5/18
6. CUE: cue point instellen en stoppen [|
terug naar begin van track of begin van
vorige track]
7. Afspelen/pauzeren [STUTTER: terug naar
begin van track]
8. Nabijheidssensor voor contactloze
bediening
9. VU-meter voor contactloze bediening
10. TREBLE, MEDIUM, BASS: 3-bands
equalizer
11. BROWSER: bladeren door
lijsten/mappen/tracks [DECK GAIN:
versterking per deck] - Indrukken:
overschakelen van een lijst naar de lijst aan de
rechterkant [SHIFT + indrukken:
overschakelen van een lijst naar de lijst aan de
linkerkant]
12. LOAD A: track laden op deck A / FOLDER
EXPAND: map uit- of invouwen
13. LOAD B: track laden op deck B
14. CUE-SELECT: koptelefoon monitoring
uit/aan voor betreffende deck
15. Volumefader en VU-meter voor deck
16. BEATS: VU-meter voor tracksynchronisatie
17. VINYL: Vinyl (Scratch)-modus aan/uit
18. MIC: microfoon aan/uit
19. VIEW: schakelen tussen weergavemodi
voor horizontaal/verticaal [PANEL: FX- of
Sample-menu's uitvouwen]
20. LOAD PREPARE: de track toevoegen aan
de Prepare-groep (een groep van tracks die
worden voorbereid) [AREA: Prepare-groep
weergeven]
25.
knoppen in groep 23 en
draaiknop (22) wisselen tussen loop- en
effect-modi
26. Pitchfader voor deck
27. MULTI FX: MULTI FX aan = de draaiknop
(22) moduleert de effecten FX1, FX2, FX3 /
MULTI FX uit = enkele FX: de draaiknop (22)
moduleert het FX1-effect
28. KEY-LOCK: Key Lock-modus aan/uit
(houdt de muzikale toon vast wanneer de
pitch wordt gewijzigd) / SLIP-functie
(2)
29. TRACK: trackstatus
(3)
30. Koptelefoonvolume
31. 1/4”/6,35 mm + 1/8”/3,5 mm
koptelefoonuitgangen (kanaal 3-4)
32. CUE (vooraf beluisteren) = luisteren met
koptelefoon naar de track geladen op het met
de CUE-SELECT-knop (14) geselecteerde deck
/ MIX = luisteren met koptelefoon naar
dezelfde muziek als die voor het publiek
wordt afgespeeld
33. 1/4”/6,35 mm mono microfooningang
(kanaal 1-2) + gain-regeling
34. Kensington®-compatibel slot
35. AUX IN: 1/8"/3,5 mm stereo AUX-ingang
connector
36. BOOTH: dubbele tulpuitgangen voor
booth-speakers (kanaal 1-2) + volumeregeling
voor de booth-uitgang
37. MASTER: Dubbele tulpuitgangen +
1/8”/3,5 mm stereo masteruitgang (kanaal 1-
2)
38. USB-poort
39. Aansluiting voedingsadapter
(1)
Modus 3 (HotCue ponts 5-8) en 4 (sample-bank) zijn alleen beschikbaar in de Serato DJ software
(Serato DJ is een upgrade die kan worden aangeschaft) en niet in de Serato DJ Intro software
(waarvoor een licentie is meegeleverd). In de meegeleverde Serato DJ Intro software is modus 3
hetzelfde als modus 1 (HotCue points 1-4) en modus 4 hetzelfde als modus 2 (samples).
(2)
De SLIP-functie is alleen beschikbaar in de Serato DJ software (Serato DJ is een upgrade die kan
worden aangeschaft) en niet in de meegeleverde Serato DJ Intro software. Met de SLIP-functie kunt u
bijvoorbeeld scratchen of loops maken op een track terwijl u deze knop ingedrukt houdt. Het afspelen
van de track wacht totdat u de knop loslaat waarna het afspelen wordt hervat op het punt waar het
normaal zou zijn begonnen als de functie niet zou zijn toegepast.
(3)
In Serato DJ Intro gaat de TRACK-LED (29) branden om aan te geven dat een track wordt afgespeeld.
In Serato DJ toont de TRACK-LED (29) de huidige positie in de track: groen betekent eerste helft van
de track, daarna oranje en rood, en tenslotte knipperend rood tegen het eind van de track.