14
N Gebruiksaanwijzing
Hartelijk dank dat u voor een product van Hama heeft
gekozen.
Neem de tijd om de volgende aanwijzingen en instructies
volledig door te lezen. Berg deze gebruiksaanwijzing
vervolgens op een goede plek op zodat u hem als naslagwerk
kunt gebruiken. Op zodat u hem als naslagwerk kunt
gebruiken.
1. Verklaring van waarschuwingssymbolen en
instructies
Waarschuwing
Wordt gebruikt voor veiligheidsinstructies of om de
aandacht te trekken op bijzondere gevaren en risico‘s.
Aanwijzing
Wordt gebruikt voor extra informatie of belangrijke
informatie.
2. Inhoud van de verpakking
•USB-oplaadstation
•Deze bedieningsinstructies
3. Veiligheidsinstructies
•Het product is bedoeld voor niet-commercieel privegebruik
in huiselijke kring.
•Bescherm het product tegen vuil, vocht en oververhitting
•Laat het product niet vallen en stel het niet bloot aan zware
schokken of stoten.
•Gebruik het product niet buiten de in de technische
gegevens vermelde vermogensgrenzen.
•Open het product niet en gebruik het niet meer als het
beschadigd is.
•Verander niets aan het toestel. Daardoor vervalt elke
aanspraak op garantie.
•Sluit het product alleen aan op een daarvoor geschikt en
intact stopcontact. Het stopcontact moet in de buurt van
het product zijn aangebracht en goed bereikbaar zijn.
•Gebruik het product niet meer als het zichtbare
beschadigingen vertoont.
4. Eigenschappen
Dit laadtoestel werd speciaal voor het tegelijkertijd opladen
van vier verschillende toestellen ontwikkeld, zoals bijv.
smartphones, tablet-pc’s of mp3-spelers. Met deze oplader
kunnen de toestellen ook zonder pc of laptop makkelijk
worden opgeladen of gebruikt.
5. Gebruik
Aanwijzing
•De oplader is geschikt voor een netspanning
van 100-240 V en kan om die reden wereldwijd
worden gebruikt. Neemt u in acht dat hiervoor een
landspecieke adapter is benodigd.
Waarschuwing
•Controleer voor het aansluiten van een eindtoestel of
het, gelet op de capaciteit van de oplader, voldoende
van stroom kan worden voorzien.
•Vergewis u ervan dat het totale stroomverbruik van
alle aangesloten eindapparatuur niet meer dan 5100
mA bedraagt.
•Neem de aanwijzingen in de bedieningsinstructies van
uw eindtoestel in acht.
Indien er niet uitdrukkelijk andere informatie in de
bedieningsinstructies van de op te laden apparatuur is
vermeld, dan gaat u als volgt te werk:
•Sluit het uitgeschakelde toestel op de oplader aan.
•Sluit nu de oplader op een makkelijk toegankelijk en op
correcte wijze geïnstalleerd stopcontact aan.
•Schakel nu pas uw toestel in voor verdere bediening.
Let bij het opladen van accu’s in het toestel op de maximale
oplaadtijden voor de ingebouwde accu’s.