Sony CCD TR3200E de handleiding

Categorie
Camcorders
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

3-861-893-43 (1)
Video Camera
Recorder
Mode d’emploi
Avant la mise en service de cet appareil, prière de lire attentivement le mode
d’emploi et de le conserver pour toute référence future.
Gebruiksaanwijzing
Lees, alvorens het apparaat in gebruik te nemen, de
gebruiksaanwijzing aandachtig door en bewaar deze voor
eventuele naslag.
©1998 by Sony Corporation
CCD-TR3200E
2
Français
Bienvenue!
Félicitations pour l’achat de ce camescope
Handycam Sony. Il vous permettra de saisir des
moments précieux de la vie et vous garantira une
image et un son de très grande qualité.
Le camescope Handycam présente de
nombreuses fonctions élaborées, mais il est facile
de s’en servir. Très vite, vous serez à même de
produire vos propres vidéogrammes que vous
regarderez encore avec plaisir dans les années à
venir.
AVERTISSEMENT
Pour éviter tout risque d’incendie ou de
décharge électrique, ne pas exposer cet
appareil à la pluie ou à l’humidité.
Pour éviter tout risque de décharge électrique,
ne pas ouvrir le coffret de cet appareil et ne
confier son entretien qu’à une personne
qualifiée.
Nederlands
Welkom!
Gefeliciteerd met uw aankoop van deze Sony
Handycam videocamera/recorder. Met uw
Handycam “camcorder” kunt u alle amusante
voorvallen of dierbare momenten in ‘t leven
natuurgetrouw registreren, in fraai helder beeld
en geluid.
Uw Handycam biedt vele geavanceerde functies,
maar is desondanks bijzonder eenvoudig te
bedienen. Hiermee kunt u in zeer korte tijd
videoproducties van uitstekende kwaliteit
samenstellen, waar u jarenlang van zult kunnen
genieten.
WAARSCHUWING
Stel dit apparaat niet bloot aan regen of vocht,
om gevaar voor brand of een elektrische schok
te voorkomen.
Open om dezelfde reden ook niet de
behuizing.
Laat reparaties aan de erkende vakhandel
over.
Bij dit produkt zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
4
Nederlands
Inhoudsopgave
Voor ingebruikname
Overzicht en wenken vooraf................................. 5
Controleren van het bijgeleverd toebehoren ...... 6
Om te beginnen
Installeren en opladen van het batterijpak ......... 7
Plaatsen van een videocassette ........................... 11
Basisbediening
Opnemen met de camera..................................... 12
In- en uit-zoomen............................................... 14
Keuze van de START/STOP
opnametoetsfunctie ........................................ 16
Wenken voor betere opnamen............................ 17
Controleren van de opgenomen beelden .......... 19
Aansluitingen voor video-weergave ................. 20
Afspelen van een videocassette .......................... 22
Uitgebreide bedieningsfuncties
Diverse mogelijkheden voor stroomvoorziening
........................................................................... 26
Gebruik op stroom van het lichtnet ................ 26
Wijzigen van de oorspronkelijke menu-
instellingen ......................................................... 28
– voor camera-opname –
In- en uitfaden met de FADER functie .............. 33
Maken van stilstaande foto-opnamen ............... 36
Gebruik van de breedbeeld-opnamefunctie ..... 38
Dubbelbeeld van een stilstaand beeld over
bewegende beelden heen.................................. 40
Een reeks stilstaande beelden achtereen opnemen
........................................................................... 41
Bewegende beelden invoegen in een helder deel
van een stilstaand beeld.................................... 42
Opnemen met langzaam vervagende nabeelden
........................................................................... 44
Beelden met de sfeer van oude speelfilms ....... 45
Diverse beeldeffecten ........................................... 46
Een titel in beeld opnemen.................................. 48
Samenstellen van uw eigen titelbeelden ........... 50
Invoegen van nieuwe beelden in bestaande
video-opnamen .................................................. 51
Opnemen met de datum of tijd in beeld ........... 53
Controleren van de band voor opname (ORC)
........................................................................... 54
Uitschakelen van de STEADY SHOT
beeldstabilisatie.................................................. 55
– voor handmatige instellingen –
Keuze uit automatische of handmatige
instellingen ......................................................... 57
Handmatig scherpstellen .................................... 58
Gebruik van de PROGRAM AE
belichtingsprogramma’s ................................... 60
Betreffende de PROGRAM AE functies ......... 60
Diafragma-voorkeuze ....................................... 61
Sluitertijd-voorkeuze......................................... 62
Schemer/maanlicht-programma..................... 64
Handmatige instellingen ..................................... 65
Opnemen met langzame sluitertijden ............... 68
Tips voor het handmatig instellen ..................... 69
Opnemen bij tegenlicht........................................ 71
Bijregelen van de helderheid van het beeld ..... 72
Instellen van de kleurbalans ............................... 73
– voor weergave/montage van
video-opnamen –
Digitale beeldeffecten tijdens weergave............ 77
Opzoeken van de eerste opname van een
bepaalde dag ...................................................... 78
Terugkeren naar een eerder vastgelegd punt .. 80
Opzoeken van een gemarkeerd indexpunt ...... 81
Aanbrengen van de RC tijdcode op een eerder
opgenomen cassette........................................... 86
Monteren van video-opnamen naar een andere
videocassette....................................................... 88
Aanvullende informatie
Vervangen van de lithiumbatterij in de
camcorder ........................................................... 89
Instellen van de datum en tijd ............................ 91
Gelijkzetten van de klok in een andere tijdzone
........................................................................... 92
Diverse cassettes en weergavefuncties.............. 93
Tips voor gebruik van het batterijpak ............... 95
Onderhoud en voorzorgsmaatregelen .............. 99
Gebruik van uw camcorder in het buitenland
......................................................................... 104
Verhelpen van storingen ................................... 109
Zelfdiagnose-aanduidingen .............................. 114
Technische gegevens .......................................... 116
Plaats en functie van de bedieningsorganen .. 117
Waarschuwingsaanduidingen.......................... 126
Index .................................................. Achteromslag
5
Avant de commencer Voor ingebruikname
[a] [b]
Avant de commencer
Comment utiliser ce
manuel
Dans ce mode d’emploi, les touches et réglages
sont toujours indiqués en majuscules.
Par ex. Réglez l’interrupteur POWER sur
CAMERA.
Chaque opération est confirmée par un signal
sonore.
Remarque concernant les
standards de télévision couleur
Les standards de télévision couleur sont
différents d’un pays à l’autre. Si vous voulez
regarder vos enregistrements sur un téléviseur, il
vous faut un téléviseur PAL.
Précaution concernant les
droits d’auteur
Les émissions de télévision, les films, les cassettes
vidéo et autres enregistrements peuvent être
protégés par des droits d’auteur.
La copie non autorisée de ces enregistrements
peut être contraire aux lois sur la propriété
artistique.
Précautions concernant
l’entretien du camescope
Evitez de mouiller le camescope. Protégez-le de
la pluie ou de l’eau de mer. La pluie et l’eau de
mer peuvent provoquer des dégâts parfois
irréparables. [a].
Ne jamais exposer le camescope à des
températures supérieures à 60°C (140°F),
comme en plein soleil ou dans une voiture
garée au soleil. [b].
Voor ingebruikname
Overzicht en wenken
vooraf
Bij het doorlezen van deze gebruiksaanwijzing
zult u de namen van toetsen of regelaars en hun
instellingen op de camcorder in hoofdletters
vermeld zien.
Bijvoorbeeld: Zet de POWER schakelaar in de
“CAMERA” stand.
Bij bepaalde bedieningsfuncties kunnen er ter
waarschuwing één of meer pieptonen klinken.
Verschillende televisie-
kleursystemen
In verschillende landen en werelddelen wordt
gebruik gemaakt van verschillende TV-
kleursystemen. Om de videobeelden van deze
camcorder op uw TV-scherm te kunnen bekijken,
dient het TV-toestel geschikt te zijn voor het PAL
kleursysteem.
Betreffende het auteursrecht
Televisieprogramma’s, films, videobanden en
ander beeldmateriaal kunnen door het
auteursrecht zijn beschermd.
Het zonder toestemming opnemen van dergelijk
materiaal kan derhalve strafbaar zijn.
Voorzorgen bij gebruik van de
camcorder
Laat de camcorder niet nat worden. Houd de
camcorder altijd uit de regen en vrij van
opspattend water, vooral zeewater. Water in
het inwendige kan storing veroorzaken, soms
zodanig dat reparatie niet meer mogelijk is. [a]
Laat de camcorder nooit achter op plaatsen
waar de temperatuur tot boven de 60°C kan
oplopen, zoals op een vensterbank in de volle
zon of in een auto die in de zon geparkeerd
staat. [b]
6
1
23
456
7
8
9
1 Télécommande sans fil (1) (p. 121)
2 Adaptateur secteur AC-L10A/L10B/L10C (1),
Cordon d’alimentation (1) (p. 9, 26)
3 Batterie rechargeable NP-F330 (1) (p. 8, 26)
4 Pile au lithium CR2025 (1) (p. 89)
En place dans le camescope.
5 Piles R6 (format AA) pour la télécommande
(2) (p. 122)
6 Cordon de liaison audio/vidéo (1) (p. 21)
7 Bandoulière (1) (p. 123)
8 Adaptateur de prise péritel (21 broches) (1)
(p. 21)
9 Bouchon d’objectif (1) (p.12, 75)
Le bouchon d’objectif est déjà posé sur le
camescope.
Aucune compensation ne pourra être accordée
si la lecture ou l’enregistrement d’une cassette
vidéo ont été impossibles en raison d’un
mauvais fonctionnement du camescope, de la
cassette ou d’un autre problème.
1 Draadloze afstandsbediening (1) (blz. 121)
2 AC-L10A/L10B/L10C netspanningsadapter
(1), Netsnoer (1) (blz. 9, 26)
3 NP-F330 batterijpak (1) (blz. 8, 26)
4 CR2025 lithiumbatterij (1) (blz. 89)
De lithiumbatterij hoort reeds in uw
camcorder aanwezig te zijn.
5 R6 (AA-formaat) batterijen voor de
afstandsbediening (2) (blz. 122)
6 Audio/video aansluitsnoer (1) (blz. 21)
7 Schouderband (1) (blz. 123)
8 21-polige verloopstekker(1) (blz. 21)
9 Lensdop(1) (blz. 12, 75)
Deze lensdop hoort op uw camcorder
aanwezig te zijn.
De kosten van verloren gegane video-
opnamen kunnen niet worden vergoed, ook
niet als er bij opnemen of weergeven iets
misgaat door een storing in de camcorder, de
videocassette e.d.
Vérification des
accessoires fournis
Vérifiez si tous les accessoires suivants sont
fournis avec le camescope.
Controleren van het
bijgeleverd
toebehoren
Controleer of de volgende accessoires alle in de
verpakking van de camcorder aanwezig zijn.
7
Préparatifs Om te beginnen
1
2
Avant d’utiliser le camescope, vous devez mettre
la batterie rechargeable en place puis la
recharger.
Ce camescope fonctionne avec une batterie
“InfoLITHIUM”seulement.
“InfoLITHIUM” est une marque de fabrique de
Sony Corporation.
Mise en place de la batterie
(1) Tout en appuyant sur BATT RELEASE, faites
glisser le cache-bornes dans le sens de la
flèche.
(2)Insérez la batterie dans le sens du repère $
inscrit sur la batterie et faites-la glisser vers le
bas jusqu’à ce qu’elle s’enclenche sur le levier
de libération. Un déclic est audible.
Veillez à bien fixer la batterie au camescope.
Préparatifs
Mise en place et
recharge de la batterie
Remarque sur la batterie
Ne saisissez pas le camescope par la batterie
rechargeable.
Om te beginnen
Installeren en opladen
van het batterijpak
Alvorens u de camcorder in gebruik kunt nemen,
dient u eerst het batterijpak op te laden en te
installeren.
Deze camcorder werkt uitsluitend met een
“InfoLITHIUM” batterijpak.
De naam “InfoLITHIUM” is een handelsmerk
van Sony Corporation.
Installeren van het batterijpak
(1)Druk op de BATT RELEASE ontgrendelknop
en schuif het deksel van het batterij-
aansluitvlak in de richting van de pijl.
(2)Plaats het batterijpak op de camcorder in de
richting van het $ pijltje op het batterijpak.
Schuif het batterijpak omlaag tot dit het
vergrendelnokje pakt en vastklikt.
Controleer of het batterijpak stevig aan de
camcorder vast zit.
Voorzichtig met het geplaatste batterijpak
Til de camcorder in geen geval aan het
batterijpak op.
BATT RELEASE
8
Mise en place et recharge de la
batterie
Recharge de la batterie
Rechargez la batterie sur une surface plane, sans
vibrations. La batterie a été un peu rechargée en
usine.
(1)Ouvrez le cache de la prise DC IN et branchez
l’adaptateur secteur fourni sur la prise DC IN
avec le repère 4 sur la fiche dirigé vers le
haut.
(2)Raccordez le cordon d’alimentation secteur à
l’adaptateur secteur.
(3)Raccordez le cordon d’alimentation secteur à
une prise secteur.
(4)Réglez l’interrupteur POWER sur OFF (arrêt).
La capacité restante de la batterie est indiquée
en minutes sur l’afficheur. La recharge
commence.
Quand l’indicateur de capacité restante de la
batterie devient ı , la recharge normale est
terminée. Pour une recharge complète qui vous
permettra d’utiliser le camescope plus
longtemps, laissez la batterie en place pendant
une heure quand la recharge normale est
terminée, jusqu’à ce que FULL apparaisse sur
l’afficheur.
Avant d’utiliser le camescope avec la batterie
rechargeable, débranchez l’adaptateur secteur de
la prise DC IN du camescope. Vous pouvez
utiliser la batterie rechargeable même si elle n’est
pas complètement chargée.
Installeren en opladen van het
batterijpak
Opladen van het batterijpak
Plaats het batterijpak voor opladen op een
stabiel, horizontaal oppervlak dat niet bloot staat
aan trillingen. Vóór aflevering vanaf de fabriek is
het batterijpak al een beetje opgeladen.
(1)Open het dekseltje van de DC IN
gelijkstroomingang en sluit hierop het snoer
van de bijgeleverde netspanningsadapter aan,
met het 4 pijltekentje van de stekker boven.
(2)Sluit het netsnoer aan op de
netspanningsadapter.
(3)Steek de netsnoerstekker in het stopcontact.
(4)Schuif de POWER schakelaar in de “OFF”
stand. De resterende gebruiksduur in minuten
van het batterijpak wordt in het uitleesvenster
aangegeven. Vervolgens begint het opladen.
Wanneer de ı spanningsindicator geheel
oplicht, is het batterijpak grotendeels opgeladen
(normale lading). Om het batterijpak volledig op
te laden, zodat u het langer dan gemiddeld kunt
gebruiken, laat u het batterijpak na het normale
opladen nog ongeveer een uur langer op de
netspanningsadapter zitten totdat de aanduiding
“FULL” in het uitleesvenster verschijnt
(volledige lading).
Alvorens u de camcorder kunt gebruiken op
stroom van het batterijpak, dient u eerst het
snoer van de netspanningsadapter los te maken
van de DC IN gelijkstroomingang van de
camcorder. Desgewenst kunt u het batterijpak
ook al gaan gebruiken voor het volledig
opgeladen is.
POWER
CAMERA
PLAYER
OFF
9
Préparatifs Om te beginnen
Remarques
“– – – min” apparaît dans l’afficheur pendant
que le camescope calcule le temps de batterie
restant.
L’indication de temps restant dans l’afficheur
donne le temps de tournage approximatif. Elle
doit servir à titre indicatif seulement, car elle
peut différer du temps réel.
La forme de la fiche du cordon d’alimentation
secteur et la forme de la prise de l’adaptateur
secteur sont légèrement différentes, mais la
connexion et l’alimentation s’effectuent sans
problème.
Veillez à brancher à fond la fiche du cordon
d’alimentation secteur dans la prise de
l’adaptateur secteur pour qu’elle soit bien
bloquée. Il peut y avoir un jeu entre la fiche du
cordon d’alimentation secteur et la prise de
l’adaptateur secteur, mais cela n’affecte pas le
fonctionnement de l’adaptateur secteur.
Temps de recharge
Batterie rechargeable
Temps de recharge* (min.)
NP-F330 (supplied) 150 (90)
NP-F530/F550 210 (150)
NP-F730/F750 300 (240)
NP-F930/F950 390 (330)
Le temps requis pour une recharge normale est
indiqué entre parenthèses.
* Temps approximatif en minutes pour recharger
une batterie vide avec l’adaptateur secteur
fourni. (A basse température, le temps de
recharge est supérieur.)
Mise en place et recharge de la
batterie
Installeren en opladen van het
batterijpak
Opmerkingen
Terwijl de camcorder de resterende
gebruiksduur van de batterij berekent, geeft het
uitleesvenster “– – – min” aan.
•De resterende batterijspanning die u in het
uitleesvenster ziet, geeft ongeveer de
beschikbare opnameduur bij gebruik van de
zoeker aan. Gebruik deze aanduiding als
richtlijn. De feitelijk beschikbare opnameduur
kan wel eens anders uitvallen.
De vorm van de netsnoerstekker kan ietwat
afwijken van de aansluitbus van de
netspanningsadapter, maar dit staat een goede
aansluiting en stroomvoorziening niet in de
weg.
Steek de stekker van het netsnoer zo ver
mogelijk in de aansluitbus van de
netspanningsadapter, voor een stevige
aansluiting. Ook al blijft er ietwat ruimte open
tussen de netsnoerstekker en de aansluitbus,
mits de aansluiting stevig is zal dit geen
invloed hebben op de doeltreffende werking
van de netspanningsadapter.
Oplaadtijd
Batterijpak Oplaadtijd * (minuten)
NP-F330 (bijgeleverd) 150 (90)
NP-F530/F550 210 (150)
NP-F730/F750 300 (240)
NP-F930/F950 390 (330)
De tijd die benodigd is voor het normale
(grotendeels) opladen staat tussen haakjes
aangegeven.
* Tijd in minuten bij benadering, die benodigd is
voor het volledig opladen van een leeg
batterijpak, met de bijgeleverde
netspanningsadapter. (Bij lage temperaturen zal
het opladen langer duren.)
10
BATT RELEASE
Mise en place et recharge de la
batterie
Autonomie de la batterie
Batterie
Temps Temps
rechargeable
d’enregistrement d’enregistrement
en continu* normal**
NP-F330
(fournie)
100 (90) 50 (45)
NP-F530 165 (150) 85 (75)
NP-F550 200 (180) 105 (95)
NP-F730 335 (300) 175 (155)
NP-F750 410 (365) 215 (190)
NP-F930 535 (480) 280 (250)
NP-F950 630 (570) 330 (300)
Les chiffres entre parenthèses indiquent le temps
quand vous utilisez une batterie normalement
rechargée.
L’autonomie de la batterie sera inférieure si vous
utilisez le camescope dans un environnement
froid.
* Temps approximatif d’enregistrement continu
à 25°C (77°F).
** Temps approximatif d’enregistrement en
minutes avec interruption d’enregistrement,
zooming et mise sous et hors tension répétés.
L’autonomie réelle peut être inférieure.
Remarque sur l’indication du temps restant de
la batterie pendant l’enregistrement
Le temps restant de la batterie est indiqué dans le
viseur. Cependant, selon les conditions
d’enregistrement et les circonstances, cette
indication peut ne pas être très exacte.
Pour enlever la batterie
Tout en appuyant sur BATT RELEASE, faites
glisser la batterie dans le sens de la flèche.
Vous pouvez avoir un aperçu de toutes les
fonctions disponibles sur ce camescope (p. 31).
Installeren en opladen van het
batterijpak
Gebruiksduur batterijpak
Batterijpak Ononderbroken Gemiddelde
opnameduur * opnameduur **
NP-F330
100 (90) 50 (45)
(bijgeleverd)
NP-F530 165 (150) 85 (75)
NP-F550 200 (180) 105 (95)
NP-F730 335 (300) 175 (155)
NP-F750 410 (365) 215 (190)
NP-F930 535 (480) 280 (250)
NP-F950 630 (570) 330 (300)
De cijfers tussen haakjes geven de gebruiksduur
van een normaal (grotendeels) opgeladen
batterijpak aan.
De gebruiksduur zal korter zijn bij gebruik van
de camcorder in een erg koude omgeving.
* Gebruiksduur bij benadering, bij
ononderbroken opnemen bij een temperatuur
van 25°C.
** Gebruiksduur in minuten bij benadering, bij
filmen met herhaaldelijk starten/stoppen van
het opnemen, in/uit-zoomen en in/
uitschakelen van de stroom. De gebruiksduur
van het batterijpak kan in werkelijkheid korter
uitvallen.
Betreffende de aanduiding van de resterende
batterijspanning tijdens het opnemen
De resterende batterijspanning wordt tijdens
gebruik aangegeven in de zoeker. Deze
aanduiding kan echter wel eens onjuist zijn,
afhankelijk van de omstandigheden van gebruik.
Verwijderen van het batterijpak
Druk de BATT RELEASE ontgrendelknop in en
schuif het batterijpak in de richting van de pijl
los.
U kunt een demonstratie van de mogelijkheden
van deze camcorder zien (blz. 31).
11
Préparatifs Om te beginnen
Zorg dat er een voedingsbron op de camcorder is
aangesloten.
Wilt u opnamen maken met Hi8 kwaliteit, plaats
dan een Hi8 videocassette, H.
(1) Druk het kleine blauwe knopje op de EJECT
knop in en schuif deze in de richting van de
pijl. De cassettehouder komt dan automatisch
omhoog en gaat open.
(2) Plaats een videocassette in de houder, met de
vensterzijde naar buiten gericht.
(3) Druk op de kant van de cassettehouder waar
“PUSH” staat aangegeven om deze te sluiten.
De cassettehouder gaat automatisch omlaag.
Assurez-vous que la source d’alimentation est
raccordée.
Si vous voulez enregistrer dans le système Hi8,
utilisez une cassette vidéo H.
(1)Tout en appuyant sur le petit bouton bleu sur
le commutateur EJECT, poussez-le dans le
sens de la flèche. Le logement de la cassette
s’élève automatiquement et s’ouvre.
(2)Insérez une cassette avec la fenêtre tournée
vers l’extérieur.
(3)Fermez le logement de la cassette en
appuyant sur la marque “PUSH” inscrite sur
le logement de la cassette. Le logement de la
cassette s’abaisse automatiquement.
Mise en place d’une
cassette
1 2
3
Plaatsen van een
videocassette
EJECT
PUSH
Pour éjecter la cassette
Tout en appuyant sur le petit bouton bleu sur le
commutateur EJECT, poussez le commutateur
dans le sens de la flèche.
Pour éviter un effacement accidentel
Tirez le taquet de la cassette pour découvrir le
repère rouge. Si vous essayez d’insérer une
cassette quand le repère rouge est visible et
fermez le logement de la cassette, des bips
retentiront pendant quelques secondes. Si vous
essayez d’enregistrer quand le repère rouge de la
cassette est visible, les indicateurs et 6
clignoteront, et vous ne pourrez pas enregistrer.
Pour réenregistrer sur cette cassette, tirez le
taquet pour recouvrir le repère rouge.
Uitnemen van de videocassette
Druk het kleine blauwe knopje op de EJECT
knop in en schuif deze in de richting van de pijl.
Voorkomen van abusievelijk wissen
Schuif het wispreventienokje van de
videocassette opzij, zodat het rode vlakje
zichtbaar wordt. Als u een aldus beveiligde
cassette, met een rood vlakje, insteekt en de
cassettehouder sluit, zal de camcorder ter
waarschuwing een pieptoon laten horen.
Wanneer u tracht op te nemen op een cassette
met het wispreventienokje ingeschoven en het
rode vlakje zichtbaar, zullen de en 6
indicators in de zoeker gaan knipperen en wordt
het opnemen op deze cassette verhinderd.
Wanneer u weer een nieuwe opname op deze
videocassette wilt maken, schuift u het
wispreventienokje weer uit, zodat het rode vlakje
afgedekt wordt.
12
Opérations de base
Prise de vues
Assurez-vous qu’une source d’alimentation est
raccordée, une cassette en place et le
commutateur START/STOP MODE réglé sur .
Avant d’enregistrer des événements importants,
vous voudrez sans doute faire un essai pour être
sûr que le camescope fonctionne correctement.
Si vous utilisez le camescope pour la première
fois, mettez-le sous tension et réglez la date et
l’heure avant de filmer (p. 91).
(1)Enlevez le bouchon d’objectif.
(2)Tout en appuyant sur le petit bouton vert,
réglez l’interrupteur POWER sur CAMERA.
(3)Relevez le commutateur d’attente pour le
mettre en position STANDBY.
(4)Appuyez sur START/STOP. L’enregistrement
commence. L’indicateur “REC” apparaît et le
voyant rouge s’allume dans le viseur. Le
voyant d’enregistrement/batterie à l’avant du
camescope s’allume aussi.
Basisbediening
Opnemen met de camera
Zorg dat er een batterijpak of een andere
voedingsbron op de camcorder is aangesloten,
dat er een voor opnemen geschikte cassette in de
houder aanwezig is en dat de START/STOP
MODE schakelaar in de “ ” stand staat.
Voor het opnemen van unieke gebeurtenissen is
het aanbevolen een proefopname te maken, om
te controleren of de camcorder geheel naar
behoren werkt.
Wanneer u de camcorder voor de eerste keer in
gebruik neemt, dient u na inschakelen eerst de
datum en tijd juist in te stellen alvorens u begint
met opnemen (zie blz. 91).
(1)Verwijder de lensdop.
(2)Druk het kleine groene knopje op de POWER
schakelaar in en schuif de POWER schakelaar
naar “CAMERA”.
(3)Draai de STANDBY opnamepauzeschakelaar
naar “STANDBY”.
(4)Druk op de START/STOP toets. De
camcorder begint dan met opnemen en de
aanduiding “REC” licht op. In de zoeker gaat
het rode opnamelampje branden. Bovendien
gaat er aan de voorkant van de camcorder een
rood camera-opname/batterijlampje branden.
3
4
2
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
40min
SP
H
STBY
0:00:00
40min
SP
H
REC
0:00:01
1
POWER
PLAYER
OFF
CAMERA
13
Opérations de base Basisbediening
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
START/STOP
L
O
C
K
S
T
A
N
D
B
Y
STBY 0:35:20
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
[a] [b]
Pour interrompre momentanément
la prise de vues [a]
Appuyez une nouvelle fois sur START/STOP.
L’indicateur “STBY” apparaît dans le viseur
(Mode d’attente).
Pour arrêter la prise de vues [b]
Appuyez encore sur START/STOP. Baissez le
commutateur d’attente pour le mettre en position
LOCK et réglez l’interrupteur POWER sur OFF.
Ejectez ensuite la cassette.
Prise de vues
Tijdelijk onderbreken van de opname
[a]
Druk nogmaals op de START/STOP toets. De
aanduiding “STBY” verschijnt dan in de zoeker,
om aan te geven dat de camcorder tijdelijk is
gestopt (in de opname-pauzestand).
Geheel stoppen met opnemen [b]
Druk weer op de START/STOP toets. Draai de
STANDBY schakelaar omlaag naar de “LOCK”
stand en schuif de POWER schakelaar naar
“OFF”. Hierna kunt u de videocassette uit de
houder nemen.
Opnemen met de camera
Betreffende de opname-pauzestand
Als u de camcorder, met daarin een cassette,
langer dan 5 minuten in de “STBY” opname-
pauzestand laat staan, zal het apparaat
automatisch uitgeschakeld worden. Dit om het
onnodig uitputten van het batterijpak en slijtage
aan de cassetteband te voorkomen. Om de
opname-pauzestand daarna weer in te schakelen,
draait u de STANDBY schakelaar omlaag en dan
weer omhoog. Om verder te gaan met opnemen
drukt u op de START/STOP toets.
Remarque sur le mode d’attente
Si vous laissez le camescope pendant plus de 5
minutes en mode d’attente avec une cassette en
place, le camescope s’éteindra automatiquement
pour économiser l’énergie de la batterie et
protéger la bande. Pour revenir au mode
d’attente, baissez le commutateur d’attente puis
relevez-le. Pour commencer à enregistrer,
appuyez sur START/STOP.
Remarque
La batterie rechargeable s’use un peu quand elle
reste fixée au camescope. Cependant pour
obtenir une indication correcte de la capacité
restante de la batterie, laissez la batterie en place
après après avoir utilisé le camescope.
Mise au point de l’oculaire
Si les indicateurs dans le viseur ne sont pas nets,
ou si vous utilisez le camescope après une autre
personne, faites la mise au point de l’oculaire.
Tournez la bague de réglage de l’oculaire pour
que les indicateurs dans le viseur soient bien
nets.
Opmerking
Met het batterijpak op de camcorder wordt er een
geringe hoeveelheid stroom verbruikt. Om echter
de volgende keer de resterende gebruiksduur
van het batterijpak juist aangegeven te zien, laat
u het batterijpak na opnemen op de camcorder
zitten.
Scherpstellen van het zoekerbeeld
Bij het in gebruik nemen van de camcorder, of
wanneer het apparaat door een ander is gebruikt,
is het aanbevolen allereerst het zoekerbeeld
scherp in te stellen. Verstel de
zoekerscherpstelring zo dat de aanduidingen
optimaal scherp in het zoekerbeeld verschijnen.
14
Prise de vues
Remarque sur la prise de vues
Quand vous filmez depuis le début d’une
cassette, faites d’abord défiler la bande pendant
15 secondes environ avant de commencer
l’enregistrement proprement dit. Vous ne
manquerez pas la scène initiale lors de la lecture.
Remarques sur le compteur de bande
Le compteur de bande indique le temps
d’enregistrement ou de lecture. Il sert à titre
indicatif seulement, car il diffère de plusieurs
secondes du temps réel. Pour remettre le
compteur à zéro, appuyez sur COUNTER
RESET.
Si la cassette a été enregistrée à la fois dans les
modes SP et LP, le compteur de bande risque
de ne pas être très exact. Si vous avez
l’intention de faire par la suite un montage, il
est préférable d’enregistrer toute la cassette
dans le même mode, SP ou LP.
Remarque sur le signal sonore
Un signal sonore est émis chaque fois que vous
commencez et arrêtez le tournage, entre autres.
Plusieurs signaux indiquent un problème de
fonctionnement.
Les signaux sonores ne sont pas enregistrés sur la
bande. Si vous voulez désactiver cette fonction,
sélectionnez “OFF” dans le menu.
Utilisation du zoom
Le zooming est une technique de prise de vues
qui permet de modifier la taille du sujet dans la
scène.
Pour donner une touche professionnelle à vos
films, n’abusez pas de cette fonction.
Côté “T”: téléobjectif (le sujet se rapproche)
Côté “W”: grand angle (le sujet s’éloigne)
Bij het begin van het opnemen
Voor het opnemen vanaf het begin van de
cassetteband dient u de band eerst 15 seconden te
laten doorlopen alvorens met opnemen te
beginnen. Dit om te voorkomen dat bij afspelen
mogelijk het begin van de video-opname wordt
overgeslagen.
Betreffende de bandteller
De bandteller geeft bij benadering de
verstreken speelduur aan bij opnemen en
weergeven. Hierbij kan een afwijking van
enkele seconden met de feitelijke speelduur
optreden, dus gebruik de bandteller slechts als
leidraad. Om de teller op nul te stellen, drukt u
op de COUNTER RESET toets die zich onder
de zoeker bevindt.
Als er op een videocassette zowel opnamen met
SP-snelheid als met LP-snelheid zijn gemaakt,
kan de bandteller niet de juiste opnameduur
aangeven. Bent u van plan de video-opnamen
later te monteren aan de hand van de
bandteller, gebruik dan voor het opnemen op
een cassette alleen de SP-snelheid òf de LP-
snelheid.
Opmerking over de pieptonen
Bij inschakelen en aan het begin van elke opname
zal er een pieptoon klinken en bij het stoppen
met opnemen klinken er twee pieptonen, om u
op het overschakelen te attenderen. Bovendien
kunnen er tijdens het gebruik van de camcorder
meerdere pieptonen klinken, als er bij de
bediening iets mis gaat.
Overigens worden deze pieptonen niet op de
band opgenomen. Desgewenst kunt u de
pieptonen (BEEP) uitschakelen door hiervoor in
het instelmenu de stand “OFF” te kiezen.
In- en uit-zoomen
Met in- en uit-zoomen kunt u het formaat van
uw onderwerp in het beeldveld bepalen.
Voor het beste, professioneel ogend resultaat is
het aanbevolen bij het opnemen de zoomfunctie
slechts met mate te gebruiken.
“T” kant: voor tele-opnamen (met het onder
werp “dichter bij” of groter in beeld)
“W” kant:voor groothoek-opnamen (met het
onderwerp “verder af”, klein in een
ruimer beeld)
Opnemen met de camera
T
W
T
W
W
T
15
Opérations de base Basisbediening
T
W
T
W
[a][b]
Prise de vues
Vitesse du zooming (zooming à
vitesse variable)
Bougez un peu le levier du zoom pour un
zooming lent et bougez-le plus pour un zooming
plus rapide.
Pour filmer un sujet en position téléobjectif
Si vous n’obtenez pas une image nette avec
l’agrandissement maximal, poussez le levier de
zoom pour aller vers “W” jusqu’à ce que l’image
soit nette. Vous pouvez filmer un sujet à au
moins 80 cm (environ 2 5/8 pieds) de la surface
de l’objectif en position téléobjectif, ou environ
1 cm (environ 1/2 pouce) en position grand
angle.
Remarques sur le zoom numérique
Un grossissement de l’image supérieur à 21 fois
est effectué numériquement et la qualité de
l’image se dégrade quand vous atteignez le côté
“T”. Si vous ne voulez pas utiliser le zoom
numérique, réglez la fonction D ZOOM sur
OFF dans le menu.
Le côté droit [a] de l’indicateur de zoom
correspond à la zone du zoom numérique et le
côté gauche [b] à la zone du zoom optique. Si
vous réglez la fonction D ZOOM sur OFF, la
zone [a] disparaîtra.
Opnemen met de camera
Zoomsnelheid (sneller/trager in/uit-
zoomen)
Druk licht tegen de zoomknop om langzaam in
of uit te zoomen. Druk de zoomknop steviger in
voor een snellere zoombeweging.
Scherpstellen in de telestand
Als u in de uiterste telestand uw onderwerp niet
goed scherp in beeld krijgt, druk de zoomknop
dan naar de “W” kant tot het beeld scherp is.
Voor scherpstelling op dichtbijzijnde
onderwerpen is in de telestand een minimale
afstand van 80 cm vereist, terwijl in de
groothoekstand kan worden scherpgesteld op
voorwerpen die niet meer dan 1 cm van het
lensoppervlak verwijderd zijn.
Opmerkingen over de digitale zoomfunctie
Met de digitale zoomfunctie kunt u meer dan
21x op uw onderwerp inzoomen. Naarmate u
verder naar de “T” tele-kant inzoomt, zal de
beeldkwaliteit echter teruglopen. Als u de
digitale zoomfunctie niet wilt gebruiken, zet u
de D ZOOM functie in het instelmenu op
“OFF”.
Het rechter deel [a] van de zoom-indicator is
het digitale zoom-gebied en het grotere linker
deel [b] het optische zoom-gebied. Als u de D
ZOOM functie in het menu of “OFF” instelt, zal
het rechter [a] gedeelte verdwijnen.
16
Sélection du mode
d’enregistrement START/STOP
Le camescope offre trois modes d’enregistrement
vous permettant de prendre une série de scènes
brèves qui rendront vos vidéogrammes plus
vivants.
(1)Réglez START/STOP MODE sur le mode
souhaité.
: L’enregistrement commence quand vous
appuyez sur START/STOP et s’arrête quand
vous rappuyez sur la touche (mode normal).
ANTI GROUND SHOOTING : Le
camescope enregistre seulement quand vous
appuyez sur la touche START/STOP. Vous
évitez donc les scènes inintéressantes.
5SEC: Quand vous appuyez sur la touche
START/STOP, le camescope enregistre
pendant 5 secondes puis s’arrête de lui-
même.
(2)Relevez le commutateur d’attente pour le
mettre en position STANDBY et appuyez sur
START/STOP. L’enregistrement commence.
Quand vous sélectionnez 5SEC, le compteur de
bande disparaît et laisse place à cinq points. Ces
points disparaissent un à un chaque seconde,
comme indiqué ci-dessous.
Keuze van de START/STOP
opnametoetsfunctie
Voor het starten en stoppen met opnemen kunt u
kiezen uit twee algemeen bruikbare start/
stopfuncties, plus een speciale functie waarmee u
moeiteloos een reeks korte opnamen kunt maken
om uw video een levendige indruk te geven.
(1)Zet de START/STOP MODE schakelaar in de
gewenste stand.
: Het opnemen begint wanneer u de
START/STOP toets even indrukt, en stopt
wanneer u de toets nogmaals indrukt
(normale schakel-stand).
ANTI GROUND SHOOTING : De
camcorder blijft slechts opnemen zolang u de
START/STOP toets ingedrukt houdt, zodat u
bij onderbrekingen niet per ongeluk de grond
blijft opnemen (druktoets-stand).
5SEC: Wanneer u op de START/STOP toets
drukt, maakt de camcorder een opname van
vijf seconden lang en stopt dan automatisch.
(2)Draai de STANDBY schakelaar omhoog en
druk op de START/STOP toets. Het opnemen
begint.
Als u de “5SEC” stand hebt gekozen, verschijnen
er in plaats van de bandteller vijf stippen in de
zoeker. Deze stippen verdwijnen één voor één,
elke seconde één minder, zoals hieronder
aangegeven.
Prise de vues
Opnemen met de camera
Pour prolonger l’enregistrement en
mode 5SEC
Appuyez de nouveau sur START/STOP avant
que tous les points disparaissent.
L’enregistrement se prolonge de 5 secondes à
compter du moment où vous appuyez sur la
touche START/STOP.
Remarque sur les modes d’enregistrement
START/STOP
Vous ne pouvez pas utiliser la touche FADER si
vous sélectionnez le mode 5SEC ou .
STBY
REC
•••••
•••••
REC
1
2
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
ANTI GROUND
SHOOTING
5SEC
START/STOP
MODE
Verlengen van de opname bij de vijf-
seconden opnamefunctie
Druk nogmaals op de START/STOP toets
vóórdat alle stippen zijn verdwenen. Weer zal de
opname vijf seconden lang doorgaan, gerekend
vanaf het moment dat u nogmaals op de START/
STOP toets drukte.
Betreffende de vijf-seconden/druktoets-
opnamefuncties
In de “5SEC” stand of de “ ” druktoets-stand
is de FADER in/uit-fade functie niet beschikbaar.
Opérations de base Basisbediening
17
Pour les prises de vues camescope au poing,
vous obtiendrez de meilleurs résultats si vous
tenez compte des suggestions suivantes:
Tenez le camescope fermement avec la sangle
de manière à pouvoir actionner facilement les
commandes avec le pouce [a].
Maintenez le coude droit contre le corps.
Placez la main gauche sous le camescope pour
le soutenir. Veillez à ne pas toucher le
microphone intégré.
Appliquez l’oeil contre l’oeilleton du viseur.
Servez-vous du cadre du viseur pour
déterminer le plan horizontal.
Vous pouvez aussi vous accroupir pour obtenir
un angle de prise de vues plus intéressant.
Relevez le viseur pour filmer d’une position
basse. [b].
Voor video-opnamen uit de hand zult u de beste
beeldkwaliteit verkrijgen als u bij het vasthouden
van de camcorder de volgende punten in acht
neemt:
Houd de camcorder stevig vast en trek de
handgreepband redelijk strak, zodat u de
knoppen gemakkelijk met uw duim en vingers
kunt bedienen [a].
Druk uw rechter elleboog stevig in uw zij.
Ondersteun de camcorder met uw linkerhand
voor de beste stabiliteit. Let op dat u niet met
uw hand tegen de ingebouwde microfoon aan
komt.
Plaats uw oog stevig tegen de oogkap van de
zoeker aan.
Houd het zoekerkader in het oog, als referentie
voor een recht horizontaal beeld.
Voor interessante effecten kunt u met de
camcorder ook opnamen vanuit een laag
gezichtspunt maken. Voor meekijken via de
zoeker klapt u deze omhoog [b].
Conseils pour une
meilleure prise de
vues
[a]
[b]
Wenken voor betere
opnamen
3
2
1
18
[c]
[d]
Conseils pour une meilleure
prise de vues
Posez le camescope sur une surface plane ou
utilisez un pied photographique
Vous pouvez poser le camescope sur une table
ou sur une surface plane, à bonne hauteur. Si
vous possédez un pied photographique, vous
pouvez l’utiliser avec le camescope.
Si le pied n’est pas de fabrication Sony, assurez-
vous que la vis du pied ne dépasse pas 6,5 mm
(9/32 pouce). Sinon, vous ne pourrez pas bien
fixer le pied et les pièces internes du camescope
risquent d’être endommagées par la vis.
Précautions au sujet du viseur
Ne saisissez pas le camescope par le viseur. [c].
•Ne posez pas le camescope avec le viseur
tourné vers le soleil. L’intérieur du viseur
pourrait être endommagé. Vous devez faire très
attention quand vous posez le camescope au
soleil ou près d’une fenêtre [d].
Wenken voor betere opnamen
Plaats de camcorder op een egaal, stabiel
oppervlak of gebruik een statief
In veel gevallen verdient het aanbeveling de
camcorder op een tafelblad of andere vlakke
ondergrond te zetten. Als u beschikt over een
statief voor een fototoestel, kunt u dit tevens
gebruiken voor de camcorder, mits het stevig
genoeg is.
Let op, bij het bevestigen van een statief van een
ander merk dan Sony, dat de cameraschroef van
de statiefkop niet langer is dan 6,5 mm. Een
langere schroef zou de inwendige onderdelen
van de camcorder kunnen beschadigen.
Voorzichtig met de zoeker
Til het apparaat nooit aan de zoeker op [c].
Plaats de camcorder niet zo dat de zoeker recht
op de zon gericht is, anders kan het inwendige
van de zoeker vervormd raken. Wees
voorzichtig bij gebruik van de camcorder in de
volle zon of vlak achter vensterglas [d].
19
Opérations de base Basisbediening
Contrôle de l’image
enregistrée
Avec la touche EDITSEARCH, vous pouvez
revoir la dernière scène filmée ou contrôler
l’image enregistrée dans le viseur.
(1)Tout en appuyant sur le petit bouton vert,
réglez l’interrupteur POWER sur CAMERA.
(2)Relevez le commutateur d’attente pour le
mettre en position STANDBY.
(3)Appuyez un instant sur le côté – (Œ)
d’EDITSEARCH; les dernières secondes de la
partie enregistrée sont reproduites (Revue
d’enregistrement).
Vous pouvez écouter le son par un casque.
Appuyez sur le côté – d’EDITSEARCH
jusqu’à ce que vous localisiez la scène
souhaitée. Le dernier passage enregistré est
reproduit. Pour rechercher un passage vers
l’avant, appuyez sur le côté + (Recherche de
point de montage).
Controleren van de
opgenomen beelden
Met de EDITSEARCH toets kunt u snel de laatste
beelden van de gemaakte video-opnamen
terugzien of zelfs de gehele opname weergeven.
(1)Houd het kleine groene knopje op de POWER
schakelaar ingedrukt en schuif de POWER
schakelaar naar “CAMERA”.
(2)Draai de STANDBY schakelaar omhoog naar
“STANDBY”.
(3)Druk even kort op de – (Œ) min-kant van de
EDITSEARCH toets om alleen de laatste paar
seconden van de opname terug te zien
(opname-controlefunctie).
Hierbij kunt u tevens het geluid beluisteren
door aansluiten van een hoofdtelefoon.
Houd de “–” min-kant van de EDITSEARCH
toets langer ingedrukt om terug te keren naar
een eerder punt in de opnamen, als u een
langer gedeelte van de opnamen wilt
weergeven. Om in voorwaartse richting te
zoeken, houdt u de “+” plus-kant van de toets
ingedrukt (montage-zoekfunctie).
EDITSEARCH
EDITSEARCH
2
3
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
EDITSEARCH
1
POWER
PLAYER
OFF
CAMERA
20
Pour arrêter la lecture
Relâchez EDITSEARCH.
Pour réenregistrer
Appuyez sur START/STOP. Le réenregistrement
commence à l’endroit où vous avez relâché
EDITSEARCH. Si vous n’avez pas éjecté la
cassette, la transition entre la dernière scène et la
nouvelle sera douce.
Contrôle de l’image enregistrée
Controleren van de opgenomen
beelden
Stoppen met weergeven
Laat de EDITSEARCH toets los.
Weer doorgaan met opnemen
Druk op de START/STOP toets. Het opnemen
wordt dan hervat vanaf het eind van de laatste
opname of vanaf het punt waar u de
EDITSEARCH toets losliet. Zolang u de
videocassette niet uit het apparaat verwijdert,
zullen de nieuwe opnamen zonder onderbreking
aansluiten op de eerder gemaakte opnamen.
Raccordez le camescope à votre téléviseur ou
magnétoscope pour regarder vos vidéogrammes
sur l’écran du téléviseur. Le camescope peut être
raccordé de différentes façons au téléviseur.
H est conseillé d’utiliser le courant secteur pour
visionner vos films sur un téléviseur.
Raccordements pour
la lecture
Aansluitingen voor
video-weergave
Sluit de camcorder aan op uw TV-toestel of
videorecorder wanneer u uw video-opnamen
wilt weergeven op het TV-scherm. Het aansluiten
van de camcorder op het TV-toestel kan op
verschillende manieren. Bij het afspelen van
video-opnamen op de camcorder, voor weergave
op het TV-scherm, is het aanbevolen het apparaat
op stroom van het lichtnet te gebruiken.
21
Opérations de base Basisbediening
Raccordement direct à un
téléviseur ou magnétoscope avec
prises d’entrée audio/vidéo
Lorsque vous raccordez le cordon de liaison
audio/vidéo, veillez à brancher les fiches dans
les prises de même couleur.
Ouvrez le cache-prises et raccordez le camescope
aux entrées LINE IN du téléviseur ou du
magnétoscope raccordé au téléviseur avec le
cordon de liaison audio/vidéo fourni. Réglez le
sélecteur d’entrée téléviseur/magnétoscope du
téléviseur sur magnétoscope et le sélecteur
d’entrée du magnétoscope sur LINE.
Si votre téléviseur ou magnétoscope a une prise
S-vidéo, raccordez le câble S-vidéo (non fourni)
[a] pour obtenir une image de meilleure qualité.
Si vous voulez raccorder le camescope à l’aide
d’un câble S-vidéo (non fourni) [a], vous n’aurez
pas besoin de brancher la fiche jaune (vidéo) du
cordon de liaison audio/vidéo [b].
Raccordements pour la lecture
Si votre téléviseur ou magnétoscope est de
type monophonique
Raccordez seulement la fiche blanche pour le son
au camescope et au téléviseur ou magnétoscope.
Avec ce type de liaison, le son est monophonique
même si le camescope est de type
stéréophonique.
Si votre téléviseur/magnétoscope a une prise
péritel (21 broches)
Utilisez l’adaptateur de prise péritel fourni (21
broches).
Pour raccorder le camescope à un téléviseur
ou magnétoscope sans prises d’entrée audio/
vidéo
Utilisez un adaptateur RFU (non fourni).
: Sens du signal/Signaalstroom
(non fourni)/
(niet bijgeleverd)
[a]
[b]
S VIDEO
S VIDEO
VIDEO
AUDIO
IN
VIDEO
AUDIO
TV
Rechtstreeks aansluiten van de
camcorder op een TV of videorecorder
met audio/video-ingangsaansluitingen
Let bij het aansluiten van het audio/video-
aansluitsnoer goed op dat u elke stekker in de
stekkerbus van dezelfde kleur steekt.
Open het dekseltje van de aansluitbussen. Sluit
de camcorder nu met het bijgeleverde audio/
video-aansluitsnoer aan op de LINE IN
ingangsaansluitingen van het TV-toestel of van
een videorecorder die al op de TV is aangesloten.
Zet voor weergave van video-opnamen de TV/
VIDEO schakelaar van uw TV-toestel in de
“VIDEO” stand. Bij aansluiten op uw
videorecorder zet u de ingangskeuzeschakelaar
daarvan in de “LINE” stand.
Als uw TV-toestel of videorecorder is voorzien
van een S-VIDEO ingangsaansluiting, dan kunt u
de camcorder daarop aansluiten met een (niet
bijgeleverd) S-video aansluitsnoer [a], voor
video-weergave van betere kwaliteit. Gebruikt u
voor het aansluiten een S-video aansluitsnoer
(niet bijgeleverd) [a], dan hoeft u de gele (video)
stekker van het audio/video-aansluitsnoer [b]
niet aan te sluiten.
Aansluitingen voor video-
weergave
Als uw TV-toestel of videorecorder slechts
geschikt is voor mono geluid
Sluit dan van het audio-gedeelte van het
aansluitsnoer alleen de witte stekkers aan op de
camcorder en op het TV-toestel of de
videorecorder. Bij deze aansluiting zal het geluid
van uw video-opnamen alleen in mono te horen
zijn.
Als uw TV-toestel een 21-polige
EUROCONNECTOR aansluiting heeft
Gebruik voor het aansluiten de 21-polige
verloopstekker die is bijgeleverd bij uw
camcorder.
Aansluiten op een TV-toestel of videorecorder
zonder audio/video-ingangen
Gebruik voor het aansluiten een RFU-adapter
(niet bijgeleverd).
22
Lecture d’une
cassette
Vous pouvez regarder l’image de lecture dans le
viseur, mais vous pouvez aussi la visionner sur
un écran de télévision, après avoir raccordé le
camescope à un téléviseur ou un magnétoscope.
(1)Tout en appuyant sur le petit bouton vert,
réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER.
Les touches de transport de bande s’allument.
(2)Mettez la cassette enregistrée en place avec la
fenêtre tournée vers l’extérieur.
(3)Appuyez sur 0 pour rembobiner la bande.
(4)Appuyez sur ( pour commencer la lecture.
Pour arrêter la lecture, appuyez sur p.
Pour rembobiner la bande, appuyez sur 0.
Pour avancer rapidement la bande, appuyez
sur ).
Afspelen van een
videocassette
U kunt de opgenomen beelden in de zoeker van
de camcorder terugzien. Tevens kunt u de
opnamen op een TV-scherm weergeven, na
aansluiten van de camcorder op een TV-toestel of
videorecorder.
(1)Houd het kleine groene knopje op de POWER
schakelaar ingedrukt en schuif de POWER
schakelaar naar “PLAYER”. Nu lichten de
bandlooptoetsen op.
(2)Plaats de af te spelen videocassette in de
houder, met de vensterzijde naar buiten
gericht.
(3)Druk op de 0 terugspoeltoets om de band
naar het gewenste punt terug te spoelen.
(4)Druk op de ( weergavetoets om met
afspelen te beginnen.
Om te stoppen met afspelen, drukt u op de
p stoptoets.
Om de band terug te spoelen, drukt u op de
0 toets.
Om de band vooruit te spoelen, drukt u op de
) toets.
1
2
4
3
PLAY
REW
POWER
PLAYER
OFF
CAMERA
PLAYREW
3
FF
#
STOP
7
7
PAUSE
P
SLOW
& × 2
DISPLAY
23
Opérations de base Basisbediening
Utilisation de la télécommande
La télécommande fournie permet de contrôler la
lecture. Avant d’utiliser la télécommande, mettez
les deux piles R6 (format AA) en place.
Pour afficher les indicateurs du
viseur sur le téléviseur
Appuyez sur DISPLAY de la télécommande.
Pour supprimer les indicateurs, appuyez une
nouvelle fois sur DISPLAY.
Utilisation d‘un casque
Raccordez un casque (non fourni) à la prise 2 .
Divers modes de lecture
Vous pouvez voir les images pendant l’arrêt sur
image, la lecture au ralenti et la recherche
d’images.
Pour visualiser une image fixe (pause
de lecture)
Appuyez sur P pendant la lecture. Pour
poursuivre la lecture, appuyez sur P ou (.
Pour localiser une scène (recherche
d’image)
Appuyez en continu sur 0 ou ) pendant la
lecture. Pour revenir à la lecture normale,
relâchez la touche.
Pour visualiser l’image pendant la
recherche rapide avant ou arrière
(recherche visuelle)
Appuyez en continu sur 0 pour rembobiner ou
sur ) pour avancer la bande. Pour revenir à la
lecture normale, appuyez sur (.
Pour visualiser l’image à 1/5e de la
vitesse normale (lecture au ralenti)
Appuyez sur & de la télécommande pendant la
lecture. Pour revenir à la lecture normale,
appuyez sur (. Si le ralenti dure une minute
environ, le camescope reviendra
automatiquement à la lecture normale.
Pour visualiser l’image à double
vitesse
Pour la lecture à double vitesse vers l’arrière,
appuyez sur '/<, puis sur x2 de la
télécommande pendant la lecture. Pour la lecture
à double vitesse vers l’avant, appuyez sur >/
7, puis sur x2 pendant la lecture. Pour revenir
à la lecture normale, appuyez sur (.
Gebruik van de afstandsbediening
Bij de bediening van de camcorder voor
weergave is het handig de bijgeleverde
afstandsbediening te gebruiken. Voor u de
afstandsbediening kunt gebruiken, brengt u
daarin twee R6 (AA-formaat) batterijen aan.
Om de aanduidingen die in de zoeker
verschijnen, ook op het TV-scherm te
zien
Druk op de DISPLAY toets van de
afstandsbediening. Om de scherm-aanduidingen
weer te laten verdwijnen, drukt u nogmaals op
de DISPLAY toets.
Luisteren via een hoofdtelefoon
Sluit een hoofdtelefoon (niet bijgeleverd) aan op
de 2 hoofdtelefoon-aansluiting.
Diverse weergavefuncties
In de zoeker kunt u de video-opnamen
weergeven met o.a. stilstaande beelden,
vertraagde weergave en versneld beeldzoeken.
Stilstaand beeld (weergave-
pauzestand)
Druk tijdens afspelen op de P pauzetoets. Om de
weergave te hervatten, drukt u nogmaals op de
P toets of op de ( weergavetoets.
Snel opzoeken van een bepaalde
scène (beeldzoekfunctie)
Houd tijdens weergave de 0 of )
snelspoeltoets ingedrukt. Om de normale
weergave te hervatten, laat u de toets op het
gewenste punt los.
Beeldweergave tijdens snelspoelen
(snelzoekfunctie)
Houd tijdens terugspoelen de 0 toets
ingedrukt, of tijdens vooruitspoelen de ) toets.
Om de normale weergave te hervatten, drukt u
bij het gewenste punt op de ( weergavetoets.
Weergeven van beelden met 1/5
snelheid (vertraagde weergave)
Druk tijdens weergave op de & vertraagde-
weergavetoets van de afstandsbediening. Om de
normale weergave te hervatten, drukt u op de
( weergavetoets. Als u de vertraagde weergave
langer dan ongeveer een minuut laat duren, zal
het apparaat automatisch overschakelen op
weergave met normale snelheid.
Weergave met dubbele snelheid
Voor versnelde weergave in terugwaartse
richting drukt u tijdens afspelen eerst op de
'/< toets en dan op de x2 toets van de
afstandsbediening. Voor versnelde weergave in
voorwaartse richting drukt u tijdens afspelen
eerst op de >/7 toets en dan op de x2 toets
van de afstandsbediening. Om de normale
weergave te hervatten, drukt u op de (
weergavetoets.
Lecture d’une cassette Afspelen van een videocassette
24
Pour visualiser une à une les images
Appuyez sur '/< ou >/7 de la
télécommande en mode de pause de lecture. Si
vous tenez la touche enfoncée, vous pouvez
visualiser l’image à 1/25e de la vitesse normale.
Pour revenir à la lecture normale, appuyez sur
(.
Pour changer de sens de lecture
Appuyez sur '/< ou >/7 de la
télécommande pendant la lecture pour faire
défiler les images vers l’arrière ou l’avant. Pour
revenir à la lecture normale, appuyez sur ( .
Pour sélectionner le son de lecture
Changez le réglage de mode “HiFi SOUND”
dans le menu.
Remarques sur la lecture
Des parasites peuvent apparaître quand vous
utilisez l’arrêt sur image, la lecture au ralenti et
la recherche d’images lors de la lecture d’une
cassette enregistrée en mode LP.
Des traînées apparaissent et le son est coupé
dans ces divers modes de lecture.
Quand la pause de lecture dure plus de 5
minutes, le camescope s’arrête
automatiquement.
Des barres horizontales apparaissent au centre
ou au haut et au bas de l’écran pendant la
lecture arrière. C’est tout à fait normal.
Affichage de la date ou de
l’heure de l’enregistrement -
Code de données
Même si vous n’avez pas enregistré la date et
l’heure pendant que vous filmiez, vous pouvez
afficher la date ou l’heure de l’enregistrement
(Code de données) sur le téléviseur pendant la
lecture ou le montage. Le code de données est
aussi affiché dans le viseur et dans l’afficheur.
Lecture d’une cassette Afspelen van een videocassette
Beeld-voor-beeld weergave
Laat een stilstaand beeld op het scherm
verschijnen, en druk in deze weergave-
pauzestand op de '/< toets of de >/7
toets van de afstandsbediening. Zolang u een van
deze toetsen ingedrukt houdt, volgen de beelden
elkaar op met 1/25 van de normale snelheid. Om
de normale weergave te hervatten, drukt u op de
( weergavetoets.
Omkeren van de weergave-richting
Druk tijdens weergave op de '/< toets van
de afstandsbediening voor weergave in
achterwaartse richting, of op de >/7 toets
voor het weergeven in voorwaartse richting. Om
de normale weergave te hervatten, drukt u op de
( weergavetoets.
Keuze van het weergegeven geluid
Kies de geluidsweergave door in het instelmenu
het geluidkeuze-onderdeel “HiFi SOUND” naar
wens in te stellen.
Betreffende de diverse weergavefuncties
Er kan wat storing in beeld verschijnen
wanneer u de stilbeeld/vertraagde weergave/
beeldzoekfuncties gebruikt bij het afspelen van
een cassette die is opgenomen met de LP
snelheid.
Bij de meeste van de speciale weergavefuncties
is er geen geluidsweergave en kunnen er
strepen op het scherm verschijnen.
Als u de camcorder langer dan 5 minuten in de
weergave-pauzestand laat staan, met een
stilstaand beeld op het scherm, zal de
camcorder automatisch overschakelen naar de
stopstand.
Bij weergave in omgekeerde richting kan er een
ruisbalk midden of boven en onder op het
scherm verschijnen. Dit is een normaal
verschijnsel en duidt niet op storing.
Aangeven van de datum of tijd
van opname – tijdcode en
opname-gegevens
Ook al hebt u bij het opnemen niet de datum of
tijd op de band vastgelegd, toch zult u bij het
afspelen of monteren de datum en/of tijd van
opname (de tijdcode/opnamegegevens) op het
TV-scherm kunnen laten verschijnen. De
opnamegegevens worden ook aangegeven in de
zoeker en het uitleesvenster.
25
Opérations de base Basisbediening
Pour afficher la date ou l’heure de
l’enregistrement
Appuyez sur DATE ou TIME du camescope.
Pour supprimer la date ou l’heure, appuyez une
nouvelle fois sur ces touches.
Pour afficher à la fois la date et l’heure de
l’enregistrement, appuyez sur TIME (ou DATE)
après avoir appuyé sur DATE (ou TIME). Pour
supprimer la date et l’heure, appuyez une
nouvelle fois sur DATE et TIME.
Pour afficher simultanément la date
et l’heure de l’enregistrement
Appuyez sur DATA CODE de la télécommande.
Pour supprimer la date et l’heure, appuyez une
nouvelle fois sur cette touche.
Quand des tirets (--:--:--:) apparaissent
Un passage vierge de la cassette est reproduit.
•La cassette a été enregistrée avec un camescope
n’enregistrant pas le code de données.
La cassette a été enregistrée avec un camescope
sur lequel la date et l’heure n’avaient pas été
réglées.
La cassette ne peut pas être lue parce qu’elle est
parasitée ou endommagée.
La bande est reproduite à vitesse variable
(lecture au ralenti, etc...)
Un index ou le code temporel RC est inscrit, ou
un PCM a été effectué sur la cassette après
l’enregistrement.
Lecture d’une cassette Afspelen van een videocassette
Weergeven van de datum of tijd van
de opname
Druk op de DATE of TIME toets van de
camcorder. Om de opnamedatum of -tijd van het
scherm te laten verdwijnen, drukt u nogmaals op
de DATE of TIME toets.
Om zowel de datum als de tijd van opname in
beeld te laten verschijnen, drukt u na de DATE
toets ook de TIME toets in (of omgekeerd). Ook
nu drukt u voor het weghalen ervan weer op
dezelfde DATE of TIME toets.
Tegelijk weergeven van de datum en
tijd van de opname
Druk op de DATA CODE toets op de
afstandsbediening. Om de opnamedatum en -tijd
van het scherm te wissen, drukt u nogmaals op
dezelfde toets.
Als er slechts streepjes (--:--:--:) verschijnen
Er wordt een onbespeeld gedeelte van de band
afgespeeld.
De afgespeelde cassette is opgenomen met een
camcorder zonder tijdcode/opnamegegevens-
functie.
Voor opnemen was de datum en/of tijd van de
camcorder niet ingesteld.
De opnamegegevens op de band zijn niet
leesbaar, door storing of beschadiging van de
band.
De band wordt afgespeeld met een afwijkende
weergavesnelheid (vertraagde weergave e.d.).
Na het opnemen is er een indexsignaal, een RC
tijdcode of een PCM geluidssignaal op de band
vastgelegd.
4 7 1998
10:13:02
DATA CODE
DATE TIME
4 7 1998
10:13:02
26
2, 3
1
Opérations avancées
Utilisation d’autres
sources d’alimentation
Vous pouvez choisir les sources d’alimentation
suivantes pour alimenter le camescope: la
batterie rechargeable, le courant secteur, des piles
alcalines et une batterie de voiture de 12/24 V.
Choisissez la source d’alimentation appropriée
en fonction du lieu de tournage.
Lieu Source Accessoire
d’alimentation à utiliser
En intérieur
En extérieur
Dans une
voiture
Remarques sur les sources d’alimentation
Si vous débranchez la source d’alimentation ou
retirez la batterie rechargeable pendant
l’enregistrement ou la lecture, la cassette
insérée risque d’être endommagée.
La prise DC IN a la priorité comme source
d’alimentation. Cela signifie que la batterie
rechargeable ne pourra pas alimenter le
camescope si le cordon de l’adaptateur secteur
reste raccordé à la prise DC IN, même si le
cordon d’alimentation n’est pas branché sur la
prise murale.
Utilisation du courant secteur
(1)Ouvrez le cache de la prise DC IN et
raccordez l’adaptateur secteur à la prise
d’entrée DC IN du camescope.
(2)Raccordez le cordon d’alimentation secteur à
l’adaptateur secteur.
(3)Raccordez le cordon d’alimentation secteur à
une prise secteur.
Uitgebreide bedieningsfuncties
Diverse mogelijkheden
voor stroomvoorziening
Voor de stroomvoorziening van de camcorder
kunt u kiezen uit de volgende voedingsbronnen:
een batterijpak, het lichtnet, alkali-batterijen of
een 12/24 V auto-accu. Kies de meest geschikte
voedingsbron aan de hand van de plaats waar u
de camcorder gaat gebruiken.
Plaats Voedingsbron Te gebruiken
toebehoren
Binnenshuis
Binnenshuis
In de auto
Opmerkingen over de stroomvoorziening
•Als tijdens opnemen of afspelen het batterijpak
uit de camcorder wordt verwijderd of de
stroomvoorziening wordt onderbroken, kan dit
schade aan de geplaatste videoband opleveren.
De DC IN gelijkstroomingang heeft voorrang.
Er zal dus geen stroom worden getrokken van
het batterijpak zolang het netsnoer is
aangesloten op de DC IN stekkerbus, ook al is
het netsnoer niet aangesloten op het
stopcontact.
Gebruik op stroom van het lichtnet
(1)Open het dekseltje van de DC IN
gelijkstroomingang en sluit hierop het snoer
van de netspanningsadapter (niet bijgeleverd)
aan.
(2)Sluit het netsnoer aan op de
netspanningsadapter.
(3)Steek de netsnoerstekker in het stopcontact.
Courant secteur
Batterie
rechargeable
Piles alcalines
LR6 (format AA)
Batterie de
voiture de 12V
ou 24 V
Adaptateur secteur
fourni
Batterie
rechargeable
NP-F330 (fournie),
NP-F530, NP-F550,
NP-F730, NP-F750,
NP-F930, NP-F950
Etui de piles
EBP-L7
Chargeur auto
Sony DC-V515A
Netspanning
Batterijpak
LR6 (AA-
formaat) alkali-
batterijen
12 V of 24 V
auto-accu
Bijgeleverde
netspanningsadapter
Batterijpak NP-F330
(bijgeleverd),
NP-F530, NP-F550,
NP-F730, NP-F750,
NP-F930, NP-F950
Batterijhouder
EBP-L7
Sony
auto-batterijlader
DC-V515A
27
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
AVERTISSEMENT
Le cordon d’alimentation secteur doit être changé
par un professionnel.
PRECAUTION
L’ensemble adaptateur-camescope n’est pas
déconnecté de la source d’alimentation secteur
tant qu’il reste branché sur la prise murale
(secteur), même si le camescope a été mis hors
tension.
Remarque
Eloignez l’adaptateur secteur du camescope si
l’image est perturbée.
Utilisation d’une batterie de
voiture
Utilisez le chargeur auto Sony DC-V515A (non
fourni). Raccordez le cordon du chargeur à la
douille d’allume-cigares de la voiture (12 V ou
24 V).
Pour les détails, reportez-vous au mode d’emploi
du chargeur auto.
Pour retirer le chargeur auto
Le chargeur auto s’enlève de la même façon que
la batterie rechargeable.
Ce logo indique que ce produit est
un accessoire d’origine pour les
appareils vidéo Sony.
Quand vous achetez des appareils vidéo Sony,
Sony vous recommande les accessoires portant le
logo “GENUINE VIDEO ACCESSORIES”.
Utilisation d’autres sources
d’alimentation
Diverse mogelijkheden voor
stroomvoorziening
WAARSCHUWING
Mocht het nodig zijn het netsnoer te vervangen,
laat dit dan uitsluitend bij een erkende
onderhoudsdienst verrichten.
VOORZICHTIG
Zolang de stekker in het stopcontact zit, blijft de
stroomtoevoer naar het apparaat intact, ook al is
het apparaat uitgeschakeld.
Opmerking
Als er bij netspanningsvoeding storing in beeld
zichtbaar is, plaatst u de netspanningsadapter
wat verder uit de buurt van de camcorder.
Gebruik op stroom van een
auto-accu
Gebruik voor het aansluiten de Sony DC-V515A
auto-batterijlader (niet bijgeleverd). Sluit het
auto-accusnoer aan op de sigarette-aanstekerbus
van de auto (12 V of 24 V auto-accu).
Zie tevens de gebruiksaanwijzing van uw auto-
batterijlader.
Losmaken van de auto-batterijlader
Verwijder de auto-batterijlader op dezelfde wijze
als een batterijpak.
Dit beeldmerk geeft aan dat dit
product een originele accessoire is,
bestemd voor gebruik met Sony
video-apparatuur.
Voor toepassing met Sony video-apparatuur
wordt aanbevolen uitsluitend de voor deze
apparatuur bestemde accessoires aan te schaffen,
die zijn voorzien van ditzelfde “GENUINE
VIDEO ACCESSORIES” beeldmerk.
28
Changement des
réglages de modes
Vous pouvez changer les réglages des différents
modes dans le menu pour bénéficier des autres
caractéristiques et fonctions de ce camescope.
(1)Appuyez sur MENU pour afficher le menu.
(2)Tournez la molette de commande pour
sélectionner une icône à la gauche du menu,
puis appuyez sur la molette.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner le paramètre souhaité, puis
appuyez sur la molette.
(4)Tournez la molette de commande pour
sélectionner le mode souhaité, puis appuyez
sur la molette. Si vous voulez changer de
mode, répétez les étapes 3 et 4. Si vous voulez
changer les autres paramètres, sélectionnez
RETURN et appuyez sur la molette, puis
répétez les étapes 2 à 4.
(5)Appuyez sur MENU ou sélectionnez l’icône
pour quitter le menu.
Wijzigen van de oorspronkelijke
menu-instellingen
U kunt een aantal functies van deze camcorder
geheel naar eigen inzicht aanpassen, via de
instellingen in het ingebouwde keuzemenu.
(1)Druk op de MENU toets om het keuzemenu
in de zoeker te laten verschijnen.
(2)Draai aan de menuregelknop om in te stellen
op het gewenste pictogram aan de linkerkant
van het menu en druk de menuregelknop in.
(3)Draai aan de menuregelknop om in te stellen
op het gewenste menu-onderdeel en druk de
menuregelknop in.
(4)Draai nogmaals aan de menuregelknop om
het gekozen onderdeel in de gewenste stand
te zetten en druk de menuregelknop weer in.
Zijn er nog andere onderdelen in dit menu die
u wilt wijzigen of uitproberen, herhaal dan de
stappen 3 en 4. Als u punten in andere menu’s
wilt wijzigen, stelt u in op RETURN en
drukt u de menuregelknop in en dan herhaalt
u de stappen 2 t/m 4.
(5)Druk nogmaals op de MENU toets of stel in
op het pictogram om het keuzemenu van
het scherm te laten verdwijnen.
1
5
CAMERA
2
3
4
MENU
MENU
CAMERA SET
D ZOOM
16 : 9WIDE
STEADYSHOT
WIND
AE SHIFT
PHOTO
[MENU] : END
CAMERA SET
D ZOOM
16 : 9WIDE
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
REC LAMP
INDICATOR
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
REC LAMP
INDICATOR
RETURN
ON
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
REC LAMP
INDICATOR
RETURN
0 HR
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
REC LAMP
INDICATOR
RETURN
ON
OFF
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
REC LAMP
INDICATOR
RETURN
ON
OFF
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
REC LAMP
INDICATOR
RETURN
OFF
0 HR
PLAYER
PLAYER SET
H i F i SOUND
EDIT
TBC
DNR
NTSC PB
[MENU] : END
29
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Remarque sur le changement du réglage de
mode
Les paramètres du menu sont différents selon le
réglage de l’interrupteur POWER sur PLAYER
ou CAMERA.
Sélection du réglage de mode
de chaque paramètre
Paramètres communs aux modes
CAMERA et PLAYER
Ò REMAIN* <AUTO/ON>
Sélectionnez AUTO pour afficher l’indicateur
de bande restante.
pendant environ 8 secondes après la mise
sous tension du camescope et le calcul de la
longueur de bande restante.
pendant environ 8 secondes après l’insertion
d’une cassette et le calcul de la longueur de
bande restante.
pendant environ 8 secondes après une
pression sur ( dans le mode PLAYER.
pendant environ 8 secondes après une
pression sur DISPLAY de la télécommande
pour afficher les indicateurs.
pendant le rembobinage ou l’avance de la
bande, ou la recherche d’image, en mode
PLAYER.
Sélectionnez ON pour toujours afficher
l’indicateur de bande restante.
COUNTER* <NORMAL/TIME CODE>
Normalement sélectionnez NORMAL.
Dans le mode PLAYER, sélectionnez TIME
CODE pour afficher le code temporel RC et
effectuer des montages plus précis, ou pour
vérifier le temps total de tournage depuis le
début de la bande. Le code temporel RC est
indiqué en “heures, minutes, secondes, images”
par “0:00:00:00”. Le nombre d’images n’est
toutefois pas indiqué en mode CAMERA.
LTR SIZE* <NORMAL/2x>
Normalement sélectionnez NORMAL.
Sélectionnez 2x pour doubler la taille du
paramètre du menu sélectionné.
BEEP* <ON/OFF>
Sélectionnez ON pour entendre un signal
sonore quand vous commencez/arrêtez le
tournage, etc.
Sélectionnez OFF si vous ne voulez pas
entendre le signal sonore.
Changement des réglages de
modes
Wijzigen van de
oorspronkelijke menu-
instellingen
Betreffende de beschikbare menu-instellingen
Met de POWER schakelaar in de “CAMERA”
stand of de “PLAYER” stand zullen er
verschillende menu-instellingen verschijnen.
Keuzemogelijkheden voor de
menu-instellingen
Instellingen die zowel voor de
CAMERA als de PLAYER stand gelden
Aanduiding voor de resterende speelduur*
<Ò REMAIN: AUTO/ON>
Stel in op “AUTO” als u de tijdbalk voor de
resterende speelduur alleen wilt zien:
gedurende ongeveer 8 seconden na het
inschakelen van de camcorder en het
berekenen van de resterende speelduur.
gedurende ongeveer 8 seconden na het
insteken van een videocassette en het
berekenen van de resterende speelduur.
gedurende ongeveer 8 seconden na
indrukken van de ( weergavetoets in de
PLAYER weergavestand.
gedurende ongeveer 8 seconden nadat u op
de DISPLAY toets van de afstandsbediening
drukt om de scherm-aanduidingen te laten
verschijnen.
tijdens het snelspoelen van de band of het
opzoeken van beelden in de PLAYER
weergavestand.
Stel in op “ON” als u de tijdbalk voor de
resterende speelduur voortdurend wilt laten
aangeven.
Teller* normaal/tijdcode <COUNTER:
NORMAL/TIME CODE)
Gewoonlijk kunt u de “NORMAL” stand voor
de gewone bandteller aanhouden.
Kies in de “PLAYER” weergavestand voor
“TIME CODE” als u de RC tijdcode-gegevens
voor de bandteller wilt gebruiken, om de
verstreken speelduur vanaf het begin van de
band nauwkeurig te zien of om de
videomontage met maximale precisie te
verrichten. De RC tijdcode geeft de speelduur
aan in uren, minuten, seconden en
beeldnummers, in de vorm “0:00:00:00”. In de
“CAMERA” opnamestand zullen de
beeldnummers echter niet worden aangegeven.
Menu-aanduiding vergroten* <LTR SIZE:
NORMAL/2x>
Gewoonlijk kunt u de “NORMAL” stand voor
de gewone schermweergave aanhouden.
Kies de “2x” stand als u een gekozen menu-
onderdeel op tweemaal de normale grootte wilt
zien.
Waarschuwingstoon* aan/uit <BEEP: ON/
OFF>
Kies de “ON” stand als u een pieptoon wilt
horen bij het starten en het stoppen met
opnemen.
Kies de “OFF” stand als u de
waarschuwingspieptoon niet wilt horen.
30
Wijzigen van de
oorspronkelijke menu-
instellingen
Afstandsbediening aan/uit
<COMMANDER: ON/OFF>
Stel in op “ON” als u voor de bediening van de
camcorder de bijgeleverde afstandsbediening
wilt gebruiken.
Stel in op “OFF” wanneer u de bijgeleverde
afstandsbediening niet gebruikt.
Verlichting uitleesvenster* aan/uit
<INDICATOR: BL ON/BL OFF>
Stel in op “BL ON” om de
achtergrondverlichting van het uitleesvenster
in te schakelen.
Stel in op “BL OFF” om het uitleesvenster niet
speciaal te verlichten.
Bij gebruik op het lichtnet, met de
netspanningsadapter, verschijnt dit onderdeel
niet in het keuzemenu.
Instellingen die alleen voor de
CAMERA stand gelden
Digitale zoom-functie*: aan/uit <D ZOOM:
ON/OFF>
Kies “ON” om te kunnen beschikken over de
digitale zoomfunctie.
Kies “OFF” als u de digitale zoomfunctie wilt
uitschakelen. Dan wordt het maximale
zoombereik beperkt tot 21x.
Breedbeeld-opname*: aan/uit <16:9 WIDE:
OFF/CINEMA/16:9FULL>
Gewoonlijk kunt u de breedbeeld-
opnamefunctie op “OFF” laten staan.
Kies de “CINEMA” stand om video-opnamen
te maken in een extra-breed “CINEMA”
speelfilmformaat.
Kies “16:9FULL” om op te nemen in 16:9
formaat, speciaal voor weergave op een
breedbeeld-TV.
Beeldstabilisatie* aan/uit <STEADYSHOT:
ON/OFF>
Gewoonlijk laat u de beeldstabilisatie met
“ON” ingeschakeld.
Kies de “OFF” stand als u de beeldstabilisatie
wilt uitschakelen.
Windgeruis-onderdrukking <WIND: ON/
OFF>
Kies de “ON” stand als u bij het opnemen
windgeruis wilt onderdrukken.
Stel in op “OFF” voor normale
geluidsopnamen.
Helderheidsregeling* <AE SHIFT>
Kies dit onderdeel wanneer u de helderheid van
het beeld wilt bijregelen.
Foto-opnamefuncties* <PHOTO: NORMAL/
FADE/SHUTTER>
Gewoonlijk kunt u de “NORMAL” stand
aanhouden.
Stel in op “FADE” als u de in/uit-fade functie
wilt gebruiken in de “PHOTO” stand.
Stel in op “SHUTTER” als u de langzame
sluitertijden wilt gebruiken.
Changement des réglages de
modes
COMMANDER <ON/OFF>
Sélectionnez ON pour piloter le camescope
avec la télécommande fournie.
Sélectionnez OFF si vous n’utilisez pas la
télécommande.
INDICATOR* <BL ON/BL OFF>
Sélectionnez BL ON pour éclairer l’afficheur.
Sélectionnez BL OFF pour éteindre le rétro-
éclairage de l’afficheur.
Si vous utilisez l’adaptateur secteur comme
source d’alimentation, ce paramètre n’apparaîtra
pas dans le menu.
Paramètres en mode CAMERA
seulement
D ZOOM* <ON/OFF>
Sélectionnez ON pour activer le zoom
numérique.
Sélectionnez OFF si vous n’utilisez pas le zoom
numérique. Le zoom revient à 21x.
16:9 WIDE* <OFF/CINEMA/16:9FULL>
Normalement sélectionnez OFF.
Sélectionnez CINEMA pour enregistrer en
mode CINEMA.
Sélectionnez 16:9FULL pour enregistrer en
mode 16:9FULL.
STEADYSHOT* <ON/OFF>
Normalement sélectionnez ON.
Sélectionnez OFF pour débrayer le stabilisateur.
WIND <ON/OFF>
Sélectionnez ON pour réduire le bruit du vent
pendant l’enregistrement.
Normalement sélectionnez OFF.
AE SHIFT*
Sélectionnez ce paramètre pour ajuster la
luminosité de l’image.
PHOTO* <NORMAL/FADE/SHUTTER>
Normalement sélectionnez NORMAL.
Sélectionnez FADE pour activer la fonction de
fondu photo.
Sélectionnez SHUTTER pour activer la fonction
de simulation d’obturateur d’appareil photo.
31
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Changement des réglages de
modes
REC MODE* <SP/LP>
Sélectionnez SP pour enregistrer une cassette en
mode SP (durée normale).
Sélectionnez LP pour enregistrer une cassette
en mode LP (longue durée).
Si une cassette enregistrée sur ce camescope en
mode LP est reproduite sur un autre type de
camescope ou magnétoscope 8 mm, l’image ne
sera pas aussi bonne que sur ce camescope.
ORC TO SET*
Sélectionnez ce paramètre pour ajuster le
camescope de manière optimale pour
l’enregistrement.
Quand cette fonction est en service, “ORC ON”
apparaît.
CLOCK SET*
Choisissez ce paramètre pour régler la date et
l’heure.
DEMO MODE* <ON/OFF>
Sélectionnez ON pour que la démonstration
apparaisse.
Sélectionnez OFF pour désactiver le mode de
démonstration.
Remarques sur le mode de démonstration
DEMO MODE a été réglé sur STBY (attente)
en usine et la démonstration commence
environ 10 minutes après le réglage de
l’interrupteur POWER sur CAMERA, si
aucune cassette n’est insérée.
Vous ne pouvez pas sélectionner STBY de
DEMO MODE dans le menu.
Vous ne pouvez pas sélectionner DEMO
MODE quand une cassette est insérée dans
le camescope.
Si vous insérez une cassette pendant la
démonstration, la démonstration s’arrête et
vous pouvez filmer comme d’habitude.
DEMO MODE revient automatiquement au
réglage STBY.
Pour regarder la démonstration
Si une cassette est insérée, éjectez-la.
Sélectionnez ON de DEMO MODE puis
fermez le menu. La démonstration commence.
Lorsque vous éteignez le camescope, DEMO
MODE revient automatiquement au réglage
STBY.
WORLD TIME*
Sélectionnez ce paramètre pour régler l’horloge
en fonction du décalage horaire.
REC LAMP* <ON/OFF>
Sélectionnez OFF si vous ne voulez pas que le
voyant d’enregistrement/batterie à l’avant du
camescope s’allume.
Normalement sélectionnez ON.
Wijzigen van de
oorspronkelijke menu-
instellingen
Opnamesnelheid* <REC MODE: SP/LP>
Stel in op “SP” voor opnemen met de SP-
snelheid voor standaard speelduur.
Stel in op “LP” voor opnemen met de LP-
snelheid voor langere speelduur.
Wanneer u video-opnamen die met deze
camcorder op LP-snelheid zijn gemaakt, afspeelt
op een andere 8-mm camcorder of videorecorder,
kan de weergavekwaliteit wel eens minder zijn
dan bij afspelen op deze camcorder zelf.
Automatische bandcontrole* voor opname
<ORC TO SET>
Schakel deze functie in om voor het opnemen
automatisch de toestand van de cassetteband te
controleren, voor de beste opnamekwaliteit.
Als deze functie reeds is ingeschakeld, zal er
“ORC ON” worden weergegeven.
Klok-gelijkzetfunctie* <CLOCK SET>
Voor het gelijkzetten van de datum of tijd.
Demonstratie* <DEMO MODE: ON/OFF>
Kies “ON” om de ingebouwde demonstratie
van de camcorder in te schakelen.
Kies “OFF” om de demonstratie uit te zetten.
Betreffende de demonstratiefunctie
De DEMO MODE demonstratiefunctie is in
de fabriek op de “STBY” paraatstand
ingesteld. Dit houdt in dat de demonstratie
automatisch begint, zo’n 10 minuten nadat u
de POWER schakelaar op “CAMERA” zet
zonder dat er een cassette in de camcorder
aanwezig is.
U kunt in het keuzemenu de demonstratie
wel starten of stoppen, maar deze “STBY”
paraatstand kunt u niet zelf kiezen.
De demonstratie kan niet worden
ingeschakeld wanneer er een cassette in de
camcorder aanwezig is.
Als u tijdens de demonstratie een
videocassette insteekt, stopt de demonstratie
automatisch. Dan kunt u verder gewoon
gaan opnemen. De demonstratiefunctie
keert dan automatisch terug naar de “STBY”
paraatstand.
Onmiddellijk de demonstratie zien
Verwijder een eventuele cassette uit de
camcorder. Zet in het keuzemenu het onder
deel DEMO MODE in de “ON” stand en laat
het menu van het scherm verdwijnen. De de
monstratie zal dan beginnen. Bij uitschakelen
van de camcorder komt de DEMO MODE
functie automatisch weer op “STBY” te staan.
Instellen op een andere tijdzone*
<WORLD TIME>
Kies deze functie als u de klok op een andere
tijdzone wilt instellen.
Opname/batterijlampje* aan/uit <REC
LAMP: ON/OFF>
Stel in op “OFF” als u wilt voorkomen dat het
camera-opname/batterijlampje vóór op de
camcorder oplicht.
Gewoonlijk kunt u dit lampje op “ON” laten
staan.
32
Changement des réglages de
modes
Paramètres en mode PLAYER
seulement
HiFi SOUND <STEREO/1/2>
Normalement sélectionnez STEREO.
Sélectionnez 1 ou 2 pour reproduire une
cassette à deux pistes son.
EDIT <ON/OFF>
Sélectionnez ON pour réduire la dégradation
de l’image due au montage.
Normalement sélectionnez OFF.
TBC* <ON/OFF>
Normalement réglez sur ON pour corriger le
tremblotement de l’image.
Sélectionnez OFF s’il n’est pas nécessaire de
corriger le tremblotement. L’image risque d’être
instable lors de la lecture.
Remarque sur le réglage TBC
Réglez TBC sur OFF si:
vous reproduisez une cassette récopiée.
vous reproduisez une cassette sur laquelle
vous avez enregistré le signal d’une console
vidéo ou d’une machine similaire.
l’image de lecture est instable.
DNR* <ON/OFF>
•Normalement sélectionnez ON pour réduire le
bruit de l’image.
Réglez sur OFF si le sujet filmé est très mobile
pour éviter la rémanence d’images.
NTSC PB* <ON PAL TV/NTSC 4.43>
Normalement sélectionnez ON PAL TV.
Lors de la lecture d’une cassette enregistrée
dans le standard couleur NTSC, sélectionnez
NTSC 4.43 si votre téléviseur a le mode NTSC
4.43.
Si vous reproduisez la cassette sur un téléviseur
multistandard, sélectionnez le meilleur mode
tout en contrôlant la qualité de l’image sur le
téléviseur.
Les réglages suivants ne fonctionnent que
pendant la lecture
EDIT, HiFi SOUND, TBC et DNR.
* Ces réglages sont mémorisés même si la batterie
est enlevée, dans la mesure où la pile au lithium
est en place.
Wijzigen van de
oorspronkelijke menu-
instellingen
Instellingen die alleen voor de
“PLAYER” stand gelden
Geluidskeuze <HiFi SOUND: STEREO/1/2>
Handhaaf gewoonlijk de “STEREO” instelling
voor weergave van normale video-opnamen.
Kies één van beide geluidssporen, 1 of 2, voor
weergave van tweetalig videomateriaal.
Montagefunctie aan/uit <EDIT: ON/OFF>
Kies “ON” om speciaal bij het monteren van
video-opnamen verlies aan beeldkwaliteit tegen
te gaan.
Stel in op “OFF” als u de montagefunctie niet
gebruikt.
Tijdbasis-correctie* <TBC: ON/OFF>
Gewoonlijk kunt u deze instelling op “ON”
laten staan, om horizontale trillingen in het
beeld (“jitter”) te voorkomen.
Kies de stand “OFF” als de “jitter” trillingen te
heftig zijn en de tijdbasis-correctie deze niet kan
verhelpen. Het beeld zal dan bij weergave nog
steeds niet stabiel zijn.
Opmerking betreffende de tijdbasis-
correctie
Zet de tijdbasis-correctie (TBC) op “OFF”
voor het afspelen van:
Een videocassette die meermalen opnieuw is
opgenomen.
Video-opnamen van TV-spelletjes en
dergelijk beeldmateriaal.
Opnamen die bij weergave een sterk
fluctuerend beeld opleveren.
Beeldstoring-correctie* <DNR: ON/OFF>
Gewoonlijk kunt u deze instelling op “ON”
laten staan, om storing in het beeld te
onderdrukken.
Kies de stand “OFF” voor het weergeven van
beelden met veel beweging, om het optreden
van hinderlijke “nabeelden” te voorkomen.
Weergave-kleursysteem* <NTSC PB: ON
PAL TV/NTSC 4.43>
Laat deze instelling gewoonlijk op “ON PAL
TV” staan.
Stel in op “NTSC 4.43” voor het weergeven van
NTSC video-opnamen op een TV-toestel dat
geschikt is voor het NTSC 4.43 kleursysteem.
Voor weergave op een multi-systeem TV-
toestel kiest u de weergavestand die het beste
beeld op het scherm oplevert.
De volgende instellingen werken alleen
tijdens weergave
De EDIT montagefunctie, HiFi SOUND, TBC
tijdbasis-correctie en DNR beeldstoring-correctie.
* De met een sterretje gemarkeerde instellingen
blijven ook zonder batterijpak in het geheugen
van de camcorder bewaard, zolang er
tenminste een lithiumbatterij aanwezig is.
33
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Sélection de la fonction
Vous pouvez réaliser des fondus enchaînés pour
donner une touche professionnelle à vos
vidéogrammes.
Quand vous faites une entrée en fondu, l’image
apparaît progressivement tandis que le son
augmente. Quand vous faites une sortie en
fondu, l’image disparaît progressivement tandis
que le son diminue.
Utilisation du fondu
(fonction FADER)
FADER
M.FADER
(mosaïque)/
(mozaïekbeeld)
STRIPE
BOUNCE*
(Entrée en fondu
seulement)/(Alleen
in-faden)
Faden met kleur (MONOTONE)
Bij het in-faden zal het beeld van zwart/wit en
grijstinten geleidelijk meer kleur aannemen.
Bij het uit-faden vervagen de kleuren geleidelijk,
om te eindigen in zwart/wit en grijstinten.
* Wanneer de D ZOOM functie in het
instelmenu op “ON” is gezet, kunt u deze
functie niet gebruiken.
** Het geluid zal bij het WIPE in-faden niet
geleidelijk opkomen.
In- en uitfaden met
de FADER functie
Inschakelen van de FADER
functie
Met in- en uit-faden kunt u uw video-opnamen
een professioneel tintje geven.
Bij in-faden komt het beeld langzaam op en zwelt
het geluid ook geleidelijk aan. Bij uit-faden
vervaagt het beeld langzaam, terwijl ook het
geluid geleidelijk wegebt.
MONOTONE
Lors de l’entrée en fondu, l’image en blanc et noir
est progressivement remplacée par une image en
couleur.
Lors de la sortie en fondu, l’image en couleur est
progressivement remplacée par une image en
blanc et noir.
* Quand D ZOOM dans le menu est réglé sur
ON, vous ne pouvez pas utiliser cette fonction.
** Pendant la transition en volet, le son ne change
pas de volume.
[a]
RECSTBY
RECSTBY
[b]
OVERLAP
(Entrée en fondu
seulement)/(Alleen
in-faden)
WIPE**
(Entrée en fondu
seulement)/(Alleen
in-faden)
34
Utilisation de la fonction
Entrée en fondu [a]
(1)Quand le camescope est en mode d’attente,
appuyez sur FADER jusqu’à ce que
l’indicateur de fondu souhaité clignote.
(2)Appuyez sur START/STOP pour commencer
la prise de vues. L’indicateur de fondu cesse
de clignoter.
Sortie en fondu [b]
(1)Pendant l’enregistrement, appuyez sur
FADER jusqu’à ce que l’indicateur de fondu
souhaité clignote.
(2)Appuyez sur START/STOP pour arrêter la
prise de vues. L’indicateur de fondu cesse de
clignoter et l’enregistrement s’arrête.
Le dernier mode de fondu sélectionné réapparaît
en premier quand vous sélectionnez la fonction.
Utilisation du fondu (fonction
FADER)
Quand vous utilisez la fonction
BOUNCE
Réglez D ZOOM sur OFF dans le menu.
Remarque sur la fonction BOUNCE
Quand vous utilisez les fonctions suivantes,
l’indicateur “BOUNCE” n’apparaît pas.
Mode grand écran
Fonctions dépendant de la touche PICTURE
EFFECT
Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3)
In- en uitfaden met de FADER
functie
Gebruik van de FADER functie
Voor in-faden [a]
(1)Zet de camcorder in de opnamepauzestand en
druk op de FADER toets tot de aanduiding
voor de gewenste fade-functie gaat
knipperen.
(2)Druk op de START/STOP toets wanneer u
met opnemen wilt beginnen. De fade-
indicator stopt dan met knipperen.
Voor uit-faden [b]
(1)Druk tijdens opnemen op de FADER toets tot
de gewenste fade-indicator gaat knipperen.
(2)Druk op de START/STOP toets wanneer u
met opnemen wilt stoppen. De fade-indicator
stopt dan met knipperen en het opnemen
stopt.
De laatst gekozen fade-functie wordt altijd als
eerste weer aangegeven.
Voor gebruik van de BOUNCE in-fade
functie
Zet eerst in het instelmenu de D ZOOM functie
op “OFF”.
Betreffende de BOUNCE in-fade functie
Als u een van de volgende functies inschakelt,
zal de “BOUNCE” in-fade functie niet werken en
de bijbehorende aanduiding niet verschijnen.
de breedbeeld-opnamefuncties;
functies die werken met de PICTURE EFFECT
toets;
de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of
1/3).
1
2
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
FADER
M.FADER
STRIPE
BOUNCE
MONOTONE
OVERLAP
WIPE
FADER
35
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Pour annuler la fonction
Avant d’appuyer sur START/STOP, appuyez sur
FADER jusqu’à ce que l’indicateur disparaisse.
Quand la date, l’heure ou un titre est affiché
Il n’est pas possible de faire apparaître ou
disparaître la date, l’heure et le titre en fondu.
Quand le commutateur START/STOP MODE est
réglé sur 5SEC ou
Vous ne pouvez pas effectuer de fondu.
Remarques sur le fondu
Quand vous sélectionnez BOUNCE, vous ne
pouvez pas utiliser les fonctions suivantes:
– Mise au point
– Zoom
•Les fonctions dépendant de la touche DIGITAL
EFFECT ne peuvent pas être utilisées pendant
un fondu. Quand vous utilisez ces fonctions,
vous ne pouvez pas non plus effectuer de
fondu.
•Si vous ne filmez rien avant l’utilisation du
fondu enchaîné ou en volet, le camescope
mémorisera la dernière image enregistrée sur la
cassette. Quand l’image est mémorisée,
l’indicateur OVERLAP ou WIPE clignote
rapidement et l’image filmée disparaît du
viseur. Selon l’état de la bande, l’image ne sera
peut être pas très nette.
Utilisation du fondu (fonction
FADER)
In- en uitfaden met de FADER
functie
Uitschakelen van de fade-functie
Druk op de FADER toets tot de fade-indicator
dooft voordat u op de START/STOP toets drukt.
Als er een titel, datum of tijdsaanduiding
wordt aangegeven
De titel, datum of tijd zal niet mee in- of uit-
faden.
Als de START/STOP MODE schakelaar in de “5
SEC” stand of de druktoets-stand staat
In dat geval zullen de fade-functies niet werken.
Opmerkingen betreffende het in- en uit-faden
Tijdens in-faden met de BOUNCE functie zijn
de volgende functies niet beschikbaar.
– scherpstelling;
– in/uit-zoom functies.
Tijdens het in- en uit-faden kunt u de functies
die werken met de DIGITAL EFFECT toets niet
gebruiken. Andersom kunt u tijdens gebruik
van de DIGITAL EFFECT functies ook niet het
beeld in of uit laten faden.
Als u de laatste scène voor het overlappen of
wegvegen niet speciaal zelf opneemt, zal de
camcorder automatisch even de
opnamecontrolefunctie inschakelen om het
laatst opgenomen beeld vast te houden. Terwijl
dit beeld in het geheugen wordt vastgelegd,
gaat de “WIPE” of “OVERLAP” aanduiding
snel knipperen en verdwijnt het huidige
opgenomen beeld uit de zoeker. Afhankelijk
van de toestand van de videoband kan het
beeld wel eens niet perfect scherp worden
opgenomen.
36
SHUTTER PHOTO
Vous pouvez enregistrer une image fixe, comme
une photographie, pendant environ sept
secondes. Ce mode est utile si vous voulez une
photographie d’un sujet filmé ou si vous voulez
imprimer l’image avec une imprimante vidéo
(non fournie).
Il est conseillé d’utiliser une torche vidéo flash
(non fournie) pour filmer dans l’obscurité. Fixez
la torche sur la griffe porte-accessoire
intelligente. Quand apparaît, la torche vidéo
flash est prête pour s’allumer pendant
l’enregistrement de la photo.
Vous pouvez aussi sélectionner le mode
d’enregistrement de photos (NORMAL, FADE,
SHUTTER) dans le menu (p. 28).
Enregistrement de
photos
FADE PHOTO
Maken van
stilstaande foto-
opnamen
Met de foto-opnamefunctie kunt u ongeveer
zeven seconden lang een stilstaand beeld op de
band opnemen. Dit is handig als u een goede blik
wilt krijgen op een niet-bewegend onderwerp
zoals een schilderij e.d. of als u een afdruk wilt
maken van een video-opname met behulp van
een video-fotoprinter (niet bijgeleverd).
Voor opnemen in het donker is het aanbevolen
een video-flitslamp (niet bijgeleverd) te
gebruiken. Breng de video-flitslamp aan op de
intelligente accessoireschoen. Wanneer de “
flits-aanduiding verschijnt, is de video-flitslamp
klaar voor gebruik.
U kunt de gewenste foto-opnamefunctie
(NORMAL, FADE of SHUTTER) kiezen in het
menusysteem (zie blz. 28).
•••••
•••••••
•••••
•••••••
1
2
CAPTURE
PHOTO
•••••••
PHOTO
(1)Zet de camcorder in de “STBY”
opnamepauzestand en houd de PHOTO toets
licht ingedrukt tot er een stilstaand beeld
verschijnt. Hierbij licht de aanduiding
“CAPTURE” op.
Om een ander stilstaand beeld op te nemen,
laat u de PHOTO toets los, kiest u een ander
beeld en houdt u opnieuw de PHOTO toets
licht ingedrukt.
(2)Druk nu de PHOTO toets steviger in.
Het stilstaand beeld dat u in de zoeker ziet wordt
nu ongeveer zeven seconden lang opgenomen.
Gedurende deze zeven seconden loopt de
geluidsopname gewoon door.
Om tijdens het normale opnemen een stilstaand
beeld vast te leggen, drukt u de PHOTO toets
direct wat steviger in. Dan wordt er ongeveer
zeven seconden lang een stilstaand beeld
opgenomen, waarna de camcorder in de
opnamepauzestand komt.
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente,
appuyez légèrement sur PHOTO et maintenez
la pression jusqu’à ce qu’une image fixe
apparaisse. CAPTURE apparaît.
Pour changer d’image fixe, relâchez PHOTO,
resélectionnez l’image, puis appuyez
légèrement sur PHOTO et maintenez la
pression.
(2)Appuyez plus fort sur PHOTO.
L’image fixe visible dans le viseur est enregistrée
pendant sept secondes environ. Le son est
également enregistré pendant ces sept secondes.
Pour enregistrer une image fixe pendant la prise
de vues normale, appuyez plus fort sur PHOTO.
L’image fixe est enregistrée pendant sept
secondes environ et le camescope revient au
mode d’attente.
37
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Remarques sur l’enregistrement de photos
Pendant l’enregistrement de photos, vous ne
pouvez pas changer le mode ni le réglage des
fonctions suivantes.
Balance des blancs
Vitesse d’obturation
Diaphragme
Gain
Fonctions dépendant de la touche PROGRAM
AE
La touche PHOTO ne fonctionne pas
quand vous sélectionnez ou utilisez un effet
numérique.
quand vous faites un fondu.
Lorsque vous enregistrez une image fixe, ne
bougez pas le camescope, sinon l’image
vacillera.
Quand clignote, c’est qu’il n’est pas possible
d’obtenir la luminosité adéquate.
Si vous voulez enregistrer une photo en cours
de tournage, la torche vidéo flash ne
fonctionnera pas ( n’apparaît pas).
Quand vous utilisez l’obturateur lent, la lampe
flash vidéo ne fonctionne pas ( n’apparaît
pas).
Enregistrement de photos
Opmerkingen over de foto-opnamefunctie
Tijdens het opnemen van een stilstaand beeld
kunt u de volgende functies niet gebruiken of
in een andere stand overschakelen.
kleurbalansinstelling
sluitertijdkeuze
diafragmaregeling (IRIS)
lichtgevoeligheidsregeling (GAIN)
de functies die werken met de PROGRAM AE
toets.
De PHOTO toets zal niet werken:
tijdens gebruik of instellen van de DIGITAL
EFFECT functies;
tijdens gebruik van de FADER functies.
Tijdens het opnemen van een stilstaand beeld
dient u te zorgen dat de camcorder niet schudt
of trilt, anders kan het opgenomen beeld
onduidelijk worden.
Wanneer de “ ” flits-aanduiding knippert, kan
de vereiste helderheid niet altijd worden
verkregen.
Wanneer u vanuit de normale opname
overschakelt naar de foto-opname, zal de
video-flitslamp niet werken (en zal het “ ” flits-
teken niet verschijnen).
Bij gebruik van de langzame sluitertijden zal de
video-flitslamp niet werken (en zal het “ ” flits-
teken niet verschijnen).
Maken van stilstaande
foto-opnamen
38
[b]
CINEMA
[a]
[c]
[e]
[f]
CINEMA
16:9 FULL
16:9 FULL
[d]
Sélection du mode
Vous pouvez filmer en format boîte à lettre
(CINEMA) ou 16:9 pour regarder vos
vidéogrammes sur un écran de télévision grand
écran (16:9 FULL).
Utilisation du mode
grand écran
Gebruik van de
breedbeeld-
opnamefunctie
Instellen op de gewenste
beeldverhouding
U kunt video-opnamen maken in een extra-breed
16:9 formaat als van een speelfilm (CINEMA), of
een 16:9 formaat speciaal voor weergave op een
breedbeeld-TV (16:9 FULL).
CINEMA
Er verschijnt nu zowel boven als onder in beeld
een zwarte balk, en het beeld in de zoeker [a] en
op een normaal TV-scherm [b] ziet er uit als dat
van een breedbeeld-speelfilm. Bij weergave op
een breedbeeld TV-scherm [c] verdwijnen de
zwarte balken en past het beeld precies op het
scherm.
16:9 FULL
Het beeld in de zoeker [d] en op een normaal TV-
scherm [e] ziet er in elkaar gedrukt uit. Ook dit
beeld zal bij weergave op een breedbeeld TV-
scherm [f] precies het gehele scherm vullen,
zonder het gecomprimeerde effect.
CINEMA
Des bandes noires apparaissent en haut et en bas
de l’écran et l’image dans le viseur [a] de même
que celle sur l’écran d’un téléviseur ordinaire [b]
semble large. Vous pouvez par contre regarder
l’image sans bandes noires sur un téléviseur
grand écran [c].
16:9 FULL
L’image dans le viseur [d] ou sur un téléviseur
ordinaire [e] est comprimée horizontalement
mais elle est normale sur un téléviseur grand
écran [f].
39
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Utilisation du mode
Vous pouvez sélectionner le mode grand écran
sur le menu (OFF, CINEMA, 16:9FULL) (p. 28).
Pour annuler le mode grand écran
Sélectionnez OFF dans le menu.
Pour regarder une cassette
enregistrée en mode grand écran
Pour regarder une cassette enregistrée en mode
CINEMA, réglez le téléviseur grand écran sur le
mode zoom. Pour regarder une cassette
enregistrée en mode 16:9 FULL, réglez-le sur
plein écran. Pour les détails, voir le mode
d’emploi du téléviseur.
Une image enregistrée en mode 16:9 FULL
semble comprimée sur l’écran d’un téléviseur
ordinaire.
Remarques sur le mode grand écran
En mode grand écran, vous ne pouvez pas
sélectionner la fonction OLD MOVIE avec
DIGITAL EFFECT ni la fonction BOUNCE avec
FADER.
Quand vous enregistrez en mode 16:9 FULL, la
date ou l’heure sont élargies sur un téléviseur
grand écran.
Si vous copiez une cassette, la cassette est
copiée dans le même mode que l’originale.
Pendant l’enregistrement, vous ne pouvez pas
changer de mode.
Utilisation du mode grand
écran
Inschakelen van de breedbeeld-
opnamefunctie
U kunt de gewenste breedbeeld-opnamefunctie
(WIDE MODE: OFF, CINEMA of 16:9FULL)
kiezen in het menusysteem (zie blz. 28).
Uitschakelen van de breedbeeld-
opnamefunctie
Zet het onderdeel WIDE MODE in het
keuzemenu op “OFF”.
Weergeven van video-opnamen
gemaakt met de breedbeeld-
opnamefunctie
Voor het bekijken van opnamen gemaakt met de
“CINEMA” breedbeeld-functie stelt u de
schermweergave van uw breedbeeld-TV in op de
inzoom-stand. Voor het bekijken van opnamen
gemaakt met de “16:9 FULL” breedbeeld-functie
stelt u de schermweergave van uw breedbeeld-
TV in op gebruik van het volledige scherm
(beeldverhouding 16:9). Zie voor nadere
bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van het
TV-toestel.
Houd er rekening mee dat de “16:9 FULL”
breedbeeld-opnamen er bij weergave op een
gewoon TV-toestel vreemd smal en in elkaar
gedrukt uit zullen zien.
Opmerkingen betreffende de breedbeeld-
opnamefunctie
Tijdens gebruik van de breedbeeld-
opnamefunctie kunt u niet de oude speelfilm-
sfeer inschakelen met de DIGITAL EFFECT
toets, evenmin als de BOUNCE fade-functie
met de FADER toets.
In video-opnamen die zijn gemaakt met de
“16:9 FULL” breedbeeld-opnamefunctie zal de
datum- of tijdsaanduiding bij weergave op een
breedbeeld-TV er uitgerekt uitzien.
Bij het kopiëren van video-opnamen zullen alle
beelden net zo worden overgenomen als ze
oorspronkelijk zijn opgenomen.
Tijdens opnemen kunt u de breedbeeld-
opnamefunctie niet omschakelen.
Gebruik van de breedbeeld-
opnamefunctie
40
Incrustation d’une image
fixe dans une image animée
La fonction STILL (arrêt sur image) vous permet
d’enregistrer une image fixe pour l’incruster dans
une image animée.
Le son est enregistré normalement.
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente
ou en mode d’enregistrement, appuyez sur
DIGITAL EFFET et tournez la molette de
commande jusqu’à ce que l’indicateur STILL
clignote.
(2)Appuyez sur la molette de commande.
L’indicateur STILL s’allume et l’afficheur
incrémental apparaît. L’image fixe est
mémorisée.
(3)Tournez la molette de commande pour ajuster
l’intensité de l’image fixe que vous voulez
incruster dans l’image animée. L’intensité
augmente proportionnellement au nombre de
segments.
(4)Appuyez sur START/STOP pour commencer
à filmer une scène avec l’image fixe incrustée.
Quand la prise de vues est terminée, appuyez
de nouveau sur START/STOP.
Dubbelbeeld van een
stilstaand beeld over
bewegende beelden heen
Met de “STILL” dubbelbeeld-opnamefunctie
kunt u een stilstaand beeld opnemen over de
bewegende beelden heen. Het geluid wordt
hierbij normaal opgenomen.
(1)Druk tijdens opnemen of in de
opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT
toets en draai aan de regelknop tot de
aanduiding “STILL” gaat knipperen.
(2)Druk de regelknop in.
De “STILL” aanduiding blijft branden en er
verschijnen enkele stilbeeld-balkjes. Het
stilstaand beeld wordt in het geheugen
vastgelegd.
(3)Draai aan de regelknop om aan te geven in
welke mate u het stilstaand beeld zichtbaar
wilt maken over de bewegende beelden. Hoe
meer stilbeeld-balkjes u kiest, des te
duidelijker wordt het stilstaand beeld.
(4)Druk op de START/STOP toets om de
bewegende beelden te gaan opnemen met
daar overheen het stilstaande beeld. Om te
stoppen met opnemen, drukt u nogmaals op
de START/STOP toets.
2
3
4
1
STILL
STILL
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
DIGITAL
EFFECT
Uitschakelen van de dubbelbeeld-
opnamefunctie
Druk op de DIGITAL EFFECT toets.
Opmerkingen over de “STILL” dubbelbeeld-
opname
De volgende functies zijn niet te gebruiken
tijdens het opnemen van dubbelbeelden met
stilstaand beeld:
– in/uit-faden met de FADER toets;
– de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of
1/3);
– functies die werken met de PHOTO toets.
Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF”
zet, wordt de dubbelbeeldfunctie automatisch
uitgeschakeld.
Pour annuler l’incrustation
Appuyez sur DIGITAL EFFECT.
Remarques sur l’incrustation d’une image fixe
Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions
suivantes pendant l’enregistrement d’une
image fixe.
– Fonctions dépendant de la touche FADER
Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3)
– Fonctions dépendant de la touche PHOTO
Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur
OFF, l’incrustation d’image est
automatiquement annulée.
41
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Enregistrement
d’une série d’images
fixes
La fonction FLASH (stroboscope) vous permet
d’enregistrer une série d’images fixes à
intervalles constants.
Le son est enregistré normalement.
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente
ou en mode d’enregistrement, appuyez sur
DIGITAL EFFECT et tournez la molette de
commande jusqu’à ce que l’indicateur FLASH
clignote.
(2)Appuyez sur la molette de commande.
L’indicateur FLASH s’allume et l’afficheur
incrémental apparaît.
(3)Tournez la molette de commande pour ajuster
l’intervalle du mouvement stroboscopique.
L’intervalle augmente proportionnellement
au nombre de segments.
(4)Appuyez sur START/STOP. L’enregistrement
stroboscopique commence. Quand la prise de
vues est terminée, appuyez de nouveau sur
START/STOP.
[a]enregistrement normal
[b]enregistrement stroboscopique
Een reeks
stilstaande beelden
achtereen opnemen
Met de “FLASH” interval-opname kunt u een
serie stilstaande beelden opnemen met vaste
tussenpozen.
Het geluid wordt hierbij normaal opgenomen.
(1)Druk tijdens opnemen of in de
opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT
toets en draai aan de regelknop tot de
aanduiding “FLASH” gaat knipperen.
(2)Druk de regelknop in.
De “FLASH” aanduiding blijft branden en er
verschijnen enkele stilbeeld-balkjes.
(3)Draai aan de regelknop om aan te geven in
welk tempo u stilstaande beelden wilt
opnemen. Hoe meer stilbeeld-balkjes u kiest,
des te groter de intervallen.
(4)Druk op de START/STOP toets om de reeks
stilstaande beelden te gaan opnemen. Om te
stoppen met opnemen, drukt u nogmaals op
de START/STOP toets.
[a]normale opname
[b]stilbeeld interval-opname
2
3
4
1
FLASH
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
DIGITAL
EFFECT
FLASH
[a]
[b]
42
La fonction LUMI. (incrustation en luminance)
vous permet de remplacer une partie plus
lumineuse d’une image fixe par une image
animée.
Par exemple, si le sujet de l’image fixe se détache
nettement d’un fond lumineux, vous pouvez
incruster votre scène favorite sur ce fond. Le son
est enregistré normalement.
Remplacement d’une partie
lumineuse d’une image fixe
par une image animée
Pour annuler l’effet stroboscopique
Appuyez sur DIGITAL EFFECT.
Remarques sur l’effet stroboscopique
Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions
suivantes pendant l’enregistrement
stroboscopique.
– Fonctions dépendant de la touche FADER
Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3)
– Fonctions dépendant de la touche PHOTO
Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur
OFF, l’enregistrement stroboscopique est
automatiquement annulé.
Enregistrement d’une série
d’images fixes
Een reeks stilstaande beelden
achtereen opnemen
Uitschakelen van de interval-opname
Druk op de DIGITAL EFFECT toets.
Opmerkingen over de “FLASH” interval-
opname
De volgende functies zijn niet te gebruiken
tijdens het opnemen van een reeks stilstaande
beelden:
in/uit-faden met de FADER toets;
de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of
1/3);
– functies die werken met de PHOTO toets.
Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF”
zet, wordt de interval-opname automatisch
uitgeschakeld.
Met de “LUMI.” helderheidssleutel-opname kunt
u de doorlopende bewegende beelden invoegen
in een helder gedeelte van een stilstaand beeld.
Zo kunt u als achtergrondbeeld voor andere
opnamen een favoriete scène in het geheugen
vastleggen als stilstaand beeld, bijvoorbeeld een
opname van een persoon tegen een heldere
achtergrond. Het geluid wordt hierbij normaal
opgenomen.
Bewegende beelden
invoegen in een helder deel
van een stilstaand beeld
43
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente
ou en mode d’enregistrement, appuyez sur
DIGITAL EFFECT et tournez la molette de
commande jusqu’à ce que l’indicateur LUMI.
clignote.
(2)Appuyez sur la molette de commande.
L’indicateur LUMI. s’allume et l’afficheur
incrémental apparaît. L’image fixe est
mémorisée.
(3)Tournez la molette de commande pour ajuster
la couleur de l’image fixe. L’intensité de la
couleur augmente proportionnellement au
nombre de segments.
(4)Appuyez sur START/STOP. L’enregistrement
avec incrustation en luminance commence.
Pour arrêter l’enregistrement, appuyez une
nouvelle fois sur START/STOP.
[a]image fixe
[b]image animée
(1)Druk tijdens opnemen of in de
opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT
toets en draai aan de regelknop tot de
aanduiding “LUMI.” gaat knipperen.
(2)Druk de regelknop in.
De “LUMI.” aanduiding blijft branden en er
verschijnen enkele helderheidssleutel-balkjes.
Het stilstaand beeld wordt in het geheugen
vastgelegd.
(3)Draai aan de regelknop om het kleurschema
van het stilstaande beeld bij te regelen. Hoe
meer helderheidssleutel-balkjes u kiest, des te
groter de helderheid van het stilstaand beeld.
(4)Druk op de START/STOP toets om normale
beelden te gaan opnemen in een deel van het
stilstaand beeld. Om te stoppen met
opnemen, drukt u nogmaals op de START/
STOP toets.
[a]stilstaand beeld
[b]bewegend beeld
Remplacement d’une partie
lumineuse d’une image fixe
par une image animée
Bewegende beelden invoegen
in een helder deel van een
stilstaand beeld
2
3
4
1
LUMI.
[a] [b]
DIGITAL
EFFECT
2
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
LUMI.
Uitschakelen van de
helderheidssleutel-opname
Druk op de DIGITAL EFFECT toets.
Opmerkingen over de “LUMI.”
helderheidssleutel-opname
De volgende functies zijn niet te gebruiken
tijdens het opnemen in een deel van een
stilstaand beeld:
– in/uit-faden met de FADER toets;
– de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of
1/3);
– functies die werken met de PHOTO toets.
Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF”
zet, wordt de helderheidssleutel-opname
automatisch uitgeschakeld.
Pour annuler l’incrustation en
luminance
Appuyez sur DIGITAL EFFECT.
Remarques sur l’incrustation en luminance
Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions
suivantes pendant l’incrustation en luminance.
– Fonctions dépendant de la touche FADER
– Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3)
– Fonctions dépendant de la touche PHOTO
Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur
OFF, l’incrustation en luminance est
automatiquement annulée.
44
La fonction TRAIL (effet de traînage) vous
permet d’enregistrer une image qui laisse une
image résiduelle, semblable à une traînée. Le son
est enregistré normalement. Vous pouvez ajuster
la durée de l’image résiduelle avec la molette de
commande.
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente
ou en mode d’enregistrement, appuyez sur
DIGITAL EFFECT et tournez la molette de
commande jusqu’à ce que l’indicateur TRAIL
clignote.
(2)Appuyez sur la molette de commande.
L’indicateur TRAIL s’allume et l’afficheur
incrémental apparaît.
(3)Tournez la molette de commande pour ajuster
la durée de l’image résiduelle.
La durée augmente proportionnellement au
nombre de segments.
Pour annuler l’effet de traînage
Appuyez sur DIGITAL EFFECT.
Remarques sur l’effet de traînage
Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions
suivantes avec l’effet de traînage.
Fonctions dépendant de la touche FADER
Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3)
Fonctions dépendant de la touche PHOTO
Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur
OFF, l’effet de traînage est automatiquement
annulé.
Addition d’une
image résiduelle
Opnemen met
langzaam vervagende
nabeelden
Met de “TRAIL” nabeeld-opname kunt u zorgen
dat de beelden die u opneemt, een spoor van
nabeelden achterlaten. Het geluid wordt hierbij
normaal opgenomen. U kunt de tijd dat de
nabeelden zichtbaar blijven, instellen met de
regelknop.
(1)Druk tijdens opnemen of in de
opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT
toets en draai aan de regelknop tot de
aanduiding “TRAIL” gaat knipperen.
(2)Druk de regelknop in.
De “TRAIL” aanduiding blijft branden en er
verschijnen enkele nabeeld-balkjes. Het
stilstaand beeld wordt in het geheugen
vastgelegd.
(3)Draai aan de regelknop om de tijd dat de
nabeelden zichtbaar blijven, in te stellen.
Hoe meer nabeeld-balkjes u kiest, des te
langer blijven de nabeelden zichtbaar.
Uitschakelen van de nabeeld-opname
Druk op de DIGITAL EFFECT toets.
Opmerkingen over de “TRAIL” nabeeld-
opname
De volgende functies zijn niet te gebruiken
tijdens het maken van opnamen met nabeelden:
– in/uit-faden met de FADER toets;
– de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of
1/3);
– functies die werken met de PHOTO toets.
Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF”
zet, wordt de nabeeld-opname automatisch
uitgeschakeld.
2
3
1
TRAIL
DIGITAL
EFFECT
TRAIL
45
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Met de “OLD MOVIE” functie kunt u opnamen
maken die er uitzien als films uit de oude doos.
De camcorder stelt automatisch de breedbeeld-
functie in op “CINEMA”, het beeldeffect op
“SEPIA” en past hier ook de sluitertijd bij aan.
(1)Druk tijdens opnemen of in de
opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT
toets en draai aan de regelknop tot de
aanduiding “OLD MOVIE” gaat knipperen.
(2)Druk de regelknop in.
De “OLD MOVIE” aanduiding blijft branden.
Uitschakelen van de oude-speelfilm
functie
Druk op de DIGITAL EFFECT toets.
Opmerkingen over de “OLD MOVIE”
oude-speelfilm opname
De volgende functies zijn niet te gebruiken
tijdens het opnemen met de oude-speelfilm
functie:
in/uit-faden met de FADER toets;
de breedbeeld-opnamefuncties;
beeldeffectfuncties met de PICTURE EFFECT
toets;
belichtingsfuncties met de PROGRAM AE
toets;
sluitertijdfuncties met de SHUTTER SPEED
toets;
– functies die werken met de PHOTO toets.
Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF”
zet, wordt de oude-speelfilm functie
automatisch uitgeschakeld.
Simulation de
l’atmosphère d’un
vieux film
Le mode OLD MOVIE (vieux film) vous permet
d’enregistrer une image semblable à celle d’un
vieux film. Le camescope sélectionne
automatiquement le mode grand écran CINEMA,
l’effet pictural SEPIA et la vitesse d’obturation
appropriée.
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente
ou en mode d’enregistrement, appuyez sur
DIGITAL EFFECT et tournez la molette de
commande jusqu’à ce que l’indicateur OLD
MOVIE clignote.
(2)Appuyez sur la molette de commande.
L’indicateur OLD MOVIE s’allume.
Pour annuler l’effet vieux film
Appuyez sur DIGITAL EFFECT.
Remarques sur l’effet vieux film
Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions
suivantes en mode vieux film.
– Fonctions dépendant de la touche FADER
– Mode grand écran
– Fonctions dépendant de la touche PICTURE
EFFECT
– Fonctions dépendant de la touche PROGRAM
AE
– Fonctions dépendant de la touche SHUTTER
SPEED
– Fonctions dépendant de la touche PHOTO
Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur
OFF, l’effet vieux film est automatiquement
annulé.
Beelden met de
sfeer van oude
speelfilms
2
1
OLD MOVIE
OLD MOVIE
DIGITAL
EFFECT
46
Utilisation d’effets
picturaux
Sélection d’un effet
Avec la fonction PICTURE EFFECT vous pouvez
truquer la prise de vues pour produire des
images comme à la télévision.
PASTEL [a]
Le contraste de l’image est accentué et l’image
ressemble à un dessin animé.
NEG. ART [b]
La couleur et la luminosité de l’image sont
inversées.
SEPIA
L’image prend la couleur sépia.
B&W
L’image devient monochrome (noir et blanc).
SOLARIZE [c]
L’intensité lumineuse est plus grande et l’image
ressemble à une illustration.
MOSAIC [d]
L’image est en mosaïque.
SLIM [e]
L’image est allongée.
STRETCH [f]
L’image est élargie.
Diverse
beeldeffecten
Speciale effecten om uw
opnamen te verlevendigen
Met de beeldeffectfuncties kunt u uw video-
opnamen zo pakkend maken als een interessante
TV-productie.
Pasteltinten (PASTEL) [a]
Het contrast van uw video-opnamen wordt
zodanig aangescherpt dat ze eruit gaan zien als
een tekenfilm.
Kleurnegatief (NEG. ART) [b]
De kleuren en de helderheid van het beeld
worden “omgekeerd”.
Sepia (SEPIA)
De beelden verschijnen in sepia, de kleur van
oude foto’s.
Zwart/wit (B&W)
De beelden komen slechts in zwart, wit en
grijstinten door.
Solarisatie (SOLARIZE) [c]
De lichtintensiteit wordt aangescherpt en uw
beelden verkrijgen een abstract effect, als van een
illustratie.
Mozaïekbeeld (MOSAIC) [d]
Uw onderwerp komt als een mozaïek van kleine
blokjes in beeld.
Smaller (SLIM) [e]
Het beeld wordt in de hoogte uitgerekt.
Breder (STRETCH) [f]
Het beeld wordt in de breedte uitgerekt.
[a] [b] [c] [d] [e] [f]
47
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Utilisation de la fonction
(1)Appuyez sur PICTURE EFFECT.
(2)Tournez la molette de commande pour
sélectionner l’effet pictural souhaité.
Utilisation d’effets picturaux
Pour annuler un effet pictural
Appuyez sur PICTURE EFFECT. L’indicateur
dans le viseur s’éteint.
Remarques sur les effets picturaux
•Quand vous éteignez le camescope, il revient
automatiquement au mode normal.
•Quand vous utilisez un effet pictural, vous ne
pouvez pas sélectionner la fonction OLD
MOVIE avec DIGITAL EFFECT.
Diverse beeldeffecten
Bediening van de
beeldeffectfuncties
(1)Druk op de PICTURE EFFECT toets.
(2)Draai aan de menuregelaar om in te stellen op
het gewenste beeldeffect en druk dan de
regelaar in.
Uitschakelen van de beeldeffecten
Druk nogmaals op de PICTURE EFFECT toets.
De beeldeffect-aanduiding in de zoeker dooft.
Opmerkingen betreffende de beeldeffecten
Bij uitschakelen van de camcorder keert het
apparaat automatisch terug naar de normale
beeldweergave.
Tijdens het gebruik van de beeldeffectfuncties
kunt u niet de oude speelfilm-sfeer inschakelen
met de DIGITAL EFFECT toets.
12
PASTEL
NEG. ART
SEPIA
B & W
SOLARIZE
MOSAIC
SLIM
STRETCH
PICTURE
EFFECT
48
Incrustation d’un
titre
Vous pouvez sélectionner un des huit titres
préréglés et deux titres personnalisés. Par
ailleurs, vous pouvez choisir la langue, la
couleur, la taille et la position des titres.
Incrustation d’un titre
(1)Appuyez sur TITLE pour afficher le menu de
titres.
(2)Tournez la molette de commande pour
sélectionner , puis appuyez sur la molette.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner le titre souhaité, puis appuyez
sur la molette. Les titres sont affichés dans la
langue que vous avez sélectionnée.
(4)Tournez la molette de commande pour
sélectionner la couleur, la taille ou la position
du titre, puis appuyez sur la molette.
(5)Tournez la molette de commande pour
sélectionner le paramètre, puis appuyez sur la
molette.
(6)Répétez les étapes 4 et 5 jusqu’à ce que le titre
soit comme vous le souhaitez.
(7)Appuyez une nouvelle fois sur la molette
pour valider les réglages.
(8) Quand vous ne voulez plus incruster le titre,
appuyez sur TITLE.
Een titel in beeld
opnemen
U kunt een titel voor uw videoproductie kiezen
uit acht vast ingebouwde titels. Tevens kunt u
via het instelmenu de taal, de kleur en de plaats
op het scherm voor uw titel kiezen.
In beeld brengen van een titel
(1)Druk op de TITLE toets om het
titelkeuzemenu te laten verschijnen.
(2)Draai aan de menuregelknop om in te stellen
op het onderdeel “ ” en druk de regelknop
in.
(3)Draai aan de regelknop om de gewenste titel
te kiezen en druk de knop weer in. De titels
worden aangegeven in de door u gekozen taal
voor de aanduidingen.
(4)Draai aan de regelknop om in te stellen op de
kleur, het formaat of de plaats in beeld voor
uw titel en druk de regelknop weer in.
(5)Draai aan de regelknop om het gekozen
onderdeel naar wens in te stellen en druk de
regelknop in.
(6)Herhaal de stappen 4 en 5 tot de titel geheel
naar wens is ingesteld.
(7)Druk nogmaals op de regelknop om de
titelkeuze af te ronden.
(8) Wanneer u wilt stoppen met opnemen van de
titel in beeld, drukt u op de TITLE toets.
1,
8
2
PRESET TITLE
HELLO!
HAPPY BIRTHDAY
HAPPY HOLIDAYS
CONGRATULATIONS!
OUR SWEET BABY
WEDDING
VACATION
THE END
[TITLE] : END
PRESET TITLE
HELLO!
HAPPY BIRTHDAY
HAPPY HOLIDAYS
CONGRATULATIONS!
OUR SWEET BABY
WEDDING
VACATION
THE END
RETURN
[TITLE] : END
PRESET TITLE
HELLO!
HAPPY BIRTHDAY
HAPPY HOLIDAYS
CONGRATULATIONS!
OUR SWEET BABY
WEDDING
VACATION
THE END
RETURN
[TITLE] : END
TITLE
THE END
[TITLE] : END
SIZE SMALL
[TITLE] : END
TITLE
THE END
SIZE LARGE
THE END
THE END
3
4
6
7
TITLE
49
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Pour incruster un titre dès le début
de l’enregistrement
Après l’étape 7, appuyez sur START/STOP pour
commencer la prise de vues.
Pour incruster un titre en cours
d’enregistrement
Après avoir appuyé sur START/STOP pour
commencer la prise de vues, procédez à partir de
l’étape 1. Dans ce cas, aucun signal sonore n’est
émis.
Pour sélectionner la langue des titres
préréglés
Si vous voulez sélectionner une autre langue,
choisissez avant l’étape 2, puis sélectionnez la
langue et revenez à l’étape 2.
Pour utiliser un titre personnalisé
Si vous voulez personnaliser votre titre,
sélectionnez à l’étape 2.
Remarques sur l’incrustation d’un titre
Si vous n’avez pas créé de titre, “– – – – ...”
apparaîtra sur l’afficheur.
Vous pouvez effectuer un fondu quand un titre
est affiché, mais le titre ne rentre ni ne sort en
fondu.
Si vous affichez le menu ou le menu de titres
pendant l’incrustation d’un titre, le titre ne sera
pas enregistré tant que le menu ou le menu de
titres sera affiché.
La couleur du titre change de la façon
suivante:
WHITE (blanc) ˜ YELLOW (jaune) ˜
VIOLET ˜ RED (rouge) ˜ CYAN ˜ GREEN
(vert) ˜ BLUE (bleu)
La taille du titre change de la façon suivante:
SMALL (petit) ˜ LARGE (gros)
La position du titre change de la façon
suivante:
Quand vous sélectionnez la taille “SMALL” vous
avez le choix entre 9 positions. Quand vous
sélectionnez la taille “LARGE”, vous avez le
choix entre 8 positions.
Remarques sur le titrage
Selon la taille ou la position du titre, la date ou
l’heure, ou aucune des deux, ne sera affichée.
Si vous entrez 13 caractères ou plus pour un
gros titre, le titre sera automatiquement réduit à
la taille appropriée après le réglage de la
position.
Incrustation d’un titre Een titel in beeld opnemen
Een titel in beeld vanaf het begin
van de opname
Druk na stap 7 direct op de START/STOP toets
om te beginnen met opnemen.
Een titel ergens later in de opname
in beeld brengen
Druk op de START/STOP toets om te beginnen
met opnemen en verricht dan de hierboven
beschreven handelingen voor de titelkeuze,
vanaf stap 1. In dit geval zal er geen pieptoon
klinken.
Kiezen van de taal voor de titel
Als u de taal voor de titel wilt kiezen, stelt u vóór
stap 2 eerst in op “ ” in het keuzemenu. Dan
kiest u de taal en gaat u door met stap 2.
Opnemen van een zelfgemaakte titel
Voor het gebruik van een zelf samengesteld
titelbeeld stelt u in stap 2 in op “ ” in het
keuzemenu.
Opmerkingen betreffende de titelbeeld-
weergave
Als er nog geen zelfgemaakte titels zijn
vastgelegd, verschijnt er slechts “– – – – .... ”
in beeld.
Tijdens het aangeven van een titel zullen de
FADER fade-functies wel werken, maar zal de
titel zelf niet uit-faden.
Als u tijdens de titelbeeld-weergave het
titelkeuzemenu of een ander instelmenu op het
scherm laat verschijnen, zal de titel niet worden
opgenomen zolang het menu zichtbaar is.
De beschikbare titel-kleuren worden als volgt
doorlopen:
“WHITE ˜ YELLOW ˜ VIOLET ˜ RED ˜
CYAN ˜ GREEN ˜ BLUE”
(wit ˜ geel ˜ paars ˜ rood ˜ blauwgroen
˜ groen ˜ blauw).
Het formaat van de titel is als volgt te kiezen:
“SMALL ˜ LARGE” (klein ˜ groot).
De plaats van de titel in beeld werkt als volgt:
Als u voor het titelformaat “SMALL” kiest, kunt
u de titel op 9 verschillende plaatsen in beeld
laten verschijnen. Kiest u het formaat “LARGE”,
dan zijn er 8 verschillende plaatsen beschikbaar.
Beperkingen voor het titelformaat
Afhankelijk van het formaat of de plaats van de
titel kan de datum of tijd niet worden
aangegeven, of soms geen van beide.
Als u 13 of meer letters kiest voor een titel in
“LARGE” formaat, zal de titel automatisch in
een passend formaat verschijnen nadat u de
plaats hebt gekozen.
50
Création de titres
personnalisés
Vous pouvez créer deux titres qui resteront
mémorisés dans le camescope. Il est conseillé de
régler l’interrupteur POWER sur PLAYER ou
d’éjecter la cassette avant de commencer.
Un titre peut contenir 20 caractères au maximum.
(1)Appuyez sur TITLE pour afficher le menu de
titres.
(2)Tournez la molette de commande pour
sélectionner , puis appuyez sur la molette.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner la première ligne (CUSTOM1) ou
la seconde ligne (CUSTOM2), puis appuyez
sur la molette.
(4)Tournez la molette de commande pour
sélectionner la colonne du caractère souhaité,
puis appuyez sur la molette.
(5)Tournez la molette de commande pour
sélectionner le caractère souhaité, puis
appuyez sur la molette.
(6)Répétez les étapes 4 et 5 pour saisir tout le
titre.
(7)Quand vous avez terminé, tournez la molette
de commande pour sélectionner SET, puis
appuyez sur la molette.
Samenstellen van uw
eigen titelbeelden
U kunt twee zelfgemaakte titels in het geheugen
van de camcorder vastleggen. Voor u hiermee
begint, is het beter de POWER schakelaar in de
“PLAYER” stand te zetten of de videocassette uit
de camcorder te verwijderen.
Uw titel kan uit maximaal 20 lettertekens
bestaan.
(1)Druk op de TITLE toets om het
titelkeuzemenu te laten verschijnen.
(2)Draai aan de menuregelknop om in te stellen
op het onderdeel “ ” en druk de regelknop
in.
(3)Draai aan de regelknop om de eerste
zelfgemaakte titel (CUSTOM1) te kiezen of de
tweede zelfgemaakte titel (CUSTOM2) en
druk de regelknop weer in.
(4)Draai aan de regelknop om in te stellen op de
kolom waarin het gewenste letterteken staat
en druk de regelknop in.
(5)Draai aan de regelknop om in te stellen op het
gewenste letterteken en druk de regelknop in.
(6)Herhaal de stappen 4 en 5 tot u uw titel
geheel naar wens hebt samengesteld.
(7)Om de titelsamenstelling af te ronden, draait
u de regelknop om in te stellen op “SET” en
dan legt u de titel vast met een laatste druk op
de regelknop.
12
3
4
6
TITLE SET
––––––––––––––––––––
[TITLE] : END
12
TITLE SET
––––––––––––––––––––
[TITLE] : END
TITLE SET
––––––––––––––––––––
[TITLE] : END
34
TITLE SET
––––––––––––––––––––
[TITLE] : END
TITLE SET
S
–––––––––––––––––––
[TITLE] : END
7
TITLE SET
SUMMER CAMP IN LAKE
[TITLE] : END
TITLE SET
CUSTOM1
CUSTOM2
[TITLE] : END
"––––––––––
··"
"––––––––––
··"
TITLE SET
––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––
RETURN
[TITLE] : END
TITLE SET
––––––––––––––––––––
––––––––––––––––––––
RETURN
[TITLE] : END
TITLE
51
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Invoegen van nieuwe
beelden in bestaande
video-opnamen
Bij een videocassette die reeds opnamen bevat
kunt u een nieuwe opname inlassen door het
opname-beginpunt en opname-eindpunt in te
voeren. De eerdere opnamen daartussen worden
hierbij gewist. Deze procedure werkt aan de
hand van de bandteller; als de RC tijdcode wordt
aangegeven, zet u eerst in het menusysteem de
COUNTER instelling op “NORMAL”, zodat de
bandteller verschijnt.
Insertion d’une
scène au milieu d’un
enregistrement
Vous pouvez insérer une scène au milieu d’un
enregistrement en désignant le début et la fin de
l’insertion. Le passage qui se trouve entre ces
deux points sera effacé. Si le code temporel RC
apparaît, réglez COUNTER sur NORMAL dans
le menu et affichez le compteur de bande.
Pour modifier un titre mémorisé
A l’étape 3, sélectionnez CUSTOM1 ou
CUSTOM2 selon le titre que vous voulez
modifier, puis changez-le.
Remarque
Vous ne pouvez pas enregistrer un titre de plus
de 20 caractères.
S’il vous faut plus de 5 minutes pour entrer les
caractères alors qu’une cassette est dans le
camescope
L’alimentation est coupée mais les caractères que
vous avez saisis restent. Baissez le commutateur
d’attente puis relevez-le, et recommencez à partir
de l’étape 1.
Pour supprimer un titre
A l’étape 4, tournez la molette de commande
pour sélectionner [M] , puis appuyez sur la
molette. Le dernier caractère est supprimé.
Répétez cette opération pour supprimer tous les
caractères.
Création de titres
personnalisés
Samenstellen van uw eigen
titelbeelden
Aanpassen van een reeds eerder
vastgelegde titel
Volg de bovenstaande aanwijzingen, kies in stap
3 “CUSTOM 1” of “CUSTOM 2” voor de titel die
u wilt aanpassen en wijzig de titel of voer een
nieuwe titel in.
Opmerking
Een titel kan niet meer dan 20 lettertekens
bevatten.
Als het samenstellen van uw eigen titel meer
dan vijf minuten duurt, met een cassette in de
camcorder
De stroomvoorziening zal automatisch worden
uitgeschakeld. De eenmaal ingevoerde
lettertekens blijven echter in het geheugen
bewaard. Draai de STANDBY schakelaar
eenmaal omlaag en dan weer omhoog en volg de
aanwijzingen voor de titelsamenstelling weer
vanaf stap 1.
Wissen van een zelfgemaakte titel
Draai in stap 4 aan de menuregelknop om in te
stellen op het “M” invoerpijltje en druk de
regelknop dan in. Het laatste letterteken wordt
dan gewist.
52
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente,
appuyez en continu sur + (lecture vers
l’avant) ou – (lecture vers l’arrière)
d’EDITSEARCH et relâchez la touche à
l’endroit où l’insertion doit prendre fin [b].
Le camescope revient en mode d’attente.
(2)Appuyez sur COUNTER RESET. Le compteur
revient à zéro.
(3)Appuyez en continu sur le côté –
d’EDITSEARCH et relâchez la touche au point
où l’insertion doit commencer [a].
(4)Appuyez sur ZERO MEM de la
télécommande. L’indicateur ZERO MEM
clignote.
(5)Appuyez sur START/STOP pour commencer
l’enregistrement. L’enregistrement s’arrête
automatiquement quand le compteur atteint
zéro.
(1)Zet de camcorder in de opnamepauzestand en
houd dan de “+” (voorwaarts) of “–”
(terugwaarts) kant van de EDITSEARCH toets
ingedrukt tot u het punt bereikt waar de
ingelaste opname moet eindigen, en laat de
toets op dat punt los [b]. De camcorder komt
dan weer in de opnamepauzestand.
(2)Druk op de COUNTER RESET toets om de
bandteller op nul terug te zetten.
(3)Blijf nu de “–” min-kant van de EDITSEARCH
toets ingedrukt houden tot u in de
terugwaarts weergegeven beelden het punt
bereikt waar de ingelaste opname moet
beginnen, en laat de toets op dat punt los [a].
(4)Druk op de ZERO MEM toets van de
afstandsbediening om hier de nulpunt-
terugkeerfunctie in te schakelen. De “ZERO
MEM” aanduiding gaat knipperen.
(5)Druk op de START/STOP toets wanneer u
wilt beginnen met opnemen. Het inlassen van
de nieuwe opname begint, om automatisch te
stoppen wanneer de bandteller het nulpunt
bereikt.
Insertion d’une scène au
milieu d’un enregistrement
Invoegen van nieuwe beelden
in bestaande video-opnamen
[a]
[b]
4
ZERO MEM
STBY –0:01:23
ZERO MEM
1
3
EDITSEARCHEDITSEARCH
5
–0:01:22
ZERO MEM
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
2
COUNTER RESET
STBY 0:00:00
Pour changer le point final de
l’insertion
Appuyez sur ZERO MEM pour effacer
l’indicateur ZERO MEM, puis répétez les étapes
2 à 5.
Aanpassen van het eindpunt van de
nieuwe opnamen
Druk op de ZERO MEM toets zodat de “ZERO
MEM” aanduiding verdwijnt en herhaal dan de
stappen 2 t/m 5.
53
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Enregistrement de la
date / heure
Avant de commencer à filmer ou pendant la prise
de vues, appuyez sur DATE ou TIME. Vous
pouvez enregistrer la date ou l’heure affichée
dans le viseur en même temps que l’image.
Appuyez sur DATE (ou TIME), puis sur TIME
(ou DATE) pour afficher simultanément la date
et l’heure.
L’horloge a été préréglée en usine sur l’heure de
Londres pour les modèles vendus au Royaume-
Uni et sur l’heure de Paris pour les modèles
vendus dans les autres pays européens. Vous
pouvez changer le réglage de l’horloge dans le
menu.
Insertion d’une scène au milieu
d’un enregistrement
Remarques sur le réenregistrement
L’image et le son peuvent présenter de la
distorsion à l’endroit où l’insertion prend fin
lors de la lecture.
Si vous réenregistrez sur un passage contenant
une partie non enregistrée, l’insertion ne
s’effectuera peut-être pas correctement.
Quand le commutateur START/STOP MODE
est réglé sur 5SEC ou , vous ne pouvez pas
utiliser la fonction ZERO MEM.
Invoegen van nieuwe beelden
in bestaande video-opnamen
Betreffende de nieuw ingevoegde beelden
De kans bestaat dat er in de laatste beelden van
het ingevoegde gedeelte bij weergave wat
vervorming in beeld en geluid is.
Bij het invoegen van nieuwe opnamen op een
gedeelte van de band dat nog niet eerder was
opgenomen, kan de nulpunt-terugkeerfunctie
niet altijd goed werken.
Als de START/STOP MODE schakelaar in de
“5SEC” stand of de “ ” druktoets-stand staat,
is de nulpunt-terugkeerfunctie niet
beschikbaar.
Opnemen met de
datum of tijd in beeld
Om de datum of tijd mee op te nemen, drukt u
op de DATE of TIME toets voor u begint met
opnemen. De datum of tijdsaanduiding die in de
zoeker verschijnt wordt dan samen met de
camera-beelden op de band opgenomen. Om
zowel de datum als de tijd van opname in beeld
te laten verschijnen, drukt u na de DATE toets
ook de TIME toets in (of omgekeerd).
De klok staat bij aflevering ingesteld op
Greenwich-tijd voor het model voor Groot-
Brittannië, en op continentaal West-Europese tijd
voor de modellen voor andere Europese landen.
Desgewenst kunt u de datum en de tijd via het
instelmenu anders instellen.
Stoppen met opnemen van de datum
en/of tijd
Druk nogmaals op de DATE en/of TIME toets.
De datum en/of tijdsaanduiding verdwijnt nu uit
beeld, maar het opnemen zal ongestoord
doorgaan, zonder deze aanduiding.
Pour arrêter l’enregistrement de la
date et/ou de l’heure
Appuyez une nouvelle fois sur DATE et/ou
TIME. La date et/ou l’heure disparaissent et
l’enregistrement se poursuit.
4 7 1998
17:30:00
17:30:00
4 7 1998
DATE TIME
TIME DATE
54
Optimisation des conditions
d’enregistrement (fonction
ORC)
Utilisez la fonction ORC pour contrôler l’état de
la cassette avant de filmer et obtenir la meilleure
image possible.
(1) Alors que le camescope est en mode d’attente,
appuyez sur MENU pour afficher le menu.
(2) Tournez la molette de commande pour
sélectionner Ò, puis appuyez sur la molette.
(3) Tournez la molette de commande pour
sélectionner ORC TO SET, puis appuyez sur
la molette.
“START/STOP KEY” clignote.
(4) Appuyez sur START/STOP.
Le camescope met environ 5 secondes pour
contrôler l’état de la cassette puis revient en
mode d’attente.
Controleren van de band
voor opname (ORC)
Gebruik deze functie om de toestand van de
cassetteband te controleren voor u met opnemen
begint, om verzekerd te zijn van de beste
opnameresultaten.
(1) Zet de camcorder in de pauzestand en druk
op de MENU toets om het keuzemenu op het
scherm te laten verschijnen.
(2) Draai aan de menuregelknop om in te stellen
op het Ò pictogram en druk de regelknop in.
(3) Draai aan de regelknop om in te stellen op
“ORC TO SET” en druk de regelknop in.
De aanduiding “START/STOP KEY” gaat
knipperen.
(4) Druk op de START/STOP toets.
Nu gaat de aanduiding “ORC” knipperen en
controleert de camcorder de toestand van de
band, hetgeen ongeveer 5 seconden duurt.
Vervolgens komt de camcorder weer in de
opnamepauzestand.
Chaque fois que vous insérez une
cassette
Effectuez ces opérations pour contrôler l’état de
la cassette.
Remarques sur la fonction ORC
•Quand vous réglez la fonction sur ORC TO SET,
l’enregistrement sur la bande est effacé pendant
0,1 seconde pour que le camescope puisse
effectuer le contrôle. Faites attention lorsque
vous utilisez une cassette enregistrée. Ce
passage vierge de 0,1 seconde sera supprimé si
vous réenregistrez pendant plus de 2 secondes
à partir du point où vous avez réglé la fonction
sur ORC TO SET, ou si vous réenregistrez sur
ce passage.
Vous ne pouvez pas utiliser cette fonction si le
repère rouge de la cassette est visible.
1
2
4
STBY 0:00:00
ORC
L
O
C
K
START/STOP
S
T
A
N
D
B
Y
TAPE SET
REC MODE
ORC TO SET
REMAIN
COUNTER
START/STOP
KEY
3
TAPE SET
REC MODE
ORC TO SET
REMAIN
COUNTER
RETURN
SP
TAPE SET
REC MODE
ORC TO SET
REMAIN
COUNTER
RETURN
MENU
Telkens na het insteken van een
videocassette
Voer voor alle zekerheid de “ORC” bandcontrole
opnieuw uit.
Betreffende de “ORC” bandcontrole
Wanneer u instelt op “ORC TO SET”, wordt er
een gedeelte van ongeveer 0,1 seconde van de
band gewist, waaraan de camcorder de
toestand van de band kan aflezen. Wees dus
voorzichtig bij het gebruik van een cassette met
belangrijke opnamen. Het gewiste gedeelte zal
worden overschreven als u minstens 2
seconden lang opneemt vanaf het punt waar u
op “ORC TO SET” instelde of als u verder terug
op de band met opnemen begint.
Als een cassette met het rode wispreventienokje
tegen opnemen is beveiligd, kunt u de “ORC”
bandcontrole niet uitvoeren.
55
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Quand le stabilisateur est en service, il compense
les bougés du camescope.
Vous pouvez désactiver le stabilisateur quand
vous n’en avez pas besoin. L’indicateur
apparaît dans le viseur. N’utilisez pas le
stabilisateur quand vous filmez un sujet
stationnaire avec un pied photographique. Vous
offiendreq une image plus naturelle.
Vous pouvez mettre en ou hors service le
stabilisateur en réglant STEADYSHOT sur ON
ou OFF dans le menu (p. 28).
Pour remettre le stabilisateur en
service
Réglez STEADYSHOT sur ON dans le menu.
Remarques sur le stabilisateur
Le stabilisateur ne corrige pas les bougés
excessifs du camescope.
Si vous utilisez un convertisseur grand angle
(non fourni), un léger effet d’ombre peut
apparaître quand le stabilisateur est mis en
service dans le menu. Si le cas se présente,
débrayez le stabilisateur.
Mise hors service du
stabilisateur (fonction
STEADYSHOT)
Uitschakelen van de
STEADY SHOT
beeldstabilisatie
Met de “STEADY SHOT” beeldstabilisatie
ingeschakeld zal de camcorder automatisch
compenseren voor trillingen waaraan het
apparaat blootstaat.
U kunt de beeldstabilisatie uitschakelen wanneer
u deze niet nodig hebt. Bij uitschakelen verschijnt
de “ ” aanduiding in de zoeker. Bij het filmen
met de camcorder op een statief zult u een
natuurlijker beeld verkrijgen als u de
STEADYSHOT functie uitschakelt.
U kunt de STEADYSHOT beeldstabilisatie in het
keuzemenu op “ON” of “OFF” zetten (zie blz.
28).
Weer inschakelen van de STEADY
SHOT beeldstabilisatie
Zet de STEADYSHOT functie in het keuzemenu
op “ON”.
Opmerkingen betreffende de STEADY SHOT
functie
Als de camera te sterk beweegt, zal het beeld
ook met deze functie niet voldoende
gestabiliseerd worden.
Bij gebruik van een groothoek-voorzetlens (niet
bijgeleverd) terwijl de STEADYSHOT
beeldstabilisatie is ingeschakeld, kunnen de
hoeken van het beeld wel eens donker worden
(vignettering). Om dit verschijnsel te
vermijden, schakelt u in het instelmenu de
STEADYSHOT beeldstabilisatie uit (OFF).
57
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Nederlands
Keuze uit automatische of handmatige
instellingen
De automatische instellingen van deze camcorder staan onder de meeste omstandigheden garant voor
een probleemloze bediening en uitstekende opnamen. Voor de meest creatieve toepassingen kan het
echter wel eens aanbevolen zijn bepaalde instellingen met de hand te verrichten.
Zo kunt u de scherpstelling, het diafragma, de sluitertijd, de lichtgevoeligheid en de kleurbalans naar
keuze automatisch of met de hand instellen. Ook kunt u onder bepaalde omstandigheden de
PROGRAM AE belichtingsprogramma’s bijregelen en de helderheid van het beeld instellen met de AE
SHIFT functie.
Hieronder eerst een kort overzicht van alle handmatige instellingen. Zie voor nadere bijzonderheden
de volgende bladzijden.
Handmatig scherpstellen
Zet de FOCUS schakelaar in de “MANUAL” stand. Nu kunt u scherpstellen op elke gewenste afstand,
ongeacht de stand van de AUTO LOCK/HOLD schakelaar. Voor terugkeren naar automatische
scherpstelling zet u de FOCUS schakelaar terug op “AUTO”.
Handmatig instellen van het diafragma, de sluitertijd, lichtgevoeligheid en
kleurbalans
Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. Dan kunt u de diverse mogelijkheden
afzonderlijk instellen. Om terug te keren naar automatische instellingen zet u de AUTO LOCK/HOLD
schakelaar terug in de “AUTO LOCK” stand.
Handmatig instellen van de beeldhelderheid
Gebruik hiervoor de AE SHIFT bijregelfunctie in het instelmenu.
Betreffende de voorgaande instellingen
Wanneer u bepaalde instellingen met de hand hebt gemaakt, zullen deze in de volgende gevallen in
het geheugen bewaard blijven, zolang er een lithiumbatterij in de camcorder aanwezig is.
na terugkeren naar de automatische instellingen;
wanneer u de POWER schakelaar op “OFF” zet;
na het verbreken van de stroomaansluiting, echter nu slechts vijf minuten lang, mits er een
lithiumbatterij is geplaatst.
Volautomatische
instellingen
PROGRAM AE belichtingsprogramma’s
Handmatige
instellingen
Automatisch
1/50
Automatisch
Automatisch
Werkt
Automatisch of
handmatig
1/50 of handmatig
Automatisch of
handmatig
Diafragma
(IRIS)
* De AE SHIFT helderheidsregeling werkt niet wanneer u het diafragma met de hand instelt.
Diafragma-
voorkeuze
Handmatig
Automatisch
aangepast bij het
gekozen
diafragma
Automatisch
Sluitertijd-
voorkeuze
Automatisch
aangepast bij de
gekozen
sluitertijd
Handmatig
Automatisch
Automatisch
1/50
Automatisch
Verandert telkens wanneer u aan de instelknop draait na indrukken van de
WHT BAL toets : Automatisch (geen aanduiding) of (druktoets-
kleurbalansinstelling) ˜ w (buitenshuis) ˜ e (binnenshuis)
Lichtgevoeligheid
(GAIN)
Sluitertijd
Schemer/
maanlicht-
programma
Automatisch of handmatig, afhankelijk van de stand van de FOCUS schakelaar.
Helderheidsregeling
(AE SHIFT)*
Scherpstelling
Werkt
Werkt
Werkt Werkt
Kleurbalans
58
Quand faut-il procéder à la mise
au point manuelle ?
Le réglage manuel de la mise au point devrait
fournir de meilleurs résultats dans les conditions
suivantes :
Luminosité insuffisante [a]
Sujets peu contrastés - murs, ciel, etc. [b]
Arrière-plan du sujet trop lumineux [c]
Lignes horizontales [d]
Sujets aperçus au travers de vitres couvertes de
givre
Sujets aperçus au travers de filets, etc.
Sujets lumineux ou réfléchissant la lumière
Prise de vues d’un sujet stationnaire à l’aide
d’un pied photographique
Wanneer is handmatige
scherpstelling aanbevolen
In de volgende gevallen kunt u betere
opnameresultaten bereiken door handmatig
scherp te stellen:
Bij onvoldoende licht [a]
Bij een onderwerp met weinig tekening of
contrast – een wand, de lucht enz. [b]
Bij te veel licht achter uw onderwerp
(tegenlicht) [c]
Horizontale strepen [d]
Onderwerpen achter matglas of beslagen
vensterglas
Onderwerpen achter gaas of de spijlen van een
hek e.d.
Al te heldere, licht uitstralende of reflecterende
onderwerpen
Filmen van een stilstaand onderwerp, met de
camcorder op een statief
[a] [b] [c] [d]
Mise au point
manuelle
Handmatig
scherpstellen
59
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Mise au point manuelle
Pour le réglage de la mise au point manuelle,
procédez d’abord à une mise au point en position
téléobjectif et réajustez ensuite la longueur focale.
(1)Réglez FOCUS sur MANUAL. L’indicateur
f apparaît dans le viseur.
(2)Bougez le levier jusqu’à l’arrêt vers le côté “T”
dans la zone du zoom optique.
(3)Tournez la bague de mise au point de manière
à obtenir une image nette. Veillez à ne pas
toucher le microphone intégré lorsque vous
réglez la bague de mise au point.
(4)Revenez ensuite à la longueur focale de votre
choix à l’aide du levier du zoom électrique.
Mise au point manuelle Handmatig scherpstellen
Scherpstellen met de hand
Bij het handmatig scherpstellen vóór het
opnemen stelt u eerst in de telestand op uw
onderwerp scherp, om daarna uit te zoomen naar
de gewenste beeldcompositie.
(1)Zet de FOCUS schakelaar in de “MANUAL”
stand voor handbediening. De f aanduiding
verschijnt in de zoeker.
(2)Druk de zoomknop zover naar de “T” kant tot
deze niet verder kan in het optische
zoombereik.
(3)Draai aan de scherpstelring tot u uw
onderwerp scherp in beeld hebt. Pas bij het
scherpstellen op dat u niet tegen de
ingebouwde microfoon aan stoot.
(4)Stel in op de gewenste beelduitsnede met
behulp van van de zoomknop.
Pour revenir à l’autofocus
Réglez FOCUS sur AUTO. L’indicateur f
disparaît du viseur.
Prise de vues dans des endroits relativement
sombres
Effectuez une prise de vues en position grand
angle après avoir réglé la mise au point en
position téléobjectif.
Remarque sur la bague de mise au point
La bague de mise au point n’a pas de position
d’arrêt.
Prise de vues avec autofocus
temporaire
Si vous voulez passez brièvement à la mise au
point automatique pendant une prise de vues en
mode de mise au point manuelle, appuyez sur la
touche PUSH AUTO et maintenez-la enfoncée.
L’autofocus reste activé aussi longtemps que
vous maintenez la touche PUSH AUTO enfoncée.
Le camescope revient à la mise au point manuelle
dès que vous relâchez la touche.
Terugkeren naar de automatische
scherpstelling
Zet de FOCUS schakelaar in de “AUTO” stand.
De f aanduiding zal nu uit het zoekerbeeld
verdwijnen.
Voor de beste opnamen bij weinig licht
Stel in de telestand scherp op uw onderwerp en
maak dan uw opnamen liefst in de groothoek-
stand.
Opmerking betreffende de scherpstelring
De scherpstelring heeft geen vaste stopstand(en).
Tijdelijk terugkeren naar de
automatische scherpstelling
Druk tijdens het filmen met handmatige
scherpstelling de PUSH AUTO toets in. De
automatische scherpstelling treedt dan in
werking, maar alleen zolang u de PUSH AUTO
toets ingedrukt houdt. Bij het loslaten van de
toets wordt er weer teruggeschakeld naar
handmatige scherpstelling.
12
3
T
W
W
T
4
W
T
AUTO
MANUAL
INFINITY
FOCUS
T
W
60
A propos de la fonction PROGRAM AE
Vous pouvez choisir l’un des trois modes
d’exposition automatique (PROGRAM AE) selon
la prise de vues que vous souhaitez réaliser.
Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale. Appuyez sur PROGRAM AE et
sélectionnez ensuite le mode de votre choix en
tournant le molette de commande. Chaque fois
que vous tournez la molette, l’indicateur change
selon la séquence suivante:
AE
A (Priorité à
l’ouverture) ˜
AE
S (Priorité à l’obturateur)
˜ Å (Crépuscule).
Betreffende de PROGRAM AE functies
U kunt kiezen uit drie belichtingsprogramma’s,
elk geschikt voor specifieke opname-
omstandigheden. Zet eerst de AUTO LOCK/
HOLD schakelaar in de middelste stand. Druk
vervolgens op de PROGRAM AE toets en draai
aan de regelknop om in te stellen op het
gewenste programma. Bij het draaien aan de
regelknop verandert de programma-aanduiding
als volgt: “
AE
A” (Diafragma-voorkeuze)
˜
AE
S” (Sluitertijd-voorkeuze) ˜Å
(Schemer/maanlicht-programma).
Prise de vues d’un sujet très éloigné
Réglez FOCUS sur la position INFINITY.
L’objectif fait la mise au point sur le sujet le plus
éloigné lorsque FOCUS est maintenu enfoncée.
Le camescope revient à la mise au point manuelle
dès que vous relâchez la touche.
Utilisez cette fonction lorsque vous réalisez une
prise vues d’un sujet au travers d’une fenêtre ou
d’un écran de façon à régler la mise au point sur
un sujet plus éloigné.
Remarque sur la mise au point manuelle
L’indicateur f devient :
: lors de la prise de vues d’un sujet éloigné à
l’infini.
:
lorsque le sujet est trop près pour la mise au point.
Mise au point manuelle
Utilisation de la
fonction PROGRAM AE
Opnemen van een erg ver verwijderd
onderwerp
Druk de FOCUS schakelaar geheel omlaag tot
“INFINITY”. Zolang u de FOCUS schakelaar
ingedrukt blijft houden, blijft de lens op
maximale afstand (oneindig) scherpgesteld.
Zodra u de FOCUS schakelaar loslaat, zal de
handmatig gemaakte scherpstelling weer gelden.
Gebruik deze functie bijvoorbeeld voor het
filmen door vensterglas, vitrage of een hek heen,
of voor even tussendoor scherpstellen op de
horizon e.d.
Opmerking betreffende de handmatige
scherpstelling
In plaats van de f aanduiding voor handmatig
scherpstellen kunnen de volgende aanduidingen
verschijnen:
: bij opnemen van een ver verwijderd
onderwerp;
: wanneer het onderwerp te dichtbij is om op
te kunnen scherpstellen.
Gebruik van de PROGRAM
AE belichtingsprogramma’s
Handmatig scherpstellen
2
PROGRAM
AE A
AE S
1
AUTO LOCK
HOLD
Voor het opnemen met een PROGRAM AE
belichtingsprogramma
Het is aanbevolen de scherpstelling en de
kleurbalans met de hand in te stellen.
Remarque sur les prises de vues en mode
PROGRAM AE
Il est conseillé de régler manuellement la netteté
et la balance des blancs.
61
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Utilisation du mode priorité à
l’ouverture
Vous pouvez régler l’ouverture de façon à
déterminer la profondeur de champ de la prise
de vues. La vitesse d’obturation se règle alors
automatiquement (entre 1/50e et 1/1750e) selon
l’ouverture pour garantir une exposition correcte.
(1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale.
(2) Appuyez sur PROGRAM AE pour que
l’indicateur apparaisse.
(3) Tournez la molette de commande pour
sélectionner
AE
A et appuyez sur la
molette.
(4) Tournez la molette de commande pour
sélectionner une valeur d’ouverture. Vous
pouvez sélectionner l’une des 15 valeurs
suivantes : F1.6, F2, F2.4, F2.8, F3.4, F4, F4.8,
F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11, F14, F16, F19. Pour
une petite ouverture, sélectionnez une valeur
élevée.
Pour revenir au mode de réglage
automatique
Réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK
ou appuyez plusieurs fois de suite sur
PROGRAM AE de sorte qu’aucun indicateur
n’apparaisse.
A propos de la profondeur de champ
La profondeur de champ est la plage de netteté
mesurée entre le premier plan et le sujet. La
profondeur de champ varie en fonction de
l’ouverture et de la longueur focale. En sélection-
nant une faible valeur F (une grande ouverture),
vous réduisez la profondeur de champ. Et si vous
sélectionnez une valeur F élevée (une petite
ouverture), vous obtenez une plus grande
profondeur de champ. Le zoom en position
téléobjectif offre une petite profondeur de champ
tandis que la profondeur de champ en position
grand angle est plus importante.
Utilisation de la fonction
PROGRAM AE
Diafragma-voorkeuze
U kunt het diafragma naar wens instellen om zo
de gewenste scherptediepte voor uw opnamen te
bepalen. De sluitertijd wordt dan automatisch
aangepast (tussen 1/50 en 1/1750 seconde) aan
uw gekozen diafragmawaarde, om de juiste
belichting te handhaven.
(1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de
middelste stand.
(2) Druk op de PROGRAM AE toets zodat de
AE indicator verschijnt.
(3) Draai aan de regelknop om in te stellen op
AE
A” en druk de regelknop dan in.
(4) Draai aan de regelknop om de gewenste
diafragmawaarde in te stellen. U kunt kiezen
uit de volgende 15 waarden: F1.6, F2, F2.4,
F2.8, F3.4, F4, F4.8, F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11,
F14, F16, F19. Hoe hoger de
diafragmawaarde, des te kleiner de
lensopening en des te groter de
scherptediepte.
Terugkeren naar volautomatische
instellingen
Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in
de “AUTO LOCK” stand of druk op de
PROGRAM AE toets zodat de AE indicator
verdwijnt.
Betreffende de scherptediepte
De scherptediepte is het afstandsbereik vóór en
achter uw hoofdonderwerp waarbinnen
voorwerpen in het beeldveld nog scherp
opgenomen worden. De scherptediepte wordt
bepaald door de brandpuntsafstand en de
diafragmawaarde. Bij een kleinere F-waarde (een
groter diafragma of lensopening) is de
scherptediepte gering. Bij hogere F-waarden (een
kleine lensopening) wordt de scherptediepte
groter. Daarnaast zal bij inzoomen naar de tele-
stand de scherptediepte geringer zijn, terwijl in
de groothoek-stand de scherptediepte groter is,
van dichtbij tot veraf.
Gebruik van de PROGRAM AE
belichtingsprogramma’s
3
4
AE A
2
AE A AE A
1000
F5.6
215
F11
1
AUTO LOCK
HOLD
PROGRAM
62
Utilisation de la fonction
PROGRAM AE
Utilisation du mode de priorité
à l’obturateur
Vous pouvez sélectionner une vitesse
d’obturation comprise entre 1/50e et 1/10000e. Si
vous sélectionnez une vitesse d’obturation plus
rapide, les mouvements apparaîtront plus
clairement avec moins de bougé. La valeur
d’ouverture se règle automatiquement en
fonction de la vitesse d’obturation sélectionnée
pour garantir une exposition correcte. Ce mode
se révèle le mieux approprié lorsque vous
réalisez des prises de vues de sujets très animés.
La vitesse d’obturation est indiquée de la façon
suivante : “100”, par exemple, pour la vitesse
d’obturation 1/100e.
(1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale.
(2) Appuyez sur PROGRAM AE pour que
l’indicateur apparaisse.
(3) Tournez la molette de commande pour
sélectionner
AE
S et appuyez sur la molette.
(4) Tournez la molette de commande pour
sélectionner la vitesse d’obturation de votre
choix. Vous pouvez sélectionner l’une des 16
vitesses d’obturation suivantes : 1/50,
1/75, 1/100, 1/120, 1/150, 1/215,
1/300, 1/425, 1/600, 1/1000, 1/1250,
1/1750, 1/2500, 1/3500, 1/6000, 1/10000.
Pour une vitesse d’obturation rapide,
sélectionnez une valeur plus élevée.
Gebruik van de PROGRAM AE
belichtingsprogramma’s
Sluitertijd-voorkeuze
U kunt kiezen uit sluitertijden van 1/50 tot
1/10.000 seconde. Hoe korter de sluitertijd, des
te duidelijker zullen bewegende onderwerpen
worden opgenomen, zonder
bewegingsonscherpte. De diafragmawaarde
wordt automatisch aangepast aan uw gekozen
sluitertijd, om de juiste belichting te handhaven.
Deze sluitertijd-voorkeuze is het best geschikt
voor opnemen van beelden met veel snelle
beweging.
Overigens wordt van de sluitertijd alleen de
waarde “onder de streep” aangegeven, dus
bijvoorbeeld “100” voor 1/100 seconde.
(1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de
middelste stand.
(2) Druk op de PROGRAM AE toets zodat de
AE indicator verschijnt.
(3) Draai aan de regelknop om in te stellen op
AE
S” en druk de regelknop dan in.
(4) Draai aan de regelknop om de gewenste
sluitertijd te kiezen. U kunt kiezen uit de
volgende 16 sluitertijden: 1/50, 1/75, 1/100,
1/120, 1/150, 1/215, 1/300, 1/425, 1/600,
1/1000, 1/1250, 1/1750, 1/2500, 1/3500,
1/6000, 1/10.000. Voor een snellere sluitertijd
kiest u een hogere waarde.
3
4
AE S
2
AE S AE S
1000
F5.6
215
F11
1
AUTO LOCK
HOLD
PROGRAM
63
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
1/600 –
1/10000
1/120 –
1/425
1/100
1/75
Pour revenir au mode de réglage
automatique
Réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK
ou appuyez sur PROGRAM AE de sorte
qu’aucun indicateur n’apparaisse.
Si l’ouverture se règle automatiquement sur
F1.6
Il est conseillé d’effectuer la prises de vues en
lumière du jour ou à l’aide d’une torche vidéo
(non fournie).
Prise de vues d’un sujet très lumineux
Il se peut qu’une bande verticale (marbrée)
apparaisse dans le viseur si la vitesse
d’obturation est trop élevée.
Pour sélectionner la vitesse
d’obturation idéale
Utilisation de la fonction
PROGRAM AE
Vitesse
d’obtu-
ration
Sujet
Terugkeren naar volautomatische
instellingen
Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in
de “AUTO LOCK” stand of druk op de
PROGRAM AE toets zodat de AE indicator
verdwijnt.
Als de diafragmawaarde automatisch wordt
aangepast op F1.6
Maak de opnamen buitenshuis zo mogelijk
wanneer het zonnig is en gebruik binnenshuis
een videolamp (niet bijgeleverd).
Bij opnemen van een zeer helder onderwerp
Bij een te korte (snelle) sluitertijd kan er een
lichte verticale “veeg” in beeld zichtbaar zijn.
Keuze van de meest geschikte
sluitertijd
Gebruik van de PROGRAM AE
belichtingsprogramma’s
Sluitertijd
Onderwerp
Een voetbalwedstrijd of partij
tennis, op een zonnige dag (om de
bal in de pauzestand scherp te
zien, instellen op 1/1000 tot
1/3500)
Stabiele landschapsopnamen
vanuit een auto, bus of trein
Een draaimolen of achtbaan op de
kermis, op een licht bewolkte dag
Atletiekwedstrijden, een marathon
e.d.
Zaalsporten
In plaats van gebruik van een
ND2 grijsfilter (om de hoeveelheid
licht te halveren)
Binnenshuis voorkomen van
beeldflikkeringen bij opnemen
onder tl-verlichting
•Buitenopnamen bij zonnig weer
(voorkomen van onscherpe
beelden door een te lange
sluitertijd bij klein diafragma)
Un swing de golf ou un match de
tennis par beau temps (pour
visualiser clairement la balle en
mode d’arrêt sur image, réglez sur
1/1000 à 1/3500)
Un paysage depuis une voiture en
mouvement
Des montagnes russes par temps
couvert
Une scène d’athlétisme, un
marathon, etc.
Sports en salle
Au lieu du filtre ND2 (pour
l’exposition)
Pour des images avec moins de
scintillements sous une lampe
fluorescente
Par temps ensoleillé (pour éviter
que l’image ne soit pas nette en
raison d’une faible ouverture)
1/600 –
1/10000
1/120 –
1/425
1/100
1/75
64
Utilisation du mode Crépuscule
Vous pouvez réaliser une prise de vues d’un
sujet lumineux dans un endroit sombre sans pour
cela altérer l’atmosphère. L’ouverture se règle
automatiquement de manière à garantir une
exposition correcte. La vitesse d’obturation est
verrouillée sur 1/50e. Ce mode se révèle tout
indiqué pour les prises de vue nocturnes,
d’enseignes au néon ou de feux d’artifice.
(1)Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale.
(2)Appuyez sur PROGRAM AE pour que
l’indicateur apparaisse.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner l’indicateur Å.
Pour revenir au mode de réglage
automatique
Réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK
ou appuyez sur PROGRAM AE de sorte
qu’aucun indicateur n’apparaisse.
Prise de vues d’un sujet excessivement
lumineux
La mise au point automatique risque de ne pas
fonctionner correctement. Dans ce cas, faites la
mise au point manuellement.
Utilisation de la fonction
PROGRAM AE
Schemer/maanlicht-programma
Met dit programma kunt u een helder onderwerp
in het schemerduister of in een donkere
omgeving opnemen zonder de sfeer te verliezen.
Het diafragma wordt hierbij zodaig aangepast
dat de belichting optimaal blijft. De sluitertijd
wordt vast op 1/50 seconde ingesteld. Dit is de
meest geschikte instelling voor het opnemen van
een zonsondergang, een stadsgezicht bij avond,
straten met neon-verlichting of vuurwerk.
(1)Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de
middelste stand.
(2)Druk op de PROGRAM AE toets zodat de AE
indicator verschijnt.
(3)Draai aan de regelknop om in te stellen op de
Å” maanlicht-aanduiding en druk de
regelknop dan in.
Terugkeren naar volautomatische
instellingen
Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in
de “AUTO LOCK” stand of druk op de
PROGRAM AE toets zodat de AE indicator
verdwijnt.
Bij opnemen van een zeer helder onderwerp
De kans bestaat dat de automatische
scherpstelling niet erg goed werkt. Dan kunt u
beter handmatig scherpstellen.
Gebruik van de PROGRAM AE
belichtingsprogramma’s
3
2
1
AUTO LOCK
HOLD
PROGRAM
65
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Onderdeel
Aantal
Lichtsterkte-
Lichter
instelstappen instelbereik
donkerder
Diafragma
(IRIS)
Sluiter-
tijden
Lichtgevoelig-
heid (GAIN)
Le mode manuel se caractérise par une technique
d’enregistrement sophistiquée qui assure un
contrôle de l’exposition par une combinaison de
réglages de l’ouverture, de la vitesse d’obturation
et du gain.
Quand utiliser le mode manuel?
Si l’arrière-plan est trop lumineux (contre-jour)
[a], augmentez l’ouverture (valeur F
inférieure).
Si le sujet est lumineux et l’arrière-plan sombre
[b], diminuez l’ouverture (valeur F supérieure).
Si le sujet se déplace rapidement [c], réglez une
vitesse d’obturation plus rapide.
Si la prise de vues d’une scène sombre est
surexposée, [d], réduisez le gain.
Utilisation du mode
manuel
[a] [b] [c] [d]
Remarque sur la prise de vues en mode
manuel
Il est conseillé de régler la netteté et la balance
des blancs manuellement.
Bij opnemen met handmatige instellingen kunt u
de belichting zelf precies naar aan de
omstandigheden aanpassen, door een combinatie
van het gewenste diafragma, de gewenste
sluitertijd en de lichtgevoeligheid te kiezen.
Wanneer de handmatige
instellingen te gebruiken
Wanneer de achtergrond te helder is (bij
tegenlicht) [a], opent u het diafragma wat
wijder (door een lagere F-waarde te kiezen).
Wanneer uw onderwerp erg helder is tegen een
donkere achtergrond [b], verkleint u het
diafragma (door een hogere F-waarde te
kiezen).
Wanneer uw onderwerp snel beweegt [c], kiest
u een snellere sluitertijd.
Om de sfeer van een donkere scène te
behouden [d], stelt u de lichtgevoeligheid lager
in.
Handmatige
instellingen
Bij opnemen met handmatige instellingen
Het is aanbevolen hierbij ook de scherpstelling
en de kleurbalans met de hand te regelen.
Paramètre
Incréments
Variation de
Clair
de réglage l’exposition
Sombre
Ouverture
(Diaphragme)
Vitesse
d’obturation
Gain
16 incréments
Rapide:
16 incréments
Lent:
4 incréments
8 incréments
incréments
de 0,5 EV
incréments
de 0,5 EV
incréments
de 1,0 EV
incréments
de 0,5 EV
F1.6
F19
(CLOSE)
1/50
1/10000
1/3
1/25
+18 dB
–3 dB
˜ ˜ ˜ ˜ ˜
16 stappen
Snel:
16 stappen
Langzaam:
4 stappen
8 stappen
0,5 EV/stap
0,5 EV/stap
1,0 EV/stap
0,5 EV/stap
F1.6
F19
(of CLOSE,
gesloten)
1/50
1/10000
1/3
1/25
+18 dB
–3 dB
˜ ˜ ˜ ˜ ˜
66
Prise de vues en mode manuel
En mode manuel, vous pouvez régler
séparément l’ouverture, la vitesse d’obturation et
le gain. Référez-vous au graphique de la page 69
pour définir le réglage de chaque paramètre.
(1)Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale.
(2)Appuyez sur la touche du paramètre que
vous souhaitez régler (IRIS, SHUTTER SPEED
ou GAIN).
(3)Tournez la molette de commande pour régler
le paramètre sélectionné.
Réglage des différents paramètres
Pour régler l’ouverture
Vous pouvez sélectionner l’une des 16
ouvertures suivantes : F1.6, F2, F2.4, F2.8, F3.4,
F4, F4.8, F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11, F14, F16, F19,
CLOSE. Pour augmenter l’ouverture,
sélectionnez une valeur inférieure.
Utilisation du mode manuel
Opnemen met handmatige
instellingen
Als u de belichting handmatig wilt regelen, kunt
u het diafragma, de sluitertijd en de
lichtgevoeligheid afzonderlijk naar wens
instellen. Aan de hand van de grafiek op blz. 69
kunt u voor elk van deze onderdelen de meest
geschikte waarde kiezen, als volgt.
(1)Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de
middelste stand.
(2)Druk op de toets voor het onderdeel dat u
wilt bijregelen: IRIS voor het diafragma,
SHUTTER SPEED voor de sluitertijd of GAIN
voor de lichtgevoeligheid.
(3)Stel het gekozen onderdeel met de regelknop
naar wens in.
Instelmogelijkheden voor elk
onderdeel
Keuze van het diafragma
Voor het handmatig diafragma kunt u kiezen uit
de volgende 16 waarden: F1.6, F2, F2.4, F2.8, F3.4,
F4, F4.8, F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11, F14, F16, F19 en
CLOSE (gesloten). Voor een grotere lensopening
kiest u een lagere diafragmawaarde.
Handmatige instellingen
2
3
50
F8
0 dB
1
AUTO LOCK
HOLD
IRIS
GAIN
SHUTTER SPEED
67
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Utilisation du mode manuel
Pour régler la vitesse d’obturation
Vous pouvez sélectionner l’une des 20 vitesses
d’obturation suivantes:
1/3, 1/6, 1/12, 1/25, 1/50, 1/75, 1/100,
1/120, 1/150, 1/215, 1/300, 1/425, 1/600, 1/
1000, 1/1250, 1/1750, 1/2500, 1/3500,
1/6000, 1/10000.
Pour augmenter la vitesse d’obturation,
sélectionnez une valeur de réglage inférieure
(valeur plus élevée dans le viseur).
Pour régler le gain
Vous pouvez sélectionner l’un des 8 niveaux de
gain suivants: –3 dB, 0 dB, +3 dB, +6 dB, +9 dB,
+12 dB, +15 dB, +18 dB. Pour augmenter le gain
et rendre l’image plus lumineuse, sélectionnez un
niveau plus élevé.
Si vous avez réglé l’ouverture manuellement
avant de procéder au réglage du gain, le niveau
de gain se règlera en fonction du réglage de
l’ouverture.
Pour modifier le réglage
Appuyez sur la touche du paramètre que vous
souhaitez modifier pour que l’indicateur du
paramètre sélectionné s’affiche en surbrillance
dans le viseur. Tournez la molette de commande
pour modifier la valeur de réglage.
Pour verrouiller les réglages manuels
Après avoir effectué les réglages, réglez AUTO
LOCK/HOLD sur HOLD. Les touches IRIS,
SHUTTER SPEED, GAIN et WHT BAL ainsi que
la molette de commande sont inopérantes avec
ces réglages manuels.
Pour revenir au mode de réglage
automatique
Appuyez plusieurs fois de suite sur la touche du
paramètre que vous voulez ramener au mode de
réglage automatique jusqu’à ce que l’indicateur
disparaisse. Pour ramener tous les paramètres en
mode de réglage automatique, réglez AUTO
LOCK/HOLD sur AUTO LOCK.
Remarque sur le niveau de gain
Si vous sélectionnez un niveau de gain trop
élevé, l’image risque de présenter de la
distorsion.
Handmatige instellingen
Keuze van de sluitertijd
Voor de handmatige sluitertijd kunt u kiezen uit
de volgende 20 snelheden: 1/3, 1/6, 1/12, 1/25,
1/50, 1/75, 1/100, 1/120, 1/150, 1/215, 1/300, 1/
425, 1/600, 1/1000, 1/1250, 1/1750, 1/2500, 1/
3500, 1/6000, 1/10000.
Voor een snellere sluitertijd kiest u een hoger
getal (want alleen de waarde “onder de streep”
verschijnt in de zoeker).
Keuze van de lichtgevoeligheid
Voor de lichtgevoeligheid kunt u kiezen uit de
volgende 8 niveaus: –3 dB, 0 dB, +3 dB, +6 dB, +9
dB, +12 dB, +15 dB, +18 dB. Voor een hogere
lichtgevoeligheid en daarmee een lichter beeld,
kiest u een hogere waarde.
Als u voor het instellen van de lichtgevoeligheid
al een diafragmawaarde hebt ingesteld, wordt de
lichtgevoeligheid daar aan aangepast.
Wijzigen van de instelling
Druk op de toets voor het onderdeel dat u wilt
wijzigen, zodat de aanduiding daarvan in de
zoeker oplicht. Draai vervolgens aan de
regelknop om het gekozen onderdeel naar wens
in te stellen.
Vasthouden van de handmatige
instellingen
Om na het bijregelen de handmatige instellingen
vast te houden, zet u de AUTO LOCK/HOLD
schakelaar op “HOLD”. In die stand zullen de
IRIS, SHUTTER SPEED, GAIN en WHT BAL
toetsen en de regelknop niet werken.
Terugkeren naar de automatische
instellingen
Druk op de toets voor het onderdeel dat u weer
automatisch wilt instellen, zodat de aanduiding
uit het zoekerbeeld verdwijnt. Om alle
instellingen weer volautomatisch te laten maken
zet u de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug
in de “AUTO LOCK” stand.
Bij een te hoge lichtgevoeligheid
Als u de lichtgevoeligheid te hoog instelt, kan er
vervorming in de beeldweergave optreden.
68
Si vous souhaitez obtenir une image lumineuse
d’une scène sombre ou représenter le
mouvement du sujet de façon animée, réglez la
vitesse d’obturation sur 1/25, 1/12, 1/6 ou
1/3 (obturateur lent).
(1)Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale.
(2)Appuyez sur SHUTTER SPEED.
La vitesse d’obturation apparaît.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner la vitesse d’obturation voulue
(1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3). Plus l’indicateur
diminue, plus la vitesse d’obturation est
faible.
Pour revenir au mode de réglage
automatique
Appuyez sur SHUTTER SPEED.
Prise de vues avec l’obturateur lent
Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions
suivantes.
– Fonctions dépendant de la touche DIGITAL
EFFECT
– Transition enchaînée
– Transition en volet
L’autofocus peut être inopérant. Dans ce cas,
utilisez un pied photographique.
Utilisation de
l’obturateur lent
Als u een donkere omgeving wat lichter wilt
opnemen of de beweging van uw onderwerp
levendig wilt weergeven, kiest u dan een
sluitertijd van 1/25, 1/12, 1/6 of 1/3 seconde
(langzame sluiter).
(1)Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de
middelste stand.
(2)Druk op de SHUTTER SPEED toets.
De geldende waarde voor de sluitertijd wordt
aangegeven.
(3)Draai aan de regelknop om in te stellen op de
sluitertijd van uw keuze (1/25, 1/12, 1/6 of
1/3 seconde). Hoe kleiner de waarde die u
kiest, des te langer de sluitertijd.
Terugkeren naar volautomatische
instellingen
Druk op de SHUTTER SPEED toets.
Bij opnemen met de langzame sluiter
•In dit geval zijn de volgende functies niet
beschikbaar:
– de functies die werken met de DIGITAL
EFFECT toets;
– de dubbelbeeldfuncties;
– de WIPE in-fade functie.
De kans bestaat dat de autofocus niet goed
werkt. Zet de camcorder op een statief en stel
handmatig scherp.
Opnemen met
langzame sluitertijden
3
2
50
1
AUTO LOCK
HOLD
SHUTTER SPEED
69
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Lorsque vous effectuez une prise de vues en
mode de réglage manuel, il est conseillé de
verrouiller l’exposition pour obtenir une image
nette. Cette section vous explique ce qu’est
l’exposition et comment régler les différents
paramètres avec une exposition fixe.
Qu’est-ce que l’exposition ?
L’exposition est déterminée par l’ouverture, la
vitesse d’obturation et le gain. Elle est mesurée
en EV (indices de lumination) comme indiqué ci-
dessous.
EV total = EV de la commande
d’ouverture
+ EV de la commande de
vitesse d’obturation
+ EV de la commande de gain
L’indice de lumination total peut être modifié ou
maintenu à une valeur constante en variant
l’ouverture, le gain et la vitesse d’obturation.
Référez-vous au graphique ci-dessous pour
sélectionner le réglage. Une graduation
correspond à 0,5 EV.
[a] Axe vertical : Valeur d’ouverture
(valeur F)
[b] Axe horizontal : Vitesse d’obturation
(par seconde)
[c] Axe diagonal : Niveau de gain (dB)
Conseils pour le
réglage manuel
Bij het opnemen met handmatige instellingen is
het aanbevolen de totale belichting gelijk te
houden voor het verkrijgen van heldere video-
opnamen. Hieronder volgt een uitleg van wat de
totale belichting is en hoe u de verschillende
instellingen zo kunt maken dat de belichting
gelijk blijft.
Hoe de belichting afhangt van
diafragma, sluitertijd en
lichtgevoeligheid
De effectieve belichting wordt bepaald door de
combinatie van diafragma, sluitertijd en
lichtgevoeligheid, en wordt gemeten of
uitgedrukt in eenheden van belichtingsniveau
(EV = Exposure Value), als volgt.
Totale EV = EV van de diafragma-
instelling
+ EV van de sluitertijd-
instelling
+ EV van de
lichtgevoeligheidsregeling
De totale belichtingswaarde kan worden
gevarieerd of gelijk worden gehouden door het
bijregelen van het diafragma, de sluitertijd en de
lichtgevoeligheid.
In het volgende grafiekje kunt u de juiste
instelling(en) bepalen. Eén vakje in de
schaalverdeling komt overeen met één
instelstapje van de variabelen. De belichting
verandert met 0,5 EV per stapje.
[a] Verticale as: Diafragma (in F-stops)
[b] Horizontale as: Sluitertijd (per seconde)
[c] Diagonale as: Lichtgevoeligheid (in dB)
Tips voor het
handmatig instellen
: Plus lumineux/Lichter
[c] (dB)
–3
1.6
2
2.4
2.8
3.4
4
4.8
5.6
6.8
8
9.6
14
16
19
3
6
12
25
50
75
100
150
215
300
425
600
1000
1250
1750
2500
3500
6000
10000
0
+3
+6
+9
1
(F)
2
+12
+15
+18
11
[b] (1/sec)
[a]
70
Création d’une image sans
modifier l’exposition
Si la valeur d’ouverture est de F11, la vitesse
d’obturation de 1/50e et le niveau de gain de
0 dB, réglez l’ouverture manuellement sur F5.6
par exemple.
Si vous changez la valeur d’ouverture de F11 à
F5.6 dans l’exemple ci-dessus, l’exposition
augmentera de +2 EV. Réglez la vitesse
d’obturation et le gain pour que l’exposition
s’assombrisse de –2 EV pour ne pas modifier
l’exposition totale.
Exemple 1 : Changement de la
vitesse d’obturation seulement
Pour réduire l’exposition de –2 EV à l’aide de la
vitesse d’obturation, vous devez augmenter la
vitesse d’obturation de 1/50e à 1/215e (1) (par
incréments de 5).
Exemple 2 : Réglage de la vitesse
d’obturation sur 1/425e et
changement du niveau de gain
Lorsque la vitesse d’obturation passe de
1/50e à 1/425e, l’indice de lumination de la
commande de vitesse d’obturation devient –3
EV. Pour maintenir l’exposition totale, il convient
d’ajouter +1 EV (2 incréments) en augmentant le
niveau de gain. Changez le niveau de gain de
0 dB à +6 dB (2). Lorsque vous augmentez le
niveau de gain, l’image risque de présenter de la
distorsion.
Remarques sur le réglage manuel
Lorsque vous réalisez une prise de vues en
extérieur, la luminosité du sujet risque d’être
affectée par les conditions météorologiques.
Lorsque les conditions de prise de vues
changent, il est conseillé de régler à nouveau
chaque paramètre.
Conseils pour le réglage
manuel
Maken van de gewenste
opnamen zonder de belichting
te veranderen
Om bijvoorbeeld bij een diafragmawaarde
van F11, een sluitertijd van 1/50 seconde en
een lichtgevoeligheid van 0 dB, het diafragma
handmatig om te zetten naar F5.6.
Als u in het bovenstaand voorbeeld het
diafragma van F11 verstelt naar F5.6, zal de
diafragma-belichtingsfactor met 4 stapjes
toenemen, dus met +2 EV. Verstel dan de
sluitertijd en de lichtgevoeligheid om de totale
belichting met –2 EV terug te brengen, opdat de
uiteindelijke belichting niet verandert.
Voorbeeld 1: alleen de sluitertijd
aanpassen
Om de belichting met –2 EV terug te brengen via
enkel de sluitertijd-instelling, zult u de sluitertijd
5 stapjes sneller moeten kiezen. Breng de
sluitertijd terug van 1/50 naar 1/215 seconde
(1).
Voorbeeld 2: verstellen van de
sluitertijd tot 1/425 seconde en
compenseren via de
lichtgevoeligheid
Als u de sluitertijd verstelt van 1/50 naar 1/425
seconde neemt de belichtingsfactor van de
sluitertijd af met –3 EV. Om de totale belichting
gelijk te houden, dient u deze met +1 EV aan te
vullen door de lichtgevoeligheid te verhogen
(met 2 stappen). Verstel de lichtgevoeligheid van
0 dB naar +6 dB (2). Houd er rekening mee dat
bij verhogen van de lichtgevoeligheid storing in
beeld kan optreden.
Opmerkingen betreffende de handmatige
instelling
Bij het opnemen buitenshuis kan de helderheid
van uw onderwerp sterk afhangen van de
weersomstandigheden.
•Wanneer de opname-omstandigheden
veranderen, is het aanbevolen alle instellingen
opnieuw te maken.
Tips voor het handmatig
instellen
71
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Lorsque vous réalisez une prise de vues et que la
source lumineuse se trouve derrière le sujet ou si
le sujet est placé devant un fond clair, utilisez la
fonction BACK LIGHT.
Appuyez sur BACK LIGHT. L’indicateur c
apparaît dans le viseur.
[a]Sujet trop sombre à cause du contre-jour.
[b]Le sujet s’éclaircit grâce à la compensation de
contre-jour.
Après la prise de vues à contre-jour
Appuyez de nouveau sur BACK LIGHT de
manière à désactiver la compensation de contre-
jour. L’indicateur c disparaît. Si la fonction
BACK LIGHT reste en service, l’image sera
surexposée dans des conditions d’éclairage
normales.
Cette fonction est aussi efficace dans les
situations suivantes:
•Dans une station de ski, pour filmer sur la
neige.
•A la plage sous un soleil ardent.
•Avec un sujet proche d’une source lumineuse
ou d’un miroir réfléchissant la lumière.
Avec un sujet blanc devant un fond blanc.
En particulier, le visage des personnes portant
des vêtements brillants en soie ou en fibres
synthétiques risque d’être sombre si vous
n’utilisez pas cette fonction.
Remarque sur la compensation de contre-jour
La compensation de contre-jour est désactivée si
vous appuyez sur IRIS, SHUTTER SPEED ou
GAIN.
Prise de vues à
contre-jour
Opnemen bij
tegenlicht
Voor het maken van tegenlicht-opnamen, met
een lichtbron achter het onderwerp of tegen een
erg lichte achtergrond, is het aanbevolen ter
correctie de BACK LIGHT tegenlicht-
compensatie in te schakelen.
Druk op de BACK LIGHT toets. In het
zoekerbeeld verschijnt nu de c indicator.
[a]Het onderwerp wordt te donker opgenomen
vanwege tegenlicht.
[b]Het onderwerp wordt helder opgenomen,
dankzij de tegenlicht-compensatie.
Na afloop van de tegenlicht-opname
Druk na het opnemen nogmaals op de BACK
LIGHT toets, zodat de c indicator verdwijnt.
Vergeet dit niet, anders zal bij de volgende
opname onder normale omstandigheden het
onderwerp te licht worden opgenomen.
Gebruik van deze functie wordt ook onder de
volgende omstandigheden aanbevolen:
Opnamen in de sneeuw, zoals van schaatsers of
skiërs;
Aan het strand in de volle zon;
Een onderwerp met een lichtbron vlakbij, of een
spiegel die veel licht weerkaatst;
Een wit onderwerp tegen een witte
achtergrond.
Vooral bij het opnemen van iemand die witte of
glimmende kleding (van zijde of kunstvezel)
draagt, zal het gezicht vaak te donker worden
opgenomen als u niet de tegenlicht-
compensatie inschakelt.
Betreffende de tegenlicht-compensatie
Als u de IRIS, SHUTTER SPEED of GAIN toets
indrukt, zal de tegenlicht-compensatie worden
uitgeschakeld.
[a]
[b]
BACK LIGHT
72
Lorsque vous filmez dans un paysage enneigé ou
sur une plage en plein été l’été, le sujet risque de
paraître sombre en raison de la luminosité
extrême. Vous pouvez dans ce cas changer la
luminosité de l’image dans le menu. Vous
pouvez également utiliser cette fonction lorsque
le sujet est trop lumineux — sujets sur scène,
prises de vue nocturnes, etc.
Vous pouvez sélectionner le paramètre AE
SHIFT dans le menu (p. 28).
Pour désactiver AE SHIFT
Réglez AE SHIFT sur la position centrale dans le
menu.
Pendant le réglage de la luminosité
Il est conseillé de raccorder le camescope à un
téléviseur pour contrôler la luminosité sur le
téléviseur.
Remarque sur la fonction AE SHIFT
Vous ne pouvez pas changer la luminosité avec
AE SHIFT pendant le réglage manuel de
l’ouverture.
Réglage de la
luminosité de
l’image
Bij het maken van video-opnamen ’s winters met
sneeuw en ijs, of juist hartje zomer aan een
zonnig strand, kan de achtergrond wel eens zo
fel verlicht zijn dat uw onderwerp te donker
uitkomt. Dit kunt u verhelpen door de belichting
in het instelmenu aan de omstandigheden aan te
passen. Anderzijds kunt u deze
belichtingsregeling ook gebruiken wanneer het
onderwerp zelf te fel verlicht is, zoals bij een
theatervoorstelling of concert, of een straat met
neon-verlichting, enz.
U kunt de AE SHIFT helderheidsregeling
inschakelen in het instelmenu (zie blz. 28).
Uitschakelen van de AE SHIFT
helderheidsregeling
Kies in het instelmenu de middelste stand voor
de “AE SHIFT” instelling.
Voor het instellen van de helderheid
Het is aanbevolen de camcorder op een TV-
toestel aan te sluiten, zodat u de helderheid van
het beeld op het TV-scherm kunt controleren.
Betreffende de AE SHIFT helderheidsregeling
Het is niet mogelijk de helderheid bij te regelen
met de AE SHIFT functie wanneer u het
diafragma met de hand instelt.
Bijregelen van de
helderheid van het
beeld
73
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
La balance de blancs est un réglage qui permet
d’ajuster les niveaux des blancs par rapport aux
autres couleurs pour obtenir des couleurs plus
naturelles et un véritable blanc.
Sélection du mode approprié
Sélectionnez le mode de balance des blancs
approprié selon les conditions suivantes:
Mode de balance des blancs
instantanée
Réglage instantané de la balance des blancs sur
un sujet éclairé d’une certaine façon alors que la
balance des blancs est réglée pour d’autres
conditions d’éclairage.
Sujet ou arrière-plan monochrome [a]
w Mode Extérieur
Prise de vues d’un lever/coucher du soleil, juste
avant le lever du soleil et juste après le coucher
du soleil [b], enseignes au néon ou feux d’artifice
[c]
e Mode Intérieur
Changement rapide des conditions d’éclairage
[d]
Local trop lumineux comme un studio de
photographie
Sous des lampes au sodium ou au mercure
Pour les prises de vues sous une lampe
fluorescente, il est conseillé de régler la balance
des blancs en mode automatique. Il se peut en
effet que vous n’obteniez pas une balance des
blancs adéquate lors de la prise de vues en
intérieur.
Réglage de la
balance des blancs
De kleurbalans-instelling dient om witgekleurde
onderwerpen ook zo wit mogelijk op de band te
krijgen en om natuurlijker kleuren en huidtinten
te verkrijgen.
Kiezen van de beste
kleurbalans-instelling
Kies de geschikte kleurbalans-instelling aan de
hand van de opname-omstandigheden, als volgt.
Druktoets-kleurbalansinstelling
Opnamen van een kortstondig speciaal verlicht
onderwerp, terwijl de vaste kleurbalans-
instelling daar niet bij past
Monochromatisch gekleurd onderwerp of
achtergrond [a]
w Buitenshuis
Buitenopnamen bij het ondergaan/opkomen van
de zon, in de schemering, voor zonsopgang [b],
een straat met neonverlichting of vuurwerk [c]
e Binnenshuis
Snel wisselende lichtomstandigheden [d]
Extreem heldere verlichting, zoals bijvoorbeeld
in een fotostudio
Onderwerpen onder een natriumlamp of
kwiklamp
Bij opnemen onder gewone tl-buisverlichting is
het aanbevolen de kleurbalans automatisch in te
stellen. Gebruik van de binnenshuis-stand kan
hierbij niet altijd de juiste kleurbalans opleveren.
Instellen van de
kleurbalans
[a] [b] [c] [d]
74
Réglage du mode de balance
des blancs
(1)Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale.
(2)Appuyez sur WHT BAL pour que l’indicateur
de balance des blancs apparaisse.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner le mode souhaité.
Si vous sélectionnez le mode de balance des
blancs instantanée, appuyez sur la molette de
commande après avoir sélectionné
l’indicateur de balance des blancs instantanée.
Pour revenir au mode de balance des
blancs automatique
Appuyez sur WHT BAL de sorte que l’indicateur
de la balance des blancs disparaisse ou réglez
AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK.
Lorsque la source lumineuse change
Refaites le réglage de la balance des blancs. Vous
ne pouvez pas sélectionner le mode de balance
des blancs instantanée pendant la prise de vues.
Si vous effectuez une prise de vues en mode de
réglage manuel, réglez AUTO LOCK/HOLD
sur AUTO LOCK, puis à nouveau sur la
position centrale.
Si vous effectuez une prise de vues en mode de
réglage automatique ou si vous remplacez la
batterie, dirigez l’objectif vers un objet blanc
pendant environ 10 secondes et commencez à
filmer.
Réglage de la balance des
blancs
Kiezen van de kleurbalans-
instelling
(1)Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de
middelste stand.
(2)Druk op de WHT BAL toets zodat de
kleurbalans-indicator in beeld verschijnt.
(3)Draai aan de regelknop om in te stellen op de
gewenste kleurbalans-stand.
Kiest u de druktoets-kleurbalansinstelling,
druk dan na het kiezen van de bijbehorende
indicator eenmaal op de regelknop.
Terugkeren naar de automatische
kleurbalansregeling
Druk op de WHT BAL toets zodat de
kleurbalans-indicator uit beeld verdwijnt of zet
de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in de
“AUTO LOCK” stand.
Bij verandering in de lichtomstandigheden
Stel de kleurbalans opnieuw in. Tijdens het
opnemen kunt u niet kiezen voor de druktoets-
kleurbalansinstelling.
Bent u aan ’t opnemen met handmatige
instellingen, zet de AUTO LOCK/HOLD
schakelaar dan eenmaal in de “AUTO LOCK”
stand en dan weer terug in de middenpositie.
Bent u aan ’t opnemen met automatische
instellingen of heeft u net het batterijpak
verwisseld, houd de lens van de camcorder dan
ongeveer 10 seconden lang op een wit
voorwerp gericht en begin daarna met
opnemen.
Instellen van de kleurbalans
3
2
e
w
1
AUTO LOCK
HOLD
WHT BAL
75
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Réglage manuel de la balance
des blancs (mode de balance
des blancs instantanée)
Vous pouvez régler manuellement la balance des
blancs pour des conditions d’éclairage particuliè-
res. Lorsque la balance des blancs est réglée
manuellement, les couleurs du sujet filmé
conservent une apparence naturelle tant que les
conditions d’éclairage ne changent pas.
Si vous réalisez une prise de vues dans des
conditions d’éclairage changeantes, réglez la
balance des blancs en mode AUTO; les couleurs
du sujet resteront identiques même si les
conditions d’éclairage changent.
(1)Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position
centrale.
(2)Appuyez sur WHT BAL et tournez ensuite la
molette de commande pour sélectionner
l’indicateur de balance des blancs instantanée.
(3)Fixez le bouchon d’objectif blanc fourni et
dirigez le camescope vers un sujet si vous
filmez à l’extérieur ou en direction d’une
source lumineuse dans le cas d’une prise de
vues à l’intérieur.
(4)Appuyez sur la molette de commande.
L’indicateur de balance des blancs instantanée
se met à clignoter rapidement. Lorsque la
balance des blancs est réglée, l’indicateur
cesse de clignoter.
Si vous réalisez une prise de vues sous un
éclairage de studio, il est conseillé d’activer le
mode Intérieur.
Réglage de la balance des
blancs
Vasthouden van de handmatig
ingestelde kleurbalans
(
Druktoets-kleurbalansinstelling
)
Met de druktoets-instelling kunt u de kleurbalans
met een simpele druk op de toets instellen en de
gemaakte instelling vasthouden. Bij deze
handmatige instelling zullen de opgenomen
kleuren van uw onderwerp er natuurlijk blijven
uitzien, zolang de lichtomstandigheden niet
veranderen.
Als het licht echter verandert, zullen de kleuren er
anders gaan uitzien, niet zozeer voor ons oog,
maar wel op een videoband. Voor het opnemen
onder wisselend licht kunt u de kleurbalans beter
automatisch instellen; dan blijven de kleuren en
bijvoorbeeld huidtinten er natuurlijk uitzien, ook
als de belichting verandert.
(1)Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de
middelste stand.
(2)
Druk op de WHT BAL toets en draai aan de
regelknop zodat de druktoets-
kleurbalansindicator in beeld verschijnt.
(3)
Plaats de witte lensdop op de lens van de
camcorder en richt deze op een geschikt
onderwerp als u buitenshuis filmt of op een
lichtbron als u binnenshuis filmt.
(4)
Druk op de regelknop.
De druktoets-kleurbalansindicator begint nu
snel te knipperen. Wanneer de nieuwe
instelling voor de kleurbalans in het geheugen
is vastgelegd, stopt de druktoets-indicator met
knipperen.
Voor het opnemen onder studiolampen of een
speciale videolamp kunt u het beste de
binnenshuis-kleurbalansinstelling kiezen.
Instellen van de kleurbalans
2
4
3
1
AUTO LOCK
HOLD
WHT BAL
76
Pour revenir au mode de réglage
automatique de la balance des blancs
Appuyez sur WHT BAL pour que l’indicateur de
balance des blancs instantanée disparaisse.
Remarque sur l’indicateur de balance des
blancs instantanée
L’indicateur clignote lentement : la balance des
blancs n’est pas réglée.
L’indicateur clignote rapidement : la balance des
blancs est en cours de réglage avec la molette de
commande.
L’indicateur est allumé : la balance des blancs est
réglée.
Remarque sur le réglage du mode de balance
des blancs instantanée
Le réglage de la balance des blancs pour le mode
de balance des blancs instantanée est conservé
même si vous mettez l’appareil hors tension ou
changez le mode de balance des blancs tant que
la source d’alimentation est raccordée au
camescope. Le réglage est conservé pendant une
heure même si vous débranchez la source
d’alimentation dans la mesure où la pile au
lithium est installée dans le camescope.
Si l’indicateur de balance des blancs
instantanée ne cesse pas de clignoter lorsque
vous appuyez sur la molette de commande
L’éclairage est probablement insuffisant ou vous
avez oublié de mettre le bouchon d’objectif blanc.
Si c’est le cas, augmentez l’intensité de la source
lumineuse ou mettez le bouchon d’objectif blanc
et recommencez. Si l’indicateur continue de clig-
noter, appuyez sur WHT BAL pour mettre le
camescope en mode de balance des blancs
automatique (sans indicateur) ou réglez AUTO
LOCK/HOLD sur AUTO LOCK.
Réglage de la balance des
blancs
Terugkeren naar de automatische
kleurbalansregeling
Druk op de WHT BAL toets zodat de druktoets-
kleurbalansindicator uit beeld verdwijnt.
Betekenis van de druktoets-
kleurbalansindicator
Langzaam knipperend: de kleurbalans is nog niet
ingesteld.
Snel knipperend: de kleurbalans wordt nu
ingesteld met de regelknop.
Vast oplichtend: de kleurbalans is ingesteld.
Vasthouden van de druktoets-
kleurbalansinstelling
De eenmaal gemaakte druktoets-
kleurbalansinstelling wordt vastgehouden, ook
na uitschakelen van de camcorder of
overschakelen op de automatische kleurbalans-
instelling, zolang er een stroombron op de
camcorder is aangesloten. Bovendien zal de
instelling ook na verwijderen van de stroombron
een uur lang worden vastgehouden, mits er een
lithiumbatterij in de camcorder aanwezig is.
Als de druktoets-kleurbalansindicator na
indrukken van de regelknop niet stopt met
knipperen
Waarschijnlijk is er dan onvoldoende licht of
misschien is de witte lensdop niet op de lens van
de camcorder geplaatst. In dit geval brengt u de
lensdop aan of zorgt u voor meer licht en dan
probeert u het opnieuw. Als de indicator daarna
nog steeds blijft knipperen, drukt u op de WHT
BAL toets om de camcorder over te schakelen
naar de automatische kleurbalansinstelling
(zonder indicator) of zet u de AUTO LOCK/
HOLD schakelaar in de “AUTO LOCK” stand.
Instellen van de kleurbalans
77
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Addition d’effets
numériques lors de la
lecture
Pendant la lecture, vous pouvez ajouter des effets
numériques à une scène en utilisant les fonctions
STILL (incrustation d’une image fixe), FLASH
(effet stroboscopique), LUMI. (incrustation en
luminance) et TRAIL (effet de traînage). Pour les
détails de chaque fonction, reportez-vous aux
pages précédentes.
Vous pouvez regarder l’image ainsi truquée sur
un téléviseur ou l’utiliser pour le montage sur un
autre appareil vidéo. Vous ne pouvez pas
enregistrer sur le camescope pendant cette
opération.
(1)Pendant la lecture, appuyez sur DIGITAL
EFFECT et tournez la molette de commande
jusqu’à ce que l’indicateur d’effet numérique
souhaité (STILL, FLASH, LUMI. ou TRAIL)
clignote.
(2)Appuyez sur la molette de commande.
L’indicateur d’effet numérique s’allume et
l’afficheur incrémental apparaît. En mode
STILL ou LUMI., l’image affichée au moment
où vous appuyez sur la molette est mémorisée
sous forme d’image fixe.
(3)Tournez la molette de commande pour ajuster
l’effet.
Pour annuler l’effet numérique
Appuyez sur DIGITAL EFFECT.
Remarques sur l’addition d’effets numériques
•Pendant la recherche d’images, la lecture au
ralenti ou la pause, des parasites apparaissent
sur l’image.
•Quand l’indicateur d’effet numérique clignote
rapidement, vous ne pouvez pas utiliser d’effet
numérique.
Digitale beeldeffecten
tijdens weergave
Tijdens het afspelen kunt u de weergegeven
videobeelden verwerken met de digitale
beeldeffect-functies: “STILL” voor dubbelbeeld-
weergave, “FLASH” voor interval-weergave,
“LUMI.” voor helderheidssleutel-weergave en
“TRAIL” voor nabeeld-weergave. Zie voor een
beschrijving van deze functies het hoofdstuk
over beeldeffecten onder camera-opname.
U kunt de hiermee verwerkte beelden op het TV-
scherm weergeven of ze overnemen op een
andere videorecorder. Tijdens deze bewerkingen
kunt u echter de beelden niet weer opnemen op
deze camcorder.
(1)Druk tijdens weergave op de DIGITAL
EFFECT toets en draai aan de regelknop tot
de gewenste beeldeffect-aanduiding (STILL,
FLASH, LUMI. of TRAIL) gaat knipperen.
(2)Druk de regelknop in.
De beeldeffect-aanduiding blijft nu branden
en er verschijnen enkele balkjes in beeld. Bij
de “STILL” en “LUMI.” functies wordt het
beeld waarbij u de regelknop indrukt, als
stilstaand beeld in het geheugen vastgelegd.
(3)Draai aan de regelknop om het digitale
beeldeffect naar wens bij te regelen.
Uitschakelen van de digitale
beeldeffecten
Druk op de DIGITAL EFFECT toets.
Opmerkingen over de digitale beeldeffecten
Bij de vertraagde weergave, de zoekfuncties en
in de pauzestand kan er storing in het beeld
verschijnen.
Wanneer de digitale beeldeffect-aanduiding
snel gaat knipperen, kunt u de digitale
beeldeffecten niet gebruiken.
2
3
1
STILL
DIGITAL
EFFECT
STILL
78
Vous pouvez localiser un passage entre deux
dates d’enregistrement grâce au code de données
qui s’enregistre automatiquement sur la bande.
Il existe deux modes de recherche:
Recherche d’une date particulière et lecture à
partir de celle-ci (Localisation d’une date)
Recherche du début de chaque enregistrement,
date par date, et lecture des 10 premières
secondes de chacun (Balayage des dates)
Chaque fois que vous appuyez sur DATE, le
mode change de la manière suivante:
Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou
un magnétoscope pour visionner l’image sur un
téléviseur. Si les indicateurs du viseur
n’apparaissent pas sur l’écran de télévision
pendant la lecture, appuyez sur la touche
DISPLAY de la télécommande.
Pour localiser une date
(1) Réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER.
Les touches de transport de bande s’allument.
(2) Appuyez sur DATE de la télécommande.
(3) Si la position actuelle sur la bande est [b],
appuyez sur 0 pour rechercher vers [a] ou
sur ) pour rechercher vers [c] .
Recherche d’un passage
d’après la date
d’enregistrement
Localisation
d'une date
Balayage
des dates
nn
hors service
U kunt op een cassette met video-opnamen het
overgangspunt tussen twee opnamedata
opzoeken, aan de hand van de opnamegegevens
die automatisch op de band worden vastgelegd.
Deze zoekfunctie kunt u op twee manieren
gebruiken:
U kunt de eerste opname van een bepaalde dag
opzoeken om de band automatisch vanaf dat
punt weer te geven (datum-zoekfunctie), of
U kunt het begin van alle opnamedagen één
voor één doornemen, waarbij van elke dag
alleen de eerste tien seconden van de opname
worden weergegeven (data-doorloopfunctie).
Telkens wanneer u op de DATE zoektoets drukt,
verspringt de zoekfunctie als volgt:
Voor deze zoekfuncties is het aanbevolen de
camcorder aan te sluiten op uw TV-toestel of
videorecorder, zodat u de beelden op het TV-
scherm kunt zien. Als de aanduidingen in de
zoeker tijdens de bediening niet op het TV-
scherm verschijnen, drukt u dan op de DISPLAY
toets van de afstandsbediening.
Zoeken naar de eerste opname van
een bepaalde dag
(1)Zet de POWER schakelaar in de “PLAYER”
stand. De bandlooptoetsen lichten op.
(2)Druk op de DATE zoektoets van de
afstandsbediening.
(3)Wanneer u zich bij het punt [b] op de band
bevindt, drukt u op de 0 terugspoeltoets
om in de richting van [a] te zoeken of op de
) vooruitspoeltoets om in de richting van
[c] te zoeken.
Opzoeken van de
eerste opname van
een bepaalde dag
Datum-
zoekfunctie
n
Data-
doorloopfunctie
n
zoekfuncties
uitgeschakeld
V
[a]
V
[b]
V
[c]
5.7.19984.7.1998 31.12.1998
79
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
3
REW FF
2
DATE
SEARCH
DATE
SCAN
DATE
1
POWER
PLAYER
OFF
CAMERA
Pour balayer toutes les dates
(1) Réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER.
(2) Appuyez deux fois sur DATE de la
télécommande.
(3) Appuyez sur 0 ou ). Le balayage
commence.
Recherche d’un passage
d’après la date
d’enregistrement
Pour arrêter la recherche ou le balayage
Appuyez sur une des touches de transport de
bande suivantes:
DATE , (, p, 0 ou ).
Pour voir les images pendant la recherche ou
le balayage
Appuyez sur ( puis sur 0 ou ).
Si vous effectuez la recherche ou le balayage
pendant la lecture
Quand le camescope recherche la date, vous
pouvez voir les images défiler vers l’avant ou
l’arrière, mais elles sont un peu parasitées.
Si vous avez effacé ou réinscrit l’index
Le point où la date a changé peut être décalé
d’environ 10 secondes.
Remarques sur la recherche par date ou
balayage
Si l’enregistrement effectué en une journée est
inférieur à 2 minutes, le camescope ne pourra
vraisemblablement pas le localiser.
La recherche par date et le balayage des dates
ne fonctionnent pas avec les camescopes qui
n’inscrivent pas les codes de données.
Si vous inscrivez le code temporel RC sur une
cassette enregistrée, la recherche par la date et
le balayage des dates ne fonctionneront pas.
Opzoeken van de eerste
opname van een bepaalde dag
Doornemen van het begin van alle
opnamedagen
(1) Zet de POWER schakelaar in de “PLAYER”
stand.
(2) Druk tweemaal op de DATE zoektoets van de
afstandsbediening.
(3)Druk op de 0 of ) snelspoeltoets. De
data-doorloopfunctie begint de band te
doorzoeken.
Stoppen met doorzoeken van de band
Druk op de DATE toets of op een van de
bandlooptoetsen: ( weergavetoets, p stoptoets,
0 of ) snelspoeltoets.
Bekijken van de beelden tijdens het zoeken of
doornemen van de band
Druk eerst op de ( weergavetoets, voordat u op
de 0 of ) snelspoeltoets drukt.
Bij gebruik van de datum-zoekfunktie of data-
doorloopfunktie tijdens weergave
Terwijl de camcorder naar de datum-overgang
zoekt, zullen de beelden versneld worden
weergegeven. Enige storing in het beeld is hierbij
overmijdelijk.
Als u een indexsignaal hebt aangebracht of
gewist
Dan kan het punt waarbij de datum verspringt
op de band ongeveer 10 sekonden zijn
verschoven.
Betreffende de datum-zoekfunctie en de data-
doorloopfunctie
Als de opname op een bepaalde dag niet langer
heeft geduurd dan twee minuten, zullen de
zoekfuncties die dag niet altijd kunnen vinden.
De datum-zoekfunctie en de data-
doorloopfunctie zullen niet werken voor een
videocassette die is opgenomen met een
camcorder zonder Data Code functie.
Als u de RC tijdcode vastlegt op een
opgenomen videocassette, zullen de datum-
zoekfunctie en de data-doorloopfunctie niet
meer werken.
80
Retour à un point
mémorisé d’un
enregistrement
Avec la télécommande vous pouvez facilement
revenir à un point mémorisé après la lecture.
Utilisez le compteur de bande. Si le code
temporel RC apparaît, réglez COUNTER sur
NORMAL dans le menu pour afficher le
compteur de bande.
Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou
un magnétoscope pour visionner l’image sur un
téléviseur. Si les indicateurs du viseur
n’apparaissent pas sur l’écran de télévision
pendant la lecture, appuyez sur la touche
DISPLAY de la télécommande.
(1)Pendant la lecture, appuyez sur COUNTER
RESET au point que vous voulez localiser par
la suite. Le compteur indique “0:00:00”.
(2)Appuyez sur p quand vous voulez arrêter la
lecture.
(3)Appuyez sur ZERO MEM de la
télécommande. L’indicateur “ZERO MEM”
clignote.
(4)Appuyez sur 0 pour rembobiner ou sur
) pour avancer la bande jusqu’au point
zéro du compteur.
La bande s’arrête automatiquement quand le
compteur atteint approximativement zéro.
Terugkeren naar een
eerder vastgelegd
punt
Met behulp van de afstandsbediening kunt u na
de weergave gemakkelijk terugkeren naar een
bepaald punt op de band. Hiervoor gebruikt u de
bandteller. Als de RC tijdcode wordt
aangegeven, zet u eerst de COUNTER instelling
in het keuzemenu op “NORMAL” om over te
schakelen naar de bandteller.
Hierbij is het aanbevolen de camcorder aan te
sluiten op uw TV-toestel of videorecorder, zodat
u de beelden op het TV-scherm kunt zien. Als de
aanduidingen in de zoeker tijdens de bediening
niet op het TV-scherm verschijnen, drukt u dan
op de DISPLAY toets van de afstandsbediening.
(1)Druk tijdens het afspelen op de COUNTER
RESET toets wanneer u van plan bent later
naar het betreffende punt op de band terug te
keren. De bandteller in het uitleesvenster
komt dan op “0:00:00” te staan.
(2)Druk op de p stoptoets als u wilt stoppen met
opnemen.
(3)Druk op de ZERO MEM toets van de
afstandsbediening. De “ZERO MEM”
aanduiding gaat knipperen.
(4)Druk op de 0 terugspoeltoets om de band
terug te spoelen of op de ) toets om de
band door te spoelen naar het teller-nulpunt.
De band zal dan bij het snelspoelen
automatisch stoppen wanneer de teller
ongeveer op nul komt te staan.
COUNTER
RESET
0:00:00
1
ZERO MEM
3
0:12:34
ZERO MEM
2
STOP
4
REW FF
Opmerkingen betreffende de bandteller
De bandteller zal niet functioneren als er geen
opnamen op de cassette staan. Voor een
onbespeelde cassette werkt de bandteller niet.
Tussen de tellerstand en het exacte nulpunt op
de band kan een afwijking van enkele seconden
optreden.
Remarques sur le compteur de bande
Quelque chose doit être enregistré sur la bande
pour que le compteur fonctionne. Le compteur
ne tourne pas si la bande est vierge.
Il peut y avoir quelques secondes de décalage
par rapport au temps réel.
81
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Vous pouvez facilement localiser le début d’un
programme en inscrivant un index pendant
l’enregistrement ou la lecture et en recherchant
ensuite cet index.
Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou
un magnétoscope pour visionner l’image sur un
téléviseur. Si les indicateurs du viseur
n’apparaissent pas sur l’écran de télévision
pendant la lecture, appuyez sur la touche
DISPLAY de la télécommande.
Inscription d’un index
Vous pouvez inscrire un index pendant la lecture
ou l’enregistrement.
Inscription d’un index au début de
l’enregistrement ou de la lecture
Appuyez sur INDEX MARK de la télécommande
en mode d’attente d’enregistrement ou de pause
de lecture. L’indicateur INDEX MARK apparaît
dans le viseur et clignote. Quand
l’enregistrement ou la lecture commence,
l’indicateur MARK cesse de clignoter pour
signaler que l’index est en train d’être inscrit,
puis il disparaît.
Localisation d’un
repère
Remarques sur ZERO MEM
Quand vous appuyez sur ZERO MEM, le point
zéro du compteur est mémorisé. Appuyez une
nouvelle fois sur ZERO MEM avant de
rembobiner la bande pour annuler la mémoire.
La fonction est automatiquement annulée une
fois que la bande a été rembobinée ou avancée
jusqu’au point mémorisé.
ZERO MEM ne fonctionne pas pendant
l’enregistrement ou la lecture.
Retour à un point mémorisé
d’un enregistrement
Terugkeren naar een eerder
vastgelegd punt
Opmerkingen over de ZERO MEM
terugkeerfunctie
Als u de ZERO MEM toets indrukt, wordt het
teller-nulpunt in het geheugen vastgelegd.
Druk voor het terugspoelen nogmaals op de
ZERO MEM toets als u deze functie wilt
uitschakelen.
Wanneer u de band eenmaal terugspoelt of
vooruitspoelt naar het punt dat u met de
nulgeheugenfunctie heeft vastgelegd, wordt de
ZERO MEM functie automatisch uitgeschakeld.
Druk pas ná het stopzetten van de band op de
ZERO MEM toets, want deze werkt niet tijdens
weergeven of opnemen.
Opzoeken van een
gemarkeerd
indexpunt
Het begin van een bepaalde opname zult u later
gemakkelijk kunnen terugvinden aan de hand
van een zogenaamd indexsignaal, dat u tijdens
weergave of opname op de band vastlegt.
Hierbij is het aanbevolen de camcorder aan te
sluiten op uw TV-toestel of videorecorder, zodat
u de beelden op het TV-scherm kunt zien. Als de
aanduidingen in de zoeker tijdens de bediening
niet op het TV-scherm verschijnen, drukt u dan
op de DISPLAY toets van de afstandsbediening.
Aanbrengen van indexsignalen
U kunt zowel tijdens opnemen als afspelen bij elk
gewenst punt een indexsignaal op de
cassetteband aanbrengen.
Aanbrengen van een indexsignaal
aan het begin van de opname of
weergave
Druk in de opnamepauzestand of de
weergavepauzestand tijdens op de INDEX
MARK toets van de afstandsbediening. De
“INDEX MARK” aanduiding gaat dan knipperen
in de zoeker. Wanneer het weergeven of
opnemen begint, stopt de “MARK” aanduiding
met knipperen, ten teken dat het indexsignaal is
vastgelegd. Vervolgens verdwijnt de “INDEX
MARK” aanduiding.
82
Inscription d’un index pendant
l’enregistrement ou la lecture
Appuyez sur MARK de la télécommande au
point où vous voulez revenir par la suite.
Remarques sur l’indexation
Veillez à inscrire les index à au moins deux
minutes d’intervalles, sinon la recherche ne se
fera pas correctement.
Si vous arrêtez l’enregistrement pendant
l’inscription d’un index (l’indicateur INDEX
MARK est allumé dans le viseur), la recherche
ne se fera peut-être pas correctement.
Si vous inscrivez un index sur la bande alors
que le code de données est enregistré, le code
de données sera effacé au point où vous avez
inscrit l’index. Lors de la lecture de la cassette,
le camescope affichera le code de données
jusqu’au point situé immédiatement avant le
code qui a été effacé.
Une bande noire apparaît si vous marquez un
index pendant la lecture et le son n’est pas
audible, mais cela n’a aucune influence sur
l’image et le son enregistrés.
Vous ne pouvez pas inscrire d’index pendant
l’enregistrement de photos.
Vous ne pouvez pas inscrire d’index sur une
cassette dont le repère rouge est visible.
Vous ne pouvez pas inscrire d’index sur une
cassette enregistrée en NTSC.
Vous ne pouvez pas inscrire d’index pendant
l’enregistrement en mode 5SEC,
l’enregistrement avec la touche START/STOP
seulement ou pendant la sortie en fondu.
Localisation d’un repère
Opzoeken van een gemarkeerd
indexpunt
Aanbrengen van een indexsignaal
tijdens opnemen of weergeven
Druk bij het punt dat u later wilt terugvinden op
de MARK toets van de afstandsbediening.
Opmerkingen betreffende de index-markering
Er dient altijd een pauze van tenminste 2
minuten tussen twee indexsignalen aanwezig te
zijn. Indien meerdere indexsignalen binnen een
interval van 2 minuten (bij normale bandloop)
op de band worden vastgelegd, is het mogelijk
dat het apparaat niet naar behoren functioneert.
Als u stopt met opnemen terwijl het
indexsignaal wordt aangebracht (d.w.z. terwijl
de “INDEX MARK” aanduiding knippert in de
zoeker), kan het gebeuren dat het zoeken later
niet naar wens verloopt.
Bij het aanbrengen van een indexsignaal op de
band zal de camcorder op dit punt de Data
Code opnamegegevenscode automatisch
wissen. Bij het afspelen van deze videocassette
zal de camcorder dan, in plaats van de gewiste
opnamegegevens, de daaraan voorafgaande
opnamegegevens blijven aangeven.
Wanneer u tijdens het afspelen een
indexsignaal aanbrengt, zal er een zwarte balk
in beeld verschijnen en zal het geluid enkele
ogenblikken lang niet doorkomen. De index-
markering heeft echter geen invloed op het
beeld en geluid van de bestaande opnamen.
Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te
brengen tijdens het opnemen van een stilstaand
beeld.
Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te
brengen op een videocassette die met het
wispreventienokje tegen opnemen beveiligd is.
Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te
brengen op een videocassette die NTSC
opnamen bevat.
Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te
brengen tijdens opnemen in de “5SEC” stand of
de “ ” START/STOP druktoets-stand, of
tijdens het uit-faden.
MARK
INDEX
MARK
83
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Balayage du début de chaque
passage indexé - Balayage
d’index
(1)Appuyez sur INDEX de la télécommande
pendant la lecture normale.
(2)Appuyez sur 0 ou ). La bande avance
ou se rembobine rapidement, et les 10
secondes environ qui suivent le point où
l’index a été inscrit sont reproduites. Si vous
voulez continuer la lecture, appuyez sur (.
Si vous n’appuyez sur aucune touche, le
programme suivant sera automatiquement
localisé.
Doorlopen van de
indexsignalen - Index-scan
(1)Druk tijdens normale weergave op de INDEX
toets van de afstandsbediening.
(2)Druk op de 0 of de ) snelspoeltoets. De
band wordt nu snel vooruit- of teruggespoeld
en wordt dan circa 10 seconden lang
weergegeven vanaf het punt waar het
indexsignaal werd aangetroffen. Als u de
weergave wilt vervolgen, drukt u op de (
weergavetoets. Als u niet op een toets drukt,
zal de band even later weer automatisch
worden doorgespoeld naar het volgende
indexpunt.
Pour annuler le balayage d’index
Appuyez sur (. La lecture redevient normale.
Localisation d’un repère
Opzoeken van een gemarkeerd
indexpunt
INDEX 00
SCAN
INDEX 00
SCAN
1
2
INDEX
REW FF
Uitschakelen van de index-
doorloopfunctie
Druk op de ( weergavetoets. De normale
weergave wordt dan hervat.
84
Localisation d’un repère
Localisation d’un repère donné
- Recherche d’index
(1)Appuyez sur INDEX de la télécommande
pendant l’arrêt ou la lecture.
(2)Appuyez de façon répétée sur INDEX jusqu’à
ce que le numéro d’index du programme
souhaité soit affiché dans le viseur.
(3)Appuyez sur 0 ou ). La lecture
commence au début du programme souhaité.
[a] position actuelle
[b] numéro d’index
Pour arrêter la recherche d’index
Appuyez sur (. La lecture redevient normale.
Remarque sur le numéro d’index
Le numéro d’index (1, 2 etc.) indique la distance
à partir du point actuel [a] sans tenir compte du
sens.
Opzoeken van een gemarkeerd
indexpunt
Opzoeken van het gewenste
indexsignaal - Index-
zoekfunctie
(1)Druk tijdens weergave of in de stopstand op
de INDEX toets van de afstandsbediening.
(2)Druk net zo vaak op de INDEX toets totdat
het nummer van het gewenste indexsignaal in
de zoeker verschijnt.
(3)Druk op de 0 of ) snelspoeltoets. De
weergave begint dan even later vanaf het
gevonden indexsignaal.
[a] Huidige positie
[b] INDEX nummer
Uitschakelen van de index-
zoekfunctie
Druk op de ( weergavetoets. De normale
weergave wordt nu hervat.
Betreffende het aangegeven indexnummer
Het zichtbare indexnummer (1, 2 enz.) geeft de
afstand aan vanaf het punt op de band waar u
zich op dat moment bevindt [a], ongeacht of dit
in voorwaartse of terugwaartse richting is.
1212
[a]
[b]
3
INDEX
INDEX
REW
FF
INDEX 00
SCAN
INDEX 02
SEARCH
1
2
85
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Localisation d’un repère
Suppression d’un index
(1)Localisez l’index que vous voulez supprimer
en utilisant la recherche d’index ou le
balayage d’index.
(2)Appuyez sur ERASE de la télécommande
pendant 2 à 10 secondes quand le programme
souhaité est reproduit. Quand l’index est
supprimé, le camescope revient au mode de
balayage, si vous avez utilisé le balayage
d’index à l’étape 1. Si vous avez utilisé la
recherche d’index, la lecture redevient
normale.
Opzoeken van een gemarkeerd
indexpunt
Wissen van een indexsignaal
(1)Zoek het indexsignaal dat u wilt wissen op,
met de index-zoekfunctie of de index-
doorloopfunctie.
(2)Druk binnen 2 à 10 seconden na het starten
van de weergave op de ERASE toets van de
afstandsbediening. Nadat het indexsignaal
gewist is, keert de camcorder terug naar de
index-doorloopfunctie, als u die gebruikte in
stap 1. Gebruikte u de index-zoekfunctie, dan
schakelt de camcorder na het wissen over op
normale weergave.
Remarques sur la suppression d’index
Appuyez sur ERASE pendant plus de 2
secondes après le commencement de la lecture
du programme souhaité.
Vous ne pouvez pas supprimer d’index sur les
cassettes dont le repère rouge est visible.
Quand un index est supprimé, vous ne pouvez
pas entendre le son et une bande noire apparaît
au bas de l’image, mais cela n’a aucune
influence sur le son et l’image enregistrés.
Le camescope peut repérer les index inscrits par
un magnétoscope, mais il ne peut pas les
supprimer. Les magnétoscopes avec fonction
d’indexation peuvent détecter les index inscrits
par le camescope, mais ils ne peuvent pas les
supprimer.
Un index peut être supprimé quand vous faites
un PCM sur un autre magnétoscope à l’endroit
où l’index était inscrit.
Remarque sur le code de données
Quand un index est supprimé, le code de
données inscrit sur la même partie de la bande
est également supprimé.
Opmerkingen over het wissen van
indexsignalen
Druk pas 2 seconden na het starten van de
weergave op de ERASE toets.
Op een videocassette waarvan het
wispreventienokje is ingeschoven, zodat het
rode merkteken zichtbaar is, zult u geen
indexsignaal kunnen wissen.
Terwijl het indexsignaal wordt gewist, zult u
geen geluidsweergave hebben en verschijnt er
onder in het beeld een zwarte balk. Het
opgenomen beeld en geluid worden hier echter
niet door beïnvloed.
Deze camcorder is wel in staat om
indexsignalen die met een andere
videorecorder zijn aangebracht op te sporen,
maar kan deze niet wissen. Een videorecorder
met een indexfunctie is wel in staat om de
indexsignalen die met deze camcorder zijn
aangebracht op te sporen, maar kan deze ook
niet wissen.
Het kan gebeuren dat een indexsignaal wordt
gewist wanneer u een PCM digitale
geluidsopname maakt op een bandgedeelte
waar een indexsignaal is aangebracht.
Opmerking over de opnamegegevens
Als een indexsignaal wordt gewist, worden de
Data Code opnamegegevens op hetzelfde
gedeelte van de band ook gewist.
INDEX
2
1
ERASE
REW FF
86
Vous pouvez inscrire le code temporel RC sur
une cassette enregistrée. Utilisez pour cela la
télécommande.
Avant de commencer, il est conseillé de régler
COUNTER sur TIME CODE dans le menu pour
afficher le code temporel RC.
Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou
un magnétoscope pour visionner l’image sur un
téléviseur. Si les indicateurs du viseur
n’apparaissent pas sur l’écran de télévision
pendant la lecture, appuyez sur la touche
DISPLAY de la télécommande.
(1)Tout en appuyant sur le petit bouton vert,
réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER.
(2)Rembobinez la bande jusqu’à son début et
mettez le camescope en mode de pause de
lecture.
(3)Appuyez sur TIME CODE WRITE de la
télécommande. L’indicateur TIME CODE
WRITE apparaît dans le viseur et WRITE
clignote.
(4)Appuyez sur ( ou P pour démarrer la
lecture. L’indicateur WRITE cesse de clignoter
et le code temporel RC s’inscrit à compter de
0:00:00:00.
Pour arrêter l’inscription du code
temporel RC
Appuyez sur p (ou sur toute autre touche de
transport de bande).
Inscription du code
temporel RC sur une
cassette enregistrée
Aanbrengen van de RC
tijdcode op een eerder
opgenomen cassette
U kunt op een cassette die reeds opnamen bevat,
desgewenst een RC tijdcode aanbrengen.
Gebruik hiervoor de afstandsbediening.
Het is aanbevolen voor u hiermee begint, de
COUNTER instelling in het keuzemenu op
“TIME CODE” te zetten, zodat u de RC tijdcode
kunt zien.
Ook kunt u beter de camcorder aansluiten op uw
TV-toestel of videorecorder, zodat u de beelden
op het TV-scherm kunt zien. Als de
aanduidingen in de zoeker tijdens de bediening
niet op het TV-scherm verschijnen, drukt u dan
op de DISPLAY toets van de afstandsbediening.
(1)Druk het kleine groene knopje op de POWER
schakelaar in en schuif de schakelaar in de
“PLAYER” stand.
(2)Spoel de cassetteband terug naar het begin en
zet de camcorder in de weergave-pauzestand.
(3)Druk op de TIME CODE WRITE toets van de
afstandsbediening. De “TIME CODE WRITE”
aanduiding verschijnt in de zoeker, waarbij
het woord “WRITE” knippert.
(4)Druk op de ( weergavetoets of de P
pauzetoets om de weergave te starten. De
“WRITE” aanduiding stopt met knipperen en
de RC tijdcode wordt aangebracht, te
beginnen met “0:00:00:00”.
0:00:00:01
TIMECODE
WRITE
4
PLAY
PAUSE
TIME CODE
WRITE
-:--:--:--
TIMECODE
WRITE
3
2
PLAY
PAUSE
REW
1
POWER
PLAYER
OFF
CAMERA
Stoppen met aanbrengen van de RC
tijdcode
Druk op de p stoptoets (of op een andere
bandloopfunctietoets).
87
Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties
Pour inscrire sans discontinuité le
code temporel RC
Rembobinez la bande jusqu’au passage où le
code temporel RC a été inscrit et mettez le
camescope en pause de lecture. Suivez ensuite les
étapes 3 et 4 précédentes. Le code temporel RC
s’inscrit sans discontinuité.
Remarques sur l’inscription du code temporel
RC
L’inscription du code temporel RC s’arrête
quand:
vous appuyez une seconde fois sur TIME
CODE WRITE avant le début de la lecture.
vous appuyez sur INDEX ou DATE SEARCH
avant de commencer la lecture.
vous passez du mode de lecture à un autre
mode.
Si vous commencez l’inscription du code
temporel RC au milieu d’une cassette sans code
temporel, l’inscription débutera plusieurs
images avant l’image actuelle.
Si le code temporel RC est inscrit sur une
cassette enregistrée, le code de données sera
effacé.
Vous pouvez inscrire le code temporel RC sur
une cassette enregistrée en modes SP et LP,
mais dans ce cas, le code inscrit en mode LP
risque de ne pas être lu correctement.
Le code temporel RC ne peut pas être inscrit sur
une cassette enregistrée en NTSC.
Le code temporel RC ne peut pas être inscrit sur
une cassette dont le repère rouge est visible.
Une bande noire apparaît quand le code
temporel RC est inscrit pendant la lecture et le
son n’est pas audible. Mais cela n’affecte pas
l’image ni le son enregistrés.
Remarque sur l’indicateur --:--:--:--
L’indicateur --:--:--:-- apparaît pendant la lecture
si:
rien n’est enregistré.
le code temporel RC n’est pas lisible parce que
la cassette est endommagée ou parasitée.
l’enregistrement a été fait sur un magnétoscope
qui n’enregistre pas le code temporel RC.
vous avez effacé l’index ou effectué un PCM
après l’enregistrement sur un autre
magnétoscope à l’endroit où le code temporel
RC était inscrit.
Dans ce cas, il est conseillé de réinscrire le code
temporel RC.
Inscription du code temporel
RC sur une cassette enregistrée
Aanbrengen van de RC tijdcode
op een eerder opgenomen
cassette
Aanbrengen van een RC tijdcode
vanaf het punt op de cassette waar
de bestaande RC tijdcode stopt
Spoel de band terug naar het punt waar de
bestaande RC tijdcode stopt en zet de camcorder
in de weergave-pauzestand. Volg hierna de
bovenstaande stappen 3 en 4. De RC tijdcode zal
dan zonder onderbreking op de videoband
worden vastgelegd.
Opmerkingen over het aanbrengen van de RC
tijdcode
Het aanbrengen van de RC tijdcode zal stoppen
als u:
nogmaals op de TIME CODE WRITE toets
drukt, voordat de weergave begint.
op de INDEX of de DATE SEARCH toets
drukt voordat de weergave begint.
van weergave overschakelt naar een andere
bandloopfunctie.
Als u een RC tijdcode begint aan te brengen
halverwege een cassette waarop nog geen
tijdcode was aangebracht, wordt de tijdcode
enkele beelden voor het zichtbare beeld gestart.
Bij het aanbrengen van een RC tijdcode op een
reeds eerder opgenomen cassette wordt de
opnamegegevens-code daarvan gewist.
U kunt de RC tijdcode aanbrengen op een
cassette die zowel opnamen met de LP snelheid
als met de SP snelheid bevat; de kans bestaat
echter, dat de RC tijdcode in de opnamen met
de LP snelheid niet goed leesbaar is.
Het is niet mogelijk een RC tijdcode aan te
brengen op een videocassette die NTSC
opnamen bevat.
Het is niet mogelijk een RC tijdcode aan te
brengen op een cassette met het rode
wispreventienokje zichtbaar.
Bij het aanbrengen van een RC tijdcode tijdens
weergeven zal er een zwarte balk in beeld
verschijnen en zal het geluid even niet te horen
zijn. Dit heeft echter geen invloed op het reeds
opgenomen beeld en geluid.
Betreffende de --:--:--:-- aanduiding
De --:--:--:-- aanduiding verschijnt tijdens
weergave wanneer:
er niets op de band is opgenomen;
de RC tijdcode niet leesbaar is vanwege
beschadiging van de band of vanwege storing
in het videosignaal.
de video-opnamen zijn gemaakt op een andere
videorecorder die niet beschikt over de RC
tijdcodefunctie.
het indexsignaal is gewist of er PCM opnamen
zijn ingelast op een bandgedeelte waar eerder
de RC tijdcode was vastgelegd.
In dit geval is het aanbevolen de RC tijdcode
opnieuw vast te leggen.
88
Montage sur une
autre cassette
Vous pouvez créer vos propres vidéogrammes en
faisant une copie avec un magnétoscope h 8 mm,
H Hi8, j VHS, k S-VHS, VHSC,
K S-VHSC ou Betamax l équipé de prises
d’entrée vidéo/audio.
Avant le montage
Raccordez le camescope au magnétoscope avec le
cordon de liaison audio/vidéo fourni.
Réglez le sélecteur d’entrée du magnétoscope sur
LINE, si disponible.
Réglez EDIT sur ON dans le menu (p. 28).
Pour commencer le montage
Réduisez le volume sur le camescope pendant le
montage, sinon l’image risque de présenter de la
distorsion.
(1)Insérez une cassette vierge (ou une cassette
que vous voulez réenregistrer) dans le
magnétoscope et une cassette enregistrée dans
le camescope.
(2)Reproduisez la cassette enregistrée dans le
camescope jusqu’à ce que vous ayez trouvé
l’image juste avant le point où le montage doit
commencer, puis mettez le camescope en
mode de pause de lecture en appuyant sur P.
(3)Sur le magnétoscope, localisez le point de
départ de l’enregistrement et mettez le
magnétoscope en mode de pause
d’enregistrement.
(4)Appuyez d’abord sur P du camescope puis
quelques secondes plus tard sur P du
magnétoscope pour commencer la copie.
Pour copier plusieurs scènes
Refaites les opérations 2 à 4.
Pour incruster un titre lors du
montage
Vous pouvez superposer un titre en cours de
montage. Reportez-vous à “Incrustation d’un
titre” (p. 48).
Remarque sur la fonction DISPLAY
Si vous avez affiché les indicateurs du viseur sur
un téléviseur, faites-les disparaître en appuyant
sur DISPLAY de la télécommande pour qu’ils
n’apparaissent pas sur la copie.
Pour arrêter le montage
Appuyez sur p sur le camescope et le
magnétoscope.
Remarque sur le montage synchronisé précis
Si vous raccordez une platine vidéo présentant la
fonction Fine Synchro Edit (montage synchronisé
précis) à la prise LANC l du camescope à l’aide
d’un câble LANC (non fourni), le montage sera
bien plus précis.
Monteren van video-opnamen
naar een andere videocassette
U kunt door selectief kopiëren en monteren van
opnamen naar een andere videorecorder uw
eigen videoproductie samenstellen. U kunt een
andere h 8-mm of H Hi-8 recorder, een j
VHS, k S-VHS, VHS-C, K S-VHS-
C of l Betamax videorecorder gebruiken, mits
deze is voorzien van audio/video ingangen.
Alvorens met monteren te beginnen
Sluit de camcorder aan op een videorecorder met
behulp van het bijgeleverde audio/video-
aansluitsnoer.
Zet de ingangskeuzeschakelaar van de
videorecorder op “LINE”, indien mogelijk.
Zet in het keuzemenu het onderdeel “EDIT” op
“ON” (zie blz. 28).
Beginnen met monteren
Draai de geluidssterkte van de camcorder terug
alvorens u met monteren begint. Anders kan er
vervorming in het beeld optreden.
(1)Plaats een voor opname geschikte
videocassette in de videorecorder die u voor
opnemen gebruikt en plaats uw opgenomen
cassette in de camcorder.
(2)Start de weergave op de camcorder, ga naar
een punt vlak voor het gedeelte dat u wilt
overnemen of inmonteren en druk daar op de
P pauzetoets om de camcorder op dat punt in
de weergave-pauzestand te zetten.
(3)
Zoek op de cassette in de andere videorecorder
het punt op waar u de nieuwe opnamen wilt
inmonteren en zet de videorecorder bij dat
punt in de opname-pauzestand.
(4)Om te beginnen met kopiëren drukt u eerst op
de P pauzetoets van de camcorder en enkele
seconden later op de P pauzetoets van de
videorecorder voor opname.
Om nog andere opnamen over te
kopiëren
Herhaal de stappen 2 t/m 4.
Tijdens het monteren een titel in
beeld brengen
Tijdens de videomontage kunt u een titelbeeld in
uw nieuwe productie opnemen. Volg de
aanwijzingen onder “In beeld brengen van een
titel” (blz. 48).
Betreffende de DISPLAY beeldscherm-
aanduidingen
Als u de aanduidingen in de zoeker ook op het
TV-scherm hebt laten verschijnen, drukt u voor
het monteren eerst op de DISPLAY toets van de
afstandsbediening om de beeldscherm-
aanduidingen te laten verdwijnen, anders zullen
ze ook in de beelden op de nieuw opgenomen
band worden overgenomen.
Stoppen met kopiëren
Druk zowel op de camcorder als op de
videorecorder de p stoptoets in.
Opmerking over de Fine Synchro Edit montage
Als u een videorecorder die beschikt over een
Fine Synchro Edit montagefunctie aansluit op de
LANC l aansluiting van deze digitale
camcorder met een LANC bedieningskabel (niet
bijgeleverd), dan zult u de montage met optimale
precisie kunnen verrichten.
89
Informations complémentaires Aanvullende informatie
(+) (--)-
Informations complémentaires
Remplacement de la pile
au lithium du camescope
Le camescope contient déjà une pile au lithium.
Quand cette pile faiblit ou est épuisée,
l’indicateur I clignote dans le viseur pendant 5
secondes environ quand vous réglez
l’interrupteur POWER sur CAMERA. Il faut
alors la remplacer par une pile au lithium
neuve Sony CR2025. L’utilisation de tout autre
type de pile présente un risque d’incendie ou
d’explosion. Conformez-vous aux instructions
du fabricant pour vous débarrasser des piles
usées.
La pile au lithium du camescope sert environ
pendant un an dans des conditions normales
d’utilisation, mais la pile qui a été installée dans
le camescope en usine risque de durer un peu
moins.
Aanvullende informatie
Vervangen van de
lithiumbatterij in de camcorder
Uw camcorder is bij aflevering reeds van een
lithiumbatterij voorzien. Wanneer de batterij
leegraakt, zal de I indicator circa 5 seconden
lang in de zoeker gaan knipperen wanneer u de
POWER schakelaar in de “CAMERA” stand zet.
In dat geval vervangt u de batterij door een
nieuwe Sony CR2025 lithiumbatterij. Gebruik
geen ander soort batterij, aangezien dit
gevaar voor brand of ontploffing kan
opleveren. Werp lege batterijen niet weg, maar
lever ze in als KCA, volgens de aanwijzingen van
de fabrikant.
De lithiumbatterij van de camcorder zal bij
normaal gebruik ongeveer een jaar lang
meegaan. (De lithiumbatterij die reeds in de
fabriek is aangebracht, kan echter na aankoop
wel eens minder lang dan een jaar meegaan.)
Ga voorzichtig om met de
lithiumbatterij
Houd de lithiumbatterij vooral buiten het
bereik van kinderen.
Mocht een kind toch onverhoopt de batterij
inslikken, raadpleeg dan onmiddellijk een
arts.
Veeg de batterij voor het aanbrengen schoon
met een droog doekje, om een optimaal contact
te verzekeren.
Pak de batterij nooit met een metalen tang of
pincet vast, aangezien dit kortsluiting van de
polen kan veroorzaken.
De lithiumbatterij heeft een plus-kant (+) en een
min-kant (–), zoals hieronder aangegeven. Let
bij het inleggen van de lithiumbatterij op,
dat de polariteit van de batterij
overeenkomt met de aansluitcontacten van
de camcorder.
Remarques sur la pile au lithium
Gardez la pile au lithium hors de portée des
enfants.
Si la pile était avalée, consultez
immédiatement un médecin.
Essuyez la pile avec un chiffon sec pour assurer
un bon contact.
Afin d’éviter tout risque de court-circuit, ne
tenez pas la pile au lithium avec une pince
métallique.
La pile au lithium a une borne positive (+) et
une borne négative (–) comme indiqué sur
l’illustration. Installez la pile au lithium en
faisant correspondre les bornes de la pile
avec celles du camescope.
4 7 1998
90
AVERTISSEMENT
La pile peut exploser si elle est mal utilisée. Ne
pas la recharger, la démonter ni la jeter au feu.
Remplacement de la pile au
lithium
Lorsque vous remplacez la pile au lithium,
laissez la batterie rechargeable ou une source
d’alimentation raccordée, sinon vous devrez
régler de nouveau la date et l’heure et les autres
paramètres du menu qui sont mémorisés grâce à
la pile au lithium.
(1)Faites glisser le couvercle du logement de la
pile au lithium.
(2)Ouvrez le couvercle. Appuyez une fois sur la
pile et sortez-la du porte-pile.
(3)Installez la pile au lithium neuve avec la
borne positive (+) tournée vers l’extérieur.
Refermez le couvercle et faites-le glisser
jusqu’à ce qu’il s’enclenche.
Remplacement de la pile au
lithium du camescope
Vervangen van de
lithiumbatterij in de camcorder
WAARSCHUWING
Bij onjuist gebruik kan de batterij exploderen.
Tracht de batterij niet op te laden, demonteer
deze niet en werp ook lege batterijen nooit in het
vuur.
Verwisselen van de
lithiumbatterij
Voor het vervangen van de lithiumbatterij moet
er een batterijpak of een andere voedingsbron
zijn aangesloten, anders zult u de datum, tijd en
de andere instellingen van het keuzemenu
opnieuw moeten invoeren.
(1)Schuif het deksel van het lithiumbatterijvak
opzij.
(2)Klap het deksel open. Druk de lithiumbatterij
aan één kant omlaag en wip deze uit de
houder.
(3)Plaats de nieuwe lithiumbatterij met de plus-
kant (+) naar buiten wijzend. Sluit het deksel
van het batterijvak en schuif het terug tot het
vastklikt.
1
2
3
91
Informations complémentaires Aanvullende informatie
1997 ˜ 1998 N · · · · n 2029
n
n
Réglage de la date
et de l’heure
Vous pouvez régler la date et l’heure dans le
menu.
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente,
appuyez sur MENU pour afficher le menu.
(2)Tournez la molette de commande pour
sélectionner , puis appuyez sur la molette.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner CLOCK SET, puis appuyez sur la
molette.
(4)Tournez la molette de commande pour
sélectionner l’année, puis appuyez sur la
molette.
(5)Réglez aussi le mois, le jour, les heures et les
minutes en tournant la molette, puis appuyez
dessus.
(6)Appuyez sur MENU pour fermer le menu.
Instellen van de
datum en tijd
U kunt de juiste datum instellen en de tijd
gelijkzetten via het instelmenu.
(1)Zet de camcorder in de opnamepauzestand en
druk op de MENU toets om het keuzemenu te
laten verschijnen.
(2)Draai aan de menuregelknop om in te stellen
op het pictogram en druk de regelknop in.
(3)Draai aan de regelknop om in te stellen op
“CLOCK SET” en druk de regelknop in.
(4)Draai weer aan de regelknop om in te stellen
op het juiste jaartal en druk de regelknop in.
(5)Draai steeds aan de regelknop om de maand,
het dagnummer, de uren en de minuten in te
stellen en druk tussendoor telkens op de
regelknop om de instelling vast te leggen.
(6)Druk weer op de MENU toets om het
keuzemenu uit beeld te laten verdwijnen.
1997 ˜ 1998 N · · · · n 2029
n
n
Aanpassen van de datum en
tijdsinstelling
Herhaal de bovenstaande werkwijze.
Controleren van de geldende datum
en tijdinstelling
Druk op de DATE toets om de ingestelde datum
te zien. Druk op de TIME toets om de tijd te
controleren.
Om de aanduiding te laten verdwijnen, drukt u
nogmaals op dezelfde toets.
De cijfers van het jaartal veranderen als volgt:
Betreffende de tijdsaanduiding
De ingebouwde klok van de camcorder geeft
de tijd aan volgens een 24-uurs cyclus.
Pour rectifier la date et l’heure
Refaites les opérations précédentes.
Pour contrôler la date et l’heure
Appuyez sur DATE pour afficher la date et sur
TIME pour afficher l’heure.
Appuyez une nouvelle fois sur la même touche
pour supprimer l’indication.
Les chiffres de l’année changent de la manière
suivante:
Remarque sur l’indication de l’heure
L’horloge interne du camescope fonctionne selon
un cycle de 24 heures.
INITIAL SET
CLOCK SET
AUTO DATE
AUTO TV ON
TV IN SEL
MENU DISP
LANGUAGE
TV SYSTEM
DEMO MODE
RETURN
[MENU] : END
1998 7 4
17 30
INITIAL SET
CLOCK SET
AUTO DATE
AUTO TV ON
TV IN SEL
MENU DISP
LANGUAGE
TV SYSTEM
DEMO MODE
RETURN
[MENU] : END
1998 7 4
17 00
INITIAL SET
CLOCK SET
AUTO DATE
AUTO TV ON
TV IN SEL
MENU DISP
LANGUAGE
TV SYSTEM
DEMO MODE
RETURN
[MENU] : END
1998 7 4
12 00
SETUP MENU
CLOCK SET
LTR SIZE
DEMO MODE
RETURN
[MENU] : END
1997 1 1
12 00
2
4
5
1998 1 1
12 00
INITIAL SET
CLOCK SET
AUTO DATE
AUTO TV ON
TV IN SEL
MENU DISP
LANGUAGE
TV SYSTEM
DEMO MODE
RETURN
[MENU] : END
1998 7 1
12 00
SETUP MENU
CLOCK SET
LTR SIZE
DEMO MODE
1,
6
3
[MENU] : END
SETUP MENU
CLOCK SET
LTR SIZE
DEMO MODE
RETURN
1 1 1997
12:00:00
MENU
1998 1 1
12 00
92
Réglage de l’horloge
par le décalage
horaire
Vous pouvez régler l’heure en indiquant
simplement le décalage horaire dans le menu.
(1)Alors que le camescope est en mode d’attente,
appuyez sur MENU pour afficher le menu.
(2)Tournez la molette de commande pour
sélectionner , puis appuyez sur la
molette.
(3)Tournez la molette de commande pour
sélectionner WORLD TIME, puis appuyez sur
la molette.
(4)Tournez la molette de commande pour régler
le décalage horaire, puis appuyez sur la
molette. L’heure change en fonction du
décalage horaire indiqué.
(5)Appuyez sur MENU pour fermer le menu.
Remarque sur la fonction WORLD TIME
Si l’heure n’a pas été réglée, vous ne pourrez pas
utiliser la fonction WORLD TIME.
Gelijkzetten van de
klok in een andere
tijdzone
Wanneer u de camcorder meeneemt op reis kunt
u de klok via het keuzemenu eenvoudig instellen
op een andere tijdzone.
(1)Zet de camcorder in de opnamepauzestand en
druk op de MENU toets om het keuzemenu te
laten verschijnen.
(2)Draai aan de menuregelknop om in te stellen
op het onderdeel “ ” en druk de regelknop
in.
(3)Draai aan de regelknop om in te stellen op
“WORLD TIME” en druk de regelknop in.
(4)Draai weer aan de regelknop om het geldende
tijdverschil voor uw bestemming in te stellen
en druk de regelknop in. De uren-aanduiding
van de klok verandert nu volgens de zojuist
gemaakte instelling.
(5)Druk weer op de MENU toets om het
keuzemenu uit beeld te laten verdwijnen.
Opmerking betreffende de tijdzone-instelling
Als de juiste tijd nog niet is ingesteld, zal de
“WORLD TIME” instelling niet werken.
1,
5
23
4
[MENU] : END
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
DISPLAY
REC LAMP
INDICATOR
[MENU] : END
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
DISPLAY
REC LAMP
INDICATOR
– 8 HRS
RETURN
4 7 1998
9 : 30 : 00
[MENU] : END
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
DISPLAY
REC LAMP
INDICATOR
RETURN
– 8 HRS
[MENU] : END
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
DISPLAY
REC LAMP
INDICATOR
0 HR
RETURN
4 7 1998
17 : 30 : 00
[MENU] : END
OTHERS
WORLD TIME
BEEP
COMMANDER
DISPLAY
REC LAMP
INDICATOR
0 HR
RETURN
MENU
93
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Cassettes utilisables
et modes de lecture
Sélection du type de cassette
Le système Hi8 a été conçu à partir du système
8 mm et développé afin d’améliorer la qualité de
l’image.
Vous pouvez utiliser des cassettes vidéo Hi8 ou
ordinaires 8 mm avec ce camescope. Quand vous
utilisez des cassettes Hi8, l’enregistrement se fait
dans le système Hi8 et quand vous utilisez des
cassettes 8 mm, l’enregistrement se fait dans le
système 8 mm. Vous ne pouvez pas enregistrer
des cassettes 8 mm dans le système Hi8.
Si vous voulez reproduire une cassette sur un
magnétoscope ordinaire 8 mm, vous devrez
utiliser une cassette ordinaire 8 mm pour
l’enregistrement.
Qu’est-ce que le standard vidéo Hi8
?
“XR” est une abréviation de “Extended
Resolution”. Le camescope vidéo Hi8 XR est un
nouveau type de camescope 8 mm restituant une
image de meilleure qualité qu’un camescope
vidéo Hi8 classique respectivement.
Avec un camescope “XR”, les images seront plus
nettes à l’enregistrement comme à la lecture.
Une cassette vidéo enregistrée avec un
camescope “XR” doit être reproduite sur un
camescope “XR” pour que la restitution de
l’excellente qualité de l’image soit optimale.
Lorsqu’une cassette vidéo enregistrée avec un
camescope “XR” est reproduite sur un
camescope classique Hi8, ou une cassette vidéo
enregistrée avec un camescope classique Hi8 est
reproduite sur un camescope “XR”, la qualité de
l’image est celle d’un camescope Hi8.
Diverse cassettes en
weergavefuncties
Keuze van bandsoort en type
cassette
Het Hi8 systeem is de opvolger van het
standaard 8-mm systeem, met een aanzienlijk
verbeterde beeldkwaliteit.
In deze camcorder kunt u zowel Hi8
videocassettes als standaard 8-mm videocassettes
gebruiken. Bij gebruik van een Hi8 videocassette
zal er automatisch worden opgenomen met het
Hi8 systeem. Plaatst u een standaard 8-mm
videocassette, dan wordt er opgenomen met het
standaard 8-mm systeem. Opnemen met het Hi8
systeem op gewone 8-mm videocassettes is niet
mogelijk.
Wanneer u van plan bent een videocassette met
opnamen weer te geven op een standaard 8-mm
videorecorder/camcorder, maak de video-
opnamen dan ook met het standaard 8-mm
opnamesysteem.
Wat is video Hi8 ?
De afkorting “XR” staat voor “Extra Resolutie”.
De video Hi8 XR camcorder is een nieuw type 8-
mm videocamera/recorder die nog scherpere
beelden levert dan conventionele video Hi8
camcorders.
Bij opnemen en weergeven met een “XR”
camcorder zullen alle details in uw opnamen
haarscherp uitkomen.
Video-opnamen die zijn gemaakt met deze “XR”
camcorder geven de beste beeldkwaliteit bij
afspelen op een “XR” camcorder.
Videocassette die zijn opgenomen met deze “XR”
camcorder kunnen zonder bezwaar worden
afgespeeld op een conventionele Hi8 camcorder
en andersom kan deze “XR” camcorder ook
gewone Hi8 opnamen probleemloos weergeven,
maar de beelden zullen bij weergave dan slechts
de normale Hi8 kwaliteit tonen.
94
Cassettes utilisables et modes
de lecture
Lors de la lecture
Le mode de lecture (SP ou LP) et le système (Hi8
ou 8 mm) sont sélectionnés automatiquement en
fonction du format dans lequel la cassette a été
enregistrée. La qualité de l’image en mode LP est
toutefois inférieure à celle de l’image en mode
SP.
Remarque sur l’enregistrement
stéréo AFM HiFi
Lorsque vous reproduisez une cassette, le son est
monophonique si:
vous enregistrez la cassette avec ce camescope
puis la reproduisez sur un magnétoscope
monophonique AFM HiFi.
vous enregistrez la cassette sur un
magnétoscope monophonique AFM HiFi, puis
la reproduisez sur ce camescope.
Cassettes vidéo 8 mm étrangères
Comme les standards couleur diffèrent d’un pays
à l’autre, vous ne pourrez peut-être pas
reproduire les cassettes que vous avez achetées à
l’étranger. Reportez-vous à la liste des pays dans
“Utilisation du camescope à l’étranger” pour
vérifier le standard de télévision couleur utilisé
dans les différents pays.
Lecture d’une cassette enregistrée en NTSC
Vous pouvez reproduire une cassette enregistrée
dans le standard vidéo NTSC si vous utilisez le
mode SP. Si la cassette a été enregistrée avec le
système AFM HiFi, le son sera reproduit en AFM
HiFi. Notez cependant que les phénomènes
suivants peuvent se produire lors de la lecture
d’une cassette enregistrée en NTSC.
Si vous reproduisez la cassette sur un
téléviseur, la couleur risque d’être différente de
la couleur originale sur certains téléviseurs. Si
vous la reproduisez sur un téléviseur
multistandard, réglez NTSC PB sur le mode
approprié dans le menu.
Pendant la lecture, une bande noire apparaît
dans la partie inférieure du viseur.
Vous ne pouvez pas reproduire une cassette
enregistrée en NTSC, ni dans le viseur ni sur le
téléviseur, si vous sélectionnez le mode LP.
Si la cassette contient des passages enregistrés
en PAL et d’autres en NTSC, le compteur de
bande n’affichera pas des données correctes.
Cette divergence est due à la différence de
fonctionnement des compteurs des deux
systèmes vidéo.
Vous ne pouvez pas copier une cassette
enregistrée en NTSC sur un autre
magnétoscope.
Diverse cassettes en
weergavefuncties
Bandsnelheid bij weergave
Bij het afspelen van een videocassette zal er
automatisch worden ingesteld op de
bandsnelheid (SP of LP) en het videosysteem
(standaard 8-mm of Hi8) waarmee de opnamen
gemaakt zijn. De kwaliteit van video-opnamen
die met de LP langspeel-snelheid zijn gemaakt,
zal minder zijn dan de kwaliteit bij de standaard
SP snelheid.
Betreffende AFM Hi-Fi stereo geluid
Bij het afspelen van de videocassette zal het
geluid alleen in mono worden weergegeven als:
De cassette is opgenomen met deze camcorder,
maar wordt afgespeeld op een mono
videorecorder met het AFM Hi-Fi
geluidssysteem.
De cassette is opgenomen met een mono
videorecorder met AFM Hi-Fi geluidssysteem
en wordt afgespeeld op deze camcorder.
Buitenlands 8-mm videomateriaal
Omdat in verschillende landen en werelddelen
gebruik wordt gemaakt van verschillende TV-
kleursystemen, is het mogelijk dat buitenlandse
video’s niet op deze camcorder kunnen worden
afgespeeld. Zie de lijst onder “Gebruik van uw
camcorder in het buitenland” wanneer u wilt
weten welk kleursysteem in een bepaald land
gebruikt wordt.
Afspelen van videocassettes die zijn
opgenomen met het NTSC kleursysteem
Videocassettes met opnamen met het NTSC
video-kleursysteem die zijn gemaakt met de
standaard SP snelheid, kunt u weergeven met
deze camcorder. Als de cassette is opgenomen
met het AFM Hi-Fi geluidssysteem zal er bij
afspelen ook AFM Hi-Fi geluid klinken.
Bij het afspelen van een videocassette die is
opgenomen met het NTSC kleursysteem kunnen
zich echter de volgende verschijnselen voordoen.
Bij weergave op het TV-scherm zullen niet altijd
de oorspronkelijke kleuren te verkrijgen zijn,
afhankelijk van uw type TV-toestel. Voor
weergave op een multi-systeem TV dient u in
het instelmenu het onderdeel “NTSC PB” in te
stellen op de gewenste weergavestand.
Tijdens afspelen kan er onderin het zoekerbeeld
een zwarte balk verschijnen.
Video-opnamen met het NTSC video-
kleursysteem die zijn gemaakt met de LP
langspeelsnelheid, zijn met deze camcorder niet
weer te geven, niet in de zoeker en ook niet op
enig TV-toestel.
Als er op een videocassette zowel PAL als
NTSC opnamen staan, zal de waarde die de
bandteller aangeeft niet juist zijn. Deze afwij
king wordt veroorzaakt door het verschil in de
telling bij de PAL en NTSC kleursystemen.
Het is niet mogelijk NTSC cassettes naar een
andere videorecorder te kopiëren of monteren.
95
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Utilisation optimale de
la batterie rechargeable
Ce chapitre vous indique comment tirer le
meilleur parti de la batterie rechargeable.
Préparation de la batterie
rechargeable
Emportez toujours des batteries de
réserve
Prévoyez une réserve d’alimentation suffisante
pour filmer 2 à 3 fois le temps escompté.
L’autonomie de la batterie est plus
courte par temps froid
Le rendement de la batterie diminue et la batterie
s’épuise plus rapidement si vous filmez par
temps froid.
Pour économiser la batterie
Baissez le commutateur d’attente sur le
camescope quand vous ne filmez pas.
La transition entre les scènes sera douce même si
vous interrompez l’enregistrement. Lorsque vous
cadrez le sujet, sélectionnez un angle ou regardez
dans le viseur, l’objectif se règle
automatiquement et le camescope consomme de
l’énergie. Il en est de même lorsque vous
introduisez et sortez une cassette.
Tips voor gebruik
van het batterijpak
Hieronder wordt beschreven hoe u het
batterijpak optimaal kunt benutten.
Voorzorgen bij gebruik van
oplaadbare batterijpakken
Zorg dat u altijd extra batterijpakken
bij de hand heeft
Zorg dat u voor opnemen buitenshuis altijd
voldoende batterijpakken meeneemt, d.w.z.
genoeg voor zeker twee à drie maal de geplande
opnameduur.
De effectieve gebruiksduur van
batterijen is minder bij koude
De werking van een batterijpak is onder koude
omstandigheden minder doeltreffend, hetgeen
leidt tot spoediger uitputten ervan.
Sparen van de batterijen
Schakel de opnamepauzestand met de
STANDBY schakelaar van de camcorder uit
wanneer u niet opneemt, om stroom te besparen.
Zelfs met volledig stoppen en weer starten kunt
u vloeiend verlopende opnamen maken. Zolang
u in de opnamepauzestand uw onderwerp kiest,
de beeldhoek bepaalt of alleen maar door de
zoeker kijkt, blijft de autofocus-functie de
scherpstelling aanpassen telkens wanneer het
beeldveld van de videocamera verandert, dus
ook wanneer u niet opneemt maar slechts
voorbereidingen voor de volgende opname treft.
Dit betekent een voortdurende belasting van de
batterij. Ook het insteken of uitnemen van een
videocassette vergt stroom van de batterij.
Quand remplacer la batterie
Quand vous utilisez le camescope, l’indicateur de
capacité restante de la batterie diminue au fur et
à mesure que la batterie s’épuise. Le temps
d’enregistrement restant est indiqué en minutes.
Quand l’indicateur de batterie atteint le niveau le
plus bas, l’indicateur i apparaît et se met à
clignoter dans le viseur.
Quand l’indicateur i se met à clignoter plus
rapidement pendant que vous filmez, réglez
l’interrupteur POWER du camescope sur OFF et
remplacez la batterie. Laissez la cassette dans le
camescope pour obtenir une transition douce
entre les scènes après avoir remplacé la batterie.
Wanneer het batterijpak te
vervangen
Tijdens gebruik van de camcorder geeft de
batterij-indicator in de zoeker of op het LCD
scherm de afnemende capaciteit van het
batterijpak aan, naarmate dit leegraakt. De
resterende gebruiksduur wordt in minuten
aangegeven.
Wanneer de indicator voor resterende
batterijspanning het laagste punt bereikt, gaat de
i indicator in de zoeker knipperen.
Wanneer tijdens opnemen de i indicator van
langzaam knipperen overgaat op sneller
knipperen, is het tijd het batterijpak door een
nieuwe te vervangen. Zet de POWER schakelaar
van de camcorder op “OFF” en verwissel het
batterijpak. Laat de videocassette hierbij gewoon
in de camcorder zitten om bij het hervatten van
het opnemen een soepel aansluitende opname te
verkrijgen.
96
Remarques sur la batterie
rechargeable
Attention
Ne jamais exposer la batterie rechargeable à une
température supérieure à 60°C (140°F), comme
en plein soleil, ou dans une voiture garée au
soleil.
La batterie rechargeable chauffe
Pendant la recharge ou la prise de vues, la
batterie rechargeable chauffe, car il y a une
production d’énergie et une réaction chimique à
l’intérieur de la batterie, mais il n’y a pas lieu de
s’inquiéter.
Veuillez tenir compte des
recommandations suivantes
Ne pas poser la batterie à proximité du feu.
Ne pas mouiller la batterie.
Ne pas essayer d’ouvrir ni de modifier la
batterie.
Ne pas exposer la batterie à des chocs
mécaniques.
Autonomie de la batterie
rechargeable
Si l’indicateur de batterie clignote rapidement
dès la mise sous tension du camescope, alors que
la batterie est pleine, remplacez la batterie par
une neuve, complètement rechargée.
Température de recharge
Il est conseillé de recharger la batterie à une
température de 10°C à 30°C (50°F à 86°F).
A basse température, le temps de recharge est
plus long.
Utilisation optimale de la
batterie rechargeable
Tips voor gebruik van het
batterijpak
Opmerkingen betreffende het
oplaadbaar batterijpak
Voorzichtig
Laat een batterijpak nooit achter op plaatsen
waar de temperatuur tot boven de 60°C kan
oplopen, zoals op de vensterbank in de zon of in
een afgesloten auto die in de zon geparkeerd
staat.
Het batterijpak wordt warm
Na gebruik of opladen kan het batterijpak warm
zijn. Dit betekent dat er elektrische stroom is
opgewekt en er een chemische reactie binnenin
het batterijpak heeft plaatsgevonden. Warm
worden van de batterij is niet gevaarlijk en duidt
niet op storing.
Neem de volgende voorzorgen in
acht
Houd het batterijpak uit de buurt van vuur.
Laat het batterijpak niet nat worden.
Probeer in geen geval het batterijpak te
demonteren of aan te passen voor gebruik met
andere apparatuur.
Behoed het batterijpak voor mechanische
schokken of trillingen en laat het niet vallen.
Levensduur van het batterijpak
Als bij gebruik van een volledig opgeladen
batterijpak de batterij-indicator gaat knipperen,
zojuist nadat u de camcorder heeft ingeschakeld,
dan is het batterijpak versleten. Dan dient u dit
oude batterijpak door een nieuw, volledig
opgeladen batterijpak te vervangen.
Temperatuur tijdens opladen
Aanbevolen wordt het batterijpak bij een
omgevingstemperatuur van 10°C tot 30°C op te
laden. Het duurt langer een batterijpak op te
laden in een koude omgeving.
97
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Utilisation optimale de la
batterie rechargeable
Remarques sur la batterie
rechargeable “InfoLITHIUM”
Que signifie “InfoLITHIUM”
La batterie “InfoLITHIUM” est une batterie
rechargeable au lithium-ion qui peut échanger
des informations concernant la consommation
d’énergie avec les appareils vidéo compatibles.
Lorsque vous utilisez cette batterie avec des
appareils portant le logo , l’appareil
vidéo indique le temps restant en minutes*. Si
vous l’utilisez avec des appareils sans ce logo, la
capacité restante de la batterie ne sera pas
indiquée en minutes.
“InfoLITHIUM” est une marque de fabrique de
Sony Corporation.
* L’indication peut être inexacte. Cela dépend
des conditions et de l’environnement dans
lequel l’appareil est utilisé.
Affichage de la consommation d’énergie
La consommation d’énergie du camescope varie
en fonction de l’utilisation qui en est faite. Par
exemple, la façon dont l’autofocus fonctionne a
un effet sur la consommation.
En tenant compte du mode de fonctionnement
du camescope, la batterie rechargeable
“InfoLITHIUM” mesure la consommation
d’énergie et calcule le temps restant. Si le mode
de fonctionnement change, l’indication de
capacité restante pourra afficher une baisse ou
augmentation soudaine de plus de 2 minutes.
Même si 5 à 10 minutes sont indiquées comme
temps restant dans le viseur, l’indicateur i peut
aussi clignoter dans certains cas.
Tips voor gebruik van het
batterijpak
Bij gebruik van een
“InfoLITHIUM” batterijpak
Betekenis van het “InfoLITHIUM”
merk
Het “InfoLITHIUM” batterijpak is een lithium-
ionen batterijpak dat geschikt is voor het
doorgeven van het gebruikstempo van de batterij
aan de hiervoor geschikte video-apparatuur.
Bij gebruik van dit batterijpak voor video-
apparatuur met het beeldmerk zal de
video-apparatuur de resterende batterijspanning
in minuten aangeven*. Dit geldt echter alleen
voor video-apparatuur met het beeldmerk; bij
andere apparatuur kan de tijd niet in minuten
worden aangegeven.
De naam “InfoLITHIUM” is een handelsmerk
van Sony Corporation.
* De aanduiding kan niet altijd geheel juist zijn,
afhankelijk van de omstandigheden van
gebruik.
Aanduiding van de batterijspanning
Het stroomverbruik van de camcorder is
afhankelijk van de ingeschakelde functies, zoals
bijvoorbeeld de automatische scherpstelling.
Het “InfoLITHIUM” batterijpak meet tijdens het
gebruik van de camcorder het stroomverbruik en
berekent op basis daarvan de resterende
batterijspanning. Bij het veranderen van de
ingeschakelde functies kan de aangegeven
batterijspanning dan ook plotseling met meer
dan 2 minuten verhoogd of verlaagd worden.
Ook al toont de zoeker nog 5 à 10 minuten
resterende batterijspanning, toch kan onder
bepaalde omstandigheden de i batterij-leeg
indicator wel eens gaan knipperen.
98
Utilisation optimale de la
batterie rechargeable
Pour obtenir une indication plus précise du
temps restant de la batterie
Mettez le camescope en mode d’attente
d’enregistrement et dirigez-le vers un objet
immobile. Ne bougez pas le camescope pendant
au moins 30 secondes.
Si l’indication semble fausse, rechargez la
batterie complètement (Recharge complète
1)
).
Si vous avez utilisé la batterie rechargeable
dans un environnement chaud ou froid
pendant longtemps, ou si vous l’avez rechargée
un grand nombre de fois, elle risque de ne plus
pouvoir indiquer le temps exact même après
avoir été rechargée complètement.
Après avoir utilisé la batterie “InfoLITHIUM”
avec un appareil sans logo , veillez à
l’utiliser sur un appareil et à la
recharger complètement.
L’indication du temps restant ne correspond
pas au temps d’enregistrement en continu
indiqué dans le mode d’emploi pour les
raisons suivantes
Le temps d’enregistrement dépend des
conditions d’enregistrement et de la température
ambiante. Le temps d’enregistrement peut être
réduit considérablement par temps froid. Le
temps d’enregistrement en continu indiqué dans
le mode d’emploi est mesuré avec une batterie
complètement chargée (ou chargée normalement)
à 25°C (77°F). Les conditions et la température
ambiante étant différentes quand vous utilisez le
camescope, le temps d’enregistrement restant de
la batterie est différent du temps indiqué dans le
mode d’emploi.
1)
Recharge complète: Recharge jusqu’à
apparition de FULL dans l’afficheur.
Tips voor gebruik van het
batterijpak
Voor een meer nauwkeurige aanduiding van
de resterende batterijspanning
Zet de camcorder in de opnamepauzestand en
richt hem op een stilstaand voorwerp. Zorg dat
de camcorder 30 seconden of langer niet wordt
bewogen.
Als de aanduiding niet juist lijkt te zijn, laad het
batterijpak dan weer volledig op (volledig
opladen
1)
). Als het batterijpak echter geruime
tijd lang onder erg warme of koude
omstandigheden is gebruikt, kan het ook na
volledig opladen wel eens niet in staat zijn de
juiste resterende batterijspanning aan te geven.
Als een “InfoLITHIUM” batterijpak gebruikt is
voor apparatuur zonder het teken,
dient u het eerst geheel op te gebruiken, op
apparatuur mét het InfoLITHIUM
teken, om het vervolgens weer volledig op te
laden.
Waarom de aanduiding van de resterende
batterijspanning niet overeenkomt met de
continu-opnameduur in de
bedieningsaanwijzingen
De beschikbare opnameduur is afhankelijk van
de omgevingstemperatuur en andere
omstandigheden. Bij hevige koude zal de
opnameduur beduidend korter zijn. De continu-
opnameduur die in de gebruiksaanwijzing staat
vermeld is gemeten aan een volledig opgeladen
(of gemiddeld opgeladen) batterijpak bij 25°C.
Aangezien het gebruik van de camcorder veelal
plaatsvindt bij een andere omgevingstempera-
tuur e.d., zal de feitelijk resterende
batterijspanning vaak afwijken van de continu-
opnameduur die staat aangegeven in de
bedieningsaanwijzingen.
1)
Volledig opladen: Doorgaan met opladen totdat
de aanduiding “FULL” oplicht in het
uitleesvenster.
99
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Entretien et précautions
Condensation d’humidité
Si vous apportez le camescope directement d’un
endroit froid dans une pièce chaude, de
l’humidité risque de se condenser à l’intérieur du
camescope, sur la bande ou sur l’objectif. Si de
l’humidité s’est condensée sur la bande, la bande
risque d’adhérer au tambour de têtes et d’être
endommagée, ou l’appareil risque de ne pas
fonctionner correctement. Pour prévenir ce genre
de problèmes, le camescope est équipé de
détecteurs d’humidité. Vous devez malgré tout
prendre les précautions suivantes.
Condensation à l’intérieur du
camescope
Il y a de l’humidité à l’intérieur du camescope si
l’indicateur { clignote et un signal sonore
retentit. Dans ce cas, aucune fonction ne peut être
utilisée sauf l’éjection de la cassette. Ouvrez le
logement de la cassette, arrêtez le camescope et
laissez-le ouvert pendant une heure environ.
L’indicateur 6 clignote aussi, si une cassette est
insérée dans le camescope. Ejectez la cassette,
arrêtez le camescope et laissez-le au repos
pendant une heure environ. Vous pouvez de
nouveau utiliser le camescope si l’indicateur {
n’apparaît pas quand vous mettez le camescope
sous tension.
Condensation sur l’objectif
Aucune indication spéciale n’apparaît si de
l’humidité s’est condensée sur l’objectif, mais
l’image devient sombre. Eteignez le camescope et
ne l’utilisez pas pendant au moins une heure.
Pour éviter la condensation
d’humidité
Lorsque vous portez le camescope d’un endroit
froid dans une pièce chaude, mettez-le dans un
sac de plastique et laissez-le un moment dedans
pour qu’il atteigne la température de la pièce.
(1)Fermez bien le sac en plastique contenant le
camescope.
(2)Enlevez le camescope du sac lorsque la
température de l’air à l’intérieur du sac est la
même que la température ambiante, c’est-à-
dire au bout d’une heure environ.
Onderhoud en
voorzorgsmaatregelen
Condensvocht
Als de camcorder rechtstreeks van een koude in
een warme omgeving wordt gebracht, kan de
lens beslaan of vocht condenseren in het
inwendige van het apparaat, op de videokop of
het oppervlak van de band. Als dit zich voordoet,
kan de band aan de koptrommel blijven plakken
en beschadiging of storing in de werking van het
apparaat veroorzaken. Om te voorkomen dat dit
verschijnsel zich onopgemerkt voordoet en tot
beschadiging leidt, is het apparaat uitgerust met
vochtgevoelige sensors. Neem echter de
volgende voorzorgen in acht.
Condensvocht in de camcorder
Als er vocht binnenin de camcorder is
gecondenseerd, klinkt er een pieptoon en gaat de
{ indicator in de zoeker knipperen. In dat geval
zal geen van de bedieningsorganen voorlopig
nog werken, behalve de cassette-uitwerptoets.
Open dan de cassettehouder, schakel de
camcorder uit en laat het apparaat daarna een
uur lang ongebruikt staan. Als samen met de {
indicator tevens de 6 indicator voor cassette-
uitworp oplicht, is er nog een cassette in de
camcorder aanwezig. Neem dan de videocassette
uit de camcorder, schakel het apparaat uit en laat
het minstens een uur lang ongebruikt, evenals de
videocassette. U kunt de digitale camcorder weer
in gebruik nemen als bij inschakelen de {
indicator niet meer oplicht.
Condensvocht op de lens
Er gaan in dit geval geen waarschuwinglampjes
branden, omdat het direct duidelijk zal zijn
wanneer de lens ondoorzichtig wordt en het
beeld vervaagt. Schakel de camcorder uit en laat
het apparaat ongeveer een uur lang ongebruikt.
Voorkomen van condensvocht in het
apparaat
Wanneer u de camcorder van een koude
omgeving naar een warme plaats brengt, kunt u
het apparaat het best een tijdje in een gesloten
plastic zak laten zitten, tot het apparaat weer op
omgevingstemperatuur is gekomen.
(1)Verpak de camcorder vooraf in een plastic zak
en zorg dat deze luchtdicht gesloten is.
(2)Neem de camcorder pas uit de plastic zak,
wanneer de lucht daarin en het apparaat
dezelfde temperatuur hebben aangenomen als
de omringende warme lucht (na ongeveer een
uur).
100
Entretien et précautions
Nettoyage des têtes vidéo
Pour être sûr d’obtenir une image nette, nettoyez
les têtes vidéo si nécessaire. Les têtes vidéo sont
sales quand l’indicateur et le message “
CLEANING CASSETTE” apparaissent
alternativement, ou quand l’image de lecture est
“bruitée” ou à peine visible.
[a] Légèrement sales
[b] Très sales
Dans ce cas, nettoyez les têtes vidéo avec la
cassette de nettoyage Sony V8-25CLH/V8-
25CLD (non fournie). Après le nettoyage, vérifiez
si l’image est nette et, si elle est toujours
“bruitée”, nettoyez encore une fois les têtes. (Ne
pas répéter le nettoyage plus de 5 fois.)
Attention
N’utilisez pas une cassette de nettoyage de type
mouillé en vente dans le commerce. Elle risque
d’endommager les têtes vidéo.
Remarque
Si la cassette de nettoyage Sony V8-25CLH/V8-
25CLD n’est pas commercialisée dans votre
région, veuillez demander conseil à votre
revendeur Sony.
Onderhoud en
voorzorgsmaatregelen
Reinigen van de videokoppen
Maak de videokoppen regelmatig schoon, om
ervoor te zorgen dat het beeld storingsvrij blijft
en dat het opnemen goed verloopt. Als de v
indicator en de mededeling “ CLEANING
CASSETTE” beurtelings in de zoeker verschijnen,
of wanneer de video-opnamen bij weergave
storing vertonen of slechts onduidelijk zichtbaar
zijn, dan zijn wellicht de videokoppen vuil.
[a]Licht verontreinigd
[b]Ernstig verontreinigd
Als dit zich voordoet, reinig dan de videokoppen
met een Sony V8-25CLH/V8-25CLD
reinigingscassette (niet bijgeleverd). Controleer
of het beeld nu storingsvrij is, en mocht het beeld
nog steeds storing vertonen, reinig de koppen
dan nogmaals. (Maak de videokoppen echter niet
meer dan vijf maal achtereen schoon.)
Waarschuwing
Gebruik geen reinigingscassette van het ook in
de handel verkrijgbare vloeistof-type. Dit type
reinigingscassette zou de videokoppen kunnen
beschadigen.
Opmerking
Als de Sony V8-25CLH/V8-25CLD
reinigingscassette in uw woonplaats niet
verkrijgbaar is, raadpleeg dan uw Sony
handelaar of onderhoudsdienst.
[a] [b]
101
Informations complémentaires Aanvullende informatie
1
2
1
2
Entretien et précautions
Nettoyage du viseur
(1)Enlevez la vis avec un tournevis (non fourni).
Faites glisser le bouton RELEASE, tournez
l’oeilleton dans le sens de la flèche et retirez-
le.
(2)Nettoyez la surface avec un soufflet en vente
dans le commerce.
Onderhoud en
voorzorgsmaatregelen
Verwijderen van stof uit de
zoeker
(1)Verwijder de schroef met een
schroevendraaier (niet bijgeleverd). Schuif de
RELEASE oogkap-ontgrendelknop opzij,
draai de oogkap in de richting van de pijl en
trek deze van de zoeker af zodat het
schermpje vrijkomt.
(2)Reinig het oppervlak van het zoekerschermpje
met een in de fotohandel verkrijgbaar
blaaskwastje.
Waarschuwing
Draai nooit enige andere schroef van de
camcorder los. Alleen de schroef voor het
afnemen van de oogkap mag u zelf verwijderen.
Attention
Ne touchez pas aux autres vis. Seule la vis
maintenant l’oeilleton doit être enlevée.
Weer aanbrengen van de oogkap
(1)Plaats de oogkap met de groef tegenover
het • teken op de zoekerschacht.
(2)Draai de oogkap in de richting van de pijl
weer op de zoeker vast. Draai de borgschroef
aan.
Remise en place de l’oeilleton
(1)Alignez la rainure de l’oeilleton sur le repère
• inscrit sur le barillet.
(2)Tournez l’oeilleton dans le sens opposé à la
flèche, puis remettez la vis.
102
Précautions
Fonctionnement du camescope
Faites fonctionner le camescope sur le courant
continu de 7,2 V (batterie rechargeable) ou 8,4 V
(adaptateur secteur).
Pour le fonctionnement sur le courant secteur
ou le courant continu, utilisez les accessoires
recommandés dans ce mode d’emploi.
Si un solide ou un liquide tombe dans le
camescope, débranchez le camescope et faites-le
vérifier par votre revendeur Sony avant de le
remettre sous tension.
Evitez toute manipulation brusque du
camescope et tout choc mécanique. Prenez
particulièrement soin de l’objectif.
Réglez l’interrupteur POWER sur OFF quand
vous n’utilisez pas le camescope.
N’enveloppez pas le camescope et ne l’utilisez
pas ainsi car il risque de trop chauffer.
Eloignez le camescope des champs
magnétiques puissants et des vibrations
mécaniques.
Manipulation des cassettes
N’insérez jamais rien dans les petits orifices à
l’arrière de la cassette, car ils servent à détecter le
type de bande, son épaisseur et si le taquet est
tiré ou non.
Entretien du camescope
Si vous prévoyez de ne pas utiliser le
camescope pendant longtemps, débranchez la
source d’alimentation et enlevez la cassette.
Mettez le camescope de temps en temps sous
tension, faites fonctionner la section caméra et
la section magnétoscope et reproduisez une
cassette pendant environ 3 minutes.
Nettoyez l’objectif avec une brosse douce pour
enlever la poussière. Enlevez les traces de
doigts avec un chiffon doux.
Nettoyez le coffret du camescope avec un
chiffon sec et doux, ou un chiffon doux
légèrement mouillé d’une solution détergente
neutre. N’utilisez pas de solvant car la finition
pourrait être abîmée.
Ne laissez pas rentrer du sable dans le
camescope. Quand vous utilisez le camescope à
la plage ou dans un lieu poussiéreux, protégez-
le du sable ou de la poussière.
Le sable ou la poussière peuvent causer des
dégâts parfois irréparables.
Entretien et précautions
Onderhoud en
voorzorgsmaatregelen
Voorzorgsmaatregelen
Bediening van de camcorder
Gebruik de camcorder uitsluitend op stroom-
voorziening van 7,2 V (met een batterijpak) of
8,4 V (met de netspanningsadapter).
Gebruik voor het aansluiten op de
voedingsbron (gelijkspanning of netspanning)
alleen de in deze gebruiksaanwijzing vermelde
accessoires.
Mocht er vloeistof of een voorwerp in het
inwendige van het apparaat terechtkomen,
schakel dan onmiddellijk de stroom uit, trek de
stekker uit het stopcontact en laat de camcorder
dan eerst door een Sony handelaar nakijken
voor u het apparaat weer in gebruik neemt.
Stel het apparaat niet bloot aan mechanische
schokken en ga voorzichtig met het apparaat
om. Wees vooral voorzichtig met de lens.
Zorg dat de POWER schakelaar op “OFF” staat
zolang u de camcorder niet gebruikt.
Wikkel tijdens gebruik het apparaat nooit in
textiel of plastic, daar anders het inwendige
oververhit kan raken.
Vermijd bij opslag en gebruik plaatsen die
onderhevig zijn aan mechanische trillingen of
krachtige magnetische velden.
Voorzichtig met videocassettes
Steek nooit enig voorwerp in de kleine
openingen aan de achterzijde van een
videocassette. Deze uitsparingen dienen voor het
automatisch bepalen van de bandsoort, de
banddikte, en of het wispreventienokje in- dan
wel uitgeschoven is, etc.
Regelmatig onderhoud van de
camcorder
Wanneer u de camcorder geruime tijd niet
gebruikt, dient u de videocassette er uit te
verwijderen. Bij langdurige opslag dient u van
tijd tot tijd de camcorder in te schakelen, het
camera- en het recordergedeelte te bedienen en
gedurende ongeveer drie minuten een band af
te spelen.
Verwijder eventueel stof van de lens met een
zacht borsteltje. Vingerafdrukken op de lens
verwijdert u met een zachte doek.
Reinig de behuizing van de camcorder met een
zachte doek, droog of licht bevochtigd met een
mild schoonmaakmiddel. Gebruik geen
vluchtige stoffen, aangezien die de afwerking
kunnen aantasten.
Zorg dat er geen zand in de camcorder terecht
kan komen. Als u de camcorder gebruikt op
een plaats met veel opwaaiend zand of
dwarrelend stof, let dan op dat er niets in de
camcorder terechtkomt. Zand of stof kan het
apparaat zodanig beschadigen, dat reparatie
niet meer mogelijk is.
103
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Adaptateur secteur
Débranchez l’adaptateur secteur de la prise
murale si vous ne comptez pas l’utiliser
pendant longtemps. Pour débrancher le cordon,
tirez sur la fiche et non sur le cordon.
N’utilisez pas l’adaptateur secteur si le cordon
est endommagé, ou si l’adaptateur est tombé ou
endommagé.
Ne pliez pas trop le cordon d’alimentation
secteur et ne posez pas d’objet lourd dessus, car
il pourrait être endommagé et provoquer un
incendie ou une décharge électrique.
Veillez à ce qu’aucun objet métallique ne
touche les pièces métalliques de la plaque de
connexion, car un court-circuit pourrait
endommager l’adaptateur.
Veillez à ce que les contacts métalliques soient
toujours propres.
N’ouvrez pas l’adaptateur secteur.
Ne laissez pas tomber l’adaptateur et ne le
cognez pas.
Quand vous utilisez l’adaptateur secteur, en
particulier pendant la recharge, éloignez-le des
récepteurs AM et appareils vidéo pour ne pas
perturber la réception AM et l’image vidéo.
L’adaptateur chauffe quand il est utilisé. C’est
normal.
Ne laissez pas l’adaptateur secteur dans un
endroit:
Extrêmement chaud ou froid
Poussiéreux ou sale
Très humide
Soumis à des vibrations
Remarques sur les piles sèches
Afin d’éviter tout dommage dû à la fuite des
piles ou à la corrosion, tenez compte des points
suivants.
Insérez les piles dans le bons sens.
Ne rechargez pas des piles sèches.
•N’utilisez pas en même temps des piles usées et
des piles neuves.
N’utilisez pas différents types de piles.
Les piles se déchargent lentement quand elles
ne sont pas utilisées.
N’utilisez pas des piles qui fuient.
En cas de fuite des piles
•Essuyez soigneusement le liquide dans l’étui
avant de remplacer les piles.
•Si vous touchez le liquide, lavez-vous bien.
Si du liquide rentre dans vos yeux, lavez-vous
les yeux avec beaucoup d’eau puis consultez un
médecin.
En cas de difficulté, débranchez l’adaptateur
secteur et contactez votre revendeur Sony.
Entretien et précautions
Onderhoud en
voorzorgsmaatregelen
Netspanningsadapter
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer het
apparaat niet in gebruik is. Voor het verwijderen
van het netsnoer uit het stopcontact dient u aan
de stekker te trekken, nooit aan het snoer zelf.
Gebruik de netspanningsadapter in geen geval
als het snoer beschadigd is, of als er sprake kan
zijn van inwendige schade aan het apparaat
door een val e.d.
Probeer het snoer niet met kracht te verbuigen, en
plaats er ook geen zware voorwerpen bovenop. Dit
leidt tot beschadiging van het snoer en kan gevaar
voor brand of een elektrische schok opleveren.
Let op dat er geen metalen voorwerp in
aanraking komt met de metalen oppervlakken
van het aansluitplaatje. Dit zou kortsluiting
kunnen veroorzaken en schade aan het
apparaat kunnen toebrengen.
Houd de metalen contactpunten altijd goed schoon.
Probeer in geen geval de netspanningsadapter
te demonteren.
Behoed de netspanningsadapter voor mechanische
schokken of trillingen en laat hem niet vallen.
Houd de netspanningsadapter tijdens gebruik,
vooral tijdens opladen, uit de buurt van video-
apparatuur en AM radio-ontvangers, aangezien
het apparaat storing in het videobeeld of de
AM radio-ontvangst kan veroorzaken.
Tijdens gebruik zal de netspanningsadapter warm
worden. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Leg de netspanningsadapter niet op plaatsen
waar deze blootstaat aan:
– extreem hoge of lage temperaturen;
– veel stof of vuil;
– regen of vocht;
– mechanische schokken of trillingen.
Betreffende gewone staafbatterijen
Om eventuele schade door batterijlekkage en/of
corrosie te voorkomen, dient u de volgende
punten in acht te nemen.
Let op dat de batterijen met de + en - polen in
de juiste richting in de batterijhouder liggen.
Alkali-batterijen zijn niet oplaadbaar; probeer
het niet uit.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door
elkaar.
Gebruik geen batterijen van verschillende typen
door elkaar.
Houd er rekening mee dat de batterijen
geleidelijk hun lading zullen verliezen, ook al
gebruikt u ze niet.
Een batterij die lekt, mag u niet meer gebruiken.
Als er batterijlekkage is opgetreden
Veeg de batterijhouder goed schoon, zodat er
geen batterijvloeistof in achterblijft, alvorens
nieuwe batterijen in de houder te plaatsen.
Als u in aanraking komt met de batterijvloeistof,
wast u deze dan snel met water af.
Mocht er batterijvloeistof in uw ogen komen,
was ze dan onmiddellijk uit met ruim water en
raadpleeg zo snel mogelijk een arts.
Mocht u problemen hebben met de apparatuur,
schakel de stroom dan uit, trek de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw
dichtstbijzijnde Sony handelaar.
104
Utilisation du
camescope à
l’étranger
Chaque pays a son propre système électrique et
un standard de télévision couleur particulier.
Avant d’utiliser le camescope à l’étranger,
vérifiez les points suivants.
Sources d’alimentation
Vous pouvez utiliser le camescope dans
n’importe quel pays avec l’adaptateur
d’alimentation secteur fourni, sur secteur de 100
à 240 volts, 50/60 Hz.
Standards couleur existants
Ce camescope est de standard PAL. Pour
regarder vos vidéogrammes sur un téléviseur, le
téléviseur doit être de standard PAL.
Vérifiez dans la liste alphabétique suivante les
différents standards existants.
Standard PAL
Allemagne, Australie, Autriche, Belgique, Chine,
Danemark, Espagne, Finlande, Grande-Bretagne,
Hongkong, Italie, Koweït, Malaisie, Norvège,
Nouvelle-Zélande, Pays-Bas, Portugal,
République slovaque, République tchèque,
Singapour, Suède, Suisse, Thaïlande, etc.
Standard PAL M
Brésil
Standard PAL N
Argentine, Paraguay, Uruguay
Standard NTSC
Amérique Centrale, Bahamas, Bolivie, Canada,
Chili, Colombie, Corée, Equateur, Etats-Unis,
Jamaïque, Japon, Mexique, Pérou, Philippines,
Surinam, Taiwan, Venezuela, etc.
Standard SECAM
Bulgarie, France, Guyane, Hongrie, Irak, Iran,
Monaco, Pologne, Russie, Ukraine, etc.
Gebruik van uw
camcorder in het
buitenland
Net als de spanning en frequentie van het
lichtnet, verschilt ook het
kleurentelevisiesysteem van land tot land.
Alvorens uw camcorder in het buitenland te
gebruiken, dient u de volgende punten na te
gaan.
Stroomvoorziening
U kunt uw camcorder met de bijgeleverde
netspannings-adapter gebruiken in elk land waar
de lichtnetspanning van 100 V tot 240 V
bedraagt, met een wisselstroomfrequentie van
50/60 Hz.
Verschillende kleursystemen
Deze camcorder werkt met het PAL
kleursysteem. Om de hiermee weergegeven
videobeelden op een TV-scherm te kunnen
bekijken, dient het TV-toestel geschikt te zijn
voor het PAL kleursysteem.
Zie de onderstaande alfabetische lijst van landen
voor de diverse kleursystemen.
PAL-systeem
Australië, België, China, Denemarken, Duitsland,
Finland, Groot-Brittannië, Hongkong, Italië,
Koeweit, Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland,
Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Singapore,
Slowakije, Spanje, Thailand, de Tsjechische
Republiek, Zweden, Zwitserland, enz.
PAL-M systeem
Brazilië
PAL-N systeem
Argentinië, Paraguay, Uruguay
NTSC-systeem
Bahama eilanden, Bolivia, Canada, Chili,
Colombia, Equador, de Filippijnen, Jamaica,
Japan, Korea, Mexico, Midden-Amerika, Peru,
Suriname, Taiwan, Venezuela, de Verenigde
Staten, enz.
SECAM-systeem
Bulgarije, Frankrijk, Guyana, Hongarije, Irak,
Iran, Monaco, de Oekraïne, Polen, Rusland, enz.
109
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Mocht u problemen met de werking of de bediening van de camcorder hebben, loop dan eerst de
onderstaande lijst met controlepunten even langs.
Als het probleem aan de hand hiervan niet te verhelpen is, neemt u dan a.u.b. contact op met uw Sony
handelaar of een plaatselijke erkende Sony onderhoudsdienst.
Camcorder
Stroomvoorziening
Probleem Oorzaak en/of oplossing
Er is geen batterijpak in het apparaat aangebracht.
m Plaats een opgeladen batterijpak. (zie blz. 7)
Het batterijpak is uitgeput.
m Gebruik een opgeladen batterijpak. (zie blz. 8)
De netspanningsadapter is niet op een stopcontact aangesloten.
m Steek de stekker van de netspanningsadapter in het
stopcontact. (zie blz. 26)
Terwijl u het apparaat in de CAMERA stand bediende, heeft
dit langer dan 5 minuten in de opnamepauzestand gestaan.
m Draai de STANDBY schakelaar omlaag en vervolgens weer
omhoog. (zie blz. 12)
Het batterijpak is uitgeput.
m Gebruik een opgeladen batterijpak. (zie blz. 8)
Deze camcorder werkt niet met batterijpakken van een ander
dan het “InfoLITHIUM” type.
m Gebruik een “InfoLITHIUM” batterijpak. (zie blz. 97)
De omgevingstemperatuur is te laag. (zie blz. 95)
Het batterijpak was niet volledig opgeladen.
m Laad het batterijpak opnieuw op. (zie blz. 8)
Het batterijpak is versleten en kan niet meer opgeladen
worden.
m Gebruik een ander batterijpak. (zie blz. 96)
De netspanningsadapter is niet stevig aangesloten.
m Zorg dat de netspanningsadapter stevig vast zit.
Er is iets mis met het batterijpak.
m Neem contact op met uw Sony handelaar of een plaatselijke
erkende Sony onderhoudsdienst.
De camcorder wordt gebruikt op stroom van de
netspanningsadapter.
m Gebruik een batterijpak.
Bediening
Probleem Oorzaak en/of oplossing
De band blijft aan de koptrommel kleven.
m Verwijder de cassette. (zie blz. 11)
Het einde van de band is bereikt.
m Spoel de band terug of gebruik een nieuwe cassette.
(zie blz. 22)
De POWER schakelaar staat in de “PLAYER” stand.
m Zet de schakelaar op “CAMERA”. (zie blz. 12)
Het beveiligingsnokje van de cassette is ingeschoven (rood).
m Gebruik een andere cassette of schuif het nokje terug.
(zie blz. 11)
(wordt vervolgd)
Nederlands
Verhelpen van storingen
Het batterijpak raakt heel snel
uitgeput.
De camcorder wordt uitgeschakeld.
Het apparaat kan niet ingeschakeld
worden.
De START/STOP toets werkt niet.
De camcorder schakelt vanzelf in/
uit, bij gebruik van een accessoire dat
is aangesloten op de intelligente
accessoireschoen.
Tijdens het opladen van het
batterijpak verschijnt er geen
aanduiding of knippert de
aanduiding in het uitleesvenster.
110
Verhelpen van storingen
Probleem Oorzaak en/of oplossing
• De START/STOP MODE schakelaar staat in de “5SEC” of de
” druktoets-stand.
m Zet deze schakelaar in de “ ” normale schakel-stand.
(zie blz. 16)
• Het batterijpak is leeg.
m Gebruik een opgeladen batterijpak of sluit de
netspanningsadapter aan. (zie blz. 8, 26)
• Er is vocht uit de lucht in de camcorder gecondenseerd.
m Verwijder de videocassette en laat de camcorder ongeveer
een uur lang ongebruikt. (zie blz. 99)
• De DATE en TIME toetsen zijn langer dan 2 seconden
ingedrukt gehouden.
m Dit wijst niet op een storing in de camcorder. Begin gewoon
met opnemen; het knipperen van de aanduiding zal even
later vanzelf ophouden.
• De lithiumbatterij is (bijna) leeg.
m Vervang de lithiumbatterij door een nieuwe. (zie blz. 89)
• De POWER schakelaar staat op “CAMERA” of op “OFF”.
m Zet de schakelaar in de “PLAYER” stand.
• Het einde van de band is bereikt.
m Spoel de band terug of gebruik een nieuwe cassette.
(zie blz. 22)
• De STEADYSHOT instelling in het keuzemenu staat op “OFF”.
m Zet de STEADYSHOT functie in het keuzemenu in de “ON”
stand. (zie blz. 55)
• De FOCUS instelling in het keuzemenu staat op “MANUAL”
ingesteld.
m Schakel de FOCUS instelling om naar “AUTO”. (zie blz. 59)
• De opname-omstandigheden zijn niet geschikt voor gebruik
van de automatische scherpstelling.
m Zet de FOCUS instelling in het keuzemenu op “MANUAL”.
(zie blz. 59)
• De START/STOP MODE schakelaar staat in de “5SEC” of de
” druktoets-stand.
m Zet deze schakelaar in de “ ” normale schakel-stand.
(zie blz. 16)
• Er is een digitale beeldeffect-functie ingeschakeld.
m Schakel deze functie uit.
• Er wordt een stereo-cassette weergegeven, maar de camcorder
staat ingesteld op HiFi SOUND “1” of “2” in het keuzemenu.
m Kies in het menu de “STEREO” stand. (zie blz. 32)
• De opnamen zijn gemaakt met het onderdeel WIND in het
keuzemenu ingesteld op “ON”.
m Als er geen wind is, kies dan in het keuzemenu voor
“WIND” de stand “OFF”. (zie blz. 30)
• Er wordt een deel van de band afgespeeld waarbij een
indexsignaal is vastgelegd of gewist. Dze aanduiding wijst niet
op een storing in de werking. (zie blz. 25)
• Stel de datum en juiste tijd opnieuw in. (zie blz. 91)
De datum of de tijdsaanduiding
wordt niet aangegeven.
Voor de gegevenscode wordt slechts
--:--:--:-- aangegeven.
De geluidsweergave bevat te veel
scherpe hoge tonen.
Het in- en uit-faden met de FADER
toets werkt niet.
De automatische scherpstelling
werkt niet goed.
De “STEADY SHOT”
beeldstabilisatie werkt niet.
De band beweegt niet als er een
bandlooptoets wordt ingedrukt.
Bij afspelen van een videocassette
klinkt er niet of nauwelijks geluid.
De tellerstand, de datum of de
tijdsaanduiding knippert.
Na enkele seconden stopt het
opnemen vanzelf.
De cassette kan niet uit de houder
worden verwijderd.
De { en 6 indicators knipperen en
geen enkele functie behalve het
verwijderen van de cassette werkt.
111
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Beeldweergave
Probleem Oorzaak en/of oplossing
• Het lensje van de zoeker is niet goed scherpgesteld.
m Stel het zoekerbeeld scherp. (zie blz. 13)
• Het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond is te
groot; er is niets aan de hand met de camcorder.
m Kies een andere beeldhoek of verander de belichting.
• Dit wijst niet op een storing in de camcorder.
• In het keuzemenu is de EDIT functie op “ON” gezet.
m Zet de EDIT functie op “OFF”. (zie blz. 32)
• Wellicht zijn de videokoppen vuil.
m Maak de koppen schoon met een Sony V8-25CLH/V8-25CLD
reinigingscassette (niet bijgeleverd). (zie blz. 100)
• In het keuzemenu is de “AE SHIFT” helderheid onjuist
ingesteld.
m Zet deze instelling in de middelste stand. (zie blz. 30)
• De AUTO LOCK/HOLD schakelaar is in de middelste stand
gezet en in het zoekerbeeld is de kleurbalans-indicator
zichtbaar.
m Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de “AUTO
LOCK” stand. (zie blz. 74)
• De opname-omstandigheden waren niet geschikt voor de
automatische kleurbalans-instelling.
m Stel de kleurbalans voor het opnemen handmatig in.
(zie blz. 75)
• De langzame sluiterfunctie is ingeschakeld.
m Dit wijst niet op storing in de camcorder.
• Ongeveer 10 minuten nadat u de POWER schakelaar op
“CAMERA” zet, zonder cassette in de camcorder, begint
automatisch een demonstratie van de mogelijkheden; ook is het
mogelijk dat de DEMO functie in het keuzemenu in de “ON”
stand is gezet.
m Steek een cassette in de houder en de demonstratie stopt.
Desgewenst kunt u de demonstratiefunctie geheel
uitschakelen. (zie blz. 31)
• De zelfdiagnosefunctie is ingeschakeld.
m Controleer de betekenis van de code en verhelp het
probleem. (zie blz. 114)
(wordt vervolgd)
Verhelpen van storingen
Er verschijnt een code van vijf letters
en cijfers.
Er worden onbekende beelden
weergegeven in de zoeker.
Er is storing in het weergegeven
beeld.
Het beeld is te licht of te donker.
De kleuren van de weergegeven
beelden zien er vreemd uit.
Er verschijnen witte stippen in het
zoekerbeeld.
Bij opnemen van een lichtbron of een
kaarsvlam tegen een donkere
achtergrond verschijnt er een
verticale streep in beeld.
Het beeld op het zoekerscherm is
onscherp.
Er verschijnt een verticale band in
beeld bij opnemen van een erg helder
verlicht onderwerp.
De weergegeven beelden zijn
onscherp.
112
Overige
Probleem Oorzaak en/of oplossing
• In het keuzemenu is het onderdeel COMMANDER ingesteld
op “OFF”.
m Zet de COMMANDER functie op “ON”. (zie blz. 30)
• De infrarode stralen worden geblokkeerd.
m Verwijder eventuele obstakels tussen de afstandsbediening
en de camcorder.
• De batterijen zijn omgekeerd in de afstandsbediening geplaatst.
m Plaats de batterijen met de juiste polariteit in de
afstandsbediening. (zie blz. 122)
• De batterijen zijn (bijna) leeg.
m Plaats nieuwe batterijen in de afstandsbediening.
(zie blz. 122)
• Er is vocht uit de lucht in de camcorder gecondenseerd.
m Verwijder de videocassette en laat de camcorder ongeveer
een uur lang ongebruikt. (zie blz. 99)
• Er is een andere storing in de camcorder opgetreden.
m Verwijder de cassette en steek deze opnieuw in en probeer of
de camcorder nu weer goed werkt.
• Als u de camcorder gebruikt op een plaats met een erg lage
luchtdruk, zoals hoog in de bergen of in een vliegtuig, kunnen
er belletjes in de lens ontstaan. Dit wijst niet op een storing in
de camcorder. Over het algemeen zullen de belletjes in
ongeveer een week verdwijnen. Hoe lang het precies duurt,
hangt af van de luchtdruk en het gebruik van de camcorder.
• Verwijder de oogkap van de zoeker en maak het zoekerlensje
schoon. (zie blz. 101)
De bijgeleverde afstandsbediening
werkt niet.
Er klinkt een aangehouden pieptoon
van vijf seconden lang.
Verhelpen van storingen
Er zit stof in de zoeker.
Er zitten belletjes in de lens.
114
Letter/cijfercode Oorzaak en/of oplossing
• Er is vocht uit de lucht in de camcorder gecondenseerd.
m Verwijder de videocassette en laat de camcorder ongeveer
een uur lang ongebruikt. (zie blz. 99)
• De videokoppen zijn vuil.
m Reinig de koppen met een Sony V8-25CLH/V8-25CLD
videokoppen-reinigingscassette (niet bijgeleverd).
(zie blz. 100)
• Wellicht gebruikt u een batterijpak van een een ander dan het
“InfoLITHIUM” type.
m Gebruik een “InfoLITHIUM” batterijpak. (zie blz. 97)
• Er is een andere minder ernstige storing opgetreden.
m Verwijder de cassette, plaats deze opnieuw en neem de
camcorder dan weer in gebruik.
m Verbreek de aansluiting van de netspanningsadapter of
verwijder het batterijpak. Herstel vervolgens de
stroomvoorziening en neem de camcorder dan weer in
gebruik.
• Er is een inwendige storing opgetreden.
m Neem contact op met uw Sony handelaar of een erkende
Sony onderhoudsdienst en geef de waarschuwingscode van
vijf tekens door (bijvoorbeeld: E:61:10).
Om het storingzoeken te vergemakkelijken, is
deze camcorder voorzien van een
zelfdiagnosefunctie. Als er iets mis is met de
camcorder, toont deze in de zoeker of in het
uitleesvenster een code van vijf tekens (een letter
en vier cijfers). Deze code geeft een aanwijzing
voor de toestand van de camcorder. De laatste
twee cijfers (hieronder aangeduid met twee ππ
blokjes) zullen verschillen, afhankelijk van de
toestand van de camcorder.
Nederlands
Zelfdiagnose-aanduidingen
C:21:ππ
Als het niet lukt een bepaald probleem te verhelpen, raadpleegt u dan a.u.b. uw Sony handelaar of een
plaatselijke erkende Sony onderhoudsdienst.
Zoeker
C:21:00
E:61:ππ
E:62:ππ
C:31:ππ
C:32:ππ
C:23:ππ
C:22:ππ
Zelfdiagnose-aanduiding
•C:ππ:ππ
Dit probleem kunt u eenvoudig zelf
verhelpen.
•E:ππ:ππ
Raadpleeg a.u.b. uw Sony handelaar of
een plaatselijke erkende Sony
onderhoudsdienst.
116
Ingangs- en
uitgangsaansluitingen
S VIDEO uitgang
4-polige mini-DIN stekkerbus
Luminantie-signaal: 1 Vt-t, 75 ohm,
asymmetrisch, negatieve
synchronisatie
Chrominantie-signaal: 0,3 Vt-t, 75
ohm, asymmetrisch
Video-uitgang
Tulpstekkerbus, 1 Vt-t, 75 ohm,
asymmetrisch
Audio-uitgangen
tulpstekkerbussen (2 stuks: stereo
links en rechts)
Uitgangssignaal: 327 mV (bij
uitgangsimpedantie 47 kOhm),
eigen impedantie minder dan 2,2
kOhm
RFU gelijkstroomuitgang (RFU DC
OUT)
Speciale ministekkerbus, 5 V
gelijkstroom
Hoofdtelefoon-aansluiting
Stereo ministekkerbus (ø 3,5 mm)
Afstandsbedieningsaansluiting
(LANC)
Stereo mini-ministekkerbus (ø 2,5
mm)
Microfoonaansluiting (MIC)
Ministekkerbus, 0,388 mV, voor
laagohmige microfoons die 2,5 tot 3
V gelijkstroom leveren, met
uitgangsimpedantie 6,8 kOhm (ø
3,5 mm)
Stereo-type
Intelligente accessoireschoen
8-polige aansluiting
Algemeen
Stroomvoorziening
7,2 V (batterijpak)
8,4 V (netspanningsadapter)
Gemiddeld stroomverbruik
(bij gebruik van een batterijpak)
Tijdens camera-opname
3,2 watt
Bedrijfstemperatuur
0°C tot 40°C
Opslagtemperatuur
– 20°C tot +60°C
Afmetingen (ca.)
110 x 106 x 221 mm (b/h/d)
Nederlands
Technische gegevens
Videocamera/
recorder
Systeem
Video-opnamesysteem
2 roterende videokoppen
FM schuinspoorregistratie
Audio-opnamesysteem
FM systeem met roterende koppen
Videosignaal
PAL kleursysteem, CCIR standaard
Bruikbare cassettes
8-mm formaat videocassettes
Hi8 formaat of standaard 8-mm
cassettes
Opname/weergave-speelduur
(met 90-min. cassette)
SP snelheid: 1 uur en 30 min.
LP snelheid: 3 uur
Vooruit/terugspoeltijd (met 90-
min. cassette)
Ca. 5 min.
Beeldvormend orgaan
CCD (Charge Coupled Device)
Zoeker
Elektronische zwart/wit zoeker
Objectief
Gecombineerde zoomlens
Filterdiameter: 52 mm
21x (optisch), 84x (digitaal)
Brandpuntsafstand
3,9 - 81,9 mm
Omgerekend naar de normen van
een kleinbeeld-fototoestel:
37 mm groothoek - 777 mm tele
Kleurtemperatuur
Automatische instelling,
Druktoets-kleurbalansinstelling
Binnenshuis e 3200 K
Buitenshuis w 5800 K
Minimaal vereiste lichtsterkte
1 lux bij F1.6
0,1 lux bij F1.6 bij gebruik van een
langzame sluitertijd
Lichtsterktebereik
1 lux tot 100.000 lux
Aanbevolen lichtsterkte
Meer dan 100 lux
Gewicht (ca.)
900 gram (zonder batterijpak,
lithiumbatterij, videocassette,
lensdop of schouderband)
1 kilogram (met NP-F330
batterijpak, CR2025 lithiumbatterij,
videocassette, lensdop en
schouderband)
Ingebouwde microfoon
stereo microfoon
Bijgeleverde accessoires
Zie blz. 6.
Netspanningsadapter
Spanningsvereiste
100 - 240 V wisselstroom, 50/60 Hz
Stroomverbruik
23 watt
Uitgangsspanning
Gelijkstroomuitgang (DC OUT): 8,4
V, 1,5 A met camcorder in werking
Bedrijfstemperatuur
0°C tot +40°C
Opslagtemperatuur
–20°C tot +60°C
Afmetingen (ca.)
125 x 39 x 62 mm (b/h/d), zonder
uitstekende onderdelen en knoppen
Gewicht (ca.)
280 gram (zonder netsnoer)
Wijzigingen in ontwerp en
technische gegevens voorbehouden
zonder kennisgeving.
117
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Nomenclature
1 Touche de recherche (EDITSEARCH) (p. 19)
2 Griffe porte-accessoire intelligente (p. 123)
3 Interrupteur d’alimentation (POWER) (p. 12)
4 Touche de fondu (FADER) (p. 34)
5 Touche de compensation de contre-jour
(BACK LIGHT) (p. 71)
6 Commutateur de mise au point
automatique (PUSH AUTO) (p. 59)
7 Commutateur de mise au point (FOCUS)
(p. 59)
8 Touches de transport de bande (p. 22)
p STOP (arrêt)
0 REW (rembobinage)
( PLAY (lecture)
) FF (avance rapide)
P PAUSE (pause)
9 Levier de zoom électrique (p. 14)
0 Touche d’affichage de titre (TITLE) (p. 48)
Touche de remise à zéro du compteur
(COUNTER RESET) (p. 14)
!™ Afficheur (p. 124)
Touche d’enregistrement/affichage de
l’heure (TIME) (p. 25, 53)
Touche d’enregistrement/affichage de la
date (DATE) (p. 25, 53)
Plaats en functie van
de bedieningsorganen
1 Montagezoektoets (EDITSEARCH) (blz. 19)
2 Intelligente accessoireschoen (blz. 123)
3 Aan/uit-schakelaar (POWER) (blz. 12)
4 In/uit-fade toets (FADER) (blz. 34)
5 Tegenlichttoets (BACK LIGHT) (blz. 71)
6 Autofocus-druktoets (PUSH AUTO) (blz. 59)
7 Scherpstelschakelaar (FOCUS) (blz. 59)
8 Bandlooptoetsen (blz. 22)
p STOP toets
0 REW terugspoeltoets
( PLAY weergavetoets
) FF vooruitspoeltoets
P PAUSE pauzetoets
9 Zoomtoets (blz. 14)
0 Titeltoets (TITLE) (blz. 48)
Teller-nulsteltoets (COUNTER RESET)
(blz. 14)
!™ Uitleesvenster (blz. 124)
Tijdtoets (TIME) (blz. 25, 53)
Datumtoets (DATE) (blz. 25, 53)
8
7
2
3
4
1
5
6
9
0
!™
118
Nomenclature
!∞ Commutateur de réglage automatique/
maintien des réglages (AUTO LOCK/HOLD)
(p. 60)
Voyant d’enregistrement/batterie (p. 12)
Capteur de signaux de télécommande
(p. 120)
Dirigez la télécommande ici pour la
commande à distance.
!• Microphone
Touche d’exposition automatique
(PROGRAM AE) (p. 60)
Touche de diaphragme (IRIS) (p. 66)
Touche de vitesse d’obturation (SHUTTER
SPEED) (p. 66, 68)
@™ Touche de gain (GAIN) (p. 66)
Touche de balance des blancs (WHT BAL)
(p. 74)
Douille de pied photographique (p. 18)
Assurez-vous que la longueur de la vis du
pied est inférieure à 6,5 mm (9/32 po.) pour
fixer correctement le pied et éviter que la vis
n’endommage le camescope.
@∞ Logement de la pile au lithium (p. 90)
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
!•
!∞
@∞
@™
!∞ Volautomaat/vergrendeltoets (AUTO
LOCK/HOLD) (blz. 60)
Camera-opname/batterijlampje (blz. 12)
Afstandsbedieningssensor (blz. 120)
Richt de afstandsbediening op dit punt voor
bediening van de camcorder.
!• Microfoon
Belichtingsprogrammatoets (PROGRAM AE)
(blz. 60)
Diafragmatoets (IRIS) (blz. 66)
Sluitertijdtoets (SHUTTER SPEED)
(blz. 66, 68)
@™ Lichtgevoeligheidstoets (GAIN) (blz. 66)
Kleurbalanstoets (WHT BAL) (blz. 74)
Schroefgang voor statief (blz. 18)
Let op dat de schroef van de statiefkop niet
langer is dan 6,5 mm. Een langere schroef kan
een stevige montage op het statief
belemmeren en zou de camcorder kunnen
beschadigen.
@∞ Lithiumbatterijvakje (blz. 90)
119
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Nomenclature
Viseur (p. 13)
Commutateur de mode d’enregistrement
(START/STOP MODE) (p. 16)
@• Touche de sélection d’effet numérique
(DIGITAL EFFECT) (p. 40)
Touche de sélection d’effet pictural
(PICTURE EFFET) (p. 47)
Touche d’affichage du menu (MENU)
(p. 28)
Molette de commande (p. 28)
#™ Crochet pour la bandoulière (p. 123)
Oeilleton
Levier de libération de la batterie (BATT
RELEASE) (p. 7, 10)
#∞ Touche d’enregistrement de photos
(PHOTO) (p. 36)
Crochet pour la bandoulière (p. 123)
Commutateur d’attente (STANDBY) (p. 12)
#• Touche de marche/arrêt (START/STOP)
(p. 12)
Surface de montage de la batterie
Prise de courant continu (DC IN) (p. 8, 26)
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
Zoeker (blz. 13)
Opnametoets-functieschakelaar (START/
STOP MODE) (blz. 16)
@• Digitale beeldeffecttoets (DIGITAL EFFECT)
(blz. 40)
Beeldeffecttoets (PICTURE EFFECT) (blz. 47)
Menutoets (MENU) (blz. 28)
Menuregelknop (blz. 28)
#™ Bevestigingsoog voor schouderband
(blz. 123)
Oculair
Batterij-ontgrendelknop (BATT RELEASE)
(blz. 7, 10)
#∞ Foto-opnametoets (PHOTO) (blz. 36)
Bevestigingsoog voor schouderband
(blz. 123)
Pauzeschakelaar (STANDBY) (blz. 12)
#• Opnamestart/stoptoets (START/STOP)
(blz. 12)
Batterij-aansluitvlak
Gelijkstroomingang (DC IN) (blz. 8, 26)
#™
@•
#•
#∞
120
Nomenclature
Bouton de libération de l’oeilleton
(RELEASE) (p. 101)
$™ Commutateur d’éjection de la cassette
(EJECT) (p. 11)
Prise de télécommande LANC l
LANC ( l ) vient de Local Application
Control Bus system. La prise de commande
l sert à contrôler le transport de la bande
d’un appareil vidéo et des périphériques
qui lui sont raccordés. Cette prise a la
même fonction que les connecteurs
CONTROL L ou REMOTE.
Logement de la cassette (p. 11)
$∞ Sangle (p. 17)
Prise de sortie CC d’adaptateur RFU (RFU
DC OUT) (p. 21)
Prise de casque ( 2 ) (p. 23)
$• Bague de réglage de l’oculaire (p. 13)
Prise S-vidéo (S VIDEO) (p. 21)
Baque de mise au point (p. 59)
Prises audio/vidéo (VIDEO/AUDIO) (p. 21)
%™ Prise de microphone (alimentation à
l’enfichage) (PLUG IN POWER)
Pour raccorder un microphone externe (non
fourni). Cette prise accepte aussi les
microphones alimentables à l’enfichage.
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
Zoeker-ontgrendelknop (RELEASE)
(blz. 101)
$™ Cassette-uitneemknop (EJECT) (blz. 11)
Afstandsbedieningsaansluiting (LANC l)
Het l teken en de afkorting LANC staan voor
“Local Application Control Bus System”. De
l aansluiting dient voor het bedienen van het
bandtransport van video-apparatuur, die op
deze videocamera/recorder is aangesloten.
Deze aansluiting heeft dezelfde functie als de
“CONTROL L” en de “REMOTE”
aansluitingen.
Cassettehouder (blz. 11)
$∞ Handgreepband (blz. 17)
RFU gelijkstroom-uitgang (RFU DC OUT)
(blz. 21)
2 Hoofdtelefoon-aansluiting (blz. 23)
$• Zoekerlens-instelring (blz. 13)
S-VIDEO aansluiting (blz. 21)
Scherpstelring (blz. 59)
VIDEO/AUDIO aansluitingen (blz. 21)
%™ Microfoon-aansluiting (PLUG IN POWER)
Hierop kunt u een los verkrijgbare externe
microfoon aansluiten. Deze aansluiting kan
tevens dienen voor de stroomvoorziening van
een “plug-in-power” microfoon.
$∞
$™
$•
%™
121
Informations complémentaires Aanvullende informatie
Télécommande
Les touches qui ont le même nom sur la
télécommande et le camescope fonctionnent de la
même façon.
Nomenclature
1 Emetteur
Dirigez l’émetteur vers le camescope après
avoir allumé le camescope.
2 Touche de mémorisation du point zéro
(ZERO MEM) (p. 52, 80)
3 Touche de code de données (DATA CODE)
(p. 25)
4 Touche de remise à zéro du compteur
(COUNTER RESET) (p. 14)
5 Touche d’inscription du code temporel
(TIME CODE WRITE) (p. 86)
6 Touches d’index (INDEX)
Touche d’inscription d’index (MARK) (p. 81)
Touche d’effacement d’index (ERASE)
(p. 85)
7 Touches de recherche (SEARCH)
Touche de recherche de date (DATE) (p. 78)
Touche de recherche d’index (INDEX) (p. 83)
8 Touche de marche/arrêt (START/STOP)
(p. 12)
9 Touche de zoom électrique (p. 14)
0 Touches de transport de bande (p. 22)
Touche d’affichage des indicateurs
(DISPLAY) (p. 23)
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
Afstandsbediening
De toetsen op de afstandsbediening met
hetzelfde opschrift als die op de camcorder zelf
hebben ook dezelfde functie.
1 Infrarood-zender
Richt deze op de afstandsbedieningssensor
van de camcorder, nadat u de camcorder met
de POWER schakelaar heeft ingeschakeld.
2 Nulgeheugentoets (ZERO MEM) (blz. 52, 80)
3 Opnamegegevenstoets (DATA CODE)
(blz. 25)
4 Teller-nulsteltoets (COUNTER RESET)
(blz. 14)
5 Tijdcode-aanbrengtoets (TIME CODE
WRITE) (blz. 86)
6 Indextoetsen (INDEX)
Index-markeertoets (MARK) (blz. 81)
Index-wistoets (ERASE) (blz. 85)
7 Zoektoetsen (SEARCH)
Datum-zoektoets (DATE) (blz. 78)
Index-zoektoets (INDEX) (blz. 83)
8 Opnamestart/stoptoets (START/STOP)
(blz. 12)
9 Zoomtoets (blz. 14)
0 Bandlooptoetsen (blz. 22)
Beeldscherm-informatietoets (DISPLAY)
(blz. 23)
8
9
1
7
6
2
3
4
5
122
Remarques sur la télécommande
N’exposez pas le capteur du camescope à des
sources lumineuses puissantes comme la
lumière directe du soleil ou un éclairage sinon
la télécommande ne fonctionnera pas.
•Assurez-vous qu’il n’y a pas d’obstacle entre le
capteur du camescope et la télécommande.
•Le camescope utilise le mode de télécommande
VTR 2. Les modes de télécommande (1, 2 et 3)
permettent de distinguer le camescope d’autres
magnétoscopes Sony et d’éviter les
interférences de télécommande. Si vous utilisez
un autre magnétoscope Sony avec le mode de
télécommande VTR 2, il est conseillé de
changer le mode de télécommande ou de
masquer le capteur infrarouge du
magnétoscope avec du papier noir.
Préparation de la télécommande
Insérez deux piles R6 (format AA) en faisant
correspondre les indications + et – des piles avec
celles du logement des piles.
Nomenclature
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
Opmerkingen over de afstandsbediening
Let voor afstandsbediening op, dat de sensor op
de camcorder niet blootgesteld staat aan directe
zonnestraling of fel licht. Anders kan de
afstandsbediening niet naar behoren
functioneren.
Zorg dat zich tussen de afstandsbediening en
de sensor op de camcorder geen obstakels
bevinden.
Het afstandsbedieningsnummer van deze
camcorder is “VTR 2”. De
afstandsbedieningsnummers (1, 2 en 3) dienen
voor het onderscheiden van deze camcorder en
andere Sony videorecorders, om verkeerde
bediening te voorkomen. Als u reeds een
andere Sony videorecorder met
afstandsbedieningsnummer “VTR 2” gebruikt,
dan is het voor bediening van deze camcorder
aanbevolen om eerst het nummer van de
andere videorecorder te veranderen, of de
afstandsbedieningssensor van dat apparaat met
een stukje zwart papier af te dekken.
Voorbereidingen voor
afstandsbediening
Plaats twee stuks R6 (AA-formaat) batterijen in
het batterijvak van de afstandsbediening, met de
+ en – polen in de richting die staat aangegeven
in het batterijvak.
Gebruiksduur van de batterijen
De batterijen van de afstandsbediening zullen bij
normaal gebruik ongeveer 6 maanden meegaan.
Wanneer deze batterijen leegraken, is de
camcorder niet meer op afstand te bedienen.
Voorkomen van schade door eventuele
batterijlekkage
Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening
wanneer u denkt deze geruime tijd niet meer te
gebruiken.
Remarque sur l’autonomie des piles
Les piles de la télécommande durent environ 6
mois dans des conditions normales d’utilisation.
Quand elles sont faibles ou épuisées, la
télécommande ne fonctionne pas.
Pour éviter les dommages dus à une fuite
éventuelle des piles
Retirez les piles si vous prévoyez de ne pas
utiliser la télécommande pendant longtemps.
123
Informations complémentaires Aanvullende informatie
1 2
3
Fixation de la bandoulière
Fixez la bandoulière fournie aux crochets prévus
à cet effet.
Nomenclature
Remarque sur la griffe porte-accessoire
intelligente
Cette prise alimente un accessoire en option,
comme une torche vidéo ou un microphone. La
griffe est reliée au commutateur d’attente, ce qui
permet de mettre l’accessoire sous ou hors
tension par le commutateur d’attente. Consultez
le mode d’emploi de l’accessoire pour de plus
amples informations.
Pour raccorder un accessoire, appuyez dessus et
poussez-le à fond dans la griffe, puis serrez la vis.
Pour enlever l’accessoire, desserrez la vis, puis
appuyez sur l’accessoire et tirez dessus.
Si le camescope ne fonctionne pas correctement
quand vous utilisez l’adaptateur secteur, utilisez
la batterie rechargeable.
Démonstration des fonctions du
camescope
Vous pouvez avoir un aperçu des fonctions du
camescope en réglant DEMO MODE dans le
menu.
Vous pouvez aussi activer le mode de
démonstration en effectuant les opérations
suivantes.
Pour activer le mode de démonstration
(1)Ejectez la cassette et réglez l’interrupteur
POWER sur PLAYER.
(2)Relevez le commutateur d’attente en position
STANDBY.
(3)Tout en tenant ( enfoncée, réglez
l’interrupteur POWER sur CAMERA.
Pour désactiver le mode de démonstration
(1)Réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER.
(2)Relevez le commutateur d’attente en position
STANDBY.
(3)Tout en tenant p enfoncée, réglez POWER sur
CAMERA.
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
Aanbrengen van de
schouderband
Steek de uiteinden van de bijgeleverde
schouderband door de bevestigingsogen
hiervoor op de camcorder.
Betreffende de “intelligente” accessoireschoen
Deze dient voor de stroomvoorziening van los
verkrijgbare accessoires zoals een videolamp of
losse microfoon. De stroomtoevoer via de
accessoireschoen is gekoppeld aan de STANDBY
schakelaar, zodat u hiermee de aangesloten
accessoires kunt in- en uitschakelen. Zie voor
nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing
van de aangesloten accessoires. Voor het
aansluiten van accessoires drukt u deze omlaag
en schuift u ze geheel tot het eind toe vast, om
vervolgens de schroef aan te draaien. Voor het
verwijderen draait u eerst de schroef los en dan
drukt u het accessoire in en schuift u het uit de
schoen los.
Als de camcorder met een accessoire niet goed
werkt op stroom van de netspanningsadapter,
gebruik dan voor de stroomvoorziening het
batterijpak.
Demonstratie van de mogelijkheden
van de camcorder
U kunt een automatische demonstratie van de
mogelijkheden van de camcorder starten door de
DEMO functie in het keuzemenu in de “ON”
stand te zetten.
Tevens kunt u de demonstratie starten op de
volgende wijze.
Starten van de demonstratie
(1) Neem de videocassette uit het apparaat en zet
de POWER schakelaar in de “PLAYER” stand.
(2) Draai de STANDBY schakelaar omhoog naar
“STANDBY”.
(3) Houd de ( weergavetoets ingedrukt en zet
dan de POWER schakelaar in de “CAMERA”
stand. De demonstratie begint
Uitschakelen van de demonstratie
(1) Zet de POWER schakelaar in de “PLAYER”
stand.
(2) Draai de STANDBY schakelaar omhoog naar
“STANDBY”.
(3) Houd de p stoptoets ingedrukt en zet dan de
POWER schakelaar in de “CAMERA” stand.
124
Functie-aanduidingen
Afficheur/Uitleesvenster
Indicateurs de fonctionnement
Nomenclature
1 Indicateur de capacité restante de la
batterie
2 Indicateur de zoom (p. 14)
3 Indicateur de fondu (p. 34) /Indicateur
d’effet numérique (p. 40)
4 Indicateur de mode grand écran (p. 39)
5 Indicateur d’effet pictural (p. 47)
6 Indicateur de gain (p. 66)
7 Indicateur de balance des blancs (p. 73)
8 Indicateur de luminosité (p. 72)
9 Indicateur de vitesse d’obturation
(p. 56, 66, 68)
0 Indicateur de diaphragme (p. 61, 66)
Viseur/Zoekerscherm
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
1 Indicator voor resterende batterijspanning
2 Zoomindicator (blz. 14)
3 In/uit-fade indicator (FADER) (blz. 34)/
Digitaaleffect-indicator (SLOW SHTR, etc.,)
(blz. 40)
4 Breedbeeld-indicator (blz. 39)
5 Beeldeffect-indicator (SEPIA, etc.) (blz. 47)
6 Lichtgevoeligheidsindicator (dB) (blz. 66)
7 Kleurbalansindicator (blz. 73)
8 Helderheidsindicator (AS +/–) (blz. 72)
9 Sluitertijdindicator (blz. 57, 66, 68)
0 Diafragma-indicator (F) (blz. 61, 66)
40
min
SP
H
STBY
0:00:00
M.FADER
CINEMA
SEPIA
END
SEARCH
4 7 1998
12:00:00
c
f
TW
+1
AS
10000
F1.6 12
dB
AE
A
2
4
5
6
7
8
9
0
!™
3
1
@∞
!•
@™
!∞
@•
1
!•
125
Informations complémentaires Aanvullende informatie
5min 0min
Nomenclature
Indicateur de code de données (p. 25)
!™ Indicateur d’exposition automatique (p. 60)
Indicateur de compensation de contre-jour
(p. 71)
Indicateur de réduction du bruit du vent
(p. 30)
!∞ Indicateur de stabilisateur hors service
(p. 55)
Indicateur de mise au point manuelle (p. 59)
Indicateur de mode de lecture ou
d’enregistrement dans le système Hi8
(p. 94)
!• Indicateur de mode d’enregistrement
(p. 30)
Indicateur de mode de transport de la
bande (p. 12)
Indicateur de code temporel (p. 86)
Compteur de bande (p. 14)/Indicateur de
code temporel RC (p. 86)/Autodiagnostic
(p. 113)/Mode 5SEC (p. 16)/Mode PHOTO
(p. 36)
@™ Indicateur de longueur de bande restante
Indicateur d’index/Recherche de date/
Balayage des dates/Inscription du code
temporel/Enregistrement du point zéro
(p. 78, 81, 86)
Indicateur de la date (p. 53)
@∞ Indicateur de l’heure (p. 53)
Indicateurs d’avertissement (p. 126)
Voyant d’enregistrement (p. 12)
@• Indicateur de flash (p. 37)
Indicateur de date ou heure (p. 53)/
Compteur de bande (p. 14)/ Code
temporel RC (p. 86)/Autodiagnostic (p. 113)/
Capacité restante de la batterie
Indicateur de code de données (p. 25)
Indicateur de recharge complète (p. 8)
Opnamegegevenscode (blz. 25)
!™ Belichtingsprogramma-indicator
(PROGRAM AE) (blz. 60)
Tegenlicht-indicator (blz. 71)
Windgeruis-indicator (WIND) (blz. 30)
!∞ Beeldstabilisatie-uitgeschakeld indicator
(blz. 55)
Indicator voor handmatige scherpstelling
(blz. 59)
Indicator voor weergave of opname met
het Hi8 systeem (blz. 94)
!• Opnamesnelheidindicator (blz. 30)
Bandloopfunctie-aanduiding (blz. 12)
Tijdcode-aanduiding (TC) (blz. 86)
Bandteller (blz. 14)/RC tijdcode-aanduiding
(blz. 86)/Zelfdiagnose-aanduiding (blz. 114)/
5-seconden opnamefunctie-indicator
(blz. 16)/Foto-opname indicator (blz. 36)
@™ Indicator voor de resterende bandlengte
Indexindicator/Datumzoek/doorloop-
indicator/Tijdcode-vastlegindicator (TIME
CODE WRITE)/Nulgeheugen-indicator
(ZERO MEM) (blz. 78, 81, 86)
Datum-aanduiding (blz. 53)
@∞ Tijdsaanduiding (blz. 53)
Waarschuwingsaanduidingen (blz. 126)
Opnamelampje (blz. 12)
@• Flitslamp-indicator (blz. 37)
Datum- of tijdsaanduiding (blz. 53)/
Bandteller-aanduiding (blz. 14)/RC tijdcode-
aanduiding (blz. 86)/Zelfdiagnose-
aanduiding (blz. 114)/Indicator voor
resterende batterijspanning
Opnamegegevens-indicator (DC) (blz. 25)
Volledig-opgeladen indicator (FULL) (blz. 8)
Plaats en functie van de
bedieningsorganen
5min 0min
126
Indicateurs
d’avertissement
Si des indicateurs clignotent dans le viseur ou sur
l’afficheur, contrôlez les points suivants:
≥≥... : Vous pouvez entendre un signal sonore
quand BEEP est réglé sur ON.
1 La batterie est faible ou épuisée.
Clignotement lent: la batterie est faible.
Clignotement rapide: la batterie est épuisée.
2 La bande est presque terminée.
Clignotement lent.
3 La cassette est terminée.
Clignotement rapide.
4 Aucune cassette en place.
5 Le taquet de la cassette est rentré (rouge).
6 De l’humidité s’est condensée.
7 Les têtes vidéo sont sans doute sales.
8 Autre problème.
Utilisez l’autodiagnostic (p. 113).
Si l’affichage ne disparaît pas, contactez votre
revendeur Sony ou un centre de réparation
agréé Sony.
9 La pile au lithium est faible ou n’est pas en
place.
Waarschuwings-
aanduidingen
Als de onderstaande indicators en
waarschuwingslampjes gaan knipperen in de
zoeker of het uitleesvenster, controleert u dan de
onderstaande punten:
≥≥... : Als in het instelmenu de BEEP instelling op
“ON” staat, is er tevens een pieptoon
hoorbaar.
1 Het batterijpak is zwak of uitgeput.
Langzaam knipperend: het batterijpak begint
leeg te raken.
Snel knipperend: het batterijpak is leeg.
2 Het einde van de cassetteband is bijna
bereikt.
Als deze indicator langzaam knippert.
3 De cassetteband is afgelopen.
Als deze indicator sneller gaat knipperen.
4 Er is geen cassette in de camcorder
aanwezig.
5 Het wispreventienokje van de cassette is
uitgeschoven (een rood vlakje is zichtbaar).
6 Er is vocht in de camcorder gecondenseerd.
7 Waarschijnlijk zijn de videokoppen vuil.
8 Er is sprake van storing in het apparaat.
Gebruik de zelfdiagnosefunctie (zie blz. 114).
Kunt u het probleem niet zo verhelpen dat de
aanduiding verdwijnt, raadpleeg dan a.u.b.
uw Sony handelaar of een plaatselijke
erkende Sony onderhoudsdienst.
9 De lithiumbatterij is bijna leeg of niet in de
camcorder aanwezig.
123
456
78
9
4 7 1998
5min
0min
CLEANING
CASSETTE
C:31:10
C:21:00
Sony Corporation Printed in Japan
Index
A, B
Aansluitingen voor weergave
...................................................20
AE SHIFT helderheidsregeling
...................................................72
AFM Hi-Fi geluid ................ 32, 94
Afstandsbedieningsaansluiting
(LANC)...................................120
ANTI GROUND SHOOTING
druktoets-stand ....................... 16
Auto-accu.................................... 27
Autofocus-druktoets (PUSH
AUTO) ...................................... 59
Automatische scherpstelling.... 59
BACKLIGHT toets..................... 71
Bandteller .............................. 14, 29
Beeldeffecten ..............................46
Beeldstabilisatie (STEADY
SHOT)....................................... 55
BEEP functie ............................... 14
Belichtingsprogramma’s
(PROGRAM AE) .....................60
Breedbeeld-opnamefunctie ......38
C, D
Camera-opname ........................12
COUNTER RESET toets ...........14
DATA CODE opnamegegevens
...................................................25
Data-doorloopfunctie ................78
DATE/TIME toets ..................... 25
Datum-zoekfunctie .................... 78
Demonstratie ......................31, 123
Diafragma ................................... 66
Diafragma-voorkeuze ............... 61
Digitale beeldeffecten ...............40
Digitale zoomfunctie ................. 15
DISPLAY toets ........................... 23
DNR storingsonderdrukking... 32
E, F
EDIT montagefunctie ................32
EDITSEARCH montage-
zoektoets .................................. 19
FADER toets ............................... 33
Foto-opnamefunctie .................. 36
G, H, I
GAIN
lichtgevoeligheidsregeling ....66
Handmatige instellingen .......... 56
Handmatige scherpstelling ......58
Helderheidsregeling
(AE SHIFT) .............................. 72
In/uit-faden................................ 33
In/uit-zoomen............................ 14
Indexfuncties ..............................81
J, K, L
Keuzemenu................................. 28
Klok gelijkzetten ........................91
LANC
afstandsbedieningsaansluiting
.................................................120
Lichtgevoeligheidsregeling
(GAIN) .....................................66
Lichtnetvoeding .........................26
Lithiumbatterij ........................... 89
M, N
Menusysteem ............................. 28
MIC microfoonaansluiting .....120
Monteren van video-opnamen
...................................................88
Nulpunt-terugkeer .............. 52, 80
O, P, Q, R
Opladen van een batterijpak ...... 8
Opnamegegevens ...................... 25
Opnamecontrolefunctie ............ 19
Opnamepauzestand .................. 12
Opnamesnelheid ........................ 30
ORC bandcontrole .....................54
PROGRAM AE
belichtingsprogramma’s ........60
PUSH AUTO autofocus-
druktoets ..................................59
RC tijdcode ................................. 86
Reinigen van de videokoppen
.................................................100
S, T, U, V
Schouderband .......................... 123
Sluitertijd ....................................67
Sluitertijd-voorkeuze ................62
Snelspoel-zoekfunctie ............... 23
STANDBY schakelaar ............... 12
Statief, opstellen op ................... 18
STEADY SHOT beeldstabilisatie
...................................................55
Stroomvoorziening ....................26
Tegenlicht ................................... 71
Terugwaartse weergave ........... 24
Tijdbasis-correctie (TBC) ..........32
Tijdcode................................. 29, 86
Tijdzone-instelling ..................... 92
Titelfuncties ................................ 48
Verhelpen van storingen ........ 109
W, X, Y, Z
Waarschuwingstonen ............... 14
Weergave-pauzestand ..............23
WIND ruisonderdrukking .......30
WORLD TIME tijdzone-instelling
...................................................92
Zelfdiagnose-aanduidingen ... 114
Zoeker scherpstellen ................. 13
Zoomsnelheid ............................15

Documenttranscriptie

3-861-893-43 (1) Video Camera Recorder Mode d’emploi Avant la mise en service de cet appareil, prière de lire attentivement le mode d’emploi et de le conserver pour toute référence future. Gebruiksaanwijzing Lees, alvorens het apparaat in gebruik te nemen, de gebruiksaanwijzing aandachtig door en bewaar deze voor eventuele naslag. CCD-TR3200E ©1998 by Sony Corporation Français Nederlands Bienvenue! Welkom! Félicitations pour l’achat de ce camescope Handycam Sony. Il vous permettra de saisir des moments précieux de la vie et vous garantira une image et un son de très grande qualité. Le camescope Handycam présente de nombreuses fonctions élaborées, mais il est facile de s’en servir. Très vite, vous serez à même de produire vos propres vidéogrammes que vous regarderez encore avec plaisir dans les années à venir. Gefeliciteerd met uw aankoop van deze Sony Handycam videocamera/recorder. Met uw Handycam “camcorder” kunt u alle amusante voorvallen of dierbare momenten in ‘t leven natuurgetrouw registreren, in fraai helder beeld en geluid. Uw Handycam biedt vele geavanceerde functies, maar is desondanks bijzonder eenvoudig te bedienen. Hiermee kunt u in zeer korte tijd videoproducties van uitstekende kwaliteit samenstellen, waar u jarenlang van zult kunnen genieten. AVERTISSEMENT Pour éviter tout risque d’incendie ou de décharge électrique, ne pas exposer cet appareil à la pluie ou à l’humidité. Pour éviter tout risque de décharge électrique, ne pas ouvrir le coffret de cet appareil et ne confier son entretien qu’à une personne qualifiée. WAARSCHUWING Stel dit apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen. Open om dezelfde reden ook niet de behuizing. Laat reparaties aan de erkende vakhandel over. Bij dit produkt zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. 2 Nederlands Inhoudsopgave Voor ingebruikname Overzicht en wenken vooraf ................................. 5 Controleren van het bijgeleverd toebehoren ...... 6 Om te beginnen Installeren en opladen van het batterijpak ......... 7 Plaatsen van een videocassette ........................... 11 Basisbediening Opnemen met de camera ..................................... 12 In- en uit-zoomen ............................................... 14 Keuze van de START/STOP opnametoetsfunctie ........................................ 16 Wenken voor betere opnamen ............................ 17 Controleren van de opgenomen beelden .......... 19 Aansluitingen voor video-weergave ................. 20 Afspelen van een videocassette .......................... 22 Uitgebreide bedieningsfuncties Diverse mogelijkheden voor stroomvoorziening ........................................................................... 26 Gebruik op stroom van het lichtnet ................ 26 Wijzigen van de oorspronkelijke menuinstellingen ......................................................... 28 – voor camera-opname – In- en uitfaden met de FADER functie .............. 33 Maken van stilstaande foto-opnamen ............... 36 Gebruik van de breedbeeld-opnamefunctie ..... 38 Dubbelbeeld van een stilstaand beeld over bewegende beelden heen .................................. 40 Een reeks stilstaande beelden achtereen opnemen ........................................................................... 41 Bewegende beelden invoegen in een helder deel van een stilstaand beeld .................................... 42 Opnemen met langzaam vervagende nabeelden ........................................................................... 44 Beelden met de sfeer van oude speelfilms ....... 45 Diverse beeldeffecten ........................................... 46 Een titel in beeld opnemen .................................. 48 Samenstellen van uw eigen titelbeelden ........... 50 Invoegen van nieuwe beelden in bestaande video-opnamen .................................................. 51 Opnemen met de datum of tijd in beeld ........... 53 Controleren van de band voor opname (ORC) ........................................................................... 54 Uitschakelen van de STEADY SHOT beeldstabilisatie .................................................. 55 4 – voor handmatige instellingen – Keuze uit automatische of handmatige instellingen ......................................................... 57 Handmatig scherpstellen .................................... 58 Gebruik van de PROGRAM AE belichtingsprogramma’s ................................... 60 Betreffende de PROGRAM AE functies ......... 60 Diafragma-voorkeuze ....................................... 61 Sluitertijd-voorkeuze ......................................... 62 Schemer/maanlicht-programma ..................... 64 Handmatige instellingen ..................................... 65 Opnemen met langzame sluitertijden ............... 68 Tips voor het handmatig instellen ..................... 69 Opnemen bij tegenlicht ........................................ 71 Bijregelen van de helderheid van het beeld ..... 72 Instellen van de kleurbalans ............................... 73 – voor weergave/montage van video-opnamen – Digitale beeldeffecten tijdens weergave ............ 77 Opzoeken van de eerste opname van een bepaalde dag ...................................................... 78 Terugkeren naar een eerder vastgelegd punt .. 80 Opzoeken van een gemarkeerd indexpunt ...... 81 Aanbrengen van de RC tijdcode op een eerder opgenomen cassette ........................................... 86 Monteren van video-opnamen naar een andere videocassette ....................................................... 88 Aanvullende informatie Vervangen van de lithiumbatterij in de camcorder ........................................................... 89 Instellen van de datum en tijd ............................ 91 Gelijkzetten van de klok in een andere tijdzone ........................................................................... 92 Diverse cassettes en weergavefuncties .............. 93 Tips voor gebruik van het batterijpak ............... 95 Onderhoud en voorzorgsmaatregelen .............. 99 Gebruik van uw camcorder in het buitenland ......................................................................... 104 Verhelpen van storingen ................................... 109 Zelfdiagnose-aanduidingen .............................. 114 Technische gegevens .......................................... 116 Plaats en functie van de bedieningsorganen .. 117 Waarschuwingsaanduidingen .......................... 126 Index .................................................. Achteromslag Avant de commencer Comment utiliser ce manuel Remarque concernant les standards de télévision couleur Précaution concernant les droits d’auteur Les émissions de télévision, les films, les cassettes vidéo et autres enregistrements peuvent être protégés par des droits d’auteur. La copie non autorisée de ces enregistrements peut être contraire aux lois sur la propriété artistique. Précautions concernant l’entretien du camescope •Evitez de mouiller le camescope. Protégez-le de la pluie ou de l’eau de mer. La pluie et l’eau de mer peuvent provoquer des dégâts parfois irréparables. [a]. •Ne jamais exposer le camescope à des températures supérieures à 60°C (140°F), comme en plein soleil ou dans une voiture garée au soleil. [b]. [a] Bij het doorlezen van deze gebruiksaanwijzing zult u de namen van toetsen of regelaars en hun instellingen op de camcorder in hoofdletters vermeld zien. Bijvoorbeeld: Zet de POWER schakelaar in de “CAMERA” stand. Bij bepaalde bedieningsfuncties kunnen er ter waarschuwing één of meer pieptonen klinken. Verschillende televisiekleursystemen In verschillende landen en werelddelen wordt gebruik gemaakt van verschillende TVkleursystemen. Om de videobeelden van deze camcorder op uw TV-scherm te kunnen bekijken, dient het TV-toestel geschikt te zijn voor het PAL kleursysteem. Betreffende het auteursrecht Voor ingebruikname Les standards de télévision couleur sont différents d’un pays à l’autre. Si vous voulez regarder vos enregistrements sur un téléviseur, il vous faut un téléviseur PAL. Overzicht en wenken vooraf Avant de commencer Dans ce mode d’emploi, les touches et réglages sont toujours indiqués en majuscules. Par ex. Réglez l’interrupteur POWER sur CAMERA. Chaque opération est confirmée par un signal sonore. Voor ingebruikname Televisieprogramma’s, films, videobanden en ander beeldmateriaal kunnen door het auteursrecht zijn beschermd. Het zonder toestemming opnemen van dergelijk materiaal kan derhalve strafbaar zijn. Voorzorgen bij gebruik van de camcorder •Laat de camcorder niet nat worden. Houd de camcorder altijd uit de regen en vrij van opspattend water, vooral zeewater. Water in het inwendige kan storing veroorzaken, soms zodanig dat reparatie niet meer mogelijk is. [a] •Laat de camcorder nooit achter op plaatsen waar de temperatuur tot boven de 60°C kan oplopen, zoals op een vensterbank in de volle zon of in een auto die in de zon geparkeerd staat. [b] [b] 5 Vérification des accessoires fournis Controleren van het bijgeleverd toebehoren Vérifiez si tous les accessoires suivants sont fournis avec le camescope. Controleer of de volgende accessoires alle in de verpakking van de camcorder aanwezig zijn. 1 2 4 5 8 9 6 7 1 Télécommande sans fil (1) (p. 121) 1 Draadloze afstandsbediening (1) (blz. 121) 2 Adaptateur secteur AC-L10A/L10B/L10C (1), Cordon d’alimentation (1) (p. 9, 26) 2 AC-L10A/L10B/L10C netspanningsadapter (1), Netsnoer (1) (blz. 9, 26) 3 Batterie rechargeable NP-F330 (1) (p. 8, 26) 3 NP-F330 batterijpak (1) (blz. 8, 26) 4 Pile au lithium CR2025 (1) (p. 89) En place dans le camescope. 4 CR2025 lithiumbatterij (1) (blz. 89) De lithiumbatterij hoort reeds in uw camcorder aanwezig te zijn. 5 Piles R6 (format AA) pour la télécommande (2) (p. 122) 5 R6 (AA-formaat) batterijen voor de afstandsbediening (2) (blz. 122) 6 Cordon de liaison audio/vidéo (1) (p. 21) 6 Audio/video aansluitsnoer (1) (blz. 21) 7 Bandoulière (1) (p. 123) 7 Schouderband (1) (blz. 123) 8 Adaptateur de prise péritel (21 broches) (1) (p. 21) 8 21-polige verloopstekker(1) (blz. 21) 9 Bouchon d’objectif (1) (p.12, 75) Le bouchon d’objectif est déjà posé sur le camescope. 6 3 Aucune compensation ne pourra être accordée si la lecture ou l’enregistrement d’une cassette vidéo ont été impossibles en raison d’un mauvais fonctionnement du camescope, de la cassette ou d’un autre problème. 9 Lensdop(1) (blz. 12, 75) Deze lensdop hoort op uw camcorder aanwezig te zijn. De kosten van verloren gegane videoopnamen kunnen niet worden vergoed, ook niet als er bij opnemen of weergeven iets misgaat door een storing in de camcorder, de videocassette e.d. Préparatifs Om te beginnen Installeren en opladen van het batterijpak Avant d’utiliser le camescope, vous devez mettre la batterie rechargeable en place puis la recharger. Ce camescope fonctionne avec une batterie “InfoLITHIUM”seulement. Alvorens u de camcorder in gebruik kunt nemen, dient u eerst het batterijpak op te laden en te installeren. Deze camcorder werkt uitsluitend met een “InfoLITHIUM” batterijpak. “InfoLITHIUM” est une marque de fabrique de Sony Corporation. De naam “InfoLITHIUM” is een handelsmerk van Sony Corporation. (1) Tout en appuyant sur BATT RELEASE, faites glisser le cache-bornes dans le sens de la flèche. (2) Insérez la batterie dans le sens du repère $ inscrit sur la batterie et faites-la glisser vers le bas jusqu’à ce qu’elle s’enclenche sur le levier de libération. Un déclic est audible. Veillez à bien fixer la batterie au camescope. 1 Installeren van het batterijpak (1) Druk op de BATT RELEASE ontgrendelknop en schuif het deksel van het batterijaansluitvlak in de richting van de pijl. (2) Plaats het batterijpak op de camcorder in de richting van het $ pijltje op het batterijpak. Schuif het batterijpak omlaag tot dit het vergrendelnokje pakt en vastklikt. Controleer of het batterijpak stevig aan de camcorder vast zit. Om te beginnen Mise en place de la batterie Préparatifs Mise en place et recharge de la batterie 2 BATT RELEASE Remarque sur la batterie Ne saisissez pas le camescope par la batterie rechargeable. Voorzichtig met het geplaatste batterijpak Til de camcorder in geen geval aan het batterijpak op. 7 Mise en place et recharge de la batterie Installeren en opladen van het batterijpak Recharge de la batterie Opladen van het batterijpak Rechargez la batterie sur une surface plane, sans vibrations. La batterie a été un peu rechargée en usine. (1) Ouvrez le cache de la prise DC IN et branchez l’adaptateur secteur fourni sur la prise DC IN avec le repère 4 sur la fiche dirigé vers le haut. (2) Raccordez le cordon d’alimentation secteur à l’adaptateur secteur. (3) Raccordez le cordon d’alimentation secteur à une prise secteur. (4) Réglez l’interrupteur POWER sur OFF (arrêt). La capacité restante de la batterie est indiquée en minutes sur l’afficheur. La recharge commence. Quand l’indicateur de capacité restante de la batterie devient ı , la recharge normale est terminée. Pour une recharge complète qui vous permettra d’utiliser le camescope plus longtemps, laissez la batterie en place pendant une heure quand la recharge normale est terminée, jusqu’à ce que FULL apparaisse sur l’afficheur. Avant d’utiliser le camescope avec la batterie rechargeable, débranchez l’adaptateur secteur de la prise DC IN du camescope. Vous pouvez utiliser la batterie rechargeable même si elle n’est pas complètement chargée. POWER CAMERA OFF PLAYER 8 Plaats het batterijpak voor opladen op een stabiel, horizontaal oppervlak dat niet bloot staat aan trillingen. Vóór aflevering vanaf de fabriek is het batterijpak al een beetje opgeladen. (1) Open het dekseltje van de DC IN gelijkstroomingang en sluit hierop het snoer van de bijgeleverde netspanningsadapter aan, met het 4 pijltekentje van de stekker boven. (2) Sluit het netsnoer aan op de netspanningsadapter. (3) Steek de netsnoerstekker in het stopcontact. (4) Schuif de POWER schakelaar in de “OFF” stand. De resterende gebruiksduur in minuten van het batterijpak wordt in het uitleesvenster aangegeven. Vervolgens begint het opladen. Wanneer de ı spanningsindicator geheel oplicht, is het batterijpak grotendeels opgeladen (normale lading). Om het batterijpak volledig op te laden, zodat u het langer dan gemiddeld kunt gebruiken, laat u het batterijpak na het normale opladen nog ongeveer een uur langer op de netspanningsadapter zitten totdat de aanduiding “FULL” in het uitleesvenster verschijnt (volledige lading). Alvorens u de camcorder kunt gebruiken op stroom van het batterijpak, dient u eerst het snoer van de netspanningsadapter los te maken van de DC IN gelijkstroomingang van de camcorder. Desgewenst kunt u het batterijpak ook al gaan gebruiken voor het volledig opgeladen is. Remarques •“– – – min” apparaît dans l’afficheur pendant que le camescope calcule le temps de batterie restant. •L’indication de temps restant dans l’afficheur donne le temps de tournage approximatif. Elle doit servir à titre indicatif seulement, car elle peut différer du temps réel. •La forme de la fiche du cordon d’alimentation secteur et la forme de la prise de l’adaptateur secteur sont légèrement différentes, mais la connexion et l’alimentation s’effectuent sans problème. •Veillez à brancher à fond la fiche du cordon d’alimentation secteur dans la prise de l’adaptateur secteur pour qu’elle soit bien bloquée. Il peut y avoir un jeu entre la fiche du cordon d’alimentation secteur et la prise de l’adaptateur secteur, mais cela n’affecte pas le fonctionnement de l’adaptateur secteur. Opmerkingen •Terwijl de camcorder de resterende gebruiksduur van de batterij berekent, geeft het uitleesvenster “– – – min” aan. •De resterende batterijspanning die u in het uitleesvenster ziet, geeft ongeveer de beschikbare opnameduur bij gebruik van de zoeker aan. Gebruik deze aanduiding als richtlijn. De feitelijk beschikbare opnameduur kan wel eens anders uitvallen. •De vorm van de netsnoerstekker kan ietwat afwijken van de aansluitbus van de netspanningsadapter, maar dit staat een goede aansluiting en stroomvoorziening niet in de weg. •Steek de stekker van het netsnoer zo ver mogelijk in de aansluitbus van de netspanningsadapter, voor een stevige aansluiting. Ook al blijft er ietwat ruimte open tussen de netsnoerstekker en de aansluitbus, mits de aansluiting stevig is zal dit geen invloed hebben op de doeltreffende werking van de netspanningsadapter. Temps de recharge Batterie rechargeable Temps de recharge* (min.) NP-F330 (supplied) 150 (90) Oplaadtijd NP-F530/F550 210 (150) Batterijpak NP-F730/F750 300 (240) NP-F330 (bijgeleverd) 150 (90) NP-F930/F950 390 (330) NP-F530/F550 210 (150) NP-F730/F750 300 (240) NP-F930/F950 390 (330) Le temps requis pour une recharge normale est indiqué entre parenthèses. * Temps approximatif en minutes pour recharger une batterie vide avec l’adaptateur secteur fourni. (A basse température, le temps de recharge est supérieur.) Om te beginnen Installeren en opladen van het batterijpak Préparatifs Mise en place et recharge de la batterie Oplaadtijd * (minuten) De tijd die benodigd is voor het normale (grotendeels) opladen staat tussen haakjes aangegeven. * Tijd in minuten bij benadering, die benodigd is voor het volledig opladen van een leeg batterijpak, met de bijgeleverde netspanningsadapter. (Bij lage temperaturen zal het opladen langer duren.) 9 Mise en place et recharge de la batterie Autonomie de la batterie Batterie rechargeable Installeren en opladen van het batterijpak Gebruiksduur batterijpak Temps d’enregistrement en continu* Temps d’enregistrement normal** NP-F330 (fournie) 100 (90) 50 (45) NP-F530 165 (150) 85 (75) NP-F550 200 (180) 105 (95) NP-F730 335 (300) 175 (155) NP-F750 410 (365) 215 (190) NP-F930 535 (480) 280 (250) NP-F950 630 (570) 330 (300) Batterijpak Ononderbroken opnameduur * Gemiddelde opnameduur ** NP-F330 (bijgeleverd) 100 (90) 50 (45) NP-F530 165 (150) 85 (75) NP-F550 200 (180) 105 (95) NP-F730 335 (300) 175 (155) NP-F750 410 (365) 215 (190) NP-F930 535 (480) 280 (250) NP-F950 630 (570) 330 (300) Les chiffres entre parenthèses indiquent le temps quand vous utilisez une batterie normalement rechargée. L’autonomie de la batterie sera inférieure si vous utilisez le camescope dans un environnement froid. * Temps approximatif d’enregistrement continu à 25°C (77°F). ** Temps approximatif d’enregistrement en minutes avec interruption d’enregistrement, zooming et mise sous et hors tension répétés. L’autonomie réelle peut être inférieure. De cijfers tussen haakjes geven de gebruiksduur van een normaal (grotendeels) opgeladen batterijpak aan. De gebruiksduur zal korter zijn bij gebruik van de camcorder in een erg koude omgeving. * Gebruiksduur bij benadering, bij ononderbroken opnemen bij een temperatuur van 25°C. ** Gebruiksduur in minuten bij benadering, bij filmen met herhaaldelijk starten/stoppen van het opnemen, in/uit-zoomen en in/ uitschakelen van de stroom. De gebruiksduur van het batterijpak kan in werkelijkheid korter uitvallen. Remarque sur l’indication du temps restant de la batterie pendant l’enregistrement Le temps restant de la batterie est indiqué dans le viseur. Cependant, selon les conditions d’enregistrement et les circonstances, cette indication peut ne pas être très exacte. Betreffende de aanduiding van de resterende batterijspanning tijdens het opnemen De resterende batterijspanning wordt tijdens gebruik aangegeven in de zoeker. Deze aanduiding kan echter wel eens onjuist zijn, afhankelijk van de omstandigheden van gebruik. Pour enlever la batterie Verwijderen van het batterijpak Tout en appuyant sur BATT RELEASE, faites glisser la batterie dans le sens de la flèche. Druk de BATT RELEASE ontgrendelknop in en schuif het batterijpak in de richting van de pijl los. BATT RELEASE 10 Vous pouvez avoir un aperçu de toutes les fonctions disponibles sur ce camescope (p. 31). U kunt een demonstratie van de mogelijkheden van deze camcorder zien (blz. 31). Mise en place d’une cassette 2 3 PUSH Pour éjecter la cassette Uitnemen van de videocassette Tout en appuyant sur le petit bouton bleu sur le commutateur EJECT, poussez le commutateur dans le sens de la flèche. Druk het kleine blauwe knopje op de EJECT knop in en schuif deze in de richting van de pijl. Om te beginnen EJECT 1 Zorg dat er een voedingsbron op de camcorder is aangesloten. Wilt u opnamen maken met Hi8 kwaliteit, plaats dan een Hi8 videocassette, H. (1) Druk het kleine blauwe knopje op de EJECT knop in en schuif deze in de richting van de pijl. De cassettehouder komt dan automatisch omhoog en gaat open. (2) Plaats een videocassette in de houder, met de vensterzijde naar buiten gericht. (3) Druk op de kant van de cassettehouder waar “PUSH” staat aangegeven om deze te sluiten. De cassettehouder gaat automatisch omlaag. Préparatifs Assurez-vous que la source d’alimentation est raccordée. Si vous voulez enregistrer dans le système Hi8, utilisez une cassette vidéo H. (1) Tout en appuyant sur le petit bouton bleu sur le commutateur EJECT, poussez-le dans le sens de la flèche. Le logement de la cassette s’élève automatiquement et s’ouvre. (2) Insérez une cassette avec la fenêtre tournée vers l’extérieur. (3) Fermez le logement de la cassette en appuyant sur la marque “PUSH” inscrite sur le logement de la cassette. Le logement de la cassette s’abaisse automatiquement. Plaatsen van een videocassette Voorkomen van abusievelijk wissen Pour éviter un effacement accidentel Tirez le taquet de la cassette pour découvrir le repère rouge. Si vous essayez d’insérer une cassette quand le repère rouge est visible et fermez le logement de la cassette, des bips retentiront pendant quelques secondes. Si vous essayez d’enregistrer quand le repère rouge de la cassette est visible, les indicateurs et 6 clignoteront, et vous ne pourrez pas enregistrer. Pour réenregistrer sur cette cassette, tirez le taquet pour recouvrir le repère rouge. Schuif het wispreventienokje van de videocassette opzij, zodat het rode vlakje zichtbaar wordt. Als u een aldus beveiligde cassette, met een rood vlakje, insteekt en de cassettehouder sluit, zal de camcorder ter waarschuwing een pieptoon laten horen. Wanneer u tracht op te nemen op een cassette met het wispreventienokje ingeschoven en het en 6 rode vlakje zichtbaar, zullen de indicators in de zoeker gaan knipperen en wordt het opnemen op deze cassette verhinderd. Wanneer u weer een nieuwe opname op deze videocassette wilt maken, schuift u het wispreventienokje weer uit, zodat het rode vlakje afgedekt wordt. 11 Opérations de base Basisbediening Prise de vues Opnemen met de camera Assurez-vous qu’une source d’alimentation est raccordée, une cassette en place et le commutateur START/STOP MODE réglé sur . Avant d’enregistrer des événements importants, vous voudrez sans doute faire un essai pour être sûr que le camescope fonctionne correctement. Si vous utilisez le camescope pour la première fois, mettez-le sous tension et réglez la date et l’heure avant de filmer (p. 91). (1) Enlevez le bouchon d’objectif. (2) Tout en appuyant sur le petit bouton vert, réglez l’interrupteur POWER sur CAMERA. (3) Relevez le commutateur d’attente pour le mettre en position STANDBY. (4) Appuyez sur START/STOP. L’enregistrement commence. L’indicateur “REC” apparaît et le voyant rouge s’allume dans le viseur. Le voyant d’enregistrement/batterie à l’avant du camescope s’allume aussi. 2 Zorg dat er een batterijpak of een andere voedingsbron op de camcorder is aangesloten, dat er een voor opnemen geschikte cassette in de houder aanwezig is en dat de START/STOP MODE schakelaar in de “ ” stand staat. Voor het opnemen van unieke gebeurtenissen is het aanbevolen een proefopname te maken, om te controleren of de camcorder geheel naar behoren werkt. Wanneer u de camcorder voor de eerste keer in gebruik neemt, dient u na inschakelen eerst de datum en tijd juist in te stellen alvorens u begint met opnemen (zie blz. 91). (1) Verwijder de lensdop. (2) Druk het kleine groene knopje op de POWER schakelaar in en schuif de POWER schakelaar naar “CAMERA”. (3) Draai de STANDBY opnamepauzeschakelaar naar “STANDBY”. (4) Druk op de START/STOP toets. De camcorder begint dan met opnemen en de aanduiding “REC” licht op. In de zoeker gaat het rode opnamelampje branden. Bovendien gaat er aan de voorkant van de camcorder een rood camera-opname/batterijlampje branden. POWER CAMERA OFF 3 CK LO 40min H SP STBY 0:00:00 PLAYER STA ND BY START/STOP 4 CK LO STA ND BY START/STOP 1 12 40min H SP REC 0:00:01 Prise de vues Opnemen met de camera Pour interrompre momentanément la prise de vues [a] Tijdelijk onderbreken van de opname [a] Appuyez une nouvelle fois sur START/STOP. L’indicateur “STBY” apparaît dans le viseur (Mode d’attente). Druk nogmaals op de START/STOP toets. De aanduiding “STBY” verschijnt dan in de zoeker, om aan te geven dat de camcorder tijdelijk is gestopt (in de opname-pauzestand). Pour arrêter la prise de vues [b] Geheel stoppen met opnemen [b] [a] Druk weer op de START/STOP toets. Draai de STANDBY schakelaar omlaag naar de “LOCK” stand en schuif de POWER schakelaar naar “OFF”. Hierna kunt u de videocassette uit de houder nemen. [b] CK LO STBY 0:35:20 BY START/STOP ND BY START/STOP ND BY START/STOP Remarque La batterie rechargeable s’use un peu quand elle reste fixée au camescope. Cependant pour obtenir une indication correcte de la capacité restante de la batterie, laissez la batterie en place après après avoir utilisé le camescope. Opmerking Met het batterijpak op de camcorder wordt er een geringe hoeveelheid stroom verbruikt. Om echter de volgende keer de resterende gebruiksduur van het batterijpak juist aangegeven te zien, laat u het batterijpak na opnemen op de camcorder zitten. Mise au point de l’oculaire Scherpstellen van het zoekerbeeld Si les indicateurs dans le viseur ne sont pas nets, ou si vous utilisez le camescope après une autre personne, faites la mise au point de l’oculaire. Tournez la bague de réglage de l’oculaire pour que les indicateurs dans le viseur soient bien nets. Bij het in gebruik nemen van de camcorder, of wanneer het apparaat door een ander is gebruikt, is het aanbevolen allereerst het zoekerbeeld scherp in te stellen. Verstel de zoekerscherpstelring zo dat de aanduidingen optimaal scherp in het zoekerbeeld verschijnen. Remarque sur le mode d’attente Si vous laissez le camescope pendant plus de 5 minutes en mode d’attente avec une cassette en place, le camescope s’éteindra automatiquement pour économiser l’énergie de la batterie et protéger la bande. Pour revenir au mode d’attente, baissez le commutateur d’attente puis relevez-le. Pour commencer à enregistrer, appuyez sur START/STOP. Betreffende de opname-pauzestand Als u de camcorder, met daarin een cassette, langer dan 5 minuten in de “STBY” opnamepauzestand laat staan, zal het apparaat automatisch uitgeschakeld worden. Dit om het onnodig uitputten van het batterijpak en slijtage aan de cassetteband te voorkomen. Om de opname-pauzestand daarna weer in te schakelen, draait u de STANDBY schakelaar omlaag en dan weer omhoog. Om verder te gaan met opnemen drukt u op de START/STOP toets. Basisbediening STA STA STA ND CK LO CK LO Opérations de base Appuyez encore sur START/STOP. Baissez le commutateur d’attente pour le mettre en position LOCK et réglez l’interrupteur POWER sur OFF. Ejectez ensuite la cassette. 13 Prise de vues Opnemen met de camera Bij het begin van het opnemen Voor het opnemen vanaf het begin van de cassetteband dient u de band eerst 15 seconden te laten doorlopen alvorens met opnemen te beginnen. Dit om te voorkomen dat bij afspelen mogelijk het begin van de video-opname wordt overgeslagen. Remarque sur la prise de vues Quand vous filmez depuis le début d’une cassette, faites d’abord défiler la bande pendant 15 secondes environ avant de commencer l’enregistrement proprement dit. Vous ne manquerez pas la scène initiale lors de la lecture. Betreffende de bandteller •De bandteller geeft bij benadering de verstreken speelduur aan bij opnemen en weergeven. Hierbij kan een afwijking van enkele seconden met de feitelijke speelduur optreden, dus gebruik de bandteller slechts als leidraad. Om de teller op nul te stellen, drukt u op de COUNTER RESET toets die zich onder de zoeker bevindt. •Als er op een videocassette zowel opnamen met SP-snelheid als met LP-snelheid zijn gemaakt, kan de bandteller niet de juiste opnameduur aangeven. Bent u van plan de video-opnamen later te monteren aan de hand van de bandteller, gebruik dan voor het opnemen op een cassette alleen de SP-snelheid òf de LPsnelheid. Remarques sur le compteur de bande •Le compteur de bande indique le temps d’enregistrement ou de lecture. Il sert à titre indicatif seulement, car il diffère de plusieurs secondes du temps réel. Pour remettre le compteur à zéro, appuyez sur COUNTER RESET. •Si la cassette a été enregistrée à la fois dans les modes SP et LP, le compteur de bande risque de ne pas être très exact. Si vous avez l’intention de faire par la suite un montage, il est préférable d’enregistrer toute la cassette dans le même mode, SP ou LP. Remarque sur le signal sonore Un signal sonore est émis chaque fois que vous commencez et arrêtez le tournage, entre autres. Plusieurs signaux indiquent un problème de fonctionnement. Les signaux sonores ne sont pas enregistrés sur la bande. Si vous voulez désactiver cette fonction, sélectionnez “OFF” dans le menu. Opmerking over de pieptonen Bij inschakelen en aan het begin van elke opname zal er een pieptoon klinken en bij het stoppen met opnemen klinken er twee pieptonen, om u op het overschakelen te attenderen. Bovendien kunnen er tijdens het gebruik van de camcorder meerdere pieptonen klinken, als er bij de bediening iets mis gaat. Overigens worden deze pieptonen niet op de band opgenomen. Desgewenst kunt u de pieptonen (BEEP) uitschakelen door hiervoor in het instelmenu de stand “OFF” te kiezen. Utilisation du zoom Le zooming est une technique de prise de vues qui permet de modifier la taille du sujet dans la scène. Pour donner une touche professionnelle à vos films, n’abusez pas de cette fonction. Côté “T”: téléobjectif (le sujet se rapproche) Côté “W”: grand angle (le sujet s’éloigne) In- en uit-zoomen Met in- en uit-zoomen kunt u het formaat van uw onderwerp in het beeldveld bepalen. Voor het beste, professioneel ogend resultaat is het aanbevolen bij het opnemen de zoomfunctie slechts met mate te gebruiken. “T” kant: voor tele-opnamen (met het onder werp “dichter bij” of groter in beeld) “W” kant: voor groothoek-opnamen (met het onderwerp “verder af”, klein in een ruimer beeld) W 14 T W T W T Prise de vues Opnemen met de camera Zoomsnelheid (sneller/trager in/uitzoomen) Bougez un peu le levier du zoom pour un zooming lent et bougez-le plus pour un zooming plus rapide. Druk licht tegen de zoomknop om langzaam in of uit te zoomen. Druk de zoomknop steviger in voor een snellere zoombeweging. Pour filmer un sujet en position téléobjectif Si vous n’obtenez pas une image nette avec l’agrandissement maximal, poussez le levier de zoom pour aller vers “W” jusqu’à ce que l’image soit nette. Vous pouvez filmer un sujet à au moins 80 cm (environ 2 5/8 pieds) de la surface de l’objectif en position téléobjectif, ou environ 1 cm (environ 1/2 pouce) en position grand angle. Scherpstellen in de telestand Als u in de uiterste telestand uw onderwerp niet goed scherp in beeld krijgt, druk de zoomknop dan naar de “W” kant tot het beeld scherp is. Voor scherpstelling op dichtbijzijnde onderwerpen is in de telestand een minimale afstand van 80 cm vereist, terwijl in de groothoekstand kan worden scherpgesteld op voorwerpen die niet meer dan 1 cm van het lensoppervlak verwijderd zijn. W T [b] Opmerkingen over de digitale zoomfunctie •Met de digitale zoomfunctie kunt u meer dan 21x op uw onderwerp inzoomen. Naarmate u verder naar de “T” tele-kant inzoomt, zal de beeldkwaliteit echter teruglopen. Als u de digitale zoomfunctie niet wilt gebruiken, zet u de D ZOOM functie in het instelmenu op “OFF”. •Het rechter deel [a] van de zoom-indicator is het digitale zoom-gebied en het grotere linker deel [b] het optische zoom-gebied. Als u de D ZOOM functie in het menu of “OFF” instelt, zal het rechter [a] gedeelte verdwijnen. W Basisbediening Remarques sur le zoom numérique •Un grossissement de l’image supérieur à 21 fois est effectué numériquement et la qualité de l’image se dégrade quand vous atteignez le côté “T”. Si vous ne voulez pas utiliser le zoom numérique, réglez la fonction D ZOOM sur OFF dans le menu. •Le côté droit [a] de l’indicateur de zoom correspond à la zone du zoom numérique et le côté gauche [b] à la zone du zoom optique. Si vous réglez la fonction D ZOOM sur OFF, la zone [a] disparaîtra. Opérations de base Vitesse du zooming (zooming à vitesse variable) T [a] 15 Prise de vues Opnemen met de camera Sélection du mode d’enregistrement START/STOP Keuze van de START/STOP opnametoetsfunctie Voor het starten en stoppen met opnemen kunt u kiezen uit twee algemeen bruikbare start/ stopfuncties, plus een speciale functie waarmee u moeiteloos een reeks korte opnamen kunt maken om uw video een levendige indruk te geven. (1)Zet de START/STOP MODE schakelaar in de gewenste stand. : Het opnemen begint wanneer u de START/STOP toets even indrukt, en stopt wanneer u de toets nogmaals indrukt (normale schakel-stand). ANTI GROUND SHOOTING : De camcorder blijft slechts opnemen zolang u de START/STOP toets ingedrukt houdt, zodat u bij onderbrekingen niet per ongeluk de grond blijft opnemen (druktoets-stand). 5SEC: Wanneer u op de START/STOP toets drukt, maakt de camcorder een opname van vijf seconden lang en stopt dan automatisch. (2)Draai de STANDBY schakelaar omhoog en druk op de START/STOP toets. Het opnemen begint. Als u de “5SEC” stand hebt gekozen, verschijnen er in plaats van de bandteller vijf stippen in de zoeker. Deze stippen verdwijnen één voor één, elke seconde één minder, zoals hieronder aangegeven. Le camescope offre trois modes d’enregistrement vous permettant de prendre une série de scènes brèves qui rendront vos vidéogrammes plus vivants. (1) Réglez START/STOP MODE sur le mode souhaité. : L’enregistrement commence quand vous appuyez sur START/STOP et s’arrête quand vous rappuyez sur la touche (mode normal). : Le ANTI GROUND SHOOTING camescope enregistre seulement quand vous appuyez sur la touche START/STOP. Vous évitez donc les scènes inintéressantes. 5SEC: Quand vous appuyez sur la touche START/STOP, le camescope enregistre pendant 5 secondes puis s’arrête de luimême. (2) Relevez le commutateur d’attente pour le mettre en position STANDBY et appuyez sur START/STOP. L’enregistrement commence. Quand vous sélectionnez 5SEC, le compteur de bande disparaît et laisse place à cinq points. Ces points disparaissent un à un chaque seconde, comme indiqué ci-dessous. 1 2 START/STOP MODE STA ANTI GROUND SHOOTING STA 5SEC CK LO CK LO ND ND BY STBY 16 ••••• BY START/STOP START/STOP REC ••••• REC • Pour prolonger l’enregistrement en mode 5SEC Verlengen van de opname bij de vijfseconden opnamefunctie Appuyez de nouveau sur START/STOP avant que tous les points disparaissent. L’enregistrement se prolonge de 5 secondes à compter du moment où vous appuyez sur la touche START/STOP. Druk nogmaals op de START/STOP toets vóórdat alle stippen zijn verdwenen. Weer zal de opname vijf seconden lang doorgaan, gerekend vanaf het moment dat u nogmaals op de START/ STOP toets drukte. Remarque sur les modes d’enregistrement START/STOP Vous ne pouvez pas utiliser la touche FADER si vous sélectionnez le mode 5SEC ou . Betreffende de vijf-seconden/druktoetsopnamefuncties In de “5SEC” stand of de “ ” druktoets-stand is de FADER in/uit-fade functie niet beschikbaar. Conseils pour une meilleure prise de vues Basisbediening [a] Voor video-opnamen uit de hand zult u de beste beeldkwaliteit verkrijgen als u bij het vasthouden van de camcorder de volgende punten in acht neemt: •Houd de camcorder stevig vast en trek de handgreepband redelijk strak, zodat u de knoppen gemakkelijk met uw duim en vingers kunt bedienen [a]. •Druk uw rechter elleboog stevig in uw zij. •Ondersteun de camcorder met uw linkerhand voor de beste stabiliteit. Let op dat u niet met uw hand tegen de ingebouwde microfoon aan komt. •Plaats uw oog stevig tegen de oogkap van de zoeker aan. •Houd het zoekerkader in het oog, als referentie voor een recht horizontaal beeld. •Voor interessante effecten kunt u met de camcorder ook opnamen vanuit een laag gezichtspunt maken. Voor meekijken via de zoeker klapt u deze omhoog [b]. Opérations de base Pour les prises de vues camescope au poing, vous obtiendrez de meilleurs résultats si vous tenez compte des suggestions suivantes: •Tenez le camescope fermement avec la sangle de manière à pouvoir actionner facilement les commandes avec le pouce [a]. •Maintenez le coude droit contre le corps. •Placez la main gauche sous le camescope pour le soutenir. Veillez à ne pas toucher le microphone intégré. •Appliquez l’oeil contre l’oeilleton du viseur. •Servez-vous du cadre du viseur pour déterminer le plan horizontal. •Vous pouvez aussi vous accroupir pour obtenir un angle de prise de vues plus intéressant. Relevez le viseur pour filmer d’une position basse. [b]. Wenken voor betere opnamen [b] 1 2 3 17 Conseils pour une meilleure prise de vues Posez le camescope sur une surface plane ou utilisez un pied photographique Vous pouvez poser le camescope sur une table ou sur une surface plane, à bonne hauteur. Si vous possédez un pied photographique, vous pouvez l’utiliser avec le camescope. Si le pied n’est pas de fabrication Sony, assurezvous que la vis du pied ne dépasse pas 6,5 mm (9/32 pouce). Sinon, vous ne pourrez pas bien fixer le pied et les pièces internes du camescope risquent d’être endommagées par la vis. Précautions au sujet du viseur •Ne saisissez pas le camescope par le viseur. [c]. •Ne posez pas le camescope avec le viseur tourné vers le soleil. L’intérieur du viseur pourrait être endommagé. Vous devez faire très attention quand vous posez le camescope au soleil ou près d’une fenêtre [d]. [c] 18 Wenken voor betere opnamen Plaats de camcorder op een egaal, stabiel oppervlak of gebruik een statief In veel gevallen verdient het aanbeveling de camcorder op een tafelblad of andere vlakke ondergrond te zetten. Als u beschikt over een statief voor een fototoestel, kunt u dit tevens gebruiken voor de camcorder, mits het stevig genoeg is. Let op, bij het bevestigen van een statief van een ander merk dan Sony, dat de cameraschroef van de statiefkop niet langer is dan 6,5 mm. Een langere schroef zou de inwendige onderdelen van de camcorder kunnen beschadigen. Voorzichtig met de zoeker •Til het apparaat nooit aan de zoeker op [c]. •Plaats de camcorder niet zo dat de zoeker recht op de zon gericht is, anders kan het inwendige van de zoeker vervormd raken. Wees voorzichtig bij gebruik van de camcorder in de volle zon of vlak achter vensterglas [d]. [d] Contrôle de l’image enregistrée Basisbediening 1 Met de EDITSEARCH toets kunt u snel de laatste beelden van de gemaakte video-opnamen terugzien of zelfs de gehele opname weergeven. (1) Houd het kleine groene knopje op de POWER schakelaar ingedrukt en schuif de POWER schakelaar naar “CAMERA”. (2) Draai de STANDBY schakelaar omhoog naar “STANDBY”. (3) Druk even kort op de – (Œ) min-kant van de EDITSEARCH toets om alleen de laatste paar seconden van de opname terug te zien (opname-controlefunctie). Hierbij kunt u tevens het geluid beluisteren door aansluiten van een hoofdtelefoon. Houd de “–” min-kant van de EDITSEARCH toets langer ingedrukt om terug te keren naar een eerder punt in de opnamen, als u een langer gedeelte van de opnamen wilt weergeven. Om in voorwaartse richting te zoeken, houdt u de “+” plus-kant van de toets ingedrukt (montage-zoekfunctie). Opérations de base Avec la touche EDITSEARCH, vous pouvez revoir la dernière scène filmée ou contrôler l’image enregistrée dans le viseur. (1) Tout en appuyant sur le petit bouton vert, réglez l’interrupteur POWER sur CAMERA. (2) Relevez le commutateur d’attente pour le mettre en position STANDBY. (3) Appuyez un instant sur le côté – (Œ) d’EDITSEARCH; les dernières secondes de la partie enregistrée sont reproduites (Revue d’enregistrement). Vous pouvez écouter le son par un casque. Appuyez sur le côté – d’EDITSEARCH jusqu’à ce que vous localisiez la scène souhaitée. Le dernier passage enregistré est reproduit. Pour rechercher un passage vers l’avant, appuyez sur le côté + (Recherche de point de montage). Controleren van de opgenomen beelden POWER 2 CAMERA CK LO OFF STA ND PLAYER BY START/STOP 3 EDITSEARCH EDITSEARCH EDITSEARCH 19 Contrôle de l’image enregistrée Pour arrêter la lecture Stoppen met weergeven Relâchez EDITSEARCH. Laat de EDITSEARCH toets los. Pour réenregistrer Weer doorgaan met opnemen Appuyez sur START/STOP. Le réenregistrement commence à l’endroit où vous avez relâché EDITSEARCH. Si vous n’avez pas éjecté la cassette, la transition entre la dernière scène et la nouvelle sera douce. Druk op de START/STOP toets. Het opnemen wordt dan hervat vanaf het eind van de laatste opname of vanaf het punt waar u de EDITSEARCH toets losliet. Zolang u de videocassette niet uit het apparaat verwijdert, zullen de nieuwe opnamen zonder onderbreking aansluiten op de eerder gemaakte opnamen. Raccordements pour la lecture Raccordez le camescope à votre téléviseur ou magnétoscope pour regarder vos vidéogrammes sur l’écran du téléviseur. Le camescope peut être raccordé de différentes façons au téléviseur. H est conseillé d’utiliser le courant secteur pour visionner vos films sur un téléviseur. 20 Controleren van de opgenomen beelden Aansluitingen voor video-weergave Sluit de camcorder aan op uw TV-toestel of videorecorder wanneer u uw video-opnamen wilt weergeven op het TV-scherm. Het aansluiten van de camcorder op het TV-toestel kan op verschillende manieren. Bij het afspelen van video-opnamen op de camcorder, voor weergave op het TV-scherm, is het aanbevolen het apparaat op stroom van het lichtnet te gebruiken. Raccordements pour la lecture Aansluitingen voor videoweergave Raccordement direct à un téléviseur ou magnétoscope avec prises d’entrée audio/vidéo Rechtstreeks aansluiten van de camcorder op een TV of videorecorder met audio/video-ingangsaansluitingen (non fourni)/ (niet bijgeleverd) S VIDEO Basisbediening Si votre téléviseur ou magnétoscope a une prise S-vidéo, raccordez le câble S-vidéo (non fourni) [a] pour obtenir une image de meilleure qualité. Si vous voulez raccorder le camescope à l’aide d’un câble S-vidéo (non fourni) [a], vous n’aurez pas besoin de brancher la fiche jaune (vidéo) du cordon de liaison audio/vidéo [b]. Let bij het aansluiten van het audio/videoaansluitsnoer goed op dat u elke stekker in de stekkerbus van dezelfde kleur steekt. Open het dekseltje van de aansluitbussen. Sluit de camcorder nu met het bijgeleverde audio/ video-aansluitsnoer aan op de LINE IN ingangsaansluitingen van het TV-toestel of van een videorecorder die al op de TV is aangesloten. Zet voor weergave van video-opnamen de TV/ VIDEO schakelaar van uw TV-toestel in de “VIDEO” stand. Bij aansluiten op uw videorecorder zet u de ingangskeuzeschakelaar daarvan in de “LINE” stand. Als uw TV-toestel of videorecorder is voorzien van een S-VIDEO ingangsaansluiting, dan kunt u de camcorder daarop aansluiten met een (niet bijgeleverd) S-video aansluitsnoer [a], voor video-weergave van betere kwaliteit. Gebruikt u voor het aansluiten een S-video aansluitsnoer (niet bijgeleverd) [a], dan hoeft u de gele (video) stekker van het audio/video-aansluitsnoer [b] niet aan te sluiten. Opérations de base Lorsque vous raccordez le cordon de liaison audio/vidéo, veillez à brancher les fiches dans les prises de même couleur. Ouvrez le cache-prises et raccordez le camescope aux entrées LINE IN du téléviseur ou du magnétoscope raccordé au téléviseur avec le cordon de liaison audio/vidéo fourni. Réglez le sélecteur d’entrée téléviseur/magnétoscope du téléviseur sur magnétoscope et le sélecteur d’entrée du magnétoscope sur LINE. IN [a] S VIDEO VIDEO VIDEO [b] AUDIO AUDIO : Sens du signal/Signaalstroom Si votre téléviseur ou magnétoscope est de type monophonique Raccordez seulement la fiche blanche pour le son au camescope et au téléviseur ou magnétoscope. Avec ce type de liaison, le son est monophonique même si le camescope est de type stéréophonique. Si votre téléviseur/magnétoscope a une prise péritel (21 broches) Utilisez l’adaptateur de prise péritel fourni (21 broches). Als uw TV-toestel of videorecorder slechts geschikt is voor mono geluid Sluit dan van het audio-gedeelte van het aansluitsnoer alleen de witte stekkers aan op de camcorder en op het TV-toestel of de videorecorder. Bij deze aansluiting zal het geluid van uw video-opnamen alleen in mono te horen zijn. Als uw TV-toestel een 21-polige EUROCONNECTOR aansluiting heeft Gebruik voor het aansluiten de 21-polige verloopstekker die is bijgeleverd bij uw camcorder. TV Pour raccorder le camescope à un téléviseur ou magnétoscope sans prises d’entrée audio/ vidéo Utilisez un adaptateur RFU (non fourni). Aansluiten op een TV-toestel of videorecorder zonder audio/video-ingangen Gebruik voor het aansluiten een RFU-adapter (niet bijgeleverd). 21 Lecture d’une cassette Afspelen van een videocassette Vous pouvez regarder l’image de lecture dans le viseur, mais vous pouvez aussi la visionner sur un écran de télévision, après avoir raccordé le camescope à un téléviseur ou un magnétoscope. (1) Tout en appuyant sur le petit bouton vert, réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER. Les touches de transport de bande s’allument. (2) Mettez la cassette enregistrée en place avec la fenêtre tournée vers l’extérieur. (3) Appuyez sur 0 pour rembobiner la bande. (4) Appuyez sur ( pour commencer la lecture. 1 POWER CAMERA U kunt de opgenomen beelden in de zoeker van de camcorder terugzien. Tevens kunt u de opnamen op een TV-scherm weergeven, na aansluiten van de camcorder op een TV-toestel of videorecorder. (1) Houd het kleine groene knopje op de POWER schakelaar ingedrukt en schuif de POWER schakelaar naar “PLAYER”. Nu lichten de bandlooptoetsen op. (2) Plaats de af te spelen videocassette in de houder, met de vensterzijde naar buiten gericht. (3) Druk op de 0 terugspoeltoets om de band naar het gewenste punt terug te spoelen. (4) Druk op de ( weergavetoets om met afspelen te beginnen. 2 3 REW OFF PLAYER 4 REW 7 3 PLAY # STOP P PAUSE SLOW & PLAY FF 7 ×2 DISPLAY Pour arrêter la lecture, appuyez sur p. Pour rembobiner la bande, appuyez sur 0. Pour avancer rapidement la bande, appuyez sur ). 22 Om te stoppen met afspelen, drukt u op de p stoptoets. Om de band terug te spoelen, drukt u op de 0 toets. Om de band vooruit te spoelen, drukt u op de ) toets. Lecture d’une cassette Afspelen van een videocassette Utilisation de la télécommande Gebruik van de afstandsbediening La télécommande fournie permet de contrôler la lecture. Avant d’utiliser la télécommande, mettez les deux piles R6 (format AA) en place. Bij de bediening van de camcorder voor weergave is het handig de bijgeleverde afstandsbediening te gebruiken. Voor u de afstandsbediening kunt gebruiken, brengt u daarin twee R6 (AA-formaat) batterijen aan. Pour afficher les indicateurs du viseur sur le téléviseur Utilisation d‘un casque Raccordez un casque (non fourni) à la prise 2 . Divers modes de lecture Pour visualiser une image fixe (pause de lecture) Appuyez sur P pendant la lecture. Pour poursuivre la lecture, appuyez sur P ou (. Pour localiser une scène (recherche d’image) Appuyez en continu sur 0 ou ) pendant la lecture. Pour revenir à la lecture normale, relâchez la touche. Pour visualiser l’image pendant la recherche rapide avant ou arrière (recherche visuelle) Appuyez en continu sur 0 pour rembobiner ou sur ) pour avancer la bande. Pour revenir à la lecture normale, appuyez sur (. Pour visualiser l’image à 1/5e de la vitesse normale (lecture au ralenti) Appuyez sur & de la télécommande pendant la lecture. Pour revenir à la lecture normale, appuyez sur (. Si le ralenti dure une minute environ, le camescope reviendra automatiquement à la lecture normale. Pour visualiser l’image à double vitesse Pour la lecture à double vitesse vers l’arrière, appuyez sur '/<, puis sur x2 de la télécommande pendant la lecture. Pour la lecture à double vitesse vers l’avant, appuyez sur >/ 7, puis sur x2 pendant la lecture. Pour revenir à la lecture normale, appuyez sur (. Druk op de DISPLAY toets van de afstandsbediening. Om de scherm-aanduidingen weer te laten verdwijnen, drukt u nogmaals op de DISPLAY toets. Luisteren via een hoofdtelefoon Sluit een hoofdtelefoon (niet bijgeleverd) aan op de 2 hoofdtelefoon-aansluiting. Diverse weergavefuncties In de zoeker kunt u de video-opnamen weergeven met o.a. stilstaande beelden, vertraagde weergave en versneld beeldzoeken. Stilstaand beeld (weergavepauzestand) Basisbediening Vous pouvez voir les images pendant l’arrêt sur image, la lecture au ralenti et la recherche d’images. Om de aanduidingen die in de zoeker verschijnen, ook op het TV-scherm te zien Opérations de base Appuyez sur DISPLAY de la télécommande. Pour supprimer les indicateurs, appuyez une nouvelle fois sur DISPLAY. Druk tijdens afspelen op de P pauzetoets. Om de weergave te hervatten, drukt u nogmaals op de P toets of op de ( weergavetoets. Snel opzoeken van een bepaalde scène (beeldzoekfunctie) Houd tijdens weergave de 0 of ) snelspoeltoets ingedrukt. Om de normale weergave te hervatten, laat u de toets op het gewenste punt los. Beeldweergave tijdens snelspoelen (snelzoekfunctie) Houd tijdens terugspoelen de 0 toets ingedrukt, of tijdens vooruitspoelen de ) toets. Om de normale weergave te hervatten, drukt u bij het gewenste punt op de ( weergavetoets. Weergeven van beelden met 1/5 snelheid (vertraagde weergave) Druk tijdens weergave op de & vertraagdeweergavetoets van de afstandsbediening. Om de normale weergave te hervatten, drukt u op de ( weergavetoets. Als u de vertraagde weergave langer dan ongeveer een minuut laat duren, zal het apparaat automatisch overschakelen op weergave met normale snelheid. Weergave met dubbele snelheid Voor versnelde weergave in terugwaartse richting drukt u tijdens afspelen eerst op de '/< toets en dan op de x2 toets van de afstandsbediening. Voor versnelde weergave in voorwaartse richting drukt u tijdens afspelen eerst op de >/7 toets en dan op de x2 toets van de afstandsbediening. Om de normale weergave te hervatten, drukt u op de ( weergavetoets. 23 Lecture d’une cassette Afspelen van een videocassette Pour visualiser une à une les images Beeld-voor-beeld weergave Appuyez sur '/< ou >/7 de la télécommande en mode de pause de lecture. Si vous tenez la touche enfoncée, vous pouvez visualiser l’image à 1/25e de la vitesse normale. Pour revenir à la lecture normale, appuyez sur (. Laat een stilstaand beeld op het scherm verschijnen, en druk in deze weergavepauzestand op de '/< toets of de >/7 toets van de afstandsbediening. Zolang u een van deze toetsen ingedrukt houdt, volgen de beelden elkaar op met 1/25 van de normale snelheid. Om de normale weergave te hervatten, drukt u op de ( weergavetoets. Pour changer de sens de lecture Appuyez sur '/< ou >/7 de la télécommande pendant la lecture pour faire défiler les images vers l’arrière ou l’avant. Pour revenir à la lecture normale, appuyez sur ( . Pour sélectionner le son de lecture Changez le réglage de mode “HiFi SOUND” dans le menu. Remarques sur la lecture •Des parasites peuvent apparaître quand vous utilisez l’arrêt sur image, la lecture au ralenti et la recherche d’images lors de la lecture d’une cassette enregistrée en mode LP. •Des traînées apparaissent et le son est coupé dans ces divers modes de lecture. •Quand la pause de lecture dure plus de 5 minutes, le camescope s’arrête automatiquement. •Des barres horizontales apparaissent au centre ou au haut et au bas de l’écran pendant la lecture arrière. C’est tout à fait normal. Affichage de la date ou de l’heure de l’enregistrement Code de données Même si vous n’avez pas enregistré la date et l’heure pendant que vous filmiez, vous pouvez afficher la date ou l’heure de l’enregistrement (Code de données) sur le téléviseur pendant la lecture ou le montage. Le code de données est aussi affiché dans le viseur et dans l’afficheur. Omkeren van de weergave-richting Druk tijdens weergave op de '/< toets van de afstandsbediening voor weergave in achterwaartse richting, of op de >/7 toets voor het weergeven in voorwaartse richting. Om de normale weergave te hervatten, drukt u op de ( weergavetoets. Keuze van het weergegeven geluid Kies de geluidsweergave door in het instelmenu het geluidkeuze-onderdeel “HiFi SOUND” naar wens in te stellen. Betreffende de diverse weergavefuncties •Er kan wat storing in beeld verschijnen wanneer u de stilbeeld/vertraagde weergave/ beeldzoekfuncties gebruikt bij het afspelen van een cassette die is opgenomen met de LP snelheid. •Bij de meeste van de speciale weergavefuncties is er geen geluidsweergave en kunnen er strepen op het scherm verschijnen. •Als u de camcorder langer dan 5 minuten in de weergave-pauzestand laat staan, met een stilstaand beeld op het scherm, zal de camcorder automatisch overschakelen naar de stopstand. •Bij weergave in omgekeerde richting kan er een ruisbalk midden of boven en onder op het scherm verschijnen. Dit is een normaal verschijnsel en duidt niet op storing. Aangeven van de datum of tijd van opname – tijdcode en opname-gegevens Ook al hebt u bij het opnemen niet de datum of tijd op de band vastgelegd, toch zult u bij het afspelen of monteren de datum en/of tijd van opname (de tijdcode/opnamegegevens) op het TV-scherm kunnen laten verschijnen. De opnamegegevens worden ook aangegeven in de zoeker en het uitleesvenster. 24 Lecture d’une cassette Afspelen van een videocassette Weergeven van de datum of tijd van de opname Appuyez sur DATE ou TIME du camescope. Pour supprimer la date ou l’heure, appuyez une nouvelle fois sur ces touches. Pour afficher à la fois la date et l’heure de l’enregistrement, appuyez sur TIME (ou DATE) après avoir appuyé sur DATE (ou TIME). Pour supprimer la date et l’heure, appuyez une nouvelle fois sur DATE et TIME. Druk op de DATE of TIME toets van de camcorder. Om de opnamedatum of -tijd van het scherm te laten verdwijnen, drukt u nogmaals op de DATE of TIME toets. Om zowel de datum als de tijd van opname in beeld te laten verschijnen, drukt u na de DATE toets ook de TIME toets in (of omgekeerd). Ook nu drukt u voor het weghalen ervan weer op dezelfde DATE of TIME toets. Pour afficher simultanément la date et l’heure de l’enregistrement Tegelijk weergeven van de datum en tijd van de opname Appuyez sur DATA CODE de la télécommande. Pour supprimer la date et l’heure, appuyez une nouvelle fois sur cette touche. DATE TIME 4 7 1998 Basisbediening DATA CODE Druk op de DATA CODE toets op de afstandsbediening. Om de opnamedatum en -tijd van het scherm te wissen, drukt u nogmaals op dezelfde toets. Opérations de base Pour afficher la date ou l’heure de l’enregistrement 10:13:02 4 7 1998 10:13:02 Quand des tirets (--:--:--:) apparaissent •Un passage vierge de la cassette est reproduit. •La cassette a été enregistrée avec un camescope n’enregistrant pas le code de données. •La cassette a été enregistrée avec un camescope sur lequel la date et l’heure n’avaient pas été réglées. •La cassette ne peut pas être lue parce qu’elle est parasitée ou endommagée. •La bande est reproduite à vitesse variable (lecture au ralenti, etc...) •Un index ou le code temporel RC est inscrit, ou un PCM a été effectué sur la cassette après l’enregistrement. Als er slechts streepjes (--:--:--:) verschijnen •Er wordt een onbespeeld gedeelte van de band afgespeeld. •De afgespeelde cassette is opgenomen met een camcorder zonder tijdcode/opnamegegevensfunctie. •Voor opnemen was de datum en/of tijd van de camcorder niet ingesteld. •De opnamegegevens op de band zijn niet leesbaar, door storing of beschadiging van de band. •De band wordt afgespeeld met een afwijkende weergavesnelheid (vertraagde weergave e.d.). •Na het opnemen is er een indexsignaal, een RC tijdcode of een PCM geluidssignaal op de band vastgelegd. 25 Opérations avancées Uitgebreide bedieningsfuncties Utilisation d’autres sources d’alimentation Vous pouvez choisir les sources d’alimentation suivantes pour alimenter le camescope: la batterie rechargeable, le courant secteur, des piles alcalines et une batterie de voiture de 12/24 V. Choisissez la source d’alimentation appropriée en fonction du lieu de tournage. Voor de stroomvoorziening van de camcorder kunt u kiezen uit de volgende voedingsbronnen: een batterijpak, het lichtnet, alkali-batterijen of een 12/24 V auto-accu. Kies de meest geschikte voedingsbron aan de hand van de plaats waar u de camcorder gaat gebruiken. Lieu Source d’alimentation Plaats En intérieur Courant secteur Adaptateur secteur fourni Batterie Batterie rechargeable rechargeable NP-F330 (fournie), NP-F530, NP-F550, NP-F730, NP-F750, NP-F930, NP-F950 Etui de piles Piles alcalines LR6 (format AA) EBP-L7 Batterie de Chargeur auto voiture de 12V Sony DC-V515A ou 24 V En extérieur Dans une voiture Accessoire à utiliser Remarques sur les sources d’alimentation •Si vous débranchez la source d’alimentation ou retirez la batterie rechargeable pendant l’enregistrement ou la lecture, la cassette insérée risque d’être endommagée. •La prise DC IN a la priorité comme source d’alimentation. Cela signifie que la batterie rechargeable ne pourra pas alimenter le camescope si le cordon de l’adaptateur secteur reste raccordé à la prise DC IN, même si le cordon d’alimentation n’est pas branché sur la prise murale. Utilisation du courant secteur (1) Ouvrez le cache de la prise DC IN et raccordez l’adaptateur secteur à la prise d’entrée DC IN du camescope. (2)Raccordez le cordon d’alimentation secteur à l’adaptateur secteur. (3) Raccordez le cordon d’alimentation secteur à une prise secteur. 1 26 Diverse mogelijkheden voor stroomvoorziening Voedingsbron Te gebruiken toebehoren Bijgeleverde Binnenshuis Netspanning netspanningsadapter Batterijpak NP-F330 Binnenshuis Batterijpak (bijgeleverd), NP-F530, NP-F550, NP-F730, NP-F750, NP-F930, NP-F950 Batterijhouder LR6 (AAformaat) alkali- EBP-L7 batterijen Sony In de auto 12 V of 24 V auto-batterijlader auto-accu DC-V515A Opmerkingen over de stroomvoorziening •Als tijdens opnemen of afspelen het batterijpak uit de camcorder wordt verwijderd of de stroomvoorziening wordt onderbroken, kan dit schade aan de geplaatste videoband opleveren. • De DC IN gelijkstroomingang heeft voorrang. Er zal dus geen stroom worden getrokken van het batterijpak zolang het netsnoer is aangesloten op de DC IN stekkerbus, ook al is het netsnoer niet aangesloten op het stopcontact. Gebruik op stroom van het lichtnet (1) Open het dekseltje van de DC IN gelijkstroomingang en sluit hierop het snoer van de netspanningsadapter (niet bijgeleverd) aan. (2) Sluit het netsnoer aan op de netspanningsadapter. (3) Steek de netsnoerstekker in het stopcontact. 2, 3 Utilisation d’autres sources d’alimentation AVERTISSEMENT Le cordon d’alimentation secteur doit être changé par un professionnel. PRECAUTION L’ensemble adaptateur-camescope n’est pas déconnecté de la source d’alimentation secteur tant qu’il reste branché sur la prise murale (secteur), même si le camescope a été mis hors tension. Utilisation d’une batterie de voiture WAARSCHUWING Mocht het nodig zijn het netsnoer te vervangen, laat dit dan uitsluitend bij een erkende onderhoudsdienst verrichten. VOORZICHTIG Zolang de stekker in het stopcontact zit, blijft de stroomtoevoer naar het apparaat intact, ook al is het apparaat uitgeschakeld. Opmerking Als er bij netspanningsvoeding storing in beeld zichtbaar is, plaatst u de netspanningsadapter wat verder uit de buurt van de camcorder. Gebruik op stroom van een auto-accu Gebruik voor het aansluiten de Sony DC-V515A auto-batterijlader (niet bijgeleverd). Sluit het auto-accusnoer aan op de sigarette-aanstekerbus van de auto (12 V of 24 V auto-accu). Zie tevens de gebruiksaanwijzing van uw autobatterijlader. Pour retirer le chargeur auto Le chargeur auto s’enlève de la même façon que la batterie rechargeable. Losmaken van de auto-batterijlader Verwijder de auto-batterijlader op dezelfde wijze als een batterijpak. Ce logo indique que ce produit est un accessoire d’origine pour les appareils vidéo Sony. Quand vous achetez des appareils vidéo Sony, Sony vous recommande les accessoires portant le logo “GENUINE VIDEO ACCESSORIES”. Dit beeldmerk geeft aan dat dit product een originele accessoire is, bestemd voor gebruik met Sony video-apparatuur. Voor toepassing met Sony video-apparatuur wordt aanbevolen uitsluitend de voor deze apparatuur bestemde accessoires aan te schaffen, die zijn voorzien van ditzelfde “GENUINE VIDEO ACCESSORIES” beeldmerk. Uitgebreide bedieningsfuncties Utilisez le chargeur auto Sony DC-V515A (non fourni). Raccordez le cordon du chargeur à la douille d’allume-cigares de la voiture (12 V ou 24 V). Pour les détails, reportez-vous au mode d’emploi du chargeur auto. Opérations avancées Remarque Eloignez l’adaptateur secteur du camescope si l’image est perturbée. Diverse mogelijkheden voor stroomvoorziening 27 Changement des réglages de modes Vous pouvez changer les réglages des différents modes dans le menu pour bénéficier des autres caractéristiques et fonctions de ce camescope. (1) Appuyez sur MENU pour afficher le menu. (2) Tournez la molette de commande pour sélectionner une icône à la gauche du menu, puis appuyez sur la molette. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner le paramètre souhaité, puis appuyez sur la molette. (4) Tournez la molette de commande pour sélectionner le mode souhaité, puis appuyez sur la molette. Si vous voulez changer de mode, répétez les étapes 3 et 4. Si vous voulez changer les autres paramètres, sélectionnez RETURN et appuyez sur la molette, puis répétez les étapes 2 à 4. (5) Appuyez sur MENU ou sélectionnez l’icône pour quitter le menu. 1 MENU CAMERA PLAYER CAMERA SET D ZOOM 16 : 9WIDE STEADYSHOT WIND AE SHIFT PHOTO PLAYER SET H i F i SOUND EDIT TBC DNR NTSC PB [MENU] : END [MENU] : END Wijzigen van de oorspronkelijke menu-instellingen U kunt een aantal functies van deze camcorder geheel naar eigen inzicht aanpassen, via de instellingen in het ingebouwde keuzemenu. (1) Druk op de MENU toets om het keuzemenu in de zoeker te laten verschijnen. (2) Draai aan de menuregelknop om in te stellen op het gewenste pictogram aan de linkerkant van het menu en druk de menuregelknop in. (3) Draai aan de menuregelknop om in te stellen op het gewenste menu-onderdeel en druk de menuregelknop in. (4) Draai nogmaals aan de menuregelknop om het gekozen onderdeel in de gewenste stand te zetten en druk de menuregelknop weer in. Zijn er nog andere onderdelen in dit menu die u wilt wijzigen of uitproberen, herhaal dan de stappen 3 en 4. Als u punten in andere menu’s wilt wijzigen, stelt u in op RETURN en drukt u de menuregelknop in en dan herhaalt u de stappen 2 t/m 4. (5) Druk nogmaals op de MENU toets of stel in op het pictogram om het keuzemenu van het scherm te laten verdwijnen. 2 CAMERA SET D ZOOM 16 : 9WIDE OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER REC LAMP INDICATOR OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER REC LAMP INDICATOR RETURN 3 OTHERS WORLD TIME BEEP 0 HR 0 HR OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER ON REC LAMP INDICATOR RETURN OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER ON REC LAMP OFF INDICATOR RETURN 4 5 28 MENU OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER ON REC LAMP OFF INDICATOR RETURN OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER OFF REC LAMP INDICATOR RETURN Changement des réglages de modes Remarque sur le changement du réglage de mode Les paramètres du menu sont différents selon le réglage de l’interrupteur POWER sur PLAYER ou CAMERA. Sélection du réglage de mode de chaque paramètre COUNTER* <NORMAL/TIME CODE> •Normalement sélectionnez NORMAL. •Dans le mode PLAYER, sélectionnez TIME CODE pour afficher le code temporel RC et effectuer des montages plus précis, ou pour vérifier le temps total de tournage depuis le début de la bande. Le code temporel RC est indiqué en “heures, minutes, secondes, images” par “0:00:00:00”. Le nombre d’images n’est toutefois pas indiqué en mode CAMERA. LTR SIZE* <NORMAL/2x> •Normalement sélectionnez NORMAL. •Sélectionnez 2x pour doubler la taille du paramètre du menu sélectionné. BEEP* <ON/OFF> •Sélectionnez ON pour entendre un signal sonore quand vous commencez/arrêtez le tournage, etc. •Sélectionnez OFF si vous ne voulez pas entendre le signal sonore. Keuzemogelijkheden voor de menu-instellingen Instellingen die zowel voor de CAMERA als de PLAYER stand gelden Aanduiding voor de resterende speelduur* <Ò REMAIN: AUTO/ON> •Stel in op “AUTO” als u de tijdbalk voor de resterende speelduur alleen wilt zien: •gedurende ongeveer 8 seconden na het inschakelen van de camcorder en het berekenen van de resterende speelduur. •gedurende ongeveer 8 seconden na het insteken van een videocassette en het berekenen van de resterende speelduur. •gedurende ongeveer 8 seconden na indrukken van de ( weergavetoets in de PLAYER weergavestand. •gedurende ongeveer 8 seconden nadat u op de DISPLAY toets van de afstandsbediening drukt om de scherm-aanduidingen te laten verschijnen. •tijdens het snelspoelen van de band of het opzoeken van beelden in de PLAYER weergavestand. •Stel in op “ON” als u de tijdbalk voor de resterende speelduur voortdurend wilt laten aangeven. Teller* normaal/tijdcode <COUNTER: NORMAL/TIME CODE) •Gewoonlijk kunt u de “NORMAL” stand voor de gewone bandteller aanhouden. •Kies in de “PLAYER” weergavestand voor “TIME CODE” als u de RC tijdcode-gegevens voor de bandteller wilt gebruiken, om de verstreken speelduur vanaf het begin van de band nauwkeurig te zien of om de videomontage met maximale precisie te verrichten. De RC tijdcode geeft de speelduur aan in uren, minuten, seconden en beeldnummers, in de vorm “0:00:00:00”. In de “CAMERA” opnamestand zullen de beeldnummers echter niet worden aangegeven. Uitgebreide bedieningsfuncties Ò REMAIN* <AUTO/ON> •Sélectionnez AUTO pour afficher l’indicateur de bande restante. •pendant environ 8 secondes après la mise sous tension du camescope et le calcul de la longueur de bande restante. •pendant environ 8 secondes après l’insertion d’une cassette et le calcul de la longueur de bande restante. •pendant environ 8 secondes après une pression sur ( dans le mode PLAYER. •pendant environ 8 secondes après une pression sur DISPLAY de la télécommande pour afficher les indicateurs. •pendant le rembobinage ou l’avance de la bande, ou la recherche d’image, en mode PLAYER. •Sélectionnez ON pour toujours afficher l’indicateur de bande restante. Betreffende de beschikbare menu-instellingen Met de POWER schakelaar in de “CAMERA” stand of de “PLAYER” stand zullen er verschillende menu-instellingen verschijnen. Opérations avancées Paramètres communs aux modes CAMERA et PLAYER Wijzigen van de oorspronkelijke menuinstellingen Menu-aanduiding vergroten* <LTR SIZE: NORMAL/2x> •Gewoonlijk kunt u de “NORMAL” stand voor de gewone schermweergave aanhouden. •Kies de “2x” stand als u een gekozen menuonderdeel op tweemaal de normale grootte wilt zien. Waarschuwingstoon* aan/uit <BEEP: ON/ OFF> •Kies de “ON” stand als u een pieptoon wilt horen bij het starten en het stoppen met opnemen. •Kies de “OFF” stand als u de waarschuwingspieptoon niet wilt horen. 29 Changement des réglages de modes COMMANDER <ON/OFF> •Sélectionnez ON pour piloter le camescope avec la télécommande fournie. •Sélectionnez OFF si vous n’utilisez pas la télécommande. INDICATOR* <BL ON/BL OFF> •Sélectionnez BL ON pour éclairer l’afficheur. •Sélectionnez BL OFF pour éteindre le rétroéclairage de l’afficheur. Si vous utilisez l’adaptateur secteur comme source d’alimentation, ce paramètre n’apparaîtra pas dans le menu. Paramètres en mode CAMERA seulement D ZOOM* <ON/OFF> •Sélectionnez ON pour activer le zoom numérique. •Sélectionnez OFF si vous n’utilisez pas le zoom numérique. Le zoom revient à 21x. 16:9 WIDE* <OFF/CINEMA/16:9FULL> •Normalement sélectionnez OFF. •Sélectionnez CINEMA pour enregistrer en mode CINEMA. •Sélectionnez 16:9FULL pour enregistrer en mode 16:9FULL. STEADYSHOT* <ON/OFF> •Normalement sélectionnez ON. •Sélectionnez OFF pour débrayer le stabilisateur. WIND <ON/OFF> •Sélectionnez ON pour réduire le bruit du vent pendant l’enregistrement. •Normalement sélectionnez OFF. AE SHIFT* Sélectionnez ce paramètre pour ajuster la luminosité de l’image. PHOTO* <NORMAL/FADE/SHUTTER> •Normalement sélectionnez NORMAL. •Sélectionnez FADE pour activer la fonction de fondu photo. •Sélectionnez SHUTTER pour activer la fonction de simulation d’obturateur d’appareil photo. 30 Wijzigen van de oorspronkelijke menuinstellingen Afstandsbediening aan/uit <COMMANDER: ON/OFF> • Stel in op “ON” als u voor de bediening van de camcorder de bijgeleverde afstandsbediening wilt gebruiken. • Stel in op “OFF” wanneer u de bijgeleverde afstandsbediening niet gebruikt. Verlichting uitleesvenster* aan/uit <INDICATOR: BL ON/BL OFF> • Stel in op “BL ON” om de achtergrondverlichting van het uitleesvenster in te schakelen. • Stel in op “BL OFF” om het uitleesvenster niet speciaal te verlichten. Bij gebruik op het lichtnet, met de netspanningsadapter, verschijnt dit onderdeel niet in het keuzemenu. Instellingen die alleen voor de CAMERA stand gelden Digitale zoom-functie*: aan/uit <D ZOOM: ON/OFF> • Kies “ON” om te kunnen beschikken over de digitale zoomfunctie. • Kies “OFF” als u de digitale zoomfunctie wilt uitschakelen. Dan wordt het maximale zoombereik beperkt tot 21x. Breedbeeld-opname*: aan/uit <16:9 WIDE: OFF/CINEMA/16:9FULL> • Gewoonlijk kunt u de breedbeeldopnamefunctie op “OFF” laten staan. • Kies de “CINEMA” stand om video-opnamen te maken in een extra-breed “CINEMA” speelfilmformaat. • Kies “16:9FULL” om op te nemen in 16:9 formaat, speciaal voor weergave op een breedbeeld-TV. Beeldstabilisatie* aan/uit <STEADYSHOT: ON/OFF> • Gewoonlijk laat u de beeldstabilisatie met “ON” ingeschakeld. • Kies de “OFF” stand als u de beeldstabilisatie wilt uitschakelen. Windgeruis-onderdrukking <WIND: ON/ OFF> • Kies de “ON” stand als u bij het opnemen windgeruis wilt onderdrukken. • Stel in op “OFF” voor normale geluidsopnamen. Helderheidsregeling* <AE SHIFT> Kies dit onderdeel wanneer u de helderheid van het beeld wilt bijregelen. Foto-opnamefuncties* <PHOTO: NORMAL/ FADE/SHUTTER> • Gewoonlijk kunt u de “NORMAL” stand aanhouden. • Stel in op “FADE” als u de in/uit-fade functie wilt gebruiken in de “PHOTO” stand. • Stel in op “SHUTTER” als u de langzame sluitertijden wilt gebruiken. Changement des réglages de modes REC MODE* <SP/LP> •Sélectionnez SP pour enregistrer une cassette en mode SP (durée normale). •Sélectionnez LP pour enregistrer une cassette en mode LP (longue durée). Si une cassette enregistrée sur ce camescope en mode LP est reproduite sur un autre type de camescope ou magnétoscope 8 mm, l’image ne sera pas aussi bonne que sur ce camescope. CLOCK SET* Choisissez ce paramètre pour régler la date et l’heure. Remarques sur le mode de démonstration •DEMO MODE a été réglé sur STBY (attente) en usine et la démonstration commence environ 10 minutes après le réglage de l’interrupteur POWER sur CAMERA, si aucune cassette n’est insérée. Vous ne pouvez pas sélectionner STBY de DEMO MODE dans le menu. •Vous ne pouvez pas sélectionner DEMO MODE quand une cassette est insérée dans le camescope. •Si vous insérez une cassette pendant la démonstration, la démonstration s’arrête et vous pouvez filmer comme d’habitude. DEMO MODE revient automatiquement au réglage STBY. Pour regarder la démonstration Si une cassette est insérée, éjectez-la. Sélectionnez ON de DEMO MODE puis fermez le menu. La démonstration commence. Lorsque vous éteignez le camescope, DEMO MODE revient automatiquement au réglage STBY. WORLD TIME* Sélectionnez ce paramètre pour régler l’horloge en fonction du décalage horaire. REC LAMP* <ON/OFF> •Sélectionnez OFF si vous ne voulez pas que le voyant d’enregistrement/batterie à l’avant du camescope s’allume. •Normalement sélectionnez ON. Uitgebreide bedieningsfuncties DEMO MODE* <ON/OFF> •Sélectionnez ON pour que la démonstration apparaisse. •Sélectionnez OFF pour désactiver le mode de démonstration. Opnamesnelheid* <REC MODE: SP/LP> •Stel in op “SP” voor opnemen met de SPsnelheid voor standaard speelduur. •Stel in op “LP” voor opnemen met de LPsnelheid voor langere speelduur. Wanneer u video-opnamen die met deze camcorder op LP-snelheid zijn gemaakt, afspeelt op een andere 8-mm camcorder of videorecorder, kan de weergavekwaliteit wel eens minder zijn dan bij afspelen op deze camcorder zelf. Automatische bandcontrole* voor opname <ORC TO SET> Schakel deze functie in om voor het opnemen automatisch de toestand van de cassetteband te controleren, voor de beste opnamekwaliteit. Als deze functie reeds is ingeschakeld, zal er “ORC ON” worden weergegeven. Klok-gelijkzetfunctie* <CLOCK SET> Voor het gelijkzetten van de datum of tijd. Demonstratie* <DEMO MODE: ON/OFF> •Kies “ON” om de ingebouwde demonstratie van de camcorder in te schakelen. •Kies “OFF” om de demonstratie uit te zetten. Betreffende de demonstratiefunctie •De DEMO MODE demonstratiefunctie is in de fabriek op de “STBY” paraatstand ingesteld. Dit houdt in dat de demonstratie automatisch begint, zo’n 10 minuten nadat u de POWER schakelaar op “CAMERA” zet zonder dat er een cassette in de camcorder aanwezig is. U kunt in het keuzemenu de demonstratie wel starten of stoppen, maar deze “STBY” paraatstand kunt u niet zelf kiezen. •De demonstratie kan niet worden ingeschakeld wanneer er een cassette in de camcorder aanwezig is. •Als u tijdens de demonstratie een videocassette insteekt, stopt de demonstratie automatisch. Dan kunt u verder gewoon gaan opnemen. De demonstratiefunctie keert dan automatisch terug naar de “STBY” paraatstand. Onmiddellijk de demonstratie zien Verwijder een eventuele cassette uit de camcorder. Zet in het keuzemenu het onder deel DEMO MODE in de “ON” stand en laat het menu van het scherm verdwijnen. De de monstratie zal dan beginnen. Bij uitschakelen van de camcorder komt de DEMO MODE functie automatisch weer op “STBY” te staan. Instellen op een andere tijdzone* <WORLD TIME> Kies deze functie als u de klok op een andere tijdzone wilt instellen. Opname/batterijlampje* aan/uit <REC LAMP: ON/OFF> •Stel in op “OFF” als u wilt voorkomen dat het camera-opname/batterijlampje vóór op de camcorder oplicht. •Gewoonlijk kunt u dit lampje op “ON” laten staan. Opérations avancées ORC TO SET* Sélectionnez ce paramètre pour ajuster le camescope de manière optimale pour l’enregistrement. Quand cette fonction est en service, “ORC ON” apparaît. Wijzigen van de oorspronkelijke menuinstellingen 31 Changement des réglages de modes Paramètres en mode PLAYER seulement Instellingen die alleen voor de “PLAYER” stand gelden HiFi SOUND <STEREO/1/2> •Normalement sélectionnez STEREO. •Sélectionnez 1 ou 2 pour reproduire une cassette à deux pistes son. Geluidskeuze <HiFi SOUND: STEREO/1/2> • Handhaaf gewoonlijk de “STEREO” instelling voor weergave van normale video-opnamen. • Kies één van beide geluidssporen, 1 of 2, voor weergave van tweetalig videomateriaal. EDIT <ON/OFF> •Sélectionnez ON pour réduire la dégradation de l’image due au montage. •Normalement sélectionnez OFF. Montagefunctie aan/uit <EDIT: ON/OFF> • Kies “ON” om speciaal bij het monteren van video-opnamen verlies aan beeldkwaliteit tegen te gaan. • Stel in op “OFF” als u de montagefunctie niet gebruikt. TBC* <ON/OFF> •Normalement réglez sur ON pour corriger le tremblotement de l’image. •Sélectionnez OFF s’il n’est pas nécessaire de corriger le tremblotement. L’image risque d’être instable lors de la lecture. Remarque sur le réglage TBC Réglez TBC sur OFF si: •vous reproduisez une cassette récopiée. •vous reproduisez une cassette sur laquelle vous avez enregistré le signal d’une console vidéo ou d’une machine similaire. •l’image de lecture est instable. DNR* <ON/OFF> •Normalement sélectionnez ON pour réduire le bruit de l’image. •Réglez sur OFF si le sujet filmé est très mobile pour éviter la rémanence d’images. NTSC PB* <ON PAL TV/NTSC 4.43> •Normalement sélectionnez ON PAL TV. •Lors de la lecture d’une cassette enregistrée dans le standard couleur NTSC, sélectionnez NTSC 4.43 si votre téléviseur a le mode NTSC 4.43. Si vous reproduisez la cassette sur un téléviseur multistandard, sélectionnez le meilleur mode tout en contrôlant la qualité de l’image sur le téléviseur. Les réglages suivants ne fonctionnent que pendant la lecture EDIT, HiFi SOUND, TBC et DNR. * Ces réglages sont mémorisés même si la batterie est enlevée, dans la mesure où la pile au lithium est en place. 32 Wijzigen van de oorspronkelijke menuinstellingen Tijdbasis-correctie* <TBC: ON/OFF> • Gewoonlijk kunt u deze instelling op “ON” laten staan, om horizontale trillingen in het beeld (“jitter”) te voorkomen. • Kies de stand “OFF” als de “jitter” trillingen te heftig zijn en de tijdbasis-correctie deze niet kan verhelpen. Het beeld zal dan bij weergave nog steeds niet stabiel zijn. Opmerking betreffende de tijdbasiscorrectie Zet de tijdbasis-correctie (TBC) op “OFF” voor het afspelen van: •Een videocassette die meermalen opnieuw is opgenomen. •Video-opnamen van TV-spelletjes en dergelijk beeldmateriaal. •Opnamen die bij weergave een sterk fluctuerend beeld opleveren. Beeldstoring-correctie* <DNR: ON/OFF> • Gewoonlijk kunt u deze instelling op “ON” laten staan, om storing in het beeld te onderdrukken. • Kies de stand “OFF” voor het weergeven van beelden met veel beweging, om het optreden van hinderlijke “nabeelden” te voorkomen. Weergave-kleursysteem* <NTSC PB: ON PAL TV/NTSC 4.43> • Laat deze instelling gewoonlijk op “ON PAL TV” staan. • Stel in op “NTSC 4.43” voor het weergeven van NTSC video-opnamen op een TV-toestel dat geschikt is voor het NTSC 4.43 kleursysteem. Voor weergave op een multi-systeem TVtoestel kiest u de weergavestand die het beste beeld op het scherm oplevert. De volgende instellingen werken alleen tijdens weergave De EDIT montagefunctie, HiFi SOUND, TBC tijdbasis-correctie en DNR beeldstoring-correctie. * De met een sterretje gemarkeerde instellingen blijven ook zonder batterijpak in het geheugen van de camcorder bewaard, zolang er tenminste een lithiumbatterij aanwezig is. Utilisation du fondu (fonction FADER) In- en uitfaden met de FADER functie Sélection de la fonction Inschakelen van de FADER functie Vous pouvez réaliser des fondus enchaînés pour donner une touche professionnelle à vos vidéogrammes. Quand vous faites une entrée en fondu, l’image apparaît progressivement tandis que le son augmente. Quand vous faites une sortie en fondu, l’image disparaît progressivement tandis que le son diminue. STBY REC Opérations avancées [a] Met in- en uit-faden kunt u uw video-opnamen een professioneel tintje geven. Bij in-faden komt het beeld langzaam op en zwelt het geluid ook geleidelijk aan. Bij uit-faden vervaagt het beeld langzaam, terwijl ook het geluid geleidelijk wegebt. FADER Uitgebreide bedieningsfuncties M.FADER (mosaïque)/ (mozaïekbeeld) STRIPE BOUNCE* (Entrée en fondu seulement)/(Alleen in-faden) OVERLAP (Entrée en fondu seulement)/(Alleen in-faden) WIPE** (Entrée en fondu seulement)/(Alleen in-faden) [b] STBY MONOTONE Lors de l’entrée en fondu, l’image en blanc et noir est progressivement remplacée par une image en couleur. Lors de la sortie en fondu, l’image en couleur est progressivement remplacée par une image en blanc et noir. * Quand D ZOOM dans le menu est réglé sur ON, vous ne pouvez pas utiliser cette fonction. ** Pendant la transition en volet, le son ne change pas de volume. REC Faden met kleur (MONOTONE) Bij het in-faden zal het beeld van zwart/wit en grijstinten geleidelijk meer kleur aannemen. Bij het uit-faden vervagen de kleuren geleidelijk, om te eindigen in zwart/wit en grijstinten. * Wanneer de D ZOOM functie in het instelmenu op “ON” is gezet, kunt u deze functie niet gebruiken. ** Het geluid zal bij het WIPE in-faden niet geleidelijk opkomen. 33 Utilisation du fondu (fonction FADER) In- en uitfaden met de FADER functie Utilisation de la fonction Gebruik van de FADER functie Entrée en fondu [a] Voor in-faden [a] (1) Quand le camescope est en mode d’attente, appuyez sur FADER jusqu’à ce que l’indicateur de fondu souhaité clignote. (2) Appuyez sur START/STOP pour commencer la prise de vues. L’indicateur de fondu cesse de clignoter. (1) Zet de camcorder in de opnamepauzestand en druk op de FADER toets tot de aanduiding voor de gewenste fade-functie gaat knipperen. (2) Druk op de START/STOP toets wanneer u met opnemen wilt beginnen. De fadeindicator stopt dan met knipperen. Sortie en fondu [b] (1) Pendant l’enregistrement, appuyez sur FADER jusqu’à ce que l’indicateur de fondu souhaité clignote. (2) Appuyez sur START/STOP pour arrêter la prise de vues. L’indicateur de fondu cesse de clignoter et l’enregistrement s’arrête. Le dernier mode de fondu sélectionné réapparaît en premier quand vous sélectionnez la fonction. 1 Voor uit-faden [b] (1) Druk tijdens opnemen op de FADER toets tot de gewenste fade-indicator gaat knipperen. (2) Druk op de START/STOP toets wanneer u met opnemen wilt stoppen. De fade-indicator stopt dan met knipperen en het opnemen stopt. De laatst gekozen fade-functie wordt altijd als eerste weer aangegeven. 2 FADER FADER CK LO M.FADER STA STRIPE ND BOUNCE BY START/STOP MONOTONE OVERLAP WIPE Quand vous utilisez la fonction BOUNCE Voor gebruik van de BOUNCE in-fade functie Réglez D ZOOM sur OFF dans le menu. Zet eerst in het instelmenu de D ZOOM functie op “OFF”. Remarque sur la fonction BOUNCE Quand vous utilisez les fonctions suivantes, l’indicateur “BOUNCE” n’apparaît pas. – Mode grand écran – Fonctions dépendant de la touche PICTURE EFFECT – Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3) 34 Betreffende de BOUNCE in-fade functie Als u een van de volgende functies inschakelt, zal de “BOUNCE” in-fade functie niet werken en de bijbehorende aanduiding niet verschijnen. – de breedbeeld-opnamefuncties; – functies die werken met de PICTURE EFFECT toets; – de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of 1/3). Utilisation du fondu (fonction FADER) In- en uitfaden met de FADER functie Pour annuler la fonction Uitschakelen van de fade-functie Avant d’appuyer sur START/STOP, appuyez sur FADER jusqu’à ce que l’indicateur disparaisse. Druk op de FADER toets tot de fade-indicator dooft voordat u op de START/STOP toets drukt. Quand la date, l’heure ou un titre est affiché Il n’est pas possible de faire apparaître ou disparaître la date, l’heure et le titre en fondu. Als er een titel, datum of tijdsaanduiding wordt aangegeven De titel, datum of tijd zal niet mee in- of uitfaden. Opmerkingen betreffende het in- en uit-faden •Tijdens in-faden met de BOUNCE functie zijn de volgende functies niet beschikbaar. – scherpstelling; – in/uit-zoom functies. •Tijdens het in- en uit-faden kunt u de functies die werken met de DIGITAL EFFECT toets niet gebruiken. Andersom kunt u tijdens gebruik van de DIGITAL EFFECT functies ook niet het beeld in of uit laten faden. •Als u de laatste scène voor het overlappen of wegvegen niet speciaal zelf opneemt, zal de camcorder automatisch even de opnamecontrolefunctie inschakelen om het laatst opgenomen beeld vast te houden. Terwijl dit beeld in het geheugen wordt vastgelegd, gaat de “WIPE” of “OVERLAP” aanduiding snel knipperen en verdwijnt het huidige opgenomen beeld uit de zoeker. Afhankelijk van de toestand van de videoband kan het beeld wel eens niet perfect scherp worden opgenomen. Uitgebreide bedieningsfuncties Remarques sur le fondu •Quand vous sélectionnez BOUNCE, vous ne pouvez pas utiliser les fonctions suivantes: – Mise au point – Zoom •Les fonctions dépendant de la touche DIGITAL EFFECT ne peuvent pas être utilisées pendant un fondu. Quand vous utilisez ces fonctions, vous ne pouvez pas non plus effectuer de fondu. •Si vous ne filmez rien avant l’utilisation du fondu enchaîné ou en volet, le camescope mémorisera la dernière image enregistrée sur la cassette. Quand l’image est mémorisée, l’indicateur OVERLAP ou WIPE clignote rapidement et l’image filmée disparaît du viseur. Selon l’état de la bande, l’image ne sera peut être pas très nette. Als de START/STOP MODE schakelaar in de “5 druktoets-stand staat SEC” stand of de In dat geval zullen de fade-functies niet werken. Opérations avancées Quand le commutateur START/STOP MODE est réglé sur 5SEC ou Vous ne pouvez pas effectuer de fondu. 35 Enregistrement de photos Vous pouvez enregistrer une image fixe, comme une photographie, pendant environ sept secondes. Ce mode est utile si vous voulez une photographie d’un sujet filmé ou si vous voulez imprimer l’image avec une imprimante vidéo (non fournie). Il est conseillé d’utiliser une torche vidéo flash (non fournie) pour filmer dans l’obscurité. Fixez la torche sur la griffe porte-accessoire intelligente. Quand apparaît, la torche vidéo flash est prête pour s’allumer pendant l’enregistrement de la photo. Vous pouvez aussi sélectionner le mode d’enregistrement de photos (NORMAL, FADE, SHUTTER) dans le menu (p. 28). Maken van stilstaande fotoopnamen Met de foto-opnamefunctie kunt u ongeveer zeven seconden lang een stilstaand beeld op de band opnemen. Dit is handig als u een goede blik wilt krijgen op een niet-bewegend onderwerp zoals een schilderij e.d. of als u een afdruk wilt maken van een video-opname met behulp van een video-fotoprinter (niet bijgeleverd). Voor opnemen in het donker is het aanbevolen een video-flitslamp (niet bijgeleverd) te gebruiken. Breng de video-flitslamp aan op de intelligente accessoireschoen. Wanneer de “ ” flits-aanduiding verschijnt, is de video-flitslamp klaar voor gebruik. U kunt de gewenste foto-opnamefunctie (NORMAL, FADE of SHUTTER) kiezen in het menusysteem (zie blz. 28). ••••••• ••••• ••••••• ••••• FADE PHOTO SHUTTER PHOTO (1) Alors que le camescope est en mode d’attente, appuyez légèrement sur PHOTO et maintenez la pression jusqu’à ce qu’une image fixe apparaisse. CAPTURE apparaît. Pour changer d’image fixe, relâchez PHOTO, resélectionnez l’image, puis appuyez légèrement sur PHOTO et maintenez la pression. (2) Appuyez plus fort sur PHOTO. L’image fixe visible dans le viseur est enregistrée pendant sept secondes environ. Le son est également enregistré pendant ces sept secondes. Pour enregistrer une image fixe pendant la prise de vues normale, appuyez plus fort sur PHOTO. L’image fixe est enregistrée pendant sept secondes environ et le camescope revient au mode d’attente. 1 (1) Zet de camcorder in de “STBY” opnamepauzestand en houd de PHOTO toets licht ingedrukt tot er een stilstaand beeld verschijnt. Hierbij licht de aanduiding “CAPTURE” op. Om een ander stilstaand beeld op te nemen, laat u de PHOTO toets los, kiest u een ander beeld en houdt u opnieuw de PHOTO toets licht ingedrukt. (2) Druk nu de PHOTO toets steviger in. Het stilstaand beeld dat u in de zoeker ziet wordt nu ongeveer zeven seconden lang opgenomen. Gedurende deze zeven seconden loopt de geluidsopname gewoon door. Om tijdens het normale opnemen een stilstaand beeld vast te leggen, drukt u de PHOTO toets direct wat steviger in. Dan wordt er ongeveer zeven seconden lang een stilstaand beeld opgenomen, waarna de camcorder in de opnamepauzestand komt. 2 ••••••• CAPTURE PHOTO 36 PHOTO Enregistrement de photos Uitgebreide bedieningsfuncties Opmerkingen over de foto-opnamefunctie •Tijdens het opnemen van een stilstaand beeld kunt u de volgende functies niet gebruiken of in een andere stand overschakelen. – kleurbalansinstelling – sluitertijdkeuze – diafragmaregeling (IRIS) – lichtgevoeligheidsregeling (GAIN) – de functies die werken met de PROGRAM AE toets. •De PHOTO toets zal niet werken: – tijdens gebruik of instellen van de DIGITAL EFFECT functies; – tijdens gebruik van de FADER functies. •Tijdens het opnemen van een stilstaand beeld dient u te zorgen dat de camcorder niet schudt of trilt, anders kan het opgenomen beeld onduidelijk worden. •Wanneer de “ ” flits-aanduiding knippert, kan de vereiste helderheid niet altijd worden verkregen. •Wanneer u vanuit de normale opname overschakelt naar de foto-opname, zal de video-flitslamp niet werken (en zal het “ ” flitsteken niet verschijnen). •Bij gebruik van de langzame sluitertijden zal de video-flitslamp niet werken (en zal het “ ” flitsteken niet verschijnen). Opérations avancées Remarques sur l’enregistrement de photos •Pendant l’enregistrement de photos, vous ne pouvez pas changer le mode ni le réglage des fonctions suivantes. – Balance des blancs – Vitesse d’obturation – Diaphragme – Gain – Fonctions dépendant de la touche PROGRAM AE •La touche PHOTO ne fonctionne pas – quand vous sélectionnez ou utilisez un effet numérique. – quand vous faites un fondu. •Lorsque vous enregistrez une image fixe, ne bougez pas le camescope, sinon l’image vacillera. •Quand clignote, c’est qu’il n’est pas possible d’obtenir la luminosité adéquate. •Si vous voulez enregistrer une photo en cours de tournage, la torche vidéo flash ne fonctionnera pas ( n’apparaît pas). •Quand vous utilisez l’obturateur lent, la lampe flash vidéo ne fonctionne pas ( n’apparaît pas). Maken van stilstaande foto-opnamen 37 Utilisation du mode grand écran Sélection du mode Vous pouvez filmer en format boîte à lettre (CINEMA) ou 16:9 pour regarder vos vidéogrammes sur un écran de télévision grand écran (16:9 FULL). Gebruik van de breedbeeldopnamefunctie Instellen op de gewenste beeldverhouding U kunt video-opnamen maken in een extra-breed 16:9 formaat als van een speelfilm (CINEMA), of een 16:9 formaat speciaal voor weergave op een breedbeeld-TV (16:9 FULL). [b] CINEMA [a] CINEMA [c] [e] 16:9 FULL [d] 16:9 FULL [f] CINEMA Des bandes noires apparaissent en haut et en bas de l’écran et l’image dans le viseur [a] de même que celle sur l’écran d’un téléviseur ordinaire [b] semble large. Vous pouvez par contre regarder l’image sans bandes noires sur un téléviseur grand écran [c]. 16:9 FULL L’image dans le viseur [d] ou sur un téléviseur ordinaire [e] est comprimée horizontalement mais elle est normale sur un téléviseur grand écran [f]. 38 CINEMA Er verschijnt nu zowel boven als onder in beeld een zwarte balk, en het beeld in de zoeker [a] en op een normaal TV-scherm [b] ziet er uit als dat van een breedbeeld-speelfilm. Bij weergave op een breedbeeld TV-scherm [c] verdwijnen de zwarte balken en past het beeld precies op het scherm. 16:9 FULL Het beeld in de zoeker [d] en op een normaal TVscherm [e] ziet er in elkaar gedrukt uit. Ook dit beeld zal bij weergave op een breedbeeld TVscherm [f] precies het gehele scherm vullen, zonder het gecomprimeerde effect. Utilisation du mode grand écran Gebruik van de breedbeeldopnamefunctie Utilisation du mode Inschakelen van de breedbeeldopnamefunctie Vous pouvez sélectionner le mode grand écran sur le menu (OFF, CINEMA, 16:9FULL) (p. 28). Pour annuler le mode grand écran U kunt de gewenste breedbeeld-opnamefunctie (WIDE MODE: OFF, CINEMA of 16:9FULL) kiezen in het menusysteem (zie blz. 28). Sélectionnez OFF dans le menu. Pour regarder une cassette enregistrée en mode grand écran Weergeven van video-opnamen gemaakt met de breedbeeldopnamefunctie Voor het bekijken van opnamen gemaakt met de “CINEMA” breedbeeld-functie stelt u de schermweergave van uw breedbeeld-TV in op de inzoom-stand. Voor het bekijken van opnamen gemaakt met de “16:9 FULL” breedbeeld-functie stelt u de schermweergave van uw breedbeeldTV in op gebruik van het volledige scherm (beeldverhouding 16:9). Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van het TV-toestel. Houd er rekening mee dat de “16:9 FULL” breedbeeld-opnamen er bij weergave op een gewoon TV-toestel vreemd smal en in elkaar gedrukt uit zullen zien. Uitgebreide bedieningsfuncties Remarques sur le mode grand écran •En mode grand écran, vous ne pouvez pas sélectionner la fonction OLD MOVIE avec DIGITAL EFFECT ni la fonction BOUNCE avec FADER. •Quand vous enregistrez en mode 16:9 FULL, la date ou l’heure sont élargies sur un téléviseur grand écran. •Si vous copiez une cassette, la cassette est copiée dans le même mode que l’originale. •Pendant l’enregistrement, vous ne pouvez pas changer de mode. Zet het onderdeel WIDE MODE in het keuzemenu op “OFF”. Opérations avancées Pour regarder une cassette enregistrée en mode CINEMA, réglez le téléviseur grand écran sur le mode zoom. Pour regarder une cassette enregistrée en mode 16:9 FULL, réglez-le sur plein écran. Pour les détails, voir le mode d’emploi du téléviseur. Une image enregistrée en mode 16:9 FULL semble comprimée sur l’écran d’un téléviseur ordinaire. Uitschakelen van de breedbeeldopnamefunctie Opmerkingen betreffende de breedbeeldopnamefunctie •Tijdens gebruik van de breedbeeldopnamefunctie kunt u niet de oude speelfilmsfeer inschakelen met de DIGITAL EFFECT toets, evenmin als de BOUNCE fade-functie met de FADER toets. •In video-opnamen die zijn gemaakt met de “16:9 FULL” breedbeeld-opnamefunctie zal de datum- of tijdsaanduiding bij weergave op een breedbeeld-TV er uitgerekt uitzien. •Bij het kopiëren van video-opnamen zullen alle beelden net zo worden overgenomen als ze oorspronkelijk zijn opgenomen. •Tijdens opnemen kunt u de breedbeeldopnamefunctie niet omschakelen. 39 Incrustation d’une image fixe dans une image animée La fonction STILL (arrêt sur image) vous permet d’enregistrer une image fixe pour l’incruster dans une image animée. Le son est enregistré normalement. (1) Alors que le camescope est en mode d’attente ou en mode d’enregistrement, appuyez sur DIGITAL EFFET et tournez la molette de commande jusqu’à ce que l’indicateur STILL clignote. (2) Appuyez sur la molette de commande. L’indicateur STILL s’allume et l’afficheur incrémental apparaît. L’image fixe est mémorisée. (3) Tournez la molette de commande pour ajuster l’intensité de l’image fixe que vous voulez incruster dans l’image animée. L’intensité augmente proportionnellement au nombre de segments. (4) Appuyez sur START/STOP pour commencer à filmer une scène avec l’image fixe incrustée. Quand la prise de vues est terminée, appuyez de nouveau sur START/STOP. 1 DIGITAL EFFECT Dubbelbeeld van een stilstaand beeld over bewegende beelden heen Met de “STILL” dubbelbeeld-opnamefunctie kunt u een stilstaand beeld opnemen over de bewegende beelden heen. Het geluid wordt hierbij normaal opgenomen. (1) Druk tijdens opnemen of in de opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT toets en draai aan de regelknop tot de aanduiding “STILL” gaat knipperen. (2) Druk de regelknop in. De “STILL” aanduiding blijft branden en er verschijnen enkele stilbeeld-balkjes. Het stilstaand beeld wordt in het geheugen vastgelegd. (3) Draai aan de regelknop om aan te geven in welke mate u het stilstaand beeld zichtbaar wilt maken over de bewegende beelden. Hoe meer stilbeeld-balkjes u kiest, des te duidelijker wordt het stilstaand beeld. (4) Druk op de START/STOP toets om de bewegende beelden te gaan opnemen met daar overheen het stilstaande beeld. Om te stoppen met opnemen, drukt u nogmaals op de START/STOP toets. 2 STILL 3 STILL 4 CK LO STA ND BY START/STOP Pour annuler l’incrustation Appuyez sur DIGITAL EFFECT. Remarques sur l’incrustation d’une image fixe •Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions suivantes pendant l’enregistrement d’une image fixe. – Fonctions dépendant de la touche FADER – Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3) – Fonctions dépendant de la touche PHOTO •Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur OFF, l’incrustation d’image est automatiquement annulée. 40 Uitschakelen van de dubbelbeeldopnamefunctie Druk op de DIGITAL EFFECT toets. Opmerkingen over de “STILL” dubbelbeeldopname •De volgende functies zijn niet te gebruiken tijdens het opnemen van dubbelbeelden met stilstaand beeld: – in/uit-faden met de FADER toets; – de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of 1/3); – functies die werken met de PHOTO toets. •Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF” zet, wordt de dubbelbeeldfunctie automatisch uitgeschakeld. La fonction FLASH (stroboscope) vous permet d’enregistrer une série d’images fixes à intervalles constants. Le son est enregistré normalement. (1) Alors que le camescope est en mode d’attente ou en mode d’enregistrement, appuyez sur DIGITAL EFFECT et tournez la molette de commande jusqu’à ce que l’indicateur FLASH clignote. (2) Appuyez sur la molette de commande. L’indicateur FLASH s’allume et l’afficheur incrémental apparaît. (3) Tournez la molette de commande pour ajuster l’intervalle du mouvement stroboscopique. L’intervalle augmente proportionnellement au nombre de segments. (4) Appuyez sur START/STOP. L’enregistrement stroboscopique commence. Quand la prise de vues est terminée, appuyez de nouveau sur START/STOP. Met de “FLASH” interval-opname kunt u een serie stilstaande beelden opnemen met vaste tussenpozen. Het geluid wordt hierbij normaal opgenomen. (1) Druk tijdens opnemen of in de opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT toets en draai aan de regelknop tot de aanduiding “FLASH” gaat knipperen. (2) Druk de regelknop in. De “FLASH” aanduiding blijft branden en er verschijnen enkele stilbeeld-balkjes. (3) Draai aan de regelknop om aan te geven in welk tempo u stilstaande beelden wilt opnemen. Hoe meer stilbeeld-balkjes u kiest, des te groter de intervallen. (4) Druk op de START/STOP toets om de reeks stilstaande beelden te gaan opnemen. Om te stoppen met opnemen, drukt u nogmaals op de START/STOP toets. [a] enregistrement normal [b]enregistrement stroboscopique [a] normale opname [b]stilbeeld interval-opname [a] Uitgebreide bedieningsfuncties Een reeks stilstaande beelden achtereen opnemen Opérations avancées Enregistrement d’une série d’images fixes [b] 1 DIGITAL EFFECT 2 FLASH 3 FLASH 4 CK LO STA ND BY START/STOP 41 Enregistrement d’une série d’images fixes Een reeks stilstaande beelden achtereen opnemen Pour annuler l’effet stroboscopique Uitschakelen van de interval-opname Appuyez sur DIGITAL EFFECT. Druk op de DIGITAL EFFECT toets. Remarques sur l’effet stroboscopique •Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions suivantes pendant l’enregistrement stroboscopique. – Fonctions dépendant de la touche FADER – Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3) – Fonctions dépendant de la touche PHOTO •Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur OFF, l’enregistrement stroboscopique est automatiquement annulé. Opmerkingen over de “FLASH” intervalopname •De volgende functies zijn niet te gebruiken tijdens het opnemen van een reeks stilstaande beelden: – in/uit-faden met de FADER toets; – de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of 1/3); – functies die werken met de PHOTO toets. •Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF” zet, wordt de interval-opname automatisch uitgeschakeld. Remplacement d’une partie lumineuse d’une image fixe par une image animée La fonction LUMI. (incrustation en luminance) vous permet de remplacer une partie plus lumineuse d’une image fixe par une image animée. Par exemple, si le sujet de l’image fixe se détache nettement d’un fond lumineux, vous pouvez incruster votre scène favorite sur ce fond. Le son est enregistré normalement. 42 Bewegende beelden invoegen in een helder deel van een stilstaand beeld Met de “LUMI.” helderheidssleutel-opname kunt u de doorlopende bewegende beelden invoegen in een helder gedeelte van een stilstaand beeld. Zo kunt u als achtergrondbeeld voor andere opnamen een favoriete scène in het geheugen vastleggen als stilstaand beeld, bijvoorbeeld een opname van een persoon tegen een heldere achtergrond. Het geluid wordt hierbij normaal opgenomen. Remplacement d’une partie lumineuse d’une image fixe par une image animée Bewegende beelden invoegen in een helder deel van een stilstaand beeld [a] image fixe [b]image animée [a] stilstaand beeld [b]bewegend beeld [a] 1 [b] DIGITAL EFFECT 2 LUMI. 3 4 Uitgebreide bedieningsfuncties (1) Druk tijdens opnemen of in de opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT toets en draai aan de regelknop tot de aanduiding “LUMI.” gaat knipperen. (2) Druk de regelknop in. De “LUMI.” aanduiding blijft branden en er verschijnen enkele helderheidssleutel-balkjes. Het stilstaand beeld wordt in het geheugen vastgelegd. (3) Draai aan de regelknop om het kleurschema van het stilstaande beeld bij te regelen. Hoe meer helderheidssleutel-balkjes u kiest, des te groter de helderheid van het stilstaand beeld. (4) Druk op de START/STOP toets om normale beelden te gaan opnemen in een deel van het stilstaand beeld. Om te stoppen met opnemen, drukt u nogmaals op de START/ STOP toets. Opérations avancées (1) Alors que le camescope est en mode d’attente ou en mode d’enregistrement, appuyez sur DIGITAL EFFECT et tournez la molette de commande jusqu’à ce que l’indicateur LUMI. clignote. (2) Appuyez sur la molette de commande. L’indicateur LUMI. s’allume et l’afficheur incrémental apparaît. L’image fixe est mémorisée. (3) Tournez la molette de commande pour ajuster la couleur de l’image fixe. L’intensité de la couleur augmente proportionnellement au nombre de segments. (4) Appuyez sur START/STOP. L’enregistrement avec incrustation en luminance commence. Pour arrêter l’enregistrement, appuyez une nouvelle fois sur START/STOP. CK LO LUMI. STA ND BY START/STOP Pour annuler l’incrustation en luminance Uitschakelen van de helderheidssleutel-opname Appuyez sur DIGITAL EFFECT. Druk op de DIGITAL EFFECT toets. Remarques sur l’incrustation en luminance •Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions suivantes pendant l’incrustation en luminance. – Fonctions dépendant de la touche FADER – Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3) – Fonctions dépendant de la touche PHOTO •Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur OFF, l’incrustation en luminance est automatiquement annulée. Opmerkingen over de “LUMI.” helderheidssleutel-opname •De volgende functies zijn niet te gebruiken tijdens het opnemen in een deel van een stilstaand beeld: – in/uit-faden met de FADER toets; – de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of 1/3); – functies die werken met de PHOTO toets. •Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF” zet, wordt de helderheidssleutel-opname automatisch uitgeschakeld. 43 Addition d’une image résiduelle La fonction TRAIL (effet de traînage) vous permet d’enregistrer une image qui laisse une image résiduelle, semblable à une traînée. Le son est enregistré normalement. Vous pouvez ajuster la durée de l’image résiduelle avec la molette de commande. (1) Alors que le camescope est en mode d’attente ou en mode d’enregistrement, appuyez sur DIGITAL EFFECT et tournez la molette de commande jusqu’à ce que l’indicateur TRAIL clignote. (2) Appuyez sur la molette de commande. L’indicateur TRAIL s’allume et l’afficheur incrémental apparaît. (3) Tournez la molette de commande pour ajuster la durée de l’image résiduelle. La durée augmente proportionnellement au nombre de segments. 1 DIGITAL EFFECT TRAIL 44 Opnemen met langzaam vervagende nabeelden Met de “TRAIL” nabeeld-opname kunt u zorgen dat de beelden die u opneemt, een spoor van nabeelden achterlaten. Het geluid wordt hierbij normaal opgenomen. U kunt de tijd dat de nabeelden zichtbaar blijven, instellen met de regelknop. (1) Druk tijdens opnemen of in de opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT toets en draai aan de regelknop tot de aanduiding “TRAIL” gaat knipperen. (2) Druk de regelknop in. De “TRAIL” aanduiding blijft branden en er verschijnen enkele nabeeld-balkjes. Het stilstaand beeld wordt in het geheugen vastgelegd. (3) Draai aan de regelknop om de tijd dat de nabeelden zichtbaar blijven, in te stellen. Hoe meer nabeeld-balkjes u kiest, des te langer blijven de nabeelden zichtbaar. 2 TRAIL 3 Pour annuler l’effet de traînage Uitschakelen van de nabeeld-opname Appuyez sur DIGITAL EFFECT. Druk op de DIGITAL EFFECT toets. Remarques sur l’effet de traînage •Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions suivantes avec l’effet de traînage. – Fonctions dépendant de la touche FADER – Obturateur lent (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3) – Fonctions dépendant de la touche PHOTO •Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur OFF, l’effet de traînage est automatiquement annulé. Opmerkingen over de “TRAIL” nabeeldopname •De volgende functies zijn niet te gebruiken tijdens het maken van opnamen met nabeelden: – in/uit-faden met de FADER toets; – de langzame sluitertijden (1/25, 1/12, 1/6 of 1/3); – functies die werken met de PHOTO toets. •Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF” zet, wordt de nabeeld-opname automatisch uitgeschakeld. Simulation de l’atmosphère d’un vieux film 1 DIGITAL EFFECT Met de “OLD MOVIE” functie kunt u opnamen maken die er uitzien als films uit de oude doos. De camcorder stelt automatisch de breedbeeldfunctie in op “CINEMA”, het beeldeffect op “SEPIA” en past hier ook de sluitertijd bij aan. (1) Druk tijdens opnemen of in de opnamepauzestand op de DIGITAL EFFECT toets en draai aan de regelknop tot de aanduiding “OLD MOVIE” gaat knipperen. (2) Druk de regelknop in. De “OLD MOVIE” aanduiding blijft branden. 2 OLD MOVIE Uitgebreide bedieningsfuncties OLD MOVIE Pour annuler l’effet vieux film Appuyez sur DIGITAL EFFECT. Opérations avancées Le mode OLD MOVIE (vieux film) vous permet d’enregistrer une image semblable à celle d’un vieux film. Le camescope sélectionne automatiquement le mode grand écran CINEMA, l’effet pictural SEPIA et la vitesse d’obturation appropriée. (1) Alors que le camescope est en mode d’attente ou en mode d’enregistrement, appuyez sur DIGITAL EFFECT et tournez la molette de commande jusqu’à ce que l’indicateur OLD MOVIE clignote. (2) Appuyez sur la molette de commande. L’indicateur OLD MOVIE s’allume. Beelden met de sfeer van oude speelfilms Uitschakelen van de oude-speelfilm functie Druk op de DIGITAL EFFECT toets. Remarques sur l’effet vieux film •Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions suivantes en mode vieux film. – Fonctions dépendant de la touche FADER – Mode grand écran – Fonctions dépendant de la touche PICTURE EFFECT – Fonctions dépendant de la touche PROGRAM AE – Fonctions dépendant de la touche SHUTTER SPEED – Fonctions dépendant de la touche PHOTO •Quand vous réglez l’interrupteur POWER sur OFF, l’effet vieux film est automatiquement annulé. Opmerkingen over de “OLD MOVIE” oude-speelfilm opname •De volgende functies zijn niet te gebruiken tijdens het opnemen met de oude-speelfilm functie: – in/uit-faden met de FADER toets; – de breedbeeld-opnamefuncties; – beeldeffectfuncties met de PICTURE EFFECT toets; – belichtingsfuncties met de PROGRAM AE toets; – sluitertijdfuncties met de SHUTTER SPEED toets; – functies die werken met de PHOTO toets. •Wanneer u de POWER schakelaar op “OFF” zet, wordt de oude-speelfilm functie automatisch uitgeschakeld. 45 Utilisation d’effets picturaux Diverse beeldeffecten Sélection d’un effet Speciale effecten om uw opnamen te verlevendigen Avec la fonction PICTURE EFFECT vous pouvez truquer la prise de vues pour produire des images comme à la télévision. [a] [b] [c] PASTEL [a] Le contraste de l’image est accentué et l’image ressemble à un dessin animé. NEG. ART [b] La couleur et la luminosité de l’image sont inversées. SEPIA L’image prend la couleur sépia. B&W L’image devient monochrome (noir et blanc). SOLARIZE [c] L’intensité lumineuse est plus grande et l’image ressemble à une illustration. MOSAIC [d] L’image est en mosaïque. SLIM [e] L’image est allongée. STRETCH [f] L’image est élargie. Met de beeldeffectfuncties kunt u uw videoopnamen zo pakkend maken als een interessante TV-productie. [d] [e] [f] Pasteltinten (PASTEL) [a] Het contrast van uw video-opnamen wordt zodanig aangescherpt dat ze eruit gaan zien als een tekenfilm. Kleurnegatief (NEG. ART) [b] De kleuren en de helderheid van het beeld worden “omgekeerd”. Sepia (SEPIA) De beelden verschijnen in sepia, de kleur van oude foto’s. Zwart/wit (B&W) De beelden komen slechts in zwart, wit en grijstinten door. Solarisatie (SOLARIZE) [c] De lichtintensiteit wordt aangescherpt en uw beelden verkrijgen een abstract effect, als van een illustratie. Mozaïekbeeld (MOSAIC) [d] Uw onderwerp komt als een mozaïek van kleine blokjes in beeld. Smaller (SLIM) [e] Het beeld wordt in de hoogte uitgerekt. Breder (STRETCH) [f] Het beeld wordt in de breedte uitgerekt. 46 Utilisation d’effets picturaux Diverse beeldeffecten Utilisation de la fonction Bediening van de beeldeffectfuncties (1) Appuyez sur PICTURE EFFECT. (2) Tournez la molette de commande pour sélectionner l’effet pictural souhaité. PICTURE EFFECT 2 Opérations avancées 1 (1) Druk op de PICTURE EFFECT toets. (2) Draai aan de menuregelaar om in te stellen op het gewenste beeldeffect en druk dan de regelaar in. PASTEL NEG. ART SEPIA SOLARIZE MOSAIC SLIM STRETCH Pour annuler un effet pictural Uitschakelen van de beeldeffecten Appuyez sur PICTURE EFFECT. L’indicateur dans le viseur s’éteint. Druk nogmaals op de PICTURE EFFECT toets. De beeldeffect-aanduiding in de zoeker dooft. Remarques sur les effets picturaux •Quand vous éteignez le camescope, il revient automatiquement au mode normal. •Quand vous utilisez un effet pictural, vous ne pouvez pas sélectionner la fonction OLD MOVIE avec DIGITAL EFFECT. Opmerkingen betreffende de beeldeffecten •Bij uitschakelen van de camcorder keert het apparaat automatisch terug naar de normale beeldweergave. •Tijdens het gebruik van de beeldeffectfuncties kunt u niet de oude speelfilm-sfeer inschakelen met de DIGITAL EFFECT toets. Uitgebreide bedieningsfuncties B&W 47 Incrustation d’un titre Een titel in beeld opnemen Vous pouvez sélectionner un des huit titres préréglés et deux titres personnalisés. Par ailleurs, vous pouvez choisir la langue, la couleur, la taille et la position des titres. U kunt een titel voor uw videoproductie kiezen uit acht vast ingebouwde titels. Tevens kunt u via het instelmenu de taal, de kleur en de plaats op het scherm voor uw titel kiezen. Incrustation d’un titre In beeld brengen van een titel (1) Appuyez sur TITLE pour afficher le menu de titres. (2) Tournez la molette de commande pour , puis appuyez sur la molette. sélectionner (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner le titre souhaité, puis appuyez sur la molette. Les titres sont affichés dans la langue que vous avez sélectionnée. (4) Tournez la molette de commande pour sélectionner la couleur, la taille ou la position du titre, puis appuyez sur la molette. (5) Tournez la molette de commande pour sélectionner le paramètre, puis appuyez sur la molette. (6) Répétez les étapes 4 et 5 jusqu’à ce que le titre soit comme vous le souhaitez. (7) Appuyez une nouvelle fois sur la molette pour valider les réglages. (8) Quand vous ne voulez plus incruster le titre, appuyez sur TITLE. 1, 8 TITLE 2 (1) Druk op de TITLE toets om het titelkeuzemenu te laten verschijnen. (2) Draai aan de menuregelknop om in te stellen op het onderdeel “ ” en druk de regelknop in. (3) Draai aan de regelknop om de gewenste titel te kiezen en druk de knop weer in. De titels worden aangegeven in de door u gekozen taal voor de aanduidingen. (4) Draai aan de regelknop om in te stellen op de kleur, het formaat of de plaats in beeld voor uw titel en druk de regelknop weer in. (5) Draai aan de regelknop om het gekozen onderdeel naar wens in te stellen en druk de regelknop in. (6) Herhaal de stappen 4 en 5 tot de titel geheel naar wens is ingesteld. (7) Druk nogmaals op de regelknop om de titelkeuze af te ronden. (8) Wanneer u wilt stoppen met opnemen van de titel in beeld, drukt u op de TITLE toets. PRESET TITLE HELLO! HAPPY BIRTHDAY HAPPY HOLIDAYS CONGRATULATIONS! OUR SWEET BABY WEDDING VACATION THE END [TITLE] : END 3 4 6 PRESET TITLE HELLO! HAPPY BIRTHDAY HAPPY HOLIDAYS CONGRATULATIONS! OUR SWEET BABY WEDDING VACATION THE END RETURN [TITLE] : END SIZE SMALL SIZE LARGE TITLE THE END [TITLE] : END TITLE THE END THE END [TITLE] : END 7 THE END 48 PRESET TITLE HELLO! HAPPY BIRTHDAY HAPPY HOLIDAYS CONGRATULATIONS! OUR SWEET BABY WEDDING VACATION THE END RETURN [TITLE] : END Incrustation d’un titre Een titel in beeld opnemen Een titel in beeld vanaf het begin van de opname Après l’étape 7, appuyez sur START/STOP pour commencer la prise de vues. Druk na stap 7 direct op de START/STOP toets om te beginnen met opnemen. Pour incruster un titre en cours d’enregistrement Een titel ergens later in de opname in beeld brengen Après avoir appuyé sur START/STOP pour commencer la prise de vues, procédez à partir de l’étape 1. Dans ce cas, aucun signal sonore n’est émis. Druk op de START/STOP toets om te beginnen met opnemen en verricht dan de hierboven beschreven handelingen voor de titelkeuze, vanaf stap 1. In dit geval zal er geen pieptoon klinken. Pour sélectionner la langue des titres préréglés Kiezen van de taal voor de titel Si vous voulez sélectionner une autre langue, choisissez avant l’étape 2, puis sélectionnez la langue et revenez à l’étape 2. Si vous voulez personnaliser votre titre, sélectionnez à l’étape 2. Remarques sur l’incrustation d’un titre •Si vous n’avez pas créé de titre, “– – – – ...” apparaîtra sur l’afficheur. •Vous pouvez effectuer un fondu quand un titre est affiché, mais le titre ne rentre ni ne sort en fondu. •Si vous affichez le menu ou le menu de titres pendant l’incrustation d’un titre, le titre ne sera pas enregistré tant que le menu ou le menu de titres sera affiché. La couleur du titre change de la façon suivante: WHITE (blanc) ˜ YELLOW (jaune) ˜ VIOLET ˜ RED (rouge) ˜ CYAN ˜ GREEN (vert) ˜ BLUE (bleu) La taille du titre change de la façon suivante: SMALL (petit) ˜ LARGE (gros) La position du titre change de la façon suivante: Quand vous sélectionnez la taille “SMALL” vous avez le choix entre 9 positions. Quand vous sélectionnez la taille “LARGE”, vous avez le choix entre 8 positions. Remarques sur le titrage •Selon la taille ou la position du titre, la date ou l’heure, ou aucune des deux, ne sera affichée. •Si vous entrez 13 caractères ou plus pour un gros titre, le titre sera automatiquement réduit à la taille appropriée après le réglage de la position. Opnemen van een zelfgemaakte titel Voor het gebruik van een zelf samengesteld titelbeeld stelt u in stap 2 in op “ ” in het keuzemenu. Opmerkingen betreffende de titelbeeldweergave •Als er nog geen zelfgemaakte titels zijn vastgelegd, verschijnt er slechts “– – – – .... ” in beeld. •Tijdens het aangeven van een titel zullen de FADER fade-functies wel werken, maar zal de titel zelf niet uit-faden. •Als u tijdens de titelbeeld-weergave het titelkeuzemenu of een ander instelmenu op het scherm laat verschijnen, zal de titel niet worden opgenomen zolang het menu zichtbaar is. Uitgebreide bedieningsfuncties Pour utiliser un titre personnalisé Als u de taal voor de titel wilt kiezen, stelt u vóór stap 2 eerst in op “ ” in het keuzemenu. Dan kiest u de taal en gaat u door met stap 2. Opérations avancées Pour incruster un titre dès le début de l’enregistrement De beschikbare titel-kleuren worden als volgt doorlopen: “WHITE ˜ YELLOW ˜ VIOLET ˜ RED ˜ CYAN ˜ GREEN ˜ BLUE” (wit ˜ geel ˜ paars ˜ rood ˜ blauwgroen ˜ groen ˜ blauw). Het formaat van de titel is als volgt te kiezen: “SMALL ˜ LARGE” (klein ˜ groot). De plaats van de titel in beeld werkt als volgt: Als u voor het titelformaat “SMALL” kiest, kunt u de titel op 9 verschillende plaatsen in beeld laten verschijnen. Kiest u het formaat “LARGE”, dan zijn er 8 verschillende plaatsen beschikbaar. Beperkingen voor het titelformaat •Afhankelijk van het formaat of de plaats van de titel kan de datum of tijd niet worden aangegeven, of soms geen van beide. •Als u 13 of meer letters kiest voor een titel in “LARGE” formaat, zal de titel automatisch in een passend formaat verschijnen nadat u de plaats hebt gekozen. 49 Création de titres personnalisés Vous pouvez créer deux titres qui resteront mémorisés dans le camescope. Il est conseillé de régler l’interrupteur POWER sur PLAYER ou d’éjecter la cassette avant de commencer. Un titre peut contenir 20 caractères au maximum. (1) Appuyez sur TITLE pour afficher le menu de titres. (2) Tournez la molette de commande pour sélectionner , puis appuyez sur la molette. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner la première ligne (CUSTOM1) ou la seconde ligne (CUSTOM2), puis appuyez sur la molette. (4) Tournez la molette de commande pour sélectionner la colonne du caractère souhaité, puis appuyez sur la molette. (5) Tournez la molette de commande pour sélectionner le caractère souhaité, puis appuyez sur la molette. (6) Répétez les étapes 4 et 5 pour saisir tout le titre. (7) Quand vous avez terminé, tournez la molette de commande pour sélectionner SET, puis appuyez sur la molette. 1 TITLE 2 3 Samenstellen van uw eigen titelbeelden U kunt twee zelfgemaakte titels in het geheugen van de camcorder vastleggen. Voor u hiermee begint, is het beter de POWER schakelaar in de “PLAYER” stand te zetten of de videocassette uit de camcorder te verwijderen. Uw titel kan uit maximaal 20 lettertekens bestaan. (1) Druk op de TITLE toets om het titelkeuzemenu te laten verschijnen. (2) Draai aan de menuregelknop om in te stellen op het onderdeel “ ” en druk de regelknop in. (3) Draai aan de regelknop om de eerste zelfgemaakte titel (CUSTOM1) te kiezen of de tweede zelfgemaakte titel (CUSTOM2) en druk de regelknop weer in. (4) Draai aan de regelknop om in te stellen op de kolom waarin het gewenste letterteken staat en druk de regelknop in. (5) Draai aan de regelknop om in te stellen op het gewenste letterteken en druk de regelknop in. (6) Herhaal de stappen 4 en 5 tot u uw titel geheel naar wens hebt samengesteld. (7) Om de titelsamenstelling af te ronden, draait u de regelknop om in te stellen op “SET” en dan legt u de titel vast met een laatste druk op de regelknop. TITLE SET CUSTOM1 " – – – – – – – – – – ··" CUSTOM2 " – – – – – – – – – – ··" TITLE SET [TITLE] : END [TITLE] : END TITLE SET TITLE SET –––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––– RETURN –––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––– RETURN [TITLE] : END 4 1 TITLE SET [TITLE] : END 2 6 7 [TITLE] : END TITLE SET SUMMER CAMP IN LAKE – [TITLE] : END 50 TITLE SET –––––––––––––––––––– –––––––––––––––––––– 3 TITLE SET –––––––––––––––––––– [TITLE] : END [TITLE] : END 4 TITLE SET S––––––––––––––––––– [TITLE] : END Création de titres personnalisés Pour modifier un titre mémorisé A l’étape 3, sélectionnez CUSTOM1 ou CUSTOM2 selon le titre que vous voulez modifier, puis changez-le. Remarque Vous ne pouvez pas enregistrer un titre de plus de 20 caractères. Pour supprimer un titre Volg de bovenstaande aanwijzingen, kies in stap 3 “CUSTOM 1” of “CUSTOM 2” voor de titel die u wilt aanpassen en wijzig de titel of voer een nieuwe titel in. Opmerking Een titel kan niet meer dan 20 lettertekens bevatten. Als het samenstellen van uw eigen titel meer dan vijf minuten duurt, met een cassette in de camcorder De stroomvoorziening zal automatisch worden uitgeschakeld. De eenmaal ingevoerde lettertekens blijven echter in het geheugen bewaard. Draai de STANDBY schakelaar eenmaal omlaag en dan weer omhoog en volg de aanwijzingen voor de titelsamenstelling weer vanaf stap 1. Wissen van een zelfgemaakte titel Draai in stap 4 aan de menuregelknop om in te stellen op het “M” invoerpijltje en druk de regelknop dan in. Het laatste letterteken wordt dan gewist. Insertion d’une scène au milieu d’un enregistrement Invoegen van nieuwe beelden in bestaande video-opnamen Vous pouvez insérer une scène au milieu d’un enregistrement en désignant le début et la fin de l’insertion. Le passage qui se trouve entre ces deux points sera effacé. Si le code temporel RC apparaît, réglez COUNTER sur NORMAL dans le menu et affichez le compteur de bande. Bij een videocassette die reeds opnamen bevat kunt u een nieuwe opname inlassen door het opname-beginpunt en opname-eindpunt in te voeren. De eerdere opnamen daartussen worden hierbij gewist. Deze procedure werkt aan de hand van de bandteller; als de RC tijdcode wordt aangegeven, zet u eerst in het menusysteem de COUNTER instelling op “NORMAL”, zodat de bandteller verschijnt. Uitgebreide bedieningsfuncties A l’étape 4, tournez la molette de commande pour sélectionner [M] , puis appuyez sur la molette. Le dernier caractère est supprimé. Répétez cette opération pour supprimer tous les caractères. Aanpassen van een reeds eerder vastgelegde titel Opérations avancées S’il vous faut plus de 5 minutes pour entrer les caractères alors qu’une cassette est dans le camescope L’alimentation est coupée mais les caractères que vous avez saisis restent. Baissez le commutateur d’attente puis relevez-le, et recommencez à partir de l’étape 1. Samenstellen van uw eigen titelbeelden 51 Insertion d’une scène au milieu d’un enregistrement Invoegen van nieuwe beelden in bestaande video-opnamen (1) Alors que le camescope est en mode d’attente, appuyez en continu sur + (lecture vers l’avant) ou – (lecture vers l’arrière) d’EDITSEARCH et relâchez la touche à l’endroit où l’insertion doit prendre fin [b]. Le camescope revient en mode d’attente. (2) Appuyez sur COUNTER RESET. Le compteur revient à zéro. (3) Appuyez en continu sur le côté – d’EDITSEARCH et relâchez la touche au point où l’insertion doit commencer [a]. (4) Appuyez sur ZERO MEM de la télécommande. L’indicateur ZERO MEM clignote. (5) Appuyez sur START/STOP pour commencer l’enregistrement. L’enregistrement s’arrête automatiquement quand le compteur atteint zéro. [a] 1 4 [b] 2 3 EDITSEARCH (1) Zet de camcorder in de opnamepauzestand en houd dan de “+” (voorwaarts) of “–” (terugwaarts) kant van de EDITSEARCH toets ingedrukt tot u het punt bereikt waar de ingelaste opname moet eindigen, en laat de toets op dat punt los [b]. De camcorder komt dan weer in de opnamepauzestand. (2) Druk op de COUNTER RESET toets om de bandteller op nul terug te zetten. (3) Blijf nu de “–” min-kant van de EDITSEARCH toets ingedrukt houden tot u in de terugwaarts weergegeven beelden het punt bereikt waar de ingelaste opname moet beginnen, en laat de toets op dat punt los [a]. (4) Druk op de ZERO MEM toets van de afstandsbediening om hier de nulpuntterugkeerfunctie in te schakelen. De “ZERO MEM” aanduiding gaat knipperen. (5) Druk op de START/STOP toets wanneer u wilt beginnen met opnemen. Het inlassen van de nieuwe opname begint, om automatisch te stoppen wanneer de bandteller het nulpunt bereikt. STBY 0:00:00 COUNTER RESET EDITSEARCH ZERO MEM 5 CK LO STA ND BY START/STOP 52 STBY –0:01:23 –0:01:22 ZERO MEM ZERO MEM Pour changer le point final de l’insertion Aanpassen van het eindpunt van de nieuwe opnamen Appuyez sur ZERO MEM pour effacer l’indicateur ZERO MEM, puis répétez les étapes 2 à 5. Druk op de ZERO MEM toets zodat de “ZERO MEM” aanduiding verdwijnt en herhaal dan de stappen 2 t/m 5. Insertion d’une scène au milieu d’un enregistrement Invoegen van nieuwe beelden in bestaande video-opnamen Enregistrement de la date / heure Opnemen met de datum of tijd in beeld Avant de commencer à filmer ou pendant la prise de vues, appuyez sur DATE ou TIME. Vous pouvez enregistrer la date ou l’heure affichée dans le viseur en même temps que l’image. Appuyez sur DATE (ou TIME), puis sur TIME (ou DATE) pour afficher simultanément la date et l’heure. L’horloge a été préréglée en usine sur l’heure de Londres pour les modèles vendus au RoyaumeUni et sur l’heure de Paris pour les modèles vendus dans les autres pays européens. Vous pouvez changer le réglage de l’horloge dans le menu. Om de datum of tijd mee op te nemen, drukt u op de DATE of TIME toets voor u begint met opnemen. De datum of tijdsaanduiding die in de zoeker verschijnt wordt dan samen met de camera-beelden op de band opgenomen. Om zowel de datum als de tijd van opname in beeld te laten verschijnen, drukt u na de DATE toets ook de TIME toets in (of omgekeerd). De klok staat bij aflevering ingesteld op Greenwich-tijd voor het model voor GrootBrittannië, en op continentaal West-Europese tijd voor de modellen voor andere Europese landen. Desgewenst kunt u de datum en de tijd via het instelmenu anders instellen. DATE Uitgebreide bedieningsfuncties Betreffende de nieuw ingevoegde beelden •De kans bestaat dat er in de laatste beelden van het ingevoegde gedeelte bij weergave wat vervorming in beeld en geluid is. •Bij het invoegen van nieuwe opnamen op een gedeelte van de band dat nog niet eerder was opgenomen, kan de nulpunt-terugkeerfunctie niet altijd goed werken. •Als de START/STOP MODE schakelaar in de “5SEC” stand of de “ ” druktoets-stand staat, is de nulpunt-terugkeerfunctie niet beschikbaar. Opérations avancées Remarques sur le réenregistrement •L’image et le son peuvent présenter de la distorsion à l’endroit où l’insertion prend fin lors de la lecture. •Si vous réenregistrez sur un passage contenant une partie non enregistrée, l’insertion ne s’effectuera peut-être pas correctement. •Quand le commutateur START/STOP MODE est réglé sur 5SEC ou , vous ne pouvez pas utiliser la fonction ZERO MEM. TIME 4 7 1998 TIME DATE 4 7 1998 17:30:00 17:30:00 Pour arrêter l’enregistrement de la date et/ou de l’heure Stoppen met opnemen van de datum en/of tijd Appuyez une nouvelle fois sur DATE et/ou TIME. La date et/ou l’heure disparaissent et l’enregistrement se poursuit. Druk nogmaals op de DATE en/of TIME toets. De datum en/of tijdsaanduiding verdwijnt nu uit beeld, maar het opnemen zal ongestoord doorgaan, zonder deze aanduiding. 53 Optimisation des conditions d’enregistrement (fonction ORC) Utilisez la fonction ORC pour contrôler l’état de la cassette avant de filmer et obtenir la meilleure image possible. (1) Alors que le camescope est en mode d’attente, appuyez sur MENU pour afficher le menu. (2) Tournez la molette de commande pour sélectionner Ò, puis appuyez sur la molette. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner ORC TO SET, puis appuyez sur la molette. “START/STOP KEY” clignote. (4) Appuyez sur START/STOP. Le camescope met environ 5 secondes pour contrôler l’état de la cassette puis revient en mode d’attente. 1 MENU 2 Controleren van de band voor opname (ORC) Gebruik deze functie om de toestand van de cassetteband te controleren voor u met opnemen begint, om verzekerd te zijn van de beste opnameresultaten. (1) Zet de camcorder in de pauzestand en druk op de MENU toets om het keuzemenu op het scherm te laten verschijnen. (2) Draai aan de menuregelknop om in te stellen op het Ò pictogram en druk de regelknop in. (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op “ORC TO SET” en druk de regelknop in. De aanduiding “START/STOP KEY” gaat knipperen. (4) Druk op de START/STOP toets. Nu gaat de aanduiding “ORC” knipperen en controleert de camcorder de toestand van de band, hetgeen ongeveer 5 seconden duurt. Vervolgens komt de camcorder weer in de opnamepauzestand. TAPE SET SP REC MODE ORC TO SET REMAIN COUNTER RETURN TAPE SET REC MODE ORC TO SET REMAIN COUNTER 3 TAPE SET REC MODE ORC TO SET REMAIN COUNTER RETURN 4 START/STOP KEY STBY 0:00:00 CK LO ORC STA ND BY START/STOP 54 Chaque fois que vous insérez une cassette Telkens na het insteken van een videocassette Effectuez ces opérations pour contrôler l’état de la cassette. Voer voor alle zekerheid de “ORC” bandcontrole opnieuw uit. Remarques sur la fonction ORC •Quand vous réglez la fonction sur ORC TO SET, l’enregistrement sur la bande est effacé pendant 0,1 seconde pour que le camescope puisse effectuer le contrôle. Faites attention lorsque vous utilisez une cassette enregistrée. Ce passage vierge de 0,1 seconde sera supprimé si vous réenregistrez pendant plus de 2 secondes à partir du point où vous avez réglé la fonction sur ORC TO SET, ou si vous réenregistrez sur ce passage. •Vous ne pouvez pas utiliser cette fonction si le repère rouge de la cassette est visible. Betreffende de “ORC” bandcontrole •Wanneer u instelt op “ORC TO SET”, wordt er een gedeelte van ongeveer 0,1 seconde van de band gewist, waaraan de camcorder de toestand van de band kan aflezen. Wees dus voorzichtig bij het gebruik van een cassette met belangrijke opnamen. Het gewiste gedeelte zal worden overschreven als u minstens 2 seconden lang opneemt vanaf het punt waar u op “ORC TO SET” instelde of als u verder terug op de band met opnemen begint. •Als een cassette met het rode wispreventienokje tegen opnemen is beveiligd, kunt u de “ORC” bandcontrole niet uitvoeren. Mise hors service du stabilisateur (fonction STEADYSHOT) Quand le stabilisateur est en service, il compense les bougés du camescope. Pour remettre le stabilisateur en service Met de “STEADY SHOT” beeldstabilisatie ingeschakeld zal de camcorder automatisch compenseren voor trillingen waaraan het apparaat blootstaat. U kunt de beeldstabilisatie uitschakelen wanneer u deze niet nodig hebt. Bij uitschakelen verschijnt de “ ” aanduiding in de zoeker. Bij het filmen met de camcorder op een statief zult u een natuurlijker beeld verkrijgen als u de STEADYSHOT functie uitschakelt. U kunt de STEADYSHOT beeldstabilisatie in het keuzemenu op “ON” of “OFF” zetten (zie blz. 28). Weer inschakelen van de STEADY SHOT beeldstabilisatie Remarques sur le stabilisateur •Le stabilisateur ne corrige pas les bougés excessifs du camescope. •Si vous utilisez un convertisseur grand angle (non fourni), un léger effet d’ombre peut apparaître quand le stabilisateur est mis en service dans le menu. Si le cas se présente, débrayez le stabilisateur. Zet de STEADYSHOT functie in het keuzemenu op “ON”. Opmerkingen betreffende de STEADY SHOT functie •Als de camera te sterk beweegt, zal het beeld ook met deze functie niet voldoende gestabiliseerd worden. •Bij gebruik van een groothoek-voorzetlens (niet bijgeleverd) terwijl de STEADYSHOT beeldstabilisatie is ingeschakeld, kunnen de hoeken van het beeld wel eens donker worden (vignettering). Om dit verschijnsel te vermijden, schakelt u in het instelmenu de STEADYSHOT beeldstabilisatie uit (OFF). Uitgebreide bedieningsfuncties Réglez STEADYSHOT sur ON dans le menu. Opérations avancées Vous pouvez désactiver le stabilisateur quand vous n’en avez pas besoin. L’indicateur apparaît dans le viseur. N’utilisez pas le stabilisateur quand vous filmez un sujet stationnaire avec un pied photographique. Vous offiendreq une image plus naturelle. Vous pouvez mettre en ou hors service le stabilisateur en réglant STEADYSHOT sur ON ou OFF dans le menu (p. 28). Uitschakelen van de STEADY SHOT beeldstabilisatie 55 Nederlands Keuze uit automatische of handmatige instellingen De automatische instellingen van deze camcorder staan onder de meeste omstandigheden garant voor een probleemloze bediening en uitstekende opnamen. Voor de meest creatieve toepassingen kan het echter wel eens aanbevolen zijn bepaalde instellingen met de hand te verrichten. Zo kunt u de scherpstelling, het diafragma, de sluitertijd, de lichtgevoeligheid en de kleurbalans naar keuze automatisch of met de hand instellen. Ook kunt u onder bepaalde omstandigheden de PROGRAM AE belichtingsprogramma’s bijregelen en de helderheid van het beeld instellen met de AE SHIFT functie. Hieronder eerst een kort overzicht van alle handmatige instellingen. Zie voor nadere bijzonderheden de volgende bladzijden. Zet de FOCUS schakelaar in de “MANUAL” stand. Nu kunt u scherpstellen op elke gewenste afstand, ongeacht de stand van de AUTO LOCK/HOLD schakelaar. Voor terugkeren naar automatische scherpstelling zet u de FOCUS schakelaar terug op “AUTO”. Handmatig instellen van het diafragma, de sluitertijd, lichtgevoeligheid en kleurbalans Handmatig instellen van de beeldhelderheid Gebruik hiervoor de AE SHIFT bijregelfunctie in het instelmenu. Betreffende de voorgaande instellingen Wanneer u bepaalde instellingen met de hand hebt gemaakt, zullen deze in de volgende gevallen in het geheugen bewaard blijven, zolang er een lithiumbatterij in de camcorder aanwezig is. •na terugkeren naar de automatische instellingen; •wanneer u de POWER schakelaar op “OFF” zet; •na het verbreken van de stroomaansluiting, echter nu slechts vijf minuten lang, mits er een lithiumbatterij is geplaatst. Uitgebreide bedieningsfuncties Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. Dan kunt u de diverse mogelijkheden afzonderlijk instellen. Om terug te keren naar automatische instellingen zet u de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in de “AUTO LOCK” stand. Opérations avancées Handmatig scherpstellen PROGRAM AE belichtingsprogramma’s Volautomatische instellingen Diafragmavoorkeuze Schemer/ maanlichtprogramma Handmatige instellingen Automatisch Handmatig Automatisch aangepast bij de gekozen sluitertijd Automatisch Automatisch of handmatig 1/50 Automatisch aangepast bij het gekozen diafragma Handmatig 1/50 1/50 of handmatig Automatisch Automatisch Automatisch Automatisch of handmatig Diafragma (IRIS) Sluitertijd Lichtgevoeligheid Automatisch (GAIN) Automatisch Kleurbalans Helderheidsregeling Werkt (AE SHIFT)* Scherpstelling Sluitertijdvoorkeuze Verandert telkens wanneer u aan de instelknop draait na indrukken van de WHT BAL toets : Automatisch (geen aanduiding) of ∑ (druktoetskleurbalansinstelling) ˜ w (buitenshuis) ˜ e (binnenshuis) Werkt Werkt Werkt Werkt Automatisch of handmatig, afhankelijk van de stand van de FOCUS schakelaar. * De AE SHIFT helderheidsregeling werkt niet wanneer u het diafragma met de hand instelt. 57 Mise au point manuelle Handmatig scherpstellen Quand faut-il procéder à la mise au point manuelle ? Wanneer is handmatige scherpstelling aanbevolen Le réglage manuel de la mise au point devrait fournir de meilleurs résultats dans les conditions suivantes : [a] [b] •Luminosité insuffisante [a] •Sujets peu contrastés - murs, ciel, etc. [b] •Arrière-plan du sujet trop lumineux [c] •Lignes horizontales [d] •Sujets aperçus au travers de vitres couvertes de givre •Sujets aperçus au travers de filets, etc. •Sujets lumineux ou réfléchissant la lumière •Prise de vues d’un sujet stationnaire à l’aide d’un pied photographique 58 In de volgende gevallen kunt u betere opnameresultaten bereiken door handmatig scherp te stellen: [c] [d] •Bij onvoldoende licht [a] •Bij een onderwerp met weinig tekening of contrast – een wand, de lucht enz. [b] •Bij te veel licht achter uw onderwerp (tegenlicht) [c] •Horizontale strepen [d] •Onderwerpen achter matglas of beslagen vensterglas •Onderwerpen achter gaas of de spijlen van een hek e.d. •Al te heldere, licht uitstralende of reflecterende onderwerpen •Filmen van een stilstaand onderwerp, met de camcorder op een statief Mise au point manuelle Handmatig scherpstellen Mise au point manuelle Scherpstellen met de hand FOCUS AUTO MANUAL 2W T W T T W T INFINITY 3 Pour revenir à l’autofocus Réglez FOCUS sur AUTO. L’indicateur f disparaît du viseur. Prise de vues dans des endroits relativement sombres Effectuez une prise de vues en position grand angle après avoir réglé la mise au point en position téléobjectif. Remarque sur la bague de mise au point La bague de mise au point n’a pas de position d’arrêt. Prise de vues avec autofocus temporaire Si vous voulez passez brièvement à la mise au point automatique pendant une prise de vues en mode de mise au point manuelle, appuyez sur la touche PUSH AUTO et maintenez-la enfoncée. L’autofocus reste activé aussi longtemps que vous maintenez la touche PUSH AUTO enfoncée. Le camescope revient à la mise au point manuelle dès que vous relâchez la touche. 4 W Uitgebreide bedieningsfuncties 1 Bij het handmatig scherpstellen vóór het opnemen stelt u eerst in de telestand op uw onderwerp scherp, om daarna uit te zoomen naar de gewenste beeldcompositie. (1) Zet de FOCUS schakelaar in de “MANUAL” stand voor handbediening. De f aanduiding verschijnt in de zoeker. (2) Druk de zoomknop zover naar de “T” kant tot deze niet verder kan in het optische zoombereik. (3) Draai aan de scherpstelring tot u uw onderwerp scherp in beeld hebt. Pas bij het scherpstellen op dat u niet tegen de ingebouwde microfoon aan stoot. (4) Stel in op de gewenste beelduitsnede met behulp van van de zoomknop. Opérations avancées Pour le réglage de la mise au point manuelle, procédez d’abord à une mise au point en position téléobjectif et réajustez ensuite la longueur focale. (1) Réglez FOCUS sur MANUAL. L’indicateur f apparaît dans le viseur. (2) Bougez le levier jusqu’à l’arrêt vers le côté “T” dans la zone du zoom optique. (3) Tournez la bague de mise au point de manière à obtenir une image nette. Veillez à ne pas toucher le microphone intégré lorsque vous réglez la bague de mise au point. (4) Revenez ensuite à la longueur focale de votre choix à l’aide du levier du zoom électrique. Terugkeren naar de automatische scherpstelling Zet de FOCUS schakelaar in de “AUTO” stand. De f aanduiding zal nu uit het zoekerbeeld verdwijnen. Voor de beste opnamen bij weinig licht Stel in de telestand scherp op uw onderwerp en maak dan uw opnamen liefst in de groothoekstand. Opmerking betreffende de scherpstelring De scherpstelring heeft geen vaste stopstand(en). Tijdelijk terugkeren naar de automatische scherpstelling Druk tijdens het filmen met handmatige scherpstelling de PUSH AUTO toets in. De automatische scherpstelling treedt dan in werking, maar alleen zolang u de PUSH AUTO toets ingedrukt houdt. Bij het loslaten van de toets wordt er weer teruggeschakeld naar handmatige scherpstelling. 59 Handmatig scherpstellen Mise au point manuelle Prise de vues d’un sujet très éloigné Réglez FOCUS sur la position INFINITY. L’objectif fait la mise au point sur le sujet le plus éloigné lorsque FOCUS est maintenu enfoncée. Le camescope revient à la mise au point manuelle dès que vous relâchez la touche. Utilisez cette fonction lorsque vous réalisez une prise vues d’un sujet au travers d’une fenêtre ou d’un écran de façon à régler la mise au point sur un sujet plus éloigné. Opnemen van een erg ver verwijderd onderwerp Druk de FOCUS schakelaar geheel omlaag tot “INFINITY”. Zolang u de FOCUS schakelaar ingedrukt blijft houden, blijft de lens op maximale afstand (oneindig) scherpgesteld. Zodra u de FOCUS schakelaar loslaat, zal de handmatig gemaakte scherpstelling weer gelden. Gebruik deze functie bijvoorbeeld voor het filmen door vensterglas, vitrage of een hek heen, of voor even tussendoor scherpstellen op de horizon e.d. Remarque sur la mise au point manuelle L’indicateur f devient : : lors de la prise de vues d’un sujet éloigné à l’infini. : lorsque le sujet est trop près pour la mise au point. Opmerking betreffende de handmatige scherpstelling In plaats van de f aanduiding voor handmatig scherpstellen kunnen de volgende aanduidingen verschijnen: : bij opnemen van een ver verwijderd onderwerp; : wanneer het onderwerp te dichtbij is om op te kunnen scherpstellen. Utilisation de la fonction PROGRAM AE Gebruik van de PROGRAM AE belichtingsprogramma’s A propos de la fonction PROGRAM AE Betreffende de PROGRAM AE functies Vous pouvez choisir l’un des trois modes d’exposition automatique (PROGRAM AE) selon la prise de vues que vous souhaitez réaliser. Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. Appuyez sur PROGRAM AE et sélectionnez ensuite le mode de votre choix en tournant le molette de commande. Chaque fois que vous tournez la molette, l’indicateur change selon la séquence suivante: AE A (Priorité à l’ouverture) ˜ AE S (Priorité à l’obturateur) ˜ Å (Crépuscule). U kunt kiezen uit drie belichtingsprogramma’s, elk geschikt voor specifieke opnameomstandigheden. Zet eerst de AUTO LOCK/ HOLD schakelaar in de middelste stand. Druk vervolgens op de PROGRAM AE toets en draai aan de regelknop om in te stellen op het gewenste programma. Bij het draaien aan de regelknop verandert de programma-aanduiding als volgt: “ AE A” (Diafragma-voorkeuze) ˜“ AE S” (Sluitertijd-voorkeuze) ˜ “Å” (Schemer/maanlicht-programma). 1 AUTO LOCK 2 PROGRAM HOLD AE A AE S 60 Remarque sur les prises de vues en mode PROGRAM AE Il est conseillé de régler manuellement la netteté et la balance des blancs. Voor het opnemen met een PROGRAM AE belichtingsprogramma Het is aanbevolen de scherpstelling en de kleurbalans met de hand in te stellen. Utilisation de la fonction PROGRAM AE Gebruik van de PROGRAM AE belichtingsprogramma’s Utilisation du mode priorité à l’ouverture Diafragma-voorkeuze AUTO LOCK 3 HOLD AE A 2 PROGRAM 4 1000 F5.6 215 F11 AE A AE A Pour revenir au mode de réglage automatique Terugkeren naar volautomatische instellingen Réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK ou appuyez plusieurs fois de suite sur PROGRAM AE de sorte qu’aucun indicateur n’apparaisse. Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in de “AUTO LOCK” stand of druk op de PROGRAM AE toets zodat de AE indicator verdwijnt. A propos de la profondeur de champ La profondeur de champ est la plage de netteté mesurée entre le premier plan et le sujet. La profondeur de champ varie en fonction de l’ouverture et de la longueur focale. En sélectionnant une faible valeur F (une grande ouverture), vous réduisez la profondeur de champ. Et si vous sélectionnez une valeur F élevée (une petite ouverture), vous obtenez une plus grande profondeur de champ. Le zoom en position téléobjectif offre une petite profondeur de champ tandis que la profondeur de champ en position grand angle est plus importante. Betreffende de scherptediepte De scherptediepte is het afstandsbereik vóór en achter uw hoofdonderwerp waarbinnen voorwerpen in het beeldveld nog scherp opgenomen worden. De scherptediepte wordt bepaald door de brandpuntsafstand en de diafragmawaarde. Bij een kleinere F-waarde (een groter diafragma of lensopening) is de scherptediepte gering. Bij hogere F-waarden (een kleine lensopening) wordt de scherptediepte groter. Daarnaast zal bij inzoomen naar de telestand de scherptediepte geringer zijn, terwijl in de groothoek-stand de scherptediepte groter is, van dichtbij tot veraf. Uitgebreide bedieningsfuncties 1 U kunt het diafragma naar wens instellen om zo de gewenste scherptediepte voor uw opnamen te bepalen. De sluitertijd wordt dan automatisch aangepast (tussen 1/50 en 1/1750 seconde) aan uw gekozen diafragmawaarde, om de juiste belichting te handhaven. (1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. (2) Druk op de PROGRAM AE toets zodat de AE indicator verschijnt. (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op “ AE A” en druk de regelknop dan in. (4) Draai aan de regelknop om de gewenste diafragmawaarde in te stellen. U kunt kiezen uit de volgende 15 waarden: F1.6, F2, F2.4, F2.8, F3.4, F4, F4.8, F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11, F14, F16, F19. Hoe hoger de diafragmawaarde, des te kleiner de lensopening en des te groter de scherptediepte. Opérations avancées Vous pouvez régler l’ouverture de façon à déterminer la profondeur de champ de la prise de vues. La vitesse d’obturation se règle alors automatiquement (entre 1/50e et 1/1750e) selon l’ouverture pour garantir une exposition correcte. (1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. (2) Appuyez sur PROGRAM AE pour que l’indicateur apparaisse. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner AE A et appuyez sur la molette. (4) Tournez la molette de commande pour sélectionner une valeur d’ouverture. Vous pouvez sélectionner l’une des 15 valeurs suivantes : F1.6, F2, F2.4, F2.8, F3.4, F4, F4.8, F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11, F14, F16, F19. Pour une petite ouverture, sélectionnez une valeur élevée. 61 Utilisation de la fonction PROGRAM AE Gebruik van de PROGRAM AE belichtingsprogramma’s Utilisation du mode de priorité à l’obturateur Sluitertijd-voorkeuze Vous pouvez sélectionner une vitesse d’obturation comprise entre 1/50e et 1/10000e. Si vous sélectionnez une vitesse d’obturation plus rapide, les mouvements apparaîtront plus clairement avec moins de bougé. La valeur d’ouverture se règle automatiquement en fonction de la vitesse d’obturation sélectionnée pour garantir une exposition correcte. Ce mode se révèle le mieux approprié lorsque vous réalisez des prises de vues de sujets très animés. La vitesse d’obturation est indiquée de la façon suivante : “100”, par exemple, pour la vitesse d’obturation 1/100e. (1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. (2) Appuyez sur PROGRAM AE pour que l’indicateur apparaisse. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner AE S et appuyez sur la molette. (4) Tournez la molette de commande pour sélectionner la vitesse d’obturation de votre choix. Vous pouvez sélectionner l’une des 16 vitesses d’obturation suivantes : 1/50, 1/75, 1/100, 1/120, 1/150, 1/215, 1/300, 1/425, 1/600, 1/1000, 1/1250, 1/1750, 1/2500, 1/3500, 1/6000, 1/10000. Pour une vitesse d’obturation rapide, sélectionnez une valeur plus élevée. 1 AUTO LOCK U kunt kiezen uit sluitertijden van 1/50 tot 1/10.000 seconde. Hoe korter de sluitertijd, des te duidelijker zullen bewegende onderwerpen worden opgenomen, zonder bewegingsonscherpte. De diafragmawaarde wordt automatisch aangepast aan uw gekozen sluitertijd, om de juiste belichting te handhaven. Deze sluitertijd-voorkeuze is het best geschikt voor opnemen van beelden met veel snelle beweging. Overigens wordt van de sluitertijd alleen de waarde “onder de streep” aangegeven, dus bijvoorbeeld “100” voor 1/100 seconde. (1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. (2) Druk op de PROGRAM AE toets zodat de AE indicator verschijnt. (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op “ AE S” en druk de regelknop dan in. (4) Draai aan de regelknop om de gewenste sluitertijd te kiezen. U kunt kiezen uit de volgende 16 sluitertijden: 1/50, 1/75, 1/100, 1/120, 1/150, 1/215, 1/300, 1/425, 1/600, 1/1000, 1/1250, 1/1750, 1/2500, 1/3500, 1/6000, 1/10.000. Voor een snellere sluitertijd kiest u een hogere waarde. 3 HOLD AE S 2 62 PROGRAM 4 1000 F5.6 215 F11 AE S AE S Utilisation de la fonction PROGRAM AE Gebruik van de PROGRAM AE belichtingsprogramma’s Pour revenir au mode de réglage automatique Terugkeren naar volautomatische instellingen Réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK ou appuyez sur PROGRAM AE de sorte qu’aucun indicateur n’apparaisse. Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in de “AUTO LOCK” stand of druk op de PROGRAM AE toets zodat de AE indicator verdwijnt. Als de diafragmawaarde automatisch wordt aangepast op F1.6 Maak de opnamen buitenshuis zo mogelijk wanneer het zonnig is en gebruik binnenshuis een videolamp (niet bijgeleverd). Prise de vues d’un sujet très lumineux Il se peut qu’une bande verticale (marbrée) apparaisse dans le viseur si la vitesse d’obturation est trop élevée. Bij opnemen van een zeer helder onderwerp Bij een te korte (snelle) sluitertijd kan er een lichte verticale “veeg” in beeld zichtbaar zijn. Pour sélectionner la vitesse d’obturation idéale Keuze van de meest geschikte sluitertijd Vitesse d’obturation Onderwerp Sluitertijd •Un swing de golf ou un match de tennis par beau temps (pour visualiser clairement la balle en mode d’arrêt sur image, réglez sur 1/1000 à 1/3500) 1/600 – 1/10000 •Een voetbalwedstrijd of partij tennis, op een zonnige dag (om de bal in de pauzestand scherp te zien, instellen op 1/1000 tot 1/3500) 1/600 – 1/10000 •Un paysage depuis une voiture en mouvement •Des montagnes russes par temps couvert •Une scène d’athlétisme, un marathon, etc. 1/120 – 1/425 •Stabiele landschapsopnamen vanuit een auto, bus of trein •Een draaimolen of achtbaan op de kermis, op een licht bewolkte dag •Atletiekwedstrijden, een marathon e.d. 1/120 – 1/425 •Sports en salle •Au lieu du filtre ND2 (pour l’exposition) •Pour des images avec moins de scintillements sous une lampe fluorescente 1/100 1/100 •Par temps ensoleillé (pour éviter que l’image ne soit pas nette en raison d’une faible ouverture) 1/75 •Zaalsporten •In plaats van gebruik van een ND2 grijsfilter (om de hoeveelheid licht te halveren) •Binnenshuis voorkomen van beeldflikkeringen bij opnemen onder tl-verlichting •Buitenopnamen bij zonnig weer (voorkomen van onscherpe beelden door een te lange sluitertijd bij klein diafragma) 1/75 Uitgebreide bedieningsfuncties Sujet Opérations avancées Si l’ouverture se règle automatiquement sur F1.6 Il est conseillé d’effectuer la prises de vues en lumière du jour ou à l’aide d’une torche vidéo (non fournie). 63 Utilisation de la fonction PROGRAM AE Gebruik van de PROGRAM AE belichtingsprogramma’s Utilisation du mode Crépuscule Schemer/maanlicht-programma Vous pouvez réaliser une prise de vues d’un sujet lumineux dans un endroit sombre sans pour cela altérer l’atmosphère. L’ouverture se règle automatiquement de manière à garantir une exposition correcte. La vitesse d’obturation est verrouillée sur 1/50e. Ce mode se révèle tout indiqué pour les prises de vue nocturnes, d’enseignes au néon ou de feux d’artifice. (1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. (2) Appuyez sur PROGRAM AE pour que l’indicateur apparaisse. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner l’indicateur Å. Met dit programma kunt u een helder onderwerp in het schemerduister of in een donkere omgeving opnemen zonder de sfeer te verliezen. Het diafragma wordt hierbij zodaig aangepast dat de belichting optimaal blijft. De sluitertijd wordt vast op 1/50 seconde ingesteld. Dit is de meest geschikte instelling voor het opnemen van een zonsondergang, een stadsgezicht bij avond, straten met neon-verlichting of vuurwerk. (1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. (2) Druk op de PROGRAM AE toets zodat de AE indicator verschijnt. (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op de “Å” maanlicht-aanduiding en druk de regelknop dan in. 1 AUTO LOCK 3 HOLD 2 PROGRAM Pour revenir au mode de réglage automatique Terugkeren naar volautomatische instellingen Réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK ou appuyez sur PROGRAM AE de sorte qu’aucun indicateur n’apparaisse. Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in de “AUTO LOCK” stand of druk op de PROGRAM AE toets zodat de AE indicator verdwijnt. Prise de vues d’un sujet excessivement lumineux La mise au point automatique risque de ne pas fonctionner correctement. Dans ce cas, faites la mise au point manuellement. 64 Bij opnemen van een zeer helder onderwerp De kans bestaat dat de automatische scherpstelling niet erg goed werkt. Dan kunt u beter handmatig scherpstellen. Utilisation du mode manuel Le mode manuel se caractérise par une technique d’enregistrement sophistiquée qui assure un contrôle de l’exposition par une combinaison de réglages de l’ouverture, de la vitesse d’obturation et du gain. Quand utiliser le mode manuel? [a] [b] Handmatige instellingen Bij opnemen met handmatige instellingen kunt u de belichting zelf precies naar aan de omstandigheden aanpassen, door een combinatie van het gewenste diafragma, de gewenste sluitertijd en de lichtgevoeligheid te kiezen. Wanneer de handmatige instellingen te gebruiken [c] [d] Opérations avancées Incréments de réglage Variation de l’exposition Clair ˜ Paramètre Sombre 0,5 EV/stap Snel: 16 stappen 0,5 EV/stap Langzaam: 4 stappen 1,0 EV/stap 1/3 tijden 1/10000 1/3 1/25 +18 dB 0,5 EV/stap ˜ Lichtgevoelig8 stappen heid (GAIN) 1/50 ˜ ˜ Remarque sur la prise de vues en mode manuel Il est conseillé de régler la netteté et la balance des blancs manuellement. Sluiter- F19 (of CLOSE, gesloten) ˜ 1/25 –3 dB donkerder F1.6 Diafragma 16 stappen (IRIS) 1/10000 +18 dB Lichter ˜ 1/50 ˜ incréments 8 incréments de 0,5 EV Aantal Lichtsterkteinstelstappen instelbereik F19 (CLOSE) ˜ Gain Lent: incréments 4 incréments de 1,0 EV ˜ Vitesse d’obturation Rapide: incréments 16 incréments de 0,5 EV Onderdeel ˜ F1.6 Ouverture 16 incréments incréments (Diaphragme) de 0,5 EV •Wanneer de achtergrond te helder is (bij tegenlicht) [a], opent u het diafragma wat wijder (door een lagere F-waarde te kiezen). •Wanneer uw onderwerp erg helder is tegen een donkere achtergrond [b], verkleint u het diafragma (door een hogere F-waarde te kiezen). •Wanneer uw onderwerp snel beweegt [c], kiest u een snellere sluitertijd. •Om de sfeer van een donkere scène te behouden [d], stelt u de lichtgevoeligheid lager in. Uitgebreide bedieningsfuncties •Si l’arrière-plan est trop lumineux (contre-jour) [a], augmentez l’ouverture (valeur F inférieure). •Si le sujet est lumineux et l’arrière-plan sombre [b], diminuez l’ouverture (valeur F supérieure). •Si le sujet se déplace rapidement [c], réglez une vitesse d’obturation plus rapide. •Si la prise de vues d’une scène sombre est surexposée, [d], réduisez le gain. –3 dB Bij opnemen met handmatige instellingen Het is aanbevolen hierbij ook de scherpstelling en de kleurbalans met de hand te regelen. 65 Utilisation du mode manuel Handmatige instellingen Prise de vues en mode manuel Opnemen met handmatige instellingen En mode manuel, vous pouvez régler séparément l’ouverture, la vitesse d’obturation et le gain. Référez-vous au graphique de la page 69 pour définir le réglage de chaque paramètre. (1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. (2) Appuyez sur la touche du paramètre que vous souhaitez régler (IRIS, SHUTTER SPEED ou GAIN). (3) Tournez la molette de commande pour régler le paramètre sélectionné. 1 AUTO LOCK Als u de belichting handmatig wilt regelen, kunt u het diafragma, de sluitertijd en de lichtgevoeligheid afzonderlijk naar wens instellen. Aan de hand van de grafiek op blz. 69 kunt u voor elk van deze onderdelen de meest geschikte waarde kiezen, als volgt. (1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. (2) Druk op de toets voor het onderdeel dat u wilt bijregelen: IRIS voor het diafragma, SHUTTER SPEED voor de sluitertijd of GAIN voor de lichtgevoeligheid. (3) Stel het gekozen onderdeel met de regelknop naar wens in. 2 IRIS SHUTTER SPEED HOLD 50 F8 3 GAIN 0 dB Réglage des différents paramètres Pour régler l’ouverture Vous pouvez sélectionner l’une des 16 ouvertures suivantes : F1.6, F2, F2.4, F2.8, F3.4, F4, F4.8, F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11, F14, F16, F19, CLOSE. Pour augmenter l’ouverture, sélectionnez une valeur inférieure. 66 Instelmogelijkheden voor elk onderdeel Keuze van het diafragma Voor het handmatig diafragma kunt u kiezen uit de volgende 16 waarden: F1.6, F2, F2.4, F2.8, F3.4, F4, F4.8, F5.6, F6.8, F8, F9.6, F11, F14, F16, F19 en CLOSE (gesloten). Voor een grotere lensopening kiest u een lagere diafragmawaarde. Utilisation du mode manuel Pour régler la vitesse d’obturation Vous pouvez sélectionner l’une des 20 vitesses d’obturation suivantes: 1/3, 1/6, 1/12, 1/25, 1/50, 1/75, 1/100, 1/120, 1/150, 1/215, 1/300, 1/425, 1/600, 1/ 1000, 1/1250, 1/1750, 1/2500, 1/3500, 1/6000, 1/10000. Pour augmenter la vitesse d’obturation, sélectionnez une valeur de réglage inférieure (valeur plus élevée dans le viseur). Appuyez sur la touche du paramètre que vous souhaitez modifier pour que l’indicateur du paramètre sélectionné s’affiche en surbrillance dans le viseur. Tournez la molette de commande pour modifier la valeur de réglage. Pour verrouiller les réglages manuels Après avoir effectué les réglages, réglez AUTO LOCK/HOLD sur HOLD. Les touches IRIS, SHUTTER SPEED, GAIN et WHT BAL ainsi que la molette de commande sont inopérantes avec ces réglages manuels. Pour revenir au mode de réglage automatique Appuyez plusieurs fois de suite sur la touche du paramètre que vous voulez ramener au mode de réglage automatique jusqu’à ce que l’indicateur disparaisse. Pour ramener tous les paramètres en mode de réglage automatique, réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK. Remarque sur le niveau de gain Si vous sélectionnez un niveau de gain trop élevé, l’image risque de présenter de la distorsion. Keuze van de lichtgevoeligheid Voor de lichtgevoeligheid kunt u kiezen uit de volgende 8 niveaus: –3 dB, 0 dB, +3 dB, +6 dB, +9 dB, +12 dB, +15 dB, +18 dB. Voor een hogere lichtgevoeligheid en daarmee een lichter beeld, kiest u een hogere waarde. Als u voor het instellen van de lichtgevoeligheid al een diafragmawaarde hebt ingesteld, wordt de lichtgevoeligheid daar aan aangepast. Wijzigen van de instelling Druk op de toets voor het onderdeel dat u wilt wijzigen, zodat de aanduiding daarvan in de zoeker oplicht. Draai vervolgens aan de regelknop om het gekozen onderdeel naar wens in te stellen. Vasthouden van de handmatige instellingen Om na het bijregelen de handmatige instellingen vast te houden, zet u de AUTO LOCK/HOLD schakelaar op “HOLD”. In die stand zullen de IRIS, SHUTTER SPEED, GAIN en WHT BAL toetsen en de regelknop niet werken. Uitgebreide bedieningsfuncties Pour modifier le réglage Keuze van de sluitertijd Voor de handmatige sluitertijd kunt u kiezen uit de volgende 20 snelheden: 1/3, 1/6, 1/12, 1/25, 1/50, 1/75, 1/100, 1/120, 1/150, 1/215, 1/300, 1/ 425, 1/600, 1/1000, 1/1250, 1/1750, 1/2500, 1/ 3500, 1/6000, 1/10000. Voor een snellere sluitertijd kiest u een hoger getal (want alleen de waarde “onder de streep” verschijnt in de zoeker). Opérations avancées Pour régler le gain Vous pouvez sélectionner l’un des 8 niveaux de gain suivants: –3 dB, 0 dB, +3 dB, +6 dB, +9 dB, +12 dB, +15 dB, +18 dB. Pour augmenter le gain et rendre l’image plus lumineuse, sélectionnez un niveau plus élevé. Si vous avez réglé l’ouverture manuellement avant de procéder au réglage du gain, le niveau de gain se règlera en fonction du réglage de l’ouverture. Handmatige instellingen Terugkeren naar de automatische instellingen Druk op de toets voor het onderdeel dat u weer automatisch wilt instellen, zodat de aanduiding uit het zoekerbeeld verdwijnt. Om alle instellingen weer volautomatisch te laten maken zet u de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in de “AUTO LOCK” stand. Bij een te hoge lichtgevoeligheid Als u de lichtgevoeligheid te hoog instelt, kan er vervorming in de beeldweergave optreden. 67 Utilisation de l’obturateur lent Si vous souhaitez obtenir une image lumineuse d’une scène sombre ou représenter le mouvement du sujet de façon animée, réglez la vitesse d’obturation sur 1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3 (obturateur lent). (1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. (2) Appuyez sur SHUTTER SPEED. La vitesse d’obturation apparaît. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner la vitesse d’obturation voulue (1/25, 1/12, 1/6 ou 1/3). Plus l’indicateur diminue, plus la vitesse d’obturation est faible. 1 Opnemen met langzame sluitertijden Als u een donkere omgeving wat lichter wilt opnemen of de beweging van uw onderwerp levendig wilt weergeven, kiest u dan een sluitertijd van 1/25, 1/12, 1/6 of 1/3 seconde (langzame sluiter). (1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. (2) Druk op de SHUTTER SPEED toets. De geldende waarde voor de sluitertijd wordt aangegeven. (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op de sluitertijd van uw keuze (1/25, 1/12, 1/6 of 1/3 seconde). Hoe kleiner de waarde die u kiest, des te langer de sluitertijd. AUTO LOCK HOLD 2 SHUTTER SPEED 50 68 3 Pour revenir au mode de réglage automatique Terugkeren naar volautomatische instellingen Appuyez sur SHUTTER SPEED. Druk op de SHUTTER SPEED toets. Prise de vues avec l’obturateur lent Bij opnemen met de langzame sluiter •Vous ne pouvez pas utiliser les fonctions suivantes. – Fonctions dépendant de la touche DIGITAL EFFECT – Transition enchaînée – Transition en volet •L’autofocus peut être inopérant. Dans ce cas, utilisez un pied photographique. •In dit geval zijn de volgende functies niet beschikbaar: – de functies die werken met de DIGITAL EFFECT toets; – de dubbelbeeldfuncties; – de WIPE in-fade functie. •De kans bestaat dat de autofocus niet goed werkt. Zet de camcorder op een statief en stel handmatig scherp. Conseils pour le réglage manuel Tips voor het handmatig instellen Bij het opnemen met handmatige instellingen is het aanbevolen de totale belichting gelijk te houden voor het verkrijgen van heldere videoopnamen. Hieronder volgt een uitleg van wat de totale belichting is en hoe u de verschillende instellingen zo kunt maken dat de belichting gelijk blijft. Lorsque vous effectuez une prise de vues en mode de réglage manuel, il est conseillé de verrouiller l’exposition pour obtenir une image nette. Cette section vous explique ce qu’est l’exposition et comment régler les différents paramètres avec une exposition fixe. Qu’est-ce que l’exposition ? EV total = EV de la commande d’ouverture + EV de la commande de vitesse d’obturation + EV de la commande de gain Référez-vous au graphique ci-dessous pour sélectionner le réglage. Une graduation correspond à 0,5 EV. [a] Axe vertical : Valeur d’ouverture (valeur F) [b] Axe horizontal : Vitesse d’obturation (par seconde) [c] Axe diagonal : Niveau de gain (dB) De effectieve belichting wordt bepaald door de combinatie van diafragma, sluitertijd en lichtgevoeligheid, en wordt gemeten of uitgedrukt in eenheden van belichtingsniveau (EV = Exposure Value), als volgt. Totale EV = EV van de diafragmainstelling + EV van de sluitertijdinstelling + EV van de lichtgevoeligheidsregeling De totale belichtingswaarde kan worden gevarieerd of gelijk worden gehouden door het bijregelen van het diafragma, de sluitertijd en de lichtgevoeligheid. In het volgende grafiekje kunt u de juiste instelling(en) bepalen. Eén vakje in de schaalverdeling komt overeen met één instelstapje van de variabelen. De belichting verandert met 0,5 EV per stapje. [a] Verticale as: Diafragma (in F-stops) [b] Horizontale as: Sluitertijd (per seconde) [c] Diagonale as: Lichtgevoeligheid (in dB) Uitgebreide bedieningsfuncties L’indice de lumination total peut être modifié ou maintenu à une valeur constante en variant l’ouverture, le gain et la vitesse d’obturation. Hoe de belichting afhangt van diafragma, sluitertijd en lichtgevoeligheid Opérations avancées L’exposition est déterminée par l’ouverture, la vitesse d’obturation et le gain. Elle est mesurée en EV (indices de lumination) comme indiqué cidessous. –3 0 +3 +6 1.6 2 +1 +1 +1 +9 8 5 2 [c] (dB) [a] (F) 2.4 2.8 3.4 4 4.8 1 5.6 2 6.8 8 9.6 11 14 16 19 3 12 6 : Plus lumineux/Lichter 50 25 425 1000 1750 3500 10000 215 100 300 600 1250 2500 6000 75 150 [b] (1/sec) 69 Conseils pour le réglage manuel Tips voor het handmatig instellen Création d’une image sans modifier l’exposition Maken van de gewenste opnamen zonder de belichting te veranderen Si la valeur d’ouverture est de F11, la vitesse d’obturation de 1/50e et le niveau de gain de 0 dB, réglez l’ouverture manuellement sur F5.6 par exemple. Si vous changez la valeur d’ouverture de F11 à F5.6 dans l’exemple ci-dessus, l’exposition augmentera de +2 EV. Réglez la vitesse d’obturation et le gain pour que l’exposition s’assombrisse de –2 EV pour ne pas modifier l’exposition totale. Exemple 1 : Changement de la vitesse d’obturation seulement Pour réduire l’exposition de –2 EV à l’aide de la vitesse d’obturation, vous devez augmenter la vitesse d’obturation de 1/50e à 1/215e (1) (par incréments de 5). Exemple 2 : Réglage de la vitesse d’obturation sur 1/425e et changement du niveau de gain Lorsque la vitesse d’obturation passe de 1/50e à 1/425e, l’indice de lumination de la commande de vitesse d’obturation devient –3 EV. Pour maintenir l’exposition totale, il convient d’ajouter +1 EV (2 incréments) en augmentant le niveau de gain. Changez le niveau de gain de 0 dB à +6 dB (2). Lorsque vous augmentez le niveau de gain, l’image risque de présenter de la distorsion. Remarques sur le réglage manuel •Lorsque vous réalisez une prise de vues en extérieur, la luminosité du sujet risque d’être affectée par les conditions météorologiques. •Lorsque les conditions de prise de vues changent, il est conseillé de régler à nouveau chaque paramètre. 70 Om bijvoorbeeld bij een diafragmawaarde van F11, een sluitertijd van 1/50 seconde en een lichtgevoeligheid van 0 dB, het diafragma handmatig om te zetten naar F5.6. Als u in het bovenstaand voorbeeld het diafragma van F11 verstelt naar F5.6, zal de diafragma-belichtingsfactor met 4 stapjes toenemen, dus met +2 EV. Verstel dan de sluitertijd en de lichtgevoeligheid om de totale belichting met –2 EV terug te brengen, opdat de uiteindelijke belichting niet verandert. Voorbeeld 1: alleen de sluitertijd aanpassen Om de belichting met –2 EV terug te brengen via enkel de sluitertijd-instelling, zult u de sluitertijd 5 stapjes sneller moeten kiezen. Breng de sluitertijd terug van 1/50 naar 1/215 seconde (1). Voorbeeld 2: verstellen van de sluitertijd tot 1/425 seconde en compenseren via de lichtgevoeligheid Als u de sluitertijd verstelt van 1/50 naar 1/425 seconde neemt de belichtingsfactor van de sluitertijd af met –3 EV. Om de totale belichting gelijk te houden, dient u deze met +1 EV aan te vullen door de lichtgevoeligheid te verhogen (met 2 stappen). Verstel de lichtgevoeligheid van 0 dB naar +6 dB (2). Houd er rekening mee dat bij verhogen van de lichtgevoeligheid storing in beeld kan optreden. Opmerkingen betreffende de handmatige instelling •Bij het opnemen buitenshuis kan de helderheid van uw onderwerp sterk afhangen van de weersomstandigheden. •Wanneer de opname-omstandigheden veranderen, is het aanbevolen alle instellingen opnieuw te maken. Prise de vues à contre-jour Lorsque vous réalisez une prise de vues et que la source lumineuse se trouve derrière le sujet ou si le sujet est placé devant un fond clair, utilisez la fonction BACK LIGHT. Appuyez sur BACK LIGHT. L’indicateur c apparaît dans le viseur. Opnemen bij tegenlicht Voor het maken van tegenlicht-opnamen, met een lichtbron achter het onderwerp of tegen een erg lichte achtergrond, is het aanbevolen ter correctie de BACK LIGHT tegenlichtcompensatie in te schakelen. Druk op de BACK LIGHT toets. In het zoekerbeeld verschijnt nu de c indicator. [a] Opérations avancées [b] BACK LIGHT [a] Het onderwerp wordt te donker opgenomen vanwege tegenlicht. [b]Het onderwerp wordt helder opgenomen, dankzij de tegenlicht-compensatie. Après la prise de vues à contre-jour Na afloop van de tegenlicht-opname Appuyez de nouveau sur BACK LIGHT de manière à désactiver la compensation de contrejour. L’indicateur c disparaît. Si la fonction BACK LIGHT reste en service, l’image sera surexposée dans des conditions d’éclairage normales. Druk na het opnemen nogmaals op de BACK LIGHT toets, zodat de c indicator verdwijnt. Vergeet dit niet, anders zal bij de volgende opname onder normale omstandigheden het onderwerp te licht worden opgenomen. Cette fonction est aussi efficace dans les situations suivantes: •Dans une station de ski, pour filmer sur la neige. •A la plage sous un soleil ardent. •Avec un sujet proche d’une source lumineuse ou d’un miroir réfléchissant la lumière. •Avec un sujet blanc devant un fond blanc. En particulier, le visage des personnes portant des vêtements brillants en soie ou en fibres synthétiques risque d’être sombre si vous n’utilisez pas cette fonction. Remarque sur la compensation de contre-jour La compensation de contre-jour est désactivée si vous appuyez sur IRIS, SHUTTER SPEED ou GAIN. Uitgebreide bedieningsfuncties [a] Sujet trop sombre à cause du contre-jour. [b]Le sujet s’éclaircit grâce à la compensation de contre-jour. Gebruik van deze functie wordt ook onder de volgende omstandigheden aanbevolen: •Opnamen in de sneeuw, zoals van schaatsers of skiërs; •Aan het strand in de volle zon; •Een onderwerp met een lichtbron vlakbij, of een spiegel die veel licht weerkaatst; •Een wit onderwerp tegen een witte achtergrond. Vooral bij het opnemen van iemand die witte of glimmende kleding (van zijde of kunstvezel) draagt, zal het gezicht vaak te donker worden opgenomen als u niet de tegenlichtcompensatie inschakelt. Betreffende de tegenlicht-compensatie Als u de IRIS, SHUTTER SPEED of GAIN toets indrukt, zal de tegenlicht-compensatie worden uitgeschakeld. 71 Réglage de la luminosité de l’image Lorsque vous filmez dans un paysage enneigé ou sur une plage en plein été l’été, le sujet risque de paraître sombre en raison de la luminosité extrême. Vous pouvez dans ce cas changer la luminosité de l’image dans le menu. Vous pouvez également utiliser cette fonction lorsque le sujet est trop lumineux — sujets sur scène, prises de vue nocturnes, etc. Vous pouvez sélectionner le paramètre AE SHIFT dans le menu (p. 28). Pour désactiver AE SHIFT Réglez AE SHIFT sur la position centrale dans le menu. Pendant le réglage de la luminosité Il est conseillé de raccorder le camescope à un téléviseur pour contrôler la luminosité sur le téléviseur. Remarque sur la fonction AE SHIFT Vous ne pouvez pas changer la luminosité avec AE SHIFT pendant le réglage manuel de l’ouverture. Bijregelen van de helderheid van het beeld Bij het maken van video-opnamen ’s winters met sneeuw en ijs, of juist hartje zomer aan een zonnig strand, kan de achtergrond wel eens zo fel verlicht zijn dat uw onderwerp te donker uitkomt. Dit kunt u verhelpen door de belichting in het instelmenu aan de omstandigheden aan te passen. Anderzijds kunt u deze belichtingsregeling ook gebruiken wanneer het onderwerp zelf te fel verlicht is, zoals bij een theatervoorstelling of concert, of een straat met neon-verlichting, enz. U kunt de AE SHIFT helderheidsregeling inschakelen in het instelmenu (zie blz. 28). Uitschakelen van de AE SHIFT helderheidsregeling Kies in het instelmenu de middelste stand voor de “AE SHIFT” instelling. Voor het instellen van de helderheid Het is aanbevolen de camcorder op een TVtoestel aan te sluiten, zodat u de helderheid van het beeld op het TV-scherm kunt controleren. Betreffende de AE SHIFT helderheidsregeling Het is niet mogelijk de helderheid bij te regelen met de AE SHIFT functie wanneer u het diafragma met de hand instelt. 72 Réglage de la balance des blancs La balance de blancs est un réglage qui permet d’ajuster les niveaux des blancs par rapport aux autres couleurs pour obtenir des couleurs plus naturelles et un véritable blanc. Sélection du mode approprié Sélectionnez le mode de balance des blancs approprié selon les conditions suivantes: [b] De kleurbalans-instelling dient om witgekleurde onderwerpen ook zo wit mogelijk op de band te krijgen en om natuurlijker kleuren en huidtinten te verkrijgen. Kiezen van de beste kleurbalans-instelling Kies de geschikte kleurbalans-instelling aan de hand van de opname-omstandigheden, als volgt. [c] [d] ∑ •Réglage instantané de la balance des blancs sur un sujet éclairé d’une certaine façon alors que la balance des blancs est réglée pour d’autres conditions d’éclairage. •Sujet ou arrière-plan monochrome [a] w Mode Extérieur Prise de vues d’un lever/coucher du soleil, juste avant le lever du soleil et juste après le coucher du soleil [b], enseignes au néon ou feux d’artifice [c] e Mode Intérieur •Changement rapide des conditions d’éclairage [d] •Local trop lumineux comme un studio de photographie •Sous des lampes au sodium ou au mercure Pour les prises de vues sous une lampe fluorescente, il est conseillé de régler la balance des blancs en mode automatique. Il se peut en effet que vous n’obteniez pas une balance des blancs adéquate lors de la prise de vues en intérieur. ∑ Druktoets-kleurbalansinstelling •Opnamen van een kortstondig speciaal verlicht onderwerp, terwijl de vaste kleurbalansinstelling daar niet bij past •Monochromatisch gekleurd onderwerp of achtergrond [a] w Buitenshuis Uitgebreide bedieningsfuncties ∑ Mode de balance des blancs instantanée Opérations avancées [a] Instellen van de kleurbalans Buitenopnamen bij het ondergaan/opkomen van de zon, in de schemering, voor zonsopgang [b], een straat met neonverlichting of vuurwerk [c] e Binnenshuis •Snel wisselende lichtomstandigheden [d] •Extreem heldere verlichting, zoals bijvoorbeeld in een fotostudio •Onderwerpen onder een natriumlamp of kwiklamp Bij opnemen onder gewone tl-buisverlichting is het aanbevolen de kleurbalans automatisch in te stellen. Gebruik van de binnenshuis-stand kan hierbij niet altijd de juiste kleurbalans opleveren. 73 Réglage de la balance des blancs Instellen van de kleurbalans Réglage du mode de balance des blancs Kiezen van de kleurbalansinstelling (1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. (2) Appuyez sur WHT BAL pour que l’indicateur de balance des blancs apparaisse. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner le mode souhaité. Si vous sélectionnez le mode de balance des blancs instantanée, appuyez sur la molette de commande après avoir sélectionné l’indicateur de balance des blancs instantanée. 1 AUTO LOCK (1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. (2) Druk op de WHT BAL toets zodat de kleurbalans-indicator in beeld verschijnt. (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op de gewenste kleurbalans-stand. Kiest u de druktoets-kleurbalansinstelling, druk dan na het kiezen van de bijbehorende indicator eenmaal op de regelknop. 3 HOLD ∑ 2 w WHT BAL e Pour revenir au mode de balance des blancs automatique Terugkeren naar de automatische kleurbalansregeling Appuyez sur WHT BAL de sorte que l’indicateur de la balance des blancs disparaisse ou réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK. Druk op de WHT BAL toets zodat de kleurbalans-indicator uit beeld verdwijnt of zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar terug in de “AUTO LOCK” stand. Lorsque la source lumineuse change Refaites le réglage de la balance des blancs. Vous ne pouvez pas sélectionner le mode de balance des blancs instantanée pendant la prise de vues. •Si vous effectuez une prise de vues en mode de réglage manuel, réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK, puis à nouveau sur la position centrale. •Si vous effectuez une prise de vues en mode de réglage automatique ou si vous remplacez la batterie, dirigez l’objectif vers un objet blanc pendant environ 10 secondes et commencez à filmer. 74 Bij verandering in de lichtomstandigheden Stel de kleurbalans opnieuw in. Tijdens het opnemen kunt u niet kiezen voor de druktoetskleurbalansinstelling. • Bent u aan ’t opnemen met handmatige instellingen, zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar dan eenmaal in de “AUTO LOCK” stand en dan weer terug in de middenpositie. • Bent u aan ’t opnemen met automatische instellingen of heeft u net het batterijpak verwisseld, houd de lens van de camcorder dan ongeveer 10 seconden lang op een wit voorwerp gericht en begin daarna met opnemen. Réglage de la balance des blancs Instellen van de kleurbalans Réglage manuel de la balance des blancs (mode de balance des blancs instantanée) Vasthouden van de handmatig ingestelde kleurbalans (Druktoets-kleurbalansinstelling) Uitgebreide bedieningsfuncties 1 Met de druktoets-instelling kunt u de kleurbalans met een simpele druk op de toets instellen en de gemaakte instelling vasthouden. Bij deze handmatige instelling zullen de opgenomen kleuren van uw onderwerp er natuurlijk blijven uitzien, zolang de lichtomstandigheden niet veranderen. Als het licht echter verandert, zullen de kleuren er anders gaan uitzien, niet zozeer voor ons oog, maar wel op een videoband. Voor het opnemen onder wisselend licht kunt u de kleurbalans beter automatisch instellen; dan blijven de kleuren en bijvoorbeeld huidtinten er natuurlijk uitzien, ook als de belichting verandert. (1) Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de middelste stand. (2) Druk op de WHT BAL toets en draai aan de regelknop zodat de druktoetskleurbalansindicator in beeld verschijnt. (3) Plaats de witte lensdop op de lens van de camcorder en richt deze op een geschikt onderwerp als u buitenshuis filmt of op een lichtbron als u binnenshuis filmt. (4) Druk op de regelknop. De druktoets-kleurbalansindicator begint nu snel te knipperen. Wanneer de nieuwe instelling voor de kleurbalans in het geheugen is vastgelegd, stopt de druktoets-indicator met knipperen. Voor het opnemen onder studiolampen of een speciale videolamp kunt u het beste de binnenshuis-kleurbalansinstelling kiezen. Opérations avancées Vous pouvez régler manuellement la balance des blancs pour des conditions d’éclairage particulières. Lorsque la balance des blancs est réglée manuellement, les couleurs du sujet filmé conservent une apparence naturelle tant que les conditions d’éclairage ne changent pas. Si vous réalisez une prise de vues dans des conditions d’éclairage changeantes, réglez la balance des blancs en mode AUTO; les couleurs du sujet resteront identiques même si les conditions d’éclairage changent. (1) Réglez AUTO LOCK/HOLD sur la position centrale. (2) Appuyez sur WHT BAL et tournez ensuite la molette de commande pour sélectionner l’indicateur de balance des blancs instantanée. (3) Fixez le bouchon d’objectif blanc fourni et dirigez le camescope vers un sujet si vous filmez à l’extérieur ou en direction d’une source lumineuse dans le cas d’une prise de vues à l’intérieur. (4) Appuyez sur la molette de commande. L’indicateur de balance des blancs instantanée se met à clignoter rapidement. Lorsque la balance des blancs est réglée, l’indicateur cesse de clignoter. Si vous réalisez une prise de vues sous un éclairage de studio, il est conseillé d’activer le mode Intérieur. 3 AUTO LOCK HOLD 2 4 WHT BAL ∑ 75 Réglage de la balance des blancs Pour revenir au mode de réglage automatique de la balance des blancs Terugkeren naar de automatische kleurbalansregeling Appuyez sur WHT BAL pour que l’indicateur de balance des blancs instantanée disparaisse. Druk op de WHT BAL toets zodat de druktoetskleurbalansindicator uit beeld verdwijnt. Remarque sur l’indicateur de balance des blancs instantanée L’indicateur clignote lentement : la balance des blancs n’est pas réglée. L’indicateur clignote rapidement : la balance des blancs est en cours de réglage avec la molette de commande. L’indicateur est allumé : la balance des blancs est réglée. Betekenis van de druktoetskleurbalansindicator Langzaam knipperend: de kleurbalans is nog niet ingesteld. Snel knipperend: de kleurbalans wordt nu ingesteld met de regelknop. Vast oplichtend: de kleurbalans is ingesteld. Remarque sur le réglage du mode de balance des blancs instantanée Le réglage de la balance des blancs pour le mode de balance des blancs instantanée est conservé même si vous mettez l’appareil hors tension ou changez le mode de balance des blancs tant que la source d’alimentation est raccordée au camescope. Le réglage est conservé pendant une heure même si vous débranchez la source d’alimentation dans la mesure où la pile au lithium est installée dans le camescope. Si l’indicateur de balance des blancs instantanée ne cesse pas de clignoter lorsque vous appuyez sur la molette de commande L’éclairage est probablement insuffisant ou vous avez oublié de mettre le bouchon d’objectif blanc. Si c’est le cas, augmentez l’intensité de la source lumineuse ou mettez le bouchon d’objectif blanc et recommencez. Si l’indicateur continue de clignoter, appuyez sur WHT BAL pour mettre le camescope en mode de balance des blancs automatique (sans indicateur) ou réglez AUTO LOCK/HOLD sur AUTO LOCK. 76 Instellen van de kleurbalans Vasthouden van de druktoetskleurbalansinstelling De eenmaal gemaakte druktoetskleurbalansinstelling wordt vastgehouden, ook na uitschakelen van de camcorder of overschakelen op de automatische kleurbalansinstelling, zolang er een stroombron op de camcorder is aangesloten. Bovendien zal de instelling ook na verwijderen van de stroombron een uur lang worden vastgehouden, mits er een lithiumbatterij in de camcorder aanwezig is. Als de druktoets-kleurbalansindicator na indrukken van de regelknop niet stopt met knipperen Waarschijnlijk is er dan onvoldoende licht of misschien is de witte lensdop niet op de lens van de camcorder geplaatst. In dit geval brengt u de lensdop aan of zorgt u voor meer licht en dan probeert u het opnieuw. Als de indicator daarna nog steeds blijft knipperen, drukt u op de WHT BAL toets om de camcorder over te schakelen naar de automatische kleurbalansinstelling (zonder indicator) of zet u de AUTO LOCK/ HOLD schakelaar in de “AUTO LOCK” stand. Addition d’effets numériques lors de la lecture DIGITAL EFFECT STILL Pour annuler l’effet numérique Appuyez sur DIGITAL EFFECT. 2 STILL Uitgebreide bedieningsfuncties 1 Tijdens het afspelen kunt u de weergegeven videobeelden verwerken met de digitale beeldeffect-functies: “STILL” voor dubbelbeeldweergave, “FLASH” voor interval-weergave, “LUMI.” voor helderheidssleutel-weergave en “TRAIL” voor nabeeld-weergave. Zie voor een beschrijving van deze functies het hoofdstuk over beeldeffecten onder camera-opname. U kunt de hiermee verwerkte beelden op het TVscherm weergeven of ze overnemen op een andere videorecorder. Tijdens deze bewerkingen kunt u echter de beelden niet weer opnemen op deze camcorder. (1) Druk tijdens weergave op de DIGITAL EFFECT toets en draai aan de regelknop tot de gewenste beeldeffect-aanduiding (STILL, FLASH, LUMI. of TRAIL) gaat knipperen. (2) Druk de regelknop in. De beeldeffect-aanduiding blijft nu branden en er verschijnen enkele balkjes in beeld. Bij de “STILL” en “LUMI.” functies wordt het beeld waarbij u de regelknop indrukt, als stilstaand beeld in het geheugen vastgelegd. (3) Draai aan de regelknop om het digitale beeldeffect naar wens bij te regelen. Opérations avancées Pendant la lecture, vous pouvez ajouter des effets numériques à une scène en utilisant les fonctions STILL (incrustation d’une image fixe), FLASH (effet stroboscopique), LUMI. (incrustation en luminance) et TRAIL (effet de traînage). Pour les détails de chaque fonction, reportez-vous aux pages précédentes. Vous pouvez regarder l’image ainsi truquée sur un téléviseur ou l’utiliser pour le montage sur un autre appareil vidéo. Vous ne pouvez pas enregistrer sur le camescope pendant cette opération. (1) Pendant la lecture, appuyez sur DIGITAL EFFECT et tournez la molette de commande jusqu’à ce que l’indicateur d’effet numérique souhaité (STILL, FLASH, LUMI. ou TRAIL) clignote. (2) Appuyez sur la molette de commande. L’indicateur d’effet numérique s’allume et l’afficheur incrémental apparaît. En mode STILL ou LUMI., l’image affichée au moment où vous appuyez sur la molette est mémorisée sous forme d’image fixe. (3) Tournez la molette de commande pour ajuster l’effet. Digitale beeldeffecten tijdens weergave 3 Uitschakelen van de digitale beeldeffecten Druk op de DIGITAL EFFECT toets. Remarques sur l’addition d’effets numériques •Pendant la recherche d’images, la lecture au ralenti ou la pause, des parasites apparaissent sur l’image. •Quand l’indicateur d’effet numérique clignote rapidement, vous ne pouvez pas utiliser d’effet numérique. Opmerkingen over de digitale beeldeffecten •Bij de vertraagde weergave, de zoekfuncties en in de pauzestand kan er storing in het beeld verschijnen. •Wanneer de digitale beeldeffect-aanduiding snel gaat knipperen, kunt u de digitale beeldeffecten niet gebruiken. 77 Recherche d’un passage d’après la date d’enregistrement Opzoeken van de eerste opname van een bepaalde dag Vous pouvez localiser un passage entre deux dates d’enregistrement grâce au code de données qui s’enregistre automatiquement sur la bande. Il existe deux modes de recherche: •Recherche d’une date particulière et lecture à partir de celle-ci (Localisation d’une date) •Recherche du début de chaque enregistrement, date par date, et lecture des 10 premières secondes de chacun (Balayage des dates) 4.7.1998 U kunt op een cassette met video-opnamen het overgangspunt tussen twee opnamedata opzoeken, aan de hand van de opnamegegevens die automatisch op de band worden vastgelegd. Deze zoekfunctie kunt u op twee manieren gebruiken: •U kunt de eerste opname van een bepaalde dag opzoeken om de band automatisch vanaf dat punt weer te geven (datum-zoekfunctie), of •U kunt het begin van alle opnamedagen één voor één doornemen, waarbij van elke dag alleen de eerste tien seconden van de opname worden weergegeven (data-doorloopfunctie). 5.7.1998 V [a] V [b] Chaque fois que vous appuyez sur DATE, le mode change de la manière suivante: Balayage Localisation d'une date n des dates n hors service Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou un magnétoscope pour visionner l’image sur un téléviseur. Si les indicateurs du viseur n’apparaissent pas sur l’écran de télévision pendant la lecture, appuyez sur la touche DISPLAY de la télécommande. 31.12.1998 V [c] Telkens wanneer u op de DATE zoektoets drukt, verspringt de zoekfunctie als volgt: DatumDatazoekfuncties zoekfunctie n doorloopfunctie n uitgeschakeld Voor deze zoekfuncties is het aanbevolen de camcorder aan te sluiten op uw TV-toestel of videorecorder, zodat u de beelden op het TVscherm kunt zien. Als de aanduidingen in de zoeker tijdens de bediening niet op het TVscherm verschijnen, drukt u dan op de DISPLAY toets van de afstandsbediening. Pour localiser une date (1) Réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER. Les touches de transport de bande s’allument. (2) Appuyez sur DATE de la télécommande. (3) Si la position actuelle sur la bande est [b], appuyez sur 0 pour rechercher vers [a] ou sur ) pour rechercher vers [c] . 78 Zoeken naar de eerste opname van een bepaalde dag (1) Zet de POWER schakelaar in de “PLAYER” stand. De bandlooptoetsen lichten op. (2) Druk op de DATE zoektoets van de afstandsbediening. (3) Wanneer u zich bij het punt [b] op de band bevindt, drukt u op de 0 terugspoeltoets om in de richting van [a] te zoeken of op de ) vooruitspoeltoets om in de richting van [c] te zoeken. Recherche d’un passage d’après la date d’enregistrement Opzoeken van de eerste opname van een bepaalde dag Pour balayer toutes les dates (1) Réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER. (2) Appuyez deux fois sur DATE de la télécommande. (3) Appuyez sur 0 ou ). Le balayage commence. (1) Zet de POWER schakelaar in de “PLAYER” stand. (2) Druk tweemaal op de DATE zoektoets van de afstandsbediening. (3) Druk op de 0 of ) snelspoeltoets. De data-doorloopfunctie begint de band te doorzoeken. POWER CAMERA Opérations avancées 1 Doornemen van het begin van alle opnamedagen OFF PLAYER 3 DATE REW DATE SEARCH FF DATE SCAN Pour arrêter la recherche ou le balayage Appuyez sur une des touches de transport de bande suivantes: DATE , (, p, 0 ou ). Stoppen met doorzoeken van de band Druk op de DATE toets of op een van de bandlooptoetsen: ( weergavetoets, p stoptoets, 0 of ) snelspoeltoets. Pour voir les images pendant la recherche ou le balayage Appuyez sur ( puis sur 0 ou ). Bekijken van de beelden tijdens het zoeken of doornemen van de band Druk eerst op de ( weergavetoets, voordat u op de 0 of ) snelspoeltoets drukt. Si vous effectuez la recherche ou le balayage pendant la lecture Quand le camescope recherche la date, vous pouvez voir les images défiler vers l’avant ou l’arrière, mais elles sont un peu parasitées. Bij gebruik van de datum-zoekfunktie of datadoorloopfunktie tijdens weergave Terwijl de camcorder naar de datum-overgang zoekt, zullen de beelden versneld worden weergegeven. Enige storing in het beeld is hierbij overmijdelijk. Si vous avez effacé ou réinscrit l’index Le point où la date a changé peut être décalé d’environ 10 secondes. Als u een indexsignaal hebt aangebracht of gewist Dan kan het punt waarbij de datum verspringt op de band ongeveer 10 sekonden zijn verschoven. Remarques sur la recherche par date ou balayage •Si l’enregistrement effectué en une journée est inférieur à 2 minutes, le camescope ne pourra vraisemblablement pas le localiser. •La recherche par date et le balayage des dates ne fonctionnent pas avec les camescopes qui n’inscrivent pas les codes de données. •Si vous inscrivez le code temporel RC sur une cassette enregistrée, la recherche par la date et le balayage des dates ne fonctionneront pas. Betreffende de datum-zoekfunctie en de datadoorloopfunctie •Als de opname op een bepaalde dag niet langer heeft geduurd dan twee minuten, zullen de zoekfuncties die dag niet altijd kunnen vinden. •De datum-zoekfunctie en de datadoorloopfunctie zullen niet werken voor een videocassette die is opgenomen met een camcorder zonder Data Code functie. •Als u de RC tijdcode vastlegt op een opgenomen videocassette, zullen de datumzoekfunctie en de data-doorloopfunctie niet meer werken. Uitgebreide bedieningsfuncties 2 79 Retour à un point mémorisé d’un enregistrement Avec la télécommande vous pouvez facilement revenir à un point mémorisé après la lecture. Utilisez le compteur de bande. Si le code temporel RC apparaît, réglez COUNTER sur NORMAL dans le menu pour afficher le compteur de bande. Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou un magnétoscope pour visionner l’image sur un téléviseur. Si les indicateurs du viseur n’apparaissent pas sur l’écran de télévision pendant la lecture, appuyez sur la touche DISPLAY de la télécommande. (1) Pendant la lecture, appuyez sur COUNTER RESET au point que vous voulez localiser par la suite. Le compteur indique “0:00:00”. (2) Appuyez sur p quand vous voulez arrêter la lecture. (3) Appuyez sur ZERO MEM de la télécommande. L’indicateur “ZERO MEM” clignote. (4) Appuyez sur 0 pour rembobiner ou sur ) pour avancer la bande jusqu’au point zéro du compteur. La bande s’arrête automatiquement quand le compteur atteint approximativement zéro. 1 COUNTER RESET 0:00:00 Terugkeren naar een eerder vastgelegd punt Met behulp van de afstandsbediening kunt u na de weergave gemakkelijk terugkeren naar een bepaald punt op de band. Hiervoor gebruikt u de bandteller. Als de RC tijdcode wordt aangegeven, zet u eerst de COUNTER instelling in het keuzemenu op “NORMAL” om over te schakelen naar de bandteller. Hierbij is het aanbevolen de camcorder aan te sluiten op uw TV-toestel of videorecorder, zodat u de beelden op het TV-scherm kunt zien. Als de aanduidingen in de zoeker tijdens de bediening niet op het TV-scherm verschijnen, drukt u dan op de DISPLAY toets van de afstandsbediening. (1) Druk tijdens het afspelen op de COUNTER RESET toets wanneer u van plan bent later naar het betreffende punt op de band terug te keren. De bandteller in het uitleesvenster komt dan op “0:00:00” te staan. (2) Druk op de p stoptoets als u wilt stoppen met opnemen. (3) Druk op de ZERO MEM toets van de afstandsbediening. De “ZERO MEM” aanduiding gaat knipperen. (4) Druk op de 0 terugspoeltoets om de band terug te spoelen of op de ) toets om de band door te spoelen naar het teller-nulpunt. De band zal dan bij het snelspoelen automatisch stoppen wanneer de teller ongeveer op nul komt te staan. 3 0:12:34 ZERO MEM ZERO MEM 2 80 STOP Remarques sur le compteur de bande •Quelque chose doit être enregistré sur la bande pour que le compteur fonctionne. Le compteur ne tourne pas si la bande est vierge. •Il peut y avoir quelques secondes de décalage par rapport au temps réel. 4 REW FF Opmerkingen betreffende de bandteller •De bandteller zal niet functioneren als er geen opnamen op de cassette staan. Voor een onbespeelde cassette werkt de bandteller niet. •Tussen de tellerstand en het exacte nulpunt op de band kan een afwijking van enkele seconden optreden. Retour à un point mémorisé d’un enregistrement Remarques sur ZERO MEM •Quand vous appuyez sur ZERO MEM, le point zéro du compteur est mémorisé. Appuyez une nouvelle fois sur ZERO MEM avant de rembobiner la bande pour annuler la mémoire. •La fonction est automatiquement annulée une fois que la bande a été rembobinée ou avancée jusqu’au point mémorisé. •ZERO MEM ne fonctionne pas pendant l’enregistrement ou la lecture. Inscription d’un index Vous pouvez inscrire un index pendant la lecture ou l’enregistrement. Inscription d’un index au début de l’enregistrement ou de la lecture Appuyez sur INDEX MARK de la télécommande en mode d’attente d’enregistrement ou de pause de lecture. L’indicateur INDEX MARK apparaît dans le viseur et clignote. Quand l’enregistrement ou la lecture commence, l’indicateur MARK cesse de clignoter pour signaler que l’index est en train d’être inscrit, puis il disparaît. Opzoeken van een gemarkeerd indexpunt Het begin van een bepaalde opname zult u later gemakkelijk kunnen terugvinden aan de hand van een zogenaamd indexsignaal, dat u tijdens weergave of opname op de band vastlegt. Hierbij is het aanbevolen de camcorder aan te sluiten op uw TV-toestel of videorecorder, zodat u de beelden op het TV-scherm kunt zien. Als de aanduidingen in de zoeker tijdens de bediening niet op het TV-scherm verschijnen, drukt u dan op de DISPLAY toets van de afstandsbediening. Uitgebreide bedieningsfuncties Vous pouvez facilement localiser le début d’un programme en inscrivant un index pendant l’enregistrement ou la lecture et en recherchant ensuite cet index. Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou un magnétoscope pour visionner l’image sur un téléviseur. Si les indicateurs du viseur n’apparaissent pas sur l’écran de télévision pendant la lecture, appuyez sur la touche DISPLAY de la télécommande. Opmerkingen over de ZERO MEM terugkeerfunctie •Als u de ZERO MEM toets indrukt, wordt het teller-nulpunt in het geheugen vastgelegd. Druk voor het terugspoelen nogmaals op de ZERO MEM toets als u deze functie wilt uitschakelen. •Wanneer u de band eenmaal terugspoelt of vooruitspoelt naar het punt dat u met de nulgeheugenfunctie heeft vastgelegd, wordt de ZERO MEM functie automatisch uitgeschakeld. •Druk pas ná het stopzetten van de band op de ZERO MEM toets, want deze werkt niet tijdens weergeven of opnemen. Opérations avancées Localisation d’un repère Terugkeren naar een eerder vastgelegd punt Aanbrengen van indexsignalen U kunt zowel tijdens opnemen als afspelen bij elk gewenst punt een indexsignaal op de cassetteband aanbrengen. Aanbrengen van een indexsignaal aan het begin van de opname of weergave Druk in de opnamepauzestand of de weergavepauzestand tijdens op de INDEX MARK toets van de afstandsbediening. De “INDEX MARK” aanduiding gaat dan knipperen in de zoeker. Wanneer het weergeven of opnemen begint, stopt de “MARK” aanduiding met knipperen, ten teken dat het indexsignaal is vastgelegd. Vervolgens verdwijnt de “INDEX MARK” aanduiding. 81 Localisation d’un repère Opzoeken van een gemarkeerd indexpunt Inscription d’un index pendant l’enregistrement ou la lecture Aanbrengen van een indexsignaal tijdens opnemen of weergeven Appuyez sur MARK de la télécommande au point où vous voulez revenir par la suite. Druk bij het punt dat u later wilt terugvinden op de MARK toets van de afstandsbediening. MARK INDEX MARK Remarques sur l’indexation •Veillez à inscrire les index à au moins deux minutes d’intervalles, sinon la recherche ne se fera pas correctement. •Si vous arrêtez l’enregistrement pendant l’inscription d’un index (l’indicateur INDEX MARK est allumé dans le viseur), la recherche ne se fera peut-être pas correctement. •Si vous inscrivez un index sur la bande alors que le code de données est enregistré, le code de données sera effacé au point où vous avez inscrit l’index. Lors de la lecture de la cassette, le camescope affichera le code de données jusqu’au point situé immédiatement avant le code qui a été effacé. •Une bande noire apparaît si vous marquez un index pendant la lecture et le son n’est pas audible, mais cela n’a aucune influence sur l’image et le son enregistrés. •Vous ne pouvez pas inscrire d’index pendant l’enregistrement de photos. •Vous ne pouvez pas inscrire d’index sur une cassette dont le repère rouge est visible. •Vous ne pouvez pas inscrire d’index sur une cassette enregistrée en NTSC. •Vous ne pouvez pas inscrire d’index pendant l’enregistrement en mode 5SEC, l’enregistrement avec la touche START/STOP seulement ou pendant la sortie en fondu. 82 Opmerkingen betreffende de index-markering •Er dient altijd een pauze van tenminste 2 minuten tussen twee indexsignalen aanwezig te zijn. Indien meerdere indexsignalen binnen een interval van 2 minuten (bij normale bandloop) op de band worden vastgelegd, is het mogelijk dat het apparaat niet naar behoren functioneert. •Als u stopt met opnemen terwijl het indexsignaal wordt aangebracht (d.w.z. terwijl de “INDEX MARK” aanduiding knippert in de zoeker), kan het gebeuren dat het zoeken later niet naar wens verloopt. •Bij het aanbrengen van een indexsignaal op de band zal de camcorder op dit punt de Data Code opnamegegevenscode automatisch wissen. Bij het afspelen van deze videocassette zal de camcorder dan, in plaats van de gewiste opnamegegevens, de daaraan voorafgaande opnamegegevens blijven aangeven. •Wanneer u tijdens het afspelen een indexsignaal aanbrengt, zal er een zwarte balk in beeld verschijnen en zal het geluid enkele ogenblikken lang niet doorkomen. De indexmarkering heeft echter geen invloed op het beeld en geluid van de bestaande opnamen. •Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te brengen tijdens het opnemen van een stilstaand beeld. •Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te brengen op een videocassette die met het wispreventienokje tegen opnemen beveiligd is. •Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te brengen op een videocassette die NTSC opnamen bevat. •Het is niet mogelijk een indexsignaal aan te brengen tijdens opnemen in de “5SEC” stand of de “ ” START/STOP druktoets-stand, of tijdens het uit-faden. Localisation d’un repère Balayage du début de chaque passage indexé - Balayage d’index (1) Druk tijdens normale weergave op de INDEX toets van de afstandsbediening. (2) Druk op de 0 of de ) snelspoeltoets. De band wordt nu snel vooruit- of teruggespoeld en wordt dan circa 10 seconden lang weergegeven vanaf het punt waar het indexsignaal werd aangetroffen. Als u de weergave wilt vervolgen, drukt u op de ( weergavetoets. Als u niet op een toets drukt, zal de band even later weer automatisch worden doorgespoeld naar het volgende indexpunt. INDEX Uitgebreide bedieningsfuncties 1 Doorlopen van de indexsignalen - Index-scan Opérations avancées (1) Appuyez sur INDEX de la télécommande pendant la lecture normale. (2) Appuyez sur 0 ou ). La bande avance ou se rembobine rapidement, et les 10 secondes environ qui suivent le point où l’index a été inscrit sont reproduites. Si vous voulez continuer la lecture, appuyez sur (. Si vous n’appuyez sur aucune touche, le programme suivant sera automatiquement localisé. Opzoeken van een gemarkeerd indexpunt INDEX 00 SCAN 2 REW FF INDEX 00 SCAN Pour annuler le balayage d’index Appuyez sur (. La lecture redevient normale. Uitschakelen van de indexdoorloopfunctie Druk op de ( weergavetoets. De normale weergave wordt dan hervat. 83 Localisation d’un repère Localisation d’un repère donné - Recherche d’index (1) Appuyez sur INDEX de la télécommande pendant l’arrêt ou la lecture. (2) Appuyez de façon répétée sur INDEX jusqu’à ce que le numéro d’index du programme souhaité soit affiché dans le viseur. (3) Appuyez sur 0 ou ). La lecture commence au début du programme souhaité. [a] position actuelle [b] numéro d’index Opzoeken van een gemarkeerd indexpunt Opzoeken van het gewenste indexsignaal - Indexzoekfunctie (1) Druk tijdens weergave of in de stopstand op de INDEX toets van de afstandsbediening. (2) Druk net zo vaak op de INDEX toets totdat het nummer van het gewenste indexsignaal in de zoeker verschijnt. (3) Druk op de 0 of ) snelspoeltoets. De weergave begint dan even later vanaf het gevonden indexsignaal. [a] Huidige positie [b] INDEX nummer 1 [a] INDEX INDEX 00 SCAN [b] 2 2 1 1 2 INDEX INDEX 02 SEARCH 3 REW Pour arrêter la recherche d’index Appuyez sur (. La lecture redevient normale. Remarque sur le numéro d’index Le numéro d’index (1, 2 etc.) indique la distance à partir du point actuel [a] sans tenir compte du sens. 84 FF Uitschakelen van de indexzoekfunctie Druk op de ( weergavetoets. De normale weergave wordt nu hervat. Betreffende het aangegeven indexnummer Het zichtbare indexnummer (1, 2 enz.) geeft de afstand aan vanaf het punt op de band waar u zich op dat moment bevindt [a], ongeacht of dit in voorwaartse of terugwaartse richting is. Localisation d’un repère Opzoeken van een gemarkeerd indexpunt Suppression d’un index Wissen van een indexsignaal (1) Zoek het indexsignaal dat u wilt wissen op, met de index-zoekfunctie of de indexdoorloopfunctie. (2) Druk binnen 2 à 10 seconden na het starten van de weergave op de ERASE toets van de afstandsbediening. Nadat het indexsignaal gewist is, keert de camcorder terug naar de index-doorloopfunctie, als u die gebruikte in stap 1. Gebruikte u de index-zoekfunctie, dan schakelt de camcorder na het wissen over op normale weergave. 1 INDEX REW FF Remarques sur la suppression d’index •Appuyez sur ERASE pendant plus de 2 secondes après le commencement de la lecture du programme souhaité. •Vous ne pouvez pas supprimer d’index sur les cassettes dont le repère rouge est visible. •Quand un index est supprimé, vous ne pouvez pas entendre le son et une bande noire apparaît au bas de l’image, mais cela n’a aucune influence sur le son et l’image enregistrés. •Le camescope peut repérer les index inscrits par un magnétoscope, mais il ne peut pas les supprimer. Les magnétoscopes avec fonction d’indexation peuvent détecter les index inscrits par le camescope, mais ils ne peuvent pas les supprimer. •Un index peut être supprimé quand vous faites un PCM sur un autre magnétoscope à l’endroit où l’index était inscrit. Remarque sur le code de données Quand un index est supprimé, le code de données inscrit sur la même partie de la bande est également supprimé. ERASE Uitgebreide bedieningsfuncties 2 Opérations avancées (1) Localisez l’index que vous voulez supprimer en utilisant la recherche d’index ou le balayage d’index. (2) Appuyez sur ERASE de la télécommande pendant 2 à 10 secondes quand le programme souhaité est reproduit. Quand l’index est supprimé, le camescope revient au mode de balayage, si vous avez utilisé le balayage d’index à l’étape 1. Si vous avez utilisé la recherche d’index, la lecture redevient normale. Opmerkingen over het wissen van indexsignalen •Druk pas 2 seconden na het starten van de weergave op de ERASE toets. •Op een videocassette waarvan het wispreventienokje is ingeschoven, zodat het rode merkteken zichtbaar is, zult u geen indexsignaal kunnen wissen. •Terwijl het indexsignaal wordt gewist, zult u geen geluidsweergave hebben en verschijnt er onder in het beeld een zwarte balk. Het opgenomen beeld en geluid worden hier echter niet door beïnvloed. •Deze camcorder is wel in staat om indexsignalen die met een andere videorecorder zijn aangebracht op te sporen, maar kan deze niet wissen. Een videorecorder met een indexfunctie is wel in staat om de indexsignalen die met deze camcorder zijn aangebracht op te sporen, maar kan deze ook niet wissen. •Het kan gebeuren dat een indexsignaal wordt gewist wanneer u een PCM digitale geluidsopname maakt op een bandgedeelte waar een indexsignaal is aangebracht. Opmerking over de opnamegegevens Als een indexsignaal wordt gewist, worden de Data Code opnamegegevens op hetzelfde gedeelte van de band ook gewist. 85 Inscription du code temporel RC sur une cassette enregistrée Aanbrengen van de RC tijdcode op een eerder opgenomen cassette Vous pouvez inscrire le code temporel RC sur une cassette enregistrée. Utilisez pour cela la télécommande. Avant de commencer, il est conseillé de régler COUNTER sur TIME CODE dans le menu pour afficher le code temporel RC. Il faut raccorder le camescope à un téléviseur ou un magnétoscope pour visionner l’image sur un téléviseur. Si les indicateurs du viseur n’apparaissent pas sur l’écran de télévision pendant la lecture, appuyez sur la touche DISPLAY de la télécommande. (1) Tout en appuyant sur le petit bouton vert, réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER. (2) Rembobinez la bande jusqu’à son début et mettez le camescope en mode de pause de lecture. (3) Appuyez sur TIME CODE WRITE de la télécommande. L’indicateur TIME CODE WRITE apparaît dans le viseur et WRITE clignote. (4)Appuyez sur ( ou P pour démarrer la lecture. L’indicateur WRITE cesse de clignoter et le code temporel RC s’inscrit à compter de 0:00:00:00. U kunt op een cassette die reeds opnamen bevat, desgewenst een RC tijdcode aanbrengen. Gebruik hiervoor de afstandsbediening. Het is aanbevolen voor u hiermee begint, de COUNTER instelling in het keuzemenu op “TIME CODE” te zetten, zodat u de RC tijdcode kunt zien. Ook kunt u beter de camcorder aansluiten op uw TV-toestel of videorecorder, zodat u de beelden op het TV-scherm kunt zien. Als de aanduidingen in de zoeker tijdens de bediening niet op het TV-scherm verschijnen, drukt u dan op de DISPLAY toets van de afstandsbediening. (1) Druk het kleine groene knopje op de POWER schakelaar in en schuif de schakelaar in de “PLAYER” stand. (2) Spoel de cassetteband terug naar het begin en zet de camcorder in de weergave-pauzestand. (3) Druk op de TIME CODE WRITE toets van de afstandsbediening. De “TIME CODE WRITE” aanduiding verschijnt in de zoeker, waarbij het woord “WRITE” knippert. (4) Druk op de ( weergavetoets of de P pauzetoets om de weergave te starten. De “WRITE” aanduiding stopt met knipperen en de RC tijdcode wordt aangebracht, te beginnen met “0:00:00:00”. 1 POWER CAMERA 3 -:--:--:-- TIME CODE WRITE TIMECODE WRITE OFF PLAYER 2 REW 86 PLAY PAUSE 4 PLAY PAUSE 0:00:00:01 TIMECODE WRITE Pour arrêter l’inscription du code temporel RC Stoppen met aanbrengen van de RC tijdcode Appuyez sur p (ou sur toute autre touche de transport de bande). Druk op de p stoptoets (of op een andere bandloopfunctietoets). Inscription du code temporel RC sur une cassette enregistrée Pour inscrire sans discontinuité le code temporel RC Rembobinez la bande jusqu’au passage où le code temporel RC a été inscrit et mettez le camescope en pause de lecture. Suivez ensuite les étapes 3 et 4 précédentes. Le code temporel RC s’inscrit sans discontinuité. Spoel de band terug naar het punt waar de bestaande RC tijdcode stopt en zet de camcorder in de weergave-pauzestand. Volg hierna de bovenstaande stappen 3 en 4. De RC tijdcode zal dan zonder onderbreking op de videoband worden vastgelegd. Opmerkingen over het aanbrengen van de RC tijdcode •Het aanbrengen van de RC tijdcode zal stoppen als u: – nogmaals op de TIME CODE WRITE toets drukt, voordat de weergave begint. – op de INDEX of de DATE SEARCH toets drukt voordat de weergave begint. – van weergave overschakelt naar een andere bandloopfunctie. •Als u een RC tijdcode begint aan te brengen halverwege een cassette waarop nog geen tijdcode was aangebracht, wordt de tijdcode enkele beelden voor het zichtbare beeld gestart. •Bij het aanbrengen van een RC tijdcode op een reeds eerder opgenomen cassette wordt de opnamegegevens-code daarvan gewist. •U kunt de RC tijdcode aanbrengen op een cassette die zowel opnamen met de LP snelheid als met de SP snelheid bevat; de kans bestaat echter, dat de RC tijdcode in de opnamen met de LP snelheid niet goed leesbaar is. •Het is niet mogelijk een RC tijdcode aan te brengen op een videocassette die NTSC opnamen bevat. •Het is niet mogelijk een RC tijdcode aan te brengen op een cassette met het rode wispreventienokje zichtbaar. •Bij het aanbrengen van een RC tijdcode tijdens weergeven zal er een zwarte balk in beeld verschijnen en zal het geluid even niet te horen zijn. Dit heeft echter geen invloed op het reeds opgenomen beeld en geluid. Betreffende de --:--:--:-- aanduiding De --:--:--:-- aanduiding verschijnt tijdens weergave wanneer: •er niets op de band is opgenomen; •de RC tijdcode niet leesbaar is vanwege beschadiging van de band of vanwege storing in het videosignaal. •de video-opnamen zijn gemaakt op een andere videorecorder die niet beschikt over de RC tijdcodefunctie. •het indexsignaal is gewist of er PCM opnamen zijn ingelast op een bandgedeelte waar eerder de RC tijdcode was vastgelegd. In dit geval is het aanbevolen de RC tijdcode opnieuw vast te leggen. Uitgebreide bedieningsfuncties Remarque sur l’indicateur --:--:--:-L’indicateur --:--:--:-- apparaît pendant la lecture si: •rien n’est enregistré. •le code temporel RC n’est pas lisible parce que la cassette est endommagée ou parasitée. •l’enregistrement a été fait sur un magnétoscope qui n’enregistre pas le code temporel RC. •vous avez effacé l’index ou effectué un PCM après l’enregistrement sur un autre magnétoscope à l’endroit où le code temporel RC était inscrit. Dans ce cas, il est conseillé de réinscrire le code temporel RC. Aanbrengen van een RC tijdcode vanaf het punt op de cassette waar de bestaande RC tijdcode stopt Opérations avancées Remarques sur l’inscription du code temporel RC •L’inscription du code temporel RC s’arrête quand: – vous appuyez une seconde fois sur TIME CODE WRITE avant le début de la lecture. – vous appuyez sur INDEX ou DATE SEARCH avant de commencer la lecture. – vous passez du mode de lecture à un autre mode. •Si vous commencez l’inscription du code temporel RC au milieu d’une cassette sans code temporel, l’inscription débutera plusieurs images avant l’image actuelle. •Si le code temporel RC est inscrit sur une cassette enregistrée, le code de données sera effacé. •Vous pouvez inscrire le code temporel RC sur une cassette enregistrée en modes SP et LP, mais dans ce cas, le code inscrit en mode LP risque de ne pas être lu correctement. •Le code temporel RC ne peut pas être inscrit sur une cassette enregistrée en NTSC. •Le code temporel RC ne peut pas être inscrit sur une cassette dont le repère rouge est visible. •Une bande noire apparaît quand le code temporel RC est inscrit pendant la lecture et le son n’est pas audible. Mais cela n’affecte pas l’image ni le son enregistrés. Aanbrengen van de RC tijdcode op een eerder opgenomen cassette 87 Montage sur une autre cassette Vous pouvez créer vos propres vidéogrammes en faisant une copie avec un magnétoscope h 8 mm, H Hi8, j VHS, k S-VHS,  VHSC, K S-VHSC ou Betamax l équipé de prises d’entrée vidéo/audio. Avant le montage Raccordez le camescope au magnétoscope avec le cordon de liaison audio/vidéo fourni. Réglez le sélecteur d’entrée du magnétoscope sur LINE, si disponible. Réglez EDIT sur ON dans le menu (p. 28). Pour commencer le montage Réduisez le volume sur le camescope pendant le montage, sinon l’image risque de présenter de la distorsion. (1) Insérez une cassette vierge (ou une cassette que vous voulez réenregistrer) dans le magnétoscope et une cassette enregistrée dans le camescope. (2) Reproduisez la cassette enregistrée dans le camescope jusqu’à ce que vous ayez trouvé l’image juste avant le point où le montage doit commencer, puis mettez le camescope en mode de pause de lecture en appuyant sur P. (3) Sur le magnétoscope, localisez le point de départ de l’enregistrement et mettez le magnétoscope en mode de pause d’enregistrement. (4) Appuyez d’abord sur P du camescope puis quelques secondes plus tard sur P du magnétoscope pour commencer la copie. U kunt door selectief kopiëren en monteren van opnamen naar een andere videorecorder uw eigen videoproductie samenstellen. U kunt een andere h 8-mm of H Hi-8 recorder, een j VHS, k S-VHS,  VHS-C, K S-VHSC of l Betamax videorecorder gebruiken, mits deze is voorzien van audio/video ingangen. Alvorens met monteren te beginnen Sluit de camcorder aan op een videorecorder met behulp van het bijgeleverde audio/videoaansluitsnoer. Zet de ingangskeuzeschakelaar van de videorecorder op “LINE”, indien mogelijk. Zet in het keuzemenu het onderdeel “EDIT” op “ON” (zie blz. 28). Beginnen met monteren Draai de geluidssterkte van de camcorder terug alvorens u met monteren begint. Anders kan er vervorming in het beeld optreden. (1) Plaats een voor opname geschikte videocassette in de videorecorder die u voor opnemen gebruikt en plaats uw opgenomen cassette in de camcorder. (2) Start de weergave op de camcorder, ga naar een punt vlak voor het gedeelte dat u wilt overnemen of inmonteren en druk daar op de P pauzetoets om de camcorder op dat punt in de weergave-pauzestand te zetten. (3) Zoek op de cassette in de andere videorecorder het punt op waar u de nieuwe opnamen wilt inmonteren en zet de videorecorder bij dat punt in de opname-pauzestand. (4) Om te beginnen met kopiëren drukt u eerst op de P pauzetoets van de camcorder en enkele seconden later op de P pauzetoets van de videorecorder voor opname. Pour copier plusieurs scènes Om nog andere opnamen over te kopiëren Refaites les opérations 2 à 4. Herhaal de stappen 2 t/m 4. Pour incruster un titre lors du montage Vous pouvez superposer un titre en cours de montage. Reportez-vous à “Incrustation d’un titre” (p. 48). Remarque sur la fonction DISPLAY Si vous avez affiché les indicateurs du viseur sur un téléviseur, faites-les disparaître en appuyant sur DISPLAY de la télécommande pour qu’ils n’apparaissent pas sur la copie. Pour arrêter le montage Appuyez sur p sur le camescope et le magnétoscope. 88 Monteren van video-opnamen naar een andere videocassette Remarque sur le montage synchronisé précis Si vous raccordez une platine vidéo présentant la fonction Fine Synchro Edit (montage synchronisé précis) à la prise LANC l du camescope à l’aide d’un câble LANC (non fourni), le montage sera bien plus précis. Tijdens het monteren een titel in beeld brengen Tijdens de videomontage kunt u een titelbeeld in uw nieuwe productie opnemen. Volg de aanwijzingen onder “In beeld brengen van een titel” (blz. 48). Betreffende de DISPLAY beeldschermaanduidingen Als u de aanduidingen in de zoeker ook op het TV-scherm hebt laten verschijnen, drukt u voor het monteren eerst op de DISPLAY toets van de afstandsbediening om de beeldschermaanduidingen te laten verdwijnen, anders zullen ze ook in de beelden op de nieuw opgenomen band worden overgenomen. Stoppen met kopiëren Druk zowel op de camcorder als op de videorecorder de p stoptoets in. Opmerking over de Fine Synchro Edit montage Als u een videorecorder die beschikt over een Fine Synchro Edit montagefunctie aansluit op de LANC l aansluiting van deze digitale camcorder met een LANC bedieningskabel (niet bijgeleverd), dan zult u de montage met optimale precisie kunnen verrichten. Informations complémentaires Remplacement de la pile au lithium du camescope Vervangen van de lithiumbatterij in de camcorder Uw camcorder is bij aflevering reeds van een lithiumbatterij voorzien. Wanneer de batterij leegraakt, zal de I indicator circa 5 seconden lang in de zoeker gaan knipperen wanneer u de POWER schakelaar in de “CAMERA” stand zet. In dat geval vervangt u de batterij door een nieuwe Sony CR2025 lithiumbatterij. Gebruik geen ander soort batterij, aangezien dit gevaar voor brand of ontploffing kan opleveren. Werp lege batterijen niet weg, maar lever ze in als KCA, volgens de aanwijzingen van de fabrikant. De lithiumbatterij van de camcorder zal bij normaal gebruik ongeveer een jaar lang meegaan. (De lithiumbatterij die reeds in de fabriek is aangebracht, kan echter na aankoop wel eens minder lang dan een jaar meegaan.) Remarques sur la pile au lithium •Gardez la pile au lithium hors de portée des enfants. Si la pile était avalée, consultez immédiatement un médecin. •Essuyez la pile avec un chiffon sec pour assurer un bon contact. •Afin d’éviter tout risque de court-circuit, ne tenez pas la pile au lithium avec une pince métallique. •La pile au lithium a une borne positive (+) et une borne négative (–) comme indiqué sur l’illustration. Installez la pile au lithium en faisant correspondre les bornes de la pile avec celles du camescope. (+) Ga voorzichtig om met de lithiumbatterij • Houd de lithiumbatterij vooral buiten het bereik van kinderen. Mocht een kind toch onverhoopt de batterij inslikken, raadpleeg dan onmiddellijk een arts. •Veeg de batterij voor het aanbrengen schoon met een droog doekje, om een optimaal contact te verzekeren. •Pak de batterij nooit met een metalen tang of pincet vast, aangezien dit kortsluiting van de polen kan veroorzaken. •De lithiumbatterij heeft een plus-kant (+) en een min-kant (–), zoals hieronder aangegeven. Let bij het inleggen van de lithiumbatterij op, dat de polariteit van de batterij overeenkomt met de aansluitcontacten van de camcorder. (--) - Aanvullende informatie 4 7 1998 Informations complémentaires Le camescope contient déjà une pile au lithium. Quand cette pile faiblit ou est épuisée, l’indicateur I clignote dans le viseur pendant 5 secondes environ quand vous réglez l’interrupteur POWER sur CAMERA. Il faut alors la remplacer par une pile au lithium neuve Sony CR2025. L’utilisation de tout autre type de pile présente un risque d’incendie ou d’explosion. Conformez-vous aux instructions du fabricant pour vous débarrasser des piles usées. La pile au lithium du camescope sert environ pendant un an dans des conditions normales d’utilisation, mais la pile qui a été installée dans le camescope en usine risque de durer un peu moins. Aanvullende informatie 89 Remplacement de la pile au lithium du camescope AVERTISSEMENT La pile peut exploser si elle est mal utilisée. Ne pas la recharger, la démonter ni la jeter au feu. Remplacement de la pile au lithium Lorsque vous remplacez la pile au lithium, laissez la batterie rechargeable ou une source d’alimentation raccordée, sinon vous devrez régler de nouveau la date et l’heure et les autres paramètres du menu qui sont mémorisés grâce à la pile au lithium. (1) Faites glisser le couvercle du logement de la pile au lithium. (2) Ouvrez le couvercle. Appuyez une fois sur la pile et sortez-la du porte-pile. (3) Installez la pile au lithium neuve avec la borne positive (+) tournée vers l’extérieur. Refermez le couvercle et faites-le glisser jusqu’à ce qu’il s’enclenche. 1 90 2 Vervangen van de lithiumbatterij in de camcorder WAARSCHUWING Bij onjuist gebruik kan de batterij exploderen. Tracht de batterij niet op te laden, demonteer deze niet en werp ook lege batterijen nooit in het vuur. Verwisselen van de lithiumbatterij Voor het vervangen van de lithiumbatterij moet er een batterijpak of een andere voedingsbron zijn aangesloten, anders zult u de datum, tijd en de andere instellingen van het keuzemenu opnieuw moeten invoeren. (1) Schuif het deksel van het lithiumbatterijvak opzij. (2) Klap het deksel open. Druk de lithiumbatterij aan één kant omlaag en wip deze uit de houder. (3) Plaats de nieuwe lithiumbatterij met de pluskant (+) naar buiten wijzend. Sluit het deksel van het batterijvak en schuif het terug tot het vastklikt. 3 Réglage de la date et de l’heure 1, 6 U kunt de juiste datum instellen en de tijd gelijkzetten via het instelmenu. (1) Zet de camcorder in de opnamepauzestand en druk op de MENU toets om het keuzemenu te laten verschijnen. (2) Draai aan de menuregelknop om in te stellen pictogram en druk de regelknop in. op het (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op “CLOCK SET” en druk de regelknop in. (4) Draai weer aan de regelknop om in te stellen op het juiste jaartal en druk de regelknop in. (5) Draai steeds aan de regelknop om de maand, het dagnummer, de uren en de minuten in te stellen en druk tussendoor telkens op de regelknop om de instelling vast te leggen. (6) Druk weer op de MENU toets om het keuzemenu uit beeld te laten verdwijnen. 3 2 MENU SETUP MENU CLOCK SET LTR SIZE DEMO MODE SETUP MENU 1 1 1997 CLOCK SET 12:00:00 LTR SIZE DEMO MODE RETURN SETUP MENU CLOCK SET LTR SIZE 1997 DEMO MODE RETURN [MENU] : END [MENU] : END 1 1 12 00 4 12 00 1 1998 1 12 00 Pour rectifier la date et l’heure Refaites les opérations précédentes. Aanpassen van de datum en tijdsinstelling Herhaal de bovenstaande werkwijze. Pour contrôler la date et l’heure Appuyez sur DATE pour afficher la date et sur TIME pour afficher l’heure. Appuyez une nouvelle fois sur la même touche pour supprimer l’indication. n Les chiffres de l’année changent de la manière suivante: 1997 ˜ 1998 N · · · · n 2029 n 4 Remarque sur l’indication de l’heure L’horloge interne du camescope fonctionne selon un cycle de 24 heures. Controleren van de geldende datum en tijdinstelling Druk op de DATE toets om de ingestelde datum te zien. Druk op de TIME toets om de tijd te controleren. Om de aanduiding te laten verdwijnen, drukt u nogmaals op dezelfde toets. De cijfers van het jaartal veranderen als volgt: 1997 ˜ 1998 N · · · · n 2029 n 1 n 1998 INITIAL SET INITIAL SET INITIAL SET INITIAL SET CLOCK SET CLOCK SET CLOCK SET CLOCK SET AUTO DATE AUTO DATE AUTO DATE AUTO DATE 7 AUTO 1 7 AUTO 4 7 AUTO 4 7 AUTO TV ON 1998 TV ON 1998 TV ON 1998 TV ON 1998 TV IN SEL TV IN SEL TV IN SEL TV IN SEL MENU DISP MENU DISP MENU DISP MENU DISP LANGUAGE LANGUAGE LANGUAGE LANGUAGE 12 00 TV SYSTEM 12 00 TV SYSTEM 17 00 TV SYSTEM 17 30 TV SYSTEM DEMO MODE DEMO MODE DEMO MODE DEMO MODE RETURN RETURN RETURN RETURN [MENU] : END [MENU] : END [MENU] : END [MENU] : END 1 Aanvullende informatie 5 Informations complémentaires Vous pouvez régler la date et l’heure dans le menu. (1) Alors que le camescope est en mode d’attente, appuyez sur MENU pour afficher le menu. (2) Tournez la molette de commande pour sélectionner , puis appuyez sur la molette. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner CLOCK SET, puis appuyez sur la molette. (4) Tournez la molette de commande pour sélectionner l’année, puis appuyez sur la molette. (5) Réglez aussi le mois, le jour, les heures et les minutes en tournant la molette, puis appuyez dessus. (6) Appuyez sur MENU pour fermer le menu. Instellen van de datum en tijd Betreffende de tijdsaanduiding De ingebouwde klok van de camcorder geeft de tijd aan volgens een 24-uurs cyclus. 91 Réglage de l’horloge par le décalage horaire Vous pouvez régler l’heure en indiquant simplement le décalage horaire dans le menu. (1) Alors que le camescope est en mode d’attente, appuyez sur MENU pour afficher le menu. (2) Tournez la molette de commande pour , puis appuyez sur la sélectionner molette. (3) Tournez la molette de commande pour sélectionner WORLD TIME, puis appuyez sur la molette. (4) Tournez la molette de commande pour régler le décalage horaire, puis appuyez sur la molette. L’heure change en fonction du décalage horaire indiqué. (5) Appuyez sur MENU pour fermer le menu. 1, 5 MENU Wanneer u de camcorder meeneemt op reis kunt u de klok via het keuzemenu eenvoudig instellen op een andere tijdzone. (1) Zet de camcorder in de opnamepauzestand en druk op de MENU toets om het keuzemenu te laten verschijnen. (2) Draai aan de menuregelknop om in te stellen ” en druk de regelknop op het onderdeel “ in. (3) Draai aan de regelknop om in te stellen op “WORLD TIME” en druk de regelknop in. (4) Draai weer aan de regelknop om het geldende tijdverschil voor uw bestemming in te stellen en druk de regelknop in. De uren-aanduiding van de klok verandert nu volgens de zojuist gemaakte instelling. (5) Druk weer op de MENU toets om het keuzemenu uit beeld te laten verdwijnen. 2 3 OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER DISPLAY REC LAMP INDICATOR OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER DISPLAY REC LAMP INDICATOR RETURN [MENU] : END [MENU] : END 4 OTHERS 7 1998 WORLD TIME 4 9 : 30 : 00 BEEP COMMANDER DISPLAY – 8 HRS REC LAMP INDICATOR RETURN [MENU] : END Remarque sur la fonction WORLD TIME Si l’heure n’a pas été réglée, vous ne pourrez pas utiliser la fonction WORLD TIME. 92 Gelijkzetten van de klok in een andere tijdzone 0 HR OTHERS 7 1998 WORLD TIME 4 17 : 30 : 00 BEEP COMMANDER DISPLAY 0 HR REC LAMP INDICATOR RETURN [MENU] : END OTHERS WORLD TIME BEEP COMMANDER DISPLAY REC LAMP INDICATOR RETURN – 8 HRS [MENU] : END Opmerking betreffende de tijdzone-instelling Als de juiste tijd nog niet is ingesteld, zal de “WORLD TIME” instelling niet werken. Cassettes utilisables et modes de lecture Diverse cassettes en weergavefuncties Sélection du type de cassette Keuze van bandsoort en type cassette Qu’est-ce que le standard vidéo Hi8 ? Wat is video Hi8 ? De afkorting “XR” staat voor “Extra Resolutie”. De video Hi8 XR camcorder is een nieuw type 8mm videocamera/recorder die nog scherpere beelden levert dan conventionele video Hi8 camcorders. Bij opnemen en weergeven met een “XR” camcorder zullen alle details in uw opnamen haarscherp uitkomen. Video-opnamen die zijn gemaakt met deze “XR” camcorder geven de beste beeldkwaliteit bij afspelen op een “XR” camcorder. Videocassette die zijn opgenomen met deze “XR” camcorder kunnen zonder bezwaar worden afgespeeld op een conventionele Hi8 camcorder en andersom kan deze “XR” camcorder ook gewone Hi8 opnamen probleemloos weergeven, maar de beelden zullen bij weergave dan slechts de normale Hi8 kwaliteit tonen. Aanvullende informatie “XR” est une abréviation de “Extended Resolution”. Le camescope vidéo Hi8 XR est un nouveau type de camescope 8 mm restituant une image de meilleure qualité qu’un camescope vidéo Hi8 classique respectivement. Avec un camescope “XR”, les images seront plus nettes à l’enregistrement comme à la lecture. Une cassette vidéo enregistrée avec un camescope “XR” doit être reproduite sur un camescope “XR” pour que la restitution de l’excellente qualité de l’image soit optimale. Lorsqu’une cassette vidéo enregistrée avec un camescope “XR” est reproduite sur un camescope classique Hi8, ou une cassette vidéo enregistrée avec un camescope classique Hi8 est reproduite sur un camescope “XR”, la qualité de l’image est celle d’un camescope Hi8. Het Hi8 systeem is de opvolger van het standaard 8-mm systeem, met een aanzienlijk verbeterde beeldkwaliteit. In deze camcorder kunt u zowel Hi8 videocassettes als standaard 8-mm videocassettes gebruiken. Bij gebruik van een Hi8 videocassette zal er automatisch worden opgenomen met het Hi8 systeem. Plaatst u een standaard 8-mm videocassette, dan wordt er opgenomen met het standaard 8-mm systeem. Opnemen met het Hi8 systeem op gewone 8-mm videocassettes is niet mogelijk. Wanneer u van plan bent een videocassette met opnamen weer te geven op een standaard 8-mm videorecorder/camcorder, maak de videoopnamen dan ook met het standaard 8-mm opnamesysteem. Informations complémentaires Le système Hi8 a été conçu à partir du système 8 mm et développé afin d’améliorer la qualité de l’image. Vous pouvez utiliser des cassettes vidéo Hi8 ou ordinaires 8 mm avec ce camescope. Quand vous utilisez des cassettes Hi8, l’enregistrement se fait dans le système Hi8 et quand vous utilisez des cassettes 8 mm, l’enregistrement se fait dans le système 8 mm. Vous ne pouvez pas enregistrer des cassettes 8 mm dans le système Hi8. Si vous voulez reproduire une cassette sur un magnétoscope ordinaire 8 mm, vous devrez utiliser une cassette ordinaire 8 mm pour l’enregistrement. 93 Cassettes utilisables et modes de lecture Diverse cassettes en weergavefuncties Lors de la lecture Bandsnelheid bij weergave Le mode de lecture (SP ou LP) et le système (Hi8 ou 8 mm) sont sélectionnés automatiquement en fonction du format dans lequel la cassette a été enregistrée. La qualité de l’image en mode LP est toutefois inférieure à celle de l’image en mode SP. Remarque sur l’enregistrement stéréo AFM HiFi Lorsque vous reproduisez une cassette, le son est monophonique si: •vous enregistrez la cassette avec ce camescope puis la reproduisez sur un magnétoscope monophonique AFM HiFi. •vous enregistrez la cassette sur un magnétoscope monophonique AFM HiFi, puis la reproduisez sur ce camescope. Cassettes vidéo 8 mm étrangères Comme les standards couleur diffèrent d’un pays à l’autre, vous ne pourrez peut-être pas reproduire les cassettes que vous avez achetées à l’étranger. Reportez-vous à la liste des pays dans “Utilisation du camescope à l’étranger” pour vérifier le standard de télévision couleur utilisé dans les différents pays. 94 Lecture d’une cassette enregistrée en NTSC Vous pouvez reproduire une cassette enregistrée dans le standard vidéo NTSC si vous utilisez le mode SP. Si la cassette a été enregistrée avec le système AFM HiFi, le son sera reproduit en AFM HiFi. Notez cependant que les phénomènes suivants peuvent se produire lors de la lecture d’une cassette enregistrée en NTSC. •Si vous reproduisez la cassette sur un téléviseur, la couleur risque d’être différente de la couleur originale sur certains téléviseurs. Si vous la reproduisez sur un téléviseur multistandard, réglez NTSC PB sur le mode approprié dans le menu. •Pendant la lecture, une bande noire apparaît dans la partie inférieure du viseur. •Vous ne pouvez pas reproduire une cassette enregistrée en NTSC, ni dans le viseur ni sur le téléviseur, si vous sélectionnez le mode LP. •Si la cassette contient des passages enregistrés en PAL et d’autres en NTSC, le compteur de bande n’affichera pas des données correctes. Cette divergence est due à la différence de fonctionnement des compteurs des deux systèmes vidéo. •Vous ne pouvez pas copier une cassette enregistrée en NTSC sur un autre magnétoscope. Bij het afspelen van een videocassette zal er automatisch worden ingesteld op de bandsnelheid (SP of LP) en het videosysteem (standaard 8-mm of Hi8) waarmee de opnamen gemaakt zijn. De kwaliteit van video-opnamen die met de LP langspeel-snelheid zijn gemaakt, zal minder zijn dan de kwaliteit bij de standaard SP snelheid. Betreffende AFM Hi-Fi stereo geluid Bij het afspelen van de videocassette zal het geluid alleen in mono worden weergegeven als: •De cassette is opgenomen met deze camcorder, maar wordt afgespeeld op een mono videorecorder met het AFM Hi-Fi geluidssysteem. •De cassette is opgenomen met een mono videorecorder met AFM Hi-Fi geluidssysteem en wordt afgespeeld op deze camcorder. Buitenlands 8-mm videomateriaal Omdat in verschillende landen en werelddelen gebruik wordt gemaakt van verschillende TVkleursystemen, is het mogelijk dat buitenlandse video’s niet op deze camcorder kunnen worden afgespeeld. Zie de lijst onder “Gebruik van uw camcorder in het buitenland” wanneer u wilt weten welk kleursysteem in een bepaald land gebruikt wordt. Afspelen van videocassettes die zijn opgenomen met het NTSC kleursysteem Videocassettes met opnamen met het NTSC video-kleursysteem die zijn gemaakt met de standaard SP snelheid, kunt u weergeven met deze camcorder. Als de cassette is opgenomen met het AFM Hi-Fi geluidssysteem zal er bij afspelen ook AFM Hi-Fi geluid klinken. Bij het afspelen van een videocassette die is opgenomen met het NTSC kleursysteem kunnen zich echter de volgende verschijnselen voordoen. •Bij weergave op het TV-scherm zullen niet altijd de oorspronkelijke kleuren te verkrijgen zijn, afhankelijk van uw type TV-toestel. Voor weergave op een multi-systeem TV dient u in het instelmenu het onderdeel “NTSC PB” in te stellen op de gewenste weergavestand. •Tijdens afspelen kan er onderin het zoekerbeeld een zwarte balk verschijnen. •Video-opnamen met het NTSC videokleursysteem die zijn gemaakt met de LP langspeelsnelheid, zijn met deze camcorder niet weer te geven, niet in de zoeker en ook niet op enig TV-toestel. •Als er op een videocassette zowel PAL als NTSC opnamen staan, zal de waarde die de bandteller aangeeft niet juist zijn. Deze afwij king wordt veroorzaakt door het verschil in de telling bij de PAL en NTSC kleursystemen. •Het is niet mogelijk NTSC cassettes naar een andere videorecorder te kopiëren of monteren. Utilisation optimale de la batterie rechargeable Ce chapitre vous indique comment tirer le meilleur parti de la batterie rechargeable. Préparation de la batterie rechargeable Tips voor gebruik van het batterijpak Hieronder wordt beschreven hoe u het batterijpak optimaal kunt benutten. Voorzorgen bij gebruik van oplaadbare batterijpakken Emportez toujours des batteries de réserve Zorg dat u altijd extra batterijpakken bij de hand heeft Prévoyez une réserve d’alimentation suffisante pour filmer 2 à 3 fois le temps escompté. Zorg dat u voor opnemen buitenshuis altijd voldoende batterijpakken meeneemt, d.w.z. genoeg voor zeker twee à drie maal de geplande opnameduur. Le rendement de la batterie diminue et la batterie s’épuise plus rapidement si vous filmez par temps froid. Pour économiser la batterie Quand remplacer la batterie Quand vous utilisez le camescope, l’indicateur de capacité restante de la batterie diminue au fur et à mesure que la batterie s’épuise. Le temps d’enregistrement restant est indiqué en minutes. Quand l’indicateur de batterie atteint le niveau le plus bas, l’indicateur i apparaît et se met à clignoter dans le viseur. Quand l’indicateur i se met à clignoter plus rapidement pendant que vous filmez, réglez l’interrupteur POWER du camescope sur OFF et remplacez la batterie. Laissez la cassette dans le camescope pour obtenir une transition douce entre les scènes après avoir remplacé la batterie. De werking van een batterijpak is onder koude omstandigheden minder doeltreffend, hetgeen leidt tot spoediger uitputten ervan. Sparen van de batterijen Schakel de opnamepauzestand met de STANDBY schakelaar van de camcorder uit wanneer u niet opneemt, om stroom te besparen. Zelfs met volledig stoppen en weer starten kunt u vloeiend verlopende opnamen maken. Zolang u in de opnamepauzestand uw onderwerp kiest, de beeldhoek bepaalt of alleen maar door de zoeker kijkt, blijft de autofocus-functie de scherpstelling aanpassen telkens wanneer het beeldveld van de videocamera verandert, dus ook wanneer u niet opneemt maar slechts voorbereidingen voor de volgende opname treft. Dit betekent een voortdurende belasting van de batterij. Ook het insteken of uitnemen van een videocassette vergt stroom van de batterij. Aanvullende informatie Baissez le commutateur d’attente sur le camescope quand vous ne filmez pas. La transition entre les scènes sera douce même si vous interrompez l’enregistrement. Lorsque vous cadrez le sujet, sélectionnez un angle ou regardez dans le viseur, l’objectif se règle automatiquement et le camescope consomme de l’énergie. Il en est de même lorsque vous introduisez et sortez une cassette. De effectieve gebruiksduur van batterijen is minder bij koude Informations complémentaires L’autonomie de la batterie est plus courte par temps froid Wanneer het batterijpak te vervangen Tijdens gebruik van de camcorder geeft de batterij-indicator in de zoeker of op het LCD scherm de afnemende capaciteit van het batterijpak aan, naarmate dit leegraakt. De resterende gebruiksduur wordt in minuten aangegeven. Wanneer de indicator voor resterende batterijspanning het laagste punt bereikt, gaat de i indicator in de zoeker knipperen. Wanneer tijdens opnemen de i indicator van langzaam knipperen overgaat op sneller knipperen, is het tijd het batterijpak door een nieuwe te vervangen. Zet de POWER schakelaar van de camcorder op “OFF” en verwissel het batterijpak. Laat de videocassette hierbij gewoon in de camcorder zitten om bij het hervatten van het opnemen een soepel aansluitende opname te verkrijgen. 95 Utilisation optimale de la batterie rechargeable Tips voor gebruik van het batterijpak Remarques sur la batterie rechargeable Opmerkingen betreffende het oplaadbaar batterijpak Attention Voorzichtig Ne jamais exposer la batterie rechargeable à une température supérieure à 60°C (140°F), comme en plein soleil, ou dans une voiture garée au soleil. Laat een batterijpak nooit achter op plaatsen waar de temperatuur tot boven de 60°C kan oplopen, zoals op de vensterbank in de zon of in een afgesloten auto die in de zon geparkeerd staat. La batterie rechargeable chauffe Pendant la recharge ou la prise de vues, la batterie rechargeable chauffe, car il y a une production d’énergie et une réaction chimique à l’intérieur de la batterie, mais il n’y a pas lieu de s’inquiéter. Veuillez tenir compte des recommandations suivantes •Ne pas poser la batterie à proximité du feu. •Ne pas mouiller la batterie. •Ne pas essayer d’ouvrir ni de modifier la batterie. •Ne pas exposer la batterie à des chocs mécaniques. Autonomie de la batterie rechargeable Si l’indicateur de batterie clignote rapidement dès la mise sous tension du camescope, alors que la batterie est pleine, remplacez la batterie par une neuve, complètement rechargée. Température de recharge Il est conseillé de recharger la batterie à une température de 10°C à 30°C (50°F à 86°F). A basse température, le temps de recharge est plus long. Het batterijpak wordt warm Na gebruik of opladen kan het batterijpak warm zijn. Dit betekent dat er elektrische stroom is opgewekt en er een chemische reactie binnenin het batterijpak heeft plaatsgevonden. Warm worden van de batterij is niet gevaarlijk en duidt niet op storing. Neem de volgende voorzorgen in acht •Houd het batterijpak uit de buurt van vuur. •Laat het batterijpak niet nat worden. •Probeer in geen geval het batterijpak te demonteren of aan te passen voor gebruik met andere apparatuur. •Behoed het batterijpak voor mechanische schokken of trillingen en laat het niet vallen. Levensduur van het batterijpak Als bij gebruik van een volledig opgeladen batterijpak de batterij-indicator gaat knipperen, zojuist nadat u de camcorder heeft ingeschakeld, dan is het batterijpak versleten. Dan dient u dit oude batterijpak door een nieuw, volledig opgeladen batterijpak te vervangen. Temperatuur tijdens opladen Aanbevolen wordt het batterijpak bij een omgevingstemperatuur van 10°C tot 30°C op te laden. Het duurt langer een batterijpak op te laden in een koude omgeving. 96 Utilisation optimale de la batterie rechargeable Tips voor gebruik van het batterijpak Remarques sur la batterie rechargeable “InfoLITHIUM” Bij gebruik van een “InfoLITHIUM” batterijpak Que signifie “InfoLITHIUM” Het “InfoLITHIUM” batterijpak is een lithiumionen batterijpak dat geschikt is voor het doorgeven van het gebruikstempo van de batterij aan de hiervoor geschikte video-apparatuur. Bij gebruik van dit batterijpak voor videoapparatuur met het beeldmerk zal de video-apparatuur de resterende batterijspanning in minuten aangeven*. Dit geldt echter alleen voor video-apparatuur met het beeldmerk; bij andere apparatuur kan de tijd niet in minuten worden aangegeven. De naam “InfoLITHIUM” is een handelsmerk van Sony Corporation. * De aanduiding kan niet altijd geheel juist zijn, afhankelijk van de omstandigheden van gebruik. Aanduiding van de batterijspanning Het stroomverbruik van de camcorder is afhankelijk van de ingeschakelde functies, zoals bijvoorbeeld de automatische scherpstelling. Het “InfoLITHIUM” batterijpak meet tijdens het gebruik van de camcorder het stroomverbruik en berekent op basis daarvan de resterende batterijspanning. Bij het veranderen van de ingeschakelde functies kan de aangegeven batterijspanning dan ook plotseling met meer dan 2 minuten verhoogd of verlaagd worden. Ook al toont de zoeker nog 5 à 10 minuten resterende batterijspanning, toch kan onder bepaalde omstandigheden de i batterij-leeg indicator wel eens gaan knipperen. Aanvullende informatie Affichage de la consommation d’énergie La consommation d’énergie du camescope varie en fonction de l’utilisation qui en est faite. Par exemple, la façon dont l’autofocus fonctionne a un effet sur la consommation. En tenant compte du mode de fonctionnement du camescope, la batterie rechargeable “InfoLITHIUM” mesure la consommation d’énergie et calcule le temps restant. Si le mode de fonctionnement change, l’indication de capacité restante pourra afficher une baisse ou augmentation soudaine de plus de 2 minutes. Même si 5 à 10 minutes sont indiquées comme temps restant dans le viseur, l’indicateur i peut aussi clignoter dans certains cas. Betekenis van het “InfoLITHIUM” merk Informations complémentaires La batterie “InfoLITHIUM” est une batterie rechargeable au lithium-ion qui peut échanger des informations concernant la consommation d’énergie avec les appareils vidéo compatibles. Lorsque vous utilisez cette batterie avec des appareils portant le logo , l’appareil vidéo indique le temps restant en minutes*. Si vous l’utilisez avec des appareils sans ce logo, la capacité restante de la batterie ne sera pas indiquée en minutes. “InfoLITHIUM” est une marque de fabrique de Sony Corporation. * L’indication peut être inexacte. Cela dépend des conditions et de l’environnement dans lequel l’appareil est utilisé. 97 Utilisation optimale de la batterie rechargeable Pour obtenir une indication plus précise du temps restant de la batterie Mettez le camescope en mode d’attente d’enregistrement et dirigez-le vers un objet immobile. Ne bougez pas le camescope pendant au moins 30 secondes. •Si l’indication semble fausse, rechargez la batterie complètement (Recharge complète 1)). Si vous avez utilisé la batterie rechargeable dans un environnement chaud ou froid pendant longtemps, ou si vous l’avez rechargée un grand nombre de fois, elle risque de ne plus pouvoir indiquer le temps exact même après avoir été rechargée complètement. •Après avoir utilisé la batterie “InfoLITHIUM” avec un appareil sans logo , veillez à l’utiliser sur un appareil et à la recharger complètement. L’indication du temps restant ne correspond pas au temps d’enregistrement en continu indiqué dans le mode d’emploi pour les raisons suivantes Le temps d’enregistrement dépend des conditions d’enregistrement et de la température ambiante. Le temps d’enregistrement peut être réduit considérablement par temps froid. Le temps d’enregistrement en continu indiqué dans le mode d’emploi est mesuré avec une batterie complètement chargée (ou chargée normalement) à 25°C (77°F). Les conditions et la température ambiante étant différentes quand vous utilisez le camescope, le temps d’enregistrement restant de la batterie est différent du temps indiqué dans le mode d’emploi. 1) Recharge complète: Recharge jusqu’à apparition de FULL dans l’afficheur. Tips voor gebruik van het batterijpak Voor een meer nauwkeurige aanduiding van de resterende batterijspanning Zet de camcorder in de opnamepauzestand en richt hem op een stilstaand voorwerp. Zorg dat de camcorder 30 seconden of langer niet wordt bewogen. •Als de aanduiding niet juist lijkt te zijn, laad het batterijpak dan weer volledig op (volledig opladen1)). Als het batterijpak echter geruime tijd lang onder erg warme of koude omstandigheden is gebruikt, kan het ook na volledig opladen wel eens niet in staat zijn de juiste resterende batterijspanning aan te geven. •Als een “InfoLITHIUM” batterijpak gebruikt is voor apparatuur zonder het teken, dient u het eerst geheel op te gebruiken, op apparatuur mét het InfoLITHIUM teken, om het vervolgens weer volledig op te laden. Waarom de aanduiding van de resterende batterijspanning niet overeenkomt met de continu-opnameduur in de bedieningsaanwijzingen De beschikbare opnameduur is afhankelijk van de omgevingstemperatuur en andere omstandigheden. Bij hevige koude zal de opnameduur beduidend korter zijn. De continuopnameduur die in de gebruiksaanwijzing staat vermeld is gemeten aan een volledig opgeladen (of gemiddeld opgeladen) batterijpak bij 25°C. Aangezien het gebruik van de camcorder veelal plaatsvindt bij een andere omgevingstemperatuur e.d., zal de feitelijk resterende batterijspanning vaak afwijken van de continuopnameduur die staat aangegeven in de bedieningsaanwijzingen. 1) 98 Volledig opladen: Doorgaan met opladen totdat de aanduiding “FULL” oplicht in het uitleesvenster. Entretien et précautions Onderhoud en voorzorgsmaatregelen Condensation d’humidité Condensvocht Condensation à l’intérieur du camescope Condensation sur l’objectif Aucune indication spéciale n’apparaît si de l’humidité s’est condensée sur l’objectif, mais l’image devient sombre. Eteignez le camescope et ne l’utilisez pas pendant au moins une heure. Pour éviter la condensation d’humidité Lorsque vous portez le camescope d’un endroit froid dans une pièce chaude, mettez-le dans un sac de plastique et laissez-le un moment dedans pour qu’il atteigne la température de la pièce. (1) Fermez bien le sac en plastique contenant le camescope. (2) Enlevez le camescope du sac lorsque la température de l’air à l’intérieur du sac est la même que la température ambiante, c’est-àdire au bout d’une heure environ. Condensvocht in de camcorder Als er vocht binnenin de camcorder is gecondenseerd, klinkt er een pieptoon en gaat de { indicator in de zoeker knipperen. In dat geval zal geen van de bedieningsorganen voorlopig nog werken, behalve de cassette-uitwerptoets. Open dan de cassettehouder, schakel de camcorder uit en laat het apparaat daarna een uur lang ongebruikt staan. Als samen met de { indicator tevens de 6 indicator voor cassetteuitworp oplicht, is er nog een cassette in de camcorder aanwezig. Neem dan de videocassette uit de camcorder, schakel het apparaat uit en laat het minstens een uur lang ongebruikt, evenals de videocassette. U kunt de digitale camcorder weer in gebruik nemen als bij inschakelen de { indicator niet meer oplicht. Aanvullende informatie Il y a de l’humidité à l’intérieur du camescope si l’indicateur { clignote et un signal sonore retentit. Dans ce cas, aucune fonction ne peut être utilisée sauf l’éjection de la cassette. Ouvrez le logement de la cassette, arrêtez le camescope et laissez-le ouvert pendant une heure environ. L’indicateur 6 clignote aussi, si une cassette est insérée dans le camescope. Ejectez la cassette, arrêtez le camescope et laissez-le au repos pendant une heure environ. Vous pouvez de nouveau utiliser le camescope si l’indicateur { n’apparaît pas quand vous mettez le camescope sous tension. Als de camcorder rechtstreeks van een koude in een warme omgeving wordt gebracht, kan de lens beslaan of vocht condenseren in het inwendige van het apparaat, op de videokop of het oppervlak van de band. Als dit zich voordoet, kan de band aan de koptrommel blijven plakken en beschadiging of storing in de werking van het apparaat veroorzaken. Om te voorkomen dat dit verschijnsel zich onopgemerkt voordoet en tot beschadiging leidt, is het apparaat uitgerust met vochtgevoelige sensors. Neem echter de volgende voorzorgen in acht. Informations complémentaires Si vous apportez le camescope directement d’un endroit froid dans une pièce chaude, de l’humidité risque de se condenser à l’intérieur du camescope, sur la bande ou sur l’objectif. Si de l’humidité s’est condensée sur la bande, la bande risque d’adhérer au tambour de têtes et d’être endommagée, ou l’appareil risque de ne pas fonctionner correctement. Pour prévenir ce genre de problèmes, le camescope est équipé de détecteurs d’humidité. Vous devez malgré tout prendre les précautions suivantes. Condensvocht op de lens Er gaan in dit geval geen waarschuwinglampjes branden, omdat het direct duidelijk zal zijn wanneer de lens ondoorzichtig wordt en het beeld vervaagt. Schakel de camcorder uit en laat het apparaat ongeveer een uur lang ongebruikt. Voorkomen van condensvocht in het apparaat Wanneer u de camcorder van een koude omgeving naar een warme plaats brengt, kunt u het apparaat het best een tijdje in een gesloten plastic zak laten zitten, tot het apparaat weer op omgevingstemperatuur is gekomen. (1) Verpak de camcorder vooraf in een plastic zak en zorg dat deze luchtdicht gesloten is. (2) Neem de camcorder pas uit de plastic zak, wanneer de lucht daarin en het apparaat dezelfde temperatuur hebben aangenomen als de omringende warme lucht (na ongeveer een uur). 99 Entretien et précautions Onderhoud en voorzorgsmaatregelen Nettoyage des têtes vidéo Reinigen van de videokoppen Pour être sûr d’obtenir une image nette, nettoyez les têtes vidéo si nécessaire. Les têtes vidéo sont sales quand l’indicateur v˚ et le message “ CLEANING CASSETTE” apparaissent alternativement, ou quand l’image de lecture est “bruitée” ou à peine visible. Maak de videokoppen regelmatig schoon, om ervoor te zorgen dat het beeld storingsvrij blijft en dat het opnemen goed verloopt. Als de v indicator en de mededeling “ CLEANING CASSETTE” beurtelings in de zoeker verschijnen, of wanneer de video-opnamen bij weergave storing vertonen of slechts onduidelijk zichtbaar zijn, dan zijn wellicht de videokoppen vuil. [a] [b] [a] Légèrement sales [b] Très sales [a] Licht verontreinigd [b]Ernstig verontreinigd Dans ce cas, nettoyez les têtes vidéo avec la cassette de nettoyage Sony V8-25CLH/V825CLD (non fournie). Après le nettoyage, vérifiez si l’image est nette et, si elle est toujours “bruitée”, nettoyez encore une fois les têtes. (Ne pas répéter le nettoyage plus de 5 fois.) Als dit zich voordoet, reinig dan de videokoppen met een Sony V8-25CLH/V8-25CLD reinigingscassette (niet bijgeleverd). Controleer of het beeld nu storingsvrij is, en mocht het beeld nog steeds storing vertonen, reinig de koppen dan nogmaals. (Maak de videokoppen echter niet meer dan vijf maal achtereen schoon.) Attention N’utilisez pas une cassette de nettoyage de type mouillé en vente dans le commerce. Elle risque d’endommager les têtes vidéo. Remarque Si la cassette de nettoyage Sony V8-25CLH/V825CLD n’est pas commercialisée dans votre région, veuillez demander conseil à votre revendeur Sony. 100 Waarschuwing Gebruik geen reinigingscassette van het ook in de handel verkrijgbare vloeistof-type. Dit type reinigingscassette zou de videokoppen kunnen beschadigen. Opmerking Als de Sony V8-25CLH/V8-25CLD reinigingscassette in uw woonplaats niet verkrijgbaar is, raadpleeg dan uw Sony handelaar of onderhoudsdienst. Entretien et précautions Nettoyage du viseur (1) Enlevez la vis avec un tournevis (non fourni). Faites glisser le bouton RELEASE, tournez l’oeilleton dans le sens de la flèche et retirezle. (2) Nettoyez la surface avec un soufflet en vente dans le commerce. Verwijderen van stof uit de zoeker (1) Verwijder de schroef met een schroevendraaier (niet bijgeleverd). Schuif de RELEASE oogkap-ontgrendelknop opzij, draai de oogkap in de richting van de pijl en trek deze van de zoeker af zodat het schermpje vrijkomt. (2) Reinig het oppervlak van het zoekerschermpje met een in de fotohandel verkrijgbaar blaaskwastje. 2 Weer aanbrengen van de oogkap (1) Alignez la rainure de l’oeilleton sur le repère • inscrit sur le barillet. (2) Tournez l’oeilleton dans le sens opposé à la flèche, puis remettez la vis. (1) Plaats de oogkap met de groef tegenover het • teken op de zoekerschacht. (2) Draai de oogkap in de richting van de pijl weer op de zoeker vast. Draai de borgschroef aan. 1 Attention Ne touchez pas aux autres vis. Seule la vis maintenant l’oeilleton doit être enlevée. Aanvullende informatie Remise en place de l’oeilleton Informations complémentaires 1 Onderhoud en voorzorgsmaatregelen 2 Waarschuwing Draai nooit enige andere schroef van de camcorder los. Alleen de schroef voor het afnemen van de oogkap mag u zelf verwijderen. 101 Entretien et précautions Onderhoud en voorzorgsmaatregelen Précautions Voorzorgsmaatregelen Fonctionnement du camescope Bediening van de camcorder •Faites fonctionner le camescope sur le courant continu de 7,2 V (batterie rechargeable) ou 8,4 V (adaptateur secteur). •Pour le fonctionnement sur le courant secteur ou le courant continu, utilisez les accessoires recommandés dans ce mode d’emploi. •Si un solide ou un liquide tombe dans le camescope, débranchez le camescope et faites-le vérifier par votre revendeur Sony avant de le remettre sous tension. •Evitez toute manipulation brusque du camescope et tout choc mécanique. Prenez particulièrement soin de l’objectif. •Réglez l’interrupteur POWER sur OFF quand vous n’utilisez pas le camescope. •N’enveloppez pas le camescope et ne l’utilisez pas ainsi car il risque de trop chauffer. •Eloignez le camescope des champs magnétiques puissants et des vibrations mécaniques. •Gebruik de camcorder uitsluitend op stroomvoorziening van 7,2 V (met een batterijpak) of 8,4 V (met de netspanningsadapter). •Gebruik voor het aansluiten op de voedingsbron (gelijkspanning of netspanning) alleen de in deze gebruiksaanwijzing vermelde accessoires. •Mocht er vloeistof of een voorwerp in het inwendige van het apparaat terechtkomen, schakel dan onmiddellijk de stroom uit, trek de stekker uit het stopcontact en laat de camcorder dan eerst door een Sony handelaar nakijken voor u het apparaat weer in gebruik neemt. •Stel het apparaat niet bloot aan mechanische schokken en ga voorzichtig met het apparaat om. Wees vooral voorzichtig met de lens. •Zorg dat de POWER schakelaar op “OFF” staat zolang u de camcorder niet gebruikt. •Wikkel tijdens gebruik het apparaat nooit in textiel of plastic, daar anders het inwendige oververhit kan raken. •Vermijd bij opslag en gebruik plaatsen die onderhevig zijn aan mechanische trillingen of krachtige magnetische velden. Manipulation des cassettes N’insérez jamais rien dans les petits orifices à l’arrière de la cassette, car ils servent à détecter le type de bande, son épaisseur et si le taquet est tiré ou non. Entretien du camescope •Si vous prévoyez de ne pas utiliser le camescope pendant longtemps, débranchez la source d’alimentation et enlevez la cassette. Mettez le camescope de temps en temps sous tension, faites fonctionner la section caméra et la section magnétoscope et reproduisez une cassette pendant environ 3 minutes. •Nettoyez l’objectif avec une brosse douce pour enlever la poussière. Enlevez les traces de doigts avec un chiffon doux. •Nettoyez le coffret du camescope avec un chiffon sec et doux, ou un chiffon doux légèrement mouillé d’une solution détergente neutre. N’utilisez pas de solvant car la finition pourrait être abîmée. •Ne laissez pas rentrer du sable dans le camescope. Quand vous utilisez le camescope à la plage ou dans un lieu poussiéreux, protégezle du sable ou de la poussière. Le sable ou la poussière peuvent causer des dégâts parfois irréparables. 102 Voorzichtig met videocassettes Steek nooit enig voorwerp in de kleine openingen aan de achterzijde van een videocassette. Deze uitsparingen dienen voor het automatisch bepalen van de bandsoort, de banddikte, en of het wispreventienokje in- dan wel uitgeschoven is, etc. Regelmatig onderhoud van de camcorder •Wanneer u de camcorder geruime tijd niet gebruikt, dient u de videocassette er uit te verwijderen. Bij langdurige opslag dient u van tijd tot tijd de camcorder in te schakelen, het camera- en het recordergedeelte te bedienen en gedurende ongeveer drie minuten een band af te spelen. •Verwijder eventueel stof van de lens met een zacht borsteltje. Vingerafdrukken op de lens verwijdert u met een zachte doek. •Reinig de behuizing van de camcorder met een zachte doek, droog of licht bevochtigd met een mild schoonmaakmiddel. Gebruik geen vluchtige stoffen, aangezien die de afwerking kunnen aantasten. •Zorg dat er geen zand in de camcorder terecht kan komen. Als u de camcorder gebruikt op een plaats met veel opwaaiend zand of dwarrelend stof, let dan op dat er niets in de camcorder terechtkomt. Zand of stof kan het apparaat zodanig beschadigen, dat reparatie niet meer mogelijk is. Entretien et précautions Onderhoud en voorzorgsmaatregelen •Trek de stekker uit het stopcontact wanneer het apparaat niet in gebruik is. Voor het verwijderen van het netsnoer uit het stopcontact dient u aan de stekker te trekken, nooit aan het snoer zelf. •Gebruik de netspanningsadapter in geen geval als het snoer beschadigd is, of als er sprake kan zijn van inwendige schade aan het apparaat door een val e.d. •Probeer het snoer niet met kracht te verbuigen, en plaats er ook geen zware voorwerpen bovenop. Dit leidt tot beschadiging van het snoer en kan gevaar voor brand of een elektrische schok opleveren. •Let op dat er geen metalen voorwerp in aanraking komt met de metalen oppervlakken van het aansluitplaatje. Dit zou kortsluiting kunnen veroorzaken en schade aan het apparaat kunnen toebrengen. •Houd de metalen contactpunten altijd goed schoon. •Probeer in geen geval de netspanningsadapter te demonteren. •Behoed de netspanningsadapter voor mechanische schokken of trillingen en laat hem niet vallen. •Houd de netspanningsadapter tijdens gebruik, vooral tijdens opladen, uit de buurt van videoapparatuur en AM radio-ontvangers, aangezien het apparaat storing in het videobeeld of de AM radio-ontvangst kan veroorzaken. •Tijdens gebruik zal de netspanningsadapter warm worden. Dit is normaal en duidt niet op een storing. •Leg de netspanningsadapter niet op plaatsen waar deze blootstaat aan: – extreem hoge of lage temperaturen; – veel stof of vuil; – regen of vocht; – mechanische schokken of trillingen. Remarques sur les piles sèches Afin d’éviter tout dommage dû à la fuite des piles ou à la corrosion, tenez compte des points suivants. •Insérez les piles dans le bons sens. •Ne rechargez pas des piles sèches. •N’utilisez pas en même temps des piles usées et des piles neuves. •N’utilisez pas différents types de piles. •Les piles se déchargent lentement quand elles ne sont pas utilisées. •N’utilisez pas des piles qui fuient. En cas de fuite des piles •Essuyez soigneusement le liquide dans l’étui avant de remplacer les piles. •Si vous touchez le liquide, lavez-vous bien. •Si du liquide rentre dans vos yeux, lavez-vous les yeux avec beaucoup d’eau puis consultez un médecin. En cas de difficulté, débranchez l’adaptateur secteur et contactez votre revendeur Sony. Betreffende gewone staafbatterijen Aanvullende informatie Netspanningsadapter •Débranchez l’adaptateur secteur de la prise murale si vous ne comptez pas l’utiliser pendant longtemps. Pour débrancher le cordon, tirez sur la fiche et non sur le cordon. •N’utilisez pas l’adaptateur secteur si le cordon est endommagé, ou si l’adaptateur est tombé ou endommagé. •Ne pliez pas trop le cordon d’alimentation secteur et ne posez pas d’objet lourd dessus, car il pourrait être endommagé et provoquer un incendie ou une décharge électrique. •Veillez à ce qu’aucun objet métallique ne touche les pièces métalliques de la plaque de connexion, car un court-circuit pourrait endommager l’adaptateur. •Veillez à ce que les contacts métalliques soient toujours propres. •N’ouvrez pas l’adaptateur secteur. •Ne laissez pas tomber l’adaptateur et ne le cognez pas. •Quand vous utilisez l’adaptateur secteur, en particulier pendant la recharge, éloignez-le des récepteurs AM et appareils vidéo pour ne pas perturber la réception AM et l’image vidéo. •L’adaptateur chauffe quand il est utilisé. C’est normal. •Ne laissez pas l’adaptateur secteur dans un endroit: – Extrêmement chaud ou froid – Poussiéreux ou sale – Très humide – Soumis à des vibrations Informations complémentaires Adaptateur secteur Om eventuele schade door batterijlekkage en/of corrosie te voorkomen, dient u de volgende punten in acht te nemen. •Let op dat de batterijen met de + en - polen in de juiste richting in de batterijhouder liggen. •Alkali-batterijen zijn niet oplaadbaar; probeer het niet uit. •Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. •Gebruik geen batterijen van verschillende typen door elkaar. •Houd er rekening mee dat de batterijen geleidelijk hun lading zullen verliezen, ook al gebruikt u ze niet. •Een batterij die lekt, mag u niet meer gebruiken. Als er batterijlekkage is opgetreden •Veeg de batterijhouder goed schoon, zodat er geen batterijvloeistof in achterblijft, alvorens nieuwe batterijen in de houder te plaatsen. •Als u in aanraking komt met de batterijvloeistof, wast u deze dan snel met water af. •Mocht er batterijvloeistof in uw ogen komen, was ze dan onmiddellijk uit met ruim water en raadpleeg zo snel mogelijk een arts. Mocht u problemen hebben met de apparatuur, schakel de stroom dan uit, trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde Sony handelaar. 103 Utilisation du camescope à l’étranger Chaque pays a son propre système électrique et un standard de télévision couleur particulier. Avant d’utiliser le camescope à l’étranger, vérifiez les points suivants. Sources d’alimentation Vous pouvez utiliser le camescope dans n’importe quel pays avec l’adaptateur d’alimentation secteur fourni, sur secteur de 100 à 240 volts, 50/60 Hz. Standards couleur existants Ce camescope est de standard PAL. Pour regarder vos vidéogrammes sur un téléviseur, le téléviseur doit être de standard PAL. Vérifiez dans la liste alphabétique suivante les différents standards existants. Standard PAL Allemagne, Australie, Autriche, Belgique, Chine, Danemark, Espagne, Finlande, Grande-Bretagne, Hongkong, Italie, Koweït, Malaisie, Norvège, Nouvelle-Zélande, Pays-Bas, Portugal, République slovaque, République tchèque, Singapour, Suède, Suisse, Thaïlande, etc. Standard PAL M Brésil Standard PAL N Argentine, Paraguay, Uruguay Standard NTSC Amérique Centrale, Bahamas, Bolivie, Canada, Chili, Colombie, Corée, Equateur, Etats-Unis, Jamaïque, Japon, Mexique, Pérou, Philippines, Surinam, Taiwan, Venezuela, etc. Standard SECAM Bulgarie, France, Guyane, Hongrie, Irak, Iran, Monaco, Pologne, Russie, Ukraine, etc. Gebruik van uw camcorder in het buitenland Net als de spanning en frequentie van het lichtnet, verschilt ook het kleurentelevisiesysteem van land tot land. Alvorens uw camcorder in het buitenland te gebruiken, dient u de volgende punten na te gaan. Stroomvoorziening U kunt uw camcorder met de bijgeleverde netspannings-adapter gebruiken in elk land waar de lichtnetspanning van 100 V tot 240 V bedraagt, met een wisselstroomfrequentie van 50/60 Hz. Verschillende kleursystemen Deze camcorder werkt met het PAL kleursysteem. Om de hiermee weergegeven videobeelden op een TV-scherm te kunnen bekijken, dient het TV-toestel geschikt te zijn voor het PAL kleursysteem. Zie de onderstaande alfabetische lijst van landen voor de diverse kleursystemen. PAL-systeem Australië, België, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Groot-Brittannië, Hongkong, Italië, Koeweit, Maleisië, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, Singapore, Slowakije, Spanje, Thailand, de Tsjechische Republiek, Zweden, Zwitserland, enz. PAL-M systeem Brazilië PAL-N systeem Argentinië, Paraguay, Uruguay NTSC-systeem Bahama eilanden, Bolivia, Canada, Chili, Colombia, Equador, de Filippijnen, Jamaica, Japan, Korea, Mexico, Midden-Amerika, Peru, Suriname, Taiwan, Venezuela, de Verenigde Staten, enz. SECAM-systeem Bulgarije, Frankrijk, Guyana, Hongarije, Irak, Iran, Monaco, de Oekraïne, Polen, Rusland, enz. 104 Nederlands Verhelpen van storingen Mocht u problemen met de werking of de bediening van de camcorder hebben, loop dan eerst de onderstaande lijst met controlepunten even langs. Als het probleem aan de hand hiervan niet te verhelpen is, neemt u dan a.u.b. contact op met uw Sony handelaar of een plaatselijke erkende Sony onderhoudsdienst. Camcorder Stroomvoorziening Probleem Oorzaak en/of oplossing • Er is geen batterijpak in het apparaat aangebracht. m Plaats een opgeladen batterijpak. (zie blz. 7) • Het batterijpak is uitgeput. m Gebruik een opgeladen batterijpak. (zie blz. 8) • De netspanningsadapter is niet op een stopcontact aangesloten. m Steek de stekker van de netspanningsadapter in het stopcontact. (zie blz. 26) De camcorder wordt uitgeschakeld. • Terwijl u het apparaat in de CAMERA stand bediende, heeft dit langer dan 5 minuten in de opnamepauzestand gestaan. m Draai de STANDBY schakelaar omlaag en vervolgens weer omhoog. (zie blz. 12) • Het batterijpak is uitgeput. m Gebruik een opgeladen batterijpak. (zie blz. 8) Het batterijpak raakt heel snel • Deze camcorder werkt niet met batterijpakken van een ander uitgeput. dan het “InfoLITHIUM” type. m Gebruik een “InfoLITHIUM” batterijpak. (zie blz. 97) • De omgevingstemperatuur is te laag. (zie blz. 95) • Het batterijpak was niet volledig opgeladen. m Laad het batterijpak opnieuw op. (zie blz. 8) • Het batterijpak is versleten en kan niet meer opgeladen worden. m Gebruik een ander batterijpak. (zie blz. 96) Tijdens het opladen van het • De netspanningsadapter is niet stevig aangesloten. batterijpak verschijnt er geen m Zorg dat de netspanningsadapter stevig vast zit. aanduiding of knippert de • Er is iets mis met het batterijpak. aanduiding in het uitleesvenster. m Neem contact op met uw Sony handelaar of een plaatselijke erkende Sony onderhoudsdienst. • De camcorder wordt gebruikt op stroom van de De camcorder schakelt vanzelf in/ uit, bij gebruik van een accessoire dat netspanningsadapter. is aangesloten op de intelligente m Gebruik een batterijpak. Het apparaat kan niet ingeschakeld worden. Informations complémentaires Aanvullende informatie accessoireschoen. Bediening Probleem De START/STOP toets werkt niet. Oorzaak en/of oplossing • De band blijft aan de koptrommel kleven. m Verwijder de cassette. (zie blz. 11) • Het einde van de band is bereikt. m Spoel de band terug of gebruik een nieuwe cassette. (zie blz. 22) • De POWER schakelaar staat in de “PLAYER” stand. m Zet de schakelaar op “CAMERA”. (zie blz. 12) • Het beveiligingsnokje van de cassette is ingeschoven (rood). m Gebruik een andere cassette of schuif het nokje terug. (zie blz. 11) (wordt vervolgd) 109 Verhelpen van storingen Probleem Oorzaak en/of oplossing • De START/STOP MODE schakelaar staat in de “5SEC” of de “ ” druktoets-stand. m Zet deze schakelaar in de “ ” normale schakel-stand. (zie blz. 16) • Het batterijpak is leeg. De cassette kan niet uit de houder worden verwijderd. m Gebruik een opgeladen batterijpak of sluit de netspanningsadapter aan. (zie blz. 8, 26) De { en 6 indicators knipperen en • Er is vocht uit de lucht in de camcorder gecondenseerd. geen enkele functie behalve het m Verwijder de videocassette en laat de camcorder ongeveer verwijderen van de cassette werkt. een uur lang ongebruikt. (zie blz. 99) • De DATE en TIME toetsen zijn langer dan 2 seconden De tellerstand, de datum of de tijdsaanduiding knippert. ingedrukt gehouden. m Dit wijst niet op een storing in de camcorder. Begin gewoon met opnemen; het knipperen van de aanduiding zal even later vanzelf ophouden. • De lithiumbatterij is (bijna) leeg. m Vervang de lithiumbatterij door een nieuwe. (zie blz. 89) • De POWER schakelaar staat op “CAMERA” of op “OFF”. De band beweegt niet als er een bandlooptoets wordt ingedrukt. m Zet de schakelaar in de “PLAYER” stand. • Het einde van de band is bereikt. m Spoel de band terug of gebruik een nieuwe cassette. (zie blz. 22) De “STEADY SHOT” • De STEADYSHOT instelling in het keuzemenu staat op “OFF”. beeldstabilisatie werkt niet. m Zet de STEADYSHOT functie in het keuzemenu in de “ON” stand. (zie blz. 55) • De FOCUS instelling in het keuzemenu staat op “MANUAL” De automatische scherpstelling werkt niet goed. ingesteld. m Schakel de FOCUS instelling om naar “AUTO”. (zie blz. 59) • De opname-omstandigheden zijn niet geschikt voor gebruik van de automatische scherpstelling. m Zet de FOCUS instelling in het keuzemenu op “MANUAL”. (zie blz. 59) • De START/STOP MODE schakelaar staat in de “5SEC” of de Het in- en uit-faden met de FADER toets werkt niet. “ ” druktoets-stand. m Zet deze schakelaar in de “ ” normale schakel-stand. (zie blz. 16) • Er is een digitale beeldeffect-functie ingeschakeld. m Schakel deze functie uit. Bij afspelen van een videocassette • Er wordt een stereo-cassette weergegeven, maar de camcorder klinkt er niet of nauwelijks geluid. staat ingesteld op HiFi SOUND “1” of “2” in het keuzemenu. m Kies in het menu de “STEREO” stand. (zie blz. 32) De geluidsweergave bevat te veel • De opnamen zijn gemaakt met het onderdeel WIND in het scherpe hoge tonen. keuzemenu ingesteld op “ON”. m Als er geen wind is, kies dan in het keuzemenu voor “WIND” de stand “OFF”. (zie blz. 30) • Er wordt een deel van de band afgespeeld waarbij een Voor de gegevenscode wordt slechts --:--:--:-- aangegeven. indexsignaal is vastgelegd of gewist. Dze aanduiding wijst niet op een storing in de werking. (zie blz. 25) De datum of de tijdsaanduiding • Stel de datum en juiste tijd opnieuw in. (zie blz. 91) Na enkele seconden stopt het opnemen vanzelf. wordt niet aangegeven. 110 Verhelpen van storingen Beeldweergave Probleem Oorzaak en/of oplossing • Het lensje van de zoeker is niet goed scherpgesteld. m Stel het zoekerbeeld scherp. (zie blz. 13) Bij opnemen van een lichtbron of een • Het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond is te kaarsvlam tegen een donkere groot; er is niets aan de hand met de camcorder. achtergrond verschijnt er een m Kies een andere beeldhoek of verander de belichting. Het beeld op het zoekerscherm is onscherp. verticale streep in beeld. De weergegeven beelden zijn onscherp. • In het keuzemenu is de EDIT functie op “ON” gezet. m Zet de EDIT functie op “OFF”. (zie blz. 32) • Wellicht zijn de videokoppen vuil. m Maak de koppen schoon met een Sony V8-25CLH/V8-25CLD reinigingscassette (niet bijgeleverd). (zie blz. 100) • In het keuzemenu is de “AE SHIFT” helderheid onjuist ingesteld. m Zet deze instelling in de middelste stand. (zie blz. 30) • De AUTO LOCK/HOLD schakelaar is in de middelste stand gezet en in het zoekerbeeld is de kleurbalans-indicator zichtbaar. m Zet de AUTO LOCK/HOLD schakelaar in de “AUTO LOCK” stand. (zie blz. 74) • De opname-omstandigheden waren niet geschikt voor de automatische kleurbalans-instelling. m Stel de kleurbalans voor het opnemen handmatig in. (zie blz. 75) • De langzame sluiterfunctie is ingeschakeld. m Dit wijst niet op storing in de camcorder. • Ongeveer 10 minuten nadat u de POWER schakelaar op “CAMERA” zet, zonder cassette in de camcorder, begint automatisch een demonstratie van de mogelijkheden; ook is het mogelijk dat de DEMO functie in het keuzemenu in de “ON” stand is gezet. m Steek een cassette in de houder en de demonstratie stopt. Desgewenst kunt u de demonstratiefunctie geheel uitschakelen. (zie blz. 31) • De zelfdiagnosefunctie is ingeschakeld. m Controleer de betekenis van de code en verhelp het probleem. (zie blz. 114) Er is storing in het weergegeven beeld. Het beeld is te licht of te donker. De kleuren van de weergegeven beelden zien er vreemd uit. Er verschijnen witte stippen in het zoekerbeeld. Er worden onbekende beelden weergegeven in de zoeker. Er verschijnt een code van vijf letters en cijfers. Aanvullende informatie • Dit wijst niet op een storing in de camcorder. Informations complémentaires Er verschijnt een verticale band in beeld bij opnemen van een erg helder verlicht onderwerp. (wordt vervolgd) 111 Verhelpen van storingen Overige Probleem Oorzaak en/of oplossing • In het keuzemenu is het onderdeel COMMANDER ingesteld op “OFF”. m Zet de COMMANDER functie op “ON”. (zie blz. 30) • De infrarode stralen worden geblokkeerd. m Verwijder eventuele obstakels tussen de afstandsbediening en de camcorder. • De batterijen zijn omgekeerd in de afstandsbediening geplaatst. m Plaats de batterijen met de juiste polariteit in de afstandsbediening. (zie blz. 122) • De batterijen zijn (bijna) leeg. m Plaats nieuwe batterijen in de afstandsbediening. (zie blz. 122) Er klinkt een aangehouden pieptoon • Er is vocht uit de lucht in de camcorder gecondenseerd. van vijf seconden lang. m Verwijder de videocassette en laat de camcorder ongeveer een uur lang ongebruikt. (zie blz. 99) • Er is een andere storing in de camcorder opgetreden. m Verwijder de cassette en steek deze opnieuw in en probeer of de camcorder nu weer goed werkt. • Als u de camcorder gebruikt op een plaats met een erg lage Er zitten belletjes in de lens. luchtdruk, zoals hoog in de bergen of in een vliegtuig, kunnen er belletjes in de lens ontstaan. Dit wijst niet op een storing in de camcorder. Over het algemeen zullen de belletjes in ongeveer een week verdwijnen. Hoe lang het precies duurt, hangt af van de luchtdruk en het gebruik van de camcorder. Er zit stof in de zoeker. • Verwijder de oogkap van de zoeker en maak het zoekerlensje schoon. (zie blz. 101) De bijgeleverde afstandsbediening werkt niet. 112 Nederlands Zelfdiagnose-aanduidingen Om het storingzoeken te vergemakkelijken, is deze camcorder voorzien van een zelfdiagnosefunctie. Als er iets mis is met de camcorder, toont deze in de zoeker of in het uitleesvenster een code van vijf tekens (een letter en vier cijfers). Deze code geeft een aanwijzing voor de toestand van de camcorder. De laatste twee cijfers (hieronder aangeduid met twee ππ blokjes) zullen verschillen, afhankelijk van de toestand van de camcorder. Zoeker C:21:00 Zelfdiagnose-aanduiding •C:ππ:ππ Dit probleem kunt u eenvoudig zelf verhelpen. •E:ππ:ππ Raadpleeg a.u.b. uw Sony handelaar of een plaatselijke erkende Sony onderhoudsdienst. Letter/cijfercode C:21:ππ C:22:ππ C:23:ππ C:31:ππ C:32:ππ E:61:ππ E:62:ππ Oorzaak en/of oplossing • Er is vocht uit de lucht in de camcorder gecondenseerd. m Verwijder de videocassette en laat de camcorder ongeveer een uur lang ongebruikt. (zie blz. 99) • De videokoppen zijn vuil. m Reinig de koppen met een Sony V8-25CLH/V8-25CLD videokoppen-reinigingscassette (niet bijgeleverd). (zie blz. 100) • Wellicht gebruikt u een batterijpak van een een ander dan het “InfoLITHIUM” type. m Gebruik een “InfoLITHIUM” batterijpak. (zie blz. 97) • Er is een andere minder ernstige storing opgetreden. m Verwijder de cassette, plaats deze opnieuw en neem de camcorder dan weer in gebruik. m Verbreek de aansluiting van de netspanningsadapter of verwijder het batterijpak. Herstel vervolgens de stroomvoorziening en neem de camcorder dan weer in gebruik. • Er is een inwendige storing opgetreden. m Neem contact op met uw Sony handelaar of een erkende Sony onderhoudsdienst en geef de waarschuwingscode van vijf tekens door (bijvoorbeeld: E:61:10). Als het niet lukt een bepaald probleem te verhelpen, raadpleegt u dan a.u.b. uw Sony handelaar of een plaatselijke erkende Sony onderhoudsdienst. 114 Nederlands Technische gegevens Videocamera/ recorder Systeem Video-opnamesysteem 2 roterende videokoppen FM schuinspoorregistratie Audio-opnamesysteem FM systeem met roterende koppen Videosignaal PAL kleursysteem, CCIR standaard Bruikbare cassettes 8-mm formaat videocassettes Hi8 formaat of standaard 8-mm cassettes Opname/weergave-speelduur (met 90-min. cassette) SP snelheid: 1 uur en 30 min. LP snelheid: 3 uur Vooruit/terugspoeltijd (met 90min. cassette) Ca. 5 min. Beeldvormend orgaan CCD (Charge Coupled Device) Zoeker Elektronische zwart/wit zoeker Objectief Gecombineerde zoomlens Filterdiameter: 52 mm 21x (optisch), 84x (digitaal) Brandpuntsafstand 3,9 - 81,9 mm Omgerekend naar de normen van een kleinbeeld-fototoestel: 37 mm groothoek - 777 mm tele Kleurtemperatuur Automatische instelling, Druktoets-kleurbalansinstelling ∑ Binnenshuis e 3200 K Buitenshuis w 5800 K Minimaal vereiste lichtsterkte 1 lux bij F1.6 0,1 lux bij F1.6 bij gebruik van een langzame sluitertijd Lichtsterktebereik 1 lux tot 100.000 lux Aanbevolen lichtsterkte Meer dan 100 lux 116 Ingangs- en uitgangsaansluitingen S VIDEO uitgang 4-polige mini-DIN stekkerbus Luminantie-signaal: 1 Vt-t, 75 ohm, asymmetrisch, negatieve synchronisatie Chrominantie-signaal: 0,3 Vt-t, 75 ohm, asymmetrisch Video-uitgang Tulpstekkerbus, 1 Vt-t, 75 ohm, asymmetrisch Audio-uitgangen tulpstekkerbussen (2 stuks: stereo links en rechts) Uitgangssignaal: 327 mV (bij uitgangsimpedantie 47 kOhm), eigen impedantie minder dan 2,2 kOhm RFU gelijkstroomuitgang (RFU DC OUT) Speciale ministekkerbus, 5 V gelijkstroom Hoofdtelefoon-aansluiting Stereo ministekkerbus (ø 3,5 mm) Afstandsbedieningsaansluiting (LANC) Stereo mini-ministekkerbus (ø 2,5 mm) Microfoonaansluiting (MIC) Ministekkerbus, 0,388 mV, voor laagohmige microfoons die 2,5 tot 3 V gelijkstroom leveren, met uitgangsimpedantie 6,8 kOhm (ø 3,5 mm) Stereo-type Intelligente accessoireschoen 8-polige aansluiting Algemeen Stroomvoorziening 7,2 V (batterijpak) 8,4 V (netspanningsadapter) Gemiddeld stroomverbruik (bij gebruik van een batterijpak) Tijdens camera-opname 3,2 watt Bedrijfstemperatuur 0°C tot 40°C Opslagtemperatuur – 20°C tot +60°C Afmetingen (ca.) 110 x 106 x 221 mm (b/h/d) Gewicht (ca.) 900 gram (zonder batterijpak, lithiumbatterij, videocassette, lensdop of schouderband) 1 kilogram (met NP-F330 batterijpak, CR2025 lithiumbatterij, videocassette, lensdop en schouderband) Ingebouwde microfoon stereo microfoon Bijgeleverde accessoires Zie blz. 6. Netspanningsadapter Spanningsvereiste 100 - 240 V wisselstroom, 50/60 Hz Stroomverbruik 23 watt Uitgangsspanning Gelijkstroomuitgang (DC OUT): 8,4 V, 1,5 A met camcorder in werking Bedrijfstemperatuur 0°C tot +40°C Opslagtemperatuur –20°C tot +60°C Afmetingen (ca.) 125 x 39 x 62 mm (b/h/d), zonder uitstekende onderdelen en knoppen Gewicht (ca.) 280 gram (zonder netsnoer) Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden zonder kennisgeving. Plaats en functie van de bedieningsorganen Nomenclature 1 8 9 0 2 !¡ 3 !™ !£ 5 6 !¢ 7 1 Montagezoektoets (EDITSEARCH) (blz. 19) 2 Griffe porte-accessoire intelligente (p. 123) 2 Intelligente accessoireschoen (blz. 123) 3 Interrupteur d’alimentation (POWER) (p. 12) 3 Aan/uit-schakelaar (POWER) (blz. 12) 4 Touche de fondu (FADER) (p. 34) 4 In/uit-fade toets (FADER) (blz. 34) 5 Touche de compensation de contre-jour (BACK LIGHT) (p. 71) 5 Tegenlichttoets (BACK LIGHT) (blz. 71) 6 Commutateur de mise au point automatique (PUSH AUTO) (p. 59) 7 Commutateur de mise au point (FOCUS) (p. 59) 8 Touches de transport de bande (p. 22) p STOP (arrêt) 0 REW (rembobinage) ( PLAY (lecture) ) FF (avance rapide) P PAUSE (pause) 9 Levier de zoom électrique (p. 14) 0 Touche d’affichage de titre (TITLE) (p. 48) 6 Autofocus-druktoets (PUSH AUTO) (blz. 59) 7 Scherpstelschakelaar (FOCUS) (blz. 59) Aanvullende informatie 1 Touche de recherche (EDITSEARCH) (p. 19) Informations complémentaires 4 8 Bandlooptoetsen (blz. 22) p STOP toets 0 REW terugspoeltoets ( PLAY weergavetoets ) FF vooruitspoeltoets P PAUSE pauzetoets 9 Zoomtoets (blz. 14) 0 Titeltoets (TITLE) (blz. 48) !¡ Teller-nulsteltoets (COUNTER RESET) (blz. 14) !¡ Touche de remise à zéro du compteur (COUNTER RESET) (p. 14) !™ Uitleesvenster (blz. 124) !™ Afficheur (p. 124) !¢ Datumtoets (DATE) (blz. 25, 53) !£ Tijdtoets (TIME) (blz. 25, 53) !£ Touche d’enregistrement/affichage de l’heure (TIME) (p. 25, 53) !¢ Touche d’enregistrement/affichage de la date (DATE) (p. 25, 53) 117 Nomenclature Plaats en functie van de bedieningsorganen !ª @º @¡ !∞ @™ !§ @£ !¶ @¢ !• @∞ !∞ Commutateur de réglage automatique/ maintien des réglages (AUTO LOCK/HOLD) (p. 60) !§ Voyant d’enregistrement/batterie (p. 12) !¶ Capteur de signaux de télécommande (p. 120) Dirigez la télécommande ici pour la commande à distance. !§ Camera-opname/batterijlampje (blz. 12) !¶ Afstandsbedieningssensor (blz. 120) Richt de afstandsbediening op dit punt voor bediening van de camcorder. !• Microfoon !• Microphone !ª Belichtingsprogrammatoets (PROGRAM AE) (blz. 60) !ª Touche d’exposition automatique (PROGRAM AE) (p. 60) @º Diafragmatoets (IRIS) (blz. 66) @º Touche de diaphragme (IRIS) (p. 66) @¡ Sluitertijdtoets (SHUTTER SPEED) (blz. 66, 68) @¡ Touche de vitesse d’obturation (SHUTTER SPEED) (p. 66, 68) @™ Lichtgevoeligheidstoets (GAIN) (blz. 66) @™ Touche de gain (GAIN) (p. 66) @£ Kleurbalanstoets (WHT BAL) (blz. 74) @£ Touche de balance des blancs (WHT BAL) (p. 74) @¢ Schroefgang voor statief (blz. 18) Let op dat de schroef van de statiefkop niet langer is dan 6,5 mm. Een langere schroef kan een stevige montage op het statief belemmeren en zou de camcorder kunnen beschadigen. @¢ Douille de pied photographique (p. 18) Assurez-vous que la longueur de la vis du pied est inférieure à 6,5 mm (9/32 po.) pour fixer correctement le pied et éviter que la vis n’endommage le camescope. @∞ Logement de la pile au lithium (p. 90) 118 !∞ Volautomaat/vergrendeltoets (AUTO LOCK/HOLD) (blz. 60) @∞ Lithiumbatterijvakje (blz. 90) Nomenclature Plaats en functie van de bedieningsorganen #£ @§ #¢ #∞ @• #§ @ª #¶ #º #• #¡ #ª #™ $º @§ Zoeker (blz. 13) @¶ Commutateur de mode d’enregistrement (START/STOP MODE) (p. 16) @¶ Opnametoets-functieschakelaar (START/ STOP MODE) (blz. 16) @• Touche de sélection d’effet numérique (DIGITAL EFFECT) (p. 40) @• Digitale beeldeffecttoets (DIGITAL EFFECT) (blz. 40) @ª Touche de sélection d’effet pictural (PICTURE EFFET) (p. 47) @ª Beeldeffecttoets (PICTURE EFFECT) (blz. 47) #º Menutoets (MENU) (blz. 28) #º Touche d’affichage du menu (MENU) (p. 28) #¡ Menuregelknop (blz. 28) #¡ Molette de commande (p. 28) #™ Bevestigingsoog voor schouderband (blz. 123) #™ Crochet pour la bandoulière (p. 123) #£ Oeilleton #¢ Levier de libération de la batterie (BATT RELEASE) (p. 7, 10) #∞ Touche d’enregistrement de photos (PHOTO) (p. 36) #§ Crochet pour la bandoulière (p. 123) #¶ Commutateur d’attente (STANDBY) (p. 12) #• Touche de marche/arrêt (START/STOP) (p. 12) #ª Surface de montage de la batterie Aanvullende informatie @§ Viseur (p. 13) Informations complémentaires @¶ #£ Oculair #¢ Batterij-ontgrendelknop (BATT RELEASE) (blz. 7, 10) #∞ Foto-opnametoets (PHOTO) (blz. 36) #§ Bevestigingsoog voor schouderband (blz. 123) #¶ Pauzeschakelaar (STANDBY) (blz. 12) #• Opnamestart/stoptoets (START/STOP) (blz. 12) #ª Batterij-aansluitvlak $º Gelijkstroomingang (DC IN) (blz. 8, 26) $º Prise de courant continu (DC IN) (p. 8, 26) 119 Nomenclature Plaats en functie van de bedieningsorganen $• $¡ $™ $ª $£ %º $¢ %¡ $∞ $§ %™ $¶ 120 $¡ Bouton de libération de l’oeilleton (RELEASE) (p. 101) $¡ Zoeker-ontgrendelknop (RELEASE) (blz. 101) $™ Commutateur d’éjection de la cassette (EJECT) (p. 11) $™ Cassette-uitneemknop (EJECT) (blz. 11) $£ Prise de télécommande LANC l LANC ( l ) vient de Local Application Control Bus system. La prise de commande l sert à contrôler le transport de la bande d’un appareil vidéo et des périphériques qui lui sont raccordés. Cette prise a la même fonction que les connecteurs CONTROL L ou REMOTE. $£ Afstandsbedieningsaansluiting (LANC l) Het l teken en de afkorting LANC staan voor “Local Application Control Bus System”. De l aansluiting dient voor het bedienen van het bandtransport van video-apparatuur, die op deze videocamera/recorder is aangesloten. Deze aansluiting heeft dezelfde functie als de “CONTROL L” en de “REMOTE” aansluitingen. $¢ Logement de la cassette (p. 11) $¢ Cassettehouder (blz. 11) $∞ Sangle (p. 17) $∞ Handgreepband (blz. 17) $§ Prise de sortie CC d’adaptateur RFU (RFU DC OUT) (p. 21) $§ RFU gelijkstroom-uitgang (RFU DC OUT) (blz. 21) $¶ Prise de casque ( 2 ) (p. 23) $¶ 2 Hoofdtelefoon-aansluiting (blz. 23) $• Bague de réglage de l’oculaire (p. 13) $• Zoekerlens-instelring (blz. 13) $ª Prise S-vidéo (S VIDEO) (p. 21) $ª S-VIDEO aansluiting (blz. 21) %º Baque de mise au point (p. 59) %º Scherpstelring (blz. 59) %¡ Prises audio/vidéo (VIDEO/AUDIO) (p. 21) %¡ VIDEO/AUDIO aansluitingen (blz. 21) %™ Prise de microphone (alimentation à l’enfichage) (PLUG IN POWER) Pour raccorder un microphone externe (non fourni). Cette prise accepte aussi les microphones alimentables à l’enfichage. %™ Microfoon-aansluiting (PLUG IN POWER) Hierop kunt u een los verkrijgbare externe microfoon aansluiten. Deze aansluiting kan tevens dienen voor de stroomvoorziening van een “plug-in-power” microfoon. Nomenclature Plaats en functie van de bedieningsorganen Télécommande Afstandsbediening Les touches qui ont le même nom sur la télécommande et le camescope fonctionnent de la même façon. De toetsen op de afstandsbediening met hetzelfde opschrift als die op de camcorder zelf hebben ook dezelfde functie. 8 9 !º !¡ 2 Touche de mémorisation du point zéro (ZERO MEM) (p. 52, 80) 1 Infrarood-zender Richt deze op de afstandsbedieningssensor van de camcorder, nadat u de camcorder met de POWER schakelaar heeft ingeschakeld. 2 Nulgeheugentoets (ZERO MEM) (blz. 52, 80) 3 Touche de code de données (DATA CODE) (p. 25) 3 Opnamegegevenstoets (DATA CODE) (blz. 25) 4 Touche de remise à zéro du compteur (COUNTER RESET) (p. 14) 4 Teller-nulsteltoets (COUNTER RESET) (blz. 14) 5 Touche d’inscription du code temporel (TIME CODE WRITE) (p. 86) 5 Tijdcode-aanbrengtoets (TIME CODE WRITE) (blz. 86) 6 Touches d’index (INDEX) Touche d’inscription d’index (MARK) (p. 81) Touche d’effacement d’index (ERASE) (p. 85) 6 Indextoetsen (INDEX) Index-markeertoets (MARK) (blz. 81) Index-wistoets (ERASE) (blz. 85) 7 Touches de recherche (SEARCH) Touche de recherche de date (DATE) (p. 78) Touche de recherche d’index (INDEX) (p. 83) 8 Touche de marche/arrêt (START/STOP) (p. 12) 9 Touche de zoom électrique (p. 14) 0 Touches de transport de bande (p. 22) !¡ Touche d’affichage des indicateurs (DISPLAY) (p. 23) Aanvullende informatie 1 Emetteur Dirigez l’émetteur vers le camescope après avoir allumé le camescope. Informations complémentaires 1 2 3 4 5 6 7 7 Zoektoetsen (SEARCH) Datum-zoektoets (DATE) (blz. 78) Index-zoektoets (INDEX) (blz. 83) 8 Opnamestart/stoptoets (START/STOP) (blz. 12) 9 Zoomtoets (blz. 14) 0 Bandlooptoetsen (blz. 22) !¡ Beeldscherm-informatietoets (DISPLAY) (blz. 23) 121 Nomenclature Remarques sur la télécommande •N’exposez pas le capteur du camescope à des sources lumineuses puissantes comme la lumière directe du soleil ou un éclairage sinon la télécommande ne fonctionnera pas. •Assurez-vous qu’il n’y a pas d’obstacle entre le capteur du camescope et la télécommande. •Le camescope utilise le mode de télécommande VTR 2. Les modes de télécommande (1, 2 et 3) permettent de distinguer le camescope d’autres magnétoscopes Sony et d’éviter les interférences de télécommande. Si vous utilisez un autre magnétoscope Sony avec le mode de télécommande VTR 2, il est conseillé de changer le mode de télécommande ou de masquer le capteur infrarouge du magnétoscope avec du papier noir. Préparation de la télécommande Insérez deux piles R6 (format AA) en faisant correspondre les indications + et – des piles avec celles du logement des piles. Plaats en functie van de bedieningsorganen Opmerkingen over de afstandsbediening •Let voor afstandsbediening op, dat de sensor op de camcorder niet blootgesteld staat aan directe zonnestraling of fel licht. Anders kan de afstandsbediening niet naar behoren functioneren. •Zorg dat zich tussen de afstandsbediening en de sensor op de camcorder geen obstakels bevinden. •Het afstandsbedieningsnummer van deze camcorder is “VTR 2”. De afstandsbedieningsnummers (1, 2 en 3) dienen voor het onderscheiden van deze camcorder en andere Sony videorecorders, om verkeerde bediening te voorkomen. Als u reeds een andere Sony videorecorder met afstandsbedieningsnummer “VTR 2” gebruikt, dan is het voor bediening van deze camcorder aanbevolen om eerst het nummer van de andere videorecorder te veranderen, of de afstandsbedieningssensor van dat apparaat met een stukje zwart papier af te dekken. Voorbereidingen voor afstandsbediening Plaats twee stuks R6 (AA-formaat) batterijen in het batterijvak van de afstandsbediening, met de + en – polen in de richting die staat aangegeven in het batterijvak. Remarque sur l’autonomie des piles Les piles de la télécommande durent environ 6 mois dans des conditions normales d’utilisation. Quand elles sont faibles ou épuisées, la télécommande ne fonctionne pas. Gebruiksduur van de batterijen De batterijen van de afstandsbediening zullen bij normaal gebruik ongeveer 6 maanden meegaan. Wanneer deze batterijen leegraken, is de camcorder niet meer op afstand te bedienen. Pour éviter les dommages dus à une fuite éventuelle des piles Retirez les piles si vous prévoyez de ne pas utiliser la télécommande pendant longtemps. Voorkomen van schade door eventuele batterijlekkage Verwijder de batterijen uit de afstandsbediening wanneer u denkt deze geruime tijd niet meer te gebruiken. 122 Plaats en functie van de bedieningsorganen Nomenclature Fixation de la bandoulière Fixez la bandoulière fournie aux crochets prévus à cet effet. 1 2 Vous pouvez avoir un aperçu des fonctions du camescope en réglant DEMO MODE dans le menu. Vous pouvez aussi activer le mode de démonstration en effectuant les opérations suivantes. Pour activer le mode de démonstration (1) Ejectez la cassette et réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER. (2) Relevez le commutateur d’attente en position STANDBY. (3) Tout en tenant ( enfoncée, réglez l’interrupteur POWER sur CAMERA. Pour désactiver le mode de démonstration (1) Réglez l’interrupteur POWER sur PLAYER. (2) Relevez le commutateur d’attente en position STANDBY. (3) Tout en tenant p enfoncée, réglez POWER sur CAMERA. 3 Betreffende de “intelligente” accessoireschoen Deze dient voor de stroomvoorziening van los verkrijgbare accessoires zoals een videolamp of losse microfoon. De stroomtoevoer via de accessoireschoen is gekoppeld aan de STANDBY schakelaar, zodat u hiermee de aangesloten accessoires kunt in- en uitschakelen. Zie voor nadere bijzonderheden de gebruiksaanwijzing van de aangesloten accessoires. Voor het aansluiten van accessoires drukt u deze omlaag en schuift u ze geheel tot het eind toe vast, om vervolgens de schroef aan te draaien. Voor het verwijderen draait u eerst de schroef los en dan drukt u het accessoire in en schuift u het uit de schoen los. Als de camcorder met een accessoire niet goed werkt op stroom van de netspanningsadapter, gebruik dan voor de stroomvoorziening het batterijpak. Aanvullende informatie Démonstration des fonctions du camescope Steek de uiteinden van de bijgeleverde schouderband door de bevestigingsogen hiervoor op de camcorder. Informations complémentaires Remarque sur la griffe porte-accessoire intelligente Cette prise alimente un accessoire en option, comme une torche vidéo ou un microphone. La griffe est reliée au commutateur d’attente, ce qui permet de mettre l’accessoire sous ou hors tension par le commutateur d’attente. Consultez le mode d’emploi de l’accessoire pour de plus amples informations. Pour raccorder un accessoire, appuyez dessus et poussez-le à fond dans la griffe, puis serrez la vis. Pour enlever l’accessoire, desserrez la vis, puis appuyez sur l’accessoire et tirez dessus. Si le camescope ne fonctionne pas correctement quand vous utilisez l’adaptateur secteur, utilisez la batterie rechargeable. Aanbrengen van de schouderband Demonstratie van de mogelijkheden van de camcorder U kunt een automatische demonstratie van de mogelijkheden van de camcorder starten door de DEMO functie in het keuzemenu in de “ON” stand te zetten. Tevens kunt u de demonstratie starten op de volgende wijze. Starten van de demonstratie (1) Neem de videocassette uit het apparaat en zet de POWER schakelaar in de “PLAYER” stand. (2) Draai de STANDBY schakelaar omhoog naar “STANDBY”. (3) Houd de ( weergavetoets ingedrukt en zet dan de POWER schakelaar in de “CAMERA” stand. De demonstratie begint Uitschakelen van de demonstratie (1) Zet de POWER schakelaar in de “PLAYER” stand. (2) Draai de STANDBY schakelaar omhoog naar “STANDBY”. (3) Houd de p stoptoets ingedrukt en zet dan de POWER schakelaar in de “CAMERA” stand. 123 Plaats en functie van de bedieningsorganen Nomenclature Functie-aanduidingen Indicateurs de fonctionnement Viseur/Zoekerscherm 1 2 3 4 5 6 7 8 9 0 !¡ !™ !£ !¢ !∞ !§ W Afficheur/Uitleesvenster 40min H SP STBY 0:00:00 T END SEARCH M.FADER CINEMA SEPIA !¶ !• !ª @º @¡ @™ @£ @§ #º !¶ @º #¡ !• 1 @ª AS +1 10000 F1.6 12dB AE A c „ f 4 7 1998 12:00:00 1 Indicateur de capacité restante de la batterie @¢ @∞ @§ @¶ @• 1 Indicator voor resterende batterijspanning 2 Zoomindicator (blz. 14) 2 Indicateur de zoom (p. 14) 3 Indicateur de fondu (p. 34) /Indicateur d’effet numérique (p. 40) 3 In/uit-fade indicator (FADER) (blz. 34)/ Digitaaleffect-indicator (SLOW SHTR, etc.,) (blz. 40) 4 Indicateur de mode grand écran (p. 39) 4 Breedbeeld-indicator (blz. 39) 5 Indicateur d’effet pictural (p. 47) 5 Beeldeffect-indicator (SEPIA, etc.) (blz. 47) 6 Indicateur de gain (p. 66) 6 Lichtgevoeligheidsindicator (dB) (blz. 66) 7 Indicateur de balance des blancs (p. 73) 7 Kleurbalansindicator (blz. 73) 8 Indicateur de luminosité (p. 72) 8 Helderheidsindicator (AS +/–) (blz. 72) 9 Indicateur de vitesse d’obturation (p. 56, 66, 68) 9 Sluitertijdindicator (blz. 57, 66, 68) 0 Indicateur de diaphragme (p. 61, 66) 124 0 Diafragma-indicator (F) (blz. 61, 66) Plaats en functie van de bedieningsorganen Nomenclature !¡ Indicateur de code de données (p. 25) !¡ Opnamegegevenscode (blz. 25) !™ Indicateur d’exposition automatique (p. 60) !™ Belichtingsprogramma-indicator (PROGRAM AE) (blz. 60) !£ Indicateur de compensation de contre-jour (p. 71) !¢ Indicateur de réduction du bruit du vent (p. 30) !∞ Indicateur de stabilisateur hors service (p. 55) !§ Indicateur de mise au point manuelle (p. 59) !• Indicateur de mode d’enregistrement (p. 30) !ª Indicateur de mode de transport de la bande (p. 12) @º Indicateur de code temporel (p. 86) @™ Indicateur de longueur de bande restante 5min 0min @£ Indicateur d’index/Recherche de date/ Balayage des dates/Inscription du code temporel/Enregistrement du point zéro (p. 78, 81, 86) !∞ Beeldstabilisatie-uitgeschakeld indicator (blz. 55) !§ Indicator voor handmatige scherpstelling (blz. 59) !¶ Indicator voor weergave of opname met het Hi8 systeem (blz. 94) !• Opnamesnelheidindicator (blz. 30) !ª Bandloopfunctie-aanduiding (blz. 12) @º Tijdcode-aanduiding (TC) (blz. 86) @¡ Bandteller (blz. 14)/RC tijdcode-aanduiding (blz. 86)/Zelfdiagnose-aanduiding (blz. 114)/ 5-seconden opnamefunctie-indicator (blz. 16)/Foto-opname indicator (blz. 36) @™ Indicator voor de resterende bandlengte 5min 0min @£ Indexindicator/Datumzoek/doorloopindicator/Tijdcode-vastlegindicator (TIME CODE WRITE)/Nulgeheugen-indicator (ZERO MEM) (blz. 78, 81, 86) @¢ Datum-aanduiding (blz. 53) @∞ Tijdsaanduiding (blz. 53) @¢ Indicateur de la date (p. 53) @§ Waarschuwingsaanduidingen (blz. 126) @∞ Indicateur de l’heure (p. 53) @¶ Opnamelampje (blz. 12) @§ Indicateurs d’avertissement (p. 126) @• Flitslamp-indicator (blz. 37) @¶ Voyant d’enregistrement (p. 12) @ª Datum- of tijdsaanduiding (blz. 53)/ Bandteller-aanduiding (blz. 14)/RC tijdcodeaanduiding (blz. 86)/Zelfdiagnoseaanduiding (blz. 114)/Indicator voor resterende batterijspanning @• Indicateur de flash (p. 37) Aanvullende informatie @¡ Compteur de bande (p. 14)/Indicateur de code temporel RC (p. 86)/Autodiagnostic (p. 113)/Mode 5SEC (p. 16)/Mode PHOTO (p. 36) !¢ Windgeruis-indicator (WIND) (blz. 30) Informations complémentaires !¶ Indicateur de mode de lecture ou d’enregistrement dans le système Hi8 (p. 94) !£ Tegenlicht-indicator (blz. 71) @ª Indicateur de date ou heure (p. 53)/ Compteur de bande (p. 14)/ Code temporel RC (p. 86)/Autodiagnostic (p. 113)/ Capacité restante de la batterie #º Opnamegegevens-indicator (DC) (blz. 25) #º Indicateur de code de données (p. 25) #¡ Volledig-opgeladen indicator (FULL) (blz. 8) #¡ Indicateur de recharge complète (p. 8) 125 Indicateurs d’avertissement Waarschuwingsaanduidingen Si des indicateurs clignotent dans le viseur ou sur l’afficheur, contrôlez les points suivants: ≥≥... : Vous pouvez entendre un signal sonore quand BEEP est réglé sur ON. 1 2 Als de onderstaande indicators en waarschuwingslampjes gaan knipperen in de zoeker of het uitleesvenster, controleert u dan de onderstaande punten: ≥≥... : Als in het instelmenu de BEEP instelling op “ON” staat, is er tevens een pieptoon hoorbaar. 3 0min 5min 4 5 6 C:21:00 7 8 CLEANING CASSETTE 9 C:31:10 4 7 1998 1 La batterie est faible ou épuisée. Clignotement lent: la batterie est faible. Clignotement rapide: la batterie est épuisée. 2 La bande est presque terminée. Clignotement lent. 3 La cassette est terminée. Clignotement rapide. 4 Aucune cassette en place. 5 Le taquet de la cassette est rentré (rouge). 6 De l’humidité s’est condensée. 7 Les têtes vidéo sont sans doute sales. 8 Autre problème. Utilisez l’autodiagnostic (p. 113). Si l’affichage ne disparaît pas, contactez votre revendeur Sony ou un centre de réparation agréé Sony. 9 La pile au lithium est faible ou n’est pas en place. 126 1 Het batterijpak is zwak of uitgeput. Langzaam knipperend: het batterijpak begint leeg te raken. Snel knipperend: het batterijpak is leeg. 2 Het einde van de cassetteband is bijna bereikt. Als deze indicator langzaam knippert. 3 De cassetteband is afgelopen. Als deze indicator sneller gaat knipperen. 4 Er is geen cassette in de camcorder aanwezig. 5 Het wispreventienokje van de cassette is uitgeschoven (een rood vlakje is zichtbaar). 6 Er is vocht in de camcorder gecondenseerd. 7 Waarschijnlijk zijn de videokoppen vuil. 8 Er is sprake van storing in het apparaat. Gebruik de zelfdiagnosefunctie (zie blz. 114). Kunt u het probleem niet zo verhelpen dat de aanduiding verdwijnt, raadpleeg dan a.u.b. uw Sony handelaar of een plaatselijke erkende Sony onderhoudsdienst. 9 De lithiumbatterij is bijna leeg of niet in de camcorder aanwezig. Index A, B G, H, I S, T, U, V Aansluitingen voor weergave ................................................... 20 AE SHIFT helderheidsregeling ................................................... 72 AFM Hi-Fi geluid ................ 32, 94 Afstandsbedieningsaansluiting (LANC) ................................... 120 ANTI GROUND SHOOTING druktoets-stand ....................... 16 Auto-accu .................................... 27 Autofocus-druktoets (PUSH AUTO) ...................................... 59 Automatische scherpstelling .... 59 BACKLIGHT toets ..................... 71 Bandteller .............................. 14, 29 Beeldeffecten .............................. 46 Beeldstabilisatie (STEADY SHOT) ....................................... 55 BEEP functie ............................... 14 Belichtingsprogramma’s (PROGRAM AE) ..................... 60 Breedbeeld-opnamefunctie ...... 38 GAIN lichtgevoeligheidsregeling .... 66 Handmatige instellingen .......... 56 Handmatige scherpstelling ...... 58 Helderheidsregeling (AE SHIFT) .............................. 72 In/uit-faden ................................ 33 In/uit-zoomen ............................ 14 Indexfuncties .............................. 81 Schouderband .......................... 123 Sluitertijd .................................... 67 Sluitertijd-voorkeuze ................ 62 Snelspoel-zoekfunctie ............... 23 STANDBY schakelaar ............... 12 Statief, opstellen op ................... 18 STEADY SHOT beeldstabilisatie ................................................... 55 Stroomvoorziening .................... 26 Tegenlicht ................................... 71 Terugwaartse weergave ........... 24 Tijdbasis-correctie (TBC) .......... 32 Tijdcode ................................. 29, 86 Tijdzone-instelling ..................... 92 Titelfuncties ................................ 48 Verhelpen van storingen ........ 109 C, D Menusysteem ............................. 28 MIC microfoonaansluiting ..... 120 Monteren van video-opnamen ................................................... 88 Nulpunt-terugkeer .............. 52, 80 J, K, L Keuzemenu ................................. 28 Klok gelijkzetten ........................ 91 LANC afstandsbedieningsaansluiting ................................................. 120 Lichtgevoeligheidsregeling (GAIN) ..................................... 66 Lichtnetvoeding ......................... 26 Lithiumbatterij ........................... 89 M, N Camera-opname ........................ 12 COUNTER RESET toets ........... 14 DATA CODE opnamegegevens ................................................... 25 Data-doorloopfunctie ................ 78 DATE/TIME toets ..................... 25 Datum-zoekfunctie .................... 78 Demonstratie ...................... 31, 123 Diafragma ................................... 66 Diafragma-voorkeuze ............... 61 Digitale beeldeffecten ............... 40 Digitale zoomfunctie ................. 15 DISPLAY toets ........................... 23 DNR storingsonderdrukking ... 32 E, F EDIT montagefunctie ................ 32 EDITSEARCH montagezoektoets .................................. 19 FADER toets ............................... 33 Foto-opnamefunctie .................. 36 Sony Corporation Printed in Japan O, P, Q, R Opladen van een batterijpak ...... 8 Opnamegegevens ...................... 25 Opnamecontrolefunctie ............ 19 Opnamepauzestand .................. 12 Opnamesnelheid ........................ 30 ORC bandcontrole ..................... 54 PROGRAM AE belichtingsprogramma’s ........ 60 PUSH AUTO autofocusdruktoets .................................. 59 RC tijdcode ................................. 86 Reinigen van de videokoppen ................................................. 100 W, X, Y, Z Waarschuwingstonen ............... 14 Weergave-pauzestand .............. 23 WIND ruisonderdrukking ....... 30 WORLD TIME tijdzone-instelling ................................................... 92 Zelfdiagnose-aanduidingen ... 114 Zoeker scherpstellen ................. 13 Zoomsnelheid ............................ 15
1 / 1

Sony CCD TR3200E de handleiding

Categorie
Camcorders
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen