Bauknecht KGN 3382 A2+ FRESH IL Program Chart

Type
Program Chart
A. Koelkast
1. Filter in de ventilator
2. Verlichting
3. Schappen/Schappenzone
4. Flessenrek
5. Ventilatiesysteem Multi-flow
6. Koudste vak (ideaal voor vlees en vis)
7. Typeplaatje met handelsnaam
8. Crisper voor groente en fruit
9. Verdeler crisper
10. Set voor het omkeren van de deur
11. Afscheider
12. Deurvakken
B. Vriesvak
13. Bovenste lade (invrieszone)
14. Schappen
15. Korven voor het bewaren van ingevroren voedsel
16. IJsbakje en/of koude-element
17. Deurafdichtingen
C. Bedieningspaneel
Antibacteriële bescherming (afhankelijk van het model):
- Antibacterieel filter in de ventilator (1)
- Antibacteriële toevoegingen in de Crisper (8)
- De deurafdichtingen zijn gemaakt van materiaal dat de groei
van bacteriën remt (17)
Opmerkingen:
- Afhankelijk van het model kan het aantal en het type
accessoires verschillen.
- Bij een stroomuitval helpt het koude-element om de optimale
bewaartemperatuur langer vast te houden.
- Alle schappen en deurvakken zijn uitneembaar.
- De binnentemperatuur van het apparaat is afhankelijk van
de omgevingstemperatuur, hoe vaak de deuren worden
geopend en de plaats van het apparaat. Bij de instelling van
de temperatuur moet u rekening houden met deze factoren.
- De accessoires van het apparaat zijn niet geschikt om in de
afwasmachine af te wassen.
- Na het plaatsen van het voedsel moet u ervoor zorgen dat de
deur van het vriesvak goed gesloten is.
BEWAARRUIMTE VERGROTEN
De vriezer kan gebruikt worden zonder de korven/klep om
ruimte te maken voor grote producten.
U kunt de levensmiddelen rechtstreeks op de roosters leggen.
HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER AANZETTEN
Nadat de stekker in het stopcontact is gestoken, begint het
apparaat automatisch te werken. Wacht, nadat u het apparaat
heeft ingeschakeld, minstens 4-6 uur voordat u levensmiddelen
in het apparaat legt. Wanneer het apparaat wordt aangesloten
op de netvoeding wordt het display verlicht en worden alle
indicatielampjes op het bedieningspaneel enkele seconden
weergegeven op het display. De standaard (fabrieks) waarde
van de koelkastinstellingen lichten op.
Opmerking:
- Als er voedsel in de koelkast wordt geplaatst voordat het
apparaat voldoende gekoeld is, kan het voedsel bederven.
VENTILATOR
De ventilator verbetert de temperatuurverdeling in de koelkast,
waardoor het voedsel beter geconserveerd wordt.
De ventilator is standaard INGESCHAKELD.
Geadviseerd wordt om de ventilator ingeschakeld te houden,
zodat de “6th Sense Fresh Control”/“Green Intelligence
ProFresh”-functie goed kan werken, en ook als de
luchttemperatuur in de omgeving boven de 27-28 °C komt, als
er waterdruppels op de glazen schappen liggen of
als er sprake is van een hoge luchtvochtigheid.
Opmerking: Blokkeer het gebied van de luchtinlaat niet
met levensmiddelen.
Om het energieverbruik te optimaliseren en ervoor te
zorgen dat goede prestaties worden geleverd bij een lagere
omgevingstemperatuur (kouder dan 18 °C), dient u de
ventilator uit te schakelen.
Om de VENTILATOR uit te schakelen, houdt u de toetsen
Temperature en Fast Cool tegelijkertijd 3 seconden ingedrukt
tot een geluidssignaal hoorbaar is en het symbool 6th Sense
Fresh Control/Green Intelligence ProFresh wordt uitgeschakeld
om te bevestigen dat de ventilator uitgeschakeld is.
Herhaal dezelfde procedure om de VENTILATOR in te
schakelen.
Als het apparaat is voorzien van de ventilator kan het ook
uitgerust worden met het antibacteriële filter.
Haal het filter uit de doos, die zich in de crisper-lade bevindt
(element 8) en plaats het in de afdekking van de ventilator.
De instructies voor de vervanging zijn bij het filter gevoegd.
BEDIENINGSPANEEL
1. Temperatuurknop
2. Temperatuurlampjes
3. “6th Sense Fresh Control”/
“Green Intelligence ProFresh” -symbool
4. Symbool Snelkoelen
5. Knop Snelkoelen
TEMPERATUURSELECTIE
Druk op de knop op het bedieningspaneel om de temperatuur
in te stellen.
De temperatuurknop wordt gebruikt om het gewenste
temperatuurniveau in te stellen, van warmst
naar lager naar
koudst .
PRODUCTINFORMATIEBLAD
NL
NL
A
B
C
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
17
16
15
UAROBGRUHUSKPL CZFIDKNOSEGRITPTESDE KZGB FR
Door op de knop te drukken verandert de temperatuur cyclisch.
De temperatuurinstelling wordt voor beide vakken tegelijk
uitgevoerd – koelkast en vriezer.
Bij de eerste inschakeling van het apparaat wordt de
fabrieksinstelling gekozen – de gemiddelde stand.
In de volgende tabel ziet u de instelpunten:
hoge temp.
gem.-hoge temp.
gemiddelde temp.
gem.-lage temp.
lage temp.
Legenda:
Lampje AAN Lampje UIT
FUNCTIES
Snelkoelen
Met de snelkoelfunctie (Fast Cool) kunt u de koeling
in de koelkast verhogen. Het gebruik van deze functie
wordt aanbevolen als u zeer veel levensmiddelen in
de koelkast plaatst.
Druk op de knop “Fast Cool” om de snelkoelfunctie
in of uit te schakelen. Als de functie ingeschakeld is,
gaat het Fast Cool-lampje branden. De functie wordt
na 6 uur automatisch uitgeschakeld.
Opmerking:
- De Fast Cool-functie moet ook op AAN worden
gezet voordat u vers voedsel in het vriesvak zet, om
de vriescapaciteit zo groot mogelijk te maken.
/ “6th Sense Fresh Control”/“Green Intelligence
ProFresh”
Met deze functie kunt u snel de optimale
conserveringsomstandigheden (voor wat betreft
temperatuur en vochtigheid) bereiken binnen het
apparaat. Voor een correcte werking moet ook de
ventilator ingeschakeld zijn. De functie “6th Sense
Fresh Control”/“Green Intelligence ProFresh” is
standaard ingeschakeld.
Om de functie handmatig uit te schakelen houdt u
de toetsen “Temperatuur & Fast Cool” 3 seconden
ingedrukt: het 6th Sense Fresh Control-symbool gaat
uit, als bevestiging dat de functie is uitgeschakeld. De
functie kan weer ingeschakeld worden door dezelfde
procedure te herhalen.
Bij een stroomstoring wordt de status van “6th Sense
Fresh Control”/“Green Intelligence ProFresh” hersteld
naar de standaardinstelling, dus actief.
Opmerking: Bedenk wel dat via de
deactiveringsfunctie 6th Sense Fresh Control/
Green Intelligence ProFresh de VENTILATOR wordt
uitgeschakeld.
REINIGING
Maak het apparaat regelmatig schoon met een doek met een
oplossing van lauw water en een neutraal schoonmaakmiddel
dat geschikt is voor het reinigen van de binnenkant van een
koelkast. Gebruik geen schuurmiddelen of gereedschappen.
Om de constante en correcte afvoer van het dooiwater te
garanderen, regelmatig het afvoergaatje op de achterwand
van het koelvak, in de buurt
van de groenten- en fruitlade,
schoonmaken met behulp van
het bijgeleverde gereedschap.
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de stroomtoevoer
af voordat u met reinigings- of onderhoudswerkzaamheden
begint.
HET KOELVAK ONTDOOIEN
Het ontdooien van het koelvak vindt volledig automatisch
plaats.
De aanwezigheid van waterdruppels op de achterwand aan
de binnenkant van de koelkast geeft aan dat de automatische
ontdooifase bezig is. Het dooiwater loopt automatisch weg in
een afvoergaatje en vervolgens in een bak, waar het verdampt.
HET VRIESVAK ONTDOOIEN
No Frost-vriezers bieden koudeluchtcirculatie om de gebieden
waar voedsel wordt bewaard en voorkomen de vorming van
ijs, waardoor het apparaat niet meer ontdooid hoeft te worden.
Bevroren items kleven niet aan de wanden, de labels blijven
leesbaar en de opslagruimte blijft netjes en schoon.
HET LAMPJE VERVANGEN (afhankelijk van het model)
VERLICHTING MET LAMPJES
Haal altijd de stekker van de koelkast uit het stopcontact
voordat u het lampje vervangt. Als de binnenverlichting niet
werkt, moet u het volgende doen:
1. Verwijder het lampenkapje:
steek uw vingers in de
ventilatieopeningen aan de
zijkant (1), druk voorzichtig
op het kapje en beweeg het
omhoog.
2. Controleer het lampje/ledlampje. Schroef indien nodig het
kapotte lampje los en vervang het door een traditioneel
lampje (met dezelfde eigenschappen als het oude lampje) of
een LED-lampje van hetzelfde type, alleen te verkrijgen bij
onze Servicecentra of erkende verdelers.
3. Bevestig het lampenkapje.
Laat de lamp niet onbedekt.
VERLICHTING MET LED’s
Als de led-binnenverlichting niet werkt,
moet deze vervangen worden door de
klantenservice.
Belangrijk:
De binnenverlichting van de koelkast gaat
branden wanneer de deur van de koelkast
geopend wordt. 10 minuten na opening van de deur gaat het
licht uit.
STORINGEN EN ALARMINDICATIES:
Werkingsalarmen
In het geval van werkingsalarmen worden deze weergegeven in
de temperatuurlampjes (b.v. Storing1, Storing 2 etc...). Bel de
Klantenservice en geef de alarmcode door.
De 3 middelste lampjes in de temperatuurlampjes knipperen
volgens de hieronder beschreven storingscode:
Storing-
scode
Visualisatie
Error 2
RC-instelpunten knipperen aan/
uit bij 0,5 sec. Knippert tweemaal
AAN en blijft dan 5 seconden uit.
Het patroon herhaalt zich.
x2
Error 3
RC-instelpunten knipperen aan/
uit bij 0,5 sec. Knippert driemaal
AAN en blijft dan 5 seconden uit.
Het patroon herhaalt zich.
x3
Error 6
RC-instelpunten knipperen aan/
uit bij 0,5 sec. Knippert zes AAN
en blijft dan 5 seconden uit.
Het patroon herhaalt zich.
x6
Legenda: Lampje uit Lampje knippert
PRODUCTINFORMATIEBLAD
NL
5019 620 00043 Printed in Poland 05/14
NL UAROBGRUHUSKPL CZFIDKNOSEGRITPTESDE KZGB FR
  • Page 1 1
  • Page 2 2

Bauknecht KGN 3382 A2+ FRESH IL Program Chart

Type
Program Chart