KitchenAid KRVX 6010/LH de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruiksaanwijzing
Alvorens uw wijnkoeler te gebruiken 4
Milieutips 4
Algemene voorzorgsmaatregelen en adviezen 5
Inleiding over wijn 6
Opslag van de flessen 6
Tabel van de optimale temperatuur waarop de wijnen
geserveerd moeten worden 9
Beschrijving van het apparaat 9
Hoe u het apparaat moet laten functioneren 10
Reiniging en onderhoud 12
Opsporen van storingen 13
Het opsporen van storingen 14
Consumentenservice 14
Installatie 15
1. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke en vergelijkbare toepassingen zoals
- personeelskeukens in winkels, kantoren en andere werkomgevingen;
- boerderijen en gebruik door klanten in hotels, motels en andere verblijfsomgevingen;
- bed and breakfast-omgevingen.
Om uw nieuwe apparaat op de beste manier te kunnen gebruiken, dient u de
gebruiksaanwijzing zorgvuldig door te lezen. Hierin vindt u een beschrijving van het product en
nuttige adviezen voor het bewaren van wijn.
Bewaar dit boekje voor raadpleging in de toekomst.
1. Controleer na het uitpakken van het apparaat of de deur goed sluit. Eventuele schade moet binnen 24
uur na aflevering worden gemeld aan de leverancier.
2. Wacht minimaal twee uur voordat u het apparaat inschakelt, zodat het koelcircuit op volle
kracht kan werken.
3. Zorg ervoor dat de installatie en de elektrische aansluiting door een gekwalificeerd technicus worden
verricht overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant en de plaatselijke voorschriften.
Alvorens uw wijnkoeler te gebruiken
4
1. Verpakking
Het verpakkingsmateriaal kan volledig gerecycled worden, hetgeen aangegeven wordt door het
recyclingssymbool . Volg de plaatselijke milieuvoorschriften op wanneer u het apparaat afdankt. Het
verpakkingsmateriaal (plastiek zakken, schuimplastic, etc.) moet buiten bereik van kinderen bewaard
worden, aangezien het een bron van gevaar kan vormen.
2. Afdanken/verwijdering
Het apparaat is gemaakt van materiaal dat gerecycled kan worden.
Dit apparaat is gemarkeerd met het merkteken in overeenstemming met de Europese Richtlijn
2002/96/EG betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat het product op de juiste manier weggegooid wordt draagt de gebruiker
ertoe bij om mogelijke negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid te voorkomen.
Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie geeft aan dat dit product niet als
huisvuil behandeld moet worden maar ingeleverd moet worden bij een geschikt inzamelpunt voor de
recycling van elektrische en elektronische apparatuur. Op het moment dat het apparaat afgedankt
wordt moet het apparaat onbruikbaar gemaakt worden door het netsnoer door te knippen, de deuren
en de draagplateaus te verwijderen zodat kinderen zich niet in het apparaat kunnen opsluiten. Het
apparaat moet afgedankt worden in overeenstemming met de plaatselijke voorschriften voor
afvalverwerking en afgegeven worden bij speciale verzamelpunten. Het apparaat mag ook niet slechts
een paar dagen onbeheerd achtergelaten worden omdat het een bron van gevaar kan zijn voor
kinderen. Wend u zich voor meer informatie over verwerking, hergebruik en recycling van dit product
tot de daartoe aangewezen plaatselijke instantie, de afvalinzameldienst of de winkel waar u het product
gekocht heeft.
Informatie:
Dit apparaat bevat geen CFK. Het koelcircuit bevat R134a (HFC) of R600a (HC), zie
serienummerplaatje in het apparaat. Voor apparaten met isobutaan (R600a): isobutaan is een natuurlijk
gas dat geen schadelijke invloed heeft op het milieu, maar wel ontvlambaar is. Het is daarom
noodzakelijk om te controleren of de leidingen van het koelcircuit niet beschadigd zijn.
Conformiteitsverklaring
Dit apparaat is bestemd voor het conserveren van voedingsmiddelen en is vervaardigd in
overeenstemming met de Verordening (EG) nr. 1935/2004.
Dit apparaat is ontwikkeld, gefabriceerd en op de markt gebracht in overeenstemming met:
- de veiligheidsvereisten van de laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG (die in plaats komt van de Richtlijn
73/23/EEG en latere wijzigingen daarop);
- de veiligheidsvereisten van de “EMC”-richtlijn 89/336/EEG, gewijzigd door de richtlijn
2004/108/EEG.
De elektrische veiligheid is alleen gewaarborgd wanneer het op de juiste wijze op een efficiënt
werkende installatie is aangesloten, die volgens de wettelijke voorschriften is geaard.
Milieutips
•De wijnkoeler mag alleen worden gebruikt
voor het bewaren van flessen wijn, plaats er
geen voedsel in.
Dek de luchtgaten van het apparaat niet af.
Om het risico op verstikking en opsluiting te
vermijden, mag het kinderen niet worden
toegestaan in het apparaat te spelen of zich erin
te verstoppen.
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
De voedingskabel mag uitsluitend worden
vervangen door een bevoegd persoon.
Let erop dat u de vloeren niet beschadigt
wanneer u het apparaat verplaatst (b.v. bij
parket).
Gebruik geen verlengsnoeren of enkelvoudige
of meervoudige adapters
Beschadig het interne vloeistofcircuit niet.
Gebruik of plaats geen elektrische apparaten in
de vakken van het apparaat, als hiervoor geen
uitdrukkelijke toestemming door de fabrikant is
gegeven.
Plaats het apparaat in een droge en goed
geventileerde ruimte. Het apparaat is afgesteld
om te werken in ruimten waarin de
temperatuur binnen de volgende waarden ligt,
afhankelijk van de klimaatklasse die op het
typeplaatje staat aangegeven: Het is mogelijk dat
het apparaat niet goed functioneert als het voor
een lange tijd in een ruimte wordt gelaten met
een hogere of lagere temperatuur dan het
genoemde bereik.
Klimaatklasse Kamertemp. (°C) Kamertemp. (°F)
SN Van 10 tot 32 Van 50 tot 90
N Van 16 tot 32 Van 61 tot 90
ST Van 16 tot 38 Van 61 tot 100
T Van 16 tot 43 Van 61 tot 110
Het apparaat moet door twee of meerdere
personen worden verplaatst en geïnstalleerd.
Zorg ervoor dat het apparaat tijdens de
installatie de voedingskabel niet beschadigt.
Installeer het apparaat waterpas op een vloer
die het gewicht kan dragen en in een ruimte die
geschikt is voor de afmetingen en het gebruik
van het product.
Bewaar geen explosieve stoffen zoals
spuitbussen met ontvlambare drijfgassen in dit
apparaat.
Bewaar of gebruik geen benzine of andere
gassen en licht ontvlambare stoffen in de buurt
van het apparaat of van andere elektrische
huishoudelijke apparatuur. De dampen kunnen
brand of explosies veroorzaken.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door
personen (inclusief kinderen) met verminderde
fysieke, sensorische of mentale vermogens of
gebrek aan ervaring en kennis, tenzij ze onder
toezicht staan van of instructies over het
gebruik van het apparaat hebben ontvangen van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid.
Belangrijk:
Als er veel flessen in de wijnkoeler worden
geplaatst, kan het een paar dagen duren voordat
er een constante temperatuur is bereikt.
Belangrijk! De bewaartemperatuur mag nooit
lager zijn dan +6 °C.
Tijdens de werking is het normaal dat er
waterdruppeltjes en rijp op de wanden van de
koeler ontstaan. Het is niet nodig om de rijp af
te schrapen of om de waterdruppels af te
drogen. De achterwand wordt automatisch
ontdooid. Het dooiwater loopt automatisch weg
in een afvoergat en vervolgens in een bak, waar
het verdampt.
Plaatsing van de flessen
Leg de flessen het midden van het rek.
Zorg ervoor dat de flessen het glas van de deur
niet raken als deze gesloten wordt.
Belangrijk; flessen met sterke alcoholische drank
en likeur moeten goed worden afgesloten en
rechtop worden bewaard.
In het apparaat vormen zich gebieden met
verschillende temperaturen als gevolg van de
luchtcirculatie: de koudste gebieden zijn de
gebieden bij de achterwand, de warmste
gebieden die bij de glazen deur.
Bewaar gebottelde wijnen altijd zonder de
verpakking, en niet in kratten of dozen. De
aanbevolen hoeveelheid flessen van het type
Bordolaise van 0,75 l is als volgt: 33 flessen.
De fabrikant wijst elke aansprakelijkheid af
indien de bovenstaande adviezen en
voorzorgsmaatregelen niet worden
opgevolgd.
Algemene voorzorgsmaatregelen en adviezen
5
Bewaren van wijn
Zoals bekend kan wijn lang bewaard worden: als zij op een geschikte plaats
bewaard worden kunnen witte wijnen ongeveer twee jaar vanaf de datum
van de oogst bewaard worden, maar het verdient de voorkeur om ze
uiterlijk binnen een jaar te consumeren. Lichte rode wijnen kunnen
daarentegen tot twee jaar bewaard worden, terwijl sommige rode wijnen
tien jaar bewaard kunnen worden en likeurwijnen zelfs twintig jaar. Als u
een fles wijn koopt leg de fles dan meteen in de wijnbewaarkast of op een
andere geschikte plaats. Bij het proces van de teelt van de druiven tot het
rijpen en het moment waarop de druiven geoogst worden en de
wijnbereiding zijn drie factoren van groot belang: het licht, de
luchtvochtigheid en de omgevingstemperatuur. Om ervoor te zorgen dat
de wijn tot volle rijping komt en om het goede aroma van de wijn te behouden moet de wijn optimaal
bewaard worden waarbij rekening gehouden moet worden met deze drie factoren.
Bewaarplaats
Niet iedereen beschikt over een ondergrondse ruimte die dienst
kan doen als kelder. Slechts onlangs is de technologie erin
geslaagd om een waardevolle vervanging voor de traditionele
kelder te bieden. De wijnbewaarkast die u gekocht heeft is een
speciaal apparaat dat ontwikkeld is om wijnen op te slaan en op
de juiste manier te bewaren. In deze apparaten wordt namelijk
geen fruit, groenten en blikjes bewaard maar alleen flessen met
uw favoriete wijn. Zo is het ook als u geen kelderruimte heeft
mogelijk om elke wijnsoort te laten rijpen, goed te bewaren en
ervan te genieten.
Bewaarwijze
Een cruciale regel om uw favoriete flessen te bewaren is om de flessen op één kant te leggen of ze zodanig
schuin te leggen dat de wijn de kurk vochtig houdt. Velen denken dat hierdoor de klassieke "kurkgeur"
ontstaat. In werkelijkheid bevordert het contact van de wijn met de kurk de soepelheid van de kurk en
wordt de doelmatigheid van de kurk gegarandeerd. Doordat de flessen makkelijk gepakt kunnen worden
voor gebruik wordt per ongeluk schudden namelijk voorkomen, want door trillingen kunnen fijne
bestanddelen opwervelen en het uiterlijk van de wijn min of meer langdurig aantasten. Beweeg de flessen
dus zo min mogelijk en laat de wijn rusten. Vermijd ook dat de flessen tegen de achterwand aankomen
omdat dit niet alleen een doelmatige ontdooiing in de weg kan staan maar de etiketten van de flessen
hierdoor ook beschadigd kunnen worden door de druppels water die tijdens het ontdooien opgevangen
worden. De plateaus waar de flessen op gelegd worden moeten van hout zijn, een materiaal dat eventuele
trillingen goed opvangt en dat de flessen uit de buurt houdt van de wand die kou afgeeft. Verder is het van
groot belang dat de flessen wijn uit de buurt van stoffen of plaatsen gehouden worden die gekenmerkt
worden door sterke geuren omdat deze makkelijk op de wijn overgebracht kunnen worden.
De temperatuur
De temperatuur is een cruciale en belangrijke factor voor de hele levenscyclus van de wijn en is bepalend
voor de goede ontwikkeling ervan als het in de fles blijft om goed tot zijn recht te komen. Voor een
optimale bewaring moet de temperatuur constant gehouden worden tussen 8 en 12°C. Het is van
essentieel belang dat snelle en grote temperatuurschommelingen vermeden worden: door een te hoge
temperatuur zetten vloeistoffen uit en wordt de rijping van de wijn versneld; een te lage temperatuur
(onder 4 - 5°C) kan het depot van wijnsteen teweegbrengen, een defect dat het fraaie uiterlijk van de wijn
aantast. In extreme gevallen waarin de temperatuur onder 0°C daalt kan als de wijn bevriest de kurk er
plotseling uit schieten.
De kurk
De kurk is een essentieel onderdeel van de fles: de kwaliteit ervan, die geselecteerd wordt door de
wijnfabrikant, is erg belangrijk voor de juiste rijping van de wijn. De perfecte staat van de kurk, ook op de
fles die u in de winkel koopt, hangt uitsluitend af van de gebruiks- en opslagstandaard die door de fabrikant
of de bottelaar toegepast worden.
Inleiding over wijn
6
Standaard opslag van 36 flessen
Als u de flessen om de wijn te bewaren zodanig in de kast wilt leggen dat zij goed zichtbaar zijn en er
makkelijk uit gehaald kunnen worden wordt de opslagmethode van 36 flessen geadviseerd (Bordeaux of
gecombineerde Bordeaux en Rijnwijnen). Leg in de speciale holtes van elk van de 5 houten draagplateaus
maximaal 6 flessen; er kunnen nog 6 flessen in de speciale openingen op de bodem van de bewaarkast
gelegd worden zodat het er in totaal 36 flessen zijn. De houten plateaus zijn voorzien van een
blokkeersysteem zodat de flessen er niet per ongeluk uit kunnen glijden en kunnen vallen. Er wordt
geadviseerd om er grote flessen (Rijnwijn) op te leggen.
Opslag van Champagneflessen
Doordat deze flessen groter zijn dan normale flessen moeten Champagneflessen op de bodem van
bewaarkast gelegd in een maximum aantal van 5 flessen.
Als u andere Champagneflessen wilt opslaan moet u het 5e draagplateau verwijderen en moet u de flessen,
bovenop de flessen die op de bodem van de bewaarkast gelegd zijn, leggen; leg ze andersom ten opzichte
van de flessen die eronder liggen. Zo kunt u tot 9 Champagneflessen opslaan.
De houten draagplateaus verwijderen
Om de houten draagplateaus te verwijderen moet u als volgt handelen:
1. Pak met één hand de voorkant van het draagplateau vast.
2. Trek het draagplateau langzaam uit door het plateau 1/3 van de volledige slag naar u toe te trekken.
In geval van weinig flessen
Als het aantal flessen waar u over beschikt niet genoeg is om de wijnbewaarkast te vullen is het aan te
raden om de flessen over alle beschikbare draagplateaus te verdelen en te vermijden om ze allemaal boven
of onder te leggen. Voor beter zicht van buitenaf wordt geadviseerd om ze op alle plateaus in het midden
te leggen.
Opslag van de flessen
7
Mogelijke methoden voor de opslag van de flessen
STANDAARD
36 flessen
(100% liggend)
5 rekken gebruikt
BEWAREN
44 flessen (100% liggend)
1 rek gebruikt
SERVEREN
42 flessen
(50% liggend en 50% staand)
3 rekken gebruikt
}
4 rijen (6x4)
MAXIMUM OPSLAG
46 flessen (48% liggend en
52% staand)
1 rek gebruikt
4 rijen (6x4)
{
OPSLAG VAN CHAMPAGNEFLESSEN
In geen geval mag er meer dan één uittrekplateau tegelijk uit gehaald worden.
Opslag van de flessen
8
In de tabel staat de temperatuur bij benadering waarop de wijn geserveerd moet worden.
Als de wijn op een hogere temperatuur dan de ingestelde temperatuur in de bewaarkast geserveerd moet
worden, wordt geadviseerd om de wijn tijdig uit de wijnbewaarkast te halen.
Tabel van de optimale temperatuur waarop de wijnen
geserveerd moeten worden
9
Barolo 17° C
Barbaresco 17° C
Beaujolais 13° C
Witte droge Bordeaux 8° C
Rode Bordeaux 17° C
Witte Bourgogne 11° C
Rode Bourgogne 18° C
Brunello 17° C
Champagne 6° C
Chianti Classico 16° C
Passito di Pantelleria 6° C
Rosé Cote de Provence 12° C
Droge en zoete Spumante 6° C
Verdicchio 8° C
Witte Trentinowijnen 11° C
Witte Franciacortawijnen 11° C
Witte droge wijnen 8° C
Friuliwijnen 11° C
Rhônewijnen 15° C
Droge witte Loirewijnen 10° C
Likeur Loirewijnen 7° C
Rode Loirewijnen 14° C
Likeurdessertwijnen 8-18° C
Nieuwe wijnen 12° C
Lichte rode wijnen, weinig
tanninehoudend
14° C
Rode wijnen met gemiddelde
structuur, redelijk tanninehoudend
16° C
Beschrijving van het apparaat
1. Elektronisch bedieningspaneel
2. Bovenste gedeelte met rekken
3. Uitneembaar scheidingsprofiel (zwart)
4. Onderste gedeelte
5. Serienummerplaatje
Inwerkingstelling van het apparaat
Inschakeling van het apparaat
Steek de stekker in het stopcontact om het apparaat in te schakelen en stel de temperatuur op het
frontpaneel van het apparaat in; dan gaat er een groen lampje branden en staat het apparaat aan.
