Makita MSS702 Handleiding

Categorie
Cirkelzagen
Type
Handleiding
GB
Circular Saw Instruction Manual
F
Scie Circulaire Manuel d’instructions
D
Handkreissäge Betriebsanleitung
I
Sega circolare Istruzioni per l’uso
NL
Cirkelzaagmachine Gebruiksaanwijzing
E
Sierra Circular Manual de instrucciones
P
Serra Circular Manual de instruções
DK
Rundsav Brugsanvisning
GR ∆ισκ%πρί%ν% *δηγίες 0ρήσεως
MSS702
26
NEDERLANDS (Originele instructies)
Verklaring van algemene gegevens
1Dieptegeleider
2Hendel
3Klemschroef
4Grondplaat
5Vergrendelknop/uit-vergrendel-
knop
6Aan/uit-schakelaar
7Inbussleutel
8Asvergrendeling
9Zaagblad
10 Buitenflens
11 Zeskantbout
12 Binnenflens
13 As
14 Schroef
15 Breedtegeleider
16 Limietmarkering
17 Borstelhouderkap
18 Schroevendraaier
TECHNISCHE GEGEVENS
•In verband met ononderbroken research en ontwikke-
ling behouden wij ons het recht voor bovenstaande
technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande
kennisgeving.
•De technische gegevens kunnen van land tot land ver-
schillen.
•Gewicht volgens de EPTA-procedure 01/2003
ENE028-1
Doeleinden van gebruik
Het gereedschap is bedoeld voor het rechtzagen in
lengterichting en in dwarsrichting en voor het
verstekzagen van hoeken in hout terwijl het gereedschap
stevig tegen het werkstuk wordt gehouden.
ENF002-2
Stroomvoorziening
De machine mag alleen worden aangesloten op een
stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven op de
naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wisselstroom
worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geïsoleerd
en kan derhalve ook op een niet-geaard stopcontact wor-
den aangesloten.
GEA010-1
Algemene veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidswaar-
schuwingen en alle instructies. Het niet volgen van de
waarschuwingen en instructies kan leiden tot elektrische
schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in de
toekomst te kunnen raadplegen.
GEB013-6
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN SPECIFIEK
VOOR EEN CIRKELZAAGMACHINE
Werkwijze bij het zagen
1. GEVAAR: Houd uw handen uit de buurt van
het zaaggebied en het zaagblad. Houd met uw
andere hand de voorhandgreep of de behuizing
van het gereedschap vast. Als u de cirkelzaag met
beide handen vasthoudt, kunt u nooit in uw handen
zagen.
2. Reik nooit met uw handen onder het werkstuk.
De beschermkap kan u niet beschermen onder het
werkstuk tegen het zaagblad.
3. Stel de zaagdiepte in overeenkomstig de dikte
van het werkstuk. Minder dan een volledige tand-
hoogte dient onder het werkstuk uit te komen.
4. Houd het werkstuk waarin wordt gezaagd nooit
vast met uw handen of benen. Zet uw werkstuk
stevig vast aan een stabiele werkbank e.d. Het is
belangrijk het werkstuk goed te ondersteunen om de
kans te minimaliseren dat uw lichaam eraan blootge-
steld wordt, het zaagblad vastloopt of u de controle
over het gereedschap verliest.
000157
Model MSS702
Bladdiameter 185 mm
Max. zaagdiepte
bij 90° 66 mm
bij 45° 44 mm
Nullasttoerental (min
–1
)4900
To ta le l en gt e 2 97 m m
Netto gewicht 4,0 kg
Veiligheidsklasse /II
Een typische afbeelding van goede handplaat-
sing, werkstukondersteuning en netsnoerroute
(indien van toepassing).
27
5. Houd het elektrisch gereedschap alleen vast aan
het geïsoleerde oppervlak van de handgrepen,
wanneer u werkt op plaatsen waar het zaagge-
reedschap met verborgen bedrading of met zijn
eigen snoer in aanraking kan komen. Bij contact
met onder spanning staande draden zullen ook de
niet-geïsoleerde metalen delen van het elektrisch
gereedschap onder spanning komen te staan, zodat
de gebruiker een elektrische schok kan krijgen.
6. Gebruik bij het schulpen altijd de breedtegelei-
der of de langsgeleider. Hierdoor wordt de nauw-
keurigheid van het zagen vergroot en de kans op
vastlopen van het zaagblad verkleind.
7. Gebruik altijd zaagbladen met doorngaten van
de juiste afmetingen en vorm (diamand or rond).
Zaagbladen die niet goed passen op de bevesti-
gingsmiddelen van de cirkelzaag, zullen excentrisch
draaien waardoor u de controle over het gereed-
schap verliest.
8. Gebruik nooit een beschadigde of verkeerde
bouten en ringen om het zaagblad mee te beves-
tigen. De bouten en ringen voor de bevestiging van
het zaagblad zijn speciaal ontworpen voor gebruik
met uw cirkelzaag voor optimale prestaties en veilig
gebruik.
Oorzaken van terugslag en waarschuwingen daar-
voor
–Terugslag is een plotselinge reactie op een bekneld,
vastgelopen of niet-uitgelijnd zaagblad, waardoor de
oncontroleerbare cirkelzaag omhoog, uit het werk-
stuk en in de richting van de gebruiker gaat.
–Wanneer het zaagblad bekneld raakt of vastloopt
doordat de zaagsnede naar beneden toe smaller
wordt, vertraagt het zaagblad en komt als reactie de
motor snel omhoog in de richting van de gebruiker.
–Als het zaagblad gebogen of niet-uitgelijnd raakt in
de zaagsnede, kunnen de tanden aan de achterrand
van het zaagblad zich in het bovenoppervlak van het
hout vreten, waardoor het zaagblad uit de zaagsnede
klimt en omhoog springt in de richting van de gebrui-
ker.
Te ru gs la g is h et g evo lg va n mi sg eb rui k va n de c ir ke lz aa g
en/of onjuiste gebruiksprocedures of -omstandigheden,
en kan worden voorkomen door goede voorzorgsmaatre-
gelen te treffen, zoals hieronder vermeld:
9. Houd de cirkelzaag stevig vast met beide handen
en houd uw armen zodanig dat een terugslag
wordt opgevangen. Plaats uw lichaam zijwaarts
versprongen van het zaagblad en niet in een
rechte lijn erachter. Door terugslag kan de cirkel-
zaag achterwaarts springen, maar de kracht van de
terugslag kan met de juiste voorzorgsmaatregelen
door de gebruiker worden opgevangen.
10. Wanneer het zaagblad vastloopt, of wanneer u
om een of andere reden het zagen onderbreekt,
laat u de aan/uit-schakelaar los en houdt u de
cirkelzaag stil in het materiaal totdat het zaag-
blad volledig tot stilstand is gekomen. Probeer
nooit het zaagblad uit het werkstuk te halen of
de cirkelzaag naar achteren te trekken, terwijl
het zaagblad nog draait omdat hierdoor een
terugslag kan optreden. Onderzoek waarom het
zaagblad is vastgelopen en tref afdoende maatrege-
len om de oorzaak ervan op te heffen.
11. Wanneer u de cirkelzaag weer inschakelt terwijl
het zaagblad in het werkstuk zit, plaatst u het
zaagblad in het midden van de zaagsnede en
controleert u dat de tanden niet in het materiaal
grijpen. Als het zaagblad is vastgelopen, kan wan-
neer de cirkelzaag wordt ingeschakeld het zaagblad
uit het werkstuk lopen of terugslaan.
12. Ondersteun grote platen om de kans te minimali-
seren dat het zaagblad bekneld raakt of terug-
slaat. Grote platen neigen door te zakken onder hun
eigen gewicht. U moet de plaat ondersteunen aan
beide zijranden, vlakbij de zaaglijn en vlakbij het uit-
einde.
000154
000156
13. Gebruik een bot of beschadigd zaagblad niet
meer. Niet-geslepen of verkeerd gezette tanden
maken een smalle zaagsnede wat leidt tot grote wrij-
ving, vastlopen en terugslag.
14. De vergrendelhendels voor het instellen van de
zaagbladdiepte en verstelhoek moeten vastzitten
alvorens te beginnen met zagen. Als de instellin-
gen van het zaagblad zich tijdens het zagen wijzi-
gen, kan dit leiden tot vastlopen of terugslag.
15. Wees extra voorzichtig wanneer u een
zaagsnede maakt in een bestaande wand of een
andere plaats waar u de achterkant van het zaag-
oppervlak niet kunt zien. Wanneer het zaagblad
door het materiaal heen breekt, kan het een voor-
werp raken waardoor een terugslag optreedt.
16. Houd het gereedschap ALTIJD met beide handen
stevig vast. Plaats NOOIT uw hand of vingers
achter het zaagblad. Als een terugslag optreedt,
kan het zaagblad gemakkelijk achteruit en over uw
hand springen waardoor ernstig persoonlijk letsel
ontstaat.
Om terugslag te voorkomen, ondersteun de
plank of het paneel dichtbij de zaagsnede.
Ondersteun de plank of het paneel niet van de
zaagsnede weg.
28
000194
17. Dwing de cirkelzaag nooit. Duw de cirkelzaag
vooruit met een snelheid waarbij het zaagblad
niet vertraagt. Als u het zaagblad dwingt, kan dat
leiden tot een ongelijkmatige zaagsnede, vermin-
derde nauwkeurigheid en mogelijke terugslag.
Functie van de onderste beschermkap
18. Controleer voor ieder gebruik of de onderste
beschermkap goed sluit. Gebruik de cirkelzaag
niet als de onderste beschermkap niet vrij kan
bewegen en onmiddellijk sluit. Zet de onderste
beschermkap nooit vast in de geopende stand.
Als u de cirkelzaag per ongeluk laat vallen, kan de
onderste beschermkap worden verbogen. Til de
onderste beschermkap op aan de terugtrekhendel
en controleer dat deze vrij kan bewegen en niet het
zaagblad of enig ander onderdeel raakt, onder alle
verstekhoeken en op alle zaagdiepten.
19. Controleer de werking van de veer van de onder-
ste beschermkap. Als de beschermkap en de
veer niet goed werken, dienen deze te worden
gerepareerd voordat de cirkelzaag wordt
gebruikt. De onderste beschermkap kan traag wer-
ken als gevolg van beschadigde onderdelen, gom-
of hardafzetting, of opeenhoping van vuil.
20. De onderste beschermkap mag alleen met de
hand worden geopend voor het maken van spe-
ciale zaagsneden, zoals een “blinde” zaagsnede
en “samengestelde” zaagsnede. Til de onderste
beschermkap op aan de terugtrekhendel en laat
deze los zodra het zaagblad in het materiaal
zaagt. Bij alle andere typen zaagsneden, dient de
onderste beschermkap automatisch te werken.
21. Let er altijd op dat de onderste beschermkap het
zaagblad bedekt voordat u de cirkelzaag op een
werkbak of vloer neerlegt. Een onbeschermd
zaagblad dat nog nadraait, zal de cirkelzaag achter-
uit doen lopen waarbij alles op zijn weg wordt
gezaagd. Denk aan de tijd die het duurt nadat de cir-
kelzaag is uitgeschakeld voordat het zaagblad stil-
staat.
22. Om de werking van de onderste beschermkap te
controleren, opent u de onderste beschermkap
met de hand en laat u deze los om te zien hoe de
beschermkap sluit. Let tevens op dat de terug-
trekhendel de ombouw van het gereedschap niet
raakt. Het zaagblad open en bloot laten is UITERST
GEVAARLIJK en kan leiden tot ernstig persoonlijk
letsel.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften
23. Wees extra voorzichtig bij het zagen in nat hout,
druk-behandeld timmerhout en hout met knoes-
ten. Zorg dat de cirkelzaag soepel vooruit blijft gaan
zonder dat de snelheid van het zaagblad lager
wordt, om oververhitting van de zaagtanden te voor-
komen.
24. Probeer niet afgezaagd materiaal te verwijderen
terwijl het zaagblad nog draait. Wacht totdat het
zaagblad volledig tot stilstand is gekomen voor-
dat u het afgezaagde materiaal vastpakt. Het
zaagblad draait nog na nadat het gereedschap is uit-
geschakeld.
25. Voorkom dat u in spijkers zaag. Inspecteer het
hout op spijkers en verwijder deze zonodig voor-
dat u begint te zagen.
26. Plaats het bredere deel van de zool van de cirkel-
zaag op het deel van het werkstuk dat goed is
ondersteund, en niet op het deel dat omlaag valt
nadat de zaagsnede gemaakt is. Als voorbeeld
laat Fig. A zien hoe u het uiteinde van een plank
GOED afzaagt, en Fig. B hoe u dit VERKEERD
doet. Als het werkstuk kort of smal is, klemt u
het vast. PROBEER NOOIT EEN KORT WERK-
STUK IN UW HANDEN VAST TE HOUDEN!
000147
Fig. A
000150
Fig. B
27. Voordat u het gereedschap neerlegt na het vol-
tooien van een zaagsnede, controleert u dat de
onderste beschermkap gesloten is en het zaag-
blad volledig tot stilstand is gekomen.
28. Probeer nooit te zagen waarbij de cirkelzaag
ondersteboven in een bankschroef is geklemd.
Dit is uiterst gevaarlijk en kan leiden tot ernstig
persoonlijk letsel.
29
000029
29. Sommige materialen bevatten chemische stoffen
die giftig kunnen zijn. Neem voorzorgsmaatrege-
len tegen het inademen van stof en contact met
de huid. Volg de veiligheidsinstructies van de
leverancier van het materiaal op.
30. Breng het zaagblad niet tot stilstand door zijde-
lings op het zaagblad te drukken.
31. Gebruik altijd zaagbladen die in deze gebruiks-
aanwijzing aanbevolen worden. Gebruik geen
slijpschijven.
32. Houd het zaagblad scherp en schoon. Gom of
hars dat op het zaagblad is opgedroogd vertraagt
het zaagblad en verhoogt de kans op terugslag.
Houd het zaagblad schoon door dit eerst van het
gereedschap te demonteren en het vervolgens
schoon te maken met een reinigingsmiddel voor
gom en hars, heet water of kerosine. Gebruik nooit
benzine.
33. Draag een stofmasker en gehoorbescherming
tijdens gebruik van het gereedschap.
BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN.
WAARSCHUWING:
Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van com-
fort en bekendheid met het gereedschap (na veelvul-
dig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften
van het betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de vei-
ligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing
kan leiden tot ernstige verwondingen.
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
LET OP:
•Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvo-
rens de functies op het gereedschap te controleren of
af te stellen.
De zaagdiepte instellen (Fig. 1)
LET OP:
•Nadat u de zaagdiepte hebt ingesteld, zet u de hendel
altijd stevig vast.
Draai de hendel van de dieptegeleider los en beweeg de
zool omhoog of omlaag. Zet de zool vast op de gewenste
zaagdiepte door de hendel vast te zetten.
Voor een schonere, veiligere zaagsnede, stelt u de zaag-
diepte zodanig in dat niet meer dan een tandhoogte door
het werkstuk heen steekt. Door de zaagdiepte goed in te
stellen, verkleint u de kans op een potentieel gevaarlijke
TERUGSLAG, en daarmee op persoonlijk letsel.
Verticaal verstekzagen (Fig. 2)
Draai twee klemschroeven los op de verstekplaten aan
de voor- en achterkant van de zool. Stel de gewenste
verstekhoek in (0° – 45°) door dienovereenkomstig te
kantelen, en draai vervolgens de klemschroeven weer
stevig vast.
Zichtlijn (Fig. 3)
Voor recht zagen lijnt u de positie A op de voorkant van
de zool uit met de zaaglijn. Voor verticaal verstekzagen
onder een hoek van 45°, gebruikt u hiervoor positie B.
Werking van de aan/uit-schakelaar (Fig. 4)
LET OP:
•Controleer altijd, voordat u de stekker in het stopcon-
tact steekt, of de aan/uit-schakelaar op de juiste manier
schakelt en weer terugkeert naar de uit-stand nadat
deze is losgelaten.
Voor gereedschappen met een vergrendelknop
Om het gereedschap in te schakelen, knijpt u gewoon de
aan/uit-schakelaar in. Laat de aan/uit-schakelaar los om
het gereedschap te stoppen.
Om het gereedschap continu te laten werken, knijpt u
eerst de aan/uit-schakelaar in, drukt u daarna de ver-
grendelknop in, en laat u tenslotte de aan/uit-schakelaar
los.
Om vanuit de vergrendelde werking het gereedschap te
stoppen, knijpt u de aan/uit-schakelaar helemaal in en
laat u deze vervolgens weer los.
Voor gereedschappen met een uit-vergrendelknop
Om te voorkomen dat de aan/uit-schakelaar per ongeluk
wordt bediend, is een uit-vergrendelknop aangebracht.
Om het gereedschap te starten, drukt u de uit-vergren-
delknop in en knijpt u de aan/uit-schakelaar in. Laat de
aan/uit-schakelaar los om het gereedschap te stoppen.
Voor gereedschap zonder vergrendelknop en uit-ver-
grendelknop
Om het gereedschap in te schakelen, knijpt u gewoon de
aan/uit-schakelaar in. Laat de aan/uit-schakelaar los om
het gereedschap te stoppen.
INEENZETTEN
LET OP:
•Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en dat
zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens
enig werk aan het gereedschap uit te voeren.
Het zaagblad aanbrengen en verwijderen
(Fig. 5 en 6)
LET OP:
•Verzeker u ervan dat het zaagblad zodanig wordt aan-
gebracht dat de tanden aan de voorkant van het
gereedschap omhoog wijzen.
•Gebruik uitsluitend de Makita-sleutel voor het aanbren-
gen en verwijderen van het zaagblad.
Als u het zaagblad wilt verwijderen, drukt u eerst de
asvergrendeling in zodat het zaagblad niet meer kan
draaien, en gebruikt u vervolgens de inbussleutel om de
zeskantbout linksom los te draaien. Verwijder tenslotte
de zeskantbout, de buitenflens en het zaagblad.
30
Voor gereedschap met een binnenflens voor een
zaagblad met een middengatdiameter van 15,88 mm
(Fig. 7)
Plaats de binnenflens met de verzonken kant naar buiten
gericht op de as en breng daarna het zaagblad, de bui-
tenflens en de zeskantbout aan.
ZORG ERVOOR DAT U DE ZESKANTBOUT
RECHTSOM STEVIG VASTDRAAIT.
Voor gereedschap met een binnenflens voor een
zaagblad met een andere middengatdiameter dan
15,88 mm (Fig. 8)
De binnenflens heeft een uitstulping met een zekere dia-
meter aan één zijde en een uitstulping met een andere
diameter aan de andere zijde. Kies de juiste zijde waar-
van de uitstulping perfect in het middengat van het zaag-
blad past.
Plaats vervolgens de binnenflens zodanig op de as dat
de zijde met de juiste uitstulping naar buiten wijst, en
breng daarna het zaagblad, de buitenflens aan.
ZORG ERVOOR DAT U DE ZESKANTBOUT
RECHTSOM STEVIG VASTDRAAIT.
LET OP:
Zorg ervoor dat de uitstulping “a” van de binnen-
flens die naar buiten wijst, perfect past in het mid-
dengat “a” van het zaagblad. Als u het zaagblad op
de verkeerde kant van de binnenflens aanbrengt, kun-
nen gevaarlijke trillingen het gevolg zijn.
Opbergplaats voor de inbussleutel (Fig. 9)
Wanneer u de inbussleutel niet gebruikt, bergt u deze op
de plaats aangegeven in de afbeelding op, om te voorko-
men dat deze wordt verloren.
BEDIENING (Fig. 10)
LET OP:
Duw het gereedschap voorzichtig in een rechte lijn
naar voren. Als u het gereedschap dwingt of verdraait,
zal de motor oververhit raken en het gereedschap
gevaarlijk terugslaan waardoor ernstig letsel kan wor-
den veroorzaakt.
Gebruik altijd de voorhandgreep en achterhandgreep, en
houd het gereedschap tijdens gebruik stevig vast aan
zowel de voorhandgreep als de achterhandgreep. Het
gereedschap is voorzien van zowel een voorhandgreep
als een achterhandgreep. Als u de cirkelzaag met beide
handen vasthoudt, kunt u nooit in uw handen zagen.
Plaats eerst de zool op het werkstuk dat u wilt zagen,
zonder dat het zaagblad het werkstuk raakt. Schakel ver-
volgens het gereedschap in en wacht totdat het zaagblad
op volle snelheid draait. Duw het gereedschap nu
gewoon naar voren over het oppervlak van het werkstuk,
houd het daarbij vlak, en duw gelijkmatig totdat het
zagen klaar is.
Zorg voor een schone zaagsnede door een rechte zaag-
lijn en een constante voortgaande snelheid. Als de
zaagsnede niet verloopt volgens de voorgenomen zaag-
lijn, mag u niet proberen het gereedschap iets te draaien
of te dwingen terug te keren naar de zaaglijn. Als u dit
doet, kan het zaagblad vastlopen en een gevaarlijke
terugslag optreden met mogelijk ernstig persoonlijk letsel
tot gevolg. Laat de aan/uit-schakelaar los, wacht tot het
zaagblad tot stilstand is gekomen en trek vervolgens het
gereedschap terug. Lijn het gereedschap opnieuw uit
met een nieuwe zaaglijn en begin weer te zagen. Pro-
beer te vermijden dat door de positie van het gereed-
schap de gebruiker wordt blootgesteld aan zaagsel en
spaanders die door het gereedschap worden uitgewor-
pen. Gebruik oogbescherming om verwonding te voorko-
men.
Breedtegeleider (liniaal) (Accessoire) (Fig. 11)
Met de handige breedtegeleider kunt u extra nauwkeurig
recht zagen. Schuif gewoon de breedtegeleider strak
tegen de zijkant van het werkstuk en zet deze op zijn
plaats vast met behulp van de schroef op de voorkant
van de zool van het gereedschap. Op deze manier is het
tevens mogelijk een zaagbeweging te herhalen met iden-
tieke breedte.
ONDERHOUD
LET OP:
•Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens te
beginnen met inspectie of onderhoud.
•Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol en
dergelijke. Hierdoor kunnen verkleuring, vervormingen
en barsten worden veroorzaakt.
Vervangen van koolborstels (Fig. 12 en 13)
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarke-
ring versleten zijn. Houd de koolborstels schoon, zodat
ze gemakkelijk in de houders glijden. Beide koolborstels
dienen gelijktijdig te worden vervangen. Gebruik uitslui-
tend gelijksoortige koolborstels.
Gebruik een schroevendraaier om de kappen van de
koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten
koolborstels eruit, schuif de nieuwe erin, en zet daarna
de kappen weer goed vast.
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
product te handhaven, dienen alle reparaties en alle
andere onderhoudswerkzaamheden of afstellingen te
worden uitgevoerd door een erkend Makita Servicecen-
trum, en dat uitsluitend met gebruik van Makita vervan-
gingsonderdelen.
31
ENG905-1
Geluidsniveau
De typisch, A-gewogen geluidsniveaus vastgesteld vol-
gens EN60745:
Geluidsdrukniveau (L
pA
): 85 dB (A)
Geluidsvermogenniveau (L
WA
): 96 dB (A)
Onnauwkeurigheid (K): 3 dB (A)
Draag oorbeschermers
ENG900-1
Trilling
De totaalwaarde van de trillingen (triaxiale vectorsom)
vastgesteld volgens EN60745:
Gebruikstoepassing: zagen in hout
Tr il li ng se mi ss ie ( a
h
, W
): 2,5 m/s
2
of lager
Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s
2
ENG901-1
•De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten vol-
gens de standaardtestmethode en kan worden gebruikt
om dit gereedschap te vergelijken met andere gereed-
schappen.
•De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden
gebruikt voor een beoordeling vooraf van de blootstel-
ling.
WAARSCHUWING:
•De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch
gereedschap in de praktijk kan verschillen van de
opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de
manier waarop het gereedschap wordt gebruikt.
•Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden getrof-
fen ter bescherming van de operator die zijn gebaseerd
op een schatting van de blootstelling onder praktijkom-
standigheden (rekening houdend met alle fasen van de
bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende welke het
gereedschap is uitgeschakeld en stationair draait,
naast de ingeschakelde tijdsduur).
ENH101-16
Alleen voor Europese landen
EU-Verklaring van Conformiteit
Wij, Makita Corporation, als de verantwoordelijke
fabrikant, verklaren dat de volgende Makita-
machine(s):
Aanduiding van de machine:
Cirkelzaagmachine
Modelnr./Type: MSS702
in serie zijn geproduceerd en
Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen:
2006/42/EC
En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de vol-
gende normen of genormaliseerde documenten:
EN60745
De technische documentatie wordt bewaard door:
Makita International Europe Ltd.
Tec hni sche afde ling,
Michigan Drive, Tongwell,
Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland
19.3.2010
To moya su K at o
Directeur
Makita Corporation
3-11-8, Sumiyoshi-cho,
Anjo, Aichi, 446-8502, JAPAN

Documenttranscriptie

GB Circular Saw Instruction Manual F Scie Circulaire Manuel d’instructions D Handkreissäge Betriebsanleitung I Sega circolare Istruzioni per l’uso NL Cirkelzaagmachine Gebruiksaanwijzing E Sierra Circular Manual de instrucciones P Serra Circular Manual de instruções DK Rundsav Brugsanvisning GR ∆ισκοπρίονο Οδηγίεσ χρήσεωσ MSS702 NEDERLANDS (Originele instructies) Verklaring van algemene gegevens 1 2 3 4 5 6 Dieptegeleider Hendel Klemschroef Grondplaat Vergrendelknop/uit-vergrendelknop Aan/uit-schakelaar 7 8 9 10 11 12 13 Inbussleutel Asvergrendeling Zaagblad Buitenflens Zeskantbout Binnenflens As 14 15 16 17 18 Schroef Breedtegeleider Limietmarkering Borstelhouderkap Schroevendraaier TECHNISCHE GEGEVENS Model MSS702 Bladdiameter 185 mm Max. zaagdiepte bij 90° 66 mm bij 45° 44 mm –1 Nullasttoerental (min ) 4 900 Totale lengte 297 mm Netto gewicht 4,0 kg Veiligheidsklasse /II • In verband met ononderbroken research en ontwikkeling behouden wij ons het recht voor bovenstaande technische gegevens te wijzigen zonder voorafgaande kennisgeving. • De technische gegevens kunnen van land tot land verschillen. • Gewicht volgens de EPTA-procedure 01/2003 ENE028-1 Doeleinden van gebruik Het gereedschap is bedoeld voor het rechtzagen in lengterichting en in dwarsrichting en voor het verstekzagen van hoeken in hout terwijl het gereedschap stevig tegen het werkstuk wordt gehouden. ENF002-2 Stroomvoorziening De machine mag alleen worden aangesloten op een stroombron van hetzelfde voltage als aangegeven op de naamplaat, en kan alleen op enkel-fase wisselstroom worden gebruikt. Het gereedschap is dubbel-geïsoleerd en kan derhalve ook op een niet-geaard stopcontact worden aangesloten. Algemene veiligheidswaarschuwingen voor elektrisch gereedschap GEA010-1 WAARSCHUWING! Lees alle veiligheidswaarschuwingen en alle instructies. Het niet volgen van de waarschuwingen en instructies kan leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel. GEB013-6 VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN SPECIFIEK VOOR EEN CIRKELZAAGMACHINE Werkwijze bij het zagen 1. GEVAAR: Houd uw handen uit de buurt van het zaaggebied en het zaagblad. Houd met uw andere hand de voorhandgreep of de behuizing van het gereedschap vast. Als u de cirkelzaag met beide handen vasthoudt, kunt u nooit in uw handen zagen. 2. Reik nooit met uw handen onder het werkstuk. De beschermkap kan u niet beschermen onder het werkstuk tegen het zaagblad. 3. Stel de zaagdiepte in overeenkomstig de dikte van het werkstuk. Minder dan een volledige tandhoogte dient onder het werkstuk uit te komen. 4. Houd het werkstuk waarin wordt gezaagd nooit vast met uw handen of benen. Zet uw werkstuk stevig vast aan een stabiele werkbank e.d. Het is belangrijk het werkstuk goed te ondersteunen om de kans te minimaliseren dat uw lichaam eraan blootgesteld wordt, het zaagblad vastloopt of u de controle over het gereedschap verliest. Bewaar alle waarschuwingen en instructies om in de toekomst te kunnen raadplegen. Een typische afbeelding van goede handplaatsing, werkstukondersteuning en netsnoerroute (indien van toepassing). 000157 26 5. 6. 7. 8. Houd het elektrisch gereedschap alleen vast aan het geïsoleerde oppervlak van de handgrepen, wanneer u werkt op plaatsen waar het zaaggereedschap met verborgen bedrading of met zijn eigen snoer in aanraking kan komen. Bij contact met onder spanning staande draden zullen ook de niet-geïsoleerde metalen delen van het elektrisch gereedschap onder spanning komen te staan, zodat de gebruiker een elektrische schok kan krijgen. Gebruik bij het schulpen altijd de breedtegeleider of de langsgeleider. Hierdoor wordt de nauwkeurigheid van het zagen vergroot en de kans op vastlopen van het zaagblad verkleind. Gebruik altijd zaagbladen met doorngaten van de juiste afmetingen en vorm (diamand or rond). Zaagbladen die niet goed passen op de bevestigingsmiddelen van de cirkelzaag, zullen excentrisch draaien waardoor u de controle over het gereedschap verliest. Gebruik nooit een beschadigde of verkeerde bouten en ringen om het zaagblad mee te bevestigen. De bouten en ringen voor de bevestiging van het zaagblad zijn speciaal ontworpen voor gebruik met uw cirkelzaag voor optimale prestaties en veilig gebruik. Oorzaken van terugslag en waarschuwingen daarvoor – Terugslag is een plotselinge reactie op een bekneld, vastgelopen of niet-uitgelijnd zaagblad, waardoor de oncontroleerbare cirkelzaag omhoog, uit het werkstuk en in de richting van de gebruiker gaat. – Wanneer het zaagblad bekneld raakt of vastloopt doordat de zaagsnede naar beneden toe smaller wordt, vertraagt het zaagblad en komt als reactie de motor snel omhoog in de richting van de gebruiker. – Als het zaagblad gebogen of niet-uitgelijnd raakt in de zaagsnede, kunnen de tanden aan de achterrand van het zaagblad zich in het bovenoppervlak van het hout vreten, waardoor het zaagblad uit de zaagsnede klimt en omhoog springt in de richting van de gebruiker. Terugslag is het gevolg van misgebruik van de cirkelzaag en/of onjuiste gebruiksprocedures of -omstandigheden, en kan worden voorkomen door goede voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hieronder vermeld: 9. Houd de cirkelzaag stevig vast met beide handen en houd uw armen zodanig dat een terugslag wordt opgevangen. Plaats uw lichaam zijwaarts versprongen van het zaagblad en niet in een rechte lijn erachter. Door terugslag kan de cirkelzaag achterwaarts springen, maar de kracht van de terugslag kan met de juiste voorzorgsmaatregelen door de gebruiker worden opgevangen. 10. Wanneer het zaagblad vastloopt, of wanneer u om een of andere reden het zagen onderbreekt, laat u de aan/uit-schakelaar los en houdt u de cirkelzaag stil in het materiaal totdat het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen. Probeer nooit het zaagblad uit het werkstuk te halen of de cirkelzaag naar achteren te trekken, terwijl het zaagblad nog draait omdat hierdoor een terugslag kan optreden. Onderzoek waarom het zaagblad is vastgelopen en tref afdoende maatregelen om de oorzaak ervan op te heffen. 11. Wanneer u de cirkelzaag weer inschakelt terwijl het zaagblad in het werkstuk zit, plaatst u het zaagblad in het midden van de zaagsnede en controleert u dat de tanden niet in het materiaal grijpen. Als het zaagblad is vastgelopen, kan wanneer de cirkelzaag wordt ingeschakeld het zaagblad uit het werkstuk lopen of terugslaan. 12. Ondersteun grote platen om de kans te minimaliseren dat het zaagblad bekneld raakt of terugslaat. Grote platen neigen door te zakken onder hun eigen gewicht. U moet de plaat ondersteunen aan beide zijranden, vlakbij de zaaglijn en vlakbij het uiteinde. Om terugslag te voorkomen, ondersteun de plank of het paneel dichtbij de zaagsnede. 000154 Ondersteun de plank of het paneel niet van de zaagsnede weg. 000156 13. Gebruik een bot of beschadigd zaagblad niet meer. Niet-geslepen of verkeerd gezette tanden maken een smalle zaagsnede wat leidt tot grote wrijving, vastlopen en terugslag. 14. De vergrendelhendels voor het instellen van de zaagbladdiepte en verstelhoek moeten vastzitten alvorens te beginnen met zagen. Als de instellingen van het zaagblad zich tijdens het zagen wijzigen, kan dit leiden tot vastlopen of terugslag. 15. Wees extra voorzichtig wanneer u een zaagsnede maakt in een bestaande wand of een andere plaats waar u de achterkant van het zaagoppervlak niet kunt zien. Wanneer het zaagblad door het materiaal heen breekt, kan het een voorwerp raken waardoor een terugslag optreedt. 16. Houd het gereedschap ALTIJD met beide handen stevig vast. Plaats NOOIT uw hand of vingers achter het zaagblad. Als een terugslag optreedt, kan het zaagblad gemakkelijk achteruit en over uw hand springen waardoor ernstig persoonlijk letsel ontstaat. 27 000194 17. Dwing de cirkelzaag nooit. Duw de cirkelzaag vooruit met een snelheid waarbij het zaagblad niet vertraagt. Als u het zaagblad dwingt, kan dat leiden tot een ongelijkmatige zaagsnede, verminderde nauwkeurigheid en mogelijke terugslag. Functie van de onderste beschermkap 18. Controleer voor ieder gebruik of de onderste beschermkap goed sluit. Gebruik de cirkelzaag niet als de onderste beschermkap niet vrij kan bewegen en onmiddellijk sluit. Zet de onderste beschermkap nooit vast in de geopende stand. Als u de cirkelzaag per ongeluk laat vallen, kan de onderste beschermkap worden verbogen. Til de onderste beschermkap op aan de terugtrekhendel en controleer dat deze vrij kan bewegen en niet het zaagblad of enig ander onderdeel raakt, onder alle verstekhoeken en op alle zaagdiepten. 19. Controleer de werking van de veer van de onderste beschermkap. Als de beschermkap en de veer niet goed werken, dienen deze te worden gerepareerd voordat de cirkelzaag wordt gebruikt. De onderste beschermkap kan traag werken als gevolg van beschadigde onderdelen, gomof hardafzetting, of opeenhoping van vuil. 20. De onderste beschermkap mag alleen met de hand worden geopend voor het maken van speciale zaagsneden, zoals een “blinde” zaagsnede en “samengestelde” zaagsnede. Til de onderste beschermkap op aan de terugtrekhendel en laat deze los zodra het zaagblad in het materiaal zaagt. Bij alle andere typen zaagsneden, dient de onderste beschermkap automatisch te werken. 21. Let er altijd op dat de onderste beschermkap het zaagblad bedekt voordat u de cirkelzaag op een werkbak of vloer neerlegt. Een onbeschermd zaagblad dat nog nadraait, zal de cirkelzaag achteruit doen lopen waarbij alles op zijn weg wordt gezaagd. Denk aan de tijd die het duurt nadat de cirkelzaag is uitgeschakeld voordat het zaagblad stilstaat. 22. Om de werking van de onderste beschermkap te controleren, opent u de onderste beschermkap met de hand en laat u deze los om te zien hoe de beschermkap sluit. Let tevens op dat de terugtrekhendel de ombouw van het gereedschap niet raakt. Het zaagblad open en bloot laten is UITERST GEVAARLIJK en kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel. 28 Aanvullende veiligheidsvoorschriften 23. Wees extra voorzichtig bij het zagen in nat hout, druk-behandeld timmerhout en hout met knoesten. Zorg dat de cirkelzaag soepel vooruit blijft gaan zonder dat de snelheid van het zaagblad lager wordt, om oververhitting van de zaagtanden te voorkomen. 24. Probeer niet afgezaagd materiaal te verwijderen terwijl het zaagblad nog draait. Wacht totdat het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen voordat u het afgezaagde materiaal vastpakt. Het zaagblad draait nog na nadat het gereedschap is uitgeschakeld. 25. Voorkom dat u in spijkers zaag. Inspecteer het hout op spijkers en verwijder deze zonodig voordat u begint te zagen. 26. Plaats het bredere deel van de zool van de cirkelzaag op het deel van het werkstuk dat goed is ondersteund, en niet op het deel dat omlaag valt nadat de zaagsnede gemaakt is. Als voorbeeld laat Fig. A zien hoe u het uiteinde van een plank GOED afzaagt, en Fig. B hoe u dit VERKEERD doet. Als het werkstuk kort of smal is, klemt u het vast. PROBEER NOOIT EEN KORT WERKSTUK IN UW HANDEN VAST TE HOUDEN! 000147 000150 Fig. A Fig. B 27. Voordat u het gereedschap neerlegt na het voltooien van een zaagsnede, controleert u dat de onderste beschermkap gesloten is en het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen. 28. Probeer nooit te zagen waarbij de cirkelzaag ondersteboven in een bankschroef is geklemd. Dit is uiterst gevaarlijk en kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel. Verticaal verstekzagen (Fig. 2) Draai twee klemschroeven los op de verstekplaten aan de voor- en achterkant van de zool. Stel de gewenste verstekhoek in (0° – 45°) door dienovereenkomstig te kantelen, en draai vervolgens de klemschroeven weer stevig vast. Zichtlijn (Fig. 3) Voor recht zagen lijnt u de positie A op de voorkant van de zool uit met de zaaglijn. Voor verticaal verstekzagen onder een hoek van 45°, gebruikt u hiervoor positie B. Werking van de aan/uit-schakelaar (Fig. 4) 000029 29. Sommige materialen bevatten chemische stoffen die giftig kunnen zijn. Neem voorzorgsmaatregelen tegen het inademen van stof en contact met de huid. Volg de veiligheidsinstructies van de leverancier van het materiaal op. 30. Breng het zaagblad niet tot stilstand door zijdelings op het zaagblad te drukken. 31. Gebruik altijd zaagbladen die in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen worden. Gebruik geen slijpschijven. 32. Houd het zaagblad scherp en schoon. Gom of hars dat op het zaagblad is opgedroogd vertraagt het zaagblad en verhoogt de kans op terugslag. Houd het zaagblad schoon door dit eerst van het gereedschap te demonteren en het vervolgens schoon te maken met een reinigingsmiddel voor gom en hars, heet water of kerosine. Gebruik nooit benzine. 33. Draag een stofmasker en gehoorbescherming tijdens gebruik van het gereedschap. BEWAAR DEZE VOORSCHRIFTEN. WAARSCHUWING: Laat u NIET misleiden door een vals gevoel van comfort en bekendheid met het gereedschap (na veelvuldig gebruik) en neem alle veiligheidsvoorschriften van het betreffende gereedschap altijd strikt in acht. VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwijzing kan leiden tot ernstige verwondingen. BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES LET OP: • Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens de functies op het gereedschap te controleren of af te stellen. De zaagdiepte instellen (Fig. 1) LET OP: • Nadat u de zaagdiepte hebt ingesteld, zet u de hendel altijd stevig vast. Draai de hendel van de dieptegeleider los en beweeg de zool omhoog of omlaag. Zet de zool vast op de gewenste zaagdiepte door de hendel vast te zetten. Voor een schonere, veiligere zaagsnede, stelt u de zaagdiepte zodanig in dat niet meer dan een tandhoogte door het werkstuk heen steekt. Door de zaagdiepte goed in te stellen, verkleint u de kans op een potentieel gevaarlijke TERUGSLAG, en daarmee op persoonlijk letsel. LET OP: • Controleer altijd, voordat u de stekker in het stopcontact steekt, of de aan/uit-schakelaar op de juiste manier schakelt en weer terugkeert naar de uit-stand nadat deze is losgelaten. Voor gereedschappen met een vergrendelknop Om het gereedschap in te schakelen, knijpt u gewoon de aan/uit-schakelaar in. Laat de aan/uit-schakelaar los om het gereedschap te stoppen. Om het gereedschap continu te laten werken, knijpt u eerst de aan/uit-schakelaar in, drukt u daarna de vergrendelknop in, en laat u tenslotte de aan/uit-schakelaar los. Om vanuit de vergrendelde werking het gereedschap te stoppen, knijpt u de aan/uit-schakelaar helemaal in en laat u deze vervolgens weer los. Voor gereedschappen met een uit-vergrendelknop Om te voorkomen dat de aan/uit-schakelaar per ongeluk wordt bediend, is een uit-vergrendelknop aangebracht. Om het gereedschap te starten, drukt u de uit-vergrendelknop in en knijpt u de aan/uit-schakelaar in. Laat de aan/uit-schakelaar los om het gereedschap te stoppen. Voor gereedschap zonder vergrendelknop en uit-vergrendelknop Om het gereedschap in te schakelen, knijpt u gewoon de aan/uit-schakelaar in. Laat de aan/uit-schakelaar los om het gereedschap te stoppen. INEENZETTEN LET OP: • Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en dat zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens enig werk aan het gereedschap uit te voeren. Het zaagblad aanbrengen en verwijderen (Fig. 5 en 6) LET OP: • Verzeker u ervan dat het zaagblad zodanig wordt aangebracht dat de tanden aan de voorkant van het gereedschap omhoog wijzen. • Gebruik uitsluitend de Makita-sleutel voor het aanbrengen en verwijderen van het zaagblad. Als u het zaagblad wilt verwijderen, drukt u eerst de asvergrendeling in zodat het zaagblad niet meer kan draaien, en gebruikt u vervolgens de inbussleutel om de zeskantbout linksom los te draaien. Verwijder tenslotte de zeskantbout, de buitenflens en het zaagblad. 29 Voor gereedschap met een binnenflens voor een zaagblad met een middengatdiameter van 15,88 mm (Fig. 7) Plaats de binnenflens met de verzonken kant naar buiten gericht op de as en breng daarna het zaagblad, de buitenflens en de zeskantbout aan. ZORG ERVOOR DAT U DE ZESKANTBOUT RECHTSOM STEVIG VASTDRAAIT. Voor gereedschap met een binnenflens voor een zaagblad met een andere middengatdiameter dan 15,88 mm (Fig. 8) De binnenflens heeft een uitstulping met een zekere diameter aan één zijde en een uitstulping met een andere diameter aan de andere zijde. Kies de juiste zijde waarvan de uitstulping perfect in het middengat van het zaagblad past. Plaats vervolgens de binnenflens zodanig op de as dat de zijde met de juiste uitstulping naar buiten wijst, en breng daarna het zaagblad, de buitenflens aan. ZORG ERVOOR DAT U DE ZESKANTBOUT RECHTSOM STEVIG VASTDRAAIT. LET OP: • Zorg ervoor dat de uitstulping “a” van de binnenflens die naar buiten wijst, perfect past in het middengat “a” van het zaagblad. Als u het zaagblad op de verkeerde kant van de binnenflens aanbrengt, kunnen gevaarlijke trillingen het gevolg zijn. Opbergplaats voor de inbussleutel (Fig. 9) Wanneer u de inbussleutel niet gebruikt, bergt u deze op de plaats aangegeven in de afbeelding op, om te voorkomen dat deze wordt verloren. BEDIENING (Fig. 10) LET OP: • Duw het gereedschap voorzichtig in een rechte lijn naar voren. Als u het gereedschap dwingt of verdraait, zal de motor oververhit raken en het gereedschap gevaarlijk terugslaan waardoor ernstig letsel kan worden veroorzaakt. Gebruik altijd de voorhandgreep en achterhandgreep, en houd het gereedschap tijdens gebruik stevig vast aan zowel de voorhandgreep als de achterhandgreep. Het gereedschap is voorzien van zowel een voorhandgreep als een achterhandgreep. Als u de cirkelzaag met beide handen vasthoudt, kunt u nooit in uw handen zagen. Plaats eerst de zool op het werkstuk dat u wilt zagen, zonder dat het zaagblad het werkstuk raakt. Schakel vervolgens het gereedschap in en wacht totdat het zaagblad op volle snelheid draait. Duw het gereedschap nu gewoon naar voren over het oppervlak van het werkstuk, houd het daarbij vlak, en duw gelijkmatig totdat het zagen klaar is. 30 Zorg voor een schone zaagsnede door een rechte zaaglijn en een constante voortgaande snelheid. Als de zaagsnede niet verloopt volgens de voorgenomen zaaglijn, mag u niet proberen het gereedschap iets te draaien of te dwingen terug te keren naar de zaaglijn. Als u dit doet, kan het zaagblad vastlopen en een gevaarlijke terugslag optreden met mogelijk ernstig persoonlijk letsel tot gevolg. Laat de aan/uit-schakelaar los, wacht tot het zaagblad tot stilstand is gekomen en trek vervolgens het gereedschap terug. Lijn het gereedschap opnieuw uit met een nieuwe zaaglijn en begin weer te zagen. Probeer te vermijden dat door de positie van het gereedschap de gebruiker wordt blootgesteld aan zaagsel en spaanders die door het gereedschap worden uitgeworpen. Gebruik oogbescherming om verwonding te voorkomen. Breedtegeleider (liniaal) (Accessoire) (Fig. 11) Met de handige breedtegeleider kunt u extra nauwkeurig recht zagen. Schuif gewoon de breedtegeleider strak tegen de zijkant van het werkstuk en zet deze op zijn plaats vast met behulp van de schroef op de voorkant van de zool van het gereedschap. Op deze manier is het tevens mogelijk een zaagbeweging te herhalen met identieke breedte. ONDERHOUD LET OP: • Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens te beginnen met inspectie of onderhoud. • Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol en dergelijke. Hierdoor kunnen verkleuring, vervormingen en barsten worden veroorzaakt. Vervangen van koolborstels (Fig. 12 en 13) Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Vervang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarkering versleten zijn. Houd de koolborstels schoon, zodat ze gemakkelijk in de houders glijden. Beide koolborstels dienen gelijktijdig te worden vervangen. Gebruik uitsluitend gelijksoortige koolborstels. Gebruik een schroevendraaier om de kappen van de koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten koolborstels eruit, schuif de nieuwe erin, en zet daarna de kappen weer goed vast. Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het product te handhaven, dienen alle reparaties en alle andere onderhoudswerkzaamheden of afstellingen te worden uitgevoerd door een erkend Makita Servicecentrum, en dat uitsluitend met gebruik van Makita vervangingsonderdelen. ENG905-1 Geluidsniveau Alleen voor Europese landen De typisch, A-gewogen geluidsniveaus vastgesteld volgens EN60745: Geluidsdrukniveau (LpA): 85 dB (A) Geluidsvermogenniveau (LWA): 96 dB (A) Onnauwkeurigheid (K): 3 dB (A) Draag oorbeschermers EU-Verklaring van Conformiteit ENG900-1 Trilling De totaalwaarde van de trillingen (triaxiale vectorsom) vastgesteld volgens EN60745: Gebruikstoepassing: zagen in hout Trillingsemissie (ah, W): 2,5 m/s2 of lager Onnauwkeurigheid (K): 1,5 m/s2 ENG901-1 • De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten volgens de standaardtestmethode en kan worden gebruikt om dit gereedschap te vergelijken met andere gereedschappen. • De opgegeven trillingsemissiewaarde kan ook worden gebruikt voor een beoordeling vooraf van de blootstelling. WAARSCHUWING: • De trillingsemissie tijdens het gebruik van het elektrisch gereedschap in de praktijk kan verschillen van de opgegeven trillingsemissiewaarde afhankelijk van de manier waarop het gereedschap wordt gebruikt. • Zorg ervoor dat veiligheidsmaatregelen worden getroffen ter bescherming van de operator die zijn gebaseerd op een schatting van de blootstelling onder praktijkomstandigheden (rekening houdend met alle fasen van de bedrijfscyclus, zoals de tijdsduur gedurende welke het gereedschap is uitgeschakeld en stationair draait, naast de ingeschakelde tijdsduur). ENH101-16 Wij, Makita Corporation, als de verantwoordelijke fabrikant, verklaren dat de volgende Makitamachine(s): Aanduiding van de machine: Cirkelzaagmachine Modelnr./Type: MSS702 in serie zijn geproduceerd en Voldoen aan de volgende Europese richtlijnen: 2006/42/EC En zijn gefabriceerd in overeenstemming met de volgende normen of genormaliseerde documenten: EN60745 De technische documentatie wordt bewaard door: Makita International Europe Ltd. Technische afdeling, Michigan Drive, Tongwell, Milton Keynes, Bucks MK15 8JD, Engeland 19.3.2010 Tomoyasu Kato Directeur Makita Corporation 3-11-8, Sumiyoshi-cho, Anjo, Aichi, 446-8502, JAPAN 31
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Makita MSS702 Handleiding

Categorie
Cirkelzagen
Type
Handleiding