54
De verbindingen, modus en het kanaal van de ontvanger instellen
1. Gebruik de meegeleverde stroomadapter om de stroomingang van de ontvanger aan te sluiten
op uw stroombron. De ontvanger wordt automatisch ingeschakeld.
2. Gebruik een standaard XLR- of 6,35 mm-kabel om een van de audio-uitgangen van de
ontvanger aan te sluiten op uw mixer of versterker. Gebruik nooit beide audio-uitgangen
tegelijkertijd; dit kan leiden tot signaalverlies of verhoogde ruis.
3. Zet de Keuzeschakelaar Line/Mic op de gepaste stand:
• Zet deze schakelaar op Line wanneer u verbinding maakt met een gebalanceerde ingang
op lijnniveau (bv. de XLR- of 6,35 mm TRS-ingang van een mixer) of de actieve
instrumentingang met lage impedantie van de versterker van een instrument.
• Zet deze schakelaar op Mic wanneer u verbinding maakt met een instrumentingang met
hoge impedantie op een versterker van een instrument.
4. Stel het kanaal van de ontvanger in op één van de volgende wijzen:
• Manuele modus
Belangrijk: Plaats bij het selecteren van een kanaal nooit twee of meer zenders binnen het
bereik van de ontvanger. Zorg er ook voor dat de zender zich minstens op 1 meter (3 ft) van
de ontvanger bevindt.
i. Gebruik de knoppen Omhoog en Omlaag van de ontvanger om manueel-modus
(Manual) te selecteren. (U moet elke knop ongeveer 1 seconde ingedrukt houden om
naar de volgende modus over te schakelen.)
ii. Druk en houd de Set-knop ongeveer 1 seconde lang ingedrukt. De cijfers op het
scherm beginnen te knipperen.
iii. Druk en houd de Set-knop 2 seconden lang ingedrukt. De cijfers op het scherm
beginnen te knipperen.
iv. Gebruik de knoppen omhoog/omlaag om het kanaal te selecteren.
v. Druk op de Set-knop om de ontvangst op dit kanaal te vergrendelen.
• Autoscan-modus
Belangrijk: Als u een systeem instelt met meerdere paren zenders en ontvangers, zorg er
dan voor dat elk paar aan staat wanneer u de andere paren instelt. Dat voorkomt dat paren
automatisch hetzelfde kanaal selecteren.
i. Gebruik de knoppen Omhoog en Omlaag van de ontvanger om Autoscan-modus
(Auto) te selecteren. (U moet elke knop ongeveer 1 seconde ingedrukt houden om
naar de volgende modus over te schakelen.)
ii. Druk en houd de Set-knop ongeveer 1 seconde lang ingedrukt. De cijfers op het
scherm beginnen te knipperen.
iii. Druk één keer op de knop Omhoog of omlaag. De ontvanger scant automatisch de
frequenties en selecteert het eerste kanaal met een sterk en duidelijk signaal.
iv. Druk op de Set-knop om de ontvangst op dit kanaal te vergrendelen.
• Preset-modus
i. Gebruik de knoppen Omhoog en Omlaag van de ontvanger om preset-modus
(Preset) te selecteren. (U moet elke knop ongeveer 1 seconde ingedrukt houden om
naar de volgende modus over te schakelen.)
ii. Druk en houd de Set-knop ongeveer 1 seconde lang ingedrukt. De cijfers op het
scherm beginnen te knipperen.
iii. Gebruik de knoppen omhoog/omlaag om een voorkeuzegroep te selecteren (P1, P2,
P3 of P4).
iv. Druk op de Set-knop om de ontvangst op deze voorkeuzegroep te vergrendelen.
v. Gebruik de knoppen omhoog/omlaag om een kanaal in deze voorkeuzegroep te
selecteren.
vi. Druk op de Set
-knop om de ontvangst op een kanaal in deze voorkeuzegroep te
vergrendelen.
Belangrijk: Als er storingen optreden op de kanalen van de huidige voorkeuzegroep,
herhaal dan stappen iii-vi.