LG WD-16330FDN de handleiding

Type
de handleiding
roductkenmerken
P
nhoudsopgave
I
2
Jumbotrommel
De jumbotrommel van LG kan ongeveer 40 % meer was laden dan een
conventionele wasmachine. Een grotere trommel verbetert de wasprestatie.
Economischer door het Intelligent Wassysteem
Om het energiegebruik en het waterverbruik tot een minimum te beperken, detecteert
het Intelligent Wassysteem de grootte van de lading en de watertemperatuur. Ook
bepaalt het op basis hiervan het optimale waterniveau en de wastijd.
Kinderslot
Het kinderslotsysteem wordt gebruikt om te vermijden dat kinderen op een knop
duwen om het programma te wijzigen terwijl de machine draait.
Ruisarm snelheidscontrolesysteem
Door de washoeveelheid en de balans te meten, zorgt het systeem ervoor dat de
was gelijkmatig verdeeld wordt zodat het
geluidsniveau bij het centrifugeren tot een minimum herleid wordt.
Automatisch herstarten
Als de wasmachine door een stroomonderbreking uitgeschakeld werd, zorgt het
systeem ervoor dat de wasmachine automatisch weer opstart vanaf het moment
waarop de cyclus onderbroken werd, Vandaar gaat de wascyclus
Direct Drive-systeem
De moderne Blushless DC-motor drijft de trommel rechtstreeks aan zonder gebruik
te maken van riem of riemschijf.
Veiligheidstoestel (Aqua lock)
Het Aqua lock-systeem is ontwikkeld om waterlekkage te detecteren wanneer de
machine in werking is om te voorkomen dat het water over de vloer stroomt.
Watercirculatie
Spuit een oplossing van water en wasmiddel over het wasgoed. Het wasgoed wordt
dan sneller en grondiger nat tijdens de wascyclus. Het wasmiddel wordt
gemakkelijker verwijderd door de waterstraal tijdens de spoelcyclus. Het
watercirculatiesysteem maakt efficiënter gebruik van water en wasmiddel.
󲷸 󲷸
Waarschuwingen........................................................................................3
Kenmerken .................................................................................................4
Installatie ....................................................................................................5
Aandachtspunten voor het wassen ..........................................................10
Zeep toevoegen ......................................................................................11
Functies....................................................................................................12
Gebruik van de wasmachine ....................................................................13
Onderhoud................................................................................................20
Storingsindex............................................................................................23
Garantiebepalingen ..................................................................................26
aarschuwingen
W
3
Voor uw veiligheid: alle informatie in deze handleiding dient te worden
opgevolgd om het risico voor brand, explosie of een elektrische schok tot
een minimum te beperken, en om schade aan eigendommen, verwondingen
of dodelijk letsel te voorkomen.
LEES ALLE INFORMATIE ALVORENS U HET TOESTEL IN GEBRUIK
NEEMT.
Waarschuwing
• Installeer of plaats het apparaat op een
plaats waar het niet aan temperaturen onder
het vriespunt of aan de weerelementen kan
worden blootgesteld.
• Het is gevaarlijk om de kenmerken van dit
toestel op enigerlei wijze aan te passen.
• Probeer de machine niet zelf te herstellen.
Herstellingen die uitgevoerd zijn door
onervaren of niet-gekwalificeerd personeel
kunnen verwondingen en/of nog ernstigere
fouten veroorzaken aan de machine.
• Hou de plaatsen onder en rondom de
toestellen vrij van brandbare materialen
zoals pluizen, papier, vodden, chemicaliën,
enz.
• Nauw toezicht is nodig indien het apparaat
door of in de buurt van kinderen wordt
gebruikt.
• Sta niet toe dat kinderen op, met of in dit
toestel of enig ander apparaat spelen.
• Laat de wasmachinedeur nooit open staan.
• Kinderen zouden op de geopende deur
kunnen gaan hangen of in de wasmachine
kruipen.
• Breng uw hand of arm nooit in de
wasmachine terwijl deze nog draait. Wacht
tot de trommel geheel tot stilstand is
gekomen.
• Het wasproces kan de brandvertrager van
textiel verminderen.
• Was of droog geen artikelen die zijn
gereinigd, gewassen, gedrenkt in of
besprenkeld met brandbare of explosieve
stoffen (zoals was, olie, verf, dieselolie,
ontvetters, oplosmiddelen voor droog
reinigen, kerosine, enz.) die zouden kunnen
ontvlammen of exploderen. Olie kan
achterblijven in de trommel, waardoor er
brand kan ontstaan tijdens het drogen. Laad
dus geen kleding met olievlekken.
• Om dit te vermijden volgt u zorgvuldig de
was- en verzorgingsinstructies op van de
fabrikant die in het kledingstuk zijn
opgenomen.
• Sla de wasmachinedeur nooit met kracht
dicht en probeer deze niet geforceerd te
openen wanneer hij op slot zit . Dit kan
schade veroorzaken aan de wasmachine.
• Om risico op een elektrische schok tot een
minimum te beperken, trekt u de stekker
van het apparaat uit het stopcontact of haalt
u de zekering van de wasmachine uit de
stoppenkast of zet de hoofdschakelaar van
het elektrisch circuit in uw huis uit alvorens
u begint met onderhoud of reiniging.
• Gebruik het apparaat nooit wanneer het
beschadigd is, niet goed functioneert,
gedeeltelijk is gedemonteerd, of er
onderdelen aan ontbreken of stuk zijn. Dit
geldt ook wanneer het snoer of de stekker
zijn beschadigd.
• Neem contact op met het service centrum
indien het apparaat onder water heeft
gestaan.
Risico op elektrische schokken en brand.
• Alle elektriciteitswerken, die noodzakelijk zijn voor de installatie van het toestel, moeten
uitgevoerd worden door een erkende elektricien of een deskundig persoon.
• Gebruik uitsluitend een geaard stopcontact van
220 –240 V.Gebruik geen verlengkabel of een verdeelstekker.
• Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel, wanneer deze beschadigd is,
vervangen worden door de fabrikant, door zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig
gekwalificeerde personen.
• Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de stroombedradingsrichtlijnen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
enmerken
K
4
Naam : Wasmachine, voorlader
Stroomtoevoer : 220-240V~, 50Hz
Afmetingen : 600 mm (B) X 600 mm (D) X 850 mm (H)
Gewicht : 65kg
Wascapaciteit : 7,5kg
Max. vermogen : 2100W
Centrifugeersnelheid : Niet Centrif.
/400/600/800/1000/1200
[WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN]
Niet Centrif.
/400/600/800/1000/1200/1400
[WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN]
Niet Centrif.
/400/600/800/1000/1200/1400/1600
[WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN]
Waterverbruik : 50 ( 7,1 / kg )
Toegelaten waterdruk : 0,3-10 kgf/cm
2
(30-1000 kPa)
Het uitzicht en de kenmerken kunnen zonder voorafgaande kennisgeving afwijken.
Dit enkel om de kwaliteit van het toestel te verbeteren.
Spanner
Accessoires
Stekker
Om gevaar te vermijden moet
de stroomtoevoerkabel in
geval van beschadiging
vervangen worden door de
fabrikant, door zijn erkende
verdelers of door gelijkwaardig
gekwalificeerde personen.
Bedieningspaneel
Deur
Plintdekselkap
Zeepbakje
(voor zeep en
wasverzachter)
Trommel
Stelvoetjes
Afvoerstop
Toevoerleiding (1EA)
Moersleutel
Filter afvoerpomp
Plintdeksel
nstallatie
I
5
1. Om interne schade tijdens het transport te
vermijden zijn de 4 speciale
vergrendelingsbouten vastgeschroefd.
Vooraleer de wasmachine in gebruik te
nemen, moet u de bouten en de rubberen
stoppen verwijderen.
• Als ze niet verwijderd worden, zal de
machine hevig schudden, veel geluid
veroorzaken en uiteindelijk in storing gaan.
3. Verwijder de 4 bouten samen met de
rubberen stoppen door zachtjes aan de
stop te draaien. Houd de 4 bouten en de
moersleutel bij voor eventueel later
gebruik.
• Telkens wanneer het toestel verplaatst
wordt, moeten deze vergrendelingsbouten
opnieuw geplaatst worden.
Het toestel is uitgerust met vergrendelingsbouten voor vervoer om interne schade tijdens het
transport te vermijden.
2. Draai de 4 bouten los met de
meegeleverde moersleutel.
4. Sluit de gaten af met de meegeleverde
afdekhoedjes.
Vergrendelingsbouten voor vervoer
• De verpakking en alle transportbouten
moeten worden verwijderd alvorens de
wasmachine te gebruiken.
Wanneer u de verpakking onderaan
verwijdert, zorg er dan voor ook de
bijkomende verpakkingsplaat in het
midden onderaan te verwijderen.
Verwijderen van de vergrendelingsbouten
• Installeer of plaats het apparaat op een plaats waar het niet aan temperaturen onder het vriespunt of aan
schommelende weersomstandigheden kan worden blootgesteld.
• Als de wasmachine geplaatst werd op een vast tapijt, mag de het tapijt de plintopening niet hinderen.
Packing
Washer
Wasmachine
Verpakking
onderkant
Verpakkingsplaat
(Afhankelijk van het
model, wordt er
inpakmateriaal ter
ondersteuning
gebruikt.)
nstallatie
I
6
Passtelling met de vloer:
De toegelaten hellingsgraad onder de wasmachine
bedraagt 1°
Stopcontact :
Moet geplaatst zijn op maximaal 1,5 meter links of
rechts van de wasmachine. Niet meer dan één
toestel aansluiten op het stopcontact.
Bijkomende vrije ruimte :
Voor inbouw tegen muur, deur en vloer is volgende
vrije ruimte noodzakelijk.
(10 cm: achterzijde / 2 cm: rechter- en linkerzijde)
Plaats of bewaar nooit wasproducten op de
wasmachine.
Ze kunnen de afwerkingslaag of de
bedieningstoetsen beschadigen.
Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer.
Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rond de wasmachine niet wordt gehinderd door tapijten, matten enz.
• Probeer nooit om een oneffenheid in de vloer te corrigeren door stukken hout, karton of
soortgelijke materialen onder de wasmachine te plaatsen.
• Als de wasmachine naast een gasfornuis of een kolenkachel geplaatst moet worden, voorzie dan
een isolatie (85x60cm), bedekt met aluminiumfolie, op de zijkant van het fornuis of de kachel
tussen de twee toestellen.
• Installeer de wasmachine niet in ruimtes waar de temperatuur tot onder 0°C kan dalen.
• Zorg ervoor dat de wasmachine ook na de installatie nog gemakkelijk bereikbaar is voor de
technicus in geval van een defect.
• Eens de wasmachine is geïnstalleerd, de vier pootjes bijregelen met de meegeleverde boutsleutel
zodat het toestel stabiel staat en er een open ruimte is van ongeveer 20 mm tussen de bovenkant
van de wasmachine en de onderkant van het werkblad.
Ruimtelijke installatievereisten
Positioneren
650
850
600
nstallatie
I
7
De toegeleverde waterdruk moet tussen 30
kPa en 1000 kPa (0,3~10 kgf/cm
2
)liggen
Ontbloot of kruis de leiding niet wanneer u
de toevoerleiding aansluit op de klep.
Wanneer de toegeleverde waterdruk hoger is
dan 1000 kPa, moet u een
decompressietoestel laten installeren.
• Om lekkage te vermijden werden twee
ringen voorzien op het aansluitpunt in de
aansluiting van de watertoevoerleiding.
• Controleer de waterdichtheid van de
aansluitingen tussen wasmachine en
toevoerleiding door de kraan helemaal
open te draaien.
• Controleer regelmatig de toestand van de
leiding en vervang deze indien nodig.
• Zorg ervoor dat er geen knik zit in de
leiding en dat deze niet geklemd is.
De wasmachine moet op de waterleiding aangesloten worden met nieuwe
leidingen. Oude leidingen mogen niet worden gebruikt.
Aansluiting van de watertoevoerleidingen
1. Gebruik nooit een verlengkabel of een verdeelstekker.
2. Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel in geval van beschadiging, vervangen worden
door de fabrikant, zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen.
3. Trek de stekker na gebruik steeds uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
4. Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de stroombedradingsrichtlijnen.
5. Het toestel moet zo geplaatst worden dat de stekker gemakkelijk toegankelijk is.
Elektrische aansluiting
LET OP het netsnoer
Het wordt aanbevolen de meeste machines aan te sluiten op een eigen circuit; dat wil zeggen, een
circuit met stopcontact dat alleen voor die machine gebruikt wordt, zonder verdere stopcontacten of
aansluitingen op het circuit. Controleer voor de zekerheid de specificatie-pagina van deze
handleiding.
