Oleo-Mac DS 3000 D - Engine unit de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL
GEBRUIKS- EN ONDERHOUDSHANDLEIDING
BC 300 D
(30.5 cm
3
)
-
DS 3000 D
(30.5 cm
3
)
1
2
5
3
4
4A
4
5
8
6
19
1
2
3
11
9
10
17
16
14
13
18
15
7
12
C
6
7
9
6A
0,5 mm
CMR7H
10
12
11
8
CMR7A
T
B
A
13
1234567891011 2017
S.p.A. - Via E. Fermi, 4
42011 Bagnolo in Piano - Italy
Made in Italy
POWER UNIT
3 1 7
4 5 6 2
8
9
4
VERTALING VAN DE ORIGINELE INSTRUCTIES
Beste klant
Hartelijk dank voor uw keuze voor een product
van Emak.
Ons netwerk van erkende dealers en werkplaatsen
staat tot uw beschikking voor al uw vragen.
INLEIDING
Om de machine correct te gebruiken en
ongelukken te voorkomen, niet beginnen te
werken zonder deze handleiding zorgvuldig te
hebben gelezen. Hierin vindt u uitleg over de
werking van de verschillende onderdelen plus
aanwijzingen voor noodzakelijke controles en het
bijbehorende onderhoud.
OPMERKING De beschrijvingen en illustraties
in deze handleiding zijn niet strikt bindend.
Het bedrijf behoudt zich het recht voor
eventuele wijzigingen aan te brengen.
Dergelijke wijzigingen verplichten het bedrijf
niet deze handleiding steeds opnieuw bij te
werken.
Naast de bedienings- en onderhoudsinstructies
bevat deze handleiding enkele paragrafen die uw
speciale aandacht vragen. Dergelijke paragrafen
zijn aangegeven met de hieronder beschreven
symbolen:
LET OP: wanneer er risico bestaat op ongelukken,
persoonlijk (dodelijk) letsel of ernstige schade.
VOORZICHTIG: wanneer er risico bestaat op
schade aan de machine of onderdelen ervan.
LET OP
GEVAAR VOOR GEHOORSCHADE
ONDER NORMALE
GEBRUIKSOMSTANDIGHEDEN KAN DEZE
MACHINE DE BEDIENER BLOOTSTELLEN AAN
EEN DAGELIJKS PERSOONLIJK GELUIDSNIVEAU
DAT GELIJK IS AAN OF HOGER IS DAN
85 dB (A)
INHOUD
1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
(bevat de voorschriften voor een veilig
gebruik van de machine)
4
2. VERKLARING VAN DE SYMBOLEN EN
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
(geeft informatie over de identificatie
van de machine en de betekenis van
de symbolen)
6
3. HOOFDONDERDELEN (illustreert de
plaats van de hoofdonderdelen van de
machine)
6
4. ASSEMBLAGE (beschrijft hoe de
verpakking moet worden verwijderd
en de losse onderdelen moeten
worden gemonteerd)
6
5. STARTEN 7
6. STOPPEN VAN DE MOTOR 9
7. ONDERHOUD (bevat alle informatie
om de machine in een goede staat te
houden)
10
8. OPSLAG 12
9. MILIEUBESCHERMING (Geeft enkele
adviezen voor een milieuvriendelijk
gebruik van de machine)
12
10. TECHNISCHE GEGEVENS (Geeft een
overzicht van de belangrijkste
kenmerken van de machine)
13
11. VERKLARING VAN
OVEREENSTEMMING
14
12. GARANTIEBEWIJS (Samenvatting van
de garantievoorwaarden)
14
13. HULP BIJ HET OPLOSSEN VAN
PROBLEMEN (Biedt hulp om eventue-
le problemen bij het gebruik snel op
te lossen)
15
LET OP! – Om de in deze handleiding
beschreven motorunit ‘BC 300 D - DS 3000 D’ te
kunnen gebruiken, mag hij uitsluitend aan de
volgende hulpstukken worden gekoppeld:
Bosmaaier ‘D-BC’, Hoogsnoeier ‘D-PP,
Bladblazer ‘D-BV’, Heggenschaar ‘D-HC’ en
verlengstuk. Lees in elk geval deze handleiding
en de handleidingen van de hulpstukken
aandachtig door alvorens de complete machines
te gebruiken.
1. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LET OP
- De veiligheidsvoorschriften vermeld in de
handleiding verwijzen enkel naar de
5
12 - Gebruik geen brandstof (mengsels) voor het
schoonmaken.
13 - Controleer de vonk van de bougie niet dicht
bij het cilindergat.
14 - Controleer dagelijks de motor om na te gaan
of alle (veiligheids) voorzieningen goed
werken.
15 - Vermijd de motor te gebruiken in gesloten of
slecht geventileerde ruimtes. De uitlaatgassen
zijn giftig: ze bevatten koolstofmonoxide.
16 - Houd de draaiende (of nog warme)
motor goed verwijderd van ontvlambare
materialen.
17 - Pas op met de katalysator en andere warme
onderdelen.
18 - Schakel de motor uit en ga na of die goed
afgekoeld is alvorens u de brandstoftank
opnieuw vult. Vul de tank niet helemaal.
19 - Haal de dop nooit van de tank en vul de tank
nooit terwijl de motor nog warm is of loopt
(laat de motor 2 minuten afkoelen alvorens
bij te vullen).
20 - Laat de motor niet draaien als er
brandstofmengsel gelekt is, als u benzine
ruikt of als er ontplongsgevaar is (verwijder
het toestel van mogelijke brandstoekken en
vermijd vonken zolang het brandstofmengsel
niet volledig verdampt is).
21 - Wijzig op geen enkele wijze de afstellingen
van de motor (laat de motor draaien aan de
snelheid bepaald door de producent).
22 - Maak de benzinetank leeg bij transport op
oneen wegen of over lange afstanden.
23 - Bewaar de motor op een droge plaats, ver van
warmtebronnen en opgetild van de grond.
24 - Aangezien sommige onderdelen kunnen
stuk gaan en op gevaarlijke wijze
weggeslingerd worden, mag u het vliegwiel
en de koppeling uitsluitend bij een Erkend
Assistentiecentrum laten herstellen.
25 - Voer nooit zelf handelingen of herstellingen
uit die niet tot het normale onderhoud
behoren. Wend u uitsluitend tot een Erkend
Assistentiecentrum.
26 - Vergeet niet dat de eigenaar of de gebruiker
aansprakelijk is voor ongevallen of risico’s
geleden door derden of voor schade aan
goederen.
LET OP
- Pak bij draaiende motor altijd de voorste
handgreep met de linkerhand vast en de
werking van de motor. Ze houden geen
rekening met gevaarlijke situaties die
voortvloeien uit het gebruik van de
machine waar de motor deel van uitmaakt.
- Het ontstekingssysteem van uw apparaat
produceert een elektromagnetisch veld met
een zeer lage intensiteit. Dit veld kan
interferentie veroorzaken met bepaalde
pacemakers. Om het risico op ernstig letsel
of overlijden zo klein mogelijk te houden
moeten personen met een pacemaker hun
eigen arts en de fabrikant van de
pacemaker raadplegen voordat ze deze
machine gebruiken.
LET OP: Nationale voorschriften kunnen
het gebruik van de machine beperken.
1 - Gebruik de motor niet als u vermoeid bent
of wanneer u alcohol, drugs, of medicatie
heeft gebruikt.
2 - Draag geschikte kleding en
veiligheidsartikelen, zoals laarzen, een stevige
broek, handschoenen, een veiligheidsbril,
oorkappen en een veiligheidshelm. Draag
strak aansluitende maar gemakkelijke kledij.
3 - De motor mag uitsluitend gebruikt
worden door meerderjarigen die de
veiligheidsnormen, voorzorgsmaatregelen
en instructies in deze handleiding kunnen
begrijpen en naleven. Minderjarigen mogen
de motor nooit gebruiken.
4 - Gebruik de motor ver verwijderd van andere
personen of dieren.
5 - Controleer voor het starten of de
versnellingshendel vrij werkt.
6 - Vul de tank uit de buurt van warmtebronnen
en bij stilstaande motor. Rook niet tijdens het
vullen van de tank.
7 - De tank niet bijvullen in gesloten of niet-
geventileerde ruimtes.
8 - Start de motor nooit zonder dat alle
onderdelen gemonteerd zijn, met inbegrip
van de katalysator, de luchtfilter, het
lterdeksel en het startcarter, en bevestig
deze stevig op hun plaats.
9 - Het toestel mag niet draaien als de motor op
het stationair toerental draait. Zoniet moet
u de minimumschroef afstellen.
10 - Voer bij draaiende motor geen onderhoud
uit.
11 - Werk niet met een beschadigde katalysator.
6
achterste handgreep met de rechter hand.
Kruis nooit de armen terwijl u de
handgreep vasthoudt. Ook linkshandige
personen moeten deze instructies volgen.
Ervoor zorgen, dat alle lichaamsdelen zich
buiten bereik van de bladsen de uitlaat
bevinden.
- Gebruik nooit een machine met defecte
veiligheidsfuncties. De
veiligheidsuitrusting van de machine
moet gecontroleerd en onderhouden
worden zoals in dit deel beschreven is. Als
uw machine tekortschiet bij een van de
controles, neem dan contact op met een
erkend servicecentrum om hem te laten
repareren.
- Elk gebruik van de machine dat niet
uitdrukkelijk in deze handleiding is
beschreven moet beschouwd worden als
oneigenlijk en vormt dus een gevaar voor
mensen en voorwerpen.
BESCHERMENDE VEILIGHEIDSKLEDING
Draag daarom bij het werken met de
bosmaaier altijd goedgekeurde
beschermende veiligheidskleding. Het
gebruik van beschermende kleding vermindert
niet de risicos voor letsel, maar beperkt wel de
gevolgen van ongevallen. Vraag uw dealer om
advies bij het kiezen van de juiste kleding.
De kleding moet goed zitten, en mag de
bewegingen niet hinderen. Draag niet te wijde,
beschermende kleding. Het beschermende
jack en de broek van zijn hiervoor ideaal.
Draag geen kleding, dassen, stropdassen of
sieraden die in de takken verstrikt kunnen raken.
Lang haar mag niet los gedragen worden, en
moet worden beschermd (bijvoorbeeld met een
hoofddoek, een muts, een helm, enz.).
Draag veiligheidsschoenen met antislipzool
en stalen punten.
Draag een veiligheidsbril of een vizier!
Gebruik gehoorbeschermingen; bijvoorbeeld
oorkappen of oordoppen. Het gebruik van
gehoorbeschermingen vereist grotere aandacht
en voorzichtigheid, want geluidssignalen die
waarschuwen voor gevaar (schreeuwen,
alarmen, enz.) worden minder goed gehoord.
Draag handschoenen die de trillingen
optimaal absorberen.
2. VERKLARING VAN DE SYMBOLEN EN
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN (Fig. 13)
1 - Lees de gebruikshandleiding alvorens u met
de machine gaat werken.
2 - Type machine: MOTORUNIT.
3 - EG-conformiteitsmerk.
4 - Serienummer.
5 - Jaar van fabricage.
6 - Draag ogg, -oor-en hoofdbescherming.
7 - Gegarandeerd acoustisch vermogensniveau.
8 - Zuiveringsbolletje.
9 - LET OP! - De oppervlakken kunnen heet zijn.
3. HOOFDONDERDELEN (Fig.1)
1÷3) - Gereedschap geleverd
4 - Draagriemen
5 - Brandstoftankdop
6 - Zuiveringsbolletje
7 - Knop half-gas
8 - Uitlaatklep
9 - Bougie
10 - Luchtlter
11 - Starthendel
12 - Chokehendel
13 - Gashendelblokkering
14 - Stop-knop
15 - Gashendel
16 - Draagriem ophangbeugel
17 - Handgreep
18 - Steel
19 - Koppelverbinding hulpstukken
4. ASSEMBLAGE
MONTAGE VAN DE HANDGREEP (Fig. 3)
Plaats de handgreep op de steel en vergrendel
deze door schroeven (A). De handgreep positie
is berekend op normaal gebruiksgemak van de
gebruiker.
LET OP - Breng het loophandvat (A, Fig.4)
tussen het label pijlen (B, Fig.4A) en de achterste
handgreep (C, Fig.4).
MONTAGE EN DEMONTAGE HULPSTUKKEN
(FIG.5)
Montage:
− Draai de verbinding (E) los door de knop (C)
linksom te draaien;
7
omgeving waar geen vonken of vlammen zijn.
· Leg het apparaat op de grond, stop de motor
en laat het apparaat afkoelen voordat u
brandstof bijvult.
· Draai de dop van de brandstof langzaam los
om de druk vrij te geven en te voorkomen dat
er brandstof naar buiten komt.
· Draai de dop van de brandstoftank goed dicht
na het bijvullen. Trillingen kunnen ervoor
zorgen dat de dop losraakt en er brandstof naar
buiten komt.
· Veeg de brandstof die uit het apparaat is
gekomen af. Verplaats het apparaat 3 meter
van de plaats waarop u heeft bijgevuld voordat
u de motor start.
· Probeer onder geen beding brandstof te
verbranden die naar buiten is gekomen.
· Rook niet tijdens het hanteren van de brandstof
of tijdens het gebruik van de machine.
· Bewaar de brandstof op een koele, droge en
goedgeventileerde plaats.
· Bewaar de brandstof niet op plaatsen met
droge bladeren, hooi, papier etc.
· Bewaar het apparaat en de brandstof op
plaatsen waar de brandstofdampen niet in
contact kunnen komen met vonken of open
vlammen, geisers of boilers, elektrische
motoren of schakelaars, ovens etc.
· Haal de dop niet van de tank wanneer de motor
draait.
· Gebruik brandstof niet voor
schoonmaakwerkzaamheden.
· Let erop dat er geen brandstof op uw kleding
komt.
· Bewaar de unit en de brandstof buiten het
bereik van kinderen.
Dit product wordt aangedreven door een
tweetaktmotor waarbij er een voormenging moet
plaatsvinden van olie en benzine voor
tweetaktmotoren. Meng de loodvrije benzine en
de olie voor tweetaktmotoren voor in een schone
houder die goedgekeurd is voor benzine.
AANBEVOLEN BRANDSTOF: DEZE MOTOR IS
− Lijn het lipje van het hulpstuk (B) uit met de
groef (A) van de verbinding (E);
Plaats de buis van het hulpstuk (D) in de
verbinding (E) tot de stippellijn (F);
OPMERKING Om de handeling te
vergemakkelijken draait u het snijgereedschap
van het hulpstuk om de transmissieas op de
lasverbinding in te laten grijpen. Controleer of
er geen vuil in de verbinding aanwezig is;
Haal de knop (C) stevig aan door rechtsom te
draaien.
Demontage:
Draai de koppeling los door de knop (C) linksom
te draaien en neem het hulpstuk weg.
Goedgekeurde hulpstukken
De volgende hulpstukken mogen op de motorunit
worden gemonteerd:
Hulpstuk bosmaaier: D-BC
Hulpstuk hoogsnoeier: D-PP
Hulpstuk heggenschaar: D-HC
Hulpstuk bladblazer: D-BV
Hulpstuk verlengstuk
5. STARTEN
BRANDSTOF
WAARSCHUWING: benzine is een zeer
ontvlambare brandstof. Wees zeer voorzichtig
bij het hanteren van benzine of een mengsel
van brandstoffen. Rook niet en breng geen
vuur of vlammen in de buurt van de brandstof
of van de machine.
WAARSCHUWING: Brandstof en
brandstofdampen kunnen ernstig letsel
veroorzaken wanneer ze ingeademd worden
of in contact komen met de huid. Wees daarom
voorzichtig bij het hanteren van brandstof en
zorg voor voldoende ventilatie.
WAARSCHUWING: Pas op voor
koolmonoxidevergiftiging.
· Ga zorgvuldig om met brandstof om het
risico op brand of brandwonden zo klein
mogelijk te houden. Deze is zeer
ontvlambaar.
· Schud de brandstof en doe deze in een houder
die goedgekeurd is voor de brandstof.
· Meng de brandstof in de open lucht, in een
OLAJ
2%-50 : 1
1
5
10
15
20
25
BENZIN
l
0,02 (20)
0,10 (100)
0,20 (200)
0,30 (300)
0,40 (400)
0,50 (500)
l
A
(cm
3
)
8
VOORBEREIDINGEN VOOR HET WERKEN
DRAAGRIEM
Een juiste afstelling van de draagriem geeft uw
machine de juiste balans en werkhoogte vanaf de
grond (Fig. 6).
− Hang de draagriem enkel of dubbel om.
Bevestig de motor aan de draagriem met de
musketring (A, Fig.6).
Plaats de haak (16, Fig.1) voor een beter evenwicht
van de motor.
Plaats de gesp (C, Fig.6A) voor de correcte hoogte
van de motor.
STARTEN
LET OP! Wanneer er geen hulpstuk is
gemonteerd, is de transmissie vanaf de buitenkant
toegankelijk. Start de motorunit NOOIT zonder
gemonteerd hulpstuk. Het gebruik van de
motorunit zonder gemonteerd en aanbevolen
hulpstuk kan ernstig letsel en/of schade
veroorzaken.
Controleer of het hulpstuk correct is
gemonteerd en of het geen vreemde voorwerpen
raakt, voordat u de motor start.
Het werktuig mag niet draaien als de
motor op het stationair toerental draait.
Anders contact opnemen met een Authorized
Service Center voor het uitvoeren van een
controle en het probleem op te lossen.
WAARSCHUWING: Pak bij draaiende
motor altijd de voorste handgreep met de
linkerhand vast en de achterste handgreep met
de rechter hand. Houd de steel altijd aan de
rechterkant van uw lichaam. Houd de machine
nooit met gekruiste handen vast. Linkshandigen
dienen deze instructies ook op te volgen (Fig. 2).
Sta in een goede houding om te snoeien.
Blootstelling aan trillingen kan letsel
veroorzaken bij personen die lijden aan
bloedsomloopproblemen of
zenuwaandoeningen. Raadpleeg een arts
indien u fysieke symptomen heeft zoals
verstijving, gevoelloosheid, vermindering van
de normale kracht of variaties in de kleur van
de huid. Deze symptomen doen zich
doorgaans voor in de vingers, handen of
polsen.
GECERTIFICEERD OM TE WERKEN MET LOODVRIJE
BENZINE VOOR AUTOGEBRUIK MET 89 OCTAAN
([R + M] / 2) OF MET EEN GROTER OCTAANGETAL.
Meng de olie voor tweetaktmotoren met benzine
volgens de instructies op de verpakking.
Wij adviseren om Efco - Oleo-Mac olie voor
tweetaktmotoren op 2% (1:50) te gebruiken, die
specifiek is samengesteld voor alle luchtgekoelde
tweetaktmotoren.
De juiste olie-/benzineverhoudingen die
aangegeven zijn in de tabel (Fig. A) zijn geschikt
als men PROSINT 2- en EUROSINT 2-olie gebruikt
of een soortgelijke motorolie van hoge kwaliteit
(JASO FD- of ISO L-EGD-specificaties).
LET OP: GEBRUIK GEEN OLIE VOOR
AUTO’S OF OLIE VOOR TWEETAKT-
BUITENBOORDMOTOREN.
VOORZICHTIG:
- Koop alleen de hoeveelheid brandstof die u
nodig heeft; koop niet meer dan dat u in één
of twee maanden gebruikt;
- Bewaar de benzine in een hermetisch
gesloten tank op een koele en droge plaats.
VOORZICHTIG - Gebruik voor het
brandstofmengsel nooit een brandstof met
een ethanolpercentage van meer dan 10%;
gasohol (ethanol-benzinemengsel) is
acceptabel met een ethanolpercentage tot
10% of E10-brandstof.
OPMERKING - Bereid slechts de benodigde
hoeveelheid van het mengsel voor; laat het niet
lange tijd in de tank of de jerrycan zitten. Het
wordt aanbevolen om de brandstofstabilisator
van Emak ADDITIX 2000 code 001000972 te
gebruiken om het mengsel voor een periode van
12 maanden te bewaren.
Alkylaatbenzine
VOORZICHTIG - Alkylaatbenzine heeft
niet dezelfde dichtheid als normale benzine.
Motoren die met normale benzine afgesteld
zijn vereisen mogelijk een andere afstelling van
de schroef H. Wend u voor deze afstelling tot
een erkend servicecentrum.
BIJVULLEN
Schud de jerrycan met het mengsel voordat u de
tank bijvult.
9
nieuwe machine kan een aantal extra pogingen
vereisen.
5) Zet de starthendel (12, Fig.1) in de stand OPEN
(B, Fig. 8).
6) Trek aan de startkabel om de motor te starten.
Laat de machine na de start enkele seconden
warmlopen zonder de gashendel aan te raken.
De machine kan er bij kou of op grote hoogte
wat langer over doen om op te warmen. Druk
ten slotte de gashendel (15, Fig. 1) in om de
semi-versnelling uit te schakelen.
VOORZICHTIG:
- Wikkel de startkabel nooit om uw hand.
- Gebruik bij het trekken nooit de hele lengte
van de startkabel; hierdoor kan hij breken.
- Laat de startkabel niet plotseling los; houd
de starthandgreep (11, Fig.1) vast en laat de
kabel langzaam oprollen.
LET OP: als de motor warm is geen choke
gebruiken om te starten.
LET OP: Gebruik het semi-
versnellingsapparaatje uitsluitend bij de
startfase van de motor koud.
INLOPEN VAN DE MOTOR
De motor bereikt het maximale vermogen na de
eerste 5 tot 8 bedrijfsuren.
Om overmatige belasting te vermijden mag de
motor tijdens deze inloopperiode niet onbelast
worden gebruikt op het maximale toerental.
LET OP! - Tijdens de inloopperiode mag de
carburatie niet worden veranderd om het
vermogen te vergroten; de motor zou hierdoor
beschadigd kunnen raken.
OPMERKING: het is normaal dat een nieuwe
motor rook afgeeft tijdens het eerste gebruik.
6. STOPPEN VAN DE MOTOR
Laat de motor stationair lopen door gashendel (15,
Fig. 1) los te laten. Laat de motor even stationair lopen
om deze enigszins af te laten koelen.
Zet de motor uit, het indrukken van de schakelaar
(14).
Voordat u de machine start, dient u te controleren
of de gashendel vrij functioneert.
WAARSCHUWING: houd u aan de
veiligheidsinstructies voor het hanteren van de
brandstof. Zet altijd de motor uit voordat u de
tank bijvult. Vul nooit brandstof bij in een
apparaat met een draaiende of hete motor. Ga
minimaal 3 m van de plaats waar de bijvulling
heeft plaatsgevonden vandaan voordat u de
motor start. NIET ROKEN!
1. Maak het oppervlak rond de tankdop schoon
om verontreiniging te voorkomen.
2. Draai de tankdop langzaam los.
3. Giet het brandstofmengsel voorzichtig in de
tank. Voorkom morsen.
4. Voordat u de tankdop weer vastdraait dient u
de pakking schoon te maken en te controleren.
5. Plaats de tankdop onmiddellijk terug en draai
hem met de hand vast. Verwijder eventueel
gemorste brandstof.
WAARSCHUWING: controleer of er
brandstoflekken zijn, en los deze op voordat u
het apparaat gebruikt. Neem zo nodig contact
op met de klantenservice van uw leverancier.
Motor is verzopen
- Plaats een geschikt gereedschap in de dop van
de bougie.
- Wrik de dop van de bougie.
- Draai de bougie los en maak hem droog.
- Zet het gas helemaal open.
- Trek een paar keer aan het startkoord om de
verbrandingskamer leeg te maken.
- Zet de bougie terug op zijn plaats en sluit de
dop weer aan, druk hem stevig naar beneden.
- Zet de chokehendel op stand OPEN – ook als de
motor koud is.
- Start de motor.
Startprocedure
1) Duw de primer 3-4 keer zacht in (6, Fig.1).
2) Zet de starthendel (12, Fig.1) in de stand CLOSE
(A, Fig. 8).
3) Trek de gashendel (15, Fig.1) geheel in en
vergrendel deze door knop (7) gelijktijdig in
te drukken en deze vast te houden en
gashendel (15) los te laten.
4) Zet de machine in een stabiele stand op de
grond. Controleer of het snijgereedschap vrij is.
Houd de machine met één hand vast (Fig.7),
trek aan de startkabel (niet meer dan 3 keer)
totdat u de eerste plof van de motor hoort. Een
7. ONDERHOUD
Let er alstublieft op dat de volgende onderhoudsintervals alleen van toepassing zijn op normale werkomstandigheden.
Als uw dagelijks werk meer tijd vergt dan normaal of als er sprake is van moeilijke maai-omstandigheden, dan moeten
de voorgestelde intervals dienovereenkomstig verkort worden
Complete Machine
Inspecteren (Lekkages, barsten, en slijtage) x
x
x
xx
x
Schoonmaken na afloop dagelijkse werkzaamhe
den
Werking controleren
Inspecteren (Lekkages, barsten, en slijtage)
Schoonmaken
Bedieningselementen (Stop-knop, Chokehendel, Gashendel,
Interlockstarter)
Brandstoftank
Brandstoffilter en leidingen
Vóór elk gebruik
Elke maand
Indien beschadigd of
defect
Zoals vereist
jaarlijks of elke
100 uur
Inspecteren
Schoonmaken, Filterelement vervangen
x
x
x x
Koppelverbinding hulpstukken
Smeren
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
x
Alle toegankelijke schroeven en moeren
(Niet de afstelschroeven)
Luchtfilter
Cilinderribben
Startsysteem ventilatiegaten
Bougie
Inspecteren
Opnieuw aanhalen
Schoonmaken
Schoonmaken
Schoonmaken na afloop dagelijkse werkzaamheden
Inspecteren (Schade en Slijtage)
Vervangen
Controleer de opening van de elektrode
Vervangen
Controleer stationair toerental (snijwerktuig
mag niet draaien bij stationair toerental)
Vervangen
Startkoord
Carburateur
Trillingstandaards
Inspecteren (Schade en Slijtage)
Door dealer laten vervangen
x
x x
x
x
Onderhoudstabel
10
11
vervuiling. Een vuil lter veroorzaakt slecht starten
en minder vermogen. Om het lter te reinigen dient
u als volgt te werk te gaan. Verwijder het lter via de
vulopening. Vervang het indien het vuil is (Fig. 10).
MOTOR
Reinig de koelribben van de cilinder indien nodig
met een borstel op perslucht. Oververhitting kan
veroorzaakt worden door het niet tijdig reinigen
van de cilinder.
BOUGIE
Reinig de bougie indien nodig (Fig. 12) en controleer
de elektrode-afstand. Gebruik een NGK CMR7A
bougie of een bougie van een ander merk met een
equivalent thermisch bereik.
KOPPELVERBINDING HULPSTUKKEN
Om een constante en normale werking van de
machine te garanderen moet het hulpstuk (D, Fig.
4) elke 30 bedrijfsuren worden gedemonteerd
en moeten de transmissieas in de verbinding
(E, Fig. 4) en de transmissieas bij het uiteinde
van het hulpstuk (D, Fig. 4) worden gesmeerd.
Gebruik molybdeenbisulfidevet. Controleer
telkens wanneer het hulpstuk wordt gewisseld de
smering van de verbinding.
CARBURATEUR
Deze motor is ontworpen in overeenstemming
met de toepassing van de verordeningen (EU)
2016/1628. Het beperkte instellingsveld van
de schroeven is bij voorbaat door de fabrikant
bepaald, en kan niet worden gewijzigd.
Schroef T (stationairschroef) is dusdanig afgesteld
dat er een goede veiligheidsmarge is tussen het
stationair toerental en het aangrijptoerental van de
centrifugaalkoppeling.
LET OP: Wanneer de motor stationair
draait (2800-3000 omwentelingen/min) mag
het maaiblad meedraaien. We raden u aan alle
brandstofafstellingen te laten uitvoeren door
uw dealer of erkende onderhoudswerkplaats.
LET OP: Weersomstandigheden kunnen
invloed hebben op de carburateurafstelling.
UITLAAT
WAARSCHUWING! - Deze knalpot is uitgerust
met een katalysator, die ervoor zorgt dat de motor
voldoet aan de emissievereisten. U mag de
katalysator nooit wijzigen of verwijderen: indien u
dat wel doet, bent u wettelijk strafbaar.
CONFORMITEIT VAN DE GASEMISSIES
Deze motor, inclusief het emissiecontrolesysteem,
moet worden beheerd, gebruikt en onderhouden
volgens de aanwijzingen in de gebruikershandleiding
om de emissieprestaties die van toepassing zijn op
niet voor de weg bestemde mobiele machines
binnen de wettelijke eisen te houden.
Het emissiecontrolesysteem van de motor mag niet
opzettelijk gemanipuleerd of oneigenlijk gebruikt
worden.
Een verkeerde werking, gebruik of onderhoud van de
motor of van de machine kan mogelijke storingen van
het emissiecontrolesysteem veroorzaken waardoor
niet meer wordt voldaan aan de toepasselijke
wettelijke eisen; in dat geval moet onmiddellijk
actie worden ondernomen om de storingen van
het systeem te repareren en de toepasselijke eisen
te herstellen.
Hieronder volgt een niet-limitatieve lijst met
voorbeelden van een verkeerde werking, onjuist
gebruik of onderhoud:
- De brandstofdoseersystemen forceren of breken;
- Gebruik van brandstof en/of motorolie die niet
aan de kenmerken voldoen die in het hoofdstuk
STARTEN / BRANDSTOF zijn aangegeven;
- Gebruik van niet-originele onderdelen,
bijvoorbeeld bougies, enz.;
- Geen of niet-passend onderhoud van
het lossysteem, inclusief verkeerde
onderhoudsintervallen voor uitlaat, bougie,
luchtlter, enz.
LET OP - Manipulatie van deze motor maakt
het EU-certicaat met betrekking tot de emissies
ongeldig.
Het CO2-niveau van deze motor kan worden
gevonden op de WEBSITE van Emak (www.myemak.
com) in het deel The Outdoor Power Equipment
World”.
LUCHFILTER
Elke 8-10 werkuren dient u de kap te verwijderen (A,
Fig. 11). Reinig het lter (B).
Reinigen met ontvetter van Emak codenr.
001101009A. Met perslucht van een afstand van
binnen naar buiten blazen.
Vervangen indien vervuild of beschadigd. De motor
loopt onregelmatig als het lter is vervuild. De
machine verbruikt dan meer brandstof en levert
minder vermogen.
BENZINEFILTER
Controleer het benzinefilter regelmatig op
12
- Maak de koelsleuven en de luchtlter zorgvuldig
schoon (Fig. 11).
- Berg de maaier op op een droge plaats, vrij van
de vloer en niet in de buurt van hittebronnen.
9. MILIEUBESCHERMING
Tijdens het gebruik van de machine moet de
bescherming van het milieu een belangrijk aspect
vormen. Dit moet altijd prioriteit hebben ten
gunste van de samenleving en van de natuur
waarin we leven.
- Zorg ervoor dat u geen storende factor in de
buurt bent.
- Volg de plaatselijke voorschriften voor de
verwerking van het maaiafval nauwgezet op.
- Volg de plaatselijke voorschriften voor de
verwerking van verpakkingsmateriaal, olie,
benzine, accus, filters, versleten delen of elk
onderdeel dat een slechte invloed heeft op het
milieu nauwgezet op; dit afval mag niet bij het
huisvuil worden geworpen, maar moet worden
gescheiden en naar speciale verzamelcentra
worden gebracht, die de materialen zullen
recyclen.
Slopen en afdanken
Laat de machine na de buitenwerkingstelling niet
in het milieu achter, maar wend u tot een
afvalinzamelcentrum.
Een groot deel van de materialen die bij de bouw
van de machine gebruikt zijn, zijn recyclebaar: alle
metalen (staal, aluminium, messing) kunnen aan
een normale ijzerhandelaar worden gegeven.
Neem voor meer informatie contact op met de
normale afvalverwerkingsdienst in uw streek. Het
afval dat afkomstig is van de sloop van de
machine moet met respect voor het milieu
worden verwerkt zonder de bodem, de lucht en
het water te vervuilen.
In elk geval moeten de plaatselijk geldende
wetten op dit gebied in acht worden genomen.
Bij machine sloop, moet u het label van de
CE-markering samen met deze handleiding te
vernietigen.
WAARSCHUWING! - Knalpotten uitgerust
met een katalysator worden bij het gebruik zeer
heet en blijven dat ook lang nadat de motor is
stilgelegd. Dit is ook het geval wanneer de motor
stationair loopt. Bij aanraking kan de huid
brandwonden oplopen. Vergeet ook het
brandgevaar niet!
VOORZICHTIG! - Een beschadigde uitlaat
moet worden vervangen. Als de uitlaat vaak
verstopt is, kan dit betekenen dat de katalysator een
beperkt rendement heeft.
WAARSCHUWING: Werk niet met uw
machine als de demper beschadigd, afwezig of
gewijzigd is. Een onvoldoende onderhouden
demper verhoogt het risico op brand en
gehoorverlies.
BUITENGEWOON ONDERHOUD
Om de twee jaar, of bij intensief gebruik aan het
einde van elk seizoen, moet een algemene
controle op het apparaat worden uitgevoerd door
een gespecialiseerd technicus van het
assistentienetwerk.
LET OP: Alle niet in deze handleiding
beschreven onderhoudshandelingen moeten
door een geautoriseerde werkplaats
uitgevoerd worden. Om een constant en
regelmatig functioneren van de grasmaaier te
garanderen, denk eraan, dat eventuele vervanging
van onderdelen alleen moet gebeuren met
ORIGINELE RESERVE-ONDERDELEN.
Eventuele niet-geautoriseerde
wijzigingen en/of niet-originele wisselstukken
kunnen tot ernstig letsel leiden en zelfs tot de
dood van de operator of anderen.
8. OPSLAG
Wanneer het apparaat lange tijd niet gebruikt zal
worden:
- Ledig de brandstoftank en maak hem schoon
in een goed geventileerde ruimte. Om de
carburateur te ledigen moet de motor worden
gestart en moet u wachten tot de motor stopt
(als u het mengsel in de carburateur laat,
zouden de membranen beschadigd kunnen
worden).
- Na de winterstalling zijn de startprocedures
dezelfde als bij de normale start van de
machine (pag. 8).
- Volg alle onderhoudswerkzaamheden op zoals
hiervoor vermeld bij Onderhoud.
- Maak de brandstoftank leeg en draai de dop er
weer op.
13
cm
3
30.5
2800 ÷ 3000
11.700
kW
min
-1
cm
3
kg
1.1
min
-1
8.500
min
-1
4.8
580 (0.58 l)
10. TECHNISCHE GEGEVENS
Cylindrerinhoud
Vermogen
Motor
Minimum toerental/min.
Inhoud brandstoftank
Primer carburateur
Schwingungsdämpfung
Gewicht
2 takt EMAK
Ja
Toerental van de motor bij het
maximale toerental van de
uitgangsas
Maximaal toerental van de
uitgagsans
Ja
14
Dit apparaat is ontworpen en gerealiseerd met de modernste
productietechnieken. De fabrikant geeft een garantie van 24
maanden vanaf de aankoopdatum op de eigen producten
voor privé-/hobbygebruik. De garantie is beperkt tot 12
maanden bij professioneel gebruik.
Algemene garantievoorwaarden
1) De garantie geldt vanaf de aankoopdatum. De fabrikant
vervangt gratis de onderdelen met defecten in
materiaal, afwerking en productie via het
verkoopnetwerk en de technische servicedienst. De
garantie ontneemt de gebruiker niet de wettelijke
rechten van het burgerlijk wetboek tegen de
consequenties van de defecten of fouten veroorzaakt
door het verkochte voorwerp.
2) Het technische personeel zal de defecte onderdelen zo
snel als organisatorisch mogelijk is repareren.
3) Om een aanvraag tot technische assistentie onder
garantie in te dienen, dient u aan het bevoegde
personeel het onderstaande garantiecertificaat te
tonen, voorzien van het stempel van de leverancier,
volledig ingevuld en met de aankoopfactuur of bon
met de aankoopdatum aangehecht.
4) De garantie vervalt in de volgende gevallen:
- Duidelijk gebrek aan onderhoud,
- Onjuist gebruik van het product of geknoei aan het
product,
- Gebruik van ongeschikte smeermiddelen of
brandstoffen,
- Gebruik van niet-originele reserveonderdelen of
accessoires,
- Reparaties die uitgevoerd zijn door onbevoegd
personeel.
5) De fabrikant sluit verbruiksmaterialen en onderdelen
die aan normale werkingsslijtage onderhevig zijn, uit
van de garantie.
6) Onder de garantie vallen geen aanpassingen en
verbeteringen van het product.
7) Onder de garantie vallen geen afstellingen en
onderhoudswerkzaamheden die nodig zouden kunnen
zijn tijdens de garantieperiode.
8) Eventuele schade die veroorzaakt is tijdens het
transport moet onmiddellijk gemeld worden aan de
transporteur, anders vervalt de garantie.
9) Voor motoren van andere merken (Briggs & Stratton,
Subaru, Honda, Kipor, Lombardini, Kohler, enz.) die
gemonteerd zijn op onze machines, geldt de garantie
die gegeven wordt door de fabrikant van de motor.
10) De garantie dekt geen eventuele directe of indirecte
schade, die veroorzaakt is bij personen of voorwerpen
door storingen in het apparaat of die voortvloeit uit het
langdurig niet gebruiken van het apparaat.
12. GARANTIEBEWIJS
11. VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
De ondergetekende, Emak spa via Fermi, 4 - 42011
Bagnolo in Piano (RE) ITALY verklaart onder eigen
verantwoordelijkheid dat de machine:
1. Type: motor
2. Merk Oleo-Mac, Type BC 300 D
Merk Efco, Type DS 3000 D
3. Serienummer 295 XXX 0001 ÷ 295 XXX 9999 voldoet aan
de voorschriften van de richtlijn / verordening en latere
wijzigingen of aanvullingen:
2006/42/CE - 2014/30/EU - (EU) 2016/1628 - 2011/65/EU, è
voldoet aan de voorschriften van de volgende
geharmoniseerde normen:
EN ISO 12100:2010 - EN 55012: 2007/A1:2009
De technische documentatie staat ter beschikking in het
hoofdkantoor: Technisch bestuur
Geproduceerd in Bagnolo in Piano (RE) Italy - via Fermi, 4
Datum: 20/07/2019
Fausto Bellamico - President
MODELL
KÄUFER GEKOCHT DOOR DHR./MEVR.
SERIENUMMER
DATUM
LEVERANCIER
Niet opsturen! Alleen een eventueel verzoek om technische garantie
aanhechten.
s.p.a.
15
13. OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
WAARSCHUWING: zet het apparaat altijd uit en koppel de bougie los voordat u
de aanbevolen corrigerende maatregelen in onderstaande tabel uitvoert,
behalve als gevraagd wordt om het apparaat aan te zetten.
Als alle mogelijke oorzaken nagegaan zijn en het probleem nog steeds niet is opgelost, neem
dan contact op met een erkend reparatiecentrum. Als u een probleem heeft dat niet in deze
tabel staat, neem dan contact op met een erkend reparatiecentrum.
PROBLEEM
MOGELIJKE OORZAKEN
OPLOSSING
De motor start niet of
gaat na enkele seconden
na het starten weer uit.
De motor start, maar
versnelt niet voldoende
of werkt niet goed bij
hoge snelheid.
De motor bereikt de
volledige snelheid niet
en/of geeft zeer veel rook
af.
De motor start, draait en
versnelt, maar wil niet
stationair lopen.
1. Er is geen vonk
2. Motor is verzopen
De carburateur moet
worden afgesteld.
1. Controleer het olie-/
benzinemengsel.
2. Luchtlter is vuil.
3. De carburateur moet
worden afgesteld.
De carburateur moet
worden afgesteld
1. Controleer de vonk van de
bougie. Als er geen vonk is,
herhaal de test dan met een
nieuwe bougie (CMR7A).
2. Volg de procedure op pag. 10.
Als de motor nog niet start,
herhaal de procedure dan met
een nieuwe bougie.
Neem contact op met een erkend
reparatiecentrum om de
carburateur te laten afstellen.
1. Gebruik verse benzine en een
olie die geschikt is voor
tweetaktmotoren.
2. Schoonmaken; zie de instructies in
het hoofdstuk Onderhoud van het
luchtfilter.
3. Neem contact op met een erkend
reparatiecentrum om de carburateur
te laten afstellen.
Stel de stationairstelschroef "T"
(Fig.9) naar links bij om de snelheid
te verhogen; zie het hoofdstuk
Onderhoud
carburateur.
LET OP: Probeer nooit reparaties uit te voeren als u niet over de middelen en de nodige
technische kennis beschikt. Slecht uitgevoerde werkzaamheden doet de garantie automatisch
vervallen en ontheft de fabrikant van e ontheft de fabrikant van elke aansprakelijkheid.
Mod. 61280307B - Lug/2020
NL
LET OP! - Dit handboek moet voor de gehele levensduur bij de machine blijven.
Emak S.p.A.
42011 Bagnolo in Piano (RE) Italy
www.myemak.com
www.youtube.it/EmakGroup
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16

Oleo-Mac DS 3000 D - Engine unit de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor