13
nl
Het apparaat gebruiken
Apparaat in- en uitschakelen
De geiser schakelt zichzelf in en verwarmt het water wan-
neer de warmwaterkraan wordt geopend. Hij schakelt zich-
zelf weer uit wanneer de kraan wordt gesloten.
De uitlaattemperatuur van het warme water wordt af fabriek
ingesteld op 55 °C.
Opmerking: De elektronica past automatisch het opgeno-
men vermogen aan de inlaattemperatuur en de doorstro-
ming van het water aan, om de vooraf ingestelde uitlaattem-
peratuur tot aan de maximale capaciteit te bereiken.
Watertemperatuur hoger maken
Bij een lage inlaattemperatuur en een hoge doorstroming
kan het vanwege het overschrijden van de maximale capa-
citeit gebeuren, dat de vooraf ingestelde uitlaattemperatuur
niet wordt bereikt. Dit geeft de statusindicator aan door snel
te knipperen.
■ In dit geval de warmwaterkraan iets dichtdraaien.
Statusweergave
LED Apparaatstatus
Uit Uit
Brandt groen Aan
Knippert groen
(1/s)
Ingestelde temperatuur wordt niet
bereikt, de waterdoorstroming is voor
de aangesloten capaciteit te hoog (ap-
paraat zit op de grens van zijn capaci-
teit), zie „Wat te doen bij een storing?”
Knippert groen
(2/s)
Koude spoelfase
Knippert rood Zie „Wat te doen bij een storing?”
Ingebruikneming na stroomuitval
■ De warmwaterkraan volledig openen en het water laten
lopen totdat het warm is.
Ingebruikneming na wateruitschakeling
■ Maak het apparaat spanningsloos (schakel de zekeringen
in de huisinstallatie uit).
■ Open de warmwaterkraan tot de lucht uit de leiding is
ontweken.
■ Schakel de zekeringen weer in.
■ De warmwaterkraan volledig openen en ten minste een
minuut lang water tappen.
Om veiligheidsredenen begint het apparaat pas daarna met
verwarmen. Het apparaat is klaar voor gebruik.
Winterbedrijf
Opmerking: in de winter kan het gebeuren dat de toevoer-
temperatuur van het water daalt en daardoor de gewenste
uitlooptemperatuur niet wordt bereikt.
■ De hoeveelheid water uit de kraan zover verminderen tot
de gewenste warmwatertemperatuur is bereikt.
Reiniging
■ Veeg het apparaat slechts met een vochtige doek af.
■ Gebruik geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen.
■ Gebruik geen stoomreiniger.
Klantenservice
Wanneer u de hulp van de klantenservice inroept, dient u
het E-nr. en FD-nr. van uw apparaat op te geven. U vindt
de nummers op het typeplaatje aan de binnenzijde van de
voorklep.
De contactgegevens in uw land vindt u op de laatste pagina
van deze handleiding.
Op een milieuvriendelijke manier
afvoeren
■ Gooi de verpakking op een milieuvriendelijke manier weg.
Dit apparaat is gekenmerkt in overeenstemming
met de Europese richtlijn 2012/19/EU betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(waste electrical and electronic equipment – WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de EU gel-
dige terugneming en verwerking van oude
apparaten.
Raadpleeg uw gespecialiseerde handelaar voor de
geldende voorschriften inzake afvalverwijdering.
Wijzigingen voorbehouden.