Trek altijd de stekker uit het stopcontact als het systeem niet wordt gebruikt. Gebruik altijd de stekker
om het netsnoer uit het stopcontact te halen. Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
netsnoer te trekken.
Zorg ervoor dat de aardekabel van het apparaat altijd is aangesloten op de aarde van het
elektrische systeem.
Voorkom blootstelling aan vuur en plaats het apparaat niet in de buurt van ontvlambare vloeistoffen
of gassen.
Vermijd aardlussen! Zorg dat de eindversterkers en het mengpaneel altijd op hetzelfde elektrische
circuit zijn aangesloten, om te zorgen dat deze met dezelfde fase werken.
Plaats uw apparatuur niet te dicht in de buurt van een tv, mobiele telefoon enzovoort, omdat deze
radiofrequentie-interferentie kunnen veroorzaken.
Zet altijd uw versterker uit voordat u de aardeaansluiting verandert.
Voordat u het netsnoer aansluit, controleert u of de AAN/UIT-schakelaar in de UIT-stand staat.
Controleer voor het in- of uitschakelen of de versterkers van het geluidssysteem zijn uitgeschakeld of
het volume uit is. Hiermee voorkomt u signaalpieken, die vervelend en soms gevaarlijk zijn (met
name voor luidsprekers).
Sluit dit apparaat niet aan op een dimmerpack.
Biedt geen sterker signaalniveau aan op de ingangen dan nodig is om het volle vermogen uit de
apparatuur te krijgen.
Steek geen voorwerpen in de ventilatieopeningen.
Maak dit apparaat niet open. Risico: blootstelling aan gevaarlijke straling.
Schakel het systeem niet snel achter elkaar aan en uit, dit kan de levensduur van het apparaat
verkorten.
Extreme frequentieversterkingen in combinatie met een krachtig ingangssignaal kan de apparatuur
overbelasten. Indien dit gebeurt, moet u het ingangssignaal verminderen met de INPUT-besturing.
Gebruik bij vervanging alleen zekeringen van hetzelfde type en dezelfde klasse.
Als het apparaat is gevallen of een klap heeft opgelopen, moet u onmiddellijk de stekker uit het
stopcontact halen. Laat het apparaat voor gebruik nakijken door een gekwalificeerde technicus.
Schakel het systeem niet onmiddellijk in nadat het is blootgesteld aan grote
temperatuurschommelingen (bv. na transport). Condens kan het systeem beschadigen. Laat het
systeem uitgeschakeld op kamertemperatuur komen.
Zorg ervoor dat de netspanning niet hoger is dan de spanning die op de achterzijde staat vermeld.
Zorg ervoor dat het netsnoer niet bekneld raakt en gebruik het snoer niet als het is beschadigd.
Controleer van tijd tot tijd het apparaat en het netsnoer.
Zorg ervoor dat de signalen naar het mengpaneel gebalanceerd zijn, anders kan er een gebrom
ontstaan.
Zorg dat er aan alle kanten van het systeem voldoende ruimte is voor ventilatie.
Zorg ervoor dat u geen verkeerde of defecte kabels gebruikt.
Zorg ervoor dat u DI's gebruikt voor het balanceren van niet-gebalanceerde signalen; alle
binnenkomende signalen zouden helder moeten zijn.
Zorg ervoor dat de voedingskabel nooit in contact komt met andere kabels! Wees bijzonder
voorzichtig met de voedingskabel en alle aansluitingen met netspanning!
Verwijder nooit waarschuwingen of informatiestickers van het apparaat.
Dek de aardeaansluiting nooit af.
Gebruik het apparaat alleen binnenshuis en voorkom contact met water of andere vloeistoffen.
Zorg ervoor dat u de aan-uitschakelaar uitschakelt bij het vervangen van de voedingskabel of een
signaalkabel, of selecteer de schakelaar van de inputstand.
Voorkom vervorming! Zorg ervoor dat alle apparaten die zijn aangesloten op de Odin voldoende
vermogen hebben. Als dat niet het geval is, kan vervorming optreden omdat de onderdelen met
meer dan hun maximale vermogen worden belast.
Reparaties, onderhoud en elektrische aansluitingen dienen uitsluitend te worden uitgevoerd door
een gekwalificeerde technicus.
Soms moet u een signaalverdeler gebruiken om een enkel signaal naar meer dan een versterker te
sturen.
De beste manier om aardlussen te voorkomen is om de aarde van het elektrische systeem op één
centraal punt ('stervormig systeem') aan te sluiten. In dit geval kan het mengpaneel het centrale
punt zijn.