Samsung GT-S7562 Handleiding

Categorie
Mobieltjes
Type
Handleiding
* Sommige beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing kunnen
afwijken van uw apparaat. Dit is afhankelijk van het land waar
u het apparaat hebt gekocht, de geïnstalleerde software of uw
serviceprovider.
* Drukfouten voorbehouden.
www.samsung.com Dutch. 11/2013. Rev. 1.3
Samsung Kies installeren (PC Sync)
1. Download de laatste versie van Samsung Kies vanaf
de Samsung-website (www.samsung.com/kies) en
installeer deze software op uw computer.
2. Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer.
Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie.
GT-S7562
Gebruiksaanwijzing
Over deze gebruiksaanwijzing
2
Over deze
gebruiksaanwijzing
Dank u voor uw keuze van dit mobiele toestel van Samsung.
Dit toestel biedt hoogwaardige mobiele communicatie en
amusement op basis van de uitzonderlijke technologie en hoge
normen van Samsung.
Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld om u stap voor stap bekend te
maken met de functies en onderdelen van het toestel.
Lees dit eerst
Voordat u het toestel gebruikt, moet u de volledige
gebruiksaanwijzing en alle veiligheidsinstructies lezen voor
veilig en correct gebruik.
De beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing zijn gebaseerd op
de standaardinstellingen van het toestel.
De afbeeldingen en schermafbeeldingen in deze
gebruiksaanwijzing kunnen er anders uitzien dan het
daadwerkelijke product.
De inhoud van deze snelstartgids kan van product tot
product verschillen of anders zijn dan de software die door
serviceproviders wordt geleverd en is onderhevig aan
wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving. Ga naar de
Samsung-website (
www.samsung.com
) voor de nieuwste versie
van de gebruiksaanwijzing.
Inhoud (inhoud van hoge kwaliteit) waarvoor veel gebruik
wordt maakt van de CPU en het RAM-geheugen, beïnvloedt de
algehele prestaties van het apparaat. Applicaties met betrekking
tot de inhoud werken mogelijk niet correct, afhankelijk van de
specificaties van het apparaat en de omgeving waarin het wordt
gebruikt.
Welke functies en extra diensten beschikbaar zijn, is afhankelijk
van het toestel, de software en uw provider.
Over deze gebruiksaanwijzing
3
De opmaak en weergave van deze gebruiksaanwijzing is
gebaseerd op het besturingssysteem Android en kan verschillen
afhankelijk van het besturingssysteem van de gebruiker.
Applicaties voor dit toestel functioneren wellicht anders
dan vergelijkbare computerapplicaties en hoeven niet over
alle functies te beschikken die beschikbaar zijn voor de
computerversie.
Applicaties en de bijbehorende functies kunnen verschillen per
regio of hardwarespecificatie. Samsung is niet aansprakelijk voor
prestatieproblemen die worden veroorzaakt door applicaties
van derden.
Samsung is niet aansprakelijk voor prestatie- of
compatibiliteitsproblemen die worden veroorzaakt door
het bewerken van de instellingen in het register of door het
gebruik van aangepaste besturingssysteemsoftware. Wanneer
u probeert het besturingssysteem aan te passen, kan dit ertoe
leiden dat uw apparaat en applicaties niet meer correct werken.
U kunt de software voor uw mobiele toestel bijwerken door naar
de Samsung-website (
www.samsung.com
) te gaan.
Software, geluid, achtergronden en afbeeldingen in dit toestel
zijn onder licentie verstrekt met beperkte gebruiksrechten
tussen Samsung en de respectieve eigenaren. Het overnemen
en gebruiken van deze materialen voor commerciële of andere
doeleinden maakt inbreuk op de copyright-wetgeving. Samsung
is niet verantwoordelijk voor inbreuk op het copyright door
gebruikers.
Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht voor
gegevensservices, zoals chatten, uploaden en downloaden,
automatisch synchroniseren of het gebruik van locatieservices.
Als u extra kosten wilt voorkomen, selecteert u een geschikt
gegevensabonnement. Raadpleeg uw provider voor meer
informatie.
Bewaar de gebruiksaanwijzing, zodat u deze later kunt
raadplegen.
Over deze gebruiksaanwijzing
4
Symbolen in deze gebruiksaanwijzing
Bekijk voordat u begint de symbolen die in deze snelstartgids
worden gebruikt:
Waarschuwing: situaties die letsel kunnen veroorzaken
bij u of anderen
Let op: situaties die schade kunnen veroorzaken aan het
toestel of andere apparatuur
Opmerking: opmerkingen, gebruikstips of aanvullende
informatie
Raadpleeg: pagina's met verwante informatie,
bijvoorbeeld:
p.12 (betekent "raadpleeg pagina 12")
Gevolgd door: de volgorde van de opties of menu's die u
moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld:
selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Toestel-info (betekent Instellingen gevolgd door
Toestel-info)
Auteursrechten
Copyright © 2012 Samsung Electronics
Deze gebruiksaanwijzing is beschermd onder internationale
auteursrechtwetten.
Geen enkel deel van deze gebruiksaanwijzing mag worden
gereproduceerd, gedistribueerd, vertaald of verzonden in welke
vorm dan ook of op welke elektronische of mechanische wijze
dan ook, inclusief door deze te fotokopiëren, op te nemen of op te
slaan in een systeem voor het opslaan en ophalen van informatie,
zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Samsung
Electronics.
Over deze gebruiksaanwijzing
5
Handelsmerken
SAMSUNG en het SAMSUNG-logo zijn geregistreerde
handelsmerken van Samsung Electronics.
Het Android-logo, Google
, Google Maps
, Google Mail
,
YouTube
, Google Play
Store, Google Latitude
, en Google
Talk
zijn handelsmerken van Google, Inc.
Bluetooth
®
is overal ter wereld een geregistreerd handelsmerk
van Bluetooth SIG, Inc.
Wi-Fi
®
, Wi-Fi Protected Setup
, Wi-Fi Direct
, Wi-Fi
CERTIFIED
, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn
geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
Alle overige handelsmerken en auteursrechten zijn het
eigendom van de betreffende eigenaars.
Inhoud
6
Het toestel in elkaar zetten ............................... 10
Uitpakken ...................................................................................................... 10
Indeling ........................................................................................................... 11
Toetsen ............................................................................................................ 13
De SIM- of USIM-kaart en de batterij plaatsen .............................. 14
De batterij opladen .................................................................................... 16
Een geheugenkaart plaatsen (optioneel) ........................................ 20
Aan de slag ......................................................... 23
Uw toestel in- of uitschakelen ............................................................... 23
Het aanraakscherm gebruiken ............................................................. 24
Het aanraakscherm en de toetsen vergrendelen of
ontgrendelen ............................................................................................... 27
Het startscherm ........................................................................................... 27
Applicaties openen .................................................................................... 33
Meerdere applicaties starten ................................................................ 35
De instellingen van het toestel aanpassen ..................................... 35
Van SIM- of USIM-kaart veranderen ................................................... 41
Tekst ingeven ............................................................................................... 43
Communiceren .................................................. 46
Bellen ............................................................................................................... 46
Berichten ........................................................................................................ 57
Google Mail ................................................................................................... 59
E-mail ............................................................................................................... 60
Talk .................................................................................................................... 63
ChatON ........................................................................................................... 64
Messenger ..................................................................................................... 65
Google+ .......................................................................................................... 65
Inhoud
Inhoud
7
Entertainment .................................................... 66
Camera ............................................................................................................ 66
Videospeler ................................................................................................... 74
Galerij ............................................................................................................... 77
MP3-speler .................................................................................................... 79
FM-radio ......................................................................................................... 84
Persoonlijke gegevens ...................................... 87
Contacten ...................................................................................................... 87
S Planner ........................................................................................................ 90
Notitie .............................................................................................................. 93
Spraakrecorder ............................................................................................ 94
Web- en GPS-services ........................................ 96
Internet ........................................................................................................... 96
Game Hub .................................................................................................. 100
Latitude ........................................................................................................ 100
Maps .............................................................................................................. 101
Navigatie ..................................................................................................... 102
Lokaal ........................................................................................................... 103
Play Store .................................................................................................... 104
Samsung Apps .......................................................................................... 105
YouTube ....................................................................................................... 105
Connectiviteit .................................................. 108
USB-aansluitingen .................................................................................. 108
Wi-Fi ............................................................................................................... 110
Wi-Fi Direct ................................................................................................. 113
Mobiel netwerk delen ........................................................................... 114
Bluetooth .................................................................................................... 116
GPS ................................................................................................................. 118
VPN-verbindingen .................................................................................. 119
Inhoud
8
Hulpmiddelen .................................................. 122
Calculator .................................................................................................... 122
Klok ................................................................................................................ 122
Downloads ................................................................................................. 125
Mijn bestanden ........................................................................................ 125
Zoeken ......................................................................................................... 127
SIM-toolkit .................................................................................................. 127
Instellingen ...................................................... 128
De instelopties weergeven ................................................................. 128
Wi-Fi ............................................................................................................... 128
Bluetooth .................................................................................................... 128
Gegevensgebruik .................................................................................... 128
Meer instellingen ..................................................................................... 129
SIM-kaartbeheer ...................................................................................... 130
Geluid ........................................................................................................... 130
Display .......................................................................................................... 131
Achtergrond .............................................................................................. 132
Opslag .......................................................................................................... 132
Batterij .......................................................................................................... 132
Applicatiebeheer ..................................................................................... 132
Account- en synchronisatie-instellingen ...................................... 133
Locatieservices ......................................................................................... 133
Beveiliging .................................................................................................. 133
Taal en invoer ............................................................................................ 136
Back-up maken en terugzetten ......................................................... 138
Datum en tijd ............................................................................................ 139
Toegankelijkheid ..................................................................................... 139
Ontwikkelaarsopties .............................................................................. 140
Toestel-info ................................................................................................. 141
Inhoud
9
Problemen oplossen ....................................... 142
Index ................................................................. 148
Het toestel in elkaar zetten
10
Het toestel in elkaar zetten
Uitpakken
Controleer of de doos de volgende onderdelen bevat:
Mobiel toestel
Batterij
Snelstartgids
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde software.
Gekraakte of illegale software kan schade of storingen
veroorzaken die niet worden gedekt door de garantie van de
fabrikant.
De bijgeleverde onderdelen bij uw toestel en de
beschikbare accessoires kunnen verschillen, afhankelijk
van uw regio of serviceprovider.
Bij de plaatselijke Samsung-dealer kunt u extra accessoires
kopen.
De bijgeleverde items zijn alleen ontworpen voor uw
toestel en zijn mogelijk niet compatibel met andere
toestellen.
Andere accessoires zijn mogelijk niet compatibel met uw
toestel.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde accessoires.
Niet-goedgekeurde accessoires kunnen storing in uw
toestel veroorzaken.
Het toestel in elkaar zetten
11
Indeling
Vooraanzicht
4
9
2
3
8
6
7
10
1
5
Nummer Functie
1
Luistergedeelte
2
Cameralens voorzijde
3
Nabijheidssensor
4
Volumetoets
5
Starttoets
6
Optietoets
7
Multifunctionele aansluiting
8
Aanraakscherm
9
Terugtoets
10
Microfoon
1
1. Alleen actief wanneer u de luidsprekerfunctie gebruikt of video's
opneemt.
Het toestel in elkaar zetten
12
Achteraanzicht
16
18
17
12
14
13
11
19
15
Nummer Functie
11
Headsetaansluiting
12
Aan/uit/reset/vergrendeltoets
13
Luidspreker
14
Sleuf voor geheugenkaart
15
GPS-antenne
2
16
Cameralens achterzijde
17
Lampje
18
Achterklep
19
Hoofdantenne
2. Raak het gebied rond de antenne niet aan en bedek dit niet met
uw handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik van de
GPS-functies.
Het toestel in elkaar zetten
13
Toetsen
Toets Functie
Aan/uit/
reset
3
/
vergrendelen
Het toestel inschakelen (ingedrukt
houden); open de apparaatopties
(ingedrukt houden); het apparaat
resetten (8-10 seconden ingedrukt
houden); het aanraakscherm
uitschakelen en vergrendelen of het
aanraakscherm inschakelen.
Optie
De lijst met beschikbare opties voor
het huidige scherm openen; in het
startscherm de zoekapplicatie starten
(ingedrukt houden); het zoekscherm
openen tijdens gebruik van bepaalde
applicaties (ingedrukt houden).
Start
Teruggaan naar het startscherm; de
lijst met recent gebruikte applicaties
openen (ingedrukt houden).
Terug Teruggaan naar het vorige scherm.
Volume
Het volume van het apparaat
aanpassen.
3. Als er fatale fouten optreden, de verbinding wordt verbroken
of uw toestel vastloopt, moet u het toestel mogelijk resetten
voordat u het weer kunt gebruiken.
Het toestel in elkaar zetten
14
De SIM- of USIM-kaart en de batterij plaatsen
Wanneer u bij een provider een abonnement afsluit, ontvangt
u een SIM-kaart (Subscriber Identity Module). Hierop zijn uw
abonnementsgegevens opgeslagen, zoals de PIN-code en
optionele diensten. Voor het gebruik van UMTS- of HSDPA-services
kunt u een USIM-kaart (Universal Subscriber Identity Module)
kopen.
1
Verwijder de achterklep.
Wees voorzichtig dat u uw nagels niet beschadigt wanneer u
de achterklep verwijdert.
Buig of draai de achterklep niet te sterk. U zou de klep
kunnen beschadigen.
Het toestel in elkaar zetten
15
2
Plaats de SIM- of USIM-kaart met de goudkleurige
contactpunten omlaag gericht.
Het toestel heeft twee sleuven voor een SIM-kaart. Zo kunt u
twee SIM- of USIM-kaarten gebruiken en omschakelen tussen
beide kaarten. Bovenaan plaatst u de belangrijkste SIM- of
USIM-kaart (de kaart die u het meest gebruikt). Onderaan
plaatst u uw tweede SIM- of USIM-kaart.
Plaats geen geheugenkaart in de SIM-kaartsleuven.
Als de geheugenkaart klem komt te zitten in de SIM-
kaartsleuven, moet u het toestel naar een Samsung
Servicecenter brengen om de geheugenkaart te laten
verwijderen.
De sleuf voor SIM-kaarten van uw toestel is alleen geschikt
voor standaard-SIM-kaarten. Wanneer u een micro-SIM-
kaart of een micro-SIM-kaart met een niet-goedgekeurde
houder gebruikt, kunt u de SIM-kaartsleuf van het toestel
beschadigen.
Wanneer u twee USIM-kaarten in het toestel plaatst, wordt
de kaart in de tweede sleuf gebruikt voor een GPRS-netwerk.
SIM-kaart 1
SIM-kaart 2
Het toestel in elkaar zetten
16
3
Plaats de batterij.
4
Plaats de achterklep terug.
De batterij opladen
Voordat u het apparaat voor het eerst gaat gebruiken of als de
batterij langere tijd niet is gebruikt, moet u de batterij opladen.
Hiervoor kunt u een reisadapter gebruiken. U kunt ook opladen
door het toestel met een USB-kabel op een computer aan te
sluiten.
Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde opladers
en kabels. Bij gebruik van niet-goedgekeurde opladers of
kabels bestaat het risico dat batterijen ontploffen of dat het
toestel schade oploopt.
Het toestel in elkaar zetten
17
Als de batterij bijna leeg is, laat het toestel een
waarschuwingstoon horen en wordt er een bericht
weergegeven. Laad de batterij op als u het toestel weer
wilt gebruiken.
Als de batterij volledig ontladen is, kunt u het toestel niet
inschakelen, zelfs niet tijdens het opladen van het toestel.
Laat een lege batterij enkele minuten opladen voordat u
probeert het toestel in te schakelen.
Als u meerdere applicaties tegelijk gebruikt,
netwerkapplicaties gebruikt, of applicaties waarvoor
een verbinding met een ander toestel is vereist, raakt de
batterij snel leeg. Als u wilt voorkomen dat de verbinding
met het netwerk wordt verbroken of er geen stroom
meer is tijdens een gegevensoverdracht, moet u deze
applicaties altijd gebruiken nadat de batterij volledig is
opgeladen.
Opladen met een reisadapter
1
Steek het smalle uiteinde van de reisadapter in de
multifunctionele aansluiting.
Als u de reisadapter verkeerd aansluit, kan het toestel ernstig
worden beschadigd. Schade veroorzaakt door verkeerd
gebruik valt niet onder de garantie.
Het toestel in elkaar zetten
18
2
Steek de stekker van de reisadapter in een stopcontact.
Als de stroomvoorziening instabiel is wanneer het toestel
wordt opgeladen, functioneert het aanraakscherm
mogelijk niet. Als dit gebeurt, koppelt u de reisadapter van
het toestel los.
Het toestel kan warm worden tijdens het opladen. Dit is
normaal en heeft geen nadelige invloed op de levensduur
of prestaties van het toestel.
Als uw toestel niet goed oplaadt, kunt u met het toestel en
de oplader naar een Samsung Servicecenter gaan.
3
Wanneer de batterij volledig is opgeladen, haalt u eerst de
stekker van de adapter uit het toestel en vervolgens uit het
stopcontact.
Koppel de reisadapter altijd los van het toestel voordat u
de batterij verwijdert. Als u de batterij verwijdert terwijl
de reisadapter nog is aangesloten, kan het toestel worden
beschadigd.
Om energie te besparen, koppelt u de reisadapter los
wanneer deze niet wordt gebruikt. De reisadapter heeft
geen aan/uit-schakelaar, dus u moet de reisadapter
uit het stopcontact halen om de stroomvoorziening te
onderbreken. Het toestel moet zich in de buurt van het
stopcontact bevinden tijdens het opladen.
Het toestel in elkaar zetten
19
Over de oplaadpictogrammen voor de batterij
Als u de batterij oplaadt terwijl het toestel is uitgeschakeld, geven
de volgende pictogrammen de huidige oplaadstatus van de
batterij aan:
Opladen Volledig opgeladen
Opladen met een USB-kabel
Controleer voordat u met opladen begint of de computer is
ingeschakeld.
1
Sluit het kleine uiteinde (micro-USB) van de USB-kabel aan op
de multifunctionele aansluiting.
2
Sluit het grote uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort
van een computer.
Afhankelijk van het gebruikte type USB-kabel kan het even
duren voordat het opladen wordt gestart.
3
Wanneer de batterij volledig is opgeladen, haalt u eerst de
stekker van de USB-kabel uit het toestel en vervolgens uit de
computer.
Het toestel in elkaar zetten
20
Batterijverbruik verminderen
Uw toestel beschikt over opties waarmee u het gebruik van de
batterij kunt besparen. Als u deze opties aanpast en functies op
de achtergrond uitschakelt, kunt u het toestel langer gebruiken
voordat u het weer moet opladen:
Schakel over naar de slaapstand door op de aan/uit-toets te
drukken, wanneer u het toestel niet gebruikt.
Sluit onnodige applicaties met taakbeheer.
Schakel de Bluetooth-functie uit.
Schakel de Wi-Fi-functie uit.
Schakel automatische synchronisatie van applicaties uit.
Verminder de verlichtingstijd.
Verminder de helderheid van het scherm.
Een geheugenkaart plaatsen (optioneel)
Uw toestel accepteert geheugenkaart met een maximale
capaciteit van 32 GB. Afhankelijk van het type kaart en de
kaartfabrikant, zijn sommige geheugenkaarten mogelijk niet
compatibel met uw toestel.
Samsung hanteert erkende industriestandaarden voor
geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk
niet volledig compatibel met uw toestel. Als u een
geheugenkaart gebruikt die niet compatibel is, kan uw
toestel of uw geheugenkaart beschadigd raken. Opgeslagen
gegevens op de geheugenkaart kunnen ook beschadigd
raken.
Het toestel in elkaar zetten
21
Uw toestel ondersteunt alleen de FAT-bestandsstructuur
voor geheugenkaarten. Als u een geheugenkaart plaatst
die met een andere bestandsstructuur is geformatteerd,
wordt u gevraagd of u de kaart opnieuw wilt formatteren.
Veel schrijven en verwijderen van gegevens verkort de
levensduur van geheugenkaarten.
Wanneer u een geheugenkaart in het toestel plaatst,
wordt de bestandsmap van de geheugenkaart
weergegeven in de map /sdcard/sd.
1
Open het klepje van de geheugenkaartsleuf.
2
Plaats een geheugenkaart met de goudkleurige contactpunten
naar boven gericht.
3
Duw de geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf totdat de
kaart vastklikt.
4
Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf.
Het toestel in elkaar zetten
22
Een geheugenkaart verwijderen
Controleer of de geheugenkaart op dat moment niet wordt
gebruikt door het toestel.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Opslag
SD-kaart afmelden
OK.
2
Open het klepje van de geheugenkaartsleuf.
3
Duw voorzichtig op de geheugenkaart totdat deze loskomt
van het toestel.
4
Verwijder de geheugenkaart.
5
Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf.
Verwijder een geheugenkaart niet wanneer via het toestel
gegevens worden overgedragen of geopend. Dit kan leiden
tot verlies van gegevens en/of beschadiging van de kaart of
het toestel.
Een geheugenkaart formatteren
Als u de geheugenkaart op een computer formatteert, kan
de kaart incompatibel worden met uw toestel. Formatteer de
geheugenkaart alleen in het toestel.
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Opslag
SD-kaart formatteren
SD-kaart formatteren
Alles
verwijderen.
Vergeet niet een back-up van alle belangrijke gegevens
te maken voordat u de geheugenkaart formatteert.
De fabrieksgarantie dekt geen schade door verlies van
gegevens vanwege iets wat de gebruiker doet.
23
Aan de slag
Aan de slag
Uw toestel in- of uitschakelen
1
Houd de aan/uit-toets ingedrukt.
2
Geef de PIN-code in die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt
gekregen, en selecteer OK (indien nodig).
Als u het toestel voor de eerste keer inschakelt, volgt u de
instructies op het scherm om het toestel in te stellen. U moet
u aanmelden bij Google of een Google-account maken
op applicaties te gebruiken die verbinding maken met de
Google/server.
Als u het toestel wilt uitschakelen, houdt u de aan/uit-toets
ingedrukt en selecteert u Uitschakelen
OK.
Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen van
geautoriseerd personeel op plaatsen waar het gebruik
van draadloze apparatuur aan beperkingen onderhevig is,
bijvoorbeeld in vliegtuigen en ziekenhuizen.
Als u alleen de diensten wilt gebruiken waarvoor geen
netwerk is vereist, activeert u de vliegtuigstand.
p.129
24
Aan de slag
Het aanraakscherm gebruiken
Met het aanraakscherm van het apparaat kunt u eenvoudig items
selecteren en functies uitvoeren. Hier krijgt u informatie over het
aanraakscherm.
Raak het aanraakscherm niet met uw vingertoppen aan en
gebruik geen scherpe voorwerpen op het aanraakscherm.
Dit kan het aanraakscherm beschadigen of ervoor zorgen
dat dit niet meer goed werkt.
Zorg dat het aanraakscherm niet met andere elektrische
apparaten in aanraking komt. Door elektrostatische
ontladingen kan het aanraakscherm beschadigd raken.
Zorg dat het aanraakscherm niet in aanraking komt
met vloeistoffen. Het aanraakscherm kan in vochtige
omstandigheden of door blootstelling aan vloeistoffen
worden beschadigd.
Als het aanraakscherm langere tijd standby staat, kan dit
leiden tot nabeelden (ingebrande beelden op het scherm)
of ghosting. Schakel het aanraakscherm uit wanneer u het
apparaat niet gebruikt.
Om het aanraakscherm optimaal te kunnen gebruiken,
dient u het beschermende folie te verwijderen alvorens u
het toestel gebruikt.
Het aanraakscherm heeft een laag die kleine elektrische
ladingen die door het menselijk lichaam worden
veroorzaakt, detecteert. Voor de beste prestaties tikt u met
uw vingertop op het aanraakscherm. Het aanraakscherm
reageert niet als het door scherpe voorwerpen zoals een
stylus of een pen wordt aangeraakt.
25
Aan de slag
U gebruikt de volgende technieken om het aanraakscherm te
bedienen:
Tik op
Één keer aanraken om een menu, optie
of applicatie te selecteren of te starten.
Blijven aanraken
Tik op een item en blijf dit langer dan 2
seconden aanraken.
Slepen
Tik op een item en verplaats het naar een
nieuwe locatie.
Dubbeltikken
Tik snel twee keer op een item.
26
Aan de slag
Vegen
Scroll snel naar boven, beneden, links
of rechts om door lijsten of schermen te
bewegen.
Samenknijpen
Plaats twee vingers ver uit elkaar en
breng ze naar elkaar toe.
Het aanraakscherm wordt automatisch uitgeschakeld
wanneer u het toestel gedurende een bepaalde tijd niet
gebruikt. Druk op de aan/uit-toets of de starttoets om het
scherm weer in te schakelen.
U kunt de tijd instellen dat het toestel wacht voordat het
scherm wordt uitgeschakeld. Selecteer in de lijst met
applicaties Instellingen
Display
Time-out scherm.
27
Aan de slag
Het aanraakscherm en de toetsen
vergrendelen of ontgrendelen
Wanneer u het toestel gedurende een bepaalde tijd niet
gebruikt, schakelt het toestel het aanraakscherm uit en worden
het aanraakscherm en de toetsen automatisch vergrendeld om
onbedoelde bewerkingen te voorkomen. Als u het aanraakscherm
en de toetsen handmatig wilt vergrendelen, drukt u op de aan/uit-
toets.
Om te ontgrendelen, schakelt u het scherm in door op de aan/
uit-toets of starttoets te drukken en vervolgens met uw vinger te
vegen.
U kunt de functie voor het vergrendelen van het scherm
inschakelen om te voorkomen dat andere gebruikers
uw persoonlijke gegevens en informatie op uw toestel
gebruiken of openen.
p.38
Het startscherm
In het standby-scherm kunt u de status van het toestel zien en
applicaties openen.
Het standby-scherm bevat meerdere panelen. Scroll naar links of
rechts om de panelen van het startscherm weer te geven. U kunt
ook een stip onder aan het scherm selecteren om rechtstreeks naar
het bijbehorende paneel te gaan.
28
Aan de slag
Pictogrammen
Welke pictogrammen op het scherm worden weergegeven,
is afhankelijk van de regio en provider.
Pictogram Betekenis
Geen signaal
Signaalsterkte
/
Geactiveerd type SIM- of USIM-kaart
1
Verbonden met GPRS-netwerk
Verbonden met EDGE-netwerk
Verbonden met HSDPA-netwerk
Wi-Fi-verbinding
Bluetooth-functie geactiveerd
GPS-services in gebruik
Actieve oproep
Gemiste oproep
Aangesloten op computer
Geen SIM- of USIM-kaart
Nieuw bericht
Alarm ingeschakeld
Roaming (buiten het servicegebied)
Stille stand actief (trillen)
1. Dit pictogram is afhankelijk van de instelling van uw SIM-kaart.
29
Aan de slag
Pictogram Betekenis
Stille stand actief (dempen)
Vliegtuigstand actief
Fout opgetreden of voorzichtigheid geboden
Batterijlading
Werken met het meldingenpaneel
Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte met
pictogrammen en sleept u het naar beneden. U kunt ook van SIM-
of USIM-kaart veranderen. U verbergt het paneel weer door de
onderkant van het paneel omhoog te slepen.
In het meldingenpaneel kunt u de huidige status van uw toestel
weergeven en de volgende opties gebruiken:
Wi-Fi: de Wi-Fi-functie in- en uitschakelen. p.128
GPS: de GPS-functie in- en uitschakelen. p.133
Melodie: de stille stand in- en uitschakelen. U kunt uw apparaat
dempen of instellen op trillen in de Stille stand.
Schermrotatie: toestaan of voorkomen dat het scherm draait
wanneer u het toestel draait.
Melding: meldingspictogrammen verbergen of weergeven.
Mobiele gegevens: schakel de gegevensverbinding in of uit.
Bluetooth: de Bluetooth-functie aan- en uitzetten. p.128
Autostand: de autostand in- en uitschakelen.
Synchroniseren: het automatisch synchroniseren van
applicaties in- of uitschakelen.
Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
30
Aan de slag
Een item verplaatsen op het startscherm
Blijf een item aanraken en sleep het
naar een nieuwe locatie.
Een item verwijderen uit het startscherm
Blijf een item aanraken en sleep het naar de vuilnisbak.
31
Aan de slag
Het paneel voor snelle toegang aanpassen
U kunt het paneel voor snelle toegang onder aan het startscherm
aanpassen door snelkoppelingen naar applicaties toe te voegen of
verwijderen.
Als u een applicatiepictogram wilt verwijderen, blijft u het
pictogram aanraken en sleept u het naar de prullenbak.
Als u een snelkoppeling naar een applicatie wilt toevoegen, blijft
u de nieuwe snelkoppeling aanraken op het startscherm en
sleept u het naar de lege locatie.
Een paneel toevoegen aan of verwijderen uit het
startscherm
U kunt panelen toevoegen aan of verwijderen uit het startscherm
om widgets in te delen.
1
Plaats op het startscherm twee vingers op het scherm en
beweeg ze naar elkaar toe om over te schakelen naar de
bewerkingsstand.
2
Panelen toevoegen, verwijderen of opnieuw indelen:
Als u een paneel wilt verwijderen, tikt u op de
miniatuurafbeelding van het paneel en blijft u de afbeeld
aanraken. Sleep vervolgens de afbeelding naar de
prullenbak.
Als u een nieuw paneel wilt toevoegen, selecteert u .
Als u het hoofdpaneel van het startscherm wilt instellen,
selecteert u
.
Als u de volgorde van de panelen wilt wijzigen, raakt u de
miniatuurafbeelding van een paneel aan en sleept u deze
naar de gewenste locatie.
3
Druk op de terugtoets om terug te gaan naar het vorige
scherm.
32
Aan de slag
Widgets gebruiken
Widgets zijn kleine applicaties op het startscherm die handige
functies en informatie verschaffen.
Voor sommige widgets wordt verbinding met webservices
gemaakt. Als u een webwidget gebruikt, worden er
mogelijk extra kosten in rekening gebracht.
Welke widgets beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio
of serviceprovider.
Een widget toevoegen aan het startscherm
1
Selecteer in de lijst met applicaties Widgets om het
widgetpaneel te openen.
2
Scroll naar links of rechts in het widgetpaneel om een widget
te zoeken.
3
Blijf een widget aanraken om deze toe te voegen aan het
startscherm.
Een snelkoppeling voor instellingen toevoegen aan het
startscherm
U kunt snelkoppelingen naar vaak gebruikte instellingen
toevoegen aan het startscherm.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Widgets om het
widgetpaneel te openen.
2
Blijf Instellingen sneltoets aanraken en laat dit los op het
startscherm.
3
Selecteer een instelling, zoals Bluetooth of Wi-Fi.
33
Aan de slag
Applicaties openen
Applicaties openen en volledig gebruikmaken van de functies
op uw toestel. U kunt de lijst met applicaties aanpassen aan
uw voorkeuren, of applicaties downloaden van internet om de
functionaliteit van uw toestel te verbeteren.
1
Selecteer in het startscherm Apps om de lijst met applicaties te
openen.
2
Scroll naar links of naar rechts naar een menuscherm.
U kunt ook een stip onder aan het scherm selecteren om
rechtstreeks naar het bijbehorende scherm te gaan.
3
Selecteer een applicatie.
4
Druk op de terugtoets om terug te gaan naar het vorige
scherm. Druk op de starttoets om terug te gaan naar het
startscherm.
U kunt een snelkoppeling naar een applicatie toevoegen
aan het startscherm door een pictogram te blijven
aanraken in de lijst met applicaties.
Als u het toestel draait terwijl u bepaalde functies gebruikt,
wordt de interface ook gedraaid. Om te voorkomen dat de
interface draait, selecteert u Instellingen
Display
Scherm automatisch draaien.
Terwijl u het toestel gebruikt, kunt u een
schermafbeelding maken door tegelijkertijd de starttoets
en de aan/uit-toets ingedrukt te houden. De afbeelding
wordt opgeslagen in Mijn bestanden
sdcard
Pictures
Screenshots.
34
Aan de slag
Applicaties ordenen
U kunt de volgorde van applicaties wijzigen in de lijst met
applicaties of ze groeperen in categorieën.
1
Druk in de lijst met applicaties op de optietoets en selecteer
Bewerken.
2
Blijf het pictogram van een applicatie aanraken.
3
Applicaties ordenen:
Als u een applicatie wilt verplaatsen, sleept u deze naar de
nieuwe locatie.
Als u de applicatie wilt toevoegen aan een nieuwe map.
sleept u de applicatie naar
.
Als u de applicatie naar een nieuw paneel wilt verplaatsen,
sleept u de applicatie naar
.
Als u de applicatie wilt verwijderen, sleept u deze naar .
Als u het applicatiepictogram naar sleept, wordt er
informatie over de applicatie weergegeven.
4
Selecteer Opsl.
Een applicatie verwijderen
1
Druk in de lijst met applicaties op de optietoets en selecteer
Verwijderen.
2
Selecteer op het pictogram van een applicatie en selecteer
OK.
U kunt alleen de applicaties verwijderen die u hebt
gedownload.
Onlangs gebruikte applicaties openen
1
Houd de starttoets ingedrukt om de applicaties weer te geven
die u onlangs hebt geopend.
2
Selecteer een applicatie.
35
Aan de slag
Meerdere applicaties starten
U kunt met het toestel met meerdere applicaties tegelijk werken.
Als u meerdere applicaties wilt openen, drukt u op de starttoets
terwijl u een applicatie gebruikt. Selecteer vervolgens een andere
applicatie die u wilt starten vanuit het startscherm.
Applicaties beheren
U kunt meerdere applicaties beheren met Taakbeheer.
1
Blijf de starttoets aanraken en selecteer Taakbeheer
Actieve applicaties.
Taakbeheer wordt gestart en geeft de actieve applicaties weer.
2
Actieve applicaties beheren:
Als u een andere applicatie wilt gebruiken, selecteert u er
een in de lijst.
Selecteer Stop om een applicatie te sluiten.
Selecteer Alles stoppen om alle actieve applicaties te
sluiten.
De instellingen van het toestel aanpassen
Haal meer uit uw toestel door de instellingen aan uw voorkeuren
aan te passen.
De weergavetaal wijzigen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Taal en
invoer
Taal.
2
Selecteer een taal.
36
Aan de slag
De aanraaktoon in- of uitschakelen
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Geluid
Aanraakgeluiden.
Het volume van het toestel aanpassen
1
Druk de volumetoets omhoog of omlaag.
2
Selecteer en sleep de schuifregelaars om het volumeniveau
voor elk geluid aan te passen.
De beltoon wijzigen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Geluid
Beltoon.
2
Selecteer een SIM- of USIM-kaart
Beltoon apparaat.
3
Selecteer een beltoon
OK.
Overschakelen naar de stille stand
U kunt de geluiden van uw toestel op een van de volgende
manieren uit- of inschakelen:
Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte
met pictogrammen en sleept u het naar beneden. Selecteer
vervolgens Melodie.
Houd de aan/uit-toets ingedrukt en selecteer .
37
Aan de slag
Een achtergrond voor het startscherm selecteren
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Achtergrond
Startscherm.
2
Selecteer een afbeeldingsmap
een afbeelding.
Het lettertype wijzigen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Display
Letterstijl.
2
Selecteer een lettertype
Ja.
De helderheid van het scherm aanpassen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Display
Helderheid.
2
Sleep de schuifregelaar naar links of rechts.
3
Selecteer OK.
Als het scherm op een hoog helderheidsniveau is ingesteld,
raakt de batterij van het toestel sneller leeg.
38
Aan de slag
Het toestel vergrendelen
U kunt het toestel vergrendelen door het
schermvergrendelingsfunctie te activeren.
Als u uw wachtwoord vergeet, moet u het toestel bij een
Samsung Servicecenter laten resetten.
Samsung is niet verantwoordelijk voor verlies van
wachtwoorden of privégegevens of andere schade die
door illegale software wordt veroorzaakt.
Een ontgrendelingspatroon instellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Beveiliging
Schermvergrendeling
Patroon.
2
Bekijk de instructies en voorbeeldpatronen op het scherm en
selecteer Volgende.
3
Teken een patroon door ten minste 4 punten met elkaar te
verbinden en selecteer Doorgaan.
4
Teken het patroon nogmaals om het te bevestigen en selecteer
Bevestigen.
5
Voltooi het instellen van de reserve-PIN-code.
Als u uw ontgrendelingspatroon vergeet, kunt u de
schermvergrendelingsfunctie uitschakelen met een reserve-
PIN-code.
Een ontgrendelingspincode instellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Beveiliging
Schermvergrendeling
Geef PIN-code in.
2
Geef een nieuwe PIN-code in en selecteer Doorgaan.
3
Geef de PIN-code nogmaals in en selecteer OK.
39
Aan de slag
Een ontgrendelingswachtwoord instellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Beveiliging
Schermvergrendeling
Wachtwoord.
2
Geef een nieuw wachtwoord (alfanumeriek) op en selecteer
Doorgaan.
3
Geef het wachtwoord nogmaals in en selecteer OK.
De SIM- of USIM-kaart vergrendelen
U kunt het toestel vergrendelen met de pincode die u bij de SIM- of
USIM-kaart hebt gekregen. Als de SIM- of USIM-kaartvergrendeling
is ingeschakeld, moet u telkens bij het inschakelen van het toestel
de PIN-code ingeven.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Beveiliging
SIM-kaartvergrendeling instellen.
2
Selecteer een SIM- of USIM-kaart
SIM-kaart vergrendelen.
3
Geef uw PIN-code in en selecteer OK.
Als u te vaak een onjuiste PIN-code ingeeft, wordt de SIM-
of USIM-kaart geblokkeerd. In dat geval moet u een PUK-
code (PIN Unlock Key) ingeven om de blokkering van de
kaart op te heffen.
Als u een onjuiste PUK-code voor de SIM- of USIM-
kaart ingeeft, moet u de blokkering van de kaart bij de
serviceprovider laten opheffen.
40
Aan de slag
De functie Mobiel apparaat zoeken inschakelen
Wanneer iemand een andere SIM-kaart of USIM-kaart in het
verloren of gestolen toestel plaatst, stuurt de functie Mijn telefoon
zoeken het nummer automatisch naar een aantal ingestelde
contacten, zodat u het toestel kunt opsporen. Als u deze functie
wilt gebruiken, hebt u een Samsung-account nodig om het toestel
op afstand te regelen.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Beveiliging
Waarschuwing SIM-kaart vervangen.
2
Selecteer Inloggen.
Selecteer Nieuw account om een Samsung-account te maken.
3
Geef het e-mailadres en wachtwoord voor uw Samsung-
account in en selecteer Log in.
4
Sleep de schakelaar Waarschuwing SIM-kaart vervangen
naar rechts.
5
Selecteer Waarschuwingsbericht.
6
Geef het tekstbericht in dat u naar de ontvangers wilt
verzenden en selecteer OK.
7
Voeg ontvangers toe:
Selecteer Maken en geef telefoonnummers handmatig in,
waaronder de landcode en het +-symbool.
Selecteer telefoonnummers in uw contactenlijst door
Contacten te selecteren.
8
Selecteer Opslaan.
41
Aan de slag
Van SIM- of USIM-kaart veranderen
Wanneer u twee SIM- of USIM-kaarten in het toestel plaatst, kunt u
van de ene kaart naar de andere schakelen.
U schakelt van de ene SIM- of USIM-kaart naar de andere door het
meldingenpaneel te openen en het pictogram van een SIM-kaart
te selecteren. Doe dit niet wanneer er net berichten of gegevens
worden uitgewisseld met het netwerk.
De SIM- of USIM-kaart activeren
1
Open in de standby-stand de lijst met applicaties en selecteer
Instellingen
SIM-kaartbeheer.
2
Selecteer een SIM- of USIM-kaart en schakel het selectievakje
naast Inschakelen in.
De naam en het pictogram van een SIM- of USIM-
kaart wijzigen
1
Open in de standby-stand de lijst met applicaties en selecteer
Instellingen
SIM-kaartbeheer.
2
Selecteer een SIM- of USIM-kaart en selecteer vervolgens de
naam van de SIM- of USIM-kaart.
3
Selecteer Pictogram selecteren
een pictogram.
4
Selecteer Naam registreren, wijzig de naam van de SIM- of
USIM-kaart en selecteer OK.
42
Aan de slag
De instellingen voor de SIM- of USIM-kaart
wijzigen
1
Open in de standby-stand de lijst met applicaties en selecteer
Instellingen
SIM-kaartbeheer.
2
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Inkomende
oproepen
ontvangen
Instellen of inkomende oproepen
van de andere SIM- of USIM-kaart zijn
toegestaan tijdens het gebruik van
gegevensdiensten met een SIM- of
USIM-kaart.
U kunt alleen oproepen
ontvangen wanneer de andere
SIM- of USIM-kaart (die niet voor
gegevensdiensten is) verbinding
heeft met een GPRS-netwerk.
Gegevensservice-
netwerk
Een SIM- of USIM-kaart selecteren voor
gegevensdiensten.
Dubbele SIM altijd
aan
2
Hiermee kunt u instellen of inkomende
oproepen van de andere SIM- of
USIM-kaart zijn toegestaan tijdens een
gesprek.
2. Afhankelijk van uw serviceprovider kan het menu een andere
naam hebben.
43
Aan de slag
Tekst ingeven
U kunt tekst ingeven door woorden in de microfoon te spreken,
door tekens op het virtuele toetsenbord te selecteren of door te
schrijven op het scherm.
Tekstinvoer wordt in sommige talen niet ondersteund. Als u
tekst wilt ingeven, moet u de invoertaal wijzigen in een van
de ondersteunde talen.
De tekstinvoermethode wijzigen
1
Tik in een tekstveld op het gedeelte met pictogrammen en
veeg dit naar beneden om het meldingscherm te openen.
2
Selecteer Invoermethode selecteren
een
tekstinvoermethode.
Tekst ingeven met de Google-functie voor
tekstinvoer met uw stem
1
Spreek in de microfoon.
2
Selecteer Gereed wanneer u klaar bent.
Als u invoertalen voor de spraakherkenning wilt toevoegen,
selecteert u de taal
Meer talen toevoegen.
44
Aan de slag
Tekstinvoer met het Samsung-toetsenbord
1
Tik in een tekstveld op het gedeelte met pictogrammen en
veeg dit naar beneden om het meldingscherm te openen.
2
Selecteer Invoermethode selecteren
Invoermethoden
configureren en selecteer
naast Samsung-toetsenbord
Staande toetsenbordtypen
een toetsenbordtype.
3
Geef tekst in door alfanumerieke toetsen te selecteren.
U kunt tevens de volgende toetsen gebruiken:
Nummer Functie
1
Schakelen tussen hoofdletters en kleine letters.
2
Schakelen tussen invoermodi voor tekst.
3
De toetsenbordinstellingen openen; blijf
aanraken als u wilt overschakelen naar de
handschriftstand, tekst wilt ingeven met uw stem
of het klembord wilt openen.
4
Uw invoer wissen.
5
Op een nieuwe regel beginnen.
6
Een spatie invoegen.
De functies van deze toets kunnen per
serviceprovider verschillen.
Wanneer de modus Voorspellende tekst (XT9) is
ingeschakeld, kunt u de doorlopende invoer gebruiken.
Hiermee kunt u tekst ingeven door over het toetsenbord te
vegen.
p.136
45
Aan de slag
Wanneer u tekst ingeeft met het 3x4 toetsenbord, kunt u de
volgende standen gebruiken:
Stand Functie
ABC
1. Selecteer
om over te schakelen naar de
ABC-stand.
2. Selecteer een bijbehorende virtuele toets
totdat de gewenste tekens worden
weergegeven.
Nummer
1. Selecteer
om over te schakelen naar de
cijferstand.
2. Selecteer een nummer.
U kunt nummers ingeven door in de
ABC-stand een virtuele toets te blijven
aanraken.
Symbool
1. Selecteer
om over te schakelen naar de
symboolstand.
2. Selecteer of om naar de gewenste
symboolset te scrollen.
3. Selecteer een symbool.
Tekst kopiëren en plakken
U kunt tekst vanuit een tekstveld kopiëren en plakken in een
andere applicatie.
1
Tik op het gewenste stuk tekst en blijf het even aanraken.
2
Sleep of om de tekst te selecteren die u wilt kopiëren.
3
Selecteer of om de tekst toe te voegen aan het klembord.
4
Plaats in een andere applicatie de cursor op het punt waar de
tekst moet worden ingevoegd.
5
Selecteer
Plakken om de tekst van het klembord in het
tekstveld te plakken.
Communiceren
46
Communiceren
Bellen
Hier vindt u informatie over het gebruik van de telefoniefuncties,
zoals bellen en gebeld worden, welke opties er tijdens een oproep
beschikbaar zijn en het gebruik van de mogelijkheden die met
bellen samenhangen.
Schakel de nabijheidssensor in om het aanraakscherm te
vergrendelen als u het toestel in de buurt van uw gezicht
houdt om ongewenste invoer te voorkomen.
p.54
Statische elektriciteit van uw lichaam of kleding kan
storing met de nabijheidssensor veroorzaken tijdens een
oproep.
Bellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon
Toetsenbord
en geef een regiocode en een telefoonnummer in.
2
Selecteer of om een spraakoproep te starten.
Als u een video-oproep wilt doen, selecteert u
.
3
Selecteer een applicatie die u wilt gebruiken om de oproep te
plaatsen (indien nodig).
4
Selecteer Einde om de oproep te beëindigen.
U kunt de nummers die u regelmatig belt, opslaan in de
lijst met contacten.
p.87
Als u de oproepenlijst wilt openen om een onlangs gebeld
nummer, opnieuw te kiezen, selecteert u Telefoon
Logbestanden.
Communiceren
47
Oproepen aannemen
1
Selecteer tijdens een inkomende oproep en sleep uw vinger
buiten de grote cirkel.
Druk op de volumetoets om de beltoon te dempen.
2
Selecteer Einde om de oproep te beëindigen.
Een oproep weigeren
Selecteer tijdens een inkomende oproep en sleep uw vinger
buiten de grote cirkel.
Als u een bericht naar de beller wilt verzenden wanneer u een
oproep weigert, sleept u de berichtenbalk voor weigeren onder
aan het scherm naar boven.
U kunt een van de vooraf ingestelde berichten selecteren of
uw eigen berichten maken.
p.54
Een internationale oproep plaatsen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon
Toetsenbord
en tik op 0 en blijf dit aanraken om het +-teken in te voegen.
2
Geef een volledig nummer in (landcode, regiocode en
telefoonnummer).
3
Selecteer of om het nummer te bellen.
Communiceren
48
Een headset gebruiken
Sluit een headset aan op uw toestel om oproepen gemakkelijk te
beantwoorden en beheren.
Druk op de headsetknop om een oproep aan te nemen.
Houd de headsetknop ingedrukt om een oproep te weigeren.
Als u een oproep in de wacht wilt zetten of uit de wacht wilt
halen, houdt u de headsetknop ingedrukt.
Als u een oproep wilt beëindigen, drukt u ook op de
headsetknop.
Beschikbare opties tijdens een oproep
Tijdens een spraakoproep kunt u de volgende opties gebruiken:
Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
Druk de volumetoets omhoog of omlaag om het stemvolume te
regelen.
Selecteer om een oproep in de wacht te zetten. Selecteer
om een oproep weer uit de wachtstand te halen.
Als u een tweede nummer wilt bellen, selecteert u Nieuwe
oproep en belt u een nieuw nummer.
Selecteer Wissel om tussen de twee oproepen te schakelen.
Als u een tweede oproep wilt beantwoorden, selecteert
u
en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel wanneer
de wisselgesprektoon wordt weergegeven. De eerste
oproep wordt automatisch in de wacht geplaatst. U kunt
de wisselgesprekfunctie alleen gebruiken als u hierop bent
geabonneerd.
Selecteer Keypad om het belscherm te openen.
Selecteer Luidspreker om de luidsprekerfunctie te activeren.
In rumoerige omgevingen kan het lastig zijn om de
luidsprekerfunctie te gebruiken. Gebruik dan voor betere
geluidsprestaties de normale telefoonstand.
Communiceren
49
U kunt de microfoon uitschakelen zodat degene aan de andere
kant van de lijn u niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen.
Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek,
selecteert u Headset.
Als u een oproep met meerdere bellers (vergaderoproep)
wilt starten, belt u een tweede nummer of beantwoordt u
een tweede oproep en selecteert u Samenvoegen wanneer
u verbinding met deze tweede persoon hebt. Herhaal dit als
u meer bellers wilt toevoegen. Voor het gebruik van deze
telefonische vergaderfunctie moet u hierop wel geabonneerd
zijn.
Als u de contactenlijst wilt openen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Contacten.
Als u het bericht wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Notitie.
U kunt de huidige beller met een beller in de wacht verbinden
door op de optietoets te drukken en Doorverbinden te
selecteren. De verbinding met beide bellers wordt verbroken.
Beschikbare opties tijdens een video-oproep
U kunt de volgende opties gebruiken tijdens een actieve video-
oproep:
Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
Als u wilt schakelen tussen de voor- en achtercamera, selecteert
u Van camera wisselen.
U kunt de microfoon uitschakelen zodat degene aan de andere
kant van de lijn u niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen.
Als u uw afbeelding wilt verbergen voor degene aan de andere
kant van de lijn, drukt u op de optietoets en selecteert u Mij
verbergen.
Als u een alternatieve afbeelding wilt selecteren die aan de
degene aan de andere kant van de lijn wordt weergegeven,
drukt u op de optietoets en selecteert u Uitgaande afbeelding.
Communiceren
50
Als u het kiesvenster wilt openen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Toetsen.
Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek,
drukt u op de optietoets en selecteert u Overschakelen naar
headset.
Als u de luidsprekerfunctie wilt uitschakelen, drukt u op de
optietoets en selecteert u Luidspreker uit.
Blijf de afbeelding van de andere beller aanraken om de
volgende opties te gebruiken:
- Als u de afbeelding van de andere beller wilt vastleggen,
selecteert u Afbeelding vastleggen.
- Als u een video wilt opnemen van het beeld van de ander
beller, selecteert u Video opnemen.
In veel landen en regio's is het illegaal om zonder
toestemming een gesprek op te nemen. Vraag daarom
altijd toestemming aan degene waarmee u belt voor u een
gesprek opneemt.
Gemiste oproepen weergeven en de
bijbehorende nummers terugbellen
Uw toestel geeft gemiste oproepen weer. Als u wilt terugbellen,
tikt u op het gedeelte met pictogrammen en sleept u het
naar beneden om het meldingenpaneel te openen. Selecteer
vervolgens de melding van de gemiste oproep.
Automatische weigering instellen
Met de automatische weigerfunctie kunt u oproepen van
bepaalde nummers automatisch weigeren.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon.
2
Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen
Oproep weigeren.
Communiceren
51
3
Sleep de schakelaar Autom. weigerstand naar rechts.
4
Selecteer Autom. weigerstand
een optie.
Optie Functie
Alle nummers Alle oproepen weigeren.
Nrs voor autom.
weigeren
Oproepen weigeren van
telefoonnummers op de automatische
blokkeerlijst.
5
Selecteer Lijst voor automatisch weigeren.
6
Selecteer Nieuw.
7
Geef een nummer in en selecteer Gereed.
8
U kunt de criteria instellen voor het nummer.
9
Herhaal stap 6-7 om meer nummers toe te voegen.
De FDN-modus (Fixed Dialling Number) activeren
In de FDN-modus voorkomt uw toestel dat uitgaande nummers
worden gemaakt die niet zijn opgeslagen in de FDN-lijst op uw
SIM- of USIM-kaart.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon.
2
Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen
Extra instellingen.
3
Selecteer een SIM- of USIM-kaart
FDN-nummers.
4
Selecteer FDN inschakelen.
5
Geef de PIN2-code in die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt
gekregen en selecteer OK.
6
Selecteer FDN-lijst en voeg contacten toe.
Communiceren
52
Oproepen doorschakelen
Doorschakelen is een netwerkfunctie waarmee inkomende
oproepen naar een door u opgegeven nummer worden
doorgestuurd. U kunt deze functie apart instellen voor
verschillende omstandigheden.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon.
2
Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen
Oproepen doorschakelen
een oproeptype.
3
Selecteer een voorwaarde.
4
Geef een nummer in waarnaar u oproepen wilt doorschakelen
en selecteer Aanzetten.
Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden.
Oproepen blokkeren
Oproepen blokkeren is een netwerkfunctie waarmee bepaalde
soorten oproepen kunnen worden geblokkeerd of waarmee u
kunt voorkomen dat anderen met uw toestel kunnen bellen.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon.
2
Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen
Extra instellingen.
3
Selecteer een SIM- of USIM-kaart
Oproepen blokkeren
een oproeptype.
4
Selecteer een optie voor oproepen blokkeren.
5
Geef een blokkeerwachtwoord op en selecteer OK.
Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden.
Communiceren
53
Wisselgesprek instellen
Wisselgesprek is een netwerkfunctie waarmee u tijdens een
oproep een melding krijgt als er een nieuwe oproep binnenkomt.
Deze functie werkt alleen voor spraakoproepen.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon.
2
Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen
Extra instellingen.
3
Selecteer een SIM- of USIM-kaart
Wisselgesprek.
Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden.
Logbestanden met oproepen en berichten
weergeven
U kunt logbestanden met uw oproepen en berichten gefilterd op
type weergeven.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon
Logbestanden.
2
Druk op de optietoets en selecteer Weergave.
3
Selecteer een SIM- of USIM-kaart
een optie.
U kunt een oproep plaatsen of een bericht naar een contact
verzenden door naar links of rechts te scrollen in een
logboekvermelding.
4
Selecteer een logboekvermelding om de details te bekijken.
Vanuit de detailweergave kunt u een oproep plaatsen,
een bericht naar het nummer sturen of het nummer aan
het contactenlijst of de lijst voor automatisch weigeren
toevoegen.
Communiceren
54
Oproepinstellingen aanpassen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon.
2
Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen.
3
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Oproep weigeren
Stel deze optie in om oproepen
automatisch te weigeren van
ingestelde telefoonnummer. U kunt
telefoonnummers toevoegen aan
de lijst voor automatisch weigeren.
Weigerberichten
instellen
Het bericht toevoegen of bewerken
dat wordt verzonden wanneer u
een oproep weigert.
Belsignaal
Oproeptrilstand
Het toestel instellen op trillen
als de andere partij een oproep
beantwoordt.
Belsignaal
Statustonen oproep
Instellen dat het toestel een
waarschuwing geeft voor de
oproepstatus tijdens een oproep.
Belsignaal
Waarschuwing bij
oproep
Melding selecteren waarmee
het toestel u waarschuwt voor
gebeurtenissen tijdens een oproep.
Antwoord/einde
oproep
Toets voor
antwoorden
Instellen dat oproepen kunnen
worden aangenomen door op de
starttoets te drukken.
Antwoord/einde
oproep
Aan/uit-
toets einde oproep
Instellen dat een oproep wordt
beëindigd wanneer u op de aan/uit-
toets drukt.
Scherm autom. uit
tijdens oproep
Hier stelt u in dat de
nabijheidssensor wordt
ingeschakeld tijdens een oproep.
Communiceren
55
Optie Functie
Accessoire-
instell. oproep
Automatisch
beantwoorden
Instellen dat een oproep na een
bepaalde periode automatisch
wordt aangenomen (alleen
beschikbaar wanneer een headset
is aangesloten).
Accessoire-instell.
oproep
Timer
autom. beantwoorden
Selecteren na hoeveel tijd het
toestel oproepen beantwoordt.
Accessoire-instell.
oproep
Voorw.
uitgaande oproepen
Instellen dat uitgaande oproepen
worden toegestaan met een
Bluetooth-headset, zelfs als uw
toestel is vergrendeld.
Accessoire-instell.
oproep
Uitgaand
oproeptype
Het type uitgaande oproepen
selecteren dat u kunt uitvoeren als u
een Bluetooth-headset gebruikt.
Oproepen
doorschakelen
Instellen dat inkomende oproepen
worden doorgeschakeld naar een
opgegeven nummer.
Extra instellingen
Beller-id
Hier stelt u in dat bij uitgaande
oproepen de andere partij kan zien
wie er belt.
Extra instellingen
Oproepen blokkeren
Instellen dat oproepen worden
beperkt op oproeptype.
Extra instellingen
Wisselgesprek
Melding instellen waarmee
het toestel u waarschuwt voor
inkomende oproepen tijdens een
oproep.
Extra instellingen
Automatisch herhalen
Instellen dat een nummer
automatisch opnieuw wordt gebeld
als de verbinding niet tot stand is
gebracht of als de verbinding is
verbroken.
Communiceren
56
Optie Functie
Extra instellingen
FDN-nummers
FDN-modus inschakelen om
oproepen naar telefoonnummers te
voorkomen die niet in de FDN-lijst
staan op de SIM- of USIM-kaart.
Extra instellingen
Autom. netnummer
Instellen dat een voorvoegsel
(netnummer of landcode)
automatisch wordt ingevoegd voor
een telefoonnummer.
Afbeelding video-
oproep
Een alternatieve afbeelding
selecteren die aan de andere partij
wordt getoond.
Eigen video in
ontvangen oproep
Instellen om uw live afbeelding
weer te geven aan de ander partij.
Opties voor mislukte
gesprekken gebruiken
Instellen dat een spraakoproep
moet worden uitgevoerd wanneer
er geen verbinding kan worden
gemaakt voor een video-oproep.
Trillen
Instellen dat het toestel trilt
wanneer voicemails worden
ontvangen.
Voicemail
Voicemailservice
Een voicemailserviceprovider
selecteren.
Voicemail
Voicemailinstellingen
Geef het voicemailservernummer
in. U krijgt dit nummer van uw
provider.
Accounts
Instellen om IP-oproepen te
accepteren en uw accounts in te
stellen voor IP-oproepservices.
Internetbellen
gebruiken
Instellen dat IP-oproepservices voor
alle oproepen worden gebuikt of
alleen voor IP-oproepen.
Communiceren
57
Berichten
Informatie over hoe u SMS- en MMS-berichten kunt opstellen
en verzenden en hoe u verzonden en ontvangen berichten kunt
weergeven en beheren.
Voor SMS-berichten die u buiten uw eigen servicegebied
verstuurt of ontvangt, moet u wellicht extra betalen.
Raadpleeg uw provider voor meer informatie.
Een SMS-bericht verzenden
1
Selecteer in de lijst met applicaties Bericht
.
2
Voeg ontvangers toe:
Geef telefoonnummers handmatig in en scheid ze van elkaar
met een puntkomma of een komma.
Selecteer telefoonnummers in uw oproep-, berichten- of
contactlijst door
te selecteren.
3
Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in.
Als u emoticons wilt ingeven, drukt u op de optietoets en
selecteert u Smiley invoegen.
4
Selecteer of om het bericht te verzenden.
Een MMS-bericht verzenden
1
Selecteer in de lijst met applicaties Bericht
.
2
Voeg ontvangers toe:
Geef telefoonnummers handmatig in en scheid ze van elkaar
met een puntkomma of een komma.
Selecteer telefoonnummers in uw oproep-, berichten- of
contactlijst door
te selecteren.
Wanneer u een e-mailadres ingeeft, wordt het bericht
omgezet in een MMS-bericht.
Communiceren
58
3
Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in.
Als u emoticons wilt ingeven, drukt u op de optietoets en
selecteert u Smiley invoegen.
4
Selecteer en voeg een bestand toe.
5
Druk op de optietoets en selecteer Onderwerp toevoegen en
geef een onderwerp in.
6
Selecteer of om het bericht te verzenden.
Een SMS- of MMS-bericht weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Bericht.
Uw berichten worden per contact gerangschikt als
berichtenthread.
2
Selecteer een contact.
3
Selecteer een multimediabericht om meer details weer te
geven.
Luisteren naar een voicemailbericht
Als u uw toestel hebt ingesteld om gemiste oproepen
door te schakelen naar de voicemailserver, kunnen bellers
voicemailberichten achterlaten wanneer u oproepen mist.
1
Open de lijst met applicaties en selecteer Telefoon
Toetsenbord en blijf vervolgens 1 aanraken.
2
Volg de aanwijzingen van de voicemailserver.
U moet het nummer van de voicemailserver opslaan voordat
u naar de voicemailserver gaat. Neem contact op met uw
serviceprovider voor het nummer.
Communiceren
59
Google Mail
Informatie over berichten verzenden of weergeven via de
webmailservice Google Mail
.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
De naam van deze functie is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
Een e-mailbericht verzenden
1
Selecteer in de lijst met applicaties Google Mail
.
2
Selecteer het ontvangersveld en geef een e-mailadres in.
3
Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in.
4
Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in.
5
Druk op de optietoets en selecteer Bestand bijvoegen en
voeg een bestand toe.
6
Als u een bericht wilt verzenden, selecteert u .
Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt,
wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u
weer online en in uw servicegebied bent.
Een e-mailbericht weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Google Mail.
2
Selecteer om de berichtenlijst bij te werken.
3
Selecteer een e-mailbericht.
Communiceren
60
In de berichtweergave hebt u de volgende opties:
Scroll naar rechts of links als u naar het volgende of vorige
bericht wilt gaan.
Als u het bericht wilt toevoegen aan de favorietenlijst, selecteert
u
.
Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u .
Als u het bericht wilt beantwoorden en naar alle ontvangers een
antwoord wilt sturen, selecteert u
Allen antw.
Als u het bericht wilt doorsturen naar andere personen,
selecteert u
Doorsturen.
Als u het bericht wilt archiveren, selecteert u .
Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u .
Als u een label aan het bericht wilt toevoegen, selecteert u .
Als u het bericht wilt markeren als ongelezen, selecteert u .
Als u het bericht wilt markeren als belangrijk, drukt u op de
optietoets en selecteert u Markeren als belangrijk.
Als u het bericht wilt verbergen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Negeren. Als u verborgen berichten wilt weergeven,
selecteert u
Alle e-mail in de lijst met labels.
Als u het bericht wilt toevoegen aan de spamlijst, drukt u op de
optietoets en selecteert u Spam rapporteren.
Als u de e-mailinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de optietoets
en selecteert u Instellingen.
Als u een bijlage wilt weergeven, selecteert u WEERGEVEN. Als
u het bericht wilt opslaan op uw toestel, selecteert u OPSLAAN.
E-mail
Leer hoe u e-mailberichten via uw persoonlijke of zakelijke
e-mailaccount kunt verzenden en bekijken.
Een e-mailaccount instellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties E-mail.
2
Geef uw e-mailadres en wachtwoord in.
Communiceren
61
3
Selecteer Volgende. Als u uw accountgegevens handmatig
wilt ingeven, selecteert u Handm. instell.
4
Volg de instructies op het scherm.
Als u klaar bent met het instellen van de e-mailaccount, worden de
e-mailberichten naar uw toestel gedownload. Als u twee of meer
accounts hebt gemaakt, kunt u schakelen tussen e-mailaccounts.
Selecteer boven aan het scherm een accountnaam en selecteer de
account waarvoor u de berichten wilt ophalen.
Een e-mailbericht verzenden
1
Selecteer in de lijst met applicaties E-mail
.
2
Voeg ontvangers toe:
Geef e-mailadressen handmatig in en scheid ze van elkaar
met een puntkomma of een komma.
Selecteer om e-mailadressen te selecteren vanuit uw
lijsten met oproepen, berichten of contacten.
3
Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in.
4
Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in.
5
Selecteer en voeg een bestand toe.
6
Als u een bericht wilt verzenden, selecteert u .
Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt,
wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u
weer online en in uw servicegebied bent.
Een e-mailbericht weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties E-mail.
2
Selecteer om de berichtenlijst bij te werken.
3
Selecteer een e-mailbericht.
Communiceren
62
In de berichtweergave hebt u de volgende opties:
Scroll naar rechts of links als u naar het volgende of vorige
bericht wilt gaan.
Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u .
Als u het bericht wilt beantwoorden en naar alle ontvangers een
antwoord wilt sturen, selecteert u
.
Als u het bericht wilt doorsturen naar andere personen,
selecteert u
.
Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u .
Als u het bericht wilt markeren als belangrijk, selecteert u .
Als u het bericht wilt markeren als ongelezen, drukt u op de
optietoets en selecteert u Markeren als Ongelezen.
Als u het bericht naar een andere map wilt verplaatsen, drukt u
op de optietoets en selecteert u Verplaatsen.
Als u het bericht op uw toestel wilt opslaan, drukt u op de
optietoets en selecteert u E-mail opslaan. Het bericht wordt
opgeslagen in Mijn bestanden
sdcard
Saved Email.
Als u het bericht wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op
de optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen
compatibel met bepaalde Samsung-printers.
Als u een nieuw bericht wilt maken, drukt u op de optietoets en
selecteert u Samenstellen.
Als u de e-mailadressen van de ontvangers wilt opslaan in het
telefoonboek als een groep contacten, drukt u op de optietoets
en selecteert u Opslaan als groep.
Als u de e-mailinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de optietoets
en selecteert u Instellingen.
Als u de bijlage wilt opslaan op uw toestel, selecteert u het
tabblad met de bijlage
.
Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van de
e-mailaccount.
Communiceren
63
Talk
Hier vindt u informatie over het verzenden en ontvangen van
chatberichten aan vrienden en familie met de chatservice Google
Talk
.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Uw status instellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Talk.
2
Selecteer een Google-account.
3
Selecteer uw naam boven aan de lijst met vrienden.
4
Pas uw status, afbeelding en bericht aan.
Een contact aan de vriendenlijst toevoegen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Talk
.
2
Geef het e-mailadres van een vriend in en selecteer GEREED.
Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, wordt hij of zij
aan uw vriendenlijst toegevoegd.
Communiceren
64
Een gesprek beginnen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Talk.
2
Selecteer een contact in de vriendenlijst.
Het chatscherm wordt geopend.
3
Geef een bericht in en verzend het.
Als u meer contacten wilt toevoegen het gesprek, drukt u op
de optietoets en selecteert u Toevoegen aan chat.
Als u wilt schakelen tussen actieve gesprekken, scrollt u naar
links of rechts.
Als u videochat wilt gebruiken, selecteert u .
Als u spraakchat wilt gebruiken, selecteert u .
4
Druk op de optietoets en selecteer Chat beëindigen om het
gesprek te beëindigen.
ChatON
Hier vindt u informatie over het gebruikt van ChatON om
chatberichten te verzenden naar en te ontvangen van een
apparaat dat een mobiel nummer heeft.
1
Selecteer in de lijst met applicaties ChatON.
Als dit de eerste keer is dat u deze applicatie start, volgt u de
instructies op het scherm om het account in te stellen.
2
Geef een bericht in en verzend het.
Communiceren
65
Messenger
Hier vindt u informatie over hoe u via Google+ kunt chatten met
vrienden en familie.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
1
Open de lijst met applicaties en selecteer Messenger.
Als dit de eerste keer is dat u deze applicatie start, volgt u de
instructies op het scherm om het account in te stellen.
2
Geef een bericht in en verzend het.
Google+
Hier vindt u informatie over hoe u toegang kunt krijgen tot de
sociale netwerkservice van Google. U kunt ook groepen maken
voor het verzenden en ontvangen van chatberichten en foto's
uploaden.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Google+.
Als dit de eerste keer is dat u deze applicatie start, volgt u de
instructies op het scherm om het account in te stellen.
2
Selecteer een functie van het sociale netwerk.
Entertainment
66
Entertainment
Camera
Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt maken en
weergeven.
De camera wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u
deze een bepaalde tijd niet gebruikt.
De geheugencapaciteit kan variëren afhankelijk van
de opnameomstandigheden of de scène die wordt
opgenomen.
Een foto maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Camera.
2
Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de
compositie aan.
Entertainment
67
Nummer Functie
1
De camera-instellingen wijzigen.
2
Foto's weergeven die u hebt gemaakt.
3
Een foto maken.
4
Camerasneltoetsen gebruiken.
: een speciaal effect toepassen.
: de opnamestand wijzigen. p.69
: de flitserinstelling wijzigen: u kunt de
flitser in- of uitschakelen of instellen dat de
camera flitst wanneer dit nodig is.
: overschakelen naar de camera aan de
voorzijde om een foto van uzelf te maken.
U kunt sneltoetsen voor veelgebruikte opties
toevoegen of verwijderen.
p.74
5
De opslaglocatie weergeven.
6
Overschakelen naar de camcorder.
Als u wilt inzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en spreidt u deze langzaam. Als u wilt uitzoomen, knijpt u
ze samen. U kunt ook in- of uitzoomen met de volumetoets.
De zoomfunctie is mogelijk niet beschikbaar wanneer u
opneemt met de hoogste resolutie.
3
Selecteer om een foto te maken.
De foto wordt automatisch opgeslagen.
Entertainment
68
Nadat u een foto hebt gemaakt, selecteert u de afbeeldingsviewer
om de foto weer te geven.
Als u meer foto's wilt zien, scrollt u naar links of rechts.
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen. Dubbeltik op
het scherm om terug te gaan naar de oorspronkelijke grootte.
Als u de foto naar anderen wilt verzenden of wilt delen,
selecteert u
.
Als u een diashow wilt starten, selecteert u
Diashow
starten. Tik op het scherm om de diashow te stoppen.
Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Verwijderen.
Als u de foto wilt toevoegen aan het klembord, drukt u op de
optietoets en selecteert u Kopiëren naar klembord.
Als u de foto linksom wilt draaien, drukt u op de optietoets en
selecteert u Linksom draaien.
Als u de foto rechtsom wilt draaien, drukt u op de optietoets en
selecteert u Rechtsom draaien.
Als u een gedeelte van de foto wilt bijsnijden, drukt u op de
optietoets en selecteert u Bijsnijden.
Als u de foto wilt instellen als achtergrond of als een foto voor
een contact, drukt u op de optietoets en selecteert u Inst. als.
Als u de foto wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op de
optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen
compatibel met bepaalde Samsung-printers.
Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, drukt u op de
optietoets en selecteert u Naam wijzigen.
Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is
ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken
naar apparaten in de buurt.
Als u fotodetails wilt weergeven, drukt u op de optietoets en
selecteert u Gegevens.
Entertainment
69
De opnamestand wijzigen
U kunt foto's maken met verschillende opnamestanden. Selecteer
een optie om de opnamestand te wijzigen.
Optie Functie
Smile shot
Het toestel instellen om de gezichten van
mensen te herkennen en foto's van ze maken
wanneer ze lachen.
Panorama Panoramafoto's maken.
Cartoon Foto’s met cartooneffecten maken.
Opname delen
Een foto maken en deze naar andere
verzenden via Wi-Fi Direct.
Camera-instellingen aanpassen
Voordat u een foto maakt, selecteert u voor toegang tot de
volgende opties:
Optie Functie
Sneltoetsen
wijzigen
Sneltoetsen naar veelgebruikte opties
wijzigen.
Zelfportret
Overschakelen naar de camera aan de
voorzijde om een foto van uzelf te maken.
Flitser
De flitserinstelling wijzigen: u kunt de
flitser in- of uitschakelen of instellen dat de
camera flitst wanneer dit nodig is.
Fotostand De opnamestand wijzigen.
p.69
Scène-modus De scènestand wijzigen.
Entertainment
70
Optie Functie
Belichtingswaarde
Pas de belichtingswaarde aan om de
helderheid te wijzigen.
Focus
Een scherpstelmodus selecteren. U kunt
close-ups maken, of instellen dat de
camera automatisch op het onderwerp of
menselijke gezichten scherpstelt.
Timer
De vertraging selecteren voordat er een
foto wordt gemaakt.
Effecten Een speciaal effect toepassen.
Resolutie Een resolutie-optie selecteren.
Witbalans
De kleurbalans aanpassen aan de
lichtomstandigheden.
ISO
De gevoeligheid van de beeldsensor
instellen.
Meting Een type lichtmeting selecteren.
Richtlijnen
Instellen om de rasterlijnen op het
voorbeeldscherm weer te geven.
Beeldkwaliteit
Een kwaliteitsniveau voor uw foto's
selecteren.
GPS-tag
Informatie over de locatie opnemen bij de
foto's.
Voor een goede GPS-ontvangst
moet u locaties vermijden waar
het signaal geblokkeerd wordt,
zoals tussen gebouwen of in
laaggelegen gebieden, of in
slechte weersomstandigheden.
Uw locatie kan worden
weergegeven op uw foto's
wanneer u deze uploadt naar
internet. Schakel de instelling
voor GPS-tags uit om dit te
voorkomen.
Entertainment
71
Optie Functie
Omgekeerd
opslaan
De camera instellen om de afbeelding
automatisch om te keren als u een
foto maakt met de cameralens aan de
voorzijde.
Opslag
Een geheugenlocatie selecteren voor
gemaakte foto's.
Resetten De camera-instellingen resetten.
Een video opnemen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Camera.
2
Sleep de schuifregelaar om over te schakelen naar de
camcorder.
3
Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de
compositie aan.
Nummer Functie
1
De camcorderinstellingen wijzigen.
2
Video's weergeven die u hebt gemaakt.
Entertainment
72
Nummer Functie
3
Een video opnemen.
4
Camerasneltoetsen gebruiken.
: een speciaal effect toepassen.
: de opnamestand wijzigen (voor het
bijvoegen van een multimediabericht of voor
normaal opslaan).
: de flitserinstelling wijzigen.
: overschakelen naar de camera aan
de voorzijde om een video van uzelf op te
nemen.
U kunt sneltoetsen voor veelgebruikte opties
toevoegen of verwijderen.
p.74
5
De opslaglocatie weergeven.
6
Overschakelen naar de camera.
Als u wilt inzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en spreidt u deze langzaam. Als u wilt uitzoomen, knijpt u
ze samen. U kunt ook in- of uitzoomen met de volumetoets.
De zoomfunctie is mogelijk niet beschikbaar wanneer u
opneemt met de hoogste resolutie.
4
Selecteer om de opname te starten.
5
Selecteer om de opname te stoppen.
De video-opname wordt automatisch opgeslagen.
Bepaalde geheugenkaarten hebben een te trage
verwerkingssnelheid om het opnemen van video's mogelijk
te maken.
Nadat u een video hebt gemaakt, selecteert u de
afbeeldingsviewer om de video weer te geven.
Als u meer video's wilt zien, scrollt u naar links of rechts.
Als u de video wilt afspelen, selecteert u .
Als u de video naar anderen wilt verzenden of wilt delen,
selecteert u
.
Entertainment
73
Als u een diashow wilt starten, selecteert u
Diashow
starten. Tik op het scherm om de diashow te stoppen.
Als u de video wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Verwijderen.
Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, drukt u op de
optietoets en selecteert u Naam wijzigen.
Als u videodetails wilt weergeven, drukt u op de optietoets en
selecteert u Gegevens.
Camcorderinstellingen aanpassen
Voordat u een video opneemt, kunt u selecteren voor de
volgende opties:
Optie Functie
Sneltoetsen wijzigen
Sneltoetsen naar veelgebruikte opties
wijzigen.
Zelfopname
Overschakelen naar de camera aan de
voorzijde om een video van uzelf op te
nemen.
Flitser De flitserinstelling wijzigen.
Videostand
De opnamestand wijzigen (voor het
bijvoegen van een multimediabericht of
voor normaal opslaan).
Belichtingswaarde
Pas de belichtingswaarde aan om de
helderheid te wijzigen.
Timer
De vertraging selecteren voordat de
video-opname wordt gestart.
Effecten Een speciaal effect toepassen.
Resolutie Een resolutie-optie selecteren.
Witbalans
De kleurbalans aanpassen aan de
lichtomstandigheden.
Richtlijnen
Instellen om de rasterlijnen op het
voorbeeldscherm weer te geven.
Entertainment
74
Optie Functie
Videokwaliteit
Een kwaliteitsniveau voor uw video's
selecteren.
Opslag
Een geheugenlocatie selecteren voor
opgenomen video's.
Resetten De camcorderinstellingen resetten.
De symbolen voor sneltoetsen wijzigen
U kunt sneltoetsen voor veelgebruikte opties toevoegen of
verwijderen.
1
Blijf in het voorbeeldscherm het gedeelte met de
snelkoppelingen aanraken of selecteer
Sneltoetsen
wijzigen.
2
Blijf een pictogram in de lijst met opties aanraken en sleep dit
naar het gedeelte voor sneltoetsen.
Als u sneltoetsen wilt verwijderen, blijft u een pictogram
aanraken en sleept u het naar de lijst met opties.
3
Tik op het scherm om terug te keren naar het
voorbeeldscherm.
Videospeler
Informatie over het gebruik van de videospeler.
Afhankelijk van de software in uw toestel worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan de beschikbare
geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het
bestand probeert af te spelen.
De afspeelkwaliteit kan variëren per inhoudstype.
Sommige bestanden kunnen mogelijk niet correct
worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze
zijn gecodeerd.
Entertainment
75
Een video afspelen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Videospeler.
2
Selecteer een video.
3
Regel het afspelen met de volgende toetsen:
Nummer Functie
1
Vooruit- of terugspoelen in het bestand door
de balk te slepen of erop te tikken.
2
De verhoudingen van het videoscherm
wijzigen.
3
Het afspelen opnieuw starten; naar het vorige
bestand gaan (tikken binnen 2 seconden);
achteruit zoeken in het bestand (blijven
aanraken).
4
Het volume aanpassen.
5
Het afspelen onderbreken. Selecteer om
door te gaan met afspelen.
6
Naar het volgende bestand gaan; vooruit
zoeken in het bestand (blijven aanraken).
Entertainment
76
Druk tijdens het afspelen op de optietoets voor de volgende
opties:
Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is
ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken
naar apparaten in de buurt.
Als u de video naar anderen wilt verzenden of wilt delen,
selecteert u Delen via.
Als u een segment van de video wilt bijsnijden, selecteert u
Bijsnijden.
Als u naar audio wilt luisteren via een Bluetooth-headset,
selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken als
u een headset aansluit op de headsetaansluiting van uw toestel.
Als u wilt instellen dat de videospeler na een bepaalde
periode automatisch wordt uitgeschakeld, selecteert u Video
automatisch uit.
Als u de instellingen van de videospeler wilt wijzigen, selecteert
u Instellingen.
Als u videodetails wilt weergeven, selecteert u Gegevens.
Instellingen van de videospeler aanpassen
1
Druk tijdens het afspelen op de optietoets en selecteer
Instellingen.
2
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Volgende
autom. afspelen
Instellen dat de videospeler het volgende
bestand automatisch afspeelt.
Afspeelsnelheid De afspeelsnelheid wijzigen.
SoundAlive Selecteer een geluidseffect.
Ondertitels
De instellingen aanpassen voor een
bestand met ondertitels.
Entertainment
77
Galerij
Hier vindt u informatie over het bekijken van foto's en video's die
zijn opgeslagen op uw toestel.
Afhankelijk van de software in uw toestel worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan de beschikbare
geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het
bestand probeert af te spelen.
De afspeelkwaliteit kan variëren per inhoudstype.
Sommige bestanden kunnen mogelijk niet correct
worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze
zijn gecodeerd.
Een afbeelding weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Galerij.
2
Selecteer een map
een afbeelding.
Terwijl u een afbeelding bekijkt, kunt u de volgende opties
gebruiken:
Als u meer afbeeldingen wilt zien, scrollt u naar links of rechts.
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen. Dubbeltik op
het scherm om terug te gaan naar de oorspronkelijke grootte.
Als u de afbeelding naar anderen wilt verzenden of wilt delen,
selecteert u
.
Als u een diashow wilt starten, selecteert u
Diashow
starten. Tik op het scherm om de diashow te stoppen.
Als u de afbeelding wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Verwijderen.
Als u de afbeelding wilt toevoegen aan het klembord, drukt u op
de optietoets en selecteert u Kopiëren naar klembord.
Entertainment
78
Als u de afbeelding linksom wilt draaien, drukt u op de
optietoets en selecteert u Linksom draaien.
Als u de afbeelding rechtsom wilt draaien, drukt u op de
optietoets en selecteert u Rechtsom draaien.
Als u een gedeelte van de afbeelding wilt bijsnijden, drukt u op
de optietoets en selecteert u Bijsnijden.
Als u de afbeelding wilt instellen als achtergrond of als een
afbeelding voor een contact, drukt u op de optietoets en
selecteert u Inst. als.
Als u de afbeelding wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op
de optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen
compatibel met bepaalde Samsung-printers.
Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, drukt u op de
optietoets en selecteert u Naam wijzigen.
Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is
ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken
naar apparaten in de buurt.
Als u afbeeldingsdetails wilt weergeven, drukt u op de optietoets
en selecteert u Gegevens.
Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van de
geselecteerde map.
Een video afspelen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Galerij.
2
Selecteer een map
een video (aangeduid met het
pictogram
).
3
Selecteer om het afspelen te starten.
4
Regel het afspelen met de toetsen. p.74
Entertainment
79
Druk tijdens het afspelen op de optietoets voor de volgende
opties:
Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is
ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken
naar apparaten in de buurt.
Als u de video naar anderen wilt verzenden of wilt delen,
selecteert u Delen via.
Als u een segment van de video wilt bijsnijden, selecteert u
Bijsnijden.
Als u naar audio wilt luisteren via een Bluetooth-headset,
selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken als
u een headset aansluit op de headsetaansluiting van uw toestel.
Als u wilt instellen dat de videospeler na een bepaalde
periode automatisch wordt uitgeschakeld, selecteert u Video
automatisch uit.
Als u de instellingen van de videospeler wilt wijzigen, selecteert
u Instellingen.
Als u videodetails wilt weergeven, selecteert u Gegevens.
MP3-speler
Informatie over het luisteren naar uw favoriete muziek wanneer u
onderweg bent.
Afhankelijk van de software in uw toestel worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan de beschikbare
geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het
bestand probeert af te spelen.
De afspeelkwaliteit kan variëren per inhoudstype.
Sommige bestanden kunnen mogelijk niet correct
worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze
zijn gecodeerd.
Entertainment
80
Muziekbestanden op uw toestel zetten
Voeg eerst bestanden aan het toestel of de geheugenkaart toe:
Downloaden van internet. p.96
Downloaden vanaf een computer met Samsung Kies. p.108
Downloaden van een computer met Windows Media Player.
p.108
Ontvangen via Bluetooth. p.118
Ontvangen via Wi-Fi. p.113
Kopiëren naar een geheugenkaart.
Muziek afspelen
1
Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler.
2
Selecteer een muziekcategorie
een muziekbestand.
3
Regel het afspelen met de volgende toetsen:
Entertainment
81
Nummer Functie
1
De shufflestand inschakelen.
2
Vooruit- of terugspoelen in het bestand door
de balk te slepen of erop te tikken.
3
Selecteer een geluidseffect.
4
Het afspelen opnieuw starten; naar het vorige
bestand gaan (tikken binnen 2 seconden);
achteruit zoeken in het bestand (blijven
aanraken).
5
Het volume aanpassen.
6
De herhaalstand wijzigen.
7
Muziekbestanden sorteren op sfeer of jaar.
8
Het afspelen onderbreken. Selecteer om
door te gaan met afspelen.
9
De afspeellijst openen.
10
Naar het volgende bestand gaan; vooruit
zoeken in het bestand (blijven aanraken).
U kunt de MP3-speler bedienen met een headset. Houd
in de startscherm de headsetknop ingedrukt om de MP3-
speler te starten. Druk op de headsetknop om af te spelen of
het afspelen te onderbreken.
Entertainment
82
Druk tijdens het afspelen op de optietoets voor de volgende
opties:
Als u muziekbestanden wilt toevoegen aan de Quick list
(opslaan als afspeellijst), selecteert u Toev. aan Quick list.
Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset,
selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken als
u een headset aansluit op de headsetaansluiting van uw toestel.
Als u het muziekbestand naar anderen wilt verzenden of het wilt
delen, selecteert u Muziek delen via.
Als u het muziekbestand wilt toevoegen aan een afspeellijst,
selecteert u Naar afspeellijst.
Als u muziekdetails wilt weergeven, selecteert u Gegevens.
Als u het muziekbestand wilt instellen als uw beltoon, selecteert
u Instellen als.
Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is
ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken
naar apparaten in de buurt.
Selecteer Instellingen om de instellingen voor de MP3-speler te
wijzigen.
Als u het afspelen wilt stoppen en de muziekspeler wilt sluiten,
selecteert u Stop.
Een afspeellijst maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler
Afspeellijsten.
2
Druk op de optietoets en selecteer Afspeellijst maken.
3
Geef een titel voor de nieuwe afspeellijst in en selecteer OK.
4
Selecteer Muziek toevoegen.
5
Selecteer de bestanden die u wilt opnemen en selecteer
Gereed.
Entertainment
83
Instellingen van de MP3-speler aanpassen
1
Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler.
2
Druk op de optietoets en selecteer Instellingen.
3
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
SoundAlive Selecteer een geluidseffect.
Afspeelsnelheid De afspeelsnelheid wijzigen.
Muziekmenu
Muziekcategorieën selecteren voor
weergave in het scherm van de
muziekbibliotheek.
Songteksten
Instellen dat tijdens het afspelen
songteksten worden weergegeven.
Muziek
automatisch uit
Instellen dat de muziekspeler na een
opgegeven tijdsduur automatisch wordt
uitgeschakeld.
Entertainment
84
FM-radio
U kunt luisteren naar muziek en nieuws op de FM-radio. Als u naar
de FM-radio wilt luisteren, moet u de headset, die dienst doet als
antenne, op het toestel aansluiten.
Naar de FM-radio luisteren
1
Sluit een headset op het toestel aan.
2
Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio.
De FM-radio zoekt zenders en de beschikbare zenders worden
in het toestel opgeslagen.
De eerste keer dat u de FM-radio inschakelt, wordt
automatisch naar zenders gezocht.
3
Selecteer een radiozender.
4
U bedient de FM-radio met de volgende toetsen:
Nummer Functie
1
Nummers van de FM-radio opnemen.
2
De FM-radio in- of uitschakelen.
3
Zoeken naar een beschikbare radiozender.
Entertainment
85
Nummer Functie
4
De huidige radiozender aan de lijst met
favorieten toevoegen.
5
Het volume aanpassen.
6
Services voor de huidige zender gebruiken,
zoals muziekbestanden downloaden of de
zender bellen. Deze optie is mogelijk niet
beschikbaar in uw regio.
7
Nauwkeurig afstemmen op de frequentie.
Nummers van de FM-radio opnemen
1
Sluit een headset op het toestel aan.
2
Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio.
3
Selecteer om de FM-radio aan te zetten.
4
Blader naar een radiozender.
5
Selecteer om de opname te starten.
6
Als u klaar bent, selecteert u .
Het opgeslagen bestand wordt opgeslagen in Mijn bestanden
sdcard
Sounds.
Radiozenders automatisch opslaan
1
Sluit een headset op het toestel aan.
2
Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio.
3
Selecteer om de FM-radio aan te zetten.
4
Druk op de optietoets en selecteer Scannen
een optie.
De FM-radio zoekt zenders en de beschikbare zenders worden
in het toestel opgeslagen.
Entertainment
86
Een radiozender aan de favorietenlijst toevoegen
1
Sluit een headset op het toestel aan.
2
Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio.
3
Selecteer om de FM-radio aan te zetten.
4
Blader naar een radiozender.
5
Selecteer om de zender aan de favorietenlijst toe te voegen.
Instellingen van de FM-radio aanpassen
1
Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio.
2
Druk op de optietoets en selecteer Instellingen.
3
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Opslag
Een geheugenlocatie selecteren voor
opgeslagen FM-radioclips.
Radiotekst
Instellen of de zenderinfo wordt
weergegeven op het scherm van de
FM-radio. Zenderinformatie is alleen
beschikbaar bij radiozenders die deze
informatie verstrekken.
FM automatisch
uit
Instellen dat de FM-radio na een
opgegeven tijdsduur automatisch wordt
uitgeschakeld.
87
Persoonlijke gegevens
Persoonlijke gegevens
Contacten
Ontdek hoe u een lijst van uw persoonlijke of zakelijke contacten
kunt maken en beheren. U kunt namen, telefoonnummers,
e-mailadressen en andere gegevens voor uw contacten opslaan.
Een contact toevoegen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten
.
2
Selecteer een geheugenlocatie.
3
Geef de contactgegevens in.
4
Selecteer Opslaan om het contact aan het geheugen toe te
voegen.
U kunt contacten maken vanuit het belscherm door Voeg
toe aan contacten te selecteren.
Een contact zoeken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten.
2
Scroll omhoog of omlaag in de lijst met contacten.
U kunt een oproep plaatsen of een bericht naar een contact
verzenden door naar links of rechts te scrollen in de naam
van een contact.
3
Selecteer de naam van een contact.
In de contactweergave hebt u de volgende opties:
Als u een spraakoproep wilt starten, selecteert u .
Als u een video-oproep wilt doen, selecteert u .
Als u een SMS- of MMS-bericht wilt verzenden, selecteert u .
Als u een e-mailbericht wilt verzenden, selecteert u .
Als u een favoriet nummer wilt instellen, selecteert u .
Als u de contactgegevens wilt bewerken, selecteert u .
88
Persoonlijke gegevens
Een snelkiesnummer instellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten.
2
Druk op de optietoets en selecteer Instelling
snelkiesnummer.
3
Selecteer een locatienummer
een contact.
U kunt een snelkiesnummer bellen door het locatienummer
aan te raken op het belscherm.
Uw visitekaartje maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten.
2
Selecteer uw naam bovenaan de lijst met contacten.
3
Selecteer .
4
Geef uw persoonlijke gegevens op en selecteer Opslaan.
U kunt uw visitekaartje delen of versturen door op de
optietoets te drukken en Naamkaartje delen via te
selecteren.
Een contactgroep maken
Door contactgroepen te maken kunt u meerdere contacten
beheren en een bericht naar een hele groep sturen.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Groepen.
2
Druk op de optietoets en selecteer Nieuw.
3
Geef een naam in en pas de instellingen voor de groep aan.
4
Voeg groepsleden toe.
5
Selecteer Opslaan.
89
Persoonlijke gegevens
Een contact kopiëren
U kopieert als volgt contacten van de SIM- of USIM-kaart
naar het toestel
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten.
2
Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren
Importeren van SIM-kaart.
3
Selecteer een SIM- of USIM-kaart.
4
Selecteer een geheugenlocatie.
5
Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer vervolgens
Gereed.
Contacten van uw toestel naar de SIM- of USIM-kaart
kopiëren
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten.
2
Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren
Exporteren naar SIM-kaart.
3
Selecteer een SIM- of USIM-kaart.
4
Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer vervolgens
Gereed
OK.
90
Persoonlijke gegevens
Contacten importeren of exporteren
U kunt bestanden (in VCF-indeling) importeren naar of exporteren
van de USB-opslag of een geheugenkaart in uw toestel.
Contactbestanden importeren
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten.
2
Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren
Importeren uit USB-opslag of Importeren van SD-kaart.
3
Selecteer een geheugenlocatie.
4
Selecteer een optie voor het importeren van één
contactbestand, meerdere contactbestanden of alle
contactbestanden en selecteer OK.
5
Selecteer contactbestanden die u wilt importeren en selecteer
OK.
Contacten exporteren
1
Selecteer in de lijst met applicaties Contacten
Contacten.
2
Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren
Exporteren naar USB-opslag of Exporteren naar SD-
kaart.
3
Selecteer ter bevestiging OK.
S Planner
Uw toestel beschikt over een krachtige planner die u kan helpen
uw planning en taken handiger en effectiever te organiseren.
Hier vindt u informatie over hoe u gebeurtenissen en taken kunt
instellen en beheren om u aan belangrijke gebeurtenissen en
taken te herinneren.
91
Persoonlijke gegevens
Een gebeurtenis of taak maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties S Planner.
2
Selecteer .
3
Selecteer een gebeurtenistype boven in het scherm.
Als u een gebeurtenis wilt instellen op basis van een
notitie, selecteert u Snel toevoegen. Deze functie is alleen
beschikbaar voor het Engels en Koreaans.
4
Geef de details van het agenda-item op en selecteer Opslaan.
De weergavestand wijzigen
1
Selecteer in de lijst met applicaties S Planner.
2
Een weergavemodus selecteren.
Jaar: alle maanden van het jaar
Maand: een volledige maand in één weergave
Week: blokken van een uur voor de dagen van één hele
week
Dag: blokken van een uur voor één hele dag
Lijst: een lijst met alle gebeurtenissen en taken die staan
gepland voor een bepaalde periode
Taak: een lijst van taken
U kunt de weergavemodus ook wijzigen door twee vingers
naar elkaar toe of uit elkaar te bewegen (inzoomen of
uitzoomen).
92
Persoonlijke gegevens
Een gebeurtenis of taak bekijken
1
Selecteer in de lijst met applicaties S Planner.
2
Selecteer een datum in de agenda.
Als u naar een bepaalde dag wilt gaan, drukt u op de
optietoets en selecteert u Ga naar en geeft u de datum in.
Als u naar de huidige datum wilt gaan, selecteert u Vandaag.
3
Selecteer een afspraak om de details te bekijken.
U kunt de gebeurtenis naar anderen versturen door op de
optietoets te drukken en Delen via te selecteren.
Een gebeurtenis- of taakalarm stoppen
Als u een herinnering instelt voor een agenda-item of taak, wordt
er een alarm weergegeven op de ingestelde tijd.
1
Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte
met pictogrammen en sleept u het naar beneden.
2
Selecteer de melding van een afspraak.
3
Selecteer een afspraak om meer details te bekijken.
Om het alarm voor een afspraak op sluimeren of uit te zetten,
schakelt u het selectievakje naast de afspraak in en selecteert u
Sluimeren of Uitzetten.
93
Persoonlijke gegevens
Notitie
Hier wordt uitgelegd hoe u belangrijke informatie vastlegt, zodat u
deze op een latere datum kunt opslaan en bekijken.
Een notitie maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Notitie.
2
Selecteer (indien nodig).
3
Geef de tekst in.
4
Selecteer Opslaan.
Notities weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Notitie.
2
Selecteer een notitie om de details te bekijken.
Als u de notitie wilt bewerken, selecteert u
.
U kunt de notitie naar anderen verzenden door de notitie te
blijven aanraken en Verzenden te selecteren.
94
Persoonlijke gegevens
Spraakrecorder
Hier vindt u informatie over het gebruik van de spraakrecorder van
het toestel.
Een spraakmemo opnemen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Spraakrecorder.
2
Selecteer om de opname te starten.
Selecteer
om het opnemen te onderbreken.
3
Spreek uw boodschap in de microfoon in.
4
Als u klaar bent, selecteert u .
Uw memo wordt automatisch opgeslagen.
Een spraakmemo afspelen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Spraakrecorder.
2
Selecteer om de lijst met spraakmemo's te openen.
Selecteer een spraakmemo.
3
Selecteer om het afspelen te onderbreken.
4
Selecteer om het afspelen te stoppen.
U kunt de spraakmemo naar anderen verzenden of deze
delen door op de optietoets te drukken en Delen via te
selecteren.
95
Persoonlijke gegevens
Instellingen voor de spraakrecorder aanpassen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Spraakrecorder.
2
Druk op de optietoets en selecteer Instellingen.
3
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Opslag
Een geheugenlocatie selecteren voor het
opslaan van spraakmemo's.
Standaardnaam
Geef een voorvoegsel in voor het
benoemen van spraakmemo's.
Opnamekwaliteit
Een kwaliteitsniveau voor uw foto's
selecteren.
MMS-limiet
Instellen om opnamen te beperken tot
de maximale lengte die kan worden
toegevoegd aan een multimediabericht.
Web- en GPS-services
96
Web- en GPS-services
Er worden mogelijk extra kosten in rekening gebracht
voor het gebruik van internet en het downloaden van
mediabestanden. Raadpleeg uw provider voor meer
informatie.
Internet
Informatie over hoe u uw favoriete webpagina's kunt openen en
opslaan.
De naam van deze functie is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
Welke pictogrammen beschikbaar zijn, is afhankelijk van
uw regio of serviceprovider.
Een webpagina weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Internet.
2
Als u een specifieke webpagina wilt openen, selecteert u het
URL-invoerveld, geeft u het webadres in en selecteert u Ga.
3
Navigeer door webpagina's met de volgende toetsen:
Nummer Functie
1
De huidige webpagina's opnieuw laden. Terwijl
het toestel webpagina's laadt, verandert dit
pictogram in
.
2
Webpaginadetails weergeven.
3
Geef een webadres of zoekwoord in.
Web- en GPS-services
97
Nummer Functie
4
Miniaturen van actieve browservensters
weergeven.
5
Uw favorieten, opgeslagen paginas en recente
internetgeschiedenis weergeven.
Wanneer u op een webpagina bladert, kunt u de volgende opties
gebruiken:
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen. Dubbeltik op
het scherm om terug te gaan naar de oorspronkelijke grootte.
Deze functie is voor bepaalde webpagina's mogelijk niet
beschikbaar.
Als u vooruit of achteruit wilt gaan in de webpagina's in de
geschiedenis, drukt u op de terugtoets of op de optietoets en
selecteert u Volgende.
Als u een nieuw venster wilt openen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Nieuw venster.
Als u de huidige webpagina als favoriet wilt toevoegen, drukt u
op de optietoets en selecteert u Favoriet toevoegen.
Als u een snelkoppeling naar de huidige webpagina aan
het startscherm wilt toevoegen, drukt u op de optietoets en
selecteert u Sneltoets toevoegen aan startscherm.
Als u een webadres naar anderen wilt verzenden of wilt delen,
drukt u op de optietoets en selecteert u Pagina delen.
Als u naar tekst wilt zoeken op een webpagina, drukt u op de
optietoets en selecteert u Zoek op pagina.
Als u wilt overschakelen naar het bureaublad, drukt u op de
optietoets en selecteert u Weergave bureaublad.
Als u een webpagina wilt opslaan om deze later offline te lezen,
drukt u op de optietoets en selecteert u Opslaan voor offline
lezen. U kunt de opgeslagen pagina's weergeven door
Opgesl. pag te selecteren.
Als u uw downloadgeschiedenis wilt weergeven, drukt u op de
optietoets en selecteert u Downloads.
Web- en GPS-services
98
Als u de webpagina wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op
de optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen
compatibel met bepaalde Samsung-printers.
Als u de browserinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de
optietoets en selecteert u Instellingen.
Met spraak informatie zoeken
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Internet.
2
Selecteer het URL-veld.
3
Selecteer en spreek een trefwoord in de microfoon van het
toestel.
Er wordt naar webpagina's gezocht die met het zoekwoord
samenhangen.
4
Selecteer een zoekresultaat.
Webpagina's instellen als favorieten
1
Selecteer in de lijst met applicaties Internet.
2
Geef een webadres in of ga naar een webpagina.
3
Druk op de optietoets en selecteer Favoriet toevoegen.
4
Geef een naam voor de favoriet in en selecteer Opslaan.
Als u uw favorieten wilt weergeven, selecteert u
Favoriet. Blijf
in de lijst met favorieten een favoriet aanraken om de volgende
opties te gebruiken:
Als u de webpagina in het actieve venster wilt openen, selecteert
u Openen.
Als u een nieuw venster wilt openen, selecteert u Openen in
nieuw venster.
Als u de details van een favoriet wilt bewerken, selecteert u
Favoriet bewerken.
Web- en GPS-services
99
Als u een snelkoppeling naar de favoriet wilt toevoegen
aan het startscherm, selecteert u Sneltoets toevoegen aan
startscherm.
Als u het adres van de huidige webpagina naar anderen wilt
verzenden, selecteert u Koppeling delen.
Als u het webadres van de webpagina wilt kopiëren, selecteert u
URL kopiëren.
Als u de favoriet wilt verwijderen, selecteert u Favoriet
verwijderen.
Als u de webpagina wilt gebruiken als startpagina van de
browser, selecteert u Instellen als startpagina.
Een bestand downloaden van internet
Wanneer u bestanden of applicaties van internet downloadt,
worden deze in het interne geheugen opgeslagen.
Bestanden die u downloadt van internet, kunnen virussen
bevatten die schade aan het toestel toebrengen. Download
daarom alleen bestanden van websites die u vertrouwt.
Sommige mediabestanden maken gebruik van Digital
Rights Management om auteursrechten te beschermen.
Deze beveiliging kan het onmogelijk maken om sommige
bestanden te downloaden, te kopiëren, te wijzigen of te
verzenden.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Internet.
2
Zoek een bestand of applicatie en download het naar het
toestel.
Recente geschiedenis weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Internet
Geschiedenis.
2
Selecteer een webpagina die u wilt openen.
Web- en GPS-services
100
Game Hub
Hier vindt u informatie over de toegang tot games.
1
Selecteer Game Hub in de lijst met applicaties.
2
Selecteer een gameservice.
3
Zoek de game die u wilt spelen.
Welke games beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of
serviceprovider.
Latitude
Informatie over hoe u uw locatie met uw vrienden kunt delen en
locaties van vrienden kunt bekijken via de locatieservice Google
Latitude
.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Latitude.
Het toestel meldt zich automatisch bij Latitude aan.
2
Selecteer
een optie.
3
Selecteer een vriend of geef een e-mailadres in en selecteer
Vrienden toevoegen.
4
Selecteer Ja.
Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, kunt u locaties
delen.
5
Selecteer KAART.
De locaties van uw vrienden worden op de kaart gemarkeerd
door hun foto's.
Web- en GPS-services
101
Maps
Informatie over het gebruik van de kaartservice Google Maps
waarmee u uw locatie kunt vinden, kunt zoeken naar plaatsen en
routebeschrijvingen kunt opvragen.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
U moet locatieservices activeren om uw locatie te vinden
en op de kaart te kunnen zoeken.
p.118
Zoeken naar een locatie
1
Selecteer in de lijst met applicaties Maps.
De kaart geeft uw huidige locatie weer.
2
Selecteer .
3
Geef een trefwoord in voor de locatie.
Als u een locatie wilt zoeken met uw stem, selecteert u
.
4
Selecteer een locatie om de details te bekijken.
Terwijl u de kaart bekijkt, hebt u de volgende opties:
Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm
en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen.
Als u alle zoekresultaten wilt weergeven, selecteert u LIJST MET
RESULTATEN.
Als u uw huidige locatie wilt weergeven, selecteert u .
Als u een ster aan de locatie wilt toevoegen, selecteert u de
ballon met de locatienaam
.
Als u lagen aanvullende informatie wilt toevoegen aan de kaart
of van weergavemodus wilt veranderen, selecteert u
.
Web- en GPS-services
102
Routebeschrijvingen naar een specifieke locatie
1
Selecteer in de lijst met applicaties Maps.
2
Selecteer .
3
Geef het adres van de startlocatie en de eindbestemming in.
Als u een adres uit uw lijst met contacten of een plaats met een
ster wilt ingeven, of als u een punt op de kaart wilt selecteren,
selecteert u
een optie.
4
Selecteer een reismethode en selecteer
ROUTEBESCHRIJVING.
De route wordt aangegeven op de kaart. Afhankelijk van de
geselecteerde reismethode kunnen meerdere routes worden
weergegeven.
5
Wanneer u klaar bent, drukt u op de optietoets en selecteert u
Kaart wissen.
Navigatie
Hier vindt u informatie over het krijgen van gesproken
routebeschrijvingen naar uw bestemming.
Navigatiekaarten, uw huidige locatie en andere
navigatiegegevens kunnen afwijken van de
daadwerkelijke locatiegegevens. U moet altijd goed letten
op de omstandigheden op de weg, het verkeer en andere
factoren die van invloed kunnen zijn op het autorijden en
alle veiligheidswaarschuwingen en geldende wetgeving
volgen tijdens het rijden.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Web- en GPS-services
103
1
Selecteer in de lijst met applicaties Navigatie.
2
Geef uw bestemming als volgt in:
geef uw bestemming in met spraak.
geef uw bestemming in met het virtuele toetsenbord in.
selecteer uw bestemming in de adressen van uw contacten.
selecteer uw bestemming in de plaatsen met ster.
3
Installeer de vereiste software en gebruik de navigatiefuncties.
Lokaal
Hier vindt u informatie over het zoeken naar bedrijven en
attracties.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Lokaal.
2
Als u wilt zoeken naar bepaalde bedrijven of attracties in de
buurt van een specifieke locatie, selecteert u uw locatie
Geef een adres op.
3
Selecteer een categorie.
Het toestel zoekt naar plaatsen in de buurt die betrekking
hebben op de categorie.
4
Selecteer een plaatsnaam om de details te bekijken.
U kunt meer categorieën toevoegen door op de optietoets
te drukken en Zoekopdracht toevoegen te selecteren.
Web- en GPS-services
104
Play Store
De functionaliteit van uw toestel kan worden uitgebreid door extra
applicaties te installeren. Met Play Store kunt u snel en gemakkelijk
mobiele applicaties aanschaffen.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Gedownloade applicaties worden door het toestel in het
interne geheugen opgeslagen.
Een applicatie downloaden
1
Selecteer in de lijst met applicaties Play Store.
2
Zoek een applicatie en download deze naar het toestel.
Wanneer het downloaden is voltooid, installeert het toestel de
applicatie automatisch.
Een applicatie verwijderen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Play Store.
2
Druk op de optietoets en selecteer Mijn apps.
3
Selecteer een item.
4
Selecteer Verwijderen
OK.
Web- en GPS-services
105
Samsung Apps
Op Samsung Apps kunt u eenvoudig een groot aanbod aan
applicaties en updates voor uw toestel downloaden. Met volledig
geoptimaliseerde applicaties van Samsung Apps wordt uw toestel
nog slimmer. Ontdek de handige applicaties die verkrijgbaar zijn
en waarmee uw mobiele leven wordt verrijkt.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Samsung Apps.
2
Zoek de gewenste applicaties en download deze naar het
toestel.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Ga naar
www.samsungapps.com
voor meer informatie. Of
raadpleeg de Samsung Apps-brochure.
YouTube
Informatie over het bekijken en uploaden van video's via de
videoservice YouTube
.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Een video afspelen
1
Selecteer in de lijst met applicaties YouTube.
2
Selecteer een video.
3
Draai het toestel linksom naar de liggende stand.
Web- en GPS-services
106
4
Regel het afspelen met de volgende toetsen:
Nummer Functie
1
Het afspelen onderbreken of hervatten.
2
Vooruit- of terugspoelen in het bestand door
de balk te slepen.
3
De videokwaliteit bekijken. Deze functie is
mogelijk niet beschikbaar voor sommige
video's.
4
De video toevoegen aan uw afspeellijst.
5
De URL naar anderen verzenden.
6
Video's zoeken.
7
Draai het toestel naar de staande stand.
Web- en GPS-services
107
Een video uploaden
1
Selecteer in de lijst met applicaties YouTube.
2
Druk op de optietoets en selecteer Aanmelden.
3
Selecteer uw Google-account als dit is gekoppeld aan YouTube.
U kunt ook Account toevoegen selecteren en een account
instellen om u aan te melden bij YouTube.
4
Selecteer het YouTube-logo in de linkerbovenhoek van het
scherm en selecteer vervolgens uw Google-account (indien
nodig).
5
Selecteer
een video.
Als dit de eerste keer is dat u een video uploadt, selecteer
dan het type netwerk voor het uploaden van een video.
6
Geef details voor de upload in en selecteer Uploaden.
Connectiviteit
108
Connectiviteit
USB-aansluitingen
Informatie over het aansluiten van uw toestel op een computer
met een USB-kabel.
Verwijder de USB-kabel niet uit een computer terwijl
het toestel bezig is met het overbrengen of openen van
gegevens. Hierdoor kunnen gegevens verloren gaan of kan
het toestel beschadigd raken.
Voor de beste resultaten sluit u de USB-kabel
rechtstreeks aan op een USB-poort op een computer.
Gegevensoverdrachten kunnen mislukken wanneer u een
USB-hub gebruikt.
Verbinden met Samsung Kies
Controleer of Samsung Kies op de computer is geïnstalleerd. U
kunt het programma downloaden van de Samsung-website.
Samsung Kies werkt op zowel Windows- als Macintosh-
computers.
1
Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer.
Samsung Kies wordt automatisch gestart op de computer. Als
Samsung Kies niet automatisch wordt gestart, dubbelklikt u op
het pictogram Samsung Kies op uw computer.
2
Bestanden overdragen tussen uw toestel en de computer.
Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie.
Verbinding maken met Windows Media Player
Controleer of Windows Media Player op de computer is
geïnstalleerd.
1
Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer.
2
Open Windows Media Player om muziekbestanden te
synchroniseren.
Connectiviteit
109
Als media-apparaat verbinden
U kunt uw toestel op een computer aansluiten en mediabestanden
openen die op uw toestel zijn opgeslagen.
1
Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer.
2
Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte
met pictogrammen en sleept u het naar beneden.
3
Selecteer Verbonden als een extern opslagapparaat
Media-apparaat (MTP).
4
Bestanden overdragen tussen uw toestel en de computer.
Aansluiten als een cameratoestel
U kunt uw toestel aansluiten op een computer als camera en
bestanden openen op uw toestel.
Gebruik deze USB-verbindingsmodus wanneer uw
computer MTP (media transfer protocol) niet ondersteunt
of het USB-stuurprogramma voor uw toestel niet is
geïnstalleerd.
1
Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer.
2
Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte
met pictogrammen en sleept u het naar beneden.
3
Selecteer Verbonden als een extern opslagapparaat
Camera (PTP).
4
Bestanden overdragen tussen uw toestel en de computer.
Connectiviteit
110
Wi-Fi
Hier vindt u informatie over het gebruik van de draadloze
netwerkvoorzieningen van de telefoon waarmee u verbinding
kunt maken met elk draadloos LAN (WLAN) dat compatibel is met
de IEEE 802.11-normen.
Overal waar er een draadloos toegangspunt of hotspot aanwezig
is, kunt u verbinding met internet of andere netwerktoestellen
maken.
De Wi-Fi-functie activeren
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de
schakelaar Wi-Fi naar rechts.
Als de Wi-Fi-functie op de achtergrond wordt uitgevoerd,
wordt ook batterijlading verbruikt. Activeer de functie
daarom alleen wanneer dit nodig is, om de batterij te sparen.
Een Wi-Fi-toegangspunt vinden en daarmee
verbinding maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Wi-Fi.
Het toestel zoekt automatisch naar beschikbare Wi-Fi-
toegangspunten.
2
Selecteer een toegangspunt.
3
Geef een wachtwoord voor het toegangspunt in (indien
nodig).
4
Selecteer Verbinden.
Handmatig een Wi-Fi-toegangspunt toevoegen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Wi-Fi
Wi-Fi-netwerk toevoegen.
2
Geef een SSID voor het toegangspunt in en selecteer het
beveiligingstype.
3
Stel de beveiligingsinstellingen in volgens het beveiligingstype
dat u hebt geselecteerd en selecteer Opslaan.
Connectiviteit
111
Aansluiten op een Wi-Fi-toegangspunt met een
beveiligde instelling
U kunt verbinding maken met een beveiligd toegangspunt met
een WPS-knop of een WPS PIN. Als u deze methode wilt gebruiken,
moet uw draadloze toegangspunt beschikken over een WPS-knop.
Verbinding maken met een WPS-knop
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Wi-Fi.
2
Selecteer een toegangspunt waarop WPS beschikbaar is en
selecteer Geavanceerde opties weergeven.
3
Selecteer de keuzelijst WPS.
4
Selecteer Drukknop
Verbinden.
5
Druk binnen 2 minuten op de WPS-knop op het toegangspunt.
Verbinding maken met een WPS PIN
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Wi-Fi.
2
Selecteer een toegangspunt waarop WPS beschikbaar is en
selecteer Geavanceerde opties weergeven.
3
Selecteer de keuzelijst WPS.
4
Selecteer Pincode vanaf toegangspunt om een WPS-PIN-
code van het toegangspunt in te geven of selecteer Pincode
van dit apparaat om een WPS-PIN-code van uw toestel te
gebruiken.
5
Selecteer Verbinden.
6
Druk op het toegangspunt op de WPS-knop of geef de PIN-
code van uw toestel in.
Connectiviteit
112
Statische IP-instellingen selecteren
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Wi-Fi.
2
Selecteer een toegangspunt
Geavanceerde opties
weergeven.
3
Selecteer de keuzelijst IP-instellingen.
4
Selecteer Statisch.
5
Wijzig de IP-instellingen voor het netwerk, zoals het IP-adres,
de gateway, de lengte van het voorvoegsel van het netwerk en
de DNS-instellingen.
6
Selecteer Verbinden.
Wi-Fi-instellingen aanpassen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Wi-Fi
Geavanceerd.
2
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Netwerkmelding
Instellen dat u een melding ontvangt als
er een Wi-Fi-toegangspunt beschikbaar is.
Wi-Fi
ingeschakeld
laten in
slaapstand
Instellen of de functie Wi-Fi ingeschakeld
moet blijven in de sluimerstand.
Controleren op
internetservice
Instellen om te controleren of u toegang
hebt tot internetservices terwijl u het
huidige toegangspunt gebruikt.
MAC-adres Het MAC-adres weergeven.
IP-adres Het IP-adres weergeven.
Connectiviteit
113
Wi-Fi Direct
Kom meer te weten over hoe u de functie Wi-Fi Direct kunt
gebruiken om twee toestellen via Wi-Fi te verbinden zonder een
toegangspunt.
Uw toestel verbinden met een toestel
1
Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen
Meer instellingen
Wi-Fi Direct.
2
Sleep de schakelaar Wi-Fi Direct naar rechts.
3
Selecteer Scannen.
4
Selecteer een apparaat.
Zodra de eigenaar van het andere toestel de verbinding
accepteert, hebben de toestellen verbinding met elkaar.
U kunt uw toestel aansluiten op meerdere apparaten en
gegevens verzenden door Meerdere verbindingen te
selecteren.
Gegevens verzenden via Wi-Fi
1
Selecteer een bestand of een item in een geschikte applicatie.
2
Selecteer een optie voor verzending via Wi-Fi.
De methode voor het selecteren van een optie kan
verschillen per gegevenstype.
3
Zoek en selecteer een ander toestel.
Gegevens ontvangen via Wi-Fi
Als u gegevens ontvangt, worden die automatisch opgeslagen op
uw toestel. Ontvangen gegevens worden in de map ShareViaWifi
opgeslagen.
Connectiviteit
114
Mobiel netwerk delen
Informatie over het delen van uw mobiele netwerkverbinding met
andere apparaten.
Het mobiele netwerk van het toestel via Wi-Fi
delen
Informatie over het gebruiken van uw toestel als draadloos
toegangspunt voor andere toestellen.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Meer
instellingen
Tethering en draagbare hotspot
Draagbare Wi-Fi hotspot.
2
Sleep de schakelaar Draagbare Wi-Fi hotspot naar rechts om
mobiel netwerk delen via Wi-Fi in te schakelen.
3
Selecteer Configureer om netwerkinstellingen te configureren
om uw toestel als toegangspunt te gebruiken.
Optie Functie
Netwerk-SSID
De toestelnaam bewerken die op andere
toestellen wordt weergegeven.
Mijn apparaat
verbergen
Voorkomen dat andere apparaten uw
toestel kunnen vinden.
Beveiliging Een beveiligingstype selecteren.
Wachtwoord
Een wachtwoord ingeven om
ongewenste toegang tot uw mobiele
netwerk te voorkomen. Deze
optie is alleen beschikbaar als u de
beveiligingsoptie instelt.
Wachtwoord
tonen
Instellen dat uw wachtwoord wordt
weergegeven wanneer u dit ingeeft.
Geavanceerde
opties
weergeven
Een broadcastkanaal selecteren.
Connectiviteit
115
4
Selecteer Opslaan.
5
Zoek op een ander toestel de naam van uw toestel en maak
verbinding met uw mobiele netwerk.
U kunt delen via het mobiele netwerk beperken tot
opgegeven toestellen. Selecteer Toegestane app., maak
een lijst met apparaten en selecteer de naam van uw toestel
om de modus voor delen te wijzigen in Alleen toegestane
apparaten.
Het mobiele netwerk van uw toestel delen via
USB
1
Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer.
2
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Meer
instellingen
Tethering en draagbare hotspot.
3
Selecteer USB-tethering om mobiel netwerk delen via USB te
activeren.
U stopt het delen van de netwerkverbinding door het
selectievakje naast USB-tethering uit te schakelen.
De methode voor delen kan afwijken afhankelijk van het
besturingssysteem van uw computer.
Het mobiele netwerk van het toestel via
Bluetooth delen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Meer
instellingen
Tethering en draagbare hotspot.
2
Selecteer Bluetooth-tethering om mobiel netwerk delen via
Bluetooth te activeren.
3
Laat uw andere apparatuur zoeken naar uw toestel en koppel
beide apparaten aan elkaar.
Zorg ervoor dat Bluetooth is ingeschakeld en dat het toestel
zichtbaar is.
Connectiviteit
116
Bluetooth
Informatie over het uitwisselen van gegevens en mediabestanden
met andere toestellen via Bluetooth.
Samsung is niet verantwoordelijk voor het verlies, de
onderschepping of het misbruik van gegevens die via de
Bluetooth-functie zijn verzonden of ontvangen.
Zorg altijd dat u gegevens deelt met en ontvangt van
vertrouwde apparaten die goed zijn beveiligd. Als er
voorwerpen tussen de apparaten staan, is het mogelijk dat
de afstand waarop de apparaten kunnen communiceren,
afneemt.
Sommige toestellen, vooral toestellen die niet door
Bluetooth SIG zijn getest of goedgekeurd, zijn mogelijk
niet compatibel met uw toestel.
Gebruik Bluetooth niet voor illegale zaken (bijvoorbeeld
illegale kopieën van bestanden of het illegaal afluisteren
van communicatie voor commerciële doeleinden).
Samsung is niet aansprakelijk voor de gevolgen van
illegaal Bluetooth-gebruik.
De Bluetooth-functie uitschakelen
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de
schakelaar Bluetooth naar rechts.
Connectiviteit
117
Andere apparaten zoeken en koppelen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Bluetooth
Scannen.
2
Selecteer een apparaat.
3
Selecteer OK om de Bluetooth-PIN-code tussen twee
toestellen te overeenstemmen. U kunt ook een Bluetooth-PIN-
code selecteren en vervolgens OK.
Wanneer de eigenaar van het andere toestel de verbinding
accepteert of dezelfde PIN-code ingeeft, zijn de toestellen
gekoppeld. Als de koppeling slaagt, zoekt het toestel
automatisch naar beschikbare diensten.
Sommige apparaten, vooral headsets en handsfree carkits,
hebben een vaste Bluetooth-PIN-code, zoals 0000. Als het
andere apparaat een PIN-code heeft, moet u deze ingeven.
Gegevens verzenden via Bluetooth
1
Selecteer een bestand of een item in een geschikte applicatie.
2
Selecteer een optie voor verzending via de Bluetooth-functie.
De methode voor het selecteren van een optie kan
verschillen per gegevenstype.
3
Zoek een Bluetooth-toestel en koppelen de toestellen.
Connectiviteit
118
Gegevens ontvangen via Bluetooth
1
Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen
Bluetooth. Schakel vervolgens het selectievakje naast uw
toestel in.
Als u de periode wilt selecteren waarin uw toestel zichtbaar
is, drukt u op de optietoets en selecteert u Time-out
zichtbaar.
2
Wanneer dit wordt gevraagd, selecteert u OK om de Bluetooth-
PIN-code in overeenstemming te brengen of geeft u de
Bluetooth-PIN-code in en selecteert u OK (indien nodig).
3
Selecteer OK om de verbinding tussen twee toestellen te
bevestigen.
Ontvangen gegevens worden in de map Bluetooth opgeslagen.
Als u een contact ontvangt, wordt dit automatisch opgeslagen in
het telefoonboek.
GPS
Uw toestel is uitgerust met een GPS-ontvanger (Global Positioning
System). Hier vindt u informatie over hoe u locatieservices kunt
inschakelen en extra GPS-functies kunt gebruiken.
Voor een beter GPS-signaal kunt u uw toestel beter niet gebruiken
in de volgende situaties:
tussen gebouwen, in tunnels of ondergrondse passages of in
gebouwen;
in slechte weersomstandigheden;
in de buurt van hoogspanningsmasten of elektromagnetische
velden;
in een voertuig met beschermende folie tegen de zon.
Raak het gebied rond de antenne niet aan en bedek dit niet
met uw handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik
van de GPS-functies.
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw
regio of serviceprovider.
Connectiviteit
119
Locatieservices inschakelen
U moet locatieservices inschakelen om locatiegegevens te
ontvangen of op de kaart te zoeken.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen
Locatieservices.
2
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Draadloze
netwerken
gebruiken
Instellen dat mobiele en/of Wi-Fi-
netwerken worden gebruikt om uw
locatie te bepalen.
Er kunnen extra kosten in rekening
worden gebracht voor het gebruik
van mobiele netwerken.
GPS-satellieten
gebruiken
Instellen om GPS-satellieten te gebruiken
om uw locatie te zoeken.
Locatie en
Google zoeken
Het toestel uw huidige locatie laten
gebruiken voor de zoekfunctie en andere
diensten van Google.
VPN-verbindingen
Informatie over het maken van VPN's (virtual private network) en
veilig verbinding maken via internet.
Uw toestel moet al zijn geconfigureerd met
internettoegang. Als u problemen hebt met
internettoegang, moet u de verbindingen bewerken. Als u
niet zeker weet welke gegevens u moet ingeven, moet u
contact opnemen met de beheerder van uw VPN.
Als u deze functie wilt gebruiken, moet u de
schermvergrendeling inschakelen.
Connectiviteit
120
Een VPN-profiel instellen
1
Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen
Meer instellingen
VPN
VPN-netwerk toevoegen.
2
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Name Een naam voor de VPN-server ingeven.
Type Selecteer een VPN-type.
Serveradres
Het IP-adres van de proxyserver
ingeven.
L2TP geheim
Een geheim L2TP-wachtwoord
ingeven.
IPSec-id Geef de gebruikersnaam op.
Vooraf gedeelde
IPsec-sleutel
Een vooraf gedeelde
beveiligingssleutel ingeven.
IPSec-
gebruikercertificaat
Een gebruikerscertificaat selecteren
waarmee de VPN-server u identificeert.
U kunt certificaten van de VPN-server
importeren of downloaden van
internet.
IPSec CA-certificaat
Een certificeringsinstantie (CA)
selecteren waarmee de VPN-server u
identificeert. U kunt certificaten van de
VPN-server importeren of downloaden
van internet.
Connectiviteit
121
Optie Functie
IPSec-
servercertificaat
Een servercertificaat selecteren
waarmee de VPN-server u identificeert.
U kunt certificaten van de VPN-server
importeren of downloaden van
internet.
PPP-codering
(MPPE)
Instellen dat gegevens worden
gecodeerd vóór verzending naar de
VPN-server.
Geavanceerde
opties weergeven
Instellen om geavanceerde
netwerkinstellingen te wijzigen.
Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van het
type VPN.
3
Selecteer Opslaan wanneer u klaar bent.
Verbinding maken met een privénetwerk
1
Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen
Meer instellingen
VPN.
2
Selecteer een privénetwerk.
3
Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in en selecteer
Verbinden.
122
Hulpmiddelen
Hulpmiddelen
Calculator
Hier vindt u informatie over het uitvoeren van berekeningen met
uw toestel.
Berekeningen uitvoeren
1
Selecteer in de lijst met applicaties Calculator.
2
Gebruik de toetsen op het scherm om eenvoudige
berekeningen uit te voeren.
Draai het toestel naar de liggende stand om de
wetenschappelijke calculator te gebruiken. Als u
automatisch meedraaien van het beeld met de stand van
het apparaat hebt uitgeschakeld, drukt u op de optietoets
en selecteert u Wetenschappelijke calculator.
De berekeningsgeschiedenis weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Calculator.
2
Berekeningen uitvoeren.
3
Selecteer om het toetsenbord van de calculator te
verbergen.
De berekeningsgeschiedenis wordt weergegeven.
Klok
Hier vindt u informatie over het instellen en gebruiken van
alarmen en wereldklokken. U kunt ook de stopwatch, de afteltimer
en de bureauklok gebruiken.
Een alarm instellen
1
Selecteer in de lijst met applicaties Klok
Alarm.
2
Selecteer Alarm instellen.
123
Hulpmiddelen
3
Geef de details van het alarm in.
Sleep de schakelaar Slim alarm naar rechts om gesimuleerde
natuurgeluiden voorafgaand aan het hoofdalarm te activeren.
4
Selecteer Opslaan wanneer u klaar bent.
Als u een alarm wilt uitschakelen, selecteert u het
klokpictogram naast het alarm. Als u een alarm wilt
verwijderen, drukt u op de optietoets en selecteert u
Verwijderen.
Een alarm afzetten
Wanneer het alarm afgaat doet u het volgende:
Als u het alarm wilt stoppen, selecteert u en sleept u uw
vinger buiten de grote cirkel.
Als u een alarm wilt uitstellen, selecteert u en sleept u uw
vinger buiten de grote cirkel.
Een wereldklok maken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Klok
Wereldklok
Plaats toevoegen.
2
Typ een plaatsnaam of selecteer een plaatsnaam in de lijst.
Als u uw woonplaats wilt gebruiken, selecteert u .
U kunt de zomertijd toepassen door de klok te blijven
aanraken en Zomertijd instellen te selecteren.
De stopwatch gebruiken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Klok
Stopwatch.
2
Selecteer Start om de stopwatch te starten.
3
Selecteer Ronde om rondetijden vast te leggen.
4
Als u klaar bent, selecteert u Stoppen.
124
Hulpmiddelen
De afteltimer gebruiken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Klok
Timer.
2
Stel de tijdsduur in die moet worden afgeteld.
3
Selecteer Start om het aftellen te beginnen.
4
Wanneer de timer afloopt, selecteert u en sleept u uw vinger
buiten de grote cirkel om het alarm te stoppen.
De bureauklok gebruiken
Op de bureauklok worden de huidige tijd en datum en het weer
weergegeven.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Klok
Bureauklok.
2
Selecteer om de bureauklok op volledig-schermformaat
weer te geven.
3
Druk op de optietoets en selecteer Instellingen.
4
Wijzig de volgende opties:
Optie Functie
Statusbalk
verbergen
Statusbalk verbergen of weergeven.
Achtergrond
Een achtergrondafbeelding selecteren
voor de bureauklok.
Tijd-/
agendaweergave
Instellen dat de klok of de agenda wordt
weergegeven.
AccuWeather
Instellen dat het weer voor uw huidige
locatie wordt weergegeven. U kunt ook
temperatuureenheden selecteren en
de bureauklok instellen op automatisch
bijwerken van de weerinformatie.
Helderheid
De helderheid van het scherm
aanpassen.
125
Hulpmiddelen
Downloads
Hier vindt u informatie over hoe u logbestanden kunt beheren van
bestanden die u hebt gedownload via internet of e-mail.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Downloads.
2
Selecteer een downloadcategorie.
3
Als u een gedownload bestand wilt openen, selecteert u het
logbestand.
Als u een logbestand wilt verwijderen, schakelt u het
selectievakje in en selecteert u
.
Mijn bestanden
Hier vindt u informatie over het openen van verschillende soorten
bestanden die zijn opgeslagen op uw toestel.
Ondersteunde bestandsindelingen
De volgende bestandsindelingen worden door uw toestel
ondersteund:
Type Indeling
Foto bmp, gif, jpg, png
Video 3gp, mp4, mkv
Muziek mp3, aac, 3ga, m4a, ogg
Geluid wav, imy, midi, amr, awb
Overige
doc, docx, pdf, ppt, pptx, txt, xls, xlsx, htm,
html, vcf, vcs, vnt, jad, jar
Afhankelijk van de software in uw toestel worden
bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund.
Als een bestand groter is dan de beschikbare
geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het
bestand probeert af te spelen.
126
Hulpmiddelen
Een bestand bekijken
1
Selecteer in de lijst met applicaties Mijn bestanden.
2
Selecteer een map.
Als u een niveau omhoog wilt, selecteert u .
Als u wilt teruggaan naar de hoofddirectory, selecteert u .
3
Selecteer een bestand.
Druk in de lijst met mappen op de optietoets voor de volgende
opties:
Als u mappen wilt maken voor het beheren van bestanden,
selecteert u Map maken.
Selecteer Wissen om bestanden of mappen te verwijderen.
Als u op uw apparaat opgeslagen bestanden wilt zoeken,
selecteert u Zoeken.
Selecteer Weergave om de weergavemodus te wijzigen.
Selecteer Sorteren op om bestanden of mappen te sorteren.
Als u een bestand naar anderen wilt verzenden of een bestand
wilt delen, selecteert u Delen via.
Als u de bestanden wilt kopiëren of verplaatsen naar een andere
map, selecteert u Kopiëren of Verplaatsen.
Selecteer Hernoem om de naam van een bestand of map te
wijzigen.
Als u de instellingen voor het bestandsbeheer wilt wijzigen,
selecteert u Instellingen.
127
Hulpmiddelen
Zoeken
Hier vindt u informatie over gegevens zoeken op uw toestel of
informatie op internet.
1
Selecteer in de lijst met applicaties Zoeken.
2
Geef een trefwoord in.
Als u met uw stem gegevens wilt zoeken, selecteert u
en
spreekt u een zoekwoord in de microfoon van het toestel.
3
Selecteer een zoekresultaat.
SIM-toolkit
U kunt een aantal extra diensten gebruiken die door uw
serviceprovider worden aangeboden. Afhankelijk van uw SIM-
of USIM-kaart kan deze applicatie een andere naam hebben.
Selecteer in de lijst met applicaties SIM-toolkit.
Instellingen
128
Instellingen
De instelopties weergeven
1
Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen.
2
Selecteer een instellingencategorie en selecteer een optie.
Wi-Fi
Hier kunt u de Wi-Fi-functie inschakelen om verbinding te maken
met een Wi-Fi-toegangspunt en toegang te krijgen tot internet of
andere netwerkapparaten.
Bluetooth
Hier kunt u de Bluetooth-functie inschakelen om over korte
afstanden informatie uit te wisselen.
Gegevensgebruik
U kunt bijhouden hoe intensief uw gegevensgebruik is en
limietinstellingen aanpassen.
Mobiele gegevens: instellen voor het gebruik van
gegevensverbindingen via een mobiel netwerk.
Limiet mobiele geg. instellen: een limiet instellen voor uw
mobiele gegevens.
Cyclus gegevensgebruik: wijzig de instellingen voor de
limietcyclus.
Druk op de optietoets voor meer opties.
Roaming: instellen dat gegevensverbindingen worden gebruikt
tijdens roaming.
Achtergrondgegevens beperken: uitschakelen van
synchronisatie op de achtergrond bij het gebruik van mobiele
netwerken.
Wi-Fi-gebruik tonen: stel in hoe u uw gegevensgebruik wilt
weergeven via Wi-Fi.
Instellingen
129
Meer instellingen
Hier kunt u de instellingen aanpassen die bepalen hoe verbinding
wordt gemaakt met andere apparaten of netwerken.
Vliegtuigstand
Schakel de vliegtuigstand in om alle draadloze functies van het
toestel uit te schakelen. U kunt alleen functies gebruiken waarvoor
geen netwerk is vereist.
Mobiele netwerken
Pakketgegevens gebruiken: instellen voor het gebruik van
gegevensverbindingen via een mobiel netwerk.
Roaming: instellen dat gegevensverbindingen worden gebruikt
tijdens roaming.
Namen toegangspunten: een APN (access point name)
selecteren voor mobiele netwerken. U kunt APN's toevoegen
of bewerken. Als u de APN-instellingen wilt resetten naar de
fabrieksinstellingen, drukt u op de optietoets en selecteert u
Standaardinstellingen.
Netwerkmodus: hier selecteert u een type netwerk. Het is niet
mogelijk om beide SIM-kaarten tegelijk te gebruiken op het
3G-netwerk.
Netwerkoperators:
- Netwerken zoeken: een netwerk zoeken en selecteren.
- Automatisch selecteren: het toestel instellen om het eerste
beschikbare netwerk te selecteren.
Tethering en draagbare hotspot
Draagbare Wi-Fi hotspot: uw toestel instellen als draadloos
toegangspunt voor andere toestellen.
USB-tethering: uw toestel instellen als draadloze modem door
een USB-verbinding te maken met een computer.
Instellingen
130
Bluetooth-tethering: de functie voor Bluetooth-verbinding
activeren om op die manier uw mobiele netwerk met computers
te delen via Bluetooth.
Help: informatie over het gebruik van tethering weergeven.
Wi-Fi Direct
Activeer de functie Wi-Fi Direct om twee apparaten via Wi-Fi te
verbinden zonder dat een toegangspunt is vereist.
VPN
Hier stelt u Virtual Private Networks (VPN's) in en beheert u deze.
Kies via Wi-Fi
Hiermee verbindt u uw toestel via Wi-Fi met Samsung Kies.
SIM-kaartbeheer
Hier kunt u de instellingen voor het netwerk en de kaart van uw
toestel openen en wijzigen.
p.41
Geluid
Hier kunt u de instellingen voor diverse geluiden op het toestel
configureren.
Geluidsprofielen: een profiel selecteren om het toestel te laten
trillen of alle geluiden te dempen behalve mediageluiden en
alarmtonen.
Volume: het volume voor diverse geluiden op het toestel
wijzigen.
Instellingen
131
Beltoon:
- Beltoon apparaat: een beltoon voor inkomende oproepen
selecteren.
- Standaardmeldingen: een beltoon voor gebeurtenissen
selecteren, zoals nieuwe berichten en gemiste oproepen.
Trilstand apparaat: een trilpatroon toevoegen of selecteren.
Geluid en trilling: instellen dat bij inkomende oproepen zowel
een beltoon als een trilsignaal wordt gebruikt.
Toetstonen: instellen dat het toestel een geluid laat horen
wanneer u nummers ingeeft op het belscherm.
Aanraakgeluiden: instellen dat het toestel een geluid laat horen
wanneer u een applicatie of optie selecteert.
Geluid schermvergrendeling: instellen dat het toestel een
geluid laat horen wanneer u het aanraakscherm vergrendelt en
ontgrendelt.
Display
Pas de instellingen aan om de weergave en achtergrondverlichting
van het apparaat te regelen.
Helderheid: de helderheid van het scherm aanpassen.
Time-out scherm: instellen na hoeveel tijd de
achtergrondverlichting van het scherm moet worden
uitgeschakeld.
Scherm automatisch draaien: de interface instellen om
automatisch te draaien wanneer u het toestel draait.
Duur achtergr.verl. toets: selecteer hoe lang het apparaat
wacht voordat de achtergrondverlichting van de aanraaktoetsen
worden uitgeschakeld.
Letterstijl: het lettertype voor de displaytekst selecteren.
Tekstgrootte: de tekengrootte wijzigen voor weergave van
items of bij het maken van items in applicaties.
Batterijpercentage weergeven: instellen om de resterende
levensduur van de batterij weer te geven.
Instellingen
132
Achtergrond
Hier kunt u de achtergrondinstellingen wijzigen.
Startscherm: een achtergrondafbeelding selecteren voor het
startscherm.
Vergrendelscherm: een achtergrondafbeelding selecteren voor
het vergrendelscherm.
Start- en vergrendelscherm: selecteer een
achtergrondafbeelding voor het startscherm en het
vergrendelde scherm.
Opslag
Hier kunt u geheugeninformatie over uw toestel en geheugenkaart
weergeven. U kunt ook de geheugenkaart formatteren.
Als u een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens
definitief van die geheugenlocatie verwijderd.
De werkelijke beschikbaarheid van het interne geheugen is
kleiner dan de gespecificeerde beschikbaarheid omdat het
besturingssysteem en de standaardtoepassingen een deel
van het geheugen innemen.
Batterij
Weergeven hoeveel stroom wordt verbruikt door uw toestel.
Applicatiebeheer
Hiermee kunt u de applicaties op het toestel bekijken en beheren.
Instellingen
133
Account- en synchronisatie-instellingen
Hier kunt u de instellingen voor de automatische
synchronisatiefunctie wijzigen of accounts voor synchronisatie
beheren.
Locatieservices
Hier kunt u de instellingen voor locatieservices wijzigen.
Draadloze netwerken gebruiken: instellen dat mobiele en/of
Wi-Fi-netwerken worden gebruikt om uw locatie te bepalen.
GPS-satellieten gebruiken: instellen dat GPS-satellieten
worden gebruikt om uw locatie te zoeken.
Locatie en Google zoeken: het toestel uw huidige locatie laten
gebruiken voor de zoekfunctie en andere diensten van Google.
Beveiliging
Hier kunt u de instellingen voor de beveiliging van uw toestel en
de SIM- of USIM-kaart opgeven.
Schermvergrendeling: de schermvergrendelingsfunctie
activeren.
Vergendelscherm opties:
De instellingen worden alleen toegepast als u de
veegvergrendelingsoptie hebt ingesteld.
- Sneltoets: instellen voor weergeven en bewerken van
snelkoppelingen naar applicaties op het vergrendelde scherm.
- Klok: instellen dat de klok op het vergrendelde scherm moet
worden weergegeven.
- Dubbele klok: stel in dat de dubbele klok wordt weergegeven
op het vergrendelde scherm.
- Weer: instellen dat weersinformatie wordt weergegeven en de
instellingen voor de weergaven van het weer wijzigen.
- Help-tekst: stel in dat de helptekst wordt weergegeven op het
vergrendelde scherm.
Instellingen
134
Gegevens eigenaar: voer uw informatie in die zichtbaar is op
het vergrendelde scherm.
Apparaat coderen: een wachtwoord instellen voor versleuteling
van gegevens die op het apparaat zijn opgeslagen. Elke keer als
u het apparaat aanzet, moet u dit wachtwoord ingeven.
Laad eerst de batterij op voordat u deze instelling activeert.
Versleuteling van uw gegevens kan meer dan een uur duren.
Externe SD-kaart coderen:
- Externe SD-kaart coderen: instellen voor versleuteling van
bestanden die u op een geheugenkaart opslaat.
- Volledige codering: stel in dat alle bestanden op een
geheugenkaart moeten worden gecodeerd.
- Multimediabestanden uitsluiten: instellen voor versleuteling
van alle bestanden op een geheugenkaart, met uitzondering
van mediabestanden.
Als u met deze instelling geactiveerd besluit tot resetten
van de standaardwaarden, zal het apparaat de versleutelde
bestanden niet meer kunnen lezen. Schakel deze instelling
dus altijd uit voordat u een reset uitvoert.
Externe besturingselementen: instellen om bediening op
afstand via internet van uw verloren of gestolen toestel toe te
staan. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u zich aanmelden
bij uw Samsung- en Google-accounts.
- Account toev.: uw Samsung- en Google-accounts toevoegen
of weergeven.
- Draadloze netwerken gebruiken: instellen om toe te staan
dat locatiegegevens worden verzameld en dat de locatie
van uw verloren of gestolen toestel wordt bepaald via Wi-Fi-
netwerken en mobiele netwerken.
Instellingen
135
Waarschuwing SIM-kaart vervangen: de functie Mobiel
apparaat traceren inschakelen.
Webpagina SamsungDive: open de SamsungDive-website
(
www.samsungdive.com
). U kunt uw verloren of gestolen toestel
volgen en bedienen op de SamsungDive-website.
SIM-kaartvergrendeling instellen:
- SIM-kaart vergrendelen: instellen dat de SIM- of USIM-kaart
wordt vergrendeld. Als u uw toestel wilt gebruiken met de
SIM- of USIM-kaart, moet u de PIN-code ingeven.
- SIM-pincode wijzigen: de PIN wijzigen die bij de SIM- of
USIM-kaart is geleverd.
Wachtwoorden zichtbaar: instellen dat uw wachtwoorden
worden weergegeven wanneer u ze instelt.
Apparaatbeheerders: de beheerders weergeven die u
hebt goedgekeurd voor uw toestel. U kunt toestaan dat
apparaatbeheerprogramma's een nieuw beleid op uw toestel
toepassen.
Onbekende bronnen: instellen dat het toestel applicaties
installeert die van elke willekeurige bron zijn gedownload. Als u
deze optie niet inschakelt, kunt u alleen applicaties installeren
die van Play Store zijn gedownload.
Vertrouwde aanmeldgegevens: instellen dat certificaten en
referenties worden gebruikt om verzekerd te zijn van een veilig
gebruik van diverse applicaties.
Installeren uit apparaatopslag: installeer gecodeerde
certificaten die zijn opgeslagen in de USB-opslag van het
apparaat.
Aanmeldgegevens wissen: referenties wissen van het toestel
en het wachtwoord resetten.
Instellingen
136
Taal en invoer
Hier kunt u de instellingen voor talen en tekstinvoer wijzigen.
Taal
Een taal voor het scherm selecteren.
Sjabloon
Een tekstinvoermethode selecteren.
Google spraakgestuurd typen
Activeer de Google-functie voor spraakinvoer om tekst via spraak
in te geven. Selecteer
als u de instellingen voor spraakinvoer
wilt wijzigen.
Invoertalen selecteren: invoertalen voor de
spraakherkenningsfunctie van Google selecteren.
Aanstootgevende woorden blokkeren: instellen dat
aanstootgevende woorden worden herkend bij spraakinvoer.
Samsung-toetsenbord
Selecteer als u de instellingen voor het Samsung-toetsenbord
wilt wijzigen.
Staande toetsenbordtypen: een toetsenbordtype selecteren.
Taal invoeren: invoertalen voor het toetsenblok selecteren.
Voorspellende tekst: XT9-stand activeren zodat het toestel aan
de hand van uw invoer woorden voorspelt en woordsuggesties
weergeeft. U kunt ook de instellingen voor woordsuggesties
aanpassen.
Doorlopende invoer: instellen dat tekst wordt ingegeven
wanneer over het toetsenbord wordt geveegd.
Over toetsenbord vegen: instellen dat de tekstinvoermethode
wordt gewijzigd door uw vinger van links naar rechts of
andersom over het toetsenbord te vegen.
Instellingen
137
Schrijven: activeer de handschriftstand. U kunt ook de
instellingen aanpassen voor de handschriftstand, zoals de
herkenningstijd, pendikte of penkleur.
Spraakinvoer: de functie voor spraakinvoer activeren om tekst
in te voeren met uw stem.
Automatische hoofdletters: instellen dat de eerste letter van
een zin automatisch een hoofdletter wordt.
Automatisch punt: stel in dat interpunctietekens automatisch
worden ingevoegd als dit nodig is.
Voorbeeld teken: instellen dat het toestel een voorbeeld
weergeeft van elke letter die u tikt.
Geluid bij toetsaanslag: stel in dat het toestel een geluid
afgeeft wanneer u op een toets tikt.
Zelfstudie: de zelfstudie weergeven voor het gebruik van het
Samsung-toetsenbord.
Instellingen resetten: de instellingen voor het Samsung-
toetsenbord terugzetten op de standaardwaarden.
Gesproken zoekopdracht
Voor Google-spraakherkenning zijn de volgende opties
beschikbaar:
Taal: een taal voor de Google-spraakherkenningsfunctie
selecteren.
SafeSearch: een niveau selecteren voor het filteren van
ongepaste tekst en beelden die het resultaat zijn van
ingesproken zoekopdrachten.
Aanstootgevende woorden blokkeren: aanstootgevende
woorden verbergen in de resultaten van ingesproken
zoekopdrachten.
Instellingen
138
Uitvoer Tekst naar spraak
Voorkeur TTS-engine: een engine voor spraaksynthese
selecteren. Selecteer
om de instellingen voor engines voor
spraaksynthese te wijzigen.
Spraaksnelheid: een snelheid selecteren voor de tekst-naar-
spraak-functie selecteren.
Naar voorbeeld luisteren: luister naar een voorbeeld van
gesproken tekst.
Autostand: de autostand activeren om het apparaat gesproken
meldingen voor inkomende oproepen of berichten, of
informatie van gebeurtenissen te laten voorlezen.
Snelheid aanwijzer
Hiermee wijzigt u de snelheid van de aanwijzer van de muis die of
het trackpad dat op uw toestel is aangesloten.
Back-up maken en terugzetten
Hier kunt u de instellingen wijzigen voor het beheren van uw
instellingen en gegevens.
Back-up mijn gegevens: instellen dat er een back-up van uw
instellingen en applicatiegegevens wordt gemaakt op de server
van Google.
Back-up van account: account voor back-ups bij Google
instellen of aanpassen.
Automatisch herstellen: instellen dat uw instellingen en
applicatiegegevens worden hersteld wanneer u een applicatie
opnieuw moet installeren.
Standaardgegevens herstellen: de standaardwaarden van de
instellingen resetten en alle gegevens verwijderen.
Instellingen
139
Datum en tijd
Hier kunt u de instellingen wijzigen om te bepalen hoe de tijd en
datum worden weergegeven op het toestel.
Als de batterij volledig ontladen blijft of wordt verwijderd uit
het toestel, worden de tijd en datum opnieuw ingesteld.
Automatisch datum en tijd: instellen dat tijdgegevens worden
ontvangen van het netwerk en dat de tijd en datum automatisch
worden bijgewerkt.
Datum instellen: hiermee kunt u de datum handmatig instellen.
Tijd instellen: hiermee kunt u de actuele tijd handmatig
instellen.
Automatische tijdzone: instellen dat tijdzonegegevens worden
ontvangen van het netwerk wanneer u een tijdzone overschrijdt.
Tijdzone selecteren: een tijdzone selecteren.
24-uurs indeling gebruiken: instellen dat de tijd in 24-uurs
indeling of 12-uurs indeling wordt weergegeven.
Datumnotatie selecteren: hiermee kunt u de datumnotatie
selecteren.
Toegankelijkheid
Toegankelijkheidsservices zijn speciale functies voor personen met
fysieke handicaps. Wijzig de instellingen om de toegankelijkheid te
verbeteren voor de interface en functies van het apparaat.
Scherm automatisch draaien: de interface instellen om
automatisch te draaien wanneer u het toestel draait.
Wachtwoorden uitspreken: stel in dat wachtwoorden die u
invoert met TalkBack hardop worden voorgelezen.
Instellingen
140
Antwoord/einde oproep:
- Toets voor antwoorden: instellen dat oproepen kunnen
worden aangenomen door op de starttoets te drukken.
- Aan/uit-toets einde oproep: instellen dat een oproep wordt
beëindigd wanneer u op de aan/uit-toets drukt.
Sneltoets toegankelijkheid: een snelkoppeling naar de
toegankelijkheidsinstellingen toevoegen aan het snelmenu dat
verschijnt wanneer u op de aan/uit-toets drukt.
Time-out scherm: instellen na hoeveel tijd de
achtergrondverlichting van het scherm moet worden
uitgeschakeld.
TalkBack: TalkBack activeren voor gesproken feedback.
Webscripts installeren: instellen dat applicaties webscripts
mogen installeren om hun webinhoud beter toegankelijk te
maken.
Tekstgrootte: de tekengrootte wijzigen voor weergave van
items of bij het maken van items in applicaties.
Monogeluid: monogeluid inschakelen wanneer u naar audio
luistert met één oordopje.
Alle geluiden uit: schakel alle geluiden van het toestel uit.
Vertraging bij tikken en vasthouden: de herkenningstijd
instellen voor het tikken op en blijven aanraken van het scherm.
Ontwikkelaarsopties
Hier kunt u de instellingen voor het ontwikkelen van applicaties
wijzigen.
USB-foutopsporing: de modus voor USB-foutopsporing
activeren om uw toestel aan te sluiten op een computer met een
USB-kabel.
Apparaat-ID ontwikkeling: de apparaat-ID voor ontwikkeling
weergeven.
Namaaklocaties toestaan: hiermee staat u toe dat neplocaties
en service-informatie voor testdoeleinden naar een Location
Manager-service worden verzonden.
Instellingen
141
Back-upwachtwoord desktop: een wachtwoord instellen om
back-ups te beveiligen.
Beperkte stand: instellen dat het scherm knippert wanneer een
applicatie lang bezig is met een taak.
Locatie aanwijzer tonen: instellen dat de coördinaten en het
spoor van de aanwijzer worden weergegeven wanneer u het
scherm aanraakt.
Aanrakingen weergeven: instellen dat de aanwijzer moet
worden weergegeven wanneer u het scherm aanraakt.
Schermupdates weergeven: instellen dat delen van het scherm
moeten knipperen wanneer ze worden bijgewerkt.
CPU-gebruik tonen: instellen dat alle actieve processen worden
weergegeven.
GPU-weergave forceren: instellen dat 2D-hardwareversnelling
moet worden gebruikt om de grafische prestaties te verbeteren.
Vensteranimatie schalen: de snelheid voor het openen en
sluiten van pop-upvensters selecteren.
Animatieschaal overgang: de snelheid voor het omschakelen
tussen schermen selecteren.
Activiteiten niet bewaren: instellen dat een actieve applicatie
moet worden afgesloten wanneer u een nieuwe applicatie start.
Achtergrondprocessen beperken: instellen om het aantal
processen te beperken dat op de achtergrond actief kan zijn.
Alle ANR's tonen: instellen dat het toestel u moet wijzen op
applicaties op de achtergrond die niet meer reageren.
Toestel-info
Hiermee kunt u informatie over het apparaat weergeven, zoals
modelnummer en versie.
U kunt een firmware-update downloaden en installeren
met de service firmware over-the-air (FOTA). Als u wilt
controleren op firmware-updates, selecteert u Software-
update
Bijwerken.
Problemen oplossen
142
Problemen oplossen
Bij het inschakelen of tijdens het gebruik van het toestel
wordt u om een van de volgende codes gevraagd:
Code
Probeer het volgende om het probleem op te
lossen:
Wachtwoord
Als de toestelvergrendeling is ingeschakeld,
moet u het wachtwoord ingeven dat u voor het
toestel hebt ingesteld.
PIN
Wanneer u het toestel voor de eerste keer
gebruikt of wanneer het gebruik van een
PIN-code is ingeschakeld, moet u de PINcode
ingeven die bij de SIM- of USIM-kaart is verstrekt.
U kunt deze functie uitschakelen met SIM-kaart
vergrendelen.
PUK
De SIM- of USIM-kaart is vergrendeld. Dit gebeurt
meestal als u meerdere keren een onjuiste PIN-
code hebt ingevoerd. U moet de PUK-code
ingeven die u van uw provider hebt gekregen.
PIN2
Wanneer u een menu wilt openen waarvoor
PIN2-code vereist is, dient u de PIN2-code
in te geven die met de SIM- of USIM-kaart is
meegeleverd. Raadpleeg uw provider voor meer
informatie.
Uw toestel geeft netwerk- of servicefoutberichten weer
Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de
ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een
andere plek en probeer het opnieuw.
Zonder abonnement kunt u sommige opties niet gebruiken.
Neem voor meer informatie contact op met uw provider.
Problemen oplossen
143
Het aanraakscherm reageert langzaam of niet naar
behoren
Probeer het volgende als uw toestel een aanraakscherm heeft en
dit scherm niet naar behoren reageert:
Verwijder eventuele beschermende bedekkingen van het
aanraakscherm. Voor een toestel met aanraakscherm kunt u
beter geen beschermende bedekkingen gebruiken, omdat het
toestel uw invoer hierdoor mogelijk niet kan herkennen.
Zorg dat uw handen schoon zijn wanneer u op het
aanraakscherm tikt.
Start het toestel opnieuw op om eventuele tijdelijke
softwarefouten te verhelpen.
Controleer of de software van uw toestel is bijgewerkt tot de
nieuwste versie.
Als het aanraakscherm is bekrast of beschadigd, moet u het
toestel naar een Samsung Servicecenter brengen.
Uw toestel is vastgelopen of er is een onherstelbare fout
opgetreden
Als het toestel vastloopt of niet meer reageert, moet u mogelijk
applicaties sluiten of het toestel resetten om het weer volledig te
kunnen gebruiken. Als uw toestel nog steeds niet reageert en een
applicatie is vastgelopen, sluit u de applicatie met taakbeheer. Als
uw toestel is vastgelopen en niet meer reageert, houdt u de Aan/
uit-toets 8 tot 10 seconden ingedrukt.
Als het probleem blijft bestaan, moet u de gegevens herstellen
naar de fabrieksinstelling. Open de lijst met applicaties en
selecteer Instellingen
Back-up maken en terugzetten
Standaardgegevens herstellen
Apparaat resetten
Alles
verwijderen.
Gesprekken worden afgebroken
Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de
ontvangst slecht is, bestaat het risico dat de netwerkverbinding
wordt verbroken. Ga naar een andere plek en probeer het
opnieuw.
Problemen oplossen
144
Uitgaande oproepen worden niet verbonden
Controleer of u op de nummerkeuzetoets hebt gedrukt.
Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele
netwerk.
Controleer of het gekozen telefoonnummer niet is geblokkeerd.
Inkomende oproepen worden niet verbonden
Controleer of het toestel is ingeschakeld.
Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele
netwerk.
Controleer of het telefoonnummer van de beller niet is
geblokkeerd.
Anderen horen u niet praten tijdens een telefoongesprek
Controleer of u de ingebouwde microfoon niet blokkeert.
Zorg ervoor dat u de microfoon dicht bij uw mond houdt.
Als u een headset gebruikt, controleert u of deze goed is
aangesloten.
Slechte geluidskwaliteit
Controleer of u de interne antenne van het toestel niet
blokkeert.
Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de
ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een
andere plek en probeer het opnieuw.
U krijgt geen verbinding wanneer u via contacten belt
Controleer of het juiste nummer is opgeslagen in de lijst met
contacten.
Geef het nummer zo nodig opnieuw in en sla het op.
Controleer of het telefoonnummer van het contact niet is
geblokkeerd.
Problemen oplossen
145
Het toestel laat een pieptoon horen en het
batterijpictogram is leeg
De batterij is bijna leeg. Laad de batterij op of vervang deze om het
toestel te gebruiken.
De batterij wordt niet goed opgeladen of het toestel
wordt uitgeschakeld
De batterijpolen zijn mogelijk vuil. Veeg de goudkleurige polen
schoon met een schone, zachte doek en probeer de batterij
opnieuw op te laden.
Als de batterij niet meer volledig kan worden opgeladen, voert
u de oude batterij op correcte wijze af (volgens de plaatselijke
verordeningen) en plaatst u een nieuwe batterij.
Uw toestel is heet wanneer u het aanraakt
Wanneer u applicaties gebruikt waarvoor meer stroom is vereist
of langere tijd applicaties gebruikt op uw toestel, kan uw toetstel
heet aanvoelen. Dit is normaal en heeft geen nadelige invloed op
de levensduur of prestaties van het toestel.
Bij het starten van de cameratoepassing verschijnen
foutmeldingen
Uw toestel moet beschikken over voldoende geheugen en
acculading om de camera-applicatie te gebruiken. Als u bij het
starten van de camera een foutmelding krijgt, probeert u het
volgende:
Laad de batterij op of vervang deze door een batterij die volledig
is opgeladen.
Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar
een computer of door bestanden te verwijderen van uw toestel.
Start het toestel opnieuw op. Als u na het uitvoeren van deze
tips nog steeds problemen met de camera hebt, neemt u
contact op met een Samsung Servicecenter.
Problemen oplossen
146
Bij het starten van de FM-radiotoepassing verschijnen
foutmeldingen
De FM-radioapplicatie op uw toestel gebruikt de kabel van de
headset als antenne. Als er geen headset is aangesloten, zal de FM-
radio geen zenders kunnen ontvangen. Om de FM-radio te kunnen
gebruiken, moet u eerst de headset goed hebben aangesloten.
Vervolgens zoekt u naar beschikbare radiostations en slaat u deze
op.
Als u na het uitvoeren van deze stappen de FM-radio nog steeds
niet kunt gebruiken, probeert u of u het gewenste station met een
andere radio-ontvanger kunt ontvangen. Is dit het geval, dan heeft
uw toestel wellicht onderhoud nodig. Neem contact op met een
Samsung Servicecenter.
Bij het openen van muziekbestanden verschijnen
foutmeldingen
Sommige muziekbestanden kunnen om verschillende redenen
niet worden afgespeeld op uw toestel. Als u bij het openen van
muziekbestanden op uw toestel foutmeldingen krijgt, probeert u
het volgende:
Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar
een computer of door bestanden te verwijderen van uw toestel.
Controleer of het muziekbestand geen DRM-beveiliging
(Digital Rights Management) heeft. Als het bestand over een
DRMbeveiliging beschikt, moet u ervoor zorgen dat u over
de juiste licentie of code beschikt om het bestand te kunnen
afspelen.
Controleer of het bestandstype door het toestel wordt
ondersteund.
Problemen oplossen
147
Er worden geen andere Bluetooth-toestellen gevonden
Controleer of de Bluetooth-voorziening op uw toestel is
ingeschakeld.
Controleer of de Bluetooth-voorziening is ingeschakeld op het
toestel waarmee u verbinding wilt maken.
Zorg dat uw toestel en het andere Bluetooth-toestel zich binnen
het maximale Bluetooth-bereik bevinden (10 meter).
Als met deze tips het probleem niet kan worden opgelost, neemt u
contact op met een Samsung Servicecenter.
Er wordt geen verbinding gemaakt wanneer u het toestel
aansluit op een computer
Controleer of de USB-kabel die u gebruikt, compatibel is met het
toestel.
Controleer of de juiste stuurprogramma's zijn geïnstalleerd en
bijgewerkt op uw computer.
Als u een Windows XP-gebruiker bent, controleert u of u
Windows XP Service Pack 3 of hoger hebt geïnstalleerd op uw
computer.
Controleer of u Samsung Kies 2.0 of Windows Media Player 10 of
hoger op uw computer hebt geïnstalleerd.
Index
148
aanraakscherm
gebruiken 24
vergrendelen/
ontgrendelen 27
aanraaktoon 36
alarm 122
applicaties
meerdere taken 35
ordenen 34
sluiten 35
starten 33
verwijderen 34
automatische weigering 50
batterij
opladen 17
plaatsen 14
berichten
e-mail verzenden 61
e-mail weergeven 61
logbestanden
weergeven 53
MMS verzenden 57
MMS weergeven 58
SMS verzenden 57
SMS weergeven 58
verzenden, Google Mail 59
voicemail beluisteren 58
weergeven, Google Mail 59
bestandsbeheer 125
Bluetooth 116
calculator 122
camera
camcorder-instellingen
wijzigen 73
camera-instellingen
wijzigen 69
fotos maken 66
videos opnemen 71
connectiviteit
Bluetooth 116
GPS-verbindingen 118
mobiel netwerk delen 114
USB-aansluitingen 108
VPN-verbindingen 119
Wi-Fi 110
contacten
groepen maken 88
importeren/exporteren 90
kopiëren/verplaatsen 89
snelkeuze instellen 88
toevoegen 87
zoeken 87
FDN-modus 51
FM-radio 84
foto’s
maken 66
weergeven 77
galerij 77
geheugenkaart
formatteren 22
plaatsen 21
verwijderen 22
Index
Index
149
uitvoeren, oproepen
met meerdere bellers
(vergaderoproepen) 49
weigeren 47
wisselgesprek 53
oproepen met
meerdere bellers
(vergaderoproepen) 49
pictogrammen 28
Play Store 104
Samsung Apps 105
SIM-kaartbeheer 130
SIM/USIM-kaart
plaatsen 15
vergrendelen 39
startscherm
items verplaatsen 30
items verwijderen 30
panelen toevoegen 31
panelen verwijderen 31
werken met het
meldingenpaneel 29
widgets gebruiken 32
stille stand 36
stopwatch 123
tekstinvoer
kopiëren en plakken 45
met Samsung-
toetsenbord 44
tethering
via Bluetooth 115
via USB 115
via Wi-Fi 114
geluid
aanraaktoon 36
beltoon 36
instellingen 130
toestelvolume 36
Google Latitude 100
Google Mail 59
Google Maps 101
Google Talk 63
instellingen 128
internet 96
kaart
locaties delen 100
navigatie gebruiken 102
routebeschrijvingen
opvragen 102
zoeken naar locaties 101
zoeken naar plaatsen in de
buurt 103
mobiel apparaat zoeken 40
MP3-speler 79
oproepen
blokkeren 52
doorschakelen 52
internationale oproepen
plaatsen 47
logbestanden
weergeven 53
opties tijdens een oproep
gebruiken 49
snel kiezen 88
starten 46
Index
150
timer 124
toestelblokkering 38
toetsfuncties 13
uitpakken 10
USB-aansluitingen
als camera-apparaat 109
als media-apparaat 109
een draadloze modem 115
met Samsung Kies 108
met Windows Media
Player 108
videos
afspelen 75, 78
opnemen 71
uploaden naar
YouTube 107
videospeler 74
VPN-verbindingen 119
webbrowser 96
weergave
achtergrond 37
helderheid 37
instellingen 131
lettertype 37
taal 35
wereldklok 123
Wi-Fi 110
YouTube 105

Documenttranscriptie

* Sommige beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing kunnen afwijken van uw apparaat. Dit is afhankelijk van het land waar u het apparaat hebt gekocht, de geïnstalleerde software of uw serviceprovider. * Drukfouten voorbehouden. Samsung Kies installeren (PC Sync) 1. Download de laatste versie van Samsung Kies vanaf de Samsung-website (www.samsung.com/kies) en installeer deze software op uw computer. 2. Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer. Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie. www.samsung.com Dutch. 11/2013. Rev. 1.3 GT-S7562 Gebruiksaanwijzing Over deze gebruiksaanwijzing Dank u voor uw keuze van dit mobiele toestel van Samsung. Dit toestel biedt hoogwaardige mobiele communicatie en amusement op basis van de uitzonderlijke technologie en hoge normen van Samsung. Deze gebruiksaanwijzing is bedoeld om u stap voor stap bekend te maken met de functies en onderdelen van het toestel. Lees dit eerst Voordat u het toestel gebruikt, moet u de volledige gebruiksaanwijzing en alle veiligheidsinstructies lezen voor veilig en correct gebruik. ●● De beschrijvingen in deze gebruiksaanwijzing zijn gebaseerd op de standaardinstellingen van het toestel. ●● De afbeeldingen en schermafbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing kunnen er anders uitzien dan het daadwerkelijke product. ●● De inhoud van deze snelstartgids kan van product tot product verschillen of anders zijn dan de software die door serviceproviders wordt geleverd en is onderhevig aan wijzigingen zonder voorafgaande kennisgeving. Ga naar de Samsung-website (www.samsung.com) voor de nieuwste versie van de gebruiksaanwijzing. ●● Inhoud (inhoud van hoge kwaliteit) waarvoor veel gebruik wordt maakt van de CPU en het RAM-geheugen, beïnvloedt de algehele prestaties van het apparaat. Applicaties met betrekking tot de inhoud werken mogelijk niet correct, afhankelijk van de specificaties van het apparaat en de omgeving waarin het wordt gebruikt. ●● Welke functies en extra diensten beschikbaar zijn, is afhankelijk van het toestel, de software en uw provider. ●● Over deze gebruiksaanwijzing 2 De opmaak en weergave van deze gebruiksaanwijzing is gebaseerd op het besturingssysteem Android en kan verschillen afhankelijk van het besturingssysteem van de gebruiker. ●● Applicaties voor dit toestel functioneren wellicht anders dan vergelijkbare computerapplicaties en hoeven niet over alle functies te beschikken die beschikbaar zijn voor de computerversie. ●● Applicaties en de bijbehorende functies kunnen verschillen per regio of hardwarespecificatie. Samsung is niet aansprakelijk voor prestatieproblemen die worden veroorzaakt door applicaties van derden. ●● Samsung is niet aansprakelijk voor prestatie- of compatibiliteitsproblemen die worden veroorzaakt door het bewerken van de instellingen in het register of door het gebruik van aangepaste besturingssysteemsoftware. Wanneer u probeert het besturingssysteem aan te passen, kan dit ertoe leiden dat uw apparaat en applicaties niet meer correct werken. ●● U kunt de software voor uw mobiele toestel bijwerken door naar de Samsung-website (www.samsung.com) te gaan. ●● Software, geluid, achtergronden en afbeeldingen in dit toestel zijn onder licentie verstrekt met beperkte gebruiksrechten tussen Samsung en de respectieve eigenaren. Het overnemen en gebruiken van deze materialen voor commerciële of andere doeleinden maakt inbreuk op de copyright-wetgeving. Samsung is niet verantwoordelijk voor inbreuk op het copyright door gebruikers. ●● Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht voor gegevensservices, zoals chatten, uploaden en downloaden, automatisch synchroniseren of het gebruik van locatieservices. Als u extra kosten wilt voorkomen, selecteert u een geschikt gegevensabonnement. Raadpleeg uw provider voor meer informatie. ●● Bewaar de gebruiksaanwijzing, zodat u deze later kunt raadplegen. ●● Over deze gebruiksaanwijzing 3 Symbolen in deze gebruiksaanwijzing Bekijk voordat u begint de symbolen die in deze snelstartgids worden gebruikt: Waarschuwing: situaties die letsel kunnen veroorzaken bij u of anderen Let op: situaties die schade kunnen veroorzaken aan het toestel of andere apparatuur Opmerking: opmerkingen, gebruikstips of aanvullende informatie ► Raadpleeg: pagina's met verwante informatie, bijvoorbeeld: ► p. 12 (betekent "raadpleeg pagina 12") → Gevolgd door: de volgorde van de opties of menu's die u moet selecteren om een stap uit te voeren, bijvoorbeeld: selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Toestel-info (betekent Instellingen gevolgd door Toestel-info) Auteursrechten Copyright © 2012 Samsung Electronics Deze gebruiksaanwijzing is beschermd onder internationale auteursrechtwetten. Geen enkel deel van deze gebruiksaanwijzing mag worden gereproduceerd, gedistribueerd, vertaald of verzonden in welke vorm dan ook of op welke elektronische of mechanische wijze dan ook, inclusief door deze te fotokopiëren, op te nemen of op te slaan in een systeem voor het opslaan en ophalen van informatie, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Samsung Electronics. Over deze gebruiksaanwijzing 4 Handelsmerken ●● ●● ●● SAMSUNG en het SAMSUNG-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Samsung Electronics. Het Android-logo, Google™, Google Maps™, Google Mail™, YouTube™, Google Play™ Store, Google Latitude™, en Google Talk™ zijn handelsmerken van Google, Inc. Bluetooth® is overal ter wereld een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc. Wi-Fi®, Wi-Fi Protected Setup™, Wi-Fi Direct™, Wi-Fi CERTIFIED™, het Wi-Fi CERTIFIED-logo en het Wi-Fi-logo zijn geregistreerde handelsmerken van de Wi-Fi Alliance. ●● Alle overige handelsmerken en auteursrechten zijn het eigendom van de betreffende eigenaars. ●● Over deze gebruiksaanwijzing 5 Inhoud Het toestel in elkaar zetten................................ 10 Uitpakken ....................................................................................................... 10 Indeling ............................................................................................................ 11 Toetsen ............................................................................................................. 13 De SIM- of USIM-kaart en de batterij plaatsen ............................... 14 De batterij opladen .................................................................................... 16 Een geheugenkaart plaatsen (optioneel) ......................................... 20 Aan de slag.......................................................... 23 Uw toestel in- of uitschakelen ............................................................... 23 Het aanraakscherm gebruiken .............................................................. 24 Het aanraakscherm en de toetsen vergrendelen of ontgrendelen ................................................................................................ 27 Het startscherm ............................................................................................ 27 Applicaties openen .................................................................................... 33 Meerdere applicaties starten ................................................................. 35 De instellingen van het toestel aanpassen ...................................... 35 Van SIM- of USIM-kaart veranderen .................................................... 41 Tekst ingeven ................................................................................................ 43 Communiceren................................................... 46 Bellen ................................................................................................................ 46 Berichten ......................................................................................................... 57 Google Mail .................................................................................................... 59 E-mail ................................................................................................................ 60 Talk ..................................................................................................................... 63 ChatON ............................................................................................................ 64 Messenger ...................................................................................................... 65 Google+ ........................................................................................................... 65 Inhoud 6 Entertainment..................................................... 66 Camera ............................................................................................................. 66 Videospeler .................................................................................................... 74 Galerij ................................................................................................................ 77 MP3-speler ..................................................................................................... 79 FM-radio .......................................................................................................... 84 Persoonlijke gegevens....................................... 87 Contacten ....................................................................................................... 87 S Planner ......................................................................................................... 90 Notitie ............................................................................................................... 93 Spraakrecorder ............................................................................................. 94 Web- en GPS-services......................................... 96 Internet ............................................................................................................ 96 Game Hub ................................................................................................... 100 Latitude ......................................................................................................... 100 Maps ............................................................................................................... 101 Navigatie ...................................................................................................... 102 Lokaal ............................................................................................................ 103 Play Store ..................................................................................................... 104 Samsung Apps .......................................................................................... 105 YouTube ........................................................................................................ 105 Connectiviteit................................................... 108 USB-aansluitingen ................................................................................... 108 Wi-Fi ................................................................................................................ 110 Wi-Fi Direct .................................................................................................. 113 Mobiel netwerk delen ............................................................................ 114 Bluetooth ..................................................................................................... 116 GPS .................................................................................................................. 118 VPN-verbindingen ................................................................................... 119 Inhoud 7 Hulpmiddelen................................................... 122 Calculator ..................................................................................................... 122 Klok ................................................................................................................. 122 Downloads .................................................................................................. 125 Mijn bestanden ......................................................................................... 125 Zoeken .......................................................................................................... 127 SIM-toolkit ................................................................................................... 127 Instellingen....................................................... 128 De instelopties weergeven .................................................................. 128 Wi-Fi ................................................................................................................ 128 Bluetooth ..................................................................................................... 128 Gegevensgebruik ..................................................................................... 128 Meer instellingen ...................................................................................... 129 SIM-kaartbeheer ....................................................................................... 130 Geluid ............................................................................................................ 130 Display ........................................................................................................... 131 Achtergrond ............................................................................................... 132 Opslag ........................................................................................................... 132 Batterij ........................................................................................................... 132 Applicatiebeheer ...................................................................................... 132 Account- en synchronisatie-instellingen ....................................... 133 Locatieservices .......................................................................................... 133 Beveiliging ................................................................................................... 133 Taal en invoer ............................................................................................. 136 Back-up maken en terugzetten .......................................................... 138 Datum en tijd ............................................................................................. 139 Toegankelijkheid ...................................................................................... 139 Ontwikkelaarsopties ............................................................................... 140 Toestel-info .................................................................................................. 141 Inhoud 8 Problemen oplossen........................................ 142 Index.................................................................. 148 Inhoud 9 Het toestel in elkaar zetten Uitpakken Controleer of de doos de volgende onderdelen bevat: ●● Mobiel toestel ●● Batterij ●● Snelstartgids Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde software. Gekraakte of illegale software kan schade of storingen veroorzaken die niet worden gedekt door de garantie van de fabrikant. De bijgeleverde onderdelen bij uw toestel en de beschikbare accessoires kunnen verschillen, afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Bij de plaatselijke Samsung-dealer kunt u extra accessoires kopen. ●● De bijgeleverde items zijn alleen ontworpen voor uw toestel en zijn mogelijk niet compatibel met andere toestellen. ●● Andere accessoires zijn mogelijk niet compatibel met uw toestel. ●● Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde accessoires. Niet-goedgekeurde accessoires kunnen storing in uw toestel veroorzaken. ●● Het toestel in elkaar zetten 10 Indeling ››Vooraanzicht 1 2 3 4 8 5 9 6 10 7 Nummer 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10  Functie Luistergedeelte Cameralens voorzijde Nabijheidssensor Volumetoets Starttoets Optietoets Multifunctionele aansluiting Aanraakscherm Terugtoets Microfoon1 1. Alleen actief wanneer u de luidsprekerfunctie gebruikt of video's opneemt. Het toestel in elkaar zetten 11 ››Achteraanzicht 11 15 16 12 17 13 18 14 19 Nummer Functie 11 Headsetaansluiting 12   Aan/uit/reset/vergrendeltoets 13   Luidspreker 14   Sleuf voor geheugenkaart 15   GPS-antenne2 16   Cameralens achterzijde 17   Lampje 18   Achterklep 19   Hoofdantenne 2. Raak het gebied rond de antenne niet aan en bedek dit niet met uw handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik van de GPS-functies. Het toestel in elkaar zetten 12 Toetsen Toets Functie Het toestel inschakelen (ingedrukt houden); open de apparaatopties Aan/uit/ (ingedrukt houden); het apparaat reset3/ resetten (8-10 seconden ingedrukt vergrendelen houden); het aanraakscherm uitschakelen en vergrendelen of het aanraakscherm inschakelen. Optie De lijst met beschikbare opties voor het huidige scherm openen; in het startscherm de zoekapplicatie starten (ingedrukt houden); het zoekscherm openen tijdens gebruik van bepaalde applicaties (ingedrukt houden). Start Teruggaan naar het startscherm; de lijst met recent gebruikte applicaties openen (ingedrukt houden). Terug Teruggaan naar het vorige scherm. Volume Het volume van het apparaat aanpassen. 3. Als er fatale fouten optreden, de verbinding wordt verbroken of uw toestel vastloopt, moet u het toestel mogelijk resetten voordat u het weer kunt gebruiken. Het toestel in elkaar zetten 13 De SIM- of USIM-kaart en de batterij plaatsen Wanneer u bij een provider een abonnement afsluit, ontvangt u een SIM-kaart (Subscriber Identity Module). Hierop zijn uw abonnementsgegevens opgeslagen, zoals de PIN-code en optionele diensten. Voor het gebruik van UMTS- of HSDPA-services kunt u een USIM-kaart (Universal Subscriber Identity Module) kopen. 1 Verwijder de achterklep. Wees voorzichtig dat u uw nagels niet beschadigt wanneer u de achterklep verwijdert. Buig of draai de achterklep niet te sterk. U zou de klep kunnen beschadigen. Het toestel in elkaar zetten 14 2 Plaats de SIM- of USIM-kaart met de goudkleurige contactpunten omlaag gericht. Het toestel heeft twee sleuven voor een SIM-kaart. Zo kunt u twee SIM- of USIM-kaarten gebruiken en omschakelen tussen beide kaarten. Bovenaan plaatst u de belangrijkste SIM- of USIM-kaart (de kaart die u het meest gebruikt). Onderaan plaatst u uw tweede SIM- of USIM-kaart. SIM-kaart 1 SIM-kaart 2 Plaats geen geheugenkaart in de SIM-kaartsleuven. Als de geheugenkaart klem komt te zitten in de SIMkaartsleuven, moet u het toestel naar een Samsung Servicecenter brengen om de geheugenkaart te laten verwijderen. ●● De sleuf voor SIM-kaarten van uw toestel is alleen geschikt voor standaard-SIM-kaarten. Wanneer u een micro-SIMkaart of een micro-SIM-kaart met een niet-goedgekeurde houder gebruikt, kunt u de SIM-kaartsleuf van het toestel beschadigen. ●● Wanneer u twee USIM-kaarten in het toestel plaatst, wordt de kaart in de tweede sleuf gebruikt voor een GPRS-netwerk. Het toestel in elkaar zetten 15 3 Plaats de batterij. 4 Plaats de achterklep terug. De batterij opladen Voordat u het apparaat voor het eerst gaat gebruiken of als de batterij langere tijd niet is gebruikt, moet u de batterij opladen. Hiervoor kunt u een reisadapter gebruiken. U kunt ook opladen door het toestel met een USB-kabel op een computer aan te sluiten. Gebruik alleen door Samsung goedgekeurde opladers en kabels. Bij gebruik van niet-goedgekeurde opladers of kabels bestaat het risico dat batterijen ontploffen of dat het toestel schade oploopt. Het toestel in elkaar zetten 16 Als de batterij bijna leeg is, laat het toestel een waarschuwingstoon horen en wordt er een bericht weergegeven. Laad de batterij op als u het toestel weer wilt gebruiken. ●● Als de batterij volledig ontladen is, kunt u het toestel niet inschakelen, zelfs niet tijdens het opladen van het toestel. Laat een lege batterij enkele minuten opladen voordat u probeert het toestel in te schakelen. ●● Als u meerdere applicaties tegelijk gebruikt, netwerkapplicaties gebruikt, of applicaties waarvoor een verbinding met een ander toestel is vereist, raakt de batterij snel leeg. Als u wilt voorkomen dat de verbinding met het netwerk wordt verbroken of er geen stroom meer is tijdens een gegevensoverdracht, moet u deze applicaties altijd gebruiken nadat de batterij volledig is opgeladen. ●● ››Opladen met een reisadapter 1 Steek het smalle uiteinde van de reisadapter in de multifunctionele aansluiting. Als u de reisadapter verkeerd aansluit, kan het toestel ernstig worden beschadigd. Schade veroorzaakt door verkeerd gebruik valt niet onder de garantie. Het toestel in elkaar zetten 17 2 Steek de stekker van de reisadapter in een stopcontact. Als de stroomvoorziening instabiel is wanneer het toestel wordt opgeladen, functioneert het aanraakscherm mogelijk niet. Als dit gebeurt, koppelt u de reisadapter van het toestel los. ●● Het toestel kan warm worden tijdens het opladen. Dit is normaal en heeft geen nadelige invloed op de levensduur of prestaties van het toestel. ●● Als uw toestel niet goed oplaadt, kunt u met het toestel en de oplader naar een Samsung Servicecenter gaan. ●● 3 Wanneer de batterij volledig is opgeladen, haalt u eerst de stekker van de adapter uit het toestel en vervolgens uit het stopcontact. Koppel de reisadapter altijd los van het toestel voordat u de batterij verwijdert. Als u de batterij verwijdert terwijl de reisadapter nog is aangesloten, kan het toestel worden beschadigd. Om energie te besparen, koppelt u de reisadapter los wanneer deze niet wordt gebruikt. De reisadapter heeft geen aan/uit-schakelaar, dus u moet de reisadapter uit het stopcontact halen om de stroomvoorziening te onderbreken. Het toestel moet zich in de buurt van het stopcontact bevinden tijdens het opladen. Het toestel in elkaar zetten 18 Over de oplaadpictogrammen voor de batterij Als u de batterij oplaadt terwijl het toestel is uitgeschakeld, geven de volgende pictogrammen de huidige oplaadstatus van de batterij aan: Opladen Volledig opgeladen ››Opladen met een USB-kabel Controleer voordat u met opladen begint of de computer is ingeschakeld. 1 Sluit het kleine uiteinde (micro-USB) van de USB-kabel aan op de multifunctionele aansluiting. 2 Sluit het grote uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-poort van een computer. Afhankelijk van het gebruikte type USB-kabel kan het even duren voordat het opladen wordt gestart. 3 Wanneer de batterij volledig is opgeladen, haalt u eerst de stekker van de USB-kabel uit het toestel en vervolgens uit de computer. Het toestel in elkaar zetten 19 ››Batterijverbruik verminderen Uw toestel beschikt over opties waarmee u het gebruik van de batterij kunt besparen. Als u deze opties aanpast en functies op de achtergrond uitschakelt, kunt u het toestel langer gebruiken voordat u het weer moet opladen: ●● Schakel over naar de slaapstand door op de aan/uit-toets te drukken, wanneer u het toestel niet gebruikt. ●● Sluit onnodige applicaties met taakbeheer. ●● Schakel de Bluetooth-functie uit. ●● Schakel de Wi-Fi-functie uit. ●● Schakel automatische synchronisatie van applicaties uit. ●● Verminder de verlichtingstijd. ●● Verminder de helderheid van het scherm. Een geheugenkaart plaatsen (optioneel) Uw toestel accepteert geheugenkaart met een maximale capaciteit van 32 GB. Afhankelijk van het type kaart en de kaartfabrikant, zijn sommige geheugenkaarten mogelijk niet compatibel met uw toestel. Samsung hanteert erkende industriestandaarden voor geheugenkaarten, maar sommige merken zijn mogelijk niet volledig compatibel met uw toestel. Als u een geheugenkaart gebruikt die niet compatibel is, kan uw toestel of uw geheugenkaart beschadigd raken. Opgeslagen gegevens op de geheugenkaart kunnen ook beschadigd raken. Het toestel in elkaar zetten 20 Uw toestel ondersteunt alleen de FAT-bestandsstructuur voor geheugenkaarten. Als u een geheugenkaart plaatst die met een andere bestandsstructuur is geformatteerd, wordt u gevraagd of u de kaart opnieuw wilt formatteren. ●● Veel schrijven en verwijderen van gegevens verkort de levensduur van geheugenkaarten. ●● Wanneer u een geheugenkaart in het toestel plaatst, wordt de bestandsmap van de geheugenkaart weergegeven in de map /sdcard/sd. ●● 1 Open het klepje van de geheugenkaartsleuf. 2 Plaats een geheugenkaart met de goudkleurige contactpunten naar boven gericht. 3 Duw de geheugenkaart in de geheugenkaartsleuf totdat de kaart vastklikt. 4 Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf. Het toestel in elkaar zetten 21 ››Een geheugenkaart verwijderen Controleer of de geheugenkaart op dat moment niet wordt gebruikt door het toestel. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Opslag → SD-kaart afmelden → OK. 2 Open het klepje van de geheugenkaartsleuf. 3 Duw voorzichtig op de geheugenkaart totdat deze loskomt van het toestel. 4 Verwijder de geheugenkaart. 5 Sluit het klepje van de geheugenkaartsleuf. Verwijder een geheugenkaart niet wanneer via het toestel gegevens worden overgedragen of geopend. Dit kan leiden tot verlies van gegevens en/of beschadiging van de kaart of het toestel. ››Een geheugenkaart formatteren Als u de geheugenkaart op een computer formatteert, kan de kaart incompatibel worden met uw toestel. Formatteer de geheugenkaart alleen in het toestel. Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Opslag → SD-kaart formatteren → SD-kaart formatteren → Alles verwijderen. Vergeet niet een back-up van alle belangrijke gegevens te maken voordat u de geheugenkaart formatteert. De fabrieksgarantie dekt geen schade door verlies van gegevens vanwege iets wat de gebruiker doet. Het toestel in elkaar zetten 22 Aan de slag Uw toestel in- of uitschakelen 1 Houd de aan/uit-toets ingedrukt. 2 Geef de PIN-code in die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt gekregen, en selecteer OK (indien nodig). Als u het toestel voor de eerste keer inschakelt, volgt u de instructies op het scherm om het toestel in te stellen. U moet u aanmelden bij Google of een Google-account maken op applicaties te gebruiken die verbinding maken met de Google/server. Als u het toestel wilt uitschakelen, houdt u de aan/uit-toets ingedrukt en selecteert u Uitschakelen → OK. Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen van geautoriseerd personeel op plaatsen waar het gebruik van draadloze apparatuur aan beperkingen onderhevig is, bijvoorbeeld in vliegtuigen en ziekenhuizen. ●● Als u alleen de diensten wilt gebruiken waarvoor geen netwerk is vereist, activeert u de vliegtuigstand. ► p. 129 ●● Aan de slag 23 Het aanraakscherm gebruiken Met het aanraakscherm van het apparaat kunt u eenvoudig items selecteren en functies uitvoeren. Hier krijgt u informatie over het aanraakscherm. Raak het aanraakscherm niet met uw vingertoppen aan en gebruik geen scherpe voorwerpen op het aanraakscherm. Dit kan het aanraakscherm beschadigen of ervoor zorgen dat dit niet meer goed werkt. ●● Zorg dat het aanraakscherm niet met andere elektrische apparaten in aanraking komt. Door elektrostatische ontladingen kan het aanraakscherm beschadigd raken. ●● Zorg dat het aanraakscherm niet in aanraking komt met vloeistoffen. Het aanraakscherm kan in vochtige omstandigheden of door blootstelling aan vloeistoffen worden beschadigd. ●● Als het aanraakscherm langere tijd standby staat, kan dit leiden tot nabeelden (ingebrande beelden op het scherm) of ghosting. Schakel het aanraakscherm uit wanneer u het apparaat niet gebruikt. ●● Om het aanraakscherm optimaal te kunnen gebruiken, dient u het beschermende folie te verwijderen alvorens u het toestel gebruikt. ●● Het aanraakscherm heeft een laag die kleine elektrische ladingen die door het menselijk lichaam worden veroorzaakt, detecteert. Voor de beste prestaties tikt u met uw vingertop op het aanraakscherm. Het aanraakscherm reageert niet als het door scherpe voorwerpen zoals een stylus of een pen wordt aangeraakt. ●● Aan de slag 24 U gebruikt de volgende technieken om het aanraakscherm te bedienen: Tik op Één keer aanraken om een menu, optie of applicatie te selecteren of te starten. Blijven aanraken Tik op een item en blijf dit langer dan 2 seconden aanraken. Slepen Tik op een item en verplaats het naar een nieuwe locatie. Dubbeltikken Tik snel twee keer op een item. Aan de slag 25 Vegen Scroll snel naar boven, beneden, links of rechts om door lijsten of schermen te bewegen. Samenknijpen Plaats twee vingers ver uit elkaar en breng ze naar elkaar toe. Het aanraakscherm wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u het toestel gedurende een bepaalde tijd niet gebruikt. Druk op de aan/uit-toets of de starttoets om het scherm weer in te schakelen. ●● U kunt de tijd instellen dat het toestel wacht voordat het scherm wordt uitgeschakeld. Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Display → Time-out scherm. ●● Aan de slag 26 Het aanraakscherm en de toetsen vergrendelen of ontgrendelen Wanneer u het toestel gedurende een bepaalde tijd niet gebruikt, schakelt het toestel het aanraakscherm uit en worden het aanraakscherm en de toetsen automatisch vergrendeld om onbedoelde bewerkingen te voorkomen. Als u het aanraakscherm en de toetsen handmatig wilt vergrendelen, drukt u op de aan/uittoets. Om te ontgrendelen, schakelt u het scherm in door op de aan/ uit-toets of starttoets te drukken en vervolgens met uw vinger te vegen. U kunt de functie voor het vergrendelen van het scherm inschakelen om te voorkomen dat andere gebruikers uw persoonlijke gegevens en informatie op uw toestel gebruiken of openen. ► p. 38 Het startscherm In het standby-scherm kunt u de status van het toestel zien en applicaties openen. Het standby-scherm bevat meerdere panelen. Scroll naar links of rechts om de panelen van het startscherm weer te geven. U kunt ook een stip onder aan het scherm selecteren om rechtstreeks naar het bijbehorende paneel te gaan. Aan de slag 27 ››Pictogrammen Welke pictogrammen op het scherm worden weergegeven, is afhankelijk van de regio en provider. Pictogram Betekenis Geen signaal Signaalsterkte / Geactiveerd type SIM- of USIM-kaart1 Verbonden met GPRS-netwerk Verbonden met EDGE-netwerk Verbonden met HSDPA-netwerk Wi-Fi-verbinding Bluetooth-functie geactiveerd GPS-services in gebruik Actieve oproep Gemiste oproep Aangesloten op computer Geen SIM- of USIM-kaart Nieuw bericht Alarm ingeschakeld Roaming (buiten het servicegebied) Stille stand actief (trillen) 1. Dit pictogram is afhankelijk van de instelling van uw SIM-kaart. Aan de slag 28 Pictogram Betekenis Stille stand actief (dempen) Vliegtuigstand actief Fout opgetreden of voorzichtigheid geboden Batterijlading ››Werken met het meldingenpaneel Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte met pictogrammen en sleept u het naar beneden. U kunt ook van SIMof USIM-kaart veranderen. U verbergt het paneel weer door de onderkant van het paneel omhoog te slepen. In het meldingenpaneel kunt u de huidige status van uw toestel weergeven en de volgende opties gebruiken: ●● Wi-Fi: de Wi-Fi-functie in- en uitschakelen. ► p. 128 ●● GPS: de GPS-functie in- en uitschakelen. ► p. 133 ●● Melodie: de stille stand in- en uitschakelen. U kunt uw apparaat dempen of instellen op trillen in de Stille stand. ●● Schermrotatie: toestaan of voorkomen dat het scherm draait wanneer u het toestel draait. ●● Melding: meldingspictogrammen verbergen of weergeven. ●● Mobiele gegevens: schakel de gegevensverbinding in of uit. ●● Bluetooth: de Bluetooth-functie aan- en uitzetten. ► p. 128 ●● Autostand: de autostand in- en uitschakelen. ●● Synchroniseren: het automatisch synchroniseren van applicaties in- of uitschakelen. Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. Aan de slag 29 ››Een item verplaatsen op het startscherm Blijf een item aanraken en sleep het naar een nieuwe locatie. ››Een item verwijderen uit het startscherm Blijf een item aanraken en sleep het naar de vuilnisbak. Aan de slag 30 ››Het paneel voor snelle toegang aanpassen U kunt het paneel voor snelle toegang onder aan het startscherm aanpassen door snelkoppelingen naar applicaties toe te voegen of verwijderen. ●● Als u een applicatiepictogram wilt verwijderen, blijft u het pictogram aanraken en sleept u het naar de prullenbak. ●● Als u een snelkoppeling naar een applicatie wilt toevoegen, blijft u de nieuwe snelkoppeling aanraken op het startscherm en sleept u het naar de lege locatie. ››Een paneel toevoegen aan of verwijderen uit het startscherm U kunt panelen toevoegen aan of verwijderen uit het startscherm om widgets in te delen. 1 Plaats op het startscherm twee vingers op het scherm en beweeg ze naar elkaar toe om over te schakelen naar de bewerkingsstand. 2 Panelen toevoegen, verwijderen of opnieuw indelen: Als u een paneel wilt verwijderen, tikt u op de miniatuurafbeelding van het paneel en blijft u de afbeeld aanraken. Sleep vervolgens de afbeelding naar de prullenbak. ●● Als u een nieuw paneel wilt toevoegen, selecteert u . ●● Als u het hoofdpaneel van het startscherm wilt instellen, . selecteert u ●● Als u de volgorde van de panelen wilt wijzigen, raakt u de miniatuurafbeelding van een paneel aan en sleept u deze naar de gewenste locatie. ●● 3 Druk op de terugtoets om terug te gaan naar het vorige scherm. Aan de slag 31 ››Widgets gebruiken Widgets zijn kleine applicaties op het startscherm die handige functies en informatie verschaffen. Voor sommige widgets wordt verbinding met webservices gemaakt. Als u een webwidget gebruikt, worden er mogelijk extra kosten in rekening gebracht. ●● Welke widgets beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Een widget toevoegen aan het startscherm 1 Selecteer in de lijst met applicaties Widgets om het widgetpaneel te openen. 2 Scroll naar links of rechts in het widgetpaneel om een widget te zoeken. 3 Blijf een widget aanraken om deze toe te voegen aan het startscherm. Een snelkoppeling voor instellingen toevoegen aan het startscherm U kunt snelkoppelingen naar vaak gebruikte instellingen toevoegen aan het startscherm. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Widgets om het widgetpaneel te openen. 2 Blijf Instellingen sneltoets aanraken en laat dit los op het startscherm. 3 Selecteer een instelling, zoals Bluetooth of Wi-Fi. Aan de slag 32 Applicaties openen Applicaties openen en volledig gebruikmaken van de functies op uw toestel. U kunt de lijst met applicaties aanpassen aan uw voorkeuren, of applicaties downloaden van internet om de functionaliteit van uw toestel te verbeteren. 1 Selecteer in het startscherm Apps om de lijst met applicaties te openen. 2 Scroll naar links of naar rechts naar een menuscherm. U kunt ook een stip onder aan het scherm selecteren om rechtstreeks naar het bijbehorende scherm te gaan. 3 Selecteer een applicatie. 4 Druk op de terugtoets om terug te gaan naar het vorige scherm. Druk op de starttoets om terug te gaan naar het startscherm. ●● U kunt een snelkoppeling naar een applicatie toevoegen aan het startscherm door een pictogram te blijven aanraken in de lijst met applicaties. ●● Als u het toestel draait terwijl u bepaalde functies gebruikt, wordt de interface ook gedraaid. Om te voorkomen dat de interface draait, selecteert u Instellingen → Display → Scherm automatisch draaien. ●● Terwijl u het toestel gebruikt, kunt u een schermafbeelding maken door tegelijkertijd de starttoets en de aan/uit-toets ingedrukt te houden. De afbeelding wordt opgeslagen in Mijn bestanden → sdcard → Pictures → Screenshots. Aan de slag 33 ››Applicaties ordenen U kunt de volgorde van applicaties wijzigen in de lijst met applicaties of ze groeperen in categorieën. 1 Druk in de lijst met applicaties op de optietoets en selecteer Bewerken. 2 Blijf het pictogram van een applicatie aanraken. 3 Applicaties ordenen: Als u een applicatie wilt verplaatsen, sleept u deze naar de nieuwe locatie. ●● Als u de applicatie wilt toevoegen aan een nieuwe map. sleept u de applicatie naar . ●● Als u de applicatie naar een nieuw paneel wilt verplaatsen, sleept u de applicatie naar . ●● Als u de applicatie wilt verwijderen, sleept u deze naar . Als u het applicatiepictogram naar sleept, wordt er informatie over de applicatie weergegeven. ●● 4 Selecteer Opsl. ››Een applicatie verwijderen 1 Druk in de lijst met applicaties op de optietoets en selecteer Verwijderen. 2 Selecteer op het pictogram van een applicatie en selecteer OK. U kunt alleen de applicaties verwijderen die u hebt gedownload. ››Onlangs gebruikte applicaties openen 1 Houd de starttoets ingedrukt om de applicaties weer te geven die u onlangs hebt geopend. 2 Selecteer een applicatie. Aan de slag 34 Meerdere applicaties starten U kunt met het toestel met meerdere applicaties tegelijk werken. Als u meerdere applicaties wilt openen, drukt u op de starttoets terwijl u een applicatie gebruikt. Selecteer vervolgens een andere applicatie die u wilt starten vanuit het startscherm. ››Applicaties beheren U kunt meerdere applicaties beheren met Taakbeheer. 1 Blijf de starttoets aanraken en selecteer Taakbeheer → Actieve applicaties. Taakbeheer wordt gestart en geeft de actieve applicaties weer. 2 Actieve applicaties beheren: Als u een andere applicatie wilt gebruiken, selecteert u er een in de lijst. ●● Selecteer Stop om een applicatie te sluiten. ●● Selecteer Alles stoppen om alle actieve applicaties te sluiten. ●● De instellingen van het toestel aanpassen Haal meer uit uw toestel door de instellingen aan uw voorkeuren aan te passen. ››De weergavetaal wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Taal en invoer → Taal. 2 Selecteer een taal. Aan de slag 35 ››De aanraaktoon in- of uitschakelen Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Geluid → Aanraakgeluiden. ››Het volume van het toestel aanpassen 1 Druk de volumetoets omhoog of omlaag. 2 Selecteer en sleep de schuifregelaars om het volumeniveau voor elk geluid aan te passen. ››De beltoon wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Geluid → Beltoon. 2 Selecteer een SIM- of USIM-kaart → Beltoon apparaat. 3 Selecteer een beltoon → OK. ››Overschakelen naar de stille stand U kunt de geluiden van uw toestel op een van de volgende manieren uit- of inschakelen: ●● Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte met pictogrammen en sleept u het naar beneden. Selecteer vervolgens Melodie. ●● Houd de aan/uit-toets ingedrukt en selecteer . Aan de slag 36 ››Een achtergrond voor het startscherm selecteren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → 2 Achtergrond → Startscherm. Selecteer een afbeeldingsmap → een afbeelding. ››Het lettertype wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Display → Letterstijl. 2 Selecteer een lettertype → Ja. ››De helderheid van het scherm aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Display → Helderheid. 2 Sleep de schuifregelaar naar links of rechts. 3 Selecteer OK. Als het scherm op een hoog helderheidsniveau is ingesteld, raakt de batterij van het toestel sneller leeg. Aan de slag 37 ››Het toestel vergrendelen U kunt het toestel vergrendelen door het schermvergrendelingsfunctie te activeren. Als u uw wachtwoord vergeet, moet u het toestel bij een Samsung Servicecenter laten resetten. ●● Samsung is niet verantwoordelijk voor verlies van wachtwoorden of privégegevens of andere schade die door illegale software wordt veroorzaakt. ●● Een ontgrendelingspatroon instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Schermvergrendeling → Patroon. 2 Bekijk de instructies en voorbeeldpatronen op het scherm en selecteer Volgende. 3 Teken een patroon door ten minste 4 punten met elkaar te verbinden en selecteer Doorgaan. 4 Teken het patroon nogmaals om het te bevestigen en selecteer Bevestigen. 5 Voltooi het instellen van de reserve-PIN-code. Als u uw ontgrendelingspatroon vergeet, kunt u de schermvergrendelingsfunctie uitschakelen met een reservePIN-code. Een ontgrendelingspincode instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Schermvergrendeling → Geef PIN-code in. 2 Geef een nieuwe PIN-code in en selecteer Doorgaan. 3 Geef de PIN-code nogmaals in en selecteer OK. Aan de slag 38 Een ontgrendelingswachtwoord instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Schermvergrendeling → Wachtwoord. 2 Geef een nieuw wachtwoord (alfanumeriek) op en selecteer Doorgaan. 3 Geef het wachtwoord nogmaals in en selecteer OK. ››De SIM- of USIM-kaart vergrendelen U kunt het toestel vergrendelen met de pincode die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt gekregen. Als de SIM- of USIM-kaartvergrendeling is ingeschakeld, moet u telkens bij het inschakelen van het toestel de PIN-code ingeven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → SIM-kaartvergrendeling instellen. Selecteer een SIM- of USIM-kaart → SIM-kaart vergrendelen. 2 3 Geef uw PIN-code in en selecteer OK. Als u te vaak een onjuiste PIN-code ingeeft, wordt de SIMof USIM-kaart geblokkeerd. In dat geval moet u een PUKcode (PIN Unlock Key) ingeven om de blokkering van de kaart op te heffen. ●● Als u een onjuiste PUK-code voor de SIM- of USIMkaart ingeeft, moet u de blokkering van de kaart bij de serviceprovider laten opheffen. ●● Aan de slag 39 ››De functie Mobiel apparaat zoeken inschakelen Wanneer iemand een andere SIM-kaart of USIM-kaart in het verloren of gestolen toestel plaatst, stuurt de functie Mijn telefoon zoeken het nummer automatisch naar een aantal ingestelde contacten, zodat u het toestel kunt opsporen. Als u deze functie wilt gebruiken, hebt u een Samsung-account nodig om het toestel op afstand te regelen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Beveiliging → Waarschuwing SIM-kaart vervangen. 2 Selecteer Inloggen. Selecteer Nieuw account om een Samsung-account te maken. 3 Geef het e-mailadres en wachtwoord voor uw Samsungaccount in en selecteer Log in. 4 Sleep de schakelaar Waarschuwing SIM-kaart vervangen naar rechts. 5 Selecteer Waarschuwingsbericht. 6 Geef het tekstbericht in dat u naar de ontvangers wilt verzenden en selecteer OK. 7 Voeg ontvangers toe: Selecteer Maken en geef telefoonnummers handmatig in, waaronder de landcode en het +-symbool. ●● Selecteer telefoonnummers in uw contactenlijst door Contacten te selecteren. ●● 8 Selecteer Opslaan. Aan de slag 40 Van SIM- of USIM-kaart veranderen Wanneer u twee SIM- of USIM-kaarten in het toestel plaatst, kunt u van de ene kaart naar de andere schakelen. U schakelt van de ene SIM- of USIM-kaart naar de andere door het meldingenpaneel te openen en het pictogram van een SIM-kaart te selecteren. Doe dit niet wanneer er net berichten of gegevens worden uitgewisseld met het netwerk. ››De SIM- of USIM-kaart activeren 1 Open in de standby-stand de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → SIM-kaartbeheer. 2 Selecteer een SIM- of USIM-kaart en schakel het selectievakje naast Inschakelen in. ››De naam en het pictogram van een SIM- of USIMkaart wijzigen 1 Open in de standby-stand de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → SIM-kaartbeheer. 2 Selecteer een SIM- of USIM-kaart en selecteer vervolgens de naam van de SIM- of USIM-kaart. 3 Selecteer Pictogram selecteren → een pictogram. 4 Selecteer Naam registreren, wijzig de naam van de SIM- of USIM-kaart en selecteer OK. Aan de slag 41 ››De instellingen voor de SIM- of USIM-kaart wijzigen 1 Open in de standby-stand de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → SIM-kaartbeheer. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Inkomende oproepen ontvangen Instellen of inkomende oproepen van de andere SIM- of USIM-kaart zijn toegestaan tijdens het gebruik van gegevensdiensten met een SIM- of USIM-kaart. U kunt alleen oproepen ontvangen wanneer de andere SIM- of USIM-kaart (die niet voor gegevensdiensten is) verbinding heeft met een GPRS-netwerk. Gegevensservicenetwerk Een SIM- of USIM-kaart selecteren voor gegevensdiensten. Hiermee kunt u instellen of inkomende Dubbele SIM altijd oproepen van de andere SIM- of USIM-kaart zijn toegestaan tijdens een aan2 gesprek. 2. Afhankelijk van uw serviceprovider kan het menu een andere naam hebben. Aan de slag 42 Tekst ingeven U kunt tekst ingeven door woorden in de microfoon te spreken, door tekens op het virtuele toetsenbord te selecteren of door te schrijven op het scherm. Tekstinvoer wordt in sommige talen niet ondersteund. Als u tekst wilt ingeven, moet u de invoertaal wijzigen in een van de ondersteunde talen. ››De tekstinvoermethode wijzigen 1 Tik in een tekstveld op het gedeelte met pictogrammen en 2 veeg dit naar beneden om het meldingscherm te openen. Selecteer Invoermethode selecteren → een tekstinvoermethode. ››Tekst ingeven met de Google-functie voor tekstinvoer met uw stem 1 Spreek in de microfoon. 2 Selecteer Gereed wanneer u klaar bent. Als u invoertalen voor de spraakherkenning wilt toevoegen, selecteert u de taal → Meer talen toevoegen. Aan de slag 43 ››Tekstinvoer met het Samsung-toetsenbord 1 Tik in een tekstveld op het gedeelte met pictogrammen en 2 veeg dit naar beneden om het meldingscherm te openen. Selecteer Invoermethode selecteren → Invoermethoden configureren en selecteer naast Samsung-toetsenbord → Staande toetsenbordtypen → een toetsenbordtype. 3 Geef tekst in door alfanumerieke toetsen te selecteren. U kunt tevens de volgende toetsen gebruiken: Nummer Functie 1 Schakelen tussen hoofdletters en kleine letters. 2 Schakelen tussen invoermodi voor tekst. 3 De toetsenbordinstellingen openen; blijf aanraken als u wilt overschakelen naar de handschriftstand, tekst wilt ingeven met uw stem of het klembord wilt openen. 4 Uw invoer wissen. 5 Op een nieuwe regel beginnen. 6 Een spatie invoegen. De functies van deze toets kunnen per serviceprovider verschillen. Wanneer de modus Voorspellende tekst (XT9) is ingeschakeld, kunt u de doorlopende invoer gebruiken. Hiermee kunt u tekst ingeven door over het toetsenbord te vegen. ► p. 136 Aan de slag 44 Wanneer u tekst ingeeft met het 3x4 toetsenbord, kunt u de volgende standen gebruiken: Stand Functie ABC 1. Selecteer om over te schakelen naar de ABC-stand. 2. Selecteer een bijbehorende virtuele toets totdat de gewenste tekens worden weergegeven. Nummer Symbool 1. Selecteer om over te schakelen naar de cijferstand. 2. Selecteer een nummer. U kunt nummers ingeven door in de ABC-stand een virtuele toets te blijven aanraken. 1. Selecteer om over te schakelen naar de symboolstand. 2. Selecteer ◄ of ► om naar de gewenste symboolset te scrollen. 3. Selecteer een symbool. ››Tekst kopiëren en plakken U kunt tekst vanuit een tekstveld kopiëren en plakken in een andere applicatie. 1 Tik op het gewenste stuk tekst en blijf het even aanraken. 2 Sleep of om de tekst te selecteren die u wilt kopiëren. 3 Selecteer of om de tekst toe te voegen aan het klembord. 4 Plaats in een andere applicatie de cursor op het punt waar de 5 tekst moet worden ingevoegd. Selecteer → Plakken om de tekst van het klembord in het tekstveld te plakken. Aan de slag 45 Communiceren Bellen Hier vindt u informatie over het gebruik van de telefoniefuncties, zoals bellen en gebeld worden, welke opties er tijdens een oproep beschikbaar zijn en het gebruik van de mogelijkheden die met bellen samenhangen. Schakel de nabijheidssensor in om het aanraakscherm te vergrendelen als u het toestel in de buurt van uw gezicht houdt om ongewenste invoer te voorkomen. ► p. 54 ●● Statische elektriciteit van uw lichaam of kleding kan storing met de nabijheidssensor veroorzaken tijdens een oproep. ●● ››Bellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsenbord en geef een regiocode en een telefoonnummer in. 2 Selecteer of om een spraakoproep te starten. Als u een video-oproep wilt doen, selecteert u . 3 Selecteer een applicatie die u wilt gebruiken om de oproep te plaatsen (indien nodig). 4 Selecteer Einde om de oproep te beëindigen. U kunt de nummers die u regelmatig belt, opslaan in de lijst met contacten. ► p. 87 ●● Als u de oproepenlijst wilt openen om een onlangs gebeld nummer, opnieuw te kiezen, selecteert u Telefoon → Logbestanden. ●● Communiceren 46 ››Oproepen aannemen 1 Selecteer tijdens een inkomende oproep buiten de grote cirkel. en sleep uw vinger Druk op de volumetoets om de beltoon te dempen. 2 Selecteer Einde om de oproep te beëindigen. ››Een oproep weigeren Selecteer tijdens een inkomende oproep en sleep uw vinger buiten de grote cirkel. Als u een bericht naar de beller wilt verzenden wanneer u een oproep weigert, sleept u de berichtenbalk voor weigeren onder aan het scherm naar boven. U kunt een van de vooraf ingestelde berichten selecteren of uw eigen berichten maken. ► p. 54 ››Een internationale oproep plaatsen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Toetsenbord en tik op 0 en blijf dit aanraken om het +-teken in te voegen. 2 Geef een volledig nummer in (landcode, regiocode en telefoonnummer). 3 Selecteer of om het nummer te bellen. Communiceren 47 ››Een headset gebruiken Sluit een headset aan op uw toestel om oproepen gemakkelijk te beantwoorden en beheren. ●● Druk op de headsetknop om een oproep aan te nemen. ●● Houd de headsetknop ingedrukt om een oproep te weigeren. ●● Als u een oproep in de wacht wilt zetten of uit de wacht wilt halen, houdt u de headsetknop ingedrukt. ●● Als u een oproep wilt beëindigen, drukt u ook op de headsetknop. ››Beschikbare opties tijdens een oproep Tijdens een spraakoproep kunt u de volgende opties gebruiken: Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. Druk de volumetoets omhoog of omlaag om het stemvolume te regelen. ●● Selecteer om een oproep in de wacht te zetten. Selecteer om een oproep weer uit de wachtstand te halen. ●● Als u een tweede nummer wilt bellen, selecteert u Nieuwe oproep en belt u een nieuw nummer. ●● Selecteer Wissel om tussen de twee oproepen te schakelen. ●● Als u een tweede oproep wilt beantwoorden, selecteert u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel wanneer de wisselgesprektoon wordt weergegeven. De eerste oproep wordt automatisch in de wacht geplaatst. U kunt de wisselgesprekfunctie alleen gebruiken als u hierop bent geabonneerd. ●● Selecteer Keypad om het belscherm te openen. ●● Selecteer Luidspreker om de luidsprekerfunctie te activeren. In rumoerige omgevingen kan het lastig zijn om de luidsprekerfunctie te gebruiken. Gebruik dan voor betere geluidsprestaties de normale telefoonstand. ●● Communiceren 48 U kunt de microfoon uitschakelen zodat degene aan de andere kant van de lijn u niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen. ●● Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek, selecteert u Headset. ●● Als u een oproep met meerdere bellers (vergaderoproep) wilt starten, belt u een tweede nummer of beantwoordt u een tweede oproep en selecteert u Samenvoegen wanneer u verbinding met deze tweede persoon hebt. Herhaal dit als u meer bellers wilt toevoegen. Voor het gebruik van deze telefonische vergaderfunctie moet u hierop wel geabonneerd zijn. ●● Als u de contactenlijst wilt openen, drukt u op de optietoets en selecteert u Contacten. ●● Als u het bericht wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en selecteert u Notitie. ●● U kunt de huidige beller met een beller in de wacht verbinden door op de optietoets te drukken en Doorverbinden te selecteren. De verbinding met beide bellers wordt verbroken. ●● ››Beschikbare opties tijdens een video-oproep U kunt de volgende opties gebruiken tijdens een actieve videooproep: Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. Als u wilt schakelen tussen de voor- en achtercamera, selecteert u Van camera wisselen. ●● U kunt de microfoon uitschakelen zodat degene aan de andere kant van de lijn u niet kan horen. Selecteer hiervoor Dempen. ●● Als u uw afbeelding wilt verbergen voor degene aan de andere kant van de lijn, drukt u op de optietoets en selecteert u Mij verbergen. ●● Als u een alternatieve afbeelding wilt selecteren die aan de degene aan de andere kant van de lijn wordt weergegeven, drukt u op de optietoets en selecteert u Uitgaande afbeelding. ●● Communiceren 49 Als u het kiesvenster wilt openen, drukt u op de optietoets en selecteert u Toetsen. ●● Als u de Bluetooth-headset wilt gebruiken voor het gesprek, drukt u op de optietoets en selecteert u Overschakelen naar headset. ●● Als u de luidsprekerfunctie wilt uitschakelen, drukt u op de optietoets en selecteert u Luidspreker uit. ●● Blijf de afbeelding van de andere beller aanraken om de volgende opties te gebruiken: -- Als u de afbeelding van de andere beller wilt vastleggen, selecteert u Afbeelding vastleggen. -- Als u een video wilt opnemen van het beeld van de ander beller, selecteert u Video opnemen. In veel landen en regio's is het illegaal om zonder toestemming een gesprek op te nemen. Vraag daarom altijd toestemming aan degene waarmee u belt voor u een gesprek opneemt. ●● ››Gemiste oproepen weergeven en de bijbehorende nummers terugbellen Uw toestel geeft gemiste oproepen weer. Als u wilt terugbellen, tikt u op het gedeelte met pictogrammen en sleept u het naar beneden om het meldingenpaneel te openen. Selecteer vervolgens de melding van de gemiste oproep. ››Automatische weigering instellen Met de automatische weigerfunctie kunt u oproepen van bepaalde nummers automatisch weigeren. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon. 2 Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen → Oproep weigeren. Communiceren 50 3 Sleep de schakelaar Autom. weigerstand naar rechts. 4 Selecteer Autom. weigerstand → een optie. Optie Functie Alle nummers Alle oproepen weigeren. Nrs voor autom. weigeren Oproepen weigeren van telefoonnummers op de automatische blokkeerlijst. 5 Selecteer Lijst voor automatisch weigeren. 6 Selecteer Nieuw. 7 Geef een nummer in en selecteer Gereed. 8 U kunt de criteria instellen voor het nummer. 9 Herhaal stap 6-7 om meer nummers toe te voegen. ››De FDN-modus (Fixed Dialling Number) activeren In de FDN-modus voorkomt uw toestel dat uitgaande nummers worden gemaakt die niet zijn opgeslagen in de FDN-lijst op uw SIM- of USIM-kaart. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon. 2 Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen → Extra instellingen. 3 Selecteer een SIM- of USIM-kaart → FDN-nummers. 4 Selecteer FDN inschakelen. 5 Geef de PIN2-code in die u bij de SIM- of USIM-kaart hebt gekregen en selecteer OK. 6 Selecteer FDN-lijst en voeg contacten toe. Communiceren 51 ››Oproepen doorschakelen Doorschakelen is een netwerkfunctie waarmee inkomende oproepen naar een door u opgegeven nummer worden doorgestuurd. U kunt deze functie apart instellen voor verschillende omstandigheden. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon. 2 Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen → Oproepen doorschakelen → een oproeptype. 3 Selecteer een voorwaarde. 4 Geef een nummer in waarnaar u oproepen wilt doorschakelen en selecteer Aanzetten. Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden. ››Oproepen blokkeren Oproepen blokkeren is een netwerkfunctie waarmee bepaalde soorten oproepen kunnen worden geblokkeerd of waarmee u kunt voorkomen dat anderen met uw toestel kunnen bellen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon. 2 Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen → Extra instellingen. 3 Selecteer een SIM- of USIM-kaart → Oproepen blokkeren → een oproeptype. 4 Selecteer een optie voor oproepen blokkeren. 5 Geef een blokkeerwachtwoord op en selecteer OK. Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden. Communiceren 52 ››Wisselgesprek instellen Wisselgesprek is een netwerkfunctie waarmee u tijdens een oproep een melding krijgt als er een nieuwe oproep binnenkomt. Deze functie werkt alleen voor spraakoproepen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon. 2 Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen → Extra instellingen. 3 Selecteer een SIM- of USIM-kaart → Wisselgesprek. Uw instellingen worden naar het netwerk verzonden. ››Logbestanden met oproepen en berichten weergeven U kunt logbestanden met uw oproepen en berichten gefilterd op type weergeven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon → Logbestanden. 2 Druk op de optietoets en selecteer Weergave. 3 Selecteer een SIM- of USIM-kaart → een optie. U kunt een oproep plaatsen of een bericht naar een contact verzenden door naar links of rechts te scrollen in een logboekvermelding. 4 Selecteer een logboekvermelding om de details te bekijken. Vanuit de detailweergave kunt u een oproep plaatsen, een bericht naar het nummer sturen of het nummer aan het contactenlijst of de lijst voor automatisch weigeren toevoegen. Communiceren 53 ››Oproepinstellingen aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Telefoon. 2 Druk op de optietoets en selecteer Oproep-instellingen. 3 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Oproep weigeren Stel deze optie in om oproepen automatisch te weigeren van ingestelde telefoonnummer. U kunt telefoonnummers toevoegen aan de lijst voor automatisch weigeren. Weigerberichten instellen Het bericht toevoegen of bewerken dat wordt verzonden wanneer u een oproep weigert. Belsignaal → Oproeptrilstand Het toestel instellen op trillen als de andere partij een oproep beantwoordt. Belsignaal → Statustonen oproep Instellen dat het toestel een waarschuwing geeft voor de oproepstatus tijdens een oproep. Belsignaal → Waarschuwing bij oproep Melding selecteren waarmee het toestel u waarschuwt voor gebeurtenissen tijdens een oproep. Antwoord/einde oproep → Toets voor antwoorden Instellen dat oproepen kunnen worden aangenomen door op de starttoets te drukken. Antwoord/einde oproep → Aan/uittoets einde oproep Instellen dat een oproep wordt beëindigd wanneer u op de aan/uittoets drukt. Scherm autom. uit tijdens oproep Hier stelt u in dat de nabijheidssensor wordt ingeschakeld tijdens een oproep. Communiceren 54 Optie Functie Accessoireinstell. oproep → Automatisch beantwoorden Instellen dat een oproep na een bepaalde periode automatisch wordt aangenomen (alleen beschikbaar wanneer een headset is aangesloten). Accessoire-instell. Selecteren na hoeveel tijd het oproep → Timer toestel oproepen beantwoordt. autom. beantwoorden Accessoire-instell. oproep → Voorw. uitgaande oproepen Instellen dat uitgaande oproepen worden toegestaan met een Bluetooth-headset, zelfs als uw toestel is vergrendeld. Accessoire-instell. oproep → Uitgaand oproeptype Het type uitgaande oproepen selecteren dat u kunt uitvoeren als u een Bluetooth-headset gebruikt. Oproepen doorschakelen Instellen dat inkomende oproepen worden doorgeschakeld naar een opgegeven nummer. Extra instellingen → Beller-id Hier stelt u in dat bij uitgaande oproepen de andere partij kan zien wie er belt. Extra instellingen → Oproepen blokkeren Instellen dat oproepen worden beperkt op oproeptype. Extra instellingen → Wisselgesprek Melding instellen waarmee het toestel u waarschuwt voor inkomende oproepen tijdens een oproep. Extra instellingen → Automatisch herhalen Instellen dat een nummer automatisch opnieuw wordt gebeld als de verbinding niet tot stand is gebracht of als de verbinding is verbroken. Communiceren 55 Optie Functie Extra instellingen → FDN-nummers FDN-modus inschakelen om oproepen naar telefoonnummers te voorkomen die niet in de FDN-lijst staan op de SIM- of USIM-kaart. Extra instellingen → Autom. netnummer Instellen dat een voorvoegsel (netnummer of landcode) automatisch wordt ingevoegd voor een telefoonnummer. Afbeelding videooproep Een alternatieve afbeelding selecteren die aan de andere partij wordt getoond. Eigen video in ontvangen oproep Instellen om uw live afbeelding weer te geven aan de ander partij. Instellen dat een spraakoproep Opties voor mislukte moet worden uitgevoerd wanneer gesprekken gebruiken er geen verbinding kan worden gemaakt voor een video-oproep. Trillen Instellen dat het toestel trilt wanneer voicemails worden ontvangen. Voicemail → Voicemailservice Een voicemailserviceprovider selecteren. Voicemail → Voicemailinstellingen Geef het voicemailservernummer in. U krijgt dit nummer van uw provider. Accounts Instellen om IP-oproepen te accepteren en uw accounts in te stellen voor IP-oproepservices. Internetbellen gebruiken Instellen dat IP-oproepservices voor alle oproepen worden gebuikt of alleen voor IP-oproepen. Communiceren 56 Berichten Informatie over hoe u SMS- en MMS-berichten kunt opstellen en verzenden en hoe u verzonden en ontvangen berichten kunt weergeven en beheren. Voor SMS-berichten die u buiten uw eigen servicegebied verstuurt of ontvangt, moet u wellicht extra betalen. Raadpleeg uw provider voor meer informatie. ››Een SMS-bericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Bericht → 2 Voeg ontvangers toe: . Geef telefoonnummers handmatig in en scheid ze van elkaar met een puntkomma of een komma. ●● Selecteer telefoonnummers in uw oproep-, berichten- of contactlijst door te selecteren. ●● 3 Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in. Als u emoticons wilt ingeven, drukt u op de optietoets en selecteert u Smiley invoegen. 4 Selecteer of om het bericht te verzenden. ››Een MMS-bericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Bericht → 2 Voeg ontvangers toe: . Geef telefoonnummers handmatig in en scheid ze van elkaar met een puntkomma of een komma. ●● Selecteer telefoonnummers in uw oproep-, berichten- of contactlijst door te selecteren. Wanneer u een e-mailadres ingeeft, wordt het bericht omgezet in een MMS-bericht. ●● Communiceren 57 3 Selecteer het tekstveld en geef de berichttekst in. Als u emoticons wilt ingeven, drukt u op de optietoets en selecteert u Smiley invoegen. 4 Selecteer en voeg een bestand toe. 5 Druk op de optietoets en selecteer Onderwerp toevoegen en geef een onderwerp in. 6 Selecteer of om het bericht te verzenden. ››Een SMS- of MMS-bericht weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Bericht. Uw berichten worden per contact gerangschikt als berichtenthread. 2 Selecteer een contact. 3 Selecteer een multimediabericht om meer details weer te geven. ››Luisteren naar een voicemailbericht Als u uw toestel hebt ingesteld om gemiste oproepen door te schakelen naar de voicemailserver, kunnen bellers voicemailberichten achterlaten wanneer u oproepen mist. 1 Open de lijst met applicaties en selecteer Telefoon → Toetsenbord en blijf vervolgens 1 aanraken. 2 Volg de aanwijzingen van de voicemailserver. U moet het nummer van de voicemailserver opslaan voordat u naar de voicemailserver gaat. Neem contact op met uw serviceprovider voor het nummer. Communiceren 58 Google Mail Informatie over berichten verzenden of weergeven via de webmailservice Google Mail™. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● De naam van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● ››Een e-mailbericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Google Mail → . 2 Selecteer het ontvangersveld en geef een e-mailadres in. 3 Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in. 4 Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in. 5 Druk op de optietoets en selecteer Bestand bijvoegen en voeg een bestand toe. 6 Als u een bericht wilt verzenden, selecteert u . Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt, wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u weer online en in uw servicegebied bent. ››Een e-mailbericht weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Google Mail. 2 Selecteer om de berichtenlijst bij te werken. 3 Selecteer een e-mailbericht. Communiceren 59 In de berichtweergave hebt u de volgende opties: ●● Scroll naar rechts of links als u naar het volgende of vorige bericht wilt gaan. ●● Als u het bericht wilt toevoegen aan de favorietenlijst, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt beantwoorden en naar alle ontvangers een antwoord wilt sturen, selecteert u → Allen antw. ●● Als u het bericht wilt doorsturen naar andere personen, selecteert u → Doorsturen. ●● Als u het bericht wilt archiveren, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u . ●● Als u een label aan het bericht wilt toevoegen, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt markeren als ongelezen, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt markeren als belangrijk, drukt u op de optietoets en selecteert u Markeren als belangrijk. ●● Als u het bericht wilt verbergen, drukt u op de optietoets en selecteert u Negeren. Als u verborgen berichten wilt weergeven, selecteert u → Alle e-mail in de lijst met labels. ●● Als u het bericht wilt toevoegen aan de spamlijst, drukt u op de optietoets en selecteert u Spam rapporteren. ●● Als u de e-mailinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de optietoets en selecteert u Instellingen. ●● Als u een bijlage wilt weergeven, selecteert u WEERGEVEN. Als u het bericht wilt opslaan op uw toestel, selecteert u OPSLAAN. E-mail Leer hoe u e-mailberichten via uw persoonlijke of zakelijke e-mailaccount kunt verzenden en bekijken. ››Een e-mailaccount instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties E-mail. 2 Geef uw e-mailadres en wachtwoord in. Communiceren 60 3 Selecteer Volgende. Als u uw accountgegevens handmatig wilt ingeven, selecteert u Handm. instell. 4 Volg de instructies op het scherm. Als u klaar bent met het instellen van de e-mailaccount, worden de e-mailberichten naar uw toestel gedownload. Als u twee of meer accounts hebt gemaakt, kunt u schakelen tussen e-mailaccounts. Selecteer boven aan het scherm een accountnaam en selecteer de account waarvoor u de berichten wilt ophalen. ››Een e-mailbericht verzenden 1 Selecteer in de lijst met applicaties E-mail → 2 Voeg ontvangers toe: . Geef e-mailadressen handmatig in en scheid ze van elkaar met een puntkomma of een komma. ●● Selecteer om e-mailadressen te selecteren vanuit uw lijsten met oproepen, berichten of contacten. ●● 3 Selecteer het onderwerpveld en geef een onderwerp in. 4 Selecteer het tekstveld en geef de e-mailtekst in. 5 Selecteer en voeg een bestand toe. 6 Als u een bericht wilt verzenden, selecteert u . Als u offline bent of zich buiten het servicegebied bevindt, wordt het bericht in de berichtenthread bewaard totdat u weer online en in uw servicegebied bent. ››Een e-mailbericht weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties E-mail. 2 Selecteer om de berichtenlijst bij te werken. 3 Selecteer een e-mailbericht. Communiceren 61 In de berichtweergave hebt u de volgende opties: ●● Scroll naar rechts of links als u naar het volgende of vorige bericht wilt gaan. ●● Als u het bericht wilt beantwoorden, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt beantwoorden en naar alle ontvangers een antwoord wilt sturen, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt doorsturen naar andere personen, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt verwijderen, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt markeren als belangrijk, selecteert u . ●● Als u het bericht wilt markeren als ongelezen, drukt u op de optietoets en selecteert u Markeren als Ongelezen. ●● Als u het bericht naar een andere map wilt verplaatsen, drukt u op de optietoets en selecteert u Verplaatsen. ●● Als u het bericht op uw toestel wilt opslaan, drukt u op de optietoets en selecteert u E-mail opslaan. Het bericht wordt opgeslagen in Mijn bestanden → sdcard → Saved Email. ●● Als u het bericht wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op de optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen compatibel met bepaalde Samsung-printers. ●● Als u een nieuw bericht wilt maken, drukt u op de optietoets en selecteert u Samenstellen. ●● Als u de e-mailadressen van de ontvangers wilt opslaan in het telefoonboek als een groep contacten, drukt u op de optietoets en selecteert u Opslaan als groep. ●● Als u de e-mailinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de optietoets en selecteert u Instellingen. ●● Als u de bijlage wilt opslaan op uw toestel, selecteert u het tabblad met de bijlage → . Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van de e-mailaccount. Communiceren 62 Talk Hier vindt u informatie over het verzenden en ontvangen van chatberichten aan vrienden en familie met de chatservice Google Talk™. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ››Uw status instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Talk. 2 Selecteer een Google-account. 3 Selecteer uw naam boven aan de lijst met vrienden. 4 Pas uw status, afbeelding en bericht aan. ››Een contact aan de vriendenlijst toevoegen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Talk → . 2 Geef het e-mailadres van een vriend in en selecteer GEREED. Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, wordt hij of zij aan uw vriendenlijst toegevoegd. Communiceren 63 ››Een gesprek beginnen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Talk. 2 Selecteer een contact in de vriendenlijst. Het chatscherm wordt geopend. 3 Geef een bericht in en verzend het. Als u meer contacten wilt toevoegen het gesprek, drukt u op de optietoets en selecteert u Toevoegen aan chat. ●● Als u wilt schakelen tussen actieve gesprekken, scrollt u naar links of rechts. ●● Als u videochat wilt gebruiken, selecteert u . ●● Als u spraakchat wilt gebruiken, selecteert u . ●● 4 Druk op de optietoets en selecteer Chat beëindigen om het gesprek te beëindigen. ChatON Hier vindt u informatie over het gebruikt van ChatON om chatberichten te verzenden naar en te ontvangen van een apparaat dat een mobiel nummer heeft. 1 Selecteer in de lijst met applicaties ChatON. Als dit de eerste keer is dat u deze applicatie start, volgt u de instructies op het scherm om het account in te stellen. 2 Geef een bericht in en verzend het. Communiceren 64 Messenger Hier vindt u informatie over hoe u via Google+ kunt chatten met vrienden en familie. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Open de lijst met applicaties en selecteer Messenger. Als dit de eerste keer is dat u deze applicatie start, volgt u de instructies op het scherm om het account in te stellen. 2 Geef een bericht in en verzend het. Google+ Hier vindt u informatie over hoe u toegang kunt krijgen tot de sociale netwerkservice van Google. U kunt ook groepen maken voor het verzenden en ontvangen van chatberichten en foto's uploaden. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Google+. Als dit de eerste keer is dat u deze applicatie start, volgt u de instructies op het scherm om het account in te stellen. 2 Selecteer een functie van het sociale netwerk. Communiceren 65 Entertainment Camera Hier vindt u informatie over hoe u foto's en video's kunt maken en weergeven. De camera wordt automatisch uitgeschakeld wanneer u deze een bepaalde tijd niet gebruikt. ●● De geheugencapaciteit kan variëren afhankelijk van de opnameomstandigheden of de scène die wordt opgenomen. ●● ››Een foto maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Camera. 2 Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de compositie aan. Entertainment 66 Nummer Functie 1 De camera-instellingen wijzigen. 2 Foto's weergeven die u hebt gemaakt. 3 Een foto maken. 4 Camerasneltoetsen gebruiken. ●● : een speciaal effect toepassen. ●● : de opnamestand wijzigen. ► p. 69 ●● : de flitserinstelling wijzigen: u kunt de flitser in- of uitschakelen of instellen dat de camera flitst wanneer dit nodig is. ●● : overschakelen naar de camera aan de voorzijde om een foto van uzelf te maken. U kunt sneltoetsen voor veelgebruikte opties toevoegen of verwijderen. ► p. 74 5 De opslaglocatie weergeven. 6 Overschakelen naar de camcorder. Als u wilt inzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en spreidt u deze langzaam. Als u wilt uitzoomen, knijpt u ze samen. U kunt ook in- of uitzoomen met de volumetoets. De zoomfunctie is mogelijk niet beschikbaar wanneer u opneemt met de hoogste resolutie. 3 Selecteer om een foto te maken. De foto wordt automatisch opgeslagen. Entertainment 67 Nadat u een foto hebt gemaakt, selecteert u de afbeeldingsviewer om de foto weer te geven. ●● Als u meer foto's wilt zien, scrollt u naar links of rechts. ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen. Dubbeltik op het scherm om terug te gaan naar de oorspronkelijke grootte. ●● Als u de foto naar anderen wilt verzenden of wilt delen, selecteert u . ●● Als u een diashow wilt starten, selecteert u → Diashow starten. Tik op het scherm om de diashow te stoppen. ●● Als u de foto wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en selecteert u Verwijderen. ●● Als u de foto wilt toevoegen aan het klembord, drukt u op de optietoets en selecteert u Kopiëren naar klembord. ●● Als u de foto linksom wilt draaien, drukt u op de optietoets en selecteert u Linksom draaien. ●● Als u de foto rechtsom wilt draaien, drukt u op de optietoets en selecteert u Rechtsom draaien. ●● Als u een gedeelte van de foto wilt bijsnijden, drukt u op de optietoets en selecteert u Bijsnijden. ●● Als u de foto wilt instellen als achtergrond of als een foto voor een contact, drukt u op de optietoets en selecteert u Inst. als. ●● Als u de foto wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op de optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen compatibel met bepaalde Samsung-printers. ●● Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, drukt u op de optietoets en selecteert u Naam wijzigen. ●● Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken naar apparaten in de buurt. ●● Als u fotodetails wilt weergeven, drukt u op de optietoets en selecteert u Gegevens. Entertainment 68 ››De opnamestand wijzigen U kunt foto's maken met verschillende opnamestanden. Selecteer → een optie om de opnamestand te wijzigen. Optie Functie Smile shot Het toestel instellen om de gezichten van mensen te herkennen en foto's van ze maken wanneer ze lachen. Panorama Panoramafoto's maken. Cartoon Foto’s met cartooneffecten maken. Opname delen Een foto maken en deze naar andere verzenden via Wi-Fi Direct. ››Camera-instellingen aanpassen Voordat u een foto maakt, selecteert u volgende opties: voor toegang tot de Optie Functie Sneltoetsen wijzigen Sneltoetsen naar veelgebruikte opties wijzigen. Zelfportret Overschakelen naar de camera aan de voorzijde om een foto van uzelf te maken. Flitser De flitserinstelling wijzigen: u kunt de flitser in- of uitschakelen of instellen dat de camera flitst wanneer dit nodig is. Fotostand De opnamestand wijzigen. ► p. 69 Scène-modus De scènestand wijzigen. Entertainment 69 Optie Functie Belichtingswaarde Pas de belichtingswaarde aan om de helderheid te wijzigen. Focus Een scherpstelmodus selecteren. U kunt close-ups maken, of instellen dat de camera automatisch op het onderwerp of menselijke gezichten scherpstelt. Timer De vertraging selecteren voordat er een foto wordt gemaakt. Effecten Een speciaal effect toepassen. Resolutie Een resolutie-optie selecteren. Witbalans De kleurbalans aanpassen aan de lichtomstandigheden. ISO De gevoeligheid van de beeldsensor instellen. Meting Een type lichtmeting selecteren. Richtlijnen Instellen om de rasterlijnen op het voorbeeldscherm weer te geven. Beeldkwaliteit Een kwaliteitsniveau voor uw foto's selecteren. GPS-tag Informatie over de locatie opnemen bij de foto's. ●● Voor een goede GPS-ontvangst moet u locaties vermijden waar het signaal geblokkeerd wordt, zoals tussen gebouwen of in laaggelegen gebieden, of in slechte weersomstandigheden. ●● Uw locatie kan worden weergegeven op uw foto's wanneer u deze uploadt naar internet. Schakel de instelling voor GPS-tags uit om dit te voorkomen. Entertainment 70 Optie Functie Omgekeerd opslaan De camera instellen om de afbeelding automatisch om te keren als u een foto maakt met de cameralens aan de voorzijde. Opslag Een geheugenlocatie selecteren voor gemaakte foto's. Resetten De camera-instellingen resetten. ››Een video opnemen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Camera. 2 Sleep de schuifregelaar om over te schakelen naar de camcorder. 3 Richt de lens op het onderwerp en pas eventueel de compositie aan. Nummer Functie 1 De camcorderinstellingen wijzigen. 2 Video's weergeven die u hebt gemaakt. Entertainment 71 Nummer Functie 3 Een video opnemen. 4 Camerasneltoetsen gebruiken. ●● : een speciaal effect toepassen. ●● : de opnamestand wijzigen (voor het bijvoegen van een multimediabericht of voor normaal opslaan). ●● : de flitserinstelling wijzigen. ●● : overschakelen naar de camera aan de voorzijde om een video van uzelf op te nemen. U kunt sneltoetsen voor veelgebruikte opties toevoegen of verwijderen. ► p. 74 5 De opslaglocatie weergeven. 6 Overschakelen naar de camera. Als u wilt inzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en spreidt u deze langzaam. Als u wilt uitzoomen, knijpt u ze samen. U kunt ook in- of uitzoomen met de volumetoets. De zoomfunctie is mogelijk niet beschikbaar wanneer u opneemt met de hoogste resolutie. 4 Selecteer 5 Selecteer om de opname te starten. om de opname te stoppen. De video-opname wordt automatisch opgeslagen. Bepaalde geheugenkaarten hebben een te trage verwerkingssnelheid om het opnemen van video's mogelijk te maken. Nadat u een video hebt gemaakt, selecteert u de afbeeldingsviewer om de video weer te geven. ●● Als u meer video's wilt zien, scrollt u naar links of rechts. ●● Als u de video wilt afspelen, selecteert u . ●● Als u de video naar anderen wilt verzenden of wilt delen, selecteert u . Entertainment 72 Als u een diashow wilt starten, selecteert u → Diashow starten. Tik op het scherm om de diashow te stoppen. ●● Als u de video wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en selecteert u Verwijderen. ●● Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, drukt u op de optietoets en selecteert u Naam wijzigen. ●● Als u videodetails wilt weergeven, drukt u op de optietoets en selecteert u Gegevens. ●● ››Camcorderinstellingen aanpassen Voordat u een video opneemt, kunt u volgende opties: selecteren voor de Optie Functie Sneltoetsen wijzigen Sneltoetsen naar veelgebruikte opties wijzigen. Zelfopname Overschakelen naar de camera aan de voorzijde om een video van uzelf op te nemen. Flitser De flitserinstelling wijzigen. Videostand De opnamestand wijzigen (voor het bijvoegen van een multimediabericht of voor normaal opslaan). Belichtingswaarde Pas de belichtingswaarde aan om de helderheid te wijzigen. Timer De vertraging selecteren voordat de video-opname wordt gestart. Effecten Een speciaal effect toepassen. Resolutie Een resolutie-optie selecteren. Witbalans De kleurbalans aanpassen aan de lichtomstandigheden. Richtlijnen Instellen om de rasterlijnen op het voorbeeldscherm weer te geven. Entertainment 73 Optie Functie Videokwaliteit Een kwaliteitsniveau voor uw video's selecteren. Opslag Een geheugenlocatie selecteren voor opgenomen video's. Resetten De camcorderinstellingen resetten. ››De symbolen voor sneltoetsen wijzigen U kunt sneltoetsen voor veelgebruikte opties toevoegen of verwijderen. 1 Blijf in het voorbeeldscherm het gedeelte met de snelkoppelingen aanraken of selecteer wijzigen. → Sneltoetsen 2 Blijf een pictogram in de lijst met opties aanraken en sleep dit naar het gedeelte voor sneltoetsen. Als u sneltoetsen wilt verwijderen, blijft u een pictogram aanraken en sleept u het naar de lijst met opties. 3 Tik op het scherm om terug te keren naar het voorbeeldscherm. Videospeler Informatie over het gebruik van de videospeler. Afhankelijk van de software in uw toestel worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan de beschikbare geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het bestand probeert af te spelen. ●● De afspeelkwaliteit kan variëren per inhoudstype. ●● Sommige bestanden kunnen mogelijk niet correct worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn gecodeerd. ●● Entertainment 74 ››Een video afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Videospeler. 2 Selecteer een video. 3 Regel het afspelen met de volgende toetsen: Nummer Functie 1 Vooruit- of terugspoelen in het bestand door de balk te slepen of erop te tikken. 2 De verhoudingen van het videoscherm wijzigen. 3 Het afspelen opnieuw starten; naar het vorige bestand gaan (tikken binnen 2 seconden); achteruit zoeken in het bestand (blijven aanraken). 4 Het volume aanpassen. 5 Het afspelen onderbreken. Selecteer door te gaan met afspelen. 6 Naar het volgende bestand gaan; vooruit zoeken in het bestand (blijven aanraken). Entertainment 75 om Druk tijdens het afspelen op de optietoets voor de volgende opties: ●● Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken naar apparaten in de buurt. ●● Als u de video naar anderen wilt verzenden of wilt delen, selecteert u Delen via. ●● Als u een segment van de video wilt bijsnijden, selecteert u Bijsnijden. ●● Als u naar audio wilt luisteren via een Bluetooth-headset, selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken als u een headset aansluit op de headsetaansluiting van uw toestel. ●● Als u wilt instellen dat de videospeler na een bepaalde periode automatisch wordt uitgeschakeld, selecteert u Video automatisch uit. ●● Als u de instellingen van de videospeler wilt wijzigen, selecteert u Instellingen. ●● Als u videodetails wilt weergeven, selecteert u Gegevens. ››Instellingen van de videospeler aanpassen 1 Druk tijdens het afspelen op de optietoets en selecteer Instellingen. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Volgende autom. afspelen Instellen dat de videospeler het volgende bestand automatisch afspeelt. Afspeelsnelheid De afspeelsnelheid wijzigen. SoundAlive Selecteer een geluidseffect. Ondertitels De instellingen aanpassen voor een bestand met ondertitels. Entertainment 76 Galerij Hier vindt u informatie over het bekijken van foto's en video's die zijn opgeslagen op uw toestel. Afhankelijk van de software in uw toestel worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan de beschikbare geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het bestand probeert af te spelen. ●● De afspeelkwaliteit kan variëren per inhoudstype. ●● Sommige bestanden kunnen mogelijk niet correct worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn gecodeerd. ●● ››Een afbeelding weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Galerij. 2 Selecteer een map → een afbeelding. Terwijl u een afbeelding bekijkt, kunt u de volgende opties gebruiken: ●● Als u meer afbeeldingen wilt zien, scrollt u naar links of rechts. ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen. Dubbeltik op het scherm om terug te gaan naar de oorspronkelijke grootte. ●● Als u de afbeelding naar anderen wilt verzenden of wilt delen, selecteert u . ●● Als u een diashow wilt starten, selecteert u → Diashow starten. Tik op het scherm om de diashow te stoppen. ●● Als u de afbeelding wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en selecteert u Verwijderen. ●● Als u de afbeelding wilt toevoegen aan het klembord, drukt u op de optietoets en selecteert u Kopiëren naar klembord. Entertainment 77 Als u de afbeelding linksom wilt draaien, drukt u op de optietoets en selecteert u Linksom draaien. ●● Als u de afbeelding rechtsom wilt draaien, drukt u op de optietoets en selecteert u Rechtsom draaien. ●● Als u een gedeelte van de afbeelding wilt bijsnijden, drukt u op de optietoets en selecteert u Bijsnijden. ●● Als u de afbeelding wilt instellen als achtergrond of als een afbeelding voor een contact, drukt u op de optietoets en selecteert u Inst. als. ●● Als u de afbeelding wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op de optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen compatibel met bepaalde Samsung-printers. ●● Als u de naam van een bestand wilt wijzigen, drukt u op de optietoets en selecteert u Naam wijzigen. ●● Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken naar apparaten in de buurt. ●● Als u afbeeldingsdetails wilt weergeven, drukt u op de optietoets en selecteert u Gegevens. Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van de geselecteerde map. ●● ››Een video afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Galerij. 2 Selecteer een map → een video (aangeduid met het pictogram ). 3 Selecteer om het afspelen te starten. 4 Regel het afspelen met de toetsen. ► p. 74 Entertainment 78 Druk tijdens het afspelen op de optietoets voor de volgende opties: ●● Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken naar apparaten in de buurt. ●● Als u de video naar anderen wilt verzenden of wilt delen, selecteert u Delen via. ●● Als u een segment van de video wilt bijsnijden, selecteert u Bijsnijden. ●● Als u naar audio wilt luisteren via een Bluetooth-headset, selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken als u een headset aansluit op de headsetaansluiting van uw toestel. ●● Als u wilt instellen dat de videospeler na een bepaalde periode automatisch wordt uitgeschakeld, selecteert u Video automatisch uit. ●● Als u de instellingen van de videospeler wilt wijzigen, selecteert u Instellingen. ●● Als u videodetails wilt weergeven, selecteert u Gegevens. MP3-speler Informatie over het luisteren naar uw favoriete muziek wanneer u onderweg bent. Afhankelijk van de software in uw toestel worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan de beschikbare geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het bestand probeert af te spelen. ●● De afspeelkwaliteit kan variëren per inhoudstype. ●● Sommige bestanden kunnen mogelijk niet correct worden afgespeeld, afhankelijk van de manier waarop ze zijn gecodeerd. ●● Entertainment 79 ››Muziekbestanden op uw toestel zetten Voeg eerst bestanden aan het toestel of de geheugenkaart toe: ●● Downloaden van internet. ► p. 96 ●● Downloaden vanaf een computer met Samsung Kies. ► p. 108 ●● Downloaden van een computer met Windows Media Player. ► p. 108 ●● Ontvangen via Bluetooth. ► p. 118 ●● Ontvangen via Wi-Fi. ► p. 113 ●● Kopiëren naar een geheugenkaart. ››Muziek afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler. 2 Selecteer een muziekcategorie → een muziekbestand. 3 Regel het afspelen met de volgende toetsen: Entertainment 80 Nummer Functie 1 De shufflestand inschakelen. 2 Vooruit- of terugspoelen in het bestand door de balk te slepen of erop te tikken. 3 Selecteer een geluidseffect. 4 Het afspelen opnieuw starten; naar het vorige bestand gaan (tikken binnen 2 seconden); achteruit zoeken in het bestand (blijven aanraken). 5 Het volume aanpassen. 6 De herhaalstand wijzigen. 7 Muziekbestanden sorteren op sfeer of jaar. 8 Het afspelen onderbreken. Selecteer door te gaan met afspelen. 9 De afspeellijst openen. 10 Naar het volgende bestand gaan; vooruit zoeken in het bestand (blijven aanraken). om U kunt de MP3-speler bedienen met een headset. Houd in de startscherm de headsetknop ingedrukt om de MP3speler te starten. Druk op de headsetknop om af te spelen of het afspelen te onderbreken. Entertainment 81 Druk tijdens het afspelen op de optietoets voor de volgende opties: ●● Als u muziekbestanden wilt toevoegen aan de Quick list (opslaan als afspeellijst), selecteert u Toev. aan Quick list. ●● Als u naar muziek wilt luisteren via een Bluetooth-headset, selecteert u Via Bluetooth. U kunt deze optie niet gebruiken als u een headset aansluit op de headsetaansluiting van uw toestel. ●● Als u het muziekbestand naar anderen wilt verzenden of het wilt delen, selecteert u Muziek delen via. ●● Als u het muziekbestand wilt toevoegen aan een afspeellijst, selecteert u Naar afspeellijst. ●● Als u muziekdetails wilt weergeven, selecteert u Gegevens. ●● Als u het muziekbestand wilt instellen als uw beltoon, selecteert u Instellen als. ●● Als u naar toestellen wilt zoeken waarop het delen van media is ingeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoeken naar apparaten in de buurt. ●● Selecteer Instellingen om de instellingen voor de MP3-speler te wijzigen. ●● Als u het afspelen wilt stoppen en de muziekspeler wilt sluiten, selecteert u Stop. ››Een afspeellijst maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler → Afspeellijsten. 2 Druk op de optietoets en selecteer Afspeellijst maken. 3 Geef een titel voor de nieuwe afspeellijst in en selecteer OK. 4 Selecteer Muziek toevoegen. 5 Selecteer de bestanden die u wilt opnemen en selecteer Gereed. Entertainment 82 ››Instellingen van de MP3-speler aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties MP3-speler. 2 Druk op de optietoets en selecteer Instellingen. 3 Wijzig de volgende opties: Optie Functie SoundAlive Selecteer een geluidseffect. Afspeelsnelheid De afspeelsnelheid wijzigen. Muziekmenu Muziekcategorieën selecteren voor weergave in het scherm van de muziekbibliotheek. Songteksten Instellen dat tijdens het afspelen songteksten worden weergegeven. Muziek automatisch uit Instellen dat de muziekspeler na een opgegeven tijdsduur automatisch wordt uitgeschakeld. Entertainment 83 FM-radio U kunt luisteren naar muziek en nieuws op de FM-radio. Als u naar de FM-radio wilt luisteren, moet u de headset, die dienst doet als antenne, op het toestel aansluiten. ››Naar de FM-radio luisteren 1 Sluit een headset op het toestel aan. 2 Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio. De FM-radio zoekt zenders en de beschikbare zenders worden in het toestel opgeslagen. De eerste keer dat u de FM-radio inschakelt, wordt automatisch naar zenders gezocht. 3 Selecteer een radiozender. 4 U bedient de FM-radio met de volgende toetsen: Nummer Functie 1 Nummers van de FM-radio opnemen. 2 De FM-radio in- of uitschakelen. 3 Zoeken naar een beschikbare radiozender. Entertainment 84 Nummer Functie 4 De huidige radiozender aan de lijst met favorieten toevoegen. 5 Het volume aanpassen. 6 Services voor de huidige zender gebruiken, zoals muziekbestanden downloaden of de zender bellen. Deze optie is mogelijk niet beschikbaar in uw regio. 7 Nauwkeurig afstemmen op de frequentie. ››Nummers van de FM-radio opnemen 1 Sluit een headset op het toestel aan. 2 Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio. 3 Selecteer om de FM-radio aan te zetten. 4 Blader naar een radiozender. 5 Selecteer om de opname te starten. 6 Als u klaar bent, selecteert u . Het opgeslagen bestand wordt opgeslagen in Mijn bestanden → sdcard → Sounds. ››Radiozenders automatisch opslaan 1 Sluit een headset op het toestel aan. 2 Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio. 3 Selecteer om de FM-radio aan te zetten. 4 Druk op de optietoets en selecteer Scannen → een optie. De FM-radio zoekt zenders en de beschikbare zenders worden in het toestel opgeslagen. Entertainment 85 ››Een radiozender aan de favorietenlijst toevoegen 1 Sluit een headset op het toestel aan. 2 Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio. 3 Selecteer om de FM-radio aan te zetten. 4 Blader naar een radiozender. 5 Selecteer om de zender aan de favorietenlijst toe te voegen. ››Instellingen van de FM-radio aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties FM-radio. 2 Druk op de optietoets en selecteer Instellingen. 3 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Opslag Een geheugenlocatie selecteren voor opgeslagen FM-radioclips. Radiotekst Instellen of de zenderinfo wordt weergegeven op het scherm van de FM-radio. Zenderinformatie is alleen beschikbaar bij radiozenders die deze informatie verstrekken. FM automatisch uit Instellen dat de FM-radio na een opgegeven tijdsduur automatisch wordt uitgeschakeld. Entertainment 86 Persoonlijke gegevens Contacten Ontdek hoe u een lijst van uw persoonlijke of zakelijke contacten kunt maken en beheren. U kunt namen, telefoonnummers, e-mailadressen en andere gegevens voor uw contacten opslaan. ››Een contact toevoegen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten → . 2 Selecteer een geheugenlocatie. 3 Geef de contactgegevens in. 4 Selecteer Opslaan om het contact aan het geheugen toe te voegen. U kunt contacten maken vanuit het belscherm door Voeg toe aan contacten te selecteren. ››Een contact zoeken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Scroll omhoog of omlaag in de lijst met contacten. U kunt een oproep plaatsen of een bericht naar een contact verzenden door naar links of rechts te scrollen in de naam van een contact. 3 Selecteer de naam van een contact. In de contactweergave hebt u de volgende opties: ●● Als u een spraakoproep wilt starten, selecteert u . ●● Als u een video-oproep wilt doen, selecteert u . ●● Als u een SMS- of MMS-bericht wilt verzenden, selecteert u ●● Als u een e-mailbericht wilt verzenden, selecteert u . ●● Als u een favoriet nummer wilt instellen, selecteert u . ●● Als u de contactgegevens wilt bewerken, selecteert u . Persoonlijke gegevens 87 . ››Een snelkiesnummer instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Druk op de optietoets en selecteer Instelling snelkiesnummer. 3 Selecteer een locatienummer → een contact. U kunt een snelkiesnummer bellen door het locatienummer aan te raken op het belscherm. ››Uw visitekaartje maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Selecteer uw naam bovenaan de lijst met contacten. 3 Selecteer . 4 Geef uw persoonlijke gegevens op en selecteer Opslaan. U kunt uw visitekaartje delen of versturen door op de optietoets te drukken en Naamkaartje delen via te selecteren. ››Een contactgroep maken Door contactgroepen te maken kunt u meerdere contacten beheren en een bericht naar een hele groep sturen. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Groepen. 2 Druk op de optietoets en selecteer Nieuw. 3 Geef een naam in en pas de instellingen voor de groep aan. 4 Voeg groepsleden toe. 5 Selecteer Opslaan. Persoonlijke gegevens 88 ››Een contact kopiëren U kopieert als volgt contacten van de SIM- of USIM-kaart naar het toestel 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren → Importeren van SIM-kaart. 3 Selecteer een SIM- of USIM-kaart. 4 Selecteer een geheugenlocatie. 5 Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer vervolgens Gereed. Contacten van uw toestel naar de SIM- of USIM-kaart kopiëren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren → Exporteren naar SIM-kaart. 3 Selecteer een SIM- of USIM-kaart. 4 Selecteer contacten die u wilt kopiëren en selecteer vervolgens Gereed → OK. Persoonlijke gegevens 89 ››Contacten importeren of exporteren U kunt bestanden (in VCF-indeling) importeren naar of exporteren van de USB-opslag of een geheugenkaart in uw toestel. Contactbestanden importeren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren → Importeren uit USB-opslag of Importeren van SD-kaart. 3 Selecteer een geheugenlocatie. 4 Selecteer een optie voor het importeren van één contactbestand, meerdere contactbestanden of alle contactbestanden en selecteer OK. 5 Selecteer contactbestanden die u wilt importeren en selecteer OK. Contacten exporteren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Contacten → Contacten. 2 Druk op de optietoets en selecteer Importeren/exporteren → Exporteren naar USB-opslag of Exporteren naar SDkaart. 3 Selecteer ter bevestiging OK. S Planner Uw toestel beschikt over een krachtige planner die u kan helpen uw planning en taken handiger en effectiever te organiseren. Hier vindt u informatie over hoe u gebeurtenissen en taken kunt instellen en beheren om u aan belangrijke gebeurtenissen en taken te herinneren. Persoonlijke gegevens 90 ››Een gebeurtenis of taak maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties S Planner. 2 Selecteer . 3 Selecteer een gebeurtenistype boven in het scherm. Als u een gebeurtenis wilt instellen op basis van een notitie, selecteert u Snel toevoegen. Deze functie is alleen beschikbaar voor het Engels en Koreaans. 4 Geef de details van het agenda-item op en selecteer Opslaan. ››De weergavestand wijzigen 1 Selecteer in de lijst met applicaties S Planner. 2 Een weergavemodus selecteren. Jaar: alle maanden van het jaar Maand: een volledige maand in één weergave ●● Week: blokken van een uur voor de dagen van één hele week ●● Dag: blokken van een uur voor één hele dag ●● Lijst: een lijst met alle gebeurtenissen en taken die staan gepland voor een bepaalde periode ●● Taak: een lijst van taken U kunt de weergavemodus ook wijzigen door twee vingers naar elkaar toe of uit elkaar te bewegen (inzoomen of uitzoomen). ●● ●● Persoonlijke gegevens 91 ››Een gebeurtenis of taak bekijken 1 Selecteer in de lijst met applicaties S Planner. 2 Selecteer een datum in de agenda. Als u naar een bepaalde dag wilt gaan, drukt u op de optietoets en selecteert u Ga naar en geeft u de datum in. ●● Als u naar de huidige datum wilt gaan, selecteert u Vandaag. ●● 3 Selecteer een afspraak om de details te bekijken. U kunt de gebeurtenis naar anderen versturen door op de optietoets te drukken en Delen via te selecteren. ››Een gebeurtenis- of taakalarm stoppen Als u een herinnering instelt voor een agenda-item of taak, wordt er een alarm weergegeven op de ingestelde tijd. 1 Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte met pictogrammen en sleept u het naar beneden. 2 Selecteer de melding van een afspraak. 3 Selecteer een afspraak om meer details te bekijken. Om het alarm voor een afspraak op sluimeren of uit te zetten, schakelt u het selectievakje naast de afspraak in en selecteert u Sluimeren of Uitzetten. Persoonlijke gegevens 92 Notitie Hier wordt uitgelegd hoe u belangrijke informatie vastlegt, zodat u deze op een latere datum kunt opslaan en bekijken. ››Een notitie maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Notitie. 2 Selecteer (indien nodig). 3 Geef de tekst in. 4 Selecteer Opslaan. ››Notities weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Notitie. 2 Selecteer een notitie om de details te bekijken. Als u de notitie wilt bewerken, selecteert u . U kunt de notitie naar anderen verzenden door de notitie te blijven aanraken en Verzenden te selecteren. Persoonlijke gegevens 93 Spraakrecorder Hier vindt u informatie over het gebruik van de spraakrecorder van het toestel. ››Een spraakmemo opnemen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Spraakrecorder. 2 Selecteer om de opname te starten. Selecteer om het opnemen te onderbreken. 3 Spreek uw boodschap in de microfoon in. 4 Als u klaar bent, selecteert u . Uw memo wordt automatisch opgeslagen. ››Een spraakmemo afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Spraakrecorder. 2 Selecteer om de lijst met spraakmemo's te openen. Selecteer een spraakmemo. 3 Selecteer 4 Selecteer om het afspelen te onderbreken. om het afspelen te stoppen. U kunt de spraakmemo naar anderen verzenden of deze delen door op de optietoets te drukken en Delen via te selecteren. Persoonlijke gegevens 94 ››Instellingen voor de spraakrecorder aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Spraakrecorder. 2 Druk op de optietoets en selecteer Instellingen. 3 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Opslag Een geheugenlocatie selecteren voor het opslaan van spraakmemo's. Standaardnaam Geef een voorvoegsel in voor het benoemen van spraakmemo's. Opnamekwaliteit Een kwaliteitsniveau voor uw foto's selecteren. MMS-limiet Instellen om opnamen te beperken tot de maximale lengte die kan worden toegevoegd aan een multimediabericht. Persoonlijke gegevens 95 Web- en GPS-services Er worden mogelijk extra kosten in rekening gebracht voor het gebruik van internet en het downloaden van mediabestanden. Raadpleeg uw provider voor meer informatie. Internet Informatie over hoe u uw favoriete webpagina's kunt openen en opslaan. De naam van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Welke pictogrammen beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● ››Een webpagina weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Als u een specifieke webpagina wilt openen, selecteert u het URL-invoerveld, geeft u het webadres in en selecteert u Ga. 3 Navigeer door webpagina's met de volgende toetsen: Nummer Functie 1 De huidige webpagina's opnieuw laden. Terwijl het toestel webpagina's laadt, verandert dit pictogram in . 2 Webpaginadetails weergeven. 3 Geef een webadres of zoekwoord in. Web- en GPS-services 96 Nummer Functie 4 Miniaturen van actieve browservensters weergeven. 5 Uw favorieten, opgeslagen pagina’s en recente internetgeschiedenis weergeven. Wanneer u op een webpagina bladert, kunt u de volgende opties gebruiken: ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen. Dubbeltik op het scherm om terug te gaan naar de oorspronkelijke grootte. Deze functie is voor bepaalde webpagina's mogelijk niet beschikbaar. ●● Als u vooruit of achteruit wilt gaan in de webpagina's in de geschiedenis, drukt u op de terugtoets of op de optietoets en selecteert u Volgende. ●● Als u een nieuw venster wilt openen, drukt u op de optietoets en selecteert u Nieuw venster. ●● Als u de huidige webpagina als favoriet wilt toevoegen, drukt u op de optietoets en selecteert u Favoriet toevoegen. ●● Als u een snelkoppeling naar de huidige webpagina aan het startscherm wilt toevoegen, drukt u op de optietoets en selecteert u Sneltoets toevoegen aan startscherm. ●● Als u een webadres naar anderen wilt verzenden of wilt delen, drukt u op de optietoets en selecteert u Pagina delen. ●● Als u naar tekst wilt zoeken op een webpagina, drukt u op de optietoets en selecteert u Zoek op pagina. ●● Als u wilt overschakelen naar het bureaublad, drukt u op de optietoets en selecteert u Weergave bureaublad. ●● Als u een webpagina wilt opslaan om deze later offline te lezen, drukt u op de optietoets en selecteert u Opslaan voor offline lezen. U kunt de opgeslagen pagina's weergeven door → Opgesl. pag te selecteren. ●● Als u uw downloadgeschiedenis wilt weergeven, drukt u op de optietoets en selecteert u Downloads. Web- en GPS-services 97 Als u de webpagina wilt afdrukken via Wi-Fi of USB, drukt u op de optietoets en selecteert u Afdrukken. Uw toestel is alleen compatibel met bepaalde Samsung-printers. ●● Als u de browserinstellingen wilt wijzigen, drukt u op de optietoets en selecteert u Instellingen. ●● ››Met spraak informatie zoeken De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Selecteer het URL-veld. 3 Selecteer en spreek een trefwoord in de microfoon van het toestel. Er wordt naar webpagina's gezocht die met het zoekwoord samenhangen. 4 Selecteer een zoekresultaat. ››Webpagina's instellen als favorieten 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Geef een webadres in of ga naar een webpagina. 3 Druk op de optietoets en selecteer Favoriet toevoegen. 4 Geef een naam voor de favoriet in en selecteer Opslaan. Als u uw favorieten wilt weergeven, selecteert u → Favoriet. Blijf in de lijst met favorieten een favoriet aanraken om de volgende opties te gebruiken: ●● Als u de webpagina in het actieve venster wilt openen, selecteert u Openen. ●● Als u een nieuw venster wilt openen, selecteert u Openen in nieuw venster. ●● Als u de details van een favoriet wilt bewerken, selecteert u Favoriet bewerken. Web- en GPS-services 98 Als u een snelkoppeling naar de favoriet wilt toevoegen aan het startscherm, selecteert u Sneltoets toevoegen aan startscherm. ●● Als u het adres van de huidige webpagina naar anderen wilt verzenden, selecteert u Koppeling delen. ●● Als u het webadres van de webpagina wilt kopiëren, selecteert u URL kopiëren. ●● Als u de favoriet wilt verwijderen, selecteert u Favoriet verwijderen. ●● Als u de webpagina wilt gebruiken als startpagina van de browser, selecteert u Instellen als startpagina. ●● ››Een bestand downloaden van internet Wanneer u bestanden of applicaties van internet downloadt, worden deze in het interne geheugen opgeslagen. Bestanden die u downloadt van internet, kunnen virussen bevatten die schade aan het toestel toebrengen. Download daarom alleen bestanden van websites die u vertrouwt. Sommige mediabestanden maken gebruik van Digital Rights Management om auteursrechten te beschermen. Deze beveiliging kan het onmogelijk maken om sommige bestanden te downloaden, te kopiëren, te wijzigen of te verzenden. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet. 2 Zoek een bestand of applicatie en download het naar het toestel. ››Recente geschiedenis weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Internet → Geschiedenis. 2 Selecteer een webpagina die u wilt openen. Web- en GPS-services 99 → Game Hub Hier vindt u informatie over de toegang tot games. 1 Selecteer Game Hub in de lijst met applicaties. 2 Selecteer een gameservice. 3 Zoek de game die u wilt spelen. Welke games beschikbaar zijn, is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. Latitude Informatie over hoe u uw locatie met uw vrienden kunt delen en locaties van vrienden kunt bekijken via de locatieservice Google Latitude™. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Latitude. Het toestel meldt zich automatisch bij Latitude aan. Selecteer → een optie. 2 3 Selecteer een vriend of geef een e-mailadres in en selecteer Vrienden toevoegen. 4 Selecteer Ja. Wanneer uw vriend de uitnodiging accepteert, kunt u locaties delen. 5 Selecteer KAART. De locaties van uw vrienden worden op de kaart gemarkeerd door hun foto's. Web- en GPS-services 100 Maps Informatie over het gebruik van de kaartservice Google Maps™ waarmee u uw locatie kunt vinden, kunt zoeken naar plaatsen en routebeschrijvingen kunt opvragen. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● U moet locatieservices activeren om uw locatie te vinden en op de kaart te kunnen zoeken. ► p. 118 ●● ››Zoeken naar een locatie 1 Selecteer in de lijst met applicaties Maps. De kaart geeft uw huidige locatie weer. 2 Selecteer . 3 Geef een trefwoord in voor de locatie. Als u een locatie wilt zoeken met uw stem, selecteert u . 4 Selecteer een locatie om de details te bekijken. Terwijl u de kaart bekijkt, hebt u de volgende opties: ●● Als u wilt in- of uitzoomen, plaatst u twee vingers op het scherm en spreid u deze langzaam of knijpt u ze samen. ●● Als u alle zoekresultaten wilt weergeven, selecteert u LIJST MET RESULTATEN. ●● Als u uw huidige locatie wilt weergeven, selecteert u . ●● Als u een ster aan de locatie wilt toevoegen, selecteert u de ballon met de locatienaam → . ●● Als u lagen aanvullende informatie wilt toevoegen aan de kaart of van weergavemodus wilt veranderen, selecteert u . Web- en GPS-services 101 ››Routebeschrijvingen naar een specifieke locatie 1 Selecteer in de lijst met applicaties Maps. 2 Selecteer . 3 Geef het adres van de startlocatie en de eindbestemming in. Als u een adres uit uw lijst met contacten of een plaats met een ster wilt ingeven, of als u een punt op de kaart wilt selecteren, selecteert u → een optie. 4 Selecteer een reismethode en selecteer ROUTEBESCHRIJVING. De route wordt aangegeven op de kaart. Afhankelijk van de geselecteerde reismethode kunnen meerdere routes worden weergegeven. 5 Wanneer u klaar bent, drukt u op de optietoets en selecteert u Kaart wissen. Navigatie Hier vindt u informatie over het krijgen van gesproken routebeschrijvingen naar uw bestemming. Navigatiekaarten, uw huidige locatie en andere navigatiegegevens kunnen afwijken van de daadwerkelijke locatiegegevens. U moet altijd goed letten op de omstandigheden op de weg, het verkeer en andere factoren die van invloed kunnen zijn op het autorijden en alle veiligheidswaarschuwingen en geldende wetgeving volgen tijdens het rijden. ●● De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Web- en GPS-services 102 1 Selecteer in de lijst met applicaties Navigatie. 2 Geef uw bestemming als volgt in: geef uw bestemming in met spraak. ●● geef uw bestemming in met het virtuele toetsenbord in. ●● selecteer uw bestemming in de adressen van uw contacten. ●● selecteer uw bestemming in de plaatsen met ster. ●● 3 Installeer de vereiste software en gebruik de navigatiefuncties. Lokaal Hier vindt u informatie over het zoeken naar bedrijven en attracties. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Lokaal. 2 Als u wilt zoeken naar bepaalde bedrijven of attracties in de buurt van een specifieke locatie, selecteert u uw locatie → Geef een adres op. 3 Selecteer een categorie. Het toestel zoekt naar plaatsen in de buurt die betrekking hebben op de categorie. 4 Selecteer een plaatsnaam om de details te bekijken. U kunt meer categorieën toevoegen door op de optietoets te drukken en Zoekopdracht toevoegen te selecteren. Web- en GPS-services 103 Play Store De functionaliteit van uw toestel kan worden uitgebreid door extra applicaties te installeren. Met Play Store kunt u snel en gemakkelijk mobiele applicaties aanschaffen. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Gedownloade applicaties worden door het toestel in het interne geheugen opgeslagen. ●● ››Een applicatie downloaden 1 Selecteer in de lijst met applicaties Play Store. 2 Zoek een applicatie en download deze naar het toestel. Wanneer het downloaden is voltooid, installeert het toestel de applicatie automatisch. ››Een applicatie verwijderen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Play Store. 2 Druk op de optietoets en selecteer Mijn apps. 3 Selecteer een item. 4 Selecteer Verwijderen → OK. Web- en GPS-services 104 Samsung Apps Op Samsung Apps kunt u eenvoudig een groot aanbod aan applicaties en updates voor uw toestel downloaden. Met volledig geoptimaliseerde applicaties van Samsung Apps wordt uw toestel nog slimmer. Ontdek de handige applicaties die verkrijgbaar zijn en waarmee uw mobiele leven wordt verrijkt. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Samsung Apps. 2 Zoek de gewenste applicaties en download deze naar het toestel. ●● De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ●● Ga naar www.samsungapps.com voor meer informatie. Of raadpleeg de Samsung Apps-brochure. YouTube Informatie over het bekijken en uploaden van video's via de videoservice YouTube™. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. ››Een video afspelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties YouTube. 2 Selecteer een video. 3 Draai het toestel linksom naar de liggende stand. Web- en GPS-services 105 4 Regel het afspelen met de volgende toetsen: Nummer Functie 1 Het afspelen onderbreken of hervatten. 2 Vooruit- of terugspoelen in het bestand door de balk te slepen. 3 De videokwaliteit bekijken. Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor sommige video's. 4 De video toevoegen aan uw afspeellijst. 5 De URL naar anderen verzenden. 6 Video's zoeken. 7 Draai het toestel naar de staande stand. Web- en GPS-services 106 ››Een video uploaden 1 Selecteer in de lijst met applicaties YouTube. 2 Druk op de optietoets en selecteer Aanmelden. 3 Selecteer uw Google-account als dit is gekoppeld aan YouTube. U kunt ook Account toevoegen selecteren en een account instellen om u aan te melden bij YouTube. 4 Selecteer het YouTube-logo in de linkerbovenhoek van het 5 scherm en selecteer vervolgens uw Google-account (indien nodig). Selecteer → een video. Als dit de eerste keer is dat u een video uploadt, selecteer dan het type netwerk voor het uploaden van een video. 6 Geef details voor de upload in en selecteer Uploaden. Web- en GPS-services 107 Connectiviteit USB-aansluitingen Informatie over het aansluiten van uw toestel op een computer met een USB-kabel. Verwijder de USB-kabel niet uit een computer terwijl het toestel bezig is met het overbrengen of openen van gegevens. Hierdoor kunnen gegevens verloren gaan of kan het toestel beschadigd raken. Voor de beste resultaten sluit u de USB-kabel rechtstreeks aan op een USB-poort op een computer. Gegevensoverdrachten kunnen mislukken wanneer u een USB-hub gebruikt. ››Verbinden met Samsung Kies Controleer of Samsung Kies op de computer is geïnstalleerd. U kunt het programma downloaden van de Samsung-website. Samsung Kies werkt op zowel Windows- als Macintoshcomputers. 1 Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer. Samsung Kies wordt automatisch gestart op de computer. Als Samsung Kies niet automatisch wordt gestart, dubbelklikt u op het pictogram Samsung Kies op uw computer. 2 Bestanden overdragen tussen uw toestel en de computer. Zie de Help bij Samsung Kies voor meer informatie. ››Verbinding maken met Windows Media Player Controleer of Windows Media Player op de computer is geïnstalleerd. 1 Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer. 2 Open Windows Media Player om muziekbestanden te synchroniseren. Connectiviteit 108 ››Als media-apparaat verbinden U kunt uw toestel op een computer aansluiten en mediabestanden openen die op uw toestel zijn opgeslagen. 1 Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer. 2 Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte met pictogrammen en sleept u het naar beneden. 3 Selecteer Verbonden als een extern opslagapparaat → Media-apparaat (MTP). 4 Bestanden overdragen tussen uw toestel en de computer. ››Aansluiten als een cameratoestel U kunt uw toestel aansluiten op een computer als camera en bestanden openen op uw toestel. Gebruik deze USB-verbindingsmodus wanneer uw computer MTP (media transfer protocol) niet ondersteunt of het USB-stuurprogramma voor uw toestel niet is geïnstalleerd. 1 Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer. 2 Als u het meldingenpaneel wilt openen, tikt u op het gedeelte met pictogrammen en sleept u het naar beneden. 3 Selecteer Verbonden als een extern opslagapparaat → Camera (PTP). 4 Bestanden overdragen tussen uw toestel en de computer. Connectiviteit 109 Wi-Fi Hier vindt u informatie over het gebruik van de draadloze netwerkvoorzieningen van de telefoon waarmee u verbinding kunt maken met elk draadloos LAN (WLAN) dat compatibel is met de IEEE 802.11-normen. Overal waar er een draadloos toegangspunt of hotspot aanwezig is, kunt u verbinding met internet of andere netwerktoestellen maken. ››De Wi-Fi-functie activeren Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de schakelaar Wi-Fi naar rechts. Als de Wi-Fi-functie op de achtergrond wordt uitgevoerd, wordt ook batterijlading verbruikt. Activeer de functie daarom alleen wanneer dit nodig is, om de batterij te sparen. ››Een Wi-Fi-toegangspunt vinden en daarmee verbinding maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. Het toestel zoekt automatisch naar beschikbare Wi-Fitoegangspunten. 2 Selecteer een toegangspunt. 3 Geef een wachtwoord voor het toegangspunt in (indien nodig). 4 Selecteer Verbinden. ››Handmatig een Wi-Fi-toegangspunt toevoegen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi → Wi-Fi-netwerk toevoegen. 2 Geef een SSID voor het toegangspunt in en selecteer het beveiligingstype. 3 Stel de beveiligingsinstellingen in volgens het beveiligingstype dat u hebt geselecteerd en selecteer Opslaan. Connectiviteit 110 ››Aansluiten op een Wi-Fi-toegangspunt met een beveiligde instelling U kunt verbinding maken met een beveiligd toegangspunt met een WPS-knop of een WPS PIN. Als u deze methode wilt gebruiken, moet uw draadloze toegangspunt beschikken over een WPS-knop. Verbinding maken met een WPS-knop 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. 2 Selecteer een toegangspunt waarop WPS beschikbaar is en selecteer Geavanceerde opties weergeven. 3 Selecteer de keuzelijst WPS. 4 Selecteer Drukknop → Verbinden. 5 Druk binnen 2 minuten op de WPS-knop op het toegangspunt. Verbinding maken met een WPS PIN 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. 2 Selecteer een toegangspunt waarop WPS beschikbaar is en selecteer Geavanceerde opties weergeven. 3 Selecteer de keuzelijst WPS. 4 Selecteer Pincode vanaf toegangspunt om een WPS-PIN- code van het toegangspunt in te geven of selecteer Pincode van dit apparaat om een WPS-PIN-code van uw toestel te gebruiken. 5 Selecteer Verbinden. 6 Druk op het toegangspunt op de WPS-knop of geef de PINcode van uw toestel in. Connectiviteit 111 ››Statische IP-instellingen selecteren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi. 2 Selecteer een toegangspunt → Geavanceerde opties weergeven. 3 Selecteer de keuzelijst IP-instellingen. 4 Selecteer Statisch. 5 Wijzig de IP-instellingen voor het netwerk, zoals het IP-adres, de gateway, de lengte van het voorvoegsel van het netwerk en de DNS-instellingen. 6 Selecteer Verbinden. ››Wi-Fi-instellingen aanpassen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Wi-Fi → Geavanceerd. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Netwerkmelding Instellen dat u een melding ontvangt als er een Wi-Fi-toegangspunt beschikbaar is. Wi-Fi ingeschakeld laten in slaapstand Instellen of de functie Wi-Fi ingeschakeld moet blijven in de sluimerstand. Controleren op internetservice Instellen om te controleren of u toegang hebt tot internetservices terwijl u het huidige toegangspunt gebruikt. MAC-adres Het MAC-adres weergeven. IP-adres Het IP-adres weergeven. Connectiviteit 112 Wi-Fi Direct Kom meer te weten over hoe u de functie Wi-Fi Direct kunt gebruiken om twee toestellen via Wi-Fi te verbinden zonder een toegangspunt. ››Uw toestel verbinden met een toestel 1 Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → Meer instellingen → Wi-Fi Direct. 2 Sleep de schakelaar Wi-Fi Direct naar rechts. 3 Selecteer Scannen. 4 Selecteer een apparaat. Zodra de eigenaar van het andere toestel de verbinding accepteert, hebben de toestellen verbinding met elkaar. U kunt uw toestel aansluiten op meerdere apparaten en gegevens verzenden door Meerdere verbindingen te selecteren. ››Gegevens verzenden via Wi-Fi 1 Selecteer een bestand of een item in een geschikte applicatie. 2 Selecteer een optie voor verzending via Wi-Fi. De methode voor het selecteren van een optie kan verschillen per gegevenstype. 3 Zoek en selecteer een ander toestel. ››Gegevens ontvangen via Wi-Fi Als u gegevens ontvangt, worden die automatisch opgeslagen op uw toestel. Ontvangen gegevens worden in de map ShareViaWifi opgeslagen. Connectiviteit 113 Mobiel netwerk delen Informatie over het delen van uw mobiele netwerkverbinding met andere apparaten. ››Het mobiele netwerk van het toestel via Wi-Fi delen Informatie over het gebruiken van uw toestel als draadloos toegangspunt voor andere toestellen. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer instellingen → Tethering en draagbare hotspot → Draagbare Wi-Fi hotspot. 2 Sleep de schakelaar Draagbare Wi-Fi hotspot naar rechts om mobiel netwerk delen via Wi-Fi in te schakelen. 3 Selecteer Configureer om netwerkinstellingen te configureren om uw toestel als toegangspunt te gebruiken. Optie Functie Netwerk-SSID De toestelnaam bewerken die op andere toestellen wordt weergegeven. Mijn apparaat verbergen Voorkomen dat andere apparaten uw toestel kunnen vinden. Beveiliging Een beveiligingstype selecteren. Wachtwoord Een wachtwoord ingeven om ongewenste toegang tot uw mobiele netwerk te voorkomen. Deze optie is alleen beschikbaar als u de beveiligingsoptie instelt. Wachtwoord tonen Instellen dat uw wachtwoord wordt weergegeven wanneer u dit ingeeft. Geavanceerde opties weergeven Een broadcastkanaal selecteren. Connectiviteit 114 4 Selecteer Opslaan. 5 Zoek op een ander toestel de naam van uw toestel en maak verbinding met uw mobiele netwerk. U kunt delen via het mobiele netwerk beperken tot opgegeven toestellen. Selecteer Toegestane app., maak een lijst met apparaten en selecteer de naam van uw toestel om de modus voor delen te wijzigen in Alleen toegestane apparaten. ››Het mobiele netwerk van uw toestel delen via USB 1 Sluit uw toestel met een USB-kabel aan op een computer. 2 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer instellingen → Tethering en draagbare hotspot. 3 Selecteer USB-tethering om mobiel netwerk delen via USB te activeren. U stopt het delen van de netwerkverbinding door het selectievakje naast USB-tethering uit te schakelen. De methode voor delen kan afwijken afhankelijk van het besturingssysteem van uw computer. ››Het mobiele netwerk van het toestel via Bluetooth delen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Meer instellingen → Tethering en draagbare hotspot. 2 Selecteer Bluetooth-tethering om mobiel netwerk delen via Bluetooth te activeren. 3 Laat uw andere apparatuur zoeken naar uw toestel en koppel beide apparaten aan elkaar. Zorg ervoor dat Bluetooth is ingeschakeld en dat het toestel zichtbaar is. Connectiviteit 115 Bluetooth Informatie over het uitwisselen van gegevens en mediabestanden met andere toestellen via Bluetooth. Samsung is niet verantwoordelijk voor het verlies, de onderschepping of het misbruik van gegevens die via de Bluetooth-functie zijn verzonden of ontvangen. ●● Zorg altijd dat u gegevens deelt met en ontvangt van vertrouwde apparaten die goed zijn beveiligd. Als er voorwerpen tussen de apparaten staan, is het mogelijk dat de afstand waarop de apparaten kunnen communiceren, afneemt. ●● Sommige toestellen, vooral toestellen die niet door Bluetooth SIG zijn getest of goedgekeurd, zijn mogelijk niet compatibel met uw toestel. ●● Gebruik Bluetooth niet voor illegale zaken (bijvoorbeeld illegale kopieën van bestanden of het illegaal afluisteren van communicatie voor commerciële doeleinden). Samsung is niet aansprakelijk voor de gevolgen van illegaal Bluetooth-gebruik. ●● ››De Bluetooth-functie uitschakelen Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen en sleep de schakelaar Bluetooth naar rechts. Connectiviteit 116 ››Andere apparaten zoeken en koppelen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Bluetooth → Scannen. 2 Selecteer een apparaat. 3 Selecteer OK om de Bluetooth-PIN-code tussen twee toestellen te overeenstemmen. U kunt ook een Bluetooth-PINcode selecteren en vervolgens OK. Wanneer de eigenaar van het andere toestel de verbinding accepteert of dezelfde PIN-code ingeeft, zijn de toestellen gekoppeld. Als de koppeling slaagt, zoekt het toestel automatisch naar beschikbare diensten. Sommige apparaten, vooral headsets en handsfree carkits, hebben een vaste Bluetooth-PIN-code, zoals 0000. Als het andere apparaat een PIN-code heeft, moet u deze ingeven. ››Gegevens verzenden via Bluetooth 1 Selecteer een bestand of een item in een geschikte applicatie. 2 Selecteer een optie voor verzending via de Bluetooth-functie. De methode voor het selecteren van een optie kan verschillen per gegevenstype. 3 Zoek een Bluetooth-toestel en koppelen de toestellen. Connectiviteit 117 ››Gegevens ontvangen via Bluetooth 1 Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → Bluetooth. Schakel vervolgens het selectievakje naast uw toestel in. Als u de periode wilt selecteren waarin uw toestel zichtbaar is, drukt u op de optietoets en selecteert u Time-out zichtbaar. 2 Wanneer dit wordt gevraagd, selecteert u OK om de BluetoothPIN-code in overeenstemming te brengen of geeft u de Bluetooth-PIN-code in en selecteert u OK (indien nodig). 3 Selecteer OK om de verbinding tussen twee toestellen te bevestigen. Ontvangen gegevens worden in de map Bluetooth opgeslagen. Als u een contact ontvangt, wordt dit automatisch opgeslagen in het telefoonboek. GPS Uw toestel is uitgerust met een GPS-ontvanger (Global Positioning System). Hier vindt u informatie over hoe u locatieservices kunt inschakelen en extra GPS-functies kunt gebruiken. Voor een beter GPS-signaal kunt u uw toestel beter niet gebruiken in de volgende situaties: ●● tussen gebouwen, in tunnels of ondergrondse passages of in gebouwen; ●● in slechte weersomstandigheden; ●● in de buurt van hoogspanningsmasten of elektromagnetische velden; ●● in een voertuig met beschermende folie tegen de zon. Raak het gebied rond de antenne niet aan en bedek dit niet met uw handen of andere voorwerpen tijdens het gebruik van de GPS-functies. De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van uw regio of serviceprovider. Connectiviteit 118 ››Locatieservices inschakelen U moet locatieservices inschakelen om locatiegegevens te ontvangen of op de kaart te zoeken. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen → Locatieservices. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Draadloze netwerken gebruiken Instellen dat mobiele en/of Wi-Finetwerken worden gebruikt om uw locatie te bepalen. Er kunnen extra kosten in rekening worden gebracht voor het gebruik van mobiele netwerken. GPS-satellieten gebruiken Instellen om GPS-satellieten te gebruiken om uw locatie te zoeken. Locatie en Google zoeken Het toestel uw huidige locatie laten gebruiken voor de zoekfunctie en andere diensten van Google. VPN-verbindingen Informatie over het maken van VPN's (virtual private network) en veilig verbinding maken via internet. Uw toestel moet al zijn geconfigureerd met internettoegang. Als u problemen hebt met internettoegang, moet u de verbindingen bewerken. Als u niet zeker weet welke gegevens u moet ingeven, moet u contact opnemen met de beheerder van uw VPN. ●● Als u deze functie wilt gebruiken, moet u de schermvergrendeling inschakelen. ●● Connectiviteit 119 ››Een VPN-profiel instellen 1 Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → Meer instellingen → VPN → VPN-netwerk toevoegen. 2 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Name Een naam voor de VPN-server ingeven. Type Selecteer een VPN-type. Serveradres Het IP-adres van de proxyserver ingeven. L2TP geheim Een geheim L2TP-wachtwoord ingeven. IPSec-id Geef de gebruikersnaam op. Vooraf gedeelde IPsec-sleutel Een vooraf gedeelde beveiligingssleutel ingeven. Een gebruikerscertificaat selecteren waarmee de VPN-server u identificeert. IPSecU kunt certificaten van de VPN-server gebruikercertificaat importeren of downloaden van internet. Een certificeringsinstantie (CA) selecteren waarmee de VPN-server u IPSec CA-certificaat identificeert. U kunt certificaten van de VPN-server importeren of downloaden van internet. Connectiviteit 120 Optie Functie IPSecservercertificaat Een servercertificaat selecteren waarmee de VPN-server u identificeert. U kunt certificaten van de VPN-server importeren of downloaden van internet. PPP-codering (MPPE) Instellen dat gegevens worden gecodeerd vóór verzending naar de VPN-server. Geavanceerde opties weergeven Instellen om geavanceerde netwerkinstellingen te wijzigen. Beschikbare opties kunnen verschillen afhankelijk van het type VPN. 3 Selecteer Opslaan wanneer u klaar bent. ››Verbinding maken met een privénetwerk 1 Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → Meer instellingen → VPN. 2 Selecteer een privénetwerk. 3 Geef uw gebruikersnaam en wachtwoord in en selecteer Verbinden. Connectiviteit 121 Hulpmiddelen Calculator Hier vindt u informatie over het uitvoeren van berekeningen met uw toestel. ››Berekeningen uitvoeren 1 Selecteer in de lijst met applicaties Calculator. 2 Gebruik de toetsen op het scherm om eenvoudige berekeningen uit te voeren. Draai het toestel naar de liggende stand om de wetenschappelijke calculator te gebruiken. Als u automatisch meedraaien van het beeld met de stand van het apparaat hebt uitgeschakeld, drukt u op de optietoets en selecteert u Wetenschappelijke calculator. ››De berekeningsgeschiedenis weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Calculator. 2 Berekeningen uitvoeren. 3 Selecteer om het toetsenbord van de calculator te verbergen. De berekeningsgeschiedenis wordt weergegeven. Klok Hier vindt u informatie over het instellen en gebruiken van alarmen en wereldklokken. U kunt ook de stopwatch, de afteltimer en de bureauklok gebruiken. ››Een alarm instellen 1 Selecteer in de lijst met applicaties Klok → Alarm. 2 Selecteer Alarm instellen. Hulpmiddelen 122 3 Geef de details van het alarm in. Sleep de schakelaar Slim alarm naar rechts om gesimuleerde natuurgeluiden voorafgaand aan het hoofdalarm te activeren. 4 Selecteer Opslaan wanneer u klaar bent. Als u een alarm wilt uitschakelen, selecteert u het klokpictogram naast het alarm. Als u een alarm wilt verwijderen, drukt u op de optietoets en selecteert u Verwijderen. ››Een alarm afzetten Wanneer het alarm afgaat doet u het volgende: ●● Als u het alarm wilt stoppen, selecteert u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel. ●● Als u een alarm wilt uitstellen, selecteert u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel. ››Een wereldklok maken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Klok → Wereldklok → Plaats toevoegen. 2 Typ een plaatsnaam of selecteer een plaatsnaam in de lijst. ●● Als u uw woonplaats wilt gebruiken, selecteert u . U kunt de zomertijd toepassen door de klok te blijven aanraken en Zomertijd instellen te selecteren. ››De stopwatch gebruiken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Klok → Stopwatch. 2 Selecteer Start om de stopwatch te starten. 3 Selecteer Ronde om rondetijden vast te leggen. 4 Als u klaar bent, selecteert u Stoppen. Hulpmiddelen 123 ››De afteltimer gebruiken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Klok → Timer. 2 Stel de tijdsduur in die moet worden afgeteld. 3 Selecteer Start om het aftellen te beginnen. 4 Wanneer de timer afloopt, selecteert u en sleept u uw vinger buiten de grote cirkel om het alarm te stoppen. ››De bureauklok gebruiken Op de bureauklok worden de huidige tijd en datum en het weer weergegeven. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Klok → Bureauklok. 2 Selecteer om de bureauklok op volledig-schermformaat weer te geven. 3 Druk op de optietoets en selecteer Instellingen. 4 Wijzig de volgende opties: Optie Functie Statusbalk verbergen Statusbalk verbergen of weergeven. Achtergrond Een achtergrondafbeelding selecteren voor de bureauklok. Tijd-/ Instellen dat de klok of de agenda wordt agendaweergave weergegeven. AccuWeather Instellen dat het weer voor uw huidige locatie wordt weergegeven. U kunt ook temperatuureenheden selecteren en de bureauklok instellen op automatisch bijwerken van de weerinformatie. Helderheid De helderheid van het scherm aanpassen. Hulpmiddelen 124 Downloads Hier vindt u informatie over hoe u logbestanden kunt beheren van bestanden die u hebt gedownload via internet of e-mail. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Downloads. 2 Selecteer een downloadcategorie. 3 Als u een gedownload bestand wilt openen, selecteert u het logbestand. Als u een logbestand wilt verwijderen, schakelt u het selectievakje in en selecteert u . Mijn bestanden Hier vindt u informatie over het openen van verschillende soorten bestanden die zijn opgeslagen op uw toestel. ››Ondersteunde bestandsindelingen De volgende bestandsindelingen worden door uw toestel ondersteund: Type Indeling Foto bmp, gif, jpg, png Video 3gp, mp4, mkv Muziek mp3, aac, 3ga, m4a, ogg Geluid wav, imy, midi, amr, awb Overige doc, docx, pdf, ppt, pptx, txt, xls, xlsx, htm, html, vcf, vcs, vnt, jad, jar Afhankelijk van de software in uw toestel worden bepaalde bestandsindelingen niet ondersteund. ●● Als een bestand groter is dan de beschikbare geheugenruimte, kan er een fout optreden als u het bestand probeert af te spelen. ●● Hulpmiddelen 125 ››Een bestand bekijken 1 Selecteer in de lijst met applicaties Mijn bestanden. 2 Selecteer een map. ●● ●● Als u een niveau omhoog wilt, selecteert u . Als u wilt teruggaan naar de hoofddirectory, selecteert u 3 Selecteer een bestand. . Druk in de lijst met mappen op de optietoets voor de volgende opties: ●● Als u mappen wilt maken voor het beheren van bestanden, selecteert u Map maken. ●● Selecteer Wissen om bestanden of mappen te verwijderen. ●● Als u op uw apparaat opgeslagen bestanden wilt zoeken, selecteert u Zoeken. ●● Selecteer Weergave om de weergavemodus te wijzigen. ●● Selecteer Sorteren op om bestanden of mappen te sorteren. ●● Als u een bestand naar anderen wilt verzenden of een bestand wilt delen, selecteert u Delen via. ●● Als u de bestanden wilt kopiëren of verplaatsen naar een andere map, selecteert u Kopiëren of Verplaatsen. ●● Selecteer Hernoem om de naam van een bestand of map te wijzigen. ●● Als u de instellingen voor het bestandsbeheer wilt wijzigen, selecteert u Instellingen. Hulpmiddelen 126 Zoeken Hier vindt u informatie over gegevens zoeken op uw toestel of informatie op internet. 1 Selecteer in de lijst met applicaties Zoeken. 2 Geef een trefwoord in. Als u met uw stem gegevens wilt zoeken, selecteert u en spreekt u een zoekwoord in de microfoon van het toestel. 3 Selecteer een zoekresultaat. SIM-toolkit U kunt een aantal extra diensten gebruiken die door uw serviceprovider worden aangeboden. Afhankelijk van uw SIMof USIM-kaart kan deze applicatie een andere naam hebben. Selecteer in de lijst met applicaties SIM-toolkit. Hulpmiddelen 127 Instellingen De instelopties weergeven 1 Selecteer in de lijst met applicaties Instellingen. 2 Selecteer een instellingencategorie en selecteer een optie. Wi-Fi Hier kunt u de Wi-Fi-functie inschakelen om verbinding te maken met een Wi-Fi-toegangspunt en toegang te krijgen tot internet of andere netwerkapparaten. Bluetooth Hier kunt u de Bluetooth-functie inschakelen om over korte afstanden informatie uit te wisselen. Gegevensgebruik U kunt bijhouden hoe intensief uw gegevensgebruik is en limietinstellingen aanpassen. ●● Mobiele gegevens: instellen voor het gebruik van gegevensverbindingen via een mobiel netwerk. ●● Limiet mobiele geg. instellen: een limiet instellen voor uw mobiele gegevens. ●● Cyclus gegevensgebruik: wijzig de instellingen voor de limietcyclus. Druk op de optietoets voor meer opties. ●● Roaming: instellen dat gegevensverbindingen worden gebruikt tijdens roaming. ●● Achtergrondgegevens beperken: uitschakelen van synchronisatie op de achtergrond bij het gebruik van mobiele netwerken. ●● Wi-Fi-gebruik tonen: stel in hoe u uw gegevensgebruik wilt weergeven via Wi-Fi. Instellingen 128 Meer instellingen Hier kunt u de instellingen aanpassen die bepalen hoe verbinding wordt gemaakt met andere apparaten of netwerken. ››Vliegtuigstand Schakel de vliegtuigstand in om alle draadloze functies van het toestel uit te schakelen. U kunt alleen functies gebruiken waarvoor geen netwerk is vereist. ››Mobiele netwerken Pakketgegevens gebruiken: instellen voor het gebruik van gegevensverbindingen via een mobiel netwerk. ●● Roaming: instellen dat gegevensverbindingen worden gebruikt tijdens roaming. ●● Namen toegangspunten: een APN (access point name) selecteren voor mobiele netwerken. U kunt APN's toevoegen of bewerken. Als u de APN-instellingen wilt resetten naar de fabrieksinstellingen, drukt u op de optietoets en selecteert u Standaardinstellingen. ●● Netwerkmodus: hier selecteert u een type netwerk. Het is niet mogelijk om beide SIM-kaarten tegelijk te gebruiken op het 3G-netwerk. ●● Netwerkoperators: -- Netwerken zoeken: een netwerk zoeken en selecteren. -- Automatisch selecteren: het toestel instellen om het eerste beschikbare netwerk te selecteren. ●● ››Tethering en draagbare hotspot Draagbare Wi-Fi hotspot: uw toestel instellen als draadloos toegangspunt voor andere toestellen. ●● USB-tethering: uw toestel instellen als draadloze modem door een USB-verbinding te maken met een computer. ●● Instellingen 129 Bluetooth-tethering: de functie voor Bluetooth-verbinding activeren om op die manier uw mobiele netwerk met computers te delen via Bluetooth. ●● Help: informatie over het gebruik van tethering weergeven. ●● ››Wi-Fi Direct Activeer de functie Wi-Fi Direct om twee apparaten via Wi-Fi te verbinden zonder dat een toegangspunt is vereist. ››VPN Hier stelt u Virtual Private Networks (VPN's) in en beheert u deze. ››Kies via Wi-Fi Hiermee verbindt u uw toestel via Wi-Fi met Samsung Kies. SIM-kaartbeheer Hier kunt u de instellingen voor het netwerk en de kaart van uw toestel openen en wijzigen. ► p. 41 Geluid Hier kunt u de instellingen voor diverse geluiden op het toestel configureren. ●● Geluidsprofielen: een profiel selecteren om het toestel te laten trillen of alle geluiden te dempen behalve mediageluiden en alarmtonen. ●● Volume: het volume voor diverse geluiden op het toestel wijzigen. Instellingen 130 Beltoon: -- Beltoon apparaat: een beltoon voor inkomende oproepen selecteren. -- Standaardmeldingen: een beltoon voor gebeurtenissen selecteren, zoals nieuwe berichten en gemiste oproepen. ●● Trilstand apparaat: een trilpatroon toevoegen of selecteren. ●● Geluid en trilling: instellen dat bij inkomende oproepen zowel een beltoon als een trilsignaal wordt gebruikt. ●● Toetstonen: instellen dat het toestel een geluid laat horen wanneer u nummers ingeeft op het belscherm. ●● Aanraakgeluiden: instellen dat het toestel een geluid laat horen wanneer u een applicatie of optie selecteert. ●● Geluid schermvergrendeling: instellen dat het toestel een geluid laat horen wanneer u het aanraakscherm vergrendelt en ontgrendelt. ●● Display Pas de instellingen aan om de weergave en achtergrondverlichting van het apparaat te regelen. ●● Helderheid: de helderheid van het scherm aanpassen. ●● Time-out scherm: instellen na hoeveel tijd de achtergrondverlichting van het scherm moet worden uitgeschakeld. ●● Scherm automatisch draaien: de interface instellen om automatisch te draaien wanneer u het toestel draait. ●● Duur achtergr.verl. toets: selecteer hoe lang het apparaat wacht voordat de achtergrondverlichting van de aanraaktoetsen worden uitgeschakeld. ●● Letterstijl: het lettertype voor de displaytekst selecteren. ●● Tekstgrootte: de tekengrootte wijzigen voor weergave van items of bij het maken van items in applicaties. ●● Batterijpercentage weergeven: instellen om de resterende levensduur van de batterij weer te geven. Instellingen 131 Achtergrond Hier kunt u de achtergrondinstellingen wijzigen. ●● Startscherm: een achtergrondafbeelding selecteren voor het startscherm. ●● Vergrendelscherm: een achtergrondafbeelding selecteren voor het vergrendelscherm. ●● Start- en vergrendelscherm: selecteer een achtergrondafbeelding voor het startscherm en het vergrendelde scherm. Opslag Hier kunt u geheugeninformatie over uw toestel en geheugenkaart weergeven. U kunt ook de geheugenkaart formatteren. Als u een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens definitief van die geheugenlocatie verwijderd. De werkelijke beschikbaarheid van het interne geheugen is kleiner dan de gespecificeerde beschikbaarheid omdat het besturingssysteem en de standaardtoepassingen een deel van het geheugen innemen. Batterij Weergeven hoeveel stroom wordt verbruikt door uw toestel. Applicatiebeheer Hiermee kunt u de applicaties op het toestel bekijken en beheren. Instellingen 132 Account- en synchronisatie-instellingen Hier kunt u de instellingen voor de automatische synchronisatiefunctie wijzigen of accounts voor synchronisatie beheren. Locatieservices Hier kunt u de instellingen voor locatieservices wijzigen. ●● Draadloze netwerken gebruiken: instellen dat mobiele en/of Wi-Fi-netwerken worden gebruikt om uw locatie te bepalen. ●● GPS-satellieten gebruiken: instellen dat GPS-satellieten worden gebruikt om uw locatie te zoeken. ●● Locatie en Google zoeken: het toestel uw huidige locatie laten gebruiken voor de zoekfunctie en andere diensten van Google. Beveiliging Hier kunt u de instellingen voor de beveiliging van uw toestel en de SIM- of USIM-kaart opgeven. ●● Schermvergrendeling: de schermvergrendelingsfunctie activeren. ●● Vergendelscherm opties: De instellingen worden alleen toegepast als u de veegvergrendelingsoptie hebt ingesteld. -- Sneltoets: instellen voor weergeven en bewerken van snelkoppelingen naar applicaties op het vergrendelde scherm. -- Klok: instellen dat de klok op het vergrendelde scherm moet worden weergegeven. -- Dubbele klok: stel in dat de dubbele klok wordt weergegeven op het vergrendelde scherm. -- Weer: instellen dat weersinformatie wordt weergegeven en de instellingen voor de weergaven van het weer wijzigen. -- Help-tekst: stel in dat de helptekst wordt weergegeven op het vergrendelde scherm. Instellingen 133 Gegevens eigenaar: voer uw informatie in die zichtbaar is op het vergrendelde scherm. ●● Apparaat coderen: een wachtwoord instellen voor versleuteling van gegevens die op het apparaat zijn opgeslagen. Elke keer als u het apparaat aanzet, moet u dit wachtwoord ingeven. Laad eerst de batterij op voordat u deze instelling activeert. Versleuteling van uw gegevens kan meer dan een uur duren. ●● ●● Externe SD-kaart coderen: -- Externe SD-kaart coderen: instellen voor versleuteling van bestanden die u op een geheugenkaart opslaat. -- Volledige codering: stel in dat alle bestanden op een geheugenkaart moeten worden gecodeerd. -- Multimediabestanden uitsluiten: instellen voor versleuteling van alle bestanden op een geheugenkaart, met uitzondering van mediabestanden. Als u met deze instelling geactiveerd besluit tot resetten van de standaardwaarden, zal het apparaat de versleutelde bestanden niet meer kunnen lezen. Schakel deze instelling dus altijd uit voordat u een reset uitvoert. ●● Externe besturingselementen: instellen om bediening op afstand via internet van uw verloren of gestolen toestel toe te staan. Als u deze functie wilt gebruiken, moet u zich aanmelden bij uw Samsung- en Google-accounts. -- Account toev.: uw Samsung- en Google-accounts toevoegen of weergeven. -- Draadloze netwerken gebruiken: instellen om toe te staan dat locatiegegevens worden verzameld en dat de locatie van uw verloren of gestolen toestel wordt bepaald via Wi-Finetwerken en mobiele netwerken. Instellingen 134 Waarschuwing SIM-kaart vervangen: de functie Mobiel apparaat traceren inschakelen. ●● Webpagina SamsungDive: open de SamsungDive-website (www.samsungdive.com). U kunt uw verloren of gestolen toestel volgen en bedienen op de SamsungDive-website. ●● SIM-kaartvergrendeling instellen: -- SIM-kaart vergrendelen: instellen dat de SIM- of USIM-kaart wordt vergrendeld. Als u uw toestel wilt gebruiken met de SIM- of USIM-kaart, moet u de PIN-code ingeven. -- SIM-pincode wijzigen: de PIN wijzigen die bij de SIM- of USIM-kaart is geleverd. ●● Wachtwoorden zichtbaar: instellen dat uw wachtwoorden worden weergegeven wanneer u ze instelt. ●● Apparaatbeheerders: de beheerders weergeven die u hebt goedgekeurd voor uw toestel. U kunt toestaan dat apparaatbeheerprogramma's een nieuw beleid op uw toestel toepassen. ●● Onbekende bronnen: instellen dat het toestel applicaties installeert die van elke willekeurige bron zijn gedownload. Als u deze optie niet inschakelt, kunt u alleen applicaties installeren die van Play Store zijn gedownload. ●● Vertrouwde aanmeldgegevens: instellen dat certificaten en referenties worden gebruikt om verzekerd te zijn van een veilig gebruik van diverse applicaties. ●● Installeren uit apparaatopslag: installeer gecodeerde certificaten die zijn opgeslagen in de USB-opslag van het apparaat. ●● Aanmeldgegevens wissen: referenties wissen van het toestel en het wachtwoord resetten. ●● Instellingen 135 Taal en invoer Hier kunt u de instellingen voor talen en tekstinvoer wijzigen. ››Taal Een taal voor het scherm selecteren. ››Sjabloon Een tekstinvoermethode selecteren. ››Google spraakgestuurd typen Activeer de Google-functie voor spraakinvoer om tekst via spraak in te geven. Selecteer als u de instellingen voor spraakinvoer wilt wijzigen. ●● Invoertalen selecteren: invoertalen voor de spraakherkenningsfunctie van Google selecteren. ●● Aanstootgevende woorden blokkeren: instellen dat aanstootgevende woorden worden herkend bij spraakinvoer. ››Samsung-toetsenbord Selecteer als u de instellingen voor het Samsung-toetsenbord wilt wijzigen. ●● Staande toetsenbordtypen: een toetsenbordtype selecteren. ●● Taal invoeren: invoertalen voor het toetsenblok selecteren. ●● Voorspellende tekst: XT9-stand activeren zodat het toestel aan de hand van uw invoer woorden voorspelt en woordsuggesties weergeeft. U kunt ook de instellingen voor woordsuggesties aanpassen. ●● Doorlopende invoer: instellen dat tekst wordt ingegeven wanneer over het toetsenbord wordt geveegd. ●● Over toetsenbord vegen: instellen dat de tekstinvoermethode wordt gewijzigd door uw vinger van links naar rechts of andersom over het toetsenbord te vegen. Instellingen 136 Schrijven: activeer de handschriftstand. U kunt ook de instellingen aanpassen voor de handschriftstand, zoals de herkenningstijd, pendikte of penkleur. ●● Spraakinvoer: de functie voor spraakinvoer activeren om tekst in te voeren met uw stem. ●● Automatische hoofdletters: instellen dat de eerste letter van een zin automatisch een hoofdletter wordt. ●● Automatisch punt: stel in dat interpunctietekens automatisch worden ingevoegd als dit nodig is. ●● Voorbeeld teken: instellen dat het toestel een voorbeeld weergeeft van elke letter die u tikt. ●● Geluid bij toetsaanslag: stel in dat het toestel een geluid afgeeft wanneer u op een toets tikt. ●● Zelfstudie: de zelfstudie weergeven voor het gebruik van het Samsung-toetsenbord. ●● Instellingen resetten: de instellingen voor het Samsungtoetsenbord terugzetten op de standaardwaarden. ●● ››Gesproken zoekopdracht Voor Google-spraakherkenning zijn de volgende opties beschikbaar: ●● Taal: een taal voor de Google-spraakherkenningsfunctie selecteren. ●● SafeSearch: een niveau selecteren voor het filteren van ongepaste tekst en beelden die het resultaat zijn van ingesproken zoekopdrachten. ●● Aanstootgevende woorden blokkeren: aanstootgevende woorden verbergen in de resultaten van ingesproken zoekopdrachten. Instellingen 137 ››Uitvoer Tekst naar spraak Voorkeur TTS-engine: een engine voor spraaksynthese selecteren. Selecteer om de instellingen voor engines voor spraaksynthese te wijzigen. ●● Spraaksnelheid: een snelheid selecteren voor de tekst-naarspraak-functie selecteren. ●● Naar voorbeeld luisteren: luister naar een voorbeeld van gesproken tekst. ●● Autostand: de autostand activeren om het apparaat gesproken meldingen voor inkomende oproepen of berichten, of informatie van gebeurtenissen te laten voorlezen. ●● ››Snelheid aanwijzer Hiermee wijzigt u de snelheid van de aanwijzer van de muis die of het trackpad dat op uw toestel is aangesloten. Back-up maken en terugzetten Hier kunt u de instellingen wijzigen voor het beheren van uw instellingen en gegevens. ●● Back-up mijn gegevens: instellen dat er een back-up van uw instellingen en applicatiegegevens wordt gemaakt op de server van Google. ●● Back-up van account: account voor back-ups bij Google instellen of aanpassen. ●● Automatisch herstellen: instellen dat uw instellingen en applicatiegegevens worden hersteld wanneer u een applicatie opnieuw moet installeren. ●● Standaardgegevens herstellen: de standaardwaarden van de instellingen resetten en alle gegevens verwijderen. Instellingen 138 Datum en tijd Hier kunt u de instellingen wijzigen om te bepalen hoe de tijd en datum worden weergegeven op het toestel. Als de batterij volledig ontladen blijft of wordt verwijderd uit het toestel, worden de tijd en datum opnieuw ingesteld. Automatisch datum en tijd: instellen dat tijdgegevens worden ontvangen van het netwerk en dat de tijd en datum automatisch worden bijgewerkt. ●● Datum instellen: hiermee kunt u de datum handmatig instellen. ●● Tijd instellen: hiermee kunt u de actuele tijd handmatig instellen. ●● Automatische tijdzone: instellen dat tijdzonegegevens worden ontvangen van het netwerk wanneer u een tijdzone overschrijdt. ●● Tijdzone selecteren: een tijdzone selecteren. ●● 24-uurs indeling gebruiken: instellen dat de tijd in 24-uurs indeling of 12-uurs indeling wordt weergegeven. ●● Datumnotatie selecteren: hiermee kunt u de datumnotatie selecteren. ●● Toegankelijkheid Toegankelijkheidsservices zijn speciale functies voor personen met fysieke handicaps. Wijzig de instellingen om de toegankelijkheid te verbeteren voor de interface en functies van het apparaat. ●● Scherm automatisch draaien: de interface instellen om automatisch te draaien wanneer u het toestel draait. ●● Wachtwoorden uitspreken: stel in dat wachtwoorden die u invoert met TalkBack hardop worden voorgelezen. Instellingen 139 Antwoord/einde oproep: -- Toets voor antwoorden: instellen dat oproepen kunnen worden aangenomen door op de starttoets te drukken. -- Aan/uit-toets einde oproep: instellen dat een oproep wordt beëindigd wanneer u op de aan/uit-toets drukt. ●● Sneltoets toegankelijkheid: een snelkoppeling naar de toegankelijkheidsinstellingen toevoegen aan het snelmenu dat verschijnt wanneer u op de aan/uit-toets drukt. ●● Time-out scherm: instellen na hoeveel tijd de achtergrondverlichting van het scherm moet worden uitgeschakeld. ●● TalkBack: TalkBack activeren voor gesproken feedback. ●● Webscripts installeren: instellen dat applicaties webscripts mogen installeren om hun webinhoud beter toegankelijk te maken. ●● Tekstgrootte: de tekengrootte wijzigen voor weergave van items of bij het maken van items in applicaties. ●● Monogeluid: monogeluid inschakelen wanneer u naar audio luistert met één oordopje. ●● Alle geluiden uit: schakel alle geluiden van het toestel uit. ●● Vertraging bij tikken en vasthouden: de herkenningstijd instellen voor het tikken op en blijven aanraken van het scherm. ●● Ontwikkelaarsopties Hier kunt u de instellingen voor het ontwikkelen van applicaties wijzigen. ●● USB-foutopsporing: de modus voor USB-foutopsporing activeren om uw toestel aan te sluiten op een computer met een USB-kabel. ●● Apparaat-ID ontwikkeling: de apparaat-ID voor ontwikkeling weergeven. ●● Namaaklocaties toestaan: hiermee staat u toe dat neplocaties en service-informatie voor testdoeleinden naar een Location Manager-service worden verzonden. Instellingen 140 Back-upwachtwoord desktop: een wachtwoord instellen om back-ups te beveiligen. ●● Beperkte stand: instellen dat het scherm knippert wanneer een applicatie lang bezig is met een taak. ●● Locatie aanwijzer tonen: instellen dat de coördinaten en het spoor van de aanwijzer worden weergegeven wanneer u het scherm aanraakt. ●● Aanrakingen weergeven: instellen dat de aanwijzer moet worden weergegeven wanneer u het scherm aanraakt. ●● Schermupdates weergeven: instellen dat delen van het scherm moeten knipperen wanneer ze worden bijgewerkt. ●● CPU-gebruik tonen: instellen dat alle actieve processen worden weergegeven. ●● GPU-weergave forceren: instellen dat 2D-hardwareversnelling moet worden gebruikt om de grafische prestaties te verbeteren. ●● Vensteranimatie schalen: de snelheid voor het openen en sluiten van pop-upvensters selecteren. ●● Animatieschaal overgang: de snelheid voor het omschakelen tussen schermen selecteren. ●● Activiteiten niet bewaren: instellen dat een actieve applicatie moet worden afgesloten wanneer u een nieuwe applicatie start. ●● Achtergrondprocessen beperken: instellen om het aantal processen te beperken dat op de achtergrond actief kan zijn. ●● Alle ANR's tonen: instellen dat het toestel u moet wijzen op applicaties op de achtergrond die niet meer reageren. ●● Toestel-info Hiermee kunt u informatie over het apparaat weergeven, zoals modelnummer en versie. U kunt een firmware-update downloaden en installeren met de service firmware over-the-air (FOTA). Als u wilt controleren op firmware-updates, selecteert u Softwareupdate → Bijwerken. Instellingen 141 Problemen oplossen Bij het inschakelen of tijdens het gebruik van het toestel wordt u om een van de volgende codes gevraagd: Code Probeer het volgende om het probleem op te lossen: Wachtwoord Als de toestelvergrendeling is ingeschakeld, moet u het wachtwoord ingeven dat u voor het toestel hebt ingesteld. PIN Wanneer u het toestel voor de eerste keer gebruikt of wanneer het gebruik van een PIN-code is ingeschakeld, moet u de PINcode ingeven die bij de SIM- of USIM-kaart is verstrekt. U kunt deze functie uitschakelen met SIM-kaart vergrendelen. PUK De SIM- of USIM-kaart is vergrendeld. Dit gebeurt meestal als u meerdere keren een onjuiste PINcode hebt ingevoerd. U moet de PUK-code ingeven die u van uw provider hebt gekregen. PIN2 Wanneer u een menu wilt openen waarvoor PIN2-code vereist is, dient u de PIN2-code in te geven die met de SIM- of USIM-kaart is meegeleverd. Raadpleeg uw provider voor meer informatie. Uw toestel geeft netwerk- of servicefoutberichten weer Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een andere plek en probeer het opnieuw. ●● Zonder abonnement kunt u sommige opties niet gebruiken. Neem voor meer informatie contact op met uw provider. ●● Problemen oplossen 142 Het aanraakscherm reageert langzaam of niet naar behoren Probeer het volgende als uw toestel een aanraakscherm heeft en dit scherm niet naar behoren reageert: ●● Verwijder eventuele beschermende bedekkingen van het aanraakscherm. Voor een toestel met aanraakscherm kunt u beter geen beschermende bedekkingen gebruiken, omdat het toestel uw invoer hierdoor mogelijk niet kan herkennen. ●● Zorg dat uw handen schoon zijn wanneer u op het aanraakscherm tikt. ●● Start het toestel opnieuw op om eventuele tijdelijke softwarefouten te verhelpen. ●● Controleer of de software van uw toestel is bijgewerkt tot de nieuwste versie. ●● Als het aanraakscherm is bekrast of beschadigd, moet u het toestel naar een Samsung Servicecenter brengen. ●● Uw toestel is vastgelopen of er is een onherstelbare fout opgetreden Als het toestel vastloopt of niet meer reageert, moet u mogelijk applicaties sluiten of het toestel resetten om het weer volledig te kunnen gebruiken. Als uw toestel nog steeds niet reageert en een applicatie is vastgelopen, sluit u de applicatie met taakbeheer. Als uw toestel is vastgelopen en niet meer reageert, houdt u de Aan/ uit-toets 8 tot 10 seconden ingedrukt. Als het probleem blijft bestaan, moet u de gegevens herstellen naar de fabrieksinstelling. Open de lijst met applicaties en selecteer Instellingen → Back-up maken en terugzetten → Standaardgegevens herstellen → Apparaat resetten → Alles verwijderen. Gesprekken worden afgebroken Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de ontvangst slecht is, bestaat het risico dat de netwerkverbinding wordt verbroken. Ga naar een andere plek en probeer het opnieuw. Problemen oplossen 143 Uitgaande oproepen worden niet verbonden Controleer of u op de nummerkeuzetoets hebt gedrukt. ●● Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele netwerk. ●● Controleer of het gekozen telefoonnummer niet is geblokkeerd. ●● Inkomende oproepen worden niet verbonden Controleer of het toestel is ingeschakeld. Controleer of u verbinding hebt gemaakt met het juiste mobiele netwerk. ●● Controleer of het telefoonnummer van de beller niet is geblokkeerd. ●● ●● Anderen horen u niet praten tijdens een telefoongesprek Controleer of u de ingebouwde microfoon niet blokkeert. Zorg ervoor dat u de microfoon dicht bij uw mond houdt. ●● Als u een headset gebruikt, controleert u of deze goed is aangesloten. ●● ●● Slechte geluidskwaliteit Controleer of u de interne antenne van het toestel niet blokkeert. ●● Als u zich op een plek bevindt waar het signaal zwak of de ontvangst slecht is, valt de verbinding mogelijk weg. Ga naar een andere plek en probeer het opnieuw. ●● U krijgt geen verbinding wanneer u via contacten belt Controleer of het juiste nummer is opgeslagen in de lijst met contacten. ●● Geef het nummer zo nodig opnieuw in en sla het op. ●● Controleer of het telefoonnummer van het contact niet is geblokkeerd. ●● Problemen oplossen 144 Het toestel laat een pieptoon horen en het batterijpictogram is leeg De batterij is bijna leeg. Laad de batterij op of vervang deze om het toestel te gebruiken. De batterij wordt niet goed opgeladen of het toestel wordt uitgeschakeld De batterijpolen zijn mogelijk vuil. Veeg de goudkleurige polen schoon met een schone, zachte doek en probeer de batterij opnieuw op te laden. ●● Als de batterij niet meer volledig kan worden opgeladen, voert u de oude batterij op correcte wijze af (volgens de plaatselijke verordeningen) en plaatst u een nieuwe batterij. ●● Uw toestel is heet wanneer u het aanraakt Wanneer u applicaties gebruikt waarvoor meer stroom is vereist of langere tijd applicaties gebruikt op uw toestel, kan uw toetstel heet aanvoelen. Dit is normaal en heeft geen nadelige invloed op de levensduur of prestaties van het toestel. Bij het starten van de cameratoepassing verschijnen foutmeldingen Uw toestel moet beschikken over voldoende geheugen en acculading om de camera-applicatie te gebruiken. Als u bij het starten van de camera een foutmelding krijgt, probeert u het volgende: ●● Laad de batterij op of vervang deze door een batterij die volledig is opgeladen. ●● Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar een computer of door bestanden te verwijderen van uw toestel. ●● Start het toestel opnieuw op. Als u na het uitvoeren van deze tips nog steeds problemen met de camera hebt, neemt u contact op met een Samsung Servicecenter. Problemen oplossen 145 Bij het starten van de FM-radiotoepassing verschijnen foutmeldingen De FM-radioapplicatie op uw toestel gebruikt de kabel van de headset als antenne. Als er geen headset is aangesloten, zal de FMradio geen zenders kunnen ontvangen. Om de FM-radio te kunnen gebruiken, moet u eerst de headset goed hebben aangesloten. Vervolgens zoekt u naar beschikbare radiostations en slaat u deze op. Als u na het uitvoeren van deze stappen de FM-radio nog steeds niet kunt gebruiken, probeert u of u het gewenste station met een andere radio-ontvanger kunt ontvangen. Is dit het geval, dan heeft uw toestel wellicht onderhoud nodig. Neem contact op met een Samsung Servicecenter. Bij het openen van muziekbestanden verschijnen foutmeldingen Sommige muziekbestanden kunnen om verschillende redenen niet worden afgespeeld op uw toestel. Als u bij het openen van muziekbestanden op uw toestel foutmeldingen krijgt, probeert u het volgende: ●● Maak geheugen beschikbaar door bestanden over te zetten naar een computer of door bestanden te verwijderen van uw toestel. ●● Controleer of het muziekbestand geen DRM-beveiliging (Digital Rights Management) heeft. Als het bestand over een DRMbeveiliging beschikt, moet u ervoor zorgen dat u over de juiste licentie of code beschikt om het bestand te kunnen afspelen. ●● Controleer of het bestandstype door het toestel wordt ondersteund. Problemen oplossen 146 Er worden geen andere Bluetooth-toestellen gevonden Controleer of de Bluetooth-voorziening op uw toestel is ingeschakeld. ●● Controleer of de Bluetooth-voorziening is ingeschakeld op het toestel waarmee u verbinding wilt maken. ●● Zorg dat uw toestel en het andere Bluetooth-toestel zich binnen het maximale Bluetooth-bereik bevinden (10 meter). ●● Als met deze tips het probleem niet kan worden opgelost, neemt u contact op met een Samsung Servicecenter. Er wordt geen verbinding gemaakt wanneer u het toestel aansluit op een computer Controleer of de USB-kabel die u gebruikt, compatibel is met het toestel. ●● Controleer of de juiste stuurprogramma's zijn geïnstalleerd en bijgewerkt op uw computer. ●● Als u een Windows XP-gebruiker bent, controleert u of u Windows XP Service Pack 3 of hoger hebt geïnstalleerd op uw computer. ●● Controleer of u Samsung Kies 2.0 of Windows Media Player 10 of hoger op uw computer hebt geïnstalleerd. ●● Problemen oplossen 147 Index aanraakscherm camera aanraaktoon 36 alarm 122 applicaties connectiviteit gebruiken 24 vergrendelen/ ontgrendelen 27 camcorder-instellingen wijzigen 73 camera-instellingen wijzigen 69 foto’s maken  66 video’s opnemen  71 meerdere taken  35 ordenen 34 sluiten 35 starten 33 verwijderen 34 automatische weigering  50 batterij opladen 17 plaatsen 14 Bluetooth 116 GPS-verbindingen 118 mobiel netwerk delen  114 USB-aansluitingen 108 VPN-verbindingen 119 Wi-Fi 110 contacten groepen maken  88 importeren/exporteren 90 kopiëren/verplaatsen 89 snelkeuze instellen  88 toevoegen 87 zoeken 87 berichten e-mail verzenden  61 e-mail weergeven  61 logbestanden weergeven 53 MMS verzenden  57 MMS weergeven  58 SMS verzenden  57 SMS weergeven  58 verzenden, Google Mail  59 voicemail beluisteren  58 weergeven, Google Mail  59 FDN-modus 51 FM-radio 84 foto’s maken 66 weergeven 77 galerij 77 geheugenkaart bestandsbeheer 125 Bluetooth 116 calculator 122 formatteren 22 plaatsen 21 verwijderen 22 Index 148 geluid uitvoeren, oproepen met meerdere bellers (vergaderoproepen) 49 weigeren 47 wisselgesprek 53 aanraaktoon 36 beltoon 36 instellingen 130 toestelvolume 36 oproepen met meerdere bellers (vergaderoproepen) 49 pictogrammen 28 Play Store  104 Samsung Apps  105 SIM-kaartbeheer 130 SIM/USIM-kaart Google Latitude  100 Google Mail  59 Google Maps  101 Google Talk  63 instellingen 128 internet 96 kaart locaties delen  100 navigatie gebruiken  102 routebeschrijvingen opvragen 102 zoeken naar locaties  101 zoeken naar plaatsen in de buurt 103 plaatsen 15 vergrendelen 39 startscherm items verplaatsen  30 items verwijderen  30 panelen toevoegen  31 panelen verwijderen  31 werken met het meldingenpaneel 29 widgets gebruiken  32 mobiel apparaat zoeken  40 MP3-speler 79 oproepen blokkeren 52 doorschakelen 52 internationale oproepen plaatsen 47 logbestanden weergeven 53 opties tijdens een oproep gebruiken 49 snel kiezen  88 starten 46 stille stand  36 stopwatch 123 tekstinvoer kopiëren en plakken  45 met Samsungtoetsenbord 44 tethering via Bluetooth  115 via USB  115 via Wi-Fi  114 Index 149 timer 124 toestelblokkering 38 toetsfuncties 13 uitpakken 10 USB-aansluitingen als camera-apparaat  109 als media-apparaat  109 een draadloze modem  115 met Samsung Kies  108 met Windows Media Player 108 video’s afspelen  75, 78 opnemen 71 uploaden naar YouTube 107 videospeler 74 VPN-verbindingen 119 webbrowser 96 weergave achtergrond 37 helderheid 37 instellingen 131 lettertype 37 taal 35 wereldklok 123 Wi-Fi 110 YouTube 105 Index 150
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151

Samsung GT-S7562 Handleiding

Categorie
Mobieltjes
Type
Handleiding