688215 G17NE 3
NEDERLANDS
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Tijdens het gebruik van een elektrisch apparaat dient u de gebruikelijke veiligheidsmaatregelen in acht te nemen.
WAARSCHUWING: Om het risico van verbranding, elektrische schok, brand, persoonlijk letsel of
blootstelling aan schadelijke microgolven te verminderen, moet het volgende in acht worden genomen:
1. WAARSCHUWING: Vloeistoffen en voedsel dienen niet in afgesloten schaaltjes verwarmd te
worden. Deze kunnen exploderen.
2. WAARSCHUWING: Het is gevaarlijk om een ander dan een bevoegde persoon een reparatie of
andere service uit te laten voeren die betrekking heeft op het verwijderen van een beschermkap die
bescherming biedt tegen blootstelling aan magnetronenergie
3. WAARSCHUWING: Kinderen mogen de magnetron alleen onder toezicht gebruiken wanneer zij
adequate instructies hebben gekregen. Het kind moet de magnetron op een veilige manier kunnen
gebruiken en op de hoogte zijn van de gevaren van onveilig gebruik.
4. Gebruik alleen kookgerei die geschikt zijn voor gebruik in de magnetron.
5. De oven moet regelmatig worden gereinigd en voedselresten moeten worden verwijderd
6. Lees en volg de specifieke: "VOORZORGSMAATREGELEN OM MOGELIJKE BLOOTSTELLING AAN
OVERMATIGE MAGNETRONENERGIE TE VOORKOMEN".
7. Indien u eten verwarmt dat in een plastic of papieren bakje zit, houdt u de magnetron dan in de gaten
vanwege de mogelijkheid tot ontbranding.
8. Indien u rook signaleert, zet de magnetron dan uit of haal de stekker uit het stopcontact en houd de
deur gesloten ter voorkoming van vlammen.
9. Verwarm voedsel niet te lang.
10. Gebruik de magnetron niet voor opslagdoeleinden. Laat geen papieren producten, kookgerei of eten in
de magnetron staan indien u deze niet gebruikt.
11. Verwijder sluitclipjes van papieren en plastic zakken voordat u de zak in de magnetron plaatst.
12. Installeer of plaats deze oven alleen in overeenstemming met de installatie-instructies.
13. Eieren in de schaal en hele, hardgekookte eieren mogen niet in magnetrons worden verwarmd.
Ze kunnen exploderen, zelfs nadat de magnetronverhitting is beëindigd.
14. Gebruik het apparaat alleen voor het beoogde gebruik, zoals beschreven in deze handleiding.
Gebruik geen bijtende chemicaliën of dampen in dit apparaat. Dit type magnetron is speciaal
ontworpen om voedsel te verwarmen, te koken of te drogen. Het is niet ontworpen voor industrieel.
15. Gebruik dit apparaat niet als het een beschadigd snoer of stekker heeft, als het niet naar behoren
werkt of als het beschadigd of gevallen is. Als het netsnoer is beschadigd, dan moet het worden
vervangen door de fabrikant, of door een gekwalificeerde servicetechnicus om gevaar te voorkomen
16. Bewaar of gebruik dit apparaat niet buitenshuis.
17. Gebruik deze oven niet in de buurt van water of, in een vochtige ruimte.
18. Het zichtbare vlakken van de ovenruimte kunnen heet worden als het apparaat in werking is. Deze
vlakken van de ovenruimte zijn geschikt om tijdens gebruik heet te worden. Houd het netsnoer uit de
buurt van de hete vlakken, en dek de ventilatieopeningen van de oven niet af.
19. Laat het netsnoer niet over de rand van de tafel hangen of dat het onder de magnetron ligt.
20. Als de oven niet schoon gehouden wordt, kan dat leiden tot een verslechtering van de oppervlakte dat
weer een ongunstige invloed kan hebben op de levensduur van het apparaat en mogelijk resulteren in
een gevaarlijke situatie.
21. De inhoud van zuigflessen en potjes babyvoeding moeten worden geroerd of geschud, en de
temperatuur moet worden gecontroleerd vóór consumptie, om brandwonden te voorkomen.
22. In de magnetron verwarmde dranken kunnen ook na verhitting nog overkoken. Wees daarom
voorzichtig bij het openen van de houder
23. Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (inclusief kinderen) met verminderde
lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens, of gebrek aan ervaring en kennis, tenzij zij
toezicht of instructie over het gebruik van het apparaat hebben gekregen door een persoon die
v erantwoordelijk is voor hun veiligheid.
24. Houd kinderen goed in de gaten om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
25. De magnetron mag niet in een kast worden geplaatst, mits deze kast daarvoor geschikt is bevonden.
26. Het apparaten mag niet met behulp een externe tijdschakelaar of afstandbediening in werking gesteld
worden.
27. De deur of buitenzijde kan heet worden als het apparaat in werking is.
28. De achterzijde van het apparaat moet tegen een muur worden geplaatst.
29. Loskoppelen van de netspanning dient te geschieden middels een meerpolige schakelaar met contact-
onderbrekers voor alle fases en de nul. Tevens dient een overspanningsbeveiliging categorie III volgens
de geldende norm in de installatie te zijn geïnstalleerd die deze schakelaar activeert.