Makita 6798FD de handleiding

Categorie
Elektrisch gereedschap
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

GB
Cordless Screwdriver Instruction Manual
F
Visseuse sans fil Manuel d’instructions
D
Akku-Schrauber Betriebsanleitung
I
Avvitatrice a batteria Istruzioni per l’uso
NL
Snoerloze schroevendraaier Gebruiksaanwijzing
E
Atornillador a batería Manual de instrucciones
P
Aparafusadora a bateria Manual de instruço˜es
DK
Akku skruemaskine Brugsanvisning
S
Sladdlös momentskruvdragare Bruksanvisning
N
Akku momentskrutrekker Bruksanvisning
SF
Langaton ruuvinväännin Käyttöohje
GR
∞Û‡ÚÌ·ÙÔ Î·ÙÛ·‚›‰È √‰ËÁ›Â˜ ¯Ú‹Ûˆ˜
6796D/6796FD
6797D/6797FD
6798D/6798FD
NEDERLANDS
Verklaring van algemene gegevens
1 Accu
2 Stelplaat
3 Boor
4 Bus
5 Schaalverdelingen
6 Regelhandgreep
7 Trekschakelaar
8 Lampjes
9 Omkeerschakelaar
10 Kant A
11 Kant B
12 Rechtsom
13 Linksom
14 Waarschuwingslampje
15 Capaciteitslimiet van
6796D/FD
16 Aandraaicapaciteitsbereik
17 Omwentelingshoek ( °)
18 Aandraaimoment (Nzm)
19 Capaciteitslimiet van
6797D/FD
20 Capaciteitslimiet van
6798D/FD
21 Limietstreep
22 Borstelhouderdop
23 Schroevendraaier
TECHNISCHE GEGEVENS
Model 6796D/FD 6797D/FD 6798D/FD
Toerental onbelast/min. .............................................. 320 320 320
Aandraaimoment ........................................................ 1–5N
.
m 2–8N
.
m 6–12N
.
m
Totale lengte ............................................................... 174 mm 174 mm 174 mm
Netto gewicht .............................................................. 1,4 kg 1,4 kg 1,4 kg
Nominale spanning ..................................................... DC 9,6 V DC 9,6 V DC 9,6 V
In verband met ononderbroken research en ontwik-
keling behouden wij ons het recht voor boven-
staande technische gegevens te wijzigen zonder
voorafgaande kennisgeving.
Opmerking: De technische gegevens kunnen van
land tot land verschillen.
Veiligheidswenken
Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheids-
voorschriften nauwkeurig op te volgen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOOR-
SCHRIFTEN VOOR ACCULADER EN
ACCU
1. BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN Deze
gebruiksaanwijzing bevat belangrijke
veiligheids- en bedieningsvoorschriften
betreffende de acculader.
2. Lees alle instructies en waarschuwingen die
zijn aangebracht op (1) de acculader, (2) de
accu en (3) het product waarvoor de accu
wordt gebruikt, aandachtig door alvorens de
acculader in gebruik te nemen.
3. LET OP — Om gevaar voor verwonding te
voorkomen, dient u met de acculader uitslui-
tend MAKITA oplaadbare accu’s te laden.
Accu’s van andere merken kunnen gaan bars-
ten en aldus verwondingen of schade veroor-
zaken.
4. Stel de acculader niet bloot aan regen of
sneeuw.
5. Het gebruik van accessoires die niet door de
fabrikant van de acculader worden verkocht of
aanbevolen, kan brandgevaar, elektrische
schok of verwondingen veroorzaken.
6. Om beschadiging van het netsnoer en de stek-
ker te voorkomen, moet u de stekker vastpak-
ken om het netsnoer uit het stopcontact te
halen.
7. Zorg ervoor dat het netsnoer zodanig op de
grond is geplaatst, dat niemand erop kan stap-
pen of erover kan struikelen, en dat het niet
aan beschadiging of druk is blootgesteld.
8. Gebruik de acculader niet met een beschadigd
netsnoer of een beschadigde stekker. Vervang
deze onmiddellijk.
9. Gebruik de acculader niet indien deze een
zware stoot heeft ondergaan, op de grond is
gevallen, of een andere vorm van beschadi-
ging heeft opgelopen; laat deze door een
bevoegde monteur nakijken.
10. Neem de acculader of de accu niet uit elkaar;
breng deze naar een bevoegde monteur wan-
neer onderhoud of reparatie nodig is. Het
onjuist opnieuw ineenzetten kan namelijk een
elektrische schok of brandgevaar opleveren.
11. Om gevaar voor elektrische schok te voorko-
men, moet u de stekker van de acculader uit
het stopcontact halen alvorens met onder-
houd of reinigen te beginnen. Het gevaar voor
elektrische schok wordt niet voorkomen door
het gereedschap alleen maar uit te schakelen.
12. De acculader mag niet worden gebruikt door
kleine kinderen of geestelijk gehandicapten
waarop geen toezicht wordt gehouden.
13. Houd toezicht op kleine kinderen om te voor-
komen dat deze met de acculader gaan spelen.
14. Als de gebruiksduur van de accu bijzonder
kort geworden is, moet u het gebruik ervan
onmiddellijk stopzetten omdat er anders
gevaar is voor oververhitting, brandwonden
en zelfs een explosie.
15. Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgeko-
men, moet u deze spoelen met schoon water
en onmiddellijk de hulp van een dokter inroe-
pen. Elektrolyt in de ogen kan blindheid ver-
oorzaken.
19
AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOOR-
SCHRIFTEN VOOR ACCULADER EN
ACCU
1. Laad de accu niet op bij een temperatuur
BENEDEN 10°C of BOVEN 40°C.
2. Gebruik voor het opladen nooit een verho-
gingstransformator, een dynamo of een
gelijkstroombron.
3. Zorg ervoor dat de ventilatiegaten van de
acculader door niets worden afgedekt of ver-
stopt.
4. Bedek altijd de accuklemmen met het accu-
deksel wanneer u de accu niet gebruikt.
5. Sluit de accu niet kort:
(1) Breng de accuklemmen nooit in aanraking
met een geleidend materiaal.
(2) Bewaar de accu niet in een bak waarin
andere metalen voorwerpen zoals spijkers,
munten e.d. worden bewaard.
(3) Stel de accu niet bloot aan water of regen.
Een kortsluiting van de accu kan oorzaak zijn
van een grote stroomafgifte, oververhitting,
mogelijke brandwonden en zelfs een defect
van de accu.
6. Bewaar het gereedschap en de accu niet op
plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot
50°C of hoger.
7. Werp de accu nooit in het vuur, ook niet
wanneer hij zwaar beschadigd of volledig ver-
sleten is. De accu kan dan immers ontploffen.
8. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen
en hem niet aan schokken of stoten blootstelt.
9. Laad de accu niet op in een bak of container.
Laad hem uitsluitend op in een goed geventi-
leerde ruimte.
AANVULLENDE
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR HET GEREEDSCHAP
1. Denk eraan dat dit gereedschap altijd
gebruiksklaar is, omdat het niet op een stop-
contact hoeft te worden aangesloten.
2. Houd het gereedschap bij de geïsoleerde
handgrepen vast wanneer u boort op plaatsen
waar het gereedschap met verborgen elek-
trische bedrading in aanraking kan komen.
Door contact met een onder spanning staande
draad, zullen ook de niet-geïsoleerde metalen
delen van het gereedschap onder spanning
komen te staan en zal de gebruiker een elek-
trische schok krijgen.
3. Zorg ervoor dat u altijd stevige steun voor de
voeten hebt.
Controleer of er zich niemand beneden bev-
indt wanneer u het gereedschap op een hoge
plaats gaat gebruiken.
4. Houd het gereedschap stevig vast.
5. Houd uw handen uit de buurt van roterende
onderdelen.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN
Plaatsen en verwijderen van het batterijpak
(Fig. 1)
Schakel het gereedschap altijd uit voordat het bat-
terijpak geplaatst of verwijderd wordt.
Om het batterijpak te verwijderen, trek eerst de
sluitplaat uit het gereedschap, pak dan het batterij-
pak aan beide zijden vast en verwijder het uit het
gereedschap.
Voor het plaatsen van de batterijpak zorgt u ervoor
dat de rug op de batterijpak in de groef van het
batterijkompartiment komt, waarna u de batterijpak
naar binnen schuift. Klap alvorens het gereedschap
te gebruiken de stelplaat oftewel deksel weer dicht,
kontroleer of de stelplaat goed vast geklemd zit en
niet gemakkelijk opengaat.
Als het batterijpak moeilijk in de houder komt,
probeer het dan niet met geweld erin te duwen.
Indien het batterijpak er niet gemakkelijk ingaat, dan
houdt u het verkeerd om.
20
Opladen
Lees alle instructies en waarschuwingen op de accu-
lader alvorens deze te gebruiken.
Tips voor een maximale levensduur van de
accu
1. Stop het gereedschap onmiddellijk en laad de
accu op telkens wanneer u vaststelt dat het
waarschuwingslampje brandt.
2. Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw
op.
Wanneer u de accu te veel oplaadt, zal deze
minder lang meegaan.
3. Laad de accu op bij een kamertemperatuur tussen
10°C en 40°C.
Laat een warme accu afkoelen alvorens hem in de
acculader op te laden.
Aanbrengen of verwijderen van de schroefbit
(Fig. 2)
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu is verwijderd, alvorens de schroefbit aan
te brengen of te verwijderen.
Gebruik uitsluitend de schroefbit of schroefdop die
hieronder zijn afgebeeld.
Gebruik geen andere schroefbit of schroefdop.
Om de schroefbit aan te brengen, trek de bus in de
richting van de pijl en steek dan de schroefbit zo ver
mogelijk erin. Laat daarna de bus los om de schroefbit
vast te zetten.
Om de schroefbit/dop te verwijderen, trek de bus in de
richting van de pijl en trek dan de schroefbit/dop eruit.
Regeling van het aandraaimoment (Fig. 3)
Gebruik een los verkrijgbare regelhandgreep om het
aandraaimoment te regelen.
Steek de pennen van de regelhandgreep in de gaten
vooraan in het gereedschap. Draai daarna de regel-
handgreep zodat de aandraaimomentmeter het
gewenste aandraaimoment aangeeft met een van de
cijfers tussen 1 en 12.
De cijfers geven het aandraaimoment aan in newton-
meter (Nzm). Het standaard aandraaimoment is als
volgt:
6796D/FD: 1 5 (Nzm)
6797D/FD: 2 8 (Nzm)
6798D/FD: 6 12 (Nzm)
Nadat het aandraaimoment is ingesteld, moet u altijd
ongeveer zwintig keer een proef maken om het
aandraaimoment stabiel te houden. Controleer
daarna het aandraaimoment met een aandraaimo-
mentmeter alvorens het gereedschap te starten.
Werking van de schakelaar (Fig. 4)
LET OP:
Alvorens de accu in het gereedschap te plaatsen,
moet u altijd controleren of de trekschakelaar juist
werkt en bij loslaten naar de ‘‘OFF’’positie terugkeert.
Om het gereedschap te starten drukt u gewoon de
trekschakelaar in. Laat de trekschakelaar los om het
gereedschap te stoppen.
Aanzetten van de voorlampjes (Fig. 5)
(alleen voor 6796FD/6797FD/6798FD)
Druk de trekschakelaar in om de voorlampjes te doen
branden. De lampjes blijven branden zolang als u de
trekschakelaar ingedrukt houdt. Wanneer u de trek-
schakelaar loslaat, gaan de lampjes automatisch uit
na 10 tot 20 seconden.
Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 6)
LET OP:
Controleer altijd de draairichting alvorens het
gereedschap te gebruiken.
Verander de stand van de omkeerschakelaar alleen
nadat het gereedschap volledig tot stilstand is geko-
men. Indien u de draairichting verandert terwijl de
boor nog draait, kan het gereedschap beschadigd
raken.
Zet de omkeerschakelaar altijd in de neutrale stand
wanneer het gereedschap niet wordt gebruikt.
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor
het veranderen van de draairichting. Druk de omkeer-
schakelaar in vanaf zijdeAvoor rechtse draairichting,
of vanaf zijde B voor linkse draairichting. Wanneer
deze schakelaar in de neutrale stand staat, kan de
trekschakelaar niet worden ingedrukt.
21
Waarschuwingslampje voor accuspanning
(Fig. 7)
Dit lampje gaat rood branden wanneer de accuspan-
ning laag wordt.
Als u deze waarschuwing negeert en het gebruik van
het gereedschap voortzet, zal de accuspanning na
een tijdje te laag worden voor de normale prestaties
van het gereedschap. Het gereedschap zal dan stop-
pen om inschroeven met een slecht aandraaimoment
te voorkomen. Vervang daarom de accu door een
volledig opgeladen accu zodra het rode lampje gaat
branden.
LET OP:
In de volgende omstandigheden kan het rode lampje
ook gaan branden voordat de accuspanning laag
wordt.
Zware belasting zodat het koppelingsmechanisme
niet werkt. Gebruik het gereedschap niet in deze
conditie. (Zie de tabel met de vermogenslimieten.)
Inschroeven (Fig. 8)
Plaats de punt van de schroefbit in de schroefkop en
oefen druk uit op het gereedschap. Schakel daarna
het gereedschap in. Wanneer de koppeling ingrijpt,
zal de motor automatisch stoppen. Laat daarna de
trekschakelaar los.
OPMERKING:
Plaats de schroefbit recht in de schroefkop, aange-
zien de schroef en/of schroefbit anders beschadigd
kunnen raken.
Limieten van aandraaicapaciteit
(Fig. 9, 10 en 11)
Gebruik het gereedschap binnen de limieten van
aandraaicapaciteit. Als u het gereedschap voorbij de
limieten gebruikt, zal de koppeling niet werken.
Bovendien zal het aandraaimoment dan niet hoog
genoeg zijn.
OPMERKING:
De omwentelingshoek is de hoek waarbij een
schroef/bout draait wanneer het gereedschap tussen
50% en 100% van het gewenste aandraaimoment
bereikt.
ONDERHOUD
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu is losgekoppeld vooraleer onderhoud uit
te voeren aan het gereedschap.
Vervangen van koolborstels (Fig. 12 en 13)
Vervang de borstels wanneer ze tot aan de aange-
geven limiet zijn afgesleten. Beide koolborstels
dienen tegelijkertijd te worden vervangen.
Opdat het gereedschap veilig en betrouwbaar blijft,
dienen alle reparaties, onderhoud of afstellingen te
worden uitgevoerd bij een erkend Makita service
centrum.
22

Documenttranscriptie

Cordless Screwdriver Instruction Manual F Visseuse sans fil Manuel d’instructions D Akku-Schrauber Betriebsanleitung I Avvitatrice a batteria Istruzioni per l’uso Snoerloze schroevendraaier Gebruiksaanwijzing E Atornillador a batería Manual de instrucciones P Aparafusadora a bateria Manual de instruções Akku skruemaskine Brugsanvisning S Sladdlös momentskruvdragare Bruksanvisning N Akku momentskrutrekker Bruksanvisning SF Langaton ruuvinväännin Käyttöohje GR ∞Û‡ÚÌ·ÙÔ Î·ÙÛ·‚›‰È √‰ËÁ›Â˜ ¯Ú‹Ûˆ˜ GB NL DK 6796D/6796FD 6797D/6797FD 6798D/6798FD NEDERLANDS 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Accu Stelplaat Boor Bus Schaalverdelingen Regelhandgreep Trekschakelaar Lampjes Omkeerschakelaar Verklaring van algemene gegevens 10 11 12 13 14 15 Kant A Kant B Rechtsom Linksom Waarschuwingslampje Capaciteitslimiet van 6796D/FD 16 Aandraaicapaciteitsbereik 17 Omwentelingshoek ( °) 18 Aandraaimoment (Nzm) 19 Capaciteitslimiet van 6797D/FD 20 Capaciteitslimiet van 6798D/FD 21 Limietstreep 22 Borstelhouderdop 23 Schroevendraaier TECHNISCHE GEGEVENS Model 6796D/FD Toerental onbelast/min. .............................................. 320 Aandraaimoment ........................................................ 1 – 5 N.m Totale lengte ............................................................... 174 mm Netto gewicht .............................................................. 1,4 kg Nominale spanning ..................................................... DC 9,6 V • In verband met ononderbroken research en ontwikkeling behouden wij ons het recht voor bovenstaande technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving. • Opmerking: De technische gegevens kunnen van land tot land verschillen. Veiligheidswenken Voor uw veiligheid dient u de bijgevoegde Veiligheidsvoorschriften nauwkeurig op te volgen. BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR ACCULADER EN ACCU 1. BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN — Deze gebruiksaanwijzing bevat belangrijke veiligheidsen bedieningsvoorschriften betreffende de acculader. 2. Lees alle instructies en waarschuwingen die zijn aangebracht op (1) de acculader, (2) de accu en (3) het product waarvoor de accu wordt gebruikt, aandachtig door alvorens de acculader in gebruik te nemen. 3. LET OP — Om gevaar voor verwonding te voorkomen, dient u met de acculader uitsluitend MAKITA oplaadbare accu’s te laden. Accu’s van andere merken kunnen gaan barsten en aldus verwondingen of schade veroorzaken. 4. Stel de acculader niet bloot aan regen of sneeuw. 5. Het gebruik van accessoires die niet door de fabrikant van de acculader worden verkocht of aanbevolen, kan brandgevaar, elektrische schok of verwondingen veroorzaken. 6. Om beschadiging van het netsnoer en de stekker te voorkomen, moet u de stekker vastpakken om het netsnoer uit het stopcontact te halen. 6797D/FD 320 2 – 8 N.m 174 mm 1,4 kg DC 9,6 V 6798D/FD 320 6 – 12 N.m 174 mm 1,4 kg DC 9,6 V 7. Zorg ervoor dat het netsnoer zodanig op de grond is geplaatst, dat niemand erop kan stappen of erover kan struikelen, en dat het niet aan beschadiging of druk is blootgesteld. 8. Gebruik de acculader niet met een beschadigd netsnoer of een beschadigde stekker. Vervang deze onmiddellijk. 9. Gebruik de acculader niet indien deze een zware stoot heeft ondergaan, op de grond is gevallen, of een andere vorm van beschadiging heeft opgelopen; laat deze door een bevoegde monteur nakijken. 10. Neem de acculader of de accu niet uit elkaar; breng deze naar een bevoegde monteur wanneer onderhoud of reparatie nodig is. Het onjuist opnieuw ineenzetten kan namelijk een elektrische schok of brandgevaar opleveren. 11. Om gevaar voor elektrische schok te voorkomen, moet u de stekker van de acculader uit het stopcontact halen alvorens met onderhoud of reinigen te beginnen. Het gevaar voor elektrische schok wordt niet voorkomen door het gereedschap alleen maar uit te schakelen. 12. De acculader mag niet worden gebruikt door kleine kinderen of geestelijk gehandicapten waarop geen toezicht wordt gehouden. 13. Houd toezicht op kleine kinderen om te voorkomen dat deze met de acculader gaan spelen. 14. Als de gebruiksduur van de accu bijzonder kort geworden is, moet u het gebruik ervan onmiddellijk stopzetten omdat er anders gevaar is voor oververhitting, brandwonden en zelfs een explosie. 15. Als er elektrolyt in uw ogen is terechtgekomen, moet u deze spoelen met schoon water en onmiddellijk de hulp van een dokter inroepen. Elektrolyt in de ogen kan blindheid veroorzaken. 19 AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR ACCULADER EN ACCU AANVULLENDE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VOOR HET GEREEDSCHAP 1. Laad de accu niet op bij een temperatuur BENEDEN 10°C of BOVEN 40°C. 2. Gebruik voor het opladen nooit een verhogingstransformator, een dynamo of een gelijkstroombron. 3. Zorg ervoor dat de ventilatiegaten van de acculader door niets worden afgedekt of verstopt. 4. Bedek altijd de accuklemmen met het accudeksel wanneer u de accu niet gebruikt. 5. Sluit de accu niet kort: (1) Breng de accuklemmen nooit in aanraking met een geleidend materiaal. (2) Bewaar de accu niet in een bak waarin andere metalen voorwerpen zoals spijkers, munten e.d. worden bewaard. (3) Stel de accu niet bloot aan water of regen. Een kortsluiting van de accu kan oorzaak zijn van een grote stroomafgifte, oververhitting, mogelijke brandwonden en zelfs een defect van de accu. 6. Bewaar het gereedschap en de accu niet op plaatsen waar de temperatuur kan oplopen tot 50°C of hoger. 7. Werp de accu nooit in het vuur, ook niet wanneer hij zwaar beschadigd of volledig versleten is. De accu kan dan immers ontploffen. 8. Wees voorzichtig dat u de accu niet laat vallen en hem niet aan schokken of stoten blootstelt. 9. Laad de accu niet op in een bak of container. Laad hem uitsluitend op in een goed geventileerde ruimte. 1. Denk eraan dat dit gereedschap altijd gebruiksklaar is, omdat het niet op een stopcontact hoeft te worden aangesloten. 2. Houd het gereedschap bij de geïsoleerde handgrepen vast wanneer u boort op plaatsen waar het gereedschap met verborgen elektrische bedrading in aanraking kan komen. Door contact met een onder spanning staande draad, zullen ook de niet-geïsoleerde metalen delen van het gereedschap onder spanning komen te staan en zal de gebruiker een elektrische schok krijgen. 3. Zorg ervoor dat u altijd stevige steun voor de voeten hebt. Controleer of er zich niemand beneden bevindt wanneer u het gereedschap op een hoge plaats gaat gebruiken. 4. Houd het gereedschap stevig vast. 5. Houd uw handen uit de buurt van roterende onderdelen. 20 BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN. BEDIENINGSVOORSCHRIFTEN Plaatsen en verwijderen van het batterijpak (Fig. 1) • Schakel het gereedschap altijd uit voordat het batterijpak geplaatst of verwijderd wordt. • Om het batterijpak te verwijderen, trek eerst de sluitplaat uit het gereedschap, pak dan het batterijpak aan beide zijden vast en verwijder het uit het gereedschap. • Voor het plaatsen van de batterijpak zorgt u ervoor dat de rug op de batterijpak in de groef van het batterijkompartiment komt, waarna u de batterijpak naar binnen schuift. Klap alvorens het gereedschap te gebruiken de stelplaat oftewel deksel weer dicht, kontroleer of de stelplaat goed vast geklemd zit en niet gemakkelijk opengaat. • Als het batterijpak moeilijk in de houder komt, probeer het dan niet met geweld erin te duwen. Indien het batterijpak er niet gemakkelijk ingaat, dan houdt u het verkeerd om. Opladen Regeling van het aandraaimoment (Fig. 3) Lees alle instructies en waarschuwingen op de acculader alvorens deze te gebruiken. Gebruik een los verkrijgbare regelhandgreep om het aandraaimoment te regelen. Steek de pennen van de regelhandgreep in de gaten vooraan in het gereedschap. Draai daarna de regelhandgreep zodat de aandraaimomentmeter het gewenste aandraaimoment aangeeft met een van de cijfers tussen 1 en 12. De cijfers geven het aandraaimoment aan in newtonmeter (Nzm). Het standaard aandraaimoment is als volgt: 6796D/FD: 1 – 5 (Nzm) 6797D/FD: 2 – 8 (Nzm) 6798D/FD: 6 – 12 (Nzm) Nadat het aandraaimoment is ingesteld, moet u altijd ongeveer zwintig keer een proef maken om het aandraaimoment stabiel te houden. Controleer daarna het aandraaimoment met een aandraaimomentmeter alvorens het gereedschap te starten. Tips voor een maximale levensduur van de accu 1. Stop het gereedschap onmiddellijk en laad de accu op telkens wanneer u vaststelt dat het waarschuwingslampje brandt. 2. Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw op. Wanneer u de accu te veel oplaadt, zal deze minder lang meegaan. 3. Laad de accu op bij een kamertemperatuur tussen 10°C en 40°C. Laat een warme accu afkoelen alvorens hem in de acculader op te laden. Aanbrengen of verwijderen van de schroefbit (Fig. 2) LET OP: Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld en de accu is verwijderd, alvorens de schroefbit aan te brengen of te verwijderen. Gebruik uitsluitend de schroefbit of schroefdop die hieronder zijn afgebeeld. Gebruik geen andere schroefbit of schroefdop. Werking van de schakelaar (Fig. 4) LET OP: Alvorens de accu in het gereedschap te plaatsen, moet u altijd controleren of de trekschakelaar juist werkt en bij loslaten naar de ‘‘OFF’’ positie terugkeert. Om het gereedschap te starten drukt u gewoon de trekschakelaar in. Laat de trekschakelaar los om het gereedschap te stoppen. Aanzetten van de voorlampjes (Fig. 5) (alleen voor 6796FD/6797FD/6798FD) Druk de trekschakelaar in om de voorlampjes te doen branden. De lampjes blijven branden zolang als u de trekschakelaar ingedrukt houdt. Wanneer u de trekschakelaar loslaat, gaan de lampjes automatisch uit na 10 tot 20 seconden. Om de schroefbit aan te brengen, trek de bus in de richting van de pijl en steek dan de schroefbit zo ver mogelijk erin. Laat daarna de bus los om de schroefbit vast te zetten. Om de schroefbit/dop te verwijderen, trek de bus in de richting van de pijl en trek dan de schroefbit/dop eruit. Werking van de omkeerschakelaar (Fig. 6) LET OP: • Controleer altijd de draairichting alvorens het gereedschap te gebruiken. • Verander de stand van de omkeerschakelaar alleen nadat het gereedschap volledig tot stilstand is gekomen. Indien u de draairichting verandert terwijl de boor nog draait, kan het gereedschap beschadigd raken. • Zet de omkeerschakelaar altijd in de neutrale stand wanneer het gereedschap niet wordt gebruikt. Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het veranderen van de draairichting. Druk de omkeerschakelaar in vanaf zijde A voor rechtse draairichting, of vanaf zijde B voor linkse draairichting. Wanneer deze schakelaar in de neutrale stand staat, kan de trekschakelaar niet worden ingedrukt. 21 Waarschuwingslampje voor accuspanning (Fig. 7) Dit lampje gaat rood branden wanneer de accuspanning laag wordt. Als u deze waarschuwing negeert en het gebruik van het gereedschap voortzet, zal de accuspanning na een tijdje te laag worden voor de normale prestaties van het gereedschap. Het gereedschap zal dan stoppen om inschroeven met een slecht aandraaimoment te voorkomen. Vervang daarom de accu door een volledig opgeladen accu zodra het rode lampje gaat branden. LET OP: In de volgende omstandigheden kan het rode lampje ook gaan branden voordat de accuspanning laag wordt. • Zware belasting zodat het koppelingsmechanisme niet werkt. Gebruik het gereedschap niet in deze conditie. (Zie de tabel met de vermogenslimieten.) Inschroeven (Fig. 8) Plaats de punt van de schroefbit in de schroefkop en oefen druk uit op het gereedschap. Schakel daarna het gereedschap in. Wanneer de koppeling ingrijpt, zal de motor automatisch stoppen. Laat daarna de trekschakelaar los. OPMERKING: Plaats de schroefbit recht in de schroefkop, aangezien de schroef en/of schroefbit anders beschadigd kunnen raken. Limieten van aandraaicapaciteit (Fig. 9, 10 en 11) Gebruik het gereedschap binnen de limieten van aandraaicapaciteit. Als u het gereedschap voorbij de limieten gebruikt, zal de koppeling niet werken. Bovendien zal het aandraaimoment dan niet hoog genoeg zijn. OPMERKING: De omwentelingshoek is de hoek waarbij een schroef/bout draait wanneer het gereedschap tussen 50% en 100% van het gewenste aandraaimoment bereikt. 22 ONDERHOUD LET OP: Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld en de accu is losgekoppeld vooraleer onderhoud uit te voeren aan het gereedschap. Vervangen van koolborstels (Fig. 12 en 13) Vervang de borstels wanneer ze tot aan de aangegeven limiet zijn afgesleten. Beide koolborstels dienen tegelijkertijd te worden vervangen. Opdat het gereedschap veilig en betrouwbaar blijft, dienen alle reparaties, onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd bij een erkend Makita service centrum.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10

Makita 6798FD de handleiding

Categorie
Elektrisch gereedschap
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen