte van het onderwerp of de afstand, stelt de camcorder mogelijk scherp
buiten het kader.
1. Zet de camcorder in de stand CARD CAMERA.
Er verschijnt een wit scherpstelkader in het midden van het
scherm.
2. Zet de programmaschijf in een andere stand dan [.
3. Draai zodanig aan de keuzeschijf dat alle
scherpstelkaders worden weergegeven.
Er verschijnen drie scherpstelkaders op het scherm, waarvan er
één groen is.
4. Draai aan de keuzeschijf om het scherpstelpunt te
selecteren.
Draai de keuzeschijf omhoog om het kader aan de rechterzijde te
selecteren, en omlaag om het kader aan de linkerzijde te
selecteren.
5. Druk de PHOTO-toets half in.
F en het scherpstelkader worden groen wanneer scherp wordt
gesteld. Er klinkt twee keer een pieptoon. Het beeld kan even
onscherp lijken terwijl de camcorder bezig is met scherpstellen.
De scherpstelling kan handmatig worden bijgesteld met de
scherpstelring als de PHOTO-toets half is ingedrukt.
De belichting wordt vergrendeld.
Als u de PHOTO-toets van de draadloze afstandsbediening indrukt, begint de opname
onmiddellijk.
6. Druk de PHOTO-toets volledig in.
F en het scherpstelkader verdwijnen en u hoort een
sluitergeluid.
De kaarttoegangsindicator knippert en het
kaarttoegangsdisplay verschijnt.
Het op het scherm getoonde stilbeeld wordt opgenomen op de geheugenkaart.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
FINE
50
FINE
50
FINE
50
Als u de zoomregelaar bedient, de EXP-schijf indrukt of de PHOTO-toets niet
binnen 4 seconden indrukt, verdwijnen met uitzondering van het geselecteerde
kader de andere kaders.
Wanneer u de PHOTO-toets volledig indrukt voordat F en het scherpstelkader
groen worden, veranderen F en het scherpstelkader in een gele kleur. Het kan
4 seconden duren voordat scherp is gesteld en het stilbeeld op de
geheugenkaart kan worden opgenomen.
Het scherpstelpunt kan alleen worden geselecteerd wanneer in de stand CARD
CAMERA de scherpstelprioriteit op [ON] ingesteld is.
Het scherpstelpunt keert terug naar het midden als u de camcorder uitzet, de
stand CARD CAMERA in een andere stand wijzigt of de programmaschijf op [
zet.
Het scherpstelpunt kan niet worden geselecteerd in de volgende gevallen:
- Bij handmatige scherpstelling.
- Bij gebruik van digitale zoom. Als u inzoomt binnen het bereik van de digitale
zoom, dan knippert het scherpstelkader gedurende 4 seconden en verdwijnt
het vervolgens. Als u weer in het bereik van de optische zoom komt, dan
verschijnt het scherpstelkader weer.
-Wanneer een sluitertijd van 1/2 of 1/4 is geselecteerd in het Tv-programma.
- Bij gebruik van de functie Stitch Assist.
De scherpstellingsprioriteit uitschakelen
Zet scherpstelprioriteit uit als u aan timing prioriteit wilt geven boven scherpstelling.
Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer vervolgens
[FOCUS PRI.], zet dit op [OFF] en sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
117
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
FOCUS PRI.•••ON
CAMERA SET UP
( 42)
118
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
De opnamestand selecteren
U kunt kiezen uit drie opnamestanden.
Continu-opnamen
U kunt een serie stilbeelden snel achter elkaar opnemen met de functie continu-
opnamen (continuous).
1. Zet de camcorder in de stand CARD CAMERA.
2. Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer [DRIVE
MODE], zet dit op [CONT. ] en sluit het menu.
Op het beeld verschijnt “ ”.
3. U hoeft alleen maar de PHOTO-toets in te drukken en vast te houden
om stilbeelden vast te leggen.
Er wordt een serie stilbeelden opgenomen.
4. Laat de fototoets los om de opnamen te beëindigen.
Maximaal aantal continu-opnamen per keer:
* Deze cijfers zijn bij benadering gegeven en variëren al naargelang de
opnameomstandigheden en onderwerpen.
Er is voldoende ruimte op de geheugenkaart vereist. Continu-opnamen stopt
wanneer de kaart vol is.
Deze functie kan worden toegewezen aan de CSTM KEY ( 52).
Het bereik van de flitser neemt af bij gebruik van de functie continu-opnamen.
Wij raden u aan dicht bij het onderwerp op te nemen als u de flitser gebruikt.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
DRIVE MODE•••SINGLE
CAMERA SET UP
( 42)
Continu (continuous) Legt een snelle serie stilbeelden vast terwijl u de PHOTO-toets
indrukt.
Reeksopnamen (AEB - Legt een stilbeeld vast met drie verschillende belichtingen. U
Auto Exposure Bracketing) hoeft hiervoor de PHOTO-toets slechts eenmaal in te drukken.
Enkel beeld (single) Neemt een enkel stilbeeld op wanneer u de PHOTO-toets
indrukt.
Stilbeeldformaat
1632 × 1224
1280 × 960
640 × 480
Ingebouwde flitser
Flits uit/aan
Flits uit
Flits aan
Flits uit
Flits aan
Aantal beeldjes
per seconde
2 beeldjes
3 beeldjes
2 beeldjes
3 beeldjes
2 beeldjes
Maximaal aantal
continu-opnamen
10 beelden
10 beelden
10 beelden
30 beelden
30 beelden
119
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Reeksopnamen
Met reeksopnamen (AEB) neemt de camcorder een stilbeeld op met drie verschillende
belichtingen (donker, normaal, licht in 1/2 EV-stappen), zodat u de opname met de beste
belichting kunt kiezen.
1. Zet de camcorder in de stand CARD CAMERA.
2. Open het menu en selecteer [CAMERA SET UP]. Selecteer [DRIVE MODE],
zet dit op [ AEB] en sluit het menu.
Op het scherm verschijnt “ ”.
3. Druk op de PHOTO-toets.
Er worden drie stilbeelden met een verschillende belichting op de geheugenkaart
opgenomen.
Deze functie kan worden toegewezen aan de CSTM KEY ( 52).
Tijdens reeksopnamen kan de flitser niet worden gebruikt.
Zorg ervoor dat er op de geheugenkaart voldoende geheugen aanwezig is.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
DRIVE MODE•••SINGLE
CAMERA SET UP
( 42)
120
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Panoramische beelden opnemen (functie Stitch Assist)
U kunt op een computer met de meegeleverde software (PhotoStitch) een reeks
elkaar overlappende opnamen maken en deze samenvoegen tot één grote
panoramische scène.
Bij opnamen in de functie Stitch Assist:
PhotoStitch detecteert de overlappende gedeelten van aangrenzende beelden en
hecht ze aan elkaar. Probeer tijdens het opnemen in de overlappende gedeelten een
opvallend onderwerp mee te nemen (oriëntatiepunt, etc.).
1. Zet de camcorder in de stand CARD CAMERA.
2. Druk op de toets.
3. Selecteer de richting met de CARD +/ toetsen.
CARD + toets: met de klok mee. CARD - toets: tegen de klok in.
4. Stel het AE-programma in en zoom in op het
onderwerp.
Stel, indien nodig, handmatig scherp en stel de AE-verschuiving in. Zodra de reeks is ge-
start, kunt u het AE-programma, de belichting, zoom of scherpstelling niet meer wijzigen.
5. Druk op de PHOTO-toets om het eerste beeld op te
nemen.
De richting en het aantal van de opgenomen beelden
verschijnen.
6. Neem het tweede beeld zodanig op dat dit een
gedeelte van het eerste beeld overlapt.
Kleine afwijkingen in het overlappende gebied kunnen met de software worden
gecorrigeerd.
•U kunt een opname opnieuw maken door de CARD - toets in te drukken om terug te
keren naar het vorige beeld.
Er kunnen maximaal 26 beelden worden opgenomen.
7. Druk op de toets na het laatste beeld.
Voor bijzonderheden over hoe u deze beelden kunt
samenvoegen, dient u de instructiehandleiding DV Netwerk
Software te raadplegen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
121
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Stel elk beeld zo samen dat het 30 tot 50% van het aangrenzende beeld
overlapt. Probeer de verticale lijnafwijking binnen 10% te houden.
Neem in het overlappende gedeelte geen bewegend onderwerp op.
Probeer geen beelden samen te voegen die zowel nabije als verafgelegen
onderwerpen bevatten. Objecten kunnen er dan gekromd of dubbelgevouwen
uitzien.
Continu-opnamen kan niet worden gebruikt bij gebruik van de functie Stitch
Assist.
122
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Op MPEG-4 films opnemen op een
geheugenkaart
U kunt MPEG-4 films opnemen met de camcorder of vanaf een band in de camcorder
( 123).
Wanneer de kaarttoegangsindicator knippert, mag de stroombron niet worden
uitgeschakeld, het afdekplaatje van het geheugenkaartcompartiment niet
worden geopend en de geheugenkaart niet worden verwijderd.Als u dat wel
doet, kan dat beschadiging van gegevens tot gevolg hebben.
Wanneer u een SD Memory Card gebruikt, moet het wisbeveiligingsschuifje zo
staan dat opnemen mogelijk is.
Tijdens het opnemen mag u geen cassette plaatsen of verwijderen.
Zorg ervoor dat u een geheugenkaart plaatst met voldoende resterende
capaciteit.
Wij raden u aan de stilbeelden en films op de geheugenkaart regelmatig over
te zetten naar uw computer.
Wij bevelen een bestandsgrootte aan van 1 MB (352 × 288: ongeveer 20 sec.,
176 × 144: ongeveer 60 sec.) als u van plan bent de MPEG-4 film mee te
sturen met een e-mailbericht.
Het geluid van een film die opgenomen is op een geheugenkaart, is in mono.
U kunt het scherpstelpunt selecteren als u met de camcorder een film opneemt
op de geheugenkaart.
Opnemen met de camcorder
1. Zet de camcorder in de stand CARD CAMERA.
2. Druk op de start/stop-toets om te beginnen met
opnemen.
U kunt doorgaan met opnemen totdat “CARD FULL” verschijnt.
3. Druk op de start/stop-toets om te stoppen met opnemen.
Om de zelfontspanner ( 73) te gebruiken, drukt u vóór stap 2 op de
(zelfontspanner) toets en drukt u op de start/stop-toets.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
123
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Opnemen vanaf een cassette in de camcorder
U kunt opnemen vanaf een cassette in de camcorder naar een geheugenkaart.
1. Zet de camcorder in de stand PLAY (VCR).
2. Start het afspelen van de cassette.
3. Druk op de start/stop-toets wanneer de scène verschijnt die u wilt
opnemen.
U kunt doorgaan met opnemen totdat “CARD FULL” verschijnt.
4. Druk op de start/stop-toets om de opname te beëindigen.
Een film die opgenomen wordt vanaf een beeld in het formaat 16:9 wordt
verticaal samengedrukt.
De datacodering van de film weerspiegelt de datum en tijd waarop de film op
de geheugenkaart werd opgenomen.
De opname stopt bij lege gedeelten of opnamen in een andere audiostand
(12bit/16bit).
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
124
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Een geheugenkaart weergeven
U kunt beelden van de geheugenkaart weergeven op het LCD-scherm, de zoeker, of
een aangesloten TV-scherm (zie Afspelen op een TV-scherm 38).
U kunt een enkel beeld weergeven, 6 per keer (indexscherm 125), of het ene beeld
na het andere (diashow 126). Gebruik de kaartverspringfunctie (Card Jump) om
snel een beeld te lokaliseren zonder de beelden een voor een weer te geven ( 126).
Beelden die niet met deze camcorder zijn opgenomen, of vanaf een computer
zijn geupload (behalve de voorbeeldopnamen 141), of op een computer
zijn bewerkt en beelden waarvan de bestandsnamen zijn gewijzigd, worden
mogelijk niet correct weergegeven.
Wanneer de kaarttoegangsindicator knippert, mag de stroombron niet worden
uitgeschakeld, het afdekplaatje van het geheugenkaartcompartiment niet
worden geopend en de geheugenkaart niet worden verwijderd.Als u dat wel
doet, kan dat beschadiging van gegevens tot gevolg hebben.
Zorg ervoor dat er een geheugenkaart wordt geplaatst die beelden bevat.
Alleen de datum en tijd worden weergegeven wanneer de FOCUS A/M-toets
(datacodering) wordt ingedrukt.
Tijdens weergave kunt u stilbeelden tot 5x vergroten ( 90).
Stilbeelden weergeven (weergavemodus voor stilbeelden)
Stilbeelden worden weergegeven in de weergavemodus voor stilbeelden.
1. Zet de camcorder in de stand CARD PLAY (VCR).
De camcorder geeft de weergavemodus voor stilbeelden weer.
Het laatst opgenomen beeld verschijnt.
2. Druk op de CARD +/ toetsen om van het ene beeld
naar het andere te gaan.
Druk op de CARD + toets om het volgende beeld en op de
CARD - toets om het vorige beeld weer te geven.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
125
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
MPEG-4 films afspelen (afspeelmodus voor films)
Films worden afgespeeld in de afspeelmodus voor films.
1. Zet de camcorder in de stand CARD PLAY (VCR).
2. Druk op de CARD STILL/MOVIE-toets.
De camcorder geeft de afspeelmodus voor films weer.
De laatst opgenomen film verschijnt met de eerste scène als
stilbeeld.
Door op de CARD STILL/MOVIE-toets te drukken, komt u terug bij de weergavemodus
voor stilbeelden.
