Zanussi zwg 5249 tarzan Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

WASAUTOMAAT
ZWG 5249
GEBRUIKSAANWIJZING
132971120
NNLL
90°
E60°
60°
E40°
40°
30°
60°
E60°
40°
30°
40°
30°
40°
30°
KORT CENTRIFUG.
SPOELEN
WASVERZACHTEN
POMPEN
CENTRIFUGEREN
SNELWAS
30
W
I
T
T
E
W
A
S
B
O
N
T
E
W
A
S
SYNTHETICA
FIJNE WAS
WOL
LOOPTIJD
1400
900
700
500
CENTR.
VOORWAS
KORT
VOORWASSEN
WASSEN
SPOELEN
SPOELSTOP
POMPEN
CENTRIFUGEREN
EINDE
FILTER
EXTRA
SPOELEN
INTENSIEF INWEKEN START
UITSTEL
START/
PAUZE
ZWG 5249
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 1
2
Enkele paragrafen in deze gebruiksaanwijzing zijn voorzien van symbolen die de volgende betekenis
hebben:
Met de waarschuwingsdriehoek geven wij aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of
voor het functioneren van de machine. Let goed op deze aanwijzingen.
Bij dit symbool vindt u aanvullende informatie m.b.t. bediening en praktisch gebruik van het
apparaat.
Dit symbool staat voor tips en aanwijzingen m.b.t. economisch en milieuvriendelijk gebruik van
apparaat.
Onze bijdrage aan het beschermen van het milieu:
wij maken gebruik van kringlooppapier.
Geachte klant,
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door.
Lees vooral de aanwijzingen m.b.t. de veiligheid op de eerste pagina’s van deze gebruiksaanwijzing! Bewaar
de gebruiksaanwijzing goed, zodat u nog eens iets kunt nalezen en geef hem door aan een eventuele volgende
eigenaar van het apparaat.
Transportschade
Indien u tijdens de aflevering schade aan het apparaat vastgesteld hebt, meldt u dit dan, vóór u het apparaat
installeert en/of in gebruik neemt, direct aan uw leverancier.
U bent nu in het bezit van een Zanussi product. Vanzelfsprekend kunt u ook tijdens het gebruik
van uw product op Zanussi rekenen. Daarom nodigen wij u van harte uit u te registreren op
onze internetsite www.mijnapparaten.nl. Wij kunnen u dan nog beter van dienst zijn met
informatie over producten, gebruiksaanwijzingen, tips, innovaties, oplossingen voor storingen
etc.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 2
3
Inhoud
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid 3-4
Afvalverwerking 5
Milieutips 5
Technische gegevens 5
Installatie 6
Transportbeveiliging 6
Plaatsen 6
Watertoevoer 7
Waterafvoer 7
Elektrische aansluiting 7
Uw nieuwe wasautomaat 8
Beschrijving van de machine 8
Controlelampje deurvergrendeling 8
Wasmiddellade 8
Gebruik 9
Bedieningspaneel 9
Beschrijving van de bedieningselementen 9-13
Adviezen en tips voor het wassen 14
Was niet te lang opsparen 14
Sorteren 14
Temperaturen 14
Hoeveel wasgoed in de trommel? 14
Vóór u het wasgoed in de trommel doet 15
Welke wasmiddelen gebruiken? 15
Traditionele poeder-wasmiddelen 16
Vloeibare wasmiddelen 16
Geconcentreerde poeder-wasmiddelen 16
Wasverzachter 16
Waterontharder 16
Een was doen 17-19
Internationale behandelingsetiketten 20
Programmatabel 21-22
Onderhoud 23
De buitenkant 23
De deur 23
De wasmiddellade 23
Het toevoerfilter 23
De afvoerpomp 23
Waterafvoer in noodgevallen 24
Voorzorgsmaatregelen bij vorst 24
Eenvoudige storingen
25-26
Klantenservice 27
Garantievoorwaarden 27-29
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 3
4
Aanwijzingen m.b.t. de veiligheid
Deze aanwijzingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te hebben,
alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Installatie
Alle delen die tot de transportbeveiliging behoren
moeten beslist zijn verwijderd, alvorens het
apparaat in gebruik te nemen. Ernstige schade
aan het apparaat of andere zaken kan het gevolg
zijn van het niet of niet
geheel verwijderen van de
transportbeveiliging.
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie ten behoeve van de
installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door
een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd
worden.
Een eventueel noodzakelijke wijziging van de
watertoe- en/of afvoervoorzieningen ten behoeve
van de installatie van dit apparaat mag uitsluitend
door een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd
worden.
Overtuig u ervan dat het apparaat na de
installatie of het verplaatsen niet op het
aansluitsnoer staat.
Gebruik
Was geen artikelen in de wasautomaat die hier
niet voor geschikt zijn. Raadpleeg het
textielonderhoudsetiket.
Overlaad het apparaat niet. Raadpleeg de
betreffende adviezen in de gebruiksaanwijzing.
Met vluchtige stoffen, zoals spiritus, benzine,
terpentine en dergelijke, gereinigde artikelen
mogen niet in de wasautomaat. Indien zulke
reinigingsmiddelen gebruikt werden om voortijds
vlekken te verwijderen, dan moet met het wassen
in de wasautomaat gewacht worden tot het
artikel volledig uitgedampt is.
Was kleine artikelen, zoals babysokjes, ceintuurs
en dergelijke in een sloop. Zulke kleine artikelen
kunnen tussen de trommel en de kuip slippen.
Overtuig u ervan dat, vóór u een kledingstuk in de
wasautomaat doet, de borst- en broekzakken
leeg zijn, ritssluitingen zijn gesloten en eventueel
loshangende knopen verwijderd of eerst
aangenaaid zijn. Was geen rafelig of gescheurd
goed;
herstel het voortijds. Verwijder voortijds
verf-, inkt-,
roest- en grasvlekken. Was bh’s met
beugels altijd in een wasnetje en alleen op
programma Wol (handwas).
Objecten zoals flippo’s, munten, veiligheids-
spelden, naalden, spijkers, schroeven en andere
harde of scherpe materialen horen niet in de
wasautomaat; zij kunnen aanzienlijke schade
veroorzaken.
Wees voorzichtig met wasverzachter. Een te
grote dosering kan schade aan het wasgoed
toebrengen. Raadpleeg de instructies van de
fabrikant van de wasverzachter.
Kijk, vóór u de vuldeur (voorlader) opent, altijd
eerst of het water weggepompt is. Indien dat niet
het geval is, laat de machine dan eerst het water
afpompen. Raadpleeg in twijfelgeval de
gebruiksaanwijzing.
Laat de vuldeur (voorlader) op een kier staan
indien het apparaat niet gebruikt wordt. Dat is
beter voor de rubbermanchet en u voorkomt het
ontstaan van een muffe lucht.
Schakel na het gebruik altijd de stroomtoevoer uit
door, afhankelijk van de wijze van installatie, de
stekker uit het stopcontact te nemen of de
badkamertrekschakelaar op de UlT-stand te
schakelen. Draai na het gebruik altijd de
watertoevoerkraan dicht.
Algemene veiligheid
Tracht, in geval van een storing of defect, dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties die
door niet-deskundige personen uitgevoerd
worden, kunnen tot schade of letsel leiden.
Raadpleeg ELECTROLUX Service.
Netsnoer nooit aan het snoer uit het stopcontact
trekken, maar aan de stekker.
Veiligheid van kinderen
Kinderen zien de gevaren niet die ontstaan door
ondeskundige omgang met elektrische
apparaten. Zorg daarom voor het nodige toezicht
als de machine aanstaat en laat kinderen niet met
de machine spelen - ze zouden zichzelf of andere
kinderen in de machine kunnen opsluiten.
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen;
vooral folie en styropor kunnen gevaren
opleveren. Verstikkingsgevaar!
Controleer altijd eerst of de trommel leeg is
voordat u het wasgoed erin doet. Kinderen of
huisdieren kunnen zich in de machine
verstoppen. Om dit te voorkomen kunt u sluiting
van de deur verhinderen door het knopje aan de
binnenkant van de deur naar rechts te draaien
zodat de inkeping horizontaal komt. Gebruik
hiervoor zonodig een muntstuk.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 4
5
Om deze beveiliging uit te schakelen en de deur
te kunnen sluiten, draait u het knopje naar links
zodat de inkeping verticaal komt.
Als u het apparaat afdankt, maak het dan dadelijk
onbruikbaar: stekker uit het stopcontact trekken,
aansluitsnoer afsnijden en weggooien. Maak
bovendien het deurslot onbruikbaar. Zo kunnen
kinderen zichzelf of andere kinderen niet in de
machine opsluiten.
P1131
Verpakkingsmateriaal
Alle gebruikte verpakkingsmaterialen zijn niet milieu-
onvriendelijk en kunnen zonder gevaar bij het afval
worden gezet.
De kunststoffen kunnen hergebruikt worden en
hebben de volgende aanduidingen:
>PE<=voor polyethyleen
>PS<=voor polystyreen
>PP<=voor polypropyleen
Het karton kunt u het beste in een container voor oud
papier deponeren.
Oude machine
Informeer bij uw gemeente naar de mogelijkheden
voor afvalverwerking in uw woonplaats.
Het symbool op het product of op de verpakking
wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag
worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij
een verzamelpunt waar elektrische en elektronische
apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat
dit product op de juiste manier wordt verwijderd,
voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens
en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval
van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere
informatie over het recyclen van dit product, kunt u
contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het product
hebt gekocht.
Afvalverwerking
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 5
6
Milieutips
Normaal verontreinigd wasgoed hoeft u niet voor
te wassen. Zo bespaart u wasmiddel, water en
tijd (en u ontziet het milieu).
De wasautomaat werkt het zuinigst met een volle
trommel.
Door een geschikte voorbehandeling kunnen
vlekken en lichte verontreinigingen verwijderd
worden. Dan kunt u op een lagere temperatuur
wassen.
Doseer het wasmiddel altijd volgens de
aanwijzingen van de wasmiddelfabrikant.
Technische gegevens
Afmetingen hoogte 85 cm
breedte 60 cm
diepte 63 cm
Maximum vulgewicht Katoen 6,kg
Synthetica 3 kg
Fijne was 3 kg
Wol 2,kg
Centrifugetoerental maximum 1400 tpm
Netspanning/-frequentie 220-230 V/50 Hz
Aansluitwaarde 2200 W
Zekeren met minimaal 10 A
Waterdruk minimaal 0,05 MPa
maximaal 0,8 MPa
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlijnen 89/336/EEG, 73/23/EEG
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 6
7
Installatie
Transportbeveiliging
Voordat u de machine aanzet in gebruik neemt,
moeten de transportbeveiligingen volgens
onderstaande aanwijzingen worden verwijderd.
1. Nadat u alle verpakkingen verwijderd heeft, de
machine voorzichtig op zijn achterkant leggen
om de basis van piepschuim van de onderkant
van de machine te verwijderen.
2. Verwijder het aansluitsnoer en de afvoerslang uit
de steunen op de achterkant van de machine.
3. Draai met een geschikte sleutel de centrale
schroef A aan de achterkant los.
4. Draai de twee grote schroeven B en de zes
kleinere schroeven C aan de zijkanten uit.
5. Verwijder steun D. Draai de zes kleine schroeven
C aan de zijkanten weer vast. Trek de plastic pin
naar buiten E.
6. Doe de deur open, neem de toevoerslang uit de
trommel en verwijder het piepschuim blokje dat
met plakband op de deurafdischting is bevestigd.
C
C
HEC0023
E
HEC0011S
D
HEC0003S
C
C
B
B
A
HEC00022
HEC0001
HEC0008
Het is beslist noodzakelijk dat u de
transportbeveiligingen verwijdert voor u de
machine in gebruik neemt.
7. Sluit het kleine bovenste gat en de twee grote
gaten aan de zijkanten af met de daarvoor
bedoelde plastic doppen die in het zakje met de
gebruiksaanwijzing zitten.
Plaatsen
Plaats de machine op een vlakke, harde vloer. Laat
een houten vloer met een 5 cm dikke hardhouten
plaat versterken, over tenminste twee draagbalken.
De verstevigingsplaat moet aan alle kanten enkele
centimeters buiten de machine steken.
Indien de machine op een bovenverdieping geplaatst
wordt, neem dan zodanige maatregelen dat bij een
eventuele lekkage het water niet naar de verdieping
eronder kan lekken.
Raadpleeg uw leverancier/installateur.
Zorg ervoor dat de machine niet tegen de muur of
andere keukenmeubels kan leunen.
Wij gaan er van uit dat de waterkraan, de
afvoermogelijkheid en de elektriciteitsvoorziening
zich binnen het bereik van de machineslangen en
het aansluitsnoer bevinden. Als dat niet zo is, dan
adviseren wij u uw installateur de kraan en/of de
afvoer en/of het stopcontact te laten verplaatsen.
Stel de machine waterpas op. Dat doet u door
middel van het in- of uitdraaien van de verstelbare
voetjes. Als de machine op tapijt staat, stel de
voeten dan zodanig in dat de lucht vrij kan
circuleren. Zorg ervoor dat de machine op alle vier
de voetjes stevig op de vloer staat: ook dat is zeer
belangrijk.
P1051
HEC0005
HEC0010
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 7
8
Watertoevoer
Een toevoerslang is meegeleverd; deze is te vinden
in de trommel van de machine.
Gebruik voor aansluiting op de waterleiding niet
de slang van uw vorige machine.
1. Open de vuldeur en neem de toevoerslang uit de
trommel.
2. Sluit de slang met de haakse aansluiting op de
machine aan.
Belangrijk!
Bevestig de toevoerslang niet naar beneden
gericht. Draai de slang naar links of naar rechts,
afhankelijk van de plaats waar de waterkraan
zich bevindt.
3. Breng de slang in de juiste positie door de
ringmoer los te draaien.
Als de slang zich in de juiste positie bevindt, draai
de ringmoer dan weer vast om lekkage te
voorkomen.
4. Sluit de slang aan op een kraan met 3/4"-
schroefdraad. Gebruik altijd de bij de machine
geleverde slang.
De toevoerslang mag niet verlengd worden. Als de
toevoerslang te kort is en u de kraan niet wilt
verplaatsen, dient u een nieuwe langere slang te
kopen die speciaal voor dit doel is gemaakt.
P0351
HEC0006
Waterstop-systeem
De watertoevoerslang is met een waterstopsysteem
uitgerust. Zou, door natuurlijke veroudering, de
binnenslang lek raken, dan blokkeert het systeem
de watertoevoer. Het optreden van deze storing
kunt u zien aan een rode sector in de venstertjes A
(links en rechts). Sluit de waterkraan en vervang de
slang in z’n geheel door een nieuwe.
Waterafvoer
De bocht, aan het uiteinde van de afvoerslang, kunt
u op drie manieren plaatsen:
Over de rand van een wasbak. U moet er dan voor
zorgen dat de bocht niet, door het snel
uitstromende water, van de rand kan schieten.
Bijvoorbeeld door de bocht met een touwtje aan de
kraan of aan een haak in de muur op te hangen.
In een aftakking van de wasbakafvoer. Die
aftakking moet boven de sifon (stankafsluiter) zitten
en zodanig dat de bocht van de slang zich op
tenminste 60 cm van de vloer bevindt.
In een afvoerpijp. Wij adviseren een standpijp van
65 cm hoogte; in ieder geval niet lager dan 60 cm en
niet hoger dan 90 cm.
Het uiteinde van de afvoerslang moet altijd belucht
zijn, dat wil zeggen dat de binnendiameter van de
pijp groter moet zijn dan de buitendiameter van het
slangeind.
U mag de afvoerslang verlengen tot een maximale
totale lengte van 400 cm. Gebruik een verlengslang
van tenminste dezelfde binnendiameter als de
originele slang en gebruik een koppeling die voor dat
doel bestemd is.
P0022
A
P0352
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 8
9
De afvoerslang mag niet geknikt zijn.
Voor een goede werking van de machine moet de
afvoerslang worden vastgehaakt op de steun die
zich boven aan de achterzijde van het apparaat
bevindt.
Elektrische aansluiting
De machine is voor 220-230V / 50Hz gemaakt.
De machine is voorzien van een drie-aderig
aansluitsnoer en stekker met randaarde.
De stekker mag u uitsluitend plaatsen in een
stopcontact met randaarde;
de machine dient deugdelijk geaard te zijn.
Het aansluitsnoer mag u niet verlengen. Indien het
snoer te kort blijkt te zijn, laat uw installateur dan of
een langer snoer aan de machine monteren of het
stopcontact verplaatsen.
Het gebruik van een verlengsnoer of kabelhaspel is
niet toegestaan.
In bad- of doucheruimten moet doorgaans een
zogeheten vaste aansluiting gemaakt worden;
raadpleeg uw installateur.
Sluit de machine aan op een geaard stopcontact.
P1118
De fabrikant is niet aansprakelijk voor
schade of letsel, ontstaan door het niet
voldoen aan bovenstaande veiligheids-
voorschriften.
Het aansluitsnoer mag uitsluitend door
ELECTROLUX Service vervangen worden.
Het aansluitsnoer moet gemakkelijk te bereiken
zijn nadat de machine geïnstalleerd is.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 9
10
Beschrijving van de machine
1 Wasmiddellade en programmakaart
2 Bedieningspaneel
3 Controlelampje deurvergrendeling
4 Deurgreep
5 Afvoerpomp
6 Verstelbare voetjes
Controlelampje deurvergrendeling
De deur blijft gedurende het gehele wasprogramma
vergrendeld. De deur kan alleen geopend worden
onder bepaalde omstandigheden en als het
controlelampje op de deur uit is (zie blz. 18).
4
3
5
6
2
1
90°
E60°
60°
E40°
40°
30°
60°
E60°
40°
30°
40°
30°
40°
30°
KORT CENTRIFUG.
SPOELEN
WASVERZACHTEN
POMPEN
CENTRIFUGEREN
SNELWAS
30
W
I
T
T
E
W
A
S
B
O
N
T
E
W
A
S
SYNTHETICA
FIJNE WAS
WOL
LOOPTIJD
1400
900
700
500
CENTR.
VOORWAS
KORT
VOORWASSEN
WASSEN
SPOELEN
SPOELSTOP
POMPEN
CENTRIFUGEREN
EINDE
FILTER
EXTRA
SPOELEN
INTENSIEF INWEKEN START
UITSTEL
START/
PAUZE
ZWG 5249
Deze nieuwe wasautomaat voldoet aan alle eisen
voor een moderne behandeling van uw wasgoed,
met besparing van water, stroom en wasmiddel.
Doordat de wasautomaten de laatste jaren steeds
zuiniger zijn geworden met energie, is de wastijd
langer geworden. U zult echter merken dat het
wasresultaat optimaal is.
De programmakiezer zorgt voor een eenvoudig
gebruik van de wasautomaat; hiermee worden
zowel het programma als de temperatuur
gekozen.
De indicatie van het programmaverloop geeft
informatie over het programma dat afgewerkt
wordt.
De automatische sopafkoeling op 60° C in het
witte was-programma voor het afpompen
voorkomt dat kunststof afvoerbuizen vervormen.
Het speciale wolprogramma behandelt wollen
goed uiterst voorzichtig.
Het stabilisatie-controlesysteem zorgt voor
stabiliteit en rustige loop.
De «Spaarklep» zorgt ervoor dat het wasmiddel
geheel wordt gebruikt en reduceert het
waterverbruik; zo wordt energie bespaard.
Uw nieuwe wasautomaat
Wasmiddellade
Voorwasmiddel
Hoofdwasmiddel
Wasverzachter
P1140S
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 10
11
Gebruik
Bedieningspaneel
1 Wasmiddellade en programmakaart
2 Programmakiezer
Deze knop is in 5 sectoren verdeeld:
Witte en bonte was (katoen)
Synthetica
Fijne was
Wol (handwas)
Extra programma's
De programmakiezer kan zowel naar rechts als naar
links gedraaid worden.
Symbolen op de programmakiezer
E-stand = Energie besparen
(koud)=De machine wast met koud water.
O = Programma annuleren, machine
uitschakelen.
Aan het einde van het programma moet de
programmakiezer op «
O» gedraaid worden.
90°
E60°
60°
E40°
40°
30°
60°
E60°
40°
30°
40°
30°
40°
30°
KORT CENTRIFUG.
SPOELEN
WASVERZACHTEN
POMPEN
CENTRIFUGEREN
SNELWAS
30
W
ITTE W
AS
BO
NTE W
AS
SYNTHETICA
FIJNE WAS
WOL
Keuzetoetsen
Afhankelijk van het programma kunnen verschillende
functies met elkaar gecombineerd worden.
Deze moeten worden gekozen nadat het programma
is ingesteld en voordat toets START/PAUZE wordt
ingedrukt.
Als een toets wordt ingedrukt, gaat het betreffende
lampje branden. Als de toets nogmaals wordt
ingedrukt, gaat het lampje uit.
Als het lampje ca. 2 seconden knippert, betekent dat
dat een onjuiste keuze is gemaakt: in het
multidisplay verschijnt code Err.
3 CENTR.
Door indrukken van deze toets kunt u het maximale
centrifugetoerental voor het ingestelde programma
reduceren of functie SPOELSTOP kiezen.
Het lampje dat overeenkomt met de gekozen stand,
gaat branden.
De centrifugetoerentallen zijn aangepast aan de
betreffende textielsoort.
WITTE en BONTE WAS:
500/700/900 max 1400 toeren/min.
SYNTHETICA en WOL:
500/700 max 900 toeren/min.
FIJNE WAS en SNELWAS 30’:
500 max 700 toeren/min.
SPOELSTOP
Als u deze optie kiest blijft het wasgoed in het
laatste spoelwater liggen; hiermee wordt
kreukvorming voorkomen.
1 2 34567891112
10
LOOPTIJD
1400
900
700
500
CENTR.
VOORWAS
KORT
VOORWASSEN
WASSEN
SPOELEN
SPOELSTOP
POMPEN
CENTRIFUGEREN
EINDE
FILTER
EXSTRA
SPOELEN
INTENSIEF INWEKEN START
UITSTEL
START/
PAUZE
ZWG 5249
90°
E60°
60°
E40°
40°
30°
60°
E60°
40°
30°
40°
30°
40°
30°
KORT CENTRIFUG.
SPOELEN
WASVERZACHTEN
POMPEN
CENTRIFUGEREN
SNELWAS
30
W
ITTE WAS
BONTE WAS
SYNTHETICA
FIJNE WAS
WOL
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 11
12
Na beëindiging van het programma blijft het
controlelampje op de deur branden, lampje
START/PAUZE gaat uit en de lampjes EINDE en
SPOELSTOP gaan branden en herinneren u
eraan dat het water afgepompt moet worden.
Het display laat een knipperende nul zien.
Voordat u programma POMPEN, KORT
CENTRIFUG. of CENTRIFUGEREN kiest, moet de
programmakiezer op «
worden gedraaid.
4 VOORWAS
Voorwassen op max. 30°C vóór de automatisch
volgende hoofdwas. Deze functie kan niet bij
instelling WOL en in combinatie met INWEKEN
gekozen worden.
De voorwas eindigt met een korte centrifugegang bij
de programma’s witte/bonte was en synthetica en
met alleen pompen bij fijne was.
5
KORT
Als u deze toets indrukt, worden de wastijden als
volgt verminderd:
46 minuten voor witte was op 95°C
46 minuten voor bonte was op 60°C
27 minuten voor synthetica op 60°C
25 minuten voor fijne was op 40°C
Deze functie kan niet in combinatie met INTENSIEF
gekozen worden.
Dit programma is geschikt voor wasgoed dat licht
verontreinigd is. Deze functie kan niet bij instelling
WOL en bij de energie-spaarprogramma’s E60° en
E40° gekozen worden.
6 EXTRA SPOELEN
In alle programma’s mogelijk behalve voor WOL.
De machine voert 2 extra spoelgangen uit.
Aanbevolen voor personen die allergisch zijn voor
wasmiddelen en in gebieden met heel zacht water.
7 INTENSIEF
Voor sterk verontreinigd wasgoed.
Als u deze functie kiest wordt de wastijd met
ongeveer 10 minuten verlengd en het wasritme
versterkt.
De functie kan alleen voor witte/bonte was en
synthetica gekozen worden, niet bij de energie-
spaarprogramma’s E60° en E40° en in combinatie
met functie KORT.
8 INWEKEN
Tijdsduur van het inweken: ongeveer 30 minuten bij
30°C. Met toets STARTUITSTEL kunt u de inweektijd
verlengen tot maximaal 10 uur, hierna voert de
machine automatisch de hoofdwas uit. Deze optie
kan niet gekozen worden bij programma WOL en in
combinatie met de functie VOORWAS.
Het inweken eindigt met een korte centrifugegang bij
de programma’s witte/bonte was en synthetica en
met alleen pompen bij de fijne was programma’s.
9 START UITSTEL
Met deze toets kan het starten van het programma
30-60-90 minuten en tot MAX 23 uur worden
uitgesteld. De uitgestelde starttijd (maximaal 23 uur)
wordt door middel van de betreffende toets
ingesteld en 3 seconden lang op het display
aangegeven, hierna verschijnt opnieuw de duur van
het gekozen programma.
Deze functie kan niet ingeschakeld worden voor de
programma’s POMPEN, KORT CENTRIFUG. of
CENTRIFUGEREN.
Deze optie wordt gekozen nadat u het programma
ingesteld heeft en voordat u op toets START/PAUZE
drukt.
Wasautomaat inschakelen
Het programma kiezen.
Uitgestelde start instellen.
Toets START/PAUZE indrukken.
De starttijd telt terug in stappen van 1 uur en na
twee uur steeds met 30 minuten.
Het programma start wanneer de ingestelde
tijdsperiode verstreken is.
de machine met toets START/PAUZE in de
pauze-stand zetten
op toets START UITSTEL drukken om de
uitgestelde tijd te annuleren. Op de display
verschijnt 0
opnieuw op toets START/PAUZE drukken.
Om de uitsteltijd te veranderen nadat het
programma reeds is gestart: stel het programma en
de uitsteltijd opnieuw in.
Annuleren van de starttijd
Instellen van uitgestelde start
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 12
13
10 MULTIDISPLAY (LOOPTIJD)
Dit display geeft de volgende informatie:
Duur van het gekozen programma - uitgestelde
start - foutieve keuze -einde programma -
foutcode.
Nadat u het programma gekozen heeft, toont het
display de duur van het programma in uren en
minuten (bijvoorbeeld 2.05).
De duur is berekend op de maximum belading voor
elk type wasgoed.
Na het starten van het programma (nadat u op toets
START/PAUZE gedrukt heeft) loopt de tijd in
stappen van een minuut terug.
De duur van het programma is afhankelijk van
verschillende factoren zoals de hoeveelheid
wasgoed, de watertemperatuur en de
schuimvorming. Deze gegevens worden elektronisch
geregistreerd en de resterende tijd wordt hieraan
aangepast.
Wanneer het programma beëindigd is en de deur
ontgrendeld, knippert op het display het cijfer nul.
De uitgestelde starttijd (maximaal 23 uur) wordt door
middel van de betreffende toets ingesteld en 3
seconden lang op het display aangegeven, hierna
verschijnt opnieuw de duur van het gekozen
programma.
De starttijd telt eerst terug in stappen van 30, 60, 90
minuten en /of 1 uur.
Uitgestelde start
2.05
Duur van het gekozen programma
Als u een functie kiest die niet met het gekozen
programma gecombineerd kan worden, verschijnt in
het display Err.
Aan het einde van het programma (ook als er nog
water in de trommel staat vanwege de
SPOELSTOP functie) laat het display een
knipperende
0 zien.
Sommige storingen worden in de vorm van
foutcodes op het display aangegeven.
Dit is nuttig voor de klant en voor de
servicemonteurs, zoals bijvoorbeeld «
EE2200
» (zie
hoofdstuk “Eenvoudige storingen”).
E20
Foutcode
0
Einde programma
Foutieve keuze
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 13
14
11 START/PAUZE
Deze toets heeft 2 functies:
Door op de toets te drukken, wordt het gekozen
programma gestart en het lampje van toets
START/PAUZE knippert niet meer maar brandt
continu tijdens de duur van het programma.
Als de functie START UITSTEL gekozen is, begint nu
het terugtellen.
Het display toont de duur van het gekozen
programma of de uitgestelde
starttijd.
Bij het drukken op deze toets, wordt het lopende
programma onderbroken; druk opnieuw op de toets
en het programma wordt vervolgd. Tijdens de pauze
knippert het lampje van toets START/PAUZE.
Pauze
Start
START/
PAUZE
12 Indicatie van het programmaverloop
Bij het kiezen van een programma geeft de indicatie
van het programmaverloop aan, uit welke
onderdelen het programma bestaat.
Na begin van het programma geeft de indicatie van
het programmaverloop aan, met welk deel van het
programma de machine bezig is.
Het einde van het programma wordt optisch
aangegeven: de deur kan geopend worden.
Lampje EINDE knippert om een storing in het
functioneren van de machine aan te geven.
Tegelijkertijd knippert een alarmcode om het type
storing aan te duiden:
EE1100
= storing bij de watertoevoer;
EE2200
= storing bij de waterafvoer;
EE4400
= deur open.
Raadpleeg hoofdstuk “Eenvoudige storingen” om
het defect op te heffen.
Als aan het einde van het programma lampje FILTER
knippert, is het afvoerfilter verstopt.
VOORWASSEN
WASSEN
SPOELEN
SPOELSTOP
POMPEN
CENTRIFUGEREN
EINDE
FILTER
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 14
15
Informatie over de programma’s
Met dit programma kunt u niet alleen in de machine
wasbare wol met het etiket "Zuiver scheerwol"
wassen maar ook wol en alle andere textiel met het
symbool “Handwas”. Ook heel fijne was hoeft u niet
meer met de hand te wassen.
Kort centrifugeren op max. 700 toeren/min voor
synthetische/fijne en wolwas.
Dit is een apart programma dat het spoelen en
centrifugeren van met de hand gewassen katoen
mogelijk maakt.
De machine voert 3 spoelgangen uit en centrifugeert
het wasgoed met het maximale toerental. U kunt het
centrifugetoerental bepalen met behulp van toets
CENTR. .
Met de hand gewassen katoenen textiel kan met
wasverzachter behandeld worden.
Het apparaat voert 1 spoelgang uit en centrifugeert
het wasgoed met het maximale toerental. U kunt het
centrifugetoerental verminderen met behulp van
toets CENTR. .
U kunt dit programma gebruiken aan het einde van
een programma met spoelstop voor het wegpompen
van het laatste spoelwater.
Draai eerst de programmakiezer op stand «
O
»»
en
kies vervolgens programma POMPEN. Druk op toets
START/PAUZE.
POMPEN
WASVERZACHTEN
SPOELEN
KORT CENTRIFUG.
WOL
Dit programma centrifugeert het wasgoed met het
maximale toerental.
Afhankelijk van het type wasgoed kunt u een lager
centrifugetoerental instellen met behulp van toets
CENTR. .
Dit is een volledig programma dat met de volgende
functies gecombineerd kan worden:
centrifugetoerental reduceren, SPOELSTOP en
STARTUITSTEL.
Dit programma kan gebruikt worden voor wasgoed
dat niet erg vuil is bijvoorbeeld sportkleding die
slechts een keer gebruikt is of om textiel op te
frissen (behalve wol).
Maximum belading 3 kg.
De wastemperatuur is 30°C.
Het programma duurt 30 minuten.
Het centrifugetoerental is 700 toeren/min.
Als u een reeds ingesteld programma wilt annuleren,
draait u de programmakiezer op stand «
O
»»
en kiest
vervolgens een ander programma.
Aan het einde van het programma draait u de
programmakiezer op stand «
O
»»
om de machine uit
te schakelen.
O = Annuleren/Machine uitschakelen
SNELWAS 30’
CENTRIFUGEREN
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 15
16
Daarnaast kiest u 40°C als het wasgoed zo weinig
vuil is dat het met een lage temperatuur ook nog
schoon wordt.
30°C: alhoewel machine-wasbare wol als regel
zonder meer op 40°C gewassen mag worden, zult u
op het etiket, voorzichtigheidshalve, toch vaak 30°C
tegenkomen. Ook bij teer wasgoed, de fijne was, is
dat vaak het geval.
Wij adviseren u zich altijd aan de etiket-temperatuur
te houden.
Hoeveel wasgoed in de trommel?
Wilt u optimale resultaten bereiken, dan adviseren
wij u, naast het kiezen van het juiste programma,
ook de maximaal toegestane belading van de
trommel niet te overschrijden.
Wasgoed droog wegen voor u het in de trommel
doet, is erg omslachtig, dus helpen wij u op een
andere manier op weg:
Volle belading (maar niet proppen) voor katoen en
linnen.
Halfvolle of iets meer dan halfvolle belading voor
sterke synthetica en mengsels. Ook zogeheten
kreukherstellende stoffen vallen onder synthetica.
Een derde van de trommel voor fijne was en
machine-wasbare wol.
In onderstaande tabel geven wij u een indruk wat
wasgoed, bestaande uit katoen en linnen, ongeveer
weegt.
Voor synthetica, mengsels en fijne was is het
onmogelijk om gewichten op te geven, daar deze
stoffen zeer verschillend van aard zijn.
Voor machine-wasbare wol geven wij doorgaans een
maximum van 1 kilogram op, maar feitelijk bedoelen
we dat u wol in “ruim sop” moet wassen.
Tweepersoons laken 700 - 1000 g
Kussensloop 125 - 0200 g
Tafellaken 350 - 0500 g
Servet 70 - 0120 g
Theedoek 75 - 0100 g
Badhanddoek 150 - 0200 g
Badlaken 700 - 1000 g
Overhemd 200 - 0300 g
Schort 150 - 0200 g
Adviezen en tips voor het
wassen
Was niet te lang opsparen
In de eerste plaats adviseren wij u wasgoed niet al te
lang op te sparen, in ieder geval niet als het vochtig
is want het gaat dan schimmelen en veroorzaakt een
muffe geur.
Men zegt ook wel dat «het weer er in gekomen is»;
weervlekken krijgt u er niet meer uit.
Sorteren
Neemt u vooral even de tijd om de in dit boekje
afgedrukte kaart voor de behandelingssymbolen
aandachtig te lezen.
Een streep onder de tobbe betekent dat u het
artikel niet met de krachtige katoenprogramma’s
mag wassen.
Was gekleurd goed, met name donker gekleurd,
eerst een keer apart. De kans is groot dat het
afgeeft.
Sterke kreukherstellende stoffen, zoals
polyester/katoen, vallen onder synthetica.
Tere stoffen, zoals acryl en meestal ook vitrages,
vallen onder fijne was.
Het wolwasprogramma van deze wasautomaat werd
door Woolmark goedgekeurd, op voorwaarde dat de
kleding gewassen wordt overeenkomstig de
instructies op het kledingetiket en die van de
producent van deze wasautomaat. M9604.
Bij alle andere wolsoorten en mengsels kan niet
worden uitgesloten dat deze krimpen en/of vervilten
in de wasautomaat.
Temperaturen
In principe kiest u voor een bepaalde wasbeurt de
soptemperatuur niet hoger dan het gevoeligste stuk
wasgoed nog kan verdragen.
90°- 95°C: voor wit of kookecht gekleurd katoen en
linnen, zoals beddengoed, tafellakens, theedoeken,
handdoeken, zakdoeken en ondergoed.
Gemakshalve wordt deze groep vaak “witte was”
genoemd.
60°C: voor normaal verontreinigde witte was, voor
lichtgekleurde bone twas en voor witte en
lichtgekleurde synthetica.
40°C: vrijwel alle textielsoorten kunnen op 40°C
gewassen worden.
U kiest deze temperatuur ten eerste als dit door het
wasetiket aangegeven wordt, bijvoorbeeld voor
donkergekleurde textiel en fijne was.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 16
17
Vóór u het wasgoed in de trommel doet
Herstel scheuren, gaten en halen voortijds.
Naai loshangende knopen eerst aan of knip ze af.
Sluit drukknopen en ritssluitingen.
Was geen rafelig goed; herstel eerst de zomen.
Haal de haken uit vitrage en doe de vitrage in een
sloop of linnen zak.Verwijder voortijds
achtergebleven kleine voorwerpen uit borst- en
broekzakken.
Behandel voortijds vlekken die er in de wasautomaat
moeilijk of in het geheel niet uit zullen gaan:
Was- en kaarsvet. Zoveel mogelijk met een bot mes
voorzichtig afschrapen. Tussen twee papieren
zakdoekjes de overgebleven was met de warme
strijkbout er uit strijken. Niet te heet bij synthetische
stoffen.
Inkt en ballpoint: Deppen met spiritus. De kleur van
de stof kan aangetast worden door zowel de inkt als
de spiritus.
Weer- en schroeivlekken. Bleken met een
verdunde oplossing van bleekwater.
Roest. Verwijderen met citroenzuur of een speciaal
behandelingsmiddel. Eerst koud spoelen en daarna
wassen. Geen wasmiddel met bleekmiddel
gebruiken.
Kauwgom. Wegwrijven met ijsblokjes. Restant
verwijderen met nagellak-remover. Pas op met
remover bij synthetische stoffen.
Verf. Geef de vlek geen kans om op te drogen. Met
een witte schone katoenen doek en een oplosmiddel
(terpentine, wasbenzine of thinner) behandelen.
Lippenstift. Deppen met spiritus. Met fijnwasmiddel
nawassen.
Nagellak. Verwijderen met nagellak-remover. Dit is
niet mogelijk bij stoffen als acetaat, triacetaat en
chloorvezel.
Olie en teer. Met boter insmeren en laten intrekken.
Daarna met terpentine deppen.
Gras. Met spiritus vochtig maken en met een
zeepoplossing deppen. Als de kleur of de stof er
tegen kan, nableken met bleekwater.
Chocolade, thee, wijn, koffie en vruchtensap.
Voorweken in warm water met een biologisch
voorweekmiddel. Als het nodig is en de kleur of de
stof er tegen kan, nableken met bleekwater.
Vuile kragen of manchetten. Aanstrijken met zeep
of een speciaal daarvoor bedoelde spray of pasta.
Dan gewoon wassen.
Bloed. Verse vlekken met lauw water uitspoelen.
Oude vlekken voorweken met een biologisch
voorweekmiddel.
Transpiratie- en deodorantvlekken. Verse vlekken
met sodawater deppen. Oude vlekken met azijn of
spiritus deppen.
Hars. Met een speciale vlekkenoplosser behandelen.
Sterke stoffen, zoals katoen en linnen, met
terpentine, wasbenzine of spiritus behandelen.
Het gebruik van verdampende middelen, zoals
terpentine, wasbenzine, spiritus, thinner, aceton en
dergelijke is gevaarlijk; niet roken en geen open vuur
gebruiken.
Doe het karweitje buiten en laat het kledingstuk eerst
uitdampen voor u het in de wasautomaat of de
droogautomaat doet.
De fabrikant van uw wasautomaat is niet
aansprakelijk voor schade of letsel ontstaan door het
gebruik van gevaarlijke stoffen.
Welke wasmiddelen gebruiken?
Een gouden regel is: gebruik altijd machine-
wasmiddelen, dus nooit handwasmiddel of zeep in
de machine.
Een nauwelijks minder belangrijke regel is: probeer
gewoon uit welk wasmiddel u het beste bevalt.
Houd u aanvankelijk aan de doseringen die de
fabrikant van het wasmiddel op z'n verpakking
aangeeft en let daarbij op de waterhardheid (kunt u
opvragen bij het waterleidingbedrijf). Het is de
moeite waard om daarna uit te proberen of bij
minder doseren uw wasgoed ook nog voldoende
schoon wordt. In ieder geval kunt u bij een klein
wasje aanzienlijk minder doseren.
Er zijn totaal-wasmiddelen voor witte of bonte was,
bleekvrije wasmiddelen voor bonte was, speciale
fijnwasmiddelen, machine-wolwasmiddelen en
biologische voorwas- of voorweekmiddelen.
LET OP
Objecten zoals flippo’s, munten,
veiligheidsspelden, schroeven en andere
harde materialen behoren niet in de
wasautomaat; zij kunnen aanzienlijke schade
veroorzaken.
Was bh’s met beugels altijd in een wasnetje
en alleen op programma Wol (handwas).
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 17
18
Waterontharder
Water is «harder» naarmate er meer calcium en
magnesium in voorkomt. In Nederland wordt de
hardheid aangegeven in «DH» (Duitse graden). Op de
verpakking van het wasmiddel vindt u, in drie globale
zones verdeeld, hoeveel wasmiddel u moet doseren.
U ziet dat dat meer is naarmate de hardheid hoger is.
Kalk slaat uit het water neer op zowel het wasgoed
als op machinedelen. Bekend is onder andere het
stug worden van wasgoed en het verkalken van het
verwarmingselement.
Om dat te voorkomen doet de wasmiddelfabrikant
een kalkbindende stof in het wasmiddel. Voorheen
was dat fosfaat. Tegenwoordig, om redenen van
milieutechnische aard, een fosfaatvervanger.
Het wasmiddel bestaat echter uit vele ingrediënten.
Gaat u meer doseren, dan doet u dat feitelijk slechts
om meer kalkbindende stoffen aan het water toe te
voegen.
Automatisch doseert u dan eigenlijk te veel van al
die andere actieve stoffen. U kunt dat verhelpen
door minder wasmiddel te doseren en het verschil
opvangen door een onthardingsmiddel, zoals
Calgon, mee te doseren. Houd u aan de
aanwijzingen van de fabrikant van het
onthardingsmiddel.
Bereik
1
2
3
4
zacht
gemiddeld
hard
zeer hard
00-07
08-14
15-21
meer dan 21
0-15
16-25
26-37
meer dan 37
Duitse
schaal
Waterhardheid
Belangrijk:
Laat de machine regelmatig (minimaal 1 keer per 20
wasbeurten) een was op 95°C zonder wasgoed
uitvoeren om eventuele wasmiddelresten en vuil in
de trommel, afvoerslang en manchet te verwijderen.
Traditionele poeder-wasmiddelen
Deze wasmiddelen doet u in de vakjes voor de
voorwas en voor de hoofdwas.
Vloeibare wasmiddelen
Gebruikt u een vloeibaar wasmiddel, dan mag u dat,
mits u geen voorwas doet, direct in het vakje
voor het hoofd
wasmiddel gieten. Wel meteen daarna
de machine starten.
Vloeibare wasmiddelen zijn zeer geschikt voor lage
wastemperaturen, dus 30°C en 40°C. Voor hogere
temperaturen, 60°C tot 95°C, adviseren wij u een
poedervormig wasmiddel te gebruiken.
Geconcentreerde poeder-wasmiddelen
(ULTRAs, MICRO’s en dergelijke)
Geconcentreerde wasmiddelen kunt u op dezelfde
manier als vloeibare wasmiddelen doseren.
Uiteraard past u de hoeveelheid aan, omdat u van
deze wasmiddelen minder nodig hebt.
Wasverzachter
Tijdens de laatste spoelgang doseert de machine
automatisch een hoeveelheid vloeibare
wasverzachter. U hoeft geen wasverzachter te
gebruiken maar dit kan soms toch wenselijk zijn.
Bijvoorbeeld als u katoen binnenshuis droogt: het
wasgoed voelt dan minder stug aan. Of als u
synthetisch wasgoed in de machine droogt: het
wordt dan niet statisch (knetteren, kleven).
Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant van de
wasverzachter, maar de hoeveelheid wasverzachter
mag nooit hoger dan het filternet in het doseervakje
of de maximum aanduiding komen.
Erg dikke vloeistof voortijds met wat water
verdunnen.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 18
19
Een was doen
Giet vóór het in gebruik nemen 2 liter water in het
vakje van de wasmiddellade om de spaarklep te
activeren. Voer dan een wasgang zonder wasgoed
uit, opdat vetresten (die bij de fabricage zijn
ontstaan) uit de wastrommel en de kuip worden
verwijderd. Programma: bonte was 95°C, met een
halve maatbeker wasmiddel.
1. Wasgoed in de machine doen
Open de vuldeur. Doe de stukken wasgoed één voor
één in de trommel. Haal opgevouwen wasgoed eerst
uit elkaar. Sluit de vuldeur; druk hem goed in het slot.
2. Wasmiddel doseren
Trek de wasmiddellade uit het bedieningspaneel tot
hij niet verder kan.
Meet de gewenste hoeveelheid wasmiddel in een
maatbekertje af en giet het in het vakje voor het
hoofdwasmiddel .
Als u een programma met functie VOORWAS of
INWEKEN kiest, ook voorwasmiddel in vak
doseren.
3. Wasverzachter doseren
Giet, indien gewenst, wasverzachter in het daarvoor
bestemde vakje .
Overschrijd het niveau MAX niet.
P1174
P1175
4. Gewenst programma kiezen
Draai de programmakiezer op het gewenste
programma. De indicatie van het programmaverloop
geeft aan, uit welke onderdelen het programma
bestaat.
Op het display verschijnt de tijdsduur van het
gekozen programma.
5. Centrifugetoerental instellen
Toets CENTR. indrukken tot het gewenste
toerental of de spoelstop functie ingesteld is; het
betreffende controlelampje gaat branden.
6. Eventueel extra functies kiezen
Het betreffende controlelampje gaat branden.
VOORWAS
KORT EXTRA
SPOELEN
INTENSIEF INWEKEN
1400
900
700
500
CENTR.
VOORWASSEN
WASSEN
SPOELEN
SPOELSTOP
POMPEN
CENTRIFUGEREN
EINDE
FILTER
90°
E60°
60°
E40°
40°
30°
60°
E60°
40°
30°
40°
30°
40°
30°
KORT CENTRIFUG.
SPOELEN
WASVERZACHTEN
POMPEN
CENTRIFUGEREN
SNELWAS
30
W
ITTE W
AS
BON
TE W
AS
SYNTHETICA
FIJNE WAS
WOL
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 19
20
7
. Functie START UITSTEL kiezen
Als u de machine op een ander tijdstip wilt laten
beginnen, drukt u op toets START UITSTEL totdat u
het gewenste uitstel bereikt; op het display ziet u de
ingestelde tijd 3 seconden lang.
Na het indrukken van toets START/PAUZE begint de
machine af te tellen.
U kunt de deur tijdens de uitstelperiode nog openen
om bijvoorbeeld wasgoed toe te voegen. Zet dan
eerst de machine in de pauze-stand met toets
START/PAUZE. Na het sluiten van de deur drukt u
opnieuw op toets START/PAUZE.
8
. Programma starten
Op toets START/PAUZE drukken om het ingestelde
programma te starten; het betreffende lampje
knippert niet meer en het controlelampje van de
programmafase, die de machine op dat moment
uitvoert, blijft ingeschakeld.
Het controlelampje op de deur gaat branden om aan
te geven dat de deurbeveiliging werkt. Het
programma start.
START/
PAUZE
LOOPTIJD
START
UITSTEL
9. Wijzigen van een optie
De mogelijkheid bestaat om opties toe te voegen of
te wijzigen, mits deze opties nog niet zijn uitgevoerd,
door de machine in de pauze-stand te zetten.
Het programma kan gewijzigd worden zolang u nog
niet op toets START/PAUZE gedrukt heeft. Als het
programma al gestart is, kunt u het alleen
veranderen door eerst de programmakiezer op stand
«te zetten. Het water blijft in de kuip. Kies het
nieuwe programma en druk opnieuw op toets
START/PAUZE.
10. Onderbreken van het programma
Druk op toets START/PAUZE, het betreffende lampje
knippert. Om het programma verder af te werken
drukt u opnieuw op toets START/PAUZE.
11. Annuleren van het programma
Draai de programmakiezer op stand «O» voor het
annuleren van een ingesteld programma.
U kunt nu een ander programma kiezen.
12. Openen van de deur tijdens een
lopend programma
De deur kan geopend worden, nadat u de machine
in de pauze-stand gezet hebt, mits:
de machine het water niet boven 55°C aan het
verwarmen is
het waterniveau niet hoog is
de trommel niet in beweging is
Als dit niet het geval is, gaat het controlelampje op
de deur uit als de machine in de pauze-stand wordt
gezet en kan de deur geopend worden.
Indien de deur niet geopend kan worden (zie boven)
en dit absoluut noodzakelijk is, schakelt u de
machine uit door de programmakiezer op stand «
O»
te draaien.
Na ongeveer 3 minuten kunt u de deur openen.
Denk om het waterniveau en de soptemperatuur!
U kunt nu het programma weer kiezen en
opnieuw op toets START/PAUZE drukken, om het
programma verder af te werken.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 20
21
13. Einde van het programma
De machine stopt automatisch.
Als u functie SPOELSTOP gekozen heeft, dan
gaat lampje START/PAUZE uit en de lampjes
SPOELSTOP en EINDE in de indicatie van het
programmaverloop blijven ingeschakeld.
Het controlelampje op de deur licht op en het
display laat een knipperende nul zien.
U moet het water afpompen voordat u de deur kunt
openen. Draai de programmakiezer op stand «en
dan op programma KORT CENTRIFUG. of
CENTRIFUGEREN. Druk op toets START/PAUZE.
Wanneer het controlelampje op de deur uitgegaan is,
kunt u deze opendoen.
Het openen van de deur wordt ook optisch
aangegeven (lampje EINDE licht op).
Draai de programmakiezer op stand «O».
Open de vuldeur en neem het wasgoed uit de
trommel.
Controleer of de trommel helemaal leeg is, anders
zou wasgoed bij de volgende wasbeurt kunnen
beschadigen (bijv. doorlopen) of op ander wasgoed
kunnen afgeven.
Laat de vuldeur enige tijd op een kier staan, zodat
de machine kan drogen.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 21
22
Internationale behandelingsetiketten
NORMAAL
WASGOED
TEER
WASGOED
Wassen op
95°C
Wassen op
60°C
Wassen op
40°C
Wassen op
30°C
Teer goed met
de
hand wassen
Niet wassen
BLEKEN Koud bleken met bleekwater of chloorbleek-
middel in verdunde oplossing mogelijk
Niet bleken
STRIJKEN Hoge temperatuur
(max. 200°C)
Matige temperatuur
(max. 150°C)
Lage temperatuur
(max. 100°C)
Niet strijken
CHEMISCH
REINIGEN
Chemisch reinigen
(alle gebruikelijke
oplosmiddelen)
Chemisch reinigen
(alle oplosmiddelen
m.u.v.
trichlooretheen)
Chemisch reinigen
(alleen olieoplosmid-
delen en R113)
Niet chemisch
reinigen
DROGEN Wasgoed uitge-
spreid drogen
Wasgoed han-
gend drogen
Wasgoed op
hangertje drogen
Drogen in droog-
trommel mogelijk
hoge
temperatuur
matige
temperatuur
Niet in de droog-
trommel drogen
60
60
40
40
40
30
30
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 22
23
Programmatabel
WASPROGRAMMA’S
Programma
WITTE WAS
SPAAR
Temperatuur
Soort wasgoed
Eventuele
aanvullende functies
Max.
belading
Energie
kWh
Water
liter
Verbruikswaarden*
E60°
Wit wasgoed dat slechts
licht verontreinigd is, bijv.
kort gebruikt beddengoed
VOORWAS,
EXTRA SPOELEN,
INWEKEN,
CENTR.
/
6 kg
6 kg
3 kg
0,95 55
3 kg
0,55 57
2 kg
0,35 55
6 kg
2,3 63
1,02 49
1,3 60
WITTE/
BONTE WAS
60°
Lichtgekleurd wasgoed,
linnen of katoen, bijv.
overhemden, ondergoed,
badstof
6 kg
0,6 60
BONTE WAS
(Koud)
-
30° -
40°
Donkergekleurd bont
wasgoed, bijv.
overhemden, blouses,
ondergoed
SYNTHETICA
(Koud)
-
30° -
40° - 60°
30° - 40°
(Koud)
-
30° - 40°
Synthetica, ondergoed,
gekleurde textiel, no-iron
overhemden
Alle fijne textiel,
bijvoorbeeld vitrages
Wol en bijzonder teer
wasgoed
FIJNE WAS
VOORWAS,
KORT
EXTRA SPOELEN,
INWEKEN,
CENTR.
/
CENTR.
/
WOL
WITTE WAS
90°
Wit wasgoed, bijvoorbeeld
werkkleding die normaal
verontreinigd is,
beddengoed, tafellakens,
ondergoed, handdoeken
VOORWAS,
KORT,
EXTRA SPOELEN,
INTENSIEF, INWEKEN,
CENTR.
/
VOORWAS,
KORT,
EXTRA SPOELEN,
INTENSIEF, INWEKEN,
CENTR.
/
VOORWAS,
KORT,
EXTRA SPOELEN,
INTENSIEF, INWEKEN,
CENTR.
/
VOORWAS,
KORT,
EXTRA SPOELEN,
INTENSIEF, INWEKEN,
CENTR.
/
ENERGIE BESPAREN
Het programma «WITTE WAS (SPAAR) E60°» is het referentie programma voor de gegevens op het
verbruiksetiket, volgens EEGnorm 92/75.
* De verbruikswaarden zijn richtlijnen en hangen af van soort en hoeveelheid wasgoed, van de temperatuur
van het leidingwater en van de omgevingstemperatuur. Deze waarden hebben betrekking op de hoogste
soptemperatuur die voor het programma voorzien is.
Tijd
min.
90
65
55
150
145
120
115
BONTE WAS
SPAAR
E40°
Bont wasgoed dat slechts
licht verontreinigd is, bijv.
overhemden, blouses,
ondergoed
VOORWAS,
EXTRA SPOELEN,
INWEKEN,
CENTR.
/
6 kg
1,14 49
145
SYNTHETICA
SPAAR
E60°
Synthetische stoffen die
slechts licht verontreinigd
zijn, bijv. overhemden,
blouses
VOORWAS,
EXTRA SPOELEN,
INWEKEN,
CENTR.
/
3 kg
0,5 55
90
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 23
24
* De verbruikswaarden zijn richtlijnen en hangen af van soort en hoeveelheid wasgoed, van de temperatuur van
het leidingwater en van de omgevingstemperatuur.
Programmatabel
EXTRA PROGRAMMA’S
Programma
Bestemd
voor
Korte
beschrijving
Eventuele
aanvullende
functies
Max.
belading
Energie
kWh
Water
liter
Verbruikswaarden*
6 kg
-19
6 kg
--
WASVER-
ZACHTEN
Voor gewassen
textiel dat met
wasverzachter
behandeld moet
worden
1 maal spoelen
met
wasverzachter
Lang
centrifugeren
Witte/bonte was
Aparte lange
centrifugegang
met het maximale
toerental
CENTRIFU-
GEREN
CENTR.
/
--
Annuleren/Uit
Programma
annuleren,
machine
uitschakelen
O
CENTR.
/
Tijd
min.
21
10
-
SPOELEN
Met de hand
gewassen goed
Compleet
spoelprogramma
eventueel met
wasverzachter.
Lang
centrifugeren
6 kg 0,08 48
3 kg - -
KORT
CENTRIFUG
Synthetische,
fijne was, wol
Aparte korte
centrifugegang
CENTR.
EXTRA SPOELEN
CENTR.
/
45
5
/--
POMPEN
Waterafvoer van
de laatste
spoelgang voor
de wasprogram-
ma’s die
eindigen met
water in de
trommel (functie
SPOELSTOP)
Water afpompen
2
3 kg
0,3 40
Licht
verontreinigd
wasgoed,
behalve wol
Wassen 30°C
2 maal spoelen
Kort centrifugeren
700 toeren/min.
CENTR.
/
SNELWAS
30’
30
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 24
25
Onderhoud
1. De buitenkant
De buitenkant van de machine kunt u, naar behoefte,
reinigen met een vochtige doek en een neutraal
huishoudschoonmaakmiddel. Moderne
schoonmaakmiddelen drogen doorgaans streeploos
op.
Nalappen met schoon water en daarna droogzemen.
Belangrijk: Gebruik nooit spiritus, terpentine en
dergelijke oplosmiddelen.
2. De deur
Regelmatig controleren of zich aanslag of vreemde
voorwerpen in de rubber manchet achter de deur
bevinden.
3. De wasmiddellade
Wasmiddelen en wasverzachter koeken na verloop
van tijd aan.
Maak de wasmiddellade af en toe schoon onder de
stromende kraan. U kunt daartoe de lade geheel uit
de machine nemen door op de pal links achterin te
drukken.
De bovenkant van het vakje voor de wasverzachter
kunt u voor het schoonmaken verwijderen.
Ook in de behuizing van de wasmiddellade kan zich
op den duur wasmiddel verzamelen. Maak de
binnenkant met een oude tandenborstel schoon.
Plaats de lade terug in z'n behuizing en laat de
machine, zonder wasgoed, een spoelgang doen.
P1142P1142
P1050
4. Het toevoerfilter
Wanneer u merkt dat de machine langer over het
water innemen gaat doen, verdient het aanbeveling
om het toevoerfilter te controleren op verstopping.
Daartoe draait u eerst de kraan dicht en vervolgens
draait u de slangwartel van de kraan af.
Reinig het filter met een borsteltje.
Draai de wartel weer stevig op de kraan.
5. De afvoerpomp
De afvoerpomp moet regelmatig worden
gecontroleerd en vooral als
de machine niet pompt en/of centrifugeert
de machine tijdens het pompen een ongewoon
geluid maakt dat wordt veroorzaakt door
voorwerpen als veiligheidsspelden, munten e.d.
die de pomp blokkeren.
Ga als volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Wacht, indien nodig, tot het water is afgekoeld.
Open het pompdeurtje.
Zet een bak op de vloer om evt. water op te
vangen.
P1114
P1090
P0038
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 25
26
7. Voorzorgsmaatregelen bij
vorst
Indien de wasautomaat wordt blootgesteld aan
temperaturen onder 0°C moeten enkele
voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
Trek de stekker uit het stopcontact.
Draai de waterkraan dicht en draai de
watertoevoerslang van de kraan los.
Zet een bak op de vloer, leg het uiteinde van de
noodaftapslang en van de toevoerslang in de bak
en laat het water uit de machine lopen.
Schroef de watertoevoerslang weer op de kraan,
zet de dop weer op de noodaftapslang en plaats
de slang terug.
Het water dat in de leidingen is achtergebleven,
wordt op deze manier afgevoerd en hiermee wordt
voorkomen dat er ijsvorming optreedt die de
machine kan beschadigen.
Controleer, wanneer u de wasautomaat opnieuw wilt
gebruiken, of de omgevingstemperatuur hoger dan
0°C is.
Belangrijk!
Elke keer dat u m. b.v. de noodaftapslang water
aftapt, moet u 2 liter water in het vak voor
hoofdwasmiddel in de wasmiddellade gieten en dan
programma POMPEN instellen. Hierdoor wordt de
spaarklep geactiveerd en wordt voorkomen dat bij
de volgende wasbeurt wasmiddel ongebruikt
achterblijft.
Trek de noodaftapslang uit zijn plaats, leg hem in
het bakje en verwijder de dop.
Als er geen water meer uitkomt, draai dan het
pompdeksel los.
Verwijder vreemde voorwerpen uit het
schoepenrad van de pomp door hem te draaien.
Zet de dop weer op de noodaftapslang en plaats
de slang terug.
Draai het pompdeksel volledig vast.
Sluit het pompdeurtje.
6. Waterafvoer in noodgevallen
Als het water niet wordt weggepompt gaat u als
volgt te werk om de machine te legen:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Draai de waterkraan dicht.
Wacht, indien nodig, tot het water is afgekoeld.
Open het pompdeurtje.
Zet een bak op de vloer en leg het einde van de
noodaftapslang in de bak. Verwijder de dop. Het
water moet door de zwaartekracht in de bak lopen.
Als de bak vol is, zet u de dop weer op de slang.
Herhaal de procedure tot er geen water meer
uitkomt.
Maak de pomp eventueel schoon zoals eerder
beschreven.
Zet de dop weer op de noodaftapslang en plaats
de slang terug.
Draai het pompdeksel vast en sluit het deurtje.
P1117
P1115
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 26
Moderne wasautomaten werken heel zuinig met
lage waterniveaus. Was- en spoelresultaat zijn
desondanks uitstekend.
In de trommel is geen water te
zien:
Eenvoudige storingen
27
Storingen Mogelijke oorzaken
De machine start niet:
De machine neemt geen water
in:
Staat de waterkraan open? (E10)
Geeft de kraan water?
Probeert u dat even uit. (E10)
Toevoerslang bekneld of geknikt geraakt? (E10)
Toevoerfilter verstopt? (E10)
Vuldeur goed gesloten? (E40)
De machine neemt wel water in,
maar dat stroomt er door de
afvoer weer uit:
Het uitstroomeind van de afvoerslang hangt te
laag ten opzichte van de vloer waarop de
machine staat. Zie hoofdstuk "Installatie".
De machine pompt niet af en/of
centrifugeert niet:
Afvoerslang bekneld of geknikt geraakt?
Programma met SPOELSTOP-optie gekozen?
Het laatste spoelwater wordt niet automatisch
afgepompt.
Afvoerpomp verstopt? (E20)
Er ligt water op de vloer:
Te veel wasmiddel gebruikt?
Wasmiddel is ongeschikt omdat het te veel
schuimt? Te veel schuim veroorzaakt lekkage.
Een van de toevoerslangwartels lekt? U ziet
nauwelijks dat er water langs de slang loopt;
voelt u dus even of de slang nat is.
Afvoerslang beschadigd?
Is de wasmiddellade schoon?
Is de noodaftapslang gesloten?
Tijdens de fabricage van deze wasautomaat zijn vele controles uitgevoerd. Als er echter een storing optreedt,
lees dan eerst onderstaande aanwijzingen voordat u contact opneemt met onze service-afdeling.
Tijdens de werking van de machine kan lampje EINDE en een van de volgende alarmcodes gaan knipperen:
E40 = deur open
E20 = storing bij de waterafvoer
E10 = storing bij de watertoevoer
Nadat u eventuele oorzaken verwijderd heeft, drukt u op toets START/PAUZE om het onderbroken programma
te hervatten.
Indien u de storing niet zelf kunt opheffen, neem dan contact op met onze service-afdeling.
De machine dreunt of is erg
luidruchtig:
Zijn alle transportbeveiligingen verwijderd?
Leunt de machine ergens tegenaan?
Staan alle stelvoeten stevig op de vloer?
Wasgoed niet goed verdeeld in de trommel?
Is de vuldeur goed gesloten? (E40)
Is de betreffende groepzekering in orde?
Is de programmakiezer juist ingesteld?
Is toets START/PAUZE ingedrukt?
Is een uitgestelde start gekozen?
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 27
28
Het elektronische stabilisatie-controlesysteem is in
werking getreden. Het wasgoed wordt, doordat de
draairichting van de trommel gewijzigd wordt,
losgemaakt, beter verdeeld en er wordt opnieuw
met centrifugeren begonnen. Dit kan herhaaldelijk
het geval zijn, totdat de onbalans opgeheven is en
het centrifugeren definitief afgewerkt kan worden.
Indien het wasgoed na 10 minuten niet losgemaakt
is, wordt het niet gecentrifugeerd. In dit geval moet
u zelf het wasgoed beter in de trommel verdelen
en het centrifugeerprogramma kiezen.
Het centrifugeren begint traag of
het wasgoed wordt niet
gecentrifugeerd:
De machine heeft een modern aandrijfsysteem,
dat in vergelijking met oudere wasautomaten een
afwijkend geluid maakt. Het nieuwe
aandrijfsysteem maakt de trage aanloop bij
centrifugeren mogelijk. Hierdoor wordt de
stabiliteit verbeterd.
De machine maakt een
ongewoon geluid:
Het wasresultaat is niet als
gewoonlijk:
Misschien hebt u te weinig of te veel wasmiddel
gedoseerd.
