Bauknecht ESMIF 8740 IN Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL1
Deze instructies vindt u tevens op de volgende website: www.bauknecht.eu
Lees voordat u het apparaat gaat gebruiken zorgvuldig de onderstaande instructies.
Bewaar deze instructies dicht bij de hand voor toekomstige raadpleging.
UW VEILIGHEID EN DIE VAN ANDEREN IS ERG BELANGRIJK
Deze handleiding en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke veiligheidsaanwijzigen, die altijd moeten
worden gelezen en opgevolgd.
Alle veiligheidswaarschuwingen geven specifieke details van het mogelijke risico dat aanwezig is en geven aan
hoe het risico op letsel, schade en elektrische schokken voortvloeiend uit het onjuiste gebruik van het apparaat
beperkt kan worden. Zorg dat u aan het volgende voldoet:
- Gebruik beschermende handschoenen voor het uitpakken en installeren.
- Het apparaat moet worden losgekoppeld van het elektriciteitsnet voordat u installatiewerkzaamheden
uitvoert.
- Installatie en onderhoud moeten worden uitgevoerd door een gespecialiseerd monteur, volgens de
instructies van de fabrikant en in overeenstemming met de plaatselijke veiligheidsvoorschriften. Repareer
of vervang geen enkel onderdeel van het apparaat, behalve als dit expliciet aangegeven wordt in de
gebruikershandleiding.
- De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht.
- Het netsnoer van het apparaat moet lang genoeg zijn om het apparaat vanuit de inbouwpositie in het
meubel te kunnen aansluiten op het stopcontact van de netvoeding.
- Om ervoor te zorgen dat de installatie voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften, is er een
omnipolaire schakelaar met een afstand van minstens 3 mm vereist.
- Gebruik geen verlengkabels, meervoudige stopcontacten of adapters. Sluit het apparaat niet aan op een
stopcontact dat met een afstandsbediening kan worden bediend.
- Trek niet aan het netsnoer.
- Als de installatie voltooid is, mogen de elektrische onderdelen niet meer toegankelijk zijn voor de
gebruiker.
- Het apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik en alleen voor het bereiden van voedsel. Elk
ander gebruik is verboden (bijv. het verwarmen van kamers). De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die het gevolg is van oneigenlijk gebruik of een foute programmering van de
bedieningstoetsen.
- Gebruik het apparaat niet buitenshuis.
- Het apparaat en de toegankelijke onderdelen worden heet tijdens het gebruik. Voorkom aanraking van
hete onderdelen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dit is het gevarensymbool wat betreft veiligheid, dat waarschuwt tegen mogelijke risico's voor de gebruiker
en voor anderen.
Alle veiligheidsberichten worden voorafgegaan door het gevarensymbool en door de volgende termen:
GEVAAR
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig letsel zal leiden.
WAARSCHUWING
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig letsel kan leiden.
NEDERLANDS Installatie Pagina 2 Gebruiksaanwijzing Pagina
NL2
- Heel jonge (0-3 jaar) en jonge kinderen (3-8 jaar) dienen op afstand gehouden te worden, tenzij ze onder
voortdurend toezicht staan. Kinderen vanaf 8 jaar en personen met verminderde fysieke, sensorische of
mentale vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat gebruiken indien ze onder
toezicht staan of instructies hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat en de mogelijke gevaren
ervan begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en gebruikersonderhoud mogen
niet door kinderen zonder toezicht worden uitgevoerd.
- Raak de verwarmingselementen van het apparaat tijdens en na het gebruik niet aan. Vermijd contact met
doeken of andere brandbaar materiaal tot alle onderdelen van het apparaat helemaal zijn afgekoeld.
- Plaats geen brandbaar materiaal in het apparaat of in de buurt ervan.
- Oververhit vet of oververhitte olie vat gemakkelijk vlam. Houd de bereiding van gerechten met veel vet of
olie in de gaten.
- Een scheidingspaneel (niet meegeleverd) dient geplaatst te worden in het compartiment onder het
apparaat.
- Wanneer het oppervlak is gebarsten, schakel dan het apparaat uit om het risico op een elektrische schok te
voorkomen (uitsluitend voor toestellen met een glazen oppervlak).
- Het bereidingsproces moet onder toezicht plaatsvinden. Een kort bereidingsproces moet onder
voortdurend toezicht plaatsvinden.
- Onbewaakt koken op een kookvuur met vet of olie kan gevaarlijk zijn en kan brand veroorzaken. Probeer
brand NOOIT te blussen met water, maar schakel het apparaat uit en bedek de vlam bijvoorbeeld met een
deksel of een branddeken.
GEVAAR: Leg geen voorwerpen op de kookoppervlakken, er kan brand ontstaan als het apparaat per
ongeluk wordt ingeschakeld.
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Metalen voorwerpen zoals messen, vorken, lepels en deksels mogen niet op het oppervlak van de
kookplaat geplaatst worden omdat ze warm kunnen zijn.
- Na gebruik dient u het kookplaatelement uit te schakelen met het bedieningspaneel. Vertrouw niet op de
pandetector (uitsluitend voor inductietoestellen).
Verwerking van de verpakking
De verpakking kan volledig gerecycled worden, zoals wordt aangegeven door het symbool ( ). De verschillende onderdelen van de verpakking mogen niet
terechtkomen in het milieu, maar moeten als afval verwerkt worden volgens de plaatselijke voorschriften.
Verwerking van het apparaat
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese Richtlijn 2012/19/EU inzake Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit apparaat op de juiste manier wordt afgedankt, helpt u mogelijk schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te voorkomen.
Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie bij het product geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden,
maar naar een speciaal verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische apparaten moet worden gebracht.
Energiebesparing
Voor de beste prestaties raden wij bovendien het volgende aan:
Gebruik potten en pannen met een doorsnede die gelijk is aan die van de kookzone.
Gebruik uitsluitend potten en pannen met een platte bodem.
Laat indien mogelijk de deksels op de potten zitten tijdens het koken.
Met een snelkookpan kunt u nog meer tijd en energie besparen (gebruik geen snelkookpan bij de sensorfunctie).
Zet de pan altijd in het midden van de op de kookplaat getekende kookzone.
- Dit apparaat is bedoeld om in aanraking te komen met voedingsmiddelen en is in overeenstemming met de Europese Richtlijn ( ) nr. 1935/2004 en is ontworpen,
vervaardigd en op de markt gebracht in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die 73/23/EEG als aangepast
vervangt) en beschermingsvoorschriften van de “EMC”-richtlijn 2004/108/EG.
- Dit apparaat voldoet aan de ecologische ontwerpvereisten van de Europese Richtlijn nr. 66/2014 in overeenstemming met de Europese norm EN 60350-2.
MILIEUTIPS
CONFORMITEITSVERKLARING
NL3
Gebruik een magneet om te controleren of de pan geschikt is om op de inductiekookplaat te worden gebruikt: als de pannen de magneet niet aantrekken, zijn ze niet
geschikt.
- Controleer of de bodem van de pannen niet ruw is, anders kunnen ze krassen op het glaskeramische oppervlak van de kookplaat maken. Controleer het
serviesgoed.
- Zet nooit warme pannen en koekenpannen op het bedieningspaneel van de kookplaat. Dit kan tot beschadigingen leiden.
BELANGRIJK: zie de paragraaf “Sensorfunctie” voor de diameter van pannen die gebruikt kunnen worden op zones met de "sensor" functie.
VOOR HET GEBRUIK
BELANGRIJK: als de pannen niet de vereiste afmetingen hebben, zullen de kookzones niet werken. Gebruik alleen pannen met het symbool
"INDUCTION SYSTEM" (afbeelding hiernaast). Voordat u de kookplaat inschakelt, eerst de pan op de gewenste kookzone zetten.
GESCHIKTE POTTEN EN PANNEN
AANBEVOLEN DIAMETER PANBODEM
NOOK
Ø
30 cm
Ø
24 cm
Ø
18 cm
Ø
Ø
Ø
14 cm
17 cm
14 cm
30 cm
24 cm
18 cm
Ø
28 cm
Ø
21 cm
Ø
14,5 cm
Ø
Ø
Ø
18 cm
14 cm (Dubbele zone)
15 cm
11 cm
28 cm
21 cm
14,5 cm
XL
L
S
XL
L
M
(Dubbele Zone)
Flexicook
39 cm
Max.
Min.
18 cm
23 cm (ESMIF 8740)
Ø
14 cm
12 cm (ESMIF 8740)
NL4
Controleer na het uitpakken van de kookplaat of er geen schade is opgetreden tijdens het transport. Neem bij twijfel contact op met de Klantenservice.
GEREEDMAKING VAN HET MEUBEL VOOR INBOUW VAN DE OVEN
Aansluiting op het klemmenblok
Gebruik voor de elektrische aansluiting een kabel van het type H05RR-F zoals aangegeven is in onderstaande tabel.
INSTALLATIE
WAARSCHUWING
- Installeer een scheidingspaneel
onder de kookplaat.
- Het onderste gedeelte van het
product mag niet meer
toegankelijk zijn na de
installatie.
- Breng geen scheidingspaneel aan
als een oven onder het werkblad
wordt ingebouwd.
- Gebruik beschermende
handschoenen voor het
installeren.
- De installatie mag niet door
kinderen worden uitgevoerd.
Tijdens het installeren van het
apparaat moeten kinderen er
vandaan worden gehouden.
Houd verpakkingsmaterialen
(plastic zakken, polystyreen
delen enz.) buiten het bereik van
kinderen, tijdens en na het
installeren van het apparaat.
Houd u voor de afstand tussen de onderkant van de kookplaat en het scheidingspaneel aan de afmetingen in de afbeelding.
Voor een correcte werking van het product mag de minimale opening tussen de kookplaat en de bovenzijde van het apparaat niet geblokkeerd worden (min. 5 mm).
Voer eerst alle zaagwerkzaamheden in het meubel uit voordat u de kookplaat op zijn plaats zet en verwijder alle houtkrullen en zaagsel.
Als er een oven onder de kookplaat geïnstalleerd wordt, controleer dan of de oven voorzien is van een koelsysteem.
Bel bij een verzonken inbouwinstrument de Klantenservice en vraag om een set montageschroeven 4801 211 00112.
Gebruik bij het verwijderen van de kookplaat uit het werkblad een schroevendraaier (niet meegeleverd) om de veren aan de onderzijde van het apparaat te
ontgrendelen.
Installeer de kookplaat niet boven een afwasmachine of wasmachine, om schade aan de elektronische circuits door het in contact komen met stoom of vocht te
voorkomen.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
WAARSCHUWING
- Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact.
- Het apparaat moet geïnstalleerd worden door een gekwalificeerd technicus die volledig op de
hoogte is van de geldende veiligheids- en installatievoorschriften.
- De fabrikant aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor schade aan voorwerpen of voor letsel aan personen of dieren die/dat veroorzaakt is
door het niet in acht nemen van de voorschriften in dit hoofdstuk.
- Het netsnoer moet lang genoeg zijn om de kookplaat te kunnen verwijderen uit het werkblad.
- Verzeker u ervan dat de spanning die vermeld is op het typeplaatje op de bodem van het apparaat overeenkomt met de netspanning in de
woning waar het apparaat geïnstalleerd zal worden.
- Gebruik geen verlengsnoeren.
- Zorg er tijdens de installatie voor dat het apparaat het netsnoer niet beschadigt.
min. 5 mm
min. 20 mm
min. 5 mm
NL5
Sluit de geel/groene aardleiding aan op de klem met het symbool .
Bovengenoemde leiding moet langer zijn dan de andere.
1. Verwijder het deksel van het klemmenblok (A) door de schroef los te draaien en steek het deksel in het scharnier (B) van het klemmenblok.
2. Steek het netsnoer daarna in de kabelklem en sluit de draden op het klemmenblok aan volgens het aansluitschema naast het klemmenblok.
3. Bevestig het netsnoer door middel van de kabelklem.
4. Sluit het deksel (C) en schroef het vast op het klemmenblok met de verwijderde schroef - punt (1).
Bij elke aansluiting op de netvoeding voert de kookplaat gedurende enkele seconden een automatische controle uit.
Zie de instructies op het netsnoer als de kookplaat al van een netsnoer voorzien is. Breng de aansluiting op het net tot stand via een meerpolige schakelaar met een
afstand tussen de contacten van minimaal 3 mm.
Geleiders Aantal x afmeting
230 V ~ +
3 x 4 mm
2
230-240 V ~ +
3 X 4 mm
2
(alleen Australië)
230 V 3 ~ +
4 X 1,5 mm
2
400 V 3N ~ +
5 X 1,5 mm
2
400 V 2N ~
4 X 1,5 mm
2
400 V 3N ~ 230 V ~
230-240 V ~ (alleen Australië)
230 V ~ (alleen VK)
400 V 2N ~ 230 V 3 ~ (alleen België) 400 V 2N ~ (alleen NL)
230 V
230 V
230 V
230 V
230 V
230 V
230 V
230 V
230 V
230 V
230 V
CBA
NL6
Beschrijving bedieningspaneel
Het bedieningspaneel is voorzien van tiptoetsen: voor het gebruik is het voldoende om het overeenkomstige symbool aan te raken (u hoeft niet krachtig te drukken).
Eerste gebruik / na een stroomuitval
Nadat de kookplaat is aangesloten op het elektriciteitsnet, is het bedieningspaneel geblokkeerd (het lampje boven de toets brandt).
Om het paneel te deblokkeren de toets gedurende 3 seconden indrukken. Het lampje gaat uit en de kookplaat kan nu normaal werken.
De kookplaat in-/uitschakelen (Aan/Uit)
Om de kookplaat in te schakelen, de toets gedurende ongeveer 2 seconden ingedrukt houden: Het lampje boven de toets gaat branden en er verschijnen streepjes
in de cirkels die de kookzones aangeven.
Om de kookplaat uit te schakelen, drukt u op dezelfde toets tot de kookplaat uitgaat. Alle kookzones worden uitgeschakeld.
Kookzones inschakelen en instellen
Nadat de kookplaat is ingeschakeld een pan op de gekozen zone zetten.
De zone inschakelen door op de bijbehorende ronde toets te drukken: binnen de cirkel wordt het getal 0 weergegeven, dat overeenkomt met het gemiddelde
vermogensniveau.
Om het vermogensniveau te wijzigen met een vinger een horizontale beweging maken over het touchscreen: het getal in de cirkel verandert afhankelijk van de plaats
van de vinger op het touchscreen van een minimum van 1 tot een maximum van 9. Met behulp van het touchscreen kunt u de boosterfunctie activeren door op “BOOST”
(”P” op het display) te drukken. De vermogensfunctie “BOOST” kan maximaal 10 minuten gebruikt worden. Hierna stelt het apparaat het vermogensniveau
automatisch in op 9. Bij modellen met drie kookzones kunnen drie “BOOST”-niveaus tegelijkertijd geselecteerd worden: in dit geval past het apparaat de
vermogensverdeling automatisch tussen de drie zones aan.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
Als binnen de 10 seconden geen enkele functie wordt geselecteerd, wordt de kookplaat automatisch uitgeschakeld.
Als er meer kookzones zijn ingeschakeld kunt u met het touchscreen het vermogen van de gekozen zone wijzigen, deze is herkenbaar aan een
lichtpuntje rechtsonder de vermogensindicatie. Om een zone te selecteren hoeft u alleen maar de bijbehorende rond toets in te drukken.
Als u een pan gebruikt die niet geschikt is, niet correct gepositioneerd is of niet over de juiste afmeting beschikt voor uw inductiekookplaat, dan wordt
de indicatie “geen pan” op het display weergegeven (zie de afbeelding links). Als er binnen 60 seconden geen pan gedetecteerd wordt, gaat de
kookplaat uit.
MIN.
TI M E R
BOOST
OFF
MIN.
MIN.
MIN.
IN D UC TIO N
Om de kookzones te kiezen en in te schakelen
Inschakeling/
uitschakeling van
de kookplaat
Om de kookwekker in te
stellen
Om de kookplaat op
pauze te zetten
Om een van de automatische functies
in te schakelen
Touchscreen
Om het bedieningspaneel te blokkeren
Om de functie Flexicook te selecteren
Om de enkele kookzone uit
te schakelen
Om de enkele kookzone uit
te schakelen
TIM E R
BOOST
OFF
IN D UC TIO N
Geeft aan dat een van de automatische functies ingeschakeld is
Om de enkele kookzone uit te schakelen
Toets om de zone te kiezen en display waarop de gekozen kookzone/het vermogensniveau wordt
aangegeven
Touchscreen (regeling vermogen)
Timer kookzone
NL7
Kookzones uitschakelen
Selecteer de kookzone die u uit wilt schakelen door op de bijbehorende ronde toets te drukken (het puntje van het vermogensniveau wordt rechtsonder op het display
weergegeven). Druk op de toets OFF die op het touchscreen zit.
Keuze van de timer
De timer is een tijdschakelaar die de mogelijkheid biedt om voor één kookzone een tijdsduur in te stellen van maximaal 90 minuten.
Selecteer de kookzone waarvoor u de timer wilt instellen (rechts onder de indicator van het vermogensniveau op het display verschijnt een lichtpuntje), en stel
vervolgens de gewenste tijd in met de toetsen + en - van de timerfunctie: de tijd in minuten wordt weergegeven naast het display van de kookzone.
Enkele seconden nadat u de toets voor het laatst heeft aangeraakt, begint de timer met aftellen (het lichtpuntje voor selectie van de kookzone begint te knipperen).
Wanneer de ingestelde tijd verstreken is, klinkt er een geluidssignaal en wordt de kookzone automatisch uitgeschakeld.
Voor de timer bij de sensorfunctie, zie de beschrijving van de functie op de volgende pagina's.
Toetsenblokkering
Met deze functie kunt u de bedieningen van de kookplaat blokkeren om te voorkomen dat de plaat per ongeluk wordt ingeschakeld (bijv.tijdens het reinigen).
Druk gedurende drie seconden op de toets : een geluidssignaal en een indicatielampje onder het symbool met het slotje geven aan dat de functie geactiveerd is.
Het bedieningspaneel is geblokkeerd, met uitzondering van de uitschakelfunctie. Om de blokkering van de bedieningen te deactiveren, herhaalt u de
activeringsprocedure. Het lichtpuntje gaat uit en de kookplaat is weer actief.
BELANGRIJK: de aanwezigheid van water, vloeistof die overgekookt is uit de pannen of voorwerpen die op de toets onder het symbool worden gezet, kunnen ertoe
leiden dat de blokkering van het bedieningspaneel onbedoeld geactiveerd of gedeactiveerd wordt.
Pauze
Met deze functie kunt u de werking van de kookplaat tijdelijk blokkeren en deze later weer in werking stellen met behoud van de instellingen (behalve bij de
sensorfunctie en de ingestelde timers).
Druk op toets : op de plaats van de vermogensniveaus verschijnt de indicatie die knippert. Om de bereiding te hervatten, nogmaals op de knop drukken.
Flexicook
Met deze functie kunt u het kookgebied als twee aparte kookzones of als extra grote enkele kookzone gebruiken.
Dit is ideaal voor het gebruik van ovale, rechthoekige en vergrote pannen (met een bodem van maximaal 38x18 cm). Om de Flexicook-functie te activeren, schakelt u
de kookplaat in en drukt u de toets in: op de displays van de twee kookzones verschijnt het niveau "5"; beide stippen naast het niveaunummer zijn verlicht, en
geven aan dat de Flexicook is ingeschakeld.
Om het vermogensniveau te wijzigen met een vinger een beweging maken over het touchscreen: het getal in de cirkel verandert afhankelijk van de plaats van de vinger
op het touchscreen van een minimum van 1 tot een maximum van 9. Druk op de toets
om de functie Flexibele Zone uit te schakelen: de kookzones hervatten de
afzonderlijke werking. Om de kookzone uit te schakelen, drukt u op OFF (uit)
Wanneer er op een zone geen pan wordt geregistreerd (omdat de pan ontbreekt, verkeerd geplaatst is of niet voor inductiekookplaten geschikt is), verschijnt op
het display van de betreffende zone de indicatie “geen pan” . Deze indicatie blijft 60 seconden actief: in die tijd kunt u naar wens pannen aan het Flexicook-gebied
toevoegen of hierbinnen verschuiven.
Als er na 60 seconden geen pan op de zone geplaatst is, stopt het systeem met “zoeken” naar pannen op de betreffende zone; het symbool blijft op het display
zichtbaar als herinnering aan het feit dat de zone uitgeschakeld is.
Om de Flexicook-functie weer op beide verwarmingselementen in te schakelen, drukt u op de toets .
De Flexicook-functie kan ook registeren wanneer er een pan in het Flexicook-gebied van de ene naar de andere zone verplaatst wordt en houdt in dat geval hetzelfde
vermogensniveau aan als dat van de zone waarop de pan oorspronkelijk stond (zie het voorbeeld in de onderstaande afbeelding: als de pan van de voorste
verwarmingszone naar de achterste verwarmingszone wordt verplaatst, wordt het vermogensniveau weergegeven op het display van de zone waar de pan op staat).
De kookzone wordt uitgeschakeld en, als het gebied warm is, verschijnt de letter "H" in de cirkel.
“H is de restwarmte-indicatie. De kookplaat is voor elke kookzone voorzien van deze indicatie; zo kunt u zien welke zones nog erg warm zijn. Wanneer
de kookzone afkoelt, gaat het display uit.
i
NL8
Het is ook mogelijk het Flexicook-gebied als twee afzonderlijke kookzones te bedienen met behulp van de toets van de betreffende enkele zone. Plaats de pan in het
midden van de enkele zone en pas het vermogensniveau aan met behulp van het touchscreen.
Belangrijk: zorg ervoor dat de pannen in het midden van de kookzone worden geplaatst.
Zorg bij grote, ovale, rechthoekige en lange pannen ervoor dat de pannen in het midden worden geplaatst en dat beide logo's op de kookzones worden afgedekt.
Voorbeelden van correcte en incorrecte plaatsing van pannen:
Beschrijving automatische functie
Sensorfunctie
De sensorfunctie selecteert automatisch het ideale vermogen om water aan de kook te brengen, en geeft een signaal als dit bereikt is.
Zet een pan met water op de kookzone, schakel de kookplaat in en selecteer de gekozen kookzone. Druk op toets : op het display verschijnt “A”, het lampje gaat
branden. Tijdens de verwarmingsfase verschijnt er een animatie in de ruimte naast de zone.
Met de Flexicook-functie ingeschakeld is het niet mogelijk om het vermogensniveau booster en de sensorfunctie te gebruiken. Als de timer is ingesteld,
wordt deze naast het kookzonedisplay aan de bovenzijde weergegeven.
De kookplaat heeft enkele automatische functies voor de verschillende kookzones. Naast de selectietoets van elke zone zijn de pictogrammen van alle
beschikbare functies afgebeeld. Elke keer als er een automatische functie geselecteerd wordt, gaat er naast het pictogram een lampje branden en op
het display van de geselecteerde zone verschijnt de letter "A".
i
min. 24 cm
NL9
Als het kookpunt eenmaal bereikt is, klinkt er een geluidssignaal. Dit signaal wordt driemaal herhaald met regelmatige pauzes. Na het tweede signaal wordt
automatisch een kookwekker ingeschakeld, die de kooktijd bijhoudt. Na het derde signaal selecteert de kookplaat automatisch een lager vermogen om het kookpunt
te behouden. Vanaf dit moment kunt u naar wens ingrediënten toevoegen, een timer instellen of het vermogen veranderen. Door het vermogen te veranderen of door
de kookplaat in “pauze” te zetten wordt de sensorfunctie beëindigd.
Sudderen
Nadat het gerecht aan de kook is gebracht, wordt door op knop te drukken automatisch een vermogensniveau ingesteld dat geschikt is om een suddertemperatuur
te behouden. Op het display verschijnt “A”: het lampje gaat branden. Om de functie uit te schakelen hoeft u alleen maar op OFF te drukken op het touchscreen.
Smelten
Met de functie Smelten blijft de kookzone op een lage en uniforme temperatuur werken. Nadat de pan/accessoire op de gekozen kookzone is geplaatst, schakelt u de
kookplaat in en selecteert u de kookzone. Druk op toets : op het display verschijnt “A”, het lampje gaat branden. Om de functie uit te schakelen hoeft u alleen maar
op OFF te drukken op het touchscreen.
Voor een juiste werking van de sensorfunctie wordt het volgende geadviseerd:
- gebruik alleen water (op kamertemperatuur);
- voeg geen zout, ingrediënten of kruiden toe tot het water kookt;
- verander het vermogen van de kookzone niet, haal de pan niet weg en verplaats deze niet;
- vul de pan voor minimaal 1/3 van de inhoud (minstens 1 liter) en nooit tot aan de rand (zie
tabel hiernaast).
- Gebruik geen snelkookpannen op de zone waarbij de sensorfunctie wordt gebruikt
Voor de beste prestaties raden wij bovendien het volgende aan:
- de sensorfunctie niet in te schakelen als de zone reeds heet is (de letter “H” is zichtbaar op het
display).
Diameter
van de
kookzone
Diameter panbodem
voor gebruik van de
sensorfunctie
Maximale
hoeveelheid
water in de pan
18 cm 17-19 cm 5 liter
24 cm 23-25 cm 7 liter
28 cm 24-28 cm 7 liter
De kookplaat regelt het gebruik van de sensorfunctie en de booster-niveaus onafhankelijk van elkaar; daarom is het in sommige gevallen niet mogelijk om
de booster in te schakelen als de sensorfunctie reeds ingeschakeld is bij andere kookzones.
De kwaliteit van de gebruikte pan kan van invloed zijn op de prestaties van de sensorfunctie.
NL10
BELANGRIJK: geen schurende sponzen of pannensponsjes gebruiken. aangezien deze het glazen oppervlak kunnen ruïneren.
Na elk gebruik de kookplaat wanneer deze afgekoeld is reinigen, om eventuele voedselresten te verwijderen.
Suiker en voedsel met een hoog suikergehalte kan tot beschadiging van het keramische glasoppervlak leiden en moet direct verwijderd worden.
Door zout, suiker en zand kan het glasoppervlak bekrast raken.
Gebruik een zachte doek, absorberend keukenpapier of een specifieke kookplaatreiniger (volg de instructies van de fabrikant).
Lees en volg de instructies onder “Instructies voor gebruik”.
Controleer of er geen stroomuitval is.
Maak het oppervlak van de kookplaat na het schoonmaken goed droog.
Als bij de inschakeling van de kookplaat op het display alfanumerieke codes worden weergegeven, dient u volgens onderstaande tabel te handelen.
Als u er niet in slaagt de kookplaat na gebruik uit te schakelen, de stekker uit het stopcontact trekken.
Voordat u de klantenservice belt
1. Controleer of u het probleem zelf kunt oplossen aan de hand van de punten die beschreven zijn in “Opsporen van storingen.
2. Het apparaat aan- en uitzetten om te controleren of het probleem is opgelost.
Neem contact op met de dichtstbijzijnde Klantenservice indien de fout na de bovenstaande controles aanhoudt.
Vermeld altijd:
een korte beschrijving van de storing;
het type en het exacte model van de kookplaat;
het servicenummer (dit is het nummer na het woord Service op het typeplaatje), aan de onderzijde van het apparaat (op het metalen plaatje);
•uw volledige adres;
uw telefoonnummer en zonecode.
Wanneer er een reparatie nodig is, neem dan contact op met een officieel klantenservicepunt (om te garanderen dat er originele reserveonderdelen worden
gebruikt en de reparatie correct wordt uitgevoerd). Vervangingsonderdelen zijn 10 jaar lang beschikbaar.
REINIGING
WAARSCHUWING
- Gebruik nooit een stoomreiniger.
- Controleer voor het reinigen of de kookzones uitgeschakeld zijn en dat de restwarmte-indicatie (“H”)
niet wordt weergegeven.
OPSPOREN VAN STORINGEN
FOUTCODE BESCHRIJVING MOGELIJKE OORZAKEN OPLOSSING
De kookplaat wordt uitgeschakeld en geeft na
10
seconden iedere 30 seconden een
geluidssignaal.
Er wordt ononderbroken op het
bedieningspaneel gedrukt.
Water of keukengerei op het
bedieningspaneel.
Maak het bedieningspaneel schoon.
C81, C82, C83
Het bedieningspaneel wordt
uitgeschakeld door te hoge temperaturen.
De interne temperatuur van de
elektronische onderdelen is te hoog.
Wacht tot de kookplaat is afgekoeld
voordat u hem weer gebruikt.
F42 of F43
Het aansluitvoltage is niet goed. De sensor detecteert een verschil tussen
het voltage van het apparaat en het
voltage van de netvoeding.
Koppel de kookplaat los van het
elektriciteitsnet en controleer de
aansluiting.
F12, F21, F25, F36, F37, F40, F47, F56, F58,
F60, F61, F62, F63, F64
Neem contact op met de klantenservice en vermeld de foutcode.
KLANTENSERVICE
NL11
VERMOGENSNIVEAUTABEL
Vermogensniveau Bereidingstype Gebruik van het niveau
(de indicatie hangt af van de ervaring en de bereidingsgewoonten)
Max. vermogen
Boost Snel verwarmen
Ideaal voor het snel verhogen van de voedseltemperatuur tot het snel aan de kook brengen in het
geval van water of het snel verwarmen van kookvloeistoffen
8-9 Bakken - koken
Ideaal voor braden, aan de kook brengen, bakken van diepvriesproducten, snel koken
Hoog vermogen
7-8
Braden - sauteren - koken -
grillen
Ideaal voor sauteren, actief aan de kook houden, koken en grillen (voor een korte periode, 5-10
minuten)
6-7
Braden - koken - stomen -
sauteren - grillen
Ideaal voor sauteren, lichtjes aan de kook houden, koken en grillen (voor een middellange periode,
10-20 minuten)
Middelhoog
vermogen
4-5
Koken - stomen - sauteren -
grillen
Ideaal voor stomen, zachtjes aan de kook houden, koken (voor een lange periode). Roomsaus maken
voor pasta
3-4
Koken - sudderen - verdikken -
roomsaus maken
Ideaal voor recepten met een lange bereidingstijd (rijst, sauzen, braadstukken, vis) met vloeistoffen
(bijv. water, wijn, bouillon, melk), roomsaus voor pasta
2-3
Ideaal voor langdurige bereidingen (hoeveelheden kleiner dan een liter: rijst, saus, braadstukken,
vis) met vloeistoffen (bijv. water, wijn, bouillon, melk)
Laag vermogen
1-2
Smelten - ontdooien -
warmhouden - roomsaus
maken
Ideaal voor het zacht maken van boter, langzaam smelten van chocolade, ontdooien van kleine
producten en het warmhouden van zojuist bereide gerechten (bijv. saus, soep, minestrone)
1
Ideaal voor het warmhouden van zojuist bereide gerechten, het maken van roomsaus voor risotto en
het warmhouden van serveerschotels (met inductiegeschikte accessoire)
UIT
Geen
vermogen
Ondersteuningsvlak
Kookplaat in stand-by of uitgeschakelde modus (mogelijke restwarmte na afloop van de bereiding,
aangeduid met een “H”)
Functie Beschrijving functie
Sudderen
Geeft automatisch een vermogensniveau aan dat geschikt is om gerechten gedurende lange tijd te laten pruttelen. Geschikt voor de
bereiding van tomatensauzen, ragouts, soepen, groentesoepen, waarbij een gecontroleerd bereidingsniveau gehandhaafd wordt
(ideaal voor bereidingen au bain-marie). Voorkomt onaangenaam overkoken van het voedsel of mogelijk aanbranden op de bodem,
die kenmerkend zijn voor dit soort bereidingen. Gebruik deze functie nadat u het gerecht aan de kook heeft gebracht.
Smelten
Geeft automatisch een vermogensniveau aan dat geschikt is om kwetsbare producten langzaam te laten smelten zonder de
sensorische kenmerken ervan in gevaar te brengen (chocolade, boter, enz.).
Sensor
Geeft automatisch aan dat het kookpunt van het water is bereikt, en verlaagt het vermogen tot een waarde die ervoor zorgt dat het
water aan de kook blijft tot het voedsel in de pan wordt gedaan. Wanneer het water het kookpunt bereikt klinkt er een
geluidssignaal en kunnen er ingrediënten worden toegevoegd (kruiden, deegwaren, rijst, groenten, vlees en vis dat gekookt moet
worden), maar ook inmaak of te steriliseren accessoires.
Flexicook
Functie die de twee kookzones combineert, waardoor rechthoekige en ovale pannen kunnen worden gebruikt over de gehele
oppervlakte. Voor het grillen van grote stukken of grote hoeveelheden voedsel (vis, spiezen, groenten, biefstukken, worstjes).
Voor het braden van gerechten in een casserole/vispan/pan, zoals braadstukken, hele vissen met saus of bouillon
NL12
BEREIDINGSTABEL
Categorieën
levensmiddele
n
Gerechten of
bereidingswijzes
Vermogensniveau en voortgang bereiding
Eerste fase Vermogen Tweede fase Vermogen
Deegwaren,
rijst
Verse deegwaren Verwarming van het water Booster - 9
Bereiding van de deegwaren
en aan de kook houden
7-8
Gedroogde deegwaren Verwarming van het water Booster - 9
Bereiding van de deegwaren
en aan de kook houden
7-8
Gekookte rijst Verwarming van het water Booster - 9
Bereiding van de deegwaren
en aan de kook houden
5-6
Risotto Fruiten en roosteren 7-8 Bereiding 4-5
Groenten,
peulvruchten
Gekookt Verwarming van het water Booster - 9 Koken 6-7
Gebakken Verwarming van de olie 9 Bakken, frituren 8-9
Gesauteerd Verwarming van het accessoire 7-8 Bereiding 6-7
Gestoofd / in bouillon Verwarming van het accessoire 7-8 Bereiding 3-4
Gefruit Verwarming van het accessoire 7-8
Bruin korstje geven aan licht
gefruite gerechten
7-8
Vlees
Braadstuk
Bruin korstje geven aan vlees met olie (indien met
boter vermogen 6)
7-8 Bereiding 3-4
Aan het spit Voorverwarming van de pan 7-8 Grillen aan beide zijden 7-8
Aanbraden Aanbraden met olie (indien met boter vermogen 6) 7-8 Bereiding 4-5
Gestoofd / in bouillon Aanbraden met olie (indien met boter vermogen 6) 7-8 Bereiding 3-4
Vis
Aan het spit Voorverwarming van de pan 7-8 Bereiding 7-8
Gestoofd / in bouillon Aanbraden met olie (indien met boter vermogen 6) 7-8 Bereiding 3-4
Gebakken Verwarming van de olie of van het vet 8-9 Bakken, frituren 7-8
Eieren
Gebakken Verwarming van de pan met boter of vet 6 bereiding 6-7
Omelet Verwarming van de pan met boter of vet 6 Bereiding 5-6
Zacht/hard gekookt Verwarming van het water Booster - 9 bereiding 5-6
Pannenkoek Verwarming van de pan met boter 6 Bereiding 5-6
Sauzen
Tom at ens aus Aanbraden met olie (indien met boter vermogen 6) 6-7 Bereiding 3-4
Ragout Aanbraden met olie (indien met boter vermogen 6) 6-7 Bereiding 3-4
Bechamelsaus
Voorbereiding van de basis (boter met bloem
smelten)
5-6 Zachtjes aan de kook brengen 3-4
Desserts,
crèmes
Banketbakkerscrème Melk aan de kook brengen 4-5 Zachtjes aan de kook houden 4-5
Puddinkjes Melk aan de kook brengen 4-5 Zachtjes aan de kook houden 2-3
Rijstepap Melk verwarmen 5-6 Bereiding 2-3
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Bauknecht ESMIF 8740 IN Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor