4. Gebruik van de afstelschroef voor de B-spanning
< RD-TX70 / RD-TX50 / RD-TX30 >
Plaats de ketting op de kleinste kettingring en het grootste
versnellingstandwiel en draai de crankarm in achterwaartse richting.
Draai vervolgens de
afstelschroef voor de B-
spanning om de geleiderpoelie
zo dicht mogelijk bij het
tandwiel af te stellen. De
geleiderpoelie mag het tandwiel
echter niet raken. Schakel de
ketting vervolgens over naar het
kleinste versnellingstandwiel en
herhaal bovenstaande stappen
om er zeker van te zijn dat de
poelie het tandwiel niet raakt.
Modelnummer
Type
Versnellingen
Totale capaciteit
Grootste versnellingstandwiel
Kleinste versnellingstandwiel
Verschil vertanding voorste kettingwiel
SL-RS43-6
SIS 6-versnellingen
SL-RS43-7
SIS 7-versnellingen
Modelnummer
Versnellingen
Technische montage-instructies SI-6KP0A-001
Achter-aandrijfsysteem
Algemene veiligheidsinformatie
WAARSCHUWING
• Gebruik voor het reinigen van de ketting een neutraal schoonmaakmiddel. Gebruik geen alkalihoudend of zuurhoudend
schoonmaakmiddel zoals een roestverwijderingsmiddel, aangezien dit tot beschadiging en/of het breken van de ketting kan
leiden.
• Gebruik de versterkte verbindingspen uitsluitend voor het verbinden van het smalle kettingtype.
• Er zijn twee verschillende typen versterkte verbindingspen beschikbaar. Zie onderstaande tabel voor het kiezen van het te
gebruiken type verbindingspen. Als er andere verbindingspennen dan de speciale versterkte verbindingspennen worden
gebruikt, of als er een versterkte verbindingspen of gereedschap wordt gebruikt welke niet geschikt is voor het type ketting,
bestaat de kans dat de sterkte van de verbinding niet voldoende is, hetgeen tot gevolg kan hebben dat de ketting breekt of
van de tandwielen valt.
• Als het afstellen van de kettinglengte noodzakelijk is als gevolg van een verandering in het
aantal tandwieltanden, de ketting op een andere plaats doorsnijden dan op de plaats waar
de ketting door middel van een versterkte verbindingspen of een sluitpen aan elkaar
verbonden is. De ketting zal worden beschadigd wanneer deze op de plaats wordt
doorgesneden waar deze door middel van een versterkte verbindingspen of een sluitpen
aan elkaar verbonden is.
• Controleer of de spanning van de ketting correct is en of de ketting niet beschadigd is. Als de spanning onvoldoende is of
de ketting beschadigd is, dient de ketting vernieuwd te worden. Als dit niet gebeurt, bestaat de kans dat de ketting breekt
en dat ernstig letsel wordt veroorzaakt.
• Controleer of de wielen stevig bevestigd zijn alvorens met de fiets te gaan rijden.Als de wielen op een of andere manier
loszitten, kunnen deze van de fiets losraken, hetgeen ernstig letsel kan veroorzaken.
• Zorg er voor dat u de montage-instructies heeft en lees deze nauwkeurig alvorens de onderdelen te monteren.
Loszittende, versleten of beschadigde onderdelen kunnen de berijder letsel toebrengen. Het wordt ten zeerste aanbevolen
uitsluitend gebruik te maken van originele Shimano vervangingsonderdelen.
• Zorg er voor dat u de montage-instructies heeft en lees deze nauwkeurig alvorens de onderdelen te monteren.
Als de afstellingen niet correct worden uitgevoerd, kan de ketting afglijden en dit kan tot gevolg hebben dat u van de fiets
valt en ernstig letsel oploopt.
• Lees deze technische montage-instructies nauwkeurig en bewaar ze op een veilige plaats voor toekomstige referentie.
Opmerking
• De versterkte verbindingspennen kunnen niet worden gebruikt samen met de UG ketting, aangezien anders de
verbindingen niet soepel zullen bewegen en er bijgeluiden kunnen ontstaan.
• Als het overschakelen van de versnellingen niet soepel verloopt, de derailleur schoon spoelen en alle bewegende
onderdelen smeren.
• Als de mate van speling in de verbindingen zodanig is dat afstelling niet mogelijk is, dient u de derailleur te vernieuwen.
• U dient de derailleur periodiek te reinigen en alle bewegende onderdelen te smeren (mechanisme en poelies).
• Als afstelling van de overschakeling van de versnellingen niet mogelijk is, de mate van parallellisme aan het achteruiteinde
van de fiets controleren. Controleer ook of de kabel gesmeerd is en of de buitenkabel niet te lang of te kort is.
• Als u abnormale geluiden hoort als gevolg van een loszittende poelie, dient u de poelie te vernieuwen.
• Als het wiel stroef gaat en moeilijk te draaien wordt, dient u dit met vet te smeren.
• Breng geen smeermiddel aan op de binnenzijde van de naaf, anders zal het vet naar buiten komen.
• U dient de tandwielen regelmatig in een neutraal reinigingsmiddel schoon te spoelen en deze vervolgens opnieuw te
smeren. Bovendien kan het reinigen van de ketting met een neutraal reinigingsmiddel en het smeren een effectieve manier
zijn om de gebruiksduur van de tandwielen en de ketting te verlengen.
• Als de ketting tijdens het fietsen van de tandwielen blijft afglijden, de tandwielen en de ketting vernieuwen.
• Gebruik een buitenkabel die lang genoeg is, ook voor wanneer het stuur volledig naar beide kanten gedraaid wordt.
Controleer bovendien of de schakelhendel het fietsframe niet raakt wanneer het stuur volledig naar beide kanten gedraaid
wordt.
• Smeer de binnenkabel en de binnenzijde van de buitenkabel alvorens dczc in gebruik te nemen om er voor te zorgen dat
deze goed glijden.
• Gebruik van een frame met interne kabelroutering wordt ten zeerste afgeraden aangezien de kans bestaat dat door de
hoge kabelweerstand de werking van de SIS schakelfunctie nadelig beïnvloed wordt.
• De hendels van de versnelling dienen alleen te worden gebruikt als het voorwiel draait.
• Maak voor een soepele werking gebruik van de voorgeschreven buitenkabel en trapaskabelgeleider.
• Gebruik voor het verkrijgen van optimale prestaties uitsluitend het aanbevolen type ketting. Een ketting van het
brede type kan niet worden gebruikt.
• Onderdelen zijn niet gegarandeerd tegen natuurlijke slijtage of veroudering dat het gevolg is van normaal gebruik.
• Raadpleeg een professionele fietsenhandelaar voor eventuele vragen betreffende de methode van montage, afstelling,
onderhoud of bediening.
KettinggereedschapKetting
9-versnellingen
supersmalle ketting zoals
CN-7701 / CN-HG93
8-/7-/6-versnellingen
smalle ketting zoals
CN-HG50 / CN-HG40
Versterkte verbindingspen
TL-CN32 / TL-CN27
TL-CN32 / TL-CN27
Zilver
Zwart
Versterkte verbindingspen
Sluitpen Verbindingspen
Voor het verkrijgen van de beste prestaties wordt het aanbevolen gebruik te maken van de onderstaande
combinatie.
Opmerking: Specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden. (Dutch)
Specificaties
Bevestigen van de kabel en afstelling van
het schakelbereik
SIS afstelling
Schakelhendel
Achterderailleur
Aantrekkoppel:
8 - 10 N·m
{80 - 100 kgf·cm}
Montage van de achterderailleur
Monteren van de vrijloopnaaf
Directgemonteerd
< GS >
5 mm inbussleutel
Frame
Houder
Indrukken en
vastdraaien
Uitbouwgereedschap voor vrijloopnaaf
TL-FW30
Aantrekkoppel:
3 - 4 N·m
{30 - 40 kgf·cm}
Houdertype
Houdermoer
Houderbout
Aantrekkoppel:
30 N·m {300 kgf·cm}
Monteren
Demonteren
Kettinglengte
Voeg 2 schakels toe terwiji de
ketting om het grootste
versnellingstandwiel en de
grootste kettingring geplaatst is.
Grootste
versnellingstandwiel
Grootste kettingring
Ketting
Ketting
< SS >
Kleinste
versnellingstandwiel
Grootste kettingring
Geleiderpoelie
Spanpoelie 90°
Rechte heok T.O.V. de grond
< RD-TX70 / RD-TX50 / RD-FT30 >
Plaats de buitenkabel zodanig dat deze de mand en het spatbord
niet raakt, anders kunnen er problemen ontstaan wat betreft de
prestaties van de derailleur.
Stel de lengte van de buitenkabel (RD-TX70/RD-TX50/RD-FT30)
als volgt in.
Sluit de binnenkabel aan op de
derailleur zoals aangegeven in de
illustratie.
• Indien de buitenkabel een opwaartse route volgt:
(De ketting moet op de grootste kettingring zitten en
op het grootste tandwiel.)
Neem de buitenkabel 10 mm langer dan de lengte
tussen het uiteinde dat in de buitenkabelhouder
wordt gestoken en het uiteinde dat in de
verbinding wordt gestoken.
• Indien de buitenkabel een neerwaartse route volgt:
(De ketting moet op de grootste kettingring zitten en op het
grootste tandwiel.)
Stel de lengte van de buitenkabel zodanig af dat de buitenkabel
een soepele boog vormt en dat de verbinding stopt in een positie
waarbij er een kleine tussenruimte is tussen de verbinding en de
verbindingsaanslag.
Kettingpositie
Grootste
versnellingstandwiel
Grootste
kettingring
Kettingpositie
Grootste
versnellingstandwiel
Grootste
kettingring
Buitenkabelhouder
Verbinding
max.
hoek
Verbinding
Verbindin
g-sstop
Binnen kabel
1. Afstelling van de hoogste versnelling
Draai de afstelschroef voor het kleinste versnellingstandwiel en stel
zodanig af dat, gezien vanaf de achterzijde, de geleiderpoelie uitgelijnd
is onder de buitenste rand van het kleinste versnellingstandwiel.
Monteer hierna de ketting.
2. Aansluiten en bevestigen van de kabel
Bevestig de kabel aan de achterderailleur en maak de kabel, na deze
eerst voorgespannen te hebben, vast aan de achterderailleur zoals
aangegeven in de illustratie. Trek de kabel aan met een kracht van 5 -
10 kg met behulp van een tang en zet de kabel vast.
3. Afstelling van de laagste versnelling
Draai de afstelschroef voor het grootste versnellingstandwiel zodanig
dat de geleiderpoelie direct onder het grootste versnellingstandwiel
komt te staan.
Bedien de schakelhendel eenmaal om de ketting
van het kleinste tandwiel naar het tandwiel van
de 2de versnelling te verplaatsen. Bedien hierna
de schakelhendel, doch slechts naar de mate
van speling en draai vervolgens de crankarm.
Afstelschroef
voor de hoogste
versnelling
RD-TX70/TX50/TX30
RD-TY18
Buitenste rand van kleinste
versnellings-tandwiel
Geleiderpoelie
Aantrekkoppel:
5 - 7 N·m {50 - 70 kgf·cm}
Groef
Trekken
Opmerking:
Zorg er voor dat de kabel stevig
in de groef bevestigd wordt.
Afsnijden van de buitenkabel
Bij het afsnijden van de buitenkabel, deze aan het uiteinde
tegenovergesteld aan het uiteinde met de markering afsnijden. Na het
afsnijden van de buitenkabel het uiteinde er van
zodanig afronden dat de binnenomtrek van het
gat een gelijkmatige diameter heeft.
Insteken van de binnenkabel
Steek de binnenkabel in de buitenkabel vanaf het uiteinde met de
markering. Breng vet aan vanaf het
uiteinde met de markering om van
een soepele werking van de kabel
verzekerd te zijn.
Bevestig hetzelfde
buitenkabelafsluitkapje op het
afgesneden uiteinde van het
buitenkabel.
Buitenkabelafsluitkapje
Markering
Afstelschroef voor
laagste versnelling
Gang
RD-TX70/TX50/TX30
RD-TY18
Grootste
versnellings-
tandwiel
Geleiderpoelie
Vervangen van de binnenkabel
Vervang de binnenkabel door het
uitvoeren van de stappen
1 tot 3 zoals
aangegeven in de illustratie.
Grootste
versnellingtandwiel
Kleinste
versnellingstandwiel
Afstelschroef voor
de B-spanning
Speling
Wanneer de
ketting naar het
tandwiel van de
3de versnelling
verplaatst wordt
Wanneer er geen
geluid hoorbaar is
Voor het verkrijgen van optimale prestaties van het SIS systeem,
regelmatig alle onderdelen van de overbrenging van smeerolie voorzien.
Trek de afstelbout aan totdat de
ketting terugkeert naar het
tandwiel van de 2de
versnelling(rechtsom).
Trek de afstelbout aan totdat de
ketting terugkeert naar het
tandwiel van de 2de
versnelling(rechtsom).
Afstelbout
RD-TX70/50
RD-FT30
RD-TX30
Optimale afstelling
De optimale afstelling is verkregen wanneer de ketting
een geluid maakt en het tandwiel van de 3de versnelling
raakt wanneer de schakelhendel juist ver genoeg wordt
ingedrukt om de speling in de hendel op te heffen.
* Druk de hendel in de oorspronkelijke stand terug (de hendel
staat dan in de 2de positie wanneer u uw vinger van de
hendel heeft afgenomen) en draai de crankarm. Indien de ketting dan nog
steeds bij het aanraken van het tandwiel van de 3de versnelling een geluid
maakt, de afstelbout een klein stukje losdraaien (rechtsom). Stop met draaien
op het punt waarbij er geen geluid meer hoorbaar is.
Bedien hendel om over te schakelen naar andere versnellingen en
controleer hierbij dat er in geen van de versnellingsstanden een
geluid hoorbaar is.
Afstelbout
RD-TX70/50
RD-FT30
RD-TX30
1
2
3
max.
hoek
Versnellingen
Tand-combinatie
Configuraties van tandwielvertandingen
76
14, 16, 18, 20, 22, 24, 34T
14, 16, 18, 20, 22, 24, 28T
13, 15, 17, 19, 21, 24, 34T
14, 16, 18, 21, 24, 34T
14, 16, 18, 21, 24, 28T
RD-TX70
Smartcage
7 / 6
43T
28-34T
11T
20T
RD-TX50
Smartcage
7 / 6
43T
28-34T
11T
20T
RD-TX30
Smartcage
7 / 6
43T
28-34T
11T
20T
Serie
Versnellingen
Schakelhendel
Ketting
Trapas-kabelgeleider
Rechts
Achter-derailleur
Buitenkabel
Vrijloopnaaf
Tourney
7-versnellingen
SL-RS43-7
CN-HG50
SM-SP18/SM-BT18
RD-TX70/RD-TX50
RD-TX30
SIS
MF-TZ37/HG50
MF-HG37/TZ07
6-versnellingen
SL-RS43-6
RD-TX70/RD-TX50
RD-TX30/RD-TY18
MF-HG40-6/HG22
MF-TZ06
7-versnellingen
SL-RS43-7
CN-HG50
SM-SP18/SM-BT18
RD-TX70/RD-TX50
RD-TX30
RD-FT30
SIS
MF-TZ37/TZ07
MF-HG50
6-versnellingen
SL-RS43-6
RD-TX70/RD-TX50
RD-TX30/RD-TY18
RD-FT30
MF-HG40-6/HG22
MF-TZ06
Montage van de schakelhendel
Overschakelen van de
versnellingen
Aantrekkoppel:
2 N·m {20 kgf·cm}
Stuur
Trappen wordt
zwaarder
Trappen wordt
lichter
3 mm inbussleutel
Handgreep
Monteer de remhendel in een positie waarbij de remwerking niet
gehinderd wordt.
Niet gebruiken in een combinatie die tot gevolg heeft dat de
remwerking gehinderd wordt.
Laat een ruimte over van 0,5 mm tussen
de Revo-schakelhendel en de handgreep.
RD-FT30
RD-FT30
RD-FT30
SS
7 / 6
17T
28T
11T
––
GS
6
34T
28T
14T
20T
SS
6
28T
28T
14T
13T
RD-TY18