IKEA RDW45 Handleiding

Type
Handleiding
Inhoud
Veiligheidsinformatie 71
Beschrijving van het product 72
Bedieningspaneel 73
Afwasprogramma's 75
Bediening van het apparaat 76
De waterontharder instellen 76
Gebruik van zout voor de afwasautomaat
77
Gebruik van glansspoelmiddel 78
De afwasautomaat inruimen 79
Gebruik van vaatwasmiddelen 80
Een afwasprogramma selecteren en starten
82
Onderhoud en reiniging 82
Problemen oplossen 84
Technische gegevens 86
Montage 87
Aansluiting aan de waterleiding 87
Aansluiting aan het elektriciteitsnet 88
Milieubescherming 88
IKEA GARANTIE 89
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
Lees voor uw eigen veiligheid en correc-
te werking van het apparaat eerst deze
handleiding aandachtig door, alvorens het
apparaat te installeren. Bewaar deze in-
structies altijd bij het apparaat, zelfs wan-
neer u deze verplaatst of verkoopt. Gebrui-
kers moeten volledig op de hoogte zijn van
de bediening en veiligheidsfuncties van het
apparaat.
Gebruik conform de voorschriften
Het apparaat is uitsluitend ontworpen
voor huishoudelijk gebruik.
Gebruik het apparaat alleen om huishou-
delijk keukengerei dat geschikt is voor af-
wasmachines, schoon te maken.
Doe geen oplosmiddelen in het apparaat.
Pas op voor explosiegevaar.
Plaats de messen en alle voorwerpen met
scherpe punten met de punt naar beneden
in de bestekmand. Als dat niet past, leg ze
dan horizontaal op het bovenrek.
Gebruik alleen merkproducten voor afwas-
machines (afwasmiddel, zout, glansspoel-
middel).
Als u de deur opent als het apparaat in
werking is, kan er hete stoom ontsnappen.
Gevaar voor brandwonden.
Neem geen serviesgoed uit de afwasma-
chine voordat het afwasprogramma is af-
gelopen.
Haal, als het afwasprogramma is afgelo-
pen, de stekker uit het stopcontact en
draai de waterkraan dicht.
Alleen een bevoegde servicemonteur mag
dit apparaat repareren. Gebruik alleen
originele reserveonderdelen.
Voer de reparaties niet zelf uit om letsel en
schade aan het apparaat te voorkomen.
Neem altijd contact op met de lokale klan-
tenservice.
Algemene veiligheid
Mensen (met inbegrip van kinderen) met
beperkte lichamelijke, zintuiglijke of ver-
standelijke vermogens of gebrek aan er-
varing en kennis mogen dit apparaat niet
gebruiken. Zij moeten onder toezicht staan
of instructies krijgen over het gebruik van
dit apparaat van iemand die verantwoor-
delijk is voor hun veiligheid.
Volg de veiligheidsinstructies van de af-
wasmiddelfabrikant op om brandwonden
aan ogen, mond en keel te voorkomen.
Drink geen water uit de afwasmachine. Er
kan afwasmiddel in uw apparaat achter-
gebleven zijn.
Sluit de deur altijd als u het apparaat niet
gebruikt om letsel te voorkomen. Boven-
dien struikelt u zo niet over de deur.
Ga niet op de open deur zitten of staan.
NEDERLANDS 71
Veiligheid van kinderen
Alleen volwassenen mogen dit apparaat
gebruiken. Kinderen moeten in de gaten
gehouden worden om te voorkomen dat
zij met het apparaat gaan spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de
buurt van kinderen. Gevaar voor verstik-
king.
Bewaar alle afwasmiddelen op een veilge
plaats. Laat kinderen de afwasmiddelen
niet aanraken.
Houd kinderen uit de buurt van de afwas-
machine als de deur open staat.
Installatie
Controleer of het apparaat niet is bescha-
digd tijdens het vervoer. Sluit een bescha-
digd apparaat niet aan. Neem, indien no-
dig, contact op met de leverancier.
Verwijder de verpakking vóór de eerste in-
gebruikneming.
Een gekwalificeerd en bekwaam persoon
moet de elektrische installatie uitvoeren.
Een gekwalificeerd en bekwaam persoon
moet het loodgieterswerk uitvoeren.
Wijzig de specificaties van dit product niet
en verander dit product niet. Gevaar voor
letsel en schade aan het apparaat.
Het apparaat niet gebruiken:
als de hoofdkabel of waterslangen be-
schadigd zijn,
als het bedieningspaneel, werkblad of
plint zodanig beschadigd zijn, dat u bij
het inwendige van het apparaat kan ko-
men.
Als u twijfelt, neem dan contact op met de
klantenservice. Zie de lijst met klantenser-
viceafdelingen aan het einde van de
handleiding.
Boor niet in de zijkanten van het apparaat
om schade aan de hydraulische en elektri-
sche onderdelen te voorkomen.
Waarschuwing! Volg nauwkeurig de
instructies op voor de elektrische en
wateraansluitingen.
Beschrijving van het product
1
2
4
5
6
7
8
9
3
NEDERLANDS 72
1 Bovenkorf
2 Waterhardheidsknop
3 Zoutreservoir
4 Afwasmiddeldoseerbakje
5 Glansmiddeldoseerbakje
6 Typeplaatje
7 Filters
8 Onderste sproeiarm
9 Bovenste sproeiarm
Bedieningspaneel
1 Aan-/uit-toets
2 Toets programmakeuze/annuleren (SELECT/CANCEL)
3 Indicatielampjes
4 Indicatielampjes programma
Indicatielampjes
Het indicatielampje gaat aan wanneer het
afwasprogramma is afgelopen. Hulpfuncties:
Niveau van de waterontharder.
In-/uitschakelen van de geluidssignalen.
Er klinkt een geluidssignaal als het appa-
raat een storing heeft.
1)
Het indicatielampje gaat aan wanneer het
zoutreservoir bijgevuld moet worden. Zie
hoofdstuk 'Gebruik van zout voor de vaat-
wasser'.
Het indicatielampje voor zout blijft enkele
uren aan, maar heeft geen ongewenst effect
op de werking van het apparaat.
1) Het indicatielampje is uit als het programma loopt.
NEDERLANDS 73
Toets programmakeuze/annuleren
Gebruik de toets programmakeuze/annule-
ren voor deze handelingen:
Het instellen van het afwasprogramma.
Zie hoofdstuk 'Een afwasprogramma se-
lecteren en starten '.
Het instellen van de waterontharder. Zie
hoofdstuk 'De waterontharder instellen'.
Het in-/uitschakelen van de geluidssigna-
len. Zie hoofdstuk 'Geluidssignalen'.
Het annuleren van een lopend afwaspro-
gramma. Zie hoofdstuk 'Een afwaspro-
gramma selecteren en starten '.
Instelmodus
Het apparaat staat in de instelmodus als alle
programmacontrolelampjes uit zijn en het
lampje Einde programma knippert.
Het apparaat moet in de instelmodus staan
voor de volgende handelingen:
Selecteren van een afwasprogramma.
Het waterontharderniveau instellen.
In- of uitschakelen van de geluidssignalen.
Als een programmalampje aan is, annuleer
dan het programma om terug te keren naar
de instelmodus. Zie het hoofdstuk 'Een af-
wasprogramma selecteren en starten'.
Programmalampjes A en B
In aanvulling op de keuze van het bijbeho-
rende afwasprogramma, hebben deze lamp-
jes extra functies:
Op welke stand de waterontharder is in-
gesteld.
In- en uitschakelen van de geluidssignalen.
Geluidssignalen
U kunt een geluidssignaal waarnemen:
Aan het einde van het wasprogramma.
Als het apparaat een storing heeft.
Activering van de geluidssignalen is fabrieks-
matig ingesteld.
De geluidssignalen kunnen worden uitge-
schakeld aan de hand van de volgende
stappen:
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus
staat.
3. Houd de toets programmakeuze/annule-
ren ingedrukt totdat het programma-
lampje A gaat knipperen en programma-
lampje B continu gaat branden.
4. Druk nogmaals op de toets programma-
keuze/annuleren.
Programmalampjes A gaat branden.
Het programma-indicatielampje B be-
gint te knipperen.
5. Wacht tot programmalampje A uit gaat.
Het programma-indicatielampje B blijft
knipperen.
Het controlelampje Einde gaat bran-
den.
Er klinken geluidssignalen.
6. Druk nogmaals op de toets programma-
keuze/annuleren.
Het controlelampje Einde gaat uit.
De geluidssignalen gaan uit.
7. Schakel het apparaat uit om de hande-
ling op te slaan.
De geluidssignalen kunnen worden ingescha-
keld aan de hand van de volgende stappen:
1. Voer de bovengenoemde procedure uit
totdat het controlelampje Einde gaat
branden.
NEDERLANDS 74
Afwasprogramma's
Afwasprogramma's
Programma
Mate van
vervuiling
Soort ser-
viesgoed
Beschrijving programma
Intensief
Sterk ver-
vuild
Servies-
goed, be-
stek en
pannen
Voorwas
Hoofdwas tot 70°C
2 tussentijdse spoelgangen
Laatste spoelgang
Drogen
Normaal
Normaal
vervuild
Servies-
goed, be-
stek en
pannen
Voorwas
Hoofdwas tot 65°C
2 tussentijdse spoelgangen
Laatste spoelgang
Drogen
Snel
1)
Normaal
of licht
vervuild
Servies-
goed en
bestek
Hoofdwas tot 60°C
Laatste spoelgang
Eco
2)
Normaal
vervuild
Servies-
goed en
bestek
Voorwas
Hoofdwas tot 50°C
1 tussentijdse spoelgang
Laatste spoelgang
Drogen
Spoelstop
Alles
Gedeelte-
lijke lading
(later op
de dag
verder te
vullen)
1 koude spoelgang (om te voorkomen
dat voedselresten kunnen aankoeken).
Vaatwasmiddel is met dit programma
niet nodig.
1) Dit is een perfect dagelijks programma voor een halfvolle lading. Ideaal voor een familie bestaande uit vier personen
die alleen het serviesgoed en het bestek van de ochtend- en avondmaaltijd in de machine wil laden.
2) Testprogramma voor testinstanties. Dit is het zuinige afwasprogramma. Raadpleeg de apart bijgeleverde
documentatie voor testgegevens. Alleen in 3 talen beschikbaar (Engels, Frans, Duits) voor testdoeleinden.
Verbruikswaarden (voor volledige afwascyslus)
Programma Programmaduur
(minuten)
Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (liter)
65-75 1,5-1,7 18-20
100-110 1,4-1,5 18-20
30 0,8 8
1)
120-130 0,8-0,9 12-13
NEDERLANDS 75
Programma Programmaduur
(minuten)
Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (liter)
11 0,1 5
1) De duur van dit wasprogramma is vooraf ingesteld (langer) dan de andere programma's door de langere droog- en
afwasfases.
De druk en de temperatuur van het wa-
ter, de variaties in stroomtoevoer en de
hoeveelheid serviesgoed kunnen deze waar-
den veranderen.
Bediening van het apparaat
Zie de volgende instructies voor elke stap
van de procedure:
1. Controleer of het niveau van de water-
ontharder juist is voor de waterhardheid
in uw omgeving. Stel, indien nodig, de
waterontharder in.
2. Vul het zoutreservoir met zout voor af-
wasmachines.
3. Vul het glansmiddeldoseerbakje met
glansmiddel.
4. Plaats bestek en serviesgoed in de af-
wasmachine.
5. Stel het juiste programma in voor het type
lading en mate van vervuiling.
6. Vul het afwasmiddeldoseerbakje met de
juiste hoeveelheid afwasmiddel.
7. Start het afwasprogramma.
Als u afwasmiddeltabletten gebruikt, zie
hoofdstuk 'Gebruik van vaatwasmidde-
len '.
De waterontharder instellen
De waterontharder verwijdert mineralen en
zouten van de watertoevoer. Mineralen en
zouten kunnen een negatieve invloed heb-
ben op de werking van het apparaat.
De waterhardheid wordt gemeten in de vol-
gende gelijkwaardige schalen:
Duitse graden (dH°).
Franse graden (°TH).
mmol/l (millimol per liter - een internatio-
nale eenheid voor de hardheid van water).
•Clarke.
Stel de waterontharder af op de waterhard-
heid in uw omgeving. Neem, indien nodig,
contact op met het lokale waterschap.
Waterhardheid Instelling waterhardheid
°dH °TH mmol/l Clarke handmatig elektronisch
51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 64 - 88 2 10
43 - 50 76 - 90 7,6 - 9,0 53 - 63 2 9
37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 46 - 52 2 8
29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 36 - 45 2 7
23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 28 - 35 2 6
NEDERLANDS 76
Waterhardheid Instelling waterhardheid
°dH °TH mmol/l Clarke handmatig elektronisch
19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 23 - 27 2 5
15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 18 - 22 1 4
11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 13 - 17 1 3
4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 5 - 12 1 2
< 4 < 7 < 0,7 < 5
1
1)
1
1)
1) Geen zout nodig.
U moet de waterontharder handmatig
en elektronisch instellen.
Handmatige afstelling
Het apparaat in in de fabriek ingesteld op
stand 2.
1
2
Zet de schakelaar
op stand 1 of 2.
Elektronische aanpassing
De waterontharder is fabrieksmatig inge-
steld op niveau 5.
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus
staat.
3. Druk op de toets programmakeuze/an-
nuleren en houd deze ingedrukt.
4. Laat de toets programmakeuze/annule-
ren los nadat het programmalampje A
gaat knipperen en programmalampje B
continu gaat branden.
5. Wacht tot programmalampje B uit gaat.
Het programma-indicatielampje A be-
gint te knipperen.
Het controlelampje einde programma
begint te knipperen.
6. Druk een keer op de toets programma-
keuze/annuleren.
Het programma-indicatielampje A be-
gint te knipperen.
De instelfunctie van de waterontharder
is geactiveerd.
Het lampje 'einde programma' knip-
pert om het niveau van de wateront-
harder aan te geven.
Voorbeeld: 5 keer knipperen, pauze, 5
keer knipperen, pauze, enz... = niveau
5.
7. Druk een keer op de toets programma-
keuze/annuleren om de stand van de
waterontharder te verhogen.
8. Druk op de aan-/uit-toets om de hande-
ling op te slaan.
Gebruik van zout voor de afwasautomaat
Let op! Gebruik alleen zout voor
afwasmachines. Andere soorten zout die
niet geschikt zijn voor afwasmachines kunnen
schade toebrengen aan de waterontharder.
NEDERLANDS 77
1 2
3
Vul het zoutreservoir
met 1 liter water (al-
leen bij het eerste
gebruik).
4
Vul het zoutreservoir
met 1,5-1,7 kg zout.
Gebruik de bijgele-
verde zouttrechter.
5
Zorg dat er geen
zout buiten het zout-
reservoir terecht-
komt.
6
Het is normaal dat er water uit het zout-
reservoir stroomt wanneer u dit vult met
zout.
Gebruik van glansspoelmiddel
Let op! Gebruik alleen
merkglansmiddelen voor
afwasmachines.
Voer deze stappen uit om het glansmiddel-
doseerbakje bij te vullen:
1
2
3
-
M
A
X
1
2
3
4
+
-
4
5
-
M
A
X
1
2
3
4
+
-
A
Vul bij als de glans-
middelindicator ( A)
helder wordt.
NEDERLANDS 78
Let op! Vul het glansmiddeldoseer-
bakje nooit met andere middelen (bijv.
afwasmachinereinigingsmiddel, vloeibaar
afwasmiddel). Dit kan het apparaat be-
schadigen.
Stel de glansmiddeldosering in
De glansmiddeldo-
sering is fabrieksma-
tig ingesteld op ni-
veau 3.
Lees om de dosis te
verhogen of te ver-
lagen 'Problemen
oplossen'
De afwasautomaat inruimen
Handige aanwijzingen en tips
Let op! Gebruik het apparaat alleen
voor huishoudelijk keukengerei dat
geschikt is voor afwasmachines.
Gebruik het apparaat niet om voorwerpen
die water kunnen opnemen (sponzen, huis-
houddoekjes, enz.) te reinigen.
Volg deze stappen voordat u serviesgoed
en bestek laadt:
Verwijder alle voedselresten en vuil
Laat aangebakken voedselresten eerst
inweken.
Volg deze stappen terwijl u serviesgoed
en bestek laadt:
Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes,
glazen en pannen) met de opening naar
beneden.
Zorg er voor dat het water niet in het re-
servoir of een diepe pan kan verzame-
len.
Zorg er voor dat serviesgoed en bestek
niet in elkaar liggen.
Zorg er voor dat serviesgoed en bestek
elkaar niet overlappen.
Zorg er voor dat glazen andere glazen
niet aanraken.
Leg kleine voorwerpen in de bestek-
mand.
Voorwerpen van kunststof en pannen met
teflon hebben de neiging waterdruppels
vast te houden. Voorwerpen van kunststof
drogen niet zo goed als porselein en sta-
len voorwerpen.
Leg lichte voorwerpen in het bovenrek.
Zorg er voor dat de voorwerpen niet ver-
schuiven.
Let op! Zorg er voor dat de
sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien
voordat u een afwasprogramma start.
Waarschuwing! Sluit altijd de deur
nadat u het apparaat vult of leeg haalt.
Een geopende deur kan gevaarlijk zijn.
1
Dekschalen en grote
deksels moeten
langs de rand van
het rek worden ge-
rangschikt.
2
NEDERLANDS 79
3
U kunt de rijen met
punten in het onder-
rek laten zakken om
ruimte te maken
voor potten, pannen
en schalen.
Gebruik het bestekrooster. Als het roos-
ter niet gebruikt kan worden door de af-
metingen van het bestek, verwijder het dan.
Plaats het serviesgoed zo dat het water er
aan alle kanten bij kan komen (links). Klap
de kopjesrekken omhoog voor langere
voorwerpen (rechts).
Hoogteverstelling van het bovenrek
Als u grote borden in het onderrek plaatst,
moet u eerst het bovenrek in de hoogste
stand zetten.
Maximale hoogte van borden in:
•Bovenrek.
Bovenste stand: 20 cm.
Onderste stand: 24 cm.
Onderste korf.
Bovenste stand: 31 cm.
Onderste stand: 27 cm.
Volg deze stappen om het bovenrek in de
bovenste stand te zetten:
1. Trek het rek tot de aanslag naar buiten.
2. Til beide kanten voorzichtig op totdat het
mechanisme vastklikt en het rek stabiel is.
1
2
Volg deze stappen om het bovenrek in de
onderste stand te zetten:
1. Trek het rek tot de aanslag naar buiten.
2. Til de beide kanten naar boven.
3. Houd het mechanisme vast en laat het
dan langzaam terugzakken.
Let op!
Til het rek nooit aan één kant op. Dit
geldt ook voor het laten zakken.
Als het rek zich in de hoogste stand be-
vindt, kunnen er geen kopjes in de kopjes-
rekken geplaatst worden.
Gebruik van vaatwasmiddelen
Gebruik alleen afwasmiddelen (poeder,
vloeibaar of tablet) die geschikt zijn
voor afwasmiddelen.
Volg de gegevens op de verpakking op:
Dosering aanbevolen door de fabrikant.
Aanbevelingen omtrent opslag.
NEDERLANDS 80
Gebruik niet meer dan de juiste hoeveelheid
afwasmiddel om het milieu te sparen.
1
2
3
Vul het afwasmid-
delbakje met afwas-
middel.
Plaats een kleine
hoeveelheid van het
afwasmiddel in de
binnenkant van de
deur van het appa-
raat als het afwas-
programma een
voorwasfase heeft.
4
5
Gebruik van afwasmiddeltabletten
Doe het afwasmiddeltablet in het afwasmid-
deldoseerbakje.
Afwasmiddeltabletten bevatten:
afwasmiddel
glansmiddel
andere schoonmaakmiddelen.
Volg deze stappen om afwasmiddeltabletten
te gebruiken:
1. Zorg er voor dat de afwasmiddeltablet-
ten geschikt zijn voor de waterhardheid
in uw omgeving. Zie de instructies van de
fabrikant.
2. Stel het laagste niveau in voor de water-
hardheid en de glansmiddeldosering.
Het is niet nodig om het zoutreservoir en
het glansmiddeldoseerbakje te vullen.
Volg deze stappen als de droogresultaten
niet naar wens zijn:
1. Vul het glansmiddeldoseerbakje met
glansmiddel.
2. Stel de dosering van het glansmiddel in
op stand 2.
Volg deze stappen om opnieuw
afwasmiddelpoeder te gebruiken:
1. Vul het zoutreservoir en het glansmiddel-
doseerbakje.
2. Stel de waterontharder in op het hoogste
niveau.
3. Draai een wasprogramma zonder ser-
viesgoed.
4. Stel de waterontharder af. Zie hoofdstuk
'De waterontharder instellen'.
5. Stel de glansmiddeldosering af.
Verschillende merken afwasmiddel heb-
ben een ander oplostraject. Sommige
afwasmiddeltabletten geven niet het beste
reinigingsresultaat tijdens korte waspro-
gramma's. Gebruik lange wasprogramma's
als u afwasmiddeltabletten gebruikt om het
afwasmiddel volledig te verwijderen.
NEDERLANDS 81
Een afwasprogramma selecteren en starten
Selecteer het afwasprogramma met de
deur enigszins geopend. Het afwaspro-
gramma start pas nadat u de deur gesloten
hebt. Tot dat moment kunnen de instellingen
nog worden gewijzigd.
Voer deze handelingen uit om een afwas-
programma in te stellen en te starten:
1. Schakel het apparaat in.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus
staat.
3. Druk nogmaals op de toets programma-
keuze/annuleren om het afwasprogram-
ma in te stellen. Zie het hoofdstuk "Was-
programma's".
Het programmalampje gaat branden.
4. Sluit de deur.
Het wasprogramma start automatisch.
Wanneer het afwasprogramma wordt
uitgevoerd, kunt u het programma niet
wijzigen. Annuleer het afwasprogramma.
Waarschuwing! Onderbreek of
annuleer een afwasprogramma alleen
als dit nodig is.
Let op! Open de deur voorzichtig. Er
kan hete stoom vrijkomen.
Annuleren van een afwasprogramma
1. Druk op de toets programmakeuze/an-
nuleren en houd deze ca. 3 seconden in-
gedrukt.
Het programmalampje gaat uit.
Het controlelampje einde programma
begint te knipperen.
2. Laat de toets programmakeuze/annule-
ren los om het afwasprogramma te annu-
leren.
Nu kunt u de volgende stappen uitvoeren:
1. Het apparaat uitschakelen.
2. Een nieuw afwasprogramma selecteren.
Vul het afwasmiddelbakje met afwasmiddel
voordat u een nieuw afwasprogramma in-
stelt.
Een afwasprogramma onderbreken
Open de deur.
Het programma stopt.
Sluit de deur.
Het programma gaat verder vanaf het
punt dat het was onderbroken.
Einde van het afwasprogramma
Schakel het apparaat onder de volgende
omstandigheden uit:
Het apparaat stopt automatisch.
De geluidssignalen voor het programma-
einde zijn hoorbaar.
1. Open de deur.
Het controlelampje Einde gaat bran-
den.
Het programmalampje blijft branden.
2. Druk op de Aan-/uittoets.
3. Wanneer u de deur van de afwasauto-
maat een paar minuten op een kier laat
staan voordat u het serviesgoed uit de
machine haalt, bereikt u betere droogre-
sultaten.
Laat de borden afkoelen voordat u deze uit
het apparaat neemt. Hete borden zijn ge-
voelig voor beschadigingen.
De lading verwijderen
Verwijder eerst voorwerpen van het on-
derrek en dan van het bovenrek.
Er kan water liggen aan de zijkanten en
op de deur van het apparaat. Roestvrij
staal koelt sneller af dan borden.
Onderhoud en reiniging
Waarschuwing! Schakel het apparaat
uit voordat u de filters schoon maakt.
De filters reinigen
Belangrijk! Gebruik het apparaat niet
zonder filters. Zorg dat de filters op de juiste
wijze worden geïnstalleerd. Een onjuiste
installatie levert onbevredigende
wasresultaten en schade aan het apparaat
op.
NEDERLANDS 82
1 2
A
C
B
Reinig de filters A, B
en C onder stromend
water.
3
2
1
Draai de hand-
greep ongeveer
1/4-slag naar links
en verwijder de fil-
ters B en C.
4
A
Verwijder het platte
filter A van de bo-
dem van het appa-
raat.
5
A
D
Plaats het platte fil-
ter A terug in de bo-
dem van het appa-
raat. Plaats het plat-
te filter juist terug
onder de twee ge-
leiders D.
6
1
2
Zet het filtersysteem
op zijn plaats. Om
het filtersysteem te
vergrendelen, draait
u de handgreep
rechtsom totdat de-
ze vastklikt.
Belangrijk! Probeer niet de sproeiarmen te
verwijderen.
Als etensresten de openingen in de sproeiar-
men hebben verstopt, verwijder deze dan
met een cocktailprikker.
Als de afwasmachine langere tijd niet
wordt gebruikt
Volg deze stappen als u het apparaat lange-
re tijd niet gebruikt:
1. Haal de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Laat de deur op een kier staan om on-
aangename geurtjes te voorkomen.
4. Houd de binnenkant van het apparaat
schoon (vooral de filters).
Schoonmaken van de buitenkant
Reinig de buitenoppervlakken van de machi-
ne en het bedieningspaneel met een vochti-
ge zachte doek. Gebruik alleen neutrale af-
wasmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, tri-
chloroethyleen enz).
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Let op! Installeer het apparaat niet op
een plek waar de temperatuur onder de
0 °C komt. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor schade door vorst.
Als dit niet mogelijk is, leeg het apparaat en
sluit de deur. Haal de watertoevoerslagn los
en verwijder het water in de watertoevoers-
lang.
NEDERLANDS 83
Problemen oplossen
Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking.
Als er een storing is, probeer dan eerst het probleem zelf op te lossen. Als u niet zelf het pro-
bleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de serviceafdeling.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Voortdurend
knipperen van
het controle-
lampje program-
ma bezig.
Onderbroken
geluidssignaal.
1 keer knipperen
van het controle-
lampje Einde.
Storing:
De afwasmachine
wordt niet gevuld
met water.
De waterkraan is verstopt of aan-
gezet met kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open.
Het filter in de watertoevoerslang
is geblokkeerd.
Maak het filter schoon.
De aansluiting van de watertoe-
voerslang is niet juist. De slang
kan geknakt of ingedeukt zijn.
Zorg er voor dat de aansluiting
juist is.
Voortdurend
knipperen van
het controle-
lampje program-
ma bezig.
Onderbroken
geluidssignaal.
2 keer knipperen
van het controle-
lampje einde
programma.
Storing:
Het afwaswater
wordt niet afge-
voerd.
De gootsteenafvoer is geblok-
keerd.
Ontstop de gootsteenafvoer.
De aansluiting van de wateraf-
voerslang is niet juist. De slang
kan geknakt of ingedeukt zijn.
Zorg er voor dat de aansluiting
juist is.
NEDERLANDS 84
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Voortdurend
knipperen van
het controle-
lampje program-
ma bezig.
Onderbroken
geluidssignaal.
3 keer knipperen
van het controle-
lampje einde
programma.
Storing:
De anti-overstro-
mingsinrichting is
geactiveerd.
Draai de kraan dicht en neem contact op met de klantenservice.
Storing:
Het programma
begint niet.
De deur van het apparaat is niet
gesloten.
Sluit de deur.
De stekker zit niet in het stopcon-
tact.
Steek de stekker in het stopcon-
tact.
De zekering in de meterkast is
doorgebrand.
Vervang de zekering.
Sluit het apparaat aan na de controle. Het programma gaat verder vanaf het punt dat het
was onderbroken. Als de storing opnieuw verschijnt, neemt u contact op met de klantenservi-
ce.
Als de afwasresultaten slecht zijn:
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De borden zijn
niet schoon
Het geselecteerde afwasprogram-
ma is niet geschikt voor het type la-
ding en mate van vervuiling.
Stel een ander afwasprogramma in.
De rekken zijn niet goed gevuld, zo-
dat het water er niet aan alle kanten
bij kan.
Vul de rekken op de juiste manier.
De sproeiarmen kunnen niet vrij
draaien als gevolg van een onjuiste
plaatsing van het serviesgoed.
Zorg ervoor dat het bestek en het
servies de sproeiarmen niet blokke-
ren.
De filters zijn vuil of niet juist ge-
plaatst.
Zorg ervoor dat de filters schoon zijn
en op de juiste manier geïnstalleerd.
Er is te weinig of geen afwasmiddel
gebruikt.
Zorg ervoor dat de hoeveelheid af-
wasmiddel in het afwasmiddelbakje
voldoende is.
NEDERLANDS 85
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er zitten kalk-
resten op de
borden
Het zoutreservoir is leeg. Vul het zoutreservoir met zout.
De waterontharder is ingesteld op
het verkeerde niveau.
Stel de waterontharder in.
De dop van het zoutreservoir zit niet
goed dicht.
Zorg ervoor dat het zoutreservoir
goed gesloten is.
Het servies-
goed is nat en
dof
Er is geen glansmiddel gebruikt. Stel de glansmiddeldosering in.
Het glansmiddeldoseerbakje is leeg. Vul het glansmiddeldoseerbakje.
De glazen en
borden verto-
nen strepen,
melkachtige
vlekken of een
blauwzweem
Verkeerde dosering glansmiddel. Verminder de glansmiddeldosering.
Opgedroogde
waterdruppels
op de glazen
en de borden
Verkeerde dosering glansmiddel. Verhoog de dosering van het glans-
middel.
Het afwasmiddel kan de oorzaak
zijn.
Gebruik een ander soort afwasmid-
del.
Technische gegevens
Afmeting Breedte (cm) 44,6
Hoogte (cm) 81,8-89,8
Diepte (cm) 55,0
Aansluiting op het elektrici-
teitsnet
Voltage 220-240V
Totale stroom 2100 W
Zekering 10A
Frequentie 50 Hz
Waterdruk
1)
Minimaal
Maximaal
0,5 bar (0,05 MPa)
8 bar (0,8 MPa)
Capaciteit (couverts) 9
Energieklasse A
Afwasklasse A
Droogklasse A
Geluid (dB(A)) 50
Gemiddeld jaarlijks energie-
verbruik (kWh)
2)
176
NEDERLANDS 86
Gemiddeld jaarlijks water-
verbruik (liter)
2)
2860
1) Als de waterleidingsdruk in uw woonplaats hoger of lager is, neem dan contact op met de klantenservice.
2) De gegevens zijn gebaseerd op het wasprogramma voor testinstituten, waarbij uitgegaan wordt van 220 cycli per
jaar.
Montage
Let op! Zie de montage-instructies om
door te gaan met de installatie.
Waarschuwing! Zorg er voor dat de
stekker uit het stopcontact is gehaald
tijdens de installatie.
Zet het apparaat op de vloer en installeer
het onder een werkblad (keukenaanrecht of
wasbak).
Als reparatie noodzakelijk is, moet het appa-
raat gemakkelijk toegankelijk zijn voor de re-
parateur.
Zet het apparaat naast een kraan en een af-
voer.
Voor de ontluchting van de afwasmachine
zijn alleen openingen voor de watertoevoer,
waterafvoer en het netsnoer noodzakelijk.
Aansluiting aan de waterleiding
Dit apparaat heeft een speciale toe-
voerslang met een waterstop (aqua-
lock).
Watertoevoerslang
Sluit het apparaat aan een hete (max. 60°)
of koude watertoevoer aan.
Gebruik een heet watertoevoer om het ener-
gieverbruik te verminderen, als het hete wa-
ter door alternatieve, milieuvriendelijkere
energiebronnen geproduceerd wordt (bijv.
zonne- of fotovoltaïsche panelen en wind).
Sluit de watertoevoerslang aan op een wa-
terkraan met een externe schroefdraad van
3/4".
Let op! Gebruik geen aansluitslangen
van een oud apparaat.
Let op! Als u het apparaat aansluit op
nieuwe leidingen of leidingen die lange
tijd niet zijn gebruikt, adviseren wij om het
water enkele minuten te laten stromen
voordat u de toevoerslang aansluit.
Waterstopslang
De toevoerslang is bestand tegen hoge druk.
De slang is bestand tegen drukwaarden van
maximaal 6 MPa. Aan de buitenkant heeft
de toevoerslang een bekleding tegen even-
tuele beschadiging. Als de binnenste slang
kapot gaat, wordt het water in de slang don-
ker. U kunt dit zien door de speciale door-
zichtige bekleding. Draai de kraan in dat ge-
val onmiddellijk dicht en neem contact op
met de klantenservice.
NEDERLANDS 87
A
B
De waterstopslang
wordt geïnstalleerd
met een veiligheids-
systeem om onbe-
doeld losdraaien te
voorkomen. Loskop-
pelen van de slang:
Druk op de hen-
del ( B).
Draai de borgring
( A) naar links.
Draai de toevoers-
lang naar links of
rechts voor de in-
stallatie. Draai de
sluitmoer goed vast
om waterlekkage te
voorkomen.
Als u een ver-
lenging van de
toevoerslang ge-
bruikt, mag de tota-
le lengte niet langer
zijn dan 4 meter.
Afvoerslang
A
Verwijder het kunst-
stofmembraan (A)
als u de wateraf-
voerslang aan een
sifon onder de goot-
steen aansluit. Als u
het membraan niet
verwijdert, kunnen
voedselresten een
verstopping in de
slang veroorzaken.
Let op! Zorg er
voor dat de
waterkoppelingen
stevig vast zitten om
waterlekkage te
voorkomen.
Aansluiting aan het elektriciteitsnet
Waarschuwing! De fabrikant is niet
verantwoordelijk, als u deze
veiligheidsmaatregelen niet opvolgt.
Aard het apparaat volgens de veiligheids-
maatregelen.
Zorg er voor dat het aangegeven voltage en
het type stroom op het typeplaatje overeen-
komen met het voltage en stroomtype van
uw lokale stroomleverancier.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schok-
bestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitin-
gen en verlengsnoeren. Gevaar voor brand.
Vervang de hoofdkabels niet zelf. Neem con-
tact op met de klantenservice.
Zorg er voor dat de stekker toegankelijk is na
de installatie.
Trek niet aan de kabel om het apparaat los
te koppelen. Trek altijd aan de stekker zelf.
Dit apparaat voldoet aan de Europese richt-
lijnen.
Milieubescherming
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar
moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt gerecycled.
Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijke negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen voordoen in
geval van verkeerde afvalverwerking. Voor
gedetailleerdere informatie over het recyclen
van dit product, kunt u contact opnemen met
NEDERLANDS 88
de gemeente, de gemeentereiniging of de
winkel waar u het product hebt gekocht.
Verpakkingsmaterialen
De materialen met het symbool
zijn recy-
cleerbaar. Gooi de verpakking in de juiste
afvalcontainer voor recycling.
Voordat u het apparaat wegdoet
Waarschuwing! Volg deze stappen om
het apparaat weg te doen:
Trek het netsnoer uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
•Verwijder het slot van de deur. Hierdoor
voorkomt u dat kinderen zichzelf opsluiten
in het apparaat. Gevaar voor verstikking.
IKEA GARANTIE
Hoe lang is de garantie van IKEA geldig?
Deze garantie is vijf (5) jaar geldig vanaf de
oorspronkelijke datum van aankoop van uw
apparaat bij IKEA, tenzij het apparaat van
het merk LAGAN is, dan geldt een garantie-
periode van twee (2) jaar. De originele kas-
sabon is nodig als aankoopbewijs. Als er tij-
dens de garantieperiode werkzaamheden
worden uitgevoerd, wordt de garantie- pe-
riode van het apparaat niet verlengd, dat
geldt ook voor de nieuwe onderdelen.
Welke apparatuur valt niet onder de vijf (5)
jaar garantie van IKEA?
De apparaten van het merk LAGAN en alle
apparaten die gekocht zijn vóór 1 augustus
2007.
Wie zal de service uitvoeren?
De IKEA servicedienst zal de service uitvoe-
ren via het eigen bedrijf of het erkende servi-
cepartnernetwerk.
Wat valt er onder de garantie?
De garantie dekt storingen van het appa-
raat, die veroorzaakt zijn door verkeerde
constructie of materiaalfouten vanaf de aan-
koopdatum bij IKEA. Deze garantie is uitslui-
tend van toepassing bij huishoudelijk ge-
bruik. De uitzonderingen worden onder de
hoofding “Wat valt er niet onder deze ga-
rantie?” gespecificeerd. Binnen de garantie-
periode worden er geen kosten om de sto-
ring te verhelpen aangerekend, d.w.z. repa-
raties, onderdelen, arbeidsloon en transport,
op voorwaarde dat het apparaat toeganke-
lijk is voor reparatie zonder speciale kosten
en dat het defect betrekking heeft op ver-
keerde constructie of materiaalfouten die on-
der de garantie vallen. Op deze voorwaar-
den zijn de EG-richtlijnen (Nr. 99/44/EG) en
de respectievelijke plaatselijke voorschriften
van toepassing. Vervangen onderdelen wor-
den het eigendom van IKEA.
Wat zal IKEA doen om het probleem op te
lossen?
De door IKEA aangestelde servicedienst zal
het product onderzoeken en bepalen, dit uit-
sluitend ter eigen beoordeling, of het gedekt
wordt door deze garantie. Als het gedekt
blijkt te zijn, zal de IKEA servicedienst of de
erkende servicepartner dan via het eigen be-
drijf, uitsluitend ter eigen beoordeling, ofwel
het defecte product repareren of het vervan-
gen door hetzelfde of een vergelijkbaar pro-
duct.
NEDERLANDS 89
Wat valt er niet onder deze garantie?
•Normale slijtage.
Opzettelijk aangebrachte schade of scha-
de door verwaarlozing, schade veroor-
zaakt door het niet opvolgen van de be-
dieningshandleiding, onjuiste installatie of
aansluiting op een verkeerd voltage, scha-
de veroorzaakt door chemische of elektro-
chemische reactie, roest, corrosie of water-
schade, maar niet beperkt tot schade ver-
oorzaakt door overmatig kalkgehalte van
de watertoevoer, schade veroor zaakt
door abnormale omgevingsomstandighe-
den.
Verbruiksonderdelen, met inbegrip van
batterijen en lampjes.
Niet-functionele en decoratieve onderde-
len die niet van invloed zijn op het normale
gebruik van het apparaat, inclusief eventu-
ele krassen en mogelijke kleurverschillen.
Onvoorziene schade veroorzaakt door
vreemde voor-werpen of stoffen en het
reinigen of deblokkeren van filters, afvoer-
systemen of wasmiddellades.
Schade aan de volgende onderdelen:
glaskeramiek, accessoires, serviesgoed en
bestekmandjes, toevoer- en afvoerpijpen,
afdichtingen, lampen en lampenkapjes,
schermen, knoppen, behuizingen en ge-
deeltes van behuizingen, tenzij kan wor-
den aangetoond dat deze veroorzaakt
zijn door fabricagefouten.
Gevallen waarbij geen storing geconsta-
teerd kon worden tijdens het bezoek van
een technicus.
Reparaties die niet zijn uitgevoerd door
onze aange-stelde servicediensten en/of
een erkende contractuele servicepartner of
wanneer er niet-originele onderdelen ge-
bruikt zijn.
Reparaties die veroorzaakt zijn door in-
stallatie die verkeerd of niet in overeen-
stemming met de specificatie is uitgevoerd.
Gebruik van het apparaat in niet-huishou-
delijke omgeving d.w.z. professioneel ge-
bruik.
Transportschade. Indien het apparaat
door een klant naar zijn huis of een ander
adres vervoert, kan IKEA niet aansprakelijk
gesteld worden voor eventuele transport-
schade. Indien IKEA het apparaat aflevert
op het door de klant aangegeven adres,
dan is eventuele schade die ontstaan is tij-
dens de aflevering gedekt door de garan-
tie.
Kosten voor de uitvoering van de installa-
tie van het IKEA-apparaat. Indien de IKEA
servicedienst of de erkende servicepartner
het apparaat, binnen de voorwaarden van
deze garantie, repareert of vervangt, zal
de servicedienst of de erkende service-
partner, indien nodig, het gerepareerde
apparaat of het vervangende apparaat
installeren.
Deze beperking is niet van toepassing op
foutloze werkzaamheden uitgevoerd door
een gekwalificeerd specialist met gebruik
van onze originele onderdelen teneinde het
apparaat aan te passen aan de technische
veiligheidsspecificaties van een ander EU-
land.
Hoe zijn de landelijke wetten van
toepassing
De garantie van IKEA geeft u specifieke wet-
telijke rechten, die op zijn minst voldoen aan
alle plaatselijke wettelijke eisen die per land
verschillend zijn.
Gebied van geldigheid
Voor apparaten die in een EU-land zijn aan-
geschaft en meegenomen worden naar een
ander EU-land, zal de dienstverlening uitge-
voerd worden in het kader van de garantie-
voorwaarden die in het nieuwe land gebrui-
kelijk zijn. Een verplichting om diensten te
verlenen in het kader van de garantie be-
staat uitsluitend als:
het apparaat en de installatie ervan vol-
doen aan de technische specificaties van
het land waarin aanspraak gemaakt
wordt op de garantie;
het apparaat en de installatie ervan in
overeen-stemming zijn met de montage-
instructies en de veiligheidsinformatie die
in de gebruikershandleiding staan.
NEDERLANDS 90
De speciale Klantenservice voor apparaten
van IKEA:
Aarzel alstublieft niet om contact op te ne-
men met de speciale IKEA Klantenservice
om:
1. een beroep te doen op deze garantie;
2. uitleg te vragen over de installatie van
het IKEA appa-raat in het daarvoor be-
doelde keukenmeubel van IKEA. De servi-
ce geeft u geen uitleg met betrekking tot:
de volledige installatie van uw IKEA
keuken;
aansluitingen op het elektriciteitsnet
(als het appa-raat geleverd wordt zon-
der stekker en kabel), op de water- en
gasleiding, want dit moet gedaan wor-
den door een erkend installateur.
3. uitleg te vragen over de gebruikershand-
leiding en de specificaties van het IKEA
apparaat.
Om ervoor te zorgen dat wij u de beste ser-
vice verlenen, verzoeken wij u de montage-
instructies en/of de gebrui- kershandleiding
in dit boekje zorgvuldig te lezen voordat u
contact met ons opneemt.
Hoe kunt u ons bereiken als u hulp nodig
hebt
Op de laatste pagina van deze handleiding
vindt u de volledige lijst van door IKEA er-
kende servicebedrijven met de bijbehorende
nationale telefoonnummers.
Belangrijk! Om u sneller van dienst te
kunnen zijn, advi-seren wij u de specifieke
telefoonnummers te bellen die aan het eind
van deze handleiding vermeld zijn. Gebruik
altijd de telefoon-nummers die in het boekje
staan van het apparaat waarvoor u
assistentie nodig heeft. Zorg ervoor dat u het
artikelnummer (8 cijfers) van het IKEA
apparaat bij de hand hebt, voordat u ons
belt om assistentie te vragen.
Belangrijk! BEWAAR DE KASSABON!
Dit is uw aankoopbewijs en nodig om de ga-
rantie te doen gelden. Op de kassabon staat
ook de naam van het IKEA artikel en het
nummer (8 cijfers) voor elk apparaat dat u
gekocht heeft.
Hebt u meer hulp nodig?
Neem, voor alle andere vragen die geen be-
trekking hebben op de service voor appara-
ten, contact op met het call center van de
dichtstbijzijnde vestiging van IKEA. Wij raden
u aan de documentatie van het apparaat
zorgvuldig te lezen voordat u contact met
ons opneemt.
NEDERLANDS 91

Documenttranscriptie

NEDERLANDS 71 Inhoud Veiligheidsinformatie Beschrijving van het product Bedieningspaneel Afwasprogramma's Bediening van het apparaat De waterontharder instellen Gebruik van zout voor de afwasautomaat Gebruik van glansspoelmiddel De afwasautomaat inruimen Gebruik van vaatwasmiddelen 71 72 73 75 76 76 77 78 79 80 Een afwasprogramma selecteren en starten 82 Onderhoud en reiniging 82 Problemen oplossen 84 Technische gegevens 86 Montage 87 Aansluiting aan de waterleiding 87 Aansluiting aan het elektriciteitsnet 88 Milieubescherming 88 IKEA GARANTIE 89 Wijzigingen voorbehouden Veiligheidsinformatie Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst deze handleiding aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren. Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, zelfs wanneer u deze verplaatst of verkoopt. Gebruikers moeten volledig op de hoogte zijn van de bediening en veiligheidsfuncties van het apparaat. Gebruik conform de voorschriften • Het apparaat is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijk gebruik. • Gebruik het apparaat alleen om huishoudelijk keukengerei dat geschikt is voor afwasmachines, schoon te maken. • Doe geen oplosmiddelen in het apparaat. Pas op voor explosiegevaar. • Plaats de messen en alle voorwerpen met scherpe punten met de punt naar beneden in de bestekmand. Als dat niet past, leg ze dan horizontaal op het bovenrek. • Gebruik alleen merkproducten voor afwasmachines (afwasmiddel, zout, glansspoelmiddel). • Als u de deur opent als het apparaat in werking is, kan er hete stoom ontsnappen. Gevaar voor brandwonden. • Neem geen serviesgoed uit de afwasmachine voordat het afwasprogramma is afgelopen. • Haal, als het afwasprogramma is afgelopen, de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht. • Alleen een bevoegde servicemonteur mag dit apparaat repareren. Gebruik alleen originele reserveonderdelen. • Voer de reparaties niet zelf uit om letsel en schade aan het apparaat te voorkomen. Neem altijd contact op met de lokale klantenservice. Algemene veiligheid • Mensen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis mogen dit apparaat niet gebruiken. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. • Volg de veiligheidsinstructies van de afwasmiddelfabrikant op om brandwonden aan ogen, mond en keel te voorkomen. • Drink geen water uit de afwasmachine. Er kan afwasmiddel in uw apparaat achtergebleven zijn. • Sluit de deur altijd als u het apparaat niet gebruikt om letsel te voorkomen. Bovendien struikelt u zo niet over de deur. • Ga niet op de open deur zitten of staan. NEDERLANDS 72 Veiligheid van kinderen • Alleen volwassenen mogen dit apparaat gebruiken. Kinderen moeten in de gaten gehouden worden om te voorkomen dat zij met het apparaat gaan spelen. • Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking. • Bewaar alle afwasmiddelen op een veilge plaats. Laat kinderen de afwasmiddelen niet aanraken. • Houd kinderen uit de buurt van de afwasmachine als de deur open staat. Installatie • Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens het vervoer. Sluit een beschadigd apparaat niet aan. Neem, indien nodig, contact op met de leverancier. • Verwijder de verpakking vóór de eerste ingebruikneming. • Een gekwalificeerd en bekwaam persoon moet de elektrische installatie uitvoeren. • Een gekwalificeerd en bekwaam persoon moet het loodgieterswerk uitvoeren. • Wijzig de specificaties van dit product niet en verander dit product niet. Gevaar voor letsel en schade aan het apparaat. • Het apparaat niet gebruiken: – als de hoofdkabel of waterslangen beschadigd zijn, – als het bedieningspaneel, werkblad of plint zodanig beschadigd zijn, dat u bij het inwendige van het apparaat kan komen. Als u twijfelt, neem dan contact op met de klantenservice. Zie de lijst met klantenserviceafdelingen aan het einde van de handleiding. • Boor niet in de zijkanten van het apparaat om schade aan de hydraulische en elektrische onderdelen te voorkomen. Waarschuwing! Volg nauwkeurig de instructies op voor de elektrische en wateraansluitingen. Beschrijving van het product 1 2 9 3 8 4 7 5 6 NEDERLANDS 1 2 3 4 5 73 Bovenkorf Waterhardheidsknop Zoutreservoir Afwasmiddeldoseerbakje Glansmiddeldoseerbakje 6 7 8 9 Typeplaatje Filters Onderste sproeiarm Bovenste sproeiarm Bedieningspaneel 1 2 3 4 Aan-/uit-toets Toets programmakeuze/annuleren (SELECT/CANCEL) Indicatielampjes Indicatielampjes programma Indicatielampjes Het indicatielampje gaat aan wanneer het afwasprogramma is afgelopen. Hulpfuncties: • Niveau van de waterontharder. • In-/uitschakelen van de geluidssignalen. • Er klinkt een geluidssignaal als het apparaat een storing heeft. 1) 1) Het indicatielampje is uit als het programma loopt. Het indicatielampje gaat aan wanneer het zoutreservoir bijgevuld moet worden. Zie hoofdstuk 'Gebruik van zout voor de vaatwasser'. Het indicatielampje voor zout blijft enkele uren aan, maar heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat. NEDERLANDS Toets programmakeuze/annuleren Gebruik de toets programmakeuze/annuleren voor deze handelingen: • Het instellen van het afwasprogramma. Zie hoofdstuk 'Een afwasprogramma selecteren en starten '. • Het instellen van de waterontharder. Zie hoofdstuk 'De waterontharder instellen'. • Het in-/uitschakelen van de geluidssignalen. Zie hoofdstuk 'Geluidssignalen'. • Het annuleren van een lopend afwasprogramma. Zie hoofdstuk 'Een afwasprogramma selecteren en starten '. Instelmodus Het apparaat staat in de instelmodus als alle programmacontrolelampjes uit zijn en het lampje Einde programma knippert. Het apparaat moet in de instelmodus staan voor de volgende handelingen: – Selecteren van een afwasprogramma. – Het waterontharderniveau instellen. – In- of uitschakelen van de geluidssignalen. Als een programmalampje aan is, annuleer dan het programma om terug te keren naar de instelmodus. Zie het hoofdstuk 'Een afwasprogramma selecteren en starten'. Programmalampjes A en B In aanvulling op de keuze van het bijbehorende afwasprogramma, hebben deze lampjes extra functies: • Op welke stand de waterontharder is ingesteld. • In- en uitschakelen van de geluidssignalen. Geluidssignalen U kunt een geluidssignaal waarnemen: • Aan het einde van het wasprogramma. • Als het apparaat een storing heeft. Activering van de geluidssignalen is fabrieksmatig ingesteld. 74 De geluidssignalen kunnen worden uitgeschakeld aan de hand van de volgende stappen: 1. Schakel het apparaat in. 2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat. 3. Houd de toets programmakeuze/annuleren ingedrukt totdat het programmalampje A gaat knipperen en programmalampje B continu gaat branden. 4. Druk nogmaals op de toets programmakeuze/annuleren. – Programmalampjes A gaat branden. – Het programma-indicatielampje B begint te knipperen. 5. Wacht tot programmalampje A uit gaat. – Het programma-indicatielampje B blijft knipperen. – Het controlelampje Einde gaat branden. Er klinken geluidssignalen. 6. Druk nogmaals op de toets programmakeuze/annuleren. – Het controlelampje Einde gaat uit. De geluidssignalen gaan uit. 7. Schakel het apparaat uit om de handeling op te slaan. De geluidssignalen kunnen worden ingeschakeld aan de hand van de volgende stappen: 1. Voer de bovengenoemde procedure uit totdat het controlelampje Einde gaat branden. NEDERLANDS 75 Afwasprogramma's Afwasprogramma's Mate van vervuiling Soort serviesgoed Intensief Sterk vervuild Serviesgoed, bestek en pannen Voorwas Hoofdwas tot 70°C 2 tussentijdse spoelgangen Laatste spoelgang Drogen Normaal Normaal vervuild Serviesgoed, bestek en pannen Voorwas Hoofdwas tot 65°C 2 tussentijdse spoelgangen Laatste spoelgang Drogen Normaal of licht vervuild Serviesgoed en bestek Normaal vervuild Serviesgoed en bestek Alles Gedeeltelijke lading (later op de dag verder te vullen) Programma Snel1) Eco2) Spoelstop Beschrijving programma Hoofdwas tot 60°C Laatste spoelgang Voorwas Hoofdwas tot 50°C 1 tussentijdse spoelgang Laatste spoelgang Drogen 1 koude spoelgang (om te voorkomen dat voedselresten kunnen aankoeken). Vaatwasmiddel is met dit programma niet nodig. 1) Dit is een perfect dagelijks programma voor een halfvolle lading. Ideaal voor een familie bestaande uit vier personen die alleen het serviesgoed en het bestek van de ochtend- en avondmaaltijd in de machine wil laden. 2) Testprogramma voor testinstanties. Dit is het zuinige afwasprogramma. Raadpleeg de apart bijgeleverde documentatie voor testgegevens. Alleen in 3 talen beschikbaar (Engels, Frans, Duits) voor testdoeleinden. Verbruikswaarden (voor volledige afwascyslus) Programma 1) Programmaduur (minuten) Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) 65-75 1,5-1,7 18-20 100-110 1,4-1,5 18-20 30 0,8 8 120-130 0,8-0,9 12-13 NEDERLANDS Programma 76 Programmaduur (minuten) Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) 11 0,1 5 1) De duur van dit wasprogramma is vooraf ingesteld (langer) dan de andere programma's door de langere droog- en afwasfases. De druk en de temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer en de hoeveelheid serviesgoed kunnen deze waarden veranderen. Bediening van het apparaat Zie de volgende instructies voor elke stap van de procedure: 1. Controleer of het niveau van de waterontharder juist is voor de waterhardheid in uw omgeving. Stel, indien nodig, de waterontharder in. 2. Vul het zoutreservoir met zout voor afwasmachines. 3. Vul het glansmiddeldoseerbakje met glansmiddel. 4. Plaats bestek en serviesgoed in de afwasmachine. 5. Stel het juiste programma in voor het type lading en mate van vervuiling. 6. Vul het afwasmiddeldoseerbakje met de juiste hoeveelheid afwasmiddel. 7. Start het afwasprogramma. len '. Als u afwasmiddeltabletten gebruikt, zie hoofdstuk 'Gebruik van vaatwasmidde- De waterontharder instellen De waterontharder verwijdert mineralen en zouten van de watertoevoer. Mineralen en zouten kunnen een negatieve invloed hebben op de werking van het apparaat. De waterhardheid wordt gemeten in de volgende gelijkwaardige schalen: • Duitse graden (dH°). • Franse graden (°TH). • mmol/l (millimol per liter - een internationale eenheid voor de hardheid van water). • Clarke. Stel de waterontharder af op de waterhardheid in uw omgeving. Neem, indien nodig, contact op met het lokale waterschap. Waterhardheid Instelling waterhardheid °dH °TH mmol/l Clarke handmatig elektronisch 51 - 70 91 - 125 9,1 - 12,5 64 - 88 2 10 43 - 50 76 - 90 7,6 - 9,0 53 - 63 2 9 37 - 42 65 - 75 6,5 - 7,5 46 - 52 2 8 29 - 36 51 - 64 5,1 - 6,4 36 - 45 2 7 23 - 28 40 - 50 4,0 - 5,0 28 - 35 2 6 NEDERLANDS 77 Waterhardheid Instelling waterhardheid °dH °TH mmol/l Clarke handmatig elektronisch 19 - 22 33 - 39 3,3 - 3,9 23 - 27 2 5 15 - 18 26 - 32 2,6 - 3,2 18 - 22 1 4 11 - 14 19 - 25 1,9 - 2,5 13 - 17 1 3 4 - 10 7 - 18 0,7 - 1,8 5 - 12 1 2 <4 <7 < 0,7 <5 1 1) 1 1) 1) Geen zout nodig. U moet de waterontharder handmatig en elektronisch instellen. Handmatige afstelling Het apparaat in in de fabriek ingesteld op stand 2. 1 2 Zet de schakelaar op stand 1 of 2. Elektronische aanpassing De waterontharder is fabrieksmatig ingesteld op niveau 5. 1. Schakel het apparaat in. 2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat. 3. Druk op de toets programmakeuze/annuleren en houd deze ingedrukt. 4. Laat de toets programmakeuze/annuleren los nadat het programmalampje A gaat knipperen en programmalampje B continu gaat branden. 5. Wacht tot programmalampje B uit gaat. – Het programma-indicatielampje A begint te knipperen. – Het controlelampje einde programma begint te knipperen. 6. Druk een keer op de toets programmakeuze/annuleren. – Het programma-indicatielampje A begint te knipperen. – De instelfunctie van de waterontharder is geactiveerd. – Het lampje 'einde programma' knippert om het niveau van de waterontharder aan te geven. Voorbeeld: 5 keer knipperen, pauze, 5 keer knipperen, pauze, enz... = niveau 5. 7. Druk een keer op de toets programmakeuze/annuleren om de stand van de waterontharder te verhogen. 8. Druk op de aan-/uit-toets om de handeling op te slaan. Gebruik van zout voor de afwasautomaat Let op! Gebruik alleen zout voor afwasmachines. Andere soorten zout die niet geschikt zijn voor afwasmachines kunnen schade toebrengen aan de waterontharder. NEDERLANDS 78 1 2 5 3 4 Zorg dat er geen zout buiten het zoutreservoir terechtkomt. zout. Vul het zoutreservoir met 1 liter water (alleen bij het eerste gebruik). 6 Het is normaal dat er water uit het zoutreservoir stroomt wanneer u dit vult met Vul het zoutreservoir met 1,5-1,7 kg zout. Gebruik de bijgeleverde zouttrechter. Gebruik van glansspoelmiddel Let op! Gebruik alleen merkglansmiddelen voor afwasmachines. 3 4 Voer deze stappen uit om het glansmiddeldoseerbakje bij te vullen: 2 3 2 -- 1 4 MA X + 5 Vul bij als de glansmiddelindicator ( A) helder wordt. A MA X + 32 -- 1 4 1 NEDERLANDS Let op! Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit met andere middelen (bijv. afwasmachinereinigingsmiddel, vloeibaar afwasmiddel). Dit kan het apparaat beschadigen. 79 Stel de glansmiddeldosering in De glansmiddeldosering is fabrieksmatig ingesteld op niveau 3. Lees om de dosis te verhogen of te verlagen 'Problemen oplossen' De afwasautomaat inruimen Handige aanwijzingen en tips Let op! Gebruik het apparaat alleen voor huishoudelijk keukengerei dat geschikt is voor afwasmachines. Gebruik het apparaat niet om voorwerpen die water kunnen opnemen (sponzen, huishouddoekjes, enz.) te reinigen. • Volg deze stappen voordat u serviesgoed en bestek laadt: – Verwijder alle voedselresten en vuil – Laat aangebakken voedselresten eerst inweken. • Volg deze stappen terwijl u serviesgoed en bestek laadt: – Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes, glazen en pannen) met de opening naar beneden. – Zorg er voor dat het water niet in het reservoir of een diepe pan kan verzamelen. – Zorg er voor dat serviesgoed en bestek niet in elkaar liggen. – Zorg er voor dat serviesgoed en bestek elkaar niet overlappen. – Zorg er voor dat glazen andere glazen niet aanraken. – Leg kleine voorwerpen in de bestekmand. • Voorwerpen van kunststof en pannen met teflon hebben de neiging waterdruppels vast te houden. Voorwerpen van kunststof drogen niet zo goed als porselein en stalen voorwerpen. • Leg lichte voorwerpen in het bovenrek. Zorg er voor dat de voorwerpen niet verschuiven. Let op! Zorg er voor dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien voordat u een afwasprogramma start. Waarschuwing! Sluit altijd de deur nadat u het apparaat vult of leeg haalt. Een geopende deur kan gevaarlijk zijn. 1 Dekschalen en grote deksels moeten langs de rand van het rek worden gerangschikt. 2 NEDERLANDS 3 U kunt de rijen met punten in het onderrek laten zakken om ruimte te maken voor potten, pannen en schalen. 80 Hoogteverstelling van het bovenrek Als u grote borden in het onderrek plaatst, moet u eerst het bovenrek in de hoogste stand zetten. Maximale hoogte van borden in: • Bovenrek. – Bovenste stand: 20 cm. – Onderste stand: 24 cm. • Onderste korf. – Bovenste stand: 31 cm. – Onderste stand: 27 cm. Volg deze stappen om het bovenrek in de bovenste stand te zetten: 1. Trek het rek tot de aanslag naar buiten. 2. Til beide kanten voorzichtig op totdat het mechanisme vastklikt en het rek stabiel is. 1 Gebruik het bestekrooster. Als het rooster niet gebruikt kan worden door de afmetingen van het bestek, verwijder het dan. 2 Volg deze stappen om het bovenrek in de onderste stand te zetten: 1. Trek het rek tot de aanslag naar buiten. 2. Til de beide kanten naar boven. 3. Houd het mechanisme vast en laat het dan langzaam terugzakken. Let op! Til het rek nooit aan één kant op. Dit • geldt ook voor het laten zakken. • Als het rek zich in de hoogste stand bevindt, kunnen er geen kopjes in de kopjesrekken geplaatst worden. Plaats het serviesgoed zo dat het water er aan alle kanten bij kan komen (links). Klap de kopjesrekken omhoog voor langere voorwerpen (rechts). Gebruik van vaatwasmiddelen Gebruik alleen afwasmiddelen (poeder, vloeibaar of tablet) die geschikt zijn voor afwasmiddelen. Volg de gegevens op de verpakking op: • Dosering aanbevolen door de fabrikant. • Aanbevelingen omtrent opslag. NEDERLANDS 81 Gebruik niet meer dan de juiste hoeveelheid afwasmiddel om het milieu te sparen. 1 2 3 4 Gebruik van afwasmiddeltabletten Doe het afwasmiddeltablet in het afwasmiddeldoseerbakje. Afwasmiddeltabletten bevatten: • afwasmiddel • glansmiddel • andere schoonmaakmiddelen. Volg deze stappen om afwasmiddeltabletten te gebruiken: 1. Zorg er voor dat de afwasmiddeltabletten geschikt zijn voor de waterhardheid in uw omgeving. Zie de instructies van de fabrikant. 2. Stel het laagste niveau in voor de waterhardheid en de glansmiddeldosering. Het is niet nodig om het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje te vullen. Vul het afwasmiddelbakje met afwasmiddel. Plaats een kleine hoeveelheid van het afwasmiddel in de binnenkant van de deur van het apparaat als het afwasprogramma een voorwasfase heeft. 5 Volg deze stappen als de droogresultaten niet naar wens zijn: 1. Vul het glansmiddeldoseerbakje met glansmiddel. 2. Stel de dosering van het glansmiddel in op stand 2. Volg deze stappen om opnieuw afwasmiddelpoeder te gebruiken: 1. Vul het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje. 2. Stel de waterontharder in op het hoogste niveau. 3. Draai een wasprogramma zonder serviesgoed. 4. Stel de waterontharder af. Zie hoofdstuk 'De waterontharder instellen'. 5. Stel de glansmiddeldosering af. Verschillende merken afwasmiddel hebben een ander oplostraject. Sommige afwasmiddeltabletten geven niet het beste reinigingsresultaat tijdens korte wasprogramma's. Gebruik lange wasprogramma's als u afwasmiddeltabletten gebruikt om het afwasmiddel volledig te verwijderen. NEDERLANDS 82 Een afwasprogramma selecteren en starten Selecteer het afwasprogramma met de deur enigszins geopend. Het afwasprogramma start pas nadat u de deur gesloten hebt. Tot dat moment kunnen de instellingen nog worden gewijzigd. 1. Het apparaat uitschakelen. 2. Een nieuw afwasprogramma selecteren. Vul het afwasmiddelbakje met afwasmiddel voordat u een nieuw afwasprogramma instelt. Voer deze handelingen uit om een afwasprogramma in te stellen en te starten: 1. Schakel het apparaat in. 2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat. 3. Druk nogmaals op de toets programmakeuze/annuleren om het afwasprogramma in te stellen. Zie het hoofdstuk "Wasprogramma's". – Het programmalampje gaat branden. 4. Sluit de deur. – Het wasprogramma start automatisch. Een afwasprogramma onderbreken Open de deur. • Het programma stopt. Sluit de deur. • Het programma gaat verder vanaf het punt dat het was onderbroken. Wanneer het afwasprogramma wordt uitgevoerd, kunt u het programma niet wijzigen. Annuleer het afwasprogramma. Waarschuwing! Onderbreek of annuleer een afwasprogramma alleen als dit nodig is. Let op! Open de deur voorzichtig. Er kan hete stoom vrijkomen. Annuleren van een afwasprogramma 1. Druk op de toets programmakeuze/annuleren en houd deze ca. 3 seconden ingedrukt. – Het programmalampje gaat uit. – Het controlelampje einde programma begint te knipperen. 2. Laat de toets programmakeuze/annuleren los om het afwasprogramma te annuleren. Nu kunt u de volgende stappen uitvoeren: Einde van het afwasprogramma Schakel het apparaat onder de volgende omstandigheden uit: • Het apparaat stopt automatisch. • De geluidssignalen voor het programmaeinde zijn hoorbaar. 1. Open de deur. – Het controlelampje Einde gaat branden. – Het programmalampje blijft branden. 2. Druk op de Aan-/uittoets. 3. Wanneer u de deur van de afwasautomaat een paar minuten op een kier laat staan voordat u het serviesgoed uit de machine haalt, bereikt u betere droogresultaten. Laat de borden afkoelen voordat u deze uit het apparaat neemt. Hete borden zijn gevoelig voor beschadigingen. De lading verwijderen • Verwijder eerst voorwerpen van het onderrek en dan van het bovenrek. • Er kan water liggen aan de zijkanten en op de deur van het apparaat. Roestvrij staal koelt sneller af dan borden. Onderhoud en reiniging Waarschuwing! Schakel het apparaat uit voordat u de filters schoon maakt. De filters reinigen Belangrijk! Gebruik het apparaat niet zonder filters. Zorg dat de filters op de juiste wijze worden geïnstalleerd. Een onjuiste installatie levert onbevredigende wasresultaten en schade aan het apparaat op. NEDERLANDS 83 1 Belangrijk! Probeer niet de sproeiarmen te verwijderen. 2 Als etensresten de openingen in de sproeiarmen hebben verstopt, verwijder deze dan met een cocktailprikker. C B A Reinig de filters A, B en C onder stromend water. 4 3 2 1 A Draai de handgreep ongeveer 1/4-slag naar links en verwijder de filters B en C. Verwijder het platte filter A van de bodem van het apparaat. 5 6 D 1 2 A Plaats het platte filter A terug in de bodem van het apparaat. Plaats het platte filter juist terug onder de twee geleiders D. Zet het filtersysteem op zijn plaats. Om het filtersysteem te vergrendelen, draait u de handgreep rechtsom totdat deze vastklikt. Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt Volg deze stappen als u het apparaat langere tijd niet gebruikt: 1. Haal de stekker uit het stopcontact. 2. Draai de waterkraan dicht. 3. Laat de deur op een kier staan om onaangename geurtjes te voorkomen. 4. Houd de binnenkant van het apparaat schoon (vooral de filters). Schoonmaken van de buitenkant Reinig de buitenoppervlakken van de machine en het bedieningspaneel met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale afwasmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, trichloroethyleen enz). Voorzorgsmaatregelen bij vorst Let op! Installeer het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0 °C komt. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade door vorst. Als dit niet mogelijk is, leeg het apparaat en sluit de deur. Haal de watertoevoerslagn los en verwijder het water in de watertoevoerslang. NEDERLANDS 84 Problemen oplossen Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking. Als er een storing is, probeer dan eerst het probleem zelf op te lossen. Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de serviceafdeling. Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing • Voortdurend knipperen van het controlelampje programma bezig. • Onderbroken geluidssignaal. • 1 keer knipperen van het controlelampje Einde. Storing: De afwasmachine wordt niet gevuld met water. De waterkraan is verstopt of aangezet met kalkaanslag. Maak de waterkraan schoon. De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open. Het filter in de watertoevoerslang is geblokkeerd. Maak het filter schoon. De aansluiting van de watertoevoerslang is niet juist. De slang kan geknakt of ingedeukt zijn. Zorg er voor dat de aansluiting juist is. • Voortdurend knipperen van het controlelampje programma bezig. • Onderbroken geluidssignaal. • 2 keer knipperen van het controlelampje einde programma. Storing: Het afwaswater wordt niet afgevoerd. De gootsteenafvoer is geblokkeerd. Ontstop de gootsteenafvoer. De aansluiting van de waterafvoerslang is niet juist. De slang kan geknakt of ingedeukt zijn. Zorg er voor dat de aansluiting juist is. NEDERLANDS Probleem 85 Mogelijke oorzaak Oplossing • Voortdurend knipperen van het controlelampje programma bezig. • Onderbroken geluidssignaal. • 3 keer knipperen van het controlelampje einde programma. Storing: De anti-overstromingsinrichting is geactiveerd. Draai de kraan dicht en neem contact op met de klantenservice. Storing: Het programma begint niet. De deur van het apparaat is niet gesloten. Sluit de deur. De stekker zit niet in het stopcontact. Steek de stekker in het stopcontact. De zekering in de meterkast is doorgebrand. Vervang de zekering. Sluit het apparaat aan na de controle. Het programma gaat verder vanaf het punt dat het was onderbroken. Als de storing opnieuw verschijnt, neemt u contact op met de klantenservice. Als de afwasresultaten slecht zijn: Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De borden zijn niet schoon Het geselecteerde afwasprogramma is niet geschikt voor het type lading en mate van vervuiling. Stel een ander afwasprogramma in. De rekken zijn niet goed gevuld, zo- Vul de rekken op de juiste manier. dat het water er niet aan alle kanten bij kan. De sproeiarmen kunnen niet vrij draaien als gevolg van een onjuiste plaatsing van het serviesgoed. Zorg ervoor dat het bestek en het servies de sproeiarmen niet blokkeren. De filters zijn vuil of niet juist geplaatst. Zorg ervoor dat de filters schoon zijn en op de juiste manier geïnstalleerd. Er is te weinig of geen afwasmiddel gebruikt. Zorg ervoor dat de hoeveelheid afwasmiddel in het afwasmiddelbakje voldoende is. NEDERLANDS Probleem Er zitten kalkresten op de borden 86 Mogelijke oorzaak Oplossing Het zoutreservoir is leeg. Vul het zoutreservoir met zout. De waterontharder is ingesteld op het verkeerde niveau. Stel de waterontharder in. De dop van het zoutreservoir zit niet goed dicht. Zorg ervoor dat het zoutreservoir goed gesloten is. Het serviesgoed is nat en dof Er is geen glansmiddel gebruikt. Stel de glansmiddeldosering in. De glazen en borden vertonen strepen, melkachtige vlekken of een blauwzweem Verkeerde dosering glansmiddel. Verminder de glansmiddeldosering. Opgedroogde waterdruppels op de glazen en de borden Verkeerde dosering glansmiddel. Verhoog de dosering van het glansmiddel. Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn. Gebruik een ander soort afwasmiddel. Het glansmiddeldoseerbakje is leeg. Vul het glansmiddeldoseerbakje. Technische gegevens Afmeting Breedte (cm) 44,6 Hoogte (cm) 81,8-89,8 Diepte (cm) Aansluiting op het elektriciteitsnet Voltage Totale stroom Zekering Waterdruk1) 55,0 220-240V 2100 W 10A Frequentie 50 Hz Minimaal Maximaal 0,5 bar (0,05 MPa) 8 bar (0,8 MPa) Capaciteit (couverts) 9 Energieklasse A Afwasklasse A Droogklasse A Geluid (dB(A)) 50 Gemiddeld jaarlijks energieverbruik (kWh) 2) 176 NEDERLANDS Gemiddeld jaarlijks waterverbruik (liter)2) 87 2860 1) Als de waterleidingsdruk in uw woonplaats hoger of lager is, neem dan contact op met de klantenservice. 2) De gegevens zijn gebaseerd op het wasprogramma voor testinstituten, waarbij uitgegaan wordt van 220 cycli per jaar. Montage Let op! Zie de montage-instructies om door te gaan met de installatie. Waarschuwing! Zorg er voor dat de stekker uit het stopcontact is gehaald tijdens de installatie. Zet het apparaat op de vloer en installeer het onder een werkblad (keukenaanrecht of wasbak). Als reparatie noodzakelijk is, moet het apparaat gemakkelijk toegankelijk zijn voor de reparateur. Zet het apparaat naast een kraan en een afvoer. Voor de ontluchting van de afwasmachine zijn alleen openingen voor de watertoevoer, waterafvoer en het netsnoer noodzakelijk. Aansluiting aan de waterleiding Dit apparaat heeft een speciale toevoerslang met een waterstop (aqualock). Watertoevoerslang Sluit het apparaat aan een hete (max. 60°) of koude watertoevoer aan. Gebruik een heet watertoevoer om het energieverbruik te verminderen, als het hete water door alternatieve, milieuvriendelijkere energiebronnen geproduceerd wordt (bijv. zonne- of fotovoltaïsche panelen en wind). Sluit de watertoevoerslang aan op een waterkraan met een externe schroefdraad van 3/4". Let op! Gebruik geen aansluitslangen van een oud apparaat. Let op! Als u het apparaat aansluit op nieuwe leidingen of leidingen die lange tijd niet zijn gebruikt, adviseren wij om het water enkele minuten te laten stromen voordat u de toevoerslang aansluit. Waterstopslang De toevoerslang is bestand tegen hoge druk. De slang is bestand tegen drukwaarden van maximaal 6 MPa. Aan de buitenkant heeft de toevoerslang een bekleding tegen eventuele beschadiging. Als de binnenste slang kapot gaat, wordt het water in de slang donker. U kunt dit zien door de speciale doorzichtige bekleding. Draai de kraan in dat geval onmiddellijk dicht en neem contact op met de klantenservice. NEDERLANDS 88 Afvoerslang A A B De waterstopslang wordt geïnstalleerd met een veiligheidssysteem om onbedoeld losdraaien te voorkomen. Loskoppelen van de slang: • Druk op de hendel ( B). • Draai de borgring ( A) naar links. Draai de toevoerslang naar links of rechts voor de installatie. Draai de sluitmoer goed vast om waterlekkage te voorkomen. Verwijder het kunststofmembraan (A) als u de waterafvoerslang aan een sifon onder de gootsteen aansluit. Als u het membraan niet verwijdert, kunnen voedselresten een verstopping in de slang veroorzaken. Let op! Zorg er voor dat de waterkoppelingen stevig vast zitten om waterlekkage te voorkomen. Als u een verlenging van de toevoerslang gebruikt, mag de totale lengte niet langer zijn dan 4 meter. Aansluiting aan het elektriciteitsnet Waarschuwing! De fabrikant is niet verantwoordelijk, als u deze veiligheidsmaatregelen niet opvolgt. Aard het apparaat volgens de veiligheidsmaatregelen. Zorg er voor dat het aangegeven voltage en het type stroom op het typeplaatje overeenkomen met het voltage en stroomtype van uw lokale stroomleverancier. Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact. Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitingen en verlengsnoeren. Gevaar voor brand. Vervang de hoofdkabels niet zelf. Neem contact op met de klantenservice. Zorg er voor dat de stekker toegankelijk is na de installatie. Trek niet aan de kabel om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker zelf. Dit apparaat voldoet aan de Europese richtlijnen. Milieubescherming Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met NEDERLANDS de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. Verpakkingsmaterialen De materialen met het symbool zijn recycleerbaar. Gooi de verpakking in de juiste afvalcontainer voor recycling. Voordat u het apparaat wegdoet 89 • Trek het netsnoer uit het stopcontact. • Snijd het netsnoer door en gooi het weg. • Verwijder het slot van de deur. Hierdoor voorkomt u dat kinderen zichzelf opsluiten in het apparaat. Gevaar voor verstikking. Waarschuwing! Volg deze stappen om het apparaat weg te doen: IKEA GARANTIE Hoe lang is de garantie van IKEA geldig? Deze garantie is vijf (5) jaar geldig vanaf de oorspronkelijke datum van aankoop van uw apparaat bij IKEA, tenzij het apparaat van het merk LAGAN is, dan geldt een garantieperiode van twee (2) jaar. De originele kassabon is nodig als aankoopbewijs. Als er tijdens de garantieperiode werkzaamheden worden uitgevoerd, wordt de garantie- periode van het apparaat niet verlengd, dat geldt ook voor de nieuwe onderdelen. Welke apparatuur valt niet onder de vijf (5) jaar garantie van IKEA? De apparaten van het merk LAGAN en alle apparaten die gekocht zijn vóór 1 augustus 2007. Wie zal de service uitvoeren? De IKEA servicedienst zal de service uitvoeren via het eigen bedrijf of het erkende servicepartnernetwerk. Wat valt er onder de garantie? De garantie dekt storingen van het apparaat, die veroorzaakt zijn door verkeerde constructie of materiaalfouten vanaf de aankoopdatum bij IKEA. Deze garantie is uitsluitend van toepassing bij huishoudelijk gebruik. De uitzonderingen worden onder de hoofding “Wat valt er niet onder deze garantie?” gespecificeerd. Binnen de garantieperiode worden er geen kosten om de storing te verhelpen aangerekend, d.w.z. reparaties, onderdelen, arbeidsloon en transport, op voorwaarde dat het apparaat toegankelijk is voor reparatie zonder speciale kosten en dat het defect betrekking heeft op verkeerde constructie of materiaalfouten die onder de garantie vallen. Op deze voorwaarden zijn de EG-richtlijnen (Nr. 99/44/EG) en de respectievelijke plaatselijke voorschriften van toepassing. Vervangen onderdelen worden het eigendom van IKEA. Wat zal IKEA doen om het probleem op te lossen? De door IKEA aangestelde servicedienst zal het product onderzoeken en bepalen, dit uitsluitend ter eigen beoordeling, of het gedekt wordt door deze garantie. Als het gedekt blijkt te zijn, zal de IKEA servicedienst of de erkende servicepartner dan via het eigen bedrijf, uitsluitend ter eigen beoordeling, ofwel het defecte product repareren of het vervangen door hetzelfde of een vergelijkbaar product. NEDERLANDS Wat valt er niet onder deze garantie? • Normale slijtage. • Opzettelijk aangebrachte schade of schade door verwaarlozing, schade veroorzaakt door het niet opvolgen van de bedieningshandleiding, onjuiste installatie of aansluiting op een verkeerd voltage, schade veroorzaakt door chemische of elektrochemische reactie, roest, corrosie of waterschade, maar niet beperkt tot schade veroorzaakt door overmatig kalkgehalte van de watertoevoer, schade veroor zaakt door abnormale omgevingsomstandigheden. • Verbruiksonderdelen, met inbegrip van batterijen en lampjes. • Niet-functionele en decoratieve onderdelen die niet van invloed zijn op het normale gebruik van het apparaat, inclusief eventuele krassen en mogelijke kleurverschillen. • Onvoorziene schade veroorzaakt door vreemde voor-werpen of stoffen en het reinigen of deblokkeren van filters, afvoersystemen of wasmiddellades. • Schade aan de volgende onderdelen: glaskeramiek, accessoires, serviesgoed en bestekmandjes, toevoer- en afvoerpijpen, afdichtingen, lampen en lampenkapjes, schermen, knoppen, behuizingen en gedeeltes van behuizingen, tenzij kan worden aangetoond dat deze veroorzaakt zijn door fabricagefouten. • Gevallen waarbij geen storing geconstateerd kon worden tijdens het bezoek van een technicus. • Reparaties die niet zijn uitgevoerd door onze aange-stelde servicediensten en/of een erkende contractuele servicepartner of wanneer er niet-originele onderdelen gebruikt zijn. • Reparaties die veroorzaakt zijn door installatie die verkeerd of niet in overeenstemming met de specificatie is uitgevoerd. • Gebruik van het apparaat in niet-huishoudelijke omgeving d.w.z. professioneel gebruik. 90 • Transportschade. Indien het apparaat door een klant naar zijn huis of een ander adres vervoert, kan IKEA niet aansprakelijk gesteld worden voor eventuele transportschade. Indien IKEA het apparaat aflevert op het door de klant aangegeven adres, dan is eventuele schade die ontstaan is tijdens de aflevering gedekt door de garantie. • Kosten voor de uitvoering van de installatie van het IKEA-apparaat. Indien de IKEA servicedienst of de erkende servicepartner het apparaat, binnen de voorwaarden van deze garantie, repareert of vervangt, zal de servicedienst of de erkende servicepartner, indien nodig, het gerepareerde apparaat of het vervangende apparaat installeren. Deze beperking is niet van toepassing op foutloze werkzaamheden uitgevoerd door een gekwalificeerd specialist met gebruik van onze originele onderdelen teneinde het apparaat aan te passen aan de technische veiligheidsspecificaties van een ander EUland. Hoe zijn de landelijke wetten van toepassing De garantie van IKEA geeft u specifieke wettelijke rechten, die op zijn minst voldoen aan alle plaatselijke wettelijke eisen die per land verschillend zijn. Gebied van geldigheid Voor apparaten die in een EU-land zijn aangeschaft en meegenomen worden naar een ander EU-land, zal de dienstverlening uitgevoerd worden in het kader van de garantievoorwaarden die in het nieuwe land gebruikelijk zijn. Een verplichting om diensten te verlenen in het kader van de garantie bestaat uitsluitend als: • het apparaat en de installatie ervan voldoen aan de technische specificaties van het land waarin aanspraak gemaakt wordt op de garantie; • het apparaat en de installatie ervan in overeen-stemming zijn met de montageinstructies en de veiligheidsinformatie die in de gebruikershandleiding staan. NEDERLANDS De speciale Klantenservice voor apparaten van IKEA: Aarzel alstublieft niet om contact op te nemen met de speciale IKEA Klantenservice om: 1. een beroep te doen op deze garantie; 2. uitleg te vragen over de installatie van het IKEA appa-raat in het daarvoor bedoelde keukenmeubel van IKEA. De service geeft u geen uitleg met betrekking tot: – de volledige installatie van uw IKEA keuken; – aansluitingen op het elektriciteitsnet (als het appa-raat geleverd wordt zonder stekker en kabel), op de water- en gasleiding, want dit moet gedaan worden door een erkend installateur. 3. uitleg te vragen over de gebruikershandleiding en de specificaties van het IKEA apparaat. Om ervoor te zorgen dat wij u de beste service verlenen, verzoeken wij u de montageinstructies en/of de gebrui- kershandleiding in dit boekje zorgvuldig te lezen voordat u contact met ons opneemt. Hoe kunt u ons bereiken als u hulp nodig hebt 91 Op de laatste pagina van deze handleiding vindt u de volledige lijst van door IKEA erkende servicebedrijven met de bijbehorende nationale telefoonnummers. Belangrijk! Om u sneller van dienst te kunnen zijn, advi-seren wij u de specifieke telefoonnummers te bellen die aan het eind van deze handleiding vermeld zijn. Gebruik altijd de telefoon-nummers die in het boekje staan van het apparaat waarvoor u assistentie nodig heeft. Zorg ervoor dat u het artikelnummer (8 cijfers) van het IKEA apparaat bij de hand hebt, voordat u ons belt om assistentie te vragen. Belangrijk! BEWAAR DE KASSABON! Dit is uw aankoopbewijs en nodig om de garantie te doen gelden. Op de kassabon staat ook de naam van het IKEA artikel en het nummer (8 cijfers) voor elk apparaat dat u gekocht heeft. Hebt u meer hulp nodig? Neem, voor alle andere vragen die geen betrekking hebben op de service voor apparaten, contact op met het call center van de dichtstbijzijnde vestiging van IKEA. Wij raden u aan de documentatie van het apparaat zorgvuldig te lezen voordat u contact met ons opneemt.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96

IKEA RDW45 Handleiding

Type
Handleiding

in andere talen