Onderdosering leidt tot vergrauwing van het
wasgoed en tot kalkaanslag in het apparaat.
Nauwkeuriger doseren!
Hebt u bijzondere vlekken voorbehandeld?
Hebt u het juiste programma en de juiste
temperatuur gekozen?
Is de machine overbeladen?
Na beëindiging van het
programma zijn op het wasgoed
witte wasmiddelresten te zien:
Hierbij gaat het meestal om onoplosbare
bestanddelen van moderne wasmiddelen. Ze zijn
niet het gevolg van een onvoldoende spoeleffect.
Mogelijke oplossingen: uitborstelen of
uitschudden, evt. ook het wasgoed binnenste
buiten wassen.
Storingen Mogelijke oorzaken
Na de laatste spoelgang is nog
schuim zichtbaar:
Moderne wasmiddelen kunnen ook in het laatste
spoelwater nog schuim veroorzaken, wat echter
geen invloed op het spoelresultaat heeft.
Kunt u de storing niet zelf opsporen of verhelpen,
neem dan contact op met onze service-afdeling.
Noteer, voor u gaat telefoneren, merk,
modelnummer en aankoopdatum van uw machine;
de service-afdeling zal u er om vragen.
Mod. ..........
Prod. No. ...........
Ser. No. .........
M
o
d
. ..........
P
ro
d
. N
o. ...........
S
er. No
. .........
P0042 BD
De deur kan niet geopend
worden:
Is de machine in bedrijf?
Is de deur nog vergrendeld? Controlelampje op
de deur brandt nog.
Het waterniveau in de machine komt boven de
onderkant van de deur uit.
De machine is aan het verwarmen.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 28
29
Klantenservice
Als u vragen hebt waar deze gebruiksaanwijzing geen antwoord op geeft, kunt u de volgende afdelingen
raadplegen:
Service-informatielijn (0172) 468 300
(voor bezoek servicetechnicus en onderdelen)
Consumentenbelangen (0172) 468 172
(voor algemene, product- of gebruiksinformatie)
Belangrijk!
Houd bij het opgeven van een storing altijd modelaanduiding, productnummer en serienummer van uw
apparaat bij de hand. Deze nummers vindt u op het typeplaatje van het apparaat (aan de binnenkant van het
filterdeurtje en op de achterzijde van het apparaat) en kunt u het beste hieronder noteren.
Modelaanduiding ....................
Productnummer ....................
Serienummer ....................
Bereid het gesprek altijd goed voor. Zo vergemakkelijkt u de diagnose en de beslissing of bezoek van een
servicetechnicus nodig is.
Geef zo nauwkeurig mogelijk op:
- Hoe doet de storing zich voor?
- Onder welke omstandigheden treedt de storing op?
- Wordt in het display een foutmelding aangegeven?
Aan de hand van deze informatie kan onze service-afdeling de juiste voorbereidingen treffen, zodat het
apparaat bij het eerste bezoek van de servicetechnicus weer hersteld kan worden. Op deze manier hoeft u
slechts één maal thuis te blijven.
Als u toch voor één van de in deze gebruiksaanwijzing vermelde storingen of vanwege foutieve bediening onze
service-afdeling inschakelt, wordt dit bezoek ook tijdens de garantietermijn niet door onze garantiebepalingen
gedekt.
Garantievoorwaarden
Onze producten worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze servicedienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als
buiten de garantietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor niet negatief beïnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek. De
daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het product
die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval van
professioneel of daarmee gelijk te stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor
tweedehands producten geldt eveneens een termijn van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die het had
voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen
onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mogelijke verdere schade te voorkomen. De
garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden
overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas,
kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 29
30
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde en
deugdelijkheid van het product onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
a. chemische en elektrochemische inwerking van water,
b. abnormale milieuomstandigheden in het algemeen,
c. voor het product oneigenlijke bedrijfsomstandigheden,
d. contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze verantwoordelijkheid
is ontstaan, niet-vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het niet in
acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingrepen door
derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het product voorzien werd van toebehoren of
onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar
onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde
producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde tijd
voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane extra
kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt
ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de
herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging
geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een vergoeding te rekenen naar
rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van de garantietermijn noch aanvang van een nieuwe
garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het product, zijn
uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het product niet overtreffen,
tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een
product naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandigheden)
in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte producten dient de gebruiker zich te vergewissen
van de bepalingen in Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet onder de garantie, en
kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze servicedienst u ter beschikking.
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
www.zanussi.nl
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 30
31
Reparatievoorwaarden
Onze reparatievoorwaarden zijn conform de afspraak tussen de Consumentenbond en Vlehan*.
Art. 1 Aan de consument zal na een melding van een storing zo mogelijk direct, doch uiterlijk binnen één
werkdag worden medegedeeld op welke dag het bezoek van de technicus zal plaatsvinden. De reparatie
zal als regel binnen zeven werkdagen na de melding zijn uitgevoerd.
Art. 2 a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de technicus een onderzoek uitvoeren naar de vermoedelijke
oorzaak van de gemelde storing. Aan de hand hiervan zal hij een zo nauwkeurig mogelijke,
gespecificeerde begroting maken van de totale reparatiekosten inclusief voorrijkosten en diagnose-
kosten. Desgevraagd zal deze begroting door de technicus schriftelijk worden vastgelegd.
b) Indien de consument met het begrote bedrag niet akkoord gaat, zal op verzoek het te repareren
toestel worden teruggebracht in de staat waarin het aan de technicus werd aangeboden. Nadat dit is
geschied, zullen alleen de kosten van voorrijden en arbeidsloon in rekening worden gebracht op
basis van de werkelijke bestede tijd, danwel van een vooraf vastgesteld tarief.
Art. 3 Indien tijdens het uitvoeren van de reparatie duidelijk wordt dat:
a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwijs niet te voorziene omstandigheden niet tegen het
begrote bedrag kan worden uitgevoerd, of
b) ook andere dan in de begroting voorziene reparaties noodzakelijk zijn, zal overleg met de consument
plaatsvinden en een herziene kostenbegroting worden gemaakt.
In geval de consument daarmee alsnog niet akkoord gaat, geldt eveneens het in artikel 2b bepaalde.
Art. 4 De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het eerste bezoek worden uitgevoerd. Indien om het toestel in
werkende staat te brengen een tweede bezoek noodzakelijk is, zal:
a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door de betreffende service-organisatie of door de
technicus met de consument de datum voor een tweede bezoek worden afgesproken.
b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien werkdagen na de melding plaatsvinden.
c) voor een tweede of daaropvolgend bezoek zal geen voorrijtarief in rekening worden gebracht, tenzij
de noodzaak voor een herhalingsbezoek aan de consument is toe te schrijven.
Art. 5 De consument ontvangt een gespecificeerde rekening met vermelding van type en serienummer van het
apparaat, omschrijving van de diagnose, toegepaste tarieven, gebruikte onderdelen en materialen en
een korte omschrijving van de verrichte werkzaamheden. De betaling van de rekening dient tegen afgifte
van een reparatienota direct contant of door middel van een gegarandeerd betaalmiddel plaats te
vinden.
Art. 6 Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij normaal huishoudelijk gebruik een volledige garantie
van minimaal 3 maanden worden gegeven. Deze garantie omvat het kosteloos uitvoeren van een
hernieuwde reparatie. Op de uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een garantietermijn van 12
maanden. Bij een beroep op garantie op de reparatie dient de consument op verzoek de gespecificeerde
rekening van de voorgaande reparatie aan de technicus te overleggen.
Art. 7 Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde reparatie hetzelfde defect bij normaal huishoudelijk gebruik
opnieuw optreedt binnen de onder art. 6 bedoelde garantietermijn en redelijkerwijs een afdoend
resultaat bij het opnieuw uitvoeren van de reparatie niet verwacht kan worden, zal aan de consument
een nieuw exemplaar of soortgelijk toestel van hetzelfde merk worden aangeboden tegen bijbetaling op
basis van een per product te bepalen jaarlijks afschrijvingspercentage.
Art. 8 Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter beschikking van de consument, met uitzondering van
de onder garantie of tegen een gereduceerde prijs vervangen onderdelen.
Art. 9 Een reparatie dient op zodanige wijze te worden uitgevoerd, dat een toestel daarna weer volledig
voldoet aan de veiligheidsvoorschriften, die op grond van een van fabriekswege aangebracht
veiligheidskeurmerk gelden, danwel bij het ontbreken daarvan, aan de wettelijke vereisten terzake. Dit
houdt ondermeer in, dat reparaties moeten worden uitgevoerd met originele en door de fabrikant ook
terzake van veiligheidskeurmerken en -voorschriften gegarandeerde onderdelen.
*) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke Apparaten in in Nederland.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 31
From the Electrolux Group. The world’s No. 1 choice.
The Electrolux Group is the world's largest producer of powered appliances for kitchen, cleaning and outdoor
use. More than 55 million Electrolux Group products (such as refrigerators, cookers, washing machines,
vacuum cleaners, chain saws and lawn mowers) are sold each year to a value of approx. USD 14 billion in
more than 150 countries around the world.
132971120 NL.qxd 30/05/2007 13.45 Pagina 32
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32

Zanussi zwg 5249 tarzan Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor