25
Beknopte gebruiksaanwijzing
Ingebruikneming
Is het transportbeveiligingsmateriaal
verwijderd (zie pagina 8/9)?
De belangrijkste handelingen bij het in
gebruik nemen van het apparaat zijn
als volgt:
1. Watertoevoerslang op het apparaat
en op de waterkraan aansluiten en
de waterkraan openen.
2. Waterafvoerslang in een afvoer of
dergelijke inrichting hangen en be-
vestigen.
3. Stekker in een geaard stopcontact
steken.
Voor het schoonmaken van de
trommel en kuip adviseren wij een
normaal programma voor witte was
zonder voorwas uit te voeren. Vul
een
1
/
2
maatbeker wasmiddel in de
wastrommel en plaats voor deze
reiniging geen enkel stuk wasgoed
in de machine. Aansluitend kunt u
de wasmachine volgens de voor-
schriften in de gebruiksaanwijzing
in gebruik nemen.
Zo kunt u wassen...
4. De vuldeur openen en de voorge-
sorteerde was in de machine plaat-
sen.
5. Wasmiddel in de wasmiddellade
vullen en de lade terugschuiven.
6. Programmakeuzeknop naar het ge-
wenste programma draaien. Het
apparaat is ingeschakeld. In het
multidisplay wordt de programma-
duur, en in de indicatie van het pro-
grammaverloop worden de
programmastappen weergegeven.
7. Druk de toetsen voor de extra func-
ties “Voorwas/Extra kort/Vlekken/
Spoelen +” naar wens in.
8. Verminder eventueel het centrifuge-
toerental of kies “Spoelstop”.
9. Wanneer het programma later moet
starten, stelt u de starttijdkeuze in,
max. 24 uur.
10.Pas nu kunt u het apparaat starten
door op de toets “Start/pauze” te
drukken. Het programma wordt ver-
der automatisch uitgevoerd. Wan-
neer de spoelstopfunctie is
ingeschakeld, blijft de was aan het
einde van het programma in het
laatste spoelwater liggen. (Op de in-
dicatie van het programmaverloop
brandt het lampje Spoelstop.)
Let daarom op, dat na programma's
met spoelstop voor het openen van
de deur altijd eerst het laatste
spoelwater wordt weggepompt.
Draai de programmakeuzeknop
daarom naar “Pompen” en druk
vervolgens op de toets “Start/pau-
ze” (water wordt zonder centrifuge-
ren weggepompt); of
druk op de toets “Start/pauze”
(het water wordt weggepompt en
het wasgoed wordt gecentrifu-
geerd met het toerental dat voor het
gekozen programma was bedoeld).
11.Deur openen. Pas wanneer in de in-
dicatie van het programmaverloop
“Einde” wordt weergegeven, kunt u
de vuldeur openen en de was uit de
machine nemen.
12.Na het einde van het programma
draait u de programmakeuzeknop
op “Uit”. Het apparaat is uitgescha-
keld.
13.Wanneer er niet meer wordt ge-
wassen, sluit u de waterkraan. Laat
de vuldeur op een kier open staan,
zodat de trommel kan drogen.