Aeg-Electrolux 41016VI-WN Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding
41016VI
Gebruiksaanwijzing Vrijstaand elektrisch
fornuis
Inhoud2
Inhoud
Gebruiksaanwijzing 3
Veiligheidsvoorschriften 3
Beschrijving van het apparaat 4
Totaalaanzicht 4
Bedieningspaneel 5
Kookplaat 5
Uitrusting oven 6
Accessoires oven 6
Voor het in gebruik nemen 7
Dagtijd instellen en wijzigen 7
Reinigen voor het in gebruik nemen 8
Bediening van de kookplaat 8
Kookstand instellen 10
Tweekrings-kookzone en braadzone
inschakelen 10
Bedienen van de oven 11
Oven in- en uitschakelen 11
Ovenfuncties 12
Rooster, baakplaat en vetopvangbak
plaatsen 12
Vetfilter plaatsen/verwijderen 13
Klokfuncties 14
Toepassingen, tabellen, tips 19
Pannen 19
Kooktabel 19
Bakken 21
Braden 27
Vlak-grilleren 29
Ontdooien 29
Drogen met hetelucht 30
Wecken 31
Reiniging en onderhoud 32
Buitenkant apparaat 32
Kookplaat 32
Raam van de kookplaat 33
Binnenkant oven 33
Accessoires 33
Vetfilter 33
Inschuifroosters 33
Ovenverlichting 35
Bovenwand van de oven 35
Bakovendeur 36
Het glas van deur van de bakoven 38
Servieslade 41
Wat is er aan de hand als … 41
Afvalverwerking 42
Montageaanwijzing 43
Plaatsen 43
Apparaat waterpas stellen 43
Veiligheidsaanwijzingen voor de
installateur 43
Garantie/Adres service-afdeling 44
Service 47
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en
professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen om alle proces-
sen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding
op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handlei-
ding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
1
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen
van schade aan het apparaat.
3 Algemene informatie en tips
2 Milieu-informatie
3Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
1 Veiligheidsvoorschriften
Elektrische veiligheid
Het apparaat mag uitsluitend door een erkend installateur worden aangesloten.
In geval van storingen of beschadiging van het apparaat: zekeringen in de huisinstal-
latie uitschakelen.
Reparaties aan het apparaat mogen uitsluitend door vakmensen worden uitge-
voerd. Door onvakkundig uitgevoerde reparaties kunnen grote gevaren ontstaan.
Wend u bij reparaties altijd tot onze service-afdeling of uw vakhandel.
Veiligheid voor kinderen
Kleine kinderen nooit alleen laten terwijl het apparaat in gebruik is.
Veiligheid tijdens het gebruik
Personen (waaronder begrepen kinderen) die op grond van hun fysieke, sensorische of
verstandelijke vermogens, dan wel op grond van onervarenheid of onkunde niet in
staat zijn het apparaat veilig te gebruiken, dienen dit apparaat niet zonder het toe-
zicht of zonder de instructies van een verantwoordelijke persoon te gebruiken.
Dit apparaat mag alleen in het huishouden voor koken, braden, bakken van levensmid-
delen worden gebruikt.
Wees voorzichtig bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten in de
buurt van het apparaat. Snoeren mogen niet in aanraking komen of onder de hete
ovendeur ingeklemd raken.
Waarschuwing: Verbrandingsgevaar! Bij gebruik wordt de ovenruimte heet.
Als u alcoholische ingrediënten in de oven gebruikt, kan evt. een licht ontvlambaar al-
cohol-luchtmengsel ontstaan. Open de deur in dat geval voorzichtig. Kom niet met
vuur of vonken in de buurt van de oven.
3 Aanwijzing met betrekking tot acrylamide
Volgens de laatste wetenschappelijke inzichten kan een intensieve bruining van levens-
middelen, met name bij zetmeelhoudende producten, een gevaar voor de gezondheid
door acrylamide veroorzaken. Om die reden adviseren wij levensmiddelen zoveel moge-
lijk bij lage temperaturen te bereiden en de gerechten niet te veel te bruinen.
Op deze manier voorkomt u beschadiging van het apparaat
Bekleed de oven niet met aluminiumfolie en plaats geen bakplaten, pannen, enzo-
voort op de bodem omdat daarmee het email van de oven door de ontstane hittecon-
centratie wordt beschadigd.
Fruitsappen die van de bakplaat druppelen, veroorzaken vlekken die niet kunnen wor-
den verwijderd. Gebruik een diepe bakplaat voor gebak dat erg vochtig is.
Plaats geen gewicht op de geopende ovendeur.
Giet water nooit rechtstreeks in de hete oven. Hierdoor kan het email worden bescha-
digd en kunnen verkleuringen ontstaan.
Beschrijving van het apparaat4
Als gevolg van heftige stoten, vooral op de randen van de buitenste glasplaat, kan het
glas breken.
Bewaar geen brandbaar materiaal in de oven. Bij het inschakelen van de oven kan dit
ontbranden.
Bewaar geen vochtige levensmiddelen in de oven. Het email kan hierdoor beschadigd
raken.
Bewaar na het uitschakelen van de koelventilator geen open gerechten in de oven. In
de ovenruimte of op de deurruiten kan vocht neerslaan dat ook op uw meubelen te-
recht kan komen.
3 Informatie emaillaag
Kleurveranderingen van de emaillaag van de oven als gevolg van het gebruik zijn niet
van invloed op de deugdelijkheid van het apparaat voor regulier of contractueel gebruik.
Dit zijn derhalve geen gebreken in de zin van het recht op garantie.
Beschrijving van het apparaat
Totaalaanzicht
Glazen deur
Deurgreep
Bedieningspaneel
Servieslade
5Beschrijving van het apparaat
Bedieningspaneel
Kookplaat
Ovenfuncties
Temperatuurkeuze
Kookzoneschakelaar
Klokfunctietoetsen
Kookzoneschakelaar
Bedrijfscontrolelampje
Temperatuurcontrolelampje
Tijdsindicatie
Tweekrings-kookzone
2200W
Eénkringskookzone
1200W
Braadzone
2400W
Restwarmte-
indicaties
Eénkringskookzone
1200W
Dampafvoer oven
Beschrijving van het apparaat6
Uitrusting oven
Accessoires oven
Rooster
Voor servies, bak- en braadvormen, braden en
grillen.
Bakplaat
Voor gebak en koekjes.
Bovenwarmte en grillelement
Ovenverlichting
Vetfilter
Verwarmingselement in de
achterwand
Ventilator
Onderwarmte
Inzetniveaus
Uitneembaar inschuifrooster
7Voor het in gebruik nemen
Vetopvangbak
De vetopvangbak dient bij het baken en braden
resp. als opvangbak voor het vet.
Voor het in gebruik nemen
Dagtijd instellen en wijzigen
3 De oven functioneert alleen als u de tijd hebt ingesteld.
Na het aansluiten van de elektriciteit of na een
stroomstoring knippert het functielampje
Dagtijd automatisch.
1. Om een reeds ingestelde dagtijd te veranderen
drukt u de toets Selectie zo vaak in, tot het
functielampje Dagtijd knippert.
2. Met de toets of de juiste tijd instellen.
Na ca. 5 seconden stopt het knipperen en geeft
de klok de ingestelde tijd aan.
Het apparaat is klaar voor gebruik.
3 De dagtijd kan alleen worden gewijzigd als er
geen automatische functie (Duur of
Einde ) is ingesteld.
Bediening van de kookplaat8
Reinigen voor het in gebruik nemen
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, moet u het grondig reinigen.
De glaskeramische kookplaat afnemen met een vochtige doek.
1 Let op: gebruik geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen! U zou de oppervlakken
hiermee kunnen beschadigen.
3 Gebruik bij metalen oppervlakken de hiervoor in de handel verkrijgbare onderhoudsmid-
delen.
1. Functiekiezer instellen op verlichting .
2. Neem alle toebehoren en inschuifroosters uit de oven en reinig ze met een warm sopje.
3. Maak ook de oven schoon met een warm sopje en wrijf deze vervolgens droog.
4. Neem de voorzijde van het apparaat af met een vochtige doek.
Bediening van de kookplaat
3 Bij het inschakelen van een kookzone kan deze kort zoemen. Dat is een eigenschap van
alle glaskeramische kookzones en heeft geen negatieve invloed op het functioneren of
de levensduur van het apparaat.
Kookstanden
U kunt de kookstanden instellen in de bereiken 1 - 9.
Tussenstanden zijn mogelijk in de bereiken 2 - 7.
1 = laagste vermogen
9 = hoogste vermogen
= inschakeling tweekrings-kookzone
2 Schakel de kookzone ca. 5-10 minuten voor het einde van de kooktijd uit om gebruik te
maken van de restwarmte. Zo bespaart u elektrische energie.
9Bediening van de kookplaat
3 Het fornuis is met verzonken kookzoneschakelaars uitgerust.
Voor het gebruik de kookzoneschakelaar indrukken. De schakelaar komt dan naar buiten.
Kookzoneschakelaar
links voor links achter rechts achter rechts voor
Bediening van de kookplaat10
Kookstand instellen
1. Kookstand kiezen.
2. Om te stoppen met koken
terugdraaien naar de uit-stand.
Tweekrings-kookzone en braadzone inschakelen
1 De schakelaar voor de tweekrings-kookzone of braadzone wordt rechtsom ingeschakeld
en mag niet voorbij de aanslag worden gedraaid!
1. Draai de schakelaar voor de tweekrings-/braad-
zone rechtsom. Verder draaien voorbij stand 9 en
voorbij een lichte weerstand tot op het
symbool , tot een duidelijk voelbare aanslag.
2. Vervolgens terugdraaien naar de gewenste kook-
stand.
3. Om te stoppen met koken terugdraaien naar de
uit-stand.
3 Bij het opnieuw inschakelen van de tweekrings-/braadzone moet de grootste verwar-
mingskring weer worden ingeschakeld.
Restwarmte-indicatie
De restwarmte-indicatie gaat branden, zodra de betreffende kookzone heet is.
1 Waarschuwing! Verbrandingsgevaar door restwarmte. Na het uitschakelen duurt het
nog enige tijd voordat de kookzones zijn afgekoeld. Houd rekening met de restwarmte.
2 Restwarmte kan worden gebruikt voor het smelten en warm houden van gerechten.
11Bedienen van de oven
Bedienen van de oven
3 De oven is van verzinkbare schakelaars voor oven-functies en temperatuurkeuze uit-
gerust. Druk voor het gebruik ervan op de betreffende schakelaar. De schakelaar komt
dan naar buiten.
Oven in- en uitschakelen
1. Zet de functiekiezer van de oven in de gewenste stand.
2. Zet de temperatuurkiezer op de gewenste temperatuur.
Het bedrijfscontrolelampje is aan zolang de oven in gebruik is.
Het temperatuurcontrolelampje is aan zolang de verwarming van de oven aan staat.
3. Om de oven uit te schakelen moet u de functiekiezer en de temperatuurkiezer van de
oven beide in de Uit stand zetten.
3 Koelventilator
Zodra de oven in gebruik wordt genomen wordt de ventilator automatisch ingeschakeld
om de oppervlakken van het apparaat koel te houden. Nadat de oven is uitgeschakeld
blijft de ventilator nog verder lopen om het apparaat af te koelen en wordt dan automa-
tisch uitgeschakeld.
Temperatuurcontrolelampje
Ovenfuncties
Temperatuurkeuze
Bedrijfscontrolelampje
Bedienen van de oven12
Ovenfuncties
Voor de oven zijn de volgende functies beschikbaar:
Rooster, baakplaat en vetopvangbak plaatsen
3 Uittrek- en kantelbeveiliging
Ter beveiliging tegen het uittrekken, hebben alle inschuifdelen aan de linker kant een
kleine bolling naar onderen.
Schuif de inschuifdelen er zo in dat de bolling in het bakgedeelte zich achterin bevindt.
Deze bolling is ook belangrijk voor de kantelbeveiliging van de inschuifdelen.
Baakplaat resp. vetopvangbak plaatsen:
Schuif de bakplaat resp. de vetopvangbak tus-
sen de geleidestangen van het gekozen niveau.
Ovenfunctie Toepassing
Licht Met deze functie kunt u de binnenzijde van de oven verlichten,
bijvoorbeeld om deze schoon te maken.
Hetelucht met ring Voor het bakken op maximaal drie niveaus tegelijk.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Pizza hetelucht Voor het bakken op een niveau voor gerechten die een inten-
sievere bruining en knapperigheid van de bodem vragen.
Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij
boven-/onderwarmte.
Conventioneel Voor het bakken en braden op één niveau.
Onderwarmte Voor het afbakken van gebak met een brosse bodem.
Ontdooien Voor het gedeeltelijk of geheel ontdooien van bijvoorbeeld
gebak, boter, brood, fruit of andere bevroren levensmiddelen.
Grill klein Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen, die in het mid-
den van het rooster worden geplaatst en om te roosteren.
Grill groot Voor het grilleren van vlakke levensmiddelen in grotere hoe-
veelheden en om te roosteren.
Infratherm Voor het braden van grotere stukken vlees of gevogelte op één
niveau.
Deze functie is ook geschikt voor gratineren.
13Bedienen van de oven
Rooster plaatsen:
Plaats het rooster zodanig, dat de beide voetjes
naar onder wijzen.
Schuif het rooster tussen de geleidestangen
van het gekozen niveau.
3 Door de verhoogde lijst die om het rooster
loopt, is het vaatwerk bovendien beschermd te-
gen afglijden.
Rooster en vetopvangbak plaatsen:
Plaats het rooster op de vetopvangbak.
Schuif de vetopvangbak tussen de geleidestan-
gen van het gekozen niveau.
Vetfilter plaatsen/verwijderen
Het vetfilter alleen gebruiken bij het bra-
den, om het verwarmingselement in de achter-
wand te beschermen tegen vetspatten.
Vetfilter plaatsen
Vetfilter bij de greep vastpakken en de
beide steuntjes van boven naar beneden
in de opening tegen de achterwand van
de oven (ventilatoropening) plaatsen.
Vetfilter verwijderen
Het vetfilter bij de greep vastpakken en
naar boven uit de oven nemen.
Bedienen van de oven14
Klokfuncties
Kookwekker
Om een korte tijd in te stellen. Na afloop klinkt een signaal.
Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven.
Duur
Om in te stellen hoe lang de oven ingeschakeld moet zijn.
Einde
Om in te stellen wanneer de oven weer moet worden uitgeschakeld.
Dagtijd
Met deze functie kunt u de dagtijd instellen, veranderen of opvragen
(zie ook het hoofdstuk „Voor het in gebruik nemen“).
3 Aanwijzingen met betrekking tot de klokfuncties
Na het selecteren van een functie knippert het bijbehorende functielampje
ca. 5 seconden. Gedurende deze tijd kunnen met de toetsen of de gewenste tij-
den worden ingesteld.
Na het instellen van de gewenste tijd knippert het functielampje opnieuw
ca. 5 seconden. Daarna blijft het functielampje branden. De ingestelde tijd begint te
lopen.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door op een willekeurige toets te drukken.
De gewenste ovenfunctie en oventemperatuur kunnen voor of na het instellen van de
klokfuncties Duur en Einde worden gekozen.
Na afloop van het bereidingsproces draait u de schakelaars voor de ovenfunctie en de
temperatuurkeuze weer op de positie UIT.
Toets Selectie
Toets
Toets
Tijdsindicatie FunctielampjesFunctielampjes
15Bedienen van de oven
Kookwekker
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Kookwekker knippert.
2. Met de toets of de gewenste Kookwekker
instellen (max. 2 uur 30 minuten).
Na ca. 5 seconden geeft de indicatie de reste-
rende tijd aan.
Het functielampje Kookwekker brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje en klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal.
De signaaltoon kan worden uitgeschakeld door
op een willekeurige toets te drukken.
Bedienen van de oven16
Duur
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Duur knippert.
2. Met de toets of de gewenste bereidings-
tijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug
naar de dagtijd. Het functielampje Duur
brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen wor-
den uitgeschakeld door op een willekeurige
toets te drukken.
17Bedienen van de oven
Einde
1. Toets Selectie zo vaak indrukken, tot het
functielampje Einde knippert.
2. Met de toets of de gewenste uitschakel-
tijd instellen.
Na ca. 5 seconden schakelt de indicatie terug
naar de dagtijd.
Het functielampje Einde brandt.
Wanneer de tijd is verstreken, knippert het
functielampje, klinkt er gedurende 2 minuten
een signaal en wordt de oven uitgeschakeld.
3. De signaaltoon en het programma kunnen wor-
den uitgeschakeld door op een willekeurige
toets te drukken.
Bedienen van de oven18
Duur en Einde gecombineerd
3 Duur en Einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt wanneer de oven op een later
tijdstip automatisch moet worden in- en uitgeschakeld.
1. Met de functie Duur de tijd instellen, die het
gerecht nodig heeft.
In dit geval 1 uur.
2. Met de functie Einde het tijdstip instellen,
waarop het gerecht klaar moet zijn.
In dit geval 14:05.
De functielampjes Duur en Einde branden
en in het display wordt de tijd aangegeven.
In dit geval 12:05.
De oven wordt op het berekende tijdstip auto-
matisch ingeschakeld.
In dit geval 13:05.
En na afloop van de ingevoerde duur wordt de
oven weer uitgeschakeld.
In dit geval 14:05.
19Toepassingen, tabellen, tips
Toepassingen, tabellen, tips
Pannen
Goede pannen herkent u aan de bodem. De bodem moet zo dik en vlak mogelijk zijn.
Let bij het kopen van pannen op de diameter van de bodem. Fabrikanten geven vaak
de diameter van de bovenste rand van de pan aan.
Pannen met een aluminium of koperen bodem kunnen metaalachtige verkleuringen
op de glaskeramische plaat achterlaten die moeilijk of helemaal niet meer te verwijde-
ren zijn.
Gebruik geen pannen van gietijzer of pannen met een beschadigde bodem met ruwe
plekken en bramen. Bij het verschuiven kunnen blijvende krassen ontstaan.
In koude toestand is de panbodem normaliter
iets naar binnen gewelfd (hol). De panbodem
mag in geen geval naar buiten gewelfd (bol)
zijn.
Let op de aanwijzingen van de fabrikant, als u
speciale pannen gebruikt (bijv. snelkookpan
wok, enz.).
2 Tips voor het besparen van energie
De kookzone pas inschakelen als er een pan op staat.
Pannen indien mogelijk altijd met een deksel
afsluiten.
Kookzones vóór het einde van de kooktijd
uitschakelen om gebruik te maken van de
restwarmte, bijv. om gerechten warm te hou-
den of om levensmiddelen te smelten.
Panbodem en kookzone moeten even groot
zijn.
Kooktabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Kook-
stand
Kookproces Geschikt voor Duur Aanwijzingen/tips
0 Nawarmte, uit-stand
1
Warm
houden
Warm houden van gare ge-
rechten
Naar behoef-
te
Afdekken
Toepassingen, tabellen, tips20
3 Wij adviseren om bij het aan de kook brengen of het aanbraden de hoogste kookstand in
te stellen en vervolgens gerechten met een
langere kooktijd op de gewenste kookstand gaar te laten worden.
1 Oververhitte vetten en oliën vatten zeer snel vlam. Let op! Brandgevaar!
1-2
Smelten
Hollandaisesaus,
smelten van boter,
chocolade, gelatine
5-25 min. Tussendoor omroeren
Stollen
Schuimomelet, bouillon met
ei
10-40 min. Met deksel bereiden
2-3 Wellen
Wellen van rijst en melkge-
rechten
Verhitten van kant-en-klaar-
gerechten
25-50 min.
Minimaal dubbele hoe-
veelheid vloeistof aan de
rijst toevoegen, melkge-
rechten tussendoor roe-
ren
3-4
Stomen
Stoven
Stoven van groente, vis
Vlees sudderen
20-45 min.
Bij groente weinig vocht
toevoegen (een paar eet-
lepels)
4-5 Koken
Koken van aardappels 20-60 min.
Weinig vloeistof
gebruiken, bijvoorbeeld:
max.
¼ l water per
750 g aardappels
Koken van grotere hoeveel-
heden, eenpansgerechten en
soep
60-150 min.
Tot 3 l vloeistof plus in-
grediënten
6-7
Zacht
braden
Schnitzel, cordon bleu, kar-
bonade, gehaktballen, braad-
worst, lever, roux, eieren,
omelets, oliebollen
Voortdurend
bakken
Tussendoor keren
7-8
Sterk
braden
Aardappel koekjes, lende-
stukken, steaks, pannenkoe-
ken
5-15 min.
per pan
Tussendoor keren
9
Aan de
kook bren-
gen Aan-
bra den
Frituren
Aan de kook brengen van grotere hoeveelheden water, pasta koken, aan-
braden van vlees (goulash, stoofvlees), frituren van patates frites
Kook-
stand
Kookproces Geschikt voor Duur Aanwijzingen/tips
21Toepassingen, tabellen, tips
Bakken
Ovenfunctie: Hetelucht met ring of Conventioneel
Bakvormen
Voor Conventioneel zijn vormen van donker metaal en gecoate vormen geschikt.
Voor Hetelucht met ring zijn ook vormen van licht metaal geschikt.
Inbrengsleuven
Bakken met Conventioneel is altijd slechts op één niveau mogelijk.
Met Hetelucht met ring kunt u op maximaal 3 bakplaten tegelijk bakken:
1 bakplaat:
bijvoorbeeld inzetniveau 3
1 bakvorm:
bijvoorbeeld inzetniveau 1
2 bakplaten:
bijvoorbeeld inzetniveau 1 en 3
3 bakplaten:
inzetniveau 1, 3 en 5
Algemene aanwijzingen
Bakblik met de schuine kant naar voren plaatsen!
U kunt met Conventioneel of Hetelucht met ring ook twee vormen tegelijk
naast elkaar op het rooster bakken. Het bakproces duurt nauwelijks langer.
3 Bij diepgevroren gerechten kunnen de geplaatste bakplaten tijdens het gaarproces kr-
omtrekken. Dit wordt veroorzaakt door het grote temperatuurverschil tussen het diep-
gevroren gerecht en de oventemperatuur. Als de bakplaten zijn afgekoeld trekken ze
weer recht.
Toepassingen, tabellen, tips22
Aanwijzingen bij de baktabellen
In de tabellen vindt u een keuze aan gerechten met de bijbehorende temperatuurvoor-
schriften, tijden en inzetniveaus.
De temperaturen en baktijden zijn richtwaarden. De waarden zijn namelijk afhankelijk
van de samenstelling van het deeg, de hoeveelheid en de bakvorm.
Wij adviseren om de eerste keer de laagste temperatuurwaarde in te stellen en pas in-
dien gewenst, bijv. als een sterkere bruining is gewenst of als de baktijd te lang duurt,
een hogere temperatuur te kiezen.
Als u geen concrete aanwijzingen kunt vinden voor uw eigen recept, kijkt u dan bij een
soortgelijk gebak.
Bij het op meerdere niveaus bakken van gebak op bakplaten of in vormen kan de bak-
tijd 10-15 minuten langer zijn.
Bereid vochtig gebak, zoals bijvoorbeeld pizza's en vruchtengebak, op één niveau.
Als het gebak niet overal even hoog is, wordt het gebak in het begin van het bakproces
niet overal even bruin. Verander in dit geval de temperatuurinstelling niet. In de
loop van het bakproces wordt het gebak overal even bruin.
Uw nieuwe oven kan een ander bak-/braadgedrag vertonen als uw oude apparaat. Pas
daarom de instellingen (temperatuur, baktijden) en inzetniveaus zoals u die gewend
bent aan de aanbevelingen in de onderstaande tabel aan.
2 Bij langere baktijden kunt u de oven ca. 10 minuten voor het einde van de baktijd uit-
schakelen, om de nawarmte te gebruiken.
Tenzij anders aangegeven, gelden de waarden in de tabellen voor het plaatsen van een
gerecht in de koude oven.
Baktabel
Bakken op één inzetniveau
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-ni-
veau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Gebak in vormen
Tulband Hetelucht met ring 1 150-160 0:50-1:10
Zandgebak/koningstaart Hetelucht met ring 1 140-160 1:10-1:30
Biscuittaart Hetelucht met ring 1 140 0:25-0:40
Biscuittaart Conventioneel 1 160 0:25-0:40
Taartbodem van zandtaart-
deeg
Hetelucht met ring 3 170-180
1)
0:10-0:25
Taartbodem van roerdeeg Hetelucht met ring 3 150-170 0:20-0:25
Dichte appeltaart Conventioneel 1 170-190 0:50-1:00
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Hetelucht met ring 1 160 1:10-1:30
Appeltaart (2vormen
Ø20cm, diagonaal geplaatst)
Conventioneel 1 180 1:10-1:30
23Toepassingen, tabellen, tips
Hartige taart (bijv. quiche
lorraine)
Hetelucht met ring 1 160-180 0:30-1:10
Kwarktaart Conventioneel 1 170-190 1:00-1:30
Gebak op het bakblik
Gistbroodje/-krans Conventioneel 3 170-190 0:30-0:40
Kerststol Conventioneel 3 160-180
1)
0:40-1:00
Brood (roggebrood)
-eerst
-dan
Conventioneel 1
230
1)
160-180
0:25
0:30-1:00
Roomsoezen/tompoezen Conventioneel 3 160-170
1)
0:15-0:30
Biscuitrol Conventioneel 3 180-200
1)
0:10-0:20
Kruimelgebak droog Hetelucht met ring 3 150-160 0:20-0:40
Boter-/suikerkoek Conventioneel 3 190-210
1)
0:15-0:30
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Hetelucht met ring 3 150 0:35-0:50
Vruchtentaart
(op gistdeeg/roerdeeg)
2)
Conventioneel 3 170 0:35-0:50
Vruchtentaart op zandtaart-
deeg
Hetelucht met ring 3 160-170 0:40-1:20
Plaatkoek met kwetsbaar be-
leg (bijv. kwark, room, ho-
ning)
Conventioneel 3 160-180
1)
0:40-1:20
Pizza (met veel beleg)
2)
Hetelucht met ring 1 180-200
1)
0:30-1:00
Pizza (dun) Hetelucht met ring 1 200-220
1)
0:10-0:25
Turks brood Hetelucht met ring 1 200-220 0:08-0:15
Zwitsers fruitpuddinkje Hetelucht met ring 1 180-200 0:35-0:50
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:06-0:20
Sprits Hetelucht met ring 3 140 0:20-0:30
Sprits Conventioneel 3 160
1)
0:20-0:30
Koekjes van roerdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:15-0:20
Schuimgebak, baiser Hetelucht met ring 3 80-100 2:00-2:30
Bitterkoekjes Hetelucht met ring 3 100-120 0:30-0:60
Koekjes van gistdeeg Hetelucht met ring 3 150-160 0:20-0:40
Koekjes van bladerdeeg Hetelucht met ring 3 170-180
1)
0:20-0:30
Broodjes Hetelucht met ring 3 160
1)
0:20-0:35
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-ni-
veau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen, tips24
Bakken op meerdere niveaus
Broodjes Conventioneel 3 180
1)
0:20-0:35
Kleine cakejes (20stuks/blik) Hetelucht met ring 3 140
1)
0:20-0:30
Kleine cakejes (20stuks/blik) Conventioneel 3 170
1)
0:20-0:30
1) Oven voorverwarmen
2) Opvangplaat of braadslede gebruiken
Soort gebak
Hetelucht met
ring
Hetelucht met
ring
Tijd
uur: min.
Niveau van onderen
Tempera-
tuur ºC
2 niveaus 3 niveaus
Gebak op de bakplaat
Roomsoezen/tompoezen 1/4 --- 160-180
1))
1) Oven voorverwarmen
0:35-0:60
Droog kruimelgebak 1/3 --- 140-160 0:30-0:60
Koekjes
Koekjes van zandtaartdeeg 1/3 1/3/5 150-160 0:15-0:35
Sprits 1/3 1/3/5 140 0:20-0:60
Koekjes van roerdeeg 1/3 --- 160-170 0:25-0:40
Schuimgebak, baiser 1/3 --- 80-100 2:10-2:50
Bitterkoekjes 1/3 --- 100-120 0:40-1:20
Met gist gebakken koekjes 1/3 --- 160-170 0:30-0:60
Koekjes van bladerdeeg 1/3 --- 170-180
1)
0:30-0:50
Broodjes 1/4 --- 160 0:30-0:45
Kleine cakejes (20stuks/blik) 1/4 --- 140
1)
0:25-0:40
Soort
gebak
Ovenfunctie
Inzet-ni-
veau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
25Toepassingen, tabellen, tips
Baktips
Bakresultaat Mogelijke oorzaak Oplossing
De onderkant van het ge-
bak is te licht van kleur
Verkeerde inschuifhoogte Gebak lager inschuiven
Het gebak zakt in (wordt
klef, papperig, vochtig)
Te hoge baktemperatuur Baktemperatuur iets lager in-
stellen
Te korte baktijd Baktijd verlengen
Baktijden kunnen niet worden
verkort door een hogere bak-
temperatuur
Te veel vocht in het deeg Gebruik minder vloeistof
Let op de kneedtijden, in het bij-
zonder bij het gebruik van keu-
kenmachines
Gebak is te droog Te lage baktemperatuur Baktemperatuur hoger instellen
Te lange baktijd Baktijd verkorten
Gebak wordt ongelijkma-
tig bruin
Te hoge baktemperatuur en te
korte baktijd
Baktemperatuur lager instellen
en baktijd verlengen
Het deeg is ongelijkmatig ver-
deeld
Het deeg gelijkmatig over de
bakplaat verdelen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Gebak wordt niet gaar
binnen de aangegeven
baktijd
Te lage temperatuur Baktemperatuur iets hoger in-
stellen
Vetfilter is geplaatst Vetfilter verwijderen
Toepassingen, tabellen, tips26
Tabel Pizza hetelucht
Tabel voor ovenschotels en gegratineerde gerechten
Soort gebak Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
uur: min.
Pizza (dun) 1 180 - 200
1)
1) Oven voorverwarmen
20 - 30
Pizza (met veel beleg) 1 180 - 200 20 - 30
Swabische pizza 1 180 - 200 45 - 60
Spinazietaart 1 160 -180 45 - 60
Quiche Lorraine 1 170 - 190 40 - 50
Kwarktaart, rond 1 140 - 160 60 - 90
Kwarktaart op bakplaat 1 140 - 160 50 - 60
Appeltaart, dicht 1 150 - 170 50 - 70
Groentetaart 1 160 - 180 50 - 60
Turks brood 1 250 - 270
1)
10 - 20
Bladerdeegtaart 1 160 - 180
1)
40 - 50
Flammekuchen (brood) 1 250 - 270
1)
12 - 20
Piroggen (gevulde broodjes) 1 180 - 200
1)
15 - 25
Gerecht Ovenfunctie Inzetniveau
Tempe-ra-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Pastaschotel Conventioneel 1 180-200 0:45-1:00
Lasagne Conventioneel 1 180-200 0:25-0:40
Gegratineerde groenten
1)
1) Oven voorverwarmen
Hetelucht met ring 1 160-170 0:15-0:30
Gegratineerd
stokbrood
1)
Hetelucht met ring 1 160-170 0:15-0:30
Zoete ovenschotels Conventioneel 1 180-200 0:40-0:60
Visschotels Conventioneel 1 180-200 0:30-1:00
Gevulde groenten Hetelucht met ring 1 160-170 0:30-1:00
27Toepassingen, tabellen, tips
Tabel diepgevroren kant-en-klaargerechten
Braden
Ovenfunctie: Conventioneel of Infratherm
Braadservies
Om te braden is ieder hittebestendig servies geschikt (zie opgave fabrikant!).
Grote braadstukken kunt u direct in de braadslede braden of op het rooster met
hieronder de braadslede.
Wij adviseren alle magere vleessoorten in een braadpan met deksel te braden. Op
deze manier blijft het vlees sappiger.
Alle soorten vlees die een korstje moeten krijgen, kunt u in een braadpan zonder
deksel braden.
3 Aanwijzingen met betrekking tot de braadtabel
De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn.
Wij raden u aan vlees en vis pas vanaf 1 kg in de oven te braden.
Om het inbranden van vrijkomende vleessappen of vet te voorkomen, adviseren wij
een beetje vloeistof in het braadservies te doen.
Braadstukken naar behoefte (na 1/2 - 2/3 van de braadtijd) keren.
Grote braadstukken en gevogelte gedurende de braadtijd meerdere keren met braad-
vocht begieten. Daarmee bereikt u een beter braadresultaat.
Schakel de oven ca. 10 minuten voor het einde van de braadtijd uit, om te profiteren
van de restwarmte.
Gerecht Ovenfunctie Inzetniveau
Temperatuur
°C
Tijd
Diepvriespizza Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Patates frites
1)
(500 g)
1) Opmerking: patates frites tussendoor 2 tot 3 keer draaien.
Hetelucht met ring 3 200-220°C
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Stokbrood Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Vruchtentaart Conventioneel 3
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
volgens aanwij-
zingen van de
fabrikant
Toepassingen, tabellen, tips28
Braadtabel
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Rundvlees
Stoofvlees 1-1,5 kg
Conventio-
neel
1 200-250 2:00-2:30
Rosbief of ossenhaas per cm dikte
- Van binnen rood (ra-
re)
per cm
dikte
Infratherm 1 190-200
1)
0:05-0:06
- van binnen roze
(medium)
per cm
dikte
Infratherm 1 180-190 0:06-0:08
- doorbakken (well
done)
per cm
dikte
Infratherm 1 170-180 0:08-0:10
Varkensvlees
Schouderstuk, nek-
stuk, ham
1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kotelet, casselerrib 1-1,5 kg Infratherm 1 170-180 1:00-1:30
Gehakt 750 g-1 kg Infratherm 1 160-170 0:45-1:00
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk 1 kg Infratherm 1 160-180 1:30-2:00
Kalfsbout 1,5-2 kg Infratherm 1 160-180 2:00-2:30
Lamsvlees
Lamsbout,
lamsgebraad
1-1,5 kg Infratherm 1 150-170 1:15-2:00
Lamsrug 1-1,5 kg Infratherm 1 160-180 1:00-1:30
Wild
Hazenrug, hazenbout tot 1 kg
Conventio-
neel
3 220-250
1)
0:25-0:40
Ree-/hertenrug 1,5-2 kg
Conventio-
neel
1 210-220 1:15-1:45
Ree-/hertenbout 1,5-2 kg
Conventio-
neel
1 200-210 1:30-2:15
Gevogelte
Stukken gevogelte
per 200-
250g
Infratherm 1 200-220 0:35-0:50
Halve kip
per 400-
500g
Infratherm 1 190-210 0:35-0:50
Kip, poularde 1-1,5 kg Infratherm 1 190-210 0:45-1:15
Eend 1,5-2 kg Infratherm 1 180-200 1:15-1:45
29Toepassingen, tabellen, tips
Vlak-grilleren
Ovenfunctie: Grill klein of Grill groot met maximale temperatuurinstelling
1 Let op: bij het grilleren moet de ovendeur altijd gesloten zijn.
3 De lege oven met de grillfuncties altijd 5 minuten voorverwarmen!
Voor grillen het rooster op het aanbevolen gebruiksniveau plaatsen.
De opvangbak altijd op het 1e gebruiksniveau van onderaf plaatsen.
De grilltijden zijn richtwaarden.
Grilleren is bijzonder geschikt voor platte stukken vlees en vis.
Grilltabel
Ontdooien
Ovenfunctie: Ontdooien (zonder temperatuurinstelling)
Uitgepakte etenswaren op een bord op het rooster plaatsen.
Gans 3,5-5 kg Infratherm 1 160-180 2:30-3:30
Kalkoen 2,5-3,5 kg Infratherm 1 160-180 1:45-2:30
Kalkoen 4-6 kg Infratherm 1 140-160 2:30-4:00
Vis (stoven)
Hele vissen 1-1,5 kg
Conventio-
neel
1 210-220 0:45-1:15
1) Oven voorverwarmen
Gerecht Inzetniveau
Tijd
1e zijde 2e zijde
Frikadellen 4 8-10 min. 6-8 min.
Varkenshaas 4 10-12 min. 6-10 min.
Braadworst 4 8-10 min. 6-8 min.
Runderhaas, kalfsfilet 4 6-7 min. 5-6 min.
Runderfilet, rosbief (ca. 1 kg) 3 10-12 min. 10-12 min.
Geroosterd brood
1)
1) Niet voorverwarmen
3 4-6 min. 3-5 min.
Snacks op toast 3 6-8 min. ---
Soort vlees Hoeveelheid Ovenfunctie
Inzet-
niveau
Tempera-
tuur
°C
Tijd
uur: min.
Toepassingen, tabellen, tips30
Gebruik voor het afdekken geen borden of schotels, omdat deze de ontdooitijd aan-
zienlijk verlengen.
Om te ontdooien plaatst u het rooster op het eerste niveau van onderen.
Ontdooitabel
Drogen met hetelucht
Ovenfunctie: Hetelucht met ring
Gebruik hiervoor een met boterhampapier of bakpapier belegd rooster.
U bereikt een beter resultaat als u na de helft van de tijd de oven uitschakelt, opent en
gedurende de nacht laat afkoelen.
Daarna het gerecht verder laten drogen.
Gerecht
Ontdooitijd
min.
Nadooitijd
min.
Opmerking
Kip, 1000 g 100-140 20-30
Kip op een omgekeerd schoteltje in een
groot bord leggen
Na de helft van de tijd keren
Vlees, 1000g 100-140 20-30 Na de helft van de tijd keren
Vlees, 500g 90-120 20-30 Na de helft van de tijd keren
Forel, 150g 25-35 10-15 ---
Aardbeien, 300g 30-40 10-20 ---
Boter, 250g 30-40 10-15 ---
Slagroom, 2 x 200g 80-100 10-15
Slagroom kan ook met nog licht bevroren
deeltjes goed worden geklopt
Gebak, 1400g 60 60 ---
Gerecht
Temperatuur in
°C
Inzetniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Groenten
Bonen 60-70 3 1 / 4 6-8
Paprika (reepjes) 60-70 3 1 / 4 5-6
Soepgroenten 60-70 3 1 / 4 5-6
Paddestoelen 50-60 3 1 / 4 6-8
Kruiden 40-50 3 1 / 4 2-3
Fruit
Pruimen 60-70 3 1 / 4 8-10
Abrikozen 60-70 3 1 / 4 8-10
31Toepassingen, tabellen, tips
Wecken
Ovenfunctie: Onderwarmte
Gebruik voor het inmaken/wecken alleen in de handel gebruikelijke glazen van het-
zelfde formaat.
Glazen met een schroefdeksel - of bajonetsluiting en metalen blikken zijn on-
geschikt.
Voor het wecken gebruikt u het eerste inzetniveau van onderen.
Gebruik voor het wecken de bakplaat. Hierop kunt u maximaal zes glazen met elk een
inhoud van één liter plaatsen.
De glazen moeten allemaal tot dezelfde hoogte zijn gevuld en zijn dichtgeklemd.
Plaats de glazen zodanig op de bakplaat, dat ze elkaar niet aanraken.
Giet ca. 1/2 liter water in de bakplaat, zodat er voldoende vocht in de oven ontstaat.
Zodra de vloeistof in de eerste glazen begint te parelen (bij 1-liter-glazen na ca. 35-60
minuten), schakelt u de oven uit of verlaagt u de temperatuur tot 100°C (zie de tabel).
Wecktabel
De opgegeven wecktijden en temperaturen zijn richtwaarden.
Appelschijven 60-70 3 1 / 4 6-8
Peren 60-70 3 1 / 4 6-9
Product
Temperatuur
in°C
Wecken tot het pa-
relen begint
in min.
Doorkoken bij
100 °C
in min.
Bessen
Aardbeien, bosbessen, frambozen,
rijpe kruisbessen
160-170 35-45 ---
Onrijpe kruisbessen 160-170 35-45 10-15
Steenvruchten
Peren, kweeperen, pruimen 160-170 35-45 10-15
Groente
Wortels
1)
1) In de uitgeschakelde oven laten staan
160-170 50-60 5-10
Komkommers 160-170 50-60 ---
Gemengd tafelzuur 160-170 50-60 15
Koolrabi, erwten, asperges 160-170 50-60 15-20
Gerecht
Temperatuur in
°C
Inzetniveau
Tijd in uren
(richtwaarde)
1 niveau 2 niveaus
Reiniging en onderhoud32
Reiniging en onderhoud
1 Waarschuwing: Voor het reinigen moet het apparaat zijn uitgeschakeld en zijn afge-
koeld.
Waarschuwing: Om veiligheidsredenen het apparaat niet reingen met een stoom- of
hogedrukreiniger.
Let op: geen schuurmiddelen, scherp reinigingsgereedschap of schuursponsjes
gebruiken.
Geen bijtende schuurmiddelen of scherpe metalen schrapers gebruiken om het
glas van de ovendeur te reinigen. Hierdoor kan het oppervlak bekrast raken en
kan het glas uiteindelijk breken.
Buitenkant apparaat
De voorkant van het apparaat met een zachte doek en een warm sopje afnemen.
Bij een metalen front een in de handel verkrijgbaar onderhoudsmiddel gebruiken.
Geen schuurmiddelen en schuursponsjes gebruiken.
Kookplaat
1 Let op: Schoonmaakmiddelen mogen niet op de hete glaskeramische plaat terecht ko-
men! Alle schoonmaakmiddelen moeten na het schoonmaken met voldoende schoon
water worden verwijderd, omdat ze bij het weer verwarmen bijtend werken. De kook-
plaat mag alleen worden schoongemaakt wanneer deze koud is!
Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen, zoals bijvoorbeeld grill- of ovensprays,
grove schuurmiddelen resp. krassende pannensponzen.
3 Maak de glaskeramische kookplaat na ieder gebruik schoon, wanneer deze nog slechts
handwarm of koud is. Zo voorkomt u het inbranden van vuil.
Kalk- en watersporen, vetspatten en metaalachtig glanzende verkleuringen kunnen met
een in de handel verkrijgbaar schoonmaakmiddel voor glaskeramiek of roestvrij staal
worden verwijderd. Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant.
Lichte verontreinigingen
1. Maak de glaskeramische plaat schoon met een vochtige doek en een klein beetje hand-
afwasmiddel.
2. Wrijf de plaat vervolgens droog met een schone doek. Er mogen geen restanten van
schoonmaakmiddelen achterblijven op het oppervlak.
Vastzittend vuil
1. Voor het verwijderen van overgekookte etenswaren of vastzittende spatten gebruikt u
een glasschraper.
2. Plaats de glasschraper schuin op de glaskeramische plaat.
3. Verwijder verontreinigingen door de schraper over het oppervlak te laten glijden.
33Reiniging en onderhoud
3 Glasschrapers en speciaal schoonmaakmiddel voor glaskeramiek zijn verkrijgbaar in de
vakhandel.
1 Speciale verontreinigingen
1. Ingebrande suiker, gesmolten kunststof, aluminiumfolie of andere materialen die kun-
nen smelten direct, nog in hete toestand verwijderen met een glasschraper.
1 Let op: bij het gebruiken van de glasschraper op de hete kookzone bestaat er gevaar
voor verbranding!
2. Maak de afgekoelde kookplaat vervolgens normaal schoon.
3 Wanneer de kookzone met daarop gesmolten materiaal reeds is afgekoeld, dient u de
kookplaat opnieuw te verwarmen voordat u deze schoonmaakt.
Krassen of donkere vlekken op de glaskeramische plaat, die bijvoorbeeld zijn veroorzaakt
door scherpkantige pannenbodems, kunnen niet worden verwijderd. Deze hebben echter
geen invloed op het functioneren van de kookplaat.
Raam van de kookplaat
1 Attentie! Geen azijn, citroen of kalkoplossende middelen op het raam aanbrengen om-
dat anders matte plekken ontstaan.
1. Raam met een vochtige doek en wat afwasmiddel afnemen.
2. Ingedroogde verontreinigingen met een natte doek inweken. Daarna wegvegen en
droogwrijven.
Binnenkant oven
Reinig het apparaat na elk gebruik. Op deze manier brandt het vuil namelijk niet in en
kunt u het makkelijk verwijderen.
1. Schakel de ovenverlichting in om de oven goed schoon te kunnen maken.
2. Maak de oven na elk gebruik schoon met een sopje en droog de oven na.
3 Hardnekkig vuil kan worden verwijderd met een speciale ovenreiniger.
1 Let op: neem bij gebruik van ovenspray altijd de aanwijzingen van de fabrikant in acht!
Accessoires
Alle inschuifdelen (rooster, bakplaat, inschuifroosters enz.) elke keer na het gebruik af-
wassen en goed afdrogen. Kort laten inweken zorgt voor makkelijker schoonmaken.
Vetfilter
1. Het vetfilter in een heet sopje of in de afwasautomaat reinigen.
2. Als het vuil sterk is ingebrand in wat water en 2-3 eetlepels afwasmiddel voor afwasauto-
maten uitkoken.
Inschuifroosters
Om de zijwanden schoon te maken kunnen de inschuifroosters links en rechts in de oven
worden losgenomen.
Reiniging en onderhoud34
Inschuifroosters losnemen
Roosters eerst voor van de ovenwand wegtrek-
ken (1) en dan achter losnemen (2).
Inschuifroosters inzetten
3 Belangrijk! De afgeronde einden van de gelei-
dingsstangetjes moeten naar voren wijzen!
Bij het inzetten de roosters eerst achter weer
inhangen (1) en dan voor inzetten en aandruk-
ken (2).
35Reiniging en onderhoud
Ovenverlichting
1 Waarschuwing: Kans op kortsluiting! Voor het vervangen van de ovenlamp:
oven uitschakelen!
zekeringen in de huisinstallatie uitdraaien resp. uitschakelen.
3 Om de ovenlamp en het afdekglas te beschermen een doekje op de bodem van de oven
leggen.
Ovenlamp vervangen/glas reinigen
1. Afdekglas linksom draaien, losnemen en
schoonmaken.
2. Indien nodig:
oververlichting 25 watt, 230 V 300 °C hit-
tebestendig
vervangen.
3. Afdekglas weer aanbrengen.
Bovenwand van de oven
Om het reinigen van de bovenwand van de oven te vereenvoudigen kan het bovenste
verwarmingselement worden neergeklapt.
Verwarmingselement neerklappen
1 Waarschuwing: Verwarmingselement alleen
neerklappen als de oven is uitgeschakeld en er
geen verbrandingsgevaar meer bestaat!
1. Inschuifroosters aan de zijkant losnemen.
2. Het verwarmingselement van voren vastpak-
ken en over het nokje aan de binnenkant van de
oven naar voren trekken.
3. Het verwarmingselement klapt nu naar bene-
den.
1 Attentie: Druk het verwarmingselement niet
met geweld naar beneden! Het verwarmingse-
lement kan afbreken.
Bovenwand van de oven reinigen
Reiniging en onderhoud36
Verwarmingselement bevestigen
1. Verwarmingselement tegen de bovenwand van
de oven drukken.
2. Het verwarmingselement tegen de veerkracht
naar voren trekken en over het nokje geleiden.
3. In de klemmen laten vallen.
4. Inschuifroosters inzetten.
1 Attentie: Het verwarmingselement moet aan
beide kanten boven het nokje in de binnenwand
van de oven liggen en goed op z'n plek zitten.
Bakovendeur
Om het binnenste van de bakoven gemakkelijker te kunnen kunt u de bakovendeur van
uw apparaat eruit halen.
Bakovendeur eruit halen
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van
de deur volledig uitklappen.
37Reiniging en onderhoud
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendel-
stand (circa 45°).
4. Pak met beide handen de zijkanten van de ba-
kovendeur vast en trek de deur van de bakoven
schuin naar boven er uit (Let op : Zwaar!).
3 Leg de bakovendeur met de buitenkant naar
boven op een zacht, vlak oppervlak neer, bij-
voorbeeld op een deken, om krassen te vermij-
den.
Bakovendeur erin schuiven
1. Pak met beide handen de bakovendeur aan de
kant van de greep vast en houd deze in een
hoek van circa 45°.
Plaats de uitsparingen aan de onderkant van de
bakovendeur op de scharnieren van de bakoven.
Laat de deur tot de aanslag naar onder glijden.
2. Bakovendeur volledig openen.
Reiniging en onderhoud38
3. Zet de klemhendel (A) aan de beide deur-
scharnieren terug in de oorspronkelijke positie.
4. Bakovendeur sluiten.
Het glas van deur van de bakoven
De bakovendeur is uitgerust met twee achter elkaar aangebrachte glasplaten. De bin-
nenste glasplaat kan eraf gehaald worden, tijdens het reinigen.
1 Let op! Als er kracht wordt uitgeoefend, vooral aan de zijkanten van de voorruit, kan het
glas breken.
De glasplaat van deur demonteren
1. Bakovendeur volledig openen.
2. Klemhendel (A) aan de beide scharnieren van
de deur volledig uitklappen.
39Reiniging en onderhoud
3. Sluit de bakovendeur tot de eerste vergrendel-
stand (circa 45°).
4. Pak de deurafschermer (B) aan de bovenkant
van de deuraan beide kanten vast en druk deze
naar binnen om de klemvergrendeling los te
maken. Trek vervolgens de deurafschermereraf.
5. Pak de glasplaat van deur aan de bovenrand
vast en trek het uit de geleiding naar boven.
Reinig de glasplaat
Reinig grondig de glasplaat met spoelmiddel. Droog daarna de glasplaat goed af.
Glasplaat weer terug in de deur zetten
1. Schuif aan de onderkant van deur de glasplaat
schuin vanaf boven in het profiel van de deur
en laat deze zakken.
2. Pak de deurafschermer (B) aan de zijkanten
vast, breng deze aan de binnenkant van de rand
van de deur aan en steek vervolgens de deuraf-
schermer (B) op de bovenkant van de deur.
Reiniging en onderhoud40
3 Aan de openzijde van de deurafschermer (B)
bevindt zich een geleiderail (C). Deze moet tus-
sen de buitenste deurruit en de geleidehoek (D)
erin worden geschoven.
De klemvergrendeling (E) moet vast gezet zijn.
3. Bakovendeur volledig openen.
4. Zet de klemhendel (A) aan de beide deurschar-
nieren terug in de oorspronkelijke positie.
5. Bakovendeur sluiten.
41Wat is er aan de hand als …
Servieslade
De servieslade onder de oven is uitneembaar,
zodat deze makkelijk kan worden schoonge-
maakt.
Servieslade verwijderen / weer terugplaat-
sen.
1. Trek de servieslade zo ver mogelijk uit het for-
nuis naar buiten.
2. Til de servieslade iets op, zodat deze schuin om-
hoog uit de ladegeleiders kan worden getild.
3. Let bij het terugplaatsen op dat de middelste
geleider van de servieslade in de middelste ge-
leidingsrails valt.
4. De servieslade horizontaal laten zakken en naar
binnen schuiven.
1 Waarschuwing: bij gebruik van de oven kan in
de servieslade een warmteophoping ontstaan.
Bewaar in de lade daarom geen brandbare ma-
terialen zoals bijvoorbeeld schoonmaakmidde-
len, plastic zakken, pannenlappen, papier,
enzovoort.
In geen geval ovenreinigingsspray in de ser-
vieslade bewaren!
Wat is er aan de hand als
Storing Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookzones functioneren
niet.
Zie de gebruiksaanwijzing van de inbouwkookplaat
De oven wordt niet warm De oven is niet ingeschakeld Oven inschakelen
De dagtijd is niet ingesteld Dagtijd instellen
De vereiste instellingen zijn
niet uitgevoerd
Instellingen controleren
De zekering in de huisinstalla-
tie (stoppenkast) is gespron-
gen
Zekering controleren.
Als de zekeringen meerdere
malen doorbranden, neem dan
contact op met een erkend
elektricien.
De ovenverlichting valt uit De lamp van de ovenverlich-
ting is defect
Lamp van de ovenverlichting
vervangen
Afvalverwerking42
Wanneer u de storing niet kunt verhelpen met de hierboven gegeven aanwijzin-
gen, neem dan contact op met uw vakhandel of met onze service-afdeling.
1 Waarschuwing! Reparaties aan het apparaat mogen alleen door vakmensen worden
uitgevoerd. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzienlijke risico's voor de gebruiker
leiden.
3 Bij een onjuiste bediening wordt het bezoek van de servicetechnicus ook tijdens de ga-
rantieperiode in rekening gebracht.
3 Aanwijzingen voor apparaten met een metalen voorzijde:
Vanwege de koele voorzijde van uw apparaat kan er zich, na het openen van de oven-
deur tijdens of kort na het bakken of braden, gedurende korte tijd condens vormen op de
binnenkant van het deurvenster.
Afvalverwerking
2 Verpakkingsmateriaal
De verpakkingsmaterialen zijn niet schadelijk voor het milieu en herbruikbaar. De kunst-
stoffen hebben de volgende aanduidingen, bijv. >PE<, >PS<, enz. Verwijder de verpak-
kingsmaterialen in overeenstemming met de aanduiding bij de gemeentelijke
inzamelplaatsen in de daarvoor bestemde containers.
2 Oud apparaat verwijderen
Het symbool
W op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden ge-
bracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens
en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt
u het best contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met
de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht.
1 Waarschuwing: Opdat er geen gevaar meer kan ontstaan, moeten afgedankt apparaten
voor het weggooien onbruikbaar worden gemaakt.
Stekker uit het stopcontact trekken en aansluitsnoer van het apparaat verwijde-
ren.
43Montageaanwijzing
Montageaanwijzing
1 Attentie! Montage en aansluiting van het nieuwe apparaat mogen alleen door een er-
kend elektro-installateur worden uitgevoerd.
Volg deze aanwijzing op, omdat anders bij schade de aanspraak op garantie vervalt.
Plaatsen
Bij aangrenzende meubels moeten fineer of kunststof bekledingen zijn aangebracht
met hittebestendige lijm (100°C). Wanneer de kunststof bekledingen of lijm onvol-
doende hittebestendig zijn, kan de bekleding vervormen of loslaten.
Het apparaat mag aan één kant worden ingebouwd naast hoge kasten of tegen wan-
den.
De afstand tussen de kookplaat en afzuigkap moet minimaal zo groot zijn, als is aan-
gegeven in de montage-instructies van de afzuigkap.
Wanneer het apparaat op een voetstuk wordt geplaatst, moeten maatregelen worden
getroffen om te voorkomen dat het apparaat van het voetstuk glijdt.
Apparaat waterpas stellen
Onder het apparaat bevinden zich 4 stelvoeten
waarmee kleine oneffenheden in de vloer kun-
nen worden opgeheven.
1. Servieslade verwijderen.
2. Stelvoeten naar behoefte hoger of lager
draaien, tot het fornuis horizontaal staat.
3. Servieslade weer terugplaatsen.
3 De stelvoeten kunnen gemakkelijker worden
gedraaid wanneer het fornuis wordt ontlast
door dit iets te kantelen.
1 Veiligheidsaanwijzingen voor de in-
stallateur
In de elektrische installatie moet een voorziening worden aangebracht, waardoor het
mogelijk is het apparaat met een contactopeningsafstand van minimaal 3 mm meer-
polig van het stroomnet te scheiden.
Als geschikte scheidingsinrichtingen gelden bijvoorbeeld beveiligingsschakelaars, ze-
keringen (schroefzekeringen moeten uit de fitting worden genomen), aardlekschake-
laars en -beveiligingen.
Vermijd situaties waarin het apparaat direct naast deuren of onder vensters wordt ge-
monteerd. Openslaande deuren en openvallende ramen kunnen anders hete pannen
van de kookplaat slaan.
De elektrische aansluiting van het apparaat moet worden uitgevoerd volgens het aan-
sluitschema op de buitenzijde van het aansluitdeksel.
De aansluiting op het elektriciteitsnet moet minimaal voldoen aan de isolatiekwaliteit
H05VV-F (=227 IEC 53).
Garantie/Adres service-afdeling44
Garantie/Adres service-afdeling
België
WAARBORGVOORWAARDEN
Onze toestellen worden met de grootst mogelijke zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan
het voorkomen dat er een defect optreedt. Onze klantendienst zal dit op verzoek herstellen, zo-
wel binnen als buiten de waarborgtermijn. De levensduur van het toestel wordt daardoor niet
negatief beïnvloed.
Onderstaande waarborgvoorwaarden zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk
Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de waarborgverplichtingen van de verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit toestel verlenen wij waarborg volgens onderstaande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan
het toestel die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf de datum van levering aan de eind-
gebruiker. Deze waarborgvoorwaarden zijn niet van toepassing in geval van professioneel of
daarmee gelijk te stellen gebruik.
2. De waarborgprestatie houdt in dat het toestel kosteloos wordt teruggebracht in de toestand
die het had voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen worden hersteld of vervangen.
Kosteloos vervangen onderdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden, om mogelijke verdere schade te voorkomen.
4. Voor een beroep op waarborg dient het aankoopbewijs met aankoop- en/of leveringsdatum te
worden overlegd.
5. De waarborg heeft geen betrekking op schade aan kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokera-
misch) glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig gebruik
6. De waarborg heeft geen betrekking op kleine afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het toestel onbeduidend zijn.
7. De waarborg geldt evenmin voor schade veroorzaakt door:
chemische en elektrochemische inwerking van water,
abnormale milieuomstandigheden in het algemeen
voor het toestel oneigenlijke bedrijfsomstandigheden
contact met agressieve stoffen.
8. De waarborg heeft geen betrekking op gebreken door transportschade die buiten onze verant-
woordelijkheid is ontstaan, niet vakkundige installatie of montage, verkeerd gebruik, gebrek-
kig onderhoud, of het niet in acht nemen van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op waarborg vervalt wanneer het defect werd veroorzaakt door herstelling of ingre-
pen door derden die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer het toestel voorzien
werd van toebehoren of onderdelen die niet origineel zijn en daardoor een defect veroorza-
ken.
10.Toestellen die gemakkelijk kunnen worden vervoerd dienen te worden overhandigd of gezon-
den naar onze klantendienst. Herstelling ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor grote
of ingebouwde toestellen.
11.Indien het toestel zodanig is ingebouwd, ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat de be-
nodigde tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30 minuten bedraagt, dan worden de
hierdoor ontstane extra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht. Schade die ontstaat
door abnormale in- of uitbouw komt ten laste van de gebruiker.
12.Indien binnen de waarborgperiode de herstelling van hetzelfde gebrek meermaals mislukt of
de herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg met de gebruiker een gelijkwaardi-
ge vervanging geleverd. In geval van vervanging behouden we ons het recht voor om een ver-
goeding te rekenen naar rato van de verstreken gebruiksperiode.
13.Herstelling onder waarborg heeft geen verlenging van de waarborgtermijn noch aanvang
van een nieuwe waarborgtermijn tot gevolg.
14.Op herstellingen geven wij een waarborg van 12 maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15.Verdere of andere rechten, in het bijzonder vergoeding van schade ontstaan buiten het toe-
stel, zijn uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding de aankoopwaarde van het toestel niet
overtreffen.
45Garantie/Adres service-afdeling
Adres Klantendienst:
Belg
Luxemburg
Europese Garantie
www.electrolux.com
Deze waarborgvoorwaarden gelden voor in België gekochte en/of in gebruik zijnde toestellen. Indien een
toestel naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker na te gaan of het toestel voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstan-
digheden) in het betreffende land. Voor in het buitenland aangeschafte toestellen dient de gebruiker
zich zelf te vergewissen van de bepalingen in België. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet
onder de waarborg, en kunnen niet altijd worden aangebracht.
Ook na afloop van de waarborgtermijn staat onze klantendienst u ter beschikking.
Telefon Telefax
Electrolux Home Products Belgium
ELECTROLUX SERVICE
Bergensesteenweg 719
1502 Lembeek
Consumer services 02/363.04.44 02/363.04.00
02/363.04.60
E-mail: consumer.services@electrolux.be
Telefon
Telefax
Grand-Duché de Luxembourg
ELECTROLUX HOME PRODUCTS
Rue de Bitbourg. 7
L-1273 Luxembourg-Hamm
Consumer services 00 352 42 431-1 00 352 42 431-360
E-mail: consumer-service.luxembourg@electrolux.lu
Dit apparaat wordt door Electrolux in elk van de achter in deze handleiding genoemde landen gedurende de
in het bij het apparaat behorende garantiebewijs genoemde periode of anderszins bij de wet gegarandeerd.
Als u van een van deze landen verhuist naar een ander van de hieronder genoemde landen, verhuist de ga-
rantie op het apparaat met u mee. De volgende beperkingen zijn hierop van toepassing:
De garantie op het apparaat begint op de datum van eerste aankoop van het apparaat. Deze datum dient
te worden aangetoond door overlegging van een geldig, door de verkoper van het apparaat afgegeven
aankoopbewijs.
De garantie op het apparaat geldt voor dezelfde periode en in dezelfde mate voor arbeidsloon en onderdelen als
van toepassing in uw nieuwe land van vestiging op dit specifieke model of deze specifieke serie apparaten.
De garantie op het apparaat is persoonlijk, geldt dus voor de oorspronkelijke koper van het apparaat en
kan niet worden overgedragen op een andere gebruiker.
Het apparaat wordt geïnstalleerd en gebruikt in overeenstemming met de door Electrolux afgegeven in-
structies en wordt alleen in huis gebruikt, dat wil zeggen, het apparaat wordt niet gebruikt voor commer-
ciële doeleinden.
Het apparaat wordt geïnstalleerd in overeenstemming met alle relevante voorschriften die in uw nieuwe
land van vestiging van kracht zijn.
De voorwaarden van deze Europese garantie tasten geen van de aan u bij de wet verleende rechten aan.
p t b
Albania +35 5 4 261 450 Rr. Pjeter Bogdani Nr. 7 Tirane
Belgique/België/
Belgien
+32 2 363 04 44 Bergensesteenweg 719, 1502 Lembeek
Èeská republika +420 2 61 12 61 12 Budìjovická 3, Praha 4, 140 21
Danmark +45 70 11 74 00 Sjællandsgade 2, 7000 Fredericia
Garantie/Adres service-afdeling46
Deutschland +49 180 32 26 622 Fürther Straße 246, 90429 Nürnberg
Eesti +37 2 66 50 030 Mustamäe tee 24, 10621 Tallinn
España +34 902 11 63 88
Carretera M-300, Km. 29,900
Alcalá de Henares Madrid
France www.electrolux.fr
Great Britain +44 8705 929 929
Addington Way, Luton, Bedfordshire
LU4 9QQ
Hellas +30 23 10 56 19 70 4 Limnou Str., 54627 Thessaloniki
Hrvatska +385 1 63 23 338 Slavonska avenija 3, 10000 Zagreb
Ireland +353 1 40 90 753 Long Mile Road Dublin 12
Italia +39 (0) 434 558500 C.so Lino Zanussi, 26 - 33080 Porcia (PN)
Latvija +37 17 84 59 34 Kr. Barona iela 130/2, LV-1012, Riga
Lithuania +3702780607 Žirmūnų 67, LT-09001 Vilnius
Luxembourg +352 42 431 301 Rue de Bitbourg, 7, L-1273 Hamm
Magyarország +36 1 252 1773
H-1142 Budapest XIV,
Erzsébet királyné útja 87
Nederland +31 17 24 68 300
Vennootsweg 1, 2404 CG -
Alphen aan den Rijn
Norge +47 81 5 30 222 Risløkkvn. 2 , 0508 Oslo
Österreich +43 18 66 400 Herziggasse 9, 1230 Wien
Polska +48 22 43 47 300 ul. Kolejowa 5/7, Warszawa
Portugal +35 12 14 40 39 39
Quinta da Fonte - Edificio Gonçalves Zarco
- Q 35
2774 - 518 Paço de Arcos
Romania +40 21 451 20 30 Str. Garii Progresului 2, S4, 040671 RO
Schweiz/Suisse/
Svizzera
+41 62 88 99 111 Industriestrasse 10, CH-5506 Mägenwil
Slovenija +38 61 24 25 731
Electrolux Ljubljana d.o.o.
Gerbièeva 98, 1000 Ljubljana
Slovensko +421 2 43 33 43 22
Electrolux Slovakia s.r.o., Electrolux Domá-
ce spotrebièe SK, Seberíniho 1, 821 03 Bra-
tislava
Suomi www.electrolux.fi
Sverige +46 (0)771 76 76 76
Electrolux Service, S:t Göransgatan 143,
S-105 45 Stockholm
T¸rkiye +90 21 22 93 10 25
Tarlaba caddesi no : 35 Taksim
Istanbul
Ðîññèÿ +7 495 937 7837
129090 Ìîñêâà, Îëèìïèéñêèé ïðîñïåêò, 16,
ÁÖ „Îëèìïèê“
Óêðà¿íà +380 44 586 20 60
04074 Êè¿â, âóë.Àâòîçàâîäñüêà,
2a, ÁÖ „Àëêîí“
p t b
47Service
Service
Controleer bij technische storingen eerst of u met behulp van de gebruiksaanwijzing
(hoofdstuk „Wat te moet doen als…“) het probleem zelf kunt oplossen.
Wanneer u het probleem niet kunt oplossen, neemt u contact op met onze service-afde-
ling.
Om u snel te kunnen helpen, hebben wij de vol-
gende gegevens nodig:
Modelaanduiding
Productnummer (PNC)
Serienummer (S-No.)
(u vindt deze nummers op het typeplaatje)
Soort storing
Eventuele foutmelding die het apparaat aan-
geeft
Om ervoor te zorgen dat u de benodigde num-
mers van uw apparaat bij de hand heeft, raden wij u aan deze hier te noteren:
Modelaanduiding: .....................................
PNC: .....................................
S-No: .....................................
www.electrolux.com
www.aeg-electrolux.nl
www.aeg-electrolux.be
387 996 972-A-250509-01 Wijzigingen voorbehouden
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

Aeg-Electrolux 41016VI-WN Handleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Handleiding