Aan de binnenkant van het apparaat zit een lamp die niet automatisch aangaat als de deur wordt geopend,
maar die kan worden aangezet door op de betreffende knop op het bedieningspaneel te drukken.
Regeling van de temperatuur
Voor de goede werking van het apparaat adviseren wij om de temperatuur volgens de aanwijzingen in de
paragraaf "Inleiding over wijn" te regelen.
Opmerking:
De omgevingstemperatuur, hoe vaak de deur open wordt gedaan en de plaats van het apparaat kunnen de
binnentemperatuur beïnvloeden.
Beschrijving van het bedieningspaneel
a) ON / OFF toets: apparaat aan/uitzetten
b) Werkingslampje van het apparaat
c) Toets (+) om de temperatuur te verhogen (max. +18°C)
d) Toets (-) om de temperatuur te verlagen (min. +6°C)
e) Lampje koeling ingeschakeld
f) Lampje verwarming ingeschakeld
g) Display temperatuur in de kast
h) Toets binnenverlichting
i) Lampje binnenverlichting
Werking van de wijnkast met dubbele of enkele temperatuurzone
De wijnkast is ontworpen om met twee temperatuurzones te werken of als alternatief als de klant dit
wenst met één enkele temperatuurzone. Voor de werking met twee temperatuurzones plaatst u het
zwarte flessendraagrek op de rail van het vierde schap (tellend van de eerste van bovenaf), daarna stelt u
de gewenste temperatuur in de bovenste zone in, waarbij u eraan moet denken dat als de gewenste
temperatuur is bereikt de temperatuur van het onderste gedeelte ongeveer 6 graden Celsius hoger is dan
de ingestelde temperatuur (de temperatuur van de onderste zone kan niet apart ingesteld worden).
Hoe u het apparaat moet laten functioneren
10
abei
h
g
f
d
c
Opmerking:
Om de wijn op de juiste manier op te slaan adviseren wij om de thermostaattemperatuur op 10°C in te
stellen (bovenste gedeelte) om een temperatuur van 15 – 16°C te bereiken. Voor de werking met één
temperatuurzone wordt het zwarte flessendraagrek verwijderd en vervangen door het rek dat als
accessoire bij het apparaat geleverd wordt (hetzelfde type als de andere houtkleurige rekken die reeds
geïnstalleerd zijn). Bewaar het rek dat niet gebruikt wordt op een droge en koele plaats om te voorkomen
dat het beschadigd wordt door vocht of andere weersinvloeden en daardoor later niet bruikbaar meer is.
Regeling van de temperatuur
De temperatuur van het apparaat is in de fabriek ingesteld en bedraagt 15°C (bovenste gedeelte).
Als het nodig is kan de temperatuur als volgt veranderd worden:
1. Op het moment dat het apparaat op het elektriciteitsnet aangesloten wordt toont het display de
temperatuur die aan de binnenzijde ingesteld is.
2. Houd de toets (+) ongeveer één seconde lang ingedrukt; de temperatuurindicatie zal beginnen te
knipperen.
3. Houd de toets (+) of (-) ingedrukt tot de gewenste temperatuur bereikt wordt.
4. Wacht 5 seconden tot de temperatuurindicatie continu oplicht; de temperatuur is ingesteld.
5. Wacht tot de temperatuuraanpassing effect heeft en leg de flessen wijn in de bewaarkast. Het lampje
aan de binnenzijde gaat niet aan (of gaat tijdelijk uit) als de temperatuur aan de binnenzijde hoger is dan
24°C, dit om de ingestelde temperatuur sneller te bereiken.
Controle van de temperatuur
Bovenste zone: de temperatuur van de bovenste zone is de temperatuur die normaal op het display
weergegeven wordt.
Onderste zone: de temperatuur van de onderste zone kan niet apart ingesteld worden, maar is ongeveer
5°-6°C hoger dan de temperatuur van het bovenste gedeelte. Om de temperatuur van de onderste zone
te laten weergeven hoeft u slechts de (-) toets één seconde ingedrukt te houden waarna de temperatuur
van de onderste zone drie seconden lang weergegeven zal worden.
Dit kan meerdere keren gedaan worden om de temperatuur van de onderste zone te controleren.
Als de werking met enkele temperatuurzone gekozen wordt door het scheidingsprofiel te verwijderen,
hoeft u slechts naar de temperatuur die op het display weergegeven wordt te kijken zonder dat u op een
knop hoeft te drukken.
Hoe u het apparaat moet laten functioneren
11
Alvorens enige onderhouds- of reinigingswerkzaamheden uit te voeren moet de stekker uit het
stopcontact gehaald worden of moet in ieder geval de netstroom uitgeschakeld worden.
Het ontdooiproces van de wijnbewaarkast is volledig automatisch.
Als er af en toe druppels water op de achterwand aan de binnenzijde van het apparaat zijn dan duidt dit
op de automatische ontdooifase. Het dooiwater wordt automatisch in een afvoeropening geleid en
daarna opgevangen in een bakje waar het verdampt.
Indien nodig...
1. Maak de wijnbewaarkast helemaal leeg.
2. Sluit het apparaat van het elektriciteitsnet af.
3. Om de vorming van schimmels, onaangename geuren en oxidatie te vermijden moet u de deur op een
kier laten staan (ongeveer 3-4 cm).
4. Maak het apparaat schoon.
Maak de binnenzijde regelmatig met een vochtige doek met lauw water en/of een neutraal
schoonmaakproduct schoon.
Spoel het daarna met schoon water af en maak het met een zachte doek droog. Gebruik geen
schuurmiddelen.
Maak de buitenkant met een zachte vochtige doek met water schoon. Gebruik geen schuurmiddel of
schuursponsjes en ook geen vlekmiddelen (bijv. aceton of trichloorethyleen) of azijn.
Maak het glas aan de buitenkant met een willekeurig speciaal schoonmaakproduct schoon en aan de
binnenkant uitsluitend met een vochtige doek; gebruik geen verschillende schoonmaakproducten om de
wijn op de juiste manier te kunnen bewaren en niet aan te tasten.
Reiniging van de rekken
Gebruik een vochtige doek om de eikenhouten rekken op de juiste manier te reinigen. Pas op dat de
pakking niet beschadigd wordt als het rek uit het apparaat getrokken wordt. Om dit te doen wordt
geadviseerd om de maximale opening van de deur te benutten.
De ledverlichting vervangen
Wend u voor de vervanging van de led tot het servicecentrum.
Kijk niet in de lamp, dit kan schadelijk voor uw ogen zijn.
Reiniging en onderhoud
12
Voordat u de Consumentenservice inschakelt....
Storingen in de werking zijn vaak te wijten aan banale oorzaken die vastgesteld en opgelost kunnen
worden zonder dat er gereedschap aan te pas hoeft te komen.
De geluiden van het apparaat zijn normaal omdat de ventilatoren en de compressoren waar het apparaat
mee uitgerust is voor de regeling van de werking automatisch in- en uitschakelen.
Sommige werkingsgeluiden kunnen verminderd worden:
door het apparaat waterpas te zetten en het apparaat op een vlakke ondergrond te installeren,
door het apparaat en de meubels te scheiden en te voorkomen dat het apparaat hiertegen aan komt,
door te controleren of de onderdelen goed geplaatst zijn,
door te controleren of de flessen en de houders niet tegen elkaar aankomen.
Enkele mogelijke werkingsgeluiden zijn:
een gesis als het apparaat de eerste keer of na een lange tijd weer aangezet wordt,
een geborrel als de koelvloeistof door de slangen stroomt,
een gezoem als de ventilator inschakelt,
een geratel als de compressor inschakelt,
een plotselinge klik als de compressor in- en uitschakelt.
Als u deze geluiden hoort
...werkt uw product uitstekend!!!
Opsporen van storingen
13
Voordat u contact opneemt met de
consumentenservice
Zet het apparaat uit en weer aan om te kijken of
het probleem opgelost is. Als dit ook niet helpt, zet
het apparaat dan weer uit en doe dit na een uur
nogmaals.
Als het apparaat nadat u de controles die in “Het
opsporen van storingen” beschreven zijn verricht
heeft en het apparaat weer aangezet heeft nog
steeds niet goed functioneert, neem dan contact
op met de Consumentenservice, omschrijf duidelijk
wat het probleem is en geef de volgende gegevens
door:
het type en het serienummer van het apparaat
(vermeld op het typeplaatje);
de aard van de storing;
het model;
het servicenummer (het nummer dat achter het
woord SERVICE op het typeplaatje aan de
binnenkant van het apparaat vermeld is);
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Consumentenservice
14
1. Het apparaat functioneert niet.
Is de stroom niet uitgevallen?
Zit de stekker wel goed in het stopcontact?
Is de tweepolige netschakelaar ingeschakeld?
Functioneren de beveiligingen van het elektriciteitsnet in uw woning goed?
Is het netsnoer kapot?
2. De temperatuur in de wijnbewaarkast is niet koud genoeg.
Is de deur goed dichtgedaan?
Kan de deur niet dicht door de flessen?
Is het apparaat in de buurt van een warmtebron geïnstalleerd?
Is de ingestelde temperatuur juist?
Is de luchtcirculatie door de ventilatieopeningen verstopt?
3. De temperatuur in de wijnbewaarkast is te koud.
Is de ingestelde temperatuur juist?
4. Het apparaat maakt veel lawaai.
Is het apparaat goed geïnstalleerd?
Komen de slangen aan de achterkant tegen elkaar aan of trillen zij?
5. Er ligt water op de bodem van het apparaat.
Is de dooiwaterafvoer verstopt?
Het opsporen van storingen
Het apparaat moet zodanig geïnstalleerd worden
dat een correcte ventilatie gewaarborgd is zoals
aangegeven op de figuren.
Daarom is bij deze wijnbewaarkast de
deurrichting niet omkeerbaar.
Installeer het apparaat uit de buurt van
warmtebronnen.
Door installatie in een warme omgeving, directe
blootstelling aan zonlicht of plaatsing van het
apparaat in de buurt van een warmtebron
(verwarmingsradiatoren, komforen) neemt het
energieverbruik toe en dit moet dus vermeden
worden.
Als dit niet mogelijk is moeten de volgende
minimum afstanden in acht genomen worden:
- 30 cm van houtskool- of oliefornuizen;
- 3 cm van elektrische en/of gasfornuizen.
Installeer het apparaat op een droge en goed
geventileerde plaats.
Maak de binnenkant schoon (zie het hoofdstuk
"Reiniging en onderhoud").
Doe de bijgeleverde accessoires erin.
Installatie
15
555
Installatie
16
A) Installatie naast meubels
Om te garanderen dat de deur volledig tot 90° geopend kan worden, moet het apparaat geïnstalleerd
worden rekening houdend met het feit dat vanaf de zijflenzen tot de deuren van ernaast staande meubels
of elektrische huishoudelijke apparaten er een afstand van minstens 3,5 mm in acht gehouden moet
worden (zoals aangegeven in afbeelding 1).
B) Installatie naast wanden
Al fine di garantire la completa apertura della porta a 90°, il prodotto deve essere installato tenendo
presente che, dalla flangia laterale alla parete adiacente l'apertura, deve essere mantenuta una distanza
minima di 60 mm (come riportato nella figura 2).
Installatie
60 mm
Afb. 1
Fig. 2
FLENS
DEUR VAN
HET MEUBEL
DEUR VAN
HET MEUBEL
MUUR
FLENS
17
Elektrische aansluiting
De elektrische aansluitingen moeten in overeenstemming zijn met de plaatselijke voorschriften.
De gegevens met betrekking tot de spanning en het stroomverbruik staan op het typeplaatje, dat aan
de binnenzijde van het apparaat aangebracht is.
De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht.
De fabrikant kan op geen enkele manier aansprakelijk gesteld worden voor eventuele schade
toegebracht aan personen, dieren of voorwerpen die veroorzaakt is doordat de hierboven vermelde
voorschriften niet in acht genomen zijn.
Als de stekker en het stopcontact niet van hetzelfde type zijn moet het stopcontact door een erkende
vakman vervangen worden.
Gebruik geen verlengsnoeren of verloopstekkers.
Het apparaat van het elektriciteitsnet afsluiten
Het moet mogelijk zijn om het apparaat van het elektriciteitsnet af te sluiten door de stekker uit het
stopcontact te halen of door middel van een tweepolige netschakelaar die voor het stopcontact geplaatst is.
18
5019 600 00141
Printed in Italy
n
10/12
NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20

KitchenAid KRVX 6010/LH de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor