Vermeiren Carpo Limo, Carpo 2, Carpo 2 S.E., Carpo 2 SE de handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Vermeiren Carpo Limo de handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
LCD scherm
vE - 2015-10
11
LCD scherm
1. Gebruik
Met het in Uw scooter ingebouwde LCD scherm kunt U alle rij-, stuuracties, remmen en bedienen van
het voertuig bepalen. De elektrische installatie van de scooter en de elektronica zelf worden constant
intern gecontroleerd. Elke fout in de elektronica wordt aangegeven op het bedieningspaneel en, indien
nodig, wordt de scooter om veiligheidsredenen uitgeschakeld (zie hoofdstuk over foutenanalyse).
Vermeiren is verantwoordelijk voor de aanpassingen in de software. Voor veranderingen in de
software contacteer Vermeiren.
Zet de AAN/UIT schakelaar op AAN, wacht gedurende 3 seconden alvorens de gashendel in te
drukken anders krijg je een alarm "vertraging bescherming".
Nu licht het LCD scherm op.
Gebruik van de laadindicator van de batterijen
De laadindicatoren van de batterijen worden gebruikt om aan te geven dat Uw
scooter is ingeschakeld en geeft een schatting van de resterende batterij-
capaciteit.
1 = Fouten indicator
2 = MODE toets
3 = Omkeerschakelaar (druk
gedurende 3 seconden)
4 = SET toets
5 = Snelheidsregelaar
(traag)
6 = Snelheidsschakelaar
7 = Snelheidsregelaar (snel)
8 = Voorlicht
9 = Claxon
10 = Richtingaanwijzer (links)
11 = Waarschuwingsknipperlichten
12 = Richtingaanwijzer (rechts)
13 = Batterij-indicator
14 = Batterijlader aangesloten
13
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
14
LCD scherm
vE - 2015-10
12
Instellen van de rijsnelheid
Zet de snelhe
id nu naar de gewenste rij-snelheid. De rij-snelheid is een specifieke rij-instelling
(langzaam of snel, binnenshuis of buitenshuis) die Uw therapeut of vakhandelaar kan aanpassen aan
Uw persoonlijke behoeften en voorkeur.
Deze snelheid blijft in het geheugen zitten nadat de scooter wordt uit- en terug ingeschakeld.
Druk op de toets om de rijsnelheid te verminderen: traag.
Druk op de toets om de rijsnelheid te verhogen: snel.
De rij-snelheid schaal is weergegeven op het LCD scherm om de rij-
snelheid weer te gegeven.
De snelheid kan naar laag of hoog worden gezet met de toets L/H.
Standaard is H (Hoog) ingesteld, druk op de toets om te veranderen naar L
(Laag). Als de scooter uit- en terug in geschakeld wordt, blijft de laag /
hoog snelheid niet in het geheugen bewaard en gaat automatisch terug
naar de standaard waarde H (Hoog). H of L is weergegeven op het LCD
scherm om aan te geven welke waarde is geselecteerd.
Omkeerschakelaar
Omkeerschakelaar. Standaard is ingesteld dat de scooter voorwaarts gaat
als U de rechtse gashendel naar U toe trekt. Trek de linkse gashendel naar
U toe, de scooter zal nu achterwaarts rijden. Druk gedurende 3 seconden
op de toets om van rij-richting te veranderen. Trek de rechtse gashendel
naar U toe, de scooter zal nu achterwaarts rijden. Trek de linkse gashendel
naar U toe, de scooter zal nu voorwaarts rijden. De toets wordt nu groen
en er wordt een symbool met twee pijlen op het LCD scherm
weergegeven. Als U de scooter uit- en terug ingeschakeld wordt de laatste
waarde in het geheugen onthouden.
Tijdens het naar achter rijden met de scooter wordt een claxon geluid
weergegeven.
Gebruik van de claxon
Druk de claxon toets in. De claxon werkt zolang U
de knop ingedrukt
houdt.
Toets traag
Toets sn
el
Toets
LCD
Omkeer toets
LCD
LCD
LCD scherm
vE - 2015-10
13
Gebruik van de lampen
1. Lampen:
Om de voor- en achterli
chten aan te zetten, drukt U op de toets
voor de verlichting, de toets wordt groen. Druk opnieuw op de
knop om de lichten uit te schakelen.
Het LCD scherm geeft een lamp symbool weer om aan te geven
dat de verlichting is ingeschakeld.
2. Linkse en rechtse richtingaanwijzers:
Om de richtingaanwijzers aan te zetten, drukt U op de gewenste
toets (links = linkse richtingaanwijzer, rechts = rechtse
richtingaanwijzer). Tegelijkertijd wordt de toets groen en is er een
claxon geluid. Druk opnieuw op de toets om de richtingaanwijzer
terug uit te schakelen.
Op het LCD scherm wordt een knipperend pijl symbool links OF
rechts weer gegeven, om aan te duiden dat de linkse of rechtse
richtingsaanwijzer is geactiveerd.
3. Waar
schuwingsknipperlichten
:
Om de
waarschuwingsknipperlichten aan te zetten, drukt U op de
toets met de driehoek, tegelijkertijd knippert deze toets in het
rood en de toetsen voor de richtingsaanwijzers knipperen in het
groen.
Als één licht beschadigd is, knippert de toets met de driehoek in
het rood.
Op het LCD scherm wordt een knipperend pijl symbool links EN
rechts weer gegeven, om aan te duiden dat de
waarschuwingsknipperlichten zijn geactiveerd.
Om de scooter te stoppen, laat U de gashendel onder het bedieningspaneel los.
To
ets voor de
verlichting
LCD
Toet
s voor de linkse
richtingsaanwijzer
Toets voor de
rechtse
richtingsaanwijzer
LCD
To
ets voor de
waarschuwings-
knipperlichten
LCD
LCD scherm
vE - 2015-10
14
LCD SET functies:
Druk gedurende 5 seconden op de SET toets om het menu met de SET
functies te activeren. Het is niet mogelijk om de SET functies te activeren
als de scooter nog aan het rijden is.
De LCD SET functies worden in onderstaande volgorde weergegeven:
1. LCD achtergrond licht
Het LCD achtergrond licht nummer is aan het knipperen, de helderheid
van het LCD achtergrond licht kan in 5 verschillende standen worden
gezet.
Druk op de linkse richtingsaanwijzer om de helderheid te verhogen.
Druk op de rechtse richtingsaanwijzer om de helderheid te verlagen.
Druk op de SET toets om de wijziging te bevestigen.
2. Tijd
De 24 uren klok knippert op het LCD scherm. Dit betekent dat de tijd: 24
uur klok is geactiveerd en kan worden veranderd.
Druk op de linkse richtingsaanwijzer om de uren te verlagen of rechtse
richtingsaanwijzer om de uren te verhogen. Druk op de SET toets om de
wijziging te bevestigen.
Nu gaan de minuten knipperen. Druk op de linkse richtingsaanwijzer om
de minuten te verhogen. Druk op de rechtse richtingsaanwijzer om de
minuten te verlagen. Druk op de SET toets om de wijziging te bevestigen.
3. °C / °F schakelaar
De °C / °F knippert. Nu k
an U de eenheid van "°C / °F" veranderen
en omgekeerd met de linkse of rechtse richtingsaanwijzers toets. Druk
op de SET toets om de wijziging te bevestigen.
4. Mile / km schakelaar
De Mile / km knippert op het LCD scherm. Nu kan U de eenheid van "KM
/ MILE" veranderen en omgekeerd met de linkse of rechtse
richtingsaanwijzers toets. Druk op de SET toets om de wijziging te
bevestigen.
Druk nogmaals op de SET toets om het SET functies menu te verlaten en terug naar de rij-modus te
gaan.
5. Rijafstand
Eerst wordt de rijafstand van de rit getoond. Deze waarde kan worden
gereset naar nul. Via de SET toets scrolt U naar de Mile / km schakelaar
functie. Verander deze functie 4x met de rechtse richtingsaanwijzer. Druk
nogmaals op de SET toest om het menu te verlaten.
Druk op de MODE toets, nu wordt de totale rijafstand (ODO)
weergegeven. Deze waarde kan worden gereset naar nul door
Vermeiren.
LCD scherm
vE - 2015-10
15
2. Foutcodes
Als de fouten-indicator verschijnt op
het scherm is er mogelijk een fout. Het nummer geeft het type
van de fout aan.
Nummer Probleem /storing Controles
1
D
e batterij moet worden opgeladen of er is een slechte
verbinding naar de batterij.
Controleer de batterij
aansluiting. Als de verbindingen
goed zijn, probeer de batterij op
te laden.
2
Er i
s een slechte verbinding naar de motor. Controleer alle verbindingen
tussen de motor en
bedieningspaneel.
3
Er i
s een kortsluiting tussen de motor en de batterij
verbinding.
Contacteer Uw vakhandelaar.
4
De neut
raal schakelaar of het manuele
remontkoppelingsmechanisme is geactiveerd.
Controleer de positie van de
schakelaar of hendel.
5
Ni
et gebruikt.
6
De st
roommodule wordt verhinderd van rijden.
Blokkering 2 is geactiveerd. Reden hiervoor is dat de
batterijlader is aangesloten of de zit is niet in de
rijpositie geplaatst.
Controleer dat de batterijlader is
aangesloten. Controleer dat de
zit in de rijpositie staat.
7
Een
fout van de gashendel wordt aangegeven. Zorg ervoor dat de gashendel in
de neutrale positie staat alvorens
de scooter aan te zetten.
8
Een
fout van het bedieningspaneel wordt aangegeven. Zorg ervoor dat alle
verbindingen aangekoppeld zijn.
9
De
parkeerremmen hebben een slechte verbinding. Controleer de parkeerremmen en
de motorverbindingen.
Zorg ervoor dat alle kabels van
het bedieningspaneel
aangesloten zijn.
10
Een o
vermatige spanning wordt naar het
bedieningspaneel gestuurd. Dit wordt meestal
veroorzaakt door een slechte batterij aansluiting.
Controleer de batterij
aansluiting.
Fouten-indicator
/