Panasonic nn e 201 de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding
NI-1
Nederland
s
Uw magnetronoven controleren
Pak uw magnetron uit, verwijder al het ver-
pakkingsmateriaal en controleer de magnetron
op schade, zoals deuken, beschadigde
deurvergrendelingen of barsten in de deur.
Waarschuw uw dealer onmiddellijk als u
beschadigingen aantreft. Een beschadigde
magnetronoven mag niet geinstalleerd worden.
Aarding
BELANGRIJK: DIT APPARAAT DIENT VOOR
UW PERSOONLIJKE VEILIGHEID JUIST
GEAARD AANGESLOTEN TE WORDEN.
Indien uw stopcontact niet geaard is, is het de
persoonlijke veranwoordelijkheid van de klant
om het te laten vervangen door een juist
geaarde wandcontactdoos.
Bedrijfsspanning
Het voltage dient in overeenstemming te zijn
met de op het label van de oven opgegeven
spanning. Wanneer een hogere spanning
gebruikt wordt, kan dit brand of andere
beschadigingen veroorzaken.
Plaatsen van de oven
Deze oven is alleen bedoeld voor huishoudelijk
gebruik op een kast. Hij is niet bedoeld voor
inbouw of voor gebruik in een kast.
1. Plaats de oven op een vlak en stabiel
oppervlak, meer dan 85 cm boven de vloer.
2. Wanneer deze oven geïnstalleerd is, moet
het toestel gemakkelijk gescheiden kunnen
worden van de stroomtoevoer door de
stekker los te trekken of door een schake-
laar te gebruiken.
3. De magnetronoven kan alleen op de juiste
wijze functioneren, indien er voldoende ven-
tilatie is.
Plaatsing op een meubel:
a. Boven de magnetronoven moet een ruimte
aan de andere zijkant een ruimte van meer
dan 40 cm.
b. Wanneer één van de zijden van de mag-
netronoven tegen een wand staat, mogen
de andere zijde of de bovenkant niet
geblokkeerd zijn.
4. Plaats de magnetronoven niet vlak naast
andere elektrische apparatuur of een gasfor-
nuis.
5. Verwijder de voetjes van de mag-
netronoven niet.
6. Deze magnetronoven is uitsluitend
bestemd voor huishoudelijk gebruik. Niet
buitenshuis gebruiken.
7. Het is af te raden de magnetronoven in
een vochtige omgeving te gebruiken.
8. Het netsnoer mag niet in aanraking komen
met de buitenzijde van de oven Houd het
snoer uit de buurt van warme of hete
oppervlakken. Laat het snoer niet over de
rand van een tafel of aanrecht hangen.
Dompel het snoer, de stekker of de oven
niet onder in water.
9. De ventilatie-openingen bovenop en
achterop de magnetronoven mogen niet
geblokkeerd worden. Indien deze openin-
gen geblokkeerd zijn terwijl de mag-
netronoven in gebruik is, kan hij oververhit
raken. Een thermische beveiliging zal in dit
geval de magnetronoven buiten werking
stellen en de oven weer inschakelen zodra
hij is afgekoeld.
10. Dit apparaat is niet geschikt voor gebruik
met een externe timer of met een afzonder-
lijk systeem voor afstandsbediening.
Plaatsing op een meubel
Vrije
ruimte
10cm
15cm
5cm
vrij gelaten worden van 15 cm, aan de
achterzijde 10 cm, aan de zijkant 5 cm, en
NI-2
WAARSCHUWING
Belangrijke Veiligheidsinstructies
1. De deurafdichtingen en de plaatsen
hieromheen moeten worden schoonge-
maakt met een vochtige doek. Het apparaat
moet gecontroleerd worden op beschadigin-
gen aan de deurafdichtingen en de plaatsen
rondom deze afdichtingen; indien er sprake
van beschadiging is, mag het apparaat niet
gebruikt worden totdat het door een door de
fabrikant erkende onderhoudstechnicus
gerepareerd is.
2. Probeer niet zelf reparaties uit te voeren
aan de ovendeur, het bedieningspaneel, de
veiligheids-vergrendelingsschakelaars of
welk ander deel van de magnetronoven dan
ook. Verwijder de behuizing van de mag-
netron-oven niet; deze biedt bescherming
tegen blootstelling aan magnetron-energie.
Reparaties mogen uitsluitend door gekwali-
ficeerd servicepersoneel worden uitgevoerd.
3. Gebruik dit apparaat niet, indien het NET-
SNOER en/of de STEKKER beschadigd
zijn. Indien het apparaat niet goed function-
eert, beschadigd of gevallen is, mogen in
verband met de veiligheid reparaties uitslui-
tend uitgevoerd worden door onder-
houdspersoneel welke door de fabrikant
erkend zijn.
4. Indien het netsnoer beschadigd is, moet dit
direct vervangen worden door gekwali-
ficeerde technici om mogelijke schade/letsel
te voorkomen.
5. Kinderen mogen de magnetronoven uitslui-
tend onder toezicht gebruiken wanneer ze
goed ingelicht zijn, zodat ze de oven op
veilige wijze kunnen bedienen en zich
bewust zijn van de gevaren van onjuist
gebruik.
6. Ontploffingsgevaar bestaat indien voedsel of
dranken in een gesloten blik of fles verwar-
md worden.
7. Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik
door personen (met inbegrip van kinderen)
met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale
vermogens of met een gebrek aan ervaring
of kennis, tenzij ze onder toezicht staan van
of richtlijnen hebben gekregen over het
gebruik van het apparaat door een persoon
die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Kinderen moeten onder toezicht staan om te
verhinderen dat ze spelen met het apparaat.
NI-3
Nederland
s
Gebruik van uw magnetronoven
1. Gebruik de oven uitsluitend voor het berei-
den van voedsel. Deze magnetronoven is
speciaal ontworpen voor het opwarmen en
bereiden van voedsel. Gebruik de mag-
netronoven niet om chemische of andere
niet eetbare producten te verwarmen.
2. Voor gebruik dient u er zich van te verzek-
eren dat alle te gebruiken hulpmiddelen
(schalen/bakvormen enz.) geschikt zijn voor
gebruik in de magnetronoven.
3. Gebruik de magnetronoven niet om kranten-
papier, kleding of andere materialen te dro-
gen. Ze kunnen vlam vatten.
4. Gebruik de magnetronoven niet om voorw-
erpen (anders dan de accessoires) in op te
bergen.
5. Gebruik het apparaat niet ZONDER DAT
ZICH HIERIN VOEDSEL BEVINDT. Het
apparaat kan hierdoor beschadigd raken.
6. Als er rook in uw oven ontstaat, druk dan op
de STOP/WISTOETS of zet de TIMER-
schakelaar terug in de nul-stand en laat de
deur gesloten. Trek de stekker uit het stop-
contact of schakel de elektriciteitsvoorzien-
ing uit.
Ovenlicht
Voor vervanging van de lamp van de oven
moet u contact opnemen met uw dealer.
Accessoires
Er wordt een aantal toebehoren bij deze mag-
netronoven geleverd. Volg altijd de instructies
op van het betreffende toebehoren.
Glazen draaiplateau
1. Laat de oven niet werken zonder de rolring
en het glazen plateau.
2. Gebruik uitsluitend het glazen draaiplateau
dat speciaal voor deze magnetronoven ont-
worpen is.
3. Als het glazen draaiplateau heet is, moet
het eerst afkoelen voordat u het schoon-
maakt of in water onderdompelt.
4. Het glazen draaiplateau kan in beide
richtingen draaien.
5. Indien het voedsel in de schaal op het
plateau de wanden van de oven raakt,
waardoor het draaien stopt, gaat het
draaiplateau automatisch in de
tegengestelde richting draaien. Dit is nor-
maal.
6. Bereid geen voedsel direct op het glazen
draaiplateau.
Rolring
1. De rolring en de bodem van de oven
moeten regelmatig worden schoongemaakt
om lawaai en een teveel aan voedselresten
te voorkomen.
2. Gebruik altijd de rolring bij het koken met
het glazen plateau.
NI-4
1. Kooktijden
De in het kookboek vermelde kooktijden
zijn bij benadering gegeven. Factoren, die
invloed hebben op de kookduur, zijn: de
begintemperatuur, de hoeveelheid voedsel
en de materialen die voor het koken worden
gebruikt.
Begin met de minimale kooktijd om te voor-
komen dat het voedsel te gaar wordt. Als
het voedsel niet gaar genoeg geworden is,
kunt u het altijd nog wat langer bereiden.
OPMERKING: Als u het voedsel langer
kookt dan de aanbevolen kooktijden,
kan het bederven, en in extreme
gevallen zelfs vlam vatten en de
magnetronoven beschadigen.
2.
Kleine hoeveelheden voedsel
Kleine hoeveelheden voedsel met een
gering vochtgehalte kunnen uitdrogen,
aanbranden of zelfs verbranden als ze te
lang doorkoken. Indien het voedsel in de
oven vlam vat, moet de ovendeur gesloten
blijven, de magnetronoven uit gezet worden
en moet de stekker uit het stopcontact wor-
den genomen.
3.
Eieren
Kook met de magnetron geen ongepelde
eieren en verwarm geen hardgekookte
eieren. Eieren kunnen omwille van de druk
ontploffen, zelfs na hun opwarming in de
magnetron.
4.
Niet-poreuze schil
Voedsel zonder poreuze schil, zoals
aardappelen, eierdooiers en worstjes,
moeten doorprikt worden alvorens ze met
de magnetronoven te bereiden. Zo
voorkomt u dat ze exploderen.
5.
Vleesthermometer
Indien u gebruik maakt van een vleesther-
mometer voor vlees en gevogelte, gebruik
deze dan alleen wanneer het voedsel
buiten de magnetronoven is. Gebruik geen
conventionele vleesthermometer binnen de
magnetronoven, omdat vonken kunnen
optreden.
6.
Vloeistoffen
Indien vloeistoffen, zoals soep, sauzen en
dranken opgewarmd worden in uw magne-
tronoven, kunnen deze zonder te gaan borre-
len heter worden dan het kookpunt.
Hierdoor kan de hete vloeistof plotseling gaan
overkoken. Om dit te voorkomen, kunnen de
volgende stappen ondernomen worden:
a. Gebruik geen rechte glazen of bekers met
smalle of toelopende bovenkant.
b. Niet te lang verwarmen.
c. Roer de vloeistof om alvorens deze in de
oven te plaatsen en roer halverwege de
opwarmtijd nogmaals om.
d. Laat de vloeistof na het verwarmen nog even
in de oven staan en roer goed om voordat u
de vloeistof uit de oven haalt.
7.
Papier/kunststof
Als u voedsel gaat verwarmen in kunststof
of papieren bakjes, dient u de oven regel-
matig te controleren omdat deze bakjes bij
oververhitting vlam kunnen vatten.
Gebruik geen gerecycled papier (b.v. keuken-
rol), tenzij het papierproduct gekenmerkt is
als zijnde veilig voor gebruik in een
magnetronoven.
Onzuiverheden in recycled papier kunnen in
de magnetron vonken en/of brand
veroorzaken.
Verwijder metalen sluitingen van braadzakken
voordat u deze in de oven plaatst.
8.
Keukengerei/folie
Verwarm nooit gesloten potjes of flessen
omdat deze kunnen exploderen.
Gebruik geen metalen bakjes of schotels
met metalen randen tijdens de mag-
netron-functie. Hierdoor kunnen er
vonken ontstaan
Bij gebruik van aluminiumfolie,
vleesspiesen of andere metalen
voorwerpen, moet de afstand tot de
ovenwanden minimaal 2 cm
bedragen om vonkoverslag te
voorkomen.
9.
Zuigflessen/potjes babyvoeding
De speen of deksel moeten verwijderd
worden van zuigflessen of potjes
babyvoedsel alvorens ze in de mag
netronoven te plaatsen.
Schud zuigflessen goed en roer de
inhoud van de potjes met babyvoeding
een paar maal om.
Controleer de temperatuur van het te nuttigen
voed sel voor het nuttigen zorgvuldig om een
mogelijke verbranding te voorkomen.
NI-5
(1) Deur-ontgrendelknop
Indrukken om de deur te openen. Indien u de deur tijdens het koken opent, wordt
het kookproces tijdelijk onderbroken, zonder dat de eerder ingevoerde instellingen
verdwijnen. Het kookproces zal hervatten van zodra de deur gesloten is.
(2) Doorkijkvenster
(3) Veiligheids-deurvergrendelingssystem
(4) Ventilatie-openingen
(5) Bedieningspaneel
(6) Glazen draaiplateau
(7) Rolring
(8) Externe ventilatie-openingen
(9) Elektriciteitssnoer
(10) Identificatie plaat
(11) Microgolfgeleider (niet verwijderen)
Nederland
s
(5)
(2)
(3)
(4)
(6)
(7)
(8)
(1)
(9)
(10)
(11)
NI-6
(1) Functieschakelaar magnetronvermogen / ontdooien
(2) Timer-schakalaar
(3) Deur-ontgrendeltoets
*Opmerking:
De uitvoering van het bedieningspaneel kan afwijken van de afbeelding (afhankelijk van de kleur).
De functies zijn echter dezelfde.
(1)
(2)
(3)
NN-E201WM / NN-E221MM *
NI-7
360 W
270 W
200 W
Draai de functieschakelaar
om het gewenste
vermogen te selecteren.
Stel het vermogen voor het ontdooien,
m.b.v. de schakelaar, in.
Stel de tijd voor het ontdooien, m.b.v. de timer-
schakelaar in. Als de deur gesloten is, zal het
ontdooien onmiddellijk starten. Voor het instellen van
korte ontdooitijen dient de timer-schakelaar eerst op
2 minuten ingesteld te worden en vervolgens op de
gewenste ontdooitijd.
Opmerkingen:
1. Indien u het gerecht tijdens de bereiding wilt controleren, kunt u gewoon de deur
openen. De magnetronoven stopt het proces automatisch. Om het kookproces te
vervolgen, dient de deur gesloten te worden.
2. Om het kookproces te beëindigen, draait u de timer-schakelaar op nul. M.b.v. de timer-
schakelaar kunt u de bereidingstijd op ieder moment van het kookproces wijzigen.
3. Zodra u het gerecht, nadat het kookproces afgerond is, uit de magnetron neemt, dient de
timer-schakelaar op nul gesteld te worden.
4. Het glazen draaiplateau dient tijdens het gebruik van de magnetron, altijd op de juiste
positie geplaatst te zijn.
Hoog
Midden
Laag
Ontdooien
Opwarmen
Het vermogen voor het ontdooien is 270 W.
Nederland
s
Stel, d.m.v. het draaien van de
timer-schakelaar, de kooktijd in. Als
de deur gesloten is, zal het
kookproces onmiddellijk starten.
Voor het instellen van korte
kooktijden dient de timer-
schakelaar eerst op 2 minuten
ingesteld te worden en vervolgens
op de gewenste kooktijd.
Wattage
800 W
700 W
NI-8
Tips Voor Het Ontdooien
Nagaartijden
Afzonderlijke porties voedsel kunnen praktisch
onmiddellijk na het ontdooien bereid worden.
Het is normaal dat grotere porties voedsel in
het midden nog bevroren zijn. Alvorens te gaan
bereiden minimaal een uur laten staan.
Tijdens de rusttijd, wordt de temperatuur gelijk-
matig verdeeld en wordt het voedsel door
geleiding ontdooid.
Opmerking: Indien het voedsel niet onmiddellijk
bereid wordt, moet het in de koelkast bewaard
worden. Ontdooid voedsel mag nooit opnieuw
ingevroren worden zonder dat het eerst
gekookt is.
Braadstuk en gevogelte
Plaats de braadstukken bij voorkeur op een
omgekeerd bord of plastic rooster, zodat ze
niet in hun sappen komen te liggen. Het is van
essentieel belang om delicate of uitstekende
delen van dit vlees af te dekken met kleine
stukjes folie, om te voorkomen dat deze delen
gaan koken. Het is niet gevaarlijk om kleine
stukjes folie in uw magnetron te gebruiken,
mits zij niet in contact komen met de wan-
den van de magnetron.
Gehakt of brokjes vlees en vis
Omdat de buitenkant van dit soort voedsel snel
ontdooit, moeten zij van elkaar gescheiden
worden; breek het blok in regelmatige stukken
tijdens het ontdooien en verwijder de stukjes
die reeds ontdooid zijn.
Kleine porties voedsel
Koteletten en stukken kip moeten zo snel
mogelijk van elkaar gescheiden worden, zodat
zij gelijkmatig en volledig ontdooien. Vettige
delen en de uiteinden ontdooien sneller. Leg
deze in de buurt van het midden van het
draaiplateau of dek ze af.
Brood
Voor brood is de standaard insteltijd
noodzakelijk om deze geheel te ontdooien. De
standaard insteltijd kan verkort worden door de
sneden uiteen te halen of het brood in twee te
snijden.
NI-9
V: Waarom kan de oven
niet worden
ingeschakeld?
A: Controleer het volgende wanneer de oven niet kan wor-
den ingeschakeld:
1. Is de stekker goed aangesloten? Neem de stekker
uit het stopcontact, wacht tien seconden en steek
de stekker weer in het stopcontact.
2. Controleer de zekering en de stroomonderbreker.
Schakel de stroomonderbreker in of vervang de zek
ering als hij uitgeschakeld resp. doorgeslagen is.
3. Indien de stroomonderbreker of de zekering in orde
zijn, probeer dan een ander apparaat op het stop
contact aan te sluiten. Indien het andere apparaat
werkt, is er waarschijnlijk een probleem met de
oven. Indien het andere apparaat niet werkt, is er
waarschijnlijk een probleem met het stopcontact.
Indien het er naar uitziet dat er een probleem met
de oven is, moet contact opgenomen worden met
een erkend servicecentrum.
A: Er kan een bepaalde mate van storing op de radio en TV
optreden wanneer de magnetronoven wordt gebruikt.
Deze storing is gelijk aan het soort interferentie dat
veroorzaakt wordt door kleine huishoudelijke apparaten
zoals mixers, stofzuigers, haardrogers e.d. Dit duidt niet
op een storing in uw magnetronoven.
A: Wanneer u de magnetronoven gebruikt met een ander
vermogen dan 800 W (MAX. vermogen) schakelt de
oven automatisch lagere vermogensniveaus is. Dit gaat
gepaard met klik-geluiden en het dimmen van de
verlichting.
A: De warmte afkomstig van het bereiden van het voedsel
verwarmt de lucht in de oven. Deze warme lucht wordt
de oven uitgeleid via het luchtstroompatroon in de oven.
Deze lucht bevat geen magnetronstraling. De ventilatie-
openingen van de oven mogen nooit geblokkeerd wor-
den.
V: Waarom dimt het
ovenlicht?
V: Soms komt er warme
lucht uit de ventilatie-
openingen van de
oven. Waarom?
V: Mijn magnetronoven
stoort mijn TV-toes-
tel. Is dit normaal?
Nederland
s
NI-10
1. Zet de oven uit alvorens hem te reinigen.
2. Houd de deurafdichtingen en de plaatsen
hieromheen schoon. Als er spatten en
gemorste vloeistoffen vast zijn gaan zitten
op de ovenwanden, deurafdichtingen en de
plaatsen hieromheen, moeten deze worden
schoongemaakt met een vochtige doek.
Als zij zeer vuil zijn geworden mag gebruik
gemaakt worden van een mild reinig-
ingsmiddel. Het gebruik van agressieve
reinigingsmiddelen of schuursponsjes
wordt niet aanbevolen.
GEBRUIK GEEN COMMERCIËLE OVEN-
REINIGERS.
3. De buitenzijde van de oven moet worden
schoongemaakt met een vochtige doek.
Ter voorkoming van schade aan de
onderdelen binnen in de oven, mag er
geen water via de ventilatie-openingen
naar binnen sijpelen.
4. Indien het bedieningspaneel vuil wordt,
moet dit met een zachte, droge doek gere-
inigd worden. Gebruik geen agressieve
reinigingsmiddelen of schuursponsjes op
het bedieningspaneel. Bij het reinigen van
het bedieningspaneel moet de ovendeur
open blijven om te voorkomen dat de oven
per ongeluk wordt ingeschakeld. Na het
schoonmaken moet de STOP/WISTOETS
worden aangetipt om het uitleesvenster
weer op de kloktijd te stellen of draai de
TIMER-SCHAKELAAR terug naar de NUL-
STAND.
5. Indien er aan de binnenkant van de oven-
deur of rondom de buitenkant hiervan
stoomvorming plaatsvindt, veeg deze dan
weg met een zachte doek. Dit kan het
geval zijn, wanneer de magnetronoven
wordt gebruikt in een ruimte met een hoge
vochtigheidsgraad; dit duidt niet op foutief
functioneren van het apparaat.
6. Van tijd tot tijd moet het glazen
draaiplateau verwijderd worden om het
schoon te maken. Reinig het plateau in
warm water met een afwasmiddel of in een
vaatwasmachine.
7. De rolring en de holte in de bodem van de
oven moeten regelmatig worden schoonge-
maakt om overdreven lawaai te
voorkomen. Veeg het oppervlak van de
bodem van de oven schoon met een zacht
detergent en heet water, en droog het af
met een schone doek. Was de rolring in
zacht zeepwater. Bij een regelmatig
gebruik worden kookdampen verzameld.
Dit heeft echter geen invloed op het opper-
vlak van de bodem of op de wielen van de
rolring. Wanneer u de rolring voor het
schoonmaken uit de holte in de bodem
haalt, moet u hem daarna in de juiste
positie terugplaatsen.
8. De magnetronoven mag uitsluitend door
gekwalificeerd servicepersoneel worden
gerepareerd. Neem voor onderhoud en
reparaties van de oven contact op met de
dichtstbijzijnde erkende verdeler.
9. Gebruik geen stoomreiniger voor het
reinigen.
10. Als u de oven niet schoon houdt, is het
mogelijk dat de kwaliteit van de opper-
vlakken vermindert waardoor de levensdu-
ur van het toestel verkort en er mogelijk
gevaarlijke situaties ontstaan.
11. Houd ventilatie-openingen altijd vrij.
Controleer dat stof of andere materialen de
ventilatie-openingen boven-, onder- of
achteraan de oven niet blokkeren. Een
blokkering van de ventilatie-openingen kan
leiden tot oververhitting en de werking van
de oven hinderen.
12. Gebruik geen ruwe, schurende
schoonmaakmiddelen of scherpe, metalen
krabbers om het deurglas van de oven
schoon te maken, omdat ze krassen kun-
nen veroorzaken op het oppervlak, waar-
door het glas kan versplinteren.
NI-11
Nederland
s
De specificaties kunnen zonder nadere aankondiging worden gewijzigd.
Netvoeding 230 V ~ 50 Hz
Stroomverbruik: Magnetron; 1250 W
Capaciteit: Magnetron; 800 W (IEC-60705)
Buitenafmetingen:
Binnenafmetingen: 306 (W) x 308 (D) x 215 (H) mm
Gewicht: 10.5 kg
Geluidsniveau: 46 dB
Dit produkt voldoet aan de Europese standaard (EN 55011) voor EMC interferenties
(EMC = Elektromagnetische Compatibiliteit).
Overeenkomstig deze standaard behoort dit produkt tot de apparatuur groep 2, klasse B en
voldoet deze aan alle normeringseisen.
Groep 2 houdt in dat de Frequentie energie wordt opgewekt in de vorm van elektromagnetische
straling bedoeld voor het verwarmen en koken van voedsel. Klasse B informeert dat dit produkt
gebruikt kan worden voor normaal huishoudelijk gebruik.
Informatie over het weggooien van elektrische en elektronische
apparatuur (particulieren)
Dit symbool betekent in Europa dat gebruikte elektrische en elektronische
producten niet bij het normale huishoudelijke afval mogen.
Lever deze producten in bij de aangewezen inzamelingspunten, waar ze gratis
worden geaccepteerd en op de juiste manier worden verwerkt,
teruggewonnen en hergebruikt. In Nederland kunt u uw producten bij uw winkelier
inleveren bij de aanschaf van een vergelijkbaar nieuw produkt .
Wanneer u dit product op de juiste manier als afval inlevert, spaart u
waardevolle hulpbronnen en voorkomt u potentiële negatieve gevolgen voor de volksgezondheid
en het milieu die anders kunnen ontstaan door een onjuiste verwerking van afval. Neem contact
op met uw gemeente voor meer informatie over het dichtstbijzijnde
inzamelingspunt of raadpleeg www.nvmp.nl, www.ictoffice.nl of www.stibat.nl.
Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie
Neem voor het weggooien van elektrische en elektronische apparatuur contact op met uw lever-
ancier voor verdere informatie.
Informatie over verwijdering van afval in landen buiten de Europese Unie
Dit symbool is alleen geldig in de Europese Unie.
Neem wanneer u dit product wilt weggooien, contact op met de lokale overheid of uw
leverancier en vraag wat de juiste verwijderingsmethode is.
Overeenkomstig richtlijn 2004/108/EG, artikel 9(2)
Panasonic Testcentrum
Panasonic Service Europe, een afdeling van Panasonic Marketing Europe GmbH
Winsbergring 15, 22525 Hamburg, Bondsrepubliek Duitsland.
Gefabriceerd voor Panasonic Corporation door GMMEAM
443 (W) x 340 (D) x 258 (H) mm
Volksrepubliek China.
n rrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrrr. 6 Yong An RD, Beijiao, Shunde, Foshan, Guangdong,
r

Documenttranscriptie

Uw magnetronoven controleren s 5cm 15cm 10cm Vrije ruimte Aarding BELANGRIJK: DIT APPARAAT DIENT VOOR UW PERSOONLIJKE VEILIGHEID JUIST GEAARD AANGESLOTEN TE WORDEN. Indien uw stopcontact niet geaard is, is het de persoonlijke veranwoordelijkheid van de klant om het te laten vervangen door een juist geaarde wandcontactdoos. Bedrijfsspanning Het voltage dient in overeenstemming te zijn met de op het label van de oven opgegeven spanning. Wanneer een hogere spanning gebruikt wordt, kan dit brand of andere beschadigingen veroorzaken. Plaatsen van de oven Deze oven is alleen bedoeld voor huishoudelijk gebruik op een kast. Hij is niet bedoeld voor inbouw of voor gebruik in een kast. 1. Plaats de oven op een vlak en stabiel oppervlak, meer dan 85 cm boven de vloer. 2. Wanneer deze oven geïnstalleerd is, moet het toestel gemakkelijk gescheiden kunnen worden van de stroomtoevoer door de stekker los te trekken of door een schakelaar te gebruiken. 3. De magnetronoven kan alleen op de juiste wijze functioneren, indien er voldoende ventilatie is. Plaatsing op een meubel: a. Boven de magnetronoven moet een ruimte vrij gelaten worden van 15 cm, aan de achterzijde 10 cm, aan de zijkant 5 cm, en aan de andere zijkant een ruimte van meer dan 40 cm. b. Wanneer één van de zijden van de magnetronoven tegen een wand staat, mogen de andere zijde of de bovenkant niet geblokkeerd zijn. Plaatsing op een meubel 4. Plaats de magnetronoven niet vlak naast andere elektrische apparatuur of een gasfornuis. 5. Verwijder de voetjes van de magnetronoven niet. 6. Deze magnetronoven is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Niet buitenshuis gebruiken. 7. Het is af te raden de magnetronoven in een vochtige omgeving te gebruiken. 8. Het netsnoer mag niet in aanraking komen met de buitenzijde van de oven Houd het snoer uit de buurt van warme of hete oppervlakken. Laat het snoer niet over de rand van een tafel of aanrecht hangen. Dompel het snoer, de stekker of de oven niet onder in water. 9. De ventilatie-openingen bovenop en achterop de magnetronoven mogen niet geblokkeerd worden. Indien deze openingen geblokkeerd zijn terwijl de magnetronoven in gebruik is, kan hij oververhit raken. Een thermische beveiliging zal in dit geval de magnetronoven buiten werking stellen en de oven weer inschakelen zodra hij is afgekoeld. 10. Dit apparaat is niet geschikt voor gebruik met een externe timer of met een afzonderlijk systeem voor afstandsbediening. NI-1 Nederland Pak uw magnetron uit, verwijder al het verpakkingsmateriaal en controleer de magnetron op schade, zoals deuken, beschadigde deurvergrendelingen of barsten in de deur. Waarschuw uw dealer onmiddellijk als u beschadigingen aantreft. Een beschadigde magnetronoven mag niet geinstalleerd worden. WAARSCHUWING Belangrijke Veiligheidsinstructies 1. De deurafdichtingen en de plaatsen hieromheen moeten worden schoongemaakt met een vochtige doek. Het apparaat moet gecontroleerd worden op beschadigingen aan de deurafdichtingen en de plaatsen rondom deze afdichtingen; indien er sprake van beschadiging is, mag het apparaat niet gebruikt worden totdat het door een door de fabrikant erkende onderhoudstechnicus gerepareerd is. 2. Probeer niet zelf reparaties uit te voeren aan de ovendeur, het bedieningspaneel, de veiligheids-vergrendelingsschakelaars of welk ander deel van de magnetronoven dan ook. Verwijder de behuizing van de magnetron-oven niet; deze biedt bescherming tegen blootstelling aan magnetron-energie. Reparaties mogen uitsluitend door gekwalificeerd servicepersoneel worden uitgevoerd. 3. Gebruik dit apparaat niet, indien het NETSNOER en/of de STEKKER beschadigd zijn. Indien het apparaat niet goed functioneert, beschadigd of gevallen is, mogen in verband met de veiligheid reparaties uitsluitend uitgevoerd worden door onderhoudspersoneel welke door de fabrikant erkend zijn. NI-2 4. Indien het netsnoer beschadigd is, moet dit direct vervangen worden door gekwalificeerde technici om mogelijke schade/letsel te voorkomen. 5. Kinderen mogen de magnetronoven uitsluitend onder toezicht gebruiken wanneer ze goed ingelicht zijn, zodat ze de oven op veilige wijze kunnen bedienen en zich bewust zijn van de gevaren van onjuist gebruik. 6. Ontploffingsgevaar bestaat indien voedsel of dranken in een gesloten blik of fles verwarmd worden. 7. Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (met inbegrip van kinderen) met beperkte fysieke, zintuiglijke of mentale vermogens of met een gebrek aan ervaring of kennis, tenzij ze onder toezicht staan van of richtlijnen hebben gekregen over het gebruik van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen moeten onder toezicht staan om te verhinderen dat ze spelen met het apparaat. 1. Laat de oven niet werken zonder de rolring en het glazen plateau. 2. Voor gebruik dient u er zich van te verzekeren dat alle te gebruiken hulpmiddelen (schalen/bakvormen enz.) geschikt zijn voor gebruik in de magnetronoven. 3. Gebruik de magnetronoven niet om krantenpapier, kleding of andere materialen te drogen. Ze kunnen vlam vatten. 4. Gebruik de magnetronoven niet om voorwerpen (anders dan de accessoires) in op te bergen. s Glazen draaiplateau 1. Gebruik de oven uitsluitend voor het bereiden van voedsel. Deze magnetronoven is speciaal ontworpen voor het opwarmen en bereiden van voedsel. Gebruik de magnetronoven niet om chemische of andere niet eetbare producten te verwarmen. 2. Gebruik uitsluitend het glazen draaiplateau dat speciaal voor deze magnetronoven ontworpen is. 3. Als het glazen draaiplateau heet is, moet het eerst afkoelen voordat u het schoonmaakt of in water onderdompelt. 4. Het glazen draaiplateau kan in beide richtingen draaien. 5. Indien het voedsel in de schaal op het plateau de wanden van de oven raakt, waardoor het draaien stopt, gaat het draaiplateau automatisch in de tegengestelde richting draaien. Dit is normaal. 5. Gebruik het apparaat niet ZONDER DAT ZICH HIERIN VOEDSEL BEVINDT. Het apparaat kan hierdoor beschadigd raken. 6. Bereid geen voedsel direct op het glazen draaiplateau. 6. Als er rook in uw oven ontstaat, druk dan op de STOP/WISTOETS of zet de TIMERschakelaar terug in de nul-stand en laat de deur gesloten. Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de elektriciteitsvoorziening uit. 1. De rolring en de bodem van de oven moeten regelmatig worden schoongemaakt om lawaai en een teveel aan voedselresten te voorkomen. Rolring 2. Gebruik altijd de rolring bij het koken met het glazen plateau. Ovenlicht Voor vervanging van de lamp van de oven moet u contact opnemen met uw dealer. Accessoires Er wordt een aantal toebehoren bij deze magnetronoven geleverd. Volg altijd de instructies op van het betreffende toebehoren. NI-3 Nederland Gebruik van uw magnetronoven 1. Kooktijden De in het kookboek vermelde kooktijden zijn bij benadering gegeven. Factoren, die invloed hebben op de kookduur, zijn: de begintemperatuur, de hoeveelheid voedsel en de materialen die voor het koken worden gebruikt. Begin met de minimale kooktijd om te voorkomen dat het voedsel te gaar wordt. Als het voedsel niet gaar genoeg geworden is, kunt u het altijd nog wat langer bereiden. OPMERKING: Als u het voedsel langer kookt dan de aanbevolen kooktijden, kan het bederven, en in extreme gevallen zelfs vlam vatten en de magnetronoven beschadigen. 2. Kleine hoeveelheden voedsel Kleine hoeveelheden voedsel met een gering vochtgehalte kunnen uitdrogen, aanbranden of zelfs verbranden als ze te lang doorkoken. Indien het voedsel in de oven vlam vat, moet de ovendeur gesloten blijven, de magnetronoven uit gezet worden en moet de stekker uit het stopcontact worden genomen. 3. Eieren Kook met de magnetron geen ongepelde eieren en verwarm geen hardgekookte eieren. Eieren kunnen omwille van de druk ontploffen, zelfs na hun opwarming in de magnetron. 4. Niet-poreuze schil Voedsel zonder poreuze schil, zoals aardappelen, eierdooiers en worstjes, moeten doorprikt worden alvorens ze met de magnetronoven te bereiden. Zo voorkomt u dat ze exploderen. 5. Vleesthermometer Indien u gebruik maakt van een vleesthermometer voor vlees en gevogelte, gebruik deze dan alleen wanneer het voedsel buiten de magnetronoven is. Gebruik geen conventionele vleesthermometer binnen de magnetronoven, omdat vonken kunnen optreden. 6. Vloeistoffen Indien vloeistoffen, zoals soep, sauzen en dranken opgewarmd worden in uw magnetronoven, kunnen deze zonder te gaan borrelen heter worden dan het kookpunt. Hierdoor kan de hete vloeistof plotseling gaan overkoken. Om dit te voorkomen, kunnen de volgende stappen ondernomen worden: NI-4 a. Gebruik geen rechte glazen of bekers met smalle of toelopende bovenkant. b. Niet te lang verwarmen. c. Roer de vloeistof om alvorens deze in de oven te plaatsen en roer halverwege de opwarmtijd nogmaals om. d. Laat de vloeistof na het verwarmen nog even in de oven staan en roer goed om voordat u de vloeistof uit de oven haalt. 7. Papier/kunststof Als u voedsel gaat verwarmen in kunststof of papieren bakjes, dient u de oven regelmatig te controleren omdat deze bakjes bij oververhitting vlam kunnen vatten. Gebruik geen gerecycled papier (b.v. keukenrol), tenzij het papierproduct gekenmerkt is als zijnde veilig voor gebruik in een magnetronoven. Onzuiverheden in recycled papier kunnen in de magnetron vonken en/of brand veroorzaken. Verwijder metalen sluitingen van braadzakken voordat u deze in de oven plaatst. 8. Keukengerei/folie Verwarm nooit gesloten potjes of flessen omdat deze kunnen exploderen. Gebruik geen metalen bakjes of schotels met metalen randen tijdens de magnetron-functie. Hierdoor kunnen er vonken ontstaan Bij gebruik van aluminiumfolie, vleesspiesen of andere metalen voorwerpen, moet de afstand tot de ovenwanden minimaal 2 cm bedragen om vonkoverslag te voorkomen. 9. Zuigflessen/potjes babyvoeding De speen of deksel moeten verwijderd worden van zuigflessen of potjes babyvoedsel alvorens ze in de mag netronoven te plaatsen. Schud zuigflessen goed en roer de inhoud van de potjes met babyvoeding een paar maal om. Controleer de temperatuur van het te nuttigen voed sel voor het nuttigen zorgvuldig om een mogelijke verbranding te voorkomen. s (6) (11) (4) (9) (5) (2) (1) (7) (10) (3) (1) Deur-ontgrendelknop Indrukken om de deur te openen. Indien u de deur tijdens het koken opent, wordt het kookproces tijdelijk onderbroken, zonder dat de eerder ingevoerde instellingen verdwijnen. Het kookproces zal hervatten van zodra de deur gesloten is. (2) Doorkijkvenster (3) Veiligheids-deurvergrendelingssystem (4) Ventilatie-openingen (5) Bedieningspaneel (6) Glazen draaiplateau (7) Rolring (8) Externe ventilatie-openingen (9) Elektriciteitssnoer (10) Identificatie plaat (11) Microgolfgeleider (niet verwijderen) NI-5 Nederland (8) NN-E201WM / NN-E221MM * (1) (2) (3) (1) (2) (3) Functieschakelaar magnetronvermogen / ontdooien Timer-schakalaar Deur-ontgrendeltoets *Opmerking: De uitvoering van het bedieningspaneel kan afwijken van de afbeelding (afhankelijk van de kleur). De functies zijn echter dezelfde. NI-6 Wattage • Draai de functieschakelaar om het gewenste vermogen te selecteren. • Stel, d.m.v. het draaien van de timer-schakelaar, de kooktijd in. Als de deur gesloten is, zal het kookproces onmiddellijk starten. Voor het instellen van korte kooktijden dient de timerschakelaar eerst op 2 minuten ingesteld te worden en vervolgens op de gewenste kooktijd. Opmerkingen: 1. Indien u het gerecht tijdens de bereiding wilt controleren, kunt u gewoon de deur openen. De magnetronoven stopt het proces automatisch. Om het kookproces te vervolgen, dient de deur gesloten te worden. 2. Om het kookproces te beëindigen, draait u de timer-schakelaar op nul. M.b.v. de timerschakelaar kunt u de bereidingstijd op ieder moment van het kookproces wijzigen. 3. Zodra u het gerecht, nadat het kookproces afgerond is, uit de magnetron neemt, dient de timer-schakelaar op nul gesteld te worden. 4. Het glazen draaiplateau dient tijdens het gebruik van de magnetron, altijd op de juiste positie geplaatst te zijn. Het vermogen voor het ontdooien is 270 W. • Stel het vermogen voor het ontdooien, m.b.v. de schakelaar, in. • Stel de tijd voor het ontdooien, m.b.v. de timerschakelaar in. Als de deur gesloten is, zal het ontdooien onmiddellijk starten. Voor het instellen van korte ontdooitijen dient de timer-schakelaar eerst op 2 minuten ingesteld te worden en vervolgens op de gewenste ontdooitijd. NI-7 Nederland 800 W 700 W 360 W 270 W 200 W s Hoog Midden Laag Ontdooien Opwarmen Tips Voor Het Ontdooien Nagaartijden Gehakt of brokjes vlees en vis Afzonderlijke porties voedsel kunnen praktisch onmiddellijk na het ontdooien bereid worden. Het is normaal dat grotere porties voedsel in het midden nog bevroren zijn. Alvorens te gaan bereiden minimaal een uur laten staan. Tijdens de rusttijd, wordt de temperatuur gelijkmatig verdeeld en wordt het voedsel door geleiding ontdooid. Opmerking: Indien het voedsel niet onmiddellijk bereid wordt, moet het in de koelkast bewaard worden. Ontdooid voedsel mag nooit opnieuw ingevroren worden zonder dat het eerst gekookt is. Omdat de buitenkant van dit soort voedsel snel ontdooit, moeten zij van elkaar gescheiden worden; breek het blok in regelmatige stukken tijdens het ontdooien en verwijder de stukjes die reeds ontdooid zijn. Braadstuk en gevogelte Kleine porties voedsel Plaats de braadstukken bij voorkeur op een omgekeerd bord of plastic rooster, zodat ze niet in hun sappen komen te liggen. Het is van essentieel belang om delicate of uitstekende delen van dit vlees af te dekken met kleine stukjes folie, om te voorkomen dat deze delen gaan koken. Het is niet gevaarlijk om kleine stukjes folie in uw magnetron te gebruiken, mits zij niet in contact komen met de wanden van de magnetron. Koteletten en stukken kip moeten zo snel mogelijk van elkaar gescheiden worden, zodat zij gelijkmatig en volledig ontdooien. Vettige delen en de uiteinden ontdooien sneller. Leg deze in de buurt van het midden van het draaiplateau of dek ze af. NI-8 Brood Voor brood is de standaard insteltijd noodzakelijk om deze geheel te ontdooien. De standaard insteltijd kan verkort worden door de sneden uiteen te halen of het brood in twee te snijden. V: Mijn magnetronoven stoort mijn TV-toestel. Is dit normaal? A: Er kan een bepaalde mate van storing op de radio en TV optreden wanneer de magnetronoven wordt gebruikt. Deze storing is gelijk aan het soort interferentie dat veroorzaakt wordt door kleine huishoudelijke apparaten zoals mixers, stofzuigers, haardrogers e.d. Dit duidt niet op een storing in uw magnetronoven. V: Waarom dimt het ovenlicht? A: Wanneer u de magnetronoven gebruikt met een ander vermogen dan 800 W (MAX. vermogen) schakelt de oven automatisch lagere vermogensniveaus is. Dit gaat gepaard met klik-geluiden en het dimmen van de verlichting. V: Soms komt er warme lucht uit de ventilatieopeningen van de oven. Waarom? A: De warmte afkomstig van het bereiden van het voedsel verwarmt de lucht in de oven. Deze warme lucht wordt de oven uitgeleid via het luchtstroompatroon in de oven. Deze lucht bevat geen magnetronstraling. De ventilatieopeningen van de oven mogen nooit geblokkeerd worden. s A: Controleer het volgende wanneer de oven niet kan worden ingeschakeld: 1. Is de stekker goed aangesloten? Neem de stekker uit het stopcontact, wacht tien seconden en steek de stekker weer in het stopcontact. 2. Controleer de zekering en de stroomonderbreker. Schakel de stroomonderbreker in of vervang de zek ering als hij uitgeschakeld resp. doorgeslagen is. 3. Indien de stroomonderbreker of de zekering in orde zijn, probeer dan een ander apparaat op het stop contact aan te sluiten. Indien het andere apparaat werkt, is er waarschijnlijk een probleem met de oven. Indien het andere apparaat niet werkt, is er waarschijnlijk een probleem met het stopcontact. Indien het er naar uitziet dat er een probleem met de oven is, moet contact opgenomen worden met een erkend servicecentrum. NI-9 Nederland V: Waarom kan de oven niet worden ingeschakeld? 1. Zet de oven uit alvorens hem te reinigen. 2. Houd de deurafdichtingen en de plaatsen hieromheen schoon. Als er spatten en gemorste vloeistoffen vast zijn gaan zitten op de ovenwanden, deurafdichtingen en de plaatsen hieromheen, moeten deze worden schoongemaakt met een vochtige doek. Als zij zeer vuil zijn geworden mag gebruik gemaakt worden van een mild reinigingsmiddel. Het gebruik van agressieve reinigingsmiddelen of schuursponsjes wordt niet aanbevolen. GEBRUIK GEEN COMMERCIËLE OVENREINIGERS. 3. De buitenzijde van de oven moet worden schoongemaakt met een vochtige doek. Ter voorkoming van schade aan de onderdelen binnen in de oven, mag er geen water via de ventilatie-openingen naar binnen sijpelen. 4. Indien het bedieningspaneel vuil wordt, moet dit met een zachte, droge doek gereinigd worden. Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen of schuursponsjes op het bedieningspaneel. Bij het reinigen van het bedieningspaneel moet de ovendeur open blijven om te voorkomen dat de oven per ongeluk wordt ingeschakeld. Na het schoonmaken moet de STOP/WISTOETS worden aangetipt om het uitleesvenster weer op de kloktijd te stellen of draai de TIMER-SCHAKELAAR terug naar de NULSTAND. 5. Indien er aan de binnenkant van de ovendeur of rondom de buitenkant hiervan stoomvorming plaatsvindt, veeg deze dan weg met een zachte doek. Dit kan het geval zijn, wanneer de magnetronoven wordt gebruikt in een ruimte met een hoge vochtigheidsgraad; dit duidt niet op foutief functioneren van het apparaat. 6. Van tijd tot tijd moet het glazen draaiplateau verwijderd worden om het schoon te maken. Reinig het plateau in warm water met een afwasmiddel of in een vaatwasmachine. NI-10 7. De rolring en de holte in de bodem van de oven moeten regelmatig worden schoongemaakt om overdreven lawaai te voorkomen. Veeg het oppervlak van de bodem van de oven schoon met een zacht detergent en heet water, en droog het af met een schone doek. Was de rolring in zacht zeepwater. Bij een regelmatig gebruik worden kookdampen verzameld. Dit heeft echter geen invloed op het oppervlak van de bodem of op de wielen van de rolring. Wanneer u de rolring voor het schoonmaken uit de holte in de bodem haalt, moet u hem daarna in de juiste positie terugplaatsen. 8. De magnetronoven mag uitsluitend door gekwalificeerd servicepersoneel worden gerepareerd. Neem voor onderhoud en reparaties van de oven contact op met de dichtstbijzijnde erkende verdeler. 9. Gebruik geen stoomreiniger voor het reinigen. 10. Als u de oven niet schoon houdt, is het mogelijk dat de kwaliteit van de oppervlakken vermindert waardoor de levensduur van het toestel verkort en er mogelijk gevaarlijke situaties ontstaan. 11. Houd ventilatie-openingen altijd vrij. Controleer dat stof of andere materialen de ventilatie-openingen boven-, onder- of achteraan de oven niet blokkeren. Een blokkering van de ventilatie-openingen kan leiden tot oververhitting en de werking van de oven hinderen. 12. Gebruik geen ruwe, schurende schoonmaakmiddelen of scherpe, metalen krabbers om het deurglas van de oven schoon te maken, omdat ze krassen kunnen veroorzaken op het oppervlak, waardoor het glas kan versplinteren. Stroomverbruik: Capaciteit: Buitenafmetingen: Binnenafmetingen: Gewicht: Magnetron; Magnetron; s 230 V ~ 50 Hz Geluidsniveau: 1250 W 800 W (IEC-60705) 443 (W) x 340 (D) x 258 (H) mm 306 (W) x 308 (D) x 215 (H) mm 10.5 kg 46 dB De specificaties kunnen zonder nadere aankondiging worden gewijzigd. Dit produkt voldoet aan de Europese standaard (EN 55011) voor EMC interferenties (EMC = Elektromagnetische Compatibiliteit). Overeenkomstig deze standaard behoort dit produkt tot de apparatuur groep 2, klasse B en voldoet deze aan alle normeringseisen. Groep 2 houdt in dat de Frequentie energie wordt opgewekt in de vorm van elektromagnetische straling bedoeld voor het verwarmen en koken van voedsel. Klasse B informeert dat dit produkt gebruikt kan worden voor normaal huishoudelijk gebruik. Informatie over het weggooien van elektrische en elektronische apparatuur (particulieren) Dit symbool betekent in Europa dat gebruikte elektrische en elektronische producten niet bij het normale huishoudelijke afval mogen. Lever deze producten in bij de aangewezen inzamelingspunten, waar ze gratis worden geaccepteerd en op de juiste manier worden verwerkt, teruggewonnen en hergebruikt. In Nederland kunt u uw producten bij uw winkelier inleveren bij de aanschaf van een vergelijkbaar nieuw produkt . Wanneer u dit product op de juiste manier als afval inlevert, spaart u waardevolle hulpbronnen en voorkomt u potentiële negatieve gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu die anders kunnen ontstaan door een onjuiste verwerking van afval. Neem contact op met uw gemeente voor meer informatie over het dichtstbijzijnde inzamelingspunt of raadpleeg www.nvmp.nl, www.ictoffice.nl of www.stibat.nl. Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie Neem voor het weggooien van elektrische en elektronische apparatuur contact op met uw leverancier voor verdere informatie. Informatie over verwijdering van afval in landen buiten de Europese Unie Dit symbool is alleen geldig in de Europese Unie. Neem wanneer u dit product wilt weggooien, contact op met de lokale overheid of uw leverancier en vraag wat de juiste verwijderingsmethode is. Overeenkomstig richtlijn 2004/108/EG, artikel 9(2) Panasonic Testcentrum Panasonic Service Europe, een afdeling van Panasonic Marketing Europe GmbH Winsbergring 15, 22525 Hamburg, Bondsrepubliek Duitsland. Gefabriceerd voor Panasonic Corporation door GMMEAM nr.r 6 Yong An RD, Beijiao, Shunde, Foshan, Guangdong, Volksrepubliek China. NI-11 Nederland Netvoeding
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194

Panasonic nn e 201 de handleiding

Categorie
Magnetrons
Type
de handleiding