nederlands
17
3
Onderhoud en
reiniging
3.1 Binnenzijde schoonmaken. Gebruik voor
het schoonmaken van de binnenkant een
spons of een doekje gedrenkt in water met
bicarbonaat om te voorkomen dat er luchtjes
ontstaan.
Gebruik in geen geval stoomreinigers,
oplosmiddelen of schuurmiddelen.
3.2 Buitenzijde schoonmaken. Gebruik geen
stoomreinigers voor het schoonmaken van
de displays.
Aangeraden wordt het rooster aan de
achterzijde eenmaal per jaar met een
stofzuiger schoon te maken.
3.3 Schoonmaken van accessoires. Deze zijn
niet geschikt voor de vaatwasmachine. Maak
ze met de hand schoon met behulp van een
spons of een doekje.
3.4 Lampje verwisselen. Wanneer het lampje
kapot gaat: schakel de koelkast uit. Verwijder
het kapje door te drukken op het lipje (3.4.1)
en verwijder het defecte lampje (3.4.2).
Vervang het door een ander met hetzelfde
type schroefdraad, E14, 220-240V, 15/25W
of overeenkomstig hetgeen staat aangegeven
op de armatuur.
3.5 Vervanging van het koolstoffi lter.
De koelkast beschikt wellicht over een
koolstoffi lter dat de vreemde geurtjes van
bepaalde voedingsmiddelen absorbeert en
micro-organismen (schimmels en bacteriën)
uit de circulerende lucht fi ltert.
Het fi lter behoudt zijn eigenschappen slechts
6 maanden. Na het verstrijken van deze
periode wordt aanbevolen het door een
nieuw te vervangen. De plaats ervan varieert
per model.
Om het fi lter te activeren: Druk op het lipje en
verwijder het afdekkapje om bij het fi lter te
kunnen (3.5.1). Verwijder het vuile fi lter uit het
afdekkapje (3.5.2). Verwijder de afsluitingen
van het nieuwe fi lter (3.5.3).
Druk op het kijkglaasje van het BIOFILTER
totdat je een lichte klik hoort (3.5.4), een paar
seconden daarna begint de schaalverdeling,
die de duur aangeeft, te verkleuren. Plaats
het fi lter op zijn oorspronkelijke locatie.
Houd gebruikte en reservefi lters buiten
bereik van kinderen; consumeren van grote
hoeveelheden kan gevaarlijk zijn.
Maak het fi lter niet nat, omdat het dan al
zijn eigenschappen verliest.
4
Meldsysteem
4.1 Deur open. Wanneer de deur langer dan 1
minuut openstaat, zal het pictogram
gaan
branden, zal er een alarm afgaan en zal het
lichtje van de koelkast uitgaan (4.1.1, 4.1.2).
Het alarm wordt uitgeschakeld bij het sluiten
van de deur.
4.2 Stroomstoring.
Open de deur van de koelkast zo weinig
mogelijk.
4.3 Normale geluiden van de koelkast.
Jouw koelkast kan een aantal geluiden
maken die normaal zijn tijdens het
functioneren ervan en waarover je je geen
zorgen hoeft te maken.
• Het koelgas kan een borrelend geluid
maken tijdens het circuleren door de
leidingen.
• De compressor kan een zoemend en/
of een licht tikkend geluid maken, vooral
wanneer die inschakelt.
2.6 De koelkast uitschakelen. Druk 3
seconden op
of druk op totdat er
geen temperatuur wordt weergegeven op de
display (2.6.1, 2.6.2, 2.6.3). Of draai de knop
in de positie off (2.6.4). Bij de modellen
c
,
zal de led “on” uitgaan.
2.7 Aanbevelingen voor gebruik.
• Het laagste energieverbruik bereikt u door
de lades en schappen in dezelfde stand
geplaatst te laten als bij afl evering van het
apparaat.
• Houd de ventilator uitgeschakeld om meer
energie te besparen (2.7.1).
• Open de deuren niet langer dan
noodzakelijk is. Op die manier maak je
een effi ciënter gebruik van de koelkast en
vermijd je een hoger energieverbruik.
• Bewaar voedingsmiddelen in hermetisch
afsluitbare behouders om te voorkomen
dat ze uitdrogen.