3. Druk op de CARD + toets om de volgende film en op
de CARD – toets om de vorige film af te spelen.
4. Druk op de e/a toets om de film af te spelen.
De eerste scène verschijnt als een stilbeeld nadat de film
afgespeeld is.
Door op de e/a toets te drukken terwijl de film wordt
afgespeeld, kunt u een pauze inlassen. Druk op de e/a toets om het afspelen te
hervatten.
Door op de 3 toets te drukken, wordt de eerste scène van de film weergegeven.
Druk op de CARD + toets voor versneld vooruit afspelen en op de CARD – toets
voor versneld achteruit afspelen.
Films die met een andere Canon-camcorder in het Motion JPEG formaat zijn
opgenomen, worden weergegeven in de weergavemodus voor stilbeelden
(aangegeven door e/a). De 3 toets kan tijdens het afspelen van Motion JPEG films
niet worden gebruikt.
Films die niet met deze camcorder zijn opgenomen, worden mogelijk niet correct
afgespeeld.
Indexscherm
In de afspeelmodus voor films kan het indexscherm worden weergegeven
wanneer rechtsonder in het filmscherm wordt getoond.
1. Zet de zoomregelaar in de stand W.
Er verschijnen maximaal 6 beelden.
Voor films drukt u op de CARD STILL/MOVIE-toets.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERAPLAY (VCR)CAMERA
126
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
2. Druk op de CARD +/ toets om de beeldselectie te
wijzigen.
3. Verplaats de aanduiding naar het beeld dat u
wilt bekijken.
Draai de keuzeschijf naar boven om naar het volgende beeld te
gaan en naar beneden om naar het vorige beeld te gaan.
Als u de keuzeschijf bij het laatste beeld naar boven draait,
komt u in het volgende indexscherm. Als u de keuzeschijf bij het eerste beeld naar
beneden draait, komt u in het vorige indexscherm.
4. Zet de zoomregelaar op T.
Het indexscherm wordt geannuleerd.
Diashow
1. Druk op de SLIDE SHOW-toets.
Beelden worden na elkaar weergegeven.
2. Om de diashow te stoppen, drukt u nogmaals op de SLIDE SHOW-toets.
Kaartverspringfunctie (Card Jump)
U kunt stilbeelden/films lokaliseren zonder deze een voor een weer te geven. Het
nummer in de rechterbovenhoek van het scherm geeft bij het totale aantal beelden
het beeldnummer van het huidige beeld aan.
In de afspeelmodus voor films kan de kaartverspringfunctie worden geactiveerd
wanneer rechtsonder in het filmscherm wordt getoond.
Druk op de CARD + of CARD – toets en houd deze toets
ingedrukt.
•Druk op de CARD + toets om voorwaarts te verspringen en op de
CARD toets om achterwaarts te verspringen.
Als u de toets loslaat, verschijnt het stilbeeld of de film van het
weergegeven beeldnummer.
Voor films drukt u op de CARD STILL/MOVIE-toets.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
Voor films drukt u op de CARD STILL/MOVIE-toets.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
127
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Beelden beveiligen
U kunt voorkomen dat tijdens weergave van één enkel beeld of een indexscherm
belangrijke beelden abusievelijk worden gewist.
Bij het formatteren van een geheugenkaart zullen echter alle beelden en films,
inclusief de beveiligde, permanent worden gewist.
De voorbeeldopnamen op de meegeleverde SD Memory Card zijn al beveiligd.
In de afspeelmodus voor films kunnen films worden beveiligd wanneer
rechtsonder in het beeld van de film wordt getoond.
Zorg ervoor dat er een geheugenkaart wordt geplaatst die beelden bevat.
1. Kies het beeld dat u wilt beveiligen.
2. Druk op de keuzeschijf om het menu FILE OPERATION te openen.
3. Selecteer [PROTECT ].
•" " verschijnt en nu kan het beeld niet meer worden gewist.
Om de beveiliging op te heffen, drukt u op de keuzeschijf.
4. Selecteer [b RETURN] om het menu te sluiten.
Beveiliging tijdens weergave van een indexscherm
1. Zet de zoomregelaar in de stand W.
Er verschijnen maximaal 6 beelden.
2. Open het menu en selecteer [CARD OPERATIONS].
3. Selecteer [\ PROTECT ].
4. Selecteer het beeld dat u wilt beveiligen en druk op de keuzeschijf.
Op het beeld verschijnt " ".
Herhaal deze stap om meer beelden te beveiligen.
Om de beveiliging op te heffen, drukt u op de keuzeschijf.
5. Druk op de MENU-toets.
Om de beveiliging op te heffen, drukt u bij stap 4 op de keuzeschijf. " "
verdwijnt en het beeld kan nu worden gewist.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERAPLAY (VCR)CAMERA
PROTECT
CARD OPERATIONS
( 42)
128
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Beelden wissen
U kunt beelden één voor één of allemaal tegelijk wissen.
Wees voorzichtig als u beelden wilt wissen. Gewiste beelden bent u voor altijd
kwijt.
Beveiligde beelden kunnen niet worden gewist.
Wanneer u aangeeft dat u alle beelden wilt wissen, dan worden alleen de
beelden in de betreffende weergave/afspeelmodus (stilbeeld of film) gewist.
In de afspeelmodus voor films kunnen films worden gewist wanneer
rechtsonder in het beeld van de film wordt getoond.
Zorg ervoor dat een geheugenkaart wordt geplaatst die beelden bevat.
Eén enkel beeld wissen
1. Kies het beeld dat u wilt wissen.
2. Druk op de keuzeschijf om het menu FILE OPERATION te openen.
3. Selecteer [IMAGE ERASE].
"ERASE THIS IMAGE?", [NO] en [YES] verschijnen.
Als een beeld beveiligd is, verschijnt [YES] in de kleur paars.
4. Selecteer [YES].
Het beeld wordt gewist en het vorige beeld verschijnt.
5. Selecteer [b RETURN] om het menu te sluiten.
Eén enkel beeld/alle beelden wissen
1. Open het menu en selecteer [CARD OPERATIONS].
2. Selecteer [IMAGE ERASE].
3. Selecteer [SINGLE] of [ALL].
Als u één enkel beeld wilt wissen: "ERASE THIS IMAGE?" [NO] en [YES] verschijnen. Als een
beeld beveiligd is, verschijnt [YES] in de kleur paars.
Als u alle beelden wilt wissen: "ERASE ALL IMAGES?" [EXCEPT FOR IMAGES]", [NO]
en [YES] verschijnen.
4. Selecteer [YES] en sluit het menu.
Als u één enkel beeld wilt wissen: Het beeld wordt gewist en het vorige beeld verschijnt.
Om nog één enkel beeld te wissen, selecteert u het beeld met de CARD +/- toetsen en
selecteer [YES].
Als u alle beelden wilt wissen: Alle stilbeelden of films met uitzondering van de beveiligde
stilbeelden of films worden gewist.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERAPLAY (VCR)CAMERA
IMAGE ERASECARD OPERATIONS
( 42)
129
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Stilbeelden selecteren voor een afdruk
(Print Order - afdrukopdracht)
U kunt stilbeelden selecteren voor een afdruk en het aantal kopieën instellen. Deze
afdrukopdracht-instellingen zijn compatibel met de Digital Print Order Format (DPOF)
standaards en kunnen gebruikt worden om af te drukken op Canon-printers die
compatibel zijn met DPOF en printers die compatibel zijn met PictBridge.
Zorg ervoor dat er een geheugenkaart wordt geplaatst die beelden bevat.
Er kunnen maximaal 200 stilbeelden worden geselecteerd.
Films kunnen niet worden afgedrukt.
1. Kies het stilbeeld dat u wilt afdrukken.
2. Druk op de keuzeschijf om het menu FILE OPERATION te openen.
3. Selecteer [ PRINT ORDER].
4. Selecteer het aantal kopieën.
Op het beeld verschijnt " ".
Om de afdrukopdracht te annuleren, stelt u het aantal kopieën in op 0.
5. Selecteer [b RETURN] om het menu te sluiten.
Een selectie maken bij weergave van het indexscherm
1. Zet de zoomregelaar in de stand W.
Er verschijnen maximaal 6 beelden.
2. Open het menu en selecteer [CARD OPERATIONS].
3. Selecteer [\ PRINT ORDER].
4. Selecteer het stilbeeld dat u wilt afdrukken en druk op de keuzeschijf.
5. Stel met de keuzeschijf het aantal afdrukken in en sluit het menu.
Op het beeld verschijnt " ".
Om de afdrukopdracht te annuleren, stelt u het aantal kopieën in op 0.
Herhaal stap 4 en 5 om door te gaan met het instellen van de afdrukopdracht.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERAPLAY (VCR)CAMERA
PRINT ORDERCARD OPERATIONS
( 42)
130
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Alle afdrukopdrachten wissen
1. Open het menu en selecteer [CARD OPERATIONS].
2. Selecteer [ PRINT ORDERS ALL ERASE].
"ERASE ALL PRINT ORDERS?", [NO] en [YES] verschijnen.
3. Selecteer [YES].
Alle " " verdwijnen.
4. Selecteer [b RETURN] om het menu te sluiten.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
PRINT ORDERS ALL ERASE
CARD OPERATIONS
( 42)
131
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Beelden combineren (mengen met Card Mix)
U kunt met Card Mix effecten produceren die met alleen een band niet mogelijk zijn.
Kies een van de voorbeeldopnamen op de meegeleverde SD Memory Card (zoals
beeldkaders, achtergronden en animaties) en combineer deze met live video-
opnamen.
Card Mix kan niet worden gebruikt wanneer [PHOTO REC] op [CARD ]
ingesteld is.
Films die zijn opgenomen op een geheugenkaart, kunnen niet worden
gecombineerd met camcorderopnamen.
Plaats een cassette, en plaats een geheugenkaart die Card Mix-beelden bevat.
Op de meegeleverde DIGITAL VIDEO SOLUTION DISK vindt u
voorbeeldopnamen. Hoe u deze naar de geheugenkaart moet uploaden, kunt
u lezen onder Stilbeelden toevoegen vanaf uw computer naar de
geheugenkaart in de instructiehandleiding Digitale Video Software.
Selecteer opnieuw het Card Mix-beeld indien u de camcorder heeft uitgeschakeld.
Card Mix-effecten
U kunt kiezen uit de volgende 4 Card Mix-effecten:
Card Chroma (CARD CHROMA)
Combineert kaders met uw opnamen. De live video-opname verschijnt op de plaats
van het blauwe gebied in het Card Mix-beeld. Als u uw eigen kader opneemt, zorg er
dan voor dat het gebied waar u wilt dat uw live video-opname verschijnt, blauw is.
Afstelling van het mengniveau: blauw gebied van het stilbeeld.
Live video-opname
Card Mix-beeld
132
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Card Luminance (CARD LUMI.)
Combineert illustraties of een titel met uw opnamen. De live video-opname verschijnt
op de plaats van het lichte gebied in het Card Mix-beeld. U kunt uw eigen titel of
illustratie maken door deze op een wit papier te schrijven of te tekenen, en deze op
de geheugenkaart op te nemen.
Afstelling van het mengniveau: lichte gebied van het stilbeeld.
Camera Chroma (CAM. CHROMA)
Combineert achtergronden met uw opnamen. Neem uw onderwerp op vóór een
blauw gordijn, en het onderwerp dat niet blauw is, wordt over het Card Mix-beeld
heen gelegd.
Afstelling van het mengniveau: blauw gebied van de live video-opname.
Card Animation-beelden (C. ANIMATION)
Combineert animaties met uw opnamen. U kunt kiezen uit 3 soorten animatie-effecten.
CORNER: de animatie verschijnt in de linkerbovenhoek en rechterbenedenhoek van het
scherm.
STRAIGHT: de animatie verschijnt aan de bovenzijde en onderzijde van het scherm en
verplaatst zich naar rechts en links.
RANDOM: de animatie verplaatst zich willekeurig op het display.
Afstelling van het mengniveau: blauw gebied van het animatiebeeld.
Live video-opname
Card Mix-beeld
Live video-opname
Card Mix-beeld
Live video-opname
Card Mix-beeld
133
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Het Card Mix-effect selecteren
1. Zet de programmaschijf in een andere stand dan [.
2. Open het menu en selecteer [\CARD MIX].
Het kaartmengmenu verschijnt.
3. Selecteer met de CARD +/- toets het beeld dat u wilt
combineren.
4. Selecteer [MIX TYPE].
[CARD CHROMA], [CARD LUMI.], [CAM. CHROMA] en [C. ANIMATION] verschijnen.
5. Selecteer het mengtype in overeenstemming met het beeld dat u heeft
geselecteerd ( 141).
Het scherm toont het gecombineerde beeld.
Als u [C. ANIMATION] heeft geselecteerd, selecteer dan [ANIMAT. TYPE] en maak een
keuze uit [CORNER], [STRAIGHT] en [RANDOM].
6. Om het mengniveau af te stellen, selecteert u [MIX LEVEL] en stelt u het
niveau af met de keuzeschijf.
7. Sluit het menu.
"CARD MIX" knippert.
Het Card Mix-effect activeren.
1. Druk op de CARD MIX-toets.
"CARD MIX" stopt met knipperen.
Het gecombineerde beeld verschijnt.
•U kunt het Card Mix-effect activeren en deactiveren door op de
CARD MIX-toets te drukken.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD MIX MIX TYPE•••••CARD CHROMA
MIX LEVEL••••
–+
( 42)
134
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Opnemen met het Card Mix-effect
Film:
1. Druk op de start/stop-toets om de opname te
beginnen.
Het gecombineerde beeld wordt op de cassette opgenomen.
2. Druk op de start/stop-toets om de opname te beëindigen.
Stilbeeld:
1. Druk de PHOTO-toets half in.
F knippert in wit en wordt groen wanneer scherp wordt gesteld.
2. Druk de PHOTO-toets volledig in.
De camcorder neemt het stilbeeld ongeveer 6 seconden lang
op de band op. Tijdens deze periode worden ook geluiden
opgenomen en wordt het stilbeeld in het display getoond.
De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand.
135
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Stilbeelden kopiëren
U kunt stilbeelden kopiëren vanaf de cassette naar de geheugenkaart, of vanaf de
geheugenkaart naar de cassette.
Alle stilbeelden vanaf het geselecteerde stilbeeld en verder worden gekopieerd.
De grootte van een stilbeeld dat wordt gekopieerd vanaf de cassette naar de
geheugenkaart, is 640 × 480.
De datacodering van het stilbeeld weerspiegelt de datum en tijd waarop het
werd gekopieerd.
Stilbeelden kopiëren vanaf de cassette naar de geheugenkaart
Plaats een geheugenkaart met voldoende resterende capaciteit, en plaats een
opgenomen cassette.
1. Zoek op de cassette het stilbeeld dat u wilt kopiëren
en stop de cassette op een punt even voor dat beeld.
•U kunt ook de fotozoekfunctie gebruiken om het stilbeeld
gemakkelijk te lokaliseren.
•Wilt u alle stilbeelden vanaf de cassette kopiëren, spoel de band dan terug tot het
begin.
2. Open het menu en selecteer [CARD OPERATIONS].
3. Selecteer [COPY [b \ ] ].
[CANCEL] en [EXECUTE] verschijnen.
4. Selecteer [EXECUTE].
"NOW COPYING" verschijnt.
Het stilbeeld dat wordt gekopieerd, verschijnt op het scherm.
Het kopiëren wordt beëindigd als de band het einde bereikt of de geheugenkaart vol
is (wanneer "CARD FULL" verschijnt).
5. Druk op de 3 (stop) toets om met kopiëren te
stoppen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
COPYCARD OPERATIONS
[
]
( 42)
136
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Stilbeelden kopiëren vanaf de geheugenkaart naar de cassette
Plaats een cassette met voldoende vrije ruimte, en plaats een opgenomen
geheugenkaart. Zorg ervoor dat het wisbeveiligingsschuifje op de cassette zodanig
staat dat kopiëren mogelijk is.
1. Selecteer met de CARD +/- toetsen het eerste
stilbeeld dat u wilt kopiëren.
Als u alle stilbeelden vanaf de geheugenkaart wilt kopiëren,
selecteer dan het eerste stilbeeld.
2. Open het menu en selecteer [CARD OPERATIONS].
3. Selecteer [COPY [ \ b] ].
[CANCEL] en [EXECUTE] verschijnen.
4. Selecteer [EXECUTE].
"NOW COPYING" verschijnt.
Elk stilbeeld wordt in ongeveer 6 seconden naar de cassette gekopieerd.
Het kopiëren stopt wanneer alle stilbeelden zijn gekopieerd of wanneer de band vol is.
5. Druk op de 3 (stop) toets om met kopiëren te
stoppen.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
COPY
CARD OPERATIONS
[ ]
( 42)
137
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Een geheugenkaart formatteren
Nieuwe geheugenkaarten moeten worden geformatteerd. Ook wanneer "CARD
ERROR" verschijnt, moet de geheugenkaart worden geformatteerd. Wanneer u alle
beelden op een geheugenkaart wilt verwijderen, kunt u er ook voor kiezen om de
geheugenkaart te formatteren.
De camcorder formatteert de geheugenkaart in DCF (Design rule for Camera File
system).
Als u een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens verwijderd,
inclusief beveiligde beelden.
Beelden die door formatteren worden verwijderd, bent u voorgoed kwijt.
Als u een andere geheugenkaart gebruikt dan de geheugenkaart die werd
meegeleverd, formatteer deze kaart dan met de camcorder.
Zorg ervoor dat u in de camcorder de geheugenkaart plaatst die u wilt
formatteren.
1. Open het menu en selecteer [CARD OPERATIONS].
2. Selecteer [FORMAT].
[CANCEL] en [EXECUTE] verschijnen.
3. Selecteer [EXECUTE].
[ALL DATA WILL BE ERASED. FORMAT THIS CARD?], [NO] en [YES] verschijnen.
4. Selecteer [YES] en sluit het menu.
Het formatteren begint.
Als u [NO] selecteert, komt u terug bij stap 3.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
FORMATCARD OPERATIONS
( 42)
138
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
De camera met een USB-kabel aansluiten op
een computer
U kunt met de meegeleverde USB-kabel vanaf de geheugenkaart beelden naar een
computer kopiëren.
Te rwijl gegevens worden overgezet naar uw computer (in dat geval knippert de
kaarttoegangsindicator op de camcorder), mag u de USB-kabel niet verwijderen, het
afdekplaatje van het geheugenkaartcompartiment niet openen, de geheugenkaart
niet verwijderen, de positie van de aan/uit-schakelaar niet wijzigen en de camcorder
en computer niet uitzetten. Als u dat wel doet, kan dat leiden tot beschadiging van
de gegevens op de geheugenkaart.
Al naargelang de software en de specificaties/instellingen van uw computer is het
mogelijk dat deze functie niet goed wordt uitgevoerd.
Het beeldbestand op uw geheugenkaart en de beeldbestanden die zijn opgeslagen
op de harde schijf van uw computer, zijn originele en waardevolle
gegevensbestanden.Als u de beeldbestanden op uw computer wilt gebruiken, zorg
er dan voor dat u hiervan eerst kopieën maakt en het gekopieerde bestand
gebruikt, zodat u het origineel ongeschonden kunt bewaren.
Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien als de
camcorder op een computer aangesloten is.
Raadpleeg ook de instructiehandleiding van de computer.
Stilbeelden/films die zijn opgenomen op een cassette, kunnen niet via de USB-
interface naar een computer worden overgezet.
Om met een DV-kabel opnamen over te zetten naar een computer, zie p. 107.
Gebruikers van Windows XP en Mac OS X:
Uw camcorder is uitgerust met het standaard Picture Transfer Protocol (PTP)
waarmee u stilbeelden (alleen JPEG) kunt downloaden door de camcorder
eenvoudigweg met een USB-kabel op uw computer aan te sluiten zonder dat u de
software van de DIGITAL VIDEO SOLUTION DISK hoeft te installeren.
Gebruikers van Windows XP kunnen gebruik maken van de DV Network Software
op de DIGITAL VIDEO SOLUTION DISK For Windows. Raadpleeg voor verdere
bijzonderheden de instructiehandleiding DV Netwerk Software.
De USB-verbindingsmodus selecteren
U kunt kiezen tussen de modus [STANDARD] en [STORAGE] wanneer u met de USB-
kabel de camcorder op uw computer aansluit.
[STANDARD]
De camcorder selecteert automatisch de juiste modus voor het downloaden van
stilbeelden of MPEG-4 films naar uw computer. Wanneer u stilbeelden wilt
downloaden of afdrukken, stel de camcorder dan in op de weergavemodus voor
stilbeelden en sluit de camcorder aan op uw computer of printer. Wanneer u films wilt
downloaden, stel de camcorder dan in op de afspeelmodus voor films en sluit de
camcorder aan op uw computer.
Wij bevelen aan om de USB-verbindingsmodus in te stellen op [STANDARD].
139
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
[STORAGE]
Wanneer de camcorder op [STORAGE] ingesteld is, wordt deze door de computer
herkend als [Removable Disk] (USB-apparaat voor massa-opslag). U kunt de camcorder
dan gebruiken als een kaartlezer/schrijver en naar/van de computer stilbeelden en
films downloaden/uploaden zonder de meegeleverde software te installeren
(bijvoorbeeld door Windows Explorer te gebruiken).
Stilbeelden worden opgeslagen in de map [***CANON] van de map [DCIM], en films
worden opgeslagen in de map [PRL***] van de map [SD_VIDEO].
Sluit de camcorder niet op een printer aan wanneer [USB CONNECT] op [STORAGE]
ingesteld is, of in de afspeelmodus voor films wanneer [USB CONNECT] op
[STANDARD] ingesteld is.
Wanneer u in de modus [STANDARD] stilbeelden naar uw computer wilt downloaden,
installeer dan de software die meegeleverd is op de DIGITAL VIDEO SOLUTION DISK.
Met de software kunt u door beelden bladeren en deze archiveren, of stilbeelden
rangschikken voor een afdruk.
Gebruikers van Windows 98 moeten de DVC Storage Driver van de DIGITAL VIDEO
SOLUTION DISK For Windows installeren wanneer u in de modus [STANDARD] films
naar uw computer wilt downloaden of wanneer u de camcorder in de modus
[STORAGE] heeft ingesteld. Op systemen met Windows Me/Windows
2000/Windows XP wordt voor het betreffende besturingssysteem automatisch een
standaard-stuurprogramma (driver) geïnstalleerd.
Voor bijzonderheden over de DIGITAL VIDEO SOLUTION DISK verwijzen wij u naar
de instructiehandleiding Digitale Video Software.
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [USB CONNECT], zet dit
op [STORAGE] en sluit het menu.
Verbinding
"PC CONNECT " verschijnt om aan te geven dat de camcorder
met een USB-kabel op de computer is aangesloten.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
USB CONNECT••STANDARD
SYSTEM
( 42)
PC CONNECT
140
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Informatie over de geheugenkaart
U kunt beelden die u met deze camcorder op een geheugenkaart heeft opgenomen,
overzetten naar een PC met behulp van de volgende producten die zijn gemaakt voor
gebruik met SD Memory Cards of MultiMediaCards:
PC-kaartadapter: Een adapter waarmee op de computer een geheugenkaart in de
kaartsleuf kan worden geplaatst.
USB Reader/Writer: Wordt aangesloten op de USB-poort van een computer voor
directe toegang tot de geheugenkaart.
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de geheugenkaart
Nieuwe geheugenkaarten moeten met de camcorder worden geformatteerd.
Geheugenkaarten die met andere apparaten zoals computers zijn geformatteerd,
werken mogelijk niet naar behoren.
Wij bevelen aan om op de harde schijf van uw computer of op een extern
opslagapparaat backups te maken van de beelden op de
geheugenkaart.Beeldgegevens kunnen vanwege geheugenkaartdefecten of
blootstelling aan statische elektriciteit beschadigd of verloren raken.Canon Inc. is niet
aansprakelijk voor beschadigde of verloren gegevens.
Wanneer de kaarttoegangsindicator knippert, mag de stroombron niet worden
uitgeschakeld, het afdekplaatje van het geheugenkaartcompartiment niet worden
geopend en de geheugenkaart niet worden verwijderd.
Gebruik geen geheugenkaarten op plaatsen die blootstaan aan sterke magnetische
velden.
Laat geheugenkaarten niet achter op plaatsen met een hoge vochtigheid en hoge
temperaturen.
Demonteer geheugenkaarten niet.
Verbuig geheugenkaarten niet, laat ze niet vallen, en stel ze niet bloot aan schokken
of water.
Als u geheugenkaarten heen en weer verplaatst tussen hoge en lage temperaturen,
kan er op de externe en interne oppervlakken condens ontstaan. Als er op de kaart
condens ontstaat, leg de kaart dan weg totdat de druppeltjes helemaal zijn verdampt.
Raak de contactpunten niet aan en stel deze niet bloot aan stof of vuil.
Berg de geheugenkaart op in de meegeleverde doos en vervoer ze daarin. Daarmee
beschermt u de contactpunten.
Controleer hoe u de geheugenkaart naar de camcorder gericht houdt voordat u deze
in de camcorder plaatst. Als u een geheugenkaart achterwaarts in de sleuf plaatst, kan
de geheugenkaart of de camcorder beschadigd raken.
Verwijder het label niet van de geheugenkaart, en breng op de geheugenkaart geen
andere labels aan. Als u labels wilt toevoegen, plak die dan op het doosje.
141
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
Voorbeeldopnamen
Op de meegeleverde SD Memory Card zijn 27 voorbeeldopnamen meegeleverd:
8 Card Chroma-beelden, 5 Card Luminance-beelden, 2 Camera Chroma-beelden en
12 Card Animation-beelden.
Card Chroma-beelden
Card Luminance-beelden
Camera Chroma-beelden
Card Animation-beelden
142
Gebruik van een
geheugenkaart
Ne
De voorbeeldopnamen op de meegeleverde SD Memory Card zijn alleen bestemd
voor persoonlijk gebruik met deze camcorder. Gebruik deze voorbeeldopnamen
niet voor andere doeleinden.
Als u per ongeluk de voorbeeldopnamen wist die op de SD Memory Card zijn
meegeleverd, kunt u deze downloaden vanaf de homepage
http://www.canondv.com
http://www.canon-europa.com/products/products.html
http://www.canon-asia.com/
http://www.canon.com.au
Hoe u de gedownloade beelden aan de geheugenkaart moet toevoegen, kunt u
lezen onder Stilbeelden toevoegen vanaf uw computer aan de geheugenkaart in
de instructiehandleiding Digitale Video Software.
Als u de USB-kabel niet kunt gebruiken om de camcorder op een computer aan
te sluiten, heeft u een PC Card Adapter nodig om de beelden naar een
geheugenkaart te kopiëren.
PhotoEssentials - Royalty-vrije foto's
De PhotoEssentials-suite met royalty-vrije beelden op CD-ROM kenmerkt zich door foto's van
topkwaliteit die kunnen worden gebruikt voor opdrachtwerk. Ze zijn uitstekend geschikt voor
advertenties, brochures, rapporten, multimedia, websites, boeken, verpakkingen, en meer.
Bezoek voor meer informatie hun website: www.photoessentials.com
143
Direct afdrukken
(Direct Print)
Ne
Stilbeelden afdrukken (direct afdrukken)
U kunt stilbeelden afdrukken door de camcorder aan te sluiten op een Canon-printer
met de functie Direct Print of op een printer die compatibel is met PictBridge. De
afdrukopdracht-instellingen kunt u voor Direct Print ook gebruiken ( 129).
U kunt de camcorder aansluiten op Canon-fotokaartprinters met het logo, Canon
Bubble Jet Printers met het logo en printers met het logo.
Houd u tijdens het afdrukken aan onderstaande voorschriften. Anders worden
bestanden mogelijk niet correct afgedrukt.
- Zet de camcorder of de printer niet uit.
-Verander de stand van de TAPE/CARD-schakelaar niet.
- Maak de kabel niet los.
- Open het afdekplaatje van het geheugenkaartcompartiment niet en verwijder de
geheugenkaart niet.
Sluit de camcorder niet op een printer aan wanneer [USB CONNECT] op [STORAGE]
ingesteld is, of in de afspeelmodus voor films wanneer [USB CONNECT] op
[STANDARD] ingesteld is.
Sluit de camcorder niet aan op een printer wanneer de camcorder op NETWORK
ingesteld is.
Stilbeelden die niet met deze camcorder zijn opgenomen of die op uw computer
zijn bewerkt, worden mogelijk niet correct afgedrukt op een Bubble Jet Printer met
de functie Direct Print.
Raadpleeg de instructiehandleiding van elke printer voor informatie over welke
interfacekabel met de camcorder moet worden gebruikt.
Bij de fotokaartprinters CP-10 en CP-100 worden twee directe verbindingskabels
meegeleverd. Gebruik de kabel met het USB-logo op de connector (DIF-100).
Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien.
Raadpleeg ook de instructiehandleiding van de betreffende printer.
De printer aansluiten op de camcorder
1.
Schakel de camcorder uit en plaats een geheugenkaart die stilbeelden bevat.
2. Sluit een stroombron aan op de printer en schakel de printer in.
Afdrukken met de
functie Direct Print
144
Ne
Direct afdrukken
(Direct Print)
3. Zet de camcorder in de stand CARD PLAY (VCR).
Wacht totdat de kaarttoegangsindicator stopt met knipperen.
4. Sluit de camcorder met de kabel aan op de printer.
verschijnt en verandert in “ ” wanneer de printer op de juiste wijze op
de camcorder aangesloten is. (Verschijnt niet met films, of met stilbeelden die met de
camcorder niet kunnen worden weergegeven.)
Als blijft knipperen (langer dan 1 minuut), is in het menu de USB-
verbindingsmethode niet op de juiste wijze ingesteld, of is de camcorder niet op
de juiste wijze op de printer aangesloten. Ga dan als volgt te werk: 1) open het
menu en zorg ervoor dat [USB CONNECT] op [STANDARD] ingesteld wordt, en 2)
verwijder de kabel uit de camcorder en printer, zet de camcorder en printer uit,
zet beide weer aan en sluit de camcorder weer aan op de printer.
Druk de CARD STILL/MOVIE-toets niet in terwijl op de camcorder een printer
aangesloten is.
Afdrukken
1. Selecteer tijdens weergave van stilbeelden het
stilbeeld dat u wilt afdrukken en druk op de
regelaar.
Het afdrukinstelmenu verschijnt.
Al naargelang de printer kan het bericht “Printer warming
up” verschijnen voordat de camcorder het afdrukinstelmenu
weergeeft.
2. Selecteer de afdrukinstellingen ( 146).
3. Selecteer [Print] en druk op de regelaar.
Het afdrukken begint. Het afdrukinstelmenu verdwijnt wanneer alle beelden zijn
afgedrukt.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
Print P. SET
P.SET-regelaar
Richtingstoetsen
P.SET-toets
145
Ne
Direct afdrukken
(Direct Print)
Afdrukken annuleren
Druk op de regelaar terwijl "Now Printing" wordt weergegeven. Er verschijnt
een dialoogscherm ter bevestiging. Selecteer [OK] en druk op de regelaar. Het
afdrukken wordt gestopt, ook als nog niet alles is afgedrukt en papier is
doorgevoerd.
Afdrukfouten
- Als er tijdens het afdrukproces een fout optreedt, verschijnt er een
foutbericht ( 158).
- Bubble Jet Printer: bij de meeste fouten wordt het afdrukken automatisch
hervat nadat de fout is hersteld. Als de fout aanhoudt, druk dan op de
regelaar om het afdrukken te annuleren. Raadpleeg ook de Bubble Jet
Printer Quick Start Guide voor meer bijzonderheden.
- Fotokaartprinter: Selecteer [STOP] of [RESTART] en druk op de regelaar. De
instelling [RESTART] is bij sommige foutmeldingen niet beschikbaar. Selecteer
in dat geval [STOP].) Raadpleeg ook de gebruikershandleiding van de
fotokaartprinter voor bijzonderheden.
-Als de fout aanhoudt en het afdrukken niet wordt hervat, voer de
onderstaande procedure dan uit:
1. Verwijder de kabel.
2. Zet de aan/uit-schakelaar van de camcorder op OFF en weer op PLAY
(VCR).
3. Sluit de kabel weer aan.
Als u klaar bent met afdrukken:
1. Verwijder de kabel tussen de camcorder en printer.
2. Zet de camcorder uit.
Het aantal kopieën selecteren
Per stilbeeld kunnen maximaal 9 kopieën worden geselecteerd.
1. Draai in het afdrukinstelmenu de regelaar naar
[COPIES] en druk op de regelaar.
2. Draai de regelaar omhoog of omlaag om het aantal
kopieën te selecteren en druk op de regelaar.
146
Direct afdrukken
(Direct Print)
Ne
1. Draai in het afdrukinstelmenu de regelaar omhoog naar [STYLE] en
druk op de regelaar.
De afdrukinstellingen selecteren
(stijl/papierinstellingen)
Controleer welk afdrukinstelmenu door uw camcorder wordt weergegeven en ga
naar het betreffende gedeelte. Welke opties er voor de afdrukinstellingen
beschikbaar zijn, hangt af van de printer.
146 147 148
hii
ihh
iih
hhh
iih
hhh
* Bordered: het beeldgebied blijft relatief ongewijzigd ten opzichte van het opgenomen beeld als
het wordt afgedrukt.
* Borderless: het middelste gedeelte van het opgenomen beeld wordt vergroot afgedrukt. De
boven- en onderzijde en de zijkanten worden mogelijk iets afgesneden.
Afdrukinstelmenu 1
Instelopties
Canon-fotokaartprinters
Canon Bubble Jet Printers
Printers die compatibel zijn met
PictBridge
Afdrukinstelling
MENU
Afdrukinstelmenu q Afdrukinstelmenu w Afdrukinstelmenu e
Image Style -
Beeldstijl
Paper size -
Papierformaat
Paper Type -
Papiertype
Borders - Randen*
Date - Datum
Trimming - Bijsnijden
Image Standard 1 stilbeeld per pagina.
Multiple 8 afdrukken van hetzelfde stilbeeld op een pagina.
Borders
Borderless (zonder rand)
Drukt volledig tot aan de randen van de pagina af.
(randen) Bordered (met rand) Drukt af met een rand.
• [Multiple] kan alleen worden geselecteerd wanneer u afdrukt op Card Size papier. Het
middelste gedeelte van het opgenomen beeld wordt vergroot afgedrukt. De boven- en
onderzijde en de zijkanten worden mogelijk iets afgesneden.
• [Borders] kan alleen worden geselecteerd als [Image] staat ingesteld op [Standard].
De beeldstijl selecteren
2. Zorg ervoor dat (Image) geselecteerd is en
druk op de regelaar.
3. Zet de regelaar naar rechts of links om de
beeldstijl te selecteren en druk op de regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het
afdrukinstelmenu.
De randen selecteren
2. Zet de regelaar naar rechts of links om
(Borders) te selecteren en druk op de regelaar.
3. Zet de regelaar naar rechts of links om een
randoptie selecteren en druk op de regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het
afdrukinstelmenu.
147
Ne
Direct afdrukken
(Direct Print)
Afdrukinstelmenu 2
1. Draai in het afdrukinstelmenu de regelaar omhoog naar [Style] en
druk op de regelaar.
Het papierformaat selecteren
2. Zorg ervoor dat (Paper) wordt geselecteerd en
druk op de regelaar.
3. Zet de regelaar omhoog of omlaag om het
papierformaat (paper size) te selecteren en druk
op de regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het afdrukinstelmenu.
Papierformaat
Card #1*, Card #2*, Card #3*,LTR, A4
Voor bijzonderheden over papiertype, zie de
gebruikershandleiding van de Bubble Jet Printer.
Borders
(randen)
Bordered
(met rand):
Drukt af met een rand.
* Aanbevolen papierformaat
Borderless
(zonder rand):
Drukt volledig tot aan de randen van de pagina af.
148
Ne
Direct afdrukken
(Direct Print)
Afdrukinstelmenu 3
Papierinstellingen
De instelopties voor het papierformaat, papiertype en de randen variëren al
naargelang de printer. Raadpleeg de instructiehandleiding van de printer.
1. Draai in het afdrukinstelmenu de regelaar omhoog naar [PAPER] en
druk op de regelaar.
Het papierformaat selecteren
2. Zorg ervoor dat [PAPER SIZE] wordt geselecteerd
en druk op de regelaar.
3. Zet de regelaar naar rechts of links om een
papierformaat te selecteren en druk op de
regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het afdrukinstelmenu.
Het papiertype selecteren
4. Zet de regelaar omlaag om [PAPER TYPE] te
selecteren en druk op de regelaar.
5. Zet de regelaar naar rechts of links om een
papiertype te selecteren en druk op de regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het
afdrukinstelmenu.
De randen selecteren
2. Zet de regelaar naar rechts of links om
(Borders) te selecteren en druk op de regelaar.
3. Zet de regelaar naar rechts of links om een
randoptie selecteren en druk op de regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het
afdrukinstelmenu.
149
Ne
Direct afdrukken
(Direct Print)
De randen selecteren
6. Zet de regelaar omlaag om [BORDERS] te
selecteren en druk op de regelaar.
7. Zet de regelaar naar rechts of links om een
randoptie selecteren en druk op de regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het
afdrukinstelmenu.
In de afdruk de datum opnemen
1. Draai in het afdrukinstelmenu de regelaar
omhoog, omlaag, naar rechts of links om [ ] te
selecteren en druk op de regelaar.
2. Draai de regelaar omhoog of omlaag om [ON] te
selecteren en druk op de regelaar.
Snij-instellingen
Stel de afdrukstijl in voordat u de snij-instellingen selecteert.
1. Zet in het afdrukinstelmenu de regelaar omhoog of
omlaag naar [TRIMMING] en druk op de regelaar.
Het snijkader verschijnt.
2. Wijzig het formaat van het snijkader.
•Verplaats de zoomregelaar naar T om het kader te verkleinen,
en naar
W om het te vergroten.
• Wilt u de snij-instellingen annuleren, draai de zoomregelaar dan naar W totdat het
kader verdwijnt.
3. Verplaats het snijkader met de regelaar.
Door op de MENU-toets te drukken, komt u terug in het afdrukinstelmenu.
Over de kleur van het snijframe (alleen Canon-fotokaartprinters):
-Wit: geen snij-instelling.
-Groen: aanbevolen snijgrootte. (Of het snijkader in een groene kleur
verschijnt, hangt af van het beeldformaat, papierformaat of de
randinstellingen.)
- Rood: het beeld wordt meer uitvergroot dan aanbevolen. De kwaliteit van
de afdruk is mogelijk vrij slecht.
De snij-instelling geldt alleen voor één beeld.
De snij-instelling wordt geannuleerd bij de volgende handelingen:
- Als u de camcorder uitschakelt.
- Als u de verbindingskabel verwijdert.
- Als u het snijkader verder vergroot dan maximaal.
MENU
W
T
150
Direct afdrukken
(Direct Print)
Ne
Afdrukken met de afdrukopdracht-
instellingen (Print Order)
U kunt door u geselecteerde stilbeelden afdrukken met de functie Print Order. Als u
meer dan 1 kopie wilt afdrukken, stel het aantal kopieën dan in de afdrukopdracht
(print order) ( 129) in.
Bij het afdrukken met afdrukopdracht-instellingen kunt u de afdrukstijl zoals met
rand of zonder rand selecteren, maar niet de snij-instellingen.
1. Sluit de printer aan op de camcorder ( 143).
2. Druk op de MENU-toets.
3. Selecteer [\ PRINT].
Het afdrukinstelmenu verschijnt.
•“Set print order” (stel afdrukopdracht in) verschijnt wanneer u een printer met de
functie Direct Print aansluit en [\ PRINT] selecteert zonder dat u de
afdrukopdracht heeft ingesteld.
Het totale aantal afdrukken dat in de afdrukopdracht is ingesteld, wordt weergegeven in de
linkerbovenhoek van het scherm.
4. Stel de afdrukstijl in ( 146).
5. Draai in het afdrukinstelmenu de regelaar omhoog of omlaag naar [OK]
en druk op de regelaar.
Het afdrukken begint. Het afdrukinstelmenu verdwijnt wanneer alle beelden zijn
afgedrukt.
Afdrukken annuleren
Druk op de regelaar terwijl "NOW PRINTING" wordt weergegeven. Er
verschijnt een dialoogscherm ter bevestiging. Selecteer [OK] en druk op de
regelaar. Het afdrukken wordt gestopt, ook als nog niet alles is afgedrukt en
papier is doorgevoerd.
Het afdrukken hervatten (alleen met afdrukopdracht)
Open het menu CARD PLAY (VCR) en selecteer [\ PRINT]. Selecteer
[RESTART] in het afdrukinstelmenu en druk op de regelaar. De resterende
beelden worden vervolgens afgedrukt.
Het afdrukken kan niet opnieuw worden gestart onder de volgende
omstandigheden:
- Als u de instellingen van de afdrukopdracht wijzigt.
- Als u een stilbeeld met afdrukopdracht-instellingen verwijdert.
Als er een foutbericht verschijnt, zie dan Afdrukfouten ( 145) en Berichten
die betrekking hebben op Direct Print (direct afdrukken) ( 158).
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)CAMERA
PRINT
( 42)
151
Aanvullende
informatie
Ne
Over de NETWORK-modus
De NETWORK-modus is voor gebruik met DV Messenger 2 versie 2 (alleen voor
gebruikers van Windows XP).
Stel de camcorder in op de NETWORK-modus en sluit deze met een USB-kabel of DV
(IEEE1394)-kabel aan op uw computer.
Raadpleeg voor bijzonderheden over DV Messenger versie 2 de instructiehandleiding
DV Netwerk Software.
Sluit de camcorder niet aan op een printer wanneer de camcorder op de
NETWORK-modus ingesteld is.
Verbinding
Installeer eerst DV Messenger. Als u met een USB-kabel de camcorder wilt aansluiten,
moet u ook de Canon USB Video Driver installeren.
1. Sluit het netsnoer aan op de camcorder.
2. Druk op de kleine knop onder de aan/uit-schakelaar en zet de aan/uit-
schakelaar op NETWORK.
3. Sluit de camcorder met een USB-kabel of DV-kabel aan op uw
computer.
•Op het camcorderscherm verschijnt “NETWORK MODE”.
•Wanneer u de camcorder op uw computer heeft aangesloten, start dan DV Messenger.
U kunt de camcorder nu met DV Messenger vanaf uw computer bedienen.
Wanneer DV Messenger wordt gestart en voor communicatie wordt ingesteld,
verschijnt op het computerscherm het videobeeld.
In de NETWORK-modus kan de camcorder alleen vanaf de computer worden
bediend, met uitzondering van de volgende functies:
-Wanneer het DV Messenger [CAMERA]-regelpaneel wordt weergegeven: Zoom en
scherpstelling (wanneer DV Messenger op automatische scherpstelling is ingesteld)
-Wanneer het DV Messenger [VCR]-regelpaneel wordt weergegeven: Volume-
instelling van de ingebouwde luidspreker
De volgende functies kunnen met DV Messenger niet worden gebruikt:
- Beeldstabilisator
- Ingebouwde flitser
De camcorder kan met de draadloze afstandsbediening niet worden bediend.
USB-verbinding
DV-verbinding
NETWORK MODE
NETWORK MODE
DV
152
Aanvullende
informatie
Ne
Schermdisplays
LCD-schermdisplays
U kunt de displays (symbolen) op het LCD-scherm verbergen. Tijdens het afspelen is
het beeld dan duidelijker.
Open het menu en selecteer [DISPLAY SET UP]. Selecteer [DISPLAYS], stel
dit in op [OFF <PLAYBK>] en sluit het menu.
Het LCD-scherm wordt geheel leeg (ook het tv-scherm, indien aangesloten).
•Waarschuwingsberichten verschijnen nog wel, en de dateringscode verschijnt indien deze is
ingeschakeld.
Het banddisplay verschijnt 2 seconden.
Displays kunnen op het indexscherm niet worden verborgen.
Displays tv-scherm
Als u voor het opnemen/afspelen een tv aansluit, kunt u de displays op het tv-scherm
verbergen. Voor aansluitinstructies, zie Afspelen op een tv-scherm ( 38).
Druk op de TV SCREEN-toets van de draadloze
afstandsbediening.
•Wanneer de aan/uit-schakelaar op CAMERA is ingesteld: de displays
verdwijnen van het tv-scherm en verschijnen wanneer u de toets weer
indrukt.
•Wanneer de aan/uit-schakelaar op PLAY (VCR) is ingesteld: de displays verschijnen op het
aangesloten tv-scherm en verdwijnen wanneer u de toets weer indrukt. De instelling wordt
naar OFF gereset wanneer u de camcorder uitzet.
Wanneer de displays van het tv-scherm verborgen zijn, verschijnen de displays nog wel op het
LCD-scherm. Als u de datacodering aanzet, zullen andere displays dan de datacodering van
het LCD-scherm verdwijnen.
U kunt de instelling in het menu ook wijzigen tijdens het opnemen:
Open het menu en selecteer [DISPLAY SET UP]. Selecteer vervolgens [TV
SCREEN], zet dit op [OFF] en sluit het menu.
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)CARD CAMERAPLAY (VCR)
CAMERA
CARD PLAY (VCR)
CARD CAMERA
PLAY (VCR)
CAMERA
TV SCREEN••••ONDISPLAY SET UP
DISPLAYS•••••ONDISPLAY SET UP
SELF T.
TV SCREEN
DATA CODE
CARD
12bit
AUDIO OUT
CARD
PLAY MODE
SEARCH SELECT
SLIDE SHOW
MIX
BALANCE
ST-1 ST-2
ON/OFF
D.EFFECTS
( 42)
( 42)
153
Aanvullende
informatie
Ne
Schermdisplays tijdens basisbediening
= knipperend.
Stand CAMERA (accu aangesloten):
De stand van de afstandsbedieningssensor en de
audiostand verdwijnen na een paar seconden.
Stand PLAY (VCR):
De stand van de afstandsbedieningssensor en de
volumebalk verdwijnen na een paar seconden.
STEREO1 PAUSE
1:23:45:00
END
1
16bit
/
/
2 2
/
1 1
/
/
/
/
/
/
/
REC
PAUSE
STOP
EJECT
FF
REW
RTN RTN
PS
PAUSE
0:00:00
12bit
1
5min
PS
STOPSTEREO1
0:00:00:00
5min
1
: Versneld vooruit afspelen/
versneld achteruit afspelen ( 36)
: ×2 afspelen (vooruit en achteruit)
( 36)
: ×1 afspelen (vooruit en achteruit)
( 36)
: Langzaam afspelen
(vooruit en achteruit) ( 36)
: Beeld-voor-beeld vooruit/
achteruit afspelen ( 36)
: Afspeelpauze
(vooruit en achteruit) ( 36)
: Datum/foto zoeken ( 93)
: Nulstelgeheugen (vooruit
en achteruit) ( 94)
: AV tussenvoegen ( 102)
: Audio dubben ( 104)
: Onder-
steuningsbatterij
( 17)
:Condenswaar-
schuwing
( 161)
Tijdcode
Resterende band
Resterende accuvoeding ( 16)
Stand afstandsbedieningssensor ( 50)
Audiostand ( 74)
154
Aanvullende
informatie
Ne
Stand PLAY (VCR).
Schermdisplays tijdens geavanceerd opnemen/afspelen
CARD MIX
FADE–T
IMAGE S.
12bit
16:9
1sec
PHOTO
WSON
T
W
PS
E.LOCK
BLC
MF
0
A
M
-dB
40 12 0
12:00 PM
1.JAN,2003
PHOTO SEARCH
1/1000
DV IN
F1.8
1
12bit
MIX/VARI.
12:00 PM
1.JAN,2003
ST–1 ST–2
1
10
110
Stand CARD CAMERA
Zoom ( 28)/belichting ( 83)
Handmatig
scherpstellen ( 81)
Witbalans ( 88)
Card Mix ( 132)
Custom Key ( 52)
Datum en tijd ( 26)
Opnameherinnering ( 27)/
Aftellen zelfontspanner ( 73)
Timer foto-opname ( 56)
Accessoire bevestigd aan de
geavanceerde accessoireschoen ( 77)
Opnamemodus ( 55)
Zelfontspanner ( 73)
Geluidsniveau-indicator
( 74)
Flitsmodus ( 58)
Windscherm ( 76)
Audiostand ( 74)
Formaat 16:9 (breedbeeld)
( 53)
Fotostand ( 56)
Beeldstabilisator ( 72)
12bits Audio out ( 106)
Mengbalans ( 106)
Foto zoeken/
datum zoeken ( 93)
AV tussenvoegen ( 102)
Audio dubben ( 104)
Foto zoeken/
datum zoeken ( 93)
Audiostand ( 74)
DV-ingangssignalen ( 98)
Volumeniveau van
ingebouwde luidspreker of
hoofdtelefoon ( 37)
AF/AE (automatische
scherpstelling/belichting)
vergrendeld Fotostand ( 56)
Digitale effecten ( 64)
Tegenlichtcorrectie ( 84)
AE-programma ( 61)
Belichtingsniveau ( 83)
Datacodering ( 91)
155
Aanvullende
informatie
Ne
Stand CARD CAMERA
1
2
CLOSE
0:10
T
W
E.LOCK
MF
BLC
0
S.FINE
50
352
1632
1sec
A
IMAGE S.
12:00 PM
1.JAN,2003
Stand CARD PLAY (VCR)
SLIDE SHOW 101–0143
43/50
640 480
12:00 PM
1.JAN,2003
001–108
8/8
352 288
SLIDE SHOW
12:00 PM
JAN.1,2003
STOP
TTL 00:00:16
LAP 00:00:00
Weergavemodus stilbeelden
Afspeelmodus films
Beeldstabilisator ( 72)
Zoom ( 28)/belichting ( 83)
Custom Key ( 52)
Datum en tijd ( 26)
Timer filmopname ( 122)/
Aftellen zelfontspanner
( 73)
Stilbeeldkwaliteit ( 109)
Kaarttoegangsdisplay
Resterende kaartcapaciteit
voor stilbeelden ( 109)
Stilbeeldgrootte ( 109)
Filmformaat ( 110)
Stitch Assist (beelden
samenvoegen) ( 120)
Resterende kaartcapaciteit
voor films
Stitch Assist (beelden
samenvoegen) ( 120)
Flitsmodus ( 58)
Afdrukopdracht
(Print Order) ( 129)
Diashow ( 126)
Diashow ( 126)
Kaarttoegangsdisplay
Wisbeveiligingsmarkering
( 127)
Filmformaat ( 110)
Mapnummer-
Bestandsnummer ( 110)
Mapnummer-
Bestandsnummer ( 110)
Huidig stilbeeld/
totaal aantal stilbeelden
Huidige film/
totaal aantal films
Lengte van de film
Scene tijdsindicatie
Zelfontspanner ( 73)
Filmopname ( 122)/
AE-programma ( 61)
Belichtingsniveau ( 83)
Tegenlichtcorrectie
( 84)
Handmatig scherp-
stellen ( 81)
Witbalans ( 88)
AF/AE (automatische scherpstelling/
belichting) vergrendeld Fotostand ( 112)
Accessoire bevestigd aan de
geavanceerde accessoireschoen ( 77)
Datacodering ( 91)
Wisbeveiligingsmarkering
( 127)
Datacodering ( 91)
156
Aanvullende
informatie
Ne
Overzicht van berichten
Bericht
SET THE TIME ZONE,
DATE AND TIME
CHANGE THE BATTERY
PACK
THE TAPE IS SET FOR
ERASURE PREVENTION
REMOVE THE CASSETTE
CHECK THE DV INPUT
CONDENSATION HAS
BEEN DETECTED
TAPE END
CHECK THE CASSETTE
[REC MODE]
CHECK THE CASSETTE
[AUDIO MODE]
CHECK THE CASSETTE
[BLANK]
HEADS DIRTY, USE
CLEANING CASSETTE
COPYRIGHT PROTECTED
PLAYBACK IS RESTRICTED
COPYRIGHT PROTECTED
DUBBING RESTRICTED
Verklaring
U heeft de tijdzone, datum en tijd niet ingesteld.
Verschijnt telkens wanneer u de stroom inschakelt totdat
u de tijdzone, datum en tijd instelt.
De accu is vrijwel leeg. Vervang de accu of laad deze op.
De cassette is wisbeveiligd. Vervang de cassette of wijzig
de stand van het wisbeveiligingsschuifje.
De camcorder is gestopt om de cassette te beschermen.
Verwijder de cassette en plaats deze weer terug.
De DV-kabel is niet aangesloten, of het aangesloten
digitale apparaat is uitgeschakeld.
In de camcorder is condens ontdekt.
De band heeft het einde bereikt. Spoel de band terug of
vervang de cassette.
U heeft geprobeerd audio te dubben of AV tussen te
voegen op een band die in een andere modus dan de SP-
modus is opgenomen.
U heeft geprobeerd audio te dubben op een band die is
opgenomen in 16-bits of 12-bits geluid op 4 kanalen.
U heeft geprobeerd audio te dubben of AV tussen te
voegen op een band met een leeg gedeelte.
De videokoppen zijn vuil. Reinig de videokoppen.
U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde
band af te spelen.
U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde band
te kopiëren. Verschijnt mogelijk ook wanneer tijdens het
opnemen via de analoge ingang een abnormaal signaal
wordt ontvangen, of tijdens analoog/digitaal omzetting
van een auteursrechtelijk beveiligde band.
23
14
21
20
98
161
35
55
104
102
160
99
99
157
Aanvullende
informatie
Ne
Berichten die betrekking hebben op de geheugenkaart
Bericht
NO CARD
THE TAPE IS SET FOR
ERASURE PREVENTION
NO IMAGES
CARD ERROR
CARD FULL
NAMING ERROR
UNIDENTIFIABLE
IMAGE
PRINT ORDER
ERROR
THIS IMAGE CANNOT
BE RECORDED
THE MEMORY CARD
COVER IS OPEN
Verklaring
Er is geen geheugenkaart geplaatst.
De SD Memory Card is wisbeveiligd. Vervang de kaart of
wijzig de stand van het wisbeveiligingsschuifje.
Er zijn op de geheugenkaart geen beelden opgenomen.
Er is een geheugenkaartfout opgetreden. De camcorder
kan niet opnemen of afspelen. De fout kan tijdelijk zijn.
Als het bericht na 4 seconden verdwijnt en in een
rode kleur knippert, zet dan de camcorder uit, verwijder
de kaart en plaats deze terug. Als in een groene
kleur verandert, kunt u doorgaan met opnemen/afspelen.
Op de geheugenkaart is geen vrije ruimte meer
aanwezig. Vervang de geheugenkaart of wis beelden.
Het maximale bestands- of mapnummer is bereikt.
Het beeld wordt opgenomen in een JPEG-formaat dat niet
compatibel is of een formaat dat niet compatibel is met de
camcorder, of het beeld bevat beschadigde gegevens.
U heeft geprobeerd meer dan 200 stilbeelden in de
afdrukopdracht (print order) in te stellen.
Afhankelijk van het signaal kunnen sommige analoge beelden
niet als stilbeeld op de geheugenkaart worden opgenomen.
Het afdekplaatje van het compartiment van de
geheugenkaart staat open. Sluit het afdekplaatje.
108
108
124
108
128
110
124
129
115
108
158
Aanvullende
informatie
Ne
Berichten die betrekking hebben op Direct Print (direct afdrukken)
Bericht
Paper error
No Paper
Paper Jam
Paper has been
changed
Incompatible paper
size
Media type error
Ink error
Ink Cassette Error
No Ink
Paper and ink do not
match
Low ink level
Waste tank full
File error
Cannot Print!
Could not print X
images
Set print order
Cannot trim
Readjust trimming
Printer error
Recharge the printer
battery
Communication Error
Printer in use
Printer warming up
Paper lever error
Printer cover open
No printhead
Verklaring
Er is een probleem met het papier.
Het papier is niet op de juiste wijze geplaatst of er is geen papier.
Het papier is tijdens het afdrukken vastgelopen.
Het papierformaat is gewijzigd nadat de afdrukinstellingen
werden geselecteerd voordat met afdrukken werd begonnen.
U heeft geprobeerd af te drukken op papier dat niet kan worden
gebruikt met de camcorder.
U heeft geprobeerd een papierformaat/type te gebruiken dat door
de printer niet ondersteund wordt.
Er is een probleem met de inktcassette.
Er is een probleem met de inktcassette.
De inktcassette is niet aanwezig of de inkt is op.
De inkt kan niet worden gebruikt in combinatie met het
geselecteerde papiertype.
De inktcassette moet snel worden vervangen.
Afvaltank is vol. Raadpleeg de instructiehandleiding van uw
printer.
U heeft geprobeerd een beeld af te drukken dat met een andere
camcorder is gemaakt, een ander formaat heeft of op een
computer bewerkt is.
U heeft geprobeerd een beeld af te drukken dat met een
camcorder is gemaakt, een ander formaat heeft of op een
computer bewerkt is.
U heeft geprobeerd de afdrukopdracht-instellingen te gebruiken voor het
afdrukken van X beelden die met een andere camcorder zijn gemaakt,
een verschillend formaat hebben of op een computer bewerkt zijn.
U heeft geprobeerd een beeld af te drukken vanuit het menu CARD PLAY
(VCR) [
\
PRINT] zonder dat u de afdrukopdracht heeft ingesteld.
U heeft geprobeerd een beeld met een formaat van 160 × 120 bij te
snijden, of een beeld dat niet in de 4:3 verhouding is opgenomen.
U heeft de afdrukstijl gewijzigd nadat u de snij-instellingen heeft
ingesteld.
Zet de printer uit en weer aan.
De printeraccu is leeg.
Er is een gegevenstransmissiefout opgetreden.
De printer is bezig met afdrukken. Controleer de printersatus.
De printer is bezig op te warmen. Als het bericht niet na een paar
seconden verdwijnt, controleer dan de printerstatus.
Er is een fout opgetreden met de papierhendel. Stel de
papierselectiehendel in de juiste stand in.
Maak het printerdeksel goed dicht.
Er is in de printer geen printkop aanwezig.
159
Aanvullende
informatie
Ne
Onderhoud
Voorzorgsmaatregelen bij het omgaan met de camcorder
Draag de camcorder niet aan het LCD-paneel of de zoeker.
Laat de camcorder niet achter op plaatsen met hoge temperaturen, zoals een auto
in de zon, en op plaatsen met een hoge vochtigheid.
Gebruik de camcorder niet op plaatsen met magnetische of elektrische velden zoals
in de buurt bij TV-zenders of draagbare communicatie-apparaten.
Richt de lens of zoeker niet op sterke lichtbronnen. Laat de camcorder niet gericht
op een helder onderwerp.
Gebruik de camcorder niet op stoffige of zanderige plaatsen. Als er stof of zand in
de cassette of camcorder komt, kan er schade ontstaan. Stof en zand kunnen ook
de lens beschadigen. Bevestig na gebruik de lensdop.
De camcorder is niet waterdicht. Als er water, modder of zout in de cassette of
camcorder komt, kan er schade ontstaan.
Let op hitte die door verlichtingsapparatuur wordt afgegeven.
Demonteer de camcorder niet. Als de camcorder niet naar behoren werkt, neem
dan contact op met een deskundige reparateur.
Ga voorzichtig met de camcorder om. Stel de camcorder niet bloot aan schokken of
trillingen, omdat hierdoor schade kan ontstaan.
Voorkom plotselinge temperatuurschommelingen. Als u de camcorder snelle
temperatuurschommelingen laat ondergaan, dan kan er condens op interne
oppervlakken ontstaan ( 161).
Opslag
Als u de camcorder langere tijd niet wilt gebruiken, bewaar deze dan op een
stofvrije plaats met lage vochtigheid, en bij een temperatuur die niet hoger is dan
30˚C.
Als u de camcorder weer tevoorschijn haalt, controleer dan de functies van uw
camcorder om er zeker van te zijn dat de camcorder nog goed werkt.
Reinigen
Camcorderbehuizing en lens
Gebruik een zachte, droge doek om de behuizing en lens schoon te maken.
Gebruik nooit met chemicaliën behandelde doeken of vluchtige oplosmiddelen
zoals verfverdunner.
LCD-scherm
Reinig het LCD-scherm met een in de winkel verkrijgbaar schoonmaakdoekje voor
brillen.
Bij plotselinge temperatuurschommelingen kan zich op het oppervlak van het
scherm condens voordoen. Veeg het vocht weg met een zachte, droge doek.
160
Aanvullende
informatie
Ne
Bij koude temperaturen kan het scherm donkerder zijn dan gewoonlijk. Dit is
normaal en duidt niet op een storing. Het display keert terug naar de normale
toestand wanneer het scherm opwarmt.
Zoeker
Klap de zoeker omhoog. Verwijder de beschermende
afdekking en reinig het glas met een wattenstaafje.
Plaats de afdekking terug wanneer u klaar bent.
Wees voorzichtig dat u tijdens reiniging het glas niet
bekrast.
Videokoppen
Wanneer het bericht “HEADS DIRTY, USE CLEANING CASSETTE” verschijnt, of
wanneer het afspeelbeeld vervormd raakt, moeten de videokoppen worden
gereinigd.
Om een optimale beeldkwaliteit te behouden, bevelen wij aan de videokoppen
regelmatig met de Canon DVM-CL Digital Video Head Cleaning Cassette of een in
de winkel verkrijgbare droge reinigingscassette te reinigen.
Gebruik geen nat reinigende cassettes, omdat deze de camcorder kunnen
beschadigen.
161
Aanvullende
informatie
Ne
Condens
Als de camcorder snel van een hete naar een koude plaats of vice versa wordt
gebracht, kan op de interne oppervlakken condens (waterdruppels) ontstaan. Gebruik
de camcorder niet als condens wordt gesignaleerd. Als u de camcorder blijft
gebruiken, kan deze beschadigd raken.
Condens kan zich in de volgende situaties voordoen:
Hoe kunt u condens voorkomen:
Verwijder de cassette, plaats de camcorder in een luchtdichte tas en laat deze
langzaam aan temperatuurwijzigingen wennen voordat u de camcorder uit de tas
haalt.
Wanneer condens wordt gesignaleerd:
De camcorder houdt op te functioneren en het waarschuwingsbericht
“CONDENSATION HAS BEEN DETECTED” verschijnt ongeveer 4 seconden lang en h
begint te knipperen.
Als er een cassette is geplaatst, verschijnt het waarschuwingsbericht “REMOVE THE
CASSETTE” en begint v te knipperen. Verwijder de cassette onmiddellijk en laat
het cassettecompartiment open staan. Als u de cassette in de camcorder laat zitten,
kan de band beschadigd raken.
Er kan geen cassette worden geplaatst wanneer condens gedetecteerd is.
Gebruik van de camcorder hervatten:
Het duurt ongeveer 1 uur voordat de waterdruppeltjes verdampen. Als de
condenswaarschuwing met knipperen stopt, wacht dan nóg een uur voordat u de
camcorder weer gaat gebruiken.
Wanneer de camcorder vanuit een kamer
met actieve airconditioning wordt meege-
nomen naar een warme, vochtige plaats
Wanneer u de camcorder van een
koude plaats meeneemt naar een
warme kamer
Wanneer de camcorder wordt
achtergelaten in een vochtige kamer
Wanneer een koude kamer snel wordt
verwarmd
162
Aanvullende
informatie
Ne
De camcorder gebruiken in het buitenland
Stroombronnen
U kunt de compacte netadapter in elk land met een netvoeding tussen 100 en 240 V
wisselstroom, 50/60 Hz gebruiken om de camcorder te bedienen en de accu op te
laden. Raadpleeg het Canon Service Center voor informatie over stekkeradapters voor
gebruik in het buitenland.
Afspelen op een tv-scherm
U kunt uw opnamen alleen afspelen op tv's met het PAL-systeem. Het PAL-systeem
wordt in de volgende landen gebruikt:
Algerije, Australië, Bangladesh, België, Brunei, China, Denemarken, Duitsland, Finland,
Hongkong, Ierland, IJsland, India, Indonesië, Italië, voormalig Joegoslavië, Jordanië,
Kenia, Koeweit, Liberia, Maleisië, Malta, Mozambique, Nederland, Nieuw-Zeeland,
Noord-Korea, Noorwegen, Oeganda, Oman, Oostenrijk, Pakistan, Portugal, Qatar,
Sierra Leone, Singapore, Spanje, Sri Lanka, Swaziland, Tanzania, Thailand, Turkije,
Verenigde Arabische Emiraten, Verenigd Koninkrijk, Jemen, Zambia, Zuid-Afrika,
Zweden, Zwitserland.
163
Aanvullende
informatie
Ne
Problemen oplossen
Loop eerst door deze lijst wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik van uw camcorder.
Neem contact op met uw dealer of een Canon Service Center als het probleem aanhoudt.
Stroombron
Opnemen/afspelen
Probleem
De camcorder schakelt niet
in.
De camcorder schakelt
zichzelf uit.
Het cassettecompartiment
gaat niet open.
Het cassettecompartiment is
tijdens het plaatsen/
verwijderen van een cassette
gestopt.
De LCD/zoeker gaat aan en uit.
Oplossing
Vervang de accu of laad
deze op.
Plaats de accu op de juiste
wijze in de camcorder.
Vervang de accu of laad
deze op.
Schakel de camcorder in.
Vervang de accu of laad
deze op.
Open het afdekplaatje van
het cassettecompartiment in
zijn geheel.
Vervang de accu of laad
deze op.
Neem contact op met een
Canon Service Center.
Vervang de accu of laad
deze op.
Oorzaak
De accu is vrijwel leeg.
De accu is niet goed
geplaatst.
De accu is vrijwel leeg.
De energiebesparingsfunctie
is geactiveerd.
De accu is vrijwel leeg.
Het afdekplaatje van het
cassettecompartiment is niet
geheel geopend.
De accu is vrijwel leeg.
De camcorder werkt niet
goed.
De accu is vrijwel leeg.
14
14
14
26
14
20
14
14
De toetsen werken niet.
k knippert op het scherm.
h knippert op het scherm.
Op het scherm verschijnt
"Remove the cassette".
De draadloze afstands-
bediening werkt niet.
S“ knippert op het scherm
in een rode kleur.
Schakel de camcorder in.
Plaats een cassette.
Vervang de accu of laad
deze op.
Zie betreffende pagina.
Verwijder de cassette en
plaats deze weer terug.
Verander de stand van de
afstandsbedieningssensor.
Vervang de batterijen.
Neem contact op met een
Canon Service Center.
De camcorder is niet
ingeschakeld.
Er is geen cassette geplaatst.
De accu is vrijwel leeg.
Er is condens gesignaleerd.
De camcorder is gestopt om
de cassette te beschermen.
De stand van de afstandsbedie-
ningssensor van de camcorder
en de draadloze afstands-
bediening komt niet overeen.
De batterijen van de draad-
loze afstandsbediening zijn
vrijwel leeg.
De camcorder werkt niet
goed.
26
20
14
161
20
47
22
164
Aanvullende
informatie
Ne
Opnemen
Afspelen
Probleem
Het beeld verschijnt niet op
het scherm.
Op het scherm verschijnt
"Set the time zone, date and
time".
Als op de start/stop-toets
wordt gedrukt, neemt de
camcorder niet op.
De camcorder stelt niet scherp.
Er verschijnt een verticale
lichtbalk op het scherm.
Het geluid is vervormd of
opgenomen met een lager
volume dan het feitelijke
volume.
Het beeld in de zoeker is vaag.
Oplossing
Zet de camcorder in de stand
CAMERA.
Stel de tijdzone, datum en tijd in,
of vervang de ondersteunings-
batterij en reset de datum en tijd.
Schakel de stroom in.
Plaats een cassette.
Spoel de band terug of vervang
de cassette.
Plaats een andere cassette of
wijzig de positie van het
wisbeveiligingsschuifje.
Zet de camcorder in de stand
CAMERA.
Stel handmatig scherp.
Stel de zoeker af met de
oogcorrectieregelaar.
Reinig de lens.
– – –
– – –
Stel de zoeker af met de
oogcorrectieregelaar.
Oorzaak
De camcorder staat niet in de
stand CAMERA.
De tijdzone, datum en tijd zijn
niet ingesteld, of de onder-
steuningsbatterij is leeg.
De camcorder staat niet aan.
Er is geen cassette geplaatst.
De band heeft het eind bereikt
( knippert op het scherm).
De cassette is beveiligd (v
knippert op het scherm).
De camcorder staat in een
andere stand dan CAMERA.
De automatische scherpstelling
werkt niet op het onderwerp.
De zoeker is niet afgesteld.
De lens is vuil.
Als u opneemt op donkere plaat-
sen, kan een helder licht in het
tafereel tot gevolg hebben dat
een verticale lichtbalk ("veeg")
verschijnt. Dit is normaal en
duidt niet op een storing.
Als u opneemt bij een hard geluid
(zoals vuurwerk, drums of concer-
ten), dan is het mogelijk dat het
geluid vervormd raakt of niet
wordt opgenomen op het feite-
lijke geluidsniveau. Dit is normaal
en duidt niet op een storing.
De zoeker is niet afgesteld.
26
23
26
20
20
21
26
81
18
159
18
Als op de afspeeltoets wordt
gedrukt, speelt de band niet
af.
Op het tv-scherm verschijnt
geen beeld.
De band loopt, maar op het tv-
scherm verschijnt geen beeld.
De ingebouwde luidspreker
produceert geen geluid.
Zet de camcorder in de stand
PLAY (VCR).
Plaats een cassette.
Spoel de band terug.
Zet [AV / DV OUT] op [OFF].
Zet de keuzeschakelaar op
VIDEO.
Reinig de videokoppen.
Stop met afspelen/kopiëren.
Stel het volume in met de
keuzeschijf.
De camcorder is uitgeschakeld,
of niet ingesteld in de stand
PLAY (VCR).
Er is geen cassette geplaatst.
De band heeft het einde bereikt.
( knippert op het scherm).
[AV / DV OUT] is ingesteld op
[ON].
De TV/VIDEO-keuzeschakelaar op
de tv is niet op VIDEO ingesteld.
De videokoppen zijn vuil.
U heeft geprobeerd om een
auteursrechtelijk beveiligde band
af te spelen of te kopiëren.
Het luidsprekervolume staat uit.
35
20
35
100
38
160
99
37
165
Aanvullende
informatie
Ne
Gebruik van de geheugenkaart
Probleem
De geheugenkaart kan niet
worden geplaatst.
Op de geheugenkaart kan niet
worden opgenomen.
De geheugenkaart kan niet
worden weergegeven.
De camcorder speelt films niet
af in de stand CARD PLAY
(VCR).
Het beeld kan niet worden
gewist.
knippert in rood.
Oplossing
Keer de geheugenkaart om en
plaats de kaart opnieuw in de
camcorder.
Gebruik een andere kaart of wis
beelden die u niet meer nodig heeft.
Formatteer de geheugenkaart.
Plaats een geheugenkaart.
Stel [FILE NUMBERS] in op [RESET] en
plaats een nieuwe geheugenkaart.
Wijzig de stand van het
wisbeveiligingsschuifje.
Zet de camcorder in de stand
CARD PLAY (VCR).
Plaats een geheugenkaart.
Druk op de CARD STILL/MOVIE-
toets om over te gaan op de
afspeelmodus voor MPEG4-films.
Motion JPEG-films worden
afgespeeld in de weergavemodus
voor stilbeelden. Druk op de
CARD STILL/MOVIE-toets om over
te gaan op de weergavemodus
voor stilbeelden.
Annuleer de wisbeveiliging.
Wijzig de stand van het
wisbeveiligingsschuifje.
Zet de camcorder uit. Verwijder
de geheugenkaart en plaats
deze weer terug. Formatteer de
geheugenkaart als het symbool
blijft knipperen.
Oorzaak
De geheugenkaart is niet in de
juiste richting in de camcorder
geplaatst.
De geheugenkaart is vol.
De geheugenkaart is niet
geformatteerd.
Er is geen geheugenkaart
geplaatst.
Het bestandsnummer heeft de
maximale waarde bereikt.
De SD Memory Card is
wisbeveiligd.
De camcorder staat niet in de
stand CARD PLAY (VCR).
Er is geen geheugenkaart
geplaatst.
De camcorder toont de
weergavemodus voor
stilbeelden.
De film is met een andere
camcorder opgenomen in het
Motion JPEG formaat.
Het beeld is wisbeveiligd.
De SD Memory Card is
wisbeveiligd.
Er is een kaartfout opgetreden.
108
128
137
108
110
108
124
108
125
125
127
108
137
Afspelen
De printer werkt niet terwijl de
camcorder en printer juist
aangesloten zijn.
De camcorder is op de
NETWORK-modus ingesteld.
1.Zet de camcorder in de stand
CARD PLAY (VCR).
2.Verwijder de USB-kabel en
sluit deze weer aan.
3.Zet de printer uit en weer
aan.
-
166
Aanvullende
informatie
Ne
Systeemschema
(Beschikbaarheid verschilt van gebied tot gebied)
Groothoek-
converter
WD-H46
Polsriem WS-20
Schouderriem SS-600
Draadloze afstands-
bediening WL-D81
MiniDV
Video-
cassette
Accu uit de
BP-500 serie
Acculader
CG-570
Auto-accukabel CB-570
Compacte
netadapter
CA-570
Compacte
netadapter
CA-570
Accu uit de
BP-500 serie
S-videokabel S-150
Stereovideokabel
STV-250N
SCART-adapter
PC-A10
TV
Videorecorder
DV-kabel CV-150F/CV-250F
Digitaal
apparaat
SD Memory
Card SDC-128M
PC-kaartadapter
MultiMediaCard
USB-kabel IFC-300PCU
Teleconverter
TL-H46
Filterset
FS-H46U
Videoflitslamp VFL-1
Videolamp VL-3
Stereorichtings-
microfoon DM-50
Accuvideo-
lamp VL-10Li
Stereomicrofoon
(verkrijgbaar in de winkel)
Zachte draagtas
SC-1000
Canon-printers met de functie Direct Print/
printers die compatibel zijn met PictBridge
Accu uit de
BP-500 serie
Computer
USB Reader/Writer
167
Aanvullende
informatie
Ne
Optionele accessoires
Accu's uit de BP-500 serie
Als u extra accu's nodig heeft, maak dan een
keuze uit: BP-511, BP-512, BP-522 of
BP-535.
Acculader CG-570
De acculader kan worden gebruikt in
combinatie met de meegeleverde compacte
netadapter CA-570 of de optionele auto-
accukabel CB-570 om accu's uit de BP-500 serie
op te laden.
*De oplaadtijd varieert al naargelang de oplaadomstandigheden.
Auto-accukabel CB-570
Gebruik de auto-accukabel met de CG-570
acculader om onderweg accu's op te laden.
De auto-accukabel moet op de sigaretten-
aanstekerbus in de auto worden aangesloten
en werkt op een 12-24 V negatief-geaarde
accu.
BP-512 BP-522 BP-535
Gebruik van originele Canon-accessoires wordt aanbevolen.
Dit product is zo ontworpen dat een optimale prestatie gegarandeerd is wanneer de
camcorder wordt gebruikt in combinatie met originele Canon-accessoires. Canon kan
niet aansprakelijk worden gehouden voor schade aan dit product en/of ongelukken
zoals brand, etc. als gevolg van defecten in niet-originele Canon-accessoires (zoals
lekkage en/of explosie van een accu). Let erop dat deze garantie niet geldt voor
reparaties die het gevolg zijn van defecten in niet-originele Canon-accessoires, hoewel u
dergelijke reparaties wel tegen betaling kunt laten verrichten.
Accu Oplaadtijd*
BP-512 (meegeleverd) 95 min.
BP-511 (optioneel) 95 min.
BP-522 (optioneel) 140 min.
BP-535 (optioneel) 205 min.
168
Aanvullende
informatie
Ne
Teleconverter TL-H46
Deze teleconverterlens vergroot de
brandpuntsafstand van de camcorderlens met
een factor 1,7.
De beeldstabilisator werkt minder effectief
wanneer de teleconverter gemonteerd is.
De beeldkwaliteit kan aan de telefotozijde minder zijn.
De minimale afstand voor scherpstelling met de teleconverter is 3 meter; 6 cm bij
maximale groothoek (18 cm in de stand CARD CAMERA).
Als u de hulplamp of de videoflitslamp VFL-1 in combinatie met de aangesloten
teleconverter gebruikt, dan kan de schaduw van de teleconverter op het scherm
zichtbaar zijn.
Groothoekconverter WD-H46
Deze lens verkleint de brandpuntsafstand met
een factor 0,7, waardoor u een breed
perspectief krijgt voor opnamen binnenshuis of
bij panorama's.
Als u de hulplamp of de videoflitslamp VFL-1
in combinatie met de aangesloten groothoekconverter gebruikt, dan kan de
schaduw van de groothoekconverter op het scherm zichtbaar zijn.
Filterset FS-H46U
Dit zijn filters voor neutrale densiteit en MC-
beschermfilters om moeilijke
belichtingsomstandigheden de baas te kunnen.
Accuvideolamp VL-10Li
Deze compacte maar krachtige videolamp kan
worden gebruikt voor zowel opnamen
binnenshuis als buitenshuis. Deze wordt op de
accessoireschoen van de camcorder geplaatst en
krijgt voeding van de accu uit de BP-900 serie.
Gebruikstijd (bij benadering): BP-915: 60 min., BP-930: 120 min., BP-945: 170 min.
Accu's uit de BP-900 serie worden opgeladen met de compacte netadapter CA-920
of met de tweevoudige batterij-oplader/houder CH-910.
Videoflitslamp VFL-1
Met deze videoflitslamp kunt u zelfs 's nachts
of op donkere plaatsen stilbeelden en films
opnemen.Deze lamp wordt bevestigd aan de
geavanceerde accessoireschoen, zodat er geen
kabel nodig is.
169
Aanvullende
informatie
Ne
Videolamp VL-3
Met deze videolamp kunt u ook in donkere
ruimtes heldere opnamen in kleur maken. Deze
lamp wordt bevestigd aan de geavanceerde
accessoireschoen, zodat er geen kabel nodig is.
Richtingsgevoelige stereomicrofoon
DM-50
Deze supergevoelige richtmicrofoon wordt
aangesloten op de geavanceerde
accessoireschoen van de camcorder. Deze
microfoon kan worden gebruikt als
richtmicrofoon (mono) of stereomicrofoon.
Polsriem WS-20
Gebruik deze riem voor extra aanvullende
bescherming tijdens het opnemen.
Zachte draagtas SC-1000
Een handige camcordertas met gevoerde vakjes
en genoeg ruimte voor accessoires.
Dit merkteken is het symbool van originele Canon-
videoaccessoires. Als u gebruik maakt van Canon-videoapparatuur,
dan raden wij u ten zeerste aan om gebruik te maken van
accessoires of producten van Canon met hetzelfde merkteken.
C
A
N
O
N
G
E
N
U
I
N
E
V
I
D
E
O
A
C
C
E
S
S
O
R
Y
170
Aanvullende
informatie
Ne
Specificaties
MVX3i
Voeding (nominaal): 7,4 V gelijkstroom
Energieverbruik 4,5 W (met gebruik van de zoeker), 5,7 W (met
(AF ingeschakeld): gebruik van het LCD-scherm)
Televisiesysteem: PAL-kleursignaal
(625 lijnen, 50 velden), CCIR-standaard
Video-opnamesysteem: 2 gedraaide koppen, helisch aftastend DV-systeem
(digitaal VCR SD-systeem voor de consumentenmarkt)
Opnemen met digitale componenten
Audio-opnamesysteem: Band: Digitaal PCM-geluid: 16-bits (48 kHz/2 kanalen);
12-bits (32 kHz/4 kanalen); Digitaal ADPCM-geluid: 16-
bits (8 kHz/1 kanaal), 4-bits
Beeldsensor: 1/3.4" CCD (Charge Coupled Device), ongeveer
2.200.000 pixels (effectief aantal pixels: band: onge-
veer 1.770.000 pixels, kaart: ongeveer 2.000.000 pixels)
Bandformaat: Videocassettes met de “MiniDV”-markering.
Bandsnelheid: SP: 18,83 mm/s, LP: 12,57 mm/s
Maximale opnametijd SP: 80 min., LP: 120 min.
(cassette van 80 min.):
Tijd vooruitspoelen/ Ongeveer 2 min. 20 sec. (met een cassette van 60 min.)
terugspoelen:
Lens: F1,6-1,9, 10× aangedreven zoom, f=4,7-47 mm (kaart:
F1,8-2,8, 9× aangedreven zoom, f=5,2-47 mm
Scherpstelsysteem: TTL autofocus, handbediend scherpstellen mogelijk
Minimale scherpstelafstand: 1 m; 2 cm op maximale groothoek (kaart: 6 cm)
Maximale sluitertijd:
1/2000 sec. (1/500 sec. bij gebruik van een geheugenkaart)
Minimale verlichting: 1.3 lx (met gebruik van het programma Night)
Aanbevolen verlichting: Meer dan 100 lx
Filterdiameter: 46 mm
Zoeker: 0.33 inch, TFT kleuren LCD, ongeveer 113.000 pixels
LCD-scherm: 3.5 inch, TFT kleuren LCD, ongeveer 246.000 pixels
Microfoon: Microfoon: stereo electret condensmicrofoon
Opname-media: SD Memory Card, MultiMediaCard
Aantal opnamepixels: Stilbeeld: 1632 × 1224, 1280 × 960, 640 × 480 pixels
Film: 352 × 288 pixels, 176 × 144 pixels, 12,5 beeldje/sec.
Geschatte capaciteit 1632 ×1244: Superfine: 3 beelden/Fine: 5
SD Memory Card en beelden/Normal 10 beelden; 1280 × 960: Superfine:
SD Memory Card SDC-8M: 5 beelden/Fine: 9 beelden/Normal 16 beelden;
640 × 480: Superfine: 34 beelden/Fine 50 beelden/Normal 84 beelden Het feitelijk
aantal varieert al naargelang de beelden. De voorbeeldopnamen op de meegeleverde
SD Memory Card zijn in het totale aantal beelden meegeteld.
Maximaal aantal 1632 × 1224: Flits aan/uit: 10 beelden (2 beeldjes/sec.)
continu-opnamen: 1280 × 960: Flits aan: 10 beelden (2 beeldjes/sec.);
Flits uit: 10 beelden (3 beeldjes/sec.)
Bestandsformaat: Design rule for Camera File system (DCF), compatibel
met Exif 2.2, compatibel met Digital Print Order
Format (DPOF) (alleen stilbeelden) Deze camcorder ondersteunt Exif 2.2 (ook “Exif Print”
genoemd). Exif Print is een standaard voor verbetering van de communicatie tussen
camcorders en printers. Door een met Exif Print compatibele printer aan te sluiten
worden de beeldgegevens die tijdens opname met de camcorder zijn gemaakt, gebruikt
en geoptimaliseerd, waardoor afdrukken van zeer hoge kwaliteit worden geproduceerd.
Beeldformaat: Stilbeeld: JPEG (compressiefunctie: Superfine, Fine,
Normal) Film: MPEG-4
171
Aanvullende
informatie
Ne
Gewicht en afmetingen zijn bij benadering. Fouten en omissies voorbehouden. Specificaties
kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
USB-aansluiting: mini-B
In/uitgang DV-aansluiting: Speciale 4-pens connector (in overeenstemming met
IEEE 1394)
AV-ingangs/ Ministekkerbus ø 3,5 mm
uitgangsaansluiting: Audio-invoer: -10 dBV/40 kohm of meer
Audio-uitvoer: -10 dBm (47 Kohm belasting)/3 Kohm of
minder
Video: 1 Vp-p/75 ohm asymmetrisch
In/uitgang S-video aansluiting:1 Vp-p/75 ohm (Y-signaal), 0,3 Vp-p/75 ohm (C-signaal)
Ingang MIC-aansluiting: Stereoministekkerbus ø 3,5 mm
–37 dBV (met 600 ohm mic)/5 kohm of meer (MIC ATT ON)
–57 dBV (met 600 ohm mic)/5 kohm of meer (MIC ATT OFF)
Hoofdtelefoonaansluiting: Stereoministekkerbus ø 3,5 mm
Bedrijfstemperatuur: 0 – 40˚C
Afmetingen: 80 × 90 × 201 mm
Gewicht 725 g
Compacte netadapter CA-570
Voeding: 100 - 240 V wisselstroom, 50/60 Hz
Energieverbruik: 17 W
Nominaal uitgangssignaal: 8,4 V gelijkstroom 1,5 A
Bedrijfstemperatuur: 0 – 40˚C
Afmetingen: 52 × 90 × 29 mm
Gewicht: 135 g
Accu BP-512
Accutype: Oplaadbare lithium-ionaccu
Nominale spanning: 7,4 V gelijkstroom
Bedrijfstemperatuur: 0 – 40˚C
Capaciteit accu: 1100 mAh
Afmetingen: 38 × 21 × 55 mm
Gewicht: 70 g
SD Memory Card SDC-8M
Capaciteit: 8 MB
Interface: SD Memory Card standaard
Bedrijfstemperatuur: 0 – 40˚C
Afmetingen: 32 × 24 × 2,1 mm
Gewicht: 2 g
172
Aanvullende
informatie
Ne
Index
12-bits audio . . . . . . . . . . . . . . . 106
16:9 breedbeeld . . . . . . . . . . . . . . 53
6-seconden automatische datering
. 92
Aansluiting - TV . . . . . . . . . . . . . . 38
Aansluiting - videorecorder . . . . . 38
Accessoires . . . . . . . . . . . . . . . 7, 167
Accu. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14, 167
Acculader . . . . . . . . . . . . . . . . . . 167
AE-programma . . . . . . . . . . . . . . . 61
Afdrukopdracht (print order)
. 129, 150
AF-hulplamp . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Afspeelmodus voor films. . . . . . . 125
Afspeelpauze . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Afspelen - cassette . . . . . . . . . . . . 35
Afstandsbedieningssensor. . . . . . . 50
Analoge ingang . . . . . . . . . . . . . . 97
Analoog/digitaal omzetter . . . . . 100
Audio dubben . . . . . . . . . . . . . . . 104
Audioniveau . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
Audiostand . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
Auteursrechtsignalen . . . . . . . . . . 99
Auto . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61
Automatische scherpstelling . . . . . 81
AV-aansluiting. . . . . . . . . . . . . . . . 39
AV/DV . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
AV tussenvoegen. . . . . . . . . . . . . 102
Bedieningsstand . . . . . . . . . . . . . . . 6
Beeldkwaliteit . . . . . . . . . . . . . . . 109
Beeldstabilisator . . . . . . . . . . . . . . 72
Belichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 83
Bestandsnummers . . . . . . . . . . . . 110
Buitenland, gebruik van de
camcorder . . . . . . . . . . . . . . . . . 162
Card Mix . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 132
Computer . . . . . . . . . . . . . . 107, 138
Condens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 161
Continu-opnamen . . . . . . . . . . . . 118
Custom Key . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Datacodering . . . . . . . . . . . . . . . . 91
Datum en tijd . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Datum zoeken. . . . . . . . . . . . . 33, 93
Demonstratiefunctie . . . . . . . . . . . 54
Diafragma . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Diafragmavoorkeuze (Av) . . . . 62, 87
Diashow . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 126
Digitale effecten . . . . . . . . . . . . . . 64
Digitale zoom . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Direct Print . . . . . . . . . . . . . . . . . 143
Draadloze afstandsbediening. . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12, 22, 50
DV-aansluiting . . . . . . . . . . . . 96, 107
DV dubben . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98
Easy Recording . . . . . . . . . . . . . . . 61
Effecten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Faders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65
Filmformaat. . . . . . . . . . . . . . . . . 110
Films opnemen op een cassette . . 26
Films opnemen op een
geheugenkaart . . . . . . . . . . . . . 122
Formatteren . . . . . . . . . . . . . . . . 137
Foto zoeken . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
Geavanceerde accessoireschoen . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19, 77-80
Geheugenkaart . . . . . . . . . . 108, 140
Groothoek. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Handgreepriem. . . . . . . . . . . . . . . 19
Handmatig scherpstellen . . . . . . . 81
Helderheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Hoofdtelefoon . . . . . . . . . . . . 37, 76
Hulplamp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Indexscherm . . . . . . . . . . . . . . . . 125
Ingebouwde flitser . . . . . . . . . . . . 58
I
H
G
F
E
D
C
B
A
173
Aanvullende
informatie
Ne
LCD-spiegelfunctie . . . . . . . . . . . . 31
Lensdop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
LP-modus. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Luidspreker . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
MIC-aansluiting. . . . . . . . . . . . . . . 75
Microfoon . . . . . . . . . . . . . . . . 75, 80
Microfoondemper. . . . . . . . . . . . . 75
Meerbeeldenscherm . . . . . . . . . . . 70
Menu's . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
MultiMediaCard . . . . . . . . . 108, 140
My Camera-instellingen . . . . . . . . 51
Netadapter . . . . . . . . . . . . . . . 14, 15
NETWORK-modus . . . . . . . . . . . . 151
Night-programma . . . . . . . . . . . . . 62
Nulstelgeheugen. . . . . . . . . . . . . . 94
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . 159
Ondersteuningsbatterij. . . . . . . . . 17
Opname bekijken . . . . . . . . . . . . . 33
Opnamepauzestand . . . . . . . . . . . 26
Opnameprogramma's . . . . . . . . . . 61
Opnamestand . . . . . . . . . . . . . . . 118
Opnemen op een videorecorder. . 95
Pieptoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Problemen oplossen . . . . . . . . . . 163
Reeksopnamen . . . . . . . . . . . . . . 119
S1 video-aansluiting . . . . . . . . . . . 39
Sand & Snow-programma. . . . . . . 62
Schermdisplays . . . . . . . . . . . . . . 152
Scherpstellen. . . . . . . . . . . . . . . . . 81
Scherpstellingsvoorkeur . . . . . . . 117
Scherpstelpunt . . . . . . . . . . . . . . 116
SD Memory Card . . . . . . . . . 108, 140
Sluitertijd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85
Sluitertijdvoorkeuze (Tv). . . . . 62, 85
SP-modus. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Spotlight-programma . . . . . . . . . . 62
Statief . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Statuslampje . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Stilbeelden kopiëren. . . . . . . . . . 135
Stilbeelden opnemen op
een cassette . . . . . . . . . . . . . . . . 56
Stilbeelden opnemen op een
geheugenkaart . . . . . . . . . . . . 112
Stilbeelden wissen. . . . . . . . . . . . 128
Stilbeeldformaat . . . . . . . . . . . . . 109
Stilbeeldkwaliteit . . . . . . . . . . . . 109
Stitch Assist (beelden samenvoegen)
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120
Super Night-programma. . . . . . . . 63
Tegenlichtcorrectie . . . . . . . . . . . . 84
Telestand. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Terugspoelen. . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Tijdcode. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 153
Tijdzone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
TV-scherm . . . . . . . . . . . . . . . 38, 152
Uitgangskanaal . . . . . . . . . . . . . . . 41
USB-aansluiting . . . . . . . . . . . . . 138:
Vergroten van het beeld. . . . . . . . 90
Videocassettes. . . . . . . . . . . . . . . . 20
Videokoppen. . . . . . . . . . . . . . . . 160
Videolamp. . . . . . . . . . . . . . . . 77, 78
Voorbeeldopnamen . . . . . . . . . . 141
Vooruitspoelen . . . . . . . . . . . . . . . 35
Weergavemodus voor stilbeelden
. 124
Weergeven - geheugenkaart . . . 124
Windscherm . . . . . . . . . . . . . . 30, 76
Wisbeveiliging. . . . . . . . . . . . . . . 127
Wisbeveiliging cassette . . . . . . . . . 21
Witbalans . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 88
Zebrapatroon . . . . . . . . . . . . . . . . 84
Zelfontspanner . . . . . . . . . . . . . . . 73
Zoeker . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18, 160
Zoekkeuze (Search Select). . . . . . . 93
Zoomen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Z
W
V
U
T
S
R
P
O
N
M
L
0017X011 © CANON INC. 2003 PRINTED IN THE EU
CANON INC.
Canon Europa N.V.
P.O. Box 2262
1180 EG Amstelveen
The Netherlands
Nederland:
Canon Nederland NV
Neptunusstraat 1
2132 JA Hoofddorp
Tel: 023-567 01 23
Fax: 023-567 01 24
www.canon.nl
België:
Canon België N.V./S.A.
Bessenveldstraat 7
1831 Diegem (Machelen)
Tel: (02)-7220411
Fax: (02)-7213274
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier.
Digitale Video Camcorder
Gebruiksaanwijzing
Nederlands
PAL
Inleiding
Basisbediening
Gebruik van
alle aanwezige
functies
Videobeelden
monteren
Gebruik van een
geheugenkaart
Direct
afdrukken
Mini
Digital
Video
Cassette
Aanvullende
informatie
Nederlands
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174

Canon MVX3i Handleiding

Categorie
Camcorders
Type
Handleiding