Zanussi ZCV65320XA Handleiding

Type
Handleiding
GETTING
STARTED?
EASY.
User Manual
ZCV65320XA
NL Gebruiksaanwijzing
Fornuis
GA NAAR ONZE WEBSITE VOOR:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, service- en reparatie-informa-
tie:
www.zanussi.com/support
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor verwondingen of schade die voortvloeit uit de onjuiste
installatie of het onjuiste gebruik. Bewaar de instructies altijd op
een veilige, toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.
VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE
PERSONEN
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en
ouder en door mensen met een beperkt lichamelijk, zintuiglijk of
verstandelijk vermogen of een gebrek aan ervaring en kennis,
indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen
over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
gevaren begrijpen. Kinderen jonger dan 8 jaar en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt van
het apparaat te worden gehouden, tenzij ze voortdurend onder
toezicht staan.
Houd toezicht op kinderen om te voorkomen dat zij met het
apparaat gaan spelen.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op
passende wijze weg.
WAARSCHUWING: Houd kinderen en huisdieren uit de buurt
van het apparaat als die in werking is of afkoelt. Makkelijk
toegankelijke onderdelen worden heet tijdens het gebruik.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
ALGEMENE VEILIGHEID
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat en de
kabel vervangen.
2
Dit apparaat moet worden aangesloten op het stroomnet met
een kabel van het type H05VV-F om de temperatuur van het
achterpaneel te kunnen weerstaan.
Het apparaat kan worden gebruikt tot een maximum van 2000
m boven zeeniveau.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik op schepen, boten of
vaartuigen.
Installeer het apparaat ter voorkoming van oververhitting niet
achter een decoratieve deur.
Installeer het apparaat niet op een platform.
Bedien het apparaat niet met een externe timer of een apart
afstandbedieningssysteem.
WAARSCHUWING: Onbewaakt koken op een fornuis met vet
of olie kan gevaarlijk zijn en tot brand leiden.
Probeer NOOIT om een brand te blussen met water. Schakel
het apparaat uit en bedek dan de vlam, bv. met een deksel of
een vuurdeken.
LET OP: Het kookproces moet bewaakt worden. Een kort
kookproces moet voortdurend bewaakt worden.
WAARSCHUWING: Brandgevaar: Bewaar geen voorwerpen
op de kookplaten.
Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te maken.
Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen of scherpe
metalen schrapers om de glazen deur of de glazen afdekplaat
van de kookplaat schoon te maken. Deze kunnen krassen
veroorzaken op het oppervlak, waardoor het glas zou kunnen
breken.
Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en deksels
mogen niet op de kookplaat worden geplaatst, aangezien ze
heet kunnen worden.
Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten is,
schakel het apparaat dan uit en trek de stekker uit het
stopcontact. In het geval het apparaat direct op de stroom is
aangesloten met een aansluitdoos, verwijdert u de zekering om
het apparaat van de stroom te halen. Neem in beide gevallen
contact op met de erkende servicedienst.
3
WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient te
voorkomen de verwarmingselementen aan te raken.
Gebruik altijd ovenhandschoenen om accessoires of kookgerei
te plaatsen of verwijderen.
Zet de stroomtoevoer uit alvorens onderhoud te plegen.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat het apparaat is
uitgeschakeld voordat u de lamp vervangt om elektrische
schokken te voorkomen.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende
serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen
teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
Wees voorzichtig als u de opslaglade aanraakt. Deze kan heet
worden.
Om de inschuifrails te verwijderen trekt u eerst de voorkant van
de inschuifrail en dan de achterkant uit de zijwanden. Installeer
de inschuifrails in de omgekeerde volgorde.
De middelen voor het uitschakelen moeten opgenomen worden
in de vaste bedrading overeenkomstig de regels voor de
bedrading.
WAARSCHUWING: Gebruik alleen kookplaatbeschermers die
door de fabrikant van het kookapparaat zijn ontworpen of door
de fabrikant van het apparaat in de gebruiksinstructies als
geschikt zijn aangegeven of kookplaatbeschermers die in het
apparaat zijn geïntegreerd. Het gebruik van ongeschikte
kookplaatbeschermers kan ongelukken veroorzaken.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
INSTALLATIE
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat,
want het is zwaar. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
Trek het apparaat nooit aan de handgreep van
zijn plaats.
De afmetingen van de keukenkast en de
uitsparing moeten kloppen.
Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
Installeer het apparaat op een veilige en
geschikte plaats die aan alle installatie-eisen
voldoet.
Delen van het apparaat staan onder stroom.
Sluit het apparaat met meubel om te voorkomen
dat de gevaarlijke delen worden aangeraakt.
4
De zijkanten van het apparaat moeten naast
apparaten of units staan van dezelfde hoogte.
Installeer het apparaat niet naast een deur of
onder een raam. Dit voorkomt dat heet
kookgerei van het apparaat valt als de deur of
het raam wordt geopend.
Installeer een stabilisator om te voorkomen dat
het apparaat kantelt. Raadpleeg het hoofdstuk
Installatie.
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
WAARSCHUWING! Gevaar voor
brand en elektrische schokken.
Alle elektrische verbindingen moeten worden
uitgevoerd door een erkend elektricien.
Dit apparaat moet worden aangesloten op een
geaard stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen adapters met meerdere stekkers
en verlengkabels.
Laat de stroomkabel niet in aanraking komen
met de deur van het apparaat of de niche onder
het apparaat, met name niet als deze werkt of
als de deur heet is.
De schokbescherming van delen onder stroom
en geïsoleerde delen moet op zo'n manier
worden bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
Steek de stekker pas in het stopcontact als de
installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
Als het stopcontact los zit, mag u de stekker
niet in het stopcontact steken.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los
te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
Gebruik enkel correcte isolatievoorzieningen:
stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de houder
worden verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat
volledig van het lichtnet afgesloten kan worden.
Het isolatieapparaat moet een contactopening
hebben met een minimale breedte van 3 mm.
Sluit de deur van het apparaat volledig voordat u
de stekker in het stopcontact steekt.
GEBRUIK
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel en brandwonden.
Gevaar voor elektrische schokken.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor
(binnenshuis) huishoudelijk gebruik.
De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet
geblokkeerd worden.
Laat het apparaat tijdens de werking niet
onbeheerd achter.
Schakel het apparaat na elk gebruik uit.
Wees voorzichtig met het openen van de deur
van het apparaat wanneer het apparaat in
werking is. Er kan hete lucht vrijkomen.
Gebruik het apparaat niet met natte handen of
als het contact maakt met water.
Gebruik het apparaat niet als werkblad of als
opslagoppervlak.
WAARSCHUWING! Risico op brand
en explosie
Wanneer ze verwarmd worden, kunnen vetten
en oliën ontvlambare dampen afgeven. Houd
vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt
van vetten en oliën als u ermee kookt.
De dampen die erg hete olie vrijkomen, kunnen
spontane ontbranding veroorzaken.
Gebruikte olie die voedselresten kan bevatten,
kan brand veroorzaken bij een lagere
temperatuur dan olie die voor de eerste keer
wordt gebruikt.
Plaats geen ontvlambare producten of artikelen
die vochtig zijn met ontvlambare producten in,
bij of op het apparaat.
