Samsung GT-P6200 Handleiding

Categorie
Mobieltjes
Type
Handleiding
GT-P6200
Gebruiksaanwijzing
Over deze gebruiksaanwijzing
2
Over deze
gebruiksaanwijzing
Dank u dat u dit mobiele apparaat van Samsung hebt gekozen.
Dit apparaat biedt hoogwaardige mobiele communicatie en
amusement op basis van de uitzonderlijke technologie en hoge
normen van Samsung.
Deze handleiding is speciaal ontworpen om u de helpen bij het
gebruik van de functies van uw apparaat.
Lees dit eerst
Voordat u uw apparaat gebruikt, moet u de volledige
gebruiksaanwijzing en alle veiligheidsinstructies lezen zodat u
verzekerd bent van veilig en correct gebruik.
De beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing zijn gebaseerd op
de standaardinstellingen van het apparaat.
Afbeeldingen en schermafbeeldingen die in deze
gebruiksaanwijzing worden gebruikt, kunnen er anders uitzien
dan het daadwerkelijke product.
De inhoud van deze gebruiksaanwijzing kan van product
tot product verschillen of anders zijn dan de software die
door serviceproviders wordt geleverd en is onderhevig aan
wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving. Ga naar de
Samsung-website (
www.samsung.com
) voor de nieuwste versie
van de gebruiksaanwijzing.
Welke functies en extra diensten beschikbaar zijn, is afhankelijk
van het apparaat, de software en uw provider.
De opmaak en presentatie van deze gebruiksaanwijzing is
gebaseerd op het Android-besturingssysteem en kan verschillen
afhankelijk van het besturingssysteem van de gebruiker.
Over deze gebruiksaanwijzing
3
Applicaties op dit apparaat functioneren wellicht anders
dan vergelijkbare computerapplicaties en hoeven niet over
alle functies te beschikken die beschikbaar zijn voor de
computerversie.
Applicaties en de bijbehorende functies kunnen per regio of
hardwarespecificatie verschillen. Samsung is niet aansprakelijk
voor prestatieproblemen die worden veroorzaakt door
applicaties van derden.
Samsung is niet aansprakelijk voor prestatie- of
compatibiliteitsproblemen die worden veroorzaakt door
het bewerken van de instellingen in het register of door het
gebruik van aangepaste besturingssysteemsoftware. Wanneer
u probeert het besturingssysteem aan te passen, kan dit ertoe
leiden dat uw apparaat en applicaties niet meer correct werken.
U kunt de software voor uw apparaat upgraden door naar de
website van Samsung te gaan (
www.samsung.com
).
Software, audio, achtergronden en afbeeldingen in dit apparaat
zijn onder licentie verstrekt met beperkte gebruiksrechten
tussen Samsung en de betreffende eigenaren. Het overnemen
en gebruiken van deze materialen voor commerciële of andere
doeleinden maakt inbreuk op de copyrightwetgeving. Samsung
is niet verantwoordelijk voor inbreuk op het copyright door
gebruikers.
Bewaar de gebruiksaanwijzing, zodat u deze later kunt
raadplegen.
Symbolen in deze gebruiksaanwijzing
Bekijk voordat u begint de symbolen die in deze
gebruiksaanwijzing worden gebruikt:
Waarschuwing—situaties die letsel kunnen veroorzaken
bij u of anderen
Let op—situaties die schade aan het apparaat of andere
apparatuur kunnen veroorzaken
Opmerkingopmerkingen, gebruikstips of aanvullende
informatie
Over deze gebruiksaanwijzing
4
Raadpleeg—paginas met verwante informatie,
bijvoorbeeld:
p. 12 (staat voor ‘raadpleeg pagina 12’)
Gevolgd door—de volgorde van de opties of menus die
u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld:
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Toestel-info (staat voor Instellingen gevolgd door
Toestel-info)
Copyright
Copyright © 2012 Samsung Electronics
Deze gebruiksaanwijzing is beschermd onder internationale
auteursrechtwetten.
Geen enkel deel van deze snelstartgids mag worden
gereproduceerd, gedistribueerd, vertaald of verzonden in welke
vorm dan ook of op welke elektronische of mechanische wijze
dan ook, inclusief door deze te fotokopiëren, op te nemen of op te
slaan in een systeem voor het opslaan en ophalen van informatie,
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Samsung
Electronics.
Handelsmerken
SAMSUNG en het SAMSUNG-logo zijn geregistreerde
handelsmerken van Samsung Electronics.
Het Android-logo, Google
, Google Maps
, Google Mail
,
YouTube
, Google Play
Store, Google Latitude
en Google
Talk
zijn handelsmerken van Google, Inc.
Bluetooth
®
is wereldwijd een geregistreerd handelsmerk van
Bluetooth SIG, Inc.
Over deze gebruiksaanwijzing
5
Windows Media Player
®
is een geregistreerd handelsmerk van
Microsoft Corporation.
Wi-Fi
®
, Wi-Fi Protected Setup
, Wi-Fi Direct
, Wi-Fi
CERTIFIED
en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde
handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
DivX
®
, DivX Certified
®
en
de bijbehorende logos
zijn handelsmerken van
Rovi Corporation of zijn
dochterondernemingen en worden
onder licentie gebruikt.
Alle overige handelsmerken en auteursrechten zijn het
eigendom van de betreffende eigenaren.
Over deze gebruiksaanwijzing
6
OVER DIVX VIDEO
DivX
®
is een digitale video-indeling gemaakt door DivX, LLC, een
dochteronderneming van Rovi Corporation. Dit is een officieel
DivX Certified
®
-apparaat waarmee DivX-video kan worden
afgespeeld. Ga naar
www.divx.com
voor meer informatie en voor
softwarehulpmiddelen waarmee u uw bestanden naar DivX-
videos kunt converteren.
OVER DIVX VIDEO-ON-DEMAND
Dit DivX Certified
®
-apparaat moet worden geregistreerd om
DivX Video-on-Demand-films (VOD) te kunnen afspelen. Voor het
verkrijgen van de registratiecode gaat u in het instellingenmenu
van het apparaat naar het gedeelte over DivX VOD. Ga naar
vod.divx.com
voor meer informatie over het voltooien van uw
registratie.
Een apparaat dat DivX Certified
®
is voor het afspelen van DivX
®
-
video tot HD 720p, inclusief betaalde inhoud.
Inhoud
7
Het apparaat in elkaar zetten ........................... 11
Uitpakken ............................................................................................ 11
Indeling ................................................................................................ 12
Toetsen ................................................................................................. 14
De SIM-kaart of USIM-kaart plaatsen ...................................... 15
De batterij opladen ......................................................................... 16
Een geheugenkaart plaatsen (optioneel) ............................. 19
Aan de slag ......................................................... 21
Het apparaat in- of uitschakelen ............................................... 21
Het aanraakscherm gebruiken .................................................. 21
Het aanraakscherm en de toetsen vergrendelen of
ontgrendelen ..................................................................................... 24
Het startscherm ................................................................................ 24
Applicaties openen ......................................................................... 29
Meerdere applicaties starten ...................................................... 31
De instellingen van het apparaat aanpassen ...................... 32
Tekst ingeven ..................................................................................... 37
Web- en GPS-services ........................................ 42
Internet ................................................................................................. 42
Latitude ................................................................................................ 46
Maps ...................................................................................................... 46
Music Hub ........................................................................................... 48
Navigatie .............................................................................................. 48
Lokaal .................................................................................................... 49
Play Store ............................................................................................. 49
Pulse ...................................................................................................... 50
Inhoud
Inhoud
8
Readers Hub ....................................................................................... 51
Samsung Apps .................................................................................. 51
YouTube ............................................................................................... 52
Communiceren .................................................. 54
Bellen ..................................................................................................... 54
Berichten ............................................................................................. 64
Google Mail ........................................................................................ 66
E-mail ..................................................................................................... 68
Talk ......................................................................................................... 70
Messenger ........................................................................................... 71
Google+ ............................................................................................... 72
Social Hub ........................................................................................... 72
Entertainment .................................................... 73
Camera ................................................................................................. 73
Videospeler ......................................................................................... 81
Galerij .................................................................................................... 83
Foto-editor .......................................................................................... 85
MP3-speler .......................................................................................... 87
Persoonlijke gegevens ...................................... 91
Contacten ............................................................................................ 91
S Planner .............................................................................................. 94
Notitie ................................................................................................... 96
Pennotitie ............................................................................................ 97
Connectiviteit .................................................... 98
USB-verbindingen ........................................................................... 98
Wi-Fi ..................................................................................................... 100
Wi-Fi Direct ........................................................................................ 102
Inhoud
9
AllShare .............................................................................................. 103
Mobiel netwerk delen .................................................................. 105
Bluetooth ........................................................................................... 107
GPS ....................................................................................................... 109
VPN-verbindingen ......................................................................... 110
Hulpmiddelen .................................................. 113
Alarm ................................................................................................... 113
Calculator .......................................................................................... 114
Downloads ........................................................................................ 114
eBook .................................................................................................. 115
Mijn bestanden ............................................................................... 115
Polaris Office .................................................................................... 116
Zoeken ................................................................................................ 118
SIM-toolkit ......................................................................................... 118
Taakbeheer ....................................................................................... 118
Wereldklok ........................................................................................ 119
Instellingen ......................................................120
De instellingsopties openen ..................................................... 120
Wi-Fi ..................................................................................................... 120
Bluetooth ........................................................................................... 120
Gegevensgebruik .......................................................................... 120
Meer... .................................................................................................. 121
Geluid .................................................................................................. 122
Display ................................................................................................ 123
Energiebesparing .......................................................................... 124
Opslag ................................................................................................. 124
Batterij ................................................................................................. 125
Applicaties ........................................................................................ 125
Inhoud
10
Account- en synchronisatie-instellingen ............................. 125
Locatieservices ................................................................................ 125
Beveiliging ........................................................................................ 125
Taal en invoer ................................................................................... 127
Back-up maken en terugzetten ............................................... 130
Dock ..................................................................................................... 131
Datum en tijd ................................................................................... 131
Toegankelijkheid ............................................................................ 131
Beweging .......................................................................................... 132
Ontwikkelaarsopties ..................................................................... 132
Toestel-info ....................................................................................... 133
Problemen oplossen ....................................... 134
Veiligheidsvoorschriften ................................ 139
Index ................................................................. 151
Het apparaat in elkaar zetten
11
Het apparaat in elkaar zetten
Uitpakken
Controleer of de doos de volgende onderdelen bevat:
Mobiel apparaat
Snelstartgids
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde software.
Gekraakte of illegale software kan schade of storingen
veroorzaken die niet worden gedekt door de garantie van de
fabrikant.
De bijgeleverde onderdelen bij uw apparaat en de
beschikbare accessoires kunnen verschillen, afhankelijk
van uw regio of serviceprovider.
Bij de plaatselijke Samsung-dealer zijn extra accessoires
verkrijgbaar.
De meegeleverde items zijn uitsluitend voor uw apparaat
ontworpen en zijn mogelijk niet compatibel met andere
apparaten.
Andere accessoires zijn mogelijk niet compatibel met uw
apparaat.
Het apparaat in elkaar zetten
12
Indeling
Voorzijde
5
6
Nummer Functie
1
Luistergedeelte
2
Nabijheids-/lichtsensor
3
Luidspreker
4
Microfoon
Het apparaat in elkaar zetten
13
Nummer Functie
5
Microfoon
1
6
Cameralens voorzijde
7
Aan/uit/reset/vergrendeltoets
8
Volumetoets
9
Multifunctionele aansluiting
Achterkant
1. Alleen ingeschakeld wanneer u de luidsprekerfunctie gebruikt of
videos opneemt.
Het apparaat in elkaar zetten
14
Nummer Functie
10
GPS-antenne
2
11
Cameralens achterzijde
12
Flitser
13
Headsetaansluiting
3
14
Hoofdantenne
15
Sleuf voor SIM-kaart
16
Sleuf voor geheugenkaart
Toetsen
Toets Functie
Aan/uit/
reset
4
/
vergrendelen
Het apparaat inschakelen (ingedrukt
houden); de apparaatopties
weergeven (ingedrukt houden); het
apparaat resetten (10-15 seconden
ingedrukt houden); het
aanraakscherm uitschakelen en
vergrendelen of het inschakelen.
Volume Het volume van het apparaat regelen.
2. Raak het gedeelte rond de antenne niet aan en bedek dit niet met
uw handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik van de GPS-
functies.
3. Als u een headset incorrect aansluit op het apparaat, kan de
headsetaansluiting of de headset worden beschadigd.
4. Als er fatale fouten optreden, de verbinding wordt verbroken of uw
apparaat vastloopt, moet u het apparaat mogelijk resetten voordat u
het weer kunt gebruiken.
Het apparaat in elkaar zetten
15
De SIM-kaart of USIM-kaart plaatsen
Wanneer u bij een provider een abonnement afsluit, ontvangt
u een SIM-kaart (Subscriber Identity Module). Hierop zijn uw
abonnementsgegevens opgeslagen, zoals de PIN-code en
optionele diensten. Voor het gebruik van UMTS- of HSDPA-services
kunt u een USIM-kaart (Universal Subscriber Identity Module)
kopen.
Open het klepje van de SIM-kaartsleuf.
1
Plaats de SIM- of USIM-kaart met de goudkleurige
2
contactpunten naar beneden gericht.
Plaats geen geheugenkaart in de SIM-kaartsleuf. Als de
geheugenkaart klem komt te zitten in de SIM-kaartsleuf,
moet u uw apparaat naar een Samsung Servicecenter
brengen om de geheugenkaart te laten verwijderen.
De SIM-kaartsleuf van uw apparaat is alleen geschikt
voor standaard SIM-kaarten. Als u een microSIM-kaart of
een microSIM-kaart plaatst met een niet-goedgekeurde
houder, kan de SIM-kaartsleuf van uw apparaat
beschadigd raken.
Sluit het klepje voor de SIM-kaart.
3
Het apparaat in elkaar zetten
16
De batterij opladen
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of wanneer de
batterij lange tijd niet is gebruikt, moet u de batterij opladen.
Laad de batterij alleen op met een oplader. U kunt de batterij niet
opladen met een USB-kabel.
U kunt de batterij niet vervangen in het apparaat. Als u problemen
hebt met het apparaat of de batterij moet vervangen, moet u het
apparaat naar een Samsung Servicecenter brengen.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde opladers
en kabels. Bij gebruik van niet-goedgekeurde opladers of
kabels bestaat het risico dat batterijen ontploffen of dat het
apparaat schade oploopt.
Als de batterij bijna leeg is, laat het apparaat een
waarschuwingstoon horen en wordt er een bericht
weergegeven. Laad de batterij op als u het apparaat weer
wilt gebruiken.
Als de batterij volledig leeg is, kunt u het apparaat niet
inschakelen zelfs wanneer het wordt opgeladen. Laat
een batterij die volledig leeg is enige minuten opladen
voordat u probeert het apparaat in te schakelen.
De vorm van de USB-adapter kan verschillen afhankelijk
van uw regio.
Het apparaat in elkaar zetten
17
Sluit het ene uiteinde van de USB-kabel op de USB-
1
stroomadapter aan en het andere op de multifunctionele
aansluiting.
Als u de USB-kabel onjuist aansluit, kan dit grote schade
aan het apparaat of de USB-stroomadapter veroorzaken.
Schade veroorzaakt door verkeerd gebruik valt niet onder de
garantie.
Sluit de USB-stroomadapter op een stopcontact aan.
2
Als de stroomvoorziening instabiel is wanneer
het apparaat wordt opgeladen, functioneert het
aanraakscherm mogelijk niet. Als dit gebeurt, koppelt u de
USB-kabel van het apparaat los.
Het apparaat kan heet worden tijdens het oplossen. Dit is
normaal en heeft geen nadelige invloed op de levensduur
of prestaties van het apparaat.
Als uw apparaat niet goed oplaadt, kunt u met het
apparaat en de oplader naar een Samsung Servicecenter
gaan.
Het apparaat in elkaar zetten
18
Wanneer de batterij volledig is opgeladen, koppelt u de
3
USB-kabel eerst los van het apparaat en haalt u de USB-
stroomadapter vervolgens uit het stopcontact.
Om energie te besparen, koppelt u de USB-stroomadapter
los wanneer deze niet wordt gebruikt. De USB-
stroomadapter heeft geen aan/uit-schakelaar, dus u moet
de USB-stroomadapter uit het stopcontact halen wanneer
de adapter niet wordt gebruikt om energieverspilling te
voorkomen. Het apparaat moet in de buurt blijven van het
stopcontact tijdens het opladen.
Batterijverbruik verminderen
Uw apparaat beschikt over opties waarmee u batterijverbruik kunt
verminderen. Door deze opties aan te passen en functies op de
achtergrond uit te schakelen, kunt u het apparaat langer gebruiken
voordat u het opnieuw moet opladen:
Wanneer u het apparaat niet gebruikt, kunt u overschakelen
naar de slaapstand door op de aan/uit-toets te drukken.
Sluit onnodige applicaties met taakbeheer.
Schakel de Bluetooth-functie uit.
Schakel de Wi-Fi-functie uit.
Schakel automatisch synchroniseren van applicaties uit.
Verminder de tijd voor achtergrondverlichting.
Verminder de helderheid van het scherm.
Het apparaat in elkaar zetten
19
Een geheugenkaart plaatsen (optioneel)
U kunt in uw apparaat geheugenkaarten gebruiken met een
capaciteit van maximaal 32 GB. Afhankelijk van de fabrikant en
het type van de geheugenkaaart, zijn sommige geheugenkaarten
mogelijk niet compatibel met uw apparaat.
Samsung hanteert erkende industriestandaarden voor
geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk
niet volledig compatibel met uw apparaat. Als u een niet-
compatibele geheugenkaart gebruikt kan uw apparaat of de
geheugenkaart beschadigd raken. Ook kunnen gegevens
die zijn opgeslagen op de geheugenkaart beschadigd
worden.
Uw apparaat ondersteunt alleen de FAT-bestandsstructuur
voor geheugenkaarten. Als u een geheugenkaart plaatst
die met een andere bestandsstructuur is geformatteerd,
wordt u gevraagd of u de kaart opnieuw wilt formatteren.
Veel schrijven en verwijderen van gegevens verkort de
levensduur van geheugenkaarten.
Wanneer u een geheugenkaart in uw apparaat plaatst,
wordt de bestandenlijst van de geheugenkaart
weergegeven in de map extStorages/SdCard.
Open het klepje van de geheugenkaartsleuf.
1
Plaats een geheugenkaart met de goudkleurige contactpunten
2
naar beneden gericht.
Duw de geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf totdat de
3
kaart vastklikt.
Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf.
4
Het apparaat in elkaar zetten
20
Een geheugenkaart verwijderen
Controleer of het apparaat de geheugenkaart niet gebruikt.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Opslag
SD-kaart afmelden
OK.
Open het klepje van de geheugenkaartsleuf.
2
Duw voorzichtig op de geheugenkaart totdat deze loskomt
3
van het apparaat.
Verwijder de geheugenkaart.
4
Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf.
5
Verwijder een geheugenkaart niet wanneer via het apparaat
gegevens worden overgedragen of geopend. Dit kan leiden
tot verlies van gegevens en/of beschadiging van de kaart of
het apparaat.
Een geheugenkaart formatteren
Als u de geheugenkaart op een computer formatteert, kan de
kaart incompatibel worden met uw apparaat. Formatteer de
geheugenkaart alleen in het apparaat.
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Opslag
SD-
kaart formatteren
SD-kaart formatteren
Alles wissen.
Vergeet niet een back-up van alle belangrijke gegevens
te maken voordat u de geheugenkaart formatteert.
De fabrieksgarantie dekt geen schade door verlies van
gegevens vanwege iets wat de gebruiker doet.
21
Aan de slag
Aan de slag
Het apparaat in- of uitschakelen
Houd de aan/uit-toets ingedrukt om het apparaat in te schakelen.
Als u het apparaat voor het eerst inschakelt, volgt u de
instructies op het scherm om het apparaat in te stellen.
U moet u aanmelden bij Google of u moet een Google-
account maken om applicaties te gebruiken die contact
maken met de Google-server.
Houd de aan/uit-toets ingedrukt en selecteer Uitschakelen
OK
om het apparaat in te schakelen.
Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen van
geautoriseerd personeel op plaatsen waar het gebruik
van draadloze apparatuur onderhevig is aan beperkingen,
bijvoorbeeld in vliegtuigen en ziekenhuizen.
Als u alleen de diensten wilt gebruiken waarvoor geen
netwerk vereist is, activeert u de vliegtuigstand. p. 121
Het aanraakscherm gebruiken
Met het aanraakscherm van het apparaat kunt u eenvoudig items
selecteren en functies uitvoeren. Hier krijgt u informatie over het
aanraakscherm.
Druk niet te hard op het aanraakscherm met uw
vingertoppen en gebruik geen scherpe voorwerpen
op het aanraakscherm. Als u dit wel doet, kan het
aanraakscherm worden beschadigd of kan er een storing
optreden.
Zorg dat het aanraakscherm niet in aanraking komt met
andere elektrische apparaten. Door elektrostatische
ontladingen kan het aanraakscherm worden beschadigd.
Zorg dat het aanraakscherm niet met vloeistoffen in
aanraking komt. Het aanraakscherm kan in vochtige
omstandigheden of door vloeistoffen beschadigd raken.
22
Aan de slag
Om het aanraakscherm optimaal te kunnen gebruiken,
moet u de beschermende folie verwijderen voordat u het
apparaat gebruikt.
Het aanraakscherm heeft een laag die kleine elektrische
ladingen die door het menselijk lichaam worden
veroorzaakt, detecteert. Voor de beste prestaties tikt u met
uw vingertop op het aanraakscherm. Het aanraakscherm
reageert niet als het door scherpe hulpmiddelen zoals een
stylus of een pen wordt aangeraakt.
U gebruikt de volgende technieken om het aanraakscherm te
bedienen:
Tik op
Eenmaal met uw vinger aanraken
om een menu, optie of applicatie te
selecteren of starten.
Aangeraakt houden
Tik op een item en blijf dit langer dan
2 seconden aanraken.
Slepen
Tik op een item en sleep het naar een
nieuwe locatie.
23
Aan de slag
Dubbeltikken
Tik snel twee keer op een item.
Vegen
Veeg snel omhoog, omlaag, naar links
of rechts om door lijsten of schermen te
bladeren.
Samenknijpen
Plaats twee vingers ver uit elkaar en
breng ze naar elkaar toe.
Het apparaat schakelt automatisch het aanraakscherm uit
wanneer u dit een bepaalde tijd niet gebruikt. Druk op de
aan/uit-toets om het aanraakscherm in te schakelen.
U kunt de periode instellen dat het apparaat wacht
voordat het scherm wordt uitgeschakeld. Selecteer in de
lijst met applicaties Instellingen
Display
Time-out
scherm.
24
Aan de slag
Het aanraakscherm en de toetsen
vergrendelen of ontgrendelen
Wanneer u het apparaat gedurende een ingestelde tijdsduur niet
gebruikt, wordt het aanraakscherm automatisch uitgeschakeld
en worden het aanraakscherm en de toetsen automatisch
vergrendeld om onbedoelde invoer te voorkomen. Druk op de
aan/uit-toets om het aanraakscherm en de toetsen handmatig te
vergrendelen.
Om ze te ontgrendelen, schakelt u het scherm in door op de aan/
uit-toets te drukken, ergens op het scherm te tikken en tot buiten
de grote cirkel te slepen.
U kunt de schermvergrendelingsfunctie activeren om te
voorkomen dat anderen de persoonlijke gegevens en
informatie op uw apparaat kunnen gebruiken.
p. 34
Het startscherm
In het startscherm kunt u de status van het apparaat zien en
applicaties openen.
Het startscherm bevat meerdere panelen. Scroll naar links of rechts
om de panelen van het startscherm weer te geven. U kunt ook een
stip boven aan het scherm selecteren om rechtstreeks naar het
bijbehorende paneel te gaan.
25
Aan de slag
Systeembalk
Via de systeembalk onder aan het scherm kunt u snel door het
scherm navigeren, systeemgegevens weergeven en meer.
6
Nummer Functie
1
Teruggaan naar het vorige scherm.
2
Teruggaan naar het startscherm; taakbeheer
openen (blijven aanraken).
3
De lijst met recente applicaties openen; de lijst met
applicaties openen (blijven aanraken).
4
De applicatie starten die u hebt ingesteld als
snelkoppeling voor snel starten. U kunt deze
snelkoppeling voor snel starten wijzigen door
Instellingen
Display
Snel starten.
5
Het beknopte paneel met applicaties openen.
6
De huidige tijd en de status van uw apparaat
weergeven; het meldingenpaneel openen.
26
Aan de slag
Pictogrammen
De pictogrammen die op het scherm worden weergegeven,
kunnen verschillen afhankelijk van de regio en
serviceprovider.
Pictogram Betekenis
Geen signaal
Signaalsterkte
Verbonden met GPRS-netwerk
Verbonden met EDGE-netwerk
Verbonden met HSDPA-netwerk
Wi-Fi-toegangspunt verbonden
Bluetooth-functie geactiveerd
GPS-services in gebruik
Oproep ingeschakeld
Gemiste oproep
Aangesloten op computer
Geen SIM- of USIM-kaart
Nieuw bericht
Alarm ingeschakeld
Roaming (buiten het servicegebied)
27
Aan de slag
Pictogram Betekenis
Vliegtuigstand ingeschakeld
Fout opgetreden of voorzichtigheid vereist
Batterijlading
Werken met het meldingenpaneel
Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u in de
rechterbenedenhoek van het scherm. Als u het paneel wilt
verbergen, selecteert u
.
U kunt de huidige status van het apparaat weergeven en de
volgende opties gebruiken in het meldingenpaneel:
Wi-Fi
: de Wi-Fi-functie in- of uitschakelen. p. 100
GPS
: de GPS-functie in- of uitschakelen. p. 109
Melodie
: de stille stand in- en uitschakelen. U kunt uw apparaat
dempen of het instellen op trillen in de stille stand.
Scherm-rotatie
: toestaan of voorkomen dat de interface wordt
gedraaid wanneer u het apparaat draait.
Spaarstand
: de energiespaarstand in- of uitschakelen.
Melding
: meldingenpictogrammen weergeven of verbergen.
Mobiele gegevens
: de gegevensverbinding activeren of
deactiveren.
Bluetooth
: de Bluetooth-functie aan- en uitzetten. p. 107
Auto-stand
: de autostand in- of uitschakelen.
Synchr.
: automatische synchronisatie van applicaties activeren
of deactiveren.
Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
28
Aan de slag
Items verplaatsen op het startscherm
Blijf een item aanraken en sleep
het naar een nieuwe locatie.
U kunt een item aan een nieuwe
map toevoegen of het naar een
nieuw paneel verplaatsen. Blijf het
item aanraken en sleep het naar
Map maken of Pagina maken.
Items verwijderen uit het startscherm
Blijf een item aanraken en sleep het naar de prullenbak.
Een paneel toevoegen aan of verwijderen uit het
startscherm
U kunt panelen in het startscherm toevoegen of verwijderen om
widgets in te delen.
Plaats twee vingers op het startscherm en beweeg ze naar
1
elkaar toe om over te schakelen naar de bewerkingsmodus.
Panelen toevoegen, verwijderen of reorganiseren:
2
Als u een paneel wilt verwijderen, blijft u de
miniatuurafbeelding van het paneel aanraken en sleept u
het naar de prullenbak.
Als u een nieuw paneel wilt toevoegen, selecteert u
.
29
Aan de slag
Als u het eerste paneel van het startscherm wilt instellen,
selecteert u .
Als u de volgorde van panelen wilt wijzigen, blijft u de
miniatuurafbeelding van het paneel aanraken en sleept u
deze naar de nieuwe locatie.
Selecteer
3
om terug te gaan naar het vorige scherm.
Widgets gebruiken
Widgets zijn kleine applicaties op het startscherm die handige
functies en informatie verschaffen.
Welke widgets beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio
of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Widgets om het
widgetpaneel te openen.
Blader naar links of rechts in het widgetpaneel om een widget
2
te zoeken.
Blijf een widget aanraken om het toe te voegen aan het
3
startscherm.
Applicaties openen
Open applicaties en maak optimaal gebruik van functies op
uw apparaat. U kunt de lijst met applicaties aanpassen aan uw
voorkeuren, of applicaties downloaden van internet om de
functionaliteit van uw apparaat uit te breiden.
Selecteer
1
op het startscherm om de lijst met applicaties te
openen.
Scroll naar links of naar rechts naar een ander scherm.
2
U kunt ook een stip onder aan het scherm selecteren om
rechtstreeks naar het bijbehorende scherm te gaan.
Selecteer een applicatie.
3
Selecteer
4
om terug te gaan naar het vorige scherm.
Selecteer
om terug te gaan naar het startscherm.
30
Aan de slag
U kunt een snelkoppeling naar een applicatie toevoegen
aan het startscherm door een pictogram te blijven
aanraken in de lijst met applicaties.
Als u het apparaat draait terwijl u bepaalde functies
gebruikt, wordt de interface ook gedraaid. Als u wilt
voorkomen dat de interface wordt gedraaid, selecteert
u Instellingen
Display
Scherm automatisch
draaien.
Applicaties ordenen
U kunt de volgorde van applicaties in de lijst met applicaties
wijzigen of ze indelen in categorieën.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Bewerken.
Blijf een applicatiepictogram aanraken.
2
Applicaties ordenen:
3
Als u de applicatie wilt verplaatsen, sleept u deze naar een
nieuwe locatie.
Als u de applicatie wilt toevoegen aan een nieuwe map,
sleept u het naar .
Als u de applicatie wilt toevoegen aan een nieuw paneel,
sleept u deze naar .
Als u de applicatie wilt verwijderen, sleept u deze naar
.
Wanneer u het pictogram van de applicatie naar sleept,
kunt u informatie over de applicatie weergeven.
Selecteer
4
.
Een applicatie downloaden
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Play Store of Samsung
Apps.
Zoek een applicatie en download deze naar het apparaat.
2
Als u applicaties wilt installeren die u hebt gedownload van
andere bronnen, moet u Instellingen
Beveiliging
Onbekende bronnen selecteren.
31
Aan de slag
Een applicatie verwijderen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Verwijderen.
Selecteer
2
op het pictogram van een applicatie en selecteer
OK.
U kunt alleen de applicaties verwijderen die u hebt
gedownload.
Onlangs gebruikte applicaties openen
Selecteer
1
om de applicaties weer te geven die u onlangs
hebt gebruikt.
Selecteer een applicatie.
2
Meerdere applicaties starten
U kunt op het apparaat meerdere taken tegelijk uitvoeren door
meerdere applicaties tegelijk uit te voeren. Als u meerdere
applicaties wilt openen, selecteert u
terwijl u een applicatie
gebruikt. Selecteer vervolgens een andere applicatie die u wilt
openen vanuit het startscherm.
Applicaties beheren
U kunt meerdere applicaties beheren met Taakbeheer.
Selecteer
1
Taakbeheer
Actieve applicaties.
Taakbeheer wordt geopend en geeft de actieve applicaties
weer.
Actieve applicaties beheren:
2
Als u naar een andere applicaties wilt overschakelen,
selecteert u een in de lijst.
Selecteer
Stop om een applicatie te sluiten.
Selecteer
Alles stoppen om alle applicaties te sluiten.
32
Aan de slag
De instellingen van het apparaat aanpassen
Haal meer uit uw apparaat door de instellingen aan uw voorkeuren
aan te passen.
De taal van het scherm wijzigen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Taal en
invoer
Taal.
Selecteer een taal.
2
Aanraaktonen in- of uitschakelen
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Geluid
Aanraakgeluiden.
Het volume van het apparaat aanpassen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Geluid
Volume.
Sleep de schuifregelaars om het volumeniveau voor elk geluid
2
aan te passen.
Uw beltoon wijzigen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Geluid
Beltoon.
Selecteer een beltoon
2
OK.
Overschakelen naar de stille stand
U kunt de geluiden van uw apparaat op een van de volgende
manieren uit- of inschakelen:
Tik in de rechterbenedenhoek van het scherm om het
meldingenpaneel te openen en selecteer Melodie.
Houd de aan/uit-toets ingedrukt en selecteer
of .
Selecteer in de lijst met applicaties
Telefoon
Toetsen en blijf
aanraken.
33
Aan de slag
Een achtergrond voor het startscherm selecteren
Blijf op het startscherm het lege gedeelte aanraken.
1
Selecteer
2
Startscherm
een afbeeldingsmap
een
afbeelding.
Het lettertype van het scherm wijzigen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Display
Letterstijl.
Selecteer een lettertype.
2
De helderheid van het scherm aanpassen
Uw apparaat bevat een lichtsensor, waarmee het niveau van het
omgevingslicht kan worden vastgesteld en de helderheid van het
scherm automatisch kan worden aanpast. U kunt de helderheid
van het scherm ook automatisch instellen.
Als het scherm op een hoog helderheidsniveau is ingesteld,
raakt de batterij van het apparaat sneller leeg.
Instellen dat het apparaat de helderheid automatisch
aanpast
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Display
Helderheid.
Schakel het selectievakje naast
2
Helderheid automatisch in.
Selecteer
3
OK.
Het apparaat verhoogt automatisch de helderheid in
een omgeving met veel licht en verlaagt de helderheid
automatisch in een omgeving met weinig licht.
34
Aan de slag
De helderheid automatisch aanpassen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Display
Helderheid.
Schakel het selectievakje naast
2
Helderheid automatisch uit.
Sleep de schuifregelaar naar links of rechts.
3
Selecteer
4
OK.
Het apparaat vergrendelen
U kunt uw apparaat vergrendelen door de
schermvergrendelingsfunctie te activeren. Wanneer de
schermvergrendeling is ingeschakeld, moet u een wachtwoord
ingeven elke keer dat u het apparaat inschakelt of het
aanraakscherm ontgrendelt.
Als u uw wachtwoord vergeet, moet u het apparaat bij een
Samsung Servicecenter laten resetten.
Samsung is niet verantwoordelijk voor verlies van
wachtwoorden of privégegevens of andere schade die
door illegale software wordt veroorzaakt.
Ontgrendeling met gezichtsdetectie instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Beveiliging
Schermvergrendeling
Gezichtontgrendeling.
Selecteer
2
Instellen
Doorgaan.
Houd het apparaat zo dat uw gezicht in de afbeelding past.
3
Wanneer uw gezicht correct is vastgelegd, selecteert u
4
Doorgaan.
Voltooi het instellen van de back-upcode.
5
35
Aan de slag
Een ontgrendelingspatroon instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Beveiliging
Schermvergrendeling
Patroon.
Volg de instructies en voorbeeldpatronen op het scherm en
2
selecteer Volgende.
Teken een patroon door ten minste 4 punten met elkaar te
3
verbinden en selecteer Doorgaan.
Teken het patroon nogmaals om het te bevestigen en selecteer
4
Bevestigen.
Voltooi het instellen van de back-up PIN-code.
5
Als u uw ontgrendelingspatroon vergeet, kunt u de
schermvergrendelingsfunctie uitschakelen met een back-up
PIN-code.
Een ontgrendelings-PIN-code instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Beveiliging
Schermvergrendeling
Geef PIN-code in.
Geef een nieuwe PIN-code in en selecteer
2
Doorgaan.
Geef de PIN-code nogmaals in en selecteer
3
OK.
Een ontgrendelingswachtwoord instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Beveiliging
Schermvergrendeling
Wachtwoord.
Geef een nieuw wachtwoord (alfanumeriek) in en selecteer
2
Doorgaan.
Geef het wachtwoord nogmaals in en selecteer
3
OK.
36
Aan de slag
De SIM- of USIM-kaart vergrendelen
U kunt het apparaat vergrendelen met de PIN-code die u bij
de SIM- of USIM-kaart hebt gekregen. Als de SIM- of USIM-
vergrendeling is ingeschakeld, moet u telkens bij het inschakelen
van het apparaat of bij het openen van applicaties waarvoor de
PIN-code nodig is, de PIN-code ingeven.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Beveiliging
SIM-kaartvergrendeling instellen
SIM-
kaart vergrendelen.
Geef uw PIN-code in en selecteer
2
OK.
Als u te vaak een onjuiste PIN-code ingeeft, wordt de SIM-
of USIM-kaart geblokkeerd. In dat geval moet u een PUK-
code (PIN Unlock Key) ingeven om de blokkering van de
SIM- of USIM-kaart op te heffen.
Als u een onjuiste PUK-code voor de SIM- of USIM-
kaart ingeeft, moet u de blokkering van de kaart bij de
serviceprovider laten opheffen.
De functie Mijn telefoon zoeken inschakelen
Wanneer iemand een andere SIM- of USIM-kaart in uw verloren of
gestolen apparaat plaatst, stuurt de functie Mijn telefoon zoeken
het nummer automatisch naar een aantal ingestelde contacten,
zodat u het apparaat kunt opsporen. Als u deze functie wilt
gebruiken, moet u een Samsung-account maken om het apparaat
op afstand via internet te bedienen.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Beveiliging
Waarschuwing SIM-kaart vervangen.
Selecteer
2
Inloggen.
Selecteer Nieuwe account maken om een Samsung-account
te maken.
Geef het e-mailadres en wachtwoord voor uw Samsung-
3
account in en selecteer Log in.
Selecteer
4
Ontvangers waarschuwingsbericht.
37
Aan de slag
Geef het wachtwoord voor uw Samsung-account nogmaals in
5
en selecteer Ger.
Selecteer het ontvangersveld en voeg ontvangers toe:
6
Geef telefoonnummers handmatig in, waaronder de
landcode en het +-symbool.
Selecteer telefoonnummers in de contactenlijsten door
onder het ontvangersveld te selecteren.
Geef het bericht in dat u naar de ontvangers wilt verzenden.
7
Selecteer
8
Gereed.
Tekst ingeven
U kunt tekst ingeven door woorden in de microfoon te spreken,
tekens op het virtuele toetsenbord te selecteren of door op het
scherm te schrijven.
Tekst ingeven wordt voor sommige talen niet ondersteund.
Als u tekst wilt ingeven, moet u de schrijftaal wijzigen in een
van de ondersteunde talen.
De tekstinvoermethode wijzigen
Selecteer op de systeembalk en selecteer een
tekstinvoermethode.
Tekst ingeven met de spraakinvoerfunctie van
Google
Als u invoertalen voor spraakherkenning wilt toevoegen,
1
selecteert u de taal
Meer talen toevoegen.
Spreek uw tekst in de microfoon.
2
Selecteer
3
Gereed wanneer u klaar bent.
38
Aan de slag
Tekst ingeven met het Samsung-toetsenbord
Geef tekst in door alfanumerieke toetsen te selecteren of door op
het scherm te schrijven.
U kunt tevens de volgende toetsen gebruiken:
Nummer Functie
1
Het virtuele toetsenbord minimaliseren.
2
De cursor verplaatsen naar het volgende tekstveld.
3
Het hoofdlettergebruik wijzigen.
4
Tekstinvoermethode wijzigen.
5
Een emoticon invoegen; het paneel met emoticons
openen (blijven aanraken).
6
Een spatie invoegen.
7
Uw invoer wissen.
8
Een nieuwe regel beginnen.
9
Een item van het klembord toevoegen.
10
Overschakelen naar de handschriftstand.
39
Aan de slag
Tekst ingeven met het Swype-toetsenbord
Tik op de eerste letter van een woord en veeg met uw vinger
1
naar de tweede letter zonder uw vinger van het scherm te
laten loskomen.
Ga zo door totdat u het woord af hebt.
2
Til uw vinger op.
3
Als het juiste woord wordt weergegeven, selecteert u
4
om een spatie in te voegen. Als het juiste woord niet wordt
weergegeven, selecteert u een alternatief in de lijst die
verschijnt.
Herhaal stap 1-4 voor de rest van de tekst.
5
U kunt tevens op de toetsen tikken om tekst in te geven.
U kunt op een toets tikken en deze blijven aanraken
om tekens in te geven die boven de toets worden
weergegeven. Wanneer u een toets blijft aanraken totdat
de lijst met tekens verschijnt, kunt u speciale tekens,
symbolen en cijfers ingeven.
40
Aan de slag
U kunt tevens de volgende toetsen gebruiken:
Nummer Functie
1
De invoertaal wijzigen.
2
De cursor verplaatsen naar het volgende tekstveld.
3
Het hoofdlettergebruik wijzigen.
4
Het aanbevolen woord ingeven of een nieuw
woord toevoegen aan het woordenboek; de
Swype-instellingen openen (blijven aanraken).
5
Tekstinvoermethode wijzigen.
6
Uw invoer wissen.
7
Een nieuwe regel beginnen.
8
Tekst via spraak ingeven.
9
Een spatie invoegen.
41
Aan de slag
Tekst kopiëren en plakken
U kunt uit een tekstveld tekst kopiëren en plakken in een andere
applicatie.
Blijf een deel van de tekst aanraken.
1
Sleep
2
of om de tekst te selecteren die moet worden
gekopieerd.
Selecteer
3
Kopiëren of Knippen om de tekst op het klembord
te plaatsen.
Plaats de cursor in een andere applicatie op het punt waar de
4
tekst moet worden ingevoegd.
Selecteer
5
Plakken om de tekst van het klembord in het
tekstveld te plaatsen.
Web- en GPS-services
42
Web- en GPS-services
Er worden mogelijk extra kosten in rekening gebracht
voor het gebruik van internet en het downloaden van
mediabestanden. Neem contact op met uw serviceprovider
voor informatie.
Internet
Informatie over hoe u uw favoriete webpaginas kunt openen en
opslaan.
De functie kan een andere naam hebben afhankelijk van
uw regio of serviceprovider.
Welke pictogrammen beschikbaar zijn, is afhankelijk van
uw regio of serviceprovider.
Een webpagina weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Internet.
Als u een bepaalde webpagina kunt openen, selecteert u het
2
URL-veld en geeft u het webadres in en selecteert u Ga.
Navigeer door webpaginas met de volgende toetsen:
3
Nummer Functie
1
Een nieuw venster openen.
2
Het huidige venster sluiten.
3
Terug- of vooruitgaan naar webpaginas in de
geschiedenis.
Web- en GPS-services
43
Nummer Functie
4
De huidige webpagina opnieuw laden. Als
webpaginas worden geladen, wordt dit
pictogram gewijzigd in
.
5
Geef een webadres of zoekwoord in.
6
Webbrowseropties gebruiken.
7
Uw favorieten, opgeslagen paginas en recente
internetgeschiedenis weergeven.
8
Het URL-veld activeren.
9
De huidige webpagina als favoriet opslaan.
U kunt de volgende opties gebruiken wanneer u een webpagina
weergeeft:
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. Als u wilt
terugkeren naar het oorspronkelijk formaat, dubbeltikt u op het
scherm.
Als u een nieuw venster wilt openen, selecteert u
Tabblad
Nieuw.
Als u een nieuw venster wilt openen zonder uw
browsegegevens op te slaan, selecteert u
Nw tabblad
incognito.
Als u een snelkoppeling voor de huidige webpagina wilt
toevoegen aan het startscherm, selecteert u
Sneltoets op
startpagina.
Als u een webadres naar anderen wilt verzenden, selecteert u
Pagina delen.
Als u naar tekst op een webpagina wilt zoeken, selecteert u
Zoek op pagina.
Als u wilt overschakelen naar de desktopweergave, selecteert u
Weergave bureaublad.
Als u de huidige webpagina wilt opslaan om offline te lezen,
selecteert u
Opslaan voor offline lezen. U kunt de
opgeslagen paginas weergeven door
Opgesl. pag. te
selecteren.
Web- en GPS-services
44
Als u uw downloadgeschiedenis wilt weergeven, selecteert u
Downloads.
Als u de webpagina wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert
u
Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met
bepaalde printers van Samsung.
Als u de browserinstellingen wilt aanpassen, selecteert u
Instellingen.
Met spraak informatie zoeken
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Internet.
Selecteer het URL-veld.
2
Selecteer
3
en spreek een trefwoord in de microfoon van het
apparaat.
Het apparaat zoekt naar webpaginas die betrekking hebben
op het zoekwoord.
Selecteer een zoekresultaat.
4
Een webpagina instellen als favoriet
Als u het adres van een webpagina kent, kunt u deze handmatig
als favoriet toevoegen.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Internet.
Geef een webadres in of ga naar een webpagina.
2
Selecteer
3
.
Geef een naam voor de favoriet in en selecteer
4
OK.
Als u uw favorieten wilt weergeven, selecteert u
Favorieten.
Blijf in de lijst met favorieten een favoriet aanraken om de
volgende opties te gebruiken:
Als u de webpagina in het actieve venster wilt openen, selecteert
u Openen.
Als u een nieuw venster wilt openen, selecteert u
Openen in
nieuw tabblad.
Web- en GPS-services
45
Als u de details van de favoriet wilt bewerken, selecteert u
Favoriet bewerken.
Als u een snelkoppeling naar de favoriet wilt toevoegen aan het
startscherm, selecteert u Sneltoets op startpagina.
Als u het webadres van de huidige webpagina naar anderen wilt
verzenden, selecteert u Koppeling delen.
Als u het adres van de huidige webpagina wilt kopiëren,
selecteert u URL kopiëren.
Als u de favoriet wilt verwijderen, selecteert u
Favoriet
verwijderen.
Als u de webpagina wilt instellen als startpagina van de browser,
selecteert u Instellen als startpagina.
Een bestand downloaden van internet
Wanneer u bestanden of applicaties downloadt van internet, slaat
uw apparaat ze op in het interne geheugen.
Bestanden die u downloadt van internet kunnen bestanden
bevatten die uw apparaat beschadigen. Om risicos te
verminderen, moet u alleen bestanden downloaden die u
vertrouwt.
Sommige mediabestanden maken gebruik van Digital
Rights Management om auteursrechten te beschermen.
Deze beveiliging kan het onmogelijk maken om sommige
bestanden te downloaden, te kopiëren, te wijzigen of te
verzenden.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Internet.
Zoek een bestand of applicatie en download deze naar het
2
apparaat.
Uw recente geschiedenis weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Internet
Geschiedenis.
Selecteer een webpagina die u wilt openen.
2
Web- en GPS-services
46
Latitude
Hier vindt u informatie over hoe u uw locatie met uw vrienden
kunt delen en locaties van vrienden kunt bekijken via Google
Latitude
.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Latitude.
Het apparaat meldt zich automatisch bij Latitude aan.
Selecteer
2
Vrienden toevoegen
een optie.
Selecteer een vriend of geef een e-mailadres in en selecteer
3
Vrienden toevoegen.
Selecteer
4
Ja.
Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, kunt u locaties
delen.
Maps
Hier vindt u informatie over het gebruik van de kaartservice
Google Maps
waarmee u uw locatie kunt vinden, kunt zoeken
naar plaatsen en routebeschrijvingen kunt opvragen.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
U moet locatieservices activeren als u informatie over
uw locatie wilt ontvangen en op de kaart wilt zoeken.
p. 109
Web- en GPS-services
47
Zoeken naar een locatie
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Maps.
De kaart geeft uw huidige locatie weer.
Selecteer
2
Zoeken.
Geef een trefwoord voor de locatie in en selecteer
3
.
Als u een locatie wilt zoeken met uw stem, selecteert u
.
Selecteer een locatie om de details te bekijken.
4
Terwijl u de kaart bekijkt, hebt u de volgende opties:
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar.
Als u uw huidige locatie wilt weergeven, selecteert u
. Als
u wilt overschakelen naar een kompasweergave van de kaart
die van richting verandert wanneer u het apparaat beweegt,
selecteert u
.
Als u een routebeschrijving naar een specifieke bestemming wilt
ophalen, selecteert u .
Als u een plaats bij u in de buurt zoekt, selecteert u
Lokaal.
Als u lagen met extra informatie wilt toevoegen aan de kaart of
de weergave wilt wijzigen, selecteert u
Lagen.
Als u een ster aan de locatie wilt toevoegen, selecteert u de
ballon met de locatienaam
.
Routebeschrijvingen naar een specifieke
bestemming opvragen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Maps.
Selecteer
2
.
Geef het adres van de startlocatie en de eindbestemming in.
3
Als u een adres uit uw contactenlijst of locaties met sterren wilt
ingeven, of een punt op de kaart wilt selecteren, selecteert u
een optie.
Web- en GPS-services
48
Selecteer reismethode en selecteer
4
Tonen.
De route wordt aangegeven op de kaart. Afhankelijk van de
geselecteerde reismethode kunnen meerdere routes worden
weergegeven.
Wanneer u klaar bent, selecteert u
5
Kaart wissen.
Music Hub
U kunt naar de online muziekwinkel gaan en uw favoriete
nummers zoeken en aanschaffen. U kunt ook muziekbestanden
toevoegen aan uw voorkeurslijst en deze afspelen.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Music Hub.
Zoeken naar, voorbeelden beluisteren van of favoriete
2
nummers aanschaffen.
Navigatie
Hier vindt u informatie over een gesproken routebeschrijving
krijgen.
Navigatiekaarten, uw huidige locatie en andere
navigatiegegevens kunnen afwijken van uw
werkelijk locatiegegevens. U moet altijd letten op de
omstandigheden op de weg, verkeer en andere factoren
die mogelijk invloed hebben op uw rijden, en alle
veiligheidswaarschuwingen en regels volgen tijdens het
rijden.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Navigatie.
Geef uw bestemming in op de volgende manieren:
2
Bestemming inspreken
: geen uw bestemming in met
spraak.
Web- en GPS-services
49
Bestemming typen
: geef uw bestemming in met het
virtuele toetsenbord.
Contacten
: selecteer uw bestemming in de adressen van uw
contacten.
Plaatsen met ster
: selecteer uw bestemming in uw plaatsen
met ster.
Installeer de vereiste software en gebruik vervolgens de
3
navigatiefuncties.
Lokaal
Hier vindt u informatie voor het zoeken naar bedrijven en
attracties.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Lokaal.
Als u wilt zoeken naar bedrijven of attracties in de buurt van
2
een bepaalde locatie, selecteert u uw locatie
Geef een
adres op.
Selecteer een categorie.
3
Het apparaat zoekt naar plaatsen in de buurt die betrekking
hebben op de categorie.
Selecteer een plaatsnaam om de details te bekijken.
4
U kunt meer categorieën toevoegen door
Zoekopdracht toevoegen te selecteren.
Play Store
De functionaliteit van uw apparaat kan worden uitgebreid
door extra applicaties te installeren. Play Store is een snelle en
eenvoudige manier om mobile applicaties te kopen.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Gedownloade applicaties worden door het apparaat in het
interne geheugen opgeslagen.
Web- en GPS-services
50
Een applicatie downloaden
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Play Store.
Zoek een applicatie en download deze naar het apparaat.
2
Wanneer de download is voltooid, installeert het apparaat de
applicatie automatisch.
Een applicatie verwijderen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Play Store.
Selecteer
2
.
Selecteer een item.
3
Selecteer
4
Verwijderen
OK.
Pulse
U kunt de Pulse-reader gebruiken om feeds voor uw favoriete
nieuwsonderwerpen toe te voegen en nieuwsartikelen op uw
apparaat te lezen.
Feeds lezen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Pulse.
Selecteer
2
om feeds bij te werken.
Als u de feeds wilt lezen die u hebt toegevoegd aan uw lijst
met favorieten, selecteert u
.
Scroll omhoog of omlaag om een feedbron te selecteren.
3
Scroll naar links of rechts en selecteer een feed.
4
Gebruik de volgende opties tijdens het lezen van een feed:
5
Als u een feed wilt toevoegen aan uw lijst met favorieten,
selecteert u .
Als u een feed wilt uploaden naar communitywebsites,
selecteert u of .
Als u een feed naar anderen wilt verzenden, selecteert u
.
Als u wilt teruggaan naar een feedlijst, selecteert u
.
Web- en GPS-services
51
Feedbronnen beheren
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Pulse.
Selecteer
2
om de lijst met feedbronnen weer te geven.
Selecteer
3
of om een feedbron toe te voegen of te
verwijderen.
Readers Hub
Hier vindt u informatie over hoe u toegang krijgt tot gevarieerd
leesmateriaal.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Readers Hub.
Selecteer een type leesmateriaal.
2
Zoek en download leesmateriaal uit de online winkel.
3
Samsung Apps
Met Samsung Apps kunt u eenvoudig een grote verscheidenheid
aan applicaties en updates voor uw apparaat downloaden. Met de
volledig geoptimaliseerde applicaties van Samsung Apps, wordt
uw apparaat nog slimmer. Ontdek de handige applicaties die
verkrijgbaar zijn en verbeter uw mobiele leven.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Samsung Apps.
Zoek de gewenste applicaties en download deze naar het
2
apparaat.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Ga voor meer informatie naar
www.samsungapps.com
of
raadpleeg de folder met Samsung Apps.
Web- en GPS-services
52
YouTube
Hier vindt u informatie over het uploaden van videos via de service
YouTube
voor het delen van videos.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Een video afspelen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
YouTube.
Selecteer een video.
2
Regel het afspelen met de volgende toetsen:
3
Nummer Functie
1
Het afspelen onderbreken of hervatten.
2
Vooruit of achteruit spoelen in het bestand
door de balk te slepen.
3
De video op volledig scherm afspelen.
Web- en GPS-services
53
Een video uploaden
Selecteer in de lijst met applicaties
1
YouTube.
Selecteer
2
ACCOUNT.
Selecteer uw Google-account als dit is gekoppeld aan YouTube.
3
U kunt ook Account toevoegen selecteren en een account
instellen om u aan te melden bij YouTube.
Selecteer
4
Uploaden
een video.
Als u voor het eerst een video uploadt, moet u een
netwerktype selecteren om een video te uploaden.
Geef details voor de upload in en selecteer
5
Uploaden.
Communiceren
54
Communiceren
Bellen
Hier vindt u informatie over het gebruik van de telefoniefuncties,
zoals bellen en gebeld worden, welke opties er tijdens een oproep
beschikbaar zijn en het gebruik van de mogelijkheden die met
bellen samenhangen.
Om ongewenste invoer te voorkomen wanneer u het
apparaat in de buurt van uw gezicht houdt moet u de
nabijheidssensor inschakelen.
p. 61
Statische elektriciteit van uw lichaam of kleding kan
storing met de nabijheidssensor veroorzaken tijdens een
oproep.
Bellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen, en
geef een netnummer en telefoonnummer in.
Selecteer
2
Bellen om het nummer te bellen.
Als u een video-oproep wilt starten, selecteert u Video-
oproep.
Selecteer
3
Einde opr. om de oproep te beëindigen.
U kunt nummers die u vaak belt, opslaan in de
contactenlijst. p. 91
Als u de oproepenlijst wilt openen om een nummer dat
u onlangs hebt gebeld, opnieuw te bellen, selecteert u
Telefoon
Logbestanden.
Communiceren
55
Een oproep aannemen
Selecteer tijdens een inkomende oproep
1
en sleep uw vinger
buiten de grote cirkel.
Druk op de volumetoets om de beltoon te dempen.
Selecteer
2
Einde opr. om de oproep te beëindigen.
Een oproep weigeren
Selecteer tijdens een inkomende oproep en sleep uw vinger
buiten de grote cirkel.
Als u een bericht wilt verzenden naar de beller wanneer u een
oproep weigert, sleept u de balk voor geweigerde berichten onder
aan het scherm naar boven.
U kunt een van de vooringestelde berichten selecteren of
uw eigen berichten maken.
p. 61
Internationaal bellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen en
houdt
aangeraakt om het teken + in te voegen.
Geef een compleet nummer in (landcode, netnummer en
2
telefoonnummer).
Selecteer
3
Bellen om het nummer te bellen.
Communiceren
56
Een headset gebruiken
Sluit een headset aan op uw apparaat om gesprekken makkelijk te
beantwoorden en regelen.
Druk op de headsetknop om een oproep te beantwoorden.
Houd de headsetknop ingedrukt om een oproep te weigeren.
Als u een oproep in de wacht wilt zetten of uit de wacht wilt
halen, houdt u de headsetknop ingedrukt.
Als u een oproep wilt beëindigen, drukt u ook op de
headsetknop.
Beschikbare opties tijdens een spraakoproep
Tijdens een spraakoproep kunt u de volgende opties gebruiken:
Druk de volumetoets omhoog of omlaag om het stemvolume te
regelen.
Selecteer
In wacht om een oproep in de wacht te plaatsen.
Selecteer Uit wacht om een oproep weer uit de wacht te halen.
Als u een tweede nummer wilt bellen, selecteert u
Nieuwe
oproep en belt u een nieuw nummer.
Selecteer
Wisselen om tussen de twee oproepen te schakelen.
Als u een tweede oproep wilt beantwoorden, selecteert u
en
sleept u uw vinger buiten de grote cirkel wanneer u de toon voor
wisselgesprekken hoort. De eerste oproep wordt automatisch
in de wacht geplaatst. U kunt de wisselgesprekfunctie alleen
gebruiken als u hierop bent geabonneerd.
Selecteer
Toetsenbord om het toetsenbord te openen.
Selecteer
Luidspreker om de luidsprekerfunctie te activeren.
In rumoerige omgevingen kan het lastig zijn om de
luidsprekerfunctie te gebruiken. Gebruik dan voor betere
geluidsprestaties de normale telefoonstand.
Communiceren
57
U kunt de microfoon uitschakelen zodat de andere persoon u
niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen.
Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek,
selecteert u Headset.
Als u een oproep met meerdere bellers (vergaderoproep)
wilt starten, belt u een tweede nummer of beantwoordt u
een tweede oproep en selecteert u Voeg samen wanneer u
verbinding met deze tweede persoon hebt. Herhaal dit als
u meer bellers wilt toevoegen. Voor het gebruik van deze
telefonische vergaderfunctie hebt u wel een abonnement nodig.
Als u de contactenlijst wilt openen, selecteert u
Contacten.
Als u een memo wilt maken, selecteert u
Memo.
U kunt de huidige beller met een beller in de wacht verbinden
door
Doorverbinden te selecteren. De verbinding met
beide partijen wordt verbroken.
Beschikbare opties tijdens een video-oproep
U kunt de volgende opties gebruiken tijdens een actieve video-
oproep:
Om een foto van de andere partij te maken, selecteert u
Opname.
Om een video van de andere partij te maken, selecteert u
Opnemen.
In veel landen en regios is het illegaal om zonder
toestemming een gesprek op te nemen. Vraag daarom
altijd toestemming aan degene waarmee u belt voor u een
gesprek opneemt.
Als u tussen de cameralens aan de voorkant en aan de
achterkant wilt wisselen, selecteert u Van camera wisselen.
Selecteer
Toetsenbord om het toetsenbord te openen.
Selecteer
Luidspreker om de luidsprekerfunctie te activeren.
U kunt de microfoon uitschakelen zodat de andere persoon u
niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen.
Communiceren
58
Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek,
selecteert u Headset.
Als u uw afbeelding wilt verbergen voor de andere persoon,
selecteert u
Mij verbergen.
U kunt een andere foto aan de andere persoon laten zien door
Uitgaande afbeelding te selecteren.
Een gemiste oproep bekijken en terugbellen
Uw apparaat geeft de gemiste oproepen weer. Als u wilt
terugbellen, tikt u in de rechterbenedenhoek van het scherm om
het meldingenpaneel te openen en selecteert u de melding van de
gemiste oproep.
Automatische weigering instellen
Met de automatische weigerfunctie kunt u oproepen van
ingestelde nummers automatisch weigeren.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen
Oproep-instellingen
Oproep-instellingen
Oproep
weigeren.
Sleep de schakelaar
2
Autom. weigerstand naar rechts.
Selecteer
3
Autom. weigerstand
een optie.
Optie Functie
Alle nummers Alle oproepen weigeren.
Nrs voor
autom.
weigeren
Oproepen weigeren van telefoonnummers
op de automatische blokkeerlijst.
Selecteer
4
Lijst voor automatisch weigeren.
Selecteer
5
.
Communiceren
59
Geef een nummer in en selecteer
6
Opslaan.
U kunt criteria instellen voor het nummer.
Herhaal stap 5-6 om meer nummers toe te voegen.
7
De FDN-modus (Fixed Dialling Number)
gebruiken
In de FDN-modus zijn uitgaande oproepen voor uw apparaat
beperkt tot de nummers in de FDN-lijst op de SIM- of USIM-kaart.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen
Oproep-instellingen
Oproep-instellingen
Extra
instellingen
FDN-nummers.
Selecteer
2
FDN inschakelen.
Geef de PIN2-code in die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt
3
gekregen, en selecteer OK.
Selecteer
4
FDN-lijst en voeg contacten toe.
Oproepen doorschakelen instellen
Doorschakelen is een netwerkfunctie waarmee inkomende
oproepen naar een ander, door u opgegeven nummer
worden doorgestuurd. U kunt deze functie apart instellen voor
verschillende omstandigheden.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen
Oproep-instellingen
Oproep-instellingen
Oproepen doorschakelen
een oproeptype.
Selecteer een voorwaarde.
2
Geef een nummer in waarnaar u oproepen wilt doorschakelen
3
en selecteer Aanzetten.
Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden.
Communiceren
60
Oproepen blokkeren instellen
Oproepblokkering is een netwerkfunctie waarmee u bepaalde
typen oproepen kunt beperken of kunt voorkomen dat anderen
met uw apparaat kunnen bellen.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen
Oproep-instellingen
Oproep-instellingen
Extra
instellingen
Oproepen blokkeren
een oproeptype.
Selecteer een optie voor oproepen blokkeren.
2
Geef een blokkeerwachtwoord in en selecteer
3
OK.
Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden.
Wisselgesprek instellen
Wisselgesprek is een netwerkfunctie waarmee u tijdens een
oproep een melding krijgt als er een nieuwe oproep binnenkomt.
Deze functie werkt alleen voor spraakoproepen.
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon
Toetsen
Oproep-instellingen
Oproep-instellingen
Extra
instellingen
Wisselgesprek. Uw instellingen worden naar het
netwerk verzonden.
Een gesprekken- of berichtenlog weergeven
U kunt op type gefilterde lijsten met uw oproepen en berichten
weergeven.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Logbestanden.
Selecteer een logboekvermelding om de details te bekijken.
2
Vanuit de detailweergave kunt u een oproep plaatsen, een
bericht naar het nummer sturen of het nummer aan de
contactenlijst of blokkeerlijst toevoegen.
Communiceren
61
Oproepinstellingen aanpassen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen
Oproep-instellingen.
Wijzig de volgende opties:
2
Optie Functie
Oproep-instellingen
Oproep weigeren
Instellen dat oproepen van
opgegeven telefoonnummers
automatisch worden
geweigerd. U kunt
telefoonnummers toevoegen
aan de lijst voor automatisch
blokkeren.
Oproep-instellingen
Weigerberichten instellen
Het bericht toevoegen
of bewerken dat wordt
verzonden wanneer u een
oproep weigert.
Oproep-instellingen
Belsignaal
Instellen dat het apparaat
een melding geeft voor
gebeurtenissen tijdens een
oproep.
Oproep-instellingen
Aan/uit-toets einde oproep
Instellen dat een oproep wordt
beëindigd wanneer u op de
aan/uit-toets drukt.
Oproep-instellingen
Scherm autom. uit tijdens
oproep
Instellen dat de
nabijheidssensor wordt
ingeschakeld tijdens een
oproep.
Oproep-instellingen
Accessoire-instell.
oproep
Automatisch
beantwoorden
Instellen dat een oproep
na een bepaalde periode
automatisch wordt
aangenomen door het
apparaat (alleen beschikbaar
wanneer een headset is
aangesloten).
Communiceren
62
Optie Functie
Oproep-instellingen
Accessoire-instell.
oproep
Timer autom.
beantwoorden
Selecteer de periode
dat het apparaat wacht
voordat oproepen worden
beantwoord.
Oproep-instellingen
Accessoire-instell. oproep
Voorw. uitgaande
oproepen
Instellen dat uitgaande
oproepen met een Bluetooth-
headset zijn toegestaan zelfs
als het apparaat is vergrendeld.
Oproep-instellingen
Accessoire-instell. oproep
Uitgaand oproeptype
Selecteer het type uitgaande
oproepen dat moet worden
uitgevoerd als u een
Bluetooth-headset gebruikt.
Oproep-instellingen
Volume verhogen in zak
Instellen dat het
beltoonvolume wordt versterkt
wanneer het apparaat op
plaatsen is ingesloten, zoals in
tassen of zakken.
Oproep-instellingen
Oproepen doorschakelen
Instellen dat inkomende
oproepen worden
doorgestuurd naar een
ingesteld nummer.
Oproep-instellingen
Extra instellingen
Beller-
id
Uw beller-ID weergeven
voor anderen bij uitgaande
oproepen.
Oproep-instellingen
Extra instellingen
Oproepen blokkeren
Instellen dat oproepen worden
beperkt op oproeptype.
Oproep-instellingen
Extra instellingen
Wisselgesprek
Instellen dat het apparaat een
melding geeft voor inkomende
oproepen tijdens een oproep.
Communiceren
63
Optie Functie
Oproep-instellingen
Extra instellingen
Automatisch herhalen
Instellen dat automatisch
een nummer opnieuw wordt
gebeld wanneer er geen
verbinding is gemaakt of als de
verbinding is verbroken.
Oproep-instellingen
Extra instellingen
FDN-
nummers
FDN-modus activeren
om te voorkomen dat
telefoonnummers worden
gebeld die niet in de of FDN-
lijst staan op de SIM-kaart of
USIM-kaart.
Oproep-instellingen
Extra instellingen
Autom. netnummer
Instellen om automatisch een
voorvoegsel (netnummer of
landcode) in te voegen voor
een telefoonnummer.
Instellingen video-oproep
Afbeelding video-
oproep
Een alternatieve afbeelding
instellen die aan de andere
persoon wordt getoond.
Instellingen video-
oproep
Eigen video in
ontvangen oproep
Instellen dat uw live beeld
wordt weergegeven aan de
ander partij.
Instellingen video-oproep
Opties voor mislukte
gesprekken gebruiken
Instellen dat moet worden
geprobeerd een spraakoproep
tot stand te brengen wanneer
een video-oproep mislukt.
Voicemail
Voicemailservice
Een voicemailserviceprovider
selecteren.
Voicemail
Voicemailinstellingen
Geef het nummer van de
voicemailserver in. U krijgt dit
nummer van uw provider.
Voicemail
Trillen
Instellen dat het apparaat
trilt wanneer u voicemails
ontvangt.
Communiceren
64
Optie Functie
Internetoproepinstellingen
Accounts
Accounts instellen voor
services voor IP-oproepen.
Internetoproepinstellingen
Internetbellen
gebruiken
Het apparaat instellen voor
gebruik van services voor
IP-oproepen. Services voor
IP-oproepen worden alleen
geleverd via Wi-Fi.
Berichten
Informatie over hoe u SMS- en MMS-berichten kunt opstellen
en verzenden en hoe u verzonden en ontvangen berichten kunt
weergeven en beheren.
Voor berichten die u buiten uw eigen servicegebied
verstuurt of ontvangt, moet u wellicht extra betalen. Neem
contact op met uw serviceprovider voor informatie.
Een SMS-bericht verzenden
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Berichten
.
Voeg ontvangers toe:
2
Geef telefoonnummers handmatig in en scheid deze van
elkaar met een puntkomma of een komma.
Selecteer telefoonnummers in de contactenlijsten door
te
selecteren.
Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in.
3
Als u emoticons wilt ingeven, selecteert u
Smiley
invoegen.
Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u
4
.
Communiceren
65
Een MMS-bericht verzenden
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Berichten
.
Voeg ontvangers toe:
2
Geef telefoonnummers of e-mailadressen handmatig in en
scheid deze van elkaar met een puntkomma of een komma.
Selecteer telefoonnummers of e-mailadressen in uw
contactenlijst door te selecteren.
Wanneer u een e-mailadres ingeeft, wordt het bericht
omgezet in een MMS-bericht.
Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in.
3
Als u emoticons wilt ingeven, selecteert u
Smiley
invoegen.
Selecteer
4
en voeg een bestand toe.
Selecteer
5
Onderwerp toevoegen en voeg een
onderwerp toe.
Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u
6
.
Een SMS- of MMS-bericht weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Berichten.
Uw berichten worden per contact gerangschikt als
berichtenthread.
Selecteer een contact.
2
Selecteer een multimediabericht om meer details weer te
3
geven.
Luisteren naar een voicemailbericht
Als u hebt ingesteld dat gemiste oproepen naar de voicemailserver
worden doorgeschakeld, kunnen bellers spraakberichten
achterlaten wanneer u inkomende oproepen niet beantwoordt.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Telefoon
Toetsen en
blijf
aanraken.
Communiceren
66
Volg de aanwijzingen van de voicemailserver.
2
U moet het nummer van de voicemailserver opslaan voordat
u naar de voicemailserver gaat. Neem contact op met uw
serviceprovider voor het nummer.
Google Mail
Hier vindt u informatie over e-mailberichten verzenden of lezen via
de webmailservice Google Mail
.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
De functie kan een andere naam hebben afhankelijk van
uw regio of serviceprovider.
Een e-mailbericht verzenden
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Google Mail
.
Selecteer het ontvangersveld en geef een e-mailadres in.
2
Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in.
3
Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in.
4
Selecteer
5
en voeg een bestand toe.
Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u
6
VERZENDEN.
Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt,
wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u
weer online en in uw servicegebied bent.
Een e-mailbericht weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Google Mail.
Selecteer
2
om de berichtenlijst bij te werken.
Selecteer een e-mailbericht.
3
Communiceren
67
In de berichtweergave hebt u de volgende opties:
Blader naar links of rechts om naar het vorige of volgende
bericht te gaan.
Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u
.
Als u uw antwoord naar alle ontvangers van het bericht wilt
sturen, selecteert u .
Als u het bericht naar anderen wilt doorsturen, selecteert u
.
Als u het bericht aan de lijst met favorieten wilt toevoegen,
selecteert u .
Als u een bijlage wilt weergeven, selecteert u
WEERGEVEN.
Als u het bericht op uw apparaat wilt opslaan, selecteert u
OPSLAAN.
Als u een bericht wilt zoeken, selecteert u
.
Als u het bericht wilt archiveren, selecteert u
.
Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u
Verwijderen.
Als u een label aan een bericht wilt toevoegen, selecteert u
Labels wijzigen.
Als u het bericht op ongelezen wilt zetten, selecteert u
Markeren als ongelezen.
Als u het bericht wilt markeren als belangrijk, selecteert u
Markeren als belangrijk.
Als u het bericht wilt verbergen, selecteert u
Negeren. Als u
verborgen berichten wilt weergeven, selecteert u Alle e-mail in
de lijst met labels.
Als u het bericht wilt registreren in de spamlijst, selecteert u
Spam rapporteren.
Als u de berichtenlijst wilt bijwerken, selecteert u
Vernieuwen.
Als u de instellingen voor elk label wilt aanpassen, selecteert u
Labels beheren.
Als u de e-mailinstellingen wilt aanpassen, selecteert u
Instellingen.
De beschikbare opties kunnen afwijken afhankelijk van het
e-mailaccount of de stand van het apparaat.
Communiceren
68
E-mail
Hier vindt u informatie over hoe u e-mailberichten via uw
persoonlijke of zakelijke e-mailaccount kunt verzenden en
bekijken.
Een e-mailaccount instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
E-mail.
Geef uw e-mailadres en wachtwoord in.
2
Selecteer
3
Volgende. Selecteer Handm. instell. als u
accountgegevens handmatig wilt ingeven.
Volg de instructies op het scherm.
4
Als u klaar bent met het instellen van het e-mailaccount, worden
de e-mailberichten naar uw apparaat gedownload. Als u twee
of meer accounts hebt gemaakt, kunt u tussen deze accounts
schakelen. Selecteer een accountnaam boven aan het scherm en
selecteer het account waarvan u berichten wilt ophalen.
Een e-mailbericht verzenden
Selecteer in de lijst met applicaties
1
E-mail
.
Voeg ontvangers toe:
2
Geef e-mailadressen handmatig in en scheid deze van elkaar
met een puntkomma of een komma.
Selecteer e-mailadressen in uw contactenlijst door
te
selecteren.
Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in.
3
Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in.
4
Communiceren
69
Selecteer
5
en voeg een bestand toe.
Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u
6
.
Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt,
wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u
weer online en in uw servicegebied bent.
Een e-mailbericht weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
E-mail.
Selecteer
2
om de berichtenlijst bij te werken.
Selecteer een e-mailbericht.
3
In de berichtweergave hebt u de volgende opties:
Als u naar het volgende of vorige bericht wilt gaan, selecteert u
of .
Als u een nieuw bericht wilt opstellen, selecteert u
.
Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u
.
Als u het bericht naar anderen wilt doorsturen, selecteert u
.
Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u
.
Als u het bericht op ongelezen wilt zetten, selecteert u
Markeren als Ongelezen.
Als u het bericht naar een andere map wilt verplaatsen,
selecteert u
Verplaatsen.
Als u het bericht op uw apparaat wilt opslaan, selecteert u
E-mail opslaan. Het bericht wilt opslaan in Mijn bestanden
Saved Email.
Als u de lettertypekleur van berichten wilt wijzigen, selecteert u
Letterkleur.
Als u de achtergrondkleur van berichten wilt wijzigen, selecteert
u
Achtergrondkleur.
Als u het bericht wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u
Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde
printers van Samsung.
Communiceren
70
Als u een map wilt maken voor het beheren van uw berichten,
selecteert u
Map maken.
Als u de e-mailinstellingen wilt aanpassen, selecteert u
Instellingen.
Als u een bijlage op uw apparaat wilt opslaan, selecteert u het
bijlagetabblad
.
De beschikbare opties kunnen afwijken afhankelijk van het
e-mailaccount of de stand van het apparaat.
Talk
Hier vindt u informatie over chatten met vrienden en familie via de
chatservice Google Talk
.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Uw status instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Talk.
Selecteer een Google-account.
2
Pas uw status, afbeelding en bericht aan.
3
Een contact toevoegen aan uw vriendenlijst
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Talk
.
Geef het e-mailadres van een vriend in en selecteer
2
GEREED.
Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, wordt hij of zij
aan uw vriendenlijst toegevoegd.
Communiceren
71
Een gesprek beginnen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Talk.
Selecteer een contact in de vriendenlijst.
2
Het gesprekscherm wordt geopend.
Geef een bericht in en verstuur het.
3
Als u meer contacten wilt toevoegen aan het gesprek,
selecteert u
Toevoegen aan chat.
Als u videochatten wilt gebruiken, selecteert u
.
Als u chatten wilt gebruiken, selecteert u
.
Selecteer
4
Chat beëindigen om het gesprek te
beëindigen.
Messenger
Hier vindt u informatie over chatten met vrienden en familie via de
chatservice Google+.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Messenger.
Als u deze applicatie voor het eerst start, volgt u de
instructies op het scherm om de accountinstellingen te
voltooien.
Geef een bericht in en verstuur het.
2
Communiceren
72
Google+
Hier vindt u informatie over het gebruik van de sociale
netwerkservice Google. U kunt groepen maken en chatberichten
verzenden en ontvangen en uw fotos te uploaden.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Google+.
Als u deze applicatie voor het eerst start, volgt u de
instructies op het scherm om de accountinstellingen te
voltooien.
Selecteer een functie voor sociale netwerken.
2
Social Hub
Met Social Hub kunt u toegang krijgen tot alle soorten berichten
vanaf één locatie. U kunt berichten bekijken en beantwoorden
zonder andere applicaties te openen en makkelijk tussen sociale
accounts schakelen. Ga naar
socialhub.samsungapps.com
voor
meer informatie.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Social Hub.
Selecteer een berichttype.
2
Bekijk of beantwoord berichten rechtstreeks in Social Hub.
3
73
Entertainment
Entertainment
Camera
Hier wordt beschreven hoe u fotos en video’s kunt maken en
weergeven.
De camera wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u
deze een bepaalde tijd niet gebruikt.
De geheugencapaciteit kan variëren naar gelang
de opnameomstandigheden of de scène die wordt
opgenomen.
Een foto maken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Camera.
Draai het apparaat naar de liggende stand.
2
Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de
3
compositie aan.
74
Entertainment
Nummer Functie
1
Snelkoppelingen op de camera gebruiken.
: de flitsinstelling wijzigen: u kunt de flitser
handmatig in- of uitschakelen of instellen dat
er automatisch wordt geflitst wanneer dit
nodig is.
: overschakelen naar de voorste camera
om een foto van uzelf te maken.
: de opnamestand wijzigen. p. 75
: de vertraging selecteren voordat de
camera een foto maakt.
: de belichtingswaarde aanpassen om de
helderheid te wijzigen.
U kunt snelkoppelingen naar veelgebruikte
opties toevoegen of verwijderen.
p. 80
2
De camera-instellingen wijzigen.
3
De opslaglocatie weergeven.
4
Overschakelen naar de camcorder.
5
Een foto maken.
6
Fotos weergeven die u hebt gemaakt.
Tik op het voorbeeldscherm op het gedeelte waarop u wilt
4
scherpstellen.
Het scherpstelkader gaat naar de plaats waarop u hebt getikt
en wordt groen wanneer er is scherpgesteld op het onderwerp.
Selecteer
5
om een foto te maken.
De foto wordt automatisch opgeslagen.
Nadat de foto is gemaakt, selecteert u de afbeeldingsviewer om
deze weer te geven.
Als u meer fotos wilt zien, scrollt u naar links of rechts.
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. Als u wilt
terugkeren naar het oorspronkelijk formaat, dubbeltikt u op het
scherm.
75
Entertainment
Als u de foto wilt weergeven op een DLNA-apparaat, selecteert
u .
Als u de foto naar anderen wilt verzenden, selecteert u
.
Als u de foto wilt verwijderen, selecteert u
.
Als u een diashow wilt starten, selecteert u
. Tik op het scherm
om de diashow te stoppen.
Als u de foto wilt toevoegen aan het klembord, selecteert u
Kopiëren naar klembord.
Als u een gedeelte uit de afbeelding wilt snijden, selecteert u
Bijsnijden.
Als u de foto linksom wilt draaien, selecteert u
Linksom
draaien.
Als u de foto rechtsom wilt draaien, selecteert u
Rechtsom
draaien.
Als u de foto als achtergrond of afbeelding voor een contact wilt
instellen, selecteert u
Foto instellen als.
Als u de foto wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u
Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde
printers van Samsung.
Als u de foto wilt bewerken met de afbeeldingseditor, selecteert
u
Bewerken. p. 85
Als u bewegingsherkenning wilt gebruiken, selecteert u
Beweging.
Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, selecteert u
Naam wijzigen.
Als u details van een foto wilt weergeven, selecteert u
Gegevens.
De opnamestand wijzigen
U kunt fotos maken in verschillende opnamestanden. Als u de
opnamemodus wilt wijzigen, selecteert u
Fotostand
een
optie.
Optie Functie
Smile shot
Het apparaat instellen om de gezichten van
mensen te herkennen en u te helpen fotos te
maken wanneer ze glimlachen.
76
Entertainment
Optie Functie
Panorama Panoramafotos maken.
Actiefoto
Een reeks foto's van bewegende
onderwerpen maken.
Cartoon Foto's maken met cartooneffecten.
Camera-instellingen wijzigen
Voordat u een foto maakt, selecteert u voor toegang tot de
volgende opties:
Optie Functie
Sneltoetsen
wijzigen
Sneltoetsen naar veelgebruikte opties
bewerken.
Zelfportret
Foto's van uzelf maken met de camera aan
de voorzijde.
Flitser
De flitsinstelling wijzigen: u kunt de flitser
handmatig in- of uitschakelen of instellen
dat er automatisch wordt geflitst wanneer
dit nodig is.
Fotostand De opnamestand wijzigen.
p. 75
Scène modus De scènestand wijzigen.
Belichtingswaarde
De belichtingswaarde aanpassen om de
helderheid te wijzigen.
Scherpstellen
Selecteer een focusmodus. U kunt close-
upfoto's maken of instellen dat de camera
automatisch op het onderwerp scherpstelt.
Timer
De lengte van de vertraging selecteren
voordat de camera een foto maakt.
Effecten Een speciaal effect toepassen.
Resolutie Een resolutieoptie selecteren.
Witbalans
De kleurbalans aan de
lichtomstandigheden aanpassen.
77
Entertainment
Optie Functie
Meting Een type belichtingsmeter selecteren.
Zichtbaarheid
buiten
Instellen dat het contrast van de weergave
wordt verbeterd in helder zonlicht.
Richtlijnen
Instellen dat rasterlijnen op het
voorbeeldscherm worden weergegeven.
GPS-tag
Locatiegegevens opnemen bij de fotos.
Voor een goede GPS-ontvangst
moet u locaties vermijden waar
het signaal geblokkeerd wordt,
zoals tussen gebouwen of in
laaggelegen gebieden, of in slechte
weersomstandigheden.
Mogelijk wordt uw locatie
weergegeven op uw fotos als u
deze uploadt naar internet. Schakel
de instelling voor GPS-tag uit om dit
te voorkomen.
Opslag
Een geheugenlocatie voor gemaakte fotos
selecteren.
Resetten De camera-instellingen resetten.
Een video opnemen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Camera.
Draai het apparaat naar de liggende stand.
2
Sleep de schuifregelaar omlaag om over te schakelen naar de
3
camcorder.
78
Entertainment
Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de
4
compositie aan.
Nummer Functie
1
Snelkoppelingen op de camcorder gebruiken.
: de flitserinstelling wijzigen; u kunt de
flitser handmatig in- of uitschakelen.
: overschakelen naar de voorste camera
om een video van uzelf te maken.
: de opnamestand wijzigen (voor het
bijvoegen van een bericht of voor normaal
opslaan).
: de vertraging selecteren voordat de
camcorder een video maakt.
: de belichtingswaarde aanpassen om de
helderheid te wijzigen.
U kunt snelkoppelingen naar veelgebruikte
opties toevoegen of verwijderen.
p. 80
2
De camcorderinstellingen wijzigen.
3
De opslaglocatie weergeven.
4
Overschakelen naar de camera.
5
Een video opnemen.
6
Videos weergeven die u hebt opgenomen.
79
Entertainment
Tik op het voorbeeldscherm op het gedeelte waarop u wilt
5
scherpstellen.
Het scherpstelkader gaat naar de plaats waarop u hebt getikt
en wordt groen wanneer er is scherpgesteld op het onderwerp.
Selecteer
6
om de opname te starten.
Selecteer
7
om de opname te stoppen.
De video wordt automatisch opgeslagen.
Bepaalde geheugenkaarten hebben een te trage
verwerkingssnelheid om het opnemen van videos mogelijk
te maken.
Nadat een video is gemaakt, selecteert u de afbeeldingsviewer om
deze weer te geven.
Als u meer videos wilt zien, scrollt u naar links of rechts.
Als u een video wilt afspelen, selecteert u
.
Als u de video wilt weergeven op een DLNA-apparaat, selecteert
u .
Als u de video naar anderen wilt verzenden, selecteert u
.
Als u de video wilt verwijderen, selecteert u
.
Als u een diashow wilt starten, selecteert u
. Tik op het scherm
om de diashow te stoppen.
Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, selecteert u
Naam wijzigen.
Als u details van een video wilt weergeven, selecteert u
Gegevens.
Camcorderinstellingen aanpassen
Voordat u een video opneemt, kunt u selecteren voor de
volgende opties:
Optie Functie
Sneltoetsen
wijzigen
Sneltoetsen naar veelgebruikte opties
bewerken.
Zelfopname
Overschakelen naar de voorste camera om
een video van uzelf te maken.
Flitser De flitserinstelling wijzigen.
80
Entertainment
Optie Functie
Videostand
De opnamestand wijzigen (voor het
bijvoegen van een bericht of voor normaal
opslaan).
Belichtingswaarde
De belichtingswaarde aanpassen om de
helderheid te wijzigen.
Timer
De vertraging selecteren voordat de video-
opname wordt gestart.
Effecten Een speciaal effect toepassen.
Resolutie Een resolutieoptie selecteren.
Witbalans
De kleurbalans aan de
lichtomstandigheden aanpassen.
Zichtbaarheid
buiten
Instellen dat het contrast van de weergave
wordt verbeterd in helder zonlicht.
Richtlijnen
Instellen dat rasterlijnen op het
voorbeeldscherm worden weergegeven.
Opslag
Een geheugenlocatie voor opgenomen
videos selecteren.
Resetten De camcorderinstellingen resetten.
De snelkoppelingspictogrammen bewerken
U kunt snelkoppelingen naar veelgebruikte opties toevoegen of
verwijderen.
Selecteer op het voorbeeldscherm
1
Sneltoetsen
wijzigen.
Blijf een pictogram aanraken in de optielijst en sleep het naar
2
het gedeelte voor snelkoppelingen.
Als u snelkoppelingen wilt verwijderen, blijft u een pictogram
aanraken en sleept u het naar de optielijst.
Tik op het scherm om terug te keren naar het
3
voorbeeldscherm.
81
Entertainment
Videospeler
Hier vindt u informatie over het gebruiken van de videospeler.
Afhankelijk van de software in uw apparaat worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen,
kan er een fout optreden bij het openen van het bestand.
De afspeelkwaliteit kan verschillen afhankelijk van het
inhoudstype.
Sommige bestanden kunnen mogelijk niet goed worden
afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn
gecodeerd.
Een video afspelen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Videospeler.
Selecteer een video.
2
Regel het afspelen met de volgende toetsen:
3
1 1
82
Entertainment
Nummer Functie
1
Het volume aanpassen.
2
De verhoudingen van het videoscherm
wijzigen.
3
Het geluid dempen.
4
Vooruit of achteruit spoelen in het bestand
door de balk te slepen of erop te klikken.
5
Afspelen opnieuw starten; naar het vorige
bestand gaan (binnen 3 seconden tikken);
terugspoelen binnen het bestand (blijven
aanraken).
6
Het afspelen onderbreken; selecteer om
door te gaan met afspelen.
7
Opties van de videospeler openen.
8
De video afspelen op een DLNA-apparaat.
9
Een geluidseffect selecteren.
10
Een bladwijzer invoegen.
11
Naar het volgende bestand gaan; vooruit
spoelen in het bestand (blijven aanraken).
Selecteer tijdens het afspelen
om de volgende opties te
gebruiken:
Als u de video naar anderen wilt verzenden, selecteert u
Delen
via.
Als u een segment van een video wilt bijsnijden, selecteert u
Bijsnijden
.
Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset,
selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken
wanneer u een headset hebt aangesloten op het apparaat.
Als u uw bladwijzers wilt weergeven, selecteert u
Favorieten.
Deze optie wordt weergegeven wanneer u een bladwijzer hebt
ingevoegd tijdens het afspelen.
83
Entertainment
Als u de instellingen voor de videospeler wilt wijzigen, selecteert
u Instellingen.
Als u details van een video wilt weergeven, selecteert u
Gegevens.
Instellingen van de videospeler aanpassen
Tijdens het afspelen, selecteert u
1
Instellingen.
Wijzig de volgende opties:
2
Optie Functie
Afspeelsnelheid De afspeelsnelheid wijzigen.
Ondertitels
De instellingen wijzigen voor het huidige
ondertitelbestand. Als de video geen
gekoppelde ondertiteling heeft, selecteert
u Ondertitels selecteren om een
ondertitelingsbestand te openen.
Volgende
autom. afspelen
Instellen dat de videospeler het volgende
bestand automatisch afspeelt.
Kleurtoon Een kleurtoon selecteren.
Zichtbaarheid
buiten
Instellen dat het contrast verbeterd wordt
van de weergave in helder zonlicht.
Galerij
Hier vindt u informatie over het bekijken van fotos en videos die
zijn opgeslagen op het apparaat.
Afhankelijk van de software in uw apparaat worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen,
kan er een fout optreden bij het openen van het bestand.
De afspeelkwaliteit kan verschillen afhankelijk van het
inhoudstype.
Sommige bestanden kunnen mogelijk niet goed worden
afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn
gecodeerd.
84
Entertainment
Een afbeelding weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Galerij.
Selecteer een map
2
een afbeelding.
Gebruik de volgende opties tijdens het bekijken van een
afbeelding:
Als u meer afbeeldingen wilt weergeven, scrollt u naar links of
rechts.
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. Als u wilt
terugkeren naar het oorspronkelijk formaat, dubbeltikt u op het
scherm.
Als u de afbeelding wilt weergeven op een DLNA-apparaat,
selecteert u .
Als u de afbeelding naar anderen wilt verzenden, selecteert u
.
Als u de afbeelding wilt verwijderen, selecteert u
.
Als u een diashow wilt starten, selecteert u
. Tik op het scherm
om de diashow te stoppen.
Als u de afbeelding wilt toevoegen aan het klembord, selecteert
u
Kopiëren naar klembord.
Als u een gedeelte uit de afbeelding wilt snijden, selecteert u
Bijsnijden.
Als u de afbeelding linksom wilt draaien, selecteert u
Linksom draaien.
Als u de afbeelding rechtsom wilt draaien, selecteert u
Rechtsom draaien.
Als u de afbeelding als achtergrond of afbeelding voor een
contact wilt instellen, selecteert u
Foto instellen als.
Als u de afbeelding wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert
u
Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met
bepaalde printers van Samsung.
Als u de afbeelding wilt bewerken met de afbeeldingseditor,
selecteert u
Bewerken. p. 85
Als u bewegingsherkenning wilt gebruiken, selecteert u
Beweging.
Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, selecteert u
Naam wijzigen.
85
Entertainment
Als u details van een afbeelding wilt weergeven, selecteert u
Gegevens.
De opties kunnen verschillen afhankelijk van de
geselecteerde map.
Een video afspelen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Galerij.
Selecteer een map
2
een video (aangeduid met het
pictogram
).
Selecteer
3
om het afspelen te starten.
Regel het afspelen met de toetsen.
4
p. 81
Selecteer tijdens het afspelen
om de volgende opties te
gebruiken:
Als u de video naar anderen wilt verzenden, selecteert u
Delen
via.
Als u een segment van een video wilt bijsnijden, selecteert u
Bijsnijden.
Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset,
selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken
wanneer u een headset hebt aangesloten op het apparaat.
Als u uw bladwijzers wilt weergeven, selecteert u
Favorieten.
Deze optie wordt weergegeven wanneer u een bladwijzer hebt
ingevoegd tijdens het afspelen.
Als u de instellingen voor de videospeler wilt wijzigen, selecteert
u Instellingen.
Als u details van een video wilt weergeven, selecteert u
Gegevens.
Foto-editor
U kunt afbeeldingen bewerken en verschillende effecten
toepassen.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Foto-editor.
86
Entertainment
Selecteer een afbeelding of selecteer
2
Foto selecteren
een
map
een afbeelding.
Als u een nieuwe foto wilt maken, selecteert u Foto nemen.
Selecteer
3
Selectie
OK.
Teken een rand om het gedeelte dat u wilt selecteren en
4
selecteer .
Als u het hulpmiddel voor selectie wilt wijzigen, selecteert u
Selectie.
Als u de selectierand wilt bewerken, selecteert u
, of
. Als u Magnetisch of Kwast selecteert, kunt u de rand
aanpassen door Grootte selectie te selecteren.
Als u de selectie wilt omkeren, selecteert u
Omgekeerd.
Bewerk de afbeelding met de volgende hulpmiddelen:
5
Hulpmiddel Functie
Draaien De afbeelding draaien of omkeren.
Formaat
wijzigen
Het formaat van de afbeelding wijzigen
door de rechthoek te slepen of 100%
een optie te selecteren.
Bijsnijden
De afbeelding bijsnijden door de
rechthoek te verplaatsen of slepen.
Kleur Een kleureffect toepassen.
Effect Een filtereffect toepassen.
Hulpmiddelen Extra hulpmiddelen gebruiken.
Uw laatste handeling ongedaan maken.
Uw laatste handeling opnieuw uitvoeren.
Selecteer
6
wanneer u klaar bent.
Geef een naam voor de afbeelding in en selecteer
7
OK.
87
Entertainment
MP3-speler
Hier vindt u informatie over het onderweg luisteren naar uw
favoriete muziek.
Afhankelijk van de software in uw apparaat worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen,
kan er een fout optreden bij het openen van het bestand.
De afspeelkwaliteit kan verschillen afhankelijk van het
inhoudstype.
Sommige bestanden kunnen mogelijk niet goed worden
afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn
gecodeerd.
Muziekbestanden op uw apparaat zetten
Breng eerst bestanden over naar uw apparaat of geheugenkaart:
Downloaden van internet.
p. 42
Downloaden vanaf een computer met Samsung Kies.
p. 98
Downloaden van een computer met Windows Media Player.
p. 98
Ontvangen via Bluetooth.
p. 108
Kopiëren naar een geheugenkaart.
p. 99
Muziek afspelen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
MP3-speler.
Selecteer een muziekcategorie
2
een muziekbestand.
Selecteer de albumafbeelding om het scherm met de
3
muziekspeler te openen.
88
Entertainment
Regel het afspelen met de volgende toetsen:
4
14
Nummer Functie
1
Het volume aanpassen.
2
Het bestand als uw favoriete nummer instellen.
3
Het geluid dempen.
4
Vooruit of achteruit spoelen in het bestand
door de balk te slepen of erop te klikken.
5
De shufflestand inschakelen.
6
Afspelen opnieuw starten; naar het vorige
bestand gaan (binnen 2 seconden tikken);
terugspoelen binnen het bestand (blijven
aanraken).
89
Entertainment
Nummer Functie
7
Het afspelen onderbreken; selecteer om
door te gaan met afspelen.
8
De details van de muziek weergeven.
9
De afspeellijst openen.
10
Muziekopties weergeven.
11
Het muziekbestand afspelen op een DLNA-
apparaat.
12
Een geluidseffect selecteren.
13
De herhaalstand wijzigen.
14
Naar het volgende bestand gaan; vooruit
spoelen in het bestand (blijven aanraken).
U kunt de MP3-speler bedienen met een headset. Houd op
het startscherm de headsetknop ingedrukt om de MP3-
speler te starten. Druk op de headsetknop om het afspelen
te starten of te onderbreken.
Selecteer tijdens het afspelen
om de volgende opties te
gebruiken:
Als u het muziekbestand wilt toevoegen aan een afspeellijst,
selecteert u Toevoegen aan afspeellijst.
Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset,
selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken
wanneer u een headset hebt aangesloten op het apparaat.
Als u het muziekbestand naar anderen wilt verzenden, selecteert
u Delen via.
Als u het muziekbestand wilt instellen als beltoon, selecteert u
Instellen als.
Als u de instellingen van de MP3-speler wilt wijzigen, selecteert
u Instellingen.
90
Entertainment
Een afspeellijst maken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
MP3-speler.
Selecteer
2
Nieuwe afspeellijst.
Geef een titel voor uw nieuwe afspeellijst in en selecteer
3
OK.
Selecteer een muziekcategorie en schakel
4
in naast de
bestanden die u wilt opnemen.
Selecteer
5
Gereed.
Instellingen van de MP3-speler aanpassen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
MP3-speler.
Selecteer
2
Instellingen.
Wijzig de volgende opties:
3
Optie Functie
Geavanceerd
SoundAlive
Een geluidseffect selecteren.
Geavanceerd
Afspeelsnelheid
De afspeelsnelheid wijzigen.
Geavanceerd
Songteksten
Instellen dat songteksten worden
weergegeven tijdens het afspelen.
Geavanceerd
Muziek automatisch
uit
De MP3-speler zo instellen dat deze na
een bepaalde tijd automatisch wordt
uitgeschakeld.
Muziekmenu
Muziekcategorieën voor weergave in
de muziekbibliotheek selecteren.
Persoonlijke gegevens
91
Persoonlijke gegevens
Contacten
Hier vindt u informatie over hoe u een lijst met uw persoonlijke
of zakelijke contacten kunt maken en beheren. U kunt namen,
telefoonnummers, e-mailadressen en andere gegevens voor uw
contacten opslaan.
Een contact instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten
.
Selecteer een geheugenlocatie.
2
Geef de contactgegevens in.
3
Selecteer
4
Opslaan om het contact aan het geheugen toe te
voegen.
U kunt contacten toevoegen via het belscherm door te
selecteren.
Een contact zoeken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten.
Blader omhoog of omlaag in de lijst met contacten.
2
Selecteer de naam van het contact.
3
In de contactweergave hebt u de volgende opties:
Als u een spraakoproep wilt starten, selecteert u
.
Als u een video-oproep wilt starten, selecteert u
.
Als u een tekst- of multimediabericht wilt verzenden, selecteert
u .
Als u een e-mailbericht wilt verzenden, selecteert u
.
Als u een favoriet nummer wilt instellen, selecteert u
.
Als u de contactgegevens wilt bewerken, selecteert u
Bewerken.
Persoonlijke gegevens
92
Een snelkiesnummer instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten.
Selecteer
2
Instelling snelkiesnummer.
Selecteer een locatienummer
3
een contact.
U kunt een snelkiesnummer bellen door het locatienummer
te blijven aanraken in het belscherm.
Uw visitekaartje maken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten.
Selecteer uw naam boven aan de lijst met contacten.
2
Selecteer
3
Bewerken.
Geef uw persoonlijke gegevens in en selecteer
4
Opslaan.
U kunt uw visitekaartje naar anderen verzenden door
Naamkaartje delen via te selecteren.
Een contactgroep maken
Door contactgroepen te maken, kunt u meerdere contacten
beheren en bericht naar een hele groep sturen.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Groepen
.
Geef een naam in en pas de instellingen aan voor de groep.
2
Voeg leden toe aan de groep.
3
Selecteer
4
Opslaan.
Persoonlijke gegevens
93
Een contact kopiëren
Contacten kopiëren van de SIM-kaart of USIM-kaart naar
uw apparaat
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten.
Selecteer
2
Importeren/exporteren
Importeren van
SIM-kaart.
Selecteer een geheugenlocatie.
3
Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer
4
Gereed.
Contacten kopiëren van uw apparaat naar de SIM-kaart
of USIM-kaart
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten.
Selecteer
2
Importeren/exporteren
Exporteren naar
SIM-kaart.
Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer
3
Gereed
OK.
Contacten importeren of exporteren
U kunt bestanden (in vcf-indeling) importeren van of exporteren
naar de USB-opslag of geheugenkaart van uw apparaat.
Contactbestanden importeren
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten.
Selecteer
2
Importeren/exporteren
Importeren van
SD-kaart of Importeren uit USB-opslag.
Selecteer een geheugenlocatie.
3
Selecteer een optie voor het importeren van één contact,
4
meerdere contacten of alle contacten en selecteer OK.
Selecteer de contactbestanden die u wilt importeren en
5
selecteer OK.
Persoonlijke gegevens
94
Contacten exporteren
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Contacten
Contacten.
Selecteer
2
Importeren/exporteren
Exporteren naar
SD-kaart of Exporteren naar USB-opslag.
Selecteer
3
OK ter bevestiging.
S Planner
Uw apparaat bevat een krachtige planner waarmee u uw planning
eenvoudiger en effectiever kunt indelen. Hier vindt u informatie
over hoe u afspraken en taken kunt maken en beheren en
alarmen kunt instellen om u aan belangrijke afspraken en taken te
herinneren.
Een afspraak of taak maken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
S Planner.
Selecteer
2
.
Selecteer boven aan het scherm een type afspraak.
3
Geef de details in voor de afspraak en selecteer
4
Opslaan.
De weergavemodus wijzigen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
S Planner.
Selecteer een weergavestand.
2
Jaar
: alle maanden in het jaar
Maand
: een volledige maand in een weergave
Week
: urenblokken voor de dagen van een volledige week
Persoonlijke gegevens
95
Dag
: blokken van een uur voor één hele dag
Agenda
: een lijst met alle afspraken en feestdagen die
gepland zijn voor een bepaalde periode
Taak
: een lijst met taken
U kunt de weergavemodus ook wijzigen door twee vingers
op het scherm te plaatsen en ze uit elkaar of naar elkaar toe
te bewegen.
Een afspraak of taak weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
S Planner.
Selecteer een datum in de agenda.
2
Als u wilt verplaatsen naar een bepaalde dag, selecteert u
Ga naar en geeft u de datum in.
Als u naar de huidige datum wilt gaan, selecteert u
Vandaag.
Selecteer een afspraak om de details te bekijken.
3
U kunt de afspraak naar anderen verzenden door
Delen via te selecteren.
Het alarm voor een afspraak of taak stoppen
Als u voor een afspraak of taak een herinnering instelt, gaat het
alarm op de opgegeven tijd af.
Tik in de rechterbenedenhoek van de systeembalk om het
1
meldingenpaneel te openen.
Selecteer de afspraakmelding.
2
Selecteer een afspraak om de details te bekijken.
3
Als u het alarm voor de afspraak op de sluimerstand wilt zetten,
selecteert u Sluimeren.
Persoonlijke gegevens
96
Notitie
Hier wordt uitgelegd hoe u belangrijke informatie vastlegt, zodat u
deze op een latere datum kunt bekijken.
Een notitie maken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Notitie.
Selecteer
2
.
Geef de tekst in.
3
Selecteer
4
Gereed.
Een notitie weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Notitie.
Selecteer een notitie om de details te bekijken.
2
Terwijl u een notitie bekijkt, hebt u de volgende opties:
Als u de notitie wilt verwijderen, selecteert u
.
Als u de achtergrondkleur wilt wijzigen, selecteert u
.
Als u de notitie wilt beschermen tegen onbedoelde
verwijdering, selecteert u
.
Als u de notitie wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u
. Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde printers van
Samsung.
Als u de notitie naar anderen wilt verzenden, selecteert u
.
Persoonlijke gegevens
97
Pennotitie
Hier vindt u informatie over het maken van getekende notities.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Pennotitie.
Selecteer
2
.
U kunt een getekende notitie maken met de volgende
3
hulpmiddelen:
Hulpmiddel Functie
Tekst ingeven.
Schrijven of tekenen op het scherm.
Penmarkeringen wissen.
De instellingen van het hulpmiddel wijzigen.
Uw laatste handeling ongedaan maken.
Uw laatste handeling opnieuw uitvoeren.
Selecteer
4
Gereed wanneer u klaar bent.
Connectiviteit
98
Connectiviteit
USB-verbindingen
Informatie over het aansluiten van uw apparaat op een computer
met een USB-kabel.
Koppel de USB-kabel niet los van de computer terwijl het
apparaat gegevens overzet of leest. Als u dit wel doet,
kunnen gegevens verloren gaan of kan het apparaat worden
beschadigd.
Voor de beste resultaten sluit u de USB-kabel
rechtstreeks aan op een USB-poort op de computer. De
gegevensoverdracht kan mislukken wanneer u een USB-hub
gebruikt.
Verbinden met Samsung Kies
Controleer of Samsung Kies op de computer is geïnstalleerd. U
kunt het programma downloaden van de Samsung-website.
Samsung Kies werkt op zowel Windows- als Macintosh-
computers.
Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel.
1
Samsung Kies wordt automatisch gestart op de computer. Als
Samsung Kies niet automatisch wordt gestart, dubbelklikt u op
het pictogram Samsung Kies op uw computer.
Zet bestanden over tussen uw apparaat en de computer.
2
Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie.
Verbinden met Windows Media Player
Controleer of Windows Media Player op de computer is
geïnstalleerd.
Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel.
1
Open Windows Media Player en synchroniseer
2
muziekbestanden.
Connectiviteit
99
Als media-apparaat verbinden
U kunt uw apparaat op een computer aansluiten en
mediabestanden openen die op uw apparaat zijn opgeslagen.
Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel.
1
Tik in de rechterbenedenhoek van de systeembalk om het
2
meldingenpaneel te openen.
Selecteer
3
Verbonden als een extern opslagapparaat
Media-apparaat (MTP).
Zet bestanden over tussen uw apparaat en de computer.
4
Voordat u het apparaat loskoppelt van de computer, moet u
het apparaat voor massaopslag veilig verwijderen. Als u dit
niet doet, kunnen gegevens op het apparaat verloren gaan
of kan uw apparaat worden beschadigd.
Als een camera-apparaat aansluiten
U kunt uw apparaat op een computer aansluiten als camera en
bestanden via uw apparaat openen.
Gebruik deze USB-verbindingsmodus als uw computer MTP
(media transfer protocol) niet ondersteunt of als het USB-
stuurprogramma voor uw apparaat niet is geïnstalleerd.
Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel.
1
Tik in de rechterbenedenhoek van de systeembalk om het
2
meldingenpaneel te openen.
Selecteer
3
Verbonden als een extern opslagapparaat
Camera (PTP).
Zet bestanden over tussen uw apparaat en de computer.
4
Connectiviteit
100
Wi-Fi
Hier vindt u informatie over het gebruik van de draadloze
netwerkvoorzieningen van de telefoon waarmee u verbinding
kunt maken met elk draadloos LAN (WLAN) dat compatibel is met
de IEEE 802.11-normen.
Overal waar er een draadloos toegangspunt of hotspot aanwezig
is, kunt u verbinding met internet of andere netwerkapparaten
maken.
Het apparaat gebruikt een niet-geharmoniseerde frequentie
en is bedoeld voor gebruik in alle Europese landen. Het
WLAN mag in de EU zonder beperkingen binnenshuis
worden gebruikt, maar kan niet buitenshuis worden
gebruikt.
De Wi-Fi-functie activeren
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de
schakelaar Wi-Fi naar rechts.
De Wi-Fi-functie die op de achtergrond wordt uitgevoerd,
verbruikt batterijlading. Activeer de functie daarom alleen
wanneer dit nodig is, om de batterij te sparen.
Wi-Fi-toegangspunt zoeken en verbinding maken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Wi-Fi.
Uw apparaat zoekt automatisch naar beschikbare Wi-Fi-
toegangspunten.
Selecteer toegangspunt.
2
Geef een wachtwoord voor het toegangspunt in (indien
3
nodig).
Selecteer
4
Verbinden.
Handmatig een Wi-Fi-toegangspunt toevoegen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Wi-Fi
Netwerk toevoegen.
Connectiviteit
101
Geef de SSID voor het toegangspunt in en selecteer het
2
beveiligingstype.
Stel de beveiligingsinstellingen in op basis van het
3
beveiligingtype dat u hebt geselecteerd en selecteer Opslaan.
Aansluiten op een beveiligd Wi-Fi-toegangspunt
U kunt verbinding maken met een beveiligd toegangspunt via een
WPS-knop of WPS PIN. Als u deze methode wilt gebruiken, moet
uw toegangspunt beschikken over een WPS-knop.
Verbinding maken via een WPS-knop
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Wi-Fi.
Selecteer een toegangspunt aangeduid als beveiligd netwerk
2
en selecteer Geavanceerde opties weergeven.
Selecteer de vervolgkeuzelijst
3
WPS.
Selecteer
4
Drukknop
Verbinden.
Druk binnen 2 minuten op een WPS-knop op het
5
toegangspuntapparaat.
Verbinding maken via een WPS PIN
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Wi-Fi.
Selecteer een toegangspunt aangeduid als beveiligd netwerk
2
en selecteer Geavanceerde opties weergeven.
Selecteer de vervolgkeuzelijst
3
WPS.
Selecteer
4
Pincode vanaf toegangspunt om een WPS PIN-
code van het toegangspunt in te geven of selecteer Pincode
van dit apparaat om een WPS PIN-code van uw apparaat te
gebruiken.
Selecteer
5
Verbinden.
Druk op het toegangspunt op de WPS-knop of geef de PIN-
6
code van uw apparaat in.
Connectiviteit
102
Statische IP-instellingen instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Wi-Fi.
Selecteer een toegangspunt
2
Geavanceerde opties
weergeven.
Selecteer de vervolgkeuzelijst
3
IP-instellingen.
Selecteer
4
Statisch.
Wijzig de IP-instellingen.
5
Selecteer
6
Verbinden.
Wi-Fi-instellingen aanpassen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Wi-Fi
Geavanceerd.
Wijzig de volgende opties:
2
Optie Functie
Netwerkmelding
Instellen dat u een melding ontvangt
als er een open Wi-Fi-toegangspunt
beschikbaar is.
Wi-Fi ingeschakeld
laten tijdens
sluimeren
Instellen of de Wi-Fi-functie
ingeschakeld moet blijven tijdens
sluimeren.
MAC-adres Het MAC-adres weergeven.
IP-adres Het IP-adres weergeven.
Wi-Fi Direct
Hier vindt u informatie over het gebruik van de functie Wi-Fi Direct
waarmee u twee apparaten via een Wi-Fi kunt verbinden zonder
een toegangspunt.
Connectiviteit
103
Uw apparaat verbinden met een ander apparaat
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Meer...
Wi-Fi Direct.
Sleep de schakelaar
2
Wi-Fi Direct naar rechts en selecteer OK.
Selecteer
3
Scannen.
Selecteer een apparaat.
4
Wanneer de eigenaar van het andere apparaat de verbinding
accepteert, zijn de apparaten verbonden.
Gegevens verzenden via Wi-Fi
Selecteer een bestand of item in een gewenste applicatie.
1
Selecteer een optie voor het verzenden van gegevens via Wi-Fi.
2
De methode voor het selecteren van een optie kan
verschillen per gegevenstype.
Zoek naar en selecteer een ander apparaat.
3
Gegevens ontvangen via Wi-Fi
Wanneer u gegevens ontvangt, worden deze automatisch
opgeslagen op uw apparaat. Ontvangen gegevens worden in de
map ShareViaWifi opgeslagen.
AllShare
Hier vindt u informatie over het gebruik van de DLNA-
service (Digital Living Network Alliance) waarmee u via Wi-Fi
mediabestanden kunt uitwisselen met apparaten die DLNA
ondersteunen.
Sommige bestanden worden niet afgespeeld op bepaalde
DLNA-apparaten.
Het delen van mediabestanden wordt mogelijk gebufferd
via de netwerkverbinding.
Connectiviteit
104
Bestanden op een ander apparaat afspelen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
AllShare.
Selecteer
2
Mijn apparaat.
Selecteer een mediacategorie
3
een bestand.
Selecteer een speler.
4
Het afspelen begint op de geselecteerde speler.
Bedien het afspelen met de toetsen op uw apparaat.
5
Een bestand op uw apparaat afspelen vanaf een
ander apparaat
Selecteer in de lijst met applicaties
1
AllShare.
Het apparaat zoek automatisch naar DLNA-apparaten.
Selecteer een apparaat dat mediabestanden bevat.
2
Selecteer een mediacategorie
3
een bestand.
Bedien het afspelen met de toetsen op uw apparaat.
4
Een bestand op het ene apparaat afspelen op een
ander apparaat
Selecteer in de lijst met applicaties
1
AllShare.
Het apparaat zoek automatisch naar DLNA-apparaten.
Selecteer een apparaat dat mediabestanden bevat.
2
Selecteer een mediacategorie
3
een bestand.
Selecteer
4
.
Selecteer een speler.
5
Het afspelen begint op de geselecteerde speler.
Bedien het afspelen met de toetsen op uw apparaat.
6
Connectiviteit
105
Instellingen voor het delen van mediabestanden
aanpassen
Als u andere DLNA-apparaten toegang tot mediabestanden op uw
apparaat wilt geven, moet u het delen van media inschakelen.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
AllShare
.
Wijzig de volgende opties:
2
Optie Functie
Naam mediaserver
Een mediaservernaam voor uw
apparaat ingeven.
Media delen
Instellen om uw videos, afbeeldingen
of muziek met andere apparaten te
delen.
Toegangspunt
netwerk
Een verbindingsprofiel voor gebruik
bij DLNA-verbindingen selecteren.
Uploads van andere
apparaten
Instellen om uploads van andere
apparaten te accepteren.
Standaardgeheugen
Een geheugenlocatie selecteren
voor het opslaan van gedownloade
mediabestanden.
Mobiel netwerk delen
Hier vindt u informatie over de mobiele netwerkverbinding van uw
apparaat delen met andere apparaten.
Het mobiele netwerk van uw apparaat delen via
Wi-Fi
Hier vindt u informatie over uw apparaat gebruiken als een
draadloos toegangspunt voor andere apparaten.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Meer...
Tethering en draagbare hotspot.
Connectiviteit
106
Selecteer
2
Draagbare Wi-Fi hotspot om mobiel netwerk delen
via Wi-Fi in te schakelen.
Selecteer
3
Draagbare Wi-Fi hotspot configureren om
netwerkinstellingen te configureren om uw apparaat als
toegangspunt te gebruiken.
Optie Functie
Netwerk-SSID
De apparaatnaam bewerken die wordt
weergegeven aan andere apparaten.
Beveiliging Een beveiligingstype selecteren.
Selecteer
4
Opslaan.
Zoek op een ander apparaat de naam van uw apparaat en
5
maak verbinding met uw mobiele netwerk.
Het mobiele netwerk van uw apparaat delen via
USB
Hier vindt u informatie over het gebruik van uw apparaat als
draadloos modem door een USB-verbinding te maken met een
computer.
Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel.
1
Selecteer in de lijst met applicaties
2
Instellingen
Meer...
Tethering en draagbare hotspot.
Selecteer
3
USB-tethering om mobiel netwerk delen via USB te
activeren.
U stopt het delen van de netwerkverbinding door het
selectievakje naast USB-tethering uit te schakelen.
De methode voor delen is afhankelijk van het
besturingssysteem van de computer.
Het mobiele netwerk van uw apparaat delen via
Bluetooth
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Meer...
Tethering en draagbare hotspot.
Connectiviteit
107
Selecteer
2
Bluetooth-tethering om mobiel netwerk delen via
Bluetooth te activeren.
Zoek uw apparaat op een ander apparaat en koppel de
3
apparaten.
Controleer of u de Bluetooth-functie en de
zichtbaarheidsfunctie hebt geactiveerd.
Bluetooth
Hier vindt u informatie over het uitwisselen van gegevens of
mediabestanden met andere apparaten via Bluetooth.
Samsung is niet verantwoordelijk voor het verlies, de
onderschepping of het misbruik van gegevens die via de
Bluetooth-functie zijn verzonden of ontvangen.
Zorg altijd dat u gegevens deelt met en ontvangt van
vertrouwde apparaten die goed zijn beveiligd. Als er
voorwerpen tussen de apparaten staan, is het mogelijk dat
de afstand waarop de apparaten kunnen communiceren,
afneemt.
Sommige apparaten, vooral apparaten die niet door
Bluetooth SIG zijn getest of goedgekeurd, zijn mogelijk
niet compatibel met uw apparaat.
Gebruik de Bluetooth-functie niet voor illegale doeleinden
(bijvoorbeeld illegale kopieën van bestanden maken
of illegaal gesprekken aftappen voor commerciële
doeleinden). Samsung is niet aansprakelijk voor de
gevolgen van illegaal gebruik van de Bluetooth-functie.
De Bluetooth-functie inschakelen
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de
schakelaar Bluetooth naar rechts.
Connectiviteit
108
Ander apparaat zoeken en koppelen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Bluetooth
Zoeken naar apparaten.
Selecteer een apparaat.
2
Selecteer
3
OK om de Bluetooth PIN-codes van twee apparaten
op elkaar af te stemmen. Geef een Bluetooth PIN-code in en
selecteer OK.
Wanneer de eigenaar van het andere apparaat dezelfde PIN-
code ingeeft of de verbinding accepteert, zijn de apparaten
gekoppeld. Als de koppeling slaagt, zoekt het apparaat
automatisch naar beschikbare diensten.
Sommige apparaten, vooral headsets en handsfree carkits,
hebben een vaste Bluetooth-PIN-code, zoals 0000. Als het
andere apparaat een PIN-code heeft, moet u deze ingeven.
Gegevens verzenden via Bluetooth
Selecteer een bestand of item in een gewenste applicatie.
1
Selecteer een optie voor verzending via de Bluetooth-functie.
2
De methode voor het selecteren van een optie kan
verschillen per gegevenstype.
Zoek een Bluetooth-apparaat en breng een koppeling tot
3
stand.
Gegevens ontvangen via Bluetooth
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Bluetooth
en schakel het selectievakje in naast uw apparaat.
Als u de periode wilt selecteren dat uw apparaat zichtbaar is,
selecteert u
Time-out zichtbaar.
Connectiviteit
109
Wanneer u wordt gevraagd, selecteert u
2
OK om de Bluetooth
PIN-code af te stemmen of geef de Bluetooth PIN-code in en
selecteer OK (indien nodig).
Selecteer
3
Accepteren om te bevestigen dat u gegevens wilt
ontvangen.
Ontvangen gegevens worden in de map bluetooth opgeslagen.
Als u een contact ontvangt, wordt het automatisch opgeslagen in
het telefoonboek.
GPS
Uw apparaat is uitgerust met een GPS-ontvanger (Global
Positioning System). Hier vindt u informatie over hoe u
locatieservices kunt inschakelen en extra GPS-functies kunt
gebruiken.
Voor een betere ontvangst van GPS-signalen kunt u uw apparaat
beter niet gebruiken in de volgende situaties:
Tussen gebouwen, in tunnels of ondergrondse passages of in
gebouwen
In slechte weersomstandigheden
In de buurt van hoogspanningsmasten of elektromagnetische
velden
In een voertuig met beschermende folie tegen de zon
Raak het gedeelte rond de antenne niet aan en bedek dit
niet met uw handen of andere voorwerpen tijdens het
gebruik van de GPS-functies.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Locatieservices activeren
U moet locatieservices inschakelen om locatiegegevens te
ontvangen of op de kaart te zoeken.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Locatieservices.
Connectiviteit
110
Wijzig de volgende opties:
2
Optie Functie
Draadloze netwerken
gebruiken
Instellen om Wi-Fi en/of mobiele
netwerken te gebruiken om uw
locatie te vinden.
Er kunnen extra kosten worden
berekend voor het gebruik van
mobiele netwerken.
GPS-satellieten
gebruiken
Instellen om GPS-satellieten te
gebruiken om uw locatie te vinden.
Locatie en Google
zoeken
Instellen dat het apparaat uw actuele
locatie voor de zoekfunctie en
andere services van Google gebruikt.
VPN-verbindingen
Hier vindt u informatie over het maken van VPN’s en hoe u hiermee
veilig verbinding kunt maken via internet.
Uw apparaat moet al zijn geconfigureerd voor
internettoegang. Als u problemen hebt met
internettoegang, moet u de verbindingen bewerken. Als u
niet zeker weet welke gegevens u moet ingeven, neemt u
contact op met de VPN-beheerder.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u
schermvergrendelingsfunctie inschakelen.
Connectiviteit
111
Een VPN-profiel instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Meer...
VPN
VPN-netwerk toevoegen.
Wijzig de volgende opties:
2
Optie Functie
Naam Een naam ingeven voor de VPN-server.
Type Selecteer een type VPN.
Serveradres Het adres van de VPN-server ingeven.
L2TP-geheim
Een geheim L2TP-wachtwoord
ingeven.
IPSec-id Een gebruikersnaam ingeven.
Vooraf gedeelde
IPsec-sleutel
Een vooraf gedeelde
beveiligingssleutel ingeven.
IPSec-
gebruikercertificaat
Een gebruikerscertificaat selecteren
waarmee de VPN-server u identificeert.
U kunt certificaten van de VPN-server
importeren of downloaden van
internet.
IPSec CA-certificaat
Een certificeringsinstantie (CA)
selecteren waarmee de VPN-server u
identificeert. U kunt certificaten van de
VPN-server importeren of downloaden
van internet.
IPSec-
servercertificaat
Een servercertificaat selecteren
waarmee de VPN-server u identificeert.
U kunt certificaten van de VPN-server
importeren of downloaden van
internet.
PPP-codering
(MPPE)
Instellen dat gegevens worden
gecodeerd voordat ze naar de VPN-
server worden verzonden.
Connectiviteit
112
Optie Functie
Geavanceerde
opties weergeven
Instellen dat de geavanceerde
netwerkinstellingen worden gewijzigd.
Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van het
type VPN.
Selecteer
3
Opslaan wanneer u klaar bent.
Verbinding maken met een privénetwerk
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen
Meer...
VPN.
Selecteer een privénetwerk.
2
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in en selecteer
3
Verbinden.
113
Hulpmiddelen
Hulpmiddelen
Alarm
Hier vindt u informatie over hoe u een alarm voor belangrijke
afspraken kunt instellen en gebruiken.
Een alarm instellen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Alarm.
Selecteer
2
.
De details van het alarm instellen.
3
Selecteer
4
Gereed wanneer u klaar bent.
Als u een alarm wilt uitschakelen, selecteert u het
klokpictogram naast het alarm. Als u een alarm wilt
verwijderen, selecteert u
.
Een alarm stoppen
Ga als volgt te werk wanneer het alarm afgaat:
Als u het alarm wilt stoppen, selecteert u
en sleept u uw
vinger buiten de grote cirkel.
Als u het alarm wilt stoppen tijdens de sluimerperiode, selecteert
u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel.
114
Hulpmiddelen
Calculator
Hier vindt u informatie over het uitvoeren van berekeningen met
het apparaat.
Een berekening uitvoeren
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Calculator.
Gebruik de toetsen op het scherm om elementaire
2
berekeningen uit te voeren.
Draai het apparaat in de liggende stand om de
wetenschappelijke calculator te gebruiken. Als u hebt
ingesteld dat het scherm niet draait wanneer u het apparaat
draait, selecteert u
Wetenschappelijke calculator.
De berekeningsgeschiedenis weergeven
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Calculator.
Geef een berekening uit.
2
Selecteer
3
om het toetsenbord van de calculator te
verbergen.
De berekeningsgeschiedenis wordt weergegeven.
Downloads
Hier vindt u informatie over hoe u logs van bestanden die u hebt
gedownload vanaf internet en vanuit e-mail, kunt beheren.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Downloads.
Selecteer een downloadcategorie.
2
Als u een gedownload bestand wilt openen, selecteert u het
3
logbestand.
Als u een logbestand wilt verwijderen, schakelt u het
selectievakje in en selecteert u
.
115
Hulpmiddelen
eBook
Boekbestanden openen en lezen op uw apparaat. U kunt ook
boeken zoeken in een online boekwinkel en deze boekbestanden
downloaden. Selecteer in de lijst met applicaties eBook.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Als u deze applicatie nog niet eerder hebt gebruikt,
moet u de applicatie downloaden op Samsung Apps en
installeren op uw apparaat.
Mijn bestanden
Hier vindt u informatie over verschillende soorten bestanden die
op uw apparaat zijn opgeslagen.
Ondersteunde bestandsindelingen
De volgende bestandsindelingen worden door uw apparaat
ondersteund:
Type Indeling
Foto bmp, gif, jpg, png
Video 3gp (mp4), avi (divx), wmv (asf), flv, mkv, webm
Muziek
mp3, aac, ogg, wma, amr, m4a, mp4, flac, wav,
mid, mxmf, xmf, rtttl, rtx, ota, imy
Audio wav, amr, awb, mid, mxmf, xmf, rtttl, rtx, ota, imy
Overige
doc, docx, pdf, ppt, pptx, txt, xls, xlsx, htm, html,
vcf, vcs, vnt, jad, jar
Afhankelijk van de software in uw apparaat worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen,
kan er een fout optreden bij het openen van het bestand.
116
Hulpmiddelen
Een bestand bekijken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Mijn bestanden.
Selecteer een map.
2
Als u een niveau omhoog wilt, selecteert u
.
Als u wilt teruggaan naar de hoofdmap, selecteert u
.
Selecteer een bestand.
3
In de mappenlijst hebt u de volgende opties:
Als u wilt zoeken naar bestanden die zijn opgeslagen op uw
apparaat, selecteert u .
Als u de bestanden wilt weergeven als miniaturen, selecteert u
.
Als u mappen wilt maken voor het beheren van bestanden,
selecteert u .
Als u de instellingen voor bestandsbeheer wilt wijzigen,
selecteert u
Instellingen.
Als bestanden of mappen wilt sorteren, selecteert u het
vervolgkeuzemenu Naam en selecteert u een optie.
Als u een bestand naar anderen wilt verzenden, schakelt u het
selectievakje in en selecteert u .
Als u de bestanden of mappen naar een andere map wilt
kopiëren, schakelt u het selectievakje in en selecteert u of .
Als u bestanden of mappen wilt verwijderen, schakelt u de
selectievakjes in en selecteert u .
Als u de naam van een bestand of map wilt wijzigen, schakelt u
het selectievakje in en selecteert u
Naam wijzigen.
Als u details van bestanden of mappen wilt weergeven, schakelt
u het selectievakje in en selecteert u
Gegevens.
Polaris Office
Hier vindt u informatie over het maken of weergeven van
documenten met uw apparaat.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
117
Hulpmiddelen
Een document maken
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Polaris Office.
Als u deze applicatie voor het eerst start, moet u zich
registreren als online gebruiker of de registratie overslaan.
Selecteer
2
Nieuw bestand
een documenttype.
Selecteer een sjabloon (indien nodig).
3
Maak het document.
4
Selecteer
5
als u klaar bent.
Geef een naam voor het document in en selecteer een
6
geheugenlocatie voor het document. Selecteer vervolgens
Opslaan.
Een document openen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Polaris Office.
Selecteer
2
Local Storage
een documentbestand.
Als u een onlangs gebruikt bestand wilt openen, selecteert u
een bestand onder Recente bestanden.
Bekijk het document.
3
In de documentweergave hebt u de volgende opties:
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. U kunt ook
een optie selecteren.
Als u de werkbalk voor bewerken wilt openen, selecteert u
.
Als u een diashow wilt starten in een PowerPoint-document,
selecteert u . Tik op het scherm om verder te gaan naar de
volgende dia. Selecteer
om de diashow af te sluiten.
Als u naar tekst wilt zoeken, selecteert u
.
Als u extra opties wilt gebruiken met het document, selecteert u
.
De beschikbare opties kunnen afwijken afhankelijk van het
documenttype of de stand van het apparaat.
118
Hulpmiddelen
Documenten online beheren
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Polaris Office.
Selecteer
2
Web Storage
Account toevoegen.
Geef de gebruikersnaam en het wachtwoord voor uw account
3
in en selecteer OK.
Bekijk en beheer uw documenten op de server.
4
Zoeken
Hier vindt u informatie over het zoeken naar gegevens op uw
apparaat of op internet.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Zoeken.
Geef een trefwoord in en selecteer
2
.
Als u met uw stem gegevens wilt zoeken, selecteert u
en
spreekt u een trefwoord in de microfoon van het apparaat.
Selecteer een zoekresultaat.
3
SIM-toolkit
U kunt een aantal extra diensten gebruiken die door uw
serviceprovider worden aangeboden. Afhankelijk van uw SIM- of
USIM-kaart wordt deze applicatie mogelijk anders genoemd.
Selecteer in de lijst met applicaties SIM-toolkit.
Taakbeheer
Met taakbeheer kunt u actieve applicaties en geheugeninformatie
weergeven.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Taakbeheer.
119
Hulpmiddelen
U hebt de volgende opties:
2
Optie Functie
Actieve
applicaties
Actieve applicaties weergeven.
Gedownload
De totale hoeveelheid geheugen bekijken
die wordt gebruikt voor alle applicaties
die op uw apparaat zijn geïnstalleerd.
RAM-beheerder
Het RAM-geheugen van uw apparaat
weergeven en wissen.
Opslag
Het gebruikte en het beschikbare
geheugen op uw apparaat en de
geheugenkaart weergeven.
Help
Informatie weergeven over het gebruik
van taakbeheer.
Wereldklok
Hier vindt u informatie over de tijd in een andere regio bekijken en
wereldklokken instellen die op het scherm worden weergegeven.
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Wereldklok
.
Geef de naam van een stad in of selecteer een stad op de
2
wereldbol.
Selecteer
3
.
U kunt de zomertijd op de klok toepassen door een klok te
blijven aanraken en Zomertijd instellen te selecteren.
Instellingen
120
Instellingen
De instellingsopties openen
Selecteer in de lijst met applicaties
1
Instellingen.
Selecteer een instellingscategorie en selecteer een optie.
2
Wi-Fi
Activeer de Wi-Fi-functie om verbinding te maken met een
Wi-Fi-toegangspunten toegang te krijgen tot internet of andere
netwerkapparaten.
Bluetooth
Activeer de Bluetooth-functie om over kosten afstanden gegevens
uit te wisselen.
Gegevensgebruik
Houd de hoeveelheid gegevensgebruik bij en pas de instellingen
aan voor de beperking.
Mobiele gegevens
: instellen om gegevensverbindingen op elk
mobiele netwerk te gebruiken.
Limiet mobiele geg. instellen
: een limiet instellen voor het
mobiele gegevensgebruik.
Cyclus gegevensgebruik
: de instellingen voor de limietcyclus
wijzigen.
Als u meer opties wilt gebruiken, selecteert u
.
Roaming
: instellen om gegevensverbindingen te gebruiken
tijdens roaming.
Achtergrondgeg. beperken
: instellen om synchronisatie op de
achtergrond uit te schakelen tijdens het gebruik van een mobiel
netwerk.
Wi-Fi-gebruik tonen
: instellen om uw gegevensgebruik via
Wi-Fi te tonen.
Instellingen
121
Meer...
De instellingen wijzigen om verbindingen met andere apparaten
of netwerken te beheren.
Vliegtuigstand
Vliegtuigstand inschakelen om alle draadloze functies van het
apparaat uit te schakelen. U kunt alleen functies gebruiken
waarvoor geen netwerk vereist is.
Kies via Wi-Fi
Verbind uw apparaat met Samsung Kies via Wi-Fi.
VPN
U kunt Virtual Private Networks (VPN’s) instellen en beheren.
Tethering en draagbare hotspot
USB-tethering
: instellen dat uw apparaat wordt gebruikt als
draadloze modem door een USB-verbinding met een computer
te maken.
Draagbare Wi-Fi hotspot
: instellen dat uw apparaat wordt
gebruikt als draadloos toegangspunt voor andere apparaten.
Draagbare Wi-Fi hotspot configureren
: wijzig de
netwerkinstellingen voor uw toegangspunt of hotspot.
Bluetooth-tethering
: de Bluetooth-tetheringfunctie
inschakelen om uw mobiele netwerk te delen met computers
via Bluetooth.
Help
: informatie weergegeven over het gebruik van de
tetheringfuncties.
Wi-Fi Direct
U kunt de functie Wi-Fi Direct inschakelen waarmee u twee
apparaten via Wi-Fi kunt verbinden zonder een toegangspunt.
Instellingen
122
Mobiele netwerken
Pakketgegevens gebruiken
: instellen om
gegevensverbindingen op elk mobiele netwerk te gebruiken.
Roaming
: instellen om gegevensverbindingen te gebruiken
tijdens roaming.
Namen toegangspunten
: een naam voor een toegangspunt
(APN) selecteren voor mobiele netwerken. U kunt APN’s
toevoegen of bewerken. Als u de APN-instellingen wilt resetten
naar de fabrieksinstellingen, selecteert u
Standaardinst.
Netwerkmodus
: een type netwerk selecteren.
Netwerkoperators
:
Netwerken zoeken - : zoeken naar een netwerk en een netwerk
selecteren.
Automatisch selecteren - : het apparaat instellen om het eerste
beschikbare netwerk te selecteren.
Geluid
Hier kunt u de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat
wijzigen.
Volume
: de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat
wijzigen.
Intensiteit trilsignaal
: de intensiteit van het trilsignaal
aanpassen.
Stille stand
: de stille stand activeren om alle geluiden te laten
trillen of te dempen behalve mediageluiden en alarmtonen.
Beltoon
: een beltoon voor inkomende oproepen selecteren.
Standaardmeldingen
: een beltoon selecteren om u te
waarschuwen voor gebeurtenissen.
Geluid en trilling
: instellen dat het apparaat trilt en een beltoon
afspeelt bij inkomende oproepen.
Toetstonen
: instellen dat het apparaat een geluid laat horen
wanneer u de toetsen op het belscherm aanraakt.
Instellingen
123
Aanraakgeluiden
: instellen dat het apparaat een geluid laat
horen wanneer u een applicatie of optie selecteert.
Geluid schermvergrendeling
: instellen dat het apparaat een
geluid laat horen wanneer u het aanraakscherm vergrendelt en
ontgrendelt.
Trillen bij tikken op scherm
: instellen dat het apparaat trilt
wanneer u op een toets tikt.
Display
U kunt de instellingen wijzigen om het scherm en de
achtergrondverlichting op uw apparaat te bedienen.
Achtergrond startscherm
: een achtergrondafbeelding
selecteren voor het startscherm.
Achtergrond vergrendelscherm
: een achtergrondafbeelding
selecteren voor het vergrendelscherm.
Help-tekst
: instellen dat de Help-tekst op het vergrendelde
scherm wordt weergegeven.
Helderheid
: de helderheid van het scherm aanpassen.
Schermmodus
: een weergavemodus selecteren.
Scherm automatisch draaien
: instellen dat de interface
automatisch wordt gedraaid wanneer u het apparaat draait.
Snel starten
: een applicatie selecteren die u wilt starten met de
snelkoppeling voor snel starten. Het snelkoppelingspictogram
verandert afhankelijk van de applicatie die u instelt.
Time-out scherm
: selecteren na hoeveel tijd de
achtergrondverlichting van het scherm moet worden
uitgeschakeld.
Letterstijl
: het lettertype voor de schermtekst selecteren.
Tekstgrootte
: de tekengrootte wijzigen voor weergave van
items of bij het maken van items in applicaties.
Stroomtoevoer scherm automatisch aanpassen
: instellen dat
energie wordt bespaard door de helderheid van het scherm aan
te passen.
Horizontale kalibratie
: de versnellingsmeter kalibreren om
de horizontale as van het apparaat aan te passen voor betere
bewegingsherkenning.
Instellingen
124
Energiebesparing
De instellingen voor de spaarstand wijzigen.
Aangepaste spaarstand
: instellen dat de spaarstand wordt
geactiveerd wanneer de batterij bijna leeg is.
Instellingen aangepaste spaarstand
:
Spaarstand begint bij - : een energieniveau selecteren waarbij
het apparaat automatisch overschakelt naar de spaarstand.
Wi-Fi uitschakelen - : de Wi-Fi-functie uitschakelen wanneer het
apparaat niet is verbonden met een Wi-Fi-toegangspunt.
Bluetooth uitschakelen - : de Bluetooth-functie uitschakelen
wanneer deze niet wordt gebruikt.
GPS uitschakelen - : de GPS-functie uitschakelen wanneer deze
niet wordt gebruikt.
Synchroniseren uit - : automatisch synchroniseren uitschakelen
wanneer het apparaat niet synchroniseert met een webserver.
Helderheid - : het helderheidsniveau instellen voor de
spaarstand.
Helderheid - : het helderheidsniveau aanpassen voor de
spaarstand.
Time-out scherm - : selecteren na hoeveel tijd de
achtergrondverlichting van het scherm moet worden
uitgeschakeld.
Informatie over spaarstand
: informatie weergeven voor het
besparen van de batterijlading.
Opslag
Hier kunt u geheugeninformatie over uw apparaat en
geheugenkaart weergeven. U kunt ook de geheugenkaart
formatteren.
Als u een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens
definitief van de geheugenkaart verwijderd.
De daadwerkelijke beschikbare capaciteit van het interne
geheugen is minder groot dan de opgegeven capaciteit,
omdat het besturingssysteem en de standaardapplicaties
een deel van het geheugen in beslag nemen.
Instellingen
125
Batterij
U kunt de hoeveelheid energie bekijken die wordt gebruikt door
uw apparaat.
Applicaties
U kunt de applicaties op uw apparaat weergeven en beheren.
Account- en synchronisatie-instellingen
Hier kunt u de instellingen voor de automatische
synchronisatiefunctie wijzigen of accounts voor synchronisatie
beheren.
Locatieservices
Hier kunt u de instellingen voor locatieservices wijzigen.
Draadloze netwerken gebruiken
: instellen dat Wi-Fi en/of
mobiele netwerken worden gebruikt om uw locatie te bepalen.
GPS-satellieten gebruiken
: instellen dat de GPS-satellieten
worden gebruikt om uw locatie te bepalen.
Locatie en Google zoeken
: instellen dat het apparaat uw
actuele locatie voor de zoekfunctie en andere services van
Google gebruikt.
Beveiliging
De instellingen wijzigen voor het beveiligen van uw apparaat.
Schermvergrendeling
: uw gegevens ingeven die worden
weergegeven op het vergrendelde scherm.
Gegevens eigenaar
: uw gegevens ingeven die worden
weergegeven op het vergrendelde scherm.
Instellingen
126
Apparaat coderen
: een wachtwoord instellen om gegevens
te coderen die zijn opgeslagen op het apparaat. U moet het
wachtwoord ingeven elke keer dat u het apparaat inschakelt.
Laad de batterij op voordat u deze instelling inschakelt
omdat het meer dan een uur kan duren voordat uw
gegevens zijn gecodeerd.
SD-kaart coderen
:
SD-kaart coderen - : instellen om bestanden te coderen
wanneer deze worden opgeslagen op een geheugenkaart.
Volledige codering - : instellen dat alle bestanden op de
geheugenkaart worden gecodeerd.
Multimediabestanden uitsluiten - : instellen dat alle
bestanden op een geheugenkaart worden gecodeerd, behalve
mediabestanden.
Als u uw apparaat reset naar de fabrieksinstellingen als deze
instelling is ingeschakeld, kan het apparaat uw gecodeerde
bestanden niet lezen. Schakel deze instelling uit voordat u
het apparaat reset.
Waarschuwing SIM-kaart vervangen
: de functie Mijn telefoon
zoeken inschakelen.
Ontvangers waarschuwingsbericht
: ontvangers toevoegen
die een opsporingsbericht van uw verloren of gestolen apparaat
ontvangen.
Externe besturingselementen
: instellen dat het apparaat op
afstand kan worden bediend via internet wanneer uw apparaat
is zoekgeraakt of gestolen.
Webpagina SamsungDive
: de SamsungDive-website
weergeven om uw Samsung-account te registreren.
SIM-kaartvergrendeling instellen
:
SIM-kaart vergrendelen - : instellen dat de SIM- of USIM-kaart
wordt vergrendeld. Als u uw apparaat wilt gebruiken met de
SIM- of USIM-kaart, moet u de PIN-code ingeven.
SIM-pincode wijzigen - : de PIN-code wijzigen die bij de SIM- of
USIM-kaart is geleverd.
Instellingen
127
Wachtwoorden zichtbaar
: instellen dat wachtwoorden worden
weergegeven wanneer u deze ingeeft.
Apparaatbeheerders
: de beheerders weergeven die u
hebt goedgekeurd voor uw apparaat. U kunt toestaan dat
apparaatbeheerders een nieuw beleid op uw apparaat
toepassen.
Onbekende bronnen
: stel in dat het apparaat applicaties kan
downloaden van elke bron. Als u deze optie niet selecteert, kunt
u alleen applicaties installeren die zijn gedownload via Play
Store.
Vertrouwde aanmeldgegevens
: instellen om certificaten en
aanmeldgegevens te gebruiken om het veilige gebruik van
applicaties te garanderen.
Installeren uit apparaatopslag
: gecodeerde certificaten
installeren die zijn opgeslagen op een geheugenkaart.
Aanmeldgegevens wissen
: aanmeldgegevens wissen van het
apparaat en het wachtwoord resetten.
Taal en invoer
Hier kunt u de instellingen voor talen en tekstinvoer wijzigen.
Taal
Een weergavetaal selecteren.
Standaard
Een tekstinvoermethode selecteren.
Google spraakgestuurd typen
Hier kunt u de spraakinvoerfunctie van Google activeren om tekst
in te geven via spraak. Als u de instellingen voor spraakinvoer wilt
wijzigen, selecteert u
.
Invoertalen selecteren
: invoertalen selecteren voor
spraakherkenning van Google.
Aanstootgevende woorden blokkeren
: instellen dat het
apparaat kwetsende woorden niet herkend bij spraakinvoer.
Instellingen
128
Samsung-toetsenbord
Als u de instellingen voor het Samsung-toetsenbord wilt wijzigen,
selecteert u
.
Taal invoeren
: invoertalen voor het toetsenbord selecteren.
XT9
: de XT9-modus activeren om woorden te voorspellen op
basis van uw invoer en woordsuggesties geven.
XT9 geavanceerde instellingen
: de geavanceerde instellingen
voor de XT9-modus wijzigen en uw eigen woordenboek
instellen.
Automatisch punt
: instellen dat er een punt wordt ingevoegd
wanneer u op de spatiebalk dubbeltikt.
Geluid bij indrukken toets
: instellen dat het apparaat trilt
wanneer u op een toets tikt.
Automatisch hoofdletters
: instellen dat de eerste letter van een
zin automatisch een hoofdletter wordt.
Spraakinvoer
: de spraakinvoerfunctie inschakelen om tekst in
te geven via spraak.
Handschrift instellingen
: de instellingen wijzigen voor de
handschriftstand, zoals herkenningstijd, pendikte of penkleur.
Zelfstudie
: de zelfstudie voor het gebruik van het Samsung-
toetsenbord weergeven.
Swype
Als u de instellingen voor het Swype-toetsenbord wilt wijzigen,
selecteert u
.
Selecteer invoermethode
: een toetsenbordtype selecteren.
Hoe werkt Swype
: informatie weergeven over het gebruik van
het Swype-toetsenbord.
Persoonlijke woordenboek
: uw eigen woordenboek instellen.
De woorden in uw woordenboek worden weergegeven als
suggesties voor uw tekstinvoer.
Voorkeuren
:
Geluidsfeedback - : een hoorbare melding instellen die moet
worden weergegeven als u dubbeltikt op een woord dat geen
alternatieve suggesties heeft.
Instellingen
129
Tril bij toetsindruk - : instellen dat het apparaat trilt wanneer u
op een toets tikt.
Toon tips - : instellen dat het apparaat automatisch de
beschikbare tips voor uw handelingen weergeeft.
Automatische spaties - : instellen dat er automatisch tussen
woorden een spatie wordt ingevoegd.
Autom. hoofdletters - : instellen dat de eerste letter van een zin
automatisch een hoofdletter wordt.
Toon volledig spoor - : instellen dat de sporen van uw vinger
op het toetsenbord wordt weergegeven.
Woordsuggestie - : instellen dat het apparaat woorden
voorspelt op basis van uw invoer en woordsuggesties geeft.
Snelh. vs. accuratesse - : de ratio tussen de snelheid en de
nauwkeurigheid van Swype-suggesties instellen.
Het Swype-woordenboek resetten - : de woorden verwijderen
die u aan het woordenboek hebt toegevoegd.
Versie - : versie-informatie weergeven.
Taalopties
: invoertalen voor het toetsenbord selecteren.
Gesproken zoekopdracht
Taal
: een taal selecteren voor de spraakherkenningsfunctie van
Google.
SafeSearch
: een niveau instellen zodat ongepaste tekst en/
of afbeeldingen worden weggefilterd uit de resultaten van de
spraakherkenningsfunctie.
Aanstootgevende woorden blokkeren
: instellen dat
kwetsende woorden worden verborgen in de resultaten van de
spraakherkenningsfunctie.
Instellingen
130
Uitvoer Tekst naar spraak
Voorkeur TTS-engine
: een engine voor spraaksynthese
selecteren. Als u de instellingen voor engines voor
spraaksynthese wilt wijzigen, selecteert u
.
Spraaksnelheid
: een snelheid selecteren voor de TTS-functie.
Naar voorbeeld luisteren
: luisteren naar een voorbeeld van
gesproken tekst.
Autostand
: de autostand activeren om hoorbare meldingen te
geven voor afspraakdetails.
Instellingen rijmodus
: applicaties specificeren die kunnen
worden gebruikt in de autostand.
Snelheid aanwijzer
de snelheid van de aanwijzer aanpassen voor de muis of trackpad
die is aangesloten op uw apparaat.
Back-up maken en terugzetten
Hier kunt u de instellingen wijzigen voor het beheren van uw
instellingen en gegevens.
Back-up mijn gegevens
: instellen dat er een back-up van uw
instellingen en applicatiegegevens wordt gemaakt op de server
van Google.
Back-up van account
: uw Google-back-upaccount instellen of
bewerken.
Automatisch herstellen
: instellen dat uw instellingen en
applicatiegegeven worden herstel wanneer u een applicatie
opnieuw moet installeren.
Standaardgegevens herstellen
: de standaardwaarden van de
instellingen resetten en alle gegevens verwijderen.
Instellingen
131
Dock
Dock geluid: instellen dat het apparaat een geluid laat horen
wanneer u apparaat wordt aangesloten op of losgekoppeld van
een desktopdock.
Datum en tijd
De instellingen wijzigen waarmee wordt bepaald hoe de tijd en
datum worden weergegeven op uw apparaat.
Als de batterij volledig ontladen blijft of wordt verwijderd uit
het apparaat, worden de tijd en datum opnieuw ingesteld.
Automatisch datum en tijd
: instellen dat tijdgegevens worden
ontvangen van het netwerk en de tijd en datum automatisch
worden bijgewerkt.
Automatische tijdzone
: instellen dat de tijdzonegegevens
worden ontvangen van het netwerk wanneer u naar een andere
tijdzone reist.
Datum instellen
: de huidige datum handmatig instellen.
Tijd instellen
: de huidige tijd handmatig instellen.
Tijdzone selecteren
: een tijdzone selecteren.
24-uurs indeling gebruiken
: instellen dat de tijd in 24-uurs
indeling of 12-uurs indeling wordt weergegeven.
Datumnotatie selecteren
: een datumnotatie selecteren.
Toegankelijkheid
Toegankelijkheidsservices zijn speciale functies voor personen
met een fysieke handicap. Pas de instellingen aan om de
toegankelijkheid tot de interface en functies van het apparaat te
verbeteren.
TalkBack
: TalkBack activeren, waarmee spraakfeedback wordt
geleverd.
Tekstgrootte
: de tekengrootte wijzigen voor weergave van
items of bij het maken van items in applicaties.
Instellingen
132
Aan/uit-toets einde oproep
: instellen dat het apparaat een
oproep beëindigt wanneer u op de aan/uit-toets drukt.
Scherm automatisch draaien
: instellen dat de interface
automatisch wordt gedraaid wanneer u het apparaat draait.
Wachtwoorden uitspreken
:instellen dat het apparaat
wachtwoorden voorleest die u invoert met TalkBack.
Vertraging bij tikken en vasthouden
: de herkenningstijd
instellen voor het tikken en blijven aanraken van het scherm.
Webscripts installeren
: instellen dat applicaties webscripts
installeren om hun webinhoud toegankelijker te maken.
Beweging
Hier kunt u de instellingen wijzigen waarmee
bewegingsherkenning op uw apparaat wordt bediend.
Bewegingactivering
: instellen dat de
bewegingsherkenningsfunctie wordt gebruikt.
Kantelen om te zoomen
: instellen dat wordt in- of uitgezoomd
door een kantelende beweging te maken wanneer afbeeldingen
worden bekeken in de Galerij of bij het bladeren door
webpagina's.
Pannen om te bewerken
: instellen dat een item naar een
andere pagina wordt verplaatst wanneer u het item blijft
aanraken en het apparaat naar links of rechts schuift.
Ontwikkelaarsopties
Hier kunt u de instellingen wijzigen voor applicatieontwikkelingen.
USB-foutopsporing
: de USB-foutopsporingsmodus activeren
om uw apparaat op een computer aan te sluiten met een USB-
kabel.
Apparaat-ID ontwikkeling
: de ontwikkel-id van uw apparaat
weergeven.
Namaaklocaties toestaan
: toestaan dat neplocaties en service-
informatie voor testdoeleinden naar een Location Manager-
service worden verzonden.
Instellingen
133
Back-upwachtwoord desktop
: een wachtwoord instellen om
de gegevens te beschermen waarvan een back-up is gemaakt.
Beperkte stand
: instellen dat het apparaat het scherm laat
knipperen wanneer applicaties lange bewerkingen uitvoeren.
Locatie aanwijzer tonen
: instellen dat de coördinaten en
sporen van de aanwijzer worden weergegeven wanneer u het
scherm aanraakt.
Aanrakingen weergeven
: instellen dat de aanwijzer wordt
weergegeven wanneer u het scherm aanraakt.
Schermupdates weergeven
: instellen dat delen van het scherm
knipperen wanneer ze worden bijgewerkt.
CPU-gebruik tonen
: instellen dat alle actieve processen worden
vermeld.
GPU-weergave forceren
: instellen dat 2D-hardwareacceleratie
moet worden gebruikt om grafische prestaties te verbeteren.
Vensteranimatie schalen
: een snelheid selecteren voor het
openen en sluiten van pop-upvensters.
Animatieschaal overgang
: een snelheid selecteren voor het
schakelen tussen schermen.
Activiteiten niet bewaren
: instellen dat een actieve applicatie
wordt gesloten wanneer u een nieuwe applicatie opent.
Achtergrondprocessen beperken
: instellen dat het aantal
processen wordt beperkt dat kan worden uitgevoerd op de
achtergrond.
Alle ANR’s tonen
: instellen dat het apparaat een melding
weergeeft voor applicaties die niet reageren die op de
achtergrond worden uitgevoerd.
Toestel-info
informatie over uw apparaat weergeven, zoals het modelnummer
en de versie.
U kunt firmware-updates downloaden en installeren met de
FOTA-service (firmware over-the-air). Als u wilt controleren
op firmware-updates, selecteert u Software-update
Bijwerken.
Problemen oplossen
134
Problemen oplossen
Bij het inschakelen of tijdens het gebruik van het
apparaat wordt u om een van de volgende codes
gevraagd:
Code
Probeer het volgende om het probleem op te
lossen:
Wachtwoord
Als de apparaatvergrendeling is ingeschakeld,
moet u het wachtwoord ingeven dat u voor
het apparaat hebt ingesteld.
PIN
Wanneer u het apparaat voor de eerste keer
gebruikt of wanneer het gebruik van een
PIN-code is ingeschakeld, moet u de PIN-
code ingeven die bij de SIM- of USIM-kaart
is verstrekt. U kunt deze functie uitschakelen
met SIM-kaart vergrendelen.
PUK
De SIM- of USIM-kaart is vergrendeld. Dit
gebeurt meestal als u meerdere keren een
onjuiste PIN-code hebt ingevoerd. U moet de
PUK-code ingeven die u van uw provider hebt
gekregen.
PIN2
Wanneer u een menu wilt openen waarvoor
PIN2-code vereist is, dient u de PIN2-code
in te geven die met de SIM- of USIM-kaart is
meegeleverd. Raadpleeg uw provider voor
meer informatie.
Uw apparaat geeft netwerk- of servicefoutberichten weer
Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de
ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een
andere plek en probeer het opnieuw.
Zonder abonnement kunt u sommige opties niet gebruiken.
Neem voor meer informatie contact op met uw provider.
Problemen oplossen
135
Het aanraakscherm reageert langzaam of niet naar
behoren
Probeer het volgende als uw apparaat een aanraakscherm heeft en
dit scherm niet naar behoren reageert:
Verwijder eventuele beschermende bedekkingen van het
aanraakscherm. Voor een apparaat met aanraakscherm kunt u
beter geen beschermende bedekkingen gebruiken, omdat het
apparaat uw invoer hierdoor mogelijk niet kan herkennen.
Zorg dat uw handen schoon zijn wanneer u op het
aanraakscherm tikt.
Start het apparaat opnieuw op om eventuele tijdelijke
softwarefouten te verhelpen.
Controleer of de software van uw apparaat is bijgewerkt tot de
nieuwste versie.
Als het aanraakscherm is bekrast of beschadigd, moet u het
apparaat naar een Samsung Servicecenter brengen.
Uw apparaat is vastgelopen of er is een onherstelbare
fout opgetreden
Als het apparaat vastloopt of niet meer reageert, moet u mogelijk
programmas sluiten of het apparaat resetten om het weer volledig
te kunnen gebruiken. Als uw apparaat nog steeds niet reageert en
een applicatie is vastgelopen, sluit u de applicatie met taakbeheer.
Als het apparaat is vastgelopen en niet reageert, houdt u de aan/
uit-toets 10-15 seconden ingedrukt.
Als het probleem blijft bestaan, moet u de gegevens herstellen
naar de fabrieksinstelling. Selecteer in de lijst met applicaties
Instellingen
Back-up maken en terugzetten
Standaardgegevens herstellen
Apparaat resetten
Alles
wissen.
Gesprekken worden afgebroken
Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de
ontvangst slecht is, bestaat het risico dat de netwerkverbinding
wordt verbroken. Ga naar een andere plek en probeer het
opnieuw.
Problemen oplossen
136
Uitgaande oproepen worden niet verbonden
Controleer of u op de nummerkeuzetoets hebt gedrukt.
Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele
netwerk.
Controleer of het gekozen telefoonnummer niet is geblokkeerd.
Inkomende oproepen worden niet verbonden
Controleer of het apparaat is ingeschakeld.
Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele
netwerk.
Controleer of het telefoonnummer van de beller niet is
geblokkeerd.
Anderen horen u niet praten tijdens een telefoongesprek
Controleer of u de ingebouwde microfoon niet blokkeert.
Zorg ervoor dat u de microfoon dicht bij uw mond houdt.
Als u een headset gebruikt, controleert u of deze goed is
aangesloten.
Slechte geluidskwaliteit
Controleer of u de interne antenne van het apparaat niet
blokkeert.
Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de
ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een
andere plek en probeer het opnieuw.
U krijgt geen verbinding wanneer u via contacten belt
Controleer of het juiste nummer is opgeslagen in de lijst met
contacten.
Geef het nummer zo nodig opnieuw in en sla het op.
Controleer of het telefoonnummer van het contact niet is
geblokkeerd.
Problemen oplossen
137
Het apparaat piept en het accupictogram is leeg
De batterij is bijna leeg. Laad de batterij op als u het apparaat wilt
blijven gebruiken.
De batterij wordt niet goed opgeladen of het apparaat
wordt uitgeschakeld
Als de batterij niet meer volledig kan worden opgeladen, moet u
deze vervangen door een nieuwe batterij. Breng het apparaat naar
uw lokale Samsung Servicecenter.
Uw apparaat is heet wanneer u het aanraakt
Wanneer u applicaties gebruikt waarvoor meer stroom is vereist
of langere tijd applicaties gebruikt op uw apparaat, kan uw
toetstel heet aanvoelen. Dit is normaal en is niet van invloed op de
levensduur of prestaties van het apparaat.
Bij het starten van de cameratoepassing verschijnen
foutmeldingen
Uw apparaat moet beschikken over voldoende geheugen en
acculading om de camera-applicatie te gebruiken. Als u bij het
starten van de camera een foutmelding krijgt, probeert u het
volgende:
Laad de batterij.
Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten
naar een computer of door bestanden te verwijderen van uw
apparaat.
Start het apparaat opnieuw op. Als u na het uitvoeren van
deze tips nog steeds problemen met de camera hebt, neemt u
contact op met een Samsung Servicecenter.
Problemen oplossen
138
Bij het openen van muziekbestanden verschijnen
foutmeldingen
Sommige muziekbestanden kunnen om verschillende redenen
niet worden afgespeeld op uw apparaat. Dit kan allerlei oorzaken
hebben. Als u bij het openen van muziekbestanden op uw
apparaat foutmeldingen krijgt, probeert u het volgende:
Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten
naar een computer of door bestanden te verwijderen van uw
apparaat.
Controleer of het muziekbestand geen DRM-beveiliging (Digital
Rights Management) heeft. Als het bestand over een DRM-
beveiliging beschikt, moet u ervoor zorgen dat u over de juiste
licentie of code beschikt om het bestand te kunnen afspelen.
Controleer of het bestandstype door het apparaat wordt
ondersteund.
Er worden geen andere Bluetooth-apparaatlen
gevonden
Controleer of de Bluetooth-voorziening op uw apparaat is
ingeschakeld.
Controleer of de Bluetooth-voorziening is ingeschakeld op het
apparaat waarmee u verbinding wilt maken.
Zorg dat uw apparaat en het andere Bluetooth-apparaat zich
binnen het maximale Bluetooth-bereik bevinden (10 meter).
Als met deze tips het probleem niet kan worden opgelost, neemt u
contact op met een Samsung Servicecenter.
Er wordt geen verbinding gemaakt wanneer u het
apparaat aansluit op een computer
Zorg ervoor dat de USB-kabel die u gebruikt, compatibel is met
uw apparaat.
Controleer of de juiste stuurprogrammas zijn geïnstalleerd en
bijgewerkt op uw computer.
Als u Windows XP gebruikt, moet u controleren of Windows XP
Service Pack 3 of hoger is geïnstalleerd op uw computer.
Controleer of Samsung Kies 2.0 of Windows Media Player 10 of
hoger is geïnstalleerd op uw computer.
Veiligheidsvoorschriften
139
Veiligheidsvoorschriften
Lees de volgende informatie zorgvuldig door voordat u het apparaat gebruikt
om uzelf en anderen tegen letsel te beschermen of schade aan het apparaat te
voorkomen.
Waarschuwing: Voorkom elektrische schokken, brand of
explosies
Gebruik geen beschadigde elektriciteitssnoeren of stekkers of losse
elektrische aansluitingen
Raak het elektriciteitssnoer niet met natte handen aan en haal de
oplader niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken
Buig of beschadig het elektriciteitssnoer niet
Gebruik het apparaat niet terwijl het wordt opgeladen en raak het
apparaat niet met natte handen aan
U moet de oplader niet kortsluiten
U moet de oplader of het apparaat niet laten vallen of blootstellen
aan stoten
Laad de batterij niet op met opladers die niet zijn goedgekeurd
door de fabrikant
Maak geen gebruik van het apparaat tijdens een onweersbui
Er kan een storing optreden in uw apparaat en het risico van een elektrische
schok wordt verhoogd.
Ga voorzichtig om met het apparaat en de opladers en gooi deze
weg volgens de geldende voorschriften
Gebruik alleen door Samsung opladers die specifiek zijn ontworpen voor uw •
apparaat. Incompatibele opladers kunnen ernstig letsel of schade aan uw
apparaat veroorzaken.
Gooi apparaten nooit in het vuur. Volg alle geldende lokale voorschriften •
wanneer u gebruikte apparaten weggooit.
Veiligheidsvoorschriften
140
Plaats apparaten nooit op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons, •
ovens of radiatoren. Batterijen kunnen ontploffen wanneer ze oververhit
raken.
U moet het apparaat nooit pletten of doorboren. Stel het apparaat niet bloot •
aan de hoge externe druk, omdat dit kan leiden tot interne kortsluiting en
oververhitting.
Bescherm het apparaat en de opladers tegen beschadiging
Stel het apparaat niet bloot aan zeer lage of zeer hoge temperaturen.•
Door extreme temperaturen kan het apparaat vervormen en kunnen de •
oplaadcapaciteit en levensduur van het apparaat en de batterijen afnemen.
Gebruik nooit een beschadigde oplader.•
Let op: Volg alle veiligheidsvoorschriften en regelgeving
bij het gebruik van het apparaat in een gesloten ruimte
Gebruik het apparaat niet in de buurt van andere elektronische
apparaten
De meeste elektronische apparaten gebruiken RF-signalen (radio frequency).
Het apparaat kan storing veroorzaken op andere elektronische apparaten.
Gebruik het apparaat niet in de buurt van een pacemaker
Vermijd indien mogelijk het gebruik van het apparaat binnen 15 cm van een •
pacemaker omdat het apparaat storing kan veroorzaken op de pacemaker.
Gebruik het apparaat niet aan de zijde van het lichaam waar de pacemaker •
zich bevindt, om de kans op storing op de pacemaker te minimaliseren.
Gebruik het apparaat niet in een ziekenhuis of in de buurt van
medische apparatuur die gevoelig is voor RF-signalen (radio
frequency)
Als u medische apparatuur gebruikt, moet u contact opnemen met de
fabrikant van de apparatuur voordat u het apparaat gebruikt om te bepalen of
de radiofrequenties die worden afgegeven door het apparaat van invloed zijn
op de apparatuur.
Als u een gehoorapparaat gebruikt, neemt u contact op met de
fabrikant voor informatie over storing via radiogolven
De radiofrequenties die worden afgegeven door het apparaat kunnen storing
veroorzaken in hoorapparaten. Voordat u het apparaat gebruikt, moet u
contact opnemen met de fabrikant om te bepalen of de radiofrequenties van
invloed zijn op uw hoorapparaat.
Veiligheidsvoorschriften
141
Schakel het apparaat uit in omgevingen met explosiegevaar
Houd u aan alle voorschriften, instructies en informatie in omgevingen met •
potentieel explosiegevaar.
Gebruik het apparaat niet bij tankstations of in de buurt van brandstoffen of •
chemicaliën, en in gebieden met explosiegevaar.
Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in •
dezelfde ruimte als het apparaat of de onderdelen of accessoires van het
apparaat.
Zet uw apparaat uit wanneer u zich in een vliegtuig bevindt
Uw apparaat kan mogelijk storing veroorzaken in de elektronische navigatie-
instrumenten van het vliegtuig.
Uw apparaat veroorzaakt mogelijk storing met autoapparatuur
Elektronische apparaten in uw auto kunnen worden gestoord door de
radiofrequentie van het apparaat. Neem voor meer informatie contact op met
de fabrikant.
Houd u aan alle veiligheidsvoorschriften en regelgeving
bij het gebruik van het apparaat tijdens het besturen van
een motorvoertuig
Terwijl u rijdt, is het veilig besturen van het motorvoertuig uw eerste prioriteit.
Gebruik tijdens het rijden uw mobiele apparaat niet, als dit wettelijk is
verboden. Gebruik voor uw veiligheid en die van anderen altijd uw gezonde
verstand en onthoud de volgende tips:
Oefen u in het gebruik van het apparaat en de handige functies zoals •
snelkiezen en automatisch herhalen. Met deze functies kunt u sneller
oproepen starten of aannemen op uw mobiele apparaat.
Houd het apparaat binnen handbereik. Zorg ervoor dat u het draadloze •
apparaat kunt bedienen terwijl u uw ogen steeds op de weg gericht houdt.
Als u wordt gebeld op een moment dat het u niet goed uitkomt, laat u de
voicemail antwoorden.
Onderbreek gesprekken in druk verkeer of gevaarlijke •
weersomstandigheden. Regen, hagel, sneeuw, ijzel en druk verkeer kunnen
gevaarlijk zijn.
Maak geen notities en zoek geen telefoonnummers op. Als u een notitie •
maakt of door een agenda bladert, wordt uw aandacht afgeleid van veilig
rijden, wat toch uw primaire verantwoordelijkheid is.
Bel verstandig en schat de verkeersdrukte in. Start een gesprek wanneer •
u stilstaat of voordat u zich in het verkeer begeeft. Probeer gesprekken te
plannen tijdens perioden dat uw auto stilstaat.
Veiligheidsvoorschriften
142
Begin niet aan stressrijke of emotionele gesprekken waardoor uw aandacht •
kan verslappen. Laat de mensen waarmee u spreekt weten dat u aan het
rijden bent en onderbreek gesprekken waardoor uw aandacht mogelijk van
de weg wordt afgeleid.
Gebruik uw apparaat om hulp in te schakelen. Bel een lokaal alarmnummer •
in het geval van brand, verkeersongelukken of andere noodsituaties.
Gebruik uw apparaat om anderen in noodsituaties te helpen. Als u een •
verkeersongeval, een misdrijf of een noodsituatie waarbij levens in gevaar
zijn ziet, belt u een lokaal alarmnummer.
Bel indien nodig het nummer van een hulpdienst of een speciaal niet-•
alarmnummer voor verdere hulp. Als u een gestrand voertuig ziet dat geen
direct gevaar oplevert, een kapot verkeersteken, een klein verkeersongeval
waarbij niemand gewond lijkt of een auto waarvan u weet dat die is
gestolen, belt u een nummer van een hulpdienst of een ander, speciaal niet-
alarmnummer.
Het mobiele apparaat goed onderhouden en gebruiken
Houd het apparaat droog
Vocht en allerlei soorten vloeistoffen kunnen onderdelen van het apparaat •
of elektronische circuits beschadigen.
Schakel het apparaat niet in als dit nat is. Als het apparaat al is ingeschakeld, •
schakelt u het uit en verwijdert u de batterij onmiddellijk (als u het apparaat
niet kunt uitschakelen of de batterij niet kunt verwijderen, laat u dit zo).
Maak het apparaat vervolgens met een handdoek droog en breng het naar
een servicecenter.
Door de vloeistof verandert de kleur van het label dat de waterschade in het •
apparaat aangeeft. Waterschade aan het apparaat kan de garantie van de
fabrikant laten vervallen.
Gebruik uw apparaat of applicaties enige tijd niet als het apparaat
oververhit is
Als u uw huid langdurig blootstelt aan een oververhit apparaat, kan dit
symptomen van lichte brandwonden veroorzaken, zoals rode vlekken en
pigmentatie.
Bewaar het apparaat alleen op platte oppervlakken
Als het apparaat valt, kan het beschadigd raken.
Veiligheidsvoorschriften
143
Bewaar het apparaat niet in een te warme of te koude omgeving. U
kunt het apparaat het beste gebruiken bij een temperatuur tussen
5°C en 35°C
Het apparaat kan ontploffen als u het achterlaat in een gesloten voertuig, •
omdat de temperatuur daarin tot 80°C kan oplopen.
Stel het apparaat niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht bloot •
(bijvoorbeeld op het dashboard van een auto).
Bewaar de batterij bij een temperatuur tussen 0°C en 45°C.•
Bewaar het apparaat niet samen met metalen objecten zoals
munten, sleutels en halsbanden
Er kunnen krassen op uw apparaat komen of er kan een storing optreden.
Bewaar het apparaat niet in de buurt van magnetische velden
Het apparaat kan worden beschadigd of de batterij kan worden ontladen bij •
blootstelling aan magnetische velden.
Kaarten met magnetische strips, waaronder credit cards, telefoonkaarten, •
bankpasjes en OV-kaarten kunnen beschadigd raken door magnetische
velden.
Gebruik geen telefoonhoesjes of accessoires met magnetische sluitingen en •
stel het apparaat niet gedurende langere tijd bloot aan magnetische velden.
Bewaar het apparaat niet dichtbij of in verwarmingsapparatuur,
magnetrons, warme kooktoestellen of hogedrukcompartimenten
De batterij kan lekken.•
Het apparaat kan oververhit raken en brand veroorzaken.•
Laat het apparaat niet vallen en stel het niet bloot aan plotselinge
schokken
Het scherm van het apparaat kan beschadigd raken.•
Als het apparaat wordt verbogen of vervormd, kan het beschadigd raken of •
functioneren onderdelen wellicht niet meer goed.
Gebruik uw apparaat of applicaties enige tijd niet als het apparaat
oververhit is
Als u uw huid langdurig blootstelt aan een oververhit apparaat, kan dit
symptomen van lichte brandwonden veroorzaken, zoals rode vlekken en
pigmentatie.
Als uw apparaat beschikt over een flitser, moet u de flitser niet te
dicht in de buurt van de ogen van mensen of dieren gebruiken
Het gebruik van de flitser dichtbij de ogen kan tijdelijke verblinding of schade
aan de ogen veroorzaken.
Veiligheidsvoorschriften
144
Wees voorzichtig wanneer u wordt blootgesteld aan flikkerend licht
Wanneer u het apparaat gebruikt, moet u enkele lampen laten branden in •
de kamer en het scherm niet te dicht bij uw ogen houden.
Epileptische aanvallen of black-outs kunnen optreden wanneer u langere •
tijd wordt blootgesteld aan flikkerend licht terwijl u video’s bekijkt of Flash-
games speelt. Als u enig ongemak bespeurt, moet u onmiddellijk ophouden
het apparaat te gebruiken.
Het risico op RSI verkleinen
Wanneer u herhaaldelijk dezelfde acties uitvoert, zoals drukken op toetsen,
tekens met uw vingers schrijven op een aanraakscherm of games spelen, kunt
u af en toe enig ongemak bespeuren in uw handen, nek, schouders of andere
delen van uw lichaam. Wanneer u het apparaat langere tijd gebruikt, moet
u het apparaat losjes vasthouden, de toetsen licht indrukken en regelmatig
pauze nemen. Als u het ongemak blijft bespeuren tijdens of na dergelijk
gebruik, moet u ophouden met het gebruik en een arts raadplegen.
Zorg voor een optimale levensduur van batterij en oplader
Laat batterijen niet langer dan een week achtereen opladen, aangezien te •
veel opladen niet bevorderlijk is voor de levensduur.
Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en •
moeten voor gebruik opnieuw worden opgeladen.
Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als u de oplader •
niet gebruikt.
Gebruik opladers, accessoires en supplies die door de fabrikant zijn
goedgekeurd
Als u algemene opladers gebruikt, kan de levensduur van uw apparaat •
worden verkort of kan er een storing in uw apparaat optreden.
Samsung kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de veiligheid •
van de gebruiker wanneer de gebruikte accessoires of onderdelen niet door
Samsung zijn goedgekeurd.
U moet niet op het apparaat bijten of zuigen
Hierdoor kan het apparaat beschadigd raken of exploderen.•
Als kinderen gebruik maken van het apparaat, zorg er dan voor dat zij het op •
de juiste wijze gebruiken.
Steek het apparaat en de bijgeleverde accessoires niet in uw ogen,
oren of mond
Als u dit wel doet, kan dit leiden tot verstikking of ernstig letsel.
Veiligheidsvoorschriften
145
Als u wilt spreken via het apparaat:
Houd u het apparaat rechtop zoals u bij een normale telefoon zou doen.•
Spreek rechtstreeks in de microfoon.•
Raak de interne antenne van het apparaat niet aan. Als u dit wel doet, kan •
de oproepkwaliteit afnemen of kan het apparaat onbedoelde hoeveelheden
RF-signalen (radiofrequentie) uitzenden.
Uw gehoor beschermen wanneer u een headset gebruikt
Overmatige blootstelling aan harde geluiden kan leiden tot •
gehoorbeschadiging.
Blootstelling aan harde geluiden onder het rijden, kan de •
aandacht afleiden en een ongeval veroorzaken.
Zet het geluidsvolume altijd laag voordat u de oortelefoon •
in de geluidsbron steekt. Gebruik alleen het minimale
geluidsniveau dat nodig is om uw gesprek of muziek te
kunnen horen.
In droge omgevingen kan statische elektriciteit zich •
verzamelen in de headset. Vermijd het gebruik van headsets
in droge omgevingen of raak een metalen voorwerp aan
om statische elektriciteit te ontladen voordat u een headset
aansluit op het apparaat.
Wees voorzichtig als u het apparaat gebruikt tijdens het wandelen
of wanneer u zich verplaatst
Wees u altijd bewust van uw omgeving om letsel voor uzelf of anderen te •
vermijden.
Zorg ervoor dat de headset-kabel niet verstrikt raakt in uw armen of •
nabijgelegen voorwerpen.
Draag het apparaat niet in een achterzak of om uw middel
Als u valt, kunt u gewond raken of het apparaat beschadigen.
Haal uw apparaat nooit uit elkaar, breng er geen wijzigingen in aan
en probeer het niet te repareren
Door wijzigingen of aanpassingen van het apparaat kan de garantie van de
fabrikant vervallen. Breng het apparaat naar een Samsung Servicecenter voor
service.
Veiligheidsvoorschriften
146
Verf het apparaat niet en plak geen stickers op het apparaat
Verf en stickers kunnen ervoor zorgen dat de bewegende onderdelen
vastlopen, waardoor het apparaat niet correct kan werken. Als u allergisch bent
voor de verf of metalen onderdelen van het product, kunt u last krijgen van
jeuk, eczeem of zwelling van de huid. Als dit gebeurt, moet u het product niet
langer gebruiken en moet u uw huisarts raadplegen.
Als u het apparaat schoonmaakt, gaat u als volgt te werk:
Veeg het apparaat of de oplader met een doek of een gum schoon.•
Gebruik geen chemicaliën of schoonmaakmiddelen.•
Gebruik het apparaat niet als het scherm gebarsten of gebroken is
Gebroken glas of plastic kan leiden tot letsel aan uw handen en gezicht. Breng
het apparaat naar een Samsung Servicecenter voor reparatie.
Gebruik het apparaat voor geen ander doel dan waarvoor het
bedoeld is
Probeer andere mensen niet te storen wanneer u het apparaat in het
openbaar gebruikt
Laat het apparaat niet gebruiken door kinderen
Het apparaat is geen speelgoed. Laat kinderen niet met het apparaat spelen
omdat ze zichzelf en anderen gemakkelijk pijn kunnen doen, schade kunnen
toebrengen aan het apparaat of gesprekken kunnen voeren die tot hoge
kosten kunnen leiden.
Installeer mobiele apparatuur zorgvuldig
Zorg ervoor dat mobiele apparaten of daaraan verwante apparatuur naar •
behoren zijn bevestigd in uw voertuig.
Vermijd het plaatsen van apparatuur en accessoires op een plek waar de •
airbag zich kan ontvouwen. Verkeerd geïnstalleerde draadloze apparaten
kunnen ernstig letsel veroorzaken als airbags zich snel ontvouwen.
Laat reparaties aan het apparaat alleen uitvoeren door
gekwalificeerd personeel
Als u het apparaat laat repareren door niet-gekwalificeerd personeel kan het
apparaat beschadigd raken en is de garantie van de fabrikant niet meer geldig.
Veiligheidsvoorschriften
147
Wees voorzichtig met SIM-kaarten of geheugenkaarten
Verwijder een kaart niet als het apparaat bezig is met de overdracht of het •
ophalen van gegevens. Dit kan leiden tot gegevensverlies en/of schade aan
de kaart of het apparaat.
Bescherm kaarten tegen sterke schokken, statische elektriciteit en •
elektrische storing van andere apparaten.
Raak geen goudkleurige contactpunten of polen aan met uw vingers of met •
metalen voorwerpen. Veeg, indien nodig, geheugenkaarten schoon met een
zachte doek.
Zorg dat contact met nooddiensten mogelijk blijft
In sommige gebieden of omstandigheden kan het voorkomen dat bellen
met het apparaat niet mogelijk is, dus ook niet in noodgevallen. Voordat
u naar afgelegen of minder ontwikkelde gebieden afreist, moet u daarom
een alternatieve manier plannen om contact op te kunnen nemen met
nooddiensten.
Uw persoonlijke en belangrijke gegevens beveiligen
Wanneer u het apparaat gebruikt, moet u een back-up van belangrijke •
gegevens maken. Samsung is niet verantwoordelijk voor gegevensverlies.
Wanneer u het apparaat weggooit, moet u een back-up van alle gegevens •
maken en het apparaat vervolgens resetten om misbruik van uw
persoonlijke gegevens te voorkomen.
Lees het machtigingsscherm zorgvuldig wanneer u applicaties downloadt. •
Wees vooral voorzichtig met applicaties die toegang hebben tot veel
functies of tot een aanzienlijk deel van uw persoonlijke gegevens.
Controleer uw accounts regelmatig op ongeautoriseerd of verdacht gebruik. •
Als u enig teken van misbruik van uw persoonlijke gegevens constateert,
neemt u contact op met uw serviceprovider om uw accountgegevens te
verwijderen of te wijzigen.
In het geval dat u uw apparaat kwijtraakt of dit wordt gestolen, wijzigt •
u de wachtwoorden voor uw accounts om uw persoonlijke gegevens te
beschermen.
Gebruik geen applicaties die afkomstig zijn van onbekende bronnen en •
vergrendel uw apparaat met een patroon, wachtwoord of PIN-code.
Verspreid auteursrechtelijk beschermd materiaal niet
Verspreid materiaal met copyrightbescherming niet zonder de toestemming
van de inhoudseigenaren. Als u dit wel doet, kan dit in strijd zijn met de
auteursrechtwetgeving. De fabrikant is niet aansprakelijk voor juridische
problemen die worden veroorzaakt door illegaal gebruik van auteursrechtelijk
beschermd materiaal door de gebruiker.
Veiligheidsvoorschriften
148
Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
(Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt
ingezameld)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het
informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn
elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet
met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan
het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het
milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering
te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en
op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van
materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit
product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen
waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de
algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn
elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering
worden gemengd.
Correcte behandeling van een gebruikte batterij uit dit
product
(Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt
ingezameld)
Het symbool op de batterij, gebruiksaanwijzing of verpakking
geeft aan dat de batterij in dit product niet mag worden
weggegooid met ander huishoudelijk afval. De chemische
symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of
loodgehalte in de batterij hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn
2006/66/EC.
De batterij in dit product kan niet door de gebruiker worden vervangen. Neem
contact op met uw serviceprovider voor informatie over het vervangen van de
batterij. Probeer de batterij niet te verwijderen en gooi deze niet in het vuur.
Demonteer, plet of doorboor de batterij niet. Als u het product wilt weggooien,
neemt het afvalinzamelingspunt de benodigde maatregelen voor het recyclen
en verwerken van het product, inclusief de batterij.
Veiligheidsvoorschriften
149
Vrijwaring
Bepaald materiaal en bepaalde services die via dit apparaat beschikbaar zijn,
zijn het eigendom van derden en worden beschermd door het auteursrecht,
patenten, handelsmerken en/of andere wetgeving met betrekking tot
intellectueel-eigendomsrecht. Dergelijk materiaal en dergelijke services
worden alleen voor persoonlijke, nietcommerciële doeleinden beschikbaar
gesteld. Het is verboden om materiaal of services te gebruiken op een manier
die niet door de eigenaar van het materiaal of de leverancier van de service is
toegestaan. Zonder het voorafgaande te beperken, is het verboden om enig
materiaal of enige services die via dit apparaat worden weergegeven, via welk
medium en op welke manier dan ook aan te passen, te kopiëren, opnieuw te
publiceren, te uploaden, op het web te plaatsen, te verzenden, te verkopen,
daarvan afgeleide werken te maken, het te exploiteren of te distribueren,
tenzij uitdrukkelijk toegestaan door de desbetreffende materiaaleigenaar of
serviceleverancier.
“MATERIAAL EN SERVICES VAN DERDEN WORDEN GELEVERD IN DE STAAT
WAARIN DEZE VERKEREN. SAMSUNG GEEFT MET BETREKKING TOT HET
MATERIAAL EN DE SERVICES DIE WORDEN GELEVERD GEEN ENKELE
GARANTIE WAT BETREFT GESCHIKTHEID VOOR ENIG DOEL, UITDRUKKELIJK
NOCH GEÏMPLICEERD. SAMSUNG ONTKENT UITDRUKKELIJK ELKE
GEÏMPLICEERDE GARANTIE, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT GARANTIES
VAN VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
SAMSUNG GEEFT GEEN ENKELE GARANTIE MET BETREKKING TOT DE
NAUWKEURIGHEID, GELDIGHEID, ACTUALITEIT, LEGALITEIT OF VOLLEDIGHEID
VAN ENIG MATERIAAL OF ENIGE SERVICE DIE VIA DIT APPARAAT BESCHIKBAAR
WORDT GESTELD EN SAMSUNG KAN ONDER GEEN ENKELE OMSTANDIGHEID,
INCLUSIEF NALATIGHEID, AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR ENIGE
DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE OF SPECIALE SCHADE OF GEVOLGSCHADE,
ADVOCATENHONORARIA, ONKOSTEN OF ENIGE ANDERE SCHADE DIE
VOORTVLOEIT UIT, OF IN VERBAND STAAT MET, ENIGE INFORMATIE HIERIN, OF
ALS GEVOLG VAN HET GEBRUIK VAN ENIG MATERIAAL OF ENIGE SERVICE DOOR
U OF EEN DERDE, ZELFS NIET WANNEER WIJ VAN DE KANS OP DERGELIJKE
SCHADE OP DE HOOGTE ZOUDEN ZIJN GESTELD.
Veiligheidsvoorschriften
150
Services van derden kunnen op elk gewenst moment door Samsung worden
beëindigd en Samsung geeft geen enkele garantie dat enig materiaal of enige
service gedurende een bepaalde periode beschikbaar zal zijn. Materiaal en
services worden door derden verzonden via netwerken en verzendfaciliteiten
waarover Samsung geen controle heeft. Zonder de algemeenheid van
deze verklaring van vrijwaring te beperken, wijst Samsung uitdrukkelijk alle
verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid van de hand met betrekking tot
enige onderbreking of staking van enig materiaal of enige service die via
dit apparaat beschikbaar wordt gesteld. Samsung is verantwoordelijk noch
aansprakelijk voor klantenservice met betrekking tot het materiaal en de
services. Alle vragen en serviceverzoeken met betrekking tot het materiaal of
de services dienen rechtstreeks aan de leveranciers van het materiaal of de
services te worden gericht.
Index
151
Index
aanraakscherm
gebruiken 21
vergrendelen/
ontgrendelen 24
aanraaktoon 32
agenda
afspraken bekijken 95
afspraken maken 94
alarm 113
AllShare (DLNA) 103
apparaatblokkering 34
applicaties
downloaden 30
meerdere taken
verwerken 31
openen 29
ordenen 30
sluiten 31
verwijderen 31
automatisch weigeren 58
batterij
opladen 16
berichten
e-mail verzenden 68
e-mail weergeven 69
logbestanden
weergeven 60
MMS verzenden 65
MMS weergeven 65
SMS verzenden 64
SMS weergeven 65
verzenden met Google
Mail 66
voicemail beluisteren 65
weergeven in Google
Mail 66
bestandsbeheer 115
Bluetooth 107
calculator 114
camera
camcorderinstellingen
wijzigen 79
camera-instellingen
wijzigen 76
fotos maken 73
videos opnemen 77
connectiviteit
AllShare (DLNA) 103
Bluetooth 107
GPS-verbindingen 109
mobiel netwerk delen 105
USB-verbindingen 98
VPN-verbindingen 110
Wi-Fi 100
contacten
groepen maken 92
importeren/exporteren 93
instellen 91
kopiëren/verplaatsen 93
snelkeuze instellen 92
zoeken 91
eBook 115
energiebesparing 18, 124
FDN-modus 59
foto-editor 85
Index
152
MP3-speler 87
notities
instellen 96
weergeven 96
oproepen
blokkeren 60
doorschakelen 59
gesprekken met meerdere
personen voeren
(vergadergesprekken) 57
internationaal bellen 55
logbestanden
weergeven 60
opties tijdens een oproep
gebruiken 56, 57
snelkiezen 92
tot stand brengen 54
weigeren 55
wisselgesprek 60
pictogrammen 26
Play Store 49
Polaris Office 116
Samsung Apps 51
scherm
taal 32
schetsnotitie 97
SIM/USIM-kaart
plaatsen 15
vergrendelen 36
Social Hub 72
startscherm
items verplaatsen 28
items verwijderen 28
meldingenpaneel
gebruiken 27
foto’s
bewerken 85
maken 73
weergeven 84
galerij 83
geheugenkaart
formatteren 20
plaatsen 19
verwijderen 20
geluid
aanraaktoon 32
apparaatvolume 32
beltoon 32
instellingen 122
gesprekken met meerdere
personen voeren
(vergadergesprekken) 57
Google+ 72
Google Latitude 46
Google Mail 66
Google Maps 46
Google Messenger 71
Google Talk 70
instellingen 120
Internet 42
maps
locaties delen 46
navigatie gebruiken 48
routebeschrijvingen
opvragen 47
zoeken naar locaties 47
zoeken naar plaatsen in de
buurt 49
mijn telefoon zoeken 36
Index
153
webbrowser 42
weergave
achtergrond 33
helderheid 33
instellingen 123
lettertype 33
wereldklok 119
Wi-Fi 100
YouTube 52
panelen toevoegen 28
panelen verwijderen 28
widgets gebruiken 29
stille stand 32
taakbeheer 31, 118
tekstinvoer
kopiëren en plakken 41
met Google-
spraakinvoer 37
met het Swype-
toetsenbord 39
met Samsung-
toetsenbord 38
tethering
via Bluetooth 106
via USB 106
via Wi-Fi 105
toegangscodes 134
toetsfuncties 14
uitpakken 11
USB-verbindingen
als draadloze modem 106
as camera device 99
as media device 99
met Samsung Kies 98
met Windows Media
Player 98
videos
afspelen 81, 85
opnemen 77
uploaden naar YouTube 53
videospeler 81
vliegtuigstand 21
VPN-verbindingen 110
* Sommige beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing kunnen
afwijken van uw apparaat. Dit is afhankelijk van het land waar
u het apparaat hebt gekocht, de geïnstalleerde software of uw
serviceprovider.
* Drukfouten voorbehouden.
www.samsung.com Dutch. 08/2012. Rev. 1.0
Samsung Kies (PC Sync) installeren
Download de laatste versie van Samsung Kies op de 1.
Samsung-website (www.samsung.com/kies) en
installeer deze op uw computer.
Sluit uw apparaat met een USB-kabel aan uw op 2.
computer.
Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie.

Documenttranscriptie

GT-P6200 Gebruiksaanwijzing Over deze gebruiksaanwijzing Dank u dat u dit mobiele apparaat van Samsung hebt gekozen. Dit apparaat biedt hoogwaardige mobiele communicatie en amusement op basis van de uitzonderlijke technologie en hoge normen van Samsung. Deze handleiding is speciaal ontworpen om u de helpen bij het gebruik van de functies van uw apparaat. Lees dit eerst Voordat u uw apparaat gebruikt, moet u de volledige gebruiksaanwijzing en alle veiligheidsinstructies lezen zodat u verzekerd bent van veilig en correct gebruik. ●● De beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing zijn gebaseerd op de standaardinstellingen van het apparaat. ●● Afbeeldingen en schermafbeeldingen die in deze gebruiksaanwijzing worden gebruikt, kunnen er anders uitzien dan het daadwerkelijke product. ●● De inhoud van deze gebruiksaanwijzing kan van product tot product verschillen of anders zijn dan de software die door serviceproviders wordt geleverd en is onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving. Ga naar de Samsung-website (www.samsung.com) voor de nieuwste versie van de gebruiksaanwijzing. ●● Welke functies en extra diensten beschikbaar zijn, is afhankelijk van het apparaat, de software en uw provider. ●● De opmaak en presentatie van deze gebruiksaanwijzing is gebaseerd op het Android-besturingssysteem en kan verschillen afhankelijk van het besturingssysteem van de gebruiker. ●● Over deze gebruiksaanwijzing 2 Applicaties op dit apparaat functioneren wellicht anders dan vergelijkbare computerapplicaties en hoeven niet over alle functies te beschikken die beschikbaar zijn voor de computerversie. ●● Applicaties en de bijbehorende functies kunnen per regio of hardwarespecificatie verschillen. Samsung is niet aansprakelijk voor prestatieproblemen die worden veroorzaakt door applicaties van derden. ●● Samsung is niet aansprakelijk voor prestatie- of compatibiliteitsproblemen die worden veroorzaakt door het bewerken van de instellingen in het register of door het gebruik van aangepaste besturingssysteemsoftware. Wanneer u probeert het besturingssysteem aan te passen, kan dit ertoe leiden dat uw apparaat en applicaties niet meer correct werken. ●● U kunt de software voor uw apparaat upgraden door naar de website van Samsung te gaan (www.samsung.com). ●● Software, audio, achtergronden en afbeeldingen in dit apparaat zijn onder licentie verstrekt met beperkte gebruiksrechten tussen Samsung en de betreffende eigenaren. Het overnemen en gebruiken van deze materialen voor commerciële of andere doeleinden maakt inbreuk op de copyrightwetgeving. Samsung is niet verantwoordelijk voor inbreuk op het copyright door gebruikers. ●● Bewaar de gebruiksaanwijzing, zodat u deze later kunt raadplegen. ●● Symbolen in deze gebruiksaanwijzing Bekijk voordat u begint de symbolen die in deze gebruiksaanwijzing worden gebruikt: Waarschuwing—situaties die letsel kunnen veroorzaken bij u of anderen Let op—situaties die schade aan het apparaat of andere apparatuur kunnen veroorzaken Opmerking—opmerkingen, gebruikstips of aanvullende informatie Over deze gebruiksaanwijzing 3 ► Raadpleeg—pagina’s met verwante informatie, bijvoorbeeld: ► p. 12 (staat voor ‘raadpleeg pagina 12’) → Gevolgd door—de volgorde van de opties of menu’s die u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld: Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Toestel-info (staat voor Instellingen gevolgd door Toestel-info) Copyright Copyright © 2012 Samsung Electronics Deze gebruiksaanwijzing is beschermd onder internationale auteursrechtwetten. Geen enkel deel van deze snelstartgids mag worden gereproduceerd, gedistribueerd, vertaald of verzonden in welke vorm dan ook of op welke elektronische of mechanische wijze dan ook, inclusief door deze te fotokopiëren, op te nemen of op te slaan in een systeem voor het opslaan en ophalen van informatie, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Samsung Electronics. Handelsmerken ●● SAMSUNG en het SAMSUNG-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Samsung Electronics. ●● Het Android-logo, Google™, Google Maps™, Google Mail™, YouTube™, Google Play™ Store, Google Latitude™ en Google Talk™ zijn handelsmerken van Google, Inc. ●● Bluetooth® is wereldwijd een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc. Over deze gebruiksaanwijzing 4 ●● Windows Media Player® is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft Corporation. ●● Wi-Fi®, Wi-Fi Protected Setup™, Wi-Fi Direct™, Wi-Fi CERTIFIED™ en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance. DivX®, DivX Certified® en de bijbehorende logo’s zijn handelsmerken van Rovi Corporation of zijn dochterondernemingen en worden onder licentie gebruikt. ●● Alle overige handelsmerken en auteursrechten zijn het eigendom van de betreffende eigenaren. ●● Over deze gebruiksaanwijzing 5 OVER DIVX VIDEO DivX® is een digitale video-indeling gemaakt door DivX, LLC, een dochteronderneming van Rovi Corporation. Dit is een officieel DivX Certified®-apparaat waarmee DivX-video kan worden afgespeeld. Ga naar www.divx.com voor meer informatie en voor softwarehulpmiddelen waarmee u uw bestanden naar DivXvideo’s kunt converteren. OVER DIVX VIDEO-ON-DEMAND Dit DivX Certified®-apparaat moet worden geregistreerd om DivX Video-on-Demand-films (VOD) te kunnen afspelen. Voor het verkrijgen van de registratiecode gaat u in het instellingenmenu van het apparaat naar het gedeelte over DivX VOD. Ga naar vod.divx.com voor meer informatie over het voltooien van uw registratie. Een apparaat dat DivX Certified® is voor het afspelen van DivX®video tot HD 720p, inclusief betaalde inhoud. Over deze gebruiksaanwijzing 6 Inhoud Het apparaat in elkaar zetten............................ 11 Uitpakken . ........................................................................................... 11 Indeling ................................................................................................. 12 Toetsen .................................................................................................. 14 De SIM-kaart of USIM-kaart plaatsen . ..................................... 15 De batterij opladen . ........................................................................ 16 Een geheugenkaart plaatsen (optioneel) .............................. 19 Aan de slag.......................................................... 21 Het apparaat in- of uitschakelen . .............................................. 21 Het aanraakscherm gebruiken ................................................... 21 Het aanraakscherm en de toetsen vergrendelen of ontgrendelen ..................................................................................... 24 Het startscherm . ............................................................................... 24 Applicaties openen . ........................................................................ 29 Meerdere applicaties starten . ..................................................... 31 De instellingen van het apparaat aanpassen ....................... 32 Tekst ingeven ..................................................................................... 37 Web- en GPS-services......................................... 42 Internet ................................................................................................. 42 Latitude ................................................................................................. 46 Maps ....................................................................................................... 46 Music Hub ............................................................................................ 48 Navigatie .............................................................................................. 48 Lokaal . ................................................................................................... 49 Play Store . ............................................................................................ 49 Pulse ....................................................................................................... 50 Inhoud 7 Readers Hub ....................................................................................... 51 Samsung Apps . ................................................................................. 51 YouTube ................................................................................................ 52 Communiceren................................................... 54 Bellen ..................................................................................................... 54 Berichten .............................................................................................. 64 Google Mail ......................................................................................... 66 E-mail ..................................................................................................... 68 Talk .......................................................................................................... 70 Messenger ........................................................................................... 71 Google+ ................................................................................................ 72 Social Hub ............................................................................................ 72 Entertainment..................................................... 73 Camera .................................................................................................. 73 Videospeler ......................................................................................... 81 Galerij ..................................................................................................... 83 Foto-editor . ......................................................................................... 85 MP3-speler . ......................................................................................... 87 Persoonlijke gegevens....................................... 91 Contacten ............................................................................................ 91 S Planner . ............................................................................................. 94 Notitie .................................................................................................... 96 Pennotitie . ........................................................................................... 97 Connectiviteit..................................................... 98 USB-verbindingen ............................................................................ 98 Wi-Fi ...................................................................................................... 100 Wi-Fi Direct ........................................................................................ 102 Inhoud 8 AllShare ............................................................................................... 103 Mobiel netwerk delen .................................................................. 105 Bluetooth ........................................................................................... 107 GPS . ...................................................................................................... 109 VPN-verbindingen ......................................................................... 110 Hulpmiddelen................................................... 113 Alarm . .................................................................................................. 113 Calculator ........................................................................................... 114 Downloads ........................................................................................ 114 eBook ................................................................................................... 115 Mijn bestanden ............................................................................... 115 Polaris Office ..................................................................................... 116 Zoeken ................................................................................................ 118 SIM-toolkit ......................................................................................... 118 Taakbeheer ........................................................................................ 118 Wereldklok . ....................................................................................... 119 Instellingen....................................................... 120 De instellingsopties openen . .................................................... 120 Wi-Fi ...................................................................................................... 120 Bluetooth ........................................................................................... 120 Gegevensgebruik ........................................................................... 120 Meer... . ................................................................................................. 121 Geluid .................................................................................................. 122 Display ................................................................................................. 123 Energiebesparing ........................................................................... 124 Opslag ................................................................................................. 124 Batterij ................................................................................................. 125 Applicaties ......................................................................................... 125 Inhoud 9 Account- en synchronisatie-instellingen ............................. 125 Locatieservices . ............................................................................... 125 Beveiliging ......................................................................................... 125 Taal en invoer ................................................................................... 127 Back-up maken en terugzetten ................................................ 130 Dock ..................................................................................................... 131 Datum en tijd ................................................................................... 131 Toegankelijkheid . ........................................................................... 131 Beweging ........................................................................................... 132 Ontwikkelaarsopties ..................................................................... 132 Toestel-info ........................................................................................ 133 Problemen oplossen........................................ 134 Veiligheidsvoorschriften................................. 139 Index.................................................................. 151 Inhoud 10 Het apparaat in elkaar zetten Uitpakken Controleer of de doos de volgende onderdelen bevat: ●● Mobiel apparaat ●● Snelstartgids Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde software. Gekraakte of illegale software kan schade of storingen veroorzaken die niet worden gedekt door de garantie van de fabrikant. De bijgeleverde onderdelen bij uw apparaat en de beschikbare accessoires kunnen verschillen, afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Bij de plaatselijke Samsung-dealer zijn extra accessoires verkrijgbaar. ●● De meegeleverde items zijn uitsluitend voor uw apparaat ontworpen en zijn mogelijk niet compatibel met andere apparaten. ●● Andere accessoires zijn mogelijk niet compatibel met uw apparaat. ●● Het apparaat in elkaar zetten 11 Indeling ››Voorzijde 5 6 Nummer Functie 1 Luistergedeelte 2 Nabijheids-/lichtsensor 3 Luidspreker 4 Microfoon Het apparaat in elkaar zetten 12 Nummer Functie 5 Microfoon1 6 Cameralens voorzijde 7 Aan/uit/reset/vergrendeltoets 8 Volumetoets 9 Multifunctionele aansluiting ››Achterkant 1. Alleen ingeschakeld wanneer u de luidsprekerfunctie gebruikt of video’s opneemt. Het apparaat in elkaar zetten 13 Nummer Functie 10   GPS-antenne2 11   Cameralens achterzijde 12   Flitser 13   Headsetaansluiting3 14   Hoofdantenne 15   Sleuf voor SIM-kaart 16   Sleuf voor geheugenkaart Toetsen Toets Functie Het apparaat inschakelen (ingedrukt houden); de apparaatopties Aan/uit/ weergeven (ingedrukt houden); het 4 reset / apparaat resetten (10-15 seconden vergrendelen ingedrukt houden); het aanraakscherm uitschakelen en vergrendelen of het inschakelen. Volume Het volume van het apparaat regelen. 2. Raak het gedeelte rond de antenne niet aan en bedek dit niet met uw handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik van de GPSfuncties. 3. Als u een headset incorrect aansluit op het apparaat, kan de headsetaansluiting of de headset worden beschadigd. 4. Als er fatale fouten optreden, de verbinding wordt verbroken of uw apparaat vastloopt, moet u het apparaat mogelijk resetten voordat u het weer kunt gebruiken. Het apparaat in elkaar zetten 14 De SIM-kaart of USIM-kaart plaatsen Wanneer u bij een provider een abonnement afsluit, ontvangt u een SIM-kaart (Subscriber Identity Module). Hierop zijn uw abonnementsgegevens opgeslagen, zoals de PIN-code en optionele diensten. Voor het gebruik van UMTS- of HSDPA-services kunt u een USIM-kaart (Universal Subscriber Identity Module) kopen. 1 Open het klepje van de SIM-kaartsleuf. 2 Plaats de SIM- of USIM-kaart met de goudkleurige contactpunten naar beneden gericht. Plaats geen geheugenkaart in de SIM-kaartsleuf. Als de geheugenkaart klem komt te zitten in de SIM-kaartsleuf, moet u uw apparaat naar een Samsung Servicecenter brengen om de geheugenkaart te laten verwijderen. ●● De SIM-kaartsleuf van uw apparaat is alleen geschikt voor standaard SIM-kaarten. Als u een microSIM-kaart of een microSIM-kaart plaatst met een niet-goedgekeurde houder, kan de SIM-kaartsleuf van uw apparaat beschadigd raken. ●● 3 Sluit het klepje voor de SIM-kaart. Het apparaat in elkaar zetten 15 De batterij opladen Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of wanneer de batterij lange tijd niet is gebruikt, moet u de batterij opladen. Laad de batterij alleen op met een oplader. U kunt de batterij niet opladen met een USB-kabel. U kunt de batterij niet vervangen in het apparaat. Als u problemen hebt met het apparaat of de batterij moet vervangen, moet u het apparaat naar een Samsung Servicecenter brengen. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde opladers en kabels. Bij gebruik van niet-goedgekeurde opladers of kabels bestaat het risico dat batterijen ontploffen of dat het apparaat schade oploopt. Als de batterij bijna leeg is, laat het apparaat een waarschuwingstoon horen en wordt er een bericht weergegeven. Laad de batterij op als u het apparaat weer wilt gebruiken. ●● Als de batterij volledig leeg is, kunt u het apparaat niet inschakelen zelfs wanneer het wordt opgeladen. Laat een batterij die volledig leeg is enige minuten opladen voordat u probeert het apparaat in te schakelen. ●● De vorm van de USB-adapter kan verschillen afhankelijk van uw regio. ●● Het apparaat in elkaar zetten 16 1 Sluit het ene uiteinde van de USB-kabel op de USB- stroomadapter aan en het andere op de multifunctionele aansluiting. Als u de USB-kabel onjuist aansluit, kan dit grote schade aan het apparaat of de USB-stroomadapter veroorzaken. Schade veroorzaakt door verkeerd gebruik valt niet onder de garantie. 2 Sluit de USB-stroomadapter op een stopcontact aan. Als de stroomvoorziening instabiel is wanneer het apparaat wordt opgeladen, functioneert het aanraakscherm mogelijk niet. Als dit gebeurt, koppelt u de USB-kabel van het apparaat los. ●● Het apparaat kan heet worden tijdens het oplossen. Dit is normaal en heeft geen nadelige invloed op de levensduur of prestaties van het apparaat. ●● Als uw apparaat niet goed oplaadt, kunt u met het apparaat en de oplader naar een Samsung Servicecenter gaan. ●● Het apparaat in elkaar zetten 17 3 Wanneer de batterij volledig is opgeladen, koppelt u de USB-kabel eerst los van het apparaat en haalt u de USBstroomadapter vervolgens uit het stopcontact. Om energie te besparen, koppelt u de USB-stroomadapter los wanneer deze niet wordt gebruikt. De USBstroomadapter heeft geen aan/uit-schakelaar, dus u moet de USB-stroomadapter uit het stopcontact halen wanneer de adapter niet wordt gebruikt om energieverspilling te voorkomen. Het apparaat moet in de buurt blijven van het stopcontact tijdens het opladen. ››Batterijverbruik verminderen Uw apparaat beschikt over opties waarmee u batterijverbruik kunt verminderen. Door deze opties aan te passen en functies op de achtergrond uit te schakelen, kunt u het apparaat langer gebruiken voordat u het opnieuw moet opladen: ●● Wanneer u het apparaat niet gebruikt, kunt u overschakelen naar de slaapstand door op de aan/uit-toets te drukken. ●● Sluit onnodige applicaties met taakbeheer. ●● Schakel de Bluetooth-functie uit. ●● Schakel de Wi-Fi-functie uit. ●● Schakel automatisch synchroniseren van applicaties uit. ●● Verminder de tijd voor achtergrondverlichting. ●● Verminder de helderheid van het scherm. Het apparaat in elkaar zetten 18 Een geheugenkaart plaatsen (optioneel) U kunt in uw apparaat geheugenkaarten gebruiken met een capaciteit van maximaal 32 GB. Afhankelijk van de fabrikant en het type van de geheugenkaaart, zijn sommige geheugenkaarten mogelijk niet compatibel met uw apparaat. Samsung hanteert erkende industriestandaarden voor geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk niet volledig compatibel met uw apparaat. Als u een nietcompatibele geheugenkaart gebruikt kan uw apparaat of de geheugenkaart beschadigd raken. Ook kunnen gegevens die zijn opgeslagen op de geheugenkaart beschadigd worden. Uw apparaat ondersteunt alleen de FAT-bestandsstructuur voor geheugenkaarten. Als u een geheugenkaart plaatst die met een andere bestandsstructuur is geformatteerd, wordt u gevraagd of u de kaart opnieuw wilt formatteren. ●● Veel schrijven en verwijderen van gegevens verkort de levensduur van geheugenkaarten. ●● Wanneer u een geheugenkaart in uw apparaat plaatst, wordt de bestandenlijst van de geheugenkaart weergegeven in de map extStorages/SdCard. ●● 1 Open het klepje van de geheugenkaartsleuf. 2 Plaats een geheugenkaart met de goudkleurige contactpunten naar beneden gericht. 3 Duw de geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf totdat de kaart vastklikt. 4 Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf. Het apparaat in elkaar zetten 19 ››Een geheugenkaart verwijderen Controleer of het apparaat de geheugenkaart niet gebruikt. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Opslag → SD-kaart afmelden → OK. 2 Open het klepje van de geheugenkaartsleuf. 3 Duw voorzichtig op de geheugenkaart totdat deze loskomt van het apparaat. 4 Verwijder de geheugenkaart. 5 Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf. Verwijder een geheugenkaart niet wanneer via het apparaat gegevens worden overgedragen of geopend. Dit kan leiden tot verlies van gegevens en/of beschadiging van de kaart of het apparaat. ››Een geheugenkaart formatteren Als u de geheugenkaart op een computer formatteert, kan de kaart incompatibel worden met uw apparaat. Formatteer de geheugenkaart alleen in het apparaat. Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Opslag → SDkaart formatteren → SD-kaart formatteren → Alles wissen. Vergeet niet een back-up van alle belangrijke gegevens te maken voordat u de geheugenkaart formatteert. De fabrieksgarantie dekt geen schade door verlies van gegevens vanwege iets wat de gebruiker doet. Het apparaat in elkaar zetten 20 Aan de slag Het apparaat in- of uitschakelen Houd de aan/uit-toets ingedrukt om het apparaat in te schakelen. Als u het apparaat voor het eerst inschakelt, volgt u de instructies op het scherm om het apparaat in te stellen. U moet u aanmelden bij Google of u moet een Googleaccount maken om applicaties te gebruiken die contact maken met de Google-server. Houd de aan/uit-toets ingedrukt en selecteer Uitschakelen → OK om het apparaat in te schakelen. Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen van geautoriseerd personeel op plaatsen waar het gebruik van draadloze apparatuur onderhevig is aan beperkingen, bijvoorbeeld in vliegtuigen en ziekenhuizen. ●● Als u alleen de diensten wilt gebruiken waarvoor geen netwerk vereist is, activeert u de vliegtuigstand. ► p. 121 ●● Het aanraakscherm gebruiken Met het aanraakscherm van het apparaat kunt u eenvoudig items selecteren en functies uitvoeren. Hier krijgt u informatie over het aanraakscherm. Druk niet te hard op het aanraakscherm met uw vingertoppen en gebruik geen scherpe voorwerpen op het aanraakscherm. Als u dit wel doet, kan het aanraakscherm worden beschadigd of kan er een storing optreden. ●● Zorg dat het aanraakscherm niet in aanraking komt met andere elektrische apparaten. Door elektrostatische ontladingen kan het aanraakscherm worden beschadigd. ●● Zorg dat het aanraakscherm niet met vloeistoffen in aanraking komt. Het aanraakscherm kan in vochtige omstandigheden of door vloeistoffen beschadigd raken. ●● Aan de slag 21 Om het aanraakscherm optimaal te kunnen gebruiken, moet u de beschermende folie verwijderen voordat u het apparaat gebruikt. ●● Het aanraakscherm heeft een laag die kleine elektrische ladingen die door het menselijk lichaam worden veroorzaakt, detecteert. Voor de beste prestaties tikt u met uw vingertop op het aanraakscherm. Het aanraakscherm reageert niet als het door scherpe hulpmiddelen zoals een stylus of een pen wordt aangeraakt. ●● U gebruikt de volgende technieken om het aanraakscherm te bedienen: Tik op Eenmaal met uw vinger aanraken om een menu, optie of applicatie te selecteren of starten. Aangeraakt houden Tik op een item en blijf dit langer dan 2 seconden aanraken. Slepen Tik op een item en sleep het naar een nieuwe locatie. Aan de slag 22 Dubbeltikken Tik snel twee keer op een item. Vegen Veeg snel omhoog, omlaag, naar links of rechts om door lijsten of schermen te bladeren. Samenknijpen Plaats twee vingers ver uit elkaar en breng ze naar elkaar toe. Het apparaat schakelt automatisch het aanraakscherm uit wanneer u dit een bepaalde tijd niet gebruikt. Druk op de aan/uit-toets om het aanraakscherm in te schakelen. ●● U kunt de periode instellen dat het apparaat wacht voordat het scherm wordt uitgeschakeld. Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Display → Time-out scherm. ●● Aan de slag 23 Het aanraakscherm en de toetsen vergrendelen of ontgrendelen Wanneer u het apparaat gedurende een ingestelde tijdsduur niet gebruikt, wordt het aanraakscherm automatisch uitgeschakeld en worden het aanraakscherm en de toetsen automatisch vergrendeld om onbedoelde invoer te voorkomen. Druk op de aan/uit-toets om het aanraakscherm en de toetsen handmatig te vergrendelen. Om ze te ontgrendelen, schakelt u het scherm in door op de aan/ uit-toets te drukken, ergens op het scherm te tikken en tot buiten de grote cirkel te slepen. U kunt de schermvergrendelingsfunctie activeren om te voorkomen dat anderen de persoonlijke gegevens en informatie op uw apparaat kunnen gebruiken. ► p. 34 Het startscherm In het startscherm kunt u de status van het apparaat zien en applicaties openen. Het startscherm bevat meerdere panelen. Scroll naar links of rechts om de panelen van het startscherm weer te geven. U kunt ook een stip boven aan het scherm selecteren om rechtstreeks naar het bijbehorende paneel te gaan. Aan de slag 24 ››Systeembalk Via de systeembalk onder aan het scherm kunt u snel door het scherm navigeren, systeemgegevens weergeven en meer. 6 Nummer Functie 1 Teruggaan naar het vorige scherm. 2 Teruggaan naar het startscherm; taakbeheer openen (blijven aanraken). 3 De lijst met recente applicaties openen; de lijst met applicaties openen (blijven aanraken). 4 De applicatie starten die u hebt ingesteld als snelkoppeling voor snel starten. U kunt deze snelkoppeling voor snel starten wijzigen door Instellingen → Display → Snel starten. 5 Het beknopte paneel met applicaties openen. 6 De huidige tijd en de status van uw apparaat weergeven; het meldingenpaneel openen. Aan de slag 25 ››Pictogrammen De pictogrammen die op het scherm worden weergegeven, kunnen verschillen afhankelijk van de regio en serviceprovider. Pictogram Betekenis Geen signaal Signaalsterkte Verbonden met GPRS-netwerk Verbonden met EDGE-netwerk Verbonden met HSDPA-netwerk Wi-Fi-toegangspunt verbonden Bluetooth-functie geactiveerd GPS-services in gebruik Oproep ingeschakeld Gemiste oproep Aangesloten op computer Geen SIM- of USIM-kaart Nieuw bericht Alarm ingeschakeld Roaming (buiten het servicegebied) Aan de slag 26 Pictogram Betekenis Vliegtuigstand ingeschakeld Fout opgetreden of voorzichtigheid vereist Batterijlading ››Werken met het meldingenpaneel Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u in de rechterbenedenhoek van het scherm. Als u het paneel wilt verbergen, selecteert u . U kunt de huidige status van het apparaat weergeven en de volgende opties gebruiken in het meldingenpaneel: ●● Wi-Fi: de Wi-Fi-functie in- of uitschakelen. ► p. 100 ●● GPS: de GPS-functie in- of uitschakelen. ► p. 109 ●● Melodie: de stille stand in- en uitschakelen. U kunt uw apparaat dempen of het instellen op trillen in de stille stand. ●● Scherm-rotatie: toestaan of voorkomen dat de interface wordt gedraaid wanneer u het apparaat draait. ●● Spaarstand: de energiespaarstand in- of uitschakelen. ●● Melding: meldingenpictogrammen weergeven of verbergen. ●● Mobiele gegevens: de gegevensverbinding activeren of deactiveren. ●● Bluetooth: de Bluetooth-functie aan- en uitzetten. ► p. 107 ●● Auto-stand: de autostand in- of uitschakelen. ●● Synchr.: automatische synchronisatie van applicaties activeren of deactiveren. Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. Aan de slag 27 ››Items verplaatsen op het startscherm Blijf een item aanraken en sleep het naar een nieuwe locatie. U kunt een item aan een nieuwe map toevoegen of het naar een nieuw paneel verplaatsen. Blijf het item aanraken en sleep het naar Map maken of Pagina maken. ››Items verwijderen uit het startscherm Blijf een item aanraken en sleep het naar de prullenbak. ››Een paneel toevoegen aan of verwijderen uit het startscherm U kunt panelen in het startscherm toevoegen of verwijderen om widgets in te delen. 1 Plaats twee vingers op het startscherm en beweeg ze naar elkaar toe om over te schakelen naar de bewerkingsmodus. 2 Panelen toevoegen, verwijderen of reorganiseren: Als u een paneel wilt verwijderen, blijft u de miniatuurafbeelding van het paneel aanraken en sleept u het naar de prullenbak. ●● Als u een nieuw paneel wilt toevoegen, selecteert u . ●● Aan de slag 28 Als u het eerste paneel van het startscherm wilt instellen, selecteert u . ●● Als u de volgorde van panelen wilt wijzigen, blijft u de miniatuurafbeelding van het paneel aanraken en sleept u deze naar de nieuwe locatie. ●● 3 Selecteer om terug te gaan naar het vorige scherm. ››Widgets gebruiken Widgets zijn kleine applicaties op het startscherm die handige functies en informatie verschaffen. Welke widgets beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Widgets om het widgetpaneel te openen. 2 Blader naar links of rechts in het widgetpaneel om een widget te zoeken. 3 Blijf een widget aanraken om het toe te voegen aan het startscherm. Applicaties openen Open applicaties en maak optimaal gebruik van functies op uw apparaat. U kunt de lijst met applicaties aanpassen aan uw voorkeuren, of applicaties downloaden van internet om de functionaliteit van uw apparaat uit te breiden. 1 Selecteer openen. op het startscherm om de lijst met applicaties te 2 Scroll naar links of naar rechts naar een ander scherm. U kunt ook een stip onder aan het scherm selecteren om rechtstreeks naar het bijbehorende scherm te gaan. 3 Selecteer een applicatie. 4 Selecteer om terug te gaan naar het vorige scherm. Selecteer om terug te gaan naar het startscherm. Aan de slag 29 U kunt een snelkoppeling naar een applicatie toevoegen aan het startscherm door een pictogram te blijven aanraken in de lijst met applicaties. ●● Als u het apparaat draait terwijl u bepaalde functies gebruikt, wordt de interface ook gedraaid. Als u wilt voorkomen dat de interface wordt gedraaid, selecteert u Instellingen → Display → Scherm automatisch draaien. ●● ››Applicaties ordenen U kunt de volgorde van applicaties in de lijst met applicaties wijzigen of ze indelen in categorieën. 1 Selecteer in de lijst met applicaties → Bewerken. 2 Blijf een applicatiepictogram aanraken. 3 Applicaties ordenen: Als u de applicatie wilt verplaatsen, sleept u deze naar een nieuwe locatie. ●● Als u de applicatie wilt toevoegen aan een nieuwe map, sleept u het naar . ●● Als u de applicatie wilt toevoegen aan een nieuw paneel, sleept u deze naar . ●● Als u de applicatie wilt verwijderen, sleept u deze naar . Wanneer u het pictogram van de applicatie naar sleept, kunt u informatie over de applicatie weergeven. ●● 4 Selecteer . ››Een applicatie downloaden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Play Store of Samsung Apps. 2 Zoek een applicatie en download deze naar het apparaat. Als u applicaties wilt installeren die u hebt gedownload van andere bronnen, moet u Instellingen → Beveiliging → Onbekende bronnen selecteren. Aan de slag 30 ››Een applicatie verwijderen 1 Selecteer in de lijst met applicaties → Verwijderen. 2 Selecteer op het pictogram van een applicatie en selecteer OK. U kunt alleen de applicaties verwijderen die u hebt gedownload. ››Onlangs gebruikte applicaties openen 1 Selecteer om de applicaties weer te geven die u onlangs hebt gebruikt. 2 Selecteer een applicatie. Meerdere applicaties starten U kunt op het apparaat meerdere taken tegelijk uitvoeren door meerdere applicaties tegelijk uit te voeren. Als u meerdere terwijl u een applicatie applicaties wilt openen, selecteert u gebruikt. Selecteer vervolgens een andere applicatie die u wilt openen vanuit het startscherm. ››Applicaties beheren U kunt meerdere applicaties beheren met Taakbeheer. 1 Selecteer → Taakbeheer → Actieve applicaties. Taakbeheer wordt geopend en geeft de actieve applicaties weer. 2 Actieve applicaties beheren: Als u naar een andere applicaties wilt overschakelen, selecteert u een in de lijst. ●● Selecteer Stop om een applicatie te sluiten. ●● Selecteer Alles stoppen om alle applicaties te sluiten. ●● Aan de slag 31 De instellingen van het apparaat aanpassen Haal meer uit uw apparaat door de instellingen aan uw voorkeuren aan te passen. ››De taal van het scherm wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Taal en invoer → Taal. 2 Selecteer een taal. ››Aanraaktonen in- of uitschakelen Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Geluid → Aanraakgeluiden. ››Het volume van het apparaat aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Geluid → Volume. 2 Sleep de schuifregelaars om het volumeniveau voor elk geluid aan te passen. ››Uw beltoon wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Geluid → Beltoon. 2 Selecteer een beltoon → OK. ››Overschakelen naar de stille stand U kunt de geluiden van uw apparaat op een van de volgende manieren uit- of inschakelen: ●● Tik in de rechterbenedenhoek van het scherm om het meldingenpaneel te openen en selecteer Melodie. ●● Houd de aan/uit-toets ingedrukt en selecteer of . ●● Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen en blijf aanraken. Aan de slag 32 ››Een achtergrond voor het startscherm selecteren 1 Blijf op het startscherm het lege gedeelte aanraken. 2 Selecteer Startscherm → een afbeeldingsmap → een afbeelding. ››Het lettertype van het scherm wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Display → Letterstijl. 2 Selecteer een lettertype. ››De helderheid van het scherm aanpassen Uw apparaat bevat een lichtsensor, waarmee het niveau van het omgevingslicht kan worden vastgesteld en de helderheid van het scherm automatisch kan worden aanpast. U kunt de helderheid van het scherm ook automatisch instellen. Als het scherm op een hoog helderheidsniveau is ingesteld, raakt de batterij van het apparaat sneller leeg. Instellen dat het apparaat de helderheid automatisch aanpast 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Display → Helderheid. 2 Schakel het selectievakje naast Helderheid automatisch in. 3 Selecteer OK. Het apparaat verhoogt automatisch de helderheid in een omgeving met veel licht en verlaagt de helderheid automatisch in een omgeving met weinig licht. Aan de slag 33 De helderheid automatisch aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Display → Helderheid. 2 Schakel het selectievakje naast Helderheid automatisch uit. 3 Sleep de schuifregelaar naar links of rechts. 4 Selecteer OK. ››Het apparaat vergrendelen U kunt uw apparaat vergrendelen door de schermvergrendelingsfunctie te activeren. Wanneer de schermvergrendeling is ingeschakeld, moet u een wachtwoord ingeven elke keer dat u het apparaat inschakelt of het aanraakscherm ontgrendelt. Als u uw wachtwoord vergeet, moet u het apparaat bij een Samsung Servicecenter laten resetten. ●● Samsung is niet verantwoordelijk voor verlies van wachtwoorden of privégegevens of andere schade die door illegale software wordt veroorzaakt. ●● Ontgrendeling met gezichtsdetectie instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Schermvergrendeling → Gezichtontgrendeling. 2 Selecteer Instellen → Doorgaan. 3 Houd het apparaat zo dat uw gezicht in de afbeelding past. 4 Wanneer uw gezicht correct is vastgelegd, selecteert u Doorgaan. 5 Voltooi het instellen van de back-upcode. Aan de slag 34 Een ontgrendelingspatroon instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Schermvergrendeling → Patroon. 2 Volg de instructies en voorbeeldpatronen op het scherm en selecteer Volgende. 3 Teken een patroon door ten minste 4 punten met elkaar te verbinden en selecteer Doorgaan. 4 Teken het patroon nogmaals om het te bevestigen en selecteer Bevestigen. 5 Voltooi het instellen van de back-up PIN-code. Als u uw ontgrendelingspatroon vergeet, kunt u de schermvergrendelingsfunctie uitschakelen met een back-up PIN-code. Een ontgrendelings-PIN-code instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Schermvergrendeling → Geef PIN-code in. 2 Geef een nieuwe PIN-code in en selecteer Doorgaan. 3 Geef de PIN-code nogmaals in en selecteer OK. Een ontgrendelingswachtwoord instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Schermvergrendeling → Wachtwoord. 2 Geef een nieuw wachtwoord (alfanumeriek) in en selecteer Doorgaan. 3 Geef het wachtwoord nogmaals in en selecteer OK. Aan de slag 35 ››De SIM- of USIM-kaart vergrendelen U kunt het apparaat vergrendelen met de PIN-code die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt gekregen. Als de SIM- of USIMvergrendeling is ingeschakeld, moet u telkens bij het inschakelen van het apparaat of bij het openen van applicaties waarvoor de PIN-code nodig is, de PIN-code ingeven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → SIM-kaartvergrendeling instellen → SIMkaart vergrendelen. 2 Geef uw PIN-code in en selecteer OK. Als u te vaak een onjuiste PIN-code ingeeft, wordt de SIMof USIM-kaart geblokkeerd. In dat geval moet u een PUKcode (PIN Unlock Key) ingeven om de blokkering van de SIM- of USIM-kaart op te heffen. ●● Als u een onjuiste PUK-code voor de SIM- of USIMkaart ingeeft, moet u de blokkering van de kaart bij de serviceprovider laten opheffen. ●● ››De functie Mijn telefoon zoeken inschakelen Wanneer iemand een andere SIM- of USIM-kaart in uw verloren of gestolen apparaat plaatst, stuurt de functie Mijn telefoon zoeken het nummer automatisch naar een aantal ingestelde contacten, zodat u het apparaat kunt opsporen. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u een Samsung-account maken om het apparaat op afstand via internet te bedienen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Waarschuwing SIM-kaart vervangen. 2 Selecteer Inloggen. Selecteer Nieuwe account maken om een Samsung-account te maken. 3 Geef het e-mailadres en wachtwoord voor uw Samsungaccount in en selecteer Log in. 4 Selecteer Ontvangers waarschuwingsbericht. Aan de slag 36 5 Geef het wachtwoord voor uw Samsung-account nogmaals in en selecteer Ger. 6 Selecteer het ontvangersveld en voeg ontvangers toe: Geef telefoonnummers handmatig in, waaronder de landcode en het +-symbool. ●● Selecteer telefoonnummers in de contactenlijsten door onder het ontvangersveld te selecteren. ●● 7 Geef het bericht in dat u naar de ontvangers wilt verzenden. 8 Selecteer Gereed. Tekst ingeven U kunt tekst ingeven door woorden in de microfoon te spreken, tekens op het virtuele toetsenbord te selecteren of door op het scherm te schrijven. Tekst ingeven wordt voor sommige talen niet ondersteund. Als u tekst wilt ingeven, moet u de schrijftaal wijzigen in een van de ondersteunde talen. ››De tekstinvoermethode wijzigen Selecteer op de systeembalk en selecteer een tekstinvoermethode. ››Tekst ingeven met de spraakinvoerfunctie van Google 1 Als u invoertalen voor spraakherkenning wilt toevoegen, selecteert u de taal → Meer talen toevoegen. 2 Spreek uw tekst in de microfoon. 3 Selecteer Gereed wanneer u klaar bent. Aan de slag 37 ››Tekst ingeven met het Samsung-toetsenbord Geef tekst in door alfanumerieke toetsen te selecteren of door op het scherm te schrijven. U kunt tevens de volgende toetsen gebruiken: Nummer Functie 1 Het virtuele toetsenbord minimaliseren. 2 De cursor verplaatsen naar het volgende tekstveld. 3 Het hoofdlettergebruik wijzigen. 4 Tekstinvoermethode wijzigen. 5 Een emoticon invoegen; het paneel met emoticons openen (blijven aanraken). 6 Een spatie invoegen. 7 Uw invoer wissen. 8 Een nieuwe regel beginnen. 9 Een item van het klembord toevoegen. 10   Overschakelen naar de handschriftstand. Aan de slag 38 ››Tekst ingeven met het Swype-toetsenbord 1 Tik op de eerste letter van een woord en veeg met uw vinger naar de tweede letter zonder uw vinger van het scherm te laten loskomen. 2 Ga zo door totdat u het woord af hebt.  3 Til uw vinger op. 4 Als het juiste woord wordt weergegeven, selecteert u om een spatie in te voegen. Als het juiste woord niet wordt weergegeven, selecteert u een alternatief in de lijst die verschijnt. 5 Herhaal stap 1-4 voor de rest van de tekst. U kunt tevens op de toetsen tikken om tekst in te geven. ●● U kunt op een toets tikken en deze blijven aanraken om tekens in te geven die boven de toets worden weergegeven. Wanneer u een toets blijft aanraken totdat de lijst met tekens verschijnt, kunt u speciale tekens, symbolen en cijfers ingeven. ●● Aan de slag 39 U kunt tevens de volgende toetsen gebruiken: Nummer Functie 1 De invoertaal wijzigen. 2 De cursor verplaatsen naar het volgende tekstveld. 3 Het hoofdlettergebruik wijzigen. 4 Het aanbevolen woord ingeven of een nieuw woord toevoegen aan het woordenboek; de Swype-instellingen openen (blijven aanraken). 5 Tekstinvoermethode wijzigen. 6 Uw invoer wissen. 7 Een nieuwe regel beginnen. 8 Tekst via spraak ingeven. 9 Een spatie invoegen. Aan de slag 40 ››Tekst kopiëren en plakken U kunt uit een tekstveld tekst kopiëren en plakken in een andere applicatie. 1 Blijf een deel van de tekst aanraken. 2 Sleep of om de tekst te selecteren die moet worden gekopieerd. 3 Selecteer Kopiëren of Knippen om de tekst op het klembord te plaatsen. 4 Plaats de cursor in een andere applicatie op het punt waar de 5 tekst moet worden ingevoegd. Selecteer → Plakken om de tekst van het klembord in het tekstveld te plaatsen. Aan de slag 41 Web- en GPS-services Er worden mogelijk extra kosten in rekening gebracht voor het gebruik van internet en het downloaden van mediabestanden. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie. Internet Informatie over hoe u uw favoriete webpagina’s kunt openen en opslaan. De functie kan een andere naam hebben afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Welke pictogrammen beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● ››Een webpagina weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Als u een bepaalde webpagina kunt openen, selecteert u het URL-veld en geeft u het webadres in en selecteert u Ga. 3 Navigeer door webpagina’s met de volgende toetsen: Nummer Functie 1 Een nieuw venster openen. 2 Het huidige venster sluiten. 3 Terug- of vooruitgaan naar webpagina’s in de geschiedenis. Web- en GPS-services 42 Nummer Functie 4 De huidige webpagina opnieuw laden. Als webpagina’s worden geladen, wordt dit pictogram gewijzigd in . 5 Geef een webadres of zoekwoord in. 6 Webbrowseropties gebruiken. 7 Uw favorieten, opgeslagen pagina’s en recente internetgeschiedenis weergeven. 8 Het URL-veld activeren. 9 De huidige webpagina als favoriet opslaan. U kunt de volgende opties gebruiken wanneer u een webpagina weergeeft: ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. Als u wilt terugkeren naar het oorspronkelijk formaat, dubbeltikt u op het scherm. ●● Als u een nieuw venster wilt openen, selecteert u → Tabblad Nieuw. ●● Als u een nieuw venster wilt openen zonder uw browsegegevens op te slaan, selecteert u → Nw tabblad incognito. ●● Als u een snelkoppeling voor de huidige webpagina wilt toevoegen aan het startscherm, selecteert u → Sneltoets op startpagina. ●● Als u een webadres naar anderen wilt verzenden, selecteert u → Pagina delen. ●● Als u naar tekst op een webpagina wilt zoeken, selecteert u → Zoek op pagina. ●● Als u wilt overschakelen naar de desktopweergave, selecteert u → Weergave bureaublad. ●● Als u de huidige webpagina wilt opslaan om offline te lezen, selecteert u → Opslaan voor offline lezen. U kunt de opgeslagen pagina’s weergeven door → Opgesl. pag. te selecteren. Web- en GPS-services 43 Als u uw downloadgeschiedenis wilt weergeven, selecteert u → Downloads. ●● Als u de webpagina wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u → Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde printers van Samsung. ●● Als u de browserinstellingen wilt aanpassen, selecteert u → Instellingen. ●● ››Met spraak informatie zoeken De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Selecteer het URL-veld. 3 Selecteer en spreek een trefwoord in de microfoon van het apparaat. Het apparaat zoekt naar webpagina’s die betrekking hebben op het zoekwoord. 4 Selecteer een zoekresultaat. ››Een webpagina instellen als favoriet Als u het adres van een webpagina kent, kunt u deze handmatig als favoriet toevoegen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Geef een webadres in of ga naar een webpagina. 3 Selecteer . 4 Geef een naam voor de favoriet in en selecteer OK. Als u uw favorieten wilt weergeven, selecteert u → Favorieten. Blijf in de lijst met favorieten een favoriet aanraken om de volgende opties te gebruiken: ●● Als u de webpagina in het actieve venster wilt openen, selecteert u Openen. ●● Als u een nieuw venster wilt openen, selecteert u Openen in nieuw tabblad. Web- en GPS-services 44 Als u de details van de favoriet wilt bewerken, selecteert u Favoriet bewerken. ●● Als u een snelkoppeling naar de favoriet wilt toevoegen aan het startscherm, selecteert u Sneltoets op startpagina. ●● Als u het webadres van de huidige webpagina naar anderen wilt verzenden, selecteert u Koppeling delen. ●● Als u het adres van de huidige webpagina wilt kopiëren, selecteert u URL kopiëren. ●● Als u de favoriet wilt verwijderen, selecteert u Favoriet verwijderen. ●● Als u de webpagina wilt instellen als startpagina van de browser, selecteert u Instellen als startpagina. ●● ››Een bestand downloaden van internet Wanneer u bestanden of applicaties downloadt van internet, slaat uw apparaat ze op in het interne geheugen. Bestanden die u downloadt van internet kunnen bestanden bevatten die uw apparaat beschadigen. Om risico’s te verminderen, moet u alleen bestanden downloaden die u vertrouwt. Sommige mediabestanden maken gebruik van Digital Rights Management om auteursrechten te beschermen. Deze beveiliging kan het onmogelijk maken om sommige bestanden te downloaden, te kopiëren, te wijzigen of te verzenden. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Zoek een bestand of applicatie en download deze naar het apparaat. ››Uw recente geschiedenis weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet → Geschiedenis. 2 Selecteer een webpagina die u wilt openen. Web- en GPS-services 45 → Latitude Hier vindt u informatie over hoe u uw locatie met uw vrienden kunt delen en locaties van vrienden kunt bekijken via Google Latitude™. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Latitude. Het apparaat meldt zich automatisch bij Latitude aan. Selecteer → Vrienden toevoegen → een optie. 2 3 Selecteer een vriend of geef een e-mailadres in en selecteer Vrienden toevoegen. 4 Selecteer Ja. Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, kunt u locaties delen. Maps Hier vindt u informatie over het gebruik van de kaartservice Google Maps™ waarmee u uw locatie kunt vinden, kunt zoeken naar plaatsen en routebeschrijvingen kunt opvragen. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● U moet locatieservices activeren als u informatie over uw locatie wilt ontvangen en op de kaart wilt zoeken. ► p. 109 ●● Web- en GPS-services 46 ››Zoeken naar een locatie 1 Selecteer in de lijst met applicaties Maps. De kaart geeft uw huidige locatie weer. 2 Selecteer Zoeken. 3 Geef een trefwoord voor de locatie in en selecteer . Als u een locatie wilt zoeken met uw stem, selecteert u . 4 Selecteer een locatie om de details te bekijken. Terwijl u de kaart bekijkt, hebt u de volgende opties: ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. ●● Als u uw huidige locatie wilt weergeven, selecteert u . Als u wilt overschakelen naar een kompasweergave van de kaart die van richting verandert wanneer u het apparaat beweegt, selecteert u . ●● Als u een routebeschrijving naar een specifieke bestemming wilt ophalen, selecteert u . ●● Als u een plaats bij u in de buurt zoekt, selecteert u → Lokaal. ●● Als u lagen met extra informatie wilt toevoegen aan de kaart of de weergave wilt wijzigen, selecteert u → Lagen. ●● Als u een ster aan de locatie wilt toevoegen, selecteert u de ballon met de locatienaam → . ››Routebeschrijvingen naar een specifieke bestemming opvragen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Maps. 2 Selecteer . 3 Geef het adres van de startlocatie en de eindbestemming in. Als u een adres uit uw contactenlijst of locaties met sterren wilt ingeven, of een punt op de kaart wilt selecteren, selecteert u → een optie. Web- en GPS-services 47 4 Selecteer reismethode en selecteer Tonen. 5 De route wordt aangegeven op de kaart. Afhankelijk van de geselecteerde reismethode kunnen meerdere routes worden weergegeven. Wanneer u klaar bent, selecteert u → Kaart wissen. Music Hub U kunt naar de online muziekwinkel gaan en uw favoriete nummers zoeken en aanschaffen. U kunt ook muziekbestanden toevoegen aan uw voorkeurslijst en deze afspelen. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Music Hub. 2 Zoeken naar, voorbeelden beluisteren van of favoriete nummers aanschaffen. Navigatie Hier vindt u informatie over een gesproken routebeschrijving krijgen. Navigatiekaarten, uw huidige locatie en andere navigatiegegevens kunnen afwijken van uw werkelijk locatiegegevens. U moet altijd letten op de omstandigheden op de weg, verkeer en andere factoren die mogelijk invloed hebben op uw rijden, en alle veiligheidswaarschuwingen en regels volgen tijdens het rijden. ●● De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● 1 Selecteer in de lijst met applicaties Navigatie. 2 Geef uw bestemming in op de volgende manieren: ●● Bestemming inspreken: geen uw bestemming in met spraak. Web- en GPS-services 48 Bestemming typen: geef uw bestemming in met het virtuele toetsenbord. ●● Contacten: selecteer uw bestemming in de adressen van uw contacten. ●● Plaatsen met ster: selecteer uw bestemming in uw plaatsen met ster. ●● 3 Installeer de vereiste software en gebruik vervolgens de navigatiefuncties. Lokaal Hier vindt u informatie voor het zoeken naar bedrijven en attracties. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Lokaal. 2 Als u wilt zoeken naar bedrijven of attracties in de buurt van een bepaalde locatie, selecteert u uw locatie → Geef een adres op. 3 Selecteer een categorie. Het apparaat zoekt naar plaatsen in de buurt die betrekking hebben op de categorie. 4 Selecteer een plaatsnaam om de details te bekijken. U kunt meer categorieën toevoegen door → Zoekopdracht toevoegen te selecteren. Play Store De functionaliteit van uw apparaat kan worden uitgebreid door extra applicaties te installeren. Play Store is een snelle en eenvoudige manier om mobile applicaties te kopen. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Gedownloade applicaties worden door het apparaat in het interne geheugen opgeslagen. ●● Web- en GPS-services 49 ››Een applicatie downloaden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Play Store. 2 Zoek een applicatie en download deze naar het apparaat. Wanneer de download is voltooid, installeert het apparaat de applicatie automatisch. ››Een applicatie verwijderen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Play Store. 2 Selecteer . 3 Selecteer een item. 4 Selecteer Verwijderen → OK. Pulse U kunt de Pulse-reader gebruiken om feeds voor uw favoriete nieuwsonderwerpen toe te voegen en nieuwsartikelen op uw apparaat te lezen. ››Feeds lezen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Pulse. 2 Selecteer om feeds bij te werken. Als u de feeds wilt lezen die u hebt toegevoegd aan uw lijst . met favorieten, selecteert u 3 Scroll omhoog of omlaag om een feedbron te selecteren. 4 Scroll naar links of rechts en selecteer een feed. 5 Gebruik de volgende opties tijdens het lezen van een feed: Als u een feed wilt toevoegen aan uw lijst met favorieten, selecteert u . ●● Als u een feed wilt uploaden naar communitywebsites, selecteert u of . ●● Als u een feed naar anderen wilt verzenden, selecteert u . ●● Als u wilt teruggaan naar een feedlijst, selecteert u . ●● Web- en GPS-services 50 ››Feedbronnen beheren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Pulse. 2 Selecteer om de lijst met feedbronnen weer te geven. 3 Selecteer of om een feedbron toe te voegen of te verwijderen. Readers Hub Hier vindt u informatie over hoe u toegang krijgt tot gevarieerd leesmateriaal. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Readers Hub. 2 Selecteer een type leesmateriaal. 3 Zoek en download leesmateriaal uit de online winkel. Samsung Apps Met Samsung Apps kunt u eenvoudig een grote verscheidenheid aan applicaties en updates voor uw apparaat downloaden. Met de volledig geoptimaliseerde applicaties van Samsung Apps, wordt uw apparaat nog slimmer. Ontdek de handige applicaties die verkrijgbaar zijn en verbeter uw mobiele leven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Samsung Apps. 2 Zoek de gewenste applicaties en download deze naar het apparaat. ●● De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Ga voor meer informatie naar www.samsungapps.com of raadpleeg de folder met Samsung Apps. Web- en GPS-services 51 YouTube Hier vindt u informatie over het uploaden van video’s via de service YouTube™ voor het delen van video’s. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ››Een video afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties YouTube. 2 Selecteer een video. 3 Regel het afspelen met de volgende toetsen: Nummer Functie 1 Het afspelen onderbreken of hervatten. 2 Vooruit of achteruit spoelen in het bestand door de balk te slepen. 3 De video op volledig scherm afspelen. Web- en GPS-services 52 ››Een video uploaden 1 Selecteer in de lijst met applicaties YouTube. 2 Selecteer ACCOUNT. 3 Selecteer uw Google-account als dit is gekoppeld aan YouTube. 4 U kunt ook Account toevoegen selecteren en een account instellen om u aan te melden bij YouTube. Selecteer → Uploaden → een video. Als u voor het eerst een video uploadt, moet u een netwerktype selecteren om een video te uploaden. 5 Geef details voor de upload in en selecteer Uploaden. Web- en GPS-services 53 Communiceren Bellen Hier vindt u informatie over het gebruik van de telefoniefuncties, zoals bellen en gebeld worden, welke opties er tijdens een oproep beschikbaar zijn en het gebruik van de mogelijkheden die met bellen samenhangen. Om ongewenste invoer te voorkomen wanneer u het apparaat in de buurt van uw gezicht houdt moet u de nabijheidssensor inschakelen. ► p. 61 ●● Statische elektriciteit van uw lichaam of kleding kan storing met de nabijheidssensor veroorzaken tijdens een oproep. ●● ››Bellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen, en geef een netnummer en telefoonnummer in. 2 Selecteer Bellen om het nummer te bellen. Als u een video-oproep wilt starten, selecteert u Videooproep. 3 Selecteer Einde opr. om de oproep te beëindigen. U kunt nummers die u vaak belt, opslaan in de contactenlijst. ► p. 91 ●● Als u de oproepenlijst wilt openen om een nummer dat u onlangs hebt gebeld, opnieuw te bellen, selecteert u Telefoon → Logbestanden. ●● Communiceren 54 ››Een oproep aannemen 1 Selecteer tijdens een inkomende oproep buiten de grote cirkel. en sleep uw vinger Druk op de volumetoets om de beltoon te dempen. 2 Selecteer Einde opr. om de oproep te beëindigen. ››Een oproep weigeren Selecteer tijdens een inkomende oproep en sleep uw vinger buiten de grote cirkel. Als u een bericht wilt verzenden naar de beller wanneer u een oproep weigert, sleept u de balk voor geweigerde berichten onder aan het scherm naar boven. U kunt een van de vooringestelde berichten selecteren of uw eigen berichten maken. ► p. 61 ››Internationaal bellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen en houdt aangeraakt om het teken + in te voegen. 2 Geef een compleet nummer in (landcode, netnummer en telefoonnummer). 3 Selecteer Bellen om het nummer te bellen. Communiceren 55 ››Een headset gebruiken Sluit een headset aan op uw apparaat om gesprekken makkelijk te beantwoorden en regelen. ●● Druk op de headsetknop om een oproep te beantwoorden. ●● Houd de headsetknop ingedrukt om een oproep te weigeren. ●● Als u een oproep in de wacht wilt zetten of uit de wacht wilt halen, houdt u de headsetknop ingedrukt. ●● Als u een oproep wilt beëindigen, drukt u ook op de headsetknop. ››Beschikbare opties tijdens een spraakoproep Tijdens een spraakoproep kunt u de volgende opties gebruiken: ●● Druk de volumetoets omhoog of omlaag om het stemvolume te regelen. ●● Selecteer In wacht om een oproep in de wacht te plaatsen. Selecteer Uit wacht om een oproep weer uit de wacht te halen. ●● Als u een tweede nummer wilt bellen, selecteert u Nieuwe oproep en belt u een nieuw nummer. ●● Selecteer Wisselen om tussen de twee oproepen te schakelen. ●● Als u een tweede oproep wilt beantwoorden, selecteert u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel wanneer u de toon voor wisselgesprekken hoort. De eerste oproep wordt automatisch in de wacht geplaatst. U kunt de wisselgesprekfunctie alleen gebruiken als u hierop bent geabonneerd. ●● Selecteer Toetsenbord om het toetsenbord te openen. ●● Selecteer Luidspreker om de luidsprekerfunctie te activeren. In rumoerige omgevingen kan het lastig zijn om de luidsprekerfunctie te gebruiken. Gebruik dan voor betere geluidsprestaties de normale telefoonstand. Communiceren 56 U kunt de microfoon uitschakelen zodat de andere persoon u niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen. ●● Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek, selecteert u Headset. ●● Als u een oproep met meerdere bellers (vergaderoproep) wilt starten, belt u een tweede nummer of beantwoordt u een tweede oproep en selecteert u Voeg samen wanneer u verbinding met deze tweede persoon hebt. Herhaal dit als u meer bellers wilt toevoegen. Voor het gebruik van deze telefonische vergaderfunctie hebt u wel een abonnement nodig. ●● Als u de contactenlijst wilt openen, selecteert u → Contacten. ●● Als u een memo wilt maken, selecteert u → Memo. ●● U kunt de huidige beller met een beller in de wacht verbinden door → Doorverbinden te selecteren. De verbinding met beide partijen wordt verbroken. ●● ››Beschikbare opties tijdens een video-oproep U kunt de volgende opties gebruiken tijdens een actieve videooproep: ●● Om een foto van de andere partij te maken, selecteert u Opname. ●● Om een video van de andere partij te maken, selecteert u Opnemen. In veel landen en regio’s is het illegaal om zonder toestemming een gesprek op te nemen. Vraag daarom altijd toestemming aan degene waarmee u belt voor u een gesprek opneemt. Als u tussen de cameralens aan de voorkant en aan de achterkant wilt wisselen, selecteert u Van camera wisselen. ●● Selecteer Toetsenbord om het toetsenbord te openen. ●● Selecteer Luidspreker om de luidsprekerfunctie te activeren. ●● U kunt de microfoon uitschakelen zodat de andere persoon u niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen. ●● Communiceren 57 Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek, selecteert u Headset. ●● Als u uw afbeelding wilt verbergen voor de andere persoon, selecteert u → Mij verbergen. ●● U kunt een andere foto aan de andere persoon laten zien door → Uitgaande afbeelding te selecteren. ●● ››Een gemiste oproep bekijken en terugbellen Uw apparaat geeft de gemiste oproepen weer. Als u wilt terugbellen, tikt u in de rechterbenedenhoek van het scherm om het meldingenpaneel te openen en selecteert u de melding van de gemiste oproep. ››Automatische weigering instellen Met de automatische weigerfunctie kunt u oproepen van ingestelde nummers automatisch weigeren. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen → → Oproep-instellingen → Oproep-instellingen → Oproep weigeren. 2 Sleep de schakelaar Autom. weigerstand naar rechts. 3 Selecteer Autom. weigerstand → een optie. Optie Functie Alle nummers Alle oproepen weigeren. Nrs voor autom. weigeren Oproepen weigeren van telefoonnummers op de automatische blokkeerlijst. 4 Selecteer Lijst voor automatisch weigeren. 5 Selecteer . Communiceren 58 6 Geef een nummer in en selecteer Opslaan. U kunt criteria instellen voor het nummer. 7 Herhaal stap 5-6 om meer nummers toe te voegen. ››De FDN-modus (Fixed Dialling Number) gebruiken In de FDN-modus zijn uitgaande oproepen voor uw apparaat beperkt tot de nummers in de FDN-lijst op de SIM- of USIM-kaart. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen → → Oproep-instellingen → Oproep-instellingen → Extra instellingen → FDN-nummers. 2 Selecteer FDN inschakelen. 3 Geef de PIN2-code in die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt gekregen, en selecteer OK. 4 Selecteer FDN-lijst en voeg contacten toe. ››Oproepen doorschakelen instellen Doorschakelen is een netwerkfunctie waarmee inkomende oproepen naar een ander, door u opgegeven nummer worden doorgestuurd. U kunt deze functie apart instellen voor verschillende omstandigheden. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen → → Oproep-instellingen → Oproep-instellingen → Oproepen doorschakelen → een oproeptype. 2 Selecteer een voorwaarde. 3 Geef een nummer in waarnaar u oproepen wilt doorschakelen en selecteer Aanzetten. Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden. Communiceren 59 ››Oproepen blokkeren instellen Oproepblokkering is een netwerkfunctie waarmee u bepaalde typen oproepen kunt beperken of kunt voorkomen dat anderen met uw apparaat kunnen bellen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen → → Oproep-instellingen → Oproep-instellingen → Extra instellingen → Oproepen blokkeren → een oproeptype. 2 Selecteer een optie voor oproepen blokkeren. 3 Geef een blokkeerwachtwoord in en selecteer OK. Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden. ››Wisselgesprek instellen Wisselgesprek is een netwerkfunctie waarmee u tijdens een oproep een melding krijgt als er een nieuwe oproep binnenkomt. Deze functie werkt alleen voor spraakoproepen. Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen → → Oproep-instellingen → Oproep-instellingen → Extra instellingen → Wisselgesprek. Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden. ››Een gesprekken- of berichtenlog weergeven U kunt op type gefilterde lijsten met uw oproepen en berichten weergeven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Logbestanden. 2 Selecteer een logboekvermelding om de details te bekijken. Vanuit de detailweergave kunt u een oproep plaatsen, een bericht naar het nummer sturen of het nummer aan de contactenlijst of blokkeerlijst toevoegen. Communiceren 60 ››Oproepinstellingen aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen → → Oproep-instellingen. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Oproep-instellingen → Oproep weigeren Instellen dat oproepen van opgegeven telefoonnummers automatisch worden geweigerd. U kunt telefoonnummers toevoegen aan de lijst voor automatisch blokkeren. Oproep-instellingen → Weigerberichten instellen Het bericht toevoegen of bewerken dat wordt verzonden wanneer u een oproep weigert. Oproep-instellingen → Belsignaal Instellen dat het apparaat een melding geeft voor gebeurtenissen tijdens een oproep. Instellen dat een oproep wordt Oproep-instellingen → beëindigd wanneer u op de Aan/uit-toets einde oproep aan/uit-toets drukt. Oproep-instellingen → Scherm autom. uit tijdens oproep Instellen dat de nabijheidssensor wordt ingeschakeld tijdens een oproep. Oproep-instellingen → Accessoire-instell. oproep → Automatisch beantwoorden Instellen dat een oproep na een bepaalde periode automatisch wordt aangenomen door het apparaat (alleen beschikbaar wanneer een headset is aangesloten). Communiceren 61 Optie Functie Oproep-instellingen → Accessoire-instell. oproep → Timer autom. beantwoorden Selecteer de periode dat het apparaat wacht voordat oproepen worden beantwoord. Oproep-instellingen → Accessoire-instell. oproep → Voorw. uitgaande oproepen Instellen dat uitgaande oproepen met een Bluetoothheadset zijn toegestaan zelfs als het apparaat is vergrendeld. Oproep-instellingen → Accessoire-instell. oproep → Uitgaand oproeptype Selecteer het type uitgaande oproepen dat moet worden uitgevoerd als u een Bluetooth-headset gebruikt. Oproep-instellingen → Volume verhogen in zak Instellen dat het beltoonvolume wordt versterkt wanneer het apparaat op plaatsen is ingesloten, zoals in tassen of zakken. Oproep-instellingen → Oproepen doorschakelen Instellen dat inkomende oproepen worden doorgestuurd naar een ingesteld nummer. Oproep-instellingen → Extra instellingen → Bellerid Uw beller-ID weergeven voor anderen bij uitgaande oproepen. Oproep-instellingen → Extra instellingen → Oproepen blokkeren Instellen dat oproepen worden beperkt op oproeptype. Oproep-instellingen → Extra instellingen → Wisselgesprek Instellen dat het apparaat een melding geeft voor inkomende oproepen tijdens een oproep. Communiceren 62 Optie Functie Oproep-instellingen → Extra instellingen → Automatisch herhalen Instellen dat automatisch een nummer opnieuw wordt gebeld wanneer er geen verbinding is gemaakt of als de verbinding is verbroken. Oproep-instellingen → Extra instellingen → FDNnummers FDN-modus activeren om te voorkomen dat telefoonnummers worden gebeld die niet in de of FDNlijst staan op de SIM-kaart of USIM-kaart. Oproep-instellingen → Extra instellingen → Autom. netnummer Instellen om automatisch een voorvoegsel (netnummer of landcode) in te voegen voor een telefoonnummer. Instellingen video-oproep → Afbeelding videooproep Een alternatieve afbeelding instellen die aan de andere persoon wordt getoond. Instellingen videooproep → Eigen video in ontvangen oproep Instellen dat uw live beeld wordt weergegeven aan de ander partij. Instellingen video-oproep → Opties voor mislukte gesprekken gebruiken Instellen dat moet worden geprobeerd een spraakoproep tot stand te brengen wanneer een video-oproep mislukt. Voicemail → Voicemailservice Een voicemailserviceprovider selecteren. Voicemail → Voicemailinstellingen Geef het nummer van de voicemailserver in. U krijgt dit nummer van uw provider. Voicemail → Trillen Instellen dat het apparaat trilt wanneer u voicemails ontvangt. Communiceren 63 Optie Functie Internetoproepinstellingen → Accounts Accounts instellen voor services voor IP-oproepen. Internetoproepinstellingen → Internetbellen gebruiken Het apparaat instellen voor gebruik van services voor IP-oproepen. Services voor IP-oproepen worden alleen geleverd via Wi-Fi. Berichten Informatie over hoe u SMS- en MMS-berichten kunt opstellen en verzenden en hoe u verzonden en ontvangen berichten kunt weergeven en beheren. Voor berichten die u buiten uw eigen servicegebied verstuurt of ontvangt, moet u wellicht extra betalen. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie. ››Een SMS-bericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Berichten → 2 Voeg ontvangers toe: . Geef telefoonnummers handmatig in en scheid deze van elkaar met een puntkomma of een komma. ●● Selecteer telefoonnummers in de contactenlijsten door te selecteren. ●● 3 Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in. Als u emoticons wilt ingeven, selecteert u invoegen. 4 Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u Communiceren 64 → Smiley . ››Een MMS-bericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Berichten → 2 Voeg ontvangers toe: . Geef telefoonnummers of e-mailadressen handmatig in en scheid deze van elkaar met een puntkomma of een komma. ●● Selecteer telefoonnummers of e-mailadressen in uw contactenlijst door te selecteren. Wanneer u een e-mailadres ingeeft, wordt het bericht omgezet in een MMS-bericht. ●● 3 Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in. Als u emoticons wilt ingeven, selecteert u invoegen. → Smiley 4 Selecteer 5 Selecteer en voeg een bestand toe. → Onderwerp toevoegen en voeg een onderwerp toe. 6 Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u . ››Een SMS- of MMS-bericht weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Berichten. Uw berichten worden per contact gerangschikt als berichtenthread. 2 Selecteer een contact. 3 Selecteer een multimediabericht om meer details weer te geven. ››Luisteren naar een voicemailbericht Als u hebt ingesteld dat gemiste oproepen naar de voicemailserver worden doorgeschakeld, kunnen bellers spraakberichten achterlaten wanneer u inkomende oproepen niet beantwoordt. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsen en blijf aanraken. Communiceren 65 2 Volg de aanwijzingen van de voicemailserver. U moet het nummer van de voicemailserver opslaan voordat u naar de voicemailserver gaat. Neem contact op met uw serviceprovider voor het nummer. Google Mail Hier vindt u informatie over e-mailberichten verzenden of lezen via de webmailservice Google Mail™. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● De functie kan een andere naam hebben afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● ››Een e-mailbericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Google Mail → . 2 Selecteer het ontvangersveld en geef een e-mailadres in. 3 Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in. 4 Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in. 5 Selecteer en voeg een bestand toe. 6 Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u VERZENDEN. Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt, wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u weer online en in uw servicegebied bent. ››Een e-mailbericht weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Google Mail. 2 Selecteer om de berichtenlijst bij te werken. 3 Selecteer een e-mailbericht. Communiceren 66 In de berichtweergave hebt u de volgende opties: Blader naar links of rechts om naar het vorige of volgende bericht te gaan. ●● Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u . ●● Als u uw antwoord naar alle ontvangers van het bericht wilt sturen, selecteert u . ●● Als u het bericht naar anderen wilt doorsturen, selecteert u . ●● Als u het bericht aan de lijst met favorieten wilt toevoegen, selecteert u . ●● Als u een bijlage wilt weergeven, selecteert u WEERGEVEN. Als u het bericht op uw apparaat wilt opslaan, selecteert u OPSLAAN. ●● Als u een bericht wilt zoeken, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt archiveren, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u → Verwijderen. ●● Als u een label aan een bericht wilt toevoegen, selecteert u → Labels wijzigen. ●● Als u het bericht op ongelezen wilt zetten, selecteert u → Markeren als ongelezen. ●● Als u het bericht wilt markeren als belangrijk, selecteert u → Markeren als belangrijk. ●● Als u het bericht wilt verbergen, selecteert u → Negeren. Als u verborgen berichten wilt weergeven, selecteert u Alle e-mail in de lijst met labels. ●● Als u het bericht wilt registreren in de spamlijst, selecteert u → Spam rapporteren. ●● Als u de berichtenlijst wilt bijwerken, selecteert u → Vernieuwen. ●● Als u de instellingen voor elk label wilt aanpassen, selecteert u → Labels beheren. ●● Als u de e-mailinstellingen wilt aanpassen, selecteert u → Instellingen. De beschikbare opties kunnen afwijken afhankelijk van het e-mailaccount of de stand van het apparaat. ●● Communiceren 67 E-mail Hier vindt u informatie over hoe u e-mailberichten via uw persoonlijke of zakelijke e-mailaccount kunt verzenden en bekijken. ››Een e-mailaccount instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties E-mail. 2 Geef uw e-mailadres en wachtwoord in. 3 Selecteer Volgende. Selecteer Handm. instell. als u accountgegevens handmatig wilt ingeven. 4 Volg de instructies op het scherm. Als u klaar bent met het instellen van het e-mailaccount, worden de e-mailberichten naar uw apparaat gedownload. Als u twee of meer accounts hebt gemaakt, kunt u tussen deze accounts schakelen. Selecteer een accountnaam boven aan het scherm en selecteer het account waarvan u berichten wilt ophalen. ››Een e-mailbericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties E-mail → 2 Voeg ontvangers toe: . Geef e-mailadressen handmatig in en scheid deze van elkaar met een puntkomma of een komma. ●● Selecteer e-mailadressen in uw contactenlijst door te selecteren. ●● 3 Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in. 4 Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in. Communiceren 68 5 Selecteer en voeg een bestand toe. 6 Als u het bericht wilt verzenden, selecteert u . Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt, wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u weer online en in uw servicegebied bent. ››Een e-mailbericht weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties E-mail. 2 Selecteer om de berichtenlijst bij te werken. 3 Selecteer een e-mailbericht. In de berichtweergave hebt u de volgende opties: ●● Als u naar het volgende of vorige bericht wilt gaan, selecteert u of . ●● Als u een nieuw bericht wilt opstellen, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u . ●● Als u het bericht naar anderen wilt doorsturen, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u . ●● Als u het bericht op ongelezen wilt zetten, selecteert u → Markeren als Ongelezen. ●● Als u het bericht naar een andere map wilt verplaatsen, selecteert u → Verplaatsen. ●● Als u het bericht op uw apparaat wilt opslaan, selecteert u → E-mail opslaan. Het bericht wilt opslaan in Mijn bestanden → Saved Email. ●● Als u de lettertypekleur van berichten wilt wijzigen, selecteert u → Letterkleur. ●● Als u de achtergrondkleur van berichten wilt wijzigen, selecteert u → Achtergrondkleur. ●● Als u het bericht wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u → Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde printers van Samsung. Communiceren 69 Als u een map wilt maken voor het beheren van uw berichten, selecteert u → Map maken. ●● Als u de e-mailinstellingen wilt aanpassen, selecteert u → Instellingen. ●● Als u een bijlage op uw apparaat wilt opslaan, selecteert u het bijlagetabblad → . De beschikbare opties kunnen afwijken afhankelijk van het e-mailaccount of de stand van het apparaat. ●● Talk Hier vindt u informatie over chatten met vrienden en familie via de chatservice Google Talk™. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ››Uw status instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Talk. 2 Selecteer een Google-account. 3 Pas uw status, afbeelding en bericht aan. ››Een contact toevoegen aan uw vriendenlijst 1 Selecteer in de lijst met applicaties Talk → . 2 Geef het e-mailadres van een vriend in en selecteer GEREED. Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, wordt hij of zij aan uw vriendenlijst toegevoegd. Communiceren 70 ››Een gesprek beginnen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Talk. 2 Selecteer een contact in de vriendenlijst. Het gesprekscherm wordt geopend. 3 Geef een bericht in en verstuur het. Als u meer contacten wilt toevoegen aan het gesprek, selecteert u → Toevoegen aan chat. ●● Als u videochatten wilt gebruiken, selecteert u . ●● Als u chatten wilt gebruiken, selecteert u . Selecteer → Chat beëindigen om het gesprek te beëindigen. ●● 4 Messenger Hier vindt u informatie over chatten met vrienden en familie via de chatservice Google+. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Messenger. Als u deze applicatie voor het eerst start, volgt u de instructies op het scherm om de accountinstellingen te voltooien. 2 Geef een bericht in en verstuur het. Communiceren 71 Google+ Hier vindt u informatie over het gebruik van de sociale netwerkservice Google. U kunt groepen maken en chatberichten verzenden en ontvangen en uw foto’s te uploaden. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Google+. Als u deze applicatie voor het eerst start, volgt u de instructies op het scherm om de accountinstellingen te voltooien. 2 Selecteer een functie voor sociale netwerken. Social Hub Met Social Hub kunt u toegang krijgen tot alle soorten berichten vanaf één locatie. U kunt berichten bekijken en beantwoorden zonder andere applicaties te openen en makkelijk tussen sociale accounts schakelen. Ga naar socialhub.samsungapps.com voor meer informatie. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Social Hub. 2 Selecteer een berichttype. 3 Bekijk of beantwoord berichten rechtstreeks in Social Hub. Communiceren 72 Entertainment Camera Hier wordt beschreven hoe u foto’s en video’s kunt maken en weergeven. De camera wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u deze een bepaalde tijd niet gebruikt. ●● De geheugencapaciteit kan variëren naar gelang de opnameomstandigheden of de scène die wordt opgenomen. ●● ››Een foto maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Camera. 2 Draai het apparaat naar de liggende stand. 3 Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de compositie aan. Entertainment 73 Nummer Functie 1 Snelkoppelingen op de camera gebruiken. ●●  : de flitsinstelling wijzigen: u kunt de flitser handmatig in- of uitschakelen of instellen dat er automatisch wordt geflitst wanneer dit nodig is. ●●  : overschakelen naar de voorste camera om een foto van uzelf te maken. ●●  : de opnamestand wijzigen. ► p. 75 ●●  : de vertraging selecteren voordat de camera een foto maakt. ●●  : de belichtingswaarde aanpassen om de helderheid te wijzigen. U kunt snelkoppelingen naar veelgebruikte opties toevoegen of verwijderen. ► p. 80 2 De camera-instellingen wijzigen. 3 De opslaglocatie weergeven. 4 Overschakelen naar de camcorder. 5 Een foto maken. 6 Foto’s weergeven die u hebt gemaakt. 4 Tik op het voorbeeldscherm op het gedeelte waarop u wilt scherpstellen. Het scherpstelkader gaat naar de plaats waarop u hebt getikt en wordt groen wanneer er is scherpgesteld op het onderwerp. 5 Selecteer om een foto te maken. De foto wordt automatisch opgeslagen. Nadat de foto is gemaakt, selecteert u de afbeeldingsviewer om deze weer te geven. ●● Als u meer foto’s wilt zien, scrollt u naar links of rechts. ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. Als u wilt terugkeren naar het oorspronkelijk formaat, dubbeltikt u op het scherm. Entertainment 74 Als u de foto wilt weergeven op een DLNA-apparaat, selecteert u . ●● Als u de foto naar anderen wilt verzenden, selecteert u . ●● Als u de foto wilt verwijderen, selecteert u . ●● Als u een diashow wilt starten, selecteert u . Tik op het scherm om de diashow te stoppen. ●● Als u de foto wilt toevoegen aan het klembord, selecteert u → Kopiëren naar klembord. ●● Als u een gedeelte uit de afbeelding wilt snijden, selecteert u → Bijsnijden. ●● Als u de foto linksom wilt draaien, selecteert u → Linksom draaien. ●● Als u de foto rechtsom wilt draaien, selecteert u → Rechtsom draaien. ●● Als u de foto als achtergrond of afbeelding voor een contact wilt instellen, selecteert u → Foto instellen als. ●● Als u de foto wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u → Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde printers van Samsung. ●● Als u de foto wilt bewerken met de afbeeldingseditor, selecteert u → Bewerken. ► p. 85 ●● Als u bewegingsherkenning wilt gebruiken, selecteert u → Beweging. ●● Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, selecteert u → Naam wijzigen. ●● Als u details van een foto wilt weergeven, selecteert u → Gegevens. ●● ››De opnamestand wijzigen U kunt foto’s maken in verschillende opnamestanden. Als u de opnamemodus wilt wijzigen, selecteert u → Fotostand → een optie. Optie Functie Smile shot Het apparaat instellen om de gezichten van mensen te herkennen en u te helpen foto’s te maken wanneer ze glimlachen. Entertainment 75 Optie Functie Panorama Panoramafoto’s maken. Actiefoto Een reeks foto's van bewegende onderwerpen maken. Cartoon Foto's maken met cartooneffecten. ››Camera-instellingen wijzigen Voordat u een foto maakt, selecteert u volgende opties: voor toegang tot de Optie Functie Sneltoetsen wijzigen Sneltoetsen naar veelgebruikte opties bewerken. Zelfportret Foto's van uzelf maken met de camera aan de voorzijde. Flitser De flitsinstelling wijzigen: u kunt de flitser handmatig in- of uitschakelen of instellen dat er automatisch wordt geflitst wanneer dit nodig is. Fotostand De opnamestand wijzigen. ► p. 75 Scène modus De scènestand wijzigen. Belichtingswaarde De belichtingswaarde aanpassen om de helderheid te wijzigen. Scherpstellen Selecteer een focusmodus. U kunt closeupfoto's maken of instellen dat de camera automatisch op het onderwerp scherpstelt. Timer De lengte van de vertraging selecteren voordat de camera een foto maakt. Effecten Een speciaal effect toepassen. Resolutie Een resolutieoptie selecteren. Witbalans De kleurbalans aan de lichtomstandigheden aanpassen. Entertainment 76 Optie Functie Meting Een type belichtingsmeter selecteren. Zichtbaarheid buiten Instellen dat het contrast van de weergave wordt verbeterd in helder zonlicht. Richtlijnen Instellen dat rasterlijnen op het voorbeeldscherm worden weergegeven. GPS-tag Locatiegegevens opnemen bij de foto’s. ●● Voor een goede GPS-ontvangst moet u locaties vermijden waar het signaal geblokkeerd wordt, zoals tussen gebouwen of in laaggelegen gebieden, of in slechte weersomstandigheden. ●● Mogelijk wordt uw locatie weergegeven op uw foto’s als u deze uploadt naar internet. Schakel de instelling voor GPS-tag uit om dit te voorkomen. Opslag Een geheugenlocatie voor gemaakte foto’s selecteren. Resetten De camera-instellingen resetten. ››Een video opnemen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Camera. 2 Draai het apparaat naar de liggende stand. 3 Sleep de schuifregelaar omlaag om over te schakelen naar de camcorder. Entertainment 77 4 Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de compositie aan. Nummer Functie 1 Snelkoppelingen op de camcorder gebruiken. ●●  : de flitserinstelling wijzigen; u kunt de flitser handmatig in- of uitschakelen. ●●  : overschakelen naar de voorste camera om een video van uzelf te maken. ●●  : de opnamestand wijzigen (voor het bijvoegen van een bericht of voor normaal opslaan). ●●  : de vertraging selecteren voordat de camcorder een video maakt. ●●  : de belichtingswaarde aanpassen om de helderheid te wijzigen. U kunt snelkoppelingen naar veelgebruikte opties toevoegen of verwijderen. ► p. 80 2 De camcorderinstellingen wijzigen. 3 De opslaglocatie weergeven. 4 Overschakelen naar de camera. 5 Een video opnemen. 6 Video’s weergeven die u hebt opgenomen. Entertainment 78 5 Tik op het voorbeeldscherm op het gedeelte waarop u wilt scherpstellen. Het scherpstelkader gaat naar de plaats waarop u hebt getikt en wordt groen wanneer er is scherpgesteld op het onderwerp. 6 Selecteer 7 Selecteer om de opname te starten. om de opname te stoppen. De video wordt automatisch opgeslagen. Bepaalde geheugenkaarten hebben een te trage verwerkingssnelheid om het opnemen van video’s mogelijk te maken. Nadat een video is gemaakt, selecteert u de afbeeldingsviewer om deze weer te geven. ●● Als u meer video’s wilt zien, scrollt u naar links of rechts. ●● Als u een video wilt afspelen, selecteert u . ●● Als u de video wilt weergeven op een DLNA-apparaat, selecteert u . ●● Als u de video naar anderen wilt verzenden, selecteert u . ●● Als u de video wilt verwijderen, selecteert u . ●● Als u een diashow wilt starten, selecteert u . Tik op het scherm om de diashow te stoppen. ●● Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, selecteert u → Naam wijzigen. ●● Als u details van een video wilt weergeven, selecteert u → Gegevens. ››Camcorderinstellingen aanpassen Voordat u een video opneemt, kunt u volgende opties: selecteren voor de Optie Functie Sneltoetsen wijzigen Sneltoetsen naar veelgebruikte opties bewerken. Zelfopname Overschakelen naar de voorste camera om een video van uzelf te maken. Flitser De flitserinstelling wijzigen. Entertainment 79 Optie Functie Videostand De opnamestand wijzigen (voor het bijvoegen van een bericht of voor normaal opslaan). Belichtingswaarde De belichtingswaarde aanpassen om de helderheid te wijzigen. Timer De vertraging selecteren voordat de videoopname wordt gestart. Effecten Een speciaal effect toepassen. Resolutie Een resolutieoptie selecteren. Witbalans De kleurbalans aan de lichtomstandigheden aanpassen. Zichtbaarheid buiten Instellen dat het contrast van de weergave wordt verbeterd in helder zonlicht. Richtlijnen Instellen dat rasterlijnen op het voorbeeldscherm worden weergegeven. Opslag Een geheugenlocatie voor opgenomen video’s selecteren. Resetten De camcorderinstellingen resetten. ››De snelkoppelingspictogrammen bewerken U kunt snelkoppelingen naar veelgebruikte opties toevoegen of verwijderen. 1 Selecteer op het voorbeeldscherm wijzigen. → Sneltoetsen 2 Blijf een pictogram aanraken in de optielijst en sleep het naar het gedeelte voor snelkoppelingen. Als u snelkoppelingen wilt verwijderen, blijft u een pictogram aanraken en sleept u het naar de optielijst. 3 Tik op het scherm om terug te keren naar het voorbeeldscherm. Entertainment 80 Videospeler Hier vindt u informatie over het gebruiken van de videospeler. Afhankelijk van de software in uw apparaat worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen, kan er een fout optreden bij het openen van het bestand. ●● De afspeelkwaliteit kan verschillen afhankelijk van het inhoudstype. ●● Sommige bestanden kunnen mogelijk niet goed worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn gecodeerd. ●● ››Een video afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Videospeler. 2 Selecteer een video. 3 Regel het afspelen met de volgende toetsen: 11 Entertainment 81 Nummer Functie 1 Het volume aanpassen. 2 De verhoudingen van het videoscherm wijzigen. 3 Het geluid dempen. 4 Vooruit of achteruit spoelen in het bestand door de balk te slepen of erop te klikken. 5 Afspelen opnieuw starten; naar het vorige bestand gaan (binnen 3 seconden tikken); terugspoelen binnen het bestand (blijven aanraken). 6 Het afspelen onderbreken; selecteer door te gaan met afspelen. 7 Opties van de videospeler openen. 8 De video afspelen op een DLNA-apparaat. 9 Een geluidseffect selecteren. 10   Een bladwijzer invoegen. 11   Naar het volgende bestand gaan; vooruit spoelen in het bestand (blijven aanraken). om Selecteer tijdens het afspelen om de volgende opties te gebruiken: ●● Als u de video naar anderen wilt verzenden, selecteert u Delen via. ●● Als u een segment van een video wilt bijsnijden, selecteert u Bijsnijden. ●● Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset, selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken wanneer u een headset hebt aangesloten op het apparaat. ●● Als u uw bladwijzers wilt weergeven, selecteert u Favorieten. Deze optie wordt weergegeven wanneer u een bladwijzer hebt ingevoegd tijdens het afspelen. Entertainment 82 Als u de instellingen voor de videospeler wilt wijzigen, selecteert u Instellingen. ●● Als u details van een video wilt weergeven, selecteert u Gegevens. ●● ››Instellingen van de videospeler aanpassen 1 Tijdens het afspelen, selecteert u 2 Wijzig de volgende opties: → Instellingen. Optie Functie Afspeelsnelheid De afspeelsnelheid wijzigen. Ondertitels De instellingen wijzigen voor het huidige ondertitelbestand. Als de video geen gekoppelde ondertiteling heeft, selecteert u Ondertitels selecteren om een ondertitelingsbestand te openen. Volgende autom. afspelen Instellen dat de videospeler het volgende bestand automatisch afspeelt. Kleurtoon Een kleurtoon selecteren. Zichtbaarheid buiten Instellen dat het contrast verbeterd wordt van de weergave in helder zonlicht. Galerij Hier vindt u informatie over het bekijken van foto’s en video’s die zijn opgeslagen op het apparaat. Afhankelijk van de software in uw apparaat worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen, kan er een fout optreden bij het openen van het bestand. ●● De afspeelkwaliteit kan verschillen afhankelijk van het inhoudstype. ●● Sommige bestanden kunnen mogelijk niet goed worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn gecodeerd. ●● Entertainment 83 ››Een afbeelding weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Galerij. 2 Selecteer een map → een afbeelding. Gebruik de volgende opties tijdens het bekijken van een afbeelding: ●● Als u meer afbeeldingen wilt weergeven, scrollt u naar links of rechts. ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. Als u wilt terugkeren naar het oorspronkelijk formaat, dubbeltikt u op het scherm. ●● Als u de afbeelding wilt weergeven op een DLNA-apparaat, selecteert u . ●● Als u de afbeelding naar anderen wilt verzenden, selecteert u . ●● Als u de afbeelding wilt verwijderen, selecteert u . ●● Als u een diashow wilt starten, selecteert u . Tik op het scherm om de diashow te stoppen. ●● Als u de afbeelding wilt toevoegen aan het klembord, selecteert u → Kopiëren naar klembord. ●● Als u een gedeelte uit de afbeelding wilt snijden, selecteert u → Bijsnijden. ●● Als u de afbeelding linksom wilt draaien, selecteert u → Linksom draaien. ●● Als u de afbeelding rechtsom wilt draaien, selecteert u → Rechtsom draaien. ●● Als u de afbeelding als achtergrond of afbeelding voor een contact wilt instellen, selecteert u → Foto instellen als. ●● Als u de afbeelding wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u → Afdrukken. Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde printers van Samsung. ●● Als u de afbeelding wilt bewerken met de afbeeldingseditor, selecteert u → Bewerken. ► p. 85 ●● Als u bewegingsherkenning wilt gebruiken, selecteert u → Beweging. ●● Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, selecteert u → Naam wijzigen. Entertainment 84 ●● Als u details van een afbeelding wilt weergeven, selecteert u → Gegevens. De opties kunnen verschillen afhankelijk van de geselecteerde map. ››Een video afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Galerij. 2 Selecteer een map → een video (aangeduid met het pictogram ). 3 Selecteer om het afspelen te starten. 4 Regel het afspelen met de toetsen. ► p. 81 Selecteer tijdens het afspelen om de volgende opties te gebruiken: ●● Als u de video naar anderen wilt verzenden, selecteert u Delen via. ●● Als u een segment van een video wilt bijsnijden, selecteert u Bijsnijden. ●● Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset, selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken wanneer u een headset hebt aangesloten op het apparaat. ●● Als u uw bladwijzers wilt weergeven, selecteert u Favorieten. Deze optie wordt weergegeven wanneer u een bladwijzer hebt ingevoegd tijdens het afspelen. ●● Als u de instellingen voor de videospeler wilt wijzigen, selecteert u Instellingen. ●● Als u details van een video wilt weergeven, selecteert u Gegevens. Foto-editor U kunt afbeeldingen bewerken en verschillende effecten toepassen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Foto-editor. Entertainment 85 2 Selecteer een afbeelding of selecteer Foto selecteren → een map → een afbeelding. Als u een nieuwe foto wilt maken, selecteert u Foto nemen. Selecteer Selectie → OK. 3 4 Teken een rand om het gedeelte dat u wilt selecteren en selecteer . ●● Als u het hulpmiddel voor selectie wilt wijzigen, selecteert u Selectie. ●● Als u de selectierand wilt bewerken, selecteert u , of . Als u Magnetisch of Kwast selecteert, kunt u de rand aanpassen door Grootte selectie te selecteren. ●● Als u de selectie wilt omkeren, selecteert u Omgekeerd. 5 Bewerk de afbeelding met de volgende hulpmiddelen: Hulpmiddel Functie Draaien De afbeelding draaien of omkeren. Formaat wijzigen Het formaat van de afbeelding wijzigen door de rechthoek te slepen of 100% → een optie te selecteren. Bijsnijden De afbeelding bijsnijden door de rechthoek te verplaatsen of slepen. Kleur Een kleureffect toepassen. Effect Een filtereffect toepassen. Hulpmiddelen Extra hulpmiddelen gebruiken. Uw laatste handeling ongedaan maken. Uw laatste handeling opnieuw uitvoeren. 6 Selecteer wanneer u klaar bent. 7 Geef een naam voor de afbeelding in en selecteer OK. Entertainment 86 MP3-speler Hier vindt u informatie over het onderweg luisteren naar uw favoriete muziek. Afhankelijk van de software in uw apparaat worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen, kan er een fout optreden bij het openen van het bestand. ●● De afspeelkwaliteit kan verschillen afhankelijk van het inhoudstype. ●● Sommige bestanden kunnen mogelijk niet goed worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn gecodeerd. ●● ››Muziekbestanden op uw apparaat zetten Breng eerst bestanden over naar uw apparaat of geheugenkaart: ●● Downloaden van internet. ► p. 42 ●● Downloaden vanaf een computer met Samsung Kies. ► p. 98 ●● Downloaden van een computer met Windows Media Player. ► p. 98 ●● Ontvangen via Bluetooth. ► p. 108 ●● Kopiëren naar een geheugenkaart. ► p. 99 ››Muziek afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler. 2 Selecteer een muziekcategorie → een muziekbestand. 3 Selecteer de albumafbeelding om het scherm met de muziekspeler te openen. Entertainment 87 4 Regel het afspelen met de volgende toetsen: 14 Nummer Functie 1 Het volume aanpassen. 2 Het bestand als uw favoriete nummer instellen. 3 Het geluid dempen. 4 Vooruit of achteruit spoelen in het bestand door de balk te slepen of erop te klikken. 5 De shufflestand inschakelen. 6 Afspelen opnieuw starten; naar het vorige bestand gaan (binnen 2 seconden tikken); terugspoelen binnen het bestand (blijven aanraken). Entertainment 88 Nummer Functie 7 Het afspelen onderbreken; selecteer door te gaan met afspelen. om 8 De details van de muziek weergeven. 9 De afspeellijst openen. 10   Muziekopties weergeven. 11   Het muziekbestand afspelen op een DLNAapparaat. 12   Een geluidseffect selecteren. 13   De herhaalstand wijzigen. 14   Naar het volgende bestand gaan; vooruit spoelen in het bestand (blijven aanraken). U kunt de MP3-speler bedienen met een headset. Houd op het startscherm de headsetknop ingedrukt om de MP3speler te starten. Druk op de headsetknop om het afspelen te starten of te onderbreken. Selecteer tijdens het afspelen om de volgende opties te gebruiken: ●● Als u het muziekbestand wilt toevoegen aan een afspeellijst, selecteert u Toevoegen aan afspeellijst. ●● Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset, selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken wanneer u een headset hebt aangesloten op het apparaat. ●● Als u het muziekbestand naar anderen wilt verzenden, selecteert u Delen via. ●● Als u het muziekbestand wilt instellen als beltoon, selecteert u Instellen als. ●● Als u de instellingen van de MP3-speler wilt wijzigen, selecteert u Instellingen. Entertainment 89 ››Een afspeellijst maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler. 2 Selecteer → Nieuwe afspeellijst. 3 Geef een titel voor uw nieuwe afspeellijst in en selecteer OK. 4 Selecteer een muziekcategorie en schakel in naast de bestanden die u wilt opnemen. 5 Selecteer Gereed. ››Instellingen van de MP3-speler aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler. 2 Selecteer → Instellingen. 3 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Geavanceerd → SoundAlive Een geluidseffect selecteren. Geavanceerd → Afspeelsnelheid De afspeelsnelheid wijzigen. Geavanceerd → Songteksten Instellen dat songteksten worden weergegeven tijdens het afspelen. Geavanceerd → De MP3-speler zo instellen dat deze na Muziek automatisch een bepaalde tijd automatisch wordt uit uitgeschakeld. Muziekmenu Muziekcategorieën voor weergave in de muziekbibliotheek selecteren. Entertainment 90 Persoonlijke gegevens Contacten Hier vindt u informatie over hoe u een lijst met uw persoonlijke of zakelijke contacten kunt maken en beheren. U kunt namen, telefoonnummers, e-mailadressen en andere gegevens voor uw contacten opslaan. ››Een contact instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten → . 2 Selecteer een geheugenlocatie. 3 Geef de contactgegevens in. 4 Selecteer Opslaan om het contact aan het geheugen toe te voegen. U kunt contacten toevoegen via het belscherm door selecteren. te ››Een contact zoeken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Blader omhoog of omlaag in de lijst met contacten. 3 Selecteer de naam van het contact. In de contactweergave hebt u de volgende opties: ●● Als u een spraakoproep wilt starten, selecteert u . ●● Als u een video-oproep wilt starten, selecteert u . ●● Als u een tekst- of multimediabericht wilt verzenden, selecteert u . ●● Als u een e-mailbericht wilt verzenden, selecteert u . ●● Als u een favoriet nummer wilt instellen, selecteert u . ●● Als u de contactgegevens wilt bewerken, selecteert u → Bewerken. Persoonlijke gegevens 91 ››Een snelkiesnummer instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Selecteer → Instelling snelkiesnummer. 3 Selecteer een locatienummer → een contact. U kunt een snelkiesnummer bellen door het locatienummer te blijven aanraken in het belscherm. ››Uw visitekaartje maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Selecteer uw naam boven aan de lijst met contacten. 3 Selecteer → Bewerken. 4 Geef uw persoonlijke gegevens in en selecteer Opslaan. U kunt uw visitekaartje naar anderen verzenden door Naamkaartje delen via te selecteren. → ››Een contactgroep maken Door contactgroepen te maken, kunt u meerdere contacten beheren en bericht naar een hele groep sturen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Groepen → . 2 Geef een naam in en pas de instellingen aan voor de groep. 3 Voeg leden toe aan de groep. 4 Selecteer Opslaan. Persoonlijke gegevens 92 ››Een contact kopiëren Contacten kopiëren van de SIM-kaart of USIM-kaart naar uw apparaat 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Selecteer → Importeren/exporteren → Importeren van SIM-kaart. 3 Selecteer een geheugenlocatie. 4 Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer Gereed. Contacten kopiëren van uw apparaat naar de SIM-kaart of USIM-kaart 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Selecteer → Importeren/exporteren → Exporteren naar SIM-kaart. 3 Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer Gereed → OK. ››Contacten importeren of exporteren U kunt bestanden (in vcf-indeling) importeren van of exporteren naar de USB-opslag of geheugenkaart van uw apparaat. Contactbestanden importeren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Selecteer → Importeren/exporteren → Importeren van SD-kaart of Importeren uit USB-opslag. 3 Selecteer een geheugenlocatie. 4 Selecteer een optie voor het importeren van één contact, meerdere contacten of alle contacten en selecteer OK. 5 Selecteer de contactbestanden die u wilt importeren en selecteer OK. Persoonlijke gegevens 93 Contacten exporteren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Selecteer → Importeren/exporteren → Exporteren naar SD-kaart of Exporteren naar USB-opslag. 3 Selecteer OK ter bevestiging. S Planner Uw apparaat bevat een krachtige planner waarmee u uw planning eenvoudiger en effectiever kunt indelen. Hier vindt u informatie over hoe u afspraken en taken kunt maken en beheren en alarmen kunt instellen om u aan belangrijke afspraken en taken te herinneren. ››Een afspraak of taak maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties S Planner. 2 Selecteer . 3 Selecteer boven aan het scherm een type afspraak. 4 Geef de details in voor de afspraak en selecteer Opslaan. ››De weergavemodus wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties S Planner. 2 Selecteer een weergavestand. Jaar: alle maanden in het jaar Maand: een volledige maand in een weergave ●● Week: urenblokken voor de dagen van een volledige week ●● ●● Persoonlijke gegevens 94 Dag: blokken van een uur voor één hele dag Agenda: een lijst met alle afspraken en feestdagen die gepland zijn voor een bepaalde periode ●● Taak: een lijst met taken U kunt de weergavemodus ook wijzigen door twee vingers op het scherm te plaatsen en ze uit elkaar of naar elkaar toe te bewegen. ●● ●● ››Een afspraak of taak weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties S Planner. 2 Selecteer een datum in de agenda. Als u wilt verplaatsen naar een bepaalde dag, selecteert u → Ga naar en geeft u de datum in. ●● Als u naar de huidige datum wilt gaan, selecteert u Vandaag. ●● 3 Selecteer een afspraak om de details te bekijken. U kunt de afspraak naar anderen verzenden door Delen via te selecteren. → ››Het alarm voor een afspraak of taak stoppen Als u voor een afspraak of taak een herinnering instelt, gaat het alarm op de opgegeven tijd af. 1 Tik in de rechterbenedenhoek van de systeembalk om het meldingenpaneel te openen. 2 Selecteer de afspraakmelding. 3 Selecteer een afspraak om de details te bekijken. Als u het alarm voor de afspraak op de sluimerstand wilt zetten, selecteert u Sluimeren. Persoonlijke gegevens 95 Notitie Hier wordt uitgelegd hoe u belangrijke informatie vastlegt, zodat u deze op een latere datum kunt bekijken. ››Een notitie maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Notitie. 2 Selecteer . 3 Geef de tekst in. 4 Selecteer Gereed. ››Een notitie weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Notitie. 2 Selecteer een notitie om de details te bekijken. Terwijl u een notitie bekijkt, hebt u de volgende opties: ●● Als u de notitie wilt verwijderen, selecteert u → . ●● Als u de achtergrondkleur wilt wijzigen, selecteert u → . ●● Als u de notitie wilt beschermen tegen onbedoelde verwijdering, selecteert u → . ●● Als u de notitie wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, selecteert u → . Uw apparaat is alleen compatibel met bepaalde printers van Samsung. ●● Als u de notitie naar anderen wilt verzenden, selecteert u → . Persoonlijke gegevens 96 Pennotitie Hier vindt u informatie over het maken van getekende notities. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Pennotitie. 2 Selecteer . 3 U kunt een getekende notitie maken met de volgende hulpmiddelen: Hulpmiddel Functie Tekst ingeven. Schrijven of tekenen op het scherm. Penmarkeringen wissen. De instellingen van het hulpmiddel wijzigen. Uw laatste handeling ongedaan maken. Uw laatste handeling opnieuw uitvoeren. 4 Selecteer Gereed wanneer u klaar bent. Persoonlijke gegevens 97 Connectiviteit USB-verbindingen Informatie over het aansluiten van uw apparaat op een computer met een USB-kabel. Koppel de USB-kabel niet los van de computer terwijl het apparaat gegevens overzet of leest. Als u dit wel doet, kunnen gegevens verloren gaan of kan het apparaat worden beschadigd. Voor de beste resultaten sluit u de USB-kabel rechtstreeks aan op een USB-poort op de computer. De gegevensoverdracht kan mislukken wanneer u een USB-hub gebruikt. ››Verbinden met Samsung Kies Controleer of Samsung Kies op de computer is geïnstalleerd. U kunt het programma downloaden van de Samsung-website. Samsung Kies werkt op zowel Windows- als Macintoshcomputers. 1 Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel. Samsung Kies wordt automatisch gestart op de computer. Als Samsung Kies niet automatisch wordt gestart, dubbelklikt u op het pictogram Samsung Kies op uw computer. 2 Zet bestanden over tussen uw apparaat en de computer. Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie. ››Verbinden met Windows Media Player Controleer of Windows Media Player op de computer is geïnstalleerd. 1 Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel. 2 Open Windows Media Player en synchroniseer muziekbestanden. Connectiviteit 98 ››Als media-apparaat verbinden U kunt uw apparaat op een computer aansluiten en mediabestanden openen die op uw apparaat zijn opgeslagen. 1 Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel. 2 Tik in de rechterbenedenhoek van de systeembalk om het meldingenpaneel te openen. 3 Selecteer Verbonden als een extern opslagapparaat → Media-apparaat (MTP). 4 Zet bestanden over tussen uw apparaat en de computer. Voordat u het apparaat loskoppelt van de computer, moet u het apparaat voor massaopslag veilig verwijderen. Als u dit niet doet, kunnen gegevens op het apparaat verloren gaan of kan uw apparaat worden beschadigd. ››Als een camera-apparaat aansluiten U kunt uw apparaat op een computer aansluiten als camera en bestanden via uw apparaat openen. Gebruik deze USB-verbindingsmodus als uw computer MTP (media transfer protocol) niet ondersteunt of als het USBstuurprogramma voor uw apparaat niet is geïnstalleerd. 1 Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel. 2 Tik in de rechterbenedenhoek van de systeembalk om het meldingenpaneel te openen. 3 Selecteer Verbonden als een extern opslagapparaat → Camera (PTP). 4 Zet bestanden over tussen uw apparaat en de computer. Connectiviteit 99 Wi-Fi Hier vindt u informatie over het gebruik van de draadloze netwerkvoorzieningen van de telefoon waarmee u verbinding kunt maken met elk draadloos LAN (WLAN) dat compatibel is met de IEEE 802.11-normen. Overal waar er een draadloos toegangspunt of hotspot aanwezig is, kunt u verbinding met internet of andere netwerkapparaten maken. Het apparaat gebruikt een niet-geharmoniseerde frequentie en is bedoeld voor gebruik in alle Europese landen. Het WLAN mag in de EU zonder beperkingen binnenshuis worden gebruikt, maar kan niet buitenshuis worden gebruikt. ››De Wi-Fi-functie activeren Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de schakelaar Wi-Fi naar rechts. De Wi-Fi-functie die op de achtergrond wordt uitgevoerd, verbruikt batterijlading. Activeer de functie daarom alleen wanneer dit nodig is, om de batterij te sparen. ››Wi-Fi-toegangspunt zoeken en verbinding maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. Uw apparaat zoekt automatisch naar beschikbare Wi-Fitoegangspunten. 2 Selecteer toegangspunt. 3 Geef een wachtwoord voor het toegangspunt in (indien nodig). 4 Selecteer Verbinden. ››Handmatig een Wi-Fi-toegangspunt toevoegen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi → Netwerk toevoegen. Connectiviteit 100 2 Geef de SSID voor het toegangspunt in en selecteer het beveiligingstype. 3 Stel de beveiligingsinstellingen in op basis van het beveiligingtype dat u hebt geselecteerd en selecteer Opslaan. ››Aansluiten op een beveiligd Wi-Fi-toegangspunt U kunt verbinding maken met een beveiligd toegangspunt via een WPS-knop of WPS PIN. Als u deze methode wilt gebruiken, moet uw toegangspunt beschikken over een WPS-knop. Verbinding maken via een WPS-knop 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. 2 Selecteer een toegangspunt aangeduid als beveiligd netwerk en selecteer Geavanceerde opties weergeven. 3 Selecteer de vervolgkeuzelijst WPS. 4 Selecteer Drukknop → Verbinden. 5 Druk binnen 2 minuten op een WPS-knop op het toegangspuntapparaat. Verbinding maken via een WPS PIN 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. 2 Selecteer een toegangspunt aangeduid als beveiligd netwerk en selecteer Geavanceerde opties weergeven. 3 Selecteer de vervolgkeuzelijst WPS. 4 Selecteer Pincode vanaf toegangspunt om een WPS PIN- code van het toegangspunt in te geven of selecteer Pincode van dit apparaat om een WPS PIN-code van uw apparaat te gebruiken. 5 Selecteer Verbinden. 6 Druk op het toegangspunt op de WPS-knop of geef de PINcode van uw apparaat in. Connectiviteit 101 ››Statische IP-instellingen instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. 2 Selecteer een toegangspunt → Geavanceerde opties weergeven. 3 Selecteer de vervolgkeuzelijst IP-instellingen. 4 Selecteer Statisch. 5 Wijzig de IP-instellingen. 6 Selecteer Verbinden. ››Wi-Fi-instellingen aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi → → Geavanceerd. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Netwerkmelding Instellen dat u een melding ontvangt als er een open Wi-Fi-toegangspunt beschikbaar is. Wi-Fi ingeschakeld Instellen of de Wi-Fi-functie laten tijdens ingeschakeld moet blijven tijdens sluimeren sluimeren. MAC-adres Het MAC-adres weergeven. IP-adres Het IP-adres weergeven. Wi-Fi Direct Hier vindt u informatie over het gebruik van de functie Wi-Fi Direct waarmee u twee apparaten via een Wi-Fi kunt verbinden zonder een toegangspunt. Connectiviteit 102 ››Uw apparaat verbinden met een ander apparaat 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer... → Wi-Fi Direct. 2 Sleep de schakelaar Wi-Fi Direct naar rechts en selecteer OK. 3 Selecteer Scannen. 4 Selecteer een apparaat. Wanneer de eigenaar van het andere apparaat de verbinding accepteert, zijn de apparaten verbonden. ››Gegevens verzenden via Wi-Fi 1 Selecteer een bestand of item in een gewenste applicatie. 2 Selecteer een optie voor het verzenden van gegevens via Wi-Fi. De methode voor het selecteren van een optie kan verschillen per gegevenstype. 3 Zoek naar en selecteer een ander apparaat. ››Gegevens ontvangen via Wi-Fi Wanneer u gegevens ontvangt, worden deze automatisch opgeslagen op uw apparaat. Ontvangen gegevens worden in de map ShareViaWifi opgeslagen. AllShare Hier vindt u informatie over het gebruik van de DLNAservice (Digital Living Network Alliance) waarmee u via Wi-Fi mediabestanden kunt uitwisselen met apparaten die DLNA ondersteunen. Sommige bestanden worden niet afgespeeld op bepaalde DLNA-apparaten. ●● Het delen van mediabestanden wordt mogelijk gebufferd via de netwerkverbinding. ●● Connectiviteit 103 ››Bestanden op een ander apparaat afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties AllShare. 2 Selecteer Mijn apparaat. 3 Selecteer een mediacategorie → een bestand. 4 Selecteer een speler. Het afspelen begint op de geselecteerde speler. 5 Bedien het afspelen met de toetsen op uw apparaat. ››Een bestand op uw apparaat afspelen vanaf een ander apparaat 1 Selecteer in de lijst met applicaties AllShare. Het apparaat zoek automatisch naar DLNA-apparaten. 2 Selecteer een apparaat dat mediabestanden bevat. 3 Selecteer een mediacategorie → een bestand. 4 Bedien het afspelen met de toetsen op uw apparaat. ››Een bestand op het ene apparaat afspelen op een ander apparaat 1 Selecteer in de lijst met applicaties AllShare. Het apparaat zoek automatisch naar DLNA-apparaten. 2 Selecteer een apparaat dat mediabestanden bevat. 3 Selecteer een mediacategorie → een bestand. 4 Selecteer . 5 Selecteer een speler. Het afspelen begint op de geselecteerde speler. 6 Bedien het afspelen met de toetsen op uw apparaat. Connectiviteit 104 ››Instellingen voor het delen van mediabestanden aanpassen Als u andere DLNA-apparaten toegang tot mediabestanden op uw apparaat wilt geven, moet u het delen van media inschakelen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties AllShare → 2 Wijzig de volgende opties: . Optie Functie Naam mediaserver Een mediaservernaam voor uw apparaat ingeven. Media delen Instellen om uw video’s, afbeeldingen of muziek met andere apparaten te delen. Toegangspunt netwerk Een verbindingsprofiel voor gebruik bij DLNA-verbindingen selecteren. Uploads van andere apparaten Instellen om uploads van andere apparaten te accepteren. Een geheugenlocatie selecteren Standaardgeheugen voor het opslaan van gedownloade mediabestanden. Mobiel netwerk delen Hier vindt u informatie over de mobiele netwerkverbinding van uw apparaat delen met andere apparaten. ››Het mobiele netwerk van uw apparaat delen via Wi-Fi Hier vindt u informatie over uw apparaat gebruiken als een draadloos toegangspunt voor andere apparaten. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer... → Tethering en draagbare hotspot. Connectiviteit 105 2 Selecteer Draagbare Wi-Fi hotspot om mobiel netwerk delen via Wi-Fi in te schakelen. 3 Selecteer Draagbare Wi-Fi hotspot configureren om netwerkinstellingen te configureren om uw apparaat als toegangspunt te gebruiken. Optie Functie Netwerk-SSID De apparaatnaam bewerken die wordt weergegeven aan andere apparaten. Beveiliging Een beveiligingstype selecteren. 4 Selecteer Opslaan. 5 Zoek op een ander apparaat de naam van uw apparaat en maak verbinding met uw mobiele netwerk. ››Het mobiele netwerk van uw apparaat delen via USB Hier vindt u informatie over het gebruik van uw apparaat als draadloos modem door een USB-verbinding te maken met een computer. 1 Sluit uw apparaat aan op een computer met een USB-kabel. 2 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer... → Tethering en draagbare hotspot. 3 Selecteer USB-tethering om mobiel netwerk delen via USB te activeren. U stopt het delen van de netwerkverbinding door het selectievakje naast USB-tethering uit te schakelen. De methode voor delen is afhankelijk van het besturingssysteem van de computer. ››Het mobiele netwerk van uw apparaat delen via Bluetooth 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer... → Tethering en draagbare hotspot. Connectiviteit 106 2 Selecteer Bluetooth-tethering om mobiel netwerk delen via Bluetooth te activeren. 3 Zoek uw apparaat op een ander apparaat en koppel de apparaten. Controleer of u de Bluetooth-functie en de zichtbaarheidsfunctie hebt geactiveerd. Bluetooth Hier vindt u informatie over het uitwisselen van gegevens of mediabestanden met andere apparaten via Bluetooth. Samsung is niet verantwoordelijk voor het verlies, de onderschepping of het misbruik van gegevens die via de Bluetooth-functie zijn verzonden of ontvangen. ●● Zorg altijd dat u gegevens deelt met en ontvangt van vertrouwde apparaten die goed zijn beveiligd. Als er voorwerpen tussen de apparaten staan, is het mogelijk dat de afstand waarop de apparaten kunnen communiceren, afneemt. ●● Sommige apparaten, vooral apparaten die niet door Bluetooth SIG zijn getest of goedgekeurd, zijn mogelijk niet compatibel met uw apparaat. ●● Gebruik de Bluetooth-functie niet voor illegale doeleinden (bijvoorbeeld illegale kopieën van bestanden maken of illegaal gesprekken aftappen voor commerciële doeleinden). Samsung is niet aansprakelijk voor de gevolgen van illegaal gebruik van de Bluetooth-functie. ●● ››De Bluetooth-functie inschakelen Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de schakelaar Bluetooth naar rechts. Connectiviteit 107 ››Ander apparaat zoeken en koppelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Bluetooth → Zoeken naar apparaten. 2 Selecteer een apparaat. 3 Selecteer OK om de Bluetooth PIN-codes van twee apparaten op elkaar af te stemmen. Geef een Bluetooth PIN-code in en selecteer OK. Wanneer de eigenaar van het andere apparaat dezelfde PINcode ingeeft of de verbinding accepteert, zijn de apparaten gekoppeld. Als de koppeling slaagt, zoekt het apparaat automatisch naar beschikbare diensten. Sommige apparaten, vooral headsets en handsfree carkits, hebben een vaste Bluetooth-PIN-code, zoals 0000. Als het andere apparaat een PIN-code heeft, moet u deze ingeven. ››Gegevens verzenden via Bluetooth 1 Selecteer een bestand of item in een gewenste applicatie. 2 Selecteer een optie voor verzending via de Bluetooth-functie. De methode voor het selecteren van een optie kan verschillen per gegevenstype. 3 Zoek een Bluetooth-apparaat en breng een koppeling tot stand. ››Gegevens ontvangen via Bluetooth 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Bluetooth en schakel het selectievakje in naast uw apparaat. Als u de periode wilt selecteren dat uw apparaat zichtbaar is, selecteert u → Time-out zichtbaar. Connectiviteit 108 2 Wanneer u wordt gevraagd, selecteert u OK om de Bluetooth PIN-code af te stemmen of geef de Bluetooth PIN-code in en selecteer OK (indien nodig). 3 Selecteer Accepteren om te bevestigen dat u gegevens wilt ontvangen. Ontvangen gegevens worden in de map bluetooth opgeslagen. Als u een contact ontvangt, wordt het automatisch opgeslagen in het telefoonboek. GPS Uw apparaat is uitgerust met een GPS-ontvanger (Global Positioning System). Hier vindt u informatie over hoe u locatieservices kunt inschakelen en extra GPS-functies kunt gebruiken. Voor een betere ontvangst van GPS-signalen kunt u uw apparaat beter niet gebruiken in de volgende situaties: ●● Tussen gebouwen, in tunnels of ondergrondse passages of in gebouwen ●● In slechte weersomstandigheden ●● In de buurt van hoogspanningsmasten of elektromagnetische velden ●● In een voertuig met beschermende folie tegen de zon Raak het gedeelte rond de antenne niet aan en bedek dit niet met uw handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik van de GPS-functies. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ››Locatieservices activeren U moet locatieservices inschakelen om locatiegegevens te ontvangen of op de kaart te zoeken. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Locatieservices. Connectiviteit 109 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Instellen om Wi-Fi en/of mobiele netwerken te gebruiken om uw Draadloze netwerken locatie te vinden. gebruiken Er kunnen extra kosten worden berekend voor het gebruik van mobiele netwerken. GPS-satellieten gebruiken Instellen om GPS-satellieten te gebruiken om uw locatie te vinden. Locatie en Google zoeken Instellen dat het apparaat uw actuele locatie voor de zoekfunctie en andere services van Google gebruikt. VPN-verbindingen Hier vindt u informatie over het maken van VPN’s en hoe u hiermee veilig verbinding kunt maken via internet. Uw apparaat moet al zijn geconfigureerd voor internettoegang. Als u problemen hebt met internettoegang, moet u de verbindingen bewerken. Als u niet zeker weet welke gegevens u moet ingeven, neemt u contact op met de VPN-beheerder. ●● Als u deze functie wilt gebruiken, moet u schermvergrendelingsfunctie inschakelen. ●● Connectiviteit 110 ››Een VPN-profiel instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer... → VPN → VPN-netwerk toevoegen. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Naam Een naam ingeven voor de VPN-server. Type Selecteer een type VPN. Serveradres Het adres van de VPN-server ingeven. L2TP-geheim Een geheim L2TP-wachtwoord ingeven. IPSec-id Een gebruikersnaam ingeven. Vooraf gedeelde IPsec-sleutel Een vooraf gedeelde beveiligingssleutel ingeven. Een gebruikerscertificaat selecteren waarmee de VPN-server u identificeert. IPSecU kunt certificaten van de VPN-server gebruikercertificaat importeren of downloaden van internet. Een certificeringsinstantie (CA) selecteren waarmee de VPN-server u IPSec CA-certificaat identificeert. U kunt certificaten van de VPN-server importeren of downloaden van internet. IPSecservercertificaat Een servercertificaat selecteren waarmee de VPN-server u identificeert. U kunt certificaten van de VPN-server importeren of downloaden van internet. PPP-codering (MPPE) Instellen dat gegevens worden gecodeerd voordat ze naar de VPNserver worden verzonden. Connectiviteit 111 Optie Functie Geavanceerde opties weergeven Instellen dat de geavanceerde netwerkinstellingen worden gewijzigd. Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van het type VPN. 3 Selecteer Opslaan wanneer u klaar bent. ››Verbinding maken met een privénetwerk 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer... → VPN. 2 Selecteer een privénetwerk. 3 Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in en selecteer Verbinden. Connectiviteit 112 Hulpmiddelen Alarm Hier vindt u informatie over hoe u een alarm voor belangrijke afspraken kunt instellen en gebruiken. ››Een alarm instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Alarm. 2 Selecteer . 3 De details van het alarm instellen. 4 Selecteer Gereed wanneer u klaar bent. Als u een alarm wilt uitschakelen, selecteert u het klokpictogram naast het alarm. Als u een alarm wilt verwijderen, selecteert u . ››Een alarm stoppen Ga als volgt te werk wanneer het alarm afgaat: ●● Als u het alarm wilt stoppen, selecteert u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel. ●● Als u het alarm wilt stoppen tijdens de sluimerperiode, selecteert u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel. Hulpmiddelen 113 Calculator Hier vindt u informatie over het uitvoeren van berekeningen met het apparaat. ››Een berekening uitvoeren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Calculator. 2 Gebruik de toetsen op het scherm om elementaire berekeningen uit te voeren. Draai het apparaat in de liggende stand om de wetenschappelijke calculator te gebruiken. Als u hebt ingesteld dat het scherm niet draait wanneer u het apparaat draait, selecteert u → Wetenschappelijke calculator. ››De berekeningsgeschiedenis weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Calculator. 2 Geef een berekening uit. 3 Selecteer om het toetsenbord van de calculator te verbergen. De berekeningsgeschiedenis wordt weergegeven. Downloads Hier vindt u informatie over hoe u logs van bestanden die u hebt gedownload vanaf internet en vanuit e-mail, kunt beheren. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Downloads. 2 Selecteer een downloadcategorie. 3 Als u een gedownload bestand wilt openen, selecteert u het logbestand. Als u een logbestand wilt verwijderen, schakelt u het selectievakje in en selecteert u . Hulpmiddelen 114 eBook Boekbestanden openen en lezen op uw apparaat. U kunt ook boeken zoeken in een online boekwinkel en deze boekbestanden downloaden. Selecteer in de lijst met applicaties eBook. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Als u deze applicatie nog niet eerder hebt gebruikt, moet u de applicatie downloaden op Samsung Apps en installeren op uw apparaat. ●● Mijn bestanden Hier vindt u informatie over verschillende soorten bestanden die op uw apparaat zijn opgeslagen. ››Ondersteunde bestandsindelingen De volgende bestandsindelingen worden door uw apparaat ondersteund: Type Indeling Foto bmp, gif, jpg, png Video 3gp (mp4), avi (divx), wmv (asf), flv, mkv, webm Muziek mp3, aac, ogg, wma, amr, m4a, mp4, flac, wav, mid, mxmf, xmf, rtttl, rtx, ota, imy Audio wav, amr, awb, mid, mxmf, xmf, rtttl, rtx, ota, imy Overige doc, docx, pdf, ppt, pptx, txt, xls, xlsx, htm, html, vcf, vcs, vnt, jad, jar Afhankelijk van de software in uw apparaat worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan het beschikbare geheugen, kan er een fout optreden bij het openen van het bestand. ●● Hulpmiddelen 115 ››Een bestand bekijken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Mijn bestanden. 2 Selecteer een map. Als u een niveau omhoog wilt, selecteert u . ●● Als u wilt teruggaan naar de hoofdmap, selecteert u ●● 3 Selecteer een bestand. . In de mappenlijst hebt u de volgende opties: ●● Als u wilt zoeken naar bestanden die zijn opgeslagen op uw apparaat, selecteert u . ●● Als u de bestanden wilt weergeven als miniaturen, selecteert u . ●● Als u mappen wilt maken voor het beheren van bestanden, selecteert u . ●● Als u de instellingen voor bestandsbeheer wilt wijzigen, selecteert u → Instellingen. ●● Als bestanden of mappen wilt sorteren, selecteert u het vervolgkeuzemenu Naam en selecteert u een optie. ●● Als u een bestand naar anderen wilt verzenden, schakelt u het selectievakje in en selecteert u . ●● Als u de bestanden of mappen naar een andere map wilt kopiëren, schakelt u het selectievakje in en selecteert u of . ●● Als u bestanden of mappen wilt verwijderen, schakelt u de selectievakjes in en selecteert u . ●● Als u de naam van een bestand of map wilt wijzigen, schakelt u het selectievakje in en selecteert u → Naam wijzigen. ●● Als u details van bestanden of mappen wilt weergeven, schakelt u het selectievakje in en selecteert u → Gegevens. Polaris Office Hier vindt u informatie over het maken of weergeven van documenten met uw apparaat. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. Hulpmiddelen 116 ››Een document maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Polaris Office. Als u deze applicatie voor het eerst start, moet u zich registreren als online gebruiker of de registratie overslaan. 2 Selecteer Nieuw bestand → een documenttype. 3 Selecteer een sjabloon (indien nodig). 4 Maak het document. 5 Selecteer als u klaar bent. 6 Geef een naam voor het document in en selecteer een geheugenlocatie voor het document. Selecteer vervolgens Opslaan. ››Een document openen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Polaris Office. 2 Selecteer Local Storage → een documentbestand. Als u een onlangs gebruikt bestand wilt openen, selecteert u een bestand onder Recente bestanden. 3 Bekijk het document. In de documentweergave hebt u de volgende opties: ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en breng ze langzaam bij elkaar of verder uit elkaar. U kunt ook → een optie selecteren. ●● Als u de werkbalk voor bewerken wilt openen, selecteert u . ●● Als u een diashow wilt starten in een PowerPoint-document, selecteert u . Tik op het scherm om verder te gaan naar de om de diashow af te sluiten. volgende dia. Selecteer ●● Als u naar tekst wilt zoeken, selecteert u . ●● Als u extra opties wilt gebruiken met het document, selecteert u . De beschikbare opties kunnen afwijken afhankelijk van het documenttype of de stand van het apparaat. Hulpmiddelen 117 ››Documenten online beheren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Polaris Office. 2 Selecteer Web Storage → Account toevoegen. 3 Geef de gebruikersnaam en het wachtwoord voor uw account in en selecteer OK. 4 Bekijk en beheer uw documenten op de server. Zoeken Hier vindt u informatie over het zoeken naar gegevens op uw apparaat of op internet. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Zoeken. 2 Geef een trefwoord in en selecteer . Als u met uw stem gegevens wilt zoeken, selecteert u en spreekt u een trefwoord in de microfoon van het apparaat. 3 Selecteer een zoekresultaat. SIM-toolkit U kunt een aantal extra diensten gebruiken die door uw serviceprovider worden aangeboden. Afhankelijk van uw SIM- of USIM-kaart wordt deze applicatie mogelijk anders genoemd. Selecteer in de lijst met applicaties SIM-toolkit. Taakbeheer Met taakbeheer kunt u actieve applicaties en geheugeninformatie weergeven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Taakbeheer. Hulpmiddelen 118 2 U hebt de volgende opties: Optie Functie Actieve applicaties Actieve applicaties weergeven. Gedownload De totale hoeveelheid geheugen bekijken die wordt gebruikt voor alle applicaties die op uw apparaat zijn geïnstalleerd. RAM-beheerder Het RAM-geheugen van uw apparaat weergeven en wissen. Opslag Het gebruikte en het beschikbare geheugen op uw apparaat en de geheugenkaart weergeven. Help Informatie weergeven over het gebruik van taakbeheer. Wereldklok Hier vindt u informatie over de tijd in een andere regio bekijken en wereldklokken instellen die op het scherm worden weergegeven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Wereldklok → . 2 Geef de naam van een stad in of selecteer een stad op de wereldbol. 3 Selecteer . U kunt de zomertijd op de klok toepassen door een klok te blijven aanraken en Zomertijd instellen te selecteren. Hulpmiddelen 119 Instellingen De instellingsopties openen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen. 2 Selecteer een instellingscategorie en selecteer een optie. Wi-Fi Activeer de Wi-Fi-functie om verbinding te maken met een Wi-Fi-toegangspunten toegang te krijgen tot internet of andere netwerkapparaten. Bluetooth Activeer de Bluetooth-functie om over kosten afstanden gegevens uit te wisselen. Gegevensgebruik Houd de hoeveelheid gegevensgebruik bij en pas de instellingen aan voor de beperking. ●● Mobiele gegevens: instellen om gegevensverbindingen op elk mobiele netwerk te gebruiken. ●● Limiet mobiele geg. instellen: een limiet instellen voor het mobiele gegevensgebruik. ●● Cyclus gegevensgebruik: de instellingen voor de limietcyclus wijzigen. Als u meer opties wilt gebruiken, selecteert u . Roaming: instellen om gegevensverbindingen te gebruiken tijdens roaming. ●● Achtergrondgeg. beperken: instellen om synchronisatie op de achtergrond uit te schakelen tijdens het gebruik van een mobiel netwerk. ●● Wi-Fi-gebruik tonen: instellen om uw gegevensgebruik via Wi-Fi te tonen. ●● Instellingen 120 Meer... De instellingen wijzigen om verbindingen met andere apparaten of netwerken te beheren. ››Vliegtuigstand Vliegtuigstand inschakelen om alle draadloze functies van het apparaat uit te schakelen. U kunt alleen functies gebruiken waarvoor geen netwerk vereist is. ››Kies via Wi-Fi Verbind uw apparaat met Samsung Kies via Wi-Fi. ››VPN U kunt Virtual Private Networks (VPN’s) instellen en beheren. ››Tethering en draagbare hotspot USB-tethering: instellen dat uw apparaat wordt gebruikt als draadloze modem door een USB-verbinding met een computer te maken. ●● Draagbare Wi-Fi hotspot: instellen dat uw apparaat wordt gebruikt als draadloos toegangspunt voor andere apparaten. ●● Draagbare Wi-Fi hotspot configureren: wijzig de netwerkinstellingen voor uw toegangspunt of hotspot. ●● Bluetooth-tethering: de Bluetooth-tetheringfunctie inschakelen om uw mobiele netwerk te delen met computers via Bluetooth. ●● Help: informatie weergegeven over het gebruik van de tetheringfuncties. ●● ››Wi-Fi Direct U kunt de functie Wi-Fi Direct inschakelen waarmee u twee apparaten via Wi-Fi kunt verbinden zonder een toegangspunt. Instellingen 121 ››Mobiele netwerken Pakketgegevens gebruiken: instellen om gegevensverbindingen op elk mobiele netwerk te gebruiken. ●● Roaming: instellen om gegevensverbindingen te gebruiken tijdens roaming. ●● Namen toegangspunten: een naam voor een toegangspunt (APN) selecteren voor mobiele netwerken. U kunt APN’s toevoegen of bewerken. Als u de APN-instellingen wilt resetten naar de fabrieksinstellingen, selecteert u → Standaardinst. ●● Netwerkmodus: een type netwerk selecteren. ●● Netwerkoperators: -- Netwerken zoeken: zoeken naar een netwerk en een netwerk selecteren. -- Automatisch selecteren: het apparaat instellen om het eerste beschikbare netwerk te selecteren. ●● Geluid Hier kunt u de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat wijzigen. ●● Volume: de instellingen voor diverse geluiden op het apparaat wijzigen. ●● Intensiteit trilsignaal: de intensiteit van het trilsignaal aanpassen. ●● Stille stand: de stille stand activeren om alle geluiden te laten trillen of te dempen behalve mediageluiden en alarmtonen. ●● Beltoon: een beltoon voor inkomende oproepen selecteren. ●● Standaardmeldingen: een beltoon selecteren om u te waarschuwen voor gebeurtenissen. ●● Geluid en trilling: instellen dat het apparaat trilt en een beltoon afspeelt bij inkomende oproepen. ●● Toetstonen: instellen dat het apparaat een geluid laat horen wanneer u de toetsen op het belscherm aanraakt. Instellingen 122 Aanraakgeluiden: instellen dat het apparaat een geluid laat horen wanneer u een applicatie of optie selecteert. ●● Geluid schermvergrendeling: instellen dat het apparaat een geluid laat horen wanneer u het aanraakscherm vergrendelt en ontgrendelt. ●● Trillen bij tikken op scherm: instellen dat het apparaat trilt wanneer u op een toets tikt. ●● Display U kunt de instellingen wijzigen om het scherm en de achtergrondverlichting op uw apparaat te bedienen. ●● Achtergrond startscherm: een achtergrondafbeelding selecteren voor het startscherm. ●● Achtergrond vergrendelscherm: een achtergrondafbeelding selecteren voor het vergrendelscherm. ●● Help-tekst: instellen dat de Help-tekst op het vergrendelde scherm wordt weergegeven. ●● Helderheid: de helderheid van het scherm aanpassen. ●● Schermmodus: een weergavemodus selecteren. ●● Scherm automatisch draaien: instellen dat de interface automatisch wordt gedraaid wanneer u het apparaat draait. ●● Snel starten: een applicatie selecteren die u wilt starten met de snelkoppeling voor snel starten. Het snelkoppelingspictogram verandert afhankelijk van de applicatie die u instelt. ●● Time-out scherm: selecteren na hoeveel tijd de achtergrondverlichting van het scherm moet worden uitgeschakeld. ●● Letterstijl: het lettertype voor de schermtekst selecteren. ●● Tekstgrootte: de tekengrootte wijzigen voor weergave van items of bij het maken van items in applicaties. ●● Stroomtoevoer scherm automatisch aanpassen: instellen dat energie wordt bespaard door de helderheid van het scherm aan te passen. ●● Horizontale kalibratie: de versnellingsmeter kalibreren om de horizontale as van het apparaat aan te passen voor betere bewegingsherkenning. Instellingen 123 Energiebesparing De instellingen voor de spaarstand wijzigen. ●● Aangepaste spaarstand: instellen dat de spaarstand wordt geactiveerd wanneer de batterij bijna leeg is. ●● Instellingen aangepaste spaarstand: -- Spaarstand begint bij: een energieniveau selecteren waarbij het apparaat automatisch overschakelt naar de spaarstand. -- Wi-Fi uitschakelen: de Wi-Fi-functie uitschakelen wanneer het apparaat niet is verbonden met een Wi-Fi-toegangspunt. -- Bluetooth uitschakelen: de Bluetooth-functie uitschakelen wanneer deze niet wordt gebruikt. -- GPS uitschakelen: de GPS-functie uitschakelen wanneer deze niet wordt gebruikt. -- Synchroniseren uit: automatisch synchroniseren uitschakelen wanneer het apparaat niet synchroniseert met een webserver. -- Helderheid: het helderheidsniveau instellen voor de spaarstand. -- Helderheid: het helderheidsniveau aanpassen voor de spaarstand. -- Time-out scherm: selecteren na hoeveel tijd de achtergrondverlichting van het scherm moet worden uitgeschakeld. ●● Informatie over spaarstand: informatie weergeven voor het besparen van de batterijlading. Opslag Hier kunt u geheugeninformatie over uw apparaat en geheugenkaart weergeven. U kunt ook de geheugenkaart formatteren. Als u een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens definitief van de geheugenkaart verwijderd. De daadwerkelijke beschikbare capaciteit van het interne geheugen is minder groot dan de opgegeven capaciteit, omdat het besturingssysteem en de standaardapplicaties een deel van het geheugen in beslag nemen. Instellingen 124 Batterij U kunt de hoeveelheid energie bekijken die wordt gebruikt door uw apparaat. Applicaties U kunt de applicaties op uw apparaat weergeven en beheren. Account- en synchronisatie-instellingen Hier kunt u de instellingen voor de automatische synchronisatiefunctie wijzigen of accounts voor synchronisatie beheren. Locatieservices Hier kunt u de instellingen voor locatieservices wijzigen. ●● Draadloze netwerken gebruiken: instellen dat Wi-Fi en/of mobiele netwerken worden gebruikt om uw locatie te bepalen. ●● GPS-satellieten gebruiken: instellen dat de GPS-satellieten worden gebruikt om uw locatie te bepalen. ●● Locatie en Google zoeken: instellen dat het apparaat uw actuele locatie voor de zoekfunctie en andere services van Google gebruikt. Beveiliging De instellingen wijzigen voor het beveiligen van uw apparaat. ●● Schermvergrendeling: uw gegevens ingeven die worden weergegeven op het vergrendelde scherm. ●● Gegevens eigenaar: uw gegevens ingeven die worden weergegeven op het vergrendelde scherm. Instellingen 125 ●● Apparaat coderen: een wachtwoord instellen om gegevens te coderen die zijn opgeslagen op het apparaat. U moet het wachtwoord ingeven elke keer dat u het apparaat inschakelt. Laad de batterij op voordat u deze instelling inschakelt omdat het meer dan een uur kan duren voordat uw gegevens zijn gecodeerd. ●● SD-kaart coderen: -- SD-kaart coderen: instellen om bestanden te coderen wanneer deze worden opgeslagen op een geheugenkaart. -- Volledige codering: instellen dat alle bestanden op de geheugenkaart worden gecodeerd. -- Multimediabestanden uitsluiten: instellen dat alle bestanden op een geheugenkaart worden gecodeerd, behalve mediabestanden. Als u uw apparaat reset naar de fabrieksinstellingen als deze instelling is ingeschakeld, kan het apparaat uw gecodeerde bestanden niet lezen. Schakel deze instelling uit voordat u het apparaat reset. Waarschuwing SIM-kaart vervangen: de functie Mijn telefoon zoeken inschakelen. ●● Ontvangers waarschuwingsbericht: ontvangers toevoegen die een opsporingsbericht van uw verloren of gestolen apparaat ontvangen. ●● Externe besturingselementen: instellen dat het apparaat op afstand kan worden bediend via internet wanneer uw apparaat is zoekgeraakt of gestolen. ●● Webpagina SamsungDive: de SamsungDive-website weergeven om uw Samsung-account te registreren. ●● SIM-kaartvergrendeling instellen: -- SIM-kaart vergrendelen: instellen dat de SIM- of USIM-kaart wordt vergrendeld. Als u uw apparaat wilt gebruiken met de SIM- of USIM-kaart, moet u de PIN-code ingeven. -- SIM-pincode wijzigen: de PIN-code wijzigen die bij de SIM- of USIM-kaart is geleverd. ●● Instellingen 126 Wachtwoorden zichtbaar: instellen dat wachtwoorden worden weergegeven wanneer u deze ingeeft. ●● Apparaatbeheerders: de beheerders weergeven die u hebt goedgekeurd voor uw apparaat. U kunt toestaan dat apparaatbeheerders een nieuw beleid op uw apparaat toepassen. ●● Onbekende bronnen: stel in dat het apparaat applicaties kan downloaden van elke bron. Als u deze optie niet selecteert, kunt u alleen applicaties installeren die zijn gedownload via Play Store. ●● Vertrouwde aanmeldgegevens: instellen om certificaten en aanmeldgegevens te gebruiken om het veilige gebruik van applicaties te garanderen. ●● Installeren uit apparaatopslag: gecodeerde certificaten installeren die zijn opgeslagen op een geheugenkaart. ●● Aanmeldgegevens wissen: aanmeldgegevens wissen van het apparaat en het wachtwoord resetten. ●● Taal en invoer Hier kunt u de instellingen voor talen en tekstinvoer wijzigen. ››Taal Een weergavetaal selecteren. ››Standaard Een tekstinvoermethode selecteren. ››Google spraakgestuurd typen Hier kunt u de spraakinvoerfunctie van Google activeren om tekst in te geven via spraak. Als u de instellingen voor spraakinvoer wilt wijzigen, selecteert u . ●● Invoertalen selecteren: invoertalen selecteren voor spraakherkenning van Google. ●● Aanstootgevende woorden blokkeren: instellen dat het apparaat kwetsende woorden niet herkend bij spraakinvoer. Instellingen 127 ››Samsung-toetsenbord Als u de instellingen voor het Samsung-toetsenbord wilt wijzigen, selecteert u . ●● Taal invoeren: invoertalen voor het toetsenbord selecteren. ●● XT9: de XT9-modus activeren om woorden te voorspellen op basis van uw invoer en woordsuggesties geven. ●● XT9 geavanceerde instellingen: de geavanceerde instellingen voor de XT9-modus wijzigen en uw eigen woordenboek instellen. ●● Automatisch punt: instellen dat er een punt wordt ingevoegd wanneer u op de spatiebalk dubbeltikt. ●● Geluid bij indrukken toets: instellen dat het apparaat trilt wanneer u op een toets tikt. ●● Automatisch hoofdletters: instellen dat de eerste letter van een zin automatisch een hoofdletter wordt. ●● Spraakinvoer: de spraakinvoerfunctie inschakelen om tekst in te geven via spraak. ●● Handschrift instellingen: de instellingen wijzigen voor de handschriftstand, zoals herkenningstijd, pendikte of penkleur. ●● Zelfstudie: de zelfstudie voor het gebruik van het Samsungtoetsenbord weergeven. ››Swype Als u de instellingen voor het Swype-toetsenbord wilt wijzigen, selecteert u . ●● Selecteer invoermethode: een toetsenbordtype selecteren. ●● Hoe werkt Swype: informatie weergeven over het gebruik van het Swype-toetsenbord. ●● Persoonlijke woordenboek: uw eigen woordenboek instellen. De woorden in uw woordenboek worden weergegeven als suggesties voor uw tekstinvoer. ●● Voorkeuren: -- Geluidsfeedback: een hoorbare melding instellen die moet worden weergegeven als u dubbeltikt op een woord dat geen alternatieve suggesties heeft. Instellingen 128 -- Tril bij toetsindruk: instellen dat het apparaat trilt wanneer u op een toets tikt. -- Toon tips: instellen dat het apparaat automatisch de beschikbare tips voor uw handelingen weergeeft. -- Automatische spaties: instellen dat er automatisch tussen woorden een spatie wordt ingevoegd. -- Autom. hoofdletters: instellen dat de eerste letter van een zin automatisch een hoofdletter wordt. -- Toon volledig spoor: instellen dat de sporen van uw vinger op het toetsenbord wordt weergegeven. -- Woordsuggestie: instellen dat het apparaat woorden voorspelt op basis van uw invoer en woordsuggesties geeft. -- Snelh. vs. accuratesse: de ratio tussen de snelheid en de nauwkeurigheid van Swype-suggesties instellen. -- Het Swype-woordenboek resetten: de woorden verwijderen die u aan het woordenboek hebt toegevoegd. -- Versie: versie-informatie weergeven. ●● Taalopties: invoertalen voor het toetsenbord selecteren. ››Gesproken zoekopdracht Taal: een taal selecteren voor de spraakherkenningsfunctie van Google. ●● SafeSearch: een niveau instellen zodat ongepaste tekst en/ of afbeeldingen worden weggefilterd uit de resultaten van de spraakherkenningsfunctie. ●● Aanstootgevende woorden blokkeren: instellen dat kwetsende woorden worden verborgen in de resultaten van de spraakherkenningsfunctie. ●● Instellingen 129 ››Uitvoer Tekst naar spraak Voorkeur TTS-engine: een engine voor spraaksynthese selecteren. Als u de instellingen voor engines voor spraaksynthese wilt wijzigen, selecteert u . ●● Spraaksnelheid: een snelheid selecteren voor de TTS-functie. ●● Naar voorbeeld luisteren: luisteren naar een voorbeeld van gesproken tekst. ●● Autostand: de autostand activeren om hoorbare meldingen te geven voor afspraakdetails. ●● Instellingen rijmodus: applicaties specificeren die kunnen worden gebruikt in de autostand. ●● ››Snelheid aanwijzer de snelheid van de aanwijzer aanpassen voor de muis of trackpad die is aangesloten op uw apparaat. Back-up maken en terugzetten Hier kunt u de instellingen wijzigen voor het beheren van uw instellingen en gegevens. ●● Back-up mijn gegevens: instellen dat er een back-up van uw instellingen en applicatiegegevens wordt gemaakt op de server van Google. ●● Back-up van account: uw Google-back-upaccount instellen of bewerken. ●● Automatisch herstellen: instellen dat uw instellingen en applicatiegegeven worden herstel wanneer u een applicatie opnieuw moet installeren. ●● Standaardgegevens herstellen: de standaardwaarden van de instellingen resetten en alle gegevens verwijderen. Instellingen 130 Dock Dock geluid: instellen dat het apparaat een geluid laat horen wanneer u apparaat wordt aangesloten op of losgekoppeld van een desktopdock. Datum en tijd De instellingen wijzigen waarmee wordt bepaald hoe de tijd en datum worden weergegeven op uw apparaat. Als de batterij volledig ontladen blijft of wordt verwijderd uit het apparaat, worden de tijd en datum opnieuw ingesteld. Automatisch datum en tijd: instellen dat tijdgegevens worden ontvangen van het netwerk en de tijd en datum automatisch worden bijgewerkt. ●● Automatische tijdzone: instellen dat de tijdzonegegevens worden ontvangen van het netwerk wanneer u naar een andere tijdzone reist. ●● Datum instellen: de huidige datum handmatig instellen. ●● Tijd instellen: de huidige tijd handmatig instellen. ●● Tijdzone selecteren: een tijdzone selecteren. ●● 24-uurs indeling gebruiken: instellen dat de tijd in 24-uurs indeling of 12-uurs indeling wordt weergegeven. ●● Datumnotatie selecteren: een datumnotatie selecteren. ●● Toegankelijkheid Toegankelijkheidsservices zijn speciale functies voor personen met een fysieke handicap. Pas de instellingen aan om de toegankelijkheid tot de interface en functies van het apparaat te verbeteren. ●● TalkBack: TalkBack activeren, waarmee spraakfeedback wordt geleverd. ●● Tekstgrootte: de tekengrootte wijzigen voor weergave van items of bij het maken van items in applicaties. Instellingen 131 Aan/uit-toets einde oproep: instellen dat het apparaat een oproep beëindigt wanneer u op de aan/uit-toets drukt. ●● Scherm automatisch draaien: instellen dat de interface automatisch wordt gedraaid wanneer u het apparaat draait. ●● Wachtwoorden uitspreken:instellen dat het apparaat wachtwoorden voorleest die u invoert met TalkBack. ●● Vertraging bij tikken en vasthouden: de herkenningstijd instellen voor het tikken en blijven aanraken van het scherm. ●● Webscripts installeren: instellen dat applicaties webscripts installeren om hun webinhoud toegankelijker te maken. ●● Beweging Hier kunt u de instellingen wijzigen waarmee bewegingsherkenning op uw apparaat wordt bediend. ●● Bewegingactivering: instellen dat de bewegingsherkenningsfunctie wordt gebruikt. ●● Kantelen om te zoomen: instellen dat wordt in- of uitgezoomd door een kantelende beweging te maken wanneer afbeeldingen worden bekeken in de Galerij of bij het bladeren door webpagina's. ●● Pannen om te bewerken: instellen dat een item naar een andere pagina wordt verplaatst wanneer u het item blijft aanraken en het apparaat naar links of rechts schuift. Ontwikkelaarsopties Hier kunt u de instellingen wijzigen voor applicatieontwikkelingen. ●● USB-foutopsporing: de USB-foutopsporingsmodus activeren om uw apparaat op een computer aan te sluiten met een USBkabel. ●● Apparaat-ID ontwikkeling: de ontwikkel-id van uw apparaat weergeven. ●● Namaaklocaties toestaan: toestaan dat neplocaties en serviceinformatie voor testdoeleinden naar een Location Managerservice worden verzonden. Instellingen 132 Back-upwachtwoord desktop: een wachtwoord instellen om de gegevens te beschermen waarvan een back-up is gemaakt. ●● Beperkte stand: instellen dat het apparaat het scherm laat knipperen wanneer applicaties lange bewerkingen uitvoeren. ●● Locatie aanwijzer tonen: instellen dat de coördinaten en sporen van de aanwijzer worden weergegeven wanneer u het scherm aanraakt. ●● Aanrakingen weergeven: instellen dat de aanwijzer wordt weergegeven wanneer u het scherm aanraakt. ●● Schermupdates weergeven: instellen dat delen van het scherm knipperen wanneer ze worden bijgewerkt. ●● CPU-gebruik tonen: instellen dat alle actieve processen worden vermeld. ●● GPU-weergave forceren: instellen dat 2D-hardwareacceleratie moet worden gebruikt om grafische prestaties te verbeteren. ●● Vensteranimatie schalen: een snelheid selecteren voor het openen en sluiten van pop-upvensters. ●● Animatieschaal overgang: een snelheid selecteren voor het schakelen tussen schermen. ●● Activiteiten niet bewaren: instellen dat een actieve applicatie wordt gesloten wanneer u een nieuwe applicatie opent. ●● Achtergrondprocessen beperken: instellen dat het aantal processen wordt beperkt dat kan worden uitgevoerd op de achtergrond. ●● Alle ANR’s tonen: instellen dat het apparaat een melding weergeeft voor applicaties die niet reageren die op de achtergrond worden uitgevoerd. ●● Toestel-info informatie over uw apparaat weergeven, zoals het modelnummer en de versie. U kunt firmware-updates downloaden en installeren met de FOTA-service (firmware over-the-air). Als u wilt controleren op firmware-updates, selecteert u Software-update → Bijwerken. Instellingen 133 Problemen oplossen Bij het inschakelen of tijdens het gebruik van het apparaat wordt u om een van de volgende codes gevraagd: Code Probeer het volgende om het probleem op te lossen: Wachtwoord Als de apparaatvergrendeling is ingeschakeld, moet u het wachtwoord ingeven dat u voor het apparaat hebt ingesteld. PIN Wanneer u het apparaat voor de eerste keer gebruikt of wanneer het gebruik van een PIN-code is ingeschakeld, moet u de PINcode ingeven die bij de SIM- of USIM-kaart is verstrekt. U kunt deze functie uitschakelen met SIM-kaart vergrendelen. PUK De SIM- of USIM-kaart is vergrendeld. Dit gebeurt meestal als u meerdere keren een onjuiste PIN-code hebt ingevoerd. U moet de PUK-code ingeven die u van uw provider hebt gekregen. PIN2 Wanneer u een menu wilt openen waarvoor PIN2-code vereist is, dient u de PIN2-code in te geven die met de SIM- of USIM-kaart is meegeleverd. Raadpleeg uw provider voor meer informatie. Uw apparaat geeft netwerk- of servicefoutberichten weer Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een andere plek en probeer het opnieuw. ●● Zonder abonnement kunt u sommige opties niet gebruiken. Neem voor meer informatie contact op met uw provider. ●● Problemen oplossen 134 Het aanraakscherm reageert langzaam of niet naar behoren Probeer het volgende als uw apparaat een aanraakscherm heeft en dit scherm niet naar behoren reageert: ●● Verwijder eventuele beschermende bedekkingen van het aanraakscherm. Voor een apparaat met aanraakscherm kunt u beter geen beschermende bedekkingen gebruiken, omdat het apparaat uw invoer hierdoor mogelijk niet kan herkennen. ●● Zorg dat uw handen schoon zijn wanneer u op het aanraakscherm tikt. ●● Start het apparaat opnieuw op om eventuele tijdelijke softwarefouten te verhelpen. ●● Controleer of de software van uw apparaat is bijgewerkt tot de nieuwste versie. ●● Als het aanraakscherm is bekrast of beschadigd, moet u het apparaat naar een Samsung Servicecenter brengen. Uw apparaat is vastgelopen of er is een onherstelbare fout opgetreden Als het apparaat vastloopt of niet meer reageert, moet u mogelijk programma’s sluiten of het apparaat resetten om het weer volledig te kunnen gebruiken. Als uw apparaat nog steeds niet reageert en een applicatie is vastgelopen, sluit u de applicatie met taakbeheer. Als het apparaat is vastgelopen en niet reageert, houdt u de aan/ uit-toets 10-15 seconden ingedrukt. Als het probleem blijft bestaan, moet u de gegevens herstellen naar de fabrieksinstelling. Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Back-up maken en terugzetten → Standaardgegevens herstellen → Apparaat resetten → Alles wissen. Gesprekken worden afgebroken Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de ontvangst slecht is, bestaat het risico dat de netwerkverbinding wordt verbroken. Ga naar een andere plek en probeer het opnieuw. Problemen oplossen 135 Uitgaande oproepen worden niet verbonden Controleer of u op de nummerkeuzetoets hebt gedrukt. Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele netwerk. ●● Controleer of het gekozen telefoonnummer niet is geblokkeerd. ●● ●● Inkomende oproepen worden niet verbonden Controleer of het apparaat is ingeschakeld. Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele netwerk. ●● Controleer of het telefoonnummer van de beller niet is geblokkeerd. ●● ●● Anderen horen u niet praten tijdens een telefoongesprek Controleer of u de ingebouwde microfoon niet blokkeert. Zorg ervoor dat u de microfoon dicht bij uw mond houdt. ●● Als u een headset gebruikt, controleert u of deze goed is aangesloten. ●● ●● Slechte geluidskwaliteit Controleer of u de interne antenne van het apparaat niet blokkeert. ●● Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een andere plek en probeer het opnieuw. ●● U krijgt geen verbinding wanneer u via contacten belt Controleer of het juiste nummer is opgeslagen in de lijst met contacten. ●● Geef het nummer zo nodig opnieuw in en sla het op. ●● Controleer of het telefoonnummer van het contact niet is geblokkeerd. ●● Problemen oplossen 136 Het apparaat piept en het accupictogram is leeg De batterij is bijna leeg. Laad de batterij op als u het apparaat wilt blijven gebruiken. De batterij wordt niet goed opgeladen of het apparaat wordt uitgeschakeld Als de batterij niet meer volledig kan worden opgeladen, moet u deze vervangen door een nieuwe batterij. Breng het apparaat naar uw lokale Samsung Servicecenter. Uw apparaat is heet wanneer u het aanraakt Wanneer u applicaties gebruikt waarvoor meer stroom is vereist of langere tijd applicaties gebruikt op uw apparaat, kan uw toetstel heet aanvoelen. Dit is normaal en is niet van invloed op de levensduur of prestaties van het apparaat. Bij het starten van de cameratoepassing verschijnen foutmeldingen Uw apparaat moet beschikken over voldoende geheugen en acculading om de camera-applicatie te gebruiken. Als u bij het starten van de camera een foutmelding krijgt, probeert u het volgende: ●● Laad de batterij. ●● Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar een computer of door bestanden te verwijderen van uw apparaat. ●● Start het apparaat opnieuw op. Als u na het uitvoeren van deze tips nog steeds problemen met de camera hebt, neemt u contact op met een Samsung Servicecenter. Problemen oplossen 137 Bij het openen van muziekbestanden verschijnen foutmeldingen Sommige muziekbestanden kunnen om verschillende redenen niet worden afgespeeld op uw apparaat. Dit kan allerlei oorzaken hebben. Als u bij het openen van muziekbestanden op uw apparaat foutmeldingen krijgt, probeert u het volgende: ●● Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar een computer of door bestanden te verwijderen van uw apparaat. ●● Controleer of het muziekbestand geen DRM-beveiliging (Digital Rights Management) heeft. Als het bestand over een DRMbeveiliging beschikt, moet u ervoor zorgen dat u over de juiste licentie of code beschikt om het bestand te kunnen afspelen. ●● Controleer of het bestandstype door het apparaat wordt ondersteund. Er worden geen andere Bluetooth-apparaatlen gevonden Controleer of de Bluetooth-voorziening op uw apparaat is ingeschakeld. ●● Controleer of de Bluetooth-voorziening is ingeschakeld op het apparaat waarmee u verbinding wilt maken. ●● Zorg dat uw apparaat en het andere Bluetooth-apparaat zich binnen het maximale Bluetooth-bereik bevinden (10 meter). ●● Als met deze tips het probleem niet kan worden opgelost, neemt u contact op met een Samsung Servicecenter. Er wordt geen verbinding gemaakt wanneer u het apparaat aansluit op een computer Zorg ervoor dat de USB-kabel die u gebruikt, compatibel is met uw apparaat. ●● Controleer of de juiste stuurprogramma’s zijn geïnstalleerd en bijgewerkt op uw computer. ●● Als u Windows XP gebruikt, moet u controleren of Windows XP Service Pack 3 of hoger is geïnstalleerd op uw computer. ●● Controleer of Samsung Kies 2.0 of Windows Media Player 10 of hoger is geïnstalleerd op uw computer. ●● Problemen oplossen 138 Veiligheidsvoorschriften Lees de volgende informatie zorgvuldig door voordat u het apparaat gebruikt om uzelf en anderen tegen letsel te beschermen of schade aan het apparaat te voorkomen. Waarschuwing: Voorkom elektrische schokken, brand of explosies Gebruik geen beschadigde elektriciteitssnoeren of stekkers of losse elektrische aansluitingen Raak het elektriciteitssnoer niet met natte handen aan en haal de oplader niet uit het stopcontact door aan het snoer te trekken Buig of beschadig het elektriciteitssnoer niet Gebruik het apparaat niet terwijl het wordt opgeladen en raak het apparaat niet met natte handen aan U moet de oplader niet kortsluiten U moet de oplader of het apparaat niet laten vallen of blootstellen aan stoten Laad de batterij niet op met opladers die niet zijn goedgekeurd door de fabrikant Maak geen gebruik van het apparaat tijdens een onweersbui Er kan een storing optreden in uw apparaat en het risico van een elektrische schok wordt verhoogd. Ga voorzichtig om met het apparaat en de opladers en gooi deze weg volgens de geldende voorschriften • Gebruik alleen door Samsung opladers die specifiek zijn ontworpen voor uw apparaat. Incompatibele opladers kunnen ernstig letsel of schade aan uw apparaat veroorzaken. • Gooi apparaten nooit in het vuur. Volg alle geldende lokale voorschriften wanneer u gebruikte apparaten weggooit. Veiligheidsvoorschriften 139 • Plaats apparaten nooit op of in verwarmingsapparaten, zoals magnetrons, ovens of radiatoren. Batterijen kunnen ontploffen wanneer ze oververhit raken. • U moet het apparaat nooit pletten of doorboren. Stel het apparaat niet bloot aan de hoge externe druk, omdat dit kan leiden tot interne kortsluiting en oververhitting. Bescherm het apparaat en de opladers tegen beschadiging • Stel het apparaat niet bloot aan zeer lage of zeer hoge temperaturen. • Door extreme temperaturen kan het apparaat vervormen en kunnen de oplaadcapaciteit en levensduur van het apparaat en de batterijen afnemen. • Gebruik nooit een beschadigde oplader. Let op: Volg alle veiligheidsvoorschriften en regelgeving bij het gebruik van het apparaat in een gesloten ruimte Gebruik het apparaat niet in de buurt van andere elektronische apparaten De meeste elektronische apparaten gebruiken RF-signalen (radio frequency). Het apparaat kan storing veroorzaken op andere elektronische apparaten. Gebruik het apparaat niet in de buurt van een pacemaker • Vermijd indien mogelijk het gebruik van het apparaat binnen 15 cm van een pacemaker omdat het apparaat storing kan veroorzaken op de pacemaker. • Gebruik het apparaat niet aan de zijde van het lichaam waar de pacemaker zich bevindt, om de kans op storing op de pacemaker te minimaliseren. Gebruik het apparaat niet in een ziekenhuis of in de buurt van medische apparatuur die gevoelig is voor RF-signalen (radio frequency) Als u medische apparatuur gebruikt, moet u contact opnemen met de fabrikant van de apparatuur voordat u het apparaat gebruikt om te bepalen of de radiofrequenties die worden afgegeven door het apparaat van invloed zijn op de apparatuur. Als u een gehoorapparaat gebruikt, neemt u contact op met de fabrikant voor informatie over storing via radiogolven De radiofrequenties die worden afgegeven door het apparaat kunnen storing veroorzaken in hoorapparaten. Voordat u het apparaat gebruikt, moet u contact opnemen met de fabrikant om te bepalen of de radiofrequenties van invloed zijn op uw hoorapparaat. Veiligheidsvoorschriften 140 Schakel het apparaat uit in omgevingen met explosiegevaar • Houd u aan alle voorschriften, instructies en informatie in omgevingen met potentieel explosiegevaar. • Gebruik het apparaat niet bij tankstations of in de buurt van brandstoffen of chemicaliën, en in gebieden met explosiegevaar. • Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen, gassen en explosief materiaal in dezelfde ruimte als het apparaat of de onderdelen of accessoires van het apparaat. Zet uw apparaat uit wanneer u zich in een vliegtuig bevindt Uw apparaat kan mogelijk storing veroorzaken in de elektronische navigatieinstrumenten van het vliegtuig. Uw apparaat veroorzaakt mogelijk storing met autoapparatuur Elektronische apparaten in uw auto kunnen worden gestoord door de radiofrequentie van het apparaat. Neem voor meer informatie contact op met de fabrikant. Houd u aan alle veiligheidsvoorschriften en regelgeving bij het gebruik van het apparaat tijdens het besturen van een motorvoertuig Terwijl u rijdt, is het veilig besturen van het motorvoertuig uw eerste prioriteit. Gebruik tijdens het rijden uw mobiele apparaat niet, als dit wettelijk is verboden. Gebruik voor uw veiligheid en die van anderen altijd uw gezonde verstand en onthoud de volgende tips: • Oefen u in het gebruik van het apparaat en de handige functies zoals snelkiezen en automatisch herhalen. Met deze functies kunt u sneller oproepen starten of aannemen op uw mobiele apparaat. • Houd het apparaat binnen handbereik. Zorg ervoor dat u het draadloze apparaat kunt bedienen terwijl u uw ogen steeds op de weg gericht houdt. Als u wordt gebeld op een moment dat het u niet goed uitkomt, laat u de voicemail antwoorden. • Onderbreek gesprekken in druk verkeer of gevaarlijke weersomstandigheden. Regen, hagel, sneeuw, ijzel en druk verkeer kunnen gevaarlijk zijn. • Maak geen notities en zoek geen telefoonnummers op. Als u een notitie maakt of door een agenda bladert, wordt uw aandacht afgeleid van veilig rijden, wat toch uw primaire verantwoordelijkheid is. • Bel verstandig en schat de verkeersdrukte in. Start een gesprek wanneer u stilstaat of voordat u zich in het verkeer begeeft. Probeer gesprekken te plannen tijdens perioden dat uw auto stilstaat. Veiligheidsvoorschriften 141 • Begin niet aan stressrijke of emotionele gesprekken waardoor uw aandacht kan verslappen. Laat de mensen waarmee u spreekt weten dat u aan het rijden bent en onderbreek gesprekken waardoor uw aandacht mogelijk van de weg wordt afgeleid. • Gebruik uw apparaat om hulp in te schakelen. Bel een lokaal alarmnummer in het geval van brand, verkeersongelukken of andere noodsituaties. • Gebruik uw apparaat om anderen in noodsituaties te helpen. Als u een verkeersongeval, een misdrijf of een noodsituatie waarbij levens in gevaar zijn ziet, belt u een lokaal alarmnummer. • Bel indien nodig het nummer van een hulpdienst of een speciaal nietalarmnummer voor verdere hulp. Als u een gestrand voertuig ziet dat geen direct gevaar oplevert, een kapot verkeersteken, een klein verkeersongeval waarbij niemand gewond lijkt of een auto waarvan u weet dat die is gestolen, belt u een nummer van een hulpdienst of een ander, speciaal nietalarmnummer. Het mobiele apparaat goed onderhouden en gebruiken Houd het apparaat droog • Vocht en allerlei soorten vloeistoffen kunnen onderdelen van het apparaat of elektronische circuits beschadigen. • Schakel het apparaat niet in als dit nat is. Als het apparaat al is ingeschakeld, schakelt u het uit en verwijdert u de batterij onmiddellijk (als u het apparaat niet kunt uitschakelen of de batterij niet kunt verwijderen, laat u dit zo). Maak het apparaat vervolgens met een handdoek droog en breng het naar een servicecenter. • Door de vloeistof verandert de kleur van het label dat de waterschade in het apparaat aangeeft. Waterschade aan het apparaat kan de garantie van de fabrikant laten vervallen. Gebruik uw apparaat of applicaties enige tijd niet als het apparaat oververhit is Als u uw huid langdurig blootstelt aan een oververhit apparaat, kan dit symptomen van lichte brandwonden veroorzaken, zoals rode vlekken en pigmentatie. Bewaar het apparaat alleen op platte oppervlakken Als het apparaat valt, kan het beschadigd raken. Veiligheidsvoorschriften 142 Bewaar het apparaat niet in een te warme of te koude omgeving. U kunt het apparaat het beste gebruiken bij een temperatuur tussen 5°C en 35°C • Het apparaat kan ontploffen als u het achterlaat in een gesloten voertuig, omdat de temperatuur daarin tot 80°C kan oplopen. • Stel het apparaat niet gedurende lange tijd aan direct zonlicht bloot (bijvoorbeeld op het dashboard van een auto). • Bewaar de batterij bij een temperatuur tussen 0°C en 45°C. Bewaar het apparaat niet samen met metalen objecten zoals munten, sleutels en halsbanden Er kunnen krassen op uw apparaat komen of er kan een storing optreden. Bewaar het apparaat niet in de buurt van magnetische velden • Het apparaat kan worden beschadigd of de batterij kan worden ontladen bij blootstelling aan magnetische velden. • Kaarten met magnetische strips, waaronder credit cards, telefoonkaarten, bankpasjes en OV-kaarten kunnen beschadigd raken door magnetische velden. • Gebruik geen telefoonhoesjes of accessoires met magnetische sluitingen en stel het apparaat niet gedurende langere tijd bloot aan magnetische velden. Bewaar het apparaat niet dichtbij of in verwarmingsapparatuur, magnetrons, warme kooktoestellen of hogedrukcompartimenten • De batterij kan lekken. • Het apparaat kan oververhit raken en brand veroorzaken. Laat het apparaat niet vallen en stel het niet bloot aan plotselinge schokken • Het scherm van het apparaat kan beschadigd raken. • Als het apparaat wordt verbogen of vervormd, kan het beschadigd raken of functioneren onderdelen wellicht niet meer goed. Gebruik uw apparaat of applicaties enige tijd niet als het apparaat oververhit is Als u uw huid langdurig blootstelt aan een oververhit apparaat, kan dit symptomen van lichte brandwonden veroorzaken, zoals rode vlekken en pigmentatie. Als uw apparaat beschikt over een flitser, moet u de flitser niet te dicht in de buurt van de ogen van mensen of dieren gebruiken Het gebruik van de flitser dichtbij de ogen kan tijdelijke verblinding of schade aan de ogen veroorzaken. Veiligheidsvoorschriften 143 Wees voorzichtig wanneer u wordt blootgesteld aan flikkerend licht • Wanneer u het apparaat gebruikt, moet u enkele lampen laten branden in de kamer en het scherm niet te dicht bij uw ogen houden. • Epileptische aanvallen of black-outs kunnen optreden wanneer u langere tijd wordt blootgesteld aan flikkerend licht terwijl u video’s bekijkt of Flashgames speelt. Als u enig ongemak bespeurt, moet u onmiddellijk ophouden het apparaat te gebruiken. Het risico op RSI verkleinen Wanneer u herhaaldelijk dezelfde acties uitvoert, zoals drukken op toetsen, tekens met uw vingers schrijven op een aanraakscherm of games spelen, kunt u af en toe enig ongemak bespeuren in uw handen, nek, schouders of andere delen van uw lichaam. Wanneer u het apparaat langere tijd gebruikt, moet u het apparaat losjes vasthouden, de toetsen licht indrukken en regelmatig pauze nemen. Als u het ongemak blijft bespeuren tijdens of na dergelijk gebruik, moet u ophouden met het gebruik en een arts raadplegen. Zorg voor een optimale levensduur van batterij en oplader • Laat batterijen niet langer dan een week achtereen opladen, aangezien te veel opladen niet bevorderlijk is voor de levensduur. • Batterijen die niet worden gebruikt, ontladen zich na verloop van tijd en moeten voor gebruik opnieuw worden opgeladen. • Laat de stekker van de oplader niet in het stopcontact zitten als u de oplader niet gebruikt. Gebruik opladers, accessoires en supplies die door de fabrikant zijn goedgekeurd • Als u algemene opladers gebruikt, kan de levensduur van uw apparaat worden verkort of kan er een storing in uw apparaat optreden. • Samsung kan niet verantwoordelijk worden gehouden voor de veiligheid van de gebruiker wanneer de gebruikte accessoires of onderdelen niet door Samsung zijn goedgekeurd. U moet niet op het apparaat bijten of zuigen • Hierdoor kan het apparaat beschadigd raken of exploderen. • Als kinderen gebruik maken van het apparaat, zorg er dan voor dat zij het op de juiste wijze gebruiken. Steek het apparaat en de bijgeleverde accessoires niet in uw ogen, oren of mond Als u dit wel doet, kan dit leiden tot verstikking of ernstig letsel. Veiligheidsvoorschriften 144 Als u wilt spreken via het apparaat: • Houd u het apparaat rechtop zoals u bij een normale telefoon zou doen. • Spreek rechtstreeks in de microfoon. • Raak de interne antenne van het apparaat niet aan. Als u dit wel doet, kan de oproepkwaliteit afnemen of kan het apparaat onbedoelde hoeveelheden RF-signalen (radiofrequentie) uitzenden. Uw gehoor beschermen wanneer u een headset gebruikt • Overmatige blootstelling aan harde geluiden kan leiden tot gehoorbeschadiging. • Blootstelling aan harde geluiden onder het rijden, kan de aandacht afleiden en een ongeval veroorzaken. • Zet het geluidsvolume altijd laag voordat u de oortelefoon in de geluidsbron steekt. Gebruik alleen het minimale geluidsniveau dat nodig is om uw gesprek of muziek te kunnen horen. • In droge omgevingen kan statische elektriciteit zich verzamelen in de headset. Vermijd het gebruik van headsets in droge omgevingen of raak een metalen voorwerp aan om statische elektriciteit te ontladen voordat u een headset aansluit op het apparaat. Wees voorzichtig als u het apparaat gebruikt tijdens het wandelen of wanneer u zich verplaatst • Wees u altijd bewust van uw omgeving om letsel voor uzelf of anderen te vermijden. • Zorg ervoor dat de headset-kabel niet verstrikt raakt in uw armen of nabijgelegen voorwerpen. Draag het apparaat niet in een achterzak of om uw middel Als u valt, kunt u gewond raken of het apparaat beschadigen. Haal uw apparaat nooit uit elkaar, breng er geen wijzigingen in aan en probeer het niet te repareren Door wijzigingen of aanpassingen van het apparaat kan de garantie van de fabrikant vervallen. Breng het apparaat naar een Samsung Servicecenter voor service. Veiligheidsvoorschriften 145 Verf het apparaat niet en plak geen stickers op het apparaat Verf en stickers kunnen ervoor zorgen dat de bewegende onderdelen vastlopen, waardoor het apparaat niet correct kan werken. Als u allergisch bent voor de verf of metalen onderdelen van het product, kunt u last krijgen van jeuk, eczeem of zwelling van de huid. Als dit gebeurt, moet u het product niet langer gebruiken en moet u uw huisarts raadplegen. Als u het apparaat schoonmaakt, gaat u als volgt te werk: • Veeg het apparaat of de oplader met een doek of een gum schoon. • Gebruik geen chemicaliën of schoonmaakmiddelen. Gebruik het apparaat niet als het scherm gebarsten of gebroken is Gebroken glas of plastic kan leiden tot letsel aan uw handen en gezicht. Breng het apparaat naar een Samsung Servicecenter voor reparatie. Gebruik het apparaat voor geen ander doel dan waarvoor het bedoeld is Probeer andere mensen niet te storen wanneer u het apparaat in het openbaar gebruikt Laat het apparaat niet gebruiken door kinderen Het apparaat is geen speelgoed. Laat kinderen niet met het apparaat spelen omdat ze zichzelf en anderen gemakkelijk pijn kunnen doen, schade kunnen toebrengen aan het apparaat of gesprekken kunnen voeren die tot hoge kosten kunnen leiden. Installeer mobiele apparatuur zorgvuldig • Zorg ervoor dat mobiele apparaten of daaraan verwante apparatuur naar behoren zijn bevestigd in uw voertuig. • Vermijd het plaatsen van apparatuur en accessoires op een plek waar de airbag zich kan ontvouwen. Verkeerd geïnstalleerde draadloze apparaten kunnen ernstig letsel veroorzaken als airbags zich snel ontvouwen. Laat reparaties aan het apparaat alleen uitvoeren door gekwalificeerd personeel Als u het apparaat laat repareren door niet-gekwalificeerd personeel kan het apparaat beschadigd raken en is de garantie van de fabrikant niet meer geldig. Veiligheidsvoorschriften 146 Wees voorzichtig met SIM-kaarten of geheugenkaarten • Verwijder een kaart niet als het apparaat bezig is met de overdracht of het ophalen van gegevens. Dit kan leiden tot gegevensverlies en/of schade aan de kaart of het apparaat. • Bescherm kaarten tegen sterke schokken, statische elektriciteit en elektrische storing van andere apparaten. • Raak geen goudkleurige contactpunten of polen aan met uw vingers of met metalen voorwerpen. Veeg, indien nodig, geheugenkaarten schoon met een zachte doek. Zorg dat contact met nooddiensten mogelijk blijft In sommige gebieden of omstandigheden kan het voorkomen dat bellen met het apparaat niet mogelijk is, dus ook niet in noodgevallen. Voordat u naar afgelegen of minder ontwikkelde gebieden afreist, moet u daarom een alternatieve manier plannen om contact op te kunnen nemen met nooddiensten. Uw persoonlijke en belangrijke gegevens beveiligen • Wanneer u het apparaat gebruikt, moet u een back-up van belangrijke gegevens maken. Samsung is niet verantwoordelijk voor gegevensverlies. • Wanneer u het apparaat weggooit, moet u een back-up van alle gegevens maken en het apparaat vervolgens resetten om misbruik van uw persoonlijke gegevens te voorkomen. • Lees het machtigingsscherm zorgvuldig wanneer u applicaties downloadt. Wees vooral voorzichtig met applicaties die toegang hebben tot veel functies of tot een aanzienlijk deel van uw persoonlijke gegevens. • Controleer uw accounts regelmatig op ongeautoriseerd of verdacht gebruik. Als u enig teken van misbruik van uw persoonlijke gegevens constateert, neemt u contact op met uw serviceprovider om uw accountgegevens te verwijderen of te wijzigen. • In het geval dat u uw apparaat kwijtraakt of dit wordt gestolen, wijzigt u de wachtwoorden voor uw accounts om uw persoonlijke gegevens te beschermen. • Gebruik geen applicaties die afkomstig zijn van onbekende bronnen en vergrendel uw apparaat met een patroon, wachtwoord of PIN-code. Verspreid auteursrechtelijk beschermd materiaal niet Verspreid materiaal met copyrightbescherming niet zonder de toestemming van de inhoudseigenaren. Als u dit wel doet, kan dit in strijd zijn met de auteursrechtwetgeving. De fabrikant is niet aansprakelijk voor juridische problemen die worden veroorzaakt door illegaal gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal door de gebruiker. Veiligheidsvoorschriften 147 Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur) (Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt ingezameld) Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd. Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen. Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd. Correcte behandeling van een gebruikte batterij uit dit product (Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt ingezameld) Het symbool op de batterij, gebruiksaanwijzing of verpakking geeft aan dat de batterij in dit product niet mag worden weggegooid met ander huishoudelijk afval. De chemische symbolen Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of loodgehalte in de batterij hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn 2006/66/EC. De batterij in dit product kan niet door de gebruiker worden vervangen. Neem contact op met uw serviceprovider voor informatie over het vervangen van de batterij. Probeer de batterij niet te verwijderen en gooi deze niet in het vuur. Demonteer, plet of doorboor de batterij niet. Als u het product wilt weggooien, neemt het afvalinzamelingspunt de benodigde maatregelen voor het recyclen en verwerken van het product, inclusief de batterij. Veiligheidsvoorschriften 148 Vrijwaring Bepaald materiaal en bepaalde services die via dit apparaat beschikbaar zijn, zijn het eigendom van derden en worden beschermd door het auteursrecht, patenten, handelsmerken en/of andere wetgeving met betrekking tot intellectueel-eigendomsrecht. Dergelijk materiaal en dergelijke services worden alleen voor persoonlijke, nietcommerciële doeleinden beschikbaar gesteld. Het is verboden om materiaal of services te gebruiken op een manier die niet door de eigenaar van het materiaal of de leverancier van de service is toegestaan. Zonder het voorafgaande te beperken, is het verboden om enig materiaal of enige services die via dit apparaat worden weergegeven, via welk medium en op welke manier dan ook aan te passen, te kopiëren, opnieuw te publiceren, te uploaden, op het web te plaatsen, te verzenden, te verkopen, daarvan afgeleide werken te maken, het te exploiteren of te distribueren, tenzij uitdrukkelijk toegestaan door de desbetreffende materiaaleigenaar of serviceleverancier. “MATERIAAL EN SERVICES VAN DERDEN WORDEN GELEVERD IN DE STAAT WAARIN DEZE VERKEREN. SAMSUNG GEEFT MET BETREKKING TOT HET MATERIAAL EN DE SERVICES DIE WORDEN GELEVERD GEEN ENKELE GARANTIE WAT BETREFT GESCHIKTHEID VOOR ENIG DOEL, UITDRUKKELIJK NOCH GEÏMPLICEERD. SAMSUNG ONTKENT UITDRUKKELIJK ELKE GEÏMPLICEERDE GARANTIE, INCLUSIEF MAAR NIET BEPERKT TOT GARANTIES VAN VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. SAMSUNG GEEFT GEEN ENKELE GARANTIE MET BETREKKING TOT DE NAUWKEURIGHEID, GELDIGHEID, ACTUALITEIT, LEGALITEIT OF VOLLEDIGHEID VAN ENIG MATERIAAL OF ENIGE SERVICE DIE VIA DIT APPARAAT BESCHIKBAAR WORDT GESTELD EN SAMSUNG KAN ONDER GEEN ENKELE OMSTANDIGHEID, INCLUSIEF NALATIGHEID, AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR ENIGE DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE OF SPECIALE SCHADE OF GEVOLGSCHADE, ADVOCATENHONORARIA, ONKOSTEN OF ENIGE ANDERE SCHADE DIE VOORTVLOEIT UIT, OF IN VERBAND STAAT MET, ENIGE INFORMATIE HIERIN, OF ALS GEVOLG VAN HET GEBRUIK VAN ENIG MATERIAAL OF ENIGE SERVICE DOOR U OF EEN DERDE, ZELFS NIET WANNEER WIJ VAN DE KANS OP DERGELIJKE SCHADE OP DE HOOGTE ZOUDEN ZIJN GESTELD.” Veiligheidsvoorschriften 149 Services van derden kunnen op elk gewenst moment door Samsung worden beëindigd en Samsung geeft geen enkele garantie dat enig materiaal of enige service gedurende een bepaalde periode beschikbaar zal zijn. Materiaal en services worden door derden verzonden via netwerken en verzendfaciliteiten waarover Samsung geen controle heeft. Zonder de algemeenheid van deze verklaring van vrijwaring te beperken, wijst Samsung uitdrukkelijk alle verantwoordelijkheid of aansprakelijkheid van de hand met betrekking tot enige onderbreking of staking van enig materiaal of enige service die via dit apparaat beschikbaar wordt gesteld. Samsung is verantwoordelijk noch aansprakelijk voor klantenservice met betrekking tot het materiaal en de services. Alle vragen en serviceverzoeken met betrekking tot het materiaal of de services dienen rechtstreeks aan de leveranciers van het materiaal of de services te worden gericht. Veiligheidsvoorschriften 150 Index aanraakscherm voicemail beluisteren  65 weergeven in Google Mail  66 gebruiken  21 vergrendelen/ ontgrendelen  24 bestandsbeheer  115 Bluetooth  107 calculator  114 camera aanraaktoon  32 agenda afspraken bekijken  95 afspraken maken  94 camcorderinstellingen wijzigen  79 camera-instellingen wijzigen  76 foto’s maken  73 video’s opnemen  77 alarm  113 AllShare (DLNA)  103 apparaatblokkering  34 applicaties downloaden  30 meerdere taken verwerken  31 openen  29 ordenen  30 sluiten  31 verwijderen  31 connectiviteit AllShare (DLNA)  103 Bluetooth  107 GPS-verbindingen  109 mobiel netwerk delen  105 USB-verbindingen  98 VPN-verbindingen  110 Wi-Fi  100 automatisch weigeren  58 batterij contacten opladen  16 groepen maken  92 importeren/exporteren  93 instellen  91 kopiëren/verplaatsen  93 snelkeuze instellen  92 zoeken  91 berichten e-mail verzenden  68 e-mail weergeven  69 logbestanden weergeven  60 MMS verzenden  65 MMS weergeven  65 SMS verzenden  64 SMS weergeven  65 verzenden met Google Mail  66 eBook  115 energiebesparing  18, 124 FDN-modus  59 foto-editor  85 Index 151 foto’s MP3-speler  87 notities bewerken  85 maken  73 weergeven  84 instellen  96 weergeven  96 galerij  83 geheugenkaart oproepen blokkeren  60 doorschakelen  59 gesprekken met meerdere personen voeren (vergadergesprekken)  57 internationaal bellen  55 logbestanden weergeven  60 opties tijdens een oproep gebruiken  56, 57 snelkiezen  92 tot stand brengen  54 weigeren  55 wisselgesprek  60 formatteren  20 plaatsen  19 verwijderen  20 geluid aanraaktoon  32 apparaatvolume  32 beltoon  32 instellingen  122 gesprekken met meerdere personen voeren (vergadergesprekken)  57 Google+  72 Google Latitude  46 Google Mail  66 Google Maps  46 Google Messenger  71 Google Talk  70 instellingen  120 Internet  42 maps pictogrammen  26 Play Store  49 Polaris Office  116 Samsung Apps  51 scherm taal  32 schetsnotitie  97 SIM/USIM-kaart plaatsen  15 vergrendelen  36 locaties delen  46 navigatie gebruiken  48 routebeschrijvingen opvragen  47 zoeken naar locaties  47 zoeken naar plaatsen in de buurt  49 Social Hub  72 startscherm items verplaatsen  28 items verwijderen  28 meldingenpaneel gebruiken  27 mijn telefoon zoeken  36 Index 152 webbrowser  42 weergave panelen toevoegen  28 panelen verwijderen  28 widgets gebruiken  29 achtergrond  33 helderheid  33 instellingen  123 lettertype  33 stille stand  32 taakbeheer  31, 118 tekstinvoer wereldklok  119 Wi-Fi  100 YouTube  52 kopiëren en plakken  41 met Googlespraakinvoer  37 met het Swypetoetsenbord  39 met Samsungtoetsenbord  38 tethering via Bluetooth  106 via USB  106 via Wi-Fi  105 toegangscodes  134 toetsfuncties  14 uitpakken  11 USB-verbindingen als draadloze modem  106 as camera device  99 as media device  99 met Samsung Kies  98 met Windows Media Player  98 video’s afspelen  81, 85 opnemen  77 uploaden naar YouTube  53 videospeler  81 vliegtuigstand  21 VPN-verbindingen  110 Index 153 * Sommige beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing kunnen afwijken van uw apparaat. Dit is afhankelijk van het land waar u het apparaat hebt gekocht, de geïnstalleerde software of uw serviceprovider. * Drukfouten voorbehouden. Samsung Kies (PC Sync) installeren 1. Download de laatste versie van Samsung Kies op de Samsung-website (www.samsung.com/kies) en installeer deze op uw computer. 2. Sluit uw apparaat met een USB-kabel aan uw op computer. Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie. www.samsung.com Dutch. 08/2012. Rev. 1.0
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154

Samsung GT-P6200 Handleiding

Categorie
Mobieltjes
Type
Handleiding