6
GEBRUIK DE MAGNETRONFUNCTIE NOOIT zonder voed-
sel in de oven te plaatsen. Hierdoor kan het appa-
raat beschadigd raken.
P
LAATS EEN GLAS WATER IN DE OVEN als u deze wilt
testen. Het water absorbeert de microgolf-
energie en de oven raakt niet beschadigd.
V
ERWIJDER SLUITSTRIPS WAAR EEN METAAL-
DRAAD INZIT van papieren of plastic
zakken voordat u de zak in de oven
plaatst.
FRITUREN
G
EBRUIK UW MAGNETRON NIET om te frituren, om-
dat u de temperatuur van de olie niet
kunt regelen.
VLOEISTOFFEN
BIJVOORBEELD DRANKEN OF WATER. De vloeistof kan
boven het kookpunt worden
oververhit zonder dat de vloei-
stof begint te borrelen. Als ge-
volg hiervan kan de hete vloei-
stof plotseling overkoken.
Om dit te voorkomen, kunt u het beste als
volgt te werk gaan:
1. Vermijd het gebruik van rechte potten of
flessen met nauwe halzen.
2. Roer de vloeistof om alvorens de houder
in de oven te zetten en laat het lepeltje
erin staan.
3. Laat de vloeistof na het opwarmen even
staan, roer opnieuw en haal de houder
voorzichtig uit de oven.
VOORZICHTIG
R
AADPLEEG ALTIJD een magnetronkookboek voor
informatie. Vooral wanneer u alcoholhoudend
voedsel bereidt of opwarmt.
W
ANNEER U BABYVOEDING in een zuigfles
of potje in de magnetron ver-
warmt, moet u het voedsel al-
tijd doorroeren en de tempera-
tuur controleren voordat u het serveert. Zo zorgt
u ervoor dat de warmte gelijkmatig wordt ver-
deeld zodat er geen kans is op brandwonden.
Let erop dat u de ring en de speen vóór het
opwarmen verwijdert!
GEBRUIK NA HET KOKEN OVENHANDSCHOENEN om u
niet aan de schalen, pannen of hete ovendelen
te branden.
G
EBRUIK DE OVENRUIMTE NIET als opslagruimte.
INDRUKKEN DRUKKNOPPEN
D
E KNOPPEN VAN DEZE OVEN bevinden
zich bij aflevering op één lijn
met de toetsen op het pa-
neel.
Wanneer de knoppen worden
ingedrukt, komen deze naar bui-
ten, zodat de verschillende func-
ties kunnen worden ingesteld. Zij
hoeven tijdens het werken van de
oven niet uit het paneel naar buiten
te steken.
Wanneer u klaar bent met instellen duwt u de
knop simpelweg terug in het paneel en kunt u
doorgaan met het gebruik van de oven.
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
BEVEILIGING TEGEN KANTELEN
HET ROOSTER heeft een kleine uitstulping
die steeds omhoog moet zijn
gericht. Deze wordt gebruikt
als beveiliging tegen kantelen
wanneer het rooster alleen
wordt gebruikt.
Z
ORG dat de
uitstulping als
beveiliging tegen kantelen steeds naar achter
is gericht wanneer het rooster in de oven
wordt geduwd.
HEF DE VOORZIJDE VAN HET ROOSTER een beetje
omhoog als het gestopt wordt door de
beveiliging tegen kantelen en trek er zachtjes
aan om deze los te maken.