TEAC AG-980 de handleiding

Categorie
Ontvanger
Type
de handleiding
113
NEDERLANDS
INHOUD
INHOUD...................................................................................................................................................................
113
Systeemverbindingen ............................................................................................................................................. 114
Voorpaneel en Afstandsbediening .......................................................................................................................... 117
BEREIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING .......................................................................................................................... 119
INZETTEN VAN DE BATTERIJEN ....................................................................................................................................... 119
Bediening ............................................................................................................................................................... 120
LUISTEREN NAAR EEN SIGNAALBRON ........................................................................................................................... 120
LUISTEREN NAAR DE RADIO ............................................................................................................................................ 124
LUISTEREN NAAR RDS UITZENDINGEN (ALLEEN FM) ................................................................................................... 127
RDS ontvanger (Regionale optie voor bepaalde landen in Europa enz.)
OPNEMEN ............................................................................................................................................................................ 130
OVERIGE FUNCTIES .......................................................................................................................................................... 130
SUB ZONE WEERGAVE ...................................................................................................................................................... 131
Problemen oplossen ............................................................................................................................................... 133
Technische gegevens ............................................................................................................................................. 134
Verwijdering van uw oude electrische en/of
electronische apparatuur
1. Als op een apparaat het symbool met een
kruis door een afvalton voorkomt betekent
dit dat verwijdering volgens de “RICHTLIJN
2002/96/EG VAN HET EUROPESE PAR-
LEMENT EN DE RAAD van 27 januari 2003
aangaande verwijdering van oude elec-
trische en electronische apparaten”
geregeld is.
2. Dit soort electrische en electronische apparaten moeten
volgens deze richtlijn apart, gescheiden van ander
restafval, op een daarvoor door de gemeente bepaalde
inzamelplaats ingeleverd worden.
3. Een correcte verwijdering van uw oude electrische en
electronische apparatuur draagt in hoge mate bij tot het
voorkomen van mogelijk negatieve concequenties voor
het milieu en daarmee ook voor uw eigen gezondheid en
die van anderen.
4. Nadere informatie over het verwijderen van al uw oude
electrische of electronische apparaten kunt u opvragen bij
het gemeentehuis van uw woonplaats, het afvalverwerk-
ingsbedrijf of bij de zaak waar u het apparaat aangeschaft
heeft.
Waarschuwing
Stel deze component niet bloot aan vocht ofspatwater.
Zet geen met vloeistof gevulde objecten, zoals bijvoor-
beeld vazen, op deze component.
Zet deze component niet in een gesloten meubel zoals
bijvoorbeeld een boekenkast of een soortgelijk gesloten
opbergsysteem.
In de standby-stand - de STANDBY/ONschakelaar staat op
“Standby” - verbruikt deze component een geringe
hoeveelheid netstroom.
Plaats deze component zodanig dat het wandstopcontact
waarop u de netstroomkabel aangesloten heeft makkelijk
bereikbaar is.
Let er op dat het wandstopcontact waarop u deze com-
ponent aansluit geaard is (randaardestopcontact).
Batterijen (zoals een batterijpak of losse batterijen) mogen
niet worden blootgesteld aan hitte zoals van direct zon-
licht, open vuur en dergelijke.
Een extreem hoog geluidsniveau via oor- en hoofdtele-
foons kan het gehoor beschadigen.
114
Systeemverbindingen
Doe de stekker pas in het stopcontact nadat u alle aansluitingen heeft gemaakt.
Let op dat u de witte tulpstekkers (RCA stekkers/snoeren) verbindt met de "L" (links) aansluitingen, en de rode tulpstekkers
(RCA stekkers/snoeren) met de "R" (rechts) aansluitingen wanneer u de audioverbindingen maakt.
Maak de aansluitingen stevig en op de juiste manier. Doet u dit niet, dan is het mogelijk dat er geen geluid wordt
weergegeven, dat er ruis optreedt, of dat de receiver beschadigd raakt.
1 2 4 53 6 7
Verander de stand van de FM-binnenantenne zodat u uw
favoriete FM zenders zo goed mogelijk kunt ontvangen.
U kunt een 75 FM-buitenantenne gebruiken om de ont-
vangst te verbeteren. Koppel de binnenantenne los voor u
deze vervangt door de buitenantenne.
Zet de AM-ringantenne zover mogelijk bij de receiver, tv,
luidsprekerbedrading en het netsnoer vandaan en richt de
antennen voor de beste ontvangst.
Als de ontvangst met de AM-ringantenne niet goed
genoeg is, kunt u in plaats daarvan een AM-buitenanne
gebruiken.
1. AANSLUITEN VAN ANTENNES
115
NEDERLANDS
3. AANSLUITEN VAN AUDIO-APPARATUUR
De AUX aansluitingen kunnen ook worden verbonden met aanvullende apparatuur.
De DVD aansluitingen kunnen worden verbonden met de AUDIO OUT aansluitingen van video-apparatuur, zoals een DVD-
speler, tv enz.
De TAPE PLAY/REC aansluitingen kunnen worden verbonden met geluidsapparatuur voor opname, zoals een cassettedeck,
een MD-recorder enz.
2. AANSLUITEN VAN EEN PLATENSPELER
Opmerking
Maak geen directe verbinding met een draaitafel met een
MC type cartridge. Heeft u een dergelijk toestel, gebruik dan
een aparte kopversterker of versterkende transformator.
116
•U kunt maximaal vier paren luidsprekers aansluiten op deze
receiver en diverse combinaties van luidsprekers kiezen
aan de hand van uw eigen smaak en voorkeur.
De luidsprekers C en D kunnen in de eerste ruimte worden
ge_nstalleerd, net als de luidsprekers A en B, of in de
tweede ruimte (SUB ZONE). (Raadpleeg voor details "SUB
ZONE WEERGAVE" op bladzijde 131.)
•U moet de luidsprekers stevig en correct aansluiten, en er
goed op letten dat de kanalen (links en rechts) en de polar-
iteit (+ en -) op de juiste manier aangesloten zijn.
Als de aansluitingen niet goed gemaakt zijn, zal er geen
geluid worden weergegeven door de luidsprekers, en als de
polariteit van de luidsprekeraansluitingen niet correct is, zal
het geluid onnatuurlijk klinken en niet voldoende lage tonen
hebben.
Opmerkingen:
Voor een veilige werking van de versterker dient u gebruik
te maken van luidsprekers met een impedantie die hoger is
dan 4 wanneer u hetzij paar SPEAKER A aansluitingen
of het paar SPEAKER B aansluitingen en het paar SPEAK-
ER C of SPEAKER D aansluitingen gebruikt, maar u moet
luidsprekers met een minimale impedantie van 8
gebruiken wanneer u zowel de SPEAKER A als B
aansluitingen en/of zowel de SPEAKER C als D aansluitin-
gen gebruikt.
Zorg ervoor dat de metalen kern van de luidsprekerbedrad-
ing niet in aanraking kan komen met elkaar of met een met-
alen onderdeel van deze receiver. Hierdoor zouden zowel
deze receiver als de luidsprekers beschadigd kunnen
raken.
4. AANSLUITEN VAN LUIDSPREKERS
5. NETSNOER
Doe de stekker ban het netsnoer in het stopcontact.
6. DC TRIGGER OUT
Wanneer de DC TRIGGER OUT toets wordt ingedrukt, zal de melding “INPUT”-TRIG ON een paar minuten lang getoond wor-
den, waarna 12 V (25 mA max.) zal worden geproduceerd.
Druk nog eens op de DC TRIGGER OUT toets; de melding “INPUT”-TRIG OFF zal een paar minuten lang getoond worden,
waarna het uitgangssignaal zal worden uitgeschakeld.
7. RS-232C
Gebruikt voor een RS-232C standaard afstandsbediening met draad (los verkrijgbaar).
118
1. POWER hoofdschakelaar
Druk deze schakelaar in om de stroom in te schakelen en
het toestel uit (standby) te zetten. Druk deze schakelaar
nog een keer in om de stroom uit te schakelen.
2. POWER ON (AAN) toets
Druk op deze toets terwijl het toestel uit (standby) staat om
het toestel aan te zetten.
3. STANDBY toets
Druk op deze toets terwijl het toestel aan staat om het toes-
tel uit (standby) te zetten.
4. STANDBY indicator
5. PHONES hoofdtelefoonaansluiting
Als u geen anderen wilt storen, kunt u hierop een stereo-
hoofdtelefoon met een standaard 1/4 inch stekker
aansluiten.
6. MAIN ZONE LUIDSPREKER (A/B) keuzetoets
Met elke druk op deze toets worden de luidsprekers als
volgt in- of uitgeschakeld:
( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de SUB ZONE is
ingeschakeld.
7. SUB ZONE LUIDSPREKER (C/D) keuzetoets
Met elke druk op deze toets worden de luidsprekers als
volgt in- of uitgeschakeld:
( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de SUB ZONE is
ingeschakeld.
8. FM/AM (TUNER) keuzetoets
Met elke druk op de FM/AM (TUNER) toets zal de
radioband als volgt veranderen:
9. INPUT SELECT (AUX, TAPE, DVD, CD, PHONO)
Signaalbronkeuzetoetsen
Druk op de bijbehorende toets om de gewenste signaalbron
te selecteren.
10. SUB ZONE keuzetoets
Druk op deze toets om de weergavefunctie voor de SUB
ZONE in te schakelen.
11. TONE DIRECT toets
Druk op deze toets om zonder toegevoegde effecten te
luisteren naar uw muziek.
12. TONE toets
Druk op deze toets om de gewenste instelfunctie te
kiezen wanneer u de toonregeling (lage en hoge tonen)
wilt gebruiken.
• Met elke druk op deze toets zal de toonregeling heen en
weer schakelen tussen lage en hoge tonen.
13. BALANCE toets
Druk op deze toets om de instelfunctie voor de volumebal-
ans in te schakelen.
FM ST FM MONO AM
~ C/D
of (R2 C/D)
~ - / -
of (R2 -/-)
~ C/ -
of (R2 C/-)
~ - /D
of (R2 -/D)
A/B ~
of (MAIN A/B)
- / - ~
of (MAIN -/-)
A/ - ~
of (MAIN A/-)
- /B ~
of (MAIN -/B)
14. Hoger/lager toetsen (°/) voor de balans, lage/hoge
In de instelfunctie voor de balans kunt u met deze toetsen
de balans tussen de linker en rechter luidsprekers regelen.
In de instelfunctie voor de toonregeling kunt u met deze
toetsen de versterking van de tonen in kwestie regelen.
15. MEMORY/ENTER toets
Druk op deze toets om voorkeuzezenders op te slaan.
16. TUNING MODE (afstemmen/voorkeuzezenders) toets
Druk op deze toets om op een bepaalde frequentie of een
bepaalde voorkeuzezender af te stemmen.
17. TUNE/PRESET hoger/lager (°/)
Gebruik deze toetsen om af te stemmen op de gewenste
zender.
18. VOLUME/VOL volume hoger/lager (°/) knop/toetsen
Met deze draaiknop (op het toestel) of toetsen (op de afs-
tandsbediening) kunt u het volume instellen.
19. MUTING toets
Druk op deze toets om de geluidsweergave tijdelijk uit te
schakelen.
Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op
het oorspronkelijke volumeniveau te hervatten.
20. SLEEP toets
Druk op deze toets om de slaaptimer in te schakelen en op
de gewenste tijd in te stellen.
• Met elke druk op deze toets zal de slaaptimer als volgt
worden ingesteld:
21. DIMMER toets (Afstandsbediening)
Druk op deze toets om de helderheid van het licht-
gevende display naar wens in te stellen.
• Met elke druk op deze toets zal de helderheid van het
display als volgt veranderen:
22. REMOTE SENSOR
Via deze sensor ontvangt dit toestel de signalen van de
afstandsbediening.
23. Lichtgevend display
Zie de vorige bladzijde voor details.
24. RDS toetsen (alleen op modellen voor Europa enz.)
Gebruik deze toetsen wanneer u naar RDS uitzendingen
luistert.
Raadpleeg de bladzijden 127~129 voor meer informatie.
25. CIJFERTOETSEN/OPROEPEN VOORKEUZEZENDERS
In de TUNER (radio) stand kunt u met deze toetsen een
voorkeuzezender selecteren.
26. TEAC CASSETTEDECK (I / II) BEDIENINGSTOETSEN
27. TEAC CD-SPELER BEDIENINGSTOETSEN
28. LUIDSPREKER (A/B, C/D) indicator
29. MUTING (HOOFDZONE GELUID UIT) indicator
30. DC TRIGGER OUT toets
ON dimmer OFF
10 20 30
90 OFF
Eenheid: minuten
119
NEDERLANDS
INZETTEN VAN DE BATTERIJEN
BEREIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING
•U kunt de afstandsbediening gebruiken binnen een bereik
van ongeveer 7 meter en binnen een hoek van maximaal
30 graden ten opzichte van de sensor.
Haal de batterijen eruit wanneer u de afstandsbediening
langere tijd niet zult gebruiken.
Gebruik geen oplaadbare batterijen (Ni-Cd).
1. Verwijder de klep.
2. Doe twee batterijen met de polen in de juiste richting in het vak.
120
LUISTEREN NAAR EEN SIGNAALBRON
Bediening
Met elke druk op de STANDBY/ON toets op het voorpaneel
wordt de receiver aan of uit (standby) gezet.
Met de afstandsbediening kunt u het toestel aan zetten via
de ON toets, of uit (standby) met de STANDBY toets.
of
1. Zet het toestel aan als het op dit moment uit (standby) staat.
Dit toestel staat nu uit (standby) en de STANDBY indicator
zal dan ook oplichten.
Dit betekent dat het toestel van stroom voorzien wordt en
dat er een klein beetje stroom verbruikt wordt zodat het
toestel klaar voor gebruik staat.
Om de stroom uit te schakelen, dient u nog eens op de
POWER hoofdschakelaar te drukken. Het toestel wordt nu
helemaal niet meer van stroom voorzien en de STANDBY
indicator gaat uit.
Voor u begint
Druk de POWER hoofdschakelaar in.
2
. Schakel de gewenste set luidsprekers in.
of
•U kunt diverse combinaties van luidsprekers selecteren,
afhankelijk van waar de C en/of D luidsprekers zijn
geïnstalleerd.
Met elke druk op de MAIN ZONE LUIDSPREKER (A/B)
keuzetoets worden de luidsprekers als volgt in- of uit-
geschakeld:
( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de tweede ruimte (SUB
ZONE) is ingeschakeld.
Met elke druk op de SUB ZONE LUIDSPREKER (C/D)
keuzetoets worden de luidsprekers als volgt in- of uit-
geschakeld:
( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de tweede ruimte (SUB
ZONE) is ingeschakeld.
Wanneer u geen anderen wilt storen en een hoofdtelefoon
gebruikt, dienen alle luidsprekers in de eerste ruimte uit te
worden geschakeld.
Opmerking:
Om de SUB ZONE (tweede ruimte) functie te kunnen
gebruiken, dient u de C en/of D luidsprekers in een andere
kamer (de 'SUB ZONE' of tweede ruimte) te plaatsen en
dient u de SUB ZONE weergavefunctie in te schakelen
(Raadpleeg voor details "AANSLUITEN VAN LUIDSPREK-
ERS" op bladzijde 116 en "SUB ZONE WEERGAVE" op
bladzijde 131.)
~ C/D
of (R2 C/D)
~ - / -
of (R2 -/-)
~ C/ -
of (R2 C/-)
~ - /D
of (R2 -/D)
A/B ~
of (MAIN A/B)
- / - ~
of (MAIN -/-)
A/ - ~
of (MAIN A/-)
- /B ~
of (MAIN -/B)
121
NEDERLANDS
4. Bedien de geselecteerde apparatuur zodat deze gaat spelen.
Druk op de bijbehorende toets om de gewenste signaalbron
te selecteren.
of
3. Selecteer de gewenste signaalbron.
"MUTE" gaat knipperen. (Tijdelijk de geluidsweergave in de
MAIN ZONE uitschakelen)
Druk nog eens op deze toets om de weergave op het oor-
spronkelijke volume te hervatten.
Wanneer u het volume bijstelt, zal de geluidsweergave ook
weer worden hervat.
Druk op de SUB ZONE SELECT toets en druk vervolgens
op de MUTING toets.
De melding "R2" zal gaan knipperen terwijl de geluidsweer-
gave in de SUB ZONE is uitgeschakeld.
Druk nog eens op deze toets om de weergave te hervatten
op het oorspronkelijke niveau.
6. U kunt de geluidsweergave tijdelijk uitschakelen.
of
HOGER
LAGER
5. Zet het volume op een geschikt niveau.
Schakel alle luidsprekers in de eerste ruimte uit.
7. Luisteren met een hoofdtelefoon.
122
•Met elke druk op deze toets zal 5 seconden lang de vol-
gende instelfunctie worden geselecteerd en getoond:
Opmerking:
Wanneer de directe weergavefunctie (Tone Direct) is
ingeschakeld, werkt de toonregeling niet en zal de melding
"TON DIR" 3 seconden lang knipperen op het display.
BASS TRBL
Toonregeling (lage en hoge tonen)
of
8. Schakel de toonregeling in.
De melding "TON DIR" (Tone Direct) zal verschijnen, de
"DIRECT" indicator licht op en de audiosignalen zullen de
schakelingen voor de toonregeling onveranderd passeren.
Om de directe weergavefunctie te annuleren, dient u nog
eens op deze toets te drukken zodat de melding "TON
CTRL" (Tone Control) verschijnt en de "DIRECT" indicator
uit gaat.
of
10
. Luisteren naar een signaalbron zonder toegevoegde effecten.
Als de aanduiding voor de toonregeling (BASS of TRBL)
van het display verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen vanaf
stap 8.
De lage tonen (BASS) en de hoge tonen (TREBLE) kunnen
worden ingesteld binnen een bereik van -10 ~ +10 dB.
Opmerkingen:
Extreme instellingen bij een hoog volume kunnen uw luid-
sprekers en uw gehoor beschadigen.
In het algemeen kunnen de versterkingsniveaus voor de
lage en hoge tonen gewoon op 0 ingesteld blijven.
of
9. Kies het soort tonen dat u in wilt stellen en wijzig de instelling vervolgens naar wens.
123
NEDERLANDS
De melding "BAL" en het balansniveau zullen 5 seconden
lang op het display worden aangegeven.
Als het balansdisplay verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen
vanaf stap 11.
Het balansniveau kan worden ingesteld binnen een bereik
van L10 ~ R10.
Opmerking:
Normaal gesproken staat de balans ingesteld op 0.
Regelen van de balans
of
of
11. Schakel de instelfunctie voor de balans in.
12. Stel de balans tussen het volume van de linker en dat van de rechter luidspreker zo in dat ze even hard klinken.
124
LUISTEREN NAAR DE RADIO
Automatisch afstemmen
Met elke druk op deze toets zal de functie als volgt veran-
deren:
Zelf afstemmen: "PRESET" gaat uit.
Voorkeuzezenders: "PRESET" licht op.
of
Radioband Frequentie
of
1
. Selecteer de radio (TUNER) als signaalbron en kies de gewenste radioband.
2. Selecteer de gewenste afstemfunctie.
Met elke druk op deze toets zal de radio als signaalbron ges-
electeerd worden en zal de radioband als volgt veranderen:
Wanneer er op een stereo FM zender is afgestemd, zal de
FM stand als volgt veranderen:
Bij een slechte ontvangst of zwakke signaalsterkte van FM
stereo-uitzendingen, kunt u de mono FM stand kiezen (de
"ST" indicator gaat dan uit) om ruis in de geluidsweergave te
verminderen, alhoewel de uitzending dan wel in mono zal
worden weergegeven.
Stereo: "ST" licht op.
Mono: "ST" gaat uit.
FM ST FM MONO AM
De radio gaat nu op zoek naar een zender met goede ont-
vangst. Op het display verschijnt de frequentie waarop
wordt afgestemd en "TUNED".
Als de gevonden zender niet de zender is waar u naar wilde
luisteren, kunt u deze handeling gewoon herhalen.
Bij het automatisch afstemmen worden zenders met een
slechte ontvangst overgeslagen.
of
3. Houd de TUNING (TUNE)/PRESET hoger (°) of lager () tenminste 0,5 seconde ingedrukt.
Handmatig afstemmen is bijvoorbeeld handig wanneer u de
frequentie van de gewenste zender al weet.
Voer de stappen 1 en 2 onder "Automatisch afstemmen" op
bladzijde 124 uit en druk vervolgens net zo vaak op de
TUNING (TUNE)/PRESET hoger
(°) of lager () toetsen
tot u de gewenste frequentie bereikt heeft.
Handmatig afstemmen
of
125
NEDERLANDS
Handmatig voorprogrammeren
•U kunt maximaal 30 zenders voorprogrammeren in het geheugen.
1. Stem automatisch of handmatig af op de gewenste zender.
2
. Druk op de MEMORY/ENTER toets.
De melding "MEM" (geheugen) zal 5 seconden lang knip-
peren op het display.
of
of
Bij het automatisch voorprogrammeren zoekt het toestel
automatisch FM zenders op en slaat deze op in het
geheugen.
Luister naar een radio-uitzending en houd de
MEMORY/ENTER toets tenminste 2 seconden ingedrukt.
De melding "AUTO MEM" zal op het display verschijnen en
de radio zal beginnen met het automatisch opzoeken en
voorprogrammeren van FM zenders.
Er kunnen maximaal 30 FM zenders in het geheugen wor-
den opgeslagen.
Opmerkingen:
FM zenders met een slechte ontvangst zullen niet in het
geheugen worden opgeslagen.
Om AM zenders of FM zenders met een slechte ontvangst
in het geheugen op te slaan, dient u de procedure onder
"Handmatig voorprogrammeren" te volgen met "Handmatig
afstemmen".
Automatisch voorprogrammeren
3. Druk op de TUNING (TUNE)/PRESET hoger (°) of lager () toetsen om het gewenste voorkeuzenummer
te selecteren en druk op de MEMORY/ENTER toets.
De zender is nu opgeslagen in het geheugen.
Een eerder opgeslagen frequentie zal gewist en vervangen
worden als u later op dezelfde positie een andere frequentie
opslaat.
Als "MEM" van het display verdwijnt, dient u opnieuw te
beginnen vanaf stap 2 hierboven.
of
U kunt ook de nummertoetsen gebruiken om een voorgepro-
grameerde zender te selecteren.
Om bijvoorbeeld zender no. 16 te selecteren drukt u eerst op
de “1” en binnen 2 seconden op de “6”.
Om zender no. 1, 2 of 3 te selecteren drukt u op de “0” en
daarna op het gewenste nummer. Om bijvoorbeeld zender
no. 3 te selecteren drukt u op de “0” en vervolgens op de “3”.
(Als alternatief kunt u ook alleen op de “3” drukken en een
paar seconden wachten).
Als u de nummertoetsen gebruikt wordt de geselecteerde
zender automatisch, zonder dat u op de MEMORY/ENTER
toets hoeft te drukken, in het geheugen van de AG-980
opgeslagen.
Voorbeeld:
Druk om zender no. 3 te selecteren op 0 + 3:
om zender no. 6 te selecteren op 6:
om zender no. 16 te selecteren op 1 + 6:
126
• "PRESET" zal oplichten.
Afstemmen op voorkeuzezenders
of
of
1. Selecteer de radio (TUNER) als signaalbron en selecteer vervolgens de voorkeuzefunctie.
2
. Selecteer het gewenste voorkeuzenummer.
4. Herhaal de stappen 1 t/m 3 hierboven om nog meer zenders op te slaan.
GEHEUGEN BACK-UP
De volgende instellingen, indien verricht voor het toestel uit wordt gezet, blijven bewaard in het geheugen.
De geselecteerde signaalbron
Voorgeprogrammeerde zenders enz.
De SUB ZONE instellingen
Als de stroomvoorziening 3 dagen of langer wordt onderbroken, zullen alle instellingen in het geheugen (zoals de
voorkeuzezenders en eventuele timerinstellingen) verloren gaan.
•U kunt ook de nummertoetsen gebruiken om een voorge-
programeerde zender te selecteren.
127
NEDERLANDS
LUISTEREN NAAR RDS UITZENDINGEN (ALLEEN FM)
RDS ontvanger (Regionale optie voor bepaalde landen in Europa enz.)
RDS (Radio Data Systeem) is een techniek voor het meesturen van digitale gegevens met reguliere signalen. Uw radio is in
staat deze gegevens op te pikken en de informatie op het display te tonen.
Deze signalen bevatten de volgende gegevens. Programma Servicenaam (PS), Programmatype (PTY), Verkeersberichten
(TA; Traffic Announcement), Klok/tijd (CT; Clock Time) en Radiotekst (RT).
Opmerking:
In andere landen of gebieden zijn de RDS functies niet beschikbaar.
Gebruik deze functie om automatisch zenders die RDS diensten aanbieden op te zoeken.
Met elke druk op deze toets zal de zoekfunctie als volgt
veranderen:
RDS SRCH TP SRCH PTY SRCH uit
RDS zenders zoeken
1.
Selecteer de RDS zoekfunctie in de FM stand.
"RDS" gaat knipperen op het display, de radio zoekt nu
automatisch de volgende zender op die RDS diensten aan-
biedt en toont de naam van de zender op het display.
Als er geen RDS zender gevonden kan worden, zal de
melding "NO RDS" op het display verschijnen.
Wanneer "RDS SRCH" van het display verdwijnt, dient u
opnieuw te beginnen bij stap 1 hierboven.
2. Druk op de TUNING (TUNE)/PRESET hoger (°) of lager () toetsen wanneer de melding "RDS SRCH"
(RDS zenders zoeken) op het display verschijnt.
of
Gebruik deze functie om automatisch verkeersprogramma's op te laten zoeken en daarop af te stemmen.
1.
Druk twee keer op SEARCH MODE in de FM stand.
De melding "TP SRCH" zal op het display verschijnen.
Verkeersprogramma's zoeken
128
Programmatypes zoeken
Gebruik deze functie om automatisch programma's van een bepaald type op te laten zoeken en daarop af te stemmen.
1.
Druk drie keer op SEARCH MODE in de FM stand.
De melding "PTY SRCH" zal op het display verschijnen.
"TP" gaat knipperen op het display en de radio gaat
automatisch op zoek naar zenders die verkeersprogram-
ma's uitzenden.
De melding "NO TRAFF" zal op het display verschijnen als
de ontvangst te slecht is of als er helemaal geen zenders
met verkeersprogramma's gevonden kunnen worden.
Wanneer "TP SRCH" van het display verdwijnt, dient u
opnieuw te beginnen bij stap 1 hierboven.
2. Druk op de TUNING/PRESET hoger (°) of lager () toetsen wanneer de melding "TP SRCH" (verkeerspro-
gramma zoeken) op het display verschijnt.
of
Met elke druk op deze toets selecteert u één van de 29 ver-
schillende soorten programma's.
(NEWS, AFFAIRS, INFO, SPORT, EDUCATE, DRAMA, CUL-
TURE, SCIENCE, VARIED, POP M, ROCK M, EASY M, LIGHT
M, CLASSICS, OTHER M, WEATHER, FINANCE, CHILDREN,
SOCIAL, RELIGION, PHONE IN, TRAVEL, LEISURE, JAZZ,
COUNTRY, NATION M, OLDIES, FOLK M,
Wanneer "PTY SRCH" van het display verdwijnt, dient u
opnieuw te beginnen bij stap 1 hierboven.
2. Druk op de PTY SEARCH toets wanneer de melding "PTY SRCH" (programmatype zoeken) op het display
verschijnt.
"PTY" gaat knipperen op het display en de radio gaat
automatisch op zoek naar zenders die programma's van het
gewenste type uitzenden.
De melding "NO PROG" zal op het display verschijnen als
er helemaal geen zenders met programma's van het gewen-
ste type gevonden kunnen worden.
3. Wanneer het geselecteerde programmatype op het display verschijnt, kunt u de TUNING/PRESET hoger
(
°) of lager () toetsen gebruiken om een zender op te laten zoeken die een programma van het gewenste
type uitzendt.
of
129
NEDERLANDS
Met elke druk op deze toets zal de instelling voor de aan-
duiding op het display als volgt veranderen:
Als de ontvangst te slecht is of als er helemaal geen RDS
diensten van de soort in kwestie gevonden kunnen worden,
zullen de meldingen "NO NAME" (geen programmanaam),
"NO PTY" (geen programmatype), "NO TIME" (geen
klok/tijd) of "NO TEXT" (geen radiotekst) op het display ver-
schijnen.
Frequentie
Programma
Servicenaam
(PS)
Programma
type
(PTY)
Klok/
tijd
(CT)
Radio-
tekst
(RT)
DISPLAY
In de FM stand.
130
OPNEMEN
Opnemen via TAPE
De instellingen voor het volume, de toonregeling (lage tonen, hoge tonen) en de balans hebben geen effect op de signalen voor
opname.
Wanneer u de radio, CD, DVD, AUX of PHONO als signaalbron selecteert, kunnen er via de TAPE aansluitingen opnamen
gemaakt worden.
• Er kunnen geen opnamen via de TAPE aansluitingen gemaakt worden van de signaalbron die geselecteerd is voor de SUB
ZONE.
of
1
. Selecteer de signaalbron waarvan u wilt opnemen, met uitzondering van TAPE.
2. Laat de opname beginnen op de opname-apparatuur die is verbonden met de TAPE uitgangsaansluitingen.
3. Laat de weergave beginnen op de signaalbron.
Gebruiken van de slaaptimer
Met de slaaptimer kunt het toestel nog een bepaalde tijd
lang ingeschakeld laten voor het zichzelf automatisch
uitschakelt.
Met elke druk op deze toets zal de ingestelde tijd als volgt
veranderen:
Terwijl de slaaptimer in werking is, zal de , " " indicator
oplichten.
Wanneer de slaaptimer wordt gebruikt, zal het lichtgevende
display gedimd worden.
Wanneer de weergavefunctie voor de tweede ruimte (SUB
ZONE) in werking is, zal deze niet worden uitgeschakeld
door de slaaptimer.
10 20 30
90 OFF
Eenheid: minuten
OVERIGE FUNCTIES
SLEEP
Met elke druk op deze toets zal de instelling voor de helder-
heid van het display als volgt veranderen:
Wanneer het display uit staat, hoeft u alleen maar op een
willekeurige toets te drukken om het display weer aan te
zetten.
ON dimmer OFF
Instellen van de helderheid van het lichtgevende display
131
NEDERLANDS
Met elke druk op de "ON/STANDBY" toets op het voorpa-
neel zal de weergavefunctie voor de SUB ZONE als volgt
veranderen:
R2 > OFF : De SUB ZONE weergavefunctie staat uit ("R2"
gaat uit).
R2 > display : De SUB ZONE weergave-
functie staat aan ("R2" licht
op).
Druk op de afstandsbediening op de ON toets om de weer-
gavefunctie voor de SUB ZONE aan te zetten, of druk op
de STANDBY toets om deze functie uit te zetten.
Opmerking:
Alleen wanneer de SUB ZONE functie op het display
getoond wordt kunt u de instellingen voor deze functie wijzi-
gen.
SUB ZONE WEERGAVE
Deze functie stelt u in staat te luisteren naar de ene signaalbron in de eerste ruimte en tegelijkertijd in een andere ruimte een
andere signaalbron te laten weergeven.
Ook wanneer deze receiver uit (standby) staat, kan de weergavefunctie voor de SUB ZONE gebruikt worden; de "R2" indicator
zal in dat geval zwak blijven oplichten op het display ten teken dat alleen de SUB ZONE functie in gebruik is. Wanneer u de
weergavefunctie voor de SUB ZONE niet gebruikt, moet u daarom niet vergeten deze uit te schakelen om energie te besparen.
Om in de SUB ZONE een signaalbron te kunnen weergeven, dient u de SUB ZONE functie in te schakelen en de onder-
staande instellingen uit te voeren.
1. Open de SUB ZONE functie.
"R2>~" zal enkele seconden op het display getoond worden.
Met elke druk op deze toets zal er heen weer geschakeld
worden tussen de weergavefunctie voor de eerste ruimte
(normaal display) en de weergavefunctie voor de SUB
SONE ("R2>~").
Opmerking:
•U kunt alleen instellingen verrichten voor de SUB ZONE
functie wanneer de SUB ZONE functie getoond wordt.
of
of
2. Schakel de SUB ZONE weergavefunctie in.
3
. Selecteer de set luidsprekers die u wilt gebruiken in de SUB ZONE.
of
Druk op de bijbehorende toets om de gewenste signaalbron
te selecteren.
Opmerking:
Alleen wanneer de weergavefunctie voor de SUB ZONE is
ingeschakeld kunnen de luidsprekers C en/of D worden
gebruikt als SUB ZONE luidsprekers.
132
Druk op deze toets om de weergavefunctie voor de SUB
ZONE in te schakelen.
of
4. Selecteer de gewenste signaalbron voor weergave in de SUB ZONE.
5. Laat de weergave beginnen op de apparatuur die u geselecteerd heeft als SUB ZONE signaalbron.
6.
Stel het volume voor de SUB ZONE in op een geschikt niveau.
Terwijl de geluidsweergave voor de SUB ZONE tijdelijk is
uitgeschakeld, zal "R2" knipperen.
Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave te
hervatten met het oorspronkelijke volume.
7. Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave.
of
HOGER
LAGER
133
NEDERLANDS
Problemen oplossen
Als er zich een probleem voordoet, raadpleegt u dan eerst de onderstaande tabel voor u uw receiver laat repareren.
Als het probleem zich blijft voordoen, probeer het dan eerst op te lossen door de receiver eerst uit en dan weer aan te doen. Als dit
het probleem niet verhelpt, dient u uw dealer te raadplegen. U mag in geen geval proberen de receiver zelf te repareren, want hier-
door zal de garantie vervallen.
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
Geen stroom.
Geen geluid.
Er kunnen geen zenders worden
ontvangen.
Er kunnen geen voorkeuzezenders
worden ontvangen.
Slechte FM ontvangst.
Er is een doorlopend sissend geluid
bij FM ontvangst, vooral bij stereo-
ontvangst.
Er is een doorlopend of onderbroken
sissend geluid bij AM ontvangst,
vooral 's nachts.
Er kan niet worden opgenomen.
De afstandsbediening doet het niet.
• De stekker zit niet in het stopcontact.
• De aansluiting op het stopcontact is niet goed,
of het stopcontact staat buiten werking.
• De luidsprekerbedrading is los.
• Het volume staat te laag.
De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld met
de MUTING toets op de afstandsbediening.
• De luidsprekers zijn niet ingeschakeld.
• De verkeerde signaalbron is geselecteerd.
• De verbindingen tussen de aangesloten appa-
ratuur zijn verkeerd.
• Er is geen antenne aangesloten.
• Er is niet afgestemd op de correcte frequentie.
• De antenne is niet goed afgesteld.
• Er is een verkeerde frequentie opgeslagen voor
de gewenste zender.
• De opgeslagen zenders zijn om de een of
andere reden gewist.
• Er is geen antenne aangesloten.
• De antenne staat niet correct opgesteld voor de
beste ontvangst.
• Het ontvangen signaal is zwak.
• Storing kan worden veroorzaakt door motoren,
tl-verlichting, onweer enz.
• De verkeerde apparatuur is geselecteerd.
• De apparatuur voor weergave of opname wordt
verkeerd bediend.
• De batterijen zijn leeg of er zitten geen batteri-
jen in.
• De sensor voor de afstandsbediening wordt
afgeschermd.
• Doe de stekker op de juiste manier in het stop-
contact.
• Inspecteer het stopcontact of laat dit doen
door een elektricien.
• Controleer de luidsprekeraansluitingen.
• Stel het volume correct in.
• Druk op de MUTING toets om de geluidsweer-
gave weer in te schakelen.
• Schakel de gewenste set luidsprekers in.
• Selecteer de juiste signaalbron.
• Maak de juiste verbindingen.
• Sluit een antenne aan.
• Stem af op de correcte frequentie.
• Verplaats de antenne en probeer het opnieuw.
• Sla de correcte frequentie voor de gewenste
zender op in het geheugen.
• Sla de zenders opnieuw in het geheugen op.
• Sluit een geschikte antenne aan.
• Stel de antenne correct op.
Verander de positie van de antenne.
Installeer een binnenantenne
• Houd de receiver uit de buurt van storings-
bronnen.
• Installeer een AM buitenantenne.
• Maak de correcte verbindingen.
• Bedien de apparatuur in kwestie op de juiste
manier.
• Vervang de batterijen.
• Verwijder het obstakel.
Terugzetten van de standaard-instellingen
Als u nogal veel van de instellingen hebt gewijzigd en u wilt
terugkeren naar de vaste standaardwaarden, kunt u het
apparaat als volgt terugstellen op de oorspronkelijke fab-
rieksinstellingen:
1. Schakel de AG-980 naar de standby-stand met de
STANDBY/ON-toets.
2. Houd de MAIN ZONE-toets ingedrukt en druk op de
STANDBY/ON-toets van de hoofdcomponent.
Alle geheugeninstellingen zijn hiermee gewist en het appa-
raat volgt weer de oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
134
VERSTERKERGEDEELTE
Eindvermogen, 4 , thv 0.1 %, slechts één paar aangedreven luidsprekers ................................................................... 2 × 65 W
Totale harmonische vervorming, 8 , @-3 dB, 20 Hz ~ 20 kHz .......................................................................................... 0,05%
Ingangsgevoeligheid 47 k
PHONO (MM) ..................................................................................................................................................................... 2,5 mV
Lijnaansluitingen (CD, DVD, TAPE, AUX) ......................................................................................................................... 220 mV
Signaal/ruisverhouding, IHF "A"
Phono(MM) ........................................................................................................................................................................... 75 dB
Lijnaansluitingen (CD,DVD,TAPE,AUX) ............................................................................................................................... 98 dB
Frequentierespons
PHONO (MM), RIAA, 20 Hz ~ 20 kHz .............................................................................................................................. ±0,3 dB
Lijnaansluitingen (CD, DVD, TAPE, AUX), 10 Hz ~ 100 kHz ............................................................................................... ±3 dB
Uitgangsnivean
TAPE OUT, 2,2 k............................................................................................................................................................. 200 mV
Toonregeling lage/hoge tonen, 100 Hz/10 kHz .................................................................................................................. ±10 dB
FM RADIOGEDEELTE
Frequentiebereik afstemming ................................................................................................................................. 87,5~108 MHz
Bruikbare gevoeligheid, thv 3%, signaal-ruisverhouding 26 dB ........................................................................................... 15 dBf
46 dB rustgevoeligheid, mono/stereo ....................................................................................................................... 25,2/45,2 dBf
Signaal-ruisverhouding, 65 dBf, mono/stereo .................................................................................................................. 68/65 dB
Totale harmonische vervorming, 65 dBf, 1 kHz, mono/stereo ......................................................................................... 0,5/0,8%
Frequentierespons, 20 Hz ~ 14 kHz ..................................................................................................................................... ±3 dB
Stereoscheiding, 1 kHz ......................................................................................................................................................... 30 dB
Capture ratio ........................................................................................................................................................................... 4 dB
IF verwerpingsratio ............................................................................................................................................................... 75 dB
AM RADIOGEDEELTE
Frequentiebereik afstemming ................................................................................................................................. 522~1611 kHz
Bruikbare gevoeligheid, signaal-ruisverhouding 20 dB.................................................................................................... 55 dBµ/m
Signaal-ruisverhouding ......................................................................................................................................................... 50 dB
Selectiviteit ............................................................................................................................................................................ 30 dB
ALGEMEEN
Stroomvoorziening .................................................................................................................................................. 230 V~ 50 Hz
Stroomverbruik ................................................................................................................... 330 W (bij STANDBY: 3 W of minder)
Afmetingen (b x h x d, inclusief uitstekende onderdelen) .............................................................................. 440 × 141 × 330 mm
Gewicht (netto) ...................................................................................................................................................................... 8.4 kg
Opmerking: Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd worden ten behoeve van verbeteringen.
Technische gegevens

Documenttranscriptie

INHOUD INHOUD................................................................................................................................................................... 113 Systeemverbindingen ............................................................................................................................................. 114 Voorpaneel en Afstandsbediening .......................................................................................................................... 117 • BEREIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING .......................................................................................................................... 119 • INZETTEN VAN DE BATTERIJEN ....................................................................................................................................... 119 Bediening ............................................................................................................................................................... 120 • LUISTEREN NAAR EEN SIGNAALBRON ........................................................................................................................... 120 • LUISTEREN NAAR DE RADIO ............................................................................................................................................ 124 • LUISTEREN NAAR RDS UITZENDINGEN (ALLEEN FM) ................................................................................................... 127 RDS ontvanger (Regionale optie voor bepaalde landen in Europa enz.) • OPNEMEN ............................................................................................................................................................................ 130 • OVERIGE FUNCTIES .......................................................................................................................................................... 130 • SUB ZONE WEERGAVE ...................................................................................................................................................... 131 Problemen oplossen ............................................................................................................................................... 133 Technische gegevens ............................................................................................................................................. 134 Waarschuwing • Stel deze component niet bloot aan vocht ofspatwater. • Zet geen met vloeistof gevulde objecten, zoals bijvoorbeeld vazen, op deze component. • Zet deze component niet in een gesloten meubel zoals bijvoorbeeld een boekenkast of een soortgelijk gesloten opbergsysteem. • In de standby-stand - de STANDBY/ONschakelaar staat op “Standby” - verbruikt deze component een geringe hoeveelheid netstroom. • Plaats deze component zodanig dat het wandstopcontact waarop u de netstroomkabel aangesloten heeft makkelijk bereikbaar is. • Let er op dat het wandstopcontact waarop u deze component aansluit geaard is (randaardestopcontact). • Batterijen (zoals een batterijpak of losse batterijen) mogen niet worden blootgesteld aan hitte zoals van direct zonlicht, open vuur en dergelijke. • Een extreem hoog geluidsniveau via oor- en hoofdtelefoons kan het gehoor beschadigen. Verwijdering van uw oude electrische en/of electronische apparatuur 1. Als op een apparaat het symbool met een kruis door een afvalton voorkomt betekent dit dat verwijdering volgens de “RICHTLIJN 2002/96/EG VAN HET EUROPESE PARLEMENT EN DE RAAD van 27 januari 2003 aangaande verwijdering van oude electrische en electronische apparaten” geregeld is. 2. Dit soort electrische en electronische apparaten moeten volgens deze richtlijn apart, gescheiden van ander restafval, op een daarvoor door de gemeente bepaalde inzamelplaats ingeleverd worden. 3. Een correcte verwijdering van uw oude electrische en electronische apparatuur draagt in hoge mate bij tot het voorkomen van mogelijk negatieve concequenties voor het milieu en daarmee ook voor uw eigen gezondheid en die van anderen. 113 NEDERLANDS 4. Nadere informatie over het verwijderen van al uw oude electrische of electronische apparaten kunt u opvragen bij het gemeentehuis van uw woonplaats, het afvalverwerkingsbedrijf of bij de zaak waar u het apparaat aangeschaft heeft. Systeemverbindingen • Doe de stekker pas in het stopcontact nadat u alle aansluitingen heeft gemaakt. • Let op dat u de witte tulpstekkers (RCA stekkers/snoeren) verbindt met de "L" (links) aansluitingen, en de rode tulpstekkers (RCA stekkers/snoeren) met de "R" (rechts) aansluitingen wanneer u de audioverbindingen maakt. • Maak de aansluitingen stevig en op de juiste manier. Doet u dit niet, dan is het mogelijk dat er geen geluid wordt weergegeven, dat er ruis optreedt, of dat de receiver beschadigd raakt. 1 1. 2 3 6 7 4 5 AANSLUITEN VAN ANTENNES • Verander de stand van de FM-binnenantenne zodat u uw favoriete FM zenders zo goed mogelijk kunt ontvangen. • U kunt een 75 Ω FM-buitenantenne gebruiken om de ontvangst te verbeteren. Koppel de binnenantenne los voor u deze vervangt door de buitenantenne. • Zet de AM-ringantenne zover mogelijk bij de receiver, tv, luidsprekerbedrading en het netsnoer vandaan en richt de antennen voor de beste ontvangst. • Als de ontvangst met de AM-ringantenne niet goed genoeg is, kunt u in plaats daarvan een AM-buitenanne gebruiken. 114 2. AANSLUITEN VAN EEN PLATENSPELER ∑Opmerking • Maak geen directe verbinding met een draaitafel met een MC type cartridge. Heeft u een dergelijk toestel, gebruik dan een aparte kopversterker of versterkende transformator. 3. AANSLUITEN VAN AUDIO-APPARATUUR • De AUX aansluitingen kunnen ook worden verbonden met aanvullende apparatuur. • De DVD aansluitingen kunnen worden verbonden met de AUDIO OUT aansluitingen van video-apparatuur, zoals een DVDspeler, tv enz. • De TAPE PLAY/REC aansluitingen kunnen worden verbonden met geluidsapparatuur voor opname, zoals een cassettedeck, een MD-recorder enz. NEDERLANDS 115 4. AANSLUITEN VAN LUIDSPREKERS • U kunt maximaal vier paren luidsprekers aansluiten op deze receiver en diverse combinaties van luidsprekers kiezen aan de hand van uw eigen smaak en voorkeur. • De luidsprekers C en D kunnen in de eerste ruimte worden ge_nstalleerd, net als de luidsprekers A en B, of in de tweede ruimte (SUB ZONE). (Raadpleeg voor details "SUB ZONE WEERGAVE" op bladzijde 131.) • U moet de luidsprekers stevig en correct aansluiten, en er goed op letten dat de kanalen (links en rechts) en de polariteit (+ en -) op de juiste manier aangesloten zijn. • Als de aansluitingen niet goed gemaakt zijn, zal er geen geluid worden weergegeven door de luidsprekers, en als de polariteit van de luidsprekeraansluitingen niet correct is, zal het geluid onnatuurlijk klinken en niet voldoende lage tonen hebben. ∑Opmerkingen: • Voor een veilige werking van de versterker dient u gebruik te maken van luidsprekers met een impedantie die hoger is dan 4 Ω wanneer u hetzij paar SPEAKER A aansluitingen of het paar SPEAKER B aansluitingen en het paar SPEAKER C of SPEAKER D aansluitingen gebruikt, maar u moet luidsprekers met een minimale impedantie van 8 Ω gebruiken wanneer u zowel de SPEAKER A als B aansluitingen en/of zowel de SPEAKER C als D aansluitingen gebruikt. • Zorg ervoor dat de metalen kern van de luidsprekerbedrading niet in aanraking kan komen met elkaar of met een metalen onderdeel van deze receiver. Hierdoor zouden zowel deze receiver als de luidsprekers beschadigd kunnen raken. 5. NETSNOER • Doe de stekker ban het netsnoer in het stopcontact. 6. DC TRIGGER OUT • Wanneer de DC TRIGGER OUT toets wordt ingedrukt, zal de melding “INPUT”-TRIG ON een paar minuten lang getoond worden, waarna 12 V (25 mA max.) zal worden geproduceerd. • Druk nog eens op de DC TRIGGER OUT toets; de melding “INPUT”-TRIG OFF zal een paar minuten lang getoond worden, waarna het uitgangssignaal zal worden uitgeschakeld. 7. RS-232C • Gebruikt voor een RS-232C standaard afstandsbediening met draad (los verkrijgbaar). 116 14. Hoger/lager toetsen (°/‡) voor de balans, lage/hoge 1. POWER hoofdschakelaar Druk deze schakelaar in om de stroom in te schakelen en het toestel uit (standby) te zetten. Druk deze schakelaar nog een keer in om de stroom uit te schakelen. In de instelfunctie voor de balans kunt u met deze toetsen de balans tussen de linker en rechter luidsprekers regelen. In de instelfunctie voor de toonregeling kunt u met deze toetsen de versterking van de tonen in kwestie regelen. 2. POWER ON (AAN) toets Druk op deze toets terwijl het toestel uit (standby) staat om het toestel aan te zetten. 15. MEMORY/ENTER toets Druk op deze toets om voorkeuzezenders op te slaan. 16. TUNING MODE (afstemmen/voorkeuzezenders) toets 3. STANDBY toets Druk op deze toets om op een bepaalde frequentie of een bepaalde voorkeuzezender af te stemmen. Druk op deze toets terwijl het toestel aan staat om het toestel uit (standby) te zetten. 17. TUNE/PRESET hoger/lager (°/‡) 4. STANDBY indicator Gebruik deze toetsen om af te stemmen op de gewenste zender. 5. PHONES hoofdtelefoonaansluiting Als u geen anderen wilt storen, kunt u hierop een stereohoofdtelefoon met een standaard 1/4 inch stekker aansluiten. 18. VOLUME/VOL volume hoger/lager (°/‡) knop/toetsen Met deze draaiknop (op het toestel) of toetsen (op de afstandsbediening) kunt u het volume instellen. 6. MAIN ZONE LUIDSPREKER (A/B) keuzetoets 19. MUTING toets Met elke druk op deze toets worden de luidsprekers als volgt in- of uitgeschakeld: Druk op deze toets om de geluidsweergave tijdelijk uit te schakelen. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volumeniveau te hervatten. A/B ~ -/-~ A/ - ~ - /B ~ of (MAIN A/B) of (MAIN -/-) of (MAIN A/-) of (MAIN -/B) ( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de SUB ZONE is 20. SLEEP toets ingeschakeld. Druk op deze toets om de slaaptimer in te schakelen en op de gewenste tijd in te stellen. • Met elke druk op deze toets zal de slaaptimer als volgt worden ingesteld: 7. SUB ZONE LUIDSPREKER (C/D) keuzetoets Met elke druk op deze toets worden de luidsprekers als volgt in- of uitgeschakeld: ~ C/D of (R2 C/D) ~-/of (R2 -/-) 10 ~ C/ ~ - /D of (R2 C/-) of (R2 -/D) Druk op deze toets om de helderheid van het lichtgevende display naar wens in te stellen. • Met elke druk op deze toets zal de helderheid van het display als volgt veranderen: 8. FM/AM (TUNER) keuzetoets Met elke druk op de FM/AM (TUNER) toets zal de radioband als volgt veranderen: FM MONO OFF 21. DIMMER toets (Afstandsbediening) ( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de SUB ZONE is ingeschakeld. FM ST … 90 20 30 Eenheid: minuten ON dimmer OFF AM 22. REMOTE SENSOR Via deze sensor ontvangt dit toestel de signalen van de afstandsbediening. 9. INPUT SELECT (AUX, TAPE, DVD, CD, PHONO) Signaalbronkeuzetoetsen Druk op de bijbehorende toets om de gewenste signaalbron te selecteren. 23. Lichtgevend display Zie de vorige bladzijde voor details. 10. SUB ZONE keuzetoets 24. RDS toetsen (alleen op modellen voor Europa enz.) Druk op deze toets om de weergavefunctie voor de SUB ZONE in te schakelen. Gebruik deze toetsen wanneer u naar RDS uitzendingen luistert. Raadpleeg de bladzijden 127~129 voor meer informatie. 11. TONE DIRECT toets Druk op deze toets om zonder toegevoegde effecten te luisteren naar uw muziek. 25. CIJFERTOETSEN/OPROEPEN VOORKEUZEZENDERS In de TUNER (radio) stand kunt u met deze toetsen een voorkeuzezender selecteren. 12. TONE toets Druk op deze toets om de gewenste instelfunctie te kiezen wanneer u de toonregeling (lage en hoge tonen) wilt gebruiken. • Met elke druk op deze toets zal de toonregeling heen en weer schakelen tussen lage en hoge tonen. 26. TEAC CASSETTEDECK (I / II) BEDIENINGSTOETSEN 27. TEAC CD-SPELER BEDIENINGSTOETSEN 28. LUIDSPREKER (A/B, C/D) indicator 13. BALANCE toets 29. MUTING (HOOFDZONE GELUID UIT) indicator Druk op deze toets om de instelfunctie voor de volumebalans in te schakelen. 30. DC TRIGGER OUT toets 118 BEREIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING • U kunt de afstandsbediening gebruiken binnen een bereik van ongeveer 7 meter en binnen een hoek van maximaal 30 graden ten opzichte van de sensor. INZETTEN VAN DE BATTERIJEN 1. Verwijder de klep. 2. Doe twee batterijen met de polen in de juiste richting in het vak. • Haal de batterijen eruit wanneer u de afstandsbediening langere tijd niet zult gebruiken. • Gebruik geen oplaadbare batterijen (Ni-Cd). NEDERLANDS 119 Bediening LUISTEREN NAAR EEN SIGNAALBRON Voor u begint • Druk de POWER hoofdschakelaar in. • Dit toestel staat nu uit (standby) en de STANDBY indicator zal dan ook oplichten. Dit betekent dat het toestel van stroom voorzien wordt en dat er een klein beetje stroom verbruikt wordt zodat het toestel klaar voor gebruik staat. • Om de stroom uit te schakelen, dient u nog eens op de POWER hoofdschakelaar te drukken. Het toestel wordt nu helemaal niet meer van stroom voorzien en de STANDBY indicator gaat uit. 1. Zet het toestel aan als het op dit moment uit (standby) staat. • Met elke druk op de STANDBY/ON toets op het voorpaneel wordt de receiver aan of uit (standby) gezet. • Met de afstandsbediening kunt u het toestel aan zetten via de ON toets, of uit (standby) met de STANDBY toets. of 2. Schakel de gewenste set luidsprekers in. • U kunt diverse combinaties van luidsprekers selecteren, afhankelijk van waar de C en/of D luidsprekers zijn geïnstalleerd. • Met elke druk op de MAIN ZONE LUIDSPREKER (A/B) keuzetoets worden de luidsprekers als volgt in- of uitgeschakeld: A/B ~ -/-~ A/ - ~ - /B ~ of (MAIN A/B) of (MAIN -/-) of (MAIN A/-) of (MAIN -/B) of ( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de tweede ruimte (SUB ZONE) is ingeschakeld. • Met elke druk op de SUB ZONE LUIDSPREKER (C/D) keuzetoets worden de luidsprekers als volgt in- of uitgeschakeld: ~ C/D of (R2 C/D) ~-/of (R2 -/-) ~ C/ ~ - /D of (R2 C/-) of (R2 -/D) ( ) : Wanneer de weergavefunctie voor de tweede ruimte (SUB ZONE) is ingeschakeld. • Wanneer u geen anderen wilt storen en een hoofdtelefoon gebruikt, dienen alle luidsprekers in de eerste ruimte uit te worden geschakeld. ∑Opmerking: • Om de SUB ZONE (tweede ruimte) functie te kunnen gebruiken, dient u de C en/of D luidsprekers in een andere kamer (de 'SUB ZONE' of tweede ruimte) te plaatsen en dient u de SUB ZONE weergavefunctie in te schakelen (Raadpleeg voor details "AANSLUITEN VAN LUIDSPREKERS" op bladzijde 116 en "SUB ZONE WEERGAVE" op bladzijde 131.) 120 3. Selecteer de gewenste signaalbron. • Druk op de bijbehorende toets om de gewenste signaalbron te selecteren. of 4. Bedien de geselecteerde apparatuur zodat deze gaat spelen. 5. Zet het volume op een geschikt niveau. of LAGER 6. 7. HOGER U kunt de geluidsweergave tijdelijk uitschakelen. • "MUTE" gaat knipperen. (Tijdelijk de geluidsweergave in de MAIN ZONE uitschakelen) • Druk nog eens op deze toets om de weergave op het oorspronkelijke volume te hervatten. • Wanneer u het volume bijstelt, zal de geluidsweergave ook weer worden hervat. • Druk op de SUB ZONE SELECT toets en druk vervolgens op de MUTING toets. • De melding "R2" zal gaan knipperen terwijl de geluidsweergave in de SUB ZONE is uitgeschakeld. • Druk nog eens op deze toets om de weergave te hervatten op het oorspronkelijke niveau. Luisteren met een hoofdtelefoon. • Schakel alle luidsprekers in de eerste ruimte uit. NEDERLANDS 121 Toonregeling (lage en hoge tonen) 8. Schakel de toonregeling in. • Met elke druk op deze toets zal 5 seconden lang de volgende instelfunctie worden geselecteerd en getoond: BASS ∑Opmerking: • Wanneer de directe weergavefunctie (Tone Direct) is ingeschakeld, werkt de toonregeling niet en zal de melding "TON DIR" 3 seconden lang knipperen op het display. of 9. TRBL Kies het soort tonen dat u in wilt stellen en wijzig de instelling vervolgens naar wens. • Als de aanduiding voor de toonregeling (BASS of TRBL) van het display verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen vanaf stap 8. • De lage tonen (BASS) en de hoge tonen (TREBLE) kunnen worden ingesteld binnen een bereik van -10 ~ +10 dB. of ∑Opmerkingen: • Extreme instellingen bij een hoog volume kunnen uw luidsprekers en uw gehoor beschadigen. • In het algemeen kunnen de versterkingsniveaus voor de lage en hoge tonen gewoon op 0 ingesteld blijven. 10. Luisteren naar een signaalbron zonder toegevoegde effecten. • De melding "TON DIR" (Tone Direct) zal verschijnen, de "DIRECT" indicator licht op en de audiosignalen zullen de schakelingen voor de toonregeling onveranderd passeren. • Om de directe weergavefunctie te annuleren, dient u nog eens op deze toets te drukken zodat de melding "TON CTRL" (Tone Control) verschijnt en de "DIRECT" indicator uit gaat. of 122 Regelen van de balans 11. Schakel de instelfunctie voor de balans in. • De melding "BAL" en het balansniveau zullen 5 seconden lang op het display worden aangegeven. of 12. Stel de balans tussen het volume van de linker en dat van de rechter luidspreker zo in dat ze even hard klinken. • Als het balansdisplay verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen vanaf stap 11. • Het balansniveau kan worden ingesteld binnen een bereik van L10 ~ R10. of ∑Opmerking: • Normaal gesproken staat de balans ingesteld op 0. NEDERLANDS 123 LUISTEREN NAAR DE RADIO Automatisch afstemmen 1. Selecteer de radio (TUNER) als signaalbron en kies de gewenste radioband. • Met elke druk op deze toets zal de radio als signaalbron geselecteerd worden en zal de radioband als volgt veranderen: FM ST FM MONO AM of • Wanneer er op een stereo FM zender is afgestemd, zal de FM stand als volgt veranderen: Stereo: "ST" licht op. Mono: "ST" gaat uit. Radioband 2. • Bij een slechte ontvangst of zwakke signaalsterkte van FM stereo-uitzendingen, kunt u de mono FM stand kiezen (de "ST" indicator gaat dan uit) om ruis in de geluidsweergave te verminderen, alhoewel de uitzending dan wel in mono zal worden weergegeven. Frequentie Selecteer de gewenste afstemfunctie. • Met elke druk op deze toets zal de functie als volgt veranderen: Zelf afstemmen: "PRESET" gaat uit. Voorkeuzezenders: "PRESET" licht op. of 3. Houd de TUNING (TUNE)/PRESET hoger (°) of lager (‡) tenminste 0,5 seconde ingedrukt. • De radio gaat nu op zoek naar een zender met goede ontvangst. Op het display verschijnt de frequentie waarop wordt afgestemd en "TUNED". • Als de gevonden zender niet de zender is waar u naar wilde luisteren, kunt u deze handeling gewoon herhalen. • Bij het automatisch afstemmen worden zenders met een slechte ontvangst overgeslagen. of Handmatig afstemmen • Handmatig afstemmen is bijvoorbeeld handig wanneer u de frequentie van de gewenste zender al weet. • Voer de stappen 1 en 2 onder "Automatisch afstemmen" op bladzijde 124 uit en druk vervolgens net zo vaak op de TUNING (TUNE)/PRESET hoger (°) of lager (‡) toetsen tot u de gewenste frequentie bereikt heeft. of 124 Automatisch voorprogrammeren • Bij het automatisch voorprogrammeren zoekt het toestel automatisch FM zenders op en slaat deze op in het geheugen. • Luister naar een radio-uitzending en houd de MEMORY/ENTER toets tenminste 2 seconden ingedrukt. • De melding "AUTO MEM" zal op het display verschijnen en de radio zal beginnen met het automatisch opzoeken en voorprogrammeren van FM zenders. • Er kunnen maximaal 30 FM zenders in het geheugen worden opgeslagen. ∑Opmerkingen: • FM zenders met een slechte ontvangst zullen niet in het geheugen worden opgeslagen. • Om AM zenders of FM zenders met een slechte ontvangst in het geheugen op te slaan, dient u de procedure onder "Handmatig voorprogrammeren" te volgen met "Handmatig afstemmen". of Handmatig voorprogrammeren • U kunt maximaal 30 zenders voorprogrammeren in het geheugen. 1. Stem automatisch of handmatig af op de gewenste zender. 2. Druk op de MEMORY/ENTER toets. • De melding "MEM" (geheugen) zal 5 seconden lang knipperen op het display. of 3. Druk op de TUNING (TUNE)/PRESET hoger (°) of lager (‡) toetsen om het gewenste voorkeuzenummer te selecteren en druk op de MEMORY/ENTER toets. • De zender is nu opgeslagen in het geheugen. • Een eerder opgeslagen frequentie zal gewist en vervangen worden als u later op dezelfde positie een andere frequentie opslaat. • Als "MEM" van het display verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen vanaf stap 2 hierboven. of U kunt ook de nummertoetsen gebruiken om een voorgeprogrameerde zender te selecteren. Voorbeeld: Als u de nummertoetsen gebruikt wordt de geselecteerde zender automatisch, zonder dat u op de MEMORY/ENTER toets hoeft te drukken, in het geheugen van de AG-980 opgeslagen. Druk om zender no. 3 te selecteren op 0 + 3: om zender no. 6 te selecteren op 6: om zender no. 16 te selecteren op 1 + 6: 125 NEDERLANDS Om bijvoorbeeld zender no. 16 te selecteren drukt u eerst op de “1” en binnen 2 seconden op de “6”. Om zender no. 1, 2 of 3 te selecteren drukt u op de “0” en daarna op het gewenste nummer. Om bijvoorbeeld zender no. 3 te selecteren drukt u op de “0” en vervolgens op de “3”. (Als alternatief kunt u ook alleen op de “3” drukken en een paar seconden wachten). 4. Herhaal de stappen 1 t/m 3 hierboven om nog meer zenders op te slaan. ∑GEHEUGEN BACK-UP De volgende instellingen, indien verricht voor het toestel uit wordt gezet, blijven bewaard in het geheugen. • De geselecteerde signaalbron • Voorgeprogrammeerde zenders enz. • De SUB ZONE instellingen • Als de stroomvoorziening 3 dagen of langer wordt onderbroken, zullen alle instellingen in het geheugen (zoals de voorkeuzezenders en eventuele timerinstellingen) verloren gaan. Afstemmen op voorkeuzezenders 1. Selecteer de radio (TUNER) als signaalbron en selecteer vervolgens de voorkeuzefunctie. • "PRESET" zal oplichten. of 2. Selecteer het gewenste voorkeuzenummer. of • U kunt ook de nummertoetsen gebruiken om een voorgeprogrameerde zender te selecteren. 126 RDS ontvanger (Regionale optie voor bepaalde landen in Europa enz.) LUISTEREN NAAR RDS UITZENDINGEN (ALLEEN FM) RDS (Radio Data Systeem) is een techniek voor het meesturen van digitale gegevens met reguliere signalen. Uw radio is in staat deze gegevens op te pikken en de informatie op het display te tonen. Deze signalen bevatten de volgende gegevens. Programma Servicenaam (PS), Programmatype (PTY), Verkeersberichten (TA; Traffic Announcement), Klok/tijd (CT; Clock Time) en Radiotekst (RT). ∑Opmerking: • In andere landen of gebieden zijn de RDS functies niet beschikbaar. RDS zenders zoeken • Gebruik deze functie om automatisch zenders die RDS diensten aanbieden op te zoeken. 1. Selecteer de RDS zoekfunctie in de FM stand. • Met elke druk op deze toets zal de zoekfunctie als volgt veranderen: RDS SRCH 2. TP SRCH PTY SRCH uit Druk op de TUNING (TUNE)/PRESET hoger (°) of lager (‡) toetsen wanneer de melding "RDS SRCH" (RDS zenders zoeken) op het display verschijnt. • "RDS" gaat knipperen op het display, de radio zoekt nu automatisch de volgende zender op die RDS diensten aanbiedt en toont de naam van de zender op het display. • Als er geen RDS zender gevonden kan worden, zal de melding "NO RDS" op het display verschijnen. • Wanneer "RDS SRCH" van het display verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen bij stap 1 hierboven. of Verkeersprogramma's zoeken • Gebruik deze functie om automatisch verkeersprogramma's op te laten zoeken en daarop af te stemmen. 1. Druk twee keer op SEARCH MODE in de FM stand. • De melding "TP SRCH" zal op het display verschijnen. NEDERLANDS 127 2. Druk op de TUNING/PRESET hoger (°) of lager (‡) toetsen wanneer de melding "TP SRCH" (verkeersprogramma zoeken) op het display verschijnt. • "TP" gaat knipperen op het display en de radio gaat automatisch op zoek naar zenders die verkeersprogramma's uitzenden. • De melding "NO TRAFF" zal op het display verschijnen als de ontvangst te slecht is of als er helemaal geen zenders met verkeersprogramma's gevonden kunnen worden. • Wanneer "TP SRCH" van het display verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen bij stap 1 hierboven. of Programmatypes zoeken • Gebruik deze functie om automatisch programma's van een bepaald type op te laten zoeken en daarop af te stemmen. 1. Druk drie keer op SEARCH MODE in de FM stand. • De melding "PTY SRCH" zal op het display verschijnen. 2. Druk op de PTY SEARCH toets wanneer de melding "PTY SRCH" (programmatype zoeken) op het display verschijnt. • Met elke druk op deze toets selecteert u één van de 29 verschillende soorten programma's. (NEWS, AFFAIRS, INFO, SPORT, EDUCATE, DRAMA, CULTURE, SCIENCE, VARIED, POP M, ROCK M, EASY M, LIGHT M, CLASSICS, OTHER M, WEATHER, FINANCE, CHILDREN, SOCIAL, RELIGION, PHONE IN, TRAVEL, LEISURE, JAZZ, COUNTRY, NATION M, OLDIES, FOLK M, • Wanneer "PTY SRCH" van het display verdwijnt, dient u opnieuw te beginnen bij stap 1 hierboven. 3. Wanneer het geselecteerde programmatype op het display verschijnt, kunt u de TUNING/PRESET hoger (°) of lager (‡) toetsen gebruiken om een zender op te laten zoeken die een programma van het gewenste type uitzendt. • "PTY" gaat knipperen op het display en de radio gaat automatisch op zoek naar zenders die programma's van het gewenste type uitzenden. • De melding "NO PROG" zal op het display verschijnen als er helemaal geen zenders met programma's van het gewenste type gevonden kunnen worden. of 128 DISPLAY In de FM stand. • Met elke druk op deze toets zal de instelling voor de aanduiding op het display als volgt veranderen: Frequentie Programma Servicenaam (PS) Programma type (PTY) Klok/ tijd (CT) Radiotekst (RT) • Als de ontvangst te slecht is of als er helemaal geen RDS diensten van de soort in kwestie gevonden kunnen worden, zullen de meldingen "NO NAME" (geen programmanaam), "NO PTY" (geen programmatype), "NO TIME" (geen klok/tijd) of "NO TEXT" (geen radiotekst) op het display verschijnen. NEDERLANDS 129 OPNEMEN • De instellingen voor het volume, de toonregeling (lage tonen, hoge tonen) en de balans hebben geen effect op de signalen voor opname. • Wanneer u de radio, CD, DVD, AUX of PHONO als signaalbron selecteert, kunnen er via de TAPE aansluitingen opnamen gemaakt worden. • Er kunnen geen opnamen via de TAPE aansluitingen gemaakt worden van de signaalbron die geselecteerd is voor de SUB ZONE. Opnemen via TAPE 1. Selecteer de signaalbron waarvan u wilt opnemen, met uitzondering van TAPE. of 2. Laat de opname beginnen op de opname-apparatuur die is verbonden met de TAPE uitgangsaansluitingen. 3. Laat de weergave beginnen op de signaalbron. OVERIGE FUNCTIES Gebruiken van de slaaptimer • Met de slaaptimer kunt het toestel nog een bepaalde tijd lang ingeschakeld laten voor het zichzelf automatisch uitschakelt. • Met elke druk op deze toets zal de ingestelde tijd als volgt veranderen: SLEEP 10 … 90 20 30 Eenheid: minuten OFF • Terwijl de slaaptimer in werking is, zal de , " " indicator oplichten. • Wanneer de slaaptimer wordt gebruikt, zal het lichtgevende display gedimd worden. • Wanneer de weergavefunctie voor de tweede ruimte (SUB ZONE) in werking is, zal deze niet worden uitgeschakeld door de slaaptimer. Instellen van de helderheid van het lichtgevende display • Met elke druk op deze toets zal de instelling voor de helderheid van het display als volgt veranderen: ON dimmer OFF • Wanneer het display uit staat, hoeft u alleen maar op een willekeurige toets te drukken om het display weer aan te zetten. 130 SUB ZONE WEERGAVE • Deze functie stelt u in staat te luisteren naar de ene signaalbron in de eerste ruimte en tegelijkertijd in een andere ruimte een andere signaalbron te laten weergeven. • Ook wanneer deze receiver uit (standby) staat, kan de weergavefunctie voor de SUB ZONE gebruikt worden; de "R2" indicator zal in dat geval zwak blijven oplichten op het display ten teken dat alleen de SUB ZONE functie in gebruik is. Wanneer u de weergavefunctie voor de SUB ZONE niet gebruikt, moet u daarom niet vergeten deze uit te schakelen om energie te besparen. • Om in de SUB ZONE een signaalbron te kunnen weergeven, dient u de SUB ZONE functie in te schakelen en de onderstaande instellingen uit te voeren. 1. Open de SUB ZONE functie. • "R2>~" zal enkele seconden op het display getoond worden. • Met elke druk op deze toets zal er heen weer geschakeld worden tussen de weergavefunctie voor de eerste ruimte (normaal display) en de weergavefunctie voor de SUB SONE ("R2>~"). of ∑Opmerking: • U kunt alleen instellingen verrichten voor de SUB ZONE functie wanneer de SUB ZONE functie getoond wordt. 2. Schakel de SUB ZONE weergavefunctie in. • Met elke druk op de "ON/STANDBY" toets op het voorpaneel zal de weergavefunctie voor de SUB ZONE als volgt veranderen: of R2 > OFF : De SUB ZONE weergavefunctie staat uit ("R2" gaat uit). R2 > display : De SUB ZONE weergavefunctie staat aan ("R2" licht op). • Druk op de afstandsbediening op de ON toets om de weergavefunctie voor de SUB ZONE aan te zetten, of druk op de STANDBY toets om deze functie uit te zetten. ∑Opmerking: • Alleen wanneer de SUB ZONE functie op het display getoond wordt kunt u de instellingen voor deze functie wijzigen. 3. Selecteer de set luidsprekers die u wilt gebruiken in de SUB ZONE. • Druk op de bijbehorende toets om de gewenste signaalbron te selecteren. ∑Opmerking: • Alleen wanneer de weergavefunctie voor de SUB ZONE is ingeschakeld kunnen de luidsprekers C en/of D worden gebruikt als SUB ZONE luidsprekers. of NEDERLANDS 131 4. Selecteer de gewenste signaalbron voor weergave in de SUB ZONE. • Druk op deze toets om de weergavefunctie voor de SUB ZONE in te schakelen. of 5. Laat de weergave beginnen op de apparatuur die u geselecteerd heeft als SUB ZONE signaalbron. 6. Stel het volume voor de SUB ZONE in op een geschikt niveau. of LAGER 7. HOGER Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave. • Terwijl de geluidsweergave voor de SUB ZONE tijdelijk is uitgeschakeld, zal "R2" knipperen. • Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave te hervatten met het oorspronkelijke volume. 132 Problemen oplossen Als er zich een probleem voordoet, raadpleegt u dan eerst de onderstaande tabel voor u uw receiver laat repareren. Als het probleem zich blijft voordoen, probeer het dan eerst op te lossen door de receiver eerst uit en dan weer aan te doen. Als dit het probleem niet verhelpt, dient u uw dealer te raadplegen. U mag in geen geval proberen de receiver zelf te repareren, want hierdoor zal de garantie vervallen. PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING Geen stroom. • De stekker zit niet in het stopcontact. • De aansluiting op het stopcontact is niet goed, of het stopcontact staat buiten werking. • Doe de stekker op de juiste manier in het stopcontact. • Inspecteer het stopcontact of laat dit doen door een elektricien. Geen geluid. • De luidsprekerbedrading is los. • Het volume staat te laag. • De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld met de MUTING toets op de afstandsbediening. • De luidsprekers zijn niet ingeschakeld. • De verkeerde signaalbron is geselecteerd. • De verbindingen tussen de aangesloten apparatuur zijn verkeerd. • Controleer de luidsprekeraansluitingen. • Stel het volume correct in. • Druk op de MUTING toets om de geluidsweergave weer in te schakelen. • Schakel de gewenste set luidsprekers in. • Selecteer de juiste signaalbron. • Maak de juiste verbindingen. Er kunnen geen zenders worden ontvangen. • Er is geen antenne aangesloten. • Er is niet afgestemd op de correcte frequentie. • De antenne is niet goed afgesteld. • Sluit een antenne aan. • Stem af op de correcte frequentie. • Verplaats de antenne en probeer het opnieuw. Er kunnen geen voorkeuzezenders worden ontvangen. • Er is een verkeerde frequentie opgeslagen voor de gewenste zender. • De opgeslagen zenders zijn om de een of andere reden gewist. • Sla de correcte frequentie voor de gewenste zender op in het geheugen. • Sla de zenders opnieuw in het geheugen op. Slechte FM ontvangst. • Er is geen antenne aangesloten. • De antenne staat niet correct opgesteld voor de beste ontvangst. • Sluit een geschikte antenne aan. • Stel de antenne correct op. Er is een doorlopend sissend geluid bij FM ontvangst, vooral bij stereoontvangst. • Het ontvangen signaal is zwak. • Verander de positie van de antenne. • Installeer een binnenantenne Er is een doorlopend of onderbroken sissend geluid bij AM ontvangst, vooral 's nachts. • Storing kan worden veroorzaakt door motoren, tl-verlichting, onweer enz. • Houd de receiver uit de buurt van storingsbronnen. • Installeer een AM buitenantenne. Er kan niet worden opgenomen. • De verkeerde apparatuur is geselecteerd. • De apparatuur voor weergave of opname wordt verkeerd bediend. • Maak de correcte verbindingen. • Bedien de apparatuur in kwestie op de juiste manier. De afstandsbediening doet het niet. • De batterijen zijn leeg of er zitten geen batterijen in. • De sensor voor de afstandsbediening wordt afgeschermd. • Vervang de batterijen. • Verwijder het obstakel. Terugzetten van de standaard-instellingen Als u nogal veel van de instellingen hebt gewijzigd en u wilt terugkeren naar de vaste standaardwaarden, kunt u het apparaat als volgt terugstellen op de oorspronkelijke fabrieksinstellingen: 1. Schakel de AG-980 naar de standby-stand met de STANDBY/ON-toets. Alle geheugeninstellingen zijn hiermee gewist en het apparaat volgt weer de oorspronkelijke fabrieksinstellingen. 133 NEDERLANDS 2. Houd de MAIN ZONE-toets ingedrukt en druk op de STANDBY/ON-toets van de hoofdcomponent. Technische gegevens ∑ VERSTERKERGEDEELTE • Eindvermogen, 4 Ω, thv 0.1 %, slechts één paar aangedreven luidsprekers ................................................................... 2 × 65 W • Totale harmonische vervorming, 8 Ω, @-3 dB, 20 Hz ~ 20 kHz .......................................................................................... 0,05% • Ingangsgevoeligheid 47 kΩ PHONO (MM) ..................................................................................................................................................................... 2,5 mV Lijnaansluitingen (CD, DVD, TAPE, AUX) ......................................................................................................................... 220 mV • Signaal/ruisverhouding, IHF "A" Phono(MM) ........................................................................................................................................................................... 75 dB Lijnaansluitingen (CD,DVD,TAPE,AUX) ............................................................................................................................... 98 dB • Frequentierespons PHONO (MM), RIAA, 20 Hz ~ 20 kHz .............................................................................................................................. ±0,3 dB Lijnaansluitingen (CD, DVD, TAPE, AUX), 10 Hz ~ 100 kHz ............................................................................................... ±3 dB • Uitgangsnivean TAPE OUT, 2,2 kΩ ............................................................................................................................................................. 200 mV • Toonregeling lage/hoge tonen, 100 Hz/10 kHz .................................................................................................................. ±10 dB ∑ FM RADIOGEDEELTE • Frequentiebereik afstemming ................................................................................................................................. 87,5~108 MHz • Bruikbare gevoeligheid, thv 3%, signaal-ruisverhouding 26 dB ........................................................................................... 15 dBf • 46 dB rustgevoeligheid, mono/stereo ....................................................................................................................... 25,2/45,2 dBf • Signaal-ruisverhouding, 65 dBf, mono/stereo .................................................................................................................. 68/65 dB • Totale harmonische vervorming, 65 dBf, 1 kHz, mono/stereo ......................................................................................... 0,5/0,8% • Frequentierespons, 20 Hz ~ 14 kHz ..................................................................................................................................... ±3 dB • Stereoscheiding, 1 kHz ......................................................................................................................................................... 30 dB • Capture ratio ........................................................................................................................................................................... 4 dB • IF verwerpingsratio ............................................................................................................................................................... 75 dB ∑ AM RADIOGEDEELTE • Frequentiebereik afstemming ................................................................................................................................. 522~1611 kHz • Bruikbare gevoeligheid, signaal-ruisverhouding 20 dB.................................................................................................... 55 dBµ/m • Signaal-ruisverhouding ......................................................................................................................................................... 50 dB • Selectiviteit ............................................................................................................................................................................ 30 dB ∑ ALGEMEEN • Stroomvoorziening .................................................................................................................................................. 230 V~ 50 Hz • Stroomverbruik ................................................................................................................... 330 W (bij STANDBY: 3 W of minder) • Afmetingen (b x h x d, inclusief uitstekende onderdelen) .............................................................................. 440 × 141 × 330 mm • Gewicht (netto) ...................................................................................................................................................................... 8.4 kg Opmerking: Ontwerp en technische gegevens kunnen zonder kennisgeving gewijzigd worden ten behoeve van verbeteringen. 134
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136

TEAC AG-980 de handleiding

Categorie
Ontvanger
Type
de handleiding

Gerelateerde papieren