U mag de stopcontacten niet overbelasten. Overbelaste/losse/beschadigde stopcontacten of
verlengsnoeren, versleten netsnoeren, of beschadigde snoerisolatie vormen een gevaar. Dit kan
leiden tot brand of een elektrische schok. Kijk regelmatig het netsnoer van uw machine na; indien dit
er beschadigd uitziet, haalt u dan de stekker uit het stopcontact en laat het snoer vervangen door een
authentiek snoer aangeleverd door een bevoegde dealer, alvorens de machine opnieuw te
gebruiken. Zorg ervoor dat het snoer niet beschadigd raakt: zorg ervoor dat het b.v. niet in de knoop
ligt of afgeknepen wordt, of dat men erop kan lopen. Let vooral op stekkers, stopcontacten, en de
snoeruitgang op de machine.
LET OP
8
nstallatie
I
Installatie van de afvoerleiding
max. 100 cm
min. 60 cm
ong. 105 cm
ong. 145 cm
ong . 100 cm
max. 100cm
min. 60cm
leiding-houder
waskuip
kabel-binder
max. 100cm
min. 60cm
max. 100 cm
ong . 105 cm
ong. 145 cm
ong. 100 cm
min. 60 cm
• De afvoerleiding mag niet hoger dan
100 cm boven de vloer geplaatst
worden.
• Een goede bevestiging van de
afvoerleiding zal ervoor zorgen dat de
vloer niet beschadigd wordt door
waterlekkage.
• Wanneer de afvoerleiding te lang is,
duw ze dan niet in de wasmachine.
Hierdoor ontstaat nl. een abnormaal
geluid.
• Wanneer de afvoerleiding aan een
wasbak bevestigd wordt, maak ze dan
stevig vast met een kettinkje.
• Een goede bevestiging van de
afvoerleiding zal ervoor zorgen dat de
vloer niet beschadigd wordt door
waterlekkage.
9
nstallatie
I
Niveauregeling
Betonnen vloeren
Houten vloeren
1. Door een wasmachine goed waterpas op te stellen voorkomt u overgeluid
en trillingen.
Plaats het toestel op een stevige vloer die waterpas is, bij voorkeur in een
hoek van de kamer.
2. Wanneer de vloer oneffen is, kan u de stelvoetjes aanpassen tot op de
gewenste hoogte (gebruik geen stukjes hout en dergelijke onder de
voetjes). Zorg ervoor dat alle vier de voetjes stevig op de vloer rusten, en
controleer of het toestel waterpas staat (gebruik een waterpas)
Nadat u de pootjes bijgeregeld hebt, de borgmoer in
tegenwijzerzin aandraaien.
Diagonale controle
Wanneer u op de overlangse hoeken van de bovenplaat van de wasmachine
aandrukt, mag de machine absoluut niet op en neer bewegen
(controleer beide richtingen). Wanneer de machine bij deze duwbewegingen
wel beweegt, moet u de stelvoetjes weer aanpassen.
• Het installatieoppervlak moet proper, droog en waterpas zijn.
• Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer.
Tegelvloeren (gladde vloeren)
• Ga met beide voeten op de Tread Mate staan en stel de machine af totdat hij recht staat.(Knip de Tread
Mate in stukken van 70x70 mm en plak de stukken op de droge tegels waar u de machine wilt plaatsen.)
Tread Mate is een zelfklevend materiaal dat gebruikt wordt op ladders & trappen, om het uitglijden tegen te gaan.
• Houten vloeren zijn bijzonder gevoelig voor trillingen.
• Om trillingen te voorkomen, raden wij aan rubber doppen van ten minste 15 mm
dik te plaatsen onder elk pootje van de wasmachine en deze met behulp van
schroeven te bevestigen aan ten minste 2 vloerbalken.
• Indien mogelijk de wasmachine installeren in een van de hoeken van de ruimte waar de vloer stabieler is.
Gebruik rubber doppen om de trillingen te verminderen.
Rubber doppen (onderdeelnr. .4620ER4002B) kunt u verkrijgen bij de LG-afdeling onderdelen.
Belangrijk!
• Correcte plaatsing van de wasmachine verzekert een lange, regelmatige en betrouwbare werking.
• De wasmachine moet volledig horizontaal en stevig vast staan.
• De wasmachine mag niet gaan schommelen tijdens het wassen.
• Het installatieoppervlak moet proper zijn, vrij van vloerwas en andere smeermiddelen.
• Zorg ervoor dat de onderkant van de wasmachine niet nat wordt. Als de onderkant van de
wasmachine nat wordt, zou u kunnen uitglijden.
Rubber Cup
Zet de wasmachine goed vast als hij op een verhoogd
platform staat: anders loopt u het risico dat hij eraf valt.
Rubber dop
OPMERKING
Een houten of zwevende vloer kan voor overmatige trillingen
of stabiliteitsproblemen bij een geladen machine zorgen.
OPMERKING
10
andachtspunten voor het wassen
A
1. Aandacht voor de labels
Controleer of uw kledingstuk een label heeft met wasinstructies. Dit zal aangeven uit
welke stoffen het stuk gemaakt is en hoe het gewassen moet worden.
2. Was sorteren
Voor de beste wasresultaten, sorteert u uw kledingstukken in ladingen die met hetzelfde
wasprogramma gewassen kunnen worden. De watertemperatuur en de centrifugeersnelheid
zijn afhankelijk van het soort stof waaruit de kledingstukken gemaakt zijn. Sorteer donkere
was van lichte was en witgoed. Was afzonderlijk als kleuren kunnen doorlopen of pluis in
elkaar kan klitten waardoor wit kan verkleuren, enz. Indien mogelijk wast u zwaar vervuilde
stoffen apart van licht vervuild goed.
Vuil (zwaar, normaal, licht) Sorteer kleding volgens de vuilheidsgraad.
Kleur (witte was, lichte was, donkere was) Sorteer witgoed van gekleurde was.
Pluis (pluisproducerende was, pluisverzamelende was)
Was pluisproducerende was
afzonderlijk van pluisverzamelende was.
3. Aandacht bij het vullen
Combineer grote en kleine stukken in één lading. Laad de grote stukken eerst. Grote
stukken mogen niet meer dan de helft van de gehele waslading beslaan.
Laat de machine niet draaien met slechts één artikel erin. Dit kan instabiliteit
veroorzaken. Voeg een of twee gelijksoortige stukken toe.
Aandacht voor het wassen
Voor het in gebruik nemen van de wasmachine
• Controleer alle zakken en zorg ervoor dat
ze leeg zijn. Nagels, haarpennen,
lucifers, potloden, muntstukken en
sleutels kunnen zowel uw wasmachine
als uw kleding beschadigen.
• Sluit ritsen, haken en koorden om ervoor
te zorgen dat deze geen andere
kledingsstukken scheuren.
• Behandel vuil en plekken voor door een
beetje in water opgeloste zeep op boord-
en omslagplekken aan te brengen. Dit om
het vuil reeds gedeeltelijk op te lossen.
Kies een wascyclus (KATOEN 60°C, voeg een halve lading wasmiddel toe), zet de
machine in werking (zonder kleding). Hiermee verwijdert u eventueel in de trommel
resterende aanslag.
11
eep toevoegen
Z
• Hoofdwas alleen
• Voorwas + hoofdwas
• Niet hoger vullen dan tot aan het maximale
vulstreepje. Als het bakje overvol is kan de
wasverzachter te vroeg vrijkomen, waardoor
er vlekken op de kleding kunnen ontstaan.
• Laat wasverzachter niet langer dan 2 dagen
in de zeeplade (wasverzachter kan
uitharden)
• De wasverzachter wordt automatisch
toegevoegd gedurende de laatste
spoelcyclus.
• De lade niet openen wanneer er water wordt
aangevoerd.
• Solventen (benzeen, enz..) zijn niet
toegelaten.
1. De verdeellade
• Het wasmiddel moet worden gebruikt volgens
de instructies van de wasmiddelenproducent.
• Als u meer wasmiddel gebruikt dan is
voorgeschreven, ontstaat er te veel schuim
waardoor het wasresultaat afneemt of de
motor te sterk belast wordt (oorzaak van
storing)
• Gebruik alleen wasproducten in poedervorm
voor de wasmachine met voorlader.
• Het gebruik van het wasmiddel moet
mogelijk worden aangepast in functie van
de watertemperatuur, de hardheid van het
water, de grootte en het vuilniveau van de
lading. Om de beste resultaten te
bekomen zorgt u ervoor het schuim niet te
laten overlopen.
4. Waterverzachter
• Een water verzachter, zoals Calgon, kan
worden gebruikt in regio’s met extreem
hard water. Voeg toe volgens de
aanwijzingen op de verpakking.
Voeg eerst wasmiddel toe en vervolgens
de water verzachter.
• Gebruik de hoeveelheid wasmiddel voor
zacht water.
Tips
Volle lading: volgens de
aanbevelingen van de producent.
Gedeeltelijke lading: 3/4 van de
normale hoeveelheid.
Minimumlading: 1/2 van een volle
lading.
• Het wasmiddel wordt bij het begin van de
wascyclus uit de verdeler gespoeld.
3. Hoeveelheid wasmiddel
2. Wasverzachter toevoegen
Toevoegen van wasmiddel en wasverzachter
MAX
max
OPMERKING
Geen wasverzachter
rechtstreeks op de kledij
gieten.
12
uncties
F
Aanbevolen wasprogramma's rekening houdende met het type wasgoed
( ) : WD-14340(5)FD / WD-12340(5)FD / WD-14330(5)FDN / WD-12330(5)FDN
Intensief : Voor zeer vuile was, kies de optie "Intensief".
De programma-afstelling met testoptie "Intensief" is in overeenstemming met EN60456 en IEC60456.
Spoelen
+
: Als u meer wilt spoelen, verwijdert de functie Spoelen
+
alle zeepresten.
Voorwas : Voorwas zwaar vervuilde en proteïnegevlekte stukken.
Kreukvrij : Als u het kreuken van kleding wilt voorkomen, selecteer dan deze functie bij het centrifugeren.
Katoen
Synthetisch
Fijn
Wol/Zijde
Handwas
Snel 30
Controleer eerst of het
wasgoed in de machine
mag (wit katoen, linnen
handdoeken en lakens,
enz....)
kleurvaste kledingstukken
(hemden, nachtjaponnen,
pyjama's, ...)en licht
vervuild wit katoen
(ondergoed, …)
polyamide, acryl, polyester
fijn wasgoed dat gemakkelijk
beschadigd kan worden.
Enkel wollen en zijden
goed dat in de machine
gewassen mag worden.
Het wastype is hetzelfde bij
Katoen en synthetische
was.
“Handwas” Fijn en wollen
wasgoed
Spoelstop
Intensief
Spoelen
+
Voorwas
Kreukvrij
Spoelstop
Intensief
Spoelen
+
Voorwas
Kreukvrij
Spoelstop
Intensief
Spoelen
+
Kreukvrij
Spoelstop
Intensief
Spoelen
+
Voorwas
Kreukvrij
Spoelstop
Intensief
Spoelen
+
Kreukvrij
Spoelstop
Intensief
Spoelen
+
Kreukvrij
Spoelstop
Spoelen
+
Kreukvrij
volle
lading
volle
lading
minder
dan
3,5 kg
minder
dan
3,0 kg
minder
dan
2,0 kg
minder
dan
2,0 kg
minder
dan
2,0 kg
Programma
Stof- Type
Instelling
Temp.
(Optie)
Wassen
(Optie)
Maximum
Lading
Energie
in
kWh
Tijdsduur
in
Minuten
95˚C
60˚C
(30°C,
40°C,
60°C-Eco)
40˚C
(30°C,
60°C)
30˚C
(40°C,
Koud)
30˚C
(40°C,
Koud)
Koud
(30°C)
30°C
2,74
1,10
0.45
0.41
0,28
0,03
0.35
123
(117)
106
(100)
80
52
50
44
30
13
ebruik van de wasmachine
G
• Om de machine te starten drukt u op de
knop "Inschakelen".
• Druk op de "Start/Pause"-knop.
• Standaardinstelling
- Wassen: alleen hoofdwas
- Spoelen: 3 keer
- Centrifugeren:
1200 tpm
[WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN]
1400 tpm
[WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN]
1600 tpm
[WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN]
- Watertemperatuur: 60 °C
- Programma: Katoen
• Druk op de knop "Inschakelen" om de
machine op te starten.
• Selecteer de voorwaarden die u wenst
te gebruiken door telkens de
overeenstemmende knoppen in te
drukken.
Om de voorwaarden van elk programma te
selecteren verwijzen we naar pagina’s 14
tot 19
• Druk de "Start/Pause"-knop in.
1. Bij gebruik van de wascyclus
met de standaardvoorwaarden
2. Manuele instelling
De volgende instructies geven aan hoe u de taalinstelling kunt veranderen
De taal kiezen
Als de machine uitstaat, druk tegelijk op
de knop om het programma uit te stellen
en de knop om de machine aan te
zetten.
1.
Draai de programmaschijf om
de gewenste taal te kiezen.
2.
Druk op de
centrifugeerknop om
de taalkeuze in te
stellen.
3. 5.
De machine wordt
automatisch
uitgezet nadat u de
taal heeft
veranderd.
Bevestig de
geselecteerde taal
opnieuw na aan/uit.
4.
14
ebruik van de wasmachine
G
(1) draaiknop : Programma
(2) drukknop : Start/Pause
(3) drukknop : Intensief
(4) drukknop : Spoelstop
(5) drukknop : Spoelen+
(6) drukknop : Voorwas
(7) drukknop : Kreukvrij
(8) Kinderslot
(9) drukknop: Inschakelen
(10) drukknop: Centrifugeren
(11) drukknop: Voorprogr.
Optie
• U kunt de optie/-functie selecteren door
op de optieknop te drukken.
- Spoelstop
- Intensief
- Spoelen
+
- Voorwas
- Kreukvrij
4. Voorwas
• Als het wasgoed erg bevuild is, is het “Voorwas” -
programma erg effectief.
• De voorwas kan worden gebruikt voor het
programma "Katoen en Synthetisch was"
programma.
Als het controlelampje brandt, is de functie geselecteerd.
1. Intensief
• Voor zeer vuile was, kies de optie "Intensief".
• Door Intensief te kiezen, wordt de duur van het
wasprogramma verlengd, afhankelijk van het
gekozen programma.
• Deze optie is niet beschikbaar voor het
programma Snel 30.
5. Kreukvrij
3. Spoelen
+
• Als u langer wilt spoelen, kunt u de
" Spoelen
+
"-functie gebruiken om alle zeepresten
weg te spoelen.
• Als u het kreuken van kleding wilt voorkomen,
selecteer dan deze functie bij het centrifugeren.
2. Spoelstop
• Als u kleren in de machine wilt laten zonder te
centriguren na het spoelen om te voorkomen
dat ze worden gekreukt, druk dan op de toets
"Centrifugeren" om "Spoelstop" te selecteren.
• Om na activering van de spoelstopfunctie
verder te gaan met afpompen of centrifugeren
moet u het gewenste programma instellen met
de programmadraaiknop.
15
ebruik van de wasmachine
G
1. Keuze centrifugeersnelheid
Centrifugeren ( )
• Door op de centrifugeerknop te
drukken kan de centrifugeersnelheid
ingesteld worden.
• De volgende centrifugeersnelheid is
beschikbaar, afhankelijk van het
programma:
• WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN
-
Katoen, Spoelen en centrifugeren, Snel 30
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
-
1000
-
1200–1400–1600
- Synthetisch, Wol/Zijde, Handwas
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
-
1000
- Fijn
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
• WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN
-
Katoen, Spoelen en centrifugeren, Snel 30
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
-
1000
-
1200–1400
- Synthetisch, Wol/Zijde, Handwas
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
-
1000
- Fijn
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
• WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN
-
Katoen, Spoelen en centrifugeren, Snel 30
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
-
1000
-
1200
- Synthetisch, Wol/Zijde, Handwas
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
-
1000
- Fijn
Niet Centrif.
-
400
-
600
-
800
2. Niet Centrifugeren ( )
• Als er geen centrifugeersnelheid
ingesteld is, stopt de wasmachine nadat
het water weggepompt is.
Als het controlelampje brandt, is de functie
geselecteerd.
Alleen centrifugeren:
1. Druk de Inschakelen-knop in.
2. Kies de gewenste centrifugeersnelheid door
de Centrifugeerschijf af te stellen.
3. Houd Start/Pause ongeveer drie seconden
ingedrukt
(400–600–800–1000–1200–1400–1600)
[WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN]
[WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN]
(400–600–800–1000–1200–1400)
[WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN]
(400–600–800–1000–1200)
ebruik van de wasmachine
G
16
1. Watertemperatuur
Watertemperatuur
• Door de programmadraaiknop te draaien
kan de watertemperatuur geselecteerd
worden.
- Koud
- 30˚C / 40˚C / 60˚C / 95˚C
• Naargelang het programma kan de
watertemperatuur als volgt ingesteld
worden:
Het controlelampje van de gekozen
temperatuur licht op Voor verdere details
verwijzen we naar pagina 12
Kinderslot
Als u alle knoppen wilt
vergrendelen om te vermijden
dat kinderen of geestelijk
zwakke personen de machine
kunnen bedienen, kunt u deze
functie gebruiken.
• Het kinderslot kan worden ingesteld door
gelijktijdig de “Spoelen
+
-knop en de
“Voorwas”-knop in te drukken.
Wanneer het kinderslot ingesteld is, zijn alle
knoppen buiten werking.
• Om het kinderslotsysteem weer uit te
schakelen drukt u opnieuw gelijktijdig op de
de “Spoelen
+
-knop en de Voorwas”-
knop.
• Als u de programma-instellingen wilt
wijzigen terwijl het kinderslot actief is:
1. Druk gelijktijdig op “Spoelen
+
” en
Voorwas
2. Druk op de “Start/Pause”-knop.
3. Wijzig het gewenste programma en druk
opnieuw op de “Start/Pause”-knop.
• Het kinderslot kan op elk moment ingesteld
worden, en wordt automatisch weer
uitgeschakeld wanneer operationele fouten
voorkomen of wanneer. Het kinderslot werkt
eveneens wanneer de machine
uitgeschakeld is.
1. Kinderslot
ebruik van de wasmachine
G
17
Voorprogramma ( )
1. Voorprogramma
Wasvoorbereiding vooraleer "Voorprogramma"
wordt opgestart
- Draai de waterkraan open.
- Laad het wasgoed en sluit de deur.
- Breng wasmiddel en wasverzachter aan in
de lade.
• Instelling “Voorprogramma
- Druk op de “Inschakelen( )”-knop.
- Draai de “Programma”-knop op het
gekozen programma.
- Druk de “Voorprogramma”-knop in en stel
de gewenste tijd in.
- Druk de “Start/Pause( )”-knop in.
Wanneer de "Voorprogramma"-knop
ingedrukt wordt, toont de machine "3:00".
Het maximale voorprogramma is 19:00 uur
en het minimale voorprogramma is 3:00 uur.
• Elke druk op de knop doet het
voorprogramma één uur opschuiven.
• Om het voorprogramma te onderbreken
drukt u op de “Inschakelen( )”-knop.
Voorprogramma is de “verwachte tijd”
vanaf nu tot het beëindigen van de
wascyclus of het geselecteerde proces
(wassen, spoelen, centrifugeren).
• Afhankelijk van de toestand van de
watertoevoer en de temperatuur kunnen het
voorprogramma en de echte wastijd lichtjes
verschillen.
Programme
• Afhankelijk van het type wasgoed kan u
kiezen uit 9 programma's.
1. Programme
2. Processus
• Wanneer u de "Start/Pause"-knop
indrukt, wordt het bontewas
programma automatisch geselecteerd.
- Door aan de programmaknop te
draaien wordt het programma in de
volgende volgorde geselecteerd:
"Katoen
-
Fijn
-
Snel 30
-
Spoelen en centrifugeren
-
Pompen
-
Handwas
-
Wol/Zijde
-
Synthetisch".
Rekening houdende met het type wasgoed
voor elk programma. Kijk op pagina 12.
- Katoen
- Snel 30
- Synthetisch
- Fijn
- Wol/Zijde
- Handwas
- Spoelen en centrifugeren
- Pompen
18
ebruik van de wasmachine
G
Start/Pause
• Deze “Start/Pause( )”-knop wordt
gebruikt om de wascyclus en andere
programma’s te starten of de cyclus
tijdelijk te onderbreken.
• Druk op de “Start/Pause( )”-knop
wanneer u de wascyclus tijdelijk wenst te
onderbreken.
• Nadat u de pauzeknop heeft ingedrukt
wordt de machine na vier minuten
automatisch uitgeschakeld.
1. Start
2. Pause
1. Inschakelen
2. Startprogramma
Inschakelen
• Druk de “Inschakelen( )”-knop in om
de stroom in- en uit te schakelen
• Hij kan ook gebruikt worden om de
functie “Voorprogramma” te
onderbreken.
• Wanneer u de “Inschakelen( )”-knop
indrukt, selecteert de wasmachine
automatisch het programma “Katoen”.
De andere standaardinstellingen
worden ingesteld zoals hieronder
vermeld.
• Als u dus een wascyclus wil kiezen
zonder een programma te selecteren,
drukt u op de “Start/Pause”-knop en
de wasmachine zal het programma
opstarten.
Standaardprogramma
[WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN]
Katoen was programma / hoofdwas /
normaal spoelen / 1600tpm / 60˚C
[WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN]
Katoen was programma / hoofdwas /
normaal spoelen / 1400tpm / 60˚C
[WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN]
Katoen was programma / hoofdwas /
normaal spoelen / 1200tpm / 60˚C
Deur Vergrendeld
• Brandt telkens de deur van de
wasmachine vergrendeld is.
• De deur kan worden geopend door te
drukken op de knop Start/Pause om de
wasmachine te stoppen.
Detecting load
Wegen
• Als "Wegen" in het venstertje wordt
weergegeven, draait de machine langzaam
rond en detecteert hoeveel kledingsstukken
zich in de trommel bevinden. Dit duurt een
paar seconden.
• Beschikbaar in Katoen en Synthetisch.
19
ebruik van de wasmachine
G
• Wanneer de wasmachine een probleem
ondervindt, wordt een foutcode getoond.
" " : probleem met de waterdruk
" " : probleem van te veel water
" " : overbelasting van de motor
" " : overbelasting van de motor
" " : probleem met de
watertemperatuur
" " : Waterlekkage
“Deur open” : deur niet gesloten
“Geen watertoevoer”
:
probleem bij de watertoevoer
“Niet afpompen” :
probleem bij de afvoer
“Niet centrifugeren”
:
probleem met de balans in de trommel
Wanneer één van deze foutcodes getoond
wordet, raadpleeg dan de storingsindex op
pagina 23 en volg de richtlijnen.
Scherm
• Wanneer het kinderslot ingeschakeld is
wordt " " getoond.
• Wanneer de tijdvertraging ingeschakeld
is, toont het scherm de resterende tijd
om het gekozen programma af te
werken.
• Wanneer de wascyclus ten einde is,
wordt " " getoond op het "Multi
display".
• Tijdens de wascyclus wordt de resterende
wastijd getoond.
• Aanbevolen programmatijden door de
fabrikant.
[ ] : WD-14340(5)FD/WD-12340(5)FD
WD-14330(5)FDN/WD-12330(5)FDN
- Katoen 95°C : ongeveer 2[1] uur en 3 [57] minuten
- Katoen 60°C : ongeveer 1 uur en 46 [40] minuten
- Synthetisch : ongeveer 1 uur en 20 minuten
- Fijn : ongeveer 52 minuten
- Wol/Zijde : ongeveer 50 minuten
- Handwas : ongeveer 44 minuten
- Snel 30 : ongeveer 30 minuten
- Spoelen en centrifugeren :
ongeveer 24 minuten
(WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN)
ongeveer 21 minuten
(WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN)
ongeveer 18 minuten
(WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN)
- Pompen : ongeveer 1 minuten
• De wastijd kan verschillen afhankelijk van
de grootte van de lading, de druk van het
leidingwater, de watertemperatuur en
andere gebruiksvoorwaarden.
• Wanneer een instabiliteit wordt vastgesteld
of wanneer het programma om schuim te
verwijderen werkt, zal de wastijd langer
dan gemiddeld zijn.
(De maximale tijdsverlenging bedraagt
45 minuten.)
1. Scherm voor speciale functies
3. Einde wasprogramma
4. Resterende tijd
2. Scherm zelfdiagnose
20
nderhoud
O
Watertoevoerfilter
- de "Geen watertoevoer"-foutcode verschijnt op het bedieningspaneel wanneer er geen water
verschijnt in de zeeplade.
- Wanneer uw water zeer hard is of sporen draagt van kalkafzetting, kan de watertoevoerfilter
dichtslibben. Het is daarom noodzakelijk om de filter regelmatig te reinigen.
Pompfilter spoelen
De afvoerfilter verzamelt draadjes en andere kleine voorwerpen die in de was zijn achtergebleven.
Door regelmatig te controleren of de filter nog zuiver is, zal uw machine beter blijven draaien.
OPGELET Laat de filter eerst leeglopen via de afvoerleiding, open vervolgens de pomp
en verwijder alles wat de filter eventueel heeft kunnen verstoppen.
Verwijder de kledingstukken uit de wasmachine van zodra de wascyclus beëindigd is.
Kledingstukken die in de wasmachine achterblijven kunnen erg kreuken en verkleuren en ze
kunnen allerlei geuren opnemen.
Om elektrische schokken te vermijden trekt u de stekker uit het stopcontact vooraleer u de
binnenzijde van de wasmachine reinigt.
1. Draai de
waterkraan
dicht.
2. Draai de
watertoevoer-
leiding los.
3. Reinig de
filter met een
harde borstel.
4. Breng de
toevoerleiding
weer aan.
!
1.
Open de
plintdekselkap (󲾩)
met een muntstuk.
Draai aan de
afvoerstop (󲾪) om de
leiding naar buiten te
brengen.
2.
Trek de afvoerstop eruit (󲾪),
waardoor het water uit de filter
loopt. Gebruik een kom om het
water op te vangen. Als er geen
water meer uitkomt, draai dan de
pompfilter (󲾫) naar links open.
3. Verwijder al het vreemde
materiaal uit de pompfilter (󲾫).
Draai, na reiniging de filterpomp
(󲾫) weer vast (naar rechts) en
breng de afvoerplug (󲾪) weer op
haar plaats, sluit de
plintdekselkap.
3
2
1
100
3
2
21
nderhoud
O
Reinigen van de verdeellade
Na een tijdje zullen de wasmiddelen en de wasverzachters sporen nalaten in de lade.
• De lade moet regelmatig onder stromend water gereinigd worden.
• Indien nodig kan de lade volledig uit de machine verwijderd worden door de klep naar beneden te
drukken en de lade eruit te nemen.
• Om het reinigen te vergemakkelijken kan het bovenste gedeelte van het compartiment voor de
wasverzachter verwijderd worden.
De holte van de lade
Het wasmiddel kan zich eveneens ophopen aan de binnenzijde van de holte. Deze moet
regelmatig met een oude tandenborstel gereinigd worden.
• Wanneer u de lade gereinigd heeft, plaatst u ze terug op zijn plaats in de machine .Vervolgens
voert u een spoelcyclus zonder wasgoed uit.
MAX
max
MAX
max
22
nderhoud
O
De wasmachine reinigen
1. Buitenzijde
Een goede zorg voor uw wasmachine kan de levensduur in belangrijke mate verlengen.
De buitenzijde van de machine kan het beste worden gereinigd met warm water en een
neutraal niet-agressief huishoudmiddel.
Poets gemorst waspoeder e.d. onmiddellijk af met een vochtige doek. Stoot niet tegen het
oppervlak of bewerkt het niet met scherpe voorwerpen.
BELANGRIJK: Gebruik geen methylalcohol, verdunners of gelijkaardige producten.
2. Binnenzijde
Droog na rond de flexibele ring in de opening van de wasmachinedeur en het glas.
Deze plaatsen moeten altijd goed schoon zijn om een waterdichte afsluiting te kunnen
garanderen.
Voer een volledige wascyclus met warm water uit.
Herhaal deze procedure indien nodig.
Voorzorgsmaatregelen voor de winter
Als de machine zich bevindt in een ruimte waar het kan vriezen of verplaatst wordt wanneer
het vriest, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden om te vermijden dat
de wasmachine beschadigd wordt:
1. Sluit de watertoevoerkraan af.
2. Koppel de leidingen van de watertoevoer en de afvoer los, en laat ze leeglopen.
3. Steek de stekker van de elektrische stroomkabel in een goed geaard stopcontact.
4. Giet 3,8 liter van een niet-toxisch antivriesmiddel in de lege wastrommel. Sluit de deur.
5. Stel de centrifugeercyclus in en laat de wasmachine 1 minuut centrifugeren om al het water
uit de machine af te voeren. Een beetje antivries zal in de machine blijven zitten.
6. Trek de stekker uit het stopcontact, droog de binnenzijde van de trommel, en sluit de deur.
7. Verwijder de verdeellade. Spoel al het water uit de compartimenten weg en maak ze
droog. Plaats de lade terug.
8. Bewaar de machine rechtopstaand.
9. Om het antivriesmiddel na opslag uit de machine te verwijderen, laat u de machine een
volle cyclus doorlopen met zeep zonder een . waslading toe te voegen.
OPMERKING
Verwijder hardwaterafzettingen alleen met reinigingsmiddelen die
wasmachineveilig zijn.
23
toringsindex
S
De wasmachine is voorzien van automatische veiligheidsfuncties die fouten tijdig
detecteren, diagnosticeren en ook nog eens dienovereenkomstig reageren.
Wanneer de machine niet naar behoren werkt of helemaal niet meer werkt, kan u
de hiernavolgende punten nakijken vooraleer contact op te nemen met een servicepunt.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
Rammelend geluid
Bonkend geluid
Trillend geluid
Waterlekkage
Te veel schuim
Het water komt niet of
te traag in de machine
Het water wordt niet of
te traag uit de machine
afgevoerd.
• Vreemde voorwerpen zoals
muntstukken of veiligheidsspelden
kunnen in de trommel of in de pomp
zitten.
• Een zware lading kan een bonkend
geluid produceren. Dit is meestal
normaal.
• Zijn alle vergrendelingsbouten en
verpakkingen verwijderd?
• Rusten alle stelvoetjes stevig op de
grond?
• De aansluiting van de
toevoerleiding is los aan de zijde
van het kraantje of aan de zijde van
de wasmachine.
• De afvoerleidingen van de woning
zijn verstopt.
• Onvoldoende watertoevoer in de
regio.
• Watertoevoerkraan niet helemaal
opengedraaid.
• Watertoevoerleiding geplooid.
• Filter van de toevoerleiding is
verstopt.
• De afvoerleiding is geklemd of
verstopt.
• De afvoerfilter is verstopt.
Leg de wasmachine stil en controleer
de trommel en de afvoerfilter.
Als het geluid blijft voortduren nadat de
wasmachine opnieuw werd opgestart,
neem dan contact op met uw
plaatselijke verdeler.
Als het geluid doorgaat, is de
wasmachine waarschijnlijk uit balans.
Stop de machine en herverdeel de was.
Als u hem niet verwijderd heeft bij de
installatie: zie "Installatie" voor het
verwijderen van de
vergrendelingsbouten. Waslading
ongelijk verdeeld in de trommel. Stop
de wasmachine en herverdeel de was.
Controleer en draai de
leidingaansluitingen vast.
Ontstop de afvoerpijpen.
Contacteer indien nodig een loodgieter.
Te veel wasmiddel of een verkeerd
wasmiddel? De vorming van schuim
kan waterlekkage veroorzaken.
Controleer een andere kraan in huis.
Draai de kraan helemaal open.
Leg de leiding recht.
Controleer de filter van de
toevoerleiding.
Reinig de afvoerleiding en leg hem
recht.
Reinig de afvoerfilter.
24
toringsindex
S
De wasmachine wil
niet starten.
De wasmachine wil
niet centrifugeren.
De deur gaat niet
open.
De wascyclus wordt
vertraagd.
• De stekker steekt niet in het
stopcontact of de aansluiting is
los.
• De zekering is doorgeslagen, de
stroomonderbreker is
aangeslagen of er was een
stroompiek.
• De watertoevoer is niet
aangesloten.
Controleer of de deur goed
gesloten is.
Zorg ervoor dat de stekker stevig in het
stopcontact zit.
Reset de stroomonderbreker of vervang
de zekering.
De capaciteit van de zekering niet
verhogen.
Indien het een probleem van overlading
is, moet dit worden hersteld door een
erkend elektricien.
Draai de watertoevoerkraan open.
Sluit de deur en druk de "Start/Pause"-
knop in.
Nadat u op de "Start/Pause"-knop
gedrukt heeft kan het een aantal
minuten duren vooraleer de kleding in
de wasmachine begint te centrifugeren.
De deur moet vergrendeld zijn
vooraleer het centrifugeren kan
beginnen.
Wanneer de machine ingeschakeld is,
kan de deur, om
veiligheidsredenen, niet geopend
worden.
Wacht één of twee minuten vooraleer u
de deur opent.
Hierdoor heeft het elektrisch
deurmechanisme voldoende tijd om de
deur vrij te geven.
De wastijd kan verschillen naargelang
de washoeveelheid, de druk van de
waterleiding, de watertemperatuur en
andere gebruiksvoorwaarden.
Wanneer instabiliteit wordt vastgesteld
of wanneer het programma voor de
verwijdering van schuim actief is, zal de
wastijd de verwachte tijd overschrijden.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
25
toringsindex
S
• Onvoldoende watertoevoer in de
regio
• Watertoevoerkraan niet volledig open.
• Knik in watertoevoerleiding.
• De filter van de toevoerleiding is
verstopt.
• Als waterlekkage optreedt in de
toevoerslang, licht de indicator “A” rood op
vervang de toevoerslang.
• Afvoerleiding is geklemd of verstopt.
• Afvoerfilter verstopt.
• Te kleine lading
• Lading uit balans
• Het toestel heeft een instabiliteitsdetectie- en correctiesysteem.
Wanneer individueel zware artikelen zoals badkamermatten,
gordijnen, enz. in de machine geladen worden is het mogelijk
dat het systeem de centrifugeercyclus onderbreekt of zelfs
helemaal stopt wanneer vastgesteld wordt dat de instabiliteit te
groot is, zelfs na verschillende pogingen om te centrifugeren.
• Wanneer het wasgoed nog te nat is op het einde van de cyclus,
breng dan kleine kledingstukken in de trommel om de balans te
herstellen en herhaal de centrifugeercyclus.
• Is de deur geopend?
• Als het teveel aan water te wijten is aan een
defecte waterklep, dan krijgt u het volgende
icoon " ".
• " "wordt getoond wanneer de sensor voor
het waterpeil defect is.
• Overbelasting in de motor.
• Overbelasting in de motor.
• Waterlekkage.
Controleer een ander kraantje in huis.
Zet het kraantje helemaal open.
Trek de leiding recht.
Controleer de filter van de toevoerleiding.
Reinig de afvoerleiding en trek ze recht.
Reinig de afvoerfilter.
Voeg 1 of 2 gelijksoortige artikelen toe om
de lading in balans te brengen.
Herschik de lading om het centrifugeren
mogelijk te maken.
Sluit de deur.
Als "Deur open"niet vrijgegeven wordt,
moet u contact opnemen met de verdeler.
Trek de stekker uit het stopcontact en
neem contact op met de verdeler.
Draai de waterkraan dicht.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Neem contact op met de verdeler.
Neem contact op met de verdeler.
Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing
<Fig 1>
26
arantiebepalingen
G
De garantie geldt niet in geval van:
• Voorrijkosten naar uw huis om u te leren het product te gebruiken.
• Als het product aangesloten is op een ander net dan het aangegeven op de plaat.
• Als de fout veroorzaakt is door ongeluk, nalatigheid, misbruik of bovenmachtige
redenen.
• Als de fout veroorzaakt is door een ander dan het gewoon huishoudelijk gebruik of niet
volgens de gebruikershandleiding.
• De gebruikinstructies van het product aanpassen of de instelling van het product
veranderen.
• Als de fout veroorzaakt is door ongedierte, zoals ratten, kakkerlakken, enz.
• Lawaai of vibratie als normaal beschouwd, zoals water afvoeren, centrifugeren of de
inname van warm water.
• De installatie corrigeren, bijvoorbeeld, het product waterpas stellen of
• Het normale in de handleiding beschreven onderhoud.
• Verwijderen van vreemde voorwerpen/stoffen uit de machine, pomp of filter, zoals
gruis, nagels, bh-beugels, knopen, enz.
• Verwijderen van zekeringen of veranderen van kabels of waterleidingen.
• Niet toegestane reparaties.
• Directe of indirecte schade aan persoonlijke eigendom veroorzaakt door eventuele
gebreken aan dit apparaat.
• Als dit product voor commerciële doeleinden is, wordt hij niet gewaarborgd.
(bijvoorbeeld, voor verkoop-en marketing activiteiten, zoals in openbare toiletten,
sportscholen, hotels, enz.)
Uw oude toestel wegdoen
1. Als het symbool met de doorgekruiste verrijdbare afvalbak
op een product staat, betekent dit dat het product valt onder
de Europese Richtlijn 2002/96/EC.
2. Elektrische en elektronische producten mogen niet worden
meegegeven met het huishoudelijk afval, maar moeten
worden ingeleverd bij speciale inzamelingspunten die door
de lokale of landelijke overheid zijn aangewezen.
3. De correcte verwijdering van uw oude toestel helpt
negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke
gezondheid voorkomen.
4. Wilt u meer informatie over de verwijdering van uw oude
toestel? Neem dan contact op met uw gemeente, de
afvalophaaldienst of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
27
Garantiecertificaat
Voor dit apparaat verlenen wij een garantie van 24 maanden!
Gedurende deze garantieperiode van 24 maanden verplichten wij ons ertoe uw apparaat gratis te her-
stellen of de vervangstukken gratis ter beschikking te stellen bij uw vakhandelaar, indien het niet meer
naar behoren functioneert door fabricage- of materiaalfouten. Andere aanspraken zijn uitgesloten.
Voor het overige gelden de op de keerzijde vermelde garantiebepalingen!
Toesteltype : Serienr :
Naam van de koper :
Aankoopdatum : stempel/ handtekening van de handelaar

Documenttranscriptie

P roductkenmerken  Jumbotrommel De jumbotrommel van LG kan ongeveer 40 % meer was laden dan een conventionele wasmachine. Een grotere trommel verbetert de wasprestatie.  Economischer door het Intelligent Wassysteem Om het energiegebruik en het waterverbruik tot een minimum te beperken, detecteert het Intelligent Wassysteem de grootte van de lading en de watertemperatuur. Ook bepaalt het op basis hiervan het optimale waterniveau en de wastijd. 추가선택, 예약,  Kinderslot Het kinderslotsysteem wordt gebruikt om te vermijden dat kinderen op een knop duwen om het programma te wijzigen terwijl de machine draait.  Ruisarm snelheidscontrolesysteem Door de washoeveelheid en de balans te meten, zorgt het systeem ervoor dat de was gelijkmatig verdeeld wordt zodat het geluidsniveau bij het centrifugeren tot een minimum herleid wordt.  Automatisch herstarten Als de wasmachine door een stroomonderbreking uitgeschakeld werd, zorgt het systeem ervoor dat de wasmachine automatisch weer opstart vanaf het moment waarop de cyclus onderbroken werd, Vandaar gaat de wascyclus  Direct Drive-systeem De moderne Blushless DC-motor drijft de trommel rechtstreeks aan zonder gebruik te maken van riem of riemschijf.  Veiligheidstoestel (Aqua lock) Het Aqua lock-systeem is ontwikkeld om waterlekkage te detecteren wanneer de machine in werking is om te voorkomen dat het water over de vloer stroomt.  Watercirculatie Spuit een oplossing van water en wasmiddel over het wasgoed. Het wasgoed wordt dan sneller en grondiger nat tijdens de wascyclus. Het wasmiddel wordt gemakkelijker verwijderd door de waterstraal tijdens de spoelcyclus. Het watercirculatiesysteem maakt efficiënter gebruik van water en wasmiddel. I nhoudsopgave Waarschuwingen ........................................................................................3 Kenmerken .................................................................................................4 Installatie ....................................................................................................5 Aandachtspunten voor het wassen ..........................................................10 Zeep toevoegen ......................................................................................11 Functies ....................................................................................................12 Gebruik van de wasmachine ....................................................................13 Onderhoud................................................................................................20 Storingsindex............................................................................................23 Garantiebepalingen ..................................................................................26 2 W aarschuwingen LEES ALLE INFORMATIE ALVORENS U HET TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT. ! Waarschuwing Voor uw veiligheid: alle informatie in deze handleiding dient te worden opgevolgd om het risico voor brand, explosie of een elektrische schok tot een minimum te beperken, en om schade aan eigendommen, verwondingen of dodelijk letsel te voorkomen. BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES • Installeer of plaats het apparaat op een plaats waar het niet aan temperaturen onder het vriespunt of aan de weerelementen kan worden blootgesteld. • Het is gevaarlijk om de kenmerken van dit toestel op enigerlei wijze aan te passen. • Probeer de machine niet zelf te herstellen. Herstellingen die uitgevoerd zijn door onervaren of niet-gekwalificeerd personeel kunnen verwondingen en/of nog ernstigere fouten veroorzaken aan de machine. • Hou de plaatsen onder en rondom de toestellen vrij van brandbare materialen zoals pluizen, papier, vodden, chemicaliën, enz. • Nauw toezicht is nodig indien het apparaat door of in de buurt van kinderen wordt gebruikt. • Sta niet toe dat kinderen op, met of in dit toestel of enig ander apparaat spelen. • Laat de wasmachinedeur nooit open staan. • Kinderen zouden op de geopende deur kunnen gaan hangen of in de wasmachine kruipen. • Breng uw hand of arm nooit in de wasmachine terwijl deze nog draait. Wacht tot de trommel geheel tot stilstand is gekomen. • Het wasproces kan de brandvertrager van textiel verminderen. • Was of droog geen artikelen die zijn gereinigd, gewassen, gedrenkt in of besprenkeld met brandbare of explosieve stoffen (zoals was, olie, verf, dieselolie, ontvetters, oplosmiddelen voor droog reinigen, kerosine, enz.) die zouden kunnen ontvlammen of exploderen. Olie kan achterblijven in de trommel, waardoor er brand kan ontstaan tijdens het drogen. Laad dus geen kleding met olievlekken. • Om dit te vermijden volgt u zorgvuldig de was- en verzorgingsinstructies op van de fabrikant die in het kledingstuk zijn opgenomen. • Sla de wasmachinedeur nooit met kracht dicht en probeer deze niet geforceerd te openen wanneer hij op slot zit . Dit kan schade veroorzaken aan de wasmachine. • Om risico op een elektrische schok tot een minimum te beperken, trekt u de stekker van het apparaat uit het stopcontact of haalt u de zekering van de wasmachine uit de stoppenkast of zet de hoofdschakelaar van het elektrisch circuit in uw huis uit alvorens u begint met onderhoud of reiniging. • Gebruik het apparaat nooit wanneer het beschadigd is, niet goed functioneert, gedeeltelijk is gedemonteerd, of er onderdelen aan ontbreken of stuk zijn. Dit geldt ook wanneer het snoer of de stekker zijn beschadigd. • Neem contact op met het service centrum indien het apparaat onder water heeft gestaan. Risico op elektrische schokken en brand. • Alle elektriciteitswerken, die noodzakelijk zijn voor de installatie van het toestel, moeten uitgevoerd worden door een erkende elektricien of een deskundig persoon. • Gebruik uitsluitend een geaard stopcontact van 220 –240 V.Gebruik geen verlengkabel of een verdeelstekker. • Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel, wanneer deze beschadigd is, vervangen worden door de fabrikant, door zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen. • Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de stroombedradingsrichtlijnen. 3 K enmerken Stekker Zeepbakje (voor zeep en wasverzachter) Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel in geval van beschadiging vervangen worden door de fabrikant, door zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen. Bedieningspaneel Trommel Deur Plintdeksel Stelvoetjes Filter afvoerpomp Plintdekselkap Afvoerstop        Naam Stroomtoevoer Afmetingen Gewicht Wascapaciteit Max. vermogen Centrifugeersnelheid : Wasmachine, voorlader : 220-240V~, 50Hz : 600 mm (B) X 600 mm (D) X 850 mm (H) : 65kg : 7,5kg : 2100W : Niet Centrif./400/600/800/1000/1200 [WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN] Niet Centrif./400/600/800/1000/1200/1400 [WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN] Niet Centrif./400/600/800/1000/1200/1400/1600 [WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN]  Waterverbruik : 50 ( 7,1 / kg )  Toegelaten waterdruk : 0,3-10 kgf/cm2(30-1000 kPa) ❋ Het uitzicht en de kenmerken kunnen zonder voorafgaande kennisgeving afwijken. Dit enkel om de kwaliteit van het toestel te verbeteren.  Accessoires Toevoerleiding (1EA) 4 Spanner Moersleutel I nstallatie • Installeer of plaats het apparaat op een plaats waar het niet aan temperaturen onder het vriespunt of aan schommelende weersomstandigheden kan worden blootgesteld. • Als de wasmachine geplaatst werd op een vast tapijt, mag de het tapijt de plintopening niet hinderen.  Vergrendelingsbouten voor vervoer Het toestel is uitgerust met vergrendelingsbouten voor vervoer om interne schade tijdens het transport te vermijden. • De verpakking en alle transportbouten moeten worden verwijderd alvorens de wasmachine te gebruiken. Wanneer u de verpakking onderaan verwijdert, zorg er dan voor ook de bijkomende verpakkingsplaat in het midden onderaan te verwijderen. Washer Wasmachine Verpakkingsplaat Verpakking Packing onderkant (Afhankelijk van het model, wordt er inpakmateriaal ter ondersteuning gebruikt.)  Verwijderen van de vergrendelingsbouten 1. Om interne schade tijdens het transport te vermijden zijn de 4 speciale vergrendelingsbouten vastgeschroefd. Vooraleer de wasmachine in gebruik te nemen, moet u de bouten en de rubberen stoppen verwijderen. 3. Verwijder de 4 bouten samen met de rubberen stoppen door zachtjes aan de stop te draaien. Houd de 4 bouten en de moersleutel bij voor eventueel later gebruik. • Als ze niet verwijderd worden, zal de machine hevig schudden, veel geluid veroorzaken en uiteindelijk in storing gaan. • Telkens wanneer het toestel verplaatst wordt, moeten deze vergrendelingsbouten opnieuw geplaatst worden. 2. Draai de 4 bouten los met de meegeleverde moersleutel. 4. Sluit de gaten af met de meegeleverde afdekhoedjes. 5 I nstallatie  Ruimtelijke installatievereisten Passtelling met de vloer: De toegelaten hellingsgraad onder de wasmachine bedraagt 1° Stopcontact : Moet geplaatst zijn op maximaal 1,5 meter links of rechts van de wasmachine. Niet meer dan één toestel aansluiten op het stopcontact. Bijkomende vrije ruimte : Voor inbouw tegen muur, deur en vloer is volgende vrije ruimte noodzakelijk. (10 cm: achterzijde / 2 cm: rechter- en linkerzijde) Plaats of bewaar nooit wasproducten op de wasmachine. Ze kunnen de afwerkingslaag of de bedieningstoetsen beschadigen. 650 850 600  Positioneren Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer. Zorg ervoor dat de luchtcirculatie rond de wasmachine niet wordt gehinderd door tapijten, matten enz. • Probeer nooit om een oneffenheid in de vloer te corrigeren door stukken hout, karton of soortgelijke materialen onder de wasmachine te plaatsen. • Als de wasmachine naast een gasfornuis of een kolenkachel geplaatst moet worden, voorzie dan een isolatie (85x60cm), bedekt met aluminiumfolie, op de zijkant van het fornuis of de kachel tussen de twee toestellen. • Installeer de wasmachine niet in ruimtes waar de temperatuur tot onder 0°C kan dalen. • Zorg ervoor dat de wasmachine ook na de installatie nog gemakkelijk bereikbaar is voor de technicus in geval van een defect. • Eens de wasmachine is geïnstalleerd, de vier pootjes bijregelen met de meegeleverde boutsleutel zodat het toestel stabiel staat en er een open ruimte is van ongeveer 20 mm tussen de bovenkant van de wasmachine en de onderkant van het werkblad. 6 I nstallatie  Elektrische aansluiting 1. Gebruik nooit een verlengkabel of een verdeelstekker. 2. Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel in geval van beschadiging, vervangen worden door de fabrikant, zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig gekwalificeerde personen. 3. Trek de stekker na gebruik steeds uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht. 4. Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de stroombedradingsrichtlijnen. 5. Het toestel moet zo geplaatst worden dat de stekker gemakkelijk toegankelijk is. LET OP LET OP het netsnoer Het wordt aanbevolen de meeste machines aan te sluiten op een eigen circuit; dat wil zeggen, een circuit met stopcontact dat alleen voor die machine gebruikt wordt, zonder verdere stopcontacten of aansluitingen op het circuit. Controleer voor de zekerheid de specificatie-pagina van deze handleiding. U mag de stopcontacten niet overbelasten. Overbelaste/losse/beschadigde stopcontacten of verlengsnoeren, versleten netsnoeren, of beschadigde snoerisolatie vormen een gevaar. Dit kan leiden tot brand of een elektrische schok. Kijk regelmatig het netsnoer van uw machine na; indien dit er beschadigd uitziet, haalt u dan de stekker uit het stopcontact en laat het snoer vervangen door een authentiek snoer aangeleverd door een bevoegde dealer, alvorens de machine opnieuw te gebruiken. Zorg ervoor dat het snoer niet beschadigd raakt: zorg ervoor dat het b.v. niet in de knoop ligt of afgeknepen wordt, of dat men erop kan lopen. Let vooral op stekkers, stopcontacten, en de snoeruitgang op de machine.  De wasmachine moet op de waterleiding aangesloten worden met nieuwe leidingen. Oude leidingen mogen niet worden gebruikt.  Aansluiting van de watertoevoerleidingen ▶De toegeleverde waterdruk moet tussen 30 kPa en 1000 kPa (0,3~10 kgf/cm2 )liggen ▶Ontbloot of kruis de leiding niet wanneer u de toevoerleiding aansluit op de klep. ▶Wanneer de toegeleverde waterdruk hoger is dan 1000 kPa, moet u een decompressietoestel laten installeren. • Om lekkage te vermijden werden twee ringen voorzien op het aansluitpunt in de aansluiting van de watertoevoerleiding. • Controleer de waterdichtheid van de aansluitingen tussen wasmachine en toevoerleiding door de kraan helemaal open te draaien. • Controleer regelmatig de toestand van de leiding en vervang deze indien nodig. • Zorg ervoor dat er geen knik zit in de leiding en dat deze niet geklemd is. 7 nstallatie I  Installatie van de afvoerleiding ong . 100 cm min. 60 cm max. 100 cm ong. 145 cm • Wanneer de afvoerleiding aan een wasbak bevestigd wordt, maak ze dan stevig vast met een kettinkje. ong. 105 cm • Een goede bevestiging van de afvoerleiding zal ervoor zorgen dat de vloer niet beschadigd wordt door waterlekkage. waskuip ong. 100 cm leiding-houder ong. 145 cm • De afvoerleiding mag niet hoger dan 100 cm boven de vloer geplaatst worden. • Een goede bevestiging van de afvoerleiding zal ervoor zorgen dat de vloer niet beschadigd wordt door waterlekkage. • Wanneer de afvoerleiding te lang is, duw ze dan niet in de wasmachine. Hierdoor ontstaat nl. een abnormaal geluid. 8 max. 100 cm ong . 105 cm min. 60 cm kabel-binder max. 100cm min. 60cm max. 100cm min. 60cm I nstallatie  Niveauregeling 1. Door een wasmachine goed waterpas op te stellen voorkomt u overgeluid en trillingen. Plaats het toestel op een stevige vloer die waterpas is, bij voorkeur in een hoek van de kamer. OPMERKING Een houten of zwevende vloer kan voor overmatige trillingen of stabiliteitsproblemen bij een geladen machine zorgen. 2. Wanneer de vloer oneffen is, kan u de stelvoetjes aanpassen tot op de gewenste hoogte (gebruik geen stukjes hout en dergelijke onder de voetjes). Zorg ervoor dat alle vier de voetjes stevig op de vloer rusten, en controleer of het toestel waterpas staat (gebruik een waterpas) ※ Nadat u de pootjes bijgeregeld hebt, de borgmoer in tegenwijzerzin aandraaien. OPMERKING  Betonnen vloeren Zet de wasmachine goed vast als hij op een verhoogd platform staat: anders loopt u het risico dat hij eraf valt. ❊ Diagonale controle Wanneer u op de overlangse hoeken van de bovenplaat van de wasmachine aandrukt, mag de machine absoluut niet op en neer bewegen (controleer beide richtingen). Wanneer de machine bij deze duwbewegingen wel beweegt, moet u de stelvoetjes weer aanpassen. • Het installatieoppervlak moet proper, droog en waterpas zijn. • Installeer de wasmachine op een vlakke harde vloer.  Tegelvloeren (gladde vloeren) • Ga met beide voeten op de Tread Mate staan en stel de machine af totdat hij recht staat.(Knip de Tread Mate in stukken van 70x70 mm en plak de stukken op de droge tegels waar u de machine wilt plaatsen.) ※ Tread Mate is een zelfklevend materiaal dat gebruikt wordt op ladders & trappen, om het uitglijden tegen te gaan.  Houten vloeren • Houten vloeren zijn bijzonder gevoelig voor trillingen. Rubber Cupdop Rubber • Om trillingen te voorkomen, raden wij aan rubber doppen van ten minste 15 mm dik te plaatsen onder elk pootje van de wasmachine en deze met behulp van schroeven te bevestigen aan ten minste 2 vloerbalken. • Indien mogelijk de wasmachine installeren in een van de hoeken van de ruimte waar de vloer stabieler is. ※ Gebruik rubber doppen om de trillingen te verminderen. ※ Rubber doppen (onderdeelnr. .4620ER4002B) kunt u verkrijgen bij de LG-afdeling onderdelen. Belangrijk! • Correcte plaatsing van de wasmachine verzekert een lange, regelmatige en betrouwbare werking. • De wasmachine moet volledig horizontaal en stevig vast staan. • De wasmachine mag niet gaan schommelen tijdens het wassen. • Het installatieoppervlak moet proper zijn, vrij van vloerwas en andere smeermiddelen. • Zorg ervoor dat de onderkant van de wasmachine niet nat wordt. Als de onderkant van de wasmachine nat wordt, zou u kunnen uitglijden. 9 A andachtspunten voor het wassen  Voor het in gebruik nemen van de wasmachine Kies een wascyclus (KATOEN 60°C, voeg een halve lading wasmiddel toe), zet de machine in werking (zonder kleding). Hiermee verwijdert u eventueel in de trommel resterende aanslag.  Aandacht voor het wassen 1. Aandacht voor de labels Controleer of uw kledingstuk een label heeft met wasinstructies. Dit zal aangeven uit welke stoffen het stuk gemaakt is en hoe het gewassen moet worden. 2. Was sorteren Voor de beste wasresultaten, sorteert u uw kledingstukken in ladingen die met hetzelfde wasprogramma gewassen kunnen worden. De watertemperatuur en de centrifugeersnelheid zijn afhankelijk van het soort stof waaruit de kledingstukken gemaakt zijn. Sorteer donkere was van lichte was en witgoed. Was afzonderlijk als kleuren kunnen doorlopen of pluis in elkaar kan klitten waardoor wit kan verkleuren, enz. Indien mogelijk wast u zwaar vervuilde stoffen apart van licht vervuild goed. Vuil (zwaar, normaal, licht) Sorteer kleding volgens de vuilheidsgraad. Kleur (witte was, lichte was, donkere was) Sorteer witgoed van gekleurde was. Pluis (pluisproducerende was, pluisverzamelende was) Was pluisproducerende was afzonderlijk van pluisverzamelende was. 3. Aandacht bij het vullen • Combineer grote en kleine stukken in één lading. Laad de grote stukken eerst. Grote stukken mogen niet meer dan de helft van de gehele waslading beslaan. • Laat de machine niet draaien met slechts één artikel erin. Dit kan instabiliteit veroorzaken. Voeg een of twee gelijksoortige stukken toe. • Controleer alle zakken en zorg ervoor dat ze leeg zijn. Nagels, haarpennen, lucifers, potloden, muntstukken en sleutels kunnen zowel uw wasmachine als uw kleding beschadigen. • Sluit ritsen, haken en koorden om ervoor te zorgen dat deze geen andere kledingsstukken scheuren. • Behandel vuil en plekken voor door een beetje in water opgeloste zeep op boorden omslagplekken aan te brengen. Dit om het vuil reeds gedeeltelijk op te lossen. 10 Z eep toevoegen  Toevoegen van wasmiddel en wasverzachter 1. De verdeellade 3. Hoeveelheid wasmiddel MAX • Het wasmiddel moet worden gebruikt volgens de instructies van de wasmiddelenproducent. max • Als u meer wasmiddel gebruikt dan is voorgeschreven, ontstaat er te veel schuim waardoor het wasresultaat afneemt of de motor te sterk belast wordt (oorzaak van storing) • Gebruik alleen wasproducten in poedervorm voor de wasmachine met voorlader. • Hoofdwas alleen ➔ • Voorwas + hoofdwas ➔ 2. Wasverzachter toevoegen • Het gebruik van het wasmiddel moet mogelijk worden aangepast in functie van de watertemperatuur, de hardheid van het water, de grootte en het vuilniveau van de lading. Om de beste resultaten te bekomen zorgt u ervoor het schuim niet te laten overlopen. 4. Waterverzachter • Niet hoger vullen dan tot aan het maximale vulstreepje. Als het bakje overvol is kan de wasverzachter te vroeg vrijkomen, waardoor er vlekken op de kleding kunnen ontstaan. • Laat wasverzachter niet langer dan 2 dagen in de zeeplade (wasverzachter kan uitharden) • De wasverzachter wordt automatisch toegevoegd gedurende de laatste spoelcyclus. • De lade niet openen wanneer er water wordt aangevoerd. • Solventen (benzeen, enz..) zijn niet toegelaten. OPMERKING Geen wasverzachter rechtstreeks op de kledij gieten. • Een water verzachter, zoals Calgon, kan worden gebruikt in regio’s met extreem hard water. Voeg toe volgens de aanwijzingen op de verpakking. Voeg eerst wasmiddel toe en vervolgens de water verzachter. • Gebruik de hoeveelheid wasmiddel voor zacht water. ❋ Tips Volle lading: volgens de aanbevelingen van de producent. Gedeeltelijke lading: 3/4 van de normale hoeveelheid. Minimumlading: 1/2 van een volle lading. • Het wasmiddel wordt bij het begin van de wascyclus uit de verdeler gespoeld. 11 F uncties  Aanbevolen wasprogramma's rekening houdende met het type wasgoed ❋ ( ) : WD-14340(5)FD / WD-12340(5)FD / WD-14330(5)FDN / WD-12330(5)FDN Programma Stof- Type Controleer eerst of het wasgoed in de machine mag (wit katoen, linnen handdoeken en lakens, enz....) Katoen kleurvaste kledingstukken (hemden, nachtjaponnen, pyjama's, ...)en licht vervuild wit katoen (ondergoed, …) polyamide, acryl, polyester Synthetisch Fijn fijn wasgoed dat gemakkelijk beschadigd kan worden. Enkel wollen en zijden Wol/Zijde goed dat in de machine gewassen mag worden. “Handwas” Fijn en wollen Handwas wasgoed Snel 30‘ Het wastype is hetzelfde bij Katoen en synthetische was. Instelling Temp. (Optie) Wassen (Optie) 95˚C Spoelstop Intensief Spoelen+ Voorwas Kreukvrij 60˚C (30°C, 40°C, 60°C-Eco) Spoelstop Intensief Spoelen+ Voorwas Kreukvrij 40˚C (30°C, 60°C) 30˚C (40°C, Koud) 30˚C (40°C, Koud) Koud (30°C) 30°C Spoelstop Intensief Spoelen+ Voorwas Kreukvrij Spoelstop Intensief Spoelen+ Kreukvrij Spoelstop Intensief Spoelen+ Kreukvrij Spoelstop Intensief Spoelen+ Kreukvrij Spoelstop Spoelen+ Kreukvrij Energie in kWh Tijdsduur in Minuten volle lading 2,74 123 (117) volle lading 1,10 106 (100) minder dan 3,5 kg 0.45 80 minder dan 3,0 kg 0.41 52 minder dan 2,0 kg 0,28 50 minder dan 2,0 kg 0,03 44 minder dan 2,0 kg 0.35 30 Maximum Lading ❋ Intensief : Voor zeer vuile was, kies de optie "Intensief". ❋ De programma-afstelling met testoptie "Intensief" is in overeenstemming met EN60456 en IEC60456. ❋ Spoelen+ : Als u meer wilt spoelen, verwijdert de functie Spoelen+ alle zeepresten. ❋ Voorwas : Voorwas zwaar vervuilde en proteïnegevlekte stukken. ❋ Kreukvrij : Als u het kreuken van kleding wilt voorkomen, selecteer dan deze functie bij het centrifugeren. 12 G ebruik van de wasmachine 1. Bij gebruik van de wascyclus met de standaardvoorwaarden • Om de machine te starten drukt u op de knop "Inschakelen". • Druk op de "Start/Pause"-knop. • Standaardinstelling - Wassen: alleen hoofdwas - Spoelen: 3 keer - Centrifugeren: 2. Manuele instelling • Druk op de knop "Inschakelen" om de machine op te starten. • Selecteer de voorwaarden die u wenst te gebruiken door telkens de overeenstemmende knoppen in te drukken. Om de voorwaarden van elk programma te selecteren verwijzen we naar pagina’s 14 tot 19 1200 tpm [WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN] 1400 tpm [WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN] 1600 tpm [WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN] • Druk de "Start/Pause"-knop in. - Watertemperatuur: 60 °C - Programma: Katoen De taal kiezen De volgende instructies geven aan hoe u de taalinstelling kunt veranderen 1. Als de machine uitstaat, druk tegelijk op 2. Draai de programmaschijf om de knop om het programma uit te stellen de gewenste taal te kiezen. en de knop om de machine aan te zetten. 3. Druk op de centrifugeerknop om de taalkeuze in te stellen. 4. De machine wordt 5. Bevestig de automatisch uitgezet nadat u de taal heeft veranderd. geselecteerde taal opnieuw na aan/uit. 13 G ebruik van de wasmachine (1) draaiknop : Programma (2) drukknop : Start/Pause (3) drukknop : Intensief (4) drukknop : Spoelstop (5) drukknop : Spoelen+ (6) drukknop : Voorwas (7) drukknop : Kreukvrij (8) Kinderslot (9) drukknop: Inschakelen (10) drukknop: Centrifugeren (11) drukknop: Voorprogr. Optie - Spoelstop - Intensief - Spoelen+ - Voorwas - Kreukvrij 3. Spoelen+ • Als u langer wilt spoelen, kunt u de " Spoelen+ "-functie gebruiken om alle zeepresten weg te spoelen. • U kunt de optie/-functie selecteren door op de optieknop te drukken. 4. Voorwas 1. Intensief • Als het wasgoed erg bevuild is, is het “Voorwas” programma erg effectief. • Voor zeer vuile was, kies de optie "Intensief". • Door Intensief te kiezen, wordt de duur van het wasprogramma verlengd, afhankelijk van het gekozen programma. • Deze optie is niet beschikbaar voor het programma Snel 30’. 2. Spoelstop • Als u kleren in de machine wilt laten zonder te centriguren na het spoelen om te voorkomen dat ze worden gekreukt, druk dan op de toets "Centrifugeren" om "Spoelstop" te selecteren. • Om na activering van de spoelstopfunctie verder te gaan met afpompen of centrifugeren moet u het gewenste programma instellen met de programmadraaiknop. 14 • De voorwas kan worden gebruikt voor het programma "Katoen en Synthetisch was" programma. Als het controlelampje brandt, is de functie geselecteerd. 5. Kreukvrij • Als u het kreuken van kleding wilt voorkomen, selecteer dan deze functie bij het centrifugeren. G ebruik van de wasmachine Centrifugeren ( (400–600–800–1000–1200) [WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN] ) (400–600–800–1000–1200–1400) [WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN] • Door op de centrifugeerknop te drukken kan de centrifugeersnelheid ingesteld worden. (400–600–800–1000–1200–1400–1600) [WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN] Alleen centrifugeren: 1. Druk de Inschakelen-knop in. 2. Kies de gewenste centrifugeersnelheid door de Centrifugeerschijf af te stellen. 3. Houd Start/Pause ongeveer drie seconden ingedrukt 1. Keuze centrifugeersnelheid • De volgende centrifugeersnelheid is beschikbaar, afhankelijk van het programma: • WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN - Katoen, Spoelen en centrifugeren, Snel 30‘ Niet Centrif.-400-600-800-10001200–1400–1600 - Synthetisch, Wol/Zijde, Handwas Niet Centrif.-400-600-800-1000 - Fijn Niet Centrif.-400-600-800 • WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN • WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN - Katoen, Spoelen en centrifugeren, Snel 30‘ Niet Centrif.-400-600-800-1000-1200 - Synthetisch, Wol/Zijde, Handwas Niet Centrif.-400-600-800-1000 - Fijn Niet Centrif.-400-600-800 2. Niet Centrifugeren ( ) • Als er geen centrifugeersnelheid ingesteld is, stopt de wasmachine nadat het water weggepompt is. Als het controlelampje brandt, is de functie geselecteerd. - Katoen, Spoelen en centrifugeren, Snel 30‘ Niet Centrif.-400-600-800-10001200–1400 - Synthetisch, Wol/Zijde, Handwas Niet Centrif.-400-600-800-1000 - Fijn Niet Centrif.-400-600-800 15 G ebruik van de wasmachine Watertemperatuur Kinderslot Als u alle knoppen wilt vergrendelen om te vermijden dat kinderen of geestelijk zwakke personen de machine kunnen bedienen, kunt u deze functie gebruiken. 1. Kinderslot • Het kinderslot kan worden ingesteld door gelijktijdig de “Spoelen+”-knop en de “Voorwas”-knop in te drukken. • Door de programmadraaiknop te draaien kan de watertemperatuur geselecteerd worden. - Koud - 30˚C / 40˚C / 60˚C / 95˚C 1. Watertemperatuur • Naargelang het programma kan de watertemperatuur als volgt ingesteld worden: Het controlelampje van de gekozen temperatuur licht op Voor verdere details verwijzen we naar pagina 12 16 • Wanneer het kinderslot ingesteld is, zijn alle knoppen buiten werking. • Om het kinderslotsysteem weer uit te schakelen drukt u opnieuw gelijktijdig op de de “Spoelen+”-knop en de “Voorwas”knop. • Als u de programma-instellingen wilt wijzigen terwijl het kinderslot actief is: 1. Druk gelijktijdig op “Spoelen+” en “Voorwas” 2. Druk op de “Start/Pause”-knop. 3. Wijzig het gewenste programma en druk opnieuw op de “Start/Pause”-knop. • Het kinderslot kan op elk moment ingesteld worden, en wordt automatisch weer uitgeschakeld wanneer operationele fouten voorkomen of wanneer. Het kinderslot werkt eveneens wanneer de machine uitgeschakeld is. G ebruik van de wasmachine Voorprogramma ( ) Programme 1. Voorprogramma Wasvoorbereiding vooraleer "Voorprogramma" wordt opgestart - Draai de waterkraan open. - Laad het wasgoed en sluit de deur. - Breng wasmiddel en wasverzachter aan in de lade. • Instelling “Voorprogramma” - Druk op de “Inschakelen( )”-knop. - Draai de “Programma”-knop op het gekozen programma. - Druk de “Voorprogramma”-knop in en stel de gewenste tijd in. - Druk de “Start/Pause( )”-knop in. • Wanneer de "Voorprogramma"-knop ingedrukt wordt, toont de machine "3:00". Het maximale voorprogramma is 19:00 uur en het minimale voorprogramma is 3:00 uur. • Elke druk op de knop doet het voorprogramma één uur opschuiven. • Om het voorprogramma te onderbreken drukt u op de “Inschakelen( )”-knop. • Voorprogramma is de “verwachte tijd” vanaf nu tot het beëindigen van de wascyclus of het geselecteerde proces (wassen, spoelen, centrifugeren). • Afhankelijk van de toestand van de watertoevoer en de temperatuur kunnen het voorprogramma en de echte wastijd lichtjes verschillen. • Afhankelijk van het type wasgoed kan u kiezen uit 9 programma's. 1. Programme • Wanneer u de "Start/Pause"-knop indrukt, wordt het bontewas programma automatisch geselecteerd. - Door aan de programmaknop te draaien wordt het programma in de volgende volgorde geselecteerd: "Katoen - Fijn - Snel 30‘ Spoelen en centrifugeren - Pompen Handwas - Wol/Zijde - Synthetisch". Rekening houdende met het type wasgoed voor elk programma. Kijk op pagina 12. 2. Processus - Katoen - Snel 30‘ - Synthetisch - Fijn - Wol/Zijde - Handwas - Spoelen en centrifugeren - Pompen 17 G ebruik van de wasmachine Start/Pause Inschakelen 1. Start 1. Inschakelen • Deze “Start/Pause( )”-knop wordt gebruikt om de wascyclus en andere programma’s te starten of de cyclus tijdelijk te onderbreken. • Druk de “Inschakelen( )”-knop in om de stroom in- en uit te schakelen • Hij kan ook gebruikt worden om de functie “Voorprogramma” te onderbreken. 2. Pause • Druk op de “Start/Pause( )”-knop wanneer u de wascyclus tijdelijk wenst te onderbreken. • Nadat u de pauzeknop heeft ingedrukt wordt de machine na vier minuten automatisch uitgeschakeld. Deur Vergrendeld • Brandt telkens de deur van de wasmachine vergrendeld is. • De deur kan worden geopend door te drukken op de knop Start/Pause om de wasmachine te stoppen. Wegen Detecting load 2. Startprogramma • Wanneer u de “Inschakelen( )”-knop indrukt, selecteert de wasmachine automatisch het programma “Katoen”. De andere standaardinstellingen worden ingesteld zoals hieronder vermeld. • Als u dus een wascyclus wil kiezen zonder een programma te selecteren, drukt u op de “Start/Pause”-knop en de wasmachine zal het programma opstarten. Standaardprogramma [WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN] Katoen was programma / hoofdwas / normaal spoelen / 1600tpm / 60˚C [WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN] Katoen was programma / hoofdwas / normaal spoelen / 1400tpm / 60˚C [WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN] • Als "Wegen" in het venstertje wordt weergegeven, draait de machine langzaam rond en detecteert hoeveel kledingsstukken zich in de trommel bevinden. Dit duurt een paar seconden. • Beschikbaar in Katoen en Synthetisch. 18 Katoen was programma / hoofdwas / normaal spoelen / 1200tpm / 60˚C тсрочка врeмени 3:00 G ebruik van de wasmachine Scherm 3. Einde wasprogramma • Wanneer de wascyclus ten einde is, wordt " " getoond op het "Multi display". 1. Scherm voor speciale functies • Wanneer het kinderslot ingeschakeld is wordt " " getoond. • Wanneer de tijdvertraging ingeschakeld is, toont het scherm de resterende tijd om het gekozen programma af te werken. 4. Resterende tijd • Tijdens de wascyclus wordt de resterende wastijd getoond. • Aanbevolen programmatijden door de fabrikant. ※[ ] : WD-14340(5)FD/WD-12340(5)FD WD-14330(5)FDN/WD-12330(5)FDN - Katoen 95°C : ongeveer 2[1] uur en 3 [57] minuten 2. Scherm zelfdiagnose - Katoen 60°C : ongeveer 1 uur en 46 [40] minuten - Synthetisch : ongeveer 1 uur en 20 minuten • Wanneer de wasmachine een probleem ondervindt, wordt een foutcode getoond. " " : probleem met de waterdruk " " : probleem van te veel water " " : overbelasting van de motor " " : overbelasting van de motor " " : probleem met de watertemperatuur " " : Waterlekkage “Deur open” : deur niet gesloten “Geen watertoevoer” : probleem bij de watertoevoer “Niet afpompen” : probleem bij de afvoer “Niet centrifugeren” : probleem met de balans in de trommel Wanneer één van deze foutcodes getoond wordet, raadpleeg dan de storingsindex op pagina 23 en volg de richtlijnen. - Fijn : ongeveer 52 minuten - Wol/Zijde : ongeveer 50 minuten - Handwas : ongeveer 44 minuten - Snel 30‘ : ongeveer 30 minuten - Spoelen en centrifugeren : ongeveer 24 minuten (WD-16340(5)FD / WD-16330(5)FDN) ongeveer 21 minuten (WD-14340(5)FD / WD-14330(5)FDN) ongeveer 18 minuten (WD-12340(5)FD / WD-12330(5)FDN) - Pompen : ongeveer 1 minuten • De wastijd kan verschillen afhankelijk van de grootte van de lading, de druk van het leidingwater, de watertemperatuur en andere gebruiksvoorwaarden. • Wanneer een instabiliteit wordt vastgesteld of wanneer het programma om schuim te verwijderen werkt, zal de wastijd langer dan gemiddeld zijn. (De maximale tijdsverlenging bedraagt 45 minuten.) 19 O nderhoud ❋ Verwijder de kledingstukken uit de wasmachine van zodra de wascyclus beëindigd is. Kledingstukken die in de wasmachine achterblijven kunnen erg kreuken en verkleuren en ze kunnen allerlei geuren opnemen. ❋ Om elektrische schokken te vermijden trekt u de stekker uit het stopcontact vooraleer u de binnenzijde van de wasmachine reinigt.  Watertoevoerfilter - de "Geen watertoevoer"-foutcode verschijnt op het bedieningspaneel wanneer er geen water verschijnt in de zeeplade. - Wanneer uw water zeer hard is of sporen draagt van kalkafzetting, kan de watertoevoerfilter dichtslibben. Het is daarom noodzakelijk om de filter regelmatig te reinigen. 1. Draai de waterkraan dicht. 2. Draai de watertoevoerleiding los. 3. Reinig de filter met een harde borstel. 4. Breng de toevoerleiding weer aan.  Pompfilter spoelen ❋ De afvoerfilter verzamelt draadjes en andere kleine voorwerpen die in de was zijn achtergebleven. Door regelmatig te controleren of de filter nog zuiver is, zal uw machine beter blijven draaien. ! OPGELET Laat de filter eerst leeglopen via de afvoerleiding, open vervolgens de pomp en verwijder alles wat de filter eventueel heeft kunnen verstoppen. 1. Open de plintdekselkap ( ) met een muntstuk. Draai aan de afvoerstop ( ) om de leiding naar buiten te brengen. 2. Trek de afvoerstop eruit ( ), waardoor het water uit de filter loopt. Gebruik een kom om het water op te vangen. Als er geen water meer uitkomt, draai dan de pompfilter ( ) naar links open. 3. Verwijder al het vreemde materiaal uit de pompfilter ( ). Draai, na reiniging de filterpomp ( ) weer vast (naar rechts) en breng de afvoerplug ( ) weer op haar plaats, sluit de plintdekselkap. 100 2 1 20 3 2 3 O nderhoud  Reinigen van de verdeellade ❋ Na een tijdje zullen de wasmiddelen en de wasverzachters sporen nalaten in de lade. • De lade moet regelmatig onder stromend water gereinigd worden. • Indien nodig kan de lade volledig uit de machine verwijderd worden door de klep naar beneden te drukken en de lade eruit te nemen. • Om het reinigen te vergemakkelijken kan het bovenste gedeelte van het compartiment voor de MAX wasverzachter verwijderd worden. MAX max max  De holte van de lade ❋ Het wasmiddel kan zich eveneens ophopen aan de binnenzijde van de holte. Deze moet regelmatig met een oude tandenborstel gereinigd worden. • Wanneer u de lade gereinigd heeft, plaatst u ze terug op zijn plaats in de machine .Vervolgens voert u een spoelcyclus zonder wasgoed uit. 21 O nderhoud  De wasmachine reinigen 1. Buitenzijde Een goede zorg voor uw wasmachine kan de levensduur in belangrijke mate verlengen. De buitenzijde van de machine kan het beste worden gereinigd met warm water en een neutraal niet-agressief huishoudmiddel. Poets gemorst waspoeder e.d. onmiddellijk af met een vochtige doek. Stoot niet tegen het oppervlak of bewerkt het niet met scherpe voorwerpen. ❋ BELANGRIJK: Gebruik geen methylalcohol, verdunners of gelijkaardige producten. 2. Binnenzijde Droog na rond de flexibele ring in de opening van de wasmachinedeur en het glas. Deze plaatsen moeten altijd goed schoon zijn om een waterdichte afsluiting te kunnen garanderen. Voer een volledige wascyclus met warm water uit. Herhaal deze procedure indien nodig. OPMERKING Verwijder hardwaterafzettingen alleen met reinigingsmiddelen die wasmachineveilig zijn.  Voorzorgsmaatregelen voor de winter Als de machine zich bevindt in een ruimte waar het kan vriezen of verplaatst wordt wanneer het vriest, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden om te vermijden dat de wasmachine beschadigd wordt: 1. Sluit de watertoevoerkraan af. 2. Koppel de leidingen van de watertoevoer en de afvoer los, en laat ze leeglopen. 3. Steek de stekker van de elektrische stroomkabel in een goed geaard stopcontact. 4. Giet 3,8 liter van een niet-toxisch antivriesmiddel in de lege wastrommel. Sluit de deur. 5. Stel de centrifugeercyclus in en laat de wasmachine 1 minuut centrifugeren om al het water uit de machine af te voeren. Een beetje antivries zal in de machine blijven zitten. 6. Trek de stekker uit het stopcontact, droog de binnenzijde van de trommel, en sluit de deur. 7. Verwijder de verdeellade. Spoel al het water uit de compartimenten weg en maak ze droog. Plaats de lade terug. 8. Bewaar de machine rechtopstaand. 9. Om het antivriesmiddel na opslag uit de machine te verwijderen, laat u de machine een volle cyclus doorlopen met zeep zonder een . waslading toe te voegen. 22 S toringsindex ❋ De wasmachine is voorzien van automatische veiligheidsfuncties die fouten tijdig detecteren, diagnosticeren en ook nog eens dienovereenkomstig reageren. Wanneer de machine niet naar behoren werkt of helemaal niet meer werkt, kan u de hiernavolgende punten nakijken vooraleer contact op te nemen met een servicepunt. Symptoom Rammelend geluid Bonkend geluid Trillend geluid Waterlekkage Mogelijke oorzaak • Vreemde voorwerpen zoals muntstukken of veiligheidsspelden kunnen in de trommel of in de pomp zitten. Leg de wasmachine stil en controleer de trommel en de afvoerfilter. Als het geluid blijft voortduren nadat de wasmachine opnieuw werd opgestart, neem dan contact op met uw plaatselijke verdeler. • Een zware lading kan een bonkend geluid produceren. Dit is meestal normaal. Als het geluid doorgaat, is de wasmachine waarschijnlijk uit balans. Stop de machine en herverdeel de was. • Zijn alle vergrendelingsbouten en verpakkingen verwijderd? • Rusten alle stelvoetjes stevig op de grond? Als u hem niet verwijderd heeft bij de installatie: zie "Installatie" voor het verwijderen van de vergrendelingsbouten. Waslading ongelijk verdeeld in de trommel. Stop de wasmachine en herverdeel de was. • De aansluiting van de toevoerleiding is los aan de zijde van het kraantje of aan de zijde van de wasmachine. • De afvoerleidingen van de woning zijn verstopt. Controleer en draai de leidingaansluitingen vast. Het water wordt niet of te traag uit de machine afgevoerd. Ontstop de afvoerpijpen. Contacteer indien nodig een loodgieter. Te veel wasmiddel of een verkeerd wasmiddel? De vorming van schuim kan waterlekkage veroorzaken. Te veel schuim Het water komt niet of te traag in de machine Oplossing • Onvoldoende watertoevoer in de regio. Controleer een andere kraan in huis. • Watertoevoerkraan niet helemaal opengedraaid. Draai de kraan helemaal open. • Watertoevoerleiding geplooid. • Filter van de toevoerleiding is verstopt. Leg de leiding recht. Controleer de filter van de toevoerleiding. • De afvoerleiding is geklemd of verstopt. • De afvoerfilter is verstopt. Reinig de afvoerleiding en leg hem recht. Reinig de afvoerfilter. 23 S toringsindex Symptoom De wasmachine wil niet starten. Mogelijke oorzaak • De stekker steekt niet in het stopcontact of de aansluiting is los. Zorg ervoor dat de stekker stevig in het stopcontact zit. • De zekering is doorgeslagen, de stroomonderbreker is aangeslagen of er was een stroompiek. Reset de stroomonderbreker of vervang de zekering. De capaciteit van de zekering niet verhogen. Indien het een probleem van overlading is, moet dit worden hersteld door een erkend elektricien. Draai de watertoevoerkraan open. • De watertoevoer is niet aangesloten. De wasmachine wil niet centrifugeren. De deur gaat niet open. De wascyclus wordt vertraagd. 24 Oplossing ❋ Controleer of de deur goed gesloten is. Sluit de deur en druk de "Start/Pause"knop in. Nadat u op de "Start/Pause"-knop gedrukt heeft kan het een aantal minuten duren vooraleer de kleding in de wasmachine begint te centrifugeren. De deur moet vergrendeld zijn vooraleer het centrifugeren kan beginnen. Wanneer de machine ingeschakeld is, kan de deur, om veiligheidsredenen, niet geopend worden. Wacht één of twee minuten vooraleer u de deur opent. Hierdoor heeft het elektrisch deurmechanisme voldoende tijd om de deur vrij te geven. De wastijd kan verschillen naargelang de washoeveelheid, de druk van de waterleiding, de watertemperatuur en andere gebruiksvoorwaarden. Wanneer instabiliteit wordt vastgesteld of wanneer het programma voor de verwijdering van schuim actief is, zal de wastijd de verwachte tijd overschrijden. S toringsindex Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing <Fig 1> • Onvoldoende watertoevoer in de regio • Watertoevoerkraan niet volledig open. • Knik in watertoevoerleiding. • De filter van de toevoerleiding is verstopt. • Als waterlekkage optreedt in de toevoerslang, licht de indicator “A” rood op vervang de toevoerslang. Controleer een ander kraantje in huis. • Afvoerleiding is geklemd of verstopt. • Afvoerfilter verstopt. Reinig de afvoerleiding en trek ze recht. Reinig de afvoerfilter. • Te kleine lading • Lading uit balans • Het toestel heeft een instabiliteitsdetectie- en correctiesysteem. Wanneer individueel zware artikelen zoals badkamermatten, gordijnen, enz. in de machine geladen worden is het mogelijk dat het systeem de centrifugeercyclus onderbreekt of zelfs helemaal stopt wanneer vastgesteld wordt dat de instabiliteit te groot is, zelfs na verschillende pogingen om te centrifugeren. • Wanneer het wasgoed nog te nat is op het einde van de cyclus, breng dan kleine kledingstukken in de trommel om de balans te herstellen en herhaal de centrifugeercyclus. Voeg 1 of 2 gelijksoortige artikelen toe om de lading in balans te brengen. Herschik de lading om het centrifugeren mogelijk te maken. • Is de deur geopend? Zet het kraantje helemaal open. Trek de leiding recht. Controleer de filter van de toevoerleiding. Sluit de deur. ❋ Als "Deur open"niet vrijgegeven wordt, moet u contact opnemen met de verdeler. Trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op met de verdeler. • Als het teveel aan water te wijten is aan een defecte waterklep, dan krijgt u het volgende icoon " ". Draai de waterkraan dicht. Trek de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met de verdeler. •" "wordt getoond wanneer de sensor voor het waterpeil defect is. • Overbelasting in de motor. • Overbelasting in de motor. • Waterlekkage. Neem contact op met de verdeler. 25 G arantiebepalingen Uw oude toestel wegdoen 1. Als het symbool met de doorgekruiste verrijdbare afvalbak op een product staat, betekent dit dat het product valt onder de Europese Richtlijn 2002/96/EC. 2. Elektrische en elektronische producten mogen niet worden meegegeven met het huishoudelijk afval, maar moeten worden ingeleverd bij speciale inzamelingspunten die door de lokale of landelijke overheid zijn aangewezen. 3. De correcte verwijdering van uw oude toestel helpt negatieve gevolgen voor het milieu en de menselijke gezondheid voorkomen. 4. Wilt u meer informatie over de verwijdering van uw oude toestel? Neem dan contact op met uw gemeente, de afvalophaaldienst of de winkel waar u het product hebt gekocht. De garantie geldt niet in geval van: • Voorrijkosten naar uw huis om u te leren het product te gebruiken. • Als het product aangesloten is op een ander net dan het aangegeven op de plaat. • Als de fout veroorzaakt is door ongeluk, nalatigheid, misbruik of bovenmachtige redenen. • Als de fout veroorzaakt is door een ander dan het gewoon huishoudelijk gebruik of niet volgens de gebruikershandleiding. • De gebruikinstructies van het product aanpassen of de instelling van het product veranderen. • Als de fout veroorzaakt is door ongedierte, zoals ratten, kakkerlakken, enz. • Lawaai of vibratie als normaal beschouwd, zoals water afvoeren, centrifugeren of de inname van warm water. • De installatie corrigeren, bijvoorbeeld, het product waterpas stellen of • Het normale in de handleiding beschreven onderhoud. • Verwijderen van vreemde voorwerpen/stoffen uit de machine, pomp of filter, zoals gruis, nagels, bh-beugels, knopen, enz. • Verwijderen van zekeringen of veranderen van kabels of waterleidingen. • Niet toegestane reparaties. • Directe of indirecte schade aan persoonlijke eigendom veroorzaakt door eventuele gebreken aan dit apparaat. • Als dit product voor commerciële doeleinden is, wordt hij niet gewaarborgd. (bijvoorbeeld, voor verkoop-en marketing activiteiten, zoals in openbare toiletten, sportscholen, hotels, enz.) 26 Garantiecertificaat Voor dit apparaat verlenen wij een garantie van 24 maanden! Gedurende deze garantieperiode van 24 maanden verplichten wij ons ertoe uw apparaat gratis te herstellen of de vervangstukken gratis ter beschikking te stellen bij uw vakhandelaar, indien het niet meer naar behoren functioneert door fabricage- of materiaalfouten. Andere aanspraken zijn uitgesloten. Voor het overige gelden de op de keerzijde vermelde garantiebepalingen! Toesteltype : Serienr : Naam van de koper : Aankoopdatum : stempel/ handtekening van de handelaar 27
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

LG WD-16330FDN de handleiding

Type
de handleiding

in andere talen