Laat geen vonken of open vlammen in contact
met het apparaat komen wanneer u de deur
opent.
Open de deur van het apparaat voorzichtig. Het
gebruik van ingrediënten met alcohol kan een
mengsel van alcohol en lucht veroorzaken.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
Om schade of verkleuring van het email te
voorkomen:
plaats ovenschalen of andere voorwerpen
niet rechtstreeks op de bodem van het
apparaat.
leg geen aluminiumfolie op het apparaat of
direct op de bodem van de uitsparing.
plaats geen water direct in het hete
apparaat.
5
bewaar geen vochtige gerechten en
voedsel in het apparaat nadat u klaar bent
met koken.
wees voorzichtig bij het verwijderen of
bevestigen van accessoires.
Verkleuring van het email of roestvrij staal is niet
van invloed op de werking van het apparaat.
Gebruik een diepe pan voor vochtige taarten.
Vruchtensappen veroorzaken vlekken die
permanent kunnen zijn.
Bewaar geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
Laat het kookgerei niet droogkoken.
Zorg ervoor dat er geen voorwerpen of pannen
op het apparaat vallen. Het oppervlak kan
beschadigd raken.
Activeer de kookzones niet met lege pannen of
zonder pannen.
Kookgerei gemaakt van gietijzer, aluminium of
met een beschadigde bodem kan krassen
veroorzaken. Til deze voorwerpen altijd op als je
ze op de kookplaat moet verplaatsen.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te
koken. Het mag niet worden gebruikt voor
andere doeleinden, bijvoorbeeld het verwarmen
van de ruimte.
REINIGING EN ONDERHOUD
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel, brand en schade aan het
apparaat.
Schakel het apparaat voor onderhoud uit.
Haal de netstekker uit het stopcontact.
Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld. Er
bestaat een risico dat de glasplaten kunnen
breken.
Vervang direct de glazen deurpanelen als deze
beschadigd zijn. Neem contact op met een
erkend servicecentrum.
Wees voorzichtig als u de deur van het apparaat
verwijdert. De deur is zwaar!
Vet en voedsel dat in het apparaat achterblijft,
kan brand veroorzaken.
Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het oppervlak
achteruitgaat.
Zorg ervoor dat de ovenruimte en de deur na elk
gebruik worden afgeveegd. Stoom
geproduceerd tijdens de werking van het
apparaat condenseert op de wanden en kan
roest veroorzaken. Om de condens te
verminderen, dient u het apparaat 10 minuten te
laten voorverwarmen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige
zachte doek. Gebruik alleen neutrale
schoonmaakmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Volg als u een ovenspray gebruikt de
aanwijzingen op de verpakking.
Reinig niet het katalytisch email (indien van
toepassing) met een schoonmaakmiddel.
BINNENVERLICHTING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
elektrische schokken.
Met betrekking tot de lamp(en) in dit product en
reservelampen die afzonderlijk worden verkocht:
Deze lampen zijn bedoeld om bestand te zijn
tegen extreme fysieke omstandigheden in
huishoudelijke apparaten, zoals temperatuur,
trillingen, vochtigheid, of zijn bedoeld om
informatie te geven over de operationele status
van het apparaat. Ze zijn niet bedoeld voor
gebruik in andere toepassingen en zijn niet
geschikt voor verlichting in huishoudelijke
ruimten.
Gebruik alleen lampjes met dezelfde
specificaties.
SERVICE
Neem contact op met de erkende servicedienst
voor reparatie van het apparaat.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.
VERWIJDERING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel of verstikking.
Neem contact op met uw plaatselijke overheid
voor informatie over het afvoeren van het
apparaat.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en
gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in
het apparaat vast komen te zitten.
6
MONTAGE
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen
In hoogte 847 - 867 mm
Breedte 596 mm
Diepte 600 mm
LOCATIE VAN HET APPARAAT
U kunt uw vrijstaand apparaat met kasten aan een
of twee zijden en in de hoek plaatsen.
A
Minimum afstanden
Afmetingen mm
A 685
HET APPARAAT WATERPAS ZETTEN
Gebruik kleine pootjes aan de onderkant van het
apparaat om het kookoppervlak aan de bovenkant
waterpas met andere oppervlakken te brengen.
ANTI-KANTELBESCHERMING
LET OP! Monteer de anti-
kantelbescherming zodat het apparaat
niet valt als het incorrect wordt
geladen. De antikantelbescherming
werkt alleen als het apparaat in een
correcte ruimte is geplaatst.
Uw apparaat is voorzien van het
symbool weergegeven in de
afbeelding (indien van toepassing) om
u te herinneren aan de montage van
de anti-kantelbescherming.
LET OP! Zorg dat u de anti-
kantelbescherming op de correcte
hoogte installeert.
Zorg ervoor dat het oppervlak achter het apparaat
glad is.
1. Stel de correcte hoogte in en bepaal waar op
het apparaat u de anti-kantelbescherming gaat
plaatsen.
2. Installeer de anti-kantelbescherming 176 mm
onder het bovenvlak van het apparaat en 24
mm van de linkerkant van het apparaat in de
7
ronde opening op een steun. Zie afbeelding.
Schroef de beveiliging stevig in solide materiaal
of gebruik geschikte versteviging (muur).
3. U vindt het gat aan de linkerachterkant van het
apparaat. Zie afbeelding. Zet het apparaat in
het midden van de ruimte tussen de kastjes (1).
Als de afstand tussen de aanrechtkastjes
groter is dan de breedte van het apparaat,
moet u de zijmaten aanpassen als u het
apparaat wilt centreren.
1
24 mm
176 mm
ELEKTRISCHE INSTALLATIE
WAARSCHUWING! De fabrikant is
niet verantwoordelijk als u zich niet
houdt aan de veiligheidsvoorschriften
in het hoofdstuk Veiligheid.
Dit apparaat wordt geleverd zonder een stekker of
netsnoer.
Beschikbare aansluittypen:
Variant Fase Type netsnoer meter
230V 1 H05V2V2-F of H05RR-F+ 3x6.0 mm²
230V 3 H05V2V2-F of H05RR-F+ 4x4 mm²
400V 3 met neutraal H05V2V2-F of H05RR-F+ 5x1.5 mm²
400V 2 met neutraal H05V2V2-F of H05RR-F+ 4x2.5 mm²
WAARSCHUWING! De stroomkabel
mag het in de illustratie gearceerde
onderdeel van het apparaat niet raken.
8
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
ALGEMEEN OVERZICHT
8
5
4
3
2
1
6
7
10
1 3 4
5
2
9
1
Knop voor de ovenfuncties
2
Display
3
Temperatuurknop
4
Temperatuurindicator/symbool
5
Knoppen voor de kookplaat
6
Verwarmingselement
7
Lamp
8
Inschuifrails, verwijderbaar
9
Ventilator
10
Inzetniveaus
OVERZICHT KOOKPLAAT
210 mm
145 mm
180 mm145 mm
11
1 1
2
1
Kookzone
2
Restwarmte-indicator
ACCESSOIRES
Bakrooster
Voor kookgerei, bak- en braadvormen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Extra diepe pan
Om een moussaka te maken.
Bewaarlade
Het opbergcompartiment bevindt zich onder de
uitsparing van de oven.
VOORAFGAAND AAN HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
EERSTE REINIGING
Verwijder all accessoires en verwijderbare
inschuifrails uit de oven.
Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging'.
Reinig de oven en accessoires voor het eerste
gebruik.
9
Zet de accessoires en verwijderbare inschuifrails
terug in de beginstand.
TIJD INSTELLEN
U moet de tijd instellen voordat u de oven bedient.
De aanduiding knippert als u het apparaat
aansluit op het stopcontact, als er een
stroomstoring is geweest of als de timer niet is
ingesteld.
Druk op of om de correcte tijd in te stellen.
Na ongeveer 5 seconden stopt het knipperen en
geeft de klok de ingestelde tijd van de dag weer.
TIJD VERANDEREN
Je kunt de dagtijd niet wijzigen als een
van de functies in werking is.
Druk op herhaaldelijk tot het indicatielampje
voor de functie Dagtijd knippert.
Zie 'De tijd instellen' om een nieuwe tijd in te
stellen.
VERZONKEN KNOPPEN
Om het apparaat te bedienen, moet u de
bedieningsknop indrukken. De knop komt dan naar
buiten.
VOORVERWARMEN
Warm de lege oven voor het eerste gebruik voor.
1. Stel de functie in.Stel de maximale
temperatuur in.
2. Laat de oven een uur werken.
3. Stel de functie . Stel de maximale
temperatuur in.
4. Laat de oven 15 minuten werken.
5. Stel de functie . Stel de maximale
temperatuur in.
6. Laat de oven 15 minuten werken.
7. Zet de oven uit en laat deze afkoelen.
Accessoires kunnen heter worden dan normaal. De
oven kan een vreemde geur en rook afgeven. Zorg
dat er voldoende luchtcirculatie in de ruimte is.
KOOKPLAAT - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
KOOKSTAND
Symbolen Functie
Uit-stand
Warm houden
1 - 9 Kookstanden
Gebruik de restwarmte om het
energieverbruik te verminderen.
Schakel de kookzone ongeveer 5 - 10
minuten uit voordat het kookproces is
voltooid.
Draai de knop voor de geselecteerde kookzone
naar de gewenste warmte-instelling.
Draai de knop naar de uit-stand om het kookproces
te voltooien.
RESTWARMTE-INDICATOR
WAARSCHUWING! Zolang het
lampje aan staat, bestaat er een risico
op brandwonden door restwarmte.
Het controlelampje gaat aan als een kookzone heet
is, maar het werkt niet als de hoofdstroom is
onderbroken.
Het indicatielampje kan ook verschijnen:
voor de aangrenzende kookzones, zelfs als je ze
niet gebruikt,
als heet kookgerei op de koude kookzone wordt
geplaatst,
als de kookplaat is uitgeschakeld, maar de
kookzone nog heet is.
Het indicatielampje verdwijnt als de kookzone is
afgekoeld.
10
KOOKPLAAT - AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
PANNEN
De kookresultaten zijn afhankelijk van het kookgerei
aanbevolen: aluminium, koper
niet aanbevolen: roestvrij staal, gietijzer, glas
De bodem van de pannen moet zo dik
en vlak mogelijk zijn.
Zorg ervoor dat bodems schoon en
droog zijn voordat de pannen op de
kookplaat worden gezet.
Gebruik geen kookgerei op de
keramische kookplaat met bodems
met uitgesproken randen of richels,
bijv. gietijzeren pannen. Deze kunnen
het oppervlak van de kookplaat
permanent bekrassen of schuren.
Pannen gemaakt van geëmailleerd
staal of met aluminium of koperen
bodems kunnen tot verkleuringen van
de glazen keramische kookplaat
leiden.
Om energie te besparen en ervoor te zorgen dat de
kookplaat goed werkt, moet de bodem van het
kookgerei een geschikte minimumdiameter hebben.
MINIMALE DIAMETER VAN HET
KOOKGEREI
Kookzone
Diameter kookge-
rei (mm)
Vermogen (W)
Linksach-
ter
125 - 145 1200
Rechts-
achter
150 - 180 1800
Rechts-
voor
125 - 145 1200
Linksvoor 180 - 210 2300
VOORBEELDEN VAN KOOKTOEPASSINGEN
De gegevens in de volgende tabel
dienen slechts als richtlijn.
Warmte-instel-
ling
Gebruik om: Tijd (min) Tips
- 1
Bereide gerechten warmhouden. zoals
nodig
Een deksel op het kookgerei
doen.
1 - 2 Hollandaisesaus, smelten: boter,
chocolade, gelatine.
5 - 25 Van tijd tot tijd mengen.
11
Warmte-instel-
ling
Gebruik om: Tijd (min) Tips
1 - 2 Stollen: luchtige omeletten, ge-
bakken eieren.
10 - 40 Met deksel bereiden.
2 - 3 Zachtjes aan de kook brengen
van rijst en gerechten op melkba-
sis, reeds bereide gerechten op-
warmen.
25 -
50
Voeg minimaal twee keer zo veel
vocht toe als rijst en roer gerech-
ten op melkbasis halverwege de
procedure door.
3 - 4 Stomen van groenten, vis en
vlees.
20 -
45
Voeg een paar eetlepels vocht
toe.
4 - 5 Aardappelen stomen. 20 -
60
Gebruik max. ¼ l water voor 750
g aardappelen.
4 - 5 Bereiden van grotere hoeveelhe-
den voedsel, stoofschotels en
soepen.
60 -
150
Tot 3 l vloeistof plus ingrediën-
ten.
6 - 7 Lichtjes braden: kalfsoester, cor-
don bleu van kalfsvlees, kotelet-
ten, rissoles, worstjes, lever, roux,
eieren, pannenkoeken, donuts.
zoals
nodig
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
7 - 8 Door-en-door gebraden, opge-
bakken aardappelen, lendenbief-
stukken, steaks.
5 - 15 Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
9 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (goulash, stoof-
vlees), frituren van friet.
KOOKPLAAT - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
ALGEMENE INFORMATIE
Reinig de kookplaat na elk gebruik.
Gebruik altijd kookgerei met een schone bodem.
Krassen of donkere vlekken op het oppervlak
hebben geen invloed op de werking van de
kookplaat.
Gebruik een specifiek schoonmaakmiddel voor
het oppervlak van de kookplaat.
Gebruik een speciale schraper voor het glas.
DE KOOKPLAAT SCHOONMAKEN
Verwijder direct: gesmolten kunststof, plastic
folie, suiker en suikerhoudend voedsel, anders
kan dit schade aan de kookplaat veroorzaken.
Doe voorzichtig om brandwonden te voorkomen.
Gebruik de speciale schraper op de glazen
plaat en verwijder resten door het blad over het
oppervlak te schuiven.
Verwijder nadat de kookplaat voldoende is
afgekoeld: kalk- en waterkringen, vetspatten
en metaalachtig glanzende verkleuringen. Reinig
de kookplaat met een vochtige doek en een
beetje niet-schurend reinigingsmiddel. Droog de
kookplaat na reiniging af met een zachte doek.
Verkleuring glanzende metalen
verwijderen: reinig het glazen oppervlak met
een doek en een oplossing van water met azijn.
12
OVEN - DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
OVENFUNCTIES
WAARSCHUWING! Schenk geen
vloeistoffen in de uitsparing van de
ovenruimte voor en tijdens het
bereidingsproces. Gevaar voor
schade.
Symbool Ovenfunctie Toepassing
Uit-stand De oven is uit.
Warme Lucht Voor het roosteren of bakken van gerechten waarvoor de-
zelfde bereidingstemperatuur nodig is, op meerdere roos-
terhoogten, zonder dat er smaken worden overgebracht
van het ene naar het andere gerecht.
Onderwarmte Voor het bakken van taarten met een krokante bodem en
het bewaren van voedsel.
Grillen Om plat voedsel te grillen en brood te roosteren
Intens grillen Voor het grillen van plat voedsel in grote hoeveelheden en
voor het roosteren van brood.
Circulatiegrill Voor het braden van grote stukken vlees of gevogelte met
bot op één niveau. Ook om te gratineren en te bruinen.
Boven + onderwarmte Voor het bakken en roosteren op één ovenniveau.
Warmelucht (vochtig) Deze functie is ontworpen om tijdens de bereiding energie
te besparen. Raadpleeg voor de kookinstructies het
hoofdstuk 'Aanwijzingen en tips', Warmelucht (vochtig).
De ovendeur moet tijdens het koken gesloten zijn, zodat
de functie niet wordt onderbroken en de oven werkt met
de hoogst mogelijke energie-efficiëntie. Bij het gebruik
van deze functie kan de temperatuur in de ruimte verschil-
len van de ingestelde temperatuur. Het verwarmingsver-
mogen kan worden verminderd. Zie voor algemene aanbe-
velingen voor energiebesparing het hoofdstuk ‘Energie-ef-
ficiëntie’, Energiebesparing. Deze functie wordt gebruikt
om de energie-efficiëntieklasse vast te stellen overeen-
komstig EN 60350-1. Als je deze functie gebruikt, scha-
kelt de verlichting automatisch uit.
13
Je kunt voedsel ontdooien door de
functie Warmelucht (vochtig) te kiezen
zonder de temperatuur in te stellen.
DE OVEN IN- EN UITSCHAKELEN
Het hangt van het model of uw
apparaat knopsymbolen,
indicatielampjes of lampjes heeft:
Het indicatielampje gaat aan
wanneer de oven opwarmt.
Het lampje gaat aan als het
apparaat in werking is.
Het symbool geeft aan of de knop
de kookzones, de ovenfuncties of
de temperatuur bedient.
1. Draai aan de knop voor de ovenfuncties om
een ovenfunctie te selecteren.
2. Draai de knop voor de temperatuur naar een
temperatuur.
3. Draai om de oven uit te schakelen, de knop
voor de ovenfuncties en de knop voor de
temperatuur naar de uit-stand.
KOELVENTILATOR
Als de oven in werking is, wordt de koelventilator
automatisch ingeschakeld om de oppervlakken van
de oven koel te houden. Als je de oven uitschakelt,
de ventilator stopt.
DE OVENACCESSOIRES PLAATSEN
Diepe schaal
Plaats de braadpan tussen de geleidestangen van
de inschuifrails.
Bakrooster en de diepe pan samen:
Plaats de diepe pan tussen de geleiders van de
inschuifrails en het bakrooster op de geleiders
erboven.
Alle accessoires hebben kleine
inkepingen aan de
rechterbovenkant en links om de
veiligheid te verhogen. De
inkepingen zijn ook
kantelbeveiliging.
De hoge rand rond het rooster is
een apparaat dat voorkomt dat
kookgerei wegglijdt.
14
OVEN - KLOKFUNCTIES
DISPLAY
A B C
A. Klokfuncties
B. Timer
TOETSEN
Knop Functie Beschrijving
MIN Om de tijd in te stellen.
KLOK De klokfunctie instellen.
PLUS Om de tijd in te stellen.
KLOKFUNCTIES
Klokfunctie Toepassing
DAGTIJD Om de dagtijd in te stellen, te wijzigen of te
controleren.
DUUR Instellen hoelang de oven in werking is.
KOOKWEKKER Om een aftelling in te stellen. Deze functie
heeft geen invloed op de werking van de oven.
Je kunt deze functie op elk gewenst moment in-
stellen, ook als de oven uitstaat.
DE BEREIDINGSDUUR INSTELLEN
1. Stel een ovenfunctie en de temperatuur in.
2. Blijf op drukken totdat begint te
knipperen.
3. Druk op of om de tijd voor de
BEREIDINGSDUUR in te stellen.
Op het display verschijnt .
4. Wanneer de ingestelde tijd is verstreken,
knippert en hoort u een geluidssignaal. Het
apparaat wordt automatisch uitgeschakeld.
5. Druk op een willekeurige toets om het
geluidssignaal uit te zetten.
6. Draai de knop voor de ovenfuncties en de knop
voor de temperatuur naar de uit-stand.
DE KOOKWEKKER INSTELLEN
1. Blijf op drukken totdat begint te
knipperen.
2. Druk op or om de gewenste tijd in te
stellen.
De KOOKWEKKER start automatisch na vijf
seconden.
3. Wanneer de ingestelde tijd voorbij is, klinkt er
een geluidssignaal. Druk op een willekeurige
toets om het geluidssignaal uit te zetten.
15
4. Draai de knop voor de ovenfuncties en de
temperatuurknop naar de uit-stand.
DE KLOKFUNCTIES ANNULEREN
1. Blijf op de drukken tot het symbool voor de
benodigde ovenfunctie begint te knipperen.
2. Houd ingedrukt.
De klokfunctie gaat na een paar seconden uit.
OVEN - AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
De temperaturen en baktijden in de
tabellen zijn slechts als richtlijn
bedoeld. Deze zijn afhankelijk van de
recepten en de kwaliteit en de
hoeveelheid van de gebruikte
ingrediënten.
BAKKEN
Gebruik voor de eerste baksessie de lagere
temperatuur.
Bij het bereiden van cake op meerdere niveaus kan
de baktijd ca. 10 - 15 minuten langer zijn.
Als de cake niet overal even hoog is, wordt de cake
niet overal even bruin. Als de cake niet overal even
bruin wordt, hoeft u de temperatuurinstelling niet te
wijzigen. De verschillen verminderen tijdens het
bakken.
Tijdens het bakken kunnen bakplaten in de oven
vervormen. Wanneer de bakplaten weer afgekoeld
zijn, verdwijnt de vervorming.
BAKTIPS
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van de ca-
ke is niet voldoende ge-
bakken.
De rekstand is incorrect. Plaats de cake op een lagere rek-
stand.
De cake zakt in en wordt
klef, of streperig.
De oventemperatuur is te
hoog.
Stel de volgende keer de oventem-
peratuur iets lager in.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
Stel volgende keer een langere bak-
tijd en een lagere oventemperatuur
in.
De cake is te droog. De oventemperatuur is te laag. Stel de volgende keer de oventem-
peratuur hoger in.
Te lange baktijd. Stel volgende keer een kortere bak-
tijd in.
De cake wordt ongelijk-
matig gebakken.
De oventemperatuur is te
hoog en de baktijd te kort.
Stel volgende keer een langere bak-
tijd en een lagere oventemperatuur
in.
Het cakebeslag is niet gelijk-
matig verdeeld.
Verspreid de volgende keer het ca-
kebeslag gelijkmatig over de bak-
plaat.
De cake wordt niet gaar
binnen de in het recept
aangegeven baktijd.
De oventemperatuur is te laag. Stel de volgende keer de oventem-
peratuur iets hoger in.
16
GECIRCULEERD KOKEN
Als u pizza maakt, verkrijgt u de beste
resultaten door de knoopen voor de
ovenfuncties en de oventemperatuur
naar de stand te draaien.
Bakken op één ovenniveau
Bakken in een bakblik
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Tulband of brioche 150 - 160 50 - 70 2
Moskovisch gebak / vruchtencake 140 - 160 50 - 90 1 - 2
Biscuittaart zonder vet
150 - 160
1) 25 - 40 3
Taartbodem - zandtaartdeeg 170 - 180 10 - 25 2
Taartbodem - zacht cakedeeg 150 - 170 20 - 25 2
Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm, diagonaal
geplaatst)
160 60 - 90 2 - 3
1) Oven voorverwarmen.
Gebak / brood op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Kruimeltaart (droog) 150 - 160 20 - 40 3
Vruchtentaart (bereid met gistdeeg/roer-
deeg)
1)
150 35 - 55 3
Vruchtentaart met kruimeldeeg 160 - 170 40 - 80 3
1) Gebruik braadpan.
Koekjes
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Zandkoekjes 150 - 160 10 - 20 3
Zandtaartdeeg/ deegreepjes 140 20 - 35 3
Koekjes gemaakt van roerdeeg 150 - 160 15 - 20 3
Eiwitgebak / schuimgebak 80 - 100 120 - 150 3
Bitterkoekjes 100 - 120 30 - 50 3
Koekjes gemaakt van gistdeeg 150 - 160 20 - 40 3
17
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Klein bladerdeeggebak
170 - 180
1) 20 - 30 3
Broodjes 160 10 - 35 3
Kleine cakejes (20 per blad) 150 20 - 35 3
1) Oven voorverwarmen.
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Stokbroden bedekt met gesmolten kaas
160 - 170
1) 15 - 30 1
Gevulde groente 160 - 170 30 - 60 1
1) Oven voorverwarmen.
Bakken op meerdere niveaus
Gebak / brood op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoogte
2 standen
Roomsoezen / Eclairs
160 - 180
1) 25 - 45 2 / 4
Kruimeltaart 150 - 160 30 - 45 2 / 4
1) Oven voorverwarmen.
Klein gebak/cakejes/gebak/broodjes
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoogte
2 standen
Zandkoekjes
150 - 160
1) 20 - 40 2 / 4
Zandtaartdeeg/ deegreepjes 140 20 - 45 2 / 4
Koekjes gemaakt van roerdeeg 160 - 170 25 - 45 2 / 4
Eiwitgebak, schuimgebak 80 - 100 130 - 170 2 / 4
Bitterkoekjes 100 - 120 40 - 80 2 / 4
Koekjes gemaakt van gistdeeg 160 - 170 30 - 60 2 / 4
Klein bladerdeeggebak 170 - 180 30 - 50 2 / 4
1) Oven voorverwarmen.
18
BOVEN- EN ONDERWARMTE OP ÉÉN NIVEAU
Bakken in een bakblik
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoog-
te
Tulband of brioche 160 - 180 50 - 70 2
Moskovisch gebak/vruchtencake 150 - 170 50 - 90 1 - 2
Biscuittaart zonder vet
170
1) 25 - 40 3
Taartbodem van zandtaartdeeg
190 - 210
1) 10 - 25 2
Taartbodem - zacht cakedeeg 170 - 190 20 - 25 2
Appeltaart (2 vormen Ø 20 cm, diago-
naal geplaatst)
180 60 - 90 1 - 2
Hartige taart (bijv. quiche lorraine) 180 - 220 35 - 60 1
Kwarktaart 160 - 180 60 - 90 1 - 2
1) Oven voorverwarmen.
Gebak op bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoog-
te
Vlechtbrood/broodkrans 170 - 190 40 - 50 2
Kerststol
160 - 180
1) 50 - 70 2
Brood (roggebrood):
1. Eerste deel van het bakproces.
2. Tweede deel van het bakproces.
1. 230
1)
2. 160 - 180
1)
1. 20
2. 30 - 60
1 - 2
Roomsoezen/tompoezen
190 - 210
1) 20 - 35 3
Koninginnenbrood (opgerolde cake met
jam)
180 - 200
1) 10 - 20 3
Kruimeltaart (droog) 160 - 180 20 - 40 3
Amandelcake/suikertaart
190 - 210
1) 20 - 30 3
Vruchtentaart (bereid met gistdeeg/
sponsdeeg)
2)
170 35 - 55 3
Vruchtentaart met kruimeldeeg 170 - 190 40 - 60 3
Plaatkoek met kwetsbare garnering (bijv.
kwark, room, puddingvulling)
160 - 180
1) 40 - 80 3
Pizza (met veel garnering)
190 - 210
1) 30 - 50 1 - 2
19
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min)
Roosterhoog-
te
Pizza (dunne korst)
220 - 250
1) 15 - 25 1 - 2
Ongedesemd brood 230 - 250 10 - 15 1
Vlaaien (CH) 210 - 230 35 - 50 1
1) Oven voorverwarmen.
2) Gebruik braadpan.
Koekjes
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Zandkoekjes 170 - 190 10 - 20 3
Zandtaartdeeg/ Deegreepjes
160
1) 20 - 35 3
Roerdeegkoekjes 170 - 190 20 - 30 3
Eiwitgebak, schuimgebak 80 - 100 120 - 150 3
Bitterkoekjes 120 - 130 30 - 60 3
Koekjes gemaakt van gistdeeg 170 - 190 20 - 40 3
Klein bladerdeeggebak
190 - 210
1) 20 - 30 3
Broodjes
190 - 210
1) 10 - 55 3
Kleine cakejes (20 per blad)
170
1) 20 - 30 3 - 4
1) Oven voorverwarmen.
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Pastaschotel 180 - 200 45 - 60 1
Lasagne 180 - 200 35 - 50 1
Groentegratin
180 - 200
1) 15 - 30 1
Stokbroden bedekt met gesmolten kaas
200 - 220
1) 15 - 30 1
Zoete ovenschotels 180 - 200 40 - 60 1
Visschotels 180 - 200 40 - 60 1
Gevulde groente 180 - 200 40 - 60 1
1) Oven voorverwarmen.
20
WARMELUCHT (VOCHTIG)
Brood en pizza
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Broodjes 180 25 - 35 3
Bevroren pizza 350 g 190 25 - 35 3
Cake in bakplaat
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Koninginnenbrood (opgerolde cake
met jam)
180 20 - 30 3
Brownie 180 30 - 40 3
Cake in bakblik
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Soufflé 200 30 - 40 3
Luchtige vlaaibodem 180 20 - 30 3
Victoriataart met jamvulling 150 25 - 35 3
Vis
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Vis in zakjes 300 g 180 25 - 35 3
Hele vis 200 g 180 25 - 35 3
Visfilets 300 g 180 25 - 35 3
Vlees
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Vlees in zakje 250 g 200 25 - 35 3
Vleesspiesjes 500 g 200 30 - 40 3
21
Kleine gebakken items
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Koekjes 180 25 - 35 3
Makarons 160 25 - 35 3
Muffins 180 25 - 35 3
Smakelijke cracker 170 20 - 30 3
Kruimeldeegkoekjes 150 25 - 35 3
Tartelettes 170 15 - 25 3
Vegetarisch
Gerecht Temperatuur (°C) Tijd (min) Roosterhoogte
Groentemix in zakjes 400 g 180 25 - 35 3
Omelet 200 20 - 30 3
Groenten op plaat 700 g 180 25 - 35 3
TIPS VOOR BRADEN
Gebruik hittebestendig kookgerei.
Geroosterd mager vlees bedekt (u kunt
aluminiumfolie gebruiken).
Braad grote vleesstukken direct in de diepe
bakplaat of op een bakrooster boven de bakplaat.
Doe wat water in de bakplaat om te voorkomen dat
druipend vet verbrandt.
Draai het braadstuk na 1/2 - 2/3 van de gaartijd.
Rooster vlees en vis in grote stukken (1 kg of
meer).
Bedruip vleesstukken meerdere malen met hun
eigen sap tijdens het roosteren.
BOVEN- EN ONDERWARMTE ROOSTEREN
Rundvlees
Gerecht Hoeveelheid Temperatuur (°C) Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Stoofvlees 1 – 1,5 kg 200 - 230 105 - 150 1
Rosbief of ossehaas: rood per cm dikte
230 - 250
1) 6 - 8 1
Rosbief of ossehaas: me-
dium
per cm dikte 220 - 230 8 - 10 1
Rosbief of ossehaas:
doorbakken
per cm dikte 200 - 220 10 - 12 1
1) Oven voorverwarmen.
22
Varkensrug
Gerecht Hoeveelheid Temperatuur (°C) Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Schouderstuk, nekstuk,
hamlap
1 – 1,5 kg 210 - 220 90 - 120 1
Kotelet, ribbetje 1 – 1,5 kg 180 - 190 60 - 90 1
Gehaktbrood 750 g - 1 kg 170 - 190 50 - 60 1
Varkensschenkel(voorge-
kookt)
750 g - 1 kg 200 - 220 90 - 120 1
Kalfsvlees
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Geroosterd kalfsvlees
1) 1 kg 210 - 220 90 - 120 1
Kalfsschenkel 1,5 – 2 kg 200 - 220 150 - 180 1
1) Gebruik een afgesloten braadpan.
Lamsvlees
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Lamsbout, geroosterd
lamsvlees
1 – 1,5 kg 210 - 220 90 - 120 1
Lamsrug, medium 1 – 1,5 kg 210 - 220 40 - 60 1
Game
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Hazenrug, hazenbout tot 1 kg
220 - 240
1) 30 - 40 1
Rug 1,5 – 2 kg 210 - 220 35 - 40 1
Reebout, hertenbout 1,5 – 2 kg 200 - 210 90 - 120 1
1) Oven voorverwarmen.
23
Gevogelte
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Stukken gevogelte 200 – 250 g elk 220 - 250 20 - 40 1
Halve kip 400 – 500 g elk 220 - 250 35 - 50 1
Kip, haantje 1 – 1,5 kg 220 - 250 50 - 70 1
Eend 1,5 – 2 kg 210 - 220 80 - 100 1
Gans 3,5 – 5 kg 200 - 210 150 - 180 1
Kalkoen 2,5 – 3,5 kg 200 - 210 120 - 180 1
Kalkoen 4 – 6 kg 180 - 200 180 - 240 1
Vis
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Roosterhoog-
te
Hele vis 1 – 1,5 kg 210 - 220 40 - 70 1
BRADEN MET CIRCULATIEGRILL
Rundvlees
Gerecht Hoeveelheid Temperatuur (°C) Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Rosbief of ossehaas: rood per cm dikte
190 - 200
1) 5 - 6 1
Rosbief of ossehaas: medium per cm dikte 180 - 190 6 - 8 1
Rosbief of ossehaas: gaar per cm dikte 170 - 180 8 - 10 1
1) Oven voorverwarmen.
Varkensvlees
Gerecht Hoeveelheid Temperatuur (°C) Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Schouderstuk, nekstuk, ham-
lap
1 – 1,5 kg 160 - 180 90 - 120 1
Kotelet, ribbetje 1 – 1,5 kg 170 - 180 60 - 90 1
Gehaktbrood 750 g - 1 kg 160 - 170 50 - 60 1
Varkensschenkel(voorgekookt) 750 g - 1 kg 150 - 170 90 - 120 1
24
Kalfsvlees
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Geroosterd kalfsvlees 1 kg 160 - 180 90 - 120 1
Kalfsschenkel 1,5 – 2 kg 160 - 180 120 - 150 1
Lamsvlees
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
Lamsbout, geroosterd lams-
vlees
1 – 1,5 kg 150 - 170 100 - 120 1
Lamsrug 1 – 1,5 kg 160 - 180 40 - 60 1
Gevogelte
Gerecht Hoeveelheid
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Roosterhoog-
te
Stukken gevogelte 200 – 250 g p.p. 200 - 220 30 - 50 1
Halve kip 400 – 500 g p.p. 190 - 210 35 - 50 1
Kip, haantje 1 – 1,5 kg 190 - 210 50 - 70 1
Eend 1,5 – 2 kg 180 - 200 80 - 100 1
Gans 3,5 – 5 kg 160 - 180 120 - 180 1
Kalkoen 2,5 – 3,5 kg 160 - 180 120 - 150 1
Kalkoen 4 – 6 kg 140 - 160 150 - 240 1
GRILLEN IN HET ALGEMEEN
WAARSCHUWING! Tijdens het
grillen moet de ovendeur altijd
gesloten zijn.
Grill altijd met de maximale
temperatuurinstelling.
Rooster in de rekstand plaatsen, zoals
aangeraden in grilleertabel.
Altijd de pan plaatsen om vet op te vangen op
de eerste rekstand.
Alleen platte stukken vlees of vis grillen.
Het grilgedeelte is ingesteld in het midden van het
rooster.
25
GRILL
Gerecht
Temperatuur
(°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
1e kant 2e kant
Biefstuk, medium 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Runderfilet, medium 230 20 - 30 20 - 30 3
Varkensrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Kalfsrug 210 - 230 30 - 40 30 - 40 2
Lamsrug 210 - 230 25 - 35 20 - 35 3
Hele vis, 500 - 1000g 210 - 230 15 - 30 15 - 30 3 - 4
GRILL INTENS
Gerecht Temperatuur (°C)
Tijd (min)
Rooster-
hoogte
1e kant 2e kant
Burgers
max
1) 9 - 15 8 - 13 4
Varkensfilet Maximaal 10 - 12 6 - 10 4
Worstjes Maximaal 10 - 12 6 - 8 4
Runderfilet, kalfsbiefstukken Maximaal 7 - 10 6 - 8 4
Geroosterd brood
max
1) 1 - 4 1 - 4 4 - 5
Brood met iets erop Maximaal 6 - 8 - 4
1) De oven voorverwarmen
INMAKEN
Gebruik alleen weckpotten van dezelfde
afmetingen.
Gebruik geen wekglazen met een draai- of
bajonetsluiting en metalen bakken.
Gebruik het eerste rooster van de bodem van
deze functie.
Zet niet meer dan zes weckflessen van 1 liter op
het bakrooster.
Vul de flessen tot hetzelfde niveau en sluit ze af
met een klem.
De weckpotten mogen elkaar niet raken.
Vul ca. 1/2 liter water op de bakplaat, zodat er
voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste weckpotten
begint te borrelen (na circa 35 - 60 minuten bij
1 liter-glazen), schakelt u de oven uit of verlaagt
u de temperatuur tot 100 °C (zie tabel).
26
Zachte vruchten
Bewaren Temperatuur (°C)
Inmaken/wecken tot
het parelen begint
(min)
Door blijven koken op
100 °C (min.)
Aardbeien, bosbes-
sen, frambozen, rijpe
kruisbessen
160 - 170 35 - 45 -
Steenvruchten
Bewaren Temperatuur (°C)
Inmaken/wecken tot
het parelen begint
(min)
Door blijven koken op
100 °C (min.)
Peren, kweeperen,
pruimen
160 - 170 35 - 45 10 - 15
Groenten
Bewaren Temperatuur (°C)
Inmaken/wecken tot
het parelen begint
(min)
Door blijven koken op
100 °C (min.)
Wortelen
1) 160 - 170 50 - 60 5 - 10
Komkommers 160 - 170 50 - 60 -
Gemengde augurken 160 - 170 50 - 60 5 - 10
Koolrabi, erwten, as-
perges
160 - 170 50 - 60 15 - 20
1) In de uitgeschakelde oven laten staan.
AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN
Gerecht -functie
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Accessoires
Rooster-
hoogte
Kleine cakes (20 ca-
kejes per bakplaat)
Boven + onder-
warmte
170 20 - 30 Bakplaat 3
Kleine cakes (20 ca-
kejes per bakplaat)
Echte hetelucht 150 20 - 35 Bakplaat 3
Kleine cakes (20 ca-
kejes per bakplaat)
Echte hetelucht 150 20 - 40 Bakplaat 1 / 4
27
Gerecht -functie
Tempera-
tuur (°C)
Tijd (min) Accessoires
Rooster-
hoogte
Appeltaart, 2 blikken
(ø 20 cm) op het
rooster, diagonaal ver-
deeld
Boven + onder-
warmte
180 70 - 90 Rooster 1
Appeltaart, 2 blikken
(ø 20 cm) op het
rooster, diagonaal ver-
deeld
Echte hetelucht 160 70 - 90 Rooster 2
Appeltaart, 2 blikken
(ø 20 cm) op het
rooster, diagonaal ver-
deeld
Pizza-instelling 170 70 - 90 Rooster 1
Appeltaart, 2 blikken
(ø 20 cm) op het
rooster, diagonaal ver-
deeld.
1)
Multi hetelucht
PLUS
160 70 - 80 Bakplaat 2
Vetvrije cake, 1 blik (ø
26 cm) op het rooster
Boven + onder-
warmte
160 30 - 45 Rooster 3
Vetvrije cake, 1 blik (ø
26 cm) op het rooster
Echte hetelucht 150 30 - 45 Rooster 2
Vetvrije cake, 1 blik (ø
26 cm) op het rooster
Echte hetelucht 150 30 - 50 Rooster 1 / 4
Zandkoek/Gebakreep Echte hetelucht 140 20 - 35 Bakplaat 3
Zandkoek/Gebakreep Echte hetelucht 140 25 - 45 Bakplaat 1 / 4
Zandkoek/Gebakreep Boven + onder-
warmte
160 20 - 35 Bakplaat 3
Geroosterd brood Grillen Max. 5 - 9 Rooster 4
Runderburger Grillen Max. 15 - 20 eer-
ste kant.
10 - 15
tweede kant.
Rooster/
druipbak
4
1) Voeg 150 ml water toe aan de uitsparing in de ovenruimte.
OVEN - ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
28
OPMERKINGEN OVER SCHOONMAKEN
Reinigings-
middelen
Maak de voorkant van de oven schoon met een zachte doek, warm water en een
mild reinigingsmiddel.
Gebruik een reinigingsoplossing om metalen oppervlakken te reinigen.
Reinig vlekken met een mild reinigingsmiddel.
Dagelijks ge-
bruik
Reinig de uitsparing telkens na gebruik. Vetophoping of andere resten kunnen
brand veroorzaken.
Bewaar het voedsel niet langer dan 20 minuten in de oven. Droog de uitsparing na
elk gebruik met een zachte doek.
Accessoires
Reinig alle accessoires na elk gebruik en laat ze drogen. Gebruik een zachte doek
met warm water en een mild reinigingsmiddel. De accessoires niet in de afwasma-
chine reinigen.
Reinig de antiaanbakaccessoires niet met agressieve reinigingsmiddelen of scher-
pe voorwerpen.
OVENS VAN ROESTVRIJ STAAL OF
ALUMINIUM
Maak de ovendeur alleen met een vochtige doek of
natte spons schoon. Droog maken met een zachte
doek.
Vermijd het gebruik van staalwol, zure of schurende
producten, deze kunnen de oppervlakken van de
oven beschadigen. Maak het bedieningspaneel van
de oven net zo voorzichtig schoon
VERWIJDEREN VAN DE INSCHUIFRAILS
Om de oven te reinigen, verwijdert u de
inschuifrails.
1. Trek de inschuifrail bij de voorkant uit de
zijwand.
2. Trek de inschuifrail bij de achterkant uit de
zijwand en verwijder deze.
2
1
Installeer de inschuifrails in de omgekeerde
volgorde.
LET OP! Zorg ervoor dat de langste
bevestigingsdraad voorin wordt
aangebracht. De uiteinden van de
twee draden moeten naar achteren
wijzen. Incorrecte installatie kan
schade aan het email toebrengen.
VERWIJDEREN EN REINIGEN VAN DE
DEURGLAZEN
De glasplaten van de ovendeur op uw
product kunnen in type en vorm
verschillen van de voorbeelden die u
hier ziet. Het aantal glasplaten kan ook
verschillen.
1. Open de deur helemaal.
2. Verplaats de schuif totdat u een klik hoort.
29
1
2
3. Sluit de deur totdat de schuif vergrendelt.
4. Deurafdekking aan de bovenkant van de deur
aan beide kanten vastpakken en naar binnen
drukken om de klemsluiting te ontgrendelen.
1
2
1
5. Trek de deur naar voren om hem te verwijderen.
6. Verwijder de glasplaten.
Om de platen te installeren volgt u de procedure in
omgekeerde volgorde.
HET LAMPJE VERVANGEN
WAARSCHUWING! Gevaar voor
elektrische schokken.
Het lampje kan heet zijn.
1. Schakel de oven uit. Wacht tot de oven
afgekoeld is.
2. Trek de oven uit het stopcontact.
3. Plaats een doek op de bodem van de holte.
De lamp aan de achterkant.
Het afdekglas van het lampje bevindt
zich in de achterkant van de
ovenruimte.
1. Draai het afdekglas van de lamp naar rechts en
verwijder het.
2. Reinig het afdekglas.
3. Vervang het ovenlampje met de relevante tegen
300 °C hittebestendig ovenlampje.
Gebruik hetzelfde ovenlamptype.
4. Plaats het afdekglas terug.
DE LADE VERWIJDEREN
WAARSCHUWING! Wanneer de
oven in gebruik is, kan de lade heet
worden. Bewaar geen ontvlambare
dingen in de oven (bijv.
schoonmaakmiddelen, plastic zakken,
ovenhandschoenen, papier,
reinigingssprays, enz).
De lade onder de oven kan worden verwijderd om
gemakkelijker te worden schoongemaakt.
1. Trek de lade volledig naar buiten, tot deze niet
verder kan.
1
2
2. Til de lade iets schuin omhoog en verwijder de
lade uit de steunrails.
De lade plaatsen:
1. Plaats de lade op de steunrails van de lade.
Zorg ervoor dat de uitsparingen goed in de
rails vallen.
2. Laat de lade tot horizontale stand zakken en
duw de lade naar binnen.
30
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
WAT MOET U DOEN ALS...
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt het apparaat niet active-
ren.
Het apparaat is niet aangeslo-
ten op een stopcontact of is
niet goed geïnstalleerd.
Controleer of het apparaat
goed is aangesloten op het
lichtnet.
U kunt het apparaat niet active-
ren.
De zekering is doorgeslagen. Ga na of de zekering de oor-
zaak van de storing is. Als de
zekeringen keer op keer door-
slaan, neemt u contact op met
een erkende installateur.
De restwarmte-indicator gaat
niet aan.
De zone is niet heet, omdat hij
slechts kortstondig is gebruikt.
Als de kookzone lang genoeg
in werking is geweest om heet
te zijn, neemt u contact op met
de klantenservice.
De oven wordt niet warm. De oven is uitgeschakeld. Schakel de oven in.
De oven wordt niet warm. De klok is niet ingesteld. Stel de klok in.
De oven wordt niet warm. De benodigde kookstanden
zijn niet ingesteld.
Zorg ervoor dat de instellingen
correct zijn.
Het lampje brandt niet. Het lampje is stuk. Vervang het lampje.
Op het display wordt "12.00"
weergegeven.
Er is een stroomstoring ge-
weest.
Stel de klok opnieuw in.
Stoom en condens slaan neer
op de gerechten en in de oven-
ruimte.
Het gerecht heeft te lang in de
oven gestaan.
Laat gerechten na het bereiden
niet langer dan 15 - 20 minu-
ten in de oven staan.
ONDERHOUDSGEGEVENS
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem
dan contact op met uw verkoper ofeen erkende
serviceafdeling.
De contactgegevens van het servicecentrum staan
op het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich aan
de voorkant van de binnenkant van de oven.
Verwijder het typeplaatje niet uit de ovenruimte.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.) .........................................
Productnummer (PNC) .........................................
Serienummer (S.N.) .........................................
31
ENERGIEZUINIGHEID
PRODUCTINFORMATIE VOOR KOOKPLAAT VOLGENS EU-RICHTLIJN 66/2014
Modelnummer ZCV65320XA
Type kookplaat Kookplaat in vrijstaand fornuis
Aantal kookzones 4
Verwarmingstechnologie Stralingsverwarmer
Diameter van ronde kookzones
(Ø)
Linksvoor
Linksachter
Rechtsvoor
Rechtsachter
21,0 cm
14,5 cm
14,5 cm
18,0 cm
Energieverbruik per kookzone
(EC electric cooking)
Linksvoor
Linksachter
Rechtsvoor
Rechtsachter
182,3 Wh / kg
181,8 Wh / kg
181,8 Wh / kg
182,1 Wh / kg
Energieverbruik van de kookplaat (EC electric hob) 182,0 Wh / kg
EN 60350-2 -Huishoudelijke elektrische
kookapparaten - Deel 2: Kookplaten - Methoden
voor het meten van prestaties
KOOKPLAAT - ENERGIEBESPARING
U kunt elke dag energie besparen tijdens het koken
door de onderstaande tips te volgen.
Warm alleen de hoeveelheid water op die u
nodig heeft.
Doe indien mogelijk altijd een deksel op de pan.
Zet uw kookgerei op de kookzone voordat u
deze activeert.
De bodem van het kookgerei moet dezelfde
afmeting hebben als de kookzone.
Zet kleiner kookgerei op kleinere kookzones.
Plaats het kookgerei precies in het midden van
de kookzone.
Gebruik de restwarmte om het eten warm te
houden of te smelten.
PRODUCTINFORMATIE VOOR OVENS EN PRODUCTINFORMATIEBLAD*
Naam leverancier Zanussi
Modelidentificatie ZCV65320XA
Energie-efficiëntie-index 95,3
Energie-efficiëntieklasse A
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand boven +
onderwarmte
0,95 kWh/cyclus
Energieverbruik bij een standaardbelasting, stand hetelucht 0,82 kWh/cyclus
Aantal ruimten 1
Warmtebron Elektriciteit
Volume 73 l
Soort oven Oven in vrijstaand fornuis
Massa 47.4 kg
32
* Voor de Europese Unie overeenkomstig EU-verordeningen 65/2014 en 66/2014.
Voor de Republiek Belarus overeenkomstig STB 2478-2017, aanhangsel G; STB 2477-2017, bijlagen
A en B.
Voor Oekraïne overeenkomstig 568/32020.
De energie-efficiëntieklasse is niet van toepassing op Rusland.
EN 60350-1 - Elektrische huishoudelijke kookapparaten - Deel 1: Range-ovens, ovens, stoomovens
en grills - Methoden voor prestatiemeting.
OVEN - ENERGIEBESPARING
Deze oven bevat functies die u helpen
energie te besparen tijdens het
dagelijks koken.
Zorg ervoor dat de ovendeur gesloten is als u de
oven in werking stelt. Open de ovendeur niet te
vaak tijdens gebruik. Houd het deurrubber schoon
en zorg ervoor dat het goed op zijn plaats vastzit.
Verwarm de oven niet voor als het niet hoeft.
Houd onderbrekingen tussen het bakken zo kort
mogelijk als je een aantal gerechten tegelijkertijd
bereidt.
Koken met hete lucht
Gebruik indien mogelijk de bereidingsfuncties met
hete lucht om energie te besparen.
Warmelucht (vochtig)
Functie is ontworpen om tijdens de bereiding
energie te besparen.
MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het symbool . Gooi
de verpakking in een geschikte afvalcontainer om
het te recycleren. Bescherm het milieu en de
volksgezondheid en recycleer op een correcte
manier het afval van elektrische en elektronische
apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het
symbool niet weg met het huishoudelijk afval.
Breng het product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de gemeente.
33
*
WWW.ZANUSSI.COM/SHOP
867363551-A-052021
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Zanussi ZCV65320XA Handleiding

Type
Handleiding