Documenttranscriptie
49
Gebruiksaanwijzing: Algemeen ..................................................................... 154
49.1
Informatie over deze gebruiksaanwijzing ......................................................... 154
49.2
Waarschuwingsinstructies ................................................................................. 154
49.3
Aansprakelijkheid ............................................................................................... 155
49.4
Auteurswet .......................................................................................................... 155
50
Veiligheid ......................................................................................................... 155
50.1
Gebruik volgens de voorschriften ..................................................................... 155
50.2
Algemene veiligheidsaanwijzingen ................................................................... 156
50.3
Bronnen van gevaar............................................................................................ 158
50.3.1
Gevaar door microgolven ................................................................................ 158
50.3.2
Verbrandingsgevaar ........................................................................................ 159
50.3.3
Brandgevaar ................................................................................................... 160
50.3.4
Ontploffingsgevaar .......................................................................................... 161
50.3.5
Gevaar door elektrische stroom ...................................................................... 162
50.4
Ingebruikname..................................................................................................... 162
50.5
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 163
50.6
Leveringsomvang en transportinspectie .......................................................... 163
50.7
Auitpakken ........................................................................................................... 163
50.8
Verwijderen van de verpakking.......................................................................... 163
50.9
Plaatsen ............................................................................................................... 164
50.9.1
Eisen aan de plek van plaatsing ..................................................................... 164
50.9.2
Voorkomen van frequentiestoring ................................................................... 164
50.10
Montage van onderdelen ................................................................................ 165
50.10.1
Grillrooster .................................................................................................... 165
50.11
Elektrische aansluiting ................................................................................... 166
51
Opbouw en functie .......................................................................................... 167
51.1
Algemeen overzicht ............................................................................................ 167
51.2
Bedieningspaneel en display ............................................................................. 168
51.3
Pieptonen ............................................................................................................. 168
52
Veiligheidsvoorzieningen ............................................................................... 169
52.1.1
Waarschuwingsinstructies op apparaat .......................................................... 169
52.1.2
Deurvergrendeling .......................................................................................... 169
52.1.3
Kinderslot ........................................................................................................ 169
52.2
53
Typeplaatje .......................................................................................................... 169
Bediening en gebruik...................................................................................... 169
53.1
Basis van het magnetron koken ........................................................................ 170
53.2
Soorten gebruik................................................................................................... 170
53.3
Aanwijzingen magnetron kookgerei .................................................................. 171
11
53.4
Deur openen/sluiten............................................................................................ 171
53.5
Inschakelen naar programmakeuze .................................................................. 171
53.6
Herstellen van de programmakeuze .................................................................. 172
53.7
Snelstart ............................................................................................................... 172
53.8
Pauze/Beëindigen ............................................................................................... 172
53.9
Instellen van de klok ........................................................................................... 172
53.10
Gebruik “Magnetron” ...................................................................................... 172
53.11
Gebruik “Grill” ................................................................................................. 173
53.12
Gebruik “Magnetron en grill” ......................................................................... 174
53.12.1
“Combinatie 1” ................................................................................................ 174
53.12.2
“Combinatie 2” ................................................................................................ 174
53.13
Gebruik “Kookprogramma“ ............................................................................ 174
53.14
Gebruik “Automatisch ontdooien” ................................................................ 176
54
Reiniging en onderhoud ................................................................................. 176
54.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 177
54.2
Reiniging .............................................................................................................. 177
55
Storingen verhelpen ....................................................................................... 178
55.1
Veiligheidsvoorschriften .................................................................................... 178
55.2
Oorzaken van de storingen en het verhelpen ................................................... 178
56
Afvoer van het oude apparaat ........................................................................ 179
57
Garantie ........................................................................................................... 179
58
Technische gegevens ..................................................................................... 180
12
Originele
Gebruiksaanwijzing
Magnetron en Grill
MIG 25 Ceramic
Artikelnummer 3335
153
49
Gebruiksaanwijzing: Algemeen
Lees de hier vermelde informatie, zodat u snel vertrouwd raakt met uw apparaat en al zijn
functies in volle omvang kunt gebruiken. U heeft jaren lang plezier van uw magnetron als u
hem vakkundig behandelt en onderhoudt. Wij wensen u veel plezier met het gebruik.
49.1 Informatie over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is onderdeel van de magnetron (vanaf hier ‘apparaat’ genoemd)
en geeft u belangrijke aanwijzingen voor de ingebruikname, de veiligheid, het doelgerichte
gebruik en het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing moet altijd bij het
apparaat voorhanden zijn en voor iedereen te lezen en te gebruiken die met de
ingebruikname
bediening
oplossing van een storing en/of reiniging
van het apparaat belast is. Bewaar deze gebruiksaanwijzing en geef hem samen met het
apparaat door aan een eventuele volgende eigenaar.
49.2 Waarschuwingsinstructies
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende waarschuwingsinstructies gebruikt:
Gevaar
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een dreigende, gevaarlijke
situatie. Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, leidt deze tot de dood of
zware verwondingen.
► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om het gevaar van dood
of zware verwondingen bij personen te voorkomen.
Waarschuwing
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot zware verwondingen leiden.
► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
Voorzichtig
Een waarschuwing van dit gevarenniveau duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie.
Indien de gevaarlijke situatie niet vermeden wordt, kan dit tot lichte of matige
verwondingen leiden.
► De aanwijzingen van deze waarschuwingsinstructie opvolgen om verwondingen bij
personen te voorkomen.
Tip
Een tip duidt op extra informatie, die de omgang met het apparaat lichter maakt.
154
49.3 Aansprakelijkheid
Alle in deze gebruiksaanwijzing aanwezige technische informatie, gegevens en instructies
voor installatie, ingebruikname en onderhoud beantwoorden aan de laatste stand bij het in
druk gaan en vinden plaats met inachtneming van onze tot nu toe opgedane ervaringen en
kennis naar eer en geweten. Aan de informatie, afbeeldingen en beschrijvingen in deze
gebruiksaanwijzingen kunnen geen rechten worden ontleend.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schaden op grond van:
Niet-naleving van de gebruiksaanwijzing
Ondeskundige reparaties
Niet volgens de voorschriften geldend gebruik
Technische veranderingen, modificaties van het apparaat
Toepassing van niet goedgekeurde onderdelen
Modificaties van het apparaat worden niet aanbevolen en vallen niet onder de garantie.
Vertalingen worden naar beste weten uitgevoerd. Wij zijn niet verantwoordelijk voor
vertaalfouten, ook niet in het geval dat de vertaling door ons of in opdracht van ons is
gemaakt. Bindend blijft alleen de oorspronkelijke Duitse tekst.
49.4 Auteurswet
Dit documentatiemateriaal is auteursrechtelijk beschermd. Alle rechten, ook die van de
fotomechanische reproductie, de verveelvoudiging en de verbreiding door bijzondere
handelswijzen (bijvoorbeeld gegevensverwerking, informatiedragers en datanetwerken),
ook ten dele, zijn de firma Braukmann GmbH voorbehouden. Inhoudelijke en technische
veranderingen voorbehouden.
50 Veiligheid
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke veiligheidsinstructies betreffende de omgang met het
apparaat. Dit apparaat beantwoordt aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Een
ondeskundig gebruik kan echter tot materiële schade en schade aan personen leiden.
50.1 Gebruik volgens de voorschriften
Dit apparaat is alleen voor het gebruik in het huishouden in een gesloten ruimte ter
Ontdooien Verwarmen
Koken
Grillen
Inkoken
Bakken
van levensmiddelen en dranken bestemd. Dit apparaat is bedoeld voor het huishouden en
in soortgelijke toepassingen zoals bijvoorbeeld:
in keukens voor medewerkers in
winkels, kantoren en andere commerciële toepassingen;
op boerderijen;
door klanten in hotels, motels en dergelijke; in pensions met ontbijt.
Een ander of er van afwijkend gebruik geldt als niet volgens de voorschriften.
Waarschuwing
Gevaar door gebruik niet volgens de voorschriften! Bij onreglementair gebruik van het
apparaat en/of gebruik op een andere wijze kunnen gevaren ontstaan.
► Het apparaat uitsluitend volgens de voorschriften gebruiken.
► De in deze gebruiksaanwijzing beschreven handelswijzen in acht nemen.
Aanspraken van welke aard dan ook wegens niet reglementair gebruik zijn uitgesloten.
Het risico draagt alleen de gebruiker.
155
50.2 Algemene veiligheidsaanwijzingen
Tip
Neem voor een veiligere omgang met het apparaat de
volgende algemene veiligheidsaanwijzingen in acht:
► Vóór het gebruik van het apparaat moeten de
gebruiksaanwijzingen zorgvuldig worden gelezen.
► Controleer het apparaat voor het gebruik op zichtbare
schade. Gebruik een beschadigd apparaat niet.
► Het apparaat is niet geschikt voor het drogen, opwarmen of
verhitten van levende dieren.
► Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder, mits ze onder toezicht staan of wanneer hun de
veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd en ze de
mogelijke gevaren hebben begrepen.
► Reiniging en onderhoud mag niet door kinderen worden
uitgevoerd, tenzij ze 8 jaar of ouder zijn en ze onder toezicht
staan. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
► Het apparaat en zijn aansluiting moet buiten het bereik
blijven van kinderen jonger dan 8 jaar.
► Het apparaat kan door personen met verminderde fysieke,
zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring
en/of kennis worden gebruikt, wanneer ze onder toezicht
staan of hen het veilige gebruik van het apparaat is uitgelegd
en ze de mogelijke gevaren hebben begrepen.
► Een reparatie van het apparaat mag alleen door een door de
fabrikant geautoriseerde servicedienst uitgevoerd worden,
anders vervalt bij een volgende schade de aanspraak op
garantie. Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke
gevaren voor de gebruiker ontstaan.
► Defecte onderdelen mogen alleen tegen originele
vervangende onderdelen omgewisseld worden. Alleen bij die
onderdelen is gegarandeerd dat ze aan de veiligheidseisen
voldoen.
156
Tip
► Voedingsthermometers zijn niet geschikt voor de magnetron.
► Het apparaat moet alleen voor het in deze
bedieningshandleiding beschreven doel worden gebruikt.
Bijtende chemicaliën of dampen mogen niet worden gebruikt.
Dit apparaat is speciaal ontwikkeld voor het verhitten, koken
en drogen van voedingsmiddelen en niet voor industriële
doeleinden of het gebruik in een laboratorium.
► Gebruik uitsluitend keukenapparaten en voorwerpen, die in
een magnetron kunnen worden gebruikt.
► Thermometers voor gerechten zijn niet geschikt voor
magnetrongebruik.
► De magnetron mag alleen vrijstaand in gebruik worden
genomen. De magnetron mag niet in een kast worden
gebruikt. Het apparaat moet met de achterkant tegen een
wand worden geplaatst.
► Let op: Het apparaat mag niet boven een kookplaat of
andere warmtebron worden geplaatst, omdat het anders kan
worden beschadigd en de garantie dan vervalt.
► Dit apparaat is een ISM-apparaat van de groep 2 klasse B.
Bij deze apparaten horen alle industriële, wetenschappelijke
of medisch gebruikte apparaten waarbij met opzet
hogefrequentie-energie als elektromagnetische straling voor
de behandeling van materialen geproduceerd of gebruikt
wordt, zoals apparaten met een vonkeroderende werking.
Apparaten van de klasse B zijn geschikt voor gebruik in het
huishouden en voor gebruik met een aansluiting op een
huishoudelijke stroomvoorziening, zoals
laagspanningsinrichtingen in gebouwen.
► Het apparaat is niet geschikt voor gebruik via een externe
tijdschakelaar of afstandsbediening.
157
Tip
► De magnetron is alleen geschikt voor huishoudelijk gebruik,
niet voor industrieel gebruik.
► Nooit de afstandshouders aan de achterzijde of de zijkanten
van het apparaat verwijderen, omdat deze de nodige
minimale afstand voor de luchtcirculatie garanderen.
► De magnetron is alleen geschikt voor koken, ontdooien en
verdampen van voedingsmiddelen.
► Het apparaat mag niet met een stoomreiniger worden
gereinigd.
50.3 Bronnen van gevaar
50.3.1 Gevaar door microgolven
Waarschuwing
De inwerking van microgolven op het menselijk lichaam
kan tot lichamelijk letsel leiden. Neem de volgende
veiligheidsinstructies in acht om uzelf en anderen niet bloot te
stellen aan microgolven.
► Het apparaat nooit met open deur laten werken. Door een
foutief of gemanipuleerde veiligheidsschakelaar bestaat het
gevaar dat u zich direct aan microgolven blootstelt.
► WAARSCHUWING: onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden waarbij de een beschermkap voor
de straling van microgolven wordt verwijderd, kunnen gevaar
opleveren voor iedereen en mogen alleen door vakmensen
worden uitgevoerd.
► Wanneer de deur of de deurafdichting beschadigd zijn, mag
het apparaat niet worden bediend, totdat het door een
geautoriseerde vakkracht is gerepareerd.
158
50.3.2 Verbrandingsgevaar
Waarschuwing
Het in dit apparaat verwarmde voedingsmiddel, het
gebruike keukengerei en de oppervlakken van het
apparaat, kunnen heel heet worden.
Raadpleeg de volgende veiligheidsaanwijzingen om uzelf of
anderen niet te verbranden.
► Let op: Als het apparaat in de combi-stand draait, mag het
door de daarbij ontstane hoge temperaturen alleen onder
toezicht van een volwassene door kinderen worden gebruikt.
► Bij het verhitten van dranken in de magnetron kunnen deze
plotseling gaan koken (kookvertraging), daarom moeten de
bakken voorzichtig worden vastgepakt.
► Geen voedingsmiddelen in de oven frituren. Hete olie kan
onderdelen van apparaten en keukengerei beschadigen en
verbrandingen veroorzaken.
► Vooral de inhoud van babyflesjes en potjes met
babyvoedesel moet worden doorgeroerd of geschud, en de
temperatuur moet voor het gebruik worden gecontroleerd, om
verbrandingen te voorkomen.
► Kooktoestellen kunnen door hitteoverdraging van de
voedingsmiddelen heet worden. Als bescherming wordt het
gebruik van pannenlappen aangeraden.
► De buitenvlakken kunnen bij het gebruik heel heet worden.
► De deur en de buitenoppervlakken kunnen tijdens het
gebruik heel heet worden.
► Als het apparaat in gebruik is, kunnen de aanraakvlakken
een hoge temperatuur bereiken.
► Gebruik voor het eruit halen van voedingsmiddelen
pannenlappen of keukenhandschoenen.
► Let op! Bij het openen van deksels of afdekfolie kan hete
damp ontsnappen.
159
Waarschuwing
► Waarschuwing: Het apparaat en delen binnen handbereik
raken tijdens het gebruik sterk verhit. De
verwarmingselementen mogen daarom niet worden
aangeraakt, en kinderen onder 8 jaar moeten op afstand of
onder toezicht worden gehouden.
50.3.3 Brandgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
brandgevaar omdat de inhoud kan gaan branden.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
brandgevaar te vermijden:
► Laat het apparaat niet onbeheerd als u levensmiddelen in
bak uit kunststof, papier of andere brandbare materialen
verwarmt of gaar wil laten worden.
► Gebruik het apparaat nooit voor het bewaren of drogen van
ontvlambare materialen.
► Voor de beperking van brandgevaar in de oven:
a) Bij het verwarmen van voedingsmiddelen in plastic en
papieren bakken moet het apparaat bewaakt worden omdat er
brandgevaar bestaat.
b) Afsluitclips van plastic of papieren zakken moeten voor het
verwarmen worden verwijderd.
c) Wanneer er sprake is van rookontwikkeling moet het
apparaat worden uitgeschakeld of de stekker uit het stopcontact
worden getrokken en de deur gesloten, om eventueel
optredende vlammen te verstikken.
d) Niets bewaren in de oven. Als het apparaat niet wordt
gebruikt, mag het niet worden gebruikt voor het bewaren van
papieren voorwerpen, keukengerei of voedingsmiddelen.
160
Waarschuwing
► Wegwerpbakken van kunststof moeten voldoen aan de
onder "Aanwijzingen voor keukengerei" aangegeven
eigenschappen.
► Verhit geen alcohol in onverdunde toestand.
► Het apparaat mag niet in lege toestand gebruikt worden.
► Bij alle keukenapparaten en bakken moet worden
gecontroleerd of die voor het gebruik in magnetrons geschikt
zijn.
► Bij rookontwikkeling moet het apparaat worden
uitgeschakeld, de netstekker uitgetrokken en de deur (voor
het smoren van eventuele vlammen) gesloten blijven.
► Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze
licht ontvlambaar zijn.
► De magnetron is uitsluitend bestemd voor het verwarmen
van gerechten en dranken. Het drogen van gerechten en
kleding en het verwarmen van warmtekussens, pantoffels,
sponzen, vochtige doeken en dergelijke loopt het risico
lichamelijk letsel, ontstekingen of brand te veroorzaken.
50.3.4 Ontploffingsgevaar
Waarschuwing
Bij ondeskundig gebruik van het apparaat bestaat
ontploffingsgevaar door ontstane overdruk.
Neem de volgende veiligheidsmaatregelen in acht om
explosiegevaar te vermijden:
► Vloeistoffen en andere voedingsmiddelen mogen niet in
afgesloten potten worden verhit, omdat deze kunnen
exploderen.
161
Waarschuwing
► Eieren met schaal en hele hard gekookte eieren niet in het
apparaat opwarmen, omdat ze ook na de behandeling in de
magnetron nog exploderen kunnen.
► Voedingsmiddelen met dikke schillen bijv. aardappelen, hele
pompoenen, appels of kastanjes moeten voor het garen in het
apparaat worden ingeprikt.
50.3.5 Gevaar door elektrische stroom
Gevaar
Levensgevaar door elektrische spanning!
Het contact met leidingen of onderdelen die onder spanning
staan kan levensgevaarlijk zijn!
Neem de volgende veiligheidsaanwijzingen in acht om gevaar
door elektrische stroom te voorkomen.
► Het apparaat mag niet in gebruik worden genomen, als de
aansluiting of de stekker beschadigd is, als het niet volgens
de voorschriften werkt, op de grond is gevallen of beschadigd
is. Indien de aansluiting of de stekker beschadigd is, moet
deze door de fabrikant of servicepersoneel dat daar opdracht
toe heeft van de fabrikant worden vervangen om gevaren te
voorkomen.
► Open in geen geval de behuizing van het apparaat. Als
aansluitingen die onder stroom staan worden aangeraakt en
de elektrische of mechanische opbouw veranderd, bestaat
gevaar voor elektrische schokken. Daarnaast kunnen
functionele storingen in het apparaat optreden.
50.4 Ingebruikname
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie omtrent de ingebruikname van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
162
50.5 Veiligheidsvoorschriften
Waarschuwing
► Verpakkingsmateriaal mag niet als speelgoed gebruikt worden. Er bestaat kans op
verstikking.
► Vanwege het hoge gewicht van het apparaat het transport als ook het uitpakken en
plaatsen met twee personen uitvoeren.
50.6 Leveringsomvang en transportinspectie
De magnetron en grill MIG 25 Ceramic wordt standaard met de volgende onderdelen
geleverd:
Magnetron en grill MIG 25 Ceramic Grillrooster Gebruiksaanwijzing
Tip
► Controleer de levering op volledigheid en op zichtbare beschadigingen.
► Waarschuw de expediteur, de verzekering en de leverancier bij een onvolledige
levering of bij beschadiging als gevolg van gebrekkige verpakking of als gevolg van het
transport.
50.7 Auitpakken
Bij het uitpakken van het apparaat gaat u als volgt te werk:
Neem het apparaat uit de doos en verwijder het verpakkingsmateriaal.
Neem de accessoires uit de binnenkant van het apparaat en verwijder het
verpakkingsmateriaal.
Tip
► De beschermende film op de binnenkant van de deur (indien aanwezig) niet verwijderd,
aangezien dit een eenvoudig reinigen apparaat.
50.8 Verwijderen van de verpakking
De verpakking beschermt het apparaat tegen transportschade. De
verpakkingsmaterialen zijn uitgezocht vanuit milieuvriendelijke en
verwijderingtechnische gezichtspunten en daarom recyclebaar
Het terugbrengen van de verpakking in de materiaalkringloop bespaart grondstoffen en
verkleint de afvalhoop. Lever niet meer benodigd verpakkingsmateriaal in bij een
afvalbrengstation, dat zorgdraagt voor de recycling.
Tip
► Bewaar indien mogelijk het originele verpakkingsmateriaal gedurende de
garantieperiode, zodat u het apparaat indien nodig weer volgens de voorschriften kunt
inpakken.
163
50.9 Plaatsen
50.9.1
Eisen aan de plek van plaatsing
Voor een veilig en foutloos functioneren van het apparaat moet de plek waar het apparaat
komt te staan aan de volgende eisen voldoen:
Het apparaat moet op een vaste, vlakke, horizontale (waterpas) en hittebestendige
ondergrond met voldoende draagkracht voor de oven en het volgens de verwachtingen
zwaarste in de oven bereidde gerecht neergezet worden.
Kies de plek dusdanig dat kinderen hete oppervlakken van het apparaat niet kunnen
aanraken.
Het apparaat is niet geschikt voor inbouw in een wand of in een inbouwkast.
Plaatst u het apparaat niet in een hete, natte of zeer vochtige omgeving of in de buurt
van brandbare materialen.
Het apparaat heeft voor een correcte werking voldoende luchtstroming nodig. Laat u 20
cm. vrije ruimte boven de apparaat, 10 cm. aan de achterkant en 5 cm. aan beide
zijden.
Dek geen openingen van het apparaat af en blokkeer de openingen niet.
Verwijder de pootjes van het apparaat niet.
Het stopcontact moet makkelijk toegankelijk zijn, zodat de voedingskabel er in geval
van nood ongecompliceerd uitgehaald kan worden.
De inbouw en montage van dit apparaat op niet stationaire plekken (bijvoorbeeld
schepen) mogen alleen door vakzaken/vakmensen uitgevoerd worden, als ze de
voorwaarden voor een veilig gebruik van dit apparaat garanderen.
50.9.2
Voorkomen van frequentiestoring
Door het apparaat kunnen storingen bij radio’s, televisies of soortgelijke apparaten
optreden.
Door de volgende maatregelen kunnen storingen weggenomen of gereduceerd worden:
Reinig de deur en de afdichtingen van het apparaat.
Plaats de radio, de televisie, etc. op een zo groot mogelijke afstand van het apparaat.
Gebruik voor het apparaat een ander stopcontact, zodat het apparaat en de gestoorde
ontvanger van verschillende stroomketens gebruik maken.
Gebruik een volgens de voorschriften geïnstalleerde antenne voor de ontvanger, om zo
zeker te zijn van een goede ontvangst.
164
50.10 Montage van onderdelen
50.10.1
Grillrooster
Plaats het grillrooster in de richting, die op foto A is te zien in het apparaat.
Grillrooster schuin plaatsen, zoals op foto B is te zien.
165
Vervolgens het grillrooster naar beneden drukken, zoals op foto C is te zien.
Controleer of het grillrooster orrect is geplaatst.
Voorzichtig
► De rubbernoppen mogen niet van het grillrooster worden verwijderd.
► Plaats het grillrooster alleen in de afgebeelde richting.
► Het grillrooster mag niet op de keramische bodem worden gelegd.
50.11 Elektrische aansluiting
Voor een veilig en feilloos gebruik van het apparaat moeten bij de elektrische aansluiting
de volgende aanwijzingen in acht genomen worden:
o Controleer voor het aansluiten van het apparaat de aansluitingsgegevens (spanning en
frequentie) op het typeplaatje met de gegevens van uw stroomnet. Deze gegevens
moeten overeenkomen, zodat het apparaat niet beschadigd kan raken. In geval van
twijfel vraagt u een vakkundige elektricien.
o Bij gebruik van een verlengsnoer mag voor aansluiting van het apparaat op het
stroomnet alleen een uitgerold verlengsnoer van maximaal 3 meter lengte en een
doorsnede van 1,5 mm² gebruikt worden. Het gebruik van een stekker of stekkerdoos
met meerdere aansluitingen is vanwege het daarmee verbonden brandgevaar
verboden.
o Vergewis u er van dat de voedingskabel onbeschadigd is en niet onder de oven of over
hete of scherpte oppervlakten gelegd is.
o Het stopcontact moet via een 16A veiligheidsschakelaar, gescheiden van andere
stroomverbruikers, zijn beveiligd.
o De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen dan gegarandeerd wanneer het is
aangesloten aan een reglementair geïnstalleerd systeem met aardkabels en
veiligheidschakelaars. Laat u in geval van twijfel de huisinstallatie controleren door
een erkende elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schaden, die door een
gebrekkige of onderbroken aardingskabel veroorzaakt worden.
166
51 Opbouw en functie
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de opbouw en het functioneren van
het apparaat. Door de invertertechnologie van het apparaat wordt de energie constant
overgedragen, wat leidt tot meer energie-efficiëntie en het voedsel wordt verwarmd zonder
kwaliteitsverlies.
51.1 Algemeen overzicht
1) Veiligheidsvergrendeling
2)
3)
4)
5)
6)
Ovenraam
Bodemplaat
Grillrooster
Grillelement
Bedieningspaneel
Tip
► De ventilator kan blijven draaien, om het apparaat af te koelen.
► Telkens als u kookt met een kooktijd van meer dan 2 minuten, zal de ventilator
automatisch gaan draaien om het apparaat af te koelen (zelfs wanneer de deur wordt
geopend of het programma wordt gestopt). Koppel dan de stekker niet los.
Voorzichtig
► De keramische bodemplaat kan na het kookproces heet zijn: Raak de keramische
bodemplaat niet aan!
167
51.2 Bedieningspaneel en display
Display: De kooktijd, vermogen, functie, en
actuele tijd worden getoond.
Power: Magnetron
Drukken om het vermogen van de
magnetron in te stellen
Clock: Klok
Drukken om de digitale klok in te stellen
Grill
Drukken om het grillprogramma in te stellen.
Microwave + Grill: Combinatie (1 en 2)
Drukken om het gecombineerde
magnetron/grillprogramma in te stellen
Weight: Gewichtsaanpassing
Drukken om het gewicht van de etenswaren
of het aantal porties uit te kiezen.
Stop/Delete: Stop/Wissen: Om het
kookprogramma tijdelijk te stoppen of om alle
eerdere instellingen te verwijderen.
Tijd/Menu (draaknop): Draaien bij het
instellen van de kooktijd of om een
kookprogramma te kiezen.
& Indrukken om het kookprogramma te
starten of om het snelstart-kookprogramma
in te schakelen.
51.3 Pieptonen
Het apparaat geeft ter kennisgeving de volgende akoestische signalen af:
o Eén pieptoon: Het apparaat heeft de input geaccepteerd.
o Twee pieptonen: Het apparaat heeft de input niet geaccepteerd. De input checken en
opnieuw proberen.
o Vier pieptonen: Het einde van de kooktijd is bereikt..
168
52Veiligheidsvoorzieningen
52.1.1
Waarschuwingsinstructies op apparaat
Voorzichtig
Gevaar door hete oppervlakte!
Boven aan de achterkant bevindt zich een waarschuwing voor het gevaar door hete
oppervlakten. De oppervlakte van het apparaat kan zeer heet worden.
► De hete oppervlakte van het apparaat niet aanraken.
Brandgevaar!
► Zet of leg geen voorwerpen op het apparaat.
52.1.2
Deurvergrendeling
In de deurvergrendeling van het apparaat is een veiligheidsschakelaar ingebouwd, die de
werking van het apparaat bij een openstaande deur verhindert.
Voorzichtig
Gevaar door microgolven!
Is deze veiligheidsinrichting defect of wordt deze veiligheidsinrichting vermeden, dan bent
u en zijn ook anderen blootgesteld aan microgolven
► Het apparaat niet gebruiken als de veiligheidsschakelaar defect is.
► Deze veiligheidsinrichting niet buiten werking stellen.
52.1.3
Kinderslot
Het kinderslot verhindert gebruik van het apparaat door kinderen zonder toezicht.
Activeren van het kinderslot
Als het apparaat in stand-by niet binnen een minuut wordt gebruikt, wordt het kinderslot
automatisch geactiveerd.In vergrendelde toestand zijn alle knoppen gedeactiveerd.
Deactiveren van het kinderslot
dooft is in het display. In
Open de deur van het apparaat en de functie
ontgrendelde stand zijn alle knoppen weer geactiveerd.
52.2 Typeplaatje
Het typeplaatje met de aansluit- en vermogensgegevens bevindt zich aan de achterkant
van het apparaat.
53 Bediening en gebruik
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke aanwijzingen m.b.t. de bediening van het apparaat.
Neem de aanwijzingen in acht om gevaren en beschadigingen te voorkomen.
Waarschuwing
► Het apparaat tijdens gebruik niet uit het oog verliezen, zodat er bij gevaren snel
ingegrepen kan worden.
169
53.1 Basis van het magnetron koken
De voor de verwarming van de gerechten benodigde tijd en het vermogen hangt onder
andere af van de eindtemperatuur, de hoeveelheid en de soort en toestand van het
gerecht. Gebruik de kortst aangegeven kooktijd en verleng de tijd naar behoefte.
Sorteer de te bereiden etenswaren zorgvuldig. Plaats de dikste stukken op de rand van
de vorm.
Dek het gerecht tijdens het koken af. Een deksel verhindert spatten en draagt bij tot een
gelijkmatig garen/verhitten.
Tijdens het verwarmen dient u het gerecht meermaals om te draaien, anders te leggen
of om te roeren, zodat uw een gelijkmatige temperatuurverdeling krijgt.
Eventueel aanwezige kiemen in het gerecht worden alleen bij een voldoende hoge
temperatuur (>70°C) en bij een voldoende lange tijd (>10 min.) gedood.
Levensmiddelen met vaste huid of schaal zoals tomaten, worsten, schilaardappelen en
aubergines meermaals prikken ofwel inkerven, zodat ontstane damp ontsnappen kan
en de levensmiddelen niet uit elkaar spatten.
Eieren zonder schaal mogen alleen dan in de magnetron opgewarmd worden, wanneer
er in het vel van de eierdooier van tevoren meermaals geprikt is. De eierdooier kan
anders na het verwarmen met hoge druk naar buiten spuiten.
Verleg gerechten zoals gehaktballetjes na de helft van de kooktijd van boven naar
beneden en van het midden tot aan de uiterste rand.
53.2 Soorten gebruik
Het apparaat kan op verschillende manier gebruikt worden. De volgende opsomming geeft
de mogelijkheden van gebruik van het apparaat aan:
Gebruik “Magnetron”
Dit gebruik is geschikt voor normaal verhitten van gerechten.
Gebruik “Grill”
Dit gebruik is geschikt voor braden en gratineren van gerechten.
Gebruik “magnetron en grill”
Dit gebruik is geschikt voor gelijktijdig magnetron koken en grillen.
Combinatie 1: Bij dit gebruik werkt het apparaat 30% van de kooktijd als magnetron en
70% van de kooktijd als grill.
Combinatie 2: In deze modus werkt het apparaat tegelijkertijd als magnetron en als grill.
Gebruik “Kookprogramma’
Bij dit gebruik kan het kookprogramma uit 14 verschillende menu’s uitgekozen worden.
Modus ontdooien
Deze modus is voor het voorgeprogrammeerde ontdooien naar gewicht.
170
53.3 Aanwijzingen magnetron kookgerei
Het ideale materiaal voor magnetronkookgerei is dusdanig gemaakt, dat de microgolven
doorgelaten worden en de energie kan doordringen in de vormen, zodat de gerechten
opwarmen.
Neem de volgende aanwijzingen in acht bij de keuze van passend kookgerei:
► Microgolven kunnen niet door metaal.Gereedschap uit metaal en kookgerei met
metalen ornamenten dienen daarom niet gebruikt te worden.
► Gebruik bij het koken in de magnetron geen producten uit recycling papier, omdat hierin
kleine metaalfragmenten kunnen zitten, die vonken en/of brand kunnen veroorzaken.
► Gebruik geen aluminiumfolie bij gebruik van de magnetronfunctie of bij combinaties met
de magnetron (zie tabel).
De volgende tabel dient als houvast bij de keuze van het juiste kookgerei:
Kookgerei
Magnetron
Grill
Combinatie
Hittebestendig glasservies
Niet hittebestendig glasservies
Hittebestendig keramisch servies
Magnetronbestendige kunststofvormen
Keukenpapier
Metaalblik
Voetstuk uit metaal, Metalen bak
Aluminiumfolie en - vormen
53.4 Deur openen/sluiten
Deur openen
Open de deur. Mocht het apparaat ingeschakeld zijn, dan wordt het actuele
kookprogramma onderbroken.
Tip
► Laat de deur een moment open voordat u in de binnenruimte tast, om zo de
opgehoopte hitte te laten ontsnappen.
Deur sluiten
Sluit de deur totdat de deurvergrendeling hoorbaar sluit. Mocht een lopend programma
door het openen van de deur onderbroken zijn, dan wordt het actuele kookprogramma na
drukken op de knop draaiknop Menu/Tjid voortgezet.
53.5 Inschakelen naar programmakeuze
Druk na de gemaakte programmakeuze met de draairegelaar op de knop draaiknop
Menu/Tjid om het ingestelde kookprogramma te starten.
171
53.6 Herstellen van de programmakeuze
Indien nodig drukt u op de knop Stop/Delete om de instellingen van het apparaat te
herstellen.
53.7 Snelstart
Gebruik deze functie om de oven voor het comfortabele koken bij 100% magnetron
gebruik te programmeren. Druk snel achter elkaar op de draaiknop Menu/Tjid knop om de
kooktijd (max. 10 Minuten) in te stellen. De oven start na twee seconden automatisch.
53.8 Pauze/Beëindigen
Om een lopend kookprogramma te onderbreken kunt u als volgt te werk gaan:
Druk eenmaal op de knop Stop/Delete. Het lopende kookprogramma wordt onderbroken.
Of: Open de deur van het apparaat. Het lopende kookprogramma wordt onderbroken.
Tip
► Om het onderbroken kookprogramma voort te zetten, drukt u na het sluiten van de deur
op de draaiknop Menu/Tjid.
Om het onderbroken programma te beëindigen, drukt u voor de tweede keer op de knop
Stop/Delete.
53.9 Instellen van de klok
Om de klok van het apparaat in te stellen, gaat u als volgt te werk:
Druk twee maal op de knop Clock om de oven van het 12- op het 24-uur systeem om te
zetten.
Draai aan de draaiknop Menu/Tjid om het gewenste uur in te stellen.
Druk op de knop Clock om het gekozen uur te bewaren.
Draai aan de draaiknop Menu/Tjid om de gewenste minuut in te stellen.
Druk op de knop Clock om de gekozen tijd te bewaren.
53.10 Gebruik “Magnetron”
Bij het koken met de magnetron kunt u het vermogen en de kooktijd (maximaal 95
minuten) aanpassen. Voorbeeld: U wilt 5 minuten op 60% vermogen koken.
Instellen van het vermogen
Kies de gewenste vermogensstand,waarbij u de knop
(zie tabel onder).
overeenkomstig vaak indrukt
Instellen van de kooktijd
Draai aan de draaiknop om de gewenste kooktijd in te stellen (hier tot 5 minuten).
Kookprogramma starten
Druk na de programmakeuze op de draaiknop Menu/Tijd om het ingestelde
kookprogramma te starten.
172
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, volgen vier geluidssignalen en verschijnt in
het display END.
Aantal
knopdrukken
1
2
3
4
5
6
Vermogen
Toepassing
100 %
900 Watt
Snel koken en verwarmen
80 %
720 Watt
Hoog
Koken en verwarmen zonder
kwaliteitsverlies
60 %
540 Watt
gemiddeld-hoog
Verwarmen van kleine hoeveelheden en
gevoelige etenswaren
40 %
360 Watt
gemiddeld
Laten sudderen
20 %
180 Watt
gemiddeld-laag/
Ontdooien
Ontdooien van gevoelige etenswaren
zonder kwaliteitsverlies
Ventilator loopt
Tijdens het koken kunt u de ingestelde stand laten weergeven door op de Power-knop te
drukken.
53.11 Gebruik “Grill”
Het gebruik van “Grill” is speciaal geschikt voor dunne plakjes vlees, steaks, koteletten,
kebab, worsten en stukjes kip. De langste kooktijd is 95 minuten.
Voorbeeld: Het grillprogramma moet 5 minuten lopen.
Keuze van het kookprogramma
Kies het kookprogramma “Grill” door twee maal op de knop
te drukken.
Instellen van de kooktijd
Draai aan de draaiknop om de gewenste kooktijd in te stellen (hier tot 5 minuten).
Kookprogramma starten
Druk na de programmakeuze op de draaiknop Menu/Tijd om het ingestelde
kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
173
53.12 Gebruik “Magnetron en grill”
Deze functie stelt u in staat om met twee verschillende instellingen gecombineerd te grillen
en met de magnetron te koken. De langste kooktijd is 95 minuten.
53.12.1
“Combinatie 1”
Bij dit gebruik werkt het apparaat 30% van de kooktijd als magnetron en 70% van de
kooktijd als grill.
Voorbeeld: Het combinatieprogramma 1 moet 5 minuten lopen.
Keuze van het kookprogramma
Kies het kookprogramma “Combinatie. 1” door eenmaal op de knop
te drukken
Instellen van de kooktijd
Draai aan de draaiknop om de gewenste kooktijd in te stellen (hier tot 5 minuten).
Kookprogramma starten
Druk na de programmakeuze op de draaiknop Menu/Tijd om het ingestelde
kookprogramma te starten.
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
53.12.2
“Combinatie 2”
In deze modus werkt het apparaat tegelijkertijd als magnetron en als grill.
Keuze van het kookprogramma
Kies het kookprogramma „Combinatie 2“, door twee keer op de toets
te drukken.
De rest van de beschrijving is identiek aan het boven beschreven gebruik van “Combinatie
1”.
53.13 Gebruik “Kookprogramma“
Bij gebruik van dit kookprogramma kunt u uit 14 verschillende menu’s kiezen. Meer
informatie vindt u in de tabel.
Keuze van het programma
Draai de draaiknop Menu/Tjid eerst kort tegen de klok in, dan met de klok mee om het
gewenste programma te kiezen.
Instellen van de hoeveelheid / het gewicht
Kies het gewenste aantal porties of het gewicht uit, door een aantal keer op de toets
Weight te drukken (zie tabel). Sluit de deur van het apparaat.
Kookprogramma starten
Druk na de programmakeuze op de draaiknop Menu/Tijd om het ingestelde
kookprogramma te starten.
174
Einde van het kookprogramma
Wanneer het einde van de kooktijd is bereikt, klinkt er een toon.
Menuautomatisering
Prog
Menu
A01
Aantal keer drukken op Weight
Func
tie
1
2
3
4
5
6
7
Verwarmen
200 g
300 g
400 g
500 g
600 g
700 g
800 g
A02
Thee/warme
dranken
1
(200 ml)
2
(400 ml)
3
(600 ml)
A03
Soep
1
(300 ml)
2
(600 ml)
3
(900 ml)
A04
Pap
1 (50 g)
2
(100 g)
3
(150 g)
A05
Pizza
opwarmen
150 g
300 g
450 g
A06
Pasta
100 g
200 g
300 g
A07
Popcorn
100 g – 2:20 minuten
A08
Gegrilde
ham
1
(100 g)
2
(200 g)
3
(300 g)
4
(400 g)
5
(500 g)
A09
Gegrild spek
1
(100 g)
2
(200 g)
3
(300 g)
A10
Gegrilde
varkenskotel
etten
1
(200 g)
2
(300 g)
3
(400 g)
4
(500 g)
5
(600 g)
A11
Gegrilde
biefstuk
1
(200 g)
2
(300 g)
3
(400 g)
4
(500 g)
5
(600 g)
A12
Gegrilde
stukjes kip
1
(200 g)
2
(300 g)
3
(400 g)
4
(500 g)
5
(600 g)
A13
Gegrilde vis
1
(100 g)
2
(200 g)
3
(300 g)
4
(400 g)
5
(500 g)
A14
Automatisch
ontdooien
Zie "Automatisch ontdooien"
Tip
► Het pizza-programma is alleen voor het opwarmen van pizza.
► Bij pasta voor het kookproces water toevoegen.
175
Tip
► Bij het koken in de grill- of combinatiestand dient u de etenswaren, indien nodig, na de
helft van de kooktijd om te draaien, zodat alles gelijkmatig gaar wordt.
► Bij de menu's 8-14) stopt het apparaat tijdens het koken, zodat u de etenswaren kunt
omdraaien, zodat alles gelijkmatig gaar wordt. Druk daarna op de draaiknop Menu/Tijd,
om de bereiding voort te zetten.
53.14 Gebruik “Automatisch ontdooien”
Met behulp van het menu„Automatisch ontdooien“ kunnen bevroren etenswaren zonder
kwaliteitsverlies worden ontdooid.
Keuze van “Automatisch ontdooien”
Draai de knop naar links om het gewenste programma A14 in te stellen. Vervolgens wordt
A14 weergegeven in het display.
Ontdooitijd instellen
Kies het gewenste gewicht, door vaak genoeg op de toets Weight te drukken (100g 1800g).
Automatisch ontdooien starten
Druk na het instellen van de ontdooitijd op de draaiknop Menu/Tijd, om het automatisch
ontdooien te starten.
Tip
► Stop af en toe om het ontdooide gerecht eruit te nemen ofwel apart te zetten als het na
de geschatte ontdooitijd niet is ontdooid.
► Programmeer de oven in stappen van 1 minuut, totdat het diepvriesgerecht volledig is
ontdooid.
► Bij het gebruik van kunststof bakjes uit de vriezer moet de ontdooitijd zo lang duren
totdat het gerecht uit het bakje genomen kan worden en daarna in een
magnetronbestendige vorm gedaan kan worden.
54Reiniging en onderhoud
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t de reiniging en het onderhoud van het
apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om beschadigingen door verkeerde reiniging van
het apparaat te voorkomen en een storingvrij gebruik te waarborgen.
176
54.1 Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig
Schenkt u eerst aandacht aan de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u met de
reiniging van het apparaat begint:
► Het apparaat moet regelmatig worden gereinigd en restanten van voedsel moeten
worden verwijderd. Wanneer het apparaat niet schoon wordt gehouden kan het
oppervlak beschadigd raken, wat kan leiden tot een kortere levensduur van het
apparaat, gevaar voor de gebruiker en schimmel- en bacteriële infecties.
► Schakelt u de oven vóór het reinigen uit en trek de stekker uit het stopcontact.
► De binnenkant van de oven is na gebruik heet. Er is daardoor kans op verbranden!
Wacht u totdat het apparaat is afgekoeld.
► Reinigt u de binnenkant na gebruik, zodra hij is afgekoeld. Te lang wachten verzwaart
de reiniging onnodig en maakt het in extreme gevallen onmogelijk. Te sterke
verontreinigingen kunnen onder omstandigheden het apparaat beschadigen.
► Als er vloeistof het apparaat binnendringt, kunnen elektronische componenten
beschadigd raken. Let u er op dat er geen vloeistof door de ventilatiegleuven in het
binnenste van het apparaat terecht komt.
► Gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen en geen oplosmiddelen.
► Kras niet met een hard voorwerp over hardnekkige verontreinigingen.
54.2 Reiniging
Binnenkant en binnenkant deur
Brandgevaar
► Verwijder altijd vetresten uit het apparaat, omdat deze licht ontvlambaar zijn.
Houd de binnenkant van de oven schoon. Veeg gemorste en door spetteren ontstane
maaltijdresten met een vochtige doek van de wanden aan de binnenkant. Bij sterke
vervuiling van de oven kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden.
Veeg de deur, het raam en de deurdichtingen met een vochtige doek af, om zo door
spetteren en morsen ontstane maaltijdresten te verwijderen. Maaltijdresten aan de
deurdichting kunnen er toe leiden dat de deur niet meer goed sluit en dat daardoor
microgolven vrijkomen.
Veeg de neergeslagen damp op de ovendeur met een vochtige doek af. Dit kan het
geval zijn als het apparaat in een zeer vochtige omgeving gebruikt is en is normaal.
Luchtjes kunt u uit de oven verwijderen door een kopje water te vullen met sap en schil
van een citroen, het vervolgens in een magnetronbestendige schotel te gieten en dan
vijf minuten in de magnetron stand te koken. Veeg de oven daarna grondig met een
zachte doek droog. Daarnaast kunt u geurtjes met de functie "Neutraliseren van
geurtjes" verwijderen.
Laat na reiniging de binnenkant van de ovendeur open, totdat het apparaat droog is.
177
Voorkant en bedieningspaneel
Reinig de voorkant van het apparaat en het bedieningspaneel met een zachte, licht
vochtige doek.
Let er op dat het bedieningspaneel niet nat wordt. Gebruik om het te reinigen een
zachte, vochtige doek.
Tip
► Laat de ovendeur open om te voorkomen dat het apparaat per vergissing wordt
ingeschakeld.
Buitenkant
De oppervlakte aan de buitenkant van het apparaat met een vochtige doek reinigen.
Grillrooster en ovenbodem
Het grillrooster moet regelmatig worden gereinigd. Was het grillrooster in een warme
zeepoplossing.
Veegt u de bodem van de oven met een mild reinigingsmiddel af. Bij sterke vervuiling
van de ovenbodem kan een mild reinigingsmiddel gebruikt worden.
55 Storingen verhelpen
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t. het lokaliseren van storingen en het
verhelpen van storingen. Let u op de aanwijzingen om gevaren en beschadigingen te
voorkomen.
55.1 Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig
► Reparaties aan elektrische apparaten mogen alleen uitgevoerd worden door
gekwalificeerd vakpersoneel dat door de fabrikant is geschoold.
► Door ondeskundige reparaties kunnen aanzienlijke gevaren voor de gebruiker ontstaan,
evenals schaden aan het apparaat.
55.2 Oorzaken van de storingen en het verhelpen
De volgende tabel helpt bij het lokaliseren en het verhelpen van kleinere storingen
Storing
Mogelijke oorzaak
Verhelpen
Het gekozen programma
start niet
Apparaatdeur niet gesloten
Apparaatdeur sluiten
Stekker niet in stopcontact
Stekker in stopcontact doen
Zekering niet ingeschakeld
Zekering inschakelen
Tijd ofwel vermogen verkeerd
gekozen
Tijd en vermogen opnieuw
instellen.
Het gebeuren herhalen
Gerecht na afloop van de
ingestelde tijd niet
genoeg ontdooid,
verwarmd ofwel gaar
geworden.
178
Het apparaat
functioneert, maar de
binnenverlichting niet
Binnenverlichting kapot
Binnenverlichting door
Servicedienst laten
repareren
Tijdens inschakeling van
de magnetron ontstaan
niet normale geluiden
Gerechten met aluminium
afgedekt
Aluminiumfolie verwijderen
Het servies bevat metaal en er
ontstaan vonken
Adviezen gebruik servies
lezen
De tijd in het display klop
niet
Stroomuitval
Tijd opnieuw instellen
Tip
► Als u met de bovengenoemde stappen het probleem niet kunt verhelpen, neem dan
contact op met de klantendienst.
56 Afvoer van het oude apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten vaak nog waardvolle
materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen, die voor hun
functioneren en veiligheid noodzakelijk waren.In het huishoudelijk afval of bij
verkeerde behandeling kunnen deze stoffen de menselijke gezondheid en het
milieu schade aanbrengen. Zet uw oude apparaat daarom nooit bij het gewone
huishoudelijk vuil.
Tip
► Maak gebruik van de in uw woonplaats voorhanden zijnde inzamelplek voor teruggave
en verwerking van oude elektrische en elektronische apparaten. Haal eventueel
informatie bij uw gemeentehuis, de vuilnisophaaldienst of bij uw winkelier.
► Zorg ervoor dat uw oude apparaat tot het moment van transport op een kinderveilige
plek wordt bewaard.
57Garantie
Voor dit product geven we vanaf de dag van aankoop 24 maanden garantie op gebreken,
die te herleiden zijn tot productie- of materiaalfouten.
Garantieclaims volgens §439 ff. BGB-E blijven hiervan van kracht.
Onder de garantie vallen niet de schaden die door onjuiste behandeling of ingebruikname
ontstaan zijn, zoals gebreken die de functie of de waarde van het apparaat slechts gering
beïnvloeden. Verder zijn aan slijtage onderhevige onderdelen, transportschade zo lang wij
deze niet te verantwoorden hebben, als ook schaden, die door niet door ons verrichtte
reparaties ontstaan zijn, uitgesloten van aanspraak op garantieclaim. Dit apparaat is
vervaardigd voor huishoudelijk gebruik (kleinverbruik) en voorzien van een
overeenkomstig vermogen. Een eventueel gebruik voor bedrijfsdoeleinden valt alleen
onder de garantie, als de mate van gebruik te vergelijken is met het gebruik in een
particulier kleinhuishouden. Het is niet voor de verdere bedrijfsdoeleinden bestemd.
Bij rechtmatige reclamaties zullen wij het defecte apparaat naar ons bevinden repareren of
tegen een apparaat vrij van gebreken omwisselen.
179
Zichtbare defecten moeten binnen 14 dagen na levering aangetoond worden. Verdere
claims zijn uitgesloten. Stelt u zich voor het indienen van een garantieclaim en het
terugsturen van uw apparaat via onderstaand adres (altijd met bewijs van koop!) met ons
in verbinding.
58 Technische gegevens
Apparaat
Magnetron en Grill
Naam
MIG 25 Ceramic
Artikel nr.
3335
Aansluitgegevens
230Volt - 50 Hz
1400Watt (Magnetron)
Vermogensopname
1000Watt (Grill)
< 1 W (Standby)
Magnetron uitgangsvermogen
900Watt
Optimale frequentie
2450 MHz
Afmetingen buitenkant
48 x 29 x 44 cm
Afmetingen binnenkant
31,8 x 19,5 x 31,7 cm
Ovencapaciteit
Ca. 25 L
Netto gewicht
10 kg
180