Sony CDX-M610 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding
2
Welkom !
Dank u voor uw aankoop van deze Sony
Compact Disc Player. Dit toestel biedt u tal van
mogelijkheden die u kunt benutten met behulp
van de volgende bedieningsaccessoires:
Meegeleverd accessoire
Afstandsbedieningskaart
RM-X96
Los verkrijgbaar accessoire
Bedieningssatelliet RM-X4S
Bovenop CD en radio, kunt u uw systeem nog
uitbreiden door extra CD/MD-apparatuur aan
te sluiten*
1
.
Bij het bedienen van dit toestel of aangesloten
los verkrijgbare CD-apparatuur met CD TEXT
functie, verschijnt de CD TEXT informatie in
het uitleesvenster bij weergave van een CD
TEXT disc*
2
.
*
1
U kunt CD-wisselaars, MD-wisselaars, CD-spelers
of MD-spelers aansluiten.
*
2
Een CD TEXT disc is een audio CD met daarop
informatie zoals de discnaam, de artiestennaam
en muziekstuknamen.
Deze informatie is op de disc opgenomen.
Voorzorgsmaatregelen
Laat de speler voor gebruik afkoelen, als u in
de zon hebt geparkeerd en de temperatuur in
de auto hoog is opgelopen.
Als de speler geen voedingsspanning krijgt,
controleert u eerst de verbindingen. Als de
verbindingen in orde zijn controleert u de
zekering.
Als uw auto voorzien is van een
motorantenne, zal deze automatisch
uitschuiven zodra het apparaat wordt
ingeschakeld.
Als u vragen of problemen hebt die niet in
deze handleiding aan de orde komen, neemt u
contact op met de dichtstbijzijnde Sony-
leverancier.
Condensvorming
Op een regenachtige dag of in een zeer
vochtige omgeving kan op de lenzen in het
toestel vocht condenseren. Hierdoor kan de
werking van het toestel worden verstoord.
Verwijder in dat geval de disc en wacht
ongeveer een uur tot alle condensvocht is
verdampt.
3
Opmerkingen betreffende
compact discs
Bij een vuile of beschadigde disc kan het
weergavegeluid soms wegvallen. Voor een
optimale weergave behandelt u de disc als volgt.
Pak een compact disc altijd bij de rand vast, en
raak het oppervlak niet aan.
Plak geen papier of plakband op een compact
disc.
Stel compact discs niet bloot aan direkt
zonlicht of de warmte van een kachel of
radiator. Laat ze ook niet liggen in een
geparkeerde auto in de volle zon, aangezien
hierin de temperatuur bijzonder hoog kan
oplopen.
Veeg de disc schoon met een los verkrijgbaar
reinigingsdoekje, alvorens deze af te spelen.
Veeg vanuit het midden naar de rand.
Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine,
verdunner of in de handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen en antistatische spray voor
konventionele grammofoonplaten.
Discs met afwijkende vormen (b.v. hart,
vierkant, ster) kunnen niet met deze dit toestel
worden afgespeeld. Indien u dat toch doet, kan
het toestel worden beschadigd. Gebruik geen
dergelijke discs.
U kunt geen 8cm CDs afspelen.
Opmerkingen bij discs
Als u discs gebruikt zoals hieronder
beschreven, kunnen de kleverige resten de CD
doen stoppen met draaien waardoor het toestel
defect of de disc beschadigd kunnen raken.
Gebruik geen gebruikte of gehuurde CDs met
kleverig oppervlak (bijvoorbeeld afkomstig
van stickers of inkt of lijm die van onder de
stickers komt).
Lijmresten.
Kleverige inkt.
Gebruik geen gehuurde CDs met oude labels
die loskomen.
Stickers die loskomen
laten kleverige resten
achter.
Gebruik geen CDs waarop labels of stickers
zijn gekleefd.
Vastgekleefde labels.
Opmerkingen bij CD-R/CD-RW discs
U kunt CD-Rs (opneembare CDs) afspelen
met dit toestel. Met sommige CD-Rs lukt dat
echter niet, afhankelijk van de
omstandigheden waarin ze werden
opgenomen.
Dit geeft aan dat een disc niet geschikt is
voor audiotoepassingen.
U kunt geen CD-R afspelen die niet is
gefinaliseerd (finalisatie is nodig om een CD-
R te kunnen afspelen met een audio CD-
speler).
U kunt geen CD-RWs (herschrijfbare CDs)
afspelen met dit toestel.
4
Inhoud
Plaats van de bedieningsorganen.......................... 5
Aan de slag
Instellingen wissen ............................................. 8
Beveiliging afzetten ............................................ 8
Het toestel aan-/uitschakelen ........................... 8
Gebruik van het menu........................................ 9
De klok instellen .................................................. 9
CD-speler Los verkrijgbare
CD/MD-apparatuur
Een CD beluisteren
(alleen met dit toestel) ................................. 10
Muziekstukken herhaald afspelen
Repeat play .............................................. 12
Muziekstukken in willekeurige volgorde
afspelen
Shuffle play .............................................. 12
Een CD een naam geven
Disc memo (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie) ........................ 13
Een disc zoeken op naam
List-up (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie of
MD-apparatuur) .......................................... 14
Bepaalde muziekstukken voor weergave
uitkiezen
Bank (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie) ........................ 15
Radio
Stations automatisch opslaan
Best Tuning Memory (BTM) ................. 16
Uitsluitend bepaalde stations vastleggen ...... 16
Ontvangst van de opgeslagen stations .......... 17
RDS
Overzicht van de RDS-functie......................... 18
De naam van het station weergeven .............. 18
Automatisch opnieuw afstemmen op
eenzelfde programma
Alternative Frequencies (AF)
(alternatieve frequenties) ............................ 18
Luisteren naar verkeersinformatie ................. 20
De RDS-stations instellen met de AF- en
TA-gegevens ................................................. 21
Een station zoeken aan de hand van het
programmatype ........................................... 22
De klok automatisch instellen ......................... 23
DAB (Met
uitbreidingsapparatuur)
Overzicht van DAB ........................................... 23
Basisfuncties van DAB ..................................... 24
DAB-diensten automatisch voorinstellen
BTM .......................................................... 25
DAB-diensten handmatig voorinstellen
Manual Preset Memory ......................... 25
Een DAB-programma beluisteren .................. 26
Instellingen voor audio-ontvangst ................. 27
Een DAB-dienst zoeken op programmatype
(PTY) .............................................................. 27
Andere functies
Etiketten aanbrengen op de
bedieningssatelliet ....................................... 28
Werken met de bedieningssatelliet ................ 28
De geluidskenmerken aanpassen ................... 30
Het geluid dempen ........................................... 30
De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen................................ 31
Voor een krachtiger bass-geluid
D-bass ....................................................... 32
De spectrum analyser kiezen .......................... 32
Het geluid en de frequentie van de equalizer
voorversterker regelen ................................ 33
Overige informatie
Onderhoud ......................................................... 33
Verwijderen van het gehele apparaat ............ 34
Specificaties ........................................................ 36
Problemen oplossen .......................................... 37
5
Plaats van de bedieningsorganen
Afstandsbedieningskaart
Zie de aangegeven paginas voor meer
informatie.
1 OFF knop 8, 10
2 MENU knop 9, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17,
19, 21, 23, 25, 27, 31, 32
3 SOURCE (TUNER/CD/MD) knop
8, 10, 11, 14, 16, 17, 24, 32
4 </, (SEEK/AMS /+) toetsen
9, 11, 12, 13, 15, 17, 19, 21, 23, 24, 25,
27, 30, 32
Automatic Music Sensor (./>) 11
Handmatig zoeken (m/M) 11
Zoeken 17
5 SOUND knop 30
6 DSPL/PTY (instelling uitleesvenster/
programmatype) knop 10, 11, 13, 22, 27
7 ATT (dempen) knop 30
8 D-BASS knop 32
9 OPEN/CLOSE knop 10
q; LIST knop 13, 14, 26
qa M/m (PRST/DISC +/) toetsen
9, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 21, 22,
23, 24, 25, 26, 27, 31, 32
Tijdens afspelen CD/MD:
Disc wisselen 11
Tijdens radio-ontvangst:
Voorkeuzestations kiezen 17
qs ENTER knop 9, 11, 13, 14, 15, 16, 17, 19,
21, 22, 23, 25, 26, 27, 31, 32
qd AF/TA knop 18, 19, 20, 21
qf MODE knop 10, 14, 16, 17, 24
Tijdens afspelen CD/MD:
Keuze CD/MD-toestel 10, 14
Tijdens radio-ontvangst:
Bandkeuze 16, 17
qg VOL (volumeregeling) knoppen 20
Een toestel dat werd uitgeschakeld door
gedurende twee seconden op (OFF) te
drukken, kan niet worden bediend met de
afstandsbedieningskaart tenzij (SOURCE) op
het toestel is ingedrukt of eerst een CD werd
ingebracht om het toestel aan te schakelen.
OFF
SEEK
PTY
SEEK
MENU LIST
SOUND
ENTER
DISC
DISC
SOURCE
DSPL AF/TA MODE
VOLATT
OPEN/CLOSE
D-BASS
6
Plaats van de bedieningsorganen
Beveiligingskant
Werkingskant
SOURCE
123456
CLOSE
OFF
DISC
TAAF
DISC
D-BASS
ENTER
S
O
U
N
D
MENU
LIST
REP SHUF
D
S
P
L
M
O
D
E
CDX-M610
P
T
Y
7
De overeenkomstige knoppen op het
toestel hebben dezelfde functie als die op
de afstandsbedieningskaart.
17 Reset-knop 8
2 Hoofduitleesvenster
3 OPEN knop 34
4qf Ontvanger voor de
afstandsbedieningskaart
5 Volumeregelknoppen
6 Z (uitwerp) knop 10
8 DSPL/PTY (instelling uitleesvenster/
programmatype) knop
9 Subuitleesvenster
q; MENU knop
qa DISC/PRST +/ (cursor op/neer) toetsen
SEEK/AMS /+ (cursor links/rechts)
toetsen 16
qs D-BASS knop
qd LIST knop
qg OFF knop*
qh MODE knop
qj SOURCE (TUNER/CD/MD) knop
qk AF knop 18, 19, 21
ql Cijfertoetsen
Tijdens radio-ontvangst:
Voorkeuzestation kiezen
16, 17, 19, 21, 24, 26
Tijdens CD/MD-weergave:
(1) REP 12
(2) SHUF 12
w; TA knop 19, 20, 21
wa SOUND knop
ws ENTER knop
wd CLOSE knop
* Opgelet bij het monteren in een auto
waarvan het contactslot geen ACC
(accessory) stand heeft
Druk (OFF) op het toestel gedurende
twee seconden in om de klokweergave uit
te schakelen na het afzetten van de
motor.
Indien u slechts even op (OFF) drukt,
verdwijnt de tijdindicatie niet waardoor de
batterij uitgeput raakt.
8
Het toestel aan-/
uitschakelen
Het toestel aanschakelen
Druk op (SOURCE) of breng een CD in het
toestel. Zie pagina 10 (CD/MD) en pagina 16
(radio) voor details omtrent de bediening.
Het toestel uitschakelen
Druk op (OFF) om de CD/MD-weergave of
radio-ontvangst te stoppen (de toetsen en het
uitleesvenster blijven verlicht).
Druk gedurende twee seconden op (OFF) om
het toestel volledig uit te schakelen.
Opmerking
Indien het contactslot van uw auto geen ACC
stand heeft, moet u het toestel afzetten door
(OFF) twee seconden lang ingedrukt te houden
om te voorkomen dat de batterij uitgeput raakt.
Aan de slag
Instellingen wissen
Voordat u het apparaat voor de eerste keer
gebruikt, of na het vervangen van de accu van
de auto, dient u de instellingen van het
apparaat te wissen.
Druk op de reset-knop met een puntig
voorwerp, zoals bijvoorbeeld een balpen.
Opmerking
Door op de reset-knop te drukken, worden alle
klokinstellingen en bepaalde geheugenfuncties
gewist.
Beveiliging afzetten
Verricht de volgende basisinstellingen
alvorens het toestel voor de eerste maal in
gebruik te nemen, na het vervangen van de
autobatterij of na het terugstellen van het
toestel.
Verricht zeker deze instellingen, zoniet wordt
het voorpaneel niet geactiveerd en kan het
toestel niet worden bediend.
1 Druk op de terugsteltoets.
Code in verschijnt.
2 Druk op de toetsen op de
afstandsbedieningskaart en verstuur de
veiligheidscode.
Raadpleeg het meegeleverde inlegvel voor
details omtrent de beveiligingscodetoetsen.
Wanneer de code is bevestigd, verschijnt de
tijd in het uitleesvenster en kan het toestel
normaal worden bediend.
Opmerkingen
Neem bij het uitstappen altijd de
afstandsbedieningskaart mee.
Raadpleeg uw Sony Service Center als u uw
beveiligingscode bent vergeten. Neem de
afstandsbedieningskaart mee.
Reset-knop
9
Gebruik van het menu
Dit toestel wordt bediend door items uit een
menu te kiezen.
Om te kiezen schakelt u eerst over naar de
menustand en kiest u M/m (op/neer) of
</, (links/rechts).
M/m
</,
SEEK SEEK
DISC
DISC
SOURCE
SEEK SEEK
DISC
DISC
SOURCE
m: om naar omlaag te
kiezen
<:
om naar
links te
kiezen
,:
om naar
rechts te
kiezen
M: om naar omhoog te
kiezen
2 Druk op M of m om de uren in te
stellen.
3 Druk op ,.
De minuten knipperen.
4 Druk op M of m om de minuten in te
stellen.
2 Druk op (ENTER).
De klok is nu ingeschakeld.
Tip
U kunt de klok automatisch gelijkzetten met
behulp van de RDS functie (pagina 23).
Opmerking
In de oorspronkelijke instelling verschijnt de
klokaanduiding wanneer het toestel wordt
uitgezet.
Als de D.Info mode op on staat, wordt de tijd
altijd aangegeven (behalve sommige functies in SA
mode) (pagina 31).
De klok instellen
De klok beschikt over een 24-uurs digitale
aanduiding.
Voorbeeld: De klok instellen op 10:08
1 Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot Clock
verschijnt.
1 Druk op (ENTER).
De uren knipperen.
10
CD-speler
Los verkrijgbare CD/
MD-apparatuur
Met dit toestel kunt u niet alleen een CD
afspelen maar ook externe CD/MD-
apparatuur bedienen.
Als u CD-apparatuur met CD TEXT functie
aansluit, verschijnt de CD TEXT informatie in
het uitleesvenster bij weergave van een CD
TEXT disc.
Een CD beluisteren
(alleen met dit toestel)
1 Druk op (OPEN/CLOSE) op de
afstandsbedieningskaart en plaats de
CD.
De CD wordt automatisch afgespeeld.
2 Druk op (OPEN/CLOSE) op de
afstandsbedieningskaart om het
voorpaneel te sluiten.
Indien er al een CD is ingebracht, druk dan
herhaaldelijk op (SOURCE), tot CD
verschijnt om de weergave te beginnen.
Verstreken speeltijdMuziekstuknummer
De zijde met het label omhoog
CD indicatie
Na afloop van het laatste
muziekstuk op de CD
Het muziekstuknummer komt weer op 1, te
staan en de weergave zal weer beginnen vanaf
het eerste muziekstuk op de CD.
Functie Druk op
Afspelen stoppen (OFF)
Uitnemen van de CD (OPEN/CLOSE) en
daarna op Z
Een CD of MD afspelen (met los
verkrijgbare CD/MD-apparatuur)
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om
CD of MD te kiezen.
2 Druk op (MODE) tot de gewenste
wisselaar verschijnt.
CD/MD-apparatuur start.
Alle discs in de huidige CD/MD-apparatuur
worden vanaf het begin weergegeven.
De weergave in het uitleesvenster
wijzigen
Telkens wanneer u tijdens de weergave van
een CD, CD TEXT disc of MD op (DSPL/PTY)
drukt, verandert het uitleesvenster als volgt:
V
Disc-nummer*
1
/Muziekstuknummer/
Verstreken speelduur
V
Disc-naam*
2
/Artiestennaam*
3
V
Muziekstuknaam*
4
V
FM1 Frequentie*
5
*
1
Met los verkrijgbare CD/MD apparatuur
aangesloten.
*
2
Indien u de CD of CD TEXT disc nog niet hebt
benoemd (Een CD benoemen op pagina 13)
of indien er geen disc-naam is opgenomen op
de MD, verschijnt NO D.Name in het
uitleesvenster.
*
3
Bij het afspelen van een CD TEXT disc verschijnt
de artiestennaam achter de disc-naam in het
uitleesvenster. (Alleen voor CD TEXT discs met
de artiestennaam.)
*
4
Als de muziekstuknaam van een CD TEXT disc of
MD niet is opgenomen, verschijnt NO T.Name
in het uitleesvenster.
*
5
Met de AF/TA-functie geactiveerd.
11
Een bepaald muziekstuk zoeken
Automatic Music Sensor (AMS)
Druk tijdens de weergave even op
< of , voor elk muziekstuk dat u wilt
overslaan.
Een bepaald punt in een
muziekstuk zoeken
Handmatig zoeken
Hou tijdens de weergave < of ,
ingedrukt. Laat los wanneer u het
gewenste punt hebt gevonden.
Opmerking
Als
of in het
uitleesvenster verschijnt, heeft u het begin of het
einde van de disc bereikt en kunt u niet meer
verder.
Een disc zoeken
Disc-selectie
Druk op M of m om de gewenste disc te
kiezen wanneer los verkrijgbare CD/MD-
apparatuur is aangesloten.
M (DISC +): voor volgende discs
m (DISC ): voor vorige discs
De gewenste disc in de huidige los
verkrijgbare CD/MD-apparatuur begint te
spelen.
Nadat u het gewenste item hebt gekozen, keert
het uitleesvenster na enkele seconden
automatisch terug naar de Motion Display
mode.
In de Motion Display mode, rollen alle
bovenstaande items achtereenvolgens in het
uitleesvenster.
Opmerking
Gepersonaliseerde labels hebben altijd voorrang
op de originele CD TEXT informatie bij weergave
van dergelijke informatie.
Tip
De Motion Display mode kan worden afgezet. (Zie
De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen op pagina 31).
De titel van een CD of MD
automatisch verschuiven
Auto Scroll
Als de disc-naam, artiestennaam of
muziekstuknaam op een MD of CD TEXT disc
langer is dan 10 tekens en de Auto Scroll
functie aan is, rolt de informatie automatisch
over het uitleesvenster als volgt:
De discnaam verschijnt wanneer u van disc
verandert (als de discnaam is geselecteerd als
weer te geven item).
De muziekstuknaam verschijnt wanneer u van
muziekstuk verandert (als de muziekstuknaam is
geselecteerd als weer te geven item).
De disc- of muziekstuknaam verschijnt
afhankelijk van de instelling wanneer u op
(SOURCE) drukt om een CD of MD TEXT disc te
kiezen.
Als u op (DSPL/PTY) drukt om de indicatie op
het uitleesvenster te wijzigen, rolt de disc- of
muziekstuknaam van de MD of CD TEXT disc
automatisch met aan- of uitgeschakelde
functie.
1 Druk tijdens het afspelen op (MENU).
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot A.Scrl
verschijnt.
3 Druk op , om A.Scrl on te kiezen.
4 Druk op (ENTER).
Kies A.Scrl off in stap 3 om Auto Scroll te
annuleren.
Opmerking
Bij sommige CD TEXT discs met zeer veel tekens
kan het volgende zich voordoen:
Sommige tekens verschijnen niet in het
uitleesvenster.
De functie Auto Scroll werkt niet.
SEEK SEEK
DISC
DISC
SOURCE
< (.):
Een vorig
muziekstuk
zoeken
, (>):
Een volgend
muziekstuk
zoeken
SEEK SEEK
DISC
DISC
SOURCE
< (m):
Achteruit
zoeken
, (M):
Vooruit
zoeken
SEEK SEEK
DISC
DISC
SOURCE
12
Muziekstukken herhaald
afspelen
Repeat play
De CD in het hoofdtoestel wordt aan het eind
automatisch herhaald. Voor herhaalde
weergave kunt u kiezen uit de volgende
mogelijkheden:
Repeat 1 om een muziekstuk te herhalen.
Repeat 2 om een disc in de los verkrijgbare
CD/MD-apparatuur te herhalen.
1 Druk tijdens de weergave op (MENU).
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot
Repeat verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op , tot de
gewenste instelling verschijnt in het
uitleesvenster.
B Repeat 1 B Repeat 2*
Repeat off b
* Repeat 2 is alleen beschikbaar wanneer u
los verkrijgbare CD- of MD-apparatuur
aansluit.
De muziekstukken worden herhaald
afgespeeld.
Kies Repeat off in stap 3 om terug te keren
naar normale weergave.
Tip
Wanneer u de knoppen op het toestel gebruikt,
druk dan herhaaldelijk op (1) (REP) tot de
gewenste stand verschijnt.
Muziekstukken in
willekeurige volgorde
afspelen
Shuffle play
U kunt kiezen uit de volgende instellingen:
Shuf 1 speelt de muziekstukken op de
huidige disc af in willekeurige volgorde.
Shuf 2 om de muziekstukken in de
huidige CD/MD-apparatuur in willekeurige
volgorde af te spelen.
Shuf All om alle muziekstukken in alle los
verkrijgbare CD/MD-apparatuur in
willekeurige volgorde af te spelen.
1 Druk tijdens de weergave op (MENU).
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot Shuf
verschijnt.
3 Druk herhaaldelijk op , tot de
gewenste instelling verschijnt in het
uitleesvenster.
B Shuf 1 B Shuf 2* B Shuf All*
Shuf off b
* Shuf 2 en Shuf All zijn alleen beschikbaar
wanneer u los verkrijgbare CD- of MD-
apparatuur aansluit.
Shuffle play begint.
Kies Shuf off in stap 3 om terug te keren
naar normale weergave.
Tip
Wanneer u de knoppen op het toestel gebruikt,
druk dan herhaaldelijk op (2) (SHUF) tot de
gewenste stand verschijnt.
13
Een CD een naam geven
Disc memo (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie)
U kunt elke CD een eigen naam geven. U kunt
per disc acht tekens gebruiken. U kunt
vervolgens discs op naam zoeken (pagina 14)
en bepaalde muziekstukken selecteren voor
weergave (pagina 15).
1 Start de weergave van de disc die u wilt
benoemen.
2 Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot Name edit
verschijnt.
3 Druk op (ENTER).
Benoemingsstand
4 Voer de gewenste tekens in.
1 Druk herhaaldelijk op M om de
gewenste tekens te kiezen.
(A t B t C t ··· Z t 0 t 1 t 2 t
··· 9 t + t t * t / t \ t > t <
t . t )
Als u herhaaldelijk op m drukt,
verschijnen de tekens in omgekeerde
volgorde.
Als u na een teken een lege ruimte wilt
invoegen, kiest u .
2 Druk op , nadat u het gewenste
teken hebt gevonden.
Het volgende teken knippert.
Als u op < drukt, knippert het vorige
teken.
3 Herhaal voor het opgeven van de
volledige naam de stappen 1 en 2.
5 Om terug te keren naar de gewone CD-
afspeelstand, drukt u op (ENTER).
Tips
Om een naam te wissen of te corrigeren, voert u
voor elk teken in.
Het benoemen van een CD kan nog op een
andere manier worden gestart. Druk op (LIST)
gedurende twee seconden in plaats van stap 2 en
3. U kunt de handeling ook beëindigen door
(LIST) gedurende twee seconden in te drukken
in plaats van stap 5.
De disc memo tonen
Druk op (DSPL/PTY) tijdens het afspelen
van een CD of CD TEXT disc.
Telkens wanneer u tijdens de weergave van
een CD of CD TEXT op (DSPL/PTY) drukt,
verandert het uitleesvenster als volgt:
V
Discnummer*
1
/Muziekstuknummer/
Verstreken speelduur
V
Disc memo naam
V
Muziekstuknaam*
2
V
FM1 Frequentie*
3
*
1
Met los verkrijgbare CD-apparatuur
aangesloten.
*
2
Als u optionele CD-apparatuur met CD TEXT
functie aansluit, verschijnt de CD TEXT
informatie in het uitleesvenster bij het
afspelen van een CD TEXT disc.
*
3
Met de AF/TA-functie geactiveerd.
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
14
De disc memo wissen
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om
CD te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de CD-
speler met gebruikersbestandsfunctie te
kiezen.
3 Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot Name Del
verschijnt.
4 Druk op (ENTER).
5 Druk herhaaldelijk op M of m om de disc-
naam te kiezen die u wilt wissen.
6 Druk tenminste twee seconden op
(ENTER).
De naam is gewist.
Herhaal indien gewenst stap 5 en 6.
7 Druk tweemaal op (MENU).
De speler komt weer in de gewone CD
afspeelstand.
Opmerking
Wanneer het gepersonaliseerde label wordt
gewist, verschijnt de oorspronkelijke CD TEXT
informatie in het uitleesvenster.
Een disc zoeken op naam
List-up (Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie of
MD-apparatuur)
Deze functie kan worden gebruikt voor discs
waaraan een naam is gegeven. Voor meer
informatie over disc memonamen, zie Een CD
een naam geven (pagina 13).
1 Druk op (LIST).
De naam van de huidige disc verschijnt in
het uitleesvenster.
Een disc memonaam die u aan een CD
TEXT disc toekent heeft altijd voorrang op
de originele CD TEXT informatie.
2 Druk herhaaldelijk op M (DISC +) of m
(DISC ) tot u de gewenste disc hebt
gevonden.
3 Druk op (ENTER) om de disc af te spelen.
Opmerkingen
Tijdens het afspelen van een CD TEXT disc of MD
kunnen de namen van de muziekstukken niet
worden weergegeven.
Als er geen discs in het magazijn zijn, zal NO
Disc in het uitleesvenster worden weergegeven.
Als een disc geen eigen naam heeft gekregen,
wordt ******** in het uitleesvenster
weergegeven.
Bij het afspelen van een CD TEXT disc of MD
kunnen bepaalde letters niet verschijnen.
15
Bepaalde muziekstukken
voor weergave uitkiezen
Bank
(Voor CD-apparatuur met
gebruikersbestandsfunctie)
Als u een disc benoemt, kunt u bepaalde
muziekstukken laten spelen of overslaan.
1 Begin de disc af te spelen die u wilt
benoemen.
2 Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot Bank Sel
verschijnt.
3 Druk op (ENTER).
De stand Bank bewerken
4 Muziekstukken benoemen.
1 Druk herhaaldelijk op < of , om het
muziekstuk te kiezen dat u wilt
benoemen.
2 Druk herhaaldelijk op (ENTER) om
Play te kiezen.
5 Herhaal stap 4 om Play of Skip in te
stellen voor alle muziekstukken.
6 Druk tweemaal op (MENU).
De speler keert terug in de gewone CD-
afspeelstand.
Opmerkingen
•“Play en Skip kan voor maximum 24
muziekstukken worden ingesteld.
•“Skip kan niet worden ingesteld voor alle
muziekstukken op een CD.
Uitsluitend de uitgekozen
muziekstukken afspelen
U kunt de volgende instellingen selecteren:
•“Bank on om muziekstukken af te spelen
met de instelling Play.
•“Bank inv (Inverse, omkeren) om
muziekstukken af te spelen met de instelling
Skip.
1 Druk tijdens de weergev op (MENU) en
vervolgens herhaaldelijk op M of m tot
Bank verschijnt.
2 Druk herhaaldelijk op , tot de
gewenste instelling verschijnt.
B Bank on B Bank inv
Bank off b
3 Druk op (ENTER).
Vanaf het eerstvolgende muziekstuk is de
functie Bank ingeschakeld.
Om terug te keren naar de gewone
weergavestand, kiest u Bank off in stap 2.
16
Opmerkingen
Stations met zwakke frequenties zullen niet
onder de voorkeuzetoetsen worden opgeslagen.
Indien slechts enkele stations kunnen worden
ontvangen, zal voor een aantal
voorkeuzetoetsen de vroegere instelling
behouden blijven.
Indien een voorkeuzestation in het uitleesvenster
wordt weergegeven, zullen stations worden
opgeslagen op alle voorkeuzetoetsen vanaf het
huidig weergegeven voorkeuzestation.
Als er geen CD in het toestel zit, verschijnt alleen
de tuner band wanneer u (SOURCE) indrukt.
Uitsluitend bepaalde
stations vastleggen
U kunt maximum 18 FM-stations (telkens 6
voor FM1, FM2 en FM3), 6 MW-stations en 6
LW-stations vastleggen in de volgorde van uw
keuze.
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
band te kiezen.
3 Druk op . of > op het toestel om af
te stemmen op de zender die u wilt
opslaan onder de cijfertoets.
4 Druk op de gewenste cijfertoets ((1) tot
(6)) op het toestel tot MEM verschijnt.
Het nummer van de voorkeuzetoets wordt
weergegeven in het uitleesvenster.
Opmerking
Als u opnieuw een station opslaat onder dezelfde
voorkeuzetoets, zal het eerder opgeslagen station
worden gewist.
Radio
Stations automatisch
opslaan
Best Tuning Memory (BTM)
Deze functie selecteert de stations met de
sterkste signalen en legt deze vast in de
volgorde van hun frequentie. U kunt
maximum 6 stations per band opslaan (FM1,
FM2, FM3, MW en LW).
VOORKOM ONGEVALLEN!
Wilt u tijdens het rijden afstemmen op een
station, gebruik dan Best Tuning Memory om
ongevallen te voorkomen.
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
Bij elke druk op (SOURCE) verandert de
geluidsbron als volgt:
B Tuner B CD B MD*
* Het item verschijnt niet als de betreffende
optionele apparatuur niet is aangesloten.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
band te kiezen.
Bij elke druk op (MODE) verandert de band
als volgt:
B FM1 B FM2 B FM3
LW b MW b
3 Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot BTM
verschijnt.
4 Druk op (ENTER).
De stations worden in volgorde van hun
frequentie onder de voorkeuzetoetsen
opgeslagen.
Wanneer de instelling is opgeslagen
weerklinkt een pieptoon.
17
Bij slechte FM stereo-ontvangst
Stand mono
1 Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU)
en vervolgens herhaaldelijk op M of m
tot Mono verschijnt.
2 Druk op , tot Mono on verschijnt.
De geluidskwaliteit verbetert, maar de
weergave wordt mono (de ST-
aanduiding is niet meer zichtbaar).
3 Druk op (ENTER).
Om terug te keren naar de normale
weergavestand, kiest u Mono off in stap 2.
Ontvangst van de
opgeslagen stations
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de
band te kiezen.
3 Druk herhaaldelijk op M (hoger
voorinstelnummer) of m (lager
voorinstelnummer) om de stations te
ontvangen in de volgorde waarin ze in
het geheugen zijn opgeslagen.
Tip
Om af te stemmen op vooringestelde stations,
drukt u op de cijfertoets ((1) to (6)) waaronder
het gewenste station is opgeslagen.
Indien u niet kunt afstemmen op
een voorkeuzestation
Druk op < of , om het station te
zoeken (automatisch afstemmen)
Het scannen stopt als het toestel een station
ontvangt. Druk herhaaldelijk op < of ,
tot het gewenste station wordt ontvangen.
Opmerking
Als automatisch afstemmen te vaak stopt, druk
dan op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op
M of m tot Local (lokale zoekstand) verschijnt.
Druk vervolgens op , om Local on te kiezen.
Druk op (ENTER).
In deze stand zal uitsluitend worden afgestemd op
stations met relatief sterke signalen.
Tips
Als u de stand Local on kiest, verschijnt LCL
Seek terwijl het toestel naar een station zoekt.
Als u de frequentie kent van het station dat u
wilt beluisteren, hou dan < of , ingedrukt tot
de gewenste frequentie verschijnt (handmatig
afstemmen).
18
RDS
Overzicht van de RDS-
functie
Radio Data System (RDS) is een zenderservice
waarmee FM-stations digitale informatie
kunnen meezenden met het reguliere radio-
programmasignaal. Hiermee beschikt u via uw
autoradio over een aantal extra diensten, zoals
automatisch opnieuw afstemmen op eenzelfde
programma, het luisteren naar
verkeersinformatie en het zoeken naar stations
met een bepaald type programmas.
Opmerkingen
In bepaalde landen of gebieden zijn mogelijk
niet alle RDS-functies beschikbaar.
RDS zal mogelijk niet goed werken als het
ontvangen signaal zwak is, of als het station
waarop u hebt afgestemd geen RDS-gegevens
uitzendt.
De naam van het station
weergeven
De naam van het huidige station verschijnt in
het uitleesvenster.
Kies een FM-station (pagina 16).
Zodra u afstemt op een FM-station dat
RDS-gegevens uitzendt, zal de naam van
het station worden weergegeven in het
uitleesvenster.
Opmerking
Het teken * geeft aan dat een RDS-station wordt
ontvangen.
Nadat u het gewenste item hebt gekozen,
wordt na enkele seconden overgeschakeld
naar Motion Display mode.
In de Motion Display mode rollen alle items
achter elkaar over het uitleesvenster.
Tip
De Motion Display mode kan worden afgezet. (Zie
De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen op pagina 31).
Automatisch opnieuw
afstemmen op eenzelfde
programma
Alternative Frequencies (AF)
(alternatieve frequenties)
De AF-functie (alternatieve frequenties) kiest
uit een netwerk automatisch het station met
het sterkste signaal, en stemt hierop af.
Dankzij deze functie kunt u tijdens het
afleggen van langere afstanden blijven
luisteren naar eenzelfde programma, zonder
het station handmatig opnieuw te hoeven
instellen.
1 Kies een FM-station (pagina 16).
2 Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot AF
on wordt weergegeven.
Er wordt vervolgens gezocht naar een
alternatief station met een sterker signaal in
hetzelfde netwerk.
Tip
Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (AF) tot AF on verschijnt.
Emetteur
98,5MHz
102,5MHz
96,0MHz
Frequenties worden automatisch ingesteld.
19
Een regionaal programma
beluisteren
De functie REG on (regionaal) maakt het
mogelijk dat u blijft afgestemd op een
plaatselijk programma, zonder dat het
apparaat overschakelt naar een ander station
in het gebied. (Hierbij dient de functie AF te
zijn ingeschakeld.) De standaardinstelling van
het apparaat is REG on. U kunt deze functie
als volgt uitschakelen.
1 Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU)
en vervolgens herhaaldelijk op M of m
tot REG verschijnt.
2 Druk op , tot REG off verschijnt.
3 Druk op (ENTER).
Met de instelling REG off kan het
apparaat overschakelen naar een andere
zender in hetzelfde netwerk.
Om terug te keren naar regionale ontvangst,
kiest u REG on in stap 2.
Opmerking
Deze functie kan niet worden gebruikt in Groot-
Brittannië en in bepaalde andere gebieden.
Lokale verbindingsfunctie
(Uitsluitend voor Groot-Brittannië)
De Lokale verbindingsfunctie maakt het
mogelijk dat u andere plaatselijke zenders in
het gebied kiest, zonder dat deze zijn
opgeslagen onder de voorkeuzetoetsen.
1 Druk op een cijfertoets op het toestel
waaronder een lokaal station is
opgeslagen.
2 Druk binnen vijf seconden nogmaals op
deze toets.
3 Herhaal deze procedure tot het
gewenste lokale station wordt
ontvangen.
De weergave in het uitleesvenster
wijzigen
Telkens wanneer u drukt op (AF/TA), wordt de
weergave als volgt gewijzigd:
B AF on B TA on B AF TA on*
AF TA off b
* Met deze keuze schakelt u zowel de AF- als de
TA-functies in.
Tips
Bij elke druk op (AF) op het toestel verandert
het item als volgt:
AF on y AF off
Bij elke druk op (TA) op het toestel, verandert
het item als volgt:
TA on y TA off
Opmerkingen
Als er geen alternatief station is in de omgeving,
en er is geen noodzaak tot het zoeken van
alternatieve stations, schakelt u de AF-functie uit
door herhaaldelijk op (AF/TA) te drukken, totdat
AF TA off wordt weergegeven.
Wanneer NO AF en de stationsnaam
afwisselend knipperen, betekent dit dat het
toestel geen alternatief station in het netwerk
kan vinden.
Als de stationsnaam gaat knipperen nadat u een
station hebt gekozen met de AF-functie,
betekent dit dat er geen alternatieve frequentie
beschikbaar is.
Druk op < of , terwijl de stationsnaam
knippert (binnen de acht seconden).
Het toestel gaat dan op zoek naar een andere
frequentie met dezelfde PI (Programme
Identification) gegevens (PI Seek verschijnt en
het geluid is uitgeschakeld). Als het toestel geen
andere frequentie kan vinden, verschijnt NO PI
en keert het terug naar de eerst gekozen
frequentie.
20
Het volume van de
verkeersinformatie vooraf instellen
U kunt het volume van de verkeersinformatie
vooraf instellen, zodat u geen bericht mist.
Wanneer een verkeersbericht begint, wordt dit
automatisch weergegeven met het volume dat
u hebt ingesteld.
1 Selecteer het gewenste volume.
2 Druk twee seconden op (AF/TA).
TA verschijnt en de instelling wordt
opgeslagen.
Noodberichten ontvangen
Indien er een noodbericht binnenkomt terwijl
u naar de radio luistert, wordt daar
automatisch naar overgeschakeld. Als u naar
een andere programmabron dan de radio
luistert, hoort u het noodbericht wanneer u AF
of TA hebt ingeschakeld. Het toestel schakelt
automatisch over naar deze berichten, welke
bron u op dat ogenblik ook beluistert.
Luisteren naar
verkeersinformatie
Met Traffic Announcement (TA) en Traffic
Programme (TP) wordt automatisch afgestemd
op een FM-station dat verkeersinformatie
uitzendt, zelfs als u op dat moment naar een
andere programmabron luistert.
Druk een aantal malen op (AF/TA) totdat
TA on of AF TA on in het
uitleesvenster wordt weergegeven.
Het apparaat gaat zoeken naar een station
dat verkeersinformatie uitzendt. Wanneer
een station met verkeersinformatie wordt
gevonden, wordt TP weergegeven in het
uitleesvenster.
Wanneer het verkeersbericht begint,
knippert TA. Het knipperen stopt
wanneer het bericht is afgelopen.
Tips
Als het verkeersbericht begint terwijl u naar een
andere programmabron luistert, wordt
automatisch overgeschakeld naar het
verkeersbericht. Na het verkeersbericht wordt
automatisch teruggeschakeld naar de
oorspronkelijke programmabron.
Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (TA) tot TA on verschijnt.
Opmerking
Als het ontvangen station geen verkeersinformatie
uitzendt, knippert NO TP vijf seconden lang.
Vervolgens wordt gezocht naar een station dat
wel verkeersinformatie uitzendt.
Het huidige verkeersbericht
annuleren
Druk op (AF/TA).
Als u alle verkeersberichten wilt annuleren,
schakelt u de functie uit door op (AF/TA) te
drukken totdat AF TA off verschijnt.
21
De RDS-stations instellen
met de AF- en TA-
gegevens
Wanneer u de RDS-stations instelt, worden
voor elk station de gegevens en de frequentie
opgeslagen, zodat u de functie AF of TA niet
steeds hoeft in te schakelen wanneer u afstemt
op het ingestelde station. U kunt voor elk
voorkeuzestation een andere instelling
opgeven (AF, TA of beide) of alle
voorkeuzestations dezelfde instelling geven.
Alle voorkeuzestations op dezelfde
wijze instellen
1 Selecteer een FM-band (pagina 16).
2 Druk een aantal malen op (AF/TA) om
AF on, TA on of AF TA on (voor
zowel AF- als TA-functies) te selecteren.
Wanneer u AF TA off selecteert, worden
niet alleen RDS-stations maar ook niet-
RDS-stations opgeslagen.
Tip
Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (AF) en/of (TA) om AF on
en/of TA on te kiezen. Merk op dat door AF
off of TA off te kiezen niet alleen RDS stations
maar ook niet-RDS stations worden opgeslagen.
3 Druk op (MENU) en vervolgens
herhaaldelijk op M of m tot BTM
verschijnt.
4 Druk op , tot BTM knippert.
5 Druk op (ENTER).
Voor elk voorkeuzestation een
andere instelling opgeven
1 Selecteer een FM-band en stem af op het
gewenste station (pagina 16).
2 Druk een aantal malen op (AF/TA) om
AF on, TA on of AF TA on (voor
zowel AF- als TA-functies) te selecteren.
Tip
Als u de stand kiest met de knoppen op het
toestel, druk dan op (TA) en/of (TA) om AF on
en/of TA on te kiezen.
3 Druk op de gewenste cijfertoets op het
toestel tot MEM verschijnt.
Herhaal vanaf stap 1 als u andere stations
wilt instellen.
Tip
Als u de instelling van AF en/of TA wilt wijzigen
nadat u hebt afgestemd op een voorkeuzezender,
kunt u dit doen door de functie AF of TA aan of
uit te schakelen.
22
1 Druk op (DSPL/PTY) tijdens FM-
ontvangst totdat PTY in het
uitleesvenster wordt weergegeven.
De aanduiding voor het huidige
programmatype wordt weergegeven als het
station de PTY-gegevens uitzendt. Als het
ontvangen station geen RDS-station is of als
de RDS-gegevens niet worden ontvangen,
wordt - - - - - weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot het
gewenste programmatype verschijnt.
De programmatypes verschijnen in de
volgorde van de tabel. U kunt niet None
(Niet opgegeven) opgeven om te zoeken.
3 Druk op (ENTER).
Er wordt gezocht naar een station dat het
geselecteerde programmatype uitzendt.
Een station zoeken aan de
hand van het
programmatype
U kunt het gewenste station zoeken door een
van de volgende programmatypen te
selecteren.
Programmatypen Uitleesvenster
Nieuws News
Actualiteiten Affairs
Informatie Info
Sport Sport
Educatieve programmas Educate
Toneel Drama
Cultuur Culture
Wetenschap Science
Diversen Varied
Populaire muziek Pop M
Rock-muziek Rock M
Easy Listening Easy M
Licht klassiek Light M
Klassiek Classics
Ander type muziek Other M
Weerberichten Weather
Financiën Finance
Kinderprogrammas Children
Sociale zaken Social A
Religie Religion
Phone In Phone IN
Reizen Travel
Ontspanning Leisure
Jazz-muziek Jazz
Country-muziek Country
Nationale muziek Nation M
Oldies Oldies
Folk-muziek Folk M
Documentaires Document
Niet opgegeven None
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in een aantal
landen waar geen gegevens over PTY (selectie
programmatype) beschikbaar zijn.
23
Met uitbreidingsapparatuur
DAB
Overzicht van DAB
DAB (Digital Audio Broadcasting) is een
nieuw multimedia-zendsysteem dat
audioprogrammas uitzendt van CD-kwaliteit.
Dat kan dankzij een microcomputer in de DAB
tuner die de radio- en multipath-signalen
(gereflecteerde radiogolven) gebruikt om het
hoofdsignaal te versterken. Dat maakt DAB
haast ongevoelig voor radiostoringen, zelfs in
een bewegend object zoals een auto.
Elke DAB-zender bundelt radioprogrammas
(diensten) tot een geheel dat dan wordt
uitgezonden. Elke dienst bevat een of meer
componenten. Alle sets diensten en
componenten zijn benoemd, zodat u ze kan
terugvinden zonder de frequenties te kennen.
Opmerkingen
Het DAB-systeem zit nog in de testfase. Dit
houdt in dat sommige diensten nog niet volledig
zijn omschreven of nog worden getest.
Momenteel worden dergelijke diensten niet
ondersteund door de DAB tuner XT-100DAB.
DAB-programmas worden uitgezonden in band
III (174 tot 240 MHz) en de L-band (1.452 tot
1.492 MHz), waarbij elke band is onderverdeeld
in kanalen (41 in band-III en 23 in de L-Band).
Elke DAB-zender stuurt een set per kanaal.
Wanneer u van FM3 omschakelt naar DAB,
blijven alle AF TA instellingen behouden.
Wanneer u een AF TA instelling wijzigt in DAB,
blijft die behouden in FM1.
De klok automatisch
instellen
Met de CT-gegevens (Clock Time, kloktijd) van
de RDS-uitzending wordt de klok automatisch
ingesteld.
1 Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU)
en vervolgens herhaaldelijk op M of m
tot CT verschijnt.
2 Druk herhaaldelijk op , tot CT on
verschijnt.
De klok is ingesteld.
3 Druk op (ENTER) om terug te keren naar
het normale uitleesvenster.
De CT-functie annuleren
Kies CT off in stap 2.
Opmerkingen
Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook
al wordt wel een RDS-station ontvangen.
Er kan een verschil bestaan tussen de tijd van de
CT-functie en de werkelijke tijd.
Set
Component
Component
Component
Dienst
Dienst
Dienst
DAB programma
24
Gememoriseerde diensten
ontvangen
Na het voorinstellen van de dienst staat de
volgende procedure ter beschikking. Voor
details over het voorinstellen van diensten, zie
DAB-diensten automatisch voorinstellen
(pagina 25) en DAB-diensten handmatig
voorinstellen (pagina 25).
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om DAB
te kiezen.
3 Druk herhaaldelijk op M of m om de
vooringestelde dienst te kiezen.
Tip
Een vooringestelde dienst kan nog op een andere
manier worden ontvangen.
Druk op de cijfertoetsen ((1) tot (6)) op het
toestel waaronder de dienst moet worden
opgeslagen.
De ontvangststand van de DAB tuner
verschijnt zoals vermeld in de onderstaande
tabel:
Indicatie Niveau Ontvangststand
(knippert) 0 geen ontvangst
1 slechte ontvangst
2 middelmatige
ontvangst
3 tamelijk goede
ontvangst
4 goede ontvangst
Basisfuncties van DAB
Set en Dienst zoeken
Automatisch afstemmen
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om DAB
te kiezen.
3 Hou < of , ingedrukt tot Seek + of
Seek verschijnt.
4 Druk op < of , om de gewenste dienst
te zoeken.
Opmerking
knippert terwijl het toestel naar een Set
zoekt.
Een Set kiezen
Handmatig afstemmen
Als u het kanaalnummer van de set kent, volgt
u de onderstaande procedure om af te
stemmen.
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de
tuner te kiezen.
2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om DAB
te kiezen.
3 Druk op M of m tot Ch. XXX verschijnt.
4 Druk herhaaldelijk op M of m tot het
gewenste kanaalnummer verschijnt.
Tips
Een Set kan door meer dan één kanaal worden
uitgezonden.
Als u de Set dienst kiest maar niet kunt
ontvangen, knippert
.
25
DAB-diensten automatisch
voorinstellen BTM
De BTM (Best Tuning Memory) functie kiest
DAB-sets en kent automatisch
voorinstelnummers toe aan de diensten in de
sets. Er kunnen maximum 40 diensten worden
vooringesteld. Als diensten vooraf werden
ingesteld, werkt de BTM-functie in de
volgende omstandigheden:
Als u de BTM-functie activeert tijdens het
beluisteren van een vooringestelde dienst, zal
het toestel gedetecteerde diensten alleen
opslaan (door overschrijven) onder hogere
voorinstelnummers dan de huidige
vooringestelde dienst.
Als u de functie activeert tijdens het
beluisteren van een niet-vooringestelde
dienst, vervangt het toestel de inhoud van
alle voorinstelnummers.
Indien het toestel in beide bovenstaande
gevallen een dienst ontdekt die overeenkomt
met de vooringestelde dienst, blijft de vorige
dienst ongewijzigd en wordt de nieuwe
dienst niet vooringesteld.
1 Druk op (MENU) tijdens het beluisteren
van een DAB-programma.
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot BTM
verschijnt.
3 Druk op (ENTER).
Wanneer de dienst wordt opgeslagen
weerklinkt een pieptoon.
Na het activeren van de BTM functie stemt
het toestel automatisch af op de dienst die
aan voorinstelgeheugen 1 werd toegekend.
Opmerking
Als het toestel slechts op enkele diensten kan
afstemmen, kan de BTM-functie geen diensten
toekennen aan alle voorinstelnummers.
DAB-diensten handmatig
voorinstellen
Manual Preset Memory
U kan ook DAB-diensten handmatig
voorinstellen of een reeds vooringestelde
dienst wissen. Merk op dat er maximum 40
diensten (handmatig of door de BTM-functie
vooringesteld) in het geheugen kunnen
worden opgeslagen.
1 Druk op (MENU) tijdens het beluisteren
van een DAB-programma.
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot
PresetEdit verschijnt en druk
vervolgens op (ENTER).
3 Kies de dienst en het voorinstelnummer
waaronder u die wenst op te slaan.
1 Druk op < of , om de dienst te
kiezen.
2 Druk op M of m om het
voorinstelnummer te kiezen.
3 Druk op (ENTER).
4 Druk op M of m om Over Wrt te kiezen.
Bij elke druk op m verandert het
commando als volgt:
B Over Wrt B Insert* B Delete
* Insert verschijnt niet als het maximum
aantal diensten (40) al in het geheugen is
vastgelegd.
Herhaal stap 3 en 4 om andere diensten
voorin te stellen.
5 Druk op (ENTER).
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
26
Tip
Om de naam van de huidige component, set of
dienst te controleren, drukt u herhaaldelijk op
(LIST) tot de betreffende lijst verschijnt in het
uitleesvenster. De naam van het gekozen item
knippert.
De weergave in het uitleesvenster
wijzigen
Door eenmaal op (LIST) te drukken, verschijnt
de laatst gekozen lijst.
Bij elke druk op (LIST) verandert de lijst als
volgt:
V
ENS (Setlijst)
V
SRV (Dienstlijst)
V
CMP (Componentlijst)
V
PRS (Voorinstellijst)
V
DAB (Annuleren)
Automatische bijwerking van de
setlijst
Wanneer de BTM-functie voor het eerst wordt
geactiveerd, worden alle sets die in uw streek
beschikbaar zijn automatisch opgeslagen.
Wanneer u de BTM-functie nogmaals activeert,
wordt de inhoud van deze lijst bijgewerkt
conform de voorwaarden beschreven op
pagina 25.
Een set wordt toegevoegd aan de lijst bij
ontvangst tijdens automatische of handmatige
afstemming, maar is ongeregistreerd.
Een ongeregistreerde set wordt ook van de lijst
gewist wanneer:
u een set kiest uit de lijst maar die niet kan
worden ontvangen.
u automatisch of handmatig afstemt om een
geregistreerde set, dienst of component te
ontvangen, maar die niet kan worden
ontvangen.
Diensten in voorinstelgeheugens
vervangen
Druk op M of m om in stap 4 Over Wrt te
kiezen en druk vervolgens op (ENTER).
Diensten in voorinstelgeheugens
toevoegen
Druk op M of m om in stap 4 Insert te kiezen
en druk vervolgens op (ENTER).
Diensten in voorinstelgeheugens
wissen
Druk op M of m om in stap 4 Delete te kiezen
en druk vervolgens op (ENTER).
Tip
De dienst kan nog op een andere manier worden
vooringesteld. Nadat u de dienst hebt ontvangen,
drukt u op de cijfertoetsen ((1) tot (6)) op het
toestel tot er een pieptoon weerklinkt.
Een DAB-programma
beluisteren
Volg de onderstaande procedure om
handmatig af te stemmen op een DAB-
programma.
U kan ook DAB-diensten opslaan in het
geheugen en er dan meteen op afstemmen (zie
DAB-diensten automatisch voorinstellen
(BTM) op pagina 25).
1 Druk tijdens het beluisteren van een
DAB-programma herhaaldelijk op (LIST)
tot Ensemble List verschijnt.
2 Druk op M of m tot de gewenste set
verschijnt en druk vervolgens op
(ENTER).
3 Druk herhaaldelijk op (LIST) tot Service
List verschijnt.
4 Druk herhaaldelijk op M of m tot de
gewenste dienst verschijnt en druk
vervolgens op (ENTER).
5 Druk herhaaldelijk op (LIST) tot
Component List verschijnt.
6 Druk op M of m tot de gewenste
component verschijnt en druk
vervolgens op (ENTER).
27
Instellingen voor audio-
ontvangst
DAB kan meerkanaalsaudio bevatten. Voor
ontvangst is er keuze uit hoofd- of subkanaal.
Als u de DRC (Dynamic Range Control)
functie activeert, kan de dynamiek van de
dienst die DRC ondersteunt automatisch
worden vergroot.
De volgende items kunnen worden ingesteld:
Main/Sub om te kiezen tussen
Main(hoofdkanaal) en Sub(subkanaal).
DRC om de functie aan en uit te
schakelen.
1 Druk op (MENU) bij het beluisteren van
een DAB-programma.
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot DRC
of Main (of Sub) verschijnt.
3 Druk op < of , om de gewenste
instelling te kiezen (voorbeeld: on of
off).
4 Druk op (ENTER).
Opmerking
Main (of Sub) verschijnt alleen in het menu bij
ontvangst van een meerkanaalsprogramma.
Een DAB-dienst zoeken op
programmatype (PTY)
Met de PTY (Programme Type selection)
functie kan u afstemmen op het programma
van uw keuze.
1 Druk tijdens het beluisteren van een
DAB-programma op (DSPL/PTY).
2 Druk herhaaldelijk op M of m om het
programmatype te kiezen.
De programmatypes verschijnen in de
volgorde zoals vermeld op pagina 22.
3 Druk op (ENTER).
28
Andere functies
U kunt het toestel ook besturen met een (los
verkrijgbare) bedieningssatelliet.
Etiketten aanbrengen op
de bedieningssatelliet
Breng het passende etiket aan zoals hieronder
afgebeeld en hou hierbij rekening met de
manier waarop u de bedieningssatelliet
installeert.
Werken met de
bedieningssatelliet
U bestuurt de bedieningssatelliet door op de
knoppen te drukken en/of aan de
bedieningselementen te draaien.
U kunt ook optionele CD/MD-apparatuur
besturen met de bedieningssatelliet.
Door op toetsen te drukken
(SOURCE en MODE)
Bij elke druk op (SOURCE) verandert de
bron als volgt:
Tuner t CD t MD*
* Als de betreffende optionele apparatuur niet
is aangesloten, verschijnt het item niet.
Door op (MODE) te drukken, verandert
de werkingsstand als volgt:
Tuner: FM1 t FM2 t FM3 t MW t LW
CD-apparatuur: CD1 t CD2 t
MD-apparatuur*: MD1 t MD2 t
* Als de betreffende los verkrijgbare
apparatuur niet is aangesloten, verschijnt het
item niet.
(SOURCE)
(MODE)
SOUND
DSPL
MODE
SOUND
DSPL
MODE
29
OFF
Andere bewerkingen
Tip
Als het contactslot van uw auto geen ACC
(accessory) stand heeft, moet u gedurende twee
seconden op (OFF) drukken om de klokweergave
uit te schakelen na het afzetten van de motor.
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
Draai aan het
bedieningselement VOL als u
het volume wilt aanpassen.
Druk op (OFF) als
u het apparaat
wilt uitschakelen.
Druk op (ATT) als
u het geluid wilt
dempen.
Druk op (SOUND) om
het geluidsmenu te
regelen.
Druk op (DSPL) om de gememoriseerde
namen weer te geven.
Door aan het bedieningselement te
draaien (SEEK/AMS)
Draai even aan het bedieningselement
en laat het los om:
Een bepaald muziekstuk op een disc te
zoeken. Draai aan het bedieningselement
en houd het in die positie om een bepaald
punt in een muziekstuk te zoeken, en laat
het vervolgens los om de weergave te
starten.
Automatisch af te stemmen op stations.
Draai aan het bedieningselement en houd
het in die positie om af te stemmen om
een bepaald station te vinden.
Door het bedieningselement in te
drukken en te verdraaien (PRESET/
DISC)
Draai aan het bedieningselement en
druk het tegelijkertijd in als u:
Stations wilt ontvangen die zijn
opgeslagen onder de voorkeuzetoetsen.
Van disc wilt wisselen.
30
De werkingsrichting wijzigen
De werkingsrichting van de
bedieningselementen is af fabriek ingesteld
zoals hieronder aangegeven.
Als u de bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom moet monteren, kan de
werkingsrichting worden omgekeerd.
Druk twee seconden op (SOUND) terwijl
u het bedieningselement VOL ingedrukt
houdt.
Tip
U kunt ook de werkingsrichting van deze
bedieningselementen met het toestel wijzigen
(zie De instellingen voor het geluid en het
uitleesvenster wijzigen op pagina 31).
De geluidskenmerken
aanpassen
U kunt de hoge en lage tonen, de balans en de
fader aanpassen.
U kunt de lage en hoge tonen voor elke bron
afzonderlijk regelen.
1 Selecteer het onderdeel dat u wilt
aanpassen door een aantal malen op
(SOUND) te drukken.
Telkens wanneer u op (SOUND) drukt,
worden de items als volgt gewijzigd:
BAS (lage tonen) t TRE (hoge tonen) t
BAL (links-rechts) t FAD (voor-achter)
2 Pas het gekozen item aan door op < of
, te drukken.
Bij het regelen met de bedieningssatelliet
drukt u op (SOUND) en draait u aan de
volumeregelaar.
Opmerking
Pas de items aan binnen de drie seconden nadat ze
werden geselecteerd.
Het geluid dempen
Druk op (ATT) op de
afstandsbedieningskaart of de
bedieningssatelliet.
ATT on verschijnt even.
Als u het vorige geluidsniveau wilt herstellen,
drukt u nogmaals op (ATT).
Tip
Wanneer de interfacekabel van een autotelefoon
is aangesloten op de ATT-kabel, wordt het volume
automatisch verlaagd wanneer een
telefoongesprek binnenkomt (functie Telephone
ATT).
verhogen
verlagen
31
1 Druk op (MENU).
2 Druk herhaaldelijk op M of m tot het
gewenste item verschijnt.
Bij elke druk op m verandert het item als
volgt:
Voorbeeld
Clock t CT t Beep t RM t
French/German/Italian/Dutch t D.Info t SA
t Dimmer t Contrast t M.Dspl t A.Scrl*
* Dit verschijnt niet wanneer geen CD of MD
speelt.
Opmerking
De weergave in het uitleesvenster hangt af van
de geluidsbron.
Tip
U kunt makkelijk veranderen van categorie
(Set, Snd, P/M (Weergavestand) en
Dis) door twee seconden lang op M of m te
drukken.
3 Druk op (ENTER).
Na het kiezen van de stand, keert het
uitleesvenster terug naar de normale
weergavestand.
De instellingen voor het
geluid en het
uitleesvenster wijzigen
De volgende instellingen zijn mogelijk:
Set (Instelling)
Clock (Klok) (pagina 9)
CT (Clock Time, Kloktijd) (pagina 23)
Beep schakelt het geluidsignaal in en uit.
RM (bedieningssatelliet) wijzigt de
werkingsrichting van de bedieningssatelliet.
Kies norm om de bedieningssatelliet te
gebruiken met de fabrieksinstelling.
Kies rev wanneer u de
bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom monteert.
French/German/Italian/Dutch de
weergavetaal wijzigen in Frans, Duits,
Italiaans of Nederlands.
Dis (Uitleesvenster)
Dimmer wijzigt de intensiteit van het
uitleesvenster.
Selecteer Auto als u alleen een minder
heldere weergave wenst wanneer u de
lichten aanzet.
Selecteer on als u een minder heldere
weergave wenst.
Kies off om Dimmer te desactiveren.
Contrast wijzigt het contrast van het
uitleesvenster als dit door de
installatiepositie niet goed afleesbaar is.
D.Info (dubbele informatie) om klok en
weergavestand samen (on) of de informatie
afwisselend (off) te laten verschijnen.
M.Dspl (Bewegings Display) om motion
display aan of af te zetten.
A.Scrl (Automatisch verschuiven)*
(pagina 11)
32
0dB
D-BASS 3
D-BASS 2
D-BASS 1
D-BASS 3
D-BASS 2
D-BASS 1
Voor een krachtiger bass-
geluid D-bass
Met de D-bass functie kan u een extra helder
en krachtig bass-geluid bekomen.
Voor een extra helder en krachtig bass-geluid.
De D-bass functie versterkt het lage- en hoge-
frequentiesignaal met een scherpere curve dan
bij een conventioneel bass boost-systeem.
Zo kunt u het bass-geluid helderder maken,
zelfs bij een identiek vocaal volume. Met de D-
BASS knop kunt u het bass-geluid makkelijk
accentueren en aanpassen.
De bass-curve aanpassen
Druk herhaaldelijk op (D-BASS) om de
gewenste bass-curve te kiezen.
Het D-BASS nummer neemt toe samen met
het effect.
D-BASS 1 t D-BASS 2 t D-BASS 3
t D-BASS off
Opmerking
Bij hetzelfde volume kan het bass-geluid
vervormen. Kies in dat geval een minder efficiënte
bass curve.
Niveau
Frequentie (Hz)
De spectrum analyser
kiezen
Het geluidssignaalniveau verschijnt op een
spectrum analyser. U kunt kiezen uit
weergavepatroon 1 tot 6 of automatische
weergave.
1 Druk op (SOURCE) om een bron te
kiezen (tuner, tape, CD of MD).
2 Druk op (MENU).
3 Druk herhaaldelijk op M of m tot SA
verschijnt.
4 Druk herhaaldelijk op < of , om de
gewenste instelling te kiezen.
B SA 1 b B ... SA 6 b
B SA Auto* b B SA off b
* Al deze weergavepatronen verschijnen
automatisch achtereenvolgens.
5 Druk op (ENTER).
33
Het geluid en de
frequentie van de
equalizer voorversterker
regelen
Met dit toestel kan ook een los verkrijgbare
equalizer voorversterker worden bediend.
Zo kunnen bepaalde effecten worden
toegevoegd aan het klankbeeld van de
gekozen bron.
Meer details vindt u in de gebruiksaanwijzing
van de equalizer voorversterker.
Overige informatie
Onderhoud
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd door een indentiek
exemplaar. Als de zekering doorbrandt,
controleert u de aansluiting van de
voedingsspanning en vervangt u de zekering.
Als de zekering vervolgens nogmaals
doorbrandt, kan er sprake zijn van een defect
in de speler. Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sony-leverancier.
Waarschuwing
Gebruik nooit een zekering die zwaarder is
dan de standaardzekering van het apparaat.
Het gebruik van een te zware zekering kan
leiden tot beschadiging van de speler.
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
Zekering (10 A)
34
Vervangen van de lithiumbatterij
Wanneer de batterij uitgeput raakt, wordt het
bereik van de afstandsbedieningskaart korter.
Vervang de batterij dan door een nieuwe
CR2025 lithiumbatterij.
x
+ kant naar boven
Opmerkingen over de
lithiumbatterij
Hou de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Bij inslikken van de batterij moet u
onmiddellijk een dokter raadplegen.
Veeg de batterij schoon met een droge doek
om een goed contact te verzekeren.
Hou bij het plaatsen van de batterij rekening
met de juiste polariteit.
Houd de batterij niet vast met een metalen
pincet, anders kan er kortsluiting ontstaan.
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
Gooi de batterij niet weg,
maar lever hem in als KCA
Verwijderen van het
gehele apparaat
Met geopend voorpaneel
1 Druk op (OPEN) op het toestel en duw
vervolgens met een dunne
schroevendraaier op de clip in het
voorpaneel en wrik het voorzichtig los.
2 Herhaal stap 1 aan de linkerkant.
Het voorpaneel is verwijderd.
3 Druk met een dunne schroevendraaier
het clipje aan de linkerkant van het
apparaat in en trek vervolgens aan de
linkerkant van het apparaat totdat het
loslaat.
4 Herhaal stap 3 aan de rechterkant.
5 Schuif het apparaat uit de houder.
35
Als het voorpaneel niet opengaat
vanwege een gesprongen zekering
1 Druk met de speciale sleutel
(meegeleverd) op de clip in het
voorpaneel en wrik het los.
2 Herhaal stap 1 aan de linkerkant.
Het voorpaneel is verwijderd.
3 Duw het lipje links van het toestel in met
de vrijmaaksleutel en trek dan de
linkerkant van het toestel uit tot de klem
vrijkomt.
4 Herhaal stap 3 aan de rechterkant.
5 Schuif het apparaat uit de houder.
Vrijmaaksleutel
(meegeleverd)
36
Specificaties
Algemeen
Uitgangen Audio-uitgangen*
1
Besturingskabel
motorantenne
Besturingskabel
eindversterker
Ingangen Besturingskabel telefoon
ATT
Verlichtingskabel
Toonregeling Bas ±9 dB bij 100 Hz
Hoge tonen ±9 dB bij
10 kHz
Voeding 12 volt gelijkstroom
(autoaccu, negatieve aarde)
Afmetingen Ongeveer
178 × 50 × 182 mm
(b/h/d)
Inbouwafmetingen Ongeveer
182 × 53 × 163 mm
(b/h/d)
Gewicht Ongeveer 1,5 kg
Meegeleverde accessoires
Afstandsbedieningskaart
RM-X96
Onderdelen voor installatie
en aansluitingen (1 set)
Los verkrijgbare accessoires
Bedieningssatelliet
RM-X4S
BUS-kabel (met RCA-pen)
RC-61 (1 m), RC-62 (2 m)
Los verkrijgbare onderdelen
CD-wisselaar (10 CDs)
CDX-848X, CDX-646
CD-wisselaar (6 CDs)
CDX-T68X, CDX-T67
MD-wisselaar (6 MDs)
MDX-65
Geluidsbronkiezer
XA-C30
DAB tuner
XT-100DAB
Digitale equalizer/
voorversterker
XDP-210EQ, XDP-4000X
*
1
Uitgerust met voor- en achteruitgangen
Het ontwerp en de specificaties kunnen zonder
kennisgeving vooraf worden gewijzigd.
CD-speler
Signaal-ruis verhouding 90 dB
Frequentiebereik 10 20.000 Hz
Wow en flutter Minder dan meetbare
waarden
Radio
FM
Afstembereik 87,5 108,0 MHz
Antenneaansluiting Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie 10,7 MHz/450 kHz
Minimale gevoeligheid 8 dBf
Selectiviteit 75 dB bij 400 kHz
Signaal-ruisverhouding 66 dB (stereo),
72 dB (mono)
Harmonische vervorming bij 1 kHz
0,6 % (stereo),
0,3 % (mono)
Scheiding 35 dB bij 1 kHz
Frequentierespons 30 15.000 Hz
MW/LW
Afstembereik MW: 531 1.602 kHz
LW: 153 279 kHz
Antenne-aansluiting Aansluiting voor externe
antenne
Tussenfrequentie 10,7 MHz/450 kHz
Gevoeligheid MW: 30 µV
LW: 40 µV
Versterker
Uitgangen Luidsprekeruitgangen
Luidsprekerimpedantie 4 8 ohm
Maximum uitgangsvermogen
52 W × 4 (bij 4 ohm)
37
Problemen oplossen
De onderstaande checklist kan u helpen bij het oplossen van problemen die zich met dit toestel
kunnen voordoen.
Lees voor u de onderstaande controlelijst doorloopt, eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik.
Algemeen
Probleem
Geen geluid.
Het geheugen is gewist.
Geen pieptoon.
Het geluid is gestoord.
Oorzaak/oplossing
De ATT-functie uitschakelen.
Stel de faderinstelling voor systemen met twee luidsprekers
in op de middelste stand.
Druk op (+) of de VOL toetsen om het volume te regelen.
De verbinding van de voedingskabel of de accu is
onderbroken.
De reset-knop is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 31).
U gebruikt een mobilofoon.
Weergeven van CD of MD
Oorzaak/oplossing
Er is al een CD in de speler geplaatst.
De CD is verkeerd-om ingestoken (ondersteboven of de
verkeerde kant voor).
Defecte MD of vuile CD.
De omgevingstemperatuur bedraagt meer dan 50°C.
U hebt het voorpaneel gesloten of de disc in het toestel
geforceerd terwijl ze werd uitgeworpen nadat u op Z hebt
gedrukt.
t Druk op de reset-knop.
Druk op de reset-knop.
De speler is gemonteerd onder een hoek van meer dan 60°.
De speler is niet op een stabiele plaats in de auto gemonteerd.
Vuile of defecte disc.
U kunt geen CDs benoemen als er geen CD-apparatuur met
de functie gebruikersbestanden is aangesloten.
t Druk twee seconden op (LIST).
Wordt vervolgd op de volgende pagina t
Probleem
Er kan geen disc worden
geladen.
Het afspelen begint niet.
Een disc wordt automatisch
uitgeworpen.
De CD wordt niet uitgeworpen.
De bedieningsknoppen werken
niet.
Het geluid valt weg bij
trillingen.
Het geluid verspringt.
De aanduiding -------- kan niet
worden uitgezet.
38
Radio-ontvangst
Probleem
Voorkeuze-afstemming is niet
mogelijk.
De stations kunnen niet worden
ontvangen.
Het geluid is gestoord.
Automatisch afstemmen is niet
mogelijk.
De aanduiding ST knippert.
Oorzaak/oplossing
Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
De zender is te zwak.
Sluit een elektrische antennebedieningskabel (blauw) of
hulpvoedingskabel (rood) aan op de voedingskabel van de
auto-antenneversterker (Alleen indien uw wagen is uitgerust
met een FM/MW/LW-antenne in de achterruit/zijruit).
De zender is te zwak.
t Gebruik handmatige afstemming.
Stem nauwkeurig af op de juiste frequentie.
De zender is te zwak.
t Schakel Mono-weergave in (pagina 17).
RDS-functies
Probleem
SEEK (zoeken) begint na enkele
seconden weergave.
Geen verkeersinformatie.
PTY geeft None weer.
Oorzaak/oplossing
Het station is niet van het TP type of heeft een zwak signaal.
t Druk op (AF/TA) om AF TA off te kiezen.
Schakel TA in.
Ondanks TP zendt het station geen verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
De zender geeft het programmatype niet door.
39
Foutberichten (met los verkrijgbare CD/MD-apparatuur)
De volgende aanduidingen zullen ongeveer vijf seconden knipperen, waarbij een
waarschuwingstoon wordt weergegeven.
Oplossing
Plaats het disc-magazijn in het CD/
MD-toestel.
Plaats een disc in het CD/MD-
toestel.
Breng een andere CD/MD in.
Maak de CD schoon of plaats de
CD op de juiste wijze.
Plaats een andere MD.
Speel een MD met opgenomen
muziekstukken af.
Druk op de reset-knop van het
toestel.
Sluit het deksel of plaats de MDs
op de juiste manier.
Wacht tot de temperatuur onder
50°C is gedaald.
Uitleesvenster
NO Mag
NO Disc
NG Discs
Error
Blank
PushReset
Not Ready
High Temp
Oorzaak
Er bevindt zich geen disc-magazijn in
het CD/MD-toestel.
Er bevindt zich geen disc in het CD/
MD-toestel.
Een CD/MD kan niet worden
afgespeeld wegens een probleem
(vuile CD, beschadigde MD, enz.).
De CD is vuil of omgekeerd
geplaatst.*
2
De MD kan niet worden afgespeeld
vanwege een probleem.*
2
Er zijn geen muziekstukken
opgenomen op de MD.*
2
Het CD/MD-toestel kan in verband
met een probleem niet worden
gebruikt.
Het deksel van het MD-toestel is open
of MDs zijn niet correct geplaatst.
De omgevingstemperatuur is hoger
dan 50°C.
*
1
*
1
Als er een fout optreedt tijdens het afspelen van een CD of MD, wordt het nummer van de MD of CD
niet in het uitleesvenster aangegeven.
*
2
Het nummer van de disc die de fout veroorzaakt wordt aangegeven in het uitleesvenster.
Neem contact op met de dichtstbijzijnde Sony-leverancier als deze oplossingen niet werken.
*
1

Documenttranscriptie

Welkom ! Voorzorgsmaatregelen Dank u voor uw aankoop van deze Sony Compact Disc Player. Dit toestel biedt u tal van mogelijkheden die u kunt benutten met behulp van de volgende bedieningsaccessoires: Meegeleverd accessoire Afstandsbedieningskaart RM-X96 Los verkrijgbaar accessoire Bedieningssatelliet RM-X4S • Laat de speler voor gebruik afkoelen, als u in de zon hebt geparkeerd en de temperatuur in de auto hoog is opgelopen. •Als de speler geen voedingsspanning krijgt, controleert u eerst de verbindingen. Als de verbindingen in orde zijn controleert u de zekering. •Als uw auto voorzien is van een motorantenne, zal deze automatisch uitschuiven zodra het apparaat wordt ingeschakeld. Bovenop CD en radio, kunt u uw systeem nog uitbreiden door extra CD/MD-apparatuur aan te sluiten*1. Bij het bedienen van dit toestel of aangesloten los verkrijgbare CD-apparatuur met CD TEXT functie, verschijnt de CD TEXT informatie in het uitleesvenster bij weergave van een CD TEXT disc*2. *1 U kunt CD-wisselaars, MD-wisselaars, CD-spelers of MD-spelers aansluiten. *2 Een CD TEXT disc is een audio CD met daarop informatie zoals de discnaam, de artiestennaam en muziekstuknamen. Deze informatie is op de disc opgenomen. 2 Als u vragen of problemen hebt die niet in deze handleiding aan de orde komen, neemt u contact op met de dichtstbijzijnde Sonyleverancier. Condensvorming Op een regenachtige dag of in een zeer vochtige omgeving kan op de lenzen in het toestel vocht condenseren. Hierdoor kan de werking van het toestel worden verstoord. Verwijder in dat geval de disc en wacht ongeveer een uur tot alle condensvocht is verdampt. Opmerkingen betreffende compact discs Bij een vuile of beschadigde disc kan het weergavegeluid soms wegvallen. Voor een optimale weergave behandelt u de disc als volgt. Pak een compact disc altijd bij de rand vast, en raak het oppervlak niet aan. Opmerkingen bij discs Als u discs gebruikt zoals hieronder beschreven, kunnen de kleverige resten de CD doen stoppen met draaien waardoor het toestel defect of de disc beschadigd kunnen raken. Gebruik geen gebruikte of gehuurde CD’s met kleverig oppervlak (bijvoorbeeld afkomstig van stickers of inkt of lijm die van onder de stickers komt). Lijmresten. Kleverige inkt. Plak geen papier of plakband op een compact disc. Gebruik geen gehuurde CD’s met oude labels die loskomen. Stickers die loskomen laten kleverige resten achter. Gebruik geen CD’s waarop labels of stickers zijn gekleefd. Stel compact discs niet bloot aan direkt zonlicht of de warmte van een kachel of radiator. Laat ze ook niet liggen in een geparkeerde auto in de volle zon, aangezien hierin de temperatuur bijzonder hoog kan oplopen. Veeg de disc schoon met een los verkrijgbaar reinigingsdoekje, alvorens deze af te spelen. Veeg vanuit het midden naar de rand. Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine, verdunner of in de handel verkrijgbare reinigingsmiddelen en antistatische spray voor konventionele grammofoonplaten. Vastgekleefde labels. Opmerkingen bij CD-R/CD-RW discs • U kunt CD-R’s (opneembare CD’s) afspelen met dit toestel. Met sommige CD-R’s lukt dat echter niet, afhankelijk van de omstandigheden waarin ze werden opgenomen. Dit geeft aan dat een disc niet geschikt is voor audiotoepassingen. • U kunt geen CD-R afspelen die niet is gefinaliseerd (finalisatie is nodig om een CDR te kunnen afspelen met een audio CDspeler). • U kunt geen CD-RW’s (herschrijfbare CD’s) afspelen met dit toestel. Discs met afwijkende vormen (b.v. hart, vierkant, ster) kunnen niet met deze dit toestel worden afgespeeld. Indien u dat toch doet, kan het toestel worden beschadigd. Gebruik geen dergelijke discs. U kunt geen 8cm CD’s afspelen. 3 Inhoud Plaats van de bedieningsorganen .......................... 5 Aan de slag Instellingen wissen ............................................. Beveiliging afzetten ............................................ Het toestel aan-/uitschakelen ........................... Gebruik van het menu ........................................ De klok instellen .................................................. 8 8 8 9 9 CD-speler Los verkrijgbare CD/MD-apparatuur Een CD beluisteren (alleen met dit toestel) ................................. Muziekstukken herhaald afspelen — Repeat play .............................................. Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen — Shuffle play .............................................. Een CD een naam geven — Disc memo (Voor CD-apparatuur met gebruikersbestandsfunctie) ........................ Een disc zoeken op naam — List-up (Voor CD-apparatuur met gebruikersbestandsfunctie of MD-apparatuur) .......................................... Bepaalde muziekstukken voor weergave uitkiezen — Bank (Voor CD-apparatuur met gebruikersbestandsfunctie) ........................ 10 12 12 13 14 15 Radio Stations automatisch opslaan — Best Tuning Memory (BTM) ................. 16 Uitsluitend bepaalde stations vastleggen ...... 16 Ontvangst van de opgeslagen stations .......... 17 RDS Overzicht van de RDS-functie ......................... De naam van het station weergeven .............. Automatisch opnieuw afstemmen op eenzelfde programma — Alternative Frequencies (AF) (alternatieve frequenties) ............................ Luisteren naar verkeersinformatie ................. De RDS-stations instellen met de AF- en TA-gegevens ................................................. Een station zoeken aan de hand van het programmatype ........................................... De klok automatisch instellen ......................... 4 18 18 18 20 21 22 23 DAB (Met uitbreidingsapparatuur) Overzicht van DAB ........................................... Basisfuncties van DAB ..................................... DAB-diensten automatisch voorinstellen — BTM .......................................................... DAB-diensten handmatig voorinstellen — Manual Preset Memory ......................... Een DAB-programma beluisteren .................. Instellingen voor audio-ontvangst ................. Een DAB-dienst zoeken op programmatype (PTY) .............................................................. 23 24 25 25 26 27 27 Andere functies Etiketten aanbrengen op de bedieningssatelliet ....................................... 28 Werken met de bedieningssatelliet ................ 28 De geluidskenmerken aanpassen ................... 30 Het geluid dempen ........................................... 30 De instellingen voor het geluid en het uitleesvenster wijzigen ................................ 31 Voor een krachtiger bass-geluid — D-bass ....................................................... 32 De spectrum analyser kiezen .......................... 32 Het geluid en de frequentie van de equalizer voorversterker regelen ................................ 33 Overige informatie Onderhoud ......................................................... Verwijderen van het gehele apparaat ............ Specificaties ........................................................ Problemen oplossen .......................................... 33 34 36 37 Plaats van de bedieningsorganen Afstandsbedieningskaart OPEN/CLOSE OFF MENU D-BASS DISC LIST SEEK SEEK SOURCE SOUND DISC ENTER PTY DSPL ATT AF/TA MODE VOL Zie de aangegeven pagina’s voor meer informatie. 1 OFF knop 8, 10 2 MENU knop 9, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 21, 23, 25, 27, 31, 32 qa M/m (PRST/DISC +/–) toetsen 9, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 31, 32 3 SOURCE (TUNER/CD/MD) knop 8, 10, 11, 14, 16, 17, 24, 32 Tijdens afspelen CD/MD: Disc wisselen 11 4 </, (SEEK/AMS –/+) toetsen 9, 11, 12, 13, 15, 17, 19, 21, 23, 24, 25, 27, 30, 32 Automatic Music Sensor (./>) 11 Handmatig zoeken (m/M) 11 Zoeken 17 Tijdens radio-ontvangst: Voorkeuzestations kiezen 17 5 SOUND knop 30 6 DSPL/PTY (instelling uitleesvenster/ programmatype) knop 10, 11, 13, 22, 27 7 ATT (dempen) knop 30 8 D-BASS knop 32 9 OPEN/CLOSE knop 10 q; LIST knop 13, 14, 26 qs ENTER knop 9, 11, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 21, 22, 23, 25, 26, 27, 31, 32 qd AF/TA knop 18, 19, 20, 21 qf MODE knop 10, 14, 16, 17, 24 Tijdens afspelen CD/MD: Keuze CD/MD-toestel 10, 14 Tijdens radio-ontvangst: Bandkeuze 16, 17 qg VOL (volumeregeling) knoppen 20 Een toestel dat werd uitgeschakeld door gedurende twee seconden op (OFF) te drukken, kan niet worden bediend met de afstandsbedieningskaart tenzij (SOURCE) op het toestel is ingedrukt of eerst een CD werd ingebracht om het toestel aan te schakelen. 5 Plaats van de bedieningsorganen Beveiligingskant Werkingskant PTY REP SHUF 1 2 3 4 5 6 CDX-M610 6 TA D AF UN M OD E D-BASS SO OFF ST SOURCE DISC LI M EN U DSPL DISC EN TE R CLOSE De overeenkomstige knoppen op het toestel hebben dezelfde functie als die op de afstandsbedieningskaart. 17 Reset-knop 8 2 Hoofduitleesvenster 3 OPEN knop 34 4qf Ontvanger voor de afstandsbedieningskaart * Opgelet bij het monteren in een auto waarvan het contactslot geen ACC (accessory) stand heeft Druk (OFF) op het toestel gedurende twee seconden in om de klokweergave uit te schakelen na het afzetten van de motor. Indien u slechts even op (OFF) drukt, verdwijnt de tijdindicatie niet waardoor de batterij uitgeput raakt. 5 Volumeregelknoppen 6 Z (uitwerp) knop 10 8 DSPL/PTY (instelling uitleesvenster/ programmatype) knop 9 Subuitleesvenster q; MENU knop qa DISC/PRST +/– (cursor op/neer) toetsen SEEK/AMS –/+ (cursor links/rechts) toetsen 16 qs D-BASS knop qd LIST knop qg OFF knop* qh MODE knop qj SOURCE (TUNER/CD/MD) knop qk AF knop 18, 19, 21 ql Cijfertoetsen Tijdens radio-ontvangst: Voorkeuzestation kiezen 16, 17, 19, 21, 24, 26 Tijdens CD/MD-weergave: (1) REP 12 (2) SHUF 12 w; TA knop 19, 20, 21 wa SOUND knop ws ENTER knop wd CLOSE knop 7 Aan de slag Het toestel aan-/ uitschakelen Het toestel aanschakelen Instellingen wissen Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, of na het vervangen van de accu van de auto, dient u de instellingen van het apparaat te wissen. Druk op de reset-knop met een puntig voorwerp, zoals bijvoorbeeld een balpen. Reset-knop Druk op (SOURCE) of breng een CD in het toestel. Zie pagina 10 (CD/MD) en pagina 16 (radio) voor details omtrent de bediening. Het toestel uitschakelen Druk op (OFF) om de CD/MD-weergave of radio-ontvangst te stoppen (de toetsen en het uitleesvenster blijven verlicht). Druk gedurende twee seconden op (OFF) om het toestel volledig uit te schakelen. Opmerking Indien het contactslot van uw auto geen ACC stand heeft, moet u het toestel afzetten door (OFF) twee seconden lang ingedrukt te houden om te voorkomen dat de batterij uitgeput raakt. Opmerking Door op de reset-knop te drukken, worden alle klokinstellingen en bepaalde geheugenfuncties gewist. Beveiliging afzetten Verricht de volgende basisinstellingen alvorens het toestel voor de eerste maal in gebruik te nemen, na het vervangen van de autobatterij of na het terugstellen van het toestel. Verricht zeker deze instellingen, zoniet wordt het voorpaneel niet geactiveerd en kan het toestel niet worden bediend. 1 Druk op de terugsteltoets. “Code in” verschijnt. 2 Druk op de toetsen op de afstandsbedieningskaart en verstuur de veiligheidscode. Raadpleeg het meegeleverde inlegvel voor details omtrent de beveiligingscodetoetsen. Wanneer de code is bevestigd, verschijnt de tijd in het uitleesvenster en kan het toestel normaal worden bediend. Opmerkingen • Neem bij het uitstappen altijd de afstandsbedieningskaart mee. • Raadpleeg uw Sony Service Center als u uw beveiligingscode bent vergeten. Neem de afstandsbedieningskaart mee. 8 2 Druk op M of m om de uren in te stellen. Gebruik van het menu Dit toestel wordt bediend door items uit een menu te kiezen. Om te kiezen schakelt u eerst over naar de menustand en kiest u M/m (op/neer) of </, (links/rechts). 3 Druk op ,. M/m M: om naar omhoog te kiezen DISC SEEK SEEK De minuten knipperen. SOURCE DISC 4 Druk op M of m om de minuten in te stellen. m: om naar omlaag te kiezen </, DISC <: om naar links te kiezen SEEK SEEK SOURCE ,: om naar rechts te kiezen 2 Druk op (ENTER). DISC De klok is nu ingeschakeld. De klok instellen De klok beschikt over een 24-uurs digitale aanduiding. Voorbeeld: De klok instellen op 10:08 1 Druk op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “Clock” verschijnt. Tip U kunt de klok automatisch gelijkzetten met behulp van de RDS functie (pagina 23). Opmerking In de oorspronkelijke instelling verschijnt de klokaanduiding wanneer het toestel wordt uitgezet. Als de D.Info mode op “on” staat, wordt de tijd altijd aangegeven (behalve sommige functies in SA mode) (pagina 31). 1 Druk op (ENTER). De uren knipperen. 9 CD-speler Los verkrijgbare CD/ MD-apparatuur Met dit toestel kunt u niet alleen een CD afspelen maar ook externe CD/MDapparatuur bedienen. Als u CD-apparatuur met CD TEXT functie aansluit, verschijnt de CD TEXT informatie in het uitleesvenster bij weergave van een CD TEXT disc. Na afloop van het laatste muziekstuk op de CD Het muziekstuknummer komt weer op “1”, te staan en de weergave zal weer beginnen vanaf het eerste muziekstuk op de CD. Functie Afspelen stoppen Uitnemen van de CD Een CD of MD afspelen (met los verkrijgbare CD/MD-apparatuur) 1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om “CD” of “MD” te kiezen. 2 Druk op (MODE) tot de gewenste wisselaar verschijnt. CD/MD-apparatuur start. Een CD beluisteren (alleen met dit toestel) 1 Druk op (OPEN/CLOSE) op de afstandsbedieningskaart en plaats de CD. De CD wordt automatisch afgespeeld. De zijde met het label omhoog Druk op (OFF) (OPEN/CLOSE) en daarna op Z Alle discs in de huidige CD/MD-apparatuur worden vanaf het begin weergegeven. De weergave in het uitleesvenster wijzigen Telkens wanneer u tijdens de weergave van een CD, CD TEXT disc of MD op (DSPL/PTY) drukt, verandert het uitleesvenster als volgt: 2 Druk op (OPEN/CLOSE) op de afstandsbedieningskaart om het voorpaneel te sluiten. Indien er al een CD is ingebracht, druk dan herhaaldelijk op (SOURCE), tot “CD” verschijnt om de weergave te beginnen. CD indicatie Muziekstuknummer 10 Verstreken speeltijd V Disc-nummer*1/Muziekstuknummer/ Verstreken speelduur V Disc-naam*2/Artiestennaam*3 V Muziekstuknaam*4 V FM1 Frequentie*5 *1 Met los verkrijgbare CD/MD apparatuur aangesloten. *2 Indien u de CD of CD TEXT disc nog niet hebt benoemd (“Een CD benoemen” op pagina 13) of indien er geen disc-naam is opgenomen op de MD, verschijnt “NO D.Name” in het uitleesvenster. *3 Bij het afspelen van een CD TEXT disc verschijnt de artiestennaam achter de disc-naam in het uitleesvenster. (Alleen voor CD TEXT discs met de artiestennaam.) *4 Als de muziekstuknaam van een CD TEXT disc of MD niet is opgenomen, verschijnt “NO T.Name” in het uitleesvenster. *5 Met de AF/TA-functie geactiveerd. Nadat u het gewenste item hebt gekozen, keert het uitleesvenster na enkele seconden automatisch terug naar de Motion Display mode. In de Motion Display mode, rollen alle bovenstaande items achtereenvolgens in het uitleesvenster. Opmerking Gepersonaliseerde labels hebben altijd voorrang op de originele CD TEXT informatie bij weergave van dergelijke informatie. Tip De Motion Display mode kan worden afgezet. (Zie “De instellingen voor het geluid en het uitleesvenster wijzigen” op pagina 31). De titel van een CD of MD automatisch verschuiven — Auto Scroll Als de disc-naam, artiestennaam of muziekstuknaam op een MD of CD TEXT disc langer is dan 10 tekens en de Auto Scroll functie aan is, rolt de informatie automatisch over het uitleesvenster als volgt: • De discnaam verschijnt wanneer u van disc verandert (als de discnaam is geselecteerd als weer te geven item). • De muziekstuknaam verschijnt wanneer u van muziekstuk verandert (als de muziekstuknaam is geselecteerd als weer te geven item). • De disc- of muziekstuknaam verschijnt afhankelijk van de instelling wanneer u op (SOURCE) drukt om een CD of MD TEXT disc te kiezen. Als u op (DSPL/PTY) drukt om de indicatie op het uitleesvenster te wijzigen, rolt de disc- of muziekstuknaam van de MD of CD TEXT disc automatisch met aan- of uitgeschakelde functie. Een bepaald muziekstuk zoeken — Automatic Music Sensor (AMS) Druk tijdens de weergave even op < of , voor elk muziekstuk dat u wilt overslaan. < (.): Een vorig muziekstuk zoeken DISC SEEK SEEK SOURCE , (>): Een volgend muziekstuk zoeken DISC Een bepaald punt in een muziekstuk zoeken — Handmatig zoeken Hou tijdens de weergave < of , ingedrukt. Laat los wanneer u het gewenste punt hebt gevonden. DISC < (m): Achteruit zoeken SEEK SEEK SOURCE , (M): Vooruit zoeken DISC Opmerking ” of “ ” in het Als “ uitleesvenster verschijnt, heeft u het begin of het einde van de disc bereikt en kunt u niet meer verder. Een disc zoeken — Disc-selectie Druk op M of m om de gewenste disc te kiezen wanneer los verkrijgbare CD/MDapparatuur is aangesloten. M (DISC +): voor volgende discs DISC 1 Druk tijdens het afspelen op (MENU). SEEK SEEK SOURCE 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot “A.Scrl” verschijnt. DISC m (DISC –): voor vorige discs 3 Druk op , om “A.Scrl on” te kiezen. 4 Druk op (ENTER). De gewenste disc in de huidige los verkrijgbare CD/MD-apparatuur begint te spelen. Kies “A.Scrl off” in stap 3 om Auto Scroll te annuleren. Opmerking Bij sommige CD TEXT discs met zeer veel tekens kan het volgende zich voordoen: — Sommige tekens verschijnen niet in het uitleesvenster. — De functie Auto Scroll werkt niet. 11 Muziekstukken herhaald afspelen — Repeat play De CD in het hoofdtoestel wordt aan het eind automatisch herhaald. Voor herhaalde weergave kunt u kiezen uit de volgende mogelijkheden: •Repeat 1 — om een muziekstuk te herhalen. •Repeat 2 — om een disc in de los verkrijgbare CD/MD-apparatuur te herhalen. 1 Druk tijdens de weergave op (MENU). 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot “Repeat” verschijnt. 3 Druk herhaaldelijk op , tot de gewenste instelling verschijnt in het uitleesvenster. B Repeat 1 B Repeat 2* Repeat off b * “Repeat 2” is alleen beschikbaar wanneer u los verkrijgbare CD- of MD-apparatuur aansluit. Muziekstukken in willekeurige volgorde afspelen — Shuffle play U kunt kiezen uit de volgende instellingen: •Shuf 1 — speelt de muziekstukken op de huidige disc af in willekeurige volgorde. •Shuf 2 — om de muziekstukken in de huidige CD/MD-apparatuur in willekeurige volgorde af te spelen. •Shuf All — om alle muziekstukken in alle los verkrijgbare CD/MD-apparatuur in willekeurige volgorde af te spelen. 1 Druk tijdens de weergave op (MENU). 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot “Shuf” verschijnt. 3 Druk herhaaldelijk op , tot de gewenste instelling verschijnt in het uitleesvenster. B Shuf 1 B Shuf 2* B Shuf All* Shuf off b * “Shuf 2” en “Shuf All” zijn alleen beschikbaar wanneer u los verkrijgbare CD- of MDapparatuur aansluit. De muziekstukken worden herhaald afgespeeld. Kies “Repeat off” in stap 3 om terug te keren naar normale weergave. Tip Wanneer u de knoppen op het toestel gebruikt, druk dan herhaaldelijk op (1) (REP) tot de gewenste stand verschijnt. 12 Shuffle play begint. Kies “Shuf off” in stap 3 om terug te keren naar normale weergave. Tip Wanneer u de knoppen op het toestel gebruikt, druk dan herhaaldelijk op (2) (SHUF) tot de gewenste stand verschijnt. Een CD een naam geven — Disc memo (Voor CD-apparatuur met gebruikersbestandsfunctie) U kunt elke CD een eigen naam geven. U kunt per disc acht tekens gebruiken. U kunt vervolgens discs op naam zoeken (pagina 14) en bepaalde muziekstukken selecteren voor weergave (pagina 15). 1 Start de weergave van de disc die u wilt benoemen. 2 Druk op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “Name edit” verschijnt. 3 Druk op (ENTER). 5 Om terug te keren naar de gewone CDafspeelstand, drukt u op (ENTER). Tips • Om een naam te wissen of te corrigeren, voert u voor elk teken “ ” in. • Het benoemen van een CD kan nog op een andere manier worden gestart. Druk op (LIST) gedurende twee seconden in plaats van stap 2 en 3. U kunt de handeling ook beëindigen door (LIST) gedurende twee seconden in te drukken in plaats van stap 5. De disc memo tonen Druk op (DSPL/PTY) tijdens het afspelen van een CD of CD TEXT disc. Benoemingsstand Telkens wanneer u tijdens de weergave van een CD of CD TEXT op (DSPL/PTY) drukt, verandert het uitleesvenster als volgt: 4 Voer de gewenste tekens in. 1 Druk herhaaldelijk op M om de gewenste tekens te kiezen. (A t B t C t ··· Z t 0 t 1 t 2 t ··· 9 t + t – t * t / t \ t > t < t.t ) V Discnummer*1/Muziekstuknummer/ Verstreken speelduur V Disc memo naam V Muziekstuknaam*2 V FM1 Frequentie*3 Als u herhaaldelijk op m drukt, verschijnen de tekens in omgekeerde volgorde. Als u na een teken een lege ruimte wilt invoegen, kiest u “ ”. 2 Druk op , nadat u het gewenste teken hebt gevonden. Het volgende teken knippert. *1 Met los verkrijgbare CD-apparatuur aangesloten. *2 Als u optionele CD-apparatuur met CD TEXT functie aansluit, verschijnt de CD TEXT informatie in het uitleesvenster bij het afspelen van een CD TEXT disc. *3 Met de AF/TA-functie geactiveerd. Wordt vervolgd op de volgende pagina t Als u op < drukt, knippert het vorige teken. 3 Herhaal voor het opgeven van de volledige naam de stappen 1 en 2. 13 De disc memo wissen 1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om “CD” te kiezen. 2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de CDspeler met gebruikersbestandsfunctie te kiezen. 3 4 Druk op (ENTER). 5 Druk herhaaldelijk op M of m om de discnaam te kiezen die u wilt wissen. 6 Druk tenminste twee seconden op (ENTER). De naam is gewist. Herhaal indien gewenst stap 5 en 6. — List-up (Voor CD-apparatuur met gebruikersbestandsfunctie of MD-apparatuur) Deze functie kan worden gebruikt voor discs waaraan een naam is gegeven. Voor meer informatie over disc memonamen, zie “Een CD een naam geven” (pagina 13). 1 Druk op (LIST). De naam van de huidige disc verschijnt in het uitleesvenster. Een disc memonaam die u aan een CD TEXT disc toekent heeft altijd voorrang op de originele CD TEXT informatie. Druk tweemaal op (MENU). De speler komt weer in de gewone CD afspeelstand. 2 Druk herhaaldelijk op M (DISC +) of m (DISC –) tot u de gewenste disc hebt gevonden. Opmerking Wanneer het gepersonaliseerde label wordt gewist, verschijnt de oorspronkelijke CD TEXT informatie in het uitleesvenster. 3 Druk op (ENTER) om de disc af te spelen. 7 14 Druk op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “Name Del” verschijnt. Een disc zoeken op naam Opmerkingen • Tijdens het afspelen van een CD TEXT disc of MD kunnen de namen van de muziekstukken niet worden weergegeven. • Als er geen discs in het magazijn zijn, zal “NO Disc” in het uitleesvenster worden weergegeven. • Als een disc geen eigen naam heeft gekregen, wordt “********” in het uitleesvenster weergegeven. • Bij het afspelen van een CD TEXT disc of MD kunnen bepaalde letters niet verschijnen. Bepaalde muziekstukken voor weergave uitkiezen — Bank (Voor CD-apparatuur met gebruikersbestandsfunctie) Als u een disc benoemt, kunt u bepaalde muziekstukken laten spelen of overslaan. 1 Begin de disc af te spelen die u wilt benoemen. 2 Druk op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “Bank Sel” verschijnt. Uitsluitend de uitgekozen muziekstukken afspelen U kunt de volgende instellingen selecteren: • “Bank on” — om muziekstukken af te spelen met de instelling “Play”. • “Bank inv” (Inverse, omkeren) — om muziekstukken af te spelen met de instelling “Skip”. 1 Druk tijdens de weergev op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “Bank” verschijnt. 2 Druk herhaaldelijk op , tot de gewenste instelling verschijnt. B Bank on B Bank inv Bank off b 3 Druk op (ENTER). De stand Bank bewerken 3 4 Muziekstukken benoemen. 1 Druk herhaaldelijk op < of , om het muziekstuk te kiezen dat u wilt benoemen. 2 Druk herhaaldelijk op (ENTER) om “Play” te kiezen. 5 Herhaal stap 4 om “Play” of “Skip” in te stellen voor alle muziekstukken. 6 Druk tweemaal op (MENU). De speler keert terug in de gewone CDafspeelstand. Druk op (ENTER). Vanaf het eerstvolgende muziekstuk is de functie Bank ingeschakeld. Om terug te keren naar de gewone weergavestand, kiest u “Bank off” in stap 2. Opmerkingen • “Play” en “Skip” kan voor maximum 24 muziekstukken worden ingesteld. • “Skip” kan niet worden ingesteld voor alle muziekstukken op een CD. 15 Radio Stations automatisch opslaan — Best Tuning Memory (BTM) Deze functie selecteert de stations met de sterkste signalen en legt deze vast in de volgorde van hun frequentie. U kunt maximum 6 stations per band opslaan (FM1, FM2, FM3, MW en LW). VOORKOM ONGEVALLEN! Wilt u tijdens het rijden afstemmen op een station, gebruik dan Best Tuning Memory om ongevallen te voorkomen. 1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de tuner te kiezen. Bij elke druk op (SOURCE) verandert de geluidsbron als volgt: B Tuner B CD B MD* * Het item verschijnt niet als de betreffende optionele apparatuur niet is aangesloten. 2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band te kiezen. Bij elke druk op (MODE) verandert de band als volgt: B FM1 B FM2 LW b 16 B FM3 Opmerkingen • Stations met zwakke frequenties zullen niet onder de voorkeuzetoetsen worden opgeslagen. Indien slechts enkele stations kunnen worden ontvangen, zal voor een aantal voorkeuzetoetsen de vroegere instelling behouden blijven. • Indien een voorkeuzestation in het uitleesvenster wordt weergegeven, zullen stations worden opgeslagen op alle voorkeuzetoetsen vanaf het huidig weergegeven voorkeuzestation. • Als er geen CD in het toestel zit, verschijnt alleen de tuner band wanneer u (SOURCE) indrukt. Uitsluitend bepaalde stations vastleggen U kunt maximum 18 FM-stations (telkens 6 voor FM1, FM2 en FM3), 6 MW-stations en 6 LW-stations vastleggen in de volgorde van uw keuze. 1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de tuner te kiezen. 2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band te kiezen. 3 Druk op . of > op het toestel om af te stemmen op de zender die u wilt opslaan onder de cijfertoets. 4 Druk op de gewenste cijfertoets ((1) tot (6)) op het toestel tot “MEM” verschijnt. Het nummer van de voorkeuzetoets wordt weergegeven in het uitleesvenster. MW b 3 Druk op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “BTM” verschijnt. 4 Druk op (ENTER). De stations worden in volgorde van hun frequentie onder de voorkeuzetoetsen opgeslagen. Wanneer de instelling is opgeslagen weerklinkt een pieptoon. Opmerking Als u opnieuw een station opslaat onder dezelfde voorkeuzetoets, zal het eerder opgeslagen station worden gewist. Ontvangst van de opgeslagen stations 1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de tuner te kiezen. 2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band te kiezen. 3 Druk herhaaldelijk op M (hoger voorinstelnummer) of m (lager voorinstelnummer) om de stations te ontvangen in de volgorde waarin ze in het geheugen zijn opgeslagen. Bij slechte FM stereo-ontvangst — Stand mono 1 Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “Mono” verschijnt. 2 Druk op , tot “Mono on” verschijnt. De geluidskwaliteit verbetert, maar de weergave wordt mono (de “ST”aanduiding is niet meer zichtbaar). 3 Druk op (ENTER). Om terug te keren naar de normale weergavestand, kiest u “Mono off” in stap 2. Tip Om af te stemmen op vooringestelde stations, drukt u op de cijfertoets ((1) to (6)) waaronder het gewenste station is opgeslagen. Indien u niet kunt afstemmen op een voorkeuzestation Druk op < of , om het station te zoeken (automatisch afstemmen) Het scannen stopt als het toestel een station ontvangt. Druk herhaaldelijk op < of , tot het gewenste station wordt ontvangen. Opmerking Als automatisch afstemmen te vaak stopt, druk dan op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “Local” (lokale zoekstand) verschijnt. Druk vervolgens op , om “Local on” te kiezen. Druk op (ENTER). In deze stand zal uitsluitend worden afgestemd op stations met relatief sterke signalen. Tips • Als u de stand “Local on” kiest, verschijnt “LCL Seek” terwijl het toestel naar een station zoekt. • Als u de frequentie kent van het station dat u wilt beluisteren, hou dan < of , ingedrukt tot de gewenste frequentie verschijnt (handmatig afstemmen). 17 RDS Overzicht van de RDSfunctie Radio Data System (RDS) is een zenderservice waarmee FM-stations digitale informatie kunnen meezenden met het reguliere radioprogrammasignaal. Hiermee beschikt u via uw autoradio over een aantal extra diensten, zoals automatisch opnieuw afstemmen op eenzelfde programma, het luisteren naar verkeersinformatie en het zoeken naar stations met een bepaald type programma’s. Opmerkingen • In bepaalde landen of gebieden zijn mogelijk niet alle RDS-functies beschikbaar. • RDS zal mogelijk niet goed werken als het ontvangen signaal zwak is, of als het station waarop u hebt afgestemd geen RDS-gegevens uitzendt. Tip De Motion Display mode kan worden afgezet. (Zie “De instellingen voor het geluid en het uitleesvenster wijzigen” op pagina 31). Automatisch opnieuw afstemmen op eenzelfde programma — Alternative Frequencies (AF) (alternatieve frequenties) De AF-functie (alternatieve frequenties) kiest uit een netwerk automatisch het station met het sterkste signaal, en stemt hierop af. Dankzij deze functie kunt u tijdens het afleggen van langere afstanden blijven luisteren naar eenzelfde programma, zonder het station handmatig opnieuw te hoeven instellen. Frequenties worden automatisch ingesteld. 98,5MHz De naam van het station weergeven Emetteur 102,5MHz De naam van het huidige station verschijnt in het uitleesvenster. Kies een FM-station (pagina 16). Zodra u afstemt op een FM-station dat RDS-gegevens uitzendt, zal de naam van het station worden weergegeven in het uitleesvenster. 96,0MHz 1 Kies een FM-station (pagina 16). 2 Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot “AF on” wordt weergegeven. Er wordt vervolgens gezocht naar een alternatief station met een sterker signaal in hetzelfde netwerk. Tip Als u de stand kiest met de knoppen op het toestel, druk dan op (AF) tot “AF on” verschijnt. Opmerking Het teken “*” geeft aan dat een RDS-station wordt ontvangen. Nadat u het gewenste item hebt gekozen, wordt na enkele seconden overgeschakeld naar Motion Display mode. In de Motion Display mode rollen alle items achter elkaar over het uitleesvenster. 18 De weergave in het uitleesvenster wijzigen Een regionaal programma beluisteren Telkens wanneer u drukt op (AF/TA), wordt de weergave als volgt gewijzigd: De functie “REG on” (regionaal) maakt het mogelijk dat u blijft afgestemd op een plaatselijk programma, zonder dat het apparaat overschakelt naar een ander station in het gebied. (Hierbij dient de functie AF te zijn ingeschakeld.) De standaardinstelling van het apparaat is “REG on”. U kunt deze functie als volgt uitschakelen. B AF on B TA on B AF TA on* AF TA off b * Met deze keuze schakelt u zowel de AF- als de TA-functies in. Tips • Bij elke druk op (AF) op het toestel verandert het item als volgt: AF on y AF off • Bij elke druk op (TA) op het toestel, verandert het item als volgt: TA on y TA off Opmerkingen • Als er geen alternatief station is in de omgeving, en er is geen noodzaak tot het zoeken van alternatieve stations, schakelt u de AF-functie uit door herhaaldelijk op (AF/TA) te drukken, totdat “AF TA off” wordt weergegeven. • Wanneer “NO AF” en de stationsnaam afwisselend knipperen, betekent dit dat het toestel geen alternatief station in het netwerk kan vinden. • Als de stationsnaam gaat knipperen nadat u een station hebt gekozen met de AF-functie, betekent dit dat er geen alternatieve frequentie beschikbaar is. Druk op < of , terwijl de stationsnaam knippert (binnen de acht seconden). Het toestel gaat dan op zoek naar een andere frequentie met dezelfde PI (Programme Identification) gegevens (“PI Seek” verschijnt en het geluid is uitgeschakeld). Als het toestel geen andere frequentie kan vinden, verschijnt “NO PI” en keert het terug naar de eerst gekozen frequentie. 1 Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “REG” verschijnt. 2 Druk op , tot “REG off” verschijnt. 3 Druk op (ENTER). Met de instelling “REG off” kan het apparaat overschakelen naar een andere zender in hetzelfde netwerk. Om terug te keren naar regionale ontvangst, kiest u “REG on” in stap 2. Opmerking Deze functie kan niet worden gebruikt in GrootBrittannië en in bepaalde andere gebieden. Lokale verbindingsfunctie (Uitsluitend voor Groot-Brittannië) De Lokale verbindingsfunctie maakt het mogelijk dat u andere plaatselijke zenders in het gebied kiest, zonder dat deze zijn opgeslagen onder de voorkeuzetoetsen. 1 Druk op een cijfertoets op het toestel waaronder een lokaal station is opgeslagen. 2 Druk binnen vijf seconden nogmaals op deze toets. 3 Herhaal deze procedure tot het gewenste lokale station wordt ontvangen. 19 Luisteren naar verkeersinformatie Met Traffic Announcement (TA) en Traffic Programme (TP) wordt automatisch afgestemd op een FM-station dat verkeersinformatie uitzendt, zelfs als u op dat moment naar een andere programmabron luistert. Druk een aantal malen op (AF/TA) totdat “TA on” of “AF TA on” in het uitleesvenster wordt weergegeven. Het apparaat gaat zoeken naar een station dat verkeersinformatie uitzendt. Wanneer een station met verkeersinformatie wordt gevonden, wordt “TP” weergegeven in het uitleesvenster. Wanneer het verkeersbericht begint, knippert “TA”. Het knipperen stopt wanneer het bericht is afgelopen. Tips • Als het verkeersbericht begint terwijl u naar een andere programmabron luistert, wordt automatisch overgeschakeld naar het verkeersbericht. Na het verkeersbericht wordt automatisch teruggeschakeld naar de oorspronkelijke programmabron. • Als u de stand kiest met de knoppen op het toestel, druk dan op (TA) tot “TA on” verschijnt. Opmerking Als het ontvangen station geen verkeersinformatie uitzendt, knippert “NO TP” vijf seconden lang. Vervolgens wordt gezocht naar een station dat wel verkeersinformatie uitzendt. Het huidige verkeersbericht annuleren Druk op (AF/TA). Als u alle verkeersberichten wilt annuleren, schakelt u de functie uit door op (AF/TA) te drukken totdat “AF TA off” verschijnt. 20 Het volume van de verkeersinformatie vooraf instellen U kunt het volume van de verkeersinformatie vooraf instellen, zodat u geen bericht mist. Wanneer een verkeersbericht begint, wordt dit automatisch weergegeven met het volume dat u hebt ingesteld. 1 Selecteer het gewenste volume. 2 Druk twee seconden op (AF/TA). “TA” verschijnt en de instelling wordt opgeslagen. Noodberichten ontvangen Indien er een noodbericht binnenkomt terwijl u naar de radio luistert, wordt daar automatisch naar overgeschakeld. Als u naar een andere programmabron dan de radio luistert, hoort u het noodbericht wanneer u AF of TA hebt ingeschakeld. Het toestel schakelt automatisch over naar deze berichten, welke bron u op dat ogenblik ook beluistert. De RDS-stations instellen met de AF- en TAgegevens Wanneer u de RDS-stations instelt, worden voor elk station de gegevens en de frequentie opgeslagen, zodat u de functie AF of TA niet steeds hoeft in te schakelen wanneer u afstemt op het ingestelde station. U kunt voor elk voorkeuzestation een andere instelling opgeven (AF, TA of beide) of alle voorkeuzestations dezelfde instelling geven. Alle voorkeuzestations op dezelfde wijze instellen 1 Selecteer een FM-band (pagina 16). 2 Druk een aantal malen op (AF/TA) om “AF on”, “TA on” of “AF TA on” (voor zowel AF- als TA-functies) te selecteren. Wanneer u “AF TA off” selecteert, worden niet alleen RDS-stations maar ook nietRDS-stations opgeslagen. Voor elk voorkeuzestation een andere instelling opgeven 1 Selecteer een FM-band en stem af op het gewenste station (pagina 16). 2 Druk een aantal malen op (AF/TA) om “AF on”, “TA on” of “AF TA on” (voor zowel AF- als TA-functies) te selecteren. Tip Als u de stand kiest met de knoppen op het toestel, druk dan op (TA) en/of (TA) om “AF on” en/of “TA on” te kiezen. 3 Druk op de gewenste cijfertoets op het toestel tot “MEM” verschijnt. Herhaal vanaf stap 1 als u andere stations wilt instellen. Tip Als u de instelling van AF en/of TA wilt wijzigen nadat u hebt afgestemd op een voorkeuzezender, kunt u dit doen door de functie AF of TA aan of uit te schakelen. Tip Als u de stand kiest met de knoppen op het toestel, druk dan op (AF) en/of (TA) om “AF on” en/of “TA on” te kiezen. Merk op dat door “AF off” of “TA off” te kiezen niet alleen RDS stations maar ook niet-RDS stations worden opgeslagen. 3 Druk op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “BTM” verschijnt. 4 Druk op , tot “BTM” knippert. 5 Druk op (ENTER). 21 Een station zoeken aan de hand van het programmatype 1 U kunt het gewenste station zoeken door een van de volgende programmatypen te selecteren. Programmatypen Nieuws Actualiteiten Informatie Sport Educatieve programma’s Toneel Cultuur Wetenschap Diversen Populaire muziek Rock-muziek Easy Listening Licht klassiek Klassiek Ander type muziek Weerberichten Financiën Kinderprogramma’s Sociale zaken Religie Phone In Reizen Ontspanning Jazz-muziek Country-muziek Nationale muziek Oldies Folk-muziek Documentaires Niet opgegeven Uitleesvenster News Affairs Info Sport Educate Drama Culture Science Varied Pop M Rock M Easy M Light M Classics Other M Weather Finance Children Social A Religion Phone IN Travel Leisure Jazz Country Nation M Oldies Folk M Document None Opmerking U kunt deze functie niet gebruiken in een aantal landen waar geen gegevens over PTY (selectie programmatype) beschikbaar zijn. 22 Druk op (DSPL/PTY) tijdens FMontvangst totdat “PTY” in het uitleesvenster wordt weergegeven. De aanduiding voor het huidige programmatype wordt weergegeven als het station de PTY-gegevens uitzendt. Als het ontvangen station geen RDS-station is of als de RDS-gegevens niet worden ontvangen, wordt “- - - - -” weergegeven. 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot het gewenste programmatype verschijnt. De programmatypes verschijnen in de volgorde van de tabel. U kunt niet “None” (Niet opgegeven) opgeven om te zoeken. 3 Druk op (ENTER). Er wordt gezocht naar een station dat het geselecteerde programmatype uitzendt. De klok automatisch instellen Met de CT-gegevens (Clock Time, kloktijd) van de RDS-uitzending wordt de klok automatisch ingesteld. 1 Druk tijdens radio-ontvangst op (MENU) en vervolgens herhaaldelijk op M of m tot “CT” verschijnt. 2 Druk herhaaldelijk op , tot “CT on” verschijnt. De klok is ingesteld. Met uitbreidingsapparatuur DAB Overzicht van DAB DAB (Digital Audio Broadcasting) is een nieuw multimedia-zendsysteem dat audioprogramma’s uitzendt van CD-kwaliteit. Dat kan dankzij een microcomputer in de DAB tuner die de radio- en multipath-signalen (gereflecteerde radiogolven) gebruikt om het hoofdsignaal te versterken. Dat maakt DAB haast ongevoelig voor radiostoringen, zelfs in een bewegend object zoals een auto. Elke DAB-zender bundelt radioprogramma’s (diensten) tot een geheel dat dan wordt uitgezonden. Elke dienst bevat een of meer componenten. Alle sets diensten en componenten zijn benoemd, zodat u ze kan terugvinden zonder de frequenties te kennen. DAB programma 3 Set Druk op (ENTER) om terug te keren naar het normale uitleesvenster. De CT-functie annuleren Kies “CT off” in stap 2. Dienst Dienst Dienst Component Component Component Opmerkingen • Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al wordt wel een RDS-station ontvangen. • Er kan een verschil bestaan tussen de tijd van de CT-functie en de werkelijke tijd. Opmerkingen • Het DAB-systeem zit nog in de testfase. Dit houdt in dat sommige diensten nog niet volledig zijn omschreven of nog worden getest. Momenteel worden dergelijke diensten niet ondersteund door de DAB tuner XT-100DAB. • DAB-programma’s worden uitgezonden in band III (174 tot 240 MHz) en de L-band (1.452 tot 1.492 MHz), waarbij elke band is onderverdeeld in kanalen (41 in band-III en 23 in de L-Band). Elke DAB-zender stuurt een set per kanaal. • Wanneer u van FM3 omschakelt naar DAB, blijven alle AF TA instellingen behouden. • Wanneer u een AF TA instelling wijzigt in DAB, blijft die behouden in FM1. 23 Basisfuncties van DAB 1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de tuner te kiezen. Na het voorinstellen van de dienst staat de volgende procedure ter beschikking. Voor details over het voorinstellen van diensten, zie “DAB-diensten automatisch voorinstellen” (pagina 25) en “DAB-diensten handmatig voorinstellen” (pagina 25). 2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om “DAB” te kiezen. 1 3 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de tuner te kiezen. Hou < of , ingedrukt tot “Seek +” of “Seek –” verschijnt. 2 Druk herhaaldelijk op (MODE) om “DAB” te kiezen. 3 Druk herhaaldelijk op M of m om de vooringestelde dienst te kiezen. Set en Dienst zoeken — Automatisch afstemmen 4 Druk op < of , om de gewenste dienst te zoeken. Opmerking ” knippert terwijl het toestel naar een Set ” zoekt. Tip Een vooringestelde dienst kan nog op een andere manier worden ontvangen. Druk op de cijfertoetsen ((1) tot (6)) op het toestel waaronder de dienst moet worden opgeslagen. Een Set kiezen — Handmatig afstemmen De ontvangststand van de DAB tuner verschijnt zoals vermeld in de onderstaande tabel: Als u het kanaalnummer van de set kent, volgt u de onderstaande procedure om af te stemmen. Indicatie 1 2 3 4 (knippert) Niveau Ontvangststand 0 geen ontvangst Druk herhaaldelijk op (SOURCE) om de tuner te kiezen. 1 slechte ontvangst Druk herhaaldelijk op (MODE) om “DAB” te kiezen. 2 middelmatige ontvangst 3 tamelijk goede ontvangst 4 goede ontvangst Druk op M of m tot “Ch. XXX” verschijnt. Druk herhaaldelijk op M of m tot het gewenste kanaalnummer verschijnt. Tips • Een Set kan door meer dan één kanaal worden uitgezonden. • Als u de Set dienst kiest maar niet kunt ”. ontvangen, knippert “ 24 Gememoriseerde diensten ontvangen DAB-diensten automatisch voorinstellen — BTM De BTM (Best Tuning Memory) functie kiest DAB-sets en kent automatisch voorinstelnummers toe aan de diensten in de sets. Er kunnen maximum 40 diensten worden vooringesteld. Als diensten vooraf werden ingesteld, werkt de BTM-functie in de volgende omstandigheden: •Als u de BTM-functie activeert tijdens het beluisteren van een vooringestelde dienst, zal het toestel gedetecteerde diensten alleen opslaan (door overschrijven) onder hogere voorinstelnummers dan de huidige vooringestelde dienst. •Als u de functie activeert tijdens het beluisteren van een niet-vooringestelde dienst, vervangt het toestel de inhoud van alle voorinstelnummers. •Indien het toestel in beide bovenstaande gevallen een dienst ontdekt die overeenkomt met de vooringestelde dienst, blijft de vorige dienst ongewijzigd en wordt de nieuwe dienst niet vooringesteld. 1 Druk op (MENU) tijdens het beluisteren van een DAB-programma. 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot “BTM” verschijnt. 3 Druk op (ENTER). Wanneer de dienst wordt opgeslagen weerklinkt een pieptoon. Na het activeren van de BTM functie stemt het toestel automatisch af op de dienst die aan voorinstelgeheugen 1 werd toegekend. DAB-diensten handmatig voorinstellen — Manual Preset Memory U kan ook DAB-diensten handmatig voorinstellen of een reeds vooringestelde dienst wissen. Merk op dat er maximum 40 diensten (handmatig of door de BTM-functie vooringesteld) in het geheugen kunnen worden opgeslagen. 1 Druk op (MENU) tijdens het beluisteren van een DAB-programma. 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot “PresetEdit” verschijnt en druk vervolgens op (ENTER). 3 Kies de dienst en het voorinstelnummer waaronder u die wenst op te slaan. 1 Druk op < of , om de dienst te kiezen. 2 Druk op M of m om het voorinstelnummer te kiezen. 3 Druk op (ENTER). 4 Druk op M of m om “Over Wrt” te kiezen. Bij elke druk op m verandert het commando als volgt: B Over Wrt Opmerking Als het toestel slechts op enkele diensten kan afstemmen, kan de BTM-functie geen diensten toekennen aan alle voorinstelnummers. B Insert* B Delete * “Insert” verschijnt niet als het maximum aantal diensten (40) al in het geheugen is vastgelegd. Herhaal stap 3 en 4 om andere diensten voorin te stellen. 5 Druk op (ENTER). Wordt vervolgd op de volgende pagina t 25 Diensten in voorinstelgeheugens vervangen Druk op M of m om in stap 4 “Over Wrt” te kiezen en druk vervolgens op (ENTER). Diensten in voorinstelgeheugens toevoegen Druk op M of m om in stap 4 “Insert” te kiezen en druk vervolgens op (ENTER). Diensten in voorinstelgeheugens wissen Druk op M of m om in stap 4 “Delete” te kiezen en druk vervolgens op (ENTER). Tip De dienst kan nog op een andere manier worden vooringesteld. Nadat u de dienst hebt ontvangen, drukt u op de cijfertoetsen ((1) tot (6)) op het toestel tot er een pieptoon weerklinkt. Tip Om de naam van de huidige component, set of dienst te controleren, drukt u herhaaldelijk op (LIST) tot de betreffende lijst verschijnt in het uitleesvenster. De naam van het gekozen item knippert. De weergave in het uitleesvenster wijzigen Door eenmaal op (LIST) te drukken, verschijnt de laatst gekozen lijst. Bij elke druk op (LIST) verandert de lijst als volgt: V ENS (Setlijst) V SRV (Dienstlijst) V CMP (Componentlijst) V PRS (Voorinstellijst) V Een DAB-programma beluisteren Volg de onderstaande procedure om handmatig af te stemmen op een DABprogramma. U kan ook DAB-diensten opslaan in het geheugen en er dan meteen op afstemmen (zie “DAB-diensten automatisch voorinstellen (BTM)” op pagina 25). 26 1 Druk tijdens het beluisteren van een DAB-programma herhaaldelijk op (LIST) tot Ensemble List verschijnt. 2 Druk op M of m tot de gewenste set verschijnt en druk vervolgens op (ENTER). 3 Druk herhaaldelijk op (LIST) tot Service List verschijnt. 4 Druk herhaaldelijk op M of m tot de gewenste dienst verschijnt en druk vervolgens op (ENTER). 5 Druk herhaaldelijk op (LIST) tot Component List verschijnt. 6 Druk op M of m tot de gewenste component verschijnt en druk vervolgens op (ENTER). DAB (Annuleren) Automatische bijwerking van de setlijst Wanneer de BTM-functie voor het eerst wordt geactiveerd, worden alle sets die in uw streek beschikbaar zijn automatisch opgeslagen. Wanneer u de BTM-functie nogmaals activeert, wordt de inhoud van deze lijst bijgewerkt conform de voorwaarden beschreven op pagina 25. Een set wordt toegevoegd aan de lijst bij ontvangst tijdens automatische of handmatige afstemming, maar is ongeregistreerd. Een ongeregistreerde set wordt ook van de lijst gewist wanneer: •u een set kiest uit de lijst maar die niet kan worden ontvangen. •u automatisch of handmatig afstemt om een geregistreerde set, dienst of component te ontvangen, maar die niet kan worden ontvangen. Instellingen voor audioontvangst Een DAB-dienst zoeken op programmatype (PTY) DAB kan meerkanaalsaudio bevatten. Voor ontvangst is er keuze uit hoofd- of subkanaal. Als u de DRC (Dynamic Range Control) functie activeert, kan de dynamiek van de dienst die DRC ondersteunt automatisch worden vergroot. De volgende items kunnen worden ingesteld: •Main/Sub — om te kiezen tussen “Main”(hoofdkanaal) en “Sub”(subkanaal). •DRC — om de functie aan en uit te schakelen. Met de PTY (Programme Type selection) functie kan u afstemmen op het programma van uw keuze. 1 Druk op (MENU) bij het beluisteren van een DAB-programma. 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot “DRC” of “Main (of Sub)” verschijnt. 3 Druk op < of , om de gewenste instelling te kiezen (voorbeeld: “on” of “off”). 4 Druk op (ENTER). 1 Druk tijdens het beluisteren van een DAB-programma op (DSPL/PTY). 2 Druk herhaaldelijk op M of m om het programmatype te kiezen. De programmatypes verschijnen in de volgorde zoals vermeld op pagina 22. 3 Druk op (ENTER). Opmerking “Main (of Sub)” verschijnt alleen in het menu bij ontvangst van een meerkanaalsprogramma. 27 Andere functies U kunt het toestel ook besturen met een (los verkrijgbare) bedieningssatelliet. Etiketten aanbrengen op de bedieningssatelliet Breng het passende etiket aan zoals hieronder afgebeeld en hou hierbij rekening met de manier waarop u de bedieningssatelliet installeert. Werken met de bedieningssatelliet U bestuurt de bedieningssatelliet door op de knoppen te drukken en/of aan de bedieningselementen te draaien. U kunt ook optionele CD/MD-apparatuur besturen met de bedieningssatelliet. Door op toetsen te drukken (SOURCE en MODE) (SOURCE) (MODE) SOUND MODE DSPL Bij elke druk op (SOURCE) verandert de bron als volgt: Tuner t CD t MD* DSPL MODE SOUND * Als de betreffende optionele apparatuur niet is aangesloten, verschijnt het item niet. Door op (MODE) te drukken, verandert de werkingsstand als volgt: • Tuner: FM1 t FM2 t FM3 t MW t LW • CD-apparatuur: CD1 t CD2 t … • MD-apparatuur*: MD1 t MD2 t … * Als de betreffende los verkrijgbare apparatuur niet is aangesloten, verschijnt het item niet. 28 Andere bewerkingen Draai aan het bedieningselement VOL als u het volume wilt aanpassen. Druk op (ATT) als u het geluid wilt dempen. OFF Door aan het bedieningselement te draaien (SEEK/AMS) Druk op (OFF) als u het apparaat wilt uitschakelen. Draai even aan het bedieningselement en laat het los om: •Een bepaald muziekstuk op een disc te zoeken. Draai aan het bedieningselement en houd het in die positie om een bepaald punt in een muziekstuk te zoeken, en laat het vervolgens los om de weergave te starten. •Automatisch af te stemmen op stations. Draai aan het bedieningselement en houd het in die positie om af te stemmen om een bepaald station te vinden. Door het bedieningselement in te drukken en te verdraaien (PRESET/ DISC) Druk op (SOUND) om het geluidsmenu te regelen. Druk op (DSPL) om de gememoriseerde namen weer te geven. Tip Als het contactslot van uw auto geen ACC (accessory) stand heeft, moet u gedurende twee seconden op (OFF) drukken om de klokweergave uit te schakelen na het afzetten van de motor. Wordt vervolgd op de volgende pagina t Draai aan het bedieningselement en druk het tegelijkertijd in als u: •Stations wilt ontvangen die zijn opgeslagen onder de voorkeuzetoetsen. •Van disc wilt wisselen. 29 De werkingsrichting wijzigen De werkingsrichting van de bedieningselementen is af fabriek ingesteld zoals hieronder aangegeven. De geluidskenmerken aanpassen U kunt de hoge en lage tonen, de balans en de fader aanpassen. U kunt de lage en hoge tonen voor elke bron afzonderlijk regelen. verhogen 1 verlagen Als u de bedieningssatelliet rechts op de stuurkolom moet monteren, kan de werkingsrichting worden omgekeerd. Selecteer het onderdeel dat u wilt aanpassen door een aantal malen op (SOUND) te drukken. Telkens wanneer u op (SOUND) drukt, worden de items als volgt gewijzigd: BAS (lage tonen) t TRE (hoge tonen) t BAL (links-rechts) t FAD (voor-achter) 2 Pas het gekozen item aan door op < of , te drukken. Bij het regelen met de bedieningssatelliet drukt u op (SOUND) en draait u aan de volumeregelaar. Opmerking Pas de items aan binnen de drie seconden nadat ze werden geselecteerd. Druk twee seconden op (SOUND) terwijl u het bedieningselement VOL ingedrukt houdt. Tip U kunt ook de werkingsrichting van deze bedieningselementen met het toestel wijzigen (zie “De instellingen voor het geluid en het uitleesvenster wijzigen” op pagina 31). Het geluid dempen Druk op (ATT) op de afstandsbedieningskaart of de bedieningssatelliet. “ATT on” verschijnt even. Als u het vorige geluidsniveau wilt herstellen, drukt u nogmaals op (ATT). Tip Wanneer de interfacekabel van een autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel, wordt het volume automatisch verlaagd wanneer een telefoongesprek binnenkomt (functie Telephone ATT). 30 De instellingen voor het geluid en het uitleesvenster wijzigen 1 Druk op (MENU). 2 Druk herhaaldelijk op M of m tot het gewenste item verschijnt. Bij elke druk op m verandert het item als volgt: Voorbeeld Clock t CT t Beep t RM t French/German/Italian/Dutch t D.Info t SA t Dimmer t Contrast t M.Dspl t A.Scrl* De volgende instellingen zijn mogelijk: Set (Instelling) •Clock (Klok) (pagina 9) •CT (Clock Time, Kloktijd) (pagina 23) •Beep — schakelt het geluidsignaal in en uit. •RM (bedieningssatelliet) — wijzigt de werkingsrichting van de bedieningssatelliet. — Kies “norm” om de bedieningssatelliet te gebruiken met de fabrieksinstelling. — Kies “rev” wanneer u de bedieningssatelliet rechts op de stuurkolom monteert. •French/German/Italian/Dutch — de weergavetaal wijzigen in Frans, Duits, Italiaans of Nederlands. Dis (Uitleesvenster) •Dimmer wijzigt de intensiteit van het uitleesvenster. — Selecteer “Auto” als u alleen een minder heldere weergave wenst wanneer u de lichten aanzet. — Selecteer “on” als u een minder heldere weergave wenst. — Kies “off” om Dimmer te desactiveren. •Contrast — wijzigt het contrast van het uitleesvenster als dit door de installatiepositie niet goed afleesbaar is. •D.Info (dubbele informatie) — om klok en weergavestand samen (on) of de informatie afwisselend (off) te laten verschijnen. •M.Dspl (Bewegings Display) — om motion display aan of af te zetten. •A.Scrl (Automatisch verschuiven)* (pagina 11) * Dit verschijnt niet wanneer geen CD of MD speelt. Opmerking De weergave in het uitleesvenster hangt af van de geluidsbron. Tip U kunt makkelijk veranderen van categorie (“Set”, “Snd”, “P/M” (Weergavestand) en “Dis”) door twee seconden lang op M of m te drukken. 3 Druk op (ENTER). Na het kiezen van de stand, keert het uitleesvenster terug naar de normale weergavestand. 31 Voor een krachtiger bassgeluid — D-bass De spectrum analyser kiezen Met de D-bass functie kan u een extra helder en krachtig bass-geluid bekomen. Voor een extra helder en krachtig bass-geluid. De D-bass functie versterkt het lage- en hogefrequentiesignaal met een scherpere curve dan bij een conventioneel bass boost-systeem. Zo kunt u het bass-geluid helderder maken, zelfs bij een identiek vocaal volume. Met de DBASS knop kunt u het bass-geluid makkelijk accentueren en aanpassen. Het geluidssignaalniveau verschijnt op een spectrum analyser. U kunt kiezen uit weergavepatroon 1 tot 6 of automatische weergave. Niveau D-BASS 3 D-BASS 2 D-BASS 1 1 Druk op (SOURCE) om een bron te kiezen (tuner, tape, CD of MD). 2 Druk op (MENU). 3 Druk herhaaldelijk op M of m tot “SA” verschijnt. 4 Druk herhaaldelijk op < of , om de gewenste instelling te kiezen. D-BASS 3 D-BASS 2 D-BASS 1 0dB Frequentie (Hz) De bass-curve aanpassen Druk herhaaldelijk op (D-BASS) om de gewenste bass-curve te kiezen. Het D-BASS nummer neemt toe samen met het effect. D-BASS 1 t D-BASS 2 t D-BASS 3 t D-BASS off Opmerking Bij hetzelfde volume kan het bass-geluid vervormen. Kies in dat geval een minder efficiënte bass curve. 32 B SA 1 b B SA Auto* b B ... SA 6 b B SA off b * Al deze weergavepatronen verschijnen automatisch achtereenvolgens. 5 Druk op (ENTER). Het geluid en de frequentie van de equalizer voorversterker regelen Met dit toestel kan ook een los verkrijgbare equalizer voorversterker worden bediend. Zo kunnen bepaalde effecten worden toegevoegd aan het klankbeeld van de gekozen bron. Meer details vindt u in de gebruiksaanwijzing van de equalizer voorversterker. Overige informatie Onderhoud Zekeringen vervangen Vervang een zekering altijd door een indentiek exemplaar. Als de zekering doorbrandt, controleert u de aansluiting van de voedingsspanning en vervangt u de zekering. Als de zekering vervolgens nogmaals doorbrandt, kan er sprake zijn van een defect in de speler. Raadpleeg in dat geval de dichtstbijzijnde Sony-leverancier. Zekering (10 A) Waarschuwing Gebruik nooit een zekering die zwaarder is dan de standaardzekering van het apparaat. Het gebruik van een te zware zekering kan leiden tot beschadiging van de speler. Wordt vervolgd op de volgende pagina t 33 Vervangen van de lithiumbatterij Wanneer de batterij uitgeput raakt, wordt het bereik van de afstandsbedieningskaart korter. Vervang de batterij dan door een nieuwe CR2025 lithiumbatterij. Verwijderen van het gehele apparaat Met geopend voorpaneel 1 Druk op (OPEN) op het toestel en duw vervolgens met een dunne schroevendraaier op de clip in het voorpaneel en wrik het voorzichtig los. 2 Herhaal stap 1 aan de linkerkant. Het voorpaneel is verwijderd. 3 Druk met een dunne schroevendraaier het clipje aan de linkerkant van het apparaat in en trek vervolgens aan de linkerkant van het apparaat totdat het loslaat. 4 Herhaal stap 3 aan de rechterkant. 5 Schuif het apparaat uit de houder. x + kant naar boven Opmerkingen over de lithiumbatterij •Hou de lithiumbatterij buiten het bereik van kinderen. Bij inslikken van de batterij moet u onmiddellijk een dokter raadplegen. •Veeg de batterij schoon met een droge doek om een goed contact te verzekeren. •Hou bij het plaatsen van de batterij rekening met de juiste polariteit. •Houd de batterij niet vast met een metalen pincet, anders kan er kortsluiting ontstaan. WAARSCHUWING Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij ontploffen. Probeer niet de batterij op te laden of te openen; werp ook een lege batterij nooit in het vuur. Gooi de batterij niet weg, maar lever hem in als KCA 34 Als het voorpaneel niet opengaat vanwege een gesprongen zekering 1 Druk met de speciale sleutel (meegeleverd) op de clip in het voorpaneel en wrik het los. Vrijmaaksleutel (meegeleverd) 2 Herhaal stap 1 aan de linkerkant. Het voorpaneel is verwijderd. 3 Duw het lipje links van het toestel in met de vrijmaaksleutel en trek dan de linkerkant van het toestel uit tot de klem vrijkomt. 4 Herhaal stap 3 aan de rechterkant. 5 Schuif het apparaat uit de houder. 35 Specificaties CD-speler Algemeen Signaal-ruis verhouding 90 dB Frequentiebereik 10 – 20.000 Hz Wow en flutter Minder dan meetbare waarden Uitgangen Ingangen Radio FM Afstembereik Antenneaansluiting 87,5 – 108,0 MHz Aansluiting voor externe antenne Tussenfrequentie 10,7 MHz/450 kHz Minimale gevoeligheid 8 dBf Selectiviteit 75 dB bij 400 kHz Signaal-ruisverhouding 66 dB (stereo), 72 dB (mono) Harmonische vervorming bij 1 kHz 0,6 % (stereo), 0,3 % (mono) Scheiding 35 dB bij 1 kHz Frequentierespons 30 – 15.000 Hz MW/LW Afstembereik Antenne-aansluiting Tussenfrequentie Gevoeligheid MW: 531 – 1.602 kHz LW: 153 – 279 kHz Aansluiting voor externe antenne 10,7 MHz/450 kHz MW: 30 µV LW: 40 µV Versterker Uitgangen Luidsprekeruitgangen Luidsprekerimpedantie 4 – 8 ohm Maximum uitgangsvermogen 52 W × 4 (bij 4 ohm) Toonregeling Voeding Afmetingen Inbouwafmetingen Gewicht Meegeleverde accessoires Audio-uitgangen*1 Besturingskabel motorantenne Besturingskabel eindversterker Besturingskabel telefoon ATT Verlichtingskabel Bas ±9 dB bij 100 Hz Hoge tonen ±9 dB bij 10 kHz 12 volt gelijkstroom (autoaccu, negatieve aarde) Ongeveer 178 × 50 × 182 mm (b/h/d) Ongeveer 182 × 53 × 163 mm (b/h/d) Ongeveer 1,5 kg Afstandsbedieningskaart RM-X96 Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set) Los verkrijgbare accessoires Bedieningssatelliet RM-X4S BUS-kabel (met RCA-pen) RC-61 (1 m), RC-62 (2 m) Los verkrijgbare onderdelen CD-wisselaar (10 CD’s) CDX-848X, CDX-646 CD-wisselaar (6 CD’s) CDX-T68X, CDX-T67 MD-wisselaar (6 MD’s) MDX-65 Geluidsbronkiezer XA-C30 DAB tuner XT-100DAB Digitale equalizer/ voorversterker XDP-210EQ, XDP-4000X *1 Uitgerust met voor- en achteruitgangen Het ontwerp en de specificaties kunnen zonder kennisgeving vooraf worden gewijzigd. 36 Problemen oplossen De onderstaande checklist kan u helpen bij het oplossen van problemen die zich met dit toestel kunnen voordoen. Lees voor u de onderstaande controlelijst doorloopt, eerst de aanwijzingen voor aansluiting en gebruik. Algemeen Probleem Oorzaak/oplossing Geen geluid. •De ATT-functie uitschakelen. •Stel de faderinstelling voor systemen met twee luidsprekers in op de middelste stand. •Druk op (+) of de VOL toetsen om het volume te regelen. Het geheugen is gewist. •De verbinding van de voedingskabel of de accu is onderbroken. •De reset-knop is ingedrukt. t Sla opnieuw op in het geheugen. Geen pieptoon. De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 31). Het geluid is gestoord. U gebruikt een mobilofoon. Weergeven van CD of MD Probleem Oorzaak/oplossing Er kan geen disc worden geladen. •Er is al een CD in de speler geplaatst. •De CD is verkeerd-om ingestoken (ondersteboven of de verkeerde kant voor). Het afspelen begint niet. Defecte MD of vuile CD. Een disc wordt automatisch uitgeworpen. De omgevingstemperatuur bedraagt meer dan 50°C. De CD wordt niet uitgeworpen. U hebt het voorpaneel gesloten of de disc in het toestel geforceerd terwijl ze werd uitgeworpen nadat u op Z hebt gedrukt. t Druk op de reset-knop. De bedieningsknoppen werken niet. Druk op de reset-knop. Het geluid valt weg bij trillingen. •De speler is gemonteerd onder een hoek van meer dan 60°. •De speler is niet op een stabiele plaats in de auto gemonteerd. Het geluid verspringt. Vuile of defecte disc. De aanduiding “--------” kan niet worden uitgezet. U kunt geen CD’s benoemen als er geen CD-apparatuur met de functie gebruikersbestanden is aangesloten. t Druk twee seconden op (LIST). Wordt vervolgd op de volgende pagina t 37 Radio-ontvangst Probleem Oorzaak/oplossing Voorkeuze-afstemming is niet mogelijk. •Sla de juiste frequentie op in het geheugen. •De zender is te zwak. De stations kunnen niet worden Sluit een elektrische antennebedieningskabel (blauw) of ontvangen. hulpvoedingskabel (rood) aan op de voedingskabel van de Het geluid is gestoord. auto-antenneversterker (Alleen indien uw wagen is uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de achterruit/zijruit). Automatisch afstemmen is niet mogelijk. De zender is te zwak. t Gebruik handmatige afstemming. De aanduiding “ST” knippert. •Stem nauwkeurig af op de juiste frequentie. •De zender is te zwak. t Schakel Mono-weergave in (pagina 17). RDS-functies 38 Probleem Oorzaak/oplossing SEEK (zoeken) begint na enkele seconden weergave. Het station is niet van het TP type of heeft een zwak signaal. t Druk op (AF/TA) om “AF TA off” te kiezen. Geen verkeersinformatie. •Schakel “TA” in. •Ondanks TP zendt het station geen verkeersinformatie uit. t Stem af op een andere zender. PTY geeft “None” weer. De zender geeft het programmatype niet door. Foutberichten (met los verkrijgbare CD/MD-apparatuur) De volgende aanduidingen zullen ongeveer vijf seconden knipperen, waarbij een waarschuwingstoon wordt weergegeven. Uitleesvenster Oorzaak Oplossing NO Mag Er bevindt zich geen disc-magazijn in het CD/MD-toestel. Plaats het disc-magazijn in het CD/ MD-toestel. NO Disc Er bevindt zich geen disc in het CD/ MD-toestel. Plaats een disc in het CD/MDtoestel. Een CD/MD kan niet worden afgespeeld wegens een probleem (vuile CD, beschadigde MD, enz.). Breng een andere CD/MD in. De CD is vuil of omgekeerd geplaatst.*2 Maak de CD schoon of plaats de CD op de juiste wijze. De MD kan niet worden afgespeeld vanwege een probleem.*2 Plaats een andere MD. Er zijn geen muziekstukken opgenomen op de MD.*2 Speel een MD met opgenomen muziekstukken af. PushReset Het CD/MD-toestel kan in verband met een probleem niet worden gebruikt. Druk op de reset-knop van het toestel. Not Ready Het deksel van het MD-toestel is open Sluit het deksel of plaats de MD’s of MD’s zijn niet correct geplaatst. op de juiste manier. High Temp De omgevingstemperatuur is hoger dan 50°C. NG Discs Error *1 1 Blank* Wacht tot de temperatuur onder 50°C is gedaald. *1 Als er een fout optreedt tijdens het afspelen van een CD of MD, wordt het nummer van de MD of CD niet in het uitleesvenster aangegeven. *2 Het nummer van de disc die de fout veroorzaakt wordt aangegeven in het uitleesvenster. Neem contact op met de dichtstbijzijnde Sony-leverancier als deze oplossingen niet werken. 39
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154

Sony CDX-M610 de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding