Nikon COOLPIX S7000 Referentie gids

Type
Referentie gids
Naslaggids
DIGITALE CAMERA
Inleiding
i
Inhoudsopgave
xii
Onderdelen van de camera
1
Voorbereiden voor opname
7
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
12
Opnamefuncties
21
Weergavefuncties
58
Films opnemen en afspelen
69
Menu's gebruiken
76
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
117
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
121
Technische opmerkingen
130
i
Inleiding
Inleiding
Om dit Nikon product optimaal te kunnen gebruiken, dient u "Voor uw
veiligheid" (Avi–viii) en "Wi-Fi (draadloos LAN-netwerk)" (Ax), en alle overige
instructies grondig te lezen en deze informatie te bewaren waar deze
geraadpleegd kan worden door iedereen die de camera gebruikt.
• Als u de camera onmiddellijk wilt gebruiken, zie "Voorbereiden voor
opname" (A7) en "Basisstappen voor fotograferen en weergeven" (A12).
Overige informatie
• Symbolen en conventies
• Met "geheugenkaarten" worden in deze handleiding SD-, SDHC- en SDXC-
geheugenkaarten bedoeld.
• Met "standaardinstelling" wordt de instelling bij aankoop bedoeld.
• De namen van de menuopties die op het scherm verschijnen en de namen
van knoppen of meldingen die op een computermonitor verschijnen,
worden vet weergegeven.
• In sommige schermvoorbeelden in deze handleiding zijn afbeeldingen
weggelaten om aanduidingen op de monitor duidelijker weer te geven.
Lees dit eerst
Symbool Beschrijving
B
Dit pictogram duidt waarschuwingen en informatie aan die
vóór het gebruik van de camera gelezen moeten worden
C
Dit pictogram duidt opmerkingen en informatie aan die vóór
het gebruik van de camera gelezen moeten worden
A
Dit pictogram duidt andere pagina’s met relevante informatie
aan.
ii
Inleiding
De camerariem bevestigen
iii
Inleiding
Informatie en voorzorgsmaatregelen
Permanente kennisoverdracht
Als onderdeel van Nikon's streven naar permanente kennisoverdracht via continue
productondersteuning en -informatie is er altijd nieuwe, bijgewerkte informatie
online beschikbaar op de volgende websites:
• Voor gebruikers in de VS: http://www.nikonusa.com/
• Voor gebruikers in Europa en Afrika: http://www.europe-nikon.com/support/
• Voor gebruikers in Azië, Oceanië en het Midden-Oosten: http://www.nikon-
asia.com/
Bezoek deze websites voor de nieuwste productinformatie, tips, antwoorden op
veelgestelde vragen (FAQ's) en algemeen advies over digitale beeldverwerking en
fotografie. Neem voor meer informatie contact op met de dichtstbijzijnde Nikon
vertegenwoordiging. Bezoek de onderstaande website voor de contactgegevens.
http://imaging.nikon.com/
Gebruik uitsluitend elektronische accessoires van het merk
Nikon
Nikon COOLPIX-camera's zijn ontwikkeld volgens de hoogste technologische normen
en bevatten complexe elektronische circuits. Alleen elektronische accessoires van het
merk Nikon (inclusief batterijladers, batterijen, lichtnetlaadadapters, lichtnetadapters
en USB-kabels), die door Nikon speciaal zijn ontwikkeld om binnen de operationele
eisen en veiligheidseisen van deze elektronische circuits te werken en zijn met het
oog daarop getest en goedgekeurd.
HET GEBRUIK VAN ELEKTRONISCHE ACCESSOIRES DIE NIET DOOR NIKON ZIJN
VERVAARDIGD, KAN DE CAMERA BESCHADIGEN EN DE
NIKON-GARANTIE DOEN
VERVALLEN.
Het gebruik van oplaadbare Li-ion batterijen van derden zonder het Nikon hologram
kan de werking van de camera negatief beïnvloeden en/of resulteren in
oververhitting, ontbranding, breuk of lekkage van de batterijen.
Neem voor meer informatie over originele Nikon accessoires contact op met een
door Nikon goedgekeurde leverancier.
Voordat u belangrijke foto's gaat maken
Voordat u foto's gaat maken van belangrijke gelegenheden (zoals een huwelijk of
reis), kunt u het beste enkele proefopnamen maken om te controleren of de camera
goed werkt. Nikon is niet aansprakelijk voor schade of gederfde inkomsten als gevolg
van een defect aan de camera.
Holografisch zegel: Dit zegel duidt
aan dit apparaat een origineel Nikon
product is.
iv
Inleiding
Over de handleidingen
• Geen enkel onderdeel van de bij dit product geleverde handleidingen mag
worden gereproduceerd, overgedragen, getranscribeerd, worden opgeslagen in
een archiefsysteem of in enige vorm worden vertaald naar enige taal, met enig
middel, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Nikon.
• De afbeeldingen van monitorinhoud en camera kunnen verschillen van het
eigenlijke product.
• Nikon behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande aankondiging de
specificaties van de hardware en software die in deze handleidingen worden
beschreven op elk gewenst moment te wijzigen.
• Nikon is niet aansprakelijk voor enige schade die voortvloeit uit het gebruik van
dit product.
• Nikon heeft alles in het werk gesteld om te zorgen dat de informatie in deze
handleidingen juist en volledig is en zou het op prijs stellen als u de Nikon-
importeur op de hoogte brengt van eventuele onjuistheden of omissies
(ziedeoverige documentatie voor de adresgegevens).
Mededelingen aangaande het verbod op kopiëren of
reproduceren
Houd er rekening mee dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd
of gereproduceerd met behulp van een scanner, digitale camera of ander apparaat
wettelijk strafbaar kan zijn.
• Materiaal dat niet mag worden gekopieerd of gereproduceerd
Kopieer of reproduceer geen papiergeld, munten, waardepapieren of obligaties van
(plaatselijke) overheden, zelfs niet als dergelijke kopieën of reproducties zijn voorzien van
een stempel "Voorbeeld" of "Specimen". Het kopiëren of reproduceren van papiergeld,
munten of waardepapieren die in het buitenland in omloop zijn, is verboden. Tenzij
vooraf door de overheid toestemming is verleend, is het kopiëren of reproduceren van
ongebruikte, door de overheid uitgegeven postzegels of briefkaarten verboden.
Het kopiëren of reproduceren van door de overheid uitgegeven (post)zegels en
gecertificeerde wettelijke documenten is verboden.
• Waarschuwingen met betrekking tot bepaalde kopieën en reproducties
De overheid heeft waarschuwingen uitgevaardigd met betrekking tot het kopiëren
of reproduceren van waardepapieren uitgegeven door commerciële instellingen
(aandelen, wissels, cheques, cadeaubonnen en dergelijke), vervoerspassen of
coupons, behalve wanneer het gaat om een minimaal benodigd aantal kopieën
voor zakelijk gebruik door een bedrijf. Eveneens niet toegestaan is het kopiëren of
reproduceren van door de overheid uitgegeven paspoorten, door
overheidsinstanties en andere instellingen afgegeven vergunningen,
identiteitsbewijzen en kaartjes, zoals pasjes en maaltijdbonnen.
• Auteursrechten
Het kopiëren of reproduceren van auteursrechtelijk beschermde creatieve werken, zoals
boeken, muziek, schilderijen, houtgravures, kaarten, tekeningen, films en foto's, wordt
gereguleerd door de nationale en internationale auteurswetgeving. Gebruik dit product
niet voor het maken van illegale kopieën of voor andere activiteiten die het auteursrecht
schenden.
v
Inleiding
Wegwerpen van opslagmedia
Houd er rekening mee dat bij het wissen van foto's of het formatteren van
opslagmedia, zoals geheugenkaarten of het interne camerageheugen, de
oorspronkelijke beeldgegevens niet volledig worden verwijderd. Met behulp van
in de handel verkrijgbare software is het soms mogelijk verwijderde bestanden
op weggeworpen opslagmedia alsnog te herstellen, wat misbruik van persoonlijke
beeldgegevens tot gevolg kan hebben. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor
de privacybescherming met betrekking tot dergelijke gegevens.
Wis alle gegevens met behulp van speciale software, alvorens een opslagmedium
weg te werpen of aan een ander over te doen. U kunt het medium ook eerst
formatteren en vervolgens geheel vullen met beelden die geen persoonlijke
informatie bevatten (bijvoorbeeld foto’s van de lucht). Wees voorzichtig bij het
fysiek vernietigen van opslagmedia en voorkom letsel en beschadiging van
eigendommen.
Voor het wissen van de Wi-Fi-instellingen selecteert u Standaardw. herstellen in
het menu Wi-Fi-opties (A76).
Conformiteitsmarkering
Volg de onderstaande procedure om enkele conformiteitsmarkingen weer te geven
waaraan de camera voldoet.
Druk op de d knop M z menupictogram M Conformiteitsmarkering M k knop
vi
Inleiding
Om schade aan het Nikon product of letsel bij uzelf of anderen te voorkomen,
verzoeken wij u de volgende veiligheidsvoorschriften goed door te lezen
alvorens dit product in gebruik te nemen. Bewaar deze veiligheidsinstructies
op een plaats waar alle gebruikers van dit product deze kunnen lezen.
De mogelijke gevolgen van het niet in acht nemen van de in dit hoofdstuk
vermelde veiligheidsvoorschriften worden aangeduid door middel van het
volgende symbool:
WAARSCHUWINGEN
Zet de camera bij storing uit
Indien er rook of een ongewone geur uit de camera of de lichtnetlaad-adapter
komt, koppel de lichtnetlaadadapter dan los en verwijder de batterij
onmiddellijk. Let hierbij op dat u geen brandwonden oploopt. Als u de camera
blijft gebruiken, kan dit tot letsel leiden. Nadat de batterij is verwijderd, dient
het apparaat door een door Nikon erkende servicedienst te worden nagekeken.
Demonteer het apparaat niet
Het aanraken van de interne delen van de camera of de lichtnetlaadadapter
kan leiden tot letsel. Reparaties mogen uitsluitend door bevoegde technici
worden uitgevoerd. Als de camera of de lichtnetlaadadapter door een val of
ander ongeluk openbreekt, haalt u de stekker uit het stopcontact en/of
verwijdert u de batterij en laat u het product nakijken door een door Nikon
erkende servicedienst.
Gebruik de camera of lichtnetlaadadapter niet in de buurt van
ontvlambare gassen
Gebruik elektronische apparatuur niet in de buurt van ontvlambare gassen,
omdat dit kan leiden tot ontploffingen of brand.
Wees voorzichtig met de camerariem
Hang de camerariem nooit om de nek van een baby of kind.
Buiten bereik van kinderen houden
Zorg ervoor dat kleine kinderen de batterij of andere kleine onderdelen niet in
hun mond kunnen stoppen.
Voor uw veiligheid
Dit symbool staat bij waarschuwingen die moeten worden gelezen
voordat dit Nikon product in gebruik wordt genomen, zodat mogelijk
letsel wordt voorkomen.
vii
Inleiding
Vermijd langdurig contact met de camera, lichtnetlaadadapter
of lichtnetadapter terwijl de apparaten zijn ingeschakeld of in
gebruik zijn
Delen van de apparaten worden heet. Laat u de apparaten voor langere tijd in direct
contact komen met de huid, dan kan dit lichte brandwonden tot gevolg hebben.
Gebruik het product niet bij extreem hoge temperaturen zoals
bijvoorbeeld in een afgesloten auto of direct zonlicht
Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit beschadiging of
brand veroorzaken.
Ga voorzichtig om met de batterij
Bij onjuist gebruik kan de batterij gaan lekken, oververhit raken of ontploffen.
Let op de volgende punten bij het gebruik van de batterij in combinatie met
dit product:
• Schakel het apparaat uit voordat u de batterij verwisselt. Als u de lichtnetla-
adadapter/lichtnetadapter gebruikt, haalt u eerst de stekker uit het stopcontact.
• Gebruik enkel een oplaadbare Li-ionbatterij EN-EL19 (meegeleverd). Laad
de batterij op door een camera te gebruiken die het opladen van batterijen
ondersteunt. Daartoe gebruikt u de lichtnetlaadadapter EH-71P/EH-73P
(meegeleverd) en USB-kabel UC-E21 (meegeleverd). De batterijlader MH-66
(apart verkrijgbaar) kan ook worden gebruikt om de batterij zonder camera op
te laden.
• Probeer de batterij niet ondersteboven of achterstevoren in de camera te
plaatsen.
• U mag de batterij niet kortsluiten of uit elkaar halen, of de isolatie of het
omhulsel verwijderen of openbreken.
• Stel de batterij niet bloot aan vuur of bovenmatige hitte.
• Dompel de batterij niet onder in water en zorg dat deze niet vochtig wordt.
•
Stop de batterij voor transport ter bescherming in een plastic tas. Vervoer of bewaar
de batterij niet bij metalen voorwerpen, zoals halskettingen of haarspelden.
• Een volledig ontladen batterij kan gaan lekken. Om schade aan het product
te voorkomen, dient u de batterij te verwijderen wanneer deze leeg is.
• Stop onmiddellijk met het gebruik van de batterij wanneer zich een
verandering voordoet, zoals verkleuring of vervorming.
• Spoel kleding of huid die in contact is gekomen met vloeistof uit een
beschadigde batterij onmiddellijk af met ruim water.
Neem bij gebruik van de lichtnetlaadadapter de onderstaande
voorzorgsmaatregelen in acht
• Houd de batterijlader droog. Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht
neemt, kan dit leiden tot brand of een elektrische schok.
• Verwijder stof op of bij de metalen onderdelen van de stekker met een droge
doek. Als u dit nalaat en het product blijft gebruiken, kan dit brand veroorzaken.
• Raak de stekker niet aan en blijf uit de buurt van de lichtnetlaadadapter
tijdens onweer. Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit
leiden tot een elektrische schok.
viii
Inleiding
• Voorkom beschadigingen of veranderingen aan de USB-kabel. Trek de kabel
niet met kracht los en buig deze niet. Plaats geen zware voorwerpen op de
kabel en stel de kabel niet bloot aan hitte of vuur. Als de isolatie beschadigd
raakt en de draden bloot komen te liggen, laat het netsnoer dan door een
door Nikon erkende servicedienst nakijken. Als u deze voorzorgsmaatregel
niet in acht neemt, kan dit leiden tot een elektrische schok.
• Raak de stekker of de lichtnet-laadadapter niet met natte handen aan. Als u
deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit leiden tot een
elektrische schok.
• Niet gebruiken in combinatie met reisstekkers, adapters bedoeld om de ene
spanning om te vormen naar de andere of met DC/AC-omvormers. Als u
deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dat leiden tot schade aan
het product resp. oververhitting of zelfs brand.
Gebruik de geschikte stroombron (batterij, lichtnetlaadadapter,
lichtnetadapter, USB-kabel)
Wanneer u een stroombron gebruikt die niet door Nikon wordt geleverd of
verkocht, kan dit schade of storingen veroorzaken.
Gebruik de juiste kabels
Gebruik voor aansluitingen uitsluitend de voor dit doel meegeleverde of bij
Nikon verkrijgbare kabels, zodat wordt voldaan aan de productvoorschriften.
Raak de bewegende delen van het objectief niet aan
Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit leiden tot letsel.
Wees voorzichtig met de bewegende delen
Pas op dat uw vingers of andere voorwerpen niet bekneld raken tussen de
objectiefbescherming of andere bewegende delen.
Als u een flitser dicht bij de ogen van een te fotograferen persoon
gebruikt, kan dit tijdelijk oogletsel veroorzaken
De flitser mag niet dichterbij worden gehouden dan 1 meter van het onderwerp.
Wees extra voorzichtig bij het fotograferen van kleine kinderen.
Flits niet als het flitsvenster met een persoon of voorwerp in
aanraking komt
Als u deze voorzorgsmaatregel niet in acht neemt, kan dit brand of
brandwonden veroorzaken.
Vermijd contact met vloeibare kristallen
Als de monitor beschadigd raakt, zorg dan dat u zich niet verwondt aan de
glassplinters en dat uw huid, ogen of mond niet in aanraking komen met de
vloeibare kristallen.
Volg de instructies van het luchtvaart- en ziekenhuispersoneel
ix
Inleiding
Mededeling voor Europese klanten
WAARSCHUWINGEN
GEVAAR VOOR EXPLOSIE ALS BATTERIJ WORDT VERVANGEN VOOR
EEN ONJUIST TYPE.
VOER BATTERIJEN AF VOLGENS DE INSTRUCTIES.
Dit pictogram geeft aan dat elektrische en elektronische apparaten
via gescheiden inzameling moet worden afgevoerd.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese
landen:
• Dit product moet gescheiden van het overige afval worden
ingeleverd bij een daarvoor bestemd inzamelingspunt. Gooi niet
samen met het huishoudelijk afval weg.
• Gescheiden inzameling en recycling helpt bij het behoud van natuurlijke
bronnen en voorkomt negatieve consequenties voor mens en milieu die
kunnen ontstaan door onjuist weggooien van afval.
• Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de
gemeentelijke reinigingsdienst.
Dit symbool op de batterij duidt aan dat de batterij afzonderlijk
moet ingezameld worden.
Het volgende is alleen van toepassing op gebruikers in Europese
landen:
• Alle batterijen, al dan niet voorzien van dit symbool, moeten
afzonderlijk worden ingezameld op een geschikt inzamelpunt. Gooi niet
samen met het huishoudelijk afval weg.
• Neem voor meer informatie contact op met de leverancier of de
gemeentelijke reinigingsdienst.
Mededelingen
x
Inleiding
Dit product wordt geregeld door de voorschriften van het Ministerie van
Export van de Verenigde Staten en u dient toelating te krijgen van de overheid
van de Verenigde Staten als u dit product exporteert of herexporteert naar een
land waarvoor de Verenigde Staten een embargo op goederen hebben
afgekondigd. De volgende landen werden onderworpen aan een embargo:
Cuba, Iran, Noord-Korea, Soedan en Syrië. Omdat deze lijst met landen kan
wijzigen, dient u voor de recentste informatie contact op te nemen met het
Ministerie van Handel van de Verenigde Staten.
Beperkingen voor draadloze apparaten
De draadloze zender/ontvanger die in dit product is inbegrepen, voldoet
aan de voorschriften voor draadloze toepassingen in het land van aankoop
en is niet bedoeld voor gebruik in andere landen (producten die werden
aangeschaft in de EU of in de EFTA, kunnen gelijk waar in de EU en de EFTA
worden gebruikt). Nikon is niet aansprakelijk voor gebruik in andere landen.
Gebruikers die niet zeker zijn wat het oorspronkelijke land van aankoop is,
dienen contact op te nemen met hun lokaal Nikon-servicecenter of met een
door Nikon erkende servicedienst. Deze beperking geldt alleen voor de
draadloze werking en niet voor enig ander gebruik van het product.
Conformiteitsverklaring (Europa)
Hierbij verklaart Nikon Corporation dat COOLPIX S7000 voldoet aan de
essentiële vereisten en overige relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EC.
De conformiteitsverklaring kan worden geraadpleegd op
http://imaging.nikon.com/support/pdf/DoC_S7000.pdf.
Wi-Fi (draadloos LAN-netwerk)
xi
Inleiding
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van radiotransmissies
Merk op dat de radiotransmissie of -ontvangst van gegevens altijd kan worden
onderschept door derden. Nikon is niet verantwoordelijk voor gegevens- of
informatielekken die zich tijdens de gegevensoverdracht kunnen voordoen.
Gebruik van persoonlijke informatie en disclaimer
• Gebruikersinformatie die op het product is geregistreerd en geconfigureerd,
zoals de verbindingsinstellingen voor draadloos LAN en andere persoonlijke
informatie, kan blootstaan aan veranderingen en verlies ten gevolge van
bedieningsfouten, statische elektriciteit, ongevallen, storingen, reparaties of
andere handelingen. Bewaar altijd een kopie van belangrijke informatie op
een andere plaats. Nikon is niet verantwoordelijk voor directe of indirecte
schade of winstderving ten gevolge van een verandering of verlies van
informatie waarvoor Nikon niet aansprakelijk kan worden gesteld.
• Voordat dit product wordt weggegooid of aan een andere eigenaar wordt
overgedragen, is het raadzaam dat u Standaardwaarden in het setup-
menu (A76) gebruikt om alle gebruikersgegevens geregistreerd en
geconfigureerd op het product, met inbegrip van verbindingsinstellingen
voor draadloos LAN en andere persoonlijke informatie, te verwijderen.
xii
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Inleiding......................................................................................................................... i
Lees dit eerst................................................................................................................................. i
Overige informatie ....................................................................................................................................... i
De camerariem bevestigen ................................................................................................................... ii
Informatie en voorzorgsmaatregelen ............................................................................................ iii
Voor uw veiligheid .................................................................................................................. vi
WAARSCHUWINGEN ................................................................................................................................. vi
Mededelingen........................................................................................................................... ix
Wi-Fi (draadloos LAN-netwerk)............................................................................................ x
Onderdelen van de camera ................................................................................... 1
De camerabody ......................................................................................................................... 1
De monitor .................................................................................................................................. 3
Opnamestand ................................................................................................................................................ 3
Weergavestand ............................................................................................................................................. 5
Voorbereiden voor opname.................................................................................. 7
De batterij en geheugenkaart plaatsen............................................................................ 7
De batterij of geheugenkaart verwijderen................................................................................... 7
Geheugenkaarten en intern geheugen......................................................................................... 7
Batterij opladen......................................................................................................................... 8
Camera aanzetten en taal, datum en tijd instellen..................................................... 10
Basisstappen voor fotograferen en weergeven........................................... 12
Fotograferen in A (auto) stand....................................................................................... 12
De zoom gebruiken................................................................................................................................. 15
De ontspanknop........................................................................................................................................ 15
Foto's weergeven ................................................................................................................... 16
Foto's wissen ............................................................................................................................ 17
De opnamestand wijzigen .................................................................................................. 19
Flitser, zelfontspanner, etc. gebruiken............................................................................ 20
Films opnemen........................................................................................................................ 20
xiii
Inhoudsopgave
Opnamefuncties...................................................................................................... 21
A (auto) stand ....................................................................................................................... 21
Onderwerpstand (aangepast op onderwerp fotograferen).................................... 22
Tips en opmerkingen.............................................................................................................................. 23
Intervalfilms opnemen........................................................................................................................... 28
Opname met eenvoudig panorama............................................................................................. 30
Weergave met eenvoudig panorama.......................................................................................... 32
Stand speciale effecten (effecten toepassen tijdens opname).............................. 33
Slim portret-stand (gezichten van mensen retoucheren tijdens opname)....... 35
Glimlachtimer gebruiken ..................................................................................................................... 36
Zelf-collage gebruiken........................................................................................................................... 37
Korte filmvoorstelling (filmclips combineren voor het maken van korte
filmvoorstellingen)................................................................................................................. 38
Flitsstand.................................................................................................................................... 41
Zelfontspanner ........................................................................................................................ 43
Macro-stand (close-up foto's maken).............................................................................. 45
Creatieve schuifbalk (helderheid (belichtingscompensatie),
levendigheid en kleurtoon instellen) .............................................................................. 46
Belichtingscompensatie (helderheidsinstelling)......................................................... 49
Standaardinstellingen (flitser, zelfontspanner, etc.) .................................................. 50
Scherpstellen............................................................................................................................ 52
AF met doelopsporing gebruiken.................................................................................................. 52
Gezichtsdetectie gebruiken ............................................................................................................... 53
Huid verzachten gebruiken................................................................................................................ 54
Onderwerpen die niet geschikt zijn voor autofocus .......................................................... 54
Scherpstelvergrendeling...................................................................................................................... 55
Functies die niet tegelijkertijd gebruikt kunnen worden tijdens
de opname ................................................................................................................................ 56
xiv
Inhoudsopgave
Weergavefuncties ................................................................................................... 58
Zoomweergave ....................................................................................................................... 58
Miniatuurweergave/Kalenderweergave ........................................................................ 59
Stand sorteer op datum ....................................................................................................... 60
Met continu-opname gemaakte foto's weergeven en wissen (reeks) ................ 61
Foto's in een reeks weergeven......................................................................................................... 61
Foto's in een reeks wissen ................................................................................................................... 62
Foto's bewerken...................................................................................................................... 63
Voor het bewerken van foto's ........................................................................................................... 63
Sneleffecten: Kleurtoon of sfeer wijzigen ................................................................................. 63
Snel retoucheren: Contrast en verzadiging verbeteren ................................................... 64
D-Lighting: Helderheid en contrast verbeteren ................................................................... 64
Rode-ogencorrectie: Rode ogen corrigeren bij gebruik van de flitser .................... 65
Glamour-retouchering: Gezichten van mensen retoucheren ...................................... 66
Kleine afbeelding: Het beeldformaat verkleinen ................................................................. 67
Uitsnede: Een uitgesneden kopie maken.................................................................................. 68
Films opnemen en afspelen ................................................................................ 69
Foto's opslaan tijdens filmopname.................................................................................. 72
Functies tijdens filmweergave ........................................................................................... 73
Films bewerken ....................................................................................................................... 74
Alleen de gewenste delen van de film kopiëren .................................................................. 74
Een beeld uit een film opslaan als foto ....................................................................................... 75
Menu's gebruiken.................................................................................................... 76
Het opnamemenu (de algemene opties voor opname)........................................... 78
Beeldmodus (beeldformaat en beeldkwaliteit) ..................................................................... 78
Het opnamemenu (voor A (auto) stand) .................................................................... 80
Witbalans (kleurinstelling) ................................................................................................................... 80
Continu-opname....................................................................................................................................... 82
ISO-waarde.................................................................................................................................................... 84
AF-veldstand ................................................................................................................................................ 85
Autofocus-stand ........................................................................................................................................ 88
Het slim portret-menu .......................................................................................................... 89
Zelf-collage .................................................................................................................................................. 89
Knipperdetectie ......................................................................................................................................... 90
xv
Inhoudsopgave
Het weergavemenu ............................................................................................................... 91
Markeren voor Wi-Fi-upload ............................................................................................................. 91
Diashow .......................................................................................................................................................... 92
Beveiligen....................................................................................................................................................... 93
Beeld draaien .............................................................................................................................................. 93
Kopiëren (kopiëren tussen de geheugenkaart en het interne geheugen)........... 94
Reeksweergaveopties ........................................................................................................................... 95
Het fotoselectiescherm ......................................................................................................................... 96
Het filmmenu ........................................................................................................................... 97
Filmopties ...................................................................................................................................................... 97
Autofocus-stand .................................................................................................................................... 101
Film VR .......................................................................................................................................................... 102
Windruisreductie.................................................................................................................................... 103
Beeldsnelheid .......................................................................................................................................... 103
Het menu Wi-Fi-opties ....................................................................................................... 104
Toetsenbord tekstinvoer bedienen............................................................................................ 105
Het setup-menu ................................................................................................................... 106
Tijdzone en datum ................................................................................................................................ 106
Monitorinstellingen .............................................................................................................................. 108
Datumstempel......................................................................................................................................... 110
Foto VR.......................................................................................................................................................... 111
AF-hulplicht .............................................................................................................................................. 111
Digitale zoom ........................................................................................................................................... 112
Geluidsinstellingen .............................................................................................................................. 112
Automatisch uit....................................................................................................................................... 113
Kaart formatteren/Geheugen formatteren............................................................................ 114
Taal.................................................................................................................................................................. 114
Opladen via computer........................................................................................................................ 115
Standaardwaarden................................................................................................................................ 116
Conformiteitsmarkering ................................................................................................................... 116
Firmware-versie ...................................................................................................................................... 116
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken ............................................. 117
De software installeren op het smart-toestel ............................................................ 117
Het smart-toestel verbinden met de camera ............................................................ 118
In de camera opgeslagen foto's selecteren voor overdracht naar
een smart-toestel................................................................................................................. 120
xvi
Inhoudsopgave
Camera aansluiten op een tv, printer of computer.................................. 121
De camera aansluiten op een tv (weergave's op een tv) ...................................... 123
De camera aansluiten op een printer (Direct Print) ................................................ 124
De camera aansluiten op een printer........................................................................................ 124
Foto's een voor een afdrukken ...................................................................................................... 125
Meerdere foto's afdrukken ............................................................................................................... 126
ViewNX 2 gebruiken (foto's naar een computer kopiëren).................................. 128
Installeren van ViewNX 2................................................................................................................... 128
Foto's naar een computer kopiëren........................................................................................... 128
Technische opmerkingen.................................................................................. 130
Verzorgen van het product .............................................................................................. 131
De camera .................................................................................................................................................. 131
De batterij ................................................................................................................................................... 132
De lichtnetlaadadapter....................................................................................................................... 133
Geheugenkaarten.................................................................................................................................. 134
Reinigen en opslag.............................................................................................................. 135
Reinigen ....................................................................................................................................................... 135
Opslag........................................................................................................................................................... 135
Foutmeldingen..................................................................................................................... 136
Problemen oplossen........................................................................................................... 140
Bestandsnamen.................................................................................................................... 147
Optionele accessoires ........................................................................................................ 148
Specificaties ........................................................................................................................... 149
Goedgekeurde geheugenkaarten............................................................................................... 153
Index......................................................................................................................................... 155
1
Onderdelen van de camera
Onderdelen van de camera
De camerabody
2 3 4 5
6
7
8
1
12
11
14
13
9
10
Objectiefbescherming gesloten
1
Flitser.......................................................... 41
2
Keuzeknop...................................... 12, 19
3
Ontspanknop........................................ 13
4
Zoomknop.............................................. 15
f: Groothoekstand..................... 15
g: Telestand ...................................... 15
h: Miniatuurweergave
........................................................... 16, 59
i: Zoomweergave................ 16, 58
j: Help ............................................... 23
5
Hoofdschakelaar/camera-aan-
lampje........................................................ 10
6
Zelfontspannerlampje..................... 44
AF-hulpverlichting
7
Microfoon (stereo) ............................. 12
8
Objectief
9
Objectiefbescherming
10
Luidspreker
11
Oogje voor camerariem.................... ii
12
Deksel aansluiting...................... 8, 121
13
HDMI-microaansluiting (type D)
.................................................................... 121
14
USB-microstekker ....................... 8, 121
2
Onderdelen van de camera
10
4
2
1
5
7
9
3
6
8
11
12
13
1
Laadlampje................................................8
Flitserlampje .......................................... 41
2
b (e filmopname) knop
............................................................... 20, 69
3
c (weergave) knop ........................ 16
4
Z (Wi-Fi) knop............117, 118, 120
5
Multi-selector........................ 16, 20, 76
6
k (selectie toepassen) knop...... 10
7
l (wissen) knop.......................... 17, 62
8
d (menu) knop
............................................ 33, 68, 76, 126
9
Deksel batterijvak/kaartsleuf ..........7
10
Deksel voedingsaansluiting
(voor een optionele
lichtnetadapter)
11
Statiefaansluiting............................. 151
12
Monitor........................................................3
13
N-Mark (NFC-antenne).......118, 120
3
Onderdelen van de camera
De informatie op de monitor tijdens opnamen en afspelen verandert, afhankelijk
van de instellingen en de status van de camera.
Standaard wordt informatie weergegeven als de camera wordt aangezet en als u
de camera bedient, en verdwijnt na enkele seconden (indien Foto-informatie is
ingesteld op Automatische info in Monitorinstellingen (A108)).
Opnamestand
De monitor
999
999
9999
9999
AF
AF
1
4
2
3
5
6
7
8
9
11
13
14
15
16
1718
12
10
999
999
29
m
0s
29
m
0s
10
10
F3.4
F3.4
1/2 5 0
1/250
+ 1 .0
+1.0
400
400
1
Opnamestand
................................19, 21, 22, 33, 35, 38
2
Flitsstand..................................................41
3
Macro-stand........................................... 45
4
Zoomaanduiding ....................... 15, 45
5
Scherpstelaanduiding .....................13
6
Filmopties (films op normale
snelheid) ..................................................97
7
Filmopties (HS-films) ........................ 98
8
Beeldmodus .......................................... 78
9
Eenvoudig panorama......................30
10
Pictogram foto VR........................... 111
11
Pictogram film VR............................ 102
12
Windruisreductie............................. 103
13
Belichtingscompensatiewaarde
............................................................... 47, 49
14
Resterende filmopnametijd......... 69
15
Aantal resterende opnamen
(foto's)........................................................ 12
16
Aanduiding intern geheugen .... 12
17
Diafragmawaarde............................... 15
18
Sluitertijd.................................................. 15
4
Onderdelen van de camera
PRE
PRE
2
2
10
10
42
43
45
44
46
HDR
HDR
120
120
60
60
H
H
L
L
23
2425
19202122
29
27
28
32
33
37
39
40
41
31
34
35
30
36
38
26
999
999
29
m
0s
29
m
0s
10
10
F3.4
F3.4
1/2 5 0
1/250
+ 1 .0
+1.0
400
400
19
Scherpstelveld (AF met
doelopsporing)............................ 52, 86
20
Scherpstelveld (handmatig of
centrum) .......................................... 55, 85
21
Scherpstelveld (gezichtsdetectie,
huisdierdetectie)..........27, 35, 53, 85
22
Scherpstelveld
(onderwerp volgen).................. 86, 87
23
ISO-waarde............................................. 84
24
Aanduiding batterijniveau............12
25
Aanduiding aansluiting
lichtnetlaadadapter
26
Datumstempel.................................. 110
27
Aanduiding "datum niet
ingesteld" ............................................. 141
28
Wi-Fi communicatie-aanduiding
..........................................................104, 118
29
Pictogram reisbestemming ...... 106
30
Zacht .......................................................... 35
31
Foundation............................................. 35
32
Witbalansstand .................................... 80
33
Speciale effecten ................................ 33
34
Huid verzachten.................................. 35
35
Kleurtoon......................................... 35, 46
36
Levendigheid................................ 35, 46
37
Continu-opnamestand................... 82
38
Intervalfilm.............................................. 28
39
Pictogram knipperdetectie .......... 90
40
Uit de hand/statief..................... 24, 25
41
Tegenlicht (HDR) ................................ 24
42
Aanduiding zelfontspanner......... 43
43
Glimlachtimer....................................... 36
44
Dierenportret automatisch
ontspannen ........................................... 27
45
Zelf-collage ............................................ 37
46
Foto maken
(tijdens filmopname)........................ 72
5
Onderdelen van de camera
Weergavestand
29
m
00s
29
m
00s
29
m
00s
29
m
00s
999
/
999
999
/
999
9999
/
9999
9999
/
9999
10
11
2
31
4
5
6
7
9
8
15/11/2015 15:30
15/11/2015 15:30
9999.
JPG
9999.
JPG
999
/
999
999
/
999
1
Pictogram sorteer op datum.......60
2
Pictogram beveiliging..................... 93
3
Reeksweergave (als Individuele
foto's is geselecteerd) .................... 95
4
Pictogram glamour-retouchering
....................................................................... 66
5
Pictogram sneleffecten .................. 63
6
D-Lighting pictograme .................. 64
7
Pictogram snel retoucheren........ 64
8
Pictogram rode-ogencorrectie
....................................................................... 65
9
Aanduiding intern geheugen
10
Nummer huidige foto/
totaal aantal foto's
11
Filmduur of verstreken afspeeltijd
6
Onderdelen van de camera
12
13
14
16
1718
20
19
15
21
24
2223
15/11/2015 15:30
15/11/2015 15:30
9999.
JPG
9999.
JPG
999
/
999
999
/
999
12
Beeldmodus .......................................... 78
13
Eenvoudig panorama......................32
14
Filmopties ............................................... 97
15
Pictogram kleine afbeelding .......67
16
Pictogram uitsnede................... 58, 68
17
Aanduiding volume.......................... 73
18
Aanduiding sneleffecten
19
Aanduiding eenvoudig panorama
weergeven
Aanduiding weergave reeks
Aanduiding weergave film
20
Opnametijdstip
21
Opnamedatum
22
Aanduiding batterijniveau............ 12
23
Aanduiding aansluiting
lichtnetlaadadapter
24
Bestandsnummer en -type ....... 147
7
Voorbereiden voor opname
Voorbereiden voor opname
• Houd de pluspool en minpool van de batterij in de juiste richting, duw de
oranje batterijvergrendeling (3) opzij en plaats de batterij helemaal in het
batterijvak (4).
• Duw de geheugenkaart in de sleuf tot deze op zijn plaats klikt (5).
• Zorg ervoor dat u de batterij of geheugenkaart niet ondersteboven of
achterstevoren plaatst, want dit zou tot een functiestoring van de camera
kunnen leiden.
B Een geheugenkaart formatteren
Als u een geheugenkaart die in een ander apparaat is gebruikt voor het eerst in deze
camera plaatst, moet u deze kaart voor gebruik in combinatie met deze camera
formatteren. Plaats de geheugenkaart in de camera, druk op de d knop en
selecteer Geheugenkaart form. in het setup-menu (A76).
De batterij of geheugenkaart verwijderen
Zet de camera uit en controleer of het camera-aan-lampje en de monitor uit
zijn. Open vervolgens het deksel van het batterijvak/de kaartsleuf.
• Duw de batterijvergrendeling opzij om de batterij te verwijderen.
• Druk de geheugenkaart voorzichtig in de camera om de geheugenkaart
gedeeltelijk te verwijderen.
• De camera, batterij en geheugenkaart kunnen heet zijn direct na gebruik
van de camera.
Geheugenkaarten en intern geheugen
De gegevens op de camera, inclusief foto's en films, kunnen opgeslagen
worden op een geheugenkaart of in het interne geheugen van de camera.
Verwijder de geheugenkaart om het intern geheugen te gebruiken.
De batterij en geheugenkaart plaatsen
Batterijvergrendeling Geheugenkaartsleuf
8
Voorbereiden voor opname
1
Sluit de camera met geplaatste batterij op een stopcontact aan.
Als een lader met losse stekkeradapter* is meegeleverd bij uw camera, verbind
de stekkeradapter dan met de lichtnetlaadadapter. Zodra beiden met elkaar
zijn verbonden, probeer dan niet om de stekkeradapter met kracht te
verwijderen, om beschadiging te voorkomen.
* De vorm van de stekkeradapter varieert afhankelijk van het land of regio
waar de camera is gekocht. Deze stap kan overgeslagen worden als de
stekkeradapter permanent aan de lichtnetlaadadapter bevestigd is.
• Het laadlampje knippert langzaam groen om aan te geven dat de batterij
wordt opgeladen.
• Als het opladen is voltooid, gaat het laadlampje uit. Een volledige lege
batterij wordt opgeladen in circa 1 uur en 50 minuten.
• De batterij kan niet worden opgeladen wanneer het laadlampje snel groen
knippert, mogelijk vanwege een van de onderstaande redenen.
- De omgevingstemperatuur is niet geschikt voor opladen.
- De USB-kabel of lichtnetlaadadapter is niet correct aangesloten.
- De batterij is beschadigd.
2 Trek de lichtnetlaadadapter uit het stopcontact en trek
vervolgens de USB-kabel los.
Batterij opladen
USB-kabel (meegeleverd)
Laadlampje
Stopcontact
Lichtnetlaadadapter
9
Voorbereiden voor opname
B Opmerkingen over de USB-kabel
• Gebruik geen andere USB-kabel dan de UC-E21. Als u een andere USB-kabel dan de
UC-E21 gebruikt, kan dit tot oververhitting, brand of elektrische schok leiden.
• Zorg ervoor dat de stekkers in de juiste richting worden aangesloten. Zorg dat het
aansluiten of losmaken van de stekkers niet onder een hoek gebeurt.
B Opmerkingen over het opladen van de batteriij
• De camera kan worden bediend terwijl de batterij wordt opgeladen, maar de
oplaadtijd neemt toe.
• Als het batterijniveau zeer laag is, kunt u de camera mogelijk niet bedienen terwijl
de batterij opgeladen wordt.
• Gebruik in geen geval een lichtnetadapter van een ander merk of model dan de
lichtnetlaadadapter EH-71P/EH-73P, en gebruik geen in de handel verkrijgbare
USB-lichtnetadapter of batterijlader voor een mobiele telefoon. Als u deze
waarschuwing niet in acht neemt, kan dat leiden tot oververhitting van of schade
aan de camera.
C Opladen met een computer of batterijlader
• U kunt de batterij ook opladen door de camera op een computer aan te sluiten.
• U kunt de batterijlader MH-66 (apart verkrijgbaar) om de batterij op te laden
zonder de camera te gebruiken.
10
Voorbereiden voor opname
Als de camera voor de eerste keer wordt ingeschakeld, worden het
taalselectiescherm en het instelscherm voor de datum en de tijd voor
de cameraklok weergegeven.
1 Druk op de hoofdschakelaar om de
camera aan te zetten.
• De monitor wordt aangezet.
• U zet de camera uit door nogmaals op de
hoofdschakelaar te drukken.
2 Gebruik de multi-
selector HI om de
gewenste taal te
selecteren en druk
op de k knop.
3 Selecteer Ja en druk op de k knop.
4 Selecteer uw eigen
tijdzone en druk op
de k knop.
• Druk op H om W boven
de kaart weer te geven en
de zomertijd te activeren.
Druk op I om deze te
deactiveren.
5 Gebruik HI om het datumformaat te selecteren en druk
op de k knop.
Camera aanzetten en taal, datum en tijd
instellen
Annuleren
Taal/Language
Ελληνικά
Français
Indonesia
Italiano
Magyar
Nederlands
London, Casablanca
Terug
11
Voorbereiden voor opname
6 Stel de datum en tijd in, en druk
op de k knop.
• Gebruik JK om een veld te selecteren en
gebruik vervolgens HI om de datum en
tijd in te stellen.
• Selecteer het instelveld voor de minuten en
druk op de k knop om de instelling te
bevestigen.
7 Wanneer het bevestigingsvenster wordt weergegeven,
gebruikt u HI om Ja te selecteren en drukt op de k
knop.
• Wanneer de instellingen voltooid zijn, schuift het objectief uit en schakelt de
camera naar de opnamestand.
C De taalinstelling of de datum- en tijdinstelling wijzigen
• U kunt deze instellingen wijzigen met de instellingen van Taal/Language en
Tijdzone en datum in het z setup-menu (A76).
• U kunt de zomertijdfunctie in het z setup-menu activeren of deactiveren door
Tijdzone en datum te selecteren gevolgd door Tijdzone. Druk op de multi-
selector K en vervolgens op H om de zomertijd te activeren en de klok een uur
vooruit te zetten of op I om de zomertijd te deactiveren en de klok een uur
achteruit te zetten.
C De klokbatterij
• De klok van de camera wordt gevoed door een ingebouwde back-up batterij.
De back-up batterij wordt opgeladen wanneer de hoofdbatterij in de camera is
geplaatst of wanneer de camera op een optionele lichtnetadapter is aangesloten
en kan na ongeveer 10 uur opladen de klok gedurende enkele dagen laten werken.
• Als de back-up batterij van de camera leegraakt, wordt het instelscherm voor de
datum en tijd weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld. Stel de
datum en tijd opnieuw in (A10).
Bewerk.
Datum en tijd
11
15
15
30
muD M
2015
J
12
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
Basisstappen voor fotograferen
en weergeven
1 Draai de keuzeknop naar A.
• De camera schakelt over naar de A (auto)
stand en kan gebruikt worden voor
algemene opname.
• Aanduiding batterijniveau
b: Het batterijniveau is hoog.
B: Het batterijniveau is laag.
• Aantal resterende opnamen
C wordt weergegeven wanneer er geen
geheugenkaart in de camera is geplaatst en
de foto's in het interne geheugen worden
opgeslagen.
2 Houd de camera goed stil.
• Houd vingers en andere voorwerpen uit de
buurt van het objectief, de flitser, de AF-
hulpverlichting, de microfoon en de
luidspreker.
• Tijdens het maken van foto's in de
portretstand ("staand"), draait u de camera
zo dat de flitser zich boven het objectief
bevindt.
Fotograferen in A (auto) stand
880
880
25
m
0s
25
m
0s
13
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
3 Kadreer het beeld.
• Beweeg de zoomknop om de positie van
het zoomobjectief te veranderen.
4 Druk de ontspanknop half in.
• Zodra het onderwerp scherp is,
wordt het scherpstelveld of de
scherpstelaanduiding groen
weergegeven.
• Als u digitale zoom gebruikt, stelt de
camera scherp in het midden van het
kader; het scherpstelveld wordt niet
weergegeven.
• Als het scherpstelveld of de
scherpstelaanduiding knippert, kan
de camera niet scherpstellen. Pas de
compositie aan en probeer de
ontspanknop opnieuw half in te
drukken.
5 Druk de ontspanknop verder in
zonder uw vinger van de knop te
halen.
Uitzoomen Inzoomen
F 3 . 4F3.41 / 2 5 01/250
14
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
B Opmerkingen over foto's opslaan en films opnemen
De aanduiding voor het aantal resterende foto's of de aanduiding voor de resterende
opnametijd knippert terwijl er foto's worden opgeslagen of een film wordt
opgenomen. Open het deksel van het batterijvak/de kaartsleuf niet en
verwijder de batterij of geheugenkaart niet terwijl er een aanduiding knippert.
Gebeurt dit wel, dan kunnen gegevens verloren gaan, of de camera of geheugenkaart
beschadigd raken.
C De functie Automatisch uit
• Als de camera ongeveer een minuut niet wordt bediend, gaat de monitor uit, gaat
de camera naar de stand-by-stand en gaat het camera-aan-lampje knipperen. Na
ongeveer drie minuten in de stand-by-stand wordt de camera uitgeschakeld.
• Om de camera in de stand-by-stand weer in te schakelen, voert u een bewerking
uit zoals het indrukken van de hoofdschakelaar of de ontspanknop.
C Een statief gebruiken
• In de volgende situaties adviseren we een statief te gebruiken om de camera te
stabliseren:
- Bij fotograferen met de flitsstand (A20) ingesteld op W (uit)
- Wanneer de zoomstand een telestand is
• Wanneer van een statief gebruik wordt gemaakt om de camera tijdens opname te
stabilseren, stelt u de Foto VR in het setup-menu (A76) in op Uit om eventuele
fouten door deze functie te voorkomen.
15
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
De zoom gebruiken
Wanneer u de zoomknop bedient, verandert
de positie van het zoomobjectief.
• Inzoomen: Verplaatsen richting g
• Uitzoomen: Verplaatsen richting f
Wanneer u de camera aanzet, wijzigt de
zoompositie naar de uiterste
groothoekstand.
• Wanneer de zoomknop wordt bediend,
wordt op het opnamescherm een
zoomaanduiding weergegeven.
• Als de camera is ingezoomd tot de
maximale optische zoom kunt u door de
zoomknop naar g te bewegen en vast te
houden de digitale zoom, waarmee u het onderwerp verder kunt vergroten
tot ongeveer 4× de maximale optische zoomfactor, activeren.
C Digitale zoom
De zoomaanduiding wordt blauw wanneer de digitale zoom wordt geactiveerd,
en wordt geel wanneer de zoomvergroting verder toeneemt.
• Zoomaanduiding is blauw: De beeldkwaliteit is niet merkbaar gedaald door
gebruik te maken van de dynamische fijne zoom.
• Zoomaanduiding is geel: In bepaalde gevallen kan een aanzienlijke afname in
beeldkwaliteit optreden.
• De aanduiding blijft blauw over een breder gebied wanneer het beeldformaat
kleiner is.
• De zoomaanduiding wordt mogelijk niet blauw bij het gebruik van bepaalde
instellingen voor continu-opname of andere instellingen.
De ontspanknop
Half indrukken
Om de scherpstelling en belichting (sluitertijd
en diafragmawaarde) in te stellen, drukt u de
ontspanknop iets in totdat u een lichte weerstand
voelt. De scherpstel- en belichtingsinstellingen
blijven geblokkeerd zolang u de ontspanknop half
ingedrukt houdt.
Helemaal
indrukken
Druk de ontspanknop helemaal in om de sluiter te
ontspannen en een foto te maken.
Gebruik niet te veel kracht bij het indrukken van de
ontspanknop, want dit cameratrillingen en wazige
foto's tot gevolg hebben. Druk de knop zachtjes in.
Groothoekstand
Telestand
Optische
zoom
Digitale
zoom
16
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
1 Druk op de c (weergave) knop
om de weergavestand in te
schakelen.
• Als u de c knop ingedrukt houdt terwijl de
camera uitgeschakeld is, schakelt de camera
de weergavestand in.
2 Gebruik de multi-selector om een
foto weer te geven.
• Houd HIJK ingedrukt om snel door de
foto's te scrollen.
• Druk op de c knop of op de ontspanknop
om terug te keren naar de opnamestand.
• Als e in de schermvullende weergave
wordt getoond, kunt u op de k knop
drukken om een effect op een foto toe te
passen.
• Beweeg de zoomknop naar
g (i) in de schermvullende
weergave om op een foto in
te zoomen.
• Beweeg de zoomknop
naar f (h) in de
schermvullende weergave
om over te schakelen naar
miniatuurweergave en
meerdere foto's op het
scherm weer te geven.
Foto's weergeven
15 /11/2 015 1 5:30
15/11/2015 15:30
00 04.
JP G
0004.
JPG
4
/
4
4
/
4
3. 0
3.0
1
/
20
1
/
20
17
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
1 Druk op de l (wissen) knop
om de foto te wissen die op de
monitor wordt weergegeven.
2 Gebruik de multi-selector HI
om de gewenste wismethode te
selecteren en druk op de k knop.
• Druk op de d knop om het menu te
verlaten zonder te wissen.
3 Selecteer Ja en druk op de
k knop.
• Gewiste foto's kunnen niet worden
hersteld.
B Met continu-opname gemaakte foto's wissen (reeks)
• Met continu-opname gemaakte foto's worden als
een reeks opgeslagen en alleen de eerste foto van
een reeks (de hoofdfoto) wordt in de
weergavestand getoond.
• Als u op de l knop drukt terwijl een hoofdfoto
van een reeks foto's wordt weergegeven, worden
alle foto's in de reeks gewist.
• Om afzonderlijke foto's in een reeks te wissen,
drukt u op de k knop om de foto's een voor een weer te geven en drukt u
vervolgens op de l knop.
C Gemaakte beelden wissen in opnamestand
Druk in de opnamestand op l om het laatste beeld te wissen dat opgeslagen is.
Foto's wissen
Alle beelden
Wis gesel. beeld(en)
Huidig beeld
Wissen
Nee
Ja
1 beeld wissen?
15/11/2015 15:30
15/11/2015 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
1
/
5
1
/
5
18
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
Bedienen van het scherm geselecteerde foto's wissen
1 Gebruik de multi-selector JK om
een foto te selecteren die u wilt
wissen en gebruik vervolgens
HI om K weer te geven.
• Voor het ongedaan maken van de selectie,
drukt u op HI om K te verwijderen.
• Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar miniatuurweergave te wisselen.
2 Voeg K aan alle foto's toe die u wilt wissen en druk
vervolgens op de k knop om de selectie te bevestigen.
• Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven. Volg de aanwijzingen op
het scherm om de bewerkingen te voltooien.
Terug
Wis gesel. beeld(en)
19
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
Draai de keuzeknop om een van de volgende
opnamestanden te kiezen.
• A (Auto) stand
Gebruikt voor algemene opname. De instellingen kunnen aangepast
worden aan de opnamecondities en het type opname dat u wilt maken.
• x, y, X, W (Onderwerp) standen
De instellingen van de camera worden geoptimaliseerd voor het onderwerp
dat u selecteert.
- x (automatische scènekeuze): De camera herkent automatisch de
onderwerpstand wanneer u een beeld kadreert, waardoor er makkelijker
foto's gemaakt kunnen worden met behulp van instellingen die geschikt
zijn voor het onderwerp.
- y: Druk op de d knop en selecteer een onderwerp.
In de onderwerpstand intervalfilm kan de camera automatisch 300 foto's
met een gespecificeerd interval maken om intervalfilms (e1080/30p)
van circa 10 seconden lang te maken.
- X (nachtlandschap): Gebruik deze stand om nachtlandschappen te
fotograferen.
- W (tegenlicht): De invulflits treedt in werking om te voorkomen dat het
onderwerp in de schaduw blijft of de HDR-functie kan gebruikt worden
voor het fotograferen van onderwerpen met een groot contrast.
• u (Speciale effecten) stand
Er kunnen effecten op foto's toegepast worden tijdens het fotograferen.
Druk op de d knop om het effect te selecteren.
• F (Slim portret) stand
Gebruik glamour-retouchering om gezichten bij de opname versterkt weer
te geven en gebruik de functie glimlachtimer of zelf-collage om foto's te
maken.
• n (Korte filmvoorstelling) stand
U kunt een korte filmvoorstelling (e 1080/30p of S 1080/25p)
maken van maximaal 30 seconden lang door meerdere filmclips van
meerdere seconden op te nemen en automatisch te combineren.
De opnamestand wijzigen
20
Basisstappen voor fotograferen en weergeven
Als het opnamescherm wordt weergegeven, kunt u op de multi-selector H (m)
J (n) I (p) K (o) drukken om de hieronder beschreven functies in te
stellen.
• m Flitsstand
U kunt een flitsstand selecteren die geschikt is voor de opname-
omstandigheden.
• n Zelfontspanner
De camera ontspant de sluiter 10 seconden of 2 seconden nadat u de
ontspanknop indrukt.
• p Macro-stand
Gebruik de macro-stand wanneer u close-up foto's maakt.
• o Creatieve schuifbalk (o helderheid (belichtingscompensatie),
G levendigheid en F kleurtoon)
In de A (auto) stand, kunt u de helderheid, levendigheid en kleurtoon van
het complete beeld instellen.
In de onderwerpstand, de stand speciale effecten of de korte
filmvoorstelling, kunt u de helderheid van het complete beeld
(belichtingscompensatie) instellen.
In de slim portret-stand kunt u glamour-retouchering toepassen om
gezichten versterkt weer te geven.
De functies die kunnen worden ingesteld, variëren afhankelijk van de
opnamestand.
Geeft het opnamescherm weer en druk op de
b (e filmopname) knop om de filmopname te
starten. Druk nogmaals op de b (e) knop om
de filmopname te stoppen.
• Om de film af te spelen, selecteert u een film
in de schermvullende weergave en drukt u op
de k knop.
Flitser, zelfontspanner, etc. gebruiken
Films opnemen
21
Opnamefuncties
Opnamefuncties
Gebruikt voor algemene opname.
De instellingen kunnen aangepast worden aan
de opnamecondities en het type opname dat u
wilt maken.
• U kunt wijzigen hoe de camera het gebied
van het kader selecteert waarop moet
worden scherpgesteld door het wijzigen
van de instelling AF-veldstand (A85).
De standaardinstelling is AF met doelopsporing (A52).
Beschikbare functies in A (auto) stand
• Flitsstand (A41)
• Zelfontspanner (A43)
• Macro-stand (A45)
• Creatieve instelknop (A46)
• Opnamemenu (A78)
A (auto) stand
22
Opnamefuncties
Wanneer een onderwerp geselecteerd wordt, worden de camera-instellingen
automatisch geselecteerd voor het geselecteerde onderwerp.
1
De camera stelt scherp op oneindig.
2
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
3
Het gebruik van een statief wordt aanbevolen, omdat de sluitertijd lang is. Stel
Foto VR (A111) in het setup-menu in op Uit wanneer bij fotograferen gebruik
wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren.
Onderwerpstand (aangepast op
onderwerp fotograferen)
x (Autom.
scènekeuzekn.) (A23)
Wanneer u een beeld
kadreert, selecteert de
camera automatisch de
meest optimale
onderwerpstand voor
eenvoudig fotograferen.
X (Nachtlandschap)
(A24)
1,2
W (Tegenlicht)
(A24)
2
Draai de keuzeknop
naar X of W en maak
foto's.
y (onderwerp)
Druk op de d knop om het onderwerpmenu weer te geven en een van de
volgende onderwerpen te selecteren.
b Portret (standaardinstelling) h Zonsondergang
2, 3
c Landschap
1, 2
i Schemering
1, 2, 3
N Interval film (A28) k Close-up (A26)
d Sport (A25)
2
u Voedsel (A26)
e Nachtportret (A25) m Vuurwerk
(A26)
1, 3
f Party/binnen (A25)
2
p Eenvoudig panorama (A30)
Z Strand
2
O Dierenportret (A27)
z Sneeuw
2
Party/binnen
Nachtportret
Sport
Interval lm
Landschap
Portret
23
Opnamefuncties
Een beschrijving van elke onderwerpstand weergeven
(helpweergave)
Selecteer een onderwerp en draai de zoomknop
(A1) naar g (j) om de beschrijving van dat
onderwerp weer te geven. Om terug te keren
naar het vorige scherm, draait u de zoomknop
nogmaals naar g (j).
Tips en opmerkingen
• Wanneer u de camera op het onderwerp richt, herkent de camera
automatisch de onderwerpstand uit de onderstaande lijst en past
de opname-instellingen dienovereenkomstig aan.
• Het scherpstelveld hangt af van de compositie van de foto. Wanneer de camera
een gezicht herkent, wordt hierop scherpgesteld (A53).
• Afhankelijk van de opnameomstandigheden is het mogelijk dat de camera niet
altijd de gewenste onderwerpstand kiest. Slelecteer in dat geval een andere
opnamestand (A 19).
x Autom. scènekeuzekn.
e
Portret (voor het maken van close-up portretten van een of twee
personen)
b
Portret (voor het maken van portretten van veel mensen of foto's
waarbij de achtergrond een groot deel van het beeld in beslag nemen)
f Landschap
h
Nachtportret (voor het maken van close-up portretten van een of twee
personen)
c
Nachtportret (voor het maken van portretten van veel mensen of foto's
waarbij de achtergrond een groot deel van het beeld in beslag nemen)
g Nachtlandschap
i Close-up
j
Tegenlicht (voor het maken van foto's van andere onderwerpen dan
mensen)
d Tegenlicht (voor het maken van portretfoto's)
d Andere onderwerpen
Party/binnen
Nachtportret
Sport
Interval lm
Landschap
Portret
24
Opnamefuncties
• Druk op de d knop en selecteer u Uit de hand of w Statief onder
Nachtlandschap.
• u Uit de hand (standaardinstelling):
-Terwijl het j pictogram op het opnamescherm groen wordt weergegeven,
drukt u de ontspanknop helemaal in om een reeks beelden vast te leggen die
tot een enkele foto gecombineerd en opgeslagen worden.
- Wanneer de ontspanknop helemaal is ingedrukt, houdt u de camera stil tot een
foto wordt weergegeven. Zet de camera niet uit direct nadat u de foto heeft
gemaakt, maar wacht totdat de monitor weer het opnamescherm weergeeft.
- De beeldhoek (d.w.z. het zichtbare deel in het beeld) die op de opgeslagen
afbeelding zichtbaar is, is kleiner dan die op de monitor zichtbaar is op het
moment van opname.
• w Statief:
- Wanneer de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, wordt een foto met een
langere sluitertijd gemaakt.
- De vibratiereductie wordt uitgeschakeld, zelfs wanneer Foto VR (A111) in het
setup-menu is ingesteld op Aan.
• Druk op de d knop en selecteer Aan of Uit om HDR (high dynamic range)
compositie onder Tegenlicht in of uit te schakelen op basis van het soort foto dat
u wilt maken.
• Uit (standaardinstelling): De flitser treedt in werking om te voorkomen dat het
onderwerp in de schaduw blijft.
- Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, wordt één foto gemaakt.
• Aan: Gebruik deze stand als er zeer heldere delen en zeer donkere delen in
eenzelfde beeld zijn.
- Wanneer de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, maakt de camera continu
foto's met hoge snelheid en slaat deze de volgende twee beelden op:
- Een niet-HDR samengesteld beeld
- Een HDR samengesteld beeld waarin het verlies van detail in hoge lichten of
schaduwpartijen tot een minimum wordt beperkt
- Als er slechts genoeg geheugen beschikbaar is voor het opslaan van één beeld,
dan wordt alleen een beeld opgeslagen dat bij de opname via D-Lighting
(A64) is verwerkt, waarbij de donkere delen van het beeld gecorrigeerd zijn.
- Wanneer de ontspanknop helemaal is ingedrukt, houdt u de camera stil tot een
foto wordt weergegeven. Zet de camera niet uit direct nadat u de foto heeft
gemaakt, maar wacht totdat de monitor weer het opnamescherm weergeeft.
- De beeldhoek (d.w.z. het zichtbare deel in het beeld) die op de opgeslagen
afbeelding zichtbaar is, is kleiner dan die op de monitor zichtbaar is op het
moment van opname.
X Nachtlandschap
W Tegenlicht
25
Opnamefuncties
• Als u de ontspanknop helemaal ingedrukt houdt, maakt de camera max. 7 foto's
met een snelheid van ongeveer 7,9 beelden per seconde (bps) wanneer de
beeldkwaliteit is ingesteld op P).
• De beeldsnelheid voor continu-opname kan variëren afhankelijk van de instelling
van de beeldmodus, de gebruikte geheugenkaart of de opnameomstandigheden.
• Bij alle foto's uit de reeks wordt de scherpstelling, belichting en kleurinstelling
aangehouden die de camera voor de eerste foto uit de reeks heeft ingesteld.
• Op het scherm weergegeven wanneer e Nachtportret is geselecteerd, selecteer
u Uit de hand of w Statief.
• u Uit de hand (standaardinstelling):
-Terwijl het e pictogram op het opnamescherm groen wordt weergegeven,
drukt u de ontspanknop helemaal in om een reeks beelden vast te leggen die
tot een enkele foto gecombineerd en opgeslagen worden.
- Wanneer de ontspanknop helemaal is ingedrukt, houdt u de camera stil tot een
foto wordt weergegeven. Zet de camera niet uit direct nadat u de foto heeft
gemaakt, maar wacht totdat de monitor weer het opnamescherm weergeeft.
- Als het onderwerp beweegt terwijl de camera continu foto's maakt, kan de foto
vervormingen, overlappingen of onscherpte vertonen.
• w Statief:
- Wanneer de ontspanknop helemaal wordt ingedrukt, wordt een foto met een
langere sluitertijd gemaakt.
- De vibratiereductie wordt uitgeschakeld, zelfs wanneer Foto VR (A111) in het
setup-menu is ingesteld op Aan.
• Houd de camera goed stil om de effecten van cameratrillingen te voorkomen. Stel
Foto VR (A111) in het setup-menu in op Uit wanneer bij fotograferen gebruik
wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren.
y M d Sport
y M e Nachtportret
y M f Party/binnen
26
Opnamefuncties
• Macro-stand (A45) wordt ingeschakeld en de camera zoomt automatisch in op
de kortste afstand waarop scherpgesteld kan worden.
• U kunt het scherpstelveld verplaatsen. Druk op de k knop, gebruik de multi-
selector HIJK om het scherpstelveld te verplaatsen en druk op de k knop om
de instelling toe te passen.
• Macro-stand (A45) wordt ingeschakeld en de camera zoomt automatisch in op
de kortste afstand waarop scherpgesteld kan worden.
• U kunt de kleurinstelling aanpassen met de multi-
selector HI. De kleurinstelling wordt opgeslagen
in het geheugen van de camera en blijven
bewaard, ook als de camera wordt uitgeschakeld.
• U kunt het scherpstelveld verplaatsen. Druk op de
k knop, gebruik de multi-selector HIJK om
het scherpstelveld te verplaatsen en druk op de
k knop om de instelling toe te passen.
• De sluitertijd is vastgezet op 4 seconden.
• De zoom is beperkt tot 4 vaste posities.
y M k Close-up
y M u Voedsel
y M m Vuurwerk
25
m
0s25
m
0s
880880
27
Opnamefuncties
• Wanneer u de camera op een hond of kat richt, herkent de camera het gezicht van
het huisdier en stelt hierop scherp. Zodra de camera het gezicht van een hond of
kat herkent (dierenportret automatisch ontspannen), ontspant de sluiter
automatisch in de standaardinstelling.
• Op het scherm weergegeven wanneer O Dierenportret is geselecteerd,
selecteer U Enkelvoudig of V Continu.
- U Enkelvoudig: De camera maakt 1 foto wanneer het gezicht van een hond of
kat wordt herkend.
- V Continu: De camera maakt drie foto's wanneer het gezicht van een hond of
kat wordt herkend.
B Dierenportret automatisch ontspannen
• Druk op de multi-selector J (n) om de instelling voor Dierenp. autom. ontsp.
te wijzigen.
- Y: De camera herkent het gezicht van een hond of kat en ontspant de sluiter
automatisch.
- k: De camera ontspant de sluiter niet automatisch, ook al wordt het gezicht
van de hond of kat herkend. Druk de ontspanknop in. De camera herkent tevens
gezichten van mensen wanneer k wordt geselecteerd.
• Dierenp. autom. ontsp. wordt ingesteld op k nadat er 5 serieopnamen zijn
gemaakt.
• Fotograferen is ook mogelijk door de ontspanknop in te drukken, ongeacht de
instelling voor Dierenp. autom. ontsp..
Wanneer V Continu geselecteerd is, kunt u continu foto's maken terwijl u de
ontspanknop helemaal ingedrukt houdt.
B Scherpstelveld
• Als de camera een gezicht herkent, wordt een
gele rand om het gezicht weergegeven. Wanneer
de camera heeft scherpgesteld op een gezicht
binnen een dubbele rand (scherpstelveld), dan
wordt de dubbele rand groen. Als de camera
geen gezicht herkent, wordt scherpgesteld op
het onderwerp in het midden van het beeld.
• Onder bepaalde opname-omstandigheden
wordt het gezicht van het huisdier mogelijk niet herkend en kunnen andere
onderwerpen binnen een rand worden weergegeven.
y M O Dierenportret
25
m
0s
25
m
0s
880
880
28
Opnamefuncties
Intervalfilms opnemen
De camera kan automatisch 300 foto's met een gespecificeerd interval
vastleggen voor het maken van intervalfilms (e1080/30p) van ongeveer
10 seconden lang.
1
Geschikt voor het opnemen van de beweging van sterren. De scherpstelling is
vast ingesteld op oneindig.
2
De zoom is beperkt tot 4 vaste posities.
3
Door de beeldverwerking wordt de beweging van sterren weergegeven als
lichtstrepen. De scherpstelling is vast ingesteld op oneindig.
1 Gebruik de multi-selector HI om
een type te selecteren en druk op
de k knop.
2 Selecteer of de belichting
(helderheid) al dan niet moet
worden vastgesteld en druk op
de k knop (behalve Nachtlucht
en Sterrensporen).
• Als AE-L aan is geselecteerd, wordt de
belichting voor de eerste foto voor alle foto's
gebruikt. Het gebruik van AE-L uit wordt
aanbevolen bij aanzienlijke veranderingen in
de helderheid van het onderwerp, zoals bij
schemering.
Draai de keuzeknop naar y M d knop M N Interval film M
k knop
Type Intervaltijd Opnametijd
O
Stadsgezicht (10 minuten)
(standaardinstelling)
2 sec. 10 min.
P Landschap (25 minuten) 5 sec. 25 min.
Q Zonsondergang (50 min.) 10 sec. 50 min.
R Nachtlucht (150 minuten)
1, 2
30 sec. 2 u 30 min.
S Sterrensporen (150 min.)
2, 3
30 sec. 2 u 30 min.
Sterrensporen (150 min.)
Nachtlucht (150 minuten)
Zonsondergang (50 min.)
Landschap (25 minuten)
Stadsgezicht (10 minuten)
Interval lm
AE-L uit
AE-L aan
Interval lm
29
Opnamefuncties
3 Stabiliseer de camera door gebruik te maken van een
hulpmiddel zoals een statief.
4 Druk op de ontspanknop om de
eerste foto te maken.
• Stel de belichtingscompensatie (A49) in
voordat de sluiter voor de eerste foto wordt
ontspannen. De belichtingscompensatie kan
niet gewijzigd worden nadat de eerste foto is
gemaakt. De scherpstelling en kleurtoon
worden vast ingesteld wanneer de eerste
foto wordt gemaakt.
• De sluiter wordt automatisch ontspannen voor de tweede en volgende
foto's.
• De monitor wordt mogelijk uitgeschakeld wanneer de camera geen foto's
maakt.
• De opname wordt automatisch beëindigd nadat er 300 foto's zijn gemaakt.
• Om de opname handmatig te stoppen voordat er 300 foto's zijn gemaakt,
drukt u op de k knop.
• Geluid en foto's kunnen niet worden opgeslagen.
B Opmerkingen over intervalfilm
• De camera kan geen foto's maken als er geen geheugenkaart geplaatst is. Vervang
de geheugenkaart niet voordat de opname voltooid is.
• Gebruik een volledig opgeladen batterij: zo voorkomt u dat de camera
onverwachts wordt uitgeschakeld.
• Intervalfilms kunnen niet worden opgenomen door op de b (e) knop te
drukken.
• Draai niet aan de keuzeknop voordat de opname voltooid is.
• De vibratiereductie wordt uitgeschakeld, zelfs wanneer Foto VR (A111) in het
setup-menu is ingesteld op Aan.
AE- L
AE-L
22m 5s
22m 5s
Opname stoppen
30
Opnamefuncties
Opname met eenvoudig panorama
1 Selecteer het opnamebereik
W Normaal of X Breed en
druk op de k knop.
• Wanneer de camera gereed wordt gehouden
in de horizontale positie, dan is het
beeldformaat (breedte × hoogte) als volgt:
- W Normaal: 4800 × 920 wanneer
horizontaal wordt bewogen, 1536 × 4800
wanneer verticaal wordt bewogen
- X Breed: 9600 × 920 wanneer horizontaal wordt bewogen,
1536 × 9600 wanneer verticaal wordt bewogen
2 Kadreer de eerste rand van het
panorama en druk vervolgens de
ontspanknop half in om scherp te
stellen.
•
De zoom is vast ingesteld op de groothoekstand.
• De camera stelt scherp in het midden van het
beeld.
3 Druk de ontspanknop helemaal in
en haal vervolgens uw vinger van
de ontspanknop.
• KLJI worden weergegeven om de
richting van de camerabeweging aan te
duiden.
4
Beweeg de camera in een van de vier
richtingen tot de aanduiding van de
opnamepositie het einde heeft bereikt.
• Zodra de camera detecteert in welke richting
bewogen wordt, begint de opname.
• Het fotograferen wordt beëindigd wanneer
de camera het gespecificeerde opnamebereik
heeft verkregen.
• Zowel de scherpstelling als de belichting
worden geblokkeerd tot de opname stopt.
Draai de keuzeknop naar y M d knop M p Eenvoudig
panorama M k knop
Breed
Normaal
Eenvoudig panorama
25
m
0s
25
m
0s
880
880
31
Opnamefuncties
Voorbeeld van camerabeweging
• Gebruik uw lichaam als de draaias en beweeg de camera langzaam in een
boog in de richting van de markering (KLJI).
• De opname wordt gestopt als de aanduiding niet binnen circa 15 seconden
de rand bereikt (wanneer W Normaal geselecteerd is) of binnen circa
30 seconden (wanneer X Breed geselecteerd is) vanaf het begin van de
opname.
B Opmerkingen over opname met eenvoudig panorama
• Het zichtbare bereik van de opgeslagen afbeelding is kleiner dan dat op de
monitor zichtbaar is op het moment van de opname.
• Bij een te snelle camerabeweging, overmatig veel cameratrilling of te weinig
verandering in het onderwerp (zoals een muur of in het donker), wordt de
opname gestopt.
• Wanneer de opname wordt gestopt voordat de camera de helft van het
panoramabereik heeft bereikt, dan wordt er geen panoramafoto opgeslagen.
• Wanneer meer dan de helft van het panoramabereik wordt vastgelegd, maar
de opname voor de rand van het bereik wordt gestopt, dan wordt het niet
vastgelegde bereik als grijs gebied opgeslagen opgeslagen.
32
Opnamefuncties
Weergave met eenvoudig panorama
Schakel naar de weergavestand (A16), geef de
foto gemaakt met eenvoudig panorama weer
in de schermvullende weergave en druk
vervolgens op de k knop om de foto in de
richting te scrollen die bij de opname werd
gebruikt.
Tijdens de weergave worden op de monitor
bedieningsknoppen getoond.
Gebruik de multi-selector JK om een
bedieningsknop te selecteren en druk
vervolgens op de k knop om de onderstaande
functies uit te voeren.
B Opmerkingen over opname met eenvoudig panorama
• De foto's kunnen niet op deze camera worden bewerkt.
• Het scrollen of inzoomen van eenvoudig panorama foto's die met een digitale
camera van een ander merk of model zijn gemaakt, is met deze camera wellicht
niet mogelijk.
B Opmerkingen over panoramafoto's afdrukken
Afhankelijk van de printerinstellingen is het mogelijk dat niet de hele foto kan
worden afgedrukt. Bovendien is het mogelijk dat de afdrukfunctie, afhankelijk van de
printer, niet werkt.
Functie
Picto-
gram
Beschrijving
Terug-
spoelen
A Houd de k knop ingedrukt om snel terug te scrollen.
Vooruit-
spoelen
B Houd de k knop ingedrukt om snel vooruit te scrollen.
Pauzeren E
Pauzeer de weergave. De onderstaande functies kunnen
worden uitgevoerd terwijl de weergave gepauzeerd is.
C
Houd de k knop ingedrukt om terug te
spoelen.
D Houd de k knop ingedrukt om te scrollen.
F Automatisch scrollen hervatten.
Stoppen G Schakel naar de schermvullende weergave.
00 04.
JP G
0004.
JPG
4
/
4
4
/
4
15 /11/2 0 15 1 5:30
15/11/2015 15:30
33
Opnamefuncties
Er kunnen effecten op foto's toegepast worden tijdens het fotograferen.
Stand speciale effecten (effecten
toepassen tijdens opname)
Type Beschrijving
O Zacht*
(standaardinstelling)
Verzacht de foto door het beeld iets te vervagen.
P Nostalgisch
sepia*
Voegt een sepiatint toe en vermindert het contrast om
een oude foto na te bootsen.
F Hoogcontrast
monochr.*
Verandert de foto naar zwart-wit en geeft de foto een
scherp contrast.
I Selectieve kleur
Maakt een zwart-wit foto waarin alleen de aangegeven
kleur bewaard wordt.
l Pop
Verhoogt de kleurverzadiging van de hele foto om een
heldere uitstraling te verkrijgen.
o Cross-process
Geeft de foto een mysterieus uiterlijk op basis van een
specifieke kleur.
m
Speelgoedcamera-
eff. 1*
Geeft de hele foto een gelige kleurtoon en maakt de
randen van de foto donkerder.
Cross-process
Cross-process
Pop
Pop
Selectieve kleur
Selectieve kleur
Hoogcontrast monochr.
Hoogcontrast monochr.
Nostalgisch sepia
Nostalgisch sepia
Cross-process
Pop
Selectieve kleur
Hoogcontrast monochr.
Nostalgisch sepia
Zacht
Speciale eecten
Speciale eecten
Beeldmodus
Druk op de d (menu) knop om het menu speciale effecten weer te geven en een
effect te selecteren met de multi-selector.
34
Opnamefuncties
* Bepaalde Filmopties (A97) zijn niet beschikbaar.
• De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
• Wanneer Selectieve kleur of Cross-
process wordt geselecteerd, gebruikt u de
multi selector HI om de gewenste kleur te
selecteren en drukt u op de k knop om de
kleur toe te passen. Om de kleurselectie te
wijzigen, drukt u nogmaals op de k knop.
n
Speelgoedcamera-
eff. 2*
Verlaagt de kleurverzadiging van de hele foto en maakt de
randen van de foto donkerder.
b Spiegelen*
Creëert een bilateraal symmetrisch beeld waarbij de
rechterhelft als spiegelbeeld van de linkerhelft wordt
weergegeven.
Type Beschrijving
Opslaan
35
Opnamefuncties
U kunt een foto maken met de functie glamour-
retouchering om gezichten versterkt weer te
geven.
1 Druk op de multi-selector K.
2 Pas een effect toe.
• Gebruik JK om het gewenste effect te
selecteren.
• Gebruik HI om de hoeveelheid effect te
selecteren.
• U kunt meerdere effecten tegelijkertijd
toepassen.
B Huid verzachten, l Foundation,
Q Zacht, G Levendigheid,
o Helderheid (Bel. +/-)
• Selecteer f Sluiten om de schuifbalk te
verbergen.
• Na het configureren van de gewenste effecten drukt u op de k knop om ze
toe te passen.
3 Kadreer het beeld en druk de ontspanknop in.
B Opmerkingen over slim portret-stand
• De hoeveelheid effect tussen het beeld op het opnamescherm en de opgeslagen
foto kan verschillen.
• Wanneer Zacht wordt ingesteld, zijn sommige Filmopties (A97) niet
beschikbaar.
Slim portret-stand (gezichten van mensen
retoucheren tijdens opname)
Huid verzachten
36
Opnamefuncties
Beschikbare functies in slim portret-stand
• Glamour-retouchering (A35)
• Glimlachtimer (A36)
• Zelf-collage (A37)
• Flitsstand (A41)
• Zelfontspanner (A43)
• Slim portret-menu (A89)
Glimlachtimer gebruiken
Wanneer u op de multi-selector J drukt om
a Glimlachtimer te selecteren en op de
k knop drukt, ontspant de camera automatisch
de sluiter wanneer er een lachend gezicht wordt
herkend.
• Stel de functie glamour-retouchering in
voordat u de glimlachtimer (A35)
selecteert.
• Wanneer u op de ontspanknop drukt om
een foto te maken, wordt de glimlachtimer
beëindigd.
B Opmerkingen over glimlachtimer
• Onder bepaalde opname-omstandigheden kan de camera mogelijk geen gezicht
of glimlach herkennen (A53). Om te fotograferen, kan ook de ontspanknop
gebruikt worden.
• Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
C Als het zelfontspannerlampje knippert
Als de glimlachtimer wordt gebruikt, knippert het zelfontspannerlampje wanneer de
camera een gezicht herkent en knippert dit snel nadat de sluiter wordt ontspannen.
Glimlachtimer
37
Opnamefuncties
Zelf-collage gebruiken
De camera kan een reeks van 4 of 6 foto's met
intervallen vastleggen en ze samen als één
beeld opslaan (een collagefoto).
1 Druk op de multi-selector J om
n Zelf-collage te selecteren en
druk op de k knop.
• Er wordt een bevestigingsvenster
weergegeven.
• Als u op de d knop drukt en Zelf-
collage selecteert voordat u op J drukt,
kunt u de instellingen configureren voor
Aantal opnamen, Interval en
Sluitergeluid (A89).
• Als u bij de opname glamour-retouchering
wilt toepassen, stel het effect dan in
voordat u zelf-collage (A35) selecteert.
2 Maak een foto.
• Wanneer u op de ontspanknop drukt, wordt
het aftellen (circa vijf seconden) gestart en
wordt de sluiter automatisch ontspannen.
• De camera ontspant de sluiter automatisch
bij de overige foto's. Het aftellen begint circa
drie seconden voor de opname.
• Het aantal opnamen wordt aangediod
door U op the monitor. Dit wordt groen
weergegeven tijdens de opname en wordt wit na de opname.
• Wanneer de camera het maken van het gespecificeerde aantal opnamen
heeft voltooid, wordt de collagefoto opgeslagen.
• Naast de collagefoto wordt elke gemaakte foto ook als een afzonderlijke foto
opgeslagen.
B Opmerkingen over zelf-collage
• Als u de ontspanknop indrukt voordat de camera het maken van het gespecificeerde
aantal opnamen heeft voltooid, wordt de opname geannuleerd en wordt er geen
collagefoto opgeslagen. De foto's die werden gemaakt voordat de opname
geannuleerd werd, worden als afzonderlijke foto's opgeslagen.
• Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
15/11/2015 15:30
15/11/2015 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
1
/
5
1
/
5
Zelf-collage
38
Opnamefuncties
U kunt een korte filmvoorstelling (e1080/30p
of S1080/25p) maken van maximaal
30 seconden lang door meerdere filmclips van
meerdere seconden op te nemen en automatisch
te combineren.
1 Druk op de d (menu) knop en
configureer de instellingen voor het
opnemen van films.
• Aantal opnamen: Stel het aantal filmclips in
dat de camera opneemt en de opnametijd
voor elke filmclip. Standaard neemt de
camera 15 filmclips van 2 seconden op voor
het maken van een korte filmvoorstelling van
30 seconden.
• Speciale effecten: Pas diverse effecten tijdens de filmopname toe (A33).
De effecten kunnen voor elke filmclip gewijzigd worden.
• Achtergrondmuziek: Selecteer de achtergrondmuziek. Beweeg de
zoomknop (A1) in de richting van g (i) om de opname te bekijken.
• Nadat de instellingen zijn uitgevoerd, drukt u op de d knop of
ontspanknop om het menu te verlaten.
2 Druk op de b (e filmopname)
knop om een filmclip op te nemen.
• De camera stopt de opname van de filmclip
wanneer de bij stap 1 gespecificeerde tijd
verstreken is.
• De opname van een filmclip kan tijdelijk
gepauzeerd worden.
Zie "Filmopname pauzeren" (A40).
3 Controleer de opgenomen
filmclip en wis deze desgewenst.
• Druk op de k knop om te controleren.
• Druk op de l knop om te wissen. De laatst
opgenomen filmclip of alle filmclips kunnen
gewist worden.
• Om het opnemen van filmclips te hervatten,
herhaalt u de bewerking bij stap 2.
• Om de effecten te wijzigen, gaat u terug naar
stap 1.
Korte filmvoorstelling (filmclips combineren
voor het maken van korte filmvoorstellingen)
Opname stoppen
Achtergrondmuziek
Speciale eecten
Aantal opnamen
0
15
25m 0 s
25m 0s
880
880
12
15
2 4m36s
24m36s
8 80
880
Voorbeeld
39
Opnamefuncties
4 Sla de korte filmvoorstelling op.
• De korte filmvoorstelling wordt opgeslagen wanneer de camera de opname
van het gespecificeerde aantal filmclips heeft voltooid.
• Om een korte filmvoorstelling op te slaan voordat de camera de opname
van het gespecificeerde aantal filmclips heeft voltooid, drukt u op de d
knop op het opnamescherm wanneer er geen filmclip wordt opgenomen
en selecteert u vervolgens Opname stoppen.
• De filmclips worden gewist wanneer een korte filmvoorstelling wordt
opgeslagen.
Functies tijdens filmclipweergave
Om het volume aan te passen, beweegt u de
zoomknop tijdens de filmclipweergave (A1).
Op de monitor worden bedieningsknoppen
weergegeven.
De onderstaande functies kunnen met de multi-
selector JK uitgevoerd worden voor het
selecteren van een bedieningsknop en
vervolgens de k knop in te drukken.
B Opmerkingen over een korte filmvoorstelling opnemen
• De camera kan geen filmopnames maken als er geen geheugenkaart geplaatst is.
• Vervang de geheugenkaart niet voordat een korte filmvoorstelling opgeslagen is.
Functie
Picto-
gram
Beschrijving
Terug-
spoelen
A Houd de k knop ingedrukt om de film terug te spoelen.
Vooruit-
spoelen
B
Houd de k knop ingedrukt om de film vooruit te
spoelen.
Pauzeren E
Pauzeer de weergave. De onderstaande functies kunnen
worden uitgevoerd terwijl de weergave gepauzeerd is.
C
Film één beeld terugspoelen. Houd de k
knop ingedrukt om continu terug te spoelen.
D
Film één beeld vooruitspoelen. Houd de k
knop ingedrukt om continu vooruit te spoelen.
F Afspelen hervatten.
Afspelen
stoppen
G Terugkeren naar opnamescherm.
Opname
stoppen
p
Sla de korte filmvoorstelling op met de opgenomen
filmclips.
40
Opnamefuncties
C Filmopname pauzeren
• Er kan een foto (l 4608×2592) worden gemaakt als u op de ontspanknop op
het opnamescherm drukt wanneer er geen film wordt opgenomen.
• U kunt de filmopname pauzeren en foto's weergeven of andere opnamestanden
selecteren om foto's te maken. De filmopname wordt hervat wanneer u weer de
stand n (korte filmvoorstelling selecteert.
Beschikbare functies in korte filmvoorstelling
• Zelfontspanner (A43)
• Macro-stand (A45)
• Belichtingscompensatie (A49)
• Menu filmopties (A97)
41
Opnamefuncties
U kunt een flitsstand selecteren die geschikt is voor de opname-
omstandigheden.
1 Druk op de multi-selector H (m).
2 Selecteer de gewenste flitsstand
(A42) en druk op de k knop.
• Als er geen instelling wordt toegepast door
binnen een paar seconden op de k knop
te drukken, wordt de selectie geannuleerd.
C Het flitserlampje
• De status van de flitser kan worden bevestigd
door de ontspanknop half in te drukken.
- Aan: De flitser gaat af wanneer u de
ontspanknop volledig indrukt.
- Knippert: De flitser is aan het laden. De camera
kan geen opnamen maken.
- Uit: De flitser gaat niet af wanneer een foto
wordt gemaakt.
• Als het batterijniveau laag is, wordt de monitor uitgeschakeld terwijl de flitser aan
het laden is.
Flitsstand
Automatisch
42
Opnamefuncties
Beschikbare flitsstanden
B Opmerkingen over de flitser gebruiken
Wanneer u de flitser in de groothoekstand gebruikt, kan de rand van de foto donker
zijn afhankelijk van de afstand waarop gefotografeerd wordt.
Door de zoom iets aan te passen in de richting van de telestand, wordt een betere
foto verkregen.
C De flitsstandinstelling
• In bepaalde opnamestanden is de instelling mogelijk niet beschikbaar (A50).
• Ook na het uitschakelen van de camera blijft de instelling die wordt toegepast in
de stand A (auto) in het geheugen van de camera opgeslagen.
C Rode-ogenreductie
Als de camera rode ogen detecteert bij het opslaan van een foto, dan wordt het
betreffende gedeelte bewerkt om rode ogen te reduceren voordat de foto wordt
opgeslagen.
Neem het volgende in acht bij het fotograferen:
• Er is meer tijd nodig voor het opslaan van foto's dan gebruikelijk.
• Rode-ogenreductie zal in bepaalde situaties niet het gewenste resultaat opleveren.
• In enkele gevallen kan op gedeeltes van een foto onnodig rode-ogenreductiee
worden toegepast. Selecteer in deze gevallen een andere flitsstand en maak de
foto opnieuw.
U
Automatisch
Indien nodig treedt de flitser in werking, zoals bij weinig licht.
• Het pictogram van de flitsstand op het opnamescherm wordt alleen
direct na het instellen weergegeven.
V
Autom. met rode-ogenred.
Reduceer "rode ogen" door de flitser in portretten.
W
Uit
De flitser ontsteekt niet.
• Bij het fotograferen in een donkere omgeving adviseren we een statief
te gebruiken om de camera te stabliseren.
X
Invulflits
De flitser ontsteekt altijd wanneer er een foto wordt gemaakt. Gebruik
voor de "invulling" (verlichting) van schaduwen en onderwerpen in
tegenlicht.
Y
Lange sluitertijd
Geschikt voor avond- en nachtportretten met achtergronden. Indien
nodig verlicht de flitser het hoofdonderwerp. De lange sluitertijd wordt
gebruikt om de achtergrond vast te leggen.
43
Opnamefuncties
De camera is uitgerust met een zelfontspanner die de sluiter, nadat u de
ontspanknop indrukt, na 10 seconden of 2 seconden ontspant.
Stel Foto VR (A111) in het setup-menu in op Uit wanneer bij fotograferen
gebruik wordt gemaakt van een statief om de camera te stabiliseren.
1 Druk op de multi-selector J (n).
2 Selecteer het opnamebereik
n10s of n2s en druk op de
k knop.
• n10s (10 seconden): Gebruik bij
belangrijke gelegenheden zoals bruiloften.
• n2s (2 seconden): Gebruik om
cameratrillingen te voorkomen.
• Als er geen instelling wordt toegepast door
binnen een paar seconden op de k knop te drukken, wordt de selectie
geannuleerd.
• Als de opnamestand is ingesteld op Dierenportret in onderwerpstand,
wordt Y (dierenportret automatisch ontspannen) weergegeven (A27).
De zelfontspanner kan niet worden gebruikt.
• Als de slim portret-stand als opnamestand is geselecteerd, kan ook
a (glimlachtimer) of n (zelf-collage) geselecteerd worden (A35).
3 Kadreer het beeld en druk de ontspanknop half in.
• De scherpstelling en belichting worden ingesteld.
Zelfontspanner
Zelfontspanner
44
Opnamefuncties
4 Druk de ontspanknop
helemaal in.
• Het aftellen wordt gestart. Het
zelfontspannerlampje knippert
en blijft ongeveer één seconde
branden voordat de sluiter wordt
ontspannen.
• Nadat de opname is gemaakt,
wordt de zelfontspanner
ingesteld op k.
• Om het aftellen te stoppen, drukt
u nogmaals op de ontspanknop.
F3.4
F3.4
1/ 2 5 0
1/250
9
9
45
Opnamefuncties
Gebruik de macro-stand bij het maken van close-up foto's.
1 Druk op de multi-selector I (p).
2 Selecteer o en druk op de
k knop.
• Als er geen instelling wordt toegepast door
binnen een paar seconden op de k knop
te drukken, wordt de selectie geannuleerd.
3 Beweeg de zoomknop om de
zoomfactor in te stellen op een
stand waarbij F en de
zoomaanduiding groen worden weergegeven.
• Als de zoomfactor is ingesteld op een stand waarbij de zoomaanduiding
groen wordt weergegeven, kan de camera scherpstellen op onderwerpen
tot op een afstand van circa 10 cm tot het objectief.
Wanneer de zoom op een stand staat waarbij G wordt weergegeven, kan
de camera scherpstellen tot op een afstand van circa 1 cm tot het objectief.
C De macro-standinstelling
• In bepaalde opnamestanden is de instelling mogelijk niet beschikbaar (A50).
• Ook na het uitschakelen van de camera blijft de instelling die wordt toegepast in
de stand A (auto) in het geheugen van de camera opgeslagen.
Macro-stand (close-up foto's maken)
Macro-stand
46
Opnamefuncties
Als de opnamestand is ingesteld op A (auto), gebruikt u de creatieve
schuifbalk om de helderheid (belichtingscompensatie), levendigheid en
kleurtoon voor het fotograferen in te stellen.
1 Druk op de multi-selector K (o).
2 Selecteer de optie en pas deze naar
wens aan.
• JK: Een optie selecteren.
- o: "Helderheid (belichtingscompensatie)"
(A47)
- G: "Levendigheid (verzadiging instellen)"
(A48)
- F: "Kleurtoon (witbalansinstelling)"
(A48)
• HI: De schuifbalk beweegt. Het effect kan worden ingesteld terwijl de
resultaten op de monitor worden bevestigd.
• Om de effecten van de creatieve schuifbalk uit te schakelen, selecteert u P
en drukt u op de k knop.
3 Wanneer de instelling is voltooid,
selecteert u y en drukt u op de
k knop.
• Als de k knop (behalve als P is
geselecteerd) of de ontspanknop wordt
ingedrukt bij stap 2, wordt de geselecteerde
mate van het effect toegepast. Wanneer het
effect is toegepast, keert de camera terug
naar het opnamescherm.
C Instellingen creatieve schuifbalk
De instellingen voor Helderheid (Bel. +/-), Levendigheid en Kleurtoon worden
opgeslagen in het geheugen van de camera en blijven bewaard, ook als de camera
wordt uitgeschakeld.
Creatieve schuifbalk (helderheid
(belichtingscompensatie), levendigheid
en kleurtoon instellen)
+ 0.3
+ 2.0
- 2.0
Helderheid (Bel. +/-)
Sluiten
47
Opnamefuncties
Helderheid (belichtingscompensatie)
Stel de helderheid van het complete beeld in.
• Om het beeld lichter te maken, stelt u een
positieve (+) waarde in.
• Om het beeld donkerder te maken, stelt u een
negatieve (–) waarde in.
C Het histogram gebruiken
Een histogram is een grafiek waarin de verdeling van tinten in het beeld wordt
aangeduid. Gebruik als een hulpmiddel wanneer u gebruik maakt van
belichtingscompensatie en fotograferen zonder flitser.
• De horizontale as geeft het helderheidsniveau van de pixels aan, van links naar
rechts oplopend van donker naar licht. De verticale as geeft aan hoeveel pixels
van elk helderheidsniveau er in het beeld voorkomen.
• Door de belichtingscompensatie te verhogen, verschuift de toonverdeling naar
rechts en door de belichtingscompensatie te verlagen, verschuift de toonverdeling
naar links.
+ 0.3
+ 2.0
- 2.0
Helderheid (Bel. +/-)
Schuifbalk
Belichtings-
compensatie-
waarde
Histogram
48
Opnamefuncties
Levendigheid (verzadiging instellen)
Stel de levendigheid van het complete beeld in.
• De levendigheid van het complete beeld
neemt toe naarmate de schuifbalk omhoog
wordt verplaatst. De levendigheid van het
complete beeld neemt af naarmate de
schuifbalk omlaag wordt verplaatst.
Kleurtoon (witbalansinstelling)
Stel de kleurtoon van het complete beeld in.
• Het complete beeld wordt roder naarmate
de schuifbalk omhoog wordt verplaatst. Het
complete beeld wordt blauwer naarmate de
schuifbalk omlaag wordt verplaatst.
B Opmerkingen over de kleurtooninstelling
Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A50).
Levendigheid
Schuifbalk
Kleurtoon
Schuifbalk
49
Opnamefuncties
Als de opnamestand is ingesteld op de onderwerpstand, de stand speciale
effecten of de korte filmvoorstelling, kunt u de helderheid
(belichtingscompensatie) instellen.
1 Druk op de multi-selector K (o).
2 Selecteer een compensatiewaarde
en druk op de k knop.
• Om het beeld lichter te maken, stelt u een
positieve (+) waarde in.
• Om het beeld donkerder te maken, stelt u
een negatieve (–) waarde in.
• De compensatiewaarde wordt toegepast,
zelfs zonder de k knop in te drukken.
C Belichtingscompensatiewaarde
In bepaalde opnamestanden is de instelling mogelijk niet beschikbaar (A50).
Belichtingscompensatie
(helderheidsinstelling)
+
0.3
-
2.0
+
2.0
Belichtingscompensatie
50
Opnamefuncties
De standaardinstellingen voor elke opnamestand worden hieronder aangeduid.
Standaardinstellingen
(flitser, zelfontspanner, etc.)
Flitser
(A41)
Zelfont-
spanner
(A43)
Macro
(A45)
Belichtings-
compensatie
(A49)
A (auto)
U
k
k
–
1
x (automatische
scènekeuze)
U
2
k
k
3
0.0
X (nachtlandschap)
W
4
k
k
4
0.0
W (tegenlicht) X/W
5
k
k
4
0.0
y
b (portret) V k
k
4
0.0
c (landschap)
W
4
k
k
4
0.0
N (intervalfilm)
W
4
k
k
4
0.0
6
d (sport)
W
4
k
4
k
4
0.0
S (nachtportret)
V
4
k
k
4
0.0
f (party/binnen)
V
7
k
k
4
0.0
Z (strand) U k
k
4
0.0
z (sneeuw) U k
k
4
0.0
h (zonsondergang)
W
4
k
k
4
0.0
i (schemering/
dageraad)
W
4
k
k
4
0.0
k (close-up) W k
o
4
0.0
u (voedsel)
W
4
k
o
4
0.0
m (vuurwerk)
W
4
k
4
k
4
0.0
4
p (eenvoudig
panorama)
W
4
k
4
k
4
0.0
O (dierenportret)
W
4
Y
8
k 0.0
u (speciale
effecten)
W
k
k
0.0
F (slim portret-stand)
U
9
k
10
k
4
–
11
n
(korte filmvoorstelling)
W
4
k
k
0.0
51
Opnamefuncties
1
De creatieve schuifbalk wordt weergegeven (A46).
2
De camera kiest automatisch de meest geschikte flitsstand voor het onderwerp
dat de camera zelf heeft gekozen. W (uit) kan handmatig worden geselecteerd.
3
Kan niet gewijzigd worden. De camera schakelt over naar de macro-stand als i
geselecteerd wordt.
4
Kan niet gewijzigd worden.
5
Flitser is vast ingesteld op X (invulflits) als HDR is ingesteld op Uit, en is vast
ingesteld op W (uit) als HDR is ingesteld op Aan.
6
Kan niet worden gewijzigd wanneer Nachtlucht of Sterrensporen wordt gebruikt.
7
Lange sluitertijd met rode-ogenreductie als flitsstand kan gebruikt worden.
8
Zelfontspanner kan niet worden gebruikt. Dierenportret automatisch ontspannen
kan worden ingesteld op o of k (A27).
9
Kan niet worden gebruikt als Knipperdetectie is ingesteld op Aan.
10
Naast de zelfontspanner kan ook a (glimlachtimer) (A36) en n (zelf-collage)
(A37) worden gebruikt.
11
Glamour-retouchering wordt weergegeven (A35).
52
Opnamefuncties
Het scherpstelveld varieert afhankelijk van de opnamestand.
AF met doelopsporing gebruiken
Wanneer AF-veldstand (A85) in de A (auto) stand is ingesteld op AF met
doelopsporing, dan voert de camera de scherpstelling op de hieronder
beschreven manier uit als u de ontspanknop half indrukt.
• De camera detecteert het hoofdonderwerp
en stelt hierop scherp. Zodra het onderwerp
scherp is, wordt het scherpstelveld groen
weergegeven. Als een gezicht herkend
wordt, stelt de camera automatisch met
prioriteit hierop scherp.
• Als er geen hoofdonderwerp wordt herkend,
selecteert de camera automatisch een of
meer van de 9 scherpstelvelden waarin zich
het onderwerp het dichtste bij de camera
bevindt. Als het onderwerp is scherpgesteld,
worden de scherpstelvelden waarop is
scherpgesteld groen weergegeven.
B Opmerkingen over AF met doelopsporing
• Het onderwerp dat de camera als het hoofdonderwerp beschouwt, kan afhankelijk
van de opname-omstandigheden verschillen.
• Het hoofdonderwerp wordt mogelijk niet herkend wanneer bepaalde instellingen
voor Witbalans gebruikt worden.
• In de volgende situaties herkent de camera het hoofdondwerp mogelijk niet
correct:
- Als het onderwerp zeer donker of licht is
- Als het hoofdonderwerp geen duidelijk gedefinieerde kleuren heeft
- Als de opname zodanig gekadreerd is dat het hoofdonderwerp zich bij de rand
van de monitor bevindt
- Als het hoofdonderwerp is samengesteld uit een herhalend patroon
Scherpstellen
F 3 . 4
F3.4
1 / 2 5 0
1/250
F 3 . 4
F3.4
1 / 2 5 0
1/250
53
Opnamefuncties
Gezichtsdetectie gebruiken
In de volgende opnamestanden gebruikt de
camera gezichtsdetectie om automatisch scherp
te stellen op gezichten.
• x (automatische scènekeuze) stand (A23)
• Portret of Nachtportret onderwerpstand
(A22)
• Slim portret-stand (A35)
• Als AF-veldstand (A85) in de A (auto)
stand (A21) is ingesteld op Gezichtprioriteit
Als de camera meer dan één gezicht herkent, wordt een dubbele rand
weergegeven om het gezicht waarop de camera scherpstelt en enkele
randen om de andere gezichten.
Als de ontspanknop half wordt ingedrukt wanneer er geen gezichten worden
herkend:
• In de x (automatische scènekeuze), verandert het scherpstelveld
afhankelijk van het onderwerp.
• In de onderwerpstand Portret en Nachtportret of de slim portret-stand
stelt de camera scherp in het midden van het beeld.
• In de A (auto) stand selecteert de camera het scherpstelveld met het
onderwerp dat zich het dichtst bij de camera bevindt.
B Opmerkingen over gezichtsdetectie
• Of de camera gezichten herkent, hangt af van diverse factoren, bijvoorbeeld de
richting waarin de gezichten kijken.
• In de volgende situaties kan de camera mogelijk geen gezichten herkennen:
- Als een gezicht deels verscholen gaat achter een zonnebril of een ander
voorwerp
- Als een gezicht te veel of te weinig ruimte beslaat in het beeld
25
m
0s
25
m
0s
880
880
54
Opnamefuncties
Huid verzachten gebruiken
Als de sluiter wordt ontspannen in een van de onderstaande opnamestanden,
dan herkent de camera gezichten en bewerkt de camera de foto om de huid
van de gezichten te verzachten (maximaal 3 gezichten).
• Slim portret-stand (A35)
- De mate van huid verzachten kan worden ingesteld met de functie
glamour-retouchering.
• x (automatische scènekeuze) stand (A23)
• Portret of Nachtportret onderwerpstand (A22)
Bewerkingsfuncties zoals Huid verzachten kunnen op opgeslagen foto's
worden toegepast door gebruik te maken van Glamour-retouchering
(A66), zelfs na de opname.
B Opmerkingen over huid verzachten
• Er is meer tijd nodig voor het opslaan van foto's na de opname dan gebruikelijk.
• Onder bepaalde omstandigheden kunnen de gewenste resultaten niet bereikt
worden en kan huid verzachten toegepast worden op delen van de foto zonder
gezichten.
Onderwerpen die niet geschikt zijn voor autofocus
In de volgende situaties stelt de camera mogelijk niet scherp als verwacht. Het
kan soms voorkomen dat niet wordt scherpgesteld op het onderwerp ondanks
het feit dat het actieve scherpstelveld of de scherpstelaanduiding groen wordt
weergegeven:
• Het onderwerp is zeer donker
• Er zijn voorwerpen met sterk verschillende helderheid in beeld (bijvoorbeeld
wanneer de zon achter het onderwerp staat en het onderwerp zelf daardoor
erg donker wordt)
• Er is geen contrast tussen het onderwerp en de omgeving (bijvoorbeeld
wanneer de persoon op de foto een wit overhemd draagt en voor een witte
muur staat)
• Meerdere voorwerpen bevinden zich op verschillende afstanden van de
camera (bijvoorbeeld het onderwerp bevindt zich in een kooi)
• Onderwerpen met herhalende patronen (zoals zonneschermen, gebouwen
met meerdere rijen ramen van gelijke afmetingen, etc.)
• Het onderwerp beweegt snel
Druk in de bovenstaande situaties de ontspanknop enkele malen half in om
opnieuw scherp te stellen of stel scherp op een ander onderwerp dat zich op
dezelfde afstand van de camera bevindt als het daadwerkelijke gewenste
onderwerp en gebruik de scherpstelvergrendeling (A55).
55
Opnamefuncties
Scherpstelvergrendeling
Fotograferen met scherpstelvergrendeling wordt aanbevolen wanneer de
camera het scherpstelveld met het gewenste onderwerp niet activeert.
1 Stel AF-veldstand in op Centrum in de A (auto) stand
(A85).
2 Positioneer het onderwerp
in het midden van het
beeld en druk de
ontspanknop half in.
• De camera stelt scherp op het
onderwerp en het scherpstelveld
wordt groen weergegeven.
• De belichting wordt ook
vergrendeld.
3 Pas de kadrering aan zonder uw
vinger van de knop te halen.
• Zorg dat de afstand tussen de camera en
het onderwerp hetzelfde blijft.
4 Druk de ontspanknop helemaal in
om de foto te maken.
F 3 . 4
F3.4
1 / 2 5 0
1/250
F 3 . 4
F3.4
1 / 2 5 0
1/250
56
Opnamefuncties
Sommige functies kunnen niet worden gebruikt in combinatie met andere
menu-opties.
Functies die niet tegelijkertijd gebruikt
kunnen worden tijdens de opname
Beperkte functie Optie Beschrijving
Flitsstand
Continu (A82)
Als een andere instelling dan
Enkelvoudig is geselecteerd, kan
de flitser niet gebruikt worden.
Knipperdetectie (A90)
Als Knipperdetectie is ingesteld
op Aan, kan de flitser niet
gebruikt worden.
Zelfontspanner AF-veldstand (A85)
Als Onderwerp volgen
is geselecteerd, kan de
zelfontspanner niet
gebruikt worden.
Macro-stand AF-veldstand (A85)
Als Onderwerp volgen is
geselecteerd, kan de macro-
stand niet gebruikt worden.
Beeldmodus Continu (A82)
Beeldmodus is als volgt
ingesteld, afhankelijk van de
instelling voor continu-opname:
• Vooropnamecache:
q 1600×1200
• Continu H: 120 bps:
O 640×480
•
Continu H: 60 bps
:
M
(beeldformaat: 1280 × 960 pixels)
Witbalans
Kleurtoon vab creatieve
schuifbalk (A48)
Als de kleurtoon wordt ingesteld
met de creatieve schuifbalk, kan de
Witbalans
in het opnamemenu
niet worden gespecificeerd. Om
de
Witbalans
te specificeren,
selecteert u
P
in het
instellingenscherm van de creatieve
schuifbalk om de instellingen van
helderheid, levendigheid en
kleurtoon te resetten.
Continu Zelfontspanner (A43)
Als de zelfontspanner wordt
gebruikt wanneer
Vooropnamecache is
geselecteerd, wordt de instelling
vast ingesteld op Enkelvoudig.
57
Opnamefuncties
B Opmerkingen over digitale zoom
• Afhankelijk van de opnamestand of de huidige instellingen is digitale zoom
mogelijk niet beschikbaar (A112).
• Als digitale zoom wordt toegepast, stelt de camera scherp op het midden van het
kader.
ISO-waarde Continu (A82)
Als Vooropnamecache,
Continu H: 120 bps of
Continu H: 60 bps geselecteerd
is, wordt ISO-waarde vast
ingesteld op Automatisch.
AF-veldstand Witbalans (A80)
Als een andere instelling dan
Automatisch is geselecteerd
voor Witbalans in de AF met
doelopsporing stand, dan
detecteert de camera het
hoofdonderwerp niet.
Zelf-collage Knipperdetectie (A90)
Als Knipperdetectie is ingesteld
op Aan, kan Zelf-collage niet
gebruikt worden.
Knipperdetectie Zelf-collage (A37)
Als Zelf-collage is ingesteld, kan
Knipperdetectie niet gebruikt
worden.
Datumstempel Continu (A82)
Als Vooropnamecache,
Continu H: 120 bps of
Continu H: 60 bps geselecteerd
is, kunnen de foto's niet van
datum en tijd worden voorzien.
Digitale zoom AF-veldstand (A85)
Als Onderwerp volgen is
ingesteld, kan de digitale zoom
niet gebruikt worden.
Sluitergeluid Continu (A82)
Als een andere stand dan
Enkelvoudig wordt geselecteerd,
is het sluitergeluid uitgeschakeld.
Beperkte functie Optie Beschrijving
58
Weergavefuncties
Weergavefuncties
Door de zoomknop naarg (i zoomweergave) te bewegen in de
schermvullende weergave (A16), wordt op de foto ingezoomd.
• U kunt de zoomfactor wijzigen door de zoomknop richting f (h) of g (i)
te bewegen.
• Druk op de multi-selector HIJK om een ander deel van de foto te
bekijken.
• Wanneer een ingezoomde foto wordt weergegeven, drukt u op de k knop
om naar de schermvullende weergave terug te keren.
C Foto's uitsnijden
Wanneer een ingezoomde foto wordt weergegeven, kunt u op d knop drukken
om alleen het weergegeven gedeelte van de foto uit te snijden en op te slaan als een
apart bestand (A68).
Zoomweergave
3. 0
3.0
15 /11 /20 15 15: 30
15/11/2015 15:30
00 04.
JP G
0004.
JPG
4
/
4
4
/
4
De foto wordt
ingezoomd.
Schermvullende
weergave
Aanduiding weergegeven gebied
59
Weergavefuncties
Door de zoomknop naar f (h miniatuurweergave) te bewegen in de
schermvullende weergave (A16), worden de foto's als miniatuurweergaven
weergegeven.
• U kunt het aantal weergegeven miniatuurweergaven wijzigen door de
zoomknop richting f (h) of g (i) te bewegen.
• Druk op de multi-selector HIJK in de miniatuurweergave om een foto
te selecteren en druk vervolgens op de k knop voor een schermvullende
weergave van de betreffende foto.
• Druk op HIJK in de kalenderweergave om een datum te selecteren en
druk vervolgens op de k knop om de foto's weer te geven die op de
betreffende datum zijn gemaakt.
B Opmerkingen over kalenderweergave
Foto's die worden gemaakt terwijl geen cameradatum is ingesteld, worden
gemarkeerd als foto's gemaakt op 1 januari 2015.
Miniatuurweergave/Kalenderweergave
1
/
2 0
1
/
20
15 /1 1/2 01 5 15 :30
15/11/2015 15:30
00 04 .
JP G
0004.
JPG
1
/
20
1
/
20
Sun
M
on
Tue
W
ed
Thu
F
ri
Sat
28
2 8
28
27
2 7
27
26
2 6
26
25
2 5
25
21
2 1
21
20
2 0
20
19
1 9
19
18
1 8
18
14
1 4
14
13
1 3
13
12
1 2
12
11
1 1
11
30
3 0
30
29
2 9
29
24
2 4
24
23
2 3
23
22
2 2
22
17
1 7
17
16
1 6
1615
1 5
15
10
1 0
10
9
9
8
8
7
7
6
6
5
5
4
4
3
3
2
2
1
1
4
4
11
2015
MiniatuurweergaveSchermvullende
weergave
Kalenderweergave
60
Weergavefuncties
Gebruik de multi-selector HI om een datum
te selecteren en druk vervolgens op de k knop
om de foto's weer te geven die op de
geselecteerde datum zijn gemaakt.
• De functies in het weergavemenu (A91)
kunnen gebruikt worden voor de foto's met
de geselecteerde datum (met uitzondering
van Kopiëren).
• De volgende functies zijn beschikbaar bij de
weergave van het selectiescherm voor de opnamedatum.
- d knop: De onderstaande functies zijn beschikbaar.
• Diashow
• Beveiligen*
* Dezelfde instelling kan worden toegepast op alle foto's die op de
geselecteerde datum zijn gemaakt.
- l knop: Wist alle foto's die op de geselecteerde datum zijn gemaakt.
B Opmerkingen over de stand sorteer op datum
• De 29 meest recente data kunnen geselecteerd worden. Als er foto's van meer dan
29 data zijn, worden alle foto's die eerder dan de 29 meest recente data zijn
opgeslagen onder Overige gecombineerd.
• De 9000 meest recente foto's kunnen worden weergegeven.
• Foto's die worden gemaakt terwijl geen cameradatum is ingesteld, worden
gemarkeerd als foto's gemaakt op 1 januari 2015.
Stand sorteer op datum
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M
N menupictogram M C Sorteer op datum M k knop
3
30/11/2015
2
25/11/2015
11
20/11/2015
15/11/2015
4
Sorteer op datum
61
Weergavefuncties
Foto's in een reeks weergeven
Met continu-opname of de functie zelf-collage gemaakte foto's worden als een
reeks opgeslagen.
De eerste foto van een reeks wordt als de
hoofdfoto gebruikt om de de reeks aan te
duiden wanneer deze in de schermvullende
weergave of miniatuurweergave wordt. Bij de
functie zelf-collage wordt een collagefoto als
de hoofdfoto gebruikt.
Druk op de k knop om elke foto in de reeks
afzonderlijk weer te geven.
Na het indrukken van de k knop zijn de
onderstaande functies beschikbaar.
• Draai de multi-selector JK om de vorige of
volgende foto weer te geven.
• Om foto's weer te geven die niet in de reeks
zijn opgenomen, drukt u op H om terug te
gaan naar de weergave van de hoofdfoto.
• Om de foto's in een reeks in
miniatuurweergave of diashow te bekijken,
stelt u Reeksweergaveopties in op Individuele foto's in het
weergavemenu (A95).
B Reeksweergaveopties
Een reeks foto's die met de continu-opname van een andere camera dan deze zijn
gemaakt, kunnen niet als een reeks worden weergegeven.
C Beschikbare opties in het weergavemenu bij het gebruik van een
reeks
• Als foto's in een reeks in de schermvullende weergave worden bekeken, drukt u op
de d knop om functies in het weergavemenu te selecteren (A91).
• Als u op de d knop drukt wanneer een hoofdfoto wordt weergegeven, kunnen
de volgende instellingen op alle foto's in de reeks worden toegepast:
- Mark. voor upl. via Wi-Fi, Beveiligen, Kopiëren
Met continu-opname gemaakte foto's
weergeven en wissen (reeks)
15/11/2015 15:30
15/11/2015 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
1
/
5
1
/
5
1
/
5
1
/
5
15/11/2015 15:30
15/11/2015 15:30
Terug
62
Weergavefuncties
Foto's in een reeks wissen
Welke foto's er gewist worden als bij foto's in een reeks de l (wissen) knop wordt
ingedrukt, verschilt afhankelijk van hoe de reeksen worden weergegeven.
• Bij weergave van de hoofdfoto:
• Bij schermvullende weergave van foto's in een reeks:
- Huidig beeld: Alle foto's in de weergegeven reeks worden
gewist.
- Wis gesel. beeld(en): Als een hoofdfoto op het scherm
geselecteerde foto's wissen (A18)
geselecteerd wordt, worden alle foto's in
de betreffende reeks gewist.
- Alle beelden: Alle foto's op de geheugenkaart of in het
interne geheugen worden gewist.
- Huidig beeld: De momenteel weergegeven foto wordt
gewist.
- Wis gesel. beeld(en): Foto's die in de reeks geselecteerd zijn,
worden gewist.
- Volledige reeks: Alle foto's in de weergegeven reeks worden
gewist.
63
Weergavefuncties
Voor het bewerken van foto's
U kunt foto's eenvoudig op deze camera bewerken. Bewerkte kopieën worden
als aparte bestanden opgeslagen.
Bewerkte kopieën worden met dezelfde opnamedatum en -tijd opgeslagen als
het origineel.
C Beperkingen m.b.t. foto's bewerken
• Een foto kan maximaal 10 keer worden bewerkt. Daarnaast kunnen foto's gemaakt
met filmbewerking maximaal 9 keer worden bewerkt.
• Foto's van een bepaald formaat of met bepaalde bewerkingsfuncties kunnen
mogelijk niet bewerkt worden.
Sneleffecten: Kleurtoon of sfeer wijzigen
Foto's kunnen met diverse effecten bewerkt worden.
Selecteer Schilderij, Foto-illustratie, Zacht portret, Portret (kleur + Z/W),
Fisheye, Ster of Miniatuureffect.
1 Geef de foto waarop u een
effect wilt toepassen weer in de
schermvullende weergave en druk
op de k knop.
2 Gebruik de multi-selector
HIJK om het gewenste
effect te selecteren en druk op
de k knop.
• Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar
miniatuurweergave te wisselen.
• Om het scherm te verlaten zonder de bewerkte foto op te slaan, drukt u op
de d knop.
3 Selecteer Ja en druk op de k knop.
• Er wordt een bewerkte kopie gemaakt.
Foto's bewerken
15/11/2015 15:30
15/11/2015 15:30
0004.
JPG
0004.
JPG
Contr.Annuleren
Ster
Fisheye
(kleur + Z/W)
Portret
Zacht portret
Foto-illustratie
Schilderij
Sneleecten
64
Weergavefuncties
Snel retoucheren: Contrast en verzadiging
verbeteren
Gebruik de multi-selector HI om de
gewenste mate van effecttoepassing
te selecteren en druk op de k knop.
• De bewerkte versie wordt aan de rechterzijde
weergegeven.
• Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te
slaan, drukt u op J.
D-Lighting: Helderheid en contrast verbeteren
Gebruik de multi-selector HI om
Uitvoeren te selecteren en druk op
de k knop.
• De bewerkte versie wordt aan de rechterzijde
weergegeven.
• Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te
slaan, selecteert u Annuleren en drukt u op de
k knop.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Snel retoucheren M k knop
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M D-Lighting M k knop
Waarde
Normaal
Snel retoucheren
Annuleren
Uitvoeren
D-Lighting
65
Weergavefuncties
Rode-ogencorrectie: Rode ogen corrigeren bij
gebruik van de flitser
Bekijk het resultaat en druk op
de k knop.
• Om het scherm te verlaten zonder de kopie op te
slaan, drukt u op de multi-selector J.
B Opmerkingen over rode-ogencorrectie
• Rode-ogencorrectie kan alleen op foto's worden toegepast wanneer rode ogen
gedetecteerd worden.
• Rode-ogencorrectie kan ook op huisdieren (honden of katten) worden toegepast,
zelfs als hun ogen niet rood zijn.
• Rode-ogencorrectie zal niet bij alle foto's het gewenste resultaat opleveren.
• In enkele gevallen kan op gedeeltes van een foto onnodig rode-ogencorrectie
worden toegepast.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Rode-ogencorrectie M k knop
OpslaanTerug
Rode-ogencorrectie
66
Weergavefuncties
Glamour-retouchering: Gezichten van mensen
retoucheren
1 Gebruik de multi-selector
HIJK om het gezicht te
selecteren dat u wilt retoucheren
en druk op de k knop.
• Als er slechts één gezicht wordt
gedetecteerd, gaat u verder met stap 2.
2 Gebruik JK om het effect te
selecteren, gebruik HI om de
mate van het effect te selecteren
en druk op de k knop.
• U kunt meerdere effecten tegelijkertijd
toepassen.
Wijzig of controleer de instellingen voor alle
effecten voordat u op de k knop drukt.
F (Klein gezicht), B (Huid verzachten), l (Foundation), m (Glansreductie),
E (Wallen onder ogen verbergen), A (Grote ogen), G (Ogen witter
maken), n (Oogschaduw), o (Mascara), H (Tanden witter maken),
p (Lippenstift), D (Wangen roder maken)
• Druk op de d knop om om terug te keren naar het scherm voor het
selecteren van een persoon.
3 Bekijk het resultaat en druk op de
k knop.
• Voor het wijzigen van de instellingen, drukt
u op J om naar stap 2 terug te keren.
• Om het scherm te verlaten zonder de
bewerkte foto op te slaan, drukt u op
de d knop.
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Glamour-retouchering M k knop
Terug
Onderwerpselectie
3
2
1
Terug
Klein gezicht
Opslaan
Voorbeeld
67
Weergavefuncties
4 Selecteer Ja en druk op de
k knop.
• Er wordt een bewerkte kopie gemaakt.
B Opmerkingen over glamour-retouchering
• Er kan een gezicht per keer bewerkt worden. Bewerk de bewerkte foto opnieuw
om de functie glamour-retouchering voor een ander gezicht te gebruiken.
• Afhankelijk van de richting waarin de gezichten kijken of de helderheid van de
gezichten, kan het gebeuren dat de camera gezichten niet nauwkeurig detecteert
of dat de functie glamour-retouchering niet als verwacht wordt uitgevoerd.
• Wanneer geen gezichten worden gedetecteerd, wordt een waarschuwing
weergegeven en keert het scherm terug naar het weergavemenu.
• De functie glamour-retouchering is alleen beschikbaar voor foto's die zijn gemaakt
met een ISO-waarde van 1600 of lager en eem beeldformaat van 640 × 480 of groter.
Kleine afbeelding: Het beeldformaat verkleinen
1 Gebruik de multi-selector HI om
het gewenste kopieformaat te
selecteren en druk op de k knop.
• Foto's gemaakt met l 4608×2592 als
instelling van de beeldmodus worden
opgeslagen met een formaat van 640 × 360 en
foto's gemaakt met s 3456×3456 als
instelling van de beeldmodus worden
opgeslagen met 480 × 480. Druk op de k knop om verder te gaan naar stap 2.
2 Selecteer Ja en druk op de k knop.
• Er wordt een bewerkte kopie gemaakt
(compression ratio of approximately 1:8).
Druk op de c knop (weergavestand) M selecteer een foto M d knop
M Kleine afbeelding M k knop
Nee
Ja
Opslaan OK?
160×120
320×240
640×480
Kleine afbeelding
Nee
Ja
Kleine kopie maken?
68
Weergavefuncties
Uitsnede: Een uitgesneden kopie maken
1 Beweeg de zoomknop om de foto te vergroten (A58).
2 Pas de foto zodanig aan dat alleen
dat alleen het gedeelte wordt
weergegeven dat u wilt bewaren.
Druk vervolgens op de d
(menu) knop.
• Om de zoomfactor in te stellen, beweegt u
de zoomknop naar g (i) of f (h). Stel
een zoomfactor in waarbij u wordt weergegeven.
• Gebruik de multi-selector HIJK om naar het gedeelte van de foto te
scrollen die u wilt weergeven.
3 Bekijk de foto en druk op de
k knop.
• Voor het wijzigen van het gedeelte dat u
wilt bewaren, drukt u op J om naar stap 2
terug te keren.
• Om het scherm te verlaten zonder de
bijgesneden foto op te slaan, drukt u op
de d knop.
4 Selecteer Ja en druk op de
k knop.
• Er wordt een bewerkte kopie gemaakt.
C Beeldformaat
• De hoogte/breedte-verhouding (horizontaal tot vertical) van een bijgesneden foto
is hetzelfde als die van de originele foto.
• Wanneer het beeldformaat van de uitgesneden kopie 320 × 240 of kleiner is, wordt
er in de weergavestand een kleiner beeldformaat weergegeven.
3 .0
3.0
Terug Opslaan
Uitsnijden
Nee
Ja
getoond?
Dit beeld opslaan als
69
Films opnemen en afspelen
Films opnemen en afspelen
1 Geef het opnamescherm weer.
• Controleer de resterende filmopnametijd.
2 Druk op de b (e filmopname)
knop om de filmopname te
starten.
• De camera stelt scherp in het midden van
het beeld.
• Druk op de multi-selector K om de
opname te pauzeren en druk nogmaals op
K om de opname te hervatten (behalve als
een filmoptie met hoge snelheid (HS)
geselecteerd is in Filmopties). De opname
wordt automatisch gestopt als deze
ongeveer vijf minuten gepauzeerd blijft.
• U kunt een foto maken door tijdens de
filmopname op de ontspanknop te drukken (A72).
3 Druk nogmaals op de b (e) knop om de filmopname te
stoppen.
4 Selecteer een film in de
schermvullende weergave en druk
op de k knop om de film af te
spelen.
• Een foto met een pictogram voor filmopties
is een film.
25
m
0s
25
m
0s
880
880
14
m
3
0s
14
m
3
0s
15 /11/2 0 15 1 5:30
15/11/2015 15:30
00 10.
MO V
0010.
MOV
10s
10s
70
Films opnemen en afspelen
Vastgelegde veld in films
• Het veld dat in een film wordt vastgelegd, varieert afhankelijk van de
instellingen van Filmopties of Film VR in het filmmenu.
• Als Foto-informatie onder Monitorinstellingen (A108) in het setup-
menu is ingesteld op Filmbeeld+autom. info, kunt u het veld dat in een
film wordt vastgelegd bevestigen voordat u met de filmopname begint.
Maximale filmopnametijd
De afzonderlijke filmbestanden kunnen niet groter dan 4 GB of langer dan
29 minuten zijn, ook al is er voldoende ruimte op de geheugenkaart.
• De resterende opnametijd voor een enkele film wordt weergegeven op
het opnamescherm.
• De daadwerkelijke resterende opnametijd kan variëren afhankelijk van de
filminhoud, beweging van het onderwerp of type geheugenkaart.
• Voor het opnemen van films wordt een geheugenkaart aanbevolen met een
SD-snelheidsklasse van 6 of hoger (A153). Als geheugenkaarten met een
lagere snelheidsklasse worden gebruikt, kan de filmopname plotseling
worden onderbroken.
• Als het interne geheugen van de camera wordt gebruikt, kan het opslaan
van films enige tijd in beslag nemen.
• De film kan, afhankelijk van het bestandsformaat van de film, mogelijk niet in
het interne geheugen worden opgeslagen of van een geheugenkaart naar
het interne geheugen worden gekopieerd.
B Opmerkingen over cameratemperatuur
• Het is mogelijk dat de camera heet wordt tijdens het opnemen van films
gedurende een langere tijd resp. bij gebruik van de camera in een warme
omgeving.
• Als de temperatuur in de camera extreem hoog wordt tijdens het opnemen van
een film, kan de opname automatisch stoppen.
De resterende tijd tot de camera de opname stopt (B10s) wordt weergegeven.
Nadat de camera de opname heeft gestopt, wordt de camera automatisch
uitgezet.
Laat de camera uitgeschakeld totdat de binnenkant van de camera is afgekoeld.
71
Films opnemen en afspelen
Opmerkingen over films opnemen
B Opmerkingen over foto's opslaan en films opnemen
De aanduiding voor het aantal resterende foto's of de aanduiding voor de resterende
opnametijd knippert terwijl er foto's worden opgeslagen of een film wordt
opgenomen. Open het deksel van het batterijvak/de kaartsleuf niet en
verwijder de batterij of geheugenkaart niet terwijl er een aanduiding knippert.
Gebeurt dit wel, dan kunnen gegevens verloren gaan, of de camera of
geheugenkaart beschadigd raken.
B Opmerkingen over opgenomen films
• Er kan enige afname in beeldkwaliteit optreden wanneer de digitale zoom gebruikt
wordt.
• Geluiden van de zoomregeling, zoom, autofocus, filmvibratiereductie of
diafragmaregeling als de helderheid wijzigt, kunnen worden opgenomen.
• De volgende zaken kunnen tijdens het opnemen van films op de monitor
zichtbaar zijn. Deze zaken worden in de opgenomen films opgeslagen.
- Er kunnen strepen optreden in opnamen die in de buurt van tl-lampen,
kwikdamplampen of natriumlampen zijn gemaakt.
- Onderwerpen die snel van de ene naar de andere zijde van het beeld bewegen,
zoals een bewegende trein of auto, kunnen vervormd lijken.
- De hele film kan vervormd lijken als de camera bewogen wordt.
- Verlichting of andere heldere delen kunnen restbeelden achterlaten wanneer de
camera bewogen wordt.
• Afhankelijk van de afstand tot het onderwerp of de hoeveelheid zoom die wordt
toegepast, kunnen bij onderwerpen met herhalende patronen (stoffen, vensters
met kleine ruiten, etc.) gekleurde strepen verschijnen bij de opname en weergave
van de film. Dit gebeurt wanneer het patroon in het onderwerp en de layout van
de beeldsensor onderling voor interferentie zorgen; dit is geen storing.
B Opmerkingen over vibratiereductie tijdens filmopname
• Als Film VR (A102) in het filmmenu is ingesteld op Aan (hybride), dan wordt de
beeldhoek (d.w.z. het zichtbare deel in het beeld) tijdens de filmopname kleiner.
• Wanneer van een statief gebruik wordt gemaakt om de camera tijdens opname te
stabilseren, stelt u de Film VR in op Uit om eventuele fouten door deze functie te
voorkomen.
B Opmerkingen over autofocus voor filmopname
Het is mogelijk dat autofocus niet werkt zoals verwacht (A54). Indien dit gebeurt,
probeer dan het volgende:
1. Stel Autofocus-stand in het filmmenu in op Enkelvoudige AF
(standaardinstelling) voordat de filmopname wordt gestart.
2. Kadreer een ander onderwerp dat zich op dezelfde afstand van de camera bevindt
als het daadwerkelijke gewenste onderwerp, druk op de b (e) knop om de
opname te starten en pas de compositie aan.
72
Films opnemen en afspelen
Als de ontspanknop tijdens de filmopname
helemaal wordt ingedrukt, wordt een beeld als
foto opgeslagen. De filmopname gaat verder
terwijl de foto wordt opgeslagen.
• Foto's kunnen worden opgeslagen terwijl
Q op de monitor wordt weergegeven.
Foto's kunnen niet worden opgeslagen
terwijl z wordt weergegeven.
• Het formaat van de opgeslagen foto varieert
afhankelijk van de instelling Filmopties (A97).
B Opmerkingen over foto's opslaan tijdens filmopname
• Foto's kunnen niet tijdens een filmopname worden opgeslagen in de volgende
situaties.
- Als de resterende filmopnametijd minder dan 5 seconden is
-Als Filmopties is ingesteld op Z 1080/60i, U 1080/50i, g 480/30p,
W 480/25p of HS-film
• Het bedieningsgeluid van de ontspanknop kan te horen zijn in de opgenomen
film.
• Als de camera beweegt wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, kan de foto
onscherp zijn.
Foto's opslaan tijdens filmopname
14
m
3
0s
14
m
3
0s
73
Films opnemen en afspelen
Om het volume aan te passen, beweegt u de
zoomknop tijdens de filmweergave (A1).
Op de monitor worden bedieningsknoppen
weergegeven.
De onderstaande functies kunnen met de multi-
selector JK uitgevoerd worden voor het
selecteren van een bedieningsknop en
vervolgens de k knop in te drukken.
Functies tijdens filmweergave
Functie
Picto-
gram
Beschrijving
Terug-
spoelen
A Houd de k knop ingedrukt om de film terug te spoelen.
Vooruit-
spoelen
B Houd de k knop ingedrukt om de film vooruit te spoelen.
Pauzeren E
Pauzeer de weergave. De onderstaande functies kunnen
worden uitgevoerd terwijl de weergave gepauzeerd is.
C
Film één beeld terugspoelen. Houd de k knop
ingedrukt om continu terug te spoelen.
D
Film één beeld vooruitspoelen. Houd de k knop
ingedrukt om continu vooruit te spoelen.
F Afspelen hervatten.
I
Kopieer het gewenste deel van een film en sla dit als
een apart bestand op.
H
Een enkel beeld van een film kopiëren en als foto
opslaan.
Stoppen G Terug naar de schermvullende weergave.
74
Films opnemen en afspelen
Gebruik een voldoende opgeladen batterij wanneer u films bewerkt: zo
voorkomt u dat de camera wordt uitgeschakeld tijdens bewerken. Als de
aanduiding batterijniveau B is, is filmbewerking niet mogelijk.
Alleen de gewenste delen van de film kopiëren
Het gewenste deel van een opgenomen film kan als apart bestand worden
opgeslagen.
1 Speel een film af en stop op het beginpunt van het
gedeelte dat u wilt kopiëren (A73).
2 Gebruik de multi-selector JK om
I in de weergavefuncties te
selecteren en druk vervolgens op
de k knop.
3 Gebruik HI om M (kies beginpunt)
in de bewerkingsfuncties te
selecteren.
• Gebruik JK om het beginpunt te
verplaatsen.
• Om de bewerking te annuleren, selecteert u
O (terug) en drukt u op de k knop.
4 Gebruik HI om N (kies
eindpunt) te selecteren.
• Gebruik JK om het eindpunt te
verplaatsen.
• Selecteer G en druk vervolgens op de k
knop om het gespecificeerde deel te
bekijken. Druk nogmaals op de k knop om
te stoppen met kijken.
Films bewerken
1m30s
1m30s
Kies beginpunt
Kies eindpunt
75
Films opnemen en afspelen
5 Gebruik HI om m (opslaan) te
selecteren en druk op de k knop.
• Volg de aanwijzingen op het scherm om de
film op te slaan.
B Opmerkingen over films bewerken
• Er kan niet opnieuw een uitsnede gemaakt worden van een door bewerking
gemaakte film.
• Het uitgesneden deel van een film kan iets afwijken van het deel dat met het
begin- en eindpunt geselecteerd is.
• Films met een duur van minder dan 2 seconden kunnen niet worden uitgesneden.
Een beeld uit een film opslaan als foto
Het gewenste beeld uit een filmopname kan geselecteerd en als foto
opgeslagen worden.
• Pauzeer de film en geef het te selecteren
beeld weer (A73).
• Gebruik de multi-selector JK om H te
selecteren en druk op de k knop.
• Selecteer Ja als een bevestigingsvenster
wordt weergegeven en druk op de k knop
om de foto op te slaan.
• De beeldkwlaiteit van de opgeslagen foto is
normaal (compressieverhouding van circa 1:8).
Het beeldformaat wordt bepaald door het
type film (beeldformaat) (A97).
Een opgeslagen foto uit een film opgenomen
met e 1080/30p of S 1080/25p
bijvoorbeeld is n (1920 × 1080 pixels).
B Opmerkingen over foto's opslaan
Beelden van HS-films en filmns die zijn opgenomen met Z 1080/60i,
U 1080/50i, g 480/30p, of W 480/25p (A98) kunnen niet als foto's
worden opgeslagen.
Opslaan
1m30s
1m30s
1m30s
1m30s
Nee
Ja
kopiëren?
Dit beeld als stilstaand beeld
76
Menu's gebruiken
Menu's gebruiken
U kunt de onderstaande menu's instellen door op de d (menu) knop te drukken.
• A, x, y, X, W, u, F, n Opnamemenu
Beschikbaar door op de d knop te drukken wanneer het opnamescherm
wordt weergegeven.
Hiermee kunt u het beeldformaat en beeldkwaliteit, instellingen voor
continu-opname, etc. wijzigen.
Menupictogrammen en instellingsopties verschikken afhankelijk van de
opnamestand.
• G Weergavemenu/C Menu sorteer op datum
Beschikbaar door op de d knop te drukken als foto's worden bekeken in
de schermvullende weergave of miniatuurweergave.
Hiermee kunt u foto's bewerken, diashows weergeven, etc.
• D Filmmenu
Beschikbaar door op de d knop te drukken wanneer het opnamescherm
wordt weergegeven.
Hiermee kunt u instellingen voor filmopname wijzigen.
• J Menu Wi-Fi-opties
Hiermee kunt u Wi-Fi-instellingen voor het verbinden van de camera en een
smart-toestel configureren.
• z Setup-menu
Hiermee kunt u basisfuncties van de camera aanpassen, zoals datum en tijd,
taalweergave, etc.
1 Druk op de d (menu) knop.
• Het menu wordt weergegeven.
2 Druk op de multi-
selector J.
• Het huidige
menupictogram wordt
geel weergegeven.
25
m
0s
25
m
0s
88 0
880
Autofocus-stand
AF-veldstand
ISO-waarde
Continu
Witbalans
Beeldmodus
Opnamemenu
Menupictogrammen
77
Menu's gebruiken
3 Selecteer een
menupictogram en
druk op de k knop.
• De menu-opties kunnen
geselecteerd worden.
4 Selecteer een menu-
optie en druk op de
k knop.
• Bepaalde menu-opties
kunnen niet worden
ingesteld, afhankelijk van
de huidige opnamestand
of de status van de
camera.
5 Selecteer een
instelling en druk op
de k knop.
• De geselecteerde
instelling wordt toegepast.
• Als u klaar bent met het
menu, drukt u op
d knop.
• Als een menu wordt weergegeven, kunt u naar de opnamestand schakelen
door op de ontspanknop of b (e) knop te drukken.
Digitale zoom
AF-hulplicht
Foto VR
Datumstempel
Monitorinstellingen
Tijdzone en datum
Set-up
Digitale zoom
AF-hulplicht
Foto VR
Datumstempel
Monitorinstellingen
Tijdzone en datum
Uit
Datum en tijd
Datum
Datumstempel
78
Menu's gebruiken
Beeldmodus (beeldformaat en beeldkwaliteit)
* Deze instelling kan ook gewijzigd worden in andere opnamestanden dan korte
filmvoorstelling. De gewijzigde instelling kan ook worden toegepast in andere
opnamestanden (behalve onderwerpstand Interval film en Eenvoudig
panorama).
Selecteer de combinatie van beeldformaat en compressieverhouding die bij
het opslaan van foto's gebruikt moet worden.
Hoe hoger de instelling van de beeldmodus, hoe groter het formaat is dat
afgedrukt kan worden en hoe lager de compressieverhouding, hoe hoger de
fotokwaliteit, maar er kunnen minder beelden worden opgeslagen.
* De numerieke waarden duiden het aantal pixels aan dat wordt vastgelegd.
Voorbeeld: P 4608×3456 = circa 16 megapixels, 4608 × 3456 pixels
Het opnamemenu (de algemene opties
voor opname)
Schakel de opnamestand* in M d knop M Beeldmodus M k knop
Optie*
Compressie-
verhouding
Hoogte/breedte-
verhouding
(horizontaal tot
verticaal)
Q 4608×3456P Circa 1:4 4:3
P 4608×3456
(standaardinstelling)
Circa 1:8 4:3
R 3264×2448 Circa 1:8 4:3
r 2272×1704 Circa 1:8 4:3
q 1600×1200 Circa 1:8 4:3
O 640×480 Circa 1:8 4:3
l 4608×2592 Circa 1:8 16:9
s 3456×3456 Circa 1:8 1:1
79
Menu's gebruiken
B Opmerkingen over afdrukken van foto's met een hoogte/breedte-
verhouding van 1:1
Stel de printer in op "Rand" als u foto's wilt afdrukken met een hoogte/breedte-
verhouding van 1:1. Sommige printers kunnen mogelijk geen foto's afdrukken met
een hoogte/breedte-verhouding van 1:1.
B Opmerkingen over beeldmodus
Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
C Aantal beelden dat kan worden opgeslagen
• Het aantal beelden dat kan worden opgeslagen, kan tijdens het fotograferen op de
monitor gecontroleerd worden (A12).
• Neem in acht dat vanwege de JPEG-compressie het aantal beelden dat kan
worden opgeslagen afhankelijk van de beeldinhoud aanzienlijk kan verschillen,
zelfs bij gebruik van geheugenkaarten met dezelfde capaciteit en dezelfde
instelling van de beeldmodus. Daarnaast is het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen afhankelijk van het merk geheugenkaart.
• Als het aantal resterende opnamen 10.000 of meer is, geeft de aanduiding voor het
aantal resterende opnamen "9999" aan.
80
Menu's gebruiken
• Zie "Beeldmodus (beeldformaat en beeldkwaliteit)" (A78) voor informatie
over Beeldmodus.
Witbalans (kleurinstelling)
Pas de witbalans aan de lichtbron of weersomstandigheden aan om de kleuren
van de foto's overeen te laten komen met datgene dat u ziet.
B Opmerkingen over witbalans
• Stel de flitser ijn op W (uit) wanneer de witbalans een andere instelling heeft dan
Automatisch en Flitser (A41).
• Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
Het opnamemenu (voor A (auto) stand)
Draai de keuzeknop naar A M d knop M A menupictogram M
Witbalans M k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
De witbalans wordt automatisch aangepast.
b Handm.
voorinstelling
Gebruik deze optie als niet het gewenste resultaat
verkregen wordt met Automatisch, Gloeilamplicht,
etc. (A81).
c Daglicht Voor opnamen bij direct zonlicht.
d Gloeilamplicht Voor opnamen bij gloeilamplicht.
e TL-licht Voor opnamen bij tl-licht.
f Bewolkt Voor opnamen bij een bewolkte hemel.
g Flitser Voor opnamen in flitsstand.
81
Menu's gebruiken
Handmatig instellen gebruiken
Volg de onderstaande procedure om de witbalanswaarde onder het
opnamelicht te meten.
1 Plaats een wit of grijs referentievoorwerp onder de
verlichting die voor de foto wordt gebruikt.
2 Gebruik de multi-selector HI
om Handm. voorinstelling in het
Witbalans menu te selecteren en
druk op de k knop.
• De camera zoomt in tot de positie voor het
meten van de witbalans.
3 Selecteer Meten.
• Om de laatst gemeten waarde toe te
passen, selecteert u Annuleren en drukt u
op de k knop.
4 Kadreer een wit of grijs
referentievoorwerp in het
meetvenster en druk op de k
knop om de waarde te meten.
• De sluiter wordt ontspannen en de meting
is voltooid (er wordt geen foto opgeslagen).
B Opmerkingen over handmatig instellen
Er kan geen waarde voor flitsverlichting worden gemeten met Handm.
voorinstelling. Bij gebruik van de flitser, stel Witbalans in op Automatisch of
Flitser.
Handm. voorinstelling
Bewolkt
Bewolkt
TL-licht
TL-licht
Gloeilamplicht
Gloeilamplicht
Daglicht
Daglicht
Automatisch
Automatisch
Bewolkt
TL-licht
Gloeilamplicht
Daglicht
Automatisch
Witbalans
Meten
Annuleren
Handm. voorinstelling
Meten
Annuleren
Handm. voorinstelling
82
Menu's gebruiken
Continu-opname
Draai de keuzeknop naar A M d knop M A menupictogram M
Continu M k knop
Optie Beschrijving
U Enkelvoudig
(standaardinstelling)
Telkens als u de ontspanknop indrukt, maakt de camera
één foto.
k Continu H
Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, worden
continu foto's gemaakt.
• De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
7,9 bps en het maximale aantal continu-opnamen is 7
(indien beeldmodus is ingesteld op P 4608×3456).
m Continu L
Als de ontspanknop volledig wordt ingedrukt, worden
continu foto's gemaakt.
• De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
2 bps en het maximale aantal continu-opnamen is 7
(indien beeldmodus is ingesteld op P 4608×3456).
q
Vooropnamecache
Wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt, begint de
opname in het vooropnamecache. Als de ontspanknop
volledig wordt ingedrukt, slaat de camera de huidige foto
en de foto's die direct voor het indrukken van de knop zijn
vastgelegd op (A83). Deze functie helpt om te
voorkomen dat u de opname mist.
• De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
15 bps en het maximale aantal continu-opnamen is 25,
inclusief een maximum van 4 beelden gemaakt in het
vooropnamecache.
• Het beeldformaat is vast ingesteld op q 1600×1200.
n Continu H:
120 bps
Elke keer dat de ontspanknop helemaal ingedrukt wordt,
worden met hoge snelheid foto's gemaakt.
• De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
120 bps en het maximale aantal continu-opnamen is 50.
• Het beeldformaat is vast ingesteld op O 640×480.
j Continu H:
60 bps
Elke keer dat de ontspanknop helemaal ingedrukt wordt,
worden met hoge snelheid foto's gemaakt.
• De beeldsnelheid voor continu-opname is ongeveer
60 bps en het maximale aantal continu-opnamen is 25.
• De beeldmodus is vast ingesteld op M (beeldformaat:
1280 × 960 pixels).
83
Menu's gebruiken
B Opmerkingen over continu-opname
• Bij alle opnamen uit de reeks wordt de scherpstelling, belichting en witbalans
aangehouden die de camera voor de eerste foto uit de reeks heeft ingesteld.
• Het opslaan van een foto nadat deze is gemaakt, kan enige tijd in beslag nemen.
• Naarmate de ISO-waarde hoger wordt, kan ruis verschijnen in de foto's.
• De beeldsnelheid voor continu-opname kan variëren afhankelijk van de instelling
van de beeldmodus, de gebruikte geheugenkaart of de opnameomstandigheden.
• Als Vooropnamecache, Continu H: 120 bps of Continu H: 60 bps wordt
gebruikt, kunnen er strepen of afwijkingen in helderheid of kleurinstelling
optreden bij foto's die zijn gemaakt bij lichtbronnen die met een hoge frequentie
knipperen, zoals tl-lampen, kwikdamplampen of natriumlampen.
• Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
C Vooropnamecache
Als de ontspanknop volledig of half wordt ingedrukt, worden de beelden
opgeslagen zoals hieronder beschreven.
• Het vooropnamecache-pictogram (Q) op het opnamescherm licht groen op
zolang u de ontspanknop half ingedrukt houdt.
Beelden opgeslagen vóór volledig
indrukken
Beelden opgeslagen door
volledig indrukken
Half indrukken Helemaal indrukken
84
Menu's gebruiken
ISO-waarde
Met een hogere ISO-waarde kunt u donkere onderwerpen fotograferen.
Bovendien kunt u nu zelfs van onderwerpen met vergelijkbare helderheid
foto's maken met snellere sluitertijden, waarbij onscherpte veroorzaakt door
cameratrilling en beweging van het onderwerp kunnen worden gereduceerd.
• Als een hogere ISO-waarde is ingesteld, kunnen de foto's ruis bevatten.
B Opmerkingen over ISO-waarde
Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
C Aanduiding ISO-waarde op het opnamescherm
• Wanneer Automatisch is geselecteerd, wordt E weergegeven als de
ISO-waarde wordt verhoogd.
• Als Vast bereik automatisch is geselecteerd, wordt de maximale
ISO-waarde weergegeven.
Draai de keuzeknop naar A M d knop M A menupictogram M
ISO-waarde M k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
De ISO-waarde wordt automatisch geselecteerd
binnen een bereik van ISO 125 tot 1600.
I Vast bereik
automatisch
Selecteer het bereik waarbinnen de camera de
ISO-waarde automatisch kan instellen,
van ISO 125-400 of ISO 125-800.
125, 200, 400, 800, 1600,
3200, 6400
De ISO-waarde wordt vastgezet op de vastgestelde
waarde.
85
Menu's gebruiken
AF-veldstand
Stel in hoe de camera tijdens de filmopname het scherpstelveld voor de
autofocus selecteert.
Draai de keuzeknop naar A M d knop M A menupictogram M
AF-veldstand M k knop
Optie Beschrijving
a Gezichtprioriteit
Wanneer de camera een
gezicht herkent, wordt
hierop scherpgesteld.
Zie "Gezichtsdetectie
gebruiken" (A53) voor
meer informatie.
Bij het kadreren van
een compositie zonder
menselijke onderwerpen
of herkende gezichten,
selecteert de camera
automatisch een of meer
van de 9 scherpstelvelden
met het onderwerp het
dichtst bij de camera
wanneer de ontspanknop
half wordt ingedrukt.
x Handmatig
Gebruik de multi-selector
HIJK om het
scherpstelveld te
verplaatsen naar de plaats
waarop u wilt
scherpstellen.
• Om de multi-selector te
gebruiken voor het
configureren van de
flitsstand of andere
instellingen, drukt u op
de k knop. Om terug
te keren naar het
verplaatsen van het
scherpstelveld, drukt u nogmaals op de k knop.
880880
25
m
0s25
m
0s
F 3 . 4F3.41 / 2 5 01/250
86
Menu's gebruiken
B Opmerkingen over AF-veldstand
• Als digitale zoom wordt toegepast, stelt de camera scherp in het midden van het
beeld, ongeacht de instelling van de AF-veldstand.
• Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
y Centrum
De camera stelt scherp op
het onderwerp in het
midden van het beeld.
s Onderwerp
volgen
Gebruik deze functie om
foto's van bewegende
onderwerpen te maken.
Registreer het onderwerp
waarop de camera
scherpstelt. Het
scherpstelveld wordt
automatisch verplaatst
om het onderwerp te
volgen. Zie "Gebruiken van onderwerp volgen" (A87)
voor meer informatie.
M AF met
doelopsporing
(standaard-
instelling)
Als de camera het
hoofdonderwerp
detecteert, stelt deze
daarop scherp.
Zie "AF met
doelopsporing
gebruiken" (A52) voor
meer informatie.
Optie Beschrijving
25
m
0s
25
m
0s
880
880
880
880
25
m
0s
25
m
0s
Start
F3.4F3.41/ 2 5 01/250
87
Menu's gebruiken
Gebruiken van onderwerp volgen
1 Registreer een onderwerp.
• Lijn het onderwerp uit dat u wilt volgen
met de rand in het midden van de monitor
en druk op de k knop.
• Wanneer het onderwerp geregistreerd is,
wordt een gele rand (scherpstelveld)
rondom het onderwerp weergegeven en
begint de camera het betreffende
onderwerp te volgen.
• Als het onderwerp niet geregistreerd kan
worden, licht de rand rood op. Wijzig de compositie en probeer het
onderwerp opnieuw te registreren.
• Om de registratie van het onderwerp te annuleren, drukt u op de k knop.
• Als de camera het geregistreerde onderwerp niet meer kan volgen,
verdwijnt het scherpstelveld. Registreer het onderwerp opnieuw.
2 Druk de ontspanknop helemaal in
om de foto te maken.
• Als de ontspanknop wordt ingedrukt terwijl
geen scherpstelveld wordt weergegeven,
stelt de camera scherp op het onderwerp in
het midden van het beeld.
B Opmerkingen over onderwerp volgen
• Als u bewerkingen zoals inzoomen uitvoert terwijl de camera het onderwerp volgt,
dan wordt de registratie geannuleerd.
• Onder bepaalde opname-omstandigheden kan onderwerp volgen mogelijk niet
worden uitgevoerd.
Draai de keuzeknop naar A M d knop M A menupictogram M
AF-veldstand M k knop M s Onderwerp volgen M k knop M
d knop
880
880
25
m
0s
25
m
0s
Start
F3.4
F3.4
1/ 2 5 0
1/250
88
Menu's gebruiken
Autofocus-stand
Stel in hoe de camera scherpstelt bij het maken van foto's.
C Autofocus-stand voor korte filmvoorstelling of filmopname
De autofocus-stand voor korte filmvoorstelling of filmopname kan worden ingesteld
met Autofocus-stand (A101) in het filmmenu.
Draai de keuzeknop naar A M d knop M A menupictogram M
Autofocus-stand M k knop
Optie Beschrijving
A Enkelvoudige AF
De camera stelt scherp wanneer u de ontspanknop
half indrukt.
B Fulltime-AF
De camera gaat verder met scherpstellen zelfs als de
ontspanknop niet half ingedrukt is. Het geluid van de
objectiefaandrijving is hoorbaar terwijl de camera
scherpstelt.
a Pre-scherpstelling
(standaardinstelling)
Zelfs als de ontspanknop niet half ingedrukt wordt,
stelt de camera automatisch scherp als de compositie
van het gekadreerde beeld aanzienlijk verandert.
89
Menu's gebruiken
• Zie "Beeldmodus (beeldformaat en beeldkwaliteit)" (A78) voor informatie
over Beeldmodus.
Zelf-collage
Het slim portret-menu
Draai de keuzeknop naar F M d knop M F menupictogram M
Zelf-collage M k knop
Optie Beschrijving
Aantal opnamen
Stel het aantal opnamen in dat de camera
automatisch vastlegt (aantal vastgelegde beelden
voor een geaggregeerd beeld).
• 4 (standaardinstelling) of 9 kan geselecteerd
worden.
Interval
Stel het interval tussen elke opname in.
• Kort, Middelmatig (standaardinstelling) of
Lang kan geselecteerd worden.
Sluitergeluid
Stel in of het sluitergeluid geactiveerd moet
worden bij fotograferen met de functie
zelf-collage.
• Standaard, SLR, Magisch
(standaardinstelling) of Uit kan geselecteerd
worden.
• Dezelfde instelling die voor Sluitergeluid in
Geluidsinstellingen in het setup-menu
gespecificeerd is, wordt niet op deze instelling
toegepast.
90
Menu's gebruiken
Knipperdetectie
B Opmerkingen over knipperdetectie
Deze functie is mogelijk niet beschikbaar voor gebruik in combinatie met andere
functies (A56).
Draai de keuzeknop naar F M d knop M F menupictogram M
Knipperdetectie M k knop
Optie Beschrijving
y Aan
De camera ontspant de
sluiter automatisch
tweemaal bij elke
opname en slaat de foto
op waarop de ogen van
het onderwerp open zijn.
• Als de camera een
foto heeft opgeslagen
waarop de ogen van
het onderwerp mogelijk gesloten zijn, dan wordt het
dialoogvenster aan de rechterzijde enkele seconden
weergeven.
Uit
(standaardinstelling)
Schakelt de knipperdetectie uit.
die zojuist werd genomen.
Er werd geknipperd op de foto
91
Menu's gebruiken
• Zie "Foto's bewerken" (A63) voor meer informatie over de
beeldbewerkingsfuncties.
Markeren voor Wi-Fi-upload
Selecteer in de camera opgeslagen foto's voorafgaand aan de overdracht naar
een smart-toestel. Films kunnen niet geselecteerd worden.
Selecteer of deselecteer foto's in het fotoselectiescherm (A96) voor de functie
Mark. voor upload. via Wi-Fi.
Wanneer u Standaardwaarden (A116) in het setup-menu of Standaardw.
herstellen (A104) in het menu Wi-Fi-opties selecteert, neem dan in acht dat
de gemaakte instellingen voor Mark. voor upload. via Wi-Fi geannuleerd
worden.
Het weergavemenu
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Mark. voor upl. via
Wi-Fi M k knop
92
Menu's gebruiken
Diashow
Foto's een voor een weergeven in een automatische "diashow". Wanneer
filmbestanden worden weergegeven in de diashow, dan wordt alleen het
eerste beeld van elke film weergegeven.
1 Gebruik de multi-selector HI
om Start te selecteren en druk
op de k knop.
• De diashow begint.
• Als u de pauze tussen foto's wilt aanpassen,
selecteer Tussenpauze, druk op de
k knop en specificeer de gewenste
duur voordat u Start selecteert.
• Om de diashow automatisch te herhalen, selecteert u Herhalen en drukt u
op de k knop alvorens Start te selecteren.
• De maximale afspeeltiijd is ongeveer 30 minuten, zelfs als Herhalen
ingeschakeld is.
2 Beëindig of herstart de diashow.
• Het scherm aan de rechterzijde wordt
weergegeven nadat de diashow beëindigd
of gepauzeerd is. Selecteer G en druk
vervolgens op de k knop om de show te
verlaten. Selecteer F en druk vervolgens
op de k knop om de show te hervatten.
Functies tijdens de weergave
• Gebruik de multi-selector JK om de vorige/volgende foto weer te geven.
Houd ingedrukt om terug/vooruit te spoelen.
• Druk op de k knop om de diashow te pauzeren of beëindigen.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Diashow M
k knop
Pauzeren
Herhalen
Tussenpauze
Start
Diashow
93
Menu's gebruiken
Beveiligen
De camera beveiligt geselecteerde foto's tegen ongewild wissen.
Selecteer de foto's die u wilt beveiligen of waarvan u de beveiliging ongedaan
wil maken in het fotoselectiescherm (A96).
Let op: Wanneer de geheugenkaart of het interne geheugen van de camera
wordt geformatteerd, worden alle gegevens inclusief beveiligde bestanden
permanent gewist (A114).
Beeld draaien
Geef aan in welke richting de opgeslagen foto's bij weergave getoond moeten
worden. Foto's kunnen 90 graden rechtsom of 90 graden linksom gedraaid
worden.
Selecteer een foto in het fotoselectiescherm (A96). Als het scherm Beeld
draaien wordt weergegeven, drukt u op de multi-selector JK om de foto
90 graden te draaien.
Druk op de k knop om de oriëntatie van de weergave definitef te maken en
de informatie samen met de foto op te slaan.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Beveiligen M
k knop
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Beeld draaien M
k knop
Draaien
Ter ug
Beeld draaien
Draaien
Ter ug
Beeld draaien
Draaien
Ter ug
Beeld draaien
90 graden
linksom draaien
90 graden
rechtsom draaien
94
Menu's gebruiken
Kopiëren (kopiëren tussen de geheugenkaart en
het interne geheugen)
Foto's kunnen tussen een geheugenkaart en het interne geheugen gekopieerd
worden.
• Wanneer er een geheugenkaart zonder foto's in de camera is geplaatst en
de camera in de weergavestand wordt gezet, wordt Geheugen bevat
geen beelden. weergegeven. Druk in dat geval op de d knop om
Kopiëren te selecteren.
1 Gebruik de multi-selector HI
om een bestemmingsoptie te
selecteren voor het kopiëren van
de foto's en druk op de k knop.
2 Selecteer een kopieeroptie en druk
op de k knop.
• Als u Geselecteerde beelden kiest, gebruik
dan het fotoselectiescherm om foto's te
specificeren (A96).
B Opmerkingen over foto's kopiëren
• Alleen bestanden met formaten die deze camera kan opnemen, kunnen
gekopieerd worden.
• De werking kan niet worden gegarandeerd voor foto's die met een ander merk of
model camera zijn gemaakt of op een computer zijn bewerkt.
C Foto's in een reeks kopiëren
• Als u een hoofdfoto van een reeks selecteert in Geselecteerde beelden, dan
worden alle foto's in de reeks gekopieerd.
• Als u op de d knop drukt wanneer foto's in een reeks worden weergegeven, is
alleen de kopieeroptie Kaart → camera beschikbaar. Alle foto's in de reeks
worden gekopieerd wanneer u Huidige reeks selecteert.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M Kopiëren M
k knop
Kaart
→
camera
Camera
→
kaart
Kopiëren
Alle beelden
Geselecteerde beelden
Camera
→
kaart
95
Menu's gebruiken
Reeksweergaveopties
Selecteer de methode die wordt gebruikt om foto's in de reeks weer te geven
(A61).
De instelling wordt op alle reeksen toegepast en opgeslagen in het geheugen
van de camera, zelfs als de camera uitgeschakeld wordt.
Druk op de c knop (weergavestand) M d knop M
Reeksweergaveopties M k knop
Optie Beschrijving
Q Individuele foto's
Geeft elke foto in een reeks afzonderlijk weer.
Op het weergavemenu wordt F weergegeven.
C Enkel hoofdfoto
(standaardinstelling)
Geeft alleen de hoofdfoto voor een reeks foto's
weer.
96
Menu's gebruiken
Het fotoselectiescherm
Wanneer een fotoselectiescherm zoals het
scherm aan de rechterzijde wordt weergegeven
bij het bedienen van de camera, volgt u de
hieronder beschreven procedures om de foto's
te selecteren.
1 Gebruik de multi-selector JK om
een foto te selecteren.
• Beweeg de zoomknop (A1) in de richting
van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar
miniatuurweergave te wisselen.
• Er kan slechts een foto geselecteerd
worden voor Beeld draaien. Ga verder
met stap 3.
2 Gebruik HI om te selecteren of
deselecteren.
• Als een foto geselecteerd is, wordt een
pictogram onder de foto weergegeven.
Herhaal stap 1 en 2 als u nog meer foto's
wilt selecteren.
3 Druk op de k knop om de fotoselectie toe te passen.
• Volg de bedieningsaanwijzingen op het scherm wanneer een
bevestigingsvenster wordt weergegeven.
Terug
Beveiligen
Terug
Beveiligen
Terug
Beveiligen
97
Menu's gebruiken
Filmopties
Selecteer de gewenste filmoptie voor opname. Selecteer een filmoptie met
normale snelheid voor het opnemen van films of een filmoptie met hoge
snelheid (A98) voor het opnemen van films die vertraagd (slow motion)
of versneld (fast motion) kunnen worden weergegeven. De filmopties die
geselecteerd kunnen worden, variëren afhankelijk van de Beeldsnelheid
instelling (A103) in het filmmenu.
• Voor het opnemen van films wordt een geheugenkaart aanbevolen met een
SD-snelheidsklasse van 6 of hoger (A153).
Filmopties met normale snelheid
1
Het interlaced-formaat maakt gebruik van velden per seconde.
2
De instelling is niet beschikbaar bij het gebruik van bepaalde effecten in de stand
speciale effecten of de functie glamour-retouchering.
Het filmmenu
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Filmopties M k knop
Optie
(Beeldformaat/
Beeldsnelheid
1
,
Bestandsformaat)
Beeldformaat
Hoogte/breedte-
verhouding (horizontaal
tot verticaal)
e 1080/30p
S 1080/25p
(standaardinstelling)
1920 × 1080 16:9
Z 1080/60i
1, 2
U 1080/50i
1, 2
1920 × 1080 16:9
f 720/30p
V 720/25p
1280 × 720 16:9
g 480/30p
W 480/25p
640 × 480 4:3
98
Menu's gebruiken
HS-filmopties
Opgenomen films kunnen in fast of slow motion worden afgespeeld.
Zie "Films opnemen in slow motion en fast motion (HS-film)" (A100).
1
De instelling is niet beschikbaar bij het gebruik van bepaalde effecten in de stand
speciale effecten of de functie glamour-retouchering.
2
Bij het opnemen van films kan de camera omschakelen tussen filmopname met
normale snelheid en filmopname met slow motion of fast motion.
De maximale filmopnametijd die hier wordt weergegeven, verwijst alleen naar het
deel van de film dat in slow motion of fast motion.
B Opmerkingen over HS-film
• Er wordt geen geluid opgenomen.
• Zoomstand en scherpstelling worden vergrendeld wanneer wordt begonnen met
de filmopname.
Optie
Beeldformaat
Hoogte/breedte-
verhouding
(horizontaal
tot verticaal)
Beschrijving
h
a
HS 480/4×
1
640 × 480
4:3
Slow motion films op 1/4 van
de snelheid
• Max. opnametijd
2
:
10 seconden (afspeeltijd:
40 seconden)
j
Y
HS 1080/0,5×
1
1920 × 1080
16:9
Fast motion films op 2× de
normale snelheid
• Max. opnametijd
2
:
2 minuten (afspeeltijd:
1 minuut)
99
Menu's gebruiken
C Films afspelen in slow motion en fast motion
Bij opnemen van films op normale snelheid:
Bij opnemen met h HS 480/4× of a HS 480/4×:
Films worden opgenomen met 4× de normale snelheid.
Ze worden 4× langzamer afgespeeld in slow motion.
Bij opnemen met j HS 1080/0,5× of Y HS 1080/0,5×:
Films worden opgenomen op 1/2 van de normale snelheid.
Ze worden 2× sneller afgespeeld in fast motion.
Opnametijd
10 sec.
Afspeeltijd
10 sec.
Opnametijd
10 sec.
Afspelen in slow motion
Afspeeltijd
40 sec.
Opnametijd
10 sec.
Afspelen in fast motion
Afspeeltijd 5 sec.
100
Menu's gebruiken
Films opnemen in slow motion en fast motion (HS-film)
Films opgenomen met HS-film kunnen in slow motion worden afgespeeld op
1/4 van de normale afspeelsnelheid, of worden afgespeeld in fast motion op
twee keer de normale snelheid.
1 Gebruik de multi-selector HI
om een HS-filmoptie (A98) te
selecteren en druk op de k knop.
• Druk na het toepassen van de optie op de
d knop om naar het opnamescherm
terug te keren.
2 Druk op de b (e filmopname)
knop om de filmopname te
stoppen.
• Telkens als de k knop wordt ingedrukt,
schakelt de camera om tussen filmopname
met normale snelheid en HS-filmopname.
• Het pictogram voor filmopties verandert
wanneer er tussen HS-filmopname en
filmopname met normale snelheid wordt
omgeschakeld.
• Wanneer de maximale filmopnametijd voor HS-films (A98) is bereikt,
schakelt de camera automatisch om naar filmopname met normale
snelheid.
3 Druk op de b (e) knop om de filmopname te stoppen.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Filmopties M k knop
HS 1080/0,5×
HS 480/4×
480/30p
720/30p
1080/60i
1080/30p
Filmopties
5s5s
101
Menu's gebruiken
Autofocus-stand
Stel in hoe de camera scherpstelt bij korte filmvoorstelling of filmopname.
• Als een filmoptie met hoge snelheid (HS) geselecteerd is in Filmopties, is
de instelling vast ingesteld op Enkelvoudige AF.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Autofocus-stand M k knop
Optie Beschrijving
A Enkelvoudige AF
(standaardinstelling)
De scherpstelling wordt vergrendeld wanneer de
filmopname begint.
Kies deze optie als de afstand tussen de camera
en het onderwerp nagenoeg gelijk blijft tijdens de
filmopname.
B Fulltime-AF
De camera stelt voortdurend scherp tijdens de
filmopname.
Kies deze optie als de afstand tussen de camera
en het onderwerp tijdens de opname aanzienlijk
verandert. Het geluid van de scherpstelling kan te
horen zijn in de opgenomen film. Het gebruik van
Enkelvoudige AF wordt aanbevolen om te
voorkomen dat het geluid van de scherpstelling
de opname verstoort.
102
Menu's gebruiken
Film VR
Selecteer de instelling van de vibratiereductie die gebruikt wordt bij korte
filmvoorstelling of filmopname.
Selecteer Uit wanneer bij fotograferen gebruik wordt gemaakt van een statief
om de camera te stabiliseren.
• Als een filmoptie met hoge snelheid (HS) geselecteerd is in Filmopties, is
de instelling vast ingesteld op Uit.
B Opmerkingen over film VR
• In sommige gevallen kunnen de effecten van cameratrillingen niet helemaal
opgeheven worden.
• In de stand speciale effecten wordt objectiefverschuiving VR alleen voor de
compensatie van cameratrillingen gebruikt wanneer Filmopties is ingesteld op
Z 1080/60i of U 1080/50i, zelfs als Film VR is ingesteld op Aan (hybride).
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Film VR M k knop
Optie Beschrijving
V Aan (hybride)
(standaardinstelling)
Voert optische compensatie van cameratrillingen uit
met behulp van objectiefverschuiving VR en voert
tegelijkertijd elektronische VR uit met behulp van
beeldverwerking. De beeldhoek (d.w.z. het zichtbare
deel in het beeld) wordt kleiner.
g Aan
Voert compensatie van cameratrillingen uit met
behulp van objectiefverschuiving VR.
Uit Compensatie wordt niet uitgevoerd.
103
Menu's gebruiken
Windruisreductie
• Als een filmoptie met hoge snelheid (HS) geselecteerd is in Filmopties, is
de instelling vast ingesteld op Uit.
Beeldsnelheid
Selecteer de beeldsnelheid (velden per seconde voor het interlaced-formaat)
die gebruikt wordt bij korte filmvoorstelling of filmopname. Wanneer de
beeldsnelheid wordt omgeschakeld, veranderen de opties die in Filmopties
(A97) kunnen worden ingesteld.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Windruisreductie M k knop
Optie Beschrijving
Y Aan
Reduceert het geluid dat wordt geproduceerd
wanneer tijdens fimopname wind de microfoon
passeert. Andere geluiden kunnen hierdoor bij de
weergave moeilijk te horen zijn.
Uit (standaardinstelling) Windruisreductie is uitgeschakeld.
Schakel de opnamestand in M d knop M D menupictogram M
Beeldsnelheid M k knop
Optie Beschrijving
30 bps (30p/60i)
Geschikt om af te spelen op een tv met de
NTSC-standaard.
25 bps (25p/50i)
Geschikt om af te spelen op een tv met de
PAL-standaard.
104
Menu's gebruiken
Configureer de Wi-Fi (draadloos LAN) instellingen om de camera en een
smarttoestel te verbinden.
Het menu Wi-Fi-opties
Druk op de d knop M J menupictogram M k knop
Optie Beschrijving
Verbinden
met smart
apparaat
Selecteer dit tijdens draadloos verbinden van de camera met een
smart-toestel.
Zie "Het smart-toestel verbinden met de camera" (A118) voor
meer informatie.
Uploaden
vanaf
camera
Selecteer dit tijdens draadloos verbinden van de camera met een
smart-toestel. Zie "In de camera opgeslagen foto's selecteren voor
overdracht naar een smart-toestel" (A120) voor meer informatie.
• De foto's voor de overdracht kunnen in het fotoselectiescherm
geselecteerd worden voordat er een Wi-Fi-verbinding tot stand
wordt gebracht (A91, 96). De SSID en het wachtwoord van de
camera worden op het scherm weergegeven nadat de foto's zijn
geselecteerd.
Wi-Fi
uitscha-
kelen
Selecteer dit om de draadloze verbinding tussen de camera en een
smart-toestel te verbreken. Zie "De Wi-Fi-verbinding verbreken"
(A119) voor meer informatie.
Opties
SSID: Wijzig de SSID. De geconfigureerde SSID wordt weergegeven op
het smart-toestel. Stel een alfanumerieke SSID in van 1-24 karakters.
Verificatie/encryptie: Selecteer of de communicatie tussen de
camera en het verbonden smart-toestel al dan niet moet worden
beveiligd.
De commnicatie wordt niet beveiligd als Open (standaardinstelling)
is geselecteerd.
• Als WPA2-PSK-AES is ingesteld, wordt het bericht voor invoeren
van het wachtwoord weergegeven wanner de camera verbonden
wordt met het smart-toestel (A118).
Wachtwoord: Stel het wachtwoord in. Stel een alfanumeriek
wachtwoord in van 8-16 karakters.
Kanaal: Selecteer het kanaal dat wordt gebruikt voor draadloze
verbindingen.
Huidige
instellingen
Geef de huidige instellingen weer.
Standaardw.
herstellen
Herstel de Wi-Fi-instellingen naar de standaardwaarden. De
draadloze verbinding wordt verbroken als deze optie wordt
uitgevoerd bij een actieve Wi-Fi-verbinding.
105
Menu's gebruiken
Toetsenbord tekstinvoer bedienen
• Gebruik de multi-selector HIJK om
alfanumerieke karakters te selecteren. Druk
op de k knop om het geselecteerde karakter
in het tekstveld in te voeren en beweeg de
cursor naar de volgende ruimte.
• Selecteer N of O op het toetsenbord en
druk op de k knop om de cursor in het
tekstveld te bewegen.
• Druk op de l knop om een karakter te
wissen.
• Selecteer P op het toetsenbord en druk op
de k knop voor het toepassen van de
instelling.
Verwijderen
Terug
SSID
106
Menu's gebruiken
Tijdzone en datum
Stel de cameraklok in.
De tijdzone instellen
1 Gebruik de multi-selector HI
om Tijdzone te selecteren en druk
op de k knop.
Het setup-menu
Druk op de d knop M z menupictogram M Tijdzone en datum M
k knop
Optie Beschrijving
Datum en tijd
• Veld selecteren: Druk op
de multi-selector JK.
• Bewerk de datum en tijd:
Druk op HI.
• Pas de instelling toe:
Selecteer het instelveld
voor de minuten en druk
op de k knop.
Datumnotatie
Selecteer Jaar/maand/dag, Maand/dag/jaar of
Dag/maand/jaar.
Tijdzone
Stel tijdzone en zomertijd in.
• Als de Reisbestemming (x) wordt ingesteld nadat de
eigen tijdzone is ingesteld (w), dan wordt het tijdsverschil
tussen de reisbestemming en de eigen tijdzone
automatisch berekend, en worden de datum en tijd voor
de geselecteerde regio opgeslagen.
11
15
15
30
Bewerk.
muD M
2015
J
Datum en tijd
15/11/2015 15:30
Tijdzone
Datumnotatie
Datum en tijd
Tijdzone en datum
London, Casablanca
107
Menu's gebruiken
2 Selecteer w Eigen tijdzone of
x Reisbestemming en druk op
de k knop.
• De datum en tijd die op de monitor
weergegeven wordt, verandert afhankelijk
van of de eigen tijdzone of de
reisbestemming geselecteerd is.
3 Druk op K.
4 Gebruik JK om de tijdzone te
selecteren.
• Druk op H om de zomertijdfunctie te
activeren en W wordt weergegeven. Druk
op I om de zomertijdfunctie te
deactiveren.
• Druk op de k knop om de tijdzone toe te
passen.
• Als niet de correcte tijd wordt weergegeven voor thuis of de
reisbestemming, stel de juiste tijd dan in onder Datum en tijd.
Reisbestemming
Eigen tijdzone
Tijdzone
London, Casablanca
15/11/2015 15:30
Reisbestemming
Eigen tijdzone
Tijdzone
London, Casablanca
15/11/2015 15:30
New York, Toronto, Lima
10:30
–5:00
Terug
108
Menu's gebruiken
Monitorinstellingen
Foto-informatie
Druk op de d knop M z menupictogram M Monitorinstellingen M
k knop
Optie Beschrijving
Foto-informatie
Stel in of er wel of niet informatie op de monitor moet worden
weergegeven.
Beeld
terugspelen
Stel in of de gemaakte foto al dan niet direct na de opname
op de monitor moet worden weergegeven.
• Standaardinstelling: Aan
Helderheid
Pas de helderheid aan.
• Standaardinstelling: 3
Opnamestand Weergavestand
Info tonen
Automatische
info (standaard-
instelling)
Dezelfde informatie zoals getoond in Info tonen wordt
weergegeven en wordt verborgen zoals getoond in Info
verbergen als er enkele seconden geen bewerkingen
worden uitgevoerd. De informatie wordt weer weergegeven
wanneer een bewerking wordt uitgevoerd.
Info verbergen
25
m
0s
25
m
0s
88 0
880
4
/
4
4
/
4
15 /11 /20 15 15: 30
15/11/2015 15:30
00 04.
JP G
0004.
JPG
109
Menu's gebruiken
Raster+autom.
info
Naast de informatie die in
Automatische info wordt
weergegeven, wordt een
raster weergegeven als hulp
bij het kadreren van foto's.
Het raster wordt niet
weergegeven tijdens
filmopname.
Hetzelfde als Automatische
info.
Filmbeeld+autom.
info
Naast de informatie die in
Automatische info wordt
weergegeven, wordt er vóór
de filmopname een beeld
weergegeven die het veld
aanduidt dat bij de
filmopname wordt
vastgelegd.
Het filmbeeld wordt niet
weergegeven tijdens
filmopname.
Hetzelfde als Automatische
info.
Opnamestand Weergavestand
25
m
0s
25
m
0s
88 0
880
4
/
4
4
/
4
15 /11 /20 15 15: 30
15/11/2015 15:30
00 04.
JP G
0004.
JPG
25
m
0s
25
m
0s
88 0
880
4
/
4
4
/
4
15 /11 /20 15 15: 30
15/11/2015 15:30
00 04.
JP G
0004.
JPG
110
Menu's gebruiken
Datumstempel
Bij het fotograferen kunnen de opnamedatum
en -tijd op foto's worden weergeven.
B Opmerkingen over datumstempel
• Datumstempels die worden opgenomen in een foto maken permanent deel uit
van de fotogegevens en kunnen niet gewist worden. De datum en tijd kunnen niet
op foto's worden opgenomen nadat ze zijn gemaakt.
• De datum en tijd kunnen niet worden opgenomen in het fotobestand in de
volgende gevallen:
-Bij het gebruik van Nachtportret (als Uit de hand is geselecteerd),
Nachtlandschap (als Uit de hand is geselecteerd), Tegenlicht (als HDR is
ingesteld) of de Eenvoudig panorama onderwerpstand
- Als de instelling voor continu-opname (A82) is ingesteld op
Vooropnamecache, Continu H: 120 bps of Continu H: 60 bps
-Tijdens filmopname
- Als foto's worden opgeslagen tijdens filmopname
• De opgenomen datum en tijd kunnen moeilijk af te lezen zijn wanneer een klein
beeldformaat wordt gebruikt.
C Opnamedatum op foto's afdrukken zonder datumstempel
U kunt foto's overbrengen naar een computer en de ViewNX 2 software (A128)
gebruiken om de opnamedatum op de foto's weer te geven wanneer ze afgedrukt
worden.
Druk op de d knop M z menupictogram M Datumstempel M k knop
Optie Beschrijving
f Datum Datum wordt op foto's weergegeven.
S Datum en tijd Datum en tijd worden op foto's weergegeven.
Uit (standaardinstelling) Datum en tijd worden niet op foto's weergegeven.
15 .11. 2015
15.11.2015
111
Menu's gebruiken
Foto VR
Selecteer de instelling van de vibratiereductie die bij het fotograferen wordt
gebruikt.
Selecteer Uit wanneer bij fotograferen gebruik wordt gemaakt van een statief
om de camera te stabiliseren.
B Opmerkingen over foto VR
• Wacht na het aanzetten van de camera of na het overschakelen van de
weergavestand naar de opnamestand tot het opnamescherm helemaal wordt
weergegeven voordat er foto's worden gemaakt.
• Foto's die direct na opname op de monitor van de camera worden weergegeven,
kunnen wazig lijken.
• In sommige gevallen kunnen de effecten van cameratrillingen niet helemaal
opgeheven worden.
AF-hulplicht
Druk op de d knop M z menupictogram M Foto VR M k knop
Optie Beschrijving
g Aan
(standaardinstelling)
Compensatie van cameratrillingen wordt uitgevoerd
met behulp van objectiefverschuiving VR.
Uit Compensatie wordt niet uitgevoerd.
Druk op de d knop M z menupictogram M AF-hulplicht M k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
De AF-hulpverlichting licht automatisch op wanneer
u de ontspanknop indrukt bij weinig licht. De
hulpverlichting heeft een bereik van circa 2,0 m in de
uiterste groothoekstand en van circa 2,0 m in de
uiterste telestand.
• Neem in acht dat de AF-hulpverlichting in
sommige opnamestanden of scherpstelvelden
mogelijk niet oplicht.
Uit De AF-hulpverlichting licht niet op.
112
Menu's gebruiken
Digitale zoom
B Opmerkingen over digitale zoom
• Digitale zoom kan niet gebruikt worden in de volgende opnamestanden:
- Portret, Nachtportret, Nachtlandschap, Tegenlicht (als HDR is ingesteld),
Eenvoudig panorama of onderwerpstand Dierenportret
- Slim portret-stand
• Digitale zoom kan niet in andere opnamestanden gebruikt worden bij het gebruik
van bepaalde instellingen (A57).
Geluidsinstellingen
Druk op de d knop M z menupictogram M Digitale zoom M k knop
Optie Beschrijving
Aan (standaardinstelling) Digitale zoom is ingeschakeld.
Uit Digitale zoom is uitgeschakeld.
Druk op de d knop M z menupictogram M Geluidsinstellingen M
k knop
Optie Beschrijving
Knopgeluid
Als Aan (standaardinstelling) geselecteerd is,
produceert de camera een pieptoon wanneer er
bewerkingen worden uitgevoerd, twee pieptonen
wanneer op het onderwerp is scherpgesteld en drie
pieptonen wanneer een fout optreedt. Ook het
welkomstschermgeluid wordt geproduceerd.
• De geluiden worden uitgeschakeld in de
onderwerpstand Dierenportret.
Sluitergeluid
Als Aan (standaardinstelling) is geselecteerd, wordt
het sluitergeluid geproduceerd wanneer de sluiter
ontspant.
• Het sluitergeluid wordt niet geproduceerd bij het
gebruik van de continu-opnamestand, bij het
opnemen van films en bij het gebruik van de
onderwerwerp Dierenportret.
113
Menu's gebruiken
Automatisch uit
Stel de tijdsduur in waarna de camera zichzelf in de stand-bystand (A14).
U kunt 30 sec., 1 min. (standaardinstelling), 5 min. of 30 min. selecteren.
C De functie Automatisch uit instellen
De tijdsduur waarna de camera zichzelf in de standby-stand zet, is in de volgende
situaties vast ingesteld:
• Als een menu wordt weergegeven: 3 minuten (als automatisch uit ingesteld is op
30 sec. of 1 min.)
• Bij fotograferen met Dierenp. autom. ontsp.: 5 minuten (als automatisch uit
ingesteld is op 30 sec. of 1 min.)
• Bij fotograferen met Glimlachtimer: 5 minuten (als automatisch uit ingesteld is op
30 sec. of 1 min.)
• Als de lichtnetadapter is aangesloten: 30 minuten
• Als een HDMI-kabel is aangesloten: 30 minuten
Druk op de d knop M z menupictogram M Automatisch uit M
k knop
114
Menu's gebruiken
Kaart formatteren/Geheugen formatteren
Gebruik deze optie om een geheugenkaart of het interne geheugen te
formatteren.
Als u de geheugenkaarten of het interne geheugen formatteert,
worden alle gegevens voorgoed gewist. Gewiste gegevens kunnen niet
meer worden hersteld. Sla daarom belangrijke foto's op een computer op
voordat u gaat formatteren.
Een geheugenkaart formatteren
• Plaats een geheugenkaart in de camera.
• Selecteer Geheugenkaart form. in het setup-menu en druk vervolgens op
de k knop.
Het interne geheugen formatteren
• Verwijder de geheugenkaart uit de camera.
• Selecteer Geheug. formatteren in het setup-menu en druk vervolgens op
de k knop.
Selecteer Formatteren op het scherm dat wordt weergegeven en druk op de
k knop om met formatteren te beginnen.
• Zet de camera niet uit en open het deksel van het batterijvak/de kaartsleuf
niet tijdens het formatteren.
Taal
Selecteer een taal voor de weergave van cameramenu's en meldingen.
Druk op de d knop M z menupictogram M Geheugenkaart form./
Geheug. formatteren M k knop
Druk op de d knop M z menupictogram M Taal/Language M k knop
115
Menu's gebruiken
Opladen via computer
B Opmerkingen over opladen met een computer
• Als de camera op een computer wordt aangesloten, wordt deze ingeschakeld
en wordt de batterij opgeladen. Als de camera uitgeschakeld wordt, stopt het
opladen van de batterij.
• Een volledig lege batterij wordt opgeladen in circa 3 uur. De oplaadtijd neemt toe
als er foto's worden overgezet terwijl de batterij opgeladen wordt.
• Nadat de batterij opgeladen is, wordt de camera na 30 minuten automatisch
uitgeschakeld indien er geen communicatie plaatsvindt.
B Als het oplaadlampje snel groen knippert
Het opladen kan niet worden uitgevoerd, mogelijk vanwege een van de
onderstaande redenen.
• De omgevingstemperatuur is niet geschikt voor opladen. Laad de batterij binnen
op bij een omgevingstemperatuur tussen 5°C en 35°C.
• De USB-kabel is niet correct aangesloten of de batterij is defect. Controleer of de
USB-kabel correct is aangesloten of vervang de batterij indien nodig.
• De computer bevindt zich in de slaapstand en levert geen voeding. Haal de
computer uit de slaapstand.
• De batterij kan niet opgeladen worden, omdat de computer de camera niet van
voeding kan voorzien vanwege de instellingen of specificaties van de computer.
Druk op de d knop M z menupictogram M Opladen via computer M
k knop
Optie Beschrijving
a Automatisch
(standaardinstelling)
Wanener de camera op een ingeschakelde computer
wordt aangesloten (A121), wordt de batterij in de
camera automatisch opgeladen via de voeding vanaf
de computer.
Uit
De batterij in de camera wordt niet opgeladen
wanneer de camera op een computer wordt
aangesloten.
116
Menu's gebruiken
Standaardwaarden
Als Standaard geselecteerd wordt, worden de camera-instellingen gereset
naar de standaardwaarden.
• Sommige instellingen, zoals Tijdzone en datum of Taal/Language,
worden niet gereset.
• De draadloze verbinding wordt verbroken als deze optie wordt uitgevoerd
bij een actieve Wi-Fi-verbinding.
C Bestandnummer resetten
Om het bestandnummer naar "0001" te resetten, wist u alle foto's die op de
geheugenkaart of in het interne geheugen (A17) zijn opgeslagen voordat u
Standaardwaarden selecteert.
Conformiteitsmarkering
Bekijk enkele conformiteitsmarkingen waaraan de camera voldoet.
Firmware-versie
Weergeven van de huidige firmware-versie van de camera.
• De firmware-versie kan niet worden weergegeven bij een actieve Wi-Fi-
verbinding.
Druk op de d knop M z menupictogram M Standaardwaarden M
k knop
Druk op de d knop M z menupictogram M Conformiteitsmarkering M
k knop
Druk op de d knop M z menupictogram M Firmware-versie M
k knop
117
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie
gebruiken
U kunt de volgende functies uitvoeren wanneer u de bijbehorende software
"Wireless Mobile Utility" installeert op uw smart-toestel dat draait op Android
OS of iOS en dit aansluit op de camera.
Neem foto's
U kunt foto's maken met behulp van de twee hieronder beschreven methoden.
• Ontspan de sluiter op de camera en sla de genomen foto's op een smart-
toestel op.
• Gebruik een smart-toestel om de camerasluiter op afstand te ontspannen
en foto's op te slaan op het smart-toestel.
Bekijk foto's
U kunt de op de geheugenkaart van de camera opgeslagen foto's overbrengen
en bekijken op uw smart-toestel. U kunt ook de in de camera opgeslagen foto's
selecteren voor overdracht naar uw smart-toestel.
B Opmerkingen over beveiligingsinstellingen
Bij de aankoop zijn er voor de camera geen beveiligingsinstellingen, zoals
wachtwoorden, geconfigureerd. Daarom wordt ten strengste aangeraden de benodigde
beveiligingsinstellingen uit te voeren alvorens de Wi-Fi-functie te gebruiken. Gebruik
Opties van het menu Wi-Fi-opties (A76) om de beveiligingsinstellingen uit te voeren.
1 Gebruik uw smart-toestel om te verbinden met de Google
Play Store, App Store of andere online apps en te zoeken
naar "Wireless Mobile Utility".
• Controleer de bij het smart-toestel geleverde gebruikshandleiding voor
meer informatie.
2 Controleer de beschrijving en de overige informatie en
installeer de software.
C Gebruikshandleiding voor Wireless Mobile Utility
Download de gebruikshandleiding van de onderstaande website.
• Android OS: http://nikonimglib.com/ManDL/WMAU/
• iOS: http://nikonimglib.com/ManDL/WMAU-ios/
De software installeren op het smart-toestel
Om een verbinding met de camera tot stand te brengen, drukt u op de Z (Wi-Fi)
knop op de camera, zet u de Wi-Fi-functie op het smart-toestel aan en start u
vervolgens de "Wireless Mobile Utility" terwijl Bezig met onderhandelen… Even
wachten alstublieft. wordt weergegeven op de camera.
118
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
1 Druk op de Z (Wi-Fi) knop op de
camera.
• Het scherm aan de rechterzijde wordt
weergegeven.
• Wanneer binnen drie minuten geen
verbindingsbevestiging is ontvangen van
het smart-toestel, wordt het bericht Geen
toegang. weergegeven en keert de
camera terug naar het scherm Wi-Fi-opties.
• U kunt ook Verbind. met smart app. in
het menu Wi-Fi-opties selecteren om het
scherm aan de rechterzijde weer te geven.
2 Zet de Wi-Fi-instelling op het smart-toestel in de stand Aan.
• Controleer de bij het smart-toestel geleverde gebruikshandleiding voor
meer informatie.
• Selecteer de op de camera weergegeven SSID nadat de netwerknamen
(SSID) worden weergegeven die voor de camera kunnen worden gebruikt.
• Als Verificatie/encryptie in het menu Wi-Fi-opties op WPA2-PSK-AES is
ingesteld, wordt het bericht voor invoeren van het wachtwoord weergegeven.
Voer het op de camera weergegeven wachtwoord in.
3 Start de "Wireless Mobile Utility" geïnstalleerd op het
smart-toestel terwijl Bezig met onderhandelen… Even
wachten alstublieft. wordt weergegeven op de camera.
• Het scherm voor selecteren van "Neem foto's" of "Bekijk foto's" wordt
weergegeven.
• Wanneer het bericht "Kan geen verbinding met de camera maken." wordt
weergegeven, ga dan terug naar stap 1 en herhaal de procedure.
• Zie "De software installeren op het smart-toestel" (A117).
C Een NFC-compatibel smart-toestel tegen de camera houden voor
een Wi-Fi-verbinding
Als u gebruik maakt van een smart-toestel dat
compatibel is met near field communication (NFC)-
functies en op Android OS draait, kunt u een Wi-Fi-
verbinding tot stand brengen en de "Wireless Mobile
Utility" starten door de NFC-antenne op het smart-
toestel tegen de Y (N-Mark) op de camera te
houden.
Het smart-toestel verbinden met de camera
XXXXXXXXXXXXXXXXXX
XXXXXX
XXXXXXXXXXXXXXXX
Annuleren
Wachtwoord:
SSID:
Verbinden met smart apparaat
119
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
De Wi-Fi-verbinding verbreken
Voer een van de volgende handelingen uit.
• Zet de camera uit.
• Selecteer Wi-Fi uitschakelen in het menu Wi-Fi-opties op de camera
(behalve wanneer de camera wordt bediend via de afstandsbediening).
• Zet de Wi-Fi-instelling op het smart-toestel in de stand Uit.
B Opmerkingen over Wi-Fi-verbinding
• Wi-Fi-verbindingsprocedures worden in de volgende gevallen uitgeschakeld:
- Wanneer de camera wordt aangesloten op een tv, computer of printer
-Tijdens filmopname
- Als de camera gegevens verwerkt zoals opslaan van foto's of opnemen van films
- Wanneer de camera wordt aangesloten op een smart-toestel
• Selecteer Wi-Fi uitschakelen op locaties waar het gebruik van radiogolven
verboden is.
• Wanneer een Wi-Fi-verbinding tot stand is gebracht, wordt Automatisch uit
uitgeschakeld.
• Wanneer een Wi-Fi-verbinding tot stand is gebracht, zal de batterij eerder
leegraken dan normaal.
• De Wi-Fi-verbinding wordt verbroken in de volgende situaties:
- Als het batterijniveau laag is
- Als de filmopname wordt gestart in korte filmvoorstelling
C Beveiligingsinstellingen
Als er geen beveiligingsinstellingen (beveiliging en wachtwoord) zijn geconfigureerd
voor de Wi-Fi-functie van de camera, dan kunnen onbevoegden toegang verkrijgen tot
het netwerk en schade aanrichten. Daarom wordt ten strengste aangeraden de
benodigde beveiligingsinstellingen uit te voeren alvorens de Wi-Fi-functie te
gebruiken.
Gebruik Opties van het menu Wi-Fi-opties (A104) om de beveiligingsinstellingen
uit te voeren.
120
De Wi-Fi (draadloos LAN)-functie gebruiken
U kunt in de camera opgeslagen foto's selecteren voor overdracht naar een
smart-toestel. Films kunnen niet voor overdracht geselecteerd worden.
1 Selecteer foto's voor overdracht.
U kunt de foto's voor overdracht naar een smart-toestel voor overdracht in de
volgende menu's selecteren:
• Mark. voor upload. via Wi-Fi in het weergavemenu (A91)
• Uploaden vanaf camera in het menu Wi-Fi-opties (A104)
Als Uploaden vanaf camera wordt gebruikt, worden de SSID en het
wachtwoord van de camera weergegeven nadat de foto's zijn geselecteerd.
2 Verbind de camera en het smart-toestel (A118).
• Door op "Bekijk foto's" in de "Wireless Mobile Utility" te tikken, wordt het
bevestigingsvenster voor de overdracht van de gespecificeerde foto's naar
het smart-toestel weergegeven.
B Foto's voor overdracht tijdens weergave selecteren
Druk terwijl de camera in de weergavestand staat op de Z knop of maak gebruik
van de NFC-functie om een Wi-Fi-verbinding tot stand te brengen en selecteer de
foto's voor overdracht.
• U kunt één foto in de schermvullende weergave selecteren. Als de hoofdfoto van
de foto's in een reeks wordt weergegeven, kunt u alle foto's in de reeks selecteren.
• U kunt één in de miniatuurweergave gespecificeerde foto selecteren. Als de
hoofdfoto van de foto's in een reeks wordt weergegeven, kunt u alle foto's in de
reeks selecteren.
• U kunt alle foto's die op de geselecteerde datum gemaakt zijn in de
kalenderweergave selecteren.
Deze functie is niet beschikbaar wanneer u gebruik maakt van Verbinden met
smart apparaat in het menu Wi-Fi-opties om de Wi-Fi-verbinding tot stand te
brengen.
In de camera opgeslagen foto's selecteren
voor overdracht naar een smart-toestel
121
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
Camera aansluiten op een tv,
printer of computer
U kunt meer plezier hebben van foto's en films door de camera aan te sluiten
op een tv, printer of computer.
• Voordat de camera op een extern apparaat wordt aangesloten, moet
u controleren of het batterijniveau voldoende is en moet u de camera
uitzetten. Zorg dat de camera uitgeschakeld is voordat deze van het
apparaat losgekoppeld wordt.
• Als de lichtnetadapter EH-62G (apart verkrijgbaar) wordt gebruikt, kan deze
camera gevoed worden via een stopcontact. Gebruik geen lichtnetadapter
van een ander merk of model, want dit kan tot oververhitting of storing van
de camera leiden.
• Zie voor informatie over aansluitmethodes en procedures de documentatie
die bij het externe apparaat hoort.
Steek de stekker recht in
het apparaat.
USB-microaansluiting
HDMI-microaansluiting
(type D)
Open het deksel van
de aansluitingen.
122
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
Foto's op een tv bekijken A123
Foto's en films die met de camera gemaakt zijn, kunnen op
een tv bekeken worden.
Aansluitmethode: Sluit een apart verkrijgbare HDMI-kabel op
de HDMI-aansluiting van de tv aan.
Foto's afdrukken zonder computer A124
Als u de camera op een PictBridge-compatibele printer
aansluit, kunt u foto's afdrukken zonder een computer te
gebruiken.
Aansluitmethode: Sluit de camera direct op de USB-poort van
de computer aan met de USB-kabel.
Foto's bekijken en beheren op een computer A128
U kunt foto's naar een computer kopiëren om eenvoudig
foto's te retoucheren en fotogegevens te beheren.
Aansluitmethode: Sluit de camera aan op de USB-poort van
de computer met de USB-kabel.
• Installeer eerst ViewNX 2 op de computer (A128) voordat
u de camera op een computer aansluit.
• Als er USB-apparaten zijn aangesloten die hun voeding
van de computer ontvangen, maak deze dan los van de
computer voordat u de camera hierop aansluit. Het
tegelijkertijd aansluiten van de camera en andere aparaten
die hun voeding via een USB-poort ontvangen op dezelfde
computer, kan een functiestoring van de camera of een
overmatige voeding vanaf de computer veroorzaken,
hetgeen tot schade aan de camera of geheugenkaart
kan leiden.
123
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
1 Zet de camera uit en sluit deze op de tv aan.
• Zorg ervoor dat de stekkers in de juiste richting worden aangesloten. Zorg
dat het aansluiten of losmaken van de stekkers niet onder een hoek gebeurt.
2 Stel de ingang van de tv in op externe ingang.
• Raadpleeg de documentatie van uw tv voor meer informatie.
3 Houd de c (weergave) knop
ingedrukt om de camera aan te
zetten.
• De foto's worden op de tv weergegeven.
• De monitor van de camera wordt niet
aangezet.
De camera aansluiten op een tv
(weergave's op een tv)
HDMI-microaansluiting (type D)
naar HDMI-aansluiting
124
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
Gebruikers van een PictBridge-compatibele printer kunnen de camera
rechtstreeks op de printer aansluiten en foto's afdrukken zonder gebruik
te maken van een computer.
De camera aansluiten op een printer
1 Zet de printer aan.
2 Zet de camera uit en sluit de camera met de USB-kabel op
de printer aan.
• Zorg ervoor dat de stekkers in de juiste richting worden aangesloten. Zorg
dat het aansluiten of losmaken van de stekkers niet onder een hoek gebeurt.
3 De camera wordt automatisch ingeschakeld.
• Het PictBridge opstartscherm (1) wordt op de monitor van de camera
weergegeven, gevolgd door het Afdrukselectie scherm (2).
De camera aansluiten op een printer
(Direct Print)
32
15/11/2015
Afdrukselectie
12
125
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
B Als het PictBridge opstartscherm niet wordt weergegeven
Indien Automatisch is geselecteerd bij Opladen via computer (A115), dan
kunnen foto's mogelijk niet op bepaalde printers afgedrukt worden via een directe
aansluiting van de camera. Als het PictBridge opstartscherm niet wordt weergegeven
nadat de camera is aangezet, zet de camera dan uit en trek de USB-kabel los. Stel
Opladen via computer in op Uit en sluit de camera weer op de printer aan.
Foto's een voor een afdrukken
1 Gebruik de multi-selector JK om
de gewenste foto te selecteren en
druk op de k knop.
• Beweeg de zoomknop in de richting van
f (h) om naar miniatuurweergave of
g (i) om naar schermvullende weergave
te wisselen.
2 Gebruik HI om Kopieën te
selecteren en druk op de k knop.
• Gebruik HI om het gewenste aantal
kopieën (max. 9) te selecteren en druk
op de k knop.
3 Selecteer Papierformaat en druk
op de k knop.
• Selecteer het gewenste papierformaat en
druk op de k knop.
• Om met de voor de printer geconfigureerde
instelling van het papierformaat af te
drukken, selecteert u Standaard.
• De beschikbare papierformaatopties op de
camera verschillen afhankelijk van de printer die u gebruikt.
4 Selecteer Afdrukken starten en
druk op de k knop.
• Het afdrukken begint.
32
15/11/2015
Afdrukselectie
Papierformaat
Kopieën
Afdrukken starten
1 afdrukken
PictBridge
Papierformaat
Kopieën
Afdrukken starten
PictBridge
4 afdrukken
Papierformaat
Kopieën
Afdrukken starten
PictBridge
4 afdrukken
126
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
Meerdere foto's afdrukken
1 Als het Afdrukselectie scherm
wordt weergegeven, drukt u op
de d (menu) knop.
2 Gebruik de multi-selector HI
om Papierformaat te selecteren
en druk op de k knop.
• Selecteer het gewenste papierformaat en
druk op de k knop.
• Om met de voor de printer geconfigureerde
instelling van het papierformaat af te
drukken, selecteert u Standaard.
• De beschikbare papierformaatopties op de camera verschillen afhankelijk
van de printer die u gebruikt.
• Druk op de d knop om het afdrukmenu te verlaten.
3 Selecteer Afdrukselectie of Druk
alle beelden af en druk op de
k knop.
32
15/11/2015
Afdrukselectie
Papierformaat
Druk alle beelden af
Afdrukselectie
Afdrukmenu
Papierformaat
Druk alle beelden af
Afdrukselectie
Afdrukmenu
127
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
Afdrukselectie
Selecteer foto's (max. 99) en het aantal
kopieën (max. 9) van elke foto.
• Gebruik de multi-selector JK om foto's
te selecteren en gebruik HI om het
aantal te af te drukken kopieën te
specificeren.
• Foto's die zijn geselecteerd voor
afdrukken, worden aangeduid door M
en het gewenste aantal kopieën. Om de
afdrukselectie te annuleren, stelt u het aantal kopieën op 0 in.
• Beweeg de zoomknop in de richting van g (i) om naar schermvullende
weergave of f (h) om naar miniatuurweergave te wisselen.
• Druk op de k knop wanneer u alle instellingen hebt voltooid. Wanneer
het scherm voor het bevestigen van het aantal afdrukkopieën wordt
weergeven, selecteert u Afdrukken starten en drukt u op de k knop
om het afdrukken te starten.
Druk alle beelden af
Er wordt een kopie afgedrukt van alle foto's die in het interne geheugen of
op de geheugenkaart zijn opgeslagen.
• Wanneer het scherm voor het bevestigen van het aantal afdrukkopieën
wordt weergeven, selecteert u Afdrukken starten en drukt u op de k
knop om het afdrukken te starten.
Terug
Afdrukselectie
128
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
Installeren van ViewNX 2
ViewNX 2 is gratis software waarmee u foto's en films naar uw computer kunt
kopiëren, zodat u deze kunt bekijken, bewerken of delen. Om ViewNX 2 te
installeren, downloadt u het ViewNX 2 installatieprogramma van de
onderstaande website en volgt u de installatie-instructies op het scherm.
http://nikonimglib.com/nvnx/
Raadpleeg de Nikon website in uw land voor de systeemvereisten en andere
informatie.
Foto's naar een computer kopiëren
1 Bereid een geheugenkaart met foto's voor.
U kunt een van de onderstaande methodes gebruiken om foto's van de
geheugenkaart naar een computer over te brengen.
• SD-geheugenkaartsleuf/kaartlezer: Plaats de geheugenkaart in de
kaartsleuf van uw computer of de kaartlezer (in de handel verkrijgbaar)
die op de computer is aangesloten.
• Rechtstreekse USB-aansluiting: Schakel de camera uit en zorg dat de
geheugenkaart in de camera zit. Sluit de camera aan op de computer met
de USB-kabel.
De camera wordt automatisch ingeschakeld.
Verwijder voordat de camera op de computer wordt aangesloten eerst de
geheugenkaart uit de camera om de foto's in het interne geheugen van de
camera te kopiëren.
ViewNX 2 gebruiken (foto's naar een
computer kopiëren)
129
Camera aansluiten op een tv, printer of computer
Als een bericht verschijnt met de vraag om een programma te kiezen, selecteer
dan Nikon Transfer 2.
• Bij gebruik van Windows 7
Als het dialoogvenster rechts
verschijnt, moet u de
onderstaande stappen volgen
om Nikon Transfer 2 te
selecteren.
1Klik op Ander programma
onder Afbeeldingen en
video's importeren. Er verschijnt een programmakeuze-dialoogvenster;
selecteer Bestand importeren met Nikon Transfer 2 en klik op OK.
2 Dubbelklik op Bestand importeren.
Als de geheugenkaart een groot aantal foto's bevat, kan het even duren
voordat Nikon Transfer 2 wordt opgestart. Wacht tot Nikon Transfer 2 start.
B Opmerkingen over USB-kabel aansluiten
De werking kan niet worden gegarandeerd als de camera via een USB-hub op de
computer is aangesloten.
2 Klik op Overspelen starten nadat Nikon Transfer 2 is gestart.
• De overdracht van de foto's begint. Wanneer de overdracht van de foto's
voltooid is, start ViewNX 2 en worden de overgebrachte foto's weergegeven.
• Raadpleeg de on-line helpfunctie voor meer informatie over het gebruik van
ViewNX 2.
3 Verbreek de verbinding.
• Als u een kaartlezer of kaartsleuf gebruikt, moet u de juiste optie kiezen in
het besturingssysteem van de computer om de verwisselbare schijf te
verwijderen die bij de geheugenkaart hoort en vervolgens moet u de
geheugenkaart uit de kaartlezer of kaartsleuf verwijderen.
• Als de camera is aangesloten op de computer, moet de camera uitgezet
worden en de USB-kabel losgetrokken worden.
Overspelen starten
130
Technische opmerkingen
Technische opmerkingen
Verzorgen van het product........................................................................131
De camera ................................................................................................131
De batterij ................................................................................................132
De lichtnetlaadadapter .......................................................................133
Geheugenkaarten .................................................................................134
Reinigen en opslag .......................................................................................135
Reinigen....................................................................................................135
Opslag........................................................................................................135
Foutmeldingen...............................................................................................136
Problemen oplossen ....................................................................................140
Bestandsnamen .............................................................................................147
Optionele accessoires ..................................................................................148
Specificaties.....................................................................................................149
Goedgekeurde geheugenkaarten...................................................153
Index...................................................................................................................155
Technische opmerkingen
131
Neem naast de waarschuwingen in "Voor uw veiligheid" (Avi–viii) ook de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht wanneer u het apparaat gebruikt of
opbergt.
De camera
Stel de camera niet bloot aan sterke schokken
Als de camera wordt blootgesteld aan sterke schokken of trillingen, kan deze defect
raken. Oefen daarnaast geen kracht uit op het objectief of de objectiefbescherming.
Houd de camera droog
Als de camera in water wordt ondergedompeld of aan vocht wordt blootgesteld,
raakt deze beschadigd.
Vermijd plotselinge temperatuurverschillen
Plotselinge temperatuurverschillen, die bijvoorbeeld kunnen optreden als u op een
koude dag een verwarmd gebouw binnengaat of verlaat, kunnen condensatie in de
camera veroorzaken. U voorkomt condensatie door de camera in de cameratas of in een
plastic tas te doen voordat u deze aan plotselinge temperatuurverschillen blootstelt.
Houd de camera uit de buurt van sterke magnetische velden
U mag deze camera niet gebruiken of opbergen in de buurt van apparatuur die een
sterke elektromagnetische straling of magnetische velden produceert. Gebeurt dit wel,
dan kan dit gegevensverlies of een functiestoring van de camera tot gevolg hebben.
Richt het objectief niet gedurende langere tijd op een sterke lichtbron
Richt het objectief niet gedurende langere tijd op de zon of een andere sterke
lichtbron wanneer u de camera gebruikt of opbergt. Door intens licht kan de
kwaliteit van de beeldsensor afnemen of een witte waas op de foto's ontstaan.
Schakel de camera uit voordat u de batterij verwijdert, de
lichtnetadapter loskoppelt of de geheugenkaart verwijdert
Verwijder de batterij niet terwijl de camera aanstaat of terwijl beelden worden
opgeslagen of gewist. Het onderbreken van de stroom kan in dit geval leiden tot
gegevensverlies of beschadiging van de interne schakelingen of het geheugen.
Verzorgen van het product
Technische opmerkingen
132
Opmerkingen over de monitor
• Monitoren en elektronische zoekers worden met een extreme mate van precisie
gemaakt; minimaal 99,99% van de pixels zijn werkende, en minder dan 0,01%
ontbreekt of is defect. Het kan voorkomen dat deze schermen pixels bevatten die
altijd oplichten (wit, rood, blauw of green) of altijd uitstaan (zwart), dit is geen
defect en heeft geen effect op de afbeeldingen vastgelegd door het apparaat.
• Bij helder licht zijn de beelden op de monitor mogelijk niet goed te zien.
• Oefen geen druk op de monitor uit, want dit kan beschadiging of een
functiestoring van de camera tot gevolg hebben. Als de monitor beschadigd
raakt, dient u erop te letten dat u zich niet verwondt aan de glassplinters en te
voorkomen dat de vloeibare kristallen in de monitor in aanraking komen met uw
huid, ogen of mond.
De batterij
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
• Neem in acht dat de batterij na gebruik heet kan zijn.
• Laad de batterij niet op als de omgevingstemperatuur lager is dan 0°C of hoger
dan 40°C, want dit kan beschadiging of een functiestoring tot gevolg hebben.
• Wanneer u afwijkingen, zoals overmatige hitte, rook of een ongebruikelijke geur
vanaf de batterij opmerkt, stop dan onmiddellijk met het gebruik van de batterij en
neem contact op met uw leverancier of met een door Nikon geautoriseerde
servicevertegenwoordiger.
• Nadat u de batterij uit de camera of optionele batterijlader verwijdert heeft, dient u
de batterij ter bescherming in een plastic tas etc. te doen.
De batterij opladen
Controleer het batterijniveau voordat u de camera gaat gebruiken en laad de batterij
zo nodig op.
• Laad de batterij voor gebruik binnenshuis op bij een omgevingstemperatuur
tussen 5°C en 35°C.
• Een hoge temperatuur van de batterij kan ertoe leiden dat de batterij niet goed of
niet helemaal wordt opgeladen en de prestaties ervan negatief worden beïnvloed.
Neem in acht dat de batterij na gebruik heet kan zijn; wacht tot de batterij
afgekoeld is voordat deze opgeladen wordt.
Wanneer de batterij die in deze camera is geplaatst wordt geladen met behulp van
de lichtnetlaadadapter of een computer, wordt de batterij niet geladen bij
batterijtemperaturen lager dan 0°C of hoger dan 50°C.
• Verwijder de batterij uit de lader zodra ze volledig is opgeladen. Doet u dat niet,
dan is dat nadelig voor de prestaties van de batterij.
• De temperatuur van de batterij kan tijdens het opladen toenemen. Dit is echter
geen functiestoring.
Reservebatterijen bij de hand houden
Neem waar mogelijk volledig geladen reservebatterijen mee wanneer u foto's wilt
maken van belangrijke gebeurtenissen.
Technische opmerkingen
133
Gebruik van de batterij bij koud weer
Bij koud weer neemt de batterijcapaciteit gewoonlijk af. Als een lege batterij bij lage
temperatuur wordt gebruikt, schakelt de camera niet in. Houd reservebatterijen bij
de hand op een warme plaats en verwissel ze zo nodig. Een koude batterij die weer
op temperatuur is gekomen, kan soms een deel van de lading terugkrijgen.
Aansluitingen van de batterij
Vuil op de aansluitingen van de batterij kan voorkomen dat de camera werkt. Als de
aansluitingen van de batterij vuil zijn, veeg deze dan voor gebruik met een schone,
droge schoon.
Een lege batterij opladen
Als u de camera aan- of uitzet terwijl de batterij leeg is, kan dit de gebruiksduur van
de batterij verkorten. Laad de batterij voor gebruik op.
De batterij opbergen
• Verwijder altijd de batterij uit de camera of de optionele batterijlader als het
apparaat niet wordt gebruikt. Zelfs als het apparaat niet wordt gebruikt, worden er
geringe hoeveelheden stroom van de batterij verbruikt. Dit kan ertoe leiden dat de
batterij zover leeg raakt dat deze niet meer kan worden gebruikt.
• Laad de batterij tenminste eenmaal per zes maanden op en maak de batterij
volledig leeg voordat u deze weer opbergt.
• Stop de batterij ter bescherming in een plastic tas en bewaar deze op een koele plek.
De batterij moet worden bewaard op een droge plek met een omgevingstemperatuur
van 15°C tot 25°C. Bewaar de batterij niet op hete of extreem koude plekken.
Gebruiksduur batterij
Als de tijd die nodig is voordat een volledig opgeladen batterij leeg is aanzienlijk
afneemt bij gebruik op kamertemperatuur betekent dit dat de batterij moet worden
vervangen. Koop een nieuwe batterij.
Gebruikte batterijen recyclen
Vervang de batterij als deze niet meer kan worden opgeladen. Gebruikte batterijen
bevatten kostbare grondstoffen. Recycle gebruikte batterijen volgens de plaatselijke
voorschriften voor klein chemisch afval.
De lichtnetlaadadapter
• De lichtnetlaadadapter EH-71P/EH-73P is enkel bedoeld voor gebruik met compatibele
toestellen. Gebruik hem niet met een apparaat van een ander merk of model.
• Gebruik geen andere USB-kabel dan de UC-E21. Als u een andere USB-kabel dan de
UC-E21 gebruikt, kan dit tot oververhitting, brand of elektrische schok leiden.
• Gebruik in geen geval een lichtnetadapter van een ander merk of model dan de
lichtnetlaadadapter EH-71P/EH-73P, en gebruik geen in de handel verkrijgbare USB-
lichtnetadapter of batterijlader voor een mobiele telefoon. Als u deze waarschuwing
niet in acht neemt, kan dat leiden tot oververhitting van of schade aan de camera.
• De EH-71P/EH-73P is compatibel met stopcontacten voor 100 V-240 V AC, 50/60 Hz.
Bij gebruik in andere landen dient u eventueel een stekkeradapter (in de handel
verkrijgbaar) te gebruiken. Neem voor meer informatie over stekkeradapters contact
op met uw reisbureau.
Technische opmerkingen
134
Geheugenkaarten
Voorzorgsmaatregelen voor gebruik
• Gebruik uitsluitend SD-geheugenkaarten (Secure Digital). Zie "Goedgekeurde
geheugenkaarten" (A153) voor aanbevolen geheugenkaarten.
• Houd rekening met de voorzorgsmaatregelen die vermeld zijn in de bij uw
geheugenkaart geleverde documentatie.
• Plak geen labels of stickers op geheugenkaarten.
Formatteren
• Formatteer de geheugenkaart niet met behulp van een computer.
• De eerste keer dat u een geheugenkaart in deze camera plaatst die eerder in een
ander apparaat werd gebruikt, dient u deze kaart met deze camera te formatteren.
Het is aan te bevelen nieuwe geheugenkaarten met deze camera te formatteren
voor u ze met deze camera gebruikt.
• Let op: tijdens het formatteren van een geheugenkaart worden
alle beelden en andere gegevens op de geheugenkaart permanent
verwijderd. Maak kopieën van foto's die u wilt bewaren voordat u de
geheugenkaart gaat formatteren.
• Als het bericht Ongeformatteerde kaart. Kaart formatteren? wordt
weergegeven wanneer de camera wordt ingeschakeld, moet u de geheugenkaart
formatteren. Selecteer Nee als er gegevens zijn die u niet wilt wissen. Kopieer de
gewenste gegevens naar een computer, etc. Selecteer Ja als u de geheugenkaart
wilt formateren. Het bevestigingsvenster wordt weergegeven. Druk op de k knop
om met formatteren te beginnen.
• Voer bij het formatteren het volgende niet uit tijdens de overdracht van gegevens
of terwijl er gegevens naar de geheugenkaart worden geschreven of hiervan
worden gewist. Als deze voorzorgsmaatregel niet in acht genomen wordt, kan dit
gegevensverlies of beschadiging van de camera of de geheugenkaart tot gevolg
hebben.
- Open het deksel van het batterijvak/de geheugenkaartsleuf om de batterij of
geheugenkaart te verwijderen/plaatsen.
-Zet de camera uit.
- Ontkoppel de lichtnetadapter.
Technische opmerkingen
135
Reinigen
Gebruik geen alcohol, thinner of andere vluchtige chemicaliën.
Opslag
Verwijder de batterij als de camera voor langere tijd niet wordt gebruikt.
Haal de camera minstens eenmaal per maand uit de opslag om schimmel
te voorkomen. Schakel de camera in en druk een aantal malen op de
ontspanknop alvorens de camera weer op te bergen. Bewaar de camera niet
op een van de volgende plaatsen:
• Plaatsen die slecht geventileerd zijn of waar de luchtvochtigheid hoger is
dan 60%
• Waar het warmer wordt dan 50°C of kouder dan –10°C
• In de nabijheid van apparaten die sterke elektromagnetische velden
genereren, zoals televisie- of radiotoestellen
Om de batterij op te bergen, houdt u rekening met de voorzorgsmaatregelen
in "De batterij" (A132) in "Verzorgen van het product" (A131).
Reinigen en opslag
Objectief
Raak glazen onderdelen niet met uw vingers aan. Verwijder stof of
pluisjes met een blaasbalgje (gewoonlijk een rubberen bal met een
spuitmondje waaruit lucht wordt geblazen). Vingerafdrukken en
ander vuil dat niet met een blaasbalgje kan worden verwijderd,
kunt u met een zachte doek van het objectief vegen, waarbij u
een ronddraaiende beweging maakt vanuit het midden van het
objectief naar de randen toe. Als u het objectief op deze manier
niet kunt reinigen, veegt u het objectief schoon met een doek die
licht is bevochtigd met objectiefreiniger.
Monitor
Verwijder vuil en stof met behulp van een blaasbalgje. Verwijder
vingerafdrukken en andere vlekken van de monitor met een
zachte, droge doek, waarbij u erop let dat u geen druk op de
monitor uitoefent.
Camerabody
• Verwijder vuil, stof of zand met behulp van een blaasbalgje en
veeg de camerabody voorzichtig af met een zachte, droge doek.
• Na gebruik van de camera aan het strand of in een andere
zanderige of stoffige omgeving dient u zand, stof of zout te
verwijderen met een droge doek die licht is bevochtigd met
water. Droog de camera daarna grondig af.
Let erop dat vuil of stof in de camera schade kan
veroorzaken die niet door de garantie wordt gedekt.
Technische opmerkingen
136
Raadpleeg de onderstaande tabel als een foutmelding wordt weergegeven.
Foutmeldingen
Weergave Oorzaak/Oplossing
A
De batterijtemperatuur is
te hoog. De camera
wordt uitgeschakeld.
De camera schakelt automatisch uit.
Wacht tot de camera of batterij is
afgekoeld voordat de camera of batterij
opnieuw wordt gebruikt.
–
De camera schakelt uit
om oververhitting te
voorkomen.
Geheugenkaart
beschermd tegen
overschrijven.
De beveiligingsschakelaar is "vergrendeld".
Schuif de beveiligingsschakelaar in de
"schrijfstand".
–
Deze kaart kan niet
gebruikt worden.
Er is een fout opgetreden bij het verkrijgen
van toegang tot de geheugenkaart.
• Gebruik een goedgekeurde
geheugenkaart.
•
Controleer of de aansluitingen schoon zijn.
• Controleer of de geheugenkaart
correct is geplaatst.
7, 153
Deze geheugenkaart kan
niet gelezen worden.
Ongeformatteerde kaart.
Kaart formatteren?
De geheugenkaart is niet geformatteerd
voor gebruik in de camera.
Bij formatteren worden alle gegevens op
de geheugenkaart gewist. Als u kopieën
van foto's wilt bewaren, zorg dan dat u
Nee selecteert en sla de kopieën op een
computer of ander medium op voordat u
de geheugenkaart gaat formatteren.
Selecteer Ja en druk op de k knop om
de geheugenkaart te formatteren.
134
Geen geheugen meer.
Wis foto's of plaats een nieuwe
geheugenkaart.
7, 17
Technische opmerkingen
137
Beeld kan niet worden
opgeslagen.
Er is een fout opgetreden bij het opslaan
van de foto.
Plaats een nieuwe geheugenkaart of
formatteer de geheugenkaart of het
interne geheugen.
114
De camera kan geen nieuwe
bestandsnummers genereren.
Plaats een nieuwe geheugenkaart of
formatteer de geheugenkaart of het
interne geheugen.
114
Er is onvoldoende ruimte om de kopie op
te slaan.
Verwijder foto's van het doelmedium.
17
Beeld kan niet worden
gewijzigd.
Controleer of de foto's bewerkt kunnen
worden.
63, 145
Kan film niet opnemen.
Er is een time-out opgetreden bij het
opslaan van de film op de geheugenkaart.
Selecteer een geheugenkaart met een
hogere schrijfsnelheid.
71, 153
Eerder opgenomen
gegevens opslaan als
intervalfilm?
De camera werd uitgeschakeld tijdens
het opnemen van een intervalfilm.
• Selecteer Ja om een intervalfilm te
maken met de eerder vastgelegde foto's.
• Selecteer Nee om de onvolledige
gegevens te wissen.
–
Geheugen bevat geen
beelden.
Er staan geen foto's in het interne
geheugen of op de geheugenkaart.
• Verwijder de geheugenkaart om foto's
in het interne geheugen weer te geven.
• Om de foto's in het interne geheugen
van de camera naar de geheugenkaart
te kopiëren, drukt u op de d knop
om Kopiëren in het weergavemenu
te selecteren.
7
94
Bestand bevat geen
beeldgegevens.
Het bestand werd niet met deze camera
gemaakt of bewerkt.
Het bestand kan niet op deze camera
worden bekeken.
Bekijk het bestand op een computer of
op het apparaat waarmee dit bestand is
gemaakt of bewerkt.
–
Dit bestand kan niet
weergegeven worden.
Alle beelden zijn
verborgen.
Er zijn geen foto's beschikbaar voor een
diashow, etc.
92
Weergave Oorzaak/Oplossing
A
Technische opmerkingen
138
Dit beeld kan niet gewist
worden.
De foto is beveiligd.
Schakel de beveiliging uit.
93
Geen toegang.
De camera kon het signaal van het smart-
toestel niet ontvangen. Breng de
draadloze verbinding opnieuw tot stand.
• Druk op de Z knop.
• Houd een NFC-compatibel smart-
toestel tegen de camera.
• Selecteer Verbind. met smart app. in
het menu Wi-Fi-opties.
104, 118
Kan geen verbinding
maken.
De camera kon geen verbinding tot stand
brengen tijdens het ontvangen van de
signalen van het smart-toestel. Selecteer
een ander kanaal in Kanaal onder
Opties in het menu Wi-Fi-opties en
breng de draadloze verbinding tot stand.
104, 118
Wi-Fi-verbinding
beëindigd.
De Wi-Fi-verbinding wordt verbroken in
de volgende situaties:
• Als de signaalsterkte onvoldoende is
• Als het batterijniveau laag is
• Als een kabel of geheugenkaart
verwijderd en aangebracht werd
Gebruik een voldoende opgeladen
batterij, ontkoppel de tv, computer
en printer, en breng vervolgens de
draadloze verbinding opnieuw tot stand.
104, 118
Objectieffout. Zet de
camera uit en weer aan
en probeer het opnieuw.
Als de fout zich blijft voordoen, neemt u
contact op met de leverancier of met een
door Nikon geautoriseerde
servicevertegenwoordiger.
–
Communicatiefout
Er is een fout opgetreden tijdens de
communicatie met de printer.
Zet de camera uit en sluit de USB-kabel
opnieuw aan.
124
Systeemfout
Er is een fout opgetreden in de interne
schakelingen van de camera.
Zet de camera uit, verwijder de batterij,
plaats deze weer terug en zet de camera
aan. Als de fout zich blijft voordoen,
neemt u contact op met de leverancier
of met een door Nikon geautoriseerde
servicevertegenwoordiger.
140
Weergave Oorzaak/Oplossing
A
Technische opmerkingen
139
* Raadpleeg de documentatie van uw printer voor meer instructies en informatie.
Printerfout: controleer
printerstatus
Los het probleem op, selecteer
Hervatten en druk op de k knop om
het printen te hervatten.*
–
Printerfout: controleer
papier.
Plaats het gespecificeerde papierformaat,
selecteer Hervatten en druk op de k
knop om het printen te hervatten.*
–
Printerfout:
papierstoring.
Verwijder het vastgelopen papier,
selecteer Hervatten en druk op k om
het printen te hervatten.*
–
Printerfout: geen papier.
Plaats het gespecificeerde papierformaat,
selecteer Hervatten en druk op de k
knop om het printen te hervatten.*
–
Printerfout: controleer
inkt.
Er is een probleem met de inkt van de
printer.
Controleer de inkt, selecteer Hervatten
en druk op de k knop om het printen te
hervatten.*
–
Printerfout: geen inkt.
Controleer de inktcartridge, selecteer
Hervatten en druk op de k knop om
het printen te hervatten.*
–
Printerfout: beschadigd
bestand.
Er is een probleem met het te printen
beeldbestand.
Selecteer Annuleren en druk op de k
knop om het printen te annuleren.
–
Weergave Oorzaak/Oplossing
A
Technische opmerkingen
140
Als de camera niet naar behoren functioneert, raadpleeg dan eerst het
volgende overzicht met de meest voorkomende problemen voordat u zich tot
de leverancier of tot een door Nikon erkende servicedienst wendt.
Problemen met voeding, monitor, instellingen
Problemen oplossen
Probleem Oorzaak/Oplossing A
De camera is
ingeschakeld,
maar reageert
niet.
• Wacht totdat de opname beëindigd is.
• Als het probleem zich blijft voordoen, zet u de
camera uit.
Als de camera niet uitschakelt, verwijder dan
de batterij of batterijen en plaats ze terug, of,
als u een lichtnetadapter gebruikt, koppel de
lichtnetadapter dan los en sluit hem vervolgens
weer aan.
Merk op dat ondanks het feit dat alle gegevens die
op dat moment worden opgenomen verloren
zullen gaan, gegevens die al werden geregistreerd
niet beïnvloed zullen worden door het
verwijderen of loskoppelen van de stroombron.
–
De camera kan
niet worden
aangezet.
De batterij is leeg. 7, 8, 133
De camera gaat
zonder
waarschuwing uit.
• De camera wordt automatisch uitgeschakeld om
energie te besparen (functie Automatisch uit).
• De camera en batterij werken mogelijk niet goed
bij lage temperaturen.
• De binnenkant van de camera is te warm
geworden. Laat de camera uitgeschakeld totdat
de binnenkant van de camera is afgekoeld en
probeer de camera dan weer in te schakelen.
14
132
–
De monitor geeft
niets weer.
• De camera staat uit.
• De camera wordt automatisch uitgeschakeld om
energie te besparen (functie Automatisch uit).
• Het flitserlampje knippert terwijl de flitser geladen
wordt. Wacht tot het opladen voltooid is.
• De camera is aangesloten op een tv of computer.
• De camera en het smart-toestel zijn verbonden
via een Wi-Fi-verbinding en de camera wordt
bediend via de afstandsbediening.
10
14
–
–
–
De camera wordt
warm.
Het is mogelijk dat de camera warm wordt bij het
langdurig opnemen van films of versturen van
foto's resp. bij gebruik van de camera in een warme
omgeving; dit is geen storing.
–
Technische opmerkingen
141
De geplaatste
batterij kan niet
worden
opgeladen.
• Controleer alle aansluitingen.
• Als de camera op een computer is aangesloten, is
het mogelijk dat de camera niet oplaadt om een
van de onderstaande redenen.
- Uit is ingesteld voor Opladen via computer
in het setup-menu.
- Het opladen van de batterij stopt als de
camera wordt uitgeschakeld.
- Het opladen van de batterij is niet mogelijk als de
taal, datum en tijd van de camera niet zijn
ingesteld, of als de datum en tijd zijn gereset door
een lege batterij van de cameraklok. Gebruik de
lichtnetlaadadapter om de batterij op te laden.
- Het opladen van de batterij kan stoppen als de
slaapstand van de computer ingeschakeld wordt.
- Afhankelijk van de specificaties, instellingen en
status van de computer kan de batterij
mogelijk niet worden opgeladen.
8
76, 115
–
10, 11
–
–
De monitor is niet
goed af te lezen.
• Pas de helderheid van de monitor aan.
• De monitor is vies. Reinig de monitor.
108
135
O knippert op
het scherm.
• Als de klok van de camera niet is ingesteld,
knippert O op het opnamescherm en worden
foto's en films die worden opgeslagen voordat
de klok wordt ingesteld respectievelijk van de
datum "00/00/0000 00:00" en "01/01/2015 00:00"
voorzien. Stel de correcte tijd en datum voor
Tijdzone en datum in het setup-menu in.
• De cameraklok is niet zo nauwkeurig als
gebruikelijke horloges of klokken. Vergelijk de tijd
van de cameraklok regelmatig met die van een
nauwkeuriger uurwerk en pas de tijd zo nodig aan.
4, 106
Datum en tijd van
de opname zijn
onjuist.
Er worden geen
aanduidingen op
de monitor
weergegeven.
Info verbergen is geselecteerd voor Foto-
informatie in Monitorinstellingen in het setup-
menu.
108
Datumstempel
niet beschikbaar.
Tijdzone en datum zijn niet ingesteld in het
setup-menu.
106
Datum wordt
niet op foto's
weergegeven,
zelfs wanneer
Datumstempel
ingeschakeld is.
• De huidige opnamestand ondersteunt geen
Datumstempel.
• Er is een functie ingesteld die voor een beperking
van de datumstempel zorgt.
• De datum kan niet op films worden weergegeven.
110
56
–
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen
142
Opnameproblemen
Het instelscherm
voor de datum en
tijd wordt
weergegeven als
de camera wordt
ingeschakeld.
De klokbatterij is leeg; alle standaardwaarden zijn
hersteld.
10, 11
De standaard-
waarden zijn
hersteld.
De camera maakt
geluid.
Als een instelling wordt geselecteerd in de
Autofocus-stand of bij bepaalde opnamestanden
kan de camera een scherpstelgeluid produceren.
19, 88,
101
Kan geen menu
selecteren.
• Sommige functies kunnen niet worden gebruikt
in combinatie met andere menu-opties.
• Sommige menu's zijn niet beschikbaar wanneer
een Wi-Fi-verbinding tot stand is gebracht.
Verbreek de Wi-Fi-verbinding.
56
119
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Kan niet naar de
opnamestand
schakelen.
Maak de HDMI- of USB-kabel los. 121
Kan geen foto's of
filmopnames
maken.
• Als de camera in de weergavestand staat, drukt u op
de c knop, de ontspanknop of de b (e) knop.
• Als menu's worden weergegeven, drukt u op
d knop.
• Het flitserlampje knippert terwijl de flitser
geladen wordt.
• De batterij is leeg.
1, 16
76
41
7, 8, 133
De camera kan
niet scherpstellen.
• Het onderwerp is te dicht bij. Probeer te
fotograferen met de automatische scènekeuze, de
onderwerpstand Close-up of de macro-stand.
• Er kan moeilijk op het onderwerp worden
scherpgesteld.
• Stel AF-hulplicht in het setup-menu in op
Automatisch.
• Zet de camera uit en weer aan.
23, 26,
45
54
111
–
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen
143
De foto's zijn
wazig.
• Gebruik de flitser.
• Verhoog de ISO-waarde.
• Stel Foto VR in bij het maken van foto's. Stel
Film VR in bij een filmopname.
• Gebruik een statief om de camera stevig neer te
zetten (hierbij tegelijkertijd de zelfontspanner
gebruiken is nog effectiever).
41
84
102,
111
43
Foto's die met
flitslicht zijn
gemaakt bevatten
heldere vlekken.
Het flitslicht wordt weerkaatst door deeltjes in de
lucht. Stel de flitsstand op W (uit) in.
41
Flitser treedt niet
in werking.
• De flitsstand is op W (uit) ingesteld.
• Er is een onderwerpstand geselecteerd waarbij
de flitser niet in werking kan treden.
• Er is een functie ingesteld die voor een beperking
van de flitser zorgt.
41
50
56
De digitale zoom
kan niet gebruikt
worden.
•
Digitale zoom
is ingesteld op
Uit
in het setup-menu.
• Digitale zoom kan niet in bepaalde
opnamestanden gebruikt worden of bij het gebruik
van bepaalde instellingen in andere functies.
112
57, 112
Beeldmodus
niet beschikbaar.
Er is een functie ingesteld die voor een beperking
van de Beeldmodus zorgt.
56
Geen geluid
wanneer de
sluiter ontspant.
Uit is geselecteerd voor Sluitergeluid in
Geluidsinstellingen in het setup-menu. Bij
sommige opnamestanden en instellingen is geen
geluid hoorbaar, zelfs wanneer Aan geselecteerd is.
112
AF-
hulpverlichting
licht niet op.
Uit is geselecteerd voor AF-hulplicht in het setup-
menu. De AF-hulpverlichting licht mogelijk niet op
afhankelijk van het scherpstelveld of de
geselecteerde opnamestand, zelfs wanneer
Automatisch geselecteerd is.
111
Er lijken vegen op
de foto's te zitten.
Het objectief is vies. Reinig het objectief. 135
Kleuren zijn
onnatuurlijk.
De witbalans of kleurtoon is niet correct afgesteld. 26, 80
Er verschijnen
willekeurige
heldere pixels
("ruis") in de foto.
Het onderwerp is donker, de sluitertijd is te kort of
de ISO-waarde is te hoog. Ruis kan verminderd
worden door:
• De flitser te gebruiken
• Een lagere ISO-waarde in te stellen
41
84
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen
144
Foto's zijn te
donker
(onderbelicht).
• De flitsstand is op W (uit) ingesteld.
• Het flitsvenster is afgedekt.
• Het onderwerp is buiten het bereik van de flitser.
• Pas de belichtingscompensatie aan.
• Verhoog de ISO-waarde.
• Het onderwerp is gefotografeerd met tegenlicht.
Selecteer de onderwerpstand Tegenlicht of stel
de flitsstand op X (invulflits) in.
41
12
150
47, 49
84
24, 41
Foto's zijn te licht
(overbelicht).
Pas de belichtingscompensatie aan. 47, 49
Onverwachte
resultaten als de
flitser is ingesteld op
V
(automatisch
met rode-
ogenreductie).
Gebruik een andere onderwerpstand dan
Nachtportret en verander de flitsstand naar een
andere instelling dan V (automatisch met rode-
ogenreductie) en probeer opnieuw een foto te
maken.
22, 41
Huidtinten
worden niet
verzacht.
• Onder bepaalde opname-omstandigheden
worden huidtinten van het gezicht mogelijk
niet verzacht.
• Probeer voor foto's met 4 of meer gezichten
Huid verzachten onder Glamour-
retouchering in het weergavemenu.
54
66
Het opslaan van
foto's kost tijd.
Het kan zelfs langer duren om foto's op te slaan
onder de volgende omstandigheden:
• Als de ruisreductiefunctie geactiveerd is, zoals bij
het fotograferen in een donkere omgeving
• Als de flitsstand is ingesteld op V (automatisch
met rode-ogenreductie)
• Als foto's worden gemaakt in de volgende
onderwerpstanden
- Uit de hand in Nachtlandschap
- HDR ingesteld op Aan in Tegenlicht
- Uit de hand in Nachtportret
- Eenvoudig panorama
• Als bij het fotograferen de functie huid
verzachten wordt toegepast
• Als de continu-opnamestand wordt gebruikt
–
42
24
24
25
30
54
82
Er verschijnt
een ringvormige
strook of
regenboogkleurige
streep op de
monitor of foto's.
Als een onderwerp van achter wordt verlicht of
wanneer een opname wordt gemaakt met een
extreem heldere lichtbron (zoals de zon) in beeld, is
het mogelijk dat een ringvormige strook of
regenboogkleurige strepen (beeldschaduwen) in
het beeld verschijnen. Verander de positie van de
lichtbron of zorg dat deze buiten beeld valt en
probeer nogmaals om de opname te maken.
–
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen
145
Weergaveproblemen
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Bestand kan niet
worden
weergegeven.
• Deze camera kan mogelijk geen foto's weergeven
die met een digitale camera van een ander merk
of model zijn gemaakt.
• Deze camera kan geen films weergeven die met
een digitale camera van een ander merk of
model zijn gemaakt.
• Deze camera kan mogelijk geen gegevens
weergeven die op een computer bewerkt zijn.
–
Kan niet op beeld
inzoomen.
• Zoomweergave kan niet worden gebruikt bij films.
• Deze camera kan mogelijk niet inzoomen op
foto's die met een digitale camera van een ander
merk of model zijn gemaakt.
–
Foto's kunnen
niet worden
bewerkt.
• Sommige foto's kunnen niet worden bewerkt.
Foto's die reeds bewerkt zijn, kunnen mogelijk
niet opnieuw bewerkt worden.
• Er is onvoldoende vrije ruimte op de
geheugenkaart of in het interne geheugen.
• Deze camera kan geen foto's bewerken die met
andere camera's zijn gemaakt.
• De bewerkingsfuncties die voor foto's worden
gebruikt, zijn niet beschikbaar voor films.
32, 63
–
–
–
Foto kan niet
worden gedraaid.
Deze camera kan geen foto's draaien die met een
digitale camera van een ander merk of model zijn
gemaakt.
–
Foto's worden
niet op tv
weergegeven.
• De camera is op een computer of printer
aangesloten.
• De geheugenkaart bevat geen foto's.
• Verwijder de geheugenkaart om foto's in het
interne geheugen weer te geven.
–
–
7
Nikon Transfer 2
wordt niet gestart
wanneer de
camera wordt
aangesloten op
een computer.
• De camera staat uit.
• De batterij is leeg.
• De USB-kabel is niet correct aangesloten.
• De camera wordt niet herkend door de computer.
• De computer is niet zodanig ingesteld dat Nikon
Transfer 2 automatisch wordt gestart. Voor meer
informatie over Nikon Transfer 2 raadpleegt u de
help in ViewNX 2.
–
12
121,
128
–
–
Technische opmerkingen
146
Het PictBridge
opstartscherm
wordt niet
weergegeven
wanneer de
camera op
een printer
aangesloten is.
Bij sommige PictBridge-compatibele printers wordt
het PictBridge opstartscherm mogelijk niet
weergegeven en kunnen foto's mogelijk niet
afgedrukt worden indien Automatisch is ingesteld
als Opladen via computer in het setup-menu. Stel
Opladen via computer in op Uit en sluit de
camera weer op de printer aan.
115
De te printen
foto's worden niet
weergegeven.
• De geheugenkaart bevat geen foto's.
• Verwijder de geheugenkaart om foto's in het
interne geheugen af te drukken.
–
7
Kan het
papierformaat
niet selecteren in
de camera.
Papierformaat kan niet worden gekozen vanuit de
camera in de volgende gevallen, zelfs niet bij
printen met een PictBridge-compatibele printer.
Selecteer het papierformaat met de printer.
• De via de camera gespecificeerde papierformaten
worden niet door de printer ondersteund.
• De printer selecteert het papierformaat
automatisch.
–
Probleem Oorzaak/Oplossing A
Technische opmerkingen
147
De namen van foto's of films zijn op de volgende manier opgebouwd.
Bestandsnaam: DSCN
0001 .JPG
(1) (2) (3)
Bestandsnamen
(1) Identificatie
NIet weergegeven op het scherm van de camera.
• DSCN: Originele foto's, films, foto's gemaakt met de
filmbewerkingsfunctie
• SSCN: Kleine kopieën
• RSCN: Uitgesneden kopieën
• FSCN: Foto's gemaakt met een andere
fotobewerkingsfunctie dan uitsnede en kleine afbeelding,
films gemaakt met de filmbewerkingsfunctie.
(2) Bestands-
nummer
Wordt toegewezen in oplopende volgorde, van "0001" tot
"9999".
(3) Extensie
Duidt het bestandsformaat aan.
• .JPG: Foto's
• .MOV: Films
Technische opmerkingen
148
De beschikbaarheid kan per land of regio verschillen.
Zie onze website of brochures voor de meest recente informatie.
Optionele accessoires
Batterij-
lader
Batterijlader MH-66
Een volledige lege batterij wordt opgeladen in circa 1 uur en
50 minuten.
Lichtnet-
adapter
Lichtnetadapter EH-62G
(aansluiten als weergegeven)
Zorg ervoor dat het snoer van de voedingsaansluiting correct in
de gleuf van de voedingsaansluiting gestoken wordt voordat de
lichtnetadapter in de gleuf van het batterijvak gestoken wordt. Zorg
bovendien ervoor dat het snoer van de voedingsaansluiting correct in
de gleuf van het batterijvak gestoken wordt voordat het deksel van
het batterijvak/de kaartgleuf gesloten wordt. Als een deel van het
snoer niet in de gleuven zit, kunnen het deksel en/of snoer
beschadigd raken als het deksel wordt gesloten.
Technische opmerkingen
149
Nikon COOLPIX S7000 Digitale camera
Specificaties
Type
Digitale compactcamera
Aantal effectieve pixels
16,0 miljoen (door beeldverwerking kan het aantal
effectieve pixels afnemen)
Beeldsensor
1
/2,3-inch CMOS; circa 16,76 miljoen pixels
Objectief
NIKKOR-objectief met 20× optische zoom
Brandpuntsafstand
4,5–90,0 mm (beeldhoek equivalent aan die van een
25–500 mm objectief bij kleinbeeldformaat [135])
f/-waarde
f/3.4–6.5
Opbouw
12 elementen in 10 groepen (1 ED objectiefelement)
Vergroten met digitale
zoom
Tot 4× (beeldhoek equivalent aan die van een ong.
2000 mm objectief in kleinbeeldformaat [135])
Vibratiereductie
Objectiefverschuiving (foto's)
Objectiefverschuiving en elektronische VR (films)
Autofocus (AF)
Contrastdetectie-AF
Scherpstelbereik
• [W]: Circa 30 cm–∞,
[T]: Circa 2 m–∞
• Macro-stand: Circa 1 cm–∞ (groothoekstand)
(Alle afstanden gemeten vanaf het midden van het
voorste objectiefoppervlak)
Selectie scherpstelveld
Gezichtprioriteit, handmatig met 99 scherpstelvelden,
centrum, onderwerp volgen, AF met doelopsporing
Monitor
7,5 cm (3-inch), circa 460.000 beeldpunten, TFT
LCD-monitor met anti-reflectiecoating en
helderheidsaanpassing met 5 niveaus
Beelddekking
(opnamestand)
Circa 99% horizontaal en verticaal (vergeleken met
werkelijke beeld)
Beelddekking
(weergavestand)
Circa 99% horizontaal en verticaal (vergeleken met
werkelijke beeld)
Technische opmerkingen
150
Opslag
Media
Intern geheugen (circa 20 MB),
SD/SDHC/SDXC geheugenkaart
Bestandssysteem
DCF en Exif 2.3-compatibel
Bestandsformaten
Foto's: JPEG
Films: MOV (video: H.264/MPEG-4 AVC, Audio:
LPCM stereo)
Beeldformaat
(pixels)
• 16M (Hoog) [4608×3456P]
• 16M [4608×3456]
• 8M [3264×2448]
• 4M [2272×1704]
• 2M [1600×1200]
• VGA [640×480]
• 16:9 [4608×2592]
• 1:1 [3456×3456]
ISO-waarde
(standard uitgangswaarde)
• ISO 125–1600
• ISO 3200, 6400 (beschikbaar bij gebruik van
autostand)
Belichting
Lichtmetingsstand
Matrixmeting, centrumgerichte meting (digital
zoom minder dan 2×), spotmeting (digital zoom 2×
of meer)
Belichtingsregeling
Geprogrammeerde automatische
belichtingscompensatie
(–2,0 – +2,0 LW in stappen van
1
/3 LW)
Sluiter
Mechanische en CMOS elektronische sluiter
Snelheid
•
1
/1500–1 s
•
1
/4000 s (maximale snelheid tijdens HS-continu-
opname)
• 4 s (onderwerpstand Vuurwerk)
Diafragma
Selectie elektronisch geregeld ND-filter (–2 AV)
Bereik
2 stappen (f/3.4 en f/6.8 [W])
Zelfontspanner
Er kan worden gekozen tussen 10 s en 2 s
Flitser
Bereik (circa)
(ISO-waarde: Auto)
[W]: 0,5–2,8 m
[T]: 2,0 m
Flitserregeling
TTL auto flitser met monitorvoorflitsen
Technische opmerkingen
151
Interface
USB-aansluiting
USB-microaansluiting (gebruik geen andere USB-
kabel dan de UC-E21), Hi-Speed USB
• Ondersteunt Direct Print (PictBridge)
HDMI-uitgangsaansluiting
HDMI-microaansluiting (type D)
Wi-Fi (draadloos LAN)
Standaards
IEEE 802.11b/g/n (standaard draadloos LAN protocol)
Bereik (zichtlijn)
Circa 10 m
Bedrijfsfrequentie
2412–2462 MHz (1–11 kanalen)
Datasnelheden
(gemeten waarden)
IEEE 802.11b: 5 Mbps
IEEE 802.11g: 15 Mbps
IEEE 802.11n: 15 Mbps
Beveiliging
OPEN/WPA2
Toegangsprotocollen
Infrastructuur
Ondersteunde talen
Arabisch, Bengaals, Bulgaars, Chinees (Vereenvoudigd
en Traditioneel), Deens, Duits, Engels, Fins, Frans,
Grieks, Hindi, Hongaars, Indonesisch, Italiaans, Japans,
Koreaans, Marathi, Nederlands, Noors, Oekraïens,
Perzisch, Pools, Portugees (Europees en Braziliaans),
Roemeens, Russisch, Servisch, Spaans, Tamil, Telugu,
Thai, Tsjechisch, Turks, Vietnamees, Zweeds
Voedingsbronnen
Een Oplaadbare Li-ion batterij EN-EL19 (meegeleverd)
Lichtnetadapter EH-62G (afzonderlijk verkrijgbaar)
Oplaadtijd
Circa 1 u 50 min (bij gebruik van lichtnetlaadadapter
EH-71P/EH-73P en wanneer de batterij leeg is)
Gebruiksduur batterij
1
Foto's
Circa 210 opnamen als EN-EL19 wordt gebruikt
Films (werkelijke
gebruiksduur van de
batterij voor opnemen)
2
Circa 40 min. als EN-EL19 wordt gebruikt
Statiefaansluiting
1/4 (ISO 1222)
Afmetingen (B × H × D)
Circa 99,5 × 60,0 × 27,4 mm (exclusief uitstekende delen)
Gewicht
Circa. 161 g (met batterij en geheugenkaart)
Bedrijfsomgeving
Temperatuur
0°C–40°C
Vochtigheid
85% of lager (niet-condenserend)
Technische opmerkingen
152
• Tenzij anders wordt vermeld, wordt er bij alle getallen uitgegaan van een
camera met een volledig opgeladen batterij en een omgevingstemperatuur
van 23±3°C, zoals gespecificeerd door de CIPA (Camera and Imaging Products
Association; Vereniging voor camera- en beeldvormingsproducten).
1
De gebruiksduur van de batterij kan afwijken afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden, zoals het opname-interval of de tijd dat menu's en
beelden worden weergegeven.
2
Afzonderlijke filmbestanden kunnen niet groter dan 4 GB of langer dan
29 minuten zijn. Als de cameratemperatuur te hoog wordt, kan de filmopname
worden beëindigd voordat de grenswaarden zijn bereikt.
Oplaadbare Li-ion batterij EN-EL19
Lichtnetlaadadapter EH-71P/EH-73P
• Nikon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele fouten in deze
handleiding.
• Het uiterlijk en de specificaties van dit product kunnen zonder kennisgeving
worden gewijzigd.
Type Oplaadbare Li-ion batterij
Nominaal vermogen DC 3,7 V, 700 mAh
Bedrijfstemperatuur 0°C–40°C
Afmetingen (B × H × D) Circa 31,5 × 39,5 × 6 mm
Gewicht Circa 14,5 g
Invoer
EH-71P
AC 100–240 V, 50/60 Hz, MAX 0.2 A
EH-73P
AC 100–240 V, 50/60 Hz, MAX 0.14 A
Uitvoer DC 5,0 V, 1,0 A
Bedrijfstemperatuur 0°C–40°C
Afmetingen (B × H × D) Circa 55 × 22 × 54 mm (exclusief stekkeradapter)
Gewicht
EH-71P
Circa 48 g (exclusief stekkeradapter)
EH-73P
Circa 51 g (exclusief stekkeradapter)
Technische opmerkingen
153
Goedgekeurde geheugenkaarten
De volgende Secure Digital (SD) geheugenkaarten zijn getest en goedgekeurd
voor gebruik in deze camera.
• Voor het opnemen van films wordt een geheugenkaart aanbevolen met een
SD-snelheidsklasse van 6 of hoger. Als een geheugenkaart met een lagere
snelheidsklasse wordt gebruikt, kan de filmopname plotseling worden
onderbroken.
• Neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over bovenvermelde
kaarten. We kunnen de prestaties van de camera niet garanderen wanneer
geheugenkaarten van andere fabrikanten worden gebruikt.
• Als u een kaartlezer gebruikt, controleer dan of deze compatibel is met uw
geheugenkaart.
Informatie over handelsmerken
• Windows is een gedeponeerd handelsmerk of handelsmerk van
Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
• Adobe, het Adobe logo en Reader zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in de Verenigde
Staten en/of andere landen.
• SDXC, SDHC, en SD logo's zijn handelsmerken van SD-3C, LLC.
• PictBridge is een handelsmerk.
• HDMI, het HDMI logo en High-Definition Multimedia Interface zijn
handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC.
• Wi-Fi en het Wi-Fi logo zijn handelsmerken resp. geregistreerde
handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
• Android en Google Play zijn handelsmerken of geregistreerde
handelsmerken van Google, Inc.
SD-
geheugenkaart
SDHC-geheugenkaart
SDXC-
geheugenkaart
SanDisk 2 GB 4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB, 128 GB
TOSHIBA – 4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB
Panasonic 2 GB 4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB
Lexar – 4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB 64 GB, 128 GB
Technische opmerkingen
154
• De N-Mark is een handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van NFC
Forum, Inc. in de Verenigde Staten en in andere landen.
• Alle andere handelsnamen die in deze handleiding of in andere
documentatie bij uw Nikon product worden vermeld, zijn de
handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectieve
eigenaars.
AVC Patent Portfolio License
Dit product is gelicentieerd onder de AVC Patent Portfolio License voor
het persoonlijk en niet-commercieel gebruik door een consument om (i)
video te coderen in overeenstemming met de AVC-standaard ("AVC-
video") en/of (ii) AVC-video te decoderen die door een consument werd
gecodeerd in het kader van een persoonlijke en niet-commerciële
activiteit en/of werd verkregen van een videoleverancier die over een
licentie beschikt om AVC-video aan te bieden. Er wordt geen licentie
verleend of gesuggereerd voor enig ander gebruik. Voor meer informatie
kunt u terecht bij MPEG LA, L.L.C.
Zie http://www.mpegla.com.
FreeType Licentie (FreeType2)
• Delen van deze software zijn beschermd door het auteursrecht © 2012
The FreeType Project (http://www.freetype.org). Alle rechten
voorbehouden.
MIT Licentie (HarfBuzz)
• Delen van deze software zijn beschermd door het auteursrecht © 2015
The HarfBuzz Project (http://www.freedesktop.org/wiki/Software/
HarfBuzz). Alle rechten voorbehouden.
155
Technische opmerkingen
Symbolen
A Autostand ........................... 12, 19, 21
x Stand automatische scènekeuze
..................................................................... 22, 23
W Tegenlichtstand...................... 22, 24
y Onderwerpstand ................ 22
n Korte filmvoorstelling ................... 38
u Stand speciale effecten
.............................................................................. 33
F Slim portret-stand.......................... 35
X Nachtlandschapstand ........ 22, 24
c Weergavestand................................ 16
C Stand sorteer op datum............. 60
g (telestand)................................................ 15
f (groothoekstand)............................. 15
i Zoomweergave.................................. 58
h Miniatuurweergave...................... 59
j Help........................................................... 23
m Flitsstand.................................................. 41
n Zelfontspanner................................. 43
p Macro-stand ....................................... 45
o Belichtingscompensatie............ 49
Z WiFi-knop.............. 2, 117, 118, 120
c Weergaveknop............................ 2, 16
b (e filmopname) knop
............................................................... 2, 20, 69
k Knop selectie toepassen................ 2
d Menuknop
.......................................... 2,
33, 68, 76, 126
l Wissen-knop....
......
................. 2, 17, 62
Y N-Mark................................. 2, 118, 120
A
Aanduiding intern geheugen
................................................................... 3, 5, 12
Aantal opnamen...................................... 89
Aantal resterende opnamen........... 79
AF met doelopsporing............... 52, 86
Afdrukken ........................... 122, 125, 126
AF-hulplicht.......................................... 1, 111
AF-veldstand............................................... 85
Autofocus ........................ 54, 71, 88, 101
Autofocus-stand .......................... 88, 101
Automatisch flitsen............................... 42
Automatisch met rode-
ogenreductie............................................. 42
Automatisch uit............................. 14, 113
Autostand..................................... 12, 19, 21
B
Batterij ....................................... 7, 8, 11, 152
Batterijlader......................................... 9, 148
Batterijvak ............................................ 7, 148
Batterijvergrendeling............................... 7
Beeld draaien.............................................. 93
Beeld terugspelen................................ 108
Beeldformaat.............................................. 78
Beeldkwaliteit............................................. 78
Beeldmodus................................................ 78
Beeldsnelheid ......................................... 103
Belichtingscompensatie........... 47, 49
Bestandsnamen..................................... 147
Beveiligen ..................................................... 93
Beveiligingsinstellingen....... 104, 119
Bewolkt.......................................................... 80
C
Camera-aan-lampje.......................... 1, 10
Centrum........................................................ 86
Close-up k........................................ 22, 26
Compressieverhouding...................... 78
Computer ...................................... 122, 128
Conformiteitsmarkering .................. 116
Continu........................................................... 82
Index
156
Technische opmerkingen
Creatieve schuifbalk ............................. 46
Cross-process o.................................... 33
D
Daglicht......................................................... 80
Datum en tijd................................. 10, 106
Datumformaat............................... 10, 106
Datumstempel........................................ 110
Deksel aansluiting................................. 1, 8
Deksel batterijvak/kaartsleuf.......... 2, 7
Deksel voedingsaansluiting
..................................................................... 2, 148
Diafragmawaarde .................................... 15
Diashow......................................................... 92
Dierenportret automatisch
ontspannen................................................. 27
Digitale zoom.................................. 15, 112
Direct print.................................... 122, 124
D-Lighting ................................................... 64
Draadloos LAN ........................................ 117
E
Eenvoudig panorama p......... 22, 30
Eenvoudig panorama weergeven
.............................................................................. 32
EH-71P/EH-73P ...................................... 152
EN-EL19....................................................... 152
Enkelvoudig ................................................ 82
Enkelvoudige AF.......................... 88, 101
F
Film VR ......................................................... 102
Filmmenu ............................................ 76, 97
Filmopties..................................................... 97
Films bewerken ............................... 73, 74
Films opnemen............................... 20, 69
Firmware-versie...................................... 116
Flitser.................................................. 1, 41, 80
Flitser uit ....................................................... 42
Flitserlampje.......................................... 2, 41
Flitsstand .............................................. 41, 42
Formatteren........................................ 7, 114
Foto VR.......................................................... 111
Foto's bewerken....................................... 63
Foto's kopiëren ........................................ 94
Foto’s opslaan tijdens filmopname
.............................................................................. 72
Foto-informatie...................................... 108
Fotoselectie................................................ 96
Fulltime-AF....................................... 88, 101
Functies die niet tegelijkertijd
gebruikt kunnen worden................... 56
G
Geheugenkaart.......................... 134, 153
Geheugenkaarten formatteren
...................................................................... 7, 114
Geheugenkaartsleuf................................. 7
Geluidsinstellingen .............................. 112
Gezichtprioriteit........................................ 85
Gezichtsdetectie...................................... 53
Glamour-retouchering ............... 35, 66
Glimlachtimer ............................................ 36
Gloeilamplicht.......................................... 80
Groothoekstand....................................... 15
H
Half indrukken............................................ 15
Handmatig instellen.............................. 81
HDMI-kabel................................... 122, 123
HDMI-microaansluiting................ 1, 121
HDR.................................................................. 24
Helderheid ...................................... 47, 108
Helemaal indrukken .............................. 15
Help................................................................... 23
Histogram.................................................... 47
Hoofdschakelaar................................. 1, 10
Hoogcontrast mono. F .................... 33
HS-continu................................................... 82
HS-film................................................ 98, 100
157
Technische opmerkingen
Huid verzachten............................. 54, 66
Huidige instellingen.......................... 104
I
In-/uitzoomen............................................. 15
Intern geheugen......................................... 7
Intern geheugen formatteren..... 114
Interval............................................................ 89
Intervalfilm N .................................. 22, 28
Invulflits......................................................... 42
ISO-waarde ................................................. 84
K
Kalenderweergave ................................. 59
Keuzeknop...................................... 1, 12, 19
Kleine afbeelding..................................... 67
Kleurtoon ..................................................... 48
Knipperdetectie....................................... 90
Knopgeluid................................................ 112
Korte filmvoorstelling........................... 38
L
Laadlampje............................................... 2, 8
Lader........................................................ 9, 148
Landschap c............................................ 22
Lange sluitertijd....................................... 42
Levendigheid............................................ 48
Lichtnetadapter......................... 121, 148
Lichtnetlaadadapter.......... 8, 133, 152
Luidspreker................................................ ii, 1
M
Macro-stand............................................... 45
Markeren voor Wi-Fi-upload
.................................................................. 91, 120
Menu WiFi-opties............ 76, 104, 119
Microfoon (stereo)...................................... 1
Miniatuurweergave ...................... 16, 59
Monitor............................................. 2, 3, 135
Monitorinstellingen............................ 108
Multi-selector..................... 2, 16, 20, 76
N
Nachtlandschapstand................ 22, 24
Nachtportret e.............................. 22, 25
NFC................................................ 2, 118, 120
Nikon Transfer 2..................................... 129
N-Mark......................................... 2, 118, 120
Nostalgisch sepia P ................... 33
O
Objectief.................................... 1, 135, 149
Objectiefbescherming............................. 1
Onderwerp volgen....................... 86, 87
Onderwerpstand..................................... 22
Ontspanknop................................ 1, 13, 15
Oogje voor camerariem ......................... 1
Oplaadbare Li-ion batterij .............. 152
Opladen via computer ...................... 115
Opname......................................................... 19
Opnamemenu........................ 76, 78, 80
Opnamestand............................................ 19
Opties .......................................................... 104
Optionele accessoires...................... 148
Optische zoom.......................................... 15
P
Papierformaat ............................. 125, 126
Party/binnen f.............................. 22, 25
PictBridge....................................... 122, 124
Pop l.......................................................... 33
Portret b ...................................................... 22
Portret van huisdier O............... 22, 27
Pre-scherpstelling .................................. 88
Printer............................................... 122, 124
R
Reeksweergaveopties................. 61, 95
Resterende filmopnametijd
.................................................................... 69, 70
Riem................................................................ ii, 1
Rode-ogencorrectie .............................. 65
158
Technische opmerkingen
S
Schemering/dageraad i................. 22
Schermvullende weergave.............. 58
Scherpstelaanduiding..................... 3, 13
Scherpstelling................................... 52, 85
Scherpstelveld........................................... 52
Scherpstelvergrendeling.................... 55
SD-geheugenkaart.................. 134, 153
Selectieve kleur I................................. 33
Setup-menu.................................... 76, 106
Slim portret-menu........................ 76, 89
Slim portret-stand................................... 35
Slow motion films opnemen
.................................................................. 98, 100
Sluitergeluid.................................... 89, 112
Sluitertijd ........................................................ 15
Sneeuw z................................................... 22
Snel retoucheren.................................... 64
Sneleffecten....................................... 16, 63
Speelgoedcamera-effect 1 m...... 33
Speelgoedcamera-effect 2 n..... 34
Spiegelen b.............................................. 34
Sport d................................................. 22, 25
Stand automatische scènekeuze
..................................................................... 22, 23
Stand sorteer op datum.................... 60
Stand speciale effecten....................... 33
Standaardinstellingen herstellen
.......................................................................... 104
Standaardwaarden............................... 116
Statiefaansluiting............................. 2, 151
Strand Z...................................................... 22
T
Taal ................................................................. 114
Tegenlichtstand ............................. 22, 24
Tekstinvoer................................................ 105
Telestand........................................................ 15
Televisies......................................... 122, 123
Tijdsverschil .............................................. 106
Tijdzone............................................... 11, 106
Tijdzone en datum..................... 10, 106
Tl-licht............................................................. 80
U
Uitsnede............................................... 58, 68
Uploaden vanaf camera ...... 104, 120
USB-kabel..................... 8, 122, 124, 128
USB-microaansluiting.............. 1, 8, 121
V
Vast bereik automatisch.................... 84
Verbinding maken met smart-
toestellen ....................................... 104, 118
ViewNX 2........................................ 122, 128
Voedsel u............................................ 22, 26
Volume ........................................................... 73
Vooropnamecache ....................... 82, 83
Vuurwerk m ...................................... 22, 26
W
Weergave...................................................... 16
Weergavemenu............................... 76, 91
Weergavestand......................................... 16
WiFi-knop................................... 2, 117, 118
WiFi-verbinding verbreken
............................................................... 104, 119
Windruisreductie .................................. 103
Wissen.................................................... 17, 62
Witbalans ..................................................... 80
Z
Zacht O............................................... 33
Zelf-collage......................................... 37, 89
Zelfontspanner ........................................ 43
Zelfontspannerlampje................... 1, 44
Zomertijd .................................. 10, 11, 106
Zonsondergang h............................... 22
Zoomknop.............................................. 1, 15
Zoomweergave............................... 16, 58
6MN5261F-02
FX6A02(1F)
Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of
gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of
besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke
toestemming van NIKON CORPORATION.
© 2015 Nikon Corporation
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178

Nikon COOLPIX S7000 Referentie gids

Type
Referentie gids