Signaal rookmelder: --- --- ---
Signaal hittemelder: --- --- ---
Signaal watermelder: - - -
Let op: alleen de LED van de melder dat als eerste
het alarmsignaal verstuurt, zal knipperen, zodat
deze melder kan worden geïdenticeerd.
9. PAUZE/ONDERDRUKKINGSFUNCTIE:
Als de rookmelders een vals alarm afgeven door
koken, open haard, enz., dan kunnen ze 10 mi-
nuten op pauze worden gezet door de testknop op
de rookmelder dat als eerste afgaat (de LED knip-
pert hierop) in de drukken.
De reden is dat het nodig is de oorzaak van het
alarm te achterhalen voordat de onderdrukkings-
functie wordt gebruikt. Dit is om te verzekeren dat
er geen levensbedreigende situatie is.
10. EXTRA TOESTEL TOEVOEGEN:
Alle CAVIUS onderling verbonden melders binnen de
kunnen worden toegevoegd aan het
systeem, omdat ze dezelfde frequentie en hetzelfde
gegevensprotocol gebruiken. Dit betekent dat het
draadloze systeem kan bestaan uit een combinatie
van rook-, hitte-, watermelders, enz.
Zet alle melders in de ‘Leermodus’ en herhaal
hoofdstuk 1.
Test na het toevoegen van toestellen altijd de
verbinding naar alle toestellen met de testfunctie
uit hoofdstuk 6.
11. SIGNAAL LEGE BATTERIJ:
De batterij in uw product gaat vijf jaar mee.
Wanneer de batterij het einde van de levensduur
nadert, zal gedurende 30 dagen om de 48 seconden
een kort piepje klinken.
Alleen de melders met de bijna lege batterij zal
piepen, de melders niet.
U kunt veilig batterijen verwisselen in de melders
zonder het leerproces te herhalen – de opgeslagen
codes worden tijdens het verwisselen van de bat-
terij niet gewist.
12. BATTERIJ VERVANGEN:
Voor het vervangen van de batterij haalt u het rook-
melder van de montagevoet af door het toestel te-
gen de wijzers van de klok in te draaien.
Pas op: er is gevaar voor explosie als de batterijen
worden vervangen door het verkeerde type.
Let bij het plaatsen van de batterij op de polariteit.
Breng de melder weer aan in de montagevoet door
het met de wijzers van de klok mee te draaien
totdat het vastklikt en test de melder.
13. ONDERHOUD EN STORINGEN OPLOSSEN:
• Stofdeeltjes in de rookmelder die kunnen worden
verwijderd door het rooster te zuigen.
• Hoge vochtigheid, condenserend, wat kan
worden opgelost door het rookmelder te drogen.
Als de rookmelder niet werkt als op de testknop
wordt gedrukt, dan is waarschijnlijk een lege/ka-
potte batterij de oorzaak. Controleer of de batterij
leeg is en vervang deze dan. Test het melder alti-
jd na vervanging van de batterij.
Als het probleem zich blijft voordoen, bezoek dan
www.cavius.com voor oplossen van het probleem.
14. OVERIGE INFORMATIE:
Breng geen verf aan op de melder.
Afvoeren: Voer zowel batterij als het product aan
het einde van de levensduur op de juiste wijze af.
Dit is elektronisch afval en moet worden ge-
recycled.
Let op lokale regelgeving over informatie aan uw
verzekering inzake geplaatste rookmelder.
Voldoet aan de Radio apparatuur richtlijn 2014/53/
EU.
Verbonden via RF: 868 MHz.
Maximale radio-frequentie die wordt uitgezonden:
20 dBm.
De volledige conformiteitsverklaring aan de richtli-
jn 2014/53/EU kan worden gedownload via www.
cavius.com
WAARSCHUWING: Alle meldingen moeten
worden verondersteld als gevolg van een daad-
werkelijke brand en de woning moet onmiddellijk
worden geëvacueerd.
WARRSCHUWING: Om letsel te voorkomen,
moet dit apparaat stevig aan het plafond / de muur
worden bevestigd in overeenstemming met de in-
stallatie-instructies.
WAARSCHUWING: Batterijen mogen niet worden
blootgesteld aan overmatige hitte, zoals verhitting,
vuur en dergelijke. Houd rekening met de landelijk
geldende voorschriften met betrekking tot installatie.
De CE-markering die op het product is aange-
bracht, bevestigt de naleving van alle relevante
Europese richtlijnen voor radioapparatuur (RED)
2014/53/EU als ook aan de geharmoniseerde
vereisten in de EN14604-norm en de bouwpro-
ductenverordening (CPR) 305/2011.
Alle rechten voorbehouden: CAVIUS Aps aanvaardt
geen verantwoordelijkheid voor eventuele fouten
in deze gebruiksaanwijzing. Bovendien behoudt
CAVIUS Aps zich het recht voor de hardware, soft-
ware en/of hierin opgenomen specicaties op elk
moment en zonder kennisgeving te wijzigen, en CAV-
IUS Aps verplicht zich niet de hierin opgenomen
informatie te actualiseren. Alle hierin opgenoemde
handelsmerken zijn eigendom van hun respectieveli-
jke eigenaren. Copyright © CAVIUS Aps.
Ontwikkeld door CAVIUS Aps, Jens Juuls Vej 28 K,
DK-8260
Gefabriceerd in P.R.C.
Zodra de montagevoet is aangebracht, brengt u de
melder aan door het met de wijzers van de klok mee
in te draaien totdat het vastklikt. Als de batterij ont-
breekt of niet correct is ingestoken of als de schuif
op ‘Leermodus’ staat, zal het rookmelder niet in de
montagevoet vastklikken.
6. TESTFUNCTIE:
Test na installatie en minimaal eenmaal per kwar-
taal alle melders om te controleren dat zij correct
werken en binnen elkaars bereik zijn.
Aanbevolen wordt elke week visueel te controleren
of de LED correct knippert (om de 48 sec.).
Druk de testknop op een van de melders geduren-
de minimaal 10 seconden in. Hierdoor wordt een
testsignaal vanaf de melder verzonden; alle an dere
verbonden melders moeten het signaal kort daarna
ontvangen. De melders produceren een kort piepje
en de LED zal 2 minuten lang om de 8 seconden
knipperen.
OPMERKING: Met de testfunctie kan ook een ver-
zwakt RF-signaal worden verzonden ter controle van
optimale werking onder normale omstandigheden.
Wanneer het testsignaal wordt verzonden, reageren
de melders op twee manieren:
1. Een enkel piepje om de 8 seconden geeft aan dat
de melders verbonden zijn en functioneren.
2. Drie korte piepjes om de 8 seconden geeft een
storing van de rooksensor aan. De melder moet
rond de rookalarmkamer worden gereinigd met
een stofzuiger (op laagste stand) en weer worden
getest.
Indien nodig kan de reactie op elk melder eerder
worden stopgezet door de testknop kort in te druk-
ken.
TIP: Het is veilig om met uw vinger de geluidsuit-
gang af te dekken tijdens het testen om het gelu-
idsniveau tot een minimum terug te brengen.
Als het probleem zich blijft voordoen, bezoek dan
www.cavius.com voor oplossen van het probleem.
7. NORMALE MODUS:
In de normale modus zal de LED om de 48 seconden
knipperen als teken van een correcte werking.
8. ALARMMODUS:
Wanneer er een rookconcentratie wordt gedetect-
eerd, gaat de melder naar de ‘Alarmmodus’. Het
alarmsignaal gaat af en de LED begint te knipperen.
Het rookmelder verstuurt het alarmsignaal ook naar
de andere verbonden melders, die kort daarna ook
het alarmsignaal laten afgaan.
De serie CAVIUS Draadloze melders kent twee ver-
schillende alarmsignalen:
Alarmsignaal 1 (--- --- ---) is een alarm dat een
levensbedreigende situatie aangeeft, zoals een
rookmelder.
Alarmsignaal 2 (- - -) is een alarm dat een niet-
levensbedreigende situatie aangeeft, zoals een wa-
termelder.
127793 rev11
KLIK HET ROOKMELDER
STEVIG IN DE VOET VAST
OM HET TE
VERGRENDELEN
EN 14604:2005 + AC :2008
DoP no.: 2103
1116
21
De CE und RED-verklaring van overeenstemming en DoP kunnen worden gedownload van: www.cavius.com
De papieren versie van de DoP is op aanvraag gratis verkrijgbaar.
Aangegeven prestatie 4.1-4.19 + 5.2-5.24: Geslaagd.
©2022 Carrier. Alle rechten voorbehouden.
Alle handelsmerken en servicemerken waarnaar hierin wordt verwezen, zijn eigendom
van hun respectievelijke eigenaren.