INHOUDSOPGAVE
2
INHOUDSOPGAVE
1 SYMBOLEN EN FORMATERINGEN................. 5
1.1 Gebruikte pictogrammen..................... 5
1.2 Gebruikte formatteringen .................... 5
2 VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN ........................ 6
2.1 Gebruiksdefinitie - beoogd gebruik....... 6
2.2 Onjuist gebruik .................................. 6
2.3 Veiligheidsaanwijzingen ...................... 6
2.4 Gevarenniveau en pictogrammen ......... 6
2.5 Waarschuwing voor manipulaties ......... 7
2.6 Veilig gebruik .................................... 7
2.7 Beschermende kleding ....................... 8
2.8 Werkinstructies.................................. 8
2.9 Milieu............................................... 8
2.10 Bedieningshandleiding ....................... 9
3 BELANGRIJKE AANWIJZINGEN ................... 10
3.1 Fabrieksgarantie, garantie................. 10
3.2 Bedrijfsmiddelen, hulpstoffen ........... 10
3.3 Reserveonderdelen, technisch
toebehoren ...................................... 10
3.4 Service ........................................... 10
3.5 Afbeeldingen ................................... 10
3.6 Klantenservice................................. 10
4 AFBEELDING VOERTUIG............................. 11
4.1 Afbeelding voertuig linksvoor
(symbolische weergave) .................... 11
4.2 Afbeelding voertuig rechtsachter
(symbolische weergave) .................... 12
5 SERIENUMMERS........................................ 13
5.1 Voertuigidentificatiennummer ........... 13
5.2 Typeplaatje ..................................... 13
5.3 Motornummer.................................. 13
5.4 Sleutelnummer ................................ 13
6 BEDIENINGSELEMENTEN........................... 14
6.1 Koppelingshendel ............................ 14
6.2 Remhendel...................................... 14
6.3 Gashendel....................................... 14
6.4 Claxonknop ..................................... 14
6.5 Lichtschakelaar ............................... 15
6.6 Seinlichtschakelaar .......................... 15
6.7 Richtingaanwijzerschakelaar ............. 15
6.8 Noodstopschakelaar ......................... 15
6.9 Startknop ........................................ 16
6.10 Contact- en stuurslot ........................ 16
6.11 Stuur vergrendelen........................... 16
6.12 Stuur ontgrendelen .......................... 17
6.13 Tankdop openen .............................. 17
6.14 Tankdop sluiten ............................... 18
6.15 Zadelslot......................................... 18
6.16 Boordgereedschap............................ 18
6.17 Riem .............................................. 19
6.18 Voetsteun passagier.......................... 19
6.19 Versnellingshendel ........................... 19
6.20 Rempedaal...................................... 20
6.21 Zijstandaard .................................... 20
7 GECOMBINEERD INSTRUMENT .................. 21
7.1 Gecombineerd instrument................. 21
7.2 Activering en test............................. 21
7.3 Waarschuwingen .............................. 21
7.4 Controlelampjes............................... 23
7.5 Schakelindicator .............................. 24
7.6 Versnellingsindicatie ........................ 24
7.7 Display ........................................... 25
7.8 Brandstofpeilweergave...................... 26
7.9 Weergave van de
koelmiddeltemperatuur..................... 26
7.10 Functietoetsen................................. 27
7.11 ODO‑weergave ................................. 27
7.12 ABS‑weergave.................................. 27
7.13 Info‑weergave .................................. 27
7.14 TRIP 1‑weergave.............................. 28
7.14.1 Time Trip 1................................. 28
7.14.2 Average Speed Trip1.................... 28
7.14.3 Avg Fuel Cons 1 .......................... 29
7.14.4 Fuel Range.................................. 29
7.15 TRIP 2‑weergave.............................. 29
7.15.1 Time Trip 2................................. 30
7.15.2 Average Speed Trip2.................... 30
7.15.3 Avg Fuel Cons 2 .......................... 30
7.15.4 Fuel Range.................................. 31
7.16 ABS‑modus instellen........................ 31
7.17 Eenheden instellen .......................... 32
7.18 Tijd instellen ................................... 33
7.19 Schakelindicator instellen................. 33
8 INBEDRIJFSTELLING.................................. 35
8.1 Aanwijzingen voor eerste
inbedrijfstelling ............................... 35
8.2 Motor inrijden.................................. 36
8.3 Voertuig beladen.............................. 36
9 RIJ-INSTRUCTIES....................................... 38
9.1 Controle en onderhoud voor iedere
inbedrijfstelling ............................... 38
9.2 Starten ........................................... 38
9.3 Beginnen met rijden......................... 39
9.4 Schakelen, rijden............................. 40
9.5 Afremmen ....................................... 42
9.6 Stoppen, parkeren............................ 43
9.7 Transport ........................................ 44
9.8 Wegslepen bij pech .......................... 44
9.9 Brandstof tanken ............................. 45