Electrolux EWW167443W Handleiding

Type
Handleiding
gebruiksaanwijzing
notice d'utilisation
Was-droogcombinatie
Lavante-séchante
EWW 167443 W
Electrolux. Thinking of you.
Ga voor meer van onze ideeën naar www.electrolux.com
INHOUD
Veiligheidsinformatie 2
Beschrijving van het product 4
Bedieningspaneel 5
Het eerste gebruik 8
Aanpassing aan persoonlijke wensen 8
Dagelijks gebruik 9
Gebruik - Drogen 12
Gebruik - Wassen & Drogen 13
Nuttige aanwijzingen en tips 14
Tips voor het drogen 16
Wasprogramma's 17
Droogprogramma's 19
Onderhoud en reiniging 20
Problemen oplossen 24
Technische gegevens 27
Verbruikswaarden 27
Montage 28
Aansluiting aan het elektriciteitsnet 31
Milieubescherming 31
Wijzigingen voorbehouden
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Belangrijk! Zorgvuldig lezen en voor
toekomstige raadpleging bewaren.
• De veiligheid van uw apparaat voldoet
aan de voorschriften en de wettelijke ver-
eisten met betrekking tot de veiligheid
van apparaten Wij vinden echter dat wij,
als fabrikant, de plicht hebben u de vol-
gende veiligheidsaanwijzingen te geven.
• Het is erg belangrijk dat deze gebruiks-
aanwijzing bij de machine bewaard zodat
u later nog eens iets kunt nalezen. Als het
apparaat aan iemand anders verkocht of
geschonken wordt, of als u verhuist en
de machine achterlaat, zorg er dan voor
dat de gebruiksaanwijzing bij het appa-
raat blijft zodat de nieuwe eigenaar ken-
nis kan nemen van de werking van het
apparaat en de bijbehorende waarschu-
wingen.
• U MOET deze gebruiksaanwijzing aan-
dachtig doorlezen voordat u de machine
te installeert of in gebruik neemt.
• Controleer uw machine op eventuele
schade, die ontstaan kan zijn tijdens het
transport, voordat u hem in gebruik
neemt. Sluit nooit een beschadigde ma-
chine aan. Als er onderdelen zijn bescha-
digd, neem dan contact op met uw leve-
rancier.
• Als de machine in de winter wordt afgele-
verd, als de temperatuur onder nul is. Zet
de wasmachine 24 uur in een ruimte met
kamertemperatuur voordat u hem in ge-
bruik neemt.
ALGEMENE VEILIGHEID
• Het is gevaarlijk om de specificaties te
wijzigen of om te proberen op enigerlei
wijze veranderingen aan te brengen aan
dit apparaat.
• Tijdens wasprogramma's op hoge tem-
peratuur kan het deurglas heet worden.
Niet aanraken!
• Zorg ervoor dat kleine kinderen en huis-
dieren niet in de trommel klimmen. Om
dit te voorkomen dient u de trommel vóór
het gebruik te controleren.
• Voorwerpen als munten, veiligheidsspel-
den, spijkers, schroeven, stenen of ande-
re harde, scherpe materialen kunnen gro-
te schade aan het apparaat toebrengen
en mogen niet in het apparaat terechtko-
men.
• Gebruik alleen de aanbevolen hoeveel-
heid wasverzachter en wasmiddel. Als u
te veel doseert, kunnen kledingstukken
beschadigd raken. Raadpleeg de aanbe-
velingen van de fabrikant met betrekking
tot de hoeveelheden.
• Was kleine artikelen zoals sokken, veters,
wasbare ceintuurs enz. in een waszak of
kussensloop, omdat deze tussen de kuip
en de trommel terecht kunnen komen.
• Gebruik uw wasautomaat niet om artike-
len met baleinen, materialen zonder
zoom of gescheurde materialen te was-
sen.
2 electrolux
• Trek na gebruik, reiniging en onderhoud
van de machine altijd de stekker uit het
stopcontact en draai de kraan dicht.
• Probeer in geen geval zelf de machine te
repareren. Reparaties uitgevoerd door
ondeskundigen kunnen lichamelijk letsel
of ernstige schade aan de machine ver-
oorzaken. Neem contact op met een
Klantenservice bij u in de buurt. Vraag al-
tijd om originele vervangingsonderdelen.
INSTALLATIE
• Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig
als u het apparaat verplaatst.
• Controleer bij het uitpakken van het ap-
paraat of dit niet is beschadigd. Gebruik
het apparaat bij twijfel niet en neem con-
tact op met de Klantenservice.
• Alle verpakkingsmaterialen en transport-
bouten moeten vóór het gebruik worden
verwijderd. Als dit wordt nagelaten kan
dit ernstige schade aan het product en
andere eigendommen tot gevolg hebben.
Zie het desbetreffende hoofdstuk in de
gebruiksaanwijzing.
• Controleer na de installatie van het appa-
raat of het niet op de toevoer- en af-
voerslang staat en of het werkblad het
aansluitsnoer niet platdrukt tegen de
muur.
• Als het apparaat op een tapijtvloer wordt
geplaatst, dient de hoogte van de stel-
pootjes te worden aangepast om de
lucht onder het apparaat toch goed te
kunnen laten circuleren.
• Let er altijd op of er na de installatie geen
water lekt uit de slangen en de aansluitin-
gen.
• Als het apparaat geïnstalleerd is op een
plaats waar het kan vriezen, lees dan het
hoofdstuk "Bevriezingsgevaren.
• Eventuele voor de installatie van dit appa-
raat noodzakelijke loodgieterswerkzaam-
heden, moeten worden uitgevoerd door
een gekwalificeerde loodgieter.
• Eventuele voor de installatie van het ap-
paraat noodzakelijke elektrotechnische
werkzaamheden, moeten worden uitge-
voerd door een gekwalificeerde elektri-
cien.
GEBRUIK
• Dit apparaat is bestemd voor huishoude-
lijk gebruik. Het is niet toegestaan het ap-
paraat te gebruiken voor andere doelein-
den dan waarvoor het is bestemd.
• Was en droog uitsluitend textiel dat ge-
schikt is voor machinaal wassen en dro-
gen. Volg de instructies op het wasvoor-
schrift in de kleding
• Doe niet te veel wasgoed in de machine.
Zie de "Wasprogramma"-tabel.
• Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te
zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat al-
le knopen en ritsen dicht zijn. Was geen
gerafelde of gescheurde artikelen. Be-
handel vlekken zoals verf, inkt, roest en
gras eerst voordat u artikelen met dit
soort vlekken gaat wassen. Beugelbeha's
mogen NIET machinaal worden gewas-
sen.
• Kledingstukken die in aanraking zijn ge-
weest met vluchtige petroleumproducten
mogen niet in de machine gewassen
worden. Als vluchtige reinigingsvloeistof-
fen zijn gebruikt, dient u ervoor te zorgen
dat de vloeistof uit het kledingstuk is ver-
wijderd voordat u het in de machine doet.
• Daar sommige (dons)dekbedden vanwe-
ge hun omvang gewassen/gedroogd
moeten worden in grote commerciële
machines, dient u bij de fabrikant van het
artikel na te gaan of het geschikt is om
gewassen te worden in een wasmachine
voor huishoudelijk gebruik.
• Controleer altijd of er geen (weg-
werp)aanstekers in de kleding zijn achter-
gebleven.
• Droog nooit artikelen in de droger die in
contact zijn geweest met chemicaliën
zoals reinigingsvloeistof. Deze zijn vluch-
tig en kunnen een explosie veroorzaken.
Droog alleen artikelen in de droger die
gewassen zijn in water of die gelucht
moeten worden.
• Kunststof wasmiddeldoseerbolletjes mo-
gen niet in de trommel achterblijven tij-
dens de droogcyclus, omdat de kunst-
stof niet bestand is tegen de hitte. Als u
non-stop wilt wassen en drogen moet u
de gewone wasmiddellade gebruiken.
• Trek de stekker nooit aan het snoer uit
het stopcontact; maar aan de stekker
zelf.
electrolux 3
• Gebruik de wasmachine nooit als het
aansluitsnoer, het bedieningspaneel, het
werkblad of de sokkel beschadigd zijn,
waardoor de binnenkant van de wasma-
chine toegankelijk is.
VEILIGHEID VAN KINDEREN
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik
door personen (met inbegrip van kinde-
ren) met beperkte lichamelijke of verstan-
delijke vermogens of een gebrek aan er-
varing en kennis, tenzij dit onder toezicht
gebeurt van een voor hun veiligheid ver-
antwoordelijke persoon of tenzij zij van
een dergelijke persoon instructie hebben
ontvangen over het gebruik van het ap-
paraat
• Houd kinderen uit de buurt om te voorko-
men dat ze met het apparaat spelen
• De verpakkingsmaterialen (zoals plastic
folie en polystyreen) kunnen een gevaar
opleveren voor kinderen - verstikkingsge-
vaar! Houd ze buiten het bereik van kin-
deren.
• Berg alle wasmiddelen op een veilige
plaats, buiten het bereik van kinderen,
op.
• Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren
niet in de trommel kunnen klimmen. Om
te voorkomen dat kinderen of huisdieren
in de trommel vast komen te zitten, heeft
deze machine een speciale functie. Om
deze functie te activeren draait u de knop
(zonder deze in te drukken) aan de bin-
nenkant van de deur naar rechts tot de
groef horizontaal staat. Gebruik zo nodig
een muntstuk.
Om deze functie uit te schakelen en de
mogelijkheid te herstellen om de deur te
sluiten, draait u de knop naar links tot de
groef verticaal staat.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Uw nieuwe apparaat voldoet aan alle moderne eisen voor een effectieve behandeling
van wasgoed met een laag verbruik van water, energie en wasmiddel. Zijn nieuwe
wassysteem maakt het volledige gebruik van wasmiddel mogelijk en vermindert het
waterverbruik om energie te besparen.
4
5
1
2
3
6
1
Wasmiddellade
2
Bedieningspaneel
3
Deurhandgreep
4
Typeplaatje
4 electrolux
5
Afvoerpomp
6
Verstelbare pootjes
WASMIDDELLADE
Vakje voor wasmiddel voor de voorwas-
en inweekfase of voor vlekkenverwijderaar
die gebruikt wordt tijdens de vlekkenverwij-
deringsfase (indien beschikbaar). Het voor-
was- en inweekmiddel wordt aan het begin
van het wasprogramma ingespoeld. De
vlekkenverwijderaar wordt tijdens de vlek-
kenverwijderingsfase ingespoeld.
Vakje voor waspoeder of vloeibaar was-
middel voor de hoofdwas. Als u vloeibaar
wasmiddel gebruikt, schenk dit dan in net
voordat u het programma start.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (was-
verzachter, stijfsel).
Volg de aanbevelingen van de fabrikant van
het product voor de gebruikte hoeveelheid
en zorg dat u het merkteken «MAX» in de
wasmiddellade niet overschrijdt. Wasver-
zachter of stijfsel moet in het vakje voor
vloeibare toevoegingen worden gegoten
voordat u het wasprogramma start.
BEDIENINGSPANEEL
Hieronder is het bedieningspaneel afgebeeld. Het laat de programmakeuzeknop zien
als ook de toetsen, controlelampje en het display. Deze onderdelen worden weerge-
geven met bijbehorende nummers op de volgende pagina's.
1 2 3 4 5 6 87 9 10
1
Programmakeuzeknop
2
Toets TEMPERATUUR (Temp.)
3
Toets CENTRIFUGE (Centrif. – Esso-
rage)
4
Toets AUTOMATISCH DROGEN
(Droogtegraad – Séch. auto)
5
Toets DROOGTIJD (Droogtijd – Minu-
terie)
6
Toets UITGESTELDE START (Startuit-
stel – Départ différé)
electrolux 5
7
Display (weergave)
8
Toets START/PAUZE ( Start / Pauze –
Départ / Pause)
9
Toetsen TIJDSINSTELLING
PROGRAMMAKEUZEKNOP
Hiermee kunt u het apparaat aan/uit scha-
kelen en/of een programma selecteren.
HUISHOUDELIJK
Met deze toets kunt u de wastemperatuur
verhogen of verlagen.
KORT CENTRIFUGEREN
Door deze toets in te drukken kunt u de
maximaal toegestane centrifugesnelheid
verlagen of de beschikbare optie(s) selecte-
ren.
SPOELSTOP
Als u deze functie kiest, wordt het laatste
spoelwater niet weggepompt om te voorko-
men dat het wasgoed kreukelt. Voordat de
deur wordt geopend, moet het water wor-
den weggepompt. Om het water weg te
pompen leest u paragraaf "Aan het einde
van het programma".
AUTOMATISCH DROGEN
Door middel van deze toets kunt u de ge-
wenste drooggraad voor katoen en synthe-
tica kiezen:
• Extra droog (katoen)
• Kastdroog (katoen en synthetica)
• Strijkdroog (katoen)
Het controlelampje dat correspondeert met
de geselecteerde droogtegraad gaat bran-
den.
DROOGTIJD
Als u een ingesteld droogprogramma wilt
uitvoeren, drukt u op deze toets totdat de
droogtijd die u wenst op het display ver-
schijnt. Dit moet in overeenstemming zijn
met het textiel (katoen, synthetica of wol)
dat u wilt drogen.
Voor katoen kunt u een droogtijd selecteren
van 10 minuten tot 250 minuten.
Voor synthetische materialen kunt u een
droogtijd selecteren van 10 minuten tot 130
minuten.
Voor wol kunt u een droogtijd selecteren
van 10 minuten tot 210 minuten.
Telkens als u deze toets indrukt wordt de
droogtijd met 5 minuten verhoogd.
STARTUITSTEL
De start van het hoofdwasprogramma kan
met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en ver-
volgens steeds met 1 uur tot een maximum
van 20 uur met deze toets worden uitge-
steld.
EXTRA SPOELEN
Dit apparaat is ontworpen om energie te
besparen. Als het noodzakelijk is het was-
goed te spoelen met een extra hoeveelheid
water (extra spoelgang), kiest u deze optie.
De machine voert enkele extra spoelgangen
uit. Deze optie wordt aanbevolen voor per-
sonen die allergisch zijn voor wasmiddelen
en in gebieden waar het water erg zacht is.
START/PAUZE
Met deze toets kunt u het geselecteerde
programma starten of onderbreken.
TIJD
Met deze toetsen kunt u de wastijd aanpas-
sen die de wasmachine automatisch heeft
voorgesteld.
6 electrolux
DISPLAY
7.3 7.4 7.1
7.2
Het display toont de volgende informatie:
7.1:
•
Duur van het gekozen programma
Nadat u een programma gekozen heeft,
wordt de tijdsduur in uren en minuten
weergegeven (bijvoorbeeld 2.05 ). De
duur wordt automatisch berekend op ba-
sis van de aanbevolen maximale belading
voor elk type wasgoed. Na de start van
het programma wordt de resterende tijd
elke minuut bijgewerkt.
•
Gekozen droogtijd
Nadat u een droogprogramma gekozen
heeft, wordt de tijdsduur weergegeven in
minuten of in uren en minuten (bv. 130
min. = 2.10 ). Na de start van het pro-
gramma wordt de resterende tijd elke mi-
nuut bijgewerkt.
• Uitgestelde start
Het gekozen uitstel, ingesteld met de be-
treffende toets, wordt gedurende enkele
seconden op het display weergegeven,
daarna verschijnt de duur van het eerder
gekozen programma.
• Alarmcodes
In geval van problemen met de werking
kunnen er alarmcodes weergegeven wor-
den, bijvoorbeeld E20 (zie paragraaf
«Wat te doen als...»).
• Verkeerde optiekeuze
Als een optie wordt gekozen die niet
compatibel is met het ingestelde waspro-
gramma, verschijnt de boodschap Err
enkele seconden onderaan op het dis-
play en gaat het rode lampje in toets 8
knipperen.
•
Einde van het programma
Als het programma is afgelopen, verschij-
nen er drie knipperende nullen op het
display en gaan het controlelampje 9 en
het controlelampje van toets 8 uit. De
deur kan nu worden geopend.
7.2: Symbolen fases wasprogramma
•
Hoofdwas
•
Spoelgangen
•
Waterafvoer
•
Centrifugeren
•
Drogen
Bij het selecteren van het wasprogramma,
worden de pictogrammen die bij de ver-
schillende wasfases van het programma
horen, weergegeven in het onderste ge-
deelte van het display. Nadat u op toets 8
heeft gedrukt, blijft het pictogram van de lo-
pende fase aan.
7.3: Pictogrammen vervuilingsgraad
•
Intensief
•
Normaal
•
Dagelijks
•
Licht
•
Kort
•
Supersnel
•
Opfrissen
•
Supersnel opfrissen
electrolux 7
Bij het kiezen van een programma ver-
schijnt op het display een pictogram dat de
vervuilingsgraad aangeeft, die automatisch
door de machine bepaald wordt.
7.4: Kinderslot
(zie hoofdstuk "Kinder-
slot").
TABEL MET SYMBOLEN
Programmakeuzeknop
= Programma's Time Manager
= Spoelen
= Pompen
= Centrifugeren
Toetsen en lampjes
= Koud
= Spoelstop
= Extra droog
= Kastdroog
= Strijkdroog
= Kinderslot
= Extra spoelen
+ / -
= Time Manager-knoppen
HET EERSTE GEBRUIK
• Zorg ervoor dat de elektrische aan-
sluiting en de wateraansluiting vol-
doen aan de installatie-instructies.
• Verwijder het polystyreenblok en evt.
andere materialen uit de trommel.
• Laat, voordat u de machine voor de
eerste keer gebruikt, het katoenpro-
gramma op de hoogste temperatuur
draaien zonder wasgoed in de ma-
chine, zodat eventuele fabricageres-
ten uit de trommel en de kuip wor-
den verwijderd. Giet een halve maat-
beker wasmiddel in het vakje voor de
hoofdwas en start de machine.
AANPASSING AAN PERSOONLIJKE WENSEN
GELUIDSSIGNALEN
De wasmachine is voorzien van een ge-
luidssysteem, dat in de volgende gevallen
te horen zal zijn
• aan het einde van een cyclus
• als er een storing is
Door tegelijkertijd te drukken op de toetsen
4 en 5 gedurende ongeveer 6 seconden,
wordt het geluidssignaal gedeactiveerd (be-
halve als er een storing is). Door nogmaals
op deze 2 toetsen te drukken, wordt het
geluidssignaal weer ingeschakeld
KINDERSLOT
Dankzij deze voorziening kunt u het appa-
raat onbeheerd laten, u hoeft zich dan geen
zorgen te maken dat kinderen gewond ra-
ken of het apparaat schade toebrengen.
Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de
machine niet in werking is
Er zijn twee manieren om deze optie in te
stellen:
1. Voor het drukken op knop 8: kan de
machine niet worden gestart.
2. Na het drukken op knop 8: kan een an-
der programma of andere optie niet
worden gewijzigd.
8 electrolux
Om deze optie in- of uit te schakelen tegelij-
kertijd gedurende ongeveer 6 seconden
drukken op de toetsen 5 en 6 tot op het
display het pictogram
verschijnt of ver-
dwijnt.
DAGELIJKS GEBRUIK
Wasgoed in de machine doen
Open de deur voorzichtig door de hand-
greep naar buiten te trekken. Doe het was-
goed stuk voor stuk in de trommel; schud
het eerst zo goed mogelijk uit. Sluit de vul-
deur.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen
de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage
of beschadigd wasgoed ontstaan.
Wasmiddel en wasverzachter doseren
Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk naar
buiten. Meet de vereiste hoeveelheid was-
middel af, giet het vervolgens in het vak
voor de hoofdwas
of in een ander vak
als het geselecteerde programma/de optie
dit vereist (zie voor meer informatie "Was-
middeldoseervakje")
Giet indien gewenst wasverzachter in het
vakje
(de gebruikte hoeveelheid mag niet
de markering "MAX" in de lade overschrij-
den). Schuif de wasmiddellade er weer
voorzichtig in.
KIES HET GEWENSTE PROGRAMMA
MET DE PROGRAMMAKEUZEKNOP (1)
Draai de programmakeuzeknop op het ge-
wenste programma. De wasmachine zal
een temperatuur voorstellen en automatisch
het voor het door u gekozen programma
maximale centrifugetoerental selecteren. U
kunt deze waarden veranderen met de bij-
behorende toetsen. Het groene controle-
lampje van toets 8 begint te knipperen.
De programmakeuzeknop kan met de klok
mee of tegen de klok in worden gedraaid.
Draai naar stand
om het programma te
resetten/ De machine uit te schakelen.
Aan het einde van het programma moet
u de programmakeuzeknop op stand
zetten om de machine uit te schake-
len.
Let op! Als u de
programmakeuzeknop op een ander
programma zet als de machine in
werking is, zal het rode controlelampje
van toets 8 3 keer knipperen en
verschijnt het bericht Err op het
display, om aan te geven dat er een
verkeerde keuze is gemaakt. De
machine zal het nieuw gekozen
programma niet uitvoeren.
PROGRAMMAKEUZETOETSEN
Afhankelijk van het programma, kunnen er
verschillende functies gecombineerd wor-
den. Deze functies moeten gekozen wor-
electrolux 9
den nadat u het gewenste programma ge-
kozen heeft en voordat u op toets 8 drukt.
KIES DE TEMPERATUUR DOOR TOETS
2 IN TE DRUKKEN
Bij het kiezen van een programma stelt het
apparaat automatisch een standaardtem-
peratuur voor.
Druk herhaaldelijk op deze toets om de
temperatuur te verhogen of te verlagen, als
u wilt dat uw wasgoed wordt gewassen op
een andere temperatuur.
VERLAAG HET
CENTRIFUGETOERENTAL DOOR OP
TOETS 3 TE DRUKKEN
Wanneer het gewenste programma is ge-
kozen, stelt uw machine automatisch het
maximale centrifugetoerental voor dat pro-
gramma voor.
Druk herhaaldelijk op toets 3 om het centri-
fugetoerental te veranderen, als u wilt dat
uw wasgoed op een ander centrifugetoe-
rental gecentrifugeerd wordt. Het desbe-
treffende lampje licht op.
KIES DE BESCHIKBARE OPTIE DOOR
OP DE TOETSEN 3, 4 EN 5 TE
DRUKKEN
Afhankelijk van het programma, kunnen er
verschillende functies gecombineerd wor-
den voordat er op toets 8 gedrukt wordt. Bij
het kiezen van een optie gaat het bijbeho-
rende controlelampje branden.
Als er een verkeerde optie is gekozen, knip-
pert het geïntegreerde rode controlelampje
van toets 8 3 keer en het bericht Err ver-
schijnt gedurende enkele seconden op het
display.
Zie voor de mogelijke combinaties van
wasprogramma's en opties hoofdstuk
«Wasprogramma's».
EEN EXTRA SPOELGANG KIEZEN
Dit apparaat is ontworpen om water te be-
sparen. Voor mensen met een erg gevoeli-
ge huid (allergisch voor wasmiddelen) kan
het echter noodzakelijk zijn om het was-
goed met een extra hoeveelheid water te
spoelen (extra spoelgang). Druk gedurende
enkele seconden tegelijkertijd op de toetsen
4 en 6 om deze optie te activeren. Het
controlelampje 9 brandt. Deze functie blijft
permanent actief. Om de functie te verwij-
deren nogmaals op de toetsen 4 en 6 druk-
ken tot het lampje 9 uit gaat.
KIES HET STARTUITSTEL DOOR OP
TOETS 6 TE DRUKKEN
Als u de start wilt uitstellen, druk dan her-
haaldelijk op toets 6, voordat u de machine
start. Het desbetreffende controlelampje
gaat aan.
Het gekozen uitstel (max. 20 uur) verschijnt
gedurende enkele seconden op het display,
daarna verschijnt de duur van het program-
ma weer.
U moet deze optie kiezen nadat u het pro-
gramma hebt ingesteld en voordat u de
toets 8 indrukt.
U kunt de vertragingstijd te allen tijde annu-
leren, voordat u toets 8 indrukt.
De uitgestelde start kiezen:
1. Kies het programma en de gewenste
opties.
2. Kies het Startuitstel met toets 6.
3. Druk op toets 8:
– de machine begint de tijd af te tellen
in uren.
– Het programma zal beginnen als het
gekozen uitstel is afgelopen.
Annuleren van de uitgestelde start nadat op
toets 8 is gedrukt:
1. Zet de wasmachine op PAUZE door op
toets 8 te drukken.
2. Druk eenmaal op toets 6 tot het sym-
bool 0' wordt weergegeven.
3. Druk nogmaals op toets 8 om het pro-
gramma te starten.
Belangrijk! Het gekozen uitstel kan alleen
veranderd worden nadat u het
wasprogramma opnieuw gekozen heeft.
De optie Uitgestelde start kan niet geko-
zen worden bij het programma POMPEN.
START HET PROGRAMMA DOOR OP
TOETS 8 TE DRUKKEN
Druk op toets 8 om het gekozen program-
ma te starten, het groene controlelampje
van toets 8 stopt met knipperen.
Om een lopend programma te onderbre-
ken, drukt u op toets 8: het groene contro-
lelampje begint te knipperen.
Om het programma opnieuw te starten
vanaf het punt waarop het werd onderbro-
ken toets 8 nogmaals indrukken. Als u een
10 electrolux
uitgestelde start gekozen heeft, begint de
machine af te tellen. Als er een verkeerde
optie is gekozen, knippert het rode contro-
lelampje van toets 8 3 maal en wordt het
bericht Err gedurende een paar seconden
weergegeven.
KIES DE OPTIE TIME MANAGER DOOR
OP TOETS 10 TE DRUKKEN
Door herhaaldelijk op deze toetsen te druk-
ken, kunt u de duur van de wascyclus ver-
lengen of verkorten. Een symbool voor ver-
vuilingsgraad verschijnt op het display om
de gekozen vervuilingsgraad aan te geven.
Deze optie is alleen beschikbaar bij de pro-
gramma's Katoen, Synthetisch en Fijne
was.
Vervuilings-
graad
Picto-
gram
Soort weefsel
Intensief Voor sterk vervuild
wasgoed
Normaal Voor normaal ver-
vuild wasgoed
Dagelijks Voor dagelijks ver-
vuild wasgoed
Licht Voor licht vervuild
wasgoed
Snel Voor heel licht ver-
vuild wasgoed
Supersnel
1)
Voor artikelen die
slechts korte tijd ge-
bruikt of gedragen
zijn
Opfrissen
1)
2)
Alleen voor het op-
frissen van wasgoed
Super opfris-
sen
1)
2)
Voor het opfrissen
van een zeer kleine
hoeveelheid artike-
len
1) Wij adviseren u om een kleinere hoeveelheid wasgoed
in de machine te doen (zie tabel Wasprogramma's).
2) Als u deze optie selecteert, wordt het betreffende
symbool even weergegeven en daarna verdwijnt het
meteen.
EEN OPTIE OF LOPEND PROGRAMMA
WIJZIGEN
Het is mogelijk om een optie te veranderen
voordat het programma deze uitvoert .
Voordat u iets kunt veranderen, moet u de
machine op PAUZE zetten door op de toets
8 te drukken (als u de optie Time Manager
wilt veranderen, moet u het lopende pro-
gramma annuleren en uw keuze opnieuw
maken).
U kunt een lopend programma alleen ver-
anderen door het te resetten. Draai de pro-
grammakeuzeknop eerst op
en dan op
de stand van het nieuwe programma. Start
het nieuwe programma door nogmaals op
toets 8te drukken. Het water in de kuip zal
niet worden weggepompt.
EEN PROGRAMMA ONDERBREKEN
Druk op toets 8 om een lopend programma
te onderbreken, het bijbehorende groene
controlelampje begint te knipperen.
Druk nogmaals op de toets om het pro-
gramma opnieuw te starten.
EEN PROGRAMMA ANNULEREN
Draai de keuzeknop op
om een lopend
programma te annuleren.
U kunt nu een nieuw programma kiezen.
DE DEUR OPENEN
Nadat het programma gestart is en tijdens
de uitgestelde start, is de deur vergrendeld.
Als u om een bepaalde reden de deur wilt
openen, moet u de wasmachine eerst op
PAUZE zetten door op toets 8 te drukken.
Na een paar minuten kan de deur geopend
worden.
Als de deur niet kan worden geopend, be-
tekent dit dat de machine al aan het opwar-
men was of dat het waterniveau te hoog is.
Probeer in ieder geval de deur niet te force-
ren!
Als u de deur niet kunt openen maar als dit
toch nodig is, dan moet u de machine uit-
schakelen door de programmakeuzeknop
op O te zetten. Na enkele minuten kan de
deur worden geopend (let op het waterni-
veau en de temperatuur!.
Nadat u de deur gesloten heeft, moet u het
programma opnieuw selecteren en op de
toets 8 drukken.
AAN HET EINDE VAN HET
PROGRAMMA
De machine stopt automatisch; De machine
stopt automatisch, het controlelampje van
toets 8 gaat uit en er verschijnen drie knip-
electrolux 11
perende 0.00 op het display. Er klinken en-
kele geluidssignalen.
Als er een programma of optie wordt geko-
zen waarbij het water in de trommel niet
wordt weggepompt, blijft de deur vergren-
deld om aan te geven dat het water eerst
moet worden weggepompt voordat de deur
kan worden geopend.
Voordat het water wordt afgepompt, blijft
de trommel regelmatig draaien tot het water
wordt afgepompt.
Volg onderstaande instructies om het water
af te pompen:
1. Draai de programmakeuzeknop op
stand O.
2. Kies programma POMPEN of CENTRI-
FUGEREN.
3. Verlaag indien nodig het centrifugetoe-
rental met de betreffende toets.
4. Druk op toets 8.
Aan het einde van het programma wordt de
deur vrijgegeven en kan hij worden geo-
pend. Draai de programmakeuzeknop op O
om de machine uit te schakelen.
Verwijder het wasgoed uit de trommel en
controleer goed of de trommel leeg is. Als u
niet van plan bent om nog een was te
doen, sluit dan de waterkraan. Laat de deur
open staan om vorming van schimmel en
onaangename luchtjes te voorkomen.
Stand-by : zodra het programma is geëin-
digd, wordt na enkele minuten het energie-
besparingssysteem ingeschakeld. De hel-
derheid van het display wordt verminderd.
Door op een willekeurige toets te drukken
haalt u het apparaat uit de energiebespa-
rende modus.
GEBRUIK - DROGEN
ALLEEN DROGEN
Waarschuwing!
De aanbevolen lading bedraagt 3.5 kg voor
katoen en linnen, 2 kg voor synthetica en
1.5 kg voor wol.
Belangrijk! Voor wollen kledingstukken is
de ingestelde droogtijd de enige droogtijd
die beschikbaar is (toets Droogtijd).
Door te drukken op de toets Droogtijd
kan er max. 5 kg katoenen wasgoed
worden gedroogd (zie de tabel «Droog-
programma»).
Waarschuwing!
De waterkraan moet open staan en de
afvoerslang moet in de gootsteen ge-
plaatst zijn of op de afvoerpijp aange-
sloten zijn.
1. Wasgoed in de machine doen.
2. Selecteer voor optimale droogresulta-
ten een centrifugeercyclus op de maxi-
maal toegestane centrifugeersnelheid
voor het type wasgoed.
3. Selecteer het droogprogramma voor
katoen, synthetica of wol in de sector
Drogen van de programmakeuzeknop.
4. Als u automatisch drogen wilt selec-
teren (alleen voor katoen en synthetica),
drukt u op de toets 4 totdat het contro-
lelampje dat correspondeert met de ge-
wenste droogtegraad gaat branden.
5. Als u tijdgestuurd drogen wilt selec-
teren, drukt u op de toets 5 totdat de
gewenste tijd verschijnt op het display
(zie de tabel «Droogprogramma»). Tel-
kens als u deze toets indrukt wordt de
droogtijd met 5 minuten verhoogd.
Let op!
De programmeertijd zal automatisch
met enkele minuten verlengd worden.
6. Druk op toets 8 om het programma te
starten. De resterende tijd wordt elke
minuut bijgewerkt.
12 electrolux
7. Aan het einde van het programma
klinkt er een zoemer. Er verschijnen drie
knipperende «0.00» op het display.
De laatste 10 minuten van de droogcy-
clus voert het apparaat een anti-kreuk-
fase uit. Gedurende deze periode is de
deur vergrendeld. Het display toont drie
knipperende nullen «0.00».
Als u de deur vóór of tijdens de anti-
kreukfase toch wilt openen, of het pro-
gramma wilt onderbreken, druk dan op
een willekeurige toets of draai de pro-
grammakeuzeknop op een willekeurig
programma (behalve op «O»).
8. Draai de keuzeknop op stand O om de
machine uit te schakelen.
9. Haal al het wasgoed uit de trommel.
Let op!
De verschillende soorten katoenen stof
(handdoeken, lakens, shirts enz.) of was-
goed dat wordt opgerold tijdens het centri-
fugeren kan leiden tot gedeeltelijke droging.
In het uitzonderlijke geval dat aan het einde
van de cyclus het wasgoed nog een beetje
nat is, raden we aan de opgerolde stukken
open te vouwen, deze gelijkmatig te verde-
len in de trommel en een extra droogcyclus
van 20-30 minuten te selecteren.
Belangrijk!
Indien u slechts een droogfase van 10 mi-
nuten instelt d.m.v. de droogtijdtoets (5),
dan voert het apparaat enkel een afkoelfase
uit.
GEBRUIK - WASSEN & DROGEN
NON-STOP-PROGRAMMA - WASSEN
EN AUTOMATISCH DROGEN
De maximale lading bedraagt 3.5 kg voor
katoen en 2 kg voor synthetica.
Let op! Maak geen gebruik van een
wasmiddeldoseerbol als u een
was- en droogprogramma uitvoert.
1. Wasgoed in de machine doen.
2. Voeg wasmiddel en een wasverzachter
toe.
3. Schakel de machine in door de keuze-
knop op het gekozen wasprogramma/
stof te zetten.
4. Selecteer de gewenste opties door
middel van de desbetreffende toetsen.
Kies, indien mogelijk, geen centri-
fugetoerental dat lager is dan de
snelheid die de machine heeft voor-
gesteld om een te lange droogtijd
te voorkomen en zo energie te be-
sparen.
Het verlagen van het centrifugetoeren-
tal is hoe dan ook alleen mogelijk nadat
u "drogen" gekozen heeft.
Voor katoen en synthetica is de laagste
waarde die u kunt instellen 900 t.p.m.
5. Stel de drooggraad in door te drukken
op toets 4. Het display toont de hele
duur van het wasprogramma en de ge-
selecteerde droogcyclus.
6. Start het programma door te drukken
op toets 8. De resterende tijd wordt
elke minuut bijgewerkt op het display.
7. Draai aan het einde van het programma
de programmakeuzeknop op O om de
machine uit te schakelen. De trommel
legen.
NON-STOP-PROGRAMMA - WASSEN
EN TIJDGESTUURD DROGEN
De aanbevolen lading bedraagt 3.5 kg voor
katoen, 2 kg voor synthetica en 1.5 kg voor
wol.
Door te drukken op de knop met de
droogtijd kan er max. 5 kg katoenen
wasgoed worden gedroogd (zie de ta-
bel «Droogprogramma»).
Let op! Maak geen gebruik van een
wasmiddeldoseerbol als u een
was- en droogprogramma uitvoert.
1. Doe het wasgoed in de machine en
voeg wasmiddel en wasverzachter toe.
2. Schakel de machine in door de keuze-
knop op het gekozen wasprogramma/
stof te zetten.
electrolux 13
3. Selecteer de gewenste opties door
middel van de desbetreffende toetsen.
Kies, indien mogelijk, geen centri-
fugetoerental dat lager is dan de
snelheid die de machine heeft voor-
gesteld om een te lange droogtijd
te voorkomen en zo energie te be-
sparen.
Het verlagen van het centrifugetoeren-
tal is hoe dan ook alleen mogelijk nadat
u "drogen" gekozen heeft.
De laagst mogelijke waarden die u kunt
kiezen zijn:
– 900 t.p.m. voor katoen en synthetica
en 700 t.p.m. voor delicate stoffen
– 900 t.p.m. ( of 1000 t.p.m. afhanke-
lijk van het model) voor wol.
4. Selecteer de droogtijd door te drukken
op knop 5. Het display toont de hele
duur van het wasprogramma en de ge-
selecteerde droogcyclus.
Als u maar 10 minuten instelt voor de
droogfase aan het eind van het was-
programa, dan toont het display de to-
tale duur van het programma inclusief
de afwikkeling en de afkoelfase.
5. Start het programma door te drukken
op toets 8. De resterende tijd wordt
elke minuut bijgewerkt op het display.
6. Draai aan het einde van het programma
de programmakeuzeknop op O om de
machine uit te schakelen en verwijder
het wasgoed.
PLUISJES IN DE KLEDING
Tijdens de WAS- EN/OF DROOGFASE la-
ten bepaalde soorten stoffen, zoals fleece,
wol, sweaterstof, pluisjes vrij.
Deze vrijgegeven pluisjes kunnen aan de
stoffen kleven tijdens de volgende cyclus.
Dit nadeel verergert bij technische stoffen.
Om dit fenomeen te verhinderen wordt aan-
bevolen om:
• geen donkere stoffen te wassen na het
wassen en drogen van lichte stoffen
(nieuwe fleece, wol en in het bijzonder
sweaterstof) en vice versa.
• dit soort stoffen in openlucht te laten dro-
gen wanneer ze voor het eerst gewassen
zijn.
• de filter te reinigen.
• Voer één of meer spoelcycli uit om de
trommel te reinigen tussen het wassen
en drogen van stoffen met verschillende
kleuren.
• Na de droogfase, reinig de lege trommel,
de pakking en de deur grondig met een
natte doek.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
DE WAS SORTEREN
Houd u aan de wassymbolen op de etiket-
ten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en
de wasvoorschriften van de fabrikant. Sor-
teer het wasgoed als volgt: wit, bont, syn-
thetisch, fijne was, wol.
TEMPERATUREN
95° of 90°
voor normaal vervuild wit ka-
toen en linnen (bijv. theedoe-
ken, handdoeken, tafelkleden,
lakens...)
60°/50°
voor normaal vervuilde kleur-
echte kleding (bijv. overhem-
den, nachthemden, pyja-
ma's...) van linnen, katoen of
synthetische weefsels en voor
licht vervuild wit katoen (bijv.
ondergoed)
40°-30°-
Koud
voor tere weefsels (bijv. vitra-
ge), gemengde was inclusief
synthetische weefsels en wol-
len kledingstukken met het la-
bel «zuiver wol, wasbaar in de
machine, krimpvrij»
VOORDAT U DE WAS IN DE MACHINE
DOET
Was witte en bonte was nooit samen. Wit
kan in de was zijn "witheid" verliezen.
Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als
zij de eerste keer worden gewassen; was
dit soort kleding de eerste keer dan ook
apart.
Zorg ervoor dat er geen metalen voor-
werpen in het wasgoed achterblijven
(bijv. haarspeldjes, veiligheidsspelden,
spelden).
14 electrolux
Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Bind ceintuurs of
lange riemen vast.
Verwijder hardnekkige vlekken vóór het
wassen.
Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een
speciaal wasmiddel of reinigingspasta.
Behandel vitrage met speciale zorg. Verwij-
der haken of stop ze in een zak of net.
MAXIMALE BELADING
De aanbevolen belading is te vinden in
hoofdstuk "Wasprogramma's".
Algemene regels:
• Katoen, linnen: trommel vol maar niet
volgepropt;
• Synthetica: trommel niet meer dan half
vol;
• Fijne was en wol: trommel niet meer
dan een derde gevuld.
Indien u wast met een maximale belading
maakt u efficiënt gebruik van water en ener-
gie.
Als de kleding sterk vervuild is, verminder
dan de belading.
HET GEWICHT VAN WASGOED
De volgende gewichten zijn een indicatie:
De volgende gewichten zijn een indicatie:
badjas 1200 g
dekbedovertrek 700 g
heren overhemd 600 g
laken, herenpyjama 500 g
tafelkleed 250 g
kussensloop, toilethanddoek,
nachtjapon, herent-shirt
200 g
theedoek, damesondergoed,
zakdoek, blouse, herenon-
dergoed
100 g
VLEKKEN VERWIJDEREN
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken
niet kunnen worden verwijderd met alleen
water en wasmiddel. Het is daarom aan te
bevelen vlekken eerst te behandelen alvo-
rens het kledingstuk te wassen.
Bloed: behandel verse bloedvlekken met
koud water. Laat opgedroogde vlekken een
nacht in water met een speciaal wasmiddel
inweken; daarna de vlek met het sop uit-
wassen.
Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met
wasbenzine, leg het kledingstuk op een
zachte doek en dep de vlek; herhaal de be-
handeling enkele keren.
Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de
vlek met terpentine, leg het kledingstuk op
een zacht oppervlak en dep de vlek met de
vingertoppen en een katoenen doek.
Roest: oxaalzuur opgelost in warm water
of een roestverwijderingsproduct dat koud
wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude
roestvlekken omdat de cellulosestructuur in
dat geval beschadigd zal zijn en de kans
groot is dat de vlek een gat wordt.
Schimmelvlekken: behandel de vlek met
bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte
en kleurechte weefsels).
Gras: licht inzepen en de vlek met bleek-
middel behandelen (alleen witte en kleur-
echte weefsels).
Balpeninkt en lijm: bevochtig met ace-
ton
1)
, leg het kledingstuk op een zachte
doek en dep de vlek.
Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton
zoals hierboven, vervolgens de vlekken met
brandspiritus behandelen. Behandel evt.
achtergebleven sporen met bleekmiddel.
Rode wijn: laten inweken in water en was-
middel, uitspoelen en behandelen met
azijnzuur of citroenzuur, vervolgens uitspoe-
len. Behandel evt. achtergebleven sporen
met bleekmiddel.
Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het
type inkt eerst met aceton
1)
en dan met
azijnzuur; behandel evt. achtergebleven
sporen op wit textiel met bleekmiddel; daar-
na grondig uitspoelen.
Teervlekken: eerst behandelen met vlek-
kenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzi-
ne, vervolgens inwrijven met reinigingspas-
ta.
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk
van de keuze van het wasmiddel en het ge-
bruik van de juiste hoeveelheden om ver-
spilling te voorkomen en het milieu te spa-
ren.
1) Gebruik geen aceton op kunstzijde.
electrolux 15
Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn be-
vatten wasmiddelen stoffen die - in grote
hoeveelheden - de broze balans van de na-
tuur kunnen verstoren.
De keuze van het wasmiddel hangt af van
het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.),
de kleur, wastemperatuur en de mate van
vervuiling.
Alle in de handel verkrijgbare machinewas-
middelen kunnen in deze machine worden
gebruikt:
• waspoeder voor alle soorten weefsels;
• waspoeder voor tere weefsels (60°C
max) en wol;
• vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor
wasprogramma's op lage temperatuur
(60°C max) voor alle soorten weefsels, of
speciaal voor alleen wol.
De wasmiddelen en nabehandelingsmidde-
len moeten in het juiste vakje van de was-
middellade worden gedaan voordat het
wasprogramma wordt gestart.
Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar
wasmiddel, dient een programma zonder
voorwas te worden gekozen.
De wasautomaat is uitgerust met een recir-
culatiesysteem dat een optimaal gebruik
van geconcentreerd wasmiddel mogelijk
maakt.
Volg de aanbevelingen van de fabrikant op
voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe-
den en overschrijd het «MAX» teken in
de wasmiddellade niet.
GRADEN VAN WATERHARDHEID
De hardheid van water wordt geclassifi-
ceerd in zogenaamde hardheidsgraden. In-
formatie over de hardheid van het water in
uw omgeving kan worden verkregen bij het
desbetreffende waterleidingbedrijf.
Een waterontharder moet worden toe-
gevoegd als het water een gemiddeld-
hoge hardheidsgraad heeft (vanaf hard-
heidsgraad II). Volg de instructies van
de fabrikant op. De hoeveelheid was-
middel kan altijd worden aangepast
aan de hardheidsgraad I (=zacht).
Niveau Kenmerk
Graden van water-
hardheid
Duits °dH Frans
°T.H
1 zacht 0-7 0-15
2 gemiddel-
de
8-14 16-25
3 hard 15-21 26-37
4 erg hard > 21 > 37
TIPS VOOR HET DROGEN
DE DROOGCYCLUS VOORBEREIDEN
De droger werkt op het principe van con-
densatie.
Daarom moet de waterkraan open
staan en moet de afvoerslang, ook ge-
durende de droogcyclus, in een goot-
steen of een afvoerpijp geplaatst zijn.
Belangrijk!
Voordat u het droogprogramma start, moet
u de hoeveelheid gewassen artikelen ver-
minderen, teneinde goede resultaten te ver-
krijgen.
WASGOED DAT NIET GESCHIKT IS
VOOR DE DROGER
• Bijzonder tere artikelen zoals syntheti-
sche gordijnen, wol en zijde, kleding met
metalen onderdelen, nylon kousen, om-
vangrijke kledingstukken zoals anoraks,
spreien, gewatteerde dekens, slaapzak-
ken en dekbedden mogen niet in de ma-
chine gedroogd worden.
• Droog donkere kleding niet tegelijk met
licht gekleurde pluizige voorwerpen als
handdoeken, want donkere kleding kan
dan pluis aantrekken.
• Verwijder het wasgoed wanneer het ap-
paraat klaar is met drogen.
• Om statische lading na het drogen te
voorkomen gebruikt u een wasverzachter
in de wasmachine of een speciaal voor
wasdrogers verkrijgbare wasverzachter.
• Kledingstukken gevoerd met schuimrub-
ber of op schuimrubber lijkend materiaal
mogen niet in de machine gedroogd wor-
den; dit kan brandgevaar opleveren.
• Evenmin mogen stoffen die resten bevat-
ten van haarversteviger of haarlak, nagel-
lakremover en dergelijke gedroogd wor-
16 electrolux
den in de machine om de vorming van
schadelijke dampen te voorkomen.
De wasmiddelen en nabehandelingsmidde-
len moeten in het juiste vakje van de was-
middellade worden gedaan voordat het
wasprogramma wordt gestart.
Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar
wasmiddel, dient een programma zonder
voorwas te worden gekozen.
De wasautomaat is uitgerust met een recir-
culatiesysteem dat een optimaal gebruik
van geconcentreerd wasmiddel mogelijk
maakt.
Volg de aanbevelingen van de fabrikant op
voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe-
den en overschrijd het "MAX" teken in
de wasmiddellade niet.
WASVOORSCHRIFTEN IN DE KLEDING
Volg voor het drogen de aanwijzingen van
de fabrikant op het label op:
•
= mag in de wasdroger
•
= Drogen op hoge temperatuur
•
= Drogen op lage temperatuur
•
= Niet geschikt voor de wasdroger.
DUUR DROOGCYCLUS
De droogtijd kan variëren afhankelijk van:
• toerental van de laatste centrifugegang
• gewenste droogtegraad (strijkdroog,
kastdroog)
• soort wasgoed
• gewicht van de hoeveelheid wasgoed.
De gemiddelde droogtijd voor een tijdge-
stuurd droogprogramma vindt u in het
hoofdstuk "Droogprogramma's". De erva-
ring zal u helpen uw wasgoed op de meest
geschikte wijze te drogen, afhankelijk van
de verschillende weefsels. Maak wat aante-
keningen over de duur van het drogen van
reeds uitgevoerde cycli.
EXTRA DROGEN
Als het wasgoed nog vochtig is na afloop
van het droogprogramma, kies dan nog
een korte droogcyclus.
Waarschuwing! Laat het wasgoed
niet te droog worden om te
voorkomen dat kledingstukken erg
gekreukt raken of krimpen.
WASPROGRAMMA'S
Programma – Maximale en minimale tempera-
tuur - Cyclusbeschrijving – Maximaal centrifuge-
toerental – Maximale belading - Type wasgoed
Options (Opties) Wasmiddelvakje
Katoen – Coton
90° - Koud
Hoofdwas, Spoelen
Centrifugeren op de maximale snelheid
Max. belading 7 kg - gereduceerde lading 3.5 kg
Wit en bont katoen (normaal vervuilde artikelen).
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
TIJDSINSTELLING
1)
Katoen + Voorwas – Coton + Prélavage
90° - Koud
Voorwas - Hoofdwas - Spoelgangen
Centrifugeren op de maximale snelheid
Max. belading 7 kg - gereduceerde lading 3.5 kg
Wit of gekleurd katoen met de voorwasfase (sterk
vervuilde artikelen).
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
TIJDSINSTELLING
1)
2)
Synthetica – Synthétiques
60° - Koud
Hoofdwas, Spoelen
Maximale centrifugeersnelheid 900 toeren
Max. belading 3.5 kg - gereduceerde lading 2 kg
Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed,
gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden,
blouses.
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
TIJDSINSTELLING
1)
electrolux 17
Programma – Maximale en minimale tempera-
tuur - Cyclusbeschrijving – Maximaal centrifuge-
toerental – Maximale belading - Type wasgoed
Options (Opties) Wasmiddelvakje
Fijne was – Délicats
40° - Koud
Hoofdwas, Spoelen
Maximale centrifugeernelheid 700 toeren
Max. belading kg 3.5 - Gereduceerde lading kg 2
Fijne was: acryl, viscose, polyester.
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
TIJDSINSTELLING
1)
Wol – Laine / Handwas – A la main
40° - Koud
Hoofdwas, Spoelen
Maximale centrifugeersnelheid 900 toeren
Max. belading 2 kg
Wasprogramma voor in de machine wasbare wol en
voor met de hand wasbare wol en fijne stoffen.
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
SPOELSTOP
Zijde – Soie
30° - Koud
Hoofdwas, Spoelen
Maximale centrifugeersnelheid 700 toeren
Max. belading 1 kg
Het programma voor fijne was is geschikt voor artike-
len van zijde en gemengde synthetische weefsels.
SPOELSTOP
Spoelen
Spoeling - Lang centrifugeren
Centrifugeren op de maximale snelheid
Max. belading 7 kg
Met dit programma is het mogelijk om katoenen kle-
dingstukken die met de hand gewassen zijn uit te
spoelen en te centrifugeren. Om de spoelactie te in-
tensiveren, selecteert u de optie EXTRA SPOELING.
De machine zal enkele aanvullende spoelingen uitvoe-
ren.
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
Wegstromen
Afvoeren van het water
Max. belading 7 kg
Om het laatste spoelwater af te voeren in program-
ma's met de optie geselecteerd, waardoor het pro-
gramma eindigt met water in de trommel.
Draaien
Pompen en lang centrifugeren
Centrifugeren op de maximale snelheid
Max. belading 7 kg
Aparte centrifugegang voor kledingstukken die met de
hand gewassen moeten worden en na programma's
met de optie geselecteerd, waardoor het programma
eindigt met water in de trommel. U kunt de centrifu-
geersnelheid met behulp van de betreffende toets
aanpassen aan de weefsels die gecentrifugeerd moe-
ten worden.
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
18 electrolux
Programma – Maximale en minimale tempera-
tuur - Cyclusbeschrijving – Maximaal centrifuge-
toerental – Maximale belading - Type wasgoed
Options (Opties) Wasmiddelvakje
Katoen Eco - Coton Eco
90° - 40°
Hoofdwas, Spoelen
Centrifugeren op de maximale snelheid
Max. belading 7 kg
Wit en kleurecht katoen.
Dit programma kan worden gekozen voor licht of nor-
maal vervuilde katoenen artikelen. De temperatuur
wordt verlaagd en de wasduur wordt verlengd. Hier-
door kunt u een goede wasefficiëntie bereiken en te-
gelijk energie besparen.
CENTRIFUGETOE-
RENTAL REDUCE-
REN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
Dekens - Couette
40° - 30°
Hoofdwas, Spoelen
Maximale centrifugeersnelheid 700 toeren
Max. belading 2.5 kg
Voor een enkele wasbare synthetische deken of dek-
bed.
Drogen - Séchage / Wol - Laine
Droogprogramma wol. Kan alleen gebruikt worden
met tijdgestuurd drogen.
Drogen - Séchage / Synthetica - Synthétiques
Droogprogramma synthetica. Dit kan worden gebruikt
tijdens tijdgestuurd drogen of automatisch drogen
(droogheidsgraad: kastdroog).
Drogen - Séchage / Katoen - Coton
Droogprogramma katoen. Dit kan worden gebruikt tij-
dens tijdgestuurd drogen of automatisch drogen
(droogtegraad: extra droog, kastdroog, strijkdroog).
O = Uit
Om het lopende programma te annuleren of om de
machine uit te schakelen .
1) Als u de optie Supersnel selecteert door te drukken op de toetsen 10, raden we u aan de maximale belading te
beperken, zoals aangegeven in de tabel. Volledige belading is mogelijk, de wasresultaten zullen echter minder
goed zijn. Als u de optie voor opfrissen of super opfrissen gebruikt, raden we u aan om de belading nog meer te
beperken.
2) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder VOORWAS selecteren.
DROOGPROGRAMMA'S
AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S
Droogheidsgraad Soort weefsel Max. belading
EXTRA DROOG
Ideaal voor artikelen van badstof
Katoen en linnen (badjas-
sen, badhanddoeken, enz.)
3.5 kg
KASTDROOG
Geschikt voor artikelen die ongestreken wor-
den opgeborgen
Katoen en linnen (badjas-
sen, badhanddoeken, enz.)
3.5 kg
electrolux 19
Droogheidsgraad Soort weefsel Max. belading
KASTDROOG
Geschikt voor artikelen die ongestreken wor-
den opgeborgen
Synthetische en gemeng-
de weefsels (truien, blouses,
ondergoed, huishoudlinnen)
2 kg
STRIJKDROOG
Geschikt voor artikelen die gestreken moeten
worden
Katoen en linnen (lakens,
tafelkleden, overhemden,
enz.)
3.5 kg
TIJDGESTUURDE PROGRAMMA'S
Droogheidsgraad Soort weefsel Droge was
Centrifuge-
snelheid
(tpm)
Aangera-
den droog-
tijd (minu-
ten)
EXTRA DROOG
Ideaal voor artikelen van bad-
stof
Katoen en linnen
(badjassen, bad-
handdoeken, enz.)
5 kg
3.5 kg
1.5 kg
1600
175-195
95-105
40-50
KASTDROOG
Geschikt voor artikelen die on-
gestreken worden opgeborgen
Katoen en linnen
(badjassen, bad-
handdoeken, enz.)
5 kg
3.5 kg
1.5 kg
1600
165-185
85-95
35-45
KASTDROOG
Geschikt voor artikelen die on-
gestreken worden opgeborgen
Synthetische en
gemengde weef-
sels (truien, blou-
ses, ondergoed,
huishoudlinnen)
2 kg
1 kg
900
70-80
35-45
STRIJKDROOG
Geschikt voor artikelen die ge-
streken moeten worden
Katoen en linnen
(lakens, tafelkleden,
overhemden, enz.)
5 kg
3.5 kg
1.5 kg
1600
135-155
65-75
30-40
WOL DROOG
1)
Wol (truien) 1.5 Kg 900 140-170
Aanwijzingen voor testinstituten
Testprestaties, volgens EN 50229, moeten worden uitgevoerd met een eerste drooglading van 4 kg
(samenstelling: kussensloop en handdoeken) door selectie van het programma TIJDGESTUURD
DROGEN voor katoen en een instelling van 100 minuten.
De tweede drooglading van 3 kg (samenstelling: 3 lakens en handdoeken) door selectie van het
programma TIJDGESTUURD DROGEN voor katoen en een instelling van 85 minuten.
1) Woolmark keurde zowel de was- als droogprogramma's voor wol goed.
ONDERHOUD EN REINIGING
Waarschuwing! U moet het apparaat
loskoppelen van de elektrische
voeding, voordat u welke reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden dan ook
kunt uitvoeren.
ONTKALKEN
Het water dat wij gebruiken bevat gewoon-
lijk kalk. Het is aan te bevelen om regelma-
tig een waterontharder in de machine te ge-
bruiken. Doe dit apart van het wassen van
wasgoed en volgens de aanwijzingen van
de fabrikant van de waterontharder. Hier-
mee voorkomt u de vorming van kalkaan-
slag.
NA ELKE WASBEURT
Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt
om de vorming van schimmel en onaange-
name luchtjes in het apparaat te voorko-
men. Door de deur een tijdje open te laten
staan na een wascyclus blijft de afdichting
van de deur ook beter bewaard.
ONDERHOUDSWASBEURT
Bij wasbeurten op lage temperaturen is het
mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant
van de trommel blijft zitten.
Wij raden u daarom aan regelmatig een on-
derhoudswasbeurt uit te voeren.
Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren:
20 electrolux
• Moet de trommel leeg zijn.
• Moet u het heetste wasprogramma voor
katoen kiezen.
• Gebruik een normale hoeveelheid was-
middel, dit moet waspoeder zijn met bio-
logische eigenschappen.
SCHOONMAKEN VAN DE
BUITENKANT
Maak de buitenkant van het apparaat alleen
schoon met water en zeep, droog het daar-
na grondig af.
Belangrijk! Gebruik geen brandspiritus,
oplosmiddelen of soortgelijke producten om
de buitenkant van de machine te reinigen.
DE WASMIDDELLADE
SCHOONMAKEN
De wasmiddellade moet regelmatig worden
schoongemaakt.
De lade voor was- en nabehandelingsmid-
delen moet regelmatig worden schoonge-
maakt.
Verwijder de lade door de vergrendeling
naar beneden te drukken en de lade naar
buiten te trekken.
1
2
Spoel de lade af onder een kraan om even-
tuele resten waspoeder te verwijderen.
Om het schoonmaken te vergemakkelijken
kan het bovenste gedeelte van het vakje
voor nabehandelingsmiddelen verwijderd
worden. Maak alle onderdelen schoon met
water.
Maak de onderdelen van de wasmiddellade
schoon met een borstel.
WASTROMMEL
Roestaanslag in de trommel kan voorko-
men vanwege roestende vreemde voorwer-
pen in de was of door leidingwater dat ijzer
bevat.
Belangrijk! Maak de trommel niet schoon
met zure ontkalkingsmiddelen,
schuurmiddelen die chloor bevatten of
staalwol.
1. Verwijder alle roestaanslag op de trom-
mel met een reinigingsmiddel voor
roestvrij staal.
2. Draai een wascyclus zonder was in de
trommel om restanten van reinigings-
middelen te verwijderen.
Programma: Kort katoenprogramma op
maximale temperatuur en voeg ong.
een kwart maatbeker wasmiddel toe.
DEURRUBBER
Controleer van tijd tot tijd het deurrubber en
haal evt. aanwezige voorwerpen weg die in
de manchet terecht zijn gekomen.
electrolux 21
AFVOERPOMP
Controleer de afvoerpomp regelmatig en
zorg dat deze schoon is.
Inspecteer de pomp regelmatig en/of in-
dien:
• Het apparaat pompt geen water weg.
• De trommel niet kan draaien.
• Het apparaat een ongebruikelijk geluid
maakt door een blokkade in de afvoer-
pomp.
• Er een probleem is met de waterafvoer
(zie hoofdstuk "Wat te doen als..." voor
meer informatie).
Waarschuwing!
1. Trek de stekker uit het stopcon-
tact.
2. Verwijder het filter niet als het ap-
paraat in gebruik is. Reinig de af-
voerpomp niet als het water in de
machine heet is. Het water moet
koud zijn voordat u de afvoerpomp
kunt reinigen.
De afvoerpomp reinigen:
1. Open het pompdeurtje.
2. Plaats een bak onder de uitsparing van
de afvoerpomp om het uitstromende
water op te vangen.
3. Druk de twee hendels in en trek het af-
voerkanaal naar voren om het water er-
uit te laten stromen.
4. Als de bak vol met water is, duwt u het
afvoerkanaal terug en leegt u de bak.
Herhaal stap 3 en 4 tot er geen water
meer uit de afvoerpomp stroomt.
5. Duw het afvoerkanaal terug.
6. Schroef het filter los en verwijder het.
1
2
7. Verwijder stof en voorwerpen uit de
pomp.
22 electrolux
8. Zorg dat het schoepenrad op de juiste
wijze kan draaien. Neem als dit niet
lukt, contact op met de klantenservice.
9. Reinig het filter onder de waterkraan en
plaats het terug in de speciale geleiders
van de pomp.
10. Zorg ervoor dat het filter stevig vastzit
om waterlekkage te voorkomen.
2
1
11. Sluit het afvoerpompdeurtje.
Waarschuwing!
Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een
wascyclus, wacht altijd tot de machine de
cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed
uit de trommel hebt kunnen halen. Wanneer
u het deksel weer vastschroeft, dient u
goed te controleren of het stevig is vastge-
zet om lekkages te voorkomen en te voor-
komen dat jonge kinderen het kunnen ver-
wijderen.
DE WATERTOEVOERFILTERS
SCHOONMAKEN
Als u merkt dat het langer duurt om de ma-
chine met water te vullen, controleer dan of
het zeefje in de watertoevoerslang niet is
verstopt.
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Schroef de watertoevoerslang los.
3. Reinig het zeefje in de slang met een
harde borstel.
4. Schroef de waterslang weer op de
kraan.
5. Schroef de slang los van de machine.
Houd een oude doek bij de hand om
eventueel gemorst water te kunnen op-
vegen.
6. Maak het filter in de klep schoon met
een stevige borstel of met een doek.
7. Schroef de slang terug op de machine
en zorg dat de aansluiting stevig vast-
zit.
8. Draai de waterkraan open.
MACHINE LEGEN IN GEVAL VAN
NOOD
Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als
volgt te werk om de machine leeg te laten
lopen:
1. trek de stekker uit het stopcontact
2. draai de waterkraan dicht.
3. wacht zo nodig totdat het water is af-
gekoeld.
4. open het pompdeurtje;
5. Plaats een bak op de vloer onder de
uitsparing van de afvoerpomp;
6. Druk de twee hendels in en trek het af-
voerkanaal naar voren om het water er-
uit te laten stromen;
electrolux 23
7. Als de bak vol met water is, duwt u het
afvoerkanaal terug en leegt u de bak;
Herhaal deze procedure totdat er geen
water meer uit de slang komt;
8. reinig de pomp indien nodig (zie het ge-
deelte ‘Pomp reinigen’ );
9. sluit het afvoerpompdeurtje.
Als u het water afvoert met de noodafvoer-
procedure, dient u het afvoersysteem op-
nieuw te activeren:
1. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de wasmiddeldo-
seerbakje.
2. Start het programma om water af te
voeren.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ
VORST
Als de machine is geïnstalleerd in een ge-
bied waar de temperatuur lager is dan 0°C,
dan dient u het resterende water uit de af-
voerslang en de afvoerpomp te verwijderen.
1. trek de stekker uit het stopcontact.
2. draai de waterkraan dicht.
3. schroef de watertoevoerslang los van
de kraan;
4. plaats de twee uiteinden van de toe-
voerslang in een bak en laat het water
uit de slang stromen.
5. laat de afvoerpomp leeglopen zoals be-
schreven in het gedeelte ‘Water afvoe-
ren in een noodgeval’.
6. als de afvoerpomp leeg is, installeert u
de toevoerslang opnieuw.
Waarschuwing!
Zorg ervoor dat de temperatuur hoger is
dan 0 °C voordat u het apparaat opnieuw
gebruikt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade die door lage temperaturen is ver-
oorzaakt.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Bepaalde problemen zijn het gevolg van
een gebrek aan eenvoudig onderhoud of
van onoplettendheid; dergelijke problemen
kunnen zonder de hulp van een monteur
gemakkelijk worden opgelost. Controleer
eerst de hieronder staande checklist, voor-
dat u contact opneemt met onze Klanten-
service.
Als de machine is ingeschakeld, is het mo-
gelijk dat het rode controlelampje van toets
8 knippert, een van de volgende alarmco-
des op het display verschijnt en tegelijkertijd
iedere 20 seconden geluidssignalen te ho-
ren zijn om aan te geven dat de machine
niet werkt:
•
: probleem met de watertoevoer.
•
: probleem met de waterafvoer.
•
: deur open.
Druk, nadat het probleem is verholpen, op
toets 8 om het programma opnieuw te star-
ten. Als het probleem, na alle controles,
zich nog steeds voordoet, neem dan con-
tact op met onze service-afedling.
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
De wasautomaat start niet:
De deur is niet goed gesloten.
• Doe de deur stevig dicht.
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
• Steek de stekker in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
• Controleer de elektrische installatie in uw woning.
De hoofdzekering is doorgebrand.
• Vervang de zekering.
De keuzeknop is niet goed ingesteld en er is niet op toets 8 ge-
drukt.
• Draai de keuzeknop en druk nogmaals op toets 8.
De uitgestelde start is gekozen.
• Als het wasgoed meteen gewassen moet worden, annuleer dan
de uitgestelde start.
Het kinderslot is geactiveerd.
• Deactiveer het kinderslot.
24 electrolux
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
De machine wordt niet met
water gevuld:
De waterkraan is gesloten.
• Draai de waterkraan open.
De toevoerslang is bekneld of geknikt.
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
Het filter in de toevoerslang of het inlaatventielfilter is verstopt.
• Maak de watertoevoerfilters schoon (Zie 'De watertoevoerfilters
schoonmaken' voor meer informatie).
De deur is niet goed gesloten.
• Doe de deur stevig dicht.
Er stroomt water in de ma-
chine en dat loopt meteen
weer weg:
Het uiteinde van de afvoerslang bevindt zich te laag.
• Zie hoofdstuk "Waterafvoer".
De machine pompt het wa-
ter niet weg en/of centrifu-
geert niet:
De afvoerslang is bekneld of geknikt.
• Controleer de aansluiting van de afvoerslang.
De afvoerpomp is verstopt.
• Maak het afvoerfilter schoon.
Er is een optie of programma gekozen waarbij het water in de
trommel niet wordt weggepompt of een programma dat alle
spoelgangen onderdrukt.
• Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Er ligt water op de vloer:
Er is te veel of ongeschikt wasmiddel gebruikt (te veel schuimvor-
ming).
• Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander mid-
del.
Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekka-
ge vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water
langs de slang naar beneden loopt; controleer of de slang vochtig
is.
• Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
De watertoevoerslang is beschadigd.
• Vervang deze door een nieuwe.
De filter is na het reinigen niet goed vastgeschroefd.
• Schroef de filter weer helemaal vast.
Onbevredigende wasresul-
taten:
Er is te weinig of ongeschikt wasmiddel gebruikt.
• Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel.
Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen behandeld.
• Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hard-
nekkige vlekken te behandelen.
De juiste temperatuur was niet gekozen.
• Controleer of u de juiste temperatuur heeft gekozen.
Te veel wasgoed in de trommel.
• Verminder laadvolume.
De deur gaat niet open:
Het programma loopt nog.
• Wacht tot de wascyclus is afgelopen.
De deur is niet ontgrendeld.
• Wacht tot de deur wordt vrijgegeven.
Er staat water in de trommel.
• Kies programma Pompen of Centrifugeren.
electrolux 25
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
De machine staat te schud-
den of maakt lawaai:
De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn niet verwij-
derd.
• Controleer of het apparaat correct geïnstalleerd is.
De pootjes zijn niet afgesteld
• Controleer of het apparaat goed waterpas staat.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
Misschien zit er maar heel weinig wasgoed in de trommel.
• Doe meer wasgoed in de trommel.
Centrifugeren begint traag
of de machine centrifugeert
niet:
De elektronische voorziening voor onbalans is ingeschakeld omdat
het wasgoed niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld. Het was-
goed wordt herverdeeld doordat de machine de trommel in tegen-
overgestelde richting ronddraait. Dit kan verschillende keren nodig
zijn voordat de onbalans verdwijnt en het normale centrifugeren
kan worden hervat. Als na 10 minuten het wasgoed nog steeds
niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, zal de machine niet cen-
trifugeren. Verdeel het wasgoed in dat geval met de hand in de
trommel en selecteer het programma centrifugeren.
• Verdeel het wasgoed opnieuw.
De lading is te klein.
• Voeg meer wasgoed toe, verdeel de lading handmatig opnieuw
en kies vervolgens het centrifugeprogramma.
De machine maakt een on-
gebruikelijk geluid:
De machine is uitgerust met een type motor die vergeleken met
andere traditionele motoren een ongebruikelijk geluid maakt. Deze
nieuwe motor zorgt voor een soepelere start en een betere verde-
ling van het wasgoed in de trommel tijdens het centrifugeren, en
voor een betere stabiliteit van de machine.
Er is geen water zichtbaar
in de trommel:
Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie werken erg
zuinig en verbruiken weinig water zonder dat dit van invloed is op
de prestatie van de machine.
De machine droogt niet of
droogt niet goed:
De droogtijd of de droogtegraad is niet gekozen.
• Kies de droogtijd of droogtegraad.
De waterkraan is dicht.
• Draai de waterkraan open.
De afvoerpomp is verstopt.
• Maak het afvoerfilter schoon.
Er zit teveel wasgoed in de machine.
• Doe minder wasgoed in de trommel.
Het gekozen droogprogramma, tijd of droogtegraad was niet ge-
schikt voor het wasgoed.
• Kies het geschikte droogprogramma, tijd of droogtegraad voor
het wasgoed.
26 electrolux
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
Het wasgoed zit vol met
pluisjes van verschillende
kleuren:
De stoffen die in de vorige cyclus gewassen werden, hebben
pluisjes van een andere kleur achtergelaten (raadpleeg "Pluisjes in
kleding" in het hoofdstuk "Gebruik - Wassen en drogen").
• De droogfase helpt een deel van deze pluisjes te verwijderen.
• Reinig de kleding met een pluisjesverwijderaar.
In geval van een overmatige hoeveelheid pluisjes in de trommel,
herhaal volgende procedure twee maal:
• Reinig de lege trommel, de pakking en de deur grondig met een
natte doek.
• Voer een spoelcyclus uit.
• Plaats een wollen of fluwelen doek in de trommel.
• Voer een droogcyclus van 10 minuten uit.
• Verwijder het oude wollen doek.
Nu kunt u andere kledingstukken wassen.
Als u het probleem niet kunt vinden of op-
lossen, neem dan contact op met onze
Klantenservice. Noteer alvorens te bellen
het model, serienummer en de aankoopda-
tum van de machine: de Klantenservice zal
om deze informatie vragen.
Mod. ... ... ...
Prod. No. ... ... ...
Ser. No. ...
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmeting Breedte
Hoogte
Diepte
60 cm
85 cm
63 cm
Aansluiting aan het elektrici-
teitsnet
Spanning - Totale vermogen -
Zekering
Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje
aan de binnenkant van de deur van het apparaat.
Leidingwaterdruk Minimaal
Maximaal
0,05 MPa
0,8 MPa
Maximale belading Katoen 7 kg
Maximale belading (droge was) Katoen
Grote capaciteit katoenen was-
goed
Synthetica
3.5 Kg
5 Kg
2 Kg
Centrifugetoerental Maximaal 1600 Toeren per minuut
VERBRUIKSWAARDEN
Programma Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (liter) Programmaduur (Mi-
nuten)
Witte katoen 90° 2.20 67
Raadpleeg voor de
duur van de pro-
gramma's, het dis-
play op het bedie-
ningspaneel.
Katoen 60° 1.35 63
Katoen ECO 60°
1)
1.05 45
Katoen 40° 0.80 63
electrolux 27
Programma Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (liter) Programmaduur (Mi-
nuten)
Synthetische stoffen
40°
0.55 51
Fijne was 40° 0.55 63
Wol/Handwas 30° 0.25 58
1) "Katoen ECO" op 60°C met een belading van 7 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het
energielabels staan, overeenkomstig de richtlijnen 92/75/EEG.
De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhanke-
lijk van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water
en de omgevingstemperatuur.
MONTAGE
ONTPAKKEN
Alle transportbouten en verpakkingsmate-
rialen moeten worden verwijderd alvorens
de machine in gebruik te nemen.
Wij raden u aan alle transportbeveiligingen
te bewaren, zodat zij kunnen worden ge-
monteerd als de machine ooit nog eens
moet worden vervoerd.
1. Nadat u al het verpakkingsmateriaal
verwijderd heeft, de machine voorzich-
tig op zijn achterkant leggen om de ba-
sis van piepschuim van de onderkant te
kunnen verwijderen.
2. Verwijder het aansluitsnoer en de af- en
toevoerslang van de slanghouders op
de achterkant van het apparaat.
3. Schroef de drie bouten los d.m.v. de
meegeleverde sleutel.
1
2
28 electrolux
4. Schuif de betreffende kunststof af-
standhouders naar buiten.
5. Open de vuldeur en verwijder het poly-
styreenblok dat op de afdichting van de
deur zit.
6. Maak het kleine gaatje aan de boven-
kant en de twee grotere gaten dicht
met de overeenkomstige plastic dop-
pen die in het zakje bij de gebruiksaan-
wijzing zitten.
OPSTELLEN
Installeer de machine op een vlakke harde
vloer. Zorg er voor dat de luchtcirculatie
rond de machine niet wordt belemmerd
door tapijten, kleedjes enz. Controleer of de
machine vrij staat van de muur of andere
keukenmeubelen. Zet de wasmachine wa-
terpas door de pootjes hoger of lager te
zetten. Het kan enige moeite kosten om de
pootjes te verstellen omdat ze voorzien zijn
van een zelfborgende moer, maar de ma-
chine MOET horizontaal en stabiel staan.
Controleer de afstelling, indien nodig, met
een luchtbelwaterpas. Alle noodzakelijke af-
stellingen kunnen uitgevoerd worden met
een moersleutel. Zorgvuldige horizontale af-
stelling voorkomt trillingen, lawaai of ver-
schuiving van de machine tijdens de werk-
ing.
Let op! Leg nooit karton, hout of iets
dergelijks onder de machine om
oneffenheden van de vloer te
compenseren.
RUBBEREN VOETENSET (4055126249)
Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde verkoop-
punt.
De rubberen voeten zijn vooral handig op
zwevende, gladde en houten vloeren.
Monteer de rubberen voeten om trillingen,
lawaai of verschuiving van de machine tij-
dens de werking te voorkomen.
Lees de bij de kit geleverde gebruiksaanwij-
zing zorgvuldig door.
WATERTOEVOER
Een waterslang is meegeleverd; deze is te
vinden in de trommel van de machine. Ge-
bruik voor aansluiting op de waterleiding
niet de slang van uw vorige machine.
Belangrijk! Dit apparaat moet aange-
sloten worden op een koud watertoe-
voer.
1. Open de vuldeur en neem de toevoers-
lang uit de trommel.
electrolux 29
2. Sluit de slang met de haakse aanslui-
ting op de machine aan. Bevestig de
toevoerslang niet naar beneden gericht.
Bevestig de slang altijd onder een hoek
naar links of naar rechts, afhankelijk van
de plaats waar de waterkraan zich be-
vindt.
3. Breng de slang in de juiste positie door
de ringmoer los te draaien. Als de toe-
voerslang zich in de juiste positie be-
vindt, draai de ringmoer dan weer vast
om lekkage te voorkomen.
4. Sluit de slang aan op een kraan met
3/4"-schroefdraad. Gebruik altijd de bij
de machine geleverde slang.
De toevoerslang mag niet worden verlengd.
Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt
verplaatsen, zult u een nieuwe, langere
slang moeten kopen die speciaal voor dit
doel is gemaakt.
WATERSTOP
De toevoerslang is voorzien van een water-
stop, een beveiligingsvoorziening tegen
schade veroorzaakt door waterlekkage die
kan ontstaan door natuurlijke slijtage van de
slang. Deze storing wordt aangegeven door
een rood vlak in venster "A". Indien dit ge-
45°
35°
beurt, de kraan dichtdraaien en contact op-
nemen met de Klantenservice om de slang
te laten vervangen.
A
WATERAFVOER
Het uiteinde van de afvoerslang kan op drie
manieren worden geplaatst.
• Over de rand van een afvoer buigen
met behulp van de plastic slanggeleider
die bij de machine is meegeleverd. Zorg
er in dit geval voor dat het uiteinde niet
van de rand kan losschieten als de was-
automaat aan het leeglopen is. U kunt de
slang met een stuk touw aan de kraan
vastbinden of aan de wand bevestigen.
•
In een aftakking van een gootsteen-
afvoer. De aftakking dient zich boven de
sifon te bevinden, zodat de bocht zich
ten minste 60 cm boven de grond be-
vindt.
•
Direct in een afvoerpijp op een hoog-
te van niet minder dan 60 cm en niet
meer dan 90 cm. Het einde van de af-
voerslang moet altijd geventileerd zijn,
d.w.z. dat de binnendiameter van de af-
voerpijp groter moet zijn dan de buitendi-
ameter van de afvoerslang. De afvoers-
lang mag niet geknikt zijn.
30 electrolux
De afvoerslang kan verlengd worden tot een maximum van 4 meter. Een extra afvoers-
lang en koppelstuk zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice bij u in de buurt.
AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET
Informatie over de elektrische aansluiting
staat op het typeplaatje aan de binnenkant
van de deur van het apparaat.
Controleer of de elektrische installatie in uw
woning geschikt is voor het maximale ver-
eiste vermogen; houd hierbij rekening met
andere apparaten die in gebruik zijn.
Sluit de machine aan op een
geaard stopcontact.
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden voor schade of
letsel die voortkomt uit het niet
opvolgen van bovengenoemde
veiligheidsvoorschriften.
Het aansluitsnoer moet na de
installatie van de machine
toegankelijk zijn.
Indien de voedingskabel moet
worden vervangen, dan moet dit
gebeuren door onze
Klantenservice.
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet
als huishoudafval mag worden behandeld,
maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt gerecycled.
Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijke negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen voordoen in
geval van verkeerde afvalverwerking. Voor
gedetailleerdere informatie over het
recyclen van dit product, kunt u contact
opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
VERPAKKINGSMATERIALEN
Materialen met het symbool
zijn recycle-
baar.
>PE<=polyethyleen
>PS<=polystyreen
>PP<=polypropyleen
Dit betekent dat ze gerecycled kunnen wor-
den als u ze netjes weggooit in de daarvoor
bestemde containers.
MILIEUTIPS
Om water en energie te besparen en om
het milieu te helpen beschermen, raden wij
u aan de volgende tips ter harte te nemen:
• Normaal vuile was kan zonder voorwas
worden gewassen om wasmiddel, water
en tijd te besparen (ook het milieu wordt
zo beschermd!).
• De machine werkt economischer als hij
volledig wordt gevuld.
• Met de juiste voorbehandeling kunnen
vlekken en vuil worden verwijderd; het
wasgoed kan daarna bij een lagere tem-
peratuur worden gewassen.
• Doseer het wasmiddel aan de hand van
de waterhardheid, de mate van vervuiling
van het wasgoed en de hoeveelheid was-
goed.
electrolux 31

Documenttranscriptie

gebruiksaanwijzing notice d'utilisation Was-droogcombinatie Lavante-séchante EWW 167443 W 2 electrolux Electrolux. Thinking of you. Ga voor meer van onze ideeën naar www.electrolux.com INHOUD Veiligheidsinformatie Beschrijving van het product Bedieningspaneel Het eerste gebruik Aanpassing aan persoonlijke wensen Dagelijks gebruik Gebruik - Drogen Gebruik - Wassen & Drogen Nuttige aanwijzingen en tips Tips voor het drogen 2 4 5 8 8 9 12 13 14 16 Wasprogramma's Droogprogramma's Onderhoud en reiniging Problemen oplossen Technische gegevens Verbruikswaarden Montage Aansluiting aan het elektriciteitsnet Milieubescherming 17 19 20 24 27 27 28 31 31 Wijzigingen voorbehouden VEILIGHEIDSINFORMATIE Belangrijk! Zorgvuldig lezen en voor toekomstige raadpleging bewaren. • De veiligheid van uw apparaat voldoet aan de voorschriften en de wettelijke vereisten met betrekking tot de veiligheid van apparaten Wij vinden echter dat wij, als fabrikant, de plicht hebben u de volgende veiligheidsaanwijzingen te geven. • Het is erg belangrijk dat deze gebruiksaanwijzing bij de machine bewaard zodat u later nog eens iets kunt nalezen. Als het apparaat aan iemand anders verkocht of geschonken wordt, of als u verhuist en de machine achterlaat, zorg er dan voor dat de gebruiksaanwijzing bij het apparaat blijft zodat de nieuwe eigenaar kennis kan nemen van de werking van het apparaat en de bijbehorende waarschuwingen. • U MOET deze gebruiksaanwijzing aandachtig doorlezen voordat u de machine te installeert of in gebruik neemt. • Controleer uw machine op eventuele schade, die ontstaan kan zijn tijdens het transport, voordat u hem in gebruik neemt. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Als er onderdelen zijn beschadigd, neem dan contact op met uw leverancier. • Als de machine in de winter wordt afgeleverd, als de temperatuur onder nul is. Zet de wasmachine 24 uur in een ruimte met kamertemperatuur voordat u hem in gebruik neemt. ALGEMENE VEILIGHEID • Het is gevaarlijk om de specificaties te wijzigen of om te proberen op enigerlei wijze veranderingen aan te brengen aan dit apparaat. • Tijdens wasprogramma's op hoge temperatuur kan het deurglas heet worden. Niet aanraken! • Zorg ervoor dat kleine kinderen en huisdieren niet in de trommel klimmen. Om dit te voorkomen dient u de trommel vóór het gebruik te controleren. • Voorwerpen als munten, veiligheidsspelden, spijkers, schroeven, stenen of andere harde, scherpe materialen kunnen grote schade aan het apparaat toebrengen en mogen niet in het apparaat terechtkomen. • Gebruik alleen de aanbevolen hoeveelheid wasverzachter en wasmiddel. Als u te veel doseert, kunnen kledingstukken beschadigd raken. Raadpleeg de aanbevelingen van de fabrikant met betrekking tot de hoeveelheden. • Was kleine artikelen zoals sokken, veters, wasbare ceintuurs enz. in een waszak of kussensloop, omdat deze tussen de kuip en de trommel terecht kunnen komen. • Gebruik uw wasautomaat niet om artikelen met baleinen, materialen zonder zoom of gescheurde materialen te wassen. electrolux 3 • Trek na gebruik, reiniging en onderhoud van de machine altijd de stekker uit het stopcontact en draai de kraan dicht. • Probeer in geen geval zelf de machine te repareren. Reparaties uitgevoerd door ondeskundigen kunnen lichamelijk letsel of ernstige schade aan de machine veroorzaken. Neem contact op met een Klantenservice bij u in de buurt. Vraag altijd om originele vervangingsonderdelen. INSTALLATIE • Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst. • Controleer bij het uitpakken van het apparaat of dit niet is beschadigd. Gebruik het apparaat bij twijfel niet en neem contact op met de Klantenservice. • Alle verpakkingsmaterialen en transportbouten moeten vóór het gebruik worden verwijderd. Als dit wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het product en andere eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de gebruiksaanwijzing. • Controleer na de installatie van het apparaat of het niet op de toevoer- en afvoerslang staat en of het werkblad het aansluitsnoer niet platdrukt tegen de muur. • Als het apparaat op een tapijtvloer wordt geplaatst, dient de hoogte van de stelpootjes te worden aangepast om de lucht onder het apparaat toch goed te kunnen laten circuleren. • Let er altijd op of er na de installatie geen water lekt uit de slangen en de aansluitingen. • Als het apparaat geïnstalleerd is op een plaats waar het kan vriezen, lees dan het hoofdstuk "Bevriezingsgevaren. • Eventuele voor de installatie van dit apparaat noodzakelijke loodgieterswerkzaamheden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde loodgieter. • Eventuele voor de installatie van het apparaat noodzakelijke elektrotechnische werkzaamheden, moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerde elektricien. GEBRUIK • Dit apparaat is bestemd voor huishoudelijk gebruik. Het is niet toegestaan het apparaat te gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor het is bestemd. • Was en droog uitsluitend textiel dat geschikt is voor machinaal wassen en drogen. Volg de instructies op het wasvoorschrift in de kleding • Doe niet te veel wasgoed in de machine. Zie de "Wasprogramma"-tabel. • Voordat u gaat wassen, dient u ervoor te zorgen dat alle zakken leeg zijn en dat alle knopen en ritsen dicht zijn. Was geen gerafelde of gescheurde artikelen. Behandel vlekken zoals verf, inkt, roest en gras eerst voordat u artikelen met dit soort vlekken gaat wassen. Beugelbeha's mogen NIET machinaal worden gewassen. • Kledingstukken die in aanraking zijn geweest met vluchtige petroleumproducten mogen niet in de machine gewassen worden. Als vluchtige reinigingsvloeistoffen zijn gebruikt, dient u ervoor te zorgen dat de vloeistof uit het kledingstuk is verwijderd voordat u het in de machine doet. • Daar sommige (dons)dekbedden vanwege hun omvang gewassen/gedroogd moeten worden in grote commerciële machines, dient u bij de fabrikant van het artikel na te gaan of het geschikt is om gewassen te worden in een wasmachine voor huishoudelijk gebruik. • Controleer altijd of er geen (wegwerp)aanstekers in de kleding zijn achtergebleven. • Droog nooit artikelen in de droger die in contact zijn geweest met chemicaliën zoals reinigingsvloeistof. Deze zijn vluchtig en kunnen een explosie veroorzaken. Droog alleen artikelen in de droger die gewassen zijn in water of die gelucht moeten worden. • Kunststof wasmiddeldoseerbolletjes mogen niet in de trommel achterblijven tijdens de droogcyclus, omdat de kunststof niet bestand is tegen de hitte. Als u non-stop wilt wassen en drogen moet u de gewone wasmiddellade gebruiken. • Trek de stekker nooit aan het snoer uit het stopcontact; maar aan de stekker zelf. 4 electrolux • Gebruik de wasmachine nooit als het aansluitsnoer, het bedieningspaneel, het werkblad of de sokkel beschadigd zijn, waardoor de binnenkant van de wasmachine toegankelijk is. VEILIGHEID VAN KINDEREN • Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat • Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat spelen • De verpakkingsmaterialen (zoals plastic folie en polystyreen) kunnen een gevaar opleveren voor kinderen - verstikkingsgevaar! Houd ze buiten het bereik van kinderen. • Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op. • Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de trommel kunnen klimmen. Om te voorkomen dat kinderen of huisdieren in de trommel vast komen te zitten, heeft deze machine een speciale functie. Om deze functie te activeren draait u de knop (zonder deze in te drukken) aan de binnenkant van de deur naar rechts tot de groef horizontaal staat. Gebruik zo nodig een muntstuk. Om deze functie uit te schakelen en de mogelijkheid te herstellen om de deur te sluiten, draait u de knop naar links tot de groef verticaal staat. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT Uw nieuwe apparaat voldoet aan alle moderne eisen voor een effectieve behandeling van wasgoed met een laag verbruik van water, energie en wasmiddel. Zijn nieuwe wassysteem maakt het volledige gebruik van wasmiddel mogelijk en vermindert het waterverbruik om energie te besparen. 1 2 3 4 5 6 1 Wasmiddellade 2 Bedieningspaneel 3 Deurhandgreep 4 Typeplaatje electrolux 5 5 Afvoerpomp 6 Verstelbare pootjes WASMIDDELLADE Vakje voor wasmiddel voor de voorwasen inweekfase of voor vlekkenverwijderaar die gebruikt wordt tijdens de vlekkenverwijderingsfase (indien beschikbaar). Het voorwas- en inweekmiddel wordt aan het begin van het wasprogramma ingespoeld. De vlekkenverwijderaar wordt tijdens de vlekkenverwijderingsfase ingespoeld. Vakje voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel voor de hoofdwas. Als u vloeibaar wasmiddel gebruikt, schenk dit dan in net voordat u het programma start. Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel). Volg de aanbevelingen van de fabrikant van het product voor de gebruikte hoeveelheid en zorg dat u het merkteken «MAX» in de wasmiddellade niet overschrijdt. Wasverzachter of stijfsel moet in het vakje voor vloeibare toevoegingen worden gegoten voordat u het wasprogramma start. BEDIENINGSPANEEL Hieronder is het bedieningspaneel afgebeeld. Het laat de programmakeuzeknop zien als ook de toetsen, controlelampje en het display. Deze onderdelen worden weergegeven met bijbehorende nummers op de volgende pagina's. 1 2 3 1 Programmakeuzeknop 2 Toets TEMPERATUUR (Temp.) 3 Toets CENTRIFUGE (Centrif. – Essorage) 4 5 6 7 8 9 10 4 Toets AUTOMATISCH DROGEN (Droogtegraad – Séch. auto) 5 Toets DROOGTIJD (Droogtijd – Minuterie) 6 Toets UITGESTELDE START (Startuitstel – Départ différé) 6 electrolux 7 Display (weergave) 8 Toets START/PAUZE ( Start / Pauze – Départ / Pause) 9 Toetsen TIJDSINSTELLING PROGRAMMAKEUZEKNOP Hiermee kunt u het apparaat aan/uit schakelen en/of een programma selecteren. HUISHOUDELIJK Met deze toets kunt u de wastemperatuur verhogen of verlagen. KORT CENTRIFUGEREN Door deze toets in te drukken kunt u de maximaal toegestane centrifugesnelheid verlagen of de beschikbare optie(s) selecteren. SPOELSTOP Als u deze functie kiest, wordt het laatste spoelwater niet weggepompt om te voorkomen dat het wasgoed kreukelt. Voordat de deur wordt geopend, moet het water worden weggepompt. Om het water weg te pompen leest u paragraaf "Aan het einde van het programma". AUTOMATISCH DROGEN Door middel van deze toets kunt u de gewenste drooggraad voor katoen en synthetica kiezen: • Extra droog (katoen) • Kastdroog (katoen en synthetica) • Strijkdroog (katoen) Het controlelampje dat correspondeert met de geselecteerde droogtegraad gaat branden. DROOGTIJD Als u een ingesteld droogprogramma wilt uitvoeren, drukt u op deze toets totdat de droogtijd die u wenst op het display verschijnt. Dit moet in overeenstemming zijn met het textiel (katoen, synthetica of wol) dat u wilt drogen. Voor katoen kunt u een droogtijd selecteren van 10 minuten tot 250 minuten. Voor synthetische materialen kunt u een droogtijd selecteren van 10 minuten tot 130 minuten. Voor wol kunt u een droogtijd selecteren van 10 minuten tot 210 minuten. Telkens als u deze toets indrukt wordt de droogtijd met 5 minuten verhoogd. STARTUITSTEL De start van het hoofdwasprogramma kan met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en vervolgens steeds met 1 uur tot een maximum van 20 uur met deze toets worden uitgesteld. EXTRA SPOELEN Dit apparaat is ontworpen om energie te besparen. Als het noodzakelijk is het wasgoed te spoelen met een extra hoeveelheid water (extra spoelgang), kiest u deze optie. De machine voert enkele extra spoelgangen uit. Deze optie wordt aanbevolen voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in gebieden waar het water erg zacht is. START/PAUZE Met deze toets kunt u het geselecteerde programma starten of onderbreken. TIJD Met deze toetsen kunt u de wastijd aanpassen die de wasmachine automatisch heeft voorgesteld. electrolux 7 DISPLAY 7.3 7.4 7.1 7.2 Het display toont de volgende informatie: 7.1: • Duur van het gekozen programma Nadat u een programma gekozen heeft, wordt de tijdsduur in uren en minuten weergegeven (bijvoorbeeld 2.05 ). De duur wordt automatisch berekend op basis van de aanbevolen maximale belading voor elk type wasgoed. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt. • Gekozen droogtijd Nadat u een droogprogramma gekozen heeft, wordt de tijdsduur weergegeven in minuten of in uren en minuten (bv. 130 min. = 2.10 ). Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt. • Uitgestelde start Het gekozen uitstel, ingesteld met de betreffende toets, wordt gedurende enkele seconden op het display weergegeven, daarna verschijnt de duur van het eerder gekozen programma. • Alarmcodes In geval van problemen met de werking kunnen er alarmcodes weergegeven worden, bijvoorbeeld E20 (zie paragraaf «Wat te doen als...»). • Verkeerde optiekeuze Als een optie wordt gekozen die niet compatibel is met het ingestelde wasprogramma, verschijnt de boodschap Err enkele seconden onderaan op het display en gaat het rode lampje in toets 8 knipperen. • Einde van het programma Als het programma is afgelopen, verschijnen er drie knipperende nullen op het display en gaan het controlelampje 9 en het controlelampje van toets 8 uit. De deur kan nu worden geopend. 7.2: Symbolen fases wasprogramma • Hoofdwas • Spoelgangen • Waterafvoer • Centrifugeren • Drogen Bij het selecteren van het wasprogramma, worden de pictogrammen die bij de verschillende wasfases van het programma horen, weergegeven in het onderste gedeelte van het display. Nadat u op toets 8 heeft gedrukt, blijft het pictogram van de lopende fase aan. 7.3: Pictogrammen vervuilingsgraad • Intensief • Normaal • Dagelijks • Licht • Kort • Supersnel • Opfrissen • Supersnel opfrissen 8 electrolux Bij het kiezen van een programma verschijnt op het display een pictogram dat de vervuilingsgraad aangeeft, die automatisch door de machine bepaald wordt. 7.4: Kinderslot slot"). (zie hoofdstuk "Kinder- TABEL MET SYMBOLEN Programmakeuzeknop = Programma's Time Manager = Spoelen = Pompen = Centrifugeren Toetsen en lampjes = Koud = Spoelstop = Extra droog = Kastdroog = Strijkdroog = Kinderslot = Extra spoelen +/- = Time Manager-knoppen HET EERSTE GEBRUIK • Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de installatie-instructies. • Verwijder het polystyreenblok en evt. andere materialen uit de trommel. • Laat, voordat u de machine voor de eerste keer gebruikt, het katoenpro- gramma op de hoogste temperatuur draaien zonder wasgoed in de machine, zodat eventuele fabricageresten uit de trommel en de kuip worden verwijderd. Giet een halve maatbeker wasmiddel in het vakje voor de hoofdwas en start de machine. AANPASSING AAN PERSOONLIJKE WENSEN GELUIDSSIGNALEN De wasmachine is voorzien van een geluidssysteem, dat in de volgende gevallen te horen zal zijn • aan het einde van een cyclus • als er een storing is Door tegelijkertijd te drukken op de toetsen 4 en 5 gedurende ongeveer 6 seconden, wordt het geluidssignaal gedeactiveerd (behalve als er een storing is). Door nogmaals op deze 2 toetsen te drukken, wordt het geluidssignaal weer ingeschakeld KINDERSLOT Dankzij deze voorziening kunt u het apparaat onbeheerd laten, u hoeft zich dan geen zorgen te maken dat kinderen gewond raken of het apparaat schade toebrengen. Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de machine niet in werking is Er zijn twee manieren om deze optie in te stellen: 1. Voor het drukken op knop 8: kan de machine niet worden gestart. 2. Na het drukken op knop 8: kan een ander programma of andere optie niet worden gewijzigd. electrolux 9 Om deze optie in- of uit te schakelen tegelijkertijd gedurende ongeveer 6 seconden drukken op de toetsen 5 en 6 tot op het display het pictogram dwijnt. verschijnt of ver- DAGELIJKS GEBRUIK Wasgoed in de machine doen Open de deur voorzichtig door de handgreep naar buiten te trekken. Doe het wasgoed stuk voor stuk in de trommel; schud het eerst zo goed mogelijk uit. Sluit de vuldeur. Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan. Wasmiddel en wasverzachter doseren Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk naar buiten. Meet de vereiste hoeveelheid wasmiddel af, giet het vervolgens in het vak of in een ander vak voor de hoofdwas als het geselecteerde programma/de optie dit vereist (zie voor meer informatie "Wasmiddeldoseervakje") Giet indien gewenst wasverzachter in het (de gebruikte hoeveelheid mag niet vakje de markering "MAX" in de lade overschrijden). Schuif de wasmiddellade er weer voorzichtig in. KIES HET GEWENSTE PROGRAMMA MET DE PROGRAMMAKEUZEKNOP (1) Draai de programmakeuzeknop op het gewenste programma. De wasmachine zal een temperatuur voorstellen en automatisch het voor het door u gekozen programma maximale centrifugetoerental selecteren. U kunt deze waarden veranderen met de bijbehorende toetsen. Het groene controlelampje van toets 8 begint te knipperen. De programmakeuzeknop kan met de klok mee of tegen de klok in worden gedraaid. om het programma te Draai naar stand resetten/ De machine uit te schakelen. Aan het einde van het programma moet u de programmakeuzeknop op stand zetten om de machine uit te schakelen. Let op! Als u de programmakeuzeknop op een ander programma zet als de machine in werking is, zal het rode controlelampje van toets 8 3 keer knipperen en verschijnt het bericht Err op het display, om aan te geven dat er een verkeerde keuze is gemaakt. De machine zal het nieuw gekozen programma niet uitvoeren. PROGRAMMAKEUZETOETSEN Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd worden. Deze functies moeten gekozen wor- 10 electrolux den nadat u het gewenste programma gekozen heeft en voordat u op toets 8 drukt. KIES DE TEMPERATUUR DOOR TOETS 2 IN TE DRUKKEN Bij het kiezen van een programma stelt het apparaat automatisch een standaardtemperatuur voor. Druk herhaaldelijk op deze toets om de temperatuur te verhogen of te verlagen, als u wilt dat uw wasgoed wordt gewassen op een andere temperatuur. VERLAAG HET CENTRIFUGETOERENTAL DOOR OP TOETS 3 TE DRUKKEN Wanneer het gewenste programma is gekozen, stelt uw machine automatisch het maximale centrifugetoerental voor dat programma voor. Druk herhaaldelijk op toets 3 om het centrifugetoerental te veranderen, als u wilt dat uw wasgoed op een ander centrifugetoerental gecentrifugeerd wordt. Het desbetreffende lampje licht op. KIES DE BESCHIKBARE OPTIE DOOR OP DE TOETSEN 3, 4 EN 5 TE DRUKKEN Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd worden voordat er op toets 8 gedrukt wordt. Bij het kiezen van een optie gaat het bijbehorende controlelampje branden. Als er een verkeerde optie is gekozen, knippert het geïntegreerde rode controlelampje van toets 8 3 keer en het bericht Err verschijnt gedurende enkele seconden op het display. Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties hoofdstuk «Wasprogramma's». EEN EXTRA SPOELGANG KIEZEN Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Voor mensen met een erg gevoelige huid (allergisch voor wasmiddelen) kan het echter noodzakelijk zijn om het wasgoed met een extra hoeveelheid water te spoelen (extra spoelgang). Druk gedurende enkele seconden tegelijkertijd op de toetsen 4 en 6 om deze optie te activeren. Het controlelampje 9 brandt. Deze functie blijft permanent actief. Om de functie te verwijderen nogmaals op de toetsen 4 en 6 drukken tot het lampje 9 uit gaat. KIES HET STARTUITSTEL DOOR OP TOETS 6 TE DRUKKEN Als u de start wilt uitstellen, druk dan herhaaldelijk op toets 6, voordat u de machine start. Het desbetreffende controlelampje gaat aan. Het gekozen uitstel (max. 20 uur) verschijnt gedurende enkele seconden op het display, daarna verschijnt de duur van het programma weer. U moet deze optie kiezen nadat u het programma hebt ingesteld en voordat u de toets 8 indrukt. U kunt de vertragingstijd te allen tijde annuleren, voordat u toets 8 indrukt. De uitgestelde start kiezen: 1. Kies het programma en de gewenste opties. 2. Kies het Startuitstel met toets 6. 3. Druk op toets 8: – de machine begint de tijd af te tellen in uren. – Het programma zal beginnen als het gekozen uitstel is afgelopen. Annuleren van de uitgestelde start nadat op toets 8 is gedrukt: 1. Zet de wasmachine op PAUZE door op toets 8 te drukken. 2. Druk eenmaal op toets 6 tot het symbool 0' wordt weergegeven. 3. Druk nogmaals op toets 8 om het programma te starten. Belangrijk! Het gekozen uitstel kan alleen veranderd worden nadat u het wasprogramma opnieuw gekozen heeft. De optie Uitgestelde start kan niet gekozen worden bij het programma POMPEN. START HET PROGRAMMA DOOR OP TOETS 8 TE DRUKKEN Druk op toets 8 om het gekozen programma te starten, het groene controlelampje van toets 8 stopt met knipperen. Om een lopend programma te onderbreken, drukt u op toets 8: het groene controlelampje begint te knipperen. Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waarop het werd onderbroken toets 8 nogmaals indrukken. Als u een electrolux 11 uitgestelde start gekozen heeft, begint de machine af te tellen. Als er een verkeerde optie is gekozen, knippert het rode controlelampje van toets 8 3 maal en wordt het bericht Err gedurende een paar seconden weergegeven. KIES DE OPTIE TIME MANAGER DOOR OP TOETS 10 TE DRUKKEN Door herhaaldelijk op deze toetsen te drukken, kunt u de duur van de wascyclus verlengen of verkorten. Een symbool voor vervuilingsgraad verschijnt op het display om de gekozen vervuilingsgraad aan te geven. Deze optie is alleen beschikbaar bij de programma's Katoen, Synthetisch en Fijne was. Vervuilingsgraad Pictogram Soort weefsel Intensief Voor sterk vervuild wasgoed Normaal Voor normaal vervuild wasgoed Dagelijks Voor dagelijks vervuild wasgoed Licht Voor licht vervuild wasgoed Snel Voor heel licht vervuild wasgoed Supersnel 1) Voor artikelen die slechts korte tijd gebruikt of gedragen zijn Opfrissen 1) 2) Alleen voor het opfrissen van wasgoed Super opfrissen 1) 2) Voor het opfrissen van een zeer kleine hoeveelheid artikelen 1) Wij adviseren u om een kleinere hoeveelheid wasgoed in de machine te doen (zie tabel Wasprogramma's). 2) Als u deze optie selecteert, wordt het betreffende symbool even weergegeven en daarna verdwijnt het meteen. EEN OPTIE OF LOPEND PROGRAMMA WIJZIGEN Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert . Voordat u iets kunt veranderen, moet u de machine op PAUZE zetten door op de toets 8 te drukken (als u de optie Time Manager wilt veranderen, moet u het lopende programma annuleren en uw keuze opnieuw maken). U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten. Draai de proen dan op grammakeuzeknop eerst op de stand van het nieuwe programma. Start het nieuwe programma door nogmaals op toets 8te drukken. Het water in de kuip zal niet worden weggepompt. EEN PROGRAMMA ONDERBREKEN Druk op toets 8 om een lopend programma te onderbreken, het bijbehorende groene controlelampje begint te knipperen. Druk nogmaals op de toets om het programma opnieuw te starten. EEN PROGRAMMA ANNULEREN om een lopend Draai de keuzeknop op programma te annuleren. U kunt nu een nieuw programma kiezen. DE DEUR OPENEN Nadat het programma gestart is en tijdens de uitgestelde start, is de deur vergrendeld. Als u om een bepaalde reden de deur wilt openen, moet u de wasmachine eerst op PAUZE zetten door op toets 8 te drukken. Na een paar minuten kan de deur geopend worden. Als de deur niet kan worden geopend, betekent dit dat de machine al aan het opwarmen was of dat het waterniveau te hoog is. Probeer in ieder geval de deur niet te forceren! Als u de deur niet kunt openen maar als dit toch nodig is, dan moet u de machine uitschakelen door de programmakeuzeknop op O te zetten. Na enkele minuten kan de deur worden geopend (let op het waterniveau en de temperatuur!. Nadat u de deur gesloten heeft, moet u het programma opnieuw selecteren en op de toets 8 drukken. AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA De machine stopt automatisch; De machine stopt automatisch, het controlelampje van toets 8 gaat uit en er verschijnen drie knip- 12 electrolux perende 0.00 op het display. Er klinken enkele geluidssignalen. Als er een programma of optie wordt gekozen waarbij het water in de trommel niet wordt weggepompt, blijft de deur vergrendeld om aan te geven dat het water eerst moet worden weggepompt voordat de deur kan worden geopend. Voordat het water wordt afgepompt, blijft de trommel regelmatig draaien tot het water wordt afgepompt. Volg onderstaande instructies om het water af te pompen: 1. Draai de programmakeuzeknop op stand O. 2. Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN. 3. Verlaag indien nodig het centrifugetoerental met de betreffende toets. 4. Druk op toets 8. Aan het einde van het programma wordt de deur vrijgegeven en kan hij worden geopend. Draai de programmakeuzeknop op O om de machine uit te schakelen. Verwijder het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel leeg is. Als u niet van plan bent om nog een was te doen, sluit dan de waterkraan. Laat de deur open staan om vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen. Stand-by : zodra het programma is geëindigd, wordt na enkele minuten het energiebesparingssysteem ingeschakeld. De helderheid van het display wordt verminderd. Door op een willekeurige toets te drukken haalt u het apparaat uit de energiebesparende modus. GEBRUIK - DROGEN ALLEEN DROGEN Waarschuwing! De aanbevolen lading bedraagt 3.5 kg voor katoen en linnen, 2 kg voor synthetica en 1.5 kg voor wol. Belangrijk! Voor wollen kledingstukken is de ingestelde droogtijd de enige droogtijd die beschikbaar is (toets Droogtijd). Door te drukken op de toets Droogtijd kan er max. 5 kg katoenen wasgoed worden gedroogd (zie de tabel «Droogprogramma»). Waarschuwing! De waterkraan moet open staan en de afvoerslang moet in de gootsteen geplaatst zijn of op de afvoerpijp aangesloten zijn. 1. Wasgoed in de machine doen. 2. Selecteer voor optimale droogresultaten een centrifugeercyclus op de maximaal toegestane centrifugeersnelheid voor het type wasgoed. 3. Selecteer het droogprogramma voor katoen, synthetica of wol in de sector Drogen van de programmakeuzeknop. 4. Als u automatisch drogen wilt selecteren (alleen voor katoen en synthetica), drukt u op de toets 4 totdat het controlelampje dat correspondeert met de gewenste droogtegraad gaat branden. 5. Als u tijdgestuurd drogen wilt selecteren, drukt u op de toets 5 totdat de gewenste tijd verschijnt op het display (zie de tabel «Droogprogramma»). Telkens als u deze toets indrukt wordt de droogtijd met 5 minuten verhoogd. Let op! De programmeertijd zal automatisch met enkele minuten verlengd worden. 6. Druk op toets 8 om het programma te starten. De resterende tijd wordt elke minuut bijgewerkt. electrolux 13 7. Aan het einde van het programma klinkt er een zoemer. Er verschijnen drie knipperende «0.00» op het display. De laatste 10 minuten van de droogcyclus voert het apparaat een anti-kreukfase uit. Gedurende deze periode is de deur vergrendeld. Het display toont drie knipperende nullen «0.00». Als u de deur vóór of tijdens de antikreukfase toch wilt openen, of het programma wilt onderbreken, druk dan op een willekeurige toets of draai de programmakeuzeknop op een willekeurig programma (behalve op «O»). 8. Draai de keuzeknop op stand O om de machine uit te schakelen. 9. Haal al het wasgoed uit de trommel. Let op! De verschillende soorten katoenen stof (handdoeken, lakens, shirts enz.) of wasgoed dat wordt opgerold tijdens het centrifugeren kan leiden tot gedeeltelijke droging. In het uitzonderlijke geval dat aan het einde van de cyclus het wasgoed nog een beetje nat is, raden we aan de opgerolde stukken open te vouwen, deze gelijkmatig te verdelen in de trommel en een extra droogcyclus van 20-30 minuten te selecteren. Belangrijk! Indien u slechts een droogfase van 10 minuten instelt d.m.v. de droogtijdtoets (5), dan voert het apparaat enkel een afkoelfase uit. GEBRUIK - WASSEN & DROGEN NON-STOP-PROGRAMMA - WASSEN EN AUTOMATISCH DROGEN De maximale lading bedraagt 3.5 kg voor katoen en 2 kg voor synthetica. Let op! Maak geen gebruik van een wasmiddeldoseerbol als u een was- en droogprogramma uitvoert. 1. Wasgoed in de machine doen. 2. Voeg wasmiddel en een wasverzachter toe. 3. Schakel de machine in door de keuzeknop op het gekozen wasprogramma/ stof te zetten. 4. Selecteer de gewenste opties door middel van de desbetreffende toetsen. Kies, indien mogelijk, geen centrifugetoerental dat lager is dan de snelheid die de machine heeft voorgesteld om een te lange droogtijd te voorkomen en zo energie te besparen. Het verlagen van het centrifugetoerental is hoe dan ook alleen mogelijk nadat u "drogen" gekozen heeft. Voor katoen en synthetica is de laagste waarde die u kunt instellen 900 t.p.m. 5. Stel de drooggraad in door te drukken op toets 4. Het display toont de hele duur van het wasprogramma en de geselecteerde droogcyclus. 6. Start het programma door te drukken op toets 8. De resterende tijd wordt elke minuut bijgewerkt op het display. 7. Draai aan het einde van het programma de programmakeuzeknop op O om de machine uit te schakelen. De trommel legen. NON-STOP-PROGRAMMA - WASSEN EN TIJDGESTUURD DROGEN De aanbevolen lading bedraagt 3.5 kg voor katoen, 2 kg voor synthetica en 1.5 kg voor wol. Door te drukken op de knop met de droogtijd kan er max. 5 kg katoenen wasgoed worden gedroogd (zie de tabel «Droogprogramma»). Let op! Maak geen gebruik van een wasmiddeldoseerbol als u een was- en droogprogramma uitvoert. 1. Doe het wasgoed in de machine en voeg wasmiddel en wasverzachter toe. 2. Schakel de machine in door de keuzeknop op het gekozen wasprogramma/ stof te zetten. 14 electrolux 3. Selecteer de gewenste opties door middel van de desbetreffende toetsen. Kies, indien mogelijk, geen centrifugetoerental dat lager is dan de snelheid die de machine heeft voorgesteld om een te lange droogtijd te voorkomen en zo energie te besparen. Het verlagen van het centrifugetoerental is hoe dan ook alleen mogelijk nadat u "drogen" gekozen heeft. De laagst mogelijke waarden die u kunt kiezen zijn: – 900 t.p.m. voor katoen en synthetica en 700 t.p.m. voor delicate stoffen – 900 t.p.m. ( of 1000 t.p.m. afhankelijk van het model) voor wol. 4. Selecteer de droogtijd door te drukken op knop 5. Het display toont de hele duur van het wasprogramma en de geselecteerde droogcyclus. PLUISJES IN DE KLEDING Tijdens de WAS- EN/OF DROOGFASE laten bepaalde soorten stoffen, zoals fleece, wol, sweaterstof, pluisjes vrij. Deze vrijgegeven pluisjes kunnen aan de stoffen kleven tijdens de volgende cyclus. Dit nadeel verergert bij technische stoffen. Om dit fenomeen te verhinderen wordt aanbevolen om: • geen donkere stoffen te wassen na het wassen en drogen van lichte stoffen (nieuwe fleece, wol en in het bijzonder sweaterstof) en vice versa. • dit soort stoffen in openlucht te laten drogen wanneer ze voor het eerst gewassen zijn. • de filter te reinigen. • Voer één of meer spoelcycli uit om de trommel te reinigen tussen het wassen en drogen van stoffen met verschillende kleuren. • Na de droogfase, reinig de lege trommel, de pakking en de deur grondig met een natte doek. Als u maar 10 minuten instelt voor de droogfase aan het eind van het wasprograma, dan toont het display de totale duur van het programma inclusief de afwikkeling en de afkoelfase. 5. Start het programma door te drukken op toets 8. De resterende tijd wordt elke minuut bijgewerkt op het display. 6. Draai aan het einde van het programma de programmakeuzeknop op O om de machine uit te schakelen en verwijder het wasgoed. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS DE WAS SORTEREN Houd u aan de wassymbolen op de etiketten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fabrikant. Sorteer het wasgoed als volgt: wit, bont, synthetisch, fijne was, wol. TEMPERATUREN 95° of 90° voor normaal vervuild wit katoen en linnen (bijv. theedoeken, handdoeken, tafelkleden, lakens...) 60°/50° voor normaal vervuilde kleurechte kleding (bijv. overhemden, nachthemden, pyjama's...) van linnen, katoen of synthetische weefsels en voor licht vervuild wit katoen (bijv. ondergoed) 40°-30°Koud voor tere weefsels (bijv. vitrage), gemengde was inclusief synthetische weefsels en wollen kledingstukken met het label «zuiver wol, wasbaar in de machine, krimpvrij» VOORDAT U DE WAS IN DE MACHINE DOET Was witte en bonte was nooit samen. Wit kan in de was zijn "witheid" verliezen. Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen; was dit soort kleding de eerste keer dan ook apart. Zorg ervoor dat er geen metalen voorwerpen in het wasgoed achterblijven (bijv. haarspeldjes, veiligheidsspelden, spelden). electrolux 15 Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Bind ceintuurs of lange riemen vast. Verwijder hardnekkige vlekken vóór het wassen. Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een speciaal wasmiddel of reinigingspasta. Behandel vitrage met speciale zorg. Verwijder haken of stop ze in een zak of net. MAXIMALE BELADING De aanbevolen belading is te vinden in hoofdstuk "Wasprogramma's". Algemene regels: • Katoen, linnen: trommel vol maar niet volgepropt; • Synthetica: trommel niet meer dan half vol; • Fijne was en wol: trommel niet meer dan een derde gevuld. Indien u wast met een maximale belading maakt u efficiënt gebruik van water en energie. Als de kleding sterk vervuild is, verminder dan de belading. HET GEWICHT VAN WASGOED De volgende gewichten zijn een indicatie: De volgende gewichten zijn een indicatie: badjas 1200 g dekbedovertrek 700 g heren overhemd 600 g laken, herenpyjama 500 g tafelkleed 250 g kussensloop, toilethanddoek, nachtjapon, herent-shirt 200 g theedoek, damesondergoed, zakdoek, blouse, herenondergoed 100 g VLEKKEN VERWIJDEREN De kans bestaat dat hardnekkige vlekken niet kunnen worden verwijderd met alleen water en wasmiddel. Het is daarom aan te bevelen vlekken eerst te behandelen alvorens het kledingstuk te wassen. Bloed: behandel verse bloedvlekken met koud water. Laat opgedroogde vlekken een nacht in water met een speciaal wasmiddel 1) Gebruik geen aceton op kunstzijde. inweken; daarna de vlek met het sop uitwassen. Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met wasbenzine, leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek; herhaal de behandeling enkele keren. Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de vlek met terpentine, leg het kledingstuk op een zacht oppervlak en dep de vlek met de vingertoppen en een katoenen doek. Roest: oxaalzuur opgelost in warm water of een roestverwijderingsproduct dat koud wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude roestvlekken omdat de cellulosestructuur in dat geval beschadigd zal zijn en de kans groot is dat de vlek een gat wordt. Schimmelvlekken: behandel de vlek met bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Gras: licht inzepen en de vlek met bleekmiddel behandelen (alleen witte en kleurechte weefsels). Balpeninkt en lijm: bevochtig met aceton1), leg het kledingstuk op een zachte doek en dep de vlek. Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton zoals hierboven, vervolgens de vlekken met brandspiritus behandelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Rode wijn: laten inweken in water en wasmiddel, uitspoelen en behandelen met azijnzuur of citroenzuur, vervolgens uitspoelen. Behandel evt. achtergebleven sporen met bleekmiddel. Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het type inkt eerst met aceton1) en dan met azijnzuur; behandel evt. achtergebleven sporen op wit textiel met bleekmiddel; daarna grondig uitspoelen. Teervlekken: eerst behandelen met vlekkenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzine, vervolgens inwrijven met reinigingspasta. WASMIDDELEN EN NABEHANDELINGSMIDDELEN Een goed wasresultaat is ook afhankelijk van de keuze van het wasmiddel en het gebruik van de juiste hoeveelheden om verspilling te voorkomen en het milieu te sparen. 16 electrolux Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn bevatten wasmiddelen stoffen die - in grote hoeveelheden - de broze balans van de natuur kunnen verstoren. De keuze van het wasmiddel hangt af van het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.), de kleur, wastemperatuur en de mate van vervuiling. Alle in de handel verkrijgbare machinewasmiddelen kunnen in deze machine worden gebruikt: • waspoeder voor alle soorten weefsels; • waspoeder voor tere weefsels (60°C max) en wol; • vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogramma's op lage temperatuur (60°C max) voor alle soorten weefsels, of speciaal voor alleen wol. De wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen moeten in het juiste vakje van de wasmiddellade worden gedaan voordat het wasprogramma wordt gestart. Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voorwas te worden gekozen. De wasautomaat is uitgerust met een recirculatiesysteem dat een optimaal gebruik van geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt. Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe- den en overschrijd het «MAX» teken in de wasmiddellade niet. GRADEN VAN WATERHARDHEID De hardheid van water wordt geclassificeerd in zogenaamde hardheidsgraden. Informatie over de hardheid van het water in uw omgeving kan worden verkregen bij het desbetreffende waterleidingbedrijf. Een waterontharder moet worden toegevoegd als het water een gemiddeldhoge hardheidsgraad heeft (vanaf hardheidsgraad II). Volg de instructies van de fabrikant op. De hoeveelheid wasmiddel kan altijd worden aangepast aan de hardheidsgraad I (=zacht). Niveau Kenmerk Graden van waterhardheid Duits °dH Frans °T.H 1 zacht 0-7 0-15 2 gemiddelde 8-14 16-25 3 hard 15-21 26-37 4 erg hard > 21 > 37 TIPS VOOR HET DROGEN DE DROOGCYCLUS VOORBEREIDEN De droger werkt op het principe van condensatie. Daarom moet de waterkraan open staan en moet de afvoerslang, ook gedurende de droogcyclus, in een gootsteen of een afvoerpijp geplaatst zijn. Belangrijk! Voordat u het droogprogramma start, moet u de hoeveelheid gewassen artikelen verminderen, teneinde goede resultaten te verkrijgen. WASGOED DAT NIET GESCHIKT IS VOOR DE DROGER • Bijzonder tere artikelen zoals synthetische gordijnen, wol en zijde, kleding met metalen onderdelen, nylon kousen, omvangrijke kledingstukken zoals anoraks, spreien, gewatteerde dekens, slaapzak- • • • • • ken en dekbedden mogen niet in de machine gedroogd worden. Droog donkere kleding niet tegelijk met licht gekleurde pluizige voorwerpen als handdoeken, want donkere kleding kan dan pluis aantrekken. Verwijder het wasgoed wanneer het apparaat klaar is met drogen. Om statische lading na het drogen te voorkomen gebruikt u een wasverzachter in de wasmachine of een speciaal voor wasdrogers verkrijgbare wasverzachter. Kledingstukken gevoerd met schuimrubber of op schuimrubber lijkend materiaal mogen niet in de machine gedroogd worden; dit kan brandgevaar opleveren. Evenmin mogen stoffen die resten bevatten van haarversteviger of haarlak, nagellakremover en dergelijke gedroogd wor- electrolux 17 den in de machine om de vorming van schadelijke dampen te voorkomen. De wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen moeten in het juiste vakje van de wasmiddellade worden gedaan voordat het wasprogramma wordt gestart. Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voorwas te worden gekozen. De wasautomaat is uitgerust met een recirculatiesysteem dat een optimaal gebruik van geconcentreerd wasmiddel mogelijk maakt. Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelheden en overschrijd het "MAX" teken in de wasmiddellade niet. WASVOORSCHRIFTEN IN DE KLEDING Volg voor het drogen de aanwijzingen van de fabrikant op het label op: • = mag in de wasdroger • = Drogen op hoge temperatuur • = Drogen op lage temperatuur • = Niet geschikt voor de wasdroger. DUUR DROOGCYCLUS De droogtijd kan variëren afhankelijk van: • toerental van de laatste centrifugegang • gewenste droogtegraad (strijkdroog, kastdroog) • soort wasgoed • gewicht van de hoeveelheid wasgoed. De gemiddelde droogtijd voor een tijdgestuurd droogprogramma vindt u in het hoofdstuk "Droogprogramma's". De ervaring zal u helpen uw wasgoed op de meest geschikte wijze te drogen, afhankelijk van de verschillende weefsels. Maak wat aantekeningen over de duur van het drogen van reeds uitgevoerde cycli. EXTRA DROGEN Als het wasgoed nog vochtig is na afloop van het droogprogramma, kies dan nog een korte droogcyclus. Waarschuwing! Laat het wasgoed niet te droog worden om te voorkomen dat kledingstukken erg gekreukt raken of krimpen. WASPROGRAMMA'S Programma – Maximale en minimale temperatuur - Cyclusbeschrijving – Maximaal centrifugetoerental – Maximale belading - Type wasgoed Options (Opties) Katoen – Coton 90° - Koud Hoofdwas, Spoelen Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg - gereduceerde lading 3.5 kg Wit en bont katoen (normaal vervuilde artikelen). CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELING TIJDSINSTELLING1) Katoen + Voorwas – Coton + Prélavage 90° - Koud Voorwas - Hoofdwas - Spoelgangen Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg - gereduceerde lading 3.5 kg Wit of gekleurd katoen met de voorwasfase (sterk vervuilde artikelen). CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELING TIJDSINSTELLING1) Synthetica – Synthétiques 60° - Koud Hoofdwas, Spoelen Maximale centrifugeersnelheid 900 toeren Max. belading 3.5 kg - gereduceerde lading 2 kg Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, gekleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses. CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELING TIJDSINSTELLING1) Wasmiddelvakje 2) 18 electrolux Programma – Maximale en minimale temperatuur - Cyclusbeschrijving – Maximaal centrifugetoerental – Maximale belading - Type wasgoed Fijne was – Délicats 40° - Koud Hoofdwas, Spoelen Maximale centrifugeernelheid 700 toeren Max. belading kg 3.5 - Gereduceerde lading kg 2 Fijne was: acryl, viscose, polyester. Wol – Laine / Handwas – A la main 40° - Koud Hoofdwas, Spoelen Maximale centrifugeersnelheid 900 toeren Max. belading 2 kg Wasprogramma voor in de machine wasbare wol en voor met de hand wasbare wol en fijne stoffen. Options (Opties) SPOELSTOP EXTRA SPOELING TIJDSINSTELLING1) CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN SPOELSTOP Zijde – Soie 30° - Koud Hoofdwas, Spoelen Maximale centrifugeersnelheid 700 toeren Max. belading 1 kg Het programma voor fijne was is geschikt voor artikelen van zijde en gemengde synthetische weefsels. SPOELSTOP Spoelen Spoeling - Lang centrifugeren Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg Met dit programma is het mogelijk om katoenen kledingstukken die met de hand gewassen zijn uit te spoelen en te centrifugeren. Om de spoelactie te intensiveren, selecteert u de optie EXTRA SPOELING. De machine zal enkele aanvullende spoelingen uitvoeren. CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELING Wegstromen Afvoeren van het water Max. belading 7 kg Om het laatste spoelwater af te voeren in programma's met de optie geselecteerd, waardoor het programma eindigt met water in de trommel. Draaien Pompen en lang centrifugeren Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg Aparte centrifugegang voor kledingstukken die met de hand gewassen moeten worden en na programma's met de optie geselecteerd, waardoor het programma eindigt met water in de trommel. U kunt de centrifugeersnelheid met behulp van de betreffende toets aanpassen aan de weefsels die gecentrifugeerd moeten worden. CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN Wasmiddelvakje electrolux 19 Programma – Maximale en minimale temperatuur - Cyclusbeschrijving – Maximaal centrifugetoerental – Maximale belading - Type wasgoed Katoen Eco - Coton Eco 90° - 40° Hoofdwas, Spoelen Centrifugeren op de maximale snelheid Max. belading 7 kg Wit en kleurecht katoen. Dit programma kan worden gekozen voor licht of normaal vervuilde katoenen artikelen. De temperatuur wordt verlaagd en de wasduur wordt verlengd. Hierdoor kunt u een goede wasefficiëntie bereiken en tegelijk energie besparen. Options (Opties) Wasmiddelvakje CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN SPOELSTOP EXTRA SPOELING Dekens - Couette 40° - 30° Hoofdwas, Spoelen Maximale centrifugeersnelheid 700 toeren Max. belading 2.5 kg Voor een enkele wasbare synthetische deken of dekbed. Drogen - Séchage / Wol - Laine Droogprogramma wol. Kan alleen gebruikt worden met tijdgestuurd drogen. Drogen - Séchage / Synthetica - Synthétiques Droogprogramma synthetica. Dit kan worden gebruikt tijdens tijdgestuurd drogen of automatisch drogen (droogheidsgraad: kastdroog). Drogen - Séchage / Katoen - Coton Droogprogramma katoen. Dit kan worden gebruikt tijdens tijdgestuurd drogen of automatisch drogen (droogtegraad: extra droog, kastdroog, strijkdroog). O = Uit Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen . 1) Als u de optie Supersnel selecteert door te drukken op de toetsen 10, raden we u aan de maximale belading te beperken, zoals aangegeven in de tabel. Volledige belading is mogelijk, de wasresultaten zullen echter minder goed zijn. Als u de optie voor opfrissen of super opfrissen gebruikt, raden we u aan om de belading nog meer te beperken. 2) Als u gebruik maakt van vloeibaar wasmiddel, moet u een programma zonder VOORWAS selecteren. DROOGPROGRAMMA'S AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S Droogheidsgraad Soort weefsel Max. belading EXTRA DROOG Ideaal voor artikelen van badstof Katoen en linnen (badjassen, badhanddoeken, enz.) 3.5 kg KASTDROOG Geschikt voor artikelen die ongestreken worden opgeborgen Katoen en linnen (badjassen, badhanddoeken, enz.) 3.5 kg 20 electrolux Droogheidsgraad Soort weefsel Max. belading KASTDROOG Geschikt voor artikelen die ongestreken worden opgeborgen Synthetische en gemengde weefsels (truien, blouses, ondergoed, huishoudlinnen) 2 kg STRIJKDROOG Geschikt voor artikelen die gestreken moeten worden Katoen en linnen (lakens, tafelkleden, overhemden, enz.) 3.5 kg TIJDGESTUURDE PROGRAMMA'S Soort weefsel Droge was Centrifugesnelheid (tpm) Aangeraden droogtijd (minuten) EXTRA DROOG Ideaal voor artikelen van badstof Katoen en linnen (badjassen, badhanddoeken, enz.) 5 kg 3.5 kg 1.5 kg 1600 175-195 95-105 40-50 KASTDROOG Geschikt voor artikelen die ongestreken worden opgeborgen Katoen en linnen (badjassen, badhanddoeken, enz.) 5 kg 3.5 kg 1.5 kg 1600 165-185 85-95 35-45 KASTDROOG Geschikt voor artikelen die ongestreken worden opgeborgen Synthetische en gemengde weefsels (truien, blouses, ondergoed, huishoudlinnen) 2 kg 1 kg 900 70-80 35-45 STRIJKDROOG Geschikt voor artikelen die gestreken moeten worden Katoen en linnen (lakens, tafelkleden, overhemden, enz.) 5 kg 3.5 kg 1.5 kg 1600 135-155 65-75 30-40 Wol (truien) 1.5 Kg 900 140-170 Droogheidsgraad WOL DROOG1) Aanwijzingen voor testinstituten Testprestaties, volgens EN 50229, moeten worden uitgevoerd met een eerste drooglading van 4 kg (samenstelling: kussensloop en handdoeken) door selectie van het programma TIJDGESTUURD DROGEN voor katoen en een instelling van 100 minuten. De tweede drooglading van 3 kg (samenstelling: 3 lakens en handdoeken) door selectie van het programma TIJDGESTUURD DROGEN voor katoen en een instelling van 85 minuten. 1) Woolmark keurde zowel de was- als droogprogramma's voor wol goed. ONDERHOUD EN REINIGING Waarschuwing! U moet het apparaat loskoppelen van de elektrische voeding, voordat u welke reinigings- of onderhoudswerkzaamheden dan ook kunt uitvoeren. ONTKALKEN Het water dat wij gebruiken bevat gewoonlijk kalk. Het is aan te bevelen om regelmatig een waterontharder in de machine te gebruiken. Doe dit apart van het wassen van wasgoed en volgens de aanwijzingen van de fabrikant van de waterontharder. Hiermee voorkomt u de vorming van kalkaanslag. NA ELKE WASBEURT Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes in het apparaat te voorkomen. Door de deur een tijdje open te laten staan na een wascyclus blijft de afdichting van de deur ook beter bewaard. ONDERHOUDSWASBEURT Bij wasbeurten op lage temperaturen is het mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant van de trommel blijft zitten. Wij raden u daarom aan regelmatig een onderhoudswasbeurt uit te voeren. Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren: electrolux 21 • Moet de trommel leeg zijn. • Moet u het heetste wasprogramma voor katoen kiezen. • Gebruik een normale hoeveelheid wasmiddel, dit moet waspoeder zijn met biologische eigenschappen. SCHOONMAKEN VAN DE BUITENKANT Maak de buitenkant van het apparaat alleen schoon met water en zeep, droog het daarna grondig af. Belangrijk! Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of soortgelijke producten om de buitenkant van de machine te reinigen. DE WASMIDDELLADE SCHOONMAKEN De wasmiddellade moet regelmatig worden schoongemaakt. De lade voor was- en nabehandelingsmiddelen moet regelmatig worden schoongemaakt. Verwijder de lade door de vergrendeling naar beneden te drukken en de lade naar buiten te trekken. 1 2 Spoel de lade af onder een kraan om eventuele resten waspoeder te verwijderen. Om het schoonmaken te vergemakkelijken kan het bovenste gedeelte van het vakje voor nabehandelingsmiddelen verwijderd worden. Maak alle onderdelen schoon met water. Maak de onderdelen van de wasmiddellade schoon met een borstel. WASTROMMEL Roestaanslag in de trommel kan voorkomen vanwege roestende vreemde voorwerpen in de was of door leidingwater dat ijzer bevat. Belangrijk! Maak de trommel niet schoon met zure ontkalkingsmiddelen, schuurmiddelen die chloor bevatten of staalwol. 1. Verwijder alle roestaanslag op de trommel met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal. 2. Draai een wascyclus zonder was in de trommel om restanten van reinigingsmiddelen te verwijderen. Programma: Kort katoenprogramma op maximale temperatuur en voeg ong. een kwart maatbeker wasmiddel toe. DEURRUBBER Controleer van tijd tot tijd het deurrubber en haal evt. aanwezige voorwerpen weg die in de manchet terecht zijn gekomen. 22 electrolux 3. Druk de twee hendels in en trek het afvoerkanaal naar voren om het water eruit te laten stromen. AFVOERPOMP Controleer de afvoerpomp regelmatig en zorg dat deze schoon is. Inspecteer de pomp regelmatig en/of indien: • Het apparaat pompt geen water weg. • De trommel niet kan draaien. • Het apparaat een ongebruikelijk geluid maakt door een blokkade in de afvoerpomp. • Er een probleem is met de waterafvoer (zie hoofdstuk "Wat te doen als..." voor meer informatie). Waarschuwing! 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Verwijder het filter niet als het apparaat in gebruik is. Reinig de afvoerpomp niet als het water in de machine heet is. Het water moet koud zijn voordat u de afvoerpomp kunt reinigen. De afvoerpomp reinigen: 1. Open het pompdeurtje. 4. Als de bak vol met water is, duwt u het afvoerkanaal terug en leegt u de bak. Herhaal stap 3 en 4 tot er geen water meer uit de afvoerpomp stroomt. 5. Duw het afvoerkanaal terug. 6. Schroef het filter los en verwijder het. 1 2 7. Verwijder stof en voorwerpen uit de pomp. 2. Plaats een bak onder de uitsparing van de afvoerpomp om het uitstromende water op te vangen. electrolux 23 8. Zorg dat het schoepenrad op de juiste wijze kan draaien. Neem als dit niet lukt, contact op met de klantenservice. 9. Reinig het filter onder de waterkraan en plaats het terug in de speciale geleiders van de pomp. 10. Zorg ervoor dat het filter stevig vastzit om waterlekkage te voorkomen. 1 2 het zeefje in de watertoevoerslang niet is verstopt. 1. Draai de waterkraan dicht. 2. Schroef de watertoevoerslang los. 3. Reinig het zeefje in de slang met een harde borstel. 4. Schroef de waterslang weer op de kraan. 5. Schroef de slang los van de machine. Houd een oude doek bij de hand om eventueel gemorst water te kunnen opvegen. 6. Maak het filter in de klep schoon met een stevige borstel of met een doek. 11. Sluit het afvoerpompdeurtje. 7. Schroef de slang terug op de machine en zorg dat de aansluiting stevig vastzit. 8. Draai de waterkraan open. Waarschuwing! Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een wascyclus, wacht altijd tot de machine de cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed uit de trommel hebt kunnen halen. Wanneer u het deksel weer vastschroeft, dient u goed te controleren of het stevig is vastgezet om lekkages te voorkomen en te voorkomen dat jonge kinderen het kunnen verwijderen. DE WATERTOEVOERFILTERS SCHOONMAKEN Als u merkt dat het langer duurt om de machine met water te vullen, controleer dan of MACHINE LEGEN IN GEVAL VAN NOOD Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om de machine leeg te laten lopen: 1. trek de stekker uit het stopcontact 2. draai de waterkraan dicht. 3. wacht zo nodig totdat het water is afgekoeld. 4. open het pompdeurtje; 5. Plaats een bak op de vloer onder de uitsparing van de afvoerpomp; 6. Druk de twee hendels in en trek het afvoerkanaal naar voren om het water eruit te laten stromen; 24 electrolux 7. Als de bak vol met water is, duwt u het afvoerkanaal terug en leegt u de bak; Herhaal deze procedure totdat er geen water meer uit de slang komt; 8. reinig de pomp indien nodig (zie het gedeelte ‘Pomp reinigen’ ); 9. sluit het afvoerpompdeurtje. Als u het water afvoert met de noodafvoerprocedure, dient u het afvoersysteem opnieuw te activeren: 1. Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddeldoseerbakje. 2. Start het programma om water af te voeren. VOORZORGSMAATREGELEN BIJ VORST Als de machine is geïnstalleerd in een gebied waar de temperatuur lager is dan 0°C, dan dient u het resterende water uit de afvoerslang en de afvoerpomp te verwijderen. 1. trek de stekker uit het stopcontact. 2. draai de waterkraan dicht. 3. schroef de watertoevoerslang los van de kraan; 4. plaats de twee uiteinden van de toevoerslang in een bak en laat het water uit de slang stromen. 5. laat de afvoerpomp leeglopen zoals beschreven in het gedeelte ‘Water afvoeren in een noodgeval’. 6. als de afvoerpomp leeg is, installeert u de toevoerslang opnieuw. Waarschuwing! Zorg ervoor dat de temperatuur hoger is dan 0 °C voordat u het apparaat opnieuw gebruikt. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door lage temperaturen is veroorzaakt. PROBLEMEN OPLOSSEN Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of van onoplettendheid; dergelijke problemen kunnen zonder de hulp van een monteur gemakkelijk worden opgelost. Controleer eerst de hieronder staande checklist, voordat u contact opneemt met onze Klantenservice. Als de machine is ingeschakeld, is het mogelijk dat het rode controlelampje van toets 8 knippert, een van de volgende alarmcodes op het display verschijnt en tegelijkertijd iedere 20 seconden geluidssignalen te horen zijn om aan te geven dat de machine niet werkt: • : probleem met de watertoevoer. • : probleem met de waterafvoer. • : deur open. Druk, nadat het probleem is verholpen, op toets 8 om het programma opnieuw te starten. Als het probleem, na alle controles, zich nog steeds voordoet, neem dan contact op met onze service-afedling. Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing De wasautomaat start niet: De deur is niet goed gesloten. • Doe de deur stevig dicht. De stekker zit niet goed in het stopcontact. • Steek de stekker in het stopcontact. Er staat geen spanning op het stopcontact. • Controleer de elektrische installatie in uw woning. De hoofdzekering is doorgebrand. • Vervang de zekering. De keuzeknop is niet goed ingesteld en er is niet op toets 8 gedrukt. • Draai de keuzeknop en druk nogmaals op toets 8. De uitgestelde start is gekozen. • Als het wasgoed meteen gewassen moet worden, annuleer dan de uitgestelde start. Het kinderslot is geactiveerd. • Deactiveer het kinderslot. electrolux 25 Probleem De machine wordt niet met water gevuld: Mogelijke oorzaak/Oplossing De waterkraan is gesloten. • Draai de waterkraan open. De toevoerslang is bekneld of geknikt. • Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang. Het filter in de toevoerslang of het inlaatventielfilter is verstopt. • Maak de watertoevoerfilters schoon (Zie 'De watertoevoerfilters schoonmaken' voor meer informatie). De deur is niet goed gesloten. • Doe de deur stevig dicht. Er stroomt water in de machine en dat loopt meteen weer weg: Het uiteinde van de afvoerslang bevindt zich te laag. • Zie hoofdstuk "Waterafvoer". De machine pompt het water niet weg en/of centrifugeert niet: De afvoerslang is bekneld of geknikt. • Controleer de aansluiting van de afvoerslang. De afvoerpomp is verstopt. • Maak het afvoerfilter schoon. Er is een optie of programma gekozen waarbij het water in de trommel niet wordt weggepompt of een programma dat alle spoelgangen onderdrukt. • Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN. Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld. • Verdeel het wasgoed opnieuw. Er ligt water op de vloer: Er is te veel of ongeschikt wasmiddel gebruikt (te veel schuimvorming). • Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander middel. Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekkage vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water langs de slang naar beneden loopt; controleer of de slang vochtig is. • Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang. De watertoevoerslang is beschadigd. • Vervang deze door een nieuwe. De filter is na het reinigen niet goed vastgeschroefd. • Schroef de filter weer helemaal vast. Onbevredigende wasresultaten: Er is te weinig of ongeschikt wasmiddel gebruikt. • Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel. Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen behandeld. • Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hardnekkige vlekken te behandelen. De juiste temperatuur was niet gekozen. • Controleer of u de juiste temperatuur heeft gekozen. Te veel wasgoed in de trommel. • Verminder laadvolume. De deur gaat niet open: Het programma loopt nog. • Wacht tot de wascyclus is afgelopen. De deur is niet ontgrendeld. • Wacht tot de deur wordt vrijgegeven. Er staat water in de trommel. • Kies programma Pompen of Centrifugeren. 26 electrolux Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing De machine staat te schudden of maakt lawaai: De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn niet verwijderd. • Controleer of het apparaat correct geïnstalleerd is. De pootjes zijn niet afgesteld • Controleer of het apparaat goed waterpas staat. Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld. • Verdeel het wasgoed opnieuw. Misschien zit er maar heel weinig wasgoed in de trommel. • Doe meer wasgoed in de trommel. Centrifugeren begint traag of de machine centrifugeert niet: De elektronische voorziening voor onbalans is ingeschakeld omdat het wasgoed niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld. Het wasgoed wordt herverdeeld doordat de machine de trommel in tegenovergestelde richting ronddraait. Dit kan verschillende keren nodig zijn voordat de onbalans verdwijnt en het normale centrifugeren kan worden hervat. Als na 10 minuten het wasgoed nog steeds niet gelijkmatig in de trommel is verdeeld, zal de machine niet centrifugeren. Verdeel het wasgoed in dat geval met de hand in de trommel en selecteer het programma centrifugeren. • Verdeel het wasgoed opnieuw. De lading is te klein. • Voeg meer wasgoed toe, verdeel de lading handmatig opnieuw en kies vervolgens het centrifugeprogramma. De machine maakt een ongebruikelijk geluid: De machine is uitgerust met een type motor die vergeleken met andere traditionele motoren een ongebruikelijk geluid maakt. Deze nieuwe motor zorgt voor een soepelere start en een betere verdeling van het wasgoed in de trommel tijdens het centrifugeren, en voor een betere stabiliteit van de machine. Er is geen water zichtbaar in de trommel: Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie werken erg zuinig en verbruiken weinig water zonder dat dit van invloed is op de prestatie van de machine. De machine droogt niet of droogt niet goed: De droogtijd of de droogtegraad is niet gekozen. • Kies de droogtijd of droogtegraad. De waterkraan is dicht. • Draai de waterkraan open. De afvoerpomp is verstopt. • Maak het afvoerfilter schoon. Er zit teveel wasgoed in de machine. • Doe minder wasgoed in de trommel. Het gekozen droogprogramma, tijd of droogtegraad was niet geschikt voor het wasgoed. • Kies het geschikte droogprogramma, tijd of droogtegraad voor het wasgoed. electrolux 27 Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing Het wasgoed zit vol met pluisjes van verschillende kleuren: De stoffen die in de vorige cyclus gewassen werden, hebben pluisjes van een andere kleur achtergelaten (raadpleeg "Pluisjes in kleding" in het hoofdstuk "Gebruik - Wassen en drogen"). • De droogfase helpt een deel van deze pluisjes te verwijderen. • Reinig de kleding met een pluisjesverwijderaar. In geval van een overmatige hoeveelheid pluisjes in de trommel, herhaal volgende procedure twee maal: • Reinig de lege trommel, de pakking en de deur grondig met een natte doek. • Voer een spoelcyclus uit. • Plaats een wollen of fluwelen doek in de trommel. • Voer een droogcyclus van 10 minuten uit. • Verwijder het oude wollen doek. Nu kunt u andere kledingstukken wassen. Als u het probleem niet kunt vinden of oplossen, neem dan contact op met onze Klantenservice. Noteer alvorens te bellen het model, serienummer en de aankoopdatum van de machine: de Klantenservice zal om deze informatie vragen. Mod. ... ... ... Prod. No. ... ... ... Ser. No. ... TECHNISCHE GEGEVENS Afmeting Breedte Hoogte Diepte 60 cm 85 cm 63 cm Aansluiting aan het elektriciteitsnet Spanning - Totale vermogen Zekering Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur van het apparaat. Leidingwaterdruk Minimaal Maximaal 0,05 MPa 0,8 MPa Maximale belading Katoen 7 kg Maximale belading (droge was) Katoen Grote capaciteit katoenen wasgoed Synthetica 3.5 Kg 5 Kg 2 Kg Centrifugetoerental Maximaal 1600 Toeren per minuut VERBRUIKSWAARDEN Programma Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) Programmaduur (Minuten) Witte katoen 90° 2.20 67 Katoen 60° 1.35 63 Katoen ECO 60° 1) 1.05 45 Katoen 40° 0.80 63 Raadpleeg voor de duur van de programma's, het display op het bedieningspaneel. 28 electrolux Programma Energieverbruik (kWh) Waterverbruik (liter) Synthetische stoffen 40° 0.55 51 Fijne was 40° 0.55 63 Wol/Handwas 30° 0.25 58 Programmaduur (Minuten) 1) "Katoen ECO" op 60°C met een belading van 7 kg is het referentieprogramma voor de gegevens die op het energielabels staan, overeenkomstig de richtlijnen 92/75/EEG. De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhankelijk van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de omgevingstemperatuur. MONTAGE ONTPAKKEN Alle transportbouten en verpakkingsmaterialen moeten worden verwijderd alvorens de machine in gebruik te nemen. Wij raden u aan alle transportbeveiligingen te bewaren, zodat zij kunnen worden gemonteerd als de machine ooit nog eens moet worden vervoerd. 1. Nadat u al het verpakkingsmateriaal verwijderd heeft, de machine voorzichtig op zijn achterkant leggen om de basis van piepschuim van de onderkant te kunnen verwijderen. 2. Verwijder het aansluitsnoer en de af- en toevoerslang van de slanghouders op de achterkant van het apparaat. 3. Schroef de drie bouten los d.m.v. de meegeleverde sleutel. 2 1 electrolux 29 4. Schuif de betreffende kunststof afstandhouders naar buiten. van een zelfborgende moer, maar de machine MOET horizontaal en stabiel staan. Controleer de afstelling, indien nodig, met een luchtbelwaterpas. Alle noodzakelijke afstellingen kunnen uitgevoerd worden met een moersleutel. Zorgvuldige horizontale afstelling voorkomt trillingen, lawaai of verschuiving van de machine tijdens de werking. Let op! Leg nooit karton, hout of iets dergelijks onder de machine om oneffenheden van de vloer te compenseren. 5. Open de vuldeur en verwijder het polystyreenblok dat op de afdichting van de deur zit. 6. Maak het kleine gaatje aan de bovenkant en de twee grotere gaten dicht met de overeenkomstige plastic doppen die in het zakje bij de gebruiksaanwijzing zitten. OPSTELLEN Installeer de machine op een vlakke harde vloer. Zorg er voor dat de luchtcirculatie rond de machine niet wordt belemmerd door tapijten, kleedjes enz. Controleer of de machine vrij staat van de muur of andere keukenmeubelen. Zet de wasmachine waterpas door de pootjes hoger of lager te zetten. Het kan enige moeite kosten om de pootjes te verstellen omdat ze voorzien zijn RUBBEREN VOETENSET (4055126249) Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde verkooppunt. De rubberen voeten zijn vooral handig op zwevende, gladde en houten vloeren. Monteer de rubberen voeten om trillingen, lawaai of verschuiving van de machine tijdens de werking te voorkomen. Lees de bij de kit geleverde gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. WATERTOEVOER Een waterslang is meegeleverd; deze is te vinden in de trommel van de machine. Gebruik voor aansluiting op de waterleiding niet de slang van uw vorige machine. Belangrijk! Dit apparaat moet aangesloten worden op een koud watertoevoer. 1. Open de vuldeur en neem de toevoerslang uit de trommel. 30 electrolux 2. Sluit de slang met de haakse aansluiting op de machine aan. Bevestig de toevoerslang niet naar beneden gericht. Bevestig de slang altijd onder een hoek naar links of naar rechts, afhankelijk van de plaats waar de waterkraan zich bevindt. 45° 35° 3. Breng de slang in de juiste positie door de ringmoer los te draaien. Als de toevoerslang zich in de juiste positie bevindt, draai de ringmoer dan weer vast om lekkage te voorkomen. 4. Sluit de slang aan op een kraan met 3/4"-schroefdraad. Gebruik altijd de bij de machine geleverde slang. De toevoerslang mag niet worden verlengd. Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt verplaatsen, zult u een nieuwe, langere slang moeten kopen die speciaal voor dit doel is gemaakt. WATERSTOP De toevoerslang is voorzien van een waterstop, een beveiligingsvoorziening tegen schade veroorzaakt door waterlekkage die kan ontstaan door natuurlijke slijtage van de slang. Deze storing wordt aangegeven door een rood vlak in venster "A". Indien dit ge- beurt, de kraan dichtdraaien en contact opnemen met de Klantenservice om de slang te laten vervangen. A WATERAFVOER Het uiteinde van de afvoerslang kan op drie manieren worden geplaatst. • Over de rand van een afvoer buigen met behulp van de plastic slanggeleider die bij de machine is meegeleverd. Zorg er in dit geval voor dat het uiteinde niet van de rand kan losschieten als de wasautomaat aan het leeglopen is. U kunt de slang met een stuk touw aan de kraan vastbinden of aan de wand bevestigen. • In een aftakking van een gootsteenafvoer. De aftakking dient zich boven de sifon te bevinden, zodat de bocht zich ten minste 60 cm boven de grond bevindt. • Direct in een afvoerpijp op een hoogte van niet minder dan 60 cm en niet meer dan 90 cm. Het einde van de afvoerslang moet altijd geventileerd zijn, d.w.z. dat de binnendiameter van de afvoerpijp groter moet zijn dan de buitendiameter van de afvoerslang. De afvoerslang mag niet geknikt zijn. electrolux 31 De afvoerslang kan verlengd worden tot een maximum van 4 meter. Een extra afvoerslang en koppelstuk zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice bij u in de buurt. AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur van het apparaat. Controleer of de elektrische installatie in uw woning geschikt is voor het maximale vereiste vermogen; houd hierbij rekening met andere apparaten die in gebruik zijn. Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade of letsel die voortkomt uit het niet opvolgen van bovengenoemde veiligheidsvoorschriften. Het aansluitsnoer moet na de installatie van de machine toegankelijk zijn. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice. MILIEUBESCHERMING Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt gekocht. VERPAKKINGSMATERIALEN zijn recycleMaterialen met het symbool baar. >PE<=polyethyleen >PS<=polystyreen >PP<=polypropyleen Dit betekent dat ze gerecycled kunnen worden als u ze netjes weggooit in de daarvoor bestemde containers. MILIEUTIPS Om water en energie te besparen en om het milieu te helpen beschermen, raden wij u aan de volgende tips ter harte te nemen: • Normaal vuile was kan zonder voorwas worden gewassen om wasmiddel, water en tijd te besparen (ook het milieu wordt zo beschermd!). • De machine werkt economischer als hij volledig wordt gevuld. • Met de juiste voorbehandeling kunnen vlekken en vuil worden verwijderd; het wasgoed kan daarna bij een lagere temperatuur worden gewassen. • Doseer het wasmiddel aan de hand van de waterhardheid, de mate van vervuiling van het wasgoed en de hoeveelheid wasgoed.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64

Electrolux EWW167443W Handleiding

Type
Handleiding

in andere talen