Leonard LBN1110X Handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Handleiding
INHOUD
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 3
Beschrijving van het product 5
Voor het eerste gebruik 5
Dagelijks gebruik 5
Gebruik van de accessoires 6
Extra functies 6
Nuttige aanwijzingen en tips 7
Onderhoud en reiniging 9
Problemen oplossen 12
Montage 13
Milieubescherming 14
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie.
Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig ge-
bruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Waarschuwing! Gevaar voor verstikking, letsel of
permanente invaliditeit.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar
en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuig-
lijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring
en kennis, indien zij onder toezicht staan van een volwasse-
ne of van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
• Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, ra-
den wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door
kinderen zonder toezicht.
Algemene veiligheid
• Van binnen wordt het apparaat heet als het in werking is.
Raak de verwarmingselementen in het apparaat niet aan.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of kook-
gerei te plaatsen of verwijderen.
2 leonard
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te ma-
ken.
• Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te plegen.
• Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe me-
talen schrapers om de glazen deur schoon te maken, deze
kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak, waardoor
het glas zou kunnen breken.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Montage
Waarschuwing! Alleen een erkende
installatietechnicus mag het apparaat
installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen van
het apparaat, het is zwaar. Draag altijd
veiligheidshandschoenen.
• Trek het apparaat nooit aan de hand-
greep van zijn plaats.
• Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
• Zorg ervoor dat het apparaat onder en
naast veilige installaties wordt geïnstal-
leerd.
• De zijkanten van het apparaat moeten
naast apparaten of units staan van de-
zelfde hoogte.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
Waarschuwing! Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten
door een gediplomeerd elektromonteur
worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
• Controleer of de elektrische informatie op
het typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd,
schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en ver-
lengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet
beschadigt. Neem contact op met de
service-afdeling of een elektromonteur
om een beschadigde hoofdkabel te ver-
vangen.
• Laat de stroomkabel niet in aanraking ko-
men met de deur van het apparaat, met
name niet als deze heet is.
• De schokbescherming van delen onder
stroom en geïsoleerde delen moet op
zo'n manier worden bevestigd dat het
niet zonder gereedschap kan worden
verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie bereikbaar
is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een
losse stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het appa-
raat los te koppelen. Trek altijd aan de
stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie-appara-
ten: stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de houder
worden verwijderd), aardlekschakelaars
en contactgevers.
• De elektrische installatie moet een isola-
tieapparaat bevatten waardoor het appa-
raat volledig van het lichtnet afgesloten
kan worden. Het isolatieapparaat moet
een contactopening hebben met een mi-
nimale breedte van 3 mm.
leonard 3
Gebruik
Waarschuwing! Gevaar op letsel,
brandwonden, elektrische schokken of
een explosie.
• Gebruik dit apparaat in een huishoudelij-
ke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag niet
worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen
niet geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet
onbeheerd achter.
• Schakel het apparaat telkens na gebruik
uit.
• Wees voorzichtig met het openen van de
deur van het apparaat als het apparaat
aan staat. Er kan hete lucht ontsnappen.
• Bedien het apparaat niet met natte han-
den of als het contact maakt met water.
• Oefen geen kracht uit op een geopende
deur.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt
als werkblad of aanrecht.
• Houd de deur van het apparaat altijd
dicht als het apparaat in werking is.
• Open de deur van het apparaat voorzich-
tig. Als u alcoholische toevoegingen ge-
bruikt, kan er alcohol-luchtmengsel ont-
staan.
• Houd vonken of open vlammen uit de
buurt van het apparaat bij het openen
van de deur.
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
Waarschuwing! Risico op schade aan
het apparaat.
• Om schade of verkleuring van het emaille
te voorkomen:
– zet geen kookgerei of andere voorwer-
pen direct op de bodem van het appa-
raat.
- leg geen aluminiumfolie op de bodem
van het apparaat.
- Plaats geen water direct in het hete ap-
paraat.
- Haal vochtige schotels en eten uit het
apparaat als u klaar bent met koken.
- Wees voorzichtig bij het verwijderen of
bevestigen van accessoires.
• Verkleuring van het email heeft geen on-
gewenst effect op de werking van het ap-
paraat. Dit is geen defect dat geldt voor
het recht op garantie.
• Gebruik een diepe braadpan voor vochti-
ge taarten. Fruitsappen kunnen perma-
nente vlekken maken.
Onderhoud en reiniging
Waarschuwing! Gevaar voor letsel,
brand en schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stek-
ker uit het stopcontact voordat u onder-
houdshandelingen verricht.
• Zorg ervoor dat het apparaat is afge-
koeld. Er bestaat een risico dat de glas-
platen kunnen breken.
• Vervang direct de glazen deurpanelen als
deze beschadigd zijn. Neem contact op
met de service-afdeling.
• Wees voorzichtig bij het verwijderen van
de deur uit het apparaat. De deur is
zwaar!
• Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het op-
pervlak achteruitgaat.
• Resterend vet of voedsel in het apparaat
kan brand veroorzaken.
• Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik
geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
• Raadpleeg als u een ovenspray gebruikt
eerst de aanwijzingen op de verpakking.
• Reinig niet het katalytisch emaille (indien
van toepassing) met een schoonmaak-
middel.
Binnenverlichting
• De gloeilampen of halogeenlampen in dit
apparaat zijn uitsluitend bedoeld voor ge-
bruik in huishoudelijke apparaten. Ge-
bruik deze niet voor andere doeleinden.
Waarschuwing! Gevaar voor
elektrische schokken!
• Voordat u het lampje vervangt, dient u de
stekker van het apparaat uit het stopcon-
tact te halen.
• Gebruik alleen lampjes met dezelfde spe-
cificaties.
4 leonard
Verwijdering
Waarschuwing! Gevaar voor letsel of
verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer van het apparaat af en
gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren opgesloten ra-
ken in het apparaat.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
21 3 4 5
6
7
8
1
Bedieningspaneel
2
Temperatuurweergave
3
Knop voor de temperatuur
4
Knop voor de ovenfuncties
5
Stroomindicatielampje
6
Ventilatie-openingen
7
Ovenlampje
8
Typeplaatje
Ovenaccessoires
•
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
• Vlakke bakplaat
Voor gebak en koekjes
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Waarschuwing! Zie de
veiligheidshoofdstukken .
Eerste reiniging
• Verwijder alle onderdelen van het appa-
raat.
• Reinig het apparaat voor het eerste ge-
bruik
Belangrijk! Zie het hoofdstuk 'Onderhoud
en reiniging'.
Voorverwarmen
Dit is om eventuele restanten van het ove-
noppervlak weg te branden. De accessoi-
res kunnen heter worden dan bij normaal
gebruik. Gedurende deze periode kunnen
geurtjes en rook worden afgegeven. Dit is
normaal. Zorg dat er voldoende luchtcircu-
latie is.
Stel de functie
in op 1 uur.
DAGELIJKS GEBRUIK
Waarschuwing! Zie de
veiligheidshoofdstukken .
Het apparaat aan- en uitzetten
1.
Draai de knop voor de ovenfuncties
naar een ovenfunctie.
Het stroomindicatielampje gaat aan als
het apparaat in werking is.
leonard 5
2. Draai de knop voor de temperatuur
naar een temperatuur.
Het temperatuurlampje gaat aan zolang
de temperatuur in het apparaat stijgt.
3. Draai om het apparaat uit te schakelen,
de knop voor de ovenfuncties en de
knop voor de temperatuur in de uit-
stand.
Ovenfuncties
Ovenfunctie Toepassing
Uitstand Het apparaat staat uit.
Boven- en onder-
warmte
Verwarmt de oven met zowel het bovenste als het onderste verwar-
mingselement. Bakken en braden op één ovenniveau.
Bovenste verwar-
mingselement
Verwarmt alleen vanaf de bovenkant van de oven. Voor het afbakken
van gare gerechten.
Onderwarmte
Verwarmt alleen vanaf de onderkant van de oven. Voor het bakken
van taarten met een knapperige bodem.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
Waarschuwing! Zie de
veiligheidshoofdstukken .
Het plaatsen van de bakplaten of -
roosters
Plaats de bakplaten of -roosters tussen de
geleidestangen van één van de ovenni-
veaus.
4
2
1
3
EXTRA FUNCTIES
Koelventilator
Als het apparaat in werking is, wordt de
koelventilator automatisch ingeschakeld om
de oppervlakken van het apparaat koel te
houden. Als u het apparaat uit zet, gaat de
koelventilator uit.
Veiligheidsthermostaat
De veiligheidsthermostaat is een ther-
mische uitschakeling in een actieve
thermostaat.
Om schade door gevaarlijke oververhitting
van de oventhermostaat te verhinderen, be-
schikt de oven over een veiligheidsthermo-
staat die de stroomtoevoer afsluit. Zodra de
temperatuur is gedaald, wordt de oven au-
tomatisch weer ingeschakeld.
Waarschuwing! De
veiligheidsthermostaat werkt enkel
indien de oventhermostaat niet correct
werkt. Als dit gebeurt, is de
oventemperatuur zeer hoog en kunnen
alle gerechten verbranden. U moet
onmiddellijk contact nemen met de
service-afdeling om de
oventhermostaat te vervangen.
6 leonard
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
• Het apparaat heeft vier inzetniveaus. Tel
de inzetniveaus vanaf de bodem van het
apparaat.
• Het apparaat heeft een speciaal systeem
dat de lucht circuleert en voor doorlopen-
de recycling van stoom zorgt. Dankzij dit
systeem is het mogelijk om voedsel te
bereiden in een atmosfeer met stoom en
worden de gerechten zacht van binnen
en knapperig van buiten. Bovendien wor-
den de bereidingstijd en het energiever-
bruik tot een minimum beperkt.
• Vocht kan in het apparaat of op de gla-
zen deuren condenseren. Dit is normaal.
Ga altijd iets terug staan van het appa-
raat als u de deur van het apparaat tij-
dens de werking opent. Om de condens
te verminderen, dient u het apparaat 10
minuten te laten voorverwarmen.
• Veeg na elk gebruik het vocht van het
apparaat.
• Plaats geen voorwerpen direct op de bo-
dem van het apparaat en bedek het niet
met aluminiumfolie als u kookt. Dit kan de
bakresultaten veranderen en de emaille-
laag beschadigen.
Taarten bakken
• De beste temperatuur voor het bereiden
van gebak is tussen de 150 °C en 200
°C.
• Verwarm de oven ongeveer 10 minuten
voor.
• Doe de ovendeur niet open voordat drie-
kwart van de ingestelde baktijd is verstre-
ken.
• Als u twee bakplaten tegelijk gebruikt,
houd dan één niveau vrij tussen de pla-
ten.
Vlees en vis bereiden
• Bereid geen vlees met een gewicht van
minder dan 1 kg. Het bereiden van te
kleine hoeveelheden maakt het vlees
droog.
• Om rood vlees aan de buitenkant goed
gaar en toch sappig te krijgen, dient u de
temperatuur in te stellen op 200 °C-250
°C.
• Voor wit vlees, gevogelte en vis, stelt u
de temperatuur in op 150 °C - 175 °C.
• Gebruik een lekbak voor zeer vet voed-
sel, om te voorkomen dat er vlekken op
de oven komen die mogelijk permanent
zijn.
• Laat het vlees ongeveer 15 minuten rus-
ten voordat u het aansnijdt, zodat het
vleesvocht niet wegloopt.
• Om te veel rook tijdens het braden in de
oven te vermijden, kunt u een beetje wa-
ter in de lekbak gieten. Om rook te ver-
mijden, voegt u water toe wanneer het is
opgedroogd.
Bereidingstijden
Bereidingstijden zijn afhankelijk van het
soort voedsel, de structuur en het volume.
Houd de werking van de oven in de gaten
tijdens de eerste keren dat u het apparaat
gebruikt. Op die manier ontdekt u de beste
instellingen (warmte-instelling, bereidingstijd
etc.) voor uw ovenschalen, recepten en
hoeveelheden wanneer u dit apparaat ge-
bruikt.
Bak- en braadschema
GEBAK
SOORT GERECHT
Boven- en onder-
warmte
Bereidings-
tijd [min]
Notities
Niveau
Temp
[°C]
Schuimtaart 2 170 45-60 In cakevorm
Zandtaartdeeg 2 170 24-34 In cakevorm
Kwarktaart met kar-
nemelk
1 170 60-80 In cakevorm van 26 cm
leonard 7
SOORT GERECHT
Boven- en onder-
warmte
Bereidings-
tijd [min]
Notities
Niveau
Temp
[°C]
Appelgebak (appel-
taart)
1 170 100-120 2 cakevormen van 20 cm op het
bakrooster
Strudel 2 175 60-80 Op bakplaat
Geleitaart 2 170 30-40 In cakevorm van 26 cm
Fruitcake 2 170 60-70 In cakevorm van 26 cm
Biscuittaart (boter-
vrije biscuittaart)
2 170 35-45 In cakevorm van 26 cm
Kerstcake/rijke fruit-
cake
2 170 50-60 In cakevorm van 20 cm
Pruimentaart 2 170 50-60
In broodvorm
1)
Kleine cakes 3 170 20-30 Op vlakke bakplaat
Koekjes 3 150 20-30
Op vlakke bakplaat
1)
Schuimgebakjes 3 100 90-120 Op vlakke bakplaat
Broodjes 3 190 15-20
Op vlakke bakplaat
1)
Soesjes 3 190 25-35
Op vlakke bakplaat
1)
Taartjes 3 180 45-70 In cakevorm van 20 cm
Victoriataart 1 of 2 180 40-55 Links + rechts in cakevorm van 20
cm
1) Verwarm de oven 10 minuten voor.
BROOD EN PIZZA
SOORT GERECHT
Boven- en onder-
warmte
Bereidings-
tijd [min]
Notities
Niveau
Temp
[°C]
Wit brood 1 190 60-70
1 -2 stukken, 500 gram per stuk
1)
Roggebrood 1 190 30-45 In broodvorm
Broodjes 2 190 25-40 6 - 8 broodjes op vlakke bakplaat
1)
Pizza 1 190 20-30
Op een diepe braadpan
1)
Scones 3 200 10-20
Op vlakke bakplaat
1)
1) Verwarm de oven 10 minuten voor.
HARTIGE OVENGERECHTEN
SOORT GERECHT
Boven- en onder-
warmte
Bereidings-
tijd [min]
Ruimte voor aantekeningen
Niveau
Temp
[°C]
Pasta 2 180 40-50 In ovenschaal
Hartige groenten-
taart
2 200 45-60 In ovenschaal
Quiches 1 190 40-50 In ovenschaal
8 leonard
SOORT GERECHT
Boven- en onder-
warmte
Bereidings-
tijd [min]
Ruimte voor aantekeningen
Niveau
Temp
[°C]
Lasagne 2 200 25-40 In ovenschaal
Cannelloni 2 200 25-40 In ovenschaal
Yorkshire pudding 2 220 20-30
6 puddingvormen
1)
1) Warm de oven 10 minuten voor.
VLEES
SOORT GERECHT
Boven- en onder-
warmte
Bereidings-
tijd [min]
Notities
Niveau
Temp
[°C]
Rundvlees 2 200 50-70 Op bakrooster en in de braadpan
Varkensvlees 2 180 90-120 Op bakrooster en in de braadpan
Kalfsvlees 2 190 90-120 Op bakrooster en in de braadpan
Engelse rosbief rood 2 210 44-50 Op bakrooster en in de braadpan
Engelse rosbief me-
dium
2 210 51-55 Op bakrooster en in de braadpan
Engelse rosbief
doorbakken
2 210 55-60 Op bakrooster en in de braadpan
Schouderkarbonade 2 180 120-150 Op een diepe braadpan
Varkensschenkel 2 180 100-120 2 stukken op een diepe braadpan
Lamsvlees 2 190 110-130 Bout
Kip 2 200 70-85 Geheel op een diepe braadpan
Kalkoen 1 180 210-240 Geheel op een diepe braadpan
Eend 2 175 120-150 Geheel op een diepe braadpan
Gans 1 175 150-200 Geheel op een diepe braadpan
Konijn 2 190 60-80 In stukken gesneden
Haas 2 190 150-200 In stukken gesneden
Fazant 2 190 90-120 Geheel op een diepe braadpan
VIS
SOORT GERECHT
Boven- en onder-
warmte
Bereidings-
tijd [min]
Ruimte voor aantekeningen
Niveau
Temp
[°C]
Forel/zeebrasem 2 190 40-55 3-4 vissen
Tonijn/zalm 2 190 35-60 4-6 filets
ONDERHOUD EN REINIGING
Waarschuwing! Zie de
veiligheidshoofdstukken .
• Maak de voorkant van het apparaat
schoon met een zachte doek en een
warm sopje.
leonard 9
• Gebruik voor de metalen oppervlakken
een universeel reinigingsmiddel.
• Reinig de binnenkant van de oven na elk
gebruik. Verontreinigingen laten zich dan
het makkelijkst verwijderen en kunnen
dan niet aanbranden.
• Verwijder hardnekkig vuil met een specia-
le ovenreiniger.
• Maak alle oventoebehoren na elk gebruik
schoon met een zachte doek en een
warm sopje en een reinigingsmiddel en
laat ze drogen.
• Toebehoren met antiaanbaklaag mogen
niet worden schoon gemaakt met een
agressieve reinigingsmiddel, voorwerpen
met scherpe randen of afwasautomaat.
Hierdoor kan de antiaanbaklaag onher-
stelbaar worden beschadigd!
Apparaten van roestvrij staal of
aluminium:
Reinig de ovendeur alleen met een nat-
te spons. Droog hem af met een zach-
te doek.
Gebruik geen staalwol, zuren of bijten-
de materialen, omdat deze het ovenop-
pervlak kunnen beschadigen. Reinig
het bedieningspaneel van de oven net
zo voorzichtig
De afdichting van de deur
schoonmaken
• Voer regelmatig een controle van de af-
dichting van de deur uit. De afdichting
van de deur bevindt zich rondom het fra-
me van de binnenkant van de oven. Ge-
bruik het apparaat niet als de afdichting
van de deur is beschadigd. Neem con-
tact op met de service-afdeling.
• Voor meer informatie over het schoon-
maken van de afdichting van de deur,
raadpleegt u de algemene informatie over
reiniging.
Ovenlampje
Waarschuwing! Wees voorzichtig bij
het vervangen van het ovenlampje.
Schakel het apparaat altijd uit alvorens
u het lampje gaat vervangen. Er
bestaat risico op elektrische schokken.
Waarschuwing! De lampjes die in dit
apparaat worden gebruikt, zijn speciale
lampjes voor huishoudelijke apparaten.
Gebruik deze niet om kamers of delen
van kamers in het huis te verlichten. Als
u een lampje moet vervangen, moet
het reservelampje hetzelfde vermogen
hebben en uitsluitend geschikt zijn voor
gebruik in huishoudelijke apparaten.
Voordat u het ovenlampje vervangt:
• Schakel het apparaat uit.
• Verwijder de zekeringen in de zekerin-
genkast, of schakel de stroomonderbre-
ker uit.
• Leg een doek op de bodem van de oven.
Hierdoor voorkomt u schade aan het
ovenlampje en de glazen afdekking.
Het ovenlampje vervangen:
1.
Het afdekglas van het lampje bevindt
zich aan de achterkant van de oven-
ruimte.
Draai het afdekglas van de lamp naar
rechts en verwijder het.
2.
Reinig het afdekglas.
3.
Vervang het ovenlampje met een rele-
vant, tegen 300 °C hittebestendig
ovenlampje.
Gebruik uitsluitend hetzelfde ovenlamp-
type als het reservelampje. Het moet
hetzelfde vermogen hebben en uitslui-
tend geschikt zijn voor gebruik in huis-
houdelijke apparaten.
4.
Plaats het afdekglas terug.
De ovendeur reinigen
De ovendeur beschikt over twee glasplaten.
U kunt de ovendeur en de interne glasplaat
uit de oven verwijderen om ze schoon te
maken.
De ovendeur kan dichtslaan als u de
binnenste glasplaat probeert te verwij-
deren voordat u de ovendeur hebt ver-
wijderd.
10 leonard
De ovendeur en de glasplaat
verwijderen
1.
Open de deur volledig en houd de twee
deurscharnieren vast.
2.
Til de hendels op de twee scharnieren
omhoog en draai ze.
3.
Sluit de ovendeur in de eerste ope-
ningsstand (halfopen). Trek hem daarna
naar voren en haal hem uit zijn zitting.
4. Leg de deur op een zachte doek op
een stabiele ondergrond.
5. Maak het vergrendelingssysteem open
om de binnenste glasplaat te verwijde-
ren.
6.
Draai de twee bevestigingen 90° en
verwijder ze uit hun zittingen.
leonard 11
7. Til de glasplaat voorzichtig op (stap 1)
en verwijder de glasplaat uit de deur
(stap 2).
Reinig de glasplaat met een sopje. Droog
de glasplaat voorzichtig af.
De deur en de glasplaten terugplaatsen
Als u de glasplaten en de ovendeur heeft
schoongemaakt, plaatst u ze terug. Voer
bovenstaande stappen uit in de omgekeer-
de volgorde.
Wanneer u de glasplaat met een decoratief
frame monteert, moet u zorgen dat de be-
drukte zijde naar de binnenkant van de deur
is gericht. Zorg ervoor dat na de installatie
het oppervlak van de glazen paneelrand
niet ruw aanvoelt als u het aanraakt.
Zorg ervoor dat u de interne glasplaat cor-
rect in de uitsparingen plaatst (zie afbeel-
ding).
PROBLEMEN OPLOSSEN
Waarschuwing! Zie de
veiligheidshoofdstukken .
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat wordt niet warm. Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in. Raad-
pleeg "Dagelijks gebruik".
Het apparaat wordt niet warm. De zekering in de zekeringkast
is doorgebrand.
Controleer de zekering. Als de
zekering meer dan een keer
doorslaat, moet u contact op-
nemen met een bevoegde
elektricien.
Het ovenlampje brandt niet. Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje.
Stoom en condens slaan neer
op de gerechten en in de oven-
ruimte.
Het gerecht heeft te lang in de
oven gestaan.
Laat gerechten na het einde
van de baktijd niet langer dan
15-20 minuten in de oven
staan.
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen,
neem dan contact op met uw verkoper of
de klantenservice.
De contactgegevens van het servicecen-
trum staan op het typeplaatje. Het typepla-
tje bevindt zich aan de voorkant van de bin-
nenkant van het apparaat.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
12 leonard
Serienummer (S.N.) .........................................
MONTAGE
Waarschuwing! Zie de
veiligheidshoofdstukken .
594
7
20
570
590
540
560
50
587
550 min
560÷570
550 min
600
560-570
80÷100
A
B
Elektrische installatie
Waarschuwing! De elektrische
installatie mag uitsluitend worden
uitgevoerd door een gekwalificeerd en
deskundig persoon.
leonard 13
De fabrikant is niet verantwoordelijk in
het geval dat u de veiligheidsmaatrege-
len uit het hoofdstuk 'Veiligheidsinfor-
matie' niet opvolgt.
Dit apparaat wordt geleverd met stekker en
netsnoer.
De kabel
Kabeltypes die van toepassing zijn op de
installatie of vervanging: H07 RN-F, H05
RN-F, H05 RRF, H05 VV-F, H05 V2V2-F
(T90), H05 BB-F.
Voor het deel van de kabel raadpleegt u het
totale vermogen (op het typeplaatje) en de
tabel:
Totaal vermogen Deel van de kabel
maximaal 1380 W 3 x 0,75 mm²
maximaal 2300 W 3 x 1 mm²
maximaal 3680 W 3 x 1,5 mm²
De massakabel (groene/gele kabel) moet 2
cm langer zijn dan de fase- en neutrale ka-
bels (blauwe en bruine kabels).
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet
als huishoudafval mag worden behandeld,
maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt gerecycled.
Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijke negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen voordoen in
geval van verkeerde afvalverwerking. Voor
gedetailleerdere informatie over het
recyclen van dit product, kunt u contact
opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
Verpakkingsmateriaal
Het verpakkingsmateriaal is milieuvrien-
delijk en geschikt voor hergebruik
Kunststofonderdelen worden aange-
duid met internationale afkortingen,
zoals PE, PS, etc. Gooi het verpak-
kingsmateriaal weg in de daarvoor be-
stemde containers van uw vuilnisop-
haaldienst.
14 leonard

Documenttranscriptie

2 leonard INHOUD Veiligheidsinformatie Veiligheidsvoorschriften Beschrijving van het product Voor het eerste gebruik Dagelijks gebruik Gebruik van de accessoires 2 3 5 5 5 6 Extra functies 6 Nuttige aanwijzingen en tips 7 Onderhoud en reiniging 9 Problemen oplossen 12 Montage 13 Milieubescherming 14 Wijzigingen voorbehouden. VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik. Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen Waarschuwing! Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit. • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan van een volwassene of van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. • Laat kinderen niet met het apparaat spelen. • Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. • Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet. • Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren. • Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht. Algemene veiligheid • Van binnen wordt het apparaat heet als het in werking is. Raak de verwarmingselementen in het apparaat niet aan. Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of kookgerei te plaatsen of verwijderen. leonard 3 • Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te maken. • Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te plegen. • Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe metalen schrapers om de glazen deur schoon te maken, deze kunnen krassen veroorzaken op het oppervlak, waardoor het glas zou kunnen breken. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN Montage Waarschuwing! Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren. • Verwijder alle verpakkingsmaterialen. • Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. • Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. • Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen. • Trek het apparaat nooit aan de handgreep van zijn plaats. • Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht. • Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd. • De zijkanten van het apparaat moeten naast apparaten of units staan van dezelfde hoogte. Aansluiting op het elektriciteitsnet Waarschuwing! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt. • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. • Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur. • Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact. • Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. • Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Neem contact op met de service-afdeling of een elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen. • Laat de stroomkabel niet in aanraking komen met de deur van het apparaat, met name niet als deze heet is. • De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst. • Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. • Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting. • Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. • Gebruik alleen de juiste isolatie-apparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers. • De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm. 4 leonard Gebruik Waarschuwing! Gevaar op letsel, brandwonden, elektrische schokken of een explosie. • Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omgeving. • De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. • Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn. • Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter. • Schakel het apparaat telkens na gebruik uit. • Wees voorzichtig met het openen van de deur van het apparaat als het apparaat aan staat. Er kan hete lucht ontsnappen. • Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water. • Oefen geen kracht uit op een geopende deur. • Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht. • Houd de deur van het apparaat altijd dicht als het apparaat in werking is. • Open de deur van het apparaat voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er alcohol-luchtmengsel ontstaan. • Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de deur. • Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. Waarschuwing! Risico op schade aan het apparaat. • Om schade of verkleuring van het emaille te voorkomen: – zet geen kookgerei of andere voorwerpen direct op de bodem van het apparaat. - leg geen aluminiumfolie op de bodem van het apparaat. - Plaats geen water direct in het hete apparaat. - Haal vochtige schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken. - Wees voorzichtig bij het verwijderen of bevestigen van accessoires. • Verkleuring van het email heeft geen ongewenst effect op de werking van het ap- paraat. Dit is geen defect dat geldt voor het recht op garantie. • Gebruik een diepe braadpan voor vochtige taarten. Fruitsappen kunnen permanente vlekken maken. Onderhoud en reiniging Waarschuwing! Gevaar voor letsel, brand en schade aan het apparaat. • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. • Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken. • Vervang direct de glazen deurpanelen als deze beschadigd zijn. Neem contact op met de service-afdeling. • Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar! • Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat. • Resterend vet of voedsel in het apparaat kan brand veroorzaken. • Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. • Raadpleeg als u een ovenspray gebruikt eerst de aanwijzingen op de verpakking. • Reinig niet het katalytisch emaille (indien van toepassing) met een schoonmaakmiddel. Binnenverlichting • De gloeilampen of halogeenlampen in dit apparaat zijn uitsluitend bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. Gebruik deze niet voor andere doeleinden. Waarschuwing! Gevaar voor elektrische schokken! • Voordat u het lampje vervangt, dient u de stekker van het apparaat uit het stopcontact te halen. • Gebruik alleen lampjes met dezelfde specificaties. leonard 5 Verwijdering Waarschuwing! Gevaar voor letsel of verstikking. • Haal de stekker uit het stopcontact. • Snijd het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. • Verwijder de deurgreep om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT Algemeen overzicht 1 2 3 4 5 6 7 1 2 3 4 5 6 7 8 Bedieningspaneel Temperatuurweergave Knop voor de temperatuur Knop voor de ovenfuncties Stroomindicatielampje Ventilatie-openingen Ovenlampje Typeplaatje 8 Ovenaccessoires • Bakrooster Voor kookgerei, bak- en braadvormen. • Vlakke bakplaat Voor gebak en koekjes VOOR HET EERSTE GEBRUIK Waarschuwing! Zie de veiligheidshoofdstukken . Eerste reiniging • Verwijder alle onderdelen van het apparaat. • Reinig het apparaat voor het eerste gebruik Belangrijk! Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging'. Voorverwarmen Dit is om eventuele restanten van het ovenoppervlak weg te branden. De accessoires kunnen heter worden dan bij normaal gebruik. Gedurende deze periode kunnen geurtjes en rook worden afgegeven. Dit is normaal. Zorg dat er voldoende luchtcirculatie is. in op 1 uur. Stel de functie DAGELIJKS GEBRUIK Waarschuwing! Zie de veiligheidshoofdstukken . Het apparaat aan- en uitzetten 1. Draai de knop voor de ovenfuncties naar een ovenfunctie. Het stroomindicatielampje gaat aan als het apparaat in werking is. 6 leonard 2. Draai de knop voor de temperatuur naar een temperatuur. Het temperatuurlampje gaat aan zolang de temperatuur in het apparaat stijgt. 3. Draai om het apparaat uit te schakelen, de knop voor de ovenfuncties en de knop voor de temperatuur in de uitstand. Ovenfuncties Ovenfunctie Toepassing Uitstand Het apparaat staat uit. Boven- en onderwarmte Verwarmt de oven met zowel het bovenste als het onderste verwarmingselement. Bakken en braden op één ovenniveau. Bovenste verwarmingselement Verwarmt alleen vanaf de bovenkant van de oven. Voor het afbakken van gare gerechten. Onderwarmte Verwarmt alleen vanaf de onderkant van de oven. Voor het bakken van taarten met een knapperige bodem. GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES Waarschuwing! Zie de veiligheidshoofdstukken . Het plaatsen van de bakplaten of roosters Plaats de bakplaten of -roosters tussen de geleidestangen van één van de ovenniveaus. 4 3 2 1 EXTRA FUNCTIES Koelventilator Als het apparaat in werking is, wordt de koelventilator automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Als u het apparaat uit zet, gaat de koelventilator uit. Veiligheidsthermostaat De veiligheidsthermostaat is een thermische uitschakeling in een actieve thermostaat. Om schade door gevaarlijke oververhitting van de oventhermostaat te verhinderen, be- schikt de oven over een veiligheidsthermostaat die de stroomtoevoer afsluit. Zodra de temperatuur is gedaald, wordt de oven automatisch weer ingeschakeld. Waarschuwing! De veiligheidsthermostaat werkt enkel indien de oventhermostaat niet correct werkt. Als dit gebeurt, is de oventemperatuur zeer hoog en kunnen alle gerechten verbranden. U moet onmiddellijk contact nemen met de service-afdeling om de oventhermostaat te vervangen. leonard 7 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS • Het apparaat heeft vier inzetniveaus. Tel de inzetniveaus vanaf de bodem van het apparaat. • Het apparaat heeft een speciaal systeem dat de lucht circuleert en voor doorlopende recycling van stoom zorgt. Dankzij dit systeem is het mogelijk om voedsel te bereiden in een atmosfeer met stoom en worden de gerechten zacht van binnen en knapperig van buiten. Bovendien worden de bereidingstijd en het energieverbruik tot een minimum beperkt. • Vocht kan in het apparaat of op de glazen deuren condenseren. Dit is normaal. Ga altijd iets terug staan van het apparaat als u de deur van het apparaat tijdens de werking opent. Om de condens te verminderen, dient u het apparaat 10 minuten te laten voorverwarmen. • Veeg na elk gebruik het vocht van het apparaat. • Plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet met aluminiumfolie als u kookt. Dit kan de bakresultaten veranderen en de emaillelaag beschadigen. Taarten bakken • De beste temperatuur voor het bereiden van gebak is tussen de 150 °C en 200 °C. • Verwarm de oven ongeveer 10 minuten voor. • Doe de ovendeur niet open voordat driekwart van de ingestelde baktijd is verstreken. • Als u twee bakplaten tegelijk gebruikt, houd dan één niveau vrij tussen de platen. Vlees en vis bereiden • Bereid geen vlees met een gewicht van minder dan 1 kg. Het bereiden van te kleine hoeveelheden maakt het vlees droog. • Om rood vlees aan de buitenkant goed gaar en toch sappig te krijgen, dient u de temperatuur in te stellen op 200 °C-250 °C. • Voor wit vlees, gevogelte en vis, stelt u de temperatuur in op 150 °C - 175 °C. • Gebruik een lekbak voor zeer vet voedsel, om te voorkomen dat er vlekken op de oven komen die mogelijk permanent zijn. • Laat het vlees ongeveer 15 minuten rusten voordat u het aansnijdt, zodat het vleesvocht niet wegloopt. • Om te veel rook tijdens het braden in de oven te vermijden, kunt u een beetje water in de lekbak gieten. Om rook te vermijden, voegt u water toe wanneer het is opgedroogd. Bereidingstijden Bereidingstijden zijn afhankelijk van het soort voedsel, de structuur en het volume. Houd de werking van de oven in de gaten tijdens de eerste keren dat u het apparaat gebruikt. Op die manier ontdekt u de beste instellingen (warmte-instelling, bereidingstijd etc.) voor uw ovenschalen, recepten en hoeveelheden wanneer u dit apparaat gebruikt. Bak- en braadschema GEBAK SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Bereidingstijd [min] Notities 170 45-60 In cakevorm 2 170 24-34 In cakevorm 1 170 60-80 In cakevorm van 26 cm Niveau Temp [°C] Schuimtaart 2 Zandtaartdeeg Kwarktaart met karnemelk 8 leonard SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Bereidingstijd [min] Notities Niveau Temp [°C] Appelgebak (appeltaart) 1 170 100-120 Strudel 2 175 60-80 Op bakplaat Geleitaart 2 170 30-40 In cakevorm van 26 cm Fruitcake 2 170 60-70 In cakevorm van 26 cm Biscuittaart (botervrije biscuittaart) 2 170 35-45 In cakevorm van 26 cm Kerstcake/rijke fruitcake 2 170 50-60 In cakevorm van 20 cm Pruimentaart 2 170 50-60 In broodvorm 1) Kleine cakes 3 170 20-30 Op vlakke bakplaat Koekjes 3 150 20-30 Op vlakke bakplaat1) Schuimgebakjes 3 100 90-120 Op vlakke bakplaat Broodjes 3 190 15-20 Op vlakke bakplaat1) Soesjes 3 190 25-35 Op vlakke bakplaat1) 3 180 45-70 In cakevorm van 20 cm 1 of 2 180 40-55 Links + rechts in cakevorm van 20 cm Taartjes Victoriataart 2 cakevormen van 20 cm op het bakrooster 1) Verwarm de oven 10 minuten voor. BROOD EN PIZZA Boven- en onderwarmte Bereidingstijd [min] Notities 190 60-70 1 -2 stukken, 500 gram per stuk1) 190 30-45 In broodvorm 2 190 25-40 6 - 8 broodjes op vlakke bakplaat Pizza 1 190 20-30 Op een diepe braadpan1) Scones 3 200 10-20 Op vlakke bakplaat1) Bereidingstijd [min] Ruimte voor aantekeningen SOORT GERECHT Niveau Temp [°C] Wit brood 1 Roggebrood 1 Broodjes 1) 1) Verwarm de oven 10 minuten voor. HARTIGE OVENGERECHTEN SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Niveau Temp [°C] Pasta 2 180 40-50 In ovenschaal Hartige groententaart 2 200 45-60 In ovenschaal Quiches 1 190 40-50 In ovenschaal leonard 9 SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Bereidingstijd [min] Ruimte voor aantekeningen 200 25-40 In ovenschaal 200 25-40 In ovenschaal 220 20-30 6 puddingvormen 1) Bereidingstijd [min] Notities Niveau Temp [°C] Lasagne 2 Cannelloni 2 Yorkshire pudding 2 1) Warm de oven 10 minuten voor. VLEES SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Niveau Temp [°C] Rundvlees 2 200 50-70 Op bakrooster en in de braadpan Varkensvlees 2 180 90-120 Op bakrooster en in de braadpan Kalfsvlees 2 190 90-120 Op bakrooster en in de braadpan Engelse rosbief rood 2 210 44-50 Op bakrooster en in de braadpan Engelse rosbief medium 2 210 51-55 Op bakrooster en in de braadpan Engelse rosbief doorbakken 2 210 55-60 Op bakrooster en in de braadpan Schouderkarbonade 2 180 120-150 Op een diepe braadpan Varkensschenkel 2 180 100-120 2 stukken op een diepe braadpan Lamsvlees 2 190 110-130 Bout Kip 2 200 70-85 Geheel op een diepe braadpan Kalkoen 1 180 210-240 Geheel op een diepe braadpan Eend 2 175 120-150 Geheel op een diepe braadpan Gans 1 175 150-200 Geheel op een diepe braadpan Konijn 2 190 60-80 In stukken gesneden Haas 2 190 150-200 In stukken gesneden Fazant 2 190 90-120 Geheel op een diepe braadpan Bereidingstijd [min] Ruimte voor aantekeningen VIS SOORT GERECHT Boven- en onderwarmte Niveau Temp [°C] Forel/zeebrasem 2 190 40-55 3-4 vissen Tonijn/zalm 2 190 35-60 4-6 filets ONDERHOUD EN REINIGING Waarschuwing! Zie de veiligheidshoofdstukken . • Maak de voorkant van het apparaat schoon met een zachte doek en een warm sopje. 10 leonard • Gebruik voor de metalen oppervlakken een universeel reinigingsmiddel. • Reinig de binnenkant van de oven na elk gebruik. Verontreinigingen laten zich dan het makkelijkst verwijderen en kunnen dan niet aanbranden. • Verwijder hardnekkig vuil met een speciale ovenreiniger. • Maak alle oventoebehoren na elk gebruik schoon met een zachte doek en een warm sopje en een reinigingsmiddel en laat ze drogen. • Toebehoren met antiaanbaklaag mogen niet worden schoon gemaakt met een agressieve reinigingsmiddel, voorwerpen met scherpe randen of afwasautomaat. Hierdoor kan de antiaanbaklaag onherstelbaar worden beschadigd! Apparaten van roestvrij staal of aluminium: Reinig de ovendeur alleen met een natte spons. Droog hem af met een zachte doek. Gebruik geen staalwol, zuren of bijtende materialen, omdat deze het ovenoppervlak kunnen beschadigen. Reinig het bedieningspaneel van de oven net zo voorzichtig De afdichting van de deur schoonmaken • Voer regelmatig een controle van de afdichting van de deur uit. De afdichting van de deur bevindt zich rondom het frame van de binnenkant van de oven. Gebruik het apparaat niet als de afdichting van de deur is beschadigd. Neem contact op met de service-afdeling. • Voor meer informatie over het schoonmaken van de afdichting van de deur, raadpleegt u de algemene informatie over reiniging. Ovenlampje Waarschuwing! Wees voorzichtig bij het vervangen van het ovenlampje. Schakel het apparaat altijd uit alvorens u het lampje gaat vervangen. Er bestaat risico op elektrische schokken. Waarschuwing! De lampjes die in dit apparaat worden gebruikt, zijn speciale lampjes voor huishoudelijke apparaten. Gebruik deze niet om kamers of delen van kamers in het huis te verlichten. Als u een lampje moet vervangen, moet het reservelampje hetzelfde vermogen hebben en uitsluitend geschikt zijn voor gebruik in huishoudelijke apparaten. Voordat u het ovenlampje vervangt: • Schakel het apparaat uit. • Verwijder de zekeringen in de zekeringenkast, of schakel de stroomonderbreker uit. • Leg een doek op de bodem van de oven. Hierdoor voorkomt u schade aan het ovenlampje en de glazen afdekking. Het ovenlampje vervangen: 1. Het afdekglas van het lampje bevindt zich aan de achterkant van de ovenruimte. Draai het afdekglas van de lamp naar rechts en verwijder het. 2. Reinig het afdekglas. 3. Vervang het ovenlampje met een relevant, tegen 300 °C hittebestendig ovenlampje. Gebruik uitsluitend hetzelfde ovenlamptype als het reservelampje. Het moet hetzelfde vermogen hebben en uitsluitend geschikt zijn voor gebruik in huishoudelijke apparaten. 4. Plaats het afdekglas terug. De ovendeur reinigen De ovendeur beschikt over twee glasplaten. U kunt de ovendeur en de interne glasplaat uit de oven verwijderen om ze schoon te maken. De ovendeur kan dichtslaan als u de binnenste glasplaat probeert te verwijderen voordat u de ovendeur hebt verwijderd. leonard 11 De ovendeur en de glasplaat verwijderen 1. Open de deur volledig en houd de twee deurscharnieren vast. 2. Til de hendels op de twee scharnieren omhoog en draai ze. 3. Sluit de ovendeur in de eerste openingsstand (halfopen). Trek hem daarna naar voren en haal hem uit zijn zitting. 4. Leg de deur op een zachte doek op een stabiele ondergrond. 5. Maak het vergrendelingssysteem open om de binnenste glasplaat te verwijderen. 6. Draai de twee bevestigingen 90° en verwijder ze uit hun zittingen. 12 leonard 7. Til de glasplaat voorzichtig op (stap 1) en verwijder de glasplaat uit de deur (stap 2). drukte zijde naar de binnenkant van de deur is gericht. Zorg ervoor dat na de installatie het oppervlak van de glazen paneelrand niet ruw aanvoelt als u het aanraakt. Zorg ervoor dat u de interne glasplaat correct in de uitsparingen plaatst (zie afbeelding). Reinig de glasplaat met een sopje. Droog de glasplaat voorzichtig af. De deur en de glasplaten terugplaatsen Als u de glasplaten en de ovendeur heeft schoongemaakt, plaatst u ze terug. Voer bovenstaande stappen uit in de omgekeerde volgorde. Wanneer u de glasplaat met een decoratief frame monteert, moet u zorgen dat de be- PROBLEMEN OPLOSSEN Waarschuwing! Zie de veiligheidshoofdstukken . Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat wordt niet warm. Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in. Raadpleeg "Dagelijks gebruik". Het apparaat wordt niet warm. De zekering in de zekeringkast is doorgebrand. Controleer de zekering. Als de zekering meer dan een keer doorslaat, moet u contact opnemen met een bevoegde elektricien. Het ovenlampje brandt niet. Het ovenlampje is kapot. Vervang het ovenlampje. Stoom en condens slaan neer op de gerechten en in de ovenruimte. Het gerecht heeft te lang in de oven gestaan. Laat gerechten na het einde van de baktijd niet langer dan 15-20 minuten in de oven staan. Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de klantenservice. De contactgegevens van het servicecentrum staan op het typeplaatje. Het typepla- tje bevindt zich aan de voorkant van de binnenkant van het apparaat. Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren: Model (MOD.) ......................................... Productnummer (PNC) ......................................... leonard 13 Serienummer (S.N.) ......................................... MONTAGE Waarschuwing! Zie de veiligheidshoofdstukken . 540 in 550 m 560 600 20 00 ÷1 80 560 570 590 -570 594 7 50 in 560 ÷57 587 550 m 0 A B Elektrische installatie Waarschuwing! De elektrische installatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en deskundig persoon. 14 leonard De fabrikant is niet verantwoordelijk in het geval dat u de veiligheidsmaatregelen uit het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie' niet opvolgt. Voor het deel van de kabel raadpleegt u het totale vermogen (op het typeplaatje) en de tabel: Totaal vermogen Deel van de kabel Dit apparaat wordt geleverd met stekker en netsnoer. maximaal 1380 W 3 x 0,75 mm² maximaal 2300 W 3 x 1 mm² De kabel Kabeltypes die van toepassing zijn op de installatie of vervanging: H07 RN-F, H05 RN-F, H05 RRF, H05 VV-F, H05 V2V2-F (T90), H05 BB-F. maximaal 3680 W 3 x 1,5 mm² De massakabel (groene/gele kabel) moet 2 cm langer zijn dan de fase- en neutrale kabels (blauwe en bruine kabels). MILIEUBESCHERMING Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. Verpakkingsmateriaal Het verpakkingsmateriaal is milieuvriendelijk en geschikt voor hergebruik Kunststofonderdelen worden aangeduid met internationale afkortingen, zoals PE, PS, etc. Gooi het verpakkingsmateriaal weg in de daarvoor bestemde containers van uw vuilnisophaaldienst.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Leonard LBN1110X Handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
Handleiding