De Dietrich CM2500 de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL
GEBRUIKSAANWIJZING
Diepvriezer
23
NL
Waarschuwing
Het koelmiddel dat in de kast gebruikt
wordt, is een brandbaar gas (isobutaan
R600a), en daarom moet u erop letten dat
het circuit en de buizen tijdens het vervoer
en de installatie niet beschadigd worden.
vuur te vermijden, goed door te luchten, als
de stekker in het stopcontact zit, deze eruit
te halen en uw leverancier te bellen.
De service mag uitsluitend door een
erkende servicemonteur uitgevoerd worden.
Oude kasten
Oude koelkasten en vriezers zijn vaak
voorzien van ingewikkelde sloten die
kunnen dichtslaan en dan alleen van buiten
af te openen zijn. Als u een dergelijk model
bezit en ter vernietiging aanbiedt, moet u
ervoor zorgen dat u het slot onklaar maakt.
Hierdoor voorkomt u dat spelende kinderen
zich erin kunnen opsluiten.
Verschroten
Deze kast bevat materialen die te
regenereren zijn. Bij verschroten moet u
de stekker van het snoer verwijderen en
het deksel demonteren. Een afgedankte
kast met deksel is levensgevaarlijk voor
spelende kinderen.
Neem de geldende milieubepalingen in
acht. De gemeentelijke technische dienst
kan u vertellen hoe het ophalen/afl everen
en hergebruik van dergelijke kasten in uw
gemeente gebeurt.
Voordat u begint
Voordat u uw nieuwe kast in gebruik neemt,
dient u de gebruiksaanwijzing grondig door
te nemen. De gebruiksaanwijzing bevat
belangrijke informatie over veiligheid,
installatie, werking en onderhoud. Bewaar
de gebruiksaanwijzing. U kunt hem later
misschien nog nodig hebben.
Controleer bij de ontvangst dat
de vriezer niet beschadigd is.
Transportbeschadigingen moeten aan
de handelaar gemeld worden voordat de
vrieskist in gebruik genomen wordt.
Verwijder de verpakking. Maak de kast van
binnen met een sopje van lauw water en
een zacht, ongeparfumeerd afwasmiddel
schoon. Met schoon water nawassen en
grondig afdrogen (zie onder reiniging).
Gebruik hiervoor een zachte doek.
Indien de vriezer in een koude omgeving
(kouder dan +5 °C) opgeslagen is geweest,
moet er een rustperiode van minstens 1 uur
in acht genomen worden voordat de kist in
gebruik genomen wordt.
Wanneer de vriezer met de smalle kant
naar boven getransporteerd is, moet hij ca.
12 uur in de normale stand staan voordat hij
mag worden aangesloten.
Inhoud
Uw vriezer leren kennen.................24
Installatie en ingebruikneming........25
Aansluitspanning.............................26
Bediening en functie.......................27
Toepassing.....................................29
Ontdooien.......................................30
Reiniging en onderhoud.................31
Fouten opsporen............................32
24
NL
Uw vriezer leren kennen
Handgreep
Verlichting
Afdichtstrip
Typeplaatje
Scheidswand/
dooiwateropvang
Mand
Invriesruimte
Ventilatierooster
Mechanisch
bedieningspaneel
Dooiwaterafvoer
Voet
g. 1
25
NL
Plaatsing
De vriezer mag om veiligheidsredenen niet
buiten geplaatst worden.
Plaats de vrieskist op een egale, vlakke en
stabiele onderlaag in een droge en goed
geventileerde ruimte (max. 75% relatieve
luchtvochtigheid).
Plaats de vrieskist niet dicht bij
verwarmingsbronnen als fornuizen of
radiatoren, en vermijd dat hij in direct
zonlicht of de warmte van een andere
verwarmingsbron staat.
Ruimtemperatuur
De temperatuurklasse staat op het
typeplaatje (zie fi g. 1 blz. 3 en fi g. 10 blz.
12). Hiermee wordt aangegeven onder
welke ruimtetemperaturen de vrieskist
optimaal werkt.
Tempera-
tuurklasse
Toegestane
ruimtetemperatuur
SN
+10 ºC tot +32 ºC
N
+16 ºC tot +32 ºC
ST
+18 ºC tot +38 ºC
T
+18 ºC tot +43 ºC
Als de ruimtetemperatuur onder het
Als de ruimtetemperatuur onder het
vriespunt is, zal de vriezer niet normaal
werken.
Ventilatie
Het is belangrijk dat de kist voldoende
ventilatie heeft en dat er boven, onder en
rondom de kist een vrije luchtcirculatie is.
Fig. 2 laat zien hoe de benodigde circulatie
rondom de vriezer bereikt wordt.
Installatie en ingebruikneming
100 mm
800 mm
20 mm
100 mm
Tussen de onderkant van de vriezer en de
vloer moet een tussenruimte van 15 mm
zijn.
BELANGRIJK!
Het ventilatierooster moet
vrij toegankelijk zijn (fi g. 3).
g. 2
g. 3
26
NL
De vrieskist is gemaakt voor aansluiting op
het wisselstroomnet. De aansluitwaarden
voor spanning (V) en frequentie (Hz) staan
op het typeplaatje achterop het apparaat
aangegeven. De kist moet op een eigen
stopcontact aangesloten worden.
Vervang de netkabel als deze
beschadigd is door een overeenkomstig
type dat de fabrikant of zijn
servicemonteur levert
.
Technische gegevens
Deze kist is in overeenstemming met de
bepalingen, richtlijnen en normen voor het
CE-merk.
Richtlijn laagspanning 73/23/EEG.
EMC richtlijn 89/336/EEG.
Richtlijn energiekeurmerk 92/75 en latere
toevoegingen 94/2 en 2003/66.
Richtlijn energierendement 96/57 en latere
toevoegingen.
Aansluitspanning
27
NL
SZ vrieskisten worden of mechanisch (fi g. 4) of elektronisch (fi g. 5) geregeld.
Bediening en functie
Mechanische regeling
Het bedieningspaneel bevat naast
de thermostaatknop (fi g. 4) twee
controlelampjes en een schakelaar. Er
kunnen kleine verschillen optreden in het
ontwerp van het paneel en de plaatsing van
de lampen ten opzichte van elkaar.
Het groene lampje brandt als de
stroomtoevoer in orde is.
Het rode lampje brandt als de
temperatuur in de vriezer hoger is dan de
thermostaatinstelling.
Het gele lampje brandt als de Supervries-
schakelaar ingedrukt is (zie onder
Supervries).
Akoestisch alarm (niet op alle modellen)
Er zal een akoestisch alarm luiden als het
rode lampje brandt. Wanneer de gele knop
geactiveerd wordt, zal het alarm uitgaan.
Inbedrijfstelling
Zet de stekker van de kist in het
stopcontact. Het groene lampje brandt
om aan te geven dat de vriezer op de
stroomnet is aangesloten. Het rode lampje
op het controlepaneel brandt omdat de
temperatuur in de vriezer nog niet laag
genoeg is.
g. 4
Temperatuurinstelling.
De temperatuur is in te stellen door de
thermostaatknop van 1 naar 6 te draaien.
Aangeraden wordt hierbij een munt te
gebruiken. Hoe dichter de thermostaatknop
bij 6 komt, des te lager de temperatuur. De
juiste instelling wordt gevonden door de
temperatuur op het bovenste pak middenin
de vriezer te meten. De temperatuur dient
niet hoger te zijn dan –18 °C.
Supervries
Bij het invriezen van meer dan 3 kg doet u
als volgt:
1. Druk op de Supervries-knop
(het gele lampje gaat branden).
De vriezer werkt nu op hoogste
capaciteit (de compressor werkt
onafgebroken).
2. Activeer Supervries 24 uur voordat
de producten in de vriezer gelegd
worden.
3. Leg de levensmiddelen in de
vriezer en laat deze nog 24 uur op
Supervries staan.
4. Zet de knop daarna weer uit (het
gele lampje gaat uit).
28
NL
Elektronische regeling
De elektronische regeling heeft de volgende
functies:
Temperatuurinstelling
Temperatuuraanduiding
Akoestische en visuele alarmen
Supervries
Inbedrijfstelling
De stroom aansluiten. De elektroniek
voert zelf een test uit terwijl het
temperatuurdisplay (fi g. 5) de verschillende
temperaturen kortstondig aangeeft. Het
gele en rode lampje knipperen en er klinkt
een akoestisch alarm. Het gele lampje gaat
uit. Druk op alarm en het akoestische alarm
zal uitgaan.
De temperatuur is op de fabriek op –18
°C ingesteld. Deze temperatuur is ideaal
voor het langdurig en stroombesparend
opslaan van diepvriesproducten. De
temperatuur moet alleen lager ingesteld
worden als er vaak diepvriesproducten
ingelegd en uitgehaald worden en de
omgevingstemperatuur hoog is.
Temperatuurinstelling.
De temperatuur is instelbaar van –28 °C
tot –18 °C. Druk op °C en de gekozen
temperatuur verschijnt op het display. Druk
totdat de gewenste temperatuur verschijnt.
De laatst ingestelde waarde wordt
automatisch opgeslagen.
g. 5
Supervries
Supervries
Aanbevolen wordt om supervries te
Aanbevolen wordt om supervries te
gebruiken bij het invriezen van grotere
hoeveelheden.
Druk op de supervries-knop (Super)
waardoor het invriezen geactiveerd wordt.
Een gele, knipperende lichtdiode geeft aan
dat de supervriesfunctie ingeschakeld is. De
vriezer werkt nu op de hoogste capaciteit
(de compressor werkt onafgebroken).
De automatische temperatuurregeling
(de thermostaat) is buiten werking
wanneer Supervries geactiveerd is. De
temperatuur daalt tot een lager niveau.
Activeer Supervries max. 24 uur voordat
Activeer Supervries max. 24 uur voordat
de levensmiddelen in de vriezer gelegd
worden. Na 26 uur slaat Supervries
automatisch uit.
Vergeet niet eerst Supervries uit te
schakelen en weer te activeren wanneer de
levensmiddelen in de vriezer geplaatst zijn.
Alarm bij te hoge temperatuur
Als de vriezer de ingestelde temperatuur
Als de vriezer de ingestelde temperatuur
met meer dan 4 °C overschrijdt, zal het
rode alarmlampje in het display gaan
knipperen. Er zal ook een akoestisch alarm
klinken. Als de temperatuur weer daalt,
zullen het visuele en het akoestische alarm
niet verdwijnen. Druk op de alarmknop en
het akoestische alarm zal uitgaan. Het rode
alarmlampje knippert zolang het te warm in
de vriezer is.
29
NL
Toepassing
De vriezer
De vrieskist is een viersterren vriezer die
goedgekeurd is voor het invriezen en
bewaren van diepvriesproducten.
Invriezen
Om een goede kwaliteit van de producten
te behouden moeten ze zo snel mogelijk tot
–18 °C ingevroren worden.
–18 °C ingevroren worden.
De invriescapaciteit staat in kg/24 uur op
het typeplaatje (zie fi g. 1 blz. 3 en fi g. 10
blz. 16).
Als u de supervries-knop gebruikt, wordt
Als u de supervries-knop gebruikt, wordt
de temperatuur tot –25 °C verlaagd. Als
u meer dan 3 kg wilt invriezen, moet u de
supervries-knop ca. 24 uur van tevoren
activeren.
Bij kleine hoeveelheden is het voldoende
dit een paar uur van tevoren te doen of
wanneer u de producten in de vriezer legt.
U hoeft de supervries-knop niet te
gebruiken als u ingevroren producten in de
vriezer legt, en ook niet als het maar een
paar kleine pakjes zijn.
Gebruik alleen verse levensmiddelen
van goede kwaliteit. Vlees, pluimvee,
vis, groente, fruit, zuivelproducten en
toebereide gerechten zijn voor invriezen
geschikt. Levensmiddelen met een hoog
vochtgehalte zoals sla, radijzen, grapefruit,
hele appelen, komkommers en peren zijn
niet geschikt om in te vriezen.
Verpak de levensmiddelen in luchtdichte
dozen, vrieszakjes en dergelijke. Zorg
ervoor dat de porties praktisch zijn.
Vries geen porties groenten en vlees in
groter dan 2,5 kg. Zorg ervoor dat de
verpakkingen droog zijn, zodat ze niet aan
elkaar vriezen. Leg indien mogelijk de in
te vriezen producten zó dat ze niet met
elkaar in aanraking komen, dan verloopt het
invriesproces sneller. Druk de lucht uit de
verpakking; hierdoor wordt voorkomen dat
de inhoud op de buitenkant uitdroogt.
Leg de in te vriezen producten in de
invriesruimte of verdeel ze langs de
binnenwanden van de vriezer.
Vergeet niet inhoud, hoeveelheid en
datum op de verpakking te noteren. U
kunt de levensmiddelen met voordeel in
“categorieën” opdelen. Dat wil zeggen
groenten op één plek, vlees op een andere
plek enz.
Stapel de levensmiddelen niet hoger
dan 5 mm onder de onderzijde van het
deksel.
Levensmiddelen die in de manden liggen,
zijn zichtbaar en gemakkelijk toegankelijk
(fi g. 6).
Ontdooien
Ontdooi ingevroren groenten en fruit niet
voor gebruik, maar leg ze meteen in kokend
water.
Vlees dat moet ontdooien, kan het beste de
dag tevoren in de koelkast gelegd worden.
Dit is het meest hygiënisch en de kwaliteit
van het vlees blijft hierdoor beter.
NB:
Vries geen glazen fl essen en doosjes
in die koolzuurhoudende vloeistoffen
bevatten want ze kunnen ontploffen.
g. 6
30
NL
zwakke oplossing van water en
ongeparfumeerd afwasmiddel schoon.
Droog hem met een zachte doek af.
8. Schakel de stroom in. De supervries-
knop kan ingeschakeld worden als
er veel levensmiddelen teruggelegd
moeten worden.
9. U kunt de levensmiddelen ca. 5
minuten nadat de kist ingeschakeld is
weer in de vriezer leggen.
Vergeet niet de dooiwaterafvoer weer af te
sluiten.
De producten en het in de lucht aanwezige
vocht veroorzaken op den duur rijp- en
ijsvorming in de kist. Een dun laagje rijp
of ijs heeft geen invloed op de functie
van de vriezer, maar hoe dikker de laag,
deste hoger het energieverbruik. Wat losse
rijp kunt u met een kunststof schraper
verwijderen.
Gebruik nooit elektrische apparaten
of andere scherpe voorwerpen omdat
dit de inwendige delen in de kist kan
beschadigen.
Wanneer de laag rijp of ijs 4-5 mm dik
is, moet de vriezer ontdooid worden.
Aangeraden wordt de vriezer te ontdooien
Aangeraden wordt de vriezer te ontdooien
als er weinig of geen producten in zitten.
Doe dit als volgt.
1. Druk 4-5 uur voordat u de kist wilt
ontdooien op de supervries-knop. Dan
zijn de producten kouder (ca. –25 °C)
en blijven langer bevroren buiten de
vriezer (zie punt 3).
2. Schakel de stroom uit.
3. Verwijder de levensmiddelen. Bewaar
ze in de koelkast of goed ingepakt,
zodat ze zo weinig mogelijk ontdooien.
4. Laat het deksel open staan.
5. Zet de scheidswand onder de
dooiwaterafvoer.
6. Zet een schaal warm water (niet
kokend) in de vriezer, sluit het deksel
ca. 30 minuten en verwijder daarna de
rijplaag met de kunststofschraper.
7. Hou de dooiwateropvang tijdens het
ontdooiproces in de gaten om water
op de vloer te vermijden. Dek de
vloer rond de dooiwaterafvoer af om
de vloer tegen ijs en waterdruppels
te beschermen. Maak de vriezer
als het ijs gesmolten is, met een
Ontdooien
g. 8
31
NL
Reinigen
Haal vóór het reinigen de stekker uit
het contact en verwijder al het losse
toebehoren.
U kunt de kist het beste reinigen met een
sopje van water en wat ongeparfumeerd
afwasmiddel (max. 85 ºC). Gebruik
geen schurende reinigingsmiddelen.
Gebruik hiervoor een zachte doek. Met
schoon water nawassen en grondig
afdrogen. Voorkom dat er water in het
bedieningspaneel dringt.
Maak de afdichtstrip rondom het deksel
regelmatig schoon om verkleuren te
voorkomen en een lange levensduur
te waarborgen. Gebruik schoon water.
Controleer nadat u de strip schoongemaakt
heeft, of het deksel nog dicht sluit.
Zorg ervoor dat het ventilatierooster vrij van
stof en vuil is. Reinig het met de stofzuiger.
Zet, indien u een tijd lang op reis bent,
de stroom uit, trek de stekker uit het
stopcontact, leeg de kast, maak hem
schoon en laat het deksel openstaan om
luchtjes te vermijden.
Reiniging en onderhoud
max.
15 W
Spaar energie
- Koel warm eten en dranken af voordat u
ze in de vrieskast plaatst.
- Laat bevroren levensmiddelen in de
koelkast ontdooien.
- Hou het deksel zo veel mogelijk gesloten.
- Controleer regelmatig dat het deksel dicht
afsluit
- Installeer de vriezer in een koele (min. 5
°C) en goed geventileerde ruimte.
- Leg bevroren levensmiddelen in de
koelkast terwijl de vriezer ontdooid wordt.
- Ontdooi de vriezer voordat de rijplaag te
dik wordt.
g. 9
De gloeilamp vervangen
1. Haal de stekker uit het stopcontact.
2. Demonteer het beschermkapje (fi g. 9).
Klem het beschermkapje samen zodat
deze loskomt van de twee clips.
3. Vervang de gloeilamp(en).
4. Monteer het beschermkapje weer en
steek de stekker in het stopcontact.
32
NL
Fouten opsporen
Fout
Mogelijke oorzaak
Verhelpen
Geen van de
controlelampjes
branden.
De vriezer staat uit.
Stroomstoring; de zekering is
doorgeslagen; de stekker zit niet
goed in het stopcontact.
Controleer stekker en contact.
Controleer of de stroom is
ingeschakeld.
De zekering moet aan staan.
De temperatuur in de
vriezer is te hoog
Het ventilatierooster is geblokkeerd.
Het deksel van de vriezer is niet goed
gesloten.
Er zijn meer invriesproducten tegelijk
in de kist gelegd dan de capaciteit
kan klaren.
Veel rijp- en ijsvorming.
De thermostaat is te warm afgesteld.
Zorg ervoor dat de luchtcirculatie niet
verhinderd wordt.
Sluit het deksel en wacht een paar
uur.
Wacht een paar uur.
Ontdooi de vriezer.
Zet de thermostaat kouder.
De temperatuur in de
vrieskist is te laag.
De Supervries-functie is
ingeschakeld.
De thermostaat is te koud afgesteld.
Het deksel stoot tegen producten in
de vriezer.
Schakel de Supervries-functie uit.
Zet de thermostaat warmer.
Verplaats de producten en controleer
dat het deksel goed afsluit.
De vriezer rijpt
overmatig.
De ruimte is erg vochtig.
De producten geven vocht af.
Lucht de ruimte regelmatig door of
verplaats de vriezer naar een ruimte
met minder vocht.
Pak de producten beter in.
Het deksel kan niet
openen.
Onderdruk in de vriezer.
Wacht 2-3 minuten totdat de
onderdruk verdwenen is en probeer
het nog eens.
Trillingen en ongewoon
lawaai.
De vriezer staat niet op een egaal
vlak.
De vriezer staat niet vrij.
Manden of de scheidswand zitten los.
Plaats de vrieskist op een egale,
vlakke en stabiele onderlaag.
Verwijder de vriezer van meubelen of
andere apparaten.
Controleer de verplaatsbare delen en
zet ze weer terug.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

De Dietrich CM2500 de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor