11
Handelingen
1. Afspeelstanden
Er zijn verschillende afspeelstanden beschikbaar: REPEAT, REPEAT ALL, REPEAT ALBUM
Als u tijdens het afspelen op Herhalen (12, 32) drukt, kunt u kiezen tussen de volgende afspeelstanden:
01) Herhalen: Een enkel nummer wordt verschillende keren herhaald.
02) Alles herhalen: De gehele geluidsdrager wordt verschillende keren afgespeeld.
03) Album herhalen: Het gehele album wordt verschillende keren afgespeeld.
2. Vooruit nummers selecteren
Als het afspelen gestopt is: Druk op Cue (7, 42) om verder te gaan naar de volgende track.
Tijdens het invoeren van een programma-stand: Druk op Cue (7, 42) om door te springen naar
de volgende track in het geselecteerde programma.
In de afspeelstand, pauzeerstand, programma afspeelstand: Druk op Cue (7, 42) om door te
springen naar het volgende nummer tijdens normaal afspelen/pauzeren, naar het volgende
geprogrammeerde nummer tijdens geprogrammeerd afspelen/pauzeren.
Als de knop Cue (7, 42) wordt ingedrukt tijdens het laatste nummer, wordt doorgesprongen naar
het eerste nummer.
3. Achterwaarts nummers selecteren
Als het afspelen gestopt is: Druk op Rev (6, 41) om terug te gaan naar het vorige nummer.
Tijdens het invoeren van een programma-stand: Druk op Rev (6, 41) om terug te springen naar
het vorige nummer in het geselecteerde programma.
In de afspeelstand, pauzeerstand, programma afspeelstand: Druk op Rev (6, 41) om terug te
springen naar het volgende nummer tijdens normaal afspelen/pauzeren, naar het vorige
geprogrammeerde nummer tijdens geprogrammeerd afspelen/pauzeren.
Als de knop Rev (6, 41) wordt ingedrukt tijdens het eerste nummer, wordt doorgesprongen naar
het laatste nummer.
4. Vooruit mappen selecteren
Als het afspelen gestopt is: Druk op Map (22, 30) om verder te gaan naar de volgende map.
Tijdens het invoeren van een programma-stand: Druk op de knop Map (22, 30) om het huidige
bestand over te slaan en door te springen naar het eerste bestand van de volgende map.
Tijdens het afspelen: Druk op de knop Map (22, 30) om het huidige bestand over te slaan en het
eerste bestand van de volgende map af te spelen.
Als de knop Map (22, 30) wordt ingedrukt terwijl u in de laatste map bent, wordt de eerste map
geselecteerd.
5. Achterwaarts mappen selecteren
Als het afspelen gestopt is: Druk op de knop Map (23, 31) om terug te gaan naar de vorige map.
Tijdens het invoeren van een programma-stand: Druk op de knop Map (23, 31) om het huidige
bestand over te slaan en terug te springen naar het eerste bestand van de vorige map.
Tijdens het afspelen: Druk op de knop Map (23, 31) om het huidige bestand over te slaan en het
eerste bestand van de vorige map af te spelen.
Als de knop Map (23, 31) wordt ingedrukt terwijl u in de eerste map bent, wordt de laatste map
geselecteerd.
6. Afspelen starten
Druk op de knop Spelen/Pauzeren (11, 36) tijdens Stop of Pauze om het afspelen te starten.
Tijdens het afspelen van een track ziet het display eruit zoals op afbeelding 5.