Aeg-Electrolux EE3003011M Handleiding

Type
Handleiding
EE3003011
NL
OVEN GEBRUIKSAANWIJZING
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit
apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te
presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone
apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten
de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al
uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te
laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de
hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal
kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg-electrolux.com/shop
2
INHOUD
4 Veiligheidsinformatie
7 Beschrijving van het product
8 Voor het eerste gebruik
9 Dagelijks gebruik
11 Klokfuncties
12 Gebruik van de accessoires
13 Extra functies
13 Nuttige aanwijzingen en tips
23 Onderhoud en reiniging
26 Problemen oplossen
27 Milieubescherming
In deze gebruiksaanwijzing worden de
volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke
veiligheid en informatie over het voorkomen
van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
Inhoud
3
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het apparaat te installeren of te gebruiken:
Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen
Uit respect voor het milieu
Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of verkoopt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie
of foutief gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen
met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan er-
varing en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kinderen
mogen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of
lichamelijk letsel.
Houd kinderen en dieren uit de buurt van het apparaat als de deur openstaat of als het
apparaat in gebruik is. Gevaar voor letsel of ander permanent lichamelijk letsel.
Gebruik het kinderslot of de toetsblokkering als het apparaat hiermee uitgerust is. Dit
voorkomt dat kinderen en dieren het apparaat per ongeluk aanzetten.
Algemene veiligheid
Verander de specificaties van dit product niet. Risico op letsel en beschadiging van het
apparaat.
Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
Schakel het apparaat na elk gebruik uit.
Montage
Alleen een bevoegd elektriciën mag het apparaat installeren en aansluiten. Neem contact
op met een erkend servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel of structurele schade te
voorkomen.
Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens het transport Sluit geen beschadigd
apparaat aan. Neem indien nodig contact op met de leverancier.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en folie van het apparaat voordat u het
voor het eerst in gebruik neemt. Verwijder niet het typeplaatje. Dit kan de garantie on-
geldig maken.
Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken tijdens de
installatie.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat. Het apparaat is zwaar. Gebruik
altijd veiligheidshandschoenen. Trek het apparaat nooit omhoog aan de handgreep.
4 Veiligheidsinformatie
De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat vol-
ledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactope-
ning hebben met een minimale breedte van 3mm.
U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zekerin-
gen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
Zorg dat de keukenkast de benodigde afmetingen heeft voordat u met de installatie be-
gint.
Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en units in acht.
Het apparaat kan niet op een voetstuk worden geplaatst.
Ingebouwde ovens en ingebouwde fornuizen worden bevestigd met een speciaal aan-
sluitsysteem. Om schade aan het apparaat te voorkomen dient u alleen een apparaat te
gebruiken met apparaten van dezelfde fabrikant.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Dit apparaat moet worden geaard.
Controleer of de elektrische gegevens op het typeplaatje overeenkomen met de stroom-
voorziening in uw woning.
Informatie over het voltage vindt u op het typeplaatje.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
Vervang of verander het netsnoer niet zelf. Neem contact op met het servicecentrum.
Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (indien van toepassing) en kabel niet knakken of be-
schadigd raken achter het apparaat.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker -
indien van toepassing.
Gebruik
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat niet
voor commerciële of industriële doeleinden.
Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Zo voorkomt u lichamelijk
letsel of schade aan eigendommen.
Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
De binnenkant van het apparaat en de accessoires worden heet tijdens gebruik. Er kun-
nen brandwonden ontstaan. Gebruik ovenhandschoenen wanneer u toebehoren of pan-
nen plaatst of verwijdert.
Wees voorzichtig bij het verwijderen of installeren van toebehoren om schade aan de
emaille van de oven te voorkomen.
Sta niet te dicht bij het apparaat als u de deur van het apparaat opent als deze aan staat.
Er kan hete stoom ontsnappen. Hierdoor kunnen brandwonden ontstaan.
Om schade of verkleuring van het emaille te voorkomen:
plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet met
aluminiumfolie;
Veiligheidsinformatie
5
plaats heet water niet direct in het apparaat;
haal vochtige schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
Verkleuring van het emaille heeft geen effect op de werking van het apparaat, het is dus
geen defect in de zin van het recht op garantie.
Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
De deur dient altijd gesloten te worden bij het koken, ook tijdens het grillen.
Onderhoud en reiniging
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhouds-
handelingen verricht.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. Er kunnen
brandwonden ontstaan. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken.
Houd het apparaat altijd schoon. Opeenhopingen van vetten of andere voedselresten
kunnen brand veroorzaken.
Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlaktemateriaal van de oven achteruitgaat.
Gebruik een diep bakblik voor vochtige taarten om te voorkomen dat het fruitsap perma-
nente vlekken maakt.
Voor uw persoonlijke veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen dient u het appa-
raat alleen met water en zeep te reinigen. Gebruik geen ontvlambare producten of bij-
tende producten.
Reinig het apparaat niet met stoomreinigers, hogedrukreinigers, scherpe voorwerpen,
schuurmiddelen, schuursponzen en vlekverwijderaars
Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u een ovenspray gebruikt.
Reinig de glazen ovendeur niet met schurende reinigingsmiddelen of een metalen schra-
per. Het hittebestendige oppervlak van de binnenruit kan hierdoor breken en versplinte-
ren.
Als de glasplaten beschadigd raken, worden ze zwak en kunnen ze breken. U dient ze te
vervangen. Neem contact op met het servicecentrum.
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
Reinig het katalytisch emaille niet (indien van toepassing).
Brandgevaar
Open de deur voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er een licht ont-
vlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Er kan brand ontstaan.
Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de
deur.
Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare produc-
ten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het ap-
paraat.
Ovenlampje
De gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal geselecteerd en uitsluitend bedoeld voor ge-
bruik in huishoudelijke apparaten. Ze kunnen niet worden gebruikt om een ruimte in het
huis volledig of gedeeltelijk te verlichten.
6 Veiligheidsinformatie
Als de lamp moet worden vervangen, moet u een lamp gebruiken die hetzelfde vermogen
heeft en uitsluitend is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten.
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u de ovenlamp vervangt. Er
bestaat risico op een elektrische schok.
Service-afdeling
Alleen een bevoegd servicemonteur mag dit apparaat repareren. Neem contact op met
de service-afdeling.
Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Afvalverwerking van het apparaat
Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen
Trek de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat kinderen of kleine huisdieren in het
apparaat opgesloten raken. Er bestaat een gevaar voor verstikking.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
52 4 7 23 6
1
15
9
8
10
11
12
13
14
5
4
3
2
1
1 Bedieningspaneel
2 Indicatielampjes van de kookzones
3 Bedieningsknop voor ovenfuncties
Beschrijving van het product
7
4 Stroomindicatielampje
5 Elektronische tijdschakelklok
6 Temperatuurregelknop
7 Temperatuurlampje
8 Bedieningsknoppen voor de kookzones
9 Verwarmingselement
10 Lamp
11 Ovenventilator
12 Verwarmingselement achterwand
13 Onderwarmte
14 Inschuifrails, verwijderbaar
15 Rekstanden
Ovenaccessoires
Bakrooster
Voor servies, bak- en braadvormen.
Combischaal
Voor gebak en koekjes. Voor braden en roos-
teren of als pan om vet op te vangen.
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Eerste reiniging
Verwijder alle onderdelen van het apparaat.
Reinig het apparaat voor het eerste gebruik.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
8 Voor het eerste gebruik
Tijd instellen
De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Wanneer u het apparaat op de netvoeding aan-
sluit, of na een stroomstoring gaat het symbool
van de tijdfunctie automatisch knipperen.
Gebruik de " +" of " -"-toets om de huidige tijd in
te stellen.
Na ongeveer 5 seconden stopt het knipperen en
geeft de klok de ingestelde tijd van de dag weer.
Voor een tijdswijziging moet u niet gelijktijdig een
automatische functie (Bereidingsduur
of Einde
) instellen.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Om het apparaat te bedienen, moet u op de bedieningsknop drukken. De bedieningsknop
komt naar voren.
Het apparaat aan- en uitzetten
1. Zet de functieknop van de oven op een ovenfunctie.
2. Zet de thermostaatknop om een temperatuur te selecteren.
3. Draai om het apparaat uit te schakelen de functieknop van de oven en de temperatuur-
knop op de uit stand.
Knopsymbool, indicatielampje of lampje (afhankelijk van het model - zie
apparaatoverzicht):
Het indicatielampje gaat aan wanneer de oven opwarmt.
Het lampje gaat aan als het apparaat in werking is.
Het symbool geeft aan of de knop de kookzones, de ovenfuncties of de temperatuur be-
dient.
Ovenfuncties
Ovenfunctie Toepassing
Lampje Gebruik deze functie om de binnenkant van de oven te ver-
lichten.
Multi hetelucht Voor het maximaal bakken op drie ovenniveaus tegelijker-
tijd. Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in
dan bij Conventioneel (boven-/onderwarmte). En om voed-
sel te drogen.
Dagelijks gebruik 9
Ovenfunctie Toepassing
Pizza hetelucht Voor het bakken op één niveau van gerechten met een
meer intensieve bruinering en een krokante korst. Stel de
temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij Con-
ventioneel (boven-/onderwarmte).
Boven + onderwarmte Bakken en braden op één ovenniveau.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een krokante of knapperi-
ge bodem en het bewaren van voedsel.
Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Grillen Voor het roosteren van plat voedsel in het midden van het
rooster en voor het maken van toast.
Grill intens Voor het roosteren van plat voedsel in grote hoeveelheden
en voor het maken van toast.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op
één niveau. Ook geschikt voor het maken van een bruin
korstje en gratineren.
Kookzones
De kookplaat is te bedienen met de bedieningsknoppen voor de kookzones. Zie de gebruiks-
handleiding van de kookplaat.
Kookzones van de kookplaat
De indicatielampjes voor de kookzone (ga naar "Algemeen overzicht") tonen welke zone u
hebt ingesteld.
Bedieningsknop Functie
Warmhoudstand
0 Uit-stand
1-9 Kookstanden
(1 = laagste kookstand; negen = hoogste kookstand)
Gebruik van de kookplaat:
1. Draai aan de thermostaatknop om de temperatuur in te stellen.
2. Zet de bedieningsknop op de uit-stand om het kookproces te beëindigen.
Automatisch opwarmen
Deze informatie is alleen van toepassing als u de kookplaat installeert met de functie Auto-
matisch opwarmen!
De functie Automatisch opwarmen verwarmt de kookzone gedurende enige tijd op volledig
vermogen.
10 Dagelijks gebruik
Functie Snel opwarmen activeren:
1. Om deze functie in te schakelen draait u de knop zo ver mogelijk naar rechts (voorbij de
hoogste kookstand).
2. Zet de bedieningsknop op de vereiste temperatuur om het kookproces te vervolgen.
3. Zet de bedieningsknop op de uit-stand om het kookproces te beëindigen.
Elektronische tijdschakelklok
1 Functie-indicatielampjes
2 Tijdindicatie
3 Functie-indicatielampjes
4 Toets " +"
5 Keuzetoets
6 Toets " -"
1 2 3
456
KLOKFUNCTIES
Klokfunctie Toepassing
Tijdstip van de dag Toont de tijd. Met deze functie kunt u de tijd instellen, veranderen of
opvragen.
Kookwekker Voor het instellen van een afteltijd.
Als de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal.
Deze functie is niet van invloed op de werking van de oven.
Bereidingsduur Om in te stellen hoelang de oven gebruikt moet worden.
Einde Hier stelt u de tijd in waarna u wilt dat de oven uitschakelt.
Bereidingsduur en einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt, wanneer de oven op
een later tijdstip automatisch wordt in- en uitgeschakeld. Stel eerst de Bereidingsduur
en daarna het Einde in.
De klokfuncties instellen
1. Ovenfunctie en temperatuur instellen (alleen nodig voor Bereidingsduur en Einde).
Klokfuncties
11
2. Druk meerdere malen op de keuzetoets
tot het gewenste functielampje knippert.
3. Om de tijd in te stellen voor de kookwek-
ker
, Bereidingsduur of Einde ,
gebruikt u de "+" of "-"-toets.
Het controlelampje voor de betreffende
functie gaat branden.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje en klinkt er gedurende 2
minuten een geluidsignaal.
Bij de functies Bereidingsduur en Einde schakelt de oven automatisch uit.
4. Druk op een willekeurige toets om het signaal uit te zetten.
5. Draai de temperatuur- en functieknoppen in de UIT-stand.
De klokfuncties annuleren
1. Druk meerdere malen op de keuzetoets tot het gewenste functielampje knippert.
2. Houd de toets "- " ingedrukt.
Na een paar seconden gaat de klokfunctie uit.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Ovenaccessoires plaatsen
De pan en het draadplateau hebben zijranden. De-
ze randen en de vorm van de geleidestangen bie-
den kantelbeveiliging voor de ovenaccessoires.
12 Gebruik van de accessoires
Het draadplateau en de pan samen plaatsen
Plaats het draadplateau op de pan. Duw de pan in
de geleidestangen van een van de ovenniveaus.
EXTRA FUNCTIES
Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de op-
pervlakken van het apparaat koel te houden. Na het uitschakelen van het apparaat kan de
ventilatie doorgaan totdat het apparaat is afgekoeld.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Voorbeelden van kooktoepassingen
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Tem-
pera-
tuurin-
stelling
Gebruik om: Tijdsin-
stelling
Tips
1 Bereide gerechten warmhouden naar be-
hoefte
Afdekken
1-2 Hollandaisesaus, smelten: boter, choco-
lade, gelatine
5-25
min
Tussendoor mengen
1-2 Stollen: luchtige omeletten, gebakken
eieren
10-40
min
Met deksel bereiden
2-3 Zachtjes aan de kook brengen van rijst
en gerechten op melkbasis, reeds berei-
de gerechten opwarmen
25-50
min
Voeg minstens tweemaal zoveel
vloeistof toe als rijst, melkgerechten
tijdens het bereiden tussendoor
roeren
3-4 Stomen van groenten, vis en vlees 20-45
min
Voeg een paar eetlepels vocht toe
4-5 Aardappelen stomen 20-60
min
Gebruik max. ¼ l water voor 750 g
aardappelen
Extra functies 13
Tem-
pera-
tuurin-
stelling
Gebruik om: Tijdsin-
stelling
Tips
4-5 Bereiden van grotere hoeveelheden
voedsel, stoofschotels en soepen
60-150
min
Tot 3 l vloeistof plus ingrediënten
6-7 Lichtjes braden: kalfsoester, cordon bleu
van kalfsvlees, koteletten, rissoles, wors-
tjes, lever, roux, eieren, pannenkoeken,
donuts
naar be-
hoefte
Halverwege de bereidingstijd om-
draaien
7-8 Door-en-door gebraden, opgebakken
aardappelen, lendenbiefstukken, steaks
5-15
min
Halverwege de bereidingstijd om-
draaien
9 Aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta koken, aanbraden van vlees
(goulash, stoofvlees), frituren van patates frites
Binnenkant van de deur
Bij bepaalde modellen vindt u het volgende aan de binnenkant van de ovendeur:
de nummers van de ovenniveaus (geselecteerde modellen)
informatie over de ovenfuncties, aanbevolen niveaus en temperaturen voor karakteristie-
ke gerechten (geselecteerde modellen).
De temperaturen en baktijden in de tabellen zijn slechts als richtlijn bedoeld. Deze zijn af-
hankelijk van de recepten en de kwaliteit en de hoeveelheid van de gebruikte ingrediënten.
Bakken
Algemene aanwijzingen
Uw nieuwe oven kan een andere bak-/braadverhouding hebben dan het apparaat dat u
tot nu toe gebruikt heeft. Pas uw normale instellingen (temperatuur, gaartijden) en de
ovenniveaus aan de tabelwaarden aan.
Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om te profiteren van de restwarmte.
Wanneer u diepgevroren levensmiddelen gebruikt, kunnen de platen in de oven tijdens
het bakken vervormen. Wanneer de platen afkoelen, verdwijnt de vervorming.
Aanwijzigen bij de baktabellen
Wij raden aan om de eerste keer de lagere temperatuur in te stellen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk product.
Bij het bakken van gebak op meerdere niveaus kan de baktijd ca. 10-15 minuten langer
zijn.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. De verschillen
verminderen tijdens het bakproces.
14 Nuttige aanwijzingen en tips
Bakken op één ovenniveau:
Bakken in vormen
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Tulband of brio-
che
Multi hetelucht 1 150-160 0:50-1:10
Zandgebak/fruit-
gebak
Multi hetelucht 1 140-160 1:10-1:30
Cake, zacht Multi hetelucht 2 140 0:35-0:50
Cake, zacht Boven + onder-
warmte
2 160 0:35-0:50
Taartbodem van
zandtaartdeeg
Multi hetelucht 2
170-180
1)
0:10-0:25
Taartbodem -
roerdeeg
Multi hetelucht 2 150-170 0:20-0:25
Apple pie (2 vor-
men Ø20cm, dia-
gonaal geplaatst)
Multi hetelucht 2 160 1:10-1:30
Apple pie (2 vor-
men Ø20cm, dia-
gonaal geplaatst)
Boven + onder-
warmte
2 180 1:10-1:30
Kwarktaart Boven + onder-
warmte
1 170-190 1:00-1:30
1) Oven voorverwarmen
Cakes/pasteitjes/gebak op bakblik
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Vlechtbrood/
broodkrans
Boven + onder-
warmte
3 170-190 0:30-0:40
Kerststol Boven + onder-
warmte
2
160-180
1)
0:50-1:10
Brood (rogge-
brood)
1. Eerste deel
van het bak-
proces.
2. Tweede deel
van het bak-
proces.
Boven + onder-
warmte
1
1.
230
1)
2. 160-180
1. 0:20
2. 0:30-1:00
Roomsoezen/
tompoezen
Boven + onder-
warmte
3
190-210
1)
0:20-0:35
Koninginnen-
brood (opgerolde
cake met jam)
Boven + onder-
warmte
3
180-200
1)
0:10-0:20
Nuttige aanwijzingen en tips 15
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Kruimeltaart
(droog)
Multi hetelucht 3 150-160 0:20-0:40
Amandelcake/sui-
kertaart
Boven + onder-
warmte
3
190-210
1)
0:20-0:30
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roer-
deeg)
2)
Multi hetelucht 3 150 0:35-0:50
Vruchtentaart (op
gistdeeg/roer-
deeg)
2)
Boven + onder-
warmte
3 170 0:35-0:50
Vruchtencake met
kruimeldeeg
Multi hetelucht 3 160-170 0:40-1:20
Plaatkoek met
kwetsbare garne-
ring (bijvoorbeeld
kwark, room,
puddingvulling)
Boven + onder-
warmte
3
160-180
1)
0:40-1:20
1) Oven voorverwarmen
2) Gebruik diepe pan
Koekjes
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Zandkoekjes Multi hetelucht 3 150-160 0:10-0:20
Shortbread/ Dee-
greepjes
Multi hetelucht 3 140 0:20-0:30
Shortbread/ Dee-
greepjes
Boven + onder-
warmte
3
160
1)
0:20-0:30
Roerdeegkoekjes Multi hetelucht 3 150-160 0:15-0:20
Eiwitgebak,
schuimgebak
Multi hetelucht 3 80-100 2:00-2:30
Bitterkoekjes Multi hetelucht 3 100-120 0:30-0:50
Klein gerezen ge-
bak
Multi hetelucht 3 150-160 0:20-0:40
Bladerdeeg Multi hetelucht 3
170-180
1)
0:20-0:30
Broodjes Multi hetelucht 3
160
1)
0:10-0:25
Broodjes
Boven + onder-
warmte
3
190-210
1)
0:10-0:25
Small cakes (20
per plaat)
Multi hetelucht 3
140
1)
0:20-0:30
16 Nuttige aanwijzingen en tips
Type van bakken Ovenfunctie Ovenniveau Temperatuur °C Tijd uren:min.
Small cakes (20
per plaat)
Boven + onder-
warmte
3
170
1)
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
Bakken op meerdere niveaus
Cakes/pastijen/gebak op bakblik
Type van bakken
Multi hetelucht Multi hetelucht
Temperatuur in
°C
Tijdsinstelling
Uren:min.
Inzetniveaus vanaf de bodem
2 niveaus 3 niveaus
Roomsoezen/
tompoezen
1/4 -
160-180
1)
0:25-0:45
Kruimeltaart 1/4 - 150-160 0:30-0:45
1) Oven voorverwarmen
Koekjes/small cakes/gebak/broodjes
Type van bakken
Multi hetelucht Multi hetelucht
Temperatuur in
°C
Tijdsinstelling
Uren:min.
Inzetniveaus vanaf de bodem
2 niveaus 3 niveaus
Zandkoekjes 1/4 1/3/5 150-160 0:20-0:40
Shortbread/ Dee-
greepjes
1/4 1/3/5 140 0:25-0:50
Roerdeegkoekjes 1/4 - 160-170 0:25-0:40
Eiwitgebak,
schuimgebak
1/4 - 80-100 2:10-2:50
Bitterkoekjes 1/4 - 100-120 0:40-1:20
Klein gerezen ge-
bak
1/4 - 160-170 0:30-0:60
Bladerdeeg 1/4 -
170-180
1)
0:30-0:50
Broodjes 1/4 - 180 0:30-0:55
Small cakes (20
per plaat)
1/4 -
150
1)
0:25-0:40
1) Oven voorverwarmen
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de cake is te
licht van kleur
Verkeerde ovenniveau Plaats de cake lager
De cake zakt in (wordt klef,
klonterig, streperig).
Te hoge oventemperatuur
Stel de oventemperatuur iets
lager in
Nuttige aanwijzingen en tips 17
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De cake zakt in (wordt klef,
klonterig, streperig).
Te korte baktijd
Baktijd verlengen. Baktijden
kunnen niet worden verkort
door hogere baktemperaturen
De cake zakt in (wordt klef,
klonterig, streperig).
Te veel vocht in het deeg.
Minder vocht gebruiken. Let op
de kneedtijden, vooral bij het
gebruik van keukenmachines
De cake is te droog. Te lage oventemperatuur Oventemperatuur verhogen
De cake is te droog. Te lange baktijd. De baktijd verkorten.
Gebak wordt ongelijkmatig
bruin
Te hoge oventemperatuur en te
korte baktijd.
De oventemperatuur lager in-
stellen en de baktijd verlengen.
Gebak wordt ongelijkmatig
bruin
Het deeg is niet gelijkmatig
verdeeld
Verdeel het deeg gelijkmatig
over de bakplaat
Gebak wordt niet gaar binnen
de aangegeven baktijd
Te lage temperatuur.
Oveninstelling iets hoger in-
stellen
Ovenschotels en gegratineerde gerechten
Schotel Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur °C Tijd uren:min.
Pastaschotel
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:45-1:00
Lasagne
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:25-0:40
Groentegratin
Circulatiegrill of
Multi hetelucht
1 160-170 0:15-0:30
Stokbroden be-
dekt met gesmol-
ten kaas
Circulatiegrill of
Multi hetelucht
1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenscho-
tels
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:40-0:60
Visschotels
Boven + onder-
warmte
1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groente
Circulatiegrill of
Multi hetelucht
1 160-170 0:30-1:00
Braden
Braadservies
Gebruik hittebestendig servies om te braden (lees de instructies van de fabrikant).
Grote braadstukken kunt u direct in de diepe braadpan braden of op een rooster boven
een braadpan (indien aanwezig).
Braad mager vlees in een braadpan met deksel. Op die manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees, die een korst moeten krijgen, kunt u in de braadschaal zonder deksel
braden.
18 Nuttige aanwijzingen en tips
Braden met circulatiegrill
Rundsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
°C
Tijd in min.
Stoofvlees 1-1,5 kg
Boven + on-
derwarmte
1 230 120-150
Rosbief of osse-
haas: rood
per cm. dikte Circulatiegrill 1
190-200
1)
5-6
Rosbief of osse-
haas: gemiddelde
per cm. dikte Circulatiegrill 1
180-190
1)
6-8
Rosbief of osse-
haas: van binnen
doorbakken
per cm. dikte Circulatiegrill 1
170-180
1)
8-10
1) Oven voorverwarmen
Varkensvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte
Temperatuur
°C
Tijd in min.
Schouderstuk,
nekstuk, hamlap
1-1,5 kg Circulatiegrill 1 160-180 90-120
Tussenribstuk,
casselerrib
1-1,5 kg Circulatiegrill 1 170-180 60-90
Gehaktbrood 750 g-1 kg Circulatiegrill 1 160-170 50-60
Varkensribstuk
(voorgekookt)
750 g-1 kg Circulatiegrill 1 150-170 90-120
Kalfsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Kalfsbraadstuk 1 kg Circulatiegrill 1 160-180 90-120
Kalfsbout 1,5-2 kg Circulatiegrill 1 160-180 120-150
Lamsvlees
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Lamsbout,
lamsgebraad
1-1,5 kg Circulatiegrill 1 150-170 100-120
Lamsrug 1-1,5 kg Circulatiegrill 1 160-180 40-60
Wild
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Hazenrug, ha-
zenbout
tot 1 kg Boven + on-
derwarmte
1
230
1)
30-40
Nuttige aanwijzingen en tips 19
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Reerug, her-
tenrug
1,5-2 kg Boven + on-
derwarmte
1 210-220 35-40
Reebout, her-
tenbout
1,5-2 kg Boven + on-
derwarmte
1 180-200 60-90
1) Oven voorverwarmen
Gevogelte
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Stukken gevo-
gelte
200-250g elk Circulatiegrill 1 200-220 30-50
Halve kip 400-500g elk Circulatiegrill 1 190-210 35-50
Kip, poularde 1-1,5 kg Circulatiegrill 1 190-210 50-70
Eend 1,5-2 kg Circulatiegrill 1 180-200 80-100
Gans 3,5-5 kg Circulatiegrill 1 160-180 120-180
Kalkoen 2,5-3,5 kg Circulatiegrill 1 160-180 120-150
Kalkoen 4-6 kg Circulatiegrill 1 140-160 150-240
Vis (stoven)
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie Plaathoogte Temperatuur
°C
Tijd in min.
Hele vis 1-1,5 kg Boven + on-
derwarmte
1 210-220 40-60
Grill
Grill alltijd met de maximale temperatuurinstelling.
LET OP!
Tijdens het grillen moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
Lege oven met grilfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen.
Rooster op inschuifhoogte plaatsen, zoals aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te vangen op de eerste inschuifhoogte.
Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Grill
Gerecht Temperatuur Gebruiksniveau
Grilltijd (min.)
1e kant 2e kant
Rosbief 210-230 2 30-40 30-40
Runderfilet 230 3 20-30 20-30
20 Nuttige aanwijzingen en tips
Gerecht Temperatuur Gebruiksniveau
Grilltijd (min.)
1e kant 2e kant
Varkensrug 210-230 2 30-40 30-40
Kalfsrug 210-230 2 30-40 30-40
Lamsrug 210-230 3 25-35 20-25
Hele vissen
(500-1000g)
210-230 3/4 15-30 15-30
Grill intens
Gerecht Gebruiksniveau
Grilltijd (min.)
1e kant 2e kant
Burgers 4 8-10 6-8
Varkenshaas 4 10-12 6-10
Worstjes 4 10-12 6-8
Runderfilet, kalfsbief-
stukken
4 7-10 6-8
Geroosterd brood
1)
5 1-3 1-3
Sandwiches 4 6-8 -
1) Oven voorverwarmen
Pizza hetelucht
Soort gebak Roosterstand Temperatuur °C Tijd in min.
Pizza (dunne korst)
2
200 - 230
1)2)
15 - 20
Pizza (met veel garne-
ring)
2 180 - 200 25 - 35
Taarten 1 180 - 200 40 - 55
Spinazietaart 1 160 - 180 45 - 60
Quiche Lorraine 1 170 - 190 45 - 55
Zwisterse flan 1 170 - 190 45 - 55
Appeltaart, bedekt 1 150 - 170 50 - 60
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Ongedesemd brood
2
230 - 250
1)
10 - 20
Bladerdeegtaart
2
160 - 180
1)
45 - 55
Flammekuchen (pizza-
achtig gerecht uit de
Elzas)
2
230 - 250
1)
12 - 20
Nuttige aanwijzingen en tips 21
Soort gebak Roosterstand Temperatuur °C Tijd in min.
Piroggen (Russische
variant op calzone)
2
180 - 200
1)
15 - 25
1) Oven voorverwarmen
2) Gebruik diepe pan
Ontdooitabel
Schotel
Ontdooitijd in
min
Nadooitijd in min Opmerking
Kip 1.000 g 100-140 20-30
Kip op een omgedraaid scho-
teltje in een groot bord leg-
gen, halverwege de tijd om-
draaien
Vlees, 1000 g 100-140 20-30
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien
Vlees, 500 g 90-120 20-30
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien
Forel, 150g 25-35 10-15 -
Aardbeien, 300g 30-40 10-20 -
Boter, 250g 30-40 10-15 -
Room, 2 x 200 g 80-100 10-15
Room kan ook met nog licht
bevroren deeltjes goed wor-
den geklopt
Taart, 1.400 g 60 60 -
Drogen - Multi hetelucht
Dek de ovenroosters met bakpapier af.
Groenten
Voedsel om te
drogen
Temperatuur in
°C
Ovenniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Bonen 60-70 3 1/4 6-8
Paprika's 60-70 3 1/4 5-6
Groente in het
zuur
60-70 3 1/4 5-6
Paddenstoelen 50-60 3 1/4 6-8
Kruiden 40-50 3 1/4 2-3
Fruit
Gerecht
Temperatuur in
°C
Ovenniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Pruimen 60-70 3 1/4 8-10
22 Nuttige aanwijzingen en tips
Gerecht
Temperatuur in
°C
Ovenniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Abrikozen 60-70 3 1/4 8-10
Schijfjes appel 60-70 3 1/4 6-8
Peren 60-70 3 1/4 6-9
Informatie over acrylamides
Belangrijk! Volgens recente wetenschappelijke informatie kan het intensief bruinen van
levensmiddelen (met name in producten die zetmeel bevatten), een gezondheidsrisico
vormen tengevolge van acrylamides. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel
mogelijk bij lage temperaturen gaar te laten worden en de gerechten niet te veel te
bruinen.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Opmerkingen over schoonmaken:
Maak de voorkant van het apparaat schoon met een zachte doek en een warm sopje.
Gebruik voor de metalen oppervlakken een universeel reinigingsmiddel.
Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik. Verontreiningen laten zich dan het
makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden.
Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger.
Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon met een zachte doek en een warm sop-
je en een reinigingsmiddel en laat ze drogen.
Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoon gemaakt met een agressieve
reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of afwasautomaat. Dit kan de anti-
aanbaklaag beschadigen.
Inschuifrails
U kunt de inschuifrails verwijderen om de zijwanden te reinigen.
Onderhoud en reiniging
23
Verwijderen van de inschuifrails
1. Trek de inschuifrails bij de voorkant uit de
zijwand.
2. Trek de inschuifrails van de achterkant
van de zijwand om ze te verwijderen.
Om de inschuifrails te installeren volgt u de
procedure in omgekeerde volgorde.
Geldig bij de telescopische geleiders:
De pinnetjes op de telescopische geleiders
moeten naar voren wijzen!
Ovenlampje
WAARSCHUWING!
Er bestaat risico op elektrische schokken.
De ovenlamp en het afdekglas kunnen heet zijn.
Voordat u het ovenlampje vervangt:
Schakel het apparaat uit.
Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast, of schakel de stroomonderbreker uit.
LET OP!
Leg een doek op de bodem van de binnenkant van het apparaat. Dit voorkomt schade aan
het afdekglas en de ovenruimte.
Het ovenlampje vervangen:
1. Het afdekglas van het lampje bevindt zich in de bovenkant.
Draai het afdekglas naar links om het te verwijderen.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang indien nodig de ovenlamp met een 300 °C hittebestendige ovenlamp.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
1
2
24 Onderhoud en reiniging
Plafond oven
Het verwarmingselement kan worden neergeklapt om het plafond van de oven gemakkelij-
ker te reinigen.
WAARSCHUWING!
Schakel de oven uit voor het neerklappen van het verwarmingselement. Zorg ervoor dat het
apparaat is afgekoeld. Gevaar voor brandwonden!
Neerklappen van het verwarmingselement
1. De inschuifrails verwijderen.
2. Houd het verwarmingselement aan de
voorzijde met beide handen vast.
3. Trek het naar voren tegen de drukveer aan
langs de steun aan beide zijden.
4. Het verwarmingselement klapt omlaag.
Het plafond in de oven kan nu worden
schoongemaakt.
Verwarmingselement installeren
1. Installeer het verwarmingselement in om-
gekeerde volgorde.
Installeer het verwarmingselement correct aan beide zijden boven de steun aan de binnen-
wand van het apparaat.
2. De inschuifrails plaatsen.
Ovendeur en glasplaten
Verwijder de ovendeur om deze te reinigen.
LET OP!
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
Uitnemen van de ovendeur
1. Zet de ovendeur helemaal open.
2. Duw de klemhendels (A) volledig op de
twee scharnieren.
3. Sluit de ovendeur in de eerste openings-
stand (ca. 70°).
4. Pak de ovendeur aan de zijkanten met
beide handen vast en trek deze onder een
opwaartse hoek van de oven weg.
Om de deur te installeren volgt u de procedu-
re in omgekeerde volgorde.
Het aantal glasplaten verschilt voor de verschillende modellen.
A
A
Onderhoud en reiniging 25
LET OP!
Plaats de ovendeur met de buitenkant omlaag op een zachte en egale ondergrond om kras-
sen te voorkomen.
Verwijderen en reinigen van de glasplaten
1. Verwijder de ovendeur.
2. Deurafdekking (B) aan de bovenkant van
de deur aan beide kanten vastpakken en
naar binnen drukken om de klemsluiting
te ontgrendelen.
3. Trek de deurafdekking naar voren om deze
te verwijderen.
4. Houd de glasplaten aan de bovenkant vast
en trek deze een voor een omhoog uit de
geleiding
5. Reinigen van de glasplaten.
Om de platen te installeren volgt u de proce-
dure in omgekeerde volgorde. Plaats de klein-
ste glasplaat eerst, daarna de grotere glaspla-
ten.
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookzone functioneert niet. Raadpleeg de bedieningsinstructies voor het ingebouwde fornuis.
De oven wordt niet warm. De oven is niet ingeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden zijn
niet ingesteld.
Controleer de kookstanden.
De oven wordt niet warm. De zekering in de zekeringkast
is doorgebrand.
Controleer de zekering. Als de
zekering meer dan een keer
doorslaat, raadpleeg dan een
bevoegde elektricien.
Het ovenlampje brandt niet. Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje.
B
26 Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Stoom en condens slaan neer
op de gerechten en in de oven-
ruimte.
Het gerecht heeft te lang in de
oven gestaan.
Laat gerechten na het bereiden
niet langer dan 15-20 minuten
in de oven staan.
Op het display verschijnt
"12.00".
Een stroomonderbreking. Stel de klok opnieuw in.
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de
klantenservice.
De benodigde gegevens voor de service-afdeling staan op het typeplaatje. Het typeplaatje
bevindt zich aan de voorkant van de binnenkant van de oven.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt
waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit
product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen
voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u
contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en geschikt voor hergebruik Kunststofonder-
delen worden aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE, PS, etc. Gooi het verpak-
kingsmateriaal weg in de daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaaldienst.
Milieubescherming
27
www.aeg-electrolux.com/shop 892945017-D-412010
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

Aeg-Electrolux EE3003011M Handleiding

Type
